Bijlage 1 bij het schoolreglement:
Samenstelling van het schoolteam en participatieorganen Ons schoolteam bestaat uit: • • • • • •
de directeur beleids –en ondersteunend personeel: zorgcoördinator, ict-coördinator de leerkrachten, (de klastitularis, leermeesters levensbeschouwelijke vakken, lichamelijke opvoeding, ...) de kinderverzorgster het administratief personeel het meester-, vak- en dienstpersoneel
Participatie: In onze school wordt veel belang gehecht aan de participatie van allen die bij de school betrokken zijn. Wij werken nauw samen met: • het personeel van het begeleidende Centrum voor Leerlingenbegeleiding • de leden van de Pedagogische Begeleidingsdienst • de leden van de ouderraad ( voorzitter Karlien Robben) • de leden van de vriendenkring (voorzitter Hedwig Maldoy)
De leerlingenraad: De leerlingenraad is samengesteld uit telkens twee leerlingen van het vierde, twee leerlingen van het vijfde en twee leerlingen van het zesde leerjaar. Deze leerlingen worden jaarlijks verkozen door de andere leerlingen van de school. Tijdens de leerlingenraad (1x per trimester), die voorgezeten wordt door twee leerkrachten, brengen de leerlingen van de leerlingenraad onderwerpen aan die tijdens de leefgroepraad, met alle leerlingen van de leefgroep, besproken zijn. Wanneer er op tussentijdse momenten dringende onderwerpen worden aangegeven vanuit de leerlingen, wordt de leerlingenraad extra bij elkaar geroepen.
Ouderparticipatie: schoolraad Belangrijke beslissingen worden eerst steeds onderhandeld op de schoolraad. In deze raad zetelen een aantal verkozen ouders en leerkrachten. De schoolraad heeft een adviserende functie. De schoolraad wordt verplicht samengesteld. De duur van het mandaat is vier jaar. Rechtstreeks verkozen leden door en uit de ouders Karlien Robben (voorzitter) Vicky De Ceuster (secretaris) Tilke Beckers Rechtstreeks verkozen leden door en uit het personeel Pegie De Beuckeleer Wendy Mastbooms (ondervoorzitter) Inge Truyen Gecoöpteerde leden Els Wouters Inneke Blom
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
Bijlage 2 bij het schoolreglement
Samenstellingen Raad van bestuur, College van directeurs, Scholengemeenschap en Algemene vergadering van scholengroep Agora RAAD VAN BESTUUR VAN SCHOLENGROEP AGORA: De raad van bestuur van scholengroep Agora is de inrichtende macht van alle scholen en instellingen die behoren tot deze scholengroep. Deze raad van bestuur wordt om de vier jaar democratisch verkozen volgens de regels vastgelegd in het Bijzonder decreet betreffende het Gemeenschapsonderwijs van 14 juli 1998. Sinds 1 april 2010 is de raad van bestuur als volgt samengesteld: Johan Renard, voorzitter Dany Vrydag, ondervoorzitter Walter Oddery, algemeen directeur (zetelt ambtshalve) Helga Van Uffel, secretaris Vincent Cahay, lid Marcel Colla, lid Ben Corten, lid Ren Hesters, lid Nicole Nagels, lid Bob Rottiers, lid Alfons Schoeters, lid Philip Guttig, technicus Patrick Hennes, technicus Ronald Imler, technicus Leon Nassen, technicus De Raad van bestuur is te bereiken via de voorzitter: Raad van bestuur van scholengroep Agora Johan Renard, voorzitter p.a. E. Blangenoisstraat 2 2900 Schoten SCHOLENGEMEENSCHAP BASISONDERWIJS AGORA Tot de SGBasis Agora behoren alle basisscholen van Agora. Helga Van Uffel, directeur basisonderwijs met coördinerende functie Ronald Imler, directeur basisschool Vijverhof, Donk en Deuzeld Emmanuela Vervoort, directeur basisschool ’t Park Griet Rossau, directeur basisschool De Brug Helga Van Uffel/Sabine Moortgat directeur basisschool K A Brasschaat/ Freinetschool Het Toverbos Debbie Wens, directeur leefschool Zandhofje Birgit Engel, directeur basisschool Klimop Barry Jespers, directeur basisschool Vennebos Peter Gevels, directeur MPI ‘s Gravenwezel
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
COLLEGE VAN DIRECTEURS VAN SCHOLENGROEP AGORA Walter Oddery, algemeen directeur, voorzitter Immanuel Synaeve, stafmedewerker secundair onderwijs Agora, secretaris Helga Van Uffel, directeur basisonderwijs Agora met coördinerende functie Elly Meeus, directeur middenschool Malle Philip Guttig, directeur CLB Brasschaat Karin Van der Eycken, directeur middenschool Koninklijk Atheneum Brasschaat Patrick Hennes, directeur Koninklijk Atheneum Malle Emmanuela Vervoort, directeur basisschool ’t Park, Malle Helga Van Uffel, directeur basisschool K A Brasschaat/Freinetschool Het Toverbos Sabine Moortgat, directeur basisschool K A Brasschaat/Freinetschool Het Toverbos Barry Jespers, directeur basisschool Vennebos Marc Boers, directeur Koninklijk Atheneum Schoten – Schilde Birgit Engel, directeur basisschool Klim-Op, Zoersel Leon Nassen, directeur SBSO Zonnebos ’s-Gravenwezel & Brasschaat Griet Rossau, directeur basisschool De Brug, St.- Job Walter Himler, directeur Koninklijk Technisch Atheneum Brasschaat Peter Gevels, directeur MPI ‘s-Gravenwezel Ronald Imler, directeur basisschool Schoten Debbie Wens, directeur leefschool ’t Zandhofje, Zandhoven Wilfried Brackeva, directeur Koninklijk Atheneum Brasschaat Nadia Michielsen, adjunct-directeur Koninklijk Atheneum Schoten-Schilde Gert Van den Putte, adjunct-directeur Koninklijk Technisch Atheneum Brasschaat Machteld Aerts, adjunct-directeur SBSO Zonnebos ’s-Gravenwezel & Brasschaat Het college van directeurs is te bereiken via de voorzitter: College van directeurs van scholengroep Agora Walter Oddery, voorzitter p.a. E. Blangenoisstraat 2 2900 Schoten
DE ALGEMENE VERGADERING VAN SCHOLENGROEP AGORA Johan Renard, voorzitter Walter Oddery, algemeen directeur Immanuel Synaeve, stafmedewerker secundair onderwijs Agora, secretaris Twee afgevaardigden van elke schoolraad actief binnen scholengroep Agora, aan te duiden door die schoolraden, één uit het personeelsluik en één uit het luik rechtstreeks gekozenen en gecoöpteerden.
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
Bijlage 3 bij het schoolreglement
Goede afspraken, goede vrienden . Een school kan slechts maximaal renderen als ouders en schoolteam eenzelfde doel nastreven. Dit betekent dat ouders en schoolteam op opvoedkundig vlak gelijkluidend denken en handelen en dat wij samen uw kind leiden en begeleiden in opvoeding en onderwijs. Dit gelijk gestemd zijn, trachten we te bereiken via duidelijke afspraken met onze kinderen. Algemeen • kledij en voorkomen Wanneer de hygiëne en/of veiligheid dit vereisen, moet in sommige lessen aangepaste kledij worden gedragen. In sommige gevallen zal het dragen van een badmuts of een schortje aangewezen of zelfs verplicht zijn. In andere gevallen zal de directeur of de betrokken leerkracht naargelang van het geval het dragen van hoofddeksels, sieraden, losse kledij, sjaaltjes en dergelijke meer verbieden. Bijvoorbeeld in de lessen lichamelijke opvoeding, bij sport en zwemmen, bij expressie of creatieve activiteiten. De uniforme sportuitrusting (verplicht tijdens de lessen lichamelijke opvoeding) bestaat uit T-shirt met logo school (aankoop mogelijk via secretariaat), donkere short of legging, turnpantoffels of sportschoenen, alles samen in een turnzak, alles duidelijk getekend. • het is de leerlingen niet toegestaan om levensbeschouwelijke kentekens te dragen. Het verbod geldt voor alle zichtbare levensbeschouwelijke kentekens en is van toepassing tijdens alle onderwijsactiviteiten, zowel binnen als buiten de schoolmuren. Een uitzondering wordt gemaakt tijdens onderwijsactiviteiten voor de levensbeschouwelijke vakken • respect en begrip voor anderen: werken rond pesten (sociale vaardigheden) • eerbied voor de natuur (MOS) • vertolking van eigen mening en de manier waarop dit gebeurt tegenover leeftijdgenoten, leerkrachten, bezoekers • diversiteit • orde en wellevendheid • verzorgd taalgebruik • opvolging van richtlijnen van directie en personeel, onder andere bij verkoop van drankjetons, inzameling van spaargelden, melding van afwezigheid,… • zich houden aan de aangewezen, afgebakende speelruimte • zich ordelijk verplaatsen in groep zowel binnen als buiten de school, bijvoorbeeld tijdens uitstappen en bij het vormen van rijen en in de schoolbus • respect voor school en schoolomgeving • waardevolle voorwerpen worden thuisgelaten: computerspelletjes, I-pod, diskman, MP3spelers, radio’s, geld, gameboy,… • het bezit van GSM wordt getolereerd voor leerlingen die op eigen kracht (fiets, openbaar vervoer, …) naar school komen. Wij zijn niet verantwoordelijk voor beschadiging, verlies of diefstal. Uiteraard wordt het toestel afgezet wanneer men de school betreedt. Indien de leerling dit niet respecteert, dient er over te worden overgegaan tot het nemen van een ordemaatregel. De GSM wordt tot het einde van de schooldag bewaard op het secretariaat van de school. • bijdragen tot een gezonde leefomgeving: snoep laten we thuis; gezonde voeding en gezonde tussendoortjes worden gestimuleerd. Elke schooldag eten de kinderen groenten, fruit (gedroogd of vers) of vruchten … tijdens de eerste speeltijd. Tijdens de namiddagpauze mag een droge koek of iets gezonds genuttigd worden. • roken en druggebruik zijn uiteraard ten strengste verboden • voorwerpen die een gevaar vormen voor de omgeving worden thuisgelaten • vrijstelling voor lichamelijke opvoeding en/of zwemmen worden enkel toegestaan mits schriftelijk attest
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
• •
leerlingen die vrijstelling verkregen hebben tot het volgen van levensbeschouwelijke vakken, zorgen zelf voor aangepaste lectuur i.v.m. hun geloofsovertuiging en bevinden zich in de voor hen aangeduide klas de schoolverzekering dekt lichamelijke letsels die het gevolg zijn van een ongeval op school, tijdens het schooluitstappen en op de weg van of naar school; ieder ongeval moet, langs de school om, binnen de 48u aan de verzekeringsmaatschappij (Ethias) worden aangegeven
In de klas • een beleefde en respectvolle spreek- en luisterhouding • aandacht tijdens de les • het zich verplaatsen in de klas volgens afspraak • orde en netheid in en op de tafels, in de boekentassen, de kasten... • het opruimen van speel- en werkhoeken na de activiteiten • respect en zorg voor eigen materiaal en dat van de anderen, voor het materiaal in de klas en in de school • schriften en boeken zijn gekaft en van een etiket voorzien • huistaken en lessen worden gemaakt en ingestudeerd zoals in de agenda vermeld staat • huistaken dienen gemaakt tegen de dag waarop ze ingeschreven staan • de boeken en schriften worden met zorg behandeld • bij onherstelbaar toegebrachte schade of verlies dient de leerling de vervangwaarde van het boek/het materiaal te betalen Op de speelplaats • aard van de spelen en van het speelgoed zijn zodanig dat de veiligheid niet in het gedrang komt • gebruik van vuilnisbakken met het oog op het sorteren van afval: geef uw kinderen een brooddoos, een hervulbaar flesje met een drankje, een stukje fruit of koekje in een potje mee, dus zonder verpakking zodat we allen meehelpen aan het verkleinen van de afvalberg • respect voor begrenzing van de aangeduide speelruimte • respect voor beplanting • aandacht voor belsignaal • vormen van behoorlijke rijen • ruilhandel of verkoop van kaarten en/of voorwerpen is verboden In het toilet • de toiletten zijn geen speelplaats • voor de kleuters gebeurt het toiletbezoek vaak voor en/of net na de speeltijd • toiletten worden gebruikt waarvoor ze dienen In de refter • het binnenkomen van de refter gebeurt in rij, die begeleid wordt door de leerkracht • tafelmanieren behoren tot een degelijke opvoeding • om veiligheidsredenen: geen drank in glazen flesjes meegeven • drank in blik/tetra-brik wordt niet toegestaan (milieu) • noedels/opwarmmaaltijden worden niet toegestaan • leerlingen die 's middags naar huis gaan eten, zijn niet terug op school voor 13u (vooraf wordt aan de klasleerkracht schriftelijk melding gemaakt dat het kind ’s middags wordt afgehaald) Bij het begin en einde van de lessen en activiteiten • Fietsers stappen aan de schoolpoort af en wandelen met de fiets aan de hand binnen; • Leerlingen die de straat moeten oversteken, wachten op het teken van de leerkracht; • Binnenkomen en verlaten van het klaslokaal gebeurt ordelijk; • Op het einde van de klasdag gaan de leerlingen in rij met de klasleerkracht naar de schoolpoort • Leerlingen die niet tijdig worden afgehaald, gaan naar de nabewaking (turnzaal)
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
• • •
Kinderen die voor 8.30u op school toekomen, gaan naar de voorbewaking (refter) Vanaf 8.30u kunnen de kleuters hun klasje terecht; Vanaf 8.30u zetten de kinderen van de lagere school hun schooltas aan de klas (bij regen/sneeuw in de klas) en begeven zich naar de speelplaats aan het podium/bos. De andere speelplaatsen zijn op dat moment gesloten. • Na de schooluren is er geen toezicht meer op de speelplaatsen door de leerkrachten. Tijdens de voor- en naschoolse opvang • volgen van richtlijnen van de toezichthouders • dezelfde afspraken gelden op de speelplaats en in het toilet Buitenschoolse activiteiten • richtlijnen van begeleiders dienen gevolgd te worden • een behoorlijk voorkomen • verzorgd taalgebruik • verplaatsing in groep dient op een veilige manier te gebeuren
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
Bijlage 4 bij het schoolreglement:
Financiële bijdragen die aan ouders gevraagd worden Deze lijst vermeldt de verschillende categorieën kosten: -
De scherpe maximumfactuur: dit zijn bijdragen voor ééndaagse uitstappen en voor activiteiten waaraan de klas deelneemt (bv. bezoek aan tentoonstelling, toneel- of theatervoorstelling, workshops, sportactiviteiten tijdens de onderwijstijd,…) Per schooljaar mag men voor dit soort activiteiten aan de ouders een bijdrage vragen van maximaal 25 euro voor de twee en drie jarigen, 35 euro voor de vierjarigen en 40 euro voor de vijfjarigen en de leerplichtige kleuters en 70 euro in het lager onderwijs.
-
De minder scherpe maximumfactuur: dit zijn bijdragen voor alle vormen van meerdaagse uitstappen binnen de onderwijstijd. Dit zijn de GWP’s zoals bv. bos-, zee-, boerderij-, sport-,…klassen. Voor dit soort activiteiten mag men in de kleuterafdeling aan de ouders geen bijdrage meer vragen (dus 0 euro) en in de lagere school nog slechts 400 euro voor de volledige duur van het lager onderwijs. Voor het schooljaar 2013-2014 zijn er geen meerdaagse uitstappen gepland.
-
De diensten die de school vrijblijvend aanbiedt zijn o.a. * soep en thee * drank (water, bruiswater) * voor- en naschoolse opvang * huiswerkbegeleiding na school op dinsdag en donderdag
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
Bijlage 5 bij het schoolreglement
Visie/Pedagogisch Project van ‘t Zandhofje Als kinderen leren leven met kritiek, leren ze veroordelen Als kinderen leren leven met vijandigheid,leren ze vechten Als kinderen leren leven met angst, leren ze achterdochtig zijn Als kinderen leren leven met medelijden, leren ze zelfmedelijden hebben Als kinderen leren leven met spot, leren ze verlegen te zijn Als kinderen leren leven met jaloezie,leren ze wat afgunst is Als kinderen leren leven met schaamte, leren ze zich schuldig te voelen Als kinderen leren leven met tolerantie, leren ze geduldig zijn Als kinderen leren leven met bemoediging, leren ze vertrouwen te hebben Als kinderen leren leven met lof leren, ze waardering te hebben Als kinderen leren leven met waardering, leren ze van zichzelf te houden Als kinderen leren leven met aanvaarding, leren ze liefde te vinden in de buitenwereld Als kinderen leren delen met anderen, leren ze vrijgevig te zijn Als kinderen leren leven in eerlijkheid en rechtvaardigheid, leren ze wat waarheid en gerechtigheid is Als kinderen leren leven in een gevoel van veiligheid, leren ze vertrouwen te hebben in zichzelf en in anderen Als kinderen leren leven met vriendelijkheid, leren ze dat het fijn is om te leven Als kinderen leren leven in rust, leren ze wat het is om in vrede met jezelf te leven
… Hoe leren uw kinderen leven ? (°)Dorothy L. Nolte in Balsem voor je ziel van Jack Canfield & Mark Victor Hansen
Onze school is een methodeschool. Dit wil zeggen dat er achter onze werking een heel bewuste visie schuilgaat. Wat de visie is en hoe we die proberen te vertalen in onze klaspraktijk leest u verder in deze tekst. Deze visie is een ideaalbeeld. Het is ons kompas, onze richtingaanwijzer, ons baken… Onze praktijk bekijken we in het licht van deze visie en we proberen onze werking ook te evalueren en bij te sturen waar het nodig is. Om het heel eenvoudig uit te drukken staat een leefschool voor het volgende…zoveel mogelijk geluk voor zoveel mogelijk mensen en niet het geluk van enkelen ten koste van alle anderen. Onze maatschappijvisie is er één van grote sociale bewogenheid. Het mensbeeld dat daarbij hoort wil de vaardigheden stimuleren en aanleren die daarbij horen: zorg voor de anderen, democratische opstelling, inlevingsvermogen, openheid… Daarom is er in onze school bijzondere aandacht voor élk kind in zijn totaal ontwikkelingsprofiel. Daarom zijn wij in onze school al lang afgestapt van de idee dat de slimsten ook de besten zijn. Je kan misschien een krak zijn in rekenen, maar ben je dan ook zo’n krak in het oplossen van conflicten? En ben jij in staat samen te werken? Onze school is een basisschool van het Gemeenschapsonderwijs. Wij trekken de waarden van het Pedagogisch Project van het GO! door in onze schoolpraktijk. Tevens wordt van onze kinderen verwacht dat ze de eindtermen bereiken. Maar naast de ‘ leerstof’ is ook de ‘ leefstof’ zo belangrijk. Dit maakt, ook als je volwassen bent, vaak het verschil…
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
De visie van de leefschool uitgedrukt in fasen… De basisleggers van leefscholen hebben hun ideeëngoed gehaald bij Toine Vossen (een Nederlands psycholoog), die zelf zijn haver haalde bij Freuds ontwikkelingspsychologie(niet zijn psychiatrische inzichten). Vossen trekt Freuds inzichten door naar het hele menselijke leven. Hij ging ervan uit dat Freuds fasen niet alleen maar fasen waren in de tijd die een kind doorloopt, maar dat ze een heel mensenleven belangrijk blijven en doorlopend en op voldoende wijze aanwezig moesten zijn. En leefscholen trekken dat gedachtegoed door naar de schoolpraktijk…. Je kunt vijf fasen onderscheiden. Hieronder vind je ze terug. Fase 1 : de fase van de materiële geborgenheid. De school moet een plek zijn waar je je thuis kunt voelen door de inrichting. Deze fase gaat terug op de eerste modus van Vossen: “integratie”, dat wil volgens hem zeggen dat een persoon op een gevoelsmatige en onbewuste wijze deelneemt aan de omgeving. Dit inzicht is gestoeld op Freuds eerste fase (die van de foetus) waarbij voor het opgroeiend kind het voelen dé manier is waarbij het zichzelf en de omgeving ervaart. Leefscholen zorgen er daarom voor dat kinderen lustvol kunnen opgenomen zijn in een materieel goed voelend leefmilieu. Vandaar de aandacht voor een huiselijke inrichting. Fase 2: de sociale fase – zorgbreedte De school moet een plek zijn waar een kind sociaal aanvaard wordt en daardoor een goed zelfbeeld kan ontwikkelen. Bovendien geldt die aanvaarding voor alle leden van de school: kinderen én leraren én ouders én directeur. Deze fase gaat terug op de tweede modus van Vossen: het ontvankelijk en opgenomen zijn in een groep. Kortom een wij- gevoel, met als achterliggend premisse dat hoe rijker deze contacten zich voordoen, hoe dieper het gevoelsleven van een persoon zich kan en zal ontwikkelen. Dit inzicht baseert Vossen op Freuds tweede fase van de vroege baby, waarbij de verhouding tot de moeder centraal staat. De moeder(figuur) die de baby voedt, verzorgt én koestert. Vandaar onze aandacht voor een koesterende school, waarbij goede intermenselijke relaties belangrijk zijn omdat ze zo‛n goed gevoel geven en zo een mogelijkheid zijn om zelf een rijker en gelukkiger persoon te worden. Deze fase geldt ook voor het personeel en de ouders. Alle betrokken partijen moeten zich goed voelen in de school. Dit impliceert dat er een groot accent op communicatie ligt binnen onze school. Alle neuzen dienen immers in dezelfde richting te staan. Fase 3: de fase van het kiezen, het mogen grijpen – brede basisvorming Wij zorgen voor een klassituatie waarbij de kinderen de leerstof, de leefstof,de ervaringsstof… zelf mogen grijpen. Er is geen onverbiddelijke terreur van alles wordt opgelegd, Ze mogen kiezen. Persoonlijk kiezen in hoeken en fichewerk, groepsmatig kiezen via de projectkeuzes die zij zelf maken en niet de leerkracht. Deze fase gaat terug op de derde modus van Vossen, die van het “er-op-uit-zijn”, waarbij de wereld wordt ervaren als kijk- en grijpdingen, die men naar zich toehaalt om waar te nemen, te verkennen en naar te verlangen. Op zijn beurt gaat dat terug op Freuds derde ontwikkelingsfase waarbij de baby zich actief en grijpend naar de wereld wendt om die te verkennen. Je kent ze, die fase: de kruipertjes die alles vastpakken wat ze maar kunnen en het naar hun mond brengen. Vandaar onze leerorganisatie de kinderen kunnen kiezen, mogen grijpen. Dit betekent echter niet dat de ‘inbreng’ van de leerkracht niet geldt. De leerkracht maakt immers deel uit van de groep. Zij/hij is diegene die de doelen van de leerplannen, vertaald in leerlijnen, bewaakt. Zij zorgt ervoor dat een project op een hoger niveau kan getild worden.
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
Fase 4: de fase van het ervaren, het leren begrijpen- actief leren Leren door ervaren staat hier centraal. Deze keuze voor leren door ervaren als hoofdoptie in plaats van leren door het gedoceerd te krijgen, gaat terug op de derde modus van Vossen: die van het realiseren en manipuleren, zoals hij dat noemt. Daarbij wordt de eigenheid en vrijheid van de persoon door zichzelf benut om vat te krijgen op de dingen. Deze modus gaat terug op Freuds volgende fase waarbij vanaf ongeveer 10 maand een kind meer greep krijgt op zijn bewegingen, leert kruipen en lopen, voorwerpen begint te onderzoeken en te ordenen en er eerste vormen van koppigheid optreden. Koppigheid noemen wij het, maar het is eigenlijk de prille ontwikkeling van een eigen wil. Op school merk je de consequentie van deze fase. Wij leggen zoveel mogelijk de dingen terug in de handen van de kinderen, opdat zij zouden leren door het zelf te doen. Fase 5: de fase van initiatief nemen en ingrijpen. Oplossingen zelf bepalen, zelf evalueren, filosoferen en komen tot eigen gevonden essenties, zijn hier de sleutelwoorden. Vossen beschrijft deze modus als een dynamisch zelf bepalen, waarbij nieuwe situaties worden tegemoet getreden én veranderd! Hij baseert zich op Freuds vijfde fase vanaf ongeveer 2 jaar die gekenmerkt wordt door rijping van het zelfbewustzijn en het handelen vanuit de eigen wil. En dat is meteen ook de reden waarom wij zoveel in handen van de kinderen leggen: opdat zij de dingen zouden leren aanpakken in plaats van ze hen te laten overkomen. ROL VAN DE LEERKRACHT- samenhang Bij het leren verwerken van informatie, het reguleren, het aanboren van intrinsieke motivatie en het maken van keuzes door de kinderen stelt de leerkracht zich op als begeleider van het groeiproces van de kinderen. Zij/hij vertaalt de leerplandoelstellingen in reële situaties om de betrokkenheid en de intrinsieke motivatie te verhogen; hanteert verschillende werkvormen om op de verschillende leerstijlen van kinderen in te spelen; geeft structuur aan leeractiviteiten en projecten; stelt uitdagende vragen; verstrekt hulp en feedback aan kinderen waar dat nodig is; houdt rekening met de noden van de individuele leerling. Een leerkracht zal, meer dan wat ook, heel wat aandacht besteden aan probleemoplossende activiteiten. Reflecteren over tussenstappen en eindresultaten is eveneens noodzakelijk. Het is ook de bedoeling dat kinderen ‘leeractiviteiten’ aangereikt krijgen die ze nog niet autonoom kunnen uitvoeren, maar waar ze wel in slagen mits ondersteuning en interactie van een medeleerling of van de leerkracht. Een leefschool functioneert bij de gratie van een hecht team. Van elke leerkracht wordt verwacht dat zij als lid daarvan meewerkt aan de dynamiek van het team waartoe zij behoort. Dit vraagt grote openheid, bekommernis om collegae en een wil tot gezamenlijkheid boven het individuele. Als school staan wij voor open communicatie maar dit steeds met het nodige respect voor de ‘ ontvanger’. ROL VAN DE OUDERS Basisdemocratie betekent ook deelname van alle betrokkenen. Hieruit volgt dat wij ons openstellen voor inbreng van de ouders. De school voorziet maximale inspraak via een coöperatief beheer. Dit wordt zodanig georganiseerd (verdeling van de verantwoordelijkheden) dat er een goede en effectieve werkcultuur wordt gerealiseerd. Ouders worden als vaste partners betrokken in de uitbouw van de school. Zij werken zelfs gestructureerd mee in de klassen. Hun inbreng wordt georganiseerd in overleg met de leerkrachten ( schaakmama, natuurmama…). Ouders worden gezien als “deskundigen van de
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
eigen kinderen” terwijl leerkrachten gezien worden als “deskundigen van de klasgroep en de plaats van het kind daarin”. Basisdemocratie veronderstelt ook een zekere wederkerigheid. De school wordt niet gezien als een uitsluitend dienstverlenende organisatie. Via allerlei overlegkanalen ( vriendenkring, pedagogische werkgroep, natuurwerkgroep, schoolraad) kunnen ouders mee opbouwend nadenken en advies uitspreken. Door de jaren heen zijn wij als leefschool ook geëvolueerd. Deze evolutie is tot stand gekomen door een mooie wisselwerking van kinderen,ouders en schoolteam. Door ons open te stellen voor de ideeën van ouders, door actief te luisteren, samen te denken, samen te werken, hebben we al heel wat kunnen realiseren en hebben wij als schoolteam al heel wat bijgeleerd.
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
Attest van de behandelende arts, te overhandigen aan de leerkracht/school* Naam van de leerling: ………………………………………………………………………….……….. Naam van de medicatie: ………………………………………………………………………….……….. …………………………………………………………………………………… …………………………………………………………………………………… Dosis: …………………………………………………………………………………… Toedieningswijze: …………………………………………………………………………………… Tijdstip van toediening: …………………………………………………………………………………… Periode van toediening:
van ....................... tot …………..………… 2013/2014
Bewaringswijze van het geneesmiddel:
……………………………………..
Tijdstip van toediening op school:
……………………………………..
Stempel en handtekening arts
Handtekening ouder(s)
*Indien het gaat om een tijdelijke ziekte waarbij de voorgeschreven medicatie in een welomschreven periode nodig is, kunt u als ouder dit attest uitzonderlijk zelf invullen en ligt de verantwoordelijkheid bij u.
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014
Toestemming om geluid-, foto- en beeldmateriaal te maken en te publiceren
Ondergetekende --------------------------------------------------------------------------------------------
Ouder van ---------------------------------------------------------------------------------------------------Klas ---------------------------------
geeft hierbij toestemming aan de school om tijdens het schooljaar 2013-2014
vanaf 1 september beelden/foto’s van mijn kind te maken en te publiceren op de website of schoolkrant of folder,….
Datum
Handtekening ouder
U kan uw toestemming ten alle tijden intrekken met onmiddellijk gevolg voor beeldmateriaal en bij drukwerk pas bij het eerst volgende drukwerk.
Leefschool ‘t Zandhofje
2013-2014