Standaard Presentatie NLIP

Standaard Presentatie NLIP

Dia 1. 1. Van werelddominantie tot slimme logistieke wereldtopper Dia 2. Nederland is logistiek. Dat zéggen we niet alleen nu, maar het is natuurlijk ook gebaseerd op het verleden. Jarenlang was Nederland de Europese nummer één en ook op wereldschaal werden onze prestaties op waarde geschat. Sterker nog, al in de zeventiende eeuw maakte Nederland naam en faam als één van de belangrijkste logistieke spelers in de handel tussen de koloniën en de thuishavens in Holland. We waren de koning van de wereldzeeën, de koopmansgeest vierde hoogtij, het was het moment waarop de VOC-mentaliteit werd gevormd. Dia 3. Deze handelsgeest was ook in stadscentra te zien, die kanalen dienden een praktisch doel: het kunnen open overslaan van goederen voor later gebruik. Dia 4. Toename aantal modaliteiten Ook in de achttiende, negentiende en twintigste eeuw bleef Nederland een logistieke speler van formaat. Wel veranderde het logistieke landschap, de trein en later de vrachtauto werden belangrijker. En niet alleen nam het aantal modaliteiten toe, maar de economische macht van Nederland nam langzaam maar zeker af. Dia 5. Nederland behield op Europees niveau nog wel zijn voorsprong, maar deze werd evengoed iets kleiner. Om de veranderingen in perspectief te plaatsen: Rotterdam, ooit de belangrijkste haven ter wereld, is inmiddels gezakt naar een vijfde / zesde positie in de lijst met drukste havens gemeten naar verhandeld volume in tonnen. Op de ranglijst met belangrijkste containerhavens is Rotterdam zelfs buiten de top-10 beland. Chinese havens zijn in beide lijsten heer en meester. Positief is wel, dat de handel tussen Azië en Europa alleen maar is toegenomen. Vooruit denken, of misschien wel een mind-shift, is dus geboden. Dia 6. Op het gebied van wegvervoer is een vergelijkbare ontwikkeling zichtbaar. Grote Nederlandse vervoerders hebben verreweg de meeste voertuigen op naam gezet van buitenlandse vestigingen. Of ze hebben het vervoer in zijn geheel uitbesteed aan transporteurs die zich vooral in Oost-Europa bevinden. Het is geen ontwikkeling waar Nederlandse chauffeurs blij van worden, maar het is wel belangrijk om te realiseren dat ook deze ontwikkeling niet per se negatief uit hoeft te pakken voor ons land. Er zit nog steeds muziek in logistiek, en zeker met de verwachte groei tot het jaar 2020. Dia 7. Logistics Performance Index (LPI) Erg positief is natuurlijk de stijging op de Logistics Performance Index (LPI) van positie 5 naar 2 tussen 2012 en 2014. Op de lauweren rusten is er niet bij, sterker nog, er is werk aan de winkel. Er wacht Nederland een grote uitdaging, want ooit bekleedde het de eerste plaats in deze index. We moeten Duitsland nu voor ons dulden, onze grootste handelspartner. Dia 8. Slimmer maken van bestaande logistiek: delen info, meer transparantie De grootste kans voor Nederland om weer de nummer één op de LPI-ranking te worden is door de bestaande logistiek slimmer te maken. Dit kan het verschil maken tussen het ontbreken van zicht op de keten en slim kunnen handelen dankzij de

NLIP D-017b - Standaard Presentatie Tekst v1.0 20150328 © Neutraal Logistiek Informatie Platform 1 van 10


gecreëerde voorspelbaarheid. Maar wat allesbepalend is voor het toekomstige succes van Nederland als logistieke grootmacht, is het delen van informatie. Kleine stukjes data kunnen daarbij volstaan, maar alle stukjes samen maken de hele keten wel een stuk overzichtelijker.

Dia 9.

2. Delen van informatie is geen wens, maar een noodzaak De Nederlandse logistiek slimmer maken en zodoende ons land weer aan de nummer één positie helpen is het doel. En eigenlijk is het pad daar naartoe heel overzichtelijk. We zullen data moeten gaan delen met alle partners zowel binnen als buiten de logistieke keten. Dit zorgt voor overzicht in de keten en juist dát is wat het verschil kan maken tussen enerzijds succesvol opereren en je klanten op maat bedienen óf anderzijds doorgaan op dezelfde weg en langzaam maar zeker merken dat je de koplopers uit het zicht verliest.

Dia 10. Ketentransparantie helpt bedrijven om in te spelen op ad-hoc ontwikkelingen en trends, maar helpt ze ook hun eigen klanten te informeren en KPI’s te bepalen en na te leven. Dat laatste is overigens iets wat steeds belangrijker wordt, zeker verladers zetten richting logistiek dienstverleners steeds meer druk om prestaties aantoonbaar te maken, soms zelfs tot in de details. Dia 11. Opkomst open dataplatformen werkt drempelverlagend Software is daarbij niet alleen belangrijker dan ooit voor de aansturing van bedrijfsprocessen, maar het helpt ook bij het steeds eenvoudiger delen van informatie. De opkomst van open platformen ondersteunt en werkt drempelverlagend bij het doorgeven van data van boordcomputers, maar ook van TMS-, WMS- en ERPsystemen naar softwaretools van ketenpartners óf bijvoorbeeld een douaneapplicatie van de overheid. Dia 12. Als alle ketenpartners besluiten om kleine stukjes van deze data te delen, dan ontstaat er een bijzonder efficiënte supply chain. Dia 13. Omdat data delen soms gevoelig ligt, is een werkwijze bedacht waarbij de informatieeigenaar kan aangeven met wie hij of zij data wil delen, door middel van het zetten van vinkjes. Dit systeem is er nóg niet, maar het is wel aanstaande. Dia 14. Maar dat er veel kansen liggen voor bedrijven én de BV Nederland, dat was iets wat alle partijen in Nederland die een belangrijke logistieke rol spelen zich in 2011 realiseerden. Het resultaat is een aan het begin van 2013 breed ondertekend NLIPconvenant. Het Neutraal Logistiek Informatie Platform was daarmee geboren en vormt nu de basis voor wat Nederland weer aan de logistieke top kan helpen en houden. We moeten gebruik maken van de kennis, ervaring en de innovatiekracht die Nederland zo kenmerkt.



Dia 15. 3. NLIP: wat is het en waarom is het nodig? Dus, wat is het NLIP precies? Het is een initiatief, een manier van denken, maar je kunt het ook zien als een platform van private en publieke organisaties. Dia 16. Alle deelnemende partijen hebben zich uitgesproken om te werken aan een optimale informatiehuishouding binnen de logistieke markt, binnen de overheid en tussen deze markt en de overheid. Dit zorgt voor overzicht en dat willen we ombuigen in toegevoegde waarde voor de BV Nederland. Dia 17. Eigenlijk is het heel eenvoudig; elke partij die op logistiek gebied iets betekent, heeft het convenant ondertekend: TLN, EVO, ACN, Cargonaut, Portbase, de Havenbedrijven van Amsterdam en Rotterdam, Douane, Rijkswaterstaat, Schiphol, FENEX, VRC en VRTO. Dia 18. Bewust delen van data en ketenvoordelen Binnen het convenant is afgesproken dat eigenaren van informatie hiervan een brokje delen, maar wel de controle behouden over hun gegevens. Ze moeten binnenkort ook in staat zijn om, door het zetten van vinkjes, aan te geven wat ze wel en niet willen delen én met wie. Ze stellen niet alleen ketenpartners, maar ook zichzelf in staat om gebruik te maken van informatie en zo hun processen te optimaliseren. Dia 19. Om daarvan een voorbeeld te geven: wanneer duidelijk is dat een lading een of twee uur later pas klaarstaat om te worden opgehaald, dan is het wellicht verstandiger om daarop te wachten. En misschien is daarmee ook een stevige file te vermijden. Dat niet alleen, het delen van info biedt ook de kans om het aantal controlemomenten in de keten terug te dringen. Bijvoorbeeld op Schiphol. Bij één van de door NLIP geïnitieerde projecten zijn, door data te combineren, inmiddels enkele importcontroles van de Douane en de Plantenziektekundige Dienst vervangen door één check. Dat bespaart niet alleen moeite bij het doen van aangifte, maar ook geld en reduceert wachttijden. Dia 20. Dergelijke voordelen maken een keten slimmer, beter en sneller, iets wat sowieso fijn is, maar zeker wanneer het over het transport van bijvoorbeeld bloemen en planten gaat. Later in deze presentatie gaan we dieper in op dit SmartGate-project. Dia 21. Vermindering van regeldruk en terugdringen transactiekosten NLIP kan bedrijven met logistieke activiteiten meer voordelen bieden. Om een paar voorbeelden te noemen: ketenoptimalisatie dankzij een grotere voorspelbaarheid, een kosten effectievere overheid door middel van een single aangifte window, vermindering van regeldruk en administratieve lasten, het terugdringen van transactiekosten door papierloos transport, efficiënter risicobeheer en gerichte inspecties.



Dia 22. Maar ook een betere benutting van transportmiddelen en equipment én hogere beladingsgraden. Dia 23. Het gebruik van sporen, wegen en vaarroutes is beter te plannen en de voorspelbaarheid in de keten neemt toe. De voorbeelden waartoe een brede adoptie van NLIP toe kan leiden zijn legio. Dia 24. NLIP is een onderdeel van Topsectorenbeleid NLIP is een onderdeel van het Topsectorenbeleid, zoals dat in 2010 door de toenmalige regeringspartners is opgezet. Logistiek is daarbij één van de negen belangrijkste sectoren. De topsectoren zijn gebieden waarin Nederland al uitblinkt wereldwijd en waarmee het land nog meer denkt te kunnen behalen. Dia 25. En dat is natuurlijk geen verrassing voor een landje met een grote haven in Rotterdam en een belangrijke luchtmainport om de hoek van Amsterdam. In Europa staat Nederland sinds jaar en dag bekend als transportland. Dia 26. En last but not least, de toegevoegde waarde van alle logistieke activiteiten aan het BBP in Nederland is maar liefst 55 miljard euro (2013). Dat is een groot bedrag en een kleine verbetering kan al leiden tot een wezenlijke stijging hiervan. En dat is de ruif van waaruit niet alleen logistieke bedrijven kunnen eten, maar ook verladers en de publieke sector; dus elke stijging is gewenst. Het doel van NLIP is om hier 5 miljard aan extra waarde aan toe te voegen. Dia 27. Kleine projecten moeten vliegwiel op gang brengen Het succes van het NLIP is afhankelijk van het succes van de deelprojecten. Dus wat we doen is deze successen zichtbaar te maken en zo het initiatief een flinke ‘boost’ te geven. Inmiddels zijn er meerdere, niet al te grote, projecten gestart. Slagen we erin om die projecten, zoals dus AgroLogistiek, papierloos transport en SmartGate, succesvol te maken, dan komt het vliegwiel van NLIP ook op gang. Dia 28. De keuze om te focussen op deelprojecten is bewust gemaakt. Omdat het NLIP bestaat uit veel deelnemende bedrijven, organisaties en overheden, is gekozen voor de incrementele aanpak. Kleinere projecten zijn veel sneller succesvol te maken en succes smaakt altijd naar meer. Dia 29. Een voorbeeld van een dergelijk project is papierloos transport. Dit is geïnitieerd door Transport en Logistiek Nederland (TLN) en vervult een zeer belangrijke stap in het transparant maken van de logistieke keten. Overigens is het ook de hoogste tijd om onder het overgrote deel van de transporteurs een digitaliseringslag te ontketenen. Dat bespaart deze vervoerders, voornamelijk de kleinere, tijd en reduceert fouten. Dia 30. Door communicatie elektronisch te maken, dus niet per mail of telefoon, voorkomen transporteurs een handmatige invoer van gegevens. En uiteindelijk willen we vanuit het NLIP ook toewerken naar het werken met een elektronische vrachtbrief en dito factuur.



Dia 31. Het voordeel bestaat niet alleen uit de tijdwinst die bedrijven hiermee boeken, maar het biedt ze ook de mogelijkheid om ketenpartners snel van informatie te voorzien. En zelf hebben ze er voordeel van, omdat anderen data met hen delen, waardoor ze een beter zicht hebben op de keten, maar ook die data niet handmatig dienen in te voeren. Dia 32. Het zijn dit soort voorbeelden waarmee het NLIP wil bereiken dat de positie van Nederland als logistiek land verbetert. Dia 33. Denk maar eens na; als buitenlandse dienstverleners en verladers merken dat het goed en efficiënt zakendoen is met Nederlandse bedrijven en overheden niet voor vertraging zorgen met controles, dan wordt Nederland nog meer dan nu het geval is een betrouwbare partner en plek om zaken te doen. Het inzicht in logistieke stromen dat ermee ontstaat voor Nederland, is in te zetten om de concurrentiepositie vast te houden en bij voorkeur nog te versterken. Dia 34. De ‘drempels’ op weg naar succes De stand van zaken op dit moment is, dat er een goede start is gemaakt, maar dat we nog wel de nodige drempels moeten nemen. Het delen van informatie over transporten en zendingen, maar ook over zending groottes, tracking en tracing informatie en zelfs vrachtbrieven en handtekeningen was twintig jaar terug niet gangbaar. Dia 35. De opkomst van communicatie, mede dankzij de mobiele apparatuur, heeft veel mogelijk gemaakt. Dia 36. We gaan toe naar het bijna ‘verplicht’ delen van stukken informatie met partners. En daarbij moeten we af van het zenden van ‘envelopberichten’ en toe naar het hergebruiken van data. Dia 37. Maar er zijn meer ‘hobbels’ die aandacht vergen, zoals de achterliggende techniek, standaarden en ‘what’s in it for me’. Dia 38. Waar het in de consumentenmarkt gebruikelijk is om zonder de voorwaarden te lezen van apps, deze te installeren op een smartphone, ligt dat bij het delen van zakelijke data gevoeliger. Hier moeten partijen alsnog zaken afstemmen voor ze akkoord gaan met het delen van informatie. Zakelijk data delen heeft primair tot doel om meer toegevoegde waarde te creëren, niet het behalen van een kostenbesparing door het reduceren van arbeidsplaatsen. Wel kunnen bedrijven uiteraard slimmer werken. Dia 39. NLIP is ook geen nieuw systeem of platform, het is bedoeld als smeerolie tussen bestaande platformen. Elke ketenpartner zou zichzelf moeten afvragen of hij naast het delen van data ook kan aanzetten tot het stimuleren van andere ketenpartners tot het delen van data.



Dia 40. Maar echte samenwerking gaat verder en is gebaseerd op vertrouwen. We zijn van mening dat we aan de vooravond staan van een nieuwe professionaliseringsgolf waarbij het delen van informatie met steeds meer ketenpartners de standaard wordt. Bedrijven zullen inzien dat ze hiermee zelf voordeel kunnen behalen dan wel toegevoegde waarde kunnen leveren. Maar zover zijn we nog niet. Als er geen of beperkt vertrouwen is, kunnen ook contracten een oplossing bieden. Hiertoe zijn er disclaimer overeenkomsten opgesteld door het NLIP die tot doel hebben om het delen van data met derden de juiste kaders te geven. Een project als papierloos transport bewijst dat een laagdrempelige insteek snel zijn vruchten afwerpt. Maar aan de kant van de verladers is er te weinig beweging zichtbaar, terwijl dat toch vaak de partijen in een keten zijn met de meeste invloed. Dia 41. Verladers aansporen tot actie We verwachten veel van verladers binnen het kader van het NLIP. De regiefunctie die ze vaak bekleden stelt ze in staat tot het in gang zetten van ontwikkelingen zoals het delen van informatie. De kleinste brokjes kunnen al helpen bij het slimmer afhandelen van goederen, onnodige dubbele invoer voorkomen, voor tijdsbesparingen zorgen bij het laden en lossen of het bundelen van goederen eenvoudiger maken. En juist verladers hebben de sleutel tot succes van het NLIP in handen omdat ze vaak over een regiefunctie in de keten beschikken, met de bijhorende macht om zaken in gang te zetten. Dia 42. Kansen voor binnenstad logistiek Transporteurs en logistiek dienstverleners hebben de eerste stappen gezet door te investeren in mobiele apparatuur die de ketenvoorspelbaarheid moet verbeteren. Ze geven steeds gedetailleerdere vervoersinformatie door. Andersom zijn nu ook de verladers aan zet. Dia 43. Zij kunnen al dan niet via control towers of het inzichtelijk maken van artikelsoort of palletgrootte vervoerders een goed beeld geven van de te vervoeren artikelen én de potentiele efficiencyslag. Verladersorganisatie EVO heeft eerder aangegeven dat er kansen liggen op het gebied van stadslogistiek. Wanneer bedrijven slim data delen, is het aantal voertuigbewegingen terug te dringen. Hetzelfde geldt voor het slim delen van info over restricties. Een optie zou zijn om met private en publieke partijen overeen te komen om volle vrachtauto’s ook buiten de venstertijden de stad in te laten. Dia 44. Met hogere efficiency brandstofprijzen en arbeidskosten compenseren Op internationaal gebied liggen er ook kansen om logistieke ketens efficiënter te maken. Sterker nog, dat kan wel eens pure noodzaak worden. De logistieke kosten van Nederland zijn relatief hoog, ze liggen bijvoorbeeld enkele procenten hoger dan in enkele andere handelsblokken. Natuurlijk spelen de arbeidskosten en brandstofprijzen daarin een rol, maar het NLIP biedt kansen om de voertuigverliesuren terug te dringen. Lukt dat, dan zijn die hogere kosten snel gecompenseerd.



Dia 45. Slim inspelen op aanstaand chauffeurstekort en congestieproblemen Een ander aspect is het potentiele chauffeurstekort. Trekt de economie aan op het moment dat er net een grote groep chauffeurs met pensioen gaat, dan is het des te meer van belang om de benutting en de betrouwbaarheid van alle modaliteiten op een zo hoog mogelijk plan te krijgen. Ook hierbij kan het NLIP een belangrijke rol spelen. En hetzelfde geldt uiteraard voor situaties met congestieproblemen. Het zijn alle aspecten waarbij verladers net dat zetje in de goede richting kunnen geven door het NLIP te omarmen, of in elk geval deelprojecten. Dia 46. Diensten En pratend over deelprojecten komen we automatisch bij diensten. Vrijwel elk deelproject kent zijn eigen ondersteunende softwaretools. Het NLIP heeft niet als doel om deze zelf te ontwikkelen, we willen vooral voorwaarden scheppen die interessant genoeg zijn voor private partijen om er applicaties voor te ontwikkelen. Er is al een aantal breed gedragen standaarden voorhanden voor de uitwisseling van vervoersgegevens. Het is niet de bedoeling dat partijen voor elke toepassing het wiel gaan uitvinden, maar wat we graag zien is dat ze met elkaar in gesprek gaan en aanhaken op de al bestaande standaarden. Dan blijft er voldoende ruimte over voor logistiek dienstverleners, maar ook voor applicatieontwikkelaars om toegevoegde waarde te leveren. Dia 47. En is de tool goed, dan liggen er in de toekomst ook internationale kansen voor het grijpen. Vanuit NLIP staan we niet met een zak geld klaar om allerlei initiatieven te stimuleren, maar waar we echt iets kunnen bijdragen om het delen van informatie op gang te brengen zullen we dit doen. Dia 48. Iets wat buiten de NLIP-scope speelt, maar wel past binnen het gedachtengoed van data delen, is het volgende voorbeeld waarbij een tankstation kentekens scant en informatie opvraagt bij de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW). Het doel is om doorrijders te onderscheppen nog voor de schade aan kunnen richten. Dit betreft data die door de RDW toegankelijk is gemaakt voor gebruik door derden. Het gebruik door de tankstations is typisch een voorbeeld van een toepassing die de RDW nooit tevoren had bedacht. Dia 49. Het principe is eenvoudig: een klant parkeert zijn auto bij de pomp. De camera zoomt automatisch in op het kenteken. De voertuiggegevens worden bij de RDW opgevraagd. De kassa-medewerker ziet, binnen enkele tienden van een seconde op het scherm de kleur van het voertuig, het merk en het model. Komen de gegevens overeen met het voertuig dat wil tanken, geeft de pompbediende de pomp vrij. De geïmplementeerde applicatie voorkomt problemen in een fractie van een seconde. Dia 50. Het delen van informatie is natuurlijk verre van eng. We doen dit met zijn allen al veel vaker dan we ons realiseren, bewust en onbewust. Installeer je een app op een smartphone, dan geef je toestemming voor het doorgeven van je locatie en handelingen aan de bouwer. Zolang die deze data gebruikt om zijn app te verbeteren is er niet zoveel aan de hand. Wanneer hij je voor de voeten gaat lopen, werkt hij zijn eigen succes tegen.



Dia 51. 4. Welke projecten zijn er gestart? Zoals aangegeven zijn het de deelprojecten die het NLIP-vliegwiel op gang moeten brengen. Papierloos transport vanuit TLN heeft de meeste aandacht gekregen. De voordelen van het digitaal beschikbaar hebben van vervoers- en ladingdata én deze met ketenpartners kunnen delen, zijn eenvoudig uit te leggen. Toch beschikte voor de start van dit project ongeveer vijftig procent van alle transporteurs nog niet over deze digitale data. De pilot is begin 2014 gestart en deelnemende bedrijven vullen een gestandaardiseerde opdracht in, waaruit vervolgens een elektronische vrachtbrief en een factuur moeten rollen die daarna ook eenvoudiger deelbaar zijn. Een webportal speelt voor de kleinere bedrijven een grote rol, omdat deze hen in staat stelt om transportopdrachten en facturen digitaal te versturen. Grotere bedrijven kunnen gebruik maken van een koppeling met het vanuit TLN opgezette platform. TLN streeft ernaar om zoveel mogelijk IT-leveranciers met hun interfaces te laten aansluiten op dit platform. Dia 52. Op de luchthaven Schiphol is het aantal vervoersbewegingen enorm. Wachten is eigenlijk uit den boze en dus waren de vele controlemomenten een doorn in het oog van veel bedrijven. Cargonaut, het platform dat op Schiphol met apps en data een centrale rol speelt, heeft de handschoen opgepakt en is het project Fytosanitair gestart. Inmiddels is dit SmartGate gedoopt, maar het doel is onveranderd: een combinatie van snelheid en controle bij de afhandeling van luchtvrachtgoederen. Vooral als gevolg van bedrijfsmatige en wettelijke veiligheidseisen is de regeldruk rond controlemomenten toegenomen. Wanneer een controle-instantie weet wat het slimste moment is om te controleren, voorkomt dit meerdere keren wachten. Dat is wat Smartgate wil bereiken. Smartgate is een mooi voorbeeld van een publiek-private samenwerking waarbinnen meerdere partijen samenwerken, zoals: Douane, Amsterdam Airport Schiphol, ACN, E-freight (IATA), E-link en Airlink. Cargonaut constateert wel dat er onder sommige partijen nog wat koudwatervrees is over het delen van info. Zo is Nanne Onland, directeur van Cargonaut, van mening dat er een verandering in mindset nodig is. Hij denkt ook dat de koudwatervrees wel is weg te nemen door slim te bouwen met de koplopers. Door slim te werken en de voordelen panklaar op het bord van de critici te leggen, wil hij zelfs de grootste criticasters de mond snoeren. Hij ziet sowieso niet in waarom het delen van data op Schiphol binnen NLIP spannender zou zijn dan wat er nu gebeurt. Bedrijven sluiten immers allerlei disclosures over wat ze wel en niet willen delen en met wie. En dat is precies wat het NLIP ook voor ogen heeft. Dia 53. Van alle projecten zijn er ook enkele die zich richten op de binnenvaart. Zo hebben er in een aantal regio’s gesprekken plaatsgevonden tussen verladers met als doel om ladingstromen te bundelen. Aanvullend is er het project Nextlogic dat mikt op het beter plannen van de afhandeling van containers via de binnenvaart. Dia 54. Zoals het makkelijker en sneller elektronisch melden van documenten aan de overheid en is de data van alle handelingen die plaatsvinden in deze keten beter te synchroniseren met de data in de andere ketens. Al met al is hier een flinke stap



gezet naar papierloos varen. Overigens is het doel om dit ook over de landsgrenzen te trekken, maar daarvoor dienen er op Europees niveau nog wat afspraken te worden gemaakt.

Dia 55. 5. Convenant getekend, NLIP gestart. Hoe nu verder? Het begin is gemaakt en door het NLIP. Door voordelen te laten zien middels praktische toepassingen, hopen we dat het vliegwiel op gang komt. Daar hebben alle ketenpartijen voordeel bij, dus zowel de ondertekenaars van het convenant, maar in potentie ook alle logistieke partijen in Nederland voordeel bij. Althans, ze hebben de mogelijkheid om te profiteren van de voordelen als ze er slim op inhaken. Dia 56. Uiteindelijk moet het de logistieke BV Nederland sterker maken, meer omzet genereren doordat Dia 57. Nederland als land aantrekkelijker wordt dankzij de efficiëntie en de toegevoegde waarde van de logistiek. Dia 58. Waar de positie van Nederland als belangrijke logistieke speler af leek te nemen kan het NLIP de sector weer de wind in de zeilen geven. Uiteraard in combinatie met allerlei andere slimme initiatieven, die hebben immers ook vaak een belangrijke softwarecomponent. Dia 59. We moeten daarbij als Nederland ook durven erkennen dat we het niet van de volumes of de aantallen trucks moeten hebben, maar van de manier waaróp we met deze zaken omgaan. Slimme vooruitgang zorgt voor een grotere toegevoegde waarde en als bedrijven hier slim op inspelen kunnen ze efficiënter en effectiever gaan werken waardoor ze hun marges kunnen vergroten. Dia 60. Het delen van data is volgens de ondertekenaars van het convenant dé manier om de toegevoegde waarde te vergroten én Nederland aantrekkelijker te maken als land voor de inslag of de uitslag van goederen, via de mainports, maar dus ook voor alle handelingen ertussen. Zonder hinderlijke en vermijdbare controlemomenten. Dia 61. We willen met NLIP de verspilling tegengaan door onnodige menselijke handelingen in te ruilen Dia 62. voor een grotere focus op innovatie en het leveren van service waarmee geld is te verdienen. Dia 63. Bellen en eenvoudig typewerk zijn te vervangen, klantcontact waarbij uw werknemers zoeken naar gerichte oplossingen die de klanttevredenheid laten stijgen brengt u verder. Door data te delen kunt u slimmer plannen, vooruit denken en nieuwe services ontwikkelen.



Dia 64. We kunnen hierbij absoluut nog hulp gebruiken. Wie nu aanhaakt kan een koploper worden en daar in de toekomst van profiteren. Dat geldt voor vervoerders, voor ontwikkelaars van apps, maar zeker ook voor verladers. Dia 65. Dus heeft u interesse of vragen, laat het ons dan direct na deze presentatie weten en we leggen u precies uit welke mogelijkheden er voor u liggen! Op NLIP.org staan video’s, hebben we niet alleen alle voordelen op een rijtje gezet, maar ook alle beschikbare standaarden. Eenvoudiger konden we het niet maken voor u. En het is nu aan u of u deel wilt uitmaken van de toekomst van Nederland als slimste logistieke jongetje van de klas. We helpen u graag verder met het oprapen van de extra inkomsten in de vorm van toegevoegde waarde aan uw klanten en partners!


Standaard Presentatie NLIP

Recommend Documents