SC-88Pro MIDI Sound GENERATOR

SC-88Pro MIDI Sound GENERATOR

Nederlandstalige handleiding Van harte bedankt voor uw aankoop van de SC-88Pro MIDI Sound Generator. Lees a.u.b. de volgende pagina als u graag in een oogopslag wilt weten wat u allemaal met uw SC-88Pro kunt doen.

SC-88Pro Handleiding

1.

Inleiding

1.1 Opzienbarende kenmerken •

•

•

•

•

•

•

•

•

•

2

De SC-88Pro is een klankmodule die compatibel is met het GM systeem. U kunt er dus in de handel verkrijgbare Standard MIDI Files in het GM formaat mee afspelen. Aangezien het om een Roland gaat, is de SC-88Pro bovendien compatibel met het GS formaat. De SC-88Pro is 32-Parts multitimbraal en 64-stemmig polyfoon. Dit is dus eindelijk een module waar je echt mee kunt “arrangeren”. Om deze reden kunt u de SC-88Pro ook probleemloos met een computer of hardware sequencer gebruiken (zie blz. 98). De SC-88Pro biedt niet minder dan 1117 geluiden en 42 Drum Sets (waaronder twee groepen van geluidseffecten). Naast nieuwe geluiden bevat de SC-88Pro ook de klanken van de SC-55/ SC-55mkII en SC-88, zodat u ook oudere sequences kunt afspelen zonder raar op te kijken van de nieuwe gitaarklank enz. (zie blz. 10). Ook op effectenvlak scheert de SC-88Pro hoge toppen. Zo zijn er maar liefst 64 insertie-effecten, 8 soorten Reverb, 8 soorten Chorus en 10 soorten Delay. Bovendien zijn de effecten te editen. Op die manier zou u dus zonder moeite uw eigen “professionele” geluiden moeten kunnen maken (zie blz. 35 ff). Er zijn 256 geheugens voor uw eigen klankcreaties en ook twee User Drum Sets. Deze Sound Canvas kunt u dus “naar uw hand zetten” (wat bij de oudere modellen alleen via SysEx kon) (zie blz. 85, 88). De geluiden van de SC-88Pro kunnen worden bewerkt met behulp van de parameters Vibrato, Filter en Envelope (zie blz. 24). De SC-88Pro biedt natuurlijk ook een seriële aansluiting, zodat u hem rechtstreeks met een computer (Apple of IBM) kunt verbinden (zie blz. 98). Het grote display houdt u op de hoogte van alle belangrijke instellingen en vraagt u ook af en toe om het een of andere commando te bevestigen (zie blz. 91). Heel wat klankparameters kunt u rechtstreeks editen met de knoppen op het frontpaneel, wat de bediening van de SC-88Pro erg eenvoudig maakt (blz. 11, 24). Zoals u inmiddels van Roland verwacht, is de SC-88Pro ook uitgerust met lijningangen en een aparte volumeregelaar, zodat u niet noodezakelijk

een mengpaneel nodig hebt (tenzij u natuurlijk meer dan twee elektronische muziekinstrumenten bezit). Bovendien zijn er nu twéé stereo-lijnuitgangen (zie blz. 9).

1.2 Opmerkingen omtrent deze handleiding De namen van parameters worden in het display vaak afgekort. Zo wordt Chorus Rate bijvoorbeeld “Cho Rate”. In deze handleiding gebruiken we meestal de volledige naam, om verwarring te vermijden. Is de waarde van een parameter continu variabel, dan wordt ze afgebeeld als bijvoorbeeld “0~127”. Gaat het echter om een parameterwaarde waarbij u uit verschillende stappen kunt kiezen, dan worden deze stappen aangeduid als bijvoorbeeld “200, 400Hz”. Namen van knoppen op het bedieningspaneel worden aangeduid tussen vierkante haakjes, bijvoorbeeld: [CHORUS].

Afbeeldingen van displays Als illustratie bij de uitleg in deze handleiding proberen we steeds het display af te beelden zoals dat er op uw SC-88Pro uit ziet. Dat neemt niet weg dat u er rekening mee moet houden dat, door de instellingen die u zelf maakt, de scherminhoud van uw SC-88Pro lichtjes kan afwijken van de afbeeldingen in deze handleiding.

1.3 GM en GS Wat is General MIDI System? General MIDI System (kortweg GM) is een aanvullende norm voor de MIDI-standaard, die door de Japanese MIDI Standards Committee en de Amerikaanse MMA (MIDI Manufacturers’ Association) officieel wordt ondersteund.

1. Inleiding GM en GS

Maar MIDI is toch al een algemene norm, denkt u nu? Het antwoord hierop is “ja en nee”. Natuurlijk worden de opgenomen MIDI-data door gelijk welke klankbron aanvaard en uitgevoerd. Er is echter één belangrijk probleem. Tot voor kort hield iedere fabrikant van muziekinstrumenten er een eigen geheugenindeling op na, met als gevolg dat klankgeheugen 3 van het ene instrument een bas bevatte, terwijl dat bij een andere een trompet was. De specificaties van General MIDI zorgen echter dat u een sequence (een stuk dat u met een sequencer hebt opgenomen) op gelijk welk GM compatibel instrument kunt afspelen. Er zijn weliswaar nog verschillen tussen de geluiden onderling, maar er zijn geen (onaangename) verrassingen meer.

Wat is het Roland GS formaat? Het GS formaat gaat nog iets verder dan GM. Ook de functies voor het wijzigen van de parameters worden namelijk gestandaardiseerd, net zoals de

parameters voor het instellen van de effecten en de aard van de MIDI-commando’s die een GS-compatibel instrument moet kunnen uitvoeren. In de regel kan een GS-compatibel instrument alle GM-commando’s aan. Vandaar dat op de behuizing van een GS-instrument naast het GS logo ook het GM logo pronkt (dat is bv. het geval op de SC-88Pro). Bij de dingen die alleen in het GS formaat kunnen, horen parameters voor het editen van klanken en de effecten (Chorus en Reverb) en ook een aantal gegevens i.v.m. de manier waarop een klankbron op MIDI-commando’s reageert. Elk instrument dat voorzien is van het GS logo, kan natuurlijk ook sequences in het GS formaat weergeven (sequences die speciaal voor GS-klankbronnen gemaakt zijn). Instrumenten die van beide logo’s voorzien zijn (zoals de SC-88Pro) kunnen zowel GM als GS data zonder problemen weergeven.

3


1.4 Voorzorgsmaatregelen Voeding

Onderhoud

•

Schakel de SC-88Pro en de overige instrumenten altijd uit voordat u ze op elkaar aansluit.

•

•

Sluit het netsnoer SC-88Pro nooit aan op een stopcontact waar andere apparaten, die brom of ruis veroorzaken (b.v. dimmers, motoren enz.) of veel vermogen trekken op, zijn aangesloten.

Gebruik, voor het reinigen van het instrument, enkel een zachte, droge of lichtjes bevochtigde doek. Om hardnekkig vuil te verwijderen, gebruikt u een neutraal reinigingsmiddel. Wrijf de SC-88Pro daarna droog met een zachte doek.

•

Gebruik nooit oplosmiddelen zoals bv. verfverdunners want deze kunnen de behuizing beschadigen.

•

Let, bij het aansluiten van het netsnoer op het lichtnet, op het voltage.

•

Plaats geen zware voorwerpen op het netsnoer en zorg dat er niemand over kan struikelen. Trek, bij het verbreken van de aansluiting op het lichtnet, altijd aan de stekker zelf en nooit aan het netsnoer om de draden niet te beschadigen.

•

Als u de SC-88Pro lange tijd niet wenst te gebruiken, verbreekt u best de aansluiting op het lichtnet of verwijdert u de batterijen.

•

Het zou kunnen gebeuren dat de SC-88Pro niet naar behoren werkt wanneer u hem onmiddellijk na uitschakelen weer inschakelt. Wacht dus telkens een paar seconden voordat u hem weer inschakelt.

Andere voorzorgsmaatregelen •

Behandel de SC-88Pro zachtjes.

•

Laat geen voorwerpen (muntstukken, metalen draad enz.) of vloeistoffen (water, alcohol, sap enz.) in het inwendige terechtkomen.

•

Neem contact op met de dichtstbijzijnde Roland hersteldienst voordat u de SC-88Pro in het buitenland gebruikt.

•

Als de SC-88Pro niet naar behoren werkt, schakel hem dan onmiddellijk uit en neem contact op met uw dealer of de Roland hersteldienst.

Plaatsing •

Om problemen te vermijden, dient u de SC-88Pro te beschermen tegen direct zonlicht, hitte, vochtigheid en stof.

•

Plaats de SC-88Pro niet te dicht in de buurt van een neonlicht, een fluorescerende lamp, een TV-toestel of ander, gelijkaardig materiaal dat enerzijds ruis door interferentie, en anderzijds allerlei fouten kan veroorzaken.

1.5 Voorzieningen op de panelen Frontpaneel POWER

VOLUME PART

PART

INSTRUMENT

INSTRUMENT

ALL LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

K SHIFT

MIDI CH

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

MUTE PREVIEW (PUSH)

SC-55 MAP 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

MIDI IN B

SC-88 MAP

PART

PHONES

DELAY

VIB RATE USER INST

EFX

4

SELECT

ON/OFF

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

1. Inleiding Voorzieningen op de panelen

Achterpaneel

MIDI IN A

OUT/THRU

COMPUTER

IN B

Mac PC-1

MIDI PC-2

R

INPUT VOLUME

•

•

•

•

•

L

INPUT

R

L

OUTPUT 1

R

L

OUTPUT 2

MIDI OUT/THRU connector: deze MIDI-connector kunt u hetzij als MIDI THRU, hetzij als MIDI OUT gebruiken. De functie kiest u met de gelijknamige parameter (zie “Out/Thru” op blz. 29). Vanuit de fabriek is deze connector als MIDI OUT geconfigureerd. MIDI IN A en B: aangezien die SC-88Pro 32-Parts multitimbraal is, terwijl MIDI op 16 kanalen zendt, is de SC-88Pro uitgerust met twee gescheiden MIDI-ingangen. COMPUTER aansluiting: door gebruik te maken van een los verkrijgbare seriële kabel kunt u de SC-88Pro rechtstreeks aansluiten op de seriële poort van een computer. Vergeet niet de juiste mode te kiezen met de keuzeschakelaar (zie “SC-88Pro en uw computer” op blz. 98). COMPUTER schakelaar: hiermee vertelt u de SC-88Pro hoe u hem wilt aansturen. Kies de MIDI stand als u hem via MIDI wilt aansturen, of PC-1, PC-2 of Mac als u de SC-88Pro rechtstreeks op de seriële poort van uw computer aansluit (RS-232C of RS-422). Schakel de SC-88Pro altijd uit voordat u de stand van deze schakelaar wijzigt! Audio OUTPUT 2 connectors: zolang u de fabrieksinstellingen ongemoeid laat, hoort u via deze uitgangen geen geluid.

5


Inhoudsopgave 1. Inleiding, 2 1.1 Opzienbarende kenmerken, 2 1.2 Opmerkingen omtrent deze handleiding, 2 Afbeeldingen van displays, 2

1.3 GM en GS, 2 1.4 Voorzorgsmaatregelen, 4 1.5 Voorzieningen op de panelen, 4 Frontpaneel, 4 Achterpaneel, 5

2. Aan de slag, 9 2.1 MIDI-klavier aansluiten, 9 Aansluiten, 9 In- en uitschakelen, 9 Hoort u iets?, 9

2.2 Klanken kiezen, 10 2.3 Functies uitproberen, 11 Klanken beluisteren zonder aangesloten klavier (Preview functie), 11 Volume regelen, 11 Stereopositie (Pan), 11 Transponeren (Key Shift), 11

2.4 Effecten, 11 Reverb niveau, 12 Chorus niveau, 12 Delay niveau, 12

2.5 Afstemmen op andere instrumenten (M.Tune), 12 2.6 Hoofdtelefoon, 13 2.7 Ingangen en ingangsvolume, 13

3. Parts & parameters, 14 3.1 Parts en geluiden, 14 Klank kiezen voor een Part, 14 Variaties kiezen, 15 Ontcijferen van de instrumenten variatienummers, 16 MIDI-kanalen van de Parts, 16 Welke Part ontvangt op welk MIDI-kanaal?, 17 Noten en stemmen (polyfonie), 17 Legato spelen, 18

3.2 Parts individueel bewerken, 18 Parameters waartoe u rechtstreeks toegang hebt, 18 Parameters die u ook kunt editen, 19

3.3 Klanken editen op Part niveau, 24 Werkwijze voor het editen, 24 Part Edit parameters, 25

6

3.4 All: parameters voor alle Parts, 26 Werkwijze, 27

4. Systeemparameters, 28 4.1 Beschrijving van de systeemparameters, 28

5. Werken met Patches en Drum Sets, 31 5.1 Patch laden, 31 Patches kiezen met MIDI-commando’s, 32

5.2 Drum Sets (Drum Edit), 32 Chorus en Delay voor drums, 33 Assign groepen, 34

6. Systeemeffecten, 35 6.1 Hoe zijn de effecten van de SC-88Pro ingedeeld?, 35

6.2 Effectinstellingen, 36 Equalizer instellen, 36 Effectdiepte, 37 Chorus, Reverb en Delay parameters instellen, 37 Effectparameters, 38

7. Insertie-effecten (EFX), 41 7.1 Insertie-effecten: voorstelling, 41 7.2 Soorten insertie-effecten, 41 0: Thru [00H, 00H], 42

7.3 Klankkleur, 42 1: Stereo-EQ (Equalizer)[01H, 00H], 42 2: Spectrum[01H, 01H], 42 3: Enhancer[01H, 02H], 43 4: Humanizer[01H, 03H], 43

7.4 Vervorming, 44 5: Overdrive[01H, 10H], 44 6: Distortion[01H, 11H], 44

7.5 Modulatie, 45 7: Phaser[01H, 20H], 45 8: Auto-Wah[01H, 21H], 45 9: Rotary[01H, 22H], 46 10: Stereo Flanger[01H, 23H], 46 11: Step Flanger[01H, 24H], 47 12: Tremolo[01H, 25H], 47 13: Auto Pan[01H, 26H], 48

7.6 Effecten die het volume bewerken, 48 14: Compressor[01H, 30H], 48 15: Limiter[01H, 31H], 48

7.7 Effecten die het geluid breder maken, 49 16: Hexa Chorus[01H, 40H], 49 17: Tremolo-Chorus[01H, 41H], 50 18: Stereo-Chorus[01H, 42H], 50 19: Space D[01H, 43H], 51 20: 3D Chorus[01H, 44H], 51

7.8 Effecten die herhalingen aan het geluid toevoegen, 51 21: Stereo-Delay[01H, 50H], 51 22: Modulation-Delay[01H, 51H], 52 23: 3 Tap Delay[01H, 52H], 53 24: 4 Tap-Delay[01H, 53H], 53 25: Time Control Delay[01H, 54H], 54 26: Reverb[01H, 55H], 55 27: Gate-Reverb[01H, 56H], 55 28: 3D Delay[01H, 57H], 56

7.9 Effecten die de toonhoogte bewerken, 56 29: 2-Voice Pitch Shifter[01H, 60H], 56 30: FBK Pitch Shifter[01H, 61H], 57

7.10 Andere effecten, 57 31: 3D Auto[01H, 70H], 57 32: 3D Manual[01H, 71H], 58 33: Lo-Fi 1[01H, 72H], 58 34: Lo-Fi 2[01H, 73H], 58

7.11 Effecten die twee types in serie verbinden, 59

35: Overdrive→Chorus[02H, 00H], 59 36: Overdrive→Flanger[02H, 01H], 60 37: Overdrive→Delay[02H, 02H], 60 38: Distortion→Chorus[02H, 03H], 61 39: Distortion→Flanger[02H, 04H], 61 40: Distortion→Delay[02H, 05H], 61 41: Enhancer→Chorus[02H, 06H], 61 42: Enhancer→Flanger[02H, 07H], 62 43: Enhancer→Delay[02H, 08H], 62 44: Chorus→Delay[02H, 09H], 63 45: Flanger→Delay[02H, 0AH], 63 46: Chorus→Flanger[02H, 0BH], 64

7.12 Effecten die drie of meer types in serie verbinden, 64 47: Rotary Multi[03H, 00H], 64 48: GTR Multi 1[04H, 00H], 65 49: GTR Multi 2[04H, 01H], 66 50: GTR Multi 3[04H, 02H], 67 51: Clean Gt Multi 1[04H, 03H], 68 52: Clean Gt Multi 2[04H, 04H], 69 53: Bass Multi[04H, 05H], 70 54: Rhodes Multi[04H, 06H], 71 55: Keyboard Multi[05H, 00H], 72

7.13 Effecten die twee types parallel verbinden, 73 56: Chorus/Delay[11H, 00H], 73 57: Flanger/Delay[11H, 01H], 74 58: Chorus/Flanger[11H, 02H], 75 59: OD1/OD2[11H, 03H], 75 60: OD/Rotary[11H, 04H], 76 61: OD/Phaser[11H, 05H], 77 62: OD/Auto Wah[11H, 06H], 78 63: PH/Rotary[11H, 07H], 78 64: PH/Auto Wah[11H, 08H], 79 Enkele tips in verband met 3D-effecten, 80

7.14 Effectparameters wijzigen via controlecommando’s, 81 Werkwijze, 81 Functie van de parameters, 81 Praktijkvoorbeelden van effectsturing, 81

8. Zelf dingen programmeren, 85 8.1 Eigen geluiden maken en opslaan, 85 Instrumenten opslaan, 86

8.2 Eigen insertie-effecten opslaan, 86 User effect opslaan, 86 Eigen insertie-effecten laden, 87 8.3 Eigen Patches maken en opslaan, 87 Naam geven aan een User Patch, 87 User Patch opslaan, 88 User Patch laden, 88

8.4 Drum Sets opslaan, 88 Naam van een User Drum Set, 89 Drum Set/Drum Instrument opslaan, 89

8.5 Instellingen van Parts kopiëren, uitwisselen of initialiseren, 90 8.6 Instellingen extern opslaan (Bulk), 90 Bulk Dump, 90

8.7 Tekenen in het display: Frame Draw, 91 Compatibiliteit kiezen, 94 8.9 CM-64 Map, 94 Verschillen tussen de CM-64 en de SC-88Pro, 95 8.10 Single en Double Module mode, 95 Double Module mode kiezen, 96 8.11 Initialiseren, 97 Alle Parts initialiseren, 97 Init GM, Init GS, 97

9. SC-88Pro en uw computer, 98 9.1 Aansturen vanop een computer, 98 Aansluiten op een computer, 98 Computer via MIDI-interface aansluiten, 99 MIDI-dataoverdracht van en naar de computer, 100 SC-88Pro samen met andere klankbron gebruiken, 101

7


10. SC-88Pro en MIDI, 103 10.1 MIDI-commando’s op de SC-88Pro, 103 MIDI-implementatieoverzicht, 106

10.2 Klanken via MIDI kiezen, 106 Keuze (algemeen), 106 Drum Sets via MIDI kiezen, 108

10.3 Adres van de SysEx-data, 108 10.4 Device ID nummer instellen, 109 10.5 Functies i.v.m. MIDI-commando’s, 109 MIDI-schakelaars voor alle Parts, 110 De parameters, 110 Lock functies, 111 MIDI-schakelaars voor de individuele Parts, 112 NRPN’s gebruiken met GS klankmodules, 112 Wat als u niet de juiste klanken hoort?, 114 Effectdiepte van een systeemeffect bepalen via MIDI, 115

11. Appendix, 116 11.1 Verhelpen van storingen, 116 11.2 Foutmeldingen, 117 11.3 Aansluitkabels voor de computer, 119

12. Instrumenten, 120 13. Effecten, 139 14. MIDI-implementatie, 151 15. Specificaties, 152 16. Index, 153

8

2. Aan de slag MIDI-klavier aansluiten

2.

Aan de slag

2.1 MIDI-klavier aansluiten Aansluiten

Inschakelen

Laten we beginnen met het aansluiten van de SC-88Pro op een MIDI-klavier (een toetseninstrument dat MIDI-commando’s kan zenden). Zie “SC-88Pro en uw computer” op blz. 98 voor het aansluiten van de SC-88Pro op een computer. Opmerking: Om storingen of schade aan uw luidsprekers te vermijden raden we u aan alle apparaten uit te schakelen en hun volume in de minimumstand te zetten voordat u aansluitingen maakt. (1) Zet de COMPUTER schakelaar achterop de SC-88Pro op “MIDI”. (2) Sluit de instrumenten op de volgende manier aan:

(1) Controleer eerst het volgende: • Controleer of de stroomkabels van ieder apparaat met een stopkontakt zijn verbonden. • Controleer of u de SC-88Pro op de juiste manier hebt verbonden met de overige apparaten in uw systeem (zie de afbeelding hiernaast links). • Controleer of het volume van uw instrumenten en de versterker in de minimumstand staan. (2) Schakel eerst het MIDI-klavier en daarna de SC-88Pro in. (3) Vervolgens kunt u de versterking (radio-cassettespeler, mengpaneel, versterker enz.) inschakelen. Opmerking: Na het inschakelen activeert de SC-88Pro automatisch een veiligheidscircuit. Dat betekent dat u enkele seconden niets hoort. Dit systeem moet beschadiging van uw luidsprekers voorkomen.

MIDI OUT

Opmerking: Denk er ook aan dat een te pittig volume uw versterking finaal kan beschadigen. Zet de volumeregelaar van de SC-88Pro aanvankelijk dus zeker niet te hoog.

MIDI-klavier

COMPUTER

MIDI IN A

OUT/THRU

IN B MIDI PC-2

Mac PC-1

Computer-schakelaar: MIDI R

INPUT VOLUME

L

INPUT

R

L

R

OUTPUT1

L

Opmerking: Blijkt het display moeilijk leesbaar, pas dan het contrast aan (zie blz. 29).

OUTPUT2

SC-88Pro

Opmerking: Wilt u opnieuw de fabrieksinstellingen laden, ga dan naar blz. 97.

Links

INPUT

Rechts

Actieve luidsprekers enz.

LINE IN HiFi-keten enz.

Opmerking: Bij een SC-88Pro die recht uit de doos komt wordt er niets naar de OUTPUT 2 connectors gezonden (zie blz. 22).

In- en uitschakelen Zodra u alles hebt aangesloten mag u de instrumenten inschakelen. Respecteer daarbij de volgorde die we hieronder aangeven, anders riskeert u storingen of schade aan uw luidsprekers en/of andere apparaten.

Het bijgeleverde audiosnoer is aan de ene kant uitgerust met een RCA→jack verloopstuk. Dat kunt u verwijderen om de SC-88Pro bv. op de AUX ingangen van een HiFi-keten aan te sluiten.

Uitschakelen (1) Zet het volume van uw versterker/luidspreker en van de SC-88Pro in de minimumstand. (2) Schakel de apparaten uit in de onderstaande volgorde: Versterkingsapparatuur → SC-88Pro en andere MIDI-instrumenten

Hoort u iets? Wanneer alles aangesloten en ingeschakeld is, moet u eerst controleren of de audioverbindingen kloppen. Druk daarom op de [VOLUME] regelaar

9


om telkens één noot te spelen. Beweegt de LCD VU meter?

•

Als dit beweegt worden er MIDI-commando's ontvangen.

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

•

VOLUME

Druk hierop om een noot weer te geven.

PREVIEW (PUSH)

Dan weet u dat de SC-88Pro de MIDI-commando’s ontvangt. Hoort u nog steeds niets, dan is de versterking misschien niet ingeschakeld of hebt u de audiokabels niet aangesloten. Slaat zelfs het metertje niet uit, controleer dan de MIDI-instellingen op uw klavier en de aansluitingen van de MIDIkabels. Tussen haakjes: het drukken op de [VOLUME] regelaar heet op de SC-88Pro Preview. Dit is een handige voorziening dit u toelaat om klanken te editen zonder telkens naar uw MIDI-klavier te hollen om te horen hoe het allemaal klinkt. Maar terug naar de voorbereiding. Als de Preview functie het doet, dan speelt u het best een paar noten op het MIDI-klavier. Als u wel iets hoort, terwijl het metertje niet uitslaat, druk dan op de [ALL] knop (bijbehorende indicator moet oplichten). Het display beeldt nu het volume van alle Parts af (zie ook blz. 26). Bij levering ontvangt de SC-88Pro op alle 16 MIDI-kanalen, waarbij het Part nummer telkens beantwoordt aan het ontvangstkanaal (zo ontvangt Part 8 bv. op MIDI-kanaal 8). Onderaan in het display ziet u kleine cijfertjes die telkens op het Part nummer slaan.

De SC-55 Map, die exact dezelfde geluiden bevat als de gelijknamige Sound Canvas. Een en ander houdt verband met het feit dat de SC-88Pro een groot aantal SC-55 klanken “vervangt”, zodat u de SC-55 klanken in de Native en Pro mode onder een variatie moet zoeken. Omdat dat nogal omslachtig is voor de weergave van SMF’s in het SC-55 formaat, biedt de SC-88Pro die bewuste SC-55 Map. De SC-88 Map, die de klankverdeling van de SC-88 bevat.

Laten we nu eens een paar klanken kiezen: (1) Zorg dat de indicator van de [ALL] knop niet oplicht. Druk dus, indien nodig, op de [ALL] knop. (2) Kies een klank met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen. Vergeet niet op het MIDI-klavier te spelen om de klanken ook te horen. Door op INSTRUMENT [√] te drukken kiest u telkens het voorgaande instrument, terwijl u met INSTRUMENT [®] telkens de volgende klank kiest. U kunt deze knoppen ook samen gebruiken om snel naar een ver verwijderde klank te gaan. (3) Om de SC-55 Map of de SC-88 Map te kiezen, moet u op de [SC-55 MAP] of [SC-88 MAP] knop drukken (bijbehorende indicator moet oplichten). Ook hier dient u de klanken dan weer met INSTRUMENT [√] en [®] te kiezen. Als de SC-55 Map geactiveerd is, verschijnt er telkens een " symbool vóór de naam van het gekozen instrument: PART

INSTRUMENT

A01 001 "Piano 1 LEVEL

PAN

0

100 REVERB

CHORUS

40 K SHIFT

± 0

MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

DELAY

Activeert u de SC-88 Map, dan worden de klanknamen voorafgegaan door een ‘ symbool:

2.2 Klanken kiezen PART

•

10

Zoals al in de inleiding gezegd, bevat de SC-88Pro een indrukwekkend aantal geluiden die tot het beste behoren wat je kunt krijgen. Er zijn zowel piano’s, gitaren en orgels als geluidseffecten en slagwerkklanken en zelfs een rinkelende telefoon. Elke klank van de SC-88Pro noemen we een Instrument. En een groep van instrumenten heet op haar beurt Map. De SC-88Pro biedt drie dergelijke Maps: De Native Map, die originele SC-88Pro geluiden bevat.

INSTRUMENT

A01 001 'Piano 1 LEVEL

100 REVERB

PAN

0 CHORUS

40 K SHIFT

± 0 DELAY

MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

2. Aan de slag Functies uitproberen

U zou de klanken van de SC-88Pro ook op het aangesloten MIDI-klavier kunnen kiezen (met behulp van programmakeuze-commando’s).

MIDI-klavier

Stereopositie (Pan) Met de PAN [√] en [®] knoppen kunt u de stereopositie van een Part bepalen. Het panorama is heel belangrijk voor de duidelijkheid van uw arrangementen. Zorg dus altijd voor een gelijkmatige verdeling tussen het linker- en het rechterkanaal. Plaats alleen de belangrijke partijen pal in het midden. Alle andere partijen zet u het best een beetje naar links en rechts, om het stereobeeld “opener” te maken. Laten we even kijken wat de waarden in het display betekenen:

2.3 Functies uitproberen Bas

Keyboard

Klanken beluisteren zonder aangesloten klavier (Preview functie) Telkens als u op de VOLUME regelaar drukt, wordt er één noot weergegeven met de klank van het gekozen instrument. Het staat u vrij de toonhoogte en het volume van deze noot te specifiëren (zie “Prevw Note” op blz. 28). Het spreekt voor zich dat deze functie zijn beste diensten bewijst wanneer u geen MIDI-klavier (of andere stuurbron) op de SC-88Pro hebt aangesloten of wanneer dat klavier zich wat te ver uit de buurt bevindt. VOLUME

OWER

PART

PREVIEW (PUSH)

INSTRUM

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

K SHIFT

MIDI CH

Bij de onderstaande functies mag de indicator op de [ALL] knop niet oplichten. Is dat toch het geval, druk dan op de [ALL] knop zodat de indicator dooft.

Gitaar

Drums 0 Midden

L63 Linker luidspreker

R63 Rechter luidspreker

Transponeren (Key Shift) De SC-88Pro biedt een KEY SHIFT functie, waarmee u een Part of alle Parts in stappen van een halve toon kunt transponeren. Met KEY SHIFT [√] transponeert u de Part/SC-88Pro telkens een halve toon lager. Met KEY SHIFT [®] daarentegen transponeert u hoger. Het veld in het display waarin de Key Shift waarde te zien is dient ook voor de afbeelding van de Delay waarde. Om deze laatste in beeld te halen moet u op [SC-88 MAP]+[DELAY] drukken. Zodra u op één van de [KEY SHIFT] knoppen drukt, wordt echter opnieuw de Key Shift waarde afgebeeld. Dat het om een Key Shift waarde gaat kunt u overigens ook merken aan het +/- (plus of min) teken dat de waarde voorafgaat. Volume van de Parts POWER

VOLUME PART

PART

INSTRUMENT

Panorama INSTRUMENT

ALL LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

K SHIFT

MIDI CH

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

MUTE PREVIEW (PUSH)

Volume regelen

SC-55 MAP 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

MIDI IN B

Het volume kunt u op twee manieren regelen: enerzijds met de VOLUME regelaar, maar dan verandert u het algemene volume (van alle Parts) van de SC-88Pro. Als u het volume van één bepaalde Part wilt veranderen, moet u beroep doen op de LEVEL [√] en [®] knoppen. Vergeet niet eerst op PART [√] en [®] te drukken om de Part te selecteren waarvoor u het volume wilt instellen.

PHONES

SC-88 MAP

PART DELAY

Key Shift en Delay

Key shift instellen

2.4 Effecten Heel belangrijk voor een afgewerkt geheel zijn ook de effecten. De effecten van de SC-88Pro kunnen we onderverdelen in systeemeffecten (zie blz. 35) en insertie-effecten (zie blz. 41). Bij de systeemeffecten treffen we 8 verschillende Reverb types en 11


evenveel Chorus types. Bovendien kunt u tegelijk beroep doen op één van de 10 Delay types en op een tweebands-EQ (equalizer). Bij de insertieeffecten vinden we maar liefst 64 types. Heel wat effectparameters zijn instelbaar, zodat u precies het geluid kunt instellen dat u voor ogen hebt.

Opmerking: Als de EFX indicator niet oplicht, kunt u de Delay waarde ook instellen met de EFX TYPE [√] en [®] knoppen. Hiermee past u de hoeveelheid reverb aan PART

INSTRUMENT

ALL LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

MUTE

SC-55 MAP

Hiermee past u de hoeveelheid chorus aan

SC-88 MAP

Reverb niveau Reverb (of galm) is een effect dat een geluid meer ruimte geeft en dus de indruk wekt dat er in een kerk, zaal e.d. wordt gemusiceerd. Met de REVERB [√] en [®] knoppen kunt u voor elke Part instellen hoe sterk hij van galm wordt voorzien. Het heeft weinig zin (tenzij voor speciale effecten) om galm toe te voegen aan de baspartij omdat het geluidsbeeld dan onduidelijk wordt. Opmerking: Vergeet niet op PART [√] en [®] te drukken om de juiste Part te selecteren voordat u het Reverb niveau wijzigt.

Chorus niveau Chorus is een effect waarmee u een geluid voller kunt maken. Dit effect zorgt er bv. voor dat een klank “stereo” wordt, terwijl hij eigenlijk mono is. Goed te gebruiken voor strijkers, elektronische piano’s, gitaren, synthesizers enz. Met CHORUS [√] en [®] stelt u de intensiteit van de Chorus in voor de Parts.

DELAY

Hiermee past u de hoeveelheid delay aan

2.5 Afstemmen op andere instrumenten (M.Tune) Soms is het nodig dat alle Parts van de SC-88Pro lichtjes hoger of lager worden gestemd. Meestal houdt dat verband met de weergavesnelheid van uw cassettespeler of met het akoestische instrument dat u begeleidt (sommige instrumenten zijn heel lastig te stemmen). In voorkomend geval kunt u gebruik maken van de M.Tune functie van de SC-88Pro. Als u de waarde van deze parameter niet wijzigt, is de stemming van de A4 gelijk aan 440Hz, maar u kunt gelijk welke waarde tussen 415,3 (veel lager) en 466,2Hz (veel hoger) kiezen. (1) Druk op de [ALL] knop (bijbehorende indicator moet oplichten).

Delay niveau Delay is het vaak gebruikte woord voor “echo”. Maar u hoeft een Delay niet noodzakelijk als echo te gebruiken. Door namelijk een heel korte tijd in te stellen, verkrijgt u een soort galm, die iets “dikker” is dan een Reverb. Zolang u de [SC-88 MAP] knop ingedrukt houdt kunt u met de DELAY [√] en [®] knoppen de hoeveelheid Delay voor de Parts instellen. Opmerking: De hoeveelheid Delay is niet altijd even duidelijk af te lezen in het display omdat de betreffende info soms samenvalt met de Key Shift parameter. Wanneer u op een DELAY knop drukt, terwijl u de [SC-88] knop ingedrukt houdt, wordt echter altijd de hoeveelheid Delay afgebeeld, terwijl de Key Shift waarde in het display verschijnt, wanneer u op de KEY SHIFT knoppen drukt (dat kunt u echter wel zien aan het ± symbool dat dan in het K. SHIFT veld verschijnt).

1

4

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

MUTE

3

SC-55 MAP SC-88 MAP

DELAY

(2) Druk PART [√] en [®] tegelijkertijd in. (3) Kies vervolgens de M.Tune parameter met behulp van de [▲] [▼] knoppen. PART

A LEVEL

100 40 K SHIFT ± 0

REVERB

DELAY

12

2 5

INSTRUMENT

>M. Tune:

440.0

PAN

0 CHORUS MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

2. Aan de slag Hoofdtelefoon

Stel deze parameter zodanig in dat er geen “zweving” meer optreedt tussen de SC-88Pro en de externe bron/instrument. Voor het stemmen kiest u het best een neutrale klank (bv. een piano) met zo weinig mogelijk Chorus. Dan verloopt deze taak namelijk beduidend sneller. (4) Voor het stemmen gebruikt u de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen. (5) Zodra de stemming klopt, drukt u op PART [√] en [®] om de parameter mode weer te verlaten.

het volume te verminderen en naar rechts om het te verhogen. COMPUTER

MIDI IN A

OUT/THRU

IN B MIDI PC-2

R

INPUT VOLUME

L

INPUT

R

L

OUTPUT1

Mac PC-1

R

L

OUTPUT2

SC-88Pro

Opmerking: U kunt de Parts ook afzonderlijk stemmen. Zie hiervoor “Fine Tune” op blz. 20. rechts

links

OUTPUT

2.6 Hoofdtelefoon

klankmodule

U kunt ook een hoofdtelefoon (8~150Ω) op de SC-88Pro aansluiten. Door dit te doen schakelt u de audio-uitgangen (achterop) echter niet uit. POWER

VOLUME

Stereo hoofdtelefoon

PREVIEW (PUSH)

MIDI IN B

PHONES

2.7 Ingangen en ingangsvolume Zoals eerder gezegd, kunt u de audio-uitgangen van een ander instrument (bv. een synthesizer) aansluiten op de INPUT connectors achterop de SC-88Pro. Op die manier kunt u namelijk twee instrumenten versterken (de SC-88Pro en een ander instrument), ook al bezit u geen mengpaneel. Als het tweede instrument niet toelaat het uitgangsvolume te regelen, dan kunt u het ingangsvolume met de INPUT VOLUME regelaar achterop de SC-88Pro instellen. Draai de regelaar naar links om

13


3.

Parts & parameters

3.1 Parts en geluiden De SC-88Pro is 32-Parts multitimbraal. Dat betekent dat hij 32 verschillende geluiden tegelijk kan weergeven, wat ruimschoots voldoende zou moeten zijn voor orkestarrangementen e.d. Om één en ander in goede banen te leiden, dient u aan elke Part (waarvan de SC-88Pro er dus 32 heeft) een instrument toe te wijzen. Dat kent u al van “Klanken kiezen” op blz. 10. De SC-88Pro werkt met twee soorten Parts: “melodische” Parts en Drum Parts. Verderop gaan we daar dieper op in, maar het komt erop neer dat u met bepaalde Parts kunt drummen, terwijl u met de overige Parts melodieën en akkoorden kunt spelen. U kunt kiezen uit drie klankverzamelingen (“Maps”): een Native Map met originele SC-88Pro klanken en een SC-55/SC-55mkII en SC-88 Map met klanken uit de gelijknamige Sound Canvas modules.

Opmerking: Om tussen groep A en B te kiezen moet u tegelijk op [ALL] en PART [√]drukken. INSTRUMENT

PART

A01 026*TR-808 LEVEL

PAN

100 REVERB 40 K SHIFT ± 0

0 CHORUS MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

PART

(3) Kies met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen de gewenste klank (Instrument) voor iedere Part. Voor de Drum Part wordt er een Drum Set gekozen (zie ook “Part Mode” op blz. 20 voor het bepalen van de functie van een Part).

2

3

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

1

Opmerking: Meer details over de Part Mode vindt u op ALL

blz. 20.

MUTE

SC-55 MAP

Klank kiezen voor een Part

SC-88 MAP

(1) Zorg dat de indicator van de [ALL] knop niet oplicht. (2) Druk op PART [√] en [®] om de Part te selecteren waarvoor u een klank wilt kiezen. We willen er wel even op wijzen dat de Parts op de volgende manier genummerd zijn: A01~A16 en B01~B16. Als u even kijkt naar de MIDI-aansluitingen van de SC-88Pro, dan weet u dat de A-groep via MIDI IN A moet worden aangestuurd, terwijl de B-groep aan de MIDI IN B connector toegewezen is. Wanneer u een Drum Part kiest, dan beeldt het display links van de naam een * af.

DELAY

Klanken van de SC-55/SC-55mkII kiezen (4-1) Druk op [SC-55 MAP] om voor de geselecteerde Part (zie (2)) een SC-55/SC-55mkII klank te kiezen. De instrumentnaam wordt nu voorafgegaan door een " om aan te geven dat het om een SC-55 klank gaat. PART

INSTRUMENT


100 REVERB

PAN

0 CHORUS

40 K SHIFT

± 0 DELAY

14

MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

3. Parts & parameters Parts en geluiden

Opmerking: Naast de SC-55(MkII) Map biedt de SC-88Pro ook een CM-64 toewijzing. De CM-64 is een module die zowel de geluiden van de MT-32 als de eerste PCM geluiden van Roland bevatte. Meer hierover op blz. 94.

(4) Kies met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen het gewenste Variation nummer. Variatienummer PART

Instrumentnaam (Variatie)

INSTRUMENT

A01 008/Piano 1w LEVEL

Klanken van de SC-88 kiezen (4-2) Druk op [SC-88 MAP] om voor de geselecteerde Part een SC-88 klank te kiezen. De instrumentnaam wordt nu voorafgegaan door een ‘ om aan te geven dat het om een SC-88 klank gaat. PART

INSTRUMENT

PAN

100

0

(5) Om de variaties te verlaten drukt u nogmaals tegelijk op INSTRUMENT [√] en [®]. U krijgt nu opnieuw de naam van het Capital instrument te zien, maar wel met een + ervoor. Als u nu op de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen drukt, kiest u een andere Capital.


100

PAN

REVERB

CHORUS

40 K SHIFT

MIDI CH

± 0

Instrumentnummer

0 01

DELAY

PART

Instrumentnaam(Variatie)

INSTRUMENT

A01 001+Piano 1w LEVEL

100

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PAN

0

PART

Opmerking: U kunt deze klankkeuze ook vanuit een extern MIDI-instrument maken (zie blz. 106).

Opmerking: Sommige geluiden van de SC-88Pro hebben een beperkt bereik. Zo haalt bv. de contrabas niet dezelfde toonhoogte als een piccolo, wat ook vrij evident is. Maar we wilden u er toch even op wijzen dat het zou kunnen gebeuren dat een bepaald geluid vanaf een bepaalde noot niet meer klinkt. Opmerking: U kunt de instrumenten ook tot op zekere hoogte editen en die wijzigingen dan opslaan in de vorm van User instrumenten. Meer hierover op blz. 85.

Variaties kiezen Elk van de drie klankverzamelingen bestaat uit Capital klanken (dit zijn de basisklanken) en Variation klanken (varianten binnen de instrumentfamilie van een basisklank). De werkwijze die we op de vorige bladzijde hebben uitgelegd dient om Capital klanken te kiezen (128 klanken, zie blz. 120). Hieronder laten we zien hoe u Variaties kunt kiezen. (1) Zorg dat de indicator van de [ALL] knop niet oplicht. (2) Druk op PART [√] en [®] om de Part te selecteren waarvoor u een variatie wilt kiezen. (3) Druk tegelijk op de twee INSTRUMENT [√] en [®] knoppen om naar de variaties te gaan. In het display verschijnt dan een getal met een / erachter om u er attent op te maken dat u een variatie gekozen hebt.

De nummers van de variaties lijken niet altijd in de juiste volgorde te staan. Dat komt omdat niet elk variatiegeheugen een klank bevat. Voor de Drum Sets zijn er geen variaties. Het heeft dan ook weinig zin om de VARIATION [√] en [®] knoppen in te drukken. De geluiden die compatibel zijn met de CM-64, bevinden zich in de SC-55 Map. Uw eigen creaties (de Users) bevinden zich in de Native en de SC-88 Map. Als de EFX indicator niet oplicht, kunt u ook de EFX PARAM [√] en [®] knoppen gebruiken om instrumenten te kiezen, en EFX VALUE [√] en [®] om variaties te kiezen. Laten we nu even kijken naar de symbolen en hun betekenis tijdens het kiezen van een variatie: blanco

Capital (variatie nummer 000)

+

Variaties (001~125)

‘

SC-88 geluiden

“

SC-55/SC-55MkII geluiden

#

CM-64 compatibele geluiden (variatienummers 126 en 127)

15


SC-55 Map

INSTRUMENT

A01 001 Piano 1 LEVEL

100 PART

Capital klanken

PAN

Variation klanken

PAN

100 PART

0

(Instrumentnummer wordt afgebeeld)

INSTRUMENT

024 016 008 000

A01 008/Piano 1w LEVEL

Elec Piano 3 Elec Piano 4

Honkytonk

Harpsi.o Piano 1d Piano 1w

0

(Variatienummer wordt afgebeeld)

E.Piano 2v

Harpsi.w

Detuned EP 1 Couple Hps.

Piano 1

E.Piano 2

Harpsichord

Clav.

001

006

Jungle Tune

007

008

003 002 001 000

Explosion Lasergun Machine Gun Gun Shot

128

Instrumentnummer

Variation klanken

PAN

100 PART

Acou Piano 1

0 INSTRUMENT

A01 001+Piano 1w LEVEL

127

Variatienummer

PART

Capital klanken

INSTRUMENT


SC-88 klanken

PAN

100 PART

0

MIDI-kanalen van de Parts

INSTRUMENT


SC-55/55mkll klanken

PAN

100 PART

0 INSTRUMENT

A01 001#"Piano 1 LEVEL

CM-64compatibele klanken

PAN

100

0

Ontcijferen van de instrumenten variatienummers Elk geluid van de SC-88Pro heeft twee nummers: een instrumentnummer (MIDI-programmanummer) en een variatienummer. De geluiden die het variatienummer 000 dragen, zijn de hoofdinstrumenten, de zogenaamde Capitals. Alle andere variatienummers slaan op de variaties. In de meeste gevallen beeldt de SC-88Pro enkel het instrumentnummer af. Dat komt omdat er geen plaats is voor beide nummers. Maar dank zij de hierboven beschreven symbolen weet u tenminste of het al dan niet om een Capital gaat. Tijd nu voor een beetje theorie. Hierna vindt u een afbeelding van de geheugenstructuur van de drie Maps (Native Map, SC-55 Map en SC-88 Map). Let goed op de indeling en de variatienummers van de User Tones.

Variatienummer

Native Map 065 064 032 024 016 008 000

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone User Tone

Syn Harpsi Piano + Str.

Hard FM EP

European Pf

St.FM EP

Piano 1w

Harpsi.o Harpsi.w


Piano 1

E.Piano 2

Harpsichord

Clav.

001

006

007

008

003 002 001 000


128

Instrumentnummer Capital klanken

SC-88 Map

Variatienummer

065 064

024 016 008 000

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

Hard FM EP Piano 1d Piano 1w Piano 1

001

St.FM EP

Harpsi.o Harpsi.w

Detuned EP 2 Couple Hps. E.Piano 2

006

Harpsichord

007

Clav.

008

Instrumentnummer Capital klanken

16

003 002 001 000


128

Aan elke Part van de SC-88Pro kunt u enerzijds een Tone en anderzijds een MIDI-kanaal toewijzen. Het MIDI-kanaal is belangrijk om te zorgen dat de juiste partij met de juiste klank wordt weergegeven. In de regel kunt u gewoon de ingestelde toewijzing hanteren, volgens dewelke de MIDI-kanalen van de twee groepen (A en B) overeenkomen met het Part nummer. Als u dat echter niet handig vindt, dan kunt u andere MIDI-kanalen voor de Parts kiezen (bijvoorbeeld om twee klanken te stapelen; dat doet u door twee Parts aan hetzelfde MIDI-kanaal toe te wijzen). Opmerking: Een uitgebreide toelichting bij het fenomeen “MIDI” vindt u op blz. 103. MIDI IN

MIDI-kanaal 1 klank 1




(1) Zorg dat de indicator van de [ALL] knop niet oplicht. Druk zo nodig op de [ALL] knop. Als u de MIDI CH [√] en [®] knoppen indrukt, terwijl de indicator van de [ALL] knop oplicht, dan kiest u een Device ID nummer in plaats van een MIDI-kanaal. (2) Gebruik de PART [√] en [®] knoppen om de Part te kiezen waarvoor u een ander MIDIkanaal wilt instellen. Dat lukt ook voor de Parts B01~B88, alleen moet u PART [®] dan lang genoeg ingedrukt houden. Telkens als u een Drum Part selecteert, beeldt het display een * af naast de naam. (3) Met de MIDI CH [√] en [®] knoppen kunt u nu een ander MIDI-kanaal voor de gekozen Part instellen. Ook de MIDI-kanalen worden volgens het A01 enz. formaat afgebeeld. Op die manier weet u meteen naar welke MIDI-ingang u de data moet zenden. U kunt ook A-- of B-- kiezen, wat betekent dat de betreffende Part geen MIDI-commando’s ontvangt.

3. Parts & parameters Parts en geluiden

Om een Part van de A-groep aan een MIDI-kanaal van de B-groep toe te wijzen (en vice versa), moet u KEY SHIFT [®] en MIDI CH [√] samen indrukken.

Als u op de [ALL] knop gedrukt hebt (bijbehorende indicator licht op), dan wordt het volume van de 32 Parts in het display afgebeeld zodra de SC-88Pro MIDI-data ontvangt. Op die manier kunt u dus controleren of alle betrokken Parts daadwerkelijk data ontvangen.

INSTRUMENT

PART

A01

001 Piano 1

LEVEL

PAN

100

0

REVERB

CHORUS

40

INSTRUMENT

ALL

- SOUND Canvas -

LEVEL

64

127

MIDI CH

K SHIFT

PART

REVERB

± 0 A01

64

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

K SHIFT

PAN

64

DELAY

Part groep A

MIDI CH

± 0 A--

PART

Part groep B

0 CHORUS

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

ES

2

1

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

Noten en stemmen (polyfonie)

ALL

MUTE

SC-55 MAP SC-88 MAP

3 DELAY

Welke Part ontvangt op welk MIDI-kanaal? MIDI IN A

MIDI IN B

Part groep A

Part A01

Part A02

Part groep B

Part A15

Part A16

Part B01

R

Part B02

Part B15

Part B16

L OUTPUT

De SC-88Pro biedt twee MIDI-ingangen (A en B), die volledig van elkaar gescheiden zijn. Dat is ook wel nodig, want tenslotte is hij 32-Parts multitimbraal, terwijl de MIDI-standaard maar toelaat om op 16 kanalen te zenden. Daarom zijn de Parts (en ook de MIDI-kanalen) onderverdeeld in twee groepen: A01~A16 en B01~B16. Bij levering beantwoordt het MIDIkanaal telkens aan het Part nummer, waarbij u dus ook rekening moet houden met de letter die ervóór staat (A of B). De A en de B slaan op hun beurt op de twee MIDIingangen achterop de SC-88Pro. Om even een voorbeeld te geven: hebt u de MIDI-kanalen nog niet gewijzigd, dan ontvangt Part B05 op MIDIkanaal 5 van MIDI-ingang B. Opmerking: Er schuilt echter een addertje onder het gras. De manier waarop de MIDI-data naar de Parts worden gezonden, hangt ook af van de System parameter “In Mode” op blz. 110. Naar gelang het adres van de data worden SysEx-data, die via MIDI IN A worden ontvangen, doorgezonden naar de Parts van de B-groep.

Elke noot van de SC-88Pro wordt voortgebracht door een toongenerator. Daarvan heeft de SC-88Pro er 64, dus is hij 64-stemmig polyfoon. Omdat toongenerator nogal een abstract woord is, gebruikt men in deze context liever het woord stem. De SC-88Pro heeft dus 64 stemmen, wat betekent dat hij telkens 64 noten tegelijk kan weergeven (verdeeld over de 32 Parts zou dit neerkomen op 2 noten per Part). Deze theorie klopt echter niet helemaal omdat sommige klanken van de SC-88Pro beroep doen op twee stemmen (zie hiervoor het overzicht op blz. 120). De reden om twee stemmen per klank te gebruiken houdt verband met een functie die Velocity Switch heet. Dat betekent dan weer dat een Tone gebruik maakt van twee samples, waarvan de ene alleen klinkt wanneer u betrekkelijk zacht aanslaat, terwijl de andere alleen klinkt wanneer u harder aanslaat. Het kan echter nog steeds gebeuren dat de SC-88Pro op een bepaald moment meer dan 64 stemmen moet weergeven – en dan zijn er natuurlijk problemen. In voorkomend geval hebben de nieuwe noten voorrang t.o.v. de oudere. Misschien denkt u dat u nooit aan 64 stemmen komt, maar noten, die met een Hold (controlenummer 64) commando worden aangehouden of klanken met een trage Release (die dus langzaam uitsterven), leggen ook nog beslag op één of meer stemmen. Wanneer u sequences voor anderen programmeert, vergeet dan niet dat de SC-88Pro nog steeds één van de weinige modules is die een polyfonie van 64 stemmen heeft. Zo bieden de SC-55 en de SC-55MkII respectievelijk 24 en 28 stemmen. Als u voor eigen gebruik programmeert, dan is deze opmerking natuurlijk van weinig belang...

17


Legato spelen Een aantal instrumenten van de SC-88Pro klinken anders als u ze legato speelt. Dat hebben we bewust zo gedaan, om een realistische weergave mogelijk te maken van instrumenten waarbij deze speeltechniek vaak wordt gebruikt. Denk maar eens aan de manier waarop snaarinstrumenten klinken: de toon begint met een scherpe, percussieve aanzet, waarna hij met een zachtere klank blijft voortklinken. Zolang de snaar niet opnieuw wordt aangeslagen (of gestreken) volgt er geen nieuwe Attack (aanzet), wat niet wegneemt dat u met de linkerhand (op de hals van de viool/ gitaar) intussen naar een andere toonhoogte kunt gaan. Instrumenten die op de SC-88Pro de mogelijkheid tot legato-spelen bieden herkent u aan de “:” achter hun naam (bijvoorbeeld “Violin:”). Stuurt u de SC-88Pro aan met een klavier, dan komt legato spelen erop neer dat u een noot speelt en, zonder de ingedrukte toets los te laten, de volgende noot speelt. Bij de eerste noot hoort u een duidelijke Attack, terwijl u die bij de tweede en volgende noten niet hoort (zolang u de toetsen niet loslaat). Als u op deze manier speelt, verschijnt er na de “:” van de instrumentnaam een “|…”.

Wilt u dat iedere noot met een duidelijke attack begint, laat dan na iedere gespeelde noot de toets los voordat u de volgende noot speelt. In dat geval wordt er geen “|…” afgebeeld achter de “:” van de instrumentnaam.

18

Opmerking: De legato-voorziening kunt u niet uitschakelen. Wilt u er geen gebruik van maken, dan moet u een instrument kiezen dat deze mogelijkheid niet biedt.

3.2 Parts individueel bewerken Parameters waartoe u rechtstreeks toegang hebt De SC-88Pro biedt een reeks parameters die bepalend zijn voor wat de Parts doen wanneer ze MIDIcommando’s ontvangen. De hier beschreven parameters regelen o.a. de respons op de aanslagwaarden, Pitch Bend commando’s, modulatie en aftertouch. Laten we eerst eens kijken naar de parameters die rechtstreeks kunnen worden ingesteld: LEVEL [√] en [®]

volume van de Parts

PAN [√] en [®]

panorama van de Parts

KEY SHIFT [√] en [®]

transpositie van de Parts

MUTE

Parts in- of uitschakelen

ALL*MUTE

Part Monitor (afzonderlijk beluisteren van de Parts)

SC-55 MAP

toewijzen van de SC-55 Map aan de Parts

SC-88 MAP


Hierbij betekent * dat u beide knoppen tegelijk moet indrukken. (1) Zorg dat de [ALL] indicator niet oplicht. Druk zo nodig op de [ALL] knop om te zorgen dat de indicator dooft. Als u graag (bijvoorbeeld) het volume van alle Parts tegelijk wijzigt, moet de [ALL] indicator wel oplichten (zie “All: parameters voor alle Parts” op blz. 26). (2) Gebruik de PART [√] en [®] knoppen om de Part te kiezen waarvan u de instellingen wilt wijzigen. (3) Met de in bovenstaande tabel beschreven knoppen kunt u de gewenste parameterwaarde nu veranderen. Er zijn echter nog andere parameters (zie “Parameters die u ook kunt editen”), die u niet rechtstreeks kunt wijzigen.

3. Parts & parameters Parts individueel bewerken

Als u de LEVEL, PAN of KEY SHIFT [√] en [®] knoppen samen indrukt, roept u een grafische weergave van de instellingen op. 1

2 PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

MUTE

SC-55/55mkll klanken kiezen voor de Parts

SC-55 MAP

SC-55 Map Stereopositie van iedere Part aanpassen

SC-88 MAP DELAY

SC-88 klanken kiezen voor de Parts

Parts uitschakelen

Reset commando van een sequencer ontvangt, dan worden alle Parts weer ingeschakeld, tenzij u gebruik maakt van de Mute Lock functie blz. 111.

Volume van iedere Part instellen

ALL

Parts beluisteren

Opmerking: Als de SC-88Pro een GM System On of GS

Parts transponeren

Level (0~127) Door op de LEVEL [√] en [®] knoppen te drukken, kunt u het volume van de gekozen Part verhogen of verminderen.

Pan (Rnd, L63~0~R63) Deze parameter heeft betrekking op de stereopositie van de Parts. Deze kan vast zijn (ergens tussen links en rechts), maar ook op willekeurige manier variëren (Rnd of Random). Hoe groter een waarde (bv. L63), hoe verder de Part naar de betreffende kant gepand wordt. Het heeft weinig zin om een stereopositie voor een Drum Part in te stellen omdat elke klank van een Drum Set een eigen Pan waarde heeft. Met deze Pan waarde zou u de Drum Set in z’n geheel naar links of rechts verschuiven, wat niet bijster professioneel is. Opmerking: Sommige instrumenten (of Tones) kunt u nooit helemaal naar één kant pannen. Opmerking: De Pan parameter heeft alleen zin wanneer u de SC-88Pro op een stereo versterker aansluit.

Key Shift (-24~0+24, in stappen van een halve toon) Met deze parameter transponeert u de betreffende Part. De waarde ±12 betekent dat de Part een octaaf hoger of lager getransponeerd wordt. Kies de waarde 0 wanneer u de Part niet wilt transponeren.

Mute Als u een bepaalde Part op een gegeven moment liever niet hoort, druk dan op de [MUTE] knop. In voorkomend geval licht de indicator van de [MUTE] knop op. Tegelijk verdwijnt het onderste streepje uit het display. Als u alle Parts uitschakelt, dan staan er helemaal geen streepjes meer in het display.

Met de gelijknamige knop kiest u de SC-55 Map (indicator licht op) voor de betreffende Part. In deze mode is de geheugenindeling dezelfde als voor de SC-55/SC-55MkII. Er wordt dan een “ afgebeeld vóór de instrumentnaam.

SC-88 Map Met de gelijknamige knop kiest u de SC-88 Map (indicator licht op) voor de betreffende Part. In deze mode is de geheugenindeling dezelfde als voor de SC-88. Er wordt dan een ‘ afgebeeld vóór de instrumentnaam.

Part Monitor (Solo) Part Monitor is het tegenovergestelde van Mute. Hier schakelt u namelijk alle Parts, met uitzondering van de geselecteerde Part, uit. Om deze functie te activeren, moet u tegelijk op [ALL] en [MUTE] drukken. De indicator van de [MUTE] knop begint dan te knipperen. Bovendien knippert het onderste zwarte streepje van de geselecteerde Part. Eens de Part Monitor functie ingeschakeld is, kunt u met EFX PARAM [®] naar een andere Part gaan die u wilt beluisteren. Als de Part Monitor functie ingeschakeld is, kunt u ook met PART [√] en [®] naar een andere Part gaan. Als u naast de in solo geplaatste partij nog graag een andere hoort, breng de cursor dan met PART [√] en [®] naar de betreffende Part en druk op EFX VALUE [®]. Om die tweede Part dan weer uit te schakelen, drukt u op EFX VALUE [√].

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ACK

DECAY

RELEASE

TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

RATE

Parameters die u ook kunt editen Om deze parameters te kiezen en in te stellen, moet u het volgende doen: (1) Zorg eerst dat de [ALL] indicator niet oplicht. (2) Druk tegelijkertijd op PART [√] en [®].

19


(3) Gebruik nu de PART [√] en [®] knoppen om de Part te kiezen wiens parameters u wilt editen. (4) Met [▲] [▼] kunt u nu de te editen parameter kiezen. Zolang u [SELECT] ingedrukt houdt kunt u op de [▲] [▼] knoppen drukken om naar de Part EQ, S.Tune C, Mod Range, Bnd Range, CAf Range, CC1Range en CC1 LOF TVA parameters te gaan. INSTRUMENT

PART

A01 >Part Mode: Norm LEVEL

PAN


0 CHORUS MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

PART

(5) Stel de gewenste waarde in met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen.

Part EQ Met de Part EQ functie kunt u zorgen (aan) of voorkomen (uit) dat de betreffende Part de tweebandsequalizer passeert. Op blz. 36 komt u te weten hoe u de equalizer kunt instellen. Net zoals voor de effecten, is er maar één equalizer voor alle Parts. Maar u kunt wel kiezen of een Part er al dan niet beroep op moet doen. Opmerking: Bij levering staan alle equalizer-parameters op “0”. Het in- of uitschakelen van de Part EQ levert in dat geval geen hoorbare verschillen op. Als u klaar bent, drukt u PART [√] en [®] nog een keer tegelijkertijd in. 1

2 PART

3

5 LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

SC-88 MAP DELAY

VIB RATE USER INST

EFX

SELECT

ON/OFF

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

Part Mode (Norm, Drum1, Drum2) Hier bepaalt u de functie van de Parts. Kies Norm wanneer de betreffende Part een melodie of akkoordenschema moet spelen. Als u Drum1 of Drum2 kiest, dan doet de betreffende Part dienst als Drum Part. Het verschil tussen een “normale” en een Drum Part is dat normale Parts slechts één klank aansturen, maar wel toelaten om melodieën te spelen, ter20

Drum groep

Drum Set

A10

Drum1

Standard1

A11

Drum2

Jazz

A12

Drum1

Standard1

Als u nu een andere Set aan A12 toewijst, dan wordt die ook automatisch voor A10 gekozen. Opmerking: In de regel wordt Part 10 als Drum Part gebruikt (zowel in het GM systeem als in het GS formaat). Dus is het misschien een goed idee dat u dat ook doet.

M/P Mode

INSTRUMENT

MUTE

SC-55 MAP

Part

6

ALL

4

wijl Drum Parts aan elke noot een andere percussieklank toewijzen, zodat u kunt drummen. Zo is aan de C2 (volgens Roland, maar C1 volgens bv. Cubase) een basdrum toegewezen. Het idee achter Drum1 en Drum2 is dat u telkens twee verschillende Drum Sets tegelijk kunt gebruiken. Dat is handig voor mensen als Phil Collins die enerzijds beroep willen doen op een “beatbox” (kies hiervoor de TR-808/909 of Electronic Set) en dan in of na het eerste refrein ook loeiharde toms van “echte” drums willen inschakelen. Hoe u een Drum Set aan een Part kunt toewijzen leggen we uit op blz. 14. Let wel: u kunt telkens maar twee verschillende Drum Sets gebruiken, maar u kunt ze wel aan meer dan twee Parts toewijzen. Dat betekent dat, als u aan één Part van een Drum groep een andere Set toewijst, die Set ook automatisch aan de andere Parts van die Drum groep toegewezen wordt. Chinees? Kijk even naar onderstaande tabel:

Met deze parameter bepaalt u of een Part akkoorden (Poly) kan weergeven of enkel een eenstemmige melodie (Mono). Mono staat trouwens voor monofoon, terwijl Poly voor polyfoon staat. De Mono mode kan handig zijn voor solo’s van bv. een trompet of saxofoon, instrumenten dus die telkens maar één noot kunnen spelen. Deze instelling geldt echter niet voor Drum Parts, die per definitie altijd polyfoon moeten zijn.

Fine Tune (–100.0~+100.0 cent) Deze parameter dient voor het ontstemmen van een Part. Dat heeft alleen zin wanneer een andere Part een gelijkaardige klank aanstuurt. Op die manier kunt u dan namelijk voor een natuurlijke zweving (lees: Chorus) zorgen. Beide Parts kunnen op hetzelfde MIDI-kanaal ontvangen.


hoort wanneer u speelt. Verander dan de instelling voor Velo Depth en/of Velo Offset. Velo Depth = 32, Velo Offset = 64

Volume van de weergave

Velo Depth = 64, Velo Offset = 64

Fig. 2

MIDI Velocity

Fig. 1


Fig. 3

Rx NRPN

MIDI Velocity


MIDI Velocity

Fig. 4




NRPN slaat op parameters die via MIDI te editen zijn, maar die eigenlijk door de “standaard MIDIstandaard” niet herkend worden. Dus houdt elke fabrikant er zijn eigen logica op na voor wat de parameterkeuze betreft. Om dus geen “wartaal”, bestemd voor een ander instrument, naar de SC-88Pro te zenden zou u met Rx NRPN kunnen voorkomen dat de SC-88Pro deze Non Registered Parameter Numbers ontvangt.

MIDI Velocity



De bankkeuze is een MIDI-controlecommando (CC0) waarmee u klanken kiest – althans een deel ervan. We hadden het al over het grote aantal geluiden van de SC-88Pro en over de noodzaak om naast de programmakeuze nog andere commando’s in te schakelen om de klanken via MIDI te kunnen kiezen. Daarvoor dient precies de bankkeuze. Nu is het echter niet altijd even praktisch als een sequence ook meteen een andere bank kiest (omdat ze bv. niet helemaal compatibel is met het GS formaat of de GM standaard). Dan kunt u dit commando filteren. En dat doet u met Rx Bank Sel.

Opmerking: Soms gebeurt het dat u helemaal niets meer


Rx Bank Sel

nooit de aanslagwaarde 127 bereikt. Deze instelling doet dus dienst als een soort compressor.


Fine Tune dient dus duidelijk niet voor het afstemmen op andere instrumenten, want dan zou u deze parameter voor alle 32 Parts moeten instellen. Gebruik daarvoor liever de M.Tune functie (blz. 12). Fine Tune zou u evenmin als transponeerfunctie mogen gebruiken. Daarvoor dient namelijk “Key Shift” op blz. 19.

MIDI Velocity

Fig. 5

Fig. 6

MIDI Velocity

Velo Depth, Velo Offset

K. Range L/K. Range H

(0~127) De kracht of snelheid waarmee u een toets indrukt wordt door MIDI vertaald naar een aanslagwaarde (in het Engels noem je dit Velocity). Die waarde is belangrijk voor het volume en de klankkleur van de noten. Nu gebeurt het echter vaak dat een geluid net iets té aanslaggevoelig is – of juist niet genoeg. In voorkomend geval kunt u dan een andere waarde instellen. De voorgeprogrammeerde waarde luidt 64. Hoe groter de hier ingestelde waarde, hoe gevoeliger het betreffende instrument op de aanslag reageert. Daarnaast biedt de SC-88Pro een Velo Offset parameter. Hiervoor gebruiken we het woord “verschuiving”. Zoals u in onderstaande tekeningen namelijk ziet, kunt u de aanslaggevoeligheid verschuiven, zodat u bv. zelfs met kleine aanslagwaarden reeds een betrekkelijk hoog volume verkrijgt in plaats dus van een uiterst zacht gespeelde noot. Voorwaarde hiervoor is wel dat u een Offset waarde instelt die groter is dan 64. Een kleinere Offset waarde dan 64 betekent dat u ook met veel geweld

(C–1~G9) De K. Range parameters (Key Range) dienen voor het instellen van de toetsenzone (de nootnummers dus) waarmee u een Part kunt aansturen. Als u bv. wilt voorkomen dat bepaalde basnoten niet klinken, ook al zendt de sequencer ze, dan moet u K. Range L zodanig instellen dat de Part die nootcommando’s niet meer ontvangt. De bovengrens van de zone stelt u in met K. Range H. Nootnaam

C-1

A0 C1

C2

C3

C4

C5

C6

C7

C8

G9

0

21 24

36

48

60

72

84

96

108

127

MIDI-nootnummer

Deze tekening moet u helpen uit te vissen welke boven- en ondergrens u moet instellen. Let wel: sommige programma’s/instrumenten hebben het over bv. de C1, daar waar de SC-88Pro die noot C2 noemt enz. Af en toe moet u dus “mentaal transpo-

21


neren”, maar dat zou een fluitje van een cent moeten zijn. Door gebruik te maken van twee Parts kunt u ook splits programmeren. In onderstaand voorbeeld hebben we voor Instrument 1 K.Range L= C–1 en K.Range H= B3 en voor Instrument 2 K.Range L= C4, K.Range H= G9 ingesteld. Opmerking: Als u K.Range H lager instelt dan K.Range L, hoort u niets.

B3 C4

Instrument 1

Instrument 2

CC1 – C. Number (1~95) Hiermee kiest u het controlenummer waarmee u de CC1 parameter wilt aansturen. Kiest u bijvoorbeeld 16, dan worden alle ontvangen waarden voor controlenummer 16 naar de klankparameter gezonden die u voor de CC1 parameter hebt gekozen.

S. Tune (C~B) (-64~+63) Deze parameters (voor elke noot van een octaaf is er een aparte Scale parameter) laten toe om elke noot afzonderlijk te stemmen. Dat is met name zinvol voor Arabische of Gamelan muziek en voor mensen die barokmuziek graag met een barokstemming spelen (en dan nog beweren dat het niet vals klinkt)… Hieronder geven we u een paar instellingsvoorbeelden voor vaker gebruikte stemmingen. Let wel: u moet ze zelf en –als u dezelfde stemming voor meerdere Parts wilt gebruiken– ook voor elke Part apart instellen. Noot

Gelijkzw.

Reine stemming

Arabisch

C

0

0

-6

C#

0

-8

+45

OUT Asgn

D

0

+4

-2

Hiermee kiest u naar welke uitgang(en) het geluid van een Part wordt gezonden.

D#

0

+16

-12

E

0

-14

-51

Het geluid wordt samen met de effecten in stereo naar de OUTPUT 1 connectors gezonden.

F

0

-2

-8

F#

0

-10

+43

Het directe geluid (zonder de effecten) wordt in stereo naar de OUTPUT 2 connectors gezonden.

G

0

+2

-4

G#

0

+14

+47

OUT2L

Het directe geluid wordt naar de OUTPUT 2L connector gezonden (de Pan waarde is hier niet meer relevant).

A

0

-16

0

A#

0

+14

-10

OUT2R

Het directe geluid wordt naar de OUTPUT 2R connector gezonden (de Pan waarde is hier niet meer relevant).

B

0

-12

-49

OUT-1

OUT-2

Opmerking: Via de hoofdtelefoonuitgang hoort u het geluid van OUTPUT 1, maar niet het geluid van OUTPUT 2.

Opmerking: De instelling van deze parameter is enkel belangrijk als de Sys. OUT Mode (zie blz. 29) op “Sel” is ingesteld. Hebt u de Sys. OUT Mod op “Fix” ingesteld, dan worden de OUT Assgn instellingen genegeerd. Opmerking: Bij levering zijn alle Parts aan OUT-1 toegewezen.

22

Opmerking: De volumeregelaar heeft geen invloed op het geluid dat naar OUTPUT 2 wordt gezonden. Het uitgangssignaal van OUTPUT 2 heeft dan ook steeds hetzelfde volume.

Mod ~/Bnd ~/CAf ~/CC1 ~ De volgende parameters worden op een iets andere manier besproken dan de voorgaande. Dat houdt verband met het feit dat elke speelhulp voor het moduleren van ongeveer dezelfde parameters kan worden gebruikt. We hebben het hier inderdaad over speelhulpen (modulatie, Pitch Bend, Aftertouch en toewijsbare regelaar) die voor het bewerken van bv. de filterfrequentie kunnen worden gebruikt. Laten we eerst even naar een overzicht


van de volgende parameters kijken. De gelijkenissen vallen dan meteen op: Modulatie

Pitch Bend

Aftertouch

Fader

Mod Range

Bnd Range

CAf Cutoff

CC1 Range

Mod Cutoff

Bnd Cutoff

CAf Cutoff

CC1 Cutoff

Mod Amp

Bnd Amp

CAf Amp

CC1 Amp

Mod LFO Rate

Bnd LFO Rate

CAf LFO Rate

CC1 LFO Rate

Mod LFO Pch

Bnd LFO Pch

CAf LFO Pch

CC1 LFO Pch

Mod LFO TVF

Bnd LFO TVF

CAf LFO TVF

CC1 LFO TVF

Mod LFO TVA

Bnd LFO TVA

CAf LFO TVA

CC1 LFO TVA

Moraal: u kunt deze parameters desgewenst met verschillende speelhulpen tegelijk bewerken – maar in de praktijk verdient het aanbeveling om dat niet te doen. Desondank is het handig te weten dat je bv. ook de Pitch Bend hendel van een extern MIDI-klavier kunt gebruiken om bv. de grensfrequentie van het filter (Cutoff) tijdens het spelen te wijzigen. Laten we eerst de speelhulpen overlopen. Verderop vindt u eenbeschrijving die ermee kunnen worden bewerkt. Mod ~ (0~127) Modulatie dient voor het tijdelijk “beïnvloeden” van een bepaald geluidsaspect. Meestal is dat vibrato – de modulatie van de toonhoogte (dit is trouwens ook het geval zolang u de fabrieksinstellingen ongemoeid laat). Maar u kunt ook andere dingen moduleren, namelijk de filterwerking (dat heet dan wah-wah) of het volume (tremolo). Met de Mod parameters bepaalt u wat er met de klank gebeurt bij de ontvangst van modulatiecommando’s. (Zie verderop voor de verschillende parameters die kunnen worden beïnvloed.) Bnd~ De parameters die met Bnd beginnen slaan op de BENDER hendel (of het Pitch Bend wiel). Ook hier kunt u weer de intensiteit (het bereik) en de parameters kiezen die met dit soort MIDI-commando’s moeten worden verandert. CAf (0~127, behalve CAf LFO Rate) CAf is de afkorting voor Channel Aftertouch, kanaal aftertouch dus. Dat zijn commando’s die u zendt wanneer u een toets na de eigenlijke aanslag nog een beetje verder indrukt. Meestal wordt de aftertouch gebruikt als bijkomende modulatiebron, wat hier ook het geval is. De SC-88Pro ontvangt dus wel degelijk aftertouch commando’s. Maar die moeten dan ook verzonden worden. Dat zeggen we hier omdat de meeste sequencer(programma) handleidingen u vertellen

dat u de aftertouch in de regel best uitschakelt, zodat hij niet opgenomen wordt. Aftertouch data zijn namelijk continu (traploos), net zoals bv. modulatie, wat dus betekent dat u veel data opneemt die u eigenlijk niet nodig hebt. Wanneer u de waarde van een CAf parameter op 0 zet, dan kunt u hem niet via de aftertouch beïnvloeden. Bij levering staan deze parameters op 0, zodat u geen effect hoort wanneer u aftertouch commando’s naar de SC-88Pro zendt. (Zie verderop voor de verschillende parameters die kunnen worden beïnvloed.) CC1 ~ Een aantal MIDI-klavieren zijn voorzien van schuifregelaars die u aan een vrij te definiëren controlenummer kunt toewijzen. Als u deze schuifregelaars beweegt, worden er commando’s voor het gespecifieerde controlenummer gezonden, wat op zijn beurt een klankverandering teweegbrengt in de aangesloten klankmodule. Met de CC1 parameter wijst u een SC-88Pro parameter toe aan het door de schuifregelaar verzonden controlenummer. Eerst bepaalt u met de CC1 C.Number parameter (zie vorige bladzijde) welk controlenummer voor het wijzigen van de volgende parameters moet worden gebruikt.

Parameters die via de zonet besproken speelhulpen kunnen worden beïnvloed (1) ~ Range (±0~24) Dit is het maximale buigingsinterval van de geselecteerde Part. Dit interval verkrijgt u alleen wanneer u de Pitch Bend hendel helemaal naar rechts of links schuift (of een desbetreffend MIDIcommando naar de SC-88Pro doorseint). Ook hier slaat het interval weer op halve tonen, wat dus betekent dat u een maximale buiging van 2 octaven kunt verkrijgen. Laat u niet misleiden door de “±” want u kunt alleen positieve waarden instellen. Aangezien deze parameter voor elke Part afzonderlijk kan worden ingesteld, moet u wel voorzichtig zijn. Wie de gewoonte heeft om muziek met een interval van 2 halve tonen te programmeren, zou wel eens voor een verrassing kunnen komen te staan als de Bend Range opeens 12 halve tonen blijkt te bedragen. De waarde 0 betekent dat u de betreffende Part niet kunt buigen. (2) ~ Cutoff (-64~+63) Hiermee bepaalt u in welke mate de grensfrequentie van het filter wordt gewijzigd gestuurd door de ontvangen MIDI-commando’s.

23


(3) ~ Amp (-64~+63) Hiermee bepaalt u in welke mate het volume wordt gewijzigd door de ontvangen commando’s. (4) ~ LFO Rate (-64~+63) Hiermee bepaalt u in welke mate de snelheid van de LFO wordt gewijzigd door de ontvangen commando’s, oftewel de snelheid waarmee een bepaald geluid wordt gemoduleerd (de “snelheid van het bibberen”). (5) ~ LFO Pitch (0~127) Hiermee bepaalt u in welke mate de diepte (intensiteit) van de toonhoogtemodulatie (vibrato) wordt gewijzigd door de ontvangen commando’s. (6) ~ LFO TVF (0~127) Hiermee bepaalt u in welke mate de diepte (intensiteit) van de filtermodulatie (wah-wah effect) wordt gewijzigd door de ontvangen commando’s. (7) ~ LFO TVA (0~127) Hiermee bepaalt u in welke mate de diepte (intensiteit) van de amplitudemodulatie (tremolo) wordt gewijzigd door de ontvangen commando’s. Opmerking: Als u voor één van de bovenstaande parameters de waarde “0” kiest, kan de betreffende speelhulp (zie blz. 22) de bijbehorende parameter niet wijzigen. (Zet Bnd Cutoff bv. op 0 als u niet wilt dat de grensfrequentie van het filter verandert zodra u de Pitch Bend hendel heen en weer beweegt.)

3.3 Klanken editen op Part niveau Op de SC-88Pro kunt u ook een aantal Part parameters wijzigen, wat in de muziekwereld algemeen editen wordt genoemd. Een parameter is een onderdeel van het geluid dat u kunt veranderen door een andere waarde in te stellen. Voordat we de parameters bespreken, willen we er nog even op wijzen dat Vibrato, Filter en Envelope hier Part parameters zijn en dus niet rechtstreeks op de instrumenten slaan. Het verschil is niet altijd even duidelijk. De Part parameters beïnvloeden alle instrumenten die u aan een Part kunt toewijzen, terwijl de instrumentparameters (zie “Eigen geluiden maken en opslaan” op blz. 85) enkel voor één bepaald instrument gelden en er dus samen mee opgeslagen worden. Kiest u na verloop van tijd dus een andere klank voor een Part, dan gelden de hier ingestelde Part parameters ook voor dat geluid, terwijl dat bij de instrumentparameters niet het geval is.

24

De geëdite klanken/instrumenten kunt u in een User geheugen opslaan en later weer oproepen (zie “Eigen geluiden maken en opslaan” op blz. 85). De User klanken maken deel uit van de SC-88Pro Map. Maar nogmaals: hier bevinden we ons nog op Part niveau. Het gaat hier dan ook om parameters die voor gelijk welk instrument gelden dat u aan de betreffende Part toewijst. Dit zijn de parameters die u kunt instellen: Vibrato

Rate

Filter

Envelope

Attack Time

Depth

Delay

Cutoff Frequency

Resonance

Decay Time

Release Time

Werkwijze voor het editen (1) Zorg dat de indicator van de [ALL] knop niet oplicht. (2) Kies de Part waaraan het gewenste instrument toegewezen is door op PART [√] en [®] te drukken. (3) Druk op de [SELECT] knop om de gewenste parametergroep te kiezen (Vibrato, Filter of Envelope). (4) Met de [√] en [®] onder de gewenste parameter (bv. Vib Depth) kunt u nu een andere waarde instellen. Als u de instellingen graag in grafische vorm ziet, druk dan beide [√] en [®] knoppen samen in. Om terug te keren naar de vorige (“normale”) parameterafbeelding drukt u nogmaals tegelijk op de [√] en [®] knoppen.

VIB RATE USER INST

EFX

SELECT

ON/OFF

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

Vibrato

Vibrato

Vibrato

Rate

Depth

Delay

Filter

Filter

Cutoff Frequency

Resonance

Envelope

Envelope

Envelope

Attack Time

Decay Time

Release Time

3. Parts & parameters Klanken editen op Part niveau

Voorbeeld: pagina waar u vibrato kunt editen. PART

INSTRUMENT

A01 Vib. |+20|± 0|± 0| LEVEL

PAN

100

USER INST

EFX

Zorg dan hier met een positieve waarde dat het vibrato iets later begint – m.a.w. geef de violist de tijd om zijn vinger op de juiste positie te plaatsen voordat hij moet beginnen “bibberen”.

0

SELECT

ON/OFF

Rate

Depth

VIB RATE

VIB DEPTH

VIB DELAY

Delay

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

Delay Depth

Noot-aan Rate

kies een parameter

stel de waarde in

Filter

Part Edit parameters Alle parameters die u hier kunt editen, zijn relatieve wijzigingen t.o.v. een voorgeprogrammeerde waarde. U zou dit dus ook een soort “verschuiving” kunnen noemen die bij de instrumentwaarde wordt opgeteld of ervan wordt afgetrokken. Vandaar dat u zowel positieve als negatieve waarden kunt instellen. De betekenis daarvan is dus “zo veel meer dan” (+) en “zo veel minder dan” (–). Maar opgelet: soms brengt een positieve of negatieve waarde geen verandering meer. Dat houdt dan verband met het feit dat het betreffende instrument al op de maximale of minimale waarde staat ingesteld. Alles is dus wel degelijk relatief bij deze parameters...

Vibrato Vibrato is een regelmatige modulatie van de toonhoogte. Denk maar aan een violist die zijn vingers heel snel heen en weer beweegt, zodat het geluid lichtjes lijkt te “bibberen”. U zult zeer snel merken dat een geluid zonder vibrato betrekkelijk kaal klinkt. Vib Rate (–64~+63) Hiermee verandert u de modulatiesnelheid van het vibrato-effect. Met positieve waarden zorgt u voor een snellere beweging, terwijl u ze met negatieve waarden vertraagt. Vib Depth (–64~+63) Met deze parameter verandert u de diepte ofwel de intensiteit van het vibratoeffect. Soms is een lichte modulatie beter dan een heel uitgesproken variatie van de toonhoogte. Dan moet u hier een negatieve waarde instellen. Let wel: deze parameter slaat op de automatische modulatie, die altijd wordt toegepast. Met een Mod/Bnd/CAf/CC1 parameter bv. (zie blz. 23) kunt u instellen hoeveel daar moet bijkomen wanneer u gebruik maakt van de betreffende speelhulp. Vib Delay (–64~+63) Met deze parameter stelt u de vertraging in tussen het begin van een noot en het begin van de modulatie. Meestal begint het vibrato namelijk niet meteen wanneer u een noot speelt.

Zoals de naam zegt, dient een filter om iets te verwijderen. In het geval van de SC-88Pro gaat het om hogetonen (of harmonischen). Hoe sterker u ze filtert, hoe doffer het geluid wordt. Filteren doet u met de Cutoff parameter. Meer hierover in de volgende alinea. De Envelope (zie verderop) geldt voor het filter en het volume, zodat u ook filterveranderingen in de tijd kunt programmeren. hoge frequenties hoog-af filter

afsnijfrequentie

lage frequenties

Zoals u ziet, kunt u hier maar twee parameters editen: Cutoff (–64~+63) Met positieve waarden maakt u de Part helderder, terwijl negatieve waarden betekenen dat de Part doffer wordt. Maar let wel: soms brengt een positieve Cutoff waarde geen verandering meer teweeg. Dat betekent dat de Cutoff van het instrument al op 127 staat en dus niet meer verhoogd kan worden. karakteristiek van een hoog-af filter volume

frequentie afsnijfrequentie

Resonance (–64~+63) Resonance is een synthesizereffect. Deze parameter dient namelijk voor het ophalen van het volume van de grensfrequentie (alias Cutoff), waardoor de frequenties, die rond dat punt liggen, extra in de verf worden gezet. Het geluid wordt dan ook synthetischer. Resonance kan alleen maar positief zijn (ophalen van de grensfre-

25


quentie). Wanneer de gelijknamige instrumentparameter dus op 0 staat, dan hoort u geen verschil als u hier een negatieve waarde instelt. volume

frequentie afsnijfrequentie laag

hoog resonantie (Resonance)

de toets loslaat (in de elektronische muziek heet de betreffende parameter Sustain, maar die ontbreekt op de SC-88Pro). Bij sommige geluiden is het Sustain peil gelijk aan 0, wat dus betekent dat u met Decay moet instellen hoe snel het volume/de filterfrequentie naar 0 daalt. Bij een pianoklank heeft de Release waarde dus totaal geen betekenis meer voor lange noten omdat het geluid al uitgestorven is voordat u een toets loslaat. Maar nogmaals: dat geldt alleen voor erg lange noten.

Envelope Het volume van een geluid verandert in de tijd: meestal ligt het maximale volume bij het begin van een noot en sterft het geluid daarna min of meer snel uit. In onderstaande tekening wordt dat wellicht iets duidelijker. De “vorm” van de Envelope is in grote mate bepalend voor de herkenningsfactor. Zo ziet de Envelope van een orgel er bv. anders uit dan die van een piano. Als u een piano Envelope op een orgelklank loslaat (wat op de SC-88Pro ook zou kunnen), dan klinkt het orgel “vreemd” omdat het geluid op de een of andere manier doet denken aan een piano. Deze Envelope slaat zowel op het volume (de TVA) als op het filter (TVF). Er is dus maar één Envelope voor twee klankaspecten. Maar die werkt zó goed dat u geen aparte TVF Envelope nodig hebt.

De Release parameter bepaalt hoe snel een noot uitsterft zodra u de betreffende toets loslaat – als er tenminste nog iets uit te sterven valt. Voor “tapijten” van strings en synthesizers kiest u het best een betrekkelijk grote Release waarde, want te korte eindes zijn niet echt mooi. Strijkers volume klank houdt op

Sustain tijd

A

D

R noot-uit

noot-aan

Piano

A : Attack D : Decay R : Release

Grensfrequentie

Release

volume envelope

klank houdt op

filter

klank houdt op

A : Attack D : Decay R : Release

tijd

tijd Volume

A noot-aan

D

R noot-uit

A noot-aan

D noot-uit

Attack (–64~+63) Met deze parameter (de A in bovenstaande tekening) bepaalt u de snelheid waarmee het geluid het maximale volume/filterfrequentie bereikt. Positieve waarden betekenen dat het “begin” van het geluid aan de trage kant ligt. Dat is bv. een goede instelling voor strijkerstapijten. Wilt u het begin sneller maken, kies dan een negatieve waarde.

Decay (–64~+63) Deze parameter slaat op de snelheid waarmee het volume/de filterfrequentie naar het peil daalt dat wordt aangehouden tot u de betreffen-

26

3.4 All: parameters voor alle Parts Het merendeel van deze parameters kent u al. Ditmaal gelden ze echter niet alleen voor de geselecteerde Part, maar voor álle Parts samen. We gaan hier niet te diep meer in op de parameters. Daarom verwijzen we in dit hoofdstuk regelmatig naar de gelijknamige parameters van de gewone Part mode.

3. Parts & parameters All: parameters voor alle Parts

Werkwijze

•

(1) Druk op de [ALL] knop. De bijbehorende indicator moet ditmaal wel oplichten omdat u de instelling van alle Parts tegelijk wilt veranderen. (2) Gebruik de knoppen (LEVEL, PAN, KEY SHIFT, MUTE, SC-55 MAP en SC-88 MAP) op het frontpaneel om een bepaalde waarde te wijzigen. Net zoals in de individuele Part mode, gaat het om de volgende knoppen: LEVEL [√] en [®]

volume van de Parts

PAN [√] en [®]

panorama van de Parts


transpositie van de Parts

MUTE

Parts in- of uitschakelen

SC-55 MAP


SC-88 MAP


Mute: All Mute functie, alle Parts worden uitgeschakeld. Als u deze functie activeert, verdwijnen alle streepjes onderaan in het display.

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

Zie “Parts individueel bewerken” op blz. 18 voor een beschrijving van de parameters. 1

Volume van alle Parts instellen PART

INSTRUMENT

ALL LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

MUTE

SC-55 map kiezen voor alle Parts.

SC-55 MAP

•

SC-55 Map Opmerking: Wilt u opnieuw de Native Map kiezen voor alle Parts, houd dan [SELECT] ingedrukt terwijl u op [SC-55 MAP] drukt (de [ALL] indicator moet oplichten). De [SC-55 MAP] indicator begint dan te knipperen.

•

SC-88 Map Opmerking: Als de [ALL] indicator oplicht, kunt u de [SELECT] knop ingedrukt houden en op de [SC-88 MAP] knop drukken om voor alle Parts de SC-88 Map te kiezen. De [SC-88 MAP] indicator begint dan te knipperen.

Stereopositie van alle Parts instellen

DELAY

SC-88 map kiezen voor alle Parts.

Alle Parts uitschakelen

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

SC-88 MAP

Klanken van de Native Map kiezen

MUTE

SC-55 MAP

Alle Parts transponeren

SC-88 MAP DELAY

• •

De parameters zijn: Level (0~127) Pan (Rnd, L63~0~R63) Opmerking: Sommige instrumenten (of Tones) blijven

VIB RATE USER INST

EFX

SELECT

ON/OFF

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

Klanken van de SC-88 Map kiezen

steeds een beetje “lekken” in het tegenoverliggende kanaal, zelfs wanneer u een extreme Pan waarde kiest.

Opmerking: De Pan parameter heeft natuurlijk alleen zin wanneer u de SC-88Pro op een stereo versterker aansluit. •

Key Shift (-24~0+24, in stappen van een halve toon) Opmerking: Om voor de hand liggende redenen wordt de Drum Part nooit getransponeerd.

27


Systeemparameters

4.

In dit hoofdstuk beschrijven we de systeemparameters van de SC-88Pro. Dat zijn parameters die bepalen hoe de SC-88Pro in z’n geheel werkt en die niet rechtstreeks verband houden met de Parts of de instrumenten. (1) Om de System mode op te roepen, moet u [▲] [▼] tegelijkertijd indrukken. Het display beeldt dan een % symbool af, dat op de System mode slaat. (2) Kies de gewenste parameter met [▲] [▼]. INSTRUMENT

PART

A01 %Prevw Note: LEVEL

100 40 K SHIFT ± 0

(Type1~Type8) Het volume van de Parts wordt in het display weergegeven met behulp van LEDbalkjes. Misschien vindt u de voorgestelde manier niet handig. In voorkomend geval kunt u dan een ander display-type kiezen. U hebt de keuze uit 8 types:

0 CHORUS MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

(0~127) Met deze parameter stelt u de aanslagwaarde in van de Preview noot. Dat is ook een belangrijk aspect om te horen of het instrument bij uw stuk past

Display

A4

PAN

REVERB

Prevw Velo

PART

(3) Met INSTRUMENT [√] en [®] kunt u nu een andere waarde instellen. (4) Als u klaar bent, drukt u [▲] [▼] nog een keer samen in, om de System mode weer te verlaten.

PART

INSTRUMENT

A01 %Display: LEVEL

100

0

Type 1 : Balken (fabrieksinstelling) PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

2 4

MUTE

SC-55 MAP

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

Type 2 : Enkelvoudige segmenten KEY SHIFT

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

Type 6 : Geïnverteerd 2

MIDI CH

SC-88 MAP DELAY

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

Type 3 : Balken van boven naar onder

4.1 Beschrijving van de systeemparameters Prevw Note (C-1~G9) Zoals u weet, is de SC-88Pro uitgerust met een Preview functie die toelaat om telkens één noot te spelen en de geselecteerde Part te doen klinken. Hiervoor moet u de [VOLUME] regelaar indrukken. De noot die dan klinkt, kunt u hier instellen. Maar denk er wel aan dat de Preview functie rekening houdt met een eventueel ingestelde Key Shift waarde (zie blz. 27). U zou Preview ook kunnen gebruiken tijdens het afstemmen op andere instrumenten (M.Tune). Hiervoor is het handig dat u de A4 als referentienoot kiest. 28


3

ALL

1

Type1

PAN

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

Type 4 : Enkelv. segmenten, boven naar onder

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16


1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16


1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

Of deze display-types nu “Spielerei” zijn of niet, moet u zelf maar uitmaken, maar in veruit de meeste gevallen is Type 1 waarschijnlijk de beste oplossing.

4. Systeemparameters Beschrijving van de systeemparameters

Peak Hold PART

In B Sel INSTRUMENT

A01 %Peak Hold:Type1 LEVEL


PAN

0 CHORUS MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

PART

Peak Hold is een functie die ook op mengpanelen en opnameapparatuur wordt gebruikt. Deze functie houdt in dat het hoogste niveau telkens enkele seconden wordt afgebeeld, zelfs al komen er daarna nog signalen binnen. Ook hier zijn er weer verschillende types, die in de andere richting bewegen, wanneer u Display type 3, 4, 7 of 8 gekozen hebt. Off

Hiermee schakelt u de Peak Hold functie uit.

Type 1

Na de piek aangeduid te hebben zakt het balkje weer naar beneden.

Type 2

Na de piek aangeduid te hebben verdwijnt het balkje.

Type 3

Na de piek aangeduid te hebben stijgt het balkje tot het verdwijnt.

LCD Contrast (1~16) In sommige gevallen kan het gebeuren dat het display niet of nauwelijks af te lezen is. Is dat bij u het geval, dan moet u eens proberen het contrast anders in te stellen. Hoe groter de hier ingestelde waarde, hoe donkerder de balkjes en de lettertjes worden. PART

Out/Thru Met deze parameter kiest u de functie van de MIDI OUT/THRU connector. Die kan dienst doen als MIDI-uitgang, maar ook als MIDI-doorgang. Ook deze instelling geldt pas nadat u de SC-88Pro uiten weer ingeschakeld hebt.

In Mode (Standard, X-connect, Merge→A, Merge →B, A only) Met deze parameter bepaalt u waar naartoe de data van MIDI IN A en B worden gezonden. Meer hierover op blz. 110. Ook deze instelling geldt pas nadat u de SC-88Pro in- en weer uitgeschakeld hebt.

Rx Sys Mode Later (zie blz. 95) vertellen we u dat u de SC-88Pro ook als twee afzonderlijke modules kunt gebruiken, wat misschien evident lijkt omdat hij over twee gescheiden MIDI-ingangen beschikt. Maar de dubbele module mode houdt verband met het gebruik van de effecten. De RX Sys schakelaar is een filter waarmee u kunt zorgen of voorkomen dat de SC-88Pro via MIDI commando’s ontvangt die toelaten om één van deze twee modes (Single of Double Module) te kiezen.

INSTRUMENT

A01 %LCD Contrast: 8 LEVEL

PAN


0 CHORUS

DELAY

(Front, Rear) Met deze parameter kiest u welke connector dienst doet als MIDI IN B. Er zijn er namelijk twee: één op het voorpaneel en één op het achterpaneel. Deze instelling geldt echter pas nadat u de SC-88Pro uiten weer ingeschakeld hebt.

Sys. OUTMode (Sel, Fix) Hiermee bepaalt u of de OUT Asgn instelling (zie blz. 22) al dan niet wordt gebruikt.

MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

Backup Met deze parameter schakelt u de geheugenbatterij in of uit. Wanneer ze ingeschakeld is, dan onthoudt de SC-88Pro de laatst gemaakte instellingen bij het uitschakelen. Op die manier kunt u er later aan verderwerken. De Backup functie heeft enkel betrekking op de Part en instrumentparameters. De System parameters worden altijd onthouden.

Sel

Het geluid van iedere Part wordt volgens de OUT Asgn instellingen naar de uitgang gestuurd.

Fix

Het geluid van iedere Part wordt volgens de onderstaande “regeltjes” naar de uitgangen gestuurd.

Voor de Single Module Mode Zowel Part groep A als B worden in stereo, met de effecten, naar OUTPUT 1 gestuurd. Part groep A OUTPUT 1 (inclusief effecten) Part groep B

29


Voor de Double Module Mode De Parts van groep A worden in stereo, met de effecten, naar OUTPUT 1 gestuurd. Voor de Parts van groep B gebeurt dat op dezelfde manier, maar dan naar OUTPUT 2. Part groep A

OUTPUT 1 (inclusief effecten)

Part groep B

OUTPUT 2 (inclusief effecten)

OUTPUT 2 levert dus in dit geval een signaal dat ook voorzien is van effecten. Opmerking: Via de hoofdtelefoonuitgang hoort u het geluid van OUTPUT 1. Het geluid van Parts die u aan OUTPUT 2 toewijst hoort u dus niet via de hoofdtelefoon. Opmerking: Vanuit de fabriek staat deze parameter op “Sel” ingesteld.

Assign Lock (On, Off) Normaal worden bij ontvangst van een GS Reset of GM System On commando voor de OUT Asgn parameter (zie blz. 22) opnieuw de fabrieksinstellingen gekozen. Dat gebeurt niet als u de Assign Lock parameter op “On” instelt.

P.Load Init (On, Off) Hiermee bepaalt u of de instellingen van de Parts A03~B16 worden geïnitialiseerd zodra u een Patch laadt. Kiest u “On”, dan worden de instellingen van Patch 03 en volgende geïnitialiseerd. Dat gebeurt niet als u “Off” kiest. Vanuit de fabriek staat deze parameter op “On” ingesteld. Opmerking: In de Double Module Mode worden de instellingen van Part groep B niet geïnitialiseerd.

30

5. Werken met Patches en Drum Sets Patch laden

5.

Werken met Patches en Drum Sets

Een Patch van de SC-88Pro slaat op een verzameling instellingen voor alle instrumenten effectparameters. Vanuit de fabriek hebben we reeds 128 van die Patches voor u geprogrammeerd (001~128). We noemen deze Preset Patches. Bij die Preset Patches hebben we reeds bruikbare keuzes omtrent effecten en dergelijke gemaakt, zodat u zich daar verder geen zorgen over hoeft te maken en meteen muziek kunt beginnen maken. Iedere Patch bevat instellingen voor Part A01 en Part A02 (zie tekening hieronder). Voor de overige Parts worden aanvankelijk standaardwaarden gekozen. Patch 128 EPILOGUE Parameters common alle Parts PartB16 Patch 001 RB STRAT

Laden

Part B16

Standaardinstelling

Part A03 Part A02

Patch -SOUND Canvas-

Part A01

Gemeenschappelijke parameters voor alle Parts

Part A01 standaardinstelling

Instrument Effect Part parameters enz.

Part B16 standaardinstelling

standaardinstelling


Laden: Alleen Part 1 en 2 gebruiken Patch waarden

De voornaamste parameters van een Patch kunt u rechtstreeksmet de knoppen op het frontpaneel instellen: Gemeenschappelijke parameters voor alle Parts (zie blz. 26) Systeemeffecten (zie blz. 35) Insertie-effecten (zie blz. 41) Part parameters voor de Parts A01 en A02 (zie blz. 18, 24). In de Double Module mode kunt u enkel Patches kiezen voor Part groep A. Bovendien kunt u de instellingen van de parameters voor Part A01 en A02 niet wijzigen. Een voor de hand liggende toepassing van de Double Module mode is om een song weer te geven met de Parts van groep B, terwijl u daar met de Parts van groep A zelf partijen bij speelt. Niet alle sequencer-programma’s bieden de mogelijkheid om data via de computer-connector naar de Part groep B te zenden. Als uw software die mogelijkheid mist kunt u de In Mode op “Xconnect” instellen, zodat de Part groep B alsnog wordt aangestuurd (zie blz. 110).

Opmerking: Als u in de Double Mode een Patch kiest, worden de Equalizer en Delay instellingen genegeerd. Bovendien kunt u in deze mode geen Patches kiezen voor Part groep B.

5.1 Patch laden (1) Druk op de [ALL] knop zodat de indicator oplicht. (2) Kies met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen de Patch die u wilt laden. De Patch naam wordt afgebeeld en de indicators op de [ALL] en [MUTE] knoppen beginnen te knipperen. PART

ALL ˇ1 RB STRAT LEVEL

100 REVERB

ALL-A Macintosh IIci

Computer

COMPUTER

Insertieeffect (EFX)

Part groep A Part A1 - A16 GM/GS Sound generator

L

+ ALL-B

Part groep B Part B1 - B16

MIDI-klavier

GM/GS Sound generator

MIDI IN B

R OUTPUT

PAN

0 CHORUS

40

0

K SHIFT

MIDI CH

± 0 DELAY

Patch 001-128 U01-U16

INSTRUMENT

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

(3) Druk op [ALL] om de Patch te laden. Beslist u om de Patch toch niet te laden, druk dan op [MUTE]. Opmerking: Als u een nieuwe Patch kiest, duurt het even voordat u die ook daadwerkelijk kunt horen.

In Mode : X-connect

31


Opmerking: Houd er rekening mee dat de instellingen voor Part A03 en volgende worden geïnitialiseerd als u een Patch laadt (dat is zo vanuit de fabriek bepaald). Wilt u dat dit niet gebeurt, stel dan “P.Load Init” op “Off” in (zie blz. 30). Let wel: in de Double Module Mode worden de instellingen van Part groep B niet geïnitialiseerd.

2

1 3 PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

MUTE

SC-55 MAP SC-88 MAP

DELAY

Patches kiezen met MIDI-commando’s Normaal kiest u met een MIDI-programmakeuzecommando een ander Instrument voor een Part. U kunt echter ook zorgen dat er een andere Patch wordt gekozen (zie blz. 103). Met de instelling van het MIDI CH (“A--” of “B--”) bepaalt u voor welke Part er een Instrument wordt gekozen. Opmerking: Vanuit de fabriek is het Patch MIDI CH op “A--” ingesteld. (1) Druk op de [ALL] knop zodat de indicator oplicht. (2) Kies met MIDI CH [√] en [®] het gewenste MIDI-kanaal. PART

INSTRUMENT

ALL

- SOUND Canvas -

LEVEL

PAN

127 REVERB

64

0 CHORUS

64

K SHIFT

MIDI CH

± 0

A--

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

S

Patch kanalen

Stel dat u voor de Patch en een Part hetzelfde MIDI-kanaal kiest. In dat geval kiest een programmakeuzecommando op kanaal 1 [C0H 01H] de Patch “02 MILD OD” en wordt voor Part A01 het Instrument gekozen (“TC Front Pick”) dat in die Patch is gespecifieerd. Patch MIDI CH: “A01” Part A01 MIDI CH: “A01”

32

Wilt u dat de programmakeuze-commando’s een Instrument kiezen voor Part A01, stel dat het Patch MIDI CH in op “A--”. Opmerking: Als u een nieuwe Patch kiest, duurt het even voordat u die ook daadwerkelijk hoort.

5.2 Drum Sets (Drum Edit) Een Drum Part doet beroep op een speciaal instrument dat Drum Set heet. We hadden het er al over dat een Drum Set aan elke MIDI-noot een andere klank toewijst, zodat u op een MIDI-klavier of een Octapad II e.d. kunt “drummen”. Elke Drum Set heeft een bepaald thema, zie ook blz. 127. De toewijzing van de geluiden is echter min of meer gestandaardiseerd. Zo vindt u de basdrum altijd onder de C1, hoewel er natuurlijk verschillende basdrum geluiden zijn (vandaar de thema’s). De snare is altijd aan de D1 toegewezen, terwijl u de HiHat onder de F#1, G#1 en A#1 vindt. Het gaat hier om een standaard-indeling die afkomstig is van de MT-32, de eerste multitimbrale module die een groot succes is geworden. Ondertussen werkt iedereen met deze Roland standaard – zelfs het GM formaat. Ook op parametervlak ziet de SC-88Pro er iets anders uit. Hier kunt u namelijk elke klank van de Drum Set afzonderlijk editen. Dat zou bij een normale Part betekenen dat u bv. het panorama van elke noot afzonderlijk kunt instellen (wat niet kan, zoals u weet). Maar omdat het hier om een speciale Part gaat, is het wel handig dat de toms andere instellingen kunnen hebben dan de basdrum. Nog één belangrijke opmerking: de meeste sequences (SMF’s enz.) sturen de drumpartij op MIDI-kanaal 10 aan. Als u dus sequences opneemt die u achteraf wilt verkopen of verdelen, gebruik dan liefst kanaal 10/Part 10 voor de drums. Opmerking: U kunt ook zelf Drum Sets samenstellen en opslaan (zie “Drum Sets opslaan” op blz. 88). Opmerking: Of u van een Part een normale Part of een Drum Part wilt maken, bepaalt u met “Part Mode” op blz. 20. (1) Zorg eerst dat de [ALL] indicator dooft. Druk zo nodig op de [ALL] knop. (2) Gebruik de PART [√] en [®] knoppen voor het kiezen van de Drum Part (waarschijnlijk Part 10).

5. Werken met Patches en Drum Sets Drum Sets (Drum Edit)

De Drum Parts herkent u aan het * symbool links naast de naam van de gekozen Drum Set. Drum set naam

Drum set nummer INSTRUMENT

PART

A10 026*TR-808 LEVEL

PAN

100

0

(3) Met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen kunt u een andere Drum Set kiezen. U zou ook gebruik kunnen maken van de [SC-55 MAP] of [SC-88 MAP] knoppen om een Drum Set van de SC-55 of de SC-88 te kiezen. In dat geval wordt het * dan vervangen door een “, respectievelijk een ‘, symbool. Alle wijzigingen die u zo meteen doorvoert, gelden telkens voor de hier gekozen Drum Set. INSTRUMENT

PART

A01 026*"TR-808 LEVEL

PAN

100 40 K SHIFT ± 0

REVERB

0 CHORUS

Als u dat nodig vindt, kunt u nu nog een andere Drum Set kiezen. Hiervoor dient u INSTRUMENT [√] en [®] samen in te drukken. Het nummer van de klank (in bovenstaande tekening 001) begint dan te knipperen. Druk nu op INSTRUMENT [√] en [®] om een andere Drum Set te kiezen. Aangezien dit niet echt overzichtelijk werkt, raden we u aan om werkwijze meteen weer te vergeten – maar ze bestaat en u kunt er gebruik van maken. Opmerking: Bij het kiezen van een andere Drum Set worden de huidige wijzigingen allemaal gewist. De nieuwe Drum Set begint dus weer met een schone lei.

(6) Met de knoppen rechts op de SC-88Pro kunt u nu de parameter kiezen die u wilt editen: LEVEL [√] en [®]

Volume van de klanken

PAN [√] en [®]

Panorama van de klanken

REVERB [√] en [®]

Galmvolume van de klanken

CHORUS [√] en [®]

Chorus volume van de klanken

EFX TYPE [√] en [®]

Delay volume van de klanken


Transpositie van de klanken

MIDI CH [√] en [®]

Exclusive groep (zie blz. 34)

MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

PART

(4) Druk tegelijkertijd op de [SELECT] en de EFX TYPE [√] knop. Het display ziet er dan als volgt uit:

(7) Als u klaar bent, drukt u de User Inst [SELECT] en de EFX TYPE [√] knop nog een keer samen in om de Drum Edit mode weer te verlaten.

Part groep Part Mode Drum Set nummer PART

AD1 001 LEVEL

1

2

5

INSTRUMENT

C#3

CrshCym1

PAN

100

0

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

3 5

ALL

MUTE

Nootnaam

Drum instrumentnaam

4 7 Nootnaam

SC-55 MAP SC-88 MAP

DELAY

VIB RATE USER INST

C-1

A0 C1

C2

C3

C4

C5

C6

C7

C8

21 24

36

48

60

72

84

96

108

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

G9 EFX

0

SELECT

ON/OFF

127

MIDI-nootnummer

Dat betekent dat u de CrshCym1 klank kunt editen, die aan de C#3 toegewezen is. Opmerking: De nootnamen zijn de namen van de toetsen op het klavier, die u ook kunt aanduiden met MIDInootnummers. Het Drum instrument slaat op de slagwerkklank die aan elk van de nootnamen/-nummers is toegewezen.

Chorus en Delay voor drums Wanneer er een waarde in het Chorus veld van het display verschijnt, kunt u de betreffende slagwerkklank niet van Delay voorzien. In onderstaande tekening is dat bijvoorbeeld het geval:

(5) Kies de klank die u wilt bewerken door de bijbehorende toets op het aangesloten MIDI-klavier in te drukken of de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen te gebruiken.

33


Drum edit pagina PART

Afb. 1

CHORUS/ DELAY veld

INSTRUMENT

AD1

001

LEVEL

PAN

116

R18

REVERB

127 K SHIFT

62

C3 Hi.Tom 2

CHORUS

20 MIDI CH

Non

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

DELAY

PART

Afb. 2

INSTRUMENT

AD1

001

LEVEL

PAN

116

R18

REVERB

C3 Hi.Tom 2

CHORUS

127

d20

K SHIFT

MIDI CH

62

Non

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

DELAY

Als u toch liever Delay in plaats van Chorus gebruikt voor die klank, dan kunt u het volume ervan instellen met de EFX TYPE [√] en [®] knoppen. Dan wordt de waarde in het Chorus veld (64) voorafgegaan door een d of D (voor Delay). Maar... dan wordt de betreffende klank niet langer voorzien van Chorus. Het is dus kiezen geblazen voor de slagwerkklanken: of Chorus of Delay. De Delay waarden worden als volgt afgebeeld: 0~99

d00~d99

100~127

D00~D27

Assign groepen U kunt verschillende klanken aan eenzelfde Assign groep toewijzen. Als u al een Roland drumcomputer of synthesizer van één van de laatste generaties bezit, kent u het systeem: geluiden die aan eenzelfde Assign groep toegewezen zijn, kunnen nooit samen klinken. Het voordeel hiervan is dat u bv. de triangel op het gewenste moment met een afslag kunt “dempen” of voorkomen dat bv. de open en de gesloten HiHat samen klinken, wat op een echt drumstel ook niet kan. Wijs dergelijke instrumenten dus toe aan eenzelfde Assign groep. Voor alle andere instrumenten kiest u het best “Non”, wat betekent dat ze aan geen enkele Assign groep toegewezen zijn. Opmerking: Bij het kiezen van een andere Drum Set worden de huidige wijzigingen allemaal gewist.

34

6. Systeemeffecten Hoe zijn de effecten van de SC-88Pro ingedeeld?

6.

Systeemeffecten

6.1 Hoe zijn de effecten van de SC-88Pro ingedeeld? Bij de effecten van de SC-88Pro onderscheiden we systeemeffecten (zie verderop) en insertie-effecten (zie blz. 41). Onder de systeemeffecten tellen we 8 types Reverb, 8 types Chorus, 10 types Delay en een 2-bands equalizer. De insertie-effecten bieden u de keuze uit maar liefst 64 verschillende effect-types. De systeemeffecten Single Module Mode Reverb Send Level Reverb Level Reverb/Chorus/Delay Reverb brouwen een effectgex32 Reverb Send Level luid op basis van een mix Chorus Send Level Chorus Level (die u zelf bepaalt) van Chorus x32 het originele geluid van Chorus Send Level Chorus Send Level To Reverb alle Parts. Dit effect Delay Send Level To Reverb wordt dan toegevoegd Chorus Send Level To Delay aan het totaalgeluid. Met andere woorden: u Delay Level Delay Send Level Delay kunt voor iedere Part x32 Delay Send Level bepalen in welke mate het geluid naar elk van Equalizer Insertie-effect Part groep A deze effecten wordt (EFX) Part A1 - A16 ON/OFF Equalizer On/Off Level L gezonden. Dat doet u met x32 R het Send Level. Hoe Part groep B x32 x32 Equalizer On/Off Part B1 - B16 OUTPUT hoger het Send Level Insertieeffect(EFX) voor een bepaalde Part, hoe luider het effectgeDouble Module Mode luid voor die Part. Reverb Send Level Reverb Level De Equalizer werkt iets Reverb x16 Chorus Send Level To Reverb anders: hier kunt u enkel Reverb Send Level kiezen of een Part al dan Chorus Send Level Chorus Level niet naar de Equalizer Chorus x16 Chorus Send Level wordt gezonden. Parts Insertie-effect (EFX) die u niet naar de EqualiLevel ON/OFF Part groep A zer zendt blijft u uiterPart A1 - A16 x16 x16 aard wel horen, maar hun Insertieeffect(EFX) klank wordt niet L gekleurd. Reverb Send Level Reverb Level Reverb R x16 Insertie-effecten werken Chorus Send Level To Reverb OUTPUT rechtstreeks op het Chorus Send Level Chorus Level geluid van een Part. In Chorus x16 tegenstelling tot sysPart groep B Level teemeffecten laten deze Part B1 - B16 x16 effecten het originele geluid van een Part dus * U kunt de Part in groep B met het insertie-effect bewerken als u zijn MIDI-kanaal op A01 - A16 hebt ingesteld. niet ongemoeid. Ze zijn ook niet bedoeld om op veel Parts tegelijk te werken. Niet dat dit onmogelijk is — u kunt wel degelijk verschillende Parts naar het insertie-effect zenden — maar het levert een aantal praktische nadelen op. Parts die u naar het insertie-effect zendt worden namelijk samengevoegd, zodat u de mogelijkheid verliest om ze aparte stereoposities te geven. Bovendien worden de individuele Send Level daarvan wordt het Send Level van het insertiewaarden voor systeemeffecten genegeerd. In plaats effect gebruikt, wat dus inhoudt dat alle gemixte

35


• •

Parts in dezelfde mate naar de systeemeffecten worden gezonden. Laten we er ook nog op wijzen dat de keuze tussen Single en Double Module Mode bepaalde gevolgen heeft voor de effecten waarmee u kunt werken: In de Single Module mode beschikt u over één set systeemeffecten. In de Double Module mode kunt u de Equalizer en de Delay niet gebruiken, maar beschikt u wel over twee Reverb en Chorus effecten: eentje voor iedere “Module”. Bovendien werken de insertie-effecten enkel op de Parts uit groep A. Als u er even bij stilstaat is deze configuratie nog zo slecht niet: het ligt voor de hand dat u de begeleiding (Part groep B) en uw solo-partijen (Part groep A) van verschillende Reverb en Chorus effecten wilt voorzien. Voor Part groep A zijn er dan nog de insertie-effecten, waarmee u de klank van uw solo-partij lekker kunt opsmukken. Opmerking: Meer details over de Single en Double Module Mode vindt u op blz. 95.

(1) Druk op [ALL], zodat de bijbehorende indicator oplicht. (2) Druk op [SELECT] om de Equalizer op te roepen. INSTRUMENT

PART

ALL

EQ

LEVEL

PAN

127

Gain

|+

5|+

9

0

REVERB

CHORUS

64

64

K SHIFT

MIDI CH

± 0

A--

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

PART

(3) Met de EFX TYPE [√] en [®] knoppen kunt u nu de Gain of Freq parameter oproepen. PART

INSTRUMENT

ALL EQ Gain |+ 5|+ 9 LEVEL

PAN

100 PART

0 INSTRUMENT

ALL EQ Freq |200| 3k LEVEL

PAN

100

6.2 Effectinstellingen Zoals u weet, biedt de SC-88Pro 8 types Chorus en Reverb, 10 types Delay en een aantal parameters waarmee u de effecten kunt bewerken. Reverb is een effect dat een geluid meer diepte geeft omdat het de indruk wekt dat het betreffende instrument in een zaal of kerk aan het spelen is. Dit is een belangrijk effect om het totaalgeluid levendiger te maken. Chorus, daarentegen, dient in wezen om van een monosignaal een stereoklank te maken. Bovendien zorgt een Chorus dat u de indruk hebt dat meerdere instrumenten in unisono aan het spelen zijn. Delay tenslotte is een echo-effect dat dus een aantal herhalingen van een signaal voortbrengt. Naast de echte effecten is de SC-88Pro ook voorzien van een tweebands Equalizer, waarmee u de hoge en lage tonen kunt bewerken. Laten we beginnen met de Equalizer:

0

(4) Om de lage tonen op te halen of af te zwakken, moet u gebruik maken van de EFX PARAM [√] en [®] knoppen onderaan. Met de EFX VALUE [√] en [®] knoppen kunt u de hoge tonen filteren of versterken. De hier ingestelde Gain waarden gelden voor alle Parts. U kunt echter nog beslissen om bepaalde Parts niet te filteren (zie “Part EQ” op blz. 20). (5) Als u klaar bent, drukt u nog een keer op [SELECT] om de Equalizer weer te verlaten. 1

SC-55 MAP

36

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

SC-88 MAP DELAY

VIB RATE

EFX

In de Double Module mode (zie blz. 95) kunt u de Equalizer niet gebruiken. Houd dat dus even in de gaten. U kunt voor elke Part bepalen of hij al (On) dan niet (Off) de Equalizer passeert. U kunt de Equalizer echter ook voor alle Parts samen in- of uitschakelen. Zie respectievelijk “Part EQ” op blz. 20 en “All: parameters voor alle Parts” op blz. 26.

INSTRUMENT

MUTE

USER INST

Equalizer instellen

PART

LEVEL

ALL

SELECT

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

ON/OFF

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

2 5

3

4

4

Equalizer parameters Gain (–12~0~+12dB) Hiermee bepaalt u hoe sterk de lagetonen (links) en/of hogetonen (rechts) moeten worden gefilterd of opgehaald. Positieve waarden betekenen dat u de betreffende frequentie ophaalt, terwijl negatieve waarden betekenen dat u

6. Systeemeffecten Effectinstellingen

de frequentie afzwakt. De waarde ±0 betekent dat de betreffende frequentie noch opgehaald noch afgezwakt wordt. EQ Low Freq (Lage tonen: 200Hz, 400Hz) Op deze pagina kunt u de frequentie van de lage tonen instellen, die opgehaald moet worden. EQ High Freq (Hoge tonen: 3kHz, 6kHz) Op deze pagina kunt u de frequentie van de hoge tonen instellen, die opgehaald moet worden.

Effectdiepte Effectdiepte voor alle Parts (Send Master) (1) Druk op de [ALL] knop, zodat de bijbehorende indicator oplicht. (2) Stel de diepte (het volume van de signalen die naar het effect worden gezonden) in met de betreffende knoppen (REVERB, CHORUS, of DELAY [√] en [®]; in het geval van de DELAY knoppen moet u ook de [SC-88 MAP] knop ingedrukt houden). Als u graag een grafiek ziet van de instelling, kunt u de REVERB, CHORUS of DELAY knoppen samen indrukken (in het geval van de DELAY knoppen moet u ook de [SC-88 MAP] knop ingedrukt houden). Om daarna weer terug te gaan naar de normale weergave, drukt u de betreffende knoppen nog een keer samen in.

1 PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

MUTE

2 3

SC-55 MAP

2

3

SC-88 MAP DELAY

betreffende knoppen (REVERB, CHORUS, of DELAY [√] en [®]; in het geval van de DELAY knoppen moet u ook de [SC-88 MAP] knop ingedrukt houden). Opmerking: Parts waarvoor u een insertie-effect hebt ingeschakeld kunt u niet meer individueel naar een systeemeffect zenden (zie blz. 35).

Als u graag een grafiek ziet van de instelling, kunt u de REVERB, CHORUS of DELAY knoppen samen indrukken (in het geval van de DELAY knoppen moet u ook de [SC-88 MAP] knop ingedrukt houden). Om daarna weer terug te gaan naar de normale display-pagina, drukt u de betreffende knoppen nog een keer samen in. Opmerking: Als de EFX indicator niet brandt, kunt u ook de EFX TYPE [√] en [®] knoppen gebruiken om het Delay-volume in te stellen. Door in dit geval de EFX TYPE [√] en [®] tegelijk in te drukken krijgt u een grafische weergave te zien.

Chorus, Reverb en Delay parameters instellen Ook de instellingen van de galm (Reverb), de Chorus en de Delay gelden voor het effect zelf — en dus voor alle Parts. U kunt echter wel beslissen om een bepaalde Part helemaal niet of maar in geringe mate van effect te voorzien. (1) Druk op de [ALL] knop, zodat de bijbehorende indicator oplicht. (2) Druk de PART [√] en [®] knoppen samen in. (3) Met [▲] [▼] kunt u nu de parameter kiezen die u wilt instellen. Let wel: u bevindt zich nu in het System menu, wat dus betekent dat eerst de M.Tune enz. parameters verschijnen. PART

INSTRUMENT

ALL >Reverb: Opmerking: Als de EFX indicator niet brandt, kunt u ook de EFX TYPE [√] en [®] knoppen gebruiken om het Delay-volume in te stellen. Door in dit geval de EFX TYPE [√] en [®] tegelijk in te drukken krijgt u een grafische weergave te zien.

LEVEL

(4) Gebruik de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen voor het instellen van de waarde. INSTRUMENT

ALL >Reverb: LEVEL

(1) Zorg dat de indicator van de [ALL] knop niet oplicht. (2) Gebruik de PART [√] en [®] knoppen om de Part te kiezen waarvan u de effectdiepte wilt veranderen. (3) Stel de diepte (het volume van de signalen die naar het effect worden gezonden) in met de

0

100

PART

Effectdiepte voor de gekozen Part (Send)

Hall2

PAN

100

Plate

PAN

0

(5) Als u klaar bent, moet u PART [√] en [®] nog een keer samen indrukken.

37


Opmerking: In de Double Module Mode (zie blz. 95) kunt u geen Delay gebruiken.

2 5

1

Hoe groter deze waarde, hoe meer hogetonen er uit het signaal worden gefilterd.

Rev Level

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

4

(0~127) Met deze parameter stelt u het uitgangsvolume van de galm in. Hoe groter deze waarde, hoe luider de galm.

MUTE

3 3

SC-55 MAP SC-88 MAP

DELAY

Effectparameters Telkens als u een ander effecttype kiest, roept de SC-88Pro de daarvoor ideale parameterinstellingen op. Als u dat maar niks vindt, dan kunt u de effectparameters echter wijzigen:

Rev Time (0~127) Met deze parameter stelt u de lengte van de galm of de herhalingen in. Hoe groter deze waarde, hoe langer de galm/hoe trager de herhalingen.

Rev Delay Fb (0~127) Dit is de terugkoppeling van het Delay signaal (Rev Charac 6 en 7). Hoe groter deze waarde, hoe groter het aantal herhalingen.

Rev PreDlyT Reverb Type

Room 1~3

Deze Reverb types simuleren de galm van verschillende kamers. Hier is de galm betrekkelijk goed gedefinieerd omdat de “ruimte” niet echt groot is.

Hall 1~2

Deze Reverb types simuleren de galm van een concertzaal. Daarom is de galm ook veel “dieper”.

Plate

Een simulatie van een galmplaat. Past bijzonder goed bij “stemmen” en tapijten.

Delay

Dit is een conventionele echo.

Panning Delay

Dit is een echo-effect dat afwisselend via het linker en het rechter kanaal wordt weergegeven.

Dir is de vertraging tussen het oorspronkelijke signaal en de galm. Hoe groter deze waarde, hoe groter de “ruimte” lijkt. Opmerking: In de Double Module Mode (zie blz. 95) kunt u de Reverb Pre-Delay Time parameter niet instellen.

Chorus Type

Chorus 1~4

Dit zijn verschillende versies van een standaard Chorus. Ze verschillen echter qua “diepte” en toonhoogtemodulatie.

FB Chorus

Die is een Chorus met feedback (terugkoppeling), zodat u er een soort Flanger van kunt maken.

Flanger

Dit is een effect dat bijzonder goed bij bassen en gitaren past. Maar ook strings klinken er levendiger door.

S Delay

Ook dit is weer een Delay – maar wel een heel korte

S Delay FB

Een korte Delay met een groot aantal herhalingen.

Rev Charac (0~7) Met deze parameter kiest u ook weer het galmtype. Dat is dus wel verwarrend, want de parameter “Telkens als u een ander effecttype kiest, roept de SC-88Pro de daarvoor ideale parameterinstellingen op. Als u dat maar niks vindt, dan kunt u de effectparameters echter wijzigen:” op blz. 38 lijkt dan opeens geen functie meer te hebben. De waarden 6 en 7 zorgen voor een korte herhaling (Delay).

Rev Pre-LPF (0~7) Dit is een hoog-af filter (LPF) voor het signaal dat naar het Reverb effect gezonden wordt.

38

Cho Pre-LPF (0~7) Dit is een hoog-af filter (LPF) voor het signaal dat naar het Chorus effect gezonden wordt. Hoe groter deze waarde, hoe meer hoge tonen er uit het signaal worden gefilterd.

6. Systeemeffecten Effectinstellingen

Cho Level

Delay Type

(0~127) Met deze parameter stelt u het uitgangsvolume van de Chorus in. Hoe groter deze waarde, hoe luider de Chorus.

Delay 1~3

Dit zijn conventionele Delays. Ze verschillen echter qua vertragingstijd.

Cho Feedback

Delay 4

Dit is een uitgesproken korte Delay.

Pan Delay 1~3

Dit zijn stereo Delays, die via het linker en rechter kanaal worden weergegeven.

Pan Delay 4

Dit is weer de korte versie van de drie voorgaande effecten.

Dly To Rev

Dit is een stereo Delay waar galm aan wordt toegevoegd.

Pan Repeat

Ook deze Delay beweegt heen en weer tussen de linker en rechter speaker. De stereopositie van de herhalingen verschilt echter van die van de Pan Delays.

(0~127) Met deze parameter bepaalt u het volume van het Chorus signaal dat nog een keer naar de Chorus gezonden wordt. In dit geval zorgt de terugkoppeling voor een vetter Chorus effect.

Cho Delay (0~127) Met deze parameter bepaalt u de vertragingstijd van de Chorus. Hoe groter de waarde, hoe uitgesprokener de afwijking van de toonhoogte wordt. Chorus is namelijk een regelmatige variatie van de toonhoogte.

Cho Rate (0~127) Met deze parameter bepaalt u de modulatiesnelheid van de Chorus. Hoe groter deze waarde, hoe sneller de Chorus begint te “draaien”. Dan wordt het effect ook echt opvallend en waarschijnlijk minder bruikbaar.

Cho Depth (0~127) Met deze parameter bepaalt u de diepte van het Chorus effect, d.w.z. de intensiteit waarmee de toonhoogte gemoduleerd wordt.

Cho→Reverb Met deze parameter stelt u het volume in van het Chorus signaal dat naar de Reverb wordt gezonden. Op die manier kunt u het Chorus signaal dus ook nog naar de galm sturen.

Cho→Delay Met deze parameter stelt u het volume in van het Chorus signaal dat naar de Delay wordt gezonden. Deze parameter is niet beschikbaar in de Double Module mode (zie blz. 95). Opmerking: In de Double Module Mode (zie blz. 95) kunt u de Chorus Send Level To Delay parameter niet instellen.

Opmerking: Dit effect kunt u in de Double Module Mode (zie blz. 95) niet gebruiken.

Dly Pre-LPF (0~7) Dit is een hoog-af filter (LPF) voor het signaal dat naar het Delay effect gezonden wordt. Hoe groter deze waarde, hoe meer hogetonen er uit het signaal worden gefilterd.

Dly Time C (0.1ms~1.0s) De “echte” Delay van de SC-88Pro is een driekanaalsuitvoering (links, midden, rechts). Met deze parameter stelt u de vertragingstijd voor het middelste kanaal in.

DlyTRatioL (4%~500%) Met deze parameter bepaalt u de vertragingstijd van het linker kanaal. Dit is een procentwaarde van Dly Time C. Let echter wel: de maximale vertragingstijd bedraagt 1 seconde. Wanneer u voor Dly Time C de waarde 1sec instelt, dan hoeft u Dly TRatioL zelfs niet meer in te stellen.

DlyTRatioR (4%~500%) Met deze parameter bepaalt u de vertragingstijd van het rechter kanaal. Dit is een procentwaarde van Dly Time C. Let echter wel: de maximale vertragingstijd bedraagt 1 seconde. Wanneer u voor Dly Time C de waarde 1sec instelt, dan hoeft u Dly TRatioR zelfs niet meer in te stellen.

39


Dly LevelC (0~127) Hier stelt u het volume van de herhalingen in het midden in. Hoe groter deze waarde, hoe luider de herhalingen in het midden.

Dly LevelL (0~127) Hier stelt u het volume van de herhalingen links in.

Dly LevelR (0~127) Hier stelt u het volume van de herhalingen rechts in.

Dly Level (0~127) Dit is het algemene uitgangsvolume van het Delay effect. Eens u dus de afzonderlijke herhalingen (links, midden, rechts) ingesteld hebt, kunt u nog steeds beslissen ze een beetje op te halen (als dat tenminste nog kan, want de maximale waarde is en blijft 127) of het volume ervan te verminderen.

Dly FBack (–64~0~63) Met deze parameter stelt u de terugkoppeling en dus het aantal herhalingen in voor de drie Delay lijnen. De waarde 0 betekent dat elke vertraging maar één keer weergegeven wordt. Als u een negatieve waarde instelt, dan wordt de fase van de middelste Delay lijn omgekeerd. Negatieve waarden zijn vooral geschikt voor betrekkelijk korte Delays.

Dly→Rev Met deze parameter stelt u het volume in van het Delay signaal dat naar de galm wordt gezonden. Deze parameter is niet beschikbaar in de Double Module mode (zie blz. 95).

40

7. Insertie-effecten (EFX) Insertie-effecten: voorstelling

7.

Insertie-effecten (EFX)

7.1 Insertie-effecten: voorstelling De EFX biedt 64 verschillende effecttypes waaruit u er telkens één kunt kiezen. Sommige programma’s bevatten bovendien combinaties met een onveranderbare signaalweg. Bij ieder effect kunt u een hele reeks parameters instellen, zodat u het effectgeluid volledig naar uw eigen smaak kunt kneden. Met insertie-effecten bewerkt u het best telkens maar één Part. Opmerking: Als u meerdere Patches aan het insertieeffect toewijst, worden hun signalen gemixt. Reverb/ Chorus/Delay/Equalizer-instellingen moet u dan noodgedwongen voor al deze Parts samen maken (zie blz. 35). Als u het insertie-effect bijvoorbeeld voor Part 1 en Part 2 inschakelt en verandert de Reverb waarde voor Part 1, verandert, dan wordt de Reverb parameter voor Part 2 automatisch op dezelfde waarde ingesteld.

(1) Kies met PART [√] en [®] de Part en wijs met INSTRUMENT [√] en [®] een Instrument aan die Part toe.

7

1

1

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

MUTE

SC-55 MAP

2 8

3

DELAY

4

EFX

SELECT

ON/OFF

6

5

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

VIB RATE USER INST

Opmerking: Als u 00 Thru kiest, wordt de Part niet door een insertie-effect bewerkt.

SC-88 MAP

VIB DEPTH

(2) Druk op de [EFX] knop zodat de indicator oranje oplicht. (3) Druk op de [ON/OFF] knop zodat de Effect ON/ OFF indicator oplicht om het insertie-effect in te schakelen. Druk nogmaals op deze knop om het effect weer uit te schakelen. (4) Kies met EFX TYPE [√] en [®] het effecttype. (5) Kies met EFX PARAM [√] en [®] de gewenste parameter. (6) Stel met EFX VALUE [√] en [®] de gewenste waarde in. (7) Druk, terwijl de [ALL] indicator nog oplicht, op [ON/OFF] om de Effect indicator uit te schakelen. Het effect wordt dan voor alle Parts uitgeschakeld. (8) Druk op de [EFX] knop als alles naar wens ingesteld is. Opmerking: Zodra u een ander effecttype kiest, krijgen alle parameters standaardwaarden toebedeeld. Wilt u de waarden die u bij het vorige effecttype hebt ingesteld niet verliezen, bewaar ze dan als een User Effect (zie blz. 86). Opmerking: Als u een nieuwe Patch kiest, duurt het even voordat u daadwerkelijk iets hoort.

7.2 Soorten insertie-effecten

• • • • • • • • • • •

Bij de insertie-effecten kunnen we de volgende categorieën onderscheiden: Effecten die de klankkleur bewerken (filter): 1~4. Effecten die het geluid vervormen (Distortion): 5~6. Effecten die het geluid moduleren (Modulatie): 7~13. Effecten die het signaalniveau bewerken (Compressor): 14~15. Effecten die het geluid breder maken (Chorus): 16~20. Effecten die galm toevoegen aan het geluid (Delay/ Reverb): 21~28. Effecten die de toonhoogte bewerken (Pitch Shift): 29~30. Andere types: 31~34. Effecten die twee effecttypes in serie verbinden: 35~46. Effecten die drie of meer types effecten in serie verbinden: 47~55. Effecten die twee types effecten parallel verbinden: 56~64. In de uitleg die hieronder volgt beelden we rechts van de naam van elk effecttype de hexadecimale

41


waarde af die u moet gebruiken wanneer u het betreffende effect via MIDI (SysEx)wilt instellen. Meer details over SysEx commando’s vindt u vanaf blz. 151. Voorbeeld: 1: Stereo-EQ [01H, 00H] Dit betekent dat de waarde voor adres 40H 03H 00H gelijk is aan MSB: 01H, LSB: 00H. Low Freq 200/400 [1] “[1]” duidt erop dat het om de eerste parameter gaat. Parameters met “*” of “#” symbolen kunt u aansturen met een vrij te definiëren speelhulp, zoals een Pitch Bend- of modulatiehendel, of met controlecommando’s (zie blz. 81).

0: Thru

[00H, 00H]

In dit geval wordt de Part door geen enkel insertieeffect bewerkt. De optie 0: Thru wordt automatisch geselecteerd als de SC-88Pro een GM System On of een GS Reset commando (zie blz. 106) ontvangt.

High Gain (-12dB~+12dB) [4] Met deze parameter stelt u het volume van de hoge tonen (Hi Freq) in. M1 Freq (200Hz~6,3kHz) [5] Met deze parameter bepaalt u de centrale frequentie waarrond het M1 filter werkt. M1 Q (0,5~9,0) [6] Hiermee bepaalt u de bandbreedte van het M1 filter. Hoe groter de waarde, hoe meer frequenties rond de M1 Freq waarde mee worden bewerkt. M1 Gain (-12dB~+12dB) [7] Hier bepaalt u wat er met de onder M1 Freq gekozen frequentie gebeurt: wordt ze opgehaald (positieve waarde) of afgezwakt (negatieve waarde)? M2 Freq, M2 Q, M2 Gain [8], [9], [10] Zie de respectievelijke M1 parameters. (*) Level (0~127) [20] Met deze parameter stelt u het uitgangsniveau van de Equalizer in. Dat is soms nodig omdat bepaalde instellingen tot een drastisch volumeverlies of net een volumetoename kunnen leiden.

2: Spectrum

7.3 Klankkleur 1: Stereo-EQ (Equalizer)

[01H, 00H]

Zoals de naam al zegt, is dit een stereo-Equalizer (met vier banden) waarmee u de klankkleur van het bewerkte signaal kunt veranderen. L

[01H, 01H]

Het Spectrum effect is een filter dat de klankkleur aanpast door bepaalde frequenties op te halen of te verzwakken. Dat lijkt op een Equalizer, zult u terecht opmerken. Het verschil ligt hem echter in het feit dat de acht frequentiepunten, waarop het Spectrum effect werkt, zo gekozen zijn dat ze een uitgesproken “kleurende” invloed op het geluid hebben, daar waar een Equalizer er in eerste instantie op gericht is om subtiele correcties aan te brengen.

EQ L

R

Spectrum

EQ

Pan

R

Low Freq (200Hz/400Hz) [1] Met deze parameter kiest u de lage tonen die moeten worden opgehaald.

42

Band 1 (12~+12) [1] Hiermee versterkt/verzwakt u de frequenties rond 250 Hz.

Low Gain (-12dB~+12dB) [2] Met deze parameter stelt u het volume van de lage tonen (Low Freq) in. Kies een negatieve waarde als het signaal teveel laag bevat.


High Freq (4kHz/8kHz) [3] Met deze parameter kiest u de hoge tonen die moeten worden opgehaald.


7. Insertie-effecten (EFX) Klankkleur

Band 4 (12~+12) [4] Hiermee versterkt/verzwakt u de frequenties rond 1000 Hz. Band 5 (12~+12) [5] Hiermee versterkt/verzwakt u de frequenties rond 2000 Hz. Band 6 (12~+12) [6] Hiermee versterkt/verzwakt u de frequenties rond 3150 Hz. Band 7 (12~+12) [7] Hiermee versterkt/verzwakt u de frequenties rond 4000 Hz. Band 8 (12~+12) [8] Hiermee versterkt/verzwakt u de frequenties rond 8000 Hz. Width (0,5~9,0) [9] Hiermee bepaalt u de bandbreedte van de Band parameters (deze waarde geldt voor alle acht banden). Hoe groter de waarde, hoe smaller de banden. De bandbreedte bepaalt hoeveel frequenties er links en rechts van de centerfrequentie mee worden versterkt/verzwakt.

Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. Hi Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Enhancer effect in.

4: Humanizer

[20]

[01H, 03H]

De Humanizer bootst de manier na waarop een menselijke stem klinkers articuleert. Daarbij kunt u kiezen naar welke klinker de Humanizer het geluid modelleert. L Humanizer

EQ

Pan

R

(*) Pan (L63~0~R63) [19] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Spectrum effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts.

Drive (0~127) Hiermee bepaalt u de diepte van het effect.

[1]

Drive Sw (Off/On) Hiermee schakelt u de bewerking in of uit.

[2]

(#) Level (0~127) [20] Hiermee bepaalt u het uitgangsvolume van het Spectrum effect. Dat is soms nodig omdat bepaalde instellingen tot een drastisch volumeverlies of net een volumetoename kunnen leiden.

(*) Vowel (a/i/u/e/o) Hiermee kiest u de klinker.

[3]

3: Enhancer

[01H, 02H]

L

EQ Enhancer Mix Enhancer

R

EQ

Een Enhancer zorgt voor een versterking van de boventonen, wat het geluid transparanter (“beter hoorbaar”) maakt. (*) Sens (0~127) [1] Hiermee stelt u de diepte van het Enhancer effect in. (#) Mix (0~127) [2] Met deze parameter bepaalt u de verhouding tussen het originele signaal en het signaal dat door de Enhancer wordt gehaald.

Accel (0~15) [4] Met deze parameter bepaalt u de snelheid waarmee het geluid naar de klank van de geselecteerde klinker evolueert. Hoe kleiner de waarde, hoe trager dit gebeurt. Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. Hi Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. (#) Pan (L63~0~R63) [19] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Humanizer effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Humanizer effect in.

43


7.4 Vervorming

6: Distortion

5: Overdrive

[01H, 10H]

Dit effect zorgt voor een natuurlijke vervorming die men associeert met buizenversterkers.

[01H, 11H]

Dit effect versterkt de onpare harmonischen van het signaal en zorgt zo voor een felle vervorming. L Distortion

Amp Simulator

EQ

Pan

R

L Over drive

Amp Simulator

EQ

Pan

R

(*) Drive (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u de intensiteit van de vervorming. Amp Type [2] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten 3-Stack: versterker met 3 kasten Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

[3]

Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. Hi Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. (#) Pan (L63~0~R63) [19] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van de Overdrive zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Level (0~127) [20] Dit is het uitgangsvolume van het Overdrive effect. Door een grotere Drive waarde in te stellen, verhoogt u ook het volume van het effect. In voorkomend geval kunt u het uitgangsvolume met Level verminderen.

44

(*) Drive (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u de intensiteit van de vervorming. Amp Type [2] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten 3-Stack: versterker met 3 kasten Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

[3]

Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. Hi Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. (#) Pan (L64~0~R63) [19] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van de Overdrive zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Level (0~127) [20] Dit is het uitgangsvolume van het Distortion effect. Door een grotere Drive waarde in te stellen verhoogt u ook het volume van het effect. In voorkomend geval kunt u het uitgangsvolume met Level verminderen.

7. Insertie-effecten (EFX) Modulatie

7.5 Modulatie 7: Phaser

8: Auto-Wah [01H, 20H]

Een Phaser voegt een uit fase gezette kopie van het ingangssignaal bij het origineel. Door de beweging van dit effect verkrijgt u een “golvend” geluid. L

Phaser

R

Phaser

EQ

EQ

(*) Manual (100Hz~8kHz) [1] Hiermee stelt u het frequentiebereik in waarbinnen het golvende effect werkzaam is. (#) Rate (0,05~10,0 Hz) [2] De frequentie van de golfbeweging kan in stappen van 1,1Hz worden ingesteld. Hoe hoger de waarde, hoe sneller het golfeffect. Depth (0 - 127) [3] De diepte van het golfeffect. Hogere waarden veroorzaken een “diepere” golfbeweging in het geluid. Resonance (0 - 127) [4] Hiermee stelt u het Feedback volume (de “terugkoppeling”) in. Hoe hoger het Feedback volume, des te sterker het Phaser effect. Mix (0 - 127) [5] Bepaalt de verhouding tussen de uit-fase klank en het originele signaal. Hoe groter de Mix waarde, des te hoger het volume van het effect. Wanneer de waarde “0” is ingesteld, wordt geen geluid uitgestuurd (tenzij het Phaser effect niet is ingeschakeld). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. Hi Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Met deze parameter stelt u het uitgangsniveau van de Phaser in. Dat is soms nodig omdat bepaalde instellingen tot een drastisch volumeverlies of net een volumetoename kunnen leiden.

[01H, 21H]

Dit effect zorgt voor een WahWah effect dat volledig automatisch wordt gestuurd. L Wah

EQ

Pan

R

Filter Type (LPF/BPF) [1] Met deze parameter kiest u het filtertype van het Auto-Wah effect. Kiest u LPF, dan heeft het effect betrekking op een groot frequentiespectrum. BPF daarentegen betekent dat slechts een beperkt aantal frequenties worden bewerkt. Sens (0~127) [2] Dit is de gevoeligheid (Sensitivity) van de Auto Wah. (*) Manual (0~127) [3] Hiermee bepaalt u de centrale frequentie van de Auto Wah. Peak (0~127) [4] Met deze parameter bepaalt u hoe sterk het Auto Wah effect de centrale frequentie bewerkt. Hoe kleiner deze waarde, hoe meer frequenties rond het centrale punt ook van WahWah worden voorzien. (#) Rate (0,05~10,0Hz) [5] Met deze parameter bepaalt u de modulatiesnelheid van de Auto Wah. Het gaat om een regelmatige modulatie van de gekozen frequenties. Depth (0~127) [6] Hiermee stelt u de intensiteit van de LFO in. Hoe groter deze waarde, hoe uitdrukkelijker de modulatie wordt. Polarity (Down/Up) [7] Hiermee bepaalt u de richting waarin de frequentie verandert als het filter wordt gemoduleerd. Kiest u Up, dan gaat het filter naar een hogere frequentie. Kiest u Down, dan gaat het filter naar een lagere frequentie. Low Gain (-15~+15dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. Hi Gain (-15~+15dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken.

45


Pan (L64~0~R63) [19] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van de Auto-Wah zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts.

Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift.

Level (0~127) Het uitgangsvolume van het effect.

High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken.

9: Rotary

[20]

[01H, 22H]

L

EQ

10: Stereo Flanger

Rotary R

EQ

Dit effect simuleert een stel draaiende luidsprekers die men in de regel met een orgel van een wel bepaald merk associeert. Daarom verdient het aanbeveling dit effect vooral voor orgel- of orgelachtige klanken te gebruiken. Het effect is apart instelbaar voor de hoge en de lage frequenties. Low Slow (0,05~10Hz) [1] Hiermee stelt u de “draaisnelheid” van de lage tonen voor de “Slow” stand in. Low Fast (0,05~10Hz) [2] Hiermee stelt u de “draaisnelheid” van de lage tonen voor de “Fast” stand in. (Kies wel een andere waarde dan voor Low Slow.) Low Acc(e)l(eration) (0~15) [3] Hiermee stelt u de overgangssnelheid van Fast naar Slow en vice versa in – maar enkel voor de lage tonen. Low Level (0~127) [4] Met deze parameter bepaalt u het volume van de lage tonen (de “basluidspreker”). High Slow (0,05~10Hz), High Fast (0,05~10Hz), High Acceleration (0~15), High Level [5], [6], [7], [8] Zie respectievelijke Low parameters. Deze keer gelden ze echter voor de hoge frequenties. Separation (0~127) [9] Met deze parameter bepaalt u de “breedte” van het geluidsbeeld. (*) Speed (Slow/Fast) [11] Hiermee kiest u de draaisnelheid van het effect (Slow of Fast). Welke snelheid op dat moment bereikt wordt, stelt u in met de Low/Hi Slow en Low/Hi Fast. Misschien gebruikt u hiervoor graag een zwelpedaal (bv. Foot, controlenummer 4) om afwisselend de Fast en de Slow stand te kiezen. 46

(#) Level (0~127) Het uitgangsvolume van het effect.

[01H, 23H]

Wat een Flanger is, hoeven we u beslist niet uit te leggen: het is het bekende “straaljager” effect, maar het kan ook subtieler werken. Interessant is wel dat het hier om een stereo Flanger gaat, die dus lekker breed kan werken. L

EQ Flanger Flanger

R

Balance EQ

Pre Filter (Off, HPF, LPF) [1] Hiermee kiest u het filtertype dat op de Flanger van toepassing is. Een HPF is een filter dat alleen de hoge tonen doorlaat, terwijl een LPF filter alleen de frequenties onder de grenswaarde (Cutoff) doorlaat. Cutoff (250Hz~8kHz) [2] Hiermee stelt u de frequentie in van waaraf het filter (LPF of HPF) moet beginnen werken. Als u Off kiest, hoeft u natuurlijk geen filter te selecteren. Pre Delay (0~100ms) [3] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en het effect in. (*) Rate (0,05~10,0Hz) [4] Dit is de snelheid waarmee het effect wordt gemoduleerd. Depth (0~127) [5] Dit is de diepte van het effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Flanger werkt. (#) Feedback (-98%~+98%) [6] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Flanger signaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het Flanger signaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback.

7. Insertie-effecten (EFX) Modulatie

Phase (0~180) [7] Met deze parameter bepaalt u de spreiding van het effectsignaal.

(#) Step Rate (0,05Hz~10,0Hz) [6] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte (in stappen dus) gemoduleerd wordt.

Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E).

Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E).





Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.


11: Step Flanger

[01H, 24H]

Een Step Flanger is een effect dat de toonhoogte in duidelijk hoorbare stappen moduleert. Als u een nootwaarde voor de Step parameter kiest, kan de modulatie via MIDI worden gesynchroniseerd. L

[01H, 25H]

Het Tremolo effect ontstaat door een regelmatige modulatie van het volume. L

Tremolo

EQ

R

Tremolo

EQ

EQ Flanger Flanger

R

12: Tremolo

Balance EQ

Pre Delay (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en het effect in. Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee het effect wordt gemoduleerd. Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Flanger werkt. (*) Feedback (-98%~+98%) [4] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Flanger signaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het Flanger signaal omgekeerd wordt. Phase (0~180) [5] Met deze parameter bepaalt u de spreiding van het effectsignaal.

Mod Wave (Tri, Sqr, Sin, Saw1/2) [1] Hiermee kiest u de golfvorm die voor de modulatie wordt gebruikt. Tri. Driehoeksgolfvorm. Sqr. Blokgolf. Sin. Sinusgolf. Saw1,2. Zaagtand. De “tanden” van 1 lopen in de omgekeerde richting van 2. Saw1

Saw2

(*) Mod Rate (0,05~10,0) [2] Hiermee bepaalt u de snelheid van de modulatie. (#) Mod Depth (0~127) [3] Hiermee bepaalt u de diepte van de modulatie. Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift.

47



7.6 Effecten die het volume bewerken


14: Compressor

13: Auto Pan

[01H, 26H]

Het Auto Pan effect ontstaat door een regelmatige modulatie van de stereopositie van het geluid. L

Auto Pan

EQ

R

Auto Pan

EQ

[01H, 30H]

Een compressor dient in de regel voor het verwijderen van volumepieken uit een signaal en voor het ophalen van zwakke signalen. Toch wordt dit effect ook vaak als dusdanig (als effect dus) gebruikt om een geluid meer “punch” te geven. Dit doet u voornamelijk door de Attack op verschillende manieren in te stellen. L Compressor

Mod Wave (Tri, Sqr, Sin, Saw1, Saw2) [1] Hiermee kiest u de golfvorm die voor de modulatie wordt gebruikt. Tri. Driehoeksgolfvorm. Sqr. Blokgolf. Sin. Sinusgolf. Saw1,2. Zaagtand. De “tanden” van 1 lopen in de omgekeerde richting van 2. Saw1

Saw2

(*) Mod Rate (0,05~10,0) [2] Hiermee bepaalt u de snelheid van de modulatie. (#) Mod Depth (0~127) [3] Hiermee bepaalt u de diepte van de modulatie. Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

EQ

Pan

R

Attack (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u hoe snel de compressor begint te werken. Hoe groter de waarde, hoe langzamer de compressor in werking treedt. Sustain (0~127) [2] Hiermee bepaalt u hoe lang de compressor actief is. Post Gain (0, +6, +12, +18) Hiermee stelt u het ingangsniveau in.

[3]

Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. (*) Pan (L64~0~R63) [19] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van de Compressor zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. (#) Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

15: Limiter

[01H, 31H]

L Limiter

EQ

Pan

R

Terwijl een compressor enerzijds zwakke signalen ophaalt en te krachtige signalen afzwakt, werkt een Limiter enkel op volumepieken. Lage volume48

7. Insertie-effecten (EFX) Effecten die het geluid breder maken

waarden worden dus niet bijgestuurd. Gebruik dit effect om signaalpieken te vermijden. Threshold (0~127) [1] Hiermee stelt u het volume in dat het ingangssignaal moet halen om de Limiter in werking te laten treden. Dit is dus de “drempelwaarde”. Ratio (1/1,5, 1/2, 1/4, 1/100) [2] Hiermee bepaalt u hoe sterk signalen, die op of boven de Threshold waarde liggen, afgezwakt worden. Release Time (0~127) [3] Hiermee bepaalt u wanneer de Limiter uitgeschakeld wordt nadat het volume weer onder de Threshold waarde is gedaald. Post Gain (0, +6, +12, +18) Hiermee stelt u het ingangsniveau in.

[4]

Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge tonen ophalen of afzwakken. (*) Pan (L64~0~R63) [19] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van de Limiter zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. (#) Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

(*) Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het Chorus effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt. Pre Delay Deviation (0~20) [4] We hebben hier te maken met een “hexa” Chorus. Dat betekent dat het effectsignaal zes verschillende “Chorussen” bevat. Met deze parameter bepaalt u de afstand tussen de afzonderlijke effecten. Hoe groter deze waarde, hoe verder de Chorus signalen uiteenliggen. Dit is dus een aanvulling op de Pre Dly parameter. Depth Deviation (-20~+20) [5] Ook dit is weer een “afwijkingsparameter”, ditmaal echter voor de diepte van de verschillende effectsignalen. Hoe groter deze waarde, hoe groter het verschil in diepte van de Chorus signalen. Pan Deviation (0~20) [6] Ook dit is weer een “afwijkingsparameter”, ditmaal echter voor de stereopositie van de verschillende effectsignalen. Hiermee kunt u dus voor een spreiding van de Chorus signalen in het stereobeeld zorgen. Hierbij komt de waarde 20 overeen met een spreiding van 30°, uitgaande van het midden. (#) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift.

7.7 Effecten die het geluid breder maken


16: Hexa Chorus


[01H, 40H]

Chorus is een effect waarmee u een geluid “breder” en warmer kunt maken, zodat het lijkt alsof er twee of meer instrumenten unisono zitten te spelen. L

EQ Hexa Chorus

R

Balance EQ

Pre Delay (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Chorus in. 49


17: Tremolo-Chorus

[01H, 41H]

Dit is een Chorus met een tremolo erbij, zodat naast de toonhoogte ook het volume wordt gemoduleerd. L

EQ Tremolo Chorus

R

18: Stereo-Chorus

[01H, 42H]

Dit is een Chorus met stereoweergave, zodat het geluid veel breder wordt. L

EQ Chorus

Balance

Chorus EQ

Pre Delay (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Chorus in. Chorus Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Chorus Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het Chorus effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt. Tremolo Phase (0~180) [4] Met deze parameter bepaalt u de spreiding van het Tremolo effect. (*) Tremolo Rate (0,05~10.0Hz) [5] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van het tremolo-effect. Hoe groter de waarde, hoe sneller het tremolo effect.

R

Balance EQ

Pre Filter (Off, HPF, LPF) [1] Hiermee kiest u het filtertype dat op het Chorus effect van toepassing is. Een HPF is een filter dat alleen de hoge tonen doorlaat, terwijl een LPF filter alleen de frequenties onder de grenswaarde (Cutoff) doorlaat. Cutoff Freq (250Hz~8kHz) [2] Hiermee stelt u de frequentie in van waaraf het filter (LPF of HPF) moet beginnen werken. Als u Off kiest, hoeft u natuurlijk geen filter in te stellen. Pre Delay (0~100ms) [3] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en het effect in. (*) Rate (0,05~10,0Hz) [4] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd.

Tremolo Separation (0~127) [6] Hiermee stelt u de “breedte” van het tremolo-effect in.

Depth (0~127) [5] Dit is de diepte van het effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt.

(#) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E).







High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

50

7. Insertie-effecten (EFX) Effecten die herhalingen aan het geluid toevoegen

19: Space D

[01H, 43H]

Dit is ook weer een veelvuldige Chorus, die een twee-fase modulatie in stereo toepast. Het voordeel van dit effect is dat de luisteraar duidelijk de indruk heeft dat het om een Chorus gaat, maar dat de toonhoogte betrekkelijk stabiel blijft. L

EQ Space D

Balance

R

EQ

Pre Delay (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en het effect in. (*) Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd.

Pre Delay (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en het effect in. (*) Cho Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Cho Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt. Out (Speaker/Phones) [15] Hiermee bepaalt u of het uitgangssignaal wordt geoptimaliseerd voor beluistering via luidsprekers of via hoofdtelefoon (zie blz. 80). (#) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E).

Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt.






Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

20: 3D Chorus

[01H, 44H]

Het signaal van deze Chorus wordt op zijn beurt door een 3D effect gehaald, waardoor het 90° naar rechts en 90° naar links wordt verplaatst. L

21: Stereo-Delay

[01H, 50H]

Dit is een Delay die volledig stereo is, wat u dus de mogelijkheid geeft om betrekkelijk complexe herhalingen te programmeren. Als Fb Mode= Norm: Delay

HF

EQ Balance

Delay

HF

Balance

L

R

EQ

EQ 3D Chorus

R

7.8 Effecten die herhalingen aan het geluid toevoegen

Balance EQ

51


Als Fb Mode= Cross: Delay

HF

EQ Balance

Delay

HF

Balance

L

R

EQ

Delay Tm L (0~500ms) [1] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen voor het linker kanaal. Delay Tm R (0~500ms) [2] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen voor het rechter kanaal. (*) Feedback (-98%~+98%) [3] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Feedback Mode (Norm/Cross) [4] Hiermee kiest u de Feedback mode (zie bovenstaande tekeningen). Cross betekent dat het vertraagde signaal van het linker kanaal naar het rechter wordt gestuurd en vice versa, wat de herhalingen complexer maakt. Phase Left (Normal/Invert) [5] Hiermee stelt u de fase van de vertraging in (linker kanaal). Invert betekent dat de fase gewoon omgekeerd wordt. Phase Right (Normal/Invert) [6] Hiermee stelt u de fase van de vertraging in (rechter kanaal). Invert betekent dat de fase gewoon omgekeerd wordt.

52


22: Modulation-Delay

[01H, 51H]

Dit is een Delay met een modulatie van de toonhoogte op de herhalingen. Als Fb Mode= Norm:

Delay

HF

EQ Balance

Delay

HF

Balance

L

R

EQ

Als Fb Mode= Cross:

Delay

HF

EQ Balance

Delay

HF

Balance

L

R

EQ

Delay Tm L (0~500ms) [1] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen voor het linker kanaal.

HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt, zodat de herhalingen doffer klinken. In de natuur houdt dit verband met de oppervlakte van de voorwerpen die het geluid weerkaatsen. Laten we het niet teveel over de natuur hebben, want daar bestaan geen Delays (wel echo’s natuurlijk): als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in.

Delay Tm R (0~500ms) [2] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen voor het rechter kanaal.


Feedback Mode (Norm/Cross) [4] Hiermee kiest u de Feedback mode (zie bovenstaande tekeningen). Cross betekent dat het vertraagde signaal van het linker kanaal naar het rechter wordt gestuurd en vice versa, wat de herhalingen complexer maakt.

Feedback (-98%~+98%) [3] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback.


(*) Mod Rate (0,05~10Hz) [5] Zoals u ziet, kunt u deze parameter via MIDI aansturen, wat interessant is om bepaalde noten te accentueren. Rate is natuurlijk de snelheid van de toonhoogtemodulatie. Mod Depth (0~127) Dit is de diepte van het modulatie-effect.

[6]

Mod Phase (Normal/Invert) [7] Hiermee stelt u de fase van de modulatie en dus de spreiding van het effect in. HF Damp (315~8kHz, Bypass) [8] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt, zodat de herhalingen doffer klinken. (#) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

23: 3 Tap Delay

[01H, 52H]

Dit Delay effect laat toe om drie vertragingen in te stellen (links, midden, rechts).

(*) Feedback (-98%~+98%) [4] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Dly Lev C, L, R (0~127) [5], [6], [7] Met deze drie parameters bepaalt u het volume van de herhalingen voor de drie Delay lijnen. HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt. Als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in. (#) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

24: 4 Tap-Delay

[01H, 53H]

Dit Delay effect laat toe om vier herhalingen in te stellen. L

L Delay Left

Level

Delay 4

Balance

Balance

Delay 3

Delay Center HF Delay Right

Level

Delay 2 Delay 1

Balance

R

Delay Tm C (200ms~1000ms) [1] Dit is de snelheid van de herhalingen, die zich in het midden bevinden. Delay Tm L (200ms~1000ms) [2] Dit is de snelheid van de herhalingen, die zich links bevinden. Delay Tm R (200ms~1000ms) [3] Dit is de snelheid van de herhalingen, die zich rechts bevinden.

HF

Balance

R

Delay 1 (200ms~1000ms) Dit is de snelheid van Delay 1.

[1]


[2]


[3]


[4]

53


Dly Lev 1, 2, 3 en 4 (0~127) [5], [6], [7], [8] Met deze vier parameters bepaalt u het volume van de herhalingen voor de Delay lijnen.

Let wel: dit effect komt pas echt tot z’n recht als u de vertragingstijd tijdens het spelen wijzigt. Dan verandert namelijk de toonhoogte.

(*) Feedback (-98%~+98%) [9] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback.

(*) Dly Time (200ms~1000ms) [1] Dit is de snelheid van de herhalingen en natuurlijk de vertraging tussen het originele en het effectsignaal.

HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt. Als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in. (#) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

25: Time Control Delay

[01H, 54H]

Dit Delay effect laat toe om de herhalingssnelheid in Realtime (“echte tijd”) in te stellen. L

EQ Delay

R

HF

Pan Balance

EQ

Zodra u de herhalingssnelheid verandert, wordt dat meteen toegepast, wat ook bepalend is voor de toonhoogte van de herhalingen. Naar gelang de instellingen kunt u hiermee behoorlijk complexe effecten programmeren. Hier is het dus experimenteren geblazen. Zoals gezegd, kunt u de vertragingstijd in Realtime instellen – en zoals verwacht, dient dat met een MIDI-speelhulp te gebeuren. Hiervoor kiest u het best een traploze speelhulp (bv. Expression, CC11) i.p.v. een aan/uit schakelaar.

54

Accel(eration) (0~15) [2] Hiermee bepaalt u of de snelheid van de herhalingen toeneemt. Kiest u de waarde 15, dan is dat niet het geval. (#) Feedback (-98%~+98%) [3] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [4] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt. Als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in. EFX Pan (L64~0~R63) [5] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.


26: Reverb

[01H, 55H]

Dit is een galmeffect dat iets uitgebreider is dan het Reverb effect van het SC-88Pro systeem. Dat zou u dus kunnen gebruiken om het geluid meer te variëren of om bepaalde Tones extra in de verf te zetten.

27: Gate-Reverb

[01H, 56H]

Dit effect roept natuurlijk meteen associaties op met de zingende drummer van Genesis. Dan weet u ook meteen hoe een Gate Reverb werkt. L

L

EQ

EQ Reverb Reverb

Balance

R

R

Balance EQ

EQ

Type (Room1/2, Stage 1/2, Hall 1/2) [1] Hiermee kiest u het type galm dat u nodig hebt: Room 1

Korte, maar zeer dichte galm. Typisch voor een kamer

Room 2

Korte en iets “lichtere” galm.

Stage 1

Galm met lang nazinderende reflecties.

Stage 2

Galm met een sterke eerste reflectie.

Hall 1

Transparante galm.

Hall 2

Volle galm.

Pre Delay (0ms~100ms) [2] Met deze parameter bepaalt u de vertraging tussen het originele signaal en het effectsignaal. (*) Time (0~127) [3] Hiermee bepaalt u de lengte van de galm (de galmtijd). Jammer genoeg hebt u niet zoveel aan de waarde, maar we kunnen u wel vertellen dat 127 beantwoordt aan de langste galm. HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [4] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt. Als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in. (#) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift.

Type (Normal, Reverse, Sweep1, Sweep2) [1] Met deze parameter kiest u het type galm dat voor dit effect wordt gebruikt. Normal

Dit is een normale galm

Reverse

Omgekeerde galm.

Sweep1

Stereo galm die van rechts naar links springt.

Sweep2

Stereo galm die van links naar rechts springt.

Pre Delay (0ms~100ms) [2] Met deze parameter bepaalt u de vertraging tussen het originele signaal en het effectsignaal. Gate Time (5~500ms) [3] Met deze parameter stelt u in hoe lang de galm moet klinken. Hoe kleiner deze waarde, hoe korter de galm is. (*) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. (#) Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in. 55


28: 3D Delay

[01H, 57H]

Het signaal van deze Delay wordt op zijn beurt door een 3D effect gehaald, waardoor het 90° naar rechts en 90° naar links wordt verplaatst. L 3D Delay L

Level

EQ

3D Delay C


7.9 Effecten die de toonhoogte bewerken

HF 3D Delay R R

EQ

Delay Tm C (200ms~1000ms) [1] Dit is de snelheid van de herhalingen, die zich in het midden bevinden. Delay Tm L (200ms~1000ms) [2] Dit is de snelheid van de herhalingen, die zich links bevinden. Delay Tm R (200ms~1000ms) [3] Dit is de snelheid van de herhalingen, die zich rechts bevinden. (*) Feedback (-98%~+98%) [4] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Dly Lev C, L, R (0~127) [5], [6], [7] Met deze drie parameters bepaalt u het volume van de herhalingen voor de drie Delay lijnen. HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt. Als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in.

[01H, 60H]

Dit is een effect met een heel bekende (maar helaas wettelijk beschermde) naam, die iedereen (behalve het betrokken merk zelf) Pitch Shifter noemt. Het gaat om een transpositie-effect – in dit geval met twee toonhoogtes. EQ

L Pitch 1

Pan

Pitch 2

Pan

Balance

R

EQ

(*) Coarse 1 (-24~+12) [1] Hiermee stelt u het interval van het eerste transpositiekanaal in. De instelling gebeurt in stappen van een halve toon. Zoals u ziet, kunt u maximaal 1 octaaf hoger en 2 octaven lager transponeren. Fine 1 (-100~+100) [2] Deze parameter laat een lichte ontstemming van kanaal 1 toe. De waarde 100 slaat op een verandering in Cent (1/100 van een halve toon). U zou Pitch Shift dus ook kunnen gebruiken om een “stereosignaal” van een monosignaal te maken. Pre Delay 1 (0~500ms) [3] Hiermee bepaalt u de vertraging van kanaal 1 t.o.v. het oorspronkelijke signaal.

Out (Speaker/Phones) [15] Hiermee bepaalt u of het uitgangssignaal wordt geoptimaliseerd voor beluistering via luidsprekers of via hoofdtelefoon (zie blz. 80).

EFX Pan 1 (L64~0~R63) [4] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar de transpositie zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts.


(#) Coarse 2 (-24~+12) [5] Hiermee stelt u het interval van het tweede transpositiekanaal in. De instelling gebeurt in stappen van een halve toon. Zoals u ziet, kunt u maximaal 1 octaaf hoger en 2 octaven lager transponeren.

Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. 56

29: 2-Voice Pitch Shifter

Fine 2 (-100~+100) [6] Deze parameter laat een lichte ontstemming van kanaal 2 toe. De waarde 100 slaat op een verandering in Cent (1/100 van een halve toon). U zou Pitch Shift dus ook kunnen gebruiken om een “stereosignaal” van een monosignaal te maken.

7. Insertie-effecten (EFX) Andere effecten

Pre Delay 2 (0~500ms) [7] Hiermee bepaalt u de vertraging van kanaal 2 t.o.v. het oorspronkelijke signaal. EFX Pan 2 (L64~0~R63) [8] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar de transpositie zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Shift Mode (1~5) [9] Hiermee kiest u de Pitch Shift mode. Hoe groter deze waarde, hoe lomer de transpositie wordt, maar de kwaliteit gaat er alleen maar op vooruit. Level Balance (A>0B~A0
30: FBK Pitch Shifter

[01H, 61H]

Dit is een Pitch Shifter die voorzien is van een Feedback lus, wat dus het gebruik van terugkoppeling (lees: herhalingen) toelaat.

Pre Delay (0~500ms) [4] Hiermee bepaalt u de vertraging van de transpositie t.o.v. het oorspronkelijke signaal. Mode (1~5) [5] Naarmate u voor deze parameter een hogere waarde kiest reageert de Pitch Shifter trager, maar met een stabielere toonhoogte. EFX Pan (L64~0~R63) [6] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar de transpositie zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

7.10 Andere effecten

EQ

L Pitch R

(#) Feedback (-98%~+98%) [3] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Pitch Shifter wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback.

Pan Balance

EQ

(*) P.Coarse (-24~+12) [1] Hiermee stelt u het interval voor de transpositie in. Ook deze instelling dient weer in stappen van een halve toon te gebeuren. P.Fine (-100~+100) [2] Deze parameter laat een lichte ontstemming van het originele signaal toe. De waarde 100 slaat op een verandering in Cent (1/100 van een halve toon).

31: 3D Auto

[01H, 70H]

Dit effect geeft de indruk dat het geluid cirkels rond uw hoofd beschrijft. L 3D Auto R

Azimuth (180/L168~0~R168) [1] Deze parameter bepaalt op welke plaats het geluid stopt wanneer de cirkelbeweging ophoudt. Als u 0 kiest stopt het geluid in het midden van het stereobeeld. 57


(*) Speed (0,05~10,0) [2] Hiermee bepaalt u de snelheid waarmee het geluid draait. Clockwise (-/+) [3] Hiermee bepaalt u de richting waarin het geluid draait. Als u “-” kiest draait het geluid in tegenwijzerzin, als u “+” kiest in wijzerzin. (#) Turn (Off, On) [4] Hiermee start of stopt u de rotatie. Het geluid begint te “draaien” zodra u On kiest en stopt op de met Azimuth gekozen positie zodra u Off kiest. Out (Speaker/Phones) [15] Hiermee bepaalt u of het uitgangssignaal wordt geoptimaliseerd voor beluistering via luidsprekers of via hoofdtelefoon (zie blz. 80). Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

32: 3D Manual

[01H, 71H]

Hiermee kunt u het geluid op een vrij te bepalen positie in een driedimensioneel klankveld plaatsen.

Gelukkig gaat het om een insertie-effect, want zo’n “door de mangel gehaald” geluid werkt natuurlijk vooral mooi als daar andere Parts in hun volle klankrijkdom naast mogen prijken. L Lo-Fi

3D Locate R

(*) Azimuth (180/L168~0~R168) [1] Hiermee bepaalt u de plaats van het geluid. Als u 0 kiest is dat het midden van het stereobeeld. Out (Speaker/Phones) [15] Hiermee bepaalt u of het uitgangssignaal wordt geoptimaliseerd voor beluistering via luidsprekers of via hoofdtelefoon (zie blz. 80). (#) Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

R

Pre Filter (1~6) [1] Hiermee kiest u het filtertype waarmee het geluid wordt bewerkt voor het in het Lo-Fi effect terechtkomt. Lo-Fi Type (1~9) [2] Hoe hoger het cijfer dat u hier kiest, hoe slechter de geluidskwaliteit wordt. Post Filter (1~6) [3] Hiermee kiest u het filtertype waarmee uitgangssignaal van het Lo-Fi effect wordt bewerkt. (*) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E).

High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. (#) Pan (L64~0~R63) [6] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het effectgeluid zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

34: Lo-Fi 2 [01H, 72H]

De SC-88Pro klinkt zoals u van een Roland gewend bent: rijk, helder, …kortom: “HiFi”. Nu teren heel wat moderne muziekgenres (Rap, HipHop, Jungle, enz.) net op de charme van een oud, ietwat “versleten” klinkend geluid. Omdat we weten dat het moderne danswereldje verzot is op Roland instrumenten hebben we de SC-88Pro van “Lo-Fi” effecten voorzien. Daarmee kunt u een Part net zo “slecht” laten klinken als u het wilt.

58

Pan


L

33: Lo-Fi 1

EQ

[01H, 73H]

Lo-Fi Type (1~6) [1] Hoe hoger het cijfer dat u hier kiest, hoe slechter de geluidskwaliteit wordt. Fil Type (Off, LPF, HPF) [2] Hiermee kiest u het filtertype waarmee uitgangssignaal van het Lo-Fi effect wordt bewerkt. Cutoff (250Hz~8kHz) [3] Hiermee bepaalt u de afsnijfrequentie van het filter dat u met de vorige parameter hebt gekozen.

7. Insertie-effecten (EFX) Effecten die twee types in serie verbinden

(*) R.Detune (0~127) [4] Hiermee bootst u het geluid van een slecht afgestemde radio na. Hoe hoger deze waarde, hoe verder de stemming afwijkt. R.Nz Lev (0~127) [5] Hiermee bepaalt u het volume van de radio-interferentie. W/P Sel (White, Pink) [6] Hiermee kiest u of het signaal door witte of roze ruis wordt gestoord. W/P LPF (250~6,3k, Bypass [7] Hiermee bepaalt u de afsnijfrequentie van het hoog-af filter waarmee de witte of roze ruis wordt bewerkt. W/P Level (0~127) [8] Hiermee bepaalt u het volume van de witte of roze ruis. Disc Type (LP, EP, SP, RND) [9] Hiermee kiest u welk soort plaatruis u aan het signaal wilt toevoegen. Bij ieder type hoort u de ruis op een andere frequentie. Disc LPF (250~6,3k, Bypass) [10] Hiermee bepaalt u de afsnijfrequentie van het hoog-af filter waarmee de witte of roze ruis wordt bewerkt. Disc Nz Level (0~127) [11] Hiermee bepaalt u het volume van de plaatruis. Hum Type (50/60 Hz) [12] Hiermee kiest u het soort brom dat u aan het signaal wilt toevoegen. Hum LPF (250~6.3k, Bypass) [13] Hiermee bepaalt u de afsnijfrequentie van het hoog-af filter waarmee de brom wordt bewerkt. Hum Level (0~127) Hiermee bepaalt u het volume van de brom.

[14]

M/S (Mono, Stereo) [15] Hiermee kiest u of u het effectgeluid in mono of in stereo wilt weergeven. (*) Balance (D100:0E, D0:100E) [16] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift.

High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Pan (L64~0~R63) [19] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het effectgeluid zich bevindt (als u voor de M/S parameter “Mono” hebt gekozen). L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

7.11 Effecten die twee types in serie verbinden 35: Overdrive→Chorus

[02H, 00H]

Dit effectalgoritme bevat een Overdrive, die vervolgens een Chorus passeert. EQ

L Overdrive R

Chorus

Balance EQ

OD Drive (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u de intensiteit van de vervorming. (*) OD Pan (L64~0~R63) [2] Met deze parameter stelt u de stereopositie van het Overdrive effect in. Daarbij betekent R63 dat de Overdrive zich helemaal rechts bevindt. OD Amp [3] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten 3-Stack: versterker met 3 kasten OD Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

[4]

Chorus Pre Delay (0~100ms) [6] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Chorus in. Chorus Rate (0,05~10,0Hz) [7] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd.

59


Chorus Depth (0~127) [8] Dit is de diepte van het Chorus effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt.

Flanger Rate (0,05~10,0Hz) [7] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd.

(#) Chorus Balance (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het louter overstuurde signaal (Overdrive) en het volledige effectsignaal (in dit geval een combinatie van Overdrive en Chorus).

Flanger Depth (0~127) [8] Dit is de diepte van het Flanger effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Flanger werkt.


36: Overdrive→Flanger

[02H, 01H]

Dit effectalgoritme bevat een Overdrive, die vervolgens een Flanger passeert. EQ

L Overdrive R

Flanger

EQ

OD Drive (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u de intensiteit van de vervorming. (*) OD Pan (L64~0~R63) [2] Met deze parameter stelt u de stereopositie van het Overdrive effect in. Daarbij betekent R63 dat de Overdrive zich helemaal rechts bevindt. OD Amp [3] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten 3-Stack: versterker met 3 kasten [4]

Flanger Pre Delay (0~100ms) [6] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Flanger in.

60

(#) Flanger Balance (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het louter overstuurde signaal (Overdrive) en het volledige effectsignaal (in dit geval een combinatie van Overdrive en Flanger). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

Balance

OD Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

Flanger Feedback (-98%~+98%) [9] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback.

37: Overdrive→Delay

[02H, 02H]

Dit effectalgoritme bevat een Overdrive, die vervolgens een Delay passeert. EQ

L Overdrive R

Delay

Balance EQ

OD Drive (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u de intensiteit van de vervorming. (*) OD Pan (L64~0~R63) [2] Met deze parameter stelt u de stereopositie van het Overdrive effect in. Daarbij betekent R63 dat de Overdrive zich helemaal rechts bevindt. OD Amp [3] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker.


40: Distortion→Delay

2-Stack: Versterker met twee kasten 3-Stack: versterker met 3 kasten OD Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

[4]

Delay Time (0~500ms) [6] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal. Delay Feedback (-98%~+98%) [7] Zie “(*) Feedback (-98%~+98%) [3]” op blz. 52. Delay HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Zie “HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8]” op blz. 52. (#) Delay Balance (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het louter overstuurde signaal (Overdrive) en het volledige effectsignaal (Overdrive + Delay). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

38: Distortion→Chorus

[02H, 03H] EQ

L Distortion

Chorus

R

Balance EQ

Dit is een combinatie van het Distortion effect en een Chorus. De parameters zijn dezelfde als voor “35: Overdrive→Chorus [02H, 00H]” op blz. 59.

39: Distortion→Flanger

EQ

L Distortion R

[02H, 04H]

Flanger

Balance EQ

Dit is een combinatie van het Distortion effect en een Flanger. De parameters zijn dezelfde als voor “36: Overdrive→Flanger [02H, 01H]” op blz. 60.

[02H, 05H] EQ

L Distortion

Delay

R

Balance EQ

Dit is een combinatie van het Distortion effect en een Flanger. De parameters zijn dezelfde als voor “37: Overdrive→Delay [02H, 02H]” op blz. 60.

41: Enhancer→Chorus L

Enhancer

R

Enhancer

[02H, 06H] EQ Chorus

Balance EQ

Hier vindt u een combinatie van een Enhancer die vervolgens het Chorus effect passeert. (*) EH Sens (0~127) [1] Hiermee stelt u de diepte van het Enhancer effect in. EH Mix (0~127) [2] Met deze parameter bepaalt u de verhouding tussen het originele signaal en het signaal dat door de Enhancer wordt gehaald. Chorus Pre Delay (0~100ms) [6] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Chorus in. Chorus Rate (0,05~10,0Hz) [7] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Chorus Depth (0~127) [8] Dit is de diepte van het Chorus effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt. (#) Chorus Balance (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het louter overstuurde signaal (Overdrive) en het volledige effectsignaal (in dit geval een combinatie van Overdrive en Chorus). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken.

61



42: Enhancer→Flanger L

[02H, 07H]

Enhancer

EQ Flanger

R

Enhancer

43: Enhancer→Delay L

EQ

[02H, 08H]

Enhancer

EQ Delay

Balance R

Enhancer

Balance EQ

Hier vindt u een combinatie van een Enhancer die vervolgens het Flanger effect passeert.

Hier vindt u een combinatie van een Enhancer die vervolgens het Delay effect passeert.

(*) EH Sens (0~127) [1] Hiermee stelt u de diepte van het Enhancer effect in.

(*) EH Sens (0~127) [1] Hiermee stelt u de diepte van het Enhancer effect in.

EH Mix (0~127) [2] Met deze parameter bepaalt u de verhouding tussen het originele signaal en het signaal dat door de Enhancer wordt gehaald.


Flanger Pre Delay (0~100ms) [6] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Flanger in.

Delay Time (0~500ms) [6] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal.

Flanger Rate (0,05~10,0Hz) [7] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Flanger Depth (0~127) [8] Dit is de diepte van het Flanger effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Flanger werkt. (Flanger Feedback (-98%~+98%) [9] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. (#) Flanger Balance (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het louter overstuurde signaal (Overdrive) en het volledige effectsignaal (in dit geval een combinatie van Overdrive en Flanger). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken.

62


Delay Feedback (-98%~+98%) [7] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Delay HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt, zodat de herhalingen doffer klinken. In de natuur houdt dit verband met de oppervlakte van de voorwerpen die het geluid weerkaatsen. Laten we het niet teveel over de natuur hebben, want daar bestaan geen Delays (wel echo’s natuurlijk): als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in. (#) Delay Balance (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het louter overstuurde signaal (Overdrive) en het volledige effectsignaal (Overdrive + Delay). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift.


High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

44: Chorus→Delay

[02H, 09H]

L

EQ Chorus

R

Delay EQ

Hier worden een Chorus en een Delay in serie geschakeld, zodat een met Chorus voorzien signaal wordt herhaald. Chorus Pre Delay (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Chorus in.

(#) Delay Balance (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (Delay). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

45: Flanger→Delay L

Chorus Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het Chorus effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt. (*) Chorus Balance (D100:0E~D0:100E) [5] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (in dit geval alleen de Chorus). Delay Time (0~500ms) [6] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal. Delay Feedback (-98%~+98%) [7] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Delay HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt, zodat de herhalingen doffer klinken. Als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in.

EQ Flanger

R

Chorus Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd.

[02H, 0AH] Delay EQ

Hier worden een Flanger en een Delay in serie geschakeld, zodat een met Flanger voorzien signaal wordt herhaald. Flanger Pre Delay (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Flanger in. Flanger Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Flanger Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het Flanger effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Flanger werkt. (*) Flanger Feedback (-98%~+98%) [4] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Flanger Balance (D100:0E~D0:100E) [5] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (in dit geval alleen de Flanger). Delay Time (0~500ms) [6] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal.

63


Delay Feedback (-98%~+98%) [7] Zie “(*) Feedback (-98%~+98%) [3]” op blz. 52. Delay HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Zie “HF Damp (315Hz~8kHz, Bypass) [8]” op blz. 52. (#) Delay Balance (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (Delay). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

46: Chorus→Flanger

[02H, 0BH]

L

EQ Chorus

R

Flanger EQ

Hier worden een Chorus en een Flanger in serie geschakeld, zodat een met Chorus voorzien signaal ook nog eens kan worden gemoduleerd. Misschien interessant voor gitaargeluiden. Chorus Pre Delay (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Chorus in. Chorus Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Chorus Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het Chorus effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt. (*) Chorus Balance (D100:0E~D0:100E) [5] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (in dit geval alleen de Chorus). Flanger Delay (0~100ms) [6] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Flanger in.

64

Flanger Rate (0,05~10,0Hz) [7] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Flanger Depth (0~127) [8] Dit is de diepte van het Flanger effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Flanger werkt. Flanger Feedback (-98%~+98%) [9] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. (#) Flanger Balance (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (in dit geval alleen de Flanger). Low Gain (-12~+12dB) [17] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. High Gain (-12~+12dB) [18] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

7.12 Effecten die drie of meer types in serie verbinden 47: Rotary Multi

[03H, 00H]

Dit effect verbindt Overdrive (OD), 3-bands equalizer (EQ), en Rotary (RT) effecten in serie. L Over drive

EQ

Rotary

R

(*) OD Drive (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u tegelijkertijd het volume en de intensiteit van de vervorming. OD Sw (Off/On) Hiermee schakelt u de vervorming in of uit.

[2]

7. Insertie-effecten (EFX) Effecten die drie of meer types in serie verbinden

EQ L Gain (-12dB~+12dB) [3] Met deze parameter stelt u het volume van de lage tonen (Low Freq) in. Wenst u minder lage tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen. EQ M Fq (200Hz~6,3kHz) [4] Met deze parameter bepaalt u de centrale frequentie van de middenband. EQ M Q (0,5~9,0) [5] Hiermee bepaalt u de bandbreedte van de middenband. Hoe groter de waarde, hoe meer frequenties rond de EQ M Freq waarde mee worden bewerkt. EQ M Gain (-12dB~+12dB) [6] Hier bepaalt u wat er met de onder EQ M Freq gekozen frequentie gebeurt: wordt ze opgehaald (positieve waarde) of afgezwakt (negatieve waarde)? EQ H Gain (-12dB~+12dB) [7] Met deze parameter stelt u het volume van de hoge tonen (Low Freq) in. Wenst u minder hoge tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen.

RT (Rotary) RT L Slow (0,05~10Hz) [8] Hiermee stelt u de “draaisnelheid” van de lage tonen voor de “Slow” stand in. RT L Fast (0,05~10Hz) [9] Hiermee stelt u de “draaisnelheid” van de lage tonen voor de “Fast” stand in. (Kies wel een andere waarde dan voor Low Slow.) RT Lo Acc(e)l(eration) (0~15) [10] Hiermee stelt u de overgangssnelheid van Fast naar Slow en vice versa in – maar enkel voor de lage tonen. RT Lo Lev (0~127) [11] Met deze parameter bepaalt u het volume van de lage tonen (de “basluidspreker”). RT H Slow (0,05~10Hz), RT H Fast (0,05~10Hz), RT H Accl (0~15), RT Hi Lev [12], [13], [14], [15] Zie respectievelijke Low parameters. Deze keer gelden ze echter voor de hoge frequenties. RT Sept (0~127) [16] Met deze parameter bepaalt u de “breedte” van het geluidsbeeld. (#) RT Speed (Slow/Fast) [17] Hiermee kiest u de draaisnelheid van het effect (Slow of Fast). Welke snelheid op dat moment bereikt wordt, stelt u in met de Low/Hi Slow en Low/Hi Fast.

Misschien gebruikt u hiervoor graag een zwelpedaal (bv. Foot, controlenummer 4) om afwisselend de Fast en de Slow stand te kiezen. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

48: GTR Multi 1

[04H, 00H]

Dit effect verbindt de Compressor (Cmp), Overdrive of Distortion (OD), Chorus of Flanger (CF) en Delay (Dly) effecten in serie. L Cmp

OD

CF

Delay

R

Cmp (Compressor) Cmp Atck (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u hoe snel de compressor begint te werken. Hoe groter de waarde, hoe langzamer de compressor in werking treedt. Cmp Sus (0~127) [2] Hiermee bepaalt u hoe lang de compressor actief is. Cmp Level (0~127) [3] Hiermee compenseert u voor volumeverlies in het gecomprimeerde geluid aan. Cmp Sw (Off, On) Hiermee schakelt u de compressor in en uit.

[4]

OD (Overdrive/Distortion) OD Sel (Odrv/Dist) [5] Hiermee kiest u tussen Overdrive of Distortion. (*) OD Drive (0~127) [6] Met deze parameter bepaalt u tegelijkertijd het volume en de intensiteit van de vervorming. OD Amp [7] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten 3-Stack: versterker met 3 kasten OD Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

[8]

65


OD L Gain (-12~+12dB) [9] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift. OD H Gain (-12~+12dB) [10] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. OD Sw (Off/On) Hiermee schakelt u de vervorming in of uit.

[11]

CF (Chorus/Flanger) CF Sel (Chorus/Flangr) Hiermee kiest u tussen Chorus of Flanger.

[14]

CF Fb (-98%~+98%) [15] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Als u voor de CF Sel parameter Chorus kiest, heeft deze parameter geen effect. CF Mix (0~127) [16] Hiermee bepaalt u het volume van het Chorus of Flanger geluid.

Dly (Delay) Dly Time (0~635ms) [17] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal. Dly Fb (0~127) [18] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”.

66

[04H, 01H]

Dit effect verbindt de Compressor (Cmp), Overdrive of Distortion (OD), Equalizer (EQ) en Chorus of Flanger (CF) effecten in serie. L Cmp

OD

EQ

CF

R

Cmp (Compressor) [12]

CF Rate (0,05~6,40Hz) [13] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. CF Depth (0~127) Dit is de diepte van de modulatie.

49: GTR Multi 2

Cmp Atck (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u hoe snel de compressor begint te werken. Hoe groter de waarde, hoe langzamer de compressor in werking treedt. Cmp Sus (0~127) [2] Hiermee bepaalt u hoe lang de compressor actief is. Cmp Level (0~127) [3] Hiermee compenseert u voor volumeverlies in het gecomprimeerde geluid aan. Cmp Sw (Off, On) Hiermee schakelt u de compressor in en uit.

[4]

OD (Overdrive/Distortion) OD Sel (Odrv/Dist) [5] Hiermee kiest u tussen Overdrive of Distortion. (*) OD Drive (0~127) [6] Met deze parameter bepaalt u tegelijkertijd het volume en de intensiteit van de vervorming. OD Amp [7] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten 3-Stack: versterker met 3 kasten OD Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

[8]

(#) Dly Mix (0~127) [19] Hiermee bepaalt u het volume van het Delay geluid.

OD Sw (Off/On) Hiermee schakelt u de vervorming in of uit.

[9]


EQ (Equalizer) EQ L Gain (-12dB~+12dB) [10] Met deze parameter stelt u het volume van de lage tonen (Low Freq) in. Wenst u minder lage tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen.


EQ M Fq (200Hz~6,3kHz) [11] Met deze parameter bepaalt u de centrale frequentie van de middenband. EQ M Q (0,5~9,0) [12] Hiermee bepaalt u de bandbreedte van de middenband. Hoe groter de waarde, hoe meer frequenties rond de EQ M Freq waarde mee worden bewerkt. EQ M Gain (-12dB~+12dB) [13] Hier bepaalt u wat er met de onder EQ M Freq gekozen frequentie gebeurt: wordt ze opgehaald (positieve waarde) of afgezwakt (negatieve waarde)? EQ H Gain (-12dB~+12dB) [14] Met deze parameter stelt u het volume van de hoge tonen (Low Freq) in. Wenst u minder hoge tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen.


[15]


[17]

CF Fb (-98%~+98%) [18] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Als u voor de CF Sel parameter Chorus kiest heeft deze parameter geen effect. (#) CF Mix (0~127) [19] Hiermee bepaalt u het volume van het Chorus of Flanger geluid. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

50: GTR Multi 3

[04H, 02H]

Dit effect verbindt de Wah-Wah (Wah), Overdrive of Distortion (OD), Chorus of Flanger (CF) en Delay (Dly) effecten in serie. L Wah

OD

CF

Delay

R

Wah Wah Fil (LPF/BPF) [1] Met deze parameter kiest u het filtertype van het Auto-Wah effect. Kiest u LPF, dan heeft het effect betrekking op een groot frequentiespectrum. BPF daarentegen betekent dat slechts een beperkt aantal frequenties worden bewerkt. (*) Wah Man (0~127) [2] Hiermee bepaalt u de centrale frequentie van de Auto Wah. Wah Peak (0~127) [3] Met deze parameter bepaalt u hoe sterk het Auto Wah effect de centrale frequentie bewerkt. Hoe kleiner deze waarde, hoe meer frequenties rond het centrale punt eveneens van Wah-Wah worden voorzien. Wah Sw (Off, On) Hiermee schakelt u de Wah in en uit.

[4]

OD (Overdrive/Distortion) OD Sel (Odrv/Dist) [5] Hiermee kiest u tussen Overdrive of Distortion. (#) OD Drive (0~127) [6] Met deze parameter bepaalt u tegelijkertijd het volume en de intensiteit van de vervorming. OD Amp [7] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten 3-Stack: versterker met 3 kasten OD Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

[8]

OD L Gain (-12~+12dB) [9] Hiermee kunt u het volume van de lage effecttonen ophalen of afzwakken. Hoe groter deze waarde, hoe meer het laag naar de voorgrond schuift.

67


OD H Gain (-12~+12dB) [10] Hiermee kunt u het volume van de hoge effecttonen ophalen of afzwakken. OD Sw (Off/On) Hiermee schakelt u de vervorming in of uit.

[11]

51: Clean Gt Multi 1

[04H, 03H]

Dit effect verbindt de Compressor (Cmp), Equalizer (EQ), Chorus of Flanger (CF) en Delay (Dly) effecten in serie. L


Cmp

[12]


[14]

CF Fb (-98%~+98%) [15] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Als u voor de CF Sel parameter Chorus kiest heeft deze parameter geen effect. CF Mix (0~127) [16] Hiermee bepaalt u het volume van het Chorus of Flanger geluid.

Dly (Delay) Dly Time (0~635ms) [17] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal. Dly Fb (0~127) [18] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. Dly Mix (0~127) [19] Hiermee bepaalt u het volume van het Delay geluid. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

EQ

CF

Delay

R

Cmp (Compressor) Cmp Atck (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u hoe snel de compressor begint te werken. Hoe groter de waarde, hoe langzamer de compressor in werking treedt. Cmp Sus (0~127) [2] Hiermee bepaalt u hoe lang de compressor actief is. Cmp Level (0~127) [3] Hiermee compenseert u voor volumeverlies in het gecomprimeerde geluid aan. Cmp Sw (Off, On) Hiermee schakelt u de compressor in en uit.

[4]

EQ (Equalizer) EQ L Gain (-12dB~+12dB) [5] Met deze parameter stelt u het volume van de lage tonen (Low Freq) in. Wenst u minder lage tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen. EQ M Fq (200Hz~6,3kHz) [6] Met deze parameter bepaalt u de centrale frequentie van de middenband. EQ M Q (0,5~9,0) [7] Hiermee bepaalt u de bandbreedte van de middenband. Hoe groter de waarde, hoe meer frequenties rond de EQ M Freq waarde mee worden bewerkt. EQ M Gain (-12dB~+12dB) [8] Hier bepaalt u wat er met de onder EQ M Freq gekozen frequentie gebeurt: wordt ze opgehaald (positieve waarde) of afgezwakt (negatieve waarde)? EQ H Gain (-12dB~+12dB) [9] Met deze parameter stelt u het volume van de hoge tonen (Low Freq) in. Wenst u minder hoge tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen.

CF (Chorus/Flanger) CF Sel (Chorus/Flangr) Hiermee kiest u tussen Chorus of Flanger. 68

[10]



[12]

CF Fb (-98%~+98%) [13] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Als u voor de CF Sel parameter Chorus kiest heeft deze parameter geen effect. (*) CF Mix (0~127) [14] Hiermee bepaalt u het volume van het Chorus of Flanger geluid.

Dly (Delay) Dly Time (0~635ms) [15] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal. Dly Fb (0~127) [16] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”.

52: Clean Gt Multi 2

[04H, 04H]

Dit effect verbindt de Auto Wah (AW), Equalizer (EQ), Chorus of Flanger (CF) en Delay (Dly) effecten in serie. L AW

EQ

CF

Delay

R

AW (Auto Wah) AW Fil (LPF/BPF) [1] Met deze parameter kiest u het filtertype van het Auto-Wah effect. Kiest u LPF, dan heeft het effect betrekking op een groot frequentiespectrum. BPF daarentegen betekent dat slechts een beperkt aantal frequenties worden bewerkt. (*) AW Man (0~127) [2] Hiermee bepaalt u de centrale frequentie van de Auto Wah. AW Peak (0~127) [3] Met deze parameter bepaalt u hoe sterk het Auto Wah effect de centrale frequentie bewerkt. Hoe kleiner deze waarde, hoe meer frequenties rond het centrale punt eveneens van Wah-Wah worden voorzien.

Dly HF (315~8kHz, Bypass) [17] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt, zodat de herhalingen doffer klinken. In de natuur houdt dit verband met de oppervlakte van de voorwerpen die het geluid weerkaatsen. Laten we het niet teveel over de natuur hebben, want daar bestaan geen Delays (wel echo’s natuurlijk): als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in.

AW Rate (0,05~6,40Hz) Dit is de snelheid van het Auto-Wah effect.

[4]

AW Depth (0~127) Dit is de diepte van het Auto-Wah effect.

[5]

AW Sw (Off, On) Hiermee schakelt u de Auto-Wah in en uit.

[6]

(#) Dly Mix (0~127) [18] Hiermee bepaalt u het volume van het Delay geluid.

EQ L Gain (-12dB~+12dB) [7] Met deze parameter stelt u het volume van de lage tonen (Low Freq) in. Wenst u minder lage tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen.


EQ (Equalizer)

EQ M Fq (200Hz~6,3kHz) [8] Met deze parameter bepaalt u de centrale frequentie van de middenband. EQ M Q (0,5~9,0) [9] Hiermee bepaalt u de bandbreedte van de middenband. Hoe groter de waarde, hoe meer frequenties rond de EQ M Freq waarde mee worden bewerkt. EQ M Gain (-12dB~+12dB) [10] Hier bepaalt u wat er met de onder EQ M Freq gekozen frequentie gebeurt: wordt ze opgehaald

69


(positieve waarde) of afgezwakt (negatieve waarde)? EQ H Gain (-12dB~+12dB) [11] Met deze parameter stelt u het volume van de hoge tonen (Low Freq) in. Wenst u minder hoge tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen.

53: Bass Multi

Dit effect verbindt de Compressor (Cmp), Overdrive of Distortion (OD), Equalizer (EQ) en Chorus of Flanger (CF) effecten in serie. L Cmp


[12]


[14]

CF Fb (-98%~+98%) [15] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Als u voor de CF Sel parameter Chorus kiest, heeft deze parameter geen effect. CF Mix (0~127) [16] Hiermee bepaalt u het volume van het Chorus of Flanger geluid.

Dly (Delay) Dly Time (0~635ms) [17] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal. Dly Fb (0~127) [18] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. (#) Dly Mix (0~127) [19] Hiermee bepaalt u het volume van het Delay geluid. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

[04H, 05H]

OD

EQ

CF

R

Cmp (Compressor) Cmp Atck (0~127) [1] Met deze parameter bepaalt u hoe snel de compressor begint te werken. Hoe groter de waarde, hoe langzamer de compressor in werking treedt. Cmp Sus (0~127) [2] Hiermee bepaalt u hoe lang de compressor actief is. Cmp Level (0~127) [3] Hiermee compenseert u het volumeverlies in het gecomprimeerde geluid. Cmp Sw (Off, On) Hiermee schakelt u de compressor in en uit.

[4]

OD (Overdrive/Distortion) OD Sel (Odrv/Dist) [5] Hiermee kiest u tussen Overdrive of Distortion. (*) OD Drive (0~127) [6] Met deze parameter bepaalt u tegelijkertijd het volume en de intensiteit van de vervorming. OD Amp [7] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten OD Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

[8]

OD Sw (Off/On) Hiermee schakelt u de vervorming in of uit.

[9]

EQ (Equalizer) EQ L Gain (-12dB~+12dB) [10] Met deze parameter stelt u het volume van de lage tonen (Low Freq) in. Wenst u minder lage tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen.

70


EQ M Fq (200Hz~6,3kHz) [11] Met deze parameter bepaalt u de centrale frequentie van de middenband.

effecten in serie. Het is een ideaal multi-effect voor elektrische piano-klanken e.d. L

EQ M Q (0,5~9,0) [12] Hiermee bepaalt u de bandbreedte van de middenband. Hoe groter de waarde, hoe meer frequenties rond de EQ M Freq waarde mee worden bewerkt. EQ M Gain (-12dB~+12dB) [13] Hier bepaalt u wat er met de onder EQ M Freq gekozen frequentie gebeurt: wordt ze opgehaald (positieve waarde) of afgezwakt (negatieve waarde)?

EH

TP PH

R

EH

CF TP

EH (Enhancer) EH Sens (0~127) [1] Hiermee stelt u de diepte van het Enhancer effect in.

EQ H Gain (-12dB~+12dB) [14] Met deze parameter stelt u het volume van de hoge tonen (Low Freq) in. Wenst u minder hoge tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen.


CF (Chorus/Flanger)

PH (Phaser)

CF Sel (Chorus/Flangr) Hiermee kiest u tussen Chorus of Flanger.

[15]


[17]

CF Fb (-98%~+98%) [18] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Als u voor de CF Sel parameter Chorus kiest heeft deze parameter geen effect. (#) CF Mix (0~127) [19] Hiermee bepaalt u het volume van het Chorus of Flanger geluid. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

PH Man (100Hz~8kHz) [3] Hiermee stelt u het frequentiebereik in waarbinnen het golvende effect werkzaam is. PH Rate (0,05~6,40 Hz) [4] De frequentie van de golfbeweging kan in stappen van 1,1 Hz worden ingesteld. Hoe hoger de waarde, hoe sneller het golfeffect. PH Depth (0 - 127) [5] De diepte van het golfeffect. Hogere waarden veroorzaken een “diepere” golfbeweging in het geluid. PH Reso (0 - 127) [6] Hiermee stelt u het Feedback volume (de “terugkoppeling”) in. Hoe hoger het Feedback volume, des te sterker het Phaser effect. PH Mix (0 - 127) [7] Stelt de verhouding in tussen de uit-fase klank en het originele signaal. Hoe groter de Mix waarde, des te hoger het volume van het effect. Wanneer de waarde “0” is ingesteld, wordt geen geluid uitgestuurd (tenzij het Phaser effect niet is ingeschakeld).

CF (Chorus/Flanger)

54: Rhodes Multi

[04H, 06H]

Dit effect verbindt de Enhancer (EH), Phaser (PH), Chorus of Flanger (CF) en Tremolo of Pan (TP)

CF Sel (Chorus/Flangr) Hiermee kiest u tussen Chorus of Flanger.

[8]

CF LPF (250~6.3k, Bypass) [9] Hiermee kunt u hoge tonen uit het Chorus of Flanger signaal filteren. CF Dly (0~100ms) [10] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Chorus of Flanger in. 71



[12]

L

RM

EQ PS

CF Fb (-98%~+98%) [13] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Als u voor de CF Sel parameter Chorus kiest heeft deze parameter geen effect.

R

RM

PH

Dly

EQ

RM (Ring Modulator) (*) RM Mod Freq (0~127) [1] Hiermee bepaalt u de snelheid van de modulatie.

(*) CF Mix (0~127) [14] Hiermee bepaalt u het volume van het Chorus of Flanger geluid.

(#) RM Bal (D100:0E~D0:100E) [2] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E; Ring Modulator).

TP (Tremolo/Pan)

EQ (Equalizer)

TP Sel (Trem/Pan) Hiermee kiest u Tremolo of Pan.

[15]

TP Mod WV (Tri, Sqr, Sin, Saw1, Saw2) [16] Hiermee kiest u de golfvorm die voor de modulatie wordt gebruikt. Tri. Driehoeksgolfvorm. Sqr. Blokgolf. Sin. Sinusgolf. Saw1,2. Zaagtand. De “tanden” van 1 lopen in de omgekeerde richting van 2. Saw1

Saw2

(*) TP Mod RT (0.05~6.40) [17] Hiermee bepaalt u de snelheid van de modulatie. (#) TP Mod Dep (0~127) [18] Hiermee bepaalt u de diepte van de modulatie. TP Sw (Off, On) [19] Hiermee schakelt u de tremolo/pan in en uit. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

55: Keyboard Multi

[05H, 00H]

Dit effect verbindt de Ring Modulator (RM), EQ (Equalizer), Pitch Shifter (PS), Phaser (PH) en Delay (Dly) effecten in serie.

72

Het Ring Modulator effect moduleert de amplitude van het ingangssignaal, waardoor bel-achtige geluiden ontstaan.

EQ L Gain (-12dB~+12dB) [3] Met deze parameter stelt u het volume van de lage tonen (Low Freq) in. Wenst u minder lage tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen. EQ M Fq (200Hz~6,3kHz) [4] Met deze parameter bepaalt u de centrale frequentie van de middenband. EQ M Q (0,5~9,0) [5] Hiermee bepaalt u de bandbreedte van de middenband. Hoe groter de waarde, hoe meer frequenties rond de EQ M Freq waarde mee worden bewerkt. EQ M Gain (-12dB~+12dB) [6] Hier bepaalt u wat er met de onder EQ M Freq gekozen frequentie gebeurt: wordt ze opgehaald (positieve waarde) of afgezwakt (negatieve waarde)? EQ H Gain (-12dB~+12dB) [7] Met deze parameter stelt u het volume van de hoge tonen (Low Freq) in. Wenst u minder hoge tonen, dan moet u een negatieve waarde instellen.

PS (Pitch Shifter) PS Coarse (-24~+12) [8] Hiermee stelt u het interval van de transpositie in. De instelling gebeurt in stappen van een halve toon. Zoals u ziet, kunt u maximaal 1 octaaf hoger en 2 octaven lager transponeren. PS Fine (-100~+100) [9] Deze parameter laat een lichte ontstemming toe. De waarde 100 slaat op een verandering in Cent (1/ 100 van een halve toon).

7. Insertie-effecten (EFX) Effecten die twee types parallel verbinden

PS Mode (1~5) [10] Hiermee kiest u de Pitch Shift mode. Hoe groter deze waarde, hoe lomer de transpositie wordt, maar de kwaliteit gaat er alleen maar op vooruit. PS Bal (D100:0E~D0:100E) [11] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke (D) en het effectsignaal (E; Pitch Shifter).

PH (Phaser) PH Man (100Hz~8kHz) [12] Hiermee stelt u het frequentiebereik in waarbinnen het golvende effect werkzaam is. PH Rate (0,05~6,40 Hz) [13] De frequentie van de golfbeweging kan in stappen van 1,1 Hz worden ingesteld. Hoe hoger de waarde, hoe sneller het golfeffect. PH Depth (0 - 127) [14] De diepte van het golfeffect. Hogere waarden veroorzaken een “diepere” golfbeweging in het geluid. PH Reso (0 - 127) [15] Hiermee stelt u het Feedback volume (de “terugkoppeling”) in. Hoe hoger het Feedback volume, des te sterker het Phaser effect. PH Mix (0 - 127) [16] Stelt de verhouding in tussen de uit-fase klank en het originele signaal. Hoe groter de Mix waarde, des te hoger het volume van het effect. Wanneer de waarde “0” is ingesteld, wordt geen geluid uitgestuurd (tenzij het Phaser effect niet is ingeschakeld).

7.13 Effecten die twee types parallel verbinden De “parallelle verbinding” bij deze effecten houdt in dat u verschillende effecten aan het linker- en rechterkanaal kunt toewijzen. Door twee Parts op hun beurt naar gescheiden kanalen te zenden kunt u ze van geïndividualiseerde effecten voorzien. U zou bijvoorbeeld een gitaarklank voor Part 1 kunnen kiezen en een orgelklank voor Part 2. De “pan” waarde voor Part 1 stelt u dan op L63 in (helemaal naar links), terwijl u die voor Part 2 op R63 instelt. Vervolgens kiest u bijvoorbeeld het effect “59: OD/Rotary” voor zowel Part 1 als Part 2. Door de relevante instellingen te maken voor de “OD Pan” en “RT Pan” parameters kunt u de gitaarklank van Overdrive en de orgelklank van het Rotary effect voorzien. 60 OD/Rotary Part 01 L63 028 Clean Gt. L

Pan

Overdrive/ Distortion

Part 02 R63 017 Organ 1 R

Rotary Pan

56: Chorus/Delay

[11H, 00H]

Bij dit effect worden een Chorus en een Delay parallel verbonden. Pan

L Chorus

Dly (Delay) Dly Time (0~635ms) [17] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal. Dly Fb (0~127) [18] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. (*) Dly Mix (0~127) [19] Hiermee bepaalt u het volume van het Delay geluid. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

Delay

Balance

R Pan

Cho Dly (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Chorus in. Chor Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Cho Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het Chorus effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt. (*) Cho Bal (D100:0E~D0:100E) [5] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (in dit geval alleen de Chorus).

73


Cho Pan (L63~0~R63) [16] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Chorus effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Cho Level (0~127) [17] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Chorus effect in. Dly Time (0~500ms) [6] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal. Dly Fb (-98%~+98%) [7] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Dly HF (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt, zodat de herhalingen doffer klinken. Als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in. (#) Dly Bal (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (Delay). Dly Pan (L63~0~R63) [18] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Delay effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Dly Level (0~127) [19] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Delay effect in. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

57: Flanger/Delay

[11H, 01H]

Bij dit effect worden een Flanger en een Delay parallel verbonden. Pan

L Flanger Delay

Balance

R Pan

74

FL Dly (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Flanger in. FL Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. FL Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het Flanger effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Flanger werkt. FL Fb (-98%~+98%) [4] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. (*) FL Bal (D100:0E~D0:100E) [5] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (in dit geval alleen de Flanger). FL Pan (L63~0~R63) [16] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Flanger effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. FL Level (0~127) [17] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Flanger effect in. Dly Time (0~500ms) [6] Met deze parameter bepaalt u de snelheid van de herhalingen en de vertraging tussen het originele en het effectsignaal. Dly Fb (-98%~+98%) [7] Hiermee bepaalt u hoeveel van het Delay signaal nog een keer naar de Delay wordt gestuurd, wat algemeen bekend staat als “terugkoppeling”. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. Dly HF (315Hz~8kHz, Bypass) [8] Met deze parameter stelt u de frequentie in waarboven de hoge tonen worden gedempt, zodat de herhalingen doffer klinken. Als u niet wilt dat de herhalingen al te helder zijn, stelt u het best een andere waarde dan Bypass in. (#) Dly Bal (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (Delay).


Dly Pan (L63~0~R63) [18] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Delay effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Dly Level (0~127) [19] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Delay effect in. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

58: Chorus/Flanger

[11H, 02H]

Bij dit effect worden een Chorus en een Flanger parallel verbonden. Pan

L

FL Fb (-98%~+98%) [9] Hiermee bepaalt u hoeveel van het effectsignaal nog een keer naar de Flanger wordt gestuurd. Een negatieve waarde betekent dat de fase van het effectsignaal omgekeerd wordt. De waarde 0 betekent dat er geen sprake is van Feedback. (#) FL Bal (D100:0E~D0:100E) [10] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (in dit geval alleen de Flanger). FL Pan (L63~0~R63) [18] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Flanger effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. FL Level (0~127) [19] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Flanger effect in.

Chorus Flanger

FL Depth (0~127) [8] Dit is de diepte van het Flanger effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Flanger werkt.

Balance

R Pan

Cho Dly (0~100ms) [1] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Chorus in. Chor Rate (0,05~10,0Hz) [2] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd. Cho Depth (0~127) [3] Dit is de diepte van het Chorus effect. Hoe groter de waarde, hoe uitdrukkelijker de Chorus werkt. (*) Cho Bal (D100:0E~D0:100E) [5] Hiermee bepaalt u de balans (de volumeverhouding) tussen het oorspronkelijke en het effectsignaal (in dit geval alleen de Chorus). Cho Pan (L63~0~R63) [16] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Chorus effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. Cho Level (0~127) [17] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Chorus effect in. FL Dly (0~100ms) [6] Hiermee stelt u de vertraging tussen het originele signaal en de Flanger in. FL Rate (0,05~10,0Hz) [7] Dit is de snelheid waarmee de toonhoogte van het effect wordt gemoduleerd.


59: OD1/OD2

[11H, 03H]

Dit effect maakt een parallelle verbinding tussen twee Overdrive/Distortion effecten. Voor elk effect kunt u dus kiezen of u Overdrive of Distortion wilt. Pan

L

Overdrive/ Distortion 1

R

Overdrive/ Distortion 2 Pan

OD1 (Overdrive/Distortion 1) OD1 Sel (Odrv/Dist) [1] Hiermee kiest u tussen Overdrive of Distortion voor het eerste effect. (*) OD1 Drive (0~127) [2] Met deze parameter bepaalt u tegelijkertijd het volume en de intensiteit van de vervorming voor het eerste effect. OD1 Amp [3] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd voor het eerste effect:

75


Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten OD1 Amp Sw (Off/On) [4] Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit voor het eerste effect. OD1 Pan (L63~0~R63) [16] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het eerste Overdrive/Distortion effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. OD1 Level (0~127) [17] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het eerste Overdrive/Distortion effect in.

OD2 (Overdrive/Distortion 2) OD2 Sel (Odrv/Dist) [1] Hiermee kiest u tussen Overdrive of Distortion voor het tweede effect. (#) OD2 Drive (0~127) [2] Met deze parameter bepaalt u tegelijkertijd het volume en de intensiteit van de vervorming voor het tweede effect. OD2 Amp [3] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd voor het tweede effect: Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten OD2 Amp Sw (Off/On) [4] Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit voor het tweede effect. OD2 Pan (L63~0~R63) [16] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het tweede Overdrive/Distortion effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. OD2 Level (0~127) [17] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het tweede Overdrive/Distortion effect in. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

60: OD/Rotary

[11H, 04H]

Dit effect maakt een parallelle verbinding tussen een Overdrive/Distortion en een Rotary effect. Pan

L


R

Rotary Pan


[4]

OD Pan (L63~0~R63) [16] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Overdrive/Distortion effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. OD Level (0~127) [17] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Overdrive/Distortion effect in.

RT (Rotary) RT L Slow (0,05~10Hz) [6] Hiermee stelt u de “draaisnelheid” van de lage tonen voor de “Slow” stand in. RT L Fast (0,05~10Hz) [7] Hiermee stelt u de “draaisnelheid” van de lage tonen voor de “Fast” stand in. (Kies wel een andere waarde dan voor Low Slow.) RT Lo Acc(e)l(eration) (0~15) [8] Hiermee stelt u de overgangssnelheid van Fast naar Slow en vice versa in – maar enkel voor de lage tonen. RT Lo Lev (0~127) [9] Met deze parameter bepaalt u het volume van de lage tonen (de “basluidspreker”).

76


RT H Slow (0,05~10Hz), RT H Fast (0,05~10Hz), RT H Accl (0~15), RT Hi Lev [10], [11], [12], [13] Zie respectievelijke Low parameters. Deze keer gelden ze echter voor de hoge frequenties. RT Sept (0~127) [14] Met deze parameter bepaalt u de “breedte” van het geluidsbeeld. (#) RT Speed (Slow/Fast) [15] Hiermee kiest u de draaisnelheid van het effect (Slow of Fast). Welke snelheid op dat moment bereikt wordt, stelt u in met de Low/Hi Slow en Low/Hi Fast. Misschien gebruikt u hiervoor graag een zwelpedaal (bv. Foot, controlenummer 4) om afwisselend de Fast en de Slow stand te kiezen. RT Pan (L63~0~R63) [18] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Rotary effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. RT Level (0~127) [19] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Rotary effect in. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

61: OD/Phaser

[11H, 05H]

Dit effect maakt een parallelle verbinding tussen een Overdrive/Distortion en een Phaser effect. Pan

L


R

Phaser Pan

OD (Overdrive/Distortion) OD Sel (Odrv/Dist) [1] Hiermee kiest u tussen Overdrive of Distortion. (*) OD Drive (0~127) [2] Met deze parameter bepaalt u tegelijkertijd het volume en de intensiteit van de vervorming. OD Amp [3] Met deze parameter kiest u het type versterker dat moet worden geëmuleerd:

Small: kleine comboversterker Built-in: Grote comboversterker. 2-Stack: Versterker met twee kasten OD Amp Sw (Off/On) Hiermee schakelt u het Amp Type in of uit.

[4]


PH (Phaser) PH Man (100Hz~8kHz) [6] Hiermee stelt u het frequentiebereik in waarbinnen het golvende effect werkzaam is. (#) PH Rate (0,05~6,40 Hz) [7] De frequentie van de golfbeweging kan in stappen van 1,1 Hz worden ingesteld. Hoe hoger de waarde, hoe sneller het golfeffect. PH Depth (0 - 127) [8] De diepte van het golfeffect. Hogere waarden veroorzaken een “diepere” golfbeweging in het geluid. PH Reso (0 - 127) [9] Hiermee stelt u het Feedback volume (de “terugkoppeling”) in. Hoe hoger het Feedback volume, des te sterker het Phaser effect. PH Mix (0 - 127) [10] Stelt de verhouding in tussen de uit-fase klank en het originele signaal. Hoe groter de Mix waarde, des te hoger het volume van het effect. Wanneer de waarde “0” is ingesteld, wordt geen geluid uitgestuurd (tenzij het Phaser effect niet is ingeschakeld). PH Pan (L63~0~R63) [18] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Phaser effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. PH Level (0~127) [19] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Phaser effect in. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

77


62: OD/Auto Wah

[11H, 06H]

Dit effect maakt een parallelle verbinding tussen een Overdrive/Distortion en een Auto Wah effect. Pan

L

R

Overdrive/ Distortion Auto Wah Pan


[4]


AW (Auto Wah) AW Filter (LPF/BPF) [6] Met deze parameter kiest u het filtertype van het Auto Wah effect. Kiest u LPF, dan heeft het effect betrekking op een groot frequentiespectrum. BPF daarentegen betekent dat slechts een beperkt aantal frequenties worden bewerkt. AW Sens (0~127) [7] Dit is de gevoeligheid (Sensitivity) van de Auto Wah. (#) AW Man (0~127) [8] Hiermee bepaalt u de centrale frequentie van de Auto Wah.

78

AW Peak (0~127) [9] Met deze parameter bepaalt u hoe sterk het Auto Wah effect de centrale frequentie bewerkt. Hoe kleiner deze waarde, hoe meer frequenties rond het centrale punt eveneens van WahWah worden voorzien. AW Rate (0,05~10,0Hz) Dit is de snelheid van het Auto Wah effect.

[10]

AW Depth (0~127) Dit is de diepte van het Auto Wah effect.

[11]

AW Pol (Down/Up) [12] Hiermee bepaalt u de richting waarin de frequentie verandert als het filter wordt gemoduleerd. Kiest u Up, dan gaat het filter naar een hogere frequentie. Kiest u Down, dan gaat het filter naar een lagere frequentie. AW Pan (L63~0~R63) [18] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Auto Wah effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. AW Level (0~127) [19] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Auto Wah effect in. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

63: PH/Rotary

[11H, 07H]

Dit effect maakt een parallelle verbinding tussen een Phaser en een Rotary effect. Pan

L

Phaser

R

Rotary Pan

PH (Phaser) PH Man (100Hz~8kHz) [1] Hiermee stelt u het frequentiebereik in waarbinnen het golvende effect werkzaam is. (*) PH Rate (0,05~6,40 Hz) [2] De frequentie van de golfbeweging kan in stappen van 1,1 Hz worden ingesteld. Hoe hoger de waarde, hoe sneller het golfeffect. PH Depth (0 - 127) [3] De diepte van het golfeffect. Hogere waarden veroorzaken een “diepere” golfbeweging in het geluid.


PH Reso (0 - 127) [4] Hiermee stelt u het Feedback volume (de “terugkoppeling”) in. Hoe hoger het Feedback volume, des te sterker het Phaser effect. PH Mix (0 - 127) [5] Stelt de verhouding in tussen de uit-fase klank en het originele signaal. Hoe groter de Mix waarde, des te hoger het volume van het effect. Wanneer de waarde “0” is ingesteld, wordt geen geluid uitgestuurd (tenzij het Phaser effect niet is ingeschakeld). PH Pan (L63~0~R63) [16] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Phaser effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. PH Level (0~127) [17] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Phaser effect in.

Misschien gebruikt u hiervoor graag een zwelpedaal (bv. Foot, controlenummer 4) om afwisselend de Fast en de Slow stand te kiezen. RT Pan (L63~0~R63) [18] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Rotary effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. RT Level (0~127) [19] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Rotary effect in. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

64: PH/Auto Wah

Dit effect maakt een parallelle verbinding tussen een Phaser en een Auto Wah effect.

RT (Rotary) RT L Slow (0,05~10Hz) [6] Hiermee stelt u de “draaisnelheid” van de lage tonen voor de “Slow” stand in. RT L Fast (0,05~10Hz) [7] Hiermee stelt u de “draaisnelheid” van de lage tonen voor de “Fast” stand in. (Kies wel een andere waarde dan voor Low Slow.) RT Lo Acc(e)l(eration) (0~15) [8] Hiermee stelt u de overgangssnelheid van Fast naar Slow en vice versa in – maar enkel voor de lage tonen. RT Lo Lev (0~127) [9] Met deze parameter bepaalt u het volume van de lage tonen (de “basluidspreker”). RT H Slow (0,05~10Hz), RT H Fast (0,05~10Hz), RT H Accl (0~15), RT Hi Lev [10], [11], [12], [13] Zie respectievelijke Low parameters. Deze keer gelden ze echter voor de hoge frequenties. RT Sept (0~127) [14] Met deze parameter bepaalt u de “breedte” van het geluidsbeeld. (#) RT Speed (Slow/Fast) [15] Hiermee kiest u de draaisnelheid van het effect (Slow of Fast). Welke snelheid op dat moment bereikt wordt, stelt u in met de Low/Hi Slow en Low/Hi Fast.

[11H, 08H]

Pan

L

Phaser

R

Auto Wah Pan

PH (Phaser) PH Man (100Hz~8kHz) [1] Hiermee stelt u het frequentiebereik in waarbinnen het golvende effect werkzaam is. (*) PH Rate (0,05~6,40 Hz) [2] De frequentie van de golfbeweging kan in stappen van 1,1 Hz worden ingesteld. Hoe hoger de waarde, hoe sneller het golfeffect. PH Depth (0 - 127) [3] De diepte van het golfeffect. Hogere waarden veroorzaken een “diepere” golfbeweging in het geluid. PH Reso (0 - 127) [4] Hiermee stelt u het Feedback volume (de “terugkoppeling”) in. Hoe hoger het Feedback volume, des te sterker het Phaser effect. PH Mix (0 - 127) [5] Stelt de verhouding in tussen de uit-fase klank en het originele signaal. Hoe groter de Mix waarde, des te hoger het volume van het effect. Wanneer de waarde “0” is ingesteld, wordt geen geluid uitgestuurd (tenzij het Phaser effect niet is ingeschakeld).

79


PH Pan (L63~0~R63) [16] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Phaser effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts.

Enkele tips in verband met 3D-effecten De “3D” effecten in de SC-88Pro maken gebruik van de RSS (Roland Sound Space) technologie om het geluid breder te maken dan klassieke delay, Reverb, chorus, enz. effecten toelaten. Het gaat meer bepaald om de volgende vier effecten: 20: 3D Chorus (zie blz. 51) 28: 3D Delay (zie blz. 56) 31: 3D Auto (zie blz. 57) 32: 3D Manual (zie blz. 58) Om de drie-dimensionele effecten van RSS optimaal tot hun recht te laten komen moet u rekening houden met de onderstaande punten.

PH Level (0~127) [17] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Phaser effect in.

AW (Auto Wah) AW Filter (LPF/BPF) [6] Met deze parameter kiest u het filtertype van het Auto Wah effect. Kiest u LPF, dan heeft het effect betrekking op een groot frequentiespectrum. BPF daarentegen betekent dat slechts een beperkt aantal frequenties worden bewerkt. AW Sens (0~127) [7] Dit is de gevoeligheid (Sensitivity) van de Auto Wah.

Gebruik van luidsprekers • •

(#) AW Man (0~127) [8] Hiermee bepaalt u de centrale frequentie van de Auto Wah.

Opmerking: Om RSS effecten goed te kunnen horen moet u steeds op de ideale luisterpositie gaan zitten (zie tekening).

AW Peak (0~127) [9] Met deze parameter bepaalt u hoe sterk het Auto Wah effect de centrale frequentie bewerkt. Hoe kleiner deze waarde, hoe meer frequenties rond het centrale punt eveneens van WahWah worden voorzien. AW Rate (0,05~10,0Hz) Dit is de snelheid van het Auto Wah effect.

[10]

AW Depth (0~127) Dit is de diepte van het Auto Wah effect.

[11]

AW Pol (Down/Up) [12] Hiermee bepaalt u de richting waarin de frequentie verandert als het filter wordt gemoduleerd. Kiest u Up, dan gaat het filter naar een hogere frequentie. Kiest u Down, dan gaat het filter naar een lagere frequentie. AW Pan (L63~0~R63) [18] Met deze parameter bepaalt u de plaats waar het geluid van het Auto Wah effect zich bevindt. L64 betekent helemaal links en R63 helemaal rechts. AW Level (0~127) [19] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het Auto Wah effect in. Level (0~127) [20] Hiermee stelt u het uitgangsvolume van het effect in.

80

RSS effecten komen het best tot hun recht in een niet-reflecterende afluisterruimte. De beste resultaten bereikt u met coaxiale of virtuele coaxiale luidsprekers.

30˚

•

30˚

Plaats de luidsprekers dicht bij de achterwand en ver van de zijwanden. De afstand tussen de luidsprekers mag niet te groot zijn. Zoals gezegd mag de ruimte ook niet te veel reflecterende oppervlakken bevatten. Opmerking: Let ook op het luistervolume: bij een te laag of te hoog volume is het moeilijk om de ideale luisterpositie te zoeken.

Out (Output Mode) parameter Bij elk van de vier hierboven genoemde effecten vindt u een “Out (Output Mode)” parameter. Kies hiervoor steeds de optie “Speaker” als u de SC-88Pro via luidsprekers beluistert. “Phones” moet u enkel kiezen als u via een hoofdtelefoon afluistert. Op die manier komt het 3D effect steeds optimaal tot zijn recht.

7. Insertie-effecten (EFX) Effectparameters wijzigen via controlecommando’s

7.14 Effectparameters wijzigen via controlecommando’s U kunt de parameters van de insertie-effecten editen via MIDI-controlecommando’s. Normaal worden voor het zenden van parameterwaarden SysEx-commando’s gebruikt (een andere soort MIDI-commando’s). Controlecommando’s zijn echter interessanter aangezien er minder data bij te pas komen. Dit laat u toe om ook tijdens de weergave van een song uitgebreide parametermodulaties via MIDI te sturen. Bovendien opent het de mogelijkheid om parameters te sturen met de speelhulpen van uw MIDI-klavier. Met het toewijzen van controlenummers aan parameters zijn de volgende parameters gemoeid: EFX C.Src1, 2 (Effect Control Source 1, 2) EFX C.Dep1, 2 (Effect Control Depth 1, 2)

Functie van de parameters EFX C.Src1, 2 (Off/CC1~95/CAf/Bend) Hiermee kiest u het controlenummer dat u wilt gebruiken. EFX C.Src1 stuurt de parameters aan die door een (*) worden voorafgegaan, terwijl EFX C.Src2 de parameters aanstuurt die door een (#) worden voorafgegaan. CC1~95

controlenummers 1~95

CAf

kanaal-aftertouch

Bend

Pitch Bend

Opmerking: Bij het gebruik van de controlenummers CC1~95 moet u er uiteraard op letten dat u de speelhulp waarmee u de parameter aanstuurt op hetzelfde controlenummer instelt als u hier kiest.

EFX C.Depth 1, 2 (-100~+100%)

Werkwijze (1) Zorg dat de [ALL] indicator oplicht. (2) Druk tegelijk op de PART [√] en [®] knoppen. (3) Kies met de [▲] [▼] knoppen de parameter die u wilt instellen. Door op [▲] [▼] te drukken terwijl u [SELECT] ingedrukt houdt kunt u parameters overslaan. (4) Stel met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen de gewenste waarde in. INSTRUMENT

PART

ALL >EFX C.Src1: Off LEVEL

PAN

0

100

(5) Zodra u de gewenste instellingen hebt gemaakt drukt u nogmaals tegelijk op de PART [√] en [®] knoppen om de procedure af te sluiten.

1

2 5

4

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

MUTE

3

SC-55 MAP SC-88 MAP

Hiermee bepaalt u binnen welk bereik de parameter via MIDI kan worden gewijzigd. Hoe hoger het percentage, hoe meer van het instelbereik de speelhulp kan gebruiken. Kiest u 0%, dan kunt u de parameter niet aansturen. Negatieve waarden zorgen voor een omgekeerde modulatie. Modulatie gebeurt steeds relatief ten opzichte van de waarde die u met de knoppen op het frontpaneel hebt ingesteld. Als u een positieve waarde kiest: Ingestelde waarde + controlewaarde x diepte (%)/ 100 Als u een negatieve waarde kiest: Ingestelde waarde + controlewaarde x diepte (%)/ 100 Voorbeeld Normaal heeft de Drive parameter van het 5: Overdrive effect een instelbereik van 0~127. Dit waardebereik kunt u enkel via een speelhulp bestrijken als u de Effect Control Depth op +100 instelt. Stelt u echter +50 in, dan blijft er een waardebereik van 0~64 over (namelijk 50% van 127). Normaal

0~127

Depth= +100%

0~127

Depth= +50%

0~64

Depth= -100%

127~0

DELAY

Praktijkvoorbeelden van effectsturing Hieronder geven we een aantal voorbeelden van wat u met effectsturing in de praktijk zoal kunt 81


doen. In deze voorbeelden gebruiken we MIDIcommando’s om instellingen te wijzigen, maar u kunt deze instellingen uiteraard ook via het frontpaneel doorvoeren. De hexadecimale waarden onder “Instellingen” staan voor SysEx commando’s, terwijl de hexadecimale waarden onder “Waarden wijzigen” op controlecommando’s duiden. Bij de SysEx commando’s wordt steeds uitgegaan van het Device ID 17 (de fabrieksinstelling). De bedoeling is dat u eerst de stappen onder “Instellingen” uitvoert en daarna met de controlecommando’s onder “Waarden wijzigen” de gewenste waarde aan de parameters geeft. Voor meer details over SysEx commando’s kunt u terecht in de MIDI-implementatie van de SC-88Pro (zie blz. 151).

• •

•

•

F0 41 10 42 12 40 41 22 01 5C F7 Effect 9: Rotary (waarde: 01H 22H) kiezen F0 41 10 42 12 40 03 00 01 22 01 F7 Speed parameter (adres: 40H 03H 0DH) op Slow zetten. F0 41 10 42 12 40 03 0D 00 30 F7 Effect Control Source 1 (adres: 40H 03H 1BH) op CC16 (10H) zetten. F0 41 10 42 12 40 03 1B 10 12 F7 Effect Control Depth 1 (adres: 40H 03H 1CH) op +100% (7FH) zetten. F0 41 10 42 12 40 03 1C 7F 22 F7

Waarden wijzigen Aangezien voor de Speed parameter slechts twee waarden mogelijk zijn, Slow en Fast, kiest u met de eerste helft van het waardebereik (00H~3FH) “Slow” en met de tweede helft (40H~7FH) “Fast”.

Controlenummer 16 gebruiken om de Drive parameter van 6: Distortion aan te sturen

Hexadecimaal

• • • •

•

Instellingen

B0 10 00

EFX voor Part 1 inschakelen. F0 41 10 42 12 40 41 22 01 5C F7 Effect 6:Distortion kiezen (waarde: 01H 11H) F0 41 10 42 12 40 03 00 01 11 2B F7 Drive parameter (adres: 40H 03H 03H) op 0 zetten. F0 41 10 42 12 40 03 03 00 3A F7 Effect Control Source 1 (adres: 40H 03H 1BH) op CC16 (10H) zetten. F0 41 10 42 12 40 03 1B 10 12 F7 Effect Control Depth 1 (adres: 40H 03H 1CH) op +100% (7FH) zetten. F0 41 10 42 12 40 03 1C 7F 22 F7

…

Slow

B0 10 40

Fast

B0 10 7F

… Fast

Controlenummer 16 gebruiken om de Wah Man parameter van 50: GTR Multi 3 aan te sturen

Waarde van de Drive parameter

B0 10 00

0

B0 10 01

1

…

…

B0 10 7E

126

B0 10 7F

127

• •

•

•

Instellingen

82

…

B0 10 3F

…

•

Controlenummer 16 gebruiken om de Speed parameter van 9: Rotary in te stellen

•

Slow

Instellingen

Waarden wijzigen Hexadecimaal

Waarde van de Speed parameter

EFX voor Part 1 inschakelen (enkel nodig als u het voorgaande niet gedaan hebt).

EFX voor Part 1 inschakelen. F0 41 10 42 12 40 41 22 01 5C F7 Effect 50: GTR Multi 3 (waarde: 04H 02H) kiezen. F0 41 10 42 12 40 03 00 04 02 37 F7 Wah Man parameter (adres: 40H 03H 04H) op 0 zetten. F0 41 10 42 12 40 03 04 00 39 F7 Effect Control Source 1 (adres: 40H 03H 1BH) op CC16 (10H) zetten. F0 41 10 42 12 40 03 1B 10 12 F7 Effect Control Depth 1 (adres: 40H 03H 1CH) op +100% (7FH) zetten. F0 41 10 42 12 40 03 1C 7F 22 F7

7. Insertie-effecten (EFX) Effectparameters wijzigen via controlecommando’s

Waarden wijzigen Hexadecimaal

Hexadecimaal

Waarde van de Wah Man parameter

B0 10 00

0

B0 10 01

1

…

…

B0 10 7E

126

B0 10 7F

127

Waarde van de Feedback parameter

B0 11 41

+2%

B0 11 42

+4%

…

…

B0 11 70

+96%

B0 11 71

+98%

…

…

B0 11 7F

Opmerking: Op blz. 84 vindt u een tabel met de overeenkomst tussen hexadecimale waarden en parameterwaarden.

Controlenummer 17 gebruiken om de Feedback parameter van 10: Stereo Flanger aan te sturen

Controlenummer 17 gebruiken om de Feedback parameter van 10: Stereo Flanger aan te sturen Voorbeeld 1: Effect Control Depth staat op +100.

Instellingen • •

•

•

•

Waarden wijzigen De Feedback parameter verandert in stappen van 2%, waarbij 40H de centrale waarde is. Hexadecimaal B0 11 00 …

Voorbeeld 2: Effect Control Depth staat op -100.

Instellingen • •

Schakel EFX in voor Part 1. F0 41 10 42 12 40 41 22 01 5C F7 Kies het effecttype 10: Stereo Flanger (waarde: 01H 23H) F0 41 10 42 12 40 03 00 01 23 19 F7 Stel de Feedback parameter (adres: 40H 03H 08H) in op -98%. F0 41 10 42 12 40 03 08 00 35 F7 Stel de Effect Control Source 2 (adres: 40H 03H 1DH) in op CC17 (11H). F0 41 10 42 12 40 03 1D 11 0F F7 Stel de Effect Control Depth 2 (adres: 40H 03H 1EH) in op +100% (7FH). F0 41 10 42 12 40 03 1E 7F 20 F7

Waarde van de Feedback parameter -98% …

+98%

•

•

•

Schakel EFX in voor Part 1. F0 41 10 42 12 40 41 22 01 5C F7 Kies het effecttype 10: Stereo Flanger (waarde: 01H 23H) F0 41 10 42 12 40 03 00 01 23 19 F7 Stel de Feedback parameter (adres: 40H 03H 08H) in op -98%. F0 41 10 42 12 40 03 08 00 35 F7 Stel de Effect Control Source 2 (adres: 40H 03H 1DH) in op CC17 (11H). F0 41 10 42 12 40 03 1D 11 0F F7 Stel de Effect Control Depth 2 (adres: 40H 03H 1EH) in op +100% (7FH). F0 41 10 42 12 40 03 1E 00 1F F7

Waarden wijzigen De Feedback parameter verandert in stappen van 2%, waarbij 40H de centrale waarde is. Aangezien de Effect Control Depth op -100% is ingesteld resulteren hogere controlewaarden in lagere Feedback waarden. Hexadecimaal B0 11 00 …

Waarde van de Feedback parameter +98% …

B0 11 0F

-98%

B0 11 0F

+98%

B0 11 10

-96%

B0 11 10

+96%

…

…

…

…

B0 11 3E

-4%

B0 11 3E

+4%

B0 11 3F

-2%

B0 11 3F

+2%

B0 11 40

+/-0%

B0 11 40

+/-0%

83


Hexadecimaal

Waarde van de Feedback parameter

B0 11 41

-2%

B0 11 42

-4%

…

…

B0 11 70

-96%

B0 11 71

-98%

… B0 11 7F

… -98%

Hexadecimaal/decimaal (overzicht) +-------+-------++-------+-------++-------+-------++-------+-------+ | Dec.| Hex.|| Dec.| Hex.|| Dec.| Hex.|| Dec.| Hex.| +-------+-------++-------+-------++-------+-------++-------+-------+ | 0 | 00H || 32 | 20H || 64 | 40H || 96 | 60H | | 1 | 01H || 33 | 21H || 65 | 41H || 97 | 61H | | 2 | 02H || 34 | 22H || 66 | 42H || 98 | 62H | | 3 | 03H || 35 | 23H || 67 | 43H || 99 | 63H | | 4 | 04H || 36 | 24H || 68 | 44H || 100 | 64H | | 5 | 05H || 37 | 25H || 69 | 45H || 101 | 65H | | 6 | 06H || 38 | 26H || 70 | 46H || 102 | 66H | | 7 | 07H || 39 | 27H || 71 | 47H || 103 | 67H | | 8 | 08H || 40 | 28H || 72 | 48H || 104 | 68H | | 9 | 09H || 41 | 29H || 73 | 49H || 105 | 69H | | 10 | 0AH || 42 | 2AH || 74 | 4AH || 106 | 6AH | | 11 | 0BH || 43 | 2BH || 75 | 4BH || 107 | 6BH | | 12 | 0CH || 44 | 2CH || 76 | 4CH || 108 | 6CH | | 13 | 0DH || 45 | 2DH || 77 | 4DH || 109 | 6DH | | 14 | 0EH || 46 | 2EH || 78 | 4EH || 110 | 6EH | | 15 | 0FH || 47 | 2FH || 79 | 4FH || 111 | 6FH | | 16 | 10H || 48 | 30H || 80 | 50H || 112 | 70H | | 17 | 11H || 49 | 31H || 81 | 51H || 113 | 71H | | 18 | 12H || 50 | 32H || 82 | 52H || 114 | 72H | | 19 | 13H || 51 | 33H || 83 | 53H || 115 | 73H | | 20 | 14H || 52 | 34H || 84 | 54H || 116 | 74H | | 21 | 15H || 53 | 35H || 85 | 55H || 117 | 75H | | 22 | 16H || 54 | 36H || 86 | 56H || 118 | 76H | | 23 | 17H || 55 | 37H || 87 | 57H || 119 | 77H | | 24 | 18H || 56 | 38H || 88 | 58H || 120 | 78H | | 25 | 19H || 57 | 39H || 89 | 59H || 121 | 79H | | 26 | 1AH || 58 | 3AH || 90 | 5AH || 122 | 7AH | | 27 | 1BH || 59 | 3BH || 91 | 5BH || 123 | 7BH | | 28 | 1CH || 60 | 3CH || 92 | 5CH || 124 | 7CH | | 29 | 1DH || 61 | 3DH || 93 | 5DH || 125 | 7DH | | 30 | 1EH || 62 | 3EH || 94 | 5EH || 126 | 7EH | | 31 | 1FH || 63 | 3FH || 95 | 5FH || 127 | 7FH | +-------+-------++-------+-------++-------+-------++-------+-------+

84

8. Zelf dingen programmeren Eigen geluiden maken en opslaan

8.

Zelf dingen programmeren

8.1 Eigen geluiden maken en opslaan We hebben u al getoond hoe u de Parts kunt editen. Die wijzigingen blijven gelden wanneer u een ander instrument aan de betreffende Part toewijst. U kunt echter ook de instrumenten (de klanken zelf dus) editen en opslaan in een User geheugen. De User geheugens van de SC-88Pro zijn toegewezen aan de variatienummers 64 en 65 van de Native of SC-88 Map (die u met dezelfde banknummers kiest). De SC-88Pro biedt plaats aan 2 x 128 User instrumenten, samen dus 256. U kunt de volgende parameters editen: Vibrato, Filter en Envelope. Die kent u al van de Part mode. Als u er dus meer over te weten wilt komen, zie dan blz. 25 ff. De parameterwaarden van de instrumenten worden echter ook door de instellingen van de Part parameters beïnvloed, en wel met dien verstande dat de waarden van de Part parameters bij de instrumentparameters worden opgeteld of ervan worden afgetrokken. Zo betekenen een Part Vib Rate instelling van +20 en een User Vib Rate instelling van -5 dat de uiteindelijke vibratosnelheid +15 bedraagt. Als u een beetje thuis bent in de werking van een sequencer en de betekenis van de verschillende MIDI-commando’s (controle en SysEx) kent, dan komt u er snel achter dat u bepaalde parameters ook via MIDI kunt instellen. Dat is echter uitsluitend het geval voor de Part parameters – dus niet rechtstreeks voor de instrumentparameters. Het gevolg daarvan (de wijziging) is echter hetzelfde, zodat u wel eens de indruk zou kunnen krijgen dat de instrumenten en niet de Parts gewijzigd worden. Maar het zijn dus wel de Parts.

Opmerking: Meer uitleg over commando’s waarmee u klankparameters kunt wijzigen (NRPN en SysEx) vindt u op blz. 104 en 105. User Instrument Part parameter instellingen

Vibrato Rate

+

User Instrument parameter instellingen

Vibrato Rate

=

Klank die aan een Part is toegewezen

-5

+20

Vibrato Rate

+15

MIDI-commando

(1) Zorg dat de indicator van de [ALL] knop niet oplicht. (2) Met de PART [√] en [®] knoppen kiest u een Part en met INSTRUMENT [√] en [®] wijst u er een klank (instrument) aan toe. Hier gelden de wijzigingen voor de klank (instrument) zelf en dus niet voor de Part. De hier gemaakte wijzigingen kunt u opslaan. PART

INSTRUMENT

A16 032 Gt.Harmonics LEVEL

100

PAN

0

(3) Druk tegelijk op [USER INST] en [SELECT], zodat de bijbehorende indicator oplicht. Houd dit goed in de gaten, want zolang deze indicator niet oplicht, wijzigt u Part parameters. (4) Druk op de [SELECT] knop om de parametergroep te kiezen die u wilt editen (let op het pijltje). Gebruik de relevante [√] en [®] knoppen om de parameters te wijzigen. Zie “Part Edit parameters” op blz. 25.

1

2

Opmerking: De SC-88 en de Native Map hebben in dit geval dezelfde inhoud.

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

2

ALL

MUTE

SC-55 MAP SC-88 MAP

DELAY

85


Voorbeeld: Vibrato wijzigen.

3 INSTRUMENT

PAN

LEVEL

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

MUTE

PAN

0

100

2

ALL

A01 Vib. |+20|± 0|± 0|

SC-55 MAP

Rate

Depth

Delay

3

SC-88 MAP

4

DELAY

VIB RATE

VIB RATE SELECT

ON/OFF

4

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

USER INST

EFX

SELECT

ON/OFF

RESONANCE RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

Native Map Plaatsen waar u User Instrumenten kunt opslaan

(1) Om een gewijzigd instrument in een User geheugen op te slaan drukt u tegelijkertijd op [USER INST] en [SELECT]. Het display vraagt u nu:

VIB DELAY

CUTOFF DECAY

Kies de klankparameter

Instrumenten opslaan

VIB DEPTH

ATTACK

1

Variatienummer

USER INST

EFX

PART

LEVEL

INSTRUMENT

PART

065 064 032 024 016 008 000

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

User Tone

Syn Harpsi Piano + Str. European Pf Piano 1w

Hard FM EP St.FM EP

Harpsi.o Harpsi.w


Piano 1

E.Piano 2

Harpsichord

Clav.

001

006

007

008

003 002 001 000


128

Instrumentnummer

Instrumentnummer waarnaar u wilt schrijven PART

INSTRUMENT

A16 Write UI 64/032? LEVEL

100

0

Variatienummer waarnaar u wilt schrijven

Zoals u ziet, stelt de SC-88Pro ook meteen een geheugen voor waar de klank wordt opgeslagen. (2) Druk op INSTRUMENT [√] en [®] om een ander geheugen van dezelfde variatiebank (hier 64) te kiezen. Als u de klank graag in de andere User bank opslaat, druk dan INSTRUMENT [√] en [®] samen in. (3) Om de klank op te slaan drukt u op [ALL]. Als u zich bedenkt en de wijzigingen toch niet wilt opslaan, druk dan op [MUTE]. (4) Druk op [USER INST] (bijbehorende indicator dooft) om de User Inst Edit mode weer te verlaten. De inhoud van de User geheugens kan in de vorm van SysEx data naar een externe sequencer worden gezonden. Op die manier kunt u een Backup maken van uw favoriete klanken.

86

8.2 Eigen insertie-effecten opslaan

PAN

Ook de instellingen die u maakt voor de insertieeffecten kunt u opslaan in het geheugen. We spreken dan van User effecten. Voor ieder effecttype kunt u maar liefst 64 User effecten opslaan.

User effect opslaan (1) Stel de parameters van het insertie-effect in zoals u ze hebben wilt (zie “Insertie-effecten: voorstelling” op blz. 41). (2) Druk op [EFX] zodat de indicator oranje oplicht. (3) Druk tegelijk op [EFX] en [ON/OFF]. Het display vraagt nu “Write U.EFX 01?”. Kies met INSTRUMENT [√] en [®] het geheugen (01~64) dat uw eigen effectinstellingen moet bevatten. (4) Druk op [ALL] om het effect op te slaan of op [MUTE] als u zich bedenkt en de wijzigingen toch niet wilt opslaan.

8. Zelf dingen programmeren Eigen Patches maken en opslaan

Eigen insertie-effecten laden

(5) Druk op [EFX] zodat de indicator dooft.

(1) Druk op [ALL] zodat de indicator oranje oplicht. (2) Druk op EFX TYPE[®] tot u 64 PH/Auto Wah te zien krijgt. (3) Als u nogmaals op EFX TYPE[®] drukt, krijgt u het eerste User effect te zien. Ga verder tot u bij het gewenste User effect bent. Aan het “X” symbool rechts van het effectnummer kunt u zien dat het om een User effect gaat.

4 PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

3

ALL

MUTE

SC-55 MAP SC-88 MAP

3

DELAY

VIB RATE USER INST

SELECT

EFX

ON/OFF

2

5

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

INSTRUMENT

PART

A01 01x Stereo-EQ

Wilt u een User effect, dat u op de voorgaande manier hebt opgeslagen, opnieuw laden, ga dan als volgt te werk:

LEVEL

PAN

100 REVERB

0 CHORUS

40

0

K SHIFT

MIDI CH

± 0

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

PART

8.3 Eigen Patches maken en opslaan Een User Patch maken bestaat erin dat u de instellingen van de Parts A01 en A02 wijzigt en onder een vrij te bepalen naam opslaat. Op die manier kunt u 16 Patches programmeren, namelijk de nummers U01~U16 (de U staat voor User). Patch U16 Patch naam: -USER PATCH16Opslaan

Part B16

Patch U01 Patch naam:-USER PATCH01Patch 128 Patch naam: EPILOGUE Parameters common alle Parts

Laden

Patch 001 Patch naam: RB STRAT

Part A03

Patch Patch naam: -SOUND CanvasGemeenschappelijke parameters voor alle Parts

Part B16


PartB16

Part B16

Standaardinstelling

standaardinstelling

Part A02 Part A01 Instrument Effect Part parameter enz.

standaardinstelling


Opmerking: Met uitzondering van de keuze van de MIDI-kanaalgroep (A of B) worden alle Patch parameters opgeslagen. Het MIDI-kanaal van een Part wordt altijd opgeslagen als kanaal “Axx” (van groep A dus). Opmerking: Drum Set parameters worden niet opgeslagen in een User Patch.

Naam geven aan een User Patch (1) Druk op de [ALL] knop (indicator licht op) en kies met INSTRUMENT [√] en [®] de Patch waarvoor u een andere naam wilt kiezen. (2) Druk op [ALL] om de Patch te laden of op [MUTE] als u zich bedenkt en de procedure wilt beëindigen. (3) Druk tegelijk op PAN [®] en CHORUS [®].

De cursor begint nu te knipperen. PART

INSTRUMENT

ALL ˇ1 RB STRAT LEVEL

100 REVERB

PAN

0 CHORUS

40

0

K SHIFT

MIDI CH

± 0 DELAY

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

(4) Ga met de PART [√] en [®] naar de gewenste tekenpositie.

87


(5) Kies een teken voor deze cursorpositie door op INSTRUMENT [√] en [®] te drukken. De SC-88Pro biedt verschillende handige functies voor het programmeren van de naam:

User Patch laden 2 4 PART

INSTRUMENT

ALL

[ALL]

Hiermee kiest u afwisselend A en a (A hoofdletter en a kleine letter)

SC-55 MAP

[MUTE]

Hiermee kunt u spaties invoegen

[SC-55 MAP]

Hiermee kiest u het cijfer 0.

[SC-88 MAP]

Hiermee kiest u & (het eerste van de beschikbare symbolen). Druk deze knop nog een keer in om ( te kiezen.

4 PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

5

MUTE

SC-55 MAP

KEY SHIFT

MIDI CH

SC-88 MAP DELAY

VIB RATE

Opmerking: U hebt de User Patch nu een naam gegeven, maar hij zit nog niet in het geheugen. Hieronder leest u hoe u de Patch in het geheugen kunt opslaan.

ALL

PAN

CHORUS

3

(6) Druk tegelijk op PAN [®] en CHORUS [®] om de procedure te beëindigen.

1 2

LEVEL

REVERB

MUTE

USER INST

EFX

DELAY

RESONANCE

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

(1) Druk op [ALL] zodat de indicator oplicht. (2) Druk op INSTRUMENT[®] tot u 128 EPILOGUE te zien krijgt. (3) Als u nu nogmaals op INSTRUMENT[®] drukt, krijgt u de eerste User Patch te zien. Ga verder tot u bij de gewenste User Patch bent. (4) Druk op [ALL] om de User Patch te laden. INSTRUMENT

ALL U01ˇpatch LEVEL

SC-88 MAP

ON/OFF

VIB DELAY

CUTOFF ATTACK

Wilt u een User Patch die u op de voorgaande manier hebt opgeslagen opnieuw laden, ga dan als volgt te werk:

PART

3 6

SELECT

VIB DEPTH

100 REVERB 40 K SHIFT ± 0 DELAY

PAN

0 CHORUS MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

PART

User Patch opslaan (1) Maak de gewenste instellingen voor de parameters van Part A01 en A02. (2) Druk op [ALL] zodat de indicator oplicht. (3) Druk tegelijk op [USER INST] en [SELECT]. Het display vraagt nu “Write U.Patch01?”. Kies met INSTRUMENT [√] en [®] het geheugen (01~16) dat uw Patch moet bevatten. Als u een nummer kiest dat al een User Patch bevat, dan verschijnt er een “*” symbool, zoals bij “Write*U.Patch01?”. (4) Druk op [ALL] om de Patch op te slaan of op [MUTE] als u zich bedenkt en de wijzigingen toch niet wilt opslaan.

88

8.4 Drum Sets opslaan Zoals u weet (zie blz. 32), kunt u ook de Drum Sets editen. Dat heeft natuurlijk alleen maar zin als u die instellingen achteraf ook kunt gebruiken. Daarvoor moet u een gewijzigde Drum Set opslaan. Het interne geheugen van de SC-88Pro biedt plaats aan twee User Drum Sets die elk 84 verschillende slagwerkklanken bevatten. De User Drum Sets bevinden zich onder de nummers 65 en 66 van de Native/SC-88 Map. Zie blz. 32 voor het editen van de Drum Sets. Om een Drum Set een naam te geven moet u het volgende doen:

8. Zelf dingen programmeren Drum Sets opslaan

Naam van een User Drum Set (1) Zorg dat de indicator van de [ALL] knop niet oplicht. (2) Kies met PART [√] en [®] een Drum Part (bv. A10). (3) Druk tegelijkertijd op PAN [®] en CHORUS [®]. De cursor knippert nu op de gekozen tekenpositie (de plaats waar u een ander teken kunt programmeren). PART

INSTRUMENT

Als u zich na het creëren van het Drum Instrument in een scherm zoals dat hierboven bevindt, dan kunt u de onderstaande werkwijze volgen om uw data als een User Drum Set op te slaan. Ziet het scherm er echter anders uit, begin dan met stap 2 en 3 hieronder. (2) Zorg dat de [ALL] indicator niet oplicht. (3) Druk tegelijk op [SELECT] en EFX TYPE [√]. Het display beeldt nu de Part groep, de Part Mode, het Drum Set nummer, de nootnaam en de naam van het Drum instrument af.

SET 065*ˇSER DRUM1 LEVEL

Part groep Part Mode Drum Set nummer

PAN

0

100

INSTRUMENT

PART

(4) Met PART [√] en [®] kunt u nu naar de tekenpositie gaan waarvoor u een ander teken wilt programmeren. (5) Kies een teken voor de huidige cursorpositie door op INSTRUMENT [√] en [®] te drukken. De SC-88Pro biedt verschillende handige functies voor het programmeren van de naam. Zie blz. 88: (6) Als u nu graag een andere Drum Set kiest (om daar een andere naam aan te geven), dan moet u INSTRUMENT [√] en [®] eerst tegelijkertijd indrukken en de Drum Set dan met INSTRUMENT [√] en [®] oproepen. Hierdoor wordt de nieuwe naam van de vorige Drum Set echter weer gewist.

3

1

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

4

ALL

MUTE

SC-55 MAP

2 5

SC-88 MAP

AD1 001 LEVEL

C#3

CrshCym1

PAN

100

0

Nootnaam

VIB RATE USER INST

EFX

SELECT

ON/OFF

ATTACK

EFX TYPE

Drum instrumentnaam

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

DECAY

RELEASE

EFX PARAM

EFX VALUE

3

Om een Drum Set, of maar één instrument daarvan op te slaan, moet u het volgende doen:

Eén instrument opslaan U hoeft niet telkens een volledige Drum Set op te slaan. Misschien bevat een bestaande Drum Set een instrument dat u ook graag in een andere Drum Set wilt gebruiken. Doe dan het volgende: (1) Zorg dat de indicator van de [ALL] knop niet oplicht. (2) Druk tegelijkertijd op [USER INST] en [SELECT].

DELAY

Nootnaam

Na het programmeren van de naam is het verstandig om de Drum Set op te slaan in een User geheugen (zie hieronder). (7) Druk tegelijkertijd op PAN [®] en CHORUS [®] om deze mode weer te verlaten.

Drum Set/Drum Instrument opslaan (1) Kies een Drum Part en een Drum Set en creëer een Drum Instrument (zie blz. 32). PART

100

AD1 Write UD D#3/65? LEVEL

100

PAN

0

Met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen kunt u nu de nootnaam en het nummer van de User Drum Set inbrengen waar u de instellingen van het geselecteerde instrument wilt opslaan. Om van het nootnummer naar het User Drum Set nummer te springen en vice versa drukt u INSTRUMENT [√] en [®] samen in.

INSTRUMENT

AD1 001 LEVEL

User Drum Set nummer

C#3

CrshCym1

PAN

0

89


(3) Om de instellingen op te slaan moet u op [ALL] drukken. Doet u dat liever niet, druk dan op [MUTE]. Native/SC-88 Map

Native/SC-88 Map C3 48

C3 48

49

49 50

50

Functie

Knoppen

Display

Kopiëren

[SELECT] +LEVEL [√]

Copy A01~A02?

Initialiseren

[SELECT] +LEVEL [®]

Clear A01?

Uitwisselen

[SELECT] +PAN [√]

Exchg A01Í~A02?

51

51 52

52

53

53

54

54

55

55

56

56 57

57

58

58

59

59

C4 60

C4 60

61

61 62

62

63

63

64

64 65

(3) Druk op één van de volgende knoppen, naar gelang de functie die u nodig hebt:

65

66

66

67

67

68

68 69

69

70

70

71

B4 71

65

nootnaam nootnummer

66

User Drun Set nummer

65

66

User Drun Set nummer

Deze werkwijze kunt u ook hanteren om instrumenten te kopiëren of om de toewijzing van de klanken aan de nootnummers te veranderen (bv. een basdrum aan F#1, die normaal voor de HiHat bestemd is) – maar of dat altijd even goed uitpakt, is de vraag.

(4) Kies met INSTRUMENT [√] en [®] de Part waarvoor u de functie wilt uitvoeren. (5) Druk op [ALL] om de gekozen operatie uit te voeren of op [MUTE] als u daarvan wilt afzien. 1 4 Kopiëren

2 PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

MUTE

SC-55 MAP

Drum Set opslaan (alle instrumenten daarvan)

SC-88 MAP

(1) Druk tegelijkertijd op EFX VALUE [√] en [®]. Met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen kunt u nu het nummer van de User Drum Set inbrengen waar u de instellingen wilt opslaan.

DELAY

VIB RATE USER INST

EFX

Het User Drum Set nummer waarin de data worden opgeslagen PART

100

PAN

0

(5) Om de instellingen op te slaan moet u op [ALL] drukken. Doet u dat liever niet, dan drukt u op [MUTE]. Deze werkwijze kunt u ook hanteren om een Drum Set naar een User geheugen te kopiëren.

8.5 Instellingen van Parts kopiëren, uitwisselen of initialiseren U kunt de instellingen van de geselecteerde Part kopiëren naar een andere Part of initialiseren, of u kunt de instellingen van twee Parts verwisselen. Bij het programmeren van Patches kunnen deze functies u heel wat tijd besparen. (1) Zorg dat de [ALL] indicator niet oplicht. (2) Kies met PART [√] en [®] de gewenste Part.

90

ON/OFF

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

Initialiseren

Uitwisselen

INSTRUMENT

AD1 Write U.DRUM 65? LEVEL

SELECT

VIB DEPTH

Opmerking: Drum Parts kunt u niet kopiëren of uitwisselen.

8.6 Instellingen extern opslaan (Bulk) De SC-88Pro kan nagenoeg alle instellingen in de vorm van SysEx-data zenden en ontvangen. Dat betekent dus dat u belangrijke instellingen naar een sequencer of een MIDI Data Recorder kunt zenden. En niets belet u natuurlijk om uw instellingen door te seinen naar de SC-88Pro van een collega-muzikant.

Bulk Dump (1) Zet de MIDI OUT/THRU schakelaar (zie blz. 29) op OUT. De SC-88Pro moet nu namelijk zelf data zenden.

8. Zelf dingen programmeren Tekenen in het display: Frame Draw

(2) Verbind de MIDI OUT/THRU-connector van de SC-88Pro met de MIDI IN-connector van de sequencer. (3) Druk op [ALL] (bijbehorende indicator moet oplichten). (4) Druk INSTRUMENT [√] en [®] tegelijkertijd in. Het display beeldt een vraag af, die er bv. als volgt kan uitzien: “Dump ALL, Sure?”. (5) Met de INSTRUMENT knoppen kunt u nu kiezen welke de data er moeten worden verzonden: ALL

Alle parameters van de SC-88Pro

All-U

Alle parameters met uitzondering van de User instrumenten en User Drum Sets

U.INST

Let wel: de data van de SC-88Pro worden niet verzonden wanneer u de MIDI OUT/THRU SELECT schakelaar op THRU zet. MIDI OUT/THRU

COMPUTER

MIDI OUT/THRU keuze: OUT COMPUTER schakelaar: MIDI

Part groep A Part A1 - A16 GM/GS klankmodule

MIDI IN A


MIDI IN B (achterzijde)

GM/GS klankmodule

MIDI IN B (voorzijde)

U kunt de instellingen echter ook naar een computer i.p.v. een sequencer zenden. In dat geval hebt u de MIDI-aansluitingen niet nodig. MIDI OUT/THRU

MIDI OUT/THRU keuze: OUT COMPUTER schakelaar: MAC, PC-1, PC-2

COMPUTER

Part groep A Part A1 - A16

Enkel de instellingen van de User instrumenten

MIDI IN A

GM/GS klankmodule


U.DRUM

Enkel de instellingen van de User Drum Sets

U.PATCH

Enkel de instellingen van de User Patches

U.EFX

Enkel de instellingen van de User effecten

GS A

De GS parameters van Part groep A (A1~A16)

GS B

De GS parameters van Part groep B

Als de Soft Thru functie van de sequencer ingeschakeld is (of als de sequencer normaliter de ontvangen SysEx-data ook weer uitzendt), verbreekt u het best de aansluiting van de MIDI OUT-connector van de sequencer op de MIDI IN-connector van de SC-88Pro. Anders kunt u de Soft Thru functie uitschakelen om te voorkomen dat de sequencer de ontvangen SysEx-data meteen weer uitzendt; de bijbehorende functie heet soms Thru Filter). Start de opname van de sequencer. (6) Druk op [ALL] om de gekozen data te verzenden. Tijdens de overdracht van de data beeldt het display de Transmitting prompt af. Als u de data liever niet verzendt, druk dan op [MUTE]. (7) Stop de opname van de sequencer weer zodra de data verzonden zijn. Opmerking: Aangezien het hier om een grote hoeveelheid data gaat, moet u eerst controleren of de geheugencapaciteit van de sequencer nog voldoende is voor de ontvangst van de Bulk Dump. Zorg ook dat de sequencer lang genoeg opneemt (±12 maten aan tempo 120 voor Dump All).


GM/GS klankmodule


8.7 Tekenen in het display: Frame Draw De witte en zwarte vakjes in het display laten ook toe om mooie tekeningen te maken of om tekens te programmeren. De functie waarmee u dat doet het Frame Draw. U kunt tien tekeningen in het geheugen opslaan. Deze tekeningen kunnen ook via SysEx naar de sequencer/computer gezonden en tijdens de weergave weer naar de SC-88Pro overgeheveld worden, zodat u niet alleen prachtige muziek hoort, maar er ook een soort tekenfilm bij krijgt. (1) Druk EFX TYPE [®] en EFX PARAM [√] (onderaan het display) tegelijkertijd in. Het display beeldt nu de volgende prompt af: “FrameDraw:Page 1”. (2) Met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen kunt u nu één van de beschikbare Frame Draw pagina’s oproepen. (3) Breng de cursor naar de gewenste vakjes en maak gebruik van de volgende handige functies voor uw tekening: [▲] [▼]

Cursor naar boven/naar onder

PART [√] en [®]

Cursor links/rechts

[ALL]

Vakje zwart maken (licht op)

[MUTE]

Vakje wit maken (dooft)

91


CHORUS [√] en [®]

Vakje vergroten/verkleinen (in stappen van één vak)

LEVEL [√] en [®]

Tekening verder naar beneden/naar boven.

PAN [√] en [®]

Tekening verder naar links/ rechts

INSTRUMENT [√]*[®]

Tekening naar sequencer/ computer zenden

Vergeet niet de MIDI OUT/THRU functie op Out te zetten als u de tekening wilt doorseinen. Het “*” symbool betekent dat u beide knoppen tegelijk moet indrukken. ■

Bijkomende tekenfuncties U kunt een tekenpagina ook negatief maken (licht op donker), kopiëren en wissen. De beschikbare functies zijn: REVERB [√] of [®]

Pagina negatief (Invert). INSTRUMENT & [ALL].

MIDI CH [√] of [®]

Pagina wissen (Clear). INSTRUMENT & [ALL]

KEY SHIFT [√] of [®]

Pagina kopiëren (Copy) naar → INSTRUMENT & [ALL]

Als u één van deze functies toch liever niet uitvoert, druk dan op [MUTE] i.p.v. op [ALL]. (4) Druk EFX TYPE [®] en EFX PARAM [√] (onderaan het display) tegelijkertijd in als u klaar bent.

“Tekenfilmpjes” Het is ook mogelijk om de hier gemaakte beelden te laten bewegen in het display. De gemakkelijkste aanpak is dan het verplaatsen van de tekening met de LEVEL en PAN knoppen en de tekening te kopiëren. Als alle tekeningen klaar zijn, kunt u ze naar de sequencer/computer zenden (INSTRUMENT [√]*[®]). Vóór de weergave van het stuk moet u de tekeningen dan weer naar de SC-88Pro zenden. Met het Display Select Commando kunt u deze beelden dan combineren tot een tekenfilm. Op die manier lijkt het wel of de beelden bewegen in de maat van het stuk. Opmerking: Telkens als u tekendata via SysEx naar de SC-88Pro zendt, worden de tekeningen in het interne geheugen gewist. Sla die dus eerst op voordat u iets naar de SC-88Pro zendt. U merkt het al: tekenfilmpjes zijn alleen weggelegd voor wie een krachtige sequencer (MC-50MkII of

92

software) bezit en bovendien niet vies is van SysEx-data.

8. Zelf dingen programmeren Tekenen in het display: Frame Draw

8.8 Data-compatibiliteit met de SC-88Pro/SC-88 De tijd staat niet stil, dus spreekt het voor zich dat we iedere nieuwe telg in de Sound Canvas familie nieuwe mogelijkheden en klanken meegeven. Daarbij verliezen we echter niet uit het oog dat het succes van de SC’s voor een groot deel te danken is aan hun inzetbaarheid als GM/GS weergavemodules. Vandaar dat we ieder nieuw model voorzien van de nodige opties om data die op zijn voorgangers werden geprogrammeerd zonder gedoe weer te geven. Zo kunt u ook deze SC-88Pro compatibel maken met de SC-88. Daarbij kunt u kiezen tussen verschillende “niveaus” van compatibiliteit. Vanuit de fabriek zijn de klanken van de SC-88Pro reeds zo ingedeeld dat op de Capital en Variation nummers dezelfde klanktypes aanwezig zijn als bij de SC-88 (uiteraard geldt dat enkel voor nummers die in de SC-88 bestaan). Let wel: we hebben het hier over types. Zo zult u in een geheugen dat in de SC-88 een piano bevat ook in de SC-88Pro een piano aantreffen, alleen is dat niet noodzakelijk dezelfde piano. Wilt u niet enkel dezelfde types, maar exact dezelfde klanken als de SC-88 horen, dan moet u nog een stap verder gaan en de SC-88 Map kiezen (wat u overigens ook kunt doen voor SC-55 klanken). SC-88Pro fabrieksnstelling

SC-88Pro, SC-88-compatibiliteit=ON

SC-88 (referentie)

Native Map

LSB3

SC-88 Map

SC-88 compatibele Map

SC-88 Map

SC-55Map

SC-55 Map

SC-55 Map

LSB2

LSB1

gekozen verdeling=Native Map

gekozen verdeling=SC-88 Map

gekozen verdeling=SC-88 Map

LSB0

Klanken die zich in een nieuw variatiegeheugen Klanken die Capitals en Variations vervangen die in de SC-88 Map zitten

Opmerking: Het LSB (CC32) is het laagste byte van het bankkeuzecommando. Met dat LSB kunt u dezelfde keuze maken als met de [SC-88MAP] en [SC-55MAP] knoppen op het frontpaneel (zie blz. 106). Als u bij ingeschakelde SC-88 compatibiliteit een klank kiest met een MIDI-commando waarvan het LSB gelijk is aan 0, dan wordt die klank uit de SC-88 compatibele map gehaald. Drukt u echter op de [SC-88MAP]/ [SC-55MAP] knop, dan wordt er een klank uit de SC-88/SC-55 MAP gekozen. Zoals hierboven reeds beschreven houdt de SC-88 compatibele map in dat er SC-88Pro klanken worden gekozen die qua type overeenkomen met de klanken op overeenkomstige nummers in de SC-88. Het indrukken van de [SC-88 MAP] knop heeft tot gevolg dat u exact dezelfde klanken hoort als op de SC-88. Moraal van dit verhaal: als u met uw sequencer opnames wilt maken die u zowel op de SC-88Pro als op de SC-88 wilt kunnen weergeven, dan moet u met de SC-88 compatible map werken en klanken kiezen met LSB 0. Wilt u specifiek de SC-88 MAP of de SC-55 MAP gebruiken, kies dan klanken met respectievelijk LSB 2 en LSB 1.

93


Opmerking: We hebben hier even geen rekening gehouden met de insertie-effecten. De SC-88 en de SC-55 beschikken niet over dergelijke effecten, en dat kan voor belangrijke afwijkingen in de weergave zorgen.

Hieronder zetten we één en ander nog even op een rijtje, zodat u in één oogopslag kunt uitmaken welke Map u nodig hebt:

Compatibiliteit kiezen (1) Houd [SELECT] ingedrukt en druk op [ALL]. De [ALL] knop knippert, waaruit u kunt opmaken dat de SC-88 compatibiliteit is geactiveerd. U kunt nu nog verder gaan en de SC-88 (of SC-55) MAP kiezen door op de overeenkomstige knop te drukken. (2) Druk nogmaals op [ALL] terwijl u [SELECT] ingedrukt houdt als u de SC-88 compatibiliteit opnieuw wilt uitschakelen.

1

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

Type data

Benodigde Map

Hoe kiest u de Map

GM/GS

Native Map

Fabrieksinstelling

GM/GS

SC-55 Map

[SC-55MAP]: aan

GM/GS

SC-88 Map

[SC-88MAP]: aan

SC-88 (LSB0)

Native Map

Fabrieksinstelling

SC-88 (LSB0)

SC-88 Map

[SC-88MAP]: aan

SC-88Pro/ SC-88 (LSB0)

SC-88 Map

[SC-88MAP]: aan

SC-88Pro

Native Map

Fabrieksinstelling

MUTE

SC-55 MAP

Een voorbeeld: u wilt GM/GS data weergeven met de Native Map. In dat geval hoeft u niets te doen, want de fabrieksinstellingen van de SC-88Pro zijn hier reeds voor geschikt.

SC-88 MAP DELAY

VIB RATE USER INST

EFX

SELECT

ON/OFF

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

8.9 CM-64 Map De SC-88Pro kan ook in de CM-64 mode werken. Die naam slaat op een module van Roland die enkele jaren geleden populair was omdat ze zowel de MT-32 klanken als ook PCM geluiden bevatte. Als u data wilt weergeven die voor een CM-64 geprogrammeerd zijn, moet u als volgt te werk gaan: Opmerking: Tijdens het kiezen van de CM-64 Map wist u alle instellingen die u tot dan toe gemaakt hebt. Als u liever met de SC-55 Map werkt, druk dan op de gelijknamige knop. (1) Houd [SELECT] ingedrukt, terwijl u op INSTRUMENT [√] drukt. Het display vraagt u nu: “Init CM64, Sure?”. (2) Druk op [ALL] om de CM-64 Map te kiezen. Als u deze Map liever niet oproept, druk dan op [MUTE]. Kiest u de CM-Map echter wél, dan luidt de toewijzing van de instrumenten aan de Parts als volgt:

Part

94

Ontvangstkanaal

Tone

Variatie/Instrument nummer

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

1

1

Acou Piano 1

(127/001)

100

0

64

0

0

2

2

Slap Bass

(127/069)

100

L10

64

0

0

3

3

Str Sect 1

(127/049)

100

L10

64

0

0

4

4

Brs Sect 1

(127/096)

100

L10

64

0

0

5

5

Sax 1

(127/079)

100

L10

64

0

0

6

6

Ice Rain

(127/042)

100

L46

64

0

0

8. Zelf dingen programmeren Single en Double Module mode

7

7

Elec Piano 1

(127/004)

100

R27

64

0

0

8

8

Bottle Blow

(127/111)

100

L63

64

0

0

9

9

Orche Hit

(127/123)

100

R63

64

0

0

10

10

CM-64/32L Set

(128)

100

0

64

0

0

11

11

FRETLESS 1

(126/028)

100

0

64

0

0

12

12

CHOIR 1

(126/030)

100

R17

0

0

0

13

13

A.Piano 1

(126/001)

100

0

64

0

0

14

14

E.ORGAN 11

(126/044)

100

R35

64

0

0

15

15

E.Guitar

(126/014)

100

L37

64

0

0

16

16

SOFT TP 1

(126/047)

100

L19

64

0

0

* Bend Range: +12, Mod Depth: +4

Instellingen voor alle Parts LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

127

0

64

64

–+ 0

Verschillen tussen de CM-64 en de SC-88Pro Wanneer u de CM-64 Map oproept, klinkt het stuk dat u weergeeft precies zoals op de CM-64. Maar de interne structuur van de twee modules is wel verschillend. Houd daarom de volgende dingen in de gaten: (1) Verschil van klank De manier waarop de geluiden van SC-88Pro op de aanslag, modulatie, aftertouch enz. reageren verschilt enigszins van die van de CM-64. (2) SysEx De SC-88Pro bevat alleen samples. Bovendien verschilt zijn SysEx structuur van die van de CM-64. M.a.w. de SC-88Pro voert de SysEx-data voor de CM-64 niet uit. Alle wijzigingen die tijdens de weergave moeten worden doorgevoerd en die betrekking hebben op SysEx-data komen dus te vervallen. (3) Pan Het panorama van de SC-88Pro werkt in de omgekeerde richting t.o.v. de CM-64. Dit kunt u echter heel eenvoudig oplossen door de uitgangen gewoon andersom aan te sluiten (rechts op links en links op rechts).

8.10 Single en Double Module mode De SC-88Pro kan in twee modes worden gebruikt: in de Single Module mode (Mode 1) en in de Double Module mode (Mode 2). Kiest u de Double Module mode, dan kunt u tweemaal twee effecttypes tegelijk gebruiken. Dan beschikt u dus over één soort galm voor bv. de drums en een tweede voor de overige instrumenten. Bovendien zijn er nog andere parameters die eveneens in twee groepen kunnen worden gebruikt. Gewoonlijk bevindt de SC-88Pro zich in de Single Module mode.

Single Module Mode

MIDI IN A

(Mode 1) MIDI IN B

GM/GS klankmodule A

GM/GS klankmodule B

Part A1 - A16

Part B1 - B16

Systeemeffecten: REV+CHO+DLY+EQ Insertie-effecten

95


Double Module Mode (Mode 2)

MIDI IN B

MIDI IN A

GM/GS klankmodule A

GM/GS klankmodule B

Part A1 - A16

Part B1 - B16

REV+CHO Insertie-effecten

REV+CHO

Double Module mode kiezen (1) Houd [SELECT] ingedrukt, terwijl u op KEY SHIFT [®] drukt. Het display vraagt u dan: Set Mode2, Sure?. (2) Druk op [ALL] om de Double Module mode te activeren. Als u dat toch liever niet doet, druk dan op de [MUTE] knop. Links van de parameternamen verschijnt er telkens een A of een B. Deze letter heeft betrekking op de parametergroep (A of B). Aangezien u in de Double Module mode te maken hebt met twee parametergroepen, moet u de groep, wier parameter u wilt editen, kiezen met de PART [√] en [®] knoppen. PART

A LEVEL

100 40 K SHIFT ± 0

REVERB

INSTRUMENT

>M. Tune:

440.0

PAN

0 CHORUS MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

PART

(3) Om naar de Single Module mode terug te keren, moet u [SELECT] ingedrukt houden, terwijl u op KEY SHIFT [√] drukt. Bevestig dit commando door op [ALL] te drukken of annuleer het door op [MUTE] te drukken. Opmerking: De keuze van de Module mode (Single of Double) wordt ook na uitschakelen onthouden. Opmerking: In de Double Module mode worden de schermkleuren geïnverteerd. Als u dat moeilijk werken vindt, kunt u een ander displaytype kiezen (zie blz. 28). Telkens wanneer u een andere mode kiest, worden alle Parts geïnitialiseerd (GS Reset). Zowel in de Single als in de Double Module mode ontvangt de SC-88Pro de MIDI-commando’s voor de A-groep via de MIDI IN A-ingang, terwijl de MIDI-commando’s voor de B-groep naar MIDI IN B moeten worden gezonden. Het is echter mogelijk om SysEx-data, die naar MIDI IN A worden gezonden, een adres te geven dat zorgt dat de Part van de B-groep beïnvloed worden. In de Double Module mode biedt de SC-88Pro twee groepen van de volgende parameters (die u al kent):

96

Master Level (zie blz. 26)

Master Pan (zie blz. 26)

Master KEY SHIFT (zie blz. 26)

Master Tune (zie blz. 12)

Reverb Type (zie blz. 38)

Reverb Character (zie blz. 38)

Reverb Pre-LPF (zie blz. 38)

Reverb Level (zie blz. 38)

Reverb Time (zie blz. 38)

Reverb Delay Feedback (zie blz. 38)

Chorus Type (zie blz. 38)

Chorus Pre-LPF (zie blz. 38)

8. Zelf dingen programmeren Initialiseren

Chorus Level (zie blz. 39)

Chorus Feedback (zie blz. 39)

Chorus Delay (zie blz. 39)

Chorus Rate (zie blz. 39)

Chorus Depth (zie blz. 39)

Chorus Send Level To Reverb (zie blz. 39)

Mute Lock (zie blz. 111)

Rx GM On (zie blz. 111)

Rx GS Reset (zie blz. 111)

Device ID nummer (zie blz. 109)

8.11 Initialiseren Alle Parts initialiseren Met de hier beschreven werkwijze kunt u de SC-88Pro in z’n geheel initialiseren (d.w.z. weer de fabrieksinstellingen oproepen, waarbij ook de System parameters (zie blz. 28) en User Tones (zie blz. 85) horen. (1) Houd [SELECT] ingedrukt, terwijl u INSTRUMENT [√] en [®] samen indrukt. Het display vraagt u nu: “Init All, Sure?”. (2) Als u zeker weet dat u alle instellingen wilt initialiseren, druk dan op [ALL]. Als u de SC-88Pro toch liever niet initialiseert, druk dan op [MUTE]. Vervolgens zou u verwachten dat de SC-88Pro meteen weer de fabriekswaarden instelt. Dat is echter pas het geval wanneer u de SC-88Pro uiten weer inschakelt.

volgens het GS formaat wilt initialiseren, moet u [SELECT] ingedrukt houden, terwijl u op INSTRUMENT [®] drukt. Het display vraagt u nu of u dat zeker weet (Sure?). Als u het initialisatiecommando in de Double Module mode oproept, dan vraagt het display u bv. Init GS A, Sure?. Met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen kunt u dan de groep (A of B) kiezen die moet worden geïnitialiseerd. (2) Druk op [ALL] om de SC-88Pro te initialiseren of op [MUTE] als u zich bedacht hebt. 2

1 ALL

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

1 GS

ALL

MUTE

SC-55 MAP SC-88 MAP

1

DELAY

VIB RATE

Init GM, Init GS

1GM

USER INST

EFX

SELECT

ON/OFF

VIB DEPTH

VIB DELAY

CUTOFF

RESONANCE

ATTACK

DECAY

RELEASE

EFX TYPE

EFX PARAM

EFX VALUE

Voordat u een sequence in het GS- of GM-formaat kunt weergeven, moet u de SC-88Pro vertellen dat dát de bedoeling is. Aan het begin van een volgens het GM- of GS-formaat opgenomen sequence bevindt zich meestal een commando dat zorgt dat de SC-88Pro zichzelf initialiseert (General MIDI System On, GS Reset). Maar voor dit soort commando’s is er een ontvangstschakelaar voorzien (zie “Rx GM On, Rx GS On” op blz. 111). Dus kan het gebeuren dat u de SC-88Pro zelf moet initialiseren. Opmerking: Met deze procedure kiest u enkel de GS/GM initialisatie. De systeemdata worden dus niet geïnitialiseerd. Opmerking: Zelfs als de Backup schakelaar (zie blz. 29) ingeschakeld is, roept u met de volgende handelingen weer de fabrieksinstellingen op. (1) Om de SC-88Pro volgens de GM norm te initialiseren, moet u [SELECT] indrukt houden, terwijl u op PART [®] drukt. Als u de SC-88Pro

97


9.

SC-88Pro en uw computer

9.1 Aansturen vanop een computer Zoals u weet, is de SC-88Pro uitgerust met een aansluiting die toelaat om hem rechtstreeks aan te sluiten op een seriële poort van uw computer. In het geval van een PC of een Mac hebt u dus geen MIDI-interface nodig om met de SC-88Pro te kunnen werken. Let er wel op dat u software gebruikt die de seriële poort kan aansturen (wat vooral een probleem zou kunnen zijn op een PC, hoewel Windows die problemen veelal weggewerkt heeft).

Aansluiten op een computer Omdat u dit net aan het lezen bent, gaan we ervan uit dat u de SC-88Pro via de COMPUTER connector op uw computer wilt aansluiten. Als u de SC-88Pro toch liever via MIDI aanspreekt, zie dan blz. 103. Apple Macintosh

MIDI PC-2

Modem Poort

Mac PC-1

MIDI PC-2

Mac PC-1

MIDI PC-2

Mac MIDI PC-1 PC-2

Mac PC-1

COMPUTER

MIDI IN A

OUT/THRU

NEC PC-9800

IBM PC/AT

Apple Macintosh

IN B MIDI PC-2

Mac PC-1

Macintosh IIci

R

INPUT VOLUME

IBM PC/AT

L

INPUT

R

L

OUTPUT1

R

L

OUTPUT2

IBM

Los verkrijgbare computerkabel RS-232C

RSC-15APL

Los verkrijgbare computerkabel

RSC-15AT

Om de SC-88Pro op deze manier aan te sluiten, moet u het volgende doen: (1) Schakel de SC-88Pro uit en stel de COMPUTER schakelaar in. Het is dus belangrijk dat u de SC-88Pro opnieuw inschakelt, want anders herkent de SC-88Pro de nieuwe stand van de COMPUTER schakelaar niet. Laten we eens kijken naar de mogelijkheden:

98

PC-1

31,25K (snelheid in Baud)

PC-2

38,4K (snelheid in Baud)

Mac

Aansluiting op Macintosh

MIDI

Gewoon MIDI-gebruik

Keuze hangt af van de software die u gebruikt.

9. SC-88Pro en uw computer Aansturen vanop een computer

(2) Verbind de COMPUTER aansluiting met de modem poort (Mac) of een RS232C connector (PC) van uw computer. Hiervoor hebt u een los verkrijgbare kabel nodig: Macintosh

RSC-15APL

IBM PC/AT

RSC-15AT (met 9 pennen). Als u een stekker met 25 pennen nodig hebt, zie dan de penverdeling op “Aansluitkabels voor de computer” op blz. 119 en koop een gepaste kabel.

(3) Schakel de SC-88Pro in. Opmerking: Deze manier van aansluiten houdt nog geen garantie in dat het allemaal werkt. Dit geldt voornamelijk voor de software die voor PC /AT beschikbaar is. Gebruik dus software die de seriële poort kan aanspreken.

Computer via MIDI-interface aansluiten Voor deze aansluiting moet u de COMPUTER schakelaar achterop de SC-88Pro op MIDI zetten omdat de conversie van en naar MIDI nu met behulp van een interface gebeurt.

IN

MI

DI

OU

T

Apple Macintosh

Printer poort

COMPUTER

MIDI IN A

IN B

T

OUT/THRU

OU

Mac PC-1

IN

MI

DI

Modem poort

MIDI PC-2

R

Macintosh IIci

MIDI interface adapter

INPUT VOLUME

L

R

INPUT

L

OUTPUT1

In de stand "MIDI"

SC-88Pro

IBM PC/AT 78

90 1

2 3

4 56

INT

A B A B

COMPUTER

MIDI IN A

OUT/THRU

IN B

Super MPU

SMPTE

OUT

IN

MIDI

OUT

Roland Super MPU/AT

IN

PORT

MIDI interfacekaart INTELLIGENT MIDI PROCESSING UNIT

4 5 6

ADDRESS

1 2 3

IBM

MIDI PC-2

R

INPUT VOLUME

L

INPUT

R

L

OUTPUT1

Mac PC-1

R

L

OUTPUT2

SC-88Pro

99


MIDI-dataoverdracht van en naar de computer De signaalweg van de MIDI-commando’s verschilt naar gelang de stand van de COMPUTER schakelaar.

Wanneer u de COMPUTER schakelaar op PC-1/2 of Mac zet MIDI OUT/THRU

COMPUTER THRU functie : AAN

Part groep A Part A1 - A16 GM/GS klankgenerator

MIDI IN A

Macintosh IIci

Part groep B Part B1 - B16 GM/GS klankgenerator



Het aantal Parts die u met het sequencer programma kunt aansturen is niet altijd gelijk aan het aantal Parts dat de SC-88Pro biedt. Het is dus helemaal niet zeker dat u alle 32 Parts van de SC-88Pro kunt aansturen (omdat er maar 16 MIDI-kanalen zijn). Dat geldt ook voor het aansturen via MIDI. Omwille van de beperking van de MIDI-standaard en de afwezigheid van twee gescheiden en aanspreekbare MIDI-uitgangen op uw computer/interface, bent u dus, ondanks het misschien duizelingwekkend aantal “sporen”, beperkt tot 16 MIDI-kanalen. Lees de handleiding van de gebruikte software er even op na.

De SC-88Pro geeft de via MIDI IN A ontvangen data enkel weer wanneer u zorgt dat de Soft Thru functie van het sequencer programma geactiveerd is. Zoals u in de tekening ziet, gaan de via MIDI IN A ontvangen data namelijk uitsluitend naar de COMPUTER-connector van de SC-88Pro, wat dus betekent dat ze eerst naar de computer worden gezonden. Maar ze moeten ook naar de klankbron (Part groep A) gaan. Vandaar dus dat u de Soft Thru functie van het sequencer programma moet inschakelen. De die via MIDI IN B ontvangen data worden echter niet naar de COMPUTER-connector gezonden. Ze gaan wel rechtstreeks naar Part groep B. Dit is dus eigenlijk de Double Module mode (zie blz. 95).

Wanneer u de COMPUTER schakelaar op MIDI zet MIDI OUT/THRU

COMPUTER

Part groep A Part A1 - A16 MIDI IN A

GM/GS klankgenerator

Part groep B Part B1 - B16 MIDI IN B (achterzijde)

Dit verhaal is duidelijk: hier kunt u de Part groepen enkel via de twee MIDI-ingangen aansturen. De COMPUTER-connector wordt dus helemaal niet aangesproken. Als u graag de MIDI IN B-connec-

100



tor op het frontpaneel gebruikt, moet u de daarvoor noodzakelijke instelling verrichten.

9. SC-88Pro en uw computer Aansturen vanop een computer

Bij levering van de SC-88Pro staat de MIDI OUT/THRU connector op OUT. Dat betekent dat de SC-88Pro de ontvangen MIDI-commando’s niet doorgeeft aan andere MIDI-instrumenten. Is dat toch de bedoeling, zie dan “Out/Thru” op blz. 29. Als u graag met SysEx-commando’s werkt, dan moet u “Adres van de SysEx-data” op blz. 108 zeker een lezen. Bij levering is MIDI IN A aangesloten op Part groep A, terwijl MIDI IN B uitsluitend Part groep B aanspreekt (zie de eerste tekening). U kunt die interne verbinding echter wijzigen. COMPUTER

MIDI OUT/THRU

COMPUTER

MIDI OUT/THRU

Part groep A

Part groep A

Part A1 - A16

Part A1 - A16


MIDI IN A


MIDI IN A

Part groep B

Part groep B

Part B1 - B16

Part B1 - B16



COMPUTER

MIDI OUT/THRU


MIDI IN B MIDI IN B (voorzijde) (achterzijde)

COMPUTER

MIDI OUT/THRU

Part groep A

Part groep A

Part A1 - A16

Part A1 - A16


MIDI IN A


MIDI IN A

Part groep B

Part groep B

Part B1 - B16

Part B1 - B16





MIDI IN B MIDI IN B (voorzijde) (achterzijde)


COMPUTER

MIDI OUT/THRU


MIDI IN A




SC-88Pro samen met andere klankbron gebruiken Let op de volgende dingen waaneer u een ander instrument op de MIDI OUT/THRU connector van de SC-88Pro aansluit. Het “andere instrument” kan een module, een synthesizer, een keyboard, een digitale piano enz. zijn. (1) Als de tweede module de commando’s afkomstig van de COMPUTER-connector moet uitvoeren, dient u de MIDI OUT/THRU schakelaar op OUT te zetten (zie “Out/Thru” op blz. 29).Grafisch ziet de signaalweg er dan als volgt uit: MIDI OUT/THRU keuze: MIDI IN

MIDI-klankmodule

MIDI OUT/THRU

OUT

COMPUTER

Part groep A

MIDI OUT

Part A1 - A16 GM/GS klankgenerator

MIDI IN A

Part groep B

MIDI-klavier

Part B1 - B16



SC-88Pro


101


Opmerking: De data, die de SC-88Pro via MIDI IN B ontvangt, worden nooit doorgestuurd naar andere instrumenten. Dat mag jammer zijn, maar het tegendeel zou de weergave van uw sequences wel eens in de war kunnen sturen.

(2) Als de tweede module/synthesizer enz. de commando’s moet uitvoren die de SC-88Pro via MIDI IN A ontvangt, moeten de aansluitingen er als volgt uitzien. Zet de MIDI OUT/THRU schakelaar op THRU.

MIDI OUT/THRU keuze: MIDI IN

MIDI-klankmodule

MIDI OUT/THRU

THRU

COMPUTER

Part groep A

MIDI OUT


MIDI IN A

Part groep B

MIDI-klavier

Part B1 - B16


102


SC-88Pro


10. SC-88Pro en MIDI MIDI-commando’s op de SC-88Pro

10. SC-88Pro en MIDI We gaan hier niet al te diep in op het hoe en waarom van de MIDI-standaard omdat u er waarschijnlijk al het een en ander over hebt gehoord en omdat er ook een gratis MIDI-boekje van Roland beschikbaar is bij uw dealer. U hoeft er gewoon achter te vragen en dan krijgt u het.

10.1 MIDI-commando’s op de SC-88Pro

Controlecommando's

Nootcommando’s* Nootcommando's worden verzonden wanneer u op een MIDI-klavier speelt. Elk commando vertelt welke toets ingedrukt werd (nootnummer) en hoe hard deze aangeslagen werd (aanslag). Wanneer u de toets loslaat wordt een gelijkaardig commando verzonden, dat vertelt welke toets losgelaten werd. Nootnummer

Een waarde die aanduidt welke noot aangeslagen of losgelaten werd.

Noot aan

Een waarde die vertelt dat een toets ingedrukt werd.

Noot uit

Een waarde die vertelt dat een toets losgelaten werd.

Aanslag

Een waarde die aanduidt hoe hard de noot aangeslagen werd.

Noten worden genummerd van 0~127, waarbij de middelste do (C4) op het klavier overeenkomt met nummer 60. Drumcomputers (en de Drum Parts van de SC-88Pro) wijzen gewoonlijk aan elk nootnummer een aparte klank toe. Met andere woorden: het nootnummer bepaalt welk percussie-instrument u hoort.

Pitch Bend commando's* De Pitch Bend commando's worden verzonden wanneer de Bender hendel bewogen wordt.

Programmakeuze* Programmakeuze-commando’s kunnen door middel van de programmanummers 1~128 klanken kiezen. Op de SC-88Pro kiest u met deze commando’s Instrumenten. Wilt u ook de Variaties van deze Instrumenten kunnen kiezen, dan moet u bankkeuzecommando’s (een vorm van controlecommando’s, zie hieronder) gebruiken.

•

Controlecommando's (Control Change) maken het mogelijk om de muzikale partijen te verlevendigen met vibrato, Sustain, volumewijzigingen, stereobewegingen (panorama) en andere soorten modulatie van klankparameters. Controlecommando's bevatten een basisgetal dat hun functie aanduidt. Welke parameters allemaal gecontroleerd kunnen worden, hangt af van het toestel dat de commando's ontvangt. Bankkeuze (controlenummer 0/32) Voor het kiezen van een klank moet u gebruik maken van de programmakeuze-commando’s. Na het kiezen van een bank kan de gewenste klank opgeroepen worden met een programmakeuze-commando. Zie “Bankkeuze: variaties en Maps” op blz. 107. De bankkeuze (het selecteren van een klank door de combinatie van een controlenummers 0/32 en een programmanummer) werd in 1990 toegevoegd aan het MIDI protocol. De SC-88Pro bezit een groot aantal klanken dat door deze functie opgeroepen kan worden. (Nochtans reageert het drumkanaal niet op de bankkeuze.) Modulatie (controlenummer: 1)* Bepaalt de diepte van het vibrato. Het effect kan voor elke Part anders ingesteld worden. Volume (controlenummer: 7)* Bepaalt het volume voor elke Part apart, zodat een mix samengesteld kan worden. Het uiteindelijke volume wordt bepaald door het samenspel van de volumecontrole (nummer 7), expressiecontrole (nummer 11), het globale volume en de instelling van de VOLUME draaiknop. Expressie (controlenummer: 11)* Deze functie bepaalt het relatieve geluidsvolume van elke Part (of de balans). Het uiteindelijke volume wordt bepaald door het samenspel van de volumecontrole (nummer 7), expressiecontrole (nummer 11), het globale volume (SysEx) en de instelling van de VOLUME draaiknop. Volume versus Expressie Misschien vraagt u zich af waarom er twee controlecommando’s zijn waarmee u het volume kunt aansturen. Daar is een goede reden voor, want de 103


werking van deze twee commando’s is niet volledig identiek. U gebruikt ze best op de volgende manier: Volume

Om de volumebalans tussen de individuele Parts aan te passen.

Expressie

Om volumeveranderingen in de song te programmeren (crescendo’s, decrescendo’s, enz.).

Het verschil zit hem in het feit dat Volume-commando’s absolute waarden zenden, terwijl Expressie-commando’s zorgen voor een relatieve aanpassing van de bestaande volumewaarden. Vandaar ons advies (in de tabel hierboven) over de toepassingen: als u Volume-commando’s gebruikt om volumewijzigingen in een song te programmeren en u beslist later dat u de balans tussen de Parts wilt aanpassen, dan moet u alle Volume-data voor alle Parts herschrijven. Dat is uiteraard een hele klus, dus reserveert u die Volume-commando’s best om aan het begin van de song de gewenste Part volumes in te stellen. In de loop van de song gebruikt u dan enkel Expressie. Beslist u nu aan het eind van het verhaal dat die piano iets luider moet ten opzichte van de bas, dan kunt u “ongestraft” het volume het begin van de song aanpassen, want u verandert niets aan de relatieve wijzigingen in de song (die door de Expressie-commando’s worden bepaalt). Stereopositie of Pan (controlenummer: 10)* Bepaalt de positie van het instrument in het stereobeeld. Deze positie kan voortdurend over en weer gaan, volgens de waarden die ontvangen worden. Hold 1 (controlenummer: 64)* Dit commando geeft door wanneer het demper pedaal wordt ingedrukt en weer losgelaten. Zodra er een “Hold aan” commando wordt ontvangen, worden de noten die reeds klinken aangehouden. Klanken met een natuurlijke uitsterftijd (zoals piano) sterven iets trager uit wanneer een “Hold aan” commando wordt ontvangen. Klanken die normaal niet uitsterven (zoals orgel) blijven klinken tot een “Hold uit” commando wordt ontvangen. Sostenuto (controlenummer: 66) Deze commando’s geven de bewegingen van het sostenutopedaal door. Dit pedaal houdt de noten aan die al klinken op het moment dat het pedaal indrukt. Klanken met een natuurlijke uitsterftijd (zoals piano) sterven iets trager uit wanneer een “sostenuto aan” commando wordt ontvangen. Klanken die normaal niet uitsterven (zoals orgel) blijven klinken tot een “Sostenuto uit” commando wordt ontvangen.

104

Soft (controlenummer: 67) Dit commando beschrijft het gebruik van het pedaal waarmee u op een piano de noten zachter doet klinken. Bij ontvangst van een “Soft aan” commando wordt in het filter een iets lagere afsnijfrequentie gekozen, waardoor de klank wat “doffer” gaat klinken. Zodra een “Soft uit” commando wordt ontvangen, wordt opnieuw de originele afsnijfrequentie ingesteld. Reverb diepte (controlenummer: 91) Regelt de diepte van het galmeffect voor elke Part op de SC-88Pro. Chorus diepte (controlenummer: 93) Regelt de diepte van het Chorus-effect voor elke Part op de SC-88Pro. Delay diepte (controlenummer: 94) Regelt de diepte van het Delay-effect voor elke Part op de SC-88Pro. Portamento (controlenummer: 65) Portamento-tijd (controlenummer: 5) Portamento-sturing (controlenummer: 84) De Portamento functie zorgt voor een geleidelijke toonhoogteverandering van de eerder ingedrukte toets naar de toets die u nu indrukt. Met het Portamento commando schakelt u deze functie in en uit. Met Portamento Time bepaalt u de snelheid van de toonhoogteverandering. Met Portamento control specifieert u het nootnummer van de noot waarvan het Portamento-effect vertrekt. RPN LSB, MSB (controlenummer: 100, 101)* Data-ingave (controlenummer: 6, 38)* RPN (geregistreerd parameternummer) biedt de mogelijkheid om via controlecommando's parameters uitgebreid te editen op het ontvangende instrument. In tegenstelling tot NRPN, zijn deze parameters wel door het MIDI-protocol vastgelegd: Pitch Bend bereik, transpositie en fijnstemming. Kies de parameters die moeten worden aangestuurd en voer dan de waarden in. Opmerking: De instellingen die voortvloeien uit een RPN-commando zullen niet gewijzigd worden, wanneer (na de ontvangst van een programmakeuze-commando) een andere klank wordt gekozen. NRPN LSB, MSB (controlenummer: 98, 99) Data Entry (controlenummer: 6, 38) NRPN (niet geregistreerd parameternummer) biedt de mogelijkheid om via controlecommando's parameters uitgebreid te moduleren op het ontvangende instrument. Kies de parameters die aangestuurd moet worden met de NRPN MSB en de NRPN LSB en bepaal de waarde met de data-invoer (Data Entry). De SC-88Pro behandelt de NRPN volgens de bepalingen van het GS formaat. De parameters op de klankbron kunnen gevarieerd worden met software of externe speelhulpen die compatibel zijn met het

10. SC-88Pro en MIDI MIDI-commando’s op de SC-88Pro

GS-formaat. Zie de MIDI-implementatie om na te gaan welke parameters aangestuurd kunnen worden. Opmerking: De instellingen die voortvloeien uit een NRPN-commando worden niet ongedaan gemaakt, wanneer na de ontvangst van een programmakeuzecommando een andere klank wordt gekozen.

De SC-88Pro zal NRPN pas herkennen wanneer een GS Reset commando ontvangen wordt (of wanneer de ontvangst van NRPN geactiveerd werd via een SysEx commando).

Aftertouch (enkel monofone aftertouch*) Aftertouch commando's worden verzonden wanneer u een toets na de eigenlijke aanslag nog verder indrukt (tenminste, wanneer het moederklavier is staat is om aftertouch te verzenden). Er zijn twee soorten aftertouch: monofone en polyfone. Monofone (of kanaal) aftertouch wordt verzonden als een waarde die geldt voor het gehele klavier en dus voor het hele MIDI-kanaal. Alle noten die aangestuurd worden door dat MIDI-kanaal zullen op dezelfde manier reageren op de aftertouch, welke noot u ook speelt. Polyfone aftertouch wordt voor elke noot apart uitgestuurd. Alleen de noten die overeenkomen met de noten die ingedrukt worden, zullen reageren. Bij levering (evenals met het GM systeem en de GS Reset), zal de SC-88Pro niet reageren op monofone en polyfone aftertouch. Om de aftertouch toch te gebruiken, moet u er een functie aan toewijzen (zie de CAf parameters op blz. 23).

Alle klanken uit (All Sound Off) (controlenummer: 120) Alle noten, die weerklinken op gelijk welk kanaal, worden uitgeschakeld.

Alle noten uit (All Notes off) (controlenummer: 123)* Alle noten die gespeeld worden op het betreffende MIDI-kanaal, worden uitgeschakeld (behalve de uitstervende klanken). Wanneer Hold of Sostenuto actief zijn, blijft het geluid doorklinken tot deze functies uitgeschakeld worden.

Alle controlecommando’s op 0 (controlenummer: 121)* Wanneer dit signaal ontvangen wordt zullen de volgende commando's op de volgende waarden worden gezet. Controlecommando

Ingestelde waarde

Pitch Bend

Het centrale nulpunt.

Polyfone aftertouch

0 (minimum)

Kanaal aftertouch

0 (minimum)

Modulatie

0 (minimum)

Expressie

127 (maximum)

Sustain (Hold 1)

0 (uit)

Portamento

0 (uit)

Soft

0 (uit)

Sostenuto

0 (uit)

RPN

Neutrale status

NRPN

Neutrale Status

Opmerking: Parameters die werden gewijzigd via een RPN of NRPN worden door het Reset All Controllers commando ongemoeid gelaten.

Active Sensing Deze commando's worden om de 420ms verzonden om de MIDI-verbinding te controleren. Sommige MIDI-apparaten weten geen weg met deze Active Sensing. Blijkt de verbinding verbroken te zijn (omdat er geen antwoord komt op het Active Sensing commando), dan worden alle noten uitgeschakeld enz., net zoals bij “Alle controlecommando’s op 0 (controlenummer: 121)*”.

SysEx-commando's System Exclusive commando’s worden gebruikt om functies aan te sturen die specifiek zijn voor één bepaald instrument. In de regel kunt u dit soort data niet uitwisselen tussen instrumenten van verschillende merken, hoewel hier één uitzondering op bestaat: Universal Exclusive commando’s. SysEx-commando’s bevatten niet alleen een instructie voor het activeren van de SysEx mode, maar ook het Device ID (instrumentnummer) en een Model ID (modelnummer). De SC-88Pro zendt en ontvangt twee Model ID nummers: 42H voor het GS formaat en 45H, wat op de SC-55/SC-155 slaat. Welk nummer er moet worden verzonden, verschilt naar gelang de para-

105


meter die u met behulp van SysEx-data wilt wijzigen. Het is dus van groot belang dat het ID nummer klopt, want anders is uw SysEx-commando (en de uren rekenwerk die daarmee gepaard gaan) voor niets geweest. Zie “Device ID nummer instellen” op blz. 109. GM System On* (universeel SysEx-commando) GM System On is een SysEx-commando dat de SC-88Pro instelt als een GM klankbron (uitgezonderd de stemming). Wanneer u GM compatibele Songs wil maken, kunt u dit commando in het begin van het nummer opnemen zodat een korrekte GM weergave verzekerd is. Onthoud dit goed, want als u een GM song weergeeft, zorgt dito commando voor de initialisatie van de SC-88Pro, met als gevolg dat u misschien belangrijke instellingen verliest. Na de ontvangst van een GM System On commando ontvangt kan de SC-88Pro geen NRPN's en bankkeuze meer ontvangen. GS Reset GS Reset is een SysEx-commando dat de SC-88Pro initialiseert als een GS klankbron (uitgezonderd de stemming). Wanneer u GS compatibele nummers wilt maken, kunt u dit commando aan het begin van het nummer opnemen zodat een korrekte GS weergave verzekerd is. Ook hier geldt weer dat voorgeprogrammeerde GS bestanden (die in de handel verkrijgbaar zijn) dit commando bevatten en dat ze de SC-88Pro volgens het GS formaat initialiseren, wat ook weer tot het verlies van data kan leiden. Wanneer de SC-88Pro de “GS Reset” commando ontvangt, kan hij de NRPN's en bankkeuze ontvangen, zoals deze gedefinieerd zijn volgens het GS formaat. Master Volume Dit is een SysEx-commando, dat door de meeste MIDI-instrumenten wordt ondersteund en dat het algemene volume (van alle Parts samen dus) bepaalt. Andere SysEx commando's De SC-88Pro is compatibel met SysEx-commando’s die algemeen gelden voor GS klankbronnen (model ID 42H). U kunt de instellingen van de klankbron gedetailleerd bewerken met behulp van externe speelhulpen of editsoftware die GS compatibel is.

MIDI-implementatieoverzicht We hebben reeds uitgelegd hoe MIDI de uitwisseling van informatie tussen instrumenten van allerlei slag mogelijk heeft gemaakt. Dit wilt echter niet zeggen dat alle soorten MIDI-instrumenten alle soorten informatie kunnen uitwisselen. Wanneer u bijvoorbeeld een synthesizer gebruikt om een digitale piano aan te sturen, heeft de informatie van de 106

Pitch Bender (hendel of wiel waarmee u de toonhoogte wijzigt) geen invloed op de toonhoogte van de pianoklank. Het is belangrijk dat u bij het gebruik van MIDI steeds in de gaten houdt of het instrument dat u aanstuurt (slave) de commando’s van het instrument waarmee u aanstuurt (master) kan begrijpen. De commando’s die u wilt gebruiken moeten dus gemeengoed zijn voor master en slave. U kunt er snel achter komen welk soort MIDI-commando’s u tussen master en slave kunt uitwisselen. Hiervoor raadpleegt u het MIDI-implementatieoverzicht die in de handleiding van ieder MIDIinstrument staat afgedrukt. Deze kaart geeft uitsluitsel over de commando’s die het betreffende instrument kan zenden en ontvangen. Links op de kaart ziet u een lijst met commando’s en in de kolommen “zenden” en “ontvangen” kan u uit de symbolen “o” en “x” afleiden wat het instrument met het betreffende commando kan doen. Om een bepaald MIDI-commando van het ene instrument naar het andere te kunnen sturen moet er dus een “o” staan in de “zenden”-kolom van de master en in de “ontvangen”-kolom van de slave. Aangezien de implementatieoverzichten steeds volgens dezelfde standaard zijn ingedeeld kunt u ze makkelijk naast elkaar leggen om een beeld te krijgen van de communicatiemogelijkheden tussen twee instrumenten. De MIDI-implementatie van de SC-88Pro vindt u vanaf blz. 151.

10.2 Klanken via MIDI kiezen Keuze (algemeen) De MIDI-standaard laat toe om klanken van de SC-88Pro met behulp van programmakeuze-commando’s te kiezen, zodat u de knoppen op het frontpaneel niet hoeft te gebruiken. Dat is handig wanneer u op uw MIDI-klavier speelt omdat u de klanken van de SC-88Pro dan kunt oproepen door op de klankkeuzeknoppen van het toetseninstrument te drukken. Een sequencer of computer met sequencer software kan deze commando’s (programmakeuze-commando’s) eveneens zenden, zodat u een bepaalde Part van de SC-88Pro voor de weergave van verschillende partijen kunt gebruiken – bv. eerst saxofoon, dan de trompetsolo enz. Dat lukt omdat aan elke klank van de SC-88Pro een nummer toegewezen is. MIDI laat echter maar het

10. SC-88Pro en MIDI Klanken via MIDI kiezen

kiezen van 128 klanken toe, wat dus veel te weinig is voor de 1117 geluiden die de SC-88Pro rijk is. Daarom moet u naast de programmakeuze-commando’s ook bankkeuzecommando’s gebruiken. Met deze laatste kiest u het variatienummer (of de bank). Eigenlijk bestaan er helemaal geen bankkeuzecommando’s. Het commando dat daarvoor wordt gebruikt, is een controlecommando dat het nummer 0 heeft. Om een variatie te kiezen moet u aan het controlecommando nr. 0 een waarde toewijzen, die identiek is aan het variatienummer. Opmerking: Sommige sequencers/sequencerprogramma’s beginnen te nummeren bij 0. De eerste klank heeft dan ook het nummer 0, wat een beetje technisch is. Daarom begint de SC-88Pro te nummeren bij 1. Het gevolg daarvan is dat het laatste nummer op de SC-88Pro gelijk is aan 128, terwijl dat in sommige programma’s (bv. oudere versies van Cubase) 127 is. Als u met een dergelijk programma werkt, moet u dus telkens 1 aftrekken van het programmanummers van de SC-88Pro. Dat geldt echter niet voor de bankkeuze: daar begint de SC-88Pro ook bij 0. Laten we even kijken naar een overzicht van de commando’s die u nodig hebt voor de klankkeuze en het instelbereik van deze commando’s op de SC-88Pro en via MIDI: SC-88Pro display

MIDIcommando

Variatienummer

0~127

Bankkeuze (CC0)

0~127

Instrumentnummer

1~128

Programmakeuze

0~127 of 1~128a

a. Verschilt naar gelang het gebruikte programma/de sequencer.

Bankkeuze: variaties en Maps Nu weet u al dat er ook bankkeuzecommando’s moeten worden gebruikt voor het oproepen van de klanken. Maar de MIDI-standaard voorziet tegenwoordig twee bankkeuzecommando’s, namelijk controlenummer 0 en controlenummer 32. Sommige instrumenten reageren alleen op de bankkeuze wanneer u een waarde voor beide controlenummers (CC00 en CC32) invoert. Op de SC-88Pro hoeft u echter enkel een waarde voor controlenummer 0 te programmeren om een bank te kiezen. Is controlenummer 32 dan overbodig op de SC-88Pro? Nee, want dat commando (nummer 32

dus) laat toe om de Maps via MIDI te kiezen. Daarbij hebt u de volgende waarden nodig: Map

Waarde van CC32

Keuze die u met [SC-88 MAP]/ [SC-55 MAP] gemaakt hebt (indien geen van deze knoppen oplicht, wordt de Native Map gebruikt).

0 (decimaal)

SC-55

1 (decimaal)

SC-88

2 (decimaal)

Native Map

3 (decimaal)

Het wordt technisch, he? Laten we daarom even een voorbeeld bekijken. Om een klank van de SC-88Pro vanop een sequencer te kiezen, moet u het volgende doen: Kies de Step Edit/Grid Edit/ Microscope mode van de sequencer. Breng een controlecommando in.

Voorbeeld

Dat commando moet het nummer 0 hebben. Het MIDIkanaal moet natuurlijk kloppen.

Controlecommando 0

Wijs er de waarde van de variatie aan toe die de gewenste klank bevat.

Controlecommando 0 (CC0) =8

Breng voor de volgende stap (bv. de volgende zestiende) een programmakeuze-commando in. Dit commando moet op het juiste MIDI-kanaal verzonden worden.

Programmakeuze

Wijs aan dit commando het nummer van de gewenste klank toe.

PC 37 (of 36)a

Start de weergave van de sequencer. De Part die op het betreffende MIDI-kanaal ontvangt, kiest nu de klank ResoSlap (CC0=8, PC= 37, zie ook het overzicht op blz. 120).

ResoSlap


Om zeker te zijn dat de SC-88Pro hier de Native Map kiest, kunt u het best ook een CC32 commando programmeren dat de waarde 3 heeft. Dat commando moet zich tussen de CC0 en de PC bevinden.

107


Als u nu een klank van de SC-55 Map wilt kiezen, moet u als volgt te werk gaan. Kies de Step Edit/Grid Edit/ Microscope mode van de sequencer. Breng een controlecommando in.

Voorbeeld

Dat commando moet het nummer 0 hebben. Het MIDI-kanaal moet natuurlijk kloppen.

Controlecommando 0

Wijs er de waarde van de variatie aan toe die de gewenste klank bevat.

Controlecommando 0 =8

Breng voor de volgende stap een tweede controlecommando in (Step Edit of Grid Edit enz.). Dat commando moet het nummer 32 hebben. Het MIDI-kanaal moet natuurlijk kloppen.

Controlecommando 32

Kies de SC-55 Map.

Controlecommando 32= 1

Breng voor de volgende stap (bv. de volgende zestiende) een programmakeuze-commando in. Dit commando moet op het juiste MIDI-kanaal verzonden worden.

Program Change

Wijs aan dit commando het nummer van de gewenste klank toe.

PC 39 (of 38)a

Start de weergave van de sequencer. De Part die op het betreffende MIDI-kanaal ontvangt, kiest nu de klank Syn. Bass 3 (CC0=8, PC= 39, zie ook het overzicht achteraan in de handleiding) van de SC-55 Map.

Syn. Bass 3

Drum Sets via MIDI kiezen Voor het kiezen van de Drum Sets via MIDI hebt u de bankkeuze-commando's niet nodig. Het volstaat dus om een programmakeuze-commando naar de SC-88Pro te zenden. In de regel moet dat op MIDIkanaal 10 gebeuren omdat dat het kanaal van Part 10, alias de Drum Part, is. Maar let wel: de Drum Sets van de SC-88Pro zijn niet doorlopend genummerd. Kijk even naar de volgende tekening en naar het overzicht achteraan in deze handleiding. Drum Set namen en Drum Set nummers (programmanummers)

STANDARD 1

ROOM

TR-808

User Set

User Set

001

009

026

065

066

10.3 Adres van de SysEx-data Zoals uit de MIDI Implementation in de Engelstalige handleiding blijkt, is het adres van de SysExdata gedefinieerd in eenheden van 16 Parts. Zo betekent het adres 40 00 00 dat u te maken hebt met de parameters voor 16 Parts. De SC-88Pro heeft echter tweemaal 16 Parts (samen dus 32). Om ook die parameters via SysEx te kunnen aanspreken, komt er een adres bij, namelijk 50 00 00. Net zoals de kanaaldata worden de SysEx-data ook alleen naar de Part groep gezonden die op de betreffende MIDI-ingang aangesloten is. Zie “Wanneer u de COMPUTER schakelaar op MIDI zet” op blz. 100. Worden beide Part groepen via aparte MIDI-ingangen aangesproken, dan hebt u de opsplitsing van de adressen (40 00 00 en 50 00 00) niet nodig. Maar zoals u op blz. 101 ziet, kunt u beide Part groepen aan eenzelfde MIDI-ingang toewijzen. In dat geval luidt het adres van de parameters:


In de Engelstalige handleiding worden bij deze commando’s ook de hexadecimale codes gegeven. In de praktijk blijkt echter dat u die bijna nooit nodig hebt. De meeste sequencers of software programma’s laten namelijk toe om deze waarden in decimale vorm in te brengen. Opmerking: Als u met de SC-55 Map werkt wordt er links van de instrumentnaam een “ symbool afgebeeld. Werkt u met de SC-88 Map, dan is dat een ‘ symbool.

108

Part groep A

40 00 00

Part groep B

50 00 00

Let wel: het adres 40 00 00 is altijd toegewezen aan de Part groep “die zich het dichtst bij de MIDI-

10. SC-88Pro en MIDI Device ID nummer instellen

ingang bevindt”. In onderstaande tekening is dat dus bv. Part groep B: COMPUTER

MIDI OUT/THRU

startadres 40 00 00


MIDI IN A startadres 40 00 00



MIDI IN B (voorzijde

COMPUTER

MIDI OUT/THRU

startadres 40 00 00

Part groep A

Het Device ID nummer moet zorgen dat de SysExdata maar naar één instrument worden gezonden i.p.v. alle GS-instrumenten. U kunt gelijk welk nummer tussen 1 en 32 kiezen. Bij levering staat de SC-88Pro ingesteld op nummer 17 (geldt steeds voor alle Parts). Dit is het nummer dat u moet kiezen wanneer u SMF-data van Roland wilt weergeven. Anders ontvangt de SC-88Pro namelijk niet de bijbehorende SysExdata. (1) Druk op [ALL], zodat de bijbehorende indicator oplicht. (2) Druk tegelijk op PART [√] en [®]. (3) Kies met [▲] [▼] “Device ID”.


MIDI IN A

PART

Part groep B startadres 50 00 00 MIDI IN B (achterzijde)

LEVEL

Part B1 - B16 GM/GS klankgenerator

INSTRUMENT

ALL >Device ID: 17 100 REVERB 40 K SHIFT ± 0

MIDI IN B (voorzijde

De andere Part groep heeft dan automatisch het adres 50 00 00. Verderop (zie blz. 110) hebben we het over de Input Mode parameter. Die heeft echter geen invloed op de manier waarop de SysEx-data aan de Parts toegewezen worden. Voor de SysEx-data is het adres de bepalende factor.

0 CHORUS MIDI CH

01

1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16

DELAY

PART

(4) Met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen kunt u nu het ID nummer instellen. (5) Druk nogmaals tegelijk op PART [√] en [®] om de procedure af te sluiten.

1

SysEx-data verzenden Omdat de SC-88Pro maar één MIDI-uitgang heeft, worden de SysEx-data verzonden met hun respectievelijk adres (40 00 00 en 50 00 00). Het adres van de User data begint bij 20 00 00. Vergeet niet de MIDI OUT/THRU schakelaar op OUT te zetten voordat u SysEx-data verzendt (zie “Bulk Dump” op blz. 90).

PAN

2 5

4

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

MUTE

3

SC-55 MAP SC-88 MAP

DELAY

10.4 Device ID nummer instellen U weet al dat het Device ID nummer een bestanddeel is van iedere SysEx-boodschap. Dit nummer dient in hoofdzaak voor muzikanten die meer dan één instrument van hetzelfde type gebruiken – wat in de praktijk niet zo vaak voorkomt. Maar omdat we bij de SC-88Pro te maken hebben met een instrument dat in de GS mode kan functioneren en aangezien er één model ID is voor alle GS compatibele instrumenten, is het Device ID nummer best wel handig voor wie bv. een keyboard van de E serie, een G-800/RA-800, een KR en SC-88Pro bezit.

10.5 Functies i.v.m. MIDIcommando’s De SC-88Pro biedt een aantal parameters waarmee u kunt bepalen op welke manier de ontvangen MIDI-commando’s naar de Parts worden gezonden. Hierbij horen een aantal schakelaars waarmee u bepaalde dingen kunt in- en uitschakelen, en dat zowel voor alle Parts samen of maar voor één Part.

109


MIDI-schakelaars voor alle Parts

Als u “Rear” kiest:

(1) Druk [▲] [▼] tegelijkertijd in. (2) Met dezelfde [▲] [▼] knoppen kunt u nu één van de parameters van dat menu oproepen.

MIDI OUT/THRU


MIDI IN A

Part B1 - B16

A01 %IN B Sel.:Rear LEVEL


PAN

100

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

3

ALL

MUTE

SC-55 MAP SC-88 MAP

4

DELAY

De parameters Deze parameters kent u al, maar we laten ze toch nog even de revue passeren. In B Sel (Front, Rear) Met deze parameter kiest u welke connector dienst doet als MIDI IN B. Er zijn er namelijk twee: één op het voorpaneel en één op het achterpaneel. Deze instelling geldt echter pas nadat u de SC-88Pro uiten weer ingeschakeld hebt. Als u “Front” kiest: MIDI OUT/THRU

COMPUTER


MIDI IN A




110



0

(3) Stel de gewenste “waarde” in met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen. (4) Wanneer alle parameters ingesteld zijn, drukt u [▲] [▼] nog een keer samen in, om deze mode weer te verlaten. (5) Schakel de SC-88Pro uit en vervolgens weer in (dat is niet noodzakelijk wanneer u de instelling van de Rx Sys functie veranderd hebt).

1 2


Part groep B

INSTRUMENT

PART

COMPUTER



Out/Thru Met deze parameter kiest u de functie van de MIDI OUT/THRU-Thru connector. Die kan dienst doen als MIDI-uitgang (OUT), maar ook als MIDI-doorgang (THRU). In dat laatste geval worden de data die MIDI IN A ontvangt doorgelust naar de OUT/THRU connector. Met de data van MIDI IN B gebeurt dat nooit, ongeacht de instelling van de Out/Thru parameter. Zie de tekeningen op blz. 101 evenals “Wanneer u de COMPUTER schakelaar op PC-1/2 of Mac zet” en “Wanneer u de COMPUTER schakelaar op MIDI zet” op blz. 100. In Mode (Standard, X-connect, Merge→A, Merge →B, A only) Met deze parameter bepaalt u waar de data van MIDI IN A en B naartoe worden gezonden. Ook deze instelling geldt pas nadat u de SC-88Pro in- en weer uitgeschakeld hebt. Zie ook de tekeningen op blz. 101. Standard: De via MIDI IN A ontvangen MIDIcommando’s worden naar Part groep A gezonden, terwijl de via MIDI IN B ontvangen MIDI-commando’s naar Part groep B gaan. Dit is de fabrieksinstelling, die u waarschijnlijk niet alle dagen hoeft te veranderen. X-connect: Hiermee keert u de aansluitingen van de MIDI-ingangen op de Parts om, zodat MIDI IN A nu op Part groep B is aangesloten en vice versa. Merge-> A: De via MIDI IN A en/of MIDI IN B ontvangen MIDI-commando’s worden enkel naar Part groep A gezonden. Kies deze stand wanneer u Part groep A tegelijkertijd vanuit een sequencer en het aangesloten MIDI-klavier wilt aansturen. Merge-> B: De via MIDI IN A of MIDI IN B ontvangen MIDI-commando’s worden enkel naar Part groep B gezonden. Kies deze stand wanneer u Part groep B tegelijkertijd vanuit een sequencer en het aangesloten MIDI-klavier wilt aansturen. A only: Wanneer u een Roland Super MPU MIDIinterface gebruikt (werkt enkel op PC’s), die twee gescheiden MIDI-uitgangen biedt, kan het gebeuren dat uw sequencerpakket de data naar beide uitgangen van die print zendt, zodat elke partij door twee Parts weergegeven wordt – telkens één van de A en de B groep. Dat klinkt niet altijd even mooi. In voorkomend geval zou u kunnen opteren voor

10. SC-88Pro en MIDI Functies i.v.m. MIDI-commando’s

het verbreken van een MIDI-aansluiting op de Super MPU, maar dat werkt niet altijd even prettig. Dus zou u ook kunnen kiezen voor de A only mode. MIDI OUT/THRU

COMPUTER



Standard Part groep B Part B1 - B16


MIDI OUT/THRU



Rx Sys Mode De SC-88Pro kan ook als twee afzonderlijke modules worden gebruikt (“Single en Double Module mode” op blz. 95), wat misschien evident lijkt omdat hij over twee gescheiden MIDIingangen beschikt. Maar de Double Module mode houdt verband met het gebruik van de effecten. De RX Sys schakelaar is een filter waarmee u kunt zorgen of voorkomen dat de SC-88Pro via MIDI commando’s ontvangt die toelaten om één van deze twee modes (Single of Double Module) te kiezen.

COMPUTER

Lock functies



X-connect (Cross connect)


MIDI OUT/THRU



COMPUTER



Merge ->A Part groep B Part B1 - B16




Mute Lock On/Off Tijdens de weergave van een stuk dat u al eens beluisterd hebt, kan het gebeuren dat de Parts, die u uitgeschakeld had, toch weer klinken. Dat houdt verband met de SysEx-data die zich aan het begin van het stuk bevinden. U kunt echter zorgen dat deze Mute instellingen niet veranderd worden – door de Mute Lock functie te activeren. Deze parameter doet dus dienst als ontvangstschakelaar.

EQ Lock MIDI OUT/THRU

COMPUTER



Merge ->B Part groep B

Dit is ook weer een ontvangstschakelaar, maar ditmaal voor de Equalizer. Door de On stand te kiezen, voorkomt u dat de Equalizer aan het begin van een song telkens geïnitialiseerd wordt.

Part B1 - B16 MIDI IN B (achterzijde)



Rx GM On, Rx GS On MIDI OUT/THRU

COMPUTER



A only




Opmerking: Wanneer u de COMPUTER schakelaar achterop de SC-88Pro op PC-1, PC-2 of Mac zet, dan worden de via MIDI IN A ontvangen data niet naar Part groep A gezonden. Ze gaan dus enkel naar de COMPUTER-connector. Maar als u de Soft Thru functie van het sequencer programma activeert, dan worden de data wel naar Part groep A gezonden.

Met dit commando voorkomt u dat de SC-88Pro SysEx-commando’s ontvangt die alle wijzigingen, die u misschien tijdens de weergave van een stuk ingesteld hebt, weer wist. Kies daarna echter weer de On stand, zodat het volgende stuk met de juiste instellingen weergegeven wordt.

Lock parameters instellen (1) Druk op [ALL] (bijbehorende indicator moet oplichten. (2) Druk PART [√] en [®] tegelijkertijd in. (3) Kies met [▲] [▼] de gewenste parameter. PART

Opmerking: Data die de SC-88Pro via de COMPUTERconnector ontvangt, worden op dezelfde manier verwerkt als data die via MIDI IN A binnenkomen. Verder verloopt de toewijzing dan volgens de hier ingestelde In Mode.

INSTRUMENT

ALL >Rx GS Reset: On LEVEL

100

PAN

0

111


(4) Met de INSTRUMENT [√] en [®] knoppen kun u nu de waarde instellen. PART

(6) Wanneer u klaar bent, drukt u nog een keer op beide PART [√] en [®] knoppen om deze mode weer te verlaten.

INSTRUMENT

ALL >Rx GS Reset: Off LEVEL

1

PAN

2 3

6

0

100

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

5

ALL

(5) Wanneer u klaar bent, drukt u PART [√] en [®] nog een keer samen in.

MUTE

4 1

2 5

4

SC-55 MAP SC-88 MAP

DELAY

PART

INSTRUMENT

LEVEL

PAN

REVERB

CHORUS

KEY SHIFT

MIDI CH

ALL

4

MUTE

3 3

SC-55 MAP SC-88 MAP

DELAY

MIDI-schakelaars voor de individuele Parts Rx Bank Sel Zie ook blz. 21, Rx Bank Sel.

Rx NRPN

(1) (2) (3) (4)

Zie ook blz. 21, Rx NRPN. Om deze twee parameters in te stellen, moet u het volgende doen: Zorg dat de [ALL] indicator niet oplicht. Druk PART [√] en [®] samen in. Nu kunt u met de PART [√] en [®] knoppen de Part kiezen wiens instelling u wilt wijzigen. Met [▲] [▼] kiest u nu de benodigde parameter. PART

INSTRUMENT

A01 >Rx Bank Sel: On LEVEL

100

PAN

0

(5) Druk op INSTRUMENT [√] en [®], om de ontvangst in (On) of uit (Off) te schakelen.

112

NRPN’s gebruiken met GS klankmodules NRPN’s (niet geregistreerde parameternummers) zijn een vorm van controlecommando’s, waarmee u tal van klankparameters op een GS klankmodule kunt aansturen, zoals vibrato, filters en envelopes. Controlecommando’s bieden voor deze toepassing een aantal voordelen ten opzichte van Exclusive commando’s: ze zijn minder ingewikkeld, dus makkelijker hanteerbaar en er komen minder data bij te pas (zie blz. 104, 151). Controlecommando’s bevatten steeds een nummer (het controlenummer) waarmee de aan te sturen functie wordt geïdentificeerd. De MIDI-specificaties spreken zich niet uit over de functies die u met NRPN’s kunt instellen, omdat die NRPN’s precies bedoeld zijn voor parameters die uniek zijn voor een bepaald type instrument. Parameters die wél in de MIDI-standaard zijn geïmplementeerd kunt u aansturen met RPN’s (geregistreerde parameternummers) (zie blz. 151). De functie (parameter) die u met een NRPN wilt aansturen specifieert u als een nummer voor de NRPN MSB (controlenummer 99) en NRPN LSB (controlenummer 98). De waarde die u aan de geselecteerde parameter wilt geven specifieert u voor Data Entry (controlenummer 6).


In de onderstaande tabel hebben we de hexadecimale nummers die u in de “MIDI-implementatie” op blz. 151 aantreft geconverteerd naar hun decimale vorm (onderstaande NRPN’s gelden enkel voor GS klankmodules).

•

NRPN MSB

NRPN LSB

Bereik

Functie

1

8

0~64~127

Vibrato Rate* (zie blz. 25)

1

9

0~64~127

Vibrato Depth* (zie blz. 25)

1

10

0~64~127

Vibrato Delay* (zie blz. 25)

1

32

0~64~127

TVF Cutoff Frequency* (zie blz. 25)

1

33

0~64~127

TVF Resonance* (zie blz. 25)

1

99

0~64~127

TVF&TVA Envelope Attack Time* (zie blz. 26)

1

100

0~64~127

TVF&TVA Envelope Decay Time* (zie blz. 26)

1

102

0~64~127

TVF&TVA Envelope Release Time* (zie blz. 26)

24

rr

0~64~127

Drum Instrument Pitch Coarse* Hiermee wijzigt u de toonhoogte van individuele percussie-instrumenten van de Drum Part.

26

rr

0~127

Drum Instrument TVA Level* Hiermee wijzigt u het volume van individuele percussie-instrumenten van de Drum Part.

28

rr

0, 1~64~127

Drum Instrument Pan* Hiermee wijzigt u de stereopositie van individuele percussie-instrumenten van de Drum Part. Als u “0” kiest, krijgt het betreffende instrument een willekeurige stereopositie (Random). Met “1” plaatst u het instrument helemaal links, met “64’ in het midden en met “127” helemaal rechts.

29

rr

0~127

Drum Instrument Reverb Send Level* Hiermee wijzigt u het galmvolume van individuele percussie-instrumenten in de Drum Part.

30

rr

0~127

Drum Instrument Chorus Send Level* Hiermee wijzigt u het Chorus volume van individuele percussie-instrumenten in de Drum Part.

31

rr

0~127

Drum Instrument Delay Send Level* Hiermee wijzigt u het Delay volume van individuele percussie-instrumenten in de Drum Part.

Voorbeeld 1 Stel bijvoorbeeld dat u de TVF afsnijfrequentie wilt wijzigen. Om te beginnen moet u dan de TVF Cutoff Frequency parameter kiezen door de juiste waarde voor NRPN MSB (controlenummer 99) en NRPN LSB (controlenummer 98) te zenden: Controlenummer 99: 1 Controlenummer 98: 32 De SC-88Pro weet nu dat u TVF Cutoff Frequency wilt aansturen. Met het Data Entry controlecommando kunt u nu de nieuwe [waarde] voor de TVF Cutoff Frequency specifiëren: Controlenummer 6: [waarde] Door de drie bovenstaande controlewaarden te zenden hebt u de afsnijfrequentie gewijzigd. De klank-

kleur van het instrument die u voor de betreffende Part hebt gekozen zou nu anders moeten zijn. Nadat u een klankparameter hebt gewijzigd met een NRPN zendt u best een “nul” commando, door middel van de onderstaande RPN waarden. Hiermee vertelt u de SC-88Pro dat u geen verdere waarden voor de betreffende parameter wilt instellen. Op die manier voorkomt u dat de waarde van een parameter per ongeluk wordt gewijzigd door het zenden van ongewenste data-ingavecommando’s. Controlenummer 101: 127 Controlenummer 101: 127 Voor de “NRPN LSB” waarde moet u het getal invullen dat overeenkomt met het nootnummer van het percussieinstrument dat u wilt bewerken (deze

113


•

nummers vindt u in de overzichten achteraan in deze handleiding). Voorbeeld 2 Als u de galm van de High Bongo wilt uitschakelen, moet u als volgt te werk gaan: dit instrument is toegewezen aan nootnummer 60 (de middenste C) en maakt deel uit van de Standard Set 1 Drum Set. U moet dus de volgende waarden zenden: Controlenummer 99: 29 Controlenummer 98: 60 Controlenummer 6: 0 Deze MIDI-commando’s mag u enkel in de bovenstaande volgorde zenden. Parameters die in de tabel hierboven door een * werden gevolgd kunt u relatief wijzigen, waarbij “0” de standaardwaarde is. De klankverandering die optreedt hangt af van het soort geluid waarmee u werkt (in een aantal gevallen hoort u geen verandering). Ook het bereik waarover u een waarde kunt veranderen is niet steeds hetzelfde. Als u niet precies weet hoe u controlecommando’s moet zenden, raadpleegt u best eens de handleiding van het externe instrument van waaruit dat moet gebeuren. Bedenk wel dat een aantal instrumenten slechts een beperkt aantal controlenummers kunnen zenden. Houd bij het zenden van RPN, NRPN en Data Entry commando’s steeds de bovenstaande volgorde aan. In dit verband moet u vooral uitkijken met bepaalde soorten muzieksoftware, die samenvallende (of snel opeenvolgende) MIDI-commando’s soms niet in hun originele volgorde zenden. De oplossing bestaat er dan in om voldoende ruimte tussen de MIDI-commando’s te laten (minstens 1 tik bij een resolutie van 96/q en 5 tikken bij 480/q ). Opmerking: Waarden die u met een NRPN-commando hebt gewijzigd worden niet geïnitialiseerd, ook niet wanneer u met een programmakeuze-commando een andere klank kiest. Parameters die u met een NRPNcommando hebt gewijzigd kunt u enkel middels een GS Reset initialiseren.

Opmerking: Bij levering reageert de SC-88Pro niet op NRPN commando’s. Hij doet dat wel na de ontvangst van een GS Reset commando. U kunt de ontvangst van NRPN’s ook inschakelen door “Rx.NRPN” (NRPN ontvangstschakelaar, zie blz. 21) via Exclusive commando’s in te schakelen.

Wat als u niet de juiste klanken hoort? Als u song data, die u op een SC-55/SC-155 hebt gemaakt, weergeeft via de SC-88Pro kan het zijn dat deze laatste niet de juiste klanken kiest. Dat

114

heeft doorgaans te maken met één van de volgende redenen: (1) Het juiste variatienummer werd niet gekozen. Als er op de SC-88Pro een variatienummer wordt gekozen waarvoor geen klanken bestaan, dan meldt het display “No INSTRUMENT” (voor de Drum Part is dat “No DRUM SET”). Zelfs als de betreffende Part op dit moment niet wordt afgebeeld krijgt u deze melding kort te zien zodra er data voor een niet bestaand instrument worden ontvangen. Programmakeuze-commando’s bevinden zich meestal aan het begin van een stuk. Bij het begin van de weergave kijkt u dan ook best uit naar foutmeldingen van het bovenstaande type. Krijgt u inderdaad zo’n melding te zien, dan is het mogelijk dat er een verkeerd bankkeuzecommando (of, in het geval van de Drum Part, een programmakeuzecommando) in het stuk is geslopen (zie blz. 106). Kies uit de lijst met instrumenten (zie blz. 120) een bestaande klank. (2) De juiste Map werd niet gekozen. Om op de SC-88Pro banken te kiezen gebruikt u het LSB (CC32) van een bankkeuzecommando (zie blz. 107). Als u voor CC32 een andere waarde zendt, dan wordt er een Map gekozen waarvoor de SC-88Pro geen klanken aan boord heeft en krijgt u de melding “No Instrument” te zien. Gaat het om data voor de SC-55/155/55mkII, dan wordt de LSB van het bankkeuzecommando genegeerd, dus hoeft u er zich in feite niets van aan te trekken. Om veilig te spelen raden we u toch aan om voor CC32 telkens de waarde 0 te specifiëren.

Display-data voor de SC-55 gebruiken Over display-data De metertjes die de Part volumes aangeven op de SC-55/55mkII/SC-88/VL/Pro worden afgebeeld op een display van 16 x 16 punten. Het display kan met behulp van SysEx-data worden “ingekleurd”. Op die manier kunt u allerlei afbeeldingen laten voorbijkomen tijdens de weergave van een stuk. Meer hierover vindt u onder “Tekenen in het display: Frame Draw” op blz. 91. Bovendien kunt u in het display-gedeelte waar normaal de instrumentnaam verschijnt songtitels of -teksten afbeelden. Het is zelfs mogelijk om display-data die voor de SC-55/55mkII werden geschreven te gebruiken. Deze data worden dan beschouwd als de eerste van de 10 bladzijden. Frame Draw functie Met de Frame Draw functie van de SC-88Pro hebben we al kennisgemaakt (zie blz. 91). U weet dus dat u met deze functie tekeningen kunt maken in het display en deze als SysEx-


commando’s verzenden. Door op elkaar aansluitende tekeningen op vaste intervallen vanuit de sequencer naar de SC-88Pro te laten zenden kunt u uw songs vergezellen van “tekenfilmpjes”.

Tweede Part (naast Part 10) als Drum Part gebruiken Over de Part mode U kunt iedere Part 1~16 zowel voor melodische klanken (Normal Part) als voor drumklanken (Drum Part) gebruiken. De keuze tussen deze twee opties maakt u met de Part Mode parameter (zie blz. 20).

Instellen via MIDI U kunt de Part Mode ook via MIDI instellen, met behulp van SysEx commando’s. Wilt u bijvoorbeeld de Part Mode van Part 11 op Drum2 instellen, zend dan het volgende commando: F0 41 10 42 12 40 1A 15 02 0F F7 waarbij 10 het Device ID (17) is, 40 1A 15 het adres (Part 11) en 02 de data (Part Mode Drum2) Wilt u een Drum Set kiezen nadat u de Part Mode hebt ingesteld, dan kunt u dat met een programmakeuze-commando doen.

Aftertouch gebruiken Sluit eerst een stuurbron (klavier, enz.) aan op de SC-88Pro die in staat is om aftertouch-commando’s te zenden. Sommige MIDI-klavieren kunnen dat niet. Wat u met die aftertouch-commando’s precies gaat bereiken hangt af van de instellingen op de SC-88Pro. Vanuit de fabriek (of na de ontvangst van een GS Reset, enz. commando) is de SC-88Pro ingesteld om aftertouch te negeren. Die instelling moet u dus wijzigen. We onderscheiden twee soorten aftertouch:

Monofone (of kanaal-) aftertouch

Wordt verzonden als een waarde die geldt voor het gehele klavier en dus voor het hele MIDI-kanaal. Alle noten van dat MIDI-kanaal zullen op dezelfde manier reageren op de aftertouch, welke noot u ook speelt.

Polyfone aftertouch

Wordt voor elke noot apart uitgestuurd. Zo kunt u dus bv. enkel de C3 van aftertouch voorzien.

De overige parameters (7 voor CAf en 11 voor PAf) kunt u instellen middels SysEx-commando’s vanuit een sequencer of computer. Meer details omtrent de commando’s die u voor deze parameters moet gebruiken vindt u in de MIDI-implementatie (zie de Engelstalige handleiding).

Effectdiepte van een systeemeffect bepalen via MIDI Reverb/Chorus/Delay De diepte van de systeemeffecten Reverb/Chorus/ Delay kunt u middels controlecommando’s voor iedere Part apart instellen (zie blz. 104). Reverb Send Level (controlenummer 91) Chorus Send Level (controlenummer 93) Delay Send Level (controlenummer 94) Deze effecten nemen in feite een stukje van het geluid van iedere Part, bewerken die mix en voegen het resultaat bij de totaalmix van de SC-88Pro. Met de drie hierboven aangehaalde commando’s bepaalt u in welke mate het geluid van iedere Part naar elk van deze effecten wordt gestuurd.

Equalizer Met de equalizer kunt u de klankkleur van het geluid beïnvloeden. De equalizerinstellingen op zich gelden voor de SC-88Pro in zijn geheel, maar u kunt wel voor iedere Part bepalen of die al dan niet door de equalizer wordt gestuurd. Dat laatste doet u met SysEx-commando’s, dus niet met controlecommando’s. Voorbeeld: de equalizer inschakelen voor Part 1. F0 41 10 42 12 40 41 20 01 5E F7

Voor de kanaal-aftertouch kunt u de volgende zeven parameters vanaf het frontpaneel instellen (zie blz. 22): CAf Range/CAf Cutoff/CAf Amp/ CAf LFO Rate/CAf LFO Pitch/CAf LFO TVF/ CAf TVA (zie ook blz. 22). 115


11. Appendix 11.1 Verhelpen van storingen Soms lijkt het alsof de SC-88Pro “het niet doet” (dit is de vaakst gehoorde klacht van muzikanten die naar Roland Benelux bellen). In de regel (en ook hier spreken we uit ervaring) ligt de oplossing voor de hand. Hieronder geven we een overzicht van de meest gebruikelijke storingen en de oplossing ervan. Lees dit dus eerst, probeer het probleem zelf op te lossen en bel dan pas naar Roland Benelux (als dat tenminste nog nodig is).

De SC-88Pro kan niet ingeschakeld worden → Weet u zeker dat u het netsnoer op een stopcontact aangesloten hebt en dat het stopcontact stroom geeft?

Weergave van een GS/GM song is vreemd → Kijk of het Device ID nummer (zie blz. 109) op 17 staat. → Kijk of de SC-88Pro wel GM System On/GS Reset commando’s ontvangt (zie “Rx Sys Mode” op blz. 29).

Geen geluid → Is de versterker/radio-cassettespeler ingeschakeld? → Weet u zeker dat de VOLUME regelaar niet op 0 staat? → Kloppen de MIDI-aansluitingen (MIDI IN→ OUT en MIDI OUT→IN)? → Hoort u iets in de hoofdtelefoon (dat kunt u testen met de Preview functie)? Is dat het geval, dan klopt er iets niet met de audio-aansluitingen of misschien is de versterker niet ingeschakeld. → Bewegen de “meters” in het display? Kijk ook goed naar het onderste balkje van elke Part. Als dat niet te zien is, dan is de Mute functie voor de betreffende Parts geactiveerd (zie “Mute” op blz. 19). Om de betreffende Part te horen, moet u hem weer inschakelen (Mute uit). → Hoe zit het met het algemene Part volume (zie “All: parameters voor alle Parts” op blz. 26)? → Misschien gebruikt u een expressiepedaal dat helemaal dicht staat, zodat het volume op 0 werd gezet.

→ Hebt u de Parts die u wilt horen aan de juiste uitgangen (OUTPUT 1 of 2) toegewezen (zie “OUT Asgn” op blz. 22 en “Sys. OUTMode” op blz. 29)? → Klopt de instelling van de COMPUTER schakelaar achterop de SC-88Pro? Sommige programma’s (vooral dan op PC) zijn zeer gevoelig. Probeer dus zowel PC-1 als PC-2 uit.

Een bepaalde Part klinkt niet → Beweegt zijn meter in het display? Kijk ook goed naar het onderste balkje in het display. Als dat niet te zien is, is de Mute functie voor die Part geactiveerd (zie “Mute” op blz. 19). Om de betreffende Part te horen, moet u hem weer inschakelen (Mute uit). → Misschien staat het volume van die Part op 0 (zie “Level” op blz. 19). → Ontvangt de betreffende Part op het kanaal waarop de sequencer de betreffende partij zendt (zie “MIDI-kanalen van de Parts” op blz. 16)?

Sommige noten van een bepaalde zone klinken niet → Misschien hebt u de ontvangstzone van de betreffende Part kleiner gemaakt (zie “K. Range L/K. Range H” op blz. 21).

U hoort wel iets, maar de meters doen niets → Misschien kijkt u op dat moment naar de Parts van de B-groep, terwijl de SC-88Pro commando’s voor de A-groep ontvangt en vice versa. Druk PART [√] en [®] dus tegelijkertijd in om naar de B-groep of de A-groep te gaan. U zou ook op [ALL] kunnen drukken om beide Part groepen te zien.

De gewenste klank kan niet worden opgeroepen → Misschien zendt u het verkeerde programma-/ banknummer. Zie het overzicht op blz. 120 ff. → Hebt u wel de juiste MIDI-kanaalkeuze gemaakt (zie blz. 32)? → Gebruikt u de SC-55MAP of de SC-88MAP?

Geluid klinkt vervormd → Gebruikt u misschien een vervormingseffect?

116

11. Appendix Foutmeldingen

→ Wanneer slechts één Part vervormd klinkt, moet u er het volume van verminderen (zie “Level” op blz. 19). → Als alle Parts vervormd klinken, dan moet u de VOLUME regelaar iets lager instellen of het algemene volume verminderen.

→ Misschien zendt u de data tegelijk naar MIDI IN A en MIDI IN B (zie blz. 110).

De SC-88Pro voert enkel de via MIDI IN A of MIDI IN B ontvangen commando’s uit → Zorg dat de In Mode op “Standard” staat (zie “In Mode” op blz. 110).

Toonhoogte klopt niet → Weet u zeker dat de betreffende Part niet getransponeerd of ontstemd is (“Key Shift” op blz. 19 en “Fine Tune” op blz. 20)? → Hebt u misschien alle Parts getransponeerd (zie “All: parameters voor alle Parts” op blz. 26)? → Misschien heeft de betreffende Part een Pitch Bend-commando ontvangen dat echter nog niet weer op 0 werd gezet (zodat de Part tijdelijk iets anders gestemd is). Beweeg de Pitch Bend hendel, zodat weer de waarde 0 wordt ingesteld. Of zend de Pitch Bend waarde 40 00H (00 64 voor sequencer gebruikers) naar de SC-88Pro.

Geluid beantwoordt niet helemaal aan de verwachtingen → Misschien hebt u een andere klank gekozen of de Part geëdit. → Misschien zendt u de data tegelijk naar MIDI IN A en MIDI IN B (zie blz. 110).

Geluiden klinken niet lang genoeg

De SC-88Pro ontvangt geen SysEx-data → Stemt het Device ID nummer van de SC-88Pro met dat van het externe instrument (of van de verzonden data) overeen? Zie “Device ID nummer instellen” op blz. 109.

De via de SC-88Pro doorgeluste MIDI-instrumenten voeren de commando’s van de sequencer niet uit → De via de COMPUTER-connector ontvangen commando’s worden ook naar MIDI OUT/ THRU gezonden – op voorwaarde dat u de COMPUTER schakelaar goed instelt. Zet de MIDI OUT/THRU schakelaar bovendien op OUT. → Wanneer de COMPUTER schakelaar op THRU staat, worden de ontvangen commando’s naar MIDI OUT gezonden (i.p.v. THRU). Opmerking: Wijzigingen van de IN B Sel., OUT/THRU of In Mode parameters gelden slechts nadat u de SC-88Pro hebt uiten ingeschakeld.

→ Wanneer u meer dan 64 stemmen gebruikt, dan vallen de eerste gespeelde noten weg (zie “Noten en stemmen (polyfonie)” op blz. 17).

11.2 Foutmeldingen Soms verschijnt er een melding in het display die u op een foute handeling of bewerking wijst. Hier vindt u een oplossing voor het probleem: Battery Low De batterij die de data van het RAM (User) geheugen in stand moet houden, is nagenoeg uitgeput. → Laat de batterij door uw Roland dealer vervangen. Check Sum Error Het controlegetal (Check Sum) van de ontvangen SysEx-data klopt niet. → Controleer de SysEx-data nog een keer en zend ze nog eens naar de SC-88Pro.

MIDI Buff. Full De datablokken die u naar de SC-88Pro zendt zijn te omvangrijk voor de MIDI-buffer van de SC-88Pro. → Probeer de datablokken te verkleinen en zend ze nog een keer naar de SC-88Pro. MIDI Off Line Waarschijnlijk hebt u het instrument, dat op de MIDI IN-connector van de SC-88Pro aangesloten is, uitgeschakeld.

117


→ Ga dat even na en schakel het instrument weer in. Misschien heeft iemand een MIDI-kabel uitgetrokken (of is de kabel stuk). → Controleer de MIDI-kabels No INSTRUMENT U hebt een geheugen van de SC-88Pro gekozen dat geen klank bevat. → Aangezien de SC-88Pro geen instrument voorziet voor dat geheugen, hoort u het voorlaatste instrument dat u had gekozen. Kies dus een ander geheugen. No DRUM SET U hebt een MIDI-programmanummer naar de SC-88Pro gezonden waaraan geen Drum Set toegewezen is. → Zend een ander nummer naar de SC-88Pro. No PATCH U hebt een Patch gekozen die niet in de SC-88Pro aanwezig is. → Aangezien de SC-88Pro geen Patch voorziet voor dat geheugen, hoort u de voorlaatste Patch die u had gekozen. Kies dus een andere Patch.

118

11. Appendix Aansluitkabels voor de computer

11.3 Aansluitkabels voor de computer De hier afgebeelde kabels zijn opties, die u bij uw Roland dealer kunt krijgen (RSC-15APL en RSC-15AT). Voor Apple Macintosh RSC-15APL (optie)

mini DIN, 8-pin, mannelijk 6 78

mini DIN, 8-pin, mannelijk mini DIN, 8-pin, mannelijk HSKo HSKi TXDGND RXDTXD+ GPi RXD+

3 4 5 1 2

1 2 3 4 5 6 7 8

mini DIN, 8-pin, vrouwelijk 1 2 3 4 5 6 7 8

6 7 8

HSKo HSKi TXDGND RXDTXD+ GPi RXD+

3 4 5 1 2

Voor IBM PC/AT (9-pin) RSC-15AT (optie)

mini DIN, 8-pin, mannelijk 6 78 mini DIN, 8-pin, mannelijk

3 4 5

HSKo HSKi TXDGND RXD-

1 2 3 4 5

D-sub, 9-pin, vrouwelijk 7 RTS 8 CTS 3 TXD 5 GND 2 RXD

D-sub, 9-pin, vrouwelijk 5 1

9

1 2

6

Voor IBM PC/AT (25-pin)

mini DIN, 8-pin, mannelijk 6 78 mini DIN, 8-pin, mannelijk

3 4 5 1 2

HSKo HSKi TXDGND RXD-

1 2 3 4 5

D-sub, 25-pin, vrouwelijk 4 RTS 5 CTS 2 TXD 7 GND 3 RXD

D-sub, 25-pin, vrouwelijk 13 1

25

14

119


12. Instrumenten PC CC00 Native Map

Stem SC88 Map

Stem SC55 Map

Stem

Piano 001 000 008 016 024 002 000 008 016 003 000 001 002 008 004 000 008 005 000 008 009 010 016 017 024 025 026 006 000 008 016 024 007 000 001 008 016 024 032 008 000 008 016 024 032 033 035

120

Stem SC88 Map

Stem SC55 Map

Stem

Organ Piano 1 Piano 1w European Pf Piano + Str. Piano 2 Piano 2w Dance Piano Piano 3 EG+Rhodes 1 EG+Rhodes 2 Piano 3w Honky-tonk Honky-tonk 2 E.Piano 1 St.Soft EP Cho.E.Piano SilentRhodes FM+SA EP Dist E.Piano Wurly Hard Rhodes MellowRhodes E.Piano 2 Detuned EP 2 St.FM EP Hard FM EP Harpsichord Harpsichord2 Coupled Hps. Harpsi.w Harpsi.o Synth Harpsi Clav. Comp Clav. Reso Clav. Clav.o Analog Clav. JP8 Clav. 1 JP8 Clav. 2

1 1 1 2 2 2 2 2 2 2# 2 2 2 1 2# 2 2 2# 2 2 2# 2# 2# 2# 2# 2# 1# 2 2# 1# 2# 2 1# 1 1 2 2 1 1

Piano 1 Piano 1w Piano 1d ----Piano 2 Piano 2w ----Piano 3 EG+Rhodes 1 EG+Rhodes 2 Piano 3w Honky-tonk Old Upright E.Piano 1 St.Soft EP --------FM+SA EP ----60'sE.Piano Hard Rhodes MellwRhodes E.Piano 2 Detuned EP2 St.FM EP Hard FM EP Harpsichord ----Coupled Hps Harpsi.w Harpsi.o ----Clav. -------------------------

1# 2 1# 1# 1 2 1 2 1# 1# 1# 1# 1# 1# 1# 1# 1# 1# 2# 2# 1 2 2

Celesta ----Glocknspiel Music Box Vibraphone Hard Vibe Vib.w ----Marimba Marimba w Barafon Barafon 2 Log drum Xylophone Tubularbell Church Bell Carillon Santur Santur 2 Cimbalom -------------

1 1 1 1 1 1 2 2 1 2 2 2 2 --------2 1 2 2 2 2 2 2 1 2* 1 2 1

Piano 1 Piano 1w Piano 1d ----Piano 2 Piano 2w ----Piano 3 --------Piano 3w Honky-tonk HonkyTonk w E.Piano 1 Detuned EP1

1 1 1

E.Piano 1v ----60s E.Piano --------E.Piano 2 Detuned EP2 E.Piano 2v ----Harpsichord ----Coupled Hps Harpsi.w Harpsi.o ----Clav. -------------------------

2

1 1 1

1 2 2 1 2

1 1 2 2 1 2 1 2 1

Chromatic percussion 009 000 001 010 000 011 000 012 000 001 008 009 013 000 008 016 017 024 014 000 015 000 008 009 016 000 001 008 016 017 024

PC CC00 Native Map

Celesta Pop Celesta Glockenspiel Music Box Vibraphone Pop Vibe. Vibraphone w Vibraphones Marimba Marimba w Barafon Barafon 2 Log drum Xylophone Tubular-bell Church Bell Carillon Santur Santur 2 Cimbalom Zither 1 Zither 2 Dulcimer

1* 1 1 1 2 1* 1 1 1 1 1 1 1* 1* 1* 1* 2 2

Celesta ----Glockenspl Music Box Vibraphone ----Vib.w ----Marimba Marimba w ------------Xylophone Tubularbell Church Bell Carillon Santur ---------------------

1 1 1 1 1 1 1

1 1 1 1 1

017 000 001 008 009 016 017 018 019 024 025 026 027 028 029 032 033 040 048 018 000 001 002 008 009 032 019 000 008 016 017 018 024 020 000 008 016 024 032 033 021 000 008 022 000 008 009 016 024 025 023 000 001 024 000 008 016

Organ 1 Organ 101 Trem. Organ Organ.o 60's Organ 1 60's Organ 2 60's Organ 3 Farf Organ Cheese Organ D-50 Organ JUNO Organ Hybrid Organ VS Organ Digi Church 70's E.Organ Even Bar Organ Bass 5th Organ Organ 2 Jazz Organ E.Organ 16+2 Chorus Or.2 Octave Organ Perc.Organ Organ 3 Rotary Org. Rotary Org.S Rock Organ 1 Rock Organ 2 Rotary Org.F Church Org.1 Church Org.2 Church Org.3 Organ Flute Trem.Flute Theater Org. Reed Organ Wind Organ Accordion Fr Accordion It Dist. Accord Cho. Accord Hard Accord Soft Accord Harmonica Harmonica 2 Bandoneon Bandoneon 2 Bandoneon 3

2 2 2 2 1 1 1 1 1# 2 2 2 2 2 2 2# 1# 2 2 2 2 2 2 2 2# 1# 1# 2 2 1# 1# 2# 2# 1# 2# 2 1# 2 1 1 2 2 2 2 1 1 2 2 2

Organ 1 Organ 101 DetunedOr.1 Organ 109 60'sOrgan 1 60'sOrgan 2 60'sOrgan 3 ----CheeseOrgan --------------------Organ 4 Even Bar Organ Bass ----Organ 2 Organ 201 ----DetunedOr.2 ----Organ 5 Organ 3 Rotary Org. RotaryOrg.S --------RotaryOrg.F ChurchOrg.1 ChurchOrg.2 ChurchOrg.3 Organ Flute Trem.Flute ----Reed Organ ----AccordionFr AccordionIt ----------------Harmonica Harmonica 2 Bandoneon ---------

Nylon-str.Gt Ukulele Nylon Gt.o Velo Harmnix Nylon Gt 2 Lequint Gt. Steel-str.Gt 12-str.Gt Nylon+Steel Mandolin Mandolin 2 MandolinTrem Steel Gt.2 Jazz Gt. Mellow Gt. Pedal Steel Clean Gt. Clean Half

2 1# 2 1# 1 1# 1 2 2 2# 2 2 1# 1 2# 1# 1 1

Nylonstr.Gt Ukulele Nylon Gt.o VeloHarmnix Nylon Gt.2 Lequint Gt. Steelstr.Gt 12-str.Gt Nylon+Steel Mandolin --------Steel Gt.2 Jazz Gt. Mellow Gt. Pedal Steel Clean Gt. -----

1 2 2 2 1 1 1 1

1 2 1 1 2 2 2 2* 1 1 1 1 2 2 1 2 1* 1 2

1 2 1

Organ 1 ----Detuned Or1 ----60's Organ1 ------------------------------------Organ 4 ------------Organ 2 --------Detuned Or2 ----Organ 5 Organ 3 --------------------Church Org1 Church Org2 Church Org3 ------------Reed Organ ----Accordion F Accordion I ----------------Harmonica ----Bandoneon ---------

1 2 1

2

1

2 2 2

1 2 2

1 2 2

1 2

Guitar 025 000 008 016 024 032 040 026 000 008 009 016 017 018 032 027 000 001 008 028 000 001

1 1 2 1 1 1 1 2 2 2 1 1* 2 1 1

Nylon Gt. Ukulele Nylon Gt.o ----Nylon Gt.2 ----Steel Gt. 12-str.Gt ----Mandolin ------------Jazz Gt. ----Hawaiian Gt Clean Gt. -----

1 1 2 1 1 2 1

1 1 1

12. Instrumenten

PC CC00 Native Map

029

030

031

032

002 003 004 008 009 016 017 018 019 000 001 002 008 016 000 001 002 003 008 009 000 001 002 003 004 008 009 016 017 018 024 025 000 008 009 016 024

Open Hard 1 Open Hard 2 JC Clean Gt. Chorus Gt. JC Chorus Gt TC FrontPick TC Rear Pick TC Clean ff TC Clean 2: Muted Gt. Muted Dis.Gt TC Muted Gt. Funk Pop Funk Gt.2 OverdriveGt Overdrive 2 Overdrive 3 More Drive LP OverDrvGt LP OverDrv: DistortionGt Dist. Gt2 : Dazed Guitar Distortion: Dist.Fast : Feedback Gt. Feedback Gt2 Power Guitar Power Gt.2 5th Dist. Rock Rhythm Rock Rhythm2 Gt.Harmonics Gt. Feedback Gt.Feedback2 Ac.Gt.Harmnx E.Bass Harm.

Stem SC88 Map 2 1 1 2 2 1 1 2 2 1 1# 2 1# 1# 2 2 2 2 2 2 2 2 2# 2 2 2# 2# 2# 2 2# 2# 2# 1# 1# 2 1# 1

------------Chorus Gt. --------------------Muted Gt. MutedDis.Gt ----Funk Pop Funk Gt.2 OverdriveGt --------------------DistortionGt Dist. Gt2 DazedGuitar --------FeedbackGt. FeedbackGt2 PowerGuitar Power Gt.2 5th Dist. Rock Rhythm RockRhythm2 Gt.Harmonix Gt.Feedback ----Ac.Gt.Harm. -----

Stem SC55 Map

2

1 1 1 1 1

1 2 2 2 2 2 2 2 2 2 1* 1* 1

------------Chorus Gt. --------------------Muted Gt. --------Funk Gt. Funk Gt.2 OverdriveGt --------------------Dist.Gt. ----------------Feedback Gt ------------------------Gt.Harmonix Gt.Feedback -------------

Stem

2

1

1 1 1

1

2

1 1

Acoustic Bs. Rockabilly Wild A.Bass Bass + OHH Fingered Bs. Fingered Bs2 Jazz Bass Jazz Bass 2 Rock Bass ChorusJazzBs F.Bass/Harm. Picked Bass Picked Bass2 Picked Bass3 Picked Bass4 Muted PickBs P.Bass/Harm. Fretless Bs. Fretless Bs2 Fretless Bs3 Fretless Bs4 Syn Fretless Mr.Smooth Wood+FlessBs Slap Bass 1 Slap Pop Reso Slap Unison Slap Slap Bass 2 FM Slap Synth Bass 1 SynthBass101 CS Bass JP-4 Bass JP-8 Bass P5 Bass JPMG Bass Acid Bass TB303 Bass Tekno Bass TB303 Bass 2 Kicked TB303

1 2 2 2 1 2 1# 2 2 2 1 1 2 2 2 1 1 1# 2 2# 2# 2# 2# 2 1# 1 1# 2 2# 2 2# 1# 2 1 2 1 2 1# 1# 2# 1 2

AcousticBs. ------------FingeredBs. FingeredBs2 Jazz Bass ----------------Picked Bass ------------MutePickBs. ----FretlessBs. FretlessBs2 FretlessBs3 FretlessBs4 SynFretless Mr.Smooth ----Slap Bass 1 ----Reso Slap ----Slap Bass 2 ----SynthBass 1 Syn.Bass101 --------------------Acid Bass TB303 Bass Tekno Bass ---------

2

1 2 1

1

1 1 2 2 2 2 2 1 1 2 2 1*

1 1 2

Acoustic Bs ------------Fingered Bs ------------------------Picked Bass --------------------Fretless Bs ------------------------Slap Bass 1 ------------Slap Bass 2 ----Syn.Bass 1 Syn.Bass101 --------------------Syn.Bass 3 -----------------

013 014 015 016 017 018 024 040 000 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028

TB303 Saw Bs Rubber303 Bs Reso 303 Bs Reso SH Bass 303 Sqr Bs TB303 DistBs Arpeggio Bs Synth Bass 2 SynthBass201 Modular Bass Seq Bass MG Bass Mg Oct Bass 1 MG Oct Bass2 MG Blip Bs: Beef FM Bass Dly Bass X Wire Bass WireStr Bss Blip Bass : RubberBass 1 RubberBass 2 SH101 Bass 1 SH101 Bass 2 Smooth Bass SH101 Bass 3 Spike Bass House Bass: KG Bass Sync Bass MG 5th Bass RND Bass WowMG Bass Bubble Bass

Stem SC88 Map 1 1 1 1# 1 1 1 2# 2# 2# 2# 1 2 2 2 2# 2 2# 2 2 2 2 1# 1# 2# 1 1 2 2 2 2 2 2 2

------------Reso SHBass ------------SynthBass 2 Syn.Bass201 ModularBass Seq Bass ----------------Beef FMBass X Wire Bass ----------------Rubber Bass SH101Bass 1 SH101Bass 2 Smooth Bass -------------------------------------

Violin : Violin Atk: Slow Violin Viola : Viola Atk.: Cello : Cello Atk.: Contrabass Tremolo Str Slow Tremolo Suspense Str PizzicatoStr Vcs&Cbs Pizz Chamber Pizz St.Pizzicato Solo Pizz. Solo Spic. Harp Synth Harp Timpani

2 2 1 2 2 2 2 1 1# 1# 2# 1# 2 2 2 1 1 1# 1 1#

Violin ----Slow Violin Viola ----Cello ----Contrabass Tremolo Str SlowTremolo SuspenseStr Pizz. Str. --------------------Harp ----Timpani

Strings : Bright Str: ChamberStr: Cello sect. Orchestra Orchestra 2 Tremolo Orch Choir Str. Strings+Horn St. Strings Velo Strings Oct Strings1 Oct Strings2 SlowStrings SlowStrings2 Legato Str. Warm Strings St.Slow Str. Syn.Strings1 OB Strings StackStrings

2 1 2 1 2 2 2# 2 2 2 2# 2 2 1 1 2# 2# 2 2 2 2

Strings Strings 2 --------Orchestra Orchestra 2 TremoloOrch Choir Str. ----St.Strings VeloStrings --------SlowStrings Slow Str. 2 Legato Str. WarmStrings St.SlowStr. SynStrings1 OB Strings -----

Stem SC55 Map

1

2 2 2 2

2 2

2* 1 1 2

----------------------------Syn.Bass 2 ----------------------------Syn.Bass 4 --------------------Rubber Bass -------------------------------------------------

Stem

2

2

2

Strings/orchestra

Bass 033 000 001 008 016 034 000 001 002 003 004 008 016 035 000 001 002 003 008 016 036 000 001 002 003 004 005 008 037 000 001 008 009 038 000 008 039 000 001 002 003 004 005 006 008 009 010 011 012

PC CC00 Native Map

1

1

1

041 000 001 008 042 000 001 043 000 001 044 000 045 000 008 009 046 000 001 002 003 008 016 047 000 016 048 000

1 1 1 1 1 1 1 2 1

1 1

Violin ----Slow Violin Viola ----Cello ----Contrabass Tremolo Str --------Pizzicato --------------------Harp ----Timpani

1 1 1 1 1 1 1

1 1

1

Ensemble

1

1 1 1

1

049 000 001 002 003 008 009 010 011 012 016 024 032 033 050 000 001 008 009 010 051 000 001 002

1 1 2 2 2 2 2 2 1 1 2 2 2 2 2

Strings ------------Orchestra --------------------------------SlowStrings ----------------SynStrings1 ---------

1

2

1

1

121


PC CC00 Native Map

052

053

054 055

056

003 008 009 016 017 024 025 000 001 002 008 000 008 009 010 016 024 032 033 000 008 000 008 009 016 017 000 008 009 010 011 012 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025

Stem SC88 Map

JP Strings Syn.Strings3 Syn.Strings4 High Strings Hybrid Str. Tron Strings Noiz Strings Syn.Strings2 Syn.Strings5 JUNO Strings Air Strings Choir Aahs St.ChoirAahs Melted Choir Church Choir Choir Hahs Chorus Lahs Chorus Aahs Male Aah+Str Voice Oohs Voice Dahs SynVox Syn.Voice Silent Night VP330 Choir Vinyl Choir OrchestraHit Impact Hit Philly Hit Double Hit Perc.Hit Shock Wave Lo Fi Rave Techno Hit Dist.Hit Bam Hit Bit Hit Bim Hit Technorg Hit Rave Hit Strings Hit Stack Hit

2 2# 2 2 2 2 2 2# 2 2 2 1 2 2 2 1 1 2 2 1# 1 1# 2# 2 1 2 2# 2# 2# 2# 1 2 2# 1 1 1 1 1 1 2 2 2

----SynStrings3 --------------------SynStrings2 ------------Choir Aahs St.Choir Mello Choir ------------ChoirAahs 2 ----Voice Oohs ----SynVox Syn.Voice ------------Orch. Hit Impact Hit Philly Hit Double Hit --------Lo Fi Rave -------------------------------------

Trumpet Trumpet 2 Trumpet : Flugel Horn 4th Trumpets Bright Tp. Warm Tp. Syn. Trumpet Trombone Trombone 2 Twin bones Bs. Trombone Tuba Tuba 2 MutedTrumpet Muted Horns French Horns Fr.Horn 2 Horn + Orche Wide FreHrns F.Hrn Slow: Dual Horns Synth Horn F.Horn Rip Brass 1 Brass ff Bones Sect. Brass 2 Brass 3 Brass sfz Brass Fall Trumpet Fall Octave Brass Brass + Reed SynthBrass1 JUNO Brass StackBrass

1 1# 1 1# 2 2 2# 1 1 1 2 1 1# 1# 1# 1 1# 2# 2 2 1 2 2 1 2 1 1 2 2 2 1# 1 2 2 2 2 2

Trumpet Trumpet 2 ----Flugel Horn ----Bright Tp. Warm Tp. ----Trombone Trombone 2 --------Tuba Tuba 2 Muted Tp. ----FrenchHorns Fr.Horn 2 --------Fr.HornSolo ----Horn Orch ----Brass 1 --------Brass 2 --------Brass Fall ------------SynthBrass1 Poly Brass -----

Stem SC55 Map 2*

2*

1 2 2

1* 1* 1* 2

2 2 2 2 2

----SynStrings3 --------------------SynStrings2 ------------Choir Aahs --------------------Choir Aahs2 ----Voice Oohs ----SynVox ----------------Orchest.Hit -------------------------------------------------------------

Stem 2

2

1

1 1 1

2

122

1 1 1 2 2 1 2* 1 1 1 1 2* 1 2 1* 2 1

2 2

Trumpet ----------------------------Trombone Trombone 2 --------Tuba ----MuteTrumpet ----French Horn Fr.Horn 2 ------------------------Brass 1 --------Brass 2 ------------------------Syn.Brass 1 ---------

003 004 008 009 016 017 064 000 001 002 008 009 010 016 017

Stem SC88 Map

SH-5 Brass MKS Brass Pro Brass P5 Brass Oct SynBrass Hybrid Brass SynthBrass 2 Soft Brass Warm Brass SynBrass sfz OB Brass Reso Brass Velo Brass 1 Transbrass

2 2 2 2 2 2 2 2 2 1 2 2 2# 2

--------Syn.Brass 3 Quack Brass OctaveBrass ----Syn.Brass 2 Soft Brass ----Syn.Brass 4 --------VeloBrass 1 VeloBrass 2

Soprano Sax SopranoExp. Alto Sax AltoSax Exp. Grow Sax AltoSax + Tp Tenor Sax Tenor Sax : BreathyTn.: St.Tenor Sax Baritone Sax Bari. Sax : Oboe Oboe Exp. Multi Reed English Horn Bassoon Clarinet Bs Clarinet Multi Wind

1 1 1 1 1 2 2 2 1 2 2 2 1 1 1 1# 1# 1 1# 1

Soprano Sax ----Alto Sax Hyper Alto --------Tenor Sax ----BreathyTnr. ----BaritoneSax ----Oboe --------EnglishHorn Bassoon Clarinet Bs Clarinet -----

Piccolo Piccolo : Nay Nay Tremolo Di Flute Flute 2 : Flute Exp. Flt Travelso Flute + Vln Tron Flute Recorder Pan Flute Kawala Zampona Zampona Atk Bottle Blow Shakuhachi Shakuhachi: Whistle Whistle 2 Ocarina

1# 1 2 2 2 1# 1 1 2 2 1 1# 2# 2# 2 1 2# 2# 2 1# 2 1#

Piccolo ----------------Flute --------------------Recorder Pan Flute Kawala --------Bottle Blow Shakuhachi ----Whistle ----Ocarina

Square Wave MG Square Hollow Mini Mellow FM CC Solo Shmoog LM Square 2600 Sine Sine Lead KG Lead P5 Square OB Square JP-8 Square Pulse Lead JP8 PulseLd1

2 1 1# 2# 2# 2# 2# 1 1 1 1 1 1 2 2

Square Wave Square Hollow Mini Mellow FM CC Solo Shmoog LM Square Sine Wave -----------------------------

Stem SC55 Map

2* 2 2 2* 2 1* 2 2

--------Syn.Brass 3 ----Analog Brs1 ----Syn.Brass 2 --------Syn.Brass 4 --------Analog Brs2 -----

Stem

2 2 2

1 2

Reed 065 000 008 066 000 008 009 016 067 000 001 008 009 068 000 001 069 000 008 016 070 000 071 000 072 000 008 016

1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1

Soprano Sax ----Alto Sax ------------Tenor Sax ------------BaritoneSax ----Oboe --------EnglishHorn Bassoon Clarinet ---------

1 1

1

1 1 1 1 1

Pipe

Brass 057 000 001 002 008 016 024 025 032 058 000 001 002 008 059 000 001 060 000 008 061 000 001 002 003 008 009 016 024 062 000 001 002 008 009 010 016 017 024 025 063 000 001 002

PC CC00 Native Map

1

1 2 1 1 2 2

073 000 001 008 009 016 074 000 001 002 003 008 016 075 000 076 000 008 016 017 077 000 078 000 001 079 000 001 080 000

1

1

1* 2 2 2 2* 1* 1*

Piccolo ----------------Flute --------------------Recorder Pan Flute ------------Bottle Blow Shakuhachi ----Whistle ----Ocarina

1

1

1 1

2 2 1 1

Synth lead

1 2

2

081 000 001 002 003 004 005 006 008 009 010 016 017 018 024 025

2* 1* 1 2 2 2 2 1*

Square Wave Square --------------------Sine Wave -----------------------------

2 1

1

12. Instrumenten

PC CC00 Native Map

082

083

084

085

086

087

088

026 027 000 001 002 003 004 005 006 007 008 009 011 016 017 018 024 025 026 027 028 029 030 031 032 033 034 035 040 041 042 043 044 045 000 001 002 000 001 008 000 008 009 010 016 017 018 019 020 024 000 008 009 000 001 002 003 008 000 001 002 003 004 005 006

JP8 PulseLd2 MG Reso. Pls Saw Wave OB2 Saw Pulse Saw Feline GR Big Lead Velo Lead GR-300 LA Saw Doctor Solo Fat Saw Lead D-50 Fat Saw Waspy Synth PM Lead CS Saw Lead MG Saw 1 MG Saw 2 OB Saw 1 OB Saw 2 D-50 Saw SH-101 Saw CS Saw MG Saw Lead OB Saw Lead P5 Saw Lead MG unison Oct Saw Lead SequenceSaw1 SequenceSaw2 Reso Saw Cheese Saw 1 Cheese Saw 2 Rhythmic Saw Syn.Calliope Vent Synth Pure PanLead Chiffer Lead TB Lead Mad Lead Charang Dist.Lead Acid Guitar1 Acid Guitar2 P5 Sync Lead Fat Sync Lead Rock Lead 5th DecaSync Dirty Sync JUNO Sub Osc Solo Vox Vox Lead LFO Vox 5th Saw Wave Big Fives 5th Lead 5th Ana.Clav 4th Lead Bass & Lead Big & Raw Fat & Perky JUNO Rave JP8 BsLead 1 JP8 BsLead 2 SH-5 Bs.Lead

Stem SC88 Map 1 1 2 1 2# 2# 2# 2# 2# 1# 2# 2 2 2# 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 2 2 2 1 1 1 2 2 2# 2# 2# 2# 2 2 2# 2# 2 2 1 2 2 2 1 1 2# 2 2 2# 2# 2 2 2 2# 2# 2# 1 1 2 2

--------Saw Wave Saw Pulse Saw Feline GR Big Lead Velo Lead GR-300 LA Saw Doctor Solo --------Waspy Synth --------------------------------------------------------------------------------SynCalliope Vent Synth PurePanLead ChifferLead --------Charang Dist.Lead --------------------------------Solo Vox --------5th Saw Big Fives ------------Bass & Lead Big & Raw Fat & Perky -----------------

2# 2# 2 2 1# 2 2# 2# 2 2 2 2# 2# 2

Fantasia Fantasia 2 --------Warm Pad Thick Pad Horn Pad RotaryStrng Soft Pad --------Polysynth 80'sPolySyn -----

Stem SC55 Map

2* 1* 2 2 2 2 2 1 2* 2

2* 2 2 2*

2* 2

2*

2* 2

2* 2 2

--------Saw Wave Saw ------------------------Doctor Solo --------------------------------------------------------------------------------------------SynCalliope --------ChifferLead --------Charang ------------------------------------Solo Vox --------5th Saw ----------------Bass & Lead -------------------------

Stem

2 1 092

2 093

094

095

096

Fantasia Fantasia 2 New Age Pad Bell Heaven Warm Pad Thick Matrix Horn Pad Rotary Strng OB Soft Pad Octave Pad Stack Pad Polysynth 80's PolySyn Polysynth 2

2* 2 1* 2 2 2 2 2* 2

Fantasia ------------Warm Pad ------------------------Polysynth ---------

003 008 009 010 011 000 001 002 008 009 010 011 000 001 002 003 000 001 002 000 001 002 008 000 001 008 009 010 011

Stem SC88 Map

Poly King Power Stack Octave Stack Reso Stack Techno Stack Space Voice Heaven II SC Heaven Cosmic Voice Auh Vox AuhAuh Vocorderman Bowed Glass SoftBellPad JP8 Sqr Pad 7thBelPad Metal Pad Tine Pad Panner Pad Halo Pad Vox Pad Vox Sweep Horror Pad Sweep Pad Polar Pad Converge Shwimmer Celestial Pd Bag Sweep

2 2 2 1 2 1# 2# 2 2 1 2 2 2# 2 2 2 2# 2# 2# 2# 2 2 2 1# 1# 1# 2# 2# 2

--------------------Space Voice Heaven II --------------------Bowed Glass ------------Metal Pad Tine Pad Panner Pad Halo Pad ------------Sweep Pad Polar Pad Converge Shwimmer CelestialPd -----

Ice Rain Harmo Rain African wood Anklung Pad Rattle Pad Clavi Pad Soundtrack Ancestral Prologue Prologue 2 Hols Strings Rave Crystal Syn Mallet Soft Crystal Round Glock Loud Glock GlockenChime Clear Bells ChristmasBel Vibra Bells Digi Bells Music Bell Analog Bell Choral Bells Air Bells Bell Harp Gamelimba JUNO Bell Atmosphere Warm Atmos Nylon Harp Harpvox HollowReleas Nylon+Rhodes Ambient Pad Invisible Pulsey Key Noise Piano Brightness Shining Star OB Stab Org Bell Goblin Goblinson 50's Sci-Fi Abduction Auhbient LFO Pad Random Str

2# 2# 2# 2 2 2# 2# 2# 2# 2 2 2# 2# 1# 2# 2# 2# 2# 2# 2# 2# 2# 2 1 2# 2# 2# 2# 2 2# 2# 2# 2# 2# 2# 2# 2 2 2 2# 2 1 2 2# 2# 2# 2 2 2 2

Ice Rain Harmo Rain AfricanWood --------Clavi Pad Soundtrack Ancestral Prologue --------Rave Crystal Syn Mallet SoftCrystal Round Glock Loud Glock GlocknChime Clear Bells X'mas Bell Vibra Bells Digi Bells --------ChoralBells Air Bells Bell Harp Gamelimba ----Atmosphere Warm Atmos Nylon Harp Harpvox HollowRels. NylonRhodes Ambient Pad ------------Brightness ------------Goblin Goblinson 50's Sci-Fi -----------------

Stem SC55 Map

1* 2

2*

2* 2 2 2*

1* 1 1 2 2

--------------------Space Voice ------------------------Bowed Glass ------------Metal Pad --------Halo Pad ------------Sweep Pad ---------------------

Stem

1

2

2

2

1

Synth SFX 2

2

2

2

2

2

Synth pad, enz. 089 000 001 002 003 090 000 001 002 003 004 008 009 091 000 001 002

PC CC00 Native Map

2

1

2

097 000 001 002 003 004 008 098 000 001 002 003 004 008 099 000 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 016 017 018 019 020 100 000 001 002 003 004 005 006 007 008 009 101 000 001 002 008 102 000 001 002 003 004 005 006

2* 2 2 2 2* 2 2 2 2* 1* 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2* 2 2 2 2 2 2

2*

2* 2 2 -----

Ice Rain --------------------Soundtrack --------------------Crystal Syn Mallet ------------------------------------------------------------Atmosphere ------------------------------------Brightness ------------Goblin ---------

2

2

2 1

2

2

2

-------------

123


PC CC00 Native Map 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 103 000 001 002 003 004 005 006 008 009 104 000 001 008 009 016 017 018

Random Pad LowBirds Pad Falling Down LFO RAVE LFO Horror LFO Techno Alternative UFO FX Gargle Man Sweep FX Echo Drops Echo Bell Echo Pan Echo Pan 2 Big Panner Reso Panner Water Piano Pan Sequence Aqua Star Theme Star Theme 2 Dream Pad Silky Pad New Century 7th Atmos. Galaxy Way

Stem SC88 Map 2 2 2 2 2 2 2 2 1 1 1# 2# 2# 2# 2# 2# 2# 2 2 2# 2# 2 2 1 2 2

----------------------------------------Echo Drops Echo Bell Echo Pan Echo Pan 2 Big Panner Reso Panner Water Piano --------Star Theme StarTheme 2 ---------------------

Sitar Sitar 2 Detune Sitar Sitar 3 Tambra Tamboura Banjo Muted Banjo Rabab San Xian Gopichant Oud Oud+Strings Pi Pa Shamisen Tsugaru Syn Shamisen Koto

1# 2# 2# 2 1# 2# 1# 1# 2# 2 2# 2# 2 1 1# 2# 2 2

Sitar Sitar 2 DetuneSitar ----Tambra Tamboura Banjo Muted Banjo Rabab ----Gopichant Oud --------Shamisen Tsugaru ----Koto

Gu Zheng Taisho Koto Kanoon Kanoon+Choir Oct Harp Kalimba Sanza Bagpipe Didgeridoo Fiddle Er Hu Gao Hu Shanai Shanai 2 Pungi Hichiriki Mizmar Suona 1 Suona 2

2 1# 2# 2 1 1 2 1# 1+ 1# 1 1 1# 1# 1# 2# 1 1 1

----Taisho Koto Kanoon --------Kalimba ----Bagpipe ----Fiddle --------Shanai Shanai 2 Pungi Hichiriki -------------

1# 1# 1# 1# 2# 2 1# 1# 1# 1+

Tinkle Bell Bonang Gender GamelanGong St.Gamelan ----RAMA Cymbal Agogo Atarigane -----

Stem SC55 Map

1* 2* 2* 2 2 2 2 2* 2

----------------------------------------Echo Drops Echo Bell Echo Pan ------------------------Star Theme -------------------------

Stem

1 2 2

2

Ethnic, enz. 105 000 001 002 003 008 016 106 000 001 008 009 016 024 028 032 107 000 001 008 108 000 Koto 1 001 008 016 019 024 109 000 008 110 000 008 111 000 008 009 112 000 001 008 016 024 032 033

1* 2* 2 1 2 1 1 2 2 2 1* 2 1

1 2 1 ----1 1*

1* 1 1 2

Sitar Sitar 2 ----------------Banjo ----------------------------Shamisen --------* ----Taisho Koto ------------Kalimba Bagpipe ----Fiddle --------Shanai -------------------------

1 2

1

124

Tinkle Bell Bonang Gender Gamelan Gong St.Gamelan Jang-Gu RAMA Cymbal Agogo Atarigane Tambourine

1* 1 1 1 2 1 1 1

Tinkle Bell ------------------------Agogo ---------

115 000 001 116 000 008 016 017 024 032 117 000 001 008 016 017 018 118 000 001 008 009 016 017 018 019 119 000 008 009 010 011 012 120 000 001 002 008 009 016 017 024 025

Stem SC88 Map

Steel Drums Island Mlt Woodblock Castanets Angklung Angkl Rhythm Finger Snaps 909 HandClap Taiko Small Taiko Concert BD Jungle BD Techno BD Bounce Melo. Tom 1 Real Tom Melo. Tom 2 Rock Tom Rash SD House SD Jungle SD 909 SD Synth Drum 808 Tom Elec Perc Sine Perc. 606 Tom 909 Tom Reverse Cym. Reverse Cym2 Reverse Cym3 Rev.Snare 1 Rev.Snare 2 Rev.Kick 1 Rev.ConBD Rev.Tom 1 Rev.Tom 2

1# 2 1#+ 1#+ 1 2 1+ 1+ 1#+ 1+ 1#+ 1+ 1+ 1+ 1#+ 2#+ 1#+ 2#+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1#+ 2#+ 1#+ 1 1+ 1+ 1#+ 1#+ 1+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+

Steel Drums ----Woodblock Castanets ----------------Taiko ----Concert BD ------------Melo. Tom 1 Real Tom Melo. Tom 2 Rock Tom ----------------Synth Drum 808 Tom Elec Perc ------------Reverse Cym ReverseCym2 ----Rev.Snare 1 Rev.Snare 2 Rev.Kick 1 Rev.ConBD Rev.Tom 1 Rev.Tom 2

Gt.FretNoise Gt.Cut Noise String Slap Gt.CutNoise2 Dist.CutNoiz Bass Slide Pick Scrape Gt. FX Menu Bartok Pizz. Guitar Slap Chord Stroke Biwa Stroke Biwa Tremolo Breath Noise Fl.Key Click Seashore Rain Thunder Wind Stream Bubble Wind 2 Pink Noise White Noise Bird Dog Horse-Gallop Bird 2 Kitty Growl Telephone 1 Telephone 2 DoorCreaking Door Scratch Wind Chimes Scratch 2 ScratchKey TapeRewind Phono Noise MC-500 Beep

1# 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1 1 1+ 1 1+ 1+ 1# 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 2#+ 2#+ 1+ 1 1 2#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 2#+ 1#+ 2+ 1+ 1+ 1

Gt.FretNoiz Gt.CutNoise String Slap Gt.CutNz. 2 Dist.CutNz. Bass Slide Pick Scrape ------------------------BreathNoise Fl.KeyClick Seashore Rain Thunder Wind Stream Bubble ------------Bird Dog HorseGallop Bird 2 Kitty Growl Telephone 1 Telephone 2 Creaking Door Scratch Wind Chimes Scratch 2 -----------------

Stem SC55 Map 1* 1*+ 1*+

1*+ ----1*+

1*+ 2+ 1*+ 2+

1*+ 2+ 1*+

1*+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1+

Steel Drums ----Woodblock Castanets ----------------Taiko

Stem 1 1+ 1+

1+

Concert BD ------------Melo. Tom 1 ----Melo. Tom 2 --------------------Synth Drum 808 Tom Elec Perc ------------Reverse Cym ---------------------------------

1+

Gt.FretNoiz Gt.CutNoise String Slap ----------------------------------------BreathNoise Fl.KeyClick Seashore Rain Thunder Wind Stream Bubble ------------Bird Dog HorseGallop Bird 2 --------Telephone 1 Telephone 2 Creaking Door Scratch Wind Chimes ---------------------

1 1+ 1+

1+ 1+

1+ 1+ 1+

1+

SFX

1

2

1 1 1

1

Percussive 113 000 008 009 010 011 012 016 114 000 008 016

PC CC00 Native Map

1

1

121 000 001 002 003 004 005 006 008 009 010 011 012 013 122 000 001 123 000 001 002 003 004 005 006 016 017 124 000 001 002 003 004 005 125 000 001 002 003 004 005 007 008 009 010 011

1* 1*+ 1*+ 1+ 1+ 1+ 1+

1* 1*+ 1*+ 1*+ 1*+ 1*+ 2*+ 2*+

2*+ 1*+ 1*+ 1*+ 1+ 1+ 1*+ 1*+ 1*+ 1*+ 1*+ 2*+ 1+

1 1+ 1+ 1+ 1+ 1+ 2+ 2+

2+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1+ 2+

12. Instrumenten

PC CC00 Native Map 126 000 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 127 000 001 002 003 004 005 006 007 008 016 017 018 019 020 128 000 001 002 003 004 005

Helicopter Car-Engine Car-Stop Car-Pass Car-Crash Siren Train Jetplane Starship Burst Noise Calculating Perc. Bang Applause Laughing Screaming Punch Heart Beat Footsteps Applause 2 Small Club ApplauseWave Voice One Voice Two Voice Three Voice Tah Voice Whey Gun Shot Machine Gun Lasergun Explosion Eruption Big Shot

Stem SC88 Map 1#+ 1#+ 1#+ 1#+ 2#+ 1#+ 1#+ 2#+ 2#+ 2#+ 2+ 2+ 2#+ 1#+ 1#+ 1#+ 1# 1#+ 2#+ 2+ 2+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1+ 1#+ 1#+ 1#+ 2#+ 1+ 2+

SC-55/CM-64 Map 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032 033 034 035 036 037 038 039 040 041 042 043 044 045 046 047

126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126

Piano 2 Piano 2 Piano 2 Honky-tonk Piano 1 Piano 2 Piano 2 E.Piano 1 Detuned EP1 E.Piano 2 Steel Gt. Steel Gt. 12-str.Gt Funk Gt. Muted Gt. Slap Bass 1 Slap Bass 1 Slap Bass 1 Slap Bass 1 Slap Bass 2 Slap Bass 2 Slap Bass 2 Slap Bass 2 Fingered Bs Fingered Bs Picked Bass Picked Bass Fretless Bs Acoustic Bs Choir Aahs Choir Aahs Choir Aahs Choir Aahs SlowStrings Strings SynStrings3 SynStrings3 Organ 1 Organ 1 Organ 1 Organ 2 Organ 1 Organ 1 Organ 2 Organ 2 Organ 2 Trumpet

1 1 1 2 1 1 1 1 2 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1

Helicopter Car-Engine Car-Stop Car-Pass Car-Crash Siren Train Jetplane Starship Burst Noise --------Applause Laughing Screaming Punch Heart Beat Footsteps Applause 2 ----------------------------Gun Shot Machine Gun Lasergun Explosion ---------

Stem SC55 Map 1*+ 1*+ 1*+ 1*+ 2*+ 1*+ 1*+ 2*+ 2*+ 2*+ 2*+ 1*+ 1*+ 1*+ 1* 1*+ 2+

1*+ 1*+ 1*+ 2*+

Helicopter Car-Engine Car-Stop Car-Pass Car-Crash Siren Train Jetplane Starship Burst Noise --------Applause Laughing Screaming Punch Heart Beat Footsteps --------------------------------Gun Shot Machine Gun Lasergun Explosion ---------

Stem 1+ 1+ 1+ 1+ 2+ 1+ 1+ 2+ 2+ 2+ 2+ 1+ 1+ 1+ 1 1+

1+ 1+ 1+ 2+

PC CC00 Native Map

Stem SC88 Map

048 049 050 051 052 053 054 055 056 057 058 059 060 061 062 063 064

126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126 126

Trumpet Trombone Trombone Trombone Trombone Trombone Trombone Alto Sax Tenor Sax BaritoneSax Alto Sax Brass 1 Brass 1 Brass 2 Brass 2 Brass 1 Orchest.Hit

1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 2 1 2

001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013 014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028 029 030 031 032 033 034 035 036 037 038 039 040 041 042 043 044 045 046 047 048 049 050 051 052 053 054 055 056 057 058 059 060 061 062 063 064

127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127

Acou Piano1 Acou Piano2 Acou Piano3 Elec Piano1 Elec Piano2 Elec Piano3 Elec Piano4 Honkytonk Elec Org 1 Elec Org 2 Elec Org 3 Elec Org 4 Pipe Org 1 Pipe Org 2 Pipe Org 3 Accordion Harpsi 1 Harpsi 2 Harpsi 3 Clavi 1 Clavi 2 Clavi 3 Celesta 1 Celesta 2 Syn Brass 1 Syn Brass 2 Syn Brass 3 Syn Brass 4 Syn Bass 1 Syn Bass 2 Syn Bass 3 Syn Bass 4 Fantasy Harmo Pan Chorale Glasses Soundtrack Atmosphere Warm Bell Funny Vox Echo Bell Ice Rain Oboe 2001 Echo Pan Doctor Solo School Daze Bellsinger Square Wave Str Sect 1 Str Sect 2 Str Sect 3 Pizzicato Violin 1 Violin 2 Cello 1 Cello 2 Contrabass Harp 1 Harp 2 Guitar 1 Guitar 2 Elec Gtr 1 Elec Gtr 2 Sitar

1 1 1 1 1 1 1 2 1 2 1 1 2 2 2 2 1 2 1 1 1 1 1 1 2 2 2 2 1 2 2 1 2 2 1 2 2 2 2 1 2 2 2 2 2 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2

Stem SC55 Map

Stem

125


065 066 067 068 069 070 071 072 073 074 075 076 077 078 079 080 081 082 083 084 085 086 087 088 089 090 091 092 093 094 095 096 097 098 099 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120

127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127 127

126

Acou Bass 1 Acou Bass 2 Elec Bass 1 Elec Bass 2 Slap Bass 1 Slap Bass 2 Fretless 1 Fretless 2 Flute 1 Flute 2 Piccolo 1 Piccolo 2 Recorder Pan Pipes Sax 1 Sax 2 Sax 3 Sax 4 Clarinet 1 Clarinet 2 Oboe Engl Horn Bassoon Harmonica Trumpet 1 Trumpet 2 Trombone 1 Trombone 2 Fr Horn 1 Fr Horn 2 Tuba Brs Sect 1 Brs Sect 2 Vibe 1 Vibe 2 Syn Mallet Windbell Glock Tube Bell Xylophone Marimba Koto Sho Shakuhachi Whistle 1 Whistle 2 Bottleblow Breathpipe Timpani Melodic Tom Deep Snare Elec Perc 1 Elec Perc 2 Taiko Taiko Rim Cymbal

1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 2 2 2 1 1 2 1 1 1 2 1 1 1 1 1 2 2 2 1 2 1 1 1 1+ 1+ 1+ 1+ 1 1

121 122 123 124 125 126 127 128

127 127 127 127 127 127 127 127

PC: CC00 : # * +

Castanets Triangle Orche Hit Telephone Bird Tweet OneNote Jam Water Bell Jungle Tune

1+ 1+ 1 1+ 1+ 1+ 2 2

Programmanummer Waarde die u aan controlenummer 0 (bankkeuze) moet toewijzen Klanken die een Legato-functie bieden Zelfde klank als voor de SC-88 Map Zelfde klank als voor de SC-55 Map Percussieklanken waarmee u geen melodieën kunt spelen. Het beste resultaat bereikt u met de noot C4 (60).

Drum Sets Hieronder ziet u hoe de Drum Sets van de SC-88 Pro zijn ingedeeld. In de Native Map vindt u 25 sets, in de SC-88 map 14 en in de SC-55 map 10. PC Native Map 001 002 003 009 010 011 012 017 025 026 027 028 029 030 031 033 041 049 050 051 053 054 057 058 059 128

SC-88Map

STANDARD 1 STANDARD 1 STANDARD 2 # STANDARD 2 STANDARD 3 --ROOM # ROOM HIP HOP --JUNGLE-TECHNO-POWERPOWER POWER ELECTRONIC #ELECTRONIC ELECTRONIC TR-808 TR-808/909 TR-808 DANCE DANCE --CR-78 ----TR-606 ----TR-707 ----TR-909 ----JAZZ JAZZ JAZZ BRUSH BRUSH ORCHESTRA # ORCHESTRA ETHNIC # ETHNIC KICK & SNARE # KICK & SNARE ASIA --CYMBAL&CLAPS --SFX SFX RHYTHM FX # RHYTHM FX RHYTHM FX 2 -------

SC-55Map STANDARD ----ROOM -------

BRUSH ORCHESTRA --------SFX ----CM-64/32L

12. Drum Sets

Drum Sets

127


Native Drum set (1) #: Zelfde Drum Set als SC-88 map

22 23 C1 24 25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45 47 C3 48 49 50

PC10

STANDARD 1 MC-500 Beep 1 MC-500 Beep 2 Concert SD Snare Roll

STANDARD 2 # ← ← ← ←

STANDARD 3 ← ← ← ←

ROOM # ← ← ← ←

Hip-Hop ← ← ← ←

Finger Snap 2 High Q Slap

Finger Snap ← ←

← ← ←

Finger Snap ← ←

← ← ←

← ← ← ← ← ← Standard 3 Kick 2 [RND] Kick

← ← ← ← ← ← Room Kick 2 Room Kick 1

Scratch Push 2 Scratch Pull 2 ← ← ← ← Hip-Hop Kick 2 Hip-Hop Kick 1

Side Stick ← Standard 1 Snare 1 Standard 2 Snare 1 Hand Clap TR-808 Hand Clap Standard 1 Snare 2 Standard 2 Snare 2 Low Tom 2 * ← Closed Hi-Hat [EXC1] Closed Hi-Hat 2 Low Tom 1 * ← Pedal Hi-Hat [EXC1] Pedal Hi-Hat 2 ←

*

Open Hi-Hat Mid Tom 1 High Tom 2 Crash Cymbal1 High Tom 1

[EXC1] Open Hi-Hat 2 ← ← ← * ←

* *

← ← TR-808 Rim Shot [RND] Snare Room Snare 1 Rap Snare [RND] Hand Clap * TR-808 Hand Clap ← Standard 3 Snare 2 Room Snare 2 Hip-Hop Snare 2 ← Room Low Tom 2 * TR-909 Low Tom 2 [EXC1] [RND] Closed Hi-Hat [EXC1] Closed Hi-Hat 3 [EXC1] Closed Hi-Hat 3 ← Room Low Tom 1 * TR-909 Low Tom 1 [EXC1] [RND] Pedal Hi-Hat [EXC1] Room Pedal Hi-Hat [EXC1] Room Pedal Hi-Hat ← [EXC1] [RND] Open Hi-Hat ← ← [RND] Crash Cymbal ←

Room Mid Tom 2 [EXC1] Open Hi-Hat 3 Room Mid Tom 1 Room High Tom 2 ← Room High Tom 1

*

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← TR-808 Cowbell ← ←

Ride Cymbal 2

←

[RND] Ride Cymbal 2 *

←

←

66

High Bongo Low Bongo Mute High Conga Open High Conga Open Low Conga High Timbale Low Timbale

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

68

High Agogo Low Agogo

← ←

← ←

← ←

← ←

70

Cabasa Maracas

← ←

← ←

← ←

← TR-808 Maracas

58 C4 60 61 62 63 64

67 69 71 C5 72 73 74 75 76 78

79 80

Short High Whistle Long Low Whistle Short Guiro Long Guiro

[EXC2] [EXC2] [EXC3] [EXC3]

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← CR-78 Guiro

[EXC3]

Claves High Wood Block Low Wood Block Mute Cuica Open Cuica

← ← ← [EXC4] ← [EXC4] ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

TR-808 Claves ← ← High Hoo Low Hoo

[EXC4] [EXC4]

[EXC5] ← [EXC5] ← ← ← Bar Chimes ← [EXC6] ← [EXC6] ← * ← -----

← ← ← ← ← ← ← ← ← -----

← ← ← ← ← ← ← ← ← -----

Electric Mute Triangle Electric Open Triangle TR-626 Shaker ← ← ← ← ← Small Club 1 * -----

90

Mute Triangle Open Triangle Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo Applause 2 -----

92

-----

-----

-----

-----

-----

---------

---------

---------

---------

---------

81 82 83 C6 84 85 86 87 88

91 93 94 95 C7 96

PC --nootnummer

[EXC1]

[EXC1] Open Hi-Hat 3 [EXC1] TR-909 Mid Tom 1 TR-909 High Tom 2 TR-909 Crash Cymbal * TR-909 High Tom 1

Splash Cymbal Cowbell Crash Cymbal 2 Vibra-slap

59

[EXC1]

* *

← Reverse Cymbal ← Shake Tambourine

54

[EXC7] [EXC7]

TR-909 Mid Tom 2

← ← ← ←

56

128

[EXC7] ← [EXC7] ← ← ← ← ← Standard 2 Kick 2 Standard 2 Kick 1

Scratch Push Scratch Pull Sticks Square Click Metronome Click Metronome Bell Standard 1 Kick 2 Standard 1 Kick 1

[RND] Ride Cymbal 1 * ← [RND] Ride Bell ←

57

89

PC9

← ← ← ←

55

77

PC3

Ride Cymbal 1 Chinese Cymbal Ride Bell Tambourine

51 52

65

PC2

Mid Tom 2

46

53

PC1

*

: Programmanummer (Drum Set nummer) : geen klank : Tones die twee stemmengebruiken

← : dezelfde klank als de "STANDARD1"(PC1) set. [EXC] : Klanken met hetzelfde nummer kunnen nooit tegelijk klinken.

[88] [55]

: Dezelfde klank als op de SC-88 : Dezelfde klank als op de SC-55

12. Drum Sets

129



22 23 C1 24 25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45

C3 48 49 50

PC 26

JUNGLE ← ← ← ←

TECHNO ← ← ← ←

POWER ← ← ← ←

ELECTRONIC # ← ← ← ←

TR-808 ← ← ← ←

← ← ←

← ← ←

← ← ←

Finger Snap ← ←

← ← ←

[EXC7] Scratch Push 2 [EXC7] Scratch Pull 2 ← ← ← ← Techno Kick 2 Techno Kick 1

← Jungle Snare 1 Hand Clap 2 Jungle Snare 2 TR-909 Low Tom 2 TR-606 Closed Hi-Hat TR-909 Low Tom 1 Jungle Hi-Hat

TR-808 Rim Shot ← Techno Snare 1 Power Snare 1 TR-707 Hand Clap TR-808 Hand Clap Techno Snare 2 Power Snare 2 TR-808 Low Tom 2 * Power Low Tom 2 [EXC1] TR-707 Closed Hi-Hat [EXC1] ← TR-808 Low Tom 1 * Power Low Tom 1 [EXC1] CR-78 Closed Hi-Hat [EXC1] ←

*

TR-808 Mid Tom 2

Power Mid Tom 2

TR-606 Open Hi-Hat [EXC1] TR-909 Open Hi-Hat [EXC1] ← TR-909 Mid Tom 1 TR-808 Mid Tom 1 * Power Mid Tom 1 TR-909 High Tom 2 TR-808 High Tom 2 * Power High Tom 2 TR-808 Crash Cymbal TR-909 Crash Cymbal ← TR-909 High Tom 1 TR-808 High Tom 1 * Power High Tom 1

[EXC7] Scratch Push 2 [EXC7] Scratch Pull 2 ← ← ← ← Electric Kick 2 Electric Kick 1

* * * * * *

[EXC7] Scratch Push 2 [EXC7] Scratch Pull 2 ← ← ← ← TR-808 Kick 2 * TR-808 Kick 1

[EXC7] [EXC7]

← TR-808 Rim Shot Electric Snare 1 TR-808 Snare 1 TR-808 Hand Clap TR-808 Hand Clap Electric Snare 2 TR-808 Snare 2 Electric Low Tom 2 * TR-808 Low Tom 2 * Closed Hi-Hat 2 [EXC1] TR-808 Closed Hi-Hat [EXC1] Electric Low Tom 1 * TR-808 Low Tom 1 * Pedal Hi-Hat 2 [EXC1] TR-808 Closed Hi-Hat 2 [EXC1] Electric Mid Tom 2

*

TR-808 Mid Tom 2

*

Open Hi-Hat 2 [EXC1] TR-808 Open Hi-Hat [EXC1] Electric Mid Tom 1 * TR-808 Mid Tom 1 * Electric High Tom 2 * TR-808 High Tom 2 * ← TR-808 Crash Cymbal Electric High Tom 1 * TR-808 High Tom 1 * ← Reverse Cymbal ← ←

TR-606 Ride Cymbal ← ← CR-78 Tambourine


← TR-808 Cowbell TR-909 Crash Cymbal ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← TR-808 Cowbell TR-909 Crash Cymbal ←

←

←

←

←

Ride Cymbal Edge

66

← ← ← ← ← ← ←

CR-78 High Bongo CR-78 Low Bongo TR-808 Mute High Conga TR-808 Open High Conga TR-808 Open Low Conga ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←


68

← ←

← ←

← ←

← ←

← ←

70

← TR-808 Maracas

← TR-808 Maracas

← ←

← ←

← TR-808 Maracas

54 56 58

59 C4 60 61 62 63 64

67 69 71 C5 72 73 74 75 76 78

79


← ← ← [EXC3] CR-78 Guiro

← ← ← [EXC3] ←

← ← ← ←


[EXC3]


TR-808 Claves ← ← [EXC4] High Hoo [EXC4] Low Hoo

← ← ← [EXC4] ← [EXC4] ←

← ← ← ← ←


[EXC4] [EXC4]


90


Electric Mute Triangle Electric Open Triangle TR-626 Shaker ← ← ← ← ← ← -----

← ← ← ← ← ← ← ← ← -----

← ← ← ← ← ← ← ← Small Club 1 -----

92

-----

-----

-----

-----

-----

---------

---------

---------

---------

---------

80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88

91 93 94 95 C7 96

PC --nootnummer

130

[EXC7] ← [EXC7] ← ← ← ← ← Power Kick 2 Power Kick 1

Scratch Push 2 Scratch Pull 2 ← ← ← ← Jungle Kick 2 Jungle Kick 1

← ← ← ←

57

89

PC 25


55

77

PC 17


51 52

65

PC 12

TR-909 Mid Tom 2

46 47

53

PC 11

*



*

[88] [55]


12. Drum Sets

131



22 23 C1 24 25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45 47 C3 48 49 50 51

DANCE ← ← ← ←

CR-78 ← ← ← ←

TR-606 ← ← ← ←

TR-707 ← ← ← ←

Finger Snap ← ←

← ← ←

← ← ←

← ← ←

Scratch Push 2 Scratch Pull 2 ← ← ← ← TR-909 Kick 1 Electric Kick 2 ← House Snare 1 ← Dance Snare 2 Electric Low Tom 2 CR-78 Closed Hi-Hat Electric Low Tom 1 TR-808 Closed Hi-Hat 2 CR-78 Open Hi-Hat Electric Mid Tom 1 Electric High Tom 2 TR-808 Crash Cymbal Electric High Tom 1

* [EXC1]

* [EXC1]

*

Scratch Push 2 Scratch Pull 2 ← ← ← ← CR-78 Kick 2 CR-78 Kick 1 CR-78 Rim Shot CR-78 Snare 1 TR-707 Hand Clap CR-78 Snare 2 CR-78 Low Tom 2 CR-78 Closed Hi-Hat CR-78 Low Tom 1 TR-606 Closed Hi-Hat CR-78 Mid Tom 2

[EXC1]

* * *

CR-78 Open Hi-Hat CR-78 Mid Tom 1 CR-78 High Tom 2 TR-808 Crash Cymbal CR-78 High Tom 1

[EXC7] [EXC7]

* [EXC1]

* [EXC1]

*

Scratch Push 2 Scratch Pull 2 ← ← ← ← CR-78 Kick 2 TR-606 Kick 1

[EXC7] [EXC7]

CR-78 Rim Shot TR-606 Snare 1 TR-707 Hand Clap TR-606 Snare 2 TR-606 Low Tom 2 TR-606 Closed Hi-Hat TR-606 Low Tom 1 TR-606 Closed Hi-Hat

[EXC1] [EXC1]

TR-606 Mid Tom 2 [EXC1]

* * *

Scratch Push 2 Scratch Pull 2 ← ← ← ← TR-707 Kick 2 TR-707 Kick 1 TR-707 Rim Shot TR-707 Snare 1 TR-707 Hand Clap TR-707 Snare 2 TR-707 Low Tom 2 TR-707 Closed Hi-Hat TR-707 Low Tom 1 TR-707 Closed Hi-Hat TR-707 Mid Tom 2

TR-606 Open Hi-Hat TR-606 Mid Tom 1 TR-606 High Tom 2 TR-808 Crash Cymbal TR-606 High Tom 1

[EXC1]

TR-707 Open Hi-Hat TR-707 Mid Tom 1 TR-707 High Tom 2 TR-909 Crash Cymbal TR-707 High Tom 1 TR-909 Ride Cymbal ← ← Tambourine 2


← CR-78 Cowbell TR-909 Crash Cymbal ←

← CR-78 Cowbell TR-909 Crash Cymbal ←


←

Ride Cymbal Edge

Ride Cymbal Edge

Ride Cymbal Edge

66

← ← ← ← ← ← ←



← ← ← ← ← ← ←

68

← ←

← ←

← ←

← ←

70

← ←

← CR-78 Maracas

← CR-78 Maracas

← TR-808 Maracas

← ← ← ←


[EXC3]


[EXC3]

← ← ← ←

← ← ← High Hoo Low Hoo

CR-78 Claves ← ← High Hoo Low Hoo

[EXC4] [EXC4]

CR-78 Claves ← ← High Hoo Low Hoo

[EXC4] [EXC4]

← ← ← High Hoo Low Hoo

54 56 58

59 C4 60 61 62 63 64

67 69 71 C5 72 73 74 75 76 78

79 80

[EXC4] [EXC4]

90

Electric Mute Triangle Electric Open Triangle TR-626 Shaker ← ← ← ← ← Small Club 1 -----

92

-----

-----

-----

-----

---------

---------

---------

---------

81 82 83 C6 84 85 86 87 88

91 93 94 95 C7 96

PC --nootnummer

132

[EXC7] [EXC7]


57

89

PC 30


55

77

PC 29

TR-606 Ride Cymbal Reverse Cymbal ← Shake Tambourine

52

65

PC 28

Electric Mid Tom 2

46

53

PC 27

*

*

CR-78 Low Beat CR-78 High Beat TR-626 Shaker ← ← ← ← ← Small Club 1 -----


[EXC5] [EXC5]

*

CR-78 Low Beat CR-78 High Beat TR-626 Shaker ← ← ← ← ← Small Club 1 -----

[EXC5] [EXC5]

*


[88] [55]

Electric Mute Triangle Electric Open Triangle TR-626 Shaker ← ← ← ← ← Small Club 1 -----


[EXC7] [EXC7]

* [EXC1]

* [EXC1]

* [EXC1]

* * * *

[EXC4] [EXC4]

*

12. Drum Sets

133



22 23 C1 24 25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45 47 C3 48 49 50 51 52 54

55 56 57 58 59

TR-909 ← ← ← ←

JAZZ ← ← ← ←

BRUSH ← ← ← ←

ORCHESTRA # ← ← ← ←

← ← ←

Finger Snap ← ←

Finger Snap ← ←

Finger Snap Closed Hi-Hat 2 Pedal Hi-Hat

← ← ← ← ← ← Jazz Kick 2 Jazz Kick 1

← ← ← ← ← ← Jazz Kick 2 Jazz Kick 1

Open Hi-Hat 2 Ride Cymbal 1 ← ← ← ← Jazz Kick 1 Concert BD 1

← Jazz Snare 1 Hand Clap 2 Jazz Snare 2 ← Closed Hi-Hat 2 ← Pedal Hi-Hat 2

← Brush Snare 1 Brush Slap Brush Snare 2 Brush Low Tom 2 Brush Closed Hi-Hat Brush Low Tom 1 Pedal Hi-Hat

← Concert SD Castanets Concert SD Timpani F Timpani F# Timpani G Timpani G#

Scratch Push 2 Scratch Pull 2 ← ← ← ← Techno Kick 2 TR-909 Kick 1

*

TR-909 Rim TR-909 Snare 1 ← TR-909 Snare2 TR-909 Low Tom 2 TR-707 Closed Hi-Hat TR-909 Low Tom 1 TR-707 Closed Hi-Hat

[EXC1] [EXC1]

[EXC1]

←

TR-909 Open Hi-Hat TR-909 Mid Tom 1 TR-909 High Tom 2 TR-909 Crash Cymbal TR-909 High Tom 1 TR-909 Ride Cymbal ← ← Tambourine 2

[EXC1]

[EXC1]

*


Brush Mid Tom 2

Open Hi-Hat 2 ← ← ← ←

[EXC1]

Brush Open Hi-Hat Brush Mid Tom 1 Brush High Tom 2 Brush Crash Cymbal Brush High Tom 1

* [EXC1]

* [EXC1]

* * * *

Ride Cymbal Inner ← ← ←

Ride Cymbal Inner ← Brush Ride Bell ←

Timpani d# Timpani e Timpani f ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← Concert Cymbal 2 ←

Ride Cymbal Edge

Concert Cymbal 1

66

← ← ← ← ← ← ←

68

← ←

← ←

← ←

← ←

70

← TR-808 Maracas

← ←

← ←

← ←


[EXC3]

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

[EXC4] [EXC4]

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

90

Electric Mute Triangle Electric Open Triangle TR-626 Shaker ← ← ← ← ← ← -----

← ← ← ← ← ← ← ← Applause -----

← ← ← ← ← ← ← ← Applause -----

← ← ← ← ← ← ← ← Applause -----

92

-----

-----

-----

-----

---------

---------

---------

---------

67 69 71 C5 72 73 74 75 76 78

79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88

91 93 94 95 C7 96


PC --nootnummer

*


*

*


[EXC1]

Timpani A# Timpani B Timpani c Timpani c# Timpani d

← ← ← ← ← ← ←

63

[EXC1] [EXC1]

Timpani A [EXC1]

Ride Cymbal Edge

64

134

[EXC7] [EXC7]

← ← ← ← ← ← ←

61

89

PC 49

← ← ← ← ← ← ←

62

77

PC 41

Ride Cymbal Edge

C4 60

65

PC 33

TR-909 Mid Tom 2

46

53

PC 31

[88] [55]


*

12. Drum Sets

135



25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53

54

55 56 57 58 59 C4 60 61 62

66

67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77

78

79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89

PC 51

PC 53

PC 54

ETHNIC # Finger Snap Tambourine Castanets Crash Cymbal 1

KICK & SNARE # CR-78 Kick 1 CR-78 Kick 2 TR-606 Kick1 TR-707 Kick

ASIA Gamelan Gong C# Gamelan Gong D# Gamelan Gong G Gamelan Gong A#

CYMBAL&CLAPS ---------

Snare Roll Concert SD Concert Cymbal

TR-808 Kick Hip-Hop Kick 2 TR-909 Kick 1

Gamelan Gong c Gamelan Gong c# Gamelan Gong d#

-------

Concert BD 1 Jingle Bell Bell Tree Bar Chimes Wadaiko Wadaiko Rim Shime Taiko Atarigane

Hip-Hop Kick 3 Hip-Hop Kick 1 Jungle Kick 2 Jungle Kick 1 Techno Kick 2 Techno KicK 1 Standard 1 Kick 2 Standard 1 Kick 1

Gamelan Gong g Gamelan Gong a# Gamelan Gong C Gender C# Gender D# Gender G Gender A# Gender c

Reverse Open Hi-Hat Reverse Closed Hi-Hat 1 Reverse Closed Hi-Hat 2 Jungle Hi-Hat [55] Closed Hi-Hat [88] Closed Hi-Hat 2 [88] Closed Hi-Hat 3 Closed Hi-Hat 4

[EXC1] [EXC1] [EXC1] [EXC1] [EXC1]

Hyoushigi Ohkawa High Kotsuzumi Low Kotsuzumi Ban Gu Big Gong Small Gong Bend Gong

[88] Standard 1 Kick 1 [88] Standard 1 Kick 2 [88] Standard 2 Kick 1 [88] Standard 2 Kick 2 [55] Kick Drum1 [55] Kick Drum 2 [88] Soft Kick [88] Jazz Kick 1

Bonang C# Bonang D# Bonang G Bonang A# Bonang c Thai Gong Rama Cymbal Sagat Open

[EXC7]

Closed Hi-Hat TR-707 Closed Hi-Hat TR-606 Closed Hi-Hat [88] TR-808 Closed Hi-Hat TR-808 Closed Hi-Hat CR-78 Closed Hi-Hat [55] Pedal Hi-Hat [88] Pedal Hi-Hat

[EXC1] [EXC1] [EXC1] [EXC1] [EXC1] [EXC1] [EXC1] [EXC1]

Thai Gong

[88] Jazz Kick 2

Sagat Closed

[EXC7]

Rama Cymbal Gamelan Gong Udo Short Udo Long Udo Slap

[55] Concert BD 1 [88] Room Kick 1 [88] Room Kick 2 [88] Power Kick1 [88] Power Kick2

Jaws Harp Wadaiko Wadaiko Rim Taiko Shimedaiko

90

91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99

136

[EXC1] [EXC1]

Pedal Hi-Hat

[EXC1]

Half-Open Hi-Hat 1 Half-Open Hi-Hat 2 [55] Open Hi Hat [88] Open Hi-Hat 2 [88] Open Hi-Hat 3


Atarigane Hyoushigi Ohkawa High Kotsuzumi

Open Hi-Hat TR-909 Open Hi-Hat TR-707 Open Hi-Hat TR-606 Open Hi-Hat


[88] TR-808 Open Hi-Hat TR-808 Open Hi-Hat CR-78 Open Hi-Hat Crash Cymbal 1


* *

[88] Electric Kick 2 [88] Electric Kick 1 [55] Electric Kick [88] TR-808 Kick

Tabla Na Tabla Tun Tabla Ge Tabla Ge Hi

[88] TR-909 Kick [88] Dance Kick [88] Standard 1 Snare 1 [88] Standard 1 Snare 2

Low Kotsuzumi Yyoo Dude Buk Buk Rim

[88] Standard 2 Snare 1

Gengari p

[EXC1]

Crash Cymbal 2

[88] Standard 2 Snare 2 [55] Snare Drum 2 [55] Concert Snare [88] Jazz Snare 1 [88] Jazz Snare 2 [88] Room Snare 1 [88] Room Snare 2

Gengari Mute Low Gengari f Gengari Mute High Gengari Samll Jang-Gu Che Jang-Gu Kun Jang-Gu Rim

[EXC1] [EXC2] [EXC2]

Crash Cymbal 3 Brush Crash Cymbal Hard Crash Cymbal TR-909 Crash Cymbal TR-808 Crash Cymbal Mute Crash Cymbal 1 Mute Crash Cymbal 2

Cowbell High Bongo

[88] Power Snare 1 [88] Power Snare 2

Jing p Jing f

Low Bongo Mute High Conga

[55] Gated Snare [88] Dance Snare 1

Jing Mute Asian Gong 1

Open High Conga Mute Low Conga Conga Slap Open Low Conga

[88] Dance Snare 2 [88] Disco Snare [88] Electric Snare 2 [88] House Snare

Big Gong Small Gong Pai Ban Ban Gu

Bend Talking Drum Caxixi Djembe Djembe Rim Timbales Low Timbales Paila Timbales High

Conga Slide Mute Pandiero Open Pandiero Open Surdo Mute Surdo Tamborim High Agogo Low Agogo Shaker High Whistle Low Whistle Mute Cuica Open Cuica Mute Triangle Open Triangle Short Guiro Long Guiro Cabasa Up Cabasa Down Claves High Wood Block Low Wood Block PC ---

nootnummer

* *

*

Bendir Req Dum Req Tik Tabla Te

Talking Drum

63 64 65

PC 50

*

* *

*

[EXC2] [EXC2]

[55] Electric Snare 1 [88] Electric Snare 3 [88] TR-808 Snare 1 [88] TR-808 Snare 2 [88] TR-909 Snare 1

[EXC3] [EXC3] [EXC4] [EXC4] [EXC5] [EXC5] [EXC6]

[88] TR-909 Snare 2 [88] Brush Tap 1 [88] Brush Tap 2 [88] Brush Slap 1 [88] Brush Slap 2 [88] Brush Slap 3 [88] Brush Swirl 1 [88] Brush Swirl 2 [88] Brush Long Swirl Standard 1 Snare 1 Standard 1 Snare 2

[EXC6]

*

* * * *

Tang Gu Tang Gu Mute Shou Luo Bend Gong Hu Yin Luo Low

[EXC3]

* [EXC3] [EXC3]

Reverse Crash Cymbal 3 Reverse TR-909 Crash Cymbal

[EXC4] [EXC4]

[88] Ride Cymbal 1 [88] Ride Cymbal 2 [88] Brush Ride Cymbal Ride Cymbal Low Inner Ride Cymbal Mid Inner


Ride Cymbal High Inner Ride Cymbal Low Edge Ride Cymbal Mid Edge Ride Cymbal High Edge TR-606 Ride Cymbal TR-808 Ride Cymbal Chinese Cymbal 1 Chinese Cymbal 2 [55] Hand Clap [88] Hand Clap 2 [88] Hand Clap

*

Hu Yin Luo Mid Hu Yin Luo Mid Mute Hu Yin Luo High Hu Yin Luo High Mute Nao Bo Xiao Bo -----------

Standard Snare 3 Rap Snare

-----

Hand Clap Hand Clap 2

Hip-Hop Snare 2 Jungle Snare 1 Jungle Snare 2 Techno Snare 1

---------

TR-707 Hand Clap -------



[88] [55]

[EXC3] [EXC4]

Reverse Crash Cymbal 1 Reverse Crash Cymbal 2

[55] Splash Cymbal Splash Cymbal [88] Ride Bell [88] Brush Ride Bell

*

*


12. Drum Sets

137



21 22 23 C1 24 25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53

54

55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65

66

67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77

78

79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89

90

91 92 93 94 95 C7 96

nootnummer

138

PC 57 SFX MC-500 Beep 1 MC-500 Beep 2 Guitar Slide Guitar Wah Guitar Slap Chord Stroke Down Chord Stroke Up Biwa Phonograph Noise Tape Rewind Scratch Push 2 Scratch Pull 2 Cutting Noise 2 Up Cutting Noise 2 Down Distortion Guitar Cutting Noise Up Distortion Guitar Cutting Noise Down Bass Slide Pick Scrape High Q Slap Scratch Push Scratch Pull Sticks Square Click Metronome Click Metronome Bell Guitar Fret Noise Guitar Cutting Noise Up Guitar Cutting Noise Down String Slap of Double Bass Flute Key Click Noise Laughing Screaming Punch Heart Beat Footsteps 1 Footsteps 2 Applause Door Creaking Door Scratch Wind Chimes Car Engine Car Stop Car Passing Car Crash Siren Train Jetplane Helicopter Starship Gun Shot Machine Gun Laser Gun Explosion Dog Horse-Gallop Birds Rain Thunder Wind Seashore Stream Bubble Kitty Bird 2 Growl ← Telephone 1 Telephone 2 Small Club 1 Small Club 2 Applause Wave Eruption Big Shot Percussion Bang PC ---

*

*

[EXC1] [EXC1]

[EXC7] [EXC7]

*

*

*

* *

*

*

* *

* * * * *


PC 58 RHYTHM FX # ------------------------------Reverse Kick 1 Reverse Concert Bass Drum Reverse Power Kick1 Reverse Electric Kick 1 Reverse Snare 1 Reverse Snare 2 Reverse Standard 1 Snare 1 Reverse Sanre Drum 2 Reverse Tight Snare Reverse 808 Snare Reverse Tom 1 Reverse Tom 2 Reverse Sticks Reverse Slap Reverse Cymbal 1 Reverse Cymbal 2 Reverse Open Hi-Hat Reverse Ride Cymbal Reverse CR-78 Open Hi-Hat Reverse Closed Hi-Hat Reverse Gong Reverse Bell Tree Reverse Guiro Reverse Bendir Reverse Gun Shot Reverse Scratch Reverse Laser Gun Key Click Techno Thip Pop Drop Woody Slap Distortion Kick Syn. Drops Reverse Hi Q Pipe Ice Block Digital Tambourine Alias Modulated Bell Spark Metallic Percussion Velocity Noise FX Stereo Noise Clap Swish Slappy Voice Ou Voice Au Hoo Tape Stop 1 Tape Stop 2 Missile Space Birds Flying Monster -----------------

*

*

* *

* * *


PC 59 RHYTHM FX 2 ------------------------------Reverse TR-707 Kick 1 Reverse TR-909 Kick 1 Reverse Hip-Hop Kick 1 Reverse Jungle Kick 2 Reverse Techno Kick 2 Reverse TR-606 Snare 2 Reverse CR-78 Snare 1 Reverse CR-78 Snare 2 Reverse Jungle Snare 2 Reverse Techno Snare 2 Reverse TR-707 Snare Reverse TR-606 Snare 1 Reverse TR-909 Snare 1 Reverse Hip-Hop Snare 2 Reverse Jungle Snare 1 Reverse House Snare Reverse Closed Hi-Hat Reverse TR-606 Closed Hi-Hat Reverse TR-707 Closed Hi-Hat Reverse TR-808 Closed Hi-Hat Reverse Jungle Hi-Hat Reverse Tambourine 2 Reverse Shake Tambourine Reverse TR-808 Open Hi-Hat Reverse TR-707 Open Hi-Hat Reverse Open Hi-Hat Reverse TR-606 Open Hi-Hat Reverse Hu Yin Luo Reverse TR-707 Crash Cymbal Voice One Reverse Voice One Voice Two Reverse Voice Two Voice Three Reverse Voice Three Voice Tah Reverse Voice Tah Voice Ou Voice Au Voice Whey Frog Vpoce Reverse Yyoo Dude Douby Reverse Douby Baert High Baert Low Bounce Reverse bounce Distortion Knock Guitar Slide Sub Marine Noise Attack Space Worms Emergency ! Calculating... Saw LFO Saw ----------[88] [55]


*

*

* *

12. Drum Sets

Native Drum set (7) Op de nootnummers 0-19 en 97-127 vindt u de volgende klanken: PC10 PC 11 PC 12 PC 25 PC 26

C-1 0 1 2 3 4 5

6

7 8 9 10 11

PC1 STANDARD 1 PC2 STANDARD 2 PC3 STANDARD 3 PC9 ROOM PC 17 POWER [88] Standard 1 Kick 1 [88] Standard 1 Kick 2 [88] Standard 2 Kick 1 [88] Standard 2 Kick 2 [55] Kick Drum 1

PC 27 DANCE PC 28 CR-78 PC 29 TR-606 PC 30 TR-707 PC 31 TR-909 [88] Electric Kick 2 [88] Electric Kick 1 CR-78 Kick 1 CR-78 Kick 2 TR-606 Kick1

[55] Kick Drum 2 [88] Jazz Kick 1 [88] Jazz Kick 2 [88] Room Kick 1 [88] Room Kick 2 [88] Power Kick 1 [88] Power Kick 2

TR-707 Kick 1 [55] TR-808 Kick [88] TR-808 Kick TR-808 Kick 2 [88] TR-909 Kick [88] Dance Kick Hip-Hop Kick 2

*

*

PC 49 ORCHESTRA ← ← ← ← ←

PC 51 KICK & SNARE -----------

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

---------------

← ← ← ←

← ← ← ←

---------

← ← ←

-------

←

--: : Jungle Snare 1

15

18

[88] Dance Kick Voice One Voice Two

Bounce Kick ← ←

← ← ←

←

←

97

Voice Three : : [88] Standard 1 Snare1 [88] Standard 1 Snare 2 [88] Standard 2 Snare 1 [88] Standard 2 Snare 2 [55] Snare Drum 2 Standard 1 Snare 1

Philly Hit Shock Wave Lo-Fi Rave Bam Hit Bim Hit

Standard 1 Snare 2 Standard Snare 3 [88] Jazz Snare 1 [88] Jazz Snare 2 [88] Room Snare 1 [88] Room Snare 2

13 14 16

19

98 99 100 101 102 103 104 105 106 107 C8 108

*

: : Techno Hit

109 [88] Power Snare 1 110

[88] Power Snare 2

111 [55] Gated Snare 112

[88] Dance Snare 1 [88] Dance Snare 2

113

116 117 118 119 C9 120 121 122

[88] Electric Snare 2 [55] Electric Snare [88] Electric Snare 3 TR-707 Snare [88] TR-808 Snare 1 [88] TR-808 Snare 2 [88] TR-909 Snare 1 [88] TR-909 Snare 2

*

* *

123 Rap Snare 124 125 126 127

nootnummer

Jungle Snare 1 House Snare 1 [88] House Snare House Snare 2 PC ---

*

: : ---

: : Applause 2

----[88] Brush Tap 1 [88] Brush Tap 2 [88] Brush Slap 1

Small Club 1 [55] Timpani D# [55] Timpani E [55] Timpani F [55] Timpani F#

Tape Rewind Phonograph Noise [88] Power Snare 1 [88] Dance Snare 1 [88] Dance Snare 2

[88] Brush Slap 2 [88] Brush Slap 3 [88] Brush Swirl 1 [88] Brush Swirl 2 [88] Brush Long Swirl

[55] Timpani G [55] Timpani G# [55] Timpani A [55] Timpani A# [55] Timpani B

CR-78 Snare 2 TR-606 Snare 1 TR-606 Snare 2 TR-707 Snare 1 TR-707 Snare 2

[88] Disco Snare [88] Electric Snare 2 [55] Electric Snare [88] Electric Snare 3

[88] Jazz Snare 1 [88] Jazz Snare 2 [88] Standard 1 Snare1 [88] Standard 1 Snare2

[55] Timpani c [55] Timpani c# [55] Timpani d [55] Timpani d#

Standard 3 Snare 2 TR-808 Snare 2 TR-909 Snare 1 TR-909 Snare 2

[88] Standard 2 Snare1 [88] Standard 2 Snare2

[55] Timpani e [55] Timpani f

-----

[55] Snare Drum 2 Standard 1 Snare 1 Standard 1 Snare 2 Standard Snare 3 [88] Room Snare 1 [88] Room Snare 2 [88] Power Snare 1 [88] Power Snare 2 [88] Gated Snare

-------------------

-------------------

[88] Dance Snare 1 [88] Dance Snare 2 [88] Disco Snare [88] Electric Snare 2 [88] Electric Snare 3

-----------

-----------

* * *

*

TR-606 Snare TR-707 Snare

114 [88] Disco Snare 115

TR-909 Kick 1 Hip-Hop Kick 3 Jungle Kick 1 Techno Kick 1

PC 33 JAZZ PC 41 BRUSH ← ← ← ← ←

[88] Electric Kick 2 [88] Electric Kick 1 [88] TR-808 Kick [88] TR-909 Kick

C0 12

17

Hip-Hop JUNGLE TECHNO ELECTRONIC TR-808

*

[88] TR-808 Snare 1 [88] TR-808 Snare 2 TR-808 Snare 2 [88] TR-909 Snare 1 [88] TR-909 Snare 2 TR-909 Snare 1 TR-909 Snare 2 Rap Snare Jungle Snare 1 House Snare 1 [88] House Snare House Snare 2 Voice Tah [88] Slappy


*

*

*

*

*


* *

[88] [55]

Jungle Snare 2 Techno Snare 1 Techno Snare 2 House Snare 2 CR-78 Snare 1


139


140

12. Drum Sets

SC-88 Drum set (1) 25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53

54

55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65

66

67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77

78

79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89

90

91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 nootnummer

PC 1

PC 2

PC 9

PC 17

PC 25

STANDARD 1 Snare Roll Finger Snap High Q Slap

STANDARD 2 ← ← ← ←

ROOM ← ← ← ←

POWER ← ← ← ←

ELECTRONIC ← ← ← ←

← ← ←

← ← ←

← ← ←

Scratch Push2 Scratch Pull2 ←

Square Click Metronome Click Metronome Bell Standard 1 Kick 2 Standard 1 Kick 1 Side Stick Standard 1 Snare 1 Hand Clap

← ← ← Standard 2 Kick 2 Standard 2 Kick 1 ← Standard 2 Snare 1 ←

← ← ← Room Kick 2 Room Kick 1 ← Room Snare 1 ←

← ← ← Power Kick 2 Power Kick 1 ← Power Snare 1 ←

← ← ← Electric Kick 2 Electric Kick 1 ← Electric Snare 1 ←

Standard 1 Snare 2 Low Tom2 * Closed Hi-hat1 [EXC1] Low Tom1 * Pedal Hi-hat [EXC1] Mid Tom2 * Open Hi-hat1 [EXC1] Mid Tom1 *

Standard 2 Snare 2 ← Closed Hi-hat2 [EXC1] ← ← ← Open Hi-hat2 [EXC1] ←

Room Snare 2 Room Low Tom2 Closed Hi-hat3 Room Low Tom1 ← Room Mid Tom2 Open Hi-hat3 Room Mid Tom1

High Tom2

←

Room Hi Tom2

← ← ← ← ←

← Room Hi Tom1 ← ← ←

Tambourine Splash Cymbal Cowbell Crash Cymbal2

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

Vibra-slap Ride Cymbal2 High Bongo Low Bongo

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

Mute High Conga

←

←

←

←

Open High Conga Low Conga High Timbale Low Timbale High Agogo Low Agogo Cabasa

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

Scratch Push Scratch Pull Sticks

Crash Cymbal1 High Tom1 Ride Cymbal1 Chinese Cymbal Ride Bell

[EXC7] [EXC7]

* *

* [EXC1] * * [EXC1] * * *

PowerSnare 2 Power Low Tom2 Closed Hi-hat3 Power Low Tom1 ← Power Mid Tom2 Open Hi-hat3 Power Mid Tom1 Power Hi Tom2 ← Power Hi Tom1 ← ← ←

Electric Snare 2 Electric Low Tom2 Closed Hi-hat2 Electric Low Tom1 ← * Electric Mid Tom2 [EXC1] Open Hi-hat2 * Electric Mid Tom1

* [EXC1] *

* *

Electric Hi Tom2 ← Electric Hi Tom1 ← Reverse Cymbal ←

Maracas Short Hi Whistle

[EXC2]

← ←

← ←

← ←

← ←

Long Low Whistle Short Guiro

[EXC2] [EXC3]

← ←

← ←

← ←

← ←

Long Guiro Claves High Wood Block Low Wood Block

[EXC3]

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

Mute Cuica Open Cuica Mute Triangle Open Triangle Shaker


← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← Bar Chimes ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

-------

-------

-------

-------

-------

-------------

-------------

-------------

-------------

-------------

Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo -------------------

PC ---

*

[EXC6] [EXC6]



[88] [55]

[EXC7] [EXC7]

* [EXC1] * * [EXC1] * * *


141


142

12. Drum Sets

SC-88 Drum set (2) 25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53

54

55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65

66

67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77

78

79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89

90

91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 nootnummer

PC 26

PC 27

PC 33

PC 41

PC 49

TR-808/909 ← ← ← ←

DANCE ← ← ← ←

JAZZ ← ← ← ←

BRUSH ← ← ← ←

ORCHESTRA ← ← Closed Hi-hat2 [EXC1] Pedal Hi-hat [EXC1]

← ← ←

← ← ←

Open Hi-hat2 Ride Cymbal1 ←

← ← ← Jazz Kick 2 Jazz Kick 1 ← Jazz Snare 1 Hand Clap2

← ← ← Jazz Kick 2 Jazz Kick 1 ← Brush Tap1 Brush Slap1

← ← ← Jazz Kick 1 Concert BD1 ← Concert SD Castanets

Jazz Snare 2 ← Closed Hi-hat2 ← ← ← Open Hi-hat2 ←

Brush Swirl1 Brush Low Tom2 Brush Closed Hi-hat Brush Low Tom1 ← Brush Mid Tom2 Brush Open Hi-hat Brush Mid Tom1


[EXC7] [EXC7]

← ← ← 909 Bass Drum 808 Bass Drum 808 Rim Shot 808 Snare 1 ←


[EXC7] [EXC7]

← ← ← Dance Kick Electric Kick 2 ← Dance Snare 1 ←

909 Snare 1 808 Low Tom2 808 CHH 808 Low Tom1 808 CHH 808 Mid Tom2 808 OHH 808 Mid Tom1

* [EXC1] * [EXC1] * [EXC1] *

808 Hi Tom2

*

Dance Snare 2 Electric Low Tom2 CR-78 CHH Electric Low Tom1 808 CHH Electric Mid Tom2 CR-78 OHH Electric Mid Tom1

* [EXC1] * [EXC1] * [EXC1] *

Electric High Tom2

*

[EXC1]

[EXC1]

* [EXC1] * * [EXC1] *

[EXC1]

Concert SD Timpani F Timpani F# Timpani G Timpani G# Timpani A Timpani A# Timpani B

←

Brush Hi Tom2

← ← ← ← ←

Brush Crash Cymbal Brush Hi Tom1 Brush Ride Cymbal ← Brush Ride Bell

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← Concert Cymbal2

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← Concert Cymbal1 ← ←

808 High Conga

←

←

←

←

808 Mid Conga 808 Low Conga ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

808 Maracas ←

← ←

← ←

← ←

← ←

← ←

← ←

← ←

← ←

← ←

← 808 Claves ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ← ←

High Hoo [EXC4] Low Hoo [EXC4] Electric Mute Triangle [EXC5] Electric Open Triangle [EXC5] ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← Applause ----------------

-------

-------

-------

-------

-------

-------------

-------------

-------------

-------------

-------------

808 Cymbal 808 Hi Tom1 ← ← ←

← Electric High Tom1 ← Reverse Cymbal ←

← ← 808 Cowbell ←

PC ---

*


*


*

[88] [55]

*

Timpani c Timpani c# Timpani d Timpani d# Timpani e Timpani f

*


143


144

12. Drum Sets

SC-88 Drum set (3) 25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53

54

55 56 57 58 59 C4 60 61 62

66

67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77

78

79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89

PC 51

PC 57

PC 58

ETHNIC Finger Snap Tambourine Castanets Crash Cymbal1

KICK&SNARE -------------

SFX -------------

RHYTHM FX -------------

Snare Roll Concert Snare Drum Concert Cymbal

----------

------Scratch Push2

----------

Concert BD1 Jingle Bell Bell Tree Bar Chimes Wadaiko Wadaiko Rim Shime Taiko Atarigane

-------------------------

Scratch Pull2 [EXC1] Cutting Noise 2 Up Cutting Noise 2 Down Distortion Guitar Cutting Noise Up Distortion Guitar Cutting Noise Down Bass Slide Pick Scrape High Q

------------Reverse Kick 1 Reverse Concert BD 1 Reverse Power Kick 1 Reverse Electric Kick 1

Standard 1 Kick 1 Standard 1 Kick 2 Standard 2 Kick 1 Standard 2 Kick 2 Kick 1 Kick 2 Soft Kick Jazz Kick 1

Slap Scratch Push Scratch Pull Sticks Square Click Metronome Click Metronome Bell Guitar Fret Noise

Reverse Snare 1 Reverse Snare 2 Reverse Standard set1 Snare 1 Reverse Tight Snare Reverse Dance Snare Reverse 808 Snare Reverse Tom1 Reverse Tom2

Thai Gong

Jazz Kick 2

Guitar Cutting Noise Up

Reverse Sticks

Rama Cymbal Gamelan Gong Udo Short Udo Long Udo Slap

Concert BD Room Kick 1 Room Kick 2 Power Kick 1 Power Kick 2

GuitarCutting Noise Down String Slap of Double Bass Fl.Key Click Laughing Scream

Reverse Slap Reverse Cymbal1 Reverse Cymbal2 Reverse Open Hi-hat Reverse Ride Cymbal

Punch Heart Beat Footsteps1 Footsteps2

Reverse CR-78 OHH Reverse Closed Hi-hat Reverse Gong Reverse Bell Tree

90

91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 nootnummer

* *

Hyoushigi Ohkawa High Kotsuzumi Low Kotsuzumi Ban Gu Big Gong Small Gong Bend Gong

[EXC1] [EXC1]

[EXC1]

[EXC7] [EXC7]

Bendir Req Dum Req Tik Tabla Te

Electric Kick 2 Electric Kick 1 Electric Kick 808 Bass Drum

Tabla Na Tabla Tun Tabla Ge Tabla Ge Hi

909 Bass Drum Dance Kick Standard 1 Snare 1 Standard 1 Snare 2

Applause Door Creaking Door Scratch

*

Reverse Guiro Reverse Bendir Reverse Gun Shot Reverse Scratch

*

Reverse Laser

*

*

Key Click Tekno Thip Pop Drop Woody Slap Distortion Kick Syn.Drop Reverse High Q

*

Pipe Ice Block

Talking Drum

63 64 65

PC 50

*

*

Standard 2 Snare 1

Wind Chimes

Bend Talking Drum * Caxixi Djembe Djembe Rim Timbales Low Timbales Paila Timbales High

Standard 2 Snare 2 Tight Snare Concert Snare Jazz Snare 1 Jazz Snare 2 Room Snare 1 Room Snare 2

Car-Engine Car-Stop Car-Pass Car-Crash Siren Train Jetplane

Cowbell Hi Bongo

Power Snare 1 Power Snare 2

Helicopter Starship

Low Bongo Mute Hi Conga

Gated Snare Dance Snare 1

Gun Shot Machine Gun

Open Hi Conga Mute Low Conga Conga Slap Open Low Conga

Dance Snare 2 Disco Snare Electric Snare2 House Snare

Lasergun Explosion Dog Horse-Gallop

Conga Slide Mute Pandiero Open Pandiero Open Surdo Mute Surdo Tamborim High Agogo Low Agogo Shaker High Whistle Low Whistle Mute Cuica Open Cuica Mute Triangle Open Triangle Short Guiro Long Guiro Cabasa Up Cabasa Down Claves High Wood Block Low Wood Block PC ---

*

[EXC2] [EXC2]

Electric Snare 1 Electric Snare 3 808 Snare 1 808 Snare 2 909 Snare 1

[EXC3] [EXC3] [EXC4] [EXC4] [EXC5] [EXC5] [EXC6]

909 Snare 2 Brush Tap1 Brush Tap2 Brush Slap1 Brush Slap2 Brush Slap3 Brush Swirl1 Brush Swirl2 Brush Long Swirl -------

*

[EXC6]

* * * *

Digital Tambourine Alias

*

Stream Bubble Kitty Bird2 Growl Applause2 Telephone1 Telephone2 ----------

* *

Stereo Noise Clap Swish Slappy Voice Ou Voice Au Hoo Tape Stop1 Tape Stop2 Missile Space Bird Flying Monster ----------------

*

-------

-------

-------

-------------

-------------

-------------



*

Modulated Bell Spark Metalic Percussion Velocity Noise FX

*

Birds Rain Thunder Wind Seashore

*

[88] [55]

* *

* * *


145


146

12. Drum Sets

SC-55 Drum set 25 26 27 28 29

30

31 32 33 34 35 C2 36 37 38 39 40 41

42

43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53

54

55 56 57 58 59 C4 60 61 62 63 64 65

66

67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77

78

79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89

90

91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 nootnummer

PC 1 / PC 33

PC 9

PC 17

PC 25

PC 26

PC 41

PC 49

STANDARD / JAZZ -----High Q Slap

ROOM ------← ←

POWER ------← ←

ELECTRONIC ------← ←

TR-808 ------← ←

BRUSH ------← ←

ORCHESTRA ------Closed Hi-hat [EXC1] Pedal Hi-hat [EXC1]

Scratch Push Scratch Pull Sticks

← ← ←

← ← ←

← ← ←

← ← ←

← ← ←

Open Hi-hat [EXC1] Ride Cymbal1 ←

Square Click Metronome Click Metronome Bell Kick Drum2 / Jazz BD2 Kick Drum1 / Jazz BD1 Side Stick Snare Drum1 Hand Clap

← ← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← MONDO Kick ← Gated SD ←

← ← ← ← Elec BD ← Elec SD ←

← ← ← ← 808 Bass Drum 808 Rim Shot 808 Snare Drum ←

← ← ← Jazz BD2 Jazz BD1 ← Brush Tap Brush Slap

← ← ← Concert BD2 Concert BD1 ← Concert SD Castanets

Snare Drum2 Low Tom2 Closed Hi-hat Low Tom1 Pedal Hi-hat Mid Tom2 Open Hi-hat Mid Tom1

← Room Low Tom2 ← Room Low Tom1 ← Room Mid Tom2 ← Room Mid Tom1

← Room Low Tom2 ← Room Low Tom1 ← Room Mid Tom2 ← Room Mid Tom1

Gated SD Elec Low Tom2 ← Elec Low Tom1 ← Elec Mid Tom2 ← Elec Mid Tom1

← 808 Low Tom2 808 CHH [EXC1] 808 Low Tom1 808 CHH [EXC1] 808 Mid Tom2 808 OHH [EXC1] 808 Mid Tom1

Brash Swirl ← ← ← ← ← ← ←

Concert SD Timpani F Timpani F# Timpani G Timpani G# Timpani A Timpani A# Timpani B

[EXC1] [EXC1] [EXC1]

High Tom2

Room Hi Tom2

Room Hi Tom2

Elec Hi Tom2

808 Hi Tom2

←

Timpani c

Crash Cymbal1 High Tom1 Ride Cymbal1 Chinese Cymbal Ride Bell



← Elec Hi Tom1 ← Reverse Cymbal ←

808 Cymbal 808 Hi Tom1 ← ← ←

← ← ← ← ←

Timpani c# Timpani d Timpani d# Timpani e Timpani f

Tambourine Splash Cymbal Cowbell Crash Cymbal2

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← 808 Cowbell ←

← ← ← ←

← ← ← Concert Cymbal2

Vibra-slap Ride Cymbal2 High Bongo Low Bongo

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← Concert Cymbal1 ← ←

Mute High Conga

←

←

←

808 High Conga

←

←

Open High Conga Low Conga High Timbale Low Timbale High Agogo Low Agogo Cabasa

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

808 Mid Conga 808 Low Conga ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

← ← ← ← ← ← ←

[EXC2]

← ←

← ←

← ←

808 Maracas ←

← ←

← ←

Long Low Whistle [EXC2] Short Guiro

← ←

← ←

← ←

← ←

← ←

← ←

Long Guiro Claves High Wood Block Low Wood Block

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← 808 Claves ← ←

← ← ← ←

← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ←

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← -------------------

← ← ← ← ← Applause ----------------

-------

-------

-------

-------

-------

-------

-------

-------------

-------------

-------------

-------------

-------------

-------------

-------------

Maracas Short Hi Whistle

Mute Cuica Open Cuica Mute Triangle Open Triangle Shaker Jingle Bell Bell Tree Castanets Mute Surdo Open Surdo -------------------

PC ---

*


[EXC6] [EXC6]



[88] [55]

*


147


148

12. Drum Sets

SFX set , CM-64 / 32L Drum set PC 57

PC 128

SFX -------------

CM-64/32L CM Kick Drum CM Kick Drum CM Rim Shot CM Snare Drum

39

High Q Slap Scratch Push

CM Hand Clap CM Electronic Snare Drum CM Acoustic Low Tom

42

Scratch Pull [EXC7] Sticks Square Click Metronome Click Metronome Bell Guitar Fret Noise Guitar cuttingnoise/up Guitar cutting noise/down

CM Closed High Hat [EXC1] CM Acoustic Low Tom CM Open Hi-Hat2 CM Acoustic Middle Tom CM Open Hi-Hat1 [EXC1] CM M.TomAcoustic Middle Tom CM Acoustic High Tom CM Crash Cymbal

String slap of double bass Fl.Key Click Laughing Scream Punch Heart Beat Footsteps1 Footsteps2

CM Acoustic High Tom CM Ride Cymbal ------CM Tambourine ---CM Cowbell ----

58

Applause

----

61

Door Creaking Door Scratch Wind Chimes Car-Engine

34 35 C2 36 37 38 40 41 43 44 45 46 47 C3 48 49 50 51 52 53

54

55 56 57 59 C4 60 62 63 64 65

66

67 68 69 70 71 C5 72 73 74 75 76 77

78

79 80 81 82 83 C6 84 85 86 87 88 89

90

91 92 93 94 95 C7 96 97 98 99 100 101 102 103

107

nootnummer

*

*

Train Jetplane Helicopter Starship

* *

---CM High Bongo CM Low Bongo CM Mute High Conga CM High Conga CM Low Conga CM High Timbale CM Low Timbale CM High Agogo CM Low Agogo CM Cabasa CM Maracas CM Short Whistle

Gun Shot

CM Long Whistle

Machine Gun Lasergun Explosion Dog Horse-Gallop Birds Rain

CM Vibrato Slap ---CM Claves Laughing Scream Punch Heart Beat

*

* *

Thunder Wind Seashore Stream Bubble ----------

Footsteps1 Footsteps2 * *

Applause Creaking

*

Door Scratch Wind Chimes Car-Engine

----------------

Car-Stop Car-Pass Car-Crash Siren Train

----------------------------------

Jetplane Helicopter Starship Gun Shot Machine Gun Lasergun Explosion Dog Horse-Gallop Birds Rain

----

Thunder Wind

-------

SeaShore Stream Bubble

106 ----

C8 108

*

Car-Stop Car-Pass Car-Crash Siren

104 ---105

[EXC7]

PC ---

*


*

*

* *

*

* *

Kiezen tussen de Native map en de SC-88map/SC-55 map Druk op de[SC-88MAP] knop (indicator licht op) om de SC-88map te kiezen. Druk op de[SC-55MAP] knop (indicator licht op) om de SC-88map te kiezen. De keuze tussen de Native map, SC-88 map en SC-55 map kunt u ook maken met MIDI-bankkeuzecommando’s.

* * ← : dezelfde klank als de "STANDARD1"(PC1) set. [EXC] : Klanken met hetzelfde nummer kunnen nooit tegelijk klinken.

[88] [55]


149


13. Effecten Parameter 0 : Thru

Waarde

MSB/LSB(H) 00 00

❍ Effecten die de klankkleur wijzigen 1 : Stereo-EQ Low Freq Low Gain Hi Freq Hi Gain M1 Freq M1 Q M1 Gain M2 Freq M2 Q M2 Gain + Level 2 : Spectrum Band 1 Band 2 Band 3 Band 4 Band 5 Band 6 Band 7 Band 8 Width + Pan # Level 3 : Enhancer + Sens # Mix Low Gain Hi Gain Level 4 : Humanizer Drive Drive Sw + Vowel Accel Low Gain Hi Gain Pan # Level

200/400 -12 - +12 4k/8k -12 - +12 200 - 6.3k 0.5/1.0/2.0/4.0/9.0 -12 - +12 200 - 6.3k 0.5/1.0/2.0/4.0/9.0 -12 - +12 0 - 127 -12 - +12 -12 - +12 -12 - +12 -12 - +12 -12 - +12 -12 - +12 -12 - +12 -12 - +12 0.5/1.0/2.0/4.0/9.0 L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 0 - 127 -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 127 Off/On a/i/u/e/o 0 - 15 -12 - +12 -12 - +12 L63 - 0 - R63 0 - 127

01 00 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 16 01 01 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 15 16 01 02 03 04 13 14 16 01 03 03 04 05 06 13 14 15 16

❍ Effecten die het geluid vervormen 5 : Overdrive + Drive Amp Type Amp Sw Low Gain Hi Gain # Pan Level 6 : Distortion + Drive Amp Type Amp Sw Low Gain Hi Gain # Pan Level

0 - 127 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On -12 - +12 -12 - +12 L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On -12 - +12 -12 - +12 L63 - 0 - R63 0 - 127

01 10 03 04 05 13 14 15 16 01 11 03 04 05 13 14 15 16

❍ Effecten die het geluid moduleren Parameter 7 : Phaser + Manual # Rate Depth Reso Mix Low Gain Hi Gain Level 8 : Auto Wah Fil Type Sens + Manual Peak # Rate Depth Polarity Low Gain Hi Gain Pan Level 9 : Rotary Low Slow Low Fast Low Accl Low Level Hi Slow Hi Fast Hi Accl Hi Level Separate + Speed Low Gain Hi Gain # Level 10 : Stereo Flanger Pre Filter Cutoff Pre Dly + Rate Depth # Feedback Phase Balance Low Gain Hi Gain Level 11 : Step Flanger Pre Dly Rate Depth + Feedback Phase # Step Rate Balance Low Gain Hi Gain Level

Waarde 100 - 8k 0.05 - 10.0 0 - 127 0 - 127 0 - 127 -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 LPF/BPF 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0.05 - 10.0 0 - 127 Down/Up -12 - +12 -12 - +12 L63 - 0 - R63 0 - 127 0.05 - 10.0 0.05 - 10.0 0 - 15 0 - 127 0.05 - 10.0 0.05 - 10.0 0 - 15 0 - 127 0 - 127 Slow/Fast -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 Off/LPF/HPF 250 - 8k 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 -98% - +98% 0 - 180 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 -98% - +98% 0 - 180 0.05 - 10.0 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

+: U kunt de waarde aansturen met Effect Control 1. #: U kunt de waarde aansturen met Effect Control 2. MSB/LSB: duidt op de ** waarde van de volgende SysEx-commando’s (hexadecimale notatie): Voor het effect type (data sectie) F0 41 dev 42 12 40 03 00 ** ** sum F7 Voor de effectparameters (LSB van het adres) F0 41 dev 42 12 40 03 ** data sum F7 (dev: device ID, sum: checksum)

150

MSB/LSB(H) 01 20 03 04 05 06 07 13 14 16 01 21 03 04 05 06 07 08 09 13 14 15 16 01 22 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0D 13 14 16 01 23 03 04 05 06 07 08 09 12 13 14 16 01 24 03 04 05 06 07 08 12 13 14 16

13. Effecten

Parameter 12 : Tremolo Mod Wave + Mod Rate # Mod Depth Low Gain Hi Gain Level 13 : Auto Pan Mod Wave + Mod Rate # Mod Depth Low Gain Hi Gain Level

Waarde Tri/Sqr/Sin/Saw1/Saw2 0.05 - 10.0 0 - 127 -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 Tri/Sqr/Sin/Saw1/Saw2 0.05 - 10.0 0 - 127 -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

MSB/LSB(H) 01 25 03 04 05 13 14 16 01 26 03 04 05 13 14 16

❍ Effecten die de dynamiek beïnvloeden 14 : Compressor Attack Sustain Post Gain Low Gain Hi Gain + Pan # Level 15 : Limiter Threshold Ratio Release Post Gain Low Gain Hi Gain + Pan # Level

0 - 127 0 - 127 0/+6/+12/+18 -12 - +12 -12 - +12 L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 1/1.5,1/2,1/4,1/100 0 - 127 0/+6/+12/+18 -12 - +12 -12 - +12 L63 - 0 - R63 0 - 127

01 30 03 04 05 13 14 15 16 01 31 03 04 05 06 13 14 15 16

❍ Effecten die het geluid breder maken 16 : Hexa Chorus Pre Dly + Rate Depth Pre Dly Dev Depth Dev Pan Dev # Balance Low Gain Hi Gain Level 17 : Tremolo Chorus Pre Dly Cho Rate Cho Depth Trem Phase + Trem Rate Trem Sep # Balance Low Gain Hi Gain Level 18 : Stereo Chorus Pre Filter Cutoff Pre Dly + Rate Depth Phase # Balance Low Gain Hi Gain Level

0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 0 - 20 -20 - +20 0 - 20 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 0 - 180 0.05 - 10.0 0 - 127 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 Off/LPF/HPF 250 - 8k 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 0 - 180 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

01 40 03 04 05 06 07 08 12 13 14 16 01 41 03 04 05 06 07 08 12 13 14 16 01 42 03 04 05 06 07 09 12 13 14 16

Parameter 19 : Space D Pre Dly + Rate Depth Phase # Balance Low Gain Hi Gain Level 20 : 3D Chorus Pre Dly + Cho Rate Cho Depth Out # Balance Low Gain Hi Gain Level

Waarde 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 0 - 180 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 Speaker/Phones D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

MSB/LSB(H) 01 43 03 04 05 06 12 13 14 16 01 44 03 04 05 11 12 13 14 16

❍ Effecten die herhalingen aan het geluid toevoegen 21 : Stereo Delay Dly Tm L Dly Tm R + Feedback Fb Mode Phase L Phase R HF Damp # Balance Low Gain Hi Gain Level 22 : Mod Delay Dly Tm L Dly Tm R Feedback Fb Mode + Mod Rate Mod Depth Mod Phase HF Damp # Balance Low Gain Hi Gain Level 23 : 3 Tap Delay Dly Tm C Dly Tm L Dly Tm R + Feedback Dly Lev C Dly Lev L Dly Lev R HF Damp # Balance Low Gain Hi Gain Level 24 : 4 Tap Delay Dly Tm 1 Dly Tm 2 Dly Tm 3 Dly Tm 4 Dly Lev 1 Dly Lev 2 Dly Lev 3 Dly Lev 4 + Feedback HF Damp

0 - 500m 0 - 500m -98% - +98% Norm/Cross Norm/Invert Norm/Invert 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 500m 0 - 500m -98% - +98% Norm/Cross 0.05 - 10.0 0 - 127 0 - 180 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 200m - 990m/1sec 200m - 990m/1sec 200m - 990m/1sec -98% - +98% 0 - 127 0 - 127 0 - 127 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 200m - 990m/1sec 200m - 990m/1sec 200m - 990m/1sec 200m - 990m/1sec 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 -98% - +98% 315 - 8k/Bypass

01 50 03 04 05 06 07 08 0A 12 13 14 16 01 51 03 04 05 06 07 08 09 0A 12 13 14 16 01 52 03 04 05 06 07 08 09 0A 12 13 14 16 01 53 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C

151


25 :

26 :

27 :

28 :

Parameter # Balance Low Gain Hi Gain Level Tm Ctrl Delay + Dly Time Accel # Feedback HF Damp EFX Pan Balance Low Gain Hi Gain Level Reverb Type Pre Dly + Time HF Damp # Balance Low Gain Hi Gain Level Gate Reverb Type Pre Dly Gate Time + Balance Low Gain Hi Gain # Level 3D Delay Dly Tm C Dly Tm L Dly Tm R + Feedback Dly Lev C Dly Lev L Dly Lev R HF Damp Out # Balance Low Gain Hi Gain Level

Waarde D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 200m - 990m/1sec 0 - 15 -98% - +98% 315 - 8k/Bypass L63 - 0 - R63 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 Room1/2/Stage1/2/Hall1/2 0 - 100m 0 - 127 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 Norm/Reverse/Sweep1/2 0 - 100m 5 - 500m D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0m - 500m 0m - 500m 0m - 500m -98% - +98% 0 - 127 0 - 127 0 - 127 315 - 8k/Bypass Speaker/Phones D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

MSB/LSB(H) 12 13 14 16 01 54 03 04 05 06 07 12 13 14 16 01 55 03 04 05 06 12 13 14 16 01 56 03 04 05 12 13 14 16 01 57 03 04 05 06 07 08 09 0A 11 12 13 14 16

❍ Effecten die de toonhoogte aanpassen 29 : 2 Pitch Shifter + Coarse 1 Fine 1 Pre Dly 1 EFX Pan 1 # Coarse 2 Fine 2 Pre Dly 2 EFX Pan 2 Shift Mode L.Bal Balance Low Gain Hi Gain Level

-24 - 0 - +12 -100 - 0 - +100 0 - 100m L63 - 0 - R63 -24 - 0 - +12 -100 - 0 - +100 0 - 100m L63 - 0 - R63 1-5 A> 0B - A 0 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

01 60 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 12 13 14 16

Parameter 30 : Fb P.Shifter + P.Coarse P.Fine # Feedback Pre Dly Mode EFX Pan Balance Low Gain Hi Gain Level

Waarde -24 - 0 - +12 -100 - 0 - +100 -98% - +98% 0 - 500m 1-5 L63 - 0 - R63 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

❍ Andere effecten 31 : 3D Auto Azimuth + Speed Clockwise # Turn Out Level 32 : 3D Manual + Azimuth Out # Level 33 : Lo-Fi 1 Pre Filter Lo-Fi Type Post Filter + Balance Low Gain Hi Gain # Pan Level 34 : Lo-Fi 2 Lo-Fi Type Fil Type Cutoff + R.Detune R.Nz Lev W/P Sel W/P LPF W/P Level Disc Type Disc LPF Disc Nz Lev Hum Type Hum LPF Hum Level M/S # Balance Low Gain Hi Gain Pan(Mono) Level

180/L168 - 0 - R168 0.05 - 10.0 -/+ Off/On Speaker/Phones 0 - 127 180/L168 - 0 - R168 Speaker/Phones 0 - 127 1-6 1-9 1-6 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 L63 - 0 - R63 0 - 127 1-6 Off/LPF/HPF 250 - 8k 0 - 127 0 - 127 White/Pink 250 - 6.3k/Bypass 0 - 127 LP/EP/SP/RND 250 - 6.3k/Bypass 0 - 127 50Hz/60Hz 250 - 6.3k/Bypass 0 - 127 Mono/Stereo D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 L63 - 0 - R63 0 - 127


152

MSB/LSB(H) 01 61 03 04 05 06 07 08 12 13 14 16

01 70 03 04 05 06 11 16 01 71 03 11 16 01 72 03 04 05 12 13 14 15 16 01 73 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 15 16

13. Effecten

❍ Effecten die twee types in serie verbinden 35 :

36 :

37 :

38 :

39 :

Parameter OD → Chorus OD Drive + OD Pan OD Amp OD Amp Sw Cho Dly Cho Rate Cho Depth # Cho Bal Low Gain Hi Gain Level OD → Flanger OD Drive + OD Pan OD Amp OD Amp Sw FL Dly FL Rate FL Depth FL Fb # FL Bal Low Gain Hi Gain Level OD → Delay OD Drive + OD Pan OD Amp OD Amp Sw Dly Time Dly Fb Dly HF # Dly Bal Low Gain Hi Gain Level DS → Chorus DS Drive + DS Pan DS Amp DS Amp Sw Cho Dly Cho Rate Cho Depth # Cho Bal Low Gain Hi Gain Level DS → Flanger DS Drive + DS Pan DS Amp DS Amp Sw FL Dly FL Rate FL Depth FL Fb # FL Bal Low Gain Hi Gain Level

Waarde 0 - 127 L63 - 0 - R63 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 127 L63 - 0 - R63 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 -98% - +98% D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 127 L63 - 0 - R63 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On 0 - 500m -98% - +98% 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 127 L63 - 0 - R63 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 127 L63 - 0 - R63 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 -98% - +98% D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

MSB/LSB(H) 02 00 03 04 05 06 08 09 0A 0C 13 14 16 02 01 03 04 05 06 08 09 0A 0B 0C 13 14 16 02 02 03 04 05 06 08 09 0A 0C 13 14 16 02 03 03 04 05 06 08 09 0A 0C 13 14 16 02 04 03 04 05 06 08 09 0A 0B 0C 13 14 16

Parameter 40 : DS → Delay DS Drive + DS Pan DS Amp DS Amp Sw Dly Time Dly Fb Dly HF # Dly Bal Low Gain Hi Gain Level 41 : EH → Chorus + EH Sens EH Mix Cho Dly Cho Rate Cho Depth # Cho Bal Low Gain Hi Gain Level 42 : EH → Flanger + EH Sens EH Mix FL Dly FL Rate FL Depth FL Fb # FL Bal Low Gain Hi Gain Level 43 : EH → Delay + EH Sens EH Mix Dly Time Dly Fb Dly HF # Dly Bal Low Gain Hi Gain Level 44 : Cho → Delay Cho Dly Cho Rate Cho Depth + Cho Bal Dly Time Dly Fb Dly HF # Dly Bal Low Gain Hi Gain Level 45 : FL → Delay FL Dly FL Rate FL Depth + FL Fb FL Bal Dly Time Dly Fb Dly HF # Dly Bal Low Gain Hi Gain Level

Waarde 0 - 127 L63 - 0 - R63 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On 0 - 500m -98% - +98% 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 -98% - +98% D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 500m -98% - +98% 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 D> 0E - D 0<E 0 - 500m -98% - +98% 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 -98% - +98% D> 0E - D 0<E 0 - 500m -98% - +98% 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

MSB/LSB(H) 02 05 03 04 05 06 08 09 0A 0C 13 14 16 02 06 03 04 08 09 0A 0C 13 14 16 02 07 03 04 08 09 0A 0B 0C 13 14 16 02 08 03 04 08 09 0A 0C 13 14 16 02 09 03 04 05 07 08 09 0A 0C 13 14 16 02 0A 03 04 05 06 07 08 09 0A 0C 13 14 16

153


Parameter 46 : Cho→ Flanger Cho Dly Cho Rate Cho Depth + Cho Bal FL Dly FL Rate FL Depth FL Fb # FL Bal Low Gain Hi Gain Level

Waarde 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 D> 0E - D 0<E 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 -98% - +98% D> 0E - D 0<E -12 - +12 -12 - +12 0 - 127

MSB/LSB(H) 02 0B 03 04 05 07 08 09 0A 0B 0C 13 14 16

❍ Effecten die drie of meer types in serie verbinden 47 : Rotary Multi + OD Drive OD Sw EQ L Gain EQ M Fq EQ M Q EQ M Gain EQ H Gain RT L Slow RT L Fast RT Lo Accl RT Lo Lev RT H Slow RT H Fast RT Hi Accl RT Hi Lev RT Sept # RT Speed Level 48 : GTR Multi 1 Cmp Atck Cmp Sus Cmp Level Cmp Sw OD Sel + OD Drive OD Amp OD Amp Sw OD L Gain OD H Gain OD Sw CF Sel CF Rate CF Depth CF Fb CF Mix Dly Time Dly Fb # Dly Mix Level 49 : GTR Multi 2 Cmp Atck Cmp Sus Cmp Level Cmp Sw

0 - 127 Off/On -12 - +12 200 - 6.3k 0.5/1.0/2.0/4.0/9.0 -12 - +12 -12 - +12 0.05 - 10.0 0.05 - 10.0 0 - 15 0 - 127 0.05 - 10.0 0.05 - 10.0 0 - 15 0 - 127 0 - 127 Slow/Fast 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 Off/On Odrv/Dist 0 - 127 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On -12 - +12 -12 - +12 Off/On Chorus/Flangr 0.05 - 6.40 0 - 127 -98% - +98% 0 - 127 0m - 635m 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 Off/On

02 0C 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 16 04 00 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 15 16 04 01 03 04 05 06

Parameter OD Sel + OD Drive OD Amp OD Amp Sw OD Sw EQ L Gain EQ M Fq EQ M Q EQ M Gain EQ H Gain CF Sel CF Rate CF Depth CF Fb # CF Mix Level 50 : GTR Multi 3 Wah Fil + Wah Man Wah Peak Wah Sw OD Sel # OD Drive OD Amp OD Amp Sw OD L Gain OD H Gain OD Sw CF Sel CF Rate CF Depth CF Fb CF Mix Dly Time Dly Fb Dly Mix Level 51 : Clean Gt Multi1 Cmp Atck Cmp Sus Cmp Level Cmp Sw EQ L Gain EQ M Fq EQ M Q EQ M Gain EQ H Gain CF Sel CF Rate CF Depth CF Fb + CF Mix Dly Time Dly Fb Dly HF # Dly Mix Level

Waarde Odrv/Dist 0 - 127 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On Off/On -12 - +12 200 - 6.3k 0.5/1.0/2.0/4.0/9.0 -12 - +12 -12 - +12 Chorus/Flangr 0.05 - 6.40 0 - 127 -98% - +98% 0 - 127 0 - 127 LPF/BPF 0 - 127 0 - 127 Off/On Odrv/Dist 0 - 127 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On -12 - +12 -12 - +12 Off/On Chorus/Flangr 0.05 - 6.40 0 - 127 -98% - +98% 0 - 127 0m - 635m 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 Off/On -12 - +12 200 - 6.3k 0.5/1.0/2.0/4.0/9.0 -12 - +12 -12 - +12 Chorus/Flangr 0.05 - 6.40 0 - 127 -98% - +98% 0 - 127 0m - 635m 0 - 127 315 - 8k/Bypass 0 - 127 0 - 127


154

MSB/LSB(H) 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 15 16 04 02 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 15 16 04 03 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 16

13. Effecten

Parameter 52 : Clean Gt Multi2 AW Filter + AW Man AW Peak AW Rate AW Depth AW Sw EQ L Gain EQ M Fq EQ M Q EQ M Gain EQ H Gain CF Sel CF Rate CF Depth CF Fb CF Mix Dly Time Dly Fb # Dly Mix Level 53 : Bass Multi Cmp Atck Cmp Sus Cmp Level Cmp Sw OD Sel + OD Drive OD Amp OD Amp Sw OD Sw EQ L Gain EQ M Fq EQ M Q EQ M Gain EQ H Gain CF Sel CF Rate CF Depth CF Fb # CF Mix Level 54 : Rhodes Multi EH Sens EH Mix PH Man PH Rate PH Depth PH Reso PH Mix CF Sel CF LPF CF Dly CF Rate CF Depth CF Fb CF Mix TP Sel TP Mod WV + TP Mod RT # TP Mod Dep TP Sw Level 55 : Keyboard Multi + RM Mod Freq # RM Bal EQ L Gain EQ M Fq EQ M Q

Waarde LPF/BPF 0 - 127 0 - 127 0.05 - 6.40 0 - 127 Off/On -12 - +12 200 - 6.3k 0.5/1.0/2.0/4.0/9.0 -12 - +12 -12 - +12 Chorus/Flangr 0.05 - 6.40 0 - 127 -98% - +98% 0 - 127 0m - 635m 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 Off/On Odrv/Dist 0 - 127 Small/BltIn/2-Stk Off/On Off/On -12 - +12 200 - 6.3k 0.5/1.0/2.0/4.0/9.0 -12 - +12 -12 - +12 Chorus/Flangr 0.05 - 6.40 0 - 127 -98% - +98% 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0 - 127 100 - 8k 0.05 - 6.40 0 - 127 0 - 127 0 - 127 Chorus/Flangr 200 - 6.3k/Bypass 0 - 100m 0.05 - 6.40 0 - 127 -98% - +98% 0 - 127 Trem/Pan Tri/Sqr/Sin/Saw1/Saw2 0.05 - 6.40 0 - 127 Off/On 0 - 127 0 - 127 D> 0E - D 0<E -12 - +12 200 - 6.3k 0.5/1.0/2.0/4.0/9.0

MSB/LSB(H) 04 04 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 15 16 04 05 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 15 16 04 06 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 15 16 05 00 03 04 05 06 07

Parameter EQ M Gain EQ H Gain PS Coarse PS Fine PS Mode PS Bal PH Man PH Rate PH Depth PH Reso PH Mix Dly Time Dly Fb Dly Mix Level

Waarde -12 - +12 -12 - +12 -24 - 0 - +12 -100 - 0 - +100 1-5 D> 0E - D 0<E 100 - 8k 0.05 - 6.40 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0m - 635m 0 - 127 0 - 127 0 - 127

MSB/LSB(H) 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 15 16

❍ Effecten die twee types parallel verbinden 56 : Cho / Delay Cho Dly Cho Rate Cho Depth + Cho Bal Cho Pan Cho Level Dly Time Dly Fb Dly HF # Dly Bal Dly Pan Dly Level Level 57 : FL / Delay FL Dly FL Rate FL Depth FL Fb + FL Bal FL Pan FL Level Dly Time Dly Fb Dly HF # Dly Bal Dly Pan Dly Level Level 58 : Cho / Flanger Cho Dly Cho Rate Cho Depth + Cho Bal Cho Pan Cho Level FL Dly FL Rate FL Depth FL Fb # FL Bal FL Pan FL Level Level 59 : OD1 / OD2 OD1 Sel + OD1 Drive OD1 Amp OD1 Amp Sw OD1 Pan OD1 Level OD2 Sel

0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 D> 0E - D 0<E L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 500m -98% - +98% 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 -98% - +98% D> 0E - D 0<E L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 500m -98% - +98% 315 - 8k/Bypass D> 0E - D 0<E L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 D> 0E - D 0<E L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 100m 0.05 - 10.0 0 - 127 -98% - +98% D> 0E - D 0<E L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 Odrv/Dist 0 - 127 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On L63 - 0 - R63 0 - 127 Odrv/Dist

11 00 03 04 05 07 12 13 08 09 0A 0C 14 15 16 11 01 03 04 05 06 07 12 13 08 09 0A 0C 14 15 16 11 02 03 04 05 07 12 13 08 09 0A 0B 0C 14 15 16 11 03 03 04 05 06 12 13 08

155


Parameter # OD2 Drive OD2 Amp OD2 Amp Sw OD2 Pan OD2 Level Level 60 : OD / Rotary OD Sel + OD Drive OD Amp OD Amp Sw OD Pan OD Level RT L Slow RT L Fast RT Lo Accl RT Lo Lev RT H Slow RT H Fast RT Hi Accl RT Hi Lev RT Sept # RT Speed RT Pan RT Level Level 61 : OD / Phaser OD Sel + OD Drive OD Amp OD Amp Sw OD Pan OD Level PH Man # PH Rate PH Depth PH Reso PH Mix PH Pan PH Level Level 62 : OD / AutoWah OD Sel + OD Drive OD Amp OD Amp Sw OD Pan OD Level AW Filter AW Sens # AW Man AW Peak AW Rate AW Depth AW Pol AW Pan AW Level Level

Waarde 0 - 127 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 Odrv/Dist 0 - 127 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On L63 - 0 - R63 0 - 127 0.05 - 10.0 0.05 - 10.0 0 - 15 0 - 127 0.05 - 10.0 0.05 - 10.0 0 - 15 0 - 127 0 - 127 Slow/Fast L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 Odrv/Dist 0 - 127 Smal/BltIn/ 2-Stk/3-Stk Off/On L63 - 0 - R63 0 - 127 100 - 8k 0.05 - 10.0 0 - 127 0 - 127 0 - 127 L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 Odrv/Dist 0 - 127 Small/BltIn/2-Stk/3-Stk Off/On L63 - 0 - R63 0 - 127 LPF/BPF 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0.05 - 10.0 0 - 127 Down/Up L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127

MSB/LSB(H) 09 0A 0B 14 15 16 11 04 03 04 05 06 12 13 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 14 15 16 11 05 03 04 05 06 12 13 08 09 0A 0B 0C 14 15 16 11 06 03 04 05 06 12 13 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 14 15 16

Parameter 63 : PH / Rotary PH Man + PH Rate PH Depth PH Reso PH Mix PH Pan PH Level RT L Slow RT L Fast RT Lo Accl RT Lo Lev RT H Slow RT H Fast RT Hi Accl RT Hi Lev RT Sept # RT Speed RT Pan RT Level Level 64 : PH / AutoWah PH Man + PH Rate PH Depth PH Reso PH Mix PH Pan PH Level AW Filter AW Sens # AW Man AW Peak AW Rate AW Depth AW Pol AW Pan AW Level Level

Waarde 100 - 8k 0.05 - 10.0 0 - 127 0 - 127 0 - 127 L63 - 0 - R63 0 - 127 0.05 - 10.0 0.05 - 10.0 0 - 15 0 - 127 0.05 - 10.0 0.05 - 10.0 0 - 15 0 - 127 0 - 127 Slow/Fast L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127 100 - 8k 0.05 - 10.0 0 - 127 0 - 127 0 - 127 L63 - 0 - R63 0 - 127 LPF/BPF 0 - 127 0 - 127 0 - 127 0.05 - 10.0 0 - 127 Down/Up L63 - 0 - R63 0 - 127 0 - 127


156

MSB/LSB(H) 11 07 03 04 05 06 07 12 13 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 14 15 16 11 08 03 04 05 06 07 12 13 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 14 15 16

13. Effecten

■ Effectdata Waarde(H) 00 01 02 03 04 05 06 07 08 09 0A 0B 0C 0D 0E 0F 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 1A 1B 1C 1D 1E 1F 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 2A 2B 2C 2D 2E 2F 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 3A 3B 3C 3D 3E 3F

Pre Delay Time (ms) 0.0 0.1 0.2 0.3 0.4 0.5 0.6 0.7 0.8 0.9 1.0 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 2.0 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 3.0 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 4.0 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 5.0 5.5 6.0 6.5 7.0 7.5 8.0 8.5 9.0 9.5 10 11 12 13

Delay Time 1 (ms) 200 205 210 215 220 225 230 235 240 245 250 255 260 265 270 275 280 285 290 295 300 305 310 315 320 325 330 335 340 345 350 355 360 365 370 375 380 385 390 395 400 405 410 415 420 425 430 435 440 445 450 455 460 465 470 475 480 485 490 495 500 505 510 515

Delay Time 2 (ms) 200 205 210 215 220 225 230 235 240 245 250 255 260 265 270 275 280 285 290 295 300 305 310 315 320 325 330 335 340 345 350 355 360 365 370 375 380 385 390 395 400 405 410 415 420 425 430 435 440 445 450 455 460 465 470 475 480 485 490 495 500 505 510 515

Delay Time 3 (ms) 0.0 0.1 0.2 0.3 0.4 0.5 0.6 0.7 0.8 0.9 1.0 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9 2.0 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 3.0 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 4.0 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 5.0 5.5 6.0 6.5 7.0 7.5 8.0 8.5 9.0 9.5 10 11 12 13

Delay Time 4 (ms) 0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 105 110 115 120 125 130 135 140 145 150 155 160 165 170 175 180 185 190 195 200 205 210 215 220 225 230 235 240 245 250 255 260 265 270 275 280 285 290 295 300 305 310 315

Rate1 (Hz) 0.05 0.10 0.15 0.20 0.25 0.30 0.35 0.40 0.45 0.50 0.55 0.60 0.65 0.70 0.75 0.80 0.85 0.90 0.95 1.00 1.05 1.10 1.15 1.20 1.25 1.30 1.35 1.40 1.45 1.50 1.55 1.60 1.65 1.70 1.75 1.80 1.85 1.90 1.95 2.00 2.05 2.10 2.15 2.20 2.25 2.30 2.35 2.40 2.45 2.50 2.55 2.60 2.65 2.70 2.75 2.80 2.85 2.90 2.95 3.00 3.05 3.10 3.15 3.20

Rate2 (Hz) 0.05 0.10 0.15 0.20 0.25 0.30 0.35 0.40 0.45 0.50 0.55 0.60 0.65 0.70 0.75 0.80 0.85 0.90 0.95 1.00 1.05 1.10 1.15 1.20 1.25 1.30 1.35 1.40 1.45 1.50 1.55 1.60 1.65 1.70 1.75 1.80 1.85 1.90 1.95 2.00 2.05 2.10 2.15 2.20 2.25 2.30 2.35 2.40 2.45 2.50 2.55 2.60 2.65 2.70 2.75 2.80 2.85 2.90 2.95 3.00 3.05 3.10 3.15 3.20

HF Damp (Hz) 315 " " " " " " " 400 " " " " " " " 500 " " " " " " " 630 " " " " " " " 800 " " " " " " " 1000 " " " " " " " 1250 " " " " " " " 1600 " " " " " " "

Cutoff Freq (Hz) 250 " " " " " " " 315 " " " " " " " 400 " " " " " " " 500 " " " " " " " 630 " " " " " " " 800 " " " " " " " 1000 " " " " " " " 1250 " " " " " " "

LPF (Hz) 250 " " " " " " " 315 " " " " " " " 400 " " " " " " " 500 " " " " " " " 630 " " " " " " " 800 " " " " " " " 1000 " " " " " " " 1250 " " " " " " "

Manual (Hz) 100 110 120 130 140 150 160 170 180 190 200 210 220 230 240 250 260 270 280 290 300 320 340 360 380 400 420 440 460 480 500 520 540 560 580 600 620 640 660 680 700 720 740 760 780 800 820 840 860 880 900 920 940 960 980 1000 1100 1200 1300 1400 1500 1600 1700 1800

Azimuth (deg) L180(=R180) " " " " " L168 " " " L156 " " " L144 " " " L132 " " " L120 " " " L108 " " " L96 " " " L84 " " " L72 " " " L60 " " " L48 " " " L36 " " " L24 " " " L12 " " " 0 "

157


Waarde(H) 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 4A 4B 4C 4D 4E 4F 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 5A 5B 5C 5D 5E 5F 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 6A 6B 6C 6D 6E 6F 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 7A 7B 7C 7D 7E 7F

158

Pre Delay Time (ms) 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 52 54 56 58 60 62 64 66 68 70 72 74 76 78 80 82 84 86 88 90 92 94 96 98 100 100 100

Delay Time 1 (ms) 520 525 530 535 540 545 550 560 570 580 590 600 610 620 630 640 650 660 670 680 690 700 710 720 730 740 750 760 770 780 790 800 810 820 830 840 850 860 870 880 890 900 910 920 930 940 950 960 970 980 990 1000 -------------

Delay Time 2 (ms) 520 525 530 535 540 545 550 555 560 565 570 575 580 585 590 595 600 610 620 630 640 650 660 670 680 690 700 710 720 730 740 750 760 770 780 790 800 810 820 830 840 850 860 870 880 890 900 910 920 930 940 950 960 970 980 990 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000 1000

Delay Time 3 (ms) 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 50 60 70 80 90 100 110 120 130 140 150 160 170 180 190 200 210 220 230 240 250 260 270 280 290 300 320 340 360 380 400 420 440 460 480 500 500

Delay Time 4 (ms) 320 325 330 335 340 345 350 355 360 365 370 375 380 385 390 395 400 405 410 415 420 425 430 435 440 445 450 455 460 465 470 475 480 485 490 495 500 505 510 515 520 525 530 535 540 545 550 555 560 565 570 575 580 585 590 595 600 605 610 615 620 625 630 635

Rate1 (Hz) 3.25 3.30 3.35 3.40 3.45 3.50 3.55 3.60 3.65 3.70 3.75 3.80 3.85 3.90 3.95 4.00 4.05 4.10 4.15 4.20 4.25 4.30 4.35 4.40 4.45 4.50 4.55 4.60 4.65 4.70 4.75 4.80 4.85 4.90 4.95 5.00 5.10 5.20 5.30 5.40 5.50 5.60 5.70 5.80 5.90 6.00 6.10 6.20 6.30 6.40 6.50 6.60 6.70 6.80 6.90 7.00 7.50 8.00 8.50 9.00 9.50 10.00 10.00 10.00

Rate2 (Hz) 3.25 3.30 3.35 3.40 3.45 3.50 3.55 3.60 3.65 3.70 3.75 3.80 3.85 3.90 3.95 4.00 4.05 4.10 4.15 4.20 4.25 4.30 4.35 4.40 4.45 4.50 4.55 4.60 4.65 4.70 4.75 4.80 4.85 4.90 4.95 5.00 5.05 5.10 5.15 5.20 5.25 5.30 5.35 5.40 5.45 5.50 5.55 5.60 5.65 5.70 5.75 5.80 5.85 5.90 5.95 6.00 6.05 6.10 6.15 6.20 6.25 6.30 6.35 6.40

HF Damp (Hz) 2000 " " " " " " " 2500 " " " " " " " 3150 " " " " " " " 4000 " " " " " " " 5000 " " " " " " " 6300 " " " " " " " 8000 " " " " " " " Bypass " " " " " " "

Cutoff Freq (Hz) 1600 " " " " " " " 2000 " " " " " " " 2500 " " " " " " " 3150 " " " " " " " 4000 " " " " " " " 5000 " " " " " " " 6300 " " " " " " " 8000 " " " " " " "

LPF (Hz) 1600 " " " " " " " 2000 " " " " " " " 2500 " " " " " " " 3150 " " " " " " " 4000 " " " " " " " 5000 " " " " " " " 6300 " " " " " " " Bypass " " " " " " "

Manual (Hz) 1900 2000 2100 2200 2300 2400 2500 2600 2700 2800 2900 3000 3100 3200 3300 3400 3500 3600 3700 3800 3900 4000 4100 4200 4300 4400 4500 4600 4700 4800 4900 5000 5100 5200 5300 5400 5500 5600 5700 5800 5900 6000 6100 6200 6300 6400 6500 6600 6700 6800 6900 7000 7100 7200 7300 7400 7500 7600 7700 7800 7900 8000 8000 8000

Azimuth (deg) 0 " R12 " " " R24 " " " R36 " " " R48 " " " R60 " " " R72 " " " R84 " " " R96 " " " R108 " " " R120 " " " R132 " " " R144 " " " R156 " " " R168 " " " R180(=L180) " " " " "

13. Effecten

In de tabel op de vorige bladzijde werden de volgende effecttypes gebruikt: Pre Delay Time 10: Stereo Flanger 11: Step Flanger 16: Hexa Chorus 17: Tremolo Chorus 18: Stereo Chorus 19: Space-D 20: 3D Chorus 26: Reverb 27: Gate Reverb 29: 2 Pitch Shifter 30: Fb P.Shifter 35: OD → Chorus 36: OD → Flanger 38: DS → Chorus 39: DS → Flanger 41: EH → Chorus 42: EH → Flanger 44: Cho → Delay 45: FL → Delay 46: Cho → Flanger 54: Rhodes Multi 56: Cho / Delay 57: FL / Delay 58: Cho / Flanger Delay Time1 23: 3 Tap Delay 24: 4 Tap Delay Delay Time2 25: Tm Ctrl Delay Delay Time3 21: Stereo Delay 22: Mod Delay 28: 3D Delay 37: OD → Delay 40: DS → Delay 43: EH → Delay 44: Cho → Delay 45: FL → Delay 56: Cho / Delay 57: FL / Delay Delay Time4 48: GTR Multi 1 50: GTR Multi 3 51: Clean Gt Multi 1 52: Clean Gt Multi 2 55: Keyboard Multi

35: OD → Chorus 36: OD → Flanger 38: DS → Chorus 39: DS → Flanger 41: EH → Chorus 42: EH → Flanger 44: Cho → Delay 45: FL → Delay 46: Cho → Flanger 54: Rotary Multi 56: Cho / Delay 57: FL / Delay 58: Cho / Flanger 60: OD / Rotary 61: OD / Phaser 62: OD / Auto Wah 63: PH / Rotary 64: PH / Auto Wah Rate2 48: GTR Multi 1 49: GTR Multi 2 50: GTR Multi 3 51: Clean Gt Multi 1 52: Clean Gt Multi 2 53: Bass Multi 54: Rhodes Multi 55: Keyboard Multi HF Damp 21: Stereo Delay 22: Mod Delay 23: 3 Tap Delay 24: 4 Tap Delay 25: Tm Ctrl Delay 26: Reverb 28: 3D Delay 37: OD → Delay 40: DS → Delay 43: EH → Delay 44: Cho → Delay 45: FL → Delay 51: Clean Gt Multi 1 56: Cho / Delay 57: FL / Delay Cutoff Freq 10: Stereo Flanger 18: Stereo Chorus 34: Lo-Fi 2 LPF

Rate1 7: Phaser 8: Auto Wah 9: Rotary 10: Stereo Flanger 11: Step Flanger 12: Tremolo 13: Auto Pan 16: Hexa Chorus 17: Tremolo Chorus 18: Stereo Chorus 19: Space-D 20: 3D Chorus 22: Mod Delay

34: Lo-Fi 2 54: Rhodes Multi Manual 7: Phaser 54: Rhodes Multi 55: Keyboard Multi 61: OD / Phaser 63: PH / Rotary 64: PH / Auto Wah Azimuth 31: 3D Auto 32: 3D Locate

159


■ Preset Patches

160

No. 001 002 003 004 005 006 007 008 009 010 011 012 013

Patch naam RB STRAT MILD OD WAH! PEDAL WARM OD EC STRAT BLUES OD HEAVY & WILD FLANGER GTR SLOW GEAR MID-BOOST POWER RHYTHM HEAVY RHYTHM NOISY RHYTHM

014 015 016 017 018 019 020 021 022 023 024 025 026 027 028

CLEAN RHYTHM WAH RHYTHM T-WAH GUITAR FUNK PHASE MELLOW&CLEAN COOL ARP. SURF GUITAR JAZZ GUITAR NYLON BOSSA ENH. NYLON ENH. STEEL COMP PK BASS DRIVE PK BS. JP FRETLESS HYPER BASS

029 030 031 032 033 034 035 036 037 038 039 040 041 042 043 044 045 046 047 048 049 050 051 052 053 054 055 056

303 SAW BASS FAT S.BASS SYNC BASS HUMAN BASS PH RHODES TREM RHODES TREM WURLY TREM FM EP SC RHODES SOFT E.PIANO COMP PIANO COMP CLAV. THE E.ORGAN TREM ORGAN 5TH ORGAN PERC. ORGAN OD-ROT ORGAN THEARTER ORG DIGI ORGAN ORGAN BELL CHO STRINGS WIDE STRINGS WIDE SYN STR WARM STRINGS FAT STRINGS SPIC WALTZ WIDE CHOIR DUAL CHOIR

057

NYMAN BRASS

058

SAX LIVE

059 060 061

SFORZANDO TS WIND ANALOG BRS

062

OCT BRASS

063 064 065 066

M.TROMBONE DRIVE TENOR PM SYN LEAD MAD CHO LEAD

Map [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [55] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [88] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [88] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [88] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [55] [Native] [Native] [Native]

PC/CC00 028/000 028/016 028/017 028/016 028/001 028/019 028/017 028/019 028/019 028/017 029/000 035/001 028/003 028/002 028/003 028/003 028/003 028/003 028/016 028/001 029/002 027/000 025/032 025/000 026/032 035/000 035/000 036/001 039/001 037/009 039/013 040/000 040/024 039/009 005/000 005/000 005/024 006/016 005/000 005/008 003/000 008/000 017/000 017/008 017/048 018/000 017/000 020/033 017/028 101/008 049/016 049/002 050/009 051/009 049/012 046/016 053/009 053/008 053/032 062/000 066/016 067/009 068/000 062/010 091/003 063/001 063/009 063/016 063/002 058/000 067/000 082/017 084/008

Instrument Clean Gt. TC FrontPick TC Rear Pick TC FrontPick Clean Half TC Clean 2: TC Rear Pick TC Clean 2: TC Clean 2: TC Rear Pick "Muted Gt. Picked Bass2 Open Hard 2 Open Hard 1 Open Hard 2 Open Hard 2 Open Hard 2 Open Hard 2 TC FrontPick Clean Half TC Muted Gt. Jazz Gt. Nylon Gt.2 Nylon-str.Gt Steel Gt.2 Picked Bass Picked Bass Fretless Bs2 SynthBass101 Unison Slap TB303 Saw Bs Synth Bass 2 Sync Bass TB303 Bass E.Piano 1 E.Piano 1 Wurly ST. FM EP E.Piano 1 'St.Soft EP Piano 3 Clav. Organ 1 Trem. Organ 5th Organ 'Organ 2 Organ 1 Theater Org. VS Organ Org Bell St. Strings ChamberStr: Warm Strings Syn.Strings4 Strings+Horn Solo Spic. Melted Choir St.ChoirAahs 'ChoirAahs 2 Brass 1 AltoSax + Tp St.Tenor Sax Baritone Sax Brass sfz Poly King JUNO Brass P5 Brass Oct SynBrass Stack Brass "Trombone Tenor Sax PM Lead Mad Lead

Effecttype 48:GTR Multi 1 48:GTR Multi 1 50:GTR Multi 3 49:GTR Multi 2 48:GTR Multi 1 05:Overdrive 49:GTR Multi 2 49:GTR Multi 2 40:DS -> Delay 50:GTR Multi 3 49:GTR Multi 2 49:GTR Multi 2 59: OD1 / OD2 59: OD1 / OD2 51:CleanGtMulti1 52:CleanGtMulti2 08:Auto Wah 07:Phaser 51:CleanGtMulti1 51:CleanGtMulti1 51:CleanGtMulti1 51:CleanGtMulti1 26:Reverb 43:EH -> Delay 41:EH -> Chorus 53:Bass Multi 53:Bass Multi 53:Bass Multi 62:OD / AutoWah 62:OD / AutoWah 07:Phaser 07:Phaser 07:Phaser 04:Humanizer 07:Phaser 17:Tremolo Chorus 54:Rhodes Multi 17:TremoloChorus 54:Rhodes Multi 22:Mod Delay 14:Compressor 51:CleanGtMulti1 09:Rotary 09:Rotary 09:Rotary 09:Rotary 47:Rotary Multi 26:Reverb 22:Mod Delay 09:Rotary 18:Stereo Chorus 28:3D Delay 20:3D Chorus 22:Mod Delay 22:Mod Delay 23:3 Tap Delay 28:3D Delay 21:Stereo Delay 21:Stereo Delay 03:Enhancer --30:Fb P.Shifter --03:Enhancer 29:2PitchShifter 03:Enhancer 03:Enhancer 03:Enhancer 03:Enhancer 02:Spectrum 35:OD -> Chorus 22:Mod Delay 16:Hexa Chorus

13. Effecten

161


162

No. 067 068 069 070 071 072 073 074 075 076 077 078 079 080 081 082 083 084 085 086 087 088 089 090

Patch naam MG SAW LEAD OB SAW LEAD SINE LEAD BND WAH LEAD SUPER SAW SILKY LEAD STEP SYNC PHASER HPF PHASER STR PROLOGUE MOD SWEEP MOD HEAVEN RAVE SHIFT FB FAR OUT! STEP BELL STEP STRINGS SEQ HORN PAD THE SOFT PAD RATTLE PAD WARM VOX PAD JP8 SQR PAD OB SOFT PAD PAN SEQENCE ASIAN DREAM

091 092 093 094 095 096 097 098 099 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111

ER HU LEAD ZITHER PSY. TABLA SITAR DANCE SPIN BIWA ARABIC LEAD 3D BUBBLE 3D ROTARY 3D DIDGERIDO 3D BAG SWEEP 3D UFO...... 3D CHURCH 3D IMPCT HIT 3D EXCITE !! LO-FI AUH LO-FI TECHNO LO-FI ORGAN LO-FI SQUARE LO-FI VOX LO-FI JAZZ LO-FI DUO

112 113

LO-FI GND NZ LEAD & SEQ

114

PIANO & BASS

115

GTR & ORGAN

116

VIOLIN&CELLO

117

BRS. & FLUTE

118

SYNTH SPLIT

119

PIANO & VIBE

120

JAZZ RHYTHM

121 122 123 124 125 126

ACID PANNER LFO RAVE FLANGER NZ 1 KEY STROKE INET LIVE:-) DOUBLE HIT

127 128

SCRAPE SHIFT EPILOGUE

Map [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [88] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [88] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native] [Native]

PC/CC00 082/031 082/032 081/009 066/000 082/000 017/032 085/017 096/011 052/008 098/003 096/011 092/002 098/008 031/009 093/000 052/002 090/002 090/004 097/004 095/001 093/002 090/004 103/008 108/001 089/000 111/008 016/016 032/016 105/003 121/013 112/024 123/005 017/000 110/008 096/011 102/014 015/008 056/012 127/006 102/004 102/013 017/024 093/002 086/008 RHY/033 004/008 033/000 030/003 085/016 039/024 001/000 033/000 017/000 028/016 041/000 043/000 074/001 062/008 082/018 063/001 001/000 012/000 033/000 RHY/033 085/009 102/010 123/016 121/011 127/007 056/017 056/016 121/006 055/016

Instrument MG Saw Lead OB Saw Lead Sine Lead Alto Sax Saw Wave 70's E.Organ Fat SyncLead Bag Sweep Air Strings Prologue 2 Bag Sweep SC Heaven Rave Feedback Gt2 Bowed Glass JUNO Strings Horn Pad 'Soft Pad Rattle Pad Vox Pad JP8 Sqr Pad OB Soft Pad Pan Sequence Gu Zheng Fantasia Er Hu Zither 1 Ac.Gt.Harmnx Sitar 3 Biwa Tremolo Mizmar Bubble Organ 1 Didgeridoo Bag Sweep UFO FX Church Bell Shock Wave Applause 2 Auhbient Alternative Cheese Organ JP8 Sqr Pad Vox Lead JAZZ SET Honky-tonk 2 Acoustic Bs. More Drive P5 Sync Lead Arpeggio Bs Piano 1 Acoustic Bs. Organ 1 TC FrontPick Violin : Cello : Flute 2 : Brass 2 CS Saw Lead JUNO Brass Piano 1 Vibraphone 'AcousticBs. JAZZ SET Acid Guitar1 LFO RAVE Pink Noise Chord Stroke Small Club Techno Hit Lo Fi Rave Pick Scrape VP330 Choir

Effecttype 23:3 Tap Delay 23:3 Tap Delay 23:3 Tap Delay 50:GTR Multi 3 55:KeyboardMulti 55:KeyboardMulti 11:Step Flanger 07:Phaser 07:Phaser 07:Phaser 22:Mod Delay 22:Mod Delay 29:2PitchShifter 25:Tm Ctrl Delay 11:Step Flanger 11:Step Flanger 11:Step Flanger 22:Mod Delay 22:Mod Delay 22:Mod Delay 19:Space D 19:Space D 23:3 Tap Delay 24:4 Tap Delay --24:4 Tap Delay 21:Stereo Delay 55:KeyboardMulti 55:KeyboardMulti 31:3D Auto 23:3 Tap Delay 31:3D Auto 31:3D Auto 31:3D Auto 20:3D Chorus 20:3D Chorus 20:3D Chorus 28:3D Delay 28:3D Delay 33:Lo-Fi 1 33:Lo-Fi 1 33:Lo-Fi 1 33:Lo-Fi 1 33:Lo-Fi 1 34:Lo-Fi 2 34:Lo-Fi 2 34:Lo-Fi 2 34:Lo-Fi 2 19:Space D 19:Space D ----60:OD / Rotary 60:OD / Rotary 43:EH -> Delay 43:EH -> Delay --30:Fb P.Shifter ----26:Reverb 26:Reverb ----13:Auto Pan 19:Space D 10:StereoFlanger 24:4 Tap Delay 34:Lo-Fi 2 --33:Lo-Fi 1 30:Fb P.Shifter 30:Fb P.Shifter

14. MIDI-implementatie

14. MIDI-implementatie Functie

Verzonden

Ontvangen

Opmerkingen

Basiskanaal

Fabrieksinstelling Instelbaar

X X

1~16 1~16

Keuze wordt opgeslagen

Mode

Fabrieksinstelling Type Instelbaar

X X *****

Mode 3 Mode 3, 4 (M= 1)

Daadwerkelijk

X *****

0~127 0~127

Aanslag

Noot-aan Noot-uit

X X

O *1 O *1

After Touch

Polyfoon Kanaal

X X

X X

X

O

X X X X X X X X X X X X X X X X X

O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 O *1 X *1 O *1

Bankkeuze Modulatie Portamento-tijd Data-ingave Volume Panorama Expression Hold 1 Portamento Sostenuto Soft Portamento-sturing Effect 1 diepte Effect 3 diepte Effect 4 diepte NRPN LSB, MSB RPN LSB, MSB

O *****

O *1 0~127

Programmanr. 1~128

O

O

Nootnummer

Pitch Bend 0, 32 1 5 6, 38 7 10 11 64 65 66 67 84 91 93 94 98, 99 100, 101

Controlecommando’s

Programmakeuze

Daadw. nummer

System Exclusive Systeemcommando’s

Song Pos Song Sel Tune

X X X

X X X

Real Time systeem

Synchronisatie (Clock) Commando’s

X X

X X

Bijkomende commando’s

Alle klanken uit Alle speelhulpen op 0 Local aan/uit Alle noten uit Active Sensing Reset

X X X X O X

O (120, 126, 127) O X O (123~125) O X

Opmerkingen

*1 O X is selectable *2 Wordt herkend als M=1 zelfs als M≠1

Mode 1: OMNI ON, POLY Mode 3: OMNI OFF, POLY

Mode 2: OMNI ON, MONO Mode 4: OMNI OFF, MONO

*2

O: Ja X: Nee

163


15. Specificaties SC-88Pro: GM/GS compatibele klankmodule Aantal Parts 32 Polyfonie 64 stemmen Intern geheugen Klankverdelingen (Maps): 3 (SC-55, SC-88, Native) Preset klanken: 1117 Tones Drum sets: 42 (waaronder 3 SFX Sets) User klanken: 256 User Drum Sets: 2 User effecten: 64 Preset Patches: 128 (met effecten) User Patches: 16 Effecten Reverb: 8 types Chorus: 8 types Delay: 10 types 2-bands equalizer Insertie-effecten: 64 types Display 70,6 x 24,5 mm (achtergrondverlicht LCD) Aansluitingen MIDI-connectors (IN A, IN B voor/ achter, OUT/THRU), INPUT connectors x 2 (L, R) OUTPUT connectors x 4 (OUTPUT-1L, 1R, 2L, 2R), PHONES uitgang, COMPUTER connector, COMPUTER schakelaar Stroomvoorziening AC117V, AC230V of 240V Stroomverbruik 16W (AC117V), 16W (AC230V of 240V) Afmetingen 218 (B) x 250 (D) x 72 (H) mm Gewicht 2,6 kg (exclusief AC-adapter) Accessoires Gebruiksaanwijzing (Engels en Nederlands) Opties Computerkabel: RSC-15AT (voor IBM PC/AT computers); RSC-15ARL (voor Apple Macintosh computers) Opmerking: De specificaties van dit instrument kunnen zonder voorafgaande kennisgeving gewijzigd worden.

164

16. Index

16. Index A A only, 29, 110 Aanlsuitkabel (computer), 119 Aanslag Gevoeligheid, 21 Aansluiten, klavier, 9 Achterpaneel, 5 Adres SysEx, 108 Aftertouch, 22, 23, 105, 115 Algoritmes, 64 All, 10, 17, 26 Mute, 27 Parts, 26 Amp, 24 Type, 44 Arabische stemming, 22 Assign Group, 34 Lock, 30 Attack, 26, 48 Audioverbindingen, 9 Auto Pan, 48 Wah, 45, 69 Azimuth, 58

B B (ingang), 29, 110 Backup, 29, 90 Balans Volume (Level), 19, 27 Band, 42 Bankkeuze, 21, 103, 106, 107 Bend Range, 23 Bereik (K. Range), 21 Buigingsinterval, 23 Bulk Dump, 90

C C. Number, 22 C. Src, 81 CAf, 23 Capital, 16 CC0, 107 CC1, 22, 23 CC32, 93 Check Sum, 117 Cho ->Delay, 39 ->Reverb, 39 Delay, 39 Depth, 39 Feedback, 39 Level, 39 Pre-LPF, 38 Rate, 39

Chorus, 12, 33 + Flanger, 66 /Delay, 73 -> Delay, 63 -> Flanger, 64, 75 3D, 51 Diepte via MIDI, 115 Hexa, 49 Natuurlijk, 20 Space D, 51 Stereo, 50 Tremolo, 50 Twee, 36 Clear, 92 CM-64, 15 Map, 94 Coarse, 56, 57 Compatibiliteit, 93 Compressor, 21, 48, 66 Computer, 98 Aansluitkabel, 119 Contrast, 29 Controlecommando, 103 Copy, 92 Cross, 52 Cutoff, 23, 25 Flanger, 46

D 3 Tap Delay, 53 3D Auto, 57 Chorus, 51 Delay, 56 Manual, 58 Tips, 80 Data-compatibiliteit, 93 Decay, 26 Decimaal/Hexadecimaal, 84 Delay, 12, 25, 33, 38, 66 3 Tap, 53 3D, 56 4 Tap, 53 Diepte via MIDI, 115 FB, 38 Instellen, 12 Modulation, 52 Stereo, 51 Time Control, 54 Volume, 12 Waarden bij Drums, 34 Depth, 25, 45, 71, 73, 77, 78, 79 Deviation, 49 Device ID, 16, 105, 109 Dimension D (simulatie), 51 Display Data SC-55 gebruiken, 114 Distortion, 44, 66 -> Chorus, 61 -> Delay, 61 -> Flanger, 61

Dly ->Rev, 40 FBack, 40 Level, 40 LevelC, 40 Pre-LPF, 39 Time C, 39 To Rev, 39 TRario, 39 Double, 29 Module, 95 Module mode, 31, 36 Drive, 44 Drum Edit, 32 Exclusive groep, 33 Instrument opslaan, 89 Part, 14 Drum Set Editen, 33 Kiezen, 33 Naam (User), 89 Opslaan, 88 Via MIDI kiezen, 108 Drum1, 20 Dump, 91

E Editen, 24 Parameters, 18 Effecten, 11 Diepte, 37 Diepte (via MIDI), 115 Insertie (voorstelling), 35 Insertie opslaan, 86 Instellingen, 36 Lo-Fi, 59 Parallel, 73 Parameters (Rev, Cho, Dly, EQ), 38 Send, 37 Serie, 64 Synchronisatie via MIDI, 47 SysEx voorbeelden, 82 SysEx-adres, 42 Systeem, 35 Twee in Double Module, 36 Twee tegelijk, 95 Via MIDI editen, 81 EFX, 41, 86 C.Dep, 81 C.Src, 81 Eigen geluiden, 85 Enhancer, 43 -> Chorus, 61 -> Delay, 62 -> Flanger, 62 Envelope, 24, 26 EQ, 12, 20 Lock, 111

153


Equalizer, 20, 36, 42, 66 SysEx, 115 EXC, 34 Exclusive groep, 33

F Factory Setup, 97 Fader, 23 FB Chorus, 38 FBK Pitch Shifter, 57 Feedback, 38, 46 Fijnstemmen, 20 Filter, 24, 67 Auto Wah, 45, 69 Part Edit, 25 Fine, 56, 57 Fine Tune, 20 Fix, 29 Flanger, 38, 66 -> Delay, 63, 74 Step, 47 Stereo, 46 Flg, 63, 64, 74, 75 Foutmeldingen, 117 Frame Draw, 91 Freq, 36, 37 Front, 110 Frontpaneel, 4

G Gain, 36 Gamelan, 22 Gate Reverb, 55 Gebonden, 18 Gebonden noten, 18 Geheugenstructuur, 16 GM, 2, 97 System On, 19, 106 Grensfrequentie, 25 GS, 2, 3, 97 GS Reset, 19, 96, 106 GTR Multi, 65

H Hall, 38 Hexa Chorus, 49 Hexadecimaal/Decimaal, 84 Hold, 104 Hoofdtelefoon, 13, 30 HPF, 46 Hum, 59 Humanizer, 43

I ID, 105 In B Sel, 29, 110 In Mode, 29, 110 Ingangen, 13 Init CM-64, 94 GM, 97 GS, 97 P Load, 30 Initialiseren, 97

154

Insertie Effect, 35 Laden, 87 Instellingen extern opslaan, 90 Instrument, 10 Nummer, 16 Opslaan, 86 Overzicht, 120 Interval, 23 Invert, 52, 92

K K. Range, 21 Kabel Computer, 99, 119 Key Range, 21 Shift, 11, 19, 27 Keyboard Multi, 72 Kiezen Klanken, 10 Variatie, 15 Klanken Kiezen, 10 Kiezen (voor Part), 14 Overzicht, 120 Klavier aansluiten, 9

L l…, 18 Laden EFX geheugen, 87 LCD Contrast, 29 Legato, 18 Level, 11, 19, 27 LFO, 24 Limiter, 48 Load (Init), 30 Lock, 30 Functies, 111 Lo-Fi, 58 LPF, 38, 39, 46 LSB, 93

M M.Tune, 12 M/P Mode, 20 Mac, 98, 100 Manual, 45, 58, 71, 73, 77, 78, 79 Map, 10, 15 Master Tune, 12 Volume, 106 Merge, 29, 110

MIDI Bankkeuze, 21 Commando, 103 Controlenummer, 23 Drum Set, 108 Effectdiepte instellen, 115 Effecten editen, 81 Equalizer instellen, 115 Filter, 21 IN B, 110 Ingang B, 29, 110 Interface, 99 Kaanal uit (Off), 16 Kanaal, 17 Klavier, 9 Merge, 110 NRPN, 21 NRPN overzicht, 113 Part Mode, 115 Patch kiezen, 32 Programmakeuze, 106 Programmanummer, 16 Schakelaars, 112 Soft Thru, 91 Synchronisatie van effect, 47 SysEx, 82 Uitgang (keuze), 29, 110 Mix, 45, 71, 73, 77, 79 Mod, 23 Depth, 22 Mode, 20 Double/Single, 95 Part, 20 Model ID, 105 Modulatie, 23 Modulation Delay, 52 Monitor, 19 Mono, 20 MPU, 110 Mute All, 27 Lock, 111

N Naam, 89 User Patch, 87 Native, 107 Native Map, 10 No DRUM SET, 114 INSTRUMENT, 114 Non, 34 Nootcommando, 103 Norm, 20 NRPN, 21, 104, 112, 113 Nummers, 16 Nz, 59

O OD1, 75 Opslaan Drum Instrument, 89 Insertie-effecten, 86 Instrument, 86 User Patch, 88 Via MIDI, 90

16. Index

Opstarten, 29 Out Asgn, 22 Mode, 29 Speaker/Phones, 56 Out/Thru, 29, 110 Output Mode, 80 Overdrive, 43, 44, 66 -> Delay, 60 -> Flanger, 60 ->Chorus, 59 Overzicht Klanken, 120

P P.Load Init, 30 Page Clear, 92 Copy, 92 Invert, 92 Pan, 11, 19, 27, 48, 95 Delay, 39 Repeat, 39 Panelen, 4 Panning Delay, 38 Parameters, 18 Part, 14 All, 26 EQ, 20 Individueel bewerken, 18 Klank kiezen, 14 MIDI-schakelaars, 110 Mode, 20 Mode instellen via MIDI, 115 Monitor, 18, 19 Parameters, 19, 24 Patch, 31 Kiezen, 32 Laden, 31 Maken, 87 Naam, 87 Via MIDI kiezen, 32 PC, 98, 100 Peak Hold, 29 Phaser, 45, 73, 77 Phones, 56, 80 Pitch, 24 Bend, 22 Pitch Shifter 2-voice, 56 FBK (Feedback), 57 Plaatruis, 59 Plate, 38 Polarity, 45 Poly, 20 Polyfonie, 17 Portamento, 104 Post Gain, 48 Preview, 10, 11, 28 Prevw Note, 28 Velo, 28 %, 28 Programmakeuze, 103, 106 Programmanummer, 16

Q Quadruple Tap Delay, 53

R Radio-interferentie, 59 Random, 19 Range, 21, 23 Rate, 25, 45, 71, 77, 78 Phaser, 79 Release, 26 Resonance, 25, 45, 71, 73, 77, 79 Rev Charac, 38 Delay FB, 38 Level, 38 PreDlyT, 38 Pre-LPF, 38 Time, 38 Reverb, 11 Diepte via MIDI, 115 Gate, 55 Insertie, 55 Twee, 36 Volume, 12 Reverse, 55 Rhodes Multi, 71 Ring Modulator, 72 Rnd, 19, 27 Room, 38 Rotary, 46, 76 Multi, 64 RPN, 104 RSS, 80 Ruis, 59 Rx Bank Sel, 21, 112 GM, 111 GS, 111 NRPN, 21, 112 Sys Mode, 29, 111

S S Delay, 38 Tune (Scale), 22 Saw, 47 SC-55, 14 SC-55 Map, 10, 19, 27 SC-55mkII, 14 SC-88, 15 SC-88 Map, 10, 19, 27 Scale Tune, 22 Sel, 29 Send, 37 Master, 37 Separation, 46, 65, 77, 79 Sin, 47 Single, 29 Module, 95 Slow, 46, 65, 76, 79 Soft, 104 Thru, 91, 100 Solo, 19 Sostenuto, 104 Space D, 51 Speaker, 56, 80 Spectrum, 42

Speed, 46, 65, 77, 79 Split, 21 Sqr, 47 Standard, 29, 110 Stemmen, 12 Elke noot (Scale), 22 Polyfonie, 17 Step Flanger, 47 Stereo Chorus, 50 Delay, 51 EQ, 42 Flanger, 46 Positie, 11, 19 Via Chorus, 12 Storingen, 116 Super MPU, 110 Sustain, 26, 48, 104 Sweep, 55 Sys Mode (Rx), 29 OUT Mode, 29 SysEx, 42, 82, 85, 90, 105 Adres, 108 Equalizer, 115 Systeem Effecten, 35 Parameters, 28

T Tekenen, 91 Tekenfilmpjes, 92 Threshold, 49 Thru, 42 Time Control Delay, 54 Toonregeling (EQ), 20 Transmitting, 91 Transponeren, 11, 19 Tremolo, 23, 47 Chorus, 50 Tri, 47 Tune, 12 Fine, 20 Scale, 22 TVA, 24 TVF, 24 2-Voice Pitch Shifter, 56 Type, 28

U Uitgangstoewijzing, 22, 29 Uitschakelen, 9 User Drum Set, 88 Insertie-effect, 86 Inst Edit, 85 Opslaan (istrument), 86 Patch, 87

V 4 Tap-Delay, 53 Variatie, 11, 15 Velo Depth, 21 Offset, 21 Velocity Switch, 17

155


Vib Delay, 25 Depth, 25 Rate, 25 Vibrato, 23, 24, 25 Volume, 11 Chorus, 12 Delay, 12 Master (SysEx), 106 OUT-2, 22 Part, 19 Reverb, 12 Voorrang, 17 Vowel, 43

W WahWah, 45, 67, 69 Auto, 45 Via TVF, 23 Width, 43 Write, 88 U EFX, 86 U.Patch, 88 User, 86

X X-connect, 29, 31, 110

Z Zone, 21

156

SC-88Pro MIDI Sound GENERATOR

Recommend Documents