Standpunt Studiekosten Abstract Studeren kost veel geld. Een niet onaanzienlijke brok van het studiebudget wordt opgenomen door de kosten van cursussen en boeken. Ook de prijs van ander studiegebonden materiaal mag niet over het hoofd gezien worden. De GSR vindt het hoog tijd dat de UGent aandacht heeft voor dit deel van de totale studiekosten. Vooreest moet er een studiekostenbeleid worden ontwikkeld. Zoals wij dit zien moet dit beleid doelgericht en gecentraliseerd werken. De coördinatie van de kostprijs dient op opleidingsniveau te gebeuren door de opleidingscommissie, ondersteund door de KCO. Op centraal niveau moeten de algemene lijnen van het beleid uitgetekend worden, en vindt de controle aan de hand van concrete bench marks plaats, waarbij best practices worden uitgewisseld en bad practices worden weggewerkt. Een tweede heikel punt is de communicatie van de kostprijs van lesmateriaal. Vandaag zien we dat de ECTS-fiches ver in gebreke blijven op dit vlak. Dit is beneden alle peil. De UGent dient ervoor te zorgen dat elke student bij aanvang van zijn studies reeds weet welke kosten hij kan verwachten. De huidige situatie is voor de GSR dan ook onaanvaardbaar. Tot slot vinden wij dat de UGent ook initiatieven moeten nemen om de kosten daadwerkelijk te drukken. Hieromtrent formuleren wij allerlei voorstellen. Zo zijn te dure en/of ongebruikte boeken uit den boze. Ook verdienen cursussen de voorkeur op handboeken. Cursussen dienen dan evenwel zelf ook niet veredeld te worden tot dure boeken. Bovendien vinden wij het ongepast als professoren of vakgroepen geld verdienen aan cursussen en/of boeken. Deze praktijk dient dan ook onmiddellijk te worden stopgezet. Daarnaast kan de universiteit de nodig creativiteit aan de dag leggen om de kostprijs voor de studenten te drukken. Zo dient zij haar studentenaantal beter te benutten in het bekomen van betere prijzen voor haar studenten. Verder moeten ook alternatieven op het klassieke verkoopmodel bekeken worden. Kunnen boeken worden uitgeleend, verhuurd of doorverkocht? Tot slot dient ook stilgestaan te worden bij andere lesgebonden kosten dan het studiemateriaal.
Studiekosten aan de Universiteit Gent Inleiding Studeren kost geld, véél geld! Ook in Vlaanderen waar het onderwijs in sterke mate wordt gefinancierd gaat studeren, in het hoger onderwijs, gepaard met een sterke financiële belasting. De UGent komt tot de volgende raming: Pendelstudent
Kotstudent Type student min. * max.** Beurs 1902,75 3456,75 4906,75 Bijna beurs 2140,05 3874,05 5750,55 Niet beurs 2362,75 44906,75 5973,25 * home kamer ** privé studio Kotstudenten die niet naar huis gaan +- 1000€ extra. Deze tabel geeft een schatting van de kosten die gepaard gaan met één jaar studeren. Dit bedrag dient dus met een factor 4 of 5 vermenigvuldigd te worden om de prijs van een diploma te kennen. Deze schatting houdt rekening met verschillende kosten zoals het inschrijvingsgeld maar ook andere kosten zoals deze voor sociale activiteiten en voeding. Wanneer we de kosten van naderbij bekijken komen we nog een andere belangwekkende post tegen, nl. cursussen/boeken. Voor deze post moet de studenten volgens de UGent gemiddeld 337€ uit trekken. De UA raamt deze prijs op een maximum van 500€/jaar. De K.U. Leuven schat dat men voor boeken en cursussen jaarlijks tussen de 300 en de 500€ moet voorzien. De UGent lijkt dus normaal te scoren in vergelijking met de andere instellingen De globale schatting van 337€ is echter maar een gemiddelde: binnen de universiteit vallen enorme verschillen op te merken. Ook dit werd door de universiteit zelf in kaart gebracht. Boeken prijzen voor het eerste jaar van alle UGent opleidingen. Faculteit PPW Psychologie Pedagogie Faculteit BW Bio-ir. wet. Faculteit RW Rechten Criminologie Faculteit FW Farmacie Faculteit PSW Communicatiewetenschappen Politieke Wetenschappen Sociologie
€ 522,00 € 388,00
€ 395,00 € 475,00 € 380,00 € 400,00 € 277,00 € 297,00 € 287,00
Faculteit Wet. Geologie Geografie en Geomatica Landmeetkunde Overige richtingen Faculteit EW Economische wet. Faculteit LW Alle opleidingen Faculteit Dier. Diergeneeskunde Faculteit IRW Burgerlijk Ingenieur Burgerlijk Ingenieur Ar.
€ 200,00 € 240,00 € 253,00 € 250,00 (gem.) € 400 € 337 (gem.) € 550 € 174,40 € 239,60 + 65 Neuf.
De bovenstaande tabel toont duidelijk aan dat verschillende opmerkelijk hoger scoren dan het gemiddelde. In wat volgt verschillende zaken rond de prijzen van studiemateriaal aankaarten.
faculteiten willen wij
1) Op naar een gecentraliseerd en doelgericht studiekostenbeleid Momenteel ontbreekt op centraal niveau elk beleid rond kosten gebonden aan het studiemateriaal. De GSR is van mening dat de UGent nood heeft aan een gecentraliseerd studiekostenbeleid. De berekeningen die in de inleiding van deze tekst besproken worden zijn slechts een eerste stap. Deze opvolging zou gepaard moeten gaan met visie en richtlijnen die er op gericht zijn om de kostprijs van het studiemateriaal te drukken. Richtlijnen of benchmarks kunnen opgesteld worden op basis van de best practices op facultair niveau. De bad pratices kunnen dan weer aangegrepen worden als zaken die absoluut vermeden moeten worden. Daarnaast merken we ook op dat er per opleiding totaal geen stroomlijning bestaat wat de studiekosten betreft. Professoren kiezen het studiemateriaal momenteel vaak naar eigen goeddunken waarbij zij totaal niet weten wat hun collega-lesgevers doen. De tabel onderaan pg. 1 gaf reeds aan dat de prijzen per opleiding enorm verschillen. GSR meent dat dit verschil gedrukt zou kunnen worden wanneer de professoren binnen opleiding de kosten van hun vak moeten verantwoorden, zodat extreme kosten weggewerkt worden. De opleidingscommissie, hierin ondersteund door de KCO, kan verantwoordelijk worden gesteld voor de opvolging van de studiekosten per opleiding of opleidingsjaar. Als GSR pleiten wij dus voor een doelgericht en gecentraliseerd studiekostenbeleid. Dit beleid dient zowel op het centrale als het opleidingsniveau uitgewerkt te worden. De bedoeling is om in alle UGent opleidingen te komen tot een billijke kostprijs van het studiemateriaal. 2) Communiceer de kostprijs Artikel 41 - 14° van het onderwijs en examenreglement voorziet dat op de ECTSfiche een vermelding moet worden gemaakt van het “lesmateriaal en de exacte en geschatte prijs” ervan. Wanneer we de ECTS-fiches van naderbij bekijken blijkt dat de individuele lesgevers het niet altijd even nauw nemen met deze bepaling. Op heel veel ECTS-fiches ontbreekt deze schatting volledig, de ene faculteit scoort hier opvallend slechter dan de andere. Bij andere valt duidelijk te merken dat deze wel zeer losjes benaderd werd: hetzelfde boek dat in verschillende opleidingen verschillend geprijsd is valt moeilijk anders te verklaren. Ook wanneer we de prijs van een boek op de ECTS fiche vergelijken met de prijs op de prijslijsten van de kringen valt op dat de lesgevers vaak niet de moeite doen om de kostprijs goed te schatten. De UGent zou alle ECTSfiches moeten weigeren die deze schatting niet of slechts gebrekkig maken. Een tweede opvallend feit is dat men vaak aangeeft dat readers of cursussen “gratis” zouden zijn omdat zij via Minerva worden aangeboden. Wanneer dit materiaal dient afgeprint te worden, al was het maar om vermoeide ogen en hoofdpijn te vermijden, kan men dit bezwaarlijk gratis noemen.
Naast de exacte kostprijs van de aan te schaffen handboeken en cursussen dient er volgens ons op de ECTS-fiche ook een raming gemaakt te worden van de printkost die gepaard zal gaan met het betrokken opleidingsonderdeel. Deze kan men eenvoudig verkrijgen door het geschatte aantal af te drukken pagina’s te vermenigvuldigen met afdrukprijs die de universiteit hanteert in haar PC-lokalen. Tot slot ziet GSR dat studenten vaak niet worden geïnformeerd over andere studiegebonden kosten. In de berekening van de kosten van een jaar studeren voorziet de UGent 99,45€ voor studiemateriaal. De studenten die een opleiding aanvatten worden hier momenteel totaal niet over ingelicht. Nochtans kunnen deze kosten hoog oplopen. Bovendien zijn deze kosten zeer specifiek. Zo denken we aan speciale rekentoestellen (+-100€), labomateriaal (30€), aangepast schoeisel (35€), medische apparatuur (+-100€) of een dure uitstap zoals in de archeologie. De GSR vindt dat studenten het recht hebben om bij aanvang van een opleiding ook van deze kosten correct op de hoogte te worden gesteld. De GSR is dus van mening dat de student voorafgaand aan zijn inschrijving volledig op de hoogte moet zijn van de kosten die daar mee gepaard gaan. Dit om te vermijden dat men voor onaangename verrassingen komt te staan. De ECT-fiches moeten om deze reden volledig in lijn gebracht worden met artikel 41 – 14° van het OER. Bovendien dient deze raming grondig en zo precies mogelijk te gebeuren. Wanneer er een aanzienlijk deel van de leerstof wordt aangeboden via Minerva dan dient er ook begroot te worden welke afdrukkost hiermee gepaard gaat. Tot slot dienen de studenten ook op de hoogte te worden gesteld van andere studiegebonden kosten. 3) Druk de prijs van het studiemateriaal Uiteraard pleiten wij niet alleen voor meer controle en transparantie. In hoofdzaak willen wij de prijs van het studiemateriaal meer in verband brengen met het nut dat de student aan het materiaal heeft. Hier gaat vandaag het één en ander mis. In wat volgt zullen wij een hele reeks problemen aankaarten die volgens ons de prijzen van lesmateriaal onnodig de hoogte in jagen. Daarnaast wordt er telkens een alternatief aangeboden. a) weg met de dure en/of vaak grotendeels ongebruikte boeken Vaak opteren professoren er vandaag voor om dure (vaak Engelstalige) boeken te laten aanschaffen door de studenten. Deze boeken worden in de les dan echter soms maar zeer weinig of zelfs niet gebruikt. Vanuit allerlei richtingen bereiken ons verhalen over deze praktijk. De studenten Economie geven aan dat er meerdere boeken dienen aangeschaft te worden die nadien nauwelijks gebruikt worden. Zij staan echter niet alleen met hun verzuchtingen: ook de studenten van de opleidingen Dierengeneeskunde en Bio-ingenieur zijn van mening dat vele van hun handboeken niet zinvol gebruikt worden. Verder dient bijna elke student wel eens een boek aan te schaffen dat nadien niet goed gebruikt wordt. In de Politieke Wetenschappen wordt een boekje verkocht dat louter en alleen voor een taak gebruikt wordt. Ook studenten Letteren moeten bij gebrek aan uitleenbare
exemplaren vaak leesboeken aanschaffen die ze slechts één keer moeten lezen. De voorbeelden zijn legio. Niet alle opleidingen scoren echter even slecht. Studenten Slavistiek gaven aan dat zij kopies krijgen van boeken die niet in het geheel zouden gebruikt worden. Dit is een voorbeeld van een good practices die tot norm zou moeten worden verheven. Het spreekt voor zich dat de besproken bad practices studenten onnodig op kosten jagen. Daarnaast zijn er ook handboeken die ondanks het volledig gebruik abnormaal duur zijn. Studenten van de faculteit Rechtsgeleerdheid gaven ons te kennen dat zij 20€ moeten neerleggen voor een boekje van niet meer dan 60 pagina’s. Deze verhouding is uiteraard totaal buiten proportie. De GSR vindt dat het niet kan dat men boeken moet aanschaffen die men nadien niet goed benut. Wanneer er toch geopteerd wordt om een duur handboek te laten aanschaffen dient dit maximaal benut te worden. Het goed gebruik van leermateriaal zou standaard moeten geëvalueerd worden bij de professorenevaluaties. In punt 1 gaven we al aan dat we hier een belangrijke rol zien weggelegd voor opleidingscommissie en de KCO. Ongeacht het gebruik moet er ook op toegezien worden dat boeken niet buitensporig duur zijn. Hier moet misschien naar een maximaal tolereerbare prijs/pg worden gezocht. b) dure handboeken zijn niet per definitie beter dan een cursus Zijn dure handboeken noodzakelijk beter dan een cursus? Vaak geven professoren vandaag de voorkeur aan een handboek boven een zelf ontwikkelde cursus. De GSR denkt echter dat de studenten in het algemeen beter af zouden zijn met een cursus die door de lesgever zelf ontwikkeld werd. Niet alleen betekenen zulke cursussen een besparing voor de portemonnee, bovendien stellen zij de lesgever in de mogelijkheid om het studiemateriaal nauwer te laten aansluiten bij de leerstof. c) cursussen moeten niet opgesmukt worden tot blitse handboeken Professoren schrijven vaak zeer goede cursussen. Eens zo’n cursussen geschreven zijn zien we deze echter vaak evolueren tot blinkende handboeken. Dit zien we bijvoorbeeld zeer vaak aan de Faculteit PPW, al staan zij hier zeker niet alleen. Het resultaat is dat een student veel betaalt voor een boek dat door zijn eigen professor werd geschreven. Nog erger wordt het als op deze manier auteursrechten en uitgeverskosten door de student betaald worden. GSR vindt deze situatie niet verantwoord want ook op deze manier worden studenten weer onnodig op kosten gejaagd. De GSR is van mening dat cursussen niet moeten opgesmukt worden tot full-color en hard-cover boeken gedrukt op glanzend papier. Het eenvoudige blauw-witte academia press-format is hier een goedkoper alternatief. Ook kan het voor de GSR niet dat professoren geld verdienen door zelfgeschreven boeken verplicht te stellen, zij worden immers reeds vergoed voor hun lesopdracht. Cursussen dienen beschikbaar gesteld te worden aan kostprijs en mogen in geen geval gebruikt worden als bijverdienste voor vakgroepen of individuele lesgevers.
d) samen kunnen we de prijs drukken Het aankopen van boeken of het laten drukken van cursussen verloopt momenteel zeer fragmentarisch. Kringen kopen enkel boeken aan voor hun eigen faculteit, professoren bieden hun cursussen of readers individueel aan een willekeurig kopiecenter. Het is een basiswet in de economie dat de onderhandelingspositie van een grotere collectiviteit sterker is dan deze van één of enkele individuen. De GSR is van mening dat de universiteit actief op zoek moet gaan naar een manier om haar schaalvoordeel te benutten. Men hoeft niet ver te kijken om inspiratie op te doen. In Antwerpen print Universitas alle readers en cursussen voor het grootste deel van de associatiepartners van de UA (voornamelijk deze die zich in het centrum van de stad bevinden). Ook de UGent zou zo’n collectieve aanbesteding van alle printopdrachten kunnen doen. Een andere optie is om een eigen cursusdienst op te richten. Op beide manieren kan ongetwijfeld een betere prijs worden bedongen. Wat boeken betreft dienen de kringen zich beter op elkaar af te stemmen. Denk maar aan de ontelbare richtingen waarvoor het boek “economie vandaag” of “sociologie” dient aangekocht te worden. De UGent moet haar studentenaantal beter uitspelen. e) boeken huren, lenen of doorverkopen: dat moet kunnen Iedere student herkent het fenomeen ongetwijfeld: Er is weer een jaar voorbij. De vrije ruimte op je boekenrek is weer eens afgenomen. Vele van de boeken die je hebt staan neem je echter van je leven niet meer ter hand. Momenteel kopen de meeste studenten jaar na jaar nieuwe boeken aan. Veel boeken veranderen echter niet van inhoud op een jaar tijd. De vraag is dan ook of het wel nodig is dat elke generatie studenten jaar na jaar nieuwe handboeken koopt. Er bestaan enorm veel alternatieven op deze situatie. Naslagwerken en leesboeken die jaar na jaar hetzelfde blijven zouden bijvoorbeeld uitgeleend of verhuurd kunnen worden door de universiteit. Verder zien we ook dat vele studenten geïnteresseerd zijn in het verkopen of kopen van gebruikte boeken. De informele manier waarop deze studenten elkaar momenteel vinden zorgt ervoor dat dit voor het merendeel van de studenten (zowel potentiële kopers als verkopers) deze mogelijkheid niet overwegen. Wanneer er officiële doorverkoopkanalen zouden zijn dan zou deze economisch en ecologisch verantwoorde doorverkoop grotere proporties kunnen aannemen. De GSR vraagt de universiteit dan ook om dergelijke initiatieven, die een duurzamer omspringen met lesmateriaal promoten, te ondersteunen en zelf in te richten. f) studeren is meer dan cursussen alleen Het verhaal van de lesgebonden studiekosten eindigt zoals eerder aangegeven echter niet bij cursussen en boeken. Naast de kosten van boeken en cursussen worden verschillende opleidingen gekenmerkt door andere, niet onaanzienlijke kosten. Bovenaan hadden we het al over de uitrusting van de studenten Dierengeneeskunde en de speciale rekentoestellen die studenten uit vele opleidingen nodig hebben. Daarnaast zijn er ook opleidingen waar er soms dure uitstappen worden gedaan. Zo is er de verplichte stage van de Archeologie waar de studenten dit jaar maar liefst 500€ voor moesten uittrekken.
Ook hier vinden wij dat de universiteit inspanning moet leveren om deze kosten te drukken. Wat materiaal betreft moet het mogelijk zijn om dit gratis ter beschikking te stellen of te verhuren. Daarnaast dienen er ook regels te bestaan rond de kostprijs van excursies. Studenten dienen, zoals eerder gezegd, op voorhand goed geïnformeerd te zijn over die kosten. Daarnaast is het ook in het belang van alle studenten dat de prijzen van dergelijke excursies redelijk worden gehouden. Tot slot moet er wat dit betreft ook gekeken worden of de studenten die financieel zwakker staan hier bijzondere aandacht kunnen krijgen. Bij dit laatste denken wij aan financiële tegemoetkomingen of bijvoorbeeld afbetalingsplannen.
Uitleiding Deze tekst werd opgesteld door de GSR. Het hier geformuleerde standpunt is gegroeid uit de algemene vergadering van de GSR van het vorige en het huidige academiejaar. Naast de gegevens die de universiteit zelf verzamelde, werden er ook eigen gegevens verzameld. Meer bepaald werd de informatie van de ECTSfiches bestudeerd en werden de facultaire studentenraden bevraagd. Alle voorbeelden zijn ons aangereikt door de studentenvertegenwoordigers van de facultaire studentenraden. Deze standpunttekst zal de komende weken vertaald worden in concrete acties. Met de GSR zijn wij van mening dat er dringend werk gemaakt moet worden van een studiekostenbeleid. Met dit document in de hand willen we de universiteit helpen dit beleid vorm te geven.
Actieplan - Standpunt bekendmaken bij de universiteit (Rectoraat, Raad van Bestuur) - Schamper informeren over het onderwerp en ons standpunt - Verzoek aan de Raad van Bestuur om een studiekostenbeleid voor te laten bereiden door DOWA, en het onderwerp op te volgen. - Ludieke actie Mogelijkheden: a) Prijs voor de duurste cursus (voor een individuele prof) b) Prijs voor de duurste opleiding c) Prijs voor het duurste opleidingsonderdeel (de archeologie-uitstap?)