‘t Civieltje | Mei 2010 | www.diephuis.nl
‘t Civieltje
Stibbe
In dit nummer o.a.
Juridisch artikel Pels Rijcken Verslag ISP St. Petersburg Commissiecolumns Interview Mr. Frank Visser
Bul gehaald? Dorhout steunt juridische studentenverenigingen in Groningen. En ook na je bul kan Dorhout iets voor je betekenen. Een carrière in de advocatuur bijvoorbeeld. Maar dan wel als je de wil en het talent hebt. Ben jij in the winning mood? Houd dan onze website in de gaten. Of kom eens praten. Wie weet kunnen we snel aan de slag… samen! Want talent maakt bij Dorhout nooit alleen carrière. www.dorhout.nl
Met Dorhout staat er iemand achter je!
in the winning mood
Inhoud Voorwoord Van de redactie Van het bestuur
4 5
Verslag Congres Kantoorbezoeken Civieltjeborrel ISP Sollicitatietraining Almanakuitreiking Pleitinstructie Actieve Leden Bedankdag
6 7 12 15 20 20 21 45
Juridisch Stibbe Simmons&Simmons Boekel de Nerée Pels Rijcken
27 32 41 43
Interview KienhuisHoving Mr. Frank Visser
10 37
Fotopagina Commissiecolumns
24 29
Verder
www.diephuis.nl
3
Voorwoord
van de redactie
Colofon Civielrechtelijke Vereniging Gerhardus Diephuis Groningen Est. 1988 www.diephuis.nl
Beste lezer
,
Van harte wil ik u uitnodigen eens goed te gaan zitten voor alweer ‘t laatste Civieltje, dat dit verenigingsjaar op de deurmat is geploft. Of beter gezegd: is gedreund, want degenen die onder dit langzaam doorsijpelend besef een moment van intense melancholie beleven, kan ik de geruststellende mededeling doen dat dit laatste Civieltje extra zwaar is uitgevoerd met de nodige tekstuele ballast. Zo leest u de verhalen van de fantastische internationale studiereis naar het koude Sint-Petersburg, die de groep actieve Diephuizers tot diep in Russisch territoir voerde. De enorme paleizen, orthodoxe kerken en restanten Stalinistische architectuur hebben een grote indruk op ons achtergelaten. Temidden van het Slavische volk, omringd door een mix van moderne neonreclames en veertig jaar oude Lada’s die met veel lawaai langsscheurden, beseften wij dat de metamorfose van Sovjetstaat naar Westers land nog geenszins was voltooid. Dat de vlag met de hamer en sikkel ook nog niet helemaal begraven is, bleek op 1 mei, dag van de arbeid! Geheel in overeenstemming met de Russische politieke omwenteling van de jaren ’80 en ’90 van de vorige eeuw, hebben wij ook besloten de opzet van ’t Civieltje te veranderen. Waar voorheen alle stukken strikt werden gecensureerd door de Civieltjesekte, bestaat nu vrijheid van meningsuiting! Dat daar behoefte aan was is wel duidelijk geworden: op de uitnodiging om een column in ’t Civieltje, drager der Diephuiscultuur, te schrijven, gingen alle commissies met furore in! Op het gebied van de interviews werd ook weer het nodige ondernomen. Zo reisden wij onder meer af naar het gewest Holland om ter hoogte van de welbefaamde Zaanstreek een kantonrechter te interviewen, die geenszins met zijn spreekgestoelte is vergroeid. Nee, deze rechter is rijdend: we hebben het over niemand minder dan mr. Frank Visser, bekend van de succesvolle NCRV televisieserie! Met gedistingeerde hoed en lange jas begeeft hij zich riolen inspecterend, heggen metend en boomblaadjes tellend langs ’s Neerlands wegen, om zo op strenge doch rechtvaardige wijze een einde te maken aan de vele burenruzies die ons drukke landje in hun greep houden. Bent u na al deze interessante teksten en verhalen in uw eigen gedachten verzonken geraakt, dan kunt u natuurlijk op de fotopagina weer een fraaie collage van momenten die zijn vereeuwigd aanschouwen. En omdat lezen niet alleen voor de jurist, maar voor eenieder die kennis en inzichten tot zich wil laten komen essentieel is, telt de juridische rubriek van deze editie maar liefst vier interessante artikelen van gerenommeerde advocatenkantoren. Graag zou ik nog meer uit de doeken doen over de inhoud van dit robuuste Civieltje, maar ik vrees dat mijn monoloog nu lang genoeg heeft geduurd: de finale ondergrens van dit A4 komt in beeld. Ik wens u alle leesplezier!
Bestuur Suzanne Beurskens – Praeses Annelijn Zwartepoorte – Abactis Stefan de Boer – Fiscus Lieneke Haandrikman – Commissaris intern Selmer Bergsma – Pleitcommissaris Comité van Aanbeveling Mr. G.A. Cuendet Mr. W.J.M. Davids Mr. W. Duitemeijer Mr. F.H.G. de Grave Prof. mr. J.H.A. Lokin Prof. mr. J.H. Nieuwenhuis Prof. mr. W.H.M. Reehuis Prof. mr. G.R. Rutgers Prof. mr. M.H. Wissink Prof. mr. M.H. ten Wolde Prof. mr. W.A. Zondag Redactie Constantijn Hageman Elena Klijn Lieke ‘t Hart Geartsje Huistra Met dank aan Mr. Frank Visser Mr. Anna van Duin Mr. Gijsbert ter Kuile Mr. Stefan Tuinenga Mr. Beatrijs van Selm Mr. Hilda Meijer Foto Omslag Geartsje Huistra
Oplage 280
Namens de Civieltjecommissie, Constantijn Hageman Voorzitter
V.l.n.r. Constantijn Hageman, Geartsje Huistra, Elena Klijn, Lieke ‘t Hart
4
’t Civieltje is het officiele verenigingsorgaan van de Civielrechtelijke Vereniging Diephuis en verschijnt 3 maal per jaar te Groningen. Kopij voor het volgende Civieltje dient in overleg te geschieden en tijdig kenbaar gemaakt te worden. Niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de redactie Reageren?
[email protected]
‘t Civieltje - Mei 2010
Voorwoord
van het bestuur
Beste leden van Diephuis, Ik kan de spanning nog voelen van de eerste dag op de middelbare school. Bij binnenkomst had ik meteen door dat er iets mis was: waar iedereen met een stoere Eastpak liep, had ik een soort aktetas van Kipling met een aapje eraan genaamd ‘Mike’. Één jaar heb ik er mee gelopen; daarna ben ik gezwicht voor de sociale druk. Dezelfde spanning die ik als brugpieper voelde, stak in 2005 weer de kop op toen mijn studentenleven in Groningen begon. Na die spanning kwamen verbazing (‘De barren draaien hier!’), euforie (‘De kroegen hebben geen sluitingstijden!’) en later regelrechte angst (‘Moet ik die hele Van der Pot/Donner van buiten leren?!’). De inmiddels bekende spanning laaide bij mij en mijn medebestuurders weer op toen we vorig jaar in mei aan ons bestuursjaar bij Diephuis begonnen. Ook al wachtte ons een gespreid bedje, er landt toch een hele verantwoordelijkheid op je schouders. Haal je wel genoeg geld binnen? Vind je genoeg enthousiaste actieve leden? Gaan de activiteiten wel druk bezocht worden? Allemaal zorgen die de eerste weken nog even door onze hoofden flitsen. Dat bleek niet nodig te zijn! Ik zal jullie de details besparen (kom daarvoor naar de ALV op 18 mei!) maar bij één succesfactor wil ik in dit voorwoord toch graag kort stilstaan: de actieve leden. We hebben een geweldige groep studenten gevonden die zich dit studiejaar met super veel enthousiasme heeft ingezet voor de vereniging. Dat maakte iedere activiteit tot een hoogtepunt, elke borrel tot een feest en dit hele jaar tot een groot succes! Dank daarvoor! Zoals mijn middelbare schooltijd voorbij vloog en ik over een paar maanden het studentenleven alweer gedag moet zeggen, is ook dit Diephuisjaar ineens bijna voorbij! Alle activiteiten zijn geweest en er staat alweer een enthousiast kandidaats-bestuur te trappelen om het roer over te nemen! Er rest nog één ding dit jaar, en dat is dit Civieltje: de commissie laat nog eenmaal de highlights van de afgelopen tijd de revue passeren! Ik hoop dat Diephuis een bijdrage heeft kunnen leveren aan jullie kennis, pleitvaardigheden en inzicht in de wereld van de advocatuur. Dat geldt in ieder geval wel voor mij: ik weet wie de chef is op de werkvloer, sta niet meer te wiebelen tijdens het pleiten en laat mijn Kipling thuis als ik na mijn afstuderen aan het werk ga. Heel veel succes met studie, stage of werk en hopelijk tot ziens bij de ALV en constitutieborrel op 18 mei! Namens het bestuur, Suzanne Beurskens Praeses h.t.
www.diephuis.nl
5
Verslag
Door: Elena Klijn
Congres Dinsdag 9 februari werd het congres van Diephuis georganiseerd in ‘het Kasteel’. Dit jaar met een arbeidsrechtelijk thema, namelijk ‘wangedrag op de werkvloer’. Het arbeidsrecht is een vakgebied dat altijd in beweging is: hoe ver kun je gaan, waar ligt de grens tussen wangedrag en toelaatbaar gedrag? Om deze dag tot een groot succes te maken werd alles tot in de puntjes georganiseerd door de congrescommissie bestaande uit: Robert Eefting, Hana Dzigal, Nienke Kiewiet, Frederieke Guljé en Olav Ruizendaal. Het was een mooie, leerzame dag met dank aan de enthousiaste sprekers en de goede organisatie. De dag werd geopend door Hana Dzigal die de rol van voorzitter Robert Eefting overnam omdat hij helaas wegens omstandigheden niet aanwezig kon zijn. Gedurende deze dag bekleedde Prof. mr. dr. W.A Zondag de functie van dagvoorzitter. Hij studeerde Nederlands recht en Economie en is cum laude gepromoveerd op het onderwerp ‘werktijdverkorting’. Sinds 2003 is hij hoogleraar arbeidsrecht aan onze faculteit.
De eerste lezing over het ontslag op staande voet werd gegeven door mr. Max J.M.T Keulaerds, afgestudeerd in het privaat- en bedrijfssociaaleconomisch recht. Sinds 1983 is hij, vanaf 1989 als partner, werkzaam bij BarentsKrans advocaten & notarissen Den Haag. Mr. Keulaerds is actief binnen de arbeidsrechtelijke advocatuur, onder andere als voorzitter van de Vereniging Arbeidsrecht Advocaten Nederland en secretaris van de Vereniging Haagse Arbeidsrecht Advocaten. De tweede lezing werd gegeven door mr. Inge Bij de Vaate met als onderwerp Ziekte door eigen schuld. Zij heeft Nederlands recht gestudeerd aan de Universiteit Leiden. Na haar studie was zij werkzaam als advocaat met als specialisatie het aansprakelijkheids- en het arbeidsrecht.Tegenwoordig is zij verbonden aan het Wetenschappelijk Bureau van de Hoge Raad de Nederlanden en de Universiteit Leiden. Na deze twee interessante lezingen was het tijd voor een korte pau-
6
ze waarna de dagvoorzitter weer een praatje hield en vervolgens de beurt was aan mr. Rolf Hansma voor de derde lezing over de integriteit van de werknemer binnen het bankwezen. Mr. Hansma is strafrechtelijk afgestudeerd en geeft leiding aan arbeidszaken en overlegzaken, ook is hij al jaren lid van de ontslagcommissie van UWV. Tevens publiceert hij over arbeidsrechtelijke zaken als stakingsrecht, de gouden handdruk en ontslagbeleid bij fraude. De vierde lezing over seksuele intimidatie op de werkvloer werd verzorgd door de dagvoorzitter prof. mr. dr. W.A Zondag. Na deze informatieve ochtend werd er rond 13.00 uur een heerlijke lunch geserveerd. Onder het genot van een bakje koffie een jus d’orange en een lekker broodje werd er nog even na gediscussieerd over de reeds gepasseerde onderwerpen.
Na de lunch werden er verschillende workshops aangeboden door de volgende advocatenkantoren: Nysingh: “Niet meewerken aan re-integratie traject door de werknemer dan wel de werkgever” en “Seksuele intimidatie/relaties op de werkvloer” Gegeven door: Mr. Floor J. Bloem-Timmermans Trip: “Kennelijk onredelijk ontslag” Gegeven door: Mr. Jochem M. Frons Van Doorne: “Ontslag op staande voet” Gegeven door: Mr Anneke Meulenveld & Mr. Aedzer Oreel De Brauw Blackstone Westbroek: “Obesitas en het arbeidsrecht” Gegeven door: Mr. Sarah Kesler & Mr. Frederique Jager Stibbe: “Ellende op de werkvloer, de onhandelbare werknemer” Gegeven door: Mr. Ivo Nelissen Iedere deelnemer had een eigen keuze gemaakt welke twee workshops hij of zij wilde bijwonen. Na deze leuke, leerzame workshops werd de dag afgesloten met jawel, een borrel en hapjes. Congrescommissie bedankt voor deze goed georganiseerde geslaagde dag!
‘t Civieltje - Mei 2010
Verslag
Door: Lieke ‘t Hart
Kantoorbezoeken Dit jaar organiseerde DIephuis weer een aantal bezoeken aan advocatenkantoren door het hele land, om zo een betere kennismaking van de student met de advocatuur mogelijk te maken.
Boekel de Nerée, 13 november 2009
KienhuisHoving, 11 december 2009
Op een regenachtige november ochtend vertrokken we naar het kantoor Boekel de Nerée te Amsterdam. We werden hartelijk ontvangen en konden onder het genot van koffie of thee luisteren naar het welkomstwoord. Vervolgens kregen we een uitgebreide rondleiding door het kantoor. Daarna konden we van de lunch genieten en tegelijkertijd vragen stellen aan de recruiters van Boekel de Nerée. Vervolgens keerden we terug naar de zaal waar we waren gestart en daar vertelde de recruiter samen met een advocaat over de werkzaamheden en het kantoor. Toen gingen we over tot de quiz.. De vragen over onder andere het huurrecht waren niet mals en er werd door de vier teams heftig gestreden om de eerste plaats. Uiteindelijk kwam het winnende team uit de bus, of de uitslag eerlijk was…, hierover waren de meningen verdeeld, maar de leden van het winnende team waren in ieder geval erg blij met hun handdoek.
Eenmaal aangekomen in het verre Enschede waren de tafels gedekt en stond de lunch voor ons klaar. Na een soepje, brood en fruit kregen we een rondleiding door het kantoor. We kwamen helemaal in de kerststemming, want het kantoor was al flink versierd als voorbereiding op de naderende kerst. Vervolgens werden we meegenomen naar een ruimte waar verschillende personen ons vertelden over Kienhuis Hoving. Zo vertelde de recruiter over het kantoor zelf en een advocaat vertelde over zijn belevenissen gedurende zijn carrière bij Kienhuis Hoving. Toen gingen we over naar het interactieve gedeelte. We werden ingedeeld in teams en moesten een casus voorbereiden waarna er gepleit moest worden. Er was een heuse jury aanwezig en iedereen deed hard zijn best. Na deze inspanning was het tijd voor het diner. We werden mee uiteten genomen naar een restaurant in het gezellige centrum van Enschede. Daar genoten we van een driegangen diner, waarna we voldaan met gevulde magen huiswaarts keerden.
Bird & Bird 27, november 2009 In alle vroegte vertrokken we ’s ochtends richting Den Haag, op naar het kantoor van Bird & Bird. We werden verwelkomt met koffie, thee en een praatje. Gedurende de dag werd door verschillende sprekers over het kantoor verteld. Ook kwamen er inhoudelijke onderwerpen aan bod, bijvoorbeeld een paar interessante presentaties over het reclame recht en het intellectuele eigendom. ‘s middags stonden er verse broodjes voor ons klaar en hebben we heerlijk geluncht. Tot slot kregen we een rondleiding door het kantoor en eindigden we met een borrel in de gezellige bar.
www.diephuis.nl
Stibbe 9 april 2010, Vrijdag 9 april 2010 vertrokken we vanaf Groningen centraal naar Amsterdam. De treinreis verliep vlekkeloos en 2 uurtjes later werden we verwelkomt in het grote kantoor van Stibbe aan de zuid-as te Amsterdam. Op de 16e verdieping stonden koffie,thee en koekjes voor ons klaar. Judith Jeurissen (recruiter) vertelde over de bezigheden en de positie van Stibbe in de advocatuur. Ook vertelde zij over de vestigingen van Stibbe in New York en London, en over de
7
verschillen ten opzichte van Nederland. Een beginnend advocaat vertelde waarom hij zo in zijn nopjes was bij Stibbe: opendeuren beleid, goede sfeer en geweldige zaken. Daarna gingen we over naar het interactieve gedeelte: er kon gepleit worden aan de hand van een casus! Hierna werd er feedback gegeven door de gerenommeerde advocaten van het kantoor. Om half 6 was het dan tijd om te gaan borrelen. En met een heerlijk glaasje wijn/bier en lekker hapje sloten wij de geslaagde middag af in de stibbe bar.
Ekelmans en Meijer. Nadat iedereen goed kennis had gemaakt met de medewerkers en veel meer te weten waren gekomen over het kantoor Ekelmans en Meijer werd de dag afgesloten met een borrel!
Ekelmans & Meyer, 5 maart 2010
Om kwart voor tien in de morgen verzamelden wij allen op het treinstation Groningen om vanaf daar naar Arnhem af te reizen om daar het kantoor van Dirk Zwager te bezoeken. Rond het middaguur kwamen we aan in Arnhem en werden we opgehaald door een team van Dirk Zwager. Al lopend door deze mooie stad kwamen we aan bij een schouwburg waar een heerlijke lunch met een lekker kommetje soep op ons stond te wachten. Hier werd ook een korte presentatie over het kantoor gehouden en ook de eigenaar van de schouwburg hield een leuk praatje over het gebouw waar wij ons in bevonden, de gedachten erachter en over de toneelgroep Oostpool.
Vrijdag 5 maart zijn we met z’n allen naar Ekelmans en Meijer in Den-Haag gegaan. Om half elf verzamelden we op het station zodat wij de trein van 10.46 uur konden nemen op weg naar Den Haag. We werden om 14.00 uur in Den-Haag verwacht. Het programma begon met een presentatie over het kantoor door een partner. Daarna volgde een workshop waarin Ekelmans en Meijer ons aan de hand van een casus meer vertelde over de procespraktijk en cassatie.
Na de workshop was er gelegenheid om de advocaten van verschillende secties op hun kamer te spreken over de werkzaamheden in het kantoor. In groepjes van vijf personen gingen we langs bij verschillende medewerkers en werd er ondertussen aan de advocaten veel vragen gesteld over hun vakgebied, het werk als advocaat en natuurlijk de redenen waarom zij hadden gekozen voor het kantoor
8
Dirk Zwager, 19 maart 2010 Op vrijdag 19 maart werd het alweer laatste kantoorbezoek afgelegd voor dit jaar.
Na de lunch vertrok de groep naar de ‘Eusebiuskerk’ om deze te beklimmen (per lift ;)) en te genieten van het mooie uitzicht over de stad. Na deze citytour werd het tijd om het kantoor zelf de bezoeken dus liepen we allen richting kantoor waar we in aparte groepen een rondleiding kregen. Vervolgens kregen we nog een paar presentaties in de conferentieruimte over onder andere het arbeidsrecht. De geslaagde dag werd afgesloten met een borrel op het kantoor.
‘t Civieltje - Mei 2010
Interview Door: Lieke ‘t Hart
Door: Lieke ‘t Hart
Interview met: Cindy Schopman en Joost van Ruiven Cindy is sinds kort werkzaam als advocaat-stagiaire binnen de sectie arbeidsrecht. Joost werkt al een aantal jaren als advocaat bij KienhuisHoving en houdt zich met name bezig met het arbeidsrecht. Wij waren benieuwd hoe het hen bevalt om als advocaat(stagiaire) bij KienhuisHoving werkzaam te zijn.
Kunnen jullie jezelf kort introduceren? C: Mijn naam is Cindy Schopman, ik heb gestudeerd in Nijmegen en ben sinds drie maanden werkzaam bij KienhuisHoving, binnen de sectie arbeidsrecht als advocaat-stagiaire. J: Ik ben Joost van Ruiven en ik ben bijna drie jaar werkzaam bij KienhuisHoving. Daarvoor heb ik zes à zeven jaar voor andere kantoren gewerkt. Ik ben hoofdzakelijk verbonden aan de sectie arbeidsrecht en daarnaast houd ik me bezig met het contracten- en aansprakelijkheidsrecht. Hoe zijn jullie bij KienhuisHoving terecht gekomen? C: In eerste instantie wilde ik helemaal geen baan in de advocatuur. Maar in mijn vorige functie miste ik toch de “rechtenkant”. Ik kom uit Oldenzaal, vlakbij Enschede, en wilde graag in het oosten van het land blijven. Twente bevalt mij namelijk goed. Ik wilde graag bij een groot kantoor werken, zodat ik veel verschillende dingen kan ‘meepakken’. KienhuisHoving sprak mij direct aan, mede vanwege de mentaliteit die er heerst. J: Dit geldt deels ook voor mij, ik ben met mijn gezin deze kant opgekomen, omdat we de files en de drukte zat waren. Voor mij was wel de voorwaarde dat ik verbonden wilde zijn aan een kantoor met mooie cliënten. Ik ken KienhuisHoving nog uit mijn Groningse studententijd. Op het moment dat ik op zoek was naar een andere baan stond er net een vacature voor een mooie functie open met daarnaast een woonomgeving in rust en ruimte. Hier heb je de keuze voor een mooi huis met een leuke tuin, dichtbij het bos. Waarom is het leuk om bij KienhuisHoving werkzaam te zijn? C: Iedereen is heel benaderbaar. De deuren staan altijd open. Ik ben al helemaal gewend en sta echt in de organisatie. Ik draai meteen volop mee. De eerste dag lagen er direct twee dossiers op mijn bureau en kon ik aan de slag. Dit voelde erg positief. Binnen een paar weken voelde ik me al thuis. J: Het werk is in principe hetzelfde als bij de kantoren in het Westen van het land. Er heerst hier wel meer een nuchtere mentaliteit. Dit is een klein verschil, een nuance. Persoonlijk vind ik het een voordeel
10
dat je bij KienhuisHoving geen druk ondervindt om ook je sociale leven op kantoor door te brengen. De mogelijkheid is er wel; door middel van sporten, eten, stappen etc. maar je bent volledig vrij in je keuze om daar al dan niet aan mee te doen. Als je van de universiteit komt zijn er een aantal dingen belangrijk. Dat je bij een kantoor gaat werken waar je een goede opleiding krijgt. Waar gespecialiseerde mensen werken die van je verwachten dat je gespecialiseerd opgeleid wordt. Je hebt ook kantoren die je heel breed laten, waardoor je wel heel veel ziet, maar niet de diepte in kunt. Ook komt het voor dat het commerciële aspect al in de stagetijd belangrijker lijkt dan het verwerven van kennis. Hier staat altijd een deur voor je open bij een vennoot of andere medewerker en staat het verwerven van kennis voorop. Met welk(e) rechtsgebied(en) houden jullie je veelal bezig? C: Ik heb bewust gekozen voor het arbeidsrecht. Tijdens mijn studie vond ik dit al een erg leuk gebied. Mijn master rechten heb ik toegespitst op het arbeidsrecht en hierin ben ik ook afgestudeerd. Daarnaast heeft het sociale zekerheidsrecht mijn belangstelling. Naast mijn studie rechten heb ik ook bedrijfswetenschappen gestudeerd, waarbij ik me veel bezig hield met HR. Ook daar zocht ik dus de combinatie op van werkgever – werknemer, waarbij het arbeidsrecht een belangrijke rol speelt. Toen ik op zoek was naar een functie stond er, heel toevallig, bij KienhuisHoving een vacature voor advocaat-stagiaire arbeidsrecht open! J: Ik houd mij ook vooral bezig met het arbeidsrecht maar dit was voor mij in eerste instantie geen logische keus. Ik ben begonnen met het ondernemingsrecht. Door omstandigheden kwam er plek binnen de sectie arbeidsrecht vrij en ben ik “noodgedwongen” van de één op de andere dag met arbeidsrecht aan de slag gegaan. Het kwam dus toevallig op mijn pad. Hiernaast ben ik wel altijd contracten- en aansprakelijkheidsrecht blijven doen. Het mooie aan het arbeidsrecht vind ik dat je veel zaken tegelijk hebt, die een hoge omloopsnelheid hebben Een arbeidsrechtszaak is in de regel een dossier wat hooguit een paar maanden in je kast ligt en daarna is het klaar. Dit maakt het erg afwisselend. Je hebt veel met mensen
‘t Civieltje - Mei 2010
te maken, veel cliënt contacten. Alles wat je doet moet je overleggen en terugkoppelen met je cliënt. Ook heb je veel contact met de wederpartij. Tevens onderhoud je veel telefonische contacten. Deze contacten maken het werk dynamisch en afwisselend. Heb je ook een voorkeur, optreden voor de werkgever of de werknemer? J: Ik vind het optreden voor een werknemer veel zwaarder dan voor een werkgever. Je hebt te maken met een gezinsinkomen. Er komt veel meer op je bordje. Mijn zaken bestaan uit tachtig procent optreden voor de werkgever en twintig procent voor de werknemer. Over het algemeen vind ik het plezieriger om voor de werkgever op te treden, dat is iets minder heftig. Bij het optreden voor een werknemer moet je telkens het emotionele aspect, de invloed die het op de werknemer heeft, in het oog houden. Het is heel leerzaam om voor beide kanten op te treden, dit houd je scherp. Kunnen jullie een omschrijving geven van een gemiddelde werkdag? C: Als eerste liggen er altijd dossiers op mijn bureau. Hierbij zitten vaak memo’s, waarin staat wat er in het dossier dient te gebeuren. Dit kan variëren van het schrijven van een advies tot het opstellen van een processtuk. Daarnaast ga ik mee naar cliënten. Ik maak zoveel als mogelijk van het begin tot het eind zaken mee. Ik word bij de hele zaak betrokken. Soms ben ik hele dagen niet op kantoor. Dit is erg afwisselend. Juist de variatie van dagen op kantoor en dan weer op pad zijn is leuk. In het begin wil je weten hoe zaken in elkaar steken en ben je dus veel tijd kwijt aan het uitzoeken van dingen. Maar wanneer je dat dan hebt uitgezocht is het ook leuk om zelf de cliënt terug te kunnen bellen met het antwoord op zijn of haar vraag. Zo raak je meteen bij de zaak betrokken. J : In principe begint iedereen voor negen uur. Er moet een goede balans zijn tussen buiten kantoor(zittingen, besprekingen) en op kantoor werken, juist de afwisseling maakt het leuk. Het opstellen van processtukken kost enkele uren tijd, hiervoor heb ik een goede concentratie nodig. Meestal stel ik ’s ochtends stukken op en ’s middags telefoneer ik veel. In grote lijnen is mijn dagindeling hetzelfde als Cindy. Gerelateerd aan het gemiddelde van het kantoor wordt er bij onze sectie arbeidsrecht wel veel geprocedeerd, een paar keer per maand. Wat is het hoogtepunt van je carrière? J: Een zaak die verloopt conform mijn inschatting geeft mij de meeste voldoening. Onder andere als je de reactie van een rechter, advocaat of wederpartij goed hebt ingeschat. Het allerleukste is als je bij een rechter staat en je hebt een keuze gemaakt voor een bepaald soort betoog, bepaalde stellingen wel en niet, en je merkt dat je een voet aan de grond hebt bij de rechter. Dit merk je door knikjes of opmerkingen van de rechter. Het mooiste is als de rechter bepaalde delen van jouw betoog in zijn vonnis opneemt en het vonnis opbouwt zoals jij het bedoeld hebt. Dit staat geheel los van het winnen van een zaak. Sommige zaken kun je niet winnen. Winnen is een groot woord. Eigenlijk heb je pas een zaak gewonnen als je cliënt zich winnaar voelt. Het bijstaan van werknemers is spannend. Kan de werknemer zijn hypotheek blijven betalen? Komt het goed met zijn pensioen? Deze mensen zijn ook extra dankbaar. Zij vinden het fantastisch als je hen kunt helpen. Het toppunt van een opvallende zaak was een zaak waarin de werk-
www.diephuis.nl
nemer van mijn cliënt op een eigenaardige manier aan het bijverdienen was, tijdens werktijd. Mevrouw werkte bij een tankstation, en de eigenaar van het tankstation reed er langs en ziet niet mevrouw maar haar man achter de balie staan. De eigenaar van het tankstation dacht “misschien is mevrouw ziek en heeft ze zich laten vervangen, dit is niet netjes, maar het kan gebeuren”. Maar wat bleek, mevrouw stond achter het tankstation op de parkeerplaats aan het “werk” te zijn, waarbij mensen die kwamen tanken daarna een bezoekje brachten aan haar. De werkgever wilde haar daarop ontslaan. De vrouw nam haar functieomschrijving net iets te ruim. Zijn er ook minder leuke kanten aan het vak? C: Tot nu toe ben ik nog niets tegen gekomen, maar dat komt voornamelijk doordat alles nog nieuw en daarmee interessant is. J: Soms zijn er eigenwijze cliënten. Bijvoorbeeld succesvolle ondernemers die ook denken te weten hoe het juridisch in elkaar zit. Dan moet je eerst je cliënt overtuigen, vervolgens de wederpartij en tot slot nog de rechter. Soms is er zo’n samenloop van omstandigheden dat dit moeilijk is. Er wordt dan veel van je gevraagd. Sommige rechters houden ervan advocaten te laten zweten. Het vak is ontzettend leuk. Ik houd alleen niet erg van tijd schrijven, dat is bijhouden wat je allemaal op een dag doet. Alles moet geregistreerd worden. Elk telefoontje, fax, email. Je bent verplicht dit te specificeren aan je cliënt. Wat zijn jullie plannen op carrière gebied voor de toekomst? C: Op woensdag 16 december 2009 ben ik beëdigd. De komende drie jaar ga ik hard werken en de opleiding doorlopen. Ik pak alles aan wat op mijn pad komt en over drie jaar kijk ik verder hoe mijn leven er dan voor staat. Het ligt er aan welke mogelijkheden er op dat moment zijn. J: Voor mij is het doel: op een goede en leuke manier met mijn werk bezig zijn. Dus cliënten tevreden houden en daar in groeien, kennis up to date houden en goed samenwerken met collega’s. Ik zou eventueel nog eens vennoot willen worden, maar plezier in het werk staat voorop. Vennoot worden is geen doelstelling op zich. Ik denk dat het verstandig is, zeker in het begin, dat je zoveel mogelijk leert, het leuk hebt met collega’s en op een plezierige manier werkt. Alle carrière stappen komen vanzelf wel. Als je het werk leuk vindt en enthousiast over het vakgebied bent dan komt het vanzelf. Hebben jullie tips voor rechtenstudenten om een goed advocaat te worden? C: Heb je interesse in het vakgebied dan ben je al een heel eind. Die interesse uit zich bijvoorbeeld in werk voor de rechtswinkel, je inzetten voor een commissie en mee gaan naar bedrijvendagen. Dat is het belangrijkste, evenals de wil om te leren en veel over het rechtsgebied te weten te komen. Een studentstage is ook heel belangrijk. Je kunt dan zelf kijken of de advocatuur je ligt en het kantoor kan kijken wat jij “in je hebt”. Achteraf gezien had ik graag een studentstage willen lopen, je krijgt dan al een goed beeld van een kantoor. Er loopt hier bij KienhuisHoving ook bijna altijd iemand stage uit Groningen. J: Je moet alle mogelijkheden pakken om mee te lopen, je niet snel te goed voelen om mee te gaan naar allerlei dingen. Mensen merken dan ook dat je enthousiast bent en je wordt ook vaker opnieuw gevraagd. Je houding is heel erg belangrijk. De redactie van ’t Civieltje dankt Joost en Cindy hartelijk voor dit interview.
11
Verslag
Door: Geartsje Huistra
Civieltjeborrel Op 1 april hadden wij als Civieltjecommissie onze jaarlijkse verkleedborrel. Deze borrel stond zoals gewoonlijk in het teken van een thema. Dit jaar was er gekozen voor het thema “Fout in het Oerwoud”. Nadat we een flyer hadden gemaakt en deze opgestuurd was zijn we hard aan de slag gegaan met de aankleding van Cafe van Diepen en natuurlijk onze outfit. Voor de outfit en aankleding zijn we in de stad bij kraampjes en de feestwinkel wezen kijken. Bij de Civieltjeborrel draait het niet alleen om het thema. De borrel staat ook voor het moment waarop jaarlijks om 12 uur de Diephuistrui wordt gepresenteerd en waarbij de intekening voor de bestellingen begint. Natuurlijk moest er een ontwerp van de truien worden gemaakt en moesten we kijken hoe het er uiteindelijk uit komt te zien. De dag van de borrel zelf hebben wij een outfit inelkaar geknutselt. Die avond viel het op dat de meesten zich in een passende outfit hadden gehesen. Iedereen had de aanwijzingen op de flyer blijkbaar goed ter harte genomen. Om 12 uur was het aan Constantijn om een toespraak te houden en de eerste trui te presenteren. Vanaf dat moment was inschrijving begonnen en was het bij de tafel al snel druk met het passen en inschrijven. Het was erg fijn om te zien en te horen dat veel mensen de trui erg mooi vonden en er zijn ook veel bestellingen binnengekomen. Het was een leuke en gezellige borrel en alles zag er erg leuk uit. Over de creaties waren tijdens de borrel in ieder geval genoeg gespreksonderwerpen en openinszinnen te bedenken, allen zijn we getuige geweest van menige versierpogingen met onder andere slingers en opblaasbare apen. Onder de aanwezige dieren bevonden zich bijvoorbeeld wel twee hele foute leeuwen, die elk met een biertje in de hand op en om de bar stonden te schreeuwen, Dit was een vermomming die kort na aanvang al veel te vroeg bezweek, omdat het pak verdacht veel op op dat van Jan Mulder uit de INGreclame leek. Ook was er een aap op de arm van een jongeman met een bos lange donkere warrige krullen. de aap moest het gebrek aan creativiteit van zijn outfit verhullen. De twee ISP dames hadden hun uiterste best gedaan, om lijkend als twee jonge katjes naar de borrel te gaan De Almanak was als gewapende indianen verkleed. Ze hadden geen echte maar speelgoedwapens want ze houden niet van dierenleed. De foutste outfit van het oerwoud was toch wel vandaag, de vijand van het oerwoud, namelijk de houthakker met kettingzaag.
12
‘t Civieltje - Mei 2010
Dit zou wel eens je allerbeste investering kunnen worden.
De start van je carrière. Nysingh weet er meer van. We willen je vragen om een afspraak te maken met onze
ment uit je talent haalt. Dat zijn zaken die we niet in een
recruiter Loesje Frankfort: bel (055) 527 13 42. Dat kost je
advertentie duidelijk kunnen maken. Dus vragen we een
een paar belminuten en een uurtje van je tijd. Wat het je
kleine investering van je. Dat is misschien ongebruikelijk,
oplevert is een goed gesprek over je carrière. Een gesprek
maar het is wel geloofwaardiger dan advertentiekreten.
over hoe jouw talent past bij de kansen die wij bieden. Hoe
Daardoor kunnen we uiteindelijk vérder gaan dan wilde
we die kansen zó kunnen vormgeven dat je optimaal rende-
beloftes over je carrière. Daardoor weten we er meer van.
Nr. 1 in de Management Team 100! www.werkenbijnysingh.nl
VOOR ECHT JURIDISCH TALENT ZIJN WE BEREID OM VER TE GAAN. Echt juridisch talent is zeldzaam, en talent dat bij ons past nog zeldzamer. Dus als we zo iemand leren kennen, zijn we bereid om ver te gaan. Kennen we jou eigenlijk al?
www.werkenbijhouthoff.nl
Door: de voltallige commissie
Verslag
Internationaal Studieproject Na een jaar noeste arbeid van de ISPcommissie ging zaterdag 24 april dan eindelijk de internationale reis van start, waar vele Diephuizers al weken naartoe hebben geleefd! Hier wordt uit de doeken gedaan hoe het allemaal is gegaan. Leest en huivert!
Zaterdag 24 april 2010 Zaterdagochtend rond half elf kleurde Schiphol langzaam paars. De actieve Diephuisleden hadden zich verzameld in hun hippe paarse Diephuis truien om het spannende Sint Petersburg te gaan ontdekken. Iedereen was inmiddels voorzien van een goodie bag met onder andere een fles(je) drank en een flacon voor in de binnenzak, zodat je onderweg altijd aan je nodige dosis alcohol kon komen, zoals een echte rus betaamt. Rond half twaalf konden we inchecken via een ‘ontzettend handig’ digitaal systeem. Tijdens het rondslenteren en het wachten op Schiphol bleek al snel dat Stefan last had van een grondig zuurstof tekort in de hersenen waardoor hij enigszins vermoeid aan de ISP begon (ter indicatie: tussen 13:25-14:10 zichtbare gaapkeren: 16). Toen hield hij het niet meer en ging hij een uiltje knappen.
Na een klein half uurtje vertraging vlogen we naar Frankfurt. De overstap op Frankfurt verliep probleemloos, er werd een snelle hap gegeten en rond zes uur ’s avonds vlogen we richting Sint Petersburg. Vanuit het vliegtuig zagen we honderden lichtjes branden beneden ons. Om half elf ’s avonds lokale tijd raakte het vliegtuig de Russische bodem. Op het vliegveld stond een ‘transfer’ voor ons klaar: een bus met dertig zitplaatsen en een kleine laadruimte. Het werd een heel karwei, het hele gangpad werd volgebouwd met 2 lagen koffers,
www.diephuis.nl
V.l.n.r. Katinka ten Voorde, Lieneke Schaap, Marleen van Mourik, Bert Simon ten Feld, Felix Claushuis.
maar een half uur later zaten we opgehoopt in het busje. Veertig minuten later arriveerden we in ons hostel “Sabrina”. Het eerste aanzicht, de binnenplaats, was even schrikken! Vervallen muren, ingeslagen ruiten, oude barrels (lada’s ). Gelukkig zag het hostel er van binnen prima uit en was iedereen na het inrichten van de kamers tevreden. Diehards gingen het nachtleven van Sint Petersburg verkennen. Enkelen mannen werden na het nuttigen van pizza en pils verwend door Russische amateur danseressen. Zij wisten het na de eerste avond al zeker: dit werd een onvergetelijke reis!
Zondag 25 april 2010 De meeste mensen lieten het ontbijt aan zich voorbij gaan. Na relaxed opstaan, douchen, ontbijten, pinnen en boodschapjes doen vertrokken we vroeg in de middag richting de rondvaartboot. Er stond een koude wind, de zon scheen en iedereen zat met al dan niet aangelengde Wodka in de hand op het dek van de boot. Na de boottocht gingen we met onze rondleidster naar ‘the Church of Our Savior on the Spilled Blood’. Deze kathedraal was zeer groot en imposant. We kregen een rondleiding en iedereen liet zijn camera goed klikken. Hierna gingen we uit eten, alleen moesten we helaas uren wachten op het maaltje. Uiteindelijk kregen we ons ‘stuk vlees’ en het waren we blij verrast over het feit dat ze vers geperst appelsap serveerden. Rond 21:00 hebben we het dessert geheel in stijl genuttigd bij de Mac Donalds. Daarna terug naar het hostel waar volop
15
werd gekingst en gemext. Rond 00:00 gingen we verwachtingsvol naar “Videl”een kroeg/bar in het centrum van Sint Petersburg. Omdat de goedkoopste taxi’s waren besteld belandde iedereen toch in de zwaar afgeraden ‘zwarte’ taxi’s. Het was een wild ritje in de wagens met geblindeerde ramen zonder stuurbekrachtiging, maar uiteindelijk kwamen we waar we wilden zijn. De bar was een soort plaatselijke kroeg waarin de ‘echte’ russen te vinden waren. Er werd lekker gedronken, gelachen en gedanst. Echter is er ook kennis gemaakt met een verassende kant van de Russische medemens: ze dansen als robots in trance en het is dan ook oppassen als zo’n Rus in je buurt danst want de kans is groot dat je keihard op je tenen wordt gestampt. Overdag lijken de Russen ingetogen en introvert maar ’s nachts blijft daar niets van over. Het zijn totaal andere personen! Helaas hebben we ook gemerkt dat Russen om onverklaarbare redenen agressief uit de hoek kunnen komen. Zo kan er, terwijl je lekker staat te dansen op de dansvloer ‘zomaar’ een glas champagne in je gezicht worden geleegd of moet je de dansvloer ontvluchten omdat twee mannen met elkaar op de vuist gaan. In verschillende etappes ging iedereen huis(hostel) waarts. Het uitgaan was een hele ervaring!
Maandag 26 april Na de wilde nacht kon iedereen lekker uitslapen. Velen redden het ontbijt van half tien (net) niet. Zij verkozen het slapen boven de heerlijke poffertjes, rijstepap en lauwe thee. Toen iedereen rond het middaguur weer bij krachten was vertrokken we richting verschillende musea en interessante bezienswaardigheden. Het bezoek aan de gevangenis van Sint Petersburg dat eigenlijk gepland stond vandaag kon helaas niet doorgaan. De middag begon voor Lieneke H. best spannend aangezien zij de groep in de hectische metro zag
16
vertrekken maar zelf niet meer mee mocht, want de deur ging voor haar neus dicht zodat ze geschrokken achter bleef op het metro station. Gelukkig bleef ze kalm en kon ze een metro later pakken. Nooit was ze zo blij geweest om de Diephuisleden weer in haar armen te kunnen sluiten. Iedereen kreeg deze middag toegangskaartjes die bij verschillende musea gebruikt konden worden. In groepjes ging men op pad om bijvoorbeeld bij een oorlogsmuseum, een oude gevangenis of een mooie kathedraal te kijken.
Ook waren er een paar mensen getuige van een optreden van een zeer mooi mannenkoor waarbij de stemmen fantastisch samen kleurden, even een vredig momentje..Een paar mannen beklommen de vestingmuren welke om de musea heen stonden en konden hier van het mooie uitzicht over de wateren van Sint Petersburg genieten. Na deze interessante en zonnige dag kon een ieder zijn eigen gang gaan en zelf lekker een eettentje opzoeken. De meest dichtstbijzijnde pizzeria was toch wel favoriet met zijn heerlijke pasta’s, pizza’s en salades. Deze avond werd er fijn rustig aan gedaan en werd er bijgekomen van alle indrukken. Her en der werd er een spelletje gespeeld plus een biertje gedronken. Natuurlijk waren er wederom een paar die toch nog even een kroegje opzochten.. Dinsdag 27 april Na het stappen van de eerste dagen, toen iedereen nog vol energie zat, werden de gevolgen van het weinige slapen duidelijk zichtbaar. Het slapen betrof slechts enkele uren per nacht en om dan toch energie te krijgen werden er koekjes en chips gekocht, veel lekkers om
‘t Civieltje - Mei 2010
toch het energielevel op pijl te houden. Ook deze dinsdag werd het weer een actieve dag! Om kwart over 9 moest iedereen weer fris en fruitig beneden verzamelen voor het dagprogramma. Dit hoort op zich geen probleem te zijn, maar omdat het vroege opstaan steeds moeilijker werd en iedereen, na vele malen op het snoezen knopje van de wekker gedrukt te hebben, uiteindelijk op het laatste moment zich nog even ‘vlug’ wilde douchen en opmaken was de vertrektijd uiteindelijk toch een stuk later. Deze dag stond volgens het programma in het teken van de grote namen Pushkin, Romanov en Pavlosky. Aan de rand van St. Peterburg staan een aantal prachtige paleizen die wij natuurlijk niet aan ons voorbij konden laten gaan.
Gelukkig had de ISP commissie rekening gehouden met onze arme voeten die de laatste drie dagen veel hadden te verduren. We gingen namelijk met een privé bus deze ‘optrekjes’ bij langs samen met een privé gids. Deze stonden ons keurig op te wachten voor het hostel. Onderweg naar de paleizen kregen wij van de gids de Russische geschiedenis te horen over Peter de Grote, grote bewonderaar van Amsterdam en grondlegger van St. Petersburg. Wij kennen natuurlijk hier in Nederland ook de paleizen van de Koninklijke familie, deze zijn naar onze begrippen al enorm. Echter toen wij in onze privé bus aan kwamen bij het eerste paleis vielen enkele mondjes toch flink open. Hierbij is het paleis op de dam in verhouding een tuinhuisje! Na deze drukke dag hebben wij gegeten bij de Mexicaan ‘om de hoek’. Dit tot groot genoegen van de velen, bij wie de voeten na de busreis nog steeds even pijnlijk waren. Onder het genot van een Mexicaanse hap en live muziek kon iedereen lekker rustig bijkletsen. We waren nog amper terug in het hostel en daar werd er alweer volop gespeculeerd over de bestemming van vanavond. Welke club of pub zal vanavond ons mogen verwelkomen en ons van drankjes
www.diephuis.nl
voorzien. Door goede ervaringen van een stel belhamels dat al eerder op kennistocht was geweest viel de keuze op ‘Club Metro’. Een aantal mensen had deze nacht andere manieren gevonden tot het verzachten van de pijnlijke voetjes. Dit had tot gevolg dat bij thuiskomst nog maar een paar uurtjes slaap wachten en het een moeilijk opstaan werd voor de woensdagochtend.
Woensdag 28 april Na de leuke vorige nacht moest iedereen deze ochtend weer vroeg naar school. Dit keer niet naar college, maar naar een rondleiding en lezing van de rechtenfaculteit van St. Petersburg. Een universiteit met een zeer goede naam in Rusland, waar tevens de voormalige president en huidige minister-president Vladimir Putin heeft gedoceerd. Omdat er niet altijd een bus voor ons klaar kon staan en wij dinsdag (volgens planning) genoeg hadden kunnen rusten werd er deze dag weer een beroep gedaan op onze natuurlijke wijze van voortbewegen. Als buitenlandse studenten moest er natuurlijk wel een goede indruk gemaakt worden, daarom gingen we voor de verandering dit keer in pak naar de universiteit. Om deze reden kwamen niet de meest comfortabele schoenen de koffer uit maar de pumps, wat natuurlijk weer gepaard ging met pijnlijke voeten en meiden die verzoekjes deden aan de heren voor een voetmassage die zij (volgens ons) nooit hebben gekregen. Aangekomen op de universiteit na een stevige wandeling en een tripje met de metro, verstond niemand bij de receptie de Engelse taal en wisten zij niets van een afspraak af. Nadat de ISP commissie wat telefoontjes had gepleegd kregen zij uiteindelijk iemand aan de lijn die ons wel begreep en kwamen we er achter dat er sprake was van een miscommunicatie. De afspraak die wij om 10 uur bij hen hadden stond bij hun om 16 uur in de agenda. Na lang wachten konden wij van twee rechtenstudenten een rondleiding krijgen door het faculteitsgebouw. Zij hebben ons meegenomen naar een conferentiekamer, een nagemaakte rechtszaal en een hele mooie vergaderzaal. In de hallen van de faculteit hingen portretten van personen die
17
veel voor de universiteit hadden betekend. In de studentenrechtszaal werd er een aantal kritische vragen gesteld aan de studenten over het Russisch rechtssysteem. Helaas ging de lezing door de miscommunicatie niet door.
18
Donderdag 29 april Vandaag stond een bezoek aan de Hermitage op het programma, een van de absolute hoogtepunten van de reis. Na een flinke wandeling kwamen we aan bij het indrukwekkende winterpaleis. Op vertoon van een studentenkaart mochten we gratis naar binnen. Enkelen onder ons lieten zich door een struise Russische dame voormarcheren door het museum, om zo in sneltreinvaart een deel van de enorme kunstcollectie te aanschouwen. Gigantische barokke balzalen werden bezocht, enorme houten vloeren bewonderd en grote vazen uit een enkel blok marmer geïnspecteerd. Hiermee was het nog niet lang gedaan met de bezienswaardigheden: van talloze Russische, Vlaamse, Nederlandse, Italiaanse, Duitse en Franse schilders was een groot deel van hun oeuvre uitgestald in de lange gangen die het paleis rijk is. Vele Diephuizers raakten deze middag diep onder de indruk van al deze artistiek uitgebeelde bijbelse, klassieke, romantische en impressionistische taferelen. Nadat posters van de meest favoriete schilderijen aangeschaft waren begaf men zich groepje voor groepje weer richting het hostel. Die avond at iedereen op eigen gelegenheid en werden verschillende eethuizen in St, Petersburg uitgeprobeerd.
Om 2 uur waren wij klaar met de rondleiding en had iedereen tijd voor zichzelf om onder andere het centrum en de Nevsky Prospect te ontdekken. Daar aangekomen werden een aantal voor de keuze gesteld om een gebakje en drankje te doen tegenover de Kazan kathedraal op de eerste verdieping. Nog niet eerder hadden wij zo’n mooi uitzicht onder het genot van een hapje en een drankje gehad, wat tot veel kodakmomentjes heeft geleid. Gedurende dit hapje en drankje werd er een keuze gemaakt voor een plaats om te dineren. Iedereen had vrij de keuze om zijn tijd te besteden die avond.
Vrijdag 30 april Die dag vertrokken we vroeg in de ochtend voor een bezoek aan het Constitutioneel Hof van de Russische Federatie. Eenmaal aangekomen werden wij na een grondige inspectie op identiteitspapieren en metalen bezittingen, toegelaten tot het voormalige paleis waarin het hof nu zitting houdt. Alhier bleek dat nog meer Nederlandse studieverenigingen op doortocht present waren. Na te hebben plaatsgenomen in een van de zittingszalen werden wij voorzien van een interessante lezing over de werking van het hof en zijn plaats in de Russische Federatie. Zo blijkt dat het hier een hoog gerechtshof be
Uiteindelijk werd er de keuze gelegd op onze vaste ‘hangout’: een klein en gezellig pizzarestaurantje, wat de hele week overladen werd met Diephuis ISP-ers. Omdat de meesten bijna niet meer op de benen konden staan werd het die avond voornamelijk een avond waarbij lekker op de kamers werd gepokerd, gepest, gekletst, gedronken en gehangen. Daarnaast waren er enkelen die liever de Russische economie op gang wilden houden door flink wat roebels aan bier in de club uit te geven.
treft, dat bevoegd is om te beoordelen of bepaalde wetten of presidentiele decreten een toets aan de Russische constitutie kunnen doorstaan. Sinds 2008 zetelt het hof volledig in St. Petersburg. Na de lezing werden er nog vele vragen gesteld en het Engels van onze spreker werd goed getest. Na bevrediging van onze brandende nieuwsgierigheid kregen we een rondleiding door de talloze fraai ingerichte zalen die het paleis rijk is. Deze raadsheren vergaderen nog eens in stijl, zo luidt de conclusie!
‘t Civieltje - Mei 2010
Na al dit moois te hebben bekeken vertrok de groep per bus naar het Nederlands Instituut van St. Petersburg, dat de Nederlandse universiteiten in het noordwesten van Rusland vertegenwoordigt. Hier stond een voortreffelijke lunch voor ons klaar, en na een selectie uit verschillende soorten ingrediënten naar keuze verdwijnt ons bord in één resolute beweging van de aanwezige kordate Russische keukendame richting magnetron. Uiteraard lieten wij ons deze lekkernijen goed smaken, alvorens van een sterk bakje koffie te genieten. Vervolgens kregen wij een lezing over mensenrechten en hedendaagse problemen in Rusland. Onder meer blijkt dat veel Russen hun relatief nieuw verworven individuele rechten nog weinig gebruiken in de praktijk. Ook zijn ernstige problemen als corruptie nog aan de orde van de dag. Na een korte pauze wordt vervolgd met een lezing over de advocatuur in Rusland. Van al deze interessante zaken kennis genomen hebbende, vertrok de groep per taxi naar het hostel. Nadat iedereen zich daar had gehuld in oranje kledij ter viering van Koninginnedag, vertrokken wij gezamenlijk naar een echt ‘steakhouse’, waar grote hoeveelheden vlees werden verorberd. Blijkbaar is vlees een goede bodem, want ook deze avond werd door vele Diephuizers de dag gezellig afgesloten met een bezoek aan enkele van de etablissementen die deze mooie stad rijk is.
bracht aan het centrum om nog een paar winkels te bezoeken en een leuke outfit te scoren. Dit was dan ook de laatste mogelijkheid voor iedereen om wat souvenirs voor thuis mee te nemen en de laatste roebels te spenderen. Één ding is zeker, Rusland is menig Matroesjka-poppetje armer geworden door ons bezoek! Een enkeling wist nog een betere mooie besteding van deze vrije dag te vinden: die ging namelijk de stad verkennen in het gezelschap van een Russische schone die een paar avonden daarvoor was ontmoet.
Zaterdag 1 mei Na een mooie avond die voor de meesten tot in de late uurtjes door ging kon er vanochtend heerlijk worden uitgeslapen. Maar goed ook want de shotjes die zowel het bestuur als de ISP commissie werden aangeboden als dank voor de goede organisatie deze reis, hakten er flink in! Vandaag is de allerlaatste dag alweer in het mooie st. Petersburg, welke vrij kon worden ingevuld naar ieders wens. Zo ging er een groep terug naar de Hermitage om alsnog te proberen alle mooie kunstwerken te kunnen bewonderen, wat in één dag gewoon onmogelijk is. Helaas vonden meer mensen dit een goed idee op zaterdagmiddag en moest er dus wel een uur in de rij worden gestaan, in tegenstelling tot de donderdag. Ook werd er door meerdere mensen nog een bezoek gebracht aan de st. Isaac’s kathedraal, met zijn prachtige goud beklede koepel en granieten zuilen. Hier werd de conditie van menigeen op de proef gesteld door het beklimmen van de indrukwekkende kathedraal, waarna kon worden genoten van een prachtig uitzicht over de stad. 1 mei is tevens een feestdag in st. Petersburg: de dag van de arbeid wordt dan gevierd. Deze dag werd in de communistische tijd uitbundiger gevierd dan nu; st. Petersburg kent geen echte parade meer maar voor ons was het toch wel heel bijzonder om dit mee te maken. Verschillende mensen verzamelden zich rondom het st. Isaac’s plein en maakten hun zienswijzen duidelijk. Helaas konden wij niet verstaan of lezen wat er precies gezegd werd maar wel viel op dat er nog steeds een duidelijke communistische kijk naar voren werd gebracht. Er werden onder andere rode vlaggen met hamer & sikkel, vlaggen met het hoofd van Stalin en handgranaten door de demonstranten gevoerd. Dit was bijzonder voor ons om te aanschouwen. Tevens werd er door een aantal dames nog even een bezoekje ge-
Zondag 2 mei Die nacht moest er om 6 uur weer worden verzameld om gezamenlijk naar het ‘Mariinsky’ theater te vertrekken waar we de balletvoorstelling ‘Anna Karenina’ gingen bekijken. Voor iedereen van te voren dus even een snelle hap bij de MacDonalds of de sushibar. Ook werden de koffers vast een beetje ingepakt en de kamers opgeruimd. In gepaste kleding kwamen we aan bij het theater waar we helemaal bovenin onze plaatsen konden innemen met een geweldig uitzicht over dit indrukwekkende gebouw. ‘Anna Karenina’ is de tweede grote roman van Tolstoj waarbij Anna verliefd wordt op de jonge graaf Vronski. In het stuk worden onder meer drie dramatische gebeurtenissen op een spoorwegstation uitgebeeld door een prachtig ballet begeleid door een fantastisch orkest. Ondanks al deze impressies hadden enkelen onder ons de grootste moeite zijn oogjes open te houden tijdens de mooie voorstelling in het donkere, warme theater. Na deze mooie afsluiting van onze reis naar Rusland werd het tijd om naar het hostel te vertrekken en daar ons klaar te maken voor de reis terug naar Nederland en eventueel nog een paar uurtjes slaap te pakken. De echte diehards bleven onder het genot van een wodka dan wel een biertje nog even op tot we om 3 uur door de bus werden opgepikt om ons naar het vliegveld te brengen. Na een voorspoedige reis kwamen we rond negen uur ’s ochtends aan op Schiphol waar er afscheid werd genomen van elkaar en de reis door de meesten onder ons werd voortgezet met de trein richting Groningen. De redactie van het Civieltje bedankt de ISP commissie hartelijk voor deze zeer geslaagde reis waar we allen mooie herinneringen aan zullen koesteren. Top!
www.diephuis.nl
19
Verslag
Door: Elena Klijn
Sollicitatietraining Trip advocaten & notarissen Op woensdag 14 april werd door Diephuis in samenwerking met Trip advocaten & notarissen de sollicitatietraining georganiseerd. Om half drie verzamelden de geïnteresseerden zich op de museumbrug om vervolgens met z’n allen naar Trip advocaten te fietsen. Daar werden we ontvangen met een bakje koffie of thee door Michiel Hoek, manager bedrijfsvoering van Trip, en Ido de Jonge, arbeidsbemiddelaar. Aan de hand van een PowerPoint presentatie kwamen de verschillende aspecten voor een geslaagde sollicitatie aan de orde. Er werd ingegaan op zowel de sollicitatiebrief, CV en het sollicitatiegesprek zelf. Het werd een interactieve middag waarbij de deelnemers al hun vragen met betrekking tot het solliciteren beantwoord kregen, en dat waren er nogal wat. Er werd onder andere ingegaan op de inhoud/ lay-out van de brief en cv, de presentatie
tijdens het gesprek, de strategieën en nog veel meer handige informatie kwam aan bod. Aan het einde van de middag werd de groep in tweeën gedeeld om met dhr. de Jonge dan wel met dhr. Hoek bepaalde aspecten van het sollicitatiegesprek door te nemen. Er werd ingegaan op de goede en slechte eigenschappen volgens de ‘STAR’ (situatie, taak, actie, resultaat) methodiek en er werd geoefend met het geven van een juiste motivatie. Ofwel een leerzame middag met veel handige tips voor de mensen die spoedig de arbeidsmarkt zullen betreden. De geslaagde middag werd afgesloten met een borrel en hapjes.
Almanakuitreiking Donderdagavond 4 maart was het dan eindelijk zover, de almanak uitreiking! Het meesterwerk waar Joske, Maartje, Joyce en Sylvia maanden op hadden zitten zwoegen, werd uitgereikt.
V.l.n.r. Katinka ten Voorde, Lieneke Schaap, Marleen van Mourik, Bert Simon ten Feld, Felix Claushuis.
V.l.n.r. Joyce van DIjk, Maartje Glorie, Sylvia Huberts, Joske Hagelaars Regelmatig werden er al vragen op de commissie afgevuurd in het kader van: Wat is thema? Welke VIP’s worden geinterviewd? Welke kleur wordt de omslag? Wordt de almanak mooier dan die van vorig jaar? Maar de commissie heeft zich niet laten verleiden tot dergelijke uitspraken en tot donderdag klokslag twaalf was het motto : “our lips are sealed”.
20
Om 00:00 uur werd een filmpje gestart over de hersenspinsels die voor het tot stand komen van het thema de revue waren gepasseerd. Het uiteindelijke thema is geworden: Nederlands recht in een Diephuis van het Noorden paperback! De almanak is gebaseerd op de ons allen bekende krant: Dagblad van het Noorden. De opmaak is gebaseerd op een krant en zelfs het papier lijkt op krantenpapier! In het kader van het thema “Nederlands recht” werd iedereen getrakteerd op een overheerlijk oranje likeurtje. Daarnaast kreeg iedereen een Hollandse placemat en werden de almanakken uitgedeeld. Na de uitreiking begonnen de rondjes met Nanne’s befaamde bitterballen en bleef de drank rijkelijk vloeien. Rond drie uur stroomde van Diepen langzaam leeg. Een van de Almanak leden heeft nog een mooi (luid) duet voor café van Diepen gezongen met een der leden van de Civieltjecommissie. Dit was voor de toehoorders een ware sensatie. Na afloop keek de Almanakcommissie trots terug op een super geslaagde borrel en een prachtige almanak!
‘t Civieltje - Mei 2010
Door: Geartsje Huistra
Verslag
De Pleitinstructie Op dinsdag 9 maart werd er door de evenementencommissie weer een pleitinstructie georganiseerd. In ’t Herenhuis werden door vijf professionals tips en trucs gegeven, kortom een avond die helemaal in het teken stond van het pleiten.
De avond werd geopend door mr. J. Biesma, vice-president van de rechtbank Leeuwarden en docent bij het opleidingsinstutuut van de rechterlijke macht, SSR in Zutphen. Mr. J. Biesma was avondvoorzitter en begon met een voorstelrondje waarbij de professionals werden geïntroduceerd bij de aanwezigen. Mevr. mr. G. Eelsing kreeg als eerste het woord om haar ervaringen te delen. Ze is bijna 20 jaar werkzaam geweest in de advocatuur en heeft in 1998 de overstap gemaak naar de rechtelijke macht. Ze heeft inmiddels veel ervaring opgedaan als rechter in de strafrechtsector. Als eerste kreeg zij de vraag of zij wel eens te maken kreeg met vervelende advocaten. Mevr. Eelsinga gaf aan dat ze hier wel eens mee te maken krijgt maar ze probeert dit gedrag vaak te negeren, om het feit dat zij er niet van houdt om ‘op de persoon te spelen’. Vervolgens kreeg zij de vraag wat de eigenschappen moeten zijn van een rechter. De eigenschappen van een rechter zijn volgens haar te onderscheiden in drie kerncompetenties: onpartijdigheid, goed luisteren en empatisch vermogen.
Ook werd aan haar gevraagd wat dan volgens haar de eigenschappen van een advocaat horen te zijn. Volgens haar is het nodig dat een advocaat enige distantie heeft van zijn zaak maar aan de andere kant toch ook weer betrokken is. Het is belangrijk dat een advocaat hier een balans tussen vindt. De rol die de advocaat inneemt is namelijk van belang op de uitspraak. Niet alleen het publiek maar ook de jury werd door het verhaal van mevrouw Eelsing gemotiveerd om
www.diephuis.nl
V.l.n.r. Eveline Hulstijn, Irene van der Meer, Albert Geerds
vragen te stellen. Nadat mevr. Eelsing haar ervaringen als rechter had gedeeld met het publiek werd het woord gegeven aan mevr. mr. L. Joosten – van der Veen. Zij is drie jaar werkzaam als Officier van Justitie in Groningen en vertelde over haar ervaringen met pleiten. Als Officier probeert zij rekening te houden met het publiek en de pers. Een belangrijke tip is om zo duidelijk mogelijk te zijn in het pleiten en geen jargon te gebruiken. “Wees helder in je taalgebruik en houd rekening met de niet-juridische geschoolden” vertelt zij.
Naast taalgebruik is het tevens belangrijk om structuur aan te brengen in het verhaal. “Zorg dat het niet gaat springen, dan wordt het vaag en verlies je luisteraars”. Verder geeft zij als tip om het beeld te scheppen dat jij als pleiter het zelf goed begrijpt door meester te zijn van de situatie. “Laat nooit merken dat je het zelf niet meer begrijpt”. Het OM kan soms een andere vertaling geven aan het bewijs dan de rechtbank. Dit heeft te maken met de interpretatie van het bewijs. De belangrijkste punten van het pleiten zijn volgens haar daarom; openheid, realistisch zijn en meester van de situatie blijven. Nadat mr. Joosten – van der Veen haar visie op het gebied van het pleiten had gegeven was het de beurt aan mr. K de Vries om te vertellen over zijn ervaringen als advocaat. Mr. K. de Vries is sinds 2006 verbonden aan het kantoor Trip Advocaten en Notarissen te Groningen en is werkzaam op de sectie arbeidsrecht, daarnaast
21
bestaat zijn praktijk uit het algemene civiel recht en personen- en famillierecht. Mr. de Vries vertelt dat hij bij de sectie arbeidsrecht veel te maken krijgt met het pleiten. Het is belangrijk om goed te communiceren en te vertellen waarom je pleit. De belangrijkste tip die mr. de Vries mee wil geven aan het publiek is om vooral je eigen verhaal te vertellen tijdens het pleiten en daarin vooral kort en overzichtelijk te zijn. Het stemgebruik is van groot belang tijdens het pleiten. Rustmomenten en intonaties kunnen een verhaal sterker maken. Pas wel op met woordgebruik. Het woord ‘echter’ geeft hij als voorbeeld van een woord dat niet in de spreektaal hoort. Houd het bij spreektaal en ga vooral niet te veel in op onzin van anderen!
het tegen elkaar op. Mr. Konings is werkzaam bij Dorhout Advocaten waar hij zich bezig houdt met algemeen ondernemings- en verbintenissenrecht. Daarnaast zijn het vooral de vakgebieden Intellectuele Eigendomsrecht en het ICT-recht waar hij zicht op toespitst. Mevr. mr. M. van der Hoek is begonnen als jurist bij Endemol in Aalsmeer en heeft vanaf daar de overstap gemaakt naar een carrière als advocaat bij KienhuisHoving waar zij werkzaam is binnen de praktijkgroep ondernemingsrecht. Er werd door de advocaten gepleit aan de hand van een casus waarin partijen, buren van elkaar, ruzie maken over een schutting die hun tuinen van elkaar scheidt. Door beide advocaten werd de casus aangevuld met tegenstrijdige argumenten en verzonnen feiten wat hun zaak meer gedetaileerder maakte. Dit leidde tot opmerkelijke en zelfs komische momenten. Nadat beide advocaten klaar waren met hun pleidooi was het de beurt aan de juryleden om te beraadslagen en een winnaar kenbaar te maken. Tijdens deze beraadslaging kregen beide advocaten de mogelijkheid om wat meer te vertellen over hun kantoren en nog wat vragen te beantwoorden.
Nadat de visie met betrekking tot het pleiten door de drie belangrijkste partijen in een rechtzaal aan het licht zijn geweest was het weer de beurt aan mr. Biesma, de avondvoorzitter, om nog enkele tips en trucs te geven. Mr. Biesma wou nog benadrukken dat het bij pleiten vooral gaat om de combinatie van presentatie en inhoud. Het is belangrijk om indringend met de rechtbank te communiceren. Ook een belangrijke tip is om te pleiten zonder papier.
Nadat alle sprekers hun tips en trucs hadden gedeeld met het publiek werd het de hoogste tijd om twee ervaren pleiters in actie te zien waarbij de eerdere sprekers als jury zouden beoordelen wie er als winnaar uit de bus moest komen. Mr. K. Konings van Dorhout Advocaten en mevr. mr. M. van der Hoek van KienhuisHoving namen
22
Toen de jury terug kwam om de winnaar bekend te maken wilde ze eerst nog wat opmerkingen kwijt over het pleiten van de twee avocaten. Mevr. mr. van der Hoek kreeg als opmerking mee dat zij erg goed van papier kon pleiten. De structuur was erg duidelijk te herkennen in haar pleidooi. Een opmerking die de jury daarnaast had was dat zij weinig anticipeerde op de verweren van de tegenpartij. Mr. Konings kreeg mee van de jury dat hij goed anticipeerde maar dat hij zich iets meer kon richten op de jury. Verder had hij een rustige houding en was zijn verhaal erg goed gestructureerd. Het was een juridisch zakelijk betoog. Dit is enerzijds goed maar tevens gevaarlijk omdat hierdoor meer discussie was met de jury tijdens de vragenronde. De jury kon echter geen winnaar aanwijzen en vond beide advocaten even sterk in hun pleidooi. Na deze ontknoping was het tijd voor een borrel in de bar van ’t Herenhuis met alle aanwezigen en juryleden.
‘t Civieltje - Mei 2010
In de advocatuur moet je weten waar je voor staat. En dat moet je zo kort en bondig mogelijk kunnen vertellen. Bij Simmons & Simmons hebben we daar een tool voor ontwikkeld. De Eén Woord Sollicitatie. Hiermee dwing je jezelf tot een zo kort mogelijke omschrijving van je talent. Als je durft, dan mag je zelfs met dat ene woord bij ons komen solliciteren.
Innovatief
Emotioneel
Chaotisch
Initiatiefrijk
Smaakvol
Stressbestendig
Competitief
Sociaal
Intellectueel
Correct
Toegewijd
Geleerd
Fantastisch
Open
Creatief
Opvliegend
Leuk
IJdel
Sportief
Handig
Intens
Onhandig
Snel
Brutaal
Actief
Gestoord
Diplomatiek
Evenwichtig
Flexibel
Bedrijvig
Geordend
Vroom
Netjes
Onderhoudend
Waardevol
Ga snel naar werkenbijsimmons.nl
Ondernemend
Onafhankelijk
Wantrouwend
Sportief
Gedreven
Fanatiek
Pienter
Spiritueel
Opgewekt
Somber
Extravert
Eigenaardig
Introvert
Smetteloos
Perfectionistisch
Braaf
Vastberaden
Besluiteloos
Adequaat
Integer
Kalm
Apart
Optimistisch
Pessimistisch
Competent
Energiek
Sluw
Grondig
Streng
Volwassen
Innemend
Vreemd
Chaotisch
Gepassioneerd
Gevoelig
Hard
www.werkenbijsimmons.nl
30 juni, 1 en 2 juli 2010
Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn advocaten en notarissen
mr.
De masterclass van Pels Rijcken
Meld je nu aan op pelsrijcken.nl/mrz
Juridisch Het mythische beest van de nationale procesautonomie Stefan Tuinenga is advocaat bij Stibbe in Amsterdam.
Inleiding In december 2009 verscheen het voor de Europese Commissie opgestelde rapport“Quantifying antitrust damages, towards non-binding guidance for courts”.1 Het rapport is volgens de Europese Commissie bedoeld om nationale rechters van de lidstaten ondersteuning te geven bij het berekenen van schade veroorzaakt door schendingen van het mededingingsrecht.2 Aan de hand van de Europese ontwikkelingen op het gebied van civiele mededingingsprocedures zal ik bekijken wat de invloed is van EU-regelgeving en -rechtspraak op de nationale procesautonomie van de lidstaten. Rechtspraak van het Europese Hof van Justitie Het is vaste rechtspraak van het Europese Hof van Justitie dat bij gebreke van harmoniserende communautaire regelgeving het aan de lidstaten is om de bevoegde rechterlijke instanties aan te wijzen en de procedureregels vast te stellen voor vorderingen die worden ingediend ter bescherming van de rechten die gebaseerd zijn op het Europese recht. Lidstaten hebben dus in beginsel autonomie op het gebied van procesregels. Wel dienen de lidstaten het gelijkwaardigheidsbeginsel en het doeltreffendheidsbeginsel in acht te nemen.3 Op grond van met name het doeltreffendheidsbeginsel heeft het Hof zich toch vrij intensief bemoeit met het procesrecht van lidstaten. In
1. Oxera en Komninos e.a., “Quantifying antitrust damages, towards non-binding guidance for courts”, december 2009. Het rapport is beschikbaar op de website van de Europese Commissie: http://ec.europa.eu/competition/antitrust/actionsdamages. 2. In de ‘Working Paper’ bij de White Paper stelde de Commissie zich tot doel “to provide pragmatic, non-binding assistance in the difficult task of quantifying damages in antitrust cases, both for the benefit of national courts and the parties” (p. 60). 3. Zaak C-295/04, 297-298/04 Manfredi, 13 juli 2006. Zie voor eerdere zaken bijvoorbeeld: Zaak 60/75 Russo v. AIMA [1976] ECR 45, Zaak 33/76 Rewe v Landwirtsschaftskammer Saarland [1976] ECR 1989 en Zaak 158/80 Rewe v Hauptzollamt Kiel [1981] ECR 1805.
www.diephuis.nl
Manfredi4 oordeelde het Hof dat uit doeltreffendheidsbeginsel van het gemeenschapsrecht volgt dat eenieder vergoeding moet kunnen vorderen van schade veroorzaakt door mededingingsrechtschendingen, zowel reële schade, gederfde winst als rente. In Courage en Crehan5 oordeelde het Hof dat ook partijen die zelf partij waren bij een overeenkomst in strijd met het Europese mededingingsrecht in bepaalde gevallen recht hebben op schadevergoeding. Indien nationaal recht zou bepalen dat partijen dat recht niet hebben zou dit in strijd zijn met het doeltreffendheidsbeginsel. Beleid van de Europese Commissie Ook de Europese Commissie heeft zich de afgelopen jaren intensief bemoeid met het procesrecht van de lidstaten, met name weer op het gebied van het civiele mededingingsrecht. De Europese Commissie vroeg in 2004 aan het advocatenkantoor Ashurst om de obstakels voor civiele acties na schendingen van het mededingingsrecht te identificeren. Ashurst concludeerde dat er in Europa sprake was van “total underdevelopment” en “astonishing diversity” in de lidstaten.6 In april 2009 publiceerde de Europese Commissie een witboek over schadeacties na schendingen van Europese mededingingsregels.7 In dit witboek constateerde de Commissie dat slachtoffers van schendingen van de communautaire mededingingsregels slechts zelden herstel krijgen voor de geleden schade. Dit zou volgens de Commissie voornamelijk te wijten zijn aan juridische complicaties. Op basis van de hierboven beschreven uitspraak van het Hof van Justitie in Manfredi stelde de Commissie dat uit het doeltreffendheidsbeginsel van het gemeenschapsrecht volgt dat eenieder ver-
4. Zaak C-295/04, 297-298/04 Manfredi, 13 juli 2006 5. Zaak C-453/99, Jur.p. I-6297, Courage en Crehan, 20 september 2001. 6. Ashurst, Study on the conditions of claims for damages in case of infringement of EC competition rules, 31 augustus 2004. 7. Europese Commissie, White Paper on Damages Actions for Breach of the EC Antitrust Rules, april 2008, Green Paper Damages actions for breach of the EC antitrust rules COM(2005) 672.
27
goeding moet kunnen vorderen van schade veroorzaakt door mededingingsrechtschendingen, zowel reële schade, gederfde winst als rente.8 Het witboek heeft volgens de Commissie tot doel om dit eenvoudiger te maken.9 Dit zou onder andere dienen te gebeuren door het aanpassen van juridische voorwaarden in het kader van het vorderen van mededingingsschade. De reacties van de lidstaten op het witboek waren niet louter positief. De Nederlandse regering betreurde, samen met een aantal andere lidstaten, dat harmonisatie werd voorgesteld op een specifiek rechtsgebied, het civiel mededingingsrecht, in plaats van een algemene aanpak over de hele breedte van het burgerlijke recht.10 Een nog fundamentelere kritiek op de initiatieven van de Commissie was de twijfel over de toegevoegde waarde ervan. Volgens vele advocaten is de civiele mededingingspraktijk levendig te noemen, en is er helemaal geen sprake van “underdevelopment” zoals het Ashurst rapport stelde.11 De niet-bindende aanwijzingen voor het begroten van schade kunnen gezien worden als een voorzichtige stap van de Commissie naar het realiseren van de doelstellingen uit het witboek. Het rapport is naast door juristen opgesteld door economen en geeft ‘tools’ aan nationale rechters om de schade in mededingingszaken berekenen. Omdat het om niet bindende aanwijzingen gaat is dit een van de minst controversiële beleidsonderwerpen uit het witboek. Het is echter te verwachten dat de Commissie ook de andere actiepunten
8. C-295/04, 297-298/04 Manfredi, 13 juli 2006, para. 95. 9. Zie bijvoorbeeld: Van Lierop en Pijnacker Hordijk, privaatrechtelijke aspecten van het mededingingsrecht, preadvies 2007, uitgebracht voor de Vereniging voor Burgerlijk Recht en de reacties van de lidstanten op: http://ec.europa.eu/competition/antitrust/ actionsdamages/white_paper_comments 10. Nederlandse reactie op het witboek betreffende schadevergoedingsacties wegens schending van de communautaire mededingingsregels, p.2. Deze reactie is te vinden op: http://ec.europa.eu/ competition/antitrust/actionsdamages/white_paper_comments/ nether_nl.pdf 11. D. Waelbroeck, D. Slater and G. Even-Shoshan, Study on the Conditions of Claims for Damages in Case of Infringement of EC Competition Rules, Comparative Report, ‘Ashurst Report’, 31 augustus 2004, p. 1.
28
uit haar witboek, zoals bijvoorbeeld ‘opt-in’ collectieve acties12 zal proberen te realiseren. Het is nog de vraag of de lidstaten deze steeds verdergaande inperking van hun nationale procesautonomie akkoord zullen gaan. Wat betreft de rechtspraak van het Hof van Justitie hebben de lidstaten weinig keuze, zij dienen deze te accepteren. Hetgeen de lidstaten aan de voordeur van de Commissie tegenhouden kan hierdoor in sommige gevallen uiteindelijk via een actieve rol van het Hof van Justitie via de achterdeur alsnog binnenkomen. Conclusie De afgelopen jaren is er op het gebied van het mededingingsrecht een gestage toename van invloed te constateren van Europese regelgeving en rechtspraak van het Hof van Justitie. Volledige nationale procesautonomie is dan ook, zoals Jones het uitdrukt, “largely a mythical beast” vanwege de infiltratie in nationale remedies door de Europese Commissie en het Hof van Justitie.13 Stefan Tuinenga Advocaat bij Stibbe
12. Bij opt-in collectieve acties dienen individuen actief aan te geven te participeren, bij opt-out collectieve acties, zoals in de Verenigde Staten gebruikelijk is, doet men mee tenzij men aangeeft niet mee te doen (‘opt-out’). 13. C.A. Jones, Private Enforcement of Antitrust Law in the EU, UK and USA, Oxford University Press, 1999.
‘t Civieltje - Mei 2010
Column De commissies aan het woord! Afgelopen jaar schreef de Civieltjecommissie talloze verslagen over de vele activiteiten van Diephuis. In deze laatste editie wilden we ook eens ruimte laten voor een frisse blik op Diephuis, vanuit andere invalshoeken binnen de vereniging! We vroegen de andere commissies een column te schrijven over het reilen en zeilen binnen hun commissie. .
De Pleitcommissie Op donderdag 25 juni, een mooie zomerse avond, komt de pleitcommissie voor het eerst bij elkaar tijdens de introductiebijeenkomst in café de Toeter. In de e-mailcorrespondentie was er al sprake van groot enthousiasme, maar desondanks was iedereen benieuwd of er ‘chemie’ bestond tussen Ynze, Mark, Marianne, Maaike en Selmer. Die chemie bleek er uiteindelijk te zijn. De pleitcommissie was strijdlustig, bekwaam in het luisteren naar muziek en de beantwoording van moeilijke vraagstukken. Een eerste plaats leverde het niet op, maar er was wel een pleitsekte geboren. Onder leiding van de gedrevenheid van Selmer kwamen er al snel vaste afspraken voor vergaderingen. De maandagavond was vanaf dat moment de avond wanneer alle belangrijke zaken besproken konden worden. Naast vergaderen kon iedereen ook kennismaken met elkanders culinaire hoogtepunten, zoals de pasta’s van Maaike, de pannenkoeken van Marianne en de befaamde schnitzels met champignonsaus van Selmer. De Groninger pleitwedstrijd 2009 was het paradepaardje van de pleitcommissie. Het enthousiasme van de deelnemers en de juryleden zorgde ervoor dat de pleitcommissie kan terugkijken op een geweldige dag. De ontlading van de gehele dag kwam tot uiting in de Tapperij, want niemand wist bijvoorbeeld dat een nuchtere Fries zo mooi kon dansen! Toen de organisatie van de Groninger pleitwedstrijd erop zat, stonden er nieuwe uitdagingen voor de deur. De pleitcommissie ging deelnemen aan diverse wedstrijden, zoals de European Law Mootcourt, de Snelpleitwedstrijden van Tilburg, de jaarlijkse Nationale Pleitmarathon in Nijmegen en verder wilde de pleitcommissie nog een aantal succesvolle pleitavonden organiseren. Maar eerst was er een commissieweekend. Selmer en Mark hadden de eervolle taak om een gezellig weekend te organiseren. Het werd uiteindelijk een Landal Greenpark in de prachtige omgeving van de Veluwe. Gedurende het weekend bleken zich talentvolle koehandelaren in ons midden te bevinden. Indien de juridische toekomst van sommigen geen perspectief meer zal bieden, ligt er met een derge-
www.diephuis.nl
lijke handelsgeest een glansrijke toekomst in het verschiet! Op zaterdagavond gingen we na een ronde Kingzen, de binnenstad van Zwolle verkennen. We kwamen uit bij het Vliegende Paard. Na een gezellige nacht zorgde Maaike ervoor dat de pleitcommissie weer veilig huiswaarts keerde, ondanks het feit dat een commissielid het nog buitengewoon naar haar zin had. Het laatste hoogtepunt van de pleitcommissie was de Nationale Pleitmarathon in Nijmegen. Het weekend stond in het teken van pleiten en leren, maar bovenal gezelligheid! Een romantisch diner aan de Waalkade, borrelen met topjuristen uit heel Nederland, kennismaken met toekomstig juridisch talent, dineren op een boot, geluk beproeven in het casino en uitgaan totdat er geen enkele kroeg meer open was in Nijmegen. Er staat nog een prachtige studiereis voor de deur, maar het actieve jaar voor de pleitcommissie is afgelopen. Iedereen gaat straks verder met het opbouwen van zijn carrière. Ynze wordt advocaat, Marianne en Maaike gaan hun horizon verbreden in het buitenland en Selmer zal zijn master afronden en daarna nog de wereld gaan verkennen. Zelf heb ik het afgelopen jaar kennisgemaakt met vier talentvolle en unieke medestudenten, van wie ik veel heb mogen leren. Het was een topjaar en we kunnen allemaal terugkijken op een succesvolle tijd! Namens de pleitcommissie, Mark Huizenga
De Masterclasscommissie Met z’n drieën vormen wij de kleinste commissie die de civielrechtelijke vereniging Diephuis rijk is. Dat wekt het idee dat het voor ons ook zeer makkelijk is vergaderingen te plannen; het is tenslotte een kwestie van maar drie agenda’s naast elkaar leggen, toch…?! Maar dit idee is een ware illusie, niets is minder waar. Bij het plannen van een vergadering van de masterclasscommissie moet je denken aan
29
een tafereel als Barack Obama die zijn agenda naast die van Nicolas Sarkozy legt om een afspraak te maken. En als ze dan eindelijk over een paar weken een klein gaatje in hun agenda’s hebben gevonden, blijkt dat Sarkozy’s Engels toch niet zo goed is als zijn vrouw er niet bij is… En zelfs dát is bij ons aan de orde. Ook al spreken we dezelfde wel taal, het komt nog regelmatig voor dat iemand in de telefoon roept: “huh, we hadden toch morgen afgesproken?” Als we dan uiteindelijk een lang geplande vergadering houden, staan de aan bod komende onderwerpen – schoenen/mannen en de masterclass – in een verhouding van 70/30. Ondanks de bovenstaande fenomenen, kunnen wij ons wel als de meest efficiënte en effectieve commissie beschouwen. Tijdens de bovengenoemde 30% van onze vergaderingen overleggen, bekritiseren, delegeren en onderhandelen wij samen op zo’n briljante manier, waar zelfs bovenstaande wereldleiders een punt aan kunnen zuigen. Één woord en we weten wat we bedoelen, één blik en we weten dat we onze mond moeten houden en één ‘ja’ en ons volgende plan is al bijna uitgevoerd. Geen wonder dat de combinatie van ons drieën als de masterclasscommissie dan ook de meest briljante masterclass van het jaar hebben georganiseerd in de vorm van de Groninger Masterclass Procederen in Arbeidszaken. Één telefoontje door ons gepleegd en verschillende kantoren, instanties en hoogleraren stemden meteen in om onze deelnemers de fijne kneepjes van het Arbeidsrecht bij te brengen. Dit hebben zij dan ook uitstekend gedaan en onze masterclass is zeker een succes geworden. Donderdag 22 april is de Masterclass Arbeidsrecht echt helemaal afgesloten door de deelnemers tijdens een borrel hun welverdiende certificaten uit te reiken. Dit was niet alleen een afsluiting van de masterclass an sich, maar ook een beetje een afsluiting van ons mooie jaar samen. Meiden, goed gedaan en bedankt! Gelukkig hebben we de foto’s nog… Namens de masterclasscommissie, Sanne van der Schors
De ISP-Commissie Maandagavond…. Het is weer maandagavond en de plaatselijke Albert Heijn wordt leeg gekocht om de benodigdheden in huis te halen voor een onvergetelijke commissie-avond. Het eten staat te pruttelen, met een potje bier of een glaasje wijn om ons mentaal te prepareren voor wat komen gaat. De deurbel gaat en daar zijn Marleen en Katinka, altijd stipt op tijd. Gevolgd door Bert Simon en even later Felix, die de de term “fashionably late” tot in de puntjes beheerst. Nadat Katinka de saus volledig heeft ontleed en iedereen zijn bordje leeg heeft kan de avond dan echt beginnen. Oh nee, eerst moeten we nog Goede Tijden Slechte Tijden kijken. We moeten wel op de hoogte zijn van
30
het wel en wee in Meerdijk. Na een power napje van de heren en een traantje van de dames kunnen we dan toch echt beginnen. Onze ijverige voorzitster tovert de agenda tevoorschijn en het gaat weer helemaal los. Na een korte inhoudelijke bespreking kan de vergadering ècht beginnen, de dobbelstenen en de kaarten worden op de tafel gelegd en de shotglaasjes komen tevoorschijn. Dit onder het motto ‘teambuilding’. Truth or dare heeft geresulteerd in openbaringen waar onze monden van open vielen. Het heeft onze kijk op elkander drastisch veranderd. Alle borrels worden altijd kritisch geanalyseerd en om één of andere reden is Bert Simon altijd het kind van de rekening. Dan komen er een aantal interessante gespreksonderwerpen op tafel die wij hier even terzijde laten. De meeste Shownieuws kijkers zouden ervan versteld staan. Maar dit alles beïnvloedt onze capaciteiten voor het organiseren van een spectaculaire reis natuurlijk niet! St. Petersburg is de bestemming, het commissiejaar de reis! Wij zeggen: Vashe zdorovie! Bert Simon ten Feld
De Evenementencommissie April, het einde van het Diephuis-jaar is alweer in zicht, terwijl de ISP nog moet komen. Leuke momenten werden afgewisseld met door de commissieleden als stressvolle - minder prettig ervaren - momenten, die op hun beurt gelukkig weer plaats konden maken voor wat rustigere momenten. We kunnen als commissie uiteindelijk met trots terugkijken op drie succesvolle evenementen. Als eerste hadden we natuurlijk het Pleitevenement. De stress was niet voor niets; het was een groot succes, ruim 140 deelnemers! Helaas moesten we kort na het Pleitevenement al afscheid nemen van Stefan, die zijn carrière bij Diephuis inwisselde voor één bij de KJRW. Dat we vervolgens met een man minder waren werd gelukkig gecompenseerd door het feit dat we de hulp van Selmer kregen bij het organiseren van het volgende (Intellectueel Eigendom-)Evenement in samenwerking met ’t SGOR. Dat was wel even pionieren geblazen; er was geen gebaande weg, we moesten ’t allemaal zelf verzinnen en het vinden van sponsoren en sprekers ging ook niet van een leien dakje. Maar uiteindelijk was het IE-Evenement zeer geslaagd en bleek zelfs een enkele spreker de gebruikelijke borrel nadien nog beslist bijzonder te appreciëren, daarin niet onderdoende voor menig student. Door het succes is de kans groot dat het IE-Evenement een terugkerend evenement wordt. Ook de pleitinstructie begin maart was een zeer leerzame en gezellige avond; alhoewel de opkomst daar minder was dan gehoopt, waren alle deelnemers er erg enthousiast over; we kregen er naderhand nog apart complimenten over. We hebben als commissieleden in de loop van de tijd elk weer veel aan ons organisatietalent mogen bijvijlen en ook op het gebied van
‘t Civieltje - Mei 2010
samenwerken van elkaar e.e.a. opgestoken. Nu kijken we allemaal erg uit naar de ISP natuurlijk, St. Petersburg wordt vast erg gaaf! On behalf of the Evenementencommissie (dat mag ik toch wel zeggen Irene en Eveline?), Albert Geerds
De Congrescommissie Wie is de Chef, een arbeidsrechtelijk menu! Amuse: De amuse, bedoeld om je lekker te maken met heerlijke smaken op een kleine lepel. Deze lekkermakerij hebben wij zeker mogen proeven. Vooral tijdens de voorbereidingen die vaak in Hooghoudt plaatsvonden. Het congres moest grootser, beter, vetter en interessanter dan ooit te voren! Dit was de doelstelling die de mannen en vrouwen van de congrescommissie zichzelf tot doel hadden gesteld! En zeg nou zelf, ‘Wie is de chef, wangedrag op de werkvloer?!’, deze titel is toch in de wieg gelegd voor een topdag!
De Almanakcommissie Een kijkje achter de schermen op de set van de almanakcommissie! Aflevering ‘Week 4 - 2010’ Eind deze week moet de hele almanak inclusief poster ingeleverd zijn bij de drukker. Helaas heeft mr. Dijkers van de rechtbank onze afspraak moeten verschuiven waardoor we 28 februari pas het laatste interview af kunnen nemen. Dit betekent ’s avonds meteen uitwerken, om op vrijdag 29 februari een kant en klare almanak aan te leveren. Vrijdagochtend 29 februari staat Sylvia om 09:00u bij Maartje op de stoep. De laatste puntjes moeten nog op de welbekende i worden gezet. Een foto iets meer naar links, of nee, toch maar in het midden! Het interview van mr. Dijkers wordt geplaatst en Imca Marina krijgt nog een extra foto (omdat ze zo mooi zijn)! Vervolgens komen we tot de ontdekking dat er een niet gevulde pagina tussen zit. Een lege pagina midden in deze pracht almanak is not done! Dan maar vacatures plaatsen? Half uurtje later: klusje geklaard! De tijd dringt. We hebben de drukker beloofd om alles om 12:00 aan te leveren. Er wordt pas hard gewerkt als de deadline wordt overschreden…, dus om 1 uur ’s middags wordt Diephuis van het Noorden gemaild richting onze Flevolandse drukker.
Nagerecht: Het toetje, chocoladetrio of een sorbet met extra vruchten? Het smaakte allemaal even lekker! Het nagenieten van een topmaal is dan ook begonnen. Alle complimenten hebben ons zeker doen nagenieten van het Congres. Onze buikjes zijn nu gevuld, het uitbuiken is begonnen en we zijn benieuwd wat er volgend jaar weer op het Congresmenu staat!
De almanakcommissie heeft de afgelopen maanden veel leuke mensen gesproken! Je begint met het sturen van een mail of een telefoontje om contact te maken. De meeste BN’ers hebben vaak, als ze al reageren, geen tijd om mee te werken. Claire uit Gooische Vrouwen doet niet aan dit soort interviews, Robert ten Brink was luiers aan het verschonen van zijn eerste kleinzoon en Claudia de Breij stond ergens in een theater over haar traumatische jeugd te praten. Wie wel bereid waren: Patrick Lodiers (zo’n interview kan prima in de kroeg) en Quintis Ristie (als je maar over rijst begint kom je wel binnen). Juristen vinden het altijd leuk om over zichzelf, eeuh hun vak te praten dus daar waren weinig obstakels. Als je dan denkt dat je alles hebt gehad heb je het mis. Nadat de almanak al lang gedrukt, geleverd en uitgedeeld is moet er nog een flink robbertje met de drukker worden gevochten over de factuur! Niet in de offerte opgenomen kosten dreigen ons over ons budget heen te jagen maar gelukkig lukt het om het met de drukker eens te worden en zo blijven we uiteindelijk, met een super Almanak, ook nog binnen het budget. Nu de almanak uiteindelijk aan alle leden en belangstellenden is uitgereikt en de rekeningen zijn betaald, wordt het voor onze commissie ook weer tijd om te gaan leven. Vooral op de borrels zijn we vaak aanwezig en thema kleding schuwen wij niet. Van Oostenrijkse deerne’s, duiveltjes tijdens de ALW tot echte indianen bij de Civieltjeborrel. Voor ons in ieder geval een jaar om nooit te vergeten.
Namens de congrescommissie,
Namens de Almanakcommissie,
Robert Eefting
Sylvia Huberts
Soep: Gebonden of helder, dat is toch altijd de vraag bij de keuze voor een soep. Arbeidsrecht of aansprakelijkheidsrecht, wat moet het worden? Uiteindelijk toch unaniem de gebonden arbeidsrechtelijke Groningse mosterd soep gekozen. En wat bleek de keuze goed! Spoom als Tussengerecht: Voor een ieder die het niet kent, een spoom is een glas gevuld met champagne met hierin een overheerlijk bolletje sorbetijs. Het is niet alleen smakelijk, maar heeft ook en spijsverterend effect waardoor er meer gegeten kan worden! Dit exclusieve tussengerecht heeft ons heerlijk gesmaakt in de vorm van de bekendmakingsborrel! Tot in de vroege uurtjes was café Van Diepen goed gevuld. Hoofdgerecht: Als hoofdgerecht werd er een congresdag geserveerd die zijn weerga niet kende! De sprekers allemaal even interessant en grappig, de lunch was uit de kunst, de workshops hadden sprekende onderwerpen en uiteraard de borrel die altijd goed is bij Diephuis!
www.diephuis.nl
31
Juridisch Tussentijds beroep voorlopige voorziening Beatrijs van Selm is professional support lawyer in de Dispute Resolution groep bij Simmons & Simmons.
1.
De casus
1.1 Op 22 januari 20101 heeft de Hoge Raad arrest gewezen naar aanleiding van een ingesteld cassatieberoep tegen een beslissing van het Hof Amsterdam ter zake de benoeming van deskundigen en de betaling van een voorschot op het loon en de kosten van die deskundigen. 1.2 Het ging in deze zaak materieel om verrekening krachtens huwelijkse voorwaarden. Verweerster in cassatie, de vrouw, heeft de man, eiser in cassatie, op 29 december 1997 gedagvaard en daarbij onder meer gevorderd dat de rechtbank Den Haag een deskundige zal benoemen die de waarde van de aandelen van [A] B.V. moet vaststellen en dat de helft van de vastgestelde waarde van deze aandelen aan haar zal worden uitgekeerd op grond van het verrekenbeding in de huwelijkse voorwaarden. De rechtbank wijst de vorderingen af en het Hof bekrachtigt deze beslissing. De Hoge Raad heeft bij arrest van 28 november 20032 het arrest van het Hof Den Haag vernietigd en het geding ter verdere behandeling verwezen naar het Hof Amsterdam. 1.3 Het Hof Amsterdam heeft, na tussenarresten van 26 juli 2007 en 23 september 2008, bij arrest van 23 december 2008 een deskundigenonderzoek bevolen. De man heeft vervolgens tegen deze arresten cassatie ingesteld. De vrouw stelt zich op het standpunt dat de man niet-ontvankelijk dient te worden verklaard, omdat deze arresten tussenarresten zijn en het Hof geen verlof heeft verleend tot het instellen van tussentijds cassatieberoep op de voet van artikel 401a lid 2 Rv. 2.
Deelarrest?
2.1 De man meent dat hij wèl ontvankelijk dient te worden verklaard. Het arrest van 23 december 2008 zou moeten worden 1. LJN: BK1639, HR 09/01624 2. C02/157HR
32
gezien als een deelarrest, voorzover daarin in het dictum een onderzoek door deskundigen is bevolen. 2.2 Onder een deelvonnis verstaat men een vonnis waarbij in het dictum een gedeelte van het gevorderde definitief wordt toe- of afgewezen. De Hoge Raad definieert (gedeeltelijke) eindvonnissen als vonnissen waarvan het dictum ten opzichte van (één van) de betrokken partijen is aan te merken als een beslissing waarmee aan het geding omtrent enig deel van het gevorderde een einde wordt gemaakt.3 In grote lijnen betekent dit het volgende. Een vonnis waarvan het dictum een beslissing over (een deel van) de vordering bevat, is een (gedeeltelijk) eindvonnis. Een vonnis dat in het dictum slechts een beslissing over een procedurele kwestie bevat (zoals een vonnis waarbij een partij ontvankelijk wordt verklaard), is in beginsel een tussenvonnis, aangezien daarin niet over de materiële vordering is beslist, tenzij een eind wordt gemaakt aan het geding (zoals een vonnis waarbij een partij niet-ontvankelijk wordt verklaard). In het laatste geval is wel sprake van een eindvonnis.4 2.3 Men moet hierop in beginsel steeds bedacht zijn, omdat het voor wat betreft die deeluitspraak om een einduitspraak gaat, waartegen steeds onmiddellijk een appèltermijn gaat lopen en dus onmiddellijk hoger beroep respectievelijk beroep in cassatie moet worden ingesteld.5 Na de einduitspraak staat (dan ook) geen hoger beroep meer open.6 2.4 Naar de mening van de man heeft het Hof definitief een deel van het gevorderde toegewezen, zodat sprake is van een deelarrest en moet hij ontvankelijk worden verklaard in zijn cassatieberoep. De vrouw had immers benoeming van deskundigen gevorderd, hetgeen was toegewezen. 2.5 De Hoge Raad maakt in zijn arrest van 22 januari 2010 met deze stelling van de man korte metten. Een bevel tot deskun3. Zie bijvoorbeeld HR 10 oktober 2003, NJ 2003/709 4. Zie uitgebreid Groene Kluwer, aant. 3 bij artikel 337 Rv 5. Groene Serie Privaatrecht, Kluwer, aant. 3 bij art. 401a Rv 6. Groene Serie Privaatrecht, Kluwer, aant. 3 bij artikel 232 Rv
‘t Civieltje - Mei 2010
digenonderzoek kan niet worden gezien als een deelarrest, omdat daarbij geen einde is gemaakt aan het geding omtrent enig deel van het gevorderde7 en is daarmee ook niet vatbaar voor tussentijdse cassatie. Het “gevorderde” betreft immers de rechtsvordering zelf die inzet is van het geding. Daartoe behoren dus niet op de voortgang of de instructie van de zaak betrekking hebbende vorderingen, zoals de vordering van de vrouw tot het bevelen van een onderzoek door deskundigen. 3.
Voorlopige voorziening?
3.1 De man is voor een tweede anker gaan liggen. Hij betoogt dat hij in ieder geval ontvankelijk is, voorzover het de beslissing van het Hof betreft terzake het deponeren van een voorschot op het loon en de kosten van de deskundigen. De man verwijst daarbij naar het arrest van de Hoge Raad van 30 juni 19958 waarin de Hoge Raad heeft bepaald dat een dergelijke beslissing dient te worden aangemerkt als een voorlopige voorziening, waartegen op grond van artikel 401a lid 1 Rv.9 tussentijds cassatie openstaat. Appèlverbod 3.2 De hoofdregel sinds de wetswijziging in 2002 luidt dat hoger beroep tegen een tussenvonnis slechts openstaat tegelijk met het eindvonnis10 c.q. dat cassatie tegen een tussenarrest slechts openstaat tegelijk met het eindarrest.11 3.3 De uitzondering op deze hoofdregel wordt gemaakt voor provisionele uitspraken en voor tussenuitspraken waarbij de rechter 7. R.o. 3.3.2 8. LJN: AD2375, NJ 1996, 103 9. Art. 401a lid 1 luidt sinds de wetswijziging van 2002: “Van uitspraken, waarbij een voorlopige voorziening wordt toegestaan of geweigerd, kan beroep in cassatie worden ingesteld voordat de einduitspraak is gewezen.” 10. Artikel 337 Rv luidt: 1. Van vonnissen waarbij een voorlopige voorziening wordt getroffen of geweigerd, kan hoger beroep worden ingesteld voordat het eindvonnis is gewezen. 2. Van andere tussenvonnissen kan hoger beroep slechts tegelijk met dat van het eindvonnis worden ingesteld, tenzij de rechter anders heeft bepaald. 11. Artikel 401a Rv luidt: 1. Van uitspraken, waarbij een voorlopige voorziening wordt toegestaan of geweigerd, kan beroep in cassatie worden ingesteld voordat de einduitspraak is gewezen. 2. Van andere tussenvonnissen of tussenarresten kan beroep in cassatie slechts tegelijk met dat van het eindvonnis of eindarrest worden ingesteld, tenzij de rechter anders heeft bepaald of artikel 75, eerste lid, van toepassing is.
www.diephuis.nl
tussentijds appel heeft opengesteld.12 Een provisionele uitspraak is een tussenuitspraak waarbij een voorlopige voorziening in de zin van artikel 223 Rv13 wordt getroffen of (geheel of gedeeltelijk) wordt geweigerd. Hierbij gaat het om materiële voorzieningen en voorzieningen ter bewaring van recht, die naar hun aard niet gericht zijn op de verkrijging van een definitieve beslissing over de rechtspositie van partijen, maar op het treffen van een maatregel van voorlopige aard door de rechter bij wie de hoofdzaak aanhangig is. Daaronder vallen niet de zuiver processuele beslissingen die gelden voor de duur van het geding, zoals bijvoorbeeld vorderingen als die tot het ex artikel 22 Rv in het geding brengen van bescheiden dan wel tot een verbod op het overleggen van bepaalde bescheiden.14 Op de laatste soort van beslissingen is de mogelijkheid van aanstonds tussentijds beroep van artikel 337 lid 1 Rv en artikel 401a lid 1 Rv dus niet van toepassing.15 3.4 In het onderhavige arrest moest de Hoge Raad -kort gezegd- zich buigen over de vraag of de betaling van het voorschot op het salaris van de door de rechter benoemde deskundige aan te merken is als voorlopige voorziening, en dus vatbaar voor cassatie, dan wel aan te merken als een zuiver processuele beslissing en dus niet vatbaar voor tussentijdse cassatie. In 1995 merkte de Hoge Raad de beslissing omtrent de betaling van het voorschot nog aan als een voorlopige voorziening, waarvan dus onmiddellijk beroep kon worden ingesteld, omdat met die beslissing een voorschot wordt genomen op de kostenveroordeling in de einduitspraak. 3.5 De Hoge Raad denkt hier anno 2010 echter anders over gelet op de rechtsontwikkeling die zich sinds het arrest van 30 juni 1995 heeft voorgedaan.16 Na dit arrest is zoals hiervoor geschetst in 2002 de wet gewijzigd en is het voordien geldende systeem waarbij tussentijds beroep tegen tussenvonnissen en -arresten steeds openstond, tenzij de rechter dit in zijn tussenuitspraak had uitgesloten, radicaal gewijzigd. Thans sluiten artikel 337 lid 2 Rv17 en artikel 401 12. Artikel 337 lid 1 Rv c.q. artikel 401a Rv lid 1 13. Artikel 223 Rv luidt: 1. Tijdens een aanhangig geding kan iedere partij vorderen dat de rechter een voorlopige voorziening zal treffen voor de duur van het geding. 2. Deze vordering moet samenhangen met de hoofdvordering. 14. Zie bijvoorbeeld Hof ’s-Gravenhage, 27 maart 2008, nr. 06/1033, NJF 2008/214 en Rb Maastricht 30 januari 2008, NJF 2008/151 15. En zie uitgebreid G. Snijders, Groene Kluwer, aant. 13 bij art. 223 Rv 16. R.o. 3.4.2 17. Artikel 337 Rv luidt: 1. Van vonnissen waarbij een voorlopige voorziening wordt getroffen of geweigerd, kan hoger beroep worden ingesteld voordat het eindvonnis is gewezen. 2. Van andere tussenvonnissen kan hoger beroep slechts tegelijk met dat van het eindvonnis worden ingesteld, tenzij de rechter
33
a lid 2 Rv tussentijds beroep uit, tenzij de rechter het uitdrukkelijk toestaat, een systeem dat vóór 2002 reeds voor de rekestprocedures gold.18 De Hoge Raad geeft onder r.o. 3.4.2 aan dat deze regel ertoe strekt fragmentatie van de instructie van de zaak, vertraging en processuele complicaties, een en ander als gevolg van tussentijds beroep, tegen te gaan en aldus de doelmatigheid en snelheid van de procedure te bevorderen. 3.6 Voorts heeft de regering in 2002 in artikel 233 lid 1 Rv. de bevoegdheid voor de rechter opgenomen om zijn vonnis, waarin hij op de voet van artikel 195 Rv. heeft beslist omtrent een voorschot ter zake van de kosten van deskundigen, ook ambtshalve uitvoerbaar bij voorraad te verklaren. Dat de regering zich daarbij heeft gebaseerd op het uitgangspunt dat een dergelijk vonnis wordt beschouwd als provisioneel vonnis (waarin zij kennelijk doelde op het arrest van 30 juni 1995), is volgens de Hoge Raad niet in strijd met de hiervoor beschreven beoogde efficiëntere procesvoering van de gewijzigde wet. Volgens de Hoge Raad heeft de regering juist onderkend dat de uitvoerbaarverklaring bij voorraad als voorzienbaar effect heeft dat het instellen van beroep daartegen sterk aan praktische betekenis inboet.
niet kan worden gebruikt om ook tussentijds beroep tegen een (eerdere) tussenuitspraak in te stellen. Hieruit volgt dat artikel 401a lid 1 Rv. uitsluitend tussentijds cassatieberoep toestaat tegen een provisioneel arrest, zodat het tweede lid van dat artikel eraan in de weg staat dat tegelijkertijd met dat beroep tegen andere tussenarresten cassatieberoep kan worden ingesteld. Dit wijkt af van de regel dat bij tussentijds beroep tegen een tussenuitspraak ook hoger beroep tegen een eerdere tussenuitspraak kan worden ingesteld.21 4.
Conclusie
4.1 Kort gezegd kunnen beslissingen omtrent de deponering van een voorschot op het salaris van de door de rechter benoemde deskundige niet (meer) worden aangemerkt als een provisioneel vonnis in de zin van art. 337 lid 1 Rv (en voor cassatie: 401a lid 1 Rv), ook al impliceert die beslissing dat wordt vooruitgelopen op het oordeel over de proceskosten. De beslissing dat een voorschot ten behoeve van het deskundigenonderzoek moet worden gedeponeerd, levert dus een (gewoon) tussenvonnis of -arrest op, waartegen ingevolge art. 337 lid 2 Rv behoudens verlof geen tussentijds beroep openstaat.
Beslissing deponering voorschot geen voorlopige voorziening Wat is dan wel een provisionele appellabele beslissing? 3.7 De Hoge Raad komt dan tot het oordeel dat tegen deze achtergrond –en gelet op de rechtsontwikkeling die de A-G in zijn conclusie beschrijft19 - beslissingen die de rechter geeft in het kader van de voortgang en de instructie van de zaak niet kunnen worden aangemerkt als voorlopige voorzieningen en dat daarop dus het verbod van tussentijds beroep van toepassing is. Onder de hiervoor bedoelde beslissingen vallen ook beslissingen omtrent de deponering van een voorschot in het kader van een bevolen onderzoek door deskundigen.
4.2 Van een provisionele beslissing, waartegen direct beroep openstaat, zal – naar moet worden aangenomen – thans alleen nog sprake zijn, indien de rechter een voorlopige voorziening treft of weigert, waarin vooruitgelopen wordt op het oordeel over (één van) de vordering(en) die inzet is van het geding. Beatrijs van Selm Commercial Litigation
Tussentijds beroep tegen provisionele uitspraak niet te gebruiken als tussentijds beroep tegen eerdere tussenuitspraak 3.8 De Hoge Raad maakt tot slot in r.o. 3.5 nog een opmerking over zijn arrest van 6 februari 2009.20 Daarin heeft de Hoge Raad beslist dat het tussentijds beroep tegen de provisionele uitspraak
anders heeft bepaald. 18. Groene Serie Privaatrecht, Kluwer, Aantekening 2 bij artikel 401a Rv 19. Zie onder 2.13-2.17 20. HR 6 februari 2009, 07/11297, RvdW, 2009/268; zie voor een uitwerking van dit arrest Hof ’s-Hertogenbosch, 2 februari 2010, LJN: BL3537
34
21. Zie ook Groene Serie Privaatrecht, Kluwer, aant. 2 bij art. 337 Rv; hierin wordt door schrijvers aangenomen dat de beslissing van de Hoge Raad ook geldt indien de tussenuitspraak is opgenomen in hetzelfde vonnis als de provisionele uitspraak
‘t Civieltje - Mei 2010
Je werkt in gespecialiseerde secties. Voor vakinhoudelijke verdieping en variatie krijg je bij P|B alle ruimte.
Het is niet eenzaam aan de top mr. Rosanne Doting |advocatuur|
PlasBossinade. Topkantoor in de hoofdstad van Noord-Nederland. Honderd medewerkers. Een berg aan ervaring, creativiteit en specialistische kennis. Paterswoldseweg 802
Een open cultuur waarin je snel kunt meedraaien
Postbus 1100, 9701 BC Groningen
en groeien. Ontdek zelf of het ook voor jou de
telefoon +31(0)50 521 43 33
ideale start is van een topcarrière in advocatuur
w w w. p l a s b o s s i n a d e . n l
of notariaat. Ga nu naar www.plasbossinade.nl.
”En masse naar de Zuidas? Of heb jij het kaliber voor de Noordas?”
De Zuidas, magisch centrum voor afgestudeerden in de rechten. Alle kantoren van naam bij elkaar. Daar wil je bij horen. Geen wonder dat elk jaar alle Groninger rechtenstudenten kudde-gewijs naar het westen trekken. Alle? Bijna alle. Gelukkig zijn er een paar die beter weten, die slimmer zijn, die beseffen waarom ze in het Noorden zijn gaan studeren. Zij kiezen voor de Noordas, die loopt van Leeuwarden via Drachten naar Assen en Groningen. Ook daar is het werk uitdagend. Ook daar krijg je gerenommeerde bedrijven als klant. Maar het grote verschil is dat jouw talent bij ons eerder opvalt en je sneller met beslissers aan tafel zit. Ben jij zo’n talent, dan ben je dus welkom bij Trip Advocaten & Notarissen.
www.triplaw.nl
Groningen | Assen | Drachten | Leeuwarden
OVERTUIGEND
Door: Constantijn Hageman en Lieke ‘t Hart
Interview
Geïnterviewd: Mr. Frank Visser Mr. Frank Visser, wie kent hem niet? Met de serie ‘de Rijdende Rechter’ van de NCRV werd hij landelijk bekend als televisierechter. Inmiddels is de serie een van de langst lopende en best bekeken televisie-series van de NCRV. Voor de Civieltjecommissie werd het tijd om de grote man achter dit succes aan een vragenvuur te onderwerpen! Studententijd Waar heeft u gestudeerd en wat was uw motivatie om rechten te gaan studeren? Ik heb mijn kandidaatsexamen aan de Erasmus Universiteit Rotterdam gedaan en mijn doctoraal aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Het leek me geweldig om advocaat te worden! In welke richting bent u afgestudeerd? Formeel ben ik in de richting staats- en bestuursrecht afgestudeerd. In die tijd bestond er nog geen aparte studierichting voor internationaal recht; feitelijk ben ik in dit rechtsgebied afgestudeerd. Was u lid van een studentenvereniging? Ik was geen lid van een studentenvereniging. Rotterdam was toen niet echt een studentenstad, wat ook nu nog wel zo is. Vervolgens ging ik naar Amsterdam en daar lag de zaak natuurlijk anders. Dit was in de jaren ’70 en studentenverenigingen waren toen politiek nogal verdacht, dat was wel erg rechts allemaal. In plaats hiervan ben ik lid geworden van de Rechtswinkel. Dat had ook wel wat van een studentenvereniging. Verder heb ik op deze manier wat praktijkervaring opgedaan. Wat was u voor student, hield u ervan om de bloemetjes buiten te zetten? Nee, ik geloof van niet. Ik was een heel slimme student: ik hield er wel van om naar de kroeg te gaan maar ik studeerde toch erg veel! Ik vond het leuk om dingen te leren: ik las het en wist het vervolgens ook. Verdere levensloop Na uw studie heeft u nogal wat ondernomen; u bent van alle markten thuis. U volgde een opleiding bij de rechterlijke macht. Wat kunt u hierover vertellen? Eerst heb ik kort een baantje gehad bij het Vredespaleis. Ik was net een paar maanden uit de collegebanken en wilde iets internationaals doen. De mensenrechtencommissie trok mij wel, maar daar waren geen mensen nodig. Wel kon ik bij de Bibliotheek van het
www.diephuis.nl
Vredespaleis bibliothecaris worden. Betaald studeren, dat leek me ideaal! Dat viel een beetje tegen, want ik moest vooral de planken vullen en niet teveel zitten. Vervolgens ben ik met de Raio-opleiding begonnen. In die tijd ging je normaal gesproken eerst bij de griffie werken. Dat heb ik anders gedaan: er was dringend behoefte aan mensen bij het parket en in Amsterdam kon ik als Officier van Justitie beginnen. Ik had geen idee van strafrecht en dat interesseerde me ook niet bijzonder. Tijdens de studie doe je een keer een tentamen, denkend dat je daar verder nooit meer wat mee zult doen. Ik ben twee jaar Officier geweest en dat was spannend, zeker in die tijd! Je gaat mensen vervolgen, bloemenstallen in beslag nemen en vrachtschepen aan de ketting leggen. Je hebt een zekere vrijheid en onafhankelijkheid en dat maakt het werk boeiend. Met het strafrecht kon ik wel uit de voeten: als je goed bent in het civiele recht, kun je ook goed in het strafrecht worden. Van een civilist kun je wel een strafrechtpersoon maken, andersom weet ik zo niet! Daarna moest ik nog een griffiestage doen. Dit kon ik beter niet doen in Amsterdam, waar ik gewend was mijn eigen gang te kunnen gaan. Bij de griffie moet je vooral doen wat je verteld wordt, de rechter is de baas. Ik wou ook wel eens weg uit de Randstad en vroeg overplaatsing naar Maastricht. Dat vond men een goed idee: in die tijd wou iedereen naar de Randstad en ik vertrok vrijwillig naar Maastricht! Als griffier zat ik vooral bij kort gedingen en af en toe bij een strafzitting. Dit was allemaal niet zo opzienbarend, maar wel erg gezellig. Ik wou rechter worden. Eerst wilde ik echter nog wat leuks doen. Het was gebruikelijk je buitenstage bij een advocatenkantoor door te brengen. Op dat moment had ik echter geen zin om achter een bureau te zitten. Liever wou ik een jaar bij de politie en dat is gelukt: ik kwam terecht bij de recherche. Samen met mijn mentor nam ik inbraken op en draaide ik avond- en nachtdiensten. Juridisch was ik de vraagbaak, omdat ik van het parket kwam. Het was echter ook een nieuwe ervaring voor mij: ik maakte arrestaties en spectaculaire achtervolgingen mee! Tenslotte moest ik nog een jaar vullen en dat heb ik gedaan bij de Reclassering van het Leger des Heils. Dat was weer de andere kant van de zaak. Ik grapte wel eens: ‘eerst help je ze erin, dan haal je ze er weer uit!’
37
Na mijn opleiding wou ik toch weer Officier van Justitie worden. Mede omdat Alkmaar en omgeving me tijdens een strandvakantie goed waren bevallen, ben ik hier gaan werken. Ik hield me met fraudezaken bezig, dit vergde veel hard werken. In 1989 werd u kantonrechter in Zaandam. Voorts bent u vice-president van de rechtbank in Haarlem. Wat kunt u hier over vertellen? Na acht jaar Officier van Justitie te zijn geweest, wilde ik wat anders gaan doen. Toen ben ik alsnog rechter geworden. Het vice-presidentschap bij de rechtbank is een titel, ik ben altijd kantonrechter gebleven. Sinds enkele jaren ben ik ook raadsheer-plaatsvervanger bij het Gerechtshof te ‘s-Hertogenbosch. Tevens doceerde u recht aan de Hoge School Amsterdam en zat u een geschillencommissie Consumentenzaken voor. Kunt u hier iets over vertellen? Ik heb op de avondschool voor volwassenen gedoceerd. Hierbij kwamen alle rechtsgebieden aan de orde. Ik hoefde dit niet op universitair niveau te doen, maar er was wel meer kennis vereist dan die van een gemiddelde student! Dat betekende dat ik veel moest studeren. Ik vond het volwassenenonderwijs leuk, omdat je geen ordeproblemen in de klas hebt. Bij internationaal handelsrecht doceerde ik bijvoorbeeld aan mensen die op een exportafdeling werkten. Hier wist ik tot dan toe weinig van, zodat ik zelf ook weer nieuwe dingen kon leren. Het voorzitten van een geschillencommissie is een typische functie die veel rechters uitoefenen. De Rijdende Rechter Na deze indrukwekkende loopbaan zijn wij benieuwd, wat er nu leuk is aan het oplossen van al die burenruzies! Is recht gewoon recht, of heeft u een bijzondere interesse voor dit type zaken? Niet alle gevallen in ‘de Rijdende Rechter’ gaan om burenruzies, maar een groot deel wel. Het onderwerp van geschil is toeval, dat
38
zijn net de kwesties waar de mensen mee komen. De eigenlijke bedoeling van het programma is te laten zien hoe een rechter werkt. Het lijkt erg veel op wat er in een rechtszaal gebeurt. Wat ik zelf dagelijks merk op het kantongerecht, is dat de meeste mensen geen idee hebben wat een proces is. Dat is wat we al jaren laten zien. Recht is dus gewoon recht, ook in burenruzies. Omdat u naast Rijdende Rechter ook binnen de rechterlijke macht werkzaam bent, heeft u natuurlijk een professionele reputatie hoog te houden. Hoe ziet u uw rol als Rijdende Rechter in verhouding tot uw dagelijkse werk? Als Rijdende Rechter ben ik natuurlijk ook rechter, dus die rol is precies hetzelfde. Maar de mensen in de rechtszaal herkennen mij natuurlijk wel en dat maakt het een beetje speciaal. Tot negatieve reacties of onwenselijke situaties heeft dit echter nooit geleid. Het concept van ‘de Rijdende Rechter’ is uniek: een combinatie van volkomen ernst met humor en emoties. Wanneer en op welke manier heeft het idee voor ‘de Rijdende Rechter’ postgevat? Volgde dit uit ervaringen uit uw loopbaan, of bent u van huis uit een televisiester? ‘De Rijdende Rechter’ is net een echt proces. Als je de echte megastrafzaken bekijkt, zie je dat er ook vaak wat gelachen wordt. Dat hoort ook zo in een goed proces. Tijdens een proces stijgt de spanning en dan wordt er wel eens een grapje gemaakt. Mensen die ruzie maken, die zijn vaak grappig. Het is het mooiste als ze dat ook zelf inzien, wat veelal niet het geval is. Het publiek vindt ruziemakende mensen humoristisch, omdat het een soort spiegel is die je wordt voorgehouden: je herkent er dingen van jezelf in. Zelf ben ik geen televisiester, maar rechter van huis uit. De televisie komt daar bij. U bent vooral bekend geworden met ‘de Rijdende Rechter’. Verder presenteerde u ook ‘Recht in de Regio’ en ‘De Vakantierechter’. Inmiddels hebben deze series een behoorlijke looptijd en hele goede
‘t Civieltje - Mei 2010
kijkcijfers. Hoe staat u in dit succes? Het is altijd wel de opzet geweest om het recht aan een breder publiek te laten zien. Dat past ook helemaal in de rol die ik in het volwassenenonderwijs had: het is een vorm van onderwijs. Elk land krijgt de televisierechter die hij verdient en Nederland krijgt een onderwijzer! Recht in de regio heeft meer weg van rechtshulp. ‘De Rijdende Rechter’ heeft dat niet, dus probeer je telkens een nieuw aspect van het recht te belichten.
om laat ik mensen ook heel ver gaan. Ze mogen schelden en tieren, het heeft geen zin om dat te onderdrukken. De partijen mogen niet fysiek worden of naar elkaar wijzen, want dat geeft snel aanleiding tot slaan. In komische gevallen lach ik de mensen rustig toe. Als je iets wilt onderzoeken is dat vaak grappig. Bij bepaalde onderzoeken kun je wel heel ingewikkeld doen om het komische aspect te verdoezelen. Neem nu de arts die iemands oor inspecteert: laat je dat op televisie zien, dan kan dat ook grappig zijn. Maar als iemand pijn in zijn oor heeft, moet je in dat oor kijken en als iemand over de ‘tingeltangel’ in de tuin van de buren klaagt, moet je dat onderzoeken. Dat is grappig, maar ook de kracht van het programma. We laten niet een deskundige een dik rapport schrijven over iets dergelijks.
Zit er ook een publieke of maatschappelijke kant aan uw inspanning? In contrast met de commerciële omroepen brengen de publieke omroepen vooral inhoud, de NCRV incluis. Wat is uw bijdrage hierin? Inhoud brengen is wel de bedoeling, maar als je teveel biedt kijkt er geen mens. Veel mensen willen in het programma ‘Buitenhof’ komen en dat is ook goed, maar daar kijken relatief weinig mensen Heftige reacties zijn in uw programma niet bepaald schaars. Hoe naar. Wil je mensen naar een juridisch programma laten kijken, dan gaat u met die uitbarstingen van drift om? Zijn er verschillen met het moet je dat op zo’n manier aanbieden, dat er ook wat te kijken valt. bewaken van de orde in de rechtszaal? Dat is wat wij doen! Omdat de rechtszaal meer afstandelijk is en mensen veelal meer De connectie met de boodschap van de NCRV is dat onder de indruk zijn, zullen ze zich niet zo snel laten gaan. Zeker als mensen elkaar moeten kennen en elkaar ook als méns moeten zien. de advocaat erbij zit, want deze moet zijn cliënt rustig houden volDat zou ook de boodschap van iedere jurist moeten zijn, wat helaas gens de regels van de Orde. Emotionele uitbarstingen zie je dan ook niet altijd het geval is. Met name in het commerbetrekkelijk weinig, hoewel er in familiezaken die ciële werk raken velen van ons ondergesneeuwd heel dichtbij komen weinig verschil bestaat met “De eigenlijke in de loop der jaren en zo ook de mens achter de ‘de Rijdende Rechter’. In de rechtbank is de rechgedachte is dat jurist. Na een lange loopbaan vraagt men zich dan ter snel geneigd om mensen te waarschuwen en mensen het idee wel eens af wat men eigenlijk heeft gedaan beze de zaal uit te sturen. Ik ben daar altijd terughoukrijgen dat ze halve geld verdienen. dend mee, omdat het geen zin heeft de emoties gehoord zijn” te onderdrukken. Het enige wat je bereikt is dat Opvallend is dat u uw magistratelijke onpartijdige mensen zich niet gehoord voelen. Wij vinden alhouding duidelijk handhaaft, ook al is de situatie tijd dat mensen alles mogen zeggen, zolang ze dat komisch of door emoties beïnvloed. Partijen krijgen vaak meer aanmaar netjes doen. Sommige mensen kunnen dat echter niet, als het dacht dan in de rechtszaal en de omstandigheden zijn directer en inze hoog zit! Schelden doet geen pijn. Mensen moeten niet het partiformeler. Maakt dit het moeilijker om objectief te blijven en emoties jdebat onmogelijk maken uiteraard. buiten spel te laten dan in de rechts- zaal? Een rechter met een toga aan werkt natuurlijk afstandelijker. Dat kan Een groot deel van de conflicten in ‘de Rijdende Rechter’ bestaat een nadeel zijn, in die zin dat mensen niet altijd tot hun recht koveelal uit moeilijk te achterhalen mondelinge afspraken. Gaat u in men. Dit komt ook, omdat voor een gemiddelde civiele zaak een uur verband met het vaak sterke rechtvaardigheidsgevoel van de partiwordt uitgetrokken. jen af op de uitspraken die u het meest geloofwaardig acht of bent In zoverre is ‘de Rijdende Rechter’ een ideaalbeeld. Je zou u hierdoor juist geneigd betwiste stellingen in het midden te laten? het iedereen gunnen, dat de rechter langskomt met een meetlint of De strikte regels van bewijsrecht zijn niet van toepassing in de bineen rioolinspectie, maar dat zit er niet in! Vanzelfsprekend is de situdend advies procedure. Je zou kunnen zeggen dat dat wel een hele atie minder afstandelijk wanneer je bij de mensen thuis komt. Als vrije bewijsleer is. Waar het in de kern toch op neer komt, is dat je rechter doe ik ook wel huisbezoeken en dan merk ik dat die afstandmij moet zien te overtuigen. Ik houd echter wel altijd in de gaten, elijkheid er ook niet is. wie de bewijslast heeft. In een procedure tussen twee buren kun je Bij ‘de Rijdende Rechter’ zie je wel dat het steeds minder nooit zomaar de een geloven en de ander niet: er moet altijd iets informeel wordt. Eerst kom ik bij de mensen thuis, dat is vaak heel bij komen. informeel. Dan volgt de hoorzitting, die is al wat afstandelijker: ik Het gebeurt wel, dat je de waarheid niet kunt achterzit achter een tafel, maar de mensen mogen nog alle kanten op. halen. Neem bijvoorbeeld een ruzie over een prijsafspraak: kan geen Vervolgens komt de uitspraak: zo is het en verder geen discussie. van de partijen zijn gelijk bewijzen, dan ga ik ervan uit, dat er geen Dan benader je meer de ouderwetse rechterlijke rol. Je komt er wel, afspraak is en bepaal ik wat redelijk is. Die prijs kan dan het midden maar het is meer investeren. houden tussen wat partijen hebben aangevoerd. De eigenlijke gedachte is dat mensen het idee krijgen dat Het komt heel zelden voor, dat het puur een bewijskwesze gehoord zijn. Vervolgens zijn ze nog niet blij met de uitspraak als tie betreft. Als mensen niet worden ingefluisterd, vertellen ze bijna ze verliezen, maar dan hebben ze wel hun zegje kunnen doen. Daaraltijd de waarheid, hún waarheid weliswaar. Vaak haal je daar als
www.diephuis.nl
39
rechter wel voldoende uit om te reconstrueren, hoe het ongeveer in elkaar steekt. Zodra er echter een advocaat bij komt, willen de partijen wel eens dingen gaan draaien. De waarheidsvinding wordt dan belemmerd en dat maakt het veel moeilijker voor de rechter. In uw programma kunnen uit de kleinste irritaties de grootste conflicten ontstaan. Uit het recente publieke debat kan men afleiden dat Nederland nou niet direct vol is, maar toch wel heel druk. Denkt u dat de heftigheid en frequentie van de burenruzies hier iets mee te maken heeft of gaat het meer om de wijze van conflicthantering van de betrokken personen zelf? De burenconflicten die bij ‘de Rijdende Rechter’ komen, spelen voor het merendeel in een landelijke omgeving. Ik zeg wel eens voor de grap: ‘hoe meer ruimte, hoe meer ruzies.’ Wie geen tuin heeft, kan ook geen ruzie maken over de schutting! Als de boom van de buren zijn blaadjes in het zwembad van de andere buurman verliest, is dat natuurlijk vervelend. Veel kijkers denken dan echter: ‘wat wonen die mensen geweldig!’. Wellicht geeft dat wel een ietwat vertekend beeld, want burenruzies in de stedelijke omgeving komen zelden bij‘de Rijdende Rechter’. Voor ruzie is vaak een relatie nodig. In een anonieme sfeer kan er wel overlast zijn, maar er ontstaat niet snel een burenruzie. Je ergert je wel aan de bovenburen, maar je kent ze niet. Áls het dan tot ruzie komt, is het gauw gewelddadig. Vaak gaan de conflicten meer om ergernissen aan elkaars gedrag dan om de feitelijke problemen. Merkt u ook dat partijen zich na uw uitspraak bij de situatie neerleggen zodat de situatie weer leefbaarder wordt? Er zijn voorbeelden waarvan je je dat ernstig kunt afvragen, maar de meeste uitspraken worden nageleefd, al dan niet van harte. Ik probeer natuurlijk uitspraken te doen die ook praktisch uitvoerbaar zijn. Daar scheelt het nog wel eens aan als rechters komen met uitspraken die voortvloeien uit het systeem, wanneer een eis in zijn geheel moet worden toe- of afgewezen bijvoorbeeld. Dat is een verschil met ‘de Rijdende Rechter’; de ene buurman kan wel roepen dat de garage van de andere buurman moet worden afgebroken omdat deze een centimeter over de erfgrens staat. Nu is er jurisprudentie dat zoiets niet meer hoeft. Toen de wet daar nog weinig duidelijkheid over verschafte, verschilden rechters echter wel van mening over de toewijsbaarheid van een dergelijke vordering. Als het niet anders kan dan moet het natuurlijk, maar in beginsel probeer je te komen met een oplossing die minder destructief en meer werkbaar is. Ik zeg altijd: ‘een civiele procedure die eindigt met de totale financiële en geestelijke instorting van de verliezer kan niet goed zijn’. Vindt u mediation ook een geschikte optie voor de zaken die u behandelt?
40
Formele mediation is in grote opkomst in met name de familiesfeer. Een normaal mens gooit zijn echtscheiding tegenwoordig niet meer voor de rechtbank. De echtscheidingen die je nog ziet op de rechtbank betreffen vaak gevallen waarin mensen geestelijk niet in staat zijn om iets als bemiddeling te doen, of gevallen in de zakelijke sfeer: de ex die er teveel uit wil slepen of de man die geen alimentatie wil betalen. Ook in de arbeidssfeer is er een lichte tendens. En er is natuurlijk buurtbemiddeling bij burenruzies. Bij zakelijke conflicten is mediation weinig populair. Nadeel van mediation is dat als het mislukt, het probleem erger is dan het eerst was. Een van de uitgangspunten van mediation is, dat de mediator zich strikt onafhankelijk opstelt en zich niet bemoeit met de einduitspraak als het mislukt. Dat is in het zakenleven problematisch, want dit gevolg is commercieel erg onaantrekkelijk. Er is een conflict, de partijen moeten gaan mediaten en als het dan niet wordt opgelost, dan heeft geen van beide partijen iets. In Nederland moet men naar mijn idee meer naar de ‘minitrial’, een Amerikaanse uitvinding. Partijen spreken van te voren af dat de mediator, indien men er niet uitkomt, een beslissing gaat nemen. Vooral in arbeidsconflicten is dit handig, omdat men dan niet alsnog de hele ontslagprocedure hoeft te voeren als de mediation mislukt. Heeft u nog plannen voor de toekomst? U heeft veel verschillende beroepen uitgeoefend, bent u nu op uw plek? Ik ga niet nog tien jaar werken, maar thuis zitten ga ik waarschijnlijk ook niet doen! Misschien word ik toch nog advocaat, of ik ga me helemaal met de televisie bezig houden. Voorlopig blijf ik in ieder geval zitten bij de rechtbank. Wat is het mooiste aspect van het Rijdende Rechter zijn? Ik neem aan dat u niet enkel van autorijden houdt! Het allerleukste is, dat je door het hele land gaat en zo met alle culturen in aanraking komt. Dit wordt nog wel eens vergeten, want in Nederland komen veel verschillende culturen voor. Elke regio heeft een andere cultuur. Dat wordt minder, maar het ís er nog altijd. Groningen is volstrekt anders dan Friesland, Limburg is anders dan Brabant, en dat is leuk. Je komt ook in een omgeving die niet je dagelijkse is. Bovendien ben je altijd welkom. Zeker op het platteland nemen mensen nog wel eens een dagje vrij om ‘de Rijdende Rechter’ mee te maken. Dit is toch iets wat elke rechter wil, volle zalen! Enthousiast publiek, dat de kansen weegt. Dát is het leukste. In de praktijk zitten we met lege zalen en is niemand geïnteresseerd in ons werk behalve de partijen. Namens de redactie van het Civieltje dank ik mr. Visser hartelijk voor dit interview! Constantijn Hageman
‘t Civieltje - Mei 2010
Juridisch Reikwijdte van de uitvoerbaarheid bij voorraad Hilda Meijer is advocate bij Boekel de Nereé in Amsterdam.
Een van de eerste zaken waarbij ik betrokken werd toen ik begon bij de praktijkgroep Corporate Litigation van Boekel De Nerée, was een incident in een slepende rechtzaak. Deze zaak duurde toen al bijna tien jaar. Goed en wel geïnstalleerd op mijn nieuwe werkplek werd mij gevraagd of ik een ‘memorie van antwoord in een incident tot zekerheidsstelling ex Artikel 235 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in hoger beroep’ kon opstellen. Een hele mond vol dus! Het eerste wat in mij opkwam was, “wat is een incident ook alweer?”. Ik kon me nog vaag herinneren dat dit bij het vak Burgerlijk Procesrecht wel eens aan de orde was gekomen. Al snel kwam ik erachter dat een incident een soort van procedure binnen een procedure is. Het is een verzamelnaam voor verschillende soorten (procesrechtelijke) kwesties waarover de rechter los van het inhoudelijke geschil een beslissing dient te nemen. Hierover wordt eerst beslist voordat de hoofdzaak verder gaat. In dit geval ging het om een incidentele vordering van de wederpartij. In de hoofdprocedure had de rechtbank een eindvonnis gewezen waarin voor recht werd verklaard dat de wederpartij toerekenbaar tekort was geschoten in het nakomen van haar verplichtingen. Voor het bepalen van de hoogte van de schade had de rechtbank de zaak verwezen naar een schadestaatprocedure. Dit vonnis was, onder andere op het punt van de nog vast te stellen schade, uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Dit betekent dat het vonnis, ook als hoger beroep wordt ingesteld, ten uitvoer mag worden gelegd (in dit geval dus dat de schade waartoe de wederpartij zou worden veroordeeld direct mocht worden opgeëist). In het incident werd de vraag behandeld of een uitvoerbaar bij voorraadverklaring in een dergelijk eindvonnis betekent dat ook het latere vonnis in de schadestaatprocedure automatisch uitvoerbaar bij voorraad is. Mocht dat zo zijn dan wenste de wederpartij op de eerste plaats dat zekerheid zou worden gesteld door onze cliënte voor het geval dat in het hoger beroep mocht blijken dat er toch geen schadevergoedingsverplichting bestaat en het geld dus weer terug zou moeten. Subsidiair vorderde de wederpartij schorsing van de uitvoerbaarheid bij voorraad. Volgens de toelichting bij artikel 615a van het Wetboek van Rechtsvordering in de Tekst en Commentaar Burgerlijke Rechtsvordering
www.diephuis.nl
geldt een uitvoerbaar bij voorraadverklaring in de hoofdprocedure voor de gehele procedure en dus ook voor het vonnis in de schadestaatprocedure. Het Hof oordeelde echter anders: Een uitvoerbaar bij voorraadverklaring strekt ertoe de schorsende werking van het instellen van een rechtsmiddel tegen de uitgesproken rechterlijke beslissing op te heffen. De schadestaatprocedure van de artikelen 612 tot en met 615a Rv. sluit aan bij de afdeling 6.1.10 BW betreffende de wettelijke verplichtingen tot schadevergoeding en is dan ook een procedure waarin de vaststelling van de inhoud en de omvang van de in de hoofdprocedure vastgestelde verplichting tot schadevergoeding aan de orde is. De grondslag van die verplichting, zoals in dit geval de toerekenbare tekortkoming van [Y] in de nakoming van haar contractuele verbintenis, dient bij uitsluiting in de hoofdzaak te worden vastgesteld. Indien de rechtbank in de hoofdzaak een veroordeling tot schadevergoeding op te maken bij staat uitvoerbaar bij voorraad heeft verklaard, betekent dit alleen dat, ondanks het instellen van hoger beroep tegen dat vonnis, kan worden aangevangen met de schadestaatprocedure. Anders dan [X] betoogt, heeft zodanige uitvoerbaar bij voorraadverklaring niet tevens tot gevolg dat een vonnis in de schadestaatprocedure waarbij de schadevergoeding geheel of ten dele wordt toegewezen, uitvoerbaar bij voorraad is. De rechter zal gelet op artikel 233 Rv, dat hem op dit punt een discretionaire bevoegdheid geeft, in de schadestaatprocedure alsnog in het licht van de omstandigheden van het geval, zoals die op dat moment aan de orde zijn, moeten beoordelen of zijn vonnis houdende veroordeling tot betaling van schadevergoeding uitvoerbaar bij voorraad behoort te worden verklaard, indien dat is gevorderd. In een zaak als deze gaat het niet om het winnen of verliezen. Het gaat vooral om het verkrijgen van duidelijkheid over bepaalde rechtsvragen. Beide standpunten waren goed te bepleiten, wat zelfs het behandelen van zo’n juridisch technisch onderwerp erg spannend maakt. Wat dat betreft gaat er niets boven werken in de advocatuur! Uitspraak: NJF 2009/417 Hilda Meijer
41
“dirkzwager weet dat kleine lettertjes voor mij grote gevolgen kunnen hebben.” jij ook? Dirkzwager is een veelzijdig, landelijk top-20 kantoor met een klinkende reputatie, een uitstekende opleiding, mooie cliënten en uitdagende (ook internationale) projecten. Ons kantoor heeft vestigingen in Arnhem en Nijmegen en telt ruim 260 medewerkers die zich thuis voelen in een professionele, nuchtere en collegiale werkomgeving. Dirkzwager werkt op hoog juridisch niveau voor grote en middelgrote bedrijven, overheden, instellingen en particulieren, met een fijngevoelige antenne voor de persoonlijke aspecten van een zaak; voor de mens achter de cliënt. Jouw professionaliteit, ambitie, sociale intelligentie én gevoel voor kwaliteit vinden bij ons dan ook een vruchtbare voedingsbodem.
Kijk voor meer informatie over ons kantoor of actuele vacatures en/of studentstages op www.dirkzwager.nl
www.dirkzwager.nl
Dirkzwager advocaten & notarissen
Juridisch “Gefeliciteerd met uw verjaring!”
Over de korte verjaringstermijn en stuiting
Anna van Duin Anna van Duin en Gijsbert ter Kuile1 Stel: een vriendin komt bij u voor juridisch advies. Zij heeft ruim vier jaar geleden haar dak opnieuw laten bedekken met moderne ‘shingles’in plaats van ouderwetse dakpannen, waarna lekkages ontstonden. En haar plafond en haar Hijma-Van Dam (inmiddels een oude druk) waren er wat schimmelig van geworden. Vervolgens liet zij een deel van haar rekening onbetaald, maar nu dagvaardt de dakdekker haar voor de kantonrechter. Uw vriendin meent echter dat de lekkages zijn ontstaan door zijn incompetentie. Ze keek uit het dakraam en zag dat de zinken aansluitingen slordig waren aangebracht, waardoor zij eigenlijk schade leed.2 Wat adviseert u haar? Los van de vraag of uw vriendin gelijk heeft, zouden bij u de alarmbellen moeten gaan rinkelen vanwege het feit dat zij ruim vier jaar heeft (af )gewacht. Artikel 3:310 lid 1 BW bepaalt namelijk dat een rechtsvordering tot vergoeding van schade verjaart “door verloop van vijf jaren na de aanvang van de dag, volgende op die waarop de benadeelde zowel met de schade (…) als met de daarvoor aansprakelijke persoon bekend is geworden, en in ieder geval door verloop van twintig jaren na de gebeurtenis waardoor de schade is veroorzaakt”. Uw vriendin loopt dus het risico dat, als zij nog langer wacht, de dakdekker zich kan beroepen op (bevrijdende) verjaring van een eventuele (tegen)vordering. Het idee van ‘bekend worden’ met de schade en de aansprakelijke persoon lijkt wel voor de hand te liggen. Toch is dat niet zo. Er is nogal wat jurisprudentie gevormd over de vraag wat kennen is: is dat ook een vermoeden van schade, moet je je schade juridisch kunnen duiden, en moet je de (medische) oorzaak kennen? Volgens de Hoge Raad dient het criterium “bekend is geworden” subjectief te worden opgevat: jij weet het of jij weet het niet; het gaat niet om wat je redelijkerwijze had moeten weten. Degene die zich op de korte verjaringstermijn beroept moet daarom stellen en zonodig bewijzen dat de benadeelde daadwerkelijk bekend was met de schade en de
1. Beiden advocaat bij Pels Rijcken & Drooglever Fortuijn N.V., sectie Civiel (proces)recht. 2. Casus ontleend aan HR 20 februari 2004, LJN: AN8903.
www.diephuis.nl
Gijsbert ter Kuile daarvoor aansprakelijke persoon.3 Het enkele vermoeden van het bestaan van schade is onvoldoende om aan te nemen dat sprake is van daadwerkelijke bekendheid met de schade. De korte verjaringstermijn begint pas te lopen zodra de benadeelde voldoende zekerheid – die niet een absolute zekerheid hoeft te zijn – heeft gekregen omtrent (de oorzaak van) de schade.4 Bovendien dient de benadeelde daadwerkelijk in staat te zijn om een vordering in te stellen, alvorens de verjaring aanvangt.5 Soms weet men pas dat sprake is van schade in juridische zin, waarvoor een ander aansprakelijk kan worden gehouden, als men specialistische informatie verkrijgt over de aansprakelijkheidscheppende gebeurtenis. Pas dan ben je ‘daadwerkelijk in staat’ om je vordering in te stellen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij een medische fout; de benadeelde krijgt pas bekendheid met deze schade wanneer hij bekend wordt met de medische oorzaak ervan. Want hoe weet de patiënt nu dat zijn schade een speling van de natuur was, of te wijten was aan een medische fout? Daarvoor ontbreekt hem immers de juiste, feitelijke, medische kennis om voldoende zekerheid te hebben dat hij schade lijdt waarvoor een ander aansprakelijk is. Pas na een duidelijke diagnose is er daadwerkelijke, subjectieve bekendheid over schade en aansprakelijke persoon. Maar hoe zit het nu met rechtskennis? Uw vriendin hoopt dat u, als jurist, haar rechtspositie beter kunt inschatten dan zijzelf. Maar is dat wel nodig om ‘kennis’ te hebben van schade en aansprakelijk persoon? De Hoge Raad heeft geoordeeld dat niet mag worden vereist dat de benadeelde ook bekend is met de juridische waardering van zijn situatie: “Het stellen van die eis zou niet in overeenstemming zijn met het voor een behoorlijk verloop van het rechtsverkeer te aanvaarden uitgangspunt dat een beroep op rechtsdwaling in het algemeen niet kan worden aanvaard, en zou tot rechtsongelijkheid aanleiding geven waar juridische kennis niet in gelijke mate bij eenieder aanwezig is. Het zou ook in strijd met de rechtszekerheid zijn wanneer de aanvang van de verjaring afhankelijk zou zijn van het tijdstip 3. Zie HR 6 april 2001, LJN: AB0900 (mesothelioom), r.o. 3.4.2. 4. Zie HR 24 januari 2003, LJN: AF0694, r.o. 3.4.2. 5. Zie HR 31 oktober 2003, LJN: AL8168 (Saelman), r.o. 3.4-3.5.
43
waarop de benadeelde juridisch advies inwint. Ook de billijkheid (…) staat aan het stellen van die eis in de weg. De benadeelde zou immers zonder hinder van deze verjaringstermijn kunnen profiteren van een eerst veel later bekend geworden inzicht met betrekking tot de juridische situatie ten tijde van het ontstaan van de schade, terwijl de aansprakelijke persoon zijn gedrag heeft gericht naar de toen geldende inzichten.”6 Om te voldoen aan de bekendheidsvereisten van artikel 3:310 lid 1 BW hoeft men dus niet steeds de (juridische) oorzaak van de schade te kennen. Bovendien heeft uw vriendin niet voor niets de rekening onbetaald gelaten. Zij wist allang dat ze schade leed als gevolg van lekkages (ook al is Hijma-Van Dam nu een oude druk), en dat de dakdekker hiervoor (mogelijk) aansprakelijk is. Hoe de schade exact is ontstaan – gebrekkig zink, of een kapotte shingle – is dan niet relevant. Men hoeft geen specialist te zijn om vochtproblemen en de uitgevoerde werkzaamheden aan het dak met elkaar in verband te brengen.7 (Dit kan dus anders liggen bij een medische fout – dan kun je bijvorbeeld een verkeerde diagnose en pijn niet met elkaar in verband brengen: want hoe weet je nu dat de diagnose verkeerd is?) De (korte) verjaringstermijn loopt dus al ruim vier jaar. Dit betekent dat uw vriendin spoedig actie moet ondernemen, wil zij nog aanspraak kunnen maken op schadevergoeding. Maar wat voor actie moet men dan nemen? Krachtens de artikelen 3:316 en 3:317 BW kan de benadeelde/schuldeiser een lopende verjaringstermijn stuiten door (a) het instellen van een eis of andere daad van rechtsvervolging, (b) een schriftelijke aanmaning of (c) een schriftelijke mededeling. Op dat moment begint een nieuwe termijn van vijf jaren te lopen. Doel is de aansprakelijke persoon/schuldenaar voldoende duidelijk te waarschuwen dat hij – ook nadat de (oorspronkelijke) termijn is verstreken – de beschikking houdt over zijn bewijsmateriaal, opdat hij zich zo nodig behoorlijk kan verweren, en dat hij er bij de inrichting van zijn vermogenspositie rekening mee houdt dat hij (alsnog) zal moeten nakomen.8 6. Immers, soms is een wetsinterpretatie door de Hoge Raad nodig om te weten wat het recht nu eigenlijk is. Zie: HR 26 november 2004, LJN: AR1739, r.o. 3.4. 7. NJ 2006, 113, conclusie A-G, par. 2.11. 8. HR 14 februari 1997, NJ 1997, 244, r.o. 3.5. Aldus ook J.L. Smeehuizen, De bevrijdende verjaring (diss. VU), Kluwer: Deventer 2008,
44
Bij “daad van rechtsvervolging” kan worden gedacht aan een dagvaarding, eis in reconventie, beslaglegging etc.9 De indiening van een verzoekschrift voorlopig getuigenverhoor of voorlopig deskundigenonderzoek ex artikel 186 respectievelijk 202 Rv – voordat een geding aanhangig is – kan echter niet worden beschouwd als daad van rechtsvervolging, nu een dergelijke procedure er nog niet op is gericht een vorderingsrecht geldend te maken.10 Zij zijn immers ‘voorlopig’, om te bekijken of je überhaupt wel een eis wilt instellen. Een “schriftelijke mededeling” in de zin van artikel 3:317 lid 1 BW moet, om stuitende werking te hebben, een voldoende duidelijke waarschuwing aan de schuldenaar inhouden dat hij rekening houdt met de mogelijkheid dat hij nog in rechte zal worden aangesproken.11 Om nakoming te kunnen vorderen is een ingebrekestelling overigens niet noodzakelijk; ook is de schuldeiser niet gedwongen om een procedure te starten.12 Wat adviseert u uiteindelijk uw vriendin, om te voorkomen dat de dakdekker haar binnenkort kan “feliciteren met haar verjaring”? Zij dient vóór het (op de dag nauwkeurig!) verstrijken van de verjaringstermijn een stuitingshandeling te verrichten en zou daartoe in reconventie schadevergoeding kunnen vorderen; deze vordering moet op grond van artikel 137 Rv reeds bij conclusie van antwoord worden ingesteld. Ook zou zij een eigen procedure tegen de dakdekker kunnen starten. In ieder geval kan uw vriendin de dakdekker (alvast) aanschrijven. Het lijkt verstandig om per (afzonderlijke) brief de verjaring expliciet te stuiten in bewoordingen die aansluiten op de tekst van artikel 3:317 BW. Daarin moet uw vriendin zich ondubbelzinnig het recht op nakoming voorbehouden: een nieuw te witten plafond en een nieuw boek. Doet zij dit niet, dan zal een (later) beroep van de dakdekker op bevrijdende verjaring tenslotte slagen en staat uw vriendin met lege handen… en een lekkend dak.
p. 271. 9. Asser/Hartkamp & Sieburgh 6-II* 2009, nr. 425, p. 346. 10. Zie HR 18 september 2009, LJN: BI 8502, r.o. 3.5. 11. Ibid., r.o. 3.6.2. 12. Parl. Gesch. Boek 3 BW (MvA II en TM), p. 935-936.
‘t Civieltje - Mei 2010
Verslag
Door: Lieke ‘t Hart
Actieve Leden Bedankdag Na een supermooie week te hebben gehad in Sint Petersburg was het nog niet voorbij met de leuke uitjes voor de actieve Diephuizers. Donderdag 6 mei stond namelijk de Actieve Leden Bedankdag alweer gepland voor alle commissieleden als dank voor hun inzet van dit jaar. Wat zou er dit jaar op het programma staan…?
Om half negen werd er verzameld op het station in Groningen, de meeste mensen hadden nog geen idee van wat er vandaag zou worden gedaan en wachtten nog in spanning af wat de dag hen zou brengen. Toen duidelijk werd dat we richting Biddinghuizen vertrokken en de achtbanen al door de bomen tevoorschijn kwamen gingen er toch wel wat belletjes rinkelen.. Een dagje ‘Walibi’ stond op het programma!
Het weer was gunstig, een heerlijk zonnetje vergezelde ons deze dag dus dat kwam goed uit. Nadat er een paar mensen met het grote walibi-knuffelbeest op de foto waren geweest was het tijd om naar de spannende toestellen te snellen. Een ieder kon in groepjes zijn eigen weg gaan en zo vaak als gewenst over de kop vliegen of gewoon lekker ontspannen op een bankje kijken naar mensen die misselijk uit de attracties rollen. Populair blijft toch wel de ‘Goliath’ die wel heel stijl en snel naar beneden gaat, behalve voor Maartje en Geartsje die hier toch maar liever vanaf veilige afstand naar keken. Ook de ‘El Condor’ werd niet door iedereen getrotseerd, alleen de echte dare-devils waagden zich aan deze achtbaan waarbij je al los bungelend onder de rails over de kop wordt geslingerd. De boomstammen in de ‘Crazy River’ en het ‘El Rio Grande’ wildwater spektakel vielen gelukkig bij iedereen in de smaak, al hielden veel mensen het hier niet droog.. Rond lunch tijd werd er net als bij een echt schoolreisje een lekker
www.diephuis.nl
patatje mayo plus een frikadel of kroketje gegeten. Nog een paar uurtjes resterend om de rest van het park te verkennen. De houten achtbaan ‘Robin Hood’ was ook één van de favorieten, al bedacht Sylvia zich na een half uur in de rij te hebben gestaan.
Ze vertrouwde het toch niet helemaal na er lang over nagedacht te hebben en keerde weer om. Na het hele park door te zijn geweest kwam iedereen om half vijf weer bijeen bij de uitgang van het park waar je nog een laatste keer kon worden gelanceerd in ‘The Xpress’ wat aan Bert Simon’s gezicht af te lezen toch niet voor iedereen een heel goed idee was. Na deze actieve ochtend en middag werd
45
de bus terug naar Harderwijk gepakt om vervolgens weer met de trein terug naar Groningen te vertrekken. Want deze tot zo ver zeer geslaagde dag was nog zeker niet voorbij!
Om half acht werd iedereen weer verwacht bij Spaans restaurant ‘Tapasco’. Hier werden heerlijke gevarieerde tapa’s geserveerd met daarnaast natuurlijk een lekker drankje. Ook het dessert viel vooral in de smaak bij de dames, chocola, chocola en nog eens chocola hmm…
Na deze lange maar gezellige dag kon de avond niet beter worden afgesloten dan met de maandelijkse borrel! Dus na fijn te hebben nagetafeld werd het tijd om naar café van Diepen te vertrekken voor de allerlaatste borrel onder het huidige bestuur. Zowel Suzanne als Selmer hebben nog een paar mooie afscheidswoorden gesproken onder het genot van een drankje, shotje en bitterballetje. Het feest duurde nog tot in de late uurtjes, het werd wederom een super borrel bij Nanne in van Diepen.
Nadat alle actieve leden door Lieneke Haandrikman, commissaris intern, werden bedankt voor hun werkzaamheden had het bestuur tevens nog een kleinigheidje voor iedereen, namelijk een heel mooi zilverkleurig pokerkoffertje met een opdruk van Diephuis! Een erg leuke herinnering aan dit mooie jaar.
46
‘t Civieltje - Mei 2010
Talent beperkt zich zelden tot één tak van sport
Boekel De Nerée zoekt fanatieke advocaat-stagiaires en kandidaat-notarissen De ambitie om te winnen is ook in ons vak onontbeerlijk. Boekel De Nerée is daarom voortdurend op zoek naar talentvolle mensen die hun voorsprong nóg verder willen vergroten. Wil jij ook op het hoogste niveau presteren, dan zorgen wij voor de juiste faciliteiten en de beste coaches. Klaar om in te stappen? Kijk voor meer informatie op www.boekeldeneree.com Boekel De Nerée, advocaten en notarissen; hoofdsponsor van de Koninklijke Nederlandsche Roeibond Gustav Mahlerplein 2 1082 MA Amsterdam T 020 795 39 53