TELINSTRUCTIE 2013
Wat stuurt u terug: • Overzichtskaart met ingetekend: − nestkolonies van roeken − belopen vossenburchten − gebieden met reewild dat niet geteld wordt • Excel-formulier met telgegevens, getelde ha's en aantal tellers (denk aan corresponderende nummering deelgebieden overeenkomstig bijgevoegde kaart) • Evaluatieformulier faunatelling 2013 Rapportages graag uiterlijk zondag 19 mei a.s. aan mevrouw C. Holdinga (
[email protected]) Wat bewaart u?: • De individuele telformulieren svp goed archiveren
Faunabeheereenheid Utrecht Postbus 870 3900 AW Veenendaal
Tel. 0318 – 578 565
[email protected] www.faunabeheereenheid.nl
Aan de Faunatelling 2013 werken mee:
Inhoud Inleiding
1
Samenwerking
1
Het tellen van wildsoorten
1
De techniek van de telling
2
Waar gaan we tellen
2
Wat gaan we tellen
3
Digitale verwerking van de telgegevens
3
Vossenburchten inventarisatie
3
De organisatie van de telling
4
Wat vragen wij van u
4
Telformulieren
7
Bijlagen 1. Afspraken inzake de verzameling, verwerking en validering telgegevens Faunatelling 2. Coördinatieteams 3. Beschrijving en/of afbeelding diersoorten 4. Voorbeeldkaart incl. legenda
- Faunatelling Utrecht 2013 -
Inleiding Recente populatiegegevens, verzameld gedurende opeenvolgende jaren, zijn onmisbaar bij het vormgeven van het faunabeheer, schadepreventie en schadebestrijding.
Aan de in 2012 gehouden Faunatelling hebben bijna 800 tellers deelgenomen. Een buitengewone prestatie waarvoor wij u allen dank verschuldigd zijn. Uiteraard hopen wij tijdens de telling op zaterdag 6 april a.s. wederom op uw medewerking te mogen rekenen en nog meer enthousiaste tellers te mogen begroeten. De uitvoering van de telling is wederom in handen van de coördinatieteams waarin naast de WBE’s ook de in de FBE vertegenwoordigde organisaties samenwerken.
Samenwerking Aan de Faunatelling nemen alle bij de Faunabeheereenheid Utrecht aangesloten organisaties deel: het Utrechts Particulier Grondbezit, LTO Noord, KNJV Gewest Utrecht, NOJG, Natuurmonumenten, Het Utrechts Landschap, Staatsbosbeheer en de provincie Utrecht. Om de organisatie van de Faunatelling in goede banen te leiden en toe te zien op de uniforme wijze van uitvoering is er een Projectteam. In het projectteam zijn alle voornoemde organisaties vertegenwoordigd. Het projectteam beperkt zich tot de hoofdlijnen van de telling. Zo stelt zij o.a. de te tellen diersoorten vast, bepaalt zij, gelet op het verkrijgen van uniformiteit, de wijze waarop er wordt geteld, zorgt zij voor een goede interne en externe communicatie en valideert zij uiteindelijk de totale telresultaten. Daarnaast kennen we de Coördinatieteams. In deze teams op WBE-niveau, bijvoorkeur bestaande uit zoveel mogelijk afgevaardigden van de verschillende bij de FBE aangesloten organisaties, gebeurt het echte werk! Naast de concrete organisatie van de telling spelen de coördinatieteams een belangrijke rol bij het op de been brengen van zoveel mogelijk tellers afkomstig uit de verschillende FBE-geledingen. Dit is een geweldige opgave. Veel dank gaat dan ook uit naar al die vrijwilligers die zich jaarlijks inzetten om van de telling een succes te maken!
Aangezien veel handen licht werk maken is met het Gewest Utrecht van de KNJV overeengekomen dat hun secretaris, mw. C. Holdinga, het eerste aanspreekpunt blijft voor WBE’s bij vragen en/of problemen m.b.t. de uitvoering van de Faunatelling. Ook zal zij toezien op het op tijd en volledig door de coördinatieteams op WBE-niveau retourneren van de telgegevens. Dankzij deze samenwerking is de FBE Utrecht in staat om sneller en vollediger over de telresultaten te kunnen beschikken. Meer informatie hierover kunt u aantreffen in het document: “Afspraken inzake de verzameling, verwerking en validering telgegevens Faunatelling” (zie bijlage 1).
Het tellen van wildsoorten Aangezien wildsoorten ook buiten het jachtseizoen schade kunnen toebrengen aan bijvoorbeeld de belangen van de landbouw is in overleg besloten ook de wildsoorten op te nemen op het telformulier. Net zoals vorig jaar hoeft u alléén de daadwerkelijk waargenomen aantallen wildsoorten (dus geen schatting a.u.b.) op het telformulier te noteren. De telgegevens van de wildsoorten worden beschikbaar gesteld aan de Faunabeheereenheid. Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
1
- Faunatelling Utrecht 2013 -
Reewild Vraag aan uw jachthouders of er binnen uw WBE gebieden zijn waar regelmatig reeën voorkomen, die niet worden geteld bij de reetelling? Zo ja, s.v.p. deze gebieden intekenen op de door u te retourneren kaart.
De techniek van de telling De techniek van de telling is nagenoeg gelijk aan de telling van vorige jaren: -
Uit ervaring is gebleken dat in nagenoeg alle WBE’s geteld wordt op basis van jachtveldniveau.
-
Mocht uw Wildbeheereenheid de faunatelling niet op jachtveldniveau organiseren dan verzoek ik u dit in uw eindrapportage aan het Gewest te melden onder opgaaf van redenen.
-
Met de TBO’s (Terreinbeherende Organisaties) en het Gewest is overeengekomen dat de TBO-terreinen door de TBO’s (al dan niet met ondersteuning van naburige jachthouders) worden geteld en de resultaten hiervan separaat aan de betreffende coördinatieteams op WBE-niveau worden aangeleverd.
-
In die gevallen dat TBO-terreinen onderdeel uitmaken van een jachtveld neemt de jachthouder de telling van deze terreinen voor zijn/haar rekening.
-
Het heeft de voorkeur koppels te vormen van minimaal 2 personen; één persoon neemt waar en telt en de ander noteert.
-
Ga samen tellen! Nodig belangstellenden (niet-jachtaktehouders) uit om samen te tellen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan uw grondeigenaren/-gebruikers, weidevogelbeheerders, IVN’ers en/of andere belangstellenden.
-
In het verlengde van gezamenlijk tellen: het is wenselijk dat voldoende agrariërs en grondeigenaren aan de telling deelnemen. Een aantrekkelijke oplossing daarvoor is dat jachthouders hun agrariërs uitnodigen en motiveren om gezamenlijk het jachtveld te tellen. Dit versterkt de wederzijdse relatie!
Waar gaan we tellen? In principe wordt de hele oppervlakte van de WBE geteld. Uitgezonderd hiervan is de bebouwde kom (d.w.z. dorp(skern) en stad. Deze bebouwde kommen zijn op de kaart voor uw WBE aangegeven. Klaverbladen, water bij rijkswegen e.d. dienen wèl geteld te worden.
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
2
- Faunatelling Utrecht 2013 -
Wat gaan we tellen? Wat we gaan tellen is weergegeven op de 4 bijgesloten telformulieren. I.v.m. de uniforme verwerking is het uitdrukkelijk het verzoek om GEEN andere telformulieren te gebruiken: -
formulier I en II: ganzensoorten, kraaiachtigen en jachtwildsoorten; beide formulieren worden tijdens de telling ingevuld afhankelijk van het voorkomen van deze faunasoorten in het jachtveld.
-
formulier III: overige soorten. Dit formulier kan thuis worden ingevuld.
-
formulier IV: aanwezigheid kleine marterachtigen en exoten. Hierop hoeft alleen vermeld te worden of de soort wel of niet aanwezig is. Dit formulier kan daarom thuis ingevuld worden.
Digitale verwerking van de telgegevens Het verwerken van de handmatig ingevulde telformulieren is een behoorlijke opgave. Om de verwerkingsslag te vergemakkelijken is alleen digitale aanlevering van uw rapportage mogelijk. U kunt hiervoor gebruik maken van het u separaat per mail door de FBE gestuurde Excel- of ander digitaal formulier getiteld: “Digitaal verzamelformulier Faunatelling 2013”. Gelet op de verwerking kunnen andere digitale vormen van aanlevering helaas niet worden verwerkt. Verzending van het digitale formulier kan plaatsvinden aan:
[email protected]
Vossenburchten inventarisatie Het jaarlijks inventariseren van belopen vossenburchten geeft een goed beeld over het voorkomen en de verspreiding van de vos in Utrecht. Aangezien de Faunatelling in de praktijk nagenoeg in alle gevallen reeds plaatsvindt op jachtveldniveau is het uitdrukkelijke verzoek aan de jachthouders om de belopen vossenburchten in hun jachtveld op kaart weer te geven. Aangezien wij er van uitgaan dat iedere jachthouder uit ervaring kan aangeven op welke locaties zich in zijn terrein belopen vossenburchten bevinden volstaat het om deze ‘ervaringsgegevens’ op een kaartje te zetten en deze toe te voegen aan de telresultaten na afloop van de Faunatelling. Zo nodig kan tijdens de Faunatelling een enkele vossenburcht worden nagelopen om er zeker van te zijn of deze als belopen burcht functioneert. Om een zo’n volledig mogelijk beeld te verkrijgen van de Utrechtse vossenpopulatie verzoeken wij u uw jachthouders te attenderen op het feit dat ook als in hun terrein géén belopen vossenburchten voorkomen dit te melden.
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
3
- Faunatelling Utrecht 2013 -
De organisatie van de telling: -
In afstemming met alle partners is bepaald om op zaterdag 6 april te gaan tellen. De telling 1
gaat van start ’s morgens om 09.00 uur en wordt afgerond totdat het gehele werkgebied van de WBE is geteld. Dit zal dus mede afhankelijk zijn van grootte van de betreffende telgebieden. -
De instructie voorafgaand aan de telling en de afronding van de faunatelling vindt bijvoorkeur plaats op een centrale locatie in het werkgebied van de WBE. Hierover onderstaand meer:
-
Het houden van een telling is naast een technisch ook een sociaal gebeuren! Zoals u weet faciliteert de FBE de coördinatieteams op WBE-niveau in de kosten die de uitvoering van een dergelijke telling met zich meebrengt. De ervaring leert dat het zowel bij aanvang als na afloop bij elkaar komen op een centrale locatie in het werkgebied van de WBE bijdraagt aan de sociale cohesie, zeker als dat gepaard met een hapje en een drankje.
Wat vragen wij van u? Allereerst vragen wij u natuurlijk om uw inzet en motivatie om er gezamenlijk een geslaagde telling van te maken. Voorts vragen wij u bij de terugkoppeling van de resultaten rekening te houden met de volgende aspecten:
1. Oplevering telresultaten Wilt u zo vriendelijk zijn de telresultaten van uw Wildbeheereenheid als volgt aan te leveren (zie voorts het afsprakenkader zoals weergegeven in bijlage 1):
1. Retournering van (een kopie van) de u ter beschikking gestelde overzichtskaart van uw WBE met daarop aangegeven de door de telgroepen waargenomen locaties van a. kolonies van roeken
2
b. de belopen vossenburchten op basis van ervaringsgegevens van de jachthouders. tevens, indien van toepassing, op de kaart aangeven: c. de gebieden met reewild die wij de reetelling niet geteld worden
2. Per deelgebied, de totalen van de telling, voor dat specifieke deelgebied (denk a.u.b. aan het benutten van corresponderende nummering overeenkomstig de deelgebieden zoals aangegeven op de aan u ter beschikking gestelde kaart). Wilt U uitsluitend het u per e-mail toegezonden formulier voor digitale aanlevering van uw resultaten gebruiken?
1
2
De aanvangsttijd van de Faunatelling is vastgesteld op 09.00 uur. Hier liggen een tweetal praktische motieven aan te grondslag: 1.) combinatie met de reentelling is desgewenst mogelijk en 2.) deelname van agrariers wordt gestimuleerd (na melktijd). Bij de op kaart weergegeven locaties met roekenkolonies dienen per locatie het aantal nesten en het aantal vogels aangegeven te worden.
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
4
- Faunatelling Utrecht 2013 3
3. De totalen van de Faunatelling van uw Wildbeheereenheid als geheel . Wilt U uitsluitend het u per e-mail toegestuurde formulier voor digitale aanlevering van uw resultaten gebruiken?
4. Een eensluidende notering voor de resultaten: het cijfer 0 indien de diersoort wel is geteld, maar het resultaat nul is en de letters ‘nb’ (niet bekend) als de diersoort niet is geteld.
5. Een opgave van de daadwerkelijk getelde oppervlakte (in ha) per deelgebied alsmede per totale WBE.
6. Opgave van het aantal tellers dat heeft deelgenomen aan de faunatelling per deelgebied alsmede per totale WBE.
2. Opleveringstermijn Wij verzoeken u vriendelijk de hierboven genoemde kaart, het digitale formulier met telresultaten en het evaluatieformulier Faunatelling 2013 uiterlijk 19 mei 2013 toe te sturen aan:
Mevrouw C. Holdinga E-mail:
[email protected]
Mevrouw Holdinga zal toezien op de tijdige en volledige aanlevering van de telgegevens en zal de resultaten bundelen en aanbieden aan de FBE. Voor de goede orde: indien u wenst dat de telgegevens van een of meer wildsoorten niet aan de FBE worden doorgegeven, dient u dit expliciet in uw rapportage aan mevrouw C. Holdinga te vermelden Voorts vragen wij u vriendelijk om zorg te dragen voor de bewaring van de individuele telformulieren per jachtveld/telgebied. De Faunabeheereenheid kan in voorkomende gevallen en uiteraard in overleg met u om inzage in deze individuele telformulieren verzoeken.
Voor overige vragen en opmerkingen kunt u contact opnemen met: mevrouw T. Scholman, telefoon: 0318 – 578 565, mail:
[email protected]
3
Indien uw WBE in meerdere provincies is gelegen dan graag alleen het totaal opgeven van dat deel van uw WBE dat in Utrecht gelegen is.
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
5
- Faunatelling Utrecht 2013 -
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
6
- Faunatelling Utrecht 2013 -
TELFORMULIEREN
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
7
- Faunatelling Utrecht 2013 -
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
8
- Faunatelling Utrecht 2013 -
Telformulier I Voorjaarsstand Ganzen, Knobbelzwanen en Meerkoeten WBE:
................................................................................
Jachtveldnummer/telgebied:
................................................................................
Naam jachthouder/teller:
................................................................................
Totaal aantal tellers:
2
3
4
anders:.........................
Totale opp. jachtveld/telgebied: ...................... ha, waarvan geteld: .................... ha Soort
Aantal waargenomen exemplaren (turven)
Totaal aantal vogels*
Knobbelzwaan Grauwe gans Kolgans Verw. boerengans Nijlgans Canadese gans Brandgans Indische gans Meerkoet Blauwe reiger Aalscholver
Broedparen dienen niet x 2 te worden vermenigvuldigd; alléén de waargenomen aantallen dienen te worden vermeld! Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
9
- Faunatelling Utrecht 2013 -
Telformulier II Voorjaarsstand Kraaiachtigen, Wildsoorten en Verwilderde Postduif WBE:
................................................................................
Jachtveldnummer/telgebied:
................................................................................
Naam jachthouder/teller:
................................................................................
Totaal aantal tellers:
2
3
4
anders:.........................
Totale opp. jachtveld/telgebied: ...................... ha, waarvan geteld: .................... ha Soort
Aantal waargenomen exemplaren (turven)
Totaal aantal vogels*
Roek* Zwarte Kraai Kauw Ekster Haas Konijn Fazant Houtduif Holenduif Verwilderde Postduif Wilde eend *
Waargenomen kolonies van Roeken dienen op kaart te worden weergegeven, met daarbij een opgave van het aantal nesten en aantal vogels per kolonie. Broedparen dienen niet x 2 te worden vermenigvuldigd; alléén de waargenomen aantallen dienen te worden vermeld! Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
10
- Faunatelling Utrecht 2013 -
Telformulier III - Ervaringsgegevens Voorjaarsstand Overige soorten (incl. patrijs en verwilderde gedomesticeerde diersoorten) WBE:
................................................................................
Jachtveldnummer/telgebied:
................................................................................
Naam jachthouder/teller:
................................................................................
Totaal aantal tellers:
2
3
4
anders:.........................
Totale opp. jachtveld/telgebied: ...................... ha, waarvan geteld: .................... ha Veldkennis is van belang! In onderstaande tabel verzoeken wij u om op basis van uw veldkennis (ervaringsgegevens) aan te geven of onderstaande diersoorten in uw jachtveld voorkomen dan wel ontbreken. Soort
Aanwezigheid op basis van ervaringsgegevens (aantallen)
Patrijs
………….. stuks
Rotgans (overz.)
………….. stuks
Verw. kat
………….. stuks
Belopen vossenburchten
Damhert
………….. stuks Indien aanwezig: opgave van de locatie (s) op kaart!
………….. stuks
Bijz. waarneming:
Let op:
Geef op kaart de in uw jachtveld aanwezige belopen vossenburchten aan (ervaringsgegevens volstaan).
Soort
Aanwezig in gebieden die niet bij de reeëntelling geteld worden (in overleg met de jachthouders)
Ree Let op:
aanwezig / afwezig* Indien aanwezig: Geef op de kaart het gebied aan waar de ree gesignaleerd is. Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
11
- Faunatelling Utrecht 2013 -
Telformulier IV – Marterachtigen en exoten Voorjaarsstand WBE:
................................................................................
Jachtveldnummer/telgebied:
................................................................................
Naam jachthouder/teller:
................................................................................
Totaal aantal tellers:
2
3
4
anders:.........................
Totale opp. jachtveld/telgebied: ...................... ha, waarvan geteld: .................... ha Veldkennis is van belang! In onderstaande tabel verzoeken wij u om op basis van uw veldkennis (ervaringsgegevens) aan te geven of onderstaande diersoorten in uw jachtveld voorkomen dan wel ontbreken..
Soort
Aanwezigheid op basis van ervaringsgegevens
Wezel
aanwezig / afwezig*
Bunzing
aanwezig / afwezig*
Hermelijn
aanwezig / afwezig*
Wasbeer
aanwezig / afwezig*
Muntjak
aanwezig / afwezig*
Wasbeerhond
aanwezig / afwezig*
Verw. nerts
aanwezig / afwezig*
Beverrat
aanwezig / afwezig*
Steen- of boommarter
aanwezig / afwezig*
Das
aanwezig / afwezig*
Let op:
*
Doorhalen wat niet van toepassing is.
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
12
- Faunatelling Utrecht 2013 -
BIJLAGE 1 Afspraken inzake de verzameling, verwerking en validering telgegevens Faunatelling
4
1. De coördinatieteams op WBE-niveau zijn verantwoordelijk voor de voorbereiding en correcte 5
uitvoering van de Faunatelling conform de systematiek zoals vastgesteld door het Projectteam .
2. Nadat de Faunatelling heeft plaatsgevonden worden de telgegevens van de afzonderlijke telgroepjes verzameld door de secretaris van de WBE, tenzij anders in het coördinatieteam is overeengekomen.
3. De secretaris van de WBE, tenzij anders in het coördinatieteam is overeengekomen, verwerkt de telformulieren van de betreffende telgebieden en rubriceert deze op WBE-deelgebiedsniveau. Bij vermoeden van onjuistheid of onvolledigheid neemt het coördinatieteam contact op met de jachthouder van het betreffende jachtveld/terrein.
4. De secretaris van de WBE zorgt zelf voor de archivering van de individuele telformulieren.
5. Het coördinatieteam draagt zorg voor tijdige verzending (uiterlijk 19 mei 2013) van de resultaten per WBE-deelgebiedsniveau en de gesommeerde resultaten voor de gehele WBE aan mevrouw Holdinga.
6. Het coördinatieteam zendt uiterlijk 19 mei 2013 het evaluatieformulier faunatelling (over het verloop van de telling, op- en aanmerkingen alsmede suggesties ter verbetering) aan mevrouw Holdinga en de FBE.
7. Mevrouw Holdinga controleert de bij haar binnengekomen telresultaten afkomstig van de diverse coördinatieteams op WBE-niveau op volledigheid en gebruik van het juiste format. Indien zij (vermeende) afwijkingen constateert neemt zij contact op met het betreffende coördinatieteam van de WBE en draagt er voor zorg dat het betreffende coördinatieteam spoedig de ontbrekende gegevens aanvult. Mevrouw Holdinga rapporteert haar bevindingen aan de FBE.
4
Coordinatieteam op WBE-niveau: een team belast met de concrete uitvoering van de Faunatelling op WBE-niveau, die bijvoorkeur is samengesteld uit deelnemers afkomstig uit alle geledingen die zijn aangesloten bij de FBE (LTO, UPG, KNJV/NOJG en de TBO’s). Tenzij de deelnemers aan het coordinatieteam anders overeenkomen vormt de secretaris van de WBE het eerste aanspreekpunt van het coordinatieteam.
5
Projectteam: een team bestaande uit het FBE-bestuur, een vertegenwoordiger van de provincie en een vertegenwoordiger van het Gewest onder leiding van een onafhankelijk voorzitter dat belast is met de organisatie van de telling op hoofdlijnen daaronder inbegrepen: het vaststellen van de telinstructie en -formulieren, de bepaling van de wijze van tellen alsmede de validatie van de telgegevens.
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
13
- Faunatelling Utrecht 2013 -
8. Mevrouw Holdinga overhandigt de complete telgegevens van alle coördinatieteams, uiterlijk 21 juni 2013, aan de FBE voorzien van een korte notitie van bevindingen.
9. De FBE draagt zorg voor de rubricering van de aangeleverde telgegevens per diersoort en over de reeks van jaren vanaf 2005.
10. De telling en de resultaten van de telling worden door het Projectteam doorgenomen waarna zij, na accoord, overgaat tot validatie.
11. De FBE stuurt een afschrift van de door het Projectteam gevalideerde telgegevens aan de deelnemende WBE’s, de provincie, de FBE en het Gewest.
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
14
BIJLAGE 2 Contactpersonen Faunatelling 2013
Projectteam Faunatellingen Utrecht is een samenwerkingsverband van: FBE Utrecht, provincie Utrecht, KNJV, WBE’s, LTO-Noord, UPG, NM, UL en SBB
15
16
BIJLAGE 3 Herkenningskaart(en) en/of beschrijving van
-
bever/muskusrat
-
steen/boommarter
-
verwilderde kat
-
houtduif
-
holenduif
17
Muskusrat (ook wel bisamrat genoemd) - Ondatra zibethicus Een woelmuizensoort met een lichaamlengte van 25 tot 35 cm (zonder staart). Te verwarren met andere in en nabij water voorkomende 'ratten': de woelrat en de bruine rat. De muskusrat is de grootste van de drie en valt op door z'n lichtere snuit. De muskusrat is de enige van de drie soorten met een zijdelings afgeplatte staart. De woelrat gebruikt zijn staart bij het zwemmen, de andere twee soorten slepen deze meer achter zich aan. Bij de woelrat, die net als de muskusrat, oren heeft die nauwelijks uit de vacht steken, ontbreekt de lichtere snuit. Deze 'rattensoort' is daardoor egaal van kleur. Ook de bruine rat is egaal van kleur, maar heeft duidelijk uit de vacht stekende oren. Beverrat - Castor fiber Een knaagdier met een lichaamslengte van 42 tot 65 cm (zonder staart). Deze soort is aanzienlijk groter dan de muskusrat en heeft een rolronde staart. Verder heeft de beverrat lange, witte snorharen en oranje snijtanden. De beverrat kan verward worden met de bever. De bever heeft een breed afgeplatte staart en donkere snorharen.
Boommarter - Martes martes en Steenmarter - Martes foina Boom- en steenmarter werden in het verleden vaak onderscheiden op basis van de kleur van de bef. Geel tot oranje bij de boommarter en wit bij de steenmarter. Dit verschil blijkt echter niet absoluut. Ook boommarters kunnen een witte bef hebben en bij steenmarters kan de bef ook geel zijn. Een goed kenmerk is de kleur van de ondervacht. Bij de boommarter donker en bij de steenmarter licht, bijna wit. Tot voor kort hadden alle waarnemingen uit Utrecht betrekking op boommarters. Dat baseren we op onderzochte dode dieren, waarbij kenmerken als de ondervacht goed bekeken konden worden. Dit Steenmarter - Martes foina onderzoek wordt uitgevoerd door de Boommarterwerkgroep van de Zoogdierevereniging die graag meldingen ontvangen van doodgereden marters die ze vervolgens ophalen voor onderzoek. Inmiddels is er ten oosten van Amersfoort ook met zekerheid een dode steenmarter gevonden. Beide soorten komen dus voor in het werkgebied van de Faunabeheereenheid Utrecht. Meldingen van boom- of steenmarter op de formulieren van de jaarlijkse faunatelling worden geïnterpreteerd als boom/steenmarter. Hoewel het onderscheid tussen beide soorten dus in het veld niet goed te maken is, blijft het wel interessant om de aanwezigheid van deze twee martersoorten te volgen.
Boommarter - Martes martes Verwilderde kat Een verwilderde kat is een kat die dag en nacht in de natuur verblijft, aldaar voedsel verzamelt en/of haar jongen in de natuur werpt.
18
Holenduif en Houtduif De Holenduif is iets kleiner dan de houtduif, maar zou er bij oppervlakkige beschouwing mee verward kunnen worden. Beide soorten zijn grotendeels grijsblauw met groenblauwe kleuring in de hals. Bij de Holenduif ontbreekt echter de witte vlek in de hals die zo karakteristiek is voor de Houtduif. Tijdens de vlucht valt bij de Houtduif een witte band over de vleugel op, die ontbreekt bij de Holenduif. Zo maakt de Holenduif altijd een veel grijsblauwere indruk dan de houtduif. Holenduiven zijn de laatse jaren algemener geworden en het is daarom zinvol om bij het tellen bewust te zijn van de verschillen.
Holenduif
Houtduif
19