Studentenstatuut

Studentenstatuut 2013-2014 Christelijke Hogeschool Windesheim

Bachelor Opleiding Godsdienst en pastoraal werk (vt/dt) CROHO nummer 35146 Opleiding Docent van de 2e graad in Godsdienst en Levensbeschouwing (vt/dt) CROHO nummer 35441

voltijd/deeltijd

Deze opleidingen zijn in 2010 geaccrediteerd per 1 januari 2011 tot en met 31 december 2016.

Waar student en hij staat kan ook gelezen worden de studente en zij. De links in dit document werken alleen bij raadpleging van dit document op het intranet van Windesheim

1. ONDERWIJS EN EXAMENREGELING - BESCHRIJVING VAN DE OPLEIDING

5

A – OMSCHRIJVING VAN HET ONDERWIJS VAN DE OPLEIDING 1 - De onderwijsvisie van Windesheim: Windesheim – Voor de professional van morgen 2 - De onderwijsleeractiviteiten 3 - Studiebegeleiding 4 - Kwaliteit en studeerbaarheid 5 - Vorm van de opleiding

5 5 8 8 9 9

B - DE RELATIE VAN DE OPLEIDING MET HET BEROEPENVELD 1 - Doelstelling van de opleiding 2 - De eindtermen c.q. eindcompetenties van de opleiding 3 - Inhoud van de opleiding 4 - De relatie tussen de opleiding en het beroepenveld

12 12 12 39 39

C - INRICHTING VAN HET ONDERWIJS 1 - Inrichting van de opleiding 2 - Overzicht informatie major, minors en onderwijseenheden 3 - Accreditatie

2. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING – RECHTEN EN PLICHTEN

41 41 42 311

312

Hoofdstuk 1 – BEGRIPSBEPALINGEN Art. 1.1 – Algemene begripsbepalingen

312 312

Hoofdstuk 2 - TOEGANG EN TOELATING 316 Artikel 2.1 – Toegang (art. 7.24 WHW, art. 7.2.2 WEB) 316 Artikel 2.2 - Nadere vooropleidingseis (art. 7.25 WHW) 316 Artikel 2.3 - Aanvullende vooropleidingseis (PMT, Sport en Bewegen, Lerarenopleiding Lichamelijke opvoeding, PABO - art. 7.26 WHW) 316 Artikel 2.4 - Vervallen 316 Artikel 2.4a – Aanvullende vooropleidingseis deeltijdopleiding (art. 7.27 WHW) 316 Artikel 2.5 – Toelating (art. 7.29 WHW) 316 Artikel 2.6 - Vrijstelling vooropleidingseis ogv gelijkwaardig diploma (art. 7.10, 7.24 en 7.28 WHW) 316 Artikel 2.7 - Vrijstelling propedeutisch examen (art. 7.30 WHW) 317 Artikel 2.8 - EVC (WHW art. 7.13 lid 2 sub r) 317 Artikel 2.9 – Ontzegging toegang (art. 7.42a WHW) 318 Hoofdstuk 3 – INRICHTING VAN DE OPLEIDING Artikel 3.1 – Vraaggestuurd en Competentiegericht onderwijs Artikel 3.2 – Structuur van de opleiding - propedeuse, postpropedeuse en Associate degree (Ad) Artikel 3.3 - Examens en graden van de opleiding Artikel 3.4 – Major Artikel 3.5 - Minors Artikel 3.6 – Premastertraject Artikel 3.7 - Studiepunten onderwijseenheid Artikel 3.8 - Onderwijsperioden per studiejaar Artikel 3.9 - Gedragscode Nederlandse taal

319 319 319 319 319 320 320 320 320 321

Hoofdstuk 4 - STUDIEBEGELEIDING (art. 7.13 lid 2 sub u WHW) Artikel 4.1 - Studiebegeleiding Artikel 4.2 Studieloopbaanbegeleiding Artikel 4.3 – Algemene studiebegeleiding Artikel 4.4 - Bijzondere studiebegeleiding

322 322 322 322 323

Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

2

Hoofdstuk 5 - STUDIEADVIES Artikel 5.1 - Uitbrengen studieadvies Artikel 5.2 - Afwijzing bij het studieadvies Artikel 5.3 - Procedure bij afwijzing bij het studieadvies

324 324 324 325

Hoofdstuk 6 – TOETSEN, TENTAMENS EN EXAMENS Artikel 6.1 - Vorm van de tentamens Artikel 6.2 - Schriftelijke toets Artikel 6.3 - Portfolio of werkstuk als toets Artikel 6.4 - Mondelinge toets Artikel 6.5 - Vrijstelling voor tentamens Artikel 6.6 - Afleggen van tentamens Artikel 6.7 - Cijfers Artikel 6.8 – Toetsuitslag en tentamencijfer Artikel 6.9 - Inzage beoordeeld werk Artikel 6.10 – Geldigheidsduur tentamens en vrijstellingen Artikel 6.11 - Examen Artikel 6.12 - Cum laude

326 326 326 326 326 327 327 328 328 328 328 329 329

Hoofdstuk 7 - EXAMENCOMMISSIE Artikel 7.1 - Instelling en taken examencommissie Artikel 7.2 - Benoeming en samenstelling examencommissie Artikel 7.3 - Subcommissies Artikel 7.4 - Examinatoren Artikel 7.5 - Getuigschriften en verklaringen

330 330 330 331 331 331

Hoofdstuk 8 – SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN Artikel 8.1 - Bezwaar en beroep Artikel 8.2 - Wijziging van de regeling Artikel 8.3 - Bijlagen bij onderwijs- en examenregeling Artikel 8.4 - Slot- en overgangsbepalingen Artikel 8.5 - Inwerkingtreding en looptijd

332 332 332 332 332 332


3

INLEIDING: HET DOEL VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING In het Studentenstatuut zijn de regels opgenomen die betrekking hebben op de rechten en plichten van studenten. Samen met het Reglement Examencommissie is de Onderwijs- en Examenregeling (OER) de belangrijkste regeling in het studentenstatuut. In de OER is een concrete uitwerking van de inhoud van de opleiding opgenomen. Deze is opgesteld door het management van de opleiding. De examencommissie oordeelt of de OER op een juiste manier wordt uitgevoerd. Als een student vragen, opmerkingen of klachten over de uitvoering van de OER heeft, dan kunnen deze aan de examencommissie worden voorgelegd. In het Reglement Examencommissie staan de regels die de examencommissie daarbij hanteert. Naast de OER en het Reglement Examencommissie zijn er nog meer regelingen, deze zijn alle in het Studentenstatuut opgenomen. Bijvoorbeeld regelingen over medezeggenschap, financiële uitkeringen, huisregels en privacy-regels, de rechtsbescherming van studenten en het klachtenloket. Het studentenstatuut met al deze regelingen is te vinden op Sharenet en WISE. Op sharenet onder de opleidingscommunity van Theologie en Levensbeschouwing vinden studenten alle zaken met betrekkking tot uitvoering onderwijs en praktische zaken. Het is ook het communicatiekanaal van de opleidingen. We wensen ieder een goed collegejaar 2013-2014, Peter de Haan Manager van de opleidingen Theologie en Levensbeschouwing


4

1. ONDERWIJS EN EXAMENREGELING - BESCHRIJVING VAN DE OPLEIDING A – OMSCHRIJVING VAN HET ONDERWIJS VAN DE OPLEIDING 1 - De onderwijsvisie van Windesheim: Windesheim – Voor de professional van morgen

Visie op onderwijs Windesheim is een brede kennisinstelling en heeft de ambitie een inspirerende omgeving voor hoger onderwijs te zijn. Onze studenten wordt een excellente opleiding aangeboden, die hen theoretisch en praktisch voorbereidt op een succesvolle en maatschappelijk relevante loopbaan. Om de ontwikkeling van het onderwijs verdere impulsen te geven, wordt praktijkgericht onderzoek verricht. Daarnaast wordt de kennis voortdurend getoetst aan de praktijk door samen te werken met bedrijven en nonprofit-organisaties in de regio. Door onderwijs, onderzoek en ondernemen op deze wijze uitgebalanceerd ten opzichte van elkaar te positioneren, versterken ze elkaar.

Onze vier uitgangspunten Ambitieus studieklimaat Windesheim daagt studenten uit. In de leersituatie wordt steeds spanning gecreëerd tussen het bestaande en het volgende competentieniveau, waardoor studenten worden geprikkeld hun grenzen te verleggen. De praktijk van het beroep is de basis waaraan uitdagende opdrachten worden ontleend. Om recht te doen aan de verschillende talenten en ambities kunnen studenten binnen de beroepsgerichte curricula een deel van het onderwijs zelf invullen om tot verbreding, verdieping of verzwaring van het programma te komen. In dit ambitieuze studieklimaat worden kwantitatieve en kwalitatieve eisen gesteld aan de inspanningen van de student. Uitdagend, tegelijkertijd realistisch. De waarde(n)volle professional Windesheim leidt professionals op die geleerd hebben het eigen professionele handelen kritisch ter discussie te stellen en hierover verantwoording af te leggen. Daarbij hanteert de professional persoonlijke, institutionele en wettelijke waarden en normen. Door een onderzoekende en reflectieve houding ontwikkelen zij continu hun professionaliteit, vanuit hun idealen over goed samenleven. Vanuit de eigen vakbekwaamheid en met die kritische reflectie leveren zij een bijdrage aan de kwaliteit van de samenleving. De professional is op de hoogte van de meest recente ontwikkelingen op het vakgebied en is door onderzoekvaardigheden gewapend voor de toekomst en de steeds veranderende beroepspraktijk. Hij ziet kansen, weet deze te benutten, kan innoveren en neemt initiatief. Studentbegeleiding op maat Aan studenten wordt persoonlijke en adequate begeleiding aangeboden, met eerlijke en bruikbare feedback op de prestaties. Al voor de poort maakt de student kennis met Windesheim en vice versa, met het doel de meest passende opleiding te kunnen kiezen. Er wordt gestuurd op resultaat, zodat de student succesvol zijn studie kan doorlopen. Windesheim biedt een omgeving waarin studenten zich maximaal kunnen ontplooien. Hierbij worden zowel uitzonderlijke begaafdheden als specifieke functiebeperkingen serieus genomen. Tevens wordt tijd- en plaatsonafhankelijk werken gefaciliteerd. Hoge kwaliteit van onderwijs De norm is het aanbieden van opleidingen van bovengemiddeld niveau. Een deel van de opleidingen van Windesheim heeft een nóg hoger ambitieniveau en werkt toe naar het predicaat: Topopleiding. Om steeds met de nieuwste inzichten in de diverse vakgebieden te kunnen werken, zijn opleidingen verbonden met Centers of Expertise en kenniscentra. Onderwijs, onderzoek en ondernemen zijn met elkaar geïntegreerd en versterken elkaar daardoor in kwaliteit en vernieuwingskracht. Windesheim laat iedere student zich internationaal oriënteren om de kwaliteit en het beroepsperspectief van de afgestudeerden te vergroten. Windesheim handhaaft en verbetert continu onderwijskwaliteit. Het professioneel handelen van alle medewerkers is het vertrekpunt voor kwaliteit. Docenten vormen de Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

5

ruggengraat van de kwaliteit van de opleiding. Zij zijn op de hoogte van de belangrijkste ontwikkelingen binnen hun vakgebied. Windesheim hanteert hierbij een dubbele professionaliteit: docenten zijn vakbekwaam én didactisch onderlegd. Hoge kwaliteit is voor hen geen toevallige uitkomst, het is een logisch gevolg van de beheersing van het proces en de afstemming met de omgeving. Windesheim Is een inspirerende kennisinstelling voor met name de regio Zwolle en Almere met een ambitieus studieklimaat en opleidingen van bovengemiddeld niveau. Biedt een omgeving waar de student zich, met de nodige invloed op het studieprogramma, kan vormen tot een waarde(n)volle professional. Levert een professional die de regie kan voeren over de eigen loopbaan en over de grenzen van het vakgebied kan heenkijken. De onderwijsvisie van Windesheim binnen de opleidingen Theologie en Levensbeschouwing Student centraal De student staat tijdens de opleiding centraal in zijn of haar theologische ontwikkeling. Hierbij gaan we uit van pluraliteit: We stimuleren studenten tot het ontwikkelen van een persoonlijke theologische identiteit. De onderwijseenheden zijn niet gericht op het overdragen van een theologische identiteit maar op het verwerven van een eigen identiteit door studenten in gesprek met elementen uit verschillende tradities, met docenten en met de medestudenten. We gaan er vanuit dat hermeneutische communicatie de kernkwaliteit is van de godsdienst- pastoraal werker en docent godsdienst en levensbeschouwing. En als subjectwording of identiteitsbevordering het doel is van hermeneutische communicatie, dan betekent dat dat we als voornaamste opleidingsdoel hebben dat de beginnend beroepsbeoefenaar mensen, groepen, organisaties en instellingen kan ondersteunen in het verder ontwikkelen van een eigen religieuze identiteit. De kritische optiek wordt geconcretiseerd in een emancipatorische beroepshouding. Christendom centraal Staande in een met name door het christendom gestempelde cultuur en werkend met een grote meerderheid aan studenten die geworteld zijn en willen gaan werken in een christelijke context willen we als theologische opleiding enerzijds ruimte bieden aan hen die geen of weinig binding hebben met het christendom of christelijke kerken en organisaties, en anderzijds duidelijk laten blijken dat we een voluit theologische opleiding zijn. Enerzijds willen we uitnodigend zijn door een godsdienstwetenschappelijke benadering toe te passen en het christendom te plaatsen in de context van een multireligieuze samenleving, anderzijds willen we het leeuwendeel van de opleiding besteden aan het spreken vanuit de christelijke traditie. In de drie te hanteren profielen wordt dit op onderscheiden wijze uitgewerkt. Waar gesproken wordt vanuit de christelijke traditie wordt dit zo gedaan dat er ruimte is voor vergelijking en confrontatie met andere tradities, binnen en buiten het christendom, bijvoorbeeld in literatuurkeus en opdrachten.


6

Theologische visie op de lerende mens De mens is als schepsel van God aangelegd op ontmoeting en op groei. In het samenleven met de ander en met God heeft de mens ontwikkelingskansen, groeimogelijkheden. Identiteit ligt theologisch gezien in het beeld Gods zijn van de mens: mens in meervoud, mens met een opdracht om de aarde bewoonbaar te maken, mens op relatie aangelegd, mens die steeds meer mens wordt door zich te vernieuwen naar het ‘beeld van Christus’. De identiteit ligt als het ware ‘voor’ de mens en is nooit af. De pedagogische en theologische tradities gebruiken voor dit groeiproces waarop de mens is aangelegd verschillende termen. We kiezen uit die tradities voor de in het Nederlands niet goed vertaalbare term Bildung om het doel en het proces van onderwijs te verwoorden. Pedagogische visie op theologie-onderwijs Terwijl de term opvoeden vaak als vertrekpunt de eisen van cultuur en omgeving neemt om kinderen daaraan aan te passen, vertrekt Bildung vanuit het subject, dat de wereld, de cultuur, de omgeving vormgeeft en (her)structureert. De doelen voor de identiteitsontwikkeling en de wegen die daartoe leiden worden vanuit de mens vorm gegeven. De mens is altijd ingebed in de sociaaleconomische en politieke situatie. Binnen Windesheim is voor deze eigen vormgeving de term zelfsturing gekozen. Bildung is echter een rijker begrip, daar dit niet alleen duidt op de technisch/materiële keuzen die een student kan gaan maken- welke module ga ik wanneer volgen?, aan welke competentie ga ik werken? -, maar vooral aangeeft dat leren ten diepste persoonsvorming, menswording is. Het is niet zo dat alleen actueel geconstrueerde kennis ten dienste van de beroepssituaties relevant is; het is ook niet zo dat er ‘eeuwige waarheden’ in een student kunnen worden gestopt door de ‘alwetende’ docent. Studenten zijn geen passieve ontvangers van informatie, maar bouwen zelf actief hun kennis en vaardigheden op. Ze doen daarbij ook een beroep op informatie van buitenaf. Deze wordt echter niet rechtstreeks opgenomen, maar geïnterpreteerd, bewerkt en geassimileerd in samenhang met voorkennis, aanwezige vaardigheden, verwachtingen, behoeften en andere predisposities. Des te actiever een student kennis en vaardigheden kan ‘bewerken’ des te meer neemt hij op. Die bewerking vindt plaats binnen de sociale ruimte, vanuit een sociale positie, binnen een bepaald taalveld en in symbolische en rituele interactie met anderen. Dit betekent dat we vooral zelfverwervende en integrerende didactische vormen benutten. In ervarend leren aan de hand van opdrachten ontwikkelt de student gaandeweg een kennisbestand, waarbij de leerwinst juist op de lange termijn zichtbaar en ervaarbaar wordt. Dit wil niet zeggen dat er geen kennis wordt aangeboden. Wel geldt dat waar de docent vooral verteller, aanbieder of leraar is, altijd gebruik zal worden gemaakt van casuïstiek om kennis te verbinden met praktijksituaties. Ook geldt dat het overdragen van kennis altijd ten dienste staat van het vervullen van opdrachten. De leerervaringen worden ‘aangeboden’ of ‘gecreëerd’ met het oog op de onderwijsdoelen, met name de beroepskwalificaties. De vraag is nu wie het doel bepaalt: de student, docent - namens de opleiding, of beiden? We kiezen als opleiding voor een gemengd model waarin enerzijds heldere en door het beroepenveld gelegitimeerde onderwijsdoelen zijn geformuleerd, en er anderzijds in dialoog met de student persoonlijke leertrajecten worden afgesproken die het behalen van deze onderwijsdoelen faciliteren. De student dient binnen dit geheel in zijn eigenheid tot zijn recht te komen als subject van een persoonlijk bildungsproces. Hierbij wordt steeds een kritisch perspectief in acht genomen, zoals hierboven ten aanzien van de hermeneutiek werd verwoord. Kritisch betekent hier niet alleen dat vanuit de traditie elementen ons worden aangereikt die onszelf en onze werkelijkheid kunnen veranderen, maar het betekent eveneens dat studenten en docenten voortdurend reflecteren op uitgangspunten en doelstellingen in het licht van de vraag wiens belang hiermee gediend wordt: opleiding? kerk? docent? een politieke stroming? Bildung voltrekt zich en mondt uit in een kritisch-emancipatorische houding. Doel van de ontwikkeling is theologische expertise. Hoe deze zich uit in het persoonlijke en beroepsmatige leven staat open. De opleiding streeft ernaar studenten te stimuleren tot een zodanige Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

7

persoonsvorming, dat zij vanuit een eigen theologische – en geloofsidentiteit als mondige mensen leren leven en hun professie uitoefenen. Wat conceptueel denken betreft gaat het er om niet slechts inzichten aan te leren, maar ook begrip ten aanzien van het tot stand komen van inzichten en een open houding voor het ontwikkelen van nieuwe theologie. Het is een spel tussen ‘openbaring’ en ‘ervaring’, waarbij wellicht eerder kan worden gedacht in kernwoorden of thema’s dan in systemen. Geen vastgelegde denkstructuren, maar openheid voor ‘ontdekkend leren’. In dit ontdekkende leren willen we ruimte geven aan de creativiteit van de student. Creativiteit voor het al reflecterend ontdekken van nieuwe geloofsinhouden of expressie daarvan, van nieuwe oplossingen, handelingsmodellen. De reflectiviteit wordt uiteraard ook ingezet om de eigen spiritualiteit te verkennen en te ontwikkelen mede in relatie tot het beroepsmatige handelen. Het kennen van de eigen religieuze wortels, de eigen actuele spirituele attitude en de kansen en mogelijkheden voor spirituele ontwikkeling en verdieping en de wijze waarop de eigen spiritualiteit een rol speelt of kan spelen in het beroepsmatige handelen wordt opgenomen in het steeds doorgaande reflectieve proces van studieloopbaanbegeleiding.

2 - De onderwijsleeractiviteiten Theologie en levensbeschouwing kiest voor competentiegericht onderwijs, met de nadruk op reflectiviteit en persoonsvorming. Wel proberen we te waken voor een functionalistische benadering van het competentieleren. Het gaat niet alleen om het aanleren van technieken en kennisoverdracht, het gaat ook en vooral om het vormen van een persoon die een geheel aan kennis, vaardigheden en attituden in leert zetten of tot uiting brengen in haar of zijn beroepshandelen. Vanaf de eerste onderwijsmodule is de student bezig met het nadenken over wie hij of zij is, welke kernwaarden hij wil nastreven en wie hij of zij wil worden met het oog op de toekomstige beroepsuitoefening. Ook wordt dat zichtbaar in de nadruk die wordt gelegd op het toe-eigenen van enkele voor het beroep relevante houdingen (emancipatorisch; reflectief; evaluatief; communicatief; burgerschap en samenleving). Een student neemt kennis van beroepsstandaarden en good practices en gaat vervolgens zoeken naar de eigen invulling van het beroep. Hierbij wordt vernieuwing (verbetering door verdieping) van de beroepsstandaarden niet uitgesloten, integendeel: studenten worden uitgedaagd op zoek te gaan naar nieuwe vormen waarin activiteiten op de werkvelden beter kunnen worden uitgevoerd in de beroepssituaties. Iedere onderwijsmodule is opgebouwd rond een kenmerkende beroepssituatie waarin aan een of meer competenties wordt gewerkt. Didactisch wordt gewerkt in leerlijnen met daarbij horende leeractiviteiten. De beroepscompetenties zijn uitgewerkt in deelcompetenties en worden op drie niveaus aan de orde gesteld: beginner, gevorderd en bachelor. Criteria zijn toenemende complexiteit en zelfstandigheid.

3 - Studiebegeleiding Het centraal stellen van de student die reflecteert op zijn eigen leerproces en mogelijkheden, wordt in de opleiding benadrukt doordat elk jaar studiebegeleiding wordt aangeboden. Deze is georganiseerd in de reflectieleerlijn, waarin persoonlijke loopbaanbegeleiding en intervisie hand in hand gaan. Vanaf dag één leert de student reflecteren op motivaties, mogelijkheden, leerwegen, attituden enzovoort. In het eerste jaar ligt de nadruk op geschiktheid voor de opleiding en op de keuze van profielaccenten. Elke periode van de major is 1 EC geprogrammeerd voor reflectie en studieloopbaanbegeleiding. Voor studeren met functiebeperking gelden de maatregelen vermeld in het SMF kader.


8

4 - Kwaliteit en studeerbaarheid De studielast en toetsing is evenwichtig gespreid over de 4 jaren van de opleiding. De opleidingen evalueren het onderwijsprogramma periodiek en op diverse wijzen. Zo evalueren de docenten zelf, in samenspraak met de studenten hun onderwijseenheid en stellen deze desgewenst bij. Daarnaast vinden groepsevaluaties plaats, waarbij de onderwijseenheden van een bepaalde lesperiode worden geëvalueerd. De digitale evaluaties van de onderwijseenheden geven een goed beeld van de ervaren studielast. Voor een diepgaande controle op de toetsing is er een jaarlijkse analyse van de studiewijzers op diverse onderdelen zoals: de relatie tussen de inhoud van de onderwijseenheid tot de te verwerven (deel)competentie en het niveau daarvan; de realiseerbaarheid en representativiteit van het gevraagde beroepsproduct; de wijze en criteria van toetsing en beoordeling. De opleidingen maakten in het studiejaar 2008/2009 de overgang mee van deze controle door de Stuurgroep Onderwijsvernieuwing, die per 1 juni 2008 haar werkzaamheden beëindigde, naar toetsing door een in 2013 ingestelde toetscommissie en toetsduo’s van twee docenten. De resultaten van deze evaluaties worden in het docententeam gebracht, op grond waarvan bijstelling van de programma’s kan plaatsvinden. Steekproefsgewijs toetst de examencommissies de onderwijseenheden op studeerbaarheid. Het studentenstatuut wordt voorgelegd aan de opleidingscommissie en de examencommissie voor advisering en goedkeuring.

5 - Vorm van de opleiding 1. Het onderwijs in de opleiding wordt voltijds en deeltijds verzorgd en is hieronder uitgewerkt. Voor het voltijdprogramma geldt dat het vanaf periode 6 voor een aanzienlijk deel samenvalt met het deeltijdprogramma van GPW en GL. 2. Bij de deeltijdopleiding zijn geen werkzaamheden als onderwijseenheden opgenomen waarvoor eisen aan de werkkring zijn gesteld.


9

GPW deeltijd

GL deeltijd

Jaar 1 Propedeuse: Major 1-4

Jaar 2

Jaar 3

Major 5-6

Major 9-10: Spiritualiteit als creatief proces

Major 7-8: Bijzondere zorg

Keuzeminor:

Jaar 4 Verplichte Verdiepende Minor Theologische disciplines + LIO stage

bijv. Pre-master MA 11-12: LIOstage+ afstuderen


10

Vormgeving voltijdopleidingen GCS

Opleidingen GPW voltijd en deeltijd

Zelfstandig deel GCS voltijdopleidingen GPW-GL

Zelfstandig deel deeltijdopleidingen

Major 1-6

Major 1-6

GPW-GL

Gemeenschappelijk deel

VerdiependeMinoren

Pre-master

Major 7-10 Profielaccent

Major 11-12


11

B - DE RELATIE VAN DE OPLEIDING MET HET BEROEPENVELD

1 - Doelstelling van de opleiding Met de opleiding wordt beoogd de student de vereiste competenties en/of een zodanige integratie van kennis, vaardigheden en inzicht bij te brengen, dat hij in staat is tot zelfstandige beroepsuitoefening. Het gaat daarbij om de volgende beroepen: a.

b.

De opleiding ‘Docent van de 2e graad in godsdienst-levensbeschouwing’, nader aan te duiden als GL stelt zich ten doel studenten competenties te laten verwerven op bachelorniveau voor het beroep leraar godsdienst/levensbeschouwing. Het gaat hierbij om de SBL-competenties, zoals deze zijn vastgesteld door de Stichting Beroepskwaliteit Leraren, aangevuld met de vakspecifieke indicatoren van de Besturenraad en de kennisbasis godsdienst-levensbeschouwing. De opleiding ‘Godsdienst-pastoraal werk’, nader aan te duiden als GPW, stelt zich ten doel studenten competenties te laten verwerven op bachelorniveau voor het beroepenveld GPW. Het gaat om de theologische domeincompetenties, zoals deze zijn vastgesteld in het Landelijk Opleidingsoverleg en de in de brochure “Een professional met diepgang” en de bijbehorende vaktheorie en basistheorie.

2 - De eindtermen c.q. eindcompetenties van de opleiding Competentieprofiel GPW opleiding :

Ontstaan en hantering Dit hoofdstuk biedt een beschrijving van competenties. Deze competentiebeschrijving staat ten dienste van de opleiding Godsdienst-pastoraal werk en is voortgekomen uit bezinning in de stuurgroep onderwijsvernieuwing en in ontwikkelgroepen van docenten op de taken die beginnend HBOprofessionals anno nu zouden moeten kunnen uitvoeren. In de formulering van de competenties is uitgegaan van het in 2004 gereedgekomen Beroepsprofiel Kerkelijk Werker van de Protestantse Kerk in Nederland en het Beroepsprofiel Heilsofficier van het Leger des Heils. Voorts is rekening gehouden met eerder door de hogescholen zelf geschreven beroepsprofielen namelijk het beroepsprofiel Kerkelijk Werker van STH, en de beroepsprofielen Kerkelijk werker- gemeentewerk en Kerkelijk-werker apostolair werk van de voormalige NBI Hogeschool. Ook is rekening gehouden met het concept beroepsstandaard Algemeen Geestelijk Verzorger van de Beroepsvereniging Albert Camus. Dit competentieprofiel is voorgelegd aan representanten uit het werkveld voor feedback en heeft op 7 november 2005 in een bijeenkomst van het team opleidingen theologie een definitieve status ontvangen. Dit competentieprofiel ligt ten grondslag aan de bacheloropleiding godsdienst-pastoraal werk, die is ontwikkeld tussen 2005 2008 en die gestart is per september 2006. Dit competentieprofiel wordt regelmatig geëvalueerd en bijgesteld. Het terrein van godsdienst en zingeving en de institutionele vormgeving aan zingeving en/of levensbeschouwing is continu in beweging en afgestudeerde HBO-ers worden voortdurend voor nieuwe professionele uitdagingen gesteld. Ervaringen van studenten op leerwerktrajecten, contacten met een veldadviescommissie en inlichtingen van assessoren zullen aanleiding zijn het profiel te herijken. Vernieuwing vanuit evaluaties zal leiden tot vernieuwing van het curriculum. (medio 2013-2014)


12

We hebben ervoor gekozen om enerzijds een helder profiel te beschrijven waaruit voldoende zichtbaar wordt welke eisen het werkveld aan beginnende beroepsbeoefenaren stelt, maar anderzijds een niveau van detaillering toe te passen dat ruimte laat voor contextuele en persoonlijke invulling in het contact tussen docent en student, student en vakcoach, en studenten onderling. Het concreet maken van criteria op het niveau van uitwerking van opdrachten in colleges en leerwerktrajecten is achterwege gelaten. In de onderwijsleersituaties – hetzij binnenschools, hetzij buitenschools – zal in overleg concreet moeten worden gemaakt hoe een competentie op de verschillende niveaus kan worden verworven en hoe bewijsmateriaal hiervan kan worden vastgelegd. Houdingen Menig competentieprofiel richt zich op een omschrijving van beroepshandelingen in termen van een samenspel van vaardigheden en kennis. Onze opleidingen kiezen er echter voor tevens een aantal houdingen te benoemen waarmee beroepshandelingen worden verricht. De houdingen die wij beschrijven geven in onze ogen mede de kwaliteit van het verrichte werk aan. Het werk waarvoor wij opleiden is niet slechts een kwestie van technische handelingen waarvoor vaardigheid en kennis nodig is. De HBO-professional op het terrein van godsdienst-pastoraal werk en godsdienst leraar is allereerst zelf instrument van handeling en in de houding die iemand aanneemt toont zich zijn professionaliteit. In dit competentieprofiel geven we daarom een beschrijving van gewenste basishoudingen weer. Deze houdingen verwachten we bij elke beroepscompetentie terug te vinden. Bij het beschrijven van deze vier verschillende competenties (GPW) en zeven competenties (GL) verwijzen we soms kort naar een of meer houdingen, waarvan we verwachten dat ze in het bijzonder in het geding zijn. HBO generieke competenties en beroepscompetenties Binnen Windesheim wordt in alle HBO-opleidingen gewerkt met wat genoemd wordt de HBO-generieke competenties. Deze worden in dit hoofdstuk weergeven. Het in het onderwijs rekenen met deze competenties en het toetsen ervan moet het HBO-niveau van de opleiding garanderen. Daarnaast kent iedere opleiding binnen Windesheim beroepscompetenties. Dit zijn die competenties die specifiek voor het beroep waarvoor wordt opgeleid nodig zijn. In onze opleiding zijn dat de pastorale competentie, de liturgische competentie, de agogisch-educatieve competentie en de missionaire competentie. Het onderwijs wordt met het oog op het verwerven van deze competenties ingericht. Daarbij wordt voortdurend in het oog gehouden dat dit op HBO-niveau moet gebeuren en dat banden worden gelegd met de HBO-generieke competenties. In principe wordt binnen alle beroepscompetenties rekening gehouden met alle HBO-generieke competenties. Bij elke beroepscompetenties wordt echter aangegeven aan welke generieke competentie in het bijzonder aandacht wordt besteed bij het verwerven van de vaardigheid tot het beroepsmatig handelen. Deze bijzondere aandacht blijkt uit het feit dat het generieke deel mede wordt getoetst. Hermeneutisch criterium Met de beschrijving van de beroepscompetenties en de generieke competenties is dit competentieprofiel nog niet voltooid. In tegendeel: het eigene van het werk van een HBO-theoloog is dan nog niet voldoende voor het voetlicht gekomen. Elke beroepscompetenties dient namelijk te voldoen aan het hermeneutisch criterium, wil het beroepshandelen werkelijk theologisch beroepshandelen zijn. Dit hermeneutisch criterium luidt: De beroepsbeoefenaar heeft de competentie om enerzijds Bijbel en christelijke traditie en anderzijds mens(en) en huidige samenleving in hun onderlinge betekenisvolle samenhang te vertolken met en voor de doelgroep. De kern van het beroepshandelen is dat een afgestudeerde theologie bijbel en christelijke traditie op creatieve en dynamische wijze kan verbinden met de actuele maatschappelijke sociale of individuele situatie van mensen, groepen en geloofsgemeenschappen in taken die verricht moeten worden op het werkveld. ‘Hermeneutisch’ wordt verstaan in een dubbele zin. De beginnend beroepsbeoefenaar kan menselijke en maatschappelijke situaties verstaan met behulp van sociaal-wetenschappelijke inzichten en deze Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

13

plaatsen in het licht van bijbel en christelijke traditie. De afgestudeerde kan daarnaast Bijbel en christelijke traditie verstaan met behulp van historische en literatuurwetenschappelijke methoden en verbinden met mensen in hun situaties. Deze beide verstaansprocessen kan de afgestudeerde inzetten ten dienste van het religieus-communicatieve handelen in onderwijs, pastoraat, liturgie, gemeenteopbouw en missionair werk. In alle beroepscompetenties zal dit criterium in de beschrijvingen zichtbaar worden gemaakt. Het zal ook steeds in het onderwijs worden getoetst. 2. HBO-generieke competenties/Dublin descriptoren Windesheim hanteert 11 generieke competenties als vertaling van de Dublin-descriptoren en onderscheidt zich hiermee van andere hogescholen die er 10 kennen. Windesheim heeft bijzondere aandacht voor het vermogen tot zelfsturing van studenten/beginnend professionals (competentie 11). Dit vermogen is apart benoemd. Een tweede Windesheim-eigen element is het expliciet benoemen van het vermogen tot eenvoudig praktijkgericht onderzoek bij de derde competentie. Hieronder volgen de omschrijvingen: Dublin descriptoren Kennis en inzicht

Commissie Franssen Generieke HBO Kwalificaties 1. Brede professionalisering

2. Multidisciplinaire integratie

Toepassing kennis en inzicht

3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten

5. Creativiteit en complexiteit in handelen

6. Probleemgericht werken

Specificatie Kan zelfstandig taken uitoefenen als beginnend beroepsbeoefenaar, kan functioneren binnen een arbeidsorganisatie en zich verder professionaliseren. Heeft kennis, inzichten, houdingen en vaardigheden geïntegreerd vanuit het perspectief van beroepsmatig handelen. Past uitkomsten van (wetenschappelijk) onderzoek toe bij vraagstukken waarmee zij in de beroepsuitoefening wordt geconfronteerd; kan zelfstandig eenvoudig praktijkgericht onderzoek uitvoeren Weet om te gaan met vraagstukken waarvan het probleem niet op voorhand duidelijk is omschreven en waarop standaardprocedures niet van toepassing zijn Definieert en analyseert complexe beroepssituaties zelfstandig


14

Oordeelsvorming

7. Methodisch en reflectief denken en handelen

10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid

Communicatie

8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 9. Basiskwalificering voor managementfuncties

Leervaardigheden

4. Transfer en brede inzetbaarheid 11. Zelfsturing

Stelt realistische doelen, pakt werkzaamheden planmatig aan en reflecteert op het beroepsmatig handelen Toont begrip en betrokkenheid met betrekking tot ethische, normatieve en maatschappelijke vragen Communiceert en werkt samen met anderen in een arbeidsorganisatie Kan eenvoudige leidinggevende en managementtaken uitvoeren Past kennis, inzichten en vaardigheden toe in uiteenlopende beroepssituaties Kan opleiding en loopbaan zelf sturen

3. Beroepshoudingen De kwaliteit van het competente beroepshandelen toont zich in niet slechts in het methodisch verrichten van taken, maar ook in een adequate beroepshouding. Onderstaand hebben we gepoogd toetsbare criteria voor docenten en studenten te formuleren. Een houding is een relatief stabiele en langdurige geneigdheid om zich te gedragen of te reageren op een bepaalde manier wat personen, objecten, instellingen of onderwerpen betreft en die een richting geeft aan de reactie van het individu. Aan een houding zijn cognitieve, affectieve en gedragsmatige aspecten te onderscheiden. Een verzameling van persoonlijke attitudes ten opzichte van de beroepstaken, vormt de beroepshouding. Een houding wordt in het beroepsmatige handelen zichtbaar, ervaarbaar en beoordeelbaar. Gezien het persoonsgebonden karakter vindt beoordeling hierop plaats vanuit de professionele intersubjectiviteit van de docenten van de opleidingen. Voor een beginnende beroepsbeoefenaar uit de opleiding godsdienst-pastoraal werk en godsdienstleraar zijn de volgende beroepshoudingen van groot gewicht: de antropocentrische houding, de emancipatorische houding, de houding t.o.v. burgerschap en samenleving, de evaluatieve houding, de reflectieve houding en de communicatieve houding. Beschrijving houdingen 1. Antropocentrische houding: 1.1 kan een relatie aangaan waarin veiligheid en vertrouwen tot stand komen; 1.2 kan belangeloos aandacht schenken; 1.3 is zonder verborgen agenda beschikbaar; 1.4 is gericht op de wensen, opvattingen, behoeften van de ander; 2. Emancipatorische houding: 2.1 is gericht op de vergroting van de zelfstandigheid van anderen en die van zich zelf; 2.2 is gericht op onderkenning van eigen deskundigheid en grenzen en op het helpen van mensen bij het ontdekken van hun eigen deskundigheid en grenzen; 2.3 is gericht op zijn eigen mondigheid en weerbaarheid en op het mensen bewust maken van, begeleiden bij ondersteunen van het mondig en weerbaar worden; 2.4 is gericht op mensen en ondersteunt tot zelfstandig handelen; 2.5 zet in op wederzijdse verantwoordelijkheid;


15

3. Houding t.o.v. burgerschap en samenleving: 3.1 is gericht op actuele maatschappelijke en culturele ontwikkelingen; 3.2 is gericht op het ontwikkelen van initiatieven ter bevordering van het beroep; 3.3 is gericht op luisteren naar opvattingen van deelnemers en collegae die politiek van aard zijn en ook als zij zich hierin niet of niet geheel herkent; 4. Communicatieve houding: 4.1 maakt probleemsituaties bespreekbaar en gaat conflicten niet uit de weg; 4.2 weet met uitingen van gevoelens om te gaan; 4.3 kan zich inleven in gedachten, gevoelens en situaties van anderen en kan deze communiceren; 4.4 ziet observaties van anderen als aanvulling en informatie; 5. Reflectieve houding: 5.1 is gericht op zelfbeschouwing, en op het geven van betekenis aan eigen ervaringen 6. Evaluatieve houding: 6.1 is gericht op toetsing van het eigen handelen aan bepaalde, vooraf gestelde eisen; 6.2 is gericht op kritiek op houding van individuen en groepen, werkwijzen en normen in relatie met denken, voelen en handelen; 6.3 is gericht op beoordeling van methoden en middelen ten behoeve van zijn beroepsmatig handelen. 4. Beroepscompetenties Onderstaand worden de beroepscompetenties beschreven in het format van Windesheim, volgens de Windesheim Onderwijs Standaarden. We geven hierbij aan dat zowel de aangegeven beroepscontexten als de indicatoren niet limitatief zijn bedoeld, maar dat we juist in het hanteren van de competenties open willen zijn voor aanvullingen en correcties. Dit geldt zeker ook voor de niveau-indicatie van taken/opdrachten, die vaak feitelijk pas in de concrete leerwerk-situatie kan worden vastgesteld. 1. Agogisch /educatieve competentie Beroepsrol/ 1. Begeleidt individuen, groepen en organisaties bij leer- en beroepsverrichting vormingsactiviteiten 2. Levert bijdragen t.b.v. organisatieontwikkeling 3. Stimuleert anderen en rust hen toe tot het gemeenschappelijk verrichten van activiteiten Beroepscontext 1. Geloofsgemeenschappen 2. Zorginstellingen 3. Identiteitsgebonden organisaties 4. Organisaties die zingevingvragen stellen Verbinding met 1. Methodisch en reflectief denken en handelen generieke en hbo- 2. Sociaal-communicatieve bekwaamheid competenties 3. Basiskwalificering managementfuncties Resultaat Door middel van identiteitsgebonden leer- en vormingsactiviteiten met individuen en groepen in organisaties worden bijdragen geleverd die tot persoonlijke groei van mensen, de ontwikkeling van de organisatie, en het gemeenschappelijk verrichten van activiteiten leiden. Dilemma 1. Beroepskrachten hebben de opdracht veranderingsprocessen te ondersteunen, traditionele gemeenten geven de voorkeur aan het behoud van tradities 2. Beroepskrachten leren professioneel te handelen terwijl kerkelijke vrijwilligers professionaliteit wantrouwen 3. Verantwoordelijkheid van de werker is groot maar de bevoegdheden zijn niet voldoende geregeld Deelcompetenties (evt. met eisen bv. tijd/ kwaliteit/ middelen) Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

16

1.1 Methodisch en didactische competentie 1.2 Leiding geven aan individuen, groepen en organisaties 1.3 Competent zijn in organisatieontwikkeling en management op basis van moderne organisatieen/of managementtheorieën 1.4 Competent in het samenwerken met collega's en met de omgeving Prestatie-indicatoren Beoordelingsaspect (deelcompetentie) 1.1. Methodisch en didactische competentie

1.2. Leiding geven aan individuen, groepen en organisaties

Indicatoren

1.1.1 kan doelmatig inhouden, werkvormen, opdrachten en oefeningen demonstreren, uitleggen, met de groep reflecteren en evalueren. 1.1.2 ontwerpt leeractiviteiten die in het perspectief van de levensloop van de deelnemer betekenisvol zijn. 1.1.3 biedt deelnemers in organisaties programma's aan die een bijdrage leveren aan de persoonlijke- en groepsontwikkeling. 1.1.4 kan planmatig en doelgericht werken; doelen evalueren en reflecteren; bijstellen als dat nodig is. 1.1.5 begeleidt individuen en groepen in hun leerproces door reflectiegesprekken te houden zodat zij in staat zijn het eigen leerproces te sturen. 1.1.6 bewaakt en controleert de voortgang van individuen en groepen. 1.1.7 kan zijn inhoudelijke expertise en didactische opvattingen en gemaakte keuzes verantwoorden. 1.1.8 maakt gebruik van relevante en actuele theoretische, methodisch / didactische en theologische inzichten. 1.1.9 Kan opleidingsbehoefte relateren aan opleidingsnoodzaak 1.2.1 kan groepen leiden en groepsprocessen initiëren en begeleiden 1.2.2 kan met de doelgroep doelgericht, functiegericht en taakgericht communiceren. 1.2.3 kan beleid toetsen, ontwikkelen en vertalen naar identiteit ontwikkelingsactiviteiten. 1.2.4 kan omgaan met weerstanden en samenwerken met individuen en groepen. 1.2.5 werkt aan de persoonlijke identiteitsontwikkeling in relatie met beroepstaken op basis van de persoonlijke biografie. 1.2.6 bewerkt bij de doelgroep de bereidheid tot verandering.


17

1.3. Competent zijn in organisatieontwikkeling en management op basis van moderne organisatieen/of managementtheorieën

1.4. Competent in het samenwerken met collega's en met de omgeving

1.3.1 heeft kennis van structuren en processen in organisaties en kan proces- en taakgericht denken en werken. 1.3.2 kan een ordeningsprincipe van processen in organisaties hanteren en toepassen. 1.3.3 kan een cyclisch model in een organisatie toepassen. 1.3.4 heeft zicht in de wijze waarop organisatieontwikkeling vorm kan krijgen en kan deze bespreekbaar maken. 1.3.5 kan een beleidsplan voor een organisatie structureren en ontwikkelen. 1.3.6 kan de uitgangspunten van toonaangevende managementvisies en systemen aangeven en in organisaties bespreekbaar maken en invoeren. 1.3.7 kan organisatietheorie toetsen aan de werkelijkheid van het werkveld en beleidsadvies geven op basis van een verkennen veldonderzoek. 1.3.8 kan de noodzaak van beleid en beleidsontwikkeling in identiteitsgebonden organisaties aangeven. 1.4.1 kan samenwerken in de voorbereiding, uitvoering en evaluatie van leer- en vormingsactiviteiten. 1.4.2 kan samen met individuen en groepen aan het verbeteren en vernieuwen van het activiteitenprogramma op basis van de gestelde doelen, evaluaties en persoonlijke reflecties werken. 1.4.3 kan feedback geven en staat open voor het ontvangen van feedback. 1.4.4 houdt rekening met de doelgroepen in organisaties en maakt de belangen van individuen in groepen bespreekbaar. 1.4.5 draagt bij aan de doelmatig functionerende organisatie door zich te houden aan de actuele afspraken, procedures en communicatiesystemen. 1.4.6 kan zijn opvattingen en zijn methodisch en didactisch werken met individuen en groepen functioneel verantwoorden en motiveren. 1.4.7 kan zijn opvattingen en werkwijzen op het gebied van samenwerken met andere organisaties en instellingen buiten de eigen organisatie om verantwoorden en motiveren. 1.4.8 geeft voorlichting en informatie aan individuen, groepen en organisaties over eer- en vormingsactiviteiten. 1.4.9 legt relaties met organisaties en instellingen, bouwt deze verder uit en onderhoudt deze. 1.4.10 ontwikkelt een netwerk met identiteitsgebonden organisaties en instellingen.


18

Kennis, vaardigheden en houdingen - Heeft kennis van leertheoretische stromingen en hun methodische kenmerken in het werken met jongeren en volwassenen; - Heeft kennis van didactische werkvormen voor leer- en vormingsactiviteiten; - Heeft kennis van management en organisatiekunde - Heeft kennis van leiderschap theorieën en groepsdynamische processen; - Heeft kennis van uitgangspunten voor samenwerking met individuen en groepen in organisaties; - Heeft kennis van sociologische structuren in de samenleving; - Heeft kennis van presentatie - en voorlichting methoden. - Heeft kennis van de sociale kaart - Heeft kennis van identiteitsgebonden vrijwilligersorganisaties; - Heeft kennis van modellen en methoden van kerkopbouw; - Heeft kennis van ecclesialogische modellen en visies; - Heeft kennis van catechetische modellen, werkvormen en visies; - Heeft kennis van mathetiek; - Heeft kennis van godsdienstpedagogiek; - Heeft kennis van agogiek en groepsdynamica; - Heeft kennis van modellen van conflicthantering; - Heeft kennis van kwaliteitsmodellen.

Leidinggeven, evalueren, reflecteren, concretiseren, samenvatten, samenwerken, presenteren, Luisteren, methoden ontwikkelen, communiceren, procesmatig denken, In structuren denken, Voorwaardenscheppend, Zelfreflectief, beslissingen nemen, coachen, begeleiden, adviseren, controleren, Toetsen, doelmatig werken, vorming- en leerprocessen inrichten, betekenis verlenen, Methodisch en didactisch werken, verbeterprocessen initiëren.

-

-

Antropocentrische houding Emancipatorische houding Houding gericht op burgerschap en samenleving Communicatieve houding Reflectieve houding Evaluatieve houding


19

Niveau Deelcompetentie: 1.1. Methodisch en didactische competentie Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd - Observeert leer- en - Maakt een lesprogramma vormingsactiviteiten en kan voor een groep en voert het leerproces benoemen volgens een vooraf gekozen en in een didactisch model didactisch model de les / uitleggen; vormingsactiviteit uit; - Kan leertheoretische en - Kan evalueren en didactische theorieën reflecteren over een benoemen en keuzes maken observatieles / voor de persoonlijke vormingsactiviteit tijdens uitgangspunten. het werkplekleren; - Kan doelstellingen voor lesen vormingsactiviteiten operationeel beschrijven, uitvoeren en evalueren; - Kan de karakteristieken van de hermeneutische stroming binnen de geestesweten-schappelijke pedagogiek beschrijven en het methodisch uitgangspunt aangeven.

3 Bachelor - Maakt een thematisch lesvormingsprogramma voor verschillende doelgroepen; - Voert zelfstandig de leer- en vormingsactiviteiten uit; - Evalueert en reflecteert zelfstandig de programma's en kan deze op basis van het resultaat bij de doelgroep ook bijstellen en verbeteren; - Kan kenmerken, docentactiviteiten en uitgangspunten van leertheoretische modellen benoemen en daaruit keuzes maken; - Is in staat een profiel te beschrijven waaruit het persoonlijke methodisch – didactisch werken als toekomstig professional duidelijk is;


20

Niveau Deelcompetentie: 1.2. Leiding geven aan individuen, groepen en organisaties Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd - krijgt inzicht in processen - kent de kenmerken van van groepen; - geeft leidinggeven en kan betekenissen aan begrippen verschillen benoemen met uit de groepsdynamica; managen, ondernemen, - reflecteert over de theorie coachen, leiden en en benoemt kenmerken op adviseren; basis van ervaringen - wordt zich bewust van zijn - kent de kenmerken van en denken en voelen d.m.v. verschillen tussen oefeningen; taakgerichtheid en - kan een procesgerichtheid; zelfonderzoektheorie op - kan de communicatie in haar / zijn eigen gedrag groepen sturen. toepassen en toetsen; - leert door ingebrachte ervaringen nieuwe inzichten door groepsoefeningen te reflecteren; - kan over de processen in groepen reflecteren; - oefent nieuwe vaardigheden en gedragspatronen in de lesgroep.

3 Bachelor - kan de aangereikte theorie n.a.v. de werkcolleges kritisch toetsen; - kan over de inhouden van deze module reflecteren en duidelijk aangeven wat die in relatie met groepen en leidinggeven geleerd heeft d.m.v. een profielontwerp voor zijn persoonlijk leiderschap; - Leiding geven aan individuen, groepen en organisaties; - visieontwikkeling op groepen - Verbeteringsvaardig / adviesvaardigheid / leiderschap / samenwerkingsvermogen / communicatief vermogen / lerend vermogen / reflectief vermogen / analytisch vermogen.


21

Niveau Deelcompetentie: 1.3. Competent zijn in organisatieontwikkeling en management op basis van moderne organisatieen managementtheorieën Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd 3 Bachelor - Kent de rol en functie van - Kan de processen in - Kan een structuur van een dienstverlenende dienstverlenende beleidsplan ontwikkelen en organisaties; organisaties onderscheiden vertalen naar jaarplannen; - Kan een organogram van en benoemen; - Kan de een organisatie lezen en - Kent de theorieën en organisatieprocessen in conclusies aan verbinden; modellen van kaart brengen en - Kent de structuur van de organisatieontwikkeling; aanbevelingen voor interne communicatie in - Kent de rol en functie van verbeteringen aanreiken; organisaties; een beleid- en werkplan - Kan op basis van het - Kent de achtergronden van voor een dienstverlenende systeem- en procesdenken het kwaliteitsdenken in organisatie; structuur in organisaties; - Kan stijlen van management dienstverlenende - Kent de rol en functie van tijdens het werkplekleren organisaties aanbrengen; de Deming cirkel en kan ontdekken en kritisch - Kan individuen en groepen deze ook onderscheiden; bevragen. in dienstverlenende - Kent de structuur op basis organisaties ondersteunen van processen in een vanuit het structuur- en dienstverlenende procesdenken; - Organisatie; - Kan een verkennend - Kent systemen van onderzoek over de stand kwaliteitszorg; van de interne - Kent enkele belangrijke communicatie uitvoeren en denkrichtingen en aanbevelingen voor persoonlijkheden die van verbeteringen doen. invloed zijn op de ontwikkeling van het vakgebied organisatiekunde en management; - Kent de fasen van het rationele besluitvormingsproces in dienstverlenende organisaties.


22

Niveau Deelcompetentie: 1.4. Competent in het samenwerken met collega's en met de omgeving Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd 3 Bachelor - Kent de menselijke - Kan ingebrachte casuïstiek - Werkt zelfstandig aan succesfactoren voor analyseren en oplossingen samenwerkingsprocessen in effectiviteit in de aandragen om groepen; samenwerking; samenwerking met teams te - Kan groepen doelmatig - Kan motieven voor bevorderen; begeleiden en inspireren; samenwerking met collega's - Kan groepen observeren en - Kan en de omgeving benoemen; samenwerkingsfactoren communicatieprocessen in - Heeft inzicht in de tijdens het werkplekleren groepen begeleiden en verschillende benoemen; kritisch toetsen; samenwerkingsverbanden - Kan interactiefasen in de - Kan van groepen en samenwerking van groepen communicatienetwerken dienstverlenende en in de omgeving opzetten in de organisatie organisaties; benoemen; en deze ook begeleiden; - Kan de modellen van - Kan modellen op basis van - Kan een persoonlijk profiel samenwerking benoemen een verkennend onderzoek ontwikkelen waarin de en afzetten naar andere toetsen in organisaties. sterke en zwakke kanten fasen in organisaties; van zijn samenwerking - Kan omgevingsfactoren zichtbaar worden. benoemen die invloed uitoefenen op organisaties en mensen; - Kan samenwerken met medestudenten in rollenspelen; - Kan feedback geven in groep; - Kan voorwaarden voor de samenwerking in groepen benoemen; - Kan de functies van nonverbale communicatieprocessen in de samenwerking benoemen.


23

2. Pastorale competentie Beroepsrol/ Het vermogen om op verzoek of op eigen initiatief individuen, paren, gezinnen beroepsverrichting en groepen geestelijk te begeleiden vanuit een levensbeschouwelijk perspectief, vanuit en/of in wisselwerking met de christelijke traditie Beroepscontext 1. Geloofsgemeenschap/kerkelijke gemeente 2. Zorginstellingen 3. Missionaire werkplekken 4. Justitiële inrichtingen 5. Bedrijfsleven 6. School Verbinding met 1. Sociaal-communicatieve bekwaamheid generieke en hbo- 2. Methodisch en reflectief denken en handelen competenties Resultaat De beroepskracht kan mensen zodanig begeleiden dat zij kunnen komen tot integratie (heelwording), troost, bestaansverheldering, verandering en/of verzoening, waarin zij hun (religieuze) identiteit kunnen ontwikkelen, herijken of zich erin bevestigd weten. Dilemma’s 1. nabijheid versus distantie 2. positie kiezen tussen bijv. daders en slachtoffers (beschadigde relaties, seksueel misbruik) 3. eigen geloofspositie versus die van de pastorant 4. belangen van de pastor, instelling/geloofsgemeenschap, samenleving versus belangen van de pastorant 5. tijd die nodig is en tijd die beschikbaar is Deelcompetenties 2.1 Kan individuen, paren, gezinnen en groepen door middel van gesprekken levensbeschouwelijk begeleiden 2.2 Kan rituelen toepassen in het pastoraat 2.3 Kan interdisciplinair samenwerken in de context van het betreffende werkveld en /over verwijzen naar hulpverlenende instanties of personen 2.4 Kan het eigene en de grenzen van het pastorale werkveld aangeven en hanteren.


24

Prestatie-indicatoren Beoordelingsaspect (deelcompetentie) 2.1 Kan individuen, paren, gezinnen en groepen door middel van gesprekken levensbeschouwelijk begeleiden

2.2 Kan rituelen toepassen in het pastoraat

2.3a. Kan binnen instellingen interdisciplinair samenwerken in het kader van vaststellen van zorgplannen en ethische besluitvorming 2.3b. Kan binnen de context van het basispastoraat interdisciplinair samenwerken, afstemmen en/of verwijzen

Indicatoren 2.1.1 Kan levensbeschouwelijke thema’s herkennen, benoemen en inzetten in geestelijke begeleiding; 2.1.2 Kan verschillende vormen van begeleiding toepassen: presentie, geestelijke begeleiding, counseling, narratief pastoraat, contextueel pastoraat; 2.1.3 Kan verschillende gesprekstechnieken hanteren; 2.1.4 Kan pastoraal diagnosticeren; 2.1.5 Kan eigen gevoelens en opvattingen herkennen en hanteren ten dienste van de gesprekspartner; 2.1.6 Kan pastorale processen initiëren, begeleiden en afronden; 2.1.7 Kan nabij zijn met behoud van distantie; 2.1.8 Communicatiestoornissen herkennen, benoemen en helpen opheffen; 2.2.1 Kan op grond van het levensverhaal en in samenspraak met de pastorant symbolische uitdrukkingsvormen vinden en toepassen met verschillende functies; 2.2.2 Kan bijbel, gebed en zegening gebruiken met verschillende functies; 2.3.1 Kan zorgplannen lezen en interpreteren; 2.3.2 Kan een levensbeschouwelijke bijdrage leveren aan een zorgplan; 2.3.3 Kan levensbeschouwelijke perspectieven in ethische besluitvorming inbrengen; 2.3.4 Kan op basis van eigen analyse functioneel verwijzen naar derden; 2.3.5 Kan sociale kaart hanteren; 2.3.6 Kent hulpverleningsinstanties en netwerken;

2.3c. Kan binnen de context van buurtpastoraat of missionaire activiteiten samenwerken met andere instanties


25

2.4. Kan het eigene en de grenzen van het pastorale werkveld aangeven en hanteren

2.4.1 Kan eigen grenzen herkennen en hanteren; 2.4.2 Kan aangeven wat het specifiek eigene is van de taak van de GPW-er in complexe hulpverleningssituaties; 2.4.3 Is in staat de specifieke functies van pastorale zorg vorm te geven in handelen en onderscheidt zich van het handelen binnen de psychosociale hulpverlening; 2.4.4 Kan het pastorale handelen methodisch verantwoorden tegenover de beroepsgroep; 2.4.5 Werkt aan voortdurende professionalisering door middel van intervisie/supervisie met inbegrip van de voorgaande bewustwording, vorming en ontwikkeling van de eigen spiritualiteit en het effect daarvan op het pastorale handelen; 2.4.6 Kan het beroeps/ambtsgeheim bewaren vanuit het zicht op de functie daarvan.


26

Kennis, vaardigheden en houdingen Kennis Vaardigheden Houdingen - Verschillende visies op - Gespreksvoering (verschillende - Congruent; levensbeschouwelijke soorten interventies) ; - Aanvaardend; begeleiding; - Ethisch debat; - Empathisch; - Verschillende - Begeleidingsmethodiek; - Reflectief; begeleidingsmethodieken; - Interpreteren en hanteren van - Integer; - Gesprekstechnieken; non-verbale communicatie; - Emancipatoir; - Psychologische processen; - Eigen visie op - Antropocentrisch. - Pastorale diagnostiek; levensbeschouwelijke - Psychopathologische begeleiding en beroepsrol diagnostiek; kunnen vertolken; - Rol van pastoraat of - Diagnostiek; geestelijke begeleiding op - Heuristisch werken; de werkvelden; - Hermeneutisch werken; - Beroepscodes; - Samenwerken. - Beroepsgeheim; - Brede kennis van bijbel en christelijke geloofsleer; - Kennis van verschillende ethische visies; - Context van levensbeschouwelijke begeleiding (levensloop; crises; etc.). Niveau Deelcompetentie: 2.1 Kan individuen, paren, gezinnen en groepen door middel van gesprekken levensbeschouwelijk begeleiden Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd 3 Bachelor - Complexiteit: Houdt een - Complexiteit: Houdt een - Complexiteit: Voert een kennismakingsgesprek met gesprek met twee mensen; pastoraal 1 persoon; - Geeft een verdiept hulpverleningsproces uit - Parafraseert wat de empathische reactie op een waarin meerdere pastorant zegt; uitspraak van een gesprekken plaatsvinden; - Stelt open vragen; pastorant; - Leidt een gesprek in een - Zelfstandigheid: voert een - Zelfstandigheid: neemt na pastoraatsgroep; kennismakingsgesprek op overleg met de vakcoach - Brengt een pastoraal intitiatief van de vakcoach. zelf het initiatief tot een bezoek aan iemand met vervolggesprek. wie de communicatie niet verloopt volgens de wegen van gewone redelijke communicatie; - Zelfstandigheid: neemt zelf het initiatief tot een serie gesprekken en evalueert naderhand met de vakcoach.


27

Deelcompententie: 2.2 Kan rituelen toepassen in het pastoraat Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd - Bedenkt welk ” ritueel “ het - Idem in de meer complexe meest passend is in deze situatie met twee situatie bij (na) het gesprek personen; (de ontmoeting) met deze - Voert rituelen uit op basis pastorant; van deze gesprekken - Stelt een (kort ) ritueel op - Geeft zich rekenschap van dat relatie heeft tot een de keuzes die je maakt; bepaalde situatie - Maakt gebruik van vrije resp.pastorant; gebeden. - Overleg met de vakcoach over de keuze; - Gebruikt min of meer voorgeschreven rituelen, structuren en vormen als gebed en bijbellezing.

3 Bachelor - Begeleidt een hulpverleningsproces met diverse rituelen en kan rekenschap geven ven deje keuze aan de groep (klas) of aan mensen die een ander communicatieniveau hebben; Kan zelfstandig nieuwe vormen bedenken en toepassen waar het gaat om pastoranten die verbaal/ communicatief het niveau van communicatie niet delen; - Bedenkt zelfstandig nieuwe vormen.

Deelcompetentie 2.3 Kan interdisciplinair samenwerken in de context van het betreffende werkveld en kan afstemmen met en/of verwijzen naar hulpverlenende personen of instanties Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd 3 Bachelor - Kan een zorgplan lezen en - levert in een - brengt een advies uit in analyseren op interdisciplinair gesprek samenwerking met levensbeschouwelijke een levensbeschouwelijke anderen op basis van haar inhoud; bijdrage; pastorale / - analyseert bij een ethisch - analyseert de ethische levensbeschouwelijke probleem welke andere besluitvorming bij het inbreng. disciplines erbij betrokken opstellen van een zorgplan zijn en hoe met het oog op of ethisch advies; pastorale begeleiding; - ontwikkelt een eigen - woont een interdisciplinair bijdrage gesprek bij over een - bespreekt de mogelijkheid pastorant van doorverwijzen met de - kan een keuze maken uit vakcoach; het hulpverleningsaanbod. - is op de hoogte van de diverse mogelijkheden van doorverwijzen.


28

Deelcompententie 2.4 Kan het eigene en de grenzen van het pastorale werkveld aangeven en hanteren Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd 3 Bachelor - ontdekt de grenzen van het - (h)erkent wanneer in een - kan aangeven hoe je pastor pastoraal handelen en dat pastoraal gesprek zelf geen blijft in een situatie van pastoraat en psycho-sociale of onvoldoende hulp doorverwijzing zorg elkaar kunnen verleend kan worden; - neemt deel aan overlappen; - neemt deel aan reflectiebijeenkomsten met - neemt deel aan reflectiebijeenkomsten met beroepsgenoten en stelt reflectiebijeenkomsten met beroepsgenoten en stelt het eigen handelen daarbij beroepsgenoten en stelt het eigen handelen daarbij ter discussie. Je kunt het eigen handelen daarbij ter discussie. Je bent in zelfstandig kritisch op je ter discussie. Je kunt staat ontvangen feedback eigen functioneren feedback ontvangen. in te zetten als leermiddel reflecteren en deze mbt je eigen functioneren. reflectie inzetten als leermiddel mbt je eigen functioneren. 3. Liturgische competentie Beroepsrol/ - Gestalte geven aan aan religieuze communicatie door ritueel handelen beroepsverrichting vanuit en/of in wisselwerking met de christelijke traditie. Beroepscontext 1. Locale geloofsgemeenschap 2. Zorginstelling 3. Buurtpastoraat 4. Uitvaartcentra 5. Onderwijsinstellingen Verbinding met 1. Creativiteit en complexiteit in handelen generieke en hbo- 2. Sociaal-communicatieve bekwaamheid competenties Resultaat De beroepskracht kan religieuze bijeenkomsten van verschillende aard, zoals getijdengebed, kerkdienst, uitvaartdienst, meditatiebijeenkomst, theologisch en praktisch verantwoord vorm geven, in professionele samenwerking met andere verantwoordelijken (zoals collega’s, kerkenraadsleden, uitvaartleider, directie van instelling, musici, kunstenaars, koster) en medewerkers zoals koorleden, vrijwilligers, deelnemers die meedoen aan de voorbereiding. Dilemma’s 1. Welke liturgische stijl kies je in een pluriforme groep participanten (bijv. evangelisch en oecumenisch) 2. Doe ik recht aan mijn eigen religieuze identiteit of aan die van de doelgroep (bijv. viering in een zorgcentrum voor ouderen), of hoe doe ik recht aan beide? 3. Spanning tussen de wensen en verwachtingen van nabestaanden versus de doelstellingen van een kerkelijke uitvaart 4. Het woordkarakter en het beeldkarakter van de liturgie (hoe verbaal of hoe beeldend is een liturgie).


29

Deelcompetenties 3.1 Kan liturgische vieringen van verschillende aard en doelstellingen vormgeven en organiseren 3.2 Kan in vieringen voorgaan Prestatie-indicatoren Beoordelingsaspect/ deelcompetentie 3.1 Liturgische vieringen van verschillende aard en doelstellingen vormgeven en organiseren

3.2 In vieringen voorgaan

Indicatoren 3.1.1 ontwerpt passend model (sluit aan bij doelgroepen, sluit aan bij locale tradities en gebruiken, houdt rekening met beschikbare tijd, idem mogelijkheden van aula of kerkgebouw qua opstelling van meubilair, geluid en liturgische attributen; 3.1.2 put op theologisch verantwoorde en evenwichtige wijze uit verschillende bronnen van liturgie (bronnen: woord, beeld, bijbelteksten, religieuze liederen, dienstboeken, leesroosters, vormen van muziek, symbolen); 3.1.3 overlegt met anderen, zoals vrijwilligers uit liturgiegroepen, kerkmusici, participanten, kunstenaars, getalenteerden op het gebied van liturgisch bloemschikken; 3.1.4 maakt overdenking of preek; 3.1.5 formuleert gebedsteksten in aansluiting bij thematiek van viering en situatie participanten; 3.1.6 maakt een hermeneutische verbinding tussen wensen en behoeften van participanten, theologische doelstelling en de bronnen van het christelijk geloof; 3.1.7 kan een boekje van de orde van de dienst maken 3.1.8 kan de uiteindelijke liturgie verantwoorden in het grotere geheel van de kerkelijke groepering, doelgroep of de instelling; 3.2.1 gaat voor op authentieke wijze; 3.2.2 verkondigt op beeldende wijze; 3.2.3 begeleidt participanten en medevoorgangers adequaat; 3.2.4 communiceert verstaanbaar en attractief in woord/ gebaar; 3.2.5 handelt ritueel stijlvol en expressief.


30

Kennis, vaardigheden en houdingen Kennis Vaardigheden - Locale tradities en - Communicatietechnieken gebruiken van kerken en (open/ gesloten, woord en religies (oecumenisch, beeld, affectief en cognitief); klassiek gereformeerd en - Presentatietechnieken; evangelisch), ook kennis - Verbaal (voordracht, van andere religies; toespraak, overweging - Bronnen van liturgie in houden); woord en beeld; - van het maken van een - Muziek en liedcultuur; liturgieboekje tot gebruik van - Bijbelteksten; Powerpoint en beamer; - Doelgroepen; - Coachen/ leidinggeven in - Dienstboeken, voorbereiding en uitvoering leesroosters, van liturgische bijeenkomsten; werkplannen; - Samenwerken; - Symbolen; - Preek/overweging maken; - Christelijke geloofsleer; - Maatschappelijke context - Bijbel; integreren in het liturgisch - Kennis van toepassing handelen; van kunst (in liturgie); - Kan een liturgische ruimte - Homiletiek. inrichten met het oog op een viering.

Houdingen - Respectvol ten aanzien van bronnen en traditie, naast openstaan voor (bereidheid tot) vernieuwing; - Politieke, maatschappelijke en culturele houding; - Emancipatorische houding.

Niveaus Deelcompetentie 3.1 Liturgische vieringen van verschillende aard en doelstellingen vormgeven en organiseren Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd 3 Bachelor - Kan standaardorde - Kan gebruik maken van - Kan vrij verkeren temidden uitvoeren diverse bestaande bronnen van diverse bronnen; eigen - Organisatorische en tradities enerzijds en formuleringen en elementen aspecten met behulp van eigen formuleringen die door de context worden vakcoach; anderzijds aangereikt - Kan functioneren in - Organisatorische aspecten, - Organisatorische aspecten, homogene groep; gedeeltelijk met behulp van zelfstandig; - Kan korte toelichting geven vakcoach; - Kan functioneren in op bijbelpassage - Kan functioneren in temidden van grote heterogene groep; diversiteit; - Maken van een - Vanuit een eigen visie een eenvoudige overweging theologisch verantwoorde overweging kunnen maken


31

3.2 In vieringen voorgaan Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd - Verkenning van de eigen - Het benutten van de eigen mogelijkheden /en mogelijkheden; onmogelijkheden op dit - Maakt samen met gebied; vakcoach viering, voert - Voert deel van een viering deze zelf uit; uit (door, of met vakcoach - Roept op voordracht van gemaakt); vakcoach mensen bijeen - Vakcoach roept medewerkers bijeen, student zit er bij

3 Bachelor - Het optimaal benutten van de eigen mogelijkheden; - Maakt en voert viering zelfstandig uit; - Kan zelfstandig medeparticipanten in een viering begeleiden en inschakelen

4. Missionaire competentie Beroepsrol/ beroepsverrichting 1. Is op een open en uitnodigende wijze aanwezig in de samenleving , ook in een cross-culturele context 2. Heeft het vermogen om de eigen religieuze traditie gestalte te geven ten dienste aan humaan leven in dorp of stad. 3. Heeft het vermogen om in wederkerigheid te communiceren over levenservaringen en religieuze traditie. Beroepscontext

Verbinding met generieke en hbocompetenties

1. 2. 3. 4. 5. 6.

Inloopcentra Buurtpastoraat Drugs- en straat pastoraat Evangelisatieprojecten Diaconale projecten Eigen bedrijf rond geloof- en zingeving

1. 2. 3. 4.

Sociaal-communicatieve bekwaamheid Maatschappelijke verantwoordelijkheid Creativiteit en complexiteit Brede professionalisering

Resultaat (evt. met eisen) Mensen hebben meer besef van eigen kracht en waardigheid, voelen zich gekend en gesteund, weten hun situatie uit te houden, weten hun welzijn te bevorderen en voelen zich geroepen tot vernieuwing. Mensen komen in aanraking met de bevrijdende kracht van het evangelie Geloofsgemeenschappen leven vanuit het bewustzijn dat zij een directe relatie hebben met en verantwoordelijk voor hun eigen concrete context van dorp, buurt, stad, wereld Dilemma’s 1. zwaarte maatschappelijke problematiek versus eigen grenzen en mogelijkheden in handelen 2. eigen (geloofs) positie versus die van de ander/anderen 3. kwaliteit van dienstverlening/hulpverlening versus wens tot groei in aantal 4. beschikbare (financiële) middelen versus realiseren kwaliteit Deelcompetenties (evt. met eisen bv. tijd/ kwaliteit/ middelen) Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

32

4.1 het vermogen om contacten te leggen met mensen op straat, in instelling, bij activiteiten. 4.2 het vermogen om relaties op te bouwen waarin op basis van wederkerigheid levenservaringen en geloofsvragen op elkaar worden betrokken. 4.3 het vermogen tot diaconale bijstand van mensen bij hun problemen, waarbij waardigheid versterkt kan worden. 4.4 het vermogen arrangementen te organiseren die dienstbaar zijn aan vragen van mensen 4.5 In staat zijn om bij te dragen aan netwerken: tussen kerken/kerkelijke groepen, maatschappelijke organisaties 4.6 In staat zijn eigen geloofsovertuiging/bronnen/positie te expliciteren in relatie tot wat relevant is voor de werksoort. Prestatie-indicatoren Beoordelingsaspect (deelcompetentie)

Indicatoren

4.1 Het vermogen om contacten te leggen met mensen op straat, in inloop, in instelling, bij activiteiten

4.1.1 is authentiek beschikbaar en kan aanwezig zijn bij anderen 4.1.2 is open voor de zegkracht van de straat, de ander, het andere

4.2 Het vermogen om relaties op te bouwen waarin op basis van wederkerigheid levenservaringen en geloofsvragen op elkaar worden betrokken.

4.2.1 kan ontvangen en geven in relaties 4.2.2 kan klimaat realiseren waarin eigenheid en waardigheid kan worden hervonden en versterkt 4.2.3 kan een gesprek voeren waarin levenservaring en geloofs- en andere vragen aan de orde kunnen komen

4.3 Het vermogen tot diaconale bijstand van mensen bij hun problemen, waarbij waardigheid versterkt kan worden/empowerment plaats vindt.

4.3.1 4.3.2 4.3.3 4.3.4 4.3.5 4.3.6

kan langdurige relaties aangaan kan vanuit contact komen tot probleemverheldering kan van daaruit komen tot handelen boort hulpbronnen aan, cq verwijst door kan sociale omstandigheden lezen en duiden kan omgaan met situaties van machteloosheid en uitzichtloosheid en kracht zien en versterken 4.3.7 kan sociale omstandigheden lezen en duiden


33

4.4 Het vermogen om arrangementen te organiseren die dienstbaar zijn aan vragen van mensen

4.5 In staat zijn om bij te dragen aan netwerken: tussen kerk-kerkelijke groepen, maatschappelijke organisaties etc. 4.6 In staat zijn eigen geloofsovertuiging/positie te expliciteren in relatie tot wat relevant is voor de werksoort

4.4.1 brengt mensen samen op basis van een zelfde interesse of vraag of (problematische) situatie 4.4.2 kan verscheidenheid tussen mensen hanteren en tot kracht laten worden 4.4.3 kan groepen leiden en begeleiden 4.4.4 kan gesprekken begeleiden waarin geloof en bezieling verwoordt kan worden 4.5.1 legt contacten in het netwerk 4.5.2 werkt samen rondom concrete situaties en stemt af 4.5.3 levert bijdrage aan opbouw kerkelijke gemeente

4.6.1 Kan eigen geloof, christelijke traditie en bronnen verwoorden 4.6.2 Kan communicatief en strategisch het werk verwoorden en belang behartigen richting derden

Kennis, vaardigheden en attitudes Kennis Vaardigheden - Brede en actuele kennis van maatschappelijke en (multi) culturele ontwikkelingen - Sociale voorzieningen - Relevante wet en regelgeving - Relevante kennis van hulpverlening - Geschiedenis missionair, diaconaal en evangelisatiewerk en uitgangspunten - Visies en methoden binnen missionair-diaconaal werk - presentie theorie - Overzicht werkvelden - Groepsdynamische processen - Projectmanagement - Kennis van christelijke traditie en bronnen

- kan contact leggen - kan wederkerige relaties opbouwen - kan methodisch en didactisch werken met vrijwilligers en professionals - kan een organisatie opbouwen waarin zeggenschap en medeverantwoordelijkheid gerealiseerd worden - Kan eigen geloof/bronnen/traditie communiceren met anderen - kan gesprekken organiseren/voeren waarbinnen recht wordt gedaan aan verschillende opvattingen, posities - kan relevante verbinding maken tussen persoonlijke omstandigheden en maatschappelijke realiteit

Attitudes Communicatief Is autentiek beschikbaar Empathisch Reflectief Emancipatorisch Evaluatief Politiek/maatschappelijk en cultureel


34

Niveau Deelcompetentie: 4.1 Het vermogen om contacten te leggen met mensen op straat, in instelling, bij activiteiten Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd Bewustwording van eigen zien, ervaren en denken in ontmoeting met het andere/de ander, op straat of in de instelling. (door de oefening van exposure)

Maakt contacten met mensen In instelling of op straat en wordt zich bewust van eigen voelen, denken.

3 Bachelor Kan hierop reflecteren en vandaaruit een werkplan maken of daaraan een bijdrage leveren.

Niveau Deelcompetentie: 4.2 Het vermogen om relaties op te bouwen waarin op basis van wederkerigheid levenservaringen en geloofsvragen op elkaar worden betrokken. Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd Leggen van contacten met mensen

Opbouwen van een relatie waarin wederkerigheid wordt geoefend en ervaren

3 Bachelor Voert gesprekken waarin zingeving vanuit ieders eigen spiritualiteit/bronnen aan de orde kan komen

Niveau Deelcompetentie 4.3: Het vermogen tot diaconale bijstand van mensen bij hun problemen, waarbij waardigheid versterkt kan worden Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd

3 Bachelor

Verkent vraag, probleem van bezoeker en verkent mogelijkheden

Voert zelfstandig begeleidingstraject uit, ev. samen met anderen in netwerk

Voert deeltaken uit samen met de betrokkene met oog op de vraag Onder begeleiding van een mentor

Niveau Deelcompetentie 4.4: Het vermogen om arrangementen te organiseren die dienstbaar zijn aan vragen van mensen Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd Participatie in bestaande Verantwoordelijkheid dragen activiteiten en daarin eigen rol voor (deel) activiteit en eigen ontdekken en versterken rol daarin vervullen

3 Bachelor Organiseren van een arrangement rond aspect vanuit de gemeenschap

Niveau Deelcompetentie 4.5: In staat zijn om bij te dragen aan netwerken tussen kerken/kerkelijke Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

35

groepen, maatschappelijke organisaties Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd Kennismaking met andere Meewerken in de aanpak van instellingen/personen binnen een concrete situatie geloofsgemeenschappen netwerken Nieuw contact maken en/of bestaand contact vernieuwen

3 Bachelor Samen met iemand /instelling uit netwerken een probleem/vraag verkennen, werkwijze afspreken en uitvoeren

Niveau Deelcompetentie 4.6: In staat zijn eigen geloofsovertuiging/bronnen/positie te expliciteren in relatie tot de werksoort Drie niveaus van taken/ opdrachten 1 Basis 2 Halfgevorderd 3 Bachelor Verkent eigen geloof/bronnen in relatie tot werk/mensen en dat van anderen

Kan eigen positie/geloof verwoorden in gesprek met derden, bijv. bij een collegainstelling

Kan richting kerk/opdrachtgever of instantie de positie, visie of een concreet dilemma vanuit het werk verwoorden, bijv. in een ontmoeting of in een artikel


36

a. Competenties voor leraren Godsdienst / Levensbeschouwing In onderstaand document vind je de SBL-competenties (SBL = Stichting Beroepskwaliteit Leraren) terug. Recht lettertype betreft de algemene competenties als aangegeven door de Stichting Beroepskwaliteit Leraren. Cursief lettertype betreft de vakspecifieke competenties voor een docent GL als aangegeven door de besturenraad. Competentie 1: Interpersoonlijk competent De docent onderschrijft zijn interpersoonlijke verantwoordelijkheid en is zich bewust van zijn eigen houding en gedrag en van de invloed daarvan op de leerlingen. 

De docent schept een goed klimaat voor samenwerking met de leerlingen en tussen de leerlingen onderling, waarbinnen ruimte is voor ervaringen van leerlingen met betrekking tot levensbeschouwelijke opvattingen, levensvragen, uitingen en demonstraties daarvan.



De docent is op een praktisch niveau op de hoogte van communicatietheorieën, groepsdynamica, interculturele en (inter-)religieuze communicatie en kent vooral ook de implicaties daarvan voor zijn eigen doen en laten.



De docent is authentiek in het interpersoonlijk verkeer en laat zien op welke wijze hij zelf omgaat met levensbeschouwelijke zaken.

Competentie 2: Pedagogisch competent De docent biedt leerlingen in een veilige leer- en werkomgeving houvast en structuur bij de keuzes die ze moeten maken en hij bevordert het zich verder kunnen ontwikkelen. 

De docent is bekend met de sociaal-emotionele, levensbeschouwelijke en morele ontwikkeling van tieners, jongvolwassenen en volwassenen, met de problemen en belemmeringen die zich daarbij kunnen voordoen en weet hoe hij die problemen in de praktijk kan signaleren en hoe hij daarmee om kan gaan.



De docent begeleidt de leerlingen bij hun zoektocht naar de eigen religieuze identiteit. Hij reikt informatie (-bronnen) aan waardoor leerlingen in staat zijn hun eigen vragen te beantwoorden, antwoorden te formuleren en te communiceren.



De docent stimuleert de levensbeschouwelijke en morele ontwikkeling van de leerling en zijn ethische sensibiliteit en begeleidt leerlingen bij het opstellen en beargumenteren van religieuze en ethische redeneringen.

Competentie 3: Vakinhoudelijk en didactisch competent De docent moet de leerlingen helpen zich de leerinhouden van een bepaald vak eigen te maken en vertrouwd te raken met de manier waarop die in het dagelijkse leven gebruikt worden. Ook helpt hij de leerlingen zicht te krijgen op wat zij in de samenleving en in de wereld van het werken kunnen verwachten. 

De docent is op de hoogte van de levensbeschouwelijke diversiteit binnen de groep en kan daar bij aansluiten.



De docent heeft kennis van de theologie en verwante wetenschappen op HBO of universitair niveau en van de vakinhoud, zoals omschreven in kerndoelen en eindtermen voor het vak GL. Hij kan deze koppelen aan leerinhouden en werkvormen.


37



De docent weet de levensbeschouwelijke cq. religieuze betekenisverlening in het algemeen en die van de leerlingen in het bijzonder te duiden en uit te leggen (hermeneutiek).

Competentie 4: Organisatorisch competent De docent draagt zorg voor organisatorische zaken die samenhangen met zijn onderwijs en het leerproces van de leerlingen in de school. Hij zorgt er voor dat leerlingen een ordelijke taakgerichte omgeving treffen, waar ook ruimte is voor eigen initiatief. 

De docent brengt de religieuze traditie waarin de identiteit van de school vorm krijgt, voor het voetlicht.



De docent draagt (zonodig) bij aan het organiseren en doordenken van viermomenten in de school als vorm van leren en communiceren.

Competentie 5: Competent in het samenwerken met collega’s De docent draagt er zorg voor dat zijn werk en dat van zijn collega’s in de school op elkaar zijn afgestemd. Hij werkt samen met collega’s binnen de school en levert een bijdrage aan de schoolorganisatie. 

De docent analyseert en ontwikkelt met collega’s levensbeschouwelijke en waardeconcepten binnen de kaders van het pedagogisch concept van de school.



De docent geeft (samen met anderen) vorm aan de schoolidentiteit.



De docent heeft enige kennis van identiteits-, organisatieen bestuursvormen voor scholen in het voortgezet onderwijs en BVE.

Competentie 6: Competent in het samenwerken met de omgeving De docent onderhoudt contacten met ouders/verzorgers van de leerlingen en werkt zodanig mee dat de samenwerking van de school met andere instellingen goed verloopt. 

De docent verduidelijkt voor ouders en belangstellenden de betekenis van godsdienst en levensbeschouwing in de samenleving.



De docent is bekend met de leefwereld van ouders of verzorgers en met de culturele en religieuze achtergronden van de leerlingen en hij weet mede vanuit eigen affiniteit met deze culturele en religieuze gemeenschappen hoe hij daar rekening mee moet houden in zijn doen en laten als leraar.

Competentie 7: Competent in reflectie en ontwikkeling De docent moet zich voortdurend ontwikkelen en professionaliseren om zijn verantwoordelijkheden blijvend waar te kunnen maken. 

De docent reflecteert op zijn persoonlijke levensbeschouwing in dialoog met de school waar hij werkzaam is.


38

Kennisbasis Voor de meeste opleidingen die de lerarenopleiding voortgezet onderwijs aanbiedt is een landelijk geldende kennisbasis vastgesteld. De beroepskennis van leraren heeft wortels in twee wetenschappelijke domeinen. In de eerste plaats het domein van het vak en de vakdidactiek (ook wel vakmanschap genoemd) en in de tweede plaats de kennis, die beschikbaar is over leerlingen, leren en onderwijzen (meesterschap). Die twee pijlers vormen samen het fundament onder de beroepskennis. Het vermogen om zijn kennis op een doelmatige manier in de praktijk over te dragen, maakt iemand tot een goede leraar. De opbouw van beroepskennis begint tijdens de opleiding. De aldaar verworven kennis is een selectie uit het wetenschappelijke fundament, gerelateerd aan de actuele onderwijspraktijk. Deze selectie is de kennisbasis van de lerarenopleidingen. Ook voor de lerarenopleiding Godsdienst/Levensbeschouwing is een landelijk vastgestelde Kennisbasis. Digitale kennistoetsen De vakinhoudelijke en vakdidactische kennis waarover de startbekwame docent Godsdienst/Levensbeschouwing dient te beschikken is vastgelegd in de kennisbasis, die landelijk is overeengekomen. Vanaf 2010-2011 worden pilots uitgevoerd met het afnemen van digitale kennistoetsen op basis van deze kennisbasis. Vanaf 2014 zullen twee digitale kennistoetsen onderdeel uitmaken van de opleiding: een toets in de propedeutische fase en een toets om het startbekwaamheidsniveau te toetsen.

3 - Inhoud van de opleiding a. De opleiding GL leidt op tot leraar godsdienst/levensbeschouwing voor het 2e graads gebied, te weten VMBO, onderbouw HAVO/VWO en de BVE bijvoorbeeld op de ROC’s. b. De opleiding GPW leidt op tot beroepen uit het domein theologie en levensbeschouwing, te weten kerkelijk werker, pastoraal werker, catecheet, kerkelijke opbouwwerker, geestelijk verzorger in zorginstellingen, missionair werker, diaconaal werker. Er is de mogelijkheid de opleiding tot officier van het Leger des Heils te volgen. De opleiding biedt via speciale keuzeminoren de opleiding tot een functie als kerkelijk werker in de Protestantse Kerk in Nederland, voor de Vereniging van Pinkster- en Evangelie Gemeenten, tot voorganger binnen de Unie van de Baptistengemeenten in Nederland en tot voorganger in de Molukse evangelische kerken in Nederland.

4 - De relatie tussen de opleiding en het beroepenveld Het beroep in zijn context In de sociaal-culturele en religieuze werkelijkheid van vandaag, die gekenmerkt wordt door globalisering, deseculering, hybridisering en herformulering van religieuze identiteit van individu en organisatie, benoemen we hermeneutische communicatie als kernkwaliteit of kerncompetentie van de afgestudeerde hbo-theoloog, GPW’er of GL’er. Hiermee bedoelen we dat een student aan het eind van een van de opleidingen bijbel en christelijke traditie op creatieve en dynamische wijze kan verbinden met de actuele maatschappelijke, sociale of individuele situatie van mensen, groepen en geloofsgemeenschappen in taken die zij/hij uitvoert op een of meerdere werkvelden. Voor het uitvoeren van die taken zijn de beroepscompetenties vereist, zoals die zijn beschreven in de competentieprofielen. Deze competenties krijgen hun theologische diepte echter pas wanneer zij voldoen aan het hermeneutisch criterium, dat het hart vormt van elke beroepscompetentie. Hermeneutisch wordt verstaan in een dubbele zin: De afgestudeerde kan menselijke en maatschappelijke situaties verstaan met behulp van sociaalwetenschappelijke inzichten en deze plaatsen in het licht van bijbel en christelijke traditie. De afgestudeerde kan tevens bijbel en christelijke traditie verstaan met behulp van historische en literatuurwetenschappelijke methoden en verbinden met mensen in hun situaties. Deze beide verstaansprocessen kan de afgestudeerde inzetten ten dienste van werksituaties in onderwijs, pastoraat, liturgie, gemeenteopbouw, in zorginstelling, in vrije beroepen als zelfstandig ondernemer of in het bedrijfsleven. Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

39

Wanneer we hier het begrip hermeneutiek hanteren dan gaan we uit van principiële pluraliteit in interpretatie, zowel van de bijbel en traditie en de daaraan toegeschreven waarheidsclaims, als van de persoonlijke of maatschappelijke situatie, zoals die verankerd liggen in bijbel en traditie. Een afgestudeerde van de opleidingen Theologie en levensbeschouwing werkt in de context van verschillende en soms conflicterende interpretaties en ziet deze als aangrijpingspunt voor een vormingsproces waarin gestreefd wordt naar eenheid in verscheidenheid. Hij tracht een proces van bestaansverheldering op gang te brengen waarin het subject zijn van mensen ten volle wordt gehonoreerd. Hierbij zet de afgestudeerde zijn eigen spiritualiteit (of religieuze identiteit) op creatieve en uitnodigende wijze in, zonder daarbij de eigen verantwoordelijkheid en ruimte van de gesprekspartners voor het vormgeven aan hun eigen religieuze identiteit in te perken. De hbo-theoloog doet haar of zijn werk in een wisselwerking tussen het ‘geleefde geloof’ van individu en geloofsgemeenschap en de context van cultuur en samenleving waartoe geloof zich in een dynamische relatie verhoudt.

Cultuur

Geloof

Samenleving

In het proces van communicatie putten de afgestudeerden uit christelijke bronnen. Deze communicatie vindt plaats in diverse gestalten: in de vorm van geestelijke begeleiding en/of pastoraal gesprek; in ritueel handelen en/of liturgie; in educatieve en of agogische processen; in sociaaldiaconaal handelen. Dit handelen is professioneel, dat wil zeggen bewust, intentioneel, reflectief en methodisch. Over de gerichtheid van deze hermeneutiek en de doelen van de communicatie kunnen we nog iets meer zeggen. De communicatie is gericht op een zich voortdurend vernieuwend verstaan van de eigen situatie en werkelijkheid van individuen, groepen en (kerkelijke-)gemeenschappen als een proces van herijking van de identiteit. Dit begeleiden naar en uitnodigen tot een hernieuwd zelfverstaan gebeurt niet onkritisch, maar geïnspireerd door de verwachting van het Rijk van God. De doelen van dit proces worden gevonden bij en vanuit mensen zelf en niet a-priori vanuit in de traditie voorgegeven motieven. Samenspraak opleiding en het beroepenveld De competentieprofielen van GPW en GL zijn tot stand gekomen in samenspraak met vertegenwoordigers van de werkvelden. Zij zijn daardoor gelegitimeerd. Hetzelfde geldt voor de kenmerkende beroepssituaties waarbinnen de studenten werken aan hun competenties. De onderwijseenheden van de opleidingen worden geregeld door representanten van de werkvelden op hun relevantie voor het beroep beoordeeld. Het meest recent is dit gebeurd voor de GL-opleiding en Masteropleiding in 2011. Via het op de stage, Leer-Werktraject (LWT) werken aan praktijkopdrachten in de integrale leerlijn komen studenten in contact met het werkveld en worden zij gecoacht door gekwalificeerde beroepsbeoefenaren. Het landelijke competentieprofiel Bachelor of Theology vindt in het programma van GPW volledige dekking. De landelijke eindtermen SBL en de inhouden van het document Godsdienst als examenvak vinden dekking in het programma GL. Er functioneren werkveldcommissies voor GPW en GL als adviserende organen bij het inrichten en kwalitatief handhaven van de opleidingen. In verband met licenties zijn er officiële contacten met het Leger des Heils, met de Protestantse kerk in Nederland (PKN), met de Vereniging van Pinkster- en Evangeliegemeenten in Nederland, met de Unie van Baptisten Gemeenten in Nederland en de Molukse kerken in Nederland voor wat betreft de GPW-opleiding. Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

40

C - INRICHTING VAN HET ONDERWIJS 1 - Inrichting van de opleiding a. De opleidingen GPW en GL zijn opgebouwd volgens de Windesheim Onderwijsstandaarden, met een major van 180 EC en minoren van 30 EC. De gehele opleiding bestaat uit major en twee minoren. De minoren kunnen verbredend (bijdragend aan generieke competenties) of verdiepend zijn(bijdragend aan domeincompetenties). Een verbredende minor kan ook buiten de opleidingen theologie gevolgd worden, bijvoorbeeld een hogeschoolbrede minor, of een minor van een andere opleiding. Studenten zijn verplicht één verdiepende theologische minor te volgen. b. Voor GPW kunnen binnen de afdeling theologie en levensbeschouwing de volgende verdiepende minoren worden gekozen: een minor Vaktheorie, een minor Theologische disciplines, VPE/Baptisten minor 1 en 2, VPE/Baptisten minor en de pre-master minor die voorbereidt op een masterstudie aan de universiteit. Als verdiepende minor gelden ook de minoren van Leger des Heils en Molukse kerken. c. Voor GL geldt als verplichtend de Minor Theologische disciplines (jaar 4). Daarnaast heeft GL 1 vrije minor keuze(jaar 3). d. In de bijlagen van dit Statuut zijn lijsten te vinden waarop minors staan die bij voorbaat zijn goedgekeurd door de examencommissie van de opleidingen theologie en levensbeschouwing als minor voor de opleiding GL en/of GPW (bijlagen 2 en 3). e. De opleidingen GPW en GL zijn zowel in deeltijd als in voltijd te volgen. De voltijdvarianten die gevolgd worden door de cohorten 2008-2009, 2009-2010 en 2010-2011 worden samen met de Protestantse Universiteit (Kampen) en de Vrije Universiteit (Amsterdam) aangeboden in een gedeeltelijk gecombineerd WO/HBO traject. Deze opleidingen functioneren onder de naam Geloof, Cultuur en Samenleving, nader te noemen GCS.

1a - De propedeutische fase In de gehele opleiding worden onderwijsleeractiviteiten aangeboden in verschillende leerlijnen: 1. de integrale leerlijn (werken aan beroepsopdrachten en vakkennis); 2. de conceptuele leerlijn (verwerven van basiskennis); 3. vaardigheidsleerlijn (trainen van beroepsvaardigheden); 4. reflectieleerlijn (reflecteren op integratie van competenties, kennis en persoon). In de propedeuse verkent de student haar/zijn mogelijkheden om met succes de opleiding GPW of GL te kunnen voortzetten en of de beroepen waarvoor wordt opgeleid passend zijn. In de reflectieleerlijn (studieloopbaanbegeleiding en intervisie) is ruime aandacht voor eigen kwaliteiten, verwachtingen en leerwensen, en in de integrale opdrachten van de derde periode verkent de student het werkveld en zijn of haar motivatie en mogelijkheden daarvoor. In de conceptuele leerlijn vindt een eerste kennismaking met theologische concepten plaats en in de vaardighedenleerlijn worden basale vaardigheden verworven. In periode 4 maakt de student de balans op in de reflectieleerlijn: is de studie de juiste, welk profiel past het meest bij mijn ambities en kan ik met succes de studie vervolgen?

1b - De postpropedeutische of hoofdfase Na de propedeuse volgen nog 90 studiepunten major in het tweede en derde studiejaar. Vanaf jaar twee kiest de student GPW een profielaccent (Zin en Zorg, Geloof en Kerk of Religie en Samenleving). Binnen een van deze profielen wordt een plaats voor het Leerwerktraject gekozen en vinden profieleigen opdrachten plaats. Deze toespitsing vindt plaats om dat het domein godsdienstpastoraal werk breed is en eigen, te onderscheiden werkgebieden kent. De student krijgt de gelegenheid eigen accenten te leggen in het leertraject. De opleiding GL geeft na de propedeuse aandacht aan de thema’s identiteit en didactiek, onderwijsvisie en toetsing. Vervolgens kiest de student GPW een verdiepende minor theologie/levensbeschouwing van 30 EC of een andere goedgekeurde vaktheologische minor en volgt daarnaast een minor naar keuze. De GL student volgt een vrij te kiezen minor in jaar 3 en volgt de minor Theologische Disciplines in jaar 4. Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

41

De student beëindigt de major met een afstudeerproject en een kort Leerwerktraject (LWT) (samen 30 EC). In het afstudeertraject staat de onderzoekscompetentie centraal.

1c - Bijzondere leerwegen De GCS-studenten cohorten 2008-2009, 2009-2010 2010-2011 kunnen in de propedeuse en in het eerste semester van jaar twee als verrijkingsprogramma 5 EC per semester volgen in modules die voor WOstudenten zijn ontworpen binnen de gecombineerde opleiding WO/HBO. Deze extra studiepunten leveren vervolgens vrijstellingen op voor de pre-masterminor.

2 - Overzicht informatie major, minors en onderwijseenheden


42

Leerplanschema’s Deeltijd

3.3.

3.3.1 Leerplanschema Propedeuse GPW

2013/2014

Major 1-2 PERIODE 1

C O M P

I N T E G R A A L

E C

E C

PERIODE 3

E C

PERIODE 4

E C

- Liturg. Deelcomp. 1 - Miss. Deelcomp. 4 + 6

- Agogische/educatieve deelcomp. 1 + 2 - Past. Deelcomp. 1

- Agogische/Educatieve - Pastorale - Liturgische - Missionaire comp.

Integratie: werken aan 1 competentie naar keuze

KBS: * viering * contact Niet-/andersgelovigen

KBS: * levensbeschouwelijk gesprek * leiding vrijwilligers

KBS: op basis van pap

KBS: organisatieontwikkeling

LITURGIE IN MISSIONAIR PERSPECTIEF

PASTORAAT EN AGOGIEK

LWT EN ORGANISATIEANALYSE

HERMENEUTISCHE COMMUNICATIE

Comp: liturgische en missionaire

Comp: agogisch-educatieve en pastorale

Comp: alle 4 GPW

Comp: alle 4 GPW

Opdracht: Laagdrempelige liturgie maken

2

Opdracht: Training ontwikkelen voor vrijwilligers in het pastoraat

2

Vaktheorie: Liturgiek

1

Vaktheorie: Pastorale Theorie

1

Code: ENTH-INT1 C L

PERIODE 2

Major 3-4

HEILIGE BOEKEN

Code: ENTH-INT2 7

1. GDW (1EC)

GOD EN MENS

2

Vaktheorie: Kerkopbouw

1

Code: ENTH-INT3 7

1. Oriëntatie geloofsleer (4EC)

2. Oriëntatie BW (6 EC) 2. Oriëntatie Gd. Psych (3EC)

Code: ENTH-CL4

Stage: Opdrachten uit handboek leerwerktraject 1

GEMEENSCHAPPEN

Opdracht: Essay schrijven secularisatie en/of religieuze individualisering

2

Vaktheorie: Praktische Theologie

1

Code: ENTH-INT4 7

WERELDGODSDIENST EN

1. Oriëntatie gd. sociologie (3EC) 2. Kerkgeschiedenis (4EC)

Oriëntatie religie/ wereldgodsdiensten

Code: ENTH-CL3

Code: ENTH-CL21

7

Code: ENTH-CL11 V A A R

WERKEN MET SYMBOLEN

3

Basistechniek GESPREKSVOERING (BASIS)

3

Code: ENTH-VAA1

PRESENTATIE: VERHAAL

3

Code: ENTH-VAA3

METHODIEK GROEPSWERK

3

Code: ENTH-VAA4

Code: ENTH-VAA20

S L B

SLB

IN V

INTERVISIE

1

Code: ENTH-SLB1A

Code: ENTH-INV1A

SLB

1

Code: ENTH-SLB1A

1

INTERVISIE Code: ENTH-INV1A

SLB

1

Code: ENTH-SLB1B

1

INTERVISIE Code: ENTH-INV1B

SLB

1

Code: ENTH-SLB1B

1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV1B


43

3.3.2 Leerplanschema Propedeuse GL

2013/2014

Major 1-2 PERIODE 1 C O M P

I N T E G R A A L

E C

PERIODE 2

Major 3-4 E C

PERIODE 3

E C

PERIODE 4

E C

1. interpersoonlijk 3. vakinhoudelijkvakdidactisch 4. organisatorisch 7. zelfreflectie

1. Interpersoonlijk 2. pedagogisch 3. Vakinhoudelijkvakdidactisch

1.Interpersoonlijk 2.pedagogisch 3.vakinhoudelijk/ didactisch organisatorisch

3.Vakinhoudelijk/ didactisch 5.Samenwerken collega’s

KBS 1: leeromgeving

KBS 3: leeromgeving gevorderd

KBS 2: de leerling

KBS 1: leeromgeving 5: schoolomgeving

GENESIS

3

GELOOF EN LEVENSLOOP

3

STAGE & LEIDING GEVEN EN OMGAAN MET VERSCHILLEN

3


Leerlingenpopulatie Vaktheorie: didactische fasering; ontwikkelingspsychologie

Vaktheorie: didactische fasering, pedagogiek

Vaktheorie: pedagogiek/ onderwijskunde

Opdracht: Essay schrijven secularisatie en/of religieuze individualisering

2

Code: ENGL-INT11

Code: ENGL-INT2

Code: ENGL-INT3

Vaktheorie: Praktische Theologie

1

Code: ENTH-INT4

C L

HEILIGE BOEKEN

7

1. GDW (1EC)

GOD EN MENS

7

1. Oriëntatie geloofsleer (4EC)

7

1. Oriëntatie gd. sociologie (3EC) 2. Kerkgeschiedenis (4EC)

2. Oriëntatie BW (6 EC) 2. Oriëntatie Gd. Psych (3EC)

Code: ENTH-CL4

GEMEENSCHAPPEN

WERELDGODSDIENSTEN

7

Oriëntatie religie/ wereldgodsdiensten

Code: ENTH-CL21 Code: ENTH-CL3


WERKEN MET SYMBOLEN

3

Code: ENTH-VAA1

S L B

SLB

I N V

INTERVISIE

ONDERWIJS en ICT

3

Code: ENGL-VAA8

1

Code: ENTH-SLB1A

SLB

INTERVISIE

3

Code: ENTH-VAA3

1

Code: ENTH-SLB1A 1

PRESENTATIE: VERHAAL

SLB

INTERVISIE

3

Code: ENTH-VAA4

1

Code: ENTH-SLB1B 1


SLB

1

Code: ENTH-SLB1 B 1

INTERVISIE 1

Code: ENTH-INV1A

Code: ENTH-INV1A

Code: ENTH-INV1B

Code: ENTH-INV1B


44

3.3.3 Leerplanschema JAAR 2 GELOOF & KERK Major 5- 6 PERIODE 1(5) C O M P

I N T E G R A A L

2013/2014

Major 7-8, accent GELOOF EN KERK E C

PERIODE 2 (6)

E PERIODE 3 (7) C - Agogische/Educatieve deelcomp. 3 - Miss. deelcomp. 4

E PERIODE 4 (8) C Agogisch/educatieve deelcomp. 3 + 4

- Missionaire deelcomp. 2, 4 en 6 - Agogische/Educatieve deelcomp. 1, 2 en 4

- Pastorale deelcomp. 1 + 2 - Liturgische deelcomp. 1 + 2 - Agogisch-educatieve deelcomp - Miss. deelcomp. 2

KBS: * educatie * samenwerken * ethische besluitvorming * contact Niet-/andersgelovigen

KBS: * levensbeschouwelijk gesprek * viering * organisatieontwikkeling * ethische besluitvorming

KBS: * organisatieontwikkeling * projectplan

KBS: * aandacht/present zijn * organisatieontwikkeling * leiding geven vrijwilligers

EDUCATIE EN ONTMOETING

PASTORAAT EN LITURGIEK

PLURALITEIT: SPANNING EN DYNAMIEK

VRIJW. MANAGEMENT

Opdrachten: 1. 4 educatieve bijeenkomsten uitvoeren.

1

Vaktheorie: Geloofseducatie

3

Code: ENTH-INT53

Opdrachten: 1. (Kennismakings)gesprekken voeren

1

Vaktheorie: Pastorale psychologie/geestelijke begeleiding

3

2. Viering/ritueel

1

1

2

1

Opdracht: Beschrijf een project met vrijwilligers

3

Vaktheorie: Opbouwwerk

3

Vaktheorie: Theorie over communicatie in plurale setting

Code: ENTH-INT6

LWT

Opdrachten: 1. Casus beschrijven over moeizame communicatie in een gemeenschap

E C

2. Sociale kaart

1

Code: ENTH-INT71

LWT

1

JODENDOM

3

LWT

Code: ENTH-GKINT2

1

LWT Code:ENTH-LWT2D

1

SPREKEN OVER GOD

3

2. EXPOSURE 3 Code: ENTH-INT52 C L

GOED EN KWAAD

5

Oriëntatie Ethiek 3 EC Oriëntatie Filosofie 2 EC

Godsdienstfilosofie 2EC Geloofsleer (apol.) 1EC

Code: ENTH-CL52

V A A R

Training verdiepende GESPREKSTECHNIEK

Code: ENTH-CL61

3

PROJECTMATIG WERKEN

Code: ENTH-CL81

3

1. CONFLICTHANTERING

3

EXEGETISCHE VAARDIGHEDEN (VERDIEPT)

4

Code: ENTH-VAA71 2. EXEGETISCHE VAARDIGHEDEN (BASIS)

Code: ENTH-VAA5

Code: ENTH-VAA6

S L B

SLB

SLB

Code: ENTH-SLB2A

Code: ENTH-SLB2A

I N V


1


1

1

4

Code: ENTH-VAA8

Code: ENTH-VAA81

SLB

SLB

Code: ENTH-SLB2A

Code: ENTH-SLB2A


1

1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV2B


45

3.3.4 Leerplanschema JAAR 2 ZIN& ZORG

2013/2014

Major 5- 6 PERIODE 1(5) C O M P

I N T E G R A A L

Major 7-8, accent ZIN EN ZORG E C

PERIODE 2 (6)

E PERIODE 3 (7) C - Agogische/Educatieve deelcomp. 3 - Miss. deelcomp. 4

E PERIODE 4 (8) C Pastorale deelcomp. 1 + 3

- Missionaire deelcomp. 1, 2 , 4 en 6 - Agogische/Educatieve deelcomp. 2, 4 en 6

- Pastorale deelcomp. 1 + 2 - Liturgische deelcomp. 1 + 2 - Agogisch-educatieve deelcomp - Miss. deelcomp. 2

KBS: * educatie * samenwerken * ethische besluitvorming * contact Niet-/andersgelovigen

KBS: * levensbeschouwelijk gesprek * viering * organisatieontwikkeling * ethische besluitvorming

KBS: * organisatieontwikkeling * projectplan

KBS: *ethische besluitvorming * werken in een institutionele context * levensbeschouwelijk gesprek




ETHIEK EN PASTORAAT IN DE ZORG


1


3

Code: ENTH-INT53



1

3

Opdrachten: 1. Casus beschrijven over moeizame communicatie in een gemeenschap Vaktheorie: Theorie over communicatie in plurale setting

1

3

E C

Opdracht:: Maak analyse van ethische casus

2

Vaktheorie: Ethiek van de zorg

3

Code: ENTH-ZZINT2 2. Viering/ritueel

1

Code: ENTH-INT6

LWT

1

2. EXPOSURETRAINING

3

2. Sociale kaart

1

Code: ENTH-INT71

LWT

1

JODENDOM

3

LWT

1

LWT Code:ENTH-LWT2D

1

SPREKEN OVER GOD

3

Code: ENTH-INT52

C L

GOED EN KWAAD

5





Code: ENTH-CL61 3

PROJECTMATIG WERKEN

Code: ENTH-CL81 3


3


4


Code: ENTH-VAA5

Code: ENTH-VAA6

S L B

SLB

SLB

Code: ENTH-SLB2A

Code: ENTH-SLB2A

I N V


1


1

1

4

Code: ENTH-VAA8

Code: ENTH-VAA81

SLB

SLB

Code: ENTH-SLB2A

Code: ENTH-SLB2A


1

1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV2B


46

3.3.5 Leerplanschema JAAR 2 RELIGIE & SAMENLEVING Major 5-6 C O M P

I N T E G R A A L

2013/2014

Major 7-8, accent Religie & Samenleving

PERIODE 1 (5) - Missionaire deelcomp. 1, 2 , 4 en 6 - Agogische/Educatieve deelcomp. 2, 4 en 6

PERIODE 2 (6) - Pastorale deelcomp. 1 + 2 - Liturgische deelcomp. 1 + 2 - Agogisch-educatieve deelcomp - Miss. deelcomp. 2

KBS: * Educatie * Samenwerken * Ethische besluitvorming * Contact Niet-/andersgelovigen

KBS: * Levensbeschouwelijk gesprek * Viering * Organisatieontwikkeling * ethische besluitvorming




1


3

Code: ENTH-INT53


1


3

2. Viering/ritueel

1

1

2. EXPOSURE

3

PERIODE 4 (8) Missionaire deelcomp. 2,3 en

KBS: *Organisatieontwikkeling * Projectplan

KBS: * Aandacht/present zijn * Contact Niet-/andersgelovigen * Leiding geven vrijwilligers


MISSIONAIRE PRESENTIE

Opdrachten: 1. Casus beschrijven over moeizame communicatie in een gemeenschap

1

Opdracht:

2

3

Vaktheorie: Presentietheorie

3

Vaktheorie: Theorie over communicatie in plurale setting

Code: ENTH-INT6

LWT

PERIODE 3 (7) - Agogische/Educatieve deelcomp. 3 - Miss. deelcomp. 4

2. Sociale kaart

1

Code: ENTH-RSINT21

Code: ENTH-INT71

LWT

1

JODENDOM

3

LWT

1

LWT Code:ENTH-LWT2D

1

SPREKEN OVER GOD

3

Code: ENTH-INT52

C L

GOED EN KWAAD

5





Code: ENTH-CL61 3

PROJECTMATIG WERKEN

Code: ENTH-CL81 3


3


Code: ENTH-VAA5

Code: ENTH-VAA6

S L B

SLB

SLB

Code: ENTH-SLB2A

Code: ENTH-SLB2A

I N V


1


1

1


4

Code: ENTH-VAA8

Code: ENTH-VAA81

SLB

SLB

Code: ENTH-SLB2A

Code: ENTH-SLB2A


4

1

1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV2B


47

3.3.6 Leerplanschema JAAR 2 GL

2013/2014

Major 5-6 PERIODE 1(5) C O M P S

1. Interpersoonlijk competent 2. Pedagogisch 3. Vakinhoudelijk en didactisch 4. Organisatorisch competent 7. Reflectie en ontwikkeling

E PERIODE 2 (6) C 2. Pedagogisch competentie 3. Vakinhoudelijk en didactisch 4. Organisatorisch 5. Samenwerken collega’s 6. Samenwerken omgeving

Major 7-8 E C

PERIODE 3 (7)

E C

2. Pedagogisch competent 3. Vakinhoudelijk en didactisch 5. Samenwerken met collega’s 6. Samenwerken met omgeving 7. Reflectie en ontwikkeling

PERIODE 4 (8)

EC

2. Pedagogisch competent 3. Vakinhoudelijk en didactisch 6. Samenwerken met omgeving 7. Reflectie en ontwikkeling KBS: de leerling

KBS: de leerling KBS: de leeromgeving KBS: de school en haar omgeving IDENTITEIT EN DIDACTIEK

I N T E Code: ENGL-INT50 G R A LWT A L

EXPOSURE

5

ONDERWIJSVISIE EN TOETSING

5

Code: ENGL-INT6

1

LEERLINGBEGELEIDING

6

Code: ENGL-INT71

LWT

1

JODENDOM

3

LWT Code: ENGL-LWT2D

2

3

Code: ENTH-INT52 C L

GOED EN KWAAD

5

SPREKEN OVER GOD


Godsdienstfilosofie 2 EC Geloofsleer (apol.) 1 EC

Code: ENTH-CL52

Code: ENTH-CL81

Code: ENTH-CL61

V A A R

VERKENNEN VAN HET WERKVELD

3

3

LEERPLANONTWIKKELIN G

3


3


4

Code: ENTH-VAA81

Code: ENTH-VAA71 Code: ENGL-VAA70

Code: ENGL-VAA6

2. EXEGETISCHE VAARDIGHEDEN (BASIS)

4

Code: ENTH-VAA8

GESPREKSTRAINING

4

Code: ENGL-VAA9 S L B

SLB

SLB

Code: ENTH-SLB2A

Code: ENTH-SLB2A

I N V

INTERVISIE

1

SLB

SLB

Code: ENTH-SLB2A

Code: ENTH-SLB2A

1

1

1 INTERVISIE

1

INTERVISIE

INTERVISIE

Code: ENTH-INV2B

Code: ENTH-INV2B

1

Code: ENTH-INV2A Code: ENTH-INV2A


48

3.3.7 Leerplanschema JAAR 3 GELOOF & KERK Major 9-10, accent Geloof en Kerk PERIODE 1(PM 3) C O M P

E C

- Liturgische deelcomp. 1 + 2 - Pastorale deelcomp. 1 + 2

Minor vaktheorie, premaster of minor Bapt/VPE (zie specifieke Leerplanschema’s van deze minoren) E C

PERIODE 3

E C

PERIODE 4

EC

PASTORALE VAKTHEORIE

6


3

- Liturgische deelcomp. 1 + 2 - Pastorale deelcomp. 1 - Missionaire deelcomp. 3 + 4

KBS: * Viering * Levensbeschouwelijk gesprek

I N T E G R A A L

PERIODE 2 (PM 4)

2013/2014

KBS: * Viering * Levensbeschouwelijk gesprek * Netwerken

VERBEELDING EN RITUELEN IN PASTORAAT

LITURGIE – THEORIE &PRAKTIJK

Opdrachten: 1. Ontwerp een pastoraal ritueel

Opdracht: 1. Onderzoek en omschrijf de specifieke kenmerken van een bepaalde doelgroep en de pastorale behoeften.

1

Vaktheorie: Pastorale theorie

3

2. Schrijf notitie over missionair en/of diaconaal bewustzijn

1

2. Ontwerp zelfstandig een gelegenheidsliturgie


Code: ENTH-VAKIN20

Code: ENTH-VAKIN20

1 VAKTHEORIE AGOGIEK Code: ENTH-VAKag

3

VAKTHEORIE ETHIEK Code: ENTH-VAKet

2

LWT

1

VAKTHEORIE EDUCATIE Code: ENTH-VAKed

3

1

3

Code: ENTH-INT10

MISSIONAIRE VERBREDING Code: ENTH-VAKIN30

6

LWT Code: ENTH-LWT3B

1

HOMILETIEK

3

Code: ENTH-GKINT3

LWT

1

LWT

1

Code: ENTH-LWT3A

C L

MACHT en ONMACHT

4

VERSTAAN VAN TEKST EN PRAKIJK (hermeneutiek/Praktische theologie) Code: ENTH-CL101

3

3

Methodiek Onderzoek 1

4

Kerkgeschiedenis 2 EC Geloofsleer 2 EC Code: ENTH-CL9

V A A R

PRESENTATIE + NONVERBALE COMMUNICATIE

Hermeneutiek/Praktische theologie (incl. onderzoeksmethoden)

Code: ENTH-VAA9

Code: ENTH-VAA10

Code: ENTH-VAA13 S U P

SUPERVISIE

S L B

SLB

1

Code: ENTH-SUV1

Code: ENTH-SLB3A

SUPERVISIE

1

Code: ENTH- SUV1 1

SLB Code: ENTH-SLB3A

1


1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV3B


49

3.3.8 Leerplanschema JAAR 3 ZIN & ZORG

2013/2014

Major 9-10, accent Zin en Zorg PERIODE 1(PM 3) C O M P

I N T E G R A A L

E C

Minor vaktheorie, premaster of minor Bapt/VPE (zie specifieke Leerplanschema’s van deze minoren) PERIODE 2 (PM 4)

- Liturgische deelcomp. 1+2 - Pastorale deelcomp. 1+2

- Liturgische deelcomp. 1 + 2 - Pastorale deelcomp. 1, 3 + 4 - Missionaire deelcomp. 6


KBS: * Viering * Omgaan met moeilijke doelgroep * Leiding vrijwilligers

Opdrachten: 1. Ontwerp een pastoraal ritueel

Vaktheorie: Pastorale theorie

2. Analyseer zorgplan op levensbeschouwelijke thema’s

1

1

PERIODE 3

E C

PERIODE 4

EC


6


3

Code: ENTH-VAKIN20

Code: ENTH-VAKIN20

3 2. Ontwerp zelfstandig een gelegenheidsliturgie

1


3

1

Code: ENTH-ZZINT3

LWT

Opdracht: 1. Onderzoek en omschrijf de specifieke kenmerken van een bepaalde doelgroep en de pastorale behoeften..

E C

Code: ENTH-INT10

1

LWT

1

VAKTHEORIE AGOGIEK Code: ENTH-VAKag

3


2

LWT

1


3


6


1

HOMILETIEK

3

Code: ENTH-LWT3A

C L

MACHT en ONMACHT

4


3

3


4


V A A R

PRESENTATIE + NON-VERBALE COMMUNICATIE


Code: ENTH-VAA9

Code: ENTH-VAA10

Code: ENTH-VAA13

S U P

SUPERVISIE

S L B

SLB

1

Code: ENTH- SUV1

Code: ENTH-SLB3A

SUPERVISIE

1

Code: ENTH- SUV1 1


1


1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV3B


50

3.3.9 Leerplanschema JAAR 3 RELIGIE & SAMENLEVING Major 9-10, accent Religie en Samenleving PERIODE 1(PM 3) C O M P

I N T E G R A A L

E C

PERIODE 2 (PM 4)

- Liturgische deelcomp. 1 + 2 - Pastorale deelcomp. 1 + 2

Missionaire deelcomp. 1, 2, 3, 4 en 6


KBS: * Aandacht/present zijn * Omgaan moeilijke doelgroep * Contact ander/nietgelovigen

Opdrachten: 1. Verricht aantal taken m.b.t. Begeleiding in complexe situaties vanuit de presentie-attitude

1

Vaktheorie: zingeving en hulpverlening

3

2. Schrijf over missionair en/of diaconaal bewustzijn

1

Code: ENTH-RSINT3

LWT

Opdracht: 1. Onderzoek en omschrijf de specifieke kenmerken van een bepaalde doelgroep en de pastorale behoeften. 2. Ontwerp zelfstandig een gelegenheidsliturgie


2013/2014

Minor vaktheorie, premaster of minor Bapt/VPE (zie specifieke Leerplanschema’s van deze minoren) E C

1

PERIODE 3

EC

PERIODE 4

E C


6


3

Code: ENTH-VAKIN20

Code: ENTH-VAKIN20

1

3

VAKTHEORIE AGOGIEK Code: ENTH-VAKag

3


2

LWT

1

Code: ENTH-INT10

1

LWT

1


3


6


1

HOMILETIEK

3

Code: ENTH-LWT3A

C L

MACHT en ONMACHT

4


3

3


4


V A A R

PRESENTATIE + NON-VERBALE COMMUNICATIE


Code: ENTH-VAA9

Code: ENTH-VAA10

Code: ENTH-VAA13 S U P

SUPERVISIE

S L B

SLB

1

Code: ENTH-SUV1

Code: ENTH-SLB3A

SUPERVISIE

1

Code: ENTH- SUV1 1


1


1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV3B


51


2013/2014

Major 9-10

PERIODE 1 C O M P

Premaster, minor Bapt/VPE (zie specifieke Leerplanschema’s van deze minoren) of verbredende minor naar keuze E C

PERIODE 2

1. interpersoonlijk competent 3. vakinhoudelijk en didactisch, 4. organisatorisch competent 7. reflectie en ontwikkeling

1. interpersoonlijk competent 2. pedagogisch competentie 3. vakinhoudelijk en didactisch 4. organisatorisch 5. samenwerken collega’s 7. reflectie en ontwikkeling

KBS: de leeromgeving

KBS: de leerling

LEERLING & SPIRITUALITEIT

5

EDUCATIEF ONTWERPEN

E C

PERIODE 3

4

Premaster

Premaster

Of verbredende minor naar keuze

Of verbredende minor naar keuze

Maak je eigen verhaal

Code: ENGL-LSINT1

LWT

PERIODE 4

EC

Code: ENGL-INT8

1

Code: ENGL-LWT3A

MACHT en ONMACHT

EC

LWT

1

Code: ENGL-LWT3A

4

NARRATIVITEIT

4


V A A

ATTITUDEVORMING

Code: ENGL-NCL3

3


Je leert welke attitude gewenst is om aan te sluiten bij de beginsituatie van de leerling.


Code: ENGL-VDMVAA1

Code: ENTH-VAA13

S U P

SUPERVISIE

S L B

SLB

1

Code: ENTH-SUV1

Code: ENTH-SLB3A

SUPERVISIE

4

1

Code: ENTH-SUV1 1


1


1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV3B


52

3.3.11 Leerplanschema PREMASTER

I N T E G R A A L

C L

I N V

2013/2014

PERIODE 3

EC

PERIODE 4

EC

Doelen: zelfstandig bronnenonderzoek; internationalisering; verdieping; publiceren; eigen visie-ontwikkeling

15

Doelen: zelfstandig bronnenonderzoek; internationalisering; verdieping; verslaglegging

15

PRAKTISCHE THEOLOGIE

4

KERKGESCHIEDENIS

4

Opdracht: Schrijf een artikel voor het tijdschrift Handelingen, waarin je het concept voor praktische theologie van Gerben Heitink vergelijkt met dat Heimbrock/Dinter Söderblom Einführung in die Empirische Theologie

Opdracht: Schrijf een wetenschappelijk verantwoord onderzoeksverslag over een zelfgekozen thematiek rond leven/werk/context van Augustinus.

Code: ENTH-PRMINT1

Code: ENTH-PRMINT2

WETENSCHAPSFILOSOFIE

3

ENCYCLOPEDIE VAN DE GODGELEERDHEID

Toetsvorm: bijdrage aan debat in werkcollege en werkstuk

Toetsvorm:visiestuk over Ford en Frey, m.n. mbt de waarheidsvraag, interreligieuze dialoog verhouding theologie en godsdienstwetenschap

Code: ENTH-PRMCL1

Code: ENTH-PRMCL3

HERMENEUTIEK

V A A R

3 e jaar, 2e Semester

4

ETHIEK

Toetsvorm: werkstuk zelfstandige analyse literatuur

Toetsvorm: werkstuk waarin ethische theorieën geldig worden gepresenteerd en geëvalueerd

Code: ENTH-PRMCL2

Code: ENTH-PRMCL4

ONDERZOEKSOPZET EN RAPPORTAGE

3

ONDERZOEKSMETHODEN

(empirisch)

(historisch/systematisch)

Toetsvorm: deelopdrachten rond vraagstelling en verslaglegging in werkcollege

Toetsvorm: deelopdrachten rond vraagstellingen en herkenning van methoden en consequenties voor toepassing

Code: ENTH-PRMVAA1

Code: ENTH-PRMVAA2

Code: ENTH-INV3B

1

Code: ENTH-INV3B


3

4

3

1

53

3.3.12 Leerplanschema 1e Minor BAPT/VPE 3e jaar, 2e Semester PERIODE 3

EC

2013/2014

PERIODE 4

15

BIJBELSE THEOLOGIE OT

3

Code: ENTH-BVTHOT

HOMILETIEK

3

3

2


HOMILETICUM PRACTICUM I

2

PNEUMATOLOGIE

3

BAPTISTICA 1

2

Code: ENTH-BVBAPT1.13

3

Code: ENTH-BVEVSP13

I N V/ S T A G E

3

Code: ENTH- BVPNEU

Code: ENTH-BVPENT1.13

EVANGELISCHE SPIRITUALITEIT

BIJBELSE THEOLOGIE NT

Code: ENTH-BVHP1

Code: ENTH-BVECCL

PENTECOSTALISME 1

15

Code: ENTH-BVTHNT1

Code: ENTH-BVHOM

ECCLESIOLOGIE

EC

GEMEENTEOPBOUW

4

Code: ENTH-BVGOP13

1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV3B


54

3.3.13 Leerplanschema JAAR 4 GPW Minor Vakdisciplines/keuzeminor PERIODE 1

I N T E G R A A L

E C

Theologische PERIODE 2

- Pastorale comp. - Missionaire comp.


SBL: - Interpersoonlijk - Reflectieve comp.


Denken in meervoud 1 met KBS SYSTEMATISCHE THEOLOGIE

E C

8

Code: ENTH-TDINT10

Denken in meervoud 2 met KBS GODSDIENSTWETENSCHAPPEN Code: ENTH-TDINT20

5

Denken in meervoud 3 ondersteunend FILOSOFIE (Incl. Burgerschap) Code: ENTH-TDINT30

5

KBS KBS 1 is gericht op het hanteren en duiden van begrippen in het LWT KBS 2 is gericht op een opdracht in het LWT waarbij je in ontmoeting een gesprek aangaat over het verstaan van deze begrippen in de diverse contexten ENTH-KBS4 (Code: ENTH-KBS4)

2


2

2013/2014 Major 11-12

PERIODE 3 (7)

E C

PERIODE 4 (8)

- Agogisch/educatieve deelcomp. 3 - Pastorale deelcomp. 1 en 4

1 competentie naar keuze: afstuderen

KBS: * Levensbeschouwelijk gesprek * Onderzoek * Netwerken HERMENEUTISCH WERKEN M.B.T. LEVENSTHEMA’S

KBS: * Initiëren * Onderzoek

E C

Opdracht: Schrijf scriptie op basis van onderzoek(zie studiewijzer)

Opdrachten: 1. Pastoraat: 5 gesprekken rond levensvraag met dezelfde pastorant(en)

1

Vaktheorie: Past. Theorie

4

6

Code: ENTH-INT12.1

Code: ENTH-INT11

C L

V A A R

LWT

IDENTITEIT in PROFESSIONALITEIT

3

SOCRATISCH GESPREK Code: ENTH-TDVAA2

3

ONDERZOEKS-PRESENTATIE

3

Code: ENTH-VAA12 SLB

1

Code: ENTH-SLB4B 1

INTERVISIE

SLB

1

Code: ENTH-SLB4B

1 INTERVISIE

Code: ENTH-INV4A

1

Code: ENTH-VAA11

3

S L B I N V

7

Code: ENTH-TDVAA1a

INTERVISIE


ONDERZOEK -Vaktheorie: Literatuurstudie ten minste 4 EC conceptueel op het terrein van het expertisegebied -Methodiek onderzoek en -Ontwerp probleemstelling voor je afstudeerproject (incl. ingeroosterde contacttijd scriptieopzet ) Code: ENTH-INT12.1

INTERCULTURELE COMMUNICATIE

1

1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV4A Code: ENTH-INV4B

Code: ENTH-INV4B


55


2013/2014

Verdiepende minor PERIODE 1(5)

Major 11 en 12 E C

PERIODE 2 (6)

C - Pastorale comp. O - Missionaire comp. M P SBL: - Interpersoonlijk - Reflectieve comp. I N T E G R A A L

EC


PERIODE 3 (major 11)

EC

PERIODE 4 (major 12)

E C

2. Schrijf scriptie op basis van onderzoek(zie studiewijzer)

6

Alle 7 SBL competenties


Denken in meervoud 1 met KBS SYSTEMATISCHE THEOLOGIE

8

Code: ENTH-TDINT10

Denken in meervoud 2 met KBS GODSDIENSTWETENSCHAPPEN Code: ENTH-TDINT20

5

Denken in meervoud 3 ondersteunend FILOSOFIE (Incl. Burgerschap) Code: ENTH-TDINT30

5

KBS KBS 1 is gericht op het hanteren en duiden van begrippen in het LWT KBS 2 is gericht op een opdracht in het LWT waarbij je in ontmoeting een gesprek aangaat over het verstaan van deze begrippen in de diverse contexten ENTH-KBS4 (Code: ENTH-KBS4)

2

Code: ENTH-INT12.1

12 LIO-STAGE plus praktijkonderzoek (Code: ENGL-LWT4 C L

V A A R

ONDERZOEK -Vaktheorie: Literatuurstudie ten minste 4 EC conceptueel op het terrein van het expertisegebied -Methodiek onderzoek en -Ontwerp probleemstelling voor je afstudeerproject (incl. ingeroosterde contacttijd scriptieopzet )en begeleiding Code: ENTH-INT12.1 INTERCULTURELE 3 COMMUNICATIE

ONDERZOEKSPRESENTATIE

1

Code: ENTH-SLB4B

Code: ENTH-INV4A

3

3

Code: ENTH-VAA12

SLB

INTERVISIE

IDENTITEIT in PROFESSIONALITEIT Code: ENTH-VAA11

Code: ENTH-TDVAA1a

S L B I N V

7

1


1


SLB

1

Code: ENTH-SLB4B 1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV4B


56

3.3.15 Leerplanschema 2e Minor BAPT/VPE 4e jaar, 1e Semester PERIODE 1

EC

2013/2014

PERIODE 2

15

PNEUMATOLOGIE

15

3

GEMEENTE ETHIEK

Code: ENTH- BVPNEU

GEMEENTESTICHTING

4

HOMILETICUM PRACTICUM 2

2

Code : ENTH-BVHP2

3

PASTOR & SPIRITUALITEIT

Code : ENTH-BVLISK

Code : ENTH-BVPASP

Keuzemodule

Keuzemodule

BAPT. DOGMATIEK 1 Code : ENTH-BVDOG1

3

Code : ENTH- ENTH-BVET

Code : ENTH-BVGST

LITURGIE & SAMENKOMST

EC

2

BAPT. DOGMATIEK 2 Code: ENTH-BVDOG2

of

4

2

of

PENTECOSTAAL PASTORAAT 1 Code : ENTH-BVPENP

2

PENTECOSTAAL PASTORAAT 2 Code: ENTH-BVPENP

2

Keuzemodule BAPTISTICA 2 Code: ENTH-BVBAPT2

2

1 KORINTHIERS en de SAMENKOMST

3

Code: ENTH-BVKOR of PENTECOSTALISME 2 Code : ENTH-BVPENT2

I N V


2

1

INTERVISIE

1

Code: ENTH-INV4B


57

Programma jaar 1 2013-2014 GPW

Programma jaar 1 2013-2014 GL

Definitief 24 april 2013

DEELTIJD 1e semester SemesterVariantPlan: MP.ENTH2M1.PD.12 VOE-codes

1e semester SemesterVariantPlan MP.ENTH2M1.LD.12 VOE-codes

3 3 7 7 3 3 2 2 30EC's

3 3 7 7 3 3 2 2 30EC's

Liturgie in missionair perspectief Pastoraat en agogiek God en Mens Heilige Boeken Werken met symbolen BasistechniekGespreksvoering SLB Intervisie

2e semester MP.ENTH2M2.PD.13 Leerwerktraject en 3 organisatieanalyse 3 Hermeneutische communicatie 7 Gemeenschappen 7 Wereldgodsdiensten 3 Presentatie verhaal 3 Methodiek groepswerk 2 SLB 2 Intervisie 30EC's

ENTH-INT1.D401 ENTH-INT2.D401 ENTH-CL11.D403 ENTH-CL4.D402 ENTH-VAA1.D401 ENTH-VAA20.D401 ENTH-SLB1A.D401 ENTH-INV1A.D401

ENTH-INT3.D401 ENTH-INT4.D402 ENTH-CL3.D401 ENTH-CL21.D402 ENTH-VAA3.D402 ENTH-VAA4.D413 ENTH-SLB1B.D401 ENTH-INV1B.D401

Genesis Geloof en levensloop God en Mens Heilige Boeken Symbolen Onderwijs en ICT SLB Intervisie

2e semester MP.ENTH2M2.LD.13 Leerwerktraject en leiding 3 geven/omgaan met verschillen 3 Hermeneutische communicatie 7 Gemeenschappen 7 Wereldgodsdiensten 3 Presentatie verhaal 3 Methodiek groepswerk 2 SLB 2 Intervisie 30EC's

Programma jaar 2 2013-2014 GPW Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

ENGL-INT11.D401 ENGL-INT2.D402 ENTH-CL11.D403 ENTH-CL4.D402 ENTH-VAA1.D401 ENGL-VAA8.D401 ENTH-SLB1A.D401 ENTH-INV1A.D401

ENGL-INT3.D402 ENTH-INT4.D402 ENTH-CL3.D401 ENTH-CL21.D402 ENTH-VAA3.D402 ENTH-VAA4.D413 ENTH-SLB1B.D401 ENTH-INV1B.D401

Programma jaar 2 2013-2014 GL 58

3e semester SemesterVariantPlan MH.ENTH2M3.PD.13 VOE-codes 4 Educatie en ontmoeting ENTH-INT53.D413 3 Exposure ENTH-INT52.D402 5 Pastoraat+Liturgiek ENTH-INT6.D401 5 Goed en Kwaad ENTH-CL52.D402 3 Jodendom ENTH-CL61.D401 Training verdiepende 3 gespreksvaardigheden ENTH-VAA5.D401 3 Projectmatig werken ENTH-VAA6.D402 2 SLB ENTH-SLB2A.D401 2 Intervisie ENTH-INV2A.D401 30EC's 4e semester Geloof en kerk 5 Vrijwilligersmanagement Religie&Samenleving 5 Missionaire presentie Zin en Zorg 5 Ethiek en past. in de zorg 5 3 3 4 4 2 4 30EC's

Pluraliteit: spanning+dynamiek Spreken over God Conflicthantering Exegetische vaardigheden (basis) Exegetische vaardigheden (verdiept) Intervisie Leerwerktraject jaar 2 per profielminor

5 3 5 5 3 3 3 2 2 31EC's

MH.ENTH2M4GK.PD.12 ENTH-GKINT2.D401 MH.ENTH3M4RS.PD.12 ENTH-RSINT21.D402 MH.ENTH3M4ZZ.PD.12 ENTH-ZZINT2.D402 ENTH-INT71.D402 ENTH-CL81.D401 ENTH-VAA71.D401 ENTH-VAA8.D402 ENTH-VAA81.D402 ENTH-INV2B.D401 ENTH-LWT2D.D401

3e semester SemesterVariantPlan MH.ENTH2M3.LD.13 VOE-codes Identiteit en didactiek ENGL-INT50.D413 Exposure ENTH-INT52.D402 Onderwijsvisie en toetsing ENGL-INT6.D413 Goed en Kwaad ENTH-CL52.D402 Jodendom ENTH-CL61.D401 Verkennen van het Werkveld Leerplanontwikkeling SLB Intervisie

4e semester MH.ENTH3M4BZ.LD.13 6 4 3 3 4 4 2 4 30EC's


Leerlingbegeleiding Gesprekstraining Spreken over God Conflicthantering Exegetische vaardigheden basis) Exegetische vaardigheden (verdiept) Intervisie Leerwerktraject jaar 2

ENGL-INT71.D401 ENGL-VAA9.D413 ENTH-CL81.D401 ENTH-VAA71. D401 ENTH-VAA8.D402 ENTH-VAA81.D402 ENTH-INV2B.D401 ENGL-LWT2D.D401

Programma jaar 3 2013-2014 GL 5e semester MH.ENTH2M5.LD.12

5e semester

ENGL-VAA70.D401 ENGL-VAA6.D413 ENTH-SLB2A.D401 ENTH-INV2A.D401

VOE-codes


59

VOE-codes Geloof en kerk 5 Verbeelding en rituelen in pastoraat Religie&Samenleving 5 Begeleiding in complexe situaties Zin en Zorg 5 Liturgie en pastoraat

MH.ENTH2M5GK.PD.12 ENTH-GKINT3.D402 MH.ENTH2M5RS.PD.12 ENTH-RSINT3.D402 MH.ENTH2M5ZZ.PD.12 ENTH-ZZINT3.D403

5 4 3 4 3

ENTH-INT10.D401 ENTH-CL9.D402 ENTH-CL101.D402 ENTH-VAA13.D401 ENTH-VAA9.D402

Liturgie - theorie + praktijk Macht en onmacht Verstaan van tekst en praktijk Methodiek Onderzoek 1 Presentatie + non-verbale communicatie SLB Supervisie Leerwerktraject jaar 3, 1e semester

2 2 2 30EC's Minor 1 minor Vaktheorie MI.ENTH-VAKm2.PD.12

ENTH-SLB3A.D401 ENTH-SUV1.D401 ENTH-LWT3A.D401

3 Vaktheorie Agogiek 3 Vaktheorie Educatie 2 Vaktheorie Ethiek 9 Pastorale vaktheorie 6 Missionaire verbreding 3 Homiletiek 2 Intervisie 2 Leerwerktraject jaar 3, 2e semester 30EC's Minor 1 1e minor Baptisten/VPE MI.ENTH-BV2m1.PD.13 2 Baptistica 1 2 Pentecostalisme 1

ENTH-VAKag.D401 ENTH-VAKed.D401 ENTH-VAKet.D401 ENTH-VAKIN20.D401 ENTH-VAKIN30.D401 ENTH-VAA10.D401 ENTH-INV3B.D401 ENTH-LWT3B.D401

5 Leerling en Spiritualiteit 4 Macht en onmacht 4 Narrativiteit 4 Methodiek Onderzoek 1 3 Attitudevorming 4 Educatief ontwerpen 2 SLB 2 Supervisie 2 Leerwerktraject jaar 3, 1e semester 30EC's Minor 1 minor Premaster MI.ENTH-PMm2.PD.12 (PREMASTER) 4 Praktische theologie 4 Kerkgeschiedenis 3 Wetenschapsfilosofie 4 Hermeneutiek 3 Encyclopedie 4 Ethiek 3 Onderzoeksvaardigheden 3 Onderzoeksmethoden 2 Intervisie 30EC's

ENTH-BVBAPT1.13.D401 ENTH-BVPENT1.13.D401


60

ENGL-LSINT1.D402 ENTH-CL9.D402 ENGL-NCL3.D401 ENTH-VAA13.D401 ENGL-VDMVaa1.D402 ENGL-INT8.D401 ENTH-SLB3A.D401 ENTH- SUV1.D401 ENGL-LWT3A.D401

ENTH-PRMINT1.D401 ENTH-PRMINT2.D401 ENTH-PRMCL1.D401 ENTH-PRMCL2.D402 ENTH-PRMCL3.D401 ENTH-PRMCL4.D401 ENTH-PRMVAA1.D401 ENTH-PRMVAA2.D401 ENTH-INV3B.D401

3 3 3 2 3 3 3 4 2

Bijbelse Theologie OT Bijbelse Theologie NT Homiletiek Homileticum Practicum 1 Ecclesiologie Evangelische spiritualiteit Pneumatologie Gemeenteopbouw Intervisie

ENTH-BVTHOT.D413 ENTH-BVTHNT1.D401 ENTH-BVHOM.D402 ENTH-BVHP1.D401 ENTH-BVECCL.D401 ENTH-BVEVSP13.D401 ENTH-BVPNEU.D401 ENTH-BVGOP13.D401 ENTH-INV3B.D401

30EC's



Minor 2 MI.ENTH-VBMTm3.PD.13

Minor 2 MI.ENTH-VBMTm3.LD.13 VOE-codes

8 5 5 2 3

Systematische theologie Godsdienstwetenschappen Filosofie KBS4 Interculturele communicatie

ENTH-TDINT10.D401 ENTH-TDINT20.D401 ENTH-TDINT30.D401 ENTH-KBS4.D401 ENTH-TDVAA1a.D401

VOE-codes 8 5 5 2 3


Systematische theologie Godsdienstwetenschappen Filosofie KBS4 Interculturele communicatie 61

ENTH-TDINT10.D401 ENTH-TDINT20.D401 ENTH-TDINT30.D401 ENTH-KBS4.D401 ENTH-TDVAA1a.D401

2 2 27EC's

Intervisie e Leerwerktraject jaar 4, 1 semester

ENTH-INV4A.D401 ENTH-LWT4A.D401

2

Intervisie

ENTH-INV4A.D401

25EC's

6e semester MH.ENTH2M6.PD.13 Hermeneutisch werken m.b.t. 5 levensthema's 13 Onderzoek 3 Socratisch gesprek 3 Identiteit in professionaliteit 3 Onderzoekspresentatie 2 SLB 2 Intervisie 2 Leerwerktraject jaar 4, 2e semester 33EC's

6e semester MH.ENTH2M6.LD.13 ENTH-INT11.D401 ENTH-INT12.1.D401 ENTH-TDVAA2.D401 ENTH-VAA11.D401 ENTH-VAA12.D401 ENTH-SLB4B.D401 ENTH-INV4B.D401 ENTH-LWT4B.D401

Minor 2 2e minor Baptisten/VPE MI.ENTH-BVm3B.PD.13 (Baptistenvariant) 2 Baptistica 2 2 Baptisten Dogmatiek 1 2 Baptisten Dogmatiek 2

ENTH-BVBAPT2.D413 ENTH-BVDOG1.D401 ENTH-BVDOG2.D401

Allen: 3 4 3 2 3 4 3 2

ENTH-BVPNEU.D401 ENTH-BVGST.D401 ENTH-BVLISK.D413 ENTH-BVHP2.D401 ENTH-BVET.D401 ENTH-BVPASP.D413 ENTH-BVKOR.D401 ENTH-INV4B.D401

Pneumatologie Gemeentestichting Liturgie & Samenkomst Homileticum Practicum 2 Gemeente Ethiek Pastor & Spiritualiteit 1 Korinthiers en de samenkomst Intervisie

13

Onderzoek

ENTH-INT12.1.D401

3 3 2 2 12 35EC's

Identiteit in professionaliteit Onderzoekspresentatie SLB Intervisie Leerwerktraject jaar 4

ENTH-VAA11.D401 ENTH-VAA12.D401 ENTH-SLB4B.D401 ENTH-INV4B.D401 ENGL-LWT4.D401

MI.ENTH-BVm3V.PD.12 (VPE-variant) 2 Pentecostalisme 2 ENTH-BVPENT2.D401 4 Pentecostaal Pastoraat 1+2 ENTH-BVPENP.D401

30EC's


62

Programma JAAR 1 2013-2014 GPW/GL

GPW= Godsdienst pastoraal werk

(Geloof, Cultuur en Samenleving VOLTIJD)

GL= Leraar Godsdienst & Levensbeschouwing

1e semester SemesterVariantPlan: MP.ENTH3M1.GV.12 VOE-codes Inleiding Geloof, Cultuur en samenleving I Inleiding Geloof, Cultuur en samenleving II Geloofscommunicatie Waarnemen en analyseren Orientatiestage met opdracht SLB jaar 1

ENTH-B711A.V401 ENTH-B711B.V402 ENTH-BN714.V401 ENTH-B701.V401 ENTH-LWT1V.V402 ENTH-SLB1A.V401

EC 8 7 3 5 5 2

Docent VacatureKG/ Spinder GDW Mulder (4 EC)/H. Zegwaart (3EC) Lichtendonk Groen Vacature

Groen


63

totaal

30 EC

2e semester MP.ENTH3M2.GV.13 Heilige Teksten-Inleiding Bijbel Heilige Teksten- Koran Heilige Teksten-Exegese en interpretatie Leerstijlen en reflectie Werken met bronnen SLB jaar 1 Pastoraat theorie

ENTH-B713.1.V402 ENTH-B713.2.V401 ENTH-B713.3.V401 ENTH-BN712.V401 ENTH-B703.V401 ENTH-SLB1B.V401 ENTH-BINT2.V413 totaal

4 5 6 3 5 2 5

R.Scheurwater H.Spinder H.Snoek Lichtendonk Timmerman Groen Bruinsma

30 EC


64

Programma JAAR 2 2013-2014 GPW

Programma JAAR 2 2013-2014 GL

(Geloof, Cultuur en Samenleving VOLTIJD) 3e semester SemesterVariantPlan: MH.ENTH3M3.GPV.13

3e semester MH.ENTH3M3.GLV.13

Geloof en identiteit in het publieke domein

ENTH-B715.10.V402

3

H.Zegwaart


ENTH-B715.10.V402

3

H.Zegwaart


ENTH-B715.20.V401

4

Jonker


ENTH-B715.20.V401

4

Jonker


ENTH-B715.30.V401

3

de Vries?


ENTH-B715.30.V401

3

de Vries?

Planning en organisatie

ENTH-BN716.V401

3

Groen

Planning en organisatie

ENTH-BN716.V401

3

Groen

Spiritualiteit en beroep

ENTH-B705.V402

5

de Jongh

Identiteit + Didactiek

ENGL-INT50.D401

5

Kemman

Educatie en ontmoeting

ENTH-INT53.D401

4

Lichtendonk/Tman

Onderwijsvisie en toetsing

ENGL-INT6.D401

5

Scheurwater

Wereldgodsdiensten

ENTH-BCL21.V413

4

Hessel

Wereldgodsdiensten

ENTH-BCL21.V413

4

Hessel

Leerplanontwikkeling

ENGL-VAA6.D401

3

Scheurwater

SLB JAAR 2

ENTH-SLB2A.V402

2

Hessel

SLB jaar 2

ENTH-SLB2A.V402

2

Hessel

Intervisie jaar 2

ENTH-INV2A.V401

2

Scheurwater

Intervisie jaar 2

ENTH-INV2A.V401

2

Scheurwater

totaal

30 EC

totaal

4e semester

34 EC

4e semester MH.ENTH3M4BZ.GLV.13 MH.ENTH3M4GK.GPV.12

G&K vrijw. Management

ENTH-GKINT2.D401

5

Groen

MH.ENTH3M4RS.GPV.12 R&s miss, presentie

ENTH-RSINT21.D402

Leerlingbegeleiding

ENGL-INT71.D401

6

Kemman

Gesprekstraining

ENGL-VAA9.D401

4

Kemman

Onderwijs en ICT

ENGL-VAA8.D401

3

Kemman

5

Timmerman

ENTH-ZZINT2.D402

5

vLeeuwen

Pluraliteit: spanning+dynamiek

ENTH-INT71.D402

5

Zondervan

Spreken over God

ENTH-CL81.D401

3

J. Karsten/Booij

Spreken over God

ENTH-CL81.D401

3

J. Karsten/Booij

Conflicthantering

ENTH-VAA71.D401

3

Groen

Conflicthantering

ENTH-VAA71.D401

3

Groen

Presentatie verhaal

ENTH-VAA3.D401

3

Pronk

Presentatie verhaal

ENTH-VAA3.D401

3

Pronk

Intervisie jaar 2

ENTH-INV2B.D401

2

Kemman

Intervisie

ENTH-INV2B.D401

2

Kemman

LWT2

ENTH-LWT2V.V402

4

vd Bunt

LWT2

ENGL-LWT2V.V413

4

??

Verkenning Reli & Ondernemen

ENTH-BREON.V401

5

Timmerman/gastdoc

MH.ENTH3M4ZZ.GPV.12 Z&Z ethiek en beroep allemaal

totaal

30 EC


totaal

65

30 EC

Programma jaar 3 2013-2014 (Geloof, Cultuur en Samenleving VOLTIJD)

GCS-GPW

Programma jaar 3 2013-2014

GCS-GL

per profielminor 5e semester MH.ENTH3M5.GLV.12

5e semester profiel: G&K verbeelding en rituelen past R&S complexe begel. Z&Z liturgie en pastoraat allemaal: Liturgie theorie en praktijk Macht en onmacht Attitudevorming Methodiek Onderzoek 1 Presentatie + non-verb.comm SLB Supervisie LWT3

MH.ENTH3M5GK.GPV.12 ENTH-GKINT3.D402 MH.ENTH3M5RS.GPV.12 ENTH-RSINT3.D402 MH.ENTH3M5ZZ.GPV.12 ENTH-ZZINT3.D403 ENTH-INT10.D401 ENTH-CL9.D402 ENGL-VDMVAA1.D402 ENTH-VAA13.D401 ENTH-VAA9.D402 ENTH-SLB3A.V402 ENTH-SUV1.D401 ENTH-LWT3A.D401 totaal

Minor 1 minor Vaktheorie

MI.ENTH-VAKm2.PD.12 zelfde semesterplan als DT

Vaktheorie Agogiek Vaktheorie Educatie Vaktheorie Ethiek Pastorale vaktheorie Missionaire verbreding Homiletiek Intervisie e Leerwerktraject jaar 3, 2 semester

ENTH-VAKag.D401 ENTH-VAKed.D401 ENTH-VAKet.D401 ENTH-VAKIN20.D401 ENTH-VAKIN30.D401 ENTH-VAA10.D401 ENTH-INV3B.D401 ENTH-LWT3B.D401 totaal

5 5 5

Leerling en spiritualiteit

ENGL-LSINT1.D402

5 4 3 4 3 2 2 2 30 EC

Educatief ontwerpen Macht en onmacht Attitudevorming Methodiek Onderzoek 1 Narrativiteit SLB Supervisie LWT3

ENGL-INT8.D401 ENTH-CL9.D402 ENGL-VDMVAA1.D402 ENTH-VAA13.D401 ENGL-NCL3.D401 ENTH-SLB3A.V402 ENTH-SUV1.D401 ENGL-LWT3A.D401 totaal

Minor 1 minor Premaster

MI.ENTH-PMm2.PD.12

Praktische theologie Kerkgeschiedenis Wetenschapsfilosofie Hermeneutiek Encyclopedie Ethiek Onderzoeksvaardigheden Onderzoeksmethoden Intervisie

ENTH-PRMINT1.D401 ENTH-PRMINT2.D401 ENTH-PRMCL1.D401 ENTH-PRMCL2.D402 ENTH-PRMCL3.D401 ENTH-PRMCL4.D401 ENTH-PRMVAA1.D401 ENTH-PRMVAA2.D401 ENTH-INV3B.D401

Timmerman

3 3 2 9 6 3 2 2 30 EC

66

4 4 3 4 4 2 2 2 30 EC

zelfde semesterplan als DT

totaal


5

4 4 3 4 3 4 3 3 2 30 EC

Minor 1

MI.ENTH-BV2m1.PD.13

1e minor Baptisten/VPE

zelfde semesterplan als DT

Baptistica 1 Pentecostalisme 1 Bijbelse Theologie OT Bijbelse Theologie NT Homiletiek Homileticum Practicum 1 Ecclesiologie Evangelische spiritualiteit Pneumatologie Gemeenteopbouw Intervisie

ENTHBVBAPT1.13.D401 ENTHBVPENT1.13.D401 ENTH-BVTHOT.D413 ENTH-BVTHNT1.D401 ENTH-BVHOM.D401 ENTH-BVHP1.D401 ENTH-BVECCL.D401 ENTH-BVEVSP13.D401 ENTH-BVPNEU.D401 ENTH-BVGOP13.D401 ENTH-INV3B.D401

totaal

2 2 3 3 3 2 3 3 3 4 2 30 EC


67



Minor 2 MI.ENTH-VBMT1m2.PD.12

Minor 2 MI.ENTH-VBMTm3.LD.12

MINOR DMIN OF VRIJ TE KIEZEN BINNEN WH Syst.theologie

ENTH-TDINT10.D401

8

Syst.theologie

ENTH-TDINT10.D401

8

Godsd. Wetenschappen

ENTH-TDINT20.D401

5

Godsd. Wetenschappen

ENTH-TDINT20.D401

5

Filosofie

ENTH-TDINT30.D401

5

Filosofie

ENTH-TDINT30.D401

5

KBS4

ENTH-KBS4.D401

2

KBS4

ENTH-KBS4.D401

2

Interreligieuze communicatie

ENTH-TDVAA1.D401

3

Interreligieuze communicatie

ENTH-TDVAA1.D401

3

Intervisie

ENTH-INV4A.D401

2

Intervisie

ENTH-INV4A.D401

2

LWT4, 1e semester

ENTH-LWT4A.D401

2

totaal

27 EC

6e semester MH.ENTH2M6.GPV.12

totaal

25 EC

6e semester MH.ENTH2M6.GLV.13

Herm. werken mbt levensthema's

ENTH-INT11.D401

5

Onderzoek

ENTH-INT12.1.D401

13

Homiletiek

ENTH-VAA10.D401

3

Ident. In prof

ENTH-VAA11.D401

Onderzoekspresent

ENTH-VAA12.D401

SLB Intervisie LWT4, 2e semester

Onderzoek

ENTH-INT12.1.D401

13

3

Ident. In prof

ENTH-VAA11.D401

3

3

Onderzoekspresent

ENTH-VAA12.D401

3

ENTH-SLB4B.V401 ENTH-INV4B.D401

2

SLB

ENTH-SLB4B.V401

2

2

Intervisie

ENTH-INV4B.D401

2

ENTH-LWT4B.D401

2

Leerkwerktraject jaar 4

ENGL-LWT4.D401

12

totaal

33 EC


totaal

68

35 EC

4

ONDERWIJSEENHEDEN DEELTIJD

VOE= Versie Onderwijseenheid Bij een aantal onderwijseenheden is aangegeven dat 100% aanwezigheid vereist is. De student kan voor slecht één gemiste collegebijeenkomst een vervangende opdracht krijgen. Bij meer afwezigheid kan de onderwijseenheid niet worden afgerond en moet de eenheid in zijn geheel worden overgedaan. Daar waar sprake is van 80% aanwezigheidsplicht kan de student 20% van de collegetijd missen. Indien de student meer dan 20% afwezig is, moet het vak worden overgedaan. 4.1

4.1.1

ONDERWIJSEENHEDEN JAAR 1 (PROPEDEUSE)

ENTH-INT1.D401

LITURGIE IN MISSIONAIR PERSPECTIEF

VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties

Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit

ENTH-INT1.D401 LITURGIE IN MISSIONAIR PERSPECTIEF Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituatie Je kunt beredeneerd een plan presenteren voor een laagdrempelige liturgie De functie van rituelen in godsdienst, met name liturgisch, speciaal doordacht voor grensgangers, mensen op de rand of niet meer betrokken als lid van een kerkgemeenschap. Wat zijn basisvormen van christelijke liturgie? Wat is het doel ervan? Dit gerelateerd aan enkele moderne kerken liturgiemodellen beschreven door Henk de Roest en Willem Barnard. Hoe verhoudt zich het denken over een viering tot het willen bereiken van een bepaalde doelgroep? In het bijzonder als de doelgroep grensgangers zijn, of wel genoemd “rand of buitenkerkelijk. Wat behoort tot de geloofsintimiteit van liturgie? Hoe wordt je het samen eens over een liturgie als je verschillende achtergronden en opvattingen hebt over geloof en liturgie en taak van de kerk? Hoe organiseer je deze samenwerking? Bezinning op de vraag wie je wilt zijn in dit werkveld en hoe je daar naar wilt handelen Enige aandacht voor het werken in groepen buiten de les om. Geen Basis 3 Beroepsspecifiek: Liturgische en missionaire competentie HBO: 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 6. Probleemgericht werken 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid K. Touwen en M.A. Timmerman Literatuur Een mengeling van hoorcollege, collegeopdrachten, klassengesprek, groepswerk in college, groepswerk buiten de lessen om ( vooral via e-mail) Colleges en mailcontact, coaching


69

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

Liturgie voorbij de Liturgische Beweging (deel II, pag. 77-143) Boek ISBN 90 211 4093 4 Barnard, M. e Zoetermeer, 2006, 1 druk

Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

En de wind steekt op. Kleine ecclesiologie van de hoop. Boek ISBN 90 211 4083 4. Roest, H.P. de Zoetermeer, 2005, 1e druk

Titel

Het Dienstboek, een proeve, deel I: Schrift, maaltijd, Gebed (Dit Dienstboek is beschikbaar op Internet) Boek ISBN 9023903781 e Zoetermeer, 1998, 1 druk

Leerstofdrager Identificatie Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving

Type becijfering Wegingsfactor

Schriftelijk werkstuk Je schrijft als groepje studenten een gezamenlijk voorstel voor een liturgie met een beredeneerde motivatie en een evaluatie van het leerproces, zowel inhoudelijk als qua samenwerking. Cijfer 100%


70

4.1.2 ENTH-INT2.D401 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis

Niveau Aantal EC Competenties

Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

PASTORAAT EN AGOGIEK

ENTH-INT2.D401 PASTORAAT EN AGOGIEK Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituaties Je leert je eigen competenties in te schatten met betrekking tot het ontwerpen van een pastorale training. Je kunt op een verantwoorde manier gebruik maken van een didactisch model voor volwasseneneducatie. Je krijgt zodanig inzicht in de pastorale en agogische theorie & vaardigheden, dat je keuzes kunt maken en verantwoorden voor een training pastoraat aan volwassenen. Je leert in deze opdracht in samenwerkingsverband op basisniveau een inhoudelijk en didactisch adequate pastorale training te maken. Dat gebeurt aan de hand van een praktijkopdracht. Je volgt in periode 2 ook de module Basistechniek gespreksvoering (ENTH-VAA2) in de vaardigheids leerlijn en de module God en Mens (ENTH-CL11) in de conceptuele leerlijn. Beide zijn in deze module van belang. Basis 3 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair, onderzoek, transfer 7. Methodisch 8. Sociaal-communicatief 10. Maatschappelijke verantwoordelijkheid Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve en pastorale competentie J. Bruinsma-de Beer (locatie Zwolle) T.T. van Leeuwen (locatie Utrecht) Literatuur Werken aan opdrachten, commentaar op ingeleverde concepten Klassikale les, individuele en groepsbegeleiding, feedback, coaching

Zorg voor het verhaal. Achtergrond, methode en inhoud van pastorale begeleiding. Boek 9789021141541 Ganzevoort, R.R. en J. Visser Zoetermeer, 2007


Psychologische gespreksvoering. Een basis voor hulpverlening. Boek ISBN 902440961 Lang, G. en H.T. van der Molen Soest, 2004, 13e druk of later


Trainen, een praktijkgids Boek ISBN: 978-90-430-2045-9 De Galan, Karin e Amsterdam, Pearson Education, 2 druk

Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

Presentatie en eindverslag van het trainingsvoorstel Opdracht voor een training aan vrijwilligers in pastoraat Cijfer 100%


71


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

LEERWERKTRAJECT EN ORGANISATIEANALYSE

ENTH-INT3.D401 LEERWERKTRAJECT EN ORGANISATIEANALYSE Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituaties Je verwerft:  zicht op de benodigde competenties  inzicht in de eigen mogelijkheden  het vermogen om een organisatie te beschrijven en te analyseren  kennis van diverse organisatiemodellen Je leert een organisatie te beschrijven en te analyseren volgens de modellen die je krijgt aangereikt in de colleges. Daarbij wordt gekeken naar het organogram, de cultuur van een organisatie en de informele structuur. Je voert activiteiten uit op de leerwerkplek en kijkt naar de benodigde competenties en eigen mogelijkheden. Geen Basis 3 Beroepsspecifiek: Pastoraal, liturgisch, agogisch-educatief, missionair HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten E. Groen + Instituutsbegeleider Literatuur Groepsgesprekken, begeleiding leerwerktraject Colleges en coaching van opdrachten

Nader te bepalen

Eindverslag en Essay Je maakt op basis van je LWT-plan een eindverslag van de stagewerkzaamheden en de analyse van de organisatie. Voor de eisen: zie LWT-handboek. Voldaan Beide toetsen 50%


72


Onderwijsinhoud



Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving



ENTH-INT4.D402 HERMENEUTISCHE COMMUNICATIE Education/theologie – GPW/GL Kenmerkende beroepssituaties De student neemt kennis van en oefent met het praktisch-theologisch perspectief op religieus-communicatief handelen en kan een visie ontwikkelen ten dienste van beleidsvoorbereiding Door middel van literatuurstudie, waarnemings- en analyseoefening op het terrein van het religieus-communicatieve handelen krijgt de student zicht op hermeneutische communicatie als leidend begrip voor de beroepspraktijk. De student neemt kennis van diverse theologische en methodische perspectieven uit de praktische theologie en kan op basisniveau op het terrein van 1 competentie een advies geven over de professionele reactie op een actueel verschijnsel (bijv. secularisatie of religieuze individualisering). De theorie wordt als referentiekader gebruikt voor analyse van praktijksituaties. Geen Basis 3 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. Probleemgericht werken 7. Methodischen reflectief denken en handelen K. Lichtendonk Literatuur, dvd Zelfstudie, groepsopdrachten, presentaties, zelfanalyse, hoorcollege Colleges en coaching bij opdrachten

ENTH-INT4 Hermeneutische communicatie Reader A.A.W. Zondervan (redactie)

Portfolio Je stelt een portfolio samen dat bestaat uit een aantal deelopdrachten en een afsluitend essay. In dit portfolio laat je zien dat je kunt reflecteren vanuit een praktisch-theologisch perspectief, met behulp van de theorie die is aangeboden in deze module. Cijfer 100%


73

4.1.5 ENGL-INT11.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel

Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

GENESIS

ENGL-INT11.D401 GENESIS Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je hebt kennis van de verschillende aspecten van algemene beginsituaties in het onderwijs en de doelgroep die valt onder het tweedegraads onderwijs. Je hebt kennis van specifieke (begin)situaties die spelen ten aanzien van de hedendaagse godsdienstige/levensbeschouwelijke vorming op school. Je hebt kennis van verschillende methodische visies binnen de hedendaagse godsdienstige/levensbeschouwelijke vorming op school. Je hebt zicht op de specifieke beroepsidentiteit van de docent godsdienst/levensbeschouwing. Je leert de theorie ten aanzien van de verschillende aspecten van de algemene beginsituaties in het onderwijs en de specifieke beginsituaties ten aanzien van de hedendaagse godsdienstige/levensbeschouwelijke vorming op school. Je leert de theorie ten aanzien van de doelgroep die valt onder het tweedegraads onderwijs. Je voert onderzoek uit naar gebruikte methodes in het vakgebied en naar de specifieke beroepsidentiteit van een docent godsdienst/ levensbeschouwing. Geen Basis 3 Beroepsspecifiek: SBL-competenties (uitgebreid met de specifieke competenties voor levensbeschouwelijke vorming): 1. Inter-persoonlijk competent 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent 4. Organisatorisch competent 7. Competent in zelfreflectie en ontwikkeling. HBO-generieke competenties: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen. K. Lichtendonk Literatuur Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching bij de opdrachten Handboek voor leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W. en R. van Kralingen Bussum, 2011, 1e druk Godsdienstpedagogiek van de hoop. Grondlijnen voor religieuze vorming. (Hoofdstuk 5: Levensbeschouwelijke vorming als reiservaring) Boek ISBN 9789033462887 Roebben, Bert Leuven, 2007, 1e druk Puberbrein binnenstebuiten. Wat beweegt jongeren van 10 tot 25 jaar. (Hoofdstuk 1: Het puberbrein: de ontwikkeling van jongeren. Hoofdstuk 4: De peergroup: het puberbrein in het kwadraat. Hoofdstuk 6: Verleiders en voorlichters: doordringen tot het puberbrein.) Boek ISBN 9789021541952 Nelis, Huub en Yvonne van Sark e Utrecht/Antwerpen, 2009, 7 druk

Lesopdrachten Diverse opdrachten Cijfer 100%


74

4.1.6 ENGL-INT2.D402 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

GELOOF EN LEVENSLOOP

ENGL-INT2.D402 GELOOF EN LEVENSLOOP Education/theologie – GL Kenmerkende beroepssituaties Je krijgt kennis van de theorie uit de godsdienstpedagogiek en je kunt op grond hiervan de veranderingen van de eigen geloofsvoorstellingen beschrijven die zich in jouw levensloop hebben voorgedaan. Je bent in staat om aan de hand van vakdidactische theorie lessen over geloofsontwikkeling en levensloop voor het MBO te ontwerpen. Hierbij houd je ook rekening met de diverse leerstijlen van de leerlingen. Je leert de verschillende ontwikkelingsfasen volgens de psycho-sociale, cognitieve en morele ontwikkeling te herkennen. Je leert de verschillende processen die plaatsvinden tijdens het (godsdienstig/levensbeschouwelijk) leren. Je reflecteert op je eigen geloofsontwikkeling en je kunt dit verbinden met de geloofsontwikkeling van de doelgroep uit het tweedegraads onderwijs. Je kunt met behulp van de theorie van de godsdienstpedagogiek en -didactiek een creatief eindproduct vervaardigen waarmee de doelgroep die valt onder het tweedegraads onderwijs wordt gestimuleerd in de ontwikkeling van de godsdienstige/levensbeschouwelijke ontwikkeling en in waardegericht leren. Geen Basis 3 HBO-generiek: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: SBL-competenties: pedagogische competentie en de interpersoonlijke competentie, vakinhoudelijk en didactische competenties J. Willemsen (Utrecht en J. Kemman (Zwolle) Literatuur Hoor- en werkcollege Klassikale les, individuele en groepsbegeleiding, feedback op ingeleverde concepten door studenten en docent. Lesgeven en zelfstandig leren (Hoofdstuk 6: Leerprocessen) Boek ISBN 9023231295 Geerligs, Titus. en Tjipke van der Veen Assen, 2002, 9e druk of hoger Godsdienstpedagogiek van de hoop. Grondlijnen voor religieuze vorming. (Hoofdstuk 9: Religieuze communicatie in een moderne cultuur) Boek ISBN 9789033462887 Roebben, Bert Leuven, 2007, 1e druk Godsdienstpedagogiek. Dimensies en spanningsvelden. (Hoofdstuk 6: Ik en de ander. Hoofdstuk 4: (Niet) van deze tijd) Boek ISBN 9789021142241 Alii, E.T (collectief van auteurs) Zoetermeer, 2009, 1e druk Ontwikkeling in vogelvlucht (delen uit de hoofdstukken 2, 3 en 4 en hoofdstuk 8: Puberteit en adolescentie) Boek ISBN 90242698491993 Delfos, Martine F. Amsterdam, 2005, 5e druk


75

Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


Literatuuropdracht en creatief product 1. Literatuuropdracht: (a) Presentatie-opdracht en (b) kennistoets (50%) 2. Creatief product met verantwoording (50%) Ad. 1. Naar aanleiding van de bestudeerde literatuur over godsdienst pedagogiek en -didactiek a. presenteer je tijdens een van de colleges een deel van de literatuur aan je medestudenten. Je geeft, resp. ontvangt feedback op deze presentatie. (Aanwezigheid verplicht). b. maak je een kennistoets over de theorie. Ad. 2. Je vervaardigt een creatief eindproduct voor een zelfbepaalde doelgroep (binnen het gebied van het tweedegraads onderwijs) waarmee deze doelgroep wordt gestimuleerd in de levensbeschouwelijke sensibiliteit. Je schrijft een op de bestudeerde literatuur en de colleges gebaseerde verantwoording. Cijfer 100%


76


Onderwijsinhoud



Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

LWT + LEIDING GEVEN EN OMGAAN MET VERSCHILLEN

ENGL-INT3.D402 LWT + LEIDING GEVEN EN OMGAAN MET VERSCHILLEN Education/theologie – GL Kenmerkende beroepssituaties Je hebt kennis van onderwijskundige interventies, die leerlingen op adequate wijze aanzetten tot leren, en die de grondslag vormen voor effectief en prettig lesgeven. Je herkent ordeverstoringen en kunt hier adequaat op reageren. Om een goede leraar te zijn, zijn drie componenten noodzakelijk: vakkennis, persoon en interventie. In deze module houden we ons bezig met onderwijskundige interventies die leerlingen op adequate wijze aanzetten tot leren, en die de grondslag vormen voor effectief en prettig lesgeven. Hier ligt ook de basis voor het creëren en (be)houden van orde in de klas. ‘Orde houden’ is hierbij geen doel in zichzelf, maar is het regelen van een goede manier van leren en van omgaan met elkaar. De voorwaarden die noodzakelijk zijn voor goed lesgeven komen aan de orde:  Het creëren van een plezierig leefklimaat en een goed werkklimaat.  Tegemoetkomen aan de noden en wensen van de individuele leerling en van de groep. Geen Basis 3 HBO-generiek: 7. Methodische en reflectief denken en handelen 8. Sociaal communicatieve bekwaamheid. Beroepsspecifiek: SBL-competenties: vakinhoudelijk- en didactische competentie; pedagogische competentie en de interpersoonlijke competentie. J. Kemman Literatuur, observatielijsten Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching

Handboek voor Leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W en R. Van Kralingen e Bussum, 2011, 1 druk Lessen in orde Boek ISBN 9789046901236 Peter Teitler e Bussum, 2009, 1 druk

Lesopdrachten en verslaglegging Lesopdrachten en verslaglegging stage Cijfer 100%


77

4.1.8

ENTH-CL11.D403

VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



ENTH-CL11.D403 GOD EN MENS Education/theologie - GPW en GL Ondersteunend 1. Je leert de basisinzichten van de christelijke geloofsleer kennen, aangezien deze kennis fundamenteel is voor het beoefenen van christelijke theologie als basis van het beroep; 2. Je verwerft kennis en inzicht over de wijzen waarop vanuit de godsdienstpsychologie over religieuze ervaring wordt gesproken en welke mensbeelden daaraan ten grondslag liggen. 3. Je reflecteert op de eigen relatie met de leerstof in een open attitude Vanuit de geloofsleer: Gekeken wordt naar de beelden van God en van de mens zoals die in de bijbel voorkomen; er wordt aandacht besteed aan hun onderlinge verhouding; In het bijzonder wordt de persoon van Jezus Christus belicht; Verkend wordt hoe deze beelden in de loop van de geschiedenis een rol hebben gespeeld in kerk en theologie. Vanuit de godsdienstpsychologie: Object en methoden van de godsdienstpsychologie worden verkend. Belangrijke psychologische stromingen en scholen als de psychoanalyse, ontwikkelingspsychologie en humanistische psychologie worden geïntroduceerd. Aan enkele deelthema’s uit de godsdienstpsychologie als, bijvoorbeeld: religieuze ervaring en gebed; religieuze attituden wordt aandacht besteed. Geen Basis 7 Beroepsspecifiek: Pastorale, Agogisch-educatieve, Liturgische, Missionaire comp. HBO-generiek: 2. Multidisciplinair en geintegreerd 3. Toepassing relevante inzichten H. H. Zegwaart (syst. theologie) A.J. Jonker (gd. psychologie) Colleges; beelden tekstmateriaal; boek en reader God en Mens Hoor/werkcolleges: voor elke les dient te worden voorbereid; leeswerk en reflectieopdrachten Colleges

Religie is zo gek nog niet, een introductie in de godsdienstpsychologie Boek ISBN 9 78 90 259 5948 7

Saane, Joke van

Kampen, 2010, 1e druk


Christelijke theologie Boek ISBN 9024278031 A. McGrath Kampen, 2003

Titel Leerstofdrager

God en Mens Reader



GOD EN MENS

Verslag De toets bestaat uit de volgende opdrachten: 1. Je woont een kerkdienst bij en analyseert deze op een aantal vragen. 2. Uitwerking van een aantal in inzichts, - toepassings – en reflectievragen rond zowel het systematisch theologische, als het godsdienstpsychologische deel. Cijfer 100%


78

4.1.9 ENTH-CL21.D402 WERELDGODSDIENSTEN VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


INLEIDING IN DE

ENTH-CL21.D402 INLEIDING IN DE WERELDGODSDIENSTEN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Eerste kennismaking met de Wereldreligies Inleiding in de belangrijkste religies van de wereld: het hindoeïsme, het boeddhisme, het jodendom, het christendom en de islam. Omdat in het gehele curriculum van de opleiding Theologie en Levensbeschouwing het jodendom en het christendom uitgebreid aan bod komen, wordt in deze module de nadruk gelegd op het hindoeïsme, het boeddhisme en de islam. Geen Basis 7 Beroepsspecifiek: Pastoraal, agogisch-educatief, liturgisch en missionair HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geintegreerd 4. Transfer 6. Probleemgericht werken H. Spinder AVC Middelen Hoor- en werkcolleges Instructie en begeleiding

Handboek van de Wereldgodsdiensten Boek ISBN 9043512117/ISBN-139789043512114 Partridge, Christopher (red.) Kampen, 2006

Kennistentamen, visiestuk, reflectieverslag  Je maakt een kennistentamen naar aanleiding van de te bestuderen literatuur en de collegestof.  Je schrijft een visiestuk waarbij je een visie ontwikkelt vanuit de theorie naar de beroeps(stage) praktijk.  Je schrijft een reflectieverslag waarin je reflecteert op de inzichten die je in de module Inleiding in de wereldgodsdiensten hebt opgedaan. Cijfer Kennistentamen: 50%; Visiestuk: 25% ; Reflectieverslag: 25%


79

4.1.10 ENTH-CL3.D401 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


GEMEENSCHAPPEN ENTH-CL3.D401 GEMEENSCHAPPEN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je hebt:  zicht op en kennis van de huidige situatie van de kerk in Nederland, de achtergrond van de diverse kerkmodellen en van de grote transformatieperioden door de tijd heen;  zicht op de sociologische ontwikkelingen door de tijd heen in de samenleving en de invloed op levensbeschouwelijke stromingen en organisatievormen;  kennis van en inzicht in de huidige levensbeschouwelijke situatie in relatie tot de grote sociologische trends;  het vermogen om deze trends om te zetten in een toekomstscenario en deze te beoordelen vanuit religieuze organisatievorming van nu. Je verdiept je in de drie belangrijke scharniermomenten in de kerkgeschiedenis: de Constantijnse wending, de reformatie en de verlichting. Je leert ook de trends en bewegingen in de huidige samenleving kennen en toe te passen op de religieuze ontwikkelingen. Belangrijke scharniermomenten zijn:  De overgang van Constantijn tot het christendom.  De breuk van Luther met de Middeleeuwse kerk.  De mondigheid van de mens in de Verlichting. De overgang van de industriële samenleving naar een informatiesamenleving Geen Basis 7 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid. E. Groen P.L. Wansink Literatuur Klassikaal les, groepsgesprek, werkgroepen Colleges, coaching

Wegen en dwarswegen Boek ISBN 978 90 5352 3896 Akker, Nico van en Peter Nissen Meppel 2007, 3e druk Godsdienst en samenleving Boek ISBN 9043503983 Dekker, G. en H.C. Stoffels Kampen, 2009, 8ste druk

Essay De opdracht is om een sociologische analyse van de positie van een kerk of levensbeschouwelijke organisatie, en hun organisatievormen te maken vanuit historisch perspectief. De vragen die daarbij richtinggevend zijn: Hoe zijn de huidige vormen ontstaan en welke betekenis hebben ze in deze tijd? Welke ontwikkelingen zie je naar de toekomst in de samenleving op het terrein van zingeving, levensbeschouwing en godsdienst? Wat betekenen deze ontwikkelingen voor de toekomstige organisatievorming van levensbeschouwelijke organisaties? Cijfer 100%


80

4.1.11 ENTH-CL4 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm

Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


.D402

HEILIGE BOEKEN

ENTH-CL4.D402 HEILIGE BOEKEN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Algemene doelstelling: Je hebt hebt op hoofdlijnen inzicht in ontstaansgeschiedenis en inhoud van de bijbel. Specifieke doelstellingen: de student is in staat om 1. op een aantal deelterreinen continuïteit en discontinuïteit te zien tussen de bijbel en andere heilige teksten; 2. eenvoudige bijbelwetenschappelijke artikelen te lezen en daarbij te onderscheiden tussen hoofd- en bijzaken; 3. n.a.v. het gelezen stuk kritisch op eigen opvattingen te reflecteren; 4. een eenvoudig onderzoek te doen en de resultaten daarvan te presenteren; 5. opgedane kennis en inzichten te verwerken in een spoedcursus bijbel voor een specifieke doelgroep. Een aantal belangrijke onderwerpen uit OT, NT en Koran passeren de revue, waarbij speciaal aandacht besteed wordt aan liturgische gebruiken in Jodendom, Christendom en Islam. Geen Basis 7 Beroepsspecifiek: Liturgische, missionaire, agogisch-educatieve en pastorale competentie J. Snoek R. Hessel (Koran-opdracht) Bibliotheek, internet Presentatie over een zelfgekozen (aan het betreffende college gebonden) onderwerp, eigen onderzoek m.b.v. de bijbel, secundaire literatuur of internet, bespreking van de resultaten, schets van het bredere kader en discussie. Colleges en coaching bij opdrachten

Reader

Tentamen + Koran-opdracht  In het verlengde van de gelezen pagina’s, beantwoord je een aantal specifieke vragen. Het tentamen gaat over de stof die op college is behandeld.  Koran-opdracht Cijfer Tentamen: 80% Koran-opdracht: 20%


81

4.1.12 ENTH-VAA1.D401 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


WERKEN MET SYMBOLEN

ENTH-VAA1.D401 WERKEN MET SYMBOLEN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je weet (verschillende vormen van) symbolische communicatie toe te passen in het theologisch-hermeneutisch werk Je verkent en oefent symbolische (werk-)vormen ten dienste van godsdienstige communicatie en reflecteert over de betekenis van deze communicatievorm. Het is een vaardigheidstraining waarin verschillende vormen van symbolisch communiceren aan de orde komen in lesactiviteit en in voorbeelden . Uiteindelijk voer je zelf een persoonlijke symbolische opdracht uit, aan de hand van in de cursus gevonden criteria en ervaringen. Je leert om rekening te houden met de specifieke doelgroep bij wie je de werkvorm gaat uitvoeren. Je presenteert de praktijkopdracht aan de groep. Het college is gerelateerd aan de kenmerkende beroepssituaties, maar daarnaast ook als basisvaardigheid. Geen Basis 3 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, missionair en liturgisch HBO-generiek: 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid K. Touwen K. Lichtendonk Reader en bijkomende artikelen ter illustratie en reflectie. Klassikale lessen, waarin opdrachten deels individueel deels in groepjes worden uitgevoerd, en die klassikaal worden geëvalueerd op betekenis en werking. Colleges en coaching bij opdrachten

Symbolische religieuze communicatie Reader

Presentatie opdracht en verslaglegging. Je ontwerpt een werkvorm voor een specifieke doelgroep in een leersituatie als catechese, onderwijs of volwassenenwerk of bedenkt hoe je nieuwe symboliek in liturgie kan inbrengen (je mag zelf symbolische beeldvorming toepassen met het oog op liturgie, d.m.v. bijv. fotografie, schilderkunst, bloemsierkunst of andere beeldmiddelen). Daarnaast ben je in staat om deze werkvorm te presenteren in een oefensituatie. Cijfer 100%


82

4.1.13 ENTH-VAA20.D401 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


BASISTECHNIEK GESPREKSVOERING

ENTH-VAA20.D401 BASISTECHNIEK GESPREKSVOERING Education/theologie – GPW Ondersteunend Je hebt na afloop van de training een aandachtgevende en luisterende gesprekshouding ontwikkeld. Daarnaast heb je een eerste mate van empathische en congruente gespreksattitude. Tevens heb je kennis van een basismodel voor levensbeschouwelijke gespreksvoering. In de training ‘basisgespreksvaardigheden’ leer je de aandachtgevende, luisterende gesprekshouding aan. Aan het einde van de training beschik je over de volgende vaardigheden:  Toepassen van verschillende soorten vragen  Parafraseren van inhoud  Reflecteren van gevoel  Concretiseren  Samenvatten Als houding heb je een eerste mate van congruentie en een empathische gespreksattitude ontwikkeld. Daarnaast heb je kennis van de opbouw en de verschillende fases van een levensbeschouwelijk gesprek. Geen Basis 3 Beroepsspecifiek : Missionaire, agogische-educatieve, pastorale competentie HBO-generiek: 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid G. van de Bunt Literatuur; geluidsopnameapparatuur Flankerend conceptueel en vaardigheidsonderwijs, groepstraining, oefengesprekken Colleges, groepsbegeleiding, coaching

Gespreksvoering bij geestelijke verzorging Boek ISBN 9789024417643 Jaap Dijkstra Soest Theorie en praktijk van de gesprekvoering in de levensbeschouwelijke praktijk Boekbewerking Gert van de Bunt N.v.t.

Verslag -100% aanwezigheid. -Demonstratiegesprekken voor de groep. -Leergesprekken, waarvan schriftelijke weergave van fragmenten, plus de schriftelijke reflectie daarop. -Reflectie-leerverslag op het geheel van de training waarin de literatuur is betrokken. Cijfer 100%


83

4.1.14 ENTH-VAA3.D402 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit

Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

PRESENTATIE VERHAAL

ENTH-VAA3.D402 PRESENTATIE VERHAAL Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De student oefent beeldend en spanningsvol vertellen Verhaalopbouw; beeldend vertellen; presentatie; stemgebruik; interactie Geen Basis 3 Beroepsspecifiek: Liturgische, agogisch-educatieve competentie P. Pronk Bestaande en zelfgeschreven verhalen, stem en lijf Praktijkopdrachten, presentaties, interactie Coaching en feedback bij opdrachten van docent. Verder is de docent via email ook buiten de lestijden te bereiken voor vragen.

Geen literatuur

Presentaties in les en verslag De student doet oefeningen in de les, houdt een eindpresentatie en maakt een verslag. 100% aanwezigheidsplicht Onvoldoende/voldoende/goed 100%


84


Onderwijsinhoud




ENTH-VAA4.D413 METHODIEK GROEPSWERK Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je weet dat communicatie in groepen zich afspeelt binnen verschillende niveaus. Op grond hiervan ben je in staat jouw interventies aan te passen. Je kunt verschillende fases in groepsvorming onderscheiden en hoofdbegrippen uit de systeem- en communicatietheorie benoemen en toepassen. Je leert communicatie in groepen herkennen op verschillende niveaus. Op grond hiervan ben je in staat jouw interventies aan te passen. Je kunt verschillende fases in groepsvorming onderscheiden en hoofdbegrippen uit de systeem- en communicatietheorie benoemen en toepassen. Geen Basis 3 Beroepsspecifiek SBL: interpersoonlijke en pedagogische competentie Beroepsspecifiek GPW: agogisch-educatieve competentie HBO-generiek: 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid R. Scheurwater Literatuur Klassikale les, groepswerk, oefenen van simulatie. Colleges, coaching bij opdrachten, groepsbegeleiding


Handboek groepsdynamica. Een nieuwe inleiding op theorie en praktijk Boek ISBN 9024413397 Remmerswaal, J. Soest, 2003, 8e druk


Presentatie en praktische opdracht Presentatie en praktische opdracht Cijfer 100%


85

4.1.16 ENGL-VAA8.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel

ONDERWIJS en ICT

ENGL-VAA8.D401 Onderwijs en ICT Education/theologie -GL Ondersteunend Je hebt basiskennis ten aanzien van het onderwijsleerproces. Je beschikt over algemene kennis van ICT-gebruik en ICT-vaardigheden. Je beschikt over algemene kennis over het inzetten van ICT ten aanzien van digitale onderwijsleerprocessen. Je beschikt over de basisvaardigheden om te werken met een ELO (elektronische leeromgeving) en het werken met het digibord. Je ontwikkelt kennis en vaardigheden om te werken met een ELO, het digibord en internetgebruik bij het ontwerpen van je lessen. Je leert wat een digitale didactiek inhoudt en hoe deze toe te passen in het vakgebied godsdienst/levensbeschouwing. Basiskennis ten aanzien van computergebruik en gebruik van internet. Basis 3 Beroepsspecifiek: SBL-competenties (uitgebreid met de specifieke competenties voor levensbeschouwelijke vorming): 1. Interpersoonlijk competent 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent 4. Organisatorisch competent 7. Competent in zelfreflectie en ontwikkeling. HBO-generiek: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen. K. Lichtendonk Computer/laptop; Literatuur Werkcolleges Colleges en coaching bij opdrachten.

Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

Effectief Leren basisboek (Hoofdstuk 2: Effectief leren en directe instructie, de lespraktijk in fasen; Hoofdstuk 6: Bevorderen van een leerklimaat) Boek ISBN 9789001307523 Ebbens, Sebo en Simon Ettekoven Groningen/Houten, 2005, 2e druk


Wat weten we over samenwerkend leren met ICT (wordt op N@tschool geplaatst) Brochure -Meijden, van der, Henny (Stichting Kennisnet) Den Haag, 2007, 1e druk

Titel

Godsdienstpedagogiek van de hoop. Grondlijnen voor religieuze vorming. (Hoofdstuk 10: Cyberspace: een sacrale ruimte?) Boek ISBN 9789033462887 Roebben, Bert Leuven, 2007, 1e druk

Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


Onderwijs-ICT-opdrachten en presentatie.  Je beschrijft een praktijkvoorbeeld van het invullen van een ELO voor een onderdeel van het vakgebied godsdienst/levensbeschouwing en je onderbouwt e.e.a. met de geboden literatuur en collegestof.  Je ontwerpt een (deel van een) les met gebruikmaking van het digi-bord voor een onderdeel van het vakgebied godsdienst/levensbeschouwing en je onderbouwt e.e.a. met de geboden literatuur en collegestof.  Je presenteert je digi-bord les aan je medestudenten. Cijfer 100%

4.1.17 ENTH-SLB1A/1B.D401

STUDIELOOPBAANBEGELEIDING


86

VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


ENTH-SLB1A.D401 en ENTH-SLB1B.D401 STUDIELOOPBAANBEGELEIDING Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je  leert om de eigen ervaringen en de feedback van anderen in te zetten in de eigen ontwikkeling;  leert om de eigen mogelijkheden en kwaliteiten te zien en die in te zetten in de beroepspraktijk;  leert zelf sturing te geven aan het leerproces;  hebt kennis van verschillende vormen van intervisie en kunt reflectieverslagen maken;  hebt zicht op jezelf als persoon, op je motivatie en spiritualiteit en je kunt jezelf inbrengen en je motivaties en spiritualiteit verbinden met je handelen in de praktijk;  kunt een POP en PAP maken op basis van de door de opleiding gehanteerde competenties;  hebt kennis van de beroepstaken, de vereiste kennis, vaardigheden en houding die nodig zijn voor de uitoefening van het beroep. Je leert met gebruikmaking van verschillende instrumenten wat je kwaliteiten, motivatie en spiritualiteit zijn met betrekking tot je toekomstige beroep. Je doet tevens onderzoek naar je toekomstige werkplek. Geen Basis 4 HBO-generiek: 11. Zelfsturing Vacature (Utrecht) Vacature (Zwolle) Literatuur, internet, studieloopbaankit Windesheim Portaal Poplessen (klassikaal), commentaar op reflectieverslagen, testen/metingen Individuele begeleiding, coaching bij POP en PAP

Reflecteren: de basis. Op weg naar bewust en bekwaam handelen Boek ISBN 9789001776367 Groen, M. Groningen/Houten, 2011, 2e druk (vernieuwde druk)

Portfolio met daarin tevens POP en PAP Gedurende de colleges worden verschillende reflectieopdrachten gegeven voor studieloopbaansturing, waaronder leerwerkplekplan, motivatiereflectie, kwaliteitenreflectie, biografie, reflectieverslagen, pop, pap. Aanwezigheidsverplichting Voldaan/niet voldaan 100%


87

4.1.18 ENTH-INV1A/B.D401 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit

INTERVISIE

ENTH-INV1A.D401 en ENTH-INVB.D401 INTERVISIE Education/theologie – GPW/GL Intervisie Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent in staat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent in staat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven Geen Basis 4 HBO-generiek: 11. Zelfsturing G. van de Bunt Literatuur Groepslessen; groepswerk; reflectieopdrachten Colleges; feedback


Reflecteren: de basis. Op weg naar bewust en bekwaam handelen. Boek ISBN 900170000-4 Groen, M. e Groningen, 2006, 1 druk


Verslaglegging 5 reflectieverslagen van de intervisiebijeenkomsten + 100% aanwezigheidsplicht Voldaan/niet voldaan 100%


88

4.2. ONDERWIJSEENHEDEN HOOFDFASE 4.2.1

ENTH-INT53.D413

VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties

Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

JAAR 2


ENTH-INT53.D413 EDUCATIE EN ONTMOETING Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituaties Je kunt op verantwoorde wijze omgaan met training en toerusting. Je leert met gebruikmaking van theorie en werkvormen hoe je bijeenkomsten op een zinvolle wijze kunt vormgeven voor jouw doelgroep. Geen Gevorderd 4 Beroepsspecifiek: agogisch-educatieve competentie HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. multidisciplinair en geïntegreerd 7. methodisch en reflectief denken en handelen 8. sociaal-communicatieve bekwaamheid J. Kemman K. Lichtendonk Literatuur Interactieve hoor- en werkcolleges Colleges en coaching bij opdrachten

n.o.t.k.

Opdrachten en Verslaglegging Opdrachten: college-opdrachten en praktische opdracht Verslaglegging: verantwoording en leerverslag Cijfer 100%


89

4.2.2 ENTH-INT52.D402 VOE Naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen

Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets

Omschrijving


EXPOSURE

ENTH-INT52.D402 EXPOSURE Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituatie Je hebt ontdekt dat de stad een eigen bron van kennis is. Je ervaart een perspectiefwisseling die nieuw zicht geeft op jezelf en je eigen geschiedenis. Je hebt de exposure verwerkt en kunt deze betekenis geven voor het handelen. Je bent authentiek beschikbaar en kunt aanwezig zijn bij anderen. Je legt contacten met mensen en wordt je bewust van ontvangen en geven in relaties. Een exposureprogramma in een weekend, waarbij de stad wordt ervaren als eigen bron van kennis. Studenten ervaren een perspectiefwisseling en reflecteren op eigen manier van doen en werken, eigen geschiedenis en positie en leren deze wisseling verwerken tot deel van hun beroepshouding. Geen Gevorderd 3 Beroepsspecifiek: missionaire competentie, pastorale competentie (dc4) HBO-generiek: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid T.T. van Leeuwen (Utrecht) M.A. Timmerman (Zwolle) Weekend van vrijdagmiddag 17.00 tot zondagmiddag 14.00 uur. Met verblijf in het stadsklooster in Den Haag. Film. 4 begeleidende lessen (1 voorafgaand aan de exposure). Zie voor de planning van de weekenden de jaarkalender van Theologie. Exposure in de stad, film en reflectie achteraf. Tevens verwerkingsopdracht. Groepsbegeleiding; 4 lessen gedurende het collegejaar

Reader

a) Deelname weekend en reflectieverslag b) Verwerkingsopdracht in relatie tot eigen profiel, leerontwikkeling gedurende het schooljaar en de begeleidende lessen a) Deelname aan het exposure weekend. Je maakt een reflectieverslag met verwerking van de exposure, film. b) Gedurende je LWT-periode doe je een verwerkingsopdracht, met een evaluatie van je eigen leerproces en verwerking van gelezen teksten Cijfer 50% Deelname weekend en reflectieverslag 50% Verwerkingsopdracht


90

4.2.3

ENTH-INT6.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm

Begeleidingsactiviteit


ENTH-INT6.D401 PASTORAAT EN LITURGIEK Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituaties 1. Je  hebt inzicht in het maken van verbatims;  bent in staat te reflecteren op je verbatims met aandacht voor de gesprekstechniek en de pastorale theorie en met het oog op je beroepsrol;  kunt omgaan met feedback op je verbatim;  maakt je een empathische, aanvaardende, congruente houding eigen in je beroepsrol;  kunt verschillende interventies toepassen;  bent beter in staat non-verbale communicatie te herkennen en te interpreteren;  kunt een beargumenteerd advies voor een verwijzing naar een (andere) hulpverlener formuleren; 2. Je oefent in het organiseren van een liturgie en het zelf actief deelhebben aan de uitvoering ervan. Voorwaarde voor deze onderwijseenheid: je bent werkzaam in het leerwerktraject en baseert het door jou ingebrachte materiaal op gesprekken in het LWT. Opdrachten in het leerwerktraject: 1. Voer pastorale (kennismakings)-gesprekken en reflecteer op vier gesprekken aan de hand van verbatims, waarvan 1 of 2 behandeld worden tijdens de colleges. Maak daarnaast van drie gesprekken gespreksverslagen. Geef bij één van de gesprekken aan naar welke (andere) hulpverlener je eventueel zou kunnen verwijzen. Je oefent in de rol als pastor/geestelijk begeleider op het gebied van pastoraat. Opdracht inleveren onder code ENTH-INT6 80 % 2. Opdrachten voor liturgie (met twee begeleidende lessen) a. Maak, na eerst geobserveerd en geïnformeerd te hebben hoe het op jouw stageplek doorgaans liturgisch toegaat (let ook op varianten!) en daarvan een beschrijvend en evaluerend verslag geschreven te hebben, een viering of ritueel volgens een bij die stageplek passend model (wat dus wel kan afwijken van wat normaal gebeurd, mits met toestemming van de coach) en voer dit (deels of liever volledig) zelf uit. Schrijf ook van deze eigen activiteit een verslag en een evaluatie. Een meditatieve toespraak kan hier deel van uit maken, maar een preek in de zin van Schriftuitleg (exegese en hermeneutiek) past hier nog niet, gezien de studiefase waarin je verkeert en kerkordelijke overwegingen. b. uitvoering opleidingsliturgie in groepsverband (n.i.o.) Opdracht inleveren onder code ENTH-INT6 20 % -Afgerond de module Gesprekstechniek basis -Deelgenomen aan: de modulen Gesprekstechniek verdiept, Liturgie in missionair perspectief en Werken met symbolen. Gevorderd 5 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair 4. Transfer 7. Methodisch 8. Sociaal-communicatief Beroepsspecifiek: Pastorale, liturgische en missionaire competentie Pastoraat: J. Bruinsma-de Beer + G. van de Bunt (Zwolle) A.M.H. Kemper (Utrecht) Liturgie: K. Touwen Literatuur Pastoraat: verbatimanalyse en reflectie, gesprekken met de vakcoach en de docent, groepsgesprek, ondersteunende pastorale theorie. Liturgie: Een inleidende les t.b.v. de stageopdracht en een les aan het eind van de periode t.b.v. reflectie op de stage-ervaringen qua liturgie. College


91

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

Psychologische gespreksvoering. Een basis voor hulpverlening. Boek 9024409616 Lang. G. en H.T. van der Molen e Soest, 2004, 15 druk Zorg voor het verhaal. Achtergrond, methode en inhoud van pastorale begeleiding. Boek 9789021141541 Ganzevoort, R.R. en J. Visser Zoetermeer, 2007, 1e druk

Literatuurlijst (voor liturgie) Titel Liturgie voorbij de Liturgische Beweging (deel II, pag. 77-143) Leerstofdrager Boek Identificatie ISBN 90 211 4093 4 Auteur Barnard, M. e Plaats uitgave Delft, 2006, 1 druk Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

De weg van de liturgie (aanbevolen, niet verplicht) Handboek ISBN 90 211 3679 1 Oskamp, P. e.a Zoetermeer, 2001, 1e druk

Titel Leerstofdrager Identificatie Plaats uitgave

Het Dienstboek, een proeve, deel I : Schrift, maaltijd, Gebed (Dit Dienstboek is beschikbaar op Internet) Boek ISBN 9023903781 Zoetermeer, 1998, 1e druk


Reader Homiletiek, Harbert Booij Wordt digitaal verstrekt


Naam toets

Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

Opdracht 1: 7 gesprekken Zie opdracht leerwerktraject: verbatims, reflectie, verwijzingsadvies Cijfer 80% (verbatimanalyse, gespreksverslagen en verwijsadvies). Dit onderdeel moet voldoende zijn. Opdracht 2. Verslag van de uitgevoerde liturgie voor een specifieke doelgroep en/of situatie, en een reflectie daarop, deels inhoudelijk, deels t.a.v. het eigen functioneren. In gewijzigde vorm ook op te nemen als bewijsstuk in portfolio. Zie opdracht LWT Cijfer 20 %


92

4.2.4

ENTH-INT71.D402


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur


ENTH-INT71.D402 PLURALITEIT: SPANNING EN DYNAMIEK Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituaties  Je hebt kennis van conflicttheorie en pluraliteit.  Je kunt de theorie hanteren in de praktijk en ontwikkelt een eigen visie op pluraliteit en conflicten vanuit een theologisch en agogisch perspectief.  Je kunt een situatie met moeizame communicatie helder beschrijven en analyseren  Je kunt een sociale kaart ontwerpen of beschrijven en evalueren In de lessen behandelen we aspecten van pluraliteit op drie niveau’s: individu, groepen/organisaties en samenleving en we bekijken de invloed ervan op hermeneutische communicatie. Daarbij wordt nadrukkelijk gekeken naar de invloed van aspecten als sekse, leeftijd en etniciteit. De agogische thema’s worden ook verbonden met theologische perspectieven. In de lessen krijg je criteria aangereikt om een situatie met moeizame hermeneutische communicatie helder te beschrijven en te analyseren. Er is een koppeling met de lessen vaktheorie en de vaardigheidsleerlijn conflicthantering. Je brengt de sociale kaart van de werkplek in het LWT in kaart of je ontwerpt er een als de werkplek geen sociale kaart heeft. Met behulp van aangeboden modellen en informatie verken je hoe de kaart in de praktijk wordt gebruikt of zou kunnen worden gebruikt. Zo mogelijk kom je tot enkele aanvullingen of verbetersuggesties. Geen Bachelor 5 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve en missionaire competentie. HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 6. Probleem gericht werken 8. Sociaal communicatieve bekwaamheid K. Lichtendonk M.J. Kip (sociale kaart) Geen Plenair les, groepsgesprek, werkcollege, beeldmateriaal Colleges

Werken met verschil. De waarde van diversiteit voor mensen en organisaties Boek Limburg, D. & I. Engwirda (red.)

Plaats uitgave

Pearson Education: Amsterdam, 2007

Titel

Wie zijn wij dan? Over erkenning en verbondenheid tussen mensen die mensen die alles, bijna niets, een beetje of heel veel geloven. Boek M. Jansen Zoetermeer: Meinema, 2008

Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


4.2.5

Werkstuk (advies) Opdracht 1:  Je beschrijft een situatie met moeizame communicatie die voortkomt uit pluraliteit en komt tot een analyse van de situatie.  Je geeft een advies ter verbetering van deze situatie met moeizame hermeneutische communicatie met behulp van de theorie en verwoordt de theologische visie van waaruit je tot dit advies komt. Opdracht 2:  Je beschrijft de sociale kaart zoals die op je leerwerkplek gehanteerd wordt, of je ontwerpt een passende sociale kaart. Je doet dit conform de richtlijnen zoals die op het college zijn gegeven. Cijfer Opdracht 1 (Lichtendonk): 80% Opdracht 2 (Kip): 20%

ENGL-INT50.D413

IDENTITEIT EN DIDACTIEK


93


Onderwijsinhoud



ENGL-INT50.D413 IDENTITEIT EN DIDACTIEK Education/theologie - GL Kenmerkende beroepssituatie 1. Je krijgt zicht op identiteitsvorming en op de schoolidentiteit 2. Je krijgt zicht op de rol van de docent in het moderne onderwijsleerproces. 3. Je ontwikkelt je in vakdidactiek en verdiept ICT-vaardigheden. Je leert te kijken naar de vorming van je eigen identiteit en de vorming van de identiteit die plaatsvindt in de leerlingendoelgroep. Je leert te kijken naar de verschillende vormen waarop scholen hun identiteit vormgeven. Je ontwikkelt een professionele identiteit aan de hand van de verschillende docentrollen. Je verdiept kennis en vaardigheden om te werken met een digitale didactiek en hoe deze toe te passen in het levensbeschouwelijke/ godsdienstonderwijs Inzicht in het algemene verloop van de menselijke ontwikkeling. Kennis van de beginsituatie in een klas. Gevorderd 5 Beroepsspecifiek: SBL-competenties (uitgebreid met de specifieke competenties voor levensbeschouwelijke vorming): 1. Interpersoonlijk competent 2. Pedagogisch competent 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent 4. Organisatorisch competent 7. Competent in zelfreflectie en ontwikkeling HBO-generieke competenties: 1. Brede professionaliteit 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal communicatieve bekwaamheid J. Kemman (Utrecht) K. Lichtendonk (Zwolle) Literatuur. Computer/laptop Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching bij opdrachten.

Handboek voor leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W en R van Kralingen Bussum, 2011, 1e druk


Effectief leren. Basisboek Boek ISBN 9789001815448 Ebbens, S. En S. Ettekoven e Groningen/Houten, 2013, 3 druk


Puberbrein binnenstebuiten. Wat beweegt jongeren van 10 tot 25 jaar. (Hoofdstuk 3: Het puberbrein in de klas) Boek ISBN 9789021541952 Nelis, Huub en Yvonne van Sark e Utrecht/Antwerpen, 2009, 2 druk


Godsdienstpedagogiek van de hoop. Grondlijnen voor religieuze vorming. Boek ISBN 9789033462887 Roebben, Bert e Leuven, 2007, 1 druk


Opdrachten en verslaglegging Opdrachten: college-opdrachten en praktische opdracht. Verslaglegging: verantwoording en leerverslag Cijfer 100%


94


Onderwijsinhoud




ENGL-INT6.D413 ONDERWIJSVISIE EN TOETSING Education/theologie – GL Kenmerkende beroepssituatie Je bent instaat om verschillende onderwijskundige visies te herkennen en te benoemen. Je bent instaat om op basis van een visie een periodeplan te maken en toetsvormen te ontwerpen die hierbij aansluiten. Je ontwerpt diverse toetsvormen en voert ze uit in de praktijk. Je kunt de wijze van toetsen verantwoorden vanuit een onderwijskundige visie. Je leert tijdens deze module verschillende onderwijskundige visies te herkennen ten aanzien van het vakgebied en te zien welke gevolgen dit heeft voor onderwijsinhouden en toetsvormen. Je bent in staat om zelf toetsvormen en een periode plan te ontwerpen op basis van een visie. Tijdens je stage ben je bezig de opdrachten die behoren bij deze module vorm te geven en uit te voeren. Geen Gevorderd 5 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 6. Probleem gestuurd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: SBL-competenties: Pedagogisch, vakinhoudelijk en didactisch. K. Lichtendonk (Utrecht) R. Scheurwater (Zwolle) Literatuur Opdracht uitgevoerd tijdens LWT; groepswerk, werkcollege Colleges en coaching

Handboek voor leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W. en R. van Kralingen e Bussum, 2011, 1 druk


Effectief Leren basisboek Boek ISBN 9789001815448 Ebbens, Sebo en Simon Ettekoven Groningen/Houten, 2013, 3e druk


Godsdienstpedagogiek. Dimensies en spanningsvelden. (Hoofdstuk 1.3 Godsdienstpedagogisch handelen in context; H1.5 Opnieuw: de verhouding tussen theologie en pedagogiek; Hoofdstuk 2 Leren theologiseren) Boek ISBN 9789021142241 Alii, E.T (collectief van auteurs) Zoetermeer, 2009, 1e druk

Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave

Godsdienst/levensbeschouwing als examenvak (wordt in de ELO geplaatst) Brochure Besturenraad, Concent, VGS/BGS e Voorburg, 2006, 1 druk


95

Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


Leerlingcompetenties Godsdienst/Levensbeschouwing (wordt in de ELO geplaatst) Brochure Swetselaar, R. van & T.Visser e Voorburg, 2011, 1 druk Handleiding Vakleerplan Godsdienst/Levensbeschouwing (wordt in de ELO geplaatst) Brochure Reijn, M.L. & T. Visser Voorburg, 2011, 1e druk

Beschrijving, verslaglegging, presentatie. 1. Je geeft een duidelijke beschrijving van jouw onderwijskundige visie op onderwijs en de positie van het vak godsdienst/levensbeschouwing daarin en van de rol van de leerling en de docent hierbinnen. 2. Je geeft een beschrijving van mogelijke toetsvormen (min. 3) volgens criteria waarin kennis van de diversiteit van toetsvormen herkenbaar tot uiting komt. En je maakt een voorbeeldtoets. Cijfer 100%


96

4.2.7

ENGL-INT71.D401


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel

LEERLINGBEGELEIDING

ENGL-INT71.D401 LEERLINGBEGELEIDING Education/theologie – GL Kenmerkende beroepssituatie Je weet dat het begeleiden van leerlingen een wezenlijk deel uitmaakt van het leraarschap. Je maakt je een professionele houding eigen ten aanzien van het begeleidende mentoraat en ten aanzien van leerlingen die extra zorg en begeleiding nodig hebben. Je hebt kennis van de verschillende zorglijnen die binnen en buiten de school beschikbaar zijn voor leerlingen die extra zorg nodig hebben. Je hebt kennis van specifieke kenmerken die optreden bij problemen op sociaal-emotioneel gebied; bij psychopathologische problemen en bij leerlingen die vanwege hun (hoog)begaafdheid extra zorg en begeleiding nodig hebben om het onderwijs met een goed resultaat te kunnen doorlopen. Je kunt voor leerlingen die extra zorg en begeleiding behoeven, concrete voorstellen ontwikkelen van vormen van passende zorg en begeleiding, binnen de klas, binnen de school en buiten de school en deze zorg en begeleiding implementeren in de klas. Je hebt inzicht in de sociaal-emotionele ontwikkeling van de doelgroep in het tweedegraads onderwijs. Je hebt inzicht in hoe je van een mentorklas een groep kunt vormen en hoe je aan het mentoraat een zinvolle invulling kunt geven. Je hebt inzicht in de verschillende zorglijnen en begeleidingsmogelijkheden binnen en buiten de school en in jouw verantwoordelijkheden hierbinnen. Je kunt ten aanzien van de leerlingen die door problemen op sociaal-emotioneel gebied, psychopathologische problemen en (hoog)begaafdheid extra zorg en begeleiding behoeven, een, op de persoonlijke zorg- en begeleidingssituatie van de leerling toegesneden, handelingsplan opstellen. Kennis van de ontwikkelingspsychologie van kinderen en adolescenten Gevorderd 6 Beroepsspecifiek: SBL-competenties: 1. Interpersoonlijk competent 2. Pedagogisch competent; 5. Competent in samenwerken met collega’s; 6. Competent in samenwerken met de omgeving. 7. Competent in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen. K. Lichtendonk Literatuur Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching Handboek voor leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W. en R. Van Kralingen Bussum, 2011, 1e druk


Ik heb ook wat te vertellen! Communiceren met pubers en adolescenten. (Hoofdstuk 3 Pubers opvoeden: vallen en opstaan) Boek 9789066656529 Delfos, Martine Amsterdam, 2007, 6e druk


Handboek voor elke mentor Boek ISBN 9080855537 Bakker-de Jong, Maya en Ivo Mijland e Esch, 2005, 2 druk


97

Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor Naam toets Omschrijving


Kennistoets De theoretische kennis uit de literatuur wordt getoetst om een basis te garanderen voor de uitvoering van de bij de module behorende praktische opdracht. Cijfer 40% Praktische opdrachten LWT 1. Je schrijft een handelingsplan voor een zorgleerling en hanteert hierbij de criteria die daarvoor zijn opgesteld in de bestudeerde literatuur. 2. Je schrijft een handelingsplan voor een hoogbegaafde leerling en hanteert hierbij de criteria die daarvoor zijn opgesteld in de bestudeerde literatuur. 3. Je kiest voor het onderdeel mentoraat uit een van de volgende opdrachten en schrijft hiervan een verslag:  Gesprek met een leerling over bijzondere aandachtspunten in zijn/haar leven  Geef een (of meer) mentorles(sen)  Laat in een klas een sociogram maken. De uitkomsten hiervan bespreek je met de mentor (bekijk bijvoorbeeld samen of de uitkomst herkenbaar is, of er actie moet worden ondernomen (welke?) enz.) Cijfer 60%


98

4.2.8 ENTH-GKINT2.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

VRIJWILLIGERSMANAGEMENT

ENTH-GKINT2.D401 Vrijwilligersmanagement Education/theologie GPW Kenmerkende beroepssituaties  Je hebt kennis van gemeenteopbouw en kunt de kennis toepassen in een concrete situatie  Je kunt het vrijwilligersbeleid analyseren en oplossing aandragen om samenwerking met teams te bevorderen  Je kunt groepen observeren en samenwerkingsfactoren tijdens het werkplekleren benoemen  Je kunt modellen op basis van een verkennend onderzoek toetsen in je werkplekorganisatie  Je kunt een advies schrijven en presenteren We behandelen de theorie van het gemeenteopbouwwerk en analyseren op basis daarvan het beleid van je stageplek. Op basis van de theorie uit het vak gemeente opbouw en de vaardigheden en kennis van beleidsplannen en projectmatig werken analyseer je het vrijwilligersbeleid van je leerwerktraject en geef je adviezen voor verbetering. Projectmatig werken/beleidsplan Gevorderd 5 Beroepsspecifiek: agogisch/educatief HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid. E. Groen Literatuur Groepswerk, testen, frontaal les Colleges, groepsbegeleiding, coaching

Voor de verandering Boek ISBN 9789023923954 Sake Stoppels Zoetermeer, 2009, 1e druk Werven, begeleiden en uitzwaaien werkboek (te bestellen bij het landelijk dienstencentrum van de PKN) Peet Valstar (samensteller) Utrecht, 2007

Eindverslag Je maakt een analyse van het vrijwilligerswerk in het kader van gemeenteopbouw en maakt een advies ter verbetering Cijfer 100%


99

4.2.9 ENTH-RSINT21.D402 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



ENTH-RSINT21.D402 MISSIONAIRE PRESENTIE Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituaties Je hebt ontdekt dat de stad een eigen bron van kennis is. Je ervaart een perspectiefwisseling die nieuw zicht geeft op jezelf en je eigen geschiedenis en die je kunt verbinden met eigen handelen en visie. Je bent authentiek beschikbaar en kan aanwezig zijn bij anderen. Je legt contacten met mensen en wordt je bewust van ontvangen en geven in relaties. Je hebt zicht op ontstaan, realiteit en uitwerking in de praktijk van de presentiebenadering. Je bent in staat deze te doordenken in relatie tot theologisch-missionaire tradities. In de lessen komen aan de orde: ontstaan, realiteit en uitwerking van de presentiebenadering en verbonden met de praktijk van het LWT. De ervaring van de exposure en nieuwe ervaring van de werkcontext wordt geëvalueerd in relatie tot beroepsrol/houding en theorie. Het betreft ook methodische vragen in de praktijk van de presentie. Tevens doordenking van de (mogelijk) theologisch/missionaire betekenis van de presentie. Geen Gevorderd 5 Beroepsspecifiek: Missionaire en pastorale competentie HBO-generiek: 3. Wetenschappelijke toepassing 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid. M.A. Timmerman Literatuur Werkcollege en digitale werkvormen Coaching

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager

Reader en literatuurlijst

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave

Theorie van de presentie Boek Baart, A. Utrecht, 2001, 3e druk



Verslag van leerproces en essay of artikel Verwerking van theorie in relatie tot eigen persoonlijke vraagstelling en casuïstiek (of anderszins een situatie) uit het leerwerktraject, in een integraal verslag. Cijfer 100%


100

4.2.10

ENTH-ZZINT2.D402


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor


ENTH-ZZINT2.D402 ETHIEK EN PASTORAAT IN DE ZORG Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituaties Je bent in staat een situatie waarin ethische besluitvorming of een ethisch dilemma in de gezondheidszorg aan de orde is, te analyseren, daarop te reflecteren en vervolgens aan deze situatie een levensbeschouwelijke bijdrage te leveren. Daarbij kun je je rekenschap geven van je specifieke pastorale rol. In je leerwerktraject kies je, in overleg met je vakcoach, een situatie waarin ethische besluitvorming en/of een ethisch dilemma een rol speelt. Met behulp van in het flankerend onderwijs aangeboden materiaal analyseer je deze situatie. Je reflecteert daarop, eveneens met behulp van op het college aangereikte stof en/of zelf gezochte literatuur en ontwikkelt een eigen bijdrage aan deze situatie. Daarbij leer je je rekenschap te geven van het specifiek eigene van je pastorale rol en de daarmee verbonden dilemma’s. Geen Gevorderd 5 Beroepsspecifiek: 2.3a. Kan binnen instellingen interdisciplinair samenwerken in het kader van vaststellen van zorgplannen en ethische besluitvorming 2.3.1 Kan zorgplannen lezen en interpreteren 2.3.2 Kan een levensbeschouwelijke bijdrage leveren aan een zorgplan 2.3.3 Kan levensbeschouwelijke perspectieven in ethische besluitvorming inbrengen. Daarnaast: 2.1.1 Kan levensbeschouwelijke thema’s herkennen, benoemen en inzetten in geestelijke begeleiding HBO Generiek: 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid H. H. Zegwaart Reader, literatuur. Gesprekken met de vakcoach en de docent, groepsgesprek, ondersteunend onderwijs. Colleges, groepsbegeleiding

Beroepsethiek voor Pastores Boek ISBN 978-90-5573-581-9 Schenderling, J. e Budel, 2008, 1 druk Website over medische en zorgethiek Website: http://www.ethics.be/ethics/

Werkstuk Analyse van en reflectie op een ethisch dilemma of probleem in de Zorg; doordenking van de rol van Geestelijk Verzorger. Cijfer 100%


101

4.2.11 ENTH-CL61.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Auteur Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

JODENDOM

ENTH-CL61.D401 JODENDOM Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De student verwerft kennis van het jodendom De student verwerft kennis van het jodendom in zijn eigenheid, zowel in zijn geschiedenis sinds de verwoesting van de tempel, als in zijn actuele verschijningsvorm. Aan de orde komen verschillende gezaghebbende tradities (geschreven en ongeschreven Thora), de betekenis van sjabbat, het liturgisch jaar, joodse symbolen en rituelen, geloof en ethiek en de verhouding tussen het jodendom in de diaspora en de verhouding tot de staat Israël. Geen Gevorderd 3 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief; pastoraal; missionair; liturgisch Dr. C.R. Marx Literatuur, reader Hoorcollege College

Het Jodendom Boek ISBN 9043503622 Heide, A. van der Kampen, 2001, 1e of latere druk Jodendom Reader Marx C.R.

Tentamen Tentamen bestaat uit presentatie op papier waaruit theoretische kennis van het Jodendom blijkt en het maken van een essay. 100% aanwezigheidsplicht Cijfer 100%


102

4.2.12 ENTH-CL52.D402

GOED EN KWAAD


Onderwijsinhoud


ENTH-CL52.D402 GOED EN KWAAD Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je leert wat filosofen en theologen verstaan onder “het goede leven” en hoe je, op basis van kennis, inzicht en overtuiging, verantwoorde morele keuzes kunt maken. Je leert hoe de Bergrede van invloed is op het denken over christelijke ethiek. Ethisch stappenplan om verantwoorde keuzen te maken, resp. morele oordelen te vellen. De inhoud en de daarbij behorende ethische problematiek van de tien woorden en de bergrede. Overwegingen bij christelijke ethiek. Algemene deugethiek. Geen Gevorderd 5 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief; pastoraal; missionair H.H. Zegwaart en A. Ziegelaar Literatuur Bespreking van stappenplan van casussen uit de praktijk; onderwijsleergesprek over ethische vragen aan de hand van de literatuur. Colleges, groepsbegeleiding


Basisboek Ethiek Boek ISBN 90 01300022 Dalen, W. van Groningen, laatste druk


Deugdelijk Leven Boek Tongeren, P. van Amsterdam, 2003

Titel Leerstofdrager Auteur

De bergrede en christelijke ethiek Reader Zegwaart, H.H.



1. Werkstuk ethiek 2. Verslag filosofie Ad. 1 Oplossing van een dilemma: behandeling van een complexe casus waarin een moreel dilemma zodanig moet worden opgelost of besproken dat zichtbaar is dat de aangeboden stof is verwerkt. Een dilemma uit de praktijk geniet de voorkeur. De student bespreekt enkele vragen die gesteld worden n.a.v. de reader over de Bergrede. Ad. 2 De student behandelt vragen over deugdethiek. Cijfer 60% Werkstuk ethiek (Zegwaart); 40% Verslag filosofie (Booij) .


103




SPREKEN OVER GOD

ENTH-CL81.D401 SPREKEN OVER GOD Education/theologie - GPW/GL Ondersteunend De student verwerft zich inzicht in een deel van de systematische theologie en in de filosofische aspecten daarvan. Inhoud betreft A. het systematisch-theologisch denken over God, Christus, en verhouding Kerk/Christendom versus Synagoge/Jodendom/Israel en B. filosofische achtergronden hierbij Onderwijseenheid ‘God en mens’ afgerond Gevorderd 3 Theologisch: gericht op de inhoudelijk vaardigheid bij alle theologische competenties. HBO-competenties: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten; Past uitkomsten van (wetenschappelijk) onderzoek toe bij vraagstukken waarmee zij in de beroepsuitoefening wordt geconfronteerd H.H. Zegwaart Literatuur; behalve de tekst uit McGrath zal ook enige literatuur in kopie te lezen verondersteld worden omtrent les ‘Israël’. Deze teksten zijn nu nog niet bekend. Hoorcollege en bij voldoende tijd open leergesprek of werken in groepen Colleges


Christelijke theologie, Een introductie Boek ISBN 978 90 242 7803 9 A McGrath Kampen, 2008, 1e druk


Schriftelijk tentamen Aan de hand van vragen over de studiestof Cijfer 100%


104


Onderwijsinhoud



TRAINING GESPREKSVAARDIGHEDEN (Verdiept)

ENTH-VAA5.D401 TRAINING GESPREKSVAARDIGHEDEN (verdiept) Education/theologie – GPW Ondersteunend In aansluiting op de training basisgespreksvaardigheden, ben je in staat een meer dialogische en interpreterende positie in te nemen ten opzichte van je gesprekspartner. Je beschikt over de vaardigheden om het gesprek verdiepen. Je bent in belangrijke mate congruent in het gesprek, met bewustzijn van je spirituele bronnen. Je kunt een aantal specifieke communicatieproblemen herkennen en hanteren. Daarnaast word je je ook bewust van het effect van de beroepsrol op jezelf. In aansluiting op de training basisgespreksvaardigheden, ben je in staat een meer dialogische en interpreterende positie in te nemen ten opzichte van je gesprekspartner. Je kunt het gesprek verdiepen met behulp van de volgende vaardigheden: - nuancerende empathie - confrontatie - positief heretiketteren - adequaat inbrengen van eigen voorbeelden - directheid Je bent in belangrijke mate congruent in het gesprek, met bewustzijn van je spirituele bronnen. Je kunt een aantal specifieke gespreksmoeilijkheden (zoals spraakwaterval, positieve overdracht, wantrouwige gesprekspartner herkennen en hanteren) Training basisvaardigheden gespreksvoering (M2)afgerond Gevorderd 3 HBO-generiek : sociaal-communicatieve bekwaamheid ; methodisch en reflectief denken en handelen ; besef maatschappelijke verantwoordelijkheid Beroepsspecifiek : Pastorale competentie 1: Kan individuen, paren, gezinnen en groepen door middel van gesprekken levensbeschouwelijk begeleiden, daarvan: 1. Kan verschillende gesprekstechnieken hanteren 2. Kan eigen gevoelens en opvattingen herkennen en hanteren ten dienste van de gesprekspartner 3. Kan nabij zijn met behoud van distantie 4. Communicatiestoornissen herkennen, benoemen en helpen opheffen Agogische-educatieve competentie 2: Leiding geven aan individuen, groepen en organisaties, daarvan: 1. kan met de doelgroep doelgericht, functiegericht en taakgericht communiceren. 2. kan omgaan met weerstanden en samenwerken met individuen en groepen. J. Bruinsma – de Beer (Zwolle) A.M.H. Kemper (Utrecht) Literatuur, audiovisuele instructie, geluidsopnameapparatuur flankerend conceptueel en vaardigheidsonderwijs, groepstraining, oefengesprekken Colleges, groepsbegeleiding, coaching


105

Literatuurlijst Titel Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


Psychologische gespreksvoering. Een basis voor hulpverlening ISBN: 9024409616 Lang, G. en Van der Molen, H.T. e Soest, 2004, 13 druk Zorg voor het verhaal. Achtergrond, methode en inhoud v. pastorale begeleiding. 9789021141541 Ganzevoort, R.R. en J. Visser e Zoetermeer, 2007, 1 druk

Eindverslag Weergave van de gespreksfragmenten van de buitenschoolse opdracht plus de schriftelijke reflectie daarop. Reflectie-leerverslag op het geheel van de training waarin de literatuur is betrokken. 100% aanwezigheid. Cijfer 100%


106


Onderwijsinhoud



PROJECTMATIG WERKEN

ENTH-VAA6.D402 PROJECTMATIG WERKEN Education/theologie – GPW Ondersteunend  Je kunt processen in dienstverlenende organisaties onderscheiden en benoemen.  je kent de theorieën en modellen van organisatie ontwikkeling.  je kent de rol en functie van een beleids- en werkplan voor een dienstverlenende organisatie.  Je kunt projecten ontwerpen en projectmatig werken. In dit vak gaan we in op het maken en beoordelen van beleidsplannen en op projectmatig werken. We doen dat aan de hand van modellen. De verschillende fasen van projectmatig werken, de vormen van onderzoek die bij de fasen horen én de manier van leiding geven komen aan bod. Tot slot komt ook financieel management aan bod. We gaan daarbij ook in op de kleurentheorie van verandering van De Caluwé en Vermaak. Geen Gevorderd 3 Beroepsspecifiek: Agogisch/educatief HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid. E. Groen Literatuur: Groepswerk, testen, frontaal les Colleges, groepsbegeleiding, coaching

n.o.t.k.

Werkstuk, presentatie Je schrijft een projectplan en maakt een procesverslag conform de criteria die in de lessen aan bod komen. Cijfer 100%


107

4.2.16 ENTH-VAA71.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Jaar uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


CONFLICTHANTERING

ENTH-VAA71.D401 CONFLICTHANTERING Education/theologie – GPW + GL Ondersteunend Je versterkt je communicatieve houding in het omgaan met conflicten en het leveren van een positieve bijdrage aan de hantering daarvan Je versterkt je communicatieve houding aangaande het omgaan met conflicten: Je maakt probleemsituaties bespreekbaar en gaat conflicten niet uit de weg; Je weet met uitingen van gevoelens om te gaan; Je kunt je inleven in gedachten, gevoelens en situaties van anderen en kan deze communiceren; Je ziet observaties van anderen als aanvulling en informatie Deze training is alleen te volgen in combinatie met de integrale leerlijn. Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief. HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 6. Probleemgericht werken 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid E. Groen Literatuur Frontaal les, rollenspelen, thuisopdrachten Colleges

Trainingsboek conflicthantering en mediation Boek ISBN10: 9031350524 Prein, H. 2007, 5e druk of hoger Bezielend leiding geven Boek ISBN10: 9025953131 Grün, A. Baarn, 2002, 7e druk

Verslag Je beschrijft je eigen sterke en zwakke kanten bij conflicthantering, je stijl en de bijbehorende (on)mogelijkheden en de ontwikkeling daarvan in relatie tot deze lessen. Daarnaast geef je een reactie op het boek van Grün in relatie tot conflicthantering. 100% aanwezigheid- en voorbereidingsplicht. Onvoldoende, voldoende, goed 100%


108


Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

EXEGETISCHE VAARDIGHEDEN-basis

ENTH-VAA8.D402 EXEGETISCHE VAARDIGHEDEN (basis) Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Kennis: inzicht in verschillende exegetische benaderingen. Vaardigheden: in staat zijn om verschillende exegetische instrumentaria te gebruiken, zoals elektronische concordantie en diverse vertalingen. Attitude: geduld en respect voor de tekst. Verschillende exegetische methodes, inclusief hun vooronderstellingen, doorgronden en m.b.v. verschillende instrumentaria een bijbeltekst uitleggen Heilige boeken (CL jaar 1) Gevorderd 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-Educatief, missionair, pastoraal, liturgisch J. Snoek (Zwolle) J. Karsten (Utrecht) Bibliotheek, internet Onderzoek doen m.b.v. vertalingen, secundaire literatuur en internet, bespreking van de resultaten, schets van het bredere kader en discussie. Colleges en coaching

Een huis om in te wonen. Uitleg en interpretatie van de Bijbel Boek ISBN 9789043520225 Snoek, H. e Kampen, 2010, 2 druk

Werkstuk Toets bestaat uit het maken van een eigen exegese, het indienen van leesverslagen en een presentatie Cijfer 100%


109

4.2.18

ENTH-VAA81


Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

.D402

EXEGETISCHE VAARDIGHEDEN-verdiept

ENTH-VAA81.D402 EXEGETISCHE VAARDIGHEDEN (verdiept) Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Kennis: inzicht in verschillende exegetische benaderingen. Vaardigheden: in staat zijn om verschillende exegetische instrumentaria te gebruiken, zoals elektronische concordantie en diverse vertalingen. Attitude: geduld en respect voor de tekst. Verschillende exegetische methodes, inclusief hun vooronderstellingen, doorgronden en m.b.v. verschillende instrumentaria een bijbeltekst uitleggen Heilige boeken (CL jaar 1); Exegetische vaardigheden Basis Bachelor 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-Educatief, missionair, pastoraal, liturgisch J. Snoek (Zwolle) J. Karsten (Utrecht) Bibliotheek, internet Onderzoek doen m.b.v. vertalingen, secundaire literatuur en internet, bespreking van de resultaten, schets van het bredere kader en discussie. Colleges en coaching


Werkstuk Toets bestaat uit het maken van een eigen exegese, het indienen van leesverslagen en een presentatie Cijfer 100%


110

4.2.19 ENGL-VAA6.D413 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



LEERPLANONTWIKKELING

ENGL-VAA6.D413 LEERPLANONTWIKKELING Education/theologie – GL Ondersteunend Je schrijft een leerplan voor het vak godsdienst / levensbeschouwing voor de onderbouw HAVO/VWO. Je kunt dit leerplan onderbouwen met relevante criteria uit de aangeboden literatuur. Je leert werken met kerndoelen, eindtermen en criteria. Je ontwerpt een curriculum voor het vak/godsdienst levensbeschouwing. Je bent in staat om rekening te houden met de doelgroep die valt onder het tweedegraads onderwijs. Geen Bachelor 3 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisclininair 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: SBL-competenties: vakinhoudelijk en didactisch, organiseren, samenwerken collega’s, samenwerken omgeving. K. Lichtendonk (Utrecht) R. Scheurwater (Zwolle) Literatuur, Hoor- en werkcolleges. Colleges en coaching

Handboek voor leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W. en R. van Kralingen Bussum, 2011, 1e druk






Godsdienst/levensbeschouwing als examenvak (wordt in de ELO geplaatst) Brochure Besturenraad, Concent, VGS/BGS Voorburg, 2006, 1e druk

Titel

Leerlingcompetenties Godsdienst/Levensbeschouwing (wordt in de ELO geplaatst) Brochure Swetselaar, R. van & T.Visser Voorburg, 2011, 1e druk

Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave


111

Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


Handleiding Vakleerplan Godsdienst/Levensbeschouwing (wordt in de ELO geplaatst) Brochure Reijn, M.L. & T. Visser e Voorburg, 2011, 1 druk

Leerplan 1. Je schrijft een leerplan voor het vak godsdienst/levensbeschouwing. Je onderbouwt dit met gebruikmaking van de literatuur. 2. Je maakt als brainstorm voor, of als samenvatting van je opzet van een leerplan een mindmap Cijfer 100%


112


Onderwijsinhoud




VERKENNEN VAN HET WERKVELD

ENGL-VAA70.D401 VERKENNEN VAN HET WERKVELD Education/theologie - GL Ondersteunend 1. Je ontdekt een deel van een facet van het werkveld van een docent godsdienst/levensbeschouwing in het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs door dit te onderzoeken op betekenis en functie. 2. Je reflecteert op deze betekenis en functie en formuleert verdere onderzoeksvragen en/of discussiepunten. In deze onderwijseenheid maak je kennis met verschillende facetten van het werkveld van een docent godsdienst/levensbeschouwing in het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs. Dit kennismaken vindt plaats door het doen van onderzoek. Je volgt verschillende stappen in het onderzoeksproces. Elk onderzoek begint met een probleemstelling en een onderzoeksvraag. Het onderzoek kun je richten op één van de volgende facetten van het werkveld: 1. musea en bibliotheken 2. expertise- en begeleidingscentra voor levensbeschouwelijke identiteit 3. methodes voor godsdienst/levensbeschouwing. Deelgenomen aan MA 1 t/m 6 Gevorderd 3 SBL-competenties: didactische en vakinhoudelijke competentie organisatorische competentie reflectie en professionalisering HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 5. Creativiteit en complexiteit in handelen K. Lichtendonk Lesmethodes, centra voor levensbeschouwing, mediatheek Individuele opdrachten, college, onderzoek, excursie College, coaching

Diverse lesmethodes

Eindverslag Je maakt een eindverslag waarin opgenomen is: * een door jou ontworpen lesactiviteit waarbij je gebruik maakt van één van deze drie facetten van het werkveld. * een onderzoeksverslag dat is opgebouwd volgens wetenschappelijke normen. Cijfer 100%


113


Onderwijsinhoud



Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

GESPREKSTRAINING

ENGL-VAA9.D413 GESPREKSTRAINING Education/theologie - GL Ondersteunend Je kent verschillende communicatiemodellen en communicatietechnieken die passen bij de schoolomgeving en de doelgroep van het tweedegraads onderwijs. Je ontwikkelt een aandachtige, open en luisterende houding, Je kunt gebruik maken van hermeneutische communicatie-modellen voor het voeren van het levensbeschouwelijke gesprek. In de schoolsituatie komen vele vormen van gesprek voor. Je maakt in deze module kennis met verschillende algemene en hermeneutische communicatiemodellen en communicatietechnieken. Je leert je te richten op het gedrag en het referentiekader van de ander. Module Leiding geven en omgaan met verschillen Gevorderd 4 Beroepsspecifiek: SBL-competenties: 1. Interpersoonlijk competent; 2. Pedagogisch competent; 5. Competent in samenwerken met collega’s; 6. Competent in samenwerken met omgeving; 7.Competent in reflectie en ontwikkeling. HBO-generiek: 1. Brede professionaliteit; 2. Multidisciplinaire integratie; 6. Probleemgericht werken; 7. Methodisch en reflectief handelen. J. Kemman Literatuur, video-opnameapparatuur. Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching

Ik heb ook wat te vertellen! Communiceren met pubers en adolescenten. (Hoofdstuk 4: Gesprekken voeren: Belangstelling en respect; Hoofdstuk 5: De puber bevragen: Hoor en wederhoor; Hoofdstuk 7: Gespreksvoering Leeftijdsgewijs) Boek 9789066656529 Delfos, Martine Amsterdam, 2007 6e druk Puberbrein binnenstebuiten. Wat beweegt jongeren van 10 tot 25 jaar. (Hoofdstuk 9: Multiculturele samenleving: leven in twee werelden) Boek ISBN 9789021541952 Nelis, Huub en Yvonne van Sark e Utrecht/Antwerpen, 2009, 2 druk

Verslag Analyseverslag van een eigen gespreksopname en reflectie-leerverslag met onderbouwing vanuit de bestudeerde literatuur. Cijfer 100%


114

4.2.22 ENTH-SLB2A.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling


Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen

ENTH-SLB2A.D401 Studieloopbaanbegeleiding Education/theologie: GPW/GL Ondersteunend Je  leert om de eigen ervaringen en de feedback van anderen in te zetten in de eigen ontwikkeling,  leert om de eigen mogelijkheden en kwaliteiten te zien en die in te zetten in de beroepspraktijk,  leert zelf sturing te geven aan het leerproces,  hebt kennis van verschillende vormen van intervisie en kunt reflectieverslagen maken,  je onderzoekt je toekomstige beroep, reflecteert erop in hoeverre je voor dat beroep gemotiveerd en geschikt bent,  kunt een POP en PAP maken op basis van de door de opleiding gehanteerde competenties,  Je hebt kennis van de beroepstaken, de vereiste kennis, vaardigheden en houding die nodig zijn voor de uitoefening van het beroep. Je onderzoekt en exploreert je toekomstige beroep en je reflecteert erop met behulp van diverse instrumenten in hoeverre je voor dat beroep gemotiveerd en geschikt bent. SLB-leerlijn eerstejaar, afgesloten POP en PAP eerstejaar Gevorderd 2 HBO-generiek: 11. Zelfsturing H.H. Zegwaart (Utrecht) H.A. Booij (Zwolle) Literatuur

Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit

Literatuur, internet, studieloopbaankit Windesheim Portaal Colleges, groepsbegeleiding

Onderwijsinhoud




POP, PAP en een portfolio Verslagen maken en opdrachten die een plek krijgen in het portfolio Voldaan/niet voldaan 100%


115

4.2.23 ENTH-INV2A/2B.D401 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


INTERVISIE

ENTH-INV2A.D401 en ENTH-INV2B.D401 INTERVISIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent instaat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent in staat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Geen Gevorderd 4 HBO-generiek: 11. Zelfsturing A.M.H. Kemper (Utrecht) J. Kemman (Zwolle) Literatuur Groepslessen; groepswerk; reflectieopdrachten Colleges; feedback



Toetsvoorwaarden Naam toets Onderwerp Type becijfering Wegingsfactor

Verslaglegging 5 reflectieverslagen van de intervisiebijeenkomsten + 100% aanwezigheid Voldaan/niet voldaan 100%


116

4.2.24

ENTH-LWT2D.D401

VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties

Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

LEERWERKTRAJECT JAAR 2 GPW

ENTH-LWT2D.D401 LEERWERKTRAJECT JAAR 2 Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen en aan de realisatie van de integrale opdrachten LWT 1 Basis 4 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek GPW: Pastorale, liturgische, agogisch educatieve en missionaire competentie Instituutsbegeleider Vakcoach, Handboek Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals Begeleiding door de Instituutsbegeleider en gelegenheid voor vragen bij SLB

Handboek Leerwerktraject

Eindverslag In de verslaglegging waarbij de criteria gehanteerd worden die in het handboek staan Cijfer 100%


117

4.2.25 ENGL-LWT2D.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties


Literatuurlijst Titel Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

LEERWERKTRAJECT JAAR 2 GL

ENGL-LWT2D.D401 LEERWERKTRAJECT JAAR 2 Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen en aan de realisatie van de integrale opdrachten LWT 1 Basis 4 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek SBL: 1. Interpersoonlijk competent; 2. Pedagogisch competent; 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent; 4. Organisatorisch competent 5. Competent in samenwerken met collega’s; 6. Competent in samenwerken met de omgeving; 7. Competent in reflectie en ontwikkeling. Instituutsbegeleider Vakcoach, handboek, literatuur, internet, video Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals en mbv video-opnames Begeleiding door de Instituutsbegeleider, video-interactiebegeleiding en gelegenheid voor vragen bij SLB

Handboek Leerwerktraject (op N@tschool) Lessen in Orde Boek ISBN 9789046901236 Peter Teitler Bussum, Coutinho, 2009, 1e druk

Portfolio In de verslaglegging waarbij de criteria gehanteerd worden die in het handboek staan Cijfer 100%


118

4.3

ONDERWIJSEENHEDEN HOOFDFASE


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis



JAAR 3

VERBEELDING EN RITUELEN IN HET PASTORAAT

ENTH-GKINT3.D402 VERBEELDING EN RITUELEN IN HET PASTORAAT Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie  Je hebt inzicht in het gebruik van rituelen, verbeelding en symboliek in het pastoraat. Je bent in staat om op een methodisch verantwoorde manier op het pastoraat toegesneden rituelen, verbeelding of symboliek te ontwerpen. Je ontwikkelt een open en reflectieve houding t.a.v. het gebruik van rituelen, verbeelding en symboliek in het pastoraat. (De bijbehorende theorie wordt je gedurende deze periode aangeboden.)  Je kunt de werkplek uit het LWT beschrijven en analyseren op missionair diaconaal bewustzijn Je leert in het pastoraat gebruik te maken van rituelen, (narratieve) verbeelding en symbolen. Dat gebeurt aan de hand van een praktijkopdracht. LWT opdracht: beschrijving, analyse en evaluatie van het missionair/diaconaal bewustzijn. Onder deze vakcode vallen 2 onderdelen: Opdracht 1 (Bruinsma-de Beer / van Leeuwen) (80%)  In het pastoraat kunnen, naast gesprekken, ook andere vormen van begeleiding zeer zinvol zijn. Je krijgt inzicht in en leert werken met werkwijzen als rituelen, verbeelding, verhalen en symbolen. Je oefent in het pastoraat met deze vormen van pastoraat en je voert een opdracht uit om je de theorie eigen te maken. Voorwaarde voor deze onderwijseenheid: je bent werkzaam in het leerwerktraject en baseert je opdracht op materiaal uit het LWT. Opdracht 2 (Timmerman) (20%):  Je brengt het missionair-diaconaal bewustzijn van de werkplek uit het LWT in kaart aan de hand van diverse bronnen. Dit kunnen zijn: schriftelijke bronnen, gesprekken met sleutelfiguren, ontmoeting met bezoekers, een omgevingsanalyse. Je evalueert de beschrijving vanuit twee posities: 1. de doelstellingen van de werkplek zelf; 2. de eigen positie, die hierbij wordt geëxpliciteerd. Je rondt af met suggesties ter versterking van het missionair-diaconale bewustzijn. Afgerond LWT van het voorgaande jaar. Afgerond module Verdiepende gesprekstechniek en de module Pastoraat en liturgiek Gevorderd 5 HBO-competenties: 4. Transfer 7. Methodisch en reflectief denken 8. Sociaalcommunicatieve bekwaamheid Beroepsspecifiek: Pastorale en missionaire competentie T.T. van Leeuwen (Utrecht) J. Bruinsma-de Beer (Zwolle) M.A. Timmerman (Zwolle / Utrecht) Reader en aanbevolen literatuur Individuele begeleiding op aanvraag en conceptuele ondersteuning. Zelfstandig uit te voeren LWT-opdracht. Coaching en college Notitie missionair: in week 2 of 3 is een contactuur waarin de opdracht wordt toegelicht.


119

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur

Staat op N@tschool

Titel Auteur Plaats uitgave

Werken met rituelen in het pastoraat C.J. Menken – Bekius Kampen, 2005


Zorg voor het verhaal. Achtergrond, methode en inhoud van pastorale begeleiding R.R. Ganzevoort en J. Visser Zoetermeer, 2007

Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


Opdracht in leerwerktraject Casusbeschrijving met methodische verantwoording, incl. reflectie-leerverslag Cijfer 80%

Notitie missionair bewustzijn De toets is het resultaat van de beroepsopdracht: Een notitie met een beschrijving en evaluatie van het missionair-diaconale bewustzijn op de LWT-werkplek. Tevens worden suggesties gegeven voor versterking van dit bewustzijn. Cijfer 20%


120

4.3.2

ENTH-RSINT3.D402


Onderwijsinhoud



Literatuurlijst Titel

BEGELEIDING IN COMPLEXE SITUATIES

ENTH-RSINT3.D402 BEGELEIDING IN COMPLEXE SITUATIES Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie 1. Je verricht op de werkplek van het LWT een aantal taken met betrekking tot een complexe doelgroep 2. Je kunt de werkplek uit het LWT beschrijven en analyseren op missionair diaconaal bewustzijn Onder deze vakcode vallen 2 onderdelen: LWT opdracht 1 (80%): Je gaat een traject in met mensen uit de doelgroep, die te maken hebben met meerdere problemen (bijv. armoede, ziekte, werkloosheid, eenzaamheid, verslaving). Daarbij wordt methodisch en reflexief gewerkt waarbij de eigen rol als werker helder wordt. In overleg met de vakcoach wordt met iemand of meerder mensen uit de doelgroep op professionele wijze vanuit de presentie-attitude gewerkt gedurende kortere of langere tijd. (De opdracht omvat 20 uren). Daarbij probeer je de zinbeleving (autonomie, besef van waardigheid) van de betrokkene te vergroten. Je reflecteert op deze casus en integreert de aangeboden theorie in een eindverslag. LWT opdracht 2 (20%): Je brengt het missionair-diaconaal bewustzijn van de werkplek uit het LWT in kaart aan de hand van diverse bronnen. Dit kunnen zijn: schriftelijke bronnen, gesprekken met sleutelfiguren, ontmoeting met bezoekers, een omgevingsanalyse. Je evalueert de beschrijving vanuit twee posities: 1. de doelstellingen van de werkplek zelf; 2. de eigen positie, die hierbij wordt geëxpliciteerd. Je rondt af met suggesties ter versterking van het missionair-diaconale bewustzijn. Afgerond LWT van het voorgaande jaar Module missionaire presentie is afgerond Gevorderd 5 HBO-generiek: 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. Probleemgericht werken 10. besef maatschappelijke verantwoordelijkheid Beroepsspecifiek: missionaire competentie M.A. Timmerman (Zwolle) M.J. Kip (Utrecht) Colleges, studiewijzer, literatuur Zelfstandig uit te voeren LWT – opdrachten; ondersteunende colleges vaktheorie 6 colleges; Notitie missionair: in week 2 of 3 is een contactuur waarin de opdracht wordt toegelicht

Auteur Plaats uitgave

Zinvol hulpverlenen en begeleiden (boek is niet meer verkrijgbaar. Wordt tijdens college ter beschikking gesteld) Banning, H. Soest, 2001, 1e druk


Theorie van de presentie Baart, A. Utrecht, 2001, 3e druk


Reader


121


Type becijfering Wegingsfactor Naam toets Omschrijving


Eindverslag Voor opdracht 1: Eindverslag waarin de casus wordt beschreven en gerelateerd aan elementen uit de theoriecolleges. De vraag staat centraal wat de specifieke bijdrage is geweest van je rol als werker vanuit pastoraal,diaconaal en presentie perspectief, mogelijk gespiegeld aan de werkwijzen van andere hulpverleners. Cijfer 80% Notitie missionair bewustzijn Voor opdracht 2: De toets is het resultaat van de beroepsopdracht: Een notitie met een beschrijving en evaluatie van het missionair-diaconale bewustzijn op de LWT-werkplek. Tevens worden suggesties gegeven voor versterking van dit bewustzijn. Cijfer 20%


122

4.3.3

ENTH-ZZINT3.D403


Onderwijsinhoud

LITURGIE EN PASTORAAT

ENTH-ZZINT3.D403 LITURGIE EN PASTORAAT Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je hebt inzicht in het gebruik van rituelen, verbeelding en symboliek in het pastoraat. Je bent in staat om op een methodisch verantwoorde manier op het pastoraat toegesneden rituelen, verbeelding of symboliek te ontwerpen. Je ontwikkelt een open en reflectieve houding t.a.v. het gebruik van rituelen, verbeelding en symboliek in het pastoraat. 1. In het pastoraat kunnen, naast gesprekken, ook andere vormen van begeleiding zeer zinvol zijn. Je krijgt inzicht in en leert werken met werkwijzen als rituelen, verbeelding, verhalen en symbolen. Je oefent in het pastoraat met deze vormen van pastoraat en je voert een opdracht uit om je de theorie eigen te maken. Voorwaarde voor deze onderwijseenheid: je bent werkzaam in het leerwerktraject en baseert je opdracht op materiaal uit het LWT. 2. Pastoraat - je kunt een zorgplan lezen en analyseren op levensbeschouwelijke thema’s; je bent in staat een eigen zorgvisie te ontwikkelen en zo vanuit jouw eigen expertise een bijdrage te leveren aan de inhoud van het zorgplan. In het pastoraat kunnen, naast gesprekken, ook andere vormen van begeleiding zeer zinvol zijn. Je krijgt inzicht in en leert werken met werkwijzen als rituelen, verbeelding, verhalen en symbolen. Je oefent in het pastoraat met deze vormen van pastoraat. Onder deze vakcode vallen 2 onderdelen: Opdracht 1 (van Leeuwen/Bruinsma) (80%) In het pastoraat kunnen, naast gesprekken, ook andere vormen van begeleiding zeer zinvol zijn. Je krijgt inzicht in en leert werken met werkwijzen als rituelen, verbeelding, verhalen en symbolen. Je oefent in het pastoraat met deze vormen van pastoraat en je voert een opdracht uit om je de theorie eigen te maken. Voorwaarde voor deze onderwijseenheid: je bent werkzaam in het leerwerktraject en baseert je opdracht op materiaal uit het LWT.



Opdracht 2. (Van Leeuwen) (20%) Analyseer een zorgplan op levensbeschouwelijke thema’s en de rol van de geestelijk verzorger; ontwikkel hiermee of hiertegenover een eigen zorgvisie. Ter inleiding op deze opdracht wordt één college gegeven Afgerond LWT van het voorgaande jaar Afgerond module Verdiepende gesprekstechniek; Pastoraat en liturgiek. Bachelor 5 HBO-competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 4. Transfer 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 7. Methodisch en reflectief denken 8. Sociaal-communicatief 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid Beroepsspecifiek: Pastorale competentie T.T. van Leeuwen (Utrecht), J. Bruinsma-de Beer (Zwolle) Reader en aanbevolen literatuur Conceptuele ondersteuning, werkcollege, onderzoek op werkplek; literatuurstudie Coaching en college


123


Staat op N@tschool





Titel Auteur ISBN

Leven in het zorgplan H. Rijksen 9789055732890

Toetsvoorwaarden opdracht 1 Naam toets Pastoraal ritueel (opdracht in leerwerktraject) Omschrijving Casusbeschrijving met methodische verantwoording, incl. reflectie-leerverslag Type becijfering Cijfer Wegingsfactor 80% Toetsvoorwaarden opdracht 2 Naam toets Analyse zorgplan (opdracht in leerwerktraject) Omschrijving Verslag van analyse van een zorgplan en kritische reflectie daarop vanuit een model voor zingeving, uitlopend in een advies ten aanzien van dat zorgplan. Type becijfering Cijfer Wegingsfactor 20%


124

4.3.4

ENTH-INT10.D401


Onderwijsinhoud



LITURGIE - THEORIE EN PRAKTIJK

ENTH-INT10.D401 LITURGIE - THEORIE EN PRAKTIJK Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Liturgie: Je leert belangrijke aspecten van de liturgie kennen, zowel beschouwelijktheologische als praktische en daar zelf een standpunt in in te nemen en een toepassing op te kunnen uitvoeren. Dit gaat gepaard met het zelf-standig uitvoeren van een (gelegenheids-)liturgie inclusief een eenvoudige maar hermeneutisch verantwoorde overweging of meditatieve toespraak. Pastoraat: Je bent in staat de specifieke kenmerken van een doelgroep te verkennen en omschrijven en te bedenken wat dat betekent voor je pastorale aanbod. Liturgie: Theorie van de liturgie; Korte eerste inleiding Homiletiek; Kerkmuziek (met name het kerklied); kerkruimte; liturgische rituelen; stappenplan en draaiboek t.b.v. liturgische voorbereiding; uitvaartliturgie/homiletiek. Pastoraat: Onderzoek en omschrijf de specifieke kenmerken (zie boven) van een tot jouw accent behorende doelgroep. Je maakt daarbij gebruik van literatuur. en je ervaringen in je leerwerktraject. Je voert in je leerwerktraject minimaal één pastoraal gesprek met een gesprekspartner die tot de door jou beschreven doelgroep behoort (wij bevelen overigens twee gesprekken aan). Je vergelijkt je praktijkervaring met de literatuur. Beschrijf en bereflecteer, op grond van de door jou in kaart gebrachte specifieke kenmerken, de pastorale behoeften van de door jou onderzochte groep mensen. Als jij als pastor/buurtwerker/geestelijk verzorger een pastorale relatie met mensen van deze groep aangaat, waar moet je dan specifiek op letten, welke valkuilen zouden er kunnen zijn in het pastorale contact met de door jou beschreven groep en welke pastorale werkvormen zouden juist goed aansluiten bij deze groep? Afgeronde modulen: Liturgie in missionair perspectief, Werken met Symbolen, Verdiepende gesprekstechniek en Pastoraat en liturgiek. Bachelor 5 Beroepsspecifiek: Liturgische en pastorale competentie: HBO-generiek: 3.Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 5. creativiteit en complexiteit van handelen 6. Probleemgericht werken 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid K. Touwen J. Bruinsma – de Beer (Zwolle) T.T. van Leeuwen (Utrecht) Literatuur, videomateriaal, teksten Colleges, oefencolleges Voor de doelgroepopdracht: Zelfstandig werken; opdracht LWT Voor de doelgroepopdracht: docent is beschikbaar om te raadplegen

Liturgie op maat Boek

ISBN 978-908972-015-3 Louis van Tongeren Berne Meander 2009


125



Liturgie: Schriftelijk verslag, digitaal te verzenden Pastoraat: Verslag Liturgie: 1. Beantwoording van de vragen die door de docent verstrekt worden bij de lessen en bij de te lezen literatuur. 2. Verantwoording en uitleg van de zelfgehouden liturgie of meditatieve bijeenkomst en daaraan gekoppeld de leervragen die dit oplevert, met name die voor het persoonlijk handelen als liturg. Hierbij leg je waar mogelijk verband met de behandelde cursusstof. 3. Toelichting bij en verantwoording van de korte preek of meditatieve overweging in deze liturgie of meditatieve bijeenkomst. 4. Evaluatie van de betekenis van deze cursus voor jou. Pastoraat: Doelgroepopdracht (Bruinsma/van Leeuwen): Verslag literatuuronderzoek, verslag praktijkervaring als omschreven in studiewijzer; reflectie op de opgedane ervaringen en aanbeveling voor pastoraal handelen. Cijfer Liturgie: 80% Doelgroepopdracht: 20%


126

4.3.5

ENTH-CL9

VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


.D402

MACHT EN ONMACHT

ENTH-CL9.D402 MACHT EN ONMACHT (kerken en ketters) Education/theologie – GPW + GL Ondersteunend Je leert dat de verschillende wijzen van omgaan met de Heilige Geest hebben geleid en leiden tot verschillende visies op kerk en geloof Vanaf de tijd van het Nieuwe Testament worden pneumatologische en ecclesiologische lijnen getrokken naar de kerkgeschiedenis. De ontwikkelingen van de visies op Ambt, Sacrament en Woord in hun relatie tot de Geest van God worden verkend aan de hand van enkele tegenbewegingen als de beweging van de Montanisten, de Katharen en de Spiritualisten. Voorts wordt de huidige situatie verkend. Propedeuse OE’s conceptuele leerlijn Gevorderd 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 2. Multidisciplinair 7. Methodisch en reflectief denken H.H. Zegwaart P.L. Wansink Literatuur Onderwijsleergesprek, praktijkvoorbeelden Colleges en coaching

Kerken, Ketters en de Geest Reader C. van der Laan en H.H. Zegwaart

Werkstuk 1. Je bezoekt een bijeenkomst van een Pinkstergemeente 2. Je bestudeert de visie op ambt en sacrament zoals neergelegd in het PKN rapport ‘Werk in de wijngaard” (2006) 3. Je bestudeert het document ‘Sacramentum Caritas’ (2007) over de eucharistie van paus Benedictus XVI. 4. Je beantwoordt nu de vraag: welke visie op Geest, Woord en Sacrament(en) speelt in deze drie tradities een rol? 5. Beschrijf ook de kerkhistorische achtergrond van deze visies. Alternatief voor studenten afkomstig uit andere geloofsgemeenschappen dan de PKN i.p.v. het PKN rapport: 1. Bestudeer de visie op leiding in de gemeente en de relatie met de Geest in je eigen geloofsgemeenschap 2. Beschrijf de kritiek op resp. het omgaan met rituelen, in het bijzonder doop en avondmaal 3. Hoe plaats je dit in het licht van de kerkgeschiedenis? Cijfer 100%


127

4.3.6

ENTH-CL101.D402


Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verplicht voor BNS-norm Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


VERSTAAN VAN TEKST EN PRAKTIJK

ENTH-CL101.D402 VERSTAAN VAN TEKST EN PRAKTIJK Education/theologie -GPW Ondersteunend Je leert om op verantwoorde wijze de stap te maken van exegese naar interpretatie In deze colleges staat de bezinning op het verstaan van bijbelteksten en van de praktijk van hermeneutische communicatie centraal. Speciale aandacht is er voor de kennismaking met verschillende hermeneutische modellen en het oefenen met zelfgemaakte hermeneutische producten zoals overdenkingen. Module Exegese (basis en verdiept) Bachelor 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 2. Multidisciplinair; 7. Methodisch en reflectief denken Nee J. Snoek Literatuur Hoor/werkcolleges met deelopdrachten Colleges en feedback tijdens de groepsgesprekken


Werkstuk Het werkstuk bestaat uit het maken van 6 leesverslagen die zijn gebaseerd op de hoofdstukken in de Reader. Het eindverslag bestaat uit (a) een overdenking, (b) een analyse van de gemaakte overdenking en (c) een hermeneutische zelfreflectie. Cijfer 100%


128

4.3.7

ENTH-VAA9.D402

PRESENTATIE EN NON-VERBALE COMMUNICATIE


Onderwijseenheid

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

ENTH-VAA9.D402 PRESENTATIE EN NON-VERBALE COMMUNICATIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De student oefent en verbetert zijn verbale en non-verbale communicatie. Dit doet hij door middel van oefeningen en door middel van een voorbereide presentatie (het houden en maken van een dagopening of – sluiting). De student voert uit en observeert. De student kiest een aantal gerichte leerpunten waarmee hij deze cursus aan de slag gaat. Daarnaast oefent de student zijn vaardigheden om een duidelijke boodschap over te brengen op zijn hoorders. Wat zorgt ervoor dat de ene boodschap beter landt dan de andere? Wat zijn hulpmiddelen daarvoor? Hoe zorg je dat je presentatie pakkend is? Hoe ga je met spanning en zenuwen om? Waar moet je op letten als je voor een groep staat? Hoe kun je stem en lichaam inzetten ter versterking van je boodschap? Verhalen vertellen Gevorderd 3 Beroepsspecifiek: agogisch-educatieve competentie HBO-generiek: 8. sociaal-communicatieve bekwaamheid A. Doest

Praktijkopdrachten, presentaties, interactie Coaching bij opdrachten

Geen literatuur

Presentaties in les en verslag De student doet oefeningen in de les, houdt een eindpresentatie en maakt een verslag. Voldaan/niet voldaan 100%


129

4.3.8

ENTH-VAA13.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Identificatie Auteur Plaats uitgave

METHODIEK ONDERZOEK 1

ENTH-VAA13.D401 Methodiek Onderzoek 1 Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De studenten maken kennis met onderzoeksmethoden van praktijkgericht kwalitatief empirisch onderzoek. De student ontwikkelt zo een onderzoekende houding en kan een eigen hbo-theologisch onderzoek opzetten Verkend wordt wat een onderzoekscompetentie is en wat een onderzoekende houding is. Speciale aandacht is er voor de methodische reflectie: hoe vind je betekenis door het verrichten van praktijkgericht onderzoek? Welke kennis en vaardigheden zijn daarvoor nodig? Welke instrumenten zijn er? De studenten leren te onderscheiden tussen verschillende onderzoeksmethoden, hun bruikbaarheid en valkuilen. Er wordt geoefend met onderzoeksontwerpen, en diverse onderzoeken worden geanalyseerd. Ook wordt aandacht besteed aan de vraag hoe in onderzoek hermeneutische verbindingen kunnen worden gelegd tussen (elementen uit) de christelijke traditie en het verstaan van de actuele beroepspraktijk. Deelgenomen aan module: Verstaan van tekst en praktijk Gevorderd 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten J. Snoek Literatuur Hoor/werkcolleges met deelopdrachten Collleges

Praktijkonderzoek In de School, 2012. Voor studenten GL Cyrilla van der Donk & Bas van Lanen Bussum 2012

Titel Identificatie Auteur Plaats uitgave

Praktijkonderzoek In Zorg en Welzijn, 2011. Voor studenten GPW

Titel

Reader Methodiek Onderzoek 1


Cyrilla van der Donk & Bas van Lanen Bussum 2012

Eindopdracht Eigen onderzoeksvoorstel met hermeneutische reflectie Cijfer 100%


130

4.3.9

ENGL-LSINT1.D402


LEERLING EN SPIRITUALITEIT

ENGL-LSINT1.D402 LEERLING EN SPIRITUALITEIT Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je weet de levensbeschouwelijke en/of religieuze betekenisverlening in het algemeen en die van de leerlingen te duiden en uit te leggen (hermeneutiek).

Onderwijsinhoud

Je werkt met de vragen over de zin van het bestaan: zingevende communicatie. Je houdt je bezig met waarden in relatie tot jezelf en de ander/Ander. Je hebt kennis van je eigen cultuur en bronnen en die van de ander. Je kunt werken met verschillende vormen van levensbeschouwelijke communicatie.

Vereiste voorkennis

Afgerond LWT van het voorgaande jaar


Bachelor 5 SBL: 1. Interpersoonlijk competent; 2. pedagogisch competent; 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent; 7. competent in reflectie en ontwikkeling. HBO-generiek: 1 Brede professionalisering; 3. Toepassing relevante inzichten en theorieën, concepten; 5. Creativiteit en complexiteit van handelen; 7. Methodisch; 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid. M. Krol

Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Uitgave

Literatuur en diverse media Hoor- en werkcolleges en fietstocht langs spirituele plaatsen Colleges en coaching

Godsdienstpedagogiek van de hoop Boek ISBN 9033462885 Roebben, B. Acco, 2007, 1e druk


Levensbeschouwing ontwikkelen. Boek 905788111x Jef de Schepper Kwintessens, Hilversum, 2004

Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Uitgave

Bricolage en Bezieling Boek ISBN10 9031725870 of Ton Zondervan e.a Altiora september 2011


ISBN 13

9789031725878

Tentamen en afrondingsopdrachten Tentamen en afrondingsopdrachten Cijfer 50 % tentamen en 50 % afrondingsopdrachten


131

4.3.10

ENGL-NCL3.D401


Onderwijsinhoud



NARRATIVITEIT

ENGL-NCL3.D401 Narrativiteit Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt omgaan met de betekenis en gelaagdheid van taal. Je hebt inzicht in creatieve didactische manieren, en de pedagogische wijze waarop je recht doet aan de leerling en zijn/haar verhaal. Je kunt bijdragen aan het organiseren en doordenken van viermomenten in de school. Met behulp van het verhaal stimuleer je de leerling in zijn/haar levensbeschouwelijke sensibiliteit. Je leert narratieve bronnen in te zetten als belangrijke bronnen voor de levensbeschouwelijke ontwikkeling van de leerling. Je leert een zinvolle bijdrage te leveren aan het organiseren van en meewerken aan een viering(moment) in de klas of in de school. Afgerond LWT van het voorgaande jaar Bachelor 4 Beroepsspecifiek SBL: 1. Interpersoonlijk competent; 2. Pedagogisch competent; 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent; 4. Organisatorisch competent. HBO-generiek: 1 Brede professionalisering; 3. Toepassing relevante inzichten en theorieën, concepten; 5. Creativiteit en complexiteit van handelen; 7. Methodisch; 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid. J. Kemman Literatuur en diverse media Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching


Mondeling tentamen en werkstuk Mondeling tentamen Werkstuk viering Cijfer Mondeling tentamen: 50% Werkstuk viering: 50%


132

4.3.11 ENGL-VDMVAA1.D402 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



ATTITUDEVORMING

ENGL-VDMVAA1.D402 ATTITUDEVORMING Education/theologie - GL Ondersteunend Je  werkt aan het vormgeven van je eigen spiritualiteit.  bent in staat om stil te staan en te oefenen met je eigen attitude in opdrachten.  weet welke attitude nodig is om aan te sluiten bij de beginsituatie van de leerlingen  bent in staat om te reflecteren op deze opdracht. In deze module staat het aanleren van vaardigheden centraal. Je bent in staat om een levensbeschouwelijk gesprek te voeren m.b.v. een kunstwerk en een analyse te maken op de site www.petloss.com a.d.h.v. een kijkwijzer. Geen Bachelor 3 SBL: Interpersoonlijk competent, competent in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid M.Krol Digitale media Individuele opdrachten, internetopdrachten, college College, coaching via de mail

Internet

Eindverslag Je maakt een opname van een kunstgesprek met een klas en werkt de gesprekken uit, daarnaast lever je de behorende opdrachten bij de module in. Cijfer 100%


133

4.3.12 ENGL-INT8.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis




EDUCATIEF ONTWERPEN

ENGL-INT8.D401 EDUCATIEF ONTWERPEN Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je leert het levensbeschouwelijke leertraject te benaderen als een creatief proces waarin het leertraject activerend en aansprekend wordt vormgegeven. In deze module werk je aan het vormgeven van activerende en aansprekende lessen en leertrajecten binnen de levensbeschouwelijke context. Kennis van verschillende vormen van godsdienst en levensbeschouwelijk onderwijs. Kennis van ontwikkelingspsychologie (Erikson) en geloofsontwikkeling (Fowler) van jongeren. Bachelor 4 Beroepsspecifiek SBL: 1. Interpersoonlijk competent; 2. Pedagogisch competent 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent; 4. Organisatorisch competent. HBO-generiek: 1. Brede professionalisering; 5. Creativiteit en complexiteit van handelen; 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid K. Lichtendonk Literatuur, ICT, multimedia Interactieve hoor- en werkcolleges, individuele opdrachten Colleges en coaching

n.o.t.k.

Educatieve opdrachten Je ontwerpt drie educatieve opdrachten binnen de levensbeschouwelijke context volgens de criteria van het educatief ontwerpen. Je onderbouwt deze ontwerpen kort met pedagogische en didactische theorie. Cijfer 100%


134

4.3.13 ENTH-SLB3A.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling


Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen

ENTH-SLB3A.D401 Studieloopbaanbegeleiding Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend Je  leert meer inzicht te krijgen in spiritualiteit en persoonlijkheidsontwikkeling, relevante elementen voor je latere functioneren,  leert om de eigen ervaringen en de feedback van anderen in te zetten in de eigen ontwikkeling,  leert om de eigen mogelijkheden en kwaliteiten te zien en die in te zetten in de beroepspraktijk,  leert zelf sturing te geven aan het leerproces,  brengt het eigen netwerk in kaart en onderzoekt het toekomstige beroep,  reflecteert erop in hoeverre hij/zij voor dat beroep gemotiveerd en geschikt is. Je leert wat de eigen kwaliteiten, motivatie en spiritualiteit zijn met betrekking tot een toekomstige beroep. Je doet tevens onderzoek naar een toekomstige werkplek. Slb-leerlijn eerstejaar en tweede jaar, afgesloten POP en PAPen Portfolio Gevorderd 2 HBO-generiek: 11. Zelfsturing J. Kemman (Utrecht) G. v.d. Bunt (Zwolle) Literatuur, internet, studieloopbaankit Windesheim Portaal


Presentaties en samenwerkingsopdrachten colleges, groepsbegeleiding

Onderwijsinhoud

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving



POP, PAP en een portfolio Je maakt verschillende reflectieopdrachten en een leerwerkplan voor jaar 3, kijkt naar de studieloopbaansturing en de vijf kenmerken daarvan met een accent op netwerk, werkveld en spirituele ontwikkeling en maakt een POP. Er geldt een 100% aanwezigheidsverplichting. Verslagen maken en opdrachten die een plek krijgen in het portfolio Voldaan/niet voldaan 100%


135

4.3.14 ENTH-INV3B.D401 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Onderwerp Type becijfering Wegingsfactor

INTERVISIE

ENTH-INV3B.D401 INTERVISIE Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; je bent in staat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent instaat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Intervisie jaar 2 Gevorderd 2 HBO-generiek: 11. Zelfsturing G. van de Bunt (Utrecht+Zwolle)) Literatuur Groepslessen; groepswerk; reflectieopdrachten Colleges; feedback

Reflecteren: de basis. Op weg naar bewust en bekwaam handelen. Boek ISBN 900170000-4 Groen, M. e Groningen, 2006, 1 druk Handboek Leerwerktraject Reader

Verslaglegging 5 reflectieverslagen van de intervisiebijeenkomsten + 100% aanwezigheidsplicht Voldaan/niet voldaan 100%


136

4.3.15 ENTH-SUV1.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Naam tijdschrift Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

SUPERVISIE

ENTH-SUV1.D401 Supervisie Education/theologie - GPW en GL Ondersteunend Je leert je zelfsturend vermogen te ontwikkelen. Daartoe creëer je je eigen “interne’ supervisor. In de doorgaande cyclus van “reflectie- op- praktijk” leer je de juiste vragen te stellen en -waar nodig- je handelen bij te sturen. Uitgangspunt voor supervisie zijn werkervaringen vanuit het LWT. Deze ervaringen worden beschreven, besproken en bereflecteerd. De optiek hierbij wordt gevormd door de twee integratieniveaus, die in de supervisie worden nagestreefd. Het eerste niveau is dat van denken- voelen -handelen. Het tweede wordt gevormd door persoon- beroep - context. Einddoel is de eigen-standige professional, die haar werk zelf aanstuurt en corrigeert, wanneer dat nodig is. ENTH-INV1 en ENTH-INV2. Werkzaam in LWT-traject is voorwaarde voor deelname. Bachelor 2 HBO-generiek: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 11. Zelfsturing G. van de Bunt,T.T. van Leeuwen, M.A. Timmerman, A.J. Jonker, W. Huizing, A. Hamming, W. Arts Literatuur Inbreng- resp. werkverslagen, groepsbijeenkomsten, reflectieverslagen. Werkzaam in LWT-traject is voorwaarde voor deelname. Supervisie

Supervisie, schakel tussen hoofd, hart en handen Artikel L. Schuringa SPH tijdschrift, november 1999

Eindverslag 100 % aanwezigheid, actieve en betrokken inzet, inleveren van inbrengen reflectieverslagen Voldaan/niet voldaan 100%


137

4.3.16 ENTH-LWT3A/3B.D402 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties



ENTH-LWT3A.D402 en ENTH-LWT3B.D402 LEERWERKTRAJECT JAAR 3 Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je dient LWT2 afgerond te hebben. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen en aan de realisatie van de integrale opdrachten Afgerond LWT 2 Gevorderd 4 (indien de student de minor Vaktheorie doet, bij de overige minoren is het 2 EC) HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: Pastorale, liturgische, agogisch educatieve en missionaire competentie Instituutsbegeleider Vakcoach, Handboek Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals Begeleiding door de Instituutsbegeleider en gelegenheid voor vragen bij SLB




138

4.3.17 ENGL-LWT3A.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties




ENGL-LWT3A.D401 LEERWERKTRAJECT JAAR 3 Education/theologie – GL Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen en aan de realisatie van de integrale opdrachten Afgerond LWT 2 Gevorderd 2 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen SBL: Interpersoonlijk competent;pedagogisch competent;organisatorisch competent, vakinhoudelijk en didactisch competent en competent in reflectie en ontwikkeling, competent in de samenwerking met collega’s en competent in de samenwerking met de omgeving Instituutsbegeleider Vakcoach, Handboek, literatuur, internet, video Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals en video-opnames Begeleiding door de Instituutsbegeleider, video interactiebegeleiding en gelegenheid voor vragen bij SLB


Portfolio Verslaglegging waarbij de criteria gehanteerd worden die in het handboek staan Cijfer 100%


139

4.3.18 ENTH-VAKag.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties



VAKTHEORIE AGOGIEK (minor Vaktheorie)

ENTH-VAKag.D401 VAKTHEORIE AGOGIEK Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Je kent diagnostische modellen en modellen van organisatievormen in de bijbel Je leert organisaties in beeld te brengen en te diagnosticeren en je leert om adviezen te schrijven. Afgerond agogisch-educatieve competentie op gevorderd niveau Bachelor 3 HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten 4. Transfer en brede inzetbaarheid Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve competenties E. Groen Geen Groepswerk, groepsdiscussie, literatuurstudie Colleges, groepsbegeleiding, coaching

Leren veranderen Boek ISBN 9789013016543 De Caluwé en Vermaak Deventer 2006, 2e geheel herziene druk Eindverslag Op basis van je plan voor je LWT, werk je aan je eindverslag waarin een diagnose van de LWT werkplek op basis van de aangereikte diagnostische modellen uitgewerkt wordt Cijfer 100%


140

4.3.19 ENTH-VAKed.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Jaar uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

VAKTHEORIE EDUCATIE (minor Vaktheorie)

ENTH-VAKed.D401 VAKTHEORIE EDUCATIE Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie 1. Je hebt kennis van levenslooppsychologie (Erikson), levensbeschouwelijke ontwikkeling (Fowler), van identiteitsontwikkeling (Marcia). 2. Je hebt kennis van de verschillende levensfasen. 3. Je kunt individuele leerprocessen van mensen herkennen, beschrijven en duiden. 4. Je kunt de kennis en vaardigheden uit de levenslooppsychologie, de ontwikkeling van identiteit en levensbeschouwing toepassen in een instrument of activiteit waarmee je met een of meerdere personen uit het werkveld stilstaat bij haar/zijn ontwikkeling van identiteit. In het onderdeel Educatie van deze module wordt stil gestaan bij theorieën over de ontwikkeling van identiteit. Daarnaast zullen kenmerken van verschillende leeftijdsfases verkend worden. Hierbij wordt de relatie gelegd met het werkveld van GPW. Afgerond educatieve competentie op gevorderd niveau Bachelor 3 HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten 4. Transfer en brede inzetbaarheid Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve competenties J. Kemman (Utrecht) K. Lichtendonk (Zwolle) Literatuur Hoorcollege, werkcollege, groepsgesprek, presentaties Colleges en coaching

Levenslooppsychologie Boek Rögels 2009, 3e druk

Praktische opdracht en verslaglegging Uitvoeren opdracht in het LWT t.a.v. identiteitsontwikkeling en verslaglegging hiervan. Cijfer 100%


141

4.3.20 ENTH-VAKet.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Jaar uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


VAKTHEORIE ETHIEK (minor Vaktheorie)

ENTH-VAKet.D401 VAKTHEORIE ETHIEK Education/theologie - GPW Ondersteunend Je leert verschillende vormen van macht onderscheiden en bezint je op de omgang met macht in de beroepspraktijk . Je leert hoe de factor macht een rol speelt in organisaties, in de kerk en in de samenleving. Je maakt kennis met verschillende typen van macht en die te evalueren in het licht van een aantal filosofische theorieën over macht. Ook leer je macht te bezien in het licht van een aantal Bijbelgedeelten waarin de machtsvraag aan de orde komt. Afgerond: Propedeuse modulen conceptuele leerlijn de module Goed en Kwaad Gevorderd 2 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, missionair. HBO generiek: 3. Toepassing relevante inzichten 4. Transfer en brede toepasbaarheid 7. Methodisch en reflectief denken. H.H. Zegwaart Literatuur Onderwijsleergesprek, praktijk voorbeelden Werk- en hoorcolleges en coaching bij het werkstuk

De logica van de Macht e-boek http://www.maukmulder.nl/gratis-boeken.php Mauk Mulder 2004

Werkstuk Uitgaande van een opdrachten in deze module schrijf je een verhandeling over het omgaan met macht. Focus ligt daarbij op de vraag hoe er in het licht van de aard van het werkveld in het verlengde van jouw profiel op een ethisch verantwoorde manier met macht dient te worden omgegaan. Je analyseert de praktijk en evalueert die op basis van de in de module aangereikte stof (colleges en literatuur). Cijfer 100%


142

4.3.21 ENTH-VAKIN20.D401 Vaktheorie) VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

PASTORALE VAKTHEORIE (minor

ENTH-VAKIN20.D401 PASTORALE VAKTHEORIE Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Kennis: - je hebt basale inzichten in systeemtheoretische, contextuele en psychodynamische benadering; - je kent verschillende pastorale diagnostische modellen; - je bent in staat psychopathologie te herkennen en benoemen; - je hebt inzicht in de dynamiek van het meergesprek; - je krijgt inzicht in de ethische implicaties van het omgaan met macht en onmacht; Houding: - je beschikt over een grote mate van congruentie in je pastorale handelen; - je bent je bewust van je eigen mogelijkheden en grenzen als pastor; - je bent je bewust van grenzen bij de pastorant en beschikt over een houding van integriteit; Vaardigheden: - je beschikt over het vermogen om te gaan met heel de mens in haar systemen en context in het pastorale gesprek; - je bent in staat tot het voeren van een gesprek met meerdere personen; - je kunt een pastorale diagnose stellen en daarnaar handelen; - je kunt een protocol schrijven voor een ethisch dilemma In deze module gaan we in op een aantal voor het pastoraat belangrijke psychologische benaderingen en op het stellen van een pastorale diagnose met het oog op adequaat pastoraal handelen. Tevens gaan we in op psychopathologische verschijnselen bij de pastorant. Door middel van rollenspelen oefenen we het meergesprek, de eigen pastorale houding, de integriteit en de congruentie van de pastor.


Modulen afgerond: Verdiepende gesprekstechniek ; Pastoraat en liturgiek

Verantwoordelijke docent(en)

T.T van Leeuwen (Utrecht)) J. Bruinsma-de Beer (Zwolle) H.H. Zegwaart Literatuur, reader, internet Conceptuele ondersteuning en begeleiding Colleges, coaching

Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit

Gevorderd 9 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 4. Transfer en brede inzetbaarheid 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: Pastorale competentie


143

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Jaar uitgave

Zo ben ik nu eenmaal! Lastpakken, angsthazen en buitenbeentjes. Boek ISBN 90 5594346 0 Does, W. van der e 2006, 5 druk


Kleine psychologie van het gesprek Boek ISBN 9053522336 Stroeken, H.T. Meppel, 1995


Diverse artikelen N@tschool



Portfoliotoets Je voert een aantal, voor een deel profielgerelateerde opdrachten binnen je LWT uit, daarnaast behandel je voorgelegde casuïstiek en schrijf je een aantal reflecties. Het geheel bundel je tot een klein portfolio. Cijfer 100%


144

4.3.22 ENTH-VAKIN30.D401 Vaktheorie) VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud


Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager

MISSIONAIRE VERBREDING (minor

ENTH-VAKIN30.D401 MISSIONAIRE VERBREDING Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Je verbreedt je missionaire competentie op deelgebieden. Vanuit de inleidingen in de les, literatuur en ervaring in de praktijk kom je tot een vraagstelling op missionair terrein, in relatie tot de eigen ontwikkeling. Er wordt een LWT opdracht ontworpen aan de hand van deze persoonlijke leervraag van de student. Profielminor is afgerond Bachelor 6 Beroepsspecifiek: Missionaire competentie HBO-generiek: 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid M.A. Timmerman Literatuurlijst Zelfstandig uit te voeren LWT – opdracht + literatuurstudie Gezamenlijk startcollege waarin samenhang van de minor Vaktheorie wordt toegelicht. Colleges en coaching



De kramp voorbij – Theologische notities bij zending, presentie en kerk Spek, Jannet van der Gorinchem, 2010

Titel

Zo wordt het spel gespeeld : over empowerment en gemeenschap – een praktijkonderzoek Schlatmann, Titus en Rob van Waarde Ootmarsum

Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

Beroepsproduct, verslag en reflectie De toets is het resultaat van de beroepsopdracht; gecombineerd met literatuur en reflectie Cijfer 100%


145

4.3.23

ENTH-VAA10.D401

VOE Verkorte naam Lange naam School Soort OE Doelstelling Onderwijsinhoud



HOMILETIEK

ENTH-VAA10.D401 HOMILETIEK Theologie – GPW Ondersteunend Je leert een preek of meditatieve toespraak voorbereiden; je leert hoe die te houden en hoe die te analyseren en te verbeteren. Je leert welke stappen er zijn te zetten in het homiletisch voorbereidingsproces, welke communicatieve en theologische aspecten verbonden zijn aan het verschijnsel preek of meditatieve toespraak en je kunt formuleren waar jij zelf aan wilt werken en waar jij jouw accenten wilt leggen in de homiletisch-hermeneutische communicatie. Er is aandacht voor de vraag welke relatie er kan zijn tussen tekst en toespraak, of tekst en spreker, welke relatie er in de toespraak kan zijn tussen spreker en hoorders, en welke relatie de spreker legt tussen de hoorders, de tekst, de spreker zelf en in spirituele zin ook de Eeuwige. Je neemt kennis van homiletische theorie, past die toe en geeft verantwoording van het gebruik ervan naar aanleiding van de eigen preek of toespraak. Exegetische vaardigheden basis en verdiept; Verstaan van tekst en praktijk Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Liturgische en pastorale competentie. HBO-generiek: 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 7. Methodisch en reflectief denken en handelen, met name planmatig handelen in het voorbereidingsproces 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid H.A. Booij Literatuur, videomateriaal, teksten Colleges en workshops Colleges

HOMILETIEK Reader H.A. Booij


Concreet en beeldend preken (Aanbevolen literatuur, niet verplicht) Boek Geel, R. en P. Oskamp Bussum, 1999, Uitgeverij Coutinho


Als een leerling leren preken (Aanbevolen literatuur, niet verplicht) Boek Meulen, H. van der Zoetermeer, 2008



Verantwoording homiletisch product Een klassieke preek of een algemeen meditatieve toespraak. Beoordeling: De gehouden toespraak en de eindverantwoording zoals hier uiteengezet, moeten beide voldoende zijn. Van beide kan, in het geval dat de kwaliteit te gering is, gevraagd worden tot een beter product te komen. Cijfer 100%


146

4.3.24

ENTH-PRMINT1.D401 PERSPECTIEVEN




PRAKTISCH-THEOLOGISCHE (premaster)

ENTH-PRMINT1.D401 PRAKTISCH-THEOLOGISCHE PERSPECTIEVEN (Premaster) Education/theologie – GPW en GL Kenmerkende beroepssituatie Je kunt een praktisch-theologisch artikel schrijven waarin een wetenschappelijk verantwoorde analyse van een onderwerp uit deze discipline aan het licht komt. De opdracht is: schrijf een artikel voor het tijdschrift Praktische Theologie, of een recensie waarin je het ontwerp van praktische theologie van Cees de Ruijter vergelijkt met dat van fenomenologische empirische theologie van Dinter/Heimbrock en Söderblom. De onderwerpen die in de ondersteunende colleges aan de orde komen zijn: 1. Contemporaine praktisch theologische perspectieven in het Nederlandse, Duitse en Engelse taalgebied 2. Het maken van een vergelijkende analyse Het schrijven van een wetenschappelijk artikel/essay voor een tijdschrift Hermeneutiek van Tekst en Praktijk Bachelor 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 3. Toepassing relevante inzichten A. Mulder Literatuur, reader Hoor/werkcollege met diverse opdrachten 8 colleges

Meewerken met God. Ontwerp van een gereformeerde praktische theologie Boek ISBN 9789043510929 Ruijter de, C.J. Kampen 2005 dit boek kan via het bureau van de opleiding worden aangeschaft (is in de winkel uitverkocht)


Einführung in die Empirische Theologie Boek ISBN 9783825228880 A. Dinter/H.G. Heimbrock/K. Söderblom (Hg.) Göttingen, 2007, 1e druk

Titel

Forks in the road when tracing the sacred. Practical theology as hermeneutics of lived religion Ganzevoort, R.R. website: http://www.ruardganzevoort.nl/pdf/2009_Presidential.pdf

Auteur Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

Artikel/essay schrijven voor Praktische Theologie Een vergelijkende analyse van het ontwerp van Cees de Ruijter en een ander hedendaags ontwerp uit een ander taalgebied Cijfer 100%


147

4.3.25 ENTH-PRMINT2.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Druk Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

KERKGESCHIEDENIS (premaster)

ENTH-PRMINT2.D401 Kerkgeschiedenis (Premaster) Education/theologie – GPW/GL Kenmerkende beroepssitutaitie Je ontwikkelt inzicht in kerkhistorische problemen, je kunt historische vraagstellingen hanteren, je kunt omgaan met bronnen en (engelstalige) secundaire literatuur, je bent in staat een historische vraagstelling te formuleren en uit te werken. Aan de hand van een tekst van Augustinus leer je omgaan met een kerkhistorische bron om vervolgens met behulp van secundaire literatuur een eigen vraagstelling te bepalen en uit te werken. Geen Gevorderd 4 HBO-competentie: 3. Toepassing relevante inzichten 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen P.L. Wansink Literatuur Conceptuele ondersteuning, werkcollege Colleges, coaching

Belijdenissen Boek 9789026321023 Augustinus (vertaling: Gerard Wijdeveld) Amsterdam, 2007 Er zijn vele drukken: wel de vertaling van Wijdeveld! Augustine of Hippo. A Biography Boek 0520227573 Peter Brown University of Calafornia press, 2000

Werkstuk Je geeft blijk van kennis en houding omschreven in de doelstelling Cijfer 100%


148

4.3.26 ENTH-PRMCL1.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


WETENSCHAPSFILOSOFIE (premaster)

ENTH-PRMCL1.D401 Wetenschapsfilosofie (Premaster) Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend 1. De student heeft kennis van en inzicht in de verschillende theoretische ontwikkelingen binnen de geschiedenis van de wetenschapsfilosofie 2. De student is in staat tot een samenhangende weergave en vergelijking van verschilllende standpunten binnen het probleemgebied 3. De student is in staat deze standpunten kritisch te evalueren en dit zowel mondeling als schriftelijk te verwoorden De opdracht is: schrijf een artikel waarin een wetenschappelijk verantwoorde analyse van de vraag naar de eigensoortige plaats van de theologie binnen de geesteswetenschappen aan het licht komt. De onderwerpen die in de ondersteunende colleges aan de orde komen zijn: Logisch empirisme en kritisch rationalisme Quine/ Kuhn en Foucault Ontstaan van de geesteswetenschappen Hermeneutische traditie Het verschijnsel theologie en de geesteswetenschappen Godsdienstfilosofie Bachelor 3 HBO-generiek: 2. Multidisciplinair en geïntegreerd; 3. Toepassing relevante inzichten Vacature Literatuur, Hoor/werkcollege Colleges

Wordt later bekendgemaakt

Wetenschappelijk verantwoord artikel schrijven Schrijf een artikel waarin een wetenschappelijk verantwoorde analyse van de vraag naar de eigensoortige plaats van de theologie binnen de geesteswetenschappen aan het licht komt. Cijfer 100%


149


Onderwijsinhoud



HERMENEUTIEK (premaster)

ENTH-PRMCL2.D402 HERMENEUTIEK (Premaster) Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend * Een globaal overzicht te hebben over de hermeneutische discussies van voor de e 20 eeuw. * Kennis en inzicht te hebben inzake bijbels-hermeneutische discussies in de 20e eeuw. * Kritisch hierop te kunnen reflecteren. In het eerste deel van deze module krijgen studenten een inleiding op de hermeneutiek en een analytisch kader aangereikt om hermeneutische ontwerpen te doorgronden. In het tweede deel van de module wordt geoefend met dit analytische kader. Exegese 1-2 / Verstaan van Tekst en praktijk Bachelor 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten J. Snoek Bibliotheek Hoorcolleges over hermeneutische ontwerpen en plenaire besprekingen van gelezen literatuur. Colleges

Reader

Leesverslagen en tentamen In het tweede deel van de module maken studenten, op grond van de gelezen literatuur, telkens een leesverslag. In het tentamen wordt getoetst: (a) kennis en inzicht aangaande hermeneutische ontwerpen, (b) inzicht in het analytische kader. Cijfer 100%


150


Onderwijsinhoud


Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Jaar uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


ETHIEK (premaster)

ENTH-PRMCL4.D401 ETHIEK (Premaster) Eucation/ theologie – GPW en GL Ondersteunend De student heeft kennis van en inzicht in de belangrijkste termen en theorien van de ethiek en is in staat kritisch na te denken over de praktische implicaties van de christelijke ethiek Kennis van het object en de methode van de van de verschillende typen ethische theorieën en elementair inzicht in hun problematiek. Ethische theorieën en morele begrippen Norman en waarden Deontologie; utilisme; natuurrecht; deugdethiek; narratieve ethiek. Moraal in een pluriforme samenleving Argumentatie i9n het ethisch debat Ethiek op basisniveau (Module Goed en Kwaad) Bachelor 4 HBO-generiek: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen; 11. Zelfsturing; onderzoek H.H. Zegwaart Teksten; OTHO-module De op college te behandelen stof dient te worden voorbereid Op college zal aan de hand van casussen de stof worden besproken Oefening in deelname in het ethisch debat Klassikaal les

Woorden en daden inleiding in de ethiek Boek ISBN 9789085065265 Annet van Melle en Peter van Zilfhout Amsterdam Uitgeverij Boom, 2008

Ethische stellingname Criteria voor de toetsing: adequate weergave van de verschillende ethische theorieen Verantwoorde argumentatie van de eigen stellingname Verantwoorde communicatie van de eigen stellingname Cijfer 100%


151

4.3.29

ENTH-PRMCL3.D401


Vereiste voorkennis Niveau EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

ENCYCLOPEDIE (premaster)

ENTH-PRMCL3.D401 ENCYCLOPEDIE (Premaster) Education/theologie - GPW en GL Ondersteunend Je hebt kennis van en inzicht in de theologie als wetenschappelijke discipline Het theologisch curriculum Is theologie wetenschap? Zijn God en gebod voorwerp van theologie? Theologie in een plurale setting Theologie en godsdienstwetenschap Conceptuele leerlijn jaar 1 en 2 Bachelor 3 HBO-generiek: 7. Methodisch en refectief; complexiteit van denken en handelen 3. Toepassen van relevante inzichten; concepten en onderzoeksmethoden Vacature Colleges, literatuur, reader Werk- en hoorcolleges; voorbereid door studenten Ondersteuning van docent

Theology, a very short introduction Boek David Ford Oxford, 2000, 2e druk

Essay Essay n.a.v. de behandelde vragen en het boek van Ford en de geleverde teksten. Cijfer 100%


152

4.3.30

ENTH-PRMVAA1.D401


Onderwijsinhoud



ONDERZOEKSVAARDIGHEDEN (EMPIRISCH) (premaster)

ENTH-PRMVAA1.D401 ONDERZOEKSVAARDIGHEDEN (EMPIRISCH) (Premaster) Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend Je hebt inzicht in en beschikt over een nieuwsgierige en kritische onderzoekshouding. Je kunt de aard en algemene principes van praktijkonderzoek herkennen en beoordelen. Je kent de stappen van praktijkonderzoek. Aan de hand van theorie en praktijkvoorbeelden leer je de verschillende aspecten en stappen van praktijkonderzoek kennen. Je ontwikkelt een kritische onderzoekshouding. Hermeneutische communicatie (jaar 1) Gevorderd 3 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair. HBO-competentie: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid. P.I.M. de Haan Literatuur Conceptuele ondersteuning, werkcollege Colleges, coaching




Presentatie, tussentijdse verslagen en werkstuk Je geeft blijk van de kennis en houding, omschreven in de doelstelling. Cijfer 100% voor werkstuk


153

4.3.31 ENTH-PRMVAA2.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Auteur Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

ONDERZOEKSMETHODEN (premaster)

ENTH-PRMVAA2.D401 Onderzoeksvaardigheden (historisch/systematisch) (Premaster) Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je hebt inzicht in en beschikt over een nieuwsgierige en kritische onderzoekshouding. Je kunt de aard en algemene principes van historisch en systematisch onderzoek herkennen en beoordelen. Je kent de stappen en problemen van historisch en systematisch onderzoek. Aan de hand van theorie en een historisch systematisch onderzoek leer je verschillende aspecten en problemen van historisch en systematisch onderzoek kennen. Je ontwikkelt een kritische onderzoekshouding. Geen Gevorderd 3 HBO-competentie: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten, 5. Creativiteit en complexiteit in handelen, 6. Probleemgericht werken, 7. Methodisch en reflectief denken en handelen, 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid. Onderzoekscompetenties t.b.v. WO-onderwijs P.L. Wansink Literatuur Conceptuele ondersteuning, werkcollege Colleges, coaching

Het evangelie van Judas Boek ISBN 9789025957773 J. van Oort e Ten Have, 2007, 1 druk The Betrayal of Judas Engels artikel (digitaal aangeleverd) Thomas Bartlett

Presentatie, tussentijdse verslagen en werkstuk Je geeft blijk van de kennis en houding, omschreven in de doelstelling. Cijfer 100%


154

4.3.32 ENTH-BVTHOT.D413 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

BIJBELSE THEOLOGIE OT (1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVTHOT.D413 BIJBELSE THEOLOGIE OT Education/theologie: GPW Ondersteunend De cursus is erop gericht de student(e) in staat te stellen om een korte, systematische weergave te kunnen geven van wat het OT zegt over God en is binnen een aanvaardbare hermeneutiek toe te passen in de beroepspraktijk. In de cursus besteden we allereerst aandacht aan de inhoud en structuur van het Oude Testament (hoofddelen, genres, ontwikkeling) en methode van een Bijbelse Theologie van het Oude Testament. De ontwikkeling van het geloof in de ene God wordt geplaatst binnen de Bijbel en de Oud-Oosterse context. Tenslotte wordt een drietal theologische kernthema’s uit het Oude Testament: Schepping, Uittocht en Verbond, besproken en gerelateerd aan de beroepspraktijk. Als achtergrond lezen de studenten hoofdstukken uit Koorevaar & Paul, alsmede een aantal artikelen. Aan de hand van schrijfopdrachten wordt getoetst of de literatuur bestudeerd en begrepen is. Op de colleges wordt het bestudeerde materiaal door middel van hoorcolleges en vormen van groepsgesprek in context geplaatst (historisch, theologisch) en toegepast. De studenten maken tenslotte zelfstandig een eindwerkstuk over een thema/kernbegrip dat nog niet op het college is behandeld. Er wordt voortgebouwd op het volgende: - je wordt geacht bekend te zijn met het OT (zijn geschiedenis, auteurs, genres, inhoud, dateringen, auteurschap). - je wordt geacht bekend te zijn met aanvaardbare hermeneutische procedures. De modules Heilige boeken: Inleiding Bijbel; Exegese 1 en 2 hebben afgerond. Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve, pastorale en liturgische competentie. HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 6. Probleem gericht werken 8. Sociaal communicatieve bekwaamheid. M. de Vos Presentaties, Bijbelsoftware Hoorcolleges, vormen van groepsgesprek, werkcolleges, presentatie van werkstukken. Colleges, coaching

Theologie van het Oude Testament Boek 9789023926580 Hendrik Koorevaar en Mart-Jan Paul (red.) Zoetermeer, 2013 Diverse artikelen Reader (digitaal) Samengesteld door de docent


155



Schrijfopdrachten, Eindverslag + presentatie Schrijfopdrachten: voor elk college dient de student een beknopte schrijfopdracht te maken, die laat zien dat de literatuur voor het betreffende college bestudeerd en begrepen is. Eindverslag + presentatie Voor het eindverslag onderzoekt de student een thema of kernbegrip uit de theologie van het Oude Testament en past dit toe op een concrete actuele casus. De student laat zien dat hij op een verantwoorde en systematische wijze kan redeneren over het thema/kernbegrip en in staat is dit via een aanvaardbare hermeneutiek toepasbaar te maken in zijn beroepspraktijk. Cijfer Schrijfopdrachten: 40% Eindverslag + presentatie: 60%


156

4.3.33 ENTH-BVTHNT1.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


BIJBELSE THEOLOGIE NT (1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVTHNT1.D401 BIJBELSE THEOLOGIE NT Education/theologie - GPW Ondersteunend Kennis: 1. Je kunt aangeven wat het vak beoogt. 2. Je kunt vanuit de geschiedenis van het vak de belangrijkste opeenvolgende benaderingen aangeven. 3. Je kunt uitleggen wat de heilshistorische benadering inhoudt. 4. Je kunt uitleggen het “al reeds-nog niet” begrip bij Paulus, Ladd en Ridderbos.. 5. Je kunt uitleggen wat Roukema bedoelt met “historisch”, en wat hij bedoelt met “theologisch”. 6. Je kunt aangeven wat de door Roukema aangevoerde bronnen ( zowel Nieuw Testament als gnostisch) weergeven over de thema’s: Jezus herkomst en identiteit, Jezus onderricht, Jezus dood, opstanding en verhoging, 7. Je kunt de conclusies van Roukema met redenen weergeven. 8. Je kunt je eigen standpunt met onderbouwing weergeven over welke bronnen historisch aannemelijker zijn. 9. Je kunt argumenten voor en tegen de stelling dat Jezus een geheim onderricht had weergeven, met onderbouwing. 10. Je kunt de lijnen die Roukema aangeeft vanuit het Nieuwe Testament naar de belijdenis van Nicea weergeven en beoordelen. Vaardigheden: 1. Je kunt in een argument gronden en conclusies onderscheiden en toetsen. 2. Je kunt een gegeven bijbelgedeelte in de evangeliёn, dan wel in de brieven van Paulus in verband brengen met, en uitleggen vanuit het theolgisch verband. 3. Je kunt zelf een klein onderzoek doen naar een N.T. theologisch thema met de gangbare hulpmiddelen (concordantie of zoekprogramma, synopsis, bijbelse encyclopedie) als voorbereiding op preek of les. 4. Je kunt onderkennen waar N.T. gedachten niet of verkeerd begrepen zullen of kunnen worden door moderne mensen. Attitude: 1. Je bent bereid aandacht te hebben, ook als dat wat aangereikt wordt niet bij voorbaat je instemming heeft. 2. Je bent bereid te streven naar een methodologisch bewuste en eerlijke omgang met zowel de teksten als met de mensen. Jezus, en de God van Jezus staan centraal. Paulus en de evangeliën beantwoorden de vragen over Jezus God, herkomst, identiteit, onderricht , dood, opstanding en verhoging. Tweede eeuwse (gnostische) documenten worden daarmee vergeleken. Jezus wordt geplaatst in het toenmalige Jodendom, en er wordt aangetoond dat de elementen van de triniteitsleer al in het Nieuwe Testament te vinden zijn Heilige boeken: Inleiding Bijbel; Exegetische vaardigheden basis en verdiept Bachelor 3 Beroepsspecifiek: liturgische, missionaire, agogisch-educatieve en pastorale competentie Vacature Bibliotheek (synopsis evangeliёn, synopsis Paulusbrieven, concordantie, bijbelatlas, NBV / Willibrordvertaling Bijbel), internet. Inleidende lezingen, zelfstandig tekstboek bestuderen, opdracht en presentatie Colleges en coaching bij opdracht


157



Jezus, de gnosis en het dogma pp. 11 t/m 259 Boek ISBN 978 90 211 4168 8. R. Roukema Zoetermeer; Meinema, 2007

Literatuurtentamen; opdracht met presentatie 1. Er is een schriftelijk tentamen over het tekstboek. Open vragen, zonder gebruik van hulpmiddelen. 2. Er is een schriftelijke opdracht, met presentatie Cijfer Literatuurtentamen: 75% Opdracht met presentatie: 25%


158

4.3.34

ENTH-BVHOM.D402


Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

HOMILETIEK

(1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVHOM.D402 HOMILETIEK Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt het preekvoorbereidingsproces volgens een helder stappenplan uitvoeren. Je leert een eigen visie te ontwikkelen op zin, doel en betekenis van de prediking. Je leert de verhouding en interactie tussen boodschap, prediker en hoorder wegen, evalueren en toepassen. Je leert hoe een preek te maken volgens een te controleren werkwijze. Exegetische vaardigheden basis en verdiept Bachelor 3 Liturgische en hermeneutische competentie Teun van der Leer & Jaap-Harm de Jong Literatuur Hoor- en werkcollege. Het preekvoorbereidingsproces wordt uitgelegd en geoefend. Colleges en mailcontact, coaching

Als een leerling leren preken. Preekvoorbereiding stapsgewijs Boek ISBN Meulen, Henk van der (red.) Zoetermeer, 2008 Diverse artikelen N@tschool Werkstuk Je levert een werkstuk in dat de tekst van een door jou gemaakte preek bevat + een beschrijving en verantwoording van het hele preekvoorbereidingsproces. Cijfer 100%


159

4.3.35 Bapt/VPE)

ENTH-BVHP1.D401




HOMILETICUM PRACTICUM I

(1e Minor

ENTH-BVHP1.D401 HOMILETICUM PRACTICUM I Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Het leren structureren en houden van een preek. Vanuit je eigen kwaliteiten wordt je geleerd om je preek te presenteren vanuit een persoonlijke focus. Je leert helder structureren m.b.v. de klassieke retorica. Je leert contact te maken met de hoorder door congruent en transparant te spreken. Je leert een tekst op de juiste wijze voor te dragen en je leert in de opbouw van je preek dynamische accenten te gebruiken. Exegetische vaardigheden basis en verdiept en Homiletiek (Minor Bapt/VPE) Bachelor 2 Liturgische, communicatieve en hermeneutische competentie T. van der Leer i.s.m. Nobbe Trainingen Arnhem Literatuur, video Op de persoon gerichte praktische training met veel oefenstof en feedback Colleges, feedback, coaching

Meestersprekers. Over de kunst van het spreken Boek ISBN Farah Nobbe & Natalie Holwerda Amsterdam, 2010

Preek houden: life op DVD of voor de klas Je houdt na de training bij voorkeur een preek in de praktijk en laat deze opnemen op DVD. Deze wordt besproken en beoordeeld volgens eindtermen die aan het begin van de training worden uitgereikt. Voldaan/niet voldaan 100%


160

4.3.36

ENTH-BVEVSP13.D401 Bapt/VPE)




EVANGELISCHE SPIRITUALITEIT (1e Minor

ENTH-BVEVSP13.D401 EVANGELISCHE SPIRITUALITEIT Education/theologie - GPW Ondersteunend Je kunt reflecteren op je eigen spiritualiteit met het oog op je toekomstige professie In deze module gaat het om kennis over (evangelische) spiritualiteit, zelfinzicht in je eigen spiritualiteit en het oefenen in een vroegchristelijk ‘model’ voor spirituele groei. Je leert je eigen spiritualiteit te doordenken en in gesprek met anderen te brengen. Je reflecteert op je eigen spirituele ontwikkeling. Geen Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Missionair, pastorale en liturgische competentie Wout Huizing, Teun van der Leer, Jaap-Harm de Jong Literatuur, websites Hoor- en werkcollege. Huiswerkopdrachten en groepsgesprekken, presentaties, bijhouden spiritueel dagboek. Colleges en feedback

Jouw spiritualiteit. Geloven zoals je bent Boek 9789058814753 Gary Thomas Amsterdam, 2010

Eindverslag Je houdt gedurende de collegeperiode een spiritueel dagboek bij, waarin je tevens alle opdrachten en reflecties verwerkt. Je sluit het af met een slotreflectie en een persoonlijk ontwikkelplan. Voldaan/niet voldaan 100%


161

4.3.37

ENTH-BVECCL.D401



ECCLESIOLOGIE

(1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVECCL.D401 ECCLESIOLOGIE Education/theologie - GPW Ondersteunend Je bent in staat de hoofdstromen in de ecclesiologie te duiden en te wegen en een eigen gemeentevisie te ontwikkelen en verdedigen. Binnen de driehoek van Schrift, Traditie en Context kom je door bronnenstudie en gesprek tot een eigen en eigentijdse ecclesiologie. Hoe verhoudt zich een vrijkerkelijke/congregationalistische ecclesiologie tot de katholieke en de reformatorische? Je onderzoekt bijbels-theologische en historische bronnen en komt tot een eigen omschrijving van het ideaal van de christelijke gemeente en een zgn. ecclesiologisch minimum. In de cursussen Gemeenteopbouw en Gemeentestichting wordt hierop voortgeborduurd. De modules God en Mens; Macht en Onmacht Bachelor 3 Pastorle en missionaire competentie T. van der Leer, J.M. Abrahamse, D. Drost Literatuur Hoor- en werkcollege Colleges

Free Church, Free State Boek ISBN Nigel W. Wright Londen, 2005 Diverse artikelen N@tschool

Essay Je schrijft een essay waarin je je eigen ecclesiologisch minimum beschrijft en onderbouwt. Cijfer 100%


162

4.3.38

ENTH-BVGOP13.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

GEMEENTEOPBOUW

ENTH-BVGOP13.D401 GEMEENTEOPBOUW Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie De student heeft kennis van:  praktische theologie in relatie tot gemeenteopbouw  veranderkunde  veranderingsprocessen  gemeenteanalyse en gemeenteopbouw De student kan:  theorie en praktijk verbinden  een gemeente analyseren  een eigen mening ten aanzien van de gemeente weergeven  meerdere veranderstijlen herkennen en benutten De student is:  open naar zichzelf en de eigen mogelijkheden  in staat om meerdere posities open te bekijken Missionaire gemeentevorming en veranderingsprocessen komen in dit college aan bod. Op basis van de literatuur kan de student een gemeente beschrijven en analyseren en daarover een advies uitbrengen. We werken met algemene modellen. Module Ecclesiologie Gevorderd 4 Agogisch en missionaire competentie E. Groen Geen Opdrachten, werkcolleges, groepsgesprek Colleges, groepsbegeleiding, coaching

Studying congregations Boek 978 0 687 00651 9 Dudley en Ammerman Nashville, 1998


Congregations in transition Boek 0 7879 5422 5 Dudley en Ammerman San Fransisco, 2002


Geloofwaardige gemeente Boek 978 9077245 538 E. Groen Barneveld, 2011


(1e Minor Bapt/VPE)

Eindverslag inclusief praktijkdeel Verslag en 100% aanwezigheidsplicht Cijfer 100%


163

4.3.39 Bapt/VPE)

ENTH-BVBAPT1.13.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

BAPTISTICA 1

(1e Minor

ENTH-BVBAPT1.13.D401 BAPTISTICA 1 Education/theologie – GPW Ondersteunend Je kunt de identiteit van het baptisme vanuit haar geschiedenis en ontwikkeling, benoemen, duiden en toepassen in de hedendaagse context. Je weet je eigen positie binnen of t.o.v. het baptisme te verhelderen en te motiveren. Geschiedenis en theologie van het baptisme. Dat betreft de vroege doperse e geschiedenis in de 16 eeuw, het puritanisme en het separatisme in het Engeland e van de 17 eeuw en het ontstaan en de ontwikkeling van het baptisme in Nederland in de 19e en 20e eeuw. Vanuit deze geschiedenis worden studenten uitgedaagd het eigene van het baptisme op het spoor te komen en dit in verband e te brengen met het (baptisten)gemeente-zijn in de 21 eeuw. Basiskennis kerkgeschiedenis wordt verondersteld Module Gemeenschappen Bachelor 2 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve, pastorale T. van der Leer, J.M. Abrahamse Literatuur, dvd Hoor- en werkcolleges, groepsgesprekken Colleges

Gelovig gedoopt Boek Vries, Olof H. de Kampen, 2009 Zo zijn onze manieren Dit boek kan tzt via de docent worden aangeschaft Boek Leer, T. van der (red.) Barneveld, 2009

Kennistentamen Kennistentamen over de behandelde stof Cijfer 100%


164

4.3.40

ENTH-BVPENT1.13.D401 (1e Minor Bapt/VPE)


Onderwijsinhoud



PENTECOSTALISME 1

ENTH-BVPENT1.13.D401 PENTECOSTALISME 1 Education/theologie – GPW Ondersteunend Je hebt inzicht in het huidige Pentecostalisme in het bijzonder in Nederland door terug te gaan tot de oorsprong en ontwikkeling. Je weet je eigen positie binnen of t.o.v. het Pentecostalisme te verhelderen en te motiveren. Overzicht van de geschiedenis en een introductie in de theologie van het Pentecostalisme (waaronder wordt verstaan de pinksterbeweging en charismatische vernieuwing) vanaf het ontstaan tot heden, in het bijzonder in Nederland. Aan de orde komen tevens de voorlopers van de Pinksterbeweging, in e het bijzonder de 19 eeuwse Heiligingsbeweging, de Azusa Street Revival en de opkomst in Europa. Basiskennis kerkgeschiedenis wordt verondersteld Module Gemeenschappen Bachelor 2 Beroepspecifiek: Agogische-educatieve en pastorale competentie HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten C. van der Laan vacature Literatuur; dvd, internet Hoor- en werkcolleges, groepsgesprekken Colleges

Toen de kracht Gods op mij viel. Dit boek kan tzt via de docent worden aangeschaft Boek ISBN 9789043513890 Laan, C. van der en P.N. van der Laan Kampen, 2007

Kennistentamen Kennistentamen over de behandelde stof. Cijfer 100%


165

4.3.41

ENTH-BVPNEU.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis

Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


PNEUMATOLOGIE (1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVPNEU.D401 PNEUMATOLOGIE Education/theologie: GPW Ondersteunend Deze module beoogt studenten in te leiden in de persoon en het werk van de heilige Geest zoals daar binnen de baptistische en pentecostale tradities over worden gedacht. Hierbij is er aandacht voor zowel de overeenkomsten als de verschillen. Deze module besteedt aandacht aan de rol van de heilige Geest in de heilseconomie, van schepping tot voleinding. Hierbij is aandacht voor de rol van de Geest in de wording van de mens; in relatie tot het leiderschap in het Oude-Israel; in relatie tot het profetisme; over de rol van de Geest bij en rond de komst van Jezus Christus; over de gaven van de Geest in de nieuwtestamentische gemeente. Over de rol van de geest in relatie tot de viering van het geloof vandaag en in relatie tot de zending van de kerk dichtbij en ver weg. Deelcompetenties die aan de orde zijn in: ENTH-VAA8 Exegetische vaardigheden - basis; ENTH-VAA81 Exegetische vaardigheden - verdiept ENTH-CL9 Macht en Onmacht Bachelor 3 Beroepsspecifiek: missionair; agogisch-educatief; liturgisch H.H. Zegwaart Tekstboek Hoor- en werkcolleges Coaching bij opdrachten

Herstelwerk Boek ISBN: 90-239-2142-9 Willem Smouter e e druk Zoetermeer, 2006 of 2012, 1 of 2

Kennistoets, onderzoeksverslag 1. Kleine kennistoets aan de hand van studievragen over de literatuur en de collegestof 2. Onderzoeksverslag Cijfer Kennistoets (20%) Onderzoeksverslag (80%)


166

4.4


4.4.1

ENTH-TDINT10.D401





JAAR 4

DENKEN IN MEERVOUD-SYSTEMATISCHE THEOLOGIE

ENTH-TDINT10.D401 Denken in meervoud - Systematische Theologie Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend Je verdiept je in enkele centrale begrippen van de christelijke geloofstraditie en leert ze op verantwoorde wijze gebruiken in je werk. Centrale begrippen van de christelijke geloofstraditie met het oog op hun betekenis in het werkveld, deels in relatie tot begrippen in andere religieuze en seculiere (filosofische) levensbeschouwingen. De volgende modules heb je gevolgd: God en mens, Heilige Boeken, Spreken over God (of daarmee vergelijkbaar) Bachelor 8 HBO-generiek:1. Brede professionalisering 3.Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid H.H. Zegwaart Literatuur, teksten Colleges, werkcolleges Colleges Reader en andere literatuur

Werkstuk 50% 1e periode. Verslag 50% 2e periode Uit te werken aan de hand van opgegeven vragen Cijfer 1. Werkstuk 50 % 2. Verslag 50 %


167

4.4.2

ENTH-TDINT20.D401


Onderwijsinhoud




DENKEN IN MEERVOUDGODSDIENSTWETENSCHAPPEN

ENTH-TDINT20.D401 DENKEN IN MEERVOUD - GODSDIENSTWETENSCHAPPEN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je verdiept je in enkele centrale begrippen van niet-christelijke geloofstradities. Je leert overeenkomsten en verschillen met andere levensbeschouwingen herkennen en bespreekbaar maken in je werk. Enkele centrale begrippen van de niet-christelijke geloofstradities met het oog op hun betekenis in de praktijk en enigermate vergeleken met overeenkomstige of vergelijkbare begrippen in de christelijke geloofstraditie en de moderne filosofie. Module Wereldgodsdiensten is afgerond Bachelor 5 Domein specifiek GPW: Agogisch-educatief Domein specifiek GL: SBL1 Interpersoonlijk competentie, competentie in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek:1. Brede professionalisering 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid R. Hessel Literatuur, beeldmateriaal, teksten Colleges, werkcolleges, zelf opzoeken van materiaal: beeld, tekst, etc. Colleges

Reader en artikelen op N@tschool

Opdracht en Werkstuk Opdracht 1 DIM-GW 1e periode 50 % e Werkstuk 2 DIM-GW 2 periode 50 % Cijfer 1. Opdracht 50 % 2. Werkstuk 50 %


168

4.4.3

ENTH-TDINT30.D401


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

DENKEN IN MEERVOUD-FILOSOFIE

ENTH-TDINT30.D401 DENKEN IN MEERVOUD FILOSOFIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend bij kenmerkende beroepssituaties 41 en 42 Je verdiept je in enkele exponenten van de moderne (en postmoderne) filosofie en onderzoekt welke begrippen daarin kenmerkend zijn en hoe die zich verhouden tot de begrippen die bij systematische theologie en godsdienstwetenschap aan de orde komen. Enkele centrale begrippen van de filosofische ideeën, zoals: Schuld en onschuld, verantwoordelijkheid, de (vrije) wil, autonomie, identiteit,God en godsdienst, het transcendente, moed om te bestaan etc.; Deze worden overdacht met het oog op hun betekenis in praktische situaties en daartoe eveneens vergeleken met overeenkomstige of vergelijkbare begrippen in de geloofstradities. Afgeronde modulen: God en mens, Heilige Boeken, Spreken over God Bachelor 5 Beroepsspecifiek GPW: Agogisch-educatief Beroepsspecifiek GL: SBL 1. Interpersoonlijke competentie 7. competentie in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek:1. Brede professionalisering 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid H. A Booij Literatuur, enkele teksten Colleges Begeleiding door diverse docenten

Reader Filosofie MINOR 4 Denken in meervoud op N@tschool H.A. Booij

Opdracht en essay e e Filosofie-opdracht 1 periode DIM 50%; Filosofie-essay 2 periode DIM 50% Cijfer 1. Opdracht 50 % 2. Essay 50 %


169

4.4.4

ENTH-KBS4 .D401


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


DENKEN IN MEERVOUD – KBS 41 en 42

ENTH-KBS4.D401 KBS 41 en 42 DENKEN IN MEERVOUD Education/theologie – GPW/GL Kenmerkende beroepssituaties KBS41 Je maakt een inventarisatie van religieuze, existentiële en godsdienstwetenschappelijke motieven in het stageveld. KBS42 Je past de in KBS41 gevonden motieven toe in een toepasselijk beroepsproduct voor dezelfde doelgroep. Je maakt door middel van de KBS duidelijk dat je in staat bent de college- en studiestof toe te passen op het werk waar je je in bekwaamt. KBS41 Je maakt een inventarisatie van religieuze, existentiële (seculiere of filosofische) en godsdienstwetenschappelijke motieven in het stageveld. KBS42 Je maakt een lessenserie, catecheseserie,of een gesprekskringopzet (voor mensen die midden in de maatschappij staan) van drie a vijf lessen/bijeenkomsten waarin je een of meer begrippen of clusters van begrippen behandelt die een theologisch, filosofisch en godsdienstwetenschappelijk aspect hebben. Lessen DIM Systematische Theologie, Godsdienstwetenschap en Filosofie Bachelor 2 Beroepsspecifiek GPW: Agogisch-educatief Beroepsspecifiek GL: SBL 1. Interpersoonlijke competentie 7. competentie in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek:1. Brede professionalisering 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid H. A Booij, R. Hessel, H.H. Zegwaart

Werkveld onderzoek en virtuele toepassing

Veldonderzoek KBS 41 DIM 40 % Werkstuk KBS 42 DIM 60 % KBS 41 DIM 40 % : Veldonderzoek KBS 42 DIM 60 % :Toepassing inzichten KBS41 + college- en studiestof DIM in werkveld Cijfer 40 % (Veldonderzoek KBS 41 DIM) 60 % (Werkstuk KBS 42 DIM)


170

4.4.5

ENTH-INT11.D401


HERMENEUTISCH WERKEN RONDOM LEVENSTHEMA’S

ENTH-INT11.D401 HERMENEUTISCH WERKEN RONDOM LEVENSTHEMA’S Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt systematisch en methodisch werken aan een levensthema in een procesmatig pastoraal contact. In deze onderwijseenheid leer je een pastoraal contact zodanig vorm te geven dat je over langere tijd en in meerdere gesprekken met één of dezelfde pastoranten systematisch, methodisch en procesmatig werkt aan een levensthema. Het gaat dan om een pastoraal proces, dat naar de vorm gekenmerkt wordt door een begin, een middenfase en een afronding en naar de inhoud gekenmerkt wordt door het doelgericht werken rondom een levens/geloofsthema met eventuele subthema’s. Je verwerft je kennis over: - specifieke en onderscheiden levensthema’s - je leert deze ook als levensbeschouwelijke vragen herkennen. Vaardigheden die daarbij aan de orde komen, zijn: het kunnen aangaan, onderhouden en afronden van een langerdurende pastorale relatie afspraken maken met de pastorant, gezamenlijk een thema formuleren en vaststellen (je kunt daarbij denken aan pastoraal diagnostische aspecten), subdoelen stellen, tussentijdse en eindevaluatie van het proces. Het hermeneutisch verbinden van levenservaringen met de zingevende traditie Signaleren en oplossen van dieperliggende communicatieproblemen In je houding ben je gericht op het verhaal van de ander en voor wat de communicatie betreft maximaal congruent.

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC

In je leerwerktraject kies je, eventueel in overleg met je vakcoach, een gesprekspartner en zet je met hem of haar dit traject op. We gaan uit van een serie van vier gesprekken. Je doet daarvan verslag op de aangegeven wijze (zie bij toets). Nadere aandachtspunten voor dit proces worden in de studiewijzer uitgewerkt. In de flankerende colleges wordt ingegaan op de verschillende levensthema’s die aan de orde kunnen komen. Er zal ruimte zijn om op de praktijkervaringen met elkaar te reflecteren. Daarnaast maak je in twee- of drietallen een presentatie rondom een specifiek levensthema. Je verdiept je theoretisch en inhoudelijk; met elkaar leer je vervolgens van elkaars presentaties. De presentatie is een toetsmoment. Alle pastoraal theoretische en pastoraal psychologische onderwijseenheden uit het curriculum tot dan toe zijn afgerond. Bachelor 5


171

Competenties

Domein specifiek: Pastorale competentie: Het vermogen om op verzoek of op eigen initiatief individuen, paren, gezinnen en groepen geestelijk te begeleiden vanuit een levensbeschouwelijk perspectief, vanuit en/of in wisselwerking met de christelijke traditie. 2.1 Kan individuen, paren, gezinnen en groepen door middel van gesprekken levensbeschouwelijk begeleiden 2.4 Kan het eigene en de grenzen van het pastorale werkveld aangeven en hanteren. En, indien van toepassing, Missionaire competentie: 4.1 Het vermogen om contacten te leggen met mensen op straat, in instelling, bij activiteiten. 4.2 Het vermogen om relaties op te bouwen waarin op basis van wederkerigheid levenservaringen en geloofsvragen op elkaar worden betrokken. 4.6 In staat zijn eigen geloofsovertuiging/bronnen/positie te expliciteren in relatie tot wat relevant is voor de werksoort.

Attituden Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


HBO-generiek: 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid Antropocentrisch, emancipatorisch, gericht op burgerschap en samenleving, communicatief, reflectief en evaluatie J. Bruinsma – de Beer (Zwolle) T.T. van Leeuwen (Utrecht) Literatuur, verbatimanalyse Opdracht in LWT; reflectie tijdens colleges; literatuuronderzoek; presentaties Colleges, coaching

Wordt nog nader bekendgemaakt

Procesverslag; presentatie De LWT opdracht wordt uitgewerkt in een procesverslag waarvoor in de studiewijzer nadere criteria zijn aangegeven. De toetsing van de ondersteunende leerstof vindt plaats door middel van presentaties voor het geheel van de groep. Cijfer 100%


172

4.4.6

ENTH-INT12.1.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


ONDERZOEK

ENTH-INT12.1.D401 ONDERZOEK Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt een opzet maken voor een onderzoek met empirische elementen. Je kunt op basis van zelf verzamelde data een praktijkgerichte scriptie schrijven en je bent in staat van de resultaten een boeiende presentatie te geven. Je werkt aan de opzet van je onderzoek op een systematische wijze onder begeleiding van de docent en in samenwerking met de begeleidend docent. Op basis van de opzetten krijg je trainingen voor het uitvoeren van de methodiek. Hierbij komen komen ook vaktheorie onderzoek en theologische reflectie aan bod. Je verzamelt (empirische) onderzoeksgegevens en verbindt deze met de relevante vaktheorie, zodat je een op praktijkgegevens en vaktheorie gebaseerd onderzoeksrapport kunt schrijven, gerelateerd aan een of meerdere competenties. Je hebt hierover een eindgesprek met je begeleidend docent en tweede beoordelaar. Je presenteert daarna je onderzoek op boeiende wijze. Zie daarvoor de VOE van ENTH-VAA12. Methodiek Onderzoek 1 is afgerond. Voor aanvang van de cursus hebben de studenten ten minste 150 punten behaald. Voordat met de uitvoering van het onderzoek kan worden gestart moeten180 EC’s behaald zijn. Bachelor 13 HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit in handelen en 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: afhankelijk van de keuze door de student. E. Groen Door de student verzamelde vakliteratuur, in overleg met de docent. Internet. Data-analyse, verzamelen en verwerken literatuur, schrijven scriptie Coaching, scriptiebegeleiding op aanvraag

Door de student te verzamelen, in overleg met de vakdocent

Eindverslag met eindgesprek Je maakt een opzet voor een onderzoek op basis van de criteria uit de studiewijzer. De opzet wordt beoordeeld door de onderzoeksdocent en de tweede beoordelaar. Een rapportage betreffende onderzoek, gebaseerd op analyse data uit de praktijk, vakliteratuur en eigen visie, onderzoekspresentatie. Deze scriptie wordt door twee docenten beoordeeld: de begeleidende docent en de tweede beoordelaar. Met hen heb je een eindgesprek van 30 minuten. Cijfer 100%


173

4.4.7

ENTH-TDVAA1a


Onderwijsinhoud


.D401


ENTH-TDVAA1a.D401 INTERCULTURELE COMMUNICATIE School of Education/theologie - GPW + GL Kenmerkende Beroepssituatie Studenten leren omgaan met overeenkomsten en verschillen die samenhangen met etnische en culturele achtergrondkenmerken, waarbij dat omgangspatroon gericht moet zijn op het gelijkwaardig functioneren als burgers in de Nederlandse samenleving. Interculturele communicatie gaat uit van het feit dat wij in Nederland leven in een multi-/interculturele samenleving. Het is een belangrijke taak van het onderwijs en pastoraat om mensen een tolerante houding ten aanzien van andere culturen in Nederland mee te geven. Dit geldt zowel voor de Nederlanders als voor de allochtonen. Dit kan gebeuren door studenten in contact te brengen met andere culturen en de overeenkomsten en verschillen tussen culturen. De studenten ontwikkelen waardering en respect ten aanzien van andere culturen en de daarbij behorende gewoonten, waarden en normen. Interculturaliteit is niet een vakgebied, maar moet merkbaar zijn binnen de gehele samenleving. Basistechniek Gespreksvoering (ENTH-VAA20); Inleiding in de Wereldgodsdiensten (ENTH-CL21); Pluraliteit (ENTH-INT71) Bachelor 3 Missionaire competentie; deelcompetentie 1, 2, 4 en 6 R. Hessel Internet, artikelen in kranten, actualiteiten in de Media, filmpjes met praktijkvoorbeelden Werkcollege - deels hoorcollege - waarin interculturele communicatie wordt geoefend aan de hand van praktijkvoorbeelden. Docent heeft instruerende en begeleidende taken.


Grondslagen van interculturele communicatie. Studieveld en werkterrein Boek ISBN 9789013041347 Shadid, W.A. Mechelen Kluwer, 2007, 2e druk, 1e oplage


Essay + evaluatie Aan de hand van literatuurstudie schrijven studenten een essay + evaluatie Cijfer Totaal:100%


174

4.4.8

ENTH-TDVAA2.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis



SOCRATISCH GESPREK

ENTH-TDVAA2.D401 SOCRATISCH GESPREK Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je leert met behulp van het socratisch gesprek een gesprek te voeren over de begrippen die aan de orde zijn geweest in de modules in gesprek met de traditie1,2 en 3 en die te integreren in je professioneel handelen. Je leert de methodiek kennen van het socratisch gesprek en je hanteert deze gespreksvorm in de bespreking van begrippen die aan de orde zijn geweest in de modules in gesprek met de traditie1, 2 en 3 Kennis van theologische en filosofische inhouden, zoals geleerd in de Onderwijseenheden: God en Mens, Heilige Boeken, Spreken over God (of daarmee vergelijkbaar) en interculturele communicatie. Bachelor 3 HBO-generiek:1. Brede professionalisering 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid Beroepsspecifiek GL/GCS: SBL:1. Interpersoonlijke competentie 7. Prof/reflectieve competentie Beroepsspecifiek GPW/GCS: missionaire competentie; pastoraal; agogischeducatief H.A. Booij

Twee inleidende hoorcolleges, gevolgd door vier werkcolleges waarin je het socratisch gesprek oefent aan de hand van praktijkvoorbeelden De docent heeft m.n. bij de training instruerende en begeleidende taken.


Literatuur wordt nog nader bekendgemaakt


Reflectieverslag / portfolio Aan de hand van literatuurstudie en reflectie op oefensituaties Cijfer 100%


175

4.4.9

ENTH-VAA11.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

IDENTITEIT IN PROFESSIONALITEIT

ENTH-VAA11.D401 IDENTITEIT IN PROFESSIONALITEIT Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend De student weet aan het einde van de module:  wat zijn/haar eigen theologische positie is  welke spiritualiteit daarbij past  de manier waarop hij/zij zich wil profileren aan het werkveld In 6 lessen verkennen we waar jij voor staat qua mens, in je theologische opvatting en hoe dat tot uiting komt in je professionaliteit.  waar sta je voor?  welke ervaringen vind je bepalend voor je werk en hoe geven ze jou energie?  waar sta je theologisch, wat zijn centrale vragen en antwoorden?  hoe wil jij gezien worden in je professie en wat wil je laten zien?  welke consequenties heeft dat voor je werkplek?  hoe zet je dit in bij het vinden van een werkplek? Geen Bachelor 3 Alle vier beroepscompetenties geintegreerd met de 11de generieke. E. Groen Individuele opdrachten, groepsgesprek, individuele gesprekken Werkcolleges, groepsbegeleiding, coaching, etc


Verslag De toets bestaat uit het maken van de opdrachten uit de studiewijzer, 100% aanwezigheid Onvoldoende, voldoende en goed 100%


176

4.4.10 ENTH-VAA12.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties



ENTH-VAA12.D401 ONDERZOEKSPRESENTATIE (Vaardigheid) Education/theologie - GPW Ondersteunend Je kunt een boeiende presentatie te geven over eigen onderzoek. Je leert verschillende eindproducten kennen, leert principes van verantwoord presenteren en maakt een keuze van de eigen presentatie en bereidt die voor. MA 1-7 Bachelor 3 HBO-generieke competentie: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit in handelen en 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Theologische competentie: afhankelijk van de keuze door de student. J. Kemman

Instructie Werkcollege


Wordt nader bekendgemaakt


Onderzoekspresentatie Presentatie van 15 minuten van het afstudeeronderzoek. Cijfer 100%


177

4.4.11

ENTH-SLB4B.D401




ENTH-SLB4B.D401 Studieloopbaanbegeleiding Education/theologie GPW/GL Ondersteunend Je gaat na waarop in de afronding van de studie nog reflectie nodig is en welke leeractiviteit dat oproept Tijdens de colleges ligt er een sterk accent op (a) spiritualiteit, (b) persoonlijkheidsontwikkeling. Daarnaast is er aandacht voor het in kaart brengen van je netwerk, onderzoek van je toekomstige beroep en reflectie op de vraag in hoeverre je voor dat beroep gemotiveerd en geschikt bent. Je gaat na waarop in de afronding van de studie nog reflectie nodig is en welke leeractiviteit dat oproept Slb-leerlijn 1e jaar, 2e jaar en 3ejaar, afgesloten POP en PAPen Portfolio Bachelor 2 HBO-generiek: 11. Zelfsturing en 7. Methodisch en reflectief denken en handelen J. Bruinsma-de Beer (Zwolle) J. Snoek (Utrecht) Literatuur, internet, studieloopbaankit Windesheim Portaal


Presentaties en samenwerkingsopdrachten colleges, groepsbegeleiding

Onderwijsinhoud





POP, PAP en een portfolio Je maakt verschillende reflectieopdrachten en een leerwerkplan voor jaar 4, kijkt naar de studieloopbaansturing en de vijf kenmerken daarvan met een accent op netwerk, werkveld en maakt een POP. Er geldt een 100% aanwezigheidsverplichting. Verslagen maken en opdrachten die een plek krijgen in het portfolio Voldaan/niet voldaan 100%


178

4.4.12 ENTH-INV4A en INV4B.D401 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

INTERVISIE


ENTH-INV4A.D401 en ENTH-INV4B.D401 INTERVISIE Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent instaat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent instaat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Intervisie jaar 3 Gevorderd 4 HBO-generiek: 11. Zelfsturing


A.M.H. Kemper (Utrecht) G. van de Bunt (Zwolle) Literatuur Groepslessen; groepswerk; reflectieopdrachten Colleges; feedback

Onderwijsinhoud


Reflecteren: de basis. Op weg naar bewust en bekwaam handelen. Boek ISBN 900170000-4 Groen, M. Groningen, 2006, 1e druk




179

4.4.13

ENTH-LWT4.D401




ENTH-LWT4.D401 LEERWERKTRAJECT JAAR 4 Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen en aan de realisatie van de integrale opdrachten LWT 3 Bachelor 4 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: Pastorale, liturgische, agogisch educatieve en missionaire competentie Instituutsbegeleider Vakcoach, Handboek Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals Begeleiding door de Instituutsbegeleider en gelegenheid voor vragen bij SLB

Handboek Leerwerktraject 2012-2013



180

4.4.14

ENGL-LWT4.D402






ENGL-LWT4.D402 LEERWERKTRAJECT/LIO-stage JAAR 4 Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen op het niveau ‘startbekwaam’. Dit houdt in dat je in een hoge mate van zelfstandigheid in het werkveld functioneert zonder directe inbreng en begeleiding van de vakcoach. LWT jaar 3 afgerond Bachelor 12 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 3. Toepassing relevante inzichten en theorieën, concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 7. Methodisch en reflectief denken en handelen SBL: Interpersoonlijk competent;pedagogisch competent;organisatorisch competent, vakinhoudelijk en didactisch competent en competent in reflectie en ontwikkeling, competent in de samenwerking met collega’s en competent in de samenwerking met de omgeving Instituutsbegeleider Vakcoach, Handboek, literatuur, internet, video Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals en mbv video-opnames Begeleiding door de Instituutsbegeleider, video-interactiebegeleiding en gelegenheid voor vragen bij SLB

Handboek LWT (zie ELO) Lessen in Orde Boek ISBN 9789046901236 Peter Teitler Bussum, Coutinho, 2009, 1e druk



181

4.4.15

ENTH-BVBAPT2.D413


Onderwijsinhoud



BAPTISTICA 2 (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVBAPT2.D413 BAPTISTICA 2 Education/theologie – GPW Ondersteunend Je verdiept je kennis van twee identiteitsdragers van het baptisme, namelijk de doop en vrijheid. Je brengt ze vanuit de geschiedenis in gesprek met de hedendaagse context. Je weet je eigen positie t.o.v. deze identiteitsdragers te verhelderen en te motiveren. Geschiedenis en theologie van het baptisme. Vanuit de geschiedenis worden theologische vragen gethematiseerd en besproken. In deze colleges, die nauw aansluiten bij die van Baptistica 1, wordt ingegaan op theologie en praktijk van de doop, open en gesloten lidmaatschap en gewetens- en geloofsvrijheid. Baptistica 1 Bachelor 2 Beroepsspecifiek: Agogische-educatieve en pastorale competentie HBO-Generiek: 3.Toepassing relevante inzichten, theorieën, concept en onderzoeksresultaten; 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid. T. van der Leer Literatuur Hoor- en werkcolleges, groepsgesprekken Colleges

Reiling-lezingen 2009 en 2012 (t.z.t. te verkrijgen via de docent) Brochures Piet Brongers, Teun van der Leer en Olof de Vries Utrecht


Doop en lidmaatschap: wie gaat er voor? Boek





Jaap-Harm de Jong & Teun van der Leer (red.) Barneveld, 2012

Bezinningsstuk 1 en Bezinningsstuk 2 Je schrijft tweemaal een bezinningsstuk voor een (fictieve) raadsvergadering. De eerste gaat over doop(vormen) en lidmaatschap, de tweede over de bandbreedte van het baptisme. Cijfer Bezinningsstuk 1: 50% Bezinningsstuk 2: 50%


182

4.4.16

ENTH-BVDOG1.D401


Onderwijsinhoud


3. 4.


BAPTISTEN DOGMATIEK 1 (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVDOG1.D401 BAPTISTEN DOGMATIEK 1 Education/theologie - GPW Ondersteunend -Kennis maken met de theologische identiteit van het Baptisme en de discussies over de typologie daarvan. -Kritisch nadenken over deze theologische identiteit. -Actuele discussies hierover kunnen volgen en reproduceren. -Opbouw van persoonlijk dossier over ‘convicties’. McClendon is een representatieve theoloog in de Free Church traditie. Enkele onderdelen uit zijn ethiek/theologie worden besproken. Uit McClendon’s ethiek (Systematic Theology, Vol. 1) worden delen 1 en 2 besproken: ‘Embodied Witness’ en ‘A Community of Care’, waarin de doperse spits van de theologie wordt uitgelegd: waarheid denken is waarheid doen (ethiek), en dit doen christenen in een communale setting, met een zekere ‘watch-care’ naar elkaar. Dogmatiek die zo niet begint, redeneert niet vanuit de geleefde theologie. De modules God en Mens; Spreken over God met een voldoende afgerond Bachelor 2 HBO-generieke competenties: 3. Wetenschappelijke toepassing 7. Methodisch en reflectief handelen Beroepsspecifiek: Missionaire competentie H. Bakker, D. Drost N.v.t. College vorm, met afwisselend geleide discussies en groepsgesprekken Colleges en waar nodig persoonlijke ondersteuning

Systematic Theology, Vol. 1: Ethics Boek James Wm. McClendon Nashville, 2002, 2e druk

Werkstuk Verwerkingsverslag waarin collegedictaat wordt uitgewerkt met persoonlijke doordenking en dwarsverbindingen naar aanvullende literatuur Cijfer 100%


183

4.4.17

ENTH-BVDOG2.D401


Onderwijsinhoud




ENTH-BVDOG2.D401 BAPTISTEN DOGMATIEK 2 Education/theologie - GPW Ondersteunend -Verdieping van de kennismaking met Baptisten identiteit en de discussies die daarmee samenhangen in de huidige ‘post-secular’ tijd. -Methodisch leren denken over opbouw van convicties -Zich kunnen mengen in de discussie over Baptistische dogmatiek -Inzicht krijgen in de wijze waarop Baptisten theologie tot stand komt McClendon is een representatieve theoloog in de Free Church traditie. Enkele onderdelen uit zijn ethiek/theologie worden besproken. Uit McClendon’s dogmatiek, Systematic Theology, Vol. 2, worden hoofdstukken 2 en 6 besproken: ‘Begining of the End: Eschatology’ en ‘Jesus the Risen Christ’, waarin McClendon uitlegt waarom een doperse/baptistische theologie (na de ethiek!) begint met eschatologie, en waarom ten aanzien van Jezus Christus vooral moet worden geleefd met/vanuit het bewustzijn dat de Opgestane Heer nu nog altijd leeft in de wereld en in het bijzonder in de gemeente. De modules God en Mens; Spreken over God, Baptisten dogmatiek 1 met een voldoende afgerond Bachelor 2 5. HBO-generieke competenties: 3. Wetenschappelijke toepassing 7. Methodisch en reflectief handelen Beroepsspecifiek: Missionaire competentie H. Bakker, D. Drost N.v.t. College vorm, met afwisselend geleide discussies en groepsgesprekken Colleges en waar nodig persoonlijke ondersteuning

Systematic Theology, Vol. 2: Doctrine Boek James Wm. McClendon Nashville, 1994



184

4.4.18

ENTH-BVET.D401


Onderwijsinhoud



GEMEENTE ETHIEK (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVET.D401 GEMEENTE ETHIEK Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituatie Klassikale procesbeschrijving van ‘discerning the mind of Christ’ door Schriftinterpretatie, traditie, ervaring en verstand, uitgewerkt in exemplarische voorbeelden, zodat de methodiek van gemeente ethiek duidelijk wordt Vanuit het komen van God tot de wereld wordt ‘geluisterd’ naar (1) het Noachitische verbond (schepping, geweten, overheid, cultuur) en naar (2) het verbond van Christus (kruis en Bergrede) om voor de gemeente van vandaag een (3) ‘ethisch vloertje’ te leggen en daar congregationeel op voort te bouwen. Deze 3 punten omschrijven de inhoud van de colleges. Ethiek voor Baptistengemeenten draait om navolging van Christus, persoonlijk en communaal. Grondleggend hiervoor is het luisteren naar de Schrift: de ‘regenboog’ (schepping, geweten, overheid, cultuur, universele rechten van de mens) en het onderwijs van Jezus (Bergrede [met Mat. 16 en 18], liefdegebod). Deze doordenking wordt congregationeel toegepast en biedt ethische grond voor een beschrijving van de morele ruimte van de plaatselijke gemeente. De modules Ethiek en pastoraat in de zorg; Goed en Kwaad met een voldoende afgerond Bachelor 3 Domeinspecifiek: pastorale, agogisch-educatieve competentie. HBO-generiek: Transfer en brede inzetbaarheid H. Bakker, D.Drost Colleges Collegevorm met daarin geleide discussies en groepsgesprekken Colleges en persoonlijke ondersteuning Gunnende gemeente. Kompas voor waardengestuurde gemeente ethiek Boek Dr. H. Bakker Barneveld, 2012.

Werkstuk De onderdelen/werkinstrumenten uit de colleges dienen hier in een casus te worden toegepast en beschreven Cijfer 100%


185

4.4.19

ENTH-BVGST.D401



Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

GEMEENTESTICHTING (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVGST.D401 GEMEENTESTICHTING Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Je kent de verschillende stromingen van gemeentestichting. Je kunt deze kritisch evalueren vanuit de eigen traditie en opvattingen. We werken vanuit de kennis van de verschillende stromingen van gemeentestichting aan het opzetten van een plan voor een verkenning in een buurt. We bezoeken lokale initiatieven van verschillende soorten en vergelijken deze met de literatuur en de eigen positie. Ecclesiologie en Gemeenteopbouw uit de minor Bap/VPE zijn met een voldoende afgerond. Bachelor 4 HBO-generiek: 3. Wetenschappelijke toepassing 9. Basiskwalificatie managementfuncties 11. Zelfsturing. Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief en missionair O.W. Blok N@tschool Werkcollege en werkbezoeken Lessen, coaching

Als de kerk opnieuw begint Boek ISBN 978 90 239 2291 9 Gerrit Noort e.a. Zoetermeer, 2008 Changing Mission Boek ISBN 085169 305 9 Stuart Murray Londen, 2006

Eindverslag Je maakt een eindverslag op basis van je verkenning en in samenspraak met de literatuur en je eigen opvattingen Cijfer 100%


186

4.4.20

ENTH-BVHP2.D401


Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


HOMILETICUM PRACTICUM II (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVHP2.D401 HOMILETICUM PRACTICUM II Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Het verdiepen van je homiletische vaardigheden Voortbouwend op HP1 worden je vaardigheden uitgebouwd. Je krijgt een breder repertoire, zowel qua structuur als qua dynamiek en stijlmiddelen. Je leert je hoorders op een volwassen manier te benaderen, volgens de principes van de Transactionele Analyse. Je leert vrij en toegankelijk te spreken, los van papier. HOMILETICUM PRACTICUM I Bachelor 2 Domeinspecifiek: Liturgische, pastorale competentie. HBO-generiek: Sociaal-communicatieve bekwaamheid T. van der Leer i.s.m. Nobbe Trainingen Arnhem Literatuur, video Op de persoon gerichte praktische training met veel oefenstof en feedback. Colleges, feedback, coaching

Meestersprekers. Over de kunst van het spreken Boek Farah Nobbe & Natalie Holwerda Amsterdam, 2010

Live preek op DVD of voor de klas Je houdt na de training bij voorkeur een preek in de praktijk en laat deze opnemen op DVD. Deze wordt besproken en beoordeeld volgens eindtermen die aan het begin van de training worden uitgereikt. Voldaan/niet voldaan 100%


187

4.4.21 ENTH-BVKOR.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



1 KORINTIËRS en de SAMENKOMST (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVKOR.D401 1 KORINTIËRS en de SAMENKOMST Education/theologie - GPW Ondersteunend Je kent de sociaal-culturele achtergrond van de oude stad Korinte. Je kunt de geschiedenis van de gemeente te Korinte ten tijde van het contact met Paulus onder woorden brengen. e Je bent vertrouwd met de structuur en inhoud van de 1 Korintebrief en weet deze toe te passen in de pastorale praktijk. Je bent in staat om verschillende interpretaties van moeilijke passages te vergelijken en daarin een beargumenteerde keuze te maken. Een exegetische behandeling van de eerste brief van de apostel Paulus aan de gemeente te Korinte, waarbij met name de spanningen tussen de apostel en de gemeente, alsmede het functioneren van de gaven van de Geest in de samenkomst worden bestudeerd. Getracht zal worden te ontdekken hoe de oorspronkelijk geadresseerden deze brief verstonden en welk licht dit werpt op hedendaagse persoonlijke en pastorale vragen. Heilige Boeken; Exegetische vaardigheden Basis Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Agogische-educatieve en pastorale competentie HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten; 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid C. van der Laan Bibliotheek Hoor- en werkcolleges Colleges

De eerste brief van Paulus aan de Korinthiërs. De prediking van het Nieuwe Testament. Boek ISBN 90-266-0348-7 J. Reiling Baarn, 1997

Tentamen Kennistentamen Cijfer 100%


188

4.4.22

ENTH-BVLISK.D413


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis

Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


LITURGIE EN SAMENKOMST (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVLISK.D413 LITURGIE EN SAMENKOMST Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt de eigenheid van de vrijkerkelijke liturgie vanuit haar geschiedenis weergeven, wegen en toepassen voor vandaag in gesprek met andere liturgische tradities. Geschiedenis en ontwikkeling van de vrijkerkelijke liturgie in vgl. met andere tradities. Inhoud, structuur en stijl. Kerkelijk jaar. Ancient Future Worship. Praktijkopdrachten m.b.t. dopen, avondmaal, rouw- en trouwdiensten, kinderopdracht, ziekenzalving. Algemene kennis van de geschiedenis en ontwikkeling van de liturgie De modules Liturgie in missionair perspectief; Werken met Symbolen; LiturgieTheorie en Praktijk met een voldoende afgerond Bachelor 3 Domeinspecifiek: Liturgische en pastorale competentie T. van der Leer Literatuur Hoor- en werkcolleges Colleges

Samen in de naam van Jezus Boek Evert W. van de Poll Zoetermeer, 2009 Diverse artikelen N@tschool

Werkstuk Het werkstuk bestaat uit een beargumenteerde visie op de samenkomst en liturgische vernieuwing en een viertal liturgieën voor gespecificeerde aangelegenheden met een verantwoording. Cijfer 100%


189

4.4.23

ENTH-BVPASP.D413


Onderwijsinhoud


PASTOR & SPIRITUALITEIT (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVPASP.D413 PASTOR & SPIRITUALITEIT Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie -Je leert hoe spiritualiteit ingeoefend kan worden en op welke wijze je vanuit je toekomstige professie anderen kunt begeleiden op hun geloofsweg. -Je leert dit te doen vanuit de rol van pastor met zicht op je eigen geloofsweg en spiritualiteit en weet eventuele spanningsvelden tussen het functioneren als pastor en eigen spiritualiteit te benoemen. Dit vak bouwt voort op Evangelische Spiritualiteit. De ontwikkeling van je eigen spirituele identiteit als pastor staat centraal. Een 24-uurs retraite maakt deel uit van dit college. Hierin maak je vooral op ervaringsniveau kennis met de lectio divina. Je gaat met een ander in gesprek over diens spiritualiteit en oefent in (het nadenken over) geestelijke begeleiding. De module Evangelische Spiritualiteit met een voldoende afgerond Bachelor 4 Beroepsspecifiek: Pastorale competentie HBO-specifiek: Sociaal-communicatieve bekwaamheid. W. Huizing Literatuur, retraite, oefeningen Hoorcollege, groepsgesprek, presentaties Colleges, feedback, coaching

Om het geheim van het leven. Over spiritualiteit en geestelijke begeleiding 978 90 239 2684 9 Dr. H.C. van der Meulen Zoetermeer 2013


Een levensregel voor beginners Boek ISBN 90 209 4184 4 Wil Derkse Tielt, 2001, 6e druk


Werken met spiritualiteit Reader, capita selecta uit gelijknamig boek dat niet meer in de handel is



Eindverslag bevattende alle (groeps) opdrachten, presentaties en reflecties Je schrijft je spirituele biografie en reflecteert hierop in relatie met je rol als pastor. Je reflecteert op de literatuur, de opdrachten, de presentaties en retraite. Je doet verslag van de geloofsweg van een pastorant en reflecteert op mogelijkheden vanuit geestelijke begeleiding. Je sluit af met een persoonlijk ontwikkelplan. Voldaan/niet voldaan 100%


190

4.4.24

ENTH-BVPENT2.D401


Onderwijsinhoud



PENTECOSTALISME 2 (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVPENT2.D401 PENTECOSTALISME 2 Education/theologie – GPW Ondersteunend Je hebt kennis van de totstandkoming en ontwikkeling van geloofspunten als bekering, waterdoop, heiligmaking, Geestesdoop en Geestesgaven. Je kunt de kenmerkende theologische inzichten van het Pentecostalisme in het bijzonder in Nederland verwoorden. Je kunt deze kennis met de praktijk verbinden. Een introductie in de theologie van het Pentecostalisme (waaronder wordt verstaan de pinksterbeweging en charismatische vernieuwing) vanaf het ontstaan tot heden, in het bijzonder in Nederland. Pentecostalisme 1 Bachelor 2 Beroepspecifiek: Agogische-educatieve en pastorale competentie HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten; 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid C. van der Laan Literatuur Hoor- en werkcolleges Colleges

Toen de kracht Gods op mij viel Boek ISBN 9789043513890 Laan, C. van der en P.N. van der Laan Kampen, 2007 De Spade Regen Boek ISBN 9024247527 Laan, C. van der Kampen, 1989

Tentamen Kennistentamen over de behandelde stof. Cijfer 100%


191

4.4.25 ENTH-BVPENP.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

PENTECOSTAAL PASTORAAT 1 en 2 (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVPENP.D401 PENTECOSTAAL PASTORAAT 1 en 2 Education/theologie - GPW Ondersteunend Kennis: Je maakt kennis met het contextuele pastoraat. De hoofdzaken van deze aanpak worden uitgelegd en je leert mensen en hun problemen zien in de context van hun gezin van herkomst. Je krijgt kennis over de dienst der genezing en de dienst der bevrijding vanuit historisch en Bijbelstheologisch perspectief. Je leert kritisch kijken naar hedendaagse voorbeelden van gebedsgenezingbedieningen en praktijken die te maken hebben met bevrijdingspastoraat. Je leert in deze cursus het in de NT-sche theologie geleerde principe van “al reeds – nog niet” concreet toepassen op het gebied van genezing. Vaardigheid: Je bent in staat om mensen met wie je in het pastoraat te maken krijgt zorgvuldig en pastoraal verantwoord te helpen of door te verwijzen.

Onderwijsinhoud


Attitude: 1. Je bent bereid aandacht te hebben voor een mening, ook als die niet bij voorbaat je instemming heeft. 2. Je bent bereid te streven naar een eerlijke omgang met de Bijbelteksten die over de onderwerpen gaan en ze te lezen vanuit hun context. 3. Je bent bereid om mee te zoeken naar pastoraal verantwoorde oplossingen voor de problemen waarmee je geconfronteerd wordt. De basisbegrippen vanuit de contextuele therapie worden uitgelegd en toegepast op problemen in het pastoraat. Twee belangrijke thema’s uit het pentecostale pastoraat worden onder de loep genomen: de dienst der genezing en de dienst der bevrijding. Voors en tegens van bepaalde visies worden genoemd. De modules Pastoraat en agogiek; Pastoraat en Liturgiek Bachelor 4 Beroepsspecifiek: pastorale competentie Vacature Literatuur (boeken, tijdschrift, losse artikelen) Inleidende lezingen, zelfstandig verplichte literatuur bestuderen, tentamen en opdracht in klas worden voorbesproken Colleges en coaching bij tentamen en opdracht


192


Ontwikkelingen in de contextuele therapie Boek Terry D. Hargrave en Franz Pfitzer Leuven/ Voorburg, 2005, laatste druk


Heil maakt heel – de bediening tot genezing Boek

Titel Leerstofdrager Identificatie Jaar uitgave

Geestkracht – bulletin voor charismatische theologie Bulletin Vol. 68 Special Bevrijdingspastoraat 2011



Martien Parmentier Uitg. Meinema, 1997, laatste druk

Literatuurtentamen en opdracht 1. Er is een schriftelijk tentamen over een deel van het contextuele tekstboek. Open vragen. In de studiewijzer wordt aangegeven welke gedeelten alleen gelezen en welke gedeelten voor het tentamen bestudeerd moeten worden. 2. T.a.v. “genezing” of “bevrijding” moeten twee boeken of artikelen met elkaar vergeleken worden. Waarin komen de boeken/ artikelen overeen en waarin verschillen ze? Korte persoonlijke evaluatie. De boeken/artikelen worden in samenspraak met de student uitgezocht. Cijfer Literatuurtentamen: 50% Opdracht: 50%


193

4.4.26

ENTH-BVPNEU.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis








194

ONDERWIJSEENHEDEN VOLTIJD VOE= Versie Onderwijseenheid

Bij alle modules geldt een aanwezigheidsplicht van 80%

Bij een aantal onderwijseenheden is aangegeven dat 100% aanwezigheid vereist is. De student kan voor slecht één gemiste collegebijeenkomst een vervangende opdracht krijgen. Bij meer afwezigheid kan de onderwijseenheid niet worden afgerond en moet de eenheid in zijn geheel worden overgedaan. Daar waar sprake is van 80% aanwezigheidsplicht kan de student 20% van de collegetijd missen. Indien de student meer dan 20% afwezig is, moet het vak worden overgedaan.

4.1

4.1.1

ONDERWIJSEENHEDEN JAAR 1 (PROPEDEUSE)

ENTH-B701.V401


Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Jaar uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

WAARNEMEN EN ANALYSEREN

ENTH-B701.V401 WAARNEMEN EN ANALYSEREN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je bent in staat om religieuze verschijnselen in cultuur en samenleving waar te nemen en te analyseren. In de lessen, de literatuur en de opdrachten gaan we uitgebreid in op de begrippen geloof, cultuur en samenleving. We besteden daarbij nadrukkelijk aandacht aan secularisatie, leefstijlen en de opkomst van religie in de media. Daarbij besteden we ook aandacht aan de kritische sociologie in een postmoderne context. Geen Basis 5 HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoekresultaten 7. Methodisch en reflectief denken en handelen. E. Groen Literatuurlijst, studiewijzer Gesprek, frontaal les, opdrachten, presentaties. Werk/hoorcolleges, groepsbegeleiding, coaching

Moderniteit in meervoud Boek ISBN 90 77070 69 9 Charles Taylor Kampen Eigen materialen via N@tschool Artikelen

Tentamen Tijdens de lessen krijg je opdrachten die je moet maken. De opdrachten vormen 60% van het cijfer. Daarnaast krijg je een kennistentamen (40%). Cijfer 100%


195

4.1.2

ENTH-B703.V401


Onderwijsinhoud



Beschrijving werkvorm

Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


WERKEN MET MISSIONAIRE EN DIACONALE BRONNEN

ENTH-B703.V401 WERKEN MET MISSIONAIRE EN DIACONALE BRONNEN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je herkent de straat, school, de leefwereld van mensen/jongeren als bron van kennis, plaats van inspiratie, geloof en uitdaging. Je kent diverse missionaire en diaconale benaderingen in historisch perspectief. Met behulp hiervan verstaan we projecten en kunnen theologische en missionaire aspecten herkennen. Je kunt je eigen (voorlopige) positie ten aanzien van enkele benaderingen onder woorden brengen. We verkennen de straat, school/instelling, leefwereld van mensen als bron van kennis, inspiratie, geloof en uitdaging. We bestuderen diverse missionaire en diaconale benaderingen vanuit perspectief van voormannen/vrouwen en hun denkontwikkeling en handelingsperspectief. Met behulp hiervan verstaan we projecten en kunnen theologische en missionaire aspecten herkennen. Studenten komen tot een integrale verwerking. Exposure Basis 5 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid. Missionair competentie M.A. Timmerman Waarneming in de praktijk, film, werkverhalen. Literatuur en werkdocumenten van missionaire/diaconale benaderingen van oude en recente tradities en praktijken. Werkveldontmoetingen. Deelname aan exposure weekend (is verplicht). Zie voor de datum het jaarrooster van de Voltijdopleiding. Opdrachten en presentatie in de les. Werkveldontmoetingen met opdracht Het bestuderen van literatuur. Hoorcollege, werkcollege, coaching bij de opdrachten.

Reader

Essay Je komt tot een eigen vraagstelling, beschrijft twee verschillende benaderingen met een toespitsing op een markante persoon en/of concretisering in project en beschrijft enkele theologische en missionaire aspecten. Je komt tot een evaluatie van je eigen vraagstelling. Daarnaast tellen thuisopdrachten mee voor het cijfer. Cijfer 100%


196

4.1.3

ENTH-BINT2.V413


Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties


PASTORAAT

ENTH-BINT2.V413 PASTORAAT (basis) Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituaties Je bent in staat je in te leven in de pastorant, leerling of vrijwilliger in een pastorale setting en hebt inzicht in de verschillende aspecten daarvan. Je krijgt inzicht in het pastoraat: de context, de verschillende visies, de functies en het gebruik van rituelen. Je kunt op basis niveau je eigen positie bepalen en de keuzes verantwoorden die je maakt met betrekking tot de pastorale theoretische concepten. Je bent in staat een overtuigende, aantrekkelijke en heldere presentatie te geven van de gegeven opdracht. Je maakt je een mensgerichte, emancipatoire, communicatieve en evaluatieve houding eigen. Je leert in deze opdracht op half gevorderd niveau pastorale kennis en inzicht te verwerken en te verbinden met een praktijksituatie. Geen Basis 5 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair onderzoek 4. Transfer 7. Methodisch 8. Sociaal-communicatief 10. Maatschappelijke verantwoordelijkheid Beroepsspecifiek: pastorale competentie 1 en 2. J. Bruinsma-de Beer Literatuur Klassikale les, individuele begeleiding, commentaar op ingeleverde concepten, coaching, eindgesprek bij portfolio. Zie werkvorm

Nog nader te bepalen

Portfolio Portfolio Cijfer 100%


197

4.1.4

ENTH-B711A.V401

INLEIDING GELOOF, CULTUUR en SAMENLEVING onderdeel Kerkgeschiedenis en Godsdienstwetenschappen


Onderwijsinhoud

ENTH-B711A.V401 INLEIDING GELOOF, CULTUUR EN SAMENLEVING; ONDERDEEL KERKGESCHIEDENIS EN GODSDIENSTWETENSCHAPPEN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De student ontwikkelt theoretische basiskennis op het terrein van de gangbare definities van geloof, cultuur en samenleving en specifiek met betrekking tot de waarneembare uitingsvormen ritueel en viering. De student ontwikkelt een beginnend inzicht in verschillende waarnemingsperspectieven en de consequenties van verschillende perspectieven voor de theorievorming. De student oefent in de vaardigheden verzamelen, selecteren en op overzichtelijke en navolgbare wijze schriftelijk verslagleggen van opgedane informatie. De perspectieven waarvan achtereenvolgens kennis wordt genomen zijn: het godsdienstwetenschappelijke perspectief, het (kerk)historisch perspectief, het praktisch-theologische perspectief en het ethische perspectief. In dit eerste deel van de onderwijseenheid beginnen we met godsdienstwetenschappen en kerkgeschiedenis. Onderdeel GDW In dit onderdeel wordt het godsdienstwetenschappelijke begrippenarsenaal en perspectief geïntroduceerd. Religie in de krant is hier een eerste handvat. De theorievorming loopt uit op een beschouwing van ritualisering, ritualiteit en ritueel (wordt nog nader uitgewerkt, door betrokken docent).

Verantwoordelijke docent(en)

Onderdeel KG In het onderdeel KG wordt de algemene doelstelling van de module uitgewerkt op het deelterrein van de kerkgeschiedenis. Daarbij wordt in het bijzonder aandacht besteed aan de volgende aspecten:  analyse van de geschiedenis als een dynamisch proces;  inbedding van de geestelijke factoren van geschiedenis (ritueel en religie) in een lokale sociale context (nederzetting/dorp/stad). Hiertoe nemen we drie stadia van dit dynamische proces onder de loep: 1. Vroege stadia van godsdienst, in de prehistorie. Hoe kwamen mensen ertoe, zonder dat dit directe overlevingswaarde had, samen rituelen uit te voeren? Welke functie had dit gedrag en hoe was dat verbonden met het dagelijks leven? Het thema wordt toegelicht op college en tijdens een bezoek aan het hunebeddenmuseum te Borger. 2. De overgang van religie in de prehistorie naar het christendom, via de Romeinse tijd. Gekeken wordt naar continuïteit en discontinuïteit. Wat verschilt, wat komt overeen? In hoeverre is het christelijk geloof iets geheel nieuws? Het thema wordt toegelicht op college en tijdens een bezoek aan de protestantse dorpskerk van Loppersum. 1. Tenslotte geven we aandacht aan ritueel en zingeving in de hedendaagse e plurale samenleving. Hoe heeft die zich in de 19 eeuw ontwikkeld uit stadium 2? Wat is unieke aan de moderne tijd, wat een variant op het verleden? Het thema wordt toegelicht op college en tijdens een bezoek aan begraafplaats e e Bergklooster te Zwolle (19 -21 eeuw). Geen Basis 8 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoekresultaten 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen. Beroepsspecifiek: 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent. Nadruk op opbouw van een samenhangend schriftelijk betoog, met correcte annotatie. Kerkgeschiedenis: T.J.S. van Staalduine GDW: H. Spinder

Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit

Handboek met opdrachten en aanvullingen op internet, literatuur. Hoorcolleges en excursies Colleges, groepsbegeleiding, feedback op inzendingen.



198

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

Van hunebed tot Bonifatius. Vroege sporen van religie in Nederland. Boek ISBN GERT VAN KLINKEN e Zoetermeer, 2010 1 druk

1. Kennistoets (GDW) 2. Werkstuk (Kerkgeschiedenis): Ad. 1 Kennistoets Ad. 2 Tot eindinzending gebundelde deelopdrachten Cijfer 50% voor gedeelte GDW 50% voor gedeelte Kerkgeschiedenis


199

4.1.5 ENTH-B711B.V402

INLEIDING GELOOF, CULTUUR en SAMENLEVING onderdeel Praktische theologie en Ethiek


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis

ENTH-B711B.V402 INTRODUCTIE GELOOF, CULTUUR EN SAMENLEVING , ONDERDEEL PRAKTISCHE THEOLOGIE EN ETHIEK Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De student ontwikkelt theoretische basiskennis op het terrein van de gangbare definities en geloof, cultuur en samenleving en specifiek met betrekking tot de waarneembare uitingsvormen ritueel en viering. De student ontwikkelt een beginnend inzicht in verschillende waarnemingsperspectieven en de consequenties van verschillende perspectieven voor de theorievorming. De student oefent in de vaardigheden verzamelen, selecteren en op overzichtelijke en navolgbare wijze schriftelijk verslagleggen van opgedane informatie. De perspectieven waarvan achtereenvolgens kennis wordt genomen zijn: godsdienstwetenschappelijke perspectief, het (kerk) historische perspectief, het praktisch-theologische perspectief en het ethische perspectief. In dit tweede deel van de onderwijseenheid vervolgen we de oriëntatie met praktische theologie en ethiek. Onderdeel Praktische Theologie In dit onderdeel PRTH wordt fenomeen van het ritueel nader onder de loep genomen. We verkennen in hoeverre een antropologische benadering helpt om liturgie te verhelderen. Wat is winst en zijn er ook grenzen? Daarbij zullen we de volgende kernbegrippen uit Religie in de krant benaderen vanuit het praktisch-theologisch liturgiewetenschappelijke perspectief: Ritueel, symbool, sacrament context. Allereerst verkennen we het praktisch-theoligische perspectief: wat betekent dat voor onze manier van kijken maar geloof, cultuur en samenleving? Vervolgens gaan we na wat studenten vanuit hun eigen ervaringen als ritueel beschrijven: wanneer noemen we iets een ritueel, aan welke kenmerken voldoet een fenomeen als men spreekt over ritueel? Wat zijn ‘obvious aspects’? (Rappaport). Herkennen we deze in de liturgie? Vervolgens verkennen we het begrip symbool, ‘the smallest unit of a ritual’(Turner). Aan de hand van voorbeelden van vieringen, met name rondom de door, uit diverse contexten (kerk, internet, begraafplaats) bekijken we welke symbolen worden gebruikt en onderscheiden we presentatieve en niet-presentatieve symboliek (Langer). We bespreken hierbij de rol van zintuiglijkheid en liturgie en ritueel. We maken een gang door de zondagse liturgie en bekijken daarbij de oecumenisch-protestantse traditie en de evangelicale tradities. Wat betekenen de onderdelen en volgorde van het christelijke zondagse ritueel? Een subcategorie en christelijke rituelen heeft een sacramentele status. We gaan na wat het eigene van een sacrament is zowel vanuit emic als vanuit etic perspectief. Tenslotte reflecteren we op de contextualiteit van het ritueel: in hoeverre is het christelijke ritueel vormvast door de eeuwen heen, of is er steeds weer sprake van ‘ritual invention’ (Grimes). Wat betekent dat voor onze theologie en van de liturgie? Onderdeel Ethiek Dit afsluitende vakspecifieke onderdeel is te beschouwen als een inleiding in de Ethiek in vogelvlucht. Er wordt aangesloten bij casus 4 (Rumoer om religieuze besnijdenis), 5 (Zonder tulband voelen we ons naakt) en/of 6 (Islam-strip/Zie en huiver) van Religie in de krant. In al deze gevallen gaat het om situaties die vanuit specifieke religieuze en/of culturele perspectieven als moreel probleem zijn waar te nemen en waarin steeds de vraag is welk moreel gezichtspunt uiteindelijk het zwaarst moet/mag wegen. Vanuit de ethiek biedt dit een aanknopingspunt om de volgende thema’s aan de orde te stellen: dimensies van ethiek: 1. normen en waarden;. 2. moraliteit; 3. world-view; (Pieper) relativisme: cultureel relativisme en normatief relativisme; (heb ik een goede tekst voor van Brenda Almond) ethiek in een pluriforme samenleving, politiek liberalisme, burgerschap (Rawls en verder) relatie godsdienst en moraal; theologie en ethiek; (Kuitert, De Kruijf, Hauerwas, Robin Gill, Christian Ethics in Seculair Worlds) tolerantie als moreel principe, als morele deugd en als voorwaarde voor vreedzaam/menselijk samenleven. (Manenschijn, Van Tongeren) Geen


200

Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

Basis 7 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoekresultaten. A. Mulder/H. H. Zegwaart Literatuur, internet Hoorcollege, werkcolleges College

De weg van de liturgie. Tradities, achtergronden, praktijk Boek ISBN 9789021136790 P. Oskamp, N. Schuman (eindred.) Zoetermeer, 2001, 1e druk

Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Jaar uitgave Druk

Ritueel bestek, Antropologische kernwoorden van de liturgie Boek 9789021137964 M. Barnard en P. Post Zoetermeer 2001 1e of later


Basisboek Ethiek. Morele competenties voor jonge professionals Boek ISBN 90 01300022 Dalen, W. van Groningen, 2007


1. Werkstuk Praktische Theologie 2. Werkstuk Ethiek Werkstuk Cijfer 60% voor gedeelte Praktische Theologie 40% voor gedeelte Ethiek


201

4.1.6

ENTH-B713.1.V402



Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Jaar uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

HEILIGE TEKSTEN - INLEIDING BIJBEL

ENTH-B713.1.V402 HEILIGE TEKSTEN - INLEIDING BIJBEL Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Kennis: inzicht in de eigen aard van de Bijbel en zijn plaats binnen de Joodse en christelijke traditie. Overzicht van de inhoud van de Bijbel, van zijn ontstaansgeschiedenis en van de wereld waarin de Bijbel is ontstaan. Geen Bachelor 4 Beroepsspecifiek: Liturgische , missionaire en agogisch-educatieve competentie HBO-generiek: 3. Wetenschappelijke toepassing 7. Methodisch en reflectief denken en handelen R. Scheurwater Bibliotheek, internet Hoorcollege Colleges en coaching

Een huis om in te wonen. Uitleg en interpretatie van de Bijbel Boek Snoek, H. Kampen, 2010, 1e druk

Oud maar niet verouderd. Een inleiding tot de studie van het Oude Testament. Boek H. Ausloos Leuven – Voorburg 2006

Schriftelijk tentamen Tentamen aan de hand van vragen over de studiestof Cijfer 100%


202

4.1.7

ENTH-B713.2 .V401


Onderwijsinhoud




HEILIGE TEKSTEN - KORAN

ENTH-713.2.V401 HEILIGE TEKSTEN - INLEIDING, LEZEN EN INTERPRETATIE KORAN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Kennis: inzicht in de ontstaansgeschiedenis van de Koran. Vaardigheden: vaardigheid op in het exegetiseren van Koranteksten. Attitude: respect voor de tekst. De student bouwt vaardigheid op in het exegetiseren van Koranteksten. De student leert teksten in hun context te plaatsen. De student reflecteert op hermeneutische vragen. Geen Bachelor 5 Beroepsspecifiek: Liturgische , missionaire en agogisch-educatieve competentie HBO-generiek: 3. Wetenschappelijke toepassing 7. Methodisch en reflectief denken en handelen H. Spinder Bibliotheek, internet Inleidende hoorcolleges. Eigen bestudering van Koranteksten. Colleges en coaching

De Koran. Een weergave van de betekenis van de Arabische tekst in het Nederlands. Boek Leemhuis, F. Houten

Werkstuk-Koran Werkstuk over zelfgekozen Koranteksten, waarin de student blijk geeft de teksten in hun context te kunnen plaatsen en ze in gesprek kan brengen met hedendaagse thema’s Cijfer 100%


203

4.1.8 ENTH-B713.3.V401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling




HEILIGE TEKSTEN – EXEGESE EN INTERPRETATIE

ENTH-713.3.V401 HEILIGE TEKSTEN - EXEGESE EN INTERPRETATIE BIJBEL Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Kennis: inzicht in verschillende exegetische benaderingen. Vaardigheden: in staat zijn om diachronische en thematische exegetische instrumentaria te gebruiken. Attitude: geduld en respect voor de tekst. Synchronische en diachronische exegetische methodes begrijpen en kunnen toepassen . Geen Bachelor 6 Beroepsspecifiek: Liturgische , missionaire en agogisch-educatieve competentie HBO-generiek: 3. Wetenschappelijke toepassing 7. Methodisch en reflectief denken en handelen H. Snoek Bibliotheek, internet Onderzoek doen met behulp van vertalingen, secundaire literatuur en internet, bespreking van de resultaten, schets van het bredere kader en discussie Colleges en coaching

Een huis om in te wonen, Uitleg en interpretatie van de Bijbel. Boek H. Snoek e Kampen, 2010, 1 druk

Werkstuk - Exegese en Interpretatie van de Bijbel 1. Leesverslagen: op grond van de gelezen pagina’s beantwoordt de student een aantal specifieke vragen. 2. Werkstuk: op grond van een zelfgekozen tekst laat de student zien dat hij/zij de verschillende exegetische methodes en stappen beheerst. 3. Overdenking: in het verlengde van de exegese maakt de student over de betreffende tekst een overdenking. Cijfer 100%


204

4.1.9

ENTH-BN712.V401


Onderwijsinhoud



LEERSTIJLEN EN REFLECTIE

ENTH-BN712.V401 LEERSTIJLEN EN REFLECTIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je: • leert om de eigen ervaringen en de feedback van anderen in te zetten in de eigen ontwikkeling, • leert om de eigen mogelijkheden en kwaliteiten te zien en die in te zetten in de beroepspraktijk, • leert zelf sturing te geven aan het leerproces, • hebt zicht op jezelf als persoon, op je motivatie en spiritualiteit en je kunt jezelf inbrengen en je motivaties en spiritualiteit verbinden met je handelen in de praktijk, • hebt kennis van didactische en leertheorieën en kunt deze methodisch hanteren, • kunt leerprocessen analyseren. Leren is een belangrijk aspect van wat mensen in de samenleving doen. Onze samenleving wordt ook wel een kennissamenleving genoemd waarin levenslang en levensbreed leren centraal staan. Ook op de levensterreinen van zingeving en cultuur wordt door mensen geleerd. In deze cursus wordt duidelijk om welk soort leren het dan gaat (transformatief leren) en wat de leerdoelen van dergelijke transformatieve leerprocessen kunnen zijn. Je ontdekt je eigen leerstijl en reflecteert op en experimenteert met andere stijlen. Je leert lessen te analyseren met het oog op leerstijlen van leerlingen. Kortom: je wordt ingeleid in vragen die te maken hebben met de verschillende manieren waarop leren een rol speelt in het geloven van mensen. Geen Basis 3 Je werkt in deze cursus aan een aantal competenties: - uit de competenties van GPW: Agogisch-educatieve competentie - uit de competenties van GL: 2. pedagogisch 3. vakinhoudelijk-didactisch 7. reflectie en professionalisering - uit de HBO-generieke competenties: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid11. Zelfsturing. K. Lichtendonk Literatuur Opdrachten en colleges. Presentaties en besprekingen van opdrachten. Colleges, coaching

Literatuurlijst Leerstofdrager

Reader

Literatuurlijst Titel Auteur Plaats uitgave

Reflecteren, de basis, hoofdstuk 1 - 4 M. Groen Groningen, 2006


Schrijfopdracht Je analyseert een catechesebijeenkomst. Cijfer 100%


205

4.1.10

ENTH-BN714.V401


Onderwijsinhoud



GELOOFSCOMMUNICATIE

ENTH-BN714.V401 GELOOFSCOMMUNICATIE Education/theologie – GPW/GL Kenmerkende Beroepssituatie 1. Je leert belangrijke voorwaarden voor goede communicatie kennen. 2. Je maakt kennis met de Roos van Leary in relatie tot de dynamiek van groepen. 3. Je leert verschillende doelstellingen van geloofscommunicatie te onderscheiden. 4. Je maakt kennis met de mogelijkheden van literatuur en film voor geloofscommunicatie. 5. Je oefent met gesprekstechnieken in een levensbeschouwelijk gesprek. 6. Je leert gebruik te maken van verschillende mediale middelen om de geloofscommunicatie te stimuleren. 7. Je bent in staat je visie ten aanzien van (een deelthema binnen) geloofscommunicatie helder en verantwoord te verwoorden. 8. Je hebt een open en belangstellende houding tegenover de inbreng van anderen in de dialoog over zingeving en geloof. In deze module maak je kennis met doelen van communicatie in het algemeen en geloofscommunicatie in het bijzonder, verdiep je je en oefen je in gesprekstechnieken en leer je de betekenis en mogelijkheden van verschillende multimediale middelen voor de geloofscommunicatie. Ook maak je kennis met de visie en werkwijze van vertegenwoordigers van het werkveld t.a.v. geloofscommunicatie. Geen Basis 3 GPW: Agogisch-educatieve en pastorale competentie GL: 1. Persoonlijk 5. Samenwerking collega’s 7. Reflectie en professionalisering HBO-generieke competenties: 5. Creativiteit 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 11. Zelfsturing K. Lichtendonk Literatuur Opdrachten en colleges. Presentaties en besprekingen van opdrachten. Colleges, coaching


Reader

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Jaar uitgave

Elementaire sociale vaardigheden Boek Kees van Meer, Jos van Neijenhof, Mieke Bouwens Houten e 2011, 3 druk



Schrijfopdracht Je schrijft een verslag waarin je opneemt: Een interview over geloofscommunicatie met een beroepskracht die actief is op het terrein van geloofscommunicatie. Je beschrijft een bijeenkomst voor een door jezelf te bepalen doelgroep die als doel de geloofscommunicatie heeft. Cijfer 100%


206

4.1.11

ENTH-SLB1A/1B.V401

OE Verkorte naam/code Lange naam School Soort OE Doelstelling

Onderwijsinhoud




ENTH-SLB1A.V401 en ENTH-SLB1B.V401 STUDIELOOPBAANBEGELEIDING Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je  leert om de eigen ervaringen en de feedback van anderen in te zetten in de eigen ontwikkeling;  leert om de eigen mogelijkheden en kwaliteiten te zien en die in te zetten in de beroepspraktijk;  leert zelf sturing te geven aan het leerproces;  hebt kennis van verschillende vormen van intervisie en kunt reflectieverslagen maken;  hebt zicht op jezelf als persoon, op je motivatie en spiritualiteit en je kunt jezelf inbrengen en je motivaties en spiritualiteit verbinden met je handelen in de praktijk;  kunt een POP en PAP maken op basis van de door de opleiding gehanteerde competenties;  hebt kennis van de beroepstaken, de vereiste kennis, vaardigheden en houding die nodig zijn voor de uitoefening van het beroep. Je leert met gebruikmaking van verschillende instrumenten wat je kwaliteiten, motivatie en spiritualiteit zijn met betrekking tot je toekomstige beroep. Je maakt je eigen autobiografie en doordenkt die in relatie tot je ontwikkeling. Je doet tevens onderzoek naar je toekomstige werkplek. Geen Basis 4 HBO-generiek: 11. Zelfsturing E. Groen Literatuur, internet, studieloopbaankit Windesheim Portaal Poplessen (klassikaal), commentaar op reflectieverslagen, testen/metingen, schrijven biografie Individuele begeleiding, coaching bij POP en PAP

Nader te bepalen, wordt overlegd bij start colleges

Portfolio met daarin tevens POP en PAP Gedurende de colleges worden verschillende reflectieopdrachten gegeven voor studieloopbaansturing, waaronder leerwerkplekplan, motivatiereflectie, kwaliteitenreflectie, biografie, reflectieverslagen, pop, pap. Aanwezigheidsverplichting Voldaan/niet voldaan 100%


207

4.1.12 ENTH-LWT1V .V401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


LEERWERKTRAJECT JAAR 1

ENTH-LWT1V.V402 LEERWERKTRAJECT JAAR 1 Education/theologie - GCS Kenmerkende beroepssituatie 1. De student oriënteert zich op kenmerkende beroepssituaties binnen de praktijk van GL of GPW. 2. De student reflecteert op zijn ervaringen in relatie tot zichzelf als professional. 3. De student formuleert leervragen naar aanleiding van de LWT. De student loopt stage en verkent de competenties van GL/GPW. De student kan de benodigde competenties vergelijken met de reeds aanwezige competenties d.m.v. reflectie op de praktijkervaringen in verslagen en in de groepsbijeenkomsten. Op basis hiervan kan de student aangeven welke vragen centraal staan bij het leerproces van jaar 2. Geen Basis 5 Alle 4 domeincompetenties voor GPW Alle 7 SBL-competenties van GL G. van de Bunt Vakcoach Stage, groepswerk, presentaties Colleges, groepsbegeleiding, coaching


N.v.t.


Verslag Verslag van de stagewerkzaamheden en reflectie daarop Cijfer 100%


208

4.2. ONDERWIJSEENHEDEN HOOFDFASE

JAAR 2


4.2.1

ENTH-B705.V402



Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Jaar uitgave Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


SPIRITUALITEIT EN BEROEP

ENTH-B705.V402 SPIRITUALITEIT EN BEROEP Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Verwerven van inzicht in spiritualiteit door kennis te nemen van verschillende spirituele personen, tradities en vormen. Oefenen met spirituele vaardigheden en houdingen. Verkennen van je persoonlijke spiritualiteit. Een eigen visie ontwikkelen op het werken met spiritualiteit in kerk en samenleving. Je leert in deze module om te gaan met verscheidenheid in spiritualiteit en je eigen spiritualiteit te verkennen en te verbeelden en onder woorden te brengen. ENTH-B703 Basis 5 Domeinspecifieke competentie: Missionair HBO-generiek: 4. transfer en brede inzetbaarheid, 8. sociaal-communicatieve bekwaamheid E.C.T. de Jongh Literatuur Klasse-leergesprek, geestelijke oefening, verblijf in klooster Colleges, groepsbegeleiding, coaching.

Een levensregel voor beginners (Tielt: Lannoo, 2000) Boek W. Derkse Tielt 2000 Reader

Referaat, levensbeschouwelijke biografie, reflectieverslag Gedurende de colleges wordt er een presentatie van je verwacht over een nog te bepalen onderwerp. Verder krijg je verwerkingsopdrachten waarin gekeken zal worden naar persoonlijke verwerking, theologische en methodische verantwoording, inclusief een reflectie-leerverslag. 100% aanwezigheidsplicht. Cijfer 25% referaat 25% biografie 50% reflectieverslag


209

4.2.2 ENTH-B715.10.V402 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



GELOOF EN IDENTITEIT in het PUBLIEKE DOMEIN: ETHIEK

ENTH-B715.10.V402 GELOOF EN IDENTITEIT IN HET PUBLIEKE DOMEIN: ETHIEK Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend - De student leert in drie deelmodules analyseren hoe complexe zingevings- en identiteitsvraagstukken een rol spelen in commerciële en non-profit organisaties, en in het publieke debat in de huidige plurale samenleving, vanuit descriptieve, ethische en theologische perspectieven. - De student verwerft basiskennis van godsdienstsociologie, politieke ethiek en theologische cultuurhermeneutiek. We analyseren hoe complexe zingevings- en identiteitsvraagstukken een rol spelen in commerciële en non-profit organisaties, en in het publieke debat in de huidige plurale samenleving. In deze deelmodule gaat het met name om politiek-ethische perspectieven. De inhoud van deelmodule 1 is: 1. Inleiding tot de basisbegrippen van de ethiek. 2. Inleiding tot de klassieke bronnen van de Westerse ethiek 3. Analyse van de relatie tussen waarden en normen enerzijds en de culturele diversiteit in moderne westerse samenlevingen anderzijds 4. Presentatie van een stappenplan als hulpmiddel voor het analyseren en evalueren voor de omgang met religie in het publieke domein. 5. Evaluatie van concrete Nederlandse beleidspraktijken wat betreft de omgang met religie in de domeinen onderwijs en zorg door middel van het stappenplan. Geen Bachelor 3 - Theologisch: 1. Agogisch-Educatieve competentie, Missionaire competenties. - HBO-generiek: 2. multidisciplinair en geïntegreerd 3. toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoekresultaten 11. zelfsturing H.H. Zegwaart Literatuur, film Werkcolleges, opdrachten, presentaties, literatuurstudie. Colleges, en coaching bij het uitvoeren van het stappenplan

Basisboek Ethiek Boek 978-9—01-30002-9 Wieger van Dalen e Groningen, 2012, 2 druk

Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Jaar uitgave

Religie in de krant Boek ISBN 90-5625-181-3 Gerard Wiegers en Herman Beck 2005, 1e druk

Titel Leerstofdrager Auteur Jaar uitgave

Reader Blackboard Teksten van H. Zegwaart 2012


Portfolio met onderzoeksverslag Portfolio met werkcolleges, studievragen, opdrachten uit het boek en presentaties tijdens colleges, opdrachten en afsluitend essay Cijfer 100%


210

4.2.3

ENTH-B715.20.V401

GELOOF en IDENTITEIT in het PUBLIEKE DOMEIN:

SOCIOLOGIE VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

ENTH-B715.20.V401 GELOOF EN IDENTITEIT IN HET PUBLIEKE DOMEIN: SOCIOLOGIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend - De student leert in drie deelmodules analyseren hoe complexe zingevings- en identiteitsvraagstukken een rol spelen in commerciële en non-profit organisaties, en in het publieke debat in de huidige plurale samenleving, vanuit descriptieve, ethische en theologische perspectieven. - De student verwerft basiskennis van godsdienstsociologie, politieke ethiek en theologische cultuurhermeneutiek. We analyseren hoe complexe zingevings- en identiteitsvraagstukken een rol spelen in commerciële en non-profit organisaties, en in het publieke debat in de huidige plurale samenleving. In deze deelmodule 2 gaat het met name om sociologische perspectieven. 1. We maken kennis met de godsdienstsociologische benadering en zoomen in op de vraag hoe godsdienst/ religie/ levensbeschouwing in de huidige samenleving aanwezig is in kerkelijke organisaties en daarbuiten. 2. We verkennen literatuur en actuele onderzoeken over religie in het publieke domein. Geen Bachelor 4 - Theologisch: 1. Agogisch-Educatieve competenties: 1.3.1, 1.3.8, 3.1 en 3.3 & 3. Missionaire competenties. -HBO-generiek: 2. multidisciplinair en geïntegreerd 3. toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoekresultaten 11. zelfsturing A. J. Jonker Literatuur, internet, Artikelen Werkcolleges, opdrachten, literatuurstudie. Colleges

Godsdienst en samenleving Boek (verplicht aan te schaffen) G.Dekker, H.C.Stoffels Kampen 2011 (9e druk!) e

2 aanbevolen Engelstalige boek geannuleerd

Lesverslag en analyse Lesverslag en analyse van krantenartikelen en een casus Cijfer 100%


211

4.2.4 ENTH-B715.30.V401 GELOOF EN IDENTITEIT in het PUBLIEKE DOMEIN: THEOLOGIE VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



ENTH-B715.30.V401 GELOOF EN IDENTITEIT IN HET PUBLIEKE DOMEIN: THEOLOGIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend - De student leert in drie deelmodules analyseren hoe complexe zingevings- en identiteitsvraagstukken een rol spelen in commerciële en non-profit organisaties, en in het publieke debat in de huidige plurale samenleving, vanuit descriptieve, ethische en theologische perspectieven. - De student verwerft basiskennis van godsdienstsociologie, politieke ethiek en theologische cultuurhermeneutiek. We analyseren hoe complexe zingevings- en identiteitsvraagstukken een rol spelen in commerciële en non-profit organisaties, en in het publieke debat in de huidige plurale samenleving. In deze deelmodule gaat het met name om theologische perspectieven. 1. We analyseren hoe complexe zingevings- en identiteitsvraagstukken een rol spelen in bepaalde organisaties en in het publieke domein in de huidige plurale samenleving. Naast beschrijvende (cultuurhermeneutische) perspectieven, komen vooral ook theologische perspectieven aan bod. 2. We denken ook na hoe je vanuit verschillende beroepspraktijken kunnen inspelen op deze ‘nieuwe religiositeit’. We werken met voorbeelden en casussen uit diverse praktijken zoals onderwijs, kerkelijk jongerenwerk, rituele begeleiding, zorg en urban mission. Geen Bachelor 3 - Theologisch: 1. Agogisch-Educatieve competenties: 1.3.1, 1.3.8, 3.1 en 3.3 & 3. Missionaire competenties. - HBO-generiek: 2, 3 en 11. ?? Literatuur, readers Werkcolleges, opdrachten, presentaties, literatuurstudie, excursie Colleges

Literatuurlijst De hand van God en andere verhalen Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave

Boek (verplicht aan te schaffen) Ganzevoort, R.R. Zoetermeer, 2006

Titel Leerstofdrager Auteur

Religie in diverse sectoren in de samenleving Reader (te bestellen bij opleiding in Zwolle) Samengesteld door A.A.W. Zondervan


Portfolio en afsluitend essay Portfolio met presentaties tijdens colleges, opdrachten en afsluitend essay Cijfer 100%


212

4.2.5

ENTH-BN716.V401


Onderwijsinhoud



PLANNING EN ORGANISATIE

ENTH-BN716.V401 PLANNING EN ORGANISATIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De student kent de elementaire beginselen van de organisatietheorie De student kan een analyse maken van een organisatie met behulp van de schemata uit de literatuur De student kan een projectplan maken De student kan een planning maken voor een project De student leert om een organisatie kritisch door te lichten, naar cultuur, inhoud, doelen, strategie en structuur en om aan te geven hoe deze samenhangen en welke verbeterpunten er zijn. Naast het doorlichten van organisaties werken we ook aan projectmatig werken. De student leert in groepen werken. Geen Gevorderd 3 Agogisch-educatief Basiskwalificering managementfuncties, Zelfsturing, Brede professionalisering Probleemgericht werken, Sociaal communicatieve bekwaamheid E. Groen N.v.t. Hoorcollege, werkcollege, coaching Coaching, college, e-mail contact, blackboard

Nader te bepalen

Werkstuk, procesverslagen Werkstuk en aanwezigheidsplicht van 80% Cijfer 100%


213

4.2.6

ENTH-BCL21 .V401 INLEIDING IN DE WERELDGODSDIENSTEN





ENTH-BCL21.V401 INLEIDING IN DE WERELDGODSDIENSTEN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Eerste kennismaking met de Wereldreligies Inleiding in de belangrijkste religies van de wereld: het christendom, het jodendom, de islam, het boeddhisme en het hindoeïsme. Met aandacht voor de geschiedenis, de geschriften, de diverse godsvoorstellingen, voor riten en symbolen, voor leefregels en feesten. Ook wordt de link gelegd naar de Nederlandse situatie. Geen Basis 4 Beroepsspecifiek: Pastoraal, agogisch-educatief, liturgisch en missionair HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 4. Transfer 6. Probleemgericht werken R. Hessel AVC Middelen Hoor en werkcolleges, gastcolleges Instructie en begeleiding

Handboek van de Wereldgodsdiensten Boek ISBN 9043512117/ISBN-139789043512114 Partridge, Christopher (red.) Kampen, 2006

Werkstuk, presentatie en eindverslag Aan de hand van een deelthema maken groepen studenten een werkstuk. Dit werkstuk wordt gepresenteerd tijdens het laatste college. Iedere student schrijft een eigen reflectie op de deelstudie en de presentatie. Het geheel wordt in de tentamenperiode ingeleverd. Cijfer 100%


214

4.2.7

ENTH-BREON.V401


Onderwijsinhoud



VERKENNING RELI en ONDERNEMEN

ENTH-BREON.V401 Verkenning Reli en Ondernemen Education/theologie - GPW Ondersteunend Je verwerft inzicht in de praktijken van uiteenlopende bedrijven en projecten op het gebied van Reli&Ondernemen. Het betreft diverse bedrijven en initiatieven die zingeving/spiritualiteit en geloven verbinden met bedrijfsvoering op heel diverse wijzen. Je krijgt inzicht in de mogelijkheden en uitdagingen van het werken als zelfstandig ondernemer. Je leert denken over de inhoudelijk, theologische vragen en komt tot een eerste persoonlijke standpuntbepaling over jouw visie als professional in dit kader. Tijdens deze module maak je kennis met de dynamiek van zelfstandige bedrijfsvoering en het werken met projecten op het terrein van Reli en Ondernemen. Je raakt thuis in de inhoudelijk, theologische en praktische dilemma’s en uitdagingen van deze werkvelden. Op grond van de ervaringen en lesinhoud kom je tot een voorlopige eigen standpuntbepaling over jouw visie als professional in dit kader. Afgerond ENTH-LWT1V Basis 5 ec HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid 5. Creativiteit en complexiteit van handelen. Domeinspecifiek: 8. Agogisch educatief 10. Pastoraal 11. Missionair M.A. Timmerman en gastdocenten Colleges, opdrachten, excursie(s) Colleges, observatie- en andere opdrachten, verslaglegging Colleges, docentcontact


Artikelen worden via blackboard ter beschikking gesteld.

Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering

Portfolio Portfolio met presentatie tijdens colleges, opdrachten en eindreflectie Cijfer

Wegingsfactor

100%


215

4.2.8

ENTH-INT53.D413

VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties



ENTH-INT53.D413 EDUCATIE EN ONTMOETING Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituaties Je kunt op verantwoorde wijze omgaan met training en toerusting. Je leert met gebruikmaking van theorie en werkvormen hoe je bijeenkomsten op een zinvolle wijze kunt vormgeven voor jouw doelgroep. Geen Gevorderd 4 Beroepsspecifiek: agogisch-educatieve competentie HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. multidisciplinair en geïntegreerd 7. methodisch en reflectief denken en handelen 8. sociaal-communicatieve bekwaamheid J. Kemman K. Lichtendonk Literatuur Interactieve hoor- en werkcolleges Colleges en coaching bij opdrachten

n.o.t.k.

Opdrachten en Verslaglegging Opdrachten: college-opdrachten en praktische opdracht Verslaglegging: verantwoording en leerverslag Cijfer 100%


216

4.2.9 ENTH-VAA3.D402 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit

Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

PRESENTATIE VERHAAL

ENTH-VAA3.D402 PRESENTATIE VERHAAL Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De student oefent beeldend en spanningsvol vertellen Verhaalopbouw; beeldend vertellen; presentatie; stemgebruik; interactie Geen Basis 3 Beroepsspecifiek: Liturgische, agogisch-educatieve competentie P. Pronk Bestaande en zelfgeschreven verhalen, stem en lijf Praktijkopdrachten, presentaties, interactie Coaching en feedback bij opdrachten van docent. Verder is de docent via email ook buiten de lestijden te bereiken voor vragen.

Geen literatuur

Presentaties in les en verslag De student doet oefeningen in de les, houdt een eindpresentatie en maakt een verslag. 100% aanwezigheidsplicht Onvoldoende/voldoende/goed 100%


217


Onderwijsinhoud



ONDERWIJS en ICT

ENGL-VAA8.D401 Onderwijs en ICT Education/theologie -GL Ondersteunend Je hebt basiskennis ten aanzien van het onderwijsleerproces. Je beschikt over algemene kennis van ICT-gebruik en ICT-vaardigheden. Je beschikt over algemene kennis over het inzetten van ICT ten aanzien van digitale onderwijsleerprocessen. Je beschikt over de basisvaardigheden om te werken met een ELO (elektronische leeromgeving) en het werken met het digibord. Je ontwikkelt kennis en vaardigheden om te werken met een ELO, het digibord en internetgebruik bij het ontwerpen van je lessen. Je leert wat een digitale didactiek inhoudt en hoe deze toe te passen in het vakgebied godsdienst/levensbeschouwing. Basiskennis ten aanzien van computergebruik en gebruik van internet. Basis 3 Beroepsspecifiek: SBL-competenties (uitgebreid met de specifieke competenties voor levensbeschouwelijke vorming): 1. Interpersoonlijk competent 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent 4. Organisatorisch competent 7. Competent in zelfreflectie en ontwikkeling. HBO-generiek: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen. K. Lichtendonk Computer/laptop; Literatuur Werkcolleges Colleges en coaching bij opdrachten.


Effectief Leren basisboek (Hoofdstuk 2: Effectief leren en directe instructie, de lespraktijk in fasen; Hoofdstuk 6: Bevorderen van een leerklimaat) Boek ISBN 9789001307523 Ebbens, Sebo en Simon Ettekoven Groningen/Houten, 2005, 2e druk


Wat weten we over samenwerkend leren met ICT (wordt op N@tschool geplaatst) Brochure -Meijden, van der, Henny (Stichting Kennisnet) Den Haag, 2007, 1e druk

Titel

Godsdienstpedagogiek van de hoop. Grondlijnen voor religieuze vorming. (Hoofdstuk 10: Cyberspace: een sacrale ruimte?) Boek ISBN 9789033462887 Roebben, Bert Leuven, 2007, 1e druk

Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


Onderwijs-ICT-opdrachten en presentatie.  Je beschrijft een praktijkvoorbeeld van het invullen van een ELO voor een onderdeel van het vakgebied godsdienst/levensbeschouwing en je onderbouwt e.e.a. met de geboden literatuur en collegestof.  Je ontwerpt een (deel van een) les met gebruikmaking van het digi-bord voor een onderdeel van het vakgebied godsdienst/levensbeschouwing en je onderbouwt e.e.a. met de geboden literatuur en collegestof.  Je presenteert je digi-bord les aan je medestudenten. Cijfer 100%


218

4.2.11

ENTH-INT71.D402


Onderwijsinhoud




ENTH-INT71.D402 PLURALITEIT: SPANNING EN DYNAMIEK Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituaties  Je hebt kennis van conflicttheorie en pluraliteit.  Je kunt de theorie hanteren in de praktijk en ontwikkelt een eigen visie op pluraliteit en conflicten vanuit een theologisch en agogisch perspectief.  Je kunt een situatie met moeizame communicatie helder beschrijven en analyseren  Je kunt een sociale kaart ontwerpen of beschrijven en evalueren In de lessen behandelen we aspecten van pluraliteit op drie niveau’s: individu, groepen/organisaties en samenleving en we bekijken de invloed ervan op hermeneutische communicatie. Daarbij wordt nadrukkelijk gekeken naar de invloed van aspecten als sekse, leeftijd en etniciteit. De agogische thema’s worden ook verbonden met theologische perspectieven. In de lessen krijg je criteria aangereikt om een situatie met moeizame hermeneutische communicatie helder te beschrijven en te analyseren. Er is een koppeling met de lessen vaktheorie en de vaardigheidsleerlijn conflicthantering. Je brengt de sociale kaart van de werkplek in het LWT in kaart of je ontwerpt er een als de werkplek geen sociale kaart heeft. Met behulp van aangeboden modellen en informatie verken je hoe de kaart in de praktijk wordt gebruikt of zou kunnen worden gebruikt. Zo mogelijk kom je tot enkele aanvullingen of verbetersuggesties. Geen Bachelor 5 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve en missionaire competentie. HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 6. Probleem gericht werken 8. Sociaal communicatieve bekwaamheid K. Lichtendonk M.J. Kip (sociale kaart) Geen Plenair les, groepsgesprek, werkcollege, beeldmateriaal Colleges

Werken met verschil. De waarde van diversiteit voor mensen en organisaties Boek Limburg, D. & I. Engwirda (red.)

Plaats uitgave

Pearson Education: Amsterdam, 2007

Titel

Wie zijn wij dan? Over erkenning en verbondenheid tussen mensen die mensen die alles, bijna niets, een beetje of heel veel geloven. Boek M. Jansen Zoetermeer: Meinema, 2008

Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


4.2.12

Werkstuk (advies) Opdracht 1:  Je beschrijft een situatie met moeizame communicatie die voortkomt uit pluraliteit en komt tot een analyse van de situatie.  Je geeft een advies ter verbetering van deze situatie met moeizame hermeneutische communicatie met behulp van de theorie en verwoordt de theologische visie van waaruit je tot dit advies komt. Opdracht 2:  Je beschrijft de sociale kaart zoals die op je leerwerkplek gehanteerd wordt, of je ontwerpt een passende sociale kaart. Je doet dit conform de richtlijnen zoals die op het college zijn gegeven. Cijfer Opdracht 1 (Lichtendonk): 80% Opdracht 2 (Kip): 20%

ENGL-INT50.D413

IDENTITEIT EN DIDACTIEK


219


Onderwijsinhoud



ENGL-INT50.D413 IDENTITEIT EN DIDACTIEK Education/theologie - GL Kenmerkende beroepssituatie 1. Je krijgt zicht op identiteitsvorming en op de schoolidentiteit 2. Je krijgt zicht op de rol van de docent in het moderne onderwijsleerproces. 3. Je ontwikkelt je in vakdidactiek en verdiept ICT-vaardigheden. Je leert te kijken naar de vorming van je eigen identiteit en de vorming van de identiteit die plaatsvindt in de leerlingendoelgroep. Je leert te kijken naar de verschillende vormen waarop scholen hun identiteit vormgeven. Je ontwikkelt een professionele identiteit aan de hand van de verschillende docentrollen. Je verdiept kennis en vaardigheden om te werken met een digitale didactiek en hoe deze toe te passen in het levensbeschouwelijke/ godsdienstonderwijs Inzicht in het algemene verloop van de menselijke ontwikkeling. Kennis van de beginsituatie in een klas. Gevorderd 5 Beroepsspecifiek: SBL-competenties (uitgebreid met de specifieke competenties voor levensbeschouwelijke vorming): 1. Interpersoonlijk competent 2. Pedagogisch competent 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent 4. Organisatorisch competent 7. Competent in zelfreflectie en ontwikkeling HBO-generieke competenties: 1. Brede professionaliteit 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal communicatieve bekwaamheid J. Kemman (Utrecht) K. Lichtendonk (Zwolle) Literatuur. Computer/laptop Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching bij opdrachten.

Handboek voor leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W en R van Kralingen Bussum, 2011, 1e druk


Effectief leren. Basisboek Boek ISBN 9789001815448 Ebbens, S. En S. Ettekoven e Groningen/Houten, 2013, 3 druk


Puberbrein binnenstebuiten. Wat beweegt jongeren van 10 tot 25 jaar. (Hoofdstuk 3: Het puberbrein in de klas) Boek ISBN 9789021541952 Nelis, Huub en Yvonne van Sark e Utrecht/Antwerpen, 2009, 2 druk


Godsdienstpedagogiek van de hoop. Grondlijnen voor religieuze vorming. Boek ISBN 9789033462887 Roebben, Bert e Leuven, 2007, 1 druk


Opdrachten en verslaglegging Opdrachten: college-opdrachten en praktische opdracht. Verslaglegging: verantwoording en leerverslag Cijfer 100%


220

4.2.13

ENGL-INT6.D413


Onderwijsinhoud




ENGL-INT6.D413 ONDERWIJSVISIE EN TOETSING Education/theologie – GL Kenmerkende beroepssituatie Je bent instaat om verschillende onderwijskundige visies te herkennen en te benoemen. Je bent instaat om op basis van een visie een periodeplan te maken en toetsvormen te ontwerpen die hierbij aansluiten. Je ontwerpt diverse toetsvormen en voert ze uit in de praktijk. Je kunt de wijze van toetsen verantwoorden vanuit een onderwijskundige visie. Je leert tijdens deze module verschillende onderwijskundige visies te herkennen ten aanzien van het vakgebied en te zien welke gevolgen dit heeft voor onderwijsinhouden en toetsvormen. Je bent in staat om zelf toetsvormen en een periode plan te ontwerpen op basis van een visie. Tijdens je stage ben je bezig de opdrachten die behoren bij deze module vorm te geven en uit te voeren. Geen Gevorderd 5 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 6. Probleem gestuurd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: SBL-competenties: Pedagogisch, vakinhoudelijk en didactisch. K. Lichtendonk (Utrecht) R. Scheurwater (Zwolle) Literatuur Opdracht uitgevoerd tijdens LWT; groepswerk, werkcollege Colleges en coaching

Handboek voor leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W. en R. van Kralingen e Bussum, 2011, 1 druk






Godsdienst/levensbeschouwing als examenvak (wordt in de ELO geplaatst) Brochure Besturenraad, Concent, VGS/BGS e Voorburg, 2006, 1 druk


221




Beschrijving, verslaglegging, presentatie. 1. Je geeft een duidelijke beschrijving van jouw onderwijskundige visie op onderwijs en de positie van het vak godsdienst/levensbeschouwing daarin en van de rol van de leerling en de docent hierbinnen. 2. Je geeft een beschrijving van mogelijke toetsvormen (min. 3) volgens criteria waarin kennis van de diversiteit van toetsvormen herkenbaar tot uiting komt. En je maakt een voorbeeldtoets. Cijfer 100%


222

4.2.14

ENGL-INT71.D401


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel

LEERLINGBEGELEIDING

ENGL-INT71.D401 LEERLINGBEGELEIDING Education/theologie – GL Kenmerkende beroepssituatie Je weet dat het begeleiden van leerlingen een wezenlijk deel uitmaakt van het leraarschap. Je maakt je een professionele houding eigen ten aanzien van het begeleidende mentoraat en ten aanzien van leerlingen die extra zorg en begeleiding nodig hebben. Je hebt kennis van de verschillende zorglijnen die binnen en buiten de school beschikbaar zijn voor leerlingen die extra zorg nodig hebben. Je hebt kennis van specifieke kenmerken die optreden bij problemen op sociaal-emotioneel gebied; bij psychopathologische problemen en bij leerlingen die vanwege hun (hoog)begaafdheid extra zorg en begeleiding nodig hebben om het onderwijs met een goed resultaat te kunnen doorlopen. Je kunt voor leerlingen die extra zorg en begeleiding behoeven, concrete voorstellen ontwikkelen van vormen van passende zorg en begeleiding, binnen de klas, binnen de school en buiten de school en deze zorg en begeleiding implementeren in de klas. Je hebt inzicht in de sociaal-emotionele ontwikkeling van de doelgroep in het tweedegraads onderwijs. Je hebt inzicht in hoe je van een mentorklas een groep kunt vormen en hoe je aan het mentoraat een zinvolle invulling kunt geven. Je hebt inzicht in de verschillende zorglijnen en begeleidingsmogelijkheden binnen en buiten de school en in jouw verantwoordelijkheden hierbinnen. Je kunt ten aanzien van de leerlingen die door problemen op sociaal-emotioneel gebied, psychopathologische problemen en (hoog)begaafdheid extra zorg en begeleiding behoeven, een, op de persoonlijke zorg- en begeleidingssituatie van de leerling toegesneden, handelingsplan opstellen. Kennis van de ontwikkelingspsychologie van kinderen en adolescenten Gevorderd 6 Beroepsspecifiek: SBL-competenties: 1. Interpersoonlijk competent 2. Pedagogisch competent; 5. Competent in samenwerken met collega’s; 6. Competent in samenwerken met de omgeving. 7. Competent in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen. K. Lichtendonk Literatuur Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching

Handboek voor leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W. en R. Van Kralingen e Bussum, 2011, 1 druk


Ik heb ook wat te vertellen! Communiceren met pubers en adolescenten. (Hoofdstuk 3 Pubers opvoeden: vallen en opstaan) Boek 9789066656529 Delfos, Martine Amsterdam, 2007, 6e druk


Handboek voor elke mentor Boek ISBN 9080855537 Bakker-de Jong, Maya en Ivo Mijland Esch, 2005, 2e druk


223

Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor Naam toets Omschrijving


Kennistoets De theoretische kennis uit de literatuur wordt getoetst om een basis te garanderen voor de uitvoering van de bij de module behorende praktische opdracht. Cijfer 40% Praktische opdrachten LWT 1. Je schrijft een handelingsplan voor een zorgleerling en hanteert hierbij de criteria die daarvoor zijn opgesteld in de bestudeerde literatuur. 2. Je schrijft een handelingsplan voor een hoogbegaafde leerling en hanteert hierbij de criteria die daarvoor zijn opgesteld in de bestudeerde literatuur. 3. Je kiest voor het onderdeel mentoraat uit een van de volgende opdrachten en schrijft hiervan een verslag:  Gesprek met een leerling over bijzondere aandachtspunten in zijn/haar leven  Geef een (of meer) mentorles(sen)  Laat in een klas een sociogram maken. De uitkomsten hiervan bespreek je met de mentor (bekijk bijvoorbeeld samen of de uitkomst herkenbaar is, of er actie moet worden ondernomen (welke?) enz.) Cijfer 60%


224

4.2.15

ENTH-GKINT2.D401


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

VRIJWILLIGERSMANAGEMENT

ENTH-GKINT2.D401 Vrijwilligersmanagement Education/theologie GPW Kenmerkende beroepssituaties  Je hebt kennis van gemeenteopbouw en kunt de kennis toepassen in een concrete situatie  Je kunt het vrijwilligersbeleid analyseren en oplossing aandragen om samenwerking met teams te bevorderen  Je kunt groepen observeren en samenwerkingsfactoren tijdens het werkplekleren benoemen  Je kunt modellen op basis van een verkennend onderzoek toetsen in je werkplekorganisatie  Je kunt een advies schrijven en presenteren We behandelen de theorie van het gemeenteopbouwwerk en analyseren op basis daarvan het beleid van je stageplek. Op basis van de theorie uit het vak gemeente opbouw en de vaardigheden en kennis van beleidsplannen en projectmatig werken analyseer je het vrijwilligersbeleid van je leerwerktraject en geef je adviezen voor verbetering. Projectmatig werken/beleidsplan Gevorderd 5 Beroepsspecifiek: agogisch/educatief HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid. E. Groen Literatuur Groepswerk, testen, frontaal les Colleges, groepsbegeleiding, coaching

Voor de verandering Boek ISBN 9789023923954 Sake Stoppels Zoetermeer, 2009, 1e druk Werven, begeleiden en uitzwaaien werkboek (te bestellen bij het landelijk dienstencentrum van de PKN) Peet Valstar (samensteller) Utrecht, 2007

Eindverslag Je maakt een analyse van het vrijwilligerswerk in het kader van gemeenteopbouw en maakt een advies ter verbetering Cijfer 100%


225

4.2.16

ENTH-RSINT21.D402


Onderwijsinhoud



ENTH-RSINT21.D402 MISSIONAIRE PRESENTIE Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituaties Je hebt ontdekt dat de stad een eigen bron van kennis is. Je ervaart een perspectiefwisseling die nieuw zicht geeft op jezelf en je eigen geschiedenis en die je kunt verbinden met eigen handelen en visie. Je bent authentiek beschikbaar en kan aanwezig zijn bij anderen. Je legt contacten met mensen en wordt je bewust van ontvangen en geven in relaties. Je hebt zicht op ontstaan, realiteit en uitwerking in de praktijk van de presentiebenadering. Je bent in staat deze te doordenken in relatie tot theologisch-missionaire tradities. In de lessen komen aan de orde: ontstaan, realiteit en uitwerking van de presentiebenadering en verbonden met de praktijk van het LWT. De ervaring van de exposure en nieuwe ervaring van de werkcontext wordt geëvalueerd in relatie tot beroepsrol/houding en theorie. Het betreft ook methodische vragen in de praktijk van de presentie. Tevens doordenking van de (mogelijk) theologisch/missionaire betekenis van de presentie. Geen Gevorderd 5 Beroepsspecifiek: Missionaire en pastorale competentie HBO-generiek: 3. Wetenschappelijke toepassing 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid. M.A. Timmerman Literatuur Werkcollege en digitale werkvormen Coaching



Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave

Theorie van de presentie Boek Baart, A. Utrecht, 2001, 3e druk



Verslag van leerproces en essay of artikel Verwerking van theorie in relatie tot eigen persoonlijke vraagstelling en casuïstiek (of anderszins een situatie) uit het leerwerktraject, in een integraal verslag. Cijfer 100%


226

4.2.17

ENTH-ZZINT2.D402


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor


ENTH-ZZINT2.D402 ETHIEK EN PASTORAAT IN DE ZORG Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituaties Je bent in staat een situatie waarin ethische besluitvorming of een ethisch dilemma in de gezondheidszorg aan de orde is, te analyseren, daarop te reflecteren en vervolgens aan deze situatie een levensbeschouwelijke bijdrage te leveren. Daarbij kun je je rekenschap geven van je specifieke pastorale rol. In je leerwerktraject kies je, in overleg met je vakcoach, een situatie waarin ethische besluitvorming en/of een ethisch dilemma een rol speelt. Met behulp van in het flankerend onderwijs aangeboden materiaal analyseer je deze situatie. Je reflecteert daarop, eveneens met behulp van op het college aangereikte stof en/of zelf gezochte literatuur en ontwikkelt een eigen bijdrage aan deze situatie. Daarbij leer je je rekenschap te geven van het specifiek eigene van je pastorale rol en de daarmee verbonden dilemma’s. Geen Gevorderd 5 Beroepsspecifiek: 2.3a. Kan binnen instellingen interdisciplinair samenwerken in het kader van vaststellen van zorgplannen en ethische besluitvorming 2.3.1 Kan zorgplannen lezen en interpreteren 2.3.2 Kan een levensbeschouwelijke bijdrage leveren aan een zorgplan 2.3.3 Kan levensbeschouwelijke perspectieven in ethische besluitvorming inbrengen. Daarnaast: 2.1.1 Kan levensbeschouwelijke thema’s herkennen, benoemen en inzetten in geestelijke begeleiding HBO Generiek: 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid H. H. Zegwaart Reader, literatuur. Gesprekken met de vakcoach en de docent, groepsgesprek, ondersteunend onderwijs. Colleges, groepsbegeleiding

Beroepsethiek voor Pastores Boek ISBN 978-90-5573-581-9 Schenderling, J. e Budel, 2008, 1 druk Website over medische en zorgethiek Website: http://www.ethics.be/ethics/

Werkstuk Analyse van en reflectie op een ethisch dilemma of probleem in de Zorg; doordenking van de rol van Geestelijk Verzorger. Cijfer 100%


227




SPREKEN OVER GOD

ENTH-CL81.D401 SPREKEN OVER GOD Education/theologie - GPW/GL Ondersteunend De student verwerft zich inzicht in een deel van de systematische theologie en in de filosofische aspecten daarvan. Inhoud betreft A. het systematisch-theologisch denken over God, Christus, en verhouding Kerk/Christendom versus Synagoge/Jodendom/Israel en B. filosofische achtergronden hierbij Onderwijseenheid ‘God en mens’ afgerond Gevorderd 3 Theologisch: gericht op de inhoudelijk vaardigheid bij alle theologische competenties. HBO-competenties: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten; Past uitkomsten van (wetenschappelijk) onderzoek toe bij vraagstukken waarmee zij in de beroepsuitoefening wordt geconfronteerd H.H. Zegwaart Literatuur; behalve de tekst uit McGrath zal ook enige literatuur in kopie te lezen verondersteld worden omtrent les ‘Israël’. Deze teksten zijn nu nog niet bekend. Hoorcollege en bij voldoende tijd open leergesprek of werken in groepen Colleges


Christelijke theologie, Een introductie Boek ISBN 978 90 242 7803 9 A McGrath Kampen, 2008, 1e druk


Schriftelijk tentamen Aan de hand van vragen over de studiestof Cijfer 100%


228

4.2.19

ENTH-VAA71.D401



Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Jaar uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


CONFLICTHANTERING

ENTH-VAA71.D401 CONFLICTHANTERING Education/theologie – GPW + GL Ondersteunend Je versterkt je communicatieve houding in het omgaan met conflicten en het leveren van een positieve bijdrage aan de hantering daarvan Je versterkt je communicatieve houding aangaande het omgaan met conflicten: Je maakt probleemsituaties bespreekbaar en gaat conflicten niet uit de weg; Je weet met uitingen van gevoelens om te gaan; Je kunt je inleven in gedachten, gevoelens en situaties van anderen en kan deze communiceren; Je ziet observaties van anderen als aanvulling en informatie Deze training is alleen te volgen in combinatie met de integrale leerlijn. Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief. HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 6. Probleemgericht werken 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid E. Groen Literatuur Frontaal les, rollenspelen, thuisopdrachten Colleges

Trainingsboek conflicthantering en mediation Boek ISBN10: 9031350524 Prein, H. 2007, 5e druk of hoger Bezielend leiding geven Boek ISBN10: 9025953131 Grün, A. Baarn, 2002, 7e druk

Verslag Je beschrijft je eigen sterke en zwakke kanten bij conflicthantering, je stijl en de bijbehorende (on)mogelijkheden en de ontwikkeling daarvan in relatie tot deze lessen. Daarnaast geef je een reactie op het boek van Grün in relatie tot conflicthantering. 100% aanwezigheid- en voorbereidingsplicht. Onvoldoende, voldoende, goed 100%


229

4.2.20 ENGL-VAA6.D413 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



LEERPLANONTWIKKELING

ENGL-VAA6.D413 LEERPLANONTWIKKELING Education/theologie – GL Ondersteunend Je schrijft een leerplan voor het vak godsdienst / levensbeschouwing voor de onderbouw HAVO/VWO. Je kunt dit leerplan onderbouwen met relevante criteria uit de aangeboden literatuur. Je leert werken met kerndoelen, eindtermen en criteria. Je ontwerpt een curriculum voor het vak/godsdienst levensbeschouwing. Je bent in staat om rekening te houden met de doelgroep die valt onder het tweedegraads onderwijs. Geen Bachelor 3 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisclininair 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: SBL-competenties: vakinhoudelijk en didactisch, organiseren, samenwerken collega’s, samenwerken omgeving. K. Lichtendonk (Utrecht) R. Scheurwater (Zwolle) Literatuur, Hoor- en werkcolleges. Colleges en coaching

Handboek voor leraren Boek ISBN 9789046902509 Geerts, W. en R. van Kralingen Bussum, 2011, 1e druk






Godsdienst/levensbeschouwing als examenvak (wordt in de ELO geplaatst) Brochure Besturenraad, Concent, VGS/BGS Voorburg, 2006, 1e druk


230




Leerplan 1. Je schrijft een leerplan voor het vak godsdienst/levensbeschouwing. Je onderbouwt dit met gebruikmaking van de literatuur. 2. Je maakt als brainstorm voor, of als samenvatting van je opzet van een leerplan een mindmap Cijfer 100%


231


Onderwijsinhoud



Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

GESPREKSTRAINING

ENGL-VAA9.D413 GESPREKSTRAINING Education/theologie - GL Ondersteunend Je kent verschillende communicatiemodellen en communicatietechnieken die passen bij de schoolomgeving en de doelgroep van het tweedegraads onderwijs. Je ontwikkelt een aandachtige, open en luisterende houding, Je kunt gebruik maken van hermeneutische communicatie-modellen voor het voeren van het levensbeschouwelijke gesprek. In de schoolsituatie komen vele vormen van gesprek voor. Je maakt in deze module kennis met verschillende algemene en hermeneutische communicatiemodellen en communicatietechnieken. Je leert je te richten op het gedrag en het referentiekader van de ander. Module Leiding geven en omgaan met verschillen Gevorderd 4 Beroepsspecifiek: SBL-competenties: 1. Interpersoonlijk competent; 2. Pedagogisch competent; 5. Competent in samenwerken met collega’s; 6. Competent in samenwerken met omgeving; 7.Competent in reflectie en ontwikkeling. HBO-generiek: 1. Brede professionaliteit; 2. Multidisciplinaire integratie; 6. Probleemgericht werken; 7. Methodisch en reflectief handelen. J. Kemman Literatuur, video-opnameapparatuur. Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching

Ik heb ook wat te vertellen! Communiceren met pubers en adolescenten. (Hoofdstuk 4: Gesprekken voeren: Belangstelling en respect; Hoofdstuk 5: De puber bevragen: Hoor en wederhoor; Hoofdstuk 7: Gespreksvoering Leeftijdsgewijs) Boek 9789066656529 Delfos, Martine Amsterdam, 2007 6e druk Puberbrein binnenstebuiten. Wat beweegt jongeren van 10 tot 25 jaar. (Hoofdstuk 9: Multiculturele samenleving: leven in twee werelden) Boek ISBN 9789021541952 Nelis, Huub en Yvonne van Sark e Utrecht/Antwerpen, 2009, 2 druk

Verslag Analyseverslag van een eigen gespreksopname en reflectie-leerverslag met onderbouwing vanuit de bestudeerde literatuur. Cijfer 100%


232

4.2.22

ENTH-SLB2A.V402


Onderwijsinhoud


Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets

Omschrijving



ENTH-SLB2A.V402 Studieloopbaanbegeleiding Education/theologie: GPW/GL ondersteunend Je  leert om de eigen ervaringen en de feedback van anderen in te zetten in de eigen ontwikkeling,  leert om de eigen mogelijkheden en kwaliteiten te zien en die in te zetten in de beroepspraktijk,  leert zelf sturing te geven aan het leerproces,  hebt kennis van verschillende vormen van intervisie en kunt reflectieverslagen maken,  je onderzoekt je toekomstige beroep, reflecteert erop in hoeverre je voor dat beroep gemotiveerd en geschikt bent,  kunt een POP en PAP maken op basis van de door de opleiding gehanteerde competenties,  Je hebt kennis van de beroepstaken, de vereiste kennis, vaardigheden en houding die nodig zijn voor de uitoefening van het beroep. Je onderzoekt en exploreert je toekomstige beroep en je reflecteert erop met behulp van diverse instrumenten in hoeverre je voor dat beroep gemotiveerd en geschikt bent. Je ontwikkelt je eigen studie- en loopbaanplanning en verwerft de vaardigheden die je daarvoor nodig hebt. Je komt tot een integratie van verschillende leerprocessen in je leerontwikkeling. SLB-leerlijn eerstejaar, afgesloten POP en PAP eerstejaar Gevorderd 2 HBO-generiek: 11. Zelfsturing E. Groen Literatuur Literatuur, internet, studieloopbaankit Windesheim Portaal -Werkcolleges -groepsbegeleiding met afspraken in kleine leergroepen. -projectweken, internationale excursie en GCS+. Dit is 30 uur per onderdeel (dit is verzamelde “integratietijd” uit diverse vakken.

Boek nader te bepalen, bij start colleges.

Onderdelen: 1. Portfolio 2. Projectweek 1 3. Projectweek 2 4. GCS+ 5. Internationale excursie Het portfolio bevat de onderdelen zoals aangegeven in het handboek SLB. De onderdelen 2,3,4, en 5 zijn een gezamenlijk aanbod van extra voltijd contact en integratietijd. Voldaan/niet voldaan 1. Portfolio (20%) 2. Projectweek 1 (20%) 3. Projectweek 2 (20%) 4. GCS+ (20%) 5. Internationale excursie (20%)


233

4.2.23

ENTH-INV2A/2B.V401


Onderwijsinhoud


INTERVISIE

ENTH-INV2A.V401 en ENTH-INV2B.V401 INTERVISIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent instaat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent in staat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Geen Gevorderd 4 HBO-generiek: 11. Zelfsturing R. Scheurwater Literatuur Groepslessen; groepswerk; reflectieopdrachten Colleges; feedback




Verslaglegging 5 reflectieverslagen van de intervisiebijeenkomsten + 100% aanwezigheid Niet voldaan/voldaan 100%


234

4.2.24

ENTH-LWT2V.V402


Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit

LEERWERKTRAJECT JAAR 2GPW

ENTH-LWT2V.V402 LEERWERKTRAJECT JAAR 2GPW Education/theologie – GCS/GPW Kenmerkende beroepssituatie 1. De student voert de opdrachten uit het leerplan uit in de praktijk op de leerwerkplek 2. De student reflecteert op zijn ervaringen in relatie tot zichzelf als professional 3. De student handelt op gevorderd niveau De student loopt stage en verkent de competenties van GPW. De student voert de opdrachten uit op de leerwerkplek Afgerond LWT 1 Gevorderd 4 Alle 4 domeincompetenties voor GPW

Vakcoach Stage, groepswerk, presentaties Colleges, groepsbegeleiding, coaching.


N.v.t.


Verslag Verslag van de stagewerkzaamheden en reflectie daarop. Cijfer 100%


235

4.2.25

ENGL-LWT2V.V413




Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

LEERWERKTRAJECT JAAR 2GL

ENGL-LWT2V.V413 LEERWERKTRAJECT JAAR 2GL Education/theologie – GCS/GL Kenmerkende beroepssituatie 1. De student voert de opdrachten uit het leerplan uit in de praktijk op de leerwerkplek 2. De student reflecteert op zijn ervaringen in relatie tot zichzelf als professional 3. De student handelt op gevorderd niveau Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen en aan de realisatie van de integrale opdrachten. Afgerond LWT 1 Gevorderd 4 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering; 2. Multidisciplinair en geïntegreerd; 7. Methodisch en reflectief denken en handelen. Beroepsspecifiek SBL (uitgebreid met vakspecifieke aanvullingen): 1 Interpersoonlijk competent; 2.Pedagogisch competent; 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent; 4. Organisatorisch competent; 5. Competent in samenwerken met collega’s; 6. Competent in samenwerken met de omgeving; 7. Competent in reflectie en ontwikkeling Instituutsbegeleider Vakcoach, handboek, literatuur, internet, video Verslaglegging in tweewekelijkse journaals en mbv video-opnames Begeleiding door vakcoach, instituutsbegeleider, video-coaching en gelegenheid voor vragen bij SLB.

Handboek Leerwerktraject (op de ELO)

Lessen in Orde Boek ISBN 9789046901236 Peter Teitler Bussum, 2009, 1e druk



236

4.3


JAAR 3



Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis



VERBEELDING EN RITUELEN IN HET PASTORAAT

ENTH-GKINT3.D402 VERBEELDING EN RITUELEN IN HET PASTORAAT Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie  Je hebt inzicht in het gebruik van rituelen, verbeelding en symboliek in het pastoraat. Je bent in staat om op een methodisch verantwoorde manier op het pastoraat toegesneden rituelen, verbeelding of symboliek te ontwerpen. Je ontwikkelt een open en reflectieve houding t.a.v. het gebruik van rituelen, verbeelding en symboliek in het pastoraat. (De bijbehorende theorie wordt je gedurende deze periode aangeboden.)  Je kunt de werkplek uit het LWT beschrijven en analyseren op missionair diaconaal bewustzijn Je leert in het pastoraat gebruik te maken van rituelen, (narratieve) verbeelding en symbolen. Dat gebeurt aan de hand van een praktijkopdracht. LWT opdracht: beschrijving, analyse en evaluatie van het missionair/diaconaal bewustzijn. Onder deze vakcode vallen 2 onderdelen: Opdracht 1 (Bruinsma-de Beer / van Leeuwen) (80%)  In het pastoraat kunnen, naast gesprekken, ook andere vormen van begeleiding zeer zinvol zijn. Je krijgt inzicht in en leert werken met werkwijzen als rituelen, verbeelding, verhalen en symbolen. Je oefent in het pastoraat met deze vormen van pastoraat en je voert een opdracht uit om je de theorie eigen te maken. Voorwaarde voor deze onderwijseenheid: je bent werkzaam in het leerwerktraject en baseert je opdracht op materiaal uit het LWT. Opdracht 2 (Timmerman) (20%):  Je brengt het missionair-diaconaal bewustzijn van de werkplek uit het LWT in kaart aan de hand van diverse bronnen. Dit kunnen zijn: schriftelijke bronnen, gesprekken met sleutelfiguren, ontmoeting met bezoekers, een omgevingsanalyse. Je evalueert de beschrijving vanuit twee posities: 1. de doelstellingen van de werkplek zelf; 2. de eigen positie, die hierbij wordt geëxpliciteerd. Je rondt af met suggesties ter versterking van het missionair-diaconale bewustzijn. Afgerond LWT van het voorgaande jaar. Afgerond module Verdiepende gesprekstechniek en de module Pastoraat en liturgiek Gevorderd 5 HBO-competenties: 4. Transfer 7. Methodisch en reflectief denken 8. Sociaalcommunicatieve bekwaamheid Beroepsspecifiek: Pastorale en missionaire competentie T.T. van Leeuwen (Utrecht) J. Bruinsma-de Beer (Zwolle) M.A. Timmerman (Zwolle / Utrecht) Reader en aanbevolen literatuur Individuele begeleiding op aanvraag en conceptuele ondersteuning. Zelfstandig uit te voeren LWT-opdracht. Coaching en college Notitie missionair: in week 2 of 3 is een contactuur waarin de opdracht wordt toegelicht.


237


Staat op N@tschool





Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


Opdracht in leerwerktraject Casusbeschrijving met methodische verantwoording, incl. reflectie-leerverslag Cijfer 80%

Notitie missionair bewustzijn De toets is het resultaat van de beroepsopdracht: Een notitie met een beschrijving en evaluatie van het missionair-diaconale bewustzijn op de LWT-werkplek. Tevens worden suggesties gegeven voor versterking van dit bewustzijn. Cijfer 20%


238

4.3.2

ENTH-RSINT3.D402


Onderwijsinhoud



BEGELEIDING IN COMPLEXE SITUATIES

ENTH-RSINT3.D402 BEGELEIDING IN COMPLEXE SITUATIES Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie 1. Je verricht op de werkplek van het LWT een aantal taken met betrekking tot een complexe doelgroep 2. Je kunt de werkplek uit het LWT beschrijven en analyseren op missionair diaconaal bewustzijn Onder deze vakcode vallen 2 onderdelen: LWT opdracht 1 (80%): Je gaat een traject in met mensen uit de doelgroep, die te maken hebben met meerdere problemen (bijv. armoede, ziekte, werkloosheid, eenzaamheid, verslaving). Daarbij wordt methodisch en reflexief gewerkt waarbij de eigen rol als werker helder wordt. In overleg met de vakcoach wordt met iemand of meerder mensen uit de doelgroep op professionele wijze vanuit de presentie-attitude gewerkt gedurende kortere of langere tijd. (De opdracht omvat 20 uren). Daarbij probeer je de zinbeleving (autonomie, besef van waardigheid) van de betrokkene te vergroten. Je reflecteert op deze casus en integreert de aangeboden theorie in een eindverslag. LWT opdracht 2 (20%): Je brengt het missionair-diaconaal bewustzijn van de werkplek uit het LWT in kaart aan de hand van diverse bronnen. Dit kunnen zijn: schriftelijke bronnen, gesprekken met sleutelfiguren, ontmoeting met bezoekers, een omgevingsanalyse. Je evalueert de beschrijving vanuit twee posities: 1. de doelstellingen van de werkplek zelf; 2. de eigen positie, die hierbij wordt geëxpliciteerd. Je rondt af met suggesties ter versterking van het missionair-diaconale bewustzijn. Afgerond LWT van het voorgaande jaar Module missionaire presentie is afgerond Gevorderd 5 HBO-generiek: 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. Probleemgericht werken 10. besef maatschappelijke verantwoordelijkheid Beroepsspecifiek: missionaire competentie M.A. Timmerman (Zwolle) M.J. Kip (Utrecht) Colleges, studiewijzer, literatuur Zelfstandig uit te voeren LWT – opdrachten; ondersteunende colleges vaktheorie 6 colleges; Notitie missionair: in week 2 of 3 is een contactuur waarin de opdracht wordt toegelicht


239

Literatuurlijst Titel Auteur Plaats uitgave

Zinvol hulpverlenen en begeleiden (boek is niet meer verkrijgbaar. Wordt tijdens college ter beschikking gesteld) Banning, H. e Soest, 2001, 1 druk


Theorie van de presentie Baart, A. e Utrecht, 2001, 3 druk


Reader


Type becijfering Wegingsfactor Naam toets Omschrijving


Eindverslag Voor opdracht 1: Eindverslag waarin de casus wordt beschreven en gerelateerd aan elementen uit de theoriecolleges. De vraag staat centraal wat de specifieke bijdrage is geweest van je rol als werker vanuit pastoraal,diaconaal en presentie perspectief, mogelijk gespiegeld aan de werkwijzen van andere hulpverleners. Cijfer 80% Notitie missionair bewustzijn Voor opdracht 2: De toets is het resultaat van de beroepsopdracht: Een notitie met een beschrijving en evaluatie van het missionair-diaconale bewustzijn op de LWT-werkplek. Tevens worden suggesties gegeven voor versterking van dit bewustzijn. Cijfer 20%


240

4.3.3

ENTH-ZZINT3.D403


Onderwijsinhoud

LITURGIE EN PASTORAAT

ENTH-ZZINT3.D403 LITURGIE EN PASTORAAT Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je hebt inzicht in het gebruik van rituelen, verbeelding en symboliek in het pastoraat. Je bent in staat om op een methodisch verantwoorde manier op het pastoraat toegesneden rituelen, verbeelding of symboliek te ontwerpen. Je ontwikkelt een open en reflectieve houding t.a.v. het gebruik van rituelen, verbeelding en symboliek in het pastoraat. 1. In het pastoraat kunnen, naast gesprekken, ook andere vormen van begeleiding zeer zinvol zijn. Je krijgt inzicht in en leert werken met werkwijzen als rituelen, verbeelding, verhalen en symbolen. Je oefent in het pastoraat met deze vormen van pastoraat en je voert een opdracht uit om je de theorie eigen te maken. Voorwaarde voor deze onderwijseenheid: je bent werkzaam in het leerwerktraject en baseert je opdracht op materiaal uit het LWT. 2. Pastoraat - je kunt een zorgplan lezen en analyseren op levensbeschouwelijke thema’s; je bent in staat een eigen zorgvisie te ontwikkelen en zo vanuit jouw eigen expertise een bijdrage te leveren aan de inhoud van het zorgplan. In het pastoraat kunnen, naast gesprekken, ook andere vormen van begeleiding zeer zinvol zijn. Je krijgt inzicht in en leert werken met werkwijzen als rituelen, verbeelding, verhalen en symbolen. Je oefent in het pastoraat met deze vormen van pastoraat. Onder deze vakcode vallen 2 onderdelen: Opdracht 1 (van Leeuwen/Bruinsma) (80%) In het pastoraat kunnen, naast gesprekken, ook andere vormen van begeleiding zeer zinvol zijn. Je krijgt inzicht in en leert werken met werkwijzen als rituelen, verbeelding, verhalen en symbolen. Je oefent in het pastoraat met deze vormen van pastoraat en je voert een opdracht uit om je de theorie eigen te maken. Voorwaarde voor deze onderwijseenheid: je bent werkzaam in het leerwerktraject en baseert je opdracht op materiaal uit het LWT.



Opdracht 2. (Van Leeuwen) (20%) Analyseer een zorgplan op levensbeschouwelijke thema’s en de rol van de geestelijk verzorger; ontwikkel hiermee of hiertegenover een eigen zorgvisie. Ter inleiding op deze opdracht wordt één college gegeven Afgerond LWT van het voorgaande jaar Afgerond module Verdiepende gesprekstechniek; Pastoraat en liturgiek. Bachelor 5 HBO-competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 4. Transfer 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 7. Methodisch en reflectief denken 8. Sociaal-communicatief 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid Beroepsspecifiek: Pastorale competentie T.T. van Leeuwen (Utrecht), J. Bruinsma-de Beer (Zwolle) Reader en aanbevolen literatuur Conceptuele ondersteuning, werkcollege, onderzoek op werkplek; literatuurstudie Coaching en college


241


Staat op N@tschool





Titel Auteur ISBN

Leven in het zorgplan H. Rijksen 9789055732890

Toetsvoorwaarden opdracht 1 Naam toets Pastoraal ritueel (opdracht in leerwerktraject) Omschrijving Casusbeschrijving met methodische verantwoording, incl. reflectie-leerverslag Type becijfering Cijfer Wegingsfactor 80% Toetsvoorwaarden opdracht 2 Naam toets Analyse zorgplan (opdracht in leerwerktraject) Omschrijving Verslag van analyse van een zorgplan en kritische reflectie daarop vanuit een model voor zingeving, uitlopend in een advies ten aanzien van dat zorgplan. Type becijfering Cijfer Wegingsfactor 20%


242

4.3.4

ENTH-INT10.D401


Onderwijsinhoud



LITURGIE - THEORIE EN PRAKTIJK

ENTH-INT10.D401 LITURGIE - THEORIE EN PRAKTIJK Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Liturgie: Je leert belangrijke aspecten van de liturgie kennen, zowel beschouwelijktheologische als praktische en daar zelf een standpunt in in te nemen en een toepassing op te kunnen uitvoeren. Dit gaat gepaard met het zelf-standig uitvoeren van een (gelegenheids-)liturgie inclusief een eenvoudige maar hermeneutisch verantwoorde overweging of meditatieve toespraak. Pastoraat: Je bent in staat de specifieke kenmerken van een doelgroep te verkennen en omschrijven en te bedenken wat dat betekent voor je pastorale aanbod. Liturgie: Theorie van de liturgie; Korte eerste inleiding Homiletiek; Kerkmuziek (met name het kerklied); kerkruimte; liturgische rituelen; stappenplan en draaiboek t.b.v. liturgische voorbereiding; uitvaartliturgie/homiletiek. Pastoraat: Onderzoek en omschrijf de specifieke kenmerken (zie boven) van een tot jouw accent behorende doelgroep. Je maakt daarbij gebruik van literatuur. en je ervaringen in je leerwerktraject. Je voert in je leerwerktraject minimaal één pastoraal gesprek met een gesprekspartner die tot de door jou beschreven doelgroep behoort (wij bevelen overigens twee gesprekken aan). Je vergelijkt je praktijkervaring met de literatuur. Beschrijf en bereflecteer, op grond van de door jou in kaart gebrachte specifieke kenmerken, de pastorale behoeften van de door jou onderzochte groep mensen. Als jij als pastor/buurtwerker/geestelijk verzorger een pastorale relatie met mensen van deze groep aangaat, waar moet je dan specifiek op letten, welke valkuilen zouden er kunnen zijn in het pastorale contact met de door jou beschreven groep en welke pastorale werkvormen zouden juist goed aansluiten bij deze groep? Afgeronde modulen: Liturgie in missionair perspectief, Werken met Symbolen, Verdiepende gesprekstechniek en Pastoraat en liturgiek. Bachelor 5 Beroepsspecifiek: Liturgische en pastorale competentie: HBO-generiek: 3.Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 5. creativiteit en complexiteit van handelen 6. Probleemgericht werken 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid K. Touwen J. Bruinsma – de Beer (Zwolle) T.T. van Leeuwen (Utrecht) Literatuur, videomateriaal, teksten Colleges, oefencolleges Voor de doelgroepopdracht: Zelfstandig werken; opdracht LWT Voor de doelgroepopdracht: docent is beschikbaar om te raadplegen

Liturgie op maat Boek

ISBN 978-908972-015-3 Louis van Tongeren Berne Meander 2009


243



Liturgie: Schriftelijk verslag, digitaal te verzenden Pastoraat: Verslag Liturgie: 1. Beantwoording van de vragen die door de docent verstrekt worden bij de lessen en bij de te lezen literatuur. 2. Verantwoording en uitleg van de zelfgehouden liturgie of meditatieve bijeenkomst en daaraan gekoppeld de leervragen die dit oplevert, met name die voor het persoonlijk handelen als liturg. Hierbij leg je waar mogelijk verband met de behandelde cursusstof. 3. Toelichting bij en verantwoording van de korte preek of meditatieve overweging in deze liturgie of meditatieve bijeenkomst. 4. Evaluatie van de betekenis van deze cursus voor jou. Pastoraat: Doelgroepopdracht (Bruinsma/van Leeuwen): Verslag literatuuronderzoek, verslag praktijkervaring als omschreven in studiewijzer; reflectie op de opgedane ervaringen en aanbeveling voor pastoraal handelen. Cijfer Liturgie: 80% Doelgroepopdracht: 20%


244

4.3.5

ENTH-CL9.D402


Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


MACHT EN ONMACHT

ENTH-CL9.D402 MACHT EN ONMACHT (kerken en ketters) Education/theologie – GPW + GL Ondersteunend Je leert dat de verschillende wijzen van omgaan met de Heilige Geest hebben geleid en leiden tot verschillende visies op kerk en geloof Vanaf de tijd van het Nieuwe Testament worden pneumatologische en ecclesiologische lijnen getrokken naar de kerkgeschiedenis. De ontwikkelingen van de visies op Ambt, Sacrament en Woord in hun relatie tot de Geest van God worden verkend aan de hand van enkele tegenbewegingen als de beweging van de Montanisten, de Katharen en de Spiritualisten. Voorts wordt de huidige situatie verkend. Propedeuse OE’s conceptuele leerlijn Gevorderd 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 2. Multidisciplinair 7. Methodisch en reflectief denken H.H. Zegwaart P.L. Wansink Literatuur Onderwijsleergesprek, praktijkvoorbeelden Colleges en coaching

Kerken, Ketters en de Geest Reader C. van der Laan en H.H. Zegwaart

Werkstuk 6. Je bezoekt een bijeenkomst van een Pinkstergemeente 7. Je bestudeert de visie op ambt en sacrament zoals neergelegd in het PKN rapport ‘Werk in de wijngaard” (2006) 8. Je bestudeert het document ‘Sacramentum Caritas’ (2007) over de eucharistie van paus Benedictus XVI. 9. Je beantwoordt nu de vraag: welke visie op Geest, Woord en Sacrament(en) speelt in deze drie tradities een rol? 10. Beschrijf ook de kerkhistorische achtergrond van deze visies. Alternatief voor studenten afkomstig uit andere geloofsgemeenschappen dan de PKN i.p.v. het PKN rapport: 4. Bestudeer de visie op leiding in de gemeente en de relatie met de Geest in je eigen geloofsgemeenschap 5. Beschrijf de kritiek op resp. het omgaan met rituelen, in het bijzonder doop en avondmaal 6. Hoe plaats je dit in het licht van de kerkgeschiedenis? Cijfer 100%


245

4.3.7

ENTH-VAA9.D402

PRESENTATIE EN NON-VERBALE COMMUNICATIE


Onderwijseenheid

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

ENTH-VAA9.D402 PRESENTATIE EN NON-VERBALE COMMUNICATIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De student oefent en verbetert zijn verbale en non-verbale communicatie. Dit doet hij door middel van oefeningen en door middel van een voorbereide presentatie (het houden en maken van een dagopening of – sluiting). De student voert uit en observeert. De student kiest een aantal gerichte leerpunten waarmee hij deze cursus aan de slag gaat. Daarnaast oefent de student zijn vaardigheden om een duidelijke boodschap over te brengen op zijn hoorders. Wat zorgt ervoor dat de ene boodschap beter landt dan de andere? Wat zijn hulpmiddelen daarvoor? Hoe zorg je dat je presentatie pakkend is? Hoe ga je met spanning en zenuwen om? Waar moet je op letten als je voor een groep staat? Hoe kun je stem en lichaam inzetten ter versterking van je boodschap? Verhalen vertellen Gevorderd 3 Beroepsspecifiek: agogisch-educatieve competentie HBO-generiek: 8. sociaal-communicatieve bekwaamheid A. Doest

Praktijkopdrachten, presentaties, interactie Coaching bij opdrachten

Geen literatuur

Presentaties in les en verslag De student doet oefeningen in de les, houdt een eindpresentatie en maakt een verslag. Voldaan/niet voldaan 100%


246

4.3.8

ENTH-VAA13.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Identificatie Auteur Plaats uitgave

METHODIEK ONDERZOEK 1

ENTH-VAA13.D401 Methodiek Onderzoek 1 Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend De studenten maken kennis met onderzoeksmethoden van praktijkgericht kwalitatief empirisch onderzoek. De student ontwikkelt zo een onderzoekende houding en kan een eigen hbo-theologisch onderzoek opzetten Verkend wordt wat een onderzoekscompetentie is en wat een onderzoekende houding is. Speciale aandacht is er voor de methodische reflectie: hoe vind je betekenis door het verrichten van praktijkgericht onderzoek? Welke kennis en vaardigheden zijn daarvoor nodig? Welke instrumenten zijn er? De studenten leren te onderscheiden tussen verschillende onderzoeksmethoden, hun bruikbaarheid en valkuilen. Er wordt geoefend met onderzoeksontwerpen, en diverse onderzoeken worden geanalyseerd. Ook wordt aandacht besteed aan de vraag hoe in onderzoek hermeneutische verbindingen kunnen worden gelegd tussen (elementen uit) de christelijke traditie en het verstaan van de actuele beroepspraktijk. Deelgenomen aan module: Verstaan van tekst en praktijk Gevorderd 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten J. Snoek Literatuur Hoor/werkcolleges met deelopdrachten Collleges

Praktijkonderzoek In de School, 2012. Voor studenten GL Cyrilla van der Donk & Bas van Lanen Bussum 2012

Titel Identificatie Auteur Plaats uitgave

Praktijkonderzoek In Zorg en Welzijn, 2011. Voor studenten GPW

Titel

Reader Methodiek Onderzoek 1


Cyrilla van der Donk & Bas van Lanen Bussum 2012

Eindopdracht Eigen onderzoeksvoorstel met hermeneutische reflectie Cijfer 100%


247

4.3.9

ENGL-LSINT1.D402


LEERLING EN SPIRITUALITEIT

ENGL-LSINT1.D402 LEERLING EN SPIRITUALITEIT Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je weet de levensbeschouwelijke en/of religieuze betekenisverlening in het algemeen en die van de leerlingen te duiden en uit te leggen (hermeneutiek).

Onderwijsinhoud

Je werkt met de vragen over de zin van het bestaan: zingevende communicatie. Je houdt je bezig met waarden in relatie tot jezelf en de ander/Ander. Je hebt kennis van je eigen cultuur en bronnen en die van de ander. Je kunt werken met verschillende vormen van levensbeschouwelijke communicatie.

Vereiste voorkennis

Afgerond LWT van het voorgaande jaar


Bachelor 5 SBL: 1. Interpersoonlijk competent; 2. pedagogisch competent; 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent; 7. competent in reflectie en ontwikkeling. HBO-generiek: 1 Brede professionalisering; 3. Toepassing relevante inzichten en theorieën, concepten; 5. Creativiteit en complexiteit van handelen; 7. Methodisch; 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid. M. Krol

Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Uitgave

Literatuur en diverse media Hoor- en werkcolleges en fietstocht langs spirituele plaatsen Colleges en coaching

Godsdienstpedagogiek van de hoop Boek ISBN 9033462885 Roebben, B. Acco, 2007, 1e druk



Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Uitgave

Bricolage en Bezieling Boek ISBN10 9031725870 of Ton Zondervan e.a Altiora september 2011


ISBN 13

9789031725878

Tentamen en afrondingsopdrachten Tentamen en afrondingsopdrachten Cijfer 50 % tentamen en 50 % afrondingsopdrachten


248

4.3.10

ENGL-NCL3.D401


Onderwijsinhoud



NARRATIVITEIT

ENGL-NCL3.D401 Narrativiteit Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt omgaan met de betekenis en gelaagdheid van taal. Je hebt inzicht in creatieve didactische manieren, en de pedagogische wijze waarop je recht doet aan de leerling en zijn/haar verhaal. Je kunt bijdragen aan het organiseren en doordenken van viermomenten in de school. Met behulp van het verhaal stimuleer je de leerling in zijn/haar levensbeschouwelijke sensibiliteit. Je leert narratieve bronnen in te zetten als belangrijke bronnen voor de levensbeschouwelijke ontwikkeling van de leerling. Je leert een zinvolle bijdrage te leveren aan het organiseren van en meewerken aan een viering(moment) in de klas of in de school. Afgerond LWT van het voorgaande jaar Bachelor 4 Beroepsspecifiek SBL: 1. Interpersoonlijk competent; 2. Pedagogisch competent; 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent; 4. Organisatorisch competent. HBO-generiek: 1 Brede professionalisering; 3. Toepassing relevante inzichten en theorieën, concepten; 5. Creativiteit en complexiteit van handelen; 7. Methodisch; 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid. J. Kemman Literatuur en diverse media Hoor- en werkcolleges Colleges en coaching


Mondeling tentamen en werkstuk Mondeling tentamen Werkstuk viering Cijfer Mondeling tentamen: 50% Werkstuk viering: 50%


249

4.3.11 ENGL-VDMVAA1.D402 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



ATTITUDEVORMING

ENGL-VDMVAA1.D402 ATTITUDEVORMING Education/theologie - GL Ondersteunend Je  werkt aan het vormgeven van je eigen spiritualiteit.  bent in staat om stil te staan en te oefenen met je eigen attitude in opdrachten.  weet welke attitude nodig is om aan te sluiten bij de beginsituatie van de leerlingen  bent in staat om te reflecteren op deze opdracht. In deze module staat het aanleren van vaardigheden centraal. Je bent in staat om een levensbeschouwelijk gesprek te voeren m.b.v. een kunstwerk en een analyse te maken op de site www.petloss.com a.d.h.v. een kijkwijzer. Geen Bachelor 3 SBL: Interpersoonlijk competent, competent in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid M.Krol Digitale media Individuele opdrachten, internetopdrachten, college College, coaching via de mail

Internet

Eindverslag Je maakt een opname van een kunstgesprek met een klas en werkt de gesprekken uit, daarnaast lever je de behorende opdrachten bij de module in. Cijfer 100%


250

4.3.12 ENGL-INT8.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis




EDUCATIEF ONTWERPEN

ENGL-INT8.D401 EDUCATIEF ONTWERPEN Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je leert het levensbeschouwelijke leertraject te benaderen als een creatief proces waarin het leertraject activerend en aansprekend wordt vormgegeven. In deze module werk je aan het vormgeven van activerende en aansprekende lessen en leertrajecten binnen de levensbeschouwelijke context. Kennis van verschillende vormen van godsdienst en levensbeschouwelijk onderwijs. Kennis van ontwikkelingspsychologie (Erikson) en geloofsontwikkeling (Fowler) van jongeren. Bachelor 4 Beroepsspecifiek SBL: 1. Interpersoonlijk competent; 2. Pedagogisch competent 3. Vakinhoudelijk en didactisch competent; 4. Organisatorisch competent. HBO-generiek: 1. Brede professionalisering; 5. Creativiteit en complexiteit van handelen; 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid K. Lichtendonk Literatuur, ICT, multimedia Interactieve hoor- en werkcolleges, individuele opdrachten Colleges en coaching

n.o.t.k.

Educatieve opdrachten Je ontwerpt drie educatieve opdrachten binnen de levensbeschouwelijke context volgens de criteria van het educatief ontwerpen. Je onderbouwt deze ontwerpen kort met pedagogische en didactische theorie. Cijfer 100%


251

4.3.13 ENTH-SLB3A.V402 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



Omschrijving



ENTH-SLB3A.V402 Studieloopbaanbegeleiding Education/theologie GPW/GL Ondersteunend Je  leert meer inzicht te krijgen in spiritualiteit en persoonlijkheidsontwikkeling, relevante elementen voor je latere functioneren,  leert om de eigen ervaringen en de feedback van anderen in te zetten in de eigen ontwikkeling,  leert om de eigen mogelijkheden en kwaliteiten te zien en die in te zetten in de beroepspraktijk,  leert zelf sturing te geven aan het leerproces,  brengt het eigen netwerk in kaart en onderzoekt het toekomstige beroep,  reflecteert erop in hoeverre hij\zij voor dat beroep gemotiveerd en geschikt is. Je onderzoekt en exploreert je toekomstige beroep en je reflecteert erop met behulp van diverse instrumenten in hoeverre je voor dat beroep gemotiveerd en geschikt bent. Je ontwikkelt je eigen studie- en loopbaanplanning en verwerft de vaardigheden die je daarvoor nodig hebt. Je komt tot een integratie van verschillende leerprocessen in je leerontwikkeling. Slb-leerlijn eerstejaar en tweede jaar, afgesloten POP en PAPen Portfolio Gevorderd 2 HBO-generiek: 11. Zelfsturing M.A. Timmerman Literatuur Literatuur, internet, studieloopbaankit Windesheim Portaal -Werkcolleges -groepsbegeleiding met afspraken in kleine leergroepen. -projectweken, internationale excursie en GCS+. Dit is 30 uur per onderdeel (dit is verzamelde “integratietijd” uit diverse vakken.




252

4.3.14 ENTH-INV3B.V401 VOE Verkorte naam/code Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


INTERVISIE

ENTH-INV3B.V401 INTERVISIE Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; je bent in staat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent instaat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Intervisie jaar 2 Gevorderd 2 HBO-generiek: 11. Zelfsturing

VOE Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit

G. van de Bunt (voor DT+VT samen gedeelte) C. Karsten (voor VT-gedeelte) Literatuur Groepslessen; groepswerk; reflectieopdrachten Colleges; feedback



Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Onderwerp Type becijfering Wegingsfactor

Handboek Leerwerktraject Reader

Verslaglegging 5 reflectieverslagen van de intervisiebijeenkomsten + 100% aanwezigheid Niet voldaan/voldaan 100%


253

4.3.15 ENTH-SUV1.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Naam tijdschrift Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

SUPERVISIE

ENTH-SUV1.D401 Supervisie Education/theologie - GPW en GL Ondersteunend Je leert je zelfsturend vermogen te ontwikkelen. Daartoe creëer je je eigen “interne’ supervisor. In de doorgaande cyclus van “reflectie- op- praktijk” leer je de juiste vragen te stellen en -waar nodig- je handelen bij te sturen. Uitgangspunt voor supervisie zijn werkervaringen vanuit het LWT. Deze ervaringen worden beschreven, besproken en bereflecteerd. De optiek hierbij wordt gevormd door de twee integratieniveaus, die in de supervisie worden nagestreefd. Het eerste niveau is dat van denken- voelen -handelen. Het tweede wordt gevormd door persoon- beroep - context. Einddoel is de eigen-standige professional, die haar werk zelf aanstuurt en corrigeert, wanneer dat nodig is. ENTH-INV1 en ENTH-INV2. Werkzaam in LWT-traject is voorwaarde voor deelname. Bachelor 2 HBO-generiek: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 11. Zelfsturing G. van de Bunt,T.T. van Leeuwen, M.A. Timmerman, A.J. Jonker, W. Huizing, A. Hamming, W. Arts Literatuur Inbreng- resp. werkverslagen, groepsbijeenkomsten, reflectieverslagen. Werkzaam in LWT-traject is voorwaarde voor deelname. Supervisie

Supervisie, schakel tussen hoofd, hart en handen Artikel L. Schuringa SPH tijdschrift, november 1999

Eindverslag 100 % aanwezigheid, actieve en betrokken inzet, inleveren van inbrengen reflectieverslagen Voldaan/niet voldaan 100%


254

4.3.16 ENTH-LWT3A/3B.D402 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties



ENTH-LWT3A.D402 en ENTH-LWT3B.D402 LEERWERKTRAJECT JAAR 3 Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je dient LWT2 afgerond te hebben. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen en aan de realisatie van de integrale opdrachten Afgerond LWT 2 Gevorderd 4 (indien de student de minor Vaktheorie doet, bij de overige minoren is het 2 EC) HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: Pastorale, liturgische, agogisch educatieve en missionaire competentie Instituutsbegeleider Vakcoach, Handboek Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals Begeleiding door de Instituutsbegeleider en gelegenheid voor vragen bij SLB




255

4.3.17 ENGL-LWT3A.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties




ENGL-LWT3A.D401 LEERWERKTRAJECT JAAR 3 Education/theologie – GL Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen en aan de realisatie van de integrale opdrachten Afgerond LWT 2 Gevorderd 2 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen SBL: Interpersoonlijk competent;pedagogisch competent;organisatorisch competent, vakinhoudelijk en didactisch competent en competent in reflectie en ontwikkeling, competent in de samenwerking met collega’s en competent in de samenwerking met de omgeving Instituutsbegeleider Vakcoach, Handboek, literatuur, internet, video Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals en video-opnames Begeleiding door de Instituutsbegeleider, video interactiebegeleiding en gelegenheid voor vragen bij SLB




256

4.3.18 ENTH-VAKag.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties



VAKTHEORIE AGOGIEK (minor Vaktheorie)

ENTH-VAKag.D401 VAKTHEORIE AGOGIEK Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Je kent diagnostische modellen en modellen van organisatievormen in de bijbel Je leert organisaties in beeld te brengen en te diagnosticeren en je leert om adviezen te schrijven. Afgerond agogisch-educatieve competentie op gevorderd niveau Bachelor 3 HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten 4. Transfer en brede inzetbaarheid Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve competenties E. Groen Geen Groepswerk, groepsdiscussie, literatuurstudie Colleges, groepsbegeleiding, coaching

Leren veranderen Boek ISBN 9789013016543 De Caluwé en Vermaak Deventer 2006, 2e geheel herziene druk

Eindverslag Op basis van je plan voor je LWT, werk je aan je eindverslag waarin een diagnose van de LWT werkplek op basis van de aangereikte diagnostische modellen uitgewerkt wordt Cijfer 100%


257

4.3.19 ENTH-VAKed.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Jaar uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

VAKTHEORIE EDUCATIE (minor Vaktheorie)

ENTH-VAKed.D401 VAKTHEORIE EDUCATIE Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie 5. Je hebt kennis van levenslooppsychologie (Erikson), levensbeschouwelijke ontwikkeling (Fowler), van identiteitsontwikkeling (Marcia). 6. Je hebt kennis van de verschillende levensfasen. 7. Je kunt individuele leerprocessen van mensen herkennen, beschrijven en duiden. 8. Je kunt de kennis en vaardigheden uit de levenslooppsychologie, de ontwikkeling van identiteit en levensbeschouwing toepassen in een instrument of activiteit waarmee je met een of meerdere personen uit het werkveld stilstaat bij haar/zijn ontwikkeling van identiteit. In het onderdeel Educatie van deze module wordt stil gestaan bij theorieën over de ontwikkeling van identiteit. Daarnaast zullen kenmerken van verschillende leeftijdsfases verkend worden. Hierbij wordt de relatie gelegd met het werkveld van GPW. Afgerond educatieve competentie op gevorderd niveau Bachelor 3 HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten 4. Transfer en brede inzetbaarheid Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve competenties J. Kemman (Utrecht) K. Lichtendonk (Zwolle) Literatuur Hoorcollege, werkcollege, groepsgesprek, presentaties Colleges en coaching

Levenslooppsychologie Boek Rögels 2009, 3e druk

Praktische opdracht en verslaglegging Uitvoeren opdracht in het LWT t.a.v. identiteitsontwikkeling en verslaglegging hiervan. Cijfer 100%


258

4.3.20 ENTH-VAKet.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Jaar uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


VAKTHEORIE ETHIEK (minor Vaktheorie)

ENTH-VAKet.D401 VAKTHEORIE ETHIEK Education/theologie - GPW Ondersteunend Je leert verschillende vormen van macht onderscheiden en bezint je op de omgang met macht in de beroepspraktijk . Je leert hoe de factor macht een rol speelt in organisaties, in de kerk en in de samenleving. Je maakt kennis met verschillende typen van macht en die te evalueren in het licht van een aantal filosofische theorieën over macht. Ook leer je macht te bezien in het licht van een aantal Bijbelgedeelten waarin de machtsvraag aan de orde komt. Afgerond: Propedeuse modulen conceptuele leerlijn de module Goed en Kwaad Gevorderd 2 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, missionair. HBO generiek: 3. Toepassing relevante inzichten 4. Transfer en brede toepasbaarheid 7. Methodisch en reflectief denken. H.H. Zegwaart Literatuur Onderwijsleergesprek, praktijk voorbeelden Werk- en hoorcolleges en coaching bij het werkstuk

De logica van de Macht e-boek http://www.maukmulder.nl/gratis-boeken.php Mauk Mulder 2004

Werkstuk Uitgaande van een opdrachten in deze module schrijf je een verhandeling over het omgaan met macht. Focus ligt daarbij op de vraag hoe er in het licht van de aard van het werkveld in het verlengde van jouw profiel op een ethisch verantwoorde manier met macht dient te worden omgegaan. Je analyseert de praktijk en evalueert die op basis van de in de module aangereikte stof (colleges en literatuur). Cijfer 100%


259

4.3.21 ENTH-VAKIN20.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



PASTORALE VAKTHEORIE (minor Vaktheorie)

ENTH-VAKIN20.D401 PASTORALE VAKTHEORIE Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Kennis: - je hebt basale inzichten in systeemtheoretische, contextuele en psychodynamische benadering; - je kent verschillende pastorale diagnostische modellen; - je bent in staat psychopathologie te herkennen en benoemen; - je hebt inzicht in de dynamiek van het meergesprek; - je krijgt inzicht in de ethische implicaties van het omgaan met macht en onmacht; Houding: - je beschikt over een grote mate van congruentie in je pastorale handelen; - je bent je bewust van je eigen mogelijkheden en grenzen als pastor; - je bent je bewust van grenzen bij de pastorant en beschikt over een houding van integriteit; Vaardigheden: - je beschikt over het vermogen om te gaan met heel de mens in haar systemen en context in het pastorale gesprek; - je bent in staat tot het voeren van een gesprek met meerdere personen; - je kunt een pastorale diagnose stellen en daarnaar handelen; - je kunt een protocol schrijven voor een ethisch dilemma In deze module gaan we in op een aantal voor het pastoraat belangrijke psychologische benaderingen en op het stellen van een pastorale diagnose met het oog op adequaat pastoraal handelen. Tevens gaan we in op psychopathologische verschijnselen bij de pastorant. Door middel van rollenspelen oefenen we het meergesprek, de eigen pastorale houding, de integriteit en de congruentie van de pastor. Modulen afgerond: Verdiepende gesprekstechniek ; Pastoraat en liturgiek Gevorderd 9 HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 4. Transfer en brede inzetbaarheid 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: Pastorale competentie T.T van Leeuwen (Utrecht)) J. Bruinsma-de Beer (Zwolle) H.H. Zegwaart Literatuur, reader, internet Conceptuele ondersteuning en begeleiding Colleges, coaching


260

Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Jaar uitgave

Zo ben ik nu eenmaal! Lastpakken, angsthazen en buitenbeentjes. Boek ISBN 90 5594346 0 Does, W. van der e 2006, 5 druk


Kleine psychologie van het gesprek Boek ISBN 9053522336 Stroeken, H.T. Meppel, 1995





Portfoliotoets Je voert een aantal, voor een deel profielgerelateerde opdrachten binnen je LWT uit, daarnaast behandel je voorgelegde casuïstiek en schrijf je een aantal reflecties. Het geheel bundel je tot een klein portfolio. Cijfer 100%


261

4.3.22 ENTH-VAKIN30.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud


Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager

MISSIONAIRE VERBREDING (minor Vaktheorie)

ENTH-VAKIN30.D401 MISSIONAIRE VERBREDING Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Je verbreedt je missionaire competentie op deelgebieden. Vanuit de inleidingen in de les, literatuur en ervaring in de praktijk kom je tot een vraagstelling op missionair terrein, in relatie tot de eigen ontwikkeling. Er wordt een LWT opdracht ontworpen aan de hand van deze persoonlijke leervraag van de student. Profielminor is afgerond Bachelor 6 Beroepsspecifiek: Missionaire competentie HBO-generiek: 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid M.A. Timmerman Literatuurlijst Zelfstandig uit te voeren LWT – opdracht + literatuurstudie Gezamenlijk startcollege waarin samenhang van de minor Vaktheorie wordt toegelicht. Colleges en coaching



De kramp voorbij – Theologische notities bij zending, presentie en kerk Spek, Jannet van der Gorinchem, 2010

Titel

Zo wordt het spel gespeeld : over empowerment en gemeenschap – een praktijkonderzoek Schlatmann, Titus en Rob van Waarde Ootmarsum

Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

Beroepsproduct, verslag en reflectie De toets is het resultaat van de beroepsopdracht; gecombineerd met literatuur en reflectie Cijfer 100%


262

4.3.23

ENTH-VAA10.D401

VOE Verkorte naam Lange naam School Soort OE Doelstelling Onderwijsinhoud



HOMILETIEK

ENTH-VAA10.D401 HOMILETIEK Theologie – GPW Ondersteunend Je leert een preek of meditatieve toespraak voorbereiden; je leert hoe die te houden en hoe die te analyseren en te verbeteren. Je leert welke stappen er zijn te zetten in het homiletisch voorbereidingsproces, welke communicatieve en theologische aspecten verbonden zijn aan het verschijnsel preek of meditatieve toespraak en je kunt formuleren waar jij zelf aan wilt werken en waar jij jouw accenten wilt leggen in de homiletisch-hermeneutische communicatie. Er is aandacht voor de vraag welke relatie er kan zijn tussen tekst en toespraak, of tekst en spreker, welke relatie er in de toespraak kan zijn tussen spreker en hoorders, en welke relatie de spreker legt tussen de hoorders, de tekst, de spreker zelf en in spirituele zin ook de Eeuwige. Je neemt kennis van homiletische theorie, past die toe en geeft verantwoording van het gebruik ervan naar aanleiding van de eigen preek of toespraak. Exegetische vaardigheden basis en verdiept; Verstaan van tekst en praktijk Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Liturgische en pastorale competentie. HBO-generiek: 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 7. Methodisch en reflectief denken en handelen, met name planmatig handelen in het voorbereidingsproces 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid H.A. Booij Literatuur, videomateriaal, teksten Colleges en workshops Colleges

HOMILETIEK Reader H.A. Booij


Concreet en beeldend preken (Aanbevolen literatuur, niet verplicht) Boek Geel, R. en P. Oskamp Bussum, 1999, Uitgeverij Coutinho


Als een leerling leren preken (Aanbevolen literatuur, niet verplicht) Boek Meulen, H. van der Zoetermeer, 2008



Verantwoording homiletisch product Een klassieke preek of een algemeen meditatieve toespraak. Beoordeling: De gehouden toespraak en de eindverantwoording zoals hier uiteengezet, moeten beide voldoende zijn. Van beide kan, in het geval dat de kwaliteit te gering is, gevraagd worden tot een beter product te komen. Cijfer 100%


263

4.3.24 ENTH-PRMINT1.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud



PRAKTISCH-THEOLOGISCHE PERSPECTIEVEN (premaster)

ENTH-PRMINT1.D401 PRAKTISCH-THEOLOGISCHE PERSPECTIEVEN (Premaster) Education/theologie – GPW en GL Kenmerkende beroepssituatie Je kunt een praktisch-theologisch artikel schrijven waarin een wetenschappelijk verantwoorde analyse van een onderwerp uit deze discipline aan het licht komt. De opdracht is: schrijf een artikel voor het tijdschrift Praktische Theologie, of een recensie waarin je het ontwerp van praktische theologie van Cees de Ruijter vergelijkt met dat van fenomenologische empirische theologie van Dinter/Heimbrock en Söderblom. De onderwerpen die in de ondersteunende colleges aan de orde komen zijn: 3. Contemporaine praktisch theologische perspectieven in het Nederlandse, Duitse en Engelse taalgebied 4. Het maken van een vergelijkende analyse Het schrijven van een wetenschappelijk artikel/essay voor een tijdschrift Hermeneutiek van Tekst en Praktijk Bachelor 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 3. Toepassing relevante inzichten A. Mulder Literatuur, reader Hoor/werkcollege met diverse opdrachten 8 colleges

Meewerken met God. Ontwerp van een gereformeerde praktische theologie Boek ISBN 9789043510929 Ruijter de, C.J. Kampen 2005 dit boek kan via het bureau van de opleiding worden aangeschaft (is in de winkel uitverkocht)


Einführung in die Empirische Theologie Boek ISBN 9783825228880 A. Dinter/H.G. Heimbrock/K. Söderblom (Hg.) Göttingen, 2007, 1e druk

Titel

Forks in the road when tracing the sacred. Practical theology as hermeneutics of lived religion Ganzevoort, R.R. website: http://www.ruardganzevoort.nl/pdf/2009_Presidential.pdf

Auteur Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

Artikel/essay schrijven voor Praktische Theologie Een vergelijkende analyse van het ontwerp van Cees de Ruijter en een ander hedendaags ontwerp uit een ander taalgebied Cijfer 100%


264

4.3.25 ENTH-PRMINT2.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Druk Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

KERKGESCHIEDENIS (premaster)

ENTH-PRMINT2.D401 Kerkgeschiedenis (Premaster) Education/theologie – GPW/GL Kenmerkende beroepssitutaitie Je ontwikkelt inzicht in kerkhistorische problemen, je kunt historische vraagstellingen hanteren, je kunt omgaan met bronnen en (engelstalige) secundaire literatuur, je bent in staat een historische vraagstelling te formuleren en uit te werken. Aan de hand van een tekst van Augustinus leer je omgaan met een kerkhistorische bron om vervolgens met behulp van secundaire literatuur een eigen vraagstelling te bepalen en uit te werken. Geen Gevorderd 4 HBO-competentie: 3. Toepassing relevante inzichten 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen P.L. Wansink Literatuur Conceptuele ondersteuning, werkcollege Colleges, coaching

Belijdenissen Boek 9789026321023 Augustinus (vertaling: Gerard Wijdeveld) Amsterdam, 2007 Er zijn vele drukken: wel de vertaling van Wijdeveld! Augustine of Hippo. A Biography Boek 0520227573 Peter Brown University of Calafornia press, 2000

Werkstuk Je geeft blijk van kennis en houding omschreven in de doelstelling Cijfer 100%


265


Onderwijsinhoud



WETENSCHAPSFILOSOFIE (premaster)

ENTH-PRMCL1.D401 Wetenschapsfilosofie (Premaster) Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend 1. De student heeft kennis van en inzicht in de verschillende theoretische ontwikkelingen binnen de geschiedenis van de wetenschapsfilosofie 2. De student is in staat tot een samenhangende weergave en vergelijking van verschilllende standpunten binnen het probleemgebied 3. De student is in staat deze standpunten kritisch te evalueren en dit zowel mondeling als schriftelijk te verwoorden De opdracht is: schrijf een artikel waarin een wetenschappelijk verantwoorde analyse van de vraag naar de eigensoortige plaats van de theologie binnen de geesteswetenschappen aan het licht komt. De onderwerpen die in de ondersteunende colleges aan de orde komen zijn: Logisch empirisme en kritisch rationalisme Quine/ Kuhn en Foucault Ontstaan van de geesteswetenschappen Hermeneutische traditie Het verschijnsel theologie en de geesteswetenschappen Godsdienstfilosofie Bachelor 3 HBO-generiek: 2. Multidisciplinair en geïntegreerd; 3. Toepassing relevante inzichten Vacature Literatuur, Hoor/werkcollege Colleges

Wordt later bekend gemaakt

Wetenschappelijk verantwoord artikel schrijven Schrijf een artikel waarin een wetenschappelijk verantwoorde analyse van de vraag naar de eigensoortige plaats van de theologie binnen de geesteswetenschappen aan het licht komt. Cijfer 100%


266


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager

HERMENEUTIEK (premaster)

ENTH-PRMCL2.D402 HERMENEUTIEK (Premaster) Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend * Een globaal overzicht te hebben over de hermeneutische discussies van voor de e 20 eeuw. * Kennis en inzicht te hebben inzake bijbels-hermeneutische discussies in de 20e eeuw. * Kritisch hierop te kunnen reflecteren. In het eerste deel van deze module krijgen studenten een inleiding op de hermeneutiek en een analytisch kader aangereikt om hermeneutische ontwerpen te doorgronden. In het tweede deel van de module wordt geoefend met dit analytische kader. Exegese 1-2 / Verstaan van Tekst en praktijk Bachelor 4 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten J. Snoek Bibliotheek Hoorcolleges over hermeneutische ontwerpen en plenaire besprekingen van gelezen literatuur. Colleges

Reader


267



Leesverslagen en tentamen In het tweede deel van de module maken studenten, op grond van de gelezen literatuur, telkens een leesverslag. In het tentamen wordt getoetst: (a) kennis en inzicht aangaande hermeneutische ontwerpen, (b) inzicht in het analytische kader. Cijfer 100%


Onderwijsinhoud


Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Jaar uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


ETHIEK (premaster)

ENTH-PRMCL4.D401 ETHIEK (Premaster) Eucation/ theologie – GPW en GL Ondersteunend De student heeft kennis van en inzicht in de belangrijkste termen en theorien van de ethiek en is in staat kritisch na te denken over de praktische implicaties van de christelijke ethiek Kennis van het object en de methode van de van de verschillende typen ethische theorieën en elementair inzicht in hun problematiek. Ethische theorieën en morele begrippen Norman en waarden Deontologie; utilisme; natuurrecht; deugdethiek; narratieve ethiek. Moraal in een pluriforme samenleving Argumentatie i9n het ethisch debat Ethiek op basisniveau (Module Goed en Kwaad) Bachelor 4 HBO-generiek: 7. Methodisch en reflectief denken en handelen; 11. Zelfsturing; onderzoek H.H. Zegwaart Teksten; OTHO-module De op college te behandelen stof dient te worden voorbereid Op college zal aan de hand van casussen de stof worden besproken Oefening in deelname in het ethisch debat Klassikaal les

Woorden en daden inleiding in de ethiek Boek ISBN 9789085065265 Annet van Melle en Peter van Zilfhout Amsterdam Uitgeverij Boom, 2008

Ethische stellingname Criteria voor de toetsing: adequate weergave van de verschillende ethische theorieen Verantwoorde argumentatie van de eigen stellingname Verantwoorde communicatie van de eigen stellingname Cijfer 100%


268

4.3.29

ENTH-PRMCL3.D401


Vereiste voorkennis Niveau EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

ENCYCLOPEDIE (premaster)

ENTH-PRMCL3.D401 ENCYCLOPEDIE (Premaster) Education/theologie - GPW en GL Ondersteunend Je hebt kennis van en inzicht in de theologie als wetenschappelijke discipline Het theologisch curriculum Is theologie wetenschap? Zijn God en gebod voorwerp van theologie? Theologie in een plurale setting Theologie en godsdienstwetenschap Conceptuele leerlijn jaar 1 en 2 Bachelor 3 HBO-generiek: 7. Methodisch en refectief; complexiteit van denken en handelen 3. Toepassen van relevante inzichten; concepten en onderzoeksmethoden Vacature Colleges, literatuur, reader Werk- en hoorcolleges; voorbereid door studenten Ondersteuning van docent

Theology, a very short introduction Boek David Ford Oxford, 2000, 2e druk

Essay Essay n.a.v. de behandelde vragen en het boek van Ford en de geleverde teksten. Cijfer 100%


269

4.3.30

ENTH-PRMVAA1.D401


Onderwijsinhoud



ONDERZOEKSVAARDIGHEDEN (EMPIRISCH) (premaster)

ENTH-PRMVAA1.D401 ONDERZOEKSVAARDIGHEDEN (EMPIRISCH) (Premaster) Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend Je hebt inzicht in en beschikt over een nieuwsgierige en kritische onderzoekshouding. Je kunt de aard en algemene principes van praktijkonderzoek herkennen en beoordelen. Je kent de stappen van praktijkonderzoek. Aan de hand van theorie en praktijkvoorbeelden leer je de verschillende aspecten en stappen van praktijkonderzoek kennen. Je ontwikkelt een kritische onderzoekshouding. Hermeneutische communicatie (jaar 1) Gevorderd 3 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief, pastoraal, liturgisch, missionair. HBO-competentie: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 6. Probleemgericht werken 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid. P.I.M. de Haan Literatuur Conceptuele ondersteuning, werkcollege Colleges, coaching




Presentatie, tussentijdse verslagen en werkstuk Je geeft blijk van de kennis en houding, omschreven in de doelstelling. Cijfer 100% voor werkstuk


270

4.3.31 ENTH-PRMVAA2.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Auteur Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

ONDERZOEKSMETHODEN (premaster)

ENTH-PRMVAA2.D401 Onderzoeksvaardigheden (historisch/systematisch) (Premaster) Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je hebt inzicht in en beschikt over een nieuwsgierige en kritische onderzoekshouding. Je kunt de aard en algemene principes van historisch en systematisch onderzoek herkennen en beoordelen. Je kent de stappen en problemen van historisch en systematisch onderzoek. Aan de hand van theorie en een historisch systematisch onderzoek leer je verschillende aspecten en problemen van historisch en systematisch onderzoek kennen. Je ontwikkelt een kritische onderzoekshouding. Geen Gevorderd 3 HBO-competentie: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten, 5. Creativiteit en complexiteit in handelen, 6. Probleemgericht werken, 7. Methodisch en reflectief denken en handelen, 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid. Onderzoekscompetenties t.b.v. WO-onderwijs P.L. Wansink Literatuur Conceptuele ondersteuning, werkcollege Colleges, coaching

Het evangelie van Judas Boek ISBN 9789025957773 J. van Oort Ten Have, 2007, 1e druk The Betrayal of Judas Engels artikel (digitaal aangeleverd) Thomas Bartlett

Presentatie, tussentijdse verslagen en werkstuk Je geeft blijk van de kennis en houding, omschreven in de doelstelling. Cijfer 100%


271

4.3.32 ENTH-BVTHOT.D413 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave

BIJBELSE THEOLOGIE OT (1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVTHOT.D413 BIJBELSE THEOLOGIE OT Education/theologie: GPW Ondersteunend De cursus is erop gericht de student(e) in staat te stellen om een korte, systematische weergave te kunnen geven van wat het OT zegt over God en is binnen een aanvaardbare hermeneutiek toe te passen in de beroepspraktijk. In de cursus besteden we allereerst aandacht aan de inhoud en structuur van het Oude Testament (hoofddelen, genres, ontwikkeling) en methode van een Bijbelse Theologie van het Oude Testament. De ontwikkeling van het geloof in de ene God wordt geplaatst binnen de Bijbel en de Oud-Oosterse context. Tenslotte wordt een drietal theologische kernthema’s uit het Oude Testament: Schepping, Uittocht en Verbond, besproken en gerelateerd aan de beroepspraktijk. Als achtergrond lezen de studenten hoofdstukken uit Koorevaar & Paul, alsmede een aantal artikelen. Aan de hand van schrijfopdrachten wordt getoetst of de literatuur bestudeerd en begrepen is. Op de colleges wordt het bestudeerde materiaal door middel van hoorcolleges en vormen van groepsgesprek in context geplaatst (historisch, theologisch) en toegepast. De studenten maken tenslotte zelfstandig een eindwerkstuk over een thema/kernbegrip dat nog niet op het college is behandeld. Er wordt voortgebouwd op het volgende: - je wordt geacht bekend te zijn met het OT (zijn geschiedenis, auteurs, genres, inhoud, dateringen, auteurschap). - je wordt geacht bekend te zijn met aanvaardbare hermeneutische procedures. De modules Heilige boeken: Inleiding Bijbel; Exegese 1 en 2 hebben afgerond. Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve, pastorale en liturgische competentie. HBO-generiek: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 6. Probleem gericht werken 8. Sociaal communicatieve bekwaamheid. M. de Vos Presentaties, Bijbelsoftware Hoorcolleges, vormen van groepsgesprek, werkcolleges, presentatie van werkstukken. Colleges, coaching

Theologie van het Oude Testament Boek 9789023926580 Hendrik Koorevaar en Mart-Jan Paul (red.) Zoetermeer, 2013 Diverse artikelen Reader (digitaal) Samengesteld door de docent


272



Schrijfopdrachten, Eindverslag + presentatie Schrijfopdrachten: voor elk college dient de student een beknopte schrijfopdracht te maken, die laat zien dat de literatuur voor het betreffende college bestudeerd en begrepen is. Eindverslag + presentatie Voor het eindverslag onderzoekt de student een thema of kernbegrip uit de theologie van het Oude Testament en past dit toe op een concrete actuele casus. De student laat zien dat hij op een verantwoorde en systematische wijze kan redeneren over het thema/kernbegrip en in staat is dit via een aanvaardbare hermeneutiek toepasbaar te maken in zijn beroepspraktijk. Cijfer Schrijfopdrachten: 40% Eindverslag + presentatie: 60%


273

4.3.33 ENTH-BVTHNT1.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


BIJBELSE THEOLOGIE NT (1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVTHNT1.D401 BIJBELSE THEOLOGIE NT Education/theologie - GPW Ondersteunend Kennis: 11. Je kunt aangeven wat het vak beoogt. 12. Je kunt vanuit de geschiedenis van het vak de belangrijkste opeenvolgende benaderingen aangeven. 13. Je kunt uitleggen wat de heilshistorische benadering inhoudt. 14. Je kunt uitleggen het “al reeds-nog niet” begrip bij Paulus, Ladd en Ridderbos.. 15. Je kunt uitleggen wat Roukema bedoelt met “historisch”, en wat hij bedoelt met “theologisch”. 16. Je kunt aangeven wat de door Roukema aangevoerde bronnen ( zowel Nieuw Testament als gnostisch) weergeven over de thema’s: Jezus herkomst en identiteit, Jezus onderricht, Jezus dood, opstanding en verhoging, 17. Je kunt de conclusies van Roukema met redenen weergeven. 18. Je kunt je eigen standpunt met onderbouwing weergeven over welke bronnen historisch aannemelijker zijn. 19. Je kunt argumenten voor en tegen de stelling dat Jezus een geheim onderricht had weergeven, met onderbouwing. 20. Je kunt de lijnen die Roukema aangeeft vanuit het Nieuwe Testament naar de belijdenis van Nicea weergeven en beoordelen. Vaardigheden: 5. Je kunt in een argument gronden en conclusies onderscheiden en toetsen. 6. Je kunt een gegeven bijbelgedeelte in de evangeliёn, dan wel in de brieven van Paulus in verband brengen met, en uitleggen vanuit het theolgisch verband. 7. Je kunt zelf een klein onderzoek doen naar een N.T. theologisch thema met de gangbare hulpmiddelen (concordantie of zoekprogramma, synopsis, bijbelse encyclopedie) als voorbereiding op preek of les. 8. Je kunt onderkennen waar N.T. gedachten niet of verkeerd begrepen zullen of kunnen worden door moderne mensen. Attitude: 3. Je bent bereid aandacht te hebben, ook als dat wat aangereikt wordt niet bij voorbaat je instemming heeft. 4. Je bent bereid te streven naar een methodologisch bewuste en eerlijke omgang met zowel de teksten als met de mensen. Jezus, en de God van Jezus staan centraal. Paulus en de evangeliën beantwoorden de vragen over Jezus God, herkomst, identiteit, onderricht , dood, opstanding en verhoging. Tweede eeuwse (gnostische) documenten worden daarmee vergeleken. Jezus wordt geplaatst in het toenmalige Jodendom, en er wordt aangetoond dat de elementen van de triniteitsleer al in het Nieuwe Testament te vinden zijn Heilige boeken: Inleiding Bijbel; Exegetische vaardigheden basis en verdiept Bachelor 3 Beroepsspecifiek: liturgische, missionaire, agogisch-educatieve en pastorale competentie Vacature Bibliotheek (synopsis evangeliёn, synopsis Paulusbrieven, concordantie, bijbelatlas, NBV / Willibrordvertaling Bijbel), internet. Inleidende lezingen, zelfstandig tekstboek bestuderen, opdracht en presentatie Colleges en coaching bij opdracht


274



Jezus, de gnosis en het dogma pp. 11 t/m 259 Boek ISBN 978 90 211 4168 8. R. Roukema Zoetermeer; Meinema, 2007

Literatuurtentamen; opdracht met presentatie 3. Er is een schriftelijk tentamen over het tekstboek. Open vragen, zonder gebruik van hulpmiddelen. 4. Er is een schriftelijke opdracht, met presentatie Cijfer Literatuurtentamen: 75% Opdracht met presentatie: 25%


275

4.3.34

ENTH-BVHOM.D402



HOMILETIEK (1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVHOM.D402 HOMILETIEK Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt het preekvoorbereidingsproces volgens een helder stappenplan uitvoeren. Je leert een eigen visie te ontwikkelen op zin, doel en betekenis van de prediking. Je leert de verhouding en interactie tussen boodschap, prediker en hoorder wegen, evalueren en toepassen. Je leert hoe een preek te maken volgens een te controleren werkwijze. Exegetische vaardigheden basis en verdiept Bachelor 3 Liturgische en hermeneutische competentie Teun van der Leer & Jaap-Harm de Jong Literatuur Hoor- en werkcollege. Het preekvoorbereidingsproces wordt uitgelegd en geoefend. Colleges en mailcontact, coaching

Als een leerling leren preken. Preekvoorbereiding stapsgewijs Boek ISBN Meulen, Henk van der (red.) Zoetermeer, 2008 Diverse artikelen N@tschool Werkstuk Je levert een werkstuk in dat de tekst van een door jou gemaakte preek bevat + een beschrijving en verantwoording van het hele preekvoorbereidingsproces. Cijfer 100%


276

4.3.35 ENTH-BVHP1.D401 HOMILETICUM PRACTICUM I VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud



(1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVHP1.D401 HOMILETICUM PRACTICUM I Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Het leren structureren en houden van een preek. Vanuit je eigen kwaliteiten wordt je geleerd om je preek te presenteren vanuit een persoonlijke focus. Je leert helder structureren m.b.v. de klassieke retorica. Je leert contact te maken met de hoorder door congruent en transparant te spreken. Je leert een tekst op de juiste wijze voor te dragen en je leert in de opbouw van je preek dynamische accenten te gebruiken. Exegetische vaardigheden basis en verdiept en Homiletiek (Minor Bapt/VPE) Bachelor 2 Liturgische, communicatieve en hermeneutische competentie T. van der Leer i.s.m. Nobbe Trainingen Arnhem Literatuur, video Op de persoon gerichte praktische training met veel oefenstof en feedback Colleges, feedback, coaching

Meestersprekers. Over de kunst van het spreken Boek ISBN Farah Nobbe & Natalie Holwerda Amsterdam, 2010

Preek houden: life op DVD of voor de klas Je houdt na de training bij voorkeur een preek in de praktijk en laat deze opnemen op DVD. Deze wordt besproken en beoordeeld volgens eindtermen die aan het begin van de training worden uitgereikt. Voldaan/niet voldaan 100%


277

4.3.36

ENTH-BVEVSP13.D401




EVANGELISCHE SPIRITUALITEIT (1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVEVSP13.D401 EVANGELISCHE SPIRITUALITEIT Education/theologie - GPW Ondersteunend Je kunt reflecteren op je eigen spiritualiteit met het oog op je toekomstige professie In deze module gaat het om kennis over (evangelische) spiritualiteit, zelfinzicht in je eigen spiritualiteit en het oefenen in een vroegchristelijk ‘model’ voor spirituele groei. Je leert je eigen spiritualiteit te doordenken en in gesprek met anderen te brengen. Je reflecteert op je eigen spirituele ontwikkeling. Geen Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Missionair, pastorale en liturgische competentie Wout Huizing, Teun van der Leer, Jaap-Harm de Jong Literatuur, websites Hoor- en werkcollege. Huiswerkopdrachten en groepsgesprekken, presentaties, bijhouden spiritueel dagboek. Colleges en feedback

Jouw spiritualiteit. Geloven zoals je bent Boek 9789058814753 Gary Thomas Amsterdam, 2010

Eindverslag Je houdt gedurende de collegeperiode een spiritueel dagboek bij, waarin je tevens alle opdrachten en reflecties verwerkt. Je sluit het af met een slotreflectie en een persoonlijk ontwikkelplan. Voldaan/niet voldaan 100%


278

4.3.37

ENTH-BVECCL.D401



ECCLESIOLOGIE (1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVECCL.D401 ECCLESIOLOGIE Education/theologie - GPW Ondersteunend Je bent in staat de hoofdstromen in de ecclesiologie te duiden en te wegen en een eigen gemeentevisie te ontwikkelen en verdedigen. Binnen de driehoek van Schrift, Traditie en Context kom je door bronnenstudie en gesprek tot een eigen en eigentijdse ecclesiologie. Hoe verhoudt zich een vrijkerkelijke/congregationalistische ecclesiologie tot de katholieke en de reformatorische? Je onderzoekt bijbels-theologische en historische bronnen en komt tot een eigen omschrijving van het ideaal van de christelijke gemeente en een zgn. ecclesiologisch minimum. In de cursussen Gemeenteopbouw en Gemeentestichting wordt hierop voortgeborduurd. De modules God en Mens; Macht en Onmacht Bachelor 3 Pastorle en missionaire competentie T. van der Leer, J.M. Abrahamse, D. Drost Literatuur Hoor- en werkcollege Colleges

Free Church, Free State Boek ISBN Nigel W. Wright Londen, 2005 Diverse artikelen N@tschool

Essay Je schrijft een essay waarin je je eigen ecclesiologisch minimum beschrijft en onderbouwt. Cijfer 100%


279

4.3.38 ENTH-BVGOP13.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


GEMEENTEOPBOUW

ENTH-BVGOP13.D401 GEMEENTEOPBOUW Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie De student heeft kennis van:  praktische theologie in relatie tot gemeenteopbouw  veranderkunde  veranderingsprocessen  gemeenteanalyse en gemeenteopbouw De student kan:  theorie en praktijk verbinden  een gemeente analyseren  een eigen mening ten aanzien van de gemeente weergeven  meerdere veranderstijlen herkennen en benutten De student is:  open naar zichzelf en de eigen mogelijkheden  in staat om meerdere posities open te bekijken Missionaire gemeentevorming en veranderingsprocessen komen in dit college aan bod. Op basis van de literatuur kan de student een gemeente beschrijven en analyseren en daarover een advies uitbrengen. We werken met algemene modellen. Module Ecclesiologie Gevorderd 4 Agogisch en missionaire competentie E. Groen Geen Opdrachten, werkcolleges, groepsgesprek Colleges, groepsbegeleiding, coaching

Studying congregations Boek 978 0 687 00651 9 Dudley en Ammerman Nashville, 1998


Congregations in transition Boek 0 7879 5422 5 Dudley en Ammerman San Fransisco, 2002


Geloofwaardige gemeente Boek 978 9077245 538 E. Groen Barneveld, 2011


(1e Minor Bapt/VPE)

Eindverslag inclusief praktijkdeel Verslag en 100% aanwezigheidsplicht Cijfer 100%


280

4.3.39

ENTH-BVBAPT1.13.D401 BAPTISTICA 1


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

(1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVBAPT1.13.D401 BAPTISTICA 1 Education/theologie – GPW Ondersteunend Je kunt de identiteit van het baptisme vanuit haar geschiedenis en ontwikkeling, benoemen, duiden en toepassen in de hedendaagse context. Je weet je eigen positie binnen of t.o.v. het baptisme te verhelderen en te motiveren. Geschiedenis en theologie van het baptisme. Dat betreft de vroege doperse e geschiedenis in de 16 eeuw, het puritanisme en het separatisme in het Engeland e van de 17 eeuw en het ontstaan en de ontwikkeling van het baptisme in Nederland in de 19e en 20e eeuw. Vanuit deze geschiedenis worden studenten uitgedaagd het eigene van het baptisme op het spoor te komen en dit in verband e te brengen met het (baptisten)gemeente-zijn in de 21 eeuw. Basiskennis kerkgeschiedenis wordt verondersteld Module Gemeenschappen Bachelor 2 Beroepsspecifiek: Agogisch-educatieve, pastorale T. van der Leer, J.M. Abrahamse Literatuur, dvd Hoor- en werkcolleges, groepsgesprekken Colleges

Gelovig gedoopt Boek Vries, Olof H. de Kampen, 2009 Zo zijn onze manieren Dit boek kan tzt via de docent worden aangeschaft Boek Leer, T. van der (red.) Barneveld, 2009

Kennistentamen Kennistentamen over de behandelde stof Cijfer 100%


281

4.3.40

ENTH-BVPENT1.13.D401


Onderwijsinhoud



PENTECOSTALISME 1 (1e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVPENT1.13.D401 PENTECOSTALISME 1 Education/theologie – GPW Ondersteunend Je hebt inzicht in het huidige Pentecostalisme in het bijzonder in Nederland door terug te gaan tot de oorsprong en ontwikkeling. Je weet je eigen positie binnen of t.o.v. het Pentecostalisme te verhelderen en te motiveren. Overzicht van de geschiedenis en een introductie in de theologie van het Pentecostalisme (waaronder wordt verstaan de pinksterbeweging en charismatische vernieuwing) vanaf het ontstaan tot heden, in het bijzonder in Nederland. Aan de orde komen tevens de voorlopers van de Pinksterbeweging, in e het bijzonder de 19 eeuwse Heiligingsbeweging, de Azusa Street Revival en de opkomst in Europa. Basiskennis kerkgeschiedenis wordt verondersteld Module Gemeenschappen Bachelor 2 Beroepspecifiek: Agogische-educatieve en pastorale competentie HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten C. van der Laan Literatuur; dvd, internet Hoor- en werkcolleges, groepsgesprekken Colleges

Toen de kracht Gods op mij viel. Dit boek kan tzt via de docent worden aangeschaft Boek ISBN 9789043513890 Laan, C. van der en P.N. van der Laan Kampen, 2007

Kennistentamen Kennistentamen over de behandelde stof. Cijfer 100%


282

4.3.41

ENTH-BVPNEU.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis








283

4.4


4.4.1

ENTH-TDINT10.D401





JAAR 4

DENKEN IN MEERVOUD-SYSTEMATISCHE THEOLOGIE

ENTH-TDINT10.D401 Denken in meervoud - Systematische Theologie Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend Je verdiept je in enkele centrale begrippen van de christelijke geloofstraditie en leert ze op verantwoorde wijze gebruiken in je werk. Centrale begrippen van de christelijke geloofstraditie met het oog op hun betekenis in het werkveld, deels in relatie tot begrippen in andere religieuze en seculiere (filosofische) levensbeschouwingen. De volgende modules heb je gevolgd: God en mens, Heilige Boeken, Spreken over God (of daarmee vergelijkbaar) Bachelor 8 HBO-generiek:1. Brede professionalisering 3.Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid H.H. Zegwaart Literatuur, teksten Colleges, werkcolleges Colleges Reader en andere literatuur

Werkstuk 50% 1e periode. Verslag 50% 2e periode Uit te werken aan de hand van opgegeven vragen Cijfer 3. Werkstuk 50 % 4. Verslag 50 %


284

4.4.2

ENTH-TDINT20.D401 DENKEN IN MEERVOUD-GODSDIENSTWETENSCHAPPEN


Onderwijsinhoud




ENTH-TDINT20.D401 DENKEN IN MEERVOUD - GODSDIENSTWETENSCHAPPEN Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je verdiept je in enkele centrale begrippen van niet-christelijke geloofstradities. Je leert overeenkomsten en verschillen met andere levensbeschouwingen herkennen en bespreekbaar maken in je werk. Enkele centrale begrippen van de niet-christelijke geloofstradities met het oog op hun betekenis in de praktijk en enigermate vergeleken met overeenkomstige of vergelijkbare begrippen in de christelijke geloofstraditie en de moderne filosofie. Module Wereldgodsdiensten is afgerond Bachelor 5 Domein specifiek GPW: Agogisch-educatief Domein specifiek GL: SBL1 Interpersoonlijk competentie, competentie in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek:1. Brede professionalisering 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid R. Hessel Literatuur, beeldmateriaal, teksten Colleges, werkcolleges, zelf opzoeken van materiaal: beeld, tekst, etc. Colleges

Reader en artikelen op N@tschool

Opdracht en Werkstuk Opdracht 1 DIM-GW 1e periode 50 % Werkstuk 2 DIM-GW 2e periode 50 % Cijfer 3. Opdracht 50 % 4. Werkstuk 50 %


285

4.4.3

ENTH-TDINT30.D401


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

DENKEN IN MEERVOUD-FILOSOFIE

ENTH-TDINT30.D401 DENKEN IN MEERVOUD FILOSOFIE Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend bij kenmerkende beroepssituaties 41 en 42 Je verdiept je in enkele exponenten van de moderne (en postmoderne) filosofie en onderzoekt welke begrippen daarin kenmerkend zijn en hoe die zich verhouden tot de begrippen die bij systematische theologie en godsdienstwetenschap aan de orde komen. Enkele centrale begrippen van de filosofische ideeën, zoals: Schuld en onschuld, verantwoordelijkheid, de (vrije) wil, autonomie, identiteit,God en godsdienst, het transcendente, moed om te bestaan etc.; Deze worden overdacht met het oog op hun betekenis in praktische situaties en daartoe eveneens vergeleken met overeenkomstige of vergelijkbare begrippen in de geloofstradities. Afgeronde modulen: God en mens, Heilige Boeken, Spreken over God Bachelor 5 Beroepsspecifiek GPW: Agogisch-educatief Beroepsspecifiek GL: SBL 1. Interpersoonlijke competentie 7. competentie in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek:1. Brede professionalisering 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid H. A Booij Literatuur, enkele teksten Colleges Begeleiding door diverse docenten

Reader Filosofie MINOR 4 Denken in meervoud op N@tschool H.A. Booij

Opdracht en essay e e Filosofie-opdracht 1 periode DIM 50%; Filosofie-essay 2 periode DIM 50% Cijfer 3. Opdracht 50 % 4. Essay 50 %


286

4.4.4

ENTH-KBS4 .D401


Onderwijsinhoud


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


DENKEN IN MEERVOUD – KBS 41 en 42

ENTH-KBS4.D401 KBS 41 en 42 DENKEN IN MEERVOUD Education/theologie – GPW/GL Kenmerkende beroepssituaties KBS41 Je maakt een inventarisatie van religieuze, existentiële en godsdienstwetenschappelijke motieven in het stageveld. KBS42 Je past de in KBS41 gevonden motieven toe in een toepasselijk beroepsproduct voor dezelfde doelgroep. Je maakt door middel van de KBS duidelijk dat je in staat bent de college- en studiestof toe te passen op het werk waar je je in bekwaamt. KBS41 Je maakt een inventarisatie van religieuze, existentiële (seculiere of filosofische) en godsdienstwetenschappelijke motieven in het stageveld. KBS42 Je maakt een lessenserie, catecheseserie,of een gesprekskringopzet (voor mensen die midden in de maatschappij staan) van drie a vijf lessen/bijeenkomsten waarin je een of meer begrippen of clusters van begrippen behandelt die een theologisch, filosofisch en godsdienstwetenschappelijk aspect hebben. Lessen DIM Systematische Theologie, Godsdienstwetenschap en Filosofie Bachelor 2 Beroepsspecifiek GPW: Agogisch-educatief Beroepsspecifiek GL: SBL 1. Interpersoonlijke competentie 7. competentie in reflectie en ontwikkeling HBO-generiek:1. Brede professionalisering 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid H. A Booij, R. Hessel, H.H. Zegwaart

Werkveld onderzoek en virtuele toepassing

Veldonderzoek KBS 41 DIM 40 % Werkstuk KBS 42 DIM 60 % KBS 41 DIM 40 % : Veldonderzoek KBS 42 DIM 60 % :Toepassing inzichten KBS41 + college- en studiestof DIM in werkveld Cijfer 40 % (Veldonderzoek KBS 41 DIM) 60 % (Werkstuk KBS 42 DIM)


287

4.4.5

ENTH-INT11.D401


HERMENEUTISCH WERKEN RONDOM LEVENSTHEMA’S

ENTH-INT11.D401 HERMENEUTISCH WERKEN RONDOM LEVENSTHEMA’S Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt systematisch en methodisch werken aan een levensthema in een procesmatig pastoraal contact. In deze onderwijseenheid leer je een pastoraal contact zodanig vorm te geven dat je over langere tijd en in meerdere gesprekken met één of dezelfde pastoranten systematisch, methodisch en procesmatig werkt aan een levensthema. Het gaat dan om een pastoraal proces, dat naar de vorm gekenmerkt wordt door een begin, een middenfase en een afronding en naar de inhoud gekenmerkt wordt door het doelgericht werken rondom een levens/geloofsthema met eventuele subthema’s. Je verwerft je kennis over: - specifieke en onderscheiden levensthema’s - je leert deze ook als levensbeschouwelijke vragen herkennen. Vaardigheden die daarbij aan de orde komen, zijn: het kunnen aangaan, onderhouden en afronden van een langerdurende pastorale relatie afspraken maken met de pastorant, gezamenlijk een thema formuleren en vaststellen (je kunt daarbij denken aan pastoraal diagnostische aspecten), subdoelen stellen, tussentijdse en eindevaluatie van het proces. Het hermeneutisch verbinden van levenservaringen met de zingevende traditie Signaleren en oplossen van dieperliggende communicatieproblemen In je houding ben je gericht op het verhaal van de ander en voor wat de communicatie betreft maximaal congruent.

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC

In je leerwerktraject kies je, eventueel in overleg met je vakcoach, een gesprekspartner en zet je met hem of haar dit traject op. We gaan uit van een serie van vier gesprekken. Je doet daarvan verslag op de aangegeven wijze (zie bij toets). Nadere aandachtspunten voor dit proces worden in de studiewijzer uitgewerkt. In de flankerende colleges wordt ingegaan op de verschillende levensthema’s die aan de orde kunnen komen. Er zal ruimte zijn om op de praktijkervaringen met elkaar te reflecteren. Daarnaast maak je in twee- of drietallen een presentatie rondom een specifiek levensthema. Je verdiept je theoretisch en inhoudelijk; met elkaar leer je vervolgens van elkaars presentaties. De presentatie is een toetsmoment. Alle pastoraal theoretische en pastoraal psychologische onderwijseenheden uit het curriculum tot dan toe zijn afgerond. Bachelor 5


288

Competenties

Domein specifiek: Pastorale competentie: Het vermogen om op verzoek of op eigen initiatief individuen, paren, gezinnen en groepen geestelijk te begeleiden vanuit een levensbeschouwelijk perspectief, vanuit en/of in wisselwerking met de christelijke traditie. 2.1 Kan individuen, paren, gezinnen en groepen door middel van gesprekken levensbeschouwelijk begeleiden 2.4 Kan het eigene en de grenzen van het pastorale werkveld aangeven en hanteren. En, indien van toepassing, Missionaire competentie: 4.1 Het vermogen om contacten te leggen met mensen op straat, in instelling, bij activiteiten. 4.2 Het vermogen om relaties op te bouwen waarin op basis van wederkerigheid levenservaringen en geloofsvragen op elkaar worden betrokken. 4.6 In staat zijn eigen geloofsovertuiging/bronnen/positie te expliciteren in relatie tot wat relevant is voor de werksoort.

Attituden Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


HBO-generiek: 5. Creativiteit en complexiteit in handelen 7. Methodisch en reflectief denken en handelen 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid Antropocentrisch, emancipatorisch, gericht op burgerschap en samenleving, communicatief, reflectief en evaluatie J. Bruinsma – de Beer (Zwolle) T.T. van Leeuwen (Utrecht) Literatuur, verbatimanalyse Opdracht in LWT; reflectie tijdens colleges; literatuuronderzoek; presentaties Colleges, coaching


Procesverslag; presentatie De LWT opdracht wordt uitgewerkt in een procesverslag waarvoor in de studiewijzer nadere criteria zijn aangegeven. De toetsing van de ondersteunende leerstof vindt plaats door middel van presentaties voor het geheel van de groep. Cijfer 100%


289

4.4.6

ENTH-INT12.1.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis


Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


ONDERZOEK

ENTH-INT12.1.D401 ONDERZOEK Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt een opzet maken voor een onderzoek met empirische elementen. Je kunt op basis van zelf verzamelde data een praktijkgerichte scriptie schrijven en je bent in staat van de resultaten een boeiende presentatie te geven. Je werkt aan de opzet van je onderzoek op een systematische wijze onder begeleiding van de docent en in samenwerking met de begeleidend docent. Op basis van de opzetten krijg je trainingen voor het uitvoeren van de methodiek. Hierbij komen komen ook vaktheorie onderzoek en theologische reflectie aan bod. Je verzamelt (empirische) onderzoeksgegevens en verbindt deze met de relevante vaktheorie, zodat je een op praktijkgegevens en vaktheorie gebaseerd onderzoeksrapport kunt schrijven, gerelateerd aan een of meerdere competenties. Je hebt hierover een eindgesprek met je begeleidend docent en tweede beoordelaar. Je presenteert daarna je onderzoek op boeiende wijze. Zie daarvoor de VOE van ENTH-VAA12. Methodiek Onderzoek 1 is afgerond. Voor aanvang van de cursus hebben de studenten ten minste 150 punten behaald. Voordat met de uitvoering van het onderzoek kan worden gestart moeten180 EC’s behaald zijn. Bachelor 13 HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit in handelen en 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: afhankelijk van de keuze door de student. E. Groen Door de student verzamelde vakliteratuur, in overleg met de docent. Internet. Data-analyse, verzamelen en verwerken literatuur, schrijven scriptie Coaching, scriptiebegeleiding op aanvraag

Door de student te verzamelen, in overleg met de vakdocent

Eindverslag met eindgesprek Je maakt een opzet voor een onderzoek op basis van de criteria uit de studiewijzer. De opzet wordt beoordeeld door de onderzoeksdocent en de tweede beoordelaar. Een rapportage betreffende onderzoek, gebaseerd op analyse data uit de praktijk, vakliteratuur en eigen visie, onderzoekspresentatie. Deze scriptie wordt door twee docenten beoordeeld: de begeleidende docent en de tweede beoordelaar. Met hen heb je een eindgesprek van 30 minuten. Cijfer 100%


290

4.4.7

ENTH-TDVAA1a.D401


Onderwijsinhoud



ENTH-TDVAA1a.D401 INTERCULTURELE COMMUNICATIE School of Education/theologie - GPW + GL Kenmerkende Beroepssituatie Studenten leren omgaan met overeenkomsten en verschillen die samenhangen met etnische en culturele achtergrondkenmerken, waarbij dat omgangspatroon gericht moet zijn op het gelijkwaardig functioneren als burgers in de Nederlandse samenleving. Interculturele communicatie gaat uit van het feit dat wij in Nederland leven in een multi-/interculturele samenleving. Het is een belangrijke taak van het onderwijs en pastoraat om mensen een tolerante houding ten aanzien van andere culturen in Nederland mee te geven. Dit geldt zowel voor de Nederlanders als voor de allochtonen. Dit kan gebeuren door studenten in contact te brengen met andere culturen en de overeenkomsten en verschillen tussen culturen. De studenten ontwikkelen waardering en respect ten aanzien van andere culturen en de daarbij behorende gewoonten, waarden en normen. Interculturaliteit is niet een vakgebied, maar moet merkbaar zijn binnen de gehele samenleving. Basistechniek Gespreksvoering (ENTH-VAA20); Inleiding in de Wereldgodsdiensten (ENTH-CL21); Pluraliteit (ENTH-INT71) Bachelor 3 Missionaire competentie; deelcompetentie 1, 2, 4 en 6 R. Hessel Internet, artikelen in kranten, actualiteiten in de Media, filmpjes met praktijkvoorbeelden Werkcollege - deels hoorcollege - waarin interculturele communicatie wordt geoefend aan de hand van praktijkvoorbeelden. Docent heeft instruerende en begeleidende taken.


Grondslagen van interculturele communicatie. Studieveld en werkterrein Boek ISBN 9789013041347 Shadid, W.A. Mechelen Kluwer, 2007, 2e druk, 1e oplage


Essay + evaluatie Aan de hand van literatuurstudie schrijven studenten een essay + evaluatie Cijfer Totaal:100%


291

4.4.8

ENTH-TDVAA2.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis



SOCRATISCH GESPREK

ENTH-TDVAA2.D401 SOCRATISCH GESPREK Education/theologie – GPW/GL Ondersteunend Je leert met behulp van het socratisch gesprek een gesprek te voeren over de begrippen die aan de orde zijn geweest in de modules in gesprek met de traditie1,2 en 3 en die te integreren in je professioneel handelen. Je leert de methodiek kennen van het socratisch gesprek en je hanteert deze gespreksvorm in de bespreking van begrippen die aan de orde zijn geweest in de modules in gesprek met de traditie1, 2 en 3 Kennis van theologische en filosofische inhouden, zoals geleerd in de Onderwijseenheden: God en Mens, Heilige Boeken, Spreken over God (of daarmee vergelijkbaar) en interculturele communicatie. Bachelor 3 HBO-generiek:1. Brede professionalisering 8. Sociaal-communicatieve bekwaamheid 10. Besef maatschappelijke verantwoordelijkheid Beroepsspecifiek GL/GCS: SBL:1. Interpersoonlijke competentie 7. Prof/reflectieve competentie Beroepsspecifiek GPW/GCS: missionaire competentie; pastoraal; agogischeducatief H.A. Booij

Twee inleidende hoorcolleges, gevolgd door vier werkcolleges waarin je het socratisch gesprek oefent aan de hand van praktijkvoorbeelden De docent heeft m.n. bij de training instruerende en begeleidende taken.


Literatuur wordt nog nader bekendgemaakt


Reflectieverslag / portfolio Aan de hand van literatuurstudie en reflectie op oefensituaties Cijfer 100%


292

4.4.9

ENTH-VAA11.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

IDENTITEIT IN PROFESSIONALITEIT

ENTH-VAA11.D401 IDENTITEIT IN PROFESSIONALITEIT Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend De student weet aan het einde van de module:  wat zijn/haar eigen theologische positie is  welke spiritualiteit daarbij past  de manier waarop hij/zij zich wil profileren aan het werkveld In 6 lessen verkennen we waar jij voor staat qua mens, in je theologische opvatting en hoe dat tot uiting komt in je professionaliteit.  waar sta je voor?  welke ervaringen vind je bepalend voor je werk en hoe geven ze jou energie?  waar sta je theologisch, wat zijn centrale vragen en antwoorden?  hoe wil jij gezien worden in je professie en wat wil je laten zien?  welke consequenties heeft dat voor je werkplek?  hoe zet je dit in bij het vinden van een werkplek? Geen Bachelor 3 Alle vier beroepscompetenties geintegreerd met de 11de generieke. E. Groen Individuele opdrachten, groepsgesprek, individuele gesprekken Werkcolleges, groepsbegeleiding, coaching, etc


Verslag De toets bestaat uit het maken van de opdrachten uit de studiewijzer, 100% aanwezigheid Onvoldoende, voldoende en goed 100%


293

4.4.10

ENTH-VAA12.D401




ENTH-VAA12.D401 ONDERZOEKSPRESENTATIE (Vaardigheid) Education/theologie - GPW Ondersteunend Je kunt een boeiende presentatie te geven over eigen onderzoek. Je leert verschillende eindproducten kennen, leert principes van verantwoord presenteren en maakt een keuze van de eigen presentatie en bereidt die voor. MA 1-7 Bachelor 3 HBO-generieke competentie: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit in handelen en 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Theologische competentie: afhankelijk van de keuze door de student. J. Kemman

Instructie Werkcollege


Wordt nader bekendgemaakt


Onderzoekspresentatie Presentatie van 15 minuten van het afstudeeronderzoek. Cijfer 100%


294

4.4.11 ENTH-SLB4B.V401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling Onderwijsinhoud



Omschrijving



ENTH-SLB4B.V401 Studieloopbaanbegeleiding Education/theologie GPW/GL Ondersteunend Je gaat na waarop in de afronding van de studie nog reflectie nodig is en welke leeractiviteit dat oproept Je onderzoekt en exploreert je toekomstige beroep en je reflecteert erop met behulp van diverse instrumenten in hoeverre je voor dat beroep gemotiveerd en geschikt bent. Je ontwikkelt je eigen studie- en loopbaanplanning en verwerft de vaardigheden die je daarvoor nodig hebt. Je komt tot een integratie van verschillende leerprocessen in je leerontwikkeling. Slb-leerlijn 1e jaar, 2e jaar en 3ejaar, afgesloten POP en PAPen Portfolio Bachelor 2 HBO-generiek: 11. Zelfsturing en 7. Methodisch en reflectief denken en handelen ??? Literatuur Literatuur, internet, studieloopbaankit Windesheim Portaal -Werkcolleges -groepsbegeleiding met afspraken in kleine leergroepen. -projectweken, internationale excursie en GCS+. Dit is 30 uur per onderdeel (dit is verzamelde “integratietijd” uit diverse vakken.




295

4.4.12

ENTH-INV4A en INV4B.D401


INTERVISIE


ENTH-INV4A.D401 en ENTH-INV4B.D401 INTERVISIE Education/theologie – GPW en GL Ondersteunend Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent instaat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Je leert verschillende intervisiemethodieken te benoemen en te hanteren; Je bent instaat leervragen te formuleren en in te zetten in intervisie; je hebt een open en lerende houding ten opzichte van jezelf en de ander; je kunt reflecteren en reflectieverslagen schrijven. Intervisie jaar 3 Gevorderd 4 HBO-generiek: 11. Zelfsturing


A.M.H. Kemper (Utrecht) G. van de Bunt (Zwolle) Literatuur Groepslessen; groepswerk; reflectieopdrachten Colleges; feedback

Onderwijsinhoud






296

4.4.13

ENTH-LWT4.D401




ENTH-LWT4.D401 LEERWERKTRAJECT JAAR 4 Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen en aan de realisatie van de integrale opdrachten LWT 3 Bachelor 4 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 7. Methodisch en reflectief denken en handelen Beroepsspecifiek: Pastorale, liturgische, agogisch educatieve en missionaire competentie Instituutsbegeleider Vakcoach, Handboek Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals Begeleiding door de Instituutsbegeleider en gelegenheid voor vragen bij SLB

Handboek Leerwerktraject 2012-2013



297

4.4.14

ENGL-LWT4.D402






ENGL-LWT4.D402 LEERWERKTRAJECT/LIO-stage JAAR 4 Education/theologie - GL Kenmerkende Beroepssituatie Je leert in het LWT-traject opdrachten en leerdoelen te realiseren in een specifieke beroepscontext. Je werkt in het leertraject aan persoonlijk geformuleerde leerdoelen op het niveau ‘startbekwaam’. Dit houdt in dat je in een hoge mate van zelfstandigheid in het werkveld functioneert zonder directe inbreng en begeleiding van de vakcoach. LWT jaar 3 afgerond Bachelor 12 HBO-generieke competenties: 1. Brede professionalisering 2. Multidisciplinair en geïntegreerd 3. Toepassing relevante inzichten en theorieën, concepten en onderzoeksresultaten 5. Creativiteit en complexiteit van handelen 7. Methodisch en reflectief denken en handelen SBL: Interpersoonlijk competent;pedagogisch competent;organisatorisch competent, vakinhoudelijk en didactisch competent en competent in reflectie en ontwikkeling, competent in de samenwerking met collega’s en competent in de samenwerking met de omgeving Instituutsbegeleider Vakcoach, Handboek, literatuur, internet, video Verslaglegging in twee-wekelijkse journaals en mbv video-opnames Begeleiding door de Instituutsbegeleider, video-interactiebegeleiding en gelegenheid voor vragen bij SLB

Handboek LWT (zie ELO) Lessen in Orde Boek ISBN 9789046901236 Peter Teitler Bussum, Coutinho, 2009, 1e druk



298

4.4.15

ENTH-BVBAPT2.D413


Onderwijsinhoud



BAPTISTICA 2 (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVBAPT2.D413 BAPTISTICA 2 Education/theologie – GPW Ondersteunend Je verdiept je kennis van twee identiteitsdragers van het baptisme, namelijk de doop en vrijheid. Je brengt ze vanuit de geschiedenis in gesprek met de hedendaagse context. Je weet je eigen positie t.o.v. deze identiteitsdragers te verhelderen en te motiveren. Geschiedenis en theologie van het baptisme. Vanuit de geschiedenis worden theologische vragen gethematiseerd en besproken. In deze colleges, die nauw aansluiten bij die van Baptistica 1, wordt ingegaan op theologie en praktijk van de doop, open en gesloten lidmaatschap en gewetens- en geloofsvrijheid. Baptistica 1 Bachelor 2 Beroepsspecifiek: Agogische-educatieve en pastorale competentie HBO-Generiek: 3.Toepassing relevante inzichten, theorieën, concept en onderzoeksresultaten; 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid. T. van der Leer Literatuur Hoor- en werkcolleges, groepsgesprekken Colleges

Reiling-lezingen 2009 en 2012 (t.z.t. te verkrijgen via de docent) Brochures Piet Brongers, Teun van der Leer en Olof de Vries Utrecht


Doop en lidmaatschap: wie gaat er voor? Boek





Jaap-Harm de Jong & Teun van der Leer (red.) Barneveld, 2012

Bezinningsstuk 1 en Bezinningsstuk 2 Je schrijft tweemaal een bezinningsstuk voor een (fictieve) raadsvergadering. De eerste gaat over doop(vormen) en lidmaatschap, de tweede over de bandbreedte van het baptisme. Cijfer Bezinningsstuk 1: 50% Bezinningsstuk 2: 50%


299

4.4.16 ENTH-BVDOG1.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud


6. 7.



ENTH-BVDOG1.D401 BAPTISTEN DOGMATIEK 1 Education/theologie - GPW Ondersteunend -Kennis maken met de theologische identiteit van het Baptisme en de discussies over de typologie daarvan. -Kritisch nadenken over deze theologische identiteit. -Actuele discussies hierover kunnen volgen en reproduceren. -Opbouw van persoonlijk dossier over ‘convicties’. McClendon is een representatieve theoloog in de Free Church traditie. Enkele onderdelen uit zijn ethiek/theologie worden besproken. Uit McClendon’s ethiek (Systematic Theology, Vol. 1) worden delen 1 en 2 besproken: ‘Embodied Witness’ en ‘A Community of Care’, waarin de doperse spits van de theologie wordt uitgelegd: waarheid denken is waarheid doen (ethiek), en dit doen christenen in een communale setting, met een zekere ‘watch-care’ naar elkaar. Dogmatiek die zo niet begint, redeneert niet vanuit de geleefde theologie. De modules God en Mens; Spreken over God met een voldoende afgerond Bachelor 2 HBO-generieke competenties: 3. Wetenschappelijke toepassing 7. Methodisch en reflectief handelen Beroepsspecifiek: Missionaire competentie H. Bakker, D. Drost N.v.t. College vorm, met afwisselend geleide discussies en groepsgesprekken Colleges en waar nodig persoonlijke ondersteuning

Systematic Theology, Vol. 1: Ethics Boek James Wm. McClendon , e Nashville, 2002 2 druk



300

4.4.17 ENTH-BVDOG2.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud




ENTH-BVDOG2.D401 BAPTISTEN DOGMATIEK 2 Education/theologie - GPW Ondersteunend -Verdieping van de kennismaking met Baptisten identiteit en de discussies die daarmee samenhangen in de huidige ‘post-secular’ tijd. -Methodisch leren denken over opbouw van convicties -Zich kunnen mengen in de discussie over Baptistische dogmatiek -Inzicht krijgen in de wijze waarop Baptisten theologie tot stand komt McClendon is een representatieve theoloog in de Free Church traditie. Enkele onderdelen uit zijn ethiek/theologie worden besproken. Uit McClendon’s dogmatiek, Systematic Theology, Vol. 2, worden hoofdstukken 2 en 6 besproken: ‘Begining of the End: Eschatology’ en ‘Jesus the Risen Christ’, waarin McClendon uitlegt waarom een doperse/baptistische theologie (na de ethiek!) begint met eschatologie, en waarom ten aanzien van Jezus Christus vooral moet worden geleefd met/vanuit het bewustzijn dat de Opgestane Heer nu nog altijd leeft in de wereld en in het bijzonder in de gemeente. De modules God en Mens; Spreken over God, Baptisten dogmatiek 1 met een voldoende afgerond Bachelor 2 8. HBO-generieke competenties: 3. Wetenschappelijke toepassing 7. Methodisch en reflectief handelen Beroepsspecifiek: Missionaire competentie H. Bakker, D. Drost N.v.t. College vorm, met afwisselend geleide discussies en groepsgesprekken Colleges en waar nodig persoonlijke ondersteuning

Systematic Theology, Vol. 2: Doctrine Boek James Wm. McClendon Nashville, 1994



301

4.4.18

ENTH-BVET.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving Type becijfering Wegingsfactor

GEMEENTE ETHIEK (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVET.D401 GEMEENTE ETHIEK Education/theologie – GPW Kenmerkende beroepssituatie Klassikale procesbeschrijving van ‘discerning the mind of Christ’ door Schriftinterpretatie, traditie, ervaring en verstand, uitgewerkt in exemplarische voorbeelden, zodat de methodiek van gemeente ethiek duidelijk wordt Vanuit het komen van God tot de wereld wordt ‘geluisterd’ naar (1) het Noachitische verbond (schepping, geweten, overheid, cultuur) en naar (2) het verbond van Christus (kruis en Bergrede) om voor de gemeente van vandaag een (3) ‘ethisch vloertje’ te leggen en daar congregationeel op voort te bouwen. Deze 3 punten omschrijven de inhoud van de colleges. Ethiek voor Baptistengemeenten draait om navolging van Christus, persoonlijk en communaal. Grondleggend hiervoor is het luisteren naar de Schrift: de ‘regenboog’ (schepping, geweten, overheid, cultuur, universele rechten van de mens) en het onderwijs van Jezus (Bergrede [met Mat. 16 en 18], liefdegebod). Deze doordenking wordt congregationeel toegepast en biedt ethische grond voor een beschrijving van de morele ruimte van de plaatselijke gemeente. De modules Ethiek en pastoraat in de zorg; Goed en Kwaad met een voldoende afgerond Bachelor 3 Domeinspecifiek: pastorale, agogisch-educatieve competentie. HBO-generiek: Transfer en brede inzetbaarheid H. Bakker, D.Drost Colleges Collegevorm met daarin geleide discussies en groepsgesprekken Colleges en persoonlijke ondersteuning Gunnende gemeente. Kompas voor waardengestuurde gemeente ethiek Boek Dr. H. Bakker Barneveld, 2012.

Werkstuk De onderdelen/werkinstrumenten uit de colleges dienen hier in een casus te worden toegepast en beschreven Cijfer 100%


302

4.4.19

ENTH-BVGST.D401




GEMEENTESTICHTING (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVGST.D401 GEMEENTESTICHTING Education/theologie - GPW Kenmerkende beroepssituatie Je kent de verschillende stromingen van gemeentestichting. Je kunt deze kritisch evalueren vanuit de eigen traditie en opvattingen. We werken vanuit de kennis van de verschillende stromingen van gemeentestichting aan het opzetten van een plan voor een verkenning in een buurt. We bezoeken lokale initiatieven van verschillende soorten en vergelijken deze met de literatuur en de eigen positie. Ecclesiologie en Gemeenteopbouw uit de minor Bap/VPE zijn met een voldoende afgerond. Bachelor 4 HBO-generiek: 3. Wetenschappelijke toepassing 9. Basiskwalificatie managementfuncties 11. Zelfsturing. Beroepsspecifiek: Agogisch-educatief en missionair O.W. Blok N@tschool Werkcollege en werkbezoeken Lessen, coaching

Als de kerk opnieuw begint Boek ISBN 978 90 239 2291 9 Gerrit Noort e.a. Zoetermeer, 2008 Changing Mission Boek ISBN 085169 305 9 Stuart Murray Londen, 2006

Eindverslag Je maakt een eindverslag op basis van je verkenning en in samenspraak met de literatuur en je eigen opvattingen Cijfer 100%


303

4.4.20

ENTH-BVHP2.D401


Vereiste voorkennis Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Auteur Plaats uitgave Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


HOMILETICUM PRACTICUM II (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVHP2.D401 HOMILETICUM PRACTICUM II Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie Het verdiepen van je homiletische vaardigheden Voortbouwend op HP1 worden je vaardigheden uitgebouwd. Je krijgt een breder repertoire, zowel qua structuur als qua dynamiek en stijlmiddelen. Je leert je hoorders op een volwassen manier te benaderen, volgens de principes van de Transactionele Analyse. Je leert vrij en toegankelijk te spreken, los van papier. HOMILETICUM PRACTICUM I Bachelor 2 Domeinspecifiek: Liturgische, pastorale competentie. HBO-generiek: Sociaal-communicatieve bekwaamheid T. van der Leer i.s.m. Nobbe Trainingen Arnhem Literatuur, video Op de persoon gerichte praktische training met veel oefenstof en feedback. Colleges, feedback, coaching

Meestersprekers. Over de kunst van het spreken Boek Farah Nobbe & Natalie Holwerda Amsterdam, 2010

Live preek op DVD of voor de klas Je houdt na de training bij voorkeur een preek in de praktijk en laat deze opnemen op DVD. Deze wordt besproken en beoordeeld volgens eindtermen die aan het begin van de training worden uitgereikt. Voldaan/niet voldaan 100%


304

4.4.21 ENTH-BVKOR.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

Onderwijsinhoud



1 KORINTIËRS en de SAMENKOMST (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVKOR.D401 1 KORINTIËRS en de SAMENKOMST Education/theologie - GPW Ondersteunend Je kent de sociaal-culturele achtergrond van de oude stad Korinte. Je kunt de geschiedenis van de gemeente te Korinte ten tijde van het contact met Paulus onder woorden brengen. e Je bent vertrouwd met de structuur en inhoud van de 1 Korintebrief en weet deze toe te passen in de pastorale praktijk. Je bent in staat om verschillende interpretaties van moeilijke passages te vergelijken en daarin een beargumenteerde keuze te maken. Een exegetische behandeling van de eerste brief van de apostel Paulus aan de gemeente te Korinte, waarbij met name de spanningen tussen de apostel en de gemeente, alsmede het functioneren van de gaven van de Geest in de samenkomst worden bestudeerd. Getracht zal worden te ontdekken hoe de oorspronkelijk geadresseerden deze brief verstonden en welk licht dit werpt op hedendaagse persoonlijke en pastorale vragen. Heilige Boeken; Exegetische vaardigheden Basis Bachelor 3 Beroepsspecifiek: Agogische-educatieve en pastorale competentie HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten; 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid C. van der Laanvacature Bibliotheek Hoor- en werkcolleges Colleges

De eerste brief van Paulus aan de Korinthiërs. De prediking van het Nieuwe Testament. Boek ISBN 90-266-0348-7 J. Reiling Baarn, 1997

Tentamen Kennistentamen Cijfer 100%


305

4.4.22

ENTH-BVLISK.D413


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis

Niveau Aantal EC Competenties Verantwoordelijke docent(en) Hulpmiddelen Beschrijving werkvorm Begeleidingsactiviteit Literatuurlijst Titel Leerstofdrager Identificatie Auteur Plaats uitgave Titel Leerstofdrager Toetsvoorwaarden Naam toets Omschrijving


LITURGIE EN SAMENKOMST (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVLISK.D413 LITURGIE EN SAMENKOMST Education/theologie – GPW Kenmerkende Beroepssituatie Je kunt de eigenheid van de vrijkerkelijke liturgie vanuit haar geschiedenis weergeven, wegen en toepassen voor vandaag in gesprek met andere liturgische tradities. Geschiedenis en ontwikkeling van de vrijkerkelijke liturgie in vgl. met andere tradities. Inhoud, structuur en stijl. Kerkelijk jaar. Ancient Future Worship. Praktijkopdrachten m.b.t. dopen, avondmaal, rouw- en trouwdiensten, kinderopdracht, ziekenzalving. Algemene kennis van de geschiedenis en ontwikkeling van de liturgie De modules Liturgie in missionair perspectief; Werken met Symbolen; LiturgieTheorie en Praktijk met een voldoende afgerond Bachelor 3 Domeinspecifiek: Liturgische en pastorale competentie T. van der Leer Literatuur Hoor- en werkcolleges Colleges

Samen in de naam van Jezus Boek Evert W. van de Poll Zoetermeer, 2009 Diverse artikelen N@tschool

Werkstuk Het werkstuk bestaat uit een beargumenteerde visie op de samenkomst en liturgische vernieuwing en een viertal liturgieën voor gespecificeerde aangelegenheden met een verantwoording. Cijfer 100%


306

4.4.23

ENTH-BVPASP.D413


Onderwijsinhoud


PASTOR & SPIRITUALITEIT (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVPASP.D413 PASTOR & SPIRITUALITEIT Education/theologie - GPW Kenmerkende Beroepssituatie -Je leert hoe spiritualiteit ingeoefend kan worden en op welke wijze je vanuit je toekomstige professie anderen kunt begeleiden op hun geloofsweg. -Je leert dit te doen vanuit de rol van pastor met zicht op je eigen geloofsweg en spiritualiteit en weet eventuele spanningsvelden tussen het functioneren als pastor en eigen spiritualiteit te benoemen. Dit vak bouwt voort op Evangelische Spiritualiteit. De ontwikkeling van je eigen spirituele identiteit als pastor staat centraal. Een 24-uurs retraite maakt deel uit van dit college. Hierin maak je vooral op ervaringsniveau kennis met de lectio divina. Je gaat met een ander in gesprek over diens spiritualiteit en oefent in (het nadenken over) geestelijke begeleiding. De module Evangelische Spiritualiteit met een voldoende afgerond Bachelor 4 Beroepsspecifiek: Pastorale competentie HBO-specifiek: Sociaal-communicatieve bekwaamheid. W. Huizing Literatuur, retraite, oefeningen Hoorcollege, groepsgesprek, presentaties Colleges, feedback, coaching

Om het geheim van het leven. Over spiritualiteit en geestelijke begeleiding 978 90 239 2684 9 Dr. H.C. van der Meulen Zoetermeer 2013


Een levensregel voor beginners Boek ISBN 90 209 4184 4 Wil Derkse Tielt, 2001, 6e druk


Werken met spiritualiteit Reader, capita selecta uit gelijknamig boek dat niet meer in de handel is



Eindverslag bevattende alle (groeps) opdrachten, presentaties en reflecties Je schrijft je spirituele biografie en reflecteert hierop in relatie met je rol als pastor. Je reflecteert op de literatuur, de opdrachten, de presentaties en retraite. Je doet verslag van de geloofsweg van een pastorant en reflecteert op mogelijkheden vanuit geestelijke begeleiding. Je sluit af met een persoonlijk ontwikkelplan. Voldaan/niet voldaan 100%


307

4.4.24 Bapt/VPE)

ENTH-BVPENT2.D401


Onderwijsinhoud



PENTECOSTALISME 2 (2e Minor

ENTH-BVPENT2.D401 PENTECOSTALISME 2 Education/theologie – GPW Ondersteunend Je hebt kennis van de totstandkoming en ontwikkeling van geloofspunten als bekering, waterdoop, heiligmaking, Geestesdoop en Geestesgaven. Je kunt de kenmerkende theologische inzichten van het Pentecostalisme in het bijzonder in Nederland verwoorden. Je kunt deze kennis met de praktijk verbinden. Een introductie in de theologie van het Pentecostalisme (waaronder wordt verstaan de pinksterbeweging en charismatische vernieuwing) vanaf het ontstaan tot heden, in het bijzonder in Nederland. Pentecostalisme 1 Bachelor 2 Beroepspecifiek: Agogische-educatieve en pastorale competentie HBO-generiek: 3. Toepassing relevante inzichten, theorieën, concepten en onderzoeksresultaten; 10. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid Vacature Literatuur Hoor- en werkcolleges Colleges

Toen de kracht Gods op mij viel Boek ISBN 9789043513890 Laan, C. van der en P.N. van der Laan Kampen, 2007 De Spade Regen Boek ISBN 9024247527 Laan, C. van der Kampen, 1989

Tentamen Kennistentamen over de behandelde stof. Cijfer 100%


308

4.4.25 ENTH-BVPENP.D401 VOE Verkorte naam Lange naam School Soort VOE Doelstelling

PENTECOSTAAL PASTORAAT 1 en 2 (2e Minor Bapt/VPE)

ENTH-BVPENP.D401 PENTECOSTAAL PASTORAAT 1 en 2 Education/theologie - GPW Ondersteunend Kennis: Je maakt kennis met het contextuele pastoraat. De hoofdzaken van deze aanpak worden uitgelegd en je leert mensen en hun problemen zien in de context van hun gezin van herkomst. Je krijgt kennis over de dienst der genezing en de dienst der bevrijding vanuit historisch en Bijbelstheologisch perspectief. Je leert kritisch kijken naar hedendaagse voorbeelden van gebedsgenezingbedieningen en praktijken die te maken hebben met bevrijdingspastoraat. Je leert in deze cursus het in de NT-sche theologie geleerde principe van “al reeds – nog niet” concreet toepassen op het gebied van genezing. Vaardigheid: Je bent in staat om mensen met wie je in het pastoraat te maken krijgt zorgvuldig en pastoraal verantwoord te helpen of door te verwijzen.

Onderwijsinhoud


Attitude: 4. Je bent bereid aandacht te hebben voor een mening, ook als die niet bij voorbaat je instemming heeft. 5. Je bent bereid te streven naar een eerlijke omgang met de Bijbelteksten die over de onderwerpen gaan en ze te lezen vanuit hun context. 6. Je bent bereid om mee te zoeken naar pastoraal verantwoorde oplossingen voor de problemen waarmee je geconfronteerd wordt. De basisbegrippen vanuit de contextuele therapie worden uitgelegd en toegepast op problemen in het pastoraat. Twee belangrijke thema’s uit het pentecostale pastoraat worden onder de loep genomen: de dienst der genezing en de dienst der bevrijding. Voors en tegens van bepaalde visies worden genoemd. De modules Pastoraat en agogiek; Pastoraat en Liturgiek Bachelor 4 Beroepsspecifiek: pastorale competentie Vacature Literatuur (boeken, tijdschrift, losse artikelen) Inleidende lezingen, zelfstandig verplichte literatuur bestuderen, tentamen en opdracht in klas worden voorbesproken Colleges en coaching bij tentamen en opdracht


309


Ontwikkelingen in de contextuele therapie Boek Terry D. Hargrave en Franz Pfitzer Leuven/ Voorburg, 2005, laatste druk


Heil maakt heel – de bediening tot genezing Boek

Titel Leerstofdrager Identificatie Jaar uitgave

Geestkracht – bulletin voor charismatische theologie Bulletin Vol. 68 Special Bevrijdingspastoraat 2011



Martien Parmentier Uitg. Meinema, 1997, laatste druk

Literatuurtentamen en opdracht 1. Er is een schriftelijk tentamen over een deel van het contextuele tekstboek. Open vragen. In de studiewijzer wordt aangegeven welke gedeelten alleen gelezen en welke gedeelten voor het tentamen bestudeerd moeten worden. 2. T.a.v. “genezing” of “bevrijding” moeten twee boeken of artikelen met elkaar vergeleken worden. Waarin komen de boeken/ artikelen overeen en waarin verschillen ze? Korte persoonlijke evaluatie. De boeken/artikelen worden in samenspraak met de student uitgezocht. Cijfer Literatuurtentamen: 50% Opdracht: 50%


310

4.4.26

ENTH-BVPNEU.D401


Onderwijsinhoud

Vereiste voorkennis







3 - Accreditatie Deze opleidingen zijn in 2010 geaccrediteerd per 1 januari 2011 tot en met 31 december 2016.


311

2. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING – RECHTEN EN PLICHTEN Deze regeling wordt vastgesteld door de directeur, na verkregen advies van de opleidingscommissie en na verkregen instemming van de deelraad. Hoofdstuk 1 – BEGRIPSBEPALINGEN Art. 1.1 – Algemene begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: Accreditatie:

het keurmerk dat tot uitdrukking brengt dat de kwaliteit van een opleiding positief is beoordeeld (artikel 1.1 sub s WHW).

Assessment:

een onderzoek naar de competenties die de student bezit.

Assessor:

degene die in een assessment beoordeelt in welke mate de student competenties heeft verworven.

Associate degree:

een samenhangend geheel van onderwijseenheden, af te sluiten met een examen waaraan de graad Associate degree (Ad) is verbonden.

Bacheloropleiding:

zie hbo-bacheloropleiding.

Beroepsvereisten:

vereisten die voor de uitoefening van een bepaald beroep op grond van een wettelijk voorschrift worden gesteld (artikel 7.6 WHW). Tot deze vereisten behoren de eisen zoals neergelegd in de Richtlijnen van de Raad van de EG ten aanzien van verpleegkundigen.

CMR:

Centrale Medezeggenschapsraad.

College van Beroep: voor de examens (CBE)

het College van Beroep voor de Examens Windesheim dat door het College van Bestuur is ingesteld (artikel 7:60 t/m 7:63 WHW).

Colloquium Doctum (21+ toets)

toelatingsonderzoek wanneer niet aan de vooropleidingseis is voldaan (art. 7:29 WHW).

Comakership

tripartiete verhouding tussen Windesheim Flevoland, de student en een bedrijf of instelling waarbij de student als onderdeel van zijn curriculum een praktijkopdracht uitvoert.

Competentie:

het duurzaam vermogen tot handelen in een beroepscontext met waarneembaar resultaat, ter uitvoering van bepaalde verrichtingen in een omschreven beroepsrol.

Competentiegericht onderwijs:

onderwijs dat is gericht op het koppelen van de leerdoelen en eindkwalificaties van de opleiding aan de beroepspraktijk.

Competentieniveau:

aanduiding van het niveau waarop de competentie beheerst wordt.

CROHO:

Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs, waarin de geaccrediteerde opleidingen in het Hoger Onderwijs zijn opgenomen (artikel 6.13 WHW).


312

Decaan:

De decaan begeleidt studenten in situaties waarin hun belang in het geding is. De decaan is de specialist op het gebied van weten regelgeving in het Hoger Onderwijs, opleidingsbeleid, studiefinanciering, financiële problemen, studeren met een functiebeperking en de regelgeving rondom rechten en plichten bij studiestagnatie- of versnelling.

Deeltijdopleiding:

een deeltijdopleiding is de opleidingsvorm die zodanig is ingericht dat de student werkzaamheden kan verrichten naast de onderwijsactiviteiten.

Domein:

is een samenstel van opleidingen die organisatorisch of qua inhoud bij elkaar horen.

Domeincompetenties: de door de HBO-raad vastgelegde domeincompetenties in de informatiebank domeincompetenties. Diplomasupplement:

document dat verplicht aan het getuigschrift wordt toegevoegd, waarop wordt vermeld de naam, de aard, het niveau, de context en de inhoud van de opleiding (artikel 7.11 lid 3 WHW).

Duale opleiding:

een duale opleiding is de opleidingsvorm die zodanig is ingericht dat het volgen van onderwijs gedurende een of meer periodes wordt afgewisseld met beroepsuitoefening in verband met dat onderwijs. De beroepsuitoefening is onderdeel van het onderwijsprogramma van de opleiding (art. 7.7 lid 2 WHW).

EVC:

eerder of elders verworven competenties.

Examen:

de verzameling van met goed gevolg afgelegde tentamens binnen een opleiding waarmee de propedeutische fase, het Associate degree programma of de bachelor- of masteropleiding wordt afgesloten.

Examencommissie:

iedere opleiding of groep van opleidingen, heeft een examencommissie. Deze commissie is ingesteld op grond van artikel 7.12 van de WHW.

Examinator:

het door de examencommissie aangewezen lid van het personeel dat belast is met het afnemen van tentamens.

Geschillenadviescommissie:

de Geschillenadviescommissie Windesheim die door het College van Bestuur is ingesteld (art. 7:63a en art. 7:63b WHW).

hbo-bacheloropleiding: een beroepsopleiding die aansluit op het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs en is geregistreerd in het CROHO. Zie ook: voltijdopleiding, duale opleiding, deeltijdopleiding. hbo-masteropleiding: een opleiding volgend op een bacheloropleiding (artikel 7.3, 7.3a lid 2 sub b en 7.3b sub b van de WHW). Hogeschool: Jaar:

de Christelijke Hogeschool Windesheim. studiejaar (zie studiejaar verderop in de begripsbepalingen).


313

Major:

een samenstel aan onderwijseenheden binnen een opleiding met een programmatische samenhang van 180 studiepunten voor de opleidingen op locatie Zwolle en 210 studiepunten voor de opleidingen op locatie Flevoland.

Minor:

een samenstel aan onderwijseenheden met een programmatische samenhang van 30 studiepunten.

Onderwijseenheid:

een onderwijseenheid als bedoeld in artikel 7.13 van de WHW, bestaande uit - een kenmerkende beroepssituatie, waarbij het gaat om de integratie van kennis, vaardigheden en attitudes en de toepassing daarvan in de beroepscontext; - een ondersteunende onderwijseenheid, waar de nadruk ligt op kennis, vaardigheden en attitudes.

Onderwijsperiode:

een periode van 10 weken onderwijs met een maximale studielast van 18 studiepunten. Per studiejaar bedraagt de gemiddelde studielast van een periode 15 studiepunten. Voor het WHC geldt: een periode van 14 weken gevolgd door een periode van 3 weken met een studielast van respectievelijk 25 en 5 studiepunten.

Opleiding:

een samenhangend geheel van onderwijseenheden gericht op de verwezenlijking van welomschreven doelstellingen op het gebied van kennis, inzicht en vaardigheden waarover degene die de opleiding voltooit, dient te beschikken (artikel 7.3 WHW).

Persoonlijk Ontwikkelingsplan:

het document waarin een student zijn ontwikkeling vastlegt in relatie met de onderwijseenheden die tezamen de onderdelen van het door hem af te leggen afsluitend examen vormen.

Persoonlijk Activiteitenplan:

weergave van de door de student gevolgde en nog te volgen onderwijseenheden.

Postpropedeuse:

de fase van de opleiding die volgt na het behalen van de propedeuse en wordt afgesloten met het afsluitend examen, ook wel hoofdfase genoemd.

Premastertraject:

een deel van het examenprogramma dat de student voorbereidt op het volgen van een masteropleiding aan een universiteit.

Profileringsfonds:

het door het College van Bestuur ingestelde fonds van waaruit financiële ondersteuning verleend kan worden in de vorm van de toekenning van afstudeersteun en/of bestuurs- en topsportbeurzen.

Propedeuse:

de propedeutische fase van de opleiding, af te sluiten met het propedeutisch examen (artikel 7.8 WHW).

Semester:

twee opeenvolgende onderwijsperioden, die aanvangen in onderwijsperiode 1 en onderwijsperiode 3.

Student:

degene die is ingeschreven aan de hogeschool voor het volgen van onderwijs en het afleggen van de tentamens en de examens van een opleiding.

Studiejaar:

het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daarop volgende kalenderjaar (art. 1.1. WHW).


314

Studieloopbaanbegeleider:

een docent die door de directeur van het domein als zodanig is aangewezen en die de student begeleidt bij het maken van studie- en loopbaankeuzes. Voor de opleidingen op locatie Windesheim Flevoland dient de term studieloopbaanbegeleider te worden gelezen als studentbegeleider.

Studiepunt:

één studiepunt omvat een studielast van 28 studie-uren (ook European Credit genoemd).

Tentamen:

een beoordeling van de competenties van een student, waarin begrepen het onderzoek naar kennis, inzicht en vaardigheden als bedoeld in artikel 7.10 van de WHW, alsmede de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek door ten minste één door de examencommissie aangewezen examinator. Een tentamen kan bestaan uit één of meerdere toetsen.

Toelatingscommissie: commissie zoals bedoeld in art. 7.29 WHW welke belast is met het onderzoek naar de toelaatbaarheid van studenten voor het hoger onderwijs indien niet wordt voldaan aan de wettelijke (vooropleidings)eisen. Toets:

Een toets is een evaluatievorm waarbij de student op een vastgesteld tijdstip en binnen de vastgestelde tijd een taak uitvoert. De toets kan meerdere vormen hebben.

Verkort studietraject: het volgen van het onderwijsprogramma binnen een kortere tijdsperiode dan vier studiejaren, doordat voor onderdelen vrijstellingen zijn verleend. Versneld studietraject: het volgen van het volledige onderwijsprogramma binnen een kortere tijdsperiode dan vier studiejaren. Vraaggestuurd onderwijs:

onderwijs waarbij de student bewuste en gemotiveerde keuzes maakt ten aanzien van de eigen studieloopbaan.

Week:

iedere week gedurende het kalenderjaar.

WEB:

Wet Educatie Beroepsonderwijs

WHW:

de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek.


315

Hoofdstuk 2 - TOEGANG EN TOELATING Artikel 2.1 – Toegang (art. 7.24 WHW, art. 7.2.2 WEB) Voor de inschrijving in een opleiding is als vooropleidingseis het bezit vereist van: a. Een vwo- dan wel havo-diploma b. een diploma op mbo-4 niveau (WEB), dat wil zeggen een middenkaderopleiding of een specialistenopleiding. Artikel 2.2 - Nadere vooropleidingseis (art. 7.25 WHW) 1. Naast de vooropleidingseis, zoals genoemd in artikel 2.1 lid a, moet zijn voldaan aan de nadere vooropleidingseisen ofwel de profieleisen die behoren bij het examen van de vooropleiding. De nadere vooropleidingseisen zijn hier te vinden. (n.v.t.) 2. De student die niet voldoet aan de nadere vooropleidingseisen, kan voldoen aan inhoudelijk hier (n.v.t. ) vergelijkbare eisen. Aan de eisen moet zijn voldaan voor de aanvang van de opleiding. De eisen zijn hier te vinden. (n.v.t.) 3. De student die niet voldoet aan lid 1 wordt uitsluitend ingeschreven na overlegging van het bewijs dat aan de eisen als bedoeld in lid 2 is voldaan.

Artikel 2.3 - Aanvullende vooropleidingseis (PMT, Sport en Bewegen, Lerarenopleiding Lichamelijke opvoeding, PABO - art. 7.26 WHW) 1. De aanvullende eisen bij de opleiding zijn hier te vinden. (n.v.t.) 2. Een student wordt uitsluitend ingeschreven na overlegging van het bewijs dat aan de eisen is voldaan. Artikel 2.4 - Vervallen

Artikel 2.4a – Aanvullende vooropleidingseis deeltijdopleiding (art. 7.27 WHW) De eisen aan de werkkring zijn hier te vinden. (n.v.t.) Artikel 2.5 – Toelating (art. 7.29 WHW) 1. Een student die op de inschrijvingsdatum ouder is dan 21 jaar en niet voldoet aan de vooropleidingseis, wordt daarvan vrijgesteld op basis van een met goed gevolg afgelegde 21+toets (colloquium doctum). 2. De bij het toelatingsonderzoek te stellen eisen zijn hier te vinden. (n.v.t.) 3. Voor studenten die in het bezit zijn van een buiten Nederland afgegeven diploma dat in eigen land toegang geeft tot een opleiding aan een instelling voor hoger onderwijs kan door het instellingsbestuur worden afgeweken van de in het eerste lid genoemde leeftijdsgrens. Dit geldt ook indien in bijzondere gevallen geen diploma kan worden overgelegd. 4. Het toelatingsbewijs wordt verstrekt door de Toelatingscommissie. 5. vervallen 6. De student wordt schriftelijk van het besluit tot toelating in kennis gesteld.

Artikel 2.6 - Vrijstelling vooropleidingseis ogv gelijkwaardig diploma (art. 7.10, 7.24 en 7.28 WHW) 1. De bezitter van een Nederlandse bachelor- of mastergraad of van een getuigschrift van een propedeutisch examen aan een instelling voor hoger onderwijs, is vrijgesteld van de vooropleidingseis, maar niet van de nadere vooropleidingseis en de aanvullende vooropleidingseisen. Studentenstatuut 2013-2014 – Godsdienst en pastoraal werk & 2e graads docent Godsdienst en Levensbeschouwing

316

2. De bezitter van een al dan niet in Nederland afgegeven diploma dat voorkomt in de ministeriële regeling als bedoeld in artikel 7.28, tweede lid van de WHW, is vrijgesteld van de vooropleidingseis, maar niet van de nadere vooropleidingseisen, de aanvullende vooropleidingseisen en in het geval dat het een niet in Nederland afgegeven diploma betreft het vierde lid van dit artikel. 3. De bezitter van een al dan niet in Nederland afgegeven diploma dat, na onderzoek, naar het oordeel van het instellingsbestuur tenminste gelijkwaardig wordt geacht aan een van de diploma’s zoals genoemd in art. 2.1, is vrijgesteld van de vooropleidingseis, maar niet van de nadere vooropleidingseis en de aanvullende vooropleidingseisen en de eis zoals genoemd in lid 4. 4. Indien sprake is van een buiten Nederland afgegeven diploma, wordt de vrijstelling, zoals genoemd in lid 2 en 3 verleend nadat bewijs is geleverd van voldoende beheersing van de Nederlandse taal. Aan de eis van voldoende beheersing van de Nederlandse taal wordt voldaan door het met goed gevolg afleggen van het staatsexamen Nederlands als tweede taal, certificaat NT2, tenminste niveau II. 5. In plaats van het gestelde in lid 4 geldt voor studenten met een buiten Nederland afgegeven diploma die volledig Engelstalig onderwijs gaan volgen dat moet zijn voldaan aan een met goed gevolg afgelegde TOEFL test (paper-based test, result 550, een TOEFL computer-based test, result 213 of een TOEFL internet-based test, result 80) of een IELTS 6.0. 6. In bijzondere gevallen kan door het instellingsbestuur worden afgeweken van de eis zoals genoemd in lid 4 en 5. Artikel 2.7 - Vrijstelling propedeutisch examen (art. 7.30 WHW) 1. De examencommissie kan vrijstelling verlenen van het propedeutisch examen aan de bezitter van een al dan niet in Nederland afgegeven diploma, indien dat diploma naar het oordeel van de examencommissie tenminste gelijkwaardig is aan het propedeutisch getuigschrift, onverminderd de aanvullende eisen. De student wordt schriftelijk van het besluit tot vrijstelling van de examencommissie in kennis gesteld.

Artikel 2.8 - EVC (WHW art. 7.13 lid 2 sub r) 1. Indien een Ervaringscertificaat is overgelegd in overeenstemming met de landelijke kwaliteitscode EVC, kan de examencommissie bij aanvang van de studie vrijstellingen verlenen, voor zowel examenonderdelen van de propedeutische fase als van de hoofdfase van de opleiding. 2. Indien de student niet voldoet aan de vooropleidingseis, wordt door de Toelatingscommissie onderzocht in hoeverre met het overleggen van het Ervaringscertificaat is voldaan aan de eisen van het colloquium doctum zoals genoemd in art. 2.5 lid 1 van dit hoofdstuk. 3. De vrijstellingen worden verleend door de examencommissie op basis van een intakegesprek met de betrokken student. 4. De student wordt schriftelijk van het besluit tot vrijstelling van de examencommissie in kennis gesteld.


317

Artikel 2.9 – Ontzegging toegang (art. 7.42a WHW) 1. Een student kan in bijzondere gevallen en na een zorgvuldige belangenafweging door het instellingsbestuur de inschrijving aan de opleiding worden geweigerd dan wel kan de inschrijving worden beëindigd, wanneer de student door zijn gedragingen of uitlatingen blijk heeft gegeven van ongeschiktheid voor de uitoefening van een of meer beroepen waartoe de door hem gevolgde opleiding hem opleidt, dan wel voor de praktische voorbereiding op de beroepsuitoefening. 2. Inschrijving of herinschrijving voor eenzelfde of verwante opleiding binnen of buiten de instelling kan worden geweigerd op basis van de gronden zoals genoemd in lid 1. 3. Wanneer sprake is van de situatie zoals genoemd in lid 1 kan worden besloten dat de student, die bij een andere opleiding een afstudeerrichting volgt die overeenkomt met of, gelet op de praktische voorbereiding op de beroepsuitoefening, verwant is aan de opleiding zoals bedoeld in lid 1, die afstudeerrichting of andere onderdelen van die opleiding niet mag volgen. 4. De door het College van Bestuur ter zake vastgestelde procedurele regels worden in acht genomen. Deze regels zijn te vinden in het Uitvoeringsreglement In- en Uitschrijving. 5. De student wordt geïnformeerd over de beëindiging van de inschrijving.


318

Hoofdstuk 3 – INRICHTING VAN DE OPLEIDING Artikel 3.1 – Vraaggestuurd en Competentiegericht onderwijs 1. De inrichting van de opleiding is zodanig dat studenten in staat worden gesteld het onderwijs vraaggestuurd te volgen en de algemene en beroepscompetenties te verwerven. Artikel 3.2 – Structuur van de opleiding - propedeuse, postpropedeuse en Associate degree (Ad) 1. De studielast van de bacheloropleiding bedraagt 240 studiepunten. Voor de opleidingen op de locatie Zwolle zijn 180 studiepunten gewijd aan de major en 60 studiepunten aan de minor(en) en/of het pre-mastertraject. Voor de opleidingen op locatie Flevoland zijn 210 studiepunten gewijd aan de major en 30 studiepunten aan de minor. 2. De opleiding is ingericht in een propedeutische fase die de eerste 60 studiepunten van de opleiding omvat en een postpropedeutische fase van 180 studiepunten. 3. Het propedeutisch examen wordt afgelegd over de onderwijseenheden van de propedeutische fase. De propedeutische fase is zodanig ingericht dat de student inzicht krijgt in de inhoud van de opleiding met de mogelijkheid van selectie en verwijzing aan het einde van die fase. 4. De studielast van het studieprogramma is 60 studiepunten per jaar. 5. Iedere student wordt in beginsel in staat gesteld om 60 studiepunten per studiejaar te behalen. Indien het niet mogelijk is voor de opleiding om 60 studiepunten aan te bieden gelet op het tijdstip van inschrijving dan wel de eerder geleverde studieprestaties van de student, worden er met de betrokken student afspraken gemaakt om tot een studeerbaar onderwijsprogramma te komen. 6. Verwant aan de opleiding is een Associate degree programma ingesteld van 120 studiepunten. Binnen het Associate degree programma is een propedeutische fase ingesteld. Artikel 3.3 - Examens en graden van de opleiding 1. De opleiding kent de volgende examens: a. het propedeutisch examen ter afsluiting van de propedeutische fase; b. het afsluitend examen ter afsluiting van de opleiding; c. het Associate degree examen ter afsluiting van het Associate degree programma. 2. Aan degene die het afsluitend examen van de opleiding heeft behaald, wordt de graad Bachelor verleend met de door het College van Bestuur vastgestelde toevoeging. 3. Aan degene die het Associate degree examen heeft behaald wordt de Associate degree verleend met de door het College van Bestuur vastgestelde toevoeging. Artikel 3.4 – Major 1. De major omvat meerdere onderwijseenheden. De major voor de locatie Zwolle bevat onderwijseenheden die tezamen 180 studiepunten omvatten. De major voor de locatie Flevoland bevat onderwijsheden die tezamen 210 studiepunten omvatten. 2. Binnen de major worden minimaal 8 en maximaal 16 studiepunten besteed aan studieloopbaanbegeleiding. 3. Binnen de major worden de competenties verworven, die, gezien het opleidings- en beroepsprofiel, voor alle studenten in de betreffende opleiding vereist zijn. 4. De onderwijseenheden van de major zijn ingericht rond kenmerkende beroepssituaties.


319

Artikel 3.5 - Minors 1. De student kiest twee minors van elk 30 studiepunten, onverlet artikel 3.6. Voor de opleiding HBO Rechten en de opleidingen op de locatie Flevoland geldt dat één minor van 30 studiepunten wordt gekozen. 2. Aan één minor kan de eis worden gesteld dat deze betrekking heeft op de domeincompetenties van de opleiding. De lijst met minors welke betrekking hebben op de domeincompetenties is hier te vinden. De andere minor kan zo vrij mogelijk gekozen worden met inachtneming van lid 7. Voor de locatie Flevoland is de laatste volzin niet van toepassing (zie lid 1). 3. Van beide minors wordt er in elk geval één afgerond op bachelor- of gevorderd niveau. De andere minor mag worden afgerond op basisniveau. Voor de locatie Flevoland geldt: de minor mag worden afgerond op basisniveau. 4. De minors van de opleiding, gericht op de algemene hbo-kwalificaties, zijn opgenomen in een lijst welke hier is te vinden. Dit lid is niet van toepassing op de opleidingen op de locatie Flevoland. 5. Wanneer wordt gekozen voor een andere minor (opleiding- of schooloverstijgende minor) dan opgenomen in de lijst van minors, dient voorafgaand toestemming te worden gevraagd aan de examencommissie. 6. De opleiding die de minor aanbiedt stelt de eventuele ingangseisen vast. 7. De examencommissie van de opleiding waar de student is ingeschreven, is verantwoordelijk voor de beslissing of de minor past in het examenprogramma van de student met als toetsingskader de overlap met de major of de andere minor. Voor de locatie Flevoland geldt: “of de andere minor” is niet van toepassing. 8. De minor kan bestaan uit een premastertraject voor een wetenschappelijke masteropleiding, waarbij is voldaan aan de toelatingseisen voor die master krachtens afspraken met de examencommissie van de opleiding die de master aanbiedt. Artikel 3.6 – Premastertraject 1. Het premastertraject kan de plaats innemen van (een deel van) de minor en/of de major. 2. Het premastertraject omvat onderwijseenheden van ten minste 30 en ten hoogste 60 studiepunten. 3. Indien het traject meer dan 30 maar minder dan 60 studiepunten omvat, worden na voorafgaande toestemming van de examencommissie onderwijseenheden gekozen waarmee het totale traject tot 60 studiepunten wordt aangevuld. Het premastertraject is hier nader uitgewerkt.

Artikel 3.7 - Studiepunten onderwijseenheid 1. Elke onderwijseenheid wordt uitgedrukt in hele studiepunten. 2. Een onderwijseenheid omvat ten hoogste 30 studiepunten.

Artikel 3.8 - Onderwijsperioden per studiejaar 1. Een studiejaar bestaat uit 5 opeenvolgende onderwijsperioden. 2. Voor opleidingen op de locatie Zwolle vormen de onderwijsperioden 1 en 2 en de onderwijsperioden 3 en 4 elk een semester. 3. Onderwijsperiode 5 is bestemd voor herkansing en/of voor versnelling van de studie.


320

Artikel 3.9 - Gedragscode Nederlandse taal 1. Het onderwijs in de onderwijseenheden van de opleiding wordt in de Nederlandse taal gegeven en de examens worden in de Nederlandse taal afgenomen tenzij: a. het onderwijs in de onderwijseenheid door een anderstalige docent wordt gegeven in het kader van een gastcollege dan wel; b. de onderwijseenheid facultatief van aard is en als keuzeonderwijs wordt aangeboden, dan wel; c. het noodzakelijk wordt geacht dat studenten vaardigheid verwerven in het spreken, lezen en schrijven in de betreffende taal ter voorbereiding op o.m. deelname aan internationale uitwisseling of het volgen van internationale onderwijseenheden, dan wel; d. de onderwijseenheid voorafgaat aan en is bedoeld ter voorbereiding op een anderstalige opleiding, dan wel; e. de opleiding als geheel niet in de Nederlandse taal wordt aangeboden, dan wel; f. de opleiding een vreemde taal betreft. 2. Bij het onderwijs dat niet in de Nederlandse taal wordt gegeven, a. wordt bij de betreffende onderwijseenheid beschreven in welke taal het onderwijs wordt gegeven; b. wordt het onderwijs gegeven op een zodanig niveau dat het door de gemiddelde student met vrucht kan worden gevolgd; c. wordt op verzoek van studenten een samenvatting van de colleges in de Nederlandse taal verstrekt, behalve in het geval van lid 1 sub d en e; d. kan het schriftelijke tentamen op gemotiveerd verzoek van de student ook in de Nederlandse taal worden gemaakt, behalve in het geval van lid 1 sub d en e.


321

Hoofdstuk 4 - STUDIEBEGELEIDING (art. 7.13 lid 2 sub u WHW)

Artikel 4.1 - Studiebegeleiding 1. Studiebegeleiding bestaat uit: a. Studieloopbaanbegeleiding b. Algemene studiebegeleiding. c. Bijzondere studiebegeleiding. 2. Voor de opleidingen op locatie Flevoland geldt dat de studiebegeleiding bestaat uit studentbegeleiding waaronder is begrepen studieloopbaanbegeleiding. Daar waar de term studieloopbaanbegeleider in art. 4.2 wordt gebruikt, moet deze worden gelezen als studentbegeleider.

Artikel 4.2 Studieloopbaanbegeleiding 1. Aan elke student wordt zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen een maand na aanvang van de studie een studieloopbaanbegeleider toegewezen. De studieloopbaanbegeleider begeleidt de student bij het maken van studie- en loopbaankeuzes met als resultaat het ontwikkelen van de studieloopbaan en van een eigen arbeidsidentiteit. 2. De studieloopbaanbegeleider geeft binnen vijf maanden na aanvang van de studie op basis van ten minste drie gesprekken met de student, een voorlopig studieadvies. Dit advies wordt door de studieloopbaanbegeleider nader onderbouwd in een gesprek met de student. Voor afstandslerenstudenten kan een afwijkende regeling gelden. De procedure met betrekking tot het voorlopige advies is hier te vinden. 3. De studieloopbaanbegeleider adviseert de examencommissie in geval de examencommissie voornemens is aan een bindend studieadvies een afwijzing te verbinden. Het bindend studieadvies wordt beschreven in hoofdstuk 5. 4. Waar nodig verwijst de studieloopbaanbegeleider de student intern of extern door. 5. De student overlegt met zijn studieloopbaanbegeleider over de voortgang van zijn leerproces in het kader van het door hem op te stellen persoonlijk activiteitenplan, waarin wordt beschreven aan welke competenties de student wil werken en op welke wijze. 6. De onderwijseenheden met betrekking tot de studieloopbaanbegeleiding behoren tot de major. De totale omvang van de studieloopbaanbegeleiding en de verdeling van studiepunten is hier te vinden. Artikel 4.3 – Algemene studiebegeleiding 1. De algemene studiebegeleiding bestaat uit begeleidingsvormen die gericht zijn op de studievoortgang en het welbevinden van de student. 2. De algemene studiebegeleiding bestaat uit: a. De studentbegeleiding door de studentendecaan. b. De studentbegeleiding door de studentenpsycholoog. c. De diensten van het studieloopbaancentrum.


322

Artikel 4.4 - Bijzondere studiebegeleiding 1. Een student kan in de gelegenheid worden gesteld om op een aangepaste wijze deel te nemen aan het onderwijs of de tentamens. Deze mogelijkheid wordt in elk geval geboden aan: a. studenten met een lichamelijke, zintuiglijke of andere functiestoornis of functiebeperking. Hierbij wordt het Uitvoeringsreglement studenten met een functiebeperking (SMF) in acht genomen. Het Uitvoeringsreglement is hier te vinden; b. studenten in een Nederlandstalige opleiding met een niet-Nederlandse vooropleiding en/of studenten met een gebleken achterstand in de Nederlandse taal; c. studenten die behoren tot een etnische of culturele minderheid waarvan de deelname in het hoger onderwijs in betekenende mate achterblijft bij de deelname van Nederlanders die niet behoren tot een dergelijke minderheid; d. studenten met één van de hier vermelde Topsportstatussen conform de regeling Profileringsfonds die hier te vinden is. 2. De student die gebruik wil maken van een voorziening als bedoeld in lid 1, moet hiertoe een schriftelijk en gemotiveerd verzoek indienen (tenzij dit al in een overeenkomst met de student is vastgelegd). De intake hiertoe start bij de decanen in het studiesuccescentrum. Zo’n verzoek kan betrekking hebben op het onderwijs of de tentamens in het algemeen maar het kan ook één of meer specifieke onderwijseenheden en/of tentamens betreffen. 3. De student dient het verzoek in bij de examencommissie wanneer het gaat om aanpassing van het onderwijsprogramma en de tentamens / examens en bij de directeur wanneer het gaat om het verstrekken van materiële faciliteiten en overige faciliteiten in de onderwijsvoorzieningen, waarin begrepen de begeleiding van de student bij het plannen van zijn studie. Een formulier voor de aanvraag bijzondere studiebegeleiding is hier te vinden. 4. De beslissing wordt genomen met inachtneming van het Uitvoeringsreglement Studeren met een Functiebeperking. 5. De beslissing wordt schriftelijk meegedeeld aan de student en voor zover nodig aan de betrokken coördinator Diversiteit binnen de opleiding, de betrokken docenten en/of examinator(en).


323

Hoofdstuk 5 - STUDIEADVIES

Artikel 5.1 - Uitbrengen studieadvies 1. De examencommissie brengt namens het instellingsbestuur aan elke student die is ingeschreven in de propedeutische fase van de opleiding het studieadvies uit over de voortzetting van zijn studie binnen of buiten de opleiding, waaraan ook een afwijzing kan worden verbonden. 2. Het studieadvies is gebaseerd op de door de student behaalde studieresultaten. Het advies geeft een indicatie voor het verdere verloop van deze studie bij gelijkblijvende inspanningen van zowel de opleiding als van de student. 3. De examencommissie betrekt in zijn advies de persoonlijke omstandigheden van de student zoals aangegeven in het Uitvoeringsbesluit WHW (Stb. 1993, 48). 4. De examencommissie brengt het eerste advies aan de voltijd- en duale studenten niet eerder uit dan het moment waarop de student vier onderwijsperioden voor de opleiding ingeschreven staat. Voor de deeltijd- en afstandslerenstudenten wordt het eerste advies door de examencommissie uitgebracht op volgens het door de examencommissie vastgestelde tijdspad, maar niet eerder dan na vier onderwijsperioden. Dit tijdspad is te vinden in de opleidingscommunity van theologie onder de kop examencommissie. 5. Naast de kwantitatieve eis zoals genoemd in art. 5.2 lid 1 kan een aanvullende kwalitatieve eis worden gesteld ten aanzien van onderwijseenheden die in ieder geval met voldoende resultaat moeten zijn afgerond. Deze aanvullende eisen zijn hier te vinden. (n.v.t.) 6. Voor het bepalen van het aantal behaalde studiepunten tellen vrijstellingen niet mee. 7. Zolang het propedeutisch examen nog niet is behaald, kan na afloop van ieder semester opnieuw een studieadvies worden uitgebracht waaraan een afwijzing wordt verbonden. Tweede en eventueel latere adviezen worden uitgebracht op de door de examen commissie vastgestelde tijdstippen, waarbij tevens de studienorm is aangegeven. Deze tijdstippen zijn te vinden in de opleidingscommunity onder de kop examencommissie. 8. Na het behalen van de propedeuse kan aan een studieadvies geen afwijzing meer worden verbonden. 9. Een student kan verzoeken om opschorting of intrekking van een studieadvies. Hiertoe dient een met redenen omkleed verzoek te worden ingediend bij de examencommissie.

Artikel 5.2 - Afwijzing bij het studieadvies 1. Aan het eerste studieadvies wordt een afwijzing verbonden, indien de student bij het uitbrengen daarvan minder dan 54 studiepunten heeft behaald. Voor de te behalen studiepunten kunnen onderwijseenheden zijn aangewezen, waarvan de studiepunten in elk geval moeten zijn behaald. Deze kwalitatieve eisen zijn hier te vinden. (n.v.t.) 2. In afwijking van lid 1 wordt aan het eerste studieadvies een afwijzing verbonden indien de student bij het uitbrengen daarvan 50 of meer studiepunten heeft behaald, maar minder dan 54 studiepunten, tenzij aan de volgende voorwaarden is voldaan: a. aan de in lid 1 genoemde kwalitatieve eisen is voldaan, b. de student heeft voor de nog niet behaalde onderwijseenheden gebruik gemaakt van alle toetsmogelijkheden als benoemd in art. 6.6. lid 2 en c. op het moment van het eerste studieadvies is het (gewogen) gemiddelde tentamencijfer van de student minimaal een 7,0. Bij de berekening hiervan worden onvoldoende tentamencijfers niet meegenomen. 3. Voor de voltijdse afstandslerenstudenten geldt in afwijking van lid 1 dat aan het eerste studieadvies een afwijzing wordt verbonden, indien de student bij het uitbrengen daarvan minder dan 45 studiepunten heeft behaald. Voor het overige is lid 1 van overeenkomstige toepassing.


324

4. In afwijking van lid 3 wordt aan het eerste studieadvies aan de voltijdse afstandslerenstudenten een afwijzing verbonden indien de student bij het uitbrengen daarvan minder dan 50 studiepunten heeft, waarbij bij de berekening van het aantal studiepunten de vrijstellingen worden meegerekend. De afwijzing wordt niet aan dit eerste studieadvies verbonden indien aan de volgende voorwaarden is voldaan: a. Op het moment van het eerste studieadvies heeft de student 45 studiepunten of meer, maar minder dan 50 studiepunten, b. aan de in lid 1 genoemde kwalitatieve eisen is voldaan, c. de student heeft voor de nog niet behaalde onderwijseenheden gebruik gemaakt van alle toetsmogelijkheden als benoemd in art. 6.6. lid 2 en d. op het moment van het eerste studieadvies is het (gewogen) gemiddelde tentamencijfer van de student minimaal een 7,0. Bij de berekening hiervan worden onvoldoende tentamencijfers niet meegenomen. 5. Aan volgende studieadviezen wordt een afwijzing verbonden, indien de student niet heeft voldaan aan de in leden 1 tot en met 4 vastgelegde norm. 6. Alle studenten dienen uiterlijk na twee jaren het propedeutisch examen te hebben behaald. 7. Indien de afwijzing achterwege is gebleven wegens persoonlijke omstandigheden, kan de examencommissie voor het daaropvolgende studiejaar voor de betreffende student een individuele studienorm vaststellen. De examencommissie bepaalt de periode waarbinnen de studiepunten moeten zijn behaald. Indien de studiepunten niet binnen de vastgestelde periode zijn behaald, ontvangt de student alsnog een afwijzing. 8. De afwijzing heeft betrekking op de Bachelor opleidingen GL/GPW genoemde opleidingen. 9. Bij afwijzing wordt de inschrijving voor de opleiding beëindigd. De student wordt ten minste twee jaar niet meer ingeschreven in de opleidingen waarvoor de afwijzing geldt. Bij een eventueel nieuw verzoek tot inschrijving dient de student ten genoegen van de examencommissie aannemelijk te maken dat hij die opleiding dit maal met succes zal kunnen volgen. De examencommissie kan hiervoor regels vaststellen.

Artikel 5.3 - Procedure bij afwijzing bij het studieadvies 1. De student wordt in het kader van de studiebegeleiding ten minste één maal schriftelijk gewaarschuwd voor de gevolgen van het niet tijdig voldoen aan de norm van de studievoortgang. 2. Indien een student bij het studieadvies niet het door hem te behalen aantal studiepunten heeft behaald in de onderwijseenheden waarin deze moeten zijn behaald, vraagt de examencommissie a. het advies van de decaan met betrekking tot de persoonlijke omstandigheden van de student; b. het advies van de studieloopbaanbegeleider met betrekking tot de studieloopbaan van de student. 3. De examencommissie betrekt beide adviezen bij het te nemen besluit. 4. Indien de examencommissie voornemens is aan het studieadvies een afwijzing te verbinden, stelt zij de student daarvan schriftelijk op de hoogte en stelt hem daarbij tevens in de gelegenheid voorafgaand aan het nemen van het besluit te worden gehoord. De examencommissie voegt bij het bericht de studievoortgangslijst waarop het voornemen is gebaseerd. 5. De examencommissie stelt de student schriftelijk en gemotiveerd in kennis van haar besluit tot afwijzing en wijst de student op de mogelijkheid van het instellen van beroep. 6. De door het College van Bestuur ter zake vastgestelde procedurele regels worden in acht genomen. Deze regels zijn hier te vinden. 7. Elke examencommissie rapporteert jaarlijks aan het College van Bestuur over het aantal gegeven afwijzingen. Zij kan daarbij tevens adviseren of en in welk opzicht de regels met betrekking tot de afwijzing verbonden aan het studieadvies, aanpassing behoeven.


325

Hoofdstuk 6 – TOETSEN, TENTAMENS EN EXAMENS

Artikel 6.1 - Vorm van de tentamens 1. Het tentamen bestaat uit één of meerdere van de volgende vormen: a. een schriftelijke of mondelinge toets; b. een portfolio of werkstuk; c. een assessment. 2. De vorm(en) van het tentamen wordt/worden bij elke onderwijseenheid aangegeven. 3. De datum waarop de laatste toets van het tentamen is afgelegd dan wel waarop de toets moet worden ingeleverd, wordt als tentamendatum geregistreerd.

Artikel 6.2 - Schriftelijke toets 1. Een schriftelijke toets wordt afgenomen aan, of onmiddellijk na het einde van de onderwijsperiode waarin het onderwijs in de onderwijseenheid is verzorgd. 2. In de regel is de herkansing van een schriftelijke toets aan het einde van de daaropvolgende periode. 3. Om deel te nemen aan een schriftelijke toets moet de student zich voor deze toets inschrijven. 4. Bij aanvang van het tentamen moet de student de presentielijst tekenen en zich kunnen legitimeren door middel van zijn collegekaart van het lopende studiejaar en een geldig identiteitsbewijs (2 x ID).

Artikel 6.3 - Portfolio of werkstuk als toets 1. Een groepsgewijs afgenomen toets in de vorm van een portfolio of werkstuk is zodanig ingericht dat door de examinator een individuele beoordeling kan worden gegeven. 2. Het portfolio, documenten in het portfolio en/of ander schriftelijke werkstukken van studenten kunnen worden gecontroleerd op een juiste wijze van bronvermelding, eventueel met behulp van een plagiaatchecker. Het kopiëren van andermans werk zonder bronvermelding is een vorm van fraude. De examencommissie is bevoegd om bij fraude een strafmaatregel op te leggen. Dit is verder uitgewerkt in het Reglement Examencommissie.

Artikel 6.4 - Mondelinge toets 1. Bij een mondeling toets wordt als regel niet meer dan één persoon tegelijk getoetst. 2. De mondelinge toets is openbaar, tenzij de examencommissie of de desbetreffende examinator in een bijzonder geval anders heeft bepaald, dan wel de student tegen de openbaarheid bezwaar heeft gemaakt. 3. De examencommissie kan besluiten dat een mondelinge toets wordt afgelegd in aanwezigheid van een tweede examinator. Indien de examencommissie geen besluit heeft genomen, kan de student de examencommissie schriftelijk verzoeken de mondelinge toets te mogen afleggen in aanwezigheid van een tweede examinator, of het tentamen vast te leggen op een mediadrager. 4. De datum waarop de mondelinge toets is afgelegd wordt geregistreerd als tentamendatum.


326

Artikel 6.5 - Vrijstelling voor tentamens 1. Een student kan de examencommissie verzoeken vrijstelling te geven voor het afleggen van een of meer tentamens. De student dient aan te tonen dat hij op grond van elders in het hoger onderwijs behaalde tentamens of examens, dan wel op grond van buiten het hoger onderwijs opgedane kennis of vaardigheden, voldoet aan het/de leerdoel(en) van die onderwijseenheid en deze deel uitmaakt van het examen van de student. 2. De van toepassing zijnde regels voor het aanvragen van een vrijstelling zijn opgenomen in het Reglement Examencommissie. 3. Een vrijstelling wordt in de studievoortgangregistratie verwerkt.

Artikel 6.6 - Afleggen van tentamens 1. Een tentamen kan niet worden afgelegd indien niet aan de ingangseisen van de betreffende onderwijseenheid is voldaan. 2. Elk tentamen kan maximaal tweemaal per jaar worden afgelegd. Nadere regels omtrent herkansingen zijn te vinden in het Reglement examencommissie. De Examencommissie kan besluiten dat individuele studenten een extra tentamenkans krijgen. 3. Indien a. de student bij het eerste studieadvies als bedoeld in art. 5.1, 54 of meer studiepunten heeft behaald, maar minder dan 60 studiepunten, krijgt de student in afwijking van lid 2 driemaal de mogelijkheid een propedeusetentamen af te leggen. b. Indien de student bij het eerste studieadvies als bedoeld in art. 5.2 lid 2, 50 of meer studiepunten heeft behaald, maar minder dan 60 studiepunten, krijgt de student in afwijking van lid 2 driemaal de mogelijkheid een propedeusetentamen af te leggen. c. Indien de student bij het eerste studieadvies als bedoeld in art. 5.2 lid 4, 45 of meer studiepunten heeft behaald, maar minder dan 60 studiepunten, krijgt de student in afwijking van lid 2 driemaal de mogelijkheid een propedeusetentamen af te leggen. d. Deze derde tentamenmogelijkheid vindt plaats in de vijfde periode. 4. Een tentamen dat met voldoende resultaat is afgelegd, kan niet opnieuw worden afgelegd. Indien het cijfer van een onderwijseenheid is gebaseerd op de beoordeling van meer dan één onderdeel en een onderdeel meer dan eenmaal wordt afgelegd, telt het hoogst behaalde cijfer van elk onderdeel, onverlet lid 2 en lid 3. 5. In bijzondere gevallen kan voorafgaand aan het studiejaar worden bepaald dat het tentamen voor een onderwijseenheid maar één maal per jaar kan worden afgelegd. 6. Als tentamen te beoordelen werk wordt als regel tijdens de tentamenperiode ingeleverd. 7. De student kan de examencommissie verzoeken wegens bijzondere omstandigheden het tentamen op een andere wijze af te leggen dan aangegeven bij de desbetreffende onderwijseenheid. Dit is verder uitgewerkt in het Reglement Examencommissie. 8. Aan studenten met een lichamelijke, zintuiglijke of andere functiestoornis of functiebeperking kan de gelegenheid worden geboden de tentamens op een zoveel mogelijk aangepaste wijze af te leggen. De examencommissie wint zo nodig deskundig advies in alvorens te beslissen.


327

Artikel 6.7 - Cijfers 1. Met in achtneming van het bepaalde in de volgende volzinnen, moet ieder tentamen van een examen moet met goed gevolg worden afgelegd. 2. Bij de beoordeling van de tentamens wordt de volgende normering gehanteerd: a) een cijfer of letter(combinatie): 1 of zs = zeer slecht / very poor 2 of s = slecht / poor 3 of zo = zeer onvoldoende / very insufficient 4 of o = onvoldoende / insufficient 5 of bv = bijna voldoende / almost sufficient 6 of v = voldoende / sufficient 7 of rv = ruim voldoende / satisfactory 8 of g = goed / good 9 of zg = zeer goed / very good 10 of u = uitmuntend / excellent b) een oordeel V, NV = Voldaan / Sufficient, Niet Voldaan / Insufficient c) een beoordeling vr = vrijstelling / exemption d) een beoordeling Evr = vrijstelling op grond van Ervaringscertificaten / exemption based on an assessment of prior learning Artikel 6.8 – Toetsuitslag en tentamencijfer 1. De uitslag van de toetsen wordt vastgesteld en bekend gemaakt binnen 3 weken na het afleggen van de toets. 2. De examencommissie stelt regels vast voor de bekendmaking van de uitslag van toetsuitslagen en tentamencijfers. Deze regels zijn in het Reglement examencommissie opgenomen. 3. De student heeft digitaal toegang tot zijn studievoortganglijst, waarop de uitslag van elk door hem afgelegd tentamen is opgenomen. Bij het verkrijgen van toegang wordt de student geïnformeerd over het recht op inzage zoals bedoeld in artikel 6.9 van deze regeling, alsmede op de mogelijkheid tegen de beoordeling van tentamens beroep in te stellen bij het College van Beroep voor de Examens.

Artikel 6.9 - Inzage beoordeeld werk 1. Gedurende een periode van ten minste 3 weken na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk tentamen krijgt de student op zijn verzoek inzage in zijn beoordeeld werk. Gedurende deze termijn kan een student die aan het tentamen heeft deelgenomen kennis nemen van vragen en opdrachten van het desbetreffende tentamen, alsmede van de beoordelingsnormen. 2. In afwijking van lid 1 kan de examencommissie bepalen dat de inzage of de kennisneming geschiedt op een vaste plaats en op ten minste één vast tijdstip. Indien de student aantoont door overmacht verhinderd te zijn of te zijn geweest op de vastgestelde plaats en tijdstip, wordt hem een andere mogelijkheid geboden (zie het Reglement examencommissie). Artikel 6.10 – Geldigheidsduur tentamens en vrijstellingen 1. De geldigheidsduur van tentamens en vrijstellingen is vier jaar. 2. De geldigheidsduur kan op verzoek van een student door de examencommissie worden verlengd. 3. De geldigheidsduur kan worden verkort door de opleiding. De lijst van onderwijseenheden met afwijkende geldigheidsduur is hier te vinden. (n.v.t.)


328

Artikel 6.11 - Examen 1. De examencommissie stelt in vergadering bijeen de uitslag van het examen vast, nadat de examencommissie heeft onderzocht of de student aan alle voor het desbetreffende examen geldende verplichtingen heeft voldaan en of de student in voldoende mate de eindkwalificaties beheerst. 2. De datum van de in het eerste lid bedoelde vergadering is de examendatum die op het getuigschrift wordt vermeld. 3. Ten bewijze dat het examen met goed gevolg is afgelegd, wordt door de examencommissie een getuigschrift uitgereikt. Het getuigschrift vermeldt in ieder geval de opleiding waarin het examen is afgelegd, de onderdelen van het examen en de graad die is verleend. 4. De examencommissie reikt naast het getuigschrift een diplomasupplement uit.

Artikel 6.12 - Cum laude 1. Het propedeutisch examen en het afsluitend examen van de bachelor kunnen cum laude worden afgelegd. 2. Het propedeutisch examen is cum laude afgelegd indien a. het (gewogen) gemiddelde van de beoordelingen van de examenonderdelen in de propedeuse ten minste en zonder afronding 8,0 is; b. voor elk van de tot het propedeutisch examen behorende onderdelen zonder herkansing ten minste een 6,0 is behaald; c. en voor minimaal 30 credits van de propedeuse een tentamen is afgenomen. 3. Het afsluitende examen van de bachelor is cum laude afgelegd indien a. het (gewogen) gemiddelde van de beoordelingen van de examenonderdelen in de hoofdfase ten minste en zonder afronding 8,0 is; b. voor elk van de tot het afsluitende examen behorende onderdelen zonder herkansing ten minste een 6,0 is behaald; en voor minimaal 120 credits van de hoofdfase een tentamen is afgenomen. 4. Het toekennen van cum laude is nader uitgewerkt in het reglement “Cum laude Windesheim”. Dit reglement is hier te vinden.


329

Hoofdstuk 7 - EXAMENCOMMISSIE

Artikel 7.1 - Instelling en taken examencommissie 1. De directeur van het domein stelt voor elke opleiding of groep van opleidingen van het domein een examencommissie in. 2. De examencommissie is het orgaan dat op objectieve en deskundige wijze vaststelt of een student voldoet aan de voorwaarden die de onderwijs- en examenregeling stelt ten aanzien van kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn voor het verkrijgen van een graad. 3. Naast het bepaalde in lid 2 heeft de examencommissie de volgende taken en bevoegdheden: het borgen van de kwaliteit van de tentamens, het aanwijzen van examinatoren om tentamens en examens af te nemen en de uitslag daarvan vast te stellen, de zorg voor de organisatie en de coördinatie van de tentamens en examens van de opleiding(en), het uitbrengen van het bindend studieadvies alsmede het verlenen van vrijstelling voor het afleggen van één of meer tentamens. 4. De examencommissie stelt richtlijnen en beoordelingsnormen vast voor de uitslag van tentamens en examens. Deze richtlijnen en beoordelingsnormen zijn te vinden in het Reglement examencommissie. 5. Het Reglement examencommissie bevat, naast hetgeen genoemd in lid 4, in elk geval bepalingen omtrent: a. het verlenen van vrijstellingen; b. fraude; c. het beleid met betrekking tot de goedkeuring van het PAP; d. het aanvragen en uitreiken van getuigschriften; e. de gang van zaken tijdens de tentamens. Het Reglement examencommissie is in het Studentenstatuut te vinden op de opleidingscommunity > examencommissie.

Artikel 7.2 - Benoeming en samenstelling examencommissie 1. De directeur van het domein benoemt de leden van de examencommissie waaronder begrepen de voorzitter, op basis van hun deskundigheid op het terrein van de opleiding of van de groep van opleidingen. 2. Tenminste één lid is als docent verbonden aan de opleiding of aan een opleiding die tot de groep van opleidingen behoort. 3. Alvorens tot benoeming van een lid over te gaan, hoort de directeur de leden van de examencommissie. 4. De examencommissie bestaat uit ten minste vijf leden. Uitzondering hierop is de examencommissie van het Windesheim Honours College, deze bestaat uit minimaal drie leden. 5. De examencommissie kent voldoende plaatsvervangende leden om zonder onderbreking haar taken als bedoeld in artikel 7.1 uit te kunnen voeren. 6. De benoeming geschiedt voor een periode van 3 jaar. De leden zijn opnieuw benoembaar. 7. Het lidmaatschap eindigt indien de betrokkene niet meer aan de opleiding of instelling is verbonden. 8. De leden van de examencommissie hebben in geen enkel opzicht een financiële verantwoordelijkheid voor of binnen de opleiding. 9. Aan een examencommissie kan een ambtelijk secretaris worden toegevoegd.


330

Artikel 7.3 - Subcommissies 1. De examencommissie kan al dan niet uit haar midden een onder haar verantwoordelijkheid functionerende commissie instellen met betrekking tot bijvoorbeeld: a. het doen van beleidsvoorstellen met betrekking tot het goedkeuren van regelmatig voorkomende persoonlijke activiteitenplannen van studenten; b. het goedkeuren van persoonlijke activiteitenplannen van studenten; c. het bewaken van de kwaliteit van toetsing en beoordeling. 2. De examencommissie maakt voorstellen zoals bedoeld in lid 1 sub a bekend in de door haar opgestelde regels (zie artikel 7.1 lid 4). Deze besluiten kunnen worden gewijzigd en/of ingetrokken met ingang van het tweede semester volgend op de datum van het besluit.

Artikel 7.4 - Examinatoren 1. Ten behoeve van het afnemen van de tentamens en het vaststellen van de uitslag daarvan wijst de examencommissie examinatoren aan. 2. Als examinator kunnen worden aangewezen leden van het personeel die met het verzorgen van onderwijs in de desbetreffende onderwijseenheid zijn belast alsmede deskundigen van binnen of buiten de instelling. 3. De examinatoren verstrekken de examencommissie de gevraagde inlichtingen.

Artikel 7.5 - Getuigschriften en verklaringen 1. Het getuigschrift wordt niet uitgereikt dan nadat de examencommissie heeft vastgesteld dat: a. de student gedurende de periode dat hij heeft deelgenomen aan de onderwijs- en examenvoorzieningen rechtmatig ingeschreven heeft gestaan; b. de student aan al zijn studie-verplichtingen heeft voldaan; c. de student aan al zijn betalingsverplichtingen heeft voldaan; d. de student aan de overige bij wet gestelde vereisten heeft voldaan. 2. De examencommissie voegt aan een getuigschrift van het met goed gevolg afgelegde afsluitend examen, een supplement toe. Het supplement wordt opgesteld in het Nederlands of Engels. 3. De examencommissie reikt op verzoek van de student een verklaring uit in de gevallen dat een student meer dan een tentamen met goed gevolg heeft afgelegd, maar aan hem geen getuigschrift kan worden uitgereikt. 4. De examencommissie kan regels van procedurele aard vaststellen ten aanzien van de uitreiking van getuigschriften en verklaringen.


331

Hoofdstuk 8 – SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN

Artikel 8.1 - Bezwaar en beroep Tegen besluiten op grond van deze regeling genomen staat beroep open bij het College van Beroep voor de Examens Windesheim. Het reglement van het College van Beroep voor de Examens is hier te vinden.

Artikel 8.2 - Wijziging van de regeling Tentamens van onderwijseenheden, die niet meer in het onderwijsprogramma zijn opgenomen, worden in het eerste daaropvolgende studiejaar voor de studenten die het onderwijs daarin al hebben gevolgd, nog ten minste eenmaal afgenomen.

Artikel 8.3 - Bijlagen bij onderwijs- en examenregeling De bij deze regeling behorende uitwerkingen vormen tezamen met deze regeling de onderwijs- en examenregeling van de opleiding.

Artikel 8.4 - Slot- en overgangsbepalingen 1. De bij deze regeling behorende overgangsregelingen zijn hier te vinden, waarbij is aangegeven: cohorten voormalige azusa Theologische Hogeschool en cohort NHL Hogeschool Leeuwarden. a. op welke studenten (zo nodig per jaar van inschrijving) de regeling van toepassing is; b. voor welke minor en/of onderwijsheden de overgangsregeling van toepassing is; c. de jaren waarin het onderwijs uiterlijk nog wordt gegeven en de jaren waarin de tentamens uiterlijk nog kunnen worden afgelegd. 2. In de gevallen waarin deze onderwijs- en examenregeling niet voorziet, beslist de directeur van het domein.

Artikel 8.5 - Inwerkingtreding en looptijd 1. Deze regeling treedt in werking op 1 september 2013 en loopt tot 1 september 2014. 2. Het format van de Onderwijs- en Examenregeling is door het College van Bestuur op 28-03-2013 vastgesteld, na instemming van de Centrale Medezeggenschapsraad op28-03-2013. 3. De directeur van het domein, Harry Frantzen, heeft de Onderwijs en Examenregeling van de opleidingen Godsdienst en Pastoraal Werk en Docent van de 2e graad in godsdienst en Levensbeschouwing vastgesteld op 26-08-2013, na het advies van de Opleidingscommissie en na instemming van de Deelraad, respectievelijk op 16-05-2013 en 26-08-2013. Ondertekening door de directeur is als separaat besluit beschikbaar.


332

Bijlagen bij Bachelor OER – 2013-2014 T&L mt28/5/2013 Bij onderwijsvisie Windesheim theologie: Bijlage 7 (zoals heden genummerd): Oer/uitvoeringsregeling van Oud-Azusa Overgangsbepaling Oud-Azusa opleiding: Studenten die ingeschreven zijn voor september 2009 (m.a.w. eerdere cohorten dan 2009/2010) dienen gebruik te maken van de programma’s zoals beschreven in de studiegids en/of het studententstatuut en de OER van het jaar van inschrijving. Voor de cohorten 2006/2007, 2007/2008 en 2008/2009 geldt dat de verdiepende profielaccenten (Religie en Samenleving; Geloof en Kerk; Zin en Zorg) administratief worden opgenomen in de major, conform deze regeling. Programmatisch wijzigt er niets. Voor studenten die in 2010 en eerder zijn ingestroomd in het curriculum van de Azusa theologische hogeschool geldt het Studentenstatuut Azusa theologische hogeschool augustus 2008. Dit Statuut van Azusa theologische hogeschool geldt voor zover niet strijdig met het Windesheim Studentenstatuut. Voor de rechtsbescherming geldt alleen het statuut van Windesheim. In het kader van afbouw van de oude Azusa opleidingen gelden afspraken voor de Uitloop van de programma’s. De bijgaande brief is hierbij leidraad, via vervolg brieven worden studenten op de hoogte gehouden.

overgangsregeling Voor de studenten die volgens de getekende OVEREENKOMST INZAKE OVERDRACHT VAN PTH- EN THEOLOGIE-OPLEIDINGEN VAN NHL AAN WINDESHEIM d.d. juni 2013 hun studie bij de NHL theologie-opleidingen per 1 september 2013 vervolgen bij Windesheim, gelden de volgende overgangsregelingen: 1. Alle studenten met uitzondering van cohort 2012-2013 kunnen hun studie volgen c.q. voortzetten binnen de bepalingen van het NHL-Hogeschool-Studentenstatuut 2012-2013 (GPW/Lero) en binnen de bepalingen van deze overgangsregeling. Dit geldt voor zover niet strijdig met het Windesheim Studentenstatuut. Voor de rechtsbescherming geldt alleen het Studentenstatuut van Windesheim. 2. Met uitzondering van cohort 2012-2013 worden voor de overige cohorten eenmalig in het studiejaar 2013-2014 de leerplanonderdelen van jaar 4 aangeboden en wel op de locatie Rengerslaan 10 Leeuwarden van de NHL-hogeschool. 3. Met uitzondering van het cohort 2012-2013 dienen de overige cohorten al hun vakken (en bijhorende tentamens) afgerond te hebben op uiterlijk 31 augustus 2015. 4. Studenten die denken in aanmerking te komen voor een uitzondering op de regels kunnen een beroep doen op de examencommissie. In geval van conflicten beslist de examencommissie. Hun rol Hun rol is beperkt tot zaken die beoordelen, afstuderen en programma betreffen.


333

Bijlagen Art. 3.5 Minoren: 3.5. punt 2: Onze lijst met domeinspecifieke minors: Minor Vaktheorie Minor Theologische disciplines VPE/Baptisten minor 1 en 2, VPE/Baptisten minor Pre-master minor Minoren van Leger des Heils en Molukse kerken. 3.6. pre-master traject: Overzicht van onze pre-master:

3 e jaar, 2e Semester

3.3.11 Leerplanschema PREMASTER E

PREMASTERTRAJECT

I N T E G R A A L

C L

I N V

2 SEMESTER JAAR 3

PERIODE 3

EC

PERIODE 4

EC

Doelen: zelfstandig bronnenonderzoek; internationalisering; verdieping; publiceren; eigen visie-ontwikkeling

15

Doelen: zelfstandig bronnenonderzoek; internationalisering; verdieping; verslaglegging

15

PRAKTISCHE THEOLOGIE

4

KERKGESCHIEDENIS

4

Opdracht: Schrijf een artikel voor het tijdschrift Handelingen, waarin je het concept voor praktische theologie van Gerben Heitink vergelijkt met dat Heimbrock/Dinter Söderblom Einführung in die Empirische Theologie

Opdracht: Schrijf een wetenschappelijk verantwoord onderzoeksverslag over een zelfgekozen thematiek rond leven/werk/context van Augustinus.

Code: ENTH-PRMINT1

Code: ENTH-PRMINT2

WETENSCHAPSFILOSOFIE

3

ENCYCLOPEDIE VAN DE GODGELEERDHEID

Toetsvorm: bijdrage aan debat in werkcollege en werkstuk

Toetsvorm:visiestuk over Ford en Frey, m.n. mbt de waarheidsvraag, interreligieuze dialoog verhouding theologie en godsdienstwetenschap

Code: ENTH-PRMCL1

Code: ENTH-PRMCL3

HERMENEUTIEK

V A A R

2013/2014

4

ETHIEK

Toetsvorm: werkstuk zelfstandige analyse literatuur

Toetsvorm: werkstuk waarin ethische theorieën geldig worden gepresenteerd en geëvalueerd

Code: ENTH-PRMCL2

Code: ENTH-PRMCL4

ONDERZOEKSOPZET EN RAPPORTAGE

3

ONDERZOEKSMETHODEN

(empirisch)

(historisch/systematisch)

Toetsvorm: deelopdrachten rond vraagstelling en verslaglegging in werkcollege

Toetsvorm: deelopdrachten rond vraagstellingen en herkenning van methoden en consequenties voor toepassing

Code: ENTH-PRMVAA1

Code: ENTH-PRMVAA2

Code: ENTH-INV3B

1

Code: ENTH-INV3B


3

4

3

1

334

Bijlagen Art. 4.2 Studieloopbaanbegeleiding: 4.2. punt 6: De omvang van onze slb-inzet over de jaren. De studieloopbaanbegeleiding wordt in de major per periode aangeboden met een omvang van 1 EC.


335

Studentenstatuut

Recommend Documents