Selectielijst van de Politieacademie en rechtsvoorganger op het beleidsterrein Politie, 1992-

Selectielijst van de Politieacademie en rechtsvoorganger op het beleidsterrein “Politie”, 1992-

Voor de zorgdrager: - Politieacademie

Versie vastgesteld Staatscourant 6440, 3 april 2012

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger INHOUDSOPGAVE OVERZICHT VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN........................................................................................... 3 VERANTWOORDING ................................................................................................................................ 4 1 Wettelijk kader voor de selectie van overheidsarchieven ......................................................... 4 2 Doel, werking, reikwijdte en totstandkoming van de selectielijst ............................................ 5 3 Institutionele informatie LSOP en Politieacademie ................................................................... 6 Beschrijving van de taken van LSOP en Politieacademie ................................................................ 6 Historisch overzicht van LSOP en Politieacademie........................................................................ 11 SELECTIECRITERIA.................................................................................................................................. 13 VERSLAG VAN DE VASTSTELLINGSPROCEDURE..................................................................................... 15 LEESWIJZER VAN DE HANDELINGEN ..................................................................................................... 16 SELECTIELIJST......................................................................................................................................... 17 ACTOR: LSOP/POLITIEACADEMIE .......................................................................................................... 17 1 Raad van Toezicht..................................................................................................................... 17 2 College van Bestuur.................................................................................................................. 17 3 Algemeen.................................................................................................................................. 18 4 Onderwijs ................................................................................................................................. 19 5 Examinering.............................................................................................................................. 20 6 Contractonderwijs.................................................................................................................... 21 7 Onderzoek, Kennis en Ontwikkeling ........................................................................................ 21 8 Werving en Selectie.................................................................................................................. 22 9 Bedrijfsvoering ......................................................................................................................... 23 Algemeen....................................................................................................................................... 23 Communicatie en Marketing......................................................................................................... 23 Auditing ......................................................................................................................................... 24 Integriteit en Veiligheid................................................................................................................. 25 Huisvesting .................................................................................................................................... 25 Inkoop............................................................................................................................................ 26 Financiën ....................................................................................................................................... 26 Personeel en Organisatie .............................................................................................................. 27 Informatie en Change Management ............................................................................................. 30 Documentaire Informatievoorziening........................................................................................... 30 ACTOR: ONDERNEMINGSRAAD............................................................................................................. 31 GERAADPLEEGDE BRONNEN ................................................................................................................. 32 RELEVANTE WET- EN REGELGEVING ..................................................................................................... 33

2

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger

OVERZICHT VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN ITS LSOP OCW PID PIVOT PKN RIO Stb. Stcrt. ZBO

Instituut Toegepaste Psychologie Landelijk Selectie- en Opleidingsinstituut Politie Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Project Initiation Document Project Invoering Verkorting Overbrengingstermijn PolitieKennisNet Rapport Institutioneel Onderzoek Staatsblad Staatscourant Zelfstandig Bestuursorgaan

3


VERANTWOORDING 1 Wettelijk kader voor de selectie van overheidsarchieven Ingevolge artikel 3 van de Archiefwet 1995 (Stb. 1995, 276) dient de overheid haar archiefbescheiden in goede, geordende en toegankelijke staat te brengen en te bewaren. Onder 'archiefbescheiden' worden niet slechts papieren documenten verstaan, maar alle bescheiden - ongeacht de drager - die door een overheidsorgaan zijn ontvangen of opgemaakt en naar hun aard bestemd zijn daaronder te berusten. Ook digitaal vastgelegde informatie valt dus onder de werking van de archiefwetgeving. Het in goede en geordende staat bewaren van archiefbescheiden houdt onder meer in dat een overheidsarchief op gezette tijden wordt geschoond. In dat verband schrijft de Archiefwet 1995 (Stb. 1995, 276) zowel een vernietigingsplicht (artikel 3) als overbrengingsplicht (artikel 12) voor. Beide plichten rusten op degene die de bestuurlijke verantwoordelijkheid draagt voor het beheer van het desbetreffende archief: de zorgdrager. De verplichting tot overbrenging bepaalt dat de zorgdrager zijn archiefbescheiden die niet voor vernietiging in aanmerking komen en ouder zijn dan twintig jaar ter blijvende bewaring overbrengt naar een archiefbewaarplaats. Wat de archiefbescheiden van de rijksoverheid betreft, is de aangewezen archiefbewaarplaats het Nationaal Archief in Den Haag. In verband met de selectie van hun archiefbescheiden zijn zorgdragers op grond van artikel 5 van de Archiefwet 1995 verplicht hiertoe selectielijsten op te stellen. In een selectielijst dient te worden aangegeven welke archiefbescheiden voor vernietiging, dan wel voor blijvende bewaring in aanmerking komen. Voorts dient een selectielijst de termijnen aan te geven, waarna de te vernietigen bestanddelen dienen te worden vernietigd. Een selectielijst is naar haar aard een duurzaam instrument. Het ligt in de rede dat een organisatie een vastgestelde lijst niet eenmalig toepast maar (zo nodig in geactualiseerde vorm) blijft hanteren om de periodieke aanwas van archiefmateriaal te selecteren. Een selectielijst vormt zo een belangrijk onderdeel van het instrumentarium voor het beheer van de documentaire informatievoorziening in een overheidsorganisatie. Bij het ontwerpen van een selectielijst dient krachtens artikel 2, lid 1 van het Archiefbesluit 1995 (Stb. 1995, 671) rekening gehouden te worden met: • de taak van het desbetreffende overheidsorgaan; • de verhouding van dit overheidsorgaan tot andere overheidsorganen; • de waarde van de archiefbescheiden als bestanddeel van het cultureel erfgoed; • het belang van de in de bescheiden voorkomende gegevens voor overheidsorganen, recht- of bewijszoekenden en historisch onderzoek. Voorts moeten ingevolge artikel 3 van het Archiefbesluit 1995 (Stb. 1995, 671) bij het ontwerpen van een selectielijst ten minste betrokken zijn: • een deskundige op het gebied van de organisatie en taken van het desbetreffende overheidsorgaan; • een deskundige ten aanzien van het beheer van de archiefbescheiden van dat orgaan; • en (een vertegenwoordiger van) de Algemeen Rijksarchivaris. Wat betreft de geldigheidsduur van de selectielijst wordt uitgegaan van de wettelijke periode van twintig jaar vanaf de vaststelling. Dit laat uiteraard onverlet dat de selectielijst (of een bepaald 4

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger onderdeel daarvan) binnen deze termijn zal komen te vervallen, indien dit mocht worden bepaald bij de vaststelling (via de aangewezen archiefwettelijke weg) van een nieuwe dan wel herziene selectielijst. Selectielijsten worden gewoonlijk na advies van de Raad voor Cultuur vastgesteld door de Minister van OCW en de betrokken zorgdrager(s). De selectielijsten van ZBO’s stelt alleen de Minister van OCW vast. De vaststellingsbesluiten van selectielijsten worden in de Staatscourant gepubliceerd.

2 Doel, werking, reikwijdte en totstandkoming van de selectielijst De selectielijst is opgesteld in overeenstemming met de selectiedoelstelling van het Nationaal Archief. Het doel van de selectie is dat de belangrijkste bronnen van de Nederlandse samenleving en cultuur veilig worden gesteld voor blijvende bewaring. Met het te bewaren materiaal moet het mogelijk zijn om een reconstructie te maken van de hoofdlijnen van het handelen van de rijksoverheid ten opzichte van haar omgeving, maar ook van de belangrijkste historischmaatschappelijke gebeurtenissen en ontwikkelingen, voor zo ver deze zijn te reconstrueren uit overheidsarchieven. De vastgestelde selectielijst vervult verschillende functies: • Voor de zorgdrager is de selectielijst van belang voor de bedrijfsvoering als mogelijke basis voor ordeningsplannen. • Voor de zorgdrager dient de selectielijst als verantwoording tegenover de recht- en bewijszoekende burger, die de mogelijkheid heeft tijdens de ter inzage legging invloed uit te oefenen op het bewaar- en vernietigingsbeleid (Archiefbesluit 1995, artikel 2, eerste lid, onder d). • Voor de Minister belast met het cultuurbeleid (vertegenwoordigd door de Algemeen Rijksarchivaris) is de selectielijst de verantwoording inzake het bewaar- en vernietigingsbeleid vanuit cultureel-historisch belang (Archiefbesluit 1995, artikel 2, eerste lid, onder c). De selectielijst heeft betrekking op het geheel van de bescheiden die de administratieve neerslag vormen van het handelen van de Politieacademie en de LSOP. Het LSOP wordt vermeld in het Rapport Institutioneel Onderzoek ‘HANDELEN MET DE STERKE ARM. Rapport institutioneel onderzoek naar het beleidsterrein 'politie' 1994-‘ (RIO 31). De voorliggende selectielijst is echter niet gebaseerd op dit RIO. In de inleiding is het resultaat van een eigen institutioneel onderzoek van het LSOP/de Politieacademie weergegeven in de vorm van een historisch overzicht en een beschrijving van de taken op het beleidsterrein. De Politieacademie neemt, net als haar rechtsvoorganger LSOP, als onderwijsinstelling een bijzondere plaats in op het beleidsterrein Politie, vandaar dat er behoefte is aan een aparte selectielijst. Sinds 1992 zijn de taken op t.a.v. politieonderwijs, -onderzoek, werving en selectie gebundeld en binnen een organisatie ondergebracht. Dit jaar is dan ook als begindatum genomen voor deze selectielijst. De Politieacademie is, net als haar rechtsvoorganger, een publiekrechtelijk ZBO dat belast is met openbare gezagstaken en heeft volledige rechtsbevoegdheid. Vandaar zijn ook handelingen met betrekking tot bedrijfsvoering in deze selectielijst opgenomen.

5

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger Alle handelingen voor de actoren Bestuursraad LSOP en Directie LSOP in de Selectielijst voor de neerslag van de handelingen op het beleidsterrein Politie over de periode 1945–1993 (Stcrt. 2007, 215) worden ingetrokken. De handelingen voor de actoren Bestuursraad LSOP en Directie LSOP in bovengenoemde selectielijsten zijn vervangen door handelingen in de voorliggende selectielijst. In de Selectielijst voor de neerslag van de handelingen op het beleidsterrein Politie over de periode vanaf 1994 (Stcrt. 2005, 62) is het LSOP niet meer als actor opgenomen. Het niveau waarop geselecteerd wordt, is niet dat van de stukken zelf, maar dat van de handelingen waarvan die archiefbescheiden de administratieve neerslag vormen. Een selectielijst is derhalve geen opsomming van (categorieën) stukken, maar een lijst van handelingen van de Politieacademie en de LSOP, waarbij elke handeling is voorzien van een waardering en indien van toepassing een vernietigingstermijn. De opgestelde ontwerp-selectielijst wordt voorgelegd aan de Raad van Cultuur en op verschillende plaatsen ter inzage gelegd. Na eventuele wijziging van de ontwerp-selectielijst kan worden overgegaan tot de vaststelling. De selectielijst wordt vastgesteld in een besluit van de Minister belast met het cultuurbeleid (tegenwoordig de Minister van OCW).

3 Institutionele informatie LSOP en Politieacademie Beschrijving van de taken van LSOP en Politieacademie Afbakening van het beleidsterrein Binnen het beleidsterrein Politie acteert de Politieacademie, net als haar rechtsvoorganger LSOP, uitsluitend op het gebied van politieonderwijs, -onderzoek, en werving en selectie van kandidaten voor politieacademie. De daadwerkelijke werving- en selectieprocedure wordt door de Politieacademie uitgevoerd. De Politieacademie adviseert de Korpsen t.a.v. hun werving- en selectiebeleid. Hierover vindt overleg plaats tussen de Korpsen en de Politieacademie. De Politieacademie heeft, net als haar rechtsvoorganger LSOP, drie kerntaken: Werving en Selectie, Politieonderwijs, en Onderzoek, Kennis en Ontwikkeling. Elke taak is ondergebracht bij één organisatieonderdeel: a. Werving & Selectie; b. Onderwijs; c. Onderzoek, Kennis & Ontwikkeling. De ondersteunende taken zijn gestandaardiseerd en centraal belegd bij één van de twee ondersteunende onderdelen: d. Concernondersteunende Dienst, voor de beheersmatige, meer uitvoerende ondersteuning; e. Bestuurs- & Concernstaf, voor de beleidsondersteuning. Werving & Selectie Het organisatieonderdeel Werving & Selectie is medeverantwoordelijk voor de personeelsvoorziening van de Nederlandse politie. Hierin zijn drie deeltaken onderscheiden: Werving, Selectie en Monitoring/Onderzoek.

6

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger Werving De Politieacademie coördineert en ondersteunt de landelijke wervingsacties voor de politie, geeft informatie aan potentiële sollicitanten en doet onderzoek naar de arbeidsmarkt. De afdeling Werving bestaat uit de onderdelen Arbeidsmarkt-communicatie en het Landelijk Contactcentrum Werving & Selectie politie. Bij het Landelijk Contactcentrum komen alle aanmeldingen binnen van belangstellenden en sollicitanten voor een functie bij de politie. Het Contactcentrum verwerkt hun aanmeldingen en sollicitaties en beantwoordt hun vragen. Selectie De Politieacademie voert de wettelijke intrede- en vervolgselecties uit voor functies bij de Nederlandse politie. De afdeling Selectie selecteert kandidaten op twee locaties in het land: Amsterdam en Apeldoorn. Monitoring/Onderzoek De Politieacademie monitort en voert dataonderzoek en -analyse uit in de keten werving – selectie onderwijs - examinering. Onderwijs Het organisatieonderdeel Onderwijs verzorgt het initieel en postinitieel politieonderwijs dat de Politieacademie wettelijk tot taak heeft om uit te voeren. Het politieonderwijs is beroepsonderwijs met diploma’s die gelijkwaardig zijn aan die van het regulier onderwijs. Studenten leren deels op de Politieacademie, deels op hun werkplek bij het korps (duaal leren). Elke opleiding is gebaseerd op door de Minister - in overleg met de politiepraktijk vastgestelde beroepsprofielen. De scholen Het onderwijs is ondergebracht in zes scholen: • School voor Politiekunde (initieel onderwijs). • School voor Hogere Politiekunde (initieel onderwijs). • School voor Politie Leiderschap (postinitieel onderwijs). • School voor Recherche (postinitieel onderwijs). • School voor Handhaving (postinitieel onderwijs). • School voor Gevaar- & Crisisbeheersing (postinitieel onderwijs). Initieel onderwijs De Politieacademie leidt met initieel politieonderwijs aspiranten op voor de algemene uitoefening van het politievak. Dat doet ze met vijf opleidingen: • De Assistent politiemedewerker (mbo-niveau 2). • De Politiemedewerker (mbo-niveau 3). • De Allround politiemedewerker (mbo-niveau 4). • Bachelor of Policing (hbo-niveau). • Master of Science in Policing (wo-niveau). De eerste drie opleidingen worden uitgevoerd in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag,Eindhoven, Apeldoorn en Drachten. De laatste twee opleidingen in Apeldoorn. Post initieel onderwijs De Politieacademie leidt met het postinitieel (specialistisch) onderwijs zittende politiemedewerkers op voor de uitoefening van specialistische taken binnen de politie.

7

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger Contractonderwijs Voor speciale opleidingsvragen van korpsen, maar ook van andere organisaties die zich bezig houden met veiligheid, biedt de Politieacademie contractonderwijs aan. Dit houdt in dat het onderwijs in overleg met de opdrachtgever op maat wordt gemaakt. Examens en Erkende Verworven Competenties (EVC) Examens worden docentonafhankelijk afgenomen, door de afdeling Examinering. Daar vindt ook de beoordeling plaats van de competenties die de student eerder verworven heeft (EVC), wat kan leiden tot vrijstellingen voor delen van opleidingen. Onderzoek, Kennis & Ontwikkeling Het organisatieonderdeel Onderzoek, Kennis & Ontwikkeling draagt kennis over aan de Nederlandse politie en draagt bij aan de ontwikkeling van de uitoefening van de politietaak door het doen van politiekundig onderzoek. Dit onderzoek is gericht op de praktische toepassing door de politie, en tegelijkertijd theoretisch relevant. Onderzoeksresultaten worden gebruikt om het politievak te versterken en worden verwerkt in het onderwijs. Onderzoek De afdeling Onderzoek is georganiseerd rond lectoraten. De lectoraten worden gevormd door lectoren en programmamanagers, waaraan onderzoekers en junior onderzoekers zijn gekoppeld. De Politieacademie heeft de volgende lectoraten: – Openbare Orde & Gevaarbeheersing – Crisisbeheersing – Criminaliteitsbeheersing & Recherchekunde – Intelligence – Gemeenschappelijke Veiligheidskunde – Financieel Economische Criminaliteit – Multicultureel Vakmanschap & Diversiteit – Lerende Politieorganisatie Kennisprogramma – Politieleiderschap & Maatschappelijke Integriteit Kennis Kennis is opgebouwd rond de mediatheek en het PolitieKennisNet (PKN), dat de Politieacademie sinds een aantal jaren aan de korpsen en andere partners biedt. Ontwikkeling Korpsen hebben, ieder afzonderlijk maar steeds vaker ook gezamenlijk strategische vraagstukken en prioriteiten. De Politieacademie ondersteunt met haar ontwikkelfunctie de korpsen in het oplossen van deze vraagstukken. Concernondersteunende Dienst De Concernondersteunende Dienst ondersteunt binnen de Politieacademie de andere organisatieonderdelen. Bestuurs- & Concernstaf De Bestuurs- & Concernstaf geeft in de eerste plaats integrale ondersteuning aan het College van Bestuur bij het besturen van de totale Politieacademie en bij de uitoefening van alle andere interne en externe bestuurstaken. Verder ondersteunt de Bestuurs- & Concernstaf de totale organisatie op het gebied van: Controlling, Auditing, Communicatie & Marketing, Strategie & Beleid en Integriteit & 8

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger Veiligheid. College van Bestuur Het College van Bestuur is verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding aan de organisatie. Raad van Toezicht De Politieacademie kent als zelfstandig bestuursorgaan een (wettelijk vastgelegde) functiescheiding tussen bestuur (uitgeoefend door het College van Bestuur) en toezicht (uitgeoefend door de Raad van Toezicht). De Raad van Toezicht heeft als taak toezicht houden op het College van Bestuur van de Politieacademie. Dit toezicht heeft betrekking op zowel de bedrijfsvoering als op de kwaliteit van de primaire taken van de Politieacademie en het wordt uitgeoefend vanuit een brede maatschappelijke optiek. Ondernemingsraad De ondernemingsraad voert periodiek overleg met het College van Bestuur en behartigt hierbij Politieacademiebreed de belangen van de medewerkers. Vergaderingen van de ondernemingsraad zijn in beginsel voor medewerkers openbaar en het is dus altijd mogelijk om een vergadering als belangstellende bij te wonen. Politieonderwijsraad De kwaliteit van het politieonderwijs en de kennisfunctie van de Politieacademie zijn geborgd via de Politieonderwijsraad en de Politiekennisraad. Deze twee raden zijn onafhankelijke adviesorganen. De Politieonderwijsraad zorgt ervoor dat het aanbod van het politieonderwijs voldoet aan de behoefte van de politiepraktijk. Daarnaast is de raad mede verantwoordelijk voor de doorontwikkeling van het samenhangend stelsel van politieonderwijs. Verder zorgt de Politieonderwijsraad ervoor dat de kwalificatiestructuur (niveaus en diploma's) van het politieonderwijs aansluit bij het reguliere onderwijs. De Politieonderwijsraad adviseert de minister belast met Veiligheid en Justitie (gevraagd en ongevraagd) over het Nederlandse politieonderwijs. Tevens fungeert de raad als een afstemmingsorgaan tussen direct en indirecte betrokkenen bij het Nederlandse politieonderwijs. De Politieonderwijsraad is onafhankelijk en maakt geen deel uit van de Politieacademie. De aandacht in de Politieonderwijsraad gaat in het bijzonder uit naar de relatie tussen de kenmerken en ontwikkelingen van de politiepraktijk, de (politie)arbeidsmarkt en het politieonderwijs. Daarbij heeft de relatie met het reguliere beroepsonderwijs en het hoger onderwijs steeds de aandacht, evenals de internationale dimensie. Politiekennisraad De kwaliteit van het politieonderwijs en de kennisfunctie van de Politieacademie zijn geborgd via de Politieonderwijsraad en de Politiekennisraad. Deze twee raden zijn onafhankelijke adviesorganen. De Politiekennisraad legt zich toe op de kennisfunctie van de Politieacademie. De kennisfunctie staat ten dienste van zowel de verbetering en vernieuwing van de dagelijkse beroepspraktijk als van de ontwikkeling van het 'vak' politiekunde. Verhouding van de Politieacademie tot de Ministeries belast met Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Justitie De ministeries belast met Binnenlandse Zaken en Justitie hebben de Politieacademie de opdracht gegeven het politieonderwijs in te richten en te verzorgen. De minister belast met BZK stelt jaarlijks geld ter beschikking om het initiële en postinitiële politieonderwijs uit te kunnen voeren en mensen 9

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger te werven en te selecteren voor een baan bij de politie. Daarnaast stelt de minister geld beschikbaar om de kennisfunctie van de Politieacademie te bekostigen. De Politieacademie maakt met betrekking tot haar activiteiten duidelijke afspraken met het ministerie belast met Binnenlandse Zaken en rapporteert aan het ministerie over de behaalde resultaten. De organisatiestructuur van de Politieacademie is in onderstaand organogram weergegeven:

10


Historisch overzicht van LSOP en Politieacademie Definitie van het beleidsterrein In artikel 28 van de Politiewet 1957 staat de taak van de politie algemeen omschreven. 'De politie heeft tot taak in ondergeschiktheid aan het bevoegd gezag en in overeenstemming met de geldende rechtsregelen te zorgen voor de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen, die deze behoeven'. De handhaving van de rechtsorde kan onderverdeeld worden in twee onderling verweven componenten: de handhaving van de openbare orde en de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde. Handhaving van de openbare orde is de zorg voor de naleving van regels, bij niet naleving waarvan de orde en rust in het openbare leven wordt verstoord. Dit omvat enerzijds het voorkomen of beëindigen van verstoringen van de openbare orde en anderzijds de algemene, bestuurlijke voorkoming van strafbare feiten die invloed hebben op de orde en rust in de gemeentelijke samenleving, bijvoorbeeld door middel van vrijheidsbeperkende maatregelen of inbeslagneming. Strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde is in aanleg repressief gericht. Het omvat hoofdzakelijk de daadwerkelijke voorkoming, de opsporing, de beëindiging, de vervolging en berechting van strafbare feiten, alsmede de tenuitvoerlegging van beslissingen van de rechter of het openbaar ministerie in strafzaken. Ook de hulpverlenende taak van de politie hangt samen met haar opdracht de rechtsorde te handhaven. Hieronder kan men verstaan het verlenen van bijstand en raad aan het publiek, bijvoorbeeld het waarschuwen voor dreigende calamiteiten, het oplossen van noodsituaties of het verwijzen naar andere hulpverlenende instanties. Mede als gevolg van de discussies over de reorganisatie van het politiebestel werden aan het begin van de jaren tachtig in de Tweede Kamer meerdere moties ingediend waarin werd aangedrongen op een samenvoeging van het rijks- en gemeentepolitieonderwijs. Kamerleden waren van mening dat men in dit geval niet moest wachten totdat de plannen voor een algehele reorganisatie van het bestel waren uitgekristalliseerd. De vraag was alleen op welke manier men de samenvoeging van het onderwijs het beste kon organiseren. Deze vraag werd beantwoord door het Instituut Toegepaste Psychologie (ITS) dat in 1985 onderzoek deed naar het meest wenselijke beheersmodel voor het politieonderwijs. Het ITS stelde voor om het beheer te regelen in een publiek rechterlijk bedrijfsorgaan. Dit werd het Landelijk Selectie en Opleidingsinstituut Politie (LSOP) dat bij Wet van 24 juni 1992 (Stb. 1992, 320) werd ingesteld. Net als haar rechtsopvolger, de Politieacademie, was LSOP belast met de uitvoering van taken op het gebied van werving, selectie en onderwijs. In 1992 is het Landelijk Selectie- en Opleidingsinstituut Politie (LSOP) als apart orgaan ingesteld, doordat de uitvoering van taken op het gebied van werving, selectie en onderwijs voor de politie verzelfstandigd zijn in een apart hoofdstuk in de Politiewet. Toen in 1994 de Politiewet werd ingetrokken, is de inhoud van dat hoofdstuk in een afzonderlijke LSOP-wet neergelegd. De Politiewet en de LSOP-wet bleven gekoppeld, omdat de Politiewet bepaalt dat de minister bij ministeriële regeling eisen kan stellen aan de bekwaamheid van de ambtenaren van politie. Bovendien werden de landelijke werving, selectie en opleidingen verzorgd door het LSOP. Met het steeds complexer en dynamischer worden van de veiligheidsvraagstukken in de maatschappij - en de daarbij behorende consequenties voor de professionalisering van de politiemedewerkers - begint het LSOP in 1999 met een ingrijpende vernieuwingsoperatie. Bij de start van de vernieuwing is geformuleerd dat de politie zich steeds beter moet instellen op: • de toenemende multiculturaliteit van de samenleving;

11

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger • • • • •

de toename en verharding van geweld, niet alleen tegenover burgers, maar ook tegenover de politie zelf; de toenemende confrontatie met sociale problematiek; het afnemende gezag van de politie; vragen om zich te verantwoorden jegens de samenleving; vragen zich op te stellen als gelijkwaardige maatschappelijke partner.

Begin 2002 is de traditionele, functiegerichte 'bedrijfsopleiding' omgevormd tot een samenhangend stelsel van beroepsonderwijs op mbo-, hbo- en wo-niveau. Deze samenhang in kwalificatie- en opleidingsniveaus is voor het Nederlandse onderwijsstelsel uniek. In april 2004 wijzigt de structuur van het LSOP en luidt de nieuwe naam van het LSOP ‘Politieacademie’. Er zijn twee faculteiten gevormd voor algemene en bijzondere politiekunde en leiderschap. Daarnaast zijn er netwerken gevormd voor kenniscentra en contractactiviteiten. Sinds juli 2009 vaart de Politieacademie een nieuwe koers. Alles is erop gericht om de individuele student te vormen tot een volwaardig politiefunctionaris met gezag. De student staat centraal en de politiepraktijk is uitgangspunt voor kennis, opleiding en groei. Voor deze nieuwe koers reorganiseert de Politieacademie de totale organisatiestructuur en vermindert haar personeelsformatie. De Politieacademie is nu het centrum voor opleidingen en kennis van de Nederlandse politie. Het is een dynamische organisatie, die onderwijs en kennis biedt op hoog niveau, die anticipeert op maatschappelijke ontwikkelingen en deze kan vertalen in onderwijs-op-maat. De Politieacademie werkt daarbij samen met de politiekorpsen en andere partners op het gebied van veiligheid en onderwijs.

12


SELECTIECRITERIA Uitgaande van de algemene selectiedoelstelling heeft PIVOT in 1998 een (gewijzigde) lijst van algemene selectiecriteria geformuleerd. Met behulp van die algemene criteria wordt in een selectielijst een waardering toegekend aan de handelingen die door middel van het institutioneel onderzoek in kaart zijn gebracht. De algemene selectiecriteria van PIVOT zijn positief geformuleerd; het zijn bewaarcriteria. Is een handeling op grond van een criterium gewaardeerd met B ('blijvend te bewaren'), dan betekent dit dat de administratieve neerslag van die handeling te zijner tijd geheel dient te worden overgebracht naar het Nationaal Archief. De neerslag van een handeling die niet aan één van de selectiecriteria voldoet, wordt op termijn vernietigd. De waardering van de desbetreffende handeling luidt dan V (vernietigen), onder vermelding van de periode waarna de vernietiging dient plaats te vinden. De neerslag die uit dergelijke handelingen voortvloeit, is dus niet noodzakelijk geacht voor een reconstructie van het overheidshandelen op hoofdlijnen. Overigens verlangt artikel 5, onder e van het Archiefbesluit 1995 (Stb. 1995, 276) dat selectielijsten de mogelijkheid bieden om neerslag die met een V is gewaardeerd in exceptionele gevallen te bewaren op grond van een uitzonderingscriterium. PIVOT heeft daarom het volgende uitzonderingscriterium geformuleerd: Ingevolge artikel 5, onder e, van het Archiefbesluit 1995 kan neerslag van bepaalde, als te vernietigen gewaardeerde handelingen betreffende personen en/of gebeurtenissen van bijzonder cultureel of maatschappelijk belang, van vernietiging worden uitgezonderd. Om de selectiedoelstelling te bereiken worden de handelingen in de selectielijst gewaardeerd aan de hand van de onderstaande algemene selectiecriteria. Handelingen die gewaardeerd worden met B(ewaren):

13


Algemeen selectiecriterium

Toelichting

1. Handelingen die betrekking hebben op voorbereiding en bepaling van beleid op hoofdlijnen

Hieronder wordt verstaan agendavorming, het analyseren van informatie, het formuleren van adviezen met het oog op toekomstig beleid, het ontwerpen van beleid of het plannen van dat beleid, alsmede het nemen van beslissingen over de inhoud van beleid en terugkoppeling van beleid. Dit omvat het kiezen en specificeren van de doeleinden en de instrumenten.

2. Handelingen die betrekking hebben op evaluatie van beleid op hoofdlijnen

Hieronder wordt verstaan het beschrijven en beoordelen van de inhoud, het proces of de effecten van beleid. Hieruit worden niet perse consequenties getrokken zoals bij terugkoppeling van beleid.

3. Handelingen die betrekking hebben op verantwoording van beleid op hoofdlijnen aan andere actoren

Hieronder valt tevens het uitbrengen van verslag over beleid op hoofdlijnen aan andere actoren of ter publicatie.

4. Handelingen die betrekking hebben op (her)inrichting van organisaties belast met beleid op hoofdlijnen

Hieronder wordt verstaan het instellen, wijzigen of opheffen van organen, organisaties of onderdelen daarvan.

5. Handelingen die bepalend zijn voor de wijze waarop beleidsuitvoering op hoofdlijnen plaatsvindt

Onder beleidsuitvoering wordt verstaan het toepassen van instrumenten om de gekozen doeleinden te bereiken.

6. Handelingen die betrekking hebben op beleidsuitvoering op hoofdlijnen en direct zijn gerelateerd aan of direct voortvloeien uit voor het Koninkrijk der Nederlanden bijzondere tijdsomstandigheden en incidenten

Bijvoorbeeld in het geval de ministeriele verantwoordelijkheid is opgeheven en/of wanneer er sprake is van oorlogstoestand, staat van beleg of toepassing van noodwetgeving.

Naast de algemene criteria kunnen er in een selectielijst, eveneens binnen het kader van de selectiedoelstelling, beleidsterrein-specifieke criteria worden geformuleerd. Daar de noodzaak hiertoe niet aanwezig werd geacht, is in deze selectielijst de mogelijkheid om specifieke selectiecriteria te formuleren niet benut.

14


VERSLAG VAN DE VASTSTELLINGSPROCEDURE In december 2009 is de ontwerp-selectielijst door de Politieacademie aan de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur & Wetenschappen (OC&W) aangeboden, waarna deze hem ter advisering heeft ingediend bij de Raad voor Cultuur (RvC). Van het gevoerde driehoeksoverleg over de waarderingen van de handelingen is een verslag gemaakt, dat tegelijk met de selectielijst naar de RvC is verstuurd. Vanaf 1 augustus 2011 lag de selectielijst gedurende zes weken ter publieke inzage bij de registratiebalie van de studiezaal en op de website van het Nationaal Archief evenals op de website van het ministerie van OCW, hetgeen was aangekondigd in de Staatscourant. Van (historische) organisaties of individuele burgers is geen commentaar ontvangen. Op 17 oktober 2011 bracht de RvC advies uit (kenmerk arc-2011.06241/3), hetwelk naast enkele tekstuele aanpassingen aanleiding heeft gegeven tot de volgende wijzigingen in de ontwerpselectielijst: – de waardering van overleg met stuurgroepen en vakbonden in handeling 7 is gewijzigd van V in B – de waardering van handelingen 52 en 53 is gewijzigd van V in B. Daarop werd de selectielijst op 20 maart 2012 door de algemene rijksarchivaris namens de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen vastgesteld. Deze beschikking is gepubliceerd in de Staatscourant (Stcrt. 2012, nr. 6440, d.d. 3 april [NA/2012/9321]).

15


LEESWIJZER VAN DE HANDELINGEN De handelingen worden beschreven in handelingenblokken. Daarin worden de volgende onderdelen beschreven: Handelingnr. Handeling

Periode Product

Opmerking Waardering

Dit is het unieke volgnummer van de handeling. Dit is een complex van activiteiten die een actor verricht ter vervulling van een taak of op grond van een bevoegdheid. In de praktijk komt een handeling meestal overeen met een procedure of een werkproces. Hier staat het tijdvak vermeld gedurende welke jaren de handeling is verricht. Wanneer er geen eindjaar staat vermeld wordt de handeling nog steeds uitgevoerd. Hier staat het product vermeld waarin de handeling resulteert of zou moeten resulteren. Opsommingen geven een indicatie van de producten en zijn niet altijd uitputtend. Vaak wordt volstaan met een algemeen omschreven eindproduct. Deze aanvullende informatie wordt slechts vermeld wanneer de strekking van de handeling toelichting behoeft. Waardering van de handeling als B (bewaren) of V (vernietigen). Indien vernietigen, dan vermelding van de vernietigingstermijn. Indien bewaren, dan vermelding van het gehanteerde selectiecriterium. Eventueel een nadere toelichting op de waardering.

16


SELECTIELIJST ACTOR: LSOP/POLITIEACADEMIE 1 Raad van Toezicht 1 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het voeren van raadsvergaderingen. 1992Vergaderverslagen, (goedkeurings)besluiten B (1)

2 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het opstellen van regels over de werkwijze van de Raad van Toezicht. 1992Regels B (4)


Het geven van adviezen aan de Minister van Binnenlandse Zaken t.a.v. de benoeming, schorsing en ontslag van bestuursleden. 1992Zienswijzen V 5 jaar na einde dienstbetrekking; V 1 jaar indien voorgedragen kandidaat niet is benoemd.


Het afgeven van oordelen van geen bezwaar m.b.t. nevenfuncties van bestuursleden. 1992Oordelen van geen bezwaar V 5 jaar na beëindigen dienstbetrekking


Het voeren van overleg met het College van Bestuur. 1992Vergaderverslagen B (1)

2 College van Bestuur 6 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het voeren van bestuursvergaderingen. 1992Vergaderverslagen, (vaststellings)besluiten B (1, 3, 4); Benoemingsbesluiten leden van de Commissie van Beroep V10 jaar na beëindigen functie

17

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger 7 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:

Het voeren van intern en extern overleg. 1992Vergaderverslagen B (1); overleg met ondernemingsraad: V 10 jaar Het extern overleg bedoeld in handeling 12 heeft een praktisch karakter. Formeel extern overleg wordt gevoerd door het College van Bestuur en wordt conform handeling 7 bewaard. Onder deze handeling valt ook formeel overleg met stuurgroepen en vakbonden.

3 Algemeen 8 Handeling:

Waardering:

Het opstellen van jaarplannen, formatierapporten, beleidsplannen, begrotingen, meerjarenramingen, jaarverslagen, jaarrekeningen en accountantsverklaringen 1992Jaarplannen, formatierapporten, beleidsplannen, begrotingen, meerjarenramingen, jaarverslagen, jaarrekeningen en accountantsverklaringen B(5)


Het voeren van directieoverleg. 1992Adviezen, besluiten, agenda's, vergaderverslagen B (1)

Periode: Product:

10 Handeling: Periode: Product: Waardering: 11 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:

12 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:

Het ontwikkelen van beleid m.b.t. politieonderwijs, -onderzoek, en werving en selectie. 1992Notities B (1)

Het voeren van overleg m.b.t. politieonderwijs, -onderzoek, en werving en selectie. 1992Vergaderverslagen, agenda's V 5 jaar Het directieoverleg in handeling 9 wordt gevoerd door directeuren en heeft een beleidsmatig karakter. Het overleg in handeling 11 wordt gevoerd op afdelingsniveau en heeft een praktisch karakter.

Het voeren van extern overleg. 1992Vergaderverslagen, agenda's, gespreksverslagen V 10 jaar Het extern overleg bedoeld in handeling 12 heeft een praktisch karakter. Formeel extern overleg wordt gevoerd door het College van Bestuur en wordt conform handeling 7 bewaard.

18


13 Handeling: Periode: Product: Waardering: 14 Handeling: Periode: Product: Waardering: 15 Handeling: Periode: Product: Waardering: 16 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het verrichten en evalueren van beleidsonderzoek m.b.t. politieonderwijs, onderzoek, en werving en selectie. 1992Onderzoeksrapporten B (2)

Het opstellen van procedures en werkinstructies m.b.t. politieonderwijs, -onderzoek, en werving en selectie. 1992Procedures, werkinstructies V 5 jaar na vervanging

Het verstrekken van inlichtingen m.b.t. politieonderwijs, -onderzoek, en werving en selectie. 1992Correspondentie V 3 jaar

Het uitvoeren van projecten en programma’s m.b.t. politieonderwijs, -onderzoek, en werving en selectie. 1992Plannen van aanpak, PID, rapportages V 10 jaar na beëindiging project

4 Onderwijs 17 Handeling: Periode: Product:

Waardering: Opmerking:


Het ontwikkelen, innoveren en beheren van het onderwijsprogramma en het onderwijscurriculum. 1992Onderwijsprogramma's, studiegidsen, lesmateriaal, lesplannen, beroepsprofielen, curricula, opdrachten, opgaven, toetsen, proeven van bekwaamheid, besluiten van de Politieonderwijsraad. B (5) onderwijsprogramma’s, studiegidsen, niet ingevulde format van proeven, besluiten; overige documenten: V 5 jaar na vervanging Bij elke wijziging van het onderwijsprogramma is toestemming van de Politieonderwijsraad nodig

Het zorgdragen voor de ontwikkeling van competenties en de inhoudelijke ontwikkeling van studenten. 1992Leerwerkplannen, COP, reflectieverslag, voortgangsverslagen V 10 jaar

19



Het zorgdragen voor kwaliteitszorg en accreditatie t.a.v. politieonderwijs. 1992zelfevaluatierapporten, meetinstrumenten V 10 jaar


Het coachen, trainen en opleiden van docenten en examinatoren. 1992Gespreksverslagen V 5 jaar

21 Handeling: Periode: Product: Waardering: 22 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het beheren van de studentadministratie. 1992Instroomoverzichten, presentielijsten, evenementenlijsten, examenlijsten, presentielijsten V 10 jaar

Plannen en roosteren van onderwijs 1992Jaarplanningen, productomschrijvingen, wijzigingsoverzichten, capaciteitsmodellen, competentiematrices, bemensingsplannen V 3 jaar

5 Examinering 23 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het opstellen van Onderwijs- en Examenregeling 1992Onderwijs- en examenregelingen V 7 jaar na vervanging


Het uitvoeren van kwaliteitscontroles t.a.v. politieonderwijs. 1992Rapportages, auditverslagen, intervisieverslagen V 10 jaar Het gaat om interne audits.


Het afnemen van examens. 1992Aanmeldingsformulieren, beoordelingsformulieren, certificaten, diploma's, aanvraagformulieren recht van inzage, werkstukken, planningen V 50 jaar na start opleiding; V2 voorbereidende stukken zoals werkstukken; V 3 jaar planningen en administratieve afhandeling

20


26 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking: 27 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:

Het behandelen van bezwaarschriften en beroepschriften t.a.v. examinering. 1992Bezwaarschriften, ontvangstbevestigingen, verweerschriften, verklaringen, uitspraken beroepscommissie V 50 jaar uitspraken; V10 onderliggende stukken na beëindiging opleiding De Commissie van Beroep voor de examens behandelt deze bezwaarschriften.

Het beoordelen van eerder verworven competenties en het verlenen van vrijstellingen. 1992Vrijstellingsbesluiten, portfolio's V 10 jaar na behalen van diploma of beëindigen opleiding Hieronder valt ook het bepalen van het niveaudrempel, d.w.z. de minimumcriteria waaraan moet worden voldaan voor het behalen van een vrijstelling.

6 Contractonderwijs 28 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het ontwikkelen van beleid op het gebied van contractonderwijs. 1992Beleidsnotities, trendanalyses V 10 jaar


Het verzorgen van contractonderwijs. 1992Productomschrijvingen, intekeningsformulieren, offertes, facturen V 5 jaar; offertes, facturen V 7 jaar

7 Onderzoek, Kennis en Ontwikkeling 30 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking: 31 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:

Het scannen en analyseren van kennisvragen. 1992Analyses V 10 jaar Hierbij wordt gekeken of er een onderzoek gestart moet worden.

Het uitvoeren van politiekundig onderzoek. 1992Onderzoeksplannen, onderzoeksrapporten B(2) Onderzoeksrapporten; V 10 jaar overige neerslag Dit betreft algemeen onderzoek naar bepaalde thema’s dat, al dan niet op verzoek van de korpsen of minister, wordt uitgevoerd.

21



Het inrichten en beheren van onderzoeksdatabanken. 1992Databanken V 5 jaar na vervanging of afsluiting databank Deze databanken hebben uitsluitend het doel om gegevens voor onderzoeksrapporten te leveren.


Het beheren van de kennisverzameling van de bibliotheek. 1992Thesauri, rappellijsten, facturen V 5 jaar na vervanging


Het adviseren over strategische veiligheidsvraagstukken 1992Adviezen B(1)

8 Werving en Selectie 35 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking: 36 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:


Het ontwikkelen van arbeidsmarktcampagnes. 1992Aanbestedingsdocumenten, contracten, strategieplanning, wervingsmateriaal, folders, advertenties V 10 jaar Zie voor de waardering van voorlichtingsmateriaal handeling 45.

Het werven van kandidaten. 1992Advertenties, aanmeldingsformulieren, beroepspresentaties, sollicitatieformulieren V 2 jaar De daadwerkelijke werving- en selectieprocedure wordt door de Politieacademie uitgevoerd. De Politieacademie adviseert de Korpsen t.a.v. hun werving- en selectiebeleid. Hierover vindt overleg plaats tussen de Korpsen en de Politieacademie.

Het adviseren en ondersteunen van Korpsen t.a.v. werving en selectie van kandidaten. 1992Bezoekverslagen, adviesrapporten, raamcontracten V 10 jaar; raamcontracten V 10 jaar na vervanging

22

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger 38 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het uitvoeren van intrede- en vervolgselecties. 1992Testresultaten, aantekeningen assessoren, eindbeoordeling, scores rollenspelen, aantekeningen psychologen, eindrapportages, eindrapport, aanstellingsformulieren V 10 jaar


Het afhandelen van klachten t.a.v. selectie van kandidaten. 1992Klachten, correspondentie, bezwaarschriften V 10 jaar


Het uitvoeren van dataonderzoek en -analyse in de keten werving - selectie onderwijs - examinering. 1992Onderzoeksrapporten V 10 jaar

9 Bedrijfsvoering Algemeen 41 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het ontwikkelen van beleid en het adviseren over de bedrijfsvoering. 1992Notities, adviezen V 10 jaar


Het opstellen van bedrijfsvoeringsinstrumenten. 1992Regelingen, handboeken, functieboeken V 5 jaar na vervanging

43 Handeling: Periode: Product:

Waardering:

Het uitvoeren van projecten en programma’s m.b.t. bedrijfsvoering. 1992Plannen van aanpak, PID, rapportages, managementletters, boardletters, vergaderverslagen, highlightrapporten, projectplannen, taxatierapporten, notariële akten V 10 jaar na beëindiging project

Communicatie en Marketing 44 Handeling:

Het organiseren van congressen en evenementen. 23

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger Periode: Product: Waardering: 45 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:

46 Handeling: Periode: Product: Waardering: 47 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:


1992Formulieren V 7 jaar

Het uitvoeren van communicatiebeleid. 1992Folders, brochures, persberichten, huisstijl, speeches, intranetcontent en websitecontent V 5 jaar; B (5) 1 exemplaar van voorlichtingsmateriaal Hierbij hoort ook het beheer van de content van het intranet en de website van de Politieacademie.

Het verrichten van marketingonderzoek. 1992Rapporten V 10 jaar

Het behandelen van klachten en WOB-verzoeken. 1992Klachten, WOB-verzoeken V 5 jaar Zie handeling 39 voor klachten t.a.v. selectie van kandidaten en zie handeling 26 voor bezwaarschriften t.a.v. examinering. Als een WOB verzoek aanleiding geeft tot beleidswijziging, wordt dit verzoek bij het beleidsdossier gevoegd. Als een WOB verzoek aanleiding geeft tot een grootschalig onderzoek, wordt het WOB verzoek bij het onderzoeksdossier bewaard.

Het ontwikkelen en geven van marketingtrainingen. 1992Cursusmateriaal V 5 jaar Deze trainingen worden georganiseerd voor de communicatie en marketing medewerkers van de Politieacademie. Het zijn dus interne trainingen die worden gegeven door het eigen personeel of door ingehuurde docenten.

Auditing 49 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het ontwikkelen van auditprogrammering en het ontwerpen van een auditaanpak en -methodiek. 1992Auditprogramma’s, risicoanalyses, position papers V 10 jaar

50 Handeling: Periode:

Het uitvoeren van interne onderzoeken en audits. 199224

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger Product: Waardering:

Plan van aanpak, interviewverslagen, documentenstudies, analyses, rapporten, aanbevelingen, vragenlijsten, enquêtes V 10 jaar

51 Handeling: Periode: Product: Opmerking: Waardering:

Het voorbereiden en begeleiden van externe audits, visitaties en inspecties. 1992Correspondentie, aanbevelingen Bijvoorbeeld door het INK, een accountant, of bij accreditatietrajecten. V 10 jaar

Integriteit en Veiligheid 52 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:


54 Handeling: Periode: Product:

Waardering: Opmerking: 55 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het ontwikkelen, monitoren en adviseren van integriteit- en veiligheidsbeleid. 1992Adviezen, notities, rapporten, protocollen, brochures B (1) Het betreft algemeen en intern integriteit- en veiligheidsbeleid, en adviezen aan korpsen op dit gebied. Zie handeling 54 voor onderzoeken naar individuen.

Uitvoeren van interne onderzoeken m.b.t. integriteit en veiligheid. 1992Rapportages B (1) Dit betreft algemene onderzoeken m.b.t. integriteit en veiligheid. Zie handeling 54 voor onderzoeken naar individuen.

Uitvoeren van betrouwbaarheids- en geschiktheidsonderzoeken. 1992Staat van inlichtingen formulieren, kopieën identiteitsbewijs, referenten, interviewverslagen, verklaringen van geen bezwaar, verklaringen van bedenkingen, rapportages V 2 jaar na beëindiging dienstverband Dit betreft onderzoeken naar individuen.

Het bijhouden van centrale registratie op gebied van meldingen, interne onderzoeken en betrouwbaarheids- en geschiktheidsonderzoeken. 1992Registraties, meldingen V 5 jaar

Huisvesting 56 Handeling: Periode:

Het (ver)kopen en (ver)huren van vastgoed. 199225


Eigendomsbescheiden, Huurcontracten V 10 jaar na verkoop of beëindiging van huur


Het realiseren van nieuwbouw en verbouw van vastgoed. 1992Contracten, tekeningen, agenda’s en verslagen van bouwvergaderingen V 10 jaar

Inkoop 58 Handeling: Periode: Product: Waardering: Opmerking:

59 Handeling: Periode: Product: Waardering: 60 Handeling: Periode: Product:

Het inkopen en verkopen van goederen, diensten en werken. 1992Contracten, offertes, gunningsbrieven, aanbestedingsdocumenten (o.a. bestek), nota's van inlichtingen, goedkeuringsbesluiten V 7 jaar na afloop; V 12 Europese aanbestedingen; V 1 afgewezen biedingen Het betreft ook goedkeuringsbesluiten voor het aankopen, bezwaren of vervreemden van onroerende zaken.

Het afsluiten van SLA-overeenkomsten. 1992Overeenkomsten V 7 jaar na afloop overeenkomst

Waardering:

Het beheren van vlottende en vaste activa. 1992Formulieren, contracten, offertes, gunningsbrieven, aanbestedingsdocumenten (o.a. bestek) V 7 jaar na afloop; V12 Europese aanbestedingen; V1 afgewezen biedingen


Het exploiteren van onderwijsmiddelen 1992Planningen V 5 jaar na vervanging Dit betreft het vervangen van borden, beamers en andere onderwijsmiddelen.

Financiën 62 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het beheren van de salaris- en financiële administratie. 1992Facturen, overzichten, bankafschriften, formulieren, reisdeclaraties, onkostendeclaraties, declaraties ingehuurde examinatoren V 7 jaar

26

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger 63 Handeling: Periode: Waardering:

Het afdragen van belastingen en sociale premies aan fiscus. 1992V 5 jaar na einde dienstverband


Het betalen van premies aan pensioenfonds. 1992Pensioenstaten V 5 jaar na einde dienstverband

65 Handeling: Periode: Product: Opmerking Waardering:

Het coördineren, beheren en onderhouden van de planning en control cyclus. 1992Begroting, jaarrekening, prognoses De definitieve versies van de begroting en de jaarrekening worden onder handeling 23 bewaard. V 10 jaar; capaciteitsplanning V 3 jaar


Het opstellen van managementinformatie. 1992maandrapportages, managementrapportages V 5 jaar

Personeel en Organisatie 67 Handeling: Periode: Product: Waardering: 68 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het werven van personeel voor de Politieacademie. 1992Vacatureteksten, aanvraagformulieren V 3 jaar

Het selecteren van personeel voor de Politieacademie. 1992Sollicitatiebrieven, inschrijfformulieren, assessment rapporten V 10 jaar na einde dienstverband. Sollicitatiebrieven van afgewezen kandidaten V 1 maand na afwijzing; indien de afgewezen kandidaat toestemming verleent V 1 jaar


Het aanstellen van medewerkers voor de Politieacademie. 1992Sollicitatiebrieven, aanstellingsbesluiten, integriteitsverklaringen, kopieën diploma's V 10 jaar na beëindigen dienstverband; V 1 jaar integriteitverklaringen

70 Handeling: Periode:

Het ontwikkelen van medewerkers van de Politieacademie. 1992-

27


Loopbaanformulieren, aanvraagformulieren studiefaciliteiten, overeenkomsten, inschrijfformulieren, assessments V 10 jaar na beëindigen dienstverband


Het beoordelen van medewerkers van de Politieacademie. 1992Verslagen startgesprekken, beoordelingsformulieren V 5 jaar


Het belonen van medewerkers van de Politieacademie. 1992Besluitenlijsten, honoreringsplannen, bevestigingsbrieven V 10 jaar na beëindigen dienstverband


Het verzorgen van horizontale en verticale doorstroom van medewerkers. 1992Gespreksverslagen loopbaantrajecten V 10 jaar na beëindigen dienstverband

74 Handeling: Periode: Waardering:

Het registreren en wijzigen van persoonsgegevens. 1992V 2 jaar na beëindigen dienstverband


Het goedkeuren van het vervullen van nevenfuncties en nevenwerkzaamheden. 1992Verklaringen van geen bezwaar, aanvraagformulieren V 10 jaar na beëindigen dienstverband


Het toekennen van (bijzonder) verlof. 1992Besluiten, aanvraagformulieren V 5 jaar


Het toekennen van vergoedingen en gratificaties. 1992Besluiten V 7 jaar


Het nemen van disciplinaire maatregelen. 1992Besluiten, gespreksverslagen V 10 jaar na beëindigen dienstverband

28

Selectielijst Politieacademie en rechtsvoorganger 79 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het beëindigen van arbeidsovereenkomsten. 1992Ontslagbesluiten, ontslagverzoeken, exit verslagen V 10 jaar na beëindigen dienstverband; V 5 jaar exit verslagen


Het beheersen van langdurig ziekteverzuim. 1992Probleemanalyses, plannen van aanpak, medische verslagen, betermeldingen V 2 jaar na beëindigen dienstverband


Het beheersen van kortdurend ziekteverzuim. 1992Betermeldingen, probleemanalyses, plannen van aanpak, medische verslagen V 5 jaar


Het aanvragen van arbeidsongeschiktheidsverklaringen. 1992UWV-meldingen en -aanvragen V 2 jaar na beëindigen dienstverband


Het opstellen van competentieprofielen. 1992Competentieprofielen, vaststellingsbesluiten V 5 jaar na vervanging


Het controleren van salarisuitbetalingen. 1992Rapporten, besluitenregister V 5 jaar


Het geven van juridische adviezen 1992Adviezen, correspondentie V 10 jaar


Het afhandelen van bezwaarschriften van personeel. 1992Bezwaarschriften, uitspraken V 10 jaar na beëindigen dienstverband

29


Informatie en Change Management 87 Handeling: Periode: Waardering:

Het ontwikkelen van informatiesystemen, applicaties en informatiearchitectuur. 1992V 5 jaar na vervanging


Het beheren van informatiesystemen, applicaties en informatiearchitectuur. 1992Inventarisatielijsten, implementatieplannen V 5 jaar


Het uitvoeren van ICT audits. 1992Rapportages V 10 jaar


Het afhandelen van calls. 1992Aanvraagformulieren V 2 jaar

Documentaire Informatievoorziening 91 Handeling: Periode: Product: Waardering:


Het beheren, bewerken en inventariseren van archiefbescheiden. 1992Verklaringen, processen verbaal, inventarissen, vernietigingslijsten V 5 jaar; B5 verklaringen en processen verbaal m.b.t. substitutie, vernietiging, overdracht en overbrenging, inventaris

Het ontwikkelen, vaststellen en beheren van beheersinstrumenten 1992Selectielijsten, documentair structuurplannen V 5 jaar; B5 één exemplaar van alle documentair structuurplannen, selectielijsten

30


ACTOR: ONDERNEMINGSRAAD 93 Handeling: Periode: Product: Waardering:

Het voeren van overleg met het College van Bestuur. 1992Agenda's, notulen B (5)


Het adviseren van het College van Bestuur en uitvoeren van instemmingsrecht. 1992Adviezen, instemmingen B (5)



Het organiseren van verkiezingen voor de ondernemingsraad. 1992Kiesregisters, kandidaatstellingen, verkiezingsuitslagen, processen-verbaal V 5 jaar; stembiljetten worden drie maanden na vaststelling van de verkiezingsuitslag vernietigd

Het opstellen van een reglement voor de ondernemingsraad. 1992Reglementen V 5 jaar

31


GERAADPLEEGDE BRONNEN • • • • • • •

Politieacademie: inrichting en besturing Inrichtingsplan directie onderwijs Inrichtingsplan onderzoek, kennis en ontwikkeling Inrichtingsplan concern ondersteunende dienst Inrichtingsplan bestuurs- en concernstaf Inrichtingsplan werving en selectie Interviews medewerkers Politieacademie

32


RELEVANTE WET- EN REGELGEVING Wet op het LSOP en het politieonderwijs (Stb. 2003, 52)

33

Selectielijst van de Politieacademie en rechtsvoorganger op het beleidsterrein Politie, 1992-

Recommend Documents