Toelatingsbeleid mbo toelating voor schooljaar 2015-2016
Opsteller: Afdeling K&O Vastgesteld door DR: 15 december 2014 Versie: 1.1
Toelatingsbeleid mbo Clusius College Schooljaar 2015-2016
Inhoudsopgave 1
Inleiding .......................................................................................................................... 3
2
Toelating – algemene eisen ............................................................................................ 4 2.1 Toelating in relatie tot de vooropleiding..................................................................... 4 2.2 Taal en rekenen........................................................................................................ 4 2.3 Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) ....................................................................... 4 2.4 Beroepsopleidende leerweg (BOL) ........................................................................... 5 2.5 Bekostigingsjaren ..................................................................................................... 5 2.6 Havisten ................................................................................................................... 5 2.7 Stapelen ................................................................................................................... 5 2.8 Entreeopleiding......................................................................................................... 6 2.9 Toelatingsonderzoek ................................................................................................ 6 2.10 Schoolondersteuningsprofiel ................................................................................... 6
3
Opleidingsspecifieke toelatingseisen .............................................................................. 7
4
Toelatingsprocedure ....................................................................................................... 7 4.1 Aanmelding .............................................................................................................. 7 4.2 Intake ....................................................................................................................... 8 4.3 Inschrijving / Studieadvies / Klacht............................................................................ 9 4.4 Plaatsing..................................................................................................................10
Versie 1.1
Pagina 2 van 10
Toelatingsbeleid mbo Clusius College Schooljaar 2015-2016
1
Inleiding
Het toelatingsbeleid van het Clusius College is er op gericht een potentiële student in de voor hem/haar meest geschikte en haalbare opleiding te plaatsen. Het Clusius College streeft naar een zorgvuldig toelatingsbeleid. Dit betekent dat de toelatingsprocedure is vastgelegd en zowel de potentiële student als de intakers goed op de hoogte zijn van de procedure en daarbij horende criteria. De intakers voeren de procedure vervolgens consistent uit. Waar in dit document het woord ‘student’ wordt gebruikt, wordt de potentiële student van het Clusius College mbo bedoeld. Het doel van ons toelatingsbeleid is: 1. de potentiële student te begeleiden bij zijn opleidings- en beroepskeuze; 2. informeren van de potentiële student en diens wettelijk vertegenwoordiger. Het geeft inzicht in de voorwaarden die de wet en het Clusius College stellen aan de toelating tot een opleiding; 3. handvatten voor medewerkers van het Clusius College die betrokken zijn bij de intake en plaatsing van studenten; 4. verhoging rendement. Voortijdige schooluitval wordt teruggedrongen omdat tijdens de intake wordt ingeschat of de potentiële student een realistische kans maakt op het diploma. Het Clusius College kent algemene toelatingseisen, die gelden voor alle opleidingen en opleidingsspecifieke toelatingseisen. De specifieke opleidingseisen worden door het opleidingsteam opgesteld en vastgesteld door het bevoegd gezag. Dit toelatingsbeleid geldt voor de drie mbo-vestigingen van het Clusius College voor de toelating tot een opleiding voor schooljaar 2015-2016.
Versie 1.1
Pagina 3 van 10
Toelatingsbeleid mbo Clusius College Schooljaar 2015-2016
2
Toelating – algemene eisen
Het Clusius College heeft algemene toelatingseisen opgesteld. Deze toelatingseisen zijn gebaseerd op de WEB, de herziening mbo en op het besluit van het bevoegd gezag van het Clusius College. 2.1 Toelating in relatie tot de vooropleiding De toelating tot een mbo opleiding is afhankelijk van de vooropleiding. Dit is weergegeven in onderstaand schema. Mbo-opleiding
Niveau 4
Vooropleiding -
havo (minimaal recent overgangsbewijs van jaar 3 naar jaar 4) vmbo -Theoretische leerweg vmbo - Gemengde leerweg mbo - niveau 3
- vmbo - Kaderberoepsgerichte leerweg, bij minimaal een zeven voor de rekentoets, Nederlands en Engels en een positieve intake1. Niveau 3
- vmbo - Kaderberoepsgerichte leerweg - mbo - niveau 2 of vergelijkbaar
Niveau 2
- vmbo - Basisberoepsgerichte leerweg - leerwerktraject
Entreeopleiding
- zonder diploma van het voortgezet onderwijs - praktijkschool
2.2 Taal en rekenen Het Clusius College hecht grote waarde aan het niveau van Nederlands, rekenen en Engels. Voor studenten op niveau 2, 3 en 4 maken Nederlands en rekenen en soms ook Engels immers deel uit van de diploma-eisen. Om deze reden wordt er gekeken naar de resultaten op deze onderdelen in de vooropleiding. Leerlingen uit de kaderberoepsgerichte leerweg zouden volgens de wet toegelaten kunnen worden tot niveau 4. Echter, met de invoering van het referentieniveau taal en rekenen is een ‘gat’ ontstaan. Leerlingen die het diploma vmbo-kl behalen, hoeven nog niet verplicht de rekentoets en een voldoende voor Nederlands te hebben behaald op niveau 2F. Wanneer deze studenten instromen op niveau 4 moeten zij in drie jaar tijd het niveau 3F eigen gemaakt hebben. Het gat tussen het in- en benodigde uitstroomniveau is dusdanig groot dat we voorzien dat het niveauverschil op deze onderdelen gedurende de opleiding niet te overbruggen is. Om voortijdige- en ongediplomeerde uitstroom te voorkomen voor deze groep is de volgende toelatingseis opgenomen: bij minimaal een zeven voor de rekentoets, Nederlands en Engels is plaatsing in niveau 4 mogelijk. 2.3 Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) Toelating tot een opleiding in de BBL vindt uitsluitend plaats wanneer verwacht wordt dat de student, in samenspraak met het opleidingsteam, een arbeidsovereenkomst en een praktijkovereenkomst aan kan gaan met een erkend leerbedrijf. De student neemt, in overleg met het opleidingsteam, het initiatief tot het sluiten van een arbeidsovereenkomst. In
1
Informatie over de positieve intake staat in hoofdstuk 4
Versie 1.1
Pagina 4 van 10
Toelatingsbeleid mbo Clusius College Schooljaar 2015-2016 bijzondere omstandigheden kan het opleidingsteam bemiddelen in het vinden van een geschikte opleidingsplaats op basis van een praktijkovereenkomst. Mocht de student op 1 december nog geen geschikte opleidingsplaats gevonden hebben, dan wordt de student geadviseerd over te stappen naar de beroeps opleidende leerweg (BOL). De praktijkovereenkomst, overeenkomst tussen student, Clusius en de werkgever, wordt gebaseerd op een 20-urige begeleiding in de week. Daarbij gaat de student één dag in de week naar school en vindt er zelfstudie plaats. In de BBL worden minder uren onderwijs op school aangeboden in vergelijking met dezelfde opleiding in de BOL. Hierdoor wordt extra gekeken naar het niveau van taal en rekenen van de student en het gewenst eindniveau bij diplomeren. Bij een te laag niveau wordt van de student ten aanzien van dit/deze onderdelen extra inspanning verwacht of wordt de student geadviseerd de opleiding in de BOL te volgen. 2.4 Beroepsopleidende leerweg (BOL) In de BOL volgt de student beroepspraktijkvorming (BPV) op een erkend leerbedrijf. Voor sommige opleidingen is het aantal plaatsen voor BPV beperkt. Om deze reden kan een opleiding maar een beperkt aantal studenten plaatsen. In de opleidingsspecifieke toelatingseisen is te lezen voor welke opleidingen dit geldt. 2.5 Bekostigingsjaren Bekostigingsjaren zijn geen criterium bij toelating. Indien een student bij plaatsing een tekort aan bekostigingsjaren heeft, wordt mogelijk een onderwijsovereenkomst gesloten waarin staat vermeld dat de opleidingskosten voor de student hoger worden vanaf het moment dat zijn bekostiging stopt. Of van deze mogelijkheid gebruik wordt gemaakt, mag niet alleen op het gegeven gebaseerd zijn dat de student zijn bekostigingsjaren heeft verbruikt of zal hebben verbruikt in de loop van de opleiding. De uitwerking hiervan wordt verder onderzocht. 2.6 Havisten Een havoleerling is toelaatbaar voor niveau 4 als de leerling minimaal een recent overgangsbewijs heeft van jaar 3 naar jaar 4. Uit onderzoek blijkt dat havoleerlingen eerder uitvallen op het mbo dan een vmbo-leerling. Om deze reden wordt in de intake extra aandacht besteed aan de beweegredenen van de student om voor een mbo-opleiding te kiezen. Het studierendement na vijf jaar van havisten is 67%. 33 % zit dus nog zonder diploma na 5 jaar mbo2. 2.7 Stapelen Wanneer studenten binnen het mbo doorstromen, van bijvoorbeeld niveau 2 naar niveau 3, noemen we dit ‘stapelen’. Een student stapelt opleidingen. Dit is mogelijk wanneer een student zich gedurende zijn opleiding ontwikkelt en laat zien dat hij een hoger niveau aankan. Wanneer het mogelijk is, wordt de student nog voor diplomeren ingeschreven op het hoger niveau. Zo haalt de student één diploma. Dit zorgt ervoor dat een student op een efficiënte wijze het mbo doorloopt. Tijdens de intake wordt bekeken op welk niveau een student toelaatbaar is. Op dat niveau start de student aan de opleiding. Op een lager niveau beginnen dan uit de intake is gebleken, is niet toegestaan.
2
Bron: De route van havo naar mbo: uitweg of omweg? ECBO 2010
Versie 1.1
Pagina 5 van 10
Toelatingsbeleid mbo Clusius College Schooljaar 2015-2016 2.8 Entreeopleiding De entreeopleiding is toegankelijk voor de student die niet aan de vooropleidingseisen voor mbo niveau 2, 3 of 4 voldoet en niet meer tot de doelgroep van het vo behoort (dus niet meer volledig leerplichtig is). Is de student al twee jaar ingeschreven in een entreeopleiding, dan wordt de student niet toegelaten. Voorafgaand aan de start van de opleiding worden er afspraken gemaakt met de student over de te behalen resultaten. Na vier maanden volgt een bindend studieadvies. Dit betekent dat bij een negatief studieadvies de student zijn opleiding moet beëindigen. Meer informatie over toelating tot de Entreeopleiding is te vinden in de brochure ‘Entree-opleiding’ en is te vinden op www.clusius.nl. 2.9 Toelatingsonderzoek Het uitgangspunt voor toelating tot een mbo niveau 2, 3 of 4 opleiding is dat elke student in het bezit is van een vo-diploma of recent havo overgangsbewijs (van jaar 3 naar jaar 4). Het komt in de praktijk echter voor dat een student dit niet heeft. In dit geval kan het Clusius College bij aanmelding voor een opleiding overgaan tot een toelatingsonderzoek. In het toelatingsonderzoek wordt onderzocht of de student toegelaten kan worden tot een niveau 2, 3 of 4 opleiding. Het is niet de bedoeling dat toelating via een toelatingsonderzoek een sluipweg wordt om geen vo-diploma te hoeven halen. Het Clusius kijkt dan ook eerst naar de mogelijkheid voor de student of deze als nog, via vavo, een vo-diploma kan behalen. Een toelatingsonderzoek omvat een: - AMN-test; - taal- en rekenniveautest; - persoonlijk gesprek; - advies van werkgever (indien potentiële student werkende is); - aanvullende opdracht (niet voor elke opleiding van toepassing). De uitkomst van de AMN-test geeft een beeld van de capaciteiten, persoonlijkheid, beroepsbeeld en motivatie van de student. De taal- en rekenniveautest is nodig om de inschatting te maken of de potentiële student tijdens de opleiding op niveau 2F (mbo 2 en 3) of niveau 3F (mbo 4) kan komen. In het persoonlijk gesprek wordt ingegaan op de resultaten uit de AMN-test, taal- en rekenniveautest, advies van de werkgever en eventuele aanvullende opdracht. Het toelatingsonderzoek wordt door twee intakers, medewerkers van het Clusius College, uitgevoerd. Indien er over de potentiële student een doorstroom/zorgdossier beschikbaar is, zal deze door de intakers ingezien worden. 2.10 Schoolondersteuningsprofiel Voor elke mbo-vestiging is een schoolondersteuningsprofiel opgesteld. Dit profiel is als het ware een foto van de stand van zaken van de ondersteuningsmogelijkheden binnen de vestiging. Dit ondersteuningsprofiel helpt de student, en zijn wettelijke vertegenwoordiger, bij het bepalen of het ondersteuningsniveau van de school past bij de behoefte. Het profiel geeft de intakers van het Clusius College de mogelijkheid om te bepalen of voldoende ondersteuning kan worden geboden aan de gevraagde behoefte. Het schoolondersteuningsprofiel is in te zien via http://www.clusius.nl/mbo/downloads/mbodownloads.aspx.
Versie 1.1
Pagina 6 van 10
Toelatingsbeleid mbo Clusius College Schooljaar 2015-2016
3
Opleidingsspecifieke toelatingseisen
Naast de algemeen geldende toelatingsregels, kent elke opleiding ook aanvullende plaatsingscriteria. Deze criteria zijn verwoord in de opleidingsspecifieke toelatingseisen welke gepubliceerd zijn op www.clusius.nl/mbo/aanmelden/toelatingseisen.aspx. Bijna elke opleiding kent specifieke toelatingseisen. De volgende informatie is hierin te vinden: Aanvullende opdracht; Wanneer het maken van een aanvullende opdracht als voorwaarde gesteld wordt bij toelating tot de opleiding, staat deze opdracht beschreven en waar dit op beoordeeld wordt. Een voorbeeld van een aanvullende opdracht is een motivatiebrief en een presentatie tijdens het intakegesprek. Competenties en vaardigheden; De competenties en vaardigheden zijn omschreven waarover de student al moet beschikken bij de aanvang van de opleiding. Ook wordt aangegeven wat uit de intaketest moet blijken. Aanvullende eisen; Indien de opleiding nog andere aanvullende eisen heeft, zijn deze omschreven. Een voorbeeld is het bezit van een trekkerrijbewijs of gewasbeschermingslicentie of dat de student een voldoende voor wiskunde moet hebben. Opleidingsplaatsen; Er wordt aangegeven bij hoeveel aanmeldingen met de opleiding wordt gestart en of er een minimum en maximum aantal opleidingsplaatsen zijn. Stageplaatsen; Er wordt aangegeven hoeveel stageplaatsen er beschikbaar zijn en welke inspanning van de opleiding en de student wordt verwacht bij het vinden van een stageplaats. Na het behalen van het diploma; De kans op werk en de vervolgopleidingen die goed aansluiten worden hier omschreven. Toelichting doorstromen naar het hbo: Heeft de student de intentie om na het mbo door te stromen naar het hbo? Dan is het van belang om goed te kijken voor welke hbo-opleiding de student toelaatbaar is met het betreffende niveau 4 diploma. Mbo’ers die aan een hogeschool willen doorstuderen moeten voortaan een hbo-opleiding kiezen die enigszins aansluit bij de opleiding die ze gevolgd hebben. Wil de student toch naar een hbo-opleiding die te weinig raakvlakken vertoont met het behaalde mbo-diploma, dan moet eerst bijscholing volgen. De opleiding specifieke toelatingseisen zijn per opleiding te vinden op www.clusius.nl. (mbo -> werelden -> opleidingen).
4
Toelatingsprocedure
In de toelatingsprocedure wordt gekeken naar de algemene toelatingseisen van het Clusius College en naar de specifieke toelatingseisen per opleiding. De toelatingsprocedure bestaat uit vier fases: 1) Aanmelding 2) Intake 3) Inschrijving / Studieadviesgesprek / Klacht 4) Plaatsing 4.1 Aanmelding De student meldt zich aan d.m.v. een ondertekend aanmeldingsformulier en een kopie van het ID-bewijs of een recent bewijs van inschrijving in het bevolkingsregister. De student ontvangt een schriftelijke bevestiging van de aanmelding. Mocht de student zich hebben aangemeld voor een opleiding waarvoor hij niet voldoet aan de vooropleidingseisen Versie 1.1
Pagina 7 van 10
Toelatingsbeleid mbo Clusius College Schooljaar 2015-2016 dan wordt met hem contact opgenomen zodat hij alsnog kan worden aangemeld voor een opleiding waarvoor hij wel voldoet wat betreft de vooropleidingseisen of wordt besloten over te gaan tot een toelatingsonderzoek. Na de aanmelding wordt de student uitgenodigd voor de intake. Wanneer een leerling/student van het Clusius College zich voor 1 april aanmeldt, heeft deze leerling/student voorrang bij de intake. Dit kan een Clusius vmbo-leerling zijn die na het behalen van het diploma een mbo-opleiding wilt gaan volgen of een Clusius mbo-student die na het behalen van het diploma een niveau hoger wilt gaan volgen binnen het Clusius College. Bij geschiktheid voor een opleiding krijgt de Clusius- leerling/student die zich voor 1 april heeft aangemeld, voorrang op plaatsing. 4.2 Intake Het doel van de intake is het leren kennen van de student en om samen een geschikte en haalbare opleiding te kiezen. Voor de intake gebruikt het Clusius College de volgende instrumenten: - Ingevuld digitaal doorstroomdossier - AMN- intaketest - Persoonlijk gesprek - Eventueel aanvullende opdracht Digitaal doorstroomdossier (DDD) Bij de overdracht van een vo- / po-leerling of zij-instromer aan het mbo, wordt het zogenaamde doorstroomdossier overhandigd aan het mbo. Dit dossier bevat alle gegevens die relevant zijn voor een goede doorstroom naar het middelbaar beroepsonderwijs. Via www.digitaaldoorstroomdossiers.nl maakt de student een DDD aan. De student vult een deel van het dossier in (deel A). Dit deel bestaat onder andere uit persoonsgegevens, aangevuld met informatie over de studieloopbaan en eventuele werkervaring. Ook de motivatie voor de aangemelde opleiding wordt hierin ingevuld. Vervolgens vult de mentor/decaan van de toeleverende school deel B in van DDD. De mentor geeft zijn advies over de keuze voor- en haalbaarheid van de opleiding waarvoor de student zich heeft aangemeld. Daarbij geeft de mentor antwoord op vragen over de ondersteunings-/begeleidingsbehoefte van de student. Ook is het mogelijk (indien aanwezig) het ontwikkelingsperspectiefplan (opp) van de student toe te voegen. Nadat het dossier door beiden is ingevuld wordt het digitaal aangeboden aan het Clusius College. Het Clusius gebruikt dit DDD als handvat bij de intake. Het DDD vervangt voor de intake voor schooljaar 2015-2016 het papieren inlichtingenformulier student en inlichtingenformulier decaan/mentor. AMN-intaketest De intaketest geeft inzicht in de capaciteiten en persoonlijkheid van een student. In de test worden vragen gesteld over de motivatie, sport / vrije tijd / hobby’s, (werk)ervaring, thuissituatie, gezondheid, begeleiding, emotie, gedrag en competenties. De test geeft advies over de gewenste begeleidingsstijl en is gekoppeld aan competenties, waardoor eenvoudig is af te lezen voor welke competenties de student meer of minder aanleg heeft. Deze test wordt, voorafgaand aan een persoonlijk gesprek, door elke student gemaakt.
Versie 1.1
Pagina 8 van 10
Toelatingsbeleid mbo Clusius College Schooljaar 2015-2016 Persoonlijk gesprek Een persoonlijk gesprek vindt plaats met twee personen van het Clusius College, de intakers. De student gaat met de intakers in gesprek over het digitaal doorstroomdossier, de resultaten van de intaketest, eventueel de aanvullende opdracht en de opleiding specifieke toelatingseisen. Ook persoonlijk relevante omstandigheden en het vervolg van de toelatingsprocedure komen aan bod. (Eventueel) aanvullende opdracht In de opleidingsspecifieke toelatingseisen staat beschreven of een aanvullende opdracht onderdeel uitmaakt van de toelatingsprocedure voor de betreffende opleiding. In een aanvullende opdracht heeft de potentiële student de mogelijkheid te laten zien wat zijn motivatie is voor de opleiding/beroep en/of hoe hij één of meer vaardigheden al beheerst. Positieve intake In de algemene toelatingseisen staat dat de student kan worden toegelaten tot een opleiding bij een ‘positieve intake’. Dit betekent dat de intakers na het persoonlijk gesprek, een positief plaatsingsadvies geven over de toelating tot de opleiding. De teamleider besluit over de toelating van de student. Bij toelating tot de aangemelde opleiding ontvangt de student hiervan een schriftelijke bevestiging. Is er onzekerheid over het toelaten van een student, dan wordt contact opgenomen met de student en de toeleverende school. De verdere procedure wordt dan besproken. Mogelijk wordt de intake verlengd en wordt een tweede gesprek ingepland waarbij een andere intaker in gesprek gaat met de student en mogelijk zijn vertegenwoordiger. De student kan geadviseerd worden op een ander niveau de opleiding te starten, een andere opleiding binnen het Clusius College te gaan volgen of te kiezen voor onderwijs bij een andere onderwijsinstelling. Negatief plaatsingsadvies Blijkt uit de (verlengde) intake dat de student niet gemotiveerd is voor de opleiding, een verkeerd beeld heeft van de beroepsmogelijkheden, niet voldoet aan de toelatingseisen of om een andere reden geen positief advies krijgt, dan wordt een negatief plaatsingsadvies geformuleerd door de intakers. Dit advies wordt met de teamleider besproken. Vervolgens wordt besloten of de student het advies krijgt om een andere opleiding te gaan volgen of dat de student wordt geweigerd voor de aangemelde opleiding. In beide gevallen ontvangt de student hiervan schriftelijk de reden. 4.3 Inschrijving / Studieadvies / Klacht Het Clusius College informeert de laatste school van de student over aanname of afwijzing van de student of de plaatsing op een wachtlijst. Inschrijving Na een positieve intake volgt de inschrijving. De student en de vestigingsdirecteur van de betreffende vestiging ondertekenen de onderwijsovereenkomst (OOK). Bij minderjarigheid van de student tekent ook de wettelijk vertegenwoordiger mee. In de OOK worden afspraken vastgelegd waar zowel het Clusius College als de student zich aan moeten houden. Er staan afspraken in over o.a. de inspanningsverplichting, ziekte en afwezigheid, financiële verplichtingen en aansprakelijkheid. Bijlage bij de OOK Als uit de intake blijkt dat voor het doorlopen van de opleiding maatwerkafspraken tussen student en Clusius College nodig zijn, worden deze vastgelegd in een bijlage bij de onderwijsovereenkomst (OOK). Deze afspraken hebben betrekking op: studievoortgang, extra ondersteuning in het kader van de Wet Passend Onderwijs, aanwezigheid, op tijd
Versie 1.1
Pagina 9 van 10
Toelatingsbeleid mbo Clusius College Schooljaar 2015-2016 komen, vrijstellingen, nog te behalen studiepunten, het maken van (extra) opdrachten en andere zaken waarbij extra individuele afspraken wenselijk zijn. Wanneer de student met een negatief advies toch de betreffende opleiding wilt gaan volgen, wordt deze student ingeschreven. Bij de inschrijving worden duidelijke afspraken gemaakt en beschreven in de bijlage bij de OOK over de te behalen resultaten in bijvoorbeeld de eerste vier maanden van de opleiding. Gedurende de opleiding wordt goed in de gaten gehouden of de student voldoet aan de gemaakte afspraken en of hij de opleiding kan continueren. Studieadvies Indien de student een negatief plaatsingsadvies heeft gekregen, wordt dit in een brief aan de student gecommuniceerd. Hierin wordt de student ook uitgenodigd voor een studieadviesgesprek. De student kan ervoor kiezen op deze uitnodiging in te gaan. In een studieadviesgesprek wordt samen met de student, en mogelijk zijn wettelijk vertegenwoordiger gekeken naar een passende opleiding. Een beroepskeuzetest kan onderdeel uitmaken van dit adviesgesprek. Het adviesgesprek zal in eerste plaats gericht zijn op het vinden van een geschikte opleiding binnen het Clusius College. Mocht uit de beroepskeuzetest en het gesprek blijken dat een opleiding buiten het Clusius College beter past, dan zal het advies gegeven worden zich bij de betreffende onderwijsinstelling aan te melden. Het Clusius College zal waar nodig bemiddelen. Klacht Wanneer een student het niet eens is met de afwijzing kan hij een klacht indienen. Hierbij kan hij gebruik maken van het klachtenformulier. In de ‘regeling klachten van zakelijke aard Clusius College’ staat beschreven hoe de klacht ingediend kan worden en bij wie. Deze regeling en het Klachtenformulier voor een schriftelijke klacht is te vinden op www.clusius.nl. 4.4 Plaatsing De informatie die tijdens de intake over de student is verzameld, wordt gebruikt voor de plaatsing en begeleiding van de student. Elke student krijgt een mentor toegewezen die de voortgang bijhoudt en bespreekt met de student. Wanneer de student extra begeleiding of zorg nodig heeft, wordt de student in contact gebracht met het zorgteam. Het zorgteam bestaat uit een zorgcoördinator en zorg- of studentbegeleiders. Zij inventariseren de zorgbehoefte, bieden zorg aan studenten en adviseren hen en hun wettelijk vertegenwoordiger bij zorgvragen. Het zorgteam werkt samen met externen om zo goed mogelijk zorg te kunnen bieden. Samen vormen zij het Zorg en Advies Team (ZAT).
Versie 1.1
Pagina 10 van 10