VOORWOORD
Dit boek is bedoeld voor iedereen die belangstelling heeft voor het verhaal van Ester en dan met name voor de relevantie van dit boek in onze eigen tijd. Technische uiteenzettingen zijn in het hiervoor u liggende werk zoveel mogelijk vermeden. Wie daarin geïnteresseerd is, kan terecht bij de toegevoegde voetnoten en bij dat wat in de literatuurlijst aan het slot van dit boek over en in verband met het bijbelboek Ester wordt aangeboden. De opzet van dit werk is zoveel mogelijk aan te sluiten bij de grondtekst, het Hebreeuws. Daarom sluiten de in dit werk gegeven vertalingen zoveel mogelijk letterlijk aan bij de weergave van de Hebreeuwse tekst. Om die reden is ook afgezien van een vertaling en bespreking van de toevoegingen op het boek Ester in oude Griekse vertalingen, zoals in de Septuaginta. Wie hier wel kennis van wil nemen of een vrijere en mooiere vertaling van Ester wenst, kan daarvoor terecht bij vele van de in omloop zijnde bijbelvertalingen. De auteur houdt zich aanbevolen voor op- en aanmerkingen over deze verklaring en uitleg van het bijbelboek Ester. Sneek, augustus H . Jagersma.
INHOUD pagina
Inleiding
:-
: -
:-
Proloog Koningin Vasti wordt afgezet Ester wordt koningin
: -
:-
Mordekai weigert te knielen voor Haman
: -
Het decreet van Haman tegen de Joden
:-
Mordekai probeert de Joden te redden
: -
Confrontatie tussen Mordekai en Haman
:-
Mordekai geëerd en Haman vernederd
:-
Haman ontmaskerd op het tweede drinkfeest van Ester
:-
Ommekeer in het lot van de Joden
:-
Realisatie van de ommekeer
: -
Afkortingen
Literatuur
Mordekai ontmaskert een complot tegen de koning
: - Uitnodiging voor de koning en Haman op het eerste drinkfeest van Ester
De instelling van het Poerimfeest
: - Epiloog
INLEIDING OPBOUW EN INHOUD In het :: :: :: ::-
boek Ester kunnen we de volgende vijftien delen onderscheiden: Proloog; Koningin Vasti wordt afgezet; Ester wordt koningin; Mordekai ontmaskert een complot tegen de koning; Mordekai weigert te knielen voor Haman; Het decreet van Haman tegen de Joden; Mordekai probeert de Joden te redden; Uitnodiging voor de koning en Haman op het eerste drinkfeest van Ester; : Confrontatie tussen Mordekai en Haman; :Mordekai geëerd en Haman vernederd; :Haman ontmaskert op het tweede drinkfeest van Ester; :Ommekeer in het lot van de Joden; :Realisatie van de ommekeer; : - Het feest van Poerim; : - Epiloog.
B
ij de hierboven voorgestelde indeling neemt de in : - voorkomende middelste passage een centrale positie in binnen dit boek. In dit gedeelte bevindt zich ook het middelste vers van het boek Ester, namelijk : . In dit vers lezen we: ‘Toen antwoordde Ester en zei: “Mijn verzoek en mijn wens is”’. Uit het vervolg wordt zonder meer duidelijk, dat dit ‘verzoek’ en deze ‘wens’ van Ester uiteindelijk tot de redding van de hele Joodse gemeenschap zullen leiden. Deze twee woorden vormen immers de inleiding tot de uitnodiging van Ester aan de koning en Haman voor het eerste van de twee drinkfeesten van Ester, die tot de ondergang van Haman zullen leiden. De passage : - vormt zo het
begin van de ommekeer in het lot van de Joden. Ook de tien in het boek Ester voorkomende drinkfeesten, waarbij het woord ‘drinkfeest’ twintig keer wordt genoemd, spelen een rol van betekenis in de opbouw van dit boek. Het gaat daarbij om de volgende tien drinkfeesten: . een drinkfeest van Ahasveros voor alle gewesten in : - ; . een drinkfeest van Ahasveros voor het volk in Susan in : - ; . een drinkfeest van Vasti voor de vrouwen; . een drinkfeest in verband met de verhe ng van Ester tot koningin in : ; . een drinkfeest van Ester in : - ; . een drinkfeest van Ester in : - ; . een drinkfeest in : met het oog op het nieuwe decreet, dat de ommekeer in het lot van de Joden brengt; . een drinkfeest in : . voor de Joden in de gewesten om de overwinning op hun tegenstanders te vieren; . een drinkfeest in : voor de Joden in Susan om hun overwinning op de tegenstanders te vieren; . een drinkfeest in : voor het ieder jaar te vieren Poerimfeest. Met deze tien is, zoals dit getal symbolisch aangeeft, het aantal drinkfeesten compleet. Uit het desbetreffende overzicht blijkt dan dat de beide drinkfeesten van Ester niet alleen centraal (in het midden) staan, maar ook de grote ommekeer in het lot van de Joodse gemeenschap betekenen. Verder vormt het laatste drinkfeest met het oog op het Poerimfeest aan het slot van het boek duidelijk het hoogtepunt van het hele verhaal van Ester. Naast het aantal ‘tien’ speelt ook het getal ‘twee’ een belangrijke rol in het boek Ester . Naast de twee zojuist genoemde drinkfeesten van Ester in : vv. en : vv., zijn twee harems en twee opzichters van vrouwen ( : en ), twee keer een aanwerving van meisjes voor de harem ( : en ) dat het optreden van twee samenzweerders ( : ), het uitgeven van twee decreten ( : en : - ), tweemaal het woord voeren van de vrouw Zeres en vrienden van Haman ( : : ), twee keer aanwijzingen voor het Poerim ( : vv en vv.). Verder treden herhaaldelijk twee Zo terecht opgemerkt door N. Poulssen, Esther (BOT), Roermond
, .
een tegenstelling aangevende personen op, zoals Ahasveros en Vasti, Vasti en Ester, Ester en Mordekai en Mordekai en Haman. DE PLAATS VAN HET BOEK ESTER BINNEN DE CANON
Het boek Ester behoort tot het derde deel van de Hebreeuwse canon, de Geschriften, waarin het de laatste van de vijf feestrollen is. Ester is na Ruth de tweede feestrol die specifiek naar een vrouw is genoemd. Het is de rol die op het feest van Poerim in de synagoge wordt gelezen. Hoe belangrijk deze rol is, blijkt uit het feit dat dit naast de Tora het enige bijbelboek is dat op perkament werd geschreven. In de Griekse canon komt deze rol voor als laatste deel van de zogenaamde ‘historische boeken. De Ester-rol wordt al vermeld in de oudste uit de tweede eeuw daterende lijst van canonieke boeken in de Talmoed . Ondanks dit blijft de canoniciteit van dit boek in de Joodse traditie, gelet op de in de Talmoed gevoerde discussie, toch nog tot in de derde eeuw min of meer omstreden. Aangezien het boek Ester als enige van de bij de Dode Zee gevonden rollen ontbreekt, heeft de aldaar gevestigde Joodse gemeenschap dit blijkbaar niet direct als canoniek gezien. In dit verband is het echter wel weer opvallend dat Ester in de Talmoed samen met Sara, Mirjam, Debora, Hanna, Abigaël en Hulda als één van de zeven in het Oude Testament met name aangeduide vrouwelijke profeten wordt vermeld. In de vroege kerk lijkt er weinig belangstelling voor het boek Ester te zijn geweest. Zo is het opvallend dat er onder de vele door de kerkvaders geschreven commentaren geen enkele op het boek Ester te vinden. Met name in de oosterse christelijke kerk is er lange tijd geaarzeld en gediscussieerd over de canonieke status van het boek Ester. Een belangrijk argument voor deze aarzeling was het ontbreken van de Godsnaam en de aanduiding God in dit bijbelboek. In de westerse kerk werd het boek Ester daarentegen altijd vrijwel algemeen als een canoniek boek
bBaba Batra b- a. bMegilla. a en bSanhedrin b. bMegilla a. Zie over deze visies in de oosterse en westerse kerk bijv. C.A. Moore, Esther (AB), New York , XXV en XXVIII.
beschouwd . Daar speelde ook het ontbreken van een verwijzing naar God geen grote rol. In deze kerk werd immers vooral de Septuaginta gebruikt, waarin evenals in de A-tekst en de Vulgaat deze omissie is ondervangen door op verschillende plaatsen en in aanvullingen op de Hebreeuwse de aanduiding ‘God’ toe te voegen. Toch blijft het boek Ester ook in de westerse christelijke kerk bepaald niet onomstreden. Zo bevat dit boek volgens Luther te veel ‘heidense ongepastheden’. Terecht kan men daar tegen inbrengen, dat dit bijbelboek vooral een satire op de heidense wereld biedt om zo te laten zien aan welke gevaren de Joodse gemeenschap in de diaspora onderhevig was . Tegelijk beoogt dit boek door middel van deze satire ook om het volk in ballingschap te bemoedigen. Daarnaast is het ook duidelijk dat dit boek ook veel moderne christenen heel wat heeft te bieden
ACHTERGROND
Met het oog op de vraag naar de historiciteit van het boek Ester wordt wel gezegd dat dit een historische novelle is . Daarmee is bedoeld, dat in dit boek in elk geval enkele historische elementen zijn verwerkt. Een argument daarvoor is, dat de - overigens onbekende auteur van het bijbelboek Ester goed bekend lijkt met de levensstijl aan het koninklijke hof en de situatie in het Perzische rijk. Bovendien bevat dit boek ook nogal wat Perzische leenwoorden. Daarnaast is echter ook duidelijk dat talloze vermeldingen en gebeurtenissen in het boek Ester niet bewezen kunnen worden. Zo is het bijvoorbeeld een probleem of we de in Ester vermelde koning Ahasveros historisch kunnen plaatsen. De naam Ahasveros komt in de Hebreeuwse tekst van het Oude Testament behalve in Ester verder alleen nog in Daniël : en Ezra : voor. In buitenbijbelse geschriften vinden we evenwel nergens een koning met deze naam. De Septuaginta en Flavius Josefus spreken over Artaxerxes. Om die reden wordt Ahasveros wel met Xerxes I, die van voor Zie daarover uitvoerig F.W. Bush, The Book of Esther: Opus non gratum in the Christian Canon, BBR ( ), - . Zie ook I. von Loewenclau, Apologie für Ester, in: H.M. Niemann e.a. (ed.), Nachdenken über Israel, Bibel und Theologie (Fs. für K.D. Schunck), Frankfurt am Main , - . Zo bijv. J. Craghan, Esther, Judith, Tobit, Jonah, Ruth (Old Testament Message ), Wilmington , .
het begin van onze jaartelling aan het bewind was, geïdentificeerd. Daarvoor spreekt dat onder andere de in het boek Ester in verband met Ahasveros gegeven dateringen nogal wat overeenkomsten met die van deze Xerxes I vertonen. Een sterk argument daartegen is echter weer, dat volgens Herodotus de vrouw van Xerxes I Amestris heette en verder dat de namen Vasti en Ester nergens in oude Perzische bronnen zijn terug te vinden. De opvatting dat de naam Ester een verkorte vorm van Amestris zou zijn , mist ook alle grond omdat deze Amestris duidelijk Perzische voorouders had. Verder lijkt ook een optreden van Mordekai tijdens het bewind van deze koning nagenoeg onmogelijk. In : wordt immers verteld, dat Mordekai behoorde tot hen die in voor het begin van onze jaartelling in ballingschap werden gevoerd. Dit zou dan betekenen dat Mordekai gedurende de regering van Xerxes I reeds ongeveer jaar oud moet zijn geweest. Daarnaast is in verband met dit bijbelboek ook wel sprake van een ‘feestlegende’ , een ‘gehistoriseerd wijsheidsverhaal’ en zelfs van een ‘historische roman’ . Ten aanzien van dit alles kan men kort samengevat echter alleen maar vaststellen, dat er wat de historiciteit van het boek Ester betreft heel weinig of niets met zekerheid kan worden aangetoond. Dit doet echter in geen enkel opzicht afbreuk aan de betekenis, die dit boek in de geschiedenis van de mensheid heeft en zal hebben. Anders gezegd: niet de vraag: ‘Was Ester echt koningin van Perzië?’ is het meest interessant, maar: ‘Wat wil de auteur van dit bijbelboek ons vertellen door Ester koningin van Perzië te maken?’. In dit licht bezien valt er zeker veel te zeggen te zeggen voor een typering van het boek Ester als een ‘haggadische midrasj’ .
Zie Herodotus. Historiën VII, . Zo R. Gordis, Religion, Wisdom and History in the Book of Esther, JBL ( ), . Zo onder andere N. Poulssen, a.w., - . Zo S. Talmon, Wisdom in the Book of Esther, VT ( ), - . Zo door onder meer R. Stiehl, Das Buch Esther (WZKM ), - . Zo H. Lusseau, Esther, in: A. Robert, A. Feuillet (ed), Introduction á la Bible I, Tournai - .
,
PLAATS VAN ONTSTAAN
Wat de plaats van ontstaan van het boek Ester betreft, denken velen aan een oorsprong ergens in het Perzische rijk. De belangrijkste argumenten daarvoor zijn de uitgesproken plaatselijke kleur van het boek Ester en de overeenkomst met veel van wat we van de gewoonten aan het Perzische hof weten. Gelet op veel overeenkomsten met verschillende andere verhalen in het Oude Testament valt onafhankelijk van de plaats en het land van ontstaan in de eerste plaats aan een Joodse oorsprong van het boek Ester te denken . In dit verband ligt het daarbij echter toch wel het meest voor de hand om aan de in de oosterse diaspora verblijvende Joodse gemeenschap te denken.
TIJD VAN ONTSTAAN
Aangezien de taal van het boek Ester sterk aan die van de Kronist doet denken, lijkt een datering in ongeveer het midden van de vierde eeuw voor het begin van onze jaartelling het meest voor de hand te liggen . Daartegen zou kunnen worden aangevoerd, dat Jezus Sirach noch Mordekai, noch Ester in zijn in voor het begin van onze jaartelling gedateerde boek noemt. De in dit verband genoemde ‘lijst der vaderen’ in Sirach - is echter ook anderszins lang niet volledig. Verder valt geen noemenswaardige invloed van het Grieks in de Hebreeuwse tekst van het boek Ester te constateren, wat wijst op een tijd van ontstaan voordat de Griekse invloed grote vormen aannam. Ook de redelijk goede betrekkingen tussen de Joden en het Perzische rijk verwijzen het meest naar de hier zojuist genoemde datering .
Zo o.a. W. Dommerhausen, W., Der Engel, die Frauen, das Heil. Tobias-Ester-Judit (Stuttgarter Kleiner Kommentar, AT ), Stuttgart , - en R. Gordis, a.w., - . Zie ook G. Gerleman, Esther (BKAT XXI), Neukirchen-Vluyn - . Vgl. ook A.D. Friedberg, A new clue in the dating of the composition of the book of Esther, VT ( ), - . Wat de datering van de latere toevoegingen bij Ester betreft, denkt onder andere R.C. MusaphAndriese, Ester. Het oude verhaal opnieuw vertaald en ingeleid, Baarn , aan - voor het begin van onze jaartelling.
OUD-OOSTERSE ACHTERGROND
Het boek Ester bestaat geheel uit verhalen. Vrij algemeen wordt aangenomen dat deze evenals ook de andere verhalen in de bijbel literair en artistiek kwalitatief tot de allerbelangrijkste voortbrengselen van de wereldliteratuur behoren. In dit verband is het goed op twee aspecten van deze verhalen te wijzen. In de eerste plaats dat deze verhalen hun oorsprong in de oud-oosterse wereld hebben en verder dat zij in eerste instantie bestemd waren voor een publiek dat noch lezen noch schrijven kon. Wat die oud-oosterse achtergrond betreft, dient vooral gewezen te worden op de grote rol die verhalen daar als paraenetisch (vermanend) en didactisch hulpmiddel hadden. Zij dienen als een leidraad voor het leven. Zo worden daarin vaak allerlei (levens)vragen door middel van een al of niet aan de werkelijkheid ontleend verhaal beantwoord. Vooral de vorm van een dialoog, zoals bijvoorbeeld die tussen de koning en Ester in Ester : - a, wordt daarvoor graag gekozen. Wanneer latere generaties deze verhalen hoorden of lazen, vonden zij daarin iets van zichzelf terug. Zo hoorden zij in het boek Ester dus niet zozeer vertellen over een gebeurtenis uit het leven van hun vroege voorouders, maar voor alles een ervaring uit hun eigen levensverhaal. De achtergrond en gebeurtenissen die dit boek schetst is er een die in de Joodse gemeenschap en ook daarbuiten vaker voorkomt. Verder zijn deze verhalen bovendien architectonisch zo knap geredigeerd dat het moeilijk voorstelbaar is dat hun voornaamste doel is om een exact historisch verslag te schetsen. Daarnaast bestond en bestaat er in het oude Nabije Oosten, in tegenstelling tot onze westerse wereld, een sterke neiging tot aanschouwelijkheid en concrete voorstelling. Om die reden worden verhalen in de bijbel en dus ook in Ester niet, zoals dat bij ons meestal het geval is, in abstracte zin maar zo beeldend en kleurrijk mogelijk weergegeven (zie bijv. : - ). Dit laatste aspect is natuurlijk ook van groot belang voor degenen voor wie deze verhalen oorspronkelijk waren bedoeld, namelijk voor mensen die niet kunnen lezen. In zo’n situatie is het ook volkomen duidelijk dat dan naast het horen met name het (in)zien op de voorgrond
staat. Verhalen werden zo kleurrijk en beeldend verteld opdat mensen wat daarin werd verteld, als het ware voor hun eigen ogen zagen gebeuren. Om die reden kunnen we een verhaal in de bijbel zelfs met een uit één of meer scènes opgebouwd ‘toneelstuk’ te vergelijken.
BETEKENIS EN FUNCTIE
Om dit alles beter voor ogen te krijgen, richten we nu onze aandacht op de betekenis en functie van de in de bijbel en dus ook in Ester voorkomende verhalen. Een belangrijke plaats is daarin voorbehouden aan een (anonieme) verteller. Wat de figuren in een verhaal doen, zien of horen, komen wij alleen via deze verteller te weten. Deze verteller bepaald ook vanuit welk gezichtspunt wij de in het verhaal beschreven gebeurtenissen en personen horen en zien. Verder blijkt die verteller bijvoorbeeld zelfs in staat ons deelgenoot te maken van wat iemand denkt (zie bijv. : ), van de inhoud van in afzondering tussen een paar personen gevoerde gesprekken (zie : - a) en van bepaalde gevoelens en emoties bij figuren (zie : a). Hoewel Ester en Mordekai pas in het tweede hoofdstuk van het boek Ester voor het eerst optreden, functioneren zij onmiskenbaar als de belangrijkste figuren in dit bijbelboek. Naast hen spelen ook nog een groot aantal andere personen een rol als handelende figuren. Naast Ahasveros en Haman treden daarbij dan vooral de Joden en de Joodse gemeenschap het meest op de voorgrond. In dit verband dient ook opgemerkt te worden dat de aanduidingen Israël, Israëliet en Israëlieten nergens in dit bijbelboek voorkomen, maar dat hierin enkel sprake is van Jood, Joden en Joodse gemeenschap en volk. Ook wat de in de verhalen optredende figuren aangaat, dient te worden onderstreept dat wij deze alleen kennen op de manier waarop zij door de verteller in de desbetreffende verhalen aan ons worden voorgesteld. Wij weten niet of deze wijze van presentatie een historisch juiste weergave van een bepaald persoon geeft. Slechts de rol die deze figuur in een verhaal speelt, is bekend en alleen in die rol is de desbetreffende figuur voor het verstaan van dat verhaal van belang. De activiteiten die de handelende figuren ontplooien, zijn sterk bepalend voor de plot van een verhaal. De plot is opgebouwd uit een
reeks onderling met elkaar verband houdende gebeurtenissen en geeft aan hoe een verhaal zich ontwikkelt. Tussen een duidelijk begin en slot ontwikkelt de plot zich volgens een bepaald patroon. Veel verhalen verlopen daarbij volgens een klassiek piramide patroon, waarbij het verhaal geleidelijk van een vreedzaam begin naar een beslissende climax gaat om daarna weer naar een situatie van rust terug te keren. Een goed voorbeeld daarvan is onder andere het verhaal in : - , waarin Haman in overleg met zijn vrouw en vrienden een galg voor Mordekai laat oprichten. Een enigszins afwijkende plot-structuur komt voor in verhalen waarin na een eerste climax nog een tweede volgt, zoals in : waar na de onthulling van diens complot tegen de Joden Haman daarna volgens de koning nog weer een overtreding tegen Ester begaat. Verhalen hebben in tweeërlei opzicht een relatie met de tijd: de verteltijd en de vertelde tijd. De eerste kan vrij eenvoudig bepaald worden door het aantal woorden, regels of pagina’s van het desbetreffende verhaal te tellen. Ten aanzien van de vertelde tijd (de tijd van handeling) zijn we vooral aangewezen op twee in de verhalen voorkomende soorten van uitdrukkingen, namelijk die welke de duur en die welke een tijdstip van een handeling of gebeurtenis aangeven. Wel dient daarbij te worden opgemerkt, dat zowel bij het aangeven van de duur als het tijdstip van een handeling lang niet altijd een exacte tijdsduur is bedoeld. Onder dit voorbehoud kunnen we als voorbeelden van het eerste type, de duur, onder andere verwijzen naar : , waar sprake is van een ‘zeven’ dagen durend feest en voor het tweede, het tijdstip, naar : waar wordt verteld dat Ester zich op de ‘derde dag’ klaar maakte om ongevraagd naar de koning te gaan. Wat de plaats van handeling betreft, worden wij soms zelfs binnen een enkel verhaal in een korte passage naar zich op grote afstand bevindende landen, streken en plaatsen gevoerd. Zo is de plaats van handeling in : nog de burcht Susan, terwijl deze in het volgende vers al weer in de dichtbij en veraf gelegen gewesten is. In een groot aantal gevallen speelt een verhaal zich echter op nagenoeg dezelfde plaats af. Zo is deze in veel verhalen in het boek Ester heel vaak het paleis van de koning. Daarnaast spelen als plaats van handeling in het boek Ester vooral ook de stad of de burcht Susan steeds weer een vooraanstaande rol.
In het boek Ester worden wij in een verhaal altijd naar de plaats gebracht, waar de daarin verhaalde gebeurtenis zich afspeelt, om ons zo op de desbetreffende plaats zelf te laten zien wat daar gebeurt. Veel verhalen noemen ook alleen de plaats vanwaar de handelende figuren vertrekken of arriveren, zonder stil te staan bij de vaak lange tochten die worden afgelegd. Zo wordt in : . en : . enkel medegedeeld, dat renboden brieven van respectievelijk Haman en Mordekai naar alle gewesten in het uitgestrekte Perzische rijk brengen. Nauwkeurige beschrijvingen van een plaats ontbreken nagenoeg altijd. Een van de uitzonderingen is : - met de tamelijk uitvoerige beschrijving van het vertrek, waar het tweede door Ahasveros georganiseerde drinkfeest wordt gehouden. In zulke gevallen is het duidelijk dat dit dan met een bepaalde bedoeling gebeurt. Hier is dat om de rijkdom van de koning breed uit te meten. Waar het in alle verhalen echter met name om gaat, is voor alles de ontwikkeling van de plot. De ruimte in plaats en tijd waar binnen dat gebeurt, is daarbij in wezen slechts van secundair belang.
OUDE VERTALINGEN VAN HET BOEK
E STER
Naast de Hebreeuwse tekst kunnen we ook nog op enkele belangrijke en nagenoeg volledige oude vertalingen van het boek Ester wijzen, namelijk twee Aramese, twee Griekse en een Latijnse. De twee Aramese vertalingen staan bekend staan als respectievelijk de Targoem I en de Targoem II. Zoals bij bijna alle Targoems het geval is, gelden ook deze twee als nogal vrije vertalingen, voorzien van parafraserende toelichtingen. Hoewel er veel parallellen tussen deze beide Targoems aanwijsbaar zijn, bestaan er tussen hen ook veel verschillen. Verder is de tweede Targoem ook veel uitgebreider dan de eerste. Wat de beide Griekse vertalingen aangaat is de eerste die van de B-tekst, die in de Septuaginta is te vinden. De tweede, die tot en met hoofdstuk gaat, is de zogenaamde Alfa-tekst, die kortweg ook als de A-tekst wordt aangeduid Vergeleken met de Hebreeuwse tekst van het boek Ester bevatten deze vertalingen op verschillende plaatsen nogal wat
toevoegingen . De voornaamste daarvan betreffen het noemen van de naam van God en verwijzingen naar het handelen van God, elementen die in de Hebreeuwse tekst van het boek Ester helemaal ontbreken. Het lijkt dus duidelijk dat deze oude Griekse vertalingen dit bijbelboek op deze manier een meer godsdienstig karakter wilden geven. Ten aanzien van de Septuaginta kunnen we nog speciaal op een zestal uitgebreidere en verzen omvattende aanvullingen wijzen . Een belangrijk verschil tussen de Hebreeuwse tekst en de Septuaginta is bijvoorbeeld verder nog dat Ahasveros in de Septuaginta Artaxerxes en Haman daarin Bougaion wordt genoemd. Het gebruik van deze namen Artaxerxes en Bougaion heeft waarschijnlijk tot doel dit bijbelboek een meer historische achtergrond te geven. Met Bougaion wordt dan vermoedelijk gezinspeeld op de Perzische generaal Bagoses, die in v. C. Artaxerxes III vermoordde . Afgezien van de zojuist genoemde toevoegingen is de Septuaginta in grote lijnen als een vertaling van de Hebreeuwse tekst te beschouwen. De Alfa-tekst verschilt zowel van de Hebreeuwse tekst als van de Septuaginta. Afgezien van een aantal toevoegingen is de Alfa-tekst op veel plaatsen toch aanmerkelijk korter dan de Hebreeuwse tekst en de Septuaginta Zo ontbreken in de Alfa-tekst ten opzichte van de Septuaginta onder meer vaak persoonsnamen, getallen en dateringen. Verder vertoont de A-tekst een veel sterkere overeenkomst met de Septuaginta dan met de tekst van de Hebreeuwse bijbel . Over de vraag welke van de twee e teksten de oudste is lopen de meningen uiteen. De hierboven vermelde Latijnse vertaling, die bekend staat als de Vulgaat, is jongste van de hier genoemde vertalingen. Al de hiervoor genoemde vertalingen dienen steeds op zichzelf te worden gezien en behandeld en niet als bronnen om de Hebreeuwse tekst aan te vullen. Om die reden worden in dit boek ook de zojuist vermelde uitvoerige aanvullingen van bijvoorbeeld de Septuaginta niet
Zie uitvoerig daarover Ch.V Dorothy, The Book of Esther. Structure, Genre and Textual Integrity (JSOTSup ), She eld . Zie voor een overzicht van deze toevoegingen bijv. R.C. Musaph-Andriese, a.w., - . Zie K.H. Jobes, How an Assassination Changed the Greek Text of Esther, ZAW ( ), . Zie daarover nader K.H. Jobes, The Alpha-Text of Esther: Its Character and Relationship to the Masoretic Text, Atlanta .
besproken . Al deze vertalingen kunnen soms bij de exegese wel van belang zijn om hun eventuele interpretaties van de Hebreeuwse tekst in overweging te nemen .
HET BOEK
E STER
EN HET POERIMFEEST
Aangaande het feest van Poerim kunnen we met het oog op een Perzische of Joodse achtergrond alleen maar stellen dat: ‘Wat wij van het oude poerimfeest weten, is niet meer dan wat het boek Ester ons daarover vertelt’ . Een wel geopperd verband van het Poerimfeest met het Babylonische Nieuwjaarsfeest lijkt daarom dan ook nogal gezocht. De naam en de instelling van het Poerimfeest zijn immers onlosmakelijk met het boek Ester verbonden. Zeker is wel dat dit feest een Perzische naam heeft. Om die reden wordt dit boek in de Joodse traditie dan ook terecht een feest-rol genoemd. Het gebruik van de aanduidingen ‘Poerim’ of ‘Poerimdagen’ is ontleend aan : en : , waar wordt verteld dat Haman het ‘poer’ (‘lot’) had geworpen om de Joden uit te roeien en dat dit was gevallen op Adar. Het in het Hebreeuws onbekende woord ‘poer’ wordt in : en : weergegeven met ‘lot’. In het verhaal zelf speelt de ‘loting’ verder geen belangrijke rol en is er bij de riten gedurende het feest helemaal geen sprake meer van een loting. Volgens : - werd het Poerim op Adar door de Joden in de dorpen en in de niet ommuurde steden en op Adar door die in de stad Susan gevierd. In Ester : - vinden we dan vervolgens de opdracht dit feest op beide dagen te vieren. Het zijn dagen van feest en vreugde, waarbij het voor alle Joden in de wereld de gewoonte en vervolgens ook een opdracht wordt om geschenken naar elkaar en giften naar de armen sturen . Naast dit alles is natuurlijk ook van belang wat de latere Joodse traditie Een Nederlandse vertaling daarvan en een bespreking van de desbetreffende aanvullingen in de Septuaginta is bijvoorbeeld te vinden bij K. Welbedacht, Ester. Diplomate en advokate van God, Kampen , - . Zie in dit verband bijvoorbeeld ook H.M. Wahl, Das Buch Esther als methodisches Problem und hermeneutische Herausforderung. Eine Skizze, BibInt ( ), - . J.A. Loader, Esther (POT), Nijkerk , . Zo D.F. Polish, Aspects of Esther:A Phenomenological Exploration of the Megiillah of Esther and the Origins of Purim, JSOT ( ), - . Zie : - en vgl. ook Josefus AJ , .
ons over het Poerimfeest en haar relatie met het boek Ester heeft overgeleverd. Zo horen we dat het Poerim na verloop van tijd begon met een dag van vasten op Adar. Op de twee daarop volgende dagen, en Adar, vindt dan de eigenlijke viering van het Poerimfeest plaats. De belangrijkste lezing in de synagoge op Poerim is de Ester-rol, waarbij dan de vier verzen van de ‘bevrijding’ in : , : - en : op een luidere toon worden uitgesproken dan de overige verzen. De lezing van de Ester-rol vindt in de synagoge plaats op de avond van Adar en in de ommuurde steden, zoals Jeruzalem, op Adar. De volgende morgen wordt deze lezing voor de tweede keer gedaan. Naast deze feest-rol wordt ook de passage ‘Toen kwam Amalek’, dat is Exodus : - , gelezen. De associatie met dit laatste bijbelgedeelte is de herhaaldelijk in het boek Ester voorkomende uitdrukking ‘Haman, de Agagiet’. Deze uitdrukking houdt dan weer verband met de in Samuël genoemde Agag, de koning van de Amalek. Op het Poerimfeest vindt het uitdelen van geschenken plaats. Verder is Poerim vooral een profaan feest. De gewoonte om zich op dit feest te verkleden, komt in een nog latere tijd op. Het einde van het Poerim wordt met een feestelijke maaltijd gevierd. Deze viering als een ‘dag van vreugde en een feestmaal’ wordt vaak overdreven letterlijk genomen. Bekend en veelzeggend is in dit opzicht de uitspraak van Raba in de vierde eeuw om op dit feest zoveel wijn te drinken, dat men het verschil niet meer weet tussen: ‘vervloekt is Haman’, en: ‘gezegend is Mordekai’ .
OVEREENKOMSTEN MET ANDERE GEDEELTEN IN HET OUDE TESTAMENT
Er zijn een aantal opvallende overeenkomsten tussen het boek Ester en de verhalen over Jozef in Genesis - , het bevrijdingsverhaal in Exodus - , de verhalen over de Amalekieten, de boeken Jona, Ruth, Daniël - en de wijsheidsliteratuur. Al de zojuist genoemde verhalen hebben in elk geval één overeenkomst met het boek Ester gemeenschappelijk, namelijk de positie van de Israëliet/Jood in het midden van de volken. Voor nadere details over deze overeenkomsten kan worden Zie bMegilla b. Een uitgebreid overzicht daarvan biedt R.C. Musaph-Andriese, a.w.,
- .
verwezen naar de in het vervolg van dit boek gegeven uitleg. Hier in dit verband alleen nog enkele hoofdlijnen. Evenals in de verhalen over Mordekai en Ester spelen ook die over Jozef , de bevrijding in Exodus - , Jona, Ruth en Daniël zich in een voor de desbetreffende figuren vreemd land af. Op dezelfde wijze als dat met Mordekai en Ester het geval is, nemen ook Jozef, Ruth en Daniël daarbij een positieve houding aan tegenover het voor hen vreemde volk. Precies als bij Mordekai en Ester heeft ook het optreden van Jozef, Mozes en Jona de redding van hun volk of, zoals bij Ruth, van hun familie tot gevolg. Wat de relatie tussen Jozef enerzijds en Ester en Mordekai anderzijds betreft, wordt het boek Ester wel als een herinterpretatie van het verhaal van Jozef beschouwd. Daarbij treden dan een vrouwelijke Jozef (Ester) en een mannelijke Jozef (Mordekai) op de voorgrond . Tenslotte kunnen we er nog op wijzen dat behalve in het boek Ester ook in dat van Ruth een vrouw een hoofdrol vertolkt. In het boek Ester wordt vaak op verhalen over de Amalekieten, zoals die in Exodus : - en Samuël : - , teruggegrepen. Al deze verwijzingen dienen blijkbaar om scherp aan te tonen dat de oude controverse tussen God en ‘Amalek’ (symbool voor het kwaad) nog altijd hoogst actueel is. Bijzondere aandacht verdient hier nog de relatie tussen het boek Ester en de wijsheidsliteratuur . Meer nog dan in de wijsheidsliteratuur vermijdt het boek Ester directe verwijzingen naar het handelen van God. Ook kan de auteur van Ester een gedetailleerde beschrijving geven van de vertrekken in het paleis en over koninklijke feesten. Zo’n schrijver die door zijn werk een grondige kennis van de hofetiquette en van vreemde landen en culturen bezat, is een typische figuur uit de wijsheidschool. Verder kan nog worden gewezen op de voor de wijsheidsliteratuur zo karakteristieke en beeldende beschrijving van de wijze en de dwaas. Zo zijn Ester en Mordekai typerende voorbeelden voor de figuur van de ‘wijze’ en Haman voor die van de ‘dwaas’. Het verhaal van Ester wordt wel als een soort feministische hervertelling van dat van Jozef gezien. Zie daarvoor K. Butting, Esther: A New Interpretation of the Joseph Story in the Fight against Anti-Semitism and Sexism, in: A. Brenner (ed.), Ruth and Esther (A Feminist Companion t the Bible, She eld , - . Zo K. Butting, The book of Esther: A reinterpretation of the story of Joseph. Inner-biblical critique as a guide for feminist hermeneutics, ACEBT ( ), - . Zie daarover uitvoerig bij R.C Musaph-Andriese, a.w., vv.