© 2014 Deloitte The Netherlands
Sturen op 3D-voorzieningen en de gemeentefinanciën
De juiste informatie op het juiste moment!
© 2014 Deloitte The Netherlands
Welkom! Sturen op 3D voorzieningen en de gemeentefinanciën Doel van vandaag Inzichten verwerven rond de informatie die de raad nodig heeft en het moment waarop nodig, om inhoudelijk en financieel goed te kunnen sturen op de overgekregen taken in de drie decentralisaties Programma (1 uur) 10’ introductie: oud & nieuw (adviezen sturen) 10’ informatiebehoefte raad om te kunnen (bij)sturen 20’ sturen op continuïteit en kwaliteit voorzieningen
15’ sturen op en vanuit de financiën 5’ Wrap up & Afsluiting
2
Jeugdzorg InZicht – Kosten- en risicoverevening
© 2014 Deloitte The Netherlands
Oud & Nieuw
Uw rol als raadslid…
Hoe optimaal te vervullen?
Het Rollenspel:
Bewustwording Rollen
I BM (vz college en raad)
Griffier (raad)
Raad Gemeentesecretaris (ambtelijke organisatie)
4
Raadsledencongres 20 september 2014
Voorkom incident gedreven politiek
Uitnutting raads instrumenten
Toolbox voor raadsleden Juiste stuurniveau/ Kennisniveau
© 2014 Deloitte The Netherlands
Welke rollen (handelswijzen) kunnen raadsleden aannemen ten opzichte van het college in het uitvoeren van deze taken? De volksvertegenwoordiger
De vragensteller
De uitdager
?
!
De bestuurder
5
De verbinder
Raadsledencongres 20 september 2014
De Partijpoliticus
© 2014 Deloitte The Netherlands
Nieuw raadslid: Wat vindt u van belang in sturing vanuit de raad?
Weer (oud) raadslid: Wat is uw advies aan nieuwe collega’s over sturing vanuit de raad?
6
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Informatiebehoefte raad om te kunnen (bij)sturen
Wat is de doelstelling van een gemeenteraad?
Beoordelen Beleid Controleren Verantwoording afleggen Plicht? Recht?
Toezicht houden “Leren”
Onderzoeken To control =
Betere normen en kaders
Betere uitvoering
“Beheersing” (onder controle hebben)
Betere besluitvorming
8
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Wat zijn de taken van een gemeenteraad vanuit de kaderstellende en controlerende rol? •
De gemeenteraad bepaalt de (hoofd)lijnen van het beleid en neemt de belangrijkste beslissingen in de gemeente, bijvoorbeeld de vaststelling van de begroting.
•
De gemeenteraad stelt ook verordeningen (gemeentelijke wetten) vast.
•
De gemeenteraad kan een voorstel van het college goedkeuren, verwerpen of veranderen (amenderen). Ook kan de gemeenteraad zelf het initiatief nemen tot het maken van een voorstel.
•
De gemeenteraad kan bovendien het college verzoeken of uitspreken om bij een besluit voor een onderwerp (extra) aandacht te vragen (motie).
•
De gemeenteraad controleert of het college het beleid goed uitvoert en of de afgesproken doelstellingen worden gehaald. Als gemeenteraad en het college hun domeinen duidelijk bepalen, dan kan de gemeenteraad de controlerende rol beter vervullen.
9
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
De decentralisaties vragen opnieuw te kijken naar de wijze waarop gemeenten invulling geven aan het dualisme (scheiding van taken) In Nederland veel discussie over de invulling van het dualisme met vragen als: • Kunnen raadsleden nog wel voldoende tijd besteden aan hun volksvertegenwoordigende rol? • Is de raad voldoende betrokken bij de lokale werkelijkheid? • Hoe stellen raden de juiste kaders?
Taken gemeenteraad
Het dualisme is geïntroduceerd om: • de afstand tussen samenleving en bestuur te verkleinen en • een duidelijke scheiding in taken en rollen tussen Raad en College. Wat is in dit model belangrijk voor raadsleden? • Het ontwikkelen en inzetten van heldere P&C instrumenten • Kaderstelling
Kaders stellen
Toezicht houden Besturen en beheersen
Verantwoording afleggen Taken college
10
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Bedrijfsvoering 3D’s op orde is essentieel voor (bij)sturing
Onderdelen bedrijfsvoering 3D: • Organisatie & Coordinatie • Beleid & Sturing • Producten & Processen • Huisvesting & Faciliteiten • Mensen & Cultuur • Innovatie & Communicatie • Informatie & Systemen
11
Raadsledencongres 20 september
© 2014 Deloitte The Netherlands
Sturen en informatiebehoefte •
Gemeenten willen per 1/1/2015 in staat zijn om te voorspellen, monitoren en sturen op het sociale domein. Financieel en beleidsmatig.
•
Om dit te kunnen doen is informatie nodig. Informatie die is gebaseerd op vastlegging van gegevens in het primaire proces in bronsystemen.
Stelling: Mijn sturing en ramingen moeten gebaseerd zijn op actuele data
12 Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Informatie management
Hoe zorg je ervoor dat actoren binnen de gemeente over de juiste informatie gaan beschikken op basis waarvan kan worden voorspeld, gemonitord en gestuurd. 4 deelvragen te beantwoorden: • Welke informatie-domeinen kunnen worden onderscheiden en welke informatie-eenheden horen minimaal in die domeinen thuis (de WAT vraag). Hier heeft bijvoorbeeld de VNG al het nodige over geroepen. • Is de benodigde informatie ook beschikbaar per 1/1/2015? Aanpalende vragen zijn: wie is informatie eigenaar, uit welk bronsysteem komt te informatie, is de data-kwaliteit voldoende, kortom is de ‘data-governance’ goed in geregeld • Welke output willen en kunnen we dan realiseren. Output in de zin van informatie producten (rapportages) voor diverse actoren in het sociaal domein die een sturings- en verantwoordings verantwoordelijkheid hebben. • Hoe zorg je er technisch voor dat gegevens in bronsystemen, met het juiste betrouwbaarheidsniveau tot heldere en uniforme informatieproducten leiden (de HOE vraag).
13
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Informatie en 3D
Voorbereiding: is uw gemeente goed op weg in de voorbereiding op 1/1/2015? Het vraagstuk over informatievoorziening is essentieel om de komende jaren in control te blijven en te kunnen bijsturen. Informatievoorziening wordt in veel gemeenten nog niet voldoende geagendeerd. De basis op orde: om als gemeenteraad in 2015 goed geïnformeerd te kunnen worden is het van belang dat de informatievoorziening op ambtelijk niveau goed is ingeregeld. Uiteindelijk is de informatie die de raad krijgt immers een abstractie van de informatie die op ambtelijk niveau wordt uitgewisseld.
Gemeente moet voorwaarden aan de (tussentijdse) informatievoorziening goed vastleggen met de aanbieders!! - Aansluiten op de P&C cyclus van de gemeente. - Welke informatie inzake financiële en niet-financiële aangelegenheden. - Realisatie vs. forecast - (Bespreken van) tussentijdse rapportages om het verhaal achter de (financiële) cijfers te verkrijgen
14
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
ZorgInZicht is een complete set aan databronnen, een centraal datamodel, geovisualisatie en analytics functionaliteiten Versnipperde informatie bij elkaar gebracht in een geo-spacial database:
Wat is ‘Zorg InZicht’? ‘Zorg InZicht’ is een tool waarmee een gemeente de gezondheid van de regio in kaart kan brengen. Het is een tool om de regio te monitoren en nieuwe inzichten te verkrijgen.
Klantdata
CBS Buurtdata Leefbarometer
Jaarrekeningen gemeenten
Klantdata CIZ Indicaties
Klantdata
2. Geo visualisatie “data + geo = 3”
1. KPI dashboard en rapportages
CBS Gezondheidsenquete
KING Stapelingsmonitor
Wat biedt Zorg Inzicht
GGD
Mei circulaire
CBS Gezondheidsmonitor
Jaarrekeningen provincies
en postcode 4,5,6 cijferig
Kansen voor in de toekomst
3. Benchmarken met diverse regio’s.
4. Ontwikkelingen volgen en vergelijken 6 Landelijk gemiddelde
4 2
Referentiegemeente Y Gemeente X
0 2010 2012 2014 2016
15
Raadsledencongres 20 september 2014
• ‘Zorg InZicht’ kan worden uitgebouwd met data van publieke (open en gesloten data) en commerciële partijen (zorgaanbieders) om steeds relevante inzichten te leveren. • Best practices verfijnen met behulp van segmentatie en benchmarktechnieken, zoals bijvoorbeeld is toegepast bij een grote supermarktketen.
© 2014 Deloitte The Netherlands
Sturen op continuïteit en kwaliteit van voorzieningen
Wat zijn de uitdagingen op 3D gebied? korte/lange termijn Verticale verbinding van de keten verder stimuleren! gemeenten, zorgaanbieders en andere betrokkenen ook met het oog op innovatie, meer preventie, etc.
Meer horizontale verbinding binnen en tussen gemeenten! Elkaar versterken, inhoud-financien, etc.
Monitoring/inzicht om regie te houden en adequaat te reageren bij knelpunten. Zowel voor managers, B&W als raad.
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Stelling: Transformatie (2016 en verder) is belangrijker dan Transitie (2015) bij 3D
18 Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Vanaf 1 januari 2015 gemeenten wel verantwoordelijk voor de uitvoering van de Jeugdwet, Wmo en Participatiewet …maar nog niet klaar… Komende maanden sturen op gereed zijn!
De belangrijkste knelpunten die aan het licht zijn gekomen: – Gemeenten hebben het beleidsplannen en verordening rond de 3 decentralisaties nog niet vastgesteld – De uitvoering van de drie wetten is nog niet ingebed in de P&C cyclus en interne processen van de gemeente – Maatschappelijke ondersteuning is nog niet ingekocht • Een kwart van de gemeenten had op 1 september 2014 nog geen contracten gesloten met jeugdzorginstellingen • Bovenregionale inkoop vraagt nog aandacht
– De toegang en toeleiding is nog niet ingericht • De uitvoering van de Jeugdwet, Wmo en Participatiewet gaat op 1 januari van start. Daarom is het belangrijk dat gemeenten in de laatste maanden een inhaalslag maken.
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Wat is inhoudelijk nodig in 2015 voor Jeugdzorg?
Aanbeveling: gemeenten zouden zich voor 2015 moeten richten op het realiseren van het minimale kader, dit binnen de bestaande regionale samenwerking. Regio’s moeten hierbij blijven samenwerken met zorgaanbieders en andere partijen. Het minimale kader behelst: 1. Het garanderen van een adequaat functionerend toegangssysteem. 2. Het garanderen van zorgcontinuïteit en een passend en dekkend aanbod van jeugdhulp. 3. Het garanderen van aansluiting bij jeugdbeschermingskader. 4. Het garanderen van de AMHK-functie. 5. De interne organisatie en de gemeentelijke besluitvorming is op orde.
20
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Stresstest voor het nieuwe jeugdstelsel In een kort tijdsbestek inzichtelijk krijgen welke aandachtspunten nog opgepakt moeten worden om op 1 januari 2015 gereed te zijn voor de nieuwe wettelijke taken. De simulatie dient als een zelftest voor de gemeenten. Met de resultaten kunnen gemeenten de laatste stappen naar een succesvolle implementatie van de nieuwe taken in het kader van de Jeugdwet zelf zetten.
21
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Jeugdzorg overzicht Uitvoeringsniveau Gebiedsteam
Zorgvormen Sturingsniveau Preventie, Toegang, Vrij- Lokaal/ regionaal toegankelijke ambulante jeugdhulp gebiedsteam, Nazorg na jeugdzorg, Toeleiding naar niet-vrij toegankelijke hulp en toeleiding naar gedwongen kader, Casusregie Cliëntondersteuning
Financieringsvorm Subsidiëring op basis van populatie gebonden budget
Regionaal
Ambulante Regionale sturing hulpverlening, Pleegzorg, Specialistische jeugdhulp, Vrijgevestigden
Bestuurlijk aanbesteden Vlaktaksmodel op basis van regionaal afgestemde raamovereenkomst. Intekenen op Raamovereenkomst
Bovenregionaal
Jeugdbescherming, jeugdreclassering, AMHK, JeugdzorgPlus, Jeugdzorg residentieel, 24 uur verblijf Zeer specialistische zorgvormen
Regionale sturing
Bestuurlijk aanbesteden Vlaktaksmodel op basis van regionaal afgestemde raamovereenkomst.
Regionale sturing
Landelijke raamovereenkomst
Landelijk 22
Raadsledencongres 20 september 2014
Risicodeling Geen financiële risicodeling. Wel solidariteit op onderlinge uitwisseling van personele vervangingen. Een gemeente kan het lokale dienstverleningspakket uitbreiden. In dat geval worden aanvullende afspraken gemaakt over de kosten en de risicodeling. Uitgangspunt daarbij is dat een gemeente die meer investeert in de eigen lokale voorziening geen extra 'leverancier' wordt van professionaliteit aan andere gemeenten.
Landelijk: verrekeningsmodel Binnen de Regio: vlaktaksmodel © 2014 Deloitte The Netherlands
Sturing op de jeugdzorg en nieuwe WMO (1)
23
Sturing jeugdzorg
Sturing Wmo
1. Kwaliteit van de zorg moet goed zijn Hoe ouders en kinderen de kwaliteit ervaren (de clienttevredenheid) is daarin belangrijk. Sturen op: Dat zorgaanbieders aan de landelijk erkende kwaliteitseisen voldoen; Afspraken over frequentie en uitkomsten van de cliënttevredenheid.
1. Kwaliteit AWBZ moet voldoen aan de eisen van de kwaliteitswet. Elke sector kent zijn eigen kwaliteitseisen, die zijn vastgelegd in het register van het kwaliteitsinstituut. Sturen op: Dat de geleverde zorg moet voldoen aan de door de branche beschreven professionele standaarden; Afspraken over de frequentie en uitkomsten van de cliënttevredenheid.
2. Verbruik Het gebruik van de jeugdzorg neemt jaarlijks toe. Sturen op zorggebruik is daarmee één van de grootste uitdagingen van de transitie. We sturen op: Het tijdig signaleren van problemen en daarmee eerder en lichter kunnen oplossen; De toegang tot zorg en ondersteuning; o Dat bij de toeleiding naar zorg zoveel mogelijk het eigen netwerk wordt geactiveerd; o Het gebruik van informele hulp, naast of in plaats van professionele hulp; Een integrale aanpak op alle levensdomeinen volgens één gezin-één plan- één hulpverlener Het erbij halen van specialistische zorg bij de lokale zorg; Ervoor zorgen dat trajecten niet langer duren dan nodig.
2. Verbruik Gezien de taakstelling van het Rijk (25%) bij de transitie AWBZ/Wmo moeten we daar waar mogelijk sturen op verminderen van het volume. Daarbij houden we oog voor het overgangsrecht. Sturen op: Het beperken van nieuwe instroom door aanbieden van alternatieven: daar waar mogelijk informeel, algemene voorzieningen, daar waar nodig maatwerk; In samenspraak met burgers en aanbieders leveringen beter op elkaar laten aansluiten of al eerder gebruik te laten maken van voorliggende voorzieningen; Ontwikkelen van algemene diensten geleverd door vrijwilligers of arbeidbeperkten. Te denken valt aan pilotprojecten voor boodschappenservices, wasservices, klussendienst, etc. Tijdig infaseren van de transformatie, herindicatie van de huidige cliënten en deze laten instromen in het nieuwe stelsel. Met oog voor de beleving van de burger dat het misschien een ‘recht’ inlevert.
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Sturing op de jeugdzorg en nieuwe WMO (2) Sturing jeugdzorg
Sturing Wmo
3. Uitgaven Het alleen sturen op kwaliteit en verbruik is geen garantie dat de kosten van de totale benodigde zorg binnen het beschikbare budget blijft. Daarbij sturen we op: De toegang, die medebepalend is voor de omvang van de hulpverlening en daarmee voor de uitgaven; De prijs van de zorgproducten en de hoeveelheid
3. Uitgaven De gemeenten willen voor de inkoop van zorg een marktconform tarief betalen. Bij directe inzet (directe tijd bij de klant) een passend all-in-tarief wordt betaald die past bij de competentie, functie en CAO salariëring van een medewerker verhoogd met de noodzakelijke uitvoeringskosten (overhead).
4. Effect Het bieden van zorg moet een positief effect hebben, ook op de langere termijn. Lastig bij effectmeting in het sociale domein is vast te stellen wat de causale relatie is tussen de ingezette zorg en het resultaat. We sturen op de volgende manieren op effect: Inkopen van zorgvormen die ‘bewezen effectief’ zijn
4. Effect Begeleiding is gericht op het verbeteren, behouden en/of voorkomen van vermindering van de zelfredzaamheid. De zelfredzaamheidsmatrix (Amsterdam/Rotterdam) en zelfredzaamheidsmeter van Vilans worden omgevormd en ingezet als meetinstrument voor effectmeting van de levering van begeleiding. Bij de inkoop worden afspraken gemaakt over het omvormen en gebruiken van de zelfredzaamheidsmeters.
24
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Indicatoren voor inzicht en (bij)sturing De huidige financiers van de jeugdzorg en AWBZ Begeleiding, ontwikkelden de afgelopen jaren samen met zorgaanbieders zogenaamde sturingsindicatoren. Het voordeel van het blijven gebruiken van deze indicatoren is dat vergelijking met de voorgaande jaren mogelijk is. Op die manier is een uitspraak mogelijk of de transities leiden tot een verbetering/verslechtering voor de cliënt. Te gebruiken –al bestaande- indicatoren: 1. Clienttevredenheid (met daarbij ook cliëntervaringen) 2. Afname of stabilisatie van de problematiek 3. Doelrealisatie 4. Reden beëindiging zorg Daarnaast wellicht toevoegen nieuwe indicatoren: 5. Doorlooptijd van de zorg 6. Uitblijven nieuw beroep op jeugdzorg of begeleiding vanuit Wmo. De nieuwe indicatoren werken we verder uit met de aanbieders met afspraken over meting, frequentie en rapportage. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) gaat met ingang van de nieuwe Jeugdwet de beleidsinformatie over het jeugdhulpgebruik verzamelen en verstrekken. Aanbieders van jeugdhulp en gecertificeerde instellingen moeten vanaf 1 januari 2015 een landelijk vastgestelde set gegevens leveren.
25
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Oefening en discussie 1
Ga in 3 groepen uit elkaar en bespreek de volgende vragen met elkaar: •
In hoeverre verwacht je dat de sturende rol als raadslid zal veranderen nu de gemeente meer verantwoordelijkheden krijgt richting de burger op het gebied van zorg, jeugd en welzijn?
•
Wat verwacht je als raadslid van het College en wat denk je dat het College van de Raad verwacht inzake sturing?
•
Beleid versus uitvoering, waar ligt de grens tussen de rol van de Raad en het College volgens jullie?
26
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Gemeenteraden hebben in hun kaderstellende en controlerende taak vier knoppen om aan te draaien binnen het sociale domein
Sociale infrastructuur
Uitvoeringsorganisatie
Samenwerking
Begroting
Match vraag en aanbod
Kaders voor uitvoering
Waarom samenwerken?
3D inbedden P&C-cyclus
Om ervoor te zorgen dat de sociale infrastructuur toereikend is zullen gemeenteraden toe moeten zien op de match tussen vraag en aanbod. Hierbij spelen o.a. de volgende thema’s een rol: • Zicht op bestaande sociale infrastructuur. • Toegang tot voorzieningen. • Het benutten van bestaande voorzieningen. • Toezien op de aanwezigheid van specialistisch aanbod.
De uitvoering van zorg- en ondersteuningstaken overstijgt het gemeentelijk niveau. Gemeenteraden kunnen kaders meegegeven voor de uitvoering van deze taken, zoals: • Bepalen van de ruimte voor autonomie. • Bepalen waar de regie ligt in de uitvoering. • Ervoor zorgen dat aanbieders worden geprikkeld om bij te dragen aan beleidsdoelstellingen.
Binnen het sociaal domein bestaan veel samenwerkingsverbanden. Het is van belang scherp te hebben waarom er samengewerkt wordt: • Omdat het moet. • Om kosten en risico’s te verevenen • Om schaalvoordelen te behalen. • Om specialistisch aanbod te kunnen bieden.
De programmabegroting is een belangrijk instrument van de raad. Het is van belang om de nieuwe taken zodanig in te bedden in de P&C-cyclus dat de gemeenteraad voldoende en tijdig wordt geïnformeerd en kan sturen op hoofdlijnen. Goede beleidsindicatoren zijn hiertoe de sleutel.
27
Raadsledencongres 20 september 2014
Voldoende autonomie en sturingsmogelijkheden zijn hierin eveneens belangrijk.
© 2014 Deloitte The Netherlands
Bij elke knop kunnen gemeenteraden vanuit hun kaderstellende en controlerende rol vragen stellen en bediscussiëren
Sociale infrastructuur
Uitvoeringsorganisatie
Samenwerking
Begroting
Match vraag en aanbod
Kaders voor uitvoering
Waarom samenwerken?
3D inbedden in P&C-cyclus
• Welke sociale infrastructuur is er en is die toereikend?
• Wie heeft de regie bij de uitvoering van zorg- en ondersteuningstaken?
• Binnen welke verbanden wordt er samengewerkt?
• Hoe stellen we onze begroting zodanig op dat we met ons ‘sociaal budget’ uitkomen?
• Hebben we de continuïteit van specialistische zorgvragen voldoende geborgd? • Worden netwerken in de 0e -lijn voldoende aangesproken? • Is de bezettingsgraad van collectieve voorzieningen voldoende?
28
• Hoe werkt het systeem van • Hoe wordt bereikt dat de horizontaal toezicht en soft toegang tot en uitvoering van control? zorg goed geregeld is en dat • Hoe houden individuele de gemeente als regisseur gemeenten voldoende de juiste prikkels aan sturingsmogelijkheden? professionele organisaties • Is de samenwerking tussen geeft? gemeenten gebaseerd op • Hoe wordt de gemeenteraad solidariteit en het verevenen betrokken, wetende dat de van kosten en risico’s? uitvoering in het sociale domein veelal de eigen gemeente overstijgt?
Raadsledencongres 20 september 2014
• Welke bugetten blijven in de gemeentelijke begroting en welke hevelen we over naar bijvoorbeeld een GR? • Hoe houden we tussentijds zicht op de uitgaven om tijdig bij te kunnen sturen? • Hoe budgetteren we richting zorgpartners en hoe kopen we zorg in?
© 2014 Deloitte The Netherlands
Proeftuin Gerichte Preventie Richting transformatie Met gerichte preventieactiviteiten naar lagere zorgkosten Preventie kan succesvol in praktijk worden gebracht door een gerichte doelgroep benadering en inzet van lokale interventies, gecombineerd met inzichten vanuit observatiestudies en actuele data analyse.
Toekomstige zorgkosten voorkomen Op basis van eerdere onderzoeken, kan de volgende hypothese opgesteld worden: gerichte inzet van preventie bij burgers met een hoger risicoprofiel leiden tot lagere zorgkosten ten opzichte van niet interveniëren.
Zelfredzaamheid
100
Met preventie
75
Zonder preventie
50
Zorgkosten €
25
0
0
Raadsledencongres 20 september 2014
20
40
60
80 100 Leeftijd
© 2014 Deloitte The Netherlands
Sturen op en vanuit de financiën
Overzicht verordeningen Basisinstrument voor de gemeenteraad is de verordening. De verordening heeft tot doel de gemeente netjes en leefbaar te houden voor iedereen. Het betreft een algemeen verbindend voorschrift.
Verordeningen
Onderwerp
Betreffende
Wie
212 Financiële verordening
Doeltreffendheid Doelmatigheid Rechtmatigheid
- Financiële beleid - Financiële beheer - Inrichting financiële organisatie
Raad
213 Controleverordening
Getrouwe beeld Rechtmatigheid
- Financiële beheer - Inrichting financiële organisatie
Raad
213A Verordening doeltreffendheids- en Doelmatigheidsonderzoeken door het college
Doeltreffendheid Doelmatigheid
Beleid en Beheer
Raad
182 Lokale rekenkamer
Doeltreffendheid Doelmatigheid Rechtmatigheid
Beleid en Beheer
Raad
160 Organisatieverordening 31
Raadsledencongres 20 september 2014
College
© 2014 Deloitte The Netherlands
Verordeningen in instrumenten
Verordening ex artikel 212 Gemeentewet - uitgangspunten financieel beleid - regels voor financieel beheer - inrichting financiële organisatie
Verordening ex artikel 213 Gemeentewet Externe controle: - financiële beheer - inrichting van de financiële organisatie
32
• Inrichting planning & control instrumenten
• Aanpak accountantscontrole
Verordening ex artikel 213A Gemeentewet Collegeonderzoeken: - doelmatigheid - doeltreffendheid
• Plan van aanpak college
Lokale rekenkamer Artikel 81a t/m 81o Gemeentewet.
• Inrichting lokale Rekenkamer
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Alle middelen die gemeenten gebruiken om programma’s te bekostigen zijn de algemene dekkingsmiddelen Het overzicht algemene dekkingsmiddelen: • Vrij besteedbare heffingen (OZB, honden, toeristen, forenzen) • Algemene uitkering • Dividenden • Rentebaten (saldo financieringsfunctie) • Evt. saldo op compensabele BTW • Overige algemene dekkingsmiddelen De programma begroting bestaat uit paragrafen en is hét instrument voor raad beleidskaders vast te stellen. Dit zijn de verplichte paragrafen: • Weerstandsvermogen • Onderhoud kapitaalgoederen • Financiering • Bedrijfsvoering • Verbonden partijen • Grondbeleid • lokale heffingen 33
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Gemeenschappelijke regeling Kostprijsopbouw en kostenverdeling Duidelijkheid voorkomt discussies Governance structuur
Verliescompensatie of winstdeling solidariteit, mengvorm of profijtbeginsel
Zeggenschapsverhouding Beleidsbepaling
Informatievoorziening Tijdigheid informatie Prestatie indicatoren Assurance Reservebeleid Streefgetal weerstandsvermogen of maximum bedrag. Uittreding Wat zijn de regels omtrent de uittreding en welke uittreedkosten gaan hierbij gepaard.
34 © 2014 Deloitte The Netherlands
Financiering drie ‘D’s’ niet alleen via Integratie uitkeringen
•
Inkomensdeel WWB
•
Integratie uitkering WMO (hulp bij het huishouden)
•
Middel ex-WVG (via algemene uitkering)
•
Apparaatskostenvergoeding Participatiebudget
•
Invoeringsbudgetten
•
Eigen bijdragen WMO / Jeugdzorg
•
Overschot Participatiebudget 2014.
Via “reguliere” weg algemene uitkering
© 2014 Deloitte The Netherlands
Oefening en discussie 2
1.
Ga in 3 groepen uit elkaar en bespreek de volgende vraag met elkaar:
Wat zijn de redenen om te willen sturen op de financiën van de 3D in 2015 en latere jaren?
2.
Bepaal de top 3 van de antwoorden met elkaar.
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Artikel 12 gemeente
Financiële mee- en tegenvallers in de gemeentefinanciën kunnen ervoor zorgen dat een gemeente potentieel in aanmerking komt als artikel 12 gemeente (stap ervoor is verscherpt provinciaal toezicht).
De artikel 12-status met rijkscuratele is nog steeds, en dat is al sinds een aantal jaren, historisch laag. In de jaren zeventig en tachtig hadden tientallen gemeenten deze status van ‘onder curatele van het Rijk’, waaronder Amsterdam, Den Haag en Leiden. Sindsdien is dat gestaag afgenomen, aan het begin van deze eeuw waren het er drie tot vijf per jaar, zonder uitzondering kleinere gemeenten.
37
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Stelling: Iedere gemeente gaat tegen tekorten aanlopen als gevolg van de 3D’s
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Gemeenteraden moeten meer dan ooit sturen op de programmabegroting Door 3D zal per 1 januari 2015 de begroting voor circa 60% uit ‘budgetten sociaal domein’ bestaan Er kunnen een aantal vragen worden geïdentificeerd die een gemeenteraad zich zou kunnen stellen.
• • • • • • • •
Is het macrobudget toereikend genoeg? Is er genoeg bestedingsvrijheid binnen het sociaal domein? Is de populatie in beeld? Is de verantwoordingsbureaucratie, waar mogelijk, beperkt? Blijft de indexatie na 2015 genoeg? Wat zijn de volume- en prijsontwikkelingen? Is er een adequate verdeling over gemeenten? Wat zijn de uitvoeringskosten en invoeringskosten?
De komende jaren is het van belang dat de discussie rondom de begroting niet vast komt te zitten op kwantiteiten of exacte getallen. Door reële bandbreedtes te hanteren zal de discussie eerder gaan over de inhoudelijke richting in plaats van over de cijfers achter de komma. Dit uitgangspunt geldt ook voor de voorfinanciering die dit jaar al gepleegd moet worden.
39
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Macro-ontwikkeling integratie-uitkeringen drie ‘D’s 2015 - 2019 Macrobudget Participatie daalt komende jaren aanzienlijk
Uitsplitsing bedragen deelfonds sociaal domein (bedragen in miljoenen euro's)
Wmo 2015 Jeugdwet Re-integratie Sociale werkvoorziening Nieuwe groepen participatie Totaal
2014
2015
2016
2017
2018
2019
3.630 (?) 3.868 (?) 689 2.379
3.630 3.868 585 2.256 24 10.363
3.799 3.813 545 2.084 64 10.305
3.696 3.684 507 1.915 104 9.906
3.686 3.707 495 1.759 140 9.787
3.685 3.707 495 1.644 165 9.696
Macrobudget 2019 is 6,4% lager dan in 2015
12,000 10,000 8,000 6,000 4,000
2,000 0 2015
40
2016
2017
2018
Wmo 2015
Jeugdwet
Re-integratie
Sociale werkvoorziening
Nieuwe groepen participatie
Totaal
Raadsledencongres 20 september 2014
2019
© 2014 Deloitte The Netherlands
Macro-ontwikkeling integratie-uitkeringen drie ‘D’s 2015 - 2019 Macrobudget Participatie daalt tot en met 2018 met € 0,9 miljard
Participatie Omvang Daling 2015 Daling 2016 - 2018 Totale daling 2018 t.o.v. 2014
41
Raadsledencongres 20 september 2014
Sociale werkvoorziening
€ 689 miljoen
€ 2.379 miljoen
€ 104 miljoen (15%)
€ 123 miljoen (5%)
Oplopend tot structureel € 90 miljoen
Oplopend tot € 612 miljoen in 2019
€ 194 miljoen; 28%
€ 735 miljoen (31%)
© 2014 Deloitte The Netherlands
Macro-ontwikkeling integratie-uitkeringen drie ‘D’s 2015 - 2019 Vanaf 2016 nieuwe verdeelmodellen voor Wmo en Jeugd
2015
WMO
Jeugd
Participatie en sociale werkvoorziening
Verdeling obv historische uitgaven
Verdeling obv historische gebruiksgegevens. Max. achteruitgang 5% tov decembercirculaire 2013
-
-
-
2016
42
Objectief verdeelmodel, uiterlijk september
Raadsledencongres 20 september 2014
Objectief verdeelmodel, uiterlijk december
Bestuursakkoord met VNG is basis voor indicatief budget. Doorrekening vindt nog plaats. Taakstelling WSW 2014 is uitgangspunt Middelen voor nieuwe doelgroep 2015 t/m 2017 op basis van de instroom vanaf 2010 in de wachtlijst Wsw en in de werkregeling Wajong. Middelen voor “klassieke” doelgroep op basis van de factoren bijstandsontvangers, lager opgeleiden en bereikbare banen. Dempingsmechanisme voor taakstelling <= 100 WSW
- Het nieuwe verdeelmodel voor participatie geldt vanaf 2015, waarvoor 3 jaar ingroeimodel wordt gehanteerd.
© 2014 Deloitte The Netherlands
Ontwikkelingen laatste week • Wet Sociaal deelfonds ingetrokken (11 september 2014) door minister Plasterk • 40 miljoen extra (gecorrigeerd) voor huishoudelijke hulp; Motie van Slob (Christenunie) voor arbeidsplaatsen in de huishoudelijke hulp
43
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Attentiepunten Nog niet alles is duidelijk
September 2014 *)
•
Uitkomsten objectief verdeelmodel vanaf het kalenderjaar 2016 Wmo en Jeugd nog niet bekend. December 2014
•
Nieuw verdeelmodel voor Participatiebudget vanaf 2015: alleen de uitkomsten zijn recentelijk gepubliceerd, nog niet de berekeningswijze.
*) Het objectieve verdeelmodel Wmo 2016 is recentellijk gepubliceerd. De cijfermatige resultaten per gemeente worden bekendgemaakt in de septembercirculaire 2014 van het Gemeentefonds. Het gaat hierbij om de middelen die vanaf 2016 middels een ingroeipad beschikbaar worden gesteld aan gemeenten. Gemeenten beschikken dus niet direct vanaf 2016 over de nieuwe budgetten. Het ingroeipad is onderdeel van een bestuurlijk traject dat nog zal plaatsvinden.
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Wat zijn risico’s en oplossingen op het pad van samenwerkingsverbanden?
Risico’s
Oplossingen
• Een deel van het Wmo en Jeugdzorg budget ligt al vast vanwege het overgangsrecht (Wmo) en de regionale transitiearrangementen (Jeugdwet)
• Met instemming van de cliënt kan het aanbod door gemeenten worden omgezet in een nieuw aanbod: benut deze financiële ruimte!
• Financiële problemen wegens dalende vergoedingen voor de sociale werkvoorziening, begeleiding en reïntegratie.
• Een duidelijke visie op de inrichting van toekomstige regionale werkbedrijven, focus op samenwerking en verbinding met de AWBZ populatie.
• Beperkte tijd om de transities door te voeren vanwege onder andere de officiële gegevensoverdracht per juli 2014
• Vroegtijdig in gesprek met cliënten om de omvang en consequenties per wijk inzichtelijk te krijgen, tijdige bepaling aanbod en inkoopstrategie en benodigde managementinformatie.
45
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Planning & Control
De gemeenteraad stelt kaders voor het college en is verantwoordelijk voor het toezichthouden op de uitvoering. Dit toezicht is bestuurlijk mogelijk middels een goede planning en control. Vragen die relevant zijn voor een goede planning en control zijn onder andere: • Hoe rapporteert het college over de voortgang en de afwijkingen van het beleid? • Hoe richt je deze cyclus in? • Hoe richt je hieruit voortvloeiend de onderzoeksfunctie in?. Daarvoor zijn de verordeningen de instrumenten en is het essentieel dat de financiële functie en planning & control goed is in gericht bij uw gemeente.
46
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Ontwerp- en voorbereidingsfase nu bezig De planning & control cyclus voor 2015 moet op orde Invoeren decentralisaties geeft de mogelijkheid om de planning & control cyclus te vernieuwen, maakt zelfs aanpassingen in de planning en control op de 3D’s noodzakelijk; De gemeente krijgt hierbij meer de rol van een regie-gemeente: • Belangrijke en omvangrijke processen komen buiten direct beïnvloeding gemeente te staan. Dit benadrukt het belang van: • Goed inzicht in (de ontwikkeling van) risico’s • Duidelijke afspraken met uitvoeringsorganisaties Verantwoording • Kaders stellen aan de voorkant • Informatievoorziening en - beveiliging Begroting op orde brengen
Financieel beheer
Inrichten P&C instrumenten
Informatiemanagement
47
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Vraag: Hoe heeft u of uw gemeente in 2018 15-20% bezuinigd?
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Begroting onder druk E-Jeugdzorg en slimme technologie
Minder bureaucratie?
Zorg dichtbij: eerder oppakken signalen, dure zorg voorkomen?
Hoe in 2018 15-20% bezuinigd?
Meer eigen kracht en inzet netwerk?
Zicht op cliëntprofielen en zorgcarrieres en gebruik publieke voorzieningen?
Verbetering in zorglogistiek (ketens) ?
Deze vraag ligt niet bij mij…maar bij anderen.
Zorgvernieuwing/innov atie?
49
Raadsledencongres 20 september 2014
Nu eerst de focus op 2015!
© 2014 Deloitte The Netherlands
Wrap up & afsluiting
Wrap up & Afsluiting
Wat neem je mee uit deze workshop? Wat ga je morgen of maandag met deze inzichten doen?
51
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands
Nog vragen? Neem contact met ons op!
Jacco Maan +31 6 53 59 84 18
[email protected]
52
Raadsledencongres 20 september 2014
© 2014 Deloitte The Netherlands