METROPOOL JOURNAAL BERICHTEN UIT DE REGIO AMSTERDAM
2
8
Hide van der Meer: Olympisch vuur “Wij overtuigen brandt los in regio bedrijven”
9
NUMMER 1 APRIL 2010
11
Start gebiedsproces MRAnet houdt Amstelscheg regio bereikbaar
Spitsheffing in de startblokken en minder met de auto in de spits reist houdt geld over, terwijl iemand die niet verandert ongeveer quitte speelt.
Per 1 februari 2010 is een start gemaakt met de werving van deelnemers aan de
ken wat het effect van een spitsheffing is. Mede om de laatste reden is gekozen voor verschillende spitstarieven.
Gebruiksklaar De proef heeft een looptijd van drie jaar. De deelnemers, allen vrijwilligers, zijn geworven onder autoforenzen die tenminste 20 kilometer van hun werk in Amsterdam wonen. Er wordt in de eerste tranche gestart met 1000 deelnemers. Telkens na negen maanden wordt er geëvalueerd. Eventueel worden uitgangspunten bijgesteld voor de volgende tranche. In de loop van de drie jaar van de proef kan dat aantal oplopen tot 10.000. Het systeem met kastjes in de auto, die met GPS-techniek de positie van de auto bepalen, is inmiddels opgezet, evenals alles wat erbij hoort om gegevens te verzamelen en te verzenden. Hetzelfde geldt voor het opstellen en versturen van de maandelijkse rekening en het innen van het geld. Momenteel vinden de laatste tests plaats. Dit betekent dat eerdaags de eerste rekening rijders rondrijden in de metropoolregio.
Proef Betaald Rijden Amsterdam. Bedoeling is dat nog voor de zomer de eerste proefrijders rondrijden in de metropoolregio. De Proef Betaald Rijden Amsterdam is opgezet onder de vlag van ‘Ontspits’, een samenwerkingsverband van bedrijven en overheden. Doel is het aantal auto’s in de spits in de regio met 5% te laten afnemen. Bijkomende doelen zijn ervaring opdoen met het betalen per kilometer en onderzoe-
Compensatiebedrag Alle deelnemers krijgen een bedrag per maand als compensatie voor de bestaande vormen van autobelasting. Vervolgens gaan zij op werkdagen betalen: 6,5 cent voor elke gereden kilometer in Nederland plus 2, 4, 6 of 8 cent per kilometer tijdens de spitsuren op de belangrijkste wegen die naar Amsterdam leiden. De deelnemers kunnen zelf het spitstarief kiezen. Daarbij geldt wel dat hoe hoger het gekozen spitstarief, hoe hoger de maandelijkse vergoeding. Iemand die zijn reisverdrag verandert
Metropool Journaal 1-2010 • 1
De val van het kabinet en het door de Tweede Kamer controversieel verklaren van de wet kilometerprijs heeft geen invloed op de uitvoering van de proef. Doelstelling hiervan is immers het verbeteren van de regionale bereikbaarheid. De Metropoolregio Amsterdam is voorstander van de invoering van een spitsheffing en hoopt uit de proef te leren op welke manier dat middel effectief en acceptabel kan worden ingezet. Informatie: Ton Buffing, 020 556 52 39,
[email protected]
Opvallend initiatief Velsense raad ‘Velsen versterkt de Metropoolregio Amsterdam en is daar trots op’. Zo luidt de openingszin van een manifest dat is opgesteld door de raadsleden van de gemeente Velsen. Bouwstenen hiervoor putten zij uit vijf themasessies. Leerlingen van middelbare scholen gebruikten het manifest als inspiratie voor werkstukken. Een idee voor andere kleinere metropoolgemeenten om zich te profileren? Het manifest gaat in op de kracht van Velsen in de Metropoolregio Amsterdam. Het belang van de samenwerking staat voor de raadsleden buiten kijf: ‘Denkend vanuit het MRA-perspectief heeft de gemeenteraad ideeën ontwikkeld, die goed zijn voor de metropool en die ook goed zijn voor de ontwikkeling van Velsen.’ Brainport Ten aanzien van de eigen sterkte benadrukt de raad dat IJmuider bedrijven veel technologische kennis in huis hebben. ‘Zij vormen daarmee de ‘brainport’ van de MRA: opleidingscapaciteit en kennis van vis, staal, logistiek en duurzame energie’, aldus het manifest. Troefkaart is de veelzijdigheid: ‘de combinatie van kust, Noordzeekanaal, ongerepte natuur, evenementen, historie, visserij en industrie zorgt voor een unieke symbiose’. Uitbreiding van de Amsterdamse haven en Tweede Zeesluis worden gesteund, maar alleen wanneer het metropolitane landschap wordt gespaard en geïnvesteerd kan worden in ambities om die waarde te versterken. Om die reden mag bijvoorbeeld de transformatie van Amsterdamse bedrijventerreinen naar woningbouw niet leiden tot westwaartse verplaatsing van vervuilende bedrijvigheid. Nieuwbouw essentieel Het manifest doet ook duidelijke uitspraken over het verbeteren van de bereikbaarheid. In dit verband wordt gesteld dat wonen, werken en bereikbaarheid niet als los zand ontwikkeld moeten worden, maar in samenhang. Nieuwbouw is ook in Velsen essentieel om krimp van de bevolking te voorkomen. De gemeente moet zijn woningmarkt daarom ook openstellen buiten de IJmond. Aangezien Velsen een importgemeente is, moet ook worden
gebouwd voor de maritieme studenten en werknemers in de brainport.
rond aankomst en vertrek Velsen niet links te laten liggen.
De veelzijdigheid in combinatie met de goede bereikbaarheid zorgt er voor dat Velsen ook een belangrijke leisurezone is voor alle inwoners van de metropoolregio. Om die functie te versterken moeten er recreatieve overnachtingsplekken bij komen: hotels, campings en een slaapplek voor jongeren bij het noorderstrand. Saneren van rommelige bedrijventerreinen moet die aantrekkelijke kant bovendien vergroten. Interessante trekpleisters voor toeristen zijn niet alleen zee en strand, maar ook activiteiten als tongkweek, windenergie, loodswezen, staalindustrie en de reddingmaatschappij. Een aantrekkelijk aanbod rond de cruise/ferryterminal kan ervoor zorgen dat buitenlandse toeristen gestimuleerd worden
Jongeren betrekken De raadsleden van Velsen hebben met het manifest in handen voor de klas gestaan om met de leerlingen te discussiëren over de meerwaarde van de Metropoolregio Amsterdam. De lessen resulteerden in werkstukken, opgesteld in wedstrijdverband. Enkele raadsleden zaten in de jury. Het manifest en de werkstukken bieden houvast aan het college van B&W en worden gebruikt als richtsnoer voor de inbreng van Velsen in de MRA-gelederen. Informatie: griffie Velsen, 0255 56 75 02,
[email protected]
Amsterdam Water Sensations 2010 De Metropoolregio Amsterdam en het water zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Tijdens het themajaar ‘Amsterdam Water Sensations 2010’ wordt deze band uitgelicht met een groot aantal evenementen op en rond het water. Eén van de hoogtepunten van het themajaar is het spektakel Sail Amsterdam 2010 van 19 tot en met 23 augustus. Andere evenementen zijn festivals op en rond het water, zoals ‘Jazz below the Sea’ en een feestelijk concert op de Amstel. Een bijzondere activiteit is verder de Dagtocht Land Art, een rond
Metropool Journaal 1-2010 • 2
leiding langs indrukwekkende voorbeelden van landschapskunst in Flevoland. Ook per- manente attracties komen extra in de schijn werpers, waaronder de vele bijzondere bruggen, de opzienbarende architectuur langs de IJ-oevers en de rijkdom aan grachtenmusea. Het themajaar is een initiatief van Amsterdam Toerisme & Congres Bureau (ATCB). Informatie: www.amsterdamwatersensations.nl
‘Strandbus’ naar dé metropoolbadplaats De toerist in Amsterdam heeft vanaf mei 2010 de mogelijkheid om op het Damrak in de speciale Amsterdam Beach Bus te stappen. Het initiatief moet de Amsterdamse toerist nog meer naar Zandvoort ‘halen’. Een intensieve campagne brengt het gemak van de nieuwe verbinding
Zandvoort is nu vrijwel onzichtbaar in Amsterdam. Toeristen in Amsterdam weten simpelweg niet dat Zandvoort bestaat en al helemaal niet dat het zo dichtbij ligt. Gezien de grote omvang van toeristisch Amsterdam is dat een gemiste kans. Met de Amsterdam Beach Bus wil VVV Zandvoort een nieuw type toerist aantrekken en hiermee een impuls geven aan de Zandvoortse economie. De groei van nieuwe ‘Zandvoort klanten’ kan voor een deel komen uit een betere maar vooral intensievere samenwerking met Amsterdam. Rijdend reclameobject VVV Zandvoort introduceert de bus in samenwerking met excursiebureau Best of Holland, onder meer bekend van de toeristische trips naar Volendam en de Zaanse Schans. De volledig met sfeerbeelden bedrukte touringcar rijdt vanaf 13 mei tot half september dagelijks tussen het centrum van Amsterdam en Zandvoort aan Zee. Om 10.00 uur is er een vertrek vanaf het Damrak in Amsterdam en om 11.30 vanuit Zandvoort; aan het eind van de dag vinden de retourritten plaats. Bij de dagelijkse ritten vertelt een professionele hostess over de historie van beide steden en verstrekt toeristische informatie. Een retourtje gaat € 17,50 kosten. Overigens is het niet de bedoeling dat het eenrichtingsverkeer wordt. Met de bus heeft Zandvoort óók een troef in handen om de Zandvoortse verblijfstoerist in excursievorm naar Amsterdam te vervoeren. Makkelijk en duidelijk Het project is al maanden in voorbereiding. Eerste concrete stap vormde de onder tekening van het contract voor de Amsterdam Beach Bus door VVV Zandvoort, de gemeente Zandvoort en Best of Holland Excursions. Verder is het initiatief inmiddels opgenomen in allerlei toeristische
Foto: VVV Zandvoort
onder de aandacht.
brochures. Overigens hoeven Zandvoorters niet bang te zijn dat hun woonplaats wordt omgedoopt tot Amsterdam Beach. Wel moeten zij zich volgens VVV-directeur Ferry Verbrugge bewust zijn dat hun gemeente nu officieel dé badplaats van de Metropool Amsterdam is. “Wij zijn en blijven gewoon Zandvoort aan Zee. Alleen de bus zal de ‘Amsterdam Beach Bus’ gaan heten. Een Amerikaan of Chinees ziet dan namelijk ‘Amsterdam’ en ‘Beach’, lekker makkelijk en duidelijk en dat wil de internationale toerist graag.” Bijkomend voordeel is dat het Amsterdamse toeristische themajaar in 2010 ‘Watersensations’ is (zie pagina 2). Zandvoortse kwaliteiten als de Amsterdamse Waterleidingduinen en de ‘grootste plas’ van Nederland sluiten naadloos op dit themajaar aan.
Holland zien Het Zandvoortse businitiatief maakt onder deel uit van een grootschalig Metropool Amsterdam project: Amsterdam bezoeken, Holland zien. Doel hiervan is toeristen die naar Amsterdam komen te stimuleren ook een bezoek te brengen aan de regio. De uitvoering van het project is in handen van een samenwerkingsverband van de Stadsregio Amsterdam, de gemeente Am sterdam, het Amsterdam Toerisme en Con gresbureau (ATCB) en de Stichting Holland Route en Westergasfabriek. ‘Amsterdam bezoeken, Holland zien’ is de motor achter een uitgebreid toeristisch programma.
Informatie: VVV Zandvoort Ferry Verbrugge of Lana Lemmens, tel. 023 573 79 33,
[email protected], www.amsterdambeachbus.com
Marktconsultatie Westflank van start Gemeente, provincie, rijk en hoogheemraadschap maken voor de zuidwesthoek van Haarlemmermeer, de ‘Westflank’, een integrale gebiedsvisie. De opgave voor het gebied is de realisatie van 10.000 woningen, 900 hectare groen en recreatie, een duurzaam systeem voor waterberging en de bijbehorende infrastructuur. De projectorganisatie heeft onlangs ontwikkelaars, ontwerpers en adviseurs uitgenodigd om
Metropool Journaal 1-2010 • 3
in een essay te reflecteren op het ontwerp Programma van Eisen. Ook bewoners, ondernemers en andere belangstellenden kunnen reageren op de toekomstschets voor het gebied. Deadline voor de reacties is 1 mei 2010. Bestuurlijke besluitvorming volgt dit najaar. Informatie: www.westflankhaarlemmermeer.nl
Zuidas is financieel centrum rijker Sinds kort is het Holland Financial Centre op de Zuidas gevestigd. Samen met het starterscentrum HFC Plaza, openden twee kenniscentra hun deuren: het Centre for Climate & Sustainability en het Centre for Retirement Management. Maandag 8 maart verrichtte demissionair minister Maria van der Hoeven (EZ) samen met burgemeester Job Cohen van Amsterdam de opening van het financiële centrum. Het betreft een gezamenlijk initiatief van de gemeente Amsterdam, het ministerie van EZ en de sector zelf. In totaal is 5,5 miljoen euro in het centrum geïnvesteerd, dat een belangrijke impuls moet geven aan de financiële sector en de ontwikkeling van het Zuidas-gebied. Het centrum zetelt in twee verdiepingen van het Symphony-gebouw en zal naar verwachting al in het derde kwartaal van 2010 volledig bezet zijn. Versterking dynamiek Cohen hield het publiek voor dat de finan ciële sector maar liefst 20% van het bruto product van Amsterdam genereert en aan circa 50.000 mensen werk verschaft. Aan de andere kant maken recente negatieve ontwikkelingen als uitvloeisel van de kredietcrisis duidelijk dat een zekere status op dit gebied geen garantie is voor een stabiele toekomst. Juist in dat perspectief is het Holland Financial Centre volgens hem belangrijk voor zowel Amsterdam als de
rest van Nederland. De verschillende projecten die het centrum initieert versterken de sector en moedigen tegelijkertijd financiële innovaties aan. Cohen noemde het vrij logisch dat voor de Zuidas is gekozen als uitvalsbasis. Hij verzekerde dat Amsterdam nog steeds de ambitie heeft van de Zuidas een Europese topregio te maken op zakelijk gebied. Het nieuwe financiele centrum zal alleen maar bijdragen aan de dynamiek van het gebied.
als de transitie naar duurzame energie en de handel en financiering van carbon emissierechten en alternatieve energie. Volgens Cohen heeft het centrum de potentie om de rol van Nederland in de wereld te ver stevigen als het gaat om sociaalverantwoord investeren en het financieren van duurzame projecten. Met als resultaat reputatieverbetering van de Nederlandse banken. Stimulering pensioensector Het tweede kenniscentrum, het ‘Centre voor Retirement Management’ richt zich op pensioengerelateerde financiële dienstverlening. De kennisbank legt zich toe op de promotie en marketing van de in Nederland gevestigde pensioensector op de internationale markt. Ook houdt het centrum zich bezig met de ontwikkeling van kennis van de internationale pensioenmarkt en hieraan gerelateerde activiteiten.
Duurzaamheidscentrum Holland Financial Centre bestaat uit een stafbureau, HFC Plaza voor startende financiële bedrijven en de kenniscentra op het gebied van duurzaamheid en pensioenen. Het eerste heet voluit ‘Centre for Climate & Sustainability’ en richt zich op de promotie en marketing van duurzaamheid en financiering daarvan. Dit gebeurt in de volle breedte, te weten: duurzaam beleggen, financiering van zowel duurzame projecten
Informatie: www.hollandfinancialcentre.nl
Giro d’Italia zet regio in de schijnwerpers Op 8 mei start in Amsterdam de 93e editie van de Italiaanse wielerronde Giro d’Italia. De hele week staat in het teken Foto: ATCB
van uiteenlopende activiteiten. Ook de regio profiteert van de internationale publiciteit en de extra bezoekers. De aftrap van de Giro d’Italia op 8 mei bestaat uit de individuele tijdrit vanaf het Museumplein naar het Olympisch stadion. Een dag later rijdt de ploeg van Amsterdam naar Utrecht en de derde etappe wordt
op 10 mei gereden vanaf de Zuidas naar Middelburg. Naast de officiële wielerronde worden diverse andere fietstochten georganiseerd zoals een Giro toertocht op 9 mei. Tijdens
Metropool Journaal 1-2010 • 4
‘Giromania!’ komt al het goede samen wat Amsterdam en Italië te bieden hebben. Het Italiaanse festival wordt een Amsterdams feest met internationale allure, waarbij de fiets centraal staat. Vanuit het project ‘Amsterdam bezoeken, Holland zien’ sluit de metropoolregio aan bij de grootschalige evenementen rondom de Giro d’Italia. Dit om de buitenlandse toerist te stimuleren ook de regio te bezoeken. Daarbij zal het wielerevenement leiden tot een sterke promotie van de Metropoolregio Amsterdam in Italië en ‘dichtbij’-landen. Informatie: www.giromania.nl
Duurzaamheid als DNA Begin februari is het werkprogramma 2010-2011 van de impuls Duurzaamheid en Klimaatbestendigheid vastgesteld, getiteld ‘Van ambitie naar actie – duurzaamheid als DNA’. Inzet is de komende twee jaar de MRA-doelstelling om in 2020 zoveel mogelijk klimaatneutraal te zijn voortvarend op te pakken. Tevens wordt werk gemaakt van de energietransitie naar niet-fossiel, een traject dat in 2040 moet zijn voltooid. V.l.n.r. Gedeputeerde Bliek (Flevoland), wethouder Vos (Amsterdam), gedeputeerde Heller (Noord-Holland) en
Duurzaamheid is een integrale opgave die door alle MRA-impulsen heen gaat en vormt in feite het DNA van de metropoolregio. Het jaar 2010 staat daarom in het teken van de dialoog. De komende maanden vinden ambtelijke gespreken plaats met vertegenwoordigers van de verschillende impulsen. In samenspraak wordt gezocht naar dwarsverbanden en kansen. Interactie en kruisbestuiving Vragen die aan de orde komen zijn: Waar staan we? Waar willen we naar toe op de korte, middellange en lange termijn? Wat gebeurt er nu al om de emissies van broeikasgassen in de metropoolregio terug te brengen? Wat is er nog meer nodig? Daarbij wordt ingezet op twee sporen. Enerzijds wordt op strategisch niveau de opgave concreet en inzichtelijk gemaakt, inclusief tussenstappen. Het andere spoor is gericht op de uitvoering door het identificeren, labellen en ontwikkelen van bestaande en nieuwe projecten. Hieruit rolt een voorstel getiteld ‘Interactie en kruisbestuiving met de impulsen’, dat beschrijft hoe we in MRA-verband doelen en concrete acties kunnen bepalen om onze klimaatdoelen te halen.
wethouder Linnekamp vormen de MRA-stuurgroep duurzaamheid. Foto: provincie Flevoland
vorm in proefprojecten, waarin de doelstellingen zijn uitgewerkt in concrete acties, resultaten en planning. Aanvullend is het plan om op het gebied van verstedelijking, landschap, bereikbaarheid en economie eind 2010 een aantal duurzame (pilot) projecten te hebben benoemd. Vaart zetten Gedeputeerde Bliek van Flevoland, voorzitter van de Stuurgroep Duurzaamheid en
Klimaatbestendigheid, beklemtoont dat vaart nodig is het vele werk dat op dit gebied wacht in gang te zetten. “Er moeten transities plaatsvinden op het gebied van mobiliteit, energievoorziening en de economische dragers. Alleen dán kan het metropoolgebied in 2040 werkelijk een duurzame regio zijn.” Informatie: Jan-Bart Broertjes, 0320 26 54 33,
[email protected]
Groeten uit… Tijdens een netwerkbijeenkomst op 16 maart gingen ambtenaren die betrokken zijn bij de metropoolregio op zoek naar de kwaliteit en identiteit van hun gemeente of stadsdeel binnen de Metropoolregio Amsterdam.
Centrale vraag: hoe zet ik mijn gemeente op de kaart? Het was een inspirerende middag, met volop uitwisseling van kennis en ideeën. Een impressie van de bijeenkomst staat op www.metropoolregioamsterdam.nl
Concretisering De thema’s ‘Duurzame Energie’ en ‘Klimaat bestendig Watersysteem’ hebben een voorsprong, omdat daarvoor in 2009 al quickscans zijn uitgevoerd. Voor deze twee thema’s worden de ambities het komende jaar al geconcretiseerd. Op energiegebied wordt de doelstelling ‘2020 klimaatneutraal, 2040 onafhankelijk van fossiel’ uitgewerkt in doelen en projecten, inclusief monitoring. Een belangrijk onderdeel is ook het inzichtelijk maken van de kosten en opbrengsten. De wateragenda van de metropoolregio krijgt Om discussie over identiteit los te maken werd het spel ‘Groeten uit de Metropool’ gespeeld
Metropool Journaal 1-2010 • 5
Hilde van der Meer, directeur amsterdam inbusiness:
“Wij overtuigen bedrijven” Ruim honderd nieuwe internationale bedrijven vestigden zich afgelopen jaar in de Metropoolregio Amsterdam. Vooral de belangstelling vanuit Azië nam flink toe. Dit succes is een flinke steun in de rug voor de medewerkers van amsterdam inbusiness. Directeur Hilde van der Meer: “Wij proberen iedere dag weer bedrijven te overtuigen om hier naartoe te komen in plaats van bijvoorbeeld naar Londen of Parijs. Daar werken we hard voor. Als het dan lukt voelt dat heel goed”.
Sinds begin 2008 werken de ‘foreign investment agencies’ van de gemeenten Amsterdam, Amstelveen, Almere en Haarlemmermeer formeel samen onder de naam amsterdam inbusiness. Rond de dertig medewerkers opereren vanuit de vier gemeenten onder leiding van Hilde van der Meer. Daarnaast is er is een gezamenlijke international boardroom in het World Trade Center in Amsterdam. Hier worden buitenlandse gasten ontvangen en meegenomen op zogeheten ‘fact finding trips’ door de regio. Volwassen samenwerking Amsterdam inbusiness houdt zich bezig met internationale acquisitie, marketing en investor development. Oftewel het aantrekken, behouden én uitbreiden van internationale bedrijven. “Bij dat laatste is de clou dat je bedrijven kent en regelmatig spreekt. We helpen met problemen oplossen, contacten leggen en nieuwe huisvesting zoeken”, aldus Van der Meer. “Bij de acquisitie benaderen we zelf bedrijven. Maar wij worden ook rechtstreeks benaderd door bedrijven met interesse voor vestiging in de metropoolregio. Dan moet er materiaal zijn om onszelf zo goed mogelijk te presenteren. Dus verzorgen wij allerhande op specifieke doelgroepen toegespitste informatie, waaronder het zakelijke gedeelte van de website ‘I Amsterdam’. Graag zou amsterdam inbusiness voor alle metropoolgemeenten werken. Feit is dat
de meeste internationale bedrijven zich momenteel vestigen binnen de grenzen van de vier aangesloten partners. “Dat neemt niet weg dat wij in het buitenland de hele metropool verkopen. Vorig jaar zijn bijvoorbeeld ook bedrijven geland in Aalsmeer en Velsen. En vergeet niet dat het uiteindelijk toch de bedrijven zelf zijn die de knoop doorhakken.” De samenwerking met de provincie Noord-Holland is heel hecht, met Flevoland gebeurt dit nog wat meer op afstand. Andere partners zijn de Amsterdamse Innovatiemotor, Amsterdam Airport Area en Amsterdam Partners. “We komen steeds dichter tot elkaar en de samenwerking wordt steeds meer volwassen. Ook dankzij de kennis die inmiddels is opgebouwd.”
Metropool Journaal 1-2010 • 6
Aantrekkelijke regio Van der Meer benadrukt dat er redenen genoeg zijn voor buitenlandse bedrijven om juist naar de Metropoolregio Amsterdam te komen. “Zeker als ze in heel Europa zaken willen doen, is het handig om bij een grote luchthaven als Schiphol te zitten. Verder is hier een gunstig belastingklimaat, een goede logistiek, hoogwaardige ICT-voorzieningen en hoogopgeleid personeel dat zijn talen spreekt. Bovendien is de financiële en zakelijke dienstverlening hier van een hoog niveau en is dit ook een leuke regio om te wonen en werken. Expats komen graag naar Amsterdam.” De grootste buitenlandse investering in 2009 werd gedaan door Bombardier, dat op Schiphol een onderhoudscentrum voor zakenvlieg-
tuigen bouwt. Maar de resultaten van de inspanningen van amsterdam inbusiness zijn eigenlijk niet te vangen in één concreet voorbeeld. “Je past iedere keer je benadering aan op het soort bedrijven en het land waar ze vandaan komen.” Landen en clusters Belangrijk voor het succes zijn de inspanningen die de betrokken bestuurders zich getroosten. Met het oog op nieuw te nemen stappen biedt de strategische agenda voor de ontwikkeling van de metropoolregio houvast, getiteld ‘Global Business Gateway’. In december is deze unaniem vastgesteld tijdens de 2e PRES-conferentie (Platform Regionaal Economische Structuur Metropoolregio Amsterdam). Geheel in lijn met deze economische agenda heeft amsterdam inbusiness onlangs een Strategisch Marketingplan 2010-2014 opgesteld. Doel is om bij de top-5 van internationaal concurrerende regio’s te blijven behoren. “Gekozen is om meer accent te leggen op een clustergewijze benadering. Dit houdt in dat we in onze acquisitiestrategie het accent leggen op bedrijven die opereren op de terreinen waar de Amsterdamse regio met name sterk in. Dat zijn achtereenvolgens de clusters logistiek, ICT, de creatieve industrie en de financiële en zakelijke dienstverlening. Daarbij horen ook de kennisinstellingen en belangenverenigingen. De samenhang daarvan bepaalt je onderscheidend vermogen. Enkel voor Azië houden we nog wel vast aan een bredere landenbenadering, omdat die culturen toch behoorlijk anders zijn dan de onze. Bovendien gaat het die bedrijven vaak vooral om een goede afzetmarkt voor hun producten en dat heeft niet zoveel met clustervorming te maken.” Los daarvan pleegt amsterdam inbusiness extra veel inzet om internationale hoofdkantoren te verleiden hier naartoe te komen. “Wij hebben hiervoor enkele sterke troeven in handen. Daarbij doel ik allereerst op het grote aanbod aan internationale diensten en faciliteiten. Belangrijk is verder dat men bij ons terecht kan tegen aanmerkelijk lagere kosten dan nabije concurrenten als Londen, Parijs en Frankfurt. Met name Londen is ongelooflijk kostbaar, terwijl je in Amsterdam voor minder geld dezelfde bedrijfsvoering en hetzelfde marktaandeel kunt behouden.” Expatcenter De afgelopen vier jaar profiteerde amster dam inbusiness van subsidies uit het Topstad-programma waarmee de gemeente Amsterdam zich de afgelopen college
periode internationaal heeft geprofileerd. Dit resulteerde onder meer in het Expatcenter, wederom een samenwerking van Amsterdam, Almere, Amstelveen en Haarlemmermeer, dat hoogopgeleide buitenlandse professionals aan de benodigde verblijfs-, werk- en andere vergunningen helpt. “Vroeger moesten ze daarvoor op verschillende plekken uren in de rij staan. Bij het Expatcenter is het een kwestie van één keer een formulier invullen en alles komt er uitrollen. Dat is de grote verdienste. Mensen voelen zich daardoor echt welkom.” Toch durft Van der Meer nog niet te stellen dat door het Expatcenter meer bedrijven naar de metropoolregio komen. “Misschien op termijn wel omdat het een grote indruk maakt op expats – en die praten met elkaar.” Duidelijk is dat een vestigingskeuze van veel factoren afhankelijk is. “Onze medewerkers kunnen soms echt het
Buitenlandse bedrijven kunnen echt groeispurts doormaken. In de Metropoolregio Amsterdam zijn momenteel 1900 internationale bedrijven gevestigd met in totaal 139.000 arbeidsplaatsen. Als je dat door elkaar deelt, kom je op 73 arbeidsplaatsen per bedrijf. We hebben uitgerekend dat 17 procent van de mensen in de Amsterdamse regio voor een baan direct afhankelijk is van internationale bedrijven. Maar iedere baan die bij een nieuw internationaal bedrijf gecreëerd wordt, levert minimaal ook één baan – en vermoedelijk meer – op bij het gevestigde bedrijfsleven. Ik zou dat graag nader onderzoeken, want ik vraag me af hoeveel steden of regio’s in de wereld kunnen zeggen dat zo een substantieel deel van hun werkgelegenheid afhankelijk is van buitenlandse bedrijven. Daarom moeten we ons nog veel meer profileren als internationale metropool.”
“Onze medewerkers kunnen soms echt het verschil maken”
verschil maken, maar op het moment dat bijvoorbeeld Schiphol gaat ‘downgraden’ dan merk je dat meteen. Datzelfde geldt voor nieuwe belastingwetgeving. Ook dat soort ontwikkelingen proberen we dus tijdig te signaleren en te beïnvloeden.” Aangename verrassing Uit de jaarlijkse monitor van amsterdam inbusiness blijkt dat 2009 een beter jaar was dan 2008, ondanks de economische crisis. “Dat was voor ons een aangename verrassing. Verwacht was dat we met dezelfde inspanning 30 procent minder bedrijven zouden trekken. Dat aantal van 105 bleef echter constant, terwijl het aantal arbeidsplaatsen steeg van 750 naar 1255.” Positief dus, hoewel Van der Meer aangeeft dat bedrijven het ook hier moeilijk hebben en dat er zeker ook arbeidsplaatsen ver loren zijn gegaan. “Niemand is een winnaar van de crisis. Waar wij als regio wel van profiteren is dat bedrijven door de crisis hun vestigingskeuze in Europa durven heroverwegen en dat bestaande vestigingen worden samengevoegd.” Voor 2010 is Van der Meer dan ook optimistisch. “Gemiddeld komen er elk jaar zo’n honderd bedrijven bij. Als een nieuw bedrijf zich hier vestigt dan is dat gemiddeld met tien werknemers. Na drie jaar is dat aantal gemiddeld verdubbeld.
Metropool Journaal 1-2010 • 7
Balboekje Het liefst zou Van der Meer bestuurders een balboekje meegeven. Met feiten over het belang van de metropoolregio voor buitenlandse bedrijven, maar ook vice versa. “Zodat ze die boodschap overal te pas en te onpas kunnen verkondigen. Ook richting hun burgers. Want in de verkiezingsprogramma’s voor de gemeenteraadsverkiezingen kreeg het MKB veelal meer aandacht dan het internationale bedrijfsleven. Dat snap ik heel goed, daar zit ook een link met de kiezers. Maar vergeet nooit de werkgelegenheid die de buitenlandse bedrijven hier genereren, en de innovatie die ze inbrengen.” Een andere wens richting bestuurders is dat het tijdelijke Topstad-programma voor Amsterdam wordt omgezet in een structureel programma voor de hele metro poolregio. “Het mooie van het Topstadprogramma was dat het heel erg lik op stuk was en voorzag in de behoeften van dat moment. Vaak wordt beleid gemaakt en pas twee jaar later ingevoerd. Dat werkt niet in ons vak. Ik zou dan ook heel graag met alle metropoolgemeenten een monitoringsysteem ontwikkelen dat meet welke initiatieven nu het meeste opleveren. Want het verbeteren van je vestigingsklimaat is geen project, maar een constant proces.” Jan de Graaf
Olympisch vuur brandt los in regio Nederland heeft de ambitie om gastheer te zijn voor de Olympische Spelen van 2028. De Spelen zijn een nationale aangelegenheid, waarbij Amsterdam als
Bij het nadenken over de ontwikkeling van de stad tot 2040 ontkomt Amsterdam er niet aan om te kijken wat de ruimtelijke consequentie van de Olympische ambitie is. Sterker nog, inspelen op deze mogelijkheid geeft Amsterdam de mogelijkheid om na te denken waar de Spelen een impuls en versnelling kunnen betekenen voor het versterken van de ruimtelijke structuur van de stad en de regio. Vanuit die invalshoek is een tweetal locaties voor de Spelen op de structuurvisiekaart terecht gekomen. Het gaat om de locaties Havenstad en Olympische sportas/Zuidas. Twee locaties Met locatie Havenstad wordt vooral aangehaakt bij het oer-Hollandse thema water. De locatie draagt bij aan de stedelijke transformatie, waarbij veel woningen en nieuwe bedrijven een plek krijgen. De locatie Havenstad is een essentiële schakel in de regionale ontwikkeling van de Zaan- en IJ-oevers. Daar staat tegenover dat het een planologisch complexe en financieel kostbare opgave betreft. Bovendien spoort het ontwikkelen van deze locatie voor de Spelen niet met het convenant dat is afgesloten met de zittende bedrijven. De locatie Olympische Sportas/Zuidas heeft als thema vooral duurzaamheid en herge-
Foto: DRO Amsterdam
beeldmerk kan fungeren.
bruik (‘reduce, re-use’). Hierbij kan mogelijk het huidige Olympisch stadion met een tijdelijke extra ring op het stadion gebruikt worden. Het Olympisch dorp kan op de Zuidas worden gesitueerd. De locatie vormt in feite de finale van de Zuidasontwikkeling en zet daarmee het gebied definitief op de internationale kaart. Voor de ontsluiting is de regionale railverbinding tussen Haarlemmermeer Amsterdam en Almere van groot belang (OV SAAL). Deze locatie moet dan ook worden bezien in regionale context, zodat ook Haarlemmermeer en Almere een belangrijke rol kunnen vervullen bij het huisvesten van de Spelen. Hoofdstructuur Op dit moment is het nog niet nodig een keuze te maken. Eind dit jaar wordt besloten welke kandidaat-stad Nederland naar voren schuift voor de Olympische Spelen. In aanloop daar naar toe werkt het
Infocentrum Tweede Coen Op maandag 1 maart is het Informatiecentrum Tweede Coentunnel/Westrandweg geopend. Rijkswaterstaat wil met dit centrum onderstrepen veel waarde te hechten aan het informeren van haar publieksgroepen. Bij de aanleg is ruim aandacht aan de leefomgeving, het landschap en natuurcompensatie. Het Informatiecentrum is iedere woensdag- en vrijdagmiddag geopend van 12.30 tot 16.30 uur voor publieksgroepen zoals omwonenden en weggebruikers. Daarnaast is het mogelijk om met een groep (bijvoorbeeld studenten/scholieren of medewerkers van een bedrijf) op aanvraag
het centrum en het werk te bezoeken. Het informatiecentrum ligt op een steenworp afstand van de bouwlocatie en is gevestigd aan de Noordzeeweg 22 te Amsterdam.
Structuurvisie Amsterdam Het college van B&W van Amsterdam heeft op 26 januari de ontwerp structuurvisie Amsterdam 2040 vrijgegeven voor de tervisielegging. In de structuurvisie wordt een beeld gegeven van de ambities voor de ruimtelijke ontwikkelingen van de stad. Daarbij is vanuit regionaal perspectief gekeken naar de bijdragen die Amsterdam kan en wil leveren in de metropoolregio. Informatie: www.dro.amsterdam.nl/structuurvisie
ministerie van VROM samen met een groot aantal partijen een Olympische Hoofdstructuur uit. Hierin worden de ruimtelijke beleidsdoelen voor Nederland voor de langere termijn gekoppeld aan de Olympische Spelen. Uitgangspunt daarbij is dat het streven naar olympisch niveau voor Nederland een aantrekkelijke nalatenschap moet creëren, ook als de Spelen uiteindelijk niet zouden worden binnengehaald. Voldoende tijd Met meerdere keuzemogelijkheden maakt Amsterdam eens te meer duidelijk dat ze de Spelen hoe dan ook wil en kan accommoderen. Mocht Amsterdam gekozen worden tot gaststad, dan hebben we in de Metropoolregio Amsterdam in de periode tot 2016 voldoende tijd om de twee locaties uit en te na te onderzoeken, de voor- en nadelen op een rij te zetten en de financiële en andere gevolgen in beeld te brengen. Plus daar waar nodig de planologische voorbereidingen te treffen en mogelijk al investeringen te doen. Informatie: Ton Bossink, 020 552 58 27,
[email protected]
Metropool Journaal 1-2010 • 8
Start gebiedsproces Amstelscheg Behoud, versterking en ontwikkeling van de groenblauwe structuur is van wezenlijk belang voor de kwaliteit van de Metropoolregio Amsterdam. Om daar uitvoering aan ter geven is onlangs de ontwikkelingsstrategie ‘De Amstel tussen stad en land’ gepresenteerd. De uitgave vormt de opmaat om via een interactief gebiedsproces eind dit jaar te komen tot een uitvoeringsstrategie.
De Amstelscheg kenmerkt zich door een statig rivierenlandschap met buitenhuizen uit de 17e eeuw en een agrarisch polderlandschap. De scheg waaiert vanuit Amsterdam richting het zuiden tot de Stelling van Amsterdam, met als ruggengraat de rivier de Amstel. De Ronde Hoep, in het hart van de scheg, is een icoon van het Hollandse veenweidegebied. Het gebied biedt unieke kansen voor verdere ontwikkelingen als uitloopgebied voor de steden en wordt al volop gebruikt door recreanten. Er zijn diverse initiatieven om de agrariërs sterker te betrekken bij het toekomstige gebruik van het gebied. Ontwikkelingsopgaven Om de potenties van de Amstelscheg ten volle te benutten is een nieuwe impuls nodig. Dit lukt alleen indien bestuurders de handen ineenslaan. Vorig jaar is hiertoe een intentieverklaring ondertekend en sindsdien werken de betrokken partijen samen binnen het Bestuurlijk Overleg Zuidwaarts (zie kader). Gezamenlijk werken zij binnen dit platform aan behoud en ontwikkeling van de landschappelijke diversiteit. Belangrijke mijlpaal is de presentatie
onlangs van het bestuursakkoord ‘Amstel tussen stad en land: Ontwikkelstrategie voor de Amstelscheg’, een aantrekkelijk vormgegeven boekje met een schat aan gedeelde inzichten over de Amstelscheg. Belangrijke opgave is het bieden van een gezonde toekomst aan de landbouw als belangrijke drager van het landschap. Dit kan door in te zetten op verbreding. Andere opgaven zijn gericht op het versterken van het (cultuur)landschap, natuur, water, (intensieve) recreatie, verkeer&vervoer en klimaat. Het afstemmen van de diverse financiële stromen en vinden van nieuwe economische dragers is een afgeleid doel van alle opgaven.
Bestuurlijk Overleg Zuidwaarts Bij de ontwikkeling van de Amstelgscheg zijn de volgende partijen betrokken: provincie Noord-Holland, de gemeenten Amsterdam, Amstelveen, Ouder-Amstel en Diemen, het Waterschap Amstel Gooi en Vecht en de stadsdelen Oost en Zuidoost. Binnen het Bestuurlijk Overleg Zuidwaarts (BOZ) maken zij onder voorzitterschap van gedeputeerde Rob Meerhof afspraken over de diverse ontwikkelingen. De ambtelijke werkgroep Zuidwaarts verzorgt de inhoude lijke voorbereiding.
Gebiedsakkoord Nu de ontwikkelstrategie voor de Amstel scheg gereed is start een interactief gebiedsproces, dat eind dit jaar uitmondt in een concrete uitvoeringsstrategie. De bestuurlijke partners gaan de komende maanden samen met maatschappelijke organisaties, bedrijven, agrariërs en bewoners de opgaven verder uitwerken. Het Bestuurlijk Overleg Zuidwaarts blijft eindverantwoordelijk voor de vorderingen. Het traject zal eind 2010 uitmonden in een bestuurlijk akkoord dat gepresenteerd wordt op de Metropoolconferentie begin
Metropool Journaal 1-2010 • 9
2011. Dit akkoord kan vervolgens worden uitgebreid met afspraken met publieke en private partijen over bijvoorbeeld uitvoering en beheer. Het proces wordt afgesloten met een gebiedsakkoord tussen alle partners. Dat is het moment waarop een uitvoeringsprogramma daadwerkelijk kan starten. Informatie: Jelle Blaauwbroek (
[email protected]/Ed Buijs (
[email protected]) De ontwikkelstrategie voor de Amstelscheg is te downloaden via: www.metropoolregioamsterdam.nl, knop ‘Landschap’.
Regionale ontwikkelstrategieën Metropoolbestuurders werken gezamen lijk aan de ontwikkeling van dynamische Metropolitane Landschappen. Om meer samenhang en voortgang in de pro gramma’s te brengen heeft de bestuurlijke coördinatiegroep Metropolitane Landschap besloten regionale ontwikkelstrategieën op te stellen. Daarbij zijn door de raden en staten geaccordeerde toekomstperspec tieven voor het landschap leidend voor de opgaven. De ontwikkelingsstrategie voor de Amstelscheg vormt de eerste in de serie.
Vergelijking tussen steden De metropoolsamenwerking speelde geen hoofdrol tijdens de recente gemeenteraadsverkiezingen. Toch is het belang hiervan beslist niet weggepoetst: éénderde van de programma’s haakte in op de Metropoolregio Amsterdam. De verkiezingsprogramma’s van de grootste politieke partijen in Amsterdam, Amstelveen, Hilversum, Haarlem, Haarlemmermeer, Purmerend, Velsen en Zaanstad zijn onder de loep genomen wat betreft raakvlakken met issues die in de metropoolsamenwerking actueel zijn. Opvallend was dat in meerdere programma’s de Metropoolregio Amsterdam een rol speelt. Vooral een kans In de verkiezingsprogramma’s ziet men de Metropoolregio Amsterdam vooral als een kans en een belangrijke partij om te vormen beleid mee af te stemmen. Nergens wordt de samenwerking als een bedreiging gezien. Wel wordt enkele keren benadrukt dat, zonder afbreuk te doen aan het belang van afstemming met de regio, men lokaal een stem moet blijven houden. Verder valt op dat een deel van de partijen wel de directe
omgeving meeneemt bij enkele thema’s, maar niet de gehele metropoolregio.
nabijheid en niet specifiek het verbeteren van de bereikbaarheid op metropoolniveau.
Issues Inhoudelijk staat het belang van afstemming van gemeentelijke belangen in metropoolverband voorop. Veel aandacht gaat uit naar economie en woningbouw. Vooral toerisme, de regionale arbeidsmarkt en het afstemmen van bedrijventerreinen worden genoemd. Bij de woningbouwopgaven wordt herhaaldelijk gerept over de rol die de desbetreffende gemeente op dit vlak in metropoolverband kan en wil vervullen. Ook verkeer en vervoer komt herhaaldelijk terug, maar dan in hoofdzaak het belang van HOV-verbindingen met steden in de directe
Opvallend is dat de thema’s landschap en duurzaamheid zelden worden aangehaald in regionaal verband. Waar dit wel het geval is, gaat het met name over het zoeken naar een juiste balans tussen het economische voordeel en de overlast en aantasting van het milieu door de luchthaven Schiphol. Een uitzondering is gemeente Zaanstad. Binnen deze gemeente heeft de helft van de partijen wel de regio meegenomen bij thema’s op het gebied van landschap en duurzaamheid. Informatie: Rowena Kuijper, 06 5422 8312,
[email protected]
Miljoenen voor Zaanse Schans Met meer dan 850.000 bezoekers per jaar is de Zaanse Schans één van de tien toeristische toplocaties van Nederland. Dankzij een financiele injectie van € 4 miljoen wordt het toeristische aanbod flink verbeterd. De Zaanse Schans krijgt bijna € 1,9 miljoen subsidie van Europa en de provincie Noord-Holland. Gedeputeerde Kruisinga maakt het nieuws op 2 februari bekend tijdens een feestelijke bijeenkomst. Gemeente Zaanstad en Stichting de Zaanse Schans hebben eerder al ruim € 2 miljoen toegezegd. De miljoenen worden gebruikt voor het ontwikkelen van aantrekkelijke arrangementen en producten voor een meer gevarieerde doelgroep,
het beter positioneren van de Schans en verbetering van de bereikbaarheid. Volgens Kruisinga heeft de Zaanse Schans de kwaliteiten in huis om het toerisme in de gehele Metropoolregio Amsterdam een impuls te geven. “Wij willen daarin graag investeren. Ook Europa heeft vertrouwen in die potentie.” De investeringen moeten ertoe leiden dat een bezoek aan de Zaanse Schans niet langer op zichzelf staat, maar een uitnodiging is om de Zaanstreek verder te verkennen. Bijvoorbeeld door per boot het gebied in te trekken en een bezoek te brengen aan het beroemde Czaar Peterhuisje, het Verkadecomplex, de industriële pakhuizen of te winkelen in het stadshart van Zaanstad. Ook zullen in de nabije toekomst riviercruiseboten vanuit Amsterdam de Zaan
Metropool Journaal 1-2010 • 10
opvaren en afmeren bij de nieuwe steiger op de Schans.
MRAnet houdt regio bereikbaar De Metropoolregio Amsterdam krijgt een netwerk van Hoogwaardig Openbaar Vervoer: het MRAnet. Het initiatief zorgt voor een fikse verbetering van de regionale bereikbaarheid. Hoe verplaatsen mensen zich in 2020, 2030 of zelfs nog verder weg binnen de Metropoolregio Amsterdam? Veel daarover is nog onzeker. Vast staat wel dat tegen die tijd het MRAnet een belangrijke rol speelt voor de regionale bereikbaarheid van de belangrijkste woon- en werkgebieden. Dit is nodig om de metropoolregio als economische motor overeind te houden. Het netwerk bundelt bestaande projecten en initiatieven en brengt samenhang aan in het OV-stelsel, inclusief trein bus, tram en metro. Het MRAnet is een gezamenlijk initiatief van de Stadsregio Amsterdam, de provincies Noord-Holland en Flevoland en de gemeenten Almere en Amsterdam.
COLUMN
Tweede jeugd voor
centrumgebieden
De bestaande stad heeft de toekomst! Dat klinkt stellig, en dat is ook precies de bedoeling: volgens mij staan we aan de vooravond van een grote verandering in het denken over de ruimtelijke inrichting van Nederland. Want na een lange periode waarin de nadruk lag op uitleglocaties en een steeds verdere vergroting van het bebouwde areaal, zie ik op dit moment de focus van stedenbouwers, planologen, architecten en andere plannenmakers ver schuiven naar het binnenstedelijk gebied. Ik voorspel voor de komende jaren meer binnenstedelijk bouwen, met meer aandacht voor bestaande bebouwing, voor herbestemming en het versterken van al aanwezige woon- en leefkwaliteiten. Het is goed voor het draagvlak van voorzieningen (de bakker op de hoek, de bibliotheek, de brede school, de huisartsenpost) en het intensiveert het gebruik van bestaande infrastructuur, boven en onder de grond.
Eerdaags stelt het Platform Bereikbaarheid Metropoolregio Amsterdam (PBM) de hoofdlijnen van het netwerk vast. De kracht van MRAnet is dat voor een betere bereikbaarheid niet alleen verbindingen worden verbeterd of aangelegd, maar dat ook de relatie wordt gelegd met ruimtelijke ontwikkelingen. Bijvoorbeeld door de potentie van verdichting rondom knooppunten inzichtelijk te maken.
Bij het ontwikkelen van dit bijzondere netwerk van Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) staat de reiziger centraal. Naast de ambities op langere termijn, wordt het MRAnet al in de eerstvolgende jaren in toenemende mate zichtbaar op straat. Het volgende Metropool Journaal bericht over de hoofdlijnen en principes voor het netwerk. Wordt dus vervolgd! Informatie: Jeske Reijs, provincie NoordHolland, 023 514 34 76.
Bovendien is het duurzaam: het dringt vooral automobiliteit terug en het spaart het open landschap. Ook dat is mooi, want daar kunnen we dan blijvend van genieten. Ik hoop van harte dat de binnenstedelijke focus van de ontwerpwereld ook overslaat naar andere betrokkenen en belanghebbenden in de bouwwereld. Dat zal wel even wennen zijn. Dat komt voor een deel omdat we in Nederland sinds de Tweede Wereldoorlog vooral aan het bouwen zijn geweest op uitleglocaties. Dat lijkt onze bouwtraditie, maar dat is slechts schijn: in de vier eeuwen voorafgaand aan 1940 kenmerkt Nederland zich vooral door de bouw en groei van dichtbebouwde, levendige steden. Dat kan opnieuw. Dat moet opnieuw. We zijn het bouwen in de stad misschien verleerd, maar ik heb toch ook vaak het idee dat te snel voor die ene, makkelijke uitleglocatie wordt gekozen. Is het binnenstedelijke alternatief wel écht goed onderzocht? En zijn de kosten en baten van extra asfalt naar het uitleggebied in de sommetjes opgenomen? Tenslotte nog dit. Binnenstedelijk bouwen betekent niet dat het landschap op slot gaat en dat er in bestaande dorpen niet meer gebouwd kan worden. Ook hier zie ik
Metropool Journaal 1-2010 • 11
een verschuiving: geen grote dorpsuitbreidingen op de grens van dorp en land, maar maatwerk; altijd kleinschalig en passend bij de bestaande structuren. Zo maken we meer stad van de stad, behouden de dorpen hun karakter en investeren we tevens in de kwaliteit van ons buitengebied. Zo versterken wij de kenmerkende, smakelijke verschillen die het Nederlandse landschap zo aantrekkelijk maken. Liesbeth van der Pol, Rijksbouwmeester
Regiohistorie komt tot leven De rijke cultuurgeschiedenis van de Metropoolregio Amsterdam staat sinds kort beschreven in ‘Buiten Amsterdam’. Het boek verhaalt over de opkomst van Amsterdam, maar maakt tegelijkertijd duidelijk dat de stad altijd onderdeel was van een netwerk dat de metropoolregio van oudsher op allerlei manieren samenbond. Amsterdam stond nooit op zichzelf. ‘Buiten Amsterdam, Kleine geschiedenis van de Metropoolregio’ begint diep in de middeleeuwen, met de waterhuishouding, die de inwoners van dit deel van Holland dagelijks bezighield. Het gaat om transport, van mensen en goederen, per trekschuit en beurtschip, te paard en per trein. Het gaat om drinkwater, dat in de duinen wordt gewonnen, om de tulpenbollen, die de hoofden van zeventiende-eeuwers op hol brachten, om het droogleggen van de Beemster en de Haarlemmermeer – maar ook om het spelevaren op de Zuiderzee en moderne architectuur in het Gooi. Het boek is uitgebracht door uitgeverij THOTH en de Stadsregio Amsterdam en zowel in het Nederlands als in het Engels verkrijgbaar (‘Out of Amsterdam, A Brief History of the Metropolitan Area’). ‘Buiten Amsterdam’ telt vijftien boeiende hoofdstukken en is een ideale bron van inspiratie om zelf op pad te gaan en de rijkdom van landschap en cultuur in de regio te ontdek-
Wandelroute wint prijs Het streekpad ‘Stelling van Amsterdam, wandelen langs werelderfgoed’ is door de Fiets- en Wandelbeurs (27 & 28 februari)
ken. Evenals het elders beschreven initiatief van de Beach Bus Amsterdam maakt het boek onderdeel van het toerismeproject ‘Amsterdam bezoeken, Holland zien’. Informatie: Karlien Douma, 020 527 37 51,
[email protected].
Auteur: Koen Kleijn ISBN NL: 978 90 6868 535 0 ISBN Eng.: 978 90 6868 542 8 Prijs: € 19,90
uitgeroepen tot wandelpad van het jaar 2010. De wandelroute is ontwikkeld in opdracht van de provincie Noord-Holland.
Almere wordt badplaats De gemeente Almere start met de ontwikkeling van een bruisende duin- en strandzone in het nieuwe stadsdeel Almere Poort. Hiertoe wordt de IJmeerdijk
‘Buiten Amsterdam’ is verkrijgbaar bij de boekhandels en VVV-kantoren.
Colofon Redactieraad: Karin Borst, Eliza Dijkema en
omgevormd tot een brede promenade, met ruimte voor ongeveer 2.600 woningen, 85.000 m² aan kantoorruime en 10.000 m² aan horeca en detailhandel.
Marjolein van Vossen Eindredactie en productie: De Graaf Communicatie Foto’s: Wim Salis Cartoon: Tom Janssen Opmaak en druk: Thieme GrafiMedia Groep Redactieadres: Marjolein van Vossen, Postbus 2758, 1000 CT Amsterdam (020 552 58 55,
[email protected]) Website: www.metropoolregioamsterdam.nl
Metropool Journaal 1-2010 • 12