Signalen van bewoners uit de Stationsbuurten Noord en Zuid: vragen en antwoorden

Signalen van bewoners uit de Stationsbuurten Noord en Zuid: vragen en antwoorden Deze bundel geeft een synthese van signalen van bewoners uit de Stationsbuurten Noord en Zuid, verzameld door de Gebiedsgerichte Werking naar aanleiding van het wijkdebat op 31 januari 2011 en de daaropvolgende thema-avond ‘Mobiliteit en openbaar vervoer’ van 3 maart 2011. De signalen werden verzameld via: - een voorbereidende workshop voor de Stationsbuurt Noord - een voorbereidende workshop voor de Stationsbuurt Zuid - een gesprek met de Centrumraad van Dienstencentrum De Regenboog. Daarnaast werden ook individuele signalen opgenomen, evenals reacties die leerlingen uit basisscholen gaven in het kader van het project ‘Thuis in het Stadhuis’. De bundel is ingedeeld in de volgende thema’s: 1. WEGEN EN VERKEER ....................................................................................................2 1.1. Staat van de wegen & trottoirs .....................................................................................2 1.2. Heraangelegde wegen ..................................................................................................3 1.3. Wegenwerken ..............................................................................................................4 1.4. Doorstroming en bereikbaarheid ..................................................................................5 1.5. Sluipverkeer weren ......................................................................................................6 1.6. Verkeerssnelheid..........................................................................................................6 1.7. Openbaar vervoer.........................................................................................................8 1.8. Fietsers en voetgangers ..............................................................................................10 1.9. Parkeren.....................................................................................................................12 1.10. Diverse ....................................................................................................................15 2. HET PROJECT GENT SINT-PIETERS ...........................................................................16 2.1. Welke werken? ..........................................................................................................16 2.2. Impact tijdens de werken............................................................................................16 2.3. Impact van het project na de werken ..........................................................................19 2.4. Communicatie over de werken...................................................................................20 3. MILIEU EN GROEN .......................................................................................................20 3.1. Groen.........................................................................................................................20 3.2. Milieu ........................................................................................................................22 4. EEN AANGENAME WOONOMGEVING ......................................................................24 5. OVERLAST .....................................................................................................................25 6. ANDERE .........................................................................................................................27

Wijkdebat en thema-avond ‘Mobiliteit en openbaar vervoer’ - vragen en antwoorden (januari en maart 2011)

1. WEGEN EN VERKEER 1.1. Staat van de wegen & trottoirs Vraag: Bewoners geven aan dat een aantal wegen en trottoirs in slechte staat is. Worden concreet genoemd: de straten tussen Voskenslaan en Kortrijksesteenweg (ondermeer Leeuwerikstraat en Maaltebruggestraat), zijstraten van de Fabiolalaan, Monterreystraat, trottoir van de Ottergemsesteenweg, de Congreslaan, de Sint-Denijslaan. Door de slechte staat van rijweg of trottoir rijden fietsers soms op het trottoir (slechte kasseien), of stappen voetgangers op straat (losse stenen, niveauverschillen in voetpad). Wanneer worden welke wegen en trottoirs aangepakt? En kan in sommige straten een woonerf worden aangelegd? Antwoord: In Gent zijn er 2600 straten. Daarvan verkeren er meerdere niet in allerbeste staat. De Stad kan niet alle straten tegelijk aanpakken want dat kost erg veel geld. Daarom probeert de Stad om systematisch de straten die er het slechtst bij liggen, eerst aan te pakken. Dit gebeurt vaak in combinatie met andere werken, bv aanleg van rioleringen, werken van De Lijn of het Vlaamse Gewest ... De Stad heeft hiervoor een meerjarenplanning opgemaakt, en houdt een WIS (Wegen Informatie Systeem) bij. In het WIS zijn alle straten opgenomen, en wordt de staat van de rijweg, het fietspad of het trottoir opgenomen. Afhankelijk van de staat, krijgt de straat een code, gaande van A (pas aangelegd) tot D3 (liggen er heel slecht bij). De Stad maakt ook een trottoiractieplan op. Daartoe werd de stad in 20 gebieden ingedeeld, en worden 4 gebieden per jaar aangepakt. In elk gebied worden de trottoirs bestudeerd, en worden eerst die voetpaden aangepakt, die er slecht aan toe zijn en waar het meeste voetgangers gebruik van maken (bv bij een school, een rusthuis …). Momenteel wordt het trottoiractieplan voor de Stationsbuurten afgewerkt. Het plan zelf zal in de loop van 2012 en 2013 worden uitgevoerd. Daarnaast herstelt de Stad de trottoirs waar nodig, en bij heraanleg wordt het trottoir volledig vernieuwd. De straten tussen Voskenslaan en Kortrijksesteenweg hebben volgende quotering gekregen: - Leeuwerikstraat, Hofmeierstraat, Goudenregenstraat: kasseibestrating kwaliteit C3, - Deel Hof ter Mere, Reigerstraat: betonstraatstenen C3 - Maaltebruggestraat: kasseibestrating kwaliteit C2 - De Monterreystraat heeft een kasseibestrating met kwaliteit D. Voor deze straten bestaan momenteel geen plannen voor heraanleg. Ook voor de Congreslaan bestaan momenteel geen plannen voor heraanleg. Een woonerf kan enkel aangelegd worden wanneer de verkeersdichtheid lager is dan 100 à 120 auto’s per uur, met weinig doorgaand verkeer en geen doorkomst van openbaar vervoer. Bovendien mag de afstand van om het even welke plek in een woonerf tot een gewone verkeersweg niet meer dan circa 500 m bedragen. Recente of huidige heraanleg / toplaagvernieuwing: - Koningin Elisabethlaan 2


- Het kruispunt van de R40 en de Kortrijksesteenweg - De Kortrijksesteenweg (tussen de stadsring en de Koningin Elisabethlaan) - Koningin Fabiolalaan (deel tussen Maria Hendrikaplein en Aaigemstraat) - V. Vaerwyckweg (nieuwe verbindingsweg naar parking ikv project Gent Sint-Pieters) - Baliestraat (2009) - Trottoirs Tennisbaanstraat (2009) - Toplaagvernieuwing in de Karel Lodewijk Ledeganckstraat, de Herfststraat en een deel van de Stropstraat (2010) en in de Uilkensstraat, Parklaan (2009) Geplande heraanleg wegen of toplaagvernieuwing: - Sint-Denijslaan: zie verslag thema-avond - Voor de Tenderstraat, de Verpleegsterstraat en de Distelstraat zijn de opmetingen en concepten gemaakt. De timing van deze werken is nog niet bepaald, en hangt oa af van het sociaal huisvestingsproject in de Verpleegsterstraat. - Burggravenlaan (zone rond Stropbrug): de Stad werkt nog aan de plannen, de timing van de werken ligt nog niet vast. - Toplaagvernieuwing: overblijvende deel van de Stropstraat, Holdaal (in 2011); Tuinwijklaan na uitvoering nutswerken (allicht 2012). - Gedeeltelijke heraanleg van de trottoirs van de Emile Clauslaan en van de Hofbouwlaan (2012) Vraag: Iemand vraagt zich ook af wanneer de kapotte afsluitingen en paaltjes langs de Voskenslaan (bv aan de tramhaltes Textielinstituut en Atheneum) zullen worden hersteld. Antwoord: De Lijn staat in voor het herstel van de afsluitingen langs de tramhaltes. Vraag: De toegankelijkheid van trottoirs wordt ook gehinderd door zaken als overgroeiende hagen en sneeuw op de trottoirs (bv op de Zwijnaardsesteenweg en Lucas De Heerestraat). Het is belangrijk te sensibiliseren. Antwoord: Bewoners moeten ervoor zorgen dat hun beplanting niet over het trottoir hangt op minder dan 2,5 m boven de grond. Verder moeten zij het trottoir over een breedte van 1 m sneeuw- en ijsvrij houden. Weggeruimd sneeuw en ijs moeten daarbij op de uiterste rand van het trottoir opgestapeld worden en niet op de rijweg. In eerste instantie spreekt de politie de verantwoordelijke bewoners aan en wijst hen op hun verantwoordelijkheid ivm het onderhoud van het trottoir. Het is voor de politie echter niet steeds gemakkelijk om de bewoners thuis te treffen, of om de verantwoordelijken te bepalen (bv in geval van appartementsgebouwen en studentenwoningen). Voor het sneeuw- en ijzelvrij maken van de trottoirs voerde de politie bij langdurige wintertoestanden in het verleden al preventieve en/of repressieve acties. De politie tracht ook via de media een maximale sensibilisering te bewerkstelligen. Daarboven hebben de gemeenschapswachten-vaststellers in 2010 in totaal 57 bestuurlijke verslagen hierover opgemaakt.

1.2. Heraangelegde wegen Vraag: Bewoners geven opmerkingen over de nieuwe aanleg van de stationslanen: - Bussen nemen te veel plaats in. 3


-

De greppel in de Clementinalaan en Elisabethlaan is gevaarlijk en schept onduidelijkheid over de wegindeling. Het gebrek aan fysieke barrière tussen trottoir en fietspad in de Voskenslaan en in de Albertlaan leidt tot conflicten tussen voetgangers en fietsers. De straatbomen langs de Albertlaan veroorzaken allergische reacties.

Men vraagt om de fietspaden voldoende kwaliteitsvol in te richten, zonder borduren of betonstenen. Antwoord: - ivm aanleg Clementinalaan en Elisabethlaan: zie verslag wijkdebat. - Langs de Albertlaan werden platanen geplant. Allergie tegen pollen van plataan is niet gekend, maar een beperkt aantal mensen zou wel last ondervinden van bladharen die bij het ontluikende blad vrijkomen. Dit is een tijdelijk fenomeen. Het is onmogelijk om alle platanen die in de stad werden aangeplant te verwijderen. Deze boomsoort komt niet enkel voor in de K. Albertlaan maar ook aan het M. Hendrikaplein, de Coupure,.... Zowel bladharen als pollen kunnen over verschillende kilomeers worden meegevoerd door de wind. Het verwijderen van de platanen (en andere overlast veroorzakende boomsoorten) zou dus helemaal geen oplossing bieden voor deze problemen. Bovendien is plataan een boomsoort die zeer goed groeit in stedelijke omstandigheden. - Er wordt steeds geprobeerd om de kwaliteit van de fietspaden zo goed mogelijk te laten zijn. Soms is een klein borduurtje (1 cm) nodig om het regenwater in de goot te houden – dit hangt af van de situatie ter plaatse. - Bij de heraanleg van de Voskenslaan werd het fietspad inderdaad op gelijke hoogte aangelegd met het trottoir. Dit heeft als voordeel dat de beschikbare ruimte soepeler kan worden gebruikt, waardoor de uitwijkmogelijkheden voor fietsers en voetgangers worden uitgebreid in drukke periodes. Vroegere ervaringen hebben immers aangetoond dat in drukke periodes voetgangers immers ook op het fietspad lopen of fietsers op het trottoir fietsen, zelfs al bestaat er een drempel tussen fietspad en trottoir. Dan is een drempel geen goede optie wat betreft veiligheid voor fietsers en voetgangers, want zij zouden immers kunnen vallen door een drempel. Bij de heraanleg van dergelijke trottoirs en fietspaden op gelijke hoogte wordt wel een visuele scheiding ingebouwd tussen trottoir en fietspad. 1.3. Wegenwerken Vraag: Wanneer zal De Sterre heringericht worden? Antwoord: zie verslag thema-avond. Vraag: Wanneer komt de nieuwe riolering (gescheiden systeem) in de Kortrijksesteenweg? Antwoord: Naast de huidige heraanleg is voor de overig delen van de Kortrijksesteenweg in de wijk geen verdere heraanleg gepland. Vraag: De wegeniswerken zijn onvoldoende op elkaar afgestemd (vb Kortrijksesteenweg – R40). Antwoord: Er was al lang nood aan heraanleg van Elisabethlaan en Kortrijksesteenweg en ook handelaars vroegen om die straten te verbeteren. De werken hebben echter grote 4


vertragingen gekend, waardoor de afstemming met andere werken in het gedrang kwam. Er wordt met alle betrokken partijen regelmatig overleg gepleegd om de hinder zoveel als mogelijk te beperken. De Stad heeft ook overlegd met alle betrokken instanties (Vlaamse overheid, De Lijn, Infrabel, NMBS-holding, enz) om de planning van alle wegenwerken in kaart te brengen en te kijken welke werken eventueel uitgesteld kunnen worden, zodat de stad bereikbaar blijft en er een doorstroming van het verkeer mogelijk blijft.

1.4. Doorstroming en bereikbaarheid Vraag: De spoorweg vormt een barrière tussen Stationsbuurt Noord en Zuid. Het sluiten van de Voskenstunnel was geen goed idee, stellen verschillende bewoners. Hierdoor is er over een langere afstand geen autoverbinding tussen de buurten ten noorden en ten zuiden van het station. Verder geeft men aan dat er te weinig toegangswegen zijn en de verkeersdruk op de grote assen te groot is. Bewoners van de Stationsbuurt Noord voelen zich ingesloten door de verkeersassen. Bewoners klagen dat ze vaak een grote omweg moeten maken om op hun bestemming te geraken (bv van de Ganzendries naar de Alberlaan of de Watersportbaan). Of chauffeurs rijden verloren en verliezen tijd omdat hun gps niet aangeeft dat de Voskenstunnel gesloten is. Antwoord: Voor voetgangers en fietsers zijn er steeds evenveel toegangswegen gebleven als vroeger. Voetgangers en fietsers kunnen nu immers door de zogenaamde voorlopige tramtunnel passeren. Omwille van de werken zijn een aantal autopassages beknot, steeds met een duidelijke bewegwijzering voor de omleiding. Het is immers niet mogelijk om wegenwerken uit te voeren, en toch nog alle verkeer door te laten. De wijzigingen zijn doorgegeven aan Teleatlas, en GPS-providers houden dit ook zelf in de gaten. Ook Stad Gent zal het stadsplan laten aanpassen. Het probleem is dat niet alle gewijzigde gegevens meteen online zichtbaar zijn en dat veel mensen hun GPS of CD-rom niet regelmatig actualiseren. Zie ook verslag wijkdebat en verslag thema-avond. Vraag: Meerdere bewoners vragen om de open afrit van de R4 aan de Sint-Denijslaan pas af te sluiten wanneer de Boentweg is afgewerkt. Een andere suggestie: een pasje voor buurtbewoners, om hen toe te laten door de parking te passeren tussen Rijsenbergbuurt en Sint-Denijslaan. Een ander stelt dan weer dat al meerdere keren bij hem werd ingebroken en vraagt om de open afrit naar de R4 zo snel mogelijk te sluiten. Antwoord: zie verslag thema-avond. De oude afrit van de R4 aan de M. Dupuislaan werd vervangen door de Vaerwyckweg. De nieuwe connectie is voor buurtbewoners uit de Rijsenbergwijk bereikbaar via de Snepkaai en

5


de Sint-Denijslaan. Bewoners door de Timichegtunnel laten rijden met een pasje doen we niet. 1.5. Sluipverkeer weren Vraag: Uit verschillende straten komen klachten over sluipverkeer, met de vraag het doorgaand verkeer te weren uit woonstraten. Concreet noemt men hierbij de buurt tussen Voskenslaan en Kortrijksesteenweg (ondermeer Tuinwijklaan en Maaltebruggestraat), de Lostraat, de Stormvogelstraat en de Meersstraat. Suggesties: - plaatselijk verkeer in woonstraten. - opmaak van een verkeerscirculatieplan voor de Stationsbuurt Zuid, met inspraak voor buurtbewoners en een proefperiode. Antwoord: zie verslag wijkdebat en verslag thema-avond. Aanvulling: De verkeerscirculatie zal in de toekomst lichtjes anders zijn dan nu, want in het stuk Sint-Denijslaan achter het station zal de rijrichting worden omgekeerd. Dit zal automatisch een vermindering van het verkeer door de buurt teweegbrengen. Tussentijds zullen geen wijzigingen in de globale verkeerscirculatie worden aangebracht. Wat de Maaltebruggestraat betreft, voerde Dienst Mobiliteit een tijd geleden op vraag van enkele bewoners een groot onderzoek naar sluipverkeer. Als gevolg van dit grote onderzoek werd met de stelplaats van de bussen en vrachtwagens afgesproken dat zij zoveel als mogelijk langs de Sterre wegrijden, en bij latere controles bleek ook dat deze voertuigen zich hier aan hielden. Er zijn echter nog andere functies en bedrijven in deze straat (bv de school) die toch ook wat verkeer aantrekken. Vraag: Ook in de Schoonmeersstraat passeert sluipverkeer van chauffeurs die over de terreinen van de Hogeschool van de R4 naar de Voskenslaan rijden en omgekeerd. Antwoord: zie verslag thema-avond. Aanvulling: Het is inderdaad de afspraak dat de ingang van de Hogeschool in de Schoonmeersstraat afgesloten wordt, en enkel kan opengezet worden voor leveringen. Het is absoluut de bedoeling om de doorrijbeweging tussen Voskenslaan / Schoonmeersstraat enerzijds, en R4 anderzijds tegen te gaan. Momenteel werkt de Hogeschool echter aan een masterplan, waardoor belangrijke wijzigingen zullen optreden op hun terrein. Wanneer die plannen duidelijk zijn, zal bekeken worden hoe men het sluipverkeer van de Schoonmeersstraat naar de R4 kan verhinderen.

1.6. Verkeerssnelheid Vraag: Er zijn klachten over te snel verkeer. Men vraagt zone 30 af te dwingen, oa in de Leeuwerikstraat, Tuinwijklaan, door specifieke maatregelen (bv beter aangeven van zone 30 in de Leeuwerikstraat). Taxichauffeurs zouden ook vaak te snel rijden, bv op de bus- en trambedding. Ook bussen rijden te snel in zone 30 (bv Parklaan, Sportstraat). Antwoord: 6


-

Ivm Tuinwijklaan en omgeving: zie verslag wijkdebat. De chauffeurs van De Lijn moeten uiteraard ook de wegcode volgen. Wanneer zij in een straat rijden waar de snelheid beperkt is tot 30 km/uur mogen zij deze zeker niet overschrijden. Door de omvang van bussen kan er echter ook een subjectief gevoel van overdreven snelheid worden ervaren. De controlediensten van De Lijn houden regelmatig toezicht op de snelheid en de rijstijl van de chauffeurs. Zij doen dit door met een wagen achter de bus te rijden. Op die manier kunnen chauffeurs die zich niet aan de wegcode houden hierover aangesproken worden. Tot slot worden bussen die te snel rijden ook ‘geflitst’ en beboet bij overdreven snelheid. Tijdens de overlegmomenten met de sector van de taxichauffeurs wordt geregeld gewezen op klachten over onaangepast gedrag van de chauffeurs. Overtredingen worden geverbaliseerd. Zo werden tijdens een recente snelheidscontrole op de P. Clementinalaan 556 voertuigen gecontroleerd. Daarvan werden 306 voertuigen (waaronder 34 bussen en 50 taxi’s) geverbaliseerd omdat zij te snel reden.

Vraag: Ook vanuit de Stormvogelstraat komt een klacht over de verkeerssnelheid. Men komt snel aangereden vanuit de Dupuislaan en heeft daarbij de neiging de bochten af te snijden tussen Snepkaai-Dupuislaan-Stormvogelstraat-Steltloperstraat. Suggestie: de bochten herinrichten zodat de snelheid wordt afgeremd. Antwoord: Het verkeer in de Stormvogelstraat – Steltloperstraat is puur lokaal verkeer, want deze straten leiden niet naar een andere bestemming. In principe kan men deze bocht niet met grote snelheid nemen. De bocht afsnijden is natuurlijk wel mogelijk, maar dat is dan een gevolg van slecht rijgedrag. De aanleg van een verkeersdrempel of een plateau in de Dupuislaan is niet zo evident. De Dupuislaan is immers erg kort, en de aanleg van een plateau zal de beschikbare parkeercapaciteit wegnemen. In de bocht kan sowieso geen plateau aangelegd worden, wegens niet wettelijk. De politie zal overgaan tot de plaatsing van een preventief snelheidsbord. Indien uit de analyse van de preventieve snelheidsmetingen blijkt dat er inderdaad sprake is van een snelheidsproblematiek dan zal de politie overgaan tot het uitvoeren van repressief snelheidstoezicht ('flitsen'). Vraag: Niet iedereen is liefhebber van verkeersdrempels: in de Ottergemsesteenweg zijn er klachten van overlast ten gevolge van de drempel. Antwoord: Op 11/1/11 was er een gesprek met buurtbewoners, waarbij het vertragend effect van de drempel toegelicht werd, samen met de theoretische mogelijkheden om het verkeer te vertragen en hun voor- en nadelen. Er werd hier beslist om de drempel, ook al ligt ze in een zone 30, toch extra aan te duiden met bebording. Bovendien zullen we hier een parkeeronderzoek houden om na te gaan hoe zwaar de parkeerdruk is. De opmerkingen die op de vergadering geformuleerd werden, worden meegenomen in de evaluatie van de snelheidsremmers. Vraag: Iemand vraagt zich af of het nog nodig is een tweevaksrijbaan aan te houden aan de Verenigde Natieslaan (aanzettend tot snel rijden) nu er geen feitelijke doorgangsmogelijkheid meer is in de Stationsbuurt Noord?

7


Antwoord: Op dit moment wordt de Verenigde Natieslaan nog niet heringericht. Op het moment dat deze herinrichting aan de orde is, zal het profiel herbekeken worden.

1.7. Openbaar vervoer Vraag: Gebruikers van het openbaar vervoer betreuren het dat het einduur van bussen en trams vervroegd is. Zo is het bv niet meer mogelijk om na een optreden (om 22u30) nog met het openbaar vervoer huiswaarts te keren. Antwoord: zie verslag thema-avond. Vraag: Er wordt tevens opgemerkt dat de uren van de trams en de bussen te vaak veranderen. Die veranderingen worden niet altijd correct en tijdig gecommuniceerd. Ook bij stakingen zou meer informatie moeten beschikbaar zijn. Iemand vraagt om de informatie niet enkel via internet te verspreiden. Suggestie: nieuwe uurregeling ook op bussen of via teletekst aanbieden. Antwoord: In het geval van de veranderende buslijnen communiceert De Lijn via affiches, website enz. enkel naar de gebruikers van De Lijn, niet naar bewoners. Er is met De Lijn afgesproken dat zij ook tijdig het Infopunt op de hoogte brengen bij veranderingen, dan kan daar geoordeeld worden of een bewonersbrief nodig is. Dit kan evenwel niet voor elke verandering van een bushalte, want dit is organisatorisch niet haalbaar. Bovendien is ook niet iedereen in de stationsbuurt busgebruiker. De Lijn biedt geen folders meer aan op de bussen of trams. Die folders werden in het verleden wel aangeboden op de voertuigen, maar werden dan geregeld op de grond gegooid, gescheurd … Bovendien is het praktisch niet haalbaar om folders in bussen aan te bieden. Bussen worden immers op alle lijnen ingezet waardoor het moeilijk is om te weten welke folder er dan op welke bus moet komen. Folders kunnen steeds gratis afgehaald worden in de Lijnwinkels en via De LijnInfo (070 220 200) gratis aangevraagd worden. Bij stakingen bezorgt De Lijn de media bijna elk uur een nieuwe stand van zaken. Voor de meest recente informatie kan men de website raadplegen of contact opnemen met De LijnInfo. Die info op teletekst plaatsen is geen optie omdat de info die De Lijn verstrekt bij stakingen te gedetailleerd en uitgebreid is om op teletekst te vermelden. Vraag: Meerdere mensen vragen bijkomende haltes of herstel van vroegere buslijnen: - er wordt gevraagd naar het herstel van de oorspronkelijke route van buslijnen 76-77-78, met haltes op de Kortrijksesteenweg. - Bewoners van de Fabiolalaan geven eveneens aan dat ze momenteel ver moeten stappen naar de meest nabije halte. - Doordat bus 9 via de Sportstraat rijdt, zijn 2 of 3 haltes afgeschaft. Kan tussen de Rijsenbergstraat en de halte Meersstraat een tijdelijke tussenhalte ingericht worden (bv hoek Sportstraat - Albertlaan)? Antwoord: 8


Zie verslag thema-avond. De Lijn bestudeert de mogelijkheden wat betreft bus 9. Vraag: Bewoners hebben ook vragen over de toekomstplannen van De Lijn: - Wat is de stand van zaken ivm de vertramming van lijn 7, en wat betekenen die plannen voor de Parklaan? - Komt er in de Ottergemsesteenweg een tram naar het nieuwe voetbalstadion? Antwoord: - Voor de vertramming van lijn 7 is het traject nog niet gekend. Hiervoor moet nog een verkeersplanologische studie gemaakt worden. Behoud van de waardevolle bomen in de Parklaan en in het Citadelpark is ook voor de Stad een prioriteit en zal worden meegenomen in de randvoorwaarden bij de planning en de uitvoering van de tramlijn. - In eerste instantie zal tram 4 doorgetrokken worden tot aan de nieuwe ingang van het UZ. Het is mogelijk dat deze tramlijn later verder doorgetrokken wordt naar het stadion, langsheen de Ottergemsesteenweg-Zuid. Dit is echter nog niet definitief beslist. Vraag: Iemand vraagt hoelang de perrons 22-23 aan de achterkant van het station zullen blijven. Antwoord: Dat is nog niet exact geweten. Eind 2012 worden 4 extra perrons op het nieuwe busstation in dienst genomen. Die perrons hebben echter nog niet de volledige lengte. Op dit moment weet De Lijn nog niet welke buslijnen daar dan bijkomend zullen halteren. Vraag: Tot slot klagen sommige bewoners over hinder, die door het openbaar vervoer wordt veroorzaakt: - Piepende tramsporen en het daveren van hun huizen in de nabijheid van wissels op het Maria Hendrikaplein en in de bocht van de tramsporen aan het kruispunt van de Voskenslaan en de Sint-Denijslaan. - Geluidsoverlast door de vele bussen in de Albertlaan. Men vraagt of de huidige frequentie er zal worden behouden. Antwoord: - De huidige frequentie zal behouden blijven op de Albertlaan. - De trillingen aan het Maria Hendikaplein worden veroorzaakt door versleten wisselnaden. Er zijn nieuwe besteld, maar die zullen pas in augustus kunnen worden geïnstalleerd. Enkele woningen op het plein klagen over trillingen. Een spoorexpert van De Lijn is bij de klagers langs geweest. De trillingen worden niet veroorzaakt door het project, dat daar niet aan de sporen werkte. Door de werken aan de Kortrijksesteenweg passeerden wel veel meer trams langs de Koning Albertlaan. Vanaf april kunnen de trams opnieuw in beide richtingen over de Kortrijksesteenweg rijden. Dan zullen de trillingen allicht verminderen. Het is opmerkelijk dat mensen die vroeger geen last hadden van trillingen er nu soms wel last van hadden en omgekeerd. Dit wordt allicht mee veroorzaakt door de ondergrond. Trillingen zoeken immers hun ‘weg’ langs de gemakkelijkste route. - De Lijn nam een nieuwe type smeerinstallatie in gebruik om het booggeluid in bochten tegen te gaan. Tegen eind februari zullen alle nieuwe smeerkoppen geïnstalleerd zijn. Die smeren alle bochten, dus ook die aan de Albertlaan en aan de Sint-Denijslaan. 9


1.8. Fietsers en voetgangers Vraag: Er wordt meer aandacht gevraagd voor fietsers en voetgangers, zeker naar aanleiding van de werken aan het station. Antwoord: Bij de heraanleg van een straat houdt de Stad rekening met verschillende aspecten. Afhankelijk van de hiërarchie van de straat, de beschikbare breedte, de functies die aanwezig zijn en de omgevingscapaciteit wordt een ontwerp opgemaakt. Voetgangers en fietsers zijn steeds erg belangrijk, maar er zit geen rek op de beschikbare ruimte. Bij een heraanleg worden de voetpaden steeds vernieuwd naar de huidige breedtenormen, die breder zijn dan wat vroeger verplicht was. Bijgevolg sneuvelen er in veel straten parkeervoorzieningen, waardoor de vraag naar extra fietspaden steeds afgewogen moet worden tegen de noodzaak om de resterende parkeercapaciteit te behouden. Voetgangers en fietsers hebben dus een zekere prioriteit bij herinrichting, maar niet ten koste van alles. Wat de aandacht voor fietsers tijdens de werken aan het station betreft, worden grote inspanningen geleverd om aan te duiden langs waar de fietsers en de voetgangers moeten passeren. Bij een grote verandering in de werfsituatie, zoals enkele maanden geleden, moet men opnieuw wennen aan deze nieuwe situatie. Vraag: Anderzijds zijn er klachten over fietsen die te lang in de stalling blijven staan, fietsen die te talrijk op het trottoir staan, en vraagt men een grondige opkuis van fietsen aan het station. Een fietsrek op de hoek van de Fabiolalaan en de Verpleegsterstraat zou voetgangers hinderen. Antwoord: Rond het station gebeurt die opkuis regelmatig door Max Mobiel. Dat was gedurende een tijdje wat moeilijker omdat er fietsenstallingen tekort waren, maar nu de voorlopige fietsenstalling op de Sint-Denijslaan plaats biedt aan meer dan 1000 fietsen, kan dit weer regelmatiger gebeuren. Op plaatsen waar fietsen niet reglementair staan, hangt Max Mobiel briefjes met verwijziging naar de nieuwe fietsenstallingen. Het fietsendepot volgt de andere stallingen, die niet in de buurt van het station liggen. Zowel het fietsdepot als Max Mobiel labelen fietsen wanneer die er als een wrak uitzien, of wanneer er klachten zijn. Men moet de fiets dan wel nog minstens 2 weken laten staan alvorens men hem mag verwijderen. Vraag: Ook ergeren bewoners zich aan hinderlijk gedrag van fietsers, zoals fietsen zonder licht, fietsen op het trottoir, met meerdere fietsers naast elkaar rijden. Dit gebeurt bijvoorbeeld op de Zwijnaardsesteenweg. Zo wordt er op het kruispunt van de Zwijnaardsesteenweg en de De Pintelaan chaotisch fietsgedrag opgemerkt. Controle is hier belangrijk. Antwoord: Het hinderlijk gedrag van fietsers kan een gevaar betekenen voor de andere weggebruikers maar is ook vooral een gevaar voor de fietser zelf. Regelmatig worden er preventieve acties ondernomen, vooral bij het begin van het schooljaar. Zo werd in oktober een campagne gevoerd tegen het agressief fietsgedrag. In samenwerking met de politie organiseert de Dienst Mobiliteit ook jaarlijks een sensibilisatiecampagne rond fietsverlichting. Rond fietsverlichting werkt de wijkpolitie ook heel nauw samen met diverse 10


scholen, door o.a. de initiatieven vanuit de school te ondersteunen. Het wijkzorgteam Nieuw Gent organiseerde ook enkele malen repressieve acties, maar dit is zeer arbeidsintensief. Er zijn in de buurt namelijk heel wat middelbare scholen, er is het station, het UZ en de universiteit. Het gaat vaak om honderden fietsers die op een korte periode de overtredingen begaan. Fietsen op het trottoir is niet alleen een plaag in de omgeving van de stationsbuurt. Dit gebeurt in alle (en vooral in) omgevingen waar studenten wonen of school lopen. De politie treedt op wanneer de veiligheid in het gedrang komt. Bij elke vaststelling spreekt de politie minstens de overtreder aan om hem te wijzen op zijn ongepast rijgedrag. Tezelfdertijd treedt de politie ook op bij storend gedrag van automobilisten tegenover fietsers en voetgangers (bv parkeren op het fietspad of op het trottoir). Vraag: Iemand vraagt een bijkomend zebrapad over de Albertlaan aan het kruispunt met de Aaigemstraat-Meersstraat (stadinwaarts). De tram richting station blokkeert nu dikwijls het oversteken van de Aaigemstraat naar de Meersstraat en omgekeerd, ook bij groen licht. Antwoord: Er is gekozen voor een zebrapad aan 1 zijde van dit kruispunt, omdat men hier de lengte van de oversteek in 3 delen verdeelt door de perrons, en omdat men dan direct toegang heeft naar de tramperrons. Stadinwaarts is de oversteeklengte veel langer omwille van de linksafslagstrook naar de Meersstraat, en heeft men geen rustpunten onderweg. De perrons zijn zodanig gepositioneerd dat de tram eigenlijk voor het zebrapad zou moeten stoppen. Vraag: Meerdere bewoners vragen om het verkeer door de Ottergemsesteenweg en de Zwijnaardsesteenweg anders te organiseren om de buurt verkeersveiliger te maken (bv eenrichtingsverkeer in een lus langs beide straten)? Antwoord: zie verslag thema-avond. Vraag: Kan men in de Ganzendries, tussen Tuinwijklaan en Kortrijksesteenweg, tweerichtingsverkeer voor fietsers toelaten? Antwoord: In het stuk van de Ganzendries tussen de Tuinwijklaan en de Kortrijksesteenweg kunnen fietsers niet in beide richtingen worden toegelaten. Aan het kruispunt van de Ganzendries en de Kortrijksesteenweg staan immers geen verkeerslichten die het verkeer richting Kortrijksesteenweg kunnen reguleren. Het is ook niet mogelijk om er lichten bij te plaatsen, want de lichtenregeling werkt nu al op maximale capaciteit: er werden al meerdere straten samengenomen in de lichtenregeling. Het kruispunt van de Ganzendries met de Kortrijksesteenweg is immers een zeer complex kruispunt, waar nu reeds 6 straten op uitkomen en de tram een afslagbeweging moet doen. Indien men lichten zou bijplaatsen, zouden de wachttijden te veel verlengen, terwijl de Kortrijksesteenweg een baan is met een belangrijke ‘stroomfunctie’. Vraag: Verkeerslichten in de buurt van het station Gent Sint-Pieters houden onvoldoende rekening met fietsers. - Waarom hangt men de seinlichten in de tunnel niet aan het plafond – dan staan de palen niet in de weg van fietsers? 11


-

De verkeerslichten aan de Timichegtunnel zijn niet goed afgesteld.

Antwoord: - Het is technisch niet mogelijk om de seinlichten in de tunnel aan het plafond te hangen, want de lichten moeten op een bepaalde hoogte en afstand staan voor de conducteurs en dit kan niet vanuit het plafond. Ze zouden dan opnieuw in de weg hangen van fietsers. Bovendien worden die lichten ook aangestuurd door de wissels en zouden alle leidingen die nu onder de grond liggen, volledig moeten worden verlegd. - De verkeerslichten aan de Timichegtunnel zijn inderdaad nog niet goed afgesteld, maar dat is slechts tijdelijk. In het voorjaar van 2011 kan de toplaag van het asfalt gegoten worden. Daarin worden detectielussen bevestigd die de verkeerslichten dynamisch kunnen aansturen. 1.9. Parkeren Vraag: Er wordt een tekort aan parkeerplaatsen gemeld, op verschillende plaatsen en vooral rond het station. Men apprecieert het nieuwe parkeerregime, ingevoerd vanaf 1 februari 2011. Dat nieuwe regime laat dagparkeren niet meer toe op straat, en verhindert op die manier pendelaars om op straat te parkeren. Dit nieuwe regime heeft echter als nadeel dat bezoek, dat een volledige dag aanwezig wil zijn, verplicht is om tijdens de dag een nieuw ticket te kopen. Men vraagt dit probleem op te lossen, en stelt voor om bezoekerspasjes in te voeren. Antwoord: De Stad wil parkeerproblemen voor bewoners via meerdere sporen aanpakken. Rond het station werden enerzijds voorbehouden bewonersplaatsen ingevoerd, anderzijds werd het parkeerregime onlangs aangepast. Een bezoekerspasje introduceren om bezoekers toe te laten de hele dag te parkeren is hierbij echter geen optie. In de buurt van het station richtte de Stad een aantal vaste voorbehouden bewonersplaatsen in, verdeeld over de Baliestraat, Meersstraat, Parkplein, Paul Fredericqstraat, Prinses Clementinalaan en Raketstraat. Ten gevolge van de werken aan het Sint-Pietersstation werden bijkomende voorbehouden bewonersplaatsen ingericht (in de Aaigemstraat, Distelstraat, Filips van Marnixstraat, Hendrik van Brederodestraat, Knokkestraat, Koning Boudewijnstraat, Lamoraal van Egmontstraat, Prosper Claeysstraat, Sint-Denijslaan, Smidsestraat en Willem van Nassaustraat). Iedereen met een bewonerskaart van de desbetreffende zone kan zich op die voorbehouden bewonersplaatsen parkeren. Het Parkeerbedrijf stelt bovendien nog steeds vast dat op de parking gelegen in het Citadelpark, met ingang langs de Leopold II-laan, de 100 beschikbare parkeerplaatsen slechts matig bezet zijn. Iedereen die een bewonerskaart heeft van zone 9 kan zich daar parkeren. In de stationsbuurt werd sinds 1 februari 2011 het parkeerregime aangepast. Het was de bedoeling om pendelaars en langparkeerders te stimuleren om in de parkeergarage aan het station te parkeren. De Stad krijgt signalen uit de buurt dat het nieuwe regime een positieve invloed heeft op de parkeerdruk. Het nieuwe parkeerregime bestaat uit volgende wijzigingen: - Het dagtarief rond het station wordt gewijzigd in een halvedagtarief. Men kan als bezoeker maximum 5 uur parkeren. De maximum duur van een kortparkeerticket wordt ook teruggebracht van 3 naar 2 uur.

12


-

Op de Kortrijksesteenweg en de Koningin Elisabethlaan kan men bovendien alleen een kortparkeerticket (2 uur) nemen. Het kortparkeren wordt ingevoerd met mogelijkheid voor bewonersparkeren in de Kortrijksesteenweg en aanpalende straten.

Vraag: Iemand vraagt zich af of de Azaleaparking (met 60 parkeerplaatsen) in het Citadelpark zal verdwijnen? Als gevolg van de heraanleg van de Kortrijksesteenweg gingen immers al 16 parkeerplaatsen verloren. En tijdens evenementen in het Citadelpark (bv in het ICC) is het zeer moeilijk voor bewoners om een parkeerplaats te vinden. In de buurt rond het Citadelpark is de parkeerdruk te hoog om zoveel parkeerplaatsen af te schaffen. Men vraagt hoe het stadsbestuur dit verlies aan parkeerplaatsen kan compenseren. Antwoord: Rond het Citadelpark is er inderdaad een vrij hoge parkeerdruk. Om deze parkeerdruk te verminderen, voerde het Parkeerbedrijf betalend parkeren in. Ook werd in de stationsbuurt sinds 1 februari 2011 het dagticket vervangen door een halvedagticket (zie hierboven). In de Koning Leopold II-laan is een dagticket nog steeds mogelijk. Er komt binnenkort een parkeeronderzoek om het effect van het nieuwe stationstarief objectief op te volgen. Hierbij zal ook de parkeerdruk rond het Citadelpark in acht genomen worden. Bij de opmaak van het masterplan voor het Citadelpark zal de globale parkeerproblematiek worden meegenomen. Het is echter duidelijk dat het invoeren van een parkeerregime geen oplossing kan bieden bij evenementen. Het parkeerregime noch -aanbod zijn immers afgestemd op de algemene parkeerdruk, en niet op grote evenementen. Voor dergelijke evenementen is het eerder aangewezen dat de organisatoren oplossingen vinden met shuttlediensten, het openbaar vervoer ... Vraag: Ook op andere plaatsen worden parkeerproblemen genoemd: - In de Leeuwerikstraat: wagens kunnen elkaar niet kruisen, door het parkeren aan één zijde van de straat. - In de Maaltebruggestraat - In de Sint-Pietersaalststraat ondervinden bewoners parkeerdruk door leerkrachten en ouders van de KLIM-school. Die straat ligt immers in een ‘blauwe zone’, terwijl de straten rond het De Smet De Naeyerpark betalend parkeren kennen. Suggestie: maak van de straten rond het park ook ‘blauwe zone’. - In de Elfjulistraat ondervinden de bewoners moeilijkheden om een parkeerplaats te vinden door de leerlingen van een avondschool die er parkeren. Antwoord: - De vraag voor extra parkeerplaatsen en anders geplaatste parkeerplaatsen in de Maaltebruggestraat werd vroeger reeds bekeken en toen gebeurden enkele aanpassingen. De huidige parkeeropstelling geeft het grootste aantal parkeerplaatsen. In deze straat geldt blauwe zone, de parkeerdruk wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de bewoners zelf. Hier zijn nl. 104 parkeerplaatsen en hebben 150 bewoners een bewonerskaart. Ook in de Bommelstraat geldt blauwe zone en wordt de parkeerdruk vooral veroorzaakt door de bewoners van de buurt zelf. In een dergelijke situatie heeft inrichten van voorbehouden bewonersplaatsen weinig effect want er zijn gewoonweg te weinig parkeerplaatsen voor alle bewoners van de buurt.

13


- De Stad zal een parkeeronderzoek uitvoeren in de buurt van de Sint-Pietersaalststraat om na te gaan of het aangewezen is om het parkeerregime aan te passen. - De wijkpolitie nam contact op met de school in de Elfjulistraat, die echter niet bereid is om bijkomende parkeerplaatsen te huren. De Stad zal er een parkeeronderzoek uitvoeren. - In de Leeuwerikstraat werd recent een parkeeronderzoek gedaan dat aantoonde dat de parkeerdruk daar niet voldoende hoog is om het nu geldende parkeerregime aan te passen. De Leeuwerikstraat is ongeveer 6 m breed. Er bestaan in Gent heel wat straten waar de breedte van de straat ervoor zorgt dat kruisen moeilijk wordt door geparkeerde auto’s. Dit kan slechts op twee manieren worden verholpen: ofwel verliest men dan de faciliteit van het tweerichtingsverkeer (dat snelheidsremmend werkt), ofwel die van het parkeren. In de Leeuwerikstraat verkoos de Stad om geen van beide maatregelen te nemen. Enerzijds wenste men het tweerichtingsverkeer te behouden omwille van de circulatie in de buurt en het beperken van te veel omrijden. Anderzijds is de parkeerdruk in deze buurt te hoog om parkeren in de Leeuwerikstraat te verbieden. Vraag: Op sommige plekken heeft men last van foutparkeren: - Vanuit de Kievitlaan komt een vraag naar voetpaduitstulping (met boom) op de kruispunten van de straat, om foutparkeren tegen te gaan (en groen te voorzien). - Ook in de Tuinwijklaan parkeren auto’s vaak op het zebrapad over de Tuinwijklaan, aan het kruispunt met de Zieklien. Men vraagt om hier iets aan te doen (bv door een paaltje te plaatsen). - Het staat vaak vol geparkeerd onder de brug tussen de Uilkensstraat en de Bommelstraat. Als men er als fietser of automobilist indraait, heeft men geen zicht. - Tot slot parkeren wagens op de Kortrijksesteenweg tot aan de rand van de pijpenkop (tussen spoorweg en Sterre) waardoor het zicht belemmerd wordt voor de wagens die uit de pijpenkop komen. Trottoiruitstulpingen aan weerszijden van de pijpenkop (zoals die reeds in vele omliggende straten zijn aangelegd) zouden de oplossing zijn voor deze gevaarlijke situatie. Er wordt meer controle gevraagd. Antwoord: - De buurtinspecteur kwam in het verleden reeds tussen voor foutief geparkeerde wagens onder de bruggen. Na een preventieve fase - waarbij een sensibiliserende nota wordt achtergelaten tussen de ruitenwisser – wordt repressief opgetreden. Deze overtredingen doet zich na elk schooljaar terug voor. Het zou vooral gaan om studenten. Enkele maanden geleden werd een preventieve periode afgesloten, daarna wordt repressief opgetreden. - Op voetpaduitstulpingen zouden inderdaad bomen kunnen worden geplaatst, maar momenteel zijn er geen voetpaduitstulpingen aan de Kievitlaan gepland. - De politie treedt bij vaststellingen van parkeerovertredingen steeds preventief en bij herhaling repressief op. Parkeerwachters controleren alle straten 2 tot 3 maal per week. - Het zebrapad over de Tuinwijklaan aan Zieklien zal worden doorgetrokken. Zo zal het voor automobilisten duidelijk zijn dat zij daar niet mogen parkeren. - De Kortrijksesteenweg wordt door AWV beheerd. De Stad zal aan AWV vragen om dit probleem te bekijken. Vraag: Daarnaast kaart iemand het probleem aan dat men als bewoner geen parkeerkaart kon krijgen voor een vervangwagen. Antwoord: 14


Als iemand tijdelijk met een vervangwagen rijdt, dan is, mits het verstrekken van de nodige gegevens aan het Parkeerbedrijf, de bewonerskaart geldig in de vervangwagen. De regeling m.b.t. vervangwagens is sinds 1/1/2011 versoepeld: Bij het gebruik van een vervangvoertuig, dient de houder van de overeenkomstige bewonerskaart voorafgaandelijk volgende stappen te ondernemen: - meedelen van het bewonerskaartnummer aan de administratie van Stad Gent - overmaken (via e-mail, fax of aan de balie in de kantoren aan het Sint-Michielsplein 9 te 9000 Gent) van een officieel document van de garage of verzekeringsmaatschappij waaruit blijkt dat men niet meer beschikt over het betroffen voertuig, alsook de tijdsperiode waarin men niet over dit voertuig beschikt. Vroeger moest men kunnen aantonen dat men over een officiële vervangwagen beschikte (via de garage, verzekering,…). Nu kan men eender welk voertuig als vervangwagen gebruiken. Inlichtingen hieromtrent zijn te vinden op http://www.parkeerbedrijf.gent.be/nl/eloket/eloket.html#anker5. Vraag: Iemand anders vraagt om het betalen van de parkeerretributie opnieuw mogelijk te maken via GSM. Antwoord: Wat de betaalautomaten betreft, wil het Parkeerbedrijf nog in 2011 op alle parkeerautomaten Maestro, Visa en Mastercard aanbieden. Op middellange termijn wil het Parkeerbedrijf ook betalingen via (mobiel) internet, bv via smartphone, toelaten. De Stad vindt het sms-parkeren niet wenselijk, omdat dat dit systeem onvoldoende 'open' is voor alle gebruikers (zonder voorkeursbehandeling voor klanten van bepaalde providers) en een hoge kostprijs heeft voor exploitant en voor gebruiker.

1.10. Diverse Vraag: Iemand vindt dat de verkeersborden zijn niet altijd duidelijk en/of consequent zijn en geeft als voorbeeld de signalisatie ivm het eenrichtingsverkeer op een deel van de Stropkaai, en bij het uitrijden van de Ledeganckstraat richting Citadelpark. Antwoord: Als gevolg aan onderstaande vraag werd de verkeerssituatie op beide plekken onderzocht door de verkeerstechnische afdeling van de politie. Daaruit bleek dat de signalisatie op de Stropkaai correct is. Aan de het kruispunt van de Karel Lodewijk Ledeganckstraat met de Hofbouwlaan mogen fietsers niet rechtdoor rijden volgens de huidige signalisatie. AWV meldt dat fietsers die uit de Ledeganckstraat komen inderdaad verplicht rechtsaf moeten draaien, omwille van het matige zicht van rechts en de slechte ontruiming in de Ledeganckstraat tijdens de spitsuren. Fietsers kunnen gebruik maken van de voetgangersoversteek om de overkant te bereiken.

15


2. HET PROJECT GENT SINT-PIETERS 2.1. Welke werken? Vraag: Enkele concrete vragen: - Hoe zal de Fabiolalaan verder worden afgewerkt van de Aaigemstraat tot de Snepkaai? - Wordt het Maria Hendrikaplein op termijn verkeersvrij? - Komt er een beperkte noordelijke toegang tot de ondergrondse parking, bv via de Kiss & Ride aan het Maria Hendrikaplein ? - Wanneer komt de begroeiing aan het geluidsscherm langs Vaerwyckweg Antwoord: De heraanleg van de K. Fabiolalaan – deel vanaf Aaigemstraat tot aan Snepkaai – wordt voorzien op het einde van de projectontwikkeling (2018-2020). Het huidige profiel van het pas aangelegde deel tussen het Maria Hendrikaplein en de Aaigemstraat wordt in principe doorgetrokken, dat wil zeggen: - De K. Fabiolalaan wordt verbreed tot ongeveer 19m. - Er komt een dubbelrichting fietspad aan de kant van de projectontwikkeling. - De rijweg zal ongeveer 6,5m breed zijn (wegens openbaar vervoerscorridor en om de kruising van stadsbussen toe te laten). - Aan beide zijden komt langsparkeren en een voetpad. Daarbij wil men de bestaande bomen over de volledige lengte van de K. Fabiolalaan zoveel als mogelijk behouden. In principe blijven de verkeerstromen op het M. Hendrikaplein zoals ze vroeger waren, op de Voskenstunnel na. De nieuwe parking is bedoeld als pendelparking, dus voor mensen die de trein nemen en niet met het openbaar vervoer naar het station kunnen komen. Daarom ook sluit hij aan op de R4. Mensen die in het centrum wonen, worden verondersteld te voet, met de fiets of openbaar vervoer naar het station te komen. Daarom ook is het Maria Hendrikaplein niet als toegang voorzien, juist om mensen uit het centrum niet aan te moedigen om de wagen te nemen. Het zou ook extra verkeer aantrekken door de straten die op het Maria Hendrikaplein uitkomen. Het Vlaams gewest (AWV) is verantwoordelijk voor de beplanting van het geluidsscherm langs de V. Vaerwyckweg, en liet weten dat in het voorjaar 2011 gestart zal worden met de beplanting. 2.2. Impact tijdens de werken Vraag: Bewoners vragen de hinder tijdens de werken te beperken en de wijk leefbaar te houden. Iemand stelt vast dat hiervoor al veel inspanningen worden geleverd, en feliciteert de projectparters. 16


Ze wijzen op de problematische verkeerssituatie aan het station: er is chaos en onduidelijkheid voor de verschillende weggebruikers. Er zijn gevaarlijke verkeersituaties. Er wordt gevraagd naar duidelijke signalisatie. Ook de problemen met de verlichting zorgen voor gevaarlijke situaties. Antwoord: Aangezien ernaar wordt gestreefd dat de meeste treinreizigers niet per auto naar het station komen, is het logisch dat er zich daar veel voetgangers en fietsers bewegen. Tijdens een overgang tussen werffases verloopt dit inderdaad wat chaotisch, aangezien iedereen zich moet aanpassen. Nu is de situatie voor een tijd stabieler. Daarnaast stelt de politie vast dat in vele gevallen de attitude van de fietsers en voetgangers zelf voor de chaos zorgen … Eandis werkte aan de verlichting rond het station Gent-Sint-Pieters. Vraag: Ook zones die iets verder van de werfzone liggen ondervinden hinder. Men vraagt om ook die hinder in kaart te brengen, en geeft verschillende concrete voorbeelden: - De volledige Sint-Denijslaan - Sluipverkeer in de straten tussen Voskenslaan en Kortrijksesteenweg - Parkeerproblemen in meerdere straten, bv omgeving Fabiolalaan, Kortrijksesteenweg - Stof, lawaai … in meerdere straten, bv omgeving Fabiolalaan, Kortrijksesteenweg, SintDenijslaan, Ganzendries … In de Aaigemstraat klaagt men dat zware vrachtwagens (vaak te snel) door de straat rijden, terwijl het verboden is om komende van de Fabiolalaan de Aaigemstraat in te rijden met een vrachtwagen van +3,5 ton. Dit zwaar verkeer veroorzaakt trillingen en schade aan de woningen. Antwoord: Zie verslagen wijkdebat en thema-avond. - in de Aaigemstraat werd een snelheidsindicatiebord geplaatst om na te gaan in hoeverre de snelheidsbeperking er wordt overschreden. Tussen 20 en 28 april 2011 werden 4.671 voertuigen gecontroleerd. Daarvan reed bijna een derde te snel. De politie zal dus overgaan tot ‘flitsen’. - parkeerproblemen: zie hierboven. Wat het werfverkeer door de Aaigemstraat betreft, zal het werfverkeer via de Boudewijnstraat en de Aaigemstraat verlopen zolang de Fabiolalaan niet open is voor verkeer. Het is niet de bedoeling dat het werfverkeer door de Distelstraat rijdt. De Verkeerstechnische Afdeling van de Politie zal ervoor zorgen dat daar een verbodsbord voor werfverkeer wordt geplaatst. Het werfverkeer betreft grond afkomstig van verschillende deelwerven: - De ondergrondse pendelparking wordt uitgebreid in de richting van het station. Hiervoor moet grond worden uitgegraven tot op het niveau -3. - De tuin in helling wordt aangelegd. - De fietshelling wordt gebouwd. - De inrithelling K&R moet nog verbonden worden met de nog uit te graven ondergrondse K&R en taxizone. Na een fase van uitgraven volgt dan een fase van beton gieten. Volgens de huidige planning zullen deze werken tegen december 2011 zijn afgewerkt.

17


Er zal nog ongeveer tot juni 2011 vrachtverkeer door de Aaigemstraat rijden. Daarna verloopt dit via de Fabiolalaan. De projectleiding heeft met de aannemers afgesproken dat zij wekelijks schoonmaken. Dit gaat dan in de eerste plaats over de werfzone en het wegdek van de straten waardoor het werfverkeer rijdt. Waar mogelijk wordt er ook op de parkeerplaatsen geveegd. Daarnaast komt IVAGO regelmatig om de parkeerplaatsen en voetpaden te reinigen. Er is aan de aannemers ook gevraagd om de snelheidslimiet van 30 km/uur te respecteren. In de werfzone zelf tussen Kortrijksesteenweg en Voskenslaan blijft een groot deel van de werf enkel bereikbaar vanuit het traject Kortrijksesteenweg – Sint-Denijslaan – Ganzendries. De intensiteit van het werfverkeer op dit traject zal sterk variëren in functie van de werkzaamheden. Met de aannemer is afgesproken dat hij tweemaal per dag schoonmaakt, vooral in de Sint-Denijslaan en in de Voskenslaan, en waar nodig schoonmaakt in de omliggende straten. Bij schade die rechtstreeks door het project Gent Sint-Pieters werd veroorzaakt, dient een schriftelijke en aangetekende melding bij Eurostation te worden bezorgd op het adres: Eurostation, t.a.v Michiel Meersschaert, Fabiolalaan 20, 9000 Gent. Vraag: Ook het openbaar vervoer ondervindt hinder door de werken: - De plaats van de haltes van bussen en trams aan het station verandert vaak. Dat leidt tot zoektochten. Iemand vraagt op welke manier de veranderingen worden gecommuniceerd. Suggestie: goed leesbare flyers verspreiden. - de bus kan zijn normale route niet volgen. Zo rijdt de bus al meerdere maanden niet meer door de Sint-Denijslaan, en zelfs al meerdere jaren niet meer door de Kortrijksesteenweg (tussen de spoorweg en de Sterre) en de Fabiolalaan. Suggestie: een tijdelijke halte tussen de Rijsenbergstraat en de halte Meersstraat (bv hoek Sportstraat - Albertlaan). Antwoord: Zie hierboven en verslag thema-avond. Vraag: Tot slot melden bewoners dat bij de huidige werken niet voorzichtig omgesprongen werd met de bomenrij in de Sint-Denijslaan. Antwoord: De aannemer is daarop aangesproken. Bijkomende moeilijkheid is dat de nutsleidingen vaak verweven liggen met de wortels van de bomen waardoor schade onvermijdelijk is. In elk geval wordt erop toegezien dat de bomen zoveel als mogelijk gespaard blijven. Vraag: Iemand meldt dat auto’s door de nieuwe tramtunnel rijden, terwijl dat verboden is (vooral in ’t weekend, ’s avonds en ’s nachts). Antwoord: De wijkpolitie, evenals de Verkeerstechnische Afdeling van de Politie Gent zijn op de hoogte van dit gegeven. Af en toe, en vooral tijdens de genoemde tijdstippen negeert men de verkeersborden en het inrijverbod. Tijdens de reguliere opdrachten en tijdens de toezichtmomenten die voorzien zijn n.a.v. de werkzaamheden aan het station, treedt de wijkpolitie op. Bij elke vaststelling wordt momenteel geverbaliseerd. Uiteraard kan de politie zich daar onmogelijk 24/24 uur ophouden.

18


2.3. Impact van het project na de werken Vraag: Bewoners maken zich zorgen over hoe de nieuwe ontwikkeling zal aansluiten op de bestaande buurten en vragen hieromtrent een overkoepelende visie. Men vraagt zich verder af wat de impact zal zijn van de toekomstige nieuwe bewoners op de mobiliteit in de wijk. Men vraagt informatie over eventuele milderende maatregelen voor de aanpalende woonwijken. Men vraagt ook of de noordelijke toegang tot de pendelparking zal worden opengesteld, en via welke wegen chauffeurs de projectontwikkeling zullen bereiken. Antwoord: zie verslag wijkdebat. Het torengebouw langs de Snepkaai wordt ontsloten via een aparte weg, die aantakt op de K. Fabiolalaan vlak naast de Snepkaai. De andere ontwikkelingen zullen kunnen worden bereikt via de Fabiolalaan en de Boentweg. De volledige Boentweg zal wellicht pas in 2015 worden gerealiseerd (het gedeelte richting Timichegtunnel zal wel vroeger beschikbaar zijn), waardoor de 2de in- en uitrit van de Parking Station voorlopig niet beschikbaar is vanaf de K. Fabiolalaan. De stad en de NMBS-Holding zullen definitieve afspraken maken over de modaliteiten van het gebruik van deze 2de in- en uitrit, uiterlijk 6 maanden voor de ingebruikname van de Boentweg. In elk geval zal enkel vanaf de zuidelijke toegangsweg (de verbinding R4 – Station (Vaerwyckweg) en, eventueel, de aansluitende autosnelwegen E40, R4, B402) bewegwijzering naar de Parking Station worden aangebracht. Vraag: Men vreest ook een toename van fijn stof, door de nieuwe parking en het te verwachten toenemende verkeer in de buurt rond het station. Men vraagt wat de Stad hieraan zal doen. Antwoord: Voor het Project Gent Sint-Pieters is de afweging op vlak van luchtkwaliteit binnen de toen bestaande MER-procedure op macro-planningsniveau uitgevoerd. In het MER wordt geconcludeerd dat de parking wat betreft verkeersemissies geen significant verschil zal teweegbrengen in vergelijking met de huidige situatie. Het plaatsen van een filtersysteem voor fijn stof op de afzuigsystemen van de parking is om allerlei technische redenen weinig haalbaar. Er werden bij het ontwerp echter wel andere maatregelen voorzien om de rechtstreekse hinder naar de buurt tot een minimum te beperken: zo zullen de uitblaasmonden van de ventilatie naar de sporen worden gericht, en niet naar de woonomgeving. In combinatie met de hoge uitblaassnelheid (tot 10 m/s) zal de uitblaaslucht zich onmiddellijk mengen met de onbelaste lucht boven de sporen. Uit het VITO-rapport ‘Advies PM impacts Masterplan Sint-Pietersstation Gent en omgeving’ van september 2006, blijkt dat de bijdrage van de parking in de omgeving van de ventilatiepunten neerkomt op een verhoging van ca. 1%. De impact van de ventilatie op de luchtkwaliteit van de omgeving zal door afstandsverdunning nog beperkter zijn. De projectpartners zijn er zich van bewust dat op veel plaatsen op het grondgebied van de stad Gent de dagnormen van fijn stof en de jaarnormen van NOx worden overschreden. De overschrijdingen in Gent hebben voor een groot deel te maken met fijn stof afkomstig uit de volledige regio en afkomstig van het buitenland. Lokaal kan er door het verkeer een verhoging optreden vnl. dan in ‘streetcanyons’. Het meest efficiënt is nemen van generieke 19


maatregelen zoals het gebruik van groenere voertuigen stimuleren of overschakelen naar meer duurzame transportwijzen. Dit is in de eerste plaats een Europese en Vlaamse bevoegdheid. Toch heeft de Stad Gent lokale maatregelen uitgewerkt om de luchtkwaliteit te verbeteren (cf. lokaal luchtkwaliteitsplan Gent) waarbij het positieve effect op de luchtkwaliteit bij uitvoering, ook zijn doorwerking zal hebben op de site van Gent Sint-Pieters. Bovendien worden er in de omgeving van Gent Sint-Pieters door de Stad Gent extra mobiliteitsmaatregelen genomen die het verkeer naar de site moeten verminderen en die het duurzame transport promoten. Verder wordt nog meegegeven dat er op Vlaams niveau maatregelen worden genomen om de plaatsing van roetfilters op dieselvoertuigen te stimuleren. Enerzijds wordt er een subsidie toegekend voor de plaatsing van een roetfilter op een bestaande dieselwagen, en anderzijds worden fiscale voordelen toegekend voor de aankoop van een nieuwe wagen met ingebouwde roetfilter. Bijkomend worden in 2011 de Euro 5-normen van kracht waarbij de uitstoot van een nieuwe dieselwagen minder of equivalent moet zijn aan de uitstoot van een diesel met gesloten roetfilter (>90% minder fijn stof). Tot slot werd op 28 juni 2010 het "Lokaal luchtkwaliteitsplan Gent (2010-2015)” definitief goedgekeurd door de gemeenteraad. In het kader van dat plan werden onder meer volgende acties opgestart: - de Stad bestudeerde wat de mogelijkheden zijn inzake elektrische oplaadsystemen. Op basis van de resultaten van een marktbevraging bleek het in eerste instantie het meest aangewezen om elektrische oplaadpunten te voorzien in parkeergarages. - de actuele luchtverontreiniging wordt in kaart gebracht via een meetfiets (i.s.m. VITO). - De Stad onderzoekt de mogelijkheden om elektrische voertuigen in haar wagenpark te introduceren. Milieuaspecten, technische en financiële criteria zullen in de studie aan bod komen. Ook de aankoop van alternatieve brandstoffen wordt bekeken. 2.4. Communicatie over de werken Vraag: Iemand klaagt dat Infopunt Project Gent Sint-Pieters niet snel genoeg antwoordt op zijn vragen. Antwoord: Het Infopunt beantwoordt steeds alle vragen en klachten. Normaal gezien gebeurt dit binnen de drie werkdagen. Wegens de moeilijke verkeerssituatie in november 2010 kwam er zo’n grote toevloed van vragen en klachten dat sommige vragen pas na twee weken zijn beantwoord.

3. MILIEU EN GROEN 3.1. Groen Vraag: Bewoners vragen meer groen, publiek toegankelijk groen. Dat verhoogt de woonkwaliteit en draagt bij tot het sociale leven. Concreet heeft men het over het project Gent Sint-Pieters en de omgeving van de Sportstraat, en zijn er vragen naar de stand van zaken van de verdere aanleg van het Duifhuispark, de 20


inrichting van het grasterrein bij het zwembad Strop, de inrichting van het natuurpark Overmeers. Buurtbewoners maken zich zorgen over de plannen van de Paters Redemptoristen en de plannen van de Hogeschool Gent. Zij vragen of de Stad ervoor kan zorgen dat het bestaande groen grenzend aan Vina Bovy en aan de tuinen van de Voskenslaan wordt behouden. Dit gebied heeft de bestemming van woonzone en riskeert daarom (ooit) bebouwd te worden na verkoop. Van het Citadelpark vraagt men dit te zien als een ‘tuin voor de buurt’ en aan de bewoners inspraak te geven over de heraanleg. Antwoord: zie verslag wijkdebat. -

-

-

-

Er wordt stap voor stap aan het Duifhuispark gewerkt. Rond de jaarwisseling 20112012 zal de Stad het chalet slopen. Die plek wordt dan bijkomende groene ruimte in het park. De rest van het park zal tijdens de volgende legislatuur worden heringericht. Door een aantal complicaties hebben de plannen om het grasveld aan het zwembad Strop om te vormen tot een speel-, sport- en ontmoetingsplek jammer genoeg vertraging opgelopen. De Stad werkt hieraan verder en zal de buurtbewoners op de hoogte houden. Verder zal in de geplande projectontwikkeling langs de Koningin Fabiolalaan een nieuw park gecreëerd worden over een lengte van ongeveer 400m. Dat park zal een oppervlakte van meer dan 1 ha hebben, en deels tussen bebouwing liggen in de zone grenzend aan de Leie (de zogenaamde zone C). Daarnaast is er ruimte voor groen in een aantal openbare stadstuinen in het middendeel van de projectontwikkeling (zone B). Tot slot loopt een ruimtelijk onderzoek voor de Rijsenbergbuurt. In deze studie is er aandacht voor de uitbouw van een groen netwerk en de relatie met de Leie.

Vraag: Er wordt gevraagd de groenaanplantingen meer te onderhouden, bijvoorbeeld in en rond de Estafetteweg (snoeien, vuil verwijderen). Verder is er een vraag naar een zitbank op het pleintje op de hoek StormvogelstraatSteltloperstraat. Iemand betreurt dat de groene strook naast de rijweg van de Stropkaai (naast het water) niet meer bruikbaar is als wandelpad, door het onkruid. Antwoord: - In augustus-september 2010 werden de bewoners van de omgeving van de hoek Stormvogelstraat – Steltloperstraat bevraagd over de wenselijkheid van de komst van een zitbank op deze hoek. Omdat de meerderheid van de bewoners voorstander was, heeft de Stad er intussen een zitbank geplaatst. - De Stad zal de berm van de Golfweg fatsoeneren en de beplanting op het pleintje aan het kruispunt van de Elfjulistraat en de Zwijnaardsesteenweg opfrissen in 2011. - Het wandelpad langs de Schelde aan de Stropkaai bestaat uit een smalle, zachte berm waar zeer vaak vrachtwagens op rijden. Die vrachtwagens laten op meerdere plekken diepe sporen na in de berm. Hierdoor is het voor de Stad zeer moeilijk om dit pad goed begaanbaar te houden. Verder wordt de beplanting op de bermen beheerd volgens een ‘bermbeheerplan’, met als bedoeling om opnieuw een natuurlijk ogende groene berm met wilde bloemen te bekomen. Dat bermbeheerplan voldoet daarbij uiteraard aan de wettelijke normen die 21


door de Vlaamse overheid worden bepaald, waardoor deze bermen bv maximaal tweemaal per jaar mogen gemaaid worden. Op het talud langs de Schelde bevinden zich ook stukken die als houtkant worden beheerd: d.w.z. dat ze slechts om de drie jaar worden afgezet.

3.2. Milieu Vraag: - Bewoners melden sluikstorten in de Winterstraat, onder de spoorwegbruggen, aan de werf aan het station. - Ook in het Citadelpark ligt er veel vuil, signaleren bewoners. - Iemand vraagt een hondentoilet en' stoeptegel tegen hondendrollen' in de Stropstraat. Bij melding komt IVAGO het vuil ophalen, maar men blijft op bepaalde plekken sluikstorten. Antwoord: Bij herhaaldelijk sluikstorten zijn repressieve acties het beste wapen. De wijkpolitie zal in 2011 maandelijks acties in burger proberen doen op de locaties die als sluikstorthotspot zijn aangegeven. Men mag echter niet vergeten dat die acties niet evident zijn. Gezien het erg moeilijk is om sluikstorters te betrappen op heterdaad, vragen ze in verhouding veel tijdsinvestering. Het klopt dat het opruimen van sluikstorten door IVAGO soms dweilen met de kraan open lijkt. Daarom werd recent de samenwerking tussen IVAGO en politie versterkt om samen op ronde te gaan voor het ophalen van sluikstorten. IVAGO checkt het sluikstort op identificatiemateriaal en de politie maakt, indien er iets gevonden wordt, PV op. Op die manier werden in 2010 139 PV’s uitgeschreven. Meestal leiden die tot een gemeentelijke administratieve sanctie en IVAGO koppelt daar nu ook steevast een onkostennota aan. Ook de gemeenschapswacht-vaststellers treden op tegen sluikstort, en hebben problemen om sluikstorters op heterdaad te betrappen. Niet alleen omdat het afval meestal in de late avond en in de nacht wordt gestort, maar ook omdat zij verplicht hun uniform moeten dragen. Wat betreft de vraag naar het hondentoilet in de Stropstraat: De Stad streeft in deze legislatuur naar 180 hondentoiletten in Gent. Momenteel zijn er 156 toiletten aangelegd. De overige 24 locaties zijn al grotendeels voorbestemd. In de Stropstraat is er geen voorzien. In de Stropstraat en omgeving is er weinig mogelijkheid tot aanleg van een hondentoilet wegens gebrek aan graszones. Wat betreft de vraag naar een hondenpoeptegel in de Stropstraat: Een aannemer heeft in opdracht van Ivago hondenpoeptegels aangebracht in 60 straten. Deze 60 straten werden doorgegeven door de Gemeenschapswacht, die in deze straten ernstige overlast van hondenpoep vaststelden. De Stropstraat stond niet, de Ottergemsesteenweg stond wel op die lijst vermeld. Inmiddels heeft de Stad een wachtlijst opgemaakt voor locaties aangevraagd door burgers en instanties. Van zodra er 20 nieuwe locaties zijn, zal de Stad Ivago verzoeken of de mogelijkheid bestaat om nogmaals de aannemer in te schakelen.

22


Vraag: Waarom gebeurt de vuilnisophaling tijdens het spitsuur, vragen sommigen zich af. Kan dat bijvoorbeeld niet ’s nachts? Antwoord: IVAGO vreest dat vuilophaling ’s nachts geen goede zaak is, enerzijds door het lawaai dat dit veroorzaakt (zeker inzameling van glas), anderzijds betekent dit een belangrijke verhoging van de kostprijs. Bovendien verhoogt in heel wat buurten de parkeerdruk 's avonds, waardoor toegang voor de vrachtwagens op vele plekken zeer moeilijk zou worden. Vraag: Vanuit de Maaltebruggestraat is er een klacht over een ‘bromgeluid’. Antwoord: De Stad verzamelde informatie, oa op basis van een vragenlijst. Dit liet toe om 3 gebieden in kaart te brengen waar mensen het bromgeluid waarnemen. Twee ervan liggen in de buurt van het Sint-Pietersstation, een derde in de buurt van Drongen Station. Uit die informatie kwamen volgende kenmerken van de bromtoon naar voor: - Het geluid is nogal monotoon, soms met korte onderbrekingen. - Het bromgeluid is beter hoorbaar als het omgevingsgeluid vermindert of wegvalt (dus ’s avonds of ’s nachts). - De bromtoon is beter hoorbaar binnenshuis dan buiten, alsof de huizen fungeren als klankkasten. - Het geluid is beter waarneembaar met het gehoor dan voelbaar onder de vorm van druk of trillingen, hoewel dat ook werd gemeld. Omdat het geluid al enkele jaren wordt waargenomen, zowel ’s winters als ’s zomers, kan zeker uitgesloten worden dat het bromgeluid veroorzaakt wordt door locomotieven die warm draaien. Het lijkt er eerder op dat het geluid zich voortplant langs de ondergronds (buisvormige) nutsvoorzieningen als water- en gasleidingen en riolering. Deze hypothese wordt verder onderzocht. Het meten van laagfrequent geluid stelt nogal specifieke eisen aan de apparatuur. Bedoeling is om eerst meer informatie te verzamelen. Indien nodig kan eventueel nog overgegaan worden tot metingen. Dergelijke metingen zijn echter zeer moeilijk uit te voeren, en leidden in het verleden nog nooit tot de gewenste resultaten. Vraag: Bewoners van Vijvermeerspark en omgeving klagen over lawaai dat wordt veroorzaakt door de R4. Zij vragen om daar geluidsschermen te bouwen. Antwoord: Een kilometer aan geluidsschermen kost ongeveer €1 miljoen. Daarom bouwt men enkel geluidsschermen op plekken waar veel woningen staan. Geluidsschermen hebben echter maar effect tot op een afstand van ongeveer 250m. Door de hoge kostprijs, komen enkel locaties waar waarden hoger dan 65 dB(A) worden opgemeten in aanmerking voor de plaatsing van geluidsschermen. Ook andere facetten spelen een rol in de beslissing zoals het aantal inwoners, het aantal woningen en het bouwjaar van de woningen in de betreffende zone. Het plaatsen van geluidsschermen gebeurt steeds met cofinanciering van de betrokken stad, hier Gent. Hoe hoger het aantal gemeten dB(A), hoe meer het Agentschap Wegen en Verkeer betaalt. Hoe meer richting 65 dB(A), hoe meer de stad betaalt.

23


In het voorjaar zal AWV ‘fluisterasfalt’ leggen op de R4 van de A. Verhaegenstraat tot de open afrit naar de Pegoudlaan. Daar liggen nu nog betonplaten, wat veel geluidshinder geeft. Het stuk R4 langs (het einde van) de Sint-Denijslaan is al in asfalt. AWV zal na de asfalteringswerken nieuwe geluidsmetingen uitvoeren (aan de Arthur Verhaegenstraat en Vijvermeerspark). Dergelijke metingen zijn essentieel om een beslissing over het al of niet plaatsen van geluidsschermen te kunnen nemen.

4. EEN AANGENAME WOONOMGEVING Vraag: In de Stationsbuurt Zuid rijst de vraag om alle plannen voor de wijk als geheel te bekijken, hierbij rekening te houden met de draagkracht van de buurt, en de plannen samen te bekijken met bewoners. Men denkt daarbij ondermeer aan de plannen van de Hogeschool, op het terrein van de Redemptoristen, allerhande bouwprojecten. Kan men hierbij meer rekening houden met de bestaande bewoning (bv wat betreft lichtinval en privacy) en vermijden dat deze plannen de verkeers- en parkeerdruk bijkomend verhogen? Men vraagt zich af hoe het groeiende aantal studenten in de buurt te verwelkomen, en tegelijk de buurt aangenaam te houden voor ouderen, gezinnen …? Bewoners vragen dat rekening wordt gehouden met de draagkracht van de buurt. Antwoord: De Stad waakt over de globale impact van de verschillende plannen. Zo moeten grote bouwprojecten via een mobiliteitsstudie aantonen wat het effect van hun plannen op de buurt is, en dit in samenhang met andere geplande projecten. Het is de bedoeling van de Stad om het behoud van het groen op de site van de Redemptoristen via de bouwvergunning te bewerkstelligen. Het stedenbouwkundige attest zal hierbij als toetsingskader worden gebruikt. Net zoals andere (grote) bouwprojecten, hebben de Redemptoristen via een mobiliteitsstudie moeten aantonen dat ze hun parkeerbehoefte op eigen terrein kunnen opvangen. Daarnaast ligt de toegang voor laden & lossen en publieke functies langs de Voskenslaan. Via de Sint-Denijslaan (via parking van de sporthal van de Hogeschool) is een inrit voor studenten- en andere huisvesting voorzien. Deze toegang zal vrij weinig ‘spitsuurverkeer’ opleveren. Samen met de verschillende bouwheren zal de Stad een informatie-avond voor bewoners organiseren over de plannen van de Hogeschool, de paters Redemptoristen en de studentenhuisvesting. Op die vergadering zal ook de manier waarop de Stad met dergelijke private plannen omgaat, en de impact van die plannen op de mobiliteit in de wijk toegelicht worden. Vraag: Er komen te veel meergezinswoningen, zo wordt opgemerkt. Daardoor stijgt de bevolkingsdichtheid en het verkeer. Kan dit worden afgeremd?

24


Antwoord: Net zoals in andere woonbuurten in de stad, wil het stadsbestuur de Stationsbuurt Noord en Zuid behouden als wijken voor eengezinswoningen, door eengezinswoningen te beschermen via het bouwreglement (woningen kleiner dan 250m² mogen niet opgesplitst worden). Daarnaast wil de Stad studentenhuisvesting in de eengezinswoningen doen dalen door het grootschalig aanbod (bv studentenhomes) te vergroten. Daartoe werd eind vorig jaar het algemeen bouwreglement gewijzigd om de bouw van grootschalige studentenhuisvesting (> 50 entiteiten per project) mogelijk te maken voor private ontwikkelaars. Het doel hiervan is om het aanbod aan studentenhuisvesting te vergroten. Eens het aanbod verruimd is, zal de Stad sterker optreden tegen het onrechtmatig opdelen van woningen naar studentenkoten. Op die manier zullen heel wat opgedeelde eengezinswoningen in de stationsbuurten opnieuw effectief eengezinswoningen kunnen worden. De Stad zal bijkomend onderzoeken om – naar analogie met de ‘woningtypetoets’ in Kortrijk – een systeem uit te werken om de toename van appartementen tegen te gaan. Vraag: Men vraagt om de buurt meer kindvriendelijk te maken, met meer plaats om te spelen, meer (verkeers)veiligheid, en meer kinderopvang. Daarbij geeft men opmerkingen over het speelplein in de Flamingostraat: de toestellen zijn te hoog en verwaarloosd. Een leerling van de basisschool vraagt naar een speelstraat, in de Normaalschoolstraat. Antwoord: - ivm verkeer: zie hoger - ivm kinderopvang: zie verslag wijkdebat In 2011 zal het speeltoestel in de Flamingostraat worden vervangen, en het groen ‘opgefrist’. De Sportdienst onderzoekt of er een pingpongtafel kan worden geplaatst. De Stad onderzocht of er op het Vijvermeerspark voetbaldoelen konden komen en organiseerde hiervoor een bevraging bij de omwonenden. Omdat er meer tegenstanders dan voorstanders waren van nieuwe voetbalgoals, heeft de Stad er geen geplaatst. Niet in alle straten kan een speelstraat worden ingericht: Speelstraten kunnen ingericht worden in een woonstraat met snelheidsbeperking tot 50km/uur en zonder openbaar vervoer. De vlotte verkeerscirculatie in de buurt mag niet in het gedrang komen (informatie www.gent.be) Aangezien door de Normaalschoolstraat bussen rijden, kan daar geen speelstraat komen.

5. OVERLAST Vraag: In beide stationsbuurten zijn er klachten over overlast en vandalisme door studenten, oa in Ottergemstesteenweg en omgeving, en in de Rijsenbergstraat. Concreet spreekt men van schade aan auto’s, belletje-trek, lawaai door studentenfuiven. Antwoord: De stationsbuurt is een omgeving die door de wijkpolitie van Nieuw Gent zeer regelmatig wordt aangedaan. Het is een zorggebied waar het wijkzorgteam actie voert, vooral tijdens de 25


‘late’avond en de ‘vroege’nachtelijke uren… Zij opereren zowel in burger als in uniform. Hun aandacht gaat vooral uit naar allerhande overlastvormen die worden gesignaleerd door de burger (druggebruik en -dealen, fietsdiefstallen, wildplassen, vandalisme, inbraken…).Geregeld boekt men resultaat en worden daders gevat. De studentenomgeving (wijde omgeving Overpoortstraat) wordt regelmatig meegenomen tijdens hun avondlijke overlastacties. Via allerlei kanalen worden studenten elk jaar gesensibiliseerd om in wederzijds respect hun studententijd in Gent te vervolmaken. Verspreid over het academiejaar worden tal van sensibilisatiecampagnes georganiseerd rond diverse thema’s zoals gelegenheidsdiefstallen, afvalaanbieding, lawaaihinder / nachtlawaai, drug- en alcoholgebruik/-misbruik, wildplakken en graffiti, CO-preventie. Er is de brochure ‘studenten en preventie’, de affiche ‘eerste hulp bij kotgevallen’ of de affiche 'Gent ziet u…’ (sensibiliseert studenten om het op en rond hun kot wat rustig aan te doen en zo min mogelijk buren- of buurthinder te veroorzaken). Er zijn KOT KOT KOT UIT! - acties rond kotfuiven…De Stad Gent werkt hiervoor intensief samen met de hoger onderwijsinstellingen en hun studentenvoorzieningen, alsook met de studentenverenigingen en de aangesloten leden. In het kader hiervan werd er bv in 2010 een brievenactie gehouden in de stationsbuurt om het samenleven tussen buurtbewoners en studenten te bevorderen. Bewoners van delen van Nieuw Gent – UZ, Stationsbuurt Noord en Zuid, zowel studenten als buurtbewoners, werden geïnformeerd over bestaande reglementeringen met betrekking tot afval, fietsen, nachtlawaai en studentenhuisvesting. Verder werden er tips gegeven om overlast te voorkomen en stonden er adressen bij zodat mensen die met typische ‘studentenoverlast’ te maken hebben, weten tot wie ze zich kunnen wenden. Daarnaast werd in 2008 een integraal en geïntegreerd project "studentenoverlast" met diverse partners (oa studentenpreventiecoach, Gebiedsgerichte Werking, Gemeenschapswacht, IVAGO, studentenambtenaar, wijkpolitie, ...) opgestart. De bedoeling van dit project is om kort op de bal te spelen, en onmiddellijk te reageren bij overlast (bv bij overlast afkomstig van kotfuiven): - Bij een eerste overlastmelding krijgt de overlastveroorzaker een brief ondertekend door de burgemeester, de schepen van Onderwijs en Opvoeding en de stadssecretaris. De Gemeenschapswacht geeft de brief persoonlijk af, geeft er een woordje uitleg bij en vraagt om het gedrag bij te sturen. - Bij een tweede melding op hetzelfde adres ontvangen de studenten een tweede brief en wordt er een kopie naar de eigenaar van de woning verstuurd. De tweede brief wordt afgegeven door de studentenpreventiecoach, die ook een bemiddelingsgesprek voert met de studenten en bewoners. - Bij een derde melding neemt de politie het dossier over. Deze procedure sluit niet uit dat de politie intussen verbaliseert wanneer zij n.a.v. klachten een vaststelling van geluidshinder doen. Tijdens het academiejaar 2009-2010 kwamen er bij de studentenpreventiecoach 24 meldingen binnen uit Stationsbuurt Noord en Zuid van de totaal 79 meldingen. Om na te denken over het groeiende aantal studenten en de gevolgen daarvan voor de stad is de Werkgroep Student opgestart. Er komen verschillende thema’s aan bod zoals huisvesting, geluidshinder en andere overlastproblemen Duidelijk is dat er maatregelen genomen moeten worden om alles voor iedereen leefbaar te houden. Een eerste concrete actie is een studie over ‘de student' om zicht te krijgen op wie die student precies is: vanwaar komt hij, hoe verplaatst hij zich, waar doet hij zijn inkopen en vele andere vragen. 26


Vraag: Ook over overlast (ondermeer nachtlawaai) en kleine criminaliteit door krakers zijn er klachten. Concreet: in de Smidsestraat / Lostraat. Men vraagt dat de politie hier (meer) tegen zou optreden. Verder worden overlast en vandalisme gesignaleerd rond de cafés in de buurt van het station. Een bewoner vraagt dat de politie meer zichtbaar wordt in de wijk. We kennen de wijkagent niet, luidt de opmerking. Een wijkagent zou nochtans een ideale go-between zijn voor het oplossen van lokale probleempjes. Antwoord: De wijkpolitie, in het bijzonder de buurtinspecteur en leden van het wijkzorgteam, zijn op de hoogte van de aanwezigheid van krakers. Er is regelmatig contact met de eigenaar van de panden. Het is echter zo dat krakers enkel kunnen uitgezet worden op bevel van de rechter. De procedure dient gestart te worden via de eigenaar. Enkele krakers van de betreffende panden werden eerder reeds opgepakt voor uiteenlopende feiten. Ook enkele cafés in de buurt van het station zijn gekend omwille van het dealen van drugs en/of het plegen van vandalisme. De politie organiseert - in samenspraak met het parket - af en toe gerichte en gecoördineerde acties. Ook hier voert het wijkzorgteam actie, gericht op de gerelateerde criminaliteit en overlast op straat. Tot slot doen de buurtinspecteurs er alles aan om zoveel als mogelijk zichtbaar en aanspreekbaar te zijn op hun wijk. Twee jaar geleden hebben alle buurtinspecteurs een wijkkaart met alle nodige coördinaten achtergelaten in alle woningen in hun buurt. Alle nieuwe inwoners worden door de buurtinspecteur bezocht bij woonstvaststelling. Ten slotte proberen buurtinspecteurs ook aanwezig te zijn op de buurtgebonden evenementen.

6. ANDERE Vraag: Er is een vraag naar een socio-cultureel centrum voor muziek, theater … Antwoord: In de Stationsbuurt Noord en Zuid kunnen bewoners terecht in onderstaande zalen: - Ros Beiaard - Parochiale Kring Sint-Paulus - Clubhuizen voor senioren in de Handbalstraat, aan het Citadelpark en net buiten de wijk in de Ottergemsesteenweg - Diverse onderwijsinfrastructuur (Universiteit, scholen …) - … Gent is een stad met een rijk sociaal-cultureel verenigingsleven. Een heel aantal verenigingen beschikt over infrastructuur om ontmoeting en activiteiten te organiseren. Het beheer en onderhoud van die infrastructuur is voor vrijwilligersverenigingen meestal een intensieve aangelegenheid. De Stad wil de vrijwilligers hierin ondersteunen door subsidies te verlenen voor het verbeteren van de wijkinfrastructuur, en hen te begeleiden en adviseren in de uitvoering van de verbeteringswerken. Zo activeert de Stad de bestaande sociaal-culturele netwerken. Het is beter om de bestaande zalen en infrastructuur te verbeteren, dan om te investeren in nieuwe gebouwen. De Stad heeft hierin de voorbije jaren geïnvesteerd, o.a. via de 27


investeringssubsidie voor de uitrusting van culturele wijkinfrastructuur. Dit beleid wordt gecontinueerd. Dat impliceert enerzijds het verbeteren van de uitrusting en kwaliteit van deze zalen, maar ook het openstellen van het gebruik ervan voor verschillende groepen gebruikers. De meeste zalen zijn immers niet ‘neutraal’, maar dat is eigen aan het sociaal-cultureel verenigingsleven. Het komt erop aan niet deze ‘strekkingen’ te neutraliseren, maar wel om het gebruik van de beschikbare infrastructuur open te trekken naar andere groepen gebruikers. Circa (Cultuurcentrum Gent) staat sinds 2008 in voor het ter beschikking stellen van stadsgebouwen die door het verenigingsleven (tegen voordelig tarief) kunnen gebruikt worden. Het betreft een 20-tal locaties: historische gebouwen in het centrum van de stad, en zalen in de deelgemeenten van de stad, zoals bvb. het kasteel Borluut in Sint-Denijs-Westrem of de voormalige raadzalen in de deelgemeenten van de stad. Momenteel zitten geen locaties in de Stationsbuurt Noord of Zuid in dat pakket. Circa organiseert ook jaarlijks een aantal eigen culturele activiteiten verspreid over de stad. Dit kunnen zowel kleinschalige als omvangrijke activiteiten zijn, in allerlei disciplines (film, theater, muziek, beeldende kunsten, enz.). Daarmee probeert Circa tegemoet te komen aan de vraag van bepaalde wijken om ook eens een culturele activiteit ‘dicht bij huis’ te hebben. Zo werd in februari 2011 de 4e editie van ‘CinéPrivé, filmfestival op locatie’ georganiseerd in Stationsbuurt Noord. Op verschillende plaatsen verspreid over de wijk (meestal in de huiskamer van mensen die zich daarvoor hebben kandidaat gesteld) werden filmavonden voorzien. Bovendien organiseerde Circa hierbij aansluitend, en dit voor het eerst, ‘CinéKadee’ een filmfestival voor kinderen. Vraag: Tot slot een verzuchting van een leerling van de basisschool: ‘We willen graag een glijbaan in het Stropzwembad. De glijbaan moet breed genoeg zijn voor twee personen. We willen graag een half-open glijbaan die draait. Er moet een lichtje aan het begin hangen om te weten wanneer de volgende kan gaan (rood en groen).’ Antwoord: Er zijn in Gent veel mensen die de zwembaden gebruiken: kinderen willen ruimte om te spelen in het water, goede zwemmers willen plaats om op hun snelheid te trainen, senioren willen rustig kunnen zwemmen, … Daarom is in Gent beslist om per zwembad een aantal functies te voorzien. In het Stropzwembad ligt de nadruk op baantjes trekken. Als je er wil oefenen om bijvoorbeeld je 100 m brevet te halen, dan kan dat daar perfect! Er zitten ook heel wat zwemclubs, en volwassenen kunnen er terecht in de sauna. In andere zwembaden mag er wel gespeeld worden. In het Rooigem-zwembad is er een glijbaan en in het openluchtzwembad Neptunus zijn verschillende speeltoestellen. In Sint-Amandsberg wordt momenteel een volledig nieuw sportcentrum gebouwd. Er komt een groot zwembad (50 m lang en 25 m breed) en nog een apart zwembad met daarin een wildwaterbaan, glijbaan, en warmwaterlagune. Voor de allerkleinsten komt er een kinderbad met speeltuigen en voor de iets grotere kinderen een dynamische waterspeeltuin. Hoe het met de bouw zit kan je zelf volgen op het internet via de website www.sr-gent.be. En in de zomer is er natuurlijk nog altijd de Blaarmeersen voor eindeloze waterpret.

28

Signalen van bewoners uit de Stationsbuurten Noord en Zuid: vragen en antwoorden

Recommend Documents