Trommelvliesbuisjes
De Keel-Neus-Oorarts heeft de klachten van uw kind beoordeeld en voorgesteld om deze te behandelen door een trommelvliesbuisje bij uw kind te plaatsen. Deze folder heeft tot doel u informatie te geven over de operatie en adviezen voor ná de operatie. De assistente van de polikliniek KNO heeft voor u een afspraak gemaakt met de afdeling dagverpleging. In de folder 'Dagverpleging' leest u wanneer en aan wie u een bericht van verhindering kunt doorgeven en waar u zich de dag van behandeling meldt.
Het oor Het oor bestaat uit: • de uitwendige gehoorgang • het trommelvlies met daarachter het middenoor. Hierin bevinden zich de drie gehoorbeentjes. • via de buis van Eustachius staat het middenoor in verbinding met de neuskeelholte • het gehoororgaan ook wel het slakkenhuis genoemd Geluid bestaat uit luchttrillingen. Deze trillingen komen via de gehoorgang op het trommelvlies. Het trommelvlies en de gehoorbeentjes versterken de trillingen en geleiden de trillingen naar het slakkenhuis, ook wel binnenoor genoemd. In het slakkenhuis bevinden zich de zintuig (zenuw) cellen die de trillingen omzetten in zenuwenprikkels. Deze zenuwprikkels worden via de gehoorzenuw naar de hersenen gevoerd, waar zij in “horen” vertaald worden.
SPECIALISTEN IN MENSENWERK
Doel van de behandeling Wanneer wordt een trommelvliesbuisje geplaatst Het middenoor is onder normale omstandigheden gevuld met lucht, die dezelfde druk en samenstelling heeft als de buitenlucht. De druk wordt gehandhaafd via de buis van Eustachius. Als de buis van Eustachius niet goed werkt, ontstaat er onderdruk in het middenoor. Het trommelvlies wordt hierdoor naar binnen getrokken. Door de onderdruk raakt het slijmvlies in het middenoor geïrriteerd en gaat stroperig vocht afscheiden. Het middenoor raakt vol met vocht in plaats van met lucht, dit noemt men lijmoor. Hierdoor kunnen klachten ontstaan van een drukkend gevoel in het oor en soms van pijn. Hevige pijn kan veroorzaakt worden door een ontsteking van dit vocht (middenoorontsteking). Ook treedt er gehoorverlies op, omdat de geluidstrillingen door de aanwezige vloeistof gedempt worden. Soms kan hierdoor het gedrag van uw kind veranderen. Bij kinderen tussen de twee en zes jaar komt deze aandoening veelvuldig voor en de afwijkingen is bijna altijd dubbelzijdig. Deze aandoening kan ook op volwassen leeftijd voorkomen. Vaak treedt binnen enkele weken of maanden spontaan genezing op zonder blijvende schade. Als de afwijking echter langer blijft bestaan of veelvuldig aanleiding geeft tot oorontstekingen, gehoorverlies, of langdurige klachten van afwijkend gedrag, kan een tijdelijke beluchting van het middenoor via het trommelvlies zinvol zijn. Een trommelvliesbuisje heeft als doel een open verbinding te bewerkstellingen tussen het middenoor en de uitwendige gehoorgang. Via het buisje komt er dan lucht in het middenoor. Er is geen alternatief om de functie van de buis van Eustachius te verbeteren. Wat is een trommelvliesbuisje Een trommelvliesbuisje is een buisje, meestal gemaakt van kunststof, met een grootte van een halve luciferkop. De doorsnede is ongeveer 1,5 mm en de lengte varieert van 3 mm tot 12 mm. Er zijn verschillende typen die in vorm, afmeting en kleur kunnen variëren.
Hoe wordt een trommelvliesbuisje geplaatst Bij kinderen wordt algemene verdoving gegeven en bij volwassenen plaatselijke verdoving. Wordt er algemene verdoving gegeven dan moet de patiënt nuchter zijn. Er wordt een klein sneetje (3 mm) gemaakt in het trommelvlies. Nadat zo nodig het vocht uit het middenoor is gezogen, wordt het buisje als een boordenknoopje in het sneetje van het trommelvlies geplaatst. Het ene uiteinde steekt in het middenoor terwijl het andere uiteinde zich in de gehoorgang bevindt. Oorpijn na de ingreep is niet gebruikelijk, pijnstilling is dan ook zelden nodig. Direct na de behandeling zijn de meeste klachten verdwenen. De eerste dagen na de ingreep kan er soms nog wat vocht uit de gehoorgang komen. Men kan beter geen watje of gaasje in het oor dragen. Dit belemmert een goede beluchting van de gehoorgang en het middenoor.
Trommelvliesbuisjes | pagina 2
Hoe lang moet een trommelvliesbuisje blijven zitten Een trommelvliesbuisje kan enkele maanden tot een jaar op zijn plaats blijven. Het buisje wordt na die periode meestal spontaan door het trommelvlies naar de gehoorgang toe uitgestoten, waarna het trommelvlies zich vanzelf sluit. Bij een groot deel van de kinderen is het plaatsen van een trommelvliesbuisje slechts eenmaal nodig. Bij sommige kinderen moet dit nogmaals gebeuren omdat de functie van de buis van Eustachius nog niet hersteld is.
Voorbereiding Afspraak maken bij polikliniek anesthesiologie Voorafgaande aan de operatie wordt u samen met uw kind verwacht op de polikliniek anesthesiologie. Hier krijgt u een gesprek met een anesthesioloog en met een verpleegkundige die u informeren over de voorbereidingen en de vorm van anesthesie. U kunt hiervoor telefonisch een afspraak maken. De polikliniek anesthesiologie is van maandag tot en met vrijdag van 9.00 - 16.15 telefonisch bereikbaar (023) 890 77 80. Kinderziekten en vaccinaties en anesthesie Indien uw kind ziek is, of kort voor de ingreep een kinderziekte heeft doorgemaakt, moet u contact opnemen met de anesthesioloog, deze bespreekt met u of de operatie al of niet moet worden uitgesteld. Zie telefoonnummer onder kopje „vragen‟. Is uw kind in contact geweest met kinderziekten, dan geldt dat er tussen het contact met de kinderziekte en de anesthesie een veilige tijd van 3 weken (21 dagen) moet zitten. Ook vaccinatie tegen een kinderziekte kan reden zijn een operatie uit te stellen. Is uw kind (minder dan) twee weken voor de ingreep gevaccineerd, moet u ook contact met de anesthesioloog opnemen. Nuchter zijn Voor deze ingreep is het noodzakelijk dat uw kind 'nuchter' is. Dat wil zeggen: • uw kind de dag vóór de opname vanaf 24.00 uur niet meer mag eten en • uw kind op de ochtend van de ingreep tot 6.00 uur nog heldere vloeistoffen mag drinken • uw kind alleen na voorafgaand overleg met de KNO-arts medicijnen mag gebruiken Geldt voor uw kind een ander beleid, dan heeft de anesthesioloog dit met u besproken. U kunt dit nalezen op het informatieblad dat hij u heeft meegegeven. Dag van opname U wordt samen met uw kind om 7.30 uur verwacht op de afdeling dagverpleging in het Spaarne Ziekenhuis Hoofddorp, hier wordt uw kind verzorgd door een kinderverpleegkundige. U meldt zich bij de verpleegkundige. Zij houdt een kort opnamegesprek met u, waarin ze vragen stelt over de gegevens van uw kind en zo nodig aanvullende informatie geeft over de behandeling. Daarna krijgt uw kind een bed op een zaal met andere kinderen, uw kind hoeft geen speciale kleding of pyjama aan. Gezien de beperkte ruimte op de zaal vragen wij u om met maximaal twee begeleiders te komen. Neemt u de dag van de opname het volgende mee: • verzekerings- en identiteitsbewijs • wat vertrouwd speelgoed • extra ondergoed
Trommelvliesbuisjes | pagina 3
Werkwijze De anesthesioloog of een verpleegkundige komt u en uw kind halen, waarna u gezamenlijk naar de behandelkamer gaat. De narcose wordt toegepast op de manier die de anesthesioloog met u besproken heeft, dit kunt u nog eens nalezen op het informatieblad dat hij u heeft meegegeven. Als uw kind onder narcose is verlaat u de behandelkamer en begint de KNO-arts met de ingreep. U kunt in de wachtkamer plaatsnemen.
Na de operatie Zodra uw kind van de operatiekamer naar de uitslaapkamer wordt gebracht, komt de verpleegkundige u ophalen en kunt u vanaf dat moment bij uw kind blijven, u bent er dus bij als uw kind wakker wordt uit de narcose. Als uw kind goed wakker is, kunnen u en uw kind om ongeveer 10.00 uur weer naar huis. Vier weken na de ingreep komt uw kind voor controle bij de KNO-arts. U krijgt hiervoor een afspraak mee.
Weer thuis Over het algemeen wordt de ingreep niet als pijnlijk ervaren. Heeft uw kind toch pijn, dan werkt kinderparacetamol afdoende. Kinderparacetamol kunt u zonder recept bij de apotheek kopen.
Uw arts of verpleegkundige zal u de volgende adviezen geven Het is aan te raden om: • uw kind de dag ná de ingreep pas naar buiten te laten gaan • tijdens de eerste week de oren van uw kind droog te houden, dus niet zwemmen en voorzichtig zijn met badwater • pas één week na de ingreep uw kind te laten zwemmen, afsluitende oordopjes zijn meestal niet nodig Bij een aanhoudend loopoor, dit betekent langer dan twee dagen, kunt u op eigen initiatief starten met de oordruppels Sofradex. De dosering is 3 x daags 3 druppels gedurende een week. Het recept voor deze oordruppels heeft u meegekregen bij uw laatste bezoek aan de polikliniek. N.B. In de bijsluiter leest u dat oordruppels beter niet gegeven kunnen worden bij een open trommelvlies (perforatie of buisjes). De Nederlandse vereniging van KNO-artsen is echter van mening dat een oorontsteking meer schade kan veroorzaken dan de eventuele theoretische effecten van de oordruppels op het middenoor.
Aanvullende informatie De WGBO Rechten en plichten van de patiënt De relatie tussen een patiënt en een arts of andere hulpverlener hoort gebaseerd te zijn op wederzijds vertrouwen. Deze relatie wordt geregeld door een aantal wettelijke bepalingen.
Trommelvliesbuisjes | pagina 4
Deze wet heet WGBO oftewel „wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst‟. Deze wet heeft betrekking op zowel de volwassenen als de kinderen. De WGBO schrijft voor dat een medisch onderzoek en/of behandeling pas mag plaatsvinden als de patiënt daar toestemming voor heeft gegeven. De behandelaar is verplicht de patiënt uit te leggen wat dit onderzoek of deze behandeling inhoudt zodat de patiënt aan de hand van deze informatie kan beslissen of hij daar toestemming voor geeft. De patiënt moet in ieder geval worden geïnformeerd over: • doel van het onderzoek of behandeling • aard van het onderzoek of behandeling • de te verwachten resultaten • de eventueel te verwachten risico‟s Ook moet de patiënt worden verteld of er eventueel andere behandelingsmogelijkheden zijn en waar deze uit bestaan. Rechten van de patiënt toegespitst op het kind De WGBO onderscheidt drie leeftijdscategorieën: • kinderen tot 12 jaar • kinderen van 12 tot 16 jaar • kinderen van 16 jaar en ouder Kinderen tot 12 jaar: Kinderen tot 12 jaar vallen volledig onder de zeggenschap van de ouders. Toch zijn de wat oudere kinderen in deze leeftijdscategorie vaak al heel goed in staat mee te denken over hun gezondheid en de daar eventueel bij behorende problematiek. Volgens de wet moeten ouders en hulpverleners dan ook rekening houden met de wensen en opvattingen van het kind zelf. • Het zijn de ouders die een behandelingsovereenkomst aangaan met de behandelaar en ook hun toestemming moeten geven • Het kind moet zoveel mogelijk betrokken worden bij de te nemen beslissingen. • De ouders en kind moeten goed geïnformeerd worden waarbij de informatie moet worden afgestemd op het kind • De ouders hebben het recht het medisch dossier in te zien, de kinderen niet. Als de ouders het willen kunnen zij het dossier of delen daarvan met hun kind doornemen Uitzonderingen in bijzondere situaties: • Wanneer ouders hun kind een bepaalde behandeling willen laten ondergaan kan de hulpverlener besluiten hier geen gevolg aan te geven als hij van mening is dat de behandeling niet in het belang van het kind is. Om dezelfde reden kan hij weigeren de ouders het dossier te laten inzien. • Soms weigeren ouders om toestemming te geven voor een bepaalde behandeling. Dit kan bijvoorbeeld om religieuze redenen. Indien deze weigering het leven van het kind in gevaar brengt kan de hulpverlener de rechter vragen tijdelijk het gezag van ouders over het kind te beperken om de behandeling toch mogelijk te maken. Voor deze toestemming van de rechter is gegeven mag de hulpverlener niet zonder meer de behandeling uitvoeren. • Wanneer ouders en hulpverleners een behandeling nodig vinden kan een kind tot 12 jaar deze niet weigeren. Wel kan een hulpverlener bij wijze van uitzondering gevolg geven aan de wens van het kind om een bepaalde behandeling niet te ondergaan. Hij moet er dan wel van overtuigd zijn dat het kind in staat is zelf te beslissen en het kind voldoende informatie betreffende de behandeling heeft gekregen. Zo‟n situatie kan zich voordoen bij een langdurig ernstig ziek kind dat uit ervaring weet dat de behandeling zeer belastend is.
Trommelvliesbuisjes | pagina 5
• De hulpverlener mag altijd zonder toestemming van de ouders handelen in acute situaties wanneer hij direct moet ingrijpen om nadelige gevolgen voor het kind te voorkomen. Kinderen van 12 tot 16 jaar: Kinderen van 12 tot 16 jaar hebben volgens de wet een belangrijke stem inzake medische behandeling of onderzoek. • Behalve de ouders moet ook het kind zelf toestemming geven voor behandeling of onderzoek • Zowel ouders als kind hebben recht op informatie • Zowel ouders als kind hebben recht op inzage van het medisch dossier Uitzonderingen in bijzondere situaties: • Wanneer kind en ouders met elkaar van mening verschillen hangt het af van het bevattingsvermogen van het kind of zijn mening zwaarder weegt dan die van de ouders. Het is in deze kwestie aan de hulpverlener om dat in te schatten. Geven de ouders bijvoorbeeld toestemming maar wil het kind de behandeling niet ondergaan dan zal de hulpverlener de wil van het kind volgen indien dat geen ernstige gevolgen voor het kind heeft. • Is de behandeling of het onderzoek zonder de toestemming van ouders uitgevoerd dan hebben de ouders alleen recht op inzage van het medisch dossier als het kind hiermee instemt. Indien de hulpverlener het kind capabel genoeg vindt zal de hulpverlener aan de wensen van het kind gevolg doen geven. • Als in acute situaties gevaar bestaat voor het leven van het kind mag een hulpverlener altijd handelend optreden ook als hij geen toestemming voor behandeling heeft van zowel ouders als kind. Kinderen van 16 jaar en ouder: Kinderen van 16 jaar en ouder worden door de WGBO op één lijn gesteld met volwassenen. In zaken die te maken hebben met hun gezondheid worden zij dus niet als minderjarig beschouwd ook al hebben zij nog niet de leeftijd van 18 jaar bereikt. • De kinderen kunnen zelfstandig beslissen of zij voor een behandeling of onderzoek toestemming geven • Er is geen toestemming nodig van ouders • De jongeren hebben het recht om hun medisch dossier in te zien, daar is geen toestemming van ouders voor nodig, ouders mogen dat alleen als hun kind daar akkoord mee gaat.. • De jongeren hebben er recht op dat zij volledig worden geïnformeerd, ouders worden alleen geïnformeerd als hun kind daar akkoord mee gaat Uitzonderingen in bijzondere situaties: • Als in acute situaties gevaar bestaat voor het leven van de patiënt mag een hulpverlener altijd handelend optreden ook als daar geen toestemming voor is gegeven door de jongere Registratie van gegevens Het Spaarne Ziekenhuis registreert van elke patiënt persoonlijke en medische gegevens. Dit gebeurt volgens de bepalingen van de Wet persoonsregistratie. De gegevens worden gebruikt voor het ziekenhuis en voor landelijke statistieken. De richtlijnen over de wet staan in het privacy-reglement. U kunt dit reglement inzien in het Informatiepunt Zorg Spaarnepoort, en op de afdelingen of op de website www.spaarneziekenhuis.nl.
Trommelvliesbuisjes | pagina 6
Vereniging Kind en Ziekenhuis De Vereniging Kind en Ziekenhuis heeft als doelstelling het bevorderen van het welzijn van het kind vóór, tijdens en na een ziekenhuisopname. Het landelijk adres is: Landelijk Bureau Kind en Ziekenhuis, Korte Kalkhaven 9, 3311 JM Dordrecht (078) 614 63 61www.kindenziekenhuis.nl Titels van boeken Vanaf 2 jaar • Lassa gaat naar het ziekenhuis, door E. en K. Plomp Tussen 2 en 5/6 jaar • Krul konijn gaat naar de dokter, door Richard Scarry, • Jaap de aap in het ziekenhuis, door M.v. Bergen en M.v. Galen • Een bed op wieltjes, door V. den Hollander en D. Stam Tussen 4 en 8 jaar: • De operatie van kleine olifant, door J. Boone • Naar de dokter, POP UP boekje van uitgever Casterman De ziekenboeg serie door C. Kliphuis • Het oor van Leonoor, door C. Kliphuis, over buisjes • IJs voor Matthijs, door C. Kliphuis, over je amandelen knippen Voor ouders • Je kind in het ziekenhuis: wat kun je als ouders doen, door M. van Bergen. Geeft ouders of verzorgers informatie om hen beter voor te bereiden op de ziekenhuisopname van hun kind. Afdeling patiëntenvoorlichting In de centrale hal van het Spaarne Ziekenhuis Hoofddorp bevindt zich de afdeling patiëntenvoorlichting. U kunt hier algemene medische informatie en documentatie krijgen over verschillende ziektebeelden, informatie over omgaan met een ziekte, voeding, patiëntenverenigingen en patiëntenrechten. U kunt hier met vragen terecht tijdens uw bezoek aan, of tijdens uw opname in het ziekenhuis. U kunt ook telefonisch vragen stellen. Afdeling patiëntenvoorlichting (023) 890 83 60 Vragen Het is van belang dat u juiste en duidelijke informatie heeft gekregen. Aan de hand van deze informatie beslist u, samen met uw arts, of u uw kind de behandeling laat ondergaan. Heeft u na het gesprek met uw arts en na het lezen van deze folder nog vragen, stel deze dan gerust. Noteer eventueel uw vragen van tevoren, zodat u niets vergeet. Als u vragen heeft, of de arts wilt waarschuwen, kunt u bellen: • maandag tot en met vrijdag van 8.00-16.30 uur polikliniek KNO Hoofddorp (023) 890 77 40 • 's avonds, 's nachts en tijdens het weekeinde de afdeling spoedeisende hulp (023) 890 75 20 Algemene adresgegevens Spaarne Ziekenhuis: Algemeen nummer: (023) 890 89 00 Locatie Hoofddorp Postadres: Postbus 770, 2130 AT Spaarnepoort 1, 2134 TM Hoofddorp Hoofddorp Alle voorzieningen Internet: www.spaarneziekenhuis.nl Locatie Heemstede E-mail:
[email protected] Händellaan 2A, 2102 CW Heemstede Dagbehandeling en poliklinieken Illustraties: website www.kno-care.nl © Spaarne Ziekenhuis | eindredactie: Patiëntenvoorlichting | Foldernummer 190.538W/318927 | juli 2011
Trommelvliesbuisjes | pagina 7