1 Inleiding
Door Brecht Warnez
Samenvatting: Rechtseconomie 2e Bachelor Rechten, 2008-2009 Prof. B. Depoorter mmv. Prof. B. Bouckaert Samengevat door Brecht Warnez
Deel I.
Inleiding Door Prof. Depoorter
Hoofdstuk 1. 1.
Law & Economics: wat?
Definitie
- Rechtseconomie = toepassing van de economische wetenschappelijke methode op juridische fenomenen o Onderwerp: juridisch o Methodologie: economisch1 - Onderzoek naar de o oorsprong, o ontwikkeling en o de sociale en economische impact van juridische instellingen
2.
Oorsprong
- Herkomst: Verenigde Staten (University of Chicago Law School) o Jaren ‘60 o Aaron Director, later nog enkele nobelprijswinnaars o Europa: 1982: European Association of Law and Economics (EALE) - Geschiedenis van rechtswetenschap o Formalistische benadering Recht als gesloten systeem Niet-juristen begrijpen niets van Onderzoek naar de logische verbanden tussen juridische begrippen o Sociologische jurisprudentie Recht is verweven met sociaal-economische factoren 1
Op het examen geen grafieken, in cursus enkel ter illustratie
2 Inleiding
Door Brecht Warnez
Twee richtingen Vb. medische aansprakelijkheid - onvoorzichtige dokters nieuwe regels voor - nieuwe aansprakelijkheidregels dokters worden risico-avers Recht uit maatschappij halen o “Legal realism” Via recht bepaalde sociale doelstellingen verwezenlijken Vb. aansprakelijkheid # ongevallen vermijden Vb. discriminatie vermijden
3.
Wat omvat de economische analyse van het recht?
- Verklaringen o Voor: Bestaan, Inhoud, Evolutie, Juridische handhaving enz. van recht o Voorbeelden Waarom is wettelijke bescherming van kunstwerken (tot 70 jaar na overlijden auteur) en octrooirechtelijke bescherming van uitvindingen (20 jaar na uitvinding) eerder kortstondig? Waarom is er suppletief en dwingend recht? Waarom worden processen gevoerd? - Voorspellingen o Over sociale werking van rechtsregelen, onder welke condities ze effectief toegepast zullen worden… (ex-ante beginsel)
Hoofdstuk 2. 1.
Historiek
“Old” Law & Economics (1960-…)
- Principe: de markt is het doel o Markt in een centrale rol - Voorbeeld: Europees mededingingsrecht: predatory pricing o Doel: goede markt met vrije competitie, geen monopolie Voordeel: o.a. ↓ prijzen o Predatory pricing2 = (groot) bedrijf verkoopt producten aan prijs die verlieslatend is Gevolg: andere (kleine) bedrijven kunnen niet volgen waardoor die failliet gaan Groot bedrijf: geen probleem want veel geld 2
< Eng. plunderend prijzen
3 Inleiding
Door Brecht Warnez
Werd verboden Grote afdwingingskost: veel onderzoek naar boekhouding o Later onderzoek: gevolgen van predatory pricing Lagere prijzen goed Nadat andere bedrijven zijn uitgedreven: prijs zeer hoog slecht Gevolg: ↑ prijzen nieuwe bedrijven de markt binnenkomen Dus: geen gevaar Conclusie: verbod op predatory pricing afschaffen, want grote afdwingingskost Uitz. markt waar je moeilijk kan binnentreden Vb. door hoge vaste kosten - Voorbeeld: ontslagvergoedingen aan managers (CEO’s)3 o Lijken zeer hoog maar zijn toch logisch o Bedrijf bestaat uit relatie tussen principles en agents Principles: eigenaars (aandeelhouders) stemmen in met ontslagvergoeding Agents: uitvoerders (CEO) o Probleem: belangen agent ≠ belangen CEO Belang agent: veel aandelen in verschillende bedrijven Dus: wil ↑ risico’s nemen, want andere aandelen om te compenseren Belang principles: maar in 1 bedrijf Dus: wil ↓ risico’s nemen o Oplossing: ontslagvergoeding als instrument voor belangenovereenstemming Hoge premie CEO niet gericht op behoud van job neemt risico
2.
“New” Law & Economics (1980-…)
- Principe: werking van de markt is belangrijk o Niet bedoeling markt zelf te verbeteren o Maar rechtseconomie is nuttig want markt is interessant middel - Voorbeeld: drugsbeleid o Oorspronkelijk beleid: éénzijdig richten op aanbod (drugsdealers) niet goed Risico drugsdealer (R) ↑ prijs (P) ↑ Normaal: P ↑ V ↓ Maar: drugs is verslaving V is inellastisch Gevolg: A ↓ niet, wijzigt wel (nl. P ↑ en R ↑) Kleine dealers gaan weg Meer georganiseerde drugshandel o Dus: ook richt op V Vb. opvoeding, campagnes… - Voorbeeld: arbeidsdiscriminatie 3
Zie ook voorbeeld p. 4: vergoeding bij echtscheiding
4 Inleiding
Door Brecht Warnez
o WG4 zijn tegen zwangere vrouwen moeten we ontmoedigen o Oorspronkelijk beleid: don’t ask, don’t tell WG mag geen vragen stellen aan sollicitanten over kinderen Maar inadequaat: niet-zwangere ♀ vertellen spontaan dat ze zo zijn o Oplossing: recht om te liegen
3.
“Newest” Law & Economics
- Principe: hypothetische markten - Voorbeeld: aansprakelijkheidsrecht: probleem van daders die Judgment Proof zijn5 o Kosten tegen baten afwegen: kosten van ongeval vs. kosten van preventie o Keuze van bedrijf Geen extra voorzorg nemen Preventiekost = 0 en 2% kans op schade van 5.000.000 Verwachte kost = 100.000 Wel extra voorzorg nemen Preventiekost = 20.000 en 1% kans op schade van 5.000.000 Verwachte kost = 50.000 + 20.000 = 70.000 Hier voordelig om voorzorg te nemen o Maar: stel kapitaal van bedrijf slechts 100.000 Geen extra voorzorg nemen Preventiekost = 0 en 2% kans op max. boete van 100.000 (failliet) Verwachte kost = 2.000 Wel extra voorzorg nemen Preventiekost = 20.000 en 0% kans op max. boete van 100.000 Verwachte kost = 20.000 o Gevolg: risicovolle activiteiten in dochterondernemingen, schijnondernemingen… o Mogelijke maatregelen Verplichte verzekering Onderneming toch in preventie investeren want ↑ premies Voorafgaande waarborg eisen Ex-ante veiligheidsregulering i.p.v. aansprakelijkheid ex-post - Voorbeeld: familierecht: economie van de verlovingsring o Traditie VS: 1/3 van je loon aan verlovingsring geven o Correlatie met geloof: ↑ religie ↑ $ verlovingsring Christelijk geloof: maagdelijkheid zeer belangrijk praktijk: seks voor het huwelijk 4 5
WG = werkgever(s) We werken hier met louter illustratieve cijfers Op examen geen rekenwerk
5 Inleiding
Door Brecht Warnez
Probleem: schade voor ♀ als ze seks heeft gehad en relatie stopt ♀ is zwakke partij: marktwaarde ↓ Oplossing: dure ring waarborg Onderscheiden van serieuze ♂ en ‘player’
Hoofdstuk 3.
Onderscheid rechtseconomie en traditionele rechtswetenschap
- Rechtswetenschap: 3 taken o Beschrijven, o Samenvatten (doctrines), o Voorstellen van (nieuw) recht - Soms lacunes nieuwe regel o Beste zoeken via rechtseconmoie
Hoofdstuk 4. 1.
Rechtseconomisch onderzoek: twee types
Positieve/Beschrijvende analyse: Is-vragen
- Waarom hebben we bepaalde wetten? o Vb. strenge auteurswet - Wat zijn gevolgen van bepaalde juridische regelen? o Vb. class actions: kleine eisen samenvoegen Reden: elke kleine eis is lager dan procedurekosten o Vb. octrooi: uitvinders gaan meer investeren in uitvindingen
2.
Normatieve analyse: Ought-vragen
- Zouden we een bepaalde regel moeten hebben? o Hoe zou iets moeten zijn, doelstellingen stellen o Vb. welke aansprakelijkheid om ↓ ongelukken - Hoe evalueren o Bereikt het de vooropgestelde doeleinden? = analyse van de effecten o Is dit efficiënt? = concept - Vb. wenselijk om in te voeren dat overheid proceskosten vergoed in proces? o Mogelijk goed, maar leidt tot toename (roekeloze) rechtszaken
3.
Voorbeeld van onderscheid
- Advocaten verloning per uur of deel opbrengst proces (“contingency fees”)? o Positieve analyse: Uurverloning: advocaten gaan rechtszaken aanvaarden, ongeacht inzet
6 Inleiding
Door Brecht Warnez
contingency fees: enkel zeken met grote opbrengst o Normatieve analyse: doelstellingen: verlagen proceskosten, verlagen werkdruk werkbanken, ontmoedigen roekeloze processen Contingency fees is best
4.
Rol van rechtseconomie bij politieke afwegingen
- Normatief: onderzoek plaatsen in hypothetisch imperatief o Beleidsconclusies binnen imperatieven (= maatschappelijk vooropgestelde doeleinden) o Efficiëntie vaak als hypothetisch imperatief Laagst mogelijke kosten - Ook rekening met andere fafctoren
Hoofdstuk 5. 1.
De methode van de rechtseconomie
Efficiëntie: utilitarisme
- Cost-benefit analysis: wanneer baten-kosten-afweging a) Maximalisatie van de baten - Utilitarisme6: rechtsregelen dienen bij te dragen tot het grootste geluk van een zo groot mogelijk aantal leden van de samenleving - Criteria voor efficiëntie o Pareto-criterium Sociale verandering verhoogt welvaart als niemand iets verliest en minstens één persoon iets wint Pareto-optimaliteit: geen wijziging mogelijk zonder iemand slechter te maken Probleem: altijd verliezers en winnaars o Kaldor Hicks-criterium Sociale verandering is efficiënt wanneer winnaars, verliezers kunnen compenseren b) Minimalisatie van kosten - Vb. ongevallenrecht o Minimalisatie schade (vb. lichamelijk letsel) o Preventiekosten (vb. niet iedereen 20 km/u) o Administratieve kosten (vb. politie) c) Toepassing van het Kaldor-Hicks criterium: Rechtsmisbruik - Vb. nieuwbouw per vergissing 10 cm op grond van buur 6
Het utilitarisme is een ethische stroming die de morele waarde van handelingen afweegt aan het nut (vandaar utilis) voor het geheel (bron: wikipedia)
7 Inleiding
Door Brecht Warnez
o Geen afbraak wegens rechtsmisbruik - Geen vast criterium: rechters volgens intuïtie o Oplossing: Kaldor-Hicks criterium Wanneer nadelen van rechtsovertreding niet in verhouding met voordelen van rechthouder staan
Hoofdstuk 6.
Assumpties
- Assumptie7 (a): rationaliteit - Assumptie (b): methodologisch individualisme o Gedrag wordt bepaald door de constante afweging van marginale baten en marginale kosten Vb. rationele misdadiger dronken chauffeur Kijken naar individu en impact van sociale context o Opmerking: bijstelling cognitieve sociologie8 - Assumptie (c): juridische regelen en sancties als prijzen - vatbaar voor wetten van vraag en aanbod: P ↑ Q9 ↓ o Voorbeelden Teveel misdaad zwaar bestraffen Teveel vervuiling belasten Riskant gedrag duurder maken (aansprakelijkheidsrecht) Breken juridische verbintenissen bestraffen o Maar: noodzaak aan balans Vb. octrooien: ↑ bestraffen ↓ uitvindingen o Vb. productaansprakelijkheid Afwegen van Kosten voor additionele veiligheid “impliciete prijs” voor kwetsen van consumenten o Vb. witteboordcriminaliteit (frauderen van WG, belastingsontduiking…) Beslissing door afweging potentiële baten en risico van bestraffing Welke verhouding? Oplossing: model van rationele misdadiger Verwachte kost = strafmaat x pakkans Illustratie 500 000 € x 50% = 250 000 < potentiële baat = 400 000 Pakkans verhogen of boete verhogen boete ↑ want ↓ kostelijk
7 8 9
Assumptie = 1. het aan zich toevoegen / 2. veronderstelling Bestuderen mentale processen Q = gedrag
8 Inleiding
Hoofdstuk 7. 1.
Door Brecht Warnez
Basiselementen van een efficiëntie-analyse
Aansporing/ontmoediging (incentives)
- Ex-ante benadering: hoe juridische uitspraak toekomstig gedrag zal beïnvloeden - Vb. ↑ straffen ↑ afschrikking
2.
Risico allocatie (risk)
- Risico bij persoon/instelling die best geplaatst is - Vb. contractrisico: levering olie aan bedrijf lukt niet door oorlog bedrijf ligt stil o Rechter moet risico plaatsen en zeggen wie kosten betaalt Rekening houden met algemene effect o Twee keuzes Bedrijf aansprakelijk bedrijf moet steeds onderzoeken hoe groot risico van oorlog is en wat alternatieve bevoorradingswegen zijn Oliebedrijf aansprakelijk oliebedrijf moet steeds onderzoeken hoe groot risico van oorlog is en wat alternatieve bevoorradingswegen zijn Best in staat om dit te doen
3.
Transactiekosten (transaction costs)
- O.a. zoekkosten, onderhandelingskosten, afdwingingkosten… - Vb. industriële hinder o Milieuschade: 100 000 € Door filter (30 000 €) schade: 0 € o Probleem: schade verspreid Opl.: belangenverenigingen erkennen - Vb. nut van suppletief recht in het contractenrecht: reductie van transactiekosten
Hoofdstuk 8.
Functies van het recht: marktfalingen en coördinatieproblemen
- Recht speelt een rol wanneer de markt faalt
1.
Monopolie
- Monopolie = bedrijf met marktpositie zodanig dat die niet onderhevig is aan concurrentie o Price-taking vs. price-setting o Deadweight losses: consumenten die verloren gaan o Machtsmisbruik - Oorzaken van monopolie o Natuurlijke monopolies Wanneer economisch efficiënt om 1 bedrijf te hebben Vb. spoorwegen best 1 netwerk
9 Inleiding
Door Brecht Warnez
o Netwerk effecten Door netwerk worden ze automatisch grootste Vb. telefoon: pas nuttig als meerdere mensen Vb. Microsoft Vb. querty: azerty is efficiënter, maar grote leerkost Gevaar: niet afhankelijk van kwaliteit o Situationele monopolies Vb. echtscheidingsprocedures: wie gelukkigst is, kan profiteren Vb. alleen op eiland en 1 schipper passeert o Artificieel Door overheid totstand gekomen Vb. licenties, overheidsbedrijven, intellectuele eigendomsrechten
2.
Externe effecten
- Vrijwillige transacties: laten we doen o Maar: soms gevolgen voor 3en Soms positief, soms negatief - Vb. milieuaansprakelijkheid - Voorbeeld: SUV’s10 o Probleem: negatieve externe effecten Veilig voor bestuurder: sterker dan andere auto’s Slachtoffers in andere auto’s minder veilig o Onderzoek 2 SUV’s botsen schade: 10 SUV en lichte voertuig botsen schade: 25 2 lichte voertuig botsen schade 15 o Twee vragen Leiden SUV tot hogere ongevalskosten? Empirische studie: SUV’s verhinderen meer fatale ongevallen aan bestuurders, dan ze veroorzaken aan externe bestuurders/passagiers K/H11 efficiënt Conclusie: ze hebben positief effect op verkeersongevallen Hoe kunnen we SUV-bestuurders de kosten aanrekenen die ze aanrichten aan bestuurders van lichte voertuigen? Aansprakelijkheidsrecht: bijstelling nodig Onvoorzichtig gedrag: onderscheid nodig SUV’s moeten voorzichtiger zijn Verkeersregelen 10 11
Sports Utility Vehicle: zware wagen, met vierwielaandrijving Kaldor-Hicks
10 Economische analyse van eigendomsrechten
Door Brecht Warnez
Boetes aanpassen
3.
Asymmetrische informatie12
4.
Collectieve actie13
Deel II.
Economische analyse van eigendomsrechten Door Prof. Bouckaert
Hoofdstuk 1.
Verschil rechtseconomische en Europees-continentale eigendomsbegrip
- Eigendom in Europees-continentaal recht o Art. 544 BW: “absoluut recht lichamelijk goed te gebruiken, opbrengst te innen, te vervreemden en vernietigen tenzij wettelijke beperking” - Eigendom (property right) in rechtseconomie o Verschil met Europees-continentaal recht Ruimer Analytisch Niet gebonden aan positief recht van 1 land Moet voor meerdere landen gelden o Property right = Institutioneel erkende bevoegdheid dief Actuele of toekomstige bevoegdheid Bevoegdheid van personen, groep of instellingen Lichamelijk of onlichamelijk goed Bevoegdheid tot Toegang Opbrengst Beheer Uitsluiting Overdracht Vernietiging Iedereen die 1 van deze heeft, heeft property right
12 13
Niet in syllabus, wel op powerpoint, voorlopig niet in les Niet in syllabus, wel op powerpoint, voorlopig niet in les
11 Economische analyse van eigendomsrechten
Hoofdstuk 2.
Door Brecht Warnez
Waarom private eigendomsrechten?
- Eigendomsloosheid leidt tot o Overgebruik o Suboptimale timing van gebruik = prematuur gebruik o Onderinvestering - Eigendomsrechten heb je in alle rechtssystemen, ook in primitieve o Marckx: primitieve communistische mens zonder eigendomsrecht - Term: publiek goed o Economisch: = waarvan je gebruik niet kan uitsluiten o Recht: = met overheidsinstelling - Waarom eigendom goed? o Uitleg: gemene eigendom niet goed tragedy of the commons
1.
Gemene eigendom: tragedy of the commons
a) Overgebruik - Verhaal: o Een weide met daarop schapen van 10 boeren Elke boer zet 1 schaap voor zichzelf bij Denkt dat dit geen impact zal hebben Gevolg: overbegrazing - Tabel Aantal schapen
Marginale opbrengst
Marginale kosten
Nettoopbrengst
Totaal nettoopbrengst
(per 10 schapen)
Marginale invloed op waarde land
(per 10 schapen)
(per 10 schapen)
10
100
10
90 (= 100-10)
0
90
20 30
100
10
90
0
180 (= 90 x 2 - 0)
100
10
90
0
270
40
100
10
90
0
360
50
80
10
70
-50
380 (= ?)
60
50
10
40
-60
360
70
20
10
10
-70
300
80
0
10
-10
-80
210
90
0
10
-10
-100
100
- Bij eigendomsloosheid o Schapen totdat MO > MK (70-80 schapen) o Waarde land geen belang - Bij eigendom o Rekening houden met waarde land (50 schapen) - Vb. vissoorten: je hebt oude en jonge vissen nodig voor productie o Je mag ze niet allemaal vissen
12 Economische analyse van eigendomsrechten
Door Brecht Warnez
b) Suboptimale timing van gebruik = prematuur gebruik - Bos met uibaat voor houtwinning: wat is timing voor kappen van bos? - Tabel Tijdsperiode
Ontwikkeling opbrengst houthak
Ontwikkeling kosten van uitstel
Ontwikkeling kosten houthak
Ontwikkeling totale netto-opbrengst
T1
1 000
0
5 000
- 1 000
T2
5 000
50
7 000
- 2 050
T3
10 000
300
9 000
700
T4
15 000
800
11 000
3 250
T5
20 000
1 550
13 000
5 450
T6
24 000
2 550
15 000
6 450
T7
27 000
3 750
17 000
6 250
T8
29 000
5 100
19 000
4 900
T9
30 000
6 550
21 000
2 450
T10
29 000
8 050
19 000
1 950
T11
27 000
9 500
17 000
500
T12
24 000
10 850
15 000
-1 850
Grootte boom
Wachten kost geld, ongebruikt kapitaal
Sommige bomen makkelijker kappen
- Bij eigendomsloosheid o Kappen als MO > MK (T3) o Men wacht niet, wil snel winst maken - Bij eigendom o Rekening houden met tijd (T6) c) Onderinvestering - Vb. waarde grond ↑ door bemesten o Bij eigendomsloosheid: niemand wil die kost dragen, want iedereen profiteert ervan
2.
Oplossingen voor de tragedy of the commons
- Privatisering o Eigenaar kan kosten niet meer afwentelen op (gedeelte) van groep o Eigenaar internaliseert alle kosten
3.
Probleem van collectieve actie
- Collectieve actie = probleem van tragedy of the commons o Men vreest dat ander individuen niet zullen inhouden nemen zekere voor onzekere: eigen belang - Prisoner’s dilemma o Verhaal: twee beschuldigden in voorarrest Beiden strafvermindering indien ze bekennen, andere dan zwaardere straf Individueel belang te bekennen, gevaar dat andere zal bekennen
13 Economische analyse van eigendomsrechten
Door Brecht Warnez
Best: zwijgen gebrek aan bewijs o Opbrengst-matrix Verdachte 1 Bekennen Zwijgen -5 -7 Bekennen -5 -0,5 Verdachte 2 -0,5 -1 Zwijgen -7 -1 Indien 1 bekent, andere niet Bekenner: 0,5 jaar gevangenis Zwijger: 7 jaar gevangenis Indien beiden zwijgen: elk 1 jaar gevangenis Indien beiden bekennen: elk 5 jaar gevangenis Hoogst totaal Wanneer ze vrezen verraad te worden
Hoofdstuk 3.
Wanneer ontwikkelen eigendomsrechten zich?
- Demsetz: o Onderzoek: Labrador Indianen naar systeem van private eigendomsrechten op bisons 2 redenen: Schaarste: waardewijziging van goederen Oorzaak: bontmantels als luxe-product Oplossing: tragedy of commons voorkomen eigendomsrechten Transactie en omsluitingkosten: beheerskosten private eigendom Westen: geen eigendomsrechten bosgebieden ↑ omsluitingskost o Demsetz-criterium: eigendomsrechten ontstaan wanneer kosten < voordelen o Vb. uitbouw grootgrondbezit in VS door ontwikkeling prikkeldraad - 3 categorieën van eigendomsloosheid o Goederen die niemand mag toe-eigenen, zijn van niemand Vb. open zee: van niemand territoriale zee, economische zee Ontwikkeld door Hugo De Groot Voordeel: vrijhandel Nadeel: overgebruik , prematuur gebruik en onderinvestering Oplossing: Visbestanden Fishfarming14: digitale vissen, die scholen leiden
14
Bestaat nog niet
14 Economische analyse van eigendomsrechten
Door Brecht Warnez
ITQ15 : recht om uit total allowed catch vissen een quota uit te halen, recht kan je verkopen wie efficiëntst vist kan/wil meest bieden voor rechten o Door beleid Vb. zones afbakenen waar je mag vissen (VS) verboden door rb. o In LBC-landen (lage loonlanden) Vruchtbare gronden: wel eigendomsrechten Door kolonisatie: gesystematiseerd Andere: vage recht, eigendomsloosheid Vb. oerwoud
Hoofdstuk 4.
Het patroon van eigendomsrechten16
- Private eigendommen goed: als baten > kosten o goederen waarvan verdeling moeilijk is collectieve eigendom: beheer aan iedereen Vb. zee, lucht o Invloed technologie Vb. via satellieten quota’s voor visactiviteiten afdwingen richting systeem van private eigendom - Vb. muziek o Afdwingingkosten = kosten voor effectief uitoefenen van rechten van eigenaar Zeer groot door opkomst breedbandinternet o Opl.: auteursrecht door subsidiesysteem vervangen Muziek als publiek goed voor iedereen beschikbaar
Hoofdstuk 5. 1.
Individueel of collectief?
Begrip
- Collectieve eigendom o = groep die eigenaar is, kan andere groep uitsluiten Bijkomende kosten o ≠ eigendomsloosheid
2.
Ideologische discussie (19e-20e E)
- Links: collectief is best o Tegen egoïsme, groepsbelang primeert… o Positief: vb. Kiboetsen (landbouwersgroep) in Israel, religieuze groepen in VS Reden: niet verplicht om in te stappen
15 16
Bestaat wel, o.a. in IJsland Niet in les, wel in syllabus
15 Economische analyse van eigendomsrechten
Door Brecht Warnez
o Negatief: communisme in China en SU - Rechts: individueel is best
3.
The optimal commons
a) Theorie - Rechtseconomie: kosten-batenbenadering batenbenadering: the optimal commons o Grafiek
o Vb. groep 100 mensen: controle over stuk land Extreme pooling: 1 stuk waarvan alle 100 eigenaar Intermediair: in 10 stukjes verdelen, per stuk 10 eigenaars Extreme fragmentering: alles in stukjes kappen, kapp elk 1 eigenaar o Transactiekosten:: gebruik van groep reguleren Onderhandelingskosten Informatiekosten om tot efficiëntie te komen Handhaving o Exclusiekosten:: eigendom organiseren (grenzen trekken), instituties voor handhaving… b) Voorbeelden - New England o Begin 17e E: gronden in commons van dorpsgemeenschap Door protestanten o Evolutie:: fragmenteren Oorspronkelijk Homogene ideologie (samenhang) + dreigende oorlog met native Americans Dus: ↓ transactiekosten poolen Later: Nieuwe volken (o.a. joden) + indianenkwestie opgelost
16 Economische analyse van eigendomsrechten
Door Brecht Warnez
Dus: ↑ transactiekosten en ↓ exclusiekosten fragmenteren o 18e E: individuele eigendom (per familie) - Landhervorming in Indië o Tot jaren ’60: oude patriarchen bepalen wie temporele eigendomsrechten kreeg o Congresparty aan macht: iedereen mag over allocatie beslissen (democratisering) Ongewenst effect: privatisering Reden: ↑ transactiekosten - The Semi-commons o Eng: Domestic Book: kadaster met alle stukken land o Landbouwgrond: temporeel afwisselen Twee aspecten in landbouw Gewassen Vee Per familie Individuele eigendom: ‘strip’ voor gewassen Common land: voor vee e o 2 helft 16e E: systeem valt Intergouvernementele markt: verhandelen landbouwproducten Gevolg: specialisering (niet enkel vee of gewassen) Vb. men gaat muurtjes rond velden trekken
Hoofdstuk 6.
Beperkingen van de uitoefening van eigendomsrechten
- Beginsel: private eigendom efficiëntie welvaartsverhoging o Er zijn uitzonderingen
1.
Hinder uit nabuurschap17
- Activiteiten die hinder voor omgeving genereren o Vb. verbouwingen (geluidsoverlast) o = externe effecten - Externe effecten: 2 soorten o Negatieve: iemand wentelt kosten van zijn gedrag af op ander, maar bekomt wel baten Vb. muziek ’s nachts als je vroeg moet opstaan o Positieve Vb. genieten van muziek - Recht: oplossing in RS o Men maakt een fout tegen het recht aansprakelijk Art. 1382 BW: foutbegrip 17
Niet in les, wel in syllabus
17 Economische analyse van eigendomsrechten
Door Brecht Warnez
Art. 544 BW: algemene beperkingen op eigendomsrecht o Men maakt geen fout tegen het recht Stopzetten activiteit als normale evenwicht tussen buren verstoord is Vb. kraaien van haan niet hinderlijk op platteland, wel in stad
2.
Ruimtelijke ordening18
- Preventief: activiteiten groeperen o Vb. industrie niet in woonbuurten Woonbuurt: strengere normen van hinder
3.
Onteigening19
- Verplicht: t.v.v. doelstelling van algemeen nut + gepaste vergoeding o Eigenaar kan geen subjectieve vraagprijs opleggen - Onteigening als oplossing voor transactiekosten en strategisch gedrag o Meestal ↑ eigenaars moeten toestemming geven 1 heeft vetorecht vraagt maximale prijs duur o Opl.: vetorecht ontnemen
4.
Tragedy of the anticommons
- Verhaal/oorsprong o Moskou (jaren ’90): handel in kiosken i.p.v. leegstaande winkelruimtes o Reden: eigendomsrechten te sterk gefragmenteerd Veel instanties voor 1 gebouw: verdeelde eigendomsrechten o kiosk in makkelijker = suboptimaal gebruik o Onderzoek door Heller - Anti-commons: fragmentatie van uitsluitingsbevoegdheid - Probleem o ↑ transactiekosten (↑ beslissers) o Complementariteit van uitsluitingsbevoegdheid Veel mensen samen kunnen iemand uitsluiten waarbij hun bevoegdheid complementair is exclusief o Cournot-duopolie: situatie waarin goed maar door 2 firma’s geproduceerd zijn en waarbij goed complementair is Vb. linkerschoenfabrikant en rechtschoenfabrikant L en R apart niets waard Als Plinks ↑, dan Vlinks ↓ Vrechts ↓ Prechts ↑ totaalprijs ↑
18 19
Niet in les, wel in syllabus Niet in les, wel in syllabus
18 Economische analyse van eigendomsrechten
Door Brecht Warnez
Vb. Microsoft: 2 programma’s maken die complementair zijn - Voorbeelden in recht o Erfdienstbaarheden (art. 637 BW) Cumulatie van erfdienstbaarheden creëert anti-commons Opl.: art. 710 BW: rechter kan onnodige erfdienstbaarheden afschaffen o Onteigening Als je moet onderhandelen, en slechts 1 over kan veel geld vragen o Intellectuele eigendomsrechten Opl.: dwanglicentie, je moet patent geven Vb. A, B, C-patent al gekregen, D nog nodig en wil niet geven
Hoofdstuk 7. 1.
Bezit20
Politiefunctie
- Beschermen van bezitter tegen gewelddadige ontvreemding - 3 situaties: tabel Positie eiser Positie verweerder Efficiëntie Eigenaar Nu: niet-bezitter Niet-eigenaar Nu: bezitter
Ontvreemder Nu: niet-eigenaar Ontvreemder Nu: niet-eigenaar
Versterken eigendomsorde Ontmoedigen geweld Ontmoedigen geweld
Niet-eigenaar Ontvreemder Verzwakken eigendomsorde Nu: bezitter Nu: niet-eigenaar Ontmoedigen geweld - Probleem: rechter weet niet welke categorie o Maar 1 en 2 zijn goed en 3 komt niet vaak voor
2.
Bewijsfunctie
- Bezitter wordt vermoed eigenaar te zijn o Toepassing van regel: wie iets beweert moet het bewijzen Bewijslast valt op eiser - Efficiënt: internalisering van bewijskosten
3.
Verkrijgingsfunctie
- Na periode wordt bezit omgezet in eigendom
20
Niet in syllabus, wel in les
Gewone diefstal Dief steelt van dief Eigenaar steelt terug van dief
19 Intellectuele eigendom
Door Brecht Warnez
- Grafiek
o Lange verjaringstermijn Bezitter kan lang bedreigd worden onzekerheid Niet zeker dat je kan houden snel verbruiken Snelle stijging (niet evenredig): mens is risico-avers Daling risico beschouwen we minder waard, dan evenwaardige stijging o Korte termijn ↓ bescherming door overheid van eigendom moet je zelf beschermen - Huidige recht: te lange verjaringstermijn - Bezitsregels is een verification rule: makkelijk checken of bezitter eigenaar is o Vb. art. 2279: binnen 3 jaar (roerend goed) o Vb. registreren op kantoor van hypotheekbewaarder Is duur enkel voor vastgoed Nu goedkoper door computer
Deel III. Intellectuele eigendom Door Prof. Depoorter
Hoofdstuk 1.
Definitie
- Intellectuele eigendomsrechten = rechten op informatiegoederen en culturele goederen zoals o.m. boeken, muziek, uitvindingen en merken
Hoofdstuk 2. 1.
Intellectuele eigendomsrechten zijn monopolies
Het economisch effect van een intellectueel eigendomsrecht
- Verschaft eigenaar recht tot verkoop en uitbating van intellectuele creatie o Exclusieve verkoper o monopolie o bepaalt prijs
20 Intellectuele eigendom
2.
Door Brecht Warnez
Het effect van monopolie
- Welvaartseffect is negatief - Deadweight losses = groep consumenten wordt uitgesloten door de artificieel hogere prijs o Door hoge prijzen en lage productieniveau o Verlies voor maatschappij Maar noodzakelijk (infra) - Schema21
3.
De noodzaak aan juridische bescherming van intellectuele goederen
- Probleem o Vaste kosten ↑ Vb. onderzoek naar geneesmiddel, boek bedenken o Lage variabele kosten o Lage kopieerkosten Vooral sinds digitale technologie Niet-rivale rivale goederen: als je iets maakt, kan andere gelijktijdig dit maken zonder elkaar te storen vb. als ik een appel eet, kan jij die niet meer eten - Monopolie uitschakeling free ride-gedrag ride o Vaste kosten doen recupereren
Hoofdstuk 3. 1.
Auteursrechten
Wat is een auteursrecht
- Auteursrecht = recht betreffende bescherming van vnl. literaire werken, computerprogramma’s, tekeningen, muziek etc. - Duurtijd:: uitdoving 70 jaar na dood do van auteur - Geen formaliteitsvereisten
21
Grafiek niet kunnen tekenen
21 Intellectuele eigendom
2.
Door Brecht Warnez
Uitzonderingen op het auteursrecht22
- Geen bescherming onafhankelijke creaties van derden o Problematiek: effectief gekopieerd of onafhankelijk gecreëerd? - Citaatrecht = relatief kleine aanhalingen uit auteurswerken zijn toegestaan zonder enige toestemming of betaling o Reden: ↑ transactiekosten zou leiden tot culturele verarming
3.
Reverse engineering en auteursrecht: een voorbeeld
- Jaren ’70: IBM had quasi-monopolie voor personal computers - Opkomst nieuwe bedrijven o Probleem: niet compatibel met IBM-computers want auteursrecht - Oplossing: reverse engineering: 2 onderzoeksgroepen o 1e onderzoekt IBM-computers en code van chips maakt lijst met functies en mogelijkheden van een IBM-computer o 2e ziet geen IBM-computers en code van chips, enkel die lijst maakt computer op basis van die lijst - Resultaat: nagemaakte computer zonder overtreden auteursrecht o Auteursrecht beschermt enkel tegen kopiëren van expressie Niet het idee zelf Door octrooi Maar geen octrooibescherming voor software
4.
Kritiek
a) Te veel bescherming? - Steeds uitbreiding o Langere duur o Verbod op kopieertechnologie o Terwijl distributie net goedkoper wordt Door technologie Vb. waarom platenfirma’s beschermen, terwijl cd’s maken goedkoper wordt - Reden uitbreiding: public choice verklaring o Rent-seeking theorie: homogene groep Politici zijn onderhevig aan drukkingsgroepen en stemmen Publiek = heterogene groep want verschillende smaken Platen en filmindustrie = kleine homogene groep drukkingsgroep o Ongelijke voordelen bij uitbreiding
22
Er zijn er meerdere, wij enkel twee voorbeelden
22 Intellectuele eigendom
Door Brecht Warnez
b) Wijze van afdwinging - Vb. internet o Absoluut verbod uitwisselen muziek o Verbieden van file-sharing technologie o Rechtszaken tegen studenten 1. Eigendomsrechten, techologie en intellectuele eigendomsrechten - Invloed technologie op beheer en uitbating van intellectuele eigendomsrechten o Waarde intellectueel goed stijgt Vb. originele CD ↑ waard na introductie CD-branders o Afdwingingskosten ↑ door technieken tot opslaan, samenvatten en kopiëren van muzek 2. Betekent digitale technologie het einde van de muziekindustrie? - Verkoop ↓ vooral dichtbij universiteiten o Reden: veel download activiteiten op campussen o Maar ook: legaal kopen via iTunes etc. - Blootstellingseffect: argument pro file-sharing o Consument gaat na beluisteren van MP3 over tot het kopen van een CD o verhoogt de nutsbeleving van een CD Draagt bij totwelvaart 3. Tegengaan van illegaal downloaden - Nerds in de gevangenis? o Technological Evasion = technologische ontwijking van vervolging o Technological Avoison = technologische ontwijking van juridische aansprakelijkheid Vb. evolutie: Napster Kazaa Bittorrent Napstar: veroordeeld want ze hadden ‘controle over het downloaden’ Kazaa: heeft geen ‘controle over het downloaden’, toch aansprakelijk want ‘objectief bewijs’ Bittorrent o Conclusie: technologie verbieden lukt nooit Kat- en muisspel tussen juridische AS en nerds - Studenten in de gevangenis? o Schaal van misbruik: “snowball effect” Als je mensen wil afschrikken, moet je hoge boetes opleggen Rationele misdadiger weegt kosten en baten af van misdrijf Pakkans x verwachtte straf o Rol van sociale normen Sticky norms
23 Intellectuele eigendom
Door Brecht Warnez
Backlash effect Mensen die nog nooit downloadden Gedachte: “er is iets mis met downloaden” Mensen die wel downloadden Worden nog fanatieker Norm was al gezet Schema
Afdwinging als focal point Als men weet dat iedereen het toch doet, vindt men het zo erg niet Schema
5.
Wat is de oplossing?
- Auteursrecht als een belasting o Cf. radio: zet men aan en betaald men via belasting o Vb. betalen en iedereen mag dan downloaden Wie meest gedownload wordt, krijgt meest geld o Lage kost o Nadeel: subsidie Sommigen doen het niet en betalen wel - Zelf-hulp: betaling voor rivale goederen
24 Intellectuele eigendom
Door Brecht Warnez
o Vb. tickets zijn nu duurder want men betaalt niet meer voor CD’s o Artiest staat centraal o Platenindustrie wijzigt niet
Hoofdstuk 4. 1.
Octrooirecht
Definitie
- Octrooirecht = beschermt ideeën en uitvindingen - Bijzondere formele voorwaarden: voorwaarden aanvragen op het octrooikantoor o Nauwkeurige beschrijving van uitvinding en zijn toepassingen louter het idee Ook technische processen Voordeel breed beschrijven: diverse toepassingen exclusief exclusief op de markt brengen Maar wordt makkelijker geweigerd Nadeel: wordt makkelijk om omheen te werken voor concurrenten Opl.: gelijktijdig verschillende octrooien indienen o auteursrecht: automatisch - Sterke inhoudelijke vereisten o Nieuwe uitvinding o Gevolg van uitvinderswerkzaamheid o Niet logisch uit stand der techniek o Nuttig (toepasbaar op gebied van nijverheid) o auteursrecht - Duur:: 20 jaar na indienen aanvraag - Geen ontdekkingen o Niet: wiskundige formules, kweekproducten, dierenrassen etc. o Bestond reeds in natuur tuur - “First come first served” - Monopoly Profit
o Deadweight losses ≠ cultuurverarming
25 Intellectuele eigendom
Door Brecht Warnez
= toegang tot uitvindingen
2.
Waarom octrooirecht
- Productiekosten uitdingen o Hoge vaste kosten Research & Development Gemiddeld 50 miljoen euro Lage kans op slagen Succesvolle uitvindingen subsidiëren, R&D andere uitvindingen Overheid investeert minder in publiek onderzoek o Lage variabele kosten - Economische redenen o Deadweight losses van monopolie: hoge kosten voor consumenten Vb. geen generische geneesmiddelen gedurende 20 jaar o Maar: meer informatie beschikbaar tijdens en na die 20 jaar Vereiste van bekendmaking in octrooi
3.
Kritiek
a) Beste instrument? - Voorheen: model van publieke investering: o Universiteiten en onderzoeksprojecten o Resultaten behoren tot het “publieke goed” - Nieuwe aanpak is ingegeven door: o Informatiekosten: hoe weten we wie/welk onderzoek gesubsidieerd moet worden (ex-ante) o Bij octrooien beslist de markt (ex-post) o Financiële druk op de beleidsmaker b) Te veel bescherming? - Duurtijd o 20 jaar o Uitzonderingen: ontwikkelingslanden? - Afdwinging o Idee cumulatieve ontwikkeling van wetenschap o Octrooi = vetorecht o “Tragedy of the anticommons” o Ebay uitspraak in de VS - Oneigenlijk gebruik van octrooien o “Patent trolls” en “patent minefields” o Hoge kosten procesvoering
26 Intellectuele eigendom
Door Brecht Warnez
o Besparing proceskosten is een “rent” - Hoe octrooien innovatie aanmoedigen o Soms geringe impact op innovatiedrang o Levenscyclus is korter dan 20j o Lead time-advantage volstaat vaak o Hulpzaam voor bekomen van externe financiering c) Conclusie - Octrooien zijn sociaal kostelijk o Leiden tot hogere prijs o Bemoeilijken innovatieproces als transactiekosten hoog zijn - Octrooien leiden tot openbaarmaking van onderzoek - Balans zoeken tussen beiden: o Duurtijd van octrooi o Uitzonderingen voor onderzoekers en niet-commerc. uitvindingen,verplichte licenties - Octrooien aanmoedigen? (voorstel Moerman)
4.
Wat is het alternatief voor octrooien?
- Bedrijfsgeheimen (infra)
Hoofdstuk 5. 1.
Economische Verklaringen voor IER
Kosten bij het vastleggen van grenzen van het intellectuele eigendomsrecht
- Expressie (auteursrechten): omlijning van werk is relatief duidelijk - Uitvinding (octrooien): moeilijk te omschrijven wat je wil beschermen o Vb. bepaalde delen zijn geleend, natuurlijke wetmatigheden, behoren tot stand der techniek… o Werk voor advocaten en octrooispecialisten
2.
Kosten bij het afdwingen van het intellectuele eigendomsrecht
- Inbreuk op auteursrecht: bewijskost ↓ o In publicatie publiek waarneembaar o Recht duidelijk omschreven juridische kosten ↓ - Inbreuk op octrooi: bewijskost ↑ o Moeilijk waarneembaar Vb. machines en technische procedures vaak gebruikt in besloten omgeving o Recht is technisch en complex juridische kosten ↑
3.
Transactiekosten
- Eigendomsrechten: onderhandelingskosten ↑ dan octrooi en auteursrechten
27 Intellectuele eigendom
Door Brecht Warnez
- Octrooi o Inbreuk vaak onbewust moeilijk octrooihouders te zoeken en te onderhandelen o Indien voor nieuwe uitvinding, meerdere toestemmingen van octrooihouders nodig eerste uitvinder bezit effectief vetorecht Cf. tragedy of the anticommons Veelheid van uitsluiters zware en kostelijke onderhandelingen Meerdere veto-recht op gebruik van gemeenschappelijk goed ondergebruik Onderzoekers geen zin om te doen - Auteursrechten: vetorecht zeldzaam door grote inwisselbaarheid o Goedkoper
4.
De sociale kosten van het toekennen van eigendomsrechten op intellectuele goederen
- Auteursrecht: beperkte kost voor gemeenschap o Bij expressie wordt dat deeltje uit gemeenschap getrokken geprivatiseerd Niemand mag specifiek hetzelfde boek schrijven Uitz. onafhankelijk ontstaan (maar moeilijk te bewijzen) o Maar beperkte impact Er kunnen nog heel veel andere boeken geschreven worden - Uitvindingen: grotere kost voor gemeenschap o Waarde van uitvinding is groter Vb. geneesmiddel tegen HIV o Gevolg: race tussen laboratoria Octrooi & Rents Twee bedrijven concurreren Bedrijf A vindt product X uit 6 maand voor bedrijf B Toegevoegde waarde voor maatschappij door A = 6 maand Toch krijgt A 20 jaar recht op Rent = 19 jaar en 6 maand
5.
Conclusie
- Kosten expressies < kosten uitvindingen - Gevolg o Strengere voorwaarden voor octrooien o Kortere termijn voor octrooien
28 Intellectuele eigendom
Hoofdstuk 6. 1.
Door Brecht Warnez
Bedrijfsgeheimen
Algemeen
- Bedrijfsgeheim = betreffende informatie waarvan een groot dele van de waarde gelegen is in de geheimhouding o Als concurrent weet waarde procedure ↓ o Vb. procedure om kranten te laten drukken om deadline te halen - Bedrijfsgeheim is een juridische bescherming o Tegen diegenen die informatie op onwettige wijze verkrijgt Vb. geheimplicht in contract o Schadevergoeding van inbreukpleger - Minder omvattend dan octrooirecht o Enkel tegen onwettige verkrijging o Niet tegen onafhankelijke ontwikkeling o Vb. Coca Cola mag nagemaakt worden als je het recept uit de drank kunt halen
2.
Waarom worden bedrijfsgeheimen niet beschermd als eigendomsrechten?
- Bedrijfsgeheimen als octrooi beschermen o Gevolg: “zelf verklaarde” octrooien o Probleem: Ontbreken van controle op nieuwheid en toepasbaarheid enorme race tot ontdekkingen (destructief) Ontbreken toepasbaarheidcontrole en technische beschrijving octrooihouder verliest zekerheid van minimum aan bekwaamheid Belangrijk want hij zorgt vaak voor verdere evolutie
3.
Wat is het nut van een bedrijfsgeheim?
- Additionele rechtsgrond tegen misbruiken - Onafhankelijke uitvindingen mogelijk - Duur onbeperkt - Goedkoper
Hoofdstuk 7.
Intellectuele goederen als Publiek Goed
- In essentie: alle intellectuele goederen zijn publieke goederen o Niet uitsluitbaar: bij openbaring van informatie, verspreiding moeilijk tegen te houden o Niet rivaal: vb. lezing kan door 3e én 4e ter gelijkertijd doorverteld worden vb. niet beiden met 1 auto rijden o Schema
29 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez Rivaal
Laag Hoog Laag Publiek goed Gemeen goed Uitlsuitbaar Hoog Club goed Privaat goed - Economische theorie: innefficiënt publieke goederen te privatiseren o Kostelijk wegen niet uitsluitbaar en niet rivaal o Vb. iemand boek laten lezen, maakt schrijven niet duurder royalty’s voor auteur zijn bovenmatig o Argument tegen intellectuele eigendom Tegenargument: niet-monetaire zaken kunnen volstaan als aanmoediging voor creatie Vb. de reputatie Twijfelachtig Iemand 100 miljoen investeren in geneesmiddel voor reputatie?
Deel IV. Economische analyse van contracten(recht) Door Dr. De Mot
Hoofdstuk 1.
Waarom contracteren? Les
- Pareto verbetering = alle partijen vooruit en geen achteruit o Beiden beter af - Vb. verkoop van een auto o Waarde voor verkoper: 5 000 o Waarde voor verkoper: 10 000 o Contractuele surplus: + 5 000 - Vb. weddenschap Club – Anderlecht o Persoon A denkt ¾ kans Club wint o Persoon B denkt ¾ kans Anderlecht wint o Weddenschap aangaan voor 1 000 Waarde A = ¾ x 1 000 – ¼ x 1 000 = 500 Waarde B = ¾ x 1 000 – ¼ x 1 000 = 500
Hoofdstuk 2.
Waarom afdwinging contracten via overheidssysteem (rechtbanken)? Les
1.
Probleem met niet-simultane uitvoering
- Vb. A bouwt een huis voor B o Gegevens
30 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
Kost huis = 50 Waarde huis = 150 Prijs = 100 o Geen afdwinging Als A bouwt B zal niet betalen want dan 150 voor hem Reactie: A durft niet bouwen Resultaat: prisoner’s dilemma A Betalen Niet betalen 50 -50 Bouwen 50 150 B Niet 100 0 bouwen -50 0 o Overheidsafdwinging Sanctie = 110 Als A bouwt B zal betalen want sanctie > prijs Resultaat: prisoner’s dilemma wordt coöperatief spel A Betalen Bouwen B
2.
Niet bouwen
Niet betalen 50
50
60 40
100 -100
0 0
Probleem met simultane uitvoering: opportunistische heronderhandelingen bij relatie-specifieke investeringen
- Partij maakt niet-recupereerbare kosten buiten relatie-specifiek contract o Partij kwetsbaar mogelijkheid tot opportunistisch gedrag - Vb. kleren ontwerpen: enkel persoonlijk nut o Gegevens Kost = 1 000 Prijs = 1 500 o Na investering van 500: kleermaker vast aan contract Hold-up game: consument wil maar 600 meer betalen Verkoper gaat akkoord want kleren waardeloos voor anderen - 500 < - 400 (= 600 - 1000) o Reactie: verkoper zal geen contract sluiten - Vb. netwerkbeheerder van universiteit o Nieuwe netwerkbeheerder: inwerken (meerkost: 20 000)
31 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
o Gevolg: oude drijft prijs op met 15 000 euro - Belang relatie-specifieke contracten o Vb. filmindustrie 1910: mensen wilden zelfde acteurs in films Gevolg: lange contracten tegen vast loon Reden: voorkomen opportunistische onderhandelingen (hold-up game) Vanaf 50-60: televisie maakte series ( film) Gevolg: free agents
3.
Contracten van lange duur houden ook risico’s in
- Vb. 1919: contract tussen General Motors en Fisher Body o FB levert metalen koetswerk o FB moest relatie-specifieke investeringen maken (machines) o Gevolg: tienjarig exclusief contract Reden: voorkomen opportunistische onderhandelingen Formule: prijs = ‘variable cost’ + 17,6% o Opeens: Vmetalen auto’s ↑ FB moet uitbreiden Reactie: FB speelt hold-up met GM Door inefficiënt productieproces K ↑ % ↑
4.
Overheidsafdwinging niet altijd mogelijk
- Hoge kosten procesrecht - Internationale handel maar geen internationale rechtbanken o Historisch - Tijdelijke en specifieke situaties o Burgeroorlog, verafgelegen gebieden - Corrupte overheid - Asymmetrische informatie o Partijen/rechtbank: “niet verifieerbare informatie”
Hoofdstuk 3.
Informele technieken afdwinging contracten Les
1.
Quasi-simultane uitvoering
- Vb. huis bouwen o Afrika: na elke dag betalen o Hier: in schijven betalen
32 Economische analyse van contracten(recht)
2.
Door Brecht Warnez
Gijzelaars
- Vb. koningen in ME o Dreigende oorlog o Probleem: geen internationale rechtbanken o Oplossing: lelijke kinderen geven als ‘waarborg’ Geen waarde voor andere koning ( mooi) Wel waarde voor gevende koning - Vb. Italiaanse handelaars tijdens renaissance o Eerst leveren, dan betalen o Risico voor Byzantijnse handelaar - Vb. Café Dulle Griet: speciale glazen voor Kwak o Probleem: glazen worden gestolen o Oplossing: 1 schoen afgeven - Vb. McDonald’s neemt voedsel af van franchisor o Onmogelijk alle kwaliteitsvereisten in contract o Oplossing: clausule: McDonald’s mag contract verbreken als ze al vermoeden hebben dat kwaliteit ↓ o Goede gijzelaar Als McDonald’s zomaar clausule gebruikt alle franchisors zullen samenspannen
3.
Verticale integratie
- Vb. Ford: nood aan gespecialiseerde onderdelen voor auto’s o Probleem: risico hold-up “P ↑ door marktomstandigheden” Moeilijk te verifiëren o Oplossing: Ford wordt eigenaar van machines Kan ze wegnemen
4.
Repeat play
- Vb. investering van 10 en entrepreneur creëert er 20 van o One shot game Resultaat: prisoner’s dilemma E
Investeren I
Niet investeren
o Repeated game
Coöpereren Weglopen 5 10 5 -10 0 0
0 0
33 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
Oneindig lang herhaald (vb. elke week) Strategie investeerder: als E wegloopt, geeft I geen geld voor 2 volgende periodes Tit for tat Gevolg: E zal coöpereren Weglopen: 10 + 0 + 0 = 10 Coöpereren: 5 + 5 + 5 = 15 - Vb. loopgraven: “live and let live”-systeem o Plaatsen waar Dui en Bel/Fra schoten met intentie om te missen o Geallieerden waren tegen (waren met meer)
Hoofdstuk 4.
Optimale druk op contracten Les
1.
Schadevergoedingen
- Mogelijke schadevergoedingen o Expectation measure = je krijgt wat je zou gehad hebben indien het contract was nageleefd Schadevergoeding = kosten + verwachte winst = 20 M $ o Reliance measure = je wordt in dezelfde positie geplaatst als voor sluiting van het contract, alsof er geen contract was Zonder contract: 0 Nu: - 10 M $ (kosten) Schadevergoeding = kosten = 10 M $ o Specific performance = uitvoering in natura = SA moet uitvoeren wat hij beloofd had - Vb. Michael Jackson zegt af voor concert o Gegevens Kosten = 10 M $ Verwachte winst = 10 M $ Geen schadevergoedingsclausule in contract o Schadevergoedingen Expectation measure: schadevergoeding = kosten + verwachte winst = 20 M $ Reliance measure: schadevergoeding = kosten = 10 M $ Zonder contract: 0 Nu: - 10 M $ (kosten) Specific performance: Jackson komt toch zingen
2.
Morele aanvaardbaarheid van verbreken contracten
- Contractbeloften verbreken niet moreel onaanvaardbaar: gewijzigde omstandigheden o Verhoogde productiekosten en lager nut - Voorbeeld
34 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
o Gegevens 90% kans op 50 kosten 10% kans op 200 kosten Waarde koper = 150 o Contract 1: altijd uitvoeren Kost = 0,9 x 50 + 0,1 x 200 = 65 Waarde = 150 Surplus = 150-65 = 85 o Contract 2: enkel uitvoeren indien productiekosten < waarden Kost = 50 Waarde = 0,9 x 150 Surplus = 150 – (0,9 x 150) = 90
3.
Optimale schadevergoeding
- Vb. huis bouwen o Gegevens Kost = 50 Waarde = 150 Prijs = 100 o Geval 1: K ↑ tot 130 Blijft efficiënt: 150 - 130 = 20 o Geval 2: K ↑ tot 200 Niet efficiënt: 150 - 200 = - 50 - Expectation measure: 150 - 100 = 50 o Geval 1: K = 130 Sanctie (50) > uitvoering (30) zal uitvoeren o Geval 2: K = 200 Sanctie (50) < uitvoering (100) zal niet uitvoeren o Conclusie: expectiation measure leidt tot optimale naleving/contractbreuk Reden: partij die contractbreuk pleegt internaliseert alle kosten Probleem: rechtbank moet goed zicht hebben op verwachte winst Belang schadevergoedingclausules - Reliance measure: als koper 5 investeerde, krijgt hij 5 bij contractbreuk o Geval 1: K = 130 Sanctie (5) < uitvoering (30) zal niet uitvoeren o Geval 2: K = 200 Sanctie (5) < uitvoering (100)
35 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
zal niet uitvoeren o Conclusie: sanctie te laag Reden: geen volledige internalisering - Specific performance: te veel uitvoering
Hoofdstuk 5.
Informatieproblemen tijdens en na sluiten contracten Les
1.
Misverstanden
- Principe: beide partijen weten dat ze een contract aangaan en zijn het eens over de betekenis van clausules o Maar: som misverstanden of bedrog - 4 verschillende doctrines België o 1 overkoepelende economische doctrine volstaat o Via economische kosten Vb. koop stuk grond Denkt 150, maar eigenlijk 20 waard Gevolg: kosten Leugenkosten Verificatiekosten (e.g. reputatie verkoper) Duplicatieve kosten (e.g. wie heeft het schilderij) Vernietiging van waarde (termieten, gevaarlijke medicatie) a) Doctrines in België - Dwaling o Vb. verkoopsbord op verkeerd stuk grond Verschoonbare dwaling koop vernietigd - Legitieme verwachtingen o Vb. verkoper wil verkopen voor 290 € en je schrijft 270 € per vergissing Je kon verwachten voor 270 € koop niet vernietigd o Vb. truck voor 50 000 € en je schrijft 5 000 € per vergissing Je kon niet verwachten voor 5 000 € koop vernietigd - Stilzwijgende aanvaarding o Vb. bord “niet aansprakelijk” Groot niet aansprakelijk, ook al zag auto niet Klein wel aansprakelijk - Interpretatie van contracten o Vb. standaardcontract met onduidelijke clausule Interpretatie in nadeel van opsteller
36 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
b) Overkoepelend economisch doctrine - Beginsel: cheapest cost producer (CCP) moet info produceren en communiceren o Partij die best geplaatst is om misverstand te vermijden, moet prikkel krijgen om informatie te winnen o Efficiënt: draagt volle kosten van vergissing kiest optimale beslissing om misverstanden te vermijden - Vb. bord op verkeerd stuk land o CCP: verkoper o Anders: koper moet altijd dubbelchecken - Vb. verkeerd prijskaartje o CCP: verkoper o Anders: koper moet elke prijsaanpassing detecteren - Vb. klein bord/groot bord o CCP: bord groot maken is goedkoopst o Anders: bestuurder moet altijd controleren - Vb. standaardcontracten o CCP: wie opstelt kan makkelijk duidelijk maken - Niet elk misverstand: niet bij elke kleine vergissing o CCP krijgt geen prikkel o Partijen zijn nooit perfect geïnformeerd Meer info achteraf dan vooraf Als kleine vergissing ook tot vernietiging opportunistisch gedrag Cfr. kleren ontwerpen - Uitzonderingen op beginsel o Info moet voldoende waardevol zijn Opwegen tegen de productie- en communicatiekosten Vb. zichtbare gebreken: schimmel is goed zichtbaar verborgen gebreken: verplicht te melden Vb. termieten in huis Productiekosten = laag Waarde voor koper = hoog o Mag geen entrepreneursinformatie zijn kostelijk om te produceren en niet mogelijk vergoeding te krijgen Vb. nieuwe methode om sprinkhanen te doden Geen waardecreatie, wel leugenkosten Geen waarde voor maatschappij ( bedrog) Vb. kunstkenner jarenlang vlooienmarkten, koopt duur schilderij zonder verkoper in te lichten Koper is CCP, maar info is entrepreneursinformatie
37 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
Sociaal waardevol, kostelijk te produceren en geen compensatie bij mededeling Verplicht info geven geen incentive om schilderij te zoeken Kan je niet vergoeden: je kan niet alle kunstkenners vergoeden Vb. oliemaatschappij vindt na jaren olieveld, en koopt het aan prijs van landbouwgrond Zie boven
Hoofdstuk 6.
Moral Hazard23 Les
- Assymetrische informatie ex post - Vb. auto vergeten sluiten, ga je terug o Je bent niet verzekerd JA o Je bent verzekerd V’aar kan niet controleren en prijzen aan individueel gedrag aanpassen Verhogen risico door incentive om zorg te nemen te verkleinen = moral hazard o Concreet Gegevens Optimale zorg = 10 kans auto gestolen = 1% Zonder zorg kans auto gestolen = 10% Waarde auto = 10 000 € Zonder verzekering Kost zorg = 10 + 1% x 10 000 + risicokost = 110 + risicokost Voordeel zorg = 9% x 10 000 = 900 Kans daalt 9% je neemt voorzorg Met verzekering Bij volledige verzekering: geen optimale zorg Kost zorg (10) > kost geen zorg (0) Gevolg: V’aar moet premie van 1 000 vragen bij verlies van auto - Vb. werkloosuitkeringen laag - Vb. stadje in Florida: ‘onbelangrijke’ organen verdwenen om verzekering op te lichten - Types moral Hazard o Minder preventie om schade te vermijden o Opzettelijk (frauduleus) creëren van risico’s Brand huizen Opzettelijk in brand steken voor verzekeringen Pech auto/vervangwagen Oude auto saboteren, vervangwagen krijgen en daar mee op reis gaan 23
< Eng. moreel risico
38 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
o Overdrijven kosten - Marktoplossingen o Franchise: V’de draag vast bedrag van schade, V’aar de rest o Medeverzekering: V’de draag vast percentage van schade o Vb. autodiefstal Franchise = 1000 Kost zorg = 10 Risico = 10% x 1000 preventie nemen
Hoofdstuk 7.
Standaardbedingen24 Les
- Negatief: vaak in voordeel van onderneming die ze opstel o Reden: Te nemen of te laten-karakter Marktmacht: ↑ onderhandelingsmacht - Vb. clausules o Schema Monopolist Consument Clausule 1 -2 +3 winst = 1 Clausule 2 -3 +5 winst = 2 Clausule 3 -7 +6 winst = -1 o Zal efficiëntste clausule aanbieden Probleem monopolist is prijs en beperkte hoeveelheid, niet clausules - Toch: empirisch: inefficiëntste clausules o Probleem: weinig mensen lezen contracten o Oplossing? Je moet lezen, anders sanctie contract wordt uitgevoerd met clausules o Maar: lezen = tijd = geld Rationeel: kosten en baten afwegen soms beter niet lezen Probleem: opstellers weten dat je niet leest o Nadelen “tekenen zonder lezen” Inefficiënte clausules (negative sum) en puur restributieve clausules (zero sum) Vb. negative sum: verkoper = opsteller Voordeel = +1 Kost koper = -3 Nettowaarde = -2 slecht voor maatschappij Vb. zero sum: +1 ; -1 Op eerste zicht: geen destructie van waarde 24
Geen notities
39 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
Indirect: wel - Ander probleem: ook spiegelbeeld: efficiënte clausules niet in contract o Consument leest niet altijd Opsteller kan misbruik maken Consument wil niet betalen voor efficiënte clausules Vb. clausule Opsteller = -2 Consument = +3 Efficiënte clausule, maar consument wil hem niet betalen want leest ze niet Gevolg: harde clausules/lage prijs
Hoofdstuk 8.
Twee onderzoeksvragen Syllabus
1.
Het schrijven van betere contracten
- Efficiënte contracten welvaartsverhoging o ↓ transactiekosten, ↓ nalevingskosten… - Rol advocaat
2.
Een beter contractenrecht
- Economische logica in recht
Hoofdstuk 9.
Efficiënt contracteren Syllabus
1.
Contracten en economisch surplus
- Vrijwillige overeenkomsten wederzijdse welvaartverhoging o Wie hoogst waardeert, beschikt erover - Vb. kopen grondstoffen o Waarde voor tapijtproducten > waarde voor groothandelaar grondstoffen o Surplus = willingness to pay – willingness to accept - Opm.: niet altijd alle relevante informative niet altijd verwachte surplus
2.
Knelpunten bij contracten
- Risico: onvoorziene omstandigheden maken contract duurder o Vb. oorlog, staking, natuurrampen o Drager risico Voorzien in contract Anders: bepaald door rechter - Verborgen informatie o Verkoper meestal meer informatie
40 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
- Verborgen actie: iemand houdt zich niet aan contract o Vb. onderneming start risicovollere activiteit dan voorzien in leningscontract met bank - Specifieke investeringen: één contract wordt relatie-specifieke investering o Supra
3.
De basisanalyse
- Drie elementen o Incentives = prikkels om te doen wat wenselijk is o Transactiekosten = onderhandelingskosten zo laag mogelijk pogen te houden o Risico-allocatie = risico leggen bij de partij die het best geplaatst is deze te dragen - Historisch voorbeeld: sharecropping (deelpacht) o Pre-industriële China: deelpacht: geeft deel van opbrengst en krijgt een loon Europa: vaste pacht (cf. huur): huursom voor gebruik van grond, opbrengst oogst naar pachter o Verklaring: afweging vaste pacht, deelpacht en loon Schema Incentives Transactiekosten Risicoallocatie Vaste pacht
+
+
Boeren
Deelpacht +/+/Beiden Loon Landeigenaar Incentives: vaste pacht boven loon, deelpacht ertussen Vaste pacht: hard werken ↑ opbrengst Loon: vast inkomen Transactiekosten: vaste pacht boven loon, deelpacht ertussen Loon: controleren van arbeiders, zodat die hard werken Risicoallocatie: vaste pacht goed voor boeren, loon voor landeigenaars, deelpacht voor beiden Deelpacht: risicospreiding want zowel boeren als landeigenaars voor een deel verbonden aan loon Conclusie: Europa: risico gedragen door verzekering vaste pacht China: geen verzekering deelpacht voor o.a. tarwe Tarwe: klimaat vaak bepalend Rijst: kan beter tegen klimaat vaste pacht
Hoofdstuk 10. Efficiënt Contractenrecht Syllabus
1.
Functies van het contractenrecht
- Drie functies
41 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
o Coöperatie afdwingen o Transactiekosten verlagen o Externe effecten vermijden
2.
Samenwerking bevorderen
- Redenen nakomen van een afspraak o Schuldgevoel, repeat play (wederkerige transacties), reputatie… o Maar: end game of reputatie-informatie verspreidt traag Gevolg: gevaar tot opportunistisch gedrag Opl.: recht - Vb. bouwen huis niet-gelijktijdige uitvoering o (supra) - Vb. diamantenhandel (weinig gebruik recht) o Dispuut voorleggen aan lokale rabbi o Rabbi velt oordeel economische sanctie + sociale sanctie (reputatie) a) Belofte maakt schuld. Hoeveel schuld? - Soms beter om contractbreuk te plegen efficiënte contractbreuk - Efficiënte contractbreuk = wanneer de kosten van uitvoering van het contract hoger zijn dan de voordelen voor de verschillende partijen - Vb. rechter oordeelt over schadevergoeding van contractbreuk o Voorwaarden Er is een juridisch geldig contract Breuk is niet verschoonbaar (vb. overmacht) o Bepalen schadevergoeding o.a. Verwachte winst vergoeden Gedane investeringen vergoeden Restitutie verzorgen Uitvoering contract eisen Schadestipulering uit contract bekrachtigen b) Invloed van schadevergoedingsregelen op potentiële contractbreuk - Illustratie: A koopt Lada aan garage DDT Nv o Verkoopprijs met A = 12 000 o Willingness To Pay (WTP) van A = 15 000 o Waarborg van A = 5 000 o Aankoopsom nieuwe banden en wielen in andere winkel door A = 800 o B wil 13 000 betalen (= WTP) en garage verbreekt contract (zonder schadevergoeding) en verkoopt aan B o inefficiënt want nu komt Lada bij iemand met ↓ WTP
42 Economische analyse van contracten(recht) 1. Compensatie: verwachte winst - Vergoeding van totale waarde van contract o Inclusief subjectieve waarde o Meest uitgebreide - Illustratie o Subjectieve waarde = 15 000 - 12 000 = 3 000 o 3 000 betalen > 1 000 krijgen o DDT zal contract niet verbreken - Rechtseconomisch gezien: goed systeem o Moedigt breuk aan wanneer dit inefficiënt is 2. Compensatie: investering vergoeden - Vergoeding van de gemaakte investering - Illustratie o Investeringen = 800 o 800 betalen < 1 000 krijgen o DDT zal contract verbreken Niet goed want contract van A heeft hogere waarde 3. Compensatie: restitutie - Slachtoffer in situatie gezet zoals voor sluiten overeenkomst - Illustratie o Waarborg = 5 000 o 12 000 niet krijgen van A < 13 000 krijgen van B o DDT zal contract verbreken 4. Compensatie: uitvoering in natura - Illustratie o A krijgt toch de wagen en waardeert deze aan 15 000 o Als B wagen ↑ waardeert, kan hij A overtuigen om te verkopen - Rechtseconomisch: goed systeem - Vergoeding verwachte winst vs. uitvoering in natura25 o VVW: verkoper profiteert van nieuwe koper Voordeel = schadevergoeding – prijs UIN: originele koper profiteert bij nieuwe verkoper Kan doorverkopen o VVW: rechter moet vergoeding correct inschatten Kijken of er een efficiënte of inefficiënte contractbreuk was 25
VVW & UIN = vergoeding verwachte winst & uitvoering in natura
Door Brecht Warnez
43 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
Hogere informatiekosten UIN: vrije onderhandelingen bepalen al dan niet efficiënte contractbreuk o UIN: partijen slagen niet altijd overeen te komen tot contract O.a. transactiekosten en problemen bij onderhandelingen 5. Schadestipulering doorpartijen - Door hoge subjectieve waarde aan contract hoge schadevergoedingsclausule o Risico voor andere vaak ↑ vraagprijs - Rechters terughoudend o Clausules niet afdwingen of ongeldig beschouwen o Reden: overheid heeft monopolie op bestraffing Burgers niet onderling - Schadebedingen leiden tot efficiënte contracten o Brengt subjectieve waarde tot uitdrukking verwachtingspatronen beter op elkaar afgestemd o Hoog schadebeding is een soort waarborg - Nadelen o Soort verzekeringscontract problemen van moral hazard en adverse selection o Wijziging omstandigheden als uitvoering < schadevergoeding breuk
3.
Transactiekosten drukken
a) Meerderheidsregelen - Aanvullende rechtsregel = wettelijke bepalingen waarvan het de partijen vrij staat om bij overeenkomst af te wijken van de door wet voorziene aansprakelijkheidsverdeling o Reduceren transactiekosten Voorzien bepalingen die partijen waarschijnlijk zelf zouden hebben beslist (meerderheidsregelen) o Vb. art. 1717 BW: de huurder mag onderverhuren en zelfs zijn huur aan anderen overdragen, indien dit recht hem niet ontzegd is b) Pre-contractuele aansprakelijkheid - Drukken transactiekosten: partijen kennen voorafgaand hun rechten en plichten - Vb. “wanneer misverstanden ontstaan t.g.v. materiële vergissingen in teksten, is de opsteller verantwoordelijk bij relatief kleine vergissingen en de lezer bij relatief grote vergissingen” o Cheapest cost avoider moet vergissing zien want laagste kost o Vb. iemand wil auto verkopen voor 5 000 euro, maar schrijft 50 euro koper moet weten dat dit vergissing = cheapest cost avoider o Vb. bij reclameaanbieding staat 2,15 euro i.p.v. 2,50 euro koper kan niet alles gaan controleren ≠ cheapest cost avoider o Vb. verkoop van onroerend goed en 280 m² in authentieke akte i.p.v. 380 m²
44 Economische analyse van contracten(recht)
Door Brecht Warnez
koper moest dit opgemerkt hebben en bevestiging gevraagd hebben = cheapest cost avoider - Aanmoediging aan cheapest cost avoider om informatie te delen
4.
Marktfaling
- Als contract niet bijdraagt tot sociale welvaartsverhoging beter verbreken a) Externaliteiten - Voordelige effecten voor contractant soms nadelige uitwerking op buitenstaanders o Partij brengt kost over op andere - Gevolg: ↑ zulke contracten - Vb. huurmoordenaar: beide partijen voordeel, nadeel voor maatschappij - Oplossing: die contracten niet afdwingbaar b) Assymetrische informatie - Vb. verkoper woning kent verborgen gebreken goed - Oplossing: verplicht meedelen o Anders instaan voor deze verborgen gebreken tot na verkoop c) Monopolie - Onevenwichtige verhouding tussen partijen onevenwichtige contracten - Oplossing: bij dwang kan rechter contract aanpassen
5.
Risico allocatie
- Contract niet nageleefd door overmacht o Beïnvloeding van buiten partijen o Soms: toch goed ‘schuldige’ partij vergoedingsplicht op te leggen - Vb. vakantiereis wordt afgelast door orkaan o Opl.: verzekering o Lowest cost insurer = reisagent kan dit goedkoop aanbieden Consument zal dit kiezen Reden voor wettelijke verplichting
45 Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht
Deel V.
Door Brecht Warnez
Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht26 Door Prof. Depoorter
Hoofdstuk 1.
Doelstelling van het aansprakelijkheidsrecht: enkele misvattingen
- Belang: via doelstellingen beter aansprakelijkheidsrecht analyseren
1.
Herstel van natuurlijk evenwicht
- Traditionele functie - Centraal: vergoedingsbeginsel: slachtoffers compenseren o Bijkomstig: potentiële daders tot beter gedrag aansturen problematische aanpak Vb. A 100 schade aan B in ongeval Schadevergoeding van 100 aan B Maar: schade niet verdwenen, enkel verplaatst - Conclusie: geen herstel van natuurlijk evenwicht o Schade blijft bestaan o Financiële schadevergoeding vaak onvoldoende
2.
Consistentie als compensatiesysteem?
- Verzekeringen meer efficiënt o Vb. fonds met jaarlijkse bijdrage van elke autobestuurder Alle slachtoffers uit vergoeden Ongeacht schuld bestuurder o Voordeel: kosten ↓ voor vaststelling van fout, advocatenkosten, gerechtelijke procedure…
3.
Interne consistentie van het aansprakelijkheidsrecht in het licht van het vergoedingsbeginsel
- Waarom geen vergoeding onvoorzienbare schade?
4.
Conclusie
- Er is nog een andere functie dan compensatie/retributie
Hoofdstuk 2.
Minimalisatie van Kosten
- Kosten door ongevallen welvaartsverliezen o Rechtseconomisch doel aansprakelijkheidsrecht: verminderen kosten Individuen aanmoedigen om optimale voorzorgsmaatregelen te treffen 26
Belangrijk stuk: 2 à 3 vragen op examen
46 Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht
Door Brecht Warnez
Wanneer ze voldoen belonen niet aansprakelijk Wanneer ze tekort schieten bestraffen aansprakelijk o Kosten en baten afwegen Vb. Ford Pinto: gevaar voor ontploffing van benzinetank Kost auto’s terughalen > kost betalen schadevergoedingen Moreel verwerpelijk: mensenlevens verloren Economisch beter Gevolg: Ford haalt auto’s niet terug Opm. bedrijf had wel verkeerde statistische gegevens i.v.m. ‘waarde’ mensenleven Terughalen was toch beter geweest - 3 soorten kosten o Ongevalkosten o Preventiekosten o Administratieve kosten
Hoofdstuk 3.
Types schadegevallen
- Unilateraal: slachtoffer kan heel weinig doen om schade te beperken o Vb. vliegtuigongeval Passagier kan weinig aan doen, wel vb. riem aanhespen - Bilateraal: slachtoffer heeft deel schuld in schade o Vb. zatte autochauffeur rijdt tegen onvoorzichtige fietser zonder licht - Belang: beste aansprakelijkheidsregel
1.
Unilaterale schadegevallen: optimale inhoud van het aansprakelijkheidsrecht
- Voorbeeld: producent moet preventieniveau kiezen voor schade = 100 Preventieniveau
Kosten Kans op preventie schade
Geen Laag
0 3
20% 15%
Gemiddeld Hoog
6 9
11% 9%
a) Optimale preventie - Regel: optimale preventie o ≠ maximale preventie Preventie ↑ kosten ↑ prijs ↑ Vb. 10 km/u rijden is best voor ↓ ongevallen, maar ↑ tijdsverlies o = extra preventie zolang MK < MB
47 Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht
Door Brecht Warnez
MK = marginale kost = preventie MB = marginale baat = minder kans op schade - Voorbeeld: schade = 100 Preventieniveau
Kosten Kans op preventie schade
Verwachte schade
Totale kosten
Geen Laag
0 3
20% 15%
20 15
20 18
Gemiddeld
6
11%
11
17
Hoog
9
9%
9
18
best MK (3) > MB (2)
b) Hoeveel zal potentiële dader investeren in preventie? 1. Zonder aansprakelijkheid(srecht) - Bedrijf zal geen voorzorgen nemen - Voorbeeld: schade = 100 Preventieniveau
Kans op Kosten preventie schade
Verwachte schade
Totale kosten
Geen
0
20%
20
0
Laag
3
15%
15
3
Gemiddeld
6
11%
11
6
Hoog
9
9%
9
9
keuze
2. Foutaansprakelijkheid - Foutaansprakelijkheid = dader staat in voor schade die hij veroorzaakt door nalatig gedrag - Redenering o Minder dan optimale hoeveelheid zorg (laag) aansprakelijk o Meer dan optimale hoeveelheid zorg (gemiddeld of hoog) niet aansprakelijk o Gevolg: men zal proberen niet aansprakelijk te zijn Men kiest voor gemiddelde, niet voor hoog Hoog is duurder voor individu Gemiddelde komt overeen met optimale hoeveelheid zorg - Voorbeeld: schade = 100 Preventieniveau
Kosten Kans op preventie schade
Verwachte schade
Totale kosten
Kosten dader
Geen
0
20%
20
20
20
= AS
Laag
3
15%
15
18
18
= AS + Prev.
Gemiddeld
6
11%
11
17
6
= Prev. keuze
Hoog
9
9%
9
18
9
= Prev.
- Vb. auto-ongeluk: jij was voorzichtig geen fout geen aansprakelijkheid
48 Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht
Door Brecht Warnez
3. Risico/schuldaansprakelijkheid - Risico-aansprakelijkheid = dader staat in voor kosten van ongeval ongeacht zijn niveau aan voorzorg o Causaal verband schade en gedrag voldoende - Redenering o Preventie speelt geen rol o Gaat kiezen voor meest efficiënte preventie want alle kosten voor hem Bij zeer gevaarlijke activiteiten - Voorbeeld: schade = 100 Preventieniveau
Kans op Kosten preventie schade
Verwachte schade
Totale kosten
Kosten dader
Geen
0
20%
20
20
20
Laag
3
15%
15
18
18
Gemiddeld
6
11%
11
17
17
Hoog
9
9%
9
18
18
keuze
- Grafiek
o wx0 + p(x0)A = voorzorg + kans ongeval o grafiek zakt snel bij x*: optimale zorg voor x*: preventiekosten + AS na x*: enkel preventiekosten preventi 4. Conclusie - Fout-AS en Risico-AS bereiken zelfde doel: doel optimale zorg o Maar op verschillende wijze Fout-AS: AS: rechter bepaalt optimale zorg Risico-AS: AS: potentiële dader bepaalt optimale zorg - Twee verschillen: fout- vs. risico-aansprakelijkheid risico o Informatiekost:: soms beter voor rechter, soms beter voor dader om optimale zorg te bepalen o Invloed op activiteitenniveau (infra)
49 Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht
Door Brecht Warnez
c) Activiteitenniveau - Vb. hoeveel rij ik met de auto? - Verschil Fout-AS en Risico-AS o Fout-AS: zoveel activiteit als je wil, zolang je voorzichtig blijft Kans ↑ ongevalkosten ↑ o Risico-AS: hoe voorzichtig je ook bent, altijd kans op ongeval Gevolg: ↓ activiteiten - Vb. kernreactor: mag niet meer voorkomen dan noodzakelijk o risico-AS - Vb. doel: ↓ auto en ↑ fiets o Opl.: fiets als zwakke weggebruiker o risico-AS: als je fiets aanrijdt, jij AS d) Conclusie - Incentives om optimale zorg/activiteitenniveau te kiezen o Minimale informatiekosten o Geschikte activiteitsniveau - Administratieve kosten o Risico-AS Goedkoper want minder onderzoek Enkel schade en causaal verband onderzoekn Fout-AS: ook fout Duurder want altijd processen Fout-AS: niet altijd betalen, dus niet altijd processen o we kennen juiste balans niet
2.
Bilaterale schadegevallen
a) Begrip - Bilaterale schadegevallen: slachtoffer en potentiële dader kunnen preventie uitoefenen o Indien één van de twee niet uitvoert verwachte schade ↑ o Vb. onvoorzichtige voetganger wordt overreden door onoplettende auto - Meeste zijn bilateraal o Altijd wel iets van preventie mogelijk o Vb. wel of geen fietshelm opzetten - Onderscheid niet expliciet in recht b) Meest doeltreffende regeling - Foutaansprakelijkheid o Dader
50 Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht
Door Brecht Warnez
Preventieniveau: goed Dader is niet aansprakelijk als hij voorzichtig is dader gaat preventief zijn Activiteitniveau: slecht Dader mag ↑ activiteit, zolang hij maar voorzichtig is Vb. men gaat ↑ met auto rijden o Slachtoffer Preventieniveau: goed Slachtoffer is preventief Activiteitenniveau: goed Door hoog activiteitniveau van dader, zal slachtoffer weinig activiteit Slachtoffer staat bij preventief gedrag zelf in voor de kosten - Risico-aansprakelijkheid (met mede-AS) o Dader Preventieniveau: goed Dader is preventief want altijd AS Activiteitniveau: goed Dader ↓ activiteit want altijd AS o Slachtoffer Preventieniveau: goed Slachtoffer preventief voor zichzelf te beschermen en niet AS te zijn Activiteitenniveau: slecht Door laag activiteitniveau van dader, zal slachtoffer veel activiteit Vb. zwakke weggebruiker wordt onvoorzichtig door objectieve AS van bestuurders - Conclusie o Preventie is goed o Activiteitniveau kunnen we beïnvloeden Vraag: wie aanmoedigen voor activiteit? Belang activiteitenniveau dader vs. voorzorg van slachtoffer c) Voorbeelden uit rechtspraak - Dieren o Als hond 1e maal bijt foutaansprakelijkheid Eigenaar preventief? Slachtoffer preventief? o Hond heeft al eerder gebeten risicoaansprakelijkheid We maken ons geen zorgen over gedrag slachtoffer, enkel over gedrag eigenaar hond - Burenhinder o Combinatie fout- en risicoaanpsraklijkheid Schade < x niveau van schade: art. 1382 BW Schade ↓ kijken naar fout
51 Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht
Door Brecht Warnez
Vb. lichte muziek om 22u Schade > x niveau: art. 544 BW Aansprakelijk ongeacht fout Schade ↑ kijken naar activiteit dader Vb. drilwerken
Hoofdstuk 4.
Het foutbegrip: een economisch invulling
- Recht: vage begrippen o Goede huisvader? Redelijk zorgvuldig persoon? - Formule van Learned Hand o Rechter die formule maakt voor AS o Regel27 PK < p x s aansprakelijk PK > p x s niet aansprakelijk > Eigenlijk: MB MK < o Vb. boot aan wel met touw, door storm boot los schade Vraag: eigenaar AS? Beter beveiligen? Gegevens PK = stalen kabels ( touw) = 1 000 € Ptouw i.p.v. stalen kabels = 10% S = 50 000 € scheepseigenaar AS o Toepassing Expliciet in VS en Ned. Bel.: vaak in praktijk: “goede huisvader” = PK > p x s - Rationele afweging preventiekosten en voordelen o Bedrijven Gebruiken formule van Learned Hand Vb. Ford Pinto-zaak: kost wagens terughalen (PK) > kans ongeval x kost AS o Individuen Mensen gebruiken formule niet Spontaan gedrag - Empirische gegevens o Canada (1978): vervanging schuldbegrip door verzekering meer ongevallen Want slachtoffers ↑ vergoed
27
PK = preventiekosten P = kans op ongeval S = ongevalskosten
52 Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht
Door Brecht Warnez
o Dui. (1998): ongevallenverzekering in bedrijven: vast bedrag wordt variabele bijdrage Bedrijf met ↓ ongevallen moet ↓ betalen ↓ ongevallen
Hoofdstuk 5.
Onzorgvuldig gedrag ondanks aansprakelijkheidsrecht
- Judgement proofness-probleem o Middelen van schadeveroorzaker volstaan niet om schade te vergoeden o Numeriek voorbeeld Gegevens Schade = 5 000 000 PK1 = 0 dan p1 = 2% VK1 = 100 000 PK2 = 20 000 dan p2 = 1% VK2 = 50 000 Optimale preventie Optimaal want PK2 + VK2 < PK1 + VK1 Probleem: Vermogen = 100 000 (<<< 5 000 000) PK1 = 0 dan p1 = 2% VK1 = 2% x 100 000 = 2 000 PK2 = 20 000 dan p2 = 1% VK2 = 1% x 100 000 = 1 000 slecht want PK2 + VK2 > PK1 + VK1 kiezen voor niet-optimale o Vb. verontreiniging afvalbedrijf Risico’s nemen en onderkapitaliseren Bij faillissement risico geëxternaliseerd naar SE o Vb. dochterondernemingen met ↓ geld, dus ↓ te verliezen o Oplossing Verplichte verzekering Waarborg Ex-ante regulering i.p.v. ex-post AS-recht Foutaansprakelijkheid > schuldaanspraklijkheid ? - Kans op detectie is kleiner dan 100% o Bewijsproblemen, te hoge proceskosten o Voorbeeld: stel PK = 50% en foutaansprakelijkheid Preventie 0
Verw.Sch. 10
VK Dader 5 (= 10/2)
Tot. Kosten D 5
6
3
1,5 (= 6/2)
6
10
2
1 (= 2/2)
10
- Irrationeel gedrag o Over- en onderschatting risico’s Beschikbaarheidheuristiek
keuze want PK = 50% efficiëntst 6 preventie -7 schade op MK < MB
53 Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht
Door Brecht Warnez
Wat we snel voor gedachten kunnen halen kans ↑ denken we Vb. meer doden door vervangen spaarlampen dan door witte haai Beter: statistiek Zelf-controle bias Vb. vliegtuig lijkt gevaarlijker dan fiets maar meer fietsdoden o Gevolg: teveel en te weinig voorzorgen - Conclusie: mensen vullen formule van Hand niet goed in o Opl.: beslissing niet bij individuen leggen Vb. verplichten gordel want mensen onderschatten gevaar
Hoofdstuk 6.
Rechtsvergelijking: de V.S.
- Voordeel rechtseconomie: economische principes in verschillende landen gelijk
1.
Punitive damages
- Bel.: slachtoffer vergoeden voor schade en niets daarboven - McDonnald’s Hot Coffee-zaak o Feiten: koffie tussen benen in auto, en littekens door morsen o Uitspraak: “200 000 $ compensatie en 2 700 000 $ punitive damages” Motivering: koffie was te heet o Publieke opinie en pers: op hol geslagen regel, leidt tot wantoestanden o Nuance Geloof pers niet Heeft onvoldoende kennis Kiezen voor spectaculaire info Geeft geen accurate info McDonnald’s Hot Coffee-zaak McDonnald’s maakte koffie opzettelijk te heet want dan koffie goedkoper verdiend geld en was bewust van extra schade door andere klachten moreel laakbaar - Rechtseconomisch bekeken o Voordelen Als pakkans laag is compenseren met punitive damages Vb. pakkans = 50% schadevergoeding x 2 Afschrikking verhogen o Nadelen Vaak onvoorspelbaar (onzeker) Moeilijk vooraf inschatten hoeveel jury zal toekennen dader houdt geen rekening mee Indien te hoog bedrijven gaan weg uit die sector
54 Economische analyse van politiek en overheid
2.
Door Brecht Warnez
Rol van de jury
- VS: ook in burgerlijke zaken o Bel.: enkel in Assisen - Effect: hogere veroordeling? o Empirisch: neen o Vaak lager, maar soms uitschieters
Deel VI. Economische analyse van politiek en overheid Dr. Prof. Bouckaert
Hoofdstuk 1.
Politiek en overheid
- Public choice = economie van de publieke keuze = keuze die individu maakt op het forum van publiek beleid, als kiezer, als lid van drukkingsgroep, als volksvertegenwoordiger, als ambtenaar, als regeringslid o Economische analyse van individu in publieke keuze o markt = private keuze (als ondernemer, consument…) - Ontstaan public choice o VS, jaren ‘70 o J. Buchanan, G. Tullock, D. Mueller Mens is ook homo-economicus in politiek - Voordien: economie over politiek normatief o Wanneer moet wel of niet overheid ingrijpen o Vb. theorie van publieke goederen, marktfalingen, clubgoederen, economische theorie van federalisme… o public choice: positief Gelijke drijfveer: eigenbelang - Op positief-analytisch vlak: dualistische visie dominant o Dualiteit in mens Op markt: individu gedreven door eigenbelang In politiek: actoren gedreven door (hun versie van) algemeen belang o Public choice: duale visie is onjuist In politiek: individu ook gedreven door individueel of groepsbelang
Hoofdstuk 2. 1.
Publieke goederen en club-goederen28
Publieke goederen
- Term publiek goed 28
Niet in les, wel in boek
55 Economische analyse van politiek en overheid
Door Brecht Warnez
o Juridisch: = goed waarvan overheid eigenaar is o Economie: = dienst of prestatie, waarvan de voordelen niet uitsluitbaar zijn t.o.v. 3en - Vb. politiepatrouilles o Politie patrouilleert in buurt Voor elk huis een agent te duur o Probleem: je kan niet-betalers voor politie niet uitsluiten Hele buurt automatisch beschermd, ook niet-betalers o Ontstaan: ‘free ridership’ Mensen laten andere betalen, en genieten van zelf van baten o Voorstelling als prisoners’ dillemma Schema Koen Bijdragen Niet bijdragen 6 9 Bijdragen 6 2 Inge 2 0 Niet bijdragen 9 0 Situaties Beiden dragen 6 bij: opbrengst = 12 Niemand draagt bij: opbrengst = 0 Ene draagt bij, andere niet Betaler: betaalt en krijgt halve service opbrengst = 2 Free rider: profiteert opbrengst = 7 Conclusie: Niet bijdragen is voordeligst: 9+0 Bijdragen is nadeligst: 6+2 - Free ridership tegengaan argument voor overheidsingrijpen o Verplicht bijdragen o Normatief economisch argument voor overheidsingrijpen o Andere voorbeelden Bestraffing: indien slachtoffer moet betalen inefficiënt Monumentzorg: voorbijgangers profiteren ook van - Betwisting: free riderschip als argument voor overheidsingrijpen o Er bestaan vrijwillige methodes Mensen stellen zich altruïstisch op o Staatsinterventie niet perfect Overheid geen juiste informatie over Grootheid van niet-uitsluitbare externe voordelen Grootheid van publiek die ervan geniet
56 Economische analyse van politiek en overheid
Door Brecht Warnez
Gevaar op fiscale overkill
2.
Club-goederen
- Club-goederen = collectieve goederen o Wel uitsluitbaar publieke goederen o Consumptie is niet-rivaal Vb. brug: stijgende consumptie (auto’s die overrijden) niet afhankelijk van productie (veel bruggen bouwen) Enkel wanneer te veel files zijn private goederen Vb. hamburger: consumptie kan stijgen als productie stijgt o Overheidsingrijpen noodzakelijk Prijsmechanisme werkt niet (vraag en aanbod) Als vraag stijgt, stijgt productie (aanbod) niet Aanbod en prijs door overheid bepaald Kritiek in public choice-theorie: via toegangsprijzen kan aanbod wel rationeel gestuurd worden - Vb. zwembad29
3.
Relatie tussen publiek en club-goederen
- Soms: publieke goederen in club-goederen omzetten o Noodzaak van overheidsingrijpen verdwijnt o Vb. park
Hoofdstuk 3.
Stemmen met de voeten
- Twee mogelijkheden om invloed uit te oefenen op structuren o Voice: inspraak Vb. stemmen, lezersbrief schrijven, protest Zorgt voor optimale werking in democratie Vb. regering niet herverkiezen o Exit: structuur verlaten en alternatieve concurrerende structuur opzetten of vervoegen Vb. emigreren, andere krant nemen, bij andere partij gaan Zorgt voor optimale werking in markt Vb. switchen tussen producten - Stemmen met de voeten (Tibout) o Geen exclusieve combinatie overheid/voice en markt/exit Vb. kiezen tussen verschillende overheden 29
Uitgelegd op grafiek p. 4-5
57 Economische analyse van politiek en overheid
Door Brecht Warnez
Verplaatsing nodig ( markt) o Vereisten voor optimale interactie vraag-aanbod van publieke goederen Geen verhuiskosten In brede zin: monetaire en niet-monetaire kosten Vb. andere cultuur, taal… Vb. switchen tussen Carrefour en Delhaize geen kosten publieke goederen Vb. in Knokke gaan wonen voor ↓ belasting verhuiskosten Beter als er geen kosten zijn Globalisering ↓ kosten Transparantie in aanbod Om te vergelijken Vb. website om te zien wat ≠ gemeentes aanbieden Geen negatieve externaliteiten voor andere politieke entiteiten Vb. gemeente zet industriezone aan grens, wind waait lucht weg Zij baten: werken en schone lucht Anderen kosten: vervuiling Flexibel aanbod Vb. men maakte steden populair Gevolg: plaatstekort in scholen o Conclusie: goed dat er meerdere politieke aanbieders zijn unitair Europa
Hoofdstuk 4.
Welke beslissingsregelen?
- Vraag: wat is relevante meerderheid om tot een beslissing te komen? - Oorpronkelijk: enkel unanimiteit is efficiënt o Zeker stemmers de beslissing zien als verbetering is voor zichzelf o Vb. 1% tegenstemmers: kost van 1 kan groter zijn dan baat van 99 o Markt: unanimiteit Vb. iedereen moet akkoord zijn voor overeenkomst o Later: er zijn kosten bij unanimiteit 1 stemmer kan hoge prijs vragen voor stem Opl.: vb. wie teveel veto gebruikt, vliegt buiten - Kosten van meerderheidsregimes
58 Economische analyse van politiek en overheid
Door Brecht Warnez
o Grafiek
o Efficiëntiesprong vanaf 50+1: 50+1 komt maar 1 keer in de 100 Meerdere ‘meerderheden’ incompatibele beslissingen Vb. 2 x 49 o Beslissingskost ↑ als je naar 100 gaat Reden: je moet meer mensen achter je beslissing krijgen Vb. geen staatshervorming door hoge beslissingskost o Externaliseringskost ↓ als je naar 100 gaat Meerderheid kan kosten afwentelen op minderheid Efficiënt: winst meerderheid > kost minderheid o Efficiënte meerderheid Vb. grondrechten: best strenge meerderheidsregels Kost van externalisering kan hoog zijn
Hoofdstuk 5.
Politieke markt: belangroepen en rent-seeking
- Belangengroep = drukkingsgroep o Streven naar herverdeling ten voordele van hun publiek (vb. vakbonden), of o Streven naar behartiging van publieke goederen, dat de markt of vrijwillige organisatie, volgens hen althans, suboptimaal zou leveren (vb. milieuorganisaties) - Probleem van free ridership o Vb. vakbond wil loonopslag Kost: staken kost geld + ↓ reputatie bij directie WN proberen stakingskost te vermijden Gevolg: geen loonopslag Opl.: vakbond beperkt free riders-risico Niet deelneming verhinderen (vb. stakingspikketten) Sociaal sanctioneren met negatieve reputatie
59 Economische analyse van politiek en overheid
Door Brecht Warnez
Nevenservices (vb. advies over sociale wetgeving) - Belangengroepen hebben nood aan politieke stabiliteit o Vb. verliezers van WO II (Dui, It, Japan) winnaars werden Vb. Dui: linkse belangengroepen vernietigd door nazi’s + leger vernietigd na WO II Gevolg: eco ↑ want geen druk o Vb. ontwikkeling EU (EEG) Enkel boerenorganisaties georganiseerd op Europees niveau ↑ subsidies - Impact op economie: discussie o Inefficiënt hoog niveau van regulering en herverdeling Zijn stemmenleveranciers en contact tussen twee verkiezingen In ruil: regulering en herverdeling die belangengroep versterkt Niet efficiënt o Gevaar voor spoliatief30 optreden Vooral bij kleinere belangengroepen Vb. belangengroep 10% van bevolking (klein deel), maar ↑ impact want belangrijk voor 1 partij Gevolg: belissingen pro 10%, tegen 90% inefficiënt - Rent seeking: kost van belangengroepen o Maatschappelijke kost van inefficiënte maatregel + kost spenderen om deze maatregel te bekomen Vb. willen 1000 bekomen theorie: willen 999 investeren o Illustratie: monopolie vs. competitie PM = prijs bij monopolie PC = prijs bij competitie QM = hoeveelheid bij monopolie QC = hoeveelheid bij competitie PMAQM0 = opbrengst monopolie PCBQC0 = opbrengst competitie PMABPC = consumentensurplus31 ABC = PMABPC - PMAQM0 = nettowinst Opmerking: PMAQM0 ≠ werkelijke opbrengst Geld geven aan lobbywerk, feestjes, financiering partijen… = kost van rent seeking Gevolg: werkelijke welvaartswinst > nettowinst 30
31
Spoliatie = het te kwader trouw onttrekken van goederen of aanspraken, ook zonder dat dit bepaald een strafbaar feit is Consumentensurplus = de winst om van monopolie naar competitie te gaan
60 Economische analyse van politiek en overheid
Door Brecht Warnez
- Conclusie: dubbele verarming o Inefficiënte maatregelen o Rent seeking
Hoofdstuk 6. 1.
The median voter en het referendum
The median voter
- The median voter o = is kiezer met mediane preferentie o Vb. restaurant keuze: Jef 20 €, An 10 €, Tom 5 € Bij paarwijze stemmingen haalt restaurant van An het Jef of An? An of Tom? Jef of Tom? - Politieke keuze-as: median voter is optimum o Partijendemocratie: aanbod = gemengde bundels (‘multiple issue’-karakter) Vb. België: assen Staatkundig: unitair separatistisch Socio-eco.: liberaal collectivistisch Ethisch: conservatief libertijns Internationaal: nationalistisch internationalistisch-Europees Nadeel: niet alle mixen in partijen Bij referendum: op één as stemmen: meer kans op median voter Uitgewerkt vb. p. 12-13
2.
Het referendum
- Verschil competitie in markt en politiek o Competitieve momenten slechts om 4/5 jaar (verkiezingen) markt: constante druk want consumenten kunnen afhaken o Gedeeltelijke opl.: referendum - Voordelen o Gebetonneerde politieke situaties wijzigen Vb. verbod op stamcelonderzoek in regeringsakkoord Revolutie: meerderheid bevolking wordt voorstander Moeilijk heronderhandelen (‘hold up’-strategie) referendum o Oplossing tegen ‘multiple issue’-karakter van partijprogramma’s (supra) - Sociale impact o ↑ informatiekosten: bewuste stem nodig Meeste informeren niet: ‘rational ignorance’ Kost ↓ dan bij verkiezingen voordeel o Soms nadelig voor armeren ‘the winners take all’
61 Economische analyse van politiek en overheid
Door Brecht Warnez
50,000001 % is voldoende verkiezingen 1 persoon per district: arme haalt altijd stem in parlement
Hoofdstuk 7. 1.
Economische theorie van het federalisme
Staatsstructuren
- Eenheidsstaat o Geen grondwettelijk verankerde bevoegdheden voor lagere échelons Autonomie niet verankerd in GW wet kan wijzigen o Gedecentraliseerd Vb. België voor 1980 o Gecentraliseerd Vb. Frankrijk - Federale staat o Autonomie van deelstaten grondwettelijk verankerd Federale staat kan niet éénzijdig veranderen o Gedeelde soevereiniteit, gedeelde loyauteit van burger T.a.v. federatie en deelgebied - Confederatie o Confederale niveau is afgeleid van soevereiniteit van deelstaten Gegroeid uit onafhankelijke staten Belgische interpretatie: sterk doorgedreven vorm van federalisme o Geen fiscale macht voor het centrum Dotaties van lidstaten o Geen rechtstreekse band burger-centrum
2.
Economische theorie van het federalisme
- Economische theorie o Juridisch onderscheid staatsstructuren minder belang o Vooral vraag waar bevoegdheden liggen: centraal of decentraal? - Vraag: baten-kosten bij decentralisatie en bij centralisatie?
3.
Baten van centralisatie
- Centralisatie = een bepaalde bevoegdheid door éénzelfde overheid uitgeoefend in een groter territorium t.o.v. een grotere bevolking - Vb. Europeanisering: van nationaal territorium naar één instantie a) Schaaleconomieën - Bedrijven: schaalvergroting ↓ gemiddelde kosten - Politiek: schaalvoordelen bij centralisatie
62 Economische analyse van politiek en overheid
Door Brecht Warnez
o Vb. Europeanisering van defensie Middelen Europese landen = ½ middelen Amerika rendement Europese landen < ½ rendement Amerika Schaalvoordelen: 1 communicatiestructuur, lagere prijzen bij kopen goederen… o Vb. justitie: jurisdictioneel netwerk geheel van hoven en rechtbanken Niet efficiënt b) Internalisering van externe effecten - Één politieke unit kan kosten afwentelen op andere gevaar voor inefficiëntie o Vb. bedrijf krijgt lozingsvergunning in land A in een stroom die vloeit naar land B o Vb. Fra.: kerncentrale aan grenzen o Vb. industriepark met vervuilende rookemissie aan rand gemeente o Vb. vergunning voor nachtvluchten over andere Geluid: gewestelijke bevoegdheid Vla.: nachtvluchten in Zaventem toegelaten, maar vliegen over Brussel Brus.: gaat strengere geluidsnormen opleggen Gevolg: kost Vla. én Brus. ↑ - Opl.: bevoegdheden van units fusioneren kosten en baten afwegen - Andere oplossing dan centralisatie: via onderhandelingen o Vb. nachtvluchten (fictieve cijfers) Vla.: 1 miljoen € winst Tewerkstelling, belasting… Brus.: 1,5 miljoen schade Verstoring nachtrust, isolatie, ↓ vastgoedprijzen… Opl.: Brus. doet bod aan Vla. om vergunning niet te leveren Vla. kan 1 miljoen vragen, Brus. 1,5 miljoen geven marge: 0,5 miljoen o Opm: transactiekosten in politiek hoger dan bij bedrijven Toegevingen worden als verraad bestempeld Dus: als transactiekosten te hoog zijn centraliseren o Probleem van ‘hold up’
4.
Baten decentralisatie
a) Lagere transactiekosten en bestuurskosten door grotere homogeniteit - Theorema van Wallace Oates - Transactiekosten in politiek o Vb. onderhandelingen van regering met parlement en drukkingsgroepen o Vb. dictator moet onderhandelen met coalitie - Nadeel heterogeniteit o ↑ transactiekosten
63 Economische analyse van politiek en overheid
Door Brecht Warnez
Moeizame onderhandelingen, inefficiënte evenwichten… o ↑ bestuurskosten Belissingen van ≠ overheden ≠ interpretatie - Opl.: decentralisatie verhoogt homogeniteit o aparte entiteit: gevaar voor protectionistisch beleid van homogene entiteit vrijhandel Dus: in protectionistische omgeving staten groot houden - Vb. Waalse ziekenhuiscultuur vs. Vlaamse huisartsencultuur o Vla.: eerst naar huisdokter (filter voor specialisten) ↓ kosten o Wa.: nadruk op ziekenhuizen - Vb. Waalse en Vlaamse loontoestanden en Belgische CAO’s (tot vorig jaar) o Vla.: tekort arbeidskrachten ↑ lonen o Wal.: teveel arbeidskrachten ↓ lonen o Probleem: in 1 CAO b) Stemmen met de voeten - Theorie van Charles Tiebout - Grote politieke entiteiten ↑ verhuiskosten en ↑ drempel tot exit o decentralisatie: ↓ verhuiskosten ↑ competitiedruk tussen overheden - Vb. politieke concurrentie in EU-belastingsvoeten-vennootschapsbelasting o # staten naar nultarief ↑ bedrijven aantrekken Gesjoemel: door grondslag te vergroten Opl.: grondslag in Europa uniformiseren o Vreet zwaar aan winst + roerende voorheffing op dividenten c) Leren uit experimenten - Goede experimenten overnemen o Ondernemers individueel laten experimenteren o Vb. Europa was niet ééngemaakt positief het wordt rijker - Vb. China en Europa: ontdekkingsreizen o China: ↑ vloot, ontdekten als eerste Afrika en misschien zelfs Amerika Maar: China doet niets mee Reden: Keizers paleis brandt af + hij wordt impotent “straf van God” Centraal gezag beslist over alles (negatief) o Portugal: geen ééngemaakt Europa moest geen toestemming vragen O.a. Verenigde Republiek (Ned.) ging na-apen - Vb. Verenigde Republiek en Engeland: godsdienstvrijheid en parlementaire democratie o Ned.: veel katholieken, maar macht aan protestanten
64 Strafrecht
Door Brecht Warnez
Opl.: gedoogbeleid Vb. kerk van katholieken in gewone huizen o Engeland neemt over o Dui: per territorium andere godsdienst
5.
Bijzondere problemen van Belgisch federalisme
- Geen federale partijen hoge transactiekosten in regeringsvorming en verder bestuur - Ongelijke toepassing van federale bevoegdheden o Gesubsidieerd beleid in Wallonië: geen wil tot politieke verandering
Deel VII. Strafrecht Door Prof. Depoorter
Hoofdstuk 1.
Noodzaak voor strafrecht
- Misdaden vaak KH-inefficiënt o Kaldo-Hicks-efficiëntie: als winst voor winnaars voldoende is om verliezers te compenseren o Vb. autoradio stelen Kosten bestolene: gebroken raam, verhoogde premies, gebroken dashboard, nieuwe radio etc. Winst dief: goedkoop autoradio verkopen winst < kosten inefficiënt - Vergoeding slachtoffer schrikt niet voldoende af o Vergoeding niet perfect Veel schade is niet vergoedbaar Vb. schedel inslaan o Probaliteit van bestraffing is lager dan 100% Misdrijf vaak doelbewust pakkans ↓ o specifieke rechtstak nodig - Beschermt rechten van individuen en niet hun belangen o Property rule instead: absoluut verbod van gedrag o Liability rule: je mag het doen maar moet herstellen
Hoofdstuk 2.
Een economisch doel van strafrecht
- Twee types kosten o Schade van misdrijf o Middelen uitgegeven om misdrijf te voorkomen - Vb. autoradio (supra) - Doel strafrecht: sociale kosten van misdrijven minimaliseren
65 Strafrecht
Door Brecht Warnez
o Sociale kosten = som van schade + kosten preventie o Doel: ↓ kosten en ↑ resultaat
Hoofdstuk 3.
Efficiënte handhaving
- Vb. dronkenschap o Schema Zwaar dronken
Licht aangeschoten sociale kosten
sociale baten
A
optimaal punt
Punt A: zwaar dronkenschap makkelijk vast te stellen kosten ↓ grote kans dat die schade aanricht baten ↑ Punt B: licht aangeschoten moeilijk vast te stellen kosten ↑ kleinere kans dat die schade aanricht baten ↓ Optimaal punt: ideale afschrikking Kosten = baten
Hoofdstuk 4.
Basismodel
- “rational criminal” vs. afschrikking32 o Bdief > PK x Kdief misdaad plegen o Bdief < PK x Kdief misdaad niet plegen o VK = PK x Kdief - Op individueel niveau: formule gebeurt intuïtief o Vaak onderschatting: PK is irrationeel - 2 keuzes voor invloed op VK o Bestraffing ↑ Meeste interessant want goedkoopst Opm.: vb. gevangenissen kosten ook geld
32
B = baten PK = pakkans K = kosten VK = verwachte kost
B
66 Strafrecht
Door Brecht Warnez
o Pakkans ↑ - Niet altijd zware straffen voor wandaden en geringe misdrijven: 4 redenen (behavioral insight) o Marginale afschrikking/marginal deterrance Sanctie als instrument wordt onnuttig: je kan niet meer opbouwen Vb. levenslang gevangenis voor stelen snoep Toch al levenslang, dus ondertussen nog iemand vermoorden Vb. doodstraf op kidnapping Kidnapper zal geen rekening meer houden met leven van gekidnapte want heeft toch al de doodstraf o ↑ pakkans effectiever dan ↑ strafmaat Vb. mensen blijven illegaal downloaden ondanks hoge boete Numeriek voorbeeld A: 210 > 50% x 400 B: 210 > 25% x 800 A is afschrikwekkender want mensen stellen zich af op pakkans o Hyperbolic discounting Als iets ver af is, hoe meer we iets intuïtief aan de kant schuiven Schema subjectieve afschrikking verschil 2
verschil 1
5 jr
10 jr
15 jr
20 jr
25 jr
30 jr
35 jr
gevangenisstraf
o Norm backlash Naleving werkt beter als wet rechtvaardig wordt ervaren Sterke sociale norm wet sneller nageleefd Vb. niet mogen downloaden van muziek niet zwaar aan getild
Hoofdstuk 5.
Bevorderen van afschrikking
- Mensen zijn irrationeel economische analyse niet minder waardevol
67 Strafrecht
Door Brecht Warnez
o Systematiek in mensen analyseren Anchoring and availability heuristic o O.a. via cognitieve psychologie - Gebruiken om afschrikking te versterken o Vb. subjectief gevoel van veiligheid creëren Iemand arresteren met ↑ machtsvertoon ↑ agenten Pakkans lijkt ↑ door beschikbaarheidsheuristiek
Hoofdstuk 6.
“De rationele misdadiger”: misdaad loont?
- Empirische studie: vgl. misdaadtypes t.o.v. gewoon werken o Conclusie: soms kan je meer verdienen met gewoon te werken
Hoofdstuk 7.
Private handhaving
- Individuele beveiligheidsmaatregelen o Moet overheid dit aanmoedigen? - Drie mogelijke effecten o Private afschrikking Voordeel komt enkel toe aan private investeerder o Publieke afschrikking Voordeel gedeeld met anderen Beste o Redistributieve schorsing De criminele activiteit verlegt louter Minst gunstig o Vb. fietslot Privaat: enkel op jouw fiets Redistributief: anderen gaan het ook doen Publiek: alle fietsen hebben sloten dus geen zin meer om te stelen - Overheid moet vooral preventiemaatregelen voor publieke afschrikking aanmoedigen o Ex ante observeerbare voorzorgen33 Voordat potentiële dader misdrijf pleegt, ziet hij dat er private handhaving is Effectief, maar is restributief Vb. buitenverlichting, stalen omsluiting van ramen, alarmwaarschuwingen o Ex post observeerbare voorzorgen Nadat potentiële dader misdrijf pleegt, ziet hij dat er private handhaving is Best voor publieke afschrikking Voordeel: je weet niet waar je aan toe bent VK ↑ 33
Concepten goed kennen
68 Economische analyse van het (burgerlijk) procesrecht
Door Brecht Warnez
Vb. binnensloten, verborgen alarmsystemen, bezit van pistool Bezit van pistool: ook nadelen Redistributief effect: geen inbraak als iemand thuis is, want die heeft een pistool, maar dan ander soort misdaad Bezit van pistool heeft andere sociale kosten (vb. gebruik bij huiselijke ruzie)
Deel VIII. Economische analyse van het (burgerlijk) procesrecht Door Prof. Depoorter
Hoofdstuk 1.
Basismodel
- Definitie: heeft men een geloofwaardig dreigement om een zaak aan te spannen? o Baten > kosten proces aanspannen - Voorbeeld o P = 70%, waarde = 1000, K = 200 700 > 200 ja o P = 10%, waarde = 1000, K = 200 -100 > 200 ja - Proces of minnelijke schikking? o Verwachte waarde van proces voor eiser 70% x 1000 – 200 = + 500 o Verwachte kost proces voor verweerder 70% x -1000 – 200 = - 900 o Algemeen: MS34: 500 < bedrag < 900 Proceskosten = 400 kun je delen
Hoofdstuk 2.
Waarom processen aanspannen
- Relatief optimisme o Peiser = 70%, Pverweerder = 20%, Waarde = 1000, K = 200 Eiser en verweerder schatten hun kansen anders in Verwachte waarde van proces voor eiser 70% x 1000 – 200 = + 500 Verwachte kost proces voor verweerder 20% x -1000 – 200 = - 400 o Algemeen: geen ruimte voor MS want geen surplus Eiser wil min. 500 krijgen
34
MS = minnelijke schikking
69 Economische analyse van het (burgerlijk) procesrecht
Door Brecht Warnez
Verweerder wil max. 400 betalen o Rol advocaten: hij kan dit optimisme proberen corrigeren - Asymmetrische informatie o Peiser = 50%, Pverweerder = weet reële waarde, Waarde = 1000, K = 200 Eiser doet aanbieding: Verweerder met lage PV zal MS weigeren (10%) Verweerder met hoge PV zal MS aanvaarden (90%) - Principle-agent probleem o Advocaat en cliënt ≈ agent (zaakwaarnemer) en principle (baas) Gelijk belang: zaak winnen Verschillende belangen Cliënt: wil snelle zaak Advocaat: wil lange zaak o Cliënt kan kwaliteit van advocaat niet achterhalen Cliënt kent geen recht o Vergoedingssystemen Verloning per uur België Contingency fees (infra) VS, experiment in Ned Gevolg: advocaat wil ook snel process Nadeel voor cliënt: ↓ bedrag in MS voor snelheid - Morele waarde van proces o Vaak ruzie tussen partijen akkoord onmogelijk
Hoofdstuk 3. 1.
Contingency Fee
Rechtsvergelijking
- VS: toegelaten o Gebruikelijk in films - Europa: doorgaans verboden o Uitz. experiment in Nederland
2.
Voordelen
- Acces to Justice: verhoogde toegang tot het gerecht o Armere mensen kunnen ook makkelijker naar het gerecht Kunnen anders geen dure advocaat betalen Advocaten gaan alle zaken aanvaarden als er ↑ geld te verdienen is o Filtert goede en slechte zaken o Voorbeeld
70 Economische analyse van het (burgerlijk) procesrecht
Door Brecht Warnez
Schade = 250 000 Winstkans = 70% Contingency Fee = 1/3 0,7 x 1/3 x 250 000 = ± 60 000 > 50 000 o Alternatieven Publieke Rechtsbijstand (België) Fee Shifting: kosten van proces van winnaar gedragen door verliezende partij - Betere risico-allocatie: betere spreiding van risico’s o Advocaten hebben veel rechtszaken Dus risico op verliezen is gespreid Risico verplaatst van cliënt naar advocaat o Voorbeeld Winstkans = 50% Eventuele winst = 10 000 Kost = 4 000 misschien toch niet ondernemen door risico-aversie - Tegengaan moral hazard o Geen incentive om zwakke zaken aan te nemen onder uurloon: reputatiesanctie imperfect - Milderen asymmetrisch informatieprobleem o Normaal: je kent kwaliteiten van een advocaat niet o Advocaat onder contingency fee: goede advocaten want die nemen enkel zaken aan die zie kunnen winnen
3.
Nadelen
- Te snel minnelijke schikking o Ook al is proces efficiënter Reden: advocaten dragen kosten tijdens zaak o Voorbeeld Proces Kosten voor zaak = 5 000 gedragen door advocaat Winst = 30 000 Advocaat krijgt 1/3 = 10 000 Netto winstadvocaat = 5 000 Minnelijke schikking Winst = 21 000 Advocaat krijgt 1/3 = 7 000 Gevolg: advocaat kiest minnelijke schikking Efficiënt voor advocaat Inefficiënt voor partij
71 Economische Analyse van het Familierecht
Door Brecht Warnez
- ↑ weinig deontologisch gedrag o Ethische problemen
Deel IX. Economische Analyse van het Familierecht Door Prof. Bouckaert
- Belang familie: stabiliteit in families zorgt voor welvaart
Hoofdstuk 1.
Economische theorie van de familie
- Oorzaak van familieverband o Schaaleconomieën? Neen Oorzaak van pooling van arbeid Door pooling van arbeid wordt het goedkoper Vb. 1 i.p.v. 2 wasmachines Studie: eco ↑ maar relaties breken kleiner economisch nut Maar kan ook in cummune Vb. 10 ♂ en 10 ♀ Familieverband is niet noodzakelijk o Arbeidsverdeling in klassiek gezin Heterosexueel koppel biedt unieke vorm van arbeidsverdeling ♀ baart en voedt kinderen best voor huishoudelijke productie ♂ werkt buitenshuis
Hoofdstuk 2.
Oorzaak kinderproductie
- ‘Unintended consequence’35 van seks o Darwiniaanse uitleg Soorten die overleven zijn soorten die zicht voortplanten Voordeel zoogdier: aangeboren drang naar seks Wij planten ons voort o Onbelangrijk in onze huidig mpij Vb. de pil - Inkomsten kinderarbeid o Kinderarbeid noodzakelijk in bloeiende textielsector Kinderen hielpen mee, school ↓ belangrijk Nu nog steeds in sommige landen o ≠ kinderarbeid als uitbuiting zoals in o.a. textielsector o Onbelangrijk in onze huidige mpij Wij geen landbouwsamenleving meer 35
< Eng. onbedoelde consequentie
72 Economische Analyse van het Familierecht
Door Brecht Warnez
- Zorg voor oude dag o Kinderen nodig want er moet iemand voor u werken Minder ontwikkelde eco: kinderen verzorgen ouders, nemen ze in huis In onze wet Kinderen aanspreken voor ouders die rusthuis niet kunnen betalen Repartitiesysteem: werkenden betalen voor ouderen o Onbelangrijk in onze huidige mpij Sociale zekerheidstelsel om op terug te vallen - Kinderbijslag o Politiek instrument om denataliteit tegen te gaan o Onbelangrijk in onze huidige mpij Enkel goed voor twijfelende mensen over de streep te trekken - Psychisch inkomen verderzetting van eigen gezin o Vb. liefde van kind krijgen o Enige echte reden in onze huidige mpij
Hoofdstuk 3.
Neergang klassieke gezin in het westen
- Huishoudelijk arbeidsproductiviteit ↑ bevrijding ‘vrouw aan de haard’ o Door huishoudelijke apparatuur - Stijging jobs waarvoor geen viriele kracht nodig is o ♂ is fysiek sterker, maar nu minder belangrijk - Daling kinderaantal
Hoofdstuk 4. 1.
Het huwelijk
Vorming van het huwelijk
- Huwelijk is een sterk gereguleerd contract o Vormelijkheid bij aangaan o Principe: levenslang tijdelijke huwelijken o Regulering van inhoud Dwingend huwelijksrecht Vb. niet in contract zetten dat vrouw niet mag gaan werken o Strenge regeling betreffende nietigheid En marriage trompe qui peut Misleiding in voorhuwelijkse periode leidt niet tot nietigheid dwaling o Onderhoudsplicht tot na huwelijk Groot verschil met contracten in economisch verkeer - Verklaring: derdeneffect op kinderen
73
Door Brecht Warnez
o Wet laat niet toe externe effecten af te wentelen op kinderen o Opm. normaal is rechtseconomie geen voorstander van dwingende regelen, hier wel
2.
Ontbinding van het huwelijk door echtscheiding36
- Echtscheiding wordt wettelijk kostelijk gemaakt o Verplichte procedure via rechtbank o Laatste jaren wel goedkoper o Vb. eenzijdig opzegging niet mogelijk - Reden hoge kosten o Kost voor kinderen: stabiele situatie nodig o Optimalisatie van ‘marital search’ Je bent bij zoeken van partner voorzichtiger - Niet enkel EOT37 o Ook bij “onherstelbare ontwrichting huwelijksband” In Bel., anders in andere landen o Probleem: huwelijk is bilateraal monopolie Je kan maar van 1 iemand scheiden Zonder alternatief: hold up-strategie inefficiënte huwelijken blijven bestaan o Opm. mensen pikken het niet te worden uitgebuit, dus kiezen ze psychologisch de gerechtelijke weg Ook al is het resultaat van de gerechtelijke weg nadeliger - Onderhoudsgeld o T.a.v. kinderen: ja, want geen contractspartijen o T.a.v. partner: = vergoeding voor ‘relation specific investments’ (RSI) gebouw kun je maar ↑ dingen mee doen Vb. speciale expertise voor 1 specifiek bedrijf Bedrijf in sterke positie want expert maakte kosten opl.: bedrijf betaalt opleiding Vb. ♀ geef job op voor kinderen Investering in gezien moet vergoed worden
Deel X.
Inhoudstafel
Deel I. Inleiding..................................................................................................................................................... 1 Hoofdstuk 1. Law & Economics: wat? ................................................................................................................. 1 1. Definitie ............................................................................................................................................................. 1
36 37
Enige manier, naast de dood EOT = echtscheiding met onderlinge toestemming
74
Door Brecht Warnez
2. Oorsprong .......................................................................................................................................................... 1 3. Wat omvat de economische analyse van het recht?......................................................................................... 2 Hoofdstuk 2. Historiek ......................................................................................................................................... 2 1. “Old” Law & Economics (1960-…)...................................................................................................................... 2 2. “New” Law & Economics (1980-…) .................................................................................................................... 3 3. “Newest” Law & Economics .............................................................................................................................. 4 Hoofdstuk 3. Onderscheid rechtseconomie en traditionele rechtswetenschap................................................. 5 Hoofdstuk 4. Rechtseconomisch onderzoek: twee types ................................................................................... 5 1. Positieve/Beschrijvende analyse: Is-vragen ...................................................................................................... 5 2. Normatieve analyse: Ought-vragen................................................................................................................... 5 3. Voorbeeld van onderscheid .............................................................................................................................. 5 4. Rol van rechtseconomie bij politieke afwegingen ............................................................................................. 6 Hoofdstuk 5. De methode van de rechtseconomie............................................................................................. 6 1. Efficiëntie: utilitarisme ...................................................................................................................................... 6 a) Maximalisatie van de baten............................................................................................................................ 6 b) Minimalisatie van kosten ................................................................................................................................ 6 c) Toepassing van het Kaldor-Hicks criterium: Rechtsmisbruik .......................................................................... 6 Hoofdstuk 6. Assumpties..................................................................................................................................... 7 Hoofdstuk 7. Basiselementen van een efficiëntie-analyse.................................................................................. 8 1. Aansporing/ontmoediging (incentives) ............................................................................................................. 8 2. Risico allocatie (risk) .......................................................................................................................................... 8 3. Transactiekosten (transaction costs) ................................................................................................................. 8 Hoofdstuk 8. Functies van het recht: marktfalingen en coördinatieproblemen ................................................. 8 1. Monopolie ......................................................................................................................................................... 8 2. Externe effecten ................................................................................................................................................ 9 3. Asymmetrische informatie .............................................................................................................................. 10 4. Collectieve actie .............................................................................................................................................. 10 Deel II. Economische analyse van eigendomsrechten ........................................................................................ 10 Hoofdstuk 1. Verschil rechtseconomische en Europees-continentale eigendomsbegrip ................................. 10 Hoofdstuk 2. Waarom private eigendomsrechten? .......................................................................................... 11 1. Gemene eigendom: tragedy of the commons................................................................................................. 11 a) Overgebruik .................................................................................................................................................. 11 b) Suboptimale timing van gebruik = prematuur gebruik................................................................................. 12 c) Onderinvestering .......................................................................................................................................... 12 2. Oplossingen voor de tragedy of the commons ............................................................................................... 12 3. Probleem van collectieve actie ........................................................................................................................ 12 Hoofdstuk 3. Wanneer ontwikkelen eigendomsrechten zich? ......................................................................... 13 Hoofdstuk 4. Het patroon van eigendomsrechten ............................................................................................ 14 Hoofdstuk 5. Individueel of collectief? .............................................................................................................. 14 1. Begrip .............................................................................................................................................................. 14 e e 2. Ideologische discussie (19 -20 E) ................................................................................................................... 14 3. The optimal commons ..................................................................................................................................... 15 a) Theorie .......................................................................................................................................................... 15 b) Voorbeelden ................................................................................................................................................. 15 Hoofdstuk 6. Beperkingen van de uitoefening van eigendomsrechten ............................................................ 16 1. Hinder uit nabuurschap ................................................................................................................................... 16 2. Ruimtelijke ordening ....................................................................................................................................... 17
75
Door Brecht Warnez
3. Onteigening ..................................................................................................................................................... 17 4. Tragedy of the anticommons .......................................................................................................................... 17 Hoofdstuk 7. Bezit ............................................................................................................................................. 18 1. Politiefunctie ................................................................................................................................................... 18 2. Bewijsfunctie ................................................................................................................................................... 18 3. Verkrijgingsfunctie........................................................................................................................................... 18 Deel III. Intellectuele eigendom ........................................................................................................................... 19 Hoofdstuk 1. Definitie ....................................................................................................................................... 19 Hoofdstuk 2. Intellectuele eigendomsrechten zijn monopolies........................................................................ 19 1. Het economisch effect van een intellectueel eigendomsrecht ....................................................................... 19 2. Het effect van monopolie ................................................................................................................................ 20 3. De noodzaak aan juridische bescherming van intellectuele goederen ........................................................... 20 Hoofdstuk 3. Auteursrechten ............................................................................................................................ 20 1. Wat is een auteursrecht .................................................................................................................................. 20 2. Uitzonderingen op het auteursrecht ............................................................................................................... 21 3. Reverse engineering en auteursrecht: een voorbeeld .................................................................................... 21 4. Kritiek .............................................................................................................................................................. 21 a) Te veel bescherming? ................................................................................................................................... 21 b) Wijze van afdwinging .................................................................................................................................... 22 5. Wat is de oplossing? ........................................................................................................................................ 23 Hoofdstuk 4. Octrooirecht................................................................................................................................. 24 1. Definitie ........................................................................................................................................................... 24 2. Waarom octrooirecht ...................................................................................................................................... 25 3. Kritiek .............................................................................................................................................................. 25 a) Beste instrument? ........................................................................................................................................ 25 b) Te veel bescherming? ................................................................................................................................... 25 c) Conclusie....................................................................................................................................................... 26 4. Wat is het alternatief voor octrooien? ............................................................................................................ 26 Hoofdstuk 5. Economische Verklaringen voor IER ............................................................................................ 26 1. Kosten bij het vastleggen van grenzen van het intellectuele eigendomsrecht ............................................... 26 2. Kosten bij het afdwingen van het intellectuele eigendomsrecht .................................................................... 26 3. Transactiekosten ............................................................................................................................................. 26 4. De sociale kosten van het toekennen van eigendomsrechten op intellectuele goederen ............................. 27 5. Conclusie ......................................................................................................................................................... 27 Hoofdstuk 6. Bedrijfsgeheimen ......................................................................................................................... 28 1. Algemeen......................................................................................................................................................... 28 2. Waarom worden bedrijfsgeheimen niet beschermd als eigendomsrechten? ................................................ 28 3. Wat is het nut van een bedrijfsgeheim?.......................................................................................................... 28 Hoofdstuk 7. Intellectuele goederen als Publiek Goed ..................................................................................... 28 Deel IV. Economische analyse van contracten(recht) .......................................................................................... 29 Hoofdstuk 1. Waarom contracteren? ............................................................................................................... 29 Hoofdstuk 2. Waarom afdwinging contracten via overheidssysteem (rechtbanken)? ..................................... 29 1. Probleem met niet-simultane uitvoering ........................................................................................................ 29 2. Probleem met simultane uitvoering: opportunistische heronderhandelingen bij relatie-specifieke investeringen......................................................................................................................................................... 30 3. Contracten van lange duur houden ook risico’s in .......................................................................................... 31 4. Overheidsafdwinging niet altijd mogelijk ........................................................................................................ 31
76
Door Brecht Warnez
Hoofdstuk 3. Informele technieken afdwinging contracten ............................................................................. 31 1. Quasi-simultane uitvoering ............................................................................................................................. 31 2. Gijzelaars ......................................................................................................................................................... 32 3. Verticale integratie .......................................................................................................................................... 32 4. Repeat play ...................................................................................................................................................... 32 Hoofdstuk 4. Optimale druk op contracten ...................................................................................................... 33 1. Schadevergoedingen ....................................................................................................................................... 33 2. Morele aanvaardbaarheid van verbreken contracten .................................................................................... 33 3. Optimale schadevergoeding ............................................................................................................................ 34 Hoofdstuk 5. Informatieproblemen tijdens en na sluiten contracten .............................................................. 35 1. Misverstanden ................................................................................................................................................. 35 a) Doctrines in België ........................................................................................................................................ 35 b) Overkoepelend economisch doctrine........................................................................................................... 36 Hoofdstuk 6. Moral Hazard ............................................................................................................................... 37 Hoofdstuk 7. Standaardbedingen...................................................................................................................... 38 Hoofdstuk 8. Twee onderzoeksvragen .............................................................................................................. 39 1. Het schrijven van betere contracten ............................................................................................................... 39 2. Een beter contractenrecht .............................................................................................................................. 39 Hoofdstuk 9. Efficiënt contracteren .................................................................................................................. 39 1. Contracten en economisch surplus ................................................................................................................. 39 2. Knelpunten bij contracten ............................................................................................................................... 39 3. De basisanalyse ............................................................................................................................................... 40 Hoofdstuk 10. Efficiënt Contractenrecht............................................................................................................. 40 1. Functies van het contractenrecht ..................................................................................................................... 40 2. Samenwerking bevorderen ............................................................................................................................. 41 a) Belofte maakt schuld. Hoeveel schuld? ........................................................................................................ 41 b) Invloed van schadevergoedingsregelen op potentiële contractbreuk ......................................................... 41 3. Transactiekosten drukken ............................................................................................................................... 43 a) Meerderheidsregelen ................................................................................................................................... 43 b) Pre-contractuele aansprakelijkheid .............................................................................................................. 43 4. Marktfaling ...................................................................................................................................................... 44 a) Externaliteiten .............................................................................................................................................. 44 b) Assymetrische informatie ............................................................................................................................. 44 c) Monopolie .................................................................................................................................................... 44 5. Risico allocatie ................................................................................................................................................. 44 Deel V. Economische analyse van aansprakelijkheidsrecht ................................................................................ 45 Hoofdstuk 1. Doelstelling van het aansprakelijkheidsrecht: enkele misvattingen............................................ 45 1. Herstel van natuurlijk evenwicht..................................................................................................................... 45 2. Consistentie als compensatiesysteem? ........................................................................................................... 45 3. Interne consistentie van het aansprakelijkheidsrecht in het licht van het vergoedingsbeginsel .................... 45 4. Conclusie ......................................................................................................................................................... 45 Hoofdstuk 2. Minimalisatie van Kosten............................................................................................................. 45 Hoofdstuk 3. Types schadegevallen .................................................................................................................. 46 1. Unilaterale schadegevallen: optimale inhoud van het aansprakelijkheidsrecht ............................................. 46 a) Optimale preventie ....................................................................................................................................... 46 b) Hoeveel zal potentiële dader investeren in preventie? ............................................................................... 47 c) Activiteitenniveau ......................................................................................................................................... 49
77
Door Brecht Warnez
d) Conclusie....................................................................................................................................................... 49 2. Bilaterale schadegevallen ................................................................................................................................ 49 a) Begrip............................................................................................................................................................ 49 b) Meest doeltreffende regeling ....................................................................................................................... 49 c) Voorbeelden uit rechtspraak ........................................................................................................................ 50 Hoofdstuk 4. Het foutbegrip: een economisch invulling ................................................................................... 51 Hoofdstuk 5. Onzorgvuldig gedrag ondanks aansprakelijkheidsrecht .............................................................. 52 Hoofdstuk 6. Rechtsvergelijking: de V.S. ........................................................................................................... 53 1. Punitive damages ............................................................................................................................................ 53 2. Rol van de jury ................................................................................................................................................. 54 Deel VI. Economische analyse van politiek en overheid ...................................................................................... 54 Hoofdstuk 1. Politiek en overheid ..................................................................................................................... 54 Hoofdstuk 2. Publieke goederen en club-goederen .......................................................................................... 54 1. Publieke goederen ........................................................................................................................................... 54 2. Club-goederen ................................................................................................................................................. 56 3. Relatie tussen publiek en club-goederen ........................................................................................................ 56 Hoofdstuk 3. Stemmen met de voeten ............................................................................................................. 56 Hoofdstuk 4. Welke beslissingsregelen? ........................................................................................................... 57 Hoofdstuk 5. Politieke markt: belangroepen en rent-seeking .......................................................................... 58 Hoofdstuk 6. The median voter en het referendum ......................................................................................... 60 1. The median voter ............................................................................................................................................ 60 2. Het referendum ............................................................................................................................................... 60 Hoofdstuk 7. Economische theorie van het federalisme .................................................................................. 61 1. Staatsstructuren .............................................................................................................................................. 61 2. Economische theorie van het federalisme ...................................................................................................... 61 3. Baten van centralisatie .................................................................................................................................... 61 a) Schaaleconomieën ........................................................................................................................................ 61 b) Internalisering van externe effecten ............................................................................................................ 62 4. Baten decentralisatie....................................................................................................................................... 62 a) Lagere transactiekosten en bestuurskosten door grotere homogeniteit .................................................... 62 b) Stemmen met de voeten .............................................................................................................................. 63 c) Leren uit experimenten ................................................................................................................................ 63 5. Bijzondere problemen van Belgisch federalisme ............................................................................................ 64 Deel VII. Strafrecht ................................................................................................................................................ 64 Hoofdstuk 1. Noodzaak voor strafrecht ............................................................................................................ 64 Hoofdstuk 2. Een economisch doel van strafrecht............................................................................................ 64 Hoofdstuk 3. Efficiënte handhaving .................................................................................................................. 65 Hoofdstuk 4. Basismodel ................................................................................................................................... 65 Hoofdstuk 5. Bevorderen van afschrikking ....................................................................................................... 66 Hoofdstuk 6. “De rationele misdadiger”: misdaad loont? ................................................................................ 67 Hoofdstuk 7. Private handhaving ...................................................................................................................... 67 Deel VIII. Economische analyse van het (burgerlijk) procesrecht................................................................... 68 Hoofdstuk 1. Basismodel ................................................................................................................................... 68 Hoofdstuk 2. Waarom processen aanspannen ................................................................................................. 68 Hoofdstuk 3. Contingency Fee .......................................................................................................................... 69 1. Rechtsvergelijking ............................................................................................................................................ 69 2. Voordelen ........................................................................................................................................................ 69
78
Door Brecht Warnez
3. Nadelen ........................................................................................................................................................... 70 Deel IX. Economische Analyse van het Familierecht ............................................................................................ 71 Hoofdstuk 1. Economische theorie van de familie ............................................................................................ 71 Hoofdstuk 2. Oorzaak kinderproductie ............................................................................................................. 71 Hoofdstuk 3. Neergang klassieke gezin in het westen ...................................................................................... 72 Hoofdstuk 4. Het huwelijk ................................................................................................................................. 72 1. Vorming van het huwelijk ................................................................................................................................ 72 2. Ontbinding van het huwelijk door echtscheiding ............................................................................................ 73 Deel X. Inhoudstafel ............................................................................................................................................ 73