Technische productinformatie Slanghaspels
Jaco Wessteijn Service manager
0174-613293
[email protected]
Slanghaspels
Inhoudsopgave TECHNISCHE PRODUCTINFORMATIE ................................................................................................. 0 SLANGHASPELS ..................................................................................................................................... 0 1.
BEDIENING /GEBRUIK ................................................................................................................... 2 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
2.
BEDOELD GEBRUIK...................................................................................................................... 2 TRANSPORT ............................................................................................................................... 3 IN BEDRIJF STELLEN .................................................................................................................... 3 INSPECTIE VOOR INBEDRIJFSTELLEN ............................................................................................ 3 GEBRUIK .................................................................................................................................... 4 BEDIENING ................................................................................................................................. 5
SCHEMA’S....................................................................................................................................... 7 2.1 SCHEMA 230V (VOOR 2004) ....................................................................................................... 7 2.2 SCHEMA 230V (VANAF 2004) ...................................................................................................... 8 2.3 SCHEMA 400V (VANAF 2004) ...................................................................................................... 9 2.4 SCHEMA 400V MET AUTO AFSLAG.............................................................................................. 10 2.5 SCHEMA 24V MET PRINTPLAAT EN NECO MOTOR ........................................................................ 11 2.6 SCHEMA 24V MET MS24/25 EN ALPATEK MOTOR ....................................................................... 12 2.7 SCHEMA 24V BUISRAIL OPBOUWHASPEL SW04 ......................................................................... 13 2.8 SCHEMA 24V BUISRAIL OPBOUWHASPEL SW08 ......................................................................... 14 ............................................................................................................................................................ 14 2.9 SCHEMA DIGI HASPEL ............................................................................................................... 15 ............................................................................................................................................................ 15 2.10 INSTELLINGEN FREQUENTIE REGELAAR DIGI HASPEL ................................................................... 16 2.11 SCHEMA TOUWHASPEL ............................................................................................................. 17 ............................................................................................................................................................ 17 2.12 INSTELLINGEN FREQUENTIE REGELAAR TOUW HASPEL ................................................................ 19
3.
ONDERHOUD ................................................................................................................................ 20 3.1 3.2 3.3 3.4
4.
STORINGEN .................................................................................................................................. 22 4.1 4.2
5.
BUITEN GEBRUIK ................................................................................................................. 20 REINIGEN .............................................................................................................................. 20 ONDERHOUD EN REPARATIE ............................................................................................. 20 TECHNISCH ONDERHOUD .................................................................................................. 21 PROBLEMEN / OORZAKEN / OPLOSSINGEN (230 & 400V HASPELS) ................................. 22 HULPLIJST BIJ STORING ACCU-SLANGHASPEL MET PRINTPLAAT .................................................... 23
ONDERDELEN INFO ..................................................................................................................... 24 5.1 5.2 5.3
DRAAIRICHTING 230V MOTOR T.B.V. HASPEL .................................................................. 24 SLANGHASPEL MOTOR 230V ONDERDELENBLAD ......................................................................... 25 ONDERDELEN FOTOBLADEN....................................................................................................... 26
Versie 2010-2
1/28
Slanghaspels
1.
Bediening /gebruik
1.1
Bedoeld gebruik
TOEPASSINGSGEBIED De bediening dient uitgevoerd te worden door één persoon met een minimum leeftijd van 16 jaar die gecertificeerd is voor het gebruik van giftige stoffen voor gewasbescherming indien deze met de haspel worden verspoten. Tevens dient men een degelijke instructie m.b.t. de Mechanische Haspel en veiligheidsvoorschriften te hebben verkregen en kennis hebben genomen van deze gebruikershandleiding. De Mechanische Haspel is bestemd voor gebruik in de tuinbouwsector als hulpmiddel bij het gieten van het gewas en bij het spuiten van bestrijdingsmiddelen en nietagressieve reinigingsmiddelen. De slanghaspels worden gebruikt om de slang automatisch in te trekken en op te rollen tijdens het werk. Ook het uittrekken van de slang wordt door de haspel vergemakkelijkt. De haspels worden zonder pomp of spuitstuk geleverd. POSITIE EN BENAMING BEDIENINGSORGANEN EN ONDERDELEN
1 2 3 4
5 9 6 7 8 1 2 3 4 5
Slanggeleider Slangtrommel Bedieningspaneel Snelheidsregelaar Aandrijfmotor
Versie 2010-2
6 7 8 9
Speedcontrol Zwenkwiel Luchtband Haspelblokkering
2/28
Slanghaspels
1.2
Transport
-
Zet de Mechanische Haspel tijdens transport altijd vast en vergrendel de zwenkwielrem.
-
Zorg ervoor dat de Mechanische Haspel tijdens het vervoer droog staat.
-
Bij het vervoer met open laadbak de Mechanische Haspel afdekken met waterdicht materiaal.
1.3
In bedrijf stellen De Mechanische Haspel is bij het verlaten van de fabriek door Berg Product gecontroleerd. Voordat de haspel in bedrijf wordt gesteld dient deze op de bij artikel 5.1 omschreven punten te worden geïnspecteerd.
1.4
Inspectie voor inbedrijfstellen De volgende punten dienen te worden gecontroleerd voor inbedrijfname van de Mechanische Haspel. Controle draairichting van de motor Controleer voordat u de haspel in bedrijf stelt of de draairichting correct is. U kunt dit controleren door de hoofdschakelaar (11) in de “0” stand te schakelen. Vervolgens dient u de slang enkele meters af te wikkelen. Steek de stekker in de wandcontactdoos (10) en schakel de hoofdschakelaar (11) in de “1” stand en controleer of de noodstop (14) is ontgrendeld (uittrekken). Druk de start/stop-knop (15) één maal in. Als er niets gebeurt de start/stop-knop (15) nogmaals indrukken. De haspel start met opwikkelen. Als de haspel niet opwikkeld deze direct uitschakelen door de hoofdschakelaar (11) in de “0-stand te plaatsen. Verwijder de stekker (10) uit de wandcontactdoos. Het is de bedoeling dat de bruine en de zwarte draad in de stekker worden verwisseld. Let op! U dient de draden in de stekker te verwisselen en NIET de draden van de wandcontactdoos. -
Versie 2010-2
Geschikt verlengsnoer (raadpleeg uw installateur) Losse elektrische verbindingen. Beschadigde kabels. Beschadigde slang. Mechanische schade. Beschadiging bedieningscomponenten. Zichtbaarheid veiligheidspictogrammen. Beschadigingen en lekkages. Aanwezigheid van afschermingskappen. Controleer het bereik van de afstandbediening naar de lengte van de slang. Als het bereik niet toereikend is dient men direct contact op te nemen met de Berg Product dealer.
3/28
Slanghaspels
1.5
Gebruik Zorg dat u vertrouwd bent met de Mechanische Haspel en de bedieningselementen. De bediening dient uitgevoerd te worden door één persoon met een minimum leeftijd van 16 jaar die gecertificeerd is voor het gebruik van giftige stoffen voor gewasbescherming indien deze met de haspel worden verspoten. Tevens dient men een degelijke instructie m.b.t. de Mechanische Haspel en veiligheidsvoorschriften te hebben verkregen en kennis hebben genomen van deze gebruikershandleiding. De Mechanische Haspel mag alleen worden bediend als men er zeker van is dat er zich geen personen in de directe omgeving van de Mechanische Haspel bevinden. Verwijder voor gebruik gewasresten en ander afval c.q. obstakels uit het te bespuiten pad. Houdt de Mechanische Haspel schoon, vuilophopingen regelmatig verwijderen. Voor het schoonmaken de haspel uitschakelen door de sleutel uit het contact te verwijderen. De Mechanische Haspel alleen in bedrijf stellen als de voorgaande pagina’s uitgebreid bestudeerd zijn en er geen vragen voor u zijn. Na gebruik van de Mechanische Haspel de sleutel uit het contactslot verwijderen. Onderhoudt de Mechanische Haspel regelmatig en zet deze in een droge ruimte als hij voor langere tijd niet gebruikt wordt. Snelheidsregelaar In deze handleiding wordt gesproken over de snelheidsregelaar. De snelheidsregelaar regelt de opwikkelsnelheid van de slangtrommel. Doordat de trommel een constante wikkelsnelheid aanneemt zal de slang tijdens het oprollen, door het groter worden van de diameter van de trommel, een steeds grotere wikkelsnelheid aannemen. Speedcontrol In deze handleiding wordt gesproken over de speedcontrol. De speedcontrol regelt de opwikkelsnelheid van de slangtrommel. Doordat de trommel bij het oprollen, door het toevoegen van de slang, een grotere diameter veroorzaakt. Dient de draaisnelheid van de trommel aangepast te worden. De speedcontrole regelt deze snelheidsaanpassing, hierdoor verkrijgt men een constante wikkelsnelheid van de slang.
Versie 2010-2
4/28
Slanghaspels
1.6
Bediening
10 11
13
14 15
10 11 12 13
Stekkerverbinding Hoofdschakelaar
14 15 16
Noodstop Start/Stop Start/stop afstandsbediening
Signaleringslamp aan/uit
AFROLLEN VAN DE SLANG Plaats de haspel met de trommel voor het pad waar de spuitwerkzaamheden plaats dienen te vinden. Als er een blokkersysteem op de haspel aanwezig is dient u de haspel te vergrendelen door de handel (9) naar onder te draaien. Haspel aansluiten op een verlengsnoer (10) welke voldoet aan de installatievoorschriften (raadpleeg uw installateur) Schakel de hoofdschakelaar (11) in de “1” stand. Controleer of de noodstop (14) is ontgrendeld. Noodstop uittrekken totdat de noodstop vergrendelt. Wikkelsnelheid instellen op haspel zonder speedcontrol U kunt vervolgens, met de snelheidsregelaar (4), de wikkelsnelheid van de Mechanische Haspel instellen. U doet dit door het instelwiel (4) te verdraaien naar de gewenste opwikkelsnelheid. Wikkelsnelheid instellen op haspel met speedcontrol U kunt vervolgens, met de snelheidsregelaar (4), de wikkelsnelheid van de Mechanische Haspel instellen. U doet dit door de speedcontrol (6) op te heffen en het instelwiel (4) te verdraaien naar de gewenste opwikkelsnelheid. Versie 2010-2
5/28
Slanghaspels
Druk éénmaal op de start/stop (15) drukknop, de haspel verkeerd nu in de stand-by stand en de signaleringslamp (13) zal gaan branden. De slang kan vervolgens uitgetrokken worden. OPROLLEN VAN DE SLANG De slang tot de gewenste positie uitlopen, vervolgens drukt u op de startknop (16) van de afstandbediening. 16
De haspel zal vervolgens de slang gaan opwikkelen zodat u het pad kunt bespuiten/gieten. Door nogmaals op de drukknop (16) van de afstandbediening te drukken zal de haspel stoppen met het opwikkelen van de slang. Het op/afwikkelen van de slang kunt u ook activeren met de start/stop drukknop (15)
Versie 2010-2
6/28
Slanghaspels
2.
Schema’s
2.1
Schema 230V (voor 2004)
Versie 2010-2
7/28
Slanghaspels
2.2
Versie 2010-2
Schema 230V (vanaf 2004)
8/28
Slanghaspels
2.3
Versie 2010-2
Schema 400V (vanaf 2004)
9/28
Slanghaspels
2.4
Versie 2010-2
Schema 400V met auto afslag
10/28
Slanghaspels
2.5
Versie 2010-2
Schema 24V met printplaat en Neco motor
11/28
Slanghaspels
2.6
Versie 2010-2
Schema 24V met MS24/25 en Alpatek motor
12/28
Slanghaspels
2.7
Versie 2010-2
Schema 24V buisrail Opbouwhaspel SW04
13/28
Slanghaspels
2.8
Versie 2010-2
Schema 24V buisrail Opbouwhaspel SW08
14/28
Slanghaspels
2.9
Versie 2010-2
Schema Digi haspel
15/28
Slanghaspels
2.10
Instellingen frequentie regelaar Digi haspel
Instelling frequentieregelaar Siemens MM37 (Junior) dig. slanghaspel 230V
Let op! P944 wordt alleen gereset indien strikt noodzakelijk, dus niet bij het uitlezen van de parameters! P944 Reset naar fabrieksinstelling 1
P009 Alle parameters wijzigen mogelijk P002 Aanlooptijd sec. 2 P003 Afvaltijd sec. 2 P006 Potmeter 1 P007 Frontpaneel disabled (alleen bij type 2) P009 Alle parameters wijzigen P012 Min. motor freq. Hz P013 Max. motor freq. Hz P015 Automatic restart 0 P022 Max. analoog freq. Hz bij 10V P076 Puls modulatie (minder storing) P077 FCC uit 0 P078 Continu boost 60 % P081 Nominale motor freq. Hz P082 Nominale motor toerental P083 Nominale motor stroom P084 Nominale motor spanning P085 Nominale motor vermogen P088 Stator weerstandsmeting in P089 P089 Stator weerstand van de motor
Versie 2010-2
3
0 3 5 80 80 0
50 1360 RPM 2,1 A 230 V 0,37 kW 0 14
16/28
Slanghaspels
2.11
Versie 2010-2
Schema Touwhaspel
17/28
Slanghaspels
Versie 2010-2
18/28
Slanghaspels
2.12
Instellingen frequentie regelaar Touw haspel
Instelling frequentieregelaar Siemens MM37 (Vector) touwhaspel 230V
Let op! P944 wordt alleen gereset indien strikt noodzakelijk, dus niet bij het uitlezen van de parameters! P944 Reset naar fabrieksinstelling 1
P009 Alle parameters wijzigen mogelijk P002 Aanlooptijd sec. 3 P003 Afvaltijd sec. 1 P006 Potmeter 1 P007 Frontpaneel disabled (alleen bij MM037/2) P012 Min. motor freq. Hz P013 Max. motor freq. Hz P015 Automatic restart 0 P021 Min. analoog freq. bij 0 V P022 Max. analoog freq. Hz bij 10V P053 Off 2 (vanaf 4-4-95 nr. 3134) P062 Rem relais 4 P064 Haspel vasthouden in sec. P076 Puls modulatie (minder storing) P077 FCC uit 0 P077 Vector control (alleen bij Vector regelaar!) P078 Continu boost 100 % P080 Cos phi (alleen bij Vector regelaar!) P081 Nominale motor freq. Hz P082 Nominale motor toerental P083 Nominale motor stroom P084 Nominale motor spanning P085 Nominale motor vermogen P088 Stator weerstandsmeting in P089 P089 Stator weerstand van de motor
Versie 2010-2
3
0 0,1 80 2 80 4 20 0 3 0,70 50 1360 RPM 2,1 A 230 V 0,37 kW 0 14 Ohm
19/28
Slanghaspels
3.
Onderhoud
3.1
BUITEN GEBRUIK
Is de Mechanische Haspel buiten gebruik, plaats deze dan in een vocht-, vorstvrije ruimte. Zorg voor een niet hellende ondergrond. Schakel de hoofdschakelaar in de 0 stand en verwijder de stekker uit de wandcontactdoos en de sleutel uit de sleutelschakelaar. Is de Mechanische Haspel langdurig buitengebruik, dek deze dan af met een beschermingszeil. Schakel de hoofdschakelaar in de 0 stand en verwijder de stekker uit de wandcontactdoos en de sleutel uit de sleutelschakelaar. Bij ingebruikname van de Mechanische Haspel na lange tijd stilgestaan te hebben, dient men de haspel te inspecteren zoals bij artikel 5.1 (inspectie voor ingebruikname) is omschreven.
3.2
REINIGEN
Verwijder bladresten en scherp materiaal zoals zand en stof. Reinig de Mechanische Haspel met een droog/vochtige doek. De Mechanische Haspel nooit overgieten met water en/of schoonmaken met een stoomcleaner of hogedrukreiniger, dit brengt ernstige schade toe aan het elektrisch circuit.
3.3
ONDERHOUD EN REPARATIE
De Mechanische Haspel is een product van zeer hoge kwaliteit. Om deze kwaliteit te kunnen blijven waarborgen dient men onderstaand onderhoudschema’s strikt op te volgen. Reparaties en onderhoudswerkzaamheden dienen te worden genoteerd in het onderhoudslogboek, zie hoofdstuk 9. Tevens is een werkgever ten alle tijden verplicht zijn arbeidsmiddelen periodiek te controleren volgens, De regelgeving arbeidsmiddelen. ONDERSTAANDE ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN EN CONTROLES DIENEN DAGELIJKS TE WORDEN UITGEVOERD. -
Bedieningspaneel schoonmaken. Controle losse elektrische verbindingen. Controle beschadigde slang. Controle wielen. Controle remmen. (zwenkwielen) Controle mechanische schade. Controle zichtbaarheid c.q. beschadiging bedieningscomponenten. Controle zichtbaarheid veiligheidspictogrammen.
ONDERSTAANDE ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN DIENEN WEKELIJKS TE WORDEN UITGEVOERD. - Wielen reinigen. - Controleer het bereik van de afstandbediening naar de lengte van de slang. Als het bereik niet toereikend is dient men direct contact op te nemen met de Berg Product dealer.
Versie 2010-2
20/28
Slanghaspels
ONDERSTAANDE ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN DIENEN MAANDELIJKS TE WORDEN UITGEVOERD. -
Scharnierende delen invetten. Hefwielen en kogellagers oliën. Ketting reinigen en oliën eventueel spannen met 1cm speling. Controleer de slang op lekkage
ONDERSTAANDE ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN DIENEN JAARLIJKS TE WORDEN UITGEVOERD. - Controle lassen op haarscheurtjes. Als er uit bovenstaande controles blijkt dat er een defect in de haspel aanwezig is dient met direct contact op te nemen met de dealer van de Haspel. De haspel in gebruik nemen in een hierboven genoemde situatie is verboden.
3.4
TECHNISCH ONDERHOUD
Onderhoudswerkzaamheden en reparaties aan onderstaande delen moeten door een gekwalificeerde door de fabrikant erkende vakman uitgevoerd worden: Alle werkzaamheden aan elektrische componenten en bedrading. Alle werkzaamheden aan de aandrijfmotor met vertragingskast behalve;Schoonmaken, opnieuw afstellen of vervangen van ketting en kettingwielen.
Versie 2010-2
21/28
Slanghaspels
4.
Storingen
4.1
PROBLEMEN / OORZAKEN / OPLOSSINGEN
(230 & 400V haspels)
Probleem A :
De Mechanische Haspel reageert niet op de afstandbediening en start/stop drukknop
Oorzaak
Noodstop (14) vergrendelt
:
Stekker (10) uit wandcontactdoos Hoofdschakelaar (11) in de “uit stand” Start/stop drukknop (15) niet ingedrukt, de haspel verkeert niet in de stand-by stand. Glaszekering in de bedieningskast defect (F1 16AT 5x20) defect
Oplossing
:
Noodstop (14) ontgrendelen Stekker (10) in wandcontactdoos plaatsen Hoofdschakelaar (11) Inschakelen. Start stop drukknop (15) éénmaal indrukken. Zekering vervangen.
Probleem B
:
De Mechanische Haspel reageert niet op de afstandbediening maar wel op de start/stop drukknop
Oorzaak B
:
De haspel is buiten bereik van de afstandbediening. Batterij van de afstandbediening is defect. (type 9V 6F22) Antenne los
Oplossing
:
De afstand tussen de haspel en Afstandsbediening kleiner maken. Raadpleeg uw dealer. Battery vervangen Antenne controleren
Bij andere storingen dient uw Berg Product dealer te raadplegen. Versie 2010-2
22/28
Slanghaspels
4.2
Hulplijst bij storing accu-slanghaspel met printplaat
Hieronder volgt een lijst met de meest voorkomende storingen bij een accu-slanghaspel. Vaak is de storing snel op te sporen door de haspel te controleren op de onderstaande punten. -
Zet de hoofdschakelaar op stand 1 aan. Druk op start/stop of de zenderknop, tot de haspel draait.
De haspel draait alleen langzaam Dit kan de volgende oorzaken hebben: 1. De potmeter draad zit los (punt 11-12 print / bij potmeter). 2. De print is defect. 3. De transistor is half doorgeslagen (echter dit komt maar zelden voor). (ca. 15V op punt 2 van print). Door de volgende handeling te verrichten kunt u de oorzaak op eenvoudige wijze opsporen: -
Aansluiting 11 met aansluiting 12 van de print doorverbinden: draait de motor nu snel, zie punt 1 (potmeter draad los). Geen resultaat, zie punt 2 of 3.
De haspel draait alleen hard Dit kan de volgende oorzaken hebben: 4. De benaderingsschakelaar is defect of zit los. 5. De potmeterdraden maken sluiting. 6. De print is defect. 7. De transistor is doorgeslagen. 8. De koelvin van de motor zit los. Door de volgende handelingen te verrichten kunt u de oorzaak opsporen: - Sluit een nieuwe benaderingsschakelaar aan. (8 = bruin, 9 = zwart, 10 = blauw) Houdt de benaderingsschakelaar bij de ketting (de haspel laten draaien en de potmeter op stand "0" zetten). Indien de motor nu langzaam draait, zie punt 4. - Haal aansluiting 12 van de print los. Indien de motor nu langzaam draait, zie punt 5. - Geen resultaat, zie punt 6, 7 of 8. De haspel draait niet De pulsrelais in de kast staat nu op 1 en de magneetschakelaar komt in stand 1. Is dit niet het geval, dan kan dit de volgende oorzaken hebben: 9. 10. 11. 12.
De zekering of de zekeringhouder is defect. De accu's zijn leeg. Indien u een zoemend geluid hoort is de 0-1 schakelaar defect. De print is defect.
De haspel draait met schokken - De koolborstels van de motor klemmen in de geleider.
Versie 2010-2
23/28
Slanghaspels
5.
Onderdelen info
5.1
DRAAIRICHTING 230V MOTOR T.B.V. HASPEL
Dit schema bevind zich in het aansluitkastje van een 230V haspel motor. Bij het vernieuwen van een defecte motor kan het zijn dat de nieuw te plaatsen motor de verkeerde draairichting heeft. Dit is echter eenvoudig op te lossen door van de motor wikkeling gecodeerd met “A – C” de draden om te draaien.
Werk veilig! Haal bij deze handeling de stekker uit het stopcontact. Test vervolgens nogmaals de draairichting.
Versie 2010-2
24/28
Slanghaspels
5.2
Slanghaspel motor 230v onderdelenblad
Motor slanghaspel 230V 0,37kW
Motor deksel 230V Stroter A025
Motor deksel 230V ruil Stroter
16131
16147
16149
Motor schijf 2 lagers A025 14148
Tandkoppeling staal A025 55300
Hulpblad voor de keuze van de juiste onderdelen bij verbranden motor of defekte centrifugaal schakelaar van een 230V haspel. De centrifugaalschakelaar is een mechanisme om de motor (mechanisch) in zijn startwikkeling te zetten voor het opstarten van de motor. Door slijtage van de contacten moest deze schakelaar soms vernieuwd worden. Helaas zijn deze centrifugaal schakelaars niet meer leverbaar waardoor vervanging van de motor noodzakelijk is. Bij dit nieuwe type motor is het omschakelen van en naar startwikkeling elektronisch geregeld dus niet meer aan slijtage onderheven. Wat te bestellen: 1x motor 16131 en 1x motor deksel ruil 16149 zorg dat oude motor deksel retour komt dan maakt Berg Product er weer een passende ruil versie van! Het kan zijn dat de ruil deksels niet voorradig zijn dan moeten de volgende onderdelen besteld worden: 1x motor 16131, 1x motor deksel 16147, 1x motor schijf 14148 en indien noodzakelijk 1x tandkoppeling 55300 (bij beschadiging of niet van oude as te krijgen)
Versie 2010-2
25/28
Slanghaspels
5.3
Onderdelen fotobladen SLANGHASPEL ONDERDELEN
Zender 40Mhz 1 kanaal 29130
Ontvanger 40Mhz 1 kanaal 29120
Antenne 40Mhz (spriet + voet) 29100
Zender 433Mhz 1 kanaal 29132
Antenne 433Mhz (spriet + voet) 29105
Zendertasje 91110
Ontvanger 433MHz 1K 12-24VUC 29168
Zekering 30A 27813
Motorregeling compleet 16180
Versie 2010-2
26/28
Slanghaspels
Potmeter 10K lin 27621
Potmeterknop compleet 27625
Motorregeling 1-Q MS 24V/25 16170
Relais-impuls TL 24VAC 27320
Relais-impuls TLI 24VDC 27321
Relais-impuls AZ 341 24VAC 27310
Relais-impuls AZ 341 24VDC 27300
TE lamphouder+LED+lens groen 28111
Lamp (gloei) 30V 40mA 27115
Traktiebatterij 12V-54A/h 17120
Accupoolklem (pos / neg) Pos 17500 / Neg 17510
Motor opbouwhaspel 24V 16120
Koolborstel dop 91410
Koolborstel 6.4x12.7x23mm 16190
Koolborstel ALPA CBC 174 16192
Versie 2010-2
27/28
Slanghaspels
Magneetschakelaar 24VAC 28326
TE Magneetschakelaar 24VDC 27795
Magneetschakelaar 230VAC 28340
Magneetschakelaar 400VAC 28330
TE noodstop element 28110
Nood-uit schild MPD-8 28137
TE Snel koppeling + NC 27768
TE paddestoeldrukknop zwart 27784
TE Snel koppeling + NO 27761
TE contact NO 27762
Print t.b.v. accu slanghaspel 27750
Diode 40HFR40 27600
Potmeter 100K log 27620
Benaderingsschakelaar M8 2mm 28400
Transistor MJ 11032 27630
Doorvoerkopp. Type 2 ½ “
Doorvoerkopp. Type 2 ¾ “
Doorvoerkopp. Type 2 1 “
Versie 2010-2
28/28
Slanghaspels
55100
Versie 2010-2
55100
55120
29/28