Subsidieleidraad voor uw sector SUBSIDIELEIDRAAD KINDEROPVANG Versie: 19 mei '15
Inhoudstafel Voorwoord ............................................................................................................................................................................... 1 Subsidies kinderopvang van Kind&Gezin ................................................................................................................................ 3 KidsInvest ................................................................................................................................................................................ 5 Winwinlening ........................................................................................................................................................................... 6 Startlening .............................................................................................................................................................................. 8 Starteo .................................................................................................................................................................................. 11 Optimeo ................................................................................................................................................................................ 14 Impulskrediet START ............................................................................................................................................................. 17 Impulskrediet PART ............................................................................................................................................................... 19 Impulskrediet GO .................................................................................................................................................................. 21 Kmo-portefeuille - Opleiding ................................................................................................................................................. 23 Kmo-portefeuille - Advies ...................................................................................................................................................... 26 Individuele beroepsopleiding in de onderneming (IBO) ........................................................................................................ 29 Instapstage ........................................................................................................................................................................... 31 Premie 50 + .......................................................................................................................................................................... 32 Structurele vermindering ...................................................................................................................................................... 34 Doelgroepvermindering eerste aanwervingen ...................................................................................................................... 35 Doelgroepvermindering langdurige werkzoekenden ............................................................................................................. 37 Doelgroepvermindering oudere werknemers ........................................................................................................................ 39 Belastingvrijstelling voor bijkomend personeel in kleine ondernemingen ............................................................................. 40 Bijlagen ................................................................................................................................................................................. 41
Subsidieleidraad voor uw sector
Voorwoord Subsidieleidraad kinderopvang Ondernemen in de kinderopvang impliceert naast de passie voor het werken met kinderen ook een zakelijke kant. Nieuwe uitdagingen gaan immers vaak gepaard met een zoektocht naar financiële middelen. Om u als ondernemer te ondersteunen in uw zoektocht naar beschikbare overheidsmaatregelen, stelden we deze subsidieleidraad samen. U vindt hier een overzicht van maatregelen die nuttig kunnen zijn bij o.a de start van uw onderneming, het volgen van opleidingen, het inwinnen van advies of de financiering van projecten. In deze publicatie geven we een overzicht van de steunmogelijkheden van Kind en Gezin, de tewerkstellingsmaatregelen en financieringsmogelijkheden. Zo is KidsInvest een Vlaams investeringsfonds dat leningen verstrekt aan gezins- en groepsopvang. Deze sectorspecifieke maatregel kan gebruikt worden bij de opstart, uitbreiding of groei van uw opvang. Daarnaast zijn de winwinlening en de achtergestelde leningen van Participatiefonds Vlaanderen en Hefboom alternatieven voor het financieren van uw onderneming of project. De kmo-portefeuille biedt financiële ondersteuning bij het volgen van opleidingen, het inwinnen van extern advies of het toetsen van de haalbaarheid van een nieuw project (indien u reeds over een ondernemingsnummer beschikt). Het decreet Kinderopvang van baby’s en peuters omvat de verplichting dat elke organisator met subsidies vanaf trap 2 met meer dan 18 plaatsen vanaf 1 april 2020 zijn/haar kinderbegeleiders met een werknemersstatuut moet tewerkstellen (uitzondering is mogelijk indien de kinderbegeleider tegelijk verantwoordelijke is) (info op www.kindengezin.be/img/subsidie-inkomenstarief.pdf ). We geven u in deze context de meest relevante tewerkstellingsmaatregelen waarvan u gebruik kan maken bij de aanwerving van een werknemer. Deze brochure bevat slechts een selectie van maatregelen. Een uitgebreid overzicht is te vinden in de thematische Subsidieleidraden van het Agentschap Ondernemen. Informeer ook steeds bij provincies, steden en gemeenten naar subsidiemogelijkheden! Deze brochures worden via de Subsidiedatabank, www.subsidiedatabank.be (rubriek Subsidieleidraden), automatisch bijgewerkt wanneer de informatie in de Subsidiedatabank wordt aangepast. Zo beschikt u op elk moment over de meest actuele brochures. Of u kan via de RSS-feed of nieuwsbrief Subsidieleidraad Online op de hoogte blijven van alle aanpassingen aan de steunmaatregelen (zie rubriek "Subsidienieuwsbrief & RSS-feed" ). Meer informatie? Voor bijkomende informatie of de bespreking van een concreet project, kunt u terecht bij de accountmanagers van het Agentschap Ondernemen in uw provincie. Bel gratis het nummer 0800 20 555 of mail
[email protected].
Deze uitgave is een algemene informatiebrochure die enkel de grote lijnen van de behandelde materie aangeeft. Zij maakt derhalve geen aanspraak op volledigheid. De gegevens kunnen vrij overgenomen worden mits duidelijke vermelding van de bron.
© Agentschap Ondernemen 2015
1
Subsidieleidraad voor uw sector
Het decreet Kinderopvang van baby’s en peuters voorziet nieuwe kwalificatiebewijzen voor de diverse functies in de kinderopvang. Afhankelijk van de grootte van de opvang is een bepaald kwalificatiebewijs vereist.
Meer informatie over de vereiste kwalificaties en attesten is terug te vinden via: www.kindengezin.be/kinderopvang/sector-babys-en-peuters/personen-in-de-opvang/kwalificaties-en-attesten/ Het is mogelijk om met niet-gekwalificeerde kinderbegeleiders of verantwoordelijken te werken tijdens de overgangsperiode. De kinderbegeleider en verantwoordelijken kunnen werken en het volgen van een opleiding combineren. De kinderbegeleiders behalen ten laatste tegen 1 april 2024 het vereiste kwalificatiebewijs. Als verantwoordelijke krijgt u de tijd tot 2020 voor het behalen van een kwalificatiebewijs. Opgelet: gebruik van tewerkstellingsmaatregelen en de interpretatie van kwalificatiebewijzen Als u gebruik wenst te maken van één van de volgende tewerkstellingsmaatregelen, de instapstage of de individuele beroepsopleiding in de onderneming (IBO), levert dit geen kwalificatiebewijs op.
19 mei '15
© Agentschap Ondernemen 2015
2
Subsidieleidraad voor uw sector
Subsidies kinderopvang van Kind&Gezin Laatste revisiedatum: 21 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Het decreet Kinderopvang van Baby’s en Peuters voorziet in een subsidiesysteem met verschillende trappen.
De basissubsidie is mogelijk voor kinderopvang met ● ● ●
minstens 220 openingsdagen; actieve kennis van het Nederlands voor alle kinderbegeleiders; meer info: www.kindengezin.be/img/basissubsidie.pdf .
De subsidie voor inkomenstarief is mogelijk voor kinderopvang waar ● ● ●
gezinnen een prijs betalen op basis van het inkomen; kinderen van bepaalde gezinnen voorrang krijgen; meer info: www.kindengezin.be/img/subsidie-inkomenstarief.pdf .
De plussubsidie is mogelijk voor kinderopvang ● ● ●
die kwetsbare gezinnen ondersteunt; waar kinderen van deze gezinnen voorrang krijgen; meer info: www.kindengezin.be/img/plussubsidie.pdf .
Naast deze subsidies opgenomen in het trappensysteem zijn ook nog volgende subsidies mogelijk. De subsidie voor inclusieve opvang is voor opvang van kinderen met een specifieke zorgbehoefte samen met kinderen zonder specifieke zorgbehoefte. Meer info: www.kindengezin.be/img/subsidie-inclusieve-opvang.pdf . Zowel individuele inclusieve opvang (vanaf vergunning) als structurele inclusieve opvang (minstens subsidie voor inkomenstarief nodig) is mogelijk. De subsidie voor flexibele kinderopvang is de subsidie voor de realisatie van kinderopvang op flexibele openingstijden. Meer info: www.kindengezin.be/img/subsidie-flexibele-opvang.pdf .
Wie komt in aanmerking In trap 0 zitten alle initiatieven die geen enkele subsidie van Kind en Gezin ontvangen (tenzij evt. de subsidie voor individuele inclusieve opvang). Wie in trap 1 zit, krijgt een basissubsidie. In trap 2 komt daar nog de subsidie voor inkomenstarief bij en in trap 3 de plussubsidie. Wie tot een bepaalde trap behoort, krijgt ook de subsidie van de lagere trappen. Daarenboven kan ook de subsidie voor individuele inclusieve opvang aangevraagd worden, indien aan de voorwaarden wordt voldaan.
© Agentschap Ondernemen 2015
3
Subsidieleidraad voor uw sector
Omvang steun De bedragen verschillen naargelang: ● ●
groepsopvang of gezinsopvang (<9 kinderen) , gezien de verscheidenheid in de kostenstructuur. de eventuele overgangsfase voor bepaalde opvangsoorten (trap 2A of 2B in het kader van subsidie inkomenstarief, voor meer info www.kindengezin.be/kinderopvang/sector-babys-en-peuters/subsidies-en-financieel/subsidie-inkomenstarief/
De organisator ontvangt elk kwartaal een voorschot. Na het kalenderjaar komt er een afrekening. Een rechtzetting is mogelijk als de berekening gebeurde op basis van foutieve gegevens. Meer info in de brochure voorschotten op http://www.kindengezin.be/img/Voorschotten.pdf . De bedragen voor de basissubsidie, de plussubsidie en de subsidie voor structurele inclusieve opvang bestaan uit een vast bedrag per gesubsidieerde kinderopvangplaats per jaar. De bedragen voor de subsidie inkomenstarief bestaat uit twee delen, een gedeelte is gelinkt aan de geleverde kinderopvangprestaties, een gedeelte is gelinkt aan de gemiddelde leeftijd van de kinderbegeleiders. De subsidie voor individuele inclusieve opvang wordt verstrekt per dag dat het kindje met een specifieke zorgbehoefte opgevangen wordt. Meer info omtrent de subsidievoorwaarden en de bedragen van de subsidies: www.kindengezin.be/kinderopvang/sector-babys-en-peuters/subsidies-en-financieel/
Aanvraagprocedure De aanvraag om toe te treden tot trap 1, 2 of 3 van het subsidiesysteem is enkel mogelijk wanneer de Vlaamse Regering daarvoor een oproep lanceert en u aan bepaalde voorwaarden voldoet. De beschikbare middelen zullen dan verdeeld worden tussen de aanvragers aan de hand van programmatiecriteria. Er zal m.a.w. een afweging gemaakt worden tussen de vraag in de gemeente of de regio en het reeds beschikbare aanbod. Met deze middelen kunnen zowel volledig nieuwe plaatsen als overgangen van plaatsen van een lagere naar een hogere subsidietrap worden gecreëerd. Ook de subsidie voor flexibele opvang wordt toegekend op programmatiebasis. Voor de creatie van structurele inclusieve opvangplaatsen zal Kind en Gezin een oproep lanceren indien de Vlaamse Regering hiervoor de nodige financiële middelen ter beschikking stelt. Om op de hoogte te blijven van eventuele oproepen kan u de nieuwsbrief en/of de website van Kind & Gezin raadplegen: www.kindengezin.be . De aanvraag van een subsidie voor individuele inclusieve kinderopvang wordt ingediend, per opgevangen kind met specifieke zorgbehoefte, via het aanvraagformulier van Kind en Gezin.
Contactinformatie Voor meer informatie over bedragen en voorwaarden kan u terecht op de website www.kindengezin.be/kinderopvang/sector-babys-en-peuters/subsidies-en-financieel/ of bij de "Kind en Gezin-Lijn" (078 150 100). Kind&Gezin Afdeling Kinderopvang Hallepoortlaan 27 1060 Brussel T 078 150 100
[email protected] http://www.kindengezin.be
© Agentschap Ondernemen 2015
4
Subsidieleidraad voor uw sector
KidsInvest Laatste revisiedatum: 07 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in KidsInvest is een investeringsfonds voor kinderopvang van PMV dat werd opgericht omwille van het tekort aan kinderopvangplaatsen in Vlaanderen.
Wie komt in aanmerking Wie kapitaal nodig heeft voor de opstart, uitbreiding, groei of overname van een opvanginitiatief (zowel groepsopvang als gezinsopvang), kan terecht bij het kinderopvangfonds KidsInvest. Ook renovaties, opknapbeurten en andere investeringen in de kinderopvang komen in aanmerking. KidsInvest verleent ook werkkapitaalkredieten aan opvanginitiatieven met een tijdelijke nood aan financiële ademruimte.
Voorwaarden KidsInvest verschaft leningen met de volgende modaliteiten: ●
● ● ● ● ● ●
●
● ●
●
het maximum te ontlenen bedrag: € 250.000 voor investeringskredieten. Voor vastgoedkredieten kan er maximum € 350.000 ontleend worden. de looptijd van de lening is vijf of zeven jaar. Voor investeringen in vastgoed is dat maximum 15 jaar. de looptijd van een werkkapitaalkrediet bedraagt maximaal 3 jaar en het te ontlenen bedrag is gelimiteerd tot € 50.000; het betreft achtergestelde leningen; KidsInvest vraagt geen waarborgen, tenzij voor investeringen in infrastructuur; de rentevoet bedraagt: 4,99%; KidsInvest kan tot 90% van het investeringsbedrag financieren. De overige 10% komt van eigen inbreng of via bankfinanciering; de lening moet worden terugbetaald via driemaandelijkse aflossingen van kapitaal – met een vrijstelling van één jaar (gratieperiode). De intresten worden betaald van bij de start van de lening, telkens op driemaandelijkse basis; KidsInvest leent enkel aan kmo’s in Vlaanderen of in het tweetalige gebied Brussel Hoofdstad; KidsInvest financiert enkel nieuwe investeringen. Het fonds aanvaardt geen herfinanciering van verbintenissen die al werden aangegaan bij andere kredietinstellingen; voor investeringen in onroerende goederen komt KidsInvest enkel tussen voor het beroepsgedeelte van het goed. Voor vastgoedkredieten is de rentevoet marktconform, maar afhankelijk van de genomen waarborgen kan het intrestpercentage worden aangepast.
Aanvraagprocedure De investeringsaanvraag dient elektronisch ingediend te worden op de website www.kidsinvest.be. U kan voor ondersteuning terecht bij het uniek loket VoorZet (T 02 757 96 90 -
[email protected]). Op algemene vragen geeft het loket onmiddellijk antwoord. Voor specifieke vragen of meer doorgedreven ondersteuning, verwijst het loket naar de juiste partner voor advies en begeleiding. Voor de pijler organiseren en kwaliteitszorg is dit ’t OpZet (T 0479 02 86 30
[email protected]), voor de pijler ondernemen gaat het om Unizo (T 02 21 22 642 -
[email protected]).
Contactinformatie PMV KidsInvest Oude Graanmarkt 63 1000 Brussel T 02 229 52 30 F 02 229 52 31
[email protected] www.kidsinvest.be
© Agentschap Ondernemen 2015
5
Subsidieleidraad voor uw sector
Winwinlening Laatste revisiedatum: 09 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Met de Winwinlening wil de Vlaamse overheid particulieren fiscaal aanmoedigen om geldmiddelen ter beschikking te stellen aan kleine en middelgrote ondernemingen. Wie als vriend, familielid of kennis gedurende een looptijd van 8 jaar tot € 50.000 leent aan een Vlaams bedrijf, krijgt hierop jaarlijks een belastingvermindering, gekoppeld aan een eventuele fiscale recuperatie indien de kredietnemer het bedrag niet kan terugbetalen. Een kredietnemer kan zo tot een bedrag van € 200.000 Winwinleningen aangaan met een maximum van € 50.000 per kredietgever.
Wie komt in aanmerking Als kredietnemer Deze maatregel richt zich enkel tot kmo’s die voldoen aan de Europese kmo-definitie: ● ● ●
met minder dan 250 werknemers; waarvan ofwel de jaaromzet niet hoger is dan € 50 miljoen, ofwel het balanstotaal niet hoger is dan € 43 miljoen; die voldoet aan een vastgelegd zelfstandigheidscriterium (niet meer dan 25% van het kapitaal of de stemrechten mogen in het bezit zijn van één of meerdere grote ondernemingen).
Bij de toepassing van deze criteria wordt rekening gehouden met eventuele partner- en verbonden ondernemingen van het betrokken bedrijf. Hierdoor zullen gegevens van gelieerde bedrijven opgeteld moeten worden. Een onderneming die één van deze criteria overschrijdt, wordt beschouwd als grote onderneming. Een exploitatiezetel dient in Vlaanderen gelegen te zijn. Als kredietgever Op de datum waarop de Winwinlening gesloten wordt, moet de kredietgever voldoen aan de volgende voorwaarden: ● ●
● ●
●
moet een natuurlijk persoon zijn die deze lening afsluit buiten het kader van zijn handels- of beroepsactiviteiten; deze natuurlijke persoon moet in het Vlaamse Gewest zijn gevestigd of, indien het een inwoner betreft van een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte, gelokaliseerd zijn in het Vlaamse Gewest voor de toepassing van de belasting van niet-inwoners; mag geen werknemer zijn van de kredietnemer; als de kredietnemer een zelfstandige is, dan mag de kredietgever niet de echtgenoot of de wettelijk samenwonende partner van de kredietnemer zijn; als de kredietnemer een rechtspersoon is, kan de kredietgever geen aandeelhouder zijn van die rechtspersoon, noch benoemd zijn of optreden als bestuurder, zaakvoerder of een vergelijkbaar mandaat binnen die rechtspersoon. Evenmin mag de echtgenoot of de wettelijk samenwonende partner van de kredietgever aandeelhouder zijn of benoemd zijn of optreden als zaakvoerder, bestuurder of een vergelijkbaar mandaat binnen die rechtspersoon.
Gedurende de hele looptijd van de Winwinlening mag de kredietgever geen kredietnemer zijn bij een andere Winwinlening.
Bedrag van het fiscaal voordeel voor de kredietgever Het fiscaal voordeel voor de kredietgever bestaat uit: ●
enerzijds een jaarlijkse belastingvermindering voor de hele looptijd van de lening: Als berekeningsbasis wordt genomen het rekenkundig gemiddelde van alle uitgeleende bedragen op 1 januari en op 31 december van het belastbare tijdperk, met een maximum van € 50.000 per belastingplichtige; De belastingvermindering bedraagt 2,5% van de berekeningsbasis (wat neerkomt op een maximum van € 1.250 per jaar). en anderzijds de mogelijkheid tot een eenmalige belastingvermindering ingeval een gedeelte van de Winwinlening niet wordt terugbetaald. Deze belastingvermindering bedraagt 30% van de hoofdsom van de lening die definitief is verloren gegaan (bijvoorbeeld bij faillissement, ontbinding,vereffening, …). ❍
❍
●
© Agentschap Ondernemen 2015
6
Subsidieleidraad voor uw sector
Voorwaarden De belangrijkste eigenschappen zijn: ● ●
het is een achtergestelde lening, zowel ten aanzien van bestaande als van toekomstige schulden; met een looptijd van 8 jaar. De kredietgever en kredietnemer kunnen kiezen uit volgende aflossingsmogelijkheden: terugbetaling in één keer na 8 jaar; maandelijkse, driemaandelijkse, zesmaandelijkse of jaarlijkse aflossingen; een eenmalige vervroegde terugbetaling van het openstaande saldo is eveneens mogelijk. het totale bedrag dat in hoofde van de kredietgever in het kader van één of meer Winwinleningen aan één of meer kredietnemers uitgeleend wordt, kan ten hoogste € 50.000 bedragen; het totale bedrag, in hoofdsom,dat één kredietnemer in het kader van één of meer Winwinleningen kan ontlenen van kredietgevers bedraagt ten hoogste € 200.000; de interesten moeten betaald worden op de overeengekomen vervaldagen en worden berekend door het bedrag van de lening te vermenigvuldigen met de rentevoet die is vastgelegd in de akte. Deze rentevoet mag niet hoger zijn dan de wettelijke rentevoet die van kracht is op de datum waarop de Winwinlening gesloten wordt, en mag niet lager zijn dan de helft van dezelfde wettelijke rentevoet. In 2015 bedraagt deze rentevoet 2,5 %. ❍ ❍
● ●
●
●
Aanvraagprocedure De Winwinlening moet worden opgesteld in een akte en aflossingstabel die beschikbaar zijn op de website www.winwinlening.be. De akte en aflossingstabel worden in 3 exemplaren worden afgedrukt, waarvan één bestemd is voor elke partij, en één ondertekend origineel moet worden bezorgd aan Waarborgbeheer nv. Binnen 3 maanden nadat de Winwinlening gesloten is, bezorgt de kredietgever één van de originele exemplaren van de ondertekende akte en aflossingstabel aan Waarborgbeheer nv, die op zijn beurt binnen de maand na ontvangst van deze akte nagaat of aan alle voorwaarden is voldaan. Indien dit zo is gaat Waarborgbeheer nv over tot registratie van de akte. De registratie bestaat uit het toekennen van een nummer aan de Winwinlening en het opnemen van de lening in een register. Binnen een week na registratie van de akte zal Waarborgbeheer nv de kredietgever schriftelijk op de hoogte brengen van de registratie.
Contactinformatie PMV Waarborgbeheer Oude Graanmarkt 63 1000 Brussel T 02 229 52 30 F 02 229 52 31
[email protected] www.winwinlening.be
© Agentschap Ondernemen 2015
7
Subsidieleidraad voor uw sector
Startlening Laatste revisiedatum: 09 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in De Startlening is een achtergestelde lening met voordelig rentetarief van maximum € 30.000 voor personen die zich willen vestigen als zelfstandige in hoofdberoep. Ingevolge de zesde staatshervorming werden de activiteiten van het Participatiefonds vanaf 1 juli 2014 stopgezet. De bevoegdheden inzake de toekenning van (achtergestelde) leningen werd overgedragen naar de gewesten. In het Vlaams Gewest worden deze actviteiten verdergezet door Participatiefonds Vlaanderen nv, behorend tot de groep van PMV.
Wie komt in aanmerking De Startlening is bestemd voor de uitkeringsgerechtigde volledige werklozen, de niet-werkende werkzoekende ingeschreven sinds ten minste 3 maanden, en de begunstigde van een inschakelingsuitkering of een leefloon, die zich als zelfstandige in hoofdberoep wil vestigen of een onderneming wil oprichten, dan wel een bestaande onderneming of activiteit overnemen om zelf in te staan voor de uitbating. Indien de aanvrager een vennootschap opricht, dient hij meerderheidsaandeelhouder te zijn en het dagelijkse beheer waar te nemen. De Startlening kan enkel worden toegekend aan natuurlijke personen die wonen in het Vlaamse Gewest. Iedere aanvrager van een lening bij het Participatiefonds Vlaanderen nv moet beantwoorden aan de Europese definitie van een kleine onderneming: ● ● ●
minder dan 50 voltijds equivalenten tewerkstellen; een jaaromzet of een balanstotaal van maximum € 10 miljoen realiseren; voldoen aan de regels van de partner en verbonden ondernemingen zoals omschreven in de aanbeveling van de Commissie van 6/5/2003, voor deelnemingen vanaf 25%.
Een onderneming wordt niet meer als ko bestempeld indien ze gedurende twee opeenvolgende boekjaren niet meer beantwoordt aan het criterium van tewerkstelling, jaaromzet of balanstotaal.Indien het aantal voltijdse equivalenten evenwel 50 eenheden of meer bereikt, komt Participatiefonds Vlaanderen nv niet tussen, ook al zijn de andere criteria niet overschreden. Ingevolge Europese regelgeving (de-minimis) dient Participatiefonds Vlaanderen nv volgende doeleinden in het kader van leningsaanvragen uit te sluiten: ●
● ●
transportsector: leningen voor de financiering van rollend materieel bestemd voor vervoer van goederen voor rekening van derden (financiering van een autobus, ambulance, taxi is wel toegelaten); landbouwactiviteiten; financieringsaanvragen gericht op export (b.v. verkoopkantoor in het buitenland).
Tradingactiviteiten komen niet in aanmerking voor financiering door Participatiefonds Vlaanderen nv. Vzw's kunnen in aanmerking komen voor zover zij minstens de helft van hun inkomsten behalen uit normale economische activiteiten.
Wat komt in aanmerking De Startlening is bestemd voor de financiering van materiële, immateriële en financiële investeringen, evenals voor de financiering van de behoefte aan bedrijfskapitaal die gepaard gaat met de start van de activiteit. Participatiefonds Vlaanderen nv financiert enkel nieuwe investeringen (ook vervangingsinvesteringen, tweedehandsmateriaal) maar aanvaardt geen vragen voor herfinanciering van verbintenissen die aangegaan werden bij andere kredietinstellingen, noch voor herfinanciering of betaling van andere reeds bestaande schulden, al dan niet achterstallig. Zo is bv. betaling van achterstallige schulden tegenover de rsz of btw-administratie uitgesloten. Een openstaande schuld van minder dan 3 maanden oud op het moment van ontvangst van de aanvraag door Participatiefonds Vlaanderen nv wordt evenwel niet beschouwd als een bestaande schuld. Voor de investeringen in onroerende goederen komt het Participatiefonds Vlaanderen nv enkel tussen voor het © Agentschap Ondernemen 2015
8
Subsidieleidraad voor uw sector
beroepsgedeelte van het onroerend goed voor eigen beroepsmatig gebruik. Het beroepsgedeelte van het onroerend goed moet in principe blijken uit een expertiseverslag. Participatiefonds Vlaanderen nv komt niet tussen voor vastgoed dat (gedeeltelijk) en al dan niet beroepsmatig zal worden verhuurd Met de Startlening kan eveneens de overname van een activiteit/handelsfonds, uitgebaat door een natuurlijke persoon of door een vennootschap, gefinancierd worden.Ook overname van de aandelen van een bestaande vennootschap komt in aanmerking voor financiering door een Startlening. In dat laatste geval dient de meerderheid van de aandelen overgenomen te worden en dient de overnemer tevens het dagelijkse beheer uit te oefenen, met uitsluiting van de overdrager(s).
Omvang steun Maximum bedrag Het maximumbedrag van de lening is gelijk aan het kleinste van volgende bedragen: ● ●
4 maal de inbreng in geld. Dat bedrag mag ook gedeeltelijk of volledig worden geleend; € 30.000.
In principe wordt er geen minimumbedrag vooropgesteld, doch er wordt vanuit gegaan dat aanvragen van minder dan € 5.000 best op een andere manier worden gefinancierd. Voorwaarden De duur van de lening bedraagt 5, 7 of 10 jaar. Voor een looptijd van 5 jaar bedraagt de intrestvoet 4,25% vast. Voor een looptijd van 7 of 10 jaar bedraagt de intrestvoet 4,5% vast.
De Startlening wordt terugbetaald door middel van constante maandelijkse aflossingen. Het eerste jaar dienen enkel intresten betaald te worden; het kapitaal wordt afgelost vanaf het 2e jaar. Deze vrijstellingsperiode voor aflossing in kapitaal van 12 maanden begint te lopen vanaf de eerste maand van effectieve opname.
Door het achtergesteld karakter van de door Participatiefonds Vlaanderen nv toegekende lening kunnen andere kredietverstrekkers deze lening beschouwen als een uitbreiding van het eigen vermogen, wat het bekomen van reguliere bankfinanciering in principe gemakkelijker zou moeten maken. Waarborgen Er wordt geen enkele waarborg gevraagd.
Wat bij stopzetting Indien de activiteit stopgezet wordt uiterlijk 5 jaar na de opstart ervan en indien dit buiten de wil van de ondernemer gebeurt, dan kan Participatiefonds Vlaanderen nv deze stopzetting als onvrijwillig beschouwen. Er wordt dan geen verdere terugbetaling van de Startlening gevraagd. De leningnemer moet het bewijs van gebrek aan leefbaarheid leveren uiterlijk drie maanden na de stopzetting.
Het recht op werkloosheidsuitkering blijft behouden bij stopzetting voor om het even welke reden binnen de 15 jaar volgend op de start van de zelfstandige activiteit.
Cumulatie De Startlening kan gecumuleerd worden met een Starteo of BA+, maar het bedrag van alle leningen samen mag niet hoger © Agentschap Ondernemen 2015
9
Subsidieleidraad voor uw sector
liggen dan € 250.000 (€350.000 bij overname van aandelen). Indien de Starteo of BA+ aangevraagd worden op naam van een vennootschap dient de tegenwaarde van de Startlening en de eigen inbreng onder de vorm van volstort kapitaal ingebracht te worden in de vennootschap.
Aanvraagprocedure Voor aanvragen en begeleiding bij de indiening van de Startlening kan men zich wenden tot de steunpunten voor startersbegeleiding, banken of kmo-organisatie
Contactinformatie Meer informatie kan u bekomen bij het Agentschap Ondernemen in uw provincie of rechtstreeks bij Participatiefonds Vlaanderen. Participatiefonds Vlaanderen Oude Graanmarkt 63 1000 Brussel T 02 229 53 10
[email protected] www.participatiefonds.be
© Agentschap Ondernemen 2015
10
Subsidieleidraad voor uw sector
Starteo Laatste revisiedatum: 07 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Starteo is een achtergestelde lening met voordelig rentetarief, bestemd voor starters of bestaande ondernemingen, die minder dan 4 jaar actief zijn in hoofdberoep, met een maximumbedrag van € 250.000 (€ 350.000 bij overname van aandelen). Deze lening wordt toegekend in combinatie met een investeringskrediet/leasingovereenkomst verstrekt door een kredietinstelling waarmee Participatiefonds Vlaanderen nv samenwerkt. Ingevolge de zesde staatshervorming werden de activiteiten van het Participatiefonds sinds 1 juli 2014 stopgezet. De bevoegdheden inzake toekennen van (achtergestelde) leningen werd overgedragen naar de gewesten. In het Vlaams Gewest worden deze activiteiten verdergezet door Participatiefonds Vlaanderen nv, die behoort tot de groep PMV.
Wie komt in aanmerking Starteo is bedoeld voor natuurlijke en/of vennootschappen, voor zover zij een kleine onderneming zijn en gevestigd zijn in het Vlaamse Gewest. Zij richt zich op zelfstandigen, zaakvoerders of bestuurders van een onderneming die hun activiteiten sinds minder dan 4 jaar in hoofdberoep uitoefenen. Indien de Starteo-lening aangevraagd wordt op naam van een vennootschap dan is de oprichtingsdatum bepalend, tenzij de vennootschap de voortzetting zou zijn van een activiteit die voordien door de aandeelhouders in eigen naam uitgeoefend werd. Iedere aanvrager van een lening bij het Participatiefonds Vlaanderen nv moet beantwoorden aan de Europese definitie van een kleine onderneming (ko): ● ● ●
minder dan 50 voltijdse equivalenten tewerkstellen; een jaaromzet of een balanstotaal van maximum € 10 miljoen realiseren; voldoen aan de regels van de partner en verbonden ondernemingen zoals omschreven in de aanbeveling van de Commissie van 6/5/03 voor deelnemingen vanaf 25%.
Een onderneming wordt niet meer als ko bestempeld indien ze gedurende twee opeenvolgende boekjaren niet meer beantwoordt aan het criterium van tewerkstelling, jaaromzet of balanstotaal. Indien het aantal voltijdse equivalenten evenwel 50 eenheden of meer bereikt, komt Participatiefonds Vlaanderen nv niet tussen, ook al zijn de andere criteria niet overschreden. Ingevolge Europese regelgeving (de-minimis) dient Participatiefonds Vlaanderen nv volgende doeleinden in het kader van leningsaanvragen uit te sluiten: ●
● ●
transportsector: leningen voor de financiering van rollend materieel bestemd voor vervoer van goederen voor rekening van derden (financiering van een autobus, ambulance, taxi is wel toegelaten); landbouwactiviteiten; financieringsaanvragen gericht op export (bv. verkoopkantoor in het buitenland).
Tradingactiviteiten komen niet in aanmerking voor financiering. Vzw's kunnen in aanmerking komen voor zover zij minstens de helft van hun inkomsten behalen uit normale economische activiteiten.
Wat komt in aanmerking De Starteo is bestemd voor de financiering van materiële, immateriële en financiële investeringen evenals voor de financiering van de behoefte aan bedrijfskapitaal die gepaard gaat met de start of uitbouw van de activiteit. Participatiefonds Vlaanderen nv financiert enkel nieuwe investeringen (ook vervangingsinvesteringen of investeringen in tweedehandsmateriaal) maar aanvaardt geen herfinanciering van verbintenissen die aangegaan werden bij andere kredietinstellingen, noch voor herfinanciering of betaling van andere reeds bestaande schulden, al dan niet achterstallig. Zo is bv. betaling van achterstallige schulden tegenover de rsz of btw-administratie steeds uitgesloten. Een openstaande schuld van minder dan 3 maanden oud op het moment van ontvangst van de aanvraag door Participatiefonds Vlaanderen nv wordt evenwel niet beschouwd als een bestaande schuld. Voor de investeringen in onroerende goederen komt het Participatiefonds Vlaanderen nv enkel tussen voor het beroepsgedeelte van het onroerend goed voor eigen beroepsmatig gebruik. Het beroepsgedeelte van het onroerend goed © Agentschap Ondernemen 2015
11
Subsidieleidraad voor uw sector
moet in principe blijken uit een expertiseverslag. Het Participatiefonds Vlaanderen nv komt niet tussen voor vastgoed dat (gedeeltelijk) en al dan niet beroepsmatig zal worden verhuurd. Met Starteo kan eveneens de overname van een activiteit/handelsfonds, uitgebaat door een natuurlijke persoon of door een vennootschap, gefinancierd worden. Ook overname van de aandelen van een bestaande vennootschap komt in aanmerking voor financiering door een Starteo. In dat laatste geval dient de meerderheid van de aandelen overgenomen worden en dient de overnemer tevens het dagelijkse beheer uit te oefenen, met uitsluiting van de overdrager(s).
Omvang steun Maximum bedrag Het maximumbedrag van de Starteo-lening is gelijk aan het kleinste van de volgende bedragen: ● ● ●
bedrag van het investeringskrediet of de leasing door de bank zelf verstrekt; 4 maal de eigen inbreng; € 250.000.
Voor de overname van ondernemingen via de aankoop van aandelen kan dit laatste plafond € 350.000 worden, beperkt tot: ● ●
bedrag van het investeringskrediet of de leasing door de bank zelf verstrekt; 35% van het overnamebedrag indien het bedrag van tussenkomst van Participatiefonds Vlaanderen nv € 250.000 overschrijdt.
De eigen inbreng van de aanvrager moet minstens 10% van de globale investering bedragen. Een Winwinlening kan in aanmerking komen als eigen inbreng, net zoals een achtergestelde lening, onder bepaalde voorwaarden. Hiervoor kan best contact opgenomen worden met Participatiefonds Vlaanderen nv zelf (
[email protected]). Het minimumbedrag van Starteo is vastgesteld op € 7.500. Voorwaarden De looptijd van de lening is minimaal 3 en maximaal 10 jaar, maar wordt mede bepaald door de aard van te financieren investering. De looptijd van het begeleidende bankkrediet mag niet korter zijn dan de Starteo-lening verminderd met twee jaar. De rentevoet toegepast door Participatiefonds Vlaanderen nv is gelijk aan de IRS-rentevoet (basisrentevoet op de markt voor investeringskredieten) voor de betrokken looptijd +0.53% met een minimum van 3%. De rentevoet wordt wekelijks vastgesteld. In het leningsvoorstel wordt een indicatieve rentevoet vermeld. Deze indicatieve rentevoet wordt hernomen in de leningsovereenkomst indien op het tijdstip van opmaak van deze overeenkomst de rentevoet, vastgesteld voor die week, hoger zou zijn dan de indicatieve rentevoet. Indien de rentevoet voor de betrokken week evenwel lager zou zijn dan de indicatieve rentevoet, dan wordt die lagere rentevoet toegepast in de leningsovereenkomst. Deze rentevoet is vast voor de volledige looptijd van de lening. Terugbetaling van het kapitaal geschiedt hetzij met een vast maandelijks bedrag in kapitaal (variabele maandelijkse aflossingen) hetzij met een progressief bedrag in kapitaal (constante maandelijkse aflossingen). Op vraag van de ondernemer kan eveneens een vrijstelling in kapitaalsaflossing gedurende 1 of 2 jaar worden toegestaan. Bij een vrijstellingsperiode van 2 jaar wordt de rentevoet met 0,25% verhoogd. De vrijstellingsperiode begint te lopen vanaf de eerste maand van effectieve opname. Door het achtergesteld karakter van de door Participatiefonds Vlaanderen nv toegekende lening kunnen andere kredietverstrekkers deze lening beschouwen als een uitbreiding van het eigen vermogen, wat het bekomen van reguliere bankfinanciering in principe gemakkelijker zou moeten maken.
Waarborgen Participatiefonds Vlaanderen nv stelt zich soepel inzake bewaarborging van Starteo-leningen. Dit aspect wordt project per project geëvalueerd, zoals gebruikelijk is in de financiële sector. De te vragen waarborgen © Agentschap Ondernemen 2015
12
Subsidieleidraad voor uw sector
worden bepaald in functie van het kredietrisico en slaan enkel op de elementen die betrekking hebben op het project. Indien er waarborgen worden gevraagd, dan wordt erop gelet dat de kosten ervan voor de klant zo beperkt mogelijk worden gehouden (bijvoorbeeld: een hypothecair mandaat in plaats van een hypothecaire inschrijving). Solidaire borgstelling wordt beperkt tot de borgstelling van de actieve vennoten.
Cumulatie De Starteo-lening kan gecumuleerd worden met een Startlening of met een BA+-lening. Het bedrag van beide leningen samen mag niet hoger zijn dan € 250.000 (€350 000 bij overname van aandelen).
Aanvraagprocedure Aanvragen voor de Starteo worden ingediend via een van de kredietinstellingen waarmee Participatiefonds Vlaanderen nv een samenwerkingsovereenkomst afgesloten heeft en nadat de kredietinstelling een positieve (eventueel voorwaardelijke) beslissing genomen heeft omtrent het door haar toe te kennen investeringskrediet of leasingbedrag: ABK, Bank J.Van Breda & Co, BKCP, Delta Lloyd Bank, Belfius, BNP Paribas Fortis, ING, KBC Bank, KBC Lease, Crelan, Triodos Bank.
Contactinformatie Meer informatie kan u bekomen bij het Agentschap Ondernemen in uw provincie of rechtstreeks bij Participatiefonds Vlaanderen nv. Participatiefonds Vlaanderen Oude Graanmarkt 63 1000 Brussel T 02 229 53 10
[email protected] www.participatiefonds.be
© Agentschap Ondernemen 2015
13
Subsidieleidraad voor uw sector
Optimeo Laatste revisiedatum: 09 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Optimeo is een achtergestelde lening met voordelig rentetarief, bestemd voor zelfstandigen in hoofdberoep en ondernemingen die reeds meer dan 4 jaar actief zijn en gevestigd in het Vlaamse Gewest. Het bedrag is maximum €250.000 (maximum € 350.000 bij overname van aandelen) in combinatie met een hoofdlening/leasingovereenkomst van een kredietinstelling waarmee Participatiefonds Vlaanderen nv samenwerkt. Ingevolge de zesde staatshervorming werden de activiteiten van het Participatiefonds vanaf 1 juli 2014 stopgezet. De bevoegdheden inzake de toekenning van (achtergestelde) leningen werd overgedragen naar de gewesten. In het Vlaams Gewest worden deze activiteiten verdergezet door Participatiefonds Vlaanderen nv, behorend tot de groep van PMV.
Wie komt in aanmerking Optimeo is bedoeld voor bestaande ondernemingen (in hoofdberoep) voor zover zij beantwoorden aan het ko-criterium en gevestigd zijn in het Vlaamse Gewest. Optimeo helpt de uitbreiding van een zaak of onderneming te financieren. Iedere aanvrager van een lening bij het Participatiefonds Vlaanderen nv moet beantwoorden aan de Europese definitie van een kleine onderneming (ko): ● ● ●
minder dan 50 voltijds equivalenten tewerkstellen; een jaaromzet of een balanstotaal van maximum € 10 miljoen realiseren; voldoen aan de regels van de partner en verbonden ondernemingen zoals omschreven in de aanbeveling van de Commissie van 6/5/03 voor deelnemingen vanaf 25%.
Een onderneming wordt niet meer als ko bestempeld indien ze gedurende twee opeenvolgende boekjaren niet meer beantwoordt aan het criterium van tewerkstelling, jaaromzet of balanstotaal.Indien het aantal voltijdse equivalenten evenwel 50 eenheden of meer bereikt, komt Participatiefonds Vlaanderen nv niet tussen, ook al zijn de andere criteria niet overschreden. Ingevolge Europese regelgeving (de minimis) dient Participatiefonds Vlaanderen nv volgende doeleinden in het kader van leningsaanvragen uit te sluiten: ●
● ●
transportsector: leningen voor de financiering van rollend materieel bestemd voor vervoer van goederen voor rekening van derden (financiering van een autobus, ambulance, taxi is wel toegelaten); landbouwactiviteiten; financieringsaanvragen gericht op export (b.v. verkoopkantoor in het buitenland).
Tradingactiviteiten komen niet in aanmerking voor financiering door Participatiefonds Vlaanderen nv. Vzw's kunnen in aanmerking komen voor zover zij minstens de helft van hun inkomsten behalen uit normale economische activiteiten.
Wat komt in aanmerking Optimeo is bestemd voor de financiering van materiële, immateriële en financiële investeringen evenals voor de financiering van de behoefte aan bedrijfskapitaal die gepaard gaat met de start of uitbouw van de activiteit. Participatiefonds Vlaanderen nv financiert enkel nieuwe investeringen (ook vervangingsinvesteringen, investeringen in tweedehandsmateriaal) maar aanvaardt geen vragen voor herfinanciering van verbintenissen die aangegaan werden bij andere kredietinstellingen, noch voor herfinanciering of betaling van andere reeds bestaande schulden, al dan niet achterstallig. Zo is bv. betaling van achterstallige schulden tegenover de rsz of btw-administratie uitgesloten. Een openstaande schuld van minder dan 3 maanden oud op het moment van ontvangst van de aanvraag door Participatiefonds Vlaanderen nv wordt evenwel niet beschouwd als een bestaande schuld. Voor de investeringen in onroerende goederen komt het Fonds enkel tussen voor het beroepsgedeelte van het onroerend goed voor eigen beroepsmatig gebruik. Het beroepsgedeelte van het onroerend goed moet in principe blijken uit een expertiseverslag. Participatiefonds Vlaanderen nv komt niet tussen voor vastgoed dat (gedeeltelijk) en al dan niet beroepsmatig zal worden verhuurd.
© Agentschap Ondernemen 2015
14
Subsidieleidraad voor uw sector
Met Optimeo kan eveneens de overname van een activiteit/handelsfonds, uitgebaat door een natuurlijke persoon of door een vennootschap, gefinancierd worden. Ook overname van de aandelen van een bestaande vennootschap komt in aanmerking voor Optimeo. In dat laatste geval dient de meerderheid van de aandelen overgenomen te worden en dient de overnemer tevens het dagelijkse beheer uit te oefenen, met uitsluiting van de overdrager(s).
Omvang steun Maximum bedrag Het maximumbedrag van de Optimeo-lening is gelijk aan het kleinste van de volgende bedragen: ● ● ●
bedrag van het investeringskrediet of de leasing door de bank zelf verstrekt; 3 maal de eigen inbreng; € 250.000.
Voor de overname van ondernemingen via de aankoop van aandelen kan dit laatste plafond € 350.000 worden, beperkt tot: ● ●
bedrag van het investeringskrediet of de leasing door de bank zelf verstrekt; 35% van het overnamebedrag indien het bedrag van tussenkomst van Participatiefonds Vlaanderen nv € 250.000 overschrijdt.
De eigen inbreng van de aanvrager minstens 10% van de globale investering bedragen. Een Winwinlening kan in aanmerking komen als eigen inbreng, net zoals een achtergestelde lening, onder bepaalde voorwaarden. Hiervoor kan best contact opgenomen worden met Participatiefonds Vlaanderen nv zelf (
[email protected]). Het minimumbedrag van de Optimeo is vastgesteld op € 7.500. Voorwaarden De looptijd van de lening is minimaal 3 en maximaal 10 jaar, maar wordt mede bepaald door de aard van de te financieren investering. De looptijd van het begeleidende bankkrediet mag niet korter zijn dan de Optimeo-lening verminderd met twee jaar. De rentevoet toegepast door Participatiefonds Vlaanderen nv is gelijk aan de IRS-rentevoet voor de betrokken looptijd +0.53% met een minimum van 3%. De rentevoet wordt wekelijks vastgesteld. In het leningsvoorstel wordt een indicatieve rentevoet vermeld. Deze indicatieve rentevoet wordt hernomen in de leasingovereenkomst indien op het tijdstip van opmaak van deze overeenkomst de rentevoet, vastgesteld voor die week, hoger zou zijn dan de indicatieve rentevoet. Indien de rentevoet voor de betrokken week evenwel lager zou zijn dan de indicatieve rentevoet, dan wordt die lagere rentevoet toegepast in de leningsovereenkomst. Deze rentevoet is vast voor de volledige looptijd van de lening. Terugbetaling van het kapitaal geschiedt hetzij met een vast maandelijks bedrag in kapitaal (variabele maandelijkse aflossingen) hetzij met een progressief bedrag in kapitaal (constante maandelijkse aflossingen). Op vraag van de ondernemer kan eveneens een vrijstelling in kapitaalsaflossing gedurende 1 of 2 jaar worden toegestaan. Bij een vrijstellingsperiode van 2 jaar wordt de rentevoet met 0,25% verhoogd. De vrijstellingsperiode begint te lopen vanaf de eerste maand van effectieve opname. Door het achtergesteld karakter van de door Participatiefonds Vlaanderen nv toegekende lening kunnen andere kredietverstrekkers deze lening beschouwen als een uitbreiding van het eigen vermogen, wat het bekomen van reguliere bankfinanciering in principe gemakkelijker zou moeten maken.
Waarborgen Participatiefonds Vlaanderen nv stelt zich soepel op inzake bewaarborging van Optimeo-leningen. Dit aspect wordt project per project geëvalueerd, zoals gebruikelijk is in de financiële sector. De te vragen waarborgen worden bepaald in functie van het kredietrisico en slaan enkel op de elementen die betrekking hebben op het project. Indien er waarborgen worden gevraagd, dan wordt erop gelet dat de kosten ervan voor de klant zo beperkt mogelijk worden gehouden (bijvoorbeeld: een hypothecair mandaat in plaats van een hypothecaire inschrijving). Solidaire borgstelling wordt beperkt tot de borgstelling van de actieve vennoten.
© Agentschap Ondernemen 2015
15
Subsidieleidraad voor uw sector
Aanvraagprocedure Aanvragen voor de Optimeo worden ingediend via een van de kredietinstellingen waarmee Participatiefonds Vlaanderen nv een samenwerkingsovereenkomst heeft afgesloten en nadat de kredietinstelling een positieve (eventueel voorwaardelijke) beslissing genomen heeft omtrent het door haar toe te kennen investeringskrediet of leasingbedrag: ABK, Bank J.Van Breda & Co, BKCP, Delta Lloyd Bank, Belfius, BNP Paribas Fortis, ING, KBC Bank, KBC Lease, Crelan, Triodos Bank.
Contactinformatie Meer informatie kan u bekomen bij het Agentschap Ondernemen in uw provincie of rechtstreeks bij Participatiefonds Vlaanderen nv. Participatiefonds Vlaanderen Oude Graanmarkt 63 1000 Brussel T 02 229 53 10
[email protected] www.participatiefonds.be
© Agentschap Ondernemen 2015
16
Subsidieleidraad voor uw sector
Impulskrediet START Laatste revisiedatum: 01 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Het Impulskrediet START is een lening van Hefboom met een rentevoet van 6% van maximaal € 5.000 voor starters die de eigen inbreng van de Startlening bij het Participatiefonds Vlaanderen willen ontlenen. Indien er geen begeleiding is door een erkend steunpunt van het Participatiefonds, wordt er gedurende 2 jaar gratis begeleiding voorzien door vrijwillige coaches van Hefboom. Hefboom is een cvba die financiering en advies geeft aan projecten die werk maken van een sociale en duurzame samenleving. Tot deze ruimere socialprofitsector behoren o.a. personen die een zelfstandige activiteit willen ontplooien om hun sociale positie te verbeteren, maar die geen toegang hebben tot bankkrediet. Het Impulskrediet START wordt financieel ondersteund door het Agentschap Ondernemen en PMV.
Wie komt in aanmerking Deze lening van Hefboom richt zich op mensen die geen toegang hebben tot bankkrediet, en die in aanmerking komen voor een Startlening bij het Participatiefonds Vlaanderen (o.a. werkzoekende zijn). Vzw’s komen niet in aanmerking. Alle activiteiten die niet stroken met de waarden van Hefboom worden uitgesloten van deze maatregel.
Wat komt in aanmerking Het Impulskrediet START is bestemd voor de financiering van materiële, immateriële en financiële investeringen. Het Impulskrediet START kan niet aangewend worden voor de herfinanciering van verbintenissen die aangegaan werden bij andere kredietinstellingen. Het overnemen van uitstaande bedragen of het herstructureren ervan, komen dus niet in aanmerking, evenals de herfinanciering of betaling van andere reeds bestaande, al dan niet achterstallige, schulden. Met het Impulskrediet START kan eveneens de overname van een activiteit gefinancierd worden.
Wat zijn de financieringsvoorwaarden De duur van de lening bedraagt 3 jaar. Het Impulskrediet START wordt terugbetaald door middel van constante maandelijkse aflossingen. Gedurende het eerste jaar wordt al 50% van het Impulskrediet START terugbetaald, want bij de Starlening is er in het eerste jaar vrijstelling van kapitaalaflossing en worden er enkel interesten betaald. De volgende twee jaren, wordt de andere 50% van het Impulskrediet START afgelost. Na ondertekening van het contract kan het krediet gedurende 3 maanden worden opgenomen. Op alle dossiers worden solidariteitskosten aangerekend. Totaal geleend bedrag
Solidariteitskost
€ 0-2.500
€ 100
€ 2.501-5.000
€ 200
Een persoonlijke borg (iemand, buiten de directe familiekring van de aanvrager, die borg staat voor de terugbetaling van (een deel) van de lening) kan het aanvraagdossier wel versterken.
Aanvraagprocedure Vul het contactformulier in op www.impulskrediet.be of contacteer Impulskrediet via
[email protected] of 02/205 17 20. Men gaat na of u, uw activiteit en uw investering in aanmerking komt voor een krediet. Als uw aanvraag ontvankelijk lijkt, © Agentschap Ondernemen 2015
17
Subsidieleidraad voor uw sector
stuurt Hefboom u een aanvraagformulier Impulskrediet START op. Dit aanvraagformulier vult het dossier van de Startlening aan. Dit aanvraagformulier moet u vervolgens zo volledig mogelijk invullen en samen met uw volledige dossier van de Startlening bezorgen aan Hefboom. Enkel dan kan Hefboom uw leningsaanvraag verder bestuderen. Meer informatie over de aanvraagprocedure kan u terugvinden op de website www.impulskrediet.be.
Contactinformatie Hefboom Vooruitgangstraat 333/5 1030 Brussel T 02 205 17 20 F 02 205 17 39
[email protected] www.impulskrediet.be
© Agentschap Ondernemen 2015
18
Subsidieleidraad voor uw sector
Impulskrediet PART Laatste revisiedatum: 01 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Het Impulskrediet PART is een lening van Hefboom met een rentevoet van 6% van maximaal € 7.500 voor personen die zelfstandige in bijberoep willen worden of zijn. Er wordt gedurende 2 jaar gratis begeleiding voorzien door vrijwillige coaches met een ruime ervaring. Hefboom is een cvba die financiering en advies geeft aan projecten die werk maken van een sociale en duurzame samenleving. Tot deze ruimere socialprofitsector behoren o.a. personen die een zelfstandige activiteit willen ontplooien om hun sociale positie te verbeteren, maar die geen toegang hebben tot bankkrediet. Het Impulskrediet PART wordt financieel ondersteund door het Agentschap Ondernemen en PMV.
Wie komt in aanmerking Deze lening van Hefboom richt zich op mensen die geen toegang hebben tot bankkrediet, die al dan niet al met hun zaak gestart zijn, met of zonder eigen inbreng. Vzw’s komen niet in aanmerking. Alle activiteiten die niet stroken met de waarden van Hefboom worden uitgesloten van deze maatregel.
Wat komt in aanmerking Het Impulskrediet PART is bestemd voor de financiering van materiële, immateriële en financiële investeringen. Het Impulskrediet PART kan niet aangewend worden voor de herfinanciering van verbintenissen die aangegaan werden bij andere kredietinstellingen. Het overnemen van uitstaande bedragen of het herstructureren ervan, komen dus niet in aanmerking, evenals de herfinanciering of betaling van andere reeds bestaande, al dan niet achterstallige, schulden. Met het Impulskrediet PART kan eveneens de overname van een activiteit gefinancierd worden.
Wat zijn de financieringsvoorwaarden De duur van de lening bedraagt 4 jaar. Het Impulskrediet PART wordt terugbetaald door middel van constante maandelijkse aflossingen. Na ondertekening van het contract kan het krediet gedurende 3 maanden worden opgenomen. Na deze opnameperiode is er een vrijstellingsperiode van 3 maanden waarin enkel interesten en nog geen kapitaal moet worden afgelost. Deze vrijstellingsperiode begint te lopen vanaf de eerste maand van effectieve opname. Op alle dossiers worden solidariteitskosten aangerekend. Deze kosten kunnen evenwel deel uitmaken van het bedrag dat ontleend wordt (tot max. € 7.500). Totaal geleend bedrag
Solidariteitskost
€ 1-2.500
€ 100
€ 2.501-5.000
€ 200
€ 5.001-7.500
€ 300
Een persoonlijke borg (iemand, buiten de directe familiekring van de aanvrager, die borg staat voor de terugbetaling van (een deel) van de lening) kan het aanvraagdossier wel versterken.
Aanvraagprocedure Vul het contactformulier in op www.impulskrediet.be of contacteer Impulskrediet via
[email protected] of 02/205 17 20. Men gaat na of u, uw activiteit en uw investering in aanmerking komt voor een krediet en stuurt een aanvraagformulier op. © Agentschap Ondernemen 2015
19
Subsidieleidraad voor uw sector
Meer informatie over de aanvraagprocedure kan u terugvinden op de website www.impulskrediet.be.
Contactinformatie Hefboom Vooruitgangstraat 333/5 1030 Brussel T 02 205 17 20 F 02 205 17 39
[email protected] www.impulskrediet.be
© Agentschap Ondernemen 2015
20
Subsidieleidraad voor uw sector
Impulskrediet GO Laatste revisiedatum: 01 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Het Impulskrediet GO is een lening van Hefboom met een rentevoet van 6% van maximaal € 20.000 voor personen die zelfstandige in hoofdberoep willen worden of zijn. Er wordt gedurende 2 jaar gratis begeleiding voorzien door vrijwillige coaches met een ruime ervaring. Hefboom is een cvba die financiering en advies geeft aan projecten die werk maken van een sociale en duurzame samenleving. Tot deze ruimere socialprofitsector behoren o.a. personen die een zelfstandige activiteit willen ontplooien om hun sociale positie te verbeteren, maar die geen toegang hebben tot bankkrediet. Het Impulskrediet GO wordt financieel ondersteund door het Agentschap Ondernemen en PMV.
Wie komt in aanmerking Deze lening van Hefboom richt zich op mensen die geen toegang hebben tot bankkrediet, die al dan niet al met hun zaak gestart zijn, met of zonder eigen inbreng. Vzw’s komen niet in aanmerking. Alle activiteiten die niet stroken met de waarden van Hefboom worden uitgesloten van deze maatregel.
Wat komt in aanmerking Het Impulskrediet GO is bestemd voor de financiering van materiële, immateriële en financiële investeringen. Het Impulskrediet GO kan niet aangewend worden voor de herfinanciering van verbintenissen die aangegaan werden bij andere kredietinstellingen. Het overnemen van uitstaande bedragen of het herstructureren ervan, komen dus niet in aanmerking, evenals de herfinanciering of betaling van andere reeds bestaande, al dan niet achterstallige, schulden. Met het Impulskrediet GO kan eveneens de overname van een activiteit gefinancierd worden.
Wat zijn de financieringsvoorwaarden De duur van de lening bedraagt 4 jaar. Het Impulskrediet GO wordt terugbetaald door middel van constante maandelijkse aflossingen. Na ondertekening van het contract kan het krediet gedurende 3 maanden worden opgenomen. Na deze opnameperiode is er een vrijstellingsperiode van 3 maanden waarin enkel interesten en nog geen kapitaal moet worden afgelost. Deze vrijstellingsperiode begint te lopen vanaf de eerste maand van effectieve opname. Op alle dossiers worden solidariteitskosten aangerekend. Deze kosten kunnen evenwel deel uitmaken van het bedrag dat ontleend wordt (tot max. € 20.000). Totaal geleend bedrag
Solidariteitskost
€ 0-2.500
€ 100
€ 2.501-5.000
€ 200
€ 5.001-10.000
€ 300
€ 10.001-15.000
€ 450
€ 15.001-20.000
€ 600
Een persoonlijke borg (iemand, buiten de directe familiekring van de aanvrager, die borg staat voor de terugbetaling van (een deel) van de lening) kan het aanvraagdossier wel versterken.
© Agentschap Ondernemen 2015
21
Subsidieleidraad voor uw sector
Aanvraagprocedure Vul het contactformulier in op www.impulskrediet.be of contacteer Impulskrediet via
[email protected] of 02/205 17 20. Men gaat na of u, uw activiteit en uw investering in aanmerking komt voor een krediet en stuurt een aanvraagformulier op. Meer informatie over de aanvraagprocedure kan u terugvinden op de website www.impulskrediet.be.
Contactinformatie Hefboom Vooruitgangstraat 333/5 1030 Brussel T 02 205 17 20 F 02 205 17 39
[email protected] www.impulskrediet.be
© Agentschap Ondernemen 2015
22
Subsidieleidraad voor uw sector
Kmo-portefeuille - Opleiding Laatste revisiedatum: 03 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in De Kmo-portefeuille is een laagdrempelige en interactieve webtoepassing waarlangs kmo’s jaarlijks tot € 40.000 subsidie kunnen bekomen voor ondersteuning in hun processen van ondernemen, innoveren en internationaliseren. De steun kan verkregen worden bij de aankoop van ondernemerschapsbevorderende diensten die verleend worden door erkende dienstverleners. De in aanmerking komende diensten worden ondergebracht in zes pijlers: opleiding, advies, technologieverkenning, advies voor internationaal ondernemen, strategisch advies en coaching.
Wie komt in aanmerking De Kmo-portefeuille richt zich tot beoefenaars van vrije beroepen, kleine en middelgrote ondernemingen met een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest, op voorwaarde dat zij cumulatief aan volgende voorwaarden voldoen: Criteria
ko
mo
Tewerkstelling
minder dan 50
minder dan 250
ofwel -jaaromzet -balanstotaal
maximum € 10 miljoen maximum € 10 miljoen
maximum € 50 miljoen maximum € 43 miljoen
*Om de jaaromzet, het balanstotaal en tewerkstelling van de steunaanvragende onderneming te berekenen worden de cijfers van de onderneming samengeteld met de cijfers van alle partner- en verbonden ondernemingen, conform de Europese kmo-definitie. Enkel ondernemingen die een aanvaardbare hoofdactiviteit uitoefenen kunnen steun aanvragen. Een lijst van de Nacecodes van deze sectoren kan u raadplegen op de website www.kmo-portefeuille.be. Vzw's komen niet in aanmerking voor de subsidies van de kmo-portefeuille.
Wat komt in aanmerking Met de kmo-portefeuille kan de kostprijs van opleidingen gevolgd door de werkende van een onderneming gesubsidieerd worden. Elke opleiding moet bijdragen tot het verbeteren van het huidige of het toekomstige bedrijfsfunctioneren. Bij afstandsleren of e-learningformules kan niet worden nagegaan hoeveel uur de opleiding bedraagt. Opleiding waarbij zodus uitsluitend op eigen tempo wordt gestudeerd en waarbij geen rechtstreekse supervisie of interactie met een docent mogelijk is, worden niet gesubsidieerd. Voor elke opleiding moet een gepersonaliseerd vormingsattest worden uitgereikt en moet de opleidingsverstrekker een aanwezigheidslijst bijhouden. Voorbeelden: informaticacursus, taaltraining, managementtraining, vorming sociale- en communicatievaardigheden,…
Omvang steun De subsidie wordt berekend als een percentage van de in aanmerking komende kosten van de ondernemerschapsbevorderende diensten. In volgende tabel worden de verschillende steunpercentages en steunplafonds weergegeven: Opleiding
Advies
Advies Internationaal ondernemen
Technologie verkenning
Strategisch advies
Coaching
Steun %
50%
50%
50%
75%
50% en 75%
50%
Steunplafond per pijler
€ 2.500
€ 2.500
€ 5.000
€ 10.000
€ 25.000
€ 10.000
Max. per periode Periode
€ 15.000
€ 25.000 1 kalenderjaar
© Agentschap Ondernemen 2015
23
Subsidieleidraad voor uw sector
Toelichting bij de tabel voor de pijler opleiding: ● ● ● ●
●
50% van de kostprijs kan betoelaagd worden tot een maximum van € 2.500 per kalenderjaar; het aanvaardbare projectbedrag dient minimum € 100 te bedragen; Het maximaal subsidiabel uurtarief bedraagt € 90 (excl. btw); Het maximum betoelaagbare bedrag bedraagt € 15.000 per kalenderjaar voor het geheel van de vier volgende pijlers: opleiding, advies, technologieverkenning en advies internationaal ondernemen; Het betreft een jaarlijkse cyclus met een extra betaaljaar om de lopende projecten af te werken;
Enkel de kost van de opleiding wordt gesubsidieerd. Cursusmateriaal en cateringkosten worden net zoals btw niet gesubsidieerd met de kmo-portefeuille. Deze kosten moeten afzonderlijk aan de dienstverlener betaald worden. Inschrijvingsgeld voor een examen komt enkel in aanmerking voor subsidiëring indien deze kosten samen met de kost van de opleiding worden ingediend.
Aanvraagprocedure Vooraleer u een subsidie kunt aanvragen moet u zich als gemachtigde van de onderneming registreren op de website aan de hand van uw federaal token of uw e-id (elektronische identiteitskaart). Een federaal token is een kaartje (met de afmetingen van een bankkaart) met codes die het mogelijk maakt u te identificeren en kan u aanvragen via de federale overheid. Voor het gebruik van de elektronische identiteitskaart heeft u een kaartlezer nodig. Vervolgens dient u uw onderneming te registreren. Vanaf 1 april 2014 zal een erkende dienstverlener niet langer kunnen optreden als gemachtigde van een onderneming waaraan de dienstverlener gesubsidieerde diensten verleent, zelfs indien de dienstverlener beschikt over een schriftelijke volmacht. Ondernemingen die in het verleden een erkende dienstverlener volmacht hebben gegeven en hebben aangesteld als gemachtigde van hun onderneming moeten bijgevolg een andere gemachtigde gebruiker aanstellen. Welke stappen u moet ondernemen om een nieuwe gemachtigde aan te stellen kunt u terugvinden in de demo gebruikersbeheer. Vooraleer u uw aanvraag indient moet u al een overeenkomst afgesloten hebben met een erkende dienstverlener. Best vraagt u dan zo snel mogelijk de subsidie aan. Dit moet gebeuren binnen de 14 kalenderdagen na aanvang van de prestaties. De eigenlijke aanvraagprocedure verloopt via de instructies vermeld op de website. Hieronder staat vermeld welke stappen doorlopen moeten worden.
© Agentschap Ondernemen 2015
24
Subsidieleidraad voor uw sector
Contactinformatie Voor informatie kunt u terecht bij: Agentschap Ondernemen Afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid Dienst kmo-portefeuille Koning Albert II - laan 35 bus 12 1030 Brussel T 1700 F 02 553 37 88
[email protected] www.kmo-portefeuille.be
© Agentschap Ondernemen 2015
25
Subsidieleidraad voor uw sector
Kmo-portefeuille - Advies Laatste revisiedatum: 03 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in De Kmo-portefeuille is een laagdrempelige en interactieve webtoepassing waarlangs kmo’s jaarlijks tot € 40.000 subsidie kunnen bekomen voor ondersteuning in hun processen van ondernemen, innoveren en internationaliseren. De steun kan verkregen worden bij de aankoop van ondernemerschapsbevorderende diensten die verleend worden door erkende dienstverleners. De in aanmerking komende diensten worden ondergebracht in zes pijlers: opleiding, advies, technologieverkenning, advies voor internationaal ondernemen, strategisch advies en coaching.
Wie komt in aanmerking De Kmo-portefeuille richt zich tot beoefenaars van vrije beroepen, kleine en middelgrote ondernemingen met een exploitatiezetel in het Vlaamse Gewest, op voorwaarde dat zij cumulatief aan volgende voorwaarden voldoen: Criteria
ko
mo
Tewerkstelling
minder dan 50
minder dan 250
ofwel -jaaromzet -balanstotaal
maximum € 10 miljoen maximum € 10 miljoen
maximum € 50 miljoen maximum € 43 miljoen
*Om de jaaromzet, het balanstotaal en tewerkstelling van de steunaanvragende onderneming te berekenen worden de cijfers van de onderneming samengeteld met de cijfers van alle partner- en verbonden ondernemingen, conform de Europese kmo-definitie. Enkel ondernemingen die een aanvaardbare hoofdactiviteit uitoefenen kunnen steun aanvragen. Een lijst van de Nacecodes van deze sectoren kan u raadplegen op de website www.kmo-portefeuille.be. Vzw's komen niet in aanmerking voor de subsidies van de kmo-portefeuille.
Wat komt in aanmerking Schriftelijke, specifieke, waardevolle raadgevingen en aanbevelingen, verleend door een erkende dienstverlener, die bestaan uit het in kaart brengen en onderzoeken van problemen (een analyse van de probleemstelling), een eigenlijk advies (oplossingen en waardevolle raadgevingen) een implementatieplan en de begeleiding bij de implementatie en die uitsluitend of hoofdzakelijk gericht zijn op het verbeteren van het huidige of het toekomstige bedrijfsfunctioneren van de onderneming. Het advies draagt bij tot de versterking, groei of transformatie van de onderneming in Vlaanderen. Het implementatieplan staat voor een soort conceptueel draaiboek voor wanneer het advies zou uitgevoerd worden. Het is niet de werkelijke realisatie of uitvoering van het advies zoals het indienen en opmaken van vergunningen of het opmaken van contracten/overeenkomsten. Wettelijk verplichte adviezen (alle adviezen geregeld binnen een wettelijk kader bv. inzake milieu, energie, kwaliteit), adviezen in verband met kwaliteits-, veiligheids- en milieusystemen met het oog op het behalen van een kwaliteitscertificaat of label, adviezen van permanente of periodieke aard (diensten zoals routinematig belastingsadvies, regelmatige dienstverlening op juridisch gebied, routinematig advies inzake selectie-, aanwervings- of personeelsbeleid of reclame), het opmaken van een ondernemingsplan voor een startende onderneming en adviezen die tot de gewone bedrijfsuitgaven horen (bv. site-onderzoek inzake bodemsanering en bodembescherming) zijn uitgesloten van steun. Ook diensten met betrekking tot subsidies komen niet in aanmerking. Een advies is dus steeds schriftelijk, gepersonaliseerd en op maat van de onderneming. De implementatie zelf komen nooit in aanmerking voor de kmo-portefeuille. Voorbeelden: marketingstudie en het bijhorende advies, communicatieplan, investeringsanalyse, marktstudie en bijhorend advies,…
© Agentschap Ondernemen 2015
26
Subsidieleidraad voor uw sector
Omvang steun De subsidie wordt berekend als een percentage van de in aanmerking komende kosten van de ondernemerschapsbevorderende diensten. In volgende tabel worden de verschillende steunpercentages en steunplafonds weergegeven: Opleiding
Advies
Advies Internationaal ondernemen
Technologie verkenning
Strategisch advies
Coaching
Steun %
50%
50%
50%
75%
50% en 75%
50%
Steunplafond per pijler
€ 2.500
€ 2.500
€ 5.000
€ 10.000
€ 25.000
€ 10.000
Max. per periode Periode
€ 15.000
€ 25.000 1 kalenderjaar
Toelichting bij de tabel voor de pijler advies: ● ● ● ● ●
●
50% van de kostprijs kan betoelaagd worden tot een maximum van € 2.500 per kalenderjaar; Het aanvaardbare projectbedrag dient minimum € 500 te bedragen; Het maximaal subsidiabel uurtarief bedraagt € 90 (excl. btw); Het betreft een jaarlijkse cyclus met een extra betaaljaar om de lopende projecten af te werken; Het maximum betoelaagbare bedrag bedraagt € 15.000 per kalenderjaar voor het geheel van de vier volgende pijlers: opleiding, advies, technologieverkenning en advies internationaal ondernemen; Bij de berekening worden volgende kosten aanvaard: de kosten voor het advies, exclusief btw en exclusief de bedragen van de voorschotfacturen, die gefactureerd worden door een dienstverlener erkend in de pijler advies. Enkel facturen waartegenover geleverde prestaties staan kunnen betaald worden met de kmo-portefeuille.
Aanvraagprocedure Vooraleer u een subsidie kunt aanvragen moet u zich als gemachtigde van de onderneming registreren op de website aan de hand van uw federaal token of uw e-id (elektronische identiteitskaart). Een federaal token is een kaartje (met de afmetingen van een bankkaart) met codes die het mogelijk maakt u te identificeren en kan u aanvragen via de federale overheid. Voor het gebruik van de elektronische identiteitskaart heeft u een kaartlezer nodig. Vervolgens dient u uw onderneming te registreren. Vanaf 1 april 2014 zal een erkende dienstverlener niet langer kunnen optreden als gemachtigde van een onderneming waaraan de dienstverlener gesubsidieerde diensten verleent, zelfs indien de dienstverlener beschikt over een schriftelijke volmacht. Ondernemingen die in het verleden een erkende dienstverlener volmacht hebben gegeven en hebben aangesteld als gemachtigde van hun onderneming moeten bijgevolg een andere gemachtigde gebruiker aanstellen. Welke stappen u moet ondernemen om een nieuwe gemachtigde aan te stellen kunt u terugvinden in de demo gebruikersbeheer. Vooraleer u uw aanvraag indient moet u al een overeenkomst afgesloten hebben met een erkende dienstverlener. Best vraagt u dan zo snel mogelijk de subsidie aan. Dit moet gebeuren binnen de 14 kalenderdagen na aanvang van de prestaties. De eigenlijke aanvraagprocedure verloopt via de instructies vermeld op de website. Hieronder staat vermeld welke stappen doorlopen moeten worden.
© Agentschap Ondernemen 2015
27
Subsidieleidraad voor uw sector
Contactinformatie Voor informatie kunt u terecht bij: Agentschap Ondernemen Afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid Dienst kmo-portefeuille Koning Albert II - laan 35 bus 12 1030 Brussel T 1700 F 02 553 37 88
[email protected] www.kmo-portefeuille.be
© Agentschap Ondernemen 2015
28
Subsidieleidraad voor uw sector
Individuele beroepsopleiding in de onderneming (IBO) Laatste revisiedatum: 03 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Ondernemingen, vzw’s, en administratieve overheden (niet de wetgevende of rechterlijke macht) die geen geschikte arbeidskrachten vinden, kunnen via bemiddeling van de VDAB tegen gunstige voorwaarden een werkzoekende zelf opleiden binnen de onderneming. Afhankelijk van de te ontwikkelen competenties duurt de opleiding één tot zes maanden. Indien de opleiding succesvol is, krijgt de cursist een contract van onbepaalde duur. Vanaf 1 oktober 2013 kunnen ondernemingen echter ook een IBO-contract aanvragen dat gevolgd wordt door een contract van bepaalde duur. De VDAB houdt rekening met het gangbare aanwervingsbeleid van het bedrijf of de sector bij de goedkeuring van deze IBO's. Op deze manier kunnen meer bedrijven en sectoren in het IBO-systeem stappen.
Wie komt in aanmerking Elke bij de VDAB ingeschreven niet-werkende werkzoekende gedomicilieerd in België komt in aanmerking voor een IBO, ook werkzoekenden die geen uitkering ontvangen.
Omvang steun De IBO wordt vastgelegd in een opleidingscontract dat ondertekend wordt door de 3 partijen: de cursist, het bedrijf en de VDAB. Voor IBO-interim tekent ook het uitzendkantoor de overeenkomst. Bij deze overeenkomst hoort een opleidingsplan dat duidelijk aangeeft welke competenties tijdens de IBO zullen worden ontwikkeld, en hoe de verdere begeleiding door het bedrijf en de VDAB zal gebeuren. Tijdens de opleiding krijgt de cursist bovenop zijn uitkering een productiviteitspremie, waardoor het normale loon in de functie benaderd wordt. Indien de cursist geen vervangingsinkomen heeft, ontvangt hij van de VDAB of van de RVA een andere vergoeding én de hiervoor vermelde productiviteitspremie. Het bedrijf betaalt tijdens de IBO geen loon of RSZ, doch enkel een vergoeding aan de VDAB. Deze vergoeding wordt berekend als het verschil tussen het normale loon in het beroep (zonder werkgevers- en werknemersbijdragen RSZ) en de gemiddelde werkloosheidsuitkering (nu € 21,41/dag in een zesdagenweek). Enkel de laatste maand van de opleiding wordt de volledige vergoeding betaald. Voor elke voorafgaande maand wordt een reductie van 5% op het bedrag toegepast. De werkgever betaalt ook de verplaatsingskosten (volgens cao) van de cursist evenals een administratieve kost van € 16 per factuur (in principe 1x per maand) en verzekert de cursist tegen arbeidsongevallen.
Aanvraagprocedure Een IBO kan aangevraagd worden via: ● ●
http://www.vdab.be/werkgevers/ibo het VDAB-kantoor in uw buurt.
Varianten van de klassieke IBO Er bestaan 3 varianten op de klassieke IBO: ● ● ●
●
IBO-interim: een IBO geïniteerd door een erkend uitzendkantoor, enkel voor kansengroepen na een interimjob; IBOT: is een IBO met taalondersteuning voor anderstaligen; GIBO: een gespecialiseerde IBO geïniteerd door een erkend Gespecialiseerd Opleidings- en Begeleidingsbedrijf (GOB) voor personen met een arbeidshandicap; C-IBO: een specifieke IBO voor langdurig werkzoekenden met extra financiële voordelen en meer flexibele looptijd.
Bijkomende informatie van deze varianten kan u terugvinden via http://www.vdab.be/werkgevers/ibo
© Agentschap Ondernemen 2015
29
Subsidieleidraad voor uw sector
Contactinformatie VDAB IBO Keizerslaan 11 1000 Brussel T 02 506 15 11 F 02 506 16 40
[email protected] www.vdab.be/werkgevers/ibo
© Agentschap Ondernemen 2015
30
Subsidieleidraad voor uw sector
Instapstage Laatste revisiedatum: 03 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Sinds 1 februari 2013 kan een werkgever bij de VDAB terecht voor de ondertekening van een instapstage-overeenkomst. Een instapstage is een betaalde stage van drie maanden voor jongeren die: ● ● ●
jonger zijn dan 25 jaar, geen diploma middelbaar onderwijs hebben, en al 6 maanden van hun beroepsinschakelingstijd achter de rug hebben.
De instapstage is een relancemaatregel van de federale regering die door de Vlaamse regering concreet wordt ingevuld.
Wie komt in aanmerking Zowel een onderneming, vzw als overheidsdienst kan gebruik maken van de instapstage.
Omvang steun De werkgever betaalt de stagiair per maand een stagevergoeding van € 200 (bij een voltijdse stage). Er moet hier geen sociale bijdragen op worden betaald. De RVA op zijn beurt geeft de jongere per gewerkte dag een stage-uitkering van € 26,82.
Aanvraagprocedure Net zoals u als werkgever via de VDAB website een vacature kan ingeven, kan u ook (via uw VDAB login) een instapstageplaats aanbieden. Hierin wordt gevraagd om het takenpakket te beschrijven, met ook o.a. de plaats van de tewerkstelling en de sollicitatieprocedure. De VDAB bekijkt welke kandidaten in aanmerking komen en stuurt geschikte kandidaten door die al zeker tot de doelgroep behoren. Heeft u nog geen VDAB login dan is het onlineformulier op de VDAB website een optie. Zodra u beslist heeft welke stagiair u wil aannemen wordt er een afspraak gemaakt om het contract te ondertekenen.
Contactinformatie VDAB Instapstage Keizerslaan 11 1000 Brussel T 0800 30 700
[email protected] www.vdab.be/werkgevers/instapstage/
© Agentschap Ondernemen 2015
31
Subsidieleidraad voor uw sector
Premie 50 + Laatste revisiedatum: 03 apr '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in Werkgevers die bepaalde niet-werkende werkzoekende 50-plussers aanwerven met een contract van onbepaalde duur kunnen een loonkostenvermindering genieten.
Wie komt in aanmerking Deze maatregel is van toepassing op alle werkgevers (ook vzw’s) die onder het toepassingsgebied vallen van de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités en een exploitatiezetel hebben in het Vlaamse Gewest of er zich toe verbinden een exploitatiezetel in het Vlaams Gewest te vestigen binnen de 5 kwartalen te rekenen vanaf de indiensttreding van de aangeworvene. Zijn uitgesloten van deze maatregel: ● ●
●
de openbare instellingen; de bedrijven waarvan de loonkosten, gedurende het jaar dat voorafgaat aan de aanvraag van de tewerkstellingspremie, voor meer dan vijftig procent gefinancierd worden met subsidies verleend door de federale of Vlaamse Overheid; de steenkoolsector en de scheepsbouw (toepassing van Verordening nr 2204/2002 van de Commissie van 12 december 2002).
De subsidie geldt enkel bij het in dienst nemen van een 50-plusser die aan volgende voorwaarden voldoet: ●
werkloos zijn als u hem in dienst neemt: als de persoon 55 jaar is of ouder, dan volstaat het dat hij de dag voor u hem in dienst neemt, ingeschreven is als nietwerkende werkzoekende bij de VDAB; als de persoon jonger is dan 55 jaar, dan dient deze persoon de dag voor u hem in dienst neemt, minimum 1 jaar ingeschreven te zijn als niet-werkende werkzoekende bij de VDAB; aangeworven worden met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur; in de zes maanden voorafgaand aan de aanwerving in dezelfde of een andere onderneming van de technische bedrijfseenheid in dienst zijn geweest voor een beperkte periode en de loonkost voor deze periode niet meer dan € 1.000 bedraagt; minimum bij de werkgever in dienst blijven voor de periode waarvoor een tewerkstellingspremie kan worden toegekend, tenzij hij/zij zelf ontslag neemt of ontslagen wordt om dwingende redenen. ❍
❍
● ●
●
De premie is niet cumuleerbaar met: ●
● ●
●
●
●
●
●
dienstencheques, wat betreft de erkende onderneming,vermeld in artikel 2, §1, 6°, van de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van buurtdiensten en -banen; de premie, vermeld in artikel 11 van het besluit van de Vlaamse Regering van 10 juli 2008 betreffende werkervaring; de vergoeding voor het inschakelingstraject van de doelgroepwerknemer, vermeld in artikel 25 van het decreet van 22 november 2013 houdende de lokale diensteneconomie; de loonpremie voor de doelgroepwerknemer, vermeld in artikel 12 van het decreet van 12 juli 2013 betreffende maatwerk bij collectieve inschakeling; de premies, vermeld in het besluit van de Vlaamse regering van 27 oktober 1993 houdende uitvoering van het koninklijk besluit nr. 474 van 28 oktober 1986 tot opzetting van een stelsel van door de Staat gesubsidieerde contractuelen bij sommige plaatselijke besturen en vermeld in het besluit van de Vlaamse Regering van 27 oktober 1993 tot veralgemening van het stelsel van gesubsidieerde contractuelen; de tussenkomst, vermeld in hoofdstuk III van het Koninklijk Besluit nr. 25 van 24 maart 1982 tot opzetting van een programma ter bevordering van de werkgelegenheid in de niet-commerciële sector; het loon van de personen die zijn tewerkgesteld met toepassing van artikel 60 §7 en artikel 61 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; de loonpremie voor de invoegwerknemers, vermeld in artikel 11 van het besluit van de Vlaamse Regering van 15 juli 2005 betreffende de erkenning en financiering van de invoegbedrijven.
Omvang steun De premie 50+ wordt toegekend afhankelijk van de leeftijd en de periode waarin de werknemer was geregistreerd als niet © Agentschap Ondernemen 2015
32
Subsidieleidraad voor uw sector
werkend werkzoekende (NWWZ). Het bedrag van de premie 50+ kan verminderd worden als er periodes zijn waarin geen loon verschuldigd is aan de werknemer. Deze premie 50+ is afhankelijk van de werkelijke loonkost in een kwartaal (bij een deeltijdse tewerkstelling wordt dit dus niet omgerekend naar een voltijds loon) . De loonkost is beperkt tot 6 maal het gemiddeld gewaarborgd maandelijks minimuminkomen (GGMMI). Het GGMMI bedraagt sinds 01/12/2012 € 1.501,82 en wordt aangepast aan de index. Leeftijd
tussen 50 en 55 jaar
>55 jaar
>50 jaar
NWWZ
tussen 1 - 2j
minder dan 2 j
meer dan 2j
omvang premie
50% van referteloon
50% van referteloon
50% van referteloon
maximum premie
€ 4.505,46
€ 4.505,46
€ 4.505,46
duur premie
4 kwartalen
4 kwartalen
8 kwartalen
De premie 50+ is vrijgesteld van vennootschapsbelasting. De voordelen van deze maatregel zijn combineerbaar met RSZ-doelgroepenverminderingen zoals eerste aanwervingen, startbanen, ACTIVA enz…., en ook met de voordelen van de structurele vermindering, mits de cumulering niet leidt tot overschrijding van de hoogste steunintensiteit of het hoogste steunbedrag dat krachtens de toepasselijke regelgeving voor die steun geldt wordt overschreden, overeenkomstig artikel 7 van de verordening.
Aanvraagprocedure De premie 50+ wordt online via de website van VDAB aangevraagd: www.vdab.be, uiterlijk binnen de 3 maanden na de indiensttreding van de niet-werkende werkzoekende. ●
● ● ●
● ●
Als werkgever dien je je eerst te registreren ( http://vdab.be/mijnvdab/inloggen/inloggen.jsp?action=REGISTER_WG&dist_ch... ) en nadien in te loggen in Mijn VDAB. Na het inloggen vind je het online aanvraagformulier voor de premie 50+ op jouw gepersonaliseerde startpagina. Het juiste paritair comité dat hoort bij het ondernemingsnummer waaronder je de werknemer bij Dimona zal aangeven of reeds aangegeven hebt, dien je op dit aanvraagformulier aan te duiden in de rubriek “gegevens van het contract”. Na het indienen van je aanvraag voor de premie 50+ zal je een registratie-mail ter bevestiging ontvangen. De verdere afhandeling van je aanvraag zal gebeuren in de loop van de maand volgend op je aanvraag.
VDAB heeft de mogelijkheid om de medegedeelde gegevens bij de aanvraag premie 50+ te controleren en eventueel bewijsstukken op te vragen. Ook de sociaalrechtelijke inspecteurs van het Departement Werk en Sociale Economie kunnen tussenkomen.
Uitbetalingsprocedure De premie 50+ wordt door de VDAB aan de werkgever per kwartaal uitbetaald. De storting gebeurt op het rekeningnummer dat medegedeeld wordt bij de aanvraag via Mijn VDAB.
Contactinformatie Voor meer informatie kunt u terecht bij: VDAB Keizerslaan 11 1000 Brussel T 0800 30 700 F 02 506 17 61
[email protected] vdab.be/premie50plus/
© Agentschap Ondernemen 2015
33
Subsidieleidraad voor uw sector
Structurele vermindering Laatste revisiedatum: 07 apr '15 Federale maatregel
Wat houdt deze maatregel in De structurele vermindering is een automatische trimestriële vermindering van de werkgeversbijdragen voor alle werknemers in de private sector van minimum € 400 per kwartaal. Voor de lage lonen en de hoge lonen (waarop veel bijdragen worden betaald) komt hier bovenop een extra korting. Sinds 1 januari 2004 bestaat er een geharmoniseerd systeem van lastenverlagingen dat opgebouwd is uit één structurele vermindering voor alle werknemers uit de private sector en daarnaast een aantal doelgroepverminderingen.
Wie komt in aanmerking Deze maatregel is van toepassing op alle werkgevers en werknemers, die onderworpen zijn aan het geheel van de regels van de sociale zekerheid. In het stelsel wordt een onderscheid gemaakt tussen drie categorieën: ● ●
●
categorie 1: alle arbeiders en bedienden; categorie 2: werkgevers die genieten van de Sociale Maribel, behalve gezins- en bejaardenhulp (categorie 1) en beschutte werkplaatsen (categorie 3); categorie 3: beschutte werkplaatsen (zie supra).
Omvang steun De structurele vermindering wordt berekend door een forfaitair verminderingsbedrag te vermenigvuldigen met een vaste vermenigvuldigingsfactor en de prestatiebreuk. Het forfaitair verminderingsbedrag (R) is samengesteld uit een vast forfaitair bedrag (F), een lagelonencomponent indien het refertekwartaalloon (S) lager is dan de vastgelegde loongrens S0 en een hogelonencomponent indien de loonmassa per tewerkstellingslijn die driemaandelijks wordt aangegeven hoger is dan de vastgelegde loongrens S1. R = F + α x (S0 – S) +δ x (W – S1) Dit geeft volgende formules voor de 3 categorieën: Rcategorie 1 = 462,60 + 0,1620 x (5.560,49 – S) + 0,0600 x (W– 13.401,07) Rcategorie 2 = 0,00 + 0,2557 x (6.150,00 – S) + 0,0600 x (W –12.484,80) Rcategorie 3 = 471,00 + 0,1785 x (7.225,00– S) + 0,0600 x (W –12.484,80)
Aanvraagprocedure Om van deze voordelen te kunnen genieten moet de werkgever in de driemaandelijkse RSZ-aangiften naast de juiste identiteit van de werknemer en de loon- en arbeidstijdgegevens eveneens de correcte verminderingscode, het verminderingsbedrag en de eventuele begindatum vermelden.
Contactinformatie Meer informatie over de precieze berekening van deze maatregel kan u terugvinden op de RSZ-website in de "Administratieve instructies RSZ" . Klik vervolgens op de rubriek " De bijdrageverminderingen" en vergeet niet het recentste kwartaal te selecteren. RSZ Victor Hortaplein 11 1060 Brussel T 02 509 31 11 F 02 509 30 19
[email protected] www.rsz.fgov.be
© Agentschap Ondernemen 2015
34
Subsidieleidraad voor uw sector
Doelgroepvermindering eerste aanwervingen Laatste revisiedatum: 07 apr '15 Federale maatregel
Wat houdt deze maatregel in De doelgroepvermindering is een forfaitaire vermindering van de op het loon van de werknemer verschuldigde socialezekerheidsbijdragen waarvan de werkgever kan genieten voor bepaalde specifieke doelgroepen van werknemers tijdens het kwartaal van de aanwerving en een aantal kwartalen die erop volgen. Deze doelgroepvermindering kent een vermindering van de werkgeversbijdragen toe aan nieuwe werkgevers bij de aanwerving van de eerste drie werknemers alsook een tussenkomst in de kosten van het sociaal secretariaat. Sinds het eerste kwartaal van 2014 wordt deze doelgroepvermindering uitgebreid naar een vierde en vijfde werknemer. Sinds 1 januari 2015 zijn de bestaande verminderingen voor de drie “eerste aanwervingen” verhoogd met telkens € 50 per kwartaal..
Wie komt in aanmerking Werkgever: deze maatregel geldt voor de werkgevers uit de privé-secor, inclusief de vzw's en feitelijke verenigingen op voorwaarde dat de werkgever de afgelopen vier kwartalen geen (voor de aanwerving van de eerste werknemer), maximum één (voor de aanwerving van de tweede werknemer) of maximum twee, drie of vier (voor de aanwerving van respectievelijk de derde, vierde en vijfde werknemer) werknemers in dienst heeft gehad. Werknemer: in hoofde van de werknemer worden geen voorwaarden opgelegd.
Omvang steun De werkgever kan vrij kiezen voor welke werknemer hij de korting van eerste, tweede en derde aanwerving gebruikt. De aanvraag dient wel binnen de vijf jaar na de betreffende aanwerving te gebeuren en de kortingen moeten in volgorde worden aangevraagd. De werkgever kan dus eerst kijken voor welke werknemers een andere doelgroepvermindering interessanter is en beslist per kwartaal of en voor wie hij de doelgroepvermindering eerste aanwervingen aanvraagt. Aanwerving
Bedrag van vermindering
Periode van vermindering
1ste werknemer
€ 1.550
max. 5 kwartalen*
+ € 1.050
tijdens max. 4 daaropvolgende kwartalen
+ € 450
tijdens max. 4 daaropvolgende kwartalen +tussenkomst in de administratiekosten van een erkend sociaal secretariaat van € 36,45/kwartaal voor elk kwartaal waarin de vermindering wordt genoten voor de 1stewerknemer.
2de werknemer
3de werknemer
4de werknemer**
5 werknemer** de
€ 1.050
max. 5 kwartalen*
+ € 450
tijdens max. 8 daaropvolgende kwartalen
€ 1.050
max. 5 kwartalen*
+ € 450
tijdens max. 4 daaropvolgende kwartalen
€ 1.000
max. 5 kwartalen*
+ € 400
tijdens max. 4 daaropvolgende kwartalen
€ 1.000
max. 5 kwartalen*
+ € 400
tijdens max. 4 daaropvolgende kwartalen
* incl. kwartaal van indiensttreding ** geldig vanaf het het eerste kwartaal van 2014 (deze info is onder voorbehoud in afwachting van de publicatie van het koninklijk besluit)
© Agentschap Ondernemen 2015
35
Subsidieleidraad voor uw sector
Indien de werkgever gedurende vier kwartalen - op geen enkel ogenblik - respectievelijk geen, maximaal één, twee, drie of vier werknemers in dienst had, beginnen de vijf jaren waarbinnen de vermindering kan worden toegekend opnieuw te lopen.
Contactinformatie Meer informatie over deze maatregel kan u terugvinden op de RSZ-website in de "Administratieve instructies RSZ". Klik vervolgens op de rubriek "De bijdrageverminderingen" en vergeet niet het recentste kwartaal te selecteren. RSZ Victor Hortaplein 11 1060 Brussel T 02 509 31 11 F 02 509 30 19
[email protected] www.rsz.fgov.be
© Agentschap Ondernemen 2015
36
Subsidieleidraad voor uw sector
Doelgroepvermindering langdurige werkzoekenden Laatste revisiedatum: 19 mei '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in De doelgroepvermindering is een forfaitaire vermindering van de op het loon van de werknemer verschuldigde socialezekerheidsbijdragen waarvan de werkgever kan genieten voor bepaalde specifieke doelgroepen van werknemers tijdens het kwartaal van de aanwerving en een aantal kwartalen die erop volgen. Deze doelgroepvermindering werd geregionaliseerd ingevolge de zesde staatshervorming.
Wie komt in aanmerking Deze doelgroep wordt onderverdeeld in drie groepen: ● ●
●
Activa: de tewerkstelling van langdurige werkzoekenden in de reguliere economie; Doorstromingsprogramma's (DSP): de tewerkstelling van uitkeringsgerechtigde langdurige werklozen in een type job dat niet voorkomt in de reguliere economie, met als doel op termijn door te stromen naar de reguliere economie; Sociale inschakelingseconomie (SINE): bedrijven die specifiek erkend zijn voor de tewerkstelling van moeilijk te plaatsen werkzoekenden.
Enkel de activa-groep zal hier verder besproken worden.
Omvang steun De werkgever die een langdurige werkloze aanwerft kan genieten van volgende forfaitaire vermindering afhankelijk van de leeftijd (op de dag van aanwerving) en de periode van inactiviteit (gerekend in het zesdagenstelsel). 24 maanden (624 dagen) in 36 maanden Leeftijd Periode van inactiviteit
Bedrag van vermindering (aantal kwartalen incl. kwartaal van aanwerving)
< 25
12 maanden (312 dagen) in 18 maanden
€ 1.000 (5 kwartalen)
25-44
12 maanden (312 dagen) in 18 maanden
€ 1.000 (5 kwartalen)
< 30
6 maanden ( 156 dagen) in 9 maanden + geen getuigschrift HSO
€ 1.500 (12 kwartalen)
< 45
24 maanden (624 dagen) in 36 maanden
€ 1.000 (9 kwartalen)
< 45
36 maanden (936 dagen) in 54 maanden
€ 1.000 (9 kwartalen) en € 400 (4 aansluitende kwartalen)
< 45
60 maanden (1560 dagen) in 90 maanden
€ 1.000 (9 kwartalen) en € 400 (12 aansluitende kwartalen)
≥ 45
6 maanden (156 dagen) in 9 maanden
€ 1.000 (5 kwartalen) en € 400 (16 aansluitende kwartalen)
≥ 45
12 maanden (312 dagen) in 18 maanden
€ 1.000 (21 kwartalen)
≥ 45
18 maanden (468 dagen) in 27 maanden
€ 1.000 (21 kwartalen)
In bepaalde gevallen kan tevens genoten worden van een werkuitkering. Meer informatie hierover kan u terugvinden op de website van de RVA : www.rva.be (zie rubriek Tewerkstelling/Activa).
Aanvraagprocedure De werkzoekenden die voldoen aan de voorwaarden voor deze doelgroepvermindering, kunnen bij het regionaal bureau van de RVA waarvan zij af hangen, een werkkaart verkrijgen als bewijs van deze hoedanigheid.
© Agentschap Ondernemen 2015
37
Subsidieleidraad voor uw sector
Indien de werkzoekende op het ogenblik van zijn indienstneming niet in het bezit is van een geldige werkkaart, dan kan ook de werkgever de kaart aanvragen bij de RVA. De aanvraag die van de werkgever uitgaat zal enkel geldig zijn indien zij voor iedere werkzoekende afzonderlijk gebeurt, en wordt slechts aanvaard voor zover op die aanvraag de namen van de werkgever en van de werknemer vermeld zijn, en ook het domicilie van de werknemer, zijn identificatienummer voor de sociale zekerheid en de datum van zijn indiensttreding. De aanvraag voor een werkkaart moet gebeuren bij het regionaal bureau van de RVA, uiterlijk de 30ste dag die volgt op de datum van indienstneming.
Contactinformatie RSZ Victor Hortaplein 11 1060 Brussel T 02 509 31 11 F 02 509 30 19
[email protected] www.rsz.fgov.be RVA Keizerslaan 7 1000 Brussel T 02 515 41 11 F 02 514 11 06 www.rva.be
© Agentschap Ondernemen 2015
38
Subsidieleidraad voor uw sector
Doelgroepvermindering oudere werknemers Laatste revisiedatum: 19 mei '15 Vlaamse maatregel
Wat houdt deze maatregel in De doelgroepvermindering is een forfaitaire vermindering van de op het loon van de werknemer verschuldigde socialezekerheidsbijdragen waarvan de werkgever kan genieten voor bepaalde specifieke doelgroepen van werknemers tijdens het kwartaal van de aanwerving en een aantal kwartalen die erop volgen. Deze doelgroepvermindering werd geregionaliseerd ingevolge de zesde staatshervorming.
Wat komt in aanmerking Werkgever: alle werkgevers die werknemers tewerkstellen die onderworpen zijn aan het geheel der regelingen. Werknemer: de werknemers die deel uitmaken van categorie 1 zoals omschreven bij de structurele vermindering, die op de laatste dag van het kwartaal ten minste de leeftijd van 54 jaar hebben, zonder evenwel in dienst te moeten zijn op het einde van het kwartaal. Enkel zij die een refertekwartaalloon hebben dat lager is dan een vastgelegde loongrens S1 (€ 13.401,07) komen in aanmerking.
Omvang steun De omvang van de vermindering hangt af van de leeftijd van de werknemer op de laatste dag van het betrokken kwartaal: ● ● ● ●
≥ 54 jaar: € 400; ≥ 58 jaar: € 1.000; ≥ 62 jaar: € 1.500; ≥ 65 jaar: € 800.
Aanvraagprocedure Om van deze voordelen te kunnen genieten moet de werkgever in de driemaandelijkse RSZ-aangiften naast de juiste identiteit van de werknemer en de loon- en arbeidstijdgegevens eveneens de correcte verminderingscode, het verminderingsbedrag en de eventuele begindatum vermelden.
Contactinformatie Meer informatie over deze maatregel kan u terugvinden op de RSZ-website in de "Administratieve instructies RSZ". Klik vervolgens op de rubriek "De bijdrageverminderingen" en vergeet niet het recentste kwartaal te selecteren. RSZ Victor Hortaplein 11 1060 Brussel T 02 509 31 11 F 02 509 30 19
[email protected] www.rsz.fgov.be
© Agentschap Ondernemen 2015
39
Subsidieleidraad voor uw sector
Belastingvrijstelling voor bijkomend personeel in kleine ondernemingen Laatste revisiedatum: 02 apr '15 Federale maatregel
Wat houdt deze maatregel in Kleine ondernemingen kunnen onder bepaalde voorwaarden, een belastingvrijstelling verkrijgen van € 3.720 per in België bijkomende tewerkgestelde personeelseenheid, in het jaar van aanwerving. Door indexering bedraagt deze vermindering € 5.680 (aanslagjaar 2016). Zij geldt zowel in de persoonsbelasting, de vennootschapsbelasting als in de belasting van niet-inwoners. De vrijstelling is definitief als de aangroei van het gemiddelde personeelsbestand in het betrokken jaar ook in het daaropvolgende jaar behouden blijft.
Wie komt in aanmerking Deze maatregel is van toepassing op alle nijverheids-, landbouw- en handelsbedrijven die op 31 december 1997 minder dan elf werknemers tewerkstelden. Voor bedrijven die opgericht zijn na deze datum moet deze tewerkstellingsvoorwaarde vervuld zijn op het einde van het eerste exploitatiejaar. Ook vrije beroepen komen voor deze steunmaatregel in aanmerking. Vzw’s zijn echter uitgesloten. Het gemiddeld bruto dag- of uurloon van de bijkomende personeelseenheden mag bovendien niet hoger zijn dan € 90,32 of € 11,88. De berekening van dit gemiddelde gebeurt per kwartaal, waarbij het verkregen brutoloon van dat kwartaal gedeeld wordt door het aantal gepresteerde arbeidsdagen of arbeidsuren in datzelfde kwartaal.
Aanvraagprocedure Om te kunnen genieten van deze vrijstelling moet de onderneming bij de aangifte van de inkomstenbelastingen bewijzen dat aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan.
Contactinformatie FOD Financiën Contactcenter Koning Albert II-laan 33 North Galaxy-bus 25 1030 Brussel T 02 572 57 57
[email protected] www.fiscus.fgov.be
© Agentschap Ondernemen 2015
40
Subsidieleidraad voor uw sector
Bijlage: Steunpunten Startlening en Plan jonge zelfstandigen Laatste revisiedatum: 13 feb ‘15
Steunpunt Abson De Schaggelen 17 2390 Westmalle Accanto Hille 198 8750 Zwevezele Koninklijke Unie van de Middenstand Hélène Dutrieulaan 10/301 9051 Sint-Denijs-Westrem Unizo Antwerpen Oude Leeuwenrui 25 2000 Antwerpen Unizo Limburg Maastrichtersteenweg 254 3500 Hasselt Unizo Oost-Vlaanderen Einestraat 26 9700 Oudenaarde Unizo Veurne-Diksmuide Duinkerkesraat 17 8630 Veurne Unizo Vlaams-Brabant en Brussel Diestsevest 52 3000 Leuven Unizo West-Vlaanderen Arme Klarenstraat 55 8800 Roeselare Voka Antwerpen-Waasland Markgravestraat 12 2000 Antwerpen Voka Mechelen Onze-Lieve-Vrouwestraat 85 2800 Mechelen ZIN Lange Leemstraat 372 2018 Antwerpen
Contactpersoon
Email/Tel.
Sonja Van Remoortere
[email protected] 03 327.90.07
Mariella Farina Stijn Verbrugghe
[email protected] 0800 90.990
Yves Vandewal
[email protected] 09 265.95.14
Jelle Volckaerts
[email protected] 03 213.92.50
Eva Reggers Wouter Moons
[email protected] [email protected] 011 26.30.96
Frans Vanommeslaeghe
[email protected] 055 23.29.29
Patrick Vandevyvere
[email protected] 058 29.69.03
Paul Beckers Filip Paulus
[email protected] [email protected] 016 28.44.41
Joost Verbeest
[email protected] 051 26.75.41
Sven De Vocht
[email protected] 03 232.22.19
Frederic Achten
[email protected] 015 45.10.20
Wim Rijmenants
[email protected] 03 213.40.02
©Agentschap Ondernemen
1
AGENTSCHAP ONDERNEMEN
Koning Albert II-laan 35 bus 12 1030 Brussel AGENTSCHAPONDERNEMEN.be
Contacteer Agentschap Ondernemen in uw provincie.
Bel gratis 0800 20 555
Agentschap Ondernemen Antwerpen Lange Lozanastraat 223 bus 4 2018 Antwerpen
Agentschap Ondernemen Vlaams-Brabant VAC Dirk Bouts - Diestsepoort 6 bus 31 3000 Leuven
Agentschap Ondernemen Limburg Kempische Steenweg 305 bus 201 3500 Hasselt
Agentschap Ondernemen West-Vlaanderen Jacob Van Maerlantgebouw Koning Albert I-laan 1.2 bus 31 8200 Brugge
Agentschap Ondernemen Oost-Vlaanderen VAC Virginie Loveling Koningin Maria Hendrikaplein 70 bus 30 9000 Gent