SKBEELD
www.skbwinterswijk.nl
Nieuws uit het Streekziekenhuis Koningin Beatrix Winterswijk
DECEMBER 2013
In deze uitgave o.a.
1 | SKB met de tijd mee 3 | SKB zoekt samenwerking 5 | SKB4Gambia en terugblik van de Gastvrijheid 6 | Wondcentrum 7 | Kaakchirurgie: een patiënt vertelt 8 | SKB in beweging: van 1984 tot 2014 11 | Portret nieuwe en oude voorzitter Raad van Toezicht 12 | Medicatieverificatie 13 | SportmedX: sportarts en sportfysiotherapeut stellen zich voor 14 | St. Vrienden/Cliëntenraad 15 | Minispecial Patiëntveiligheid Colofon SKBeeld is een uitgave van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix in Winterswijk en verschijnt twee keer per jaar. Het blad wordt huis aan huis verspreid in een oplage van 90.000 stuks. Coördinatie en eindredactie Afdeling Communicatie Margreet de Pree Maarten ten Voorde Vormgever Weevers Grafimedia Fotografie Afdeling Communicatie Han Kolkman Fotografie Promades Advies en Interieurprojecten Michael Thé Creatieve Communicatie Sanne Steenbreker Fotografie Uitgever Weevers Grafimedia Bezoekadres ziekenhuis Beatrixpark 1 | 7101 BN Winterswijk T 0543 54 44 44 F 0543 52 23 95
[email protected] www.skbwinterswijk.nl
SKB met de tijd mee Op 28 februari 2014 bestaat ons ziekenhuis 30 jaar. Het Streekziekenhuis Koningin Beatrix is voortgekomen uit een fusie van vier ziekenhuizen: het St. Vincentius Ziekenhuis uit Groenlo, het St. Bonifatius ziekenhuis uit Lichtenvoorde, het Algemeen Ziekenhuis en het St. Elizabeth Ziekenhuis uit Winterswijk. De afgelopen dertig jaar heeft de zorg een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Patiënten verblijven zo kort mogelijk in het ziekenhuis en steeds meer behandelingen vinden poliklinisch of als dagbehandeling plaats. Al dertig jaar volgen we de ontwikkelingen op de voet en de laatste jaren zijn we volop aan het verbouwen om het ziekenhuis zo in te richten dat het klaar is voor de komende dertig jaar. Op pagina 10 en 11 leest u meer hierover. Het SKB staat midden in de samenleving en zoekt zowel de bewoners als de andere aanbieders van zorg op, zodat we samen de beste zorg kunnen bieden. Voorbeelden hiervan zijn samenwerking met de huisartsen en de verloskundigen in de regio. Maar ook buiten de regio zoekt het SKB de samenwerking. U leest hierover meer op pagina 3. Misschien heeft u in de krant gelezen dat we een nieuwe voorzitter van de Raad van Toezicht hebben. Op pagina 13 leest u het interview met de reeds vertrokken en de nieuwe voorzitter. Natuurlijk belichten we ook weer enkele poliklinieken. Deze keer zijn dat het in september spectaculair geopende SportmedX in
Doetinchem, het wondcentrum en de polikliniek Mond-, Kaaken Aangezichtschirurgie. We wensen u veel leesplezier. H.J.B. Janssen Bestuurder
SKB enthousiast over BeterDichtbij-polis Half november presenteerden de Samenwerkende Algemene Ziekenhuizen (SAZ), waarin naast het Streekziekenhuis Koningin Beatrix (SKB) in Winterswijk nog 41 algemene ziekenhuizen zijn verenigd, de BeterDichtbij zorgverzekering. Deze polis kenmerkt zich door goede zorg in de buurt, bij ziekenhuizen waar de menselijke maat centraal staat. De SAZ neemt het initiatief voor deze polis, maar gaat niet zelf verzekeren. Dat gaan verzekeraar A.S.R. en zorgverzekeraar DSW doen. De basispremie bedraagt € 93,50. Het Winterswijkse ziekenhuis is enthousiast over de komst van de polis. De BeterDichtbij-polis is er voor iedereen die zorg graag dicht bij huis heeft. Bij de ziekenhuizen die de BeterDichtbij hebben ontwikkeld, staat één ding voorop: de menselijke maat oftewel persoonlijke aandacht. De SAZ-ziekenhuizen zijn stevig verankerd in de regio: ze kennen de patiënten, de huisartsen, de apothekers en andere zorgverleners in de regio. Landelijk werkt BeterDichtbij samen met 42 regionale ziekenhuizen. Hierdoor houdt BeterDichtbij zorg letterlijk en figuurlijk dichtbij, toegankelijk, menselijk en betaalbaar. Henri Janssen, bestuurder van het SKB, is blij met de komst van de BeterDichtbij-polis: ”De BeterDichtbij-polis is gericht op een goede spreiding van de zorg en daarmee goed voor het bestaansrecht van de kwalitatief goede streekziekenhuizen zoals het SKB. Het is een uitstekend en betaalbaar alternatief naast de grote zorgverzekeraars. Het is voor iedereen dan ook zeker de
moeite waard om de bestaande zorgverzekering eens te vergelijken met de nieuwe BeterDichtbij-polis.” De BeterDichtbij-polis biedt zorg dichtbij waar het kan en ver weg waar het moet. Zo’n 85% van de ziekenhuiszorg kan worden aangeboden in de SAZ-ziekenhuizen. Voor gespecialiseerde zorg kunnen verzekerden altijd terecht bij topklinische en academische ziekenhuizen. De verzekerde heeft hierin keuzevrijheid. Behalve de menselijke maat biedt de BeterDichtbij-polis ook voordeel. Verzekerden betalen bijvoorbeeld voor vijf veel voorkomende behandelingen (liesbreuk, galblaas verwijderen, kijkoperatie knie, heupprothese, staaroperatie) geen eigen risico in de SAZ-ziekenhuizen. Verder kunnen verzekerden met hun vragen terecht bij de BeterDichtbij zorgcoach. Behalve de basisverzekering is er keuze uit vier aanvullende zorgpakketten. De BeterDichtbij-polis kan online worden afgesloten en verzekerden kunnen al hun zorgzaken online regelen.
december 2013 | pagina 3
SKBEELD
SKB ZOEKT SAMENWERKING
Samen sterker atieven hiervoor zijn al genomen. Sinds vier jaar organiseren we jaarlijks een huisartsennascholing, waarin een centraal thema breed door huisartsen en specialisten wordt behandeld. En volgend jaar staat een beleidsconferentie gepland waarin we de samenwerking nog meer handen en voeten zullen geven,” besluit Konings. Hans van der Vuurst, klinisch chemicus, weet uit ervaring dat de lijnen tussen de eerstelijnszorg en de tweedelijn kort zijn. “Huisartsen kunnen specialisten gemakkelijk bereiken en vice versa. Ze hebben elkaar nodig. Hoe de samenwerking tussen beiden verloopt, is in principe een zaak die achter de schermen wordt geregeld. Patiënten horen hiervan weinig tot niets te merken. Wat wij voor de patiënt belangrijk vinden, is dat deze zorg op maat krijgt en dat hij weet waar hij met zijn zorgen en vragen terecht kan.”
“Patiënten krijgen de beste zorg en waar mogelijk dicht bij huis.”
Lionieke Konings, beleidsmedewerker Medische Staf
Hans van der Vuurst, klinisch chemicus
Dat weten we allemaal. Ziekenhuizen, huisartsen, verloskundigen, verpleegkundigen en verzorgenden uit de regio en het SKB zoeken elkaar steeds meer op met als doel de patiënt in zijn eigen omgeving de best mogelijke zorg te bieden. Het SKB zoekt naast de initiatieven in zijn eigen verzorgingsgebied ook de samenwerking op over de grens. Een voorbeeld is de Euregionale samenwerking met Bocholt op het gebied van spoedeisende dotterbehandelingen. Al jaren werken het SKB en de ziekenhuizen MST (Enschede) en ZGT (Almelo/Hengelo) samen op onder meer het terrein van de zorg aan kankerpatiënten. Om deze zorg nu en in de toekomst zo goed mogelijk te kunnen blijven leveren, is samenwerking absoluut nodig. Niet alleen tussen de ziekenhuizen, maar ook communicatie met huisarts en patiënt zijn voorwaarden voor een goede oncologische zorg. Om deze zorg optimaal te organiseren, vond op 12 november jl. in de Universiteit Twente een symposium plaats voor artsen, huisartsen, verpleegkundig speci-
alisten, managers en beleidsmakers. In het SKB is de beleidsmedewerker Medische Staf, Lionieke Konings, vooral achter de schermen bezig met het verder vorm geven van de samenwerking tussen huisartsen en het ziekenhuis. Ze noemt de korte lijnen die tussen beiden bestaan. “Huisartsen en medisch specialisten weten elkaar te vinden en het onderlinge overleg en afstemming verlopen goed, maar het is ook belangrijk dat we inzichtelijk vastleggen hoe de samenwerking verloopt, zodat duidelijk is wie wat wanneer doet en hoe. Initi-
Niet alleen de huisartsen en de dokters uit het ziekenhuis werken samen, ook de verpleegkundigen en de praktijkondersteuners doen dat. Voorbeelden zijn de samenwerking op het gebied van de longgeneeskunde (COPD), palliatieve zorg en hartfalen. Patiënten blijven bij de huisarts en hoeven minder snel naar het ziekenhuis voor hun behandeling.” “Ook het Laboratorium zoekt de huisartsen op. Huisartsen hebben een CRP meter ontvangen waarmee ze een ontstekingswaarde in het bloed kunnen meten. De uitkomst laat zien of de patiënt een infectie heeft en of een behandeling met antibiotica nodig is. Doordat deze meters door het Laboratorium zijn geleverd, is de kwaliteit van het apparaat en het onderhoud gewaarborgd. Hetzelfde heeft het Laboratorium gedaan met glucosemeters. Patiënten kunnen bij de huisarts onder behandeling blijven en de huisarts is verzekerd van de juiste, goedgekeurde apparatuur. En bij vragen kan hij altijd een beroep kan doen op de expertise van het Laboratorium. Zo bieden we patiënten de beste zorg en waar mogelijk dicht bij huis,” licht Van der Vuurst toe.
Zwangeren hebben baat bij samenwerking
Continuïteit van zorg gewaarborgd In oktober 2011 is het verloskundig samenwerkingsverband (VSV) Oost Achterhoek opgericht. De samenwerking tussen de verloskundigen in de regio en de gynaecologen en kinderartsen van het SKB kreeg hiermee een officieel karakter.
“We willen zwangeren de best mogelijke en veilige zorg bieden tijdens hun zwangerschap en na de bevalling. Door samen af te spreken hoe we dat doen, zorgen we er voor dat zwangeren weten waar ze aan toe zijn, ook al verandert de behandelaar,” legt Ineke Brundel-Engelen, voorzitter van de VSV, uit. “We overleggen welke zorg waar thuishoort. Zo hebben we bijvoorbeeld afgesproken dat een deel van de voorlichting en begeleiding tijdens de zwangerschap altijd door de verloskundige gebeurt, ook al is iemand onder behandeling van een gynaecoloog. En daarbij vinden we het allemaal belangrijk dat zwangeren kunnen kiezen waar ze willen bevallen, thuis of in het ziekenhuis, zover dit medisch verantwoord is.”
Zorgverleners van de eerste en tweede lijn oefenen samen kritieke situaties
Samen kritieke situaties oefenen “Naast het op elkaar afstemmen van de zorg, oefenen we met elkaar ook hoe we moeten handelen in kritieke situaties. Wanneer bij een bevalling de situatie kritiek wordt, is het van
levensbelang dat alle zorgverleners op elkaar ingespeeld zijn en van elkaar weten wat ze moeten doen. In maart vond op de kraamsuites van het SKB een oefening plaats, waarbij gynaecologen, kinderartsen, verloskundigen en verpleegkundigen betrokken waren.”
Zorg van begin tot eind op elkaar afgestemd Teammanager Vrouw-kindeenheid Marieke Vos vertelt, dat het VSV nu ook formeel samenwerkt met de kraamzorgorganisaties in de regio. Hiertoe is op 29 oktober een samenwerkingsovereenkomst getekend. We willen de zorg rondom zwangerschap en geboorte vanaf het begin tot eind op elkaar aansluiten en zo optimale zorg bieden voor de moeder en haar (ongeboren) kind. Dat willen we doen door op termijn ook de samenwerking met de Jeugdgezondheidszorg op te zoeken.”
december 2013 | pagina 5 SKBEELD SKB4GAMBIA EN TERUGBLIK DAG VAN DE GASTVRIJHEID
Bevlogen medewerkers helpen in Gambia Een groep van ruim twintig betrokken SKB-ers is net terug uit Gambia. Gedurende twee weken hebben zij hulp verleend en kleine operaties uitgevoerd in het Serrekunda General Hospital. Voor hun vertrek had Sangkung, de contactpersoon uit het ziekenhuis, al een lijst met mogelijke patiënten opgestuurd. De plastisch chirurgen, de anaesthesioloog en anaesthesiemedewerkers hebben uit deze lijst patiënten geselecteerd die voor een operatie in aanmerking kwamen. Veel aandacht was er ook voor de behandeling van kinderen met brandwonden, wondzorg en scholing. De voor het vertrek verscheepte computers, zijn aldaar door de technische mensen uit het team geïnstalleerd. Verder stonden zij paraat om technische mankementen te verhelpen. Natuurlijk realiseren de vrijwilligers zich dat ze in twee weken lang niet alles kunnen doen wat ze zouden willen. Daarom zijn in het afgelopen jaar contacten gelegd om de hulp na hun vertrek voort te zetten. Hierover leest u meer op www.skb4gambia.nl Twee weken voor het vertrek van het Team 2013, zoals ze zich noemen, vertrokken de deelnemers aan de Amsterdam-Dakarchallenge. Verpleegkundig specialist Annemieke Kreiter heeft samen met haar man Manfred een equipe gevormd dat bestaat uit drie teams, the Good, the Bad en the Ugly. In oude auto’s zijn de drie teams naar Gambia gereden, hebben daar hun barrel verkocht en de opbrengst geschonken aan de stichting SKB4Gambia. De aankomst viel samen met het verblijf van de vrijwilligers.
Een deel van het Team 2013
Wil je meer lezen of het project SKB4Gambia, volg dan de reportages op www.skb4gambia.nl en www.facebook.com/skb4gambia, www.skbwinterswijk.nl en www.facebook.com/skbwinterswijk.nl
Tweede Dag van de Gastvrijheid een groot succes
Op donderdag 31 oktober vond voor de tweede maal de Dag van de Gastvrijheid plaats. Op deze dag zetten alle medewerkers hun allerbeste beentje voor om patiënten, bezoekers en collega’s extra gastvrij te ontvangen. En dat het een succes was, bleek wel uit de enthousiaste reacties. Al op de parkeerplaats werden patiënten en bezoekers warm onthaald. Gratis parkeren en vervoer in een golfkar naar de versierde hoofdingang viel hen ten deel. Eenmaal binnen stond koffie en thee met een lekker chocolaatje klaar en kon men zich laten ver-
wennen met een hand-, voet-, of rugmassage en een gezichtsbehandeling. “Wat een warm welkom, wat een leuk initiatief,” waren veelgehoorde opmerkingen. Natuurlijk was er ook volop aandacht voor de jonge patiënten en bezoekers. Zij werden ver-
rast met een optreden van de Cliniclowns en kregen een mooie gele of rode ballon mee. We zijn en blijven elke dag gastvrij, maar één keer per jaar doen we er een schepje bovenop. Volgend jaar organiseren we zeker weer een Dag van de Gastvrijheid.
december 2013 | pagina 6
SKBEELD WONDCENTRUM
Goede wondzorg voorkomt of verkleint de kans op complicaties
V.l.n.r. de gipsverbandmeesters Peter Spekschoor, Douwe Haandrikman en Erik Grevers
Podotherapeut Suzanne Oberink
V.l.n.r. de wondverpleegkundigen Gedule Hermsen, Joop Blekkink, Anneke van Beek en Angeniet Sonderen. In het midden Wendy Roelofsen, wondcoördinator
Huisartsen kunnen patiënten rechtstreeks doorsturen naar het Wondcentrum in het SKB. Patiënten krijgen daar direct die zorg die ze nodig hebben en hoeven niet eerst een afspraak op een polikliniek te maken. De professionals van het Wondcentrum werken nauw samen met de medisch specialisten in het SKB en huisartsen en verpleegkundigen in de regio. Door deze unieke samenwerking is het mogelijk dat patiënten die door de huisarts zijn verwezen naar het Wondcentrum, in principe na de behandeling weer terugkeren naar hun eigen huisarts voor de verdere behandeling. Is dat niet mogelijk, dan zal een medisch specialist de behandeling overnemen. Goede wondzorg voorkomt onnodig lijden Ieder jaar heeft ongeveer een half miljoen Nederlanders te maken met complexe wonden en dit aantal stijgt. Het betreft wonden die een langdurige, intensieve en soms ook pijnlijke behandeling vereisen. De behandeling en de producten die daarbij worden gebruikt, zijn in iedere fase van de wondbehandeling anders. Deskundige wondbehandeling en voorlichting bevordert snelle genezing, voorkomt complicaties en maakt de situatie voor patienten draaglijker. Wondzorgteam Het specialistisch wondzorgteam in het SKB bestaat uit een
wondzorgcoördinator, wondverpleegkundigen en gipsverbandmeesters. Zij werken nauw samen met de dermatologen, vaatchirurgen, chirurgen, podotherapeut, ergotherapeuten, diëtisten en plastisch chirurgen. Wondzorgcoördinator Wendy Roelofsen legt de werkwijze uit: “De eerste keer dat de patiënt op het spreekuur komt, vindt een (anamnese)gesprek en een intake plaats. Op basis van deze informatie stelt het wondzorgteam in samenspraak met de patiënt een behandelplan op dat in overleg met de medisch specialist of huisarts wordt uitgevoerd. Door de intensieve samenwerking met professionals in en buiten het ziekenhuis vervullen we een centrale rol op het gebied van deskundigheidsbevordering, advisering over wondbehandeling,
materiaalkeuze en gebruik. En dat zorgt ervoor dat de behandeling van wonden door iedere zorgverlener op dezelfde manier gebeurt,” legt Roelofsen uit. Verwijzing vereenvoudigd Huisartsen kunnen de patiënten met wonden, ongeacht de soort wond, naar één plek, het Wondcentrum, verwijzen. Het wondzorgteam coördineert het vervolg en zorgt dat de patiënt bij de juiste behandelaar terecht komt. En als de situatie het toelaat, gaat de patiënt voor verdere behandeling terug naar de huisarts. Zo biedt het Wondcentrum voor iedereen het beste. Optimale zorg, dicht bij huis en afgestemd op de patiënt.
december 2013 | pagina 7
SKBEELD
Gezamenlijk spreekuur orthodontist en kaakchirurg gevolg van slaapapneu. Samen met de expertise van de orthodontist en collega specialisten zoeken ze naar de beste oplossing voor de patiënt. Ervaringsverhaal van een patiënt Van kinds af aan had de heer L. een overbeet en ook was zijn onderkaak te klein vanwege een groeistoornis. Inmiddels ruim volwassen en gestart met een intensieve behandeling bij de orthodontist om de overbeet te verminderen, besloot de heer L. twee jaar tot een kaakoperatie. Zijn besluit tot deze ingreep werd mede bepaald door de begeleiding van dr. Van Os gedurende het traject. Reden waarom meneer uiteindelijk besloot zich te laten opereren was, dat er stukjes kies afbraken, waarschijnlijk omdat zijn kaken niet goed op elkaar aansloten. Een operatie zou ook behoud van zijn gebit betekenen.
Marc Bronkhorst (links) overlegt met Jeroen van Os
Al meer dan twintig jaar werkt orthodontist Jeroen van Os (praktijken in Groenlo en Winterswijk) samen met een kaakchirurg uit het SKB. Maandelijks houden de twee specialisten een gezamenlijk spreekuur waar ze patiënten zien die ze allebei behandelen. De behandeling kan variëren van eenvoudige tot de meer complexere ingrepen, zoals operaties aan het aangezichtsskelet. Kaken, gebit en luchtwegen vormen één geheel Beide specialisten leggen uit dat de stand van de kaken, het gebit, de vorm van de schedel en de stand van de luchtwegen met elkaar in verband staan. Een onderontwikkelde onderkaak zorgt voor een overbeet waardoor tanden en kiezen niet goed op elkaar passen. Naast klachten bij het kauwen kan dit ook leiden tot slaapproblemen zoals snurken en ademstops oftewel slaapapneu. Deze slaapproblemen worden veroorzaakt door dat de luchtwegen tijdens de slaap vernauwen. Met een operatie zijn de bovenkaak, onderkaak en kin te corrigeren. Tanden en kiezen staan recht, het aangezicht verbeterd en de luchtwegen zijn ook tijdens het slapen goed geopend. Wie uiteindelijk voor deze behandeling en operatie kiest, krijgt te maken met een tandarts, een orthodontist en een kaakchirurg. Ingrijpend maar blijvend “Wanneer patiënten besluiten tot een kaakoperatie, weten ze dat het een langdurige behandeling wordt. Je moet dan denken aan enkele jaren voor een beugelbehandeling,” legt Bronkhorst uit. “We leggen patiënten vooraf heel goed uit wat hen te wachten staat. Eerst maken we röntgenfoto’s en vervolgens start de orthodontist de gebitsbehandeling. Met een 3D computerscan kunnen
we heel nauwkeurig vaststellen hoe de stand van de kaken en kin zou moeten worden.” Is de behandeling bij de orthodontist klaar, dan volgt de kaakoperatie. Hoewel een kaakoperatie vroeger als eng en pijnlijk werd ervaren, valt dat tegenwoordig erg mee. De kaakoperatie zelf is niet pijnlijk, wel moet je een nacht in het ziekenhuis blijven. De eerste weken ondervind je wel wat last, maar het is goed vol te houden. Een mooi recht gebit is niet alleen mooier, ook het snurken behoort tot de verleden tijd. Ongestoord slapen Bij slaapapneu stopt de ademhaling voor korte periodes tijdens de slaap. Als dit vaker dan vijf keer per uur voorkomt, spreken we van slaapapneu. ’s Nachts merk je het misschien niet, maar overdag voel je je niet fit. Je wordt niet uitgerust wakker, je kan opeens extreem moe zijn, last hebben van concentratiestoornissen of hartkloppingen of hartritmestoornissen krijgen. Wie deze klachten heeft, zal worden doorverwezen naar een specialist. In het slaapcentrum van het SKB werken KNO-artsen, longartsen, neurologen en kaakchirurgen samen. Na de diagnose word je door verwezen naar één van deze specialisten. Is de oorzaak van slaapapneu een terugliggende kaak, dan kan de kaakchirurg een goed advies uitbrengen. Kaakchirurg Bronkhorst heeft veel ervaring op het gebied van kaakoperaties als
‘Mondriaans’ voor het SKB Vier ‘Mondriaans’ van één bij één meter werden donderdag 14 november door vier leerlingen en hun juffen de centrale hal binnengedragen. Zorggroepmanager Bert Bartelink en leden van de Commissie Kunstwerken namen de werken in dank in ontvangst. De ‘Mondriaans’zijn door leerlingen van basisschool De Esch uit Winterswijk gemaakt. “We zijn erg blij dat jullie ons de vier werken willen schenken. Ze zijn prachtig, kleurrijk en een aanwinst voor het ziekenhuis,” aldus Bartelink. Twee kunstwerken hangen aan de muur richting polikliniek Neurologie/Reumatologie en de andere twee hangen links naast de ingang van de Kinderafdeling (Vrouw-Kindeenheid). Bij de werkenhangen bordjes met
daarop een toelichting. In het kader van de opening van museum Villa Mondriaan in Winterswijk in mei dit jaar, hebben twee onderwijzeressen van De Esch samen met hun collega’s een project opgezet rondom de schilder Piet Mondriaan. Onder leiding van hun leerkracht heeft elke klas een stukje van het schilderij gemaakt.
Voordat deze ingreep kon plaatsvinden, moest eerst de overbeet teruggebracht en de ruimte van de ontbrekende kiezen opgevuld worden. Na ruim anderhalf jaar, begin juni 2013, was de heer L. klaar met zijn behandeling bij dr. Van Os en kon hij worden geopereerd. Hiervoor heeft hij één nacht in het ziekenhuis doorgebracht. De operatie is hem erg meegevallen. Hij was bang voor vreselijke pijn, maar heeft eigenlijk niets gevoeld. De bijwerkingen die er waren, kwamen door de narcose. “Als ik het vergelijk, voor zover dat mogelijk is, met de pijn die mijn zoon heeft gevoeld na het trekken van zijn verstandkiezen, viel het bij mij erg mee.” Een week na de kaakoperatie komt de patiënt op het gezamenlijke spreekuur, waar hij zowel door de kaakchirurg als de orthodontist wordt gezien. Het herstel van een kaakoperatie duurt ongeveer zes weken. Je moet er rekening mee houden, dat je de eerste weken na de operatie alleen maar vloeibaar kan eten.
Vier sterren voor Slaapcentrum Onlangs heeft de ApneuVereniging ons multidisciplinaire Slaapcentrum vier sterren toegekend. De ApneuVereniging die sinds 2004 jaarlijks een tevredenheidsonderzoek onder de slaapklinieken houdt, verleent de sterren (1 tot 5) aan klinieken die bovengemiddeld presteren. Op onze website www.skbwinterswijk.nl lees je meer over deze waardering en ons Slaapcentrum.
SKBEELD
VERBOUWING/NIEUWBOUW POLIKLINIEKEN
SKB in beweging: van 198
Wachtruimte op de begane grond in het nieuwe centrum voor dermatologie, plastische chirurgie en flebologie
Eind februari 2014 bestaat het SKB 30 jaar. Toen het SKB eind februari 1984 werd opgeleverd, was het een modern ziekenhuis dat aan de toenmalige richtlijnen en voorzieningen voldeed. Gedurende d aan te passen. De afgelopen jaren is een duidelijke verschuiving van de kliniek (de verpleegafdelingen) naar de polikliniek te zien. Mensen verblijven steeds korter in het ziekenhuis. In 1984 was het We zijn continu in beweging. De afgelopen jaren is onder andere het Operatiekamercomplex grondig gerenoveerd en uitgerust met de modernste apparatuur. Begin 2012 is het Dagbehandelingscentrum na een ingrijpende verbouwing geopend. Ook hier is heel goed gekeken naar het comfort en welzijn van de patiënt, de veiligheid en kwaliteit van de zorg en de eisen die aan de zorg worden gesteld. Voordat een verbouwing daadwerkelijk begint, heeft er heel wat overleg plaatsgevonden. Ook de deskundige Infectiepreventie is betrokken bij dit proces. Wat haar rol precies is, leggen we in het artikel, ‘achter de schermen van een verbouwing’ uit. En als dan het sein op groen staat, kan de verbouwing beginnen. Coen Nieuwenhuis is hoofd Facilitair Bedrijf en nauw betrokken bij alle bouwprojecten. Hij legt uit dat alle bouwprojecten onderdeel zijn van de renovatie van het ziekenhuis en herverdeling van functies. We zijn inmiddels ruim over de helft. Wat nu nog moet gebeuren zijn de poliklinieken, de Functieafdeling en de bouw van het Acute Zorg Centrum. Omdat steeds meer zorg poliklinisch plaatsvindt, is kritisch gekeken naar de huidige locaties van de poliklinieken. In een eerdere verbouwing zijn al de poliklinieken Cardiologie en Longgeneeskunde samengevoegd. Reden hiervoor is dat beide specialismen veel raakvlakken hebben en beide secretariaten geïntegreerd zijn gaan werken. Dermatologisch-, Cosmetisch,- en Spatadercentrum Datzelfde geldt ook voor de dermatologie, plastische chirurgie en flebologie (o.a. spataderen). “De samenwerking tussen meerdere medisch specialistische disciplines leidt tot een betere kwaliteit van zorg,” aldus Bert Bartelink, zorggroepmanager. Als voorbeeld noemt hij de huidkankerzorg: ”Het aantal mensen met een vorm van huidkanker groeit sterk als gevolg van schadelijke invloeden van de zon, maar ook als gevolg van ouderdom. De verwachting is daarom dat het aantal dermatologiepatiënten sterk zal toenemen. Bij een groot deel van hen zal er sprake zijn van een plastische
chirurgische ingreep. De kracht van het nieuwe centrum voor de huidkankerzorg is gelegen in het combinatiespreekuur en –behandelingen door de dermatologen en plastisch chirurgen.” Teammanager poliklinieken, Sandra ter Horst, vertelt dat bij de inrichting van de ruimtes het comfort voor onze patiënten/gasten voorop staat. Wie een afspraak heeft op één van deze poliklinieken, wordt ontvangen bij de gemeenschappelijke balie. De secretaresse/ polikliniekassistente ontvangt de patiënt en wijst hem de weg. De spreekuurfaciliteiten zijn allemaal op de begane grond. De comfortabele wachtkamer is uitgerust met een koffie- en theevoorziening en entertainment. De ruimtes zijn licht en door het kleur- en materiaalgebruik sfeervol. De deuren zijn voorzien van duidelijke nummers, zodat iedereen direct ziet waar hij moet zijn.” “Op de eerste verdieping komen twee poliklinische behandelkamers waar kleine ingrepen plaatsvinden. Verder komen hier het Dagbehandelingscentrum dermatologie, handen-/voetenbaden en de lichttherapie. Ook hier is een lounge waar het comfortabel toeven is,” besluit Ter Horst. Orthopedisch centrum Door de verhuizing van deze poliklinieken naar de nieuwe locatie, krijgen we in de poligangen meer ruimte. De plannen om de polikliniek Orthopedie in poligang 1 onder te brengen, zijn in een vergevorderd stadium. “Ook deze polikliniek willen we een eigen uitstraling geven. Dat doen we onder meer door een aparte ingang vanaf de parkeerplaats naar het Orthopedisch Centrum te maken,“ legt de bij dit project betrokken teammanager Polle Driesprong uit. “Verder willen we ons ook gaan richten op de Duitse patiënten en biedt het nieuwe centrum ons de mogelijkheid de samenwerking met de Doetinchemse orthopeden meer gestalte te geven.”
Acute Zorg Centrum Omdat een ziekenhuis 24 uur, 7 dagen per delingen ook tijdens verbouwingen gewoo met militaire precisie. Alles is strak georganis pland dat het de minste overlast veroorzaa hebben al heel wat verbouwingen gedaan nog komen,” vertelt Nieuwenhuis. “Binnenk Zorg Centrum op de plek waar nu de SEH Centrum zijn de spoedeisende hulp, de eer ter de Intensive Care en Cardio Care afdeli enorme operatie, maar ook wat betreft de in de lengte, maar moeten allemaal een kw staat voor 2014 gepland.”
“In ons ziekenhuis zijn onze doen er alles aan om hen ee verblijf te bieden, zowel
Sjaak Hulshof, teammanager Acute Zorg, g was de SEH nog een EHBO afdeling. Patiënte terecht. Alle andere patiënten die door de hu cialist op de afdeling gezien. In de jaren negen patiënten eerst op de Spoedeisende Hulp (SE Die zorg kunnen we straks nog beter biede gevestigd, hebben we één loket voor patië moet gaan of in geval van nood 112 moe
december 2013| pagina 8/9
84 tot 2014
Achter de schermen van een verbouwing In een ziekenhuis wordt alles gedaan om infecties te voorkomen. Daarom wordt Iris Rutgers, deskundige Infectiepreventie, standaard betrokken bij de bouwplannen. Ze zit niet op de stoel van de architect, maar adviseert het bouwteam over bijvoorbeeld de ligging van een isolatiekamer. Deze kan het beste aan het begin van een afdeling liggen, zodat de patiënten in isolatie en hun naasten niet over de hele afdeling hoeven. Een ander belangrijk aandachtspunt is dat afdelingen geïsoleerd moeten kunnen worden wanneer een epidemie op de afdeling uitbreekt. Denk bijvoorbeeld aan het norovirus.
Rustruimte op de 1e verdieping
de afgelopen dertig jaar is altijd geprobeerd de veranderingen in de zorg op de voet te volgen en het ziekenhuis daarop SKB een modern regionaal ziekenhuis, anno 2013/2014 is dat het zeker!
week zorg levert, blijven poliklinieken en afon open. Een verbouwing verloopt dan ook seerd en de werkzaamheden worden zo geakt voor de patiënten en medewerkers. “We , maar de grootste logistieke operatie moet kort starten we met de bouw van het Acute (spoedeisende hulp) zit. In het Acute Zorg ste hart hulp, de HAP (huisartsenpost) en laing gevestigd. Niet alleen bouwkundig een e installatietechniek. De leidingen liggen nu wartslag worden gedraaid. Deze verbouwing
e patiënten onze gasten. We en zo comfortabel mogelijk poliklinisch als klinisch.”
gaat even terug in de geschiedenis. “In 1984 en kwamen na een ongeval op deze afdeling uisarts waren verwezen, werden door de spentig is dit veranderd en werden alle verwezen EH) gezien.” en. Als de huisartsenpost in het ziekenhuis is ënten. Hoewel je altijd eerst naar de huisarts et bellen, komt het voor dat mensen recht-
streeks naar de SEH gaan. Wanneer deze zogenaamde zelfverwijzers tijdens de openingstijden van de HAP naar het ziekenhuis komen, worden ze allereerst gezien door de huisartsenpost. En als een patiënt dan toch naar een specialist moet, dan is hij al in het juiste gebouw. De lijnen zijn kort. Huisartsen, SEH-artsen en specialisten kunnen gemakkelijk en snel overleggen, zodat de patiënt altijd direct de best mogelijke zorg krijgt. Ook de logistiek en privacy zijn in het nieuw te realiseren Acute Zorg Centrum verbeterd. ‘We hebben straks meer één persoonskamers en de afdeling is half gesloten. Alleen mensen die er werken hebben toegang. Hierdoor is er meer rust en de privacy is beter gewaarborgd.
Voordat een bouwproject start, wordt door deskundigen van de afdeling Kwaliteit en Veiligheid kritisch gekeken wie bij het bouwproces betrokken moet worden. Iris is er altijd bij als het gaat om verbouwingen van verpleegafdelingen, poliklinieken en de zogenaamde risicoafdelingen zoals straks de Spoedeisende Hulp en de Intensive Care. Voorafgaand aan de verbouwing stuurt Iris de aannemer een document met daarin een aantal voorschriften. De voorschriften zijn afgestemd op de soort verbouwing: klein of groot, intern waarbij de patiëntenzorg door moet gaan of extern. Zo is het bij een interne verbouwing belangrijk dat tijdens de bouw de bouwplaats stofdicht is afgeschermd en dat de luchttoe- en afvoer goed is geregeld. Want we hebben te maken met mensen met een verminderde weerstand en bouwstof of een onjuiste luchttoevoer kan zorgen voor infecties aan onder andere de luchtwegen. Iris houdt gedurende het hele bouwproject vinger aan de pols. Aan het begin van de bouw, op kritische momenten en bij de oplevering is ze betrokken. Ze controleert of aan de gestelde eisen wordt voldaan en stuurt indien nodig bij. Doordat Iris al in een vroeg stadium betrokken is op gezette tijden controleert en indien nodig bijstuurt, is het eindresultaat een verbouwing die niet alleen voldoet aan alle eisen en richtlijnen van deze tijd en waar patiënten zich comfortabel voelen, maar waar ook een goede routing rondom patiëntenzorg is gewaarborgd.
Polikliniek Chirurgie In één van de binnentuinen aan de rechterkant van de centrale gang zijn de werkzaamheden in volle gang. Deze tuin wordt omgevormd tot polikliniekruimte voor de chirurgie. Net als de andere reeds verbouwde poliklinieken, is deze polikliniek straks klaar voor de toekomst. Licht, ruim en voorzien van alle moderne faciliteiten en gemakken voor onze patiënten.
Afgelopen zomer is een rapport van het RIVM (Rijksinstituut voor Volkgezondheid en Milieu) verschenen waarin het aantal SEH’s in Nederland nog eens onder de loep is genomen. In dat rapport is de SEH in Winterswijk als gevoelige SEH gedefinieerd. Hiermee wordt bedoeld dat wanneer deze zou verdwijnen, een grote groep mensen niet binnen de gestelde norm van 45 minuten in het ziekenhuis zou kunnen zijn. De SEH in het SKB heeft zeker bestaansrecht. Deskundige infectiepreventie Iris Rutgers controleert of aan de gestelde eisen wordt voldaan
Verbouwing Spoedeisende Hulp
december 2013 | pagina 11 SKBEELD Portret nieuwe en oude voorzitter Raad van Toezicht
Huidige en vorige voorzitter aan het woord
tische zorg soms wat verder weg,“ beëindigt Flierman het gesprek. De voorganger van de heer Flierman, mevrouw Edixhoven heeft vanaf 20 december 2004 tot 30 september 2013 deel uitgemaakt van de Raad van Toezicht. In de periode van 25 juni 2007 tot 20 december 2012 als voorzitter en van 21 december 2012 tot 17 mei 2013 als voorzitter ad interim. Ook aan mevrouw Edixhoven stelden we enkele vragen. Mevrouw Edixhoven is gecertificeerd mediator in de gezondheidszorg en is altijd, mede door haar achtergrond, zeer betrokken bij kwalitatief goede gezondheidszorg in het ziekenhuis en daarbuiten. Had u vooraf een idee wat u wilde bereiken? In het interview bij mijn start als lid van de Raad (april 2005) heb ik gezegd: “Als u aan het einde van mijn zittingsperiode van mij zegt: “dit is een toezichthouder, die de algemeen bestuurder de ruimte geeft en op gepaste wijze afstand houdt, maar voor het ziekenhuis ten volle beschikbaar is als dat vereist is, die durft om zaken aan de kaak te stellen en het lef heeft door te vragen en de rug recht te houden, die open staat voor vernieuwing en ook goede adviezen kan geven, dan ben ik heel tevreden.” Heeft u bereikt wat u wilde bereiken? “Ik kijk met plezier terug op een heel boeiende periode, waarin ik veel van mijn capaciteiten heb kunnen inzetten. In de afgelopen negen jaar is er heel veel veranderd in de ziekenhuiszorg. Er is ook veel gebeurd in en rond het SKB. Ik denk dan onder meer aan de bestuurswisselingen, de renovatie van het ziekenhuis, de reorganisatie en de toekomst van het SKB. Wat ik mij als voorzit-
De nieuwe voorzitter van de Raad van Toezicht, de heer dr. A.H. (Anne) Flierman, draagt het SKB en de Achterhoek een warm hart toe. Jongstleden mei heeft hij de voorzittershamer van Fien Edixhoven overgenomen. Voor SKBeeld stelden we hen enkele vragen. Waarom hebt u gekozen voor het SKB? Flierman die sinds 2013 voorzitter van de Nederlands-Vlaamse Accreditatie Organisatie is, vertelt: “Mijn roots liggen in Oost Nederland. Ik besloot de functie te aanvaarden omdat ik het interessant vind mij ook op andere terreinen dan het hoger onderwijs in te zetten. Bovendien sluit het aan op andere functies die ik heb uitgeoefend.” Hoe ziet u de toekomst voor het Achterhoekse ziekenhuis? “Het SKB staat voor een grote uitdaging. Het is een betrekkelijk klein ziekenhuis in een dunbevolkt gebied. Om adequate gezondheidszorg in de regio te kunnen blijven bieden, zoekt het ziekenhuis de samenwerking op met ziekenhuizen in Enschede en Twente. Een eerdere poging om te fuseren met het Slingeland Ziekenhuis in Doetinchem mislukte. Dat de fusie niet is doorgegaan, betekent niet dat we niet willen samenwerken. We blijven in contact met elkaar. Om de kwaliteit van zorg in de Achterhoek te waarborgen, hebben we behoefte aan een bereikbare en beschikbare spoedeisende hulpafdeling, een intensive care en cardio care afdeling en afdeling verloskunde. De Raad van Bestuur werkt samen met de medisch specialisten een strategie uit om deze zorg voor de toekomst te kunnen garanderen. De Raad van Toezicht denkt op de achtergrond actief mee.” Het afgelopen jaar zijn vijf leden van de Raad van Toezicht inclusief de voorzitter afgetreden. Eind dit jaar treedt er nog een lid af. Hiermee is vrijwel de hele Raad vernieuwd. Wat betekent dit voor de Raad en het ziekenhuis. “De nieuwe Raad heeft een enorme maatschappelijke en bestuurlijke ervaring aan beide kanten van de tafel. Het feit dat we bijna allemaal nieuw in de Raad zijn, speelt geen rol,” licht Flierman toe. “Het ziekenhuis heeft bewust gekozen eerst een nieuwe voorzitter aan te trekken. In mei heb ik mevrouw mr. J.C.W.J. Edixhoven-Majoor opgevolgd. Vervolgens zijn in juni de heer drs.
A.H.M. Catau en de heer dr. F.H.J. van der Hoogen en in september mevrouw mr. J. Nods-Koster en de heer dr. R. van Lambalgen toegetreden. En binnenkort zal op voordracht van de Cliëntenraad een vijfde lid worden benoemd. Zittend lid is de heer drs. A.H.G. van den Doel RA. Daarmee bestaat de Raad weer uit zeven leden en zijn we voltallig.” Hoe verloopt de samenwerking met de diverse Raden in het ziekenhuis? Flierman heeft een goed gevoel over het ziekenhuis. Het overleg met de medische staf verloopt goed, de voorzitter van de Ondernemingsraad is erg betrokken en de samenwerking met de Cliëntenraad over voordracht voor een kandidaat voor de Raad van Toezicht verloopt naar wens. “Het ziekenhuis en dus ook de Raad van Toezicht hebben als doel een volwaardig zorgaanbod in de Achterhoek te kunnen blijven bieden, waarbij de inwoners basiszorg dicht bij huis vinden en specialis-
“De Raad van Toezicht denkt op de achtergrond actief mee” ter al die jaren, juist ook in lastiger situaties, voor ogen heb gehouden is de vraag: wat is in het belang van dit ziekenhuis, van het SKB in deze turbulente tijden en dat als leidraad gebruikt.” “Het doet me deugd dat het SKB er bij mijn vertrek goed voor staat. Dat is een compliment aan de bestuurder en alle medewerkers van dit ziekenhuis en daarvoor heb ik graag af en toe een tandje bijgezet. Ik wens mijn opvolger Anne Flierman met zijn team alle succes.” “En natuurlijk wens ik iedereen die binnen de muren van het SKB werkzaam is, alle goeds voor de toekomst.” Het volledige interview alsmede het interview dat ze in 2005, ook voor SKBeeld, heeft gegeven, vindt u op www.skbwinterswijk.nl onder het kopje ‘over het ziekenhuis.’
Raad van Toezicht De Raad van Toezicht van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix houdt toezicht op de uitvoering van het algemeen beleid door de Raad van Bestuur en de algemene gang van zaken in het ziekenhuis. Daarnaast heeft het ook een adviserende rol.
De Raad van Toezicht vergadert eens in de vier tot zes weken met de Raad van Bestuur. De vergaderingen zijn niet openbaar. Bij deze vergaderingen is ook de voorzitter van het bestuur van de Medische Staf aanwezig. In 2012 werd onder meer gespro-
ken over de renovatie, het inkoopbeleid, samenwerking, strategie en kwaliteit en veiligheid. In het jaardocument 2012 leest u meer over de Raad van Toezicht. Het jaardocument is te downloaden of te lezen op www.skbwinterswijk.nl
SKBEELD
december 2013 | pagina 12
Medicatieverificatie
Verwisseling van en bij patiënten
Sinds 2009 voeren apothekersassistenten in ons ziekenhuis medicatieverificatiegesprekken bij geplande en ongeplande opnames. Omdat 60% van de opnames via de SEH binnenkomen en hier de meeste kans op fouten is, zijn we op deze afdeling begonnen met de medicatieverificatie. Inmiddels voeren we gesprekken op alle afdelingen. Het aantal fouten is aanzienlijk verminderd en vragen van andere apotheken kunnen we nu beter herleiden. Er is de afgelopen vier jaar veel veranderd. Waar we eerst vooral achter de schermen werkten, zijn we nu veel meer zichtbaar. We hebben contact met patiënten, verpleegkundigen en artsen. Op onze website vind je een informatiefilmpje over medicatieverificatie. De medicatieverificatie voor een opname is goed geregeld. De volgende stap is nu het optimaliseren van de medicatieverificatie bij ontslag.
High Risk Medicatie: klaarmaken en toedienen van parenteralia Parenterale geneesmiddelen zijn alle geneesmiddelen die worden geïnjecteerd. Deze medicijnen moeten meestal nog een bewerking ondergaan voordat ze toegediend kunnen worden. Denk bijvoorbeeld aan oplossen of verdunnen. Het voorbereiden van deze medicatie is een heel secuur werk. Daarom zorgen de apothekersassistenten van ons ziekenhuis voor ondersteuning op de afdelingen en worden verpleegkundigen regelmatig geschoold.
Nierinsufficiëntie Wanneer de nieren afvalstoffen uit het bloed onvoldoende verwijderen, spreken we van nierinsufficiëntie. De nieren werken tijdelijk slecht of helemaal niet meer. Is het blijvend, dan spreken we van nierschade. Bij onderzoeken waarbij jodiumhoudend contrastmiddel intraveneus (viaeen ader)wordt toegediend worden de nieren extra belast. wordt om de kans op nierinsufficiëntie zo klein mogelijk te houden.
Hanny en Moniek op de Dagbehandeling
Moniek Hahné, radiodiagnostisch laborant, en Hanny Knook, seniorverpleegkundige op de Dagbehandeling, leggen uit wat gedaan
“Sinds enkele jaren werken we allemaal volgens het protocol voorzorgsmaatregelen bij jodiumhoudende contrastmiddelen. Bij alle patiënten met een verhoogd risico die door de behandelend specialist naar deMBT worden verwezen, wordt vooraf bloed geprikt om de nierfunctie te bepalen. Pas als de uitslag bekend is, wordt een afspraak op de afdeling MBT gemaakt. Wanneer blijkt dat de nieren niet goed werken, kunnen verschillende voorzorgsmaatregelen worden genomen. Dit varieert van extra drinken tot opname op de Dagbehandeling voor extra vochttoediening via een infuus. Door volgens dit protocol te werken, verminderen we de kans op nierinsufficiëntie bij patiënten met een verhoogd risico.
Voorkomen van wondinfecties na een operatie Een wondinfectie veroorzaakt onnodig pijn, angst en ongemak. Het kan er zelfs toe leiden dat je opnieuw moet worden geopereerd. Natuurlijk werd altijd al alles in het werk gesteld om de kans op wondinfecties zo klein mogelijk te houden. De invoering van VMS maatregelen en de nieuwe medische inzichten en richtlijnen, hebben ons daarbij verder geholpen. Seniormedewerker OK Ronald Nienhuis en anesthesieverpleegkundige Bas van Beek leggen uit, wat bovengenoemde maatregelen nu precies inhouden. “Conform de landelijke richtlijn ontharen we het te opereren gebied niet, want scheren kan wondjes en dus een infectie veroorzaken. En moet het toch, dan doen we het zo kort mogelijk voor de operatie met een tondeuse. We weten inmiddels dat antibiotica het beste werkt, als het 15 tot 60 minuten voor de operatie wordt gegeven. Daar houden we bij de toediening rekening mee. En mocht dat een keer niet lukken, dan overleggen we of we wat later kunnen beginnen met de operatie. Een andere maatregel is het zoveel mogelijk beperken van deurbewegingen. Ons streven is, dat zodra de operatie gaat beginnen, niemand meer de deur in of uit mag, tenzij de gezond-
heid van de patiënt in het geding is.” Als laatste maatregel noemen ze het op de juiste temperatuur houden van patiënten voor, tijdens en na de operatie. Anesthesieverpleegkundige Bas van Beek legt uit hoe belangrijk dit is. “Bij een lagere temperatuur functioneert een groot aantal processen minder, waardoor de kans op een wondinfectie toeneemt.” “Je bent er niet met het invoeren en naleven van deze maatregelen. De controle en het vastleggen van informatie is net zo belangrijk. Want daarvan leren we en kunnen we de maatregelen aanpassen, zodat we de patiëntveiligheid en kwaliteit van zorg en nog beter kunnen garanderen,” besluit Ronald.
Veilige zorg voor zieke kinderen Kinderen vormen in het ziekenhuis een bijzondere categorie kwetsbare patiënten. Omdat de tien VMS thema’s zich primair op volwassenen richten, is een elfde thema speciaal aan veilige zorg voor kinderen gewijd. Bij zorg voor kinderen spelen ouders een belangrijke rol. Want jonge kinderen kunnen zelf niet aangeven als het minder goed met hen gaat. Ook de vitale parameters zoals ademhaling, hartslag en bloeddruk zijn leeftijdsafhankelijk. In dit thema zijn onderstaande aandachtsgebieden speciaal voor kinderen uitgewerkt. - high risk medicatie - medicatieverificatie bij opname en ontslag
- verwisseling van en bij patiënten - voorkomen van lijnsepsis - vroege herkenning en behandeling van pijn
Overleg tussen Joke en Paulien
Wie in het ziekenhuis ligt, krijgt met veel zorgverleners te maken. Om te zorgen dat de juiste behandeling bij de juiste patient gebeurt, controleren we bij iedere stap in het zorgproces de naam en geboortedatum en indien nodig worden ook de ingreep, welke zijde en eventuele allergieën gecheckt. De informatie wordt altijd geverifieerd met hetgeen op papier of in de computer staat. Paulien Köchl is recoveryverpleegkundige. Ze legt uit waarom deze controle zo belangrijk is. Tijdens het zorgproces, denk bijvoorbeeld aan een operatie, krijgen patiënten met veel verschillende zorgverleners te maken. De patiënt gaat van de verpleegafdeling naar de holding, de voorbereidingsafdeling voor de OK, vervolgens wordt hij geopereerd en na de operatie gaat de patient via de recovery weer naar de afdeling. Op iedere afdeling zijn andere zorgverleners. Ieder van hen moet weten dat hij de juiste patiënt voor zich heeft en dat de informatie ook goed wordt vastgelegd. Het blijven controleren en vragen houdt ons scherp en het voorkomt fouten verwisselingen en vergissingen.” Joke Maatman werkt op de MBT (medisch beeldvormende technieken). Zij weet als geen ander hoe belangrijk het ook op deze afdeling is, om patiënten naar hun naam en geboortedatum te vragen. “Daar beginnen we al mee als de patiënt zich meldt aan de balie. Als we de patiënt ophalen voor onderzoek, vragen we opnieuw naar de gegevens. Onze afdeling werkt volledig digitaal, de gegevens die de patiënt noemt, controleren we met de gegevens in onze computer. Zo houden we de kans op fouten zo klein mogelijk. Mocht het dan toch ergens (bijna) misgaan, dan wordt hier altijd melding van gedaan. Zo bestaat er een voortdurend proces waarin we kijken of we nog iets kunnen verbeteren.
De thema’s zijn: - Voorkomen van wondinfecties na een operatie - Optimale zorg bij Acute Coronaire Syndromen (Hartinfarct) - Vroege herkenning en behandeling van de vitaal bedreigde patiënt - Voorkomen van lijnsepsis en behandeling van ernstige sepsis - Medicatieverificatie - Vroege herkenning en behandeling van pijn - Kwetsbare ouderen - Voorkomen van nierinsufficiëntie - Verwisselen van en bij patiënten - High Risk Medicatie: klaarmaken en toedienen van parenteralia - Veilige zorg voor zieke kinderen De volledige special Patiëntveiligheid vindt u op onze website, www.skbwinterswijk.nl
december 2013 | pagina 13
SKBEELD
SportmedX sportarts Mannes Naeff en sportfysiotherapeut Toon Ebben stellen zich voor Wie is Toon Ebben Toon Ebben, 54 jaar, werkt sinds 1 september 2013 vier dagen per week als sportfysiotherapeut bij SportmedX en één dag in het SKB. Toon heeft een schat aan ervaring. “Na mijn middelbare schooltijd heb ik een drietal hogere beroepsopleidingen volledig doorlopen, waaronder de Academie voor Fysiotherapie in Enschede. Na mijn afstuderen werkte ik als fysiotherapeut in Vorden. Naast dit werk heb ik verschillende sportfysiotherapie opleidingen gevolgd en ben ik een tijd in het buitenland (o.a. België en USA) geweest vanwege vervolgstudie en werk. Daarna kwam ik in aanraking met de voetbalclub de Graafschap. In eerste instantie werd ik als sportfysiotherapeut aangesteld voor de jeugdopleiding van de Graafschap, maar al snel werd ook de eerste en tweede selectie mijn doelgroep. We schrijven inmiddels 1989. Ook opende ik in die dagen een praktijk voor fysiotherapie en sportbegeleiding.
Sportarts Mannes Naeff
Sportfysiotherapeut Toon Ebben
Sinds de opening van SportmedX in september is de dertigjarige Mannes Naeff als sportarts in dienst van het SKB en werkzaam bij SportmedX. “In mijn jeugd was ik een zeer fanatiek sporter (tennis en voetbal) en heb ik ook de nodige blessures gehad. Sindsdien heeft de sportgeneeskunde mijn interesse gewekt. Toen ik de mogelijkheid kreeg om bij SKB/SportmedX te werken, wist ik al dat dit een grote kans was om de sportgeneeskunde hier op de kaart te zetten,” begint Mannes zijn introductie. Wat is sportgeneeskunde? “Sportgeneeskunde is een fantastisch vak. Binnen SportmedX werk ik nauw samen met de chirurgen, orthopedisch chirurgen en fysiotherapeuten. Wij werken als sportarts met een twee groepen patiënten. We behandelen zowel actieve sporters met een sportgerelateerd probleem als patiënten die moeten revalideren. Daarnaast zien we ook sporters zonder problemen. Ook deze groep is in tweeën te delen. De ene groep komt op consult of voor een sportkeuring om te kijken of zij dingen kunnen verbeteren of te checken of zij gezond zijn. De andere groep komt voor een verplichte sportmedische keuring. Tot slot houden we ons bezig met sportmedische begeleiding. Dat kan op individueel of op teamniveau. Zelf ben ik
betrokken bij het beloftenteam van de KNVB (onder 20 jaar). Als sportarts zorg ik voor de juiste voeding, overleg ik met de trainers over de belasting en belastbaarheid van de spelers en ben ik natuurlijk ook aanwezig voor het geval er blessures of andere medische zaken ontstaan zoals bijvoorbeeld ziekte of hartproblemen.” Sportgeneeskunde is een heel breed vak. De sportarts is opgeleid om alle sportgerelateerde klachten te onderzoeken, diagnosticeren en eventueel te behandelen. Kan de sportarts het niet zelf behandelen, dan heeft hij een uitgebreid netwerk van specialisten die de juiste behandeling kunnen geven.
In 2001 was de omvang van mijn werk (BV de Graafschap en eigen praktijk) zodanig groot, dat ik daarin een belangrijke keuze moest maken. Het blauw-witte hart was de absolute winnaar. Vanaf die tijd werkte ik fulltime in de professionele (voetbal)sport als sportfysiotherapeut voor de selectie en alle overige spelers. Ruim 23 jaar ben ik met collega’s fysiotherapie, sportverzorgers en clubartsen inhoudelijk met mijn vak bezig geweest. Daardoor heb ik een behoorlijk (sport)medisch netwerk en sportmedisch beleid opgebouwd, vooral wat betreft onderzoek en (revalidatie) behandeling van sportblessures. Deze ervaring komt heel goed van pas in mijn huidige functie.” “Iedere maandagavond houden we op de locatie in Doetinchem een inloopspreekuur voor sporters en iedereen die met sporten wil beginnen. Samen met een van de medisch specialisten - orthopeden, chirurgen of sportarts – onderzoeken we de sporters en voorzien we ze van een gedegen advies. Is verder onderzoek en/of behandeling nodig, dan dient de sporter eerst naar zijn eigen huisarts te gaan. De huisarts kan op basis van de bevindingen van SportmedX zelf een behandelplan opstellen of de sporter doorverwijzen. Is dat laatste het geval, dan kan SportmedX daar weer een belangrijke bijdrage leveren, van het aanbieden van sportmanuele therapie, inspanningstesten, keuringen tot aan operatieve ingrepen. Hierbij vormt het SKB de thuishaven.” In het SKB werkt Toon sportfysiotherapeut voor individuele patienten. Hij werkt samen met de orthopeden, chirurgen en manueel- en podotherapeuten binnen het sportspreekuur. Gezamenlijk zien en behandelen ze patiënten en sporters met sportletsel. Een inmiddels al jaren bekend initiatief, wat we in de nabije toekomst verder willen uitbreiden.
SportmedX Sinds half september is in Doetinchem het instituut voor sport en bewegen, SportmedX, geopend. SportmedX is onderdeel van het SKB. Voorheen ging SportmedX door het leven als Sportspreekuur. Het Sportspreekuur in Winterswijk bestaat nog steeds, maar is onderdeel geworden van het overkoepelende SportmedX. SportmedX biedt op een laagdrempelige manier snelle en deskundige ondersteuning, zodat jij als sporter, letterlijk en figuurlijk, weer snel op de been bent. Het team van sportmedisch specialisten staat voor je klaar en je kunt bij ons terecht voor onder meer sportmedisch onderzoek, training/wedstrijdbegeleiding, inspanningstesten en keuringen, second opinion, sportfysiotherapie, manuele therapie, podotherapie enz. Op www.sportmedx.nl staat het volledige overzicht.
december 2013 | pagina 15
SKBEELD
MINISPECIAL PATIENTVEILIGHEID Een hartinfarct Patiëntveiligheid Het SKB staat voor veilige en betrouwbare zorg van hoge kwaliteit. Daar kunt u op rekenen. Sterker nog, wij vinden dat beide thema’s – veiligheid en kwaliteit - de fundamenten van ons ziekenhuis zijn. Hoewel we ons in deze special richten op de patiëntveiligheid, is veiligheid breder. Denk hierbij aan de veiligheid van medewerkers en informatiebeveiliging. Om deze veiligheid en kwaliteit te kunnen blijven waarborgen en verder te verbeteren, werken we volgens een vast kwaliteitssysteem. We voeren regelmatig interne controles uit (interne audits) en we zijn aangesloten bij het NIAZ, het Nederlands Instituut voor Accreditatie in de Zorg. Het hieraan gekoppelde kwaliteitskeurmerk hebben we al een heel aantal jaren. Ook landelijk is veel aandacht voor de kwaliteit en veiligheid in ziekenhuizen. In 2008 zijn bijna alle Nederlandse Ziekenhuizen gestart met het invoeren van een veiligheidsmanagementsysteem
(VMS) met als doel in vijf jaar de potentieel vermijdbare schade en sterfte (schade en sterfte die voorkomen had kunnen worden) met vijftig procent terug te dringen.
Voorkomen van lijnsepsis en behandeling van ernstige sepsis Een ander woord voor sepsis is bloedvergiftiging. Het is een reactie van het lichaam op een infectie. Lijnsepsis is een bloedvergiftiging die is ontstaan doordat bacteriën via een infuus het lichaam in zijn gekomen. Dit kan leiden tot levensbedreigende situaties. “Om (lijn)sepsis zo veel mogelijk te voorkomen, screenen we op de Intensive Care alle patiënten met een centrale lijn (infuus). De uitkomsten ervan leggen we vast, zodat iedere zorgverlener altijd en overal de actuele informatie kan opvragen,” vertellen IC verpleegkundigen Erica Rexwinkel en Irma Winkelhorst. Wanneer verpleegkundigen het vermoeden hebben dat een patiënt een sepsis heeft, dan kunnen ze altijd een beroep op de deskundigheid van de IC verpleegkundigen. Zij zijn getraind in het meten en interpreteren van de infectieparameters en kunnen daardoor snel handelen. Dat doen ze vanzelfsprekend in samenspraak en onder supervisie van de arts. Internist Menno Beukema vult aan, dat wanneer je sepsis in een vroeg stadium herkent, kunt voorkomen dat de pati-
ent meer ziek wordt. “Patiënten kunnen op de afdeling worden behandeld en overplaatsing naar de IC is niet nodig. Op alle afdelingen werken we volgens een vaste standaard. Heeft een patiënt koorts, dan wordt een vragenlijst doorlopen. Verpleegkundigen zijn alerter en kunnen zelf ook de situatie beter inschatten. Hierdoor sporen we sepsis sneller op en kunnen we direct gaan behandelen. Dat is de grootste winst die we door de invoering van het VMS thema hebben bereikt.”
Pijn
Hart- en vaatziekten zijn nog altijd doodsoorzaak nummer een in de westerse wereld. In Nederland sterven per jaar ongeveer 40.000 personen aan hart- en vaatziekten. De Hartstichting schat dat er per jaar in Nederland zo´n 36.000 mensen een hartinfarct krijgen. Het inzetten van vroegtijdige adequate behandeling voorkomt vermijdbare schade of sterfte. “Daarom screenen we iedere patiënt die met een mogelijk hartinfarct in ons ziekenhuis komt. Deze screening maakt duidelijk welk risico de patiënt loopt en welke behandeling het beste bij zijn of haar ziektebeeld past. Mogelijk een hartcatheterisatie en afhankelijk van de bevindingen bespreking voor een dotterbehandeling of bypassoperatie. Ook een behandeling met medicijnen behoort tot de mogelijkheden. Hierdoor kunnen we de zorg nog beter op de patiënt afstemmen,” legt cardioloog Jelle-Henk Hofstra uit. “Mag de patiënt weer naar huis na een acuut coronair syndroom, dan wordt bij voorkeur een medicatiebundel voorgeschreven. Dit wordt ook wel de gouden vijf medicatie genoemd, die optimaal zijn bij deze patiëntencategorie. Door de invoering van deze maatregelen vergroten we de overlevingskans aanzienlijk bij deze patiëntencategorie.”
Vroege herkenning en behandeling van de vitaal bedreigde patiënt De belangrijkste vitale functies van het lichaam zijn de ademhaling, de luchtwegen, de bloedsomloop, het bewustzijn en de lichaamstemperatuur. Om uitval van één of meerdere vitale functies zo snel mogelijk te herkennen, werken we met een scorelijst. Is de score boven een bepaalde waarde, of heeft een verpleegkundige een ‘niet pluis gevoel, dan roept ze de Spoed Interventie Team (SIT) op. Door snel en adequaat the handelen kunnen we voorkomen dat de patiënt zieker wordt. Het SIT bestaat uit IC verpleegkundigen. Zij zijn speciaal opgeleid om de situatie van patiënten te kunnen beoordelen. De IC verpleegkundige maakt samen met de verpleegkundige van de afdeling een inschatting over de ernst van de situatie. De afdelingsverpleegkundige informeert vervolgens de behandelend specialist en schakelt indien nodig de hoofdbehandelaar in.
“Een patiënt met veel pijn heeft meer kans op complicaties zoals een minder snel herstel, een longontsteking of zelfs chronische pijn. Toch geven veel patiënten niet aan dat ze pijn hebben. Daarom is het zo belangrijk meerdere malen per dag de pijn te meten. Hiervoor maken we gebruik van een liniaaltje waarop ze op een schaal van 0 tot 10 kunnen aangeven hoeveel pijn ze ervaren,” legt Remko ter Riet, anesthesieverpleegkundige en lid van het Pijnteam, uit. Afhankelijk van de score, wordt de patiënt direct behandeld. Anesthesioloog Ria Huntink voegt hieraan toe dat voor goede pijnbestrijding continuïteit een vereiste is. “Pijnmedicatie voorschrijven is niet zo moeilijk maar het effect moet ook vervolgd en eventueel aangepast worden. Voor elke vorm van pijn geldt dat de bestrijding ervan maatwerk is.” Zichtbaar resultaat Een goed voorbeeld waaruit blijkt dat een adequate behandeling van pijn leidt tot minder complicaties en sneller herstel, is de pijnmeting bij patiënten die een totale knieoperatie hebben onderaan. Het bleek dat patiënten teveel pijn hadden en de fysiotherapeut gaf aan dat patiënten moeilijk waren te mobiliseren. Door een andere pijnbestrijding toe te passen, hadden patiënten minder pijn, konden sneller starten met fysiotherapie en daardoor eerder naar huis.
Het VMS stelt als doel dat bij alle klinische patiënten drie keer per dag pijn wordt gemeten en dat zowel patiënten en medewerkers goed moeten zijn voorgelicht. Het drie keer per dag meten gebeurt al sinds langere tijd. In september jl. is het herziene pijnprotocol geïntroduceerd en zijn opnieuw verpleegkundigen geschoold.
Ons Pijnteam
Kwetsbare ouderen Kwetsbare ouderen hebben bij hun opname in een ziekenhuis meer kans op complicaties, zoals vallen, delier, ondervoeding en verminderde zelfredzaamheid. Veel van deze complicaties hebben tot gevolg dat de oudere patiënt niet meer op hetzelfde niveau kan functioneren als voordat hij werd opgenomen.
“Om dit risico zo klein mogelijk te houden, nemen we bij alle patiënten van 70 jaar en ouder, die opgenomen worden in het ziekenhuis, een vragenlijst af. Op basis van de uitkomsten zie je of iemand een verhoogd risico heeft. Is dat het geval, dan nemen we extra maatregelen die ervoor zorgen dat de patiënt na zijn opname weer zo goed mogelijk kan functioneren,” leggen Chantal te Braake, verpleegkun-
dig specialist Geriatrie i.o. en Marianne Ubbink, verpleegkundig consulent Geriatrie, uit. Bij deze screening controleren we ook op ondervoeding. Het is belangrijk dat patiënten goede voedingsstoffen en vitamines binnenkrijgen. Merken we dat een patiënt ondervoed is, dan wordt zo nodig de diëtiste ingeschakeld.