Statuten PCPOW 140901
1
Statuten Stichting PCPO Westland STATUTEN ARTIKEL 1 NAAM, VESTIGING EN DUUR 1. De Stichting draagt de naam: “Stichting Protestants Christelijk Primair Onderwijs regio Westland”, afgekort als PCPOW. 2. De Stichting is gevestigd in Naaldwijk, gemeente Westland. 3. De stichting is opgericht voor onbepaalde tijd. ARTIKEL 2 GRONDSLAG 1. De stichting gaat bij haar werk uit van het Evangelie van Jezus Christus, dat de mens roept tot dienst aan God en aan de medemens. Zij baseert zich hierbij op de Bijbel als Gods Woord. 2. Het beginsel van de stichting is dat de opvoeding van en het onderwijs aan kinderen in overeenstemming moet zijn met de grondslag zoals genoemd in het eerste lid. ARTIKEL 3 DOEL EN MIDDELEN 1. De Stichting stelt zich ten doel werkzaam te zijn tot oprichting en instandhouding van protestantschristelijke basisscholen en/of speciale scholen voor basisonderwijs, als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs. 2. De Stichting tracht haar doel langs wettige weg, zonder winstoogmerk, te bereiken door: a. het zoeken van samenwerking in alles wat tot de belangen van het protestants-christelijk onderwijs behoort; b. het benutten van alle andere wettige middelen, waaronder begrepen subsidies, schoolgelden, ouderbijdragen, contributies, giften, schenkingen, legaten, erfenissen en op andere wijze verkregen baten. 3. Schenkingen, erfstellingen of legaten mogen niet aangenomen worden wanneer daaraan voorwaarden verbonden zijn die strijdig zijn met de grondslag of bezwaarlijk zijn voor de verwezenlijking van het doel van de Stichting. Erfstellingen kunnen voorts slechts worden aanvaard onder het voorrecht van boedelbeschrijving. ARTIKEL 4 COLLEGE VAN BESTUUR 1. De stichting heeft een College van Bestuur, waarvan het aantal leden wordt bepaald door de Raad van Toezicht. 2. Behoudens het bepaalde in artikel 5, tweede lid, en met inachtneming van artikel 5, derde lid, is het College van Bestuur belast met het bestuur van de stichting. 3. Het College van Bestuur heeft minimaal één lid. 4. De leden van het College van Bestuur zijn op basis van een arbeidsovereenkomst in dienst bij de Stichting. 5. Ingeval van belet of ontstentenis van één of meer leden van het College van Bestuur vormen de overblijvende leden niettemin een wettig College van Bestuur, onverminderd de verplichting van de Raad van Toezicht om zo spoedig mogelijk door benoeming in de ontstane vacature(s) te voorzien. 6. Het College van Bestuur is bevoegd de Stichting in en buiten rechte te vertegenwoordigen. 7. De leden van het College van Bestuur onderschrijven doel en grondslag van de Stichting en verklaren dit schriftelijk bij benoeming. 8. Het College van Bestuur benoemt, schorst en ontslaat de overige werknemers met inachtneming van hetgeen is bepaald in artikel 5, derde lid sub k. Bij benoeming van de werknemers zal het College zich ervan vergewissen dat zij doel en grondslag van de stichting onderschrijven en loyaal zullen meewerken aan de doelstellingen van het onderwijs, zoals die in het schoolplan zijn omschreven. 9. Besluitvorming door het College van Bestuur geschiedt volgens een in het Huishoudelijk Reglement beschreven procedure.. ARTIKEL 5 RAAD VAN TOEZICHT 1. De Stichting heeft een Raad van Toezicht.
Statuten PCPOW 140901
2.
3
4.
5.
6.
7. 8. 9.
10. 11.
2
De Raad van Toezicht is belast met en bevoegd tot het nemen van de volgende besluiten: a. het benoemen, schorsen en ontslaan van de leden van het College van Bestuur overeenkomstig de daartoe bij Huishoudelijk Reglement vastgestelde procedure, alsmede het in verband daarmee voeren van gerechtelijke procedures; b. het nemen van tijdelijke bestuursmaatregelen bij ontstentenis van het College van Bestuur; c. het benoemen van een externe accountant; d. Het vaststellen van de arbeidsvoorwaarden van het College van Bestuur. De navolgende besluiten van het College van Bestuur zijn eerst rechtsgeldig nadat zij door de Raad van Toezicht zijn goedgekeurd: a. besluiten inzake het aangaan van overeenkomsten tot het verkrijgen, vervreemden of bezwaren van registergoederen, en inzake het aangaan van overeenkomsten waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor derden sterk maakt of zich tot zekerheid voor een schuld van een derde verbindt; b. besluiten tot het vaststellen of wijzigen van de Statuten van de Stichting; c. besluiten tot fusie, overdracht of ontbinding van de Stichting; d. besluiten tot het vaststellen en wijzigen van de begroting, de jaarrekening, het jaarverslag en het treasurystatuut van de Stichting; e. besluiten tot vaststelling van het strategisch beleidsplan van de Stichting; f. besluiten tot vaststelling, aanvulling of wijziging van het Huishoudelijk Reglement en het Managementstatuut voor directeuren van scholen; g. besluiten tot splitsing, overdracht of fusie van scholen welke staan onder het beheer van de Stichting; h. besluiten tot oprichting van een school; i. besluiten inzake ingrijpende wijziging van de arbeidsomstandigheden van een aanmerkelijk aantal werknemers in dienst van de Stichting; j. besluiten inzake de beëindiging van de dienstbetrekking van een aanmerkelijk aantal werknemers in dienst van de Stichting tegelijkertijd of binnen een kort tijdbestek; k. besluiten inzake het ongevraagd ontslag van een directeur van een school; l. besluiten inzake het voeren van juridische procedures. De Raad van Toezicht onthoudt in de vorige lid genoemde besluiten slechts dan zijn goedkeuring, indien de besluiten naar zijn oordeel in strijd zijn met de toepasselijke wettelijke regelingen, met de Statuten, het Huishoudelijk Reglement, dan wel die besluiten naar zijn oordeel niet in redelijkheid hadden kunnen worden genomen. De Raad van Toezicht is belast met het toezicht op het College van Bestuur. Hij gaat daarbij na of de handelingen en besluiten van het College van Bestuur in strijd zijn met de toepasselijke wettelijke regelingen, de Statuten, het Huishoudelijk Reglement, dan wel die besluiten naar zijn oordeel niet in redelijkheid hadden kunnen worden genomen. Indien zulks naar zijn oordeel het geval is doet de Raad van Toezicht daarvan gemotiveerd mededeling aan het College van Bestuur. De Raad van Toezicht voert functioneringsgesprekken en beoordelingsgesprekken met de leden van het College van Bestuur. De daartoe op te stellen regelingen maken onderdeel uit van het Huishoudelijk Reglement. Het College van Bestuur woont de vergaderingen van de Raad van Toezicht bij tenzij de Raad van Toezicht anders beslist. Het College van Bestuur verschaft de Raad van Toezicht gevraagd en ongevraagd alle schriftelijke en mondelinge inlichtingen die de Raad redelijkerwijs nodig heeft voor de vervulling van zijn taken. De Raad van Toezicht heeft tenminste drie en ten hoogste zeven leden waaronder de voorzitter. Leden van de Raad van Toezicht onderschrijven doel en grondslag van de stichting en verklaren dit schriftelijk bij hun benoeming. De leden van de Raad van Toezicht worden benoemd door de Raad van Toezicht met uitzondering van de benoeming van de eerste leden van de Raad van Toezicht. Ten aanzien van de vervulling van een vacature in de Raad van Toezicht vraagt de Raad van Toezicht
Statuten PCPOW 140901
3
voorafgaand advies aan het College van Bestuur. De leden van de Raad van Toezicht worden benoemd voor de tijd van vier jaren. Zij zijn ten hoogste eenmaal herbenoembaar voor een volledige periode van vier jaren. De Raad van Toezicht stelt een rooster van aftreden op. 13. Eén lid van de Raad van Toezicht wordt benoemd op voordracht van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad van de scholen die onder de stichting ressorteren. 14. De Raad van Toezicht kan bepalen dat aan zijn leden een beloning wordt toegekend. 15. Tot lid van de Raad van Toezicht kunnen niet worden benoemd personen in dienst van de Stichting en leden van het College van Bestuur. 16. Benoeming van de leden van de Raad van Toezicht geschiedt op grond van tevoren vastgestelde profielen die zijn opgesteld conform een in het Huishoudelijk Reglement beschreven procedure. 17. Besluitvorming door de Raad van Toezicht geschiedt volgens een in het Huishoudelijk Reglement beschreven procedure. ARTIKEL 6 BEEINDIGING LIDMAATSCHAP RAAD VAN TOEZICHT 1. Het lidmaatschap van de Raad van Toezicht eindigt: a. door opzegging van het lidmaatschap door het lid; b. indien het maximum aantal termijnen is bereikt, zoals bedoeld in artikel 5, lid 12; c. door onder curatele stelling; d. door overlijden; e. door een besluit van de Raad van Toezicht, genomen met tenminste tweederde van het aantal geldig uitgebrachte stemmen in een vergadering waarin alle overige leden van de Raad van Toezicht aanwezig zijn, evenwel niet dan nadat het lid van de Raad van Toezicht in de gelegenheid is gesteld zich ter vergadering van de Raad van Toezicht te verantwoorden en te verweren. ARTIKEL 7 DIRECTEUREN 1. De directeuren van scholen zijn belast met het management van hun school binnen het aan hen door het College van Bestuur gegeven mandaat en binnen het door het College van Bestuur vastgestelde beleid 2. Het in het vorige lid bedoelde mandaat wordt door het College van Bestuur vastgelegd in een managementstatuut voor directeuren van scholen dat slechts wordt vastgesteld, gewijzigd of aangevuld na overleg met het directeurenberaad en met inachtneming van het bepaalde in artikel 5, derde lid, onder f van deze Statuten. 3. De directeuren van scholen leggen over de uitoefening van hun taken verantwoording af aan het College van Bestuur. 4. De directeuren van scholen worden benoemd, geschorst en ontslagen door het College van Bestuur overeenkomstig een bij Huishoudelijk Reglement vastgestelde procedure, met inachtneming van artikel 5, lid3 sub k. ARTIKEL 8 DIRECTEURENBERAAD 1. Er is een directeurenberaad voor de directeuren van de onder de Stichting ressorterende basisscholen en speciale basisscholen. 2. Het directeurenberaad heeft tot taak het College van Bestuur, gevraagd en ongevraagd, van advies te dienen over alle aspecten van het bestuur van de Stichting. 3. Deelname aan het directeurenberaad is voorbehouden aan hen die benoemd zijn tot directeur. Bij ontstentenis van de directeur neemt een daartoe door het College van Bestuur aangewezen plaatsvervanger zijn plaats in. 4. De organisatie en de werkwijze van het directeurenberaad worden geregeld in het Huishoudelijk Reglement. 5. Het directeurenberaad wordt voorgezeten door een lid van het College van Bestuur. ARTIKEL 9 SCHOOLADVIESRAAD 1. Elke school heeft een schooladviesraad. 2. De schooladviesraad bestaat uit ouders/verzorgers van leerlingen van de school. 3. De schooladviesraad heeft als voornaamste taak het gevraagd en ongevraagd adviseren van de schooldirecteur ten aanzien van het algemene schoolbeleid. 12.
Statuten PCPOW 140901
4
4. De inrichting en werkwijze van de schooladviesraad zijn beschreven in het Huishoudelijk Reglement. ARTIKEL 10 OUDERADVIESRAAD 1. De Stichting heeft een ouderadviesraad. 2. De ouderadviesraad bestaat uit ouders/verzorgers van leerlingen van de scholen. 3. De ouderadviesraad heeft als voornaamste taak het gevraagd en ongevraagd adviseren van het College van Bestuur ten aanzien van het algemene stichtingsbeleid. 4. De inrichting en werkwijze van de ouderadviesraad zijn beschreven in het Huishoudelijk Reglement. 5. De stichting zal zich zoveel mogelijk inspannen de ouderadviesraad binnen één (1) jaar na één augustus tweeduizend tien tot stand te brengen. ARTIKEL 11 STAF 1. Het College van Bestuur beschikt over een staf. 2. De staf heeft tot taak het College van Bestuur en met toestemming van dit College van Bestuur de directeuren te adviseren in aangelegenheden van bestuurlijke, beleidsmatige of administratieve aard. 3. De staf legt verantwoording af aan het College van Bestuur. 4. Bezoldiging en rechtspositie van de medewerkers van de staf worden vastgelegd in een door het College van Bestuur vast te stellen regeling. ARTIKEL 12 BEGROTING, JAARREKENING EN JAARVERSLAG 1. Het boekjaar van de stichting valt samen met het kalenderjaar. 2. In een vergadering van de Raad van Toezicht die uiterlijk in de maand juli wordt gehouden, legt het College van Bestuur rekening en verantwoording af over het verstreken boekjaar, zulks aan de hand van een door het College van Bestuur vastgestelde jaarrekening die is ingericht volgens de aanwijzingen van de Raad van Toezicht en die blijkens een daartoe overlegde verklaring is gecontroleerd door de door de Raad van Toezicht benoemde externe accountant. 3. Bij akkoordbevinding keurt de Raad van Toezicht de jaarrekening goed. De goedkeuring strekt tot décharge van het College van Bestuur inzake het gevoerde financiële beleid. Die goedkeuring laat onverlet de strafrechtelijke en burgerrechterlijke verantwoordelijkheid van het College van Bestuur en de leden daarvan uit hoofde van strafbare feiten en onrechtmatige daden. 4. In een vergadering van de Raad van Toezicht die jaarlijks uiterlijk in de maand december wordt gehouden, legt het College van Bestuur een door dat College van Bestuur vastgestelde begroting voor het eerstvolgende boekjaar over die is ingericht volgens de aanwijzingen van de Raad van Toezicht. 5. Bij akkoordbevinding keurt de Raad van Toezicht de begroting goed. Door deze goedkeuring is het College van Bestuur gerechtigd om binnen de begroting uitgaven te doen. ARTIKEL 13 HUISHOUDELIJK REGLEMENT 1. Het College van Bestuur stelt een Huishoudelijk Reglement op. 2. Het Huishoudelijk Reglement bevat die bepalingen die het College van Bestuur nodig acht in het belang van de Stichting. Het Huishoudelijk Reglement mag geen met de Statuten strijdige bepalingen bevatten. ARTIKEL 14 WIJZIGING VAN DE STATUTEN 1. Tot wijziging van de statuten kan door het College van Bestuur slechts worden besloten in een daartoe nadrukkelijk bijeengeroepen vergadering waarin alle leden aanwezig zijn en een dergelijk besluit met algemene stemmen wordt genomen. 2. Goedkeuring van dat besluit kan door de Raad van Toezicht slechts worden verleend in een daartoe uitdrukkelijk bijeengeroepen vergadering waarin tenminste tweederde deel van de leden aanwezig is en alsdan slechts met een meerderheid van tenminste tweederde deel van de uitgebrachte stemmen. 3. De statutenwijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen. Ieder lid van het College van Bestuur is bevoegd de akte van statutenwijziging te doen verlijden. Het College van Bestuur is verplicht een authentiek afschrift van de akte van wijziging, alsmede de van de gewijzigde Statuten neer te leggen ten kantore van het handelsregister van de Kamer van Koophandel waaronder de Stichting ressorteert. ARTIKEL 15 ONTBINDING VAN DE STICHTING 1. Tot ontbinding van de Stichting kan slechts worden besloten en goedkeuring van dit besluit kan slechts
Statuten PCPOW 140901
5
worden verleend met overeenkomstige toepassing van het bepaalde in artikel 5, lid 3 onder c en artikel 14. 2. In geval van ontbinding van de Stichting treedt het College van Bestuur op als vereffenaars van het vermogen van de Stichting, tenzij bij het besluit tot ontbinding tevens één of meer vereffenaars zijn aangewezen. 3. Bij ontbinding van de Stichting zullen eventuele baten ten goede komen aan een doel dat zoveel mogelijk overeenstemt met het doel van de Stichting. ARTIKEL 16 OVERIGE BEPALINGEN Ingaande één augustus tweeduizend en tien (1 augustus 2010) zijn als lid van de Raad van Toezicht benoemd: a. .. ARTIKEL 17 SLOTBEPALING 1. Indien binnen de Stichting verschil van mening bestaat over de uitleg van enige bepaling van deze statuten beslist de Raad van Toezicht. 2. In alle gevallen waarin noch door de statuten, noch door het Huishoudelijk Reglement wordt voorzien, beslist het College van Bestuur, doch niet dan nadat hij de Raad van Toezicht daaraan voorafgaand heeft gehoord.