Training van het positiespel Voorwoord In de wedstrijd gaat het om het maken van de juiste keuze. Het creëren van de technische mogelijkheden door techniek training is de eerste fase in het trainingsproces. Helaas blijft een training van een hockeyteam te vaak beperkt tot het uitvoeren van deze technische vaardigheden in sjabloonvorm. En achteraf een “lekker” partijtje, waarbij we soms tactische aspecten behandelen. Hierdoor lijken techniek en tactiek twee aparte zaken te zijn. Hieronder doe ik een poging om juist in de training doelgericht en stap-voor-stap te werken aan: technisch-tactische aspecten (b.v. welke techniek gebruik ik in een specifieke spelsituatie) spelkeuzes van spelers (tactisch-technische aspecten zoals vrijlopen en positie kiezen) het bevorderen van samenwerkingsverbanden in aanvallend en verdedigend opzicht. In de onderstaande training, heb ik gekozen om te werken met alleen positiespelen en spelvormen. De leerdoelen zelf zitten verweven in de activiteiten zelf. Opdrachten en accenten geven een extra aandachtspunt, waardoor men al spelend tot oplossingen kan komen. Let wel dat de technische voorwaarden naar behoren aanwezig moeten zijn. Per instructiemoment probeer ik me zoveel mogelijk te beperken tot één compliment, een enkel accent en een vervolgopdracht (sandwich-model). In het onderstaande verslag geef ik veel mogelijkheden voor het geven van accenten; in de daadwerkelijke training heb ik me juist beperkt tot het geven van een enkele focus. Het is de opgave van de trainer om het instructiemoment zo eenduidig mogelijk te houden; dus het compliment te koppelen aan het accent en de vervolgopdracht. Veel misverstanden op tactische gebied ontstaan doordat het begrippen kader niet op gelijke wijze wordt geïnterpreteerd. Hierdoor kan er veel amateuristische, ongenuanceerde beeldvorming ontstaan. Ik doe een poging om twee begrippen, weliswaar summier, toe te lichten.
hockeytraining
HEREN MHCZ
27 maart 2012
doelstellingen van deze training
aangepaste technische acties tijdens het spelen van een overtal vrijlopen / loopwegen zowel aanvallend als verdedigend o timing / richting o principes: groot in balbezit en klein in niet-balbezit o tijdens het omschakelen zelf verdedigend: de juiste keuze maken in de samenwerking
Het aantal spelers tijdens deze training wisselde. Bij een training met een normale bezetting van 12 tot 16 spelers zullen extra oefensituaties moeten worden geboden. Ik ga daar verder niet op in. Het veranderen van aantallen in de hier gekozen oefensituaties heeft essentiële consequenties voor doelstellingen, grootte van het veld, tactische aspecten, enz.. Ook dit laat ik buiten beschouwing.
copyright: Peter Bennis
oefensituatie 1 Zie figuur 1 Spelvorm en positiespel (3+1) – 3 met één kameleon, die steeds bij de balbezitters meedoet bewuste keuze voor een ruim veld (tussen middellijn en 23m-lijn)
figuur 1
oefensituatie 1
opdracht A: oefensituatie 1
(3+1) – 3
kwart veld
balbezit houden
zo lang mogelijk balbezit houden kameleon wisselt met balbezit mee
ervaringen en accenten:
ongericht (zonder doeltjes) en de grootte van het veld, geeft: o speelruimte ( fysieke belasting ) o handelingsruimte ( technische “rust” ) o tactische overzichtelijkheid copyright: Peter Bennis
techniek essentieel om overzicht te houden o complimenten voor technisch aangepaste keuze
opdracht B: oefensituatie 1
5x overspelen
trainer begeleid en telt hardop bal afpakken en samenspelen = andere partij balbezit evt. extra regel: passes over minder als 5m tellen niet (mogen wel / trainer bepaald)
ervaringen en accenten:
technisch-tactische aspecten o “open” aannemen (met de rug naar de zijlijnen) o “gesloten” aannemen (wanneer?) o snelheid / vertragen (tijd/ruimte aspecten) de principes van vrijlopen zijn effectief en duidelijk, maar complex en soms duaal o het groot maken van het veld o outside passes (vrijlopen aan/naar de buitenkant) o diagonaalpass: risicovol, maar soms zeer efficiënt o aanbieden voor meerdere afspeelmogelijkheden over een grote “speelhoek”)* o passlengte groot / voor je tegenstander komen o vrije / gedekte ruimte samenwerkingspatronen (positie / loopwegen / reactie op tegenstander)
opdracht C: oefensituatie 1
met extra regels
passes over minder als 5m tellen niet (mogen wel / trainer bepaald) passes heen en terug tellen niet (mogen wel)
ervaringen en accenten:
technisch de tactische opties mogelijk maken: open aanname, juiste balpositie, enz. verdedigend in ondertal o zonedekking (midden dicht) o balbezitter onder druk (uitlokken tot het maken van fouten) o probeer de tegenstander vast te zetten in een hoek
copyright: Peter Bennis
oefensituatie 2 Zie figuur 2 Spelvorm en positiespel (3+1) – 3 met één kameleon bij balbezitters nu een iets kleiner veld en 4 doeltjes (tussen middellijn en 23m-lijn - 10m van de zijlijn)
figuur 2
oefensituatie 2
opdracht A: oefensituatie 2
(3+1) – 3 met 4 doeltjes
3x overspelen + scoren
3x overspelen en daarna scoren in één van de 4 doeltjes nu met: 4x / 5x overspelen evt. extra regels b.v.3x raken (niet toegepast in deze training en veel moeilijker)
ervaringen en accenten:
het “ongerichte veld” geeft nog steeds goede mogelijkheden om het overtal uit te spelen spelverplaatsingen met daarna korte combinaties in de ontstane vrije ruimte copyright: Peter Bennis
opdracht B: oefensituatie 2
3x overspelen en aanvallen
3x overspelen en daarna scoren in één van de 2 doeltjes “gericht” veld! (aanvallen op 2 doeltjes en verdedigen op 2 doeltjes)
ervaringen en accenten:
richting geeft andere betekenis aan de ruimte !! 3x overspelen: het wordt makkelijker om in de achterste linie met minder druk rond te spelen; immers de verdediging richt zich meer (en terecht) op verdedigen op de eigen helft de positie van de kameleon bij omschakelen is soms zeer bepalend
opdracht C: oefensituatie 2
partijspel 3x raken
nu met 4 – 4 en 3x raken (1:aannemen, 2:controleren, 3:spelen; trainer bepaald!!) let op: de opdracht 3x overspelen vervalt!
ervaringen en accenten:
lastiger vanwege de beperkte mogelijkheden van de balbezitter oplossingen liggen bij de niet-balbezitter !!!: vrijlopen en aanbieden o groot maken en outside passes en op het juiste moment voor je man komen o “guard” is belangrijk o anticiperen op tegenstander (vrije passlijnen en gaten) o 1-2 combinaties maken of heen en weer spelen verdedigend samenwerken o verantwoordelijkheid voor eigen man o keuze mandekking / zonedekking / rugdekking / passdekking o balbezitter onder druk zetten vanuit compacte situatie omschakelen o terugschakelen: van aanvallen naar verdedigen o turnover of opschakelen: van verdedigen naar aanvallen
copyright: Peter Bennis
oefensituatie 3 Zie figuur 3 positiespel 5 – 3(+K) met “verboden” vak
figuur 3
opdracht A: oefensituatie 3
oefensituatie 3
vleugelaanval 5 – 3(+K)
uitspelen overtal 5 – 3 in een vleugelaanval
verplicht: eerste pass achteruit naar links of rechts middenveld daarna vrije aanvalsopbouw buiten “verboden” vak om evt. aanpassen start positie van de verdediger, die bij middellijn vandaan komt wisselen (evt.: resultaat bijhouden en resultaat gericht wisselen) extra: tijdslimiet (b.v. aanval binnen 10 – 15 seconden)
ervaringen en accenten:
na pass achteruit tempo maken = diepte benutten en creëren o middenvelder direct tempo maken en voorwaarts gericht copyright: Peter Bennis
o
buitenspeler (balkant) maakt ruimte groot d.m.v. aanbieden voor outside pass let op: laat de verdediger niet in de passlijn komen! maak het zo breed dat de verdediger moet kiezen! outside-pass zo mogelijk inside (= open) aannemen diepte door midden-spits naar “T-positie”)** andere vleugel trekt (min-of-meer) naar binnen: na diep direct breed of scoringsposities kop / strafbalstip / tip-in tweede paal andere middenvelder (helpkant) eerst breed / daarna aansluiting en evt. guard-positie (backingup) innemen als verdedigers (in ondertal) nu mandekking spelen kunnen de aanvallers prima de verdediging uit elkaar trekken als de verdediging zonedekking speelt kunnen de aanvallers prima buitenom spelen en gaan zoeken naar de beste aanvalsmogelijkheden aanvallend: innemen van de aanvallend sleutelposities in en rond de cirkel o bezetten van scoringsposities verdedigend: vanuit een compact centrum de balbezitter onder druk zetten o let op dat bij enkelvoudige mandekking aan de aanvallers de mogelijkheid wordt geboden dat de aanvallende sleutelposities open en onverdedigd kunnen komen!!
speelhoek )* dit is voor mij, de hoek vanuit de balbezitter tussen de uiterste afspeelmogelijkheden uitgelegd in een 3 – 1 situatie is het belangrijk dat de balbezitter een grote afspeelhoek wordt geboden, doordat de beide aanbiedende medespelers links en rechts ruimte creëren de afspeelhoek behoort ook voor de balbezitter technisch haalbaar te zijn d.w.z. dreigen naar rechts en spelen naar links of andersom
T-positie )** hiermee bedoel ik, een aanvallende positie bij de achterlijn aanspeelpunt bij achterlijn liefst binnen de cirkel grote speelhoek waardoor bij een vleugelaanval (positiespel) een optimale diepte wordt gecreëerd een assist vanaf deze posities kan verwerkt worden met het front naar het doel!
copyright: Peter Bennis
spelsituatie 4 zie figuur 4 partijspel 4 – 4(+K)
figuur 4
partijspel 4 – 4
oefensituatie 4
partijspel 4 – 4(+K)
met recht van aanval
4 – 4 in de cirkel t/m 23m-lijn recht van aanval wordt behaald buiten de streepjes (5m-lijn)
accenten en ervaringen:
wedstrijdsituatie rond de cirkel wordt vrij goed nagebootst vrij spelen (= teams strijden tegen elkaar) Tips eventueel terugkoppeling naar de situaties uit de training
copyright: Peter Bennis