Stage-informatie 2 e jaar

Sport, Management & Ondernemen Dr. Meurerlaan 8 1067 SM AMSTERDAM tel. 020 – 595 34 43 [email protected]

Stage-informatie 2e jaar “Project en Organisatie” “Onderzoek en Advies”

Inhoudsopgave

Inleiding ................................................................................................................................................... 3 Onze visie op stage ................................................................................................................................. 4 Stageopbouw van de opleiding Sport, Management en Ondernemen ................................................... 4 Fasering van de stage............................................................................................................................. 6 Taken en verantwoordelijkheden van het stagebedrijf en de opleiding .................................................. 8 Algemene regelingen .............................................................................................................................. 8 Bijlage 1: De stageopdracht “Onderzoek en advies” ............................................................................ 11 Bijlage 2: De stageopdracht “Project en organisatie” ........................................................................... 13 Bijlagen 3: Competenties ...................................................................................................................... 15

Stage-informatie 2e jaar

2

Inleiding De opleiding SM&O is breed georiënteerd en richt zich op alle bedrijfsprocessen en functies, die een general manager of ondernemer moet kunnen overzien en aansturen en biedt daardoor afgestudeerden ruime mogelijkheden in de arbeidsmarkt van de sportbranche, bijvoorbeeld: 

Als ontwikkelaar van sportbeleid bij een bond, overkoepelend orgaan of een overheidsinstelling;



Als manager van een sportvereniging;



Als manager bij een commerciële (sport)organisatie;



Als zelfstandig ondernemer in de zeer omvangrijke sportmarkt.

In de 4-jarige opleiding nemen stages een belangrijke plaats in. We kunnen elkaar misschien van dienst zijn door één van onze studenten in uw organisatie stage te laten lopen. We kunnen ons echter goed voorstellen dat u daarbij niet over één nacht ijs wilt gaan. Welke consequenties en verplichtingen zijn hieraan verbonden? En wat wordt u er wijzer van?

In deze brochure trachten we antwoord te geven op deze vragen. Mocht u na het lezen nog vragen hebben, dan kunt u contact opnemen met Diana Liefting, de officemanager, of één van onderstaande accountmanagers stage.

Telefoon

:

020 – 595 34 43

E-mail

:

[email protected] [email protected]

stagecoordinator/internationale stages

[email protected]

accountmanager

[email protected] accountmanager [email protected]

accountmanager

[email protected] accountmanager

Website

:

Aanmelden stageopdracht :


www.dbsv.hva.nl en klik op stages https://stagedbsv.hva.nl

3

Onze visie op stage De opleiding SM&O is gebaseerd op competentiegericht leren. Een competentie wordt gevormd door het geheel van kennis, vaardigheden, attituden en persoonlijke eigenschappen, die een persoon in staat stelt adequaat te handelen in specifieke beroepssituaties.

Onze competenties richten zich bijvoorbeeld op leiding geven, het regisseren van de financiën, het ontwikkelen van sportbeleid en het waarborgen van een kwalitatief goed sportproduct. We hebben de complete opsomming van competenties als bijlage opgenomen.

Competenties kunnen alleen door oefening in verschillende praktische situaties (bij een sportvereniging, commercieel sportbedrijf of sportbond) worden ontwikkeld. Daarom vormt de stage de spil van de opleiding! Een belangrijke voorwaarde voor een succesvol leerproces vergt goede begeleiding op de stageplaats en vanuit de opleiding.

Stageopbouw van de opleiding Sport, Management en Ondernemen

Eerste jaar September tot en met januari: Organiseren van een evenement op SM&O ten behoeve van de medestudenten.

Februari tot en met juni: Organiseren van een evenement voor een externe opdrachtgever.

Tweede jaar De stageperiode voor de student bestaat uit twee semesters, te weten van september tot en met januari en van februari tot en met juni. De student doet één semester de “project en organisatie” stage en het andere semester een “onderzoek en advies” stage. Deze stages kunnen zowel bij een non-profit (sport)organisatie als een profit (sport)organisatie uitgevoerd worden.

Onderzoek en advies 

Opzetten en uitvoeren van een marktonderzoek bij een sportorganisatie, dat sport als product of dienst aanbiedt. Dit onderzoek kan een marktverkenning, klanttevredenheid, concurrentie inventarisatie, imano onderzoek, product- of diensthaalbaarheidsonderzoek, leden-, deelnemers- medewerkers- of vrijwilligerstevredenheidsonderzoek of een ander onderzoek betreffen waarbij de markt of de klant centraal staat.



Op basis van dit onderzoek een adviesrapport opstellen en presenteren. Het advies gaat in op de vraag hoe het –bij het onderzoek- onderzochte knelpunt het beste kan worden aangepakt c.q. opgelost.


4



Naast het uitvoeren van onderzoek en het geven van advies, wordt van de student verwacht dat hij een functionele stage uitvoert. De student voert tijdens de functionele stage een (aantal) opdracht(en) uit binnen de organisatie. Deze opdrachten mogen deels uitvoerend zijn, maar dienen ook een strategische component te hebben.


5

Project en organisatie 

De student begint met het opstellen en uitvoeren van een projectplan met als doel een knelpunt op te lossen of een uitdaging aan te gaan. Dit projectplan heeft tenminste; een analyse, probleemstelling/uitdaging, resultaatdefinitie, planning, beschrijving randvoorwaarden en risicoanalyse.



Aan het einde van de stage levert de student een stageverslag op. Dit stageverslag komt voort uit de in het projectplan gestelde doelen en voldoet aan de eisen van de stageorganisatie en de eisen eisen van SM&O (beschreven in de studiehandleiding).



Naast het projectplan en het stageverslag heeft de student een functionele stage (zie ook thema ‘Onderzoek en Advies’)

De stageopdrachten en de activiteiten in de tweede jaars stages zijn gericht op het aansturen van een beperkt aantal primaire bedrijfsprocessen. De opdracht kan op korte termijn gerealiseerd worden.

De opdrachten van het derde en vierde jaar zijn meer strategisch van niveau. Dat wil zeggen dat de richting en de inrichting van de organisatie in zijn geheel in het geding zijn. Buiten de primaire processen spelen ook de bestuursprocessen een grote rol.

Fasering van de stage De stage in het tweede jaar is twee dagen per week, de dinsdag en woensdag, gedurende 20 weken (september t/m januari en/of februari t/m juni). De stage is altijd op dezelfde wijze opgebouwd in drie fasen:

1. Fase van voorbereiding a. De student kan zelf een stageplek werven en heeft hierbij de (beperkte) vrijheid om met elke organisatie oriënterende gesprekken te voeren. De student kan ook m.b.v. het stagebureau een stageplek werven. Op de stagesite van SM&O (https://stagedbsv.hva.nl) staan opdrachten van onze stagerelaties. Hier kunnen (sport)organisaties ook hun stageopdrachten aanmelden. Bij overeenstemming tussen de stageorganisatie en de student dient de student de stage formeel aan te melden bij het stagebureau SM&O. Het stagebureau controleert of het niveau van de stage voldoet aan de eisen van het HBO. Als het stagebureau niet akkoord gaat dan moet de student initiatief nemen om:  tot aanvullingen en verbeteringen te komen in het aanmeldingsformulier .  in overleg met zijn coach te komen tot een voldoende kwaliteit van de stage (inhoud stage staat ter discussie). In voorkomende gevallen moet de student een andere stageplaats zoeken. Natuurlijk kan het stagebureau (toekomstige) stageorganisaties ondersteunen bij de formulering van stageopdrachten!

b. Zodra het stagebureau goedkeuring heeft gegeven aan de student mag deze beginnen met zijn stage. De student moet nu binnen drie weken een intakeformulier invullen. Bij de intake komen de


6

student en u tot een concrete doelstelling, meerdere resultaten die leiden tot het halen van de doelstelling en tot een lijst van kritische prestatie-indicatoren (KPI’s). KPI’s zijn de eisen waaraan de resultaten moeten voldoen. In het intakeformulier worden de volgende afspraken vastgelegd en ter goedkeuring voorgelegd aan de coach:  Formele gegevens als: Naam, adres, website, E-mail, telefoon  Omschrijving van de gewenste doelen (volgens de SMART-criteria)  Beschrijving van de resultaten  Omschrijving van de Kritische Prestatie-Indicatoren (KPI’s)  Informatie over planning, theoretisch kader (literatuur) en organisatie Een student moet zowel product- als procesdoelen, resultaten en KPI’s formuleren. Productdoelen zijn gericht op het uitvoeren van de stageopdracht vanuit de stageorganisatie. Procesdoelen zijn gericht op het behalen van persoonlijke ontwikkeldoelen.

Op basis van het ingevulde intakeformulier ontwikkelt de student (in overleg met u) een op maat gemaakt beoordelingsprotocol. Hierin komen de producten procesdoelen, resultaten en KPI’s terug, evenals algemene beoordelingscriteria.

2. Fase van uitvoering Monitoren coach-student Gedurende deze fase rapporteert de student regelmatig aan zijn coach over de voortgang van de stage. Bij het ondertekenen van het intakeformulier maakt de student daarover afspraken met zijn coach. Per blok hebben de coach en student minimaal één keer een gesprek op initiatief van de student.

Monitoren coach-stagebegeleider Aan het begin van de stageperiode neemt de coach van de student contact met u op. Dit zal in de meeste gevallen telefonisch zijn, of via Skype. In dit contact stemt u de intake af, waarin aan het einde van het gesprek duidelijk is uw verwachtingen en eisen, en die van de opleiding, goed zijn afgestemd. Wanneer de uitvoering zijn einde nadert geeft de student aan dat de stage kan worden afgerond. Er wordt dan een eindgesprek gepland waarbij u, de coach en de student aanwezig zijn.

3. Fase van afronding Tijdens het eindgesprek presenteert de student in maximaal 8 minuten over de (resultaten van zijn/haar) stage. Het doel van deze presentatie is het benoemen van de kerntaken van de student tijdens de stage en, belangrijker nog, de effecten van het handelen. Het doel is niet om een chronologische opsomming van taken te geven. Daarnaast gaat de student in op de leermomenten tijdens de stage. De presentatie vormt de inleiding op het gesprek. Hieruit dient naar voren te komen of een student zich heeft voorbereid en in staat is om vanuit verschillende invalshoeken naar zijn/haar opdracht Stage-informatie 2e jaar

7

te kijken. Een student die in staat is de diepte in te gaan, lastige vragen te beantwoorden en vanuit een breder perspectief naar een stage te kijken toont aan strategisch inzicht te hebben.

De coach is eindverantwoordelijk voor de kwaliteit van het product. De eindbeoordeling is gebaseerd op uw advies aan de hand van: 

Scores op de prestatie-indicatoren en de gewenste resultaten (formulier van de student).



Scores m.b.t. het algemeen functioneren (beoordelingsprotocol).

In geval van een onvoldoende beoordeling voor de verslaglegging moet deze worden verbeterd of aangevuld. Indien de stage in zijn geheel als onvoldoende wordt beoordeeld kunnen coach en stagebegeleider kiezen om de stage te verlengen of om een vervangende / aanvullende opdracht te maken. In het meest ongunstige geval moet de student de gehele stage bij een andere organisatie herkansen. Naast de beoordeling van de stage beoordeelt de coach ook nog het procesdossier. Hierin beschrijft de student de persoonlijke ontwikkeling: 

De evaluatie van de bij aanvang opgestelde leerdoelen/ te ontwikkelen competenties.



Zijn eigen kijk en terugblik op de stage.

De studiepunten voor het procesdossier worden apart toegekend en zijn voorwaardelijk voor het in aanmerking komen voor studiepunten van de stage.

Taken en verantwoordelijkheden van het stagebedrijf en de opleiding

Algemene regelingen  De stageperiode heeft een duur van 20 weken en de stagedagen zijn dinsdag en woensdag.  Tijdens de tentamenperiode, deelname aan een projectweek of op reguliere lestijden zal de student, in overleg met de stagebegeleider, zijn aanwezigheid op de stage moeten afstemmen.  Het stagebedrijf mag in overleg met de student een vergoedingsregeling treffen.  Alle algemene regelingen worden in een stageovereenkomst vastgelegd en door betrokken partijen ondertekend.  Voor inschrijving en acceptatie van de stage(opdracht) wordt een aanmeldingsformulier gebruikt. Het stagebureau bepaalt of de opdracht geschikt is.  De stage begint pas officieel op het moment dat het stagebureau de stage heeft goedgekeurd. Na goedkeuring van de stage dient de student de stageovereenkomst te laten tekenen door de stageorganisatie en het stagebureau. De door de student en stagebegeleider getekende overeenkomst dient de student te uploaden in het stagesysteem Centuri. De student levert het getekende formulier ook in bij het stagebureau zodat hij een door het stagebureau getekende overeenkomst retour krijgt voor de stagebegeleider.

De taken van het stagebedrijf


8

1. Het bedrijf stelt een stagebegeleider aan, die de student(en) begeleidt en het aanspreekpunt vormt voor de opleiding. De stagebegeleider helpt de student bij het vaststellen van de vraagstelling, het doel en de opzet van de opdracht. Daarbij zorgt de stagebegeleider ook dat de opdracht in het bedrijf bekend gemaakt wordt en dat er sprake is van voldoende draagvlak om de opdracht naar behoren uit te voeren. De stagebegeleider beoordeelt de stage(producten) met een waardering volgens het protocol dat de opleiding verstrekt. De beoordeling heeft formeel de status van een advies aan de coach. De coach is uiteindelijk verantwoordelijk voor de beoordeling. De stagebegeleleider vult ook een tussenbeoordelingsformulier in, halverwege de stageperiode. De stagebegeleider is voor de student beschikbaar voor overleg op afgesproken tijden en is aanwezig bij een eventuele eindpresentatie met betrekking tot de opdracht. Uiteraard worden datum en tijd in onderling overleg vastgesteld.

2. Het bedrijf zorgt voor de randvoorwaarden waaronder de studenten kunnen werken, zoals: -

Beschikbaarheid van werkruimte, zo nodig met computergebruik.

-

Mogelijkheid van telefoneren, kopiëren en post versturen etc.

-

Het wegwijs maken in het bedrijf.

-

Beschikbaarheid van de benodigde informatie.

-

Het verstrekken van een vergoeding van onkosten, die door de studenten worden gemaakt t.b.v. het stagebedrijf, zoals reële reiskosten voor zover niet gedekt door een OV-kaart en administratieve kosten, zoals post versturen, telefoneren, printen etc.

De taken van de stagebegeleider  U moet voldoende kennis en ervaring hebben met betrekking tot het probleemgebied.  U moet tijd kunnen en willen vrijmaken voor de begeleiding.  U bent beschikbaar voor overleg op afgesproken tijden.  U bent aanwezig bij een eventuele eindpresentatie met betrekking tot de opdracht. Uiteraard worden datum en tijd in onderling overleg vastgesteld

De taken van de opleiding 1.

De coach onderhoudt contact met het stagebedrijf middels telefoon, E-mail en bezoeken. Indien de afstand tussen opleiding-stageorganisatie te groot is zou het mogelijk kunnen zijn dat de coach voorstelt om het gesprek via Skype te doen. Hij is namens de opleiding eindverantwoordelijk voor de beoordeling van het functioneren van de student en het resultaat van de stageopdracht. Hij laat zich hierbij adviseren door de stagebegeleider in het bedrijf en eventueel door vakdocenten op het gebied van marketing, financiën, beleid en organisatie.

2.

De samenstelling en de planning van het curriculum richt zich in de eerste plaats op de stageopdrachten. De studenten worden ook in kleine groepjes gecoached en wisselen ervaringen uit in zogenaamde intervisiegroepjes.


9

De opleiding doet er alles aan om studenten voldoende kwalificaties mee te geven met betrekking tot de stageopdracht. Uiteraard blijft het gaan om tweede jaars studenten in een leerproces. Het kan dus gebeuren dat het resultaat onvoldoende is of het leerproces dusdanig teleurstellend, dat de opdracht voortijdig moet worden afgebroken. Uiteraard doen alle partijen hun uiterste best om dit te voorkomen en in alle gevallen gebeurt dit pas na onderling overleg. Aanmeldingsprocedure Voor inschrijving en acceptatie van de stage(opdracht) wordt door de student een aanmeldingsformulier stage gebruikt. Het stagebureau bepaalt of de opdracht geschikt is. Zonodig wordt er een afspraak gemaakt voor een nader gesprek om de opdracht bij te stellen. Als de stage is goedgekeurd dan levert de student uiterlijk drie weken na aanvang van de stage het getekende intakeformulier bij zijn coach in.

Stageovereenkomst Aan het begin van de stageperiode ondertekenen de stagebegeleider en de student een stageovereenkomst. De student dient deze te uploaden in het stagesysteem Centuri en het origineel zal bij het stagebureau ingeleverd worden om te laten onderteken.

De coach kent de studiepunten toe wanneer de student het aanmeldingsformulier heeft ingeleverd en wanneer alle documenten zijn geupload in Centuri.

Dagen en omvang stage De student zal op dinsdag en woensdag worden vrijgeroosterd om aan de stage te werken. Uiteraard kunnen er ook andere tijdstippen, buiten de onderwijsuren, worden afgesproken om op de (sport)organisatie aanwezig te zijn. Dit dient dan voorafgaand aan de stage met de student afgestemd te worden. De stage, inclusief opdrachten, vertegenwoordigt in totaal 16 studiepunten. Dat komt overeen met ongeveer een studiebelasting van 450 uur.

Jaarrooster Een student dient gewoon aanwezig te zijn tijdens de projectweken, tentamenweken en het studievrije verlof! Het is wel verstandig om met de student afspraken te maken over aanwezigheid en compensatie tijdens deze periode.


10

Bijlage 1: De stageopdracht “Onderzoek en advies” De stageopdracht bestaat voor de student uit een viertal onderdelen die naar behoren dienen te worden afgerond om studiepunten te verkrijgen: 

Marktonderzoek



Adviesrapport



Verslag van de functionele stage



Procesdossier



Marktonderzoek

Het doel van het onderzoek is afhankelijk van het onderzoeksonderwerp. Bij klanttevredenheid wordt bijvoorbeeld gestreefd naar de realisatie van een scherp beeld van de beoordeling van klanten omtrent het aangeboden product/dienst in al haar facetten. Bij een marktverkenning is bijvoorbeeld de insteek dat er een onderbouwde weergave van de structuur en samenstelling van de markt in beeld wordt gebracht.

De aanleiding, probleemstelling, onderzoeksopzet, resultaten (aan de hand van een statistische verwerking veelal gebaseerd op SPSS) en de conclusies van het onderzoek worden weergegeven in een marktonderzoeksrapport. 

Adviesrapport

Alle elementen van de marketingmix en de onderliggende bedrijfsprocessen (de interne analyse), alsmede een grondige externe (MESO en MACRO) analyse, inclysief de uitkomsten van het marktonder passeren de revue in het adviesrapport dat uitmondend in realistische, haalbare en nuttige adviezen. Het adviesrapport wordt in een gesprek met de stagebegeleider toegelicht of gepresenteerd aan meerdere betrokkenen, afhankelijk van de wijze waarop de stagebegeleider dat hebben wil. 

Evaluatie van de functionele stage

Onder functionele stage wordt bedoeld alle werkzaamheden die de huidige manager kan ontlasten. Dit kan bijv. het uitwerken van iets zijn tot het maken van protocollen voor bepaalde werkzaamheden. Het is niet de bedoeling dat de stagiair voornamelijk uitvoerende/lesgeeftaken uitvoert. Bij de start van de stage wordt er in overleg tussen de student en de stagebegeleider een intake ingevuld, die mede een leidraad zal vormen bij de beoordeling van de stage.

De evaluatie geschiedt in de vorm van een gesprek tussen de stagebegeleider en de student. De basis hiervoor is het beoordelingsprotocol van de opleiding. Daarbij legt de student ook verantwoording af over de gewerkte uren. Halverwege dient de stagebegeleider ook een tussenbeoordeling in te vullen. De student dient deze in te leveren bij zijn coach.

Beoordeling Stage-informatie 2e jaar

11

Bij het thema Onderzoek en Advies worden product 1 en 2 (marktonderzoek en adviesrapport) van een beoordeling voorzien door de stagebegeleider middels een door de opleiding opgesteld protocol. Daarnaast zal een vakdocent deze producten beoordelen. 

Procesdossier

Het procesdossier vormt een reflectie van de student op zijn eigen leer/groeiproces. Het begint met een formulering van de persoonlijke leerdoelen die de student zichzelf aan het begin van de stage stelt. Gedurende de stage reflecteert hij op zijn persoonlijke ontwikkeling. Aan het einde evalueert hij de persoonlijke leerdoelen die voorafgaande aan de stage zijn gesteld. Daarbij betrekt hij de feedback die hij heeft ontvangen van zijn coach, stagebeleider, coach en medestudenten. De student legt zichzelf langs de lat van de competenties die in de opleiding centraal staan. Tot slot formuleert de student nieuwe leerdoelen voor zijn volgende stage.

Beoordeling Pas na goedkeuring van het procesdossier door de coach kunnen de studiepunten met betrekking tot de functionele stage worden toegekend.


12

Bijlage 2: De stageopdracht “Project en organisatie” Aan de hand van een gedegen projectplan komt de student tot hetuitvoeren van de stage, waarbij er één of enkele problemen worden opgelost of knelpunten worden weggenomen. Zowel de stagebegeleider als de coach beoordelen deze producten met een cijfer. De opdracht vertegenwoordigt in totaal 16 studiepunten. Dat komt overeen met ongeveer 450 uur.

Vooraf wordt er in overleg tussen de student en de stagebegeleider een intake ingevuld, die mede een leidraad zal vormen bij de beoordeling van de verschillende producten.

De stageopdracht bestaat uit een aantal producten: 

Projectplan en kick-off

De stageorganisatie heeft een uitdaging of knelpunt, en heeft dit in een stageopdracht verwoord. De student maakt een analyse van deze uitdaging/dit knelpunt, en vervolgens zal de student een projectplan opstellen om de knelpunten weg te nemen of de uitdaging aan te pakken. In dit projectplan komt dus een (korte maar grondige) analyse als basis voor de projectdefinitie. Onderdelen van het projectplan zijn tevens;  achtergrond opdrachtgever, probleemstelling/uitdaging, aanleiding, het doel/de doelgroep, het resultaat, de randvoorwaarden, de effecten en de afbakening.  risicoanalyse  de volgende beheersaspecten:  tijd, geld, organisatie, communicatie/informatie en kwaliteit.  fasering, planning. Het projectplan zal worden afgerond met een kick-off. De kick-off markeert de start van de uitvoering van het plan van aanpak. Het doel is bekendmaking van het project en ontwikkeling van het draagvlak. De exacte vorm van de kick-off is mede afhankelijk van de inhoud van het project (niet alle onderwerpen zullen zich even feestelijk of grootschalig laten presenteren) en de organisatie en cultuur van de stageplaats. De docent projectmanagement zal het projectplan beoordelen. 

Stageverslag

De student dient aan het einde van de stageperiode een schriftelijk stageverslag in te leveren bij de stagebegeleider, de coach en de docent projectmanagement. Laatstgenoemde beoordeeld dit verslag op een aantal ‘technische componenten’, zoals het juiste gebruik van bronvermelding en onderzoek(smethoden), correcte indeling en andere aspecten die van belang zijn voor het leerproces van de student in aanloop naar zijn eindscriptie. Als stagebegeleider en coach kijkt u over het algemeen meer naar de inhoud van het stuk; voldoet het aan de eisen van de stageorganisatie, komt het overeen met de afspraken uit de intake, is het implementeerbaar, etc. Het kan dus voorkomen dat er een significant verschil is tussen de beoordeling van de vakdocent en van u!


13



Procesdossier

In het procesdossier doet de student schriftelijk verslag van de gang van zaken en het leerproces. Het procesdossier wordt met de coach besproken. Met name de ontwikkeling van attituden en persoonlijke eigenschappen krijgen ruime aandacht. Pas na goedkeuring van het procesdossier door de coach kunnen de studiepunten voor de drie voorafgaande producten worden verstrekt.


14

Bijlagen 3: Competenties

1.

De SM&O-er draagt passie voor sport in woord en daad uit.

2.

De SM&O-er geeft inspirerend leiding.

3.

De SM&O-er staat voor kwaliteit van het sportprogramma.

4.

De SM&O-er creëert een positief sport- en werkklimaat.

5.

De SM&O-er ontwikkelt en realiseert sportbeleid.

6.

De SM&O-er speelt actief in op ontwikkelingen in de sportmarkt.

7.

De SM&O-er initieert en implementeert veranderingen.

8.

De SM&O-er vormt en onderhoudt een netwerk.

9.

De SM&O-er regisseert de financiën.

10.

De SM&O-er werkt en ontwikkelt zich vanuit een visie op sport.


15

Stage-informatie 2 e jaar

Recommend Documents