Stichting Schoorsteengeluk
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
1
Inhoudsopgave
Voorwoord 1.
Inleiding 1.1. Sinterklaasfeest in Nederland 1.2. Cijfers
2.
Bestaansreden Stichting Schoorsteengeluk 2.1. Oprichting 2.2. Organiseren Sinterklaasfeest en uitdelen cadeautjes 2.3. Maatschappelijk belang
3.
Doelgroep 3.1 Kinderen van Schoorsteengeluk 3.2 Aanmeldingen
4.
Missie
5.
Doelstelling 5.1. Doel Stichting 5.2. Uitgangspunten Stichting
6.
De werkwijze van de Stichting 6.1. Algemeen 6.2. Donaties 6.3. Nieuwe steden 6.4. ANBI
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
2
Voorwoord Voor u ligt het Stichtingsplan van de Stichting Schoorsteengeluk. De Stichting Schoorsteengeluk is opgericht om er voor te zorgen dat kinderen van nul tot en met tien jaar, uit gezinnen die onder de armoedegrens leven, Sinterklaas kunnen vieren. In dit plan staat omschreven waar Stichting Schoorsteengeluk voor staat, waar de Stichting naar streeft en hoe de Stichting te werk gaat. In 2013 is voor het eerst een Schoorsteengeluk project georganiseerd in Gouda. De aanleiding voor het opstarten van dit project was het verhaal van een jongen, basisschoolleeftijd, die na het weekend op school in een kringgesprek moest vertellen over zijn Sinterklaasfeest. Hij had vanwege de beperkte financiële mogelijkheden van zijn ouders geen cadeautjes ontvangen, waarop de klasgenootjes hem zeiden dat hij dan dus niet lief geweest was. Dit verhaal, gecombineerd met ervaringen vanuit onze eigen familie- en vriendenkring waarbij kinderen juist heel veel krijgen met Sinterklaas en het ons inziens wel iets beter verdeeld kon worden, hebben er toe geleid dat Schoorsteengeluk Gouda is ontstaan. Marjolein Verschut, een van de organisatoren van Schoorsteengeluk Gouda, is in augustus 2015 naar Apeldoorn verhuisd. Samen met Marieke van Luttikhuizen is besloten Schoorsteengeluk ook naar Apeldoorn te brengen. Niet veel later heeft ook Renske van der Meulen zich bij dit project aangesloten. In ongeveer 6 weken waren het maximale aantal kinderen (75) aangemeld. Daarnaast was er een locatie geregeld voor het feest, was er bekend dat Sinterklaas en zijn Pieten ons zouden bezoeken, hadden diverse bedrijven snoepgoed, inpakpapier en andere donaties in natura aangeboden en lagen er honderden cadeautjes van particulieren klaar om ingepakt te worden. Stichting Schoorsteengeluk is voor ons een logisch vervolg op het bovenstaande verhaal. Door het oprichten van de Stichting maken wij het voor particulieren en bedrijven mogelijk om ons ook financieel te ondersteunen. Tevens zijn er andere steden die interesse hebben in het organiseren van Schoorsteengeluk in hun eigen woonplaats. Door middel van de Stichting maken wij dit op een professionele manier mogelijk, uitgaande van één visie, één missen en een eenduidige manier van werken. Wij hopen met het oprichten van Stichting Schoorsteengeluk in de toekomst veel meer kinderen en hun gezinnen, die dat zelf niet kunnen betalen, Sinterklaas te laten vieren.
Apeldoorn, 10 oktober 2015 Marieke van Luttikhuizen Renske van der Meulen Marjolein Verschut
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
3
1. Inleiding 1.1.
Sinterklaasfeest in Nederland Sinterklaas of Sint-Nicolaas is de hoofdpersoon van het gelijknamige jaarlijkse volksfeest (oorspronkelijk een kinderfeest) dat op 5 december in Nederland en in enkele (voormalige) Nederlandse koloniën, en op 6 december in België wordt gevierd. Het personage is een statige oude man met witte baard en haren, rode mijter, mantel en staf. Hij rijdt op een witte schimmel, en heeft een of meer helpers, Zwarte Piet(en). Schoen zetten In Nederland zet men vanaf ten minste de 15e eeuw de schoen. In eerste instantie gebeurde dat in de kerk en was de opbrengst voor de armen. Uit archiefstukken blijkt dat vanaf 1427 in de Sint-Nicolaaskerk in Utrecht schoenen werden gezet op 5 december, pakjesavond. Rijke Utrechters legden wat in de schoenen en de opbrengst werd verdeeld onder de armen op 6 december, de officiële sterfdag van de Heilige Nicolaas. Uit de 16e eeuw bestaan beschrijvingen van het schoen zetten door kinderen in de huiskamer. Kunstschilder Jan Steen heeft in de 17e eeuw de sinterklaasochtend op twee schilderijen vastgelegd. Daarop is ook goed te zien wat de kinderen in hun schoen kregen. Vaak was dat naast speelgoed verschillende soorten snoepgoed zoals speculaas, kruidnoten, pepernoten, borstplaat, chocoladeletters, taaipoppen en marsepein. Dit zijn eeuwenoude lekkernijen die in traditionele vormen werden gemaakt. Als drank werd chocolademelk en warme bisschopswijn geschonken. Opvallend is dat vooral jongens een roe of zakje zout in de schoen vonden. Tegenwoordig is het sinterklaasfeest een familiefeest en zetten kinderen hun schoen klaar vanaf het moment dat de Sint in het land is aangekomen. Traditioneel wordt de schoen bij de haard gezet, want Zwarte Piet komt vanaf het dak door de schoorsteen naar binnen. Het roet uit de schoorsteen is dan ook de reden voor de zwarte kleur van zijn gelaat. In woningen zonder schoorsteen wordt de schoen veelal voor de verwarming, bij de voordeur, bij de achterdeur of bij een raam dat open kan gezet. De volgende dag vinden de kinderen dan wat lekkers of een klein cadeautje in hun schoen. Het wordt op prijs gesteld als de kinderen iets terugdoen, en dus leggen ze vaak een tekening voor Sinterklaas en de Pieten in de schoen, of een wortel, hooi of suikerklontjes voor de schimmel van Sinterklaas. Ook zingen zij diverse sinterklaasliedjes bij de schoen om Sinterklaas te verwelkomen.
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
4
Pakjesavond Een pakjesavond was voor de Tweede Wereldoorlog geen algemeen verschijnsel. De crisisjaren speelden daarin een grote rol. De toenemende welvaart na de oorlog bood echter meer ruimte voor een geefcultuur, een geschenkenfeest in het kader van het oer-Hollandse sinterklaasfeest. Het schoentje zetten op pakjesavond was in veel gezinnen vlak na de Tweede Wereldoorlog gebruikelijk. Dit ceremonieel was omgeven door een sfeer van geheimzinnigheid. Sinterklaas transformeerde echter gaandeweg van onzichtbare magische brenger van wonderbaarlijke gaven tot een opa-achtige kindervriend, die de kinderen met zijn Zwarte Pieten thuis met een zak vol cadeautjes bezocht. Ouders gaven hun kinderen in eerste instantie zelfgemaakte cadeaus en later gekochte cadeautjes. Ook grote bedrijven en volksbonden zorgden ervoor dat de kinderen van hun werknemers of leden met Sinterklaas iets kregen. Pakjesavond is vooral een Nederlands fenomeen. 1.2
Bron: Wikipedia
Cijfers
Het aantal personen dat deel uitmaakt van een huishouden met een laag inkomen, is in 2013 met 150.000 gestegen tot ruim 1,4 miljoen personen (9,1%). Het aantal personen dat langdurig van een laag inkomen moet rondkomen, groeide in 2013 tot 376.000 (2,6%). Bijna één op de drie van hen betrof een minderjarig kind. Bijna de helft van de in totaal 117.000 minderjarige kinderen met langdurig kans op armoede groeide op in een bijstandsgezin. Van de kinderen waarvan de ouders in de bijstand zit, is bijna 60% arm. Zowel bij eenouderals tweeoudergezinnen stijgt het armoederisico sterk wanneer er sprake is van een groot gezin, met drie of meer minderjarige kinderen. Migrantenkinderen van niet-westerse oorsprong hebben ook een hoog risico (29%). Dat geldt in het bijzonder kinderen van Marokkaanse komaf: van hen leeft een derde (34%) in een gezin met een inkomen onder de armoedegrens. Toch is de meerderheid van de arme kinderen autochtoon, en heeft werkende ouders. Dat komt voort uit de combinatie van lagere risico’s met een grotere omvang van de totale groep. De groei van het aantal arme kinderen tussen 2007 en 2013 deed zich vooral voor bij kinderen wier ouders zelfstandig ondernemerschap (met of zonder personeel) als belangrijkste inkomensbron hadden (40.000 arme kinderen erbij). Er waren echter ook forse absolute toenames bij de groepen bijstandontvangers en loontrekkenden (+29.000 en +35.000 arme kinderen).
Bron Armoedesignalement 2014, SCP en CBS
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
5
De armoedegrens ligt bij het SCP op 1060 euro per maand voor een alleenstaande. Voor een paar met een kind is dat 1.770 euro en voor een eenoudergezin met één kind ligt dat criterium op 1.410 euro. De bedragen zijn volgens het SCP gebaseerd op wat iemand nodig heeft om aan de maatschappij mee te doen en om in de primaire levensbehoeften te kunnen voorzien. Bij het CBS wordt gemeten met een andere maatstaf: de lageinkomensgrens, die lager is dan het criterium dat het SCP hanteert.
Bij elkaar opgeteld zijn er zo 1,4 miljoen Nederlanders die rond moeten komen met een laag inkomen. Vooral onder bijstandsontvangers, kinderen en niet-westerse huishoudens is de armoede het grootst. Zeker onder die eerste groep is de armoede groot: liefst 47 procent van de mensen die een uitkering ontvangen, leeft in armoede.
Bron: NRC, 18 december 2014
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
6
2. Bestaansreden Stichting Schoorsteengeluk
2.1.
Oprichting De Stichting Schoorsteengeluk is in oktober 2015 opgericht door Marieke van Luttikhuizen, Renske van der Meulen en Marjolein Verschut, met als doel zoveel mogelijk kinderen van nul tot tien jaar, die onder de armoedegrens leven, Sinterklaas te laten vieren.
2.2
Organiseren Sinterklaasfeest en uitdelen cadeautjes. Schoorsteengeluk bestaat uit twee onderdelen. Allereerst wordt er voor alle aangemelde kinderen een groot Sinterklaasfeest georganiseerd op een centrale locatie in de stad. Op dit feest is er aandacht voor zang- en dans, wordt het Sinterklaasverhaal verteld en kunnen de kinderen Sinterklaas en zijn Pieten ontmoeten. De kinderen en hun ouders (verzorgers) ontvangen iets te drinken en iets lekkers. Daarnaast ontvangt elk kind aan het einde van het feest een doos met lekkernijen, passend bij het Sinterklaasfeest, alsmede een zak met cadeautjes. Beiden zijn bedoeld om thuis, binnen het gezin pakjesavond te vieren. Ons streven is, om afhankelijk van de donaties, elk kind in ieder geval een boek, een stuk speelgoed, iets te knutselen en een stuk buitenspeelgoed te geven. Kinderen van nul tot vier jaar ontvangen in plaats van het buitenspeelgoed een knuffel. Daarnaast ontvangt elk gezin een gezelschapsspel. Broers en zussen van de aangemelde kinderen die ouder zijn dan tien jaar, krijgen geen zak met speelgoed en geen doos met snoepgoed. Wel ontvangen zij een los cadeautje passend bij hun leeftijd en een chocoladeletter.
2.3
Maatschappelijk belang Uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau en het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat eenoudergezinnen, bijstandsontvangers en alleenstaanden in Nederland onder de 65 jaar een grote kans op ernstige armoede hebben. De armoede uit zich onder meer in (zeer) beperkte financiële middelen, sociale uitsluiting, gezondheidsproblematiek en beperkte toegang tot onderwijs.
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
7
3. Doelgroep 3.1 Kinderen van Schoorsteengeluk Kinderen die aangemeld kunnen worden voor een Schoorsteengelukproject in hun stad zijn tussen de nul en tien jaar oud en komen uit een gezin dat leeft onder de armoedegrens. 3.2 Aanmeldingen Om te zorgen dat de kinderen die aangemeld worden daadwerkelijk tot onze doelgroep behoren, gaan wij samenwerken met bestaande instellingen en instanties die zich bezig houden met het screenen en begeleiden van deze gezinnen. Wij zijn ons ervan bewust dat wij niet rechtstreeks de persoonsgegevens van deze gezinnen kunnen opvragen. Wij willen daarom de instanties verzoeken de gezinnen op de hoogte te stellen van het bestaan van Schoorsteengeluk, zodat zij zich daarna, via de instantie, bij ons kunnen aanmelden. Wij hebben ervoor gekozen, met name vanuit logistieke redenen, om maximaal 150 kinderen per stad of stadsdeel te plaatsen. 4. Missie Stichting Schoorsteengeluk zorgt ervoor dat kinderen van nul tot en met tien jaar uit gezinnen die onder de armoedegrens leven, Sinterklaas kunnen vieren.
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
8
5. Doelstelling 5.1 Doel Stichting Ons doel is om per stad of stadsdeel maximaal 150 kinderen van nul tot tien jaar, uit gezinnen die leven onder de armoedegrens, in de maand december Sinterklaas te laten vieren door middel van het geven van een feest en het daar uitdelen van ingezamelde nieuwe en zo goed als nieuwe cadeautjes en snoepgoed, zodat ze thuis, binnen het gezin pakjesavond kunnen vieren. 5.2 Uitgangspunten Cadeaus Ieder kind krijgt een boek, een stuk speelgoed, een stuk buitenspeelgoed en iets te knutselen. Ieder kind ontvangt een doos met verschillende soorten snoepgoed. Kinderen van nul tot vier jaar krijgen in plaats van het buitenspeelgoed een knuffel. Ieder gezin ontvangt een gezelschapsspel. Oudere broers en zussen (boven de tien jaar) ontvangen een klein cadeautje en een chocoladeletter. Zwarte Pieten Bij Schoorsteengeluk gaan we er vanuit dat Zwarte Piet door de schoorsteen gaat en daardoor zijn zwarte gelaat krijgt. Dit vertaalt zich in een Zwarte Piet of een Piet met zwarte vegen in het gezicht. Per stad wordt bekeken welke versie van Zwarte Piet het beste bij de samenleving past. Pieten in andere kleuren of patronen passen niet bij Schoorsteengeluk en worden dan ook niet ingezet. Locaties Schoorsteengeluk heeft geen religieuze achtergrond en is toegankelijk voor iedereen. Dit betekent dat de Sinterklaasfeesten in de steden niet plaats mogen vinden in een gebouw dat gekoppeld is aan een bepaalde religie.
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
9
6. De werkwijze van de Stichting 6.1 Algemeen Aanmelding Om te zorgen dat de kinderen die aangemeld worden daadwerkelijk tot onze doelgroep behoren, gaan wij samenwerken met bestaande instellingen en instanties die zich bezig houden met het screenen en begeleiden van deze gezinnen. Wij zijn ons ervan bewust dat wij niet rechtstreeks de persoonsgegevens van deze gezinnen kunnen opvragen. Wij willen daarom de instanties verzoeken de gezinnen op de hoogte te stellen van het bestaan van Schoorsteengeluk, zodat zij zich daarna, via de instantie, bij ons kunnen aanmelden. Maximum aantal deelnemers Wij hebben ervoor gekozen, met name vanuit logistieke redenen, om maximaal 150 kinderen per stad of stadsdeel te plaatsen voor het feest en het uitdelen van de cadeautjes. Cadeaus Er worden alleen nieuwe of echt zo goed als nieuwe cadeautjes ingezameld. Knuffels moeten sowieso nieuw zijn, met het kaartje eraan. Onder zo goed als nieuw verstaan wij: - Geen beschadigde verpakkingen - Geen zichtbare beschadigingen - Geen beschadigde kaften of boeken waarin geschreven is - Speelgoed op batterijen moet getest worden en voorzien worden van nieuwe batterijen - Geen speelgoed dat een associatie heeft met oorlog en leger - Geen speelgoed dat een associatie heeft met religie - Speelgoed moet schoon zijn - Spellen en puzzels moeten compleet zijn Marketing- en communicatieplan Alle marketing- en communicatie uitingen geschieden zoals staat beschreven in het marketing- en communicatieplan.
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
10
Snoepgoed Ieder kind krijgt een doos met Sinterklaas snoepgoed, waaronder tenminste een chocoladeletter. Indien een kind een voedselallergie heeft, wordt hier zoveel mogelijk rekening mee gehouden. Locatie Schoorsteengeluk heeft geen religieuze achtergrond en is toegankelijk voor iedereen. Dit betekent dat de Sinterklaasfeesten in de steden niet plaats mogen vinden in een gebouw dat gekoppeld is aan een bepaalde religie. De teams uit de steden zoeken zelf een geschikte locatie, welke voldoet aan de bovenstaande eis en tevens geschikt voor 150 kinderen en hun ouders. Marketing Wij bereiken onze donateurs via de volgende kanalen: - (Lokale) kranten - (Lokale) televisie- en radiozenders - Social media: Facebook, Twitter, Google+, Instragram, LinkedIn - Website - Geprinte marketingmaterialen Privacy Wij verstrekken geen persoonlijke informatie over de gezinnen aan derden. Er worden geen foto’s of andere beeldmaterialen van de deelnemers aan het feest openbaar gemaakt, zonder de nadrukkelijk toestemming van de deelnemers. Integriteit Onze vrijwilligers die Schoorsteengeluk gaan organiseren in de steden moeten een recente VOG overleggen. Ook het bestuur van Schoorsteengeluk beschikt over een recente VOG.
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
11
Evaluatie In elke stad wordt in januari een evaluatiemoment georganiseerd met de zakelijke donateurs. In januari wordt tevens een landelijke evaluatiedag georganiseerd door het bestuur voor de vrijwilligers. 6.2 Donaties Particuliere donateurs Particulieren kunnen een bijdrage leveren door zowel een donatie in natura als een financiële bijdrage. Zakelijke donateurs Bedrijven kunnen een bijdrage leveren door zowel een donatie in natura als een financiële bijdrage. Lokale sponsoren worden genoemd op de facebookpagina van de desbetreffende stad en op hun blog. Landelijke sponsoren worden vermeld op de algemene website van Schoorsteengeluk. Financiële donaties Van de financiële donaties wordt tenminste 75% besteed aan het doel van de Stichting, zoals benoemd in paragraaf 5.1. 6.3 Nieuwe steden Per jaar kunnen er tien nieuwe steden deelnemen aan Schoorsteengeluk. Er komt een landelijke oproep voor vrijwilligers die dit op gaan pakken in hun eigen stad. Elke stad levert een team van twee vrijwilligers. Beide vrijwilligers moeten een recente VOG kunnen overleggen.
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
12
Er wordt in augustus van ieder jaar een trainingsdag georganiseerd voor de nieuwe vrijwilligers. Hier krijgen zij inzicht in de volgende zaken: - De missie, de visie en het doel van de Stichting - De uitgangspunten van de Stichting - Wat ze moeten regelen - De spelregels/huisregels - De financiën van de Stichting - De tijdsplanning Alle vrijwilligers tekenen na afloop van de trainingsdag een vrijwilligerscontract. Een belangrijk onderdeel hiervan is het tekenen voor geheimhoudingsplicht. Alle vrijwilligers ontvangen een USB stick van het bestuur met alle digitale bestanden die noodzakelijk zijn voor het opzetten van Schoorsteengeluk in hun eigen stad.
Iedere stad krijgt een eigen blog en een eigen facebookpagina in de standaard layout van de stichting. 6.4 ANBI We vragen voor de Stichting Schoorsteengeluk een ANBI status aan.
Stichting Schoorsteengeluk, Stichtingsplan (2015)
13