Tekstblokken voor op de website Meedoen! een korte toelichting: De definitie van Meedoen: Waarom is gekozen voor het begrip Meedoen in plaats van Participatie ? Meedoen is allereerst een mooi en eenvoudig Hollands woord. En als het eenvoudig kan, waarom zouden we het dan moeilijker maken. Maar Meedoen dekt ook de lading van wat wij willen bereiken. Het gaat niet om het hebben van inbreng van cliënten alleen, het gaat om het actief meedoen, het actief zijn in ‘sociaal en of economisch’ opzicht, meedraaien en erbij horen in de samenleving. De definitie van Meedoen staat als volgt in het Visiedocument: Meedoen is: Het actief zijn en daarmee deelnemen in de sociale omgeving, de samenleving. Dit kan op kleine schaal in de directe leefomgeving of binnen de eigen instelling, maar kan vooral ook meer naar buiten gericht zijn. Meedoen betekent ook meepraten en zingeving voor mensen en draagt bij aan de sociale samenhang. De term meedoen staat voor erbij horen, deel uitmaken van een groter geheel.
Achtergrondinformatie : Het theoretische kader Sociale Kwaliteit: Voor de visie op meedoen wordt het begrippenkader Sociale Kwaliteit als uitgangspunt gehanteerd. ‘Sociale Kwaliteit’ is de mate waarin mensen in staat zijn om: te participeren/mee te doen in het sociale, economische en culturele leven en in de ontwikkeling van hun gemeenschap • zodanig zijn toegerust dat dit doorwerkt op hun welzijn en zelfrealisatie • waardoor zij ook weer invloed kunnen uitoefenen op de condities van hun bestaan De vier hoofddomeinen binnen het begrippenkader Sociale Kwaliteit zijn: 1. Sociaal economische zekerheid: de mate waarin mensen toegang hebben tot materiële en omgevingsbronnen die nodig zijn voor participatie en veiligheid en gezondheid; 2. Sociale cohesie: de mate waarin relaties, gebaseerd op waarden en normen en identiteiten worden gedeeld en onderling verband hebben: 3. Sociale inclusie: de mate waarin mensen toegang hebben tot en geïntegreerd zijn in diverse instituties. De mate waarin mensen toegang hebben tot en geïntegreerd zijn in sociale relaties van het alledaagse leven; 4. Sociaal empowerment: de mate waarin capaciteiten en handelingsmogelijkheden worden ondersteund en versterkt door sociale structuren en relaties 1
1
Judith Wolf introduceerde het introduceerde Sociale Kwaliteit in Nederland (2007).
Meedoen raakt direct aan alle vier deze gebieden. Er is dus een directe samenhang tussen deze visie op meedoen en de theorie van Sociale Kwaliteit. Door het gebruik van dit gedachtegoed zijn we beter in staat om de effecten van meedoen in kaart te brengen. Dit zal nog verder moeten worden uitgewerkt.2 Het bevorderen van meedoen leidt tot verhoogde kwaliteit van leven voor cliënten, zien we in onderzoeken en in de praktijk. Meedoen kent een heel scala aan mogelijkheden. Deze hebben als overeenkomst dat ze structuur bieden aan mensen, van positieve invloed zijn op het zelfbeeld en bijdragen aan versteviging van banden met anderen.
Waarom een Visie op meedoen ? Omdat meedoen essentieel is voor het bereiken van een betere kwaliteit van leven voor onze cliënten en een betere kwaliteit van de samenleving, is het voor leden van de Federatie Opvang een primaire verantwoordelijkheid om cliënten daarbij te steunen en te begeleiden. De eigen kracht van cliënten is het vertrekpunt. Meedoen staat centraal in het beleid van de instellingen. Om meedoen te optimaliseren haken instellingen aan op ideeën en initiatieven van cliënten. Zij werken samen met andere of nieuwe partners die hiervoor van belang zijn en bestaande ketensamenwerking wordt geïntensiveerd. Soms zullen vanuit de opvang zelfstandig activiteiten worden opgezet om bestaande lacunes op te vullen. Specifieke deskundigheid zal actief worden uitgedragen en ingezet om trajecten voor cliënten op te zetten of te verbeteren. Ervaringsdeskundigheid is hierbij van belang en wordt actief ingezet.
Meedoen betekent zoveel meer Cliënten van instellingen van de FO doen optimaal, vanuit hun eigen kracht, mee in de samenleving. Hierdoor ontstaat een beter zelfbeeld en een betere kwaliteit van leven. Daarnaast ontstaat hierdoor meer sociale cohesie en wordt een positiever imago bereikt. Hierdoor wordt stigmatisering en negatieve beeldvorming doorbroken. Want ieder mens telt! Door intensieve samenwerking in de keten en het nadrukkelijk inzetten van specifieke deskundigheid over kwetsbare groepen wordt het meedoen voor cliënten intensief en structureel bevorderd en wordt een bijdrage geleverd aan een positiever imago van de cliënten. Meedoen wordt integraal onderdeel in het beleid dat door instellingen wordt ingezet.
Hoe is het totaalprogramma Meedoen onderverdeeld ? De Drie pijlers van meedoen: Onder de term Meedoen valt een heel groot aantal verschillende activiteiten. Deze zijn gegroepeerd in drie pijlers : Sport en bewegen, Activering en Werk en Zingeving, Kunst en Cultuur. Deze pijlers zijn natuurlijk niet strikt gescheiden en zullen in de praktijk gecombineerd worden. Maatwerk voor het individu is de insteek. Deze pijlers zullen worden uitgewerkt in programma’s. Voor elke pijler worden doelstellingen benoemd. A.
2
Sport en bewegen:
Geertien Pols (CVD) maakte een vertaalslag waardoor er toetsing van diensten mogelijk wordt: zijn onze producten ‘Sociale Kwaliteit proof’.
Hier gaat het vooral om het fysiek –weer- actief worden. Dit kan variëren van (meer) bewegen op kleine schaal, tot het actief sporten. Maar ook zaken als wellnes, aandacht besteden aan de fysieke conditie en gezondheid valt hieronder. Uitgangspunt is, dat wanneer de lichamelijke gesteldheid en/of gezondheid verbetert, de mentale situatie vaak ook verbetert. Belangrijkste doelstellingen Sport en bewegen: Sporten en bewegen bieden echt een kans om verandering aan te brengen in de leefsituatie en het welbevinden van mensen. • • •
• •
Het inbedden van sporten en bewegen in het aanbod van (opvang)instellingen voor alle cliënten. Het opbouwen van een goede en toegankelijke lokale en landelijke infrastructuur op het gebied van Sport en bewegen voor kwetsbare groepen. De fysieke gesteldheid van mensen verbeteren door middel van sporten en bewegen; Het verbeteren –voor zover mogelijk- van de psychische gesteldheid; het bereiken van een positiever zelfbeeld en een betere ervaren kwaliteit van leven. Het bevorderen van contact tussen cliënten onderling en tussen cliënten en medewerkers. Zo nemen sociale contacten toe en ook de samenhang (cohesie) wordt bevorderd. Het bieden van een opstap naar verdere integratie in de samenleving. Activering, vrijwilligerswerk en ook toeleidingen naar betaald werk horen van hieruit zeker voor een aantal cliënten tot de mogelijkheden
B. Sociale activering en Betaald werk: Hieronder valt zowel dagbesteding in de instelling zelf, activiteiten in de buurt als vrijwilligerswerk en toeleiding naar betaald werk. Ook scholing en training van cliënten valt hier dan onder. Er wordt maatwerk geleverd, dit betekent dat het haalbare voor cliënten het uitgangspunt is. NB : deze doelstellingen dienen nog verder te worden uitgewerkt ! Belangrijkste doelstellingen Sociale activering en Betaald werk: • • • • •
C.
organiseren van een landelijke manifestatie rondom meedoen en activering. Meer cliënten actief in vrijwilligerswerk of taken (kan ook binnen de eigen instelling zijn) Meer cliënten een traject dat uiteindelijk leidt naar een betaalde baan. Medewerkers beschikken over kennis en methodieken om cliënten beter te ondersteunen in activering en toeleiding naar werk De instellingen maken allemaal actief deel uit van de keten werk en inkomen.
Kunst en Cultuur en zingeving:
Uitgangspunt van deze pijler is het ondernemen van creatieve activiteiten waardoor cliënten zich kunnen ontplooien en groeien. Tekenen en schilderen, het spelen van muziek, zang en toneel zijn allemaal vormen waardoor je dit kunt bereiken. Ook het passief cultuur beleven kan een impuls zijn voor mensen. In de breedte van cultuur, wordt hier ook het levensbeschouwelijke aspect, religie en spiritualiteit bedoeld. Zingeving is van belang, ook voor onze cliënten. NB : deze doelstellingen dienen nog verder te worden uitgewerkt !
Belangrijkste doelstellingen Kunst en Cultuur en zingeving: • • •
Bestaande projecten /initiatieven worden ondersteund en verder uitgerold in het land. Een landelijke manifestatie rondom Zingeving en kunst en cultuur wordt georganiseerd. In 2014 heeft een belangrijk deel van de instellingen beleid met betrekking tot zingeving en wordt voor ondersteuning hierbij van cliënten zo mogelijk extra deskundigheid ingezet.
Wat is de rol van Cliënten ? Zonder inbreng en een actieve rol van cliënten zelf is er geen sprake van meedoen. Inbreng gaat hierbij vaak verder dan het eigen traject. Inspraak van cliënten als het gaat om ontwikkelingen in de instellingen is hierbij aan de orde. Cliëntenraden zullen nadrukkelijk betrokken worden bij een verdere invulling van meedoen, waar het de drie pijlers betreft. Er is een klankbordgroep cliënten die wordt geraadpleegd en betrokken bij de voortgang van het programma Meedoen. Voor Sport en bewegen is deze klankbordgroep al actief. Maar het gaat ook om het actief aanhaken bij eigen behoeften en initiatieven van cliënten: eigen kracht als uitgangspunt. Bottom up werken loont. Ervaringsdeskundigheid is van cruciaal belang als het gaat om meedoen. Cliënten zelf laten bepalen wat werkt en niet werkt is aan de orde.
Meedoen! Sport en bewegen in 2010 van start NB : In 2010 is gestart met het driejarig programma Meedoen!Sport en Bewegen, als uitwerking van de eerste pijler binnen Meedoen. Sport en bewegen is dan ook al uitgewerkt, terwijl de andere pijlers nog verder moeten worden ingevuld. Het driejarig programma Meedoen! Sport en Bewegen wordt ondersteund door het ministerie van VWS.
Waarom is Sport en Bewegen zo belangrijk ? De fysieke en mentale gesteldheid van de gemiddelde cliënt van de maatschappelijke opvang, vrouwenopvang, RIBW’en en andere kwetsbare groepen is erg slecht. Dit geldt ook voor de ervaren kwaliteit van leven. Voor MO (en RIBW-) cliënten is er vaak sprake van een slechte gezondheid c.q. ongezonde levensstijl in combinatie met alcoholgebruik en/of drugs. Voor slachtoffers van huiselijk geweld gaat het vaak om traumatische ervaringen, waardoor er te weinig positieve gevoelens over het eigen lichaam zijn. Ook hier is vaak sprake van een ervaren slechte kwaliteit van leven. Ondanks de verschillen tussen de hiervoor genoemde doelgroepen binnen het cliëntenbestand, zijn er belangrijke overeenkomsten waarvoor een gezamenlijk programma - met verschillend ingevulde activiteiten per doelgroep - is ontwikkeld. Dus : hoofdlijnen in het programma, maar maatwerk in de verdere uitvoering.
Inventarisatie en Sportvisie als basis voor Meedoen!Sport en Bewegen In 2009 werd een inventarisatie gehouden binnen de instellingen opvang en werd een sportvisie opgeleverd. Deze vormen de basis voor het driejarig programma Meedoen!Sport en Bewegen (20102012) waarvoor de federatie Opvang ondersteuning kreeg van het ministerie van VWS. Uit dit door de Federatie Opvang ingezette onderzoek bleek dat Sport en bewegen heel belangrijk is binnen de opvang. Het geeft de cliënten kader, zorgt voor een gezonder lichaam en zelfs soms een verbetering van de psychische gesteldheid, benadrukt een aantal normen en waarden en stimuleert het leggen van sociale contacten. Maar het belangrijkste is dat sport en bewegen een bijdrage leveren aan het verbeteren van gevoel van eigenwaarde. De verhoging van deze eigen waarde zorgt voor een kans op een succesvoller reïntegratie proces. Om deze redenen is het essentieel dat sport en bewegen een belangrijke plek krijgen in de opvang. Dat sport en bewegen een belangrijke plek behoort te krijgen blijkt wel uit het onderzoek Gezond aan de Slag (2007) in Rotterdam. Hieruit bleek dat de conditie van mensen met een bijstandsuitkering zéér slecht is. Zo slecht zelfs dat reïntegratie projecten met deze mensen geen enkel effect zullen hebben zolang deze fysieke conditie zo slecht blijft. Een voorwaarde dus om de gezondheid van de cliënten in de opvang te willen en kunnen verbeteren.
De Sportvisie : Sport en bewegen zijn belangrijke voorwaarden voor het succesvol begeleiden van cliënten binnen de opvang. Sport en bewegen helen fysieke en mentale wonden en ze verbinden. Sport en bewegen wordt dan basis voor het succesvol begeleiden van cliënten. Een gezonder lichaam betekent vaak ook een gezondere geest en vergroot de kans op zelfredzaamheid. Maar er is meer dan alleen maar gezondheidsverbetering en zelfredzaamheid:
• • • •
Sport en bewegen zorgen voor een aanmaak van endorfine in de hersenen. Hierdoor kan de cliënt beter omgaan met stress en andere emotionele verwerkingen. Sport en bewegen verstevigen de relatie tussen cliënt en medewerker in de opvang. Sport en bewegen vergroten de kans op sociale contacten. Sport en bewegen geven de opvanginstellingen de mogelijkheid om maatschappelijke zakelijke netwerken, maatschappelijke allianties op te bouwen. Hierdoor kunnen kosten voor het organiseren van activiteiten omlaag en de reïntegratie kansen van de cliënt omhoog. Denk hierbij aan allianties met: scholen, woningcorporaties, gemeente, sportverenigingen, bedrijfsleven, welzijnsorganisaties etc.
Wat gebeurt er al ? Er zijn al tal van voorbeelden in het land waar Sport en bewegen voor cliënten wordt ingezet. Het kan gaan om organisatie van activiteiten gezamenlijk met sportclubs en andere partners, deelnemen aan bestaande evenementen of een abonnement voor cliënten bij een sportschool. In het uitgebreide Visiedocument staan meerdere voorbeelden. Maar…het is nog te weinig structureel en er wordt te weinig gebruik gemaakt van elkaar’s kennis in het land. Vaak is er een gebrek aan ruimtes waardoor bestaande algemene ruimtes provisorisch worden omgetoverd tot sportzaal, worden de sport- en beweeglessen erbij gedaan door een medewerker van de opvanginstelling en is er onvoldoende kennis van de omgeving en/of netwerk met organisaties uit de buurt die ervoor kunnen zorgen dat activiteiten kunnen worden gerealiseerd: scholen die helpen met de organisatie van een evenement, sportverenigingen die trainers leveren, de gemeente die een accommodatie ter beschikking stelt, de woningcorporatie die een project financiert en het bedrijfsleven die zorgt voor funding.
Wat biedt het programma Sport en bewegen ? Gedurende een periode van drie jaar 2010-2013 , zal het programma Meedoen!Sport en Bewegen een infrastructuur (mee) opzetten om sport en bewegen in te bedden in het aanbod voor cliënten en sport en bewegen voor deze groep structureel mogelijk te maken. Het gaat hierbij om het aanhaken op en uitbouwen van bestaande samenwerkingsverbanden en het toegankelijk maken van reguliere organisaties als sportverenigingen voor onze cliënten. Het gaat naast het aangaan van samenwerkingsverbanden lokaal en landelijk ook om het bevorderen van specifieke kennis en deskundigheid van onze professionals om sporten en bewegen aan cliënten aan te bieden. . Het gaat om een integrale aanpak dus combinaties van organisaties die elkaar versterken ten behoeve van onze cliënten. Bestaande organisaties, landelijk en lokaal zullen worden ‘geactiveerd’, om meer passende activiteiten voor onze doelgroep te realiseren. De instellingen die zijn aangesloten bij de Federatie Opvang, zullen aansluiten op de bestaande infrastructuur rondom Sport en Bewegen; vooral ook lokaal. Het programma biedt ondersteuning : kennisverspreiding, het bijeenbrengen van partners, het realiseren van pilots, het ontwikkelen van verschillende modellen waarlangs kan worden gewerkt en het vervullen van een helpdeskfunctie voor lidinstellingen van de federatie Opvang. Er worden bruggen gebouwd en er worden goede voorbeelden verzameld waardoor instellingen van elkaar kunnen leren. De dialoog , ook met cliënten wordt op gang gebracht. Er wordt ingezet op deskundigheid voor de professionals. Alles om te zorgen dat deelname aan Sport en bewegen voor cliënten na drie jaar ook echt kan worden geborgd in de (dan) bestaande infrastructuur, voor onze cliënten.
Partners zijn essentieel ! Ze worden op een andere plek dan ook nog eens apart benoemd !
Wat doen we de komende drie jaren dan vooral ? 2010 - Inventariseren en ontwikkelen en initiëren Het eerste jaar 2010 zal vooral worden ingezet op het informeren en meenemen van opvanginstellingen en ketenpartners in het programma. Inventariseren, informeren en het creëren van verder draagvlak zijn in dit jaar relevant. Verder zal het eerste jaar de focus liggen op het inventariseren van behoeften en leemten in kennis en deskundigheid, het onderzoeken van locaties voor pilots en het inzetten op het realiseren van een netwerk lokaal (sportverenigingen, welzijn, onderwijs, gemeenten, corporaties etc.) en landelijk (Bonden, NISB, NOC/NSF, Aedes etc. etc.). Dit netwerk is essentieel om uiteindelijk gezamenlijk met de relevante partners op het terrein van sport en bewegen dit programma te kunnen gaan uitrollen. Het eerste jaar zal op basis van een uitgebreid communicatieplan worden ingezet op bekendheid van het meerjarenprogramma en de mogelijkheden hierbinnen.
2011 - Initiëren en Experimenteren Aan het eind van het eerste jaar zullen pilots worden voorbereid. Gedurende het tweede jaar zullen pilots worden uitgevoerd en zal de output hiervan worden vertaald in concrete producten. Het gaat dan om het leveren van best practices / voorzetten voor aanpak en methodieken als basis voor verdere deskundigheidsbevordering. Ook zal het netwerk rondom Sport en Bewegen verder opgebouwd moeten zijn. Lokaal met opvanginstellingen en partners ter plaatse en landelijk tussen de FO en nationale partners. Ook zal deze samenwerking zich steeds verder in het land verspreiden. Het gaat hierbij dus vooral ook om nieuwe of betere combinaties tussen partners in sport, gemeenten, welzijn, onderwijs en andere relevante partners. Methodieken en informatie worden in brochures en ander communicatiemateriaal vastgelegd.
2012 - Oogsten en uitrollen ontwikkelde concepten In het derde jaar tenslotte, zullen best practices verder worden uitgerold en zullen instellingen en lokale partners komen tot concrete afspraken voor onze cliëntengroep. De ‘brede infrastructuur’ rondom Sport en Bewegen, is aan het einde van dit programma beter ingericht op onze cliënten. Het gaat dan om de infrastructuur waarvan niet alleen sportverenigingen en sportbonden etc. deel uitmaken, maar ook partners als gemeenten, welzijnsinstellingen, onderwijs en anderen. De professionals worden door deskundigheidsbevordering en de nodige tools toegerust om cliënten toe te leiden naar sport en bewegen. Een groot deel van de cliënten is actief en er bestaat een beleid op gezonde voeding en persoonlijke verzorging in de meeste instellingen.
Met welke partners wordt samengewerkt in Meedoen! Sport en Bewegen? Zowel landelijk als lokaal zullen netwerken moeten worden gebouwd of verder verbeterd om te zorgen dat sporten en bewegen voor cliënten structureel mogelijk wordt. De volgende partners zijn dan nadrukkelijk in beeld: Op landelijk niveau gaat het om : Nationaal Instituut Sport en Bewegen, NOC*NSF (Nederlands Olympisch Comité en Nationale Sport Federatie, Vereniging van Nederlandse Gemeenten, Vereniging Sport en Gemeenten, Aedes vereniging van corporaties en andere partijen.
Het ministerie van VWS is opdrachtgever en ondersteund het driejarig programma Sport en Bewegen. Deze lijst is niet volledig : alle partners die actief kunnen en willen bijdragen aan Sport en Bewegen voor onze cliënten zijn natuurlijk van harte welkom om samen te werken. Lokaal gaat het om : sportverenigingen, gemeenten, welzijns- en onderwijsinstellingen, combinatiefunctionarissen. Ook particuliere initiatieven en bedrijven zullen een rol kunnen vervullen. Vanuit het idee van maatschappelijk ondernemen kunnen nieuwe allianties worden gesloten en middelen gegenereerd die Hard nodig zijn om onze doelstellingen te behalen.
Wat is de rol van Cliënten in Meedoen!Sport en Bewegen? Zonder inbreng en een actieve rol van cliënten zelf is er geen sprake van meedoen. Inbreng gaat hierbij vaak verder dan het eigen traject. Inspraak van cliënten als het gaat om ontwikkelingen in de instellingen is hierbij aan de orde. Cliëntenraden zullen nadrukkelijk betrokken worden bij een verdere invulling van meedoen, waar het de drie pijlers betreft. Er is een klankbordgroep cliënten die wordt geraadpleegd en betrokken bij de voortgang van het programma Meedoen. Voor Sport en bewegen is deze klankbordgroep al actief. Maar het gaat ook om het actief aanhaken bij eigen behoeften en initiatieven van cliënten: eigen kracht als uitgangspunt. Bottom up werken loont. Ervaringsdeskundigheid is van cruciaal belang als het gaat om meedoen. Cliënten zelf laten bepalen wat werkt en niet werkt is aan de orde.
Wat zijn de Belangrijkste doelstellingen van Meedoen! Sport Bewegen: Sporten en bewegen bieden echt een kans om verandering aan te brengen in de leefsituatie en het welbevinden van mensen. Sport en Bewegen is breed ; het gaat vooral om het fysiek –weer- actief worden. Dit kan variëren van (meer) bewegen op kleine schaal, tot het actief sporten. Maar ook zaken als wellnes, aandacht besteden aan de fysieke conditie, eetgewoonten en gezondheid valt hieronder. Uitgangspunt is, dat wanneer de lichamelijke gesteldheid en/of gezondheid verbetert, de mentale situatie vaak ook verbetert. • • •
• •
Het inbedden van sporten en bewegen in het aanbod van (opvang)instellingen voor alle cliënten. Het opbouwen van een goede en toegankelijke lokale en landelijke infrastructuur op het gebied van Sport en bewegen voor kwetsbare groepen. De fysieke gesteldheid van mensen verbeteren door middel van sporten en bewegen; Het verbeteren –voor zover mogelijk- van de psychische gesteldheid; het bereiken van een positiever zelfbeeld en een betere ervaren kwaliteit van leven. Het bevorderen van contact tussen cliënten onderling en tussen cliënten en medewerkers. Zo nemen sociale contacten toe en ook de samenhang (cohesie) wordt bevorderd. Het bieden van een opstap naar verdere integratie in de samenleving. Activering, vrijwilligerswerk en ook toeleidingen naar betaald werk horen van hieruit zeker voor een aantal cliënten tot de mogelijkheden
Welke resultaten bereikt het programma Meedoen!Sport en bewegen in 2012 ? • • •
‘Gezondere’ cliënten dus een verbetering in fysiek en psychisch welbevinden. Meer contacten tussen cliënten, instellingen en maatschappij. Voldoende kennis van sport /beweging en de mogelijkheden hiervan bij medewerkers, om cliënten goed toe te leiden/begeleiden naar activiteiten in sport en bewegen.
• • • •
Samenwerking en aansluiting bij bestaande initiatieven, waardoor een goede infrastructuur op dit gebied ontstaat voor deze kwetsbare groep. Duurzaam inzetten van sport en bewegen voor deze groep. Een verbeterde reïntegratie richting maatschappij en uiteindelijk mogelijk naar werk. Een positievere beeldvorming over cliënten en imagoverbetering van de branche.
Wat biedt het programma niet ? Het programma biedt geen financiële bijdragen of subsidie voor individuele of groepsactiviteiten. Er kunnen wel middelen worden ingezet vanuit het programma wanneer in het kader van het programma een activiteit wordt georganiseerd. Zo kunnen bijvoorbeeld bijeenkomsten worden georganiseerd en (mede) voorbereid. Verder kan ontwikkeld informatiemateriaal beschikbaar worden gesteld en kunnen goede voorbeelden uit andere regio’s / gemeenten worden gebruikt om in de eigen lokale situatie optimaal resultaat te behalen. Contacten die de projectleider Meedoen! Sport en Bewegen heeft kunnen worden ingezet voor lokale initiatieven etc. Het programma richt zich in eerste instantie expliciet op aangesloten instellingen bij de federatie opvang en hun partners. Losse aanvragen voor ondersteuning door derden dan ook niet zomaar gehonoreerd worden.