INTEGRATED PACKAGE AERONAUTICAL INFORMATION CIRCULAR SERIES B
THE NETHERLANDS
AIC-B
AIR TRAFFIC CONTROL THE NETHERLANDS AERONAUTICAL INFORMATION SERVICE P.O. Box 75200, 1117 ZT Schiphol Airport
16/02 08 DEC 05
REVISED ONDERHOUD IN HET BUITENLAND MAINTENANCE ABROAD
1.
INLEIDING
English summary:
Deze AIC-B geeft (achtergrond) informatie over de invloed van de introductie van de ‘European Aviation Safety Agency’ (EASA) op onderhoud in het buitenland aan Nederlands geregistreerde luchtvaartuigen. Met de introductie van EASA is er een onderscheid ontstaan tussen EU lidstaten en niet-EU lidstaten. Deze AIC-B is relevant voor een ieder die te maken heeft met het onderhouden van luchtvaartuigen en/of onderdelen van luchtvaartuigen. Deze AIC-B is gebaseerd op de Regeling onder-houd luchtvaartuigen (SDU ref. 1320), artikel 8.
This AIC is relevant to anyone involved in the maintenance of Dutch registrated aircrafts or components intended for fitment to these aircrafts and provides guidance about procedures for maintenance abroad (as referenced in a national regulation and EASA Part 145, now part of Commission Regulation (EC) 2042/ 2003 for “continuing airworthiness”).
2.
ONDERHOUD AAN NEDERLANDS GEREGISTREERDE LUCHTVAARTUIGEN IN HET BUITENLAND
2.1.
Algemeen Met de introductie van JAR-145 aanvang negentiger jaren werd het accepteren van onderhoud in het buitenland eenvoudiger. Met het van kracht worden van EU Verordening 2042/2003 van 20 november 2003 voor ‘continuing airworthiness’, inclusief de introductie van Part-145 als vervangende regeling voor JAR-145, is het accepteren van onderhoud binnen de EU opnieuw eenvoudiger geworden. Een Part-145 erkenning is met ingang van 29 november 2003 verplicht voor het onderhoud aan bepaalde Nederlandse luchtvaartuigen en onderdelen daarvan. Het resultaat van de invoering van Part-145 is dat in veel gevallen toestemming van de Minister voor onderhoud in het buitenland niet meer nodig is. Er zijn echter uitzonderingssituaties die onder de punten 2.3 en 3 van dit document nader worden toegelicht. De doelgroep van Part-145 erkende bedrijven staat vermeld in artikel 4.1 van 2042/2003: 1. ‘Organisations involved in maintenance of aircraft used for commercial air transport’. In artikel 1.3 van 2042/2003 staat toegelicht dat dit vliegtuigen betreft die onder AOC worden geopereerd. 2. ‘Organisations involved in maintenance of large aircraft’. In artikel 2.g van 2042/2003 staat toegelicht dat dit (vaste vleugel) vliegtuigen met een massa van meer dan 5.700 kg en helikopters met meer dan één motor betreft. 3. ‘Organisations involved in maintenance of components intended for fitment to these aircraft’.
Information about part 145 approved organisations can be found at www.easa.eu.int and an actual outline of JAA members and candidate members is provided at www.jaa.nl. Furthermore this AIC speaks about general conditions for maintenance at foreign approved maintenance organisations and how to get permission for this. For General Aviation in specific an agreement between Germany, Austria, Switzerland and the Netherlands is appropriate. This re-issue is necessary because of the enforcement of the EU Regulation 2042/2003 and the introduction of Part-145. For more information please contact Transport and Watermanagement Inspectorate Civil Aviation Authority Netherlands Airworthiness Inspectorate P.O. Box 575 2130 AN Hoofddorp Tel: 023 - 566 3400 Fax: 023 - 566 3011 E-mail:
[email protected]
AIC-B 16/02 page 2 of 9
Een algemeen beeld van Part-145 en andere erkende bedrijven staat in tabel 1. Informatie over Part-145 erkende bedrijven is te vinden op de website van EASA (www.easa.eu.int). In tabel 2 is een EU/JAA landenoverzicht vermeld. Voor een actueel overzicht van ‘Full Member’ en ‘Candidate Member’ landen (niet-EU) van de JAA wordt verwezen naar de website van de JAA (www.jaa.nl). Noot 1: Onder "Overige Luchtvaartuigen" vallen ook Nederlands geregistreerde luchtvaartuigen die opereren onder een Vergunning tot Vluchtuitvoering die afgegeven is door de autoriteit van een niet JAA-land. Noot 2: Luchtvaartuigen, die door een (buitenlands) Part-145 erkend bedrijf onderhouden zijn, moeten bij aflevering na uitgevoerd onderhoud voorzien zijn van een "Certificaat van Geschiktheid voor Gebruik" (Certificate of Release to Service [CRS]). Ongeacht de vorm van het document moet het CRS de volgende tekst bevatten: "Certifies that the work specified except as otherwise specified was carried out in accordance with Part-145 and in respect to that work the aircraft is considered ready for release to service". Noot 3: Onderdelen die door een buitenlands Part-145 erkend bedrijf onderhouden zijn moeten bij aflevering na uitgevoerd onderhoud voorzien zijn van een "Authorised Release Certificate" (EASA Form 1) of een equivalent document dat door of namens de autoriteit van dat land is afgegeven. Noot 4: BvL-Verlengingsinspecties worden niet beschouwd als onderhoud aan luchtvaartuigen. Alleen in uitzonderlijke gevallen wordt toestemming gegeven voor het uitvoeren van BvL-Verlengingsinspecties door een bedrijf in het buitenland. Noot 5: BLA's en OAL's mogen in dit kader door buitenlandse daartoe erkende bedrijven uitgevoerd worden. De in het Nederlands gestelde OAL's moeten door de opdrachtgever vertaald worden. Noot 6: Het is Part-145 erkende bedrijven toegestaan om -binnen de reikwijdte van hun erkenning- onderhoud uit te besteden aan niet-Part-145 bedrijven. 2.2.
Algemene voorwaarden voor onderhoud bij buitenlandse erkende onderhoudsorganisaties In het algemeen geldt dat de eigenaar/houder het onderhoudsbedrijf moet aansturen. De uit te voeren werkzaamheden zijn vastgelegd (bij voorkeur in een contract), waarbij aan het volgende wordt voldaan: 1. Het erkende bedrijf, waaraan het betreffende onderhoud wordt uitbesteed, is erkend voor dat onder-
AIC-B 16/02 page 3 of 9
houd aan het desbetreffende luchtvaartuig dan wel onderdeel. De werkzaamheden waarvoor een bedrijf erkend is, staan vermeld op het aanhangsel van de erkenning van het bedrijf (approval schedule) en meer gedetailleerd in het Handboek van de Onderhoudsorganisatie. Als delen van de opgedragen werkzaamheden door het erkende bedrijf worden uitbesteed, zal dit in het contract zijn vastgelegd. 2. Melding van defecten, gebreken en incidenten tijdens het onderhoud moet aan de divisie Luchtvaart plaatsvinden, ongeacht of dergelijke meldingen reeds aan een andere luchtvaartautoriteit plaatsvinden. 3. Werkzaamheden die buiten het contract om plaatsvinden zijn dusdanig herkenbaar vastgelegd, dat aangetoond kan worden dat al het noodzakelijke onderhoud is uitgevoerd. Noot: De bovenstaande voorwaarden moeten op een voor de divisie Luchtvaart aanvaardbare wijze vervuld zijn. 2.3.
Het verkrijgen van een toestemming Voor toestemming van de Minister voor het onderhoud in het buitenland, voor die gevallen die niet onder Part 145 vallen, zal met het volgende rekening gehouden moeten worden: 1. De uit te voeren werkzaamheden zijn in voldoende detail beschreven zodat hierover geen misverstanden kunnen ontstaan. 2. Het onderhoudsbedrijf dat de werkzaamheden gaat uitvoeren is voor de werkzaamheden erkend (op basis van betreffende nationale regelgeving). Door middel van een kopie van het Bewijs van Erkenning (en eventueel de capability-list van het bedrijf) kan dit aangetoond worden. 3. De eigenaar/houder verklaart zich schriftelijk bereid alle eventuele reis- en verblijfskosten te vergoeden die verbonden zijn aan het toezicht door de Inspectie Verkeer en Waterstaat in het buitenland. Bij vragen en/of problemen m.b.t. het aanvragen van een toestemming kan contact opgenomen worden met de Toezichteenheid Luchtvaart Technische Bedrijven, alvorens een aanvraag in te dienen. Noot: De werkzaamheden die door een onderhoudsbedrijf in het buitenland worden uitgevoerd, blijven onderworpen aan het toezicht van de Inspectie Verkeer en Waterstaat. Voorzover dit toezicht in het buitenland plaatsvindt, worden de reis- en verblijfskosten hiervan ten laste gebracht van de eigenaar of de houder van het luchtvaartuig of luchtvaartuigonderdeel. Het beleid van de Inspectie Verkeer en Waterstaat is erop gericht om, daar waar mogelijk, het toezicht op de desbetreffende werkzaamheden over te dragen aan de autoriteit van het onderhoudsbedrijf in het betreffende land.
AIC-B 16/02 page 4 of 9
3.
VIERLANDENOVEREENKOMST TUSSEN DUITSLAND, OOSTENRIJK, ZWITSERLAND EN NEDERLAND VOOR KLEIN ONDERHOUD (WETTELIJKE TEKST IN BIJLAGE GEGEVEN) Klein onderhoud aan vliegtuigen met een maximaal toegelaten startmassa van 5700 kg of minder, helikopters met één motor, ballonnen en zweefvliegtuigen, tenzij daarmee vluchten worden uitgevoerd onder een vergunning tot vluchtuitvoering of een AOC, of een ontheffing van artikel 16 van de Luchtvaartwet voor het vervoer ten behoeve van eigen bedrijf, mag worden uitgevoerd in Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland door onderhoudsbedrijven, erkend overeenkomstig de geldende nationale regelingen en/of procedures.
4.
OVERIGE INFORMATIE De heruitgifte van deze AIC-B is noodzakelijk door het van kracht worden van EU Verordening 2042/2003 inclusief de introductie van Part-145. Hierbij vervalt AIC-B 16/02 d.d. 01 MAY 03.
Overzicht van uitgaven AIC-B 16/02: Oorspronkelijk uitgegeven op 09 SEP 02 Eerste herziening d.d. 01 MAY 03 Tweede herziening d.d. 08 DEC 05
Voor meer informatie wordt u verwezen naar Inspectie Verkeer en Waterstaat, Toezichteenheid Luchtvaart Technische Bedrijven Saturnusstraat 50 Hoofddorp Postbus 575 2130 AN HOOFDDORP Tel: 023 - 566 3400 Fax: 023 - 566 3011 E-mail:
[email protected]
05201 ISSN: 1386-6613
AIC-B 16/02 page 5 of 9
TABEL 1 – INDELINGSTABEL ONDERHOUD IN HET BUITENLAND Onderhoud in het buitenland aan Nederlandse luchtvaartuigen of onderdelen daarvan door: Part-145 erkend bedrijf: 1. in één van de 25 EU lidstaten 2. in USA en Canada 3. in andere landen als gepubliceerd door EASA JAR-145 erkend bedrijf: in niet-EU land maar wel JAA Full Member land Niet Part-145 erkend bedrijf + niet JAR-145 erkend bedrijf: in JAA Full Member of Candidate Member land Vierlandenovereenkomst (Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland)
Luchtvaartuigen onder een AOC
Vliegtuigen boven 5700 kg en helikopters met meer dan één motor
Overige luchtvaartuigen
of onderdelen daarvan
of onderdelen daarvan
of onderdelen daarvan
Toestemming niet nodig
Toestemming niet nodig
Toestemming niet nodig
Alleen toegestaan Alleen toegestaan indien het betreffende bedrijf indien het betreffende bedrijf (ook) over een door EASA (ook) over een door EASA afgegeven Part-145 erkenning afgegeven Part-145 erkenning beschikt beschikt
Indien JAR-145 erkend ok Indien Part-145 erkend ok
Niet toegestaan
Niet toegestaan
Toestemming vereist
N.v.t.
N.v.t.
Toegestaan voor klein onderhoud
TABEL 2 – EU/JAA LANDENOVERZICHT
EU-LANDEN EU-LANDEN 1 1 2 2 3 3 4 4 5 5 6 6 7 7 8 8 9 9 10 10 11 11 12 12 13 13
België België Denemarken Denemarken Duitsland Duitsland Finland Finland Frankrijk Frankrijk Griekenland Griekenland Ierland Ierland Italië Italië Luxemburg Luxemburg Nederland Nederland Oostenrijk Oostenrijk Portugal Portugal Spanje Spanje
14 14 15 15 16 16 17 17 18 18 19 19 20 20 21 21 22 22 23 23 24 24 25 25
Verenigd Koninkrijk Verenigd Zweden Koninkrijk Zweden Cyprus Cyprus Estland Estland Hongarije Hongarije Letland Letland Litouwen Litouwen Malta Malta Polen Polen Slovenië Slovenië Slowakije Slowakije Tsjechië Tsjechië
JAA-LANDEN (NIET-EU) JAA-LANDEN (NIET-EU) ‘FULL MEMBER’ ‘FULL MEMBER’ 26 26 27 27 28 28 29 29 30 30 31 31 32 32 33 33
IJsland* IJsland* Kroatië Kroatië Monaco Monaco Noorwegen* Noorwegen* Roemenië Roemenië Turkije Turkije Zwitserland** Zwitserland* Bulgarije Bulgarije
JAA-LANDEN (NIET-EU) JAA-LANDEN (NIET-EU) ‘CANDIDATE MEMBER’ ‘CANDIDATE MEMBER’ 33 33 34 34 36 36 37 37 38 38 39 39
Albanië Albanië Armenië Armenië Macedonië Macedonië Moldavië Moldavië Oekraïne Oekraïne Servië & Montenegro Servië & Montenegro
* Landen met een EASA-overeenkomst ** Overeenkomst met EASA verwacht eind 2005, begin 2006
AIC-B 16/02 page 6 of 9
BIJLAGE – TEKST VAN VIERLANDENOVEREENKOMST
AIC-B 16/02 page 7 of 9
AIC-B 16/02 page 8 of 9
AIC-B 16/02 page 9 of 9