Toelichting VLAREM-trein 2011

Toelichting VLAREM-trein 2011 Dierenbegraafplaatsen Mobiele breekinstallaties 2 & 6 februari 2012

LNE- Afdeling Milieuvergunningen Sabine Van Regenmortel

Dierenbegraafplaatsen 1. Wat?  Nieuwe subrubriek VLAREM I bijlage 1 Rubriek

Omschrijving en subrubrieken

Klasse Bemerkingen Coördinator

2.3.12

Dierenbegraafplaatsen 2

O,W

N

 Nieuwe afdeling 5.2.7 VLAREM II VLAREM-trein 2011: Dierenbegraafplaatsen – Mobiele breekinstallaties

Sabine Van Regenmortel

Dierenbegraafplaatsen 2. Waarom?  Europese Verordening 1069/2009 -

begraving gezelschapsdieren toegelaten

 Vlaams Gewest -

bevoegdheid

 Vóór Vlarem-trein: -

informele regeling

VLAREM-trein 2011: Dierenbegraafplaatsen – Mobiele breekinstallaties


Dierenbegraafplaatsen 2. Waarom?  Analyse en voorstel met betrekking tot de juridische en milieuhygiënische inpassing van dierenbegraafplaatsen in Vlaanderen, 2010, OVAM -

-

Doel: uitbating dierenbegraafplaatsen met minimale milieuhinder en maximale bescherming volksgezondheid Middel: beleidsmatige analyse + risicoanalyse Resultaat: Vlarem rubriek + voorwaarden



Dierenbegraafplaatsen 3. Indeling VLAREM I bijlage 1  Subrubriek 2.3.12  Opslag en verwijdering van afvalstoffen  Dierenbegraafplaatsen • • •


klasse 2 advies: O, W milieucoördinator: N


Dierenbegraafplaatsen 4. Definities  Dierenbegraafplaats -

een plaats waar collectief krengen van gezelschapsdieren worden begraven

 Gezelschapsdieren -

alle dieren van soorten die gewoonlijk door de mens worden gevoed en gehouden, maar die niet gegeten worden, en die niet voor veeteelt gehouden worden

 Collectief begraven van krengen van gezelschapsdieren -

alle andere begravingen van krengen van gezelschapsdieren, dan de individuele begraving door de eigenaar van het kreng, in de eigen tuin



Dierenbegraafplaatsen 5. Sectorale voorwaarden Vlarem II:  Afdeling 5.2.7 -

-

Art. 5.2.7.1: rubriek 2.3.12 + toepassing VO Dierlijke Bijproducten (1069/2009) en uitvoerende VO (142/2011) Art. 5.2.7.2 • • • • • •

niet geschikte grond: (zware) klei, zeer droog, uiterst nat, zuurstofarm min. 60 cm boven gemiddeld hoogste grondwaterstand niet in beschermingszone grondwaterwinningsgebied geen weegbrug geen uithangbord geen omheining 2m



Dierenbegraafplaatsen 5. Sectorale voorwaarden Vlarem II:  Afdeling 5.2.7 -

Art. 5.2.7.3: • • • • • • • • • •

verwijderen batterij implantaat geen balseming of thanatopraxie krengomhulsel geen toxische of niet biologisch afbreekbare stoffen min 60 cm afstand max 3 krengen boven elkaar (min 30 cm grond tussen) min 65cm grond boven min 10 jaar verwijdering/verwerking resten: exploitant stopzetting: min 10 jaar in zelfde staat melden aan vergunningverlener



Mobiele breekinstallaties 1. Wat?  Nieuwe subrubriek VLAREM I bijlage 1 Rubriek

Omschrijving en subrubrieken

Klasse

2.2.2.h)

afvalstoffen afkomstig van één specifiek bouw- en 3 sloopwerf of wegenwerk, waarbij minstens 50% van de stoffen na behandeling nuttig worden aangewend op de plaats van ontstaan, waarbij de inrichting niet langer dan één jaar in exploitatie zal zijn en waarbij de inrichting zich op maximaal 1.000m van het wegenwerk bevindt of ter plaatse (op het perceel zelf of op een aangrenzend perceel) van de bouw- en sloopwerf

 Nieuwe subafdeling 5.2.2.4.bis VLAREM II VLAREM-trein 2011: Dierenbegraafplaatsen – Mobiele breekinstallaties


Mobiele breekinstallaties 2. Waarom?  ‘Mobiele’ breekinstallaties - beperkte tijd - nabij werf

 Vergunningsprocedure -

te lange doorlooptijd



Mobiele breekinstallaties 3. Indeling VLAREM I bijlage 1  Subrubriek 2.2.2.h  Opslag en nuttige toepassing  Opslag en mechanische behandeling • •

• • • VLAREM-trein 2011: Dierenbegraafplaatsen – Mobiele breekinstallaties

max 1.000m afstand wegenwerk ter plaatse of aangrenzend perceel bouw- en sloopwerk 50% gebruik ter plaatse max 1 jaar klasse 3


Mobiele breekinstallaties 4. Sectorale voorwaarden Vlarem II: -

Art. 5.2.1.1: algemene bepalingen niet van toepassing

 Subafdeling 5.2.2.4bis - Art. 5.2.2.4bis1: rubriek 2.2.2,h) - Art. 5.2.2.4bis2: •

• •

-

afvalstoffen van specifieke bouw- en sloopwerf of wegenwerk hoeveelheid inert – niet teerhoudend afsfalt: OK

Art. 5.2.2.4bis3: • • • •

opslag sorteren en voorbereidende mechanische behandeling breken zeven



Mobiele breekinstallaties 4. Sectorale voorwaarden Vlarem II:  Subafdeling 5.2.2.4bis -

Art. 5.2.2.4bis4: • •

-

Art. 5.2.2.4bis5: • • •

-

ter plaatse, aangrenzend perceel bouw- en sloopwerf max. 1.000 m wegenwerk opslag max. 1 jaar verwerking max. 60 werkdagen geen verlenging

Art. 5.2.2.4bis6: •

aanvoer, verwerking, afvoer: weekdagen 7u-19u

- Art. 5.2.2.4bis7: • •

afsluiting toegang rollend materieel onmogelijk




Art. 5.2.2.4bis8: •

-

uithangbord

Art. 5.2.2.4bis9: • • •

geluid: afdeling 4.5.5 overdag: richtwaarde bijlage 4.5.4 Vlarem II + 20 dB(A) stiltebehoevende instellingen: afdeling 4.5.5

4.5.5




Art. 5.2.2.4bis10: • • • • • • • • • • •

gegevens voor aanvang register vlakke verharde bodem gedeelte niet nuttig aangewend: regelmatige afvoer geijkte weeginstallatie met automatische registratie verantwoordelijke persoon stofhinder voorkomen trillingen voorkomen webgebaseerd informatiesysteem gelinkt aan gpssysteem Locatie, operationaliteit: centrale databank 30 dagen na beëindiging: schoonmaken terrein



Waarom moet Minoes begraven worden papa? Wel zoon euh…het is zo dat euh…er dan een grote Minoes-boom kan groeien en die brengt je meer euh… katten!



Toelichting VLAREM-trein 2011

Recommend Documents