Het plaatsen van trommelvliesbuisjes (bij kinderen)
Inleiding Het is uzelf, de schoolarts en/of het onderwijzend personeel opgevallen dat uw kind niet goed hoort. Uw huisarts heeft u daarom verwezen naar een keel-neus-oor (KNO)-arts voor een gehooronderzoek. Daaruit kwam naar voren dat het minder goed horen waarschijnlijk een gevolg is van het niet goed functioneren van de buis van Eustachius. Deze buis vormt de verbinding tussen de neus-keelholte en het oor. Als deze buis geheel of gedeeltelijk is afgesloten, hoopt zich vocht op in de trommelholte, waardoor de werking van het trommelvlies en de gehoorbeentjes vermindert. Dit heeft tot gevolg dat uw kind minder hoort. Een oorzaak voor het niet goed werken van de buis van Eustachius kan zijn een vergrote neusamandel, een bijholteontsteking of een allergie. Als na behandeling van deze oorzaken het gehoor nog niet verbetert, kan de KNO-arts voorstellen zogenoemde trommelvliesbuisjes in het oor te plaatsen. In overleg met u heeft de KNO-arts besloten bij uw kind trommelvliesbuisjes te plaatsen. In deze folder kunt u lezen wat dat inhoudt, hoe de gang van zaken rond deze ingreep is en vindt u ook informatie over de periode na de ingreep. Plaatsen van trommelvliesbuisjes Nadat de KNO-arts het vocht uit het middenoor heeft gezogen, plaatst hij een heel klein buisje in het trommelvlies. Dit buisje vormt dan de directe verbinding tussen de buitenlucht en het middenoor (zie afbeelding).
2
1 4 7 10
- schedel - trommelvlies - aambeeld – slakkenhuis
2 5 8 11
- gehoorgang - ovaal venster - stijgbeugel - gehoorzenuw
3 6 9 12
- oorschelp - hamer - labyrinth - buis van Eustachius
Het buisje groeit na verloop van tijd vanzelf uit het trommelvlies en komt dan via de gehoorgang naar buiten: de opening in het trommelvlies sluit zich spontaan. In het algemeen heeft de functie van de buis van Eustachius zich intussen hersteld. Voorbereiding thuis Het is aan te bevelen uw kind thuis op een aantal zaken voor te bereiden. Het volgende is hierbij van belang: • medicijngebruik Wanneer uw kind dagelijks medicijnen moet innemen, overlegt u dan van te voren met de KNO-arts of uw kind deze voor de ingreep kan blijven gebruiken. • eten en drinken De assistente van de KNO-arts heeft voor uw kind een afspraak gepland op het anesthesiespreekuur. Hier krijgt u 3
onder andere informatie over wat uw kind wel en niet mag eten voorafgaand aan de operatie. In verband met de narcose is het belangrijk dat uw kind de afspraken die zijn gemaakt tijdens het anesthesiespreekuur, over eten en drinken opvolgt! • bij ziekte kan de ingreep niet doorgaan Wanneer uw zoon of dochter kort voor de ingreep ziek is of koorts heeft (temperatuur boven 38°C), vragen wij u dringend op werkdagen contact op te nemen met de assistente van de KNO-arts: tel. 0596 - 644 552. Dit vragen wij u ook indien in een periode van drie weken voor de ingreep in de directe omgeving van uw zoon of dochter, zoals uw gezin, op school of bij vriendjes, sprake is van een kinderziekte. In overleg wordt nagegaan of de ingreep kan doorgaan. • wat neemt u mee? Denkt u er aan het volgende mee te nemen: - ponsplaatje - schone pyjama en schoon ondergoed - pantoffels of sokken - speelgoed (bv. knuffel of auto), voorleesboek - medicijnen die uw kind dagelijks gebruikt. • hoe bereidt u uw kind voor? Het is belangrijk dat u uw zoon/dochter goed voorbereidt op de ingreep. Als u van tevoren duidelijk en eerlijk uitlegt wat er gaat gebeuren, zal uw kind de ingreep als minder akelig ervaren en deze sneller kunnen verwerken. U kunt vertellen dat het van het plaatsen van de trommelvliesbuisjes zelf niets voelt. Het is verstandig wel te vertellen dat het zich na de ingreep wat misselijk kan voelen als gevolg van de narcose, en dat er soms wat bloed of vocht uit het oor kan komen en het kan oorpijn hebben. Peuters en kleuters kunt u beter niet te lang van tevoren inlichten: zij hebben vaak nog geen idee van tijd. Het is mogelijk om samen met uw kind vooraf een kijkje te nemen op de afdeling Kinderdagverpleging. U kunt 4
hiervoor een afspraak maken: telefoon 0596 - 644 411. Dit wordt dan gepland op een woensdagmiddag om 13.30 uur. In het ziekenhuis Op de dag van de ingreep meldt u zich met uw zoon/dochter bij de receptie van het ziekenhuis. De receptionist zal u vervolgens wijzen waar u even kunt plaatsnemen. Een van de verpleegkundigen zal uw kind en u vervolgens ophalen en naar de dagopname kamer op de afdeling Kinderdagverpleging brengen. Deze verpleegkundige begeleidt de kinderen de rest van de ochtend. Als uw kind zijn pyjama heeft aangetrokken, zal de verpleegkundige de temperatuur opnemen. Als mocht blijken dat uw zoon/dochter verhoging heeft, zal de verpleegkundige contact opnemen met de KNO-arts over het al of niet kunnen doorgaan van de ingreep. Is er geen sprake van verhoging dan krijgt uw kind een zetpil als voorbereiding op de narcose: de verpleegkundige overlegt met u wie van u beiden de zetpil geven zal. • narcose Als het tijd is, brengt de verpleegkundige uw zoon/dochter naar de operatieafdeling en draagt de zorg voor uw kind over aan een operatieassistent. De verpleegkundige gaat daarna terug naar de kinderafdeling. Uw kind wordt naar de operatiekamer gebracht en komt hier op de operatietafel te liggen. Vervolgens brengt de anesthesist uw zoon/dochter in slaap. Daarbij draaien kinderen soms wat met de ogen of zwaaien ze met de armen en benen. U kunt meegaan naar de operatiekamer en bij het in slaap brengen aanwezig zijn. U moet op de operatieafdeling een speciale muts op en een overal en sloffen aan. Als uw zoon/dochter in slaap is, vraagt men u in een ruimte vlakbij de uitslaapkamer te wachten. U kunt ook teruggaan naar de afdeling Kinderdagverpleging. De ingreep duurt ongeveer 15 minuten.
5
• na de ingreep Na de ingreep gaat uw zoon/dochter naar de uitslaapkamer. Als het hier bijgekomen is uit de narcose, wordt de afdeling Kinderdagverpleging gebeld en komt de verpleegkundige uw kind ophalen van de uitslaapkamer. Als uw kind terug is op de afdeling Kinderdagverpleging zal het hier nog korte tijd blijven. Soms komt er wat bloed of vocht uit het oor. Bij het wakker worden huilen de kinderen soms. De verpleegkundige komt af en toe kijken en vragen hoe uw kind zich voelt. Als het erge pijn heeft of zich misselijk voelt, kan de verpleegkundige na overleg met de arts hiervoor een zetpil of een drankje geven. Wanneer uw kind helemaal wakker is, mag het een glas water drinken en daarna als het wil, limonade of vruchtensap. • naar huis Als uw kind goed wakker is, weer speelt en praat, kan het weer naar huis: in het algemeen is dit in de loop van de ochtend. Wij adviseren het vervoer naar huis vooraf te regelen. Weer thuis Uw kind kan na de operatie nog wat pijn hebben. Ook oorpijn en keelpijn komt voor. U mag het hiervoor een zetpil (of tabletje) Paracetamol geven. In de bijsluiter staat de dosering. Het is mogelijk dat uw kind na de operatie schrikt van geluiden. Dit komt omdat het gehoor is verbeterd. Bij elke operatie is er een (kleine) kans op een nabloeding. Het is daarom beter om geen medicijnen te nemen die de bloedstolling nadelig beïnvloeden. Medicijnen die acetylsalicylzuur bevatten (zoals Aspirine) kunnen een nadelige invloed hebben op de bloedstolling. Paracetamol is een medicijn dat u bij pijn gerust kunt geven. Uw kind kan wat misselijk zijn van de narcose.
6
De eerste dagen na de operatie kan uw kind wat verhoging hebben. Een temperatuur tot 38.5°C is normaal. Na twee dagen moet de temperatuur weer normaal zijn. De eerste dagen na de operatie kan er wat vocht uit de oren lopen. Dit is normaal. We adviseren u om de eerste nacht een paar keer bij uw zoon of dochter te gaan kijken hoe het met hem of haar gaat. - mag uw kind in bad en douchen? Uw kind mag na de operatie wel in bad. Let u er goed op dat er geen water, zeep en/of shampoo in het oor komt. Als er verder geen problemen zijn, mag uw kind na een week weer douchen. - wanneer mag uw kind weer naar school? Laat uw kind het vandaag heel rustig aan doen. Het heeft namelijk narcose gehad en het kan hiervan nog wat slap zijn. Uw kind mag weer naar school zodra het zich goed voelt. - mag uw kind meteen weer sporten en spelen? Als er verder geen problemen zijn, mag uw kind na een week ook weer zwemmen. Uw kind hoeft geen oordopjes in met zwemmen, tenzij het dieper dan 1 meter gaat duiken. - wat mag uw kind na de operatie eten en drinken? Uw kind mag gewoon alles eten en drinken na de operatie. Controle Met u is een afspraak gemaakt voor een controle van de trommelvliesbuisjes door de KNO-arts. Als uit het oor waarin een trommelvliesbuisje is geplaatst, langer dan drie dagen oorvocht lekt, neemt u dan tussentijds contact op met de assistente van de KNO-arts: telefoon 0596 644 552. Ook na de controle afspraak is regelmatige controle van het gehoor en de trommelvliesbuisjes door de KNO-arts wenselijk. Soms blijkt het nodig te zijn na verloop van tijd nogmaals buisjes te plaatsen, omdat de buis van Eustachius zich niet 7
voldoende/goed hersteld heeft. Een heroperatie is dan nodig om ernstiger gehoorverlies te voorkomen. Vragen Als u vragen hebt over de operatie, kunt u altijd contact opnemen met de polikliniek KNO, telefoon 0596 - 644 552. De eerste 24 uur na de operatie kunt u op werkdagen tussen 07.30-17.00 uur de afdeling Kinderdagverpleging bellen, telefoonnummer 0596 – 644 411 of 416. ‘s Avonds en ’s nachts kunt u contact opnemen met de receptie van het ziekenhuis, telefoonnummer 0596 – 644 444. U wordt dan doorverbonden met de dienstdoende arts. Heeft u na deze 24 uur vragen, dan moet u contact opnemen met de (dienstdoende) huisarts.
Ommelander Ziekenhuis Groep, locatie Delfzicht Jachtlaan 50 - 9934 JD Delfzijl Postbus 30.000 - 9930 RA Delfzijl Telefoon 0596 - 644 444 E-mail:
[email protected] Web: www.ozg.eu
(06.10-119) © OZG, locatie Delfzicht 8