Samenvatting gezondheidspeiling Wijdemeren Een analyse van de gezondheidstoestand van de bevolking geeft zicht op de gezondheidsproblemen die in de regio en gemeente spelen en de groepen waarin die problemen het meest voorkomen. De analyse is gebaseerd op de regionale gezondheidspeilingen 2008 van de GGD Gooi en Vechtstreek voor volwassenen (19-65 jaar) en senioren (65+) en het E-MOVO onderzoek 2009 onder middelbare scholieren in de Gooi en Vechtstreek (tweede- en vierdeklassers). Waar mogelijk wordt deze informatie toegespitst op Wijdemeren. In verband met de privacy is dit bij de E-MOVO onderzoeken echter niet mogelijk. Hierbij zullen de gegevens vanuit de gehele regio als uitgangspunt genomen worden. Er is een selectie gemaakt van de beschikbare gegevens. Er is gekeken naar de algemene lichamelijke gezondheid, de geestelijke gezondheid, het gebruik van genotsmiddelen (roken, alcohol, drugs) en het bewegen / de leefstijl. Bij volwassenen en senioren is tevens gekeken naar de mate waarin zij deelnemen aan de maatschappij. De respons was in Wijdemeren op de onderzoeken bij senioren het hoogst.
Algemene lichamelijke gezondheid Jongeren De meeste jongeren ervaren hun gezondheid als goed of heel goed (82%). Slechts 3% ervaart zijn of haar gezondheid als ‘niet zo best’ of slecht. 16% Van de middelbare scholieren slaat het ontbijt minstens een keer per week over. Ruim 50% van de jongeren eet niet dagelijks groente en fruit. Bijna 84% voldoet niet aan de fruitnorm van twee stuks fruit per dag. Hierbij geldt dat meisjes vaker ontbijten en groenten en fruit eten dan jongens en Havo/vwo-leerlingen vaker dan vmbo-leerlingen. Ruim driekwart van de leerlingen poetst 2 x per dag hun tanden, 20% één keer en 3% nooit. De mondhygiëne is wel verbeterd ten opzichte van 2005. 41% Van de leerlingen heeft tenminste 1 chronische aandoening. Migraine, hoofdpijn, astma/bronchitis en eczeem komen het meeste voor. Ruim 1/3 heeft 1 of meerdere allergieën zoals hooikoorts, stof, huismijt, huisdieren en voedsel. In vergelijking tot 2005 is het percentage dat al eens met iemand naar bed is gegaan gestegen. 40% Van de leerlingen schat de kans op een soa verkeerd in en gebruikt 50% geen condoom. Volwassenen 91% Van de volwassenen ervaart zijn of haar eigen gezondheid als goed tot uitstekend. Slechts 8% vindt zijn of haar gezondheid matig of slecht. Tegelijkertijd heeft 44% van de volwassen inwoners matig of ernstig overgewicht (BMI > 25) en heeft 38% een of meer chronische aandoeningen zoals een hoge bloeddruk of migraine. Senioren Gewicht Van de mensen van 65 jaar en ouder ervaart circa 80% zijn of haar gezondheid goed tot uitstekend. 18% ervaart de gezondheid als matig en iets meer dan 1% ervaart de eigen gezondheid als slecht. 3% Van de senioren heeft een BMI minder dan 20 en heeft daarmee ondergewicht. Dit komt vooral voor bij ziekte, verlies van dierbaren, vermindering zelfredzaamheid en vereenzaming. Negatieve gevolgen zijn slecht gebit, slikklachten, dementie en depressie. 43% Heeft een matig overgewicht en 12% heeft een BMI van meer dan 30 en is dus obees. Dit laatste percentage ligt 1% hoger dan het regionaal gemiddelde. Het ligt wel onder het landelijk gemiddelde van 14%. Overgewicht komt door een onevenwichtig dieet (veel snoep, gebak, vet) en te weinig lichaamsbeweging. Er is hierdoor meer kans op slijtage van gewrichten en stemmingsstoornissen, zoals depressie. De cijfers zijn ten opzichte van 2004 nagenoeg gelijk gebleven. Het blijkt in de regio dat mannen vaker matig overgewicht hebben en vrouwen vaker ernstig overgewicht. Vrouwen hebben ook vaker ondergewicht dan mannen. Juni 2012
Valincidenten Een op de drie senioren is het gelopen jaar gevallen (in huis of buitenshuis), waarbij ongeveer de helft ook letsel heeft opgelopen. Het valt op dat de meeste inwoners vaker in huis vallen en dat oudere inwoners ook vaker vallen en letstel oplopen. Ook vallen vrouwen vaker en lopen vaker letsel op dan mannen. Een derde valt op straat of trottoir en bijna de helft loopt daar letsel bij op. Meestal gaat het om kneuzingen, maar bij één op de tien senioren loopt daarmee botbreuken of heupfracturen op. Ouderen die het afgelopen jaar gevallen zijn, zijn vaker somber dan ouderen die niet gevallen zijn. Van de senioren die gevallen zijn geeft 10% aan ook een beroerte, TIA, hersenbloeding of herseninfarct te hebben gehad. Bij de senioren die niet gevallen zijn is dat 3%. Chronische aandoeningen 81% van de senioren heeft een of meerdere chronische aandoeningen. De meest voorkomende aandoeningen zijn gewrichtsslijtage en een hoge bloeddruk. 60% Ervaart hierdoor een belemmering. Ten opzichte van de regio heeft Wijdemeren de meeste inwoners met een te hoge bloeddruk. Daarnaast heeft Wijdemeren 1% meer mensen met suikerziekte ten opzichte van het regionaal gemiddelde. Mensen met een lage opleiding en mensen met overgewicht hebben meer kans op één of meerdere chronische aandoeningen.
Geestelijke gezondheid Jongeren Meer dan 80% van de jongeren is psychisch gezond. Hierbij is de algemene psychische gezondheid van de jongeren gemeten (o.a. neerslachtigheid, gelukkig voelen, rustig voelen). Bij 8% van de leerlingen is duidelijk sprake van psychosociale problematiek. Meisjes kampen vaker met emotionele problemen en jongens hebben vaker gedragsproblemen en problemen op het gebied van pro-sociaal gedrag. Vmbo-leerlingen hebben op alle gebieden, behalve voor emotionele problemen, vaker problemen dan havo/vwo leerlingen. De meeste jongeren vinden dat ze goed begrepen worden door hun ouders. Ongeveer 9% heeft het gevoel dat ze niet goed begrepen worden. Volwassenen Van de volwassen inwoners voelt 12% zich in meer of mindere mate wel eens somber. 1% loopt daarbij een verhoogd risico op psychische problemen. De sociale eenzaamheid is groter dan de emotionele eenzaamheid. Onze inwoners voelen zich het meest gelukkig in vergelijking met de rest van de regio. Senioren Bijna een op de drie senioren voelt zich wel eens in meer of mindere mate somber. Daarbij voelt zich wel eens 30% zich eenzaam en iets meer dan 1% zeer ernstig. Bij de senioren komt Wijdemeren niet boven het regionale gemiddelde uit. Wanneer men kijkt naar de totalen van eenzaamheid (emotioneel en sociaal) dan komt Wijdemeren niet boven het regionale gemiddelde uit. Wanneer men dit uitsplitst dan scoort Wijdemeren juist op ernstig emotioneel en matig sociaal eenzaam wel in 1% boven het regionaal gemiddelde. Vrouwen, 85plussers, laagopgeleiden, alleenstaanden en ouderen die moeite hebben met rondkomen lopen een hoog risico. Het valt op te merken dat vrouwen en hoogbejaarden en mensen met een lage opleiding meer emotioneel eenzaam zijn. Het valt op dat de ouderen in Wijdemeren het vaakst behoefte hebben aan een verbeterde lichamelijke gezondheid (77%) en aan een behoefte aan een verbeterde gezondheid van hun naasten. Alleenstaanden die moeite hebben met rondkomen, mensen met een chronische aandoening, vaker slaapmiddelen gebruiken hebben een verhoogd risico op een depressie.
Juni 2012
Roken Jongeren Van de jongeren rookt 25,7% wekelijks tot dagelijks. Hierin is een lichte stijging te zien ten opzichte van 2005 (vorige onderzoek). Meisjes roken hierbij iets vaker dan jongens en op het vmbo wordt er vaker gerookt dan op de havo en het vwo. Volwassenen Het rokerspercentage van Wijdemeren ligt op 25%. Senioren Ongeveer 12% van de senioren rookt. 80% van de senioren rookt sigaretten, de rest sigaren of pijp. Het percentage rokers daalt met de leeftijd.
Alcohol, drugs en medicijngebruik Jongeren Het alcoholgebruik onder jongeren is afgenomen ten opzichte van 2005: In 2009 had 54,4% van de jongeren ooit gedronken, ten opzichte van 63,1% in 2005. De tolerantie van ouders ten opzichte van alcoholgebruik is ook sterk gedaald: in 2005 vond meer dan de helft van de ouders het goed als hun zoon/dochter drinkt, in 2009 is dit gedaald naar 33,6%. Dit is echter nog steeds één op de drie ouders. Het aantal jongeren dat stiekem (zonder medeweten van de ouders) drinkt is tegelijkertijd sterk gestegen (van 8,3% naar 19,7%). Een op de vijf jongeren heeft wel eens cannabis gebruikt. Onder de vierdeklassers is dit echter ongeveer een op de drie. Er is een duidelijke relatie tussen gebruik van softdrugs, roken en alcohol: Van de leerlingen die ooit cannabis (hasj of wiet) heeft gebruikt, rookt 59% minimaal wekelijks, tegenover ongeveer 5% van de leerlingen die dat nog nooit hebben gebruikt, en heeft 78% minimaal eenmaal binge gedronken, tegenover 18% van de leerlingen die nooit hasj of wiet hebben gebruikt. Het gebruik van harddrugs in de regio ligt lager dan landelijk. Ongeveer 2% van alle leerlingen heeft ooit harddrugs (XTC, cocaïne, amfetamine, LSD of heroïne) gebruikt. Landelijk ligt dit cijfer op 4%. Volwassenen Meer dan 90% van de inwoners drinkt wel eens alcohol. Hiervan kan 17% worden aangemerkt als overmatig alcoholgebruik: meer dan 21 glazen per week voor mannen en meer dan 14 glazen per week voor vrouwen. Senioren Bijna 75% van de senioren drinkt wel eens alcohol. Dit is beduidend minder dan onder volwassenen. Van de senioren heeft 16% helemaal nooit gedronken. 8,4 % van de senioren drinkt excessief tot zeer excessief. Mannen drinken over het algemeen meer excessief dan vrouwen en hoe hoger de leeftijd hoe minder vaak excessief gedronken wordt. Het blijkt ook dat hoogopgeleiden meer drinken dan laag opgeleiden. De percentages zijn zo goed als gelijk gebleven ten opzichte van 2004. Het blijkt dat veel senioren kortdurend slaap-of kalmeringsmiddelen op doktersrecept slikt ten opzichte van de regio. Daarnaast gebruikt ongeveer 6% van de senioren vrij verkrijgbare rustgevende middelen. Iets meer dan de helft (56%) is het niet gelukt te stoppen of minderen met de medicijnen. In Blaricum is dit bijv. minder (40%). Senioren die slaap-of kalmeringsmiddelen slikken zijn negatiever over hun eigen gezondheid en hebben vaker een hoog risico op een depressie.
Juni 2012
Bewegen / leefstijl Jongeren Voor jongeren is de norm voor gezond bewegen op zeven dagen per week minimaal één uur per dag matig intensief actief zijn. Slechts 14% van de jongeren voldoet aan deze norm. Echter, ruim 65% heeft meer dan 7 actieve uren per week. Deze uren zijn echter niet verdeeld over alle zeven dagen van de week, waardoor de beweegnorm niet wordt behaald. Bijna 90% van de leerlingen komt lopend of op de fiets naar school. Zo’n 6% fietst of loopt echter nooit. 60% van de leerlingen zit meer dan 14 uur per week achter een beeldscherm (tv, spelcomputer,internet). Er is een verband tussen de mate waarin leerlingen normactief zijn en de uren die ze achter een beeldscherm doorbrengen: de mate waarin jongeren tv kijken en achter de computer zitten, gaat ten koste van het aantal uren beweging per week. Volwassenen Bijna de helft van de inwoners voldoet niet aan de norm voor gezond bewegen (46,5%). Deze norm is voor volwassenen 30 minuten matig intensief lichamelijk actief zijn op tenminste vijf dagen per week. Bijna 78% van de inwoners beoordeelt zijn eigen leefstijl wel als (zeer) gezond. Slechts 1,8% van de inwoners beoordeelt zijn of haar leefstijl als (zeer) ongezond. Senioren 56% van de senioren voldoet aan de norm voor gezond bewegen in de zomer en dan voldoen mannen meer dan vrouwen. In de winter ligt dit beduidend lager op 42%. Ook voor senioren geldt dat de norm voor gezond bewegen 30 minuten matig intensief lichamelijk actief op minimaal 5 dagen per week ligt. Hierbij ligt de intensiviteit wel lager dan bij jongere inwoners. Ten opzichte van 2004 voldoen minder ouderen aan de Nederlandse norm voor gezond bewegen (NNGB). Obese ouderen, senioren met minimaal één chronische aandoening en sombere senioren voldoen minder vaak aan de norm.
Deelname aan de maatschappij Volwassenen Circa 9,3% van de volwassen inwoners voelt zich belemmerd om deel te nemen aan de maatschappij. Een betere lichamelijke gezondheid wordt als belangrijkste voorwaarde genoemd om dit te veranderen, gevolgd door een betere psychische gezondheid. Het percentage inwoners dat vrijwilligerswerk doet 31,2%. Het aantal inwoners dat mantelzorg biedt is 15,2, 3,2 % heeft dit in een recent verleden gedaan. Senioren maatschappelijk actief: Van de senioren doet 22,5% vrijwilligerswerk. Dit is bijna gelijk aan het regionaal gemiddelde van 22,3%. Hierbij geldt dat hoe ouder de inwoner, hoe minder vaak vrijwilligerswerk wordt gedaan. Vrijwilligerswerk komt het meeste voor in de leeftijdsgroep 65 t/m 74 jaar en er doen meer mannen dan vrouwen aan vrijwilligerswerk. Ongeveer 24% van de senioren neemt deel aan verenigingsactiviteiten en 13%. In de regio is dit resp. 24 en 11%. Daarnaast passen Wijdemeerse senioren 2% meer dan het regionaal gemiddelde (26%) op hun kleinkinderen op. 1% van de senioren maakt gebruik van de dagopvang en 0,6% van de dagbehandeling. Dit ligt iets onder het regionaal gemiddelde. 9% geeft aan te weinig om handen te hebben.
Juni 2012
Iets meer dan 10% van de Wijdemeerse senioren geeft mantelzorg en bijna 4% heeft dit in het recente verleden gedaan. Deze cijfers liggen iets boven het regionaal gemiddelde. 14% heeft het afgelopen jaar mantelzorg ontvangen, waarvan ongeveer 49% van de eigen partner. Zorggebruik: In totaal ontvangt 30% van de oudere inwoners een vorm van hulp, hetzij van een mantelzorger, professional of een vrijwilliger. 7% van de mensen ontvangen hulp bij de persoonlijke verzorging (van een mantelzorger, zorgverlener of vrijwilliger) en hetzelfde percentage ontvangt hulp in de huishouding. Het aantal gegeven mantelzorg is ten opzichte van 2004 gedaald met 3%. Bijna een kwart van de mantelzorgers geeft aan zwaar tot overbelast te zijn. In 2004 was dit 7% lager. Voor wat betreft de persoonlijke verzorging scoort Wijdemeren iets boven het regionaal gemiddelde (6,7%). 9% Van de senioren wenst meer hulp te ontvangen, met name huishoudelijk hulp. Voor wat betreft het zorggebruik (tandarts, paramedici, GGZ/AMW, thuiszorg, ziekenhuis, Wmo-loket, CIZ, MEE) zijn geen bijzondere afwijkingen te constateren in vergelijking met de regionale cijfers. Het meest bezochten de Wijdemeerse senioren de medisch specialist. Het valt op dat senioren vanaf 65 weinig gebruik maken van de bezorgdienst van medicijnen (17%), regionaal is dit 27%, vervoersdiensten (6% onder regionaal gemiddelde) en servicediensten (4% onder regionaal gemiddelde). Het gebruik hiervan is echter regionaal wel toegenomen. Ouderen hebben wel behoefte aan sociaal culturele activiteiten voor ouderen ( 14%). HDL: 27% van de senioren is niet in staat zelfstandig één of meerdere HDL (huishoudelijke dagelijkse levensbehoeften) uit te voeren. Hierbij moet men denken aan eten klaarmaken, huishoudelijk taken, kleren wassen, boodschappen doen etc). 13% van de senioren kan niet zelfstandig gebruik maken van eigen of openbaar vervoer. Van deze groep gebruikt 3% een scootmobiel om zich te verplaatsen. Van de senioren is 18,6% niet altijd in staat ergens alleen te komen. Iets minder dan de helft gaat daardoor wel eens ergens niet naartoe, waar hij of zij wel naartoe had gewild. AOW: In Wijdemeren heeft 17% van de ouderen alleen een AOW en 12% van de ouderen worden gekenmerkt als kwetsbare oudere. Dit zijn ouderen die of alleenstaand zijn en alleen AOW hebben en/of alleenstaand zijn een aangeven moeite te hebben met rondkomen. Deze percentages liggen boven het regionale gemiddelde en scoort Wijdemeren hierop als 1 van de 9 gemeenten het hoogst. Computergebruik: Maar de helft van de senioren gebruikt de computer. Het merendeel gebruikt de computer voor e-mailen en chatten etc. 20% gebruikt de computer voor het aanvragen van voorzieningen (Wmo, vergunningen etc.) bij de gemeente. Cognitieve beperkingen, computerangst en gebrek aan behoefte zijn redenen die hierbij een rol spelen. Huiselijk geweld en ouderenmishandeling: 2% van de ouderen is ooit slachtoffer geweest van huiselijk geweld en 5% van ouderenmishandeling (dit betreft alleen de ouderen die tenminste 1 vorm van mishandeling hebben meegemaakt). Dit is gelijk aan de landelijke inschatting. Voor het laatste jaar betreft het de helft van de ouderen. Het meest voorkomend is verbale agressie. Huiselijk geweld komt met name voor in de leeftijdsgroep 65 t/m 74. Ouderenmishandeling is een ernstig sociaal probleem waarvoor steeds meer aandacht komt. Uit onderzoek komt dat het merendeel van de slachtoffers nog goed ter been en mentaal gezond was. Ook blijkt dat éénderde van de plegers vrouw is en dat in tweederde van de gevallen zijn de eigen Juni 2012
kinderen verantwoordelijk voor de mishandeling. In de Gooi- en Vechtstreek geeft 22% aan niet te willen vertellen wie de dader was. Het meest werd ‘iemand anders’ en buurman/vrouw, kennis aangekruist. Kinderen worden het minst vaak genoemd, waarschijnlijk vanwege schaamte. Ontwikkeling demografie Wijdemeren De bevolking van de regio Gooi- en Vechtstreek zal in omvang naar verwachting met 2% stijgen naar 248.500 inwoners. De regio zal zowel ontgroenen als vergrijzen. Wijdemeren zal de komende jaren krimpen met 900 inwoners. Het aantal jongeren zal in Wijdemeren kleiner worden en het aantal ouderen zal met 50% stijgen. Deze forse groei zal invloed hebben op de zorgvraag in de gemeente en het benodigde aanbod van voorzieningen. Wijdemeren heeft samen met Naarden en Weesp ten opzichte van de regio het laagste percentage alleenstaande ouderen.
Juni 2012