SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER Gids voor een snelle start Over deze gids Deze Gids voor een snelle start beschrijft hoe u uw SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER installeert en bedient. Gelieve deze handleiding te lezen alvorens het product te installeren.
Inleiding De SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER is een draadloze netwerkadapter die verzendt tegen snelheden van 1 tot 54 Mbps, op de 2,4 GHz band en gebruik maakt van de IEEE 802.11g en IEEE 802.11b standaard. Zijn USB-poort is USB 2.0 compatibel Hij biedt volledige ondersteuning aan draadloos netwerken onder Windows 98SE/ME/2000/XP of onder Mac OS X.2 of hoger. The SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER kan werken in één van de twee volgende netwerkconfiguraties: In een dergelijk netwerk worden de radioverbindingen gecoördineerd door een Toegangspunt dat de verbinding verzorgt met een bestaand bedraad netwerk en andere netwerkfaciliteiten zoals Internet, e-mail, gedeelde toestellen...
1. Infrastructuurnetwerk
Ook gekend als peer-to-peernetwerk, maakt deze modus een makkelijke verbinding mogelijk tussen draadloze werkstations, om als servers te dienen voor alle anderen. Deze modus kan worden gebruikt om een printer te delen of om bestanden over te dragen.
2. Ad-hocnetwerk
Wireless Network Ad-hoc Infrastructure
Access Point
Wired Network
1
Inhoud van het pakket Het pakket bevat de volgende items: ♦ Eén SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER
♦ Eén USB-kabel ♦ Eén Gids voor een snelle start ♦ Eén installatie-CD-ROM
Minimum systeemvereisten ♦ PC of MAC-Computer met beschikbare USB-poort (de beschikbare USB-poorten op het MAC-toetsenbord zijn niet bruikbaar omdat ze niet genoeg stroom leveren). ♦ Compatibel met USB 1.1 poort ♦ Microsoft Windows 98 Second Edition (98SE), Windows Millennium (ME), Windows 2000 of Windows XP geïnstalleerd op de PC of Mac OS X.2 of hoger geïnstalleerd op de MAC.
De Wireless LAN software installeren De installatie van uw SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER verloopt in drie stappen: ♦ De software installeren ♦ De hardware installeren ♦ De draadloze verbinding configureren
I. De software installeren onder Windows: I.1 De software installeren
Opgelet: Het is nodig de Wireless Networking software en drivers te installeren VOORDAT u de USB-kaart op de gepaste poort van uw computer aansluit.
De eerste stap van de installatie bestaat erin alle nodige bestanden op uw harde schijf te kopiëren. Volg onderstaande instructies om dit te doen: 1. Plaats de Product-CD-rom in de CD-romspeler van uw computer.
2
2. Er wordt automatisch een Autorun uitgevoerd en het volgende scherm verschijnt. Zo niet, laat dan de “Autorun.exe” op de CD-rom lopen. Selecteer in de afgebeelde adaptermodel volgens het etiket.
lijst
uw
Eens dit gedaan is, worden de volgende keuzes aangeboden: ♦ De Wireless LAN-utility en driver installeren ♦ Deze handleiding lezen
Start de installatie door te klikken op “Wi-Fi adapter installeren”
Een eerste scherm verschijnt. Klik op Ga door om de installatie verder te zetten en volg de instructies op het scherm om de Wireless LAN-utility te installeren. Wanneer u dit scherm ziet, sluit dan uw SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER aan op een lege USB-poort en klik op “OK”.
I.2 De hardware van de SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER installeren Nadat we in de vorige stap alle nodige bestanden hebben gekopieerd, gaan we nu de Wireless LAN aansluiten. Verwijder de bescherming voor de USB-connector van uw Wireless LAN Adapter. 2. Sluit de USB-connector van de adapter aan op een USB-poort op uw computer of gebruik de meegeleverde USB-kabel als het onmogelijk is de USB adapter rechtstreeks op uw computer aan te sluiten.
Belangrijk bericht voor Windows 98SE-gebruikers 3
♦ Als het volgende scherm verschijnt: “Plaats de schijf met label Windows 98 Tweede Editie/ME-cd-rom en klik op “OK”, breng dan uw Windows CD-rom in, typ het pad naar de CD-rom en klik dan op “OK”. Klik op “Beëindigen” om de installatie te voltooien, waarop Windows opnieuw zal opstarten.
II. Uw LAN USB adapter installeren onder MAC OS X.2: I.1 De software installeren
Opgelet: Het is nodig de Wireless LAN Software te installeren en uw computer te herstarten VOORDAT u de USB adapter aansluit op de juiste USB-poort.
1- Plaats de Product-CD-rom in de CD-romspeler van uw computer. Een Sagem Wi-Fi USB-icoon verschijnt op het bureaublad. Dubbelklik op dit icoon om de samenstelling van de CD-rom te zien. 2- Laat het installatieprogramma lopen 3-
Het scherm voor de identiteitscontrole verschijnt zoals hiernaast afgebeeld.
4- Geef de naam en het wachtwoord van de Administrator in en klik dan op
Opgelet: Om de USB adapter te installeren moet u beschikken over Administratorrechten.
5- Het eerste installatiescherm verschijnt, klik op , selecteer de locatie door op de juiste systeemdrive van Mac OS X te dubbelklikken en volg de instructies op het scherm om de Wireless LAN-utility te installeren. Start vervolgens de installatie door op klikken. 6-
Tijdens de installatie verschijnt een boodschap om u te verwittigen dat alle applicaties moeten worden afgesloten. Klik op om verder te gaan. Volg de instructies op het scherm.
4
te
7- De installatie van uw WLAN USB adapter is voltooid. Klik op installatie te voltooien.
om de
.
II.2 De hardware van de SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER installeren Nadat we in de vorige stap alle nodige bestanden hebben geïnstalleerd, gaan we nu de Wireless LAN adapter aansluiten om de installatie te voltooien. 1. Verwijder de bescherming voor de USB-connector van uw Wireless LAN Adapter. 2. Sluit de USB-connector van de adapter aan op een USB-poort gebruik de meegeleverde USB-kabel.
op uw computer of
Opgelet: de USB-poorten beschikbaar op het MAC-toetsenbord zijn niet bruikbaar omdat ze niet genoeg stroom leveren.
5
Uw Wireless LAN USB configureren om toegang tot het Internet te krijgen Nadat de vorige twee stappen zijn voltooid, is uw Wireless LAN USB adapter nu geïnstalleerd. Nu moet u uw verbinding configureren om toegang te krijgen tot Internet via een toegangspunt zoals hieronder afgebeeld. Client 2
Client 3 Client 1 Access Point
INTERNET
Hiertoe moet u: ♦ De software voor het beheer van de WLAN-utility lanceren ♦ Uw adapter configureren in Infrastructuurmodus ♦ De SSID instellen van het draadloos netwerk waarop u wil aansluiten ♦ De parameters voor de encryptie configureren als u uw draadloos netwerk wilt beschermen.
I. Configureren om toegang te krijgen tot Internet onder Windows: Eerst moet u controleren of de computer waarop u de USB adapter heeft aangesloten, in DHCP (dynamisch adres) is geconfigureerd. ♦ In het tabblad Netwerkverbinding van het menu Configuratiescherm, klikt u op het TCP/IP-protocol van de Draadloze netwerkverbinding (SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER). ♦ Selecteer Automatisch een IP-adres verkrijgen in het tabblad IP-adres. Open de WLAN-utility U heeft twee mogelijkheden om de WLAN-utility te openen: ♦ Selecteer de “Netwerktoepassing voor SAGEM Wi-Fi 11g USB adapter” uit het Start Menu van Windows, ♦ Of dubbelklik op het overeenkomstige icoon op het bureaublad van Windows:
Netwerktoepassing voor SAGEM Wi-Fi 11g USB adapter
Het‘ ’ -icoon verschijnt vervolgens in de Systeemtray (in de rechter benedenhoek van uw takenbalk). 6
Dubbelklik op dit icoon en het hoofdscherm van de utility verschijnt zoals hiernaast afgebeeld.
Uw Wireless LAN adapter configureren in Infrastructuurmodus Om toegang te krijgen tot Internet moet uw Wireless LAN adaptor in de Infrastructuurmodus worden ingesteld zoals hieronder afgebeeld. In het hoofdscherm van de utility klikt u op de pijl naar beneden rechts van het veld Type netwerk en selecteert “Infrastructuur”
De SSID selecteren De SSID is een string van karakters die een draadloos netwerk identificeren (het is de naam van dit netwerk). Om tot hetzelfde draadloze netwerk te behoren, moeten de clientstations en het toegangspunt (aangesloten op Internet) dezelfde SSID hebben. Als u het SSID-veld op ANY (standaardwaarde) houdt, zal uw adapter zich verbinden met het dichtsbijzijnde toegangspunt (of datgene dat het hoogste radiosignaal uitzendt). Kent u de naam van het toegangspunt waarmee u wilt verbinden, typ deze SSID dan in het overeenkomstige veld en klik op “Toepassen” om de instelling te activeren. De SSID kan tot 32 tekens bevatten. Hij is hoofdlettergevoelig (let hier goed op).
De parameters voor encryptie configureren Om te voorkomen dat een draadloos station zonder toelating toegang krijgt tot de gegevens die over uw netwerk worden uitgewisseld, biedt de Wireless LAN adapter beveiligde data-encryptie, zoals een “open” en “shared key authentication” met WEP (Wired Equivalent Privacy) encryptie of WPA-PSK (Wi-Fi Protected Access – Pre Shared Key) authenticatie met TKIP (Temporal Key Integrity Protocol) encryptie. Het al dan niet activeren van de beveiliging moet op dezelfde manier worden ingesteld op het Toegangspunt als op uw LAN USB adapter (clientstation). Uw netwerk kan enkel werken onder de 2 volgende voorwaarden: 7
♦ Geen beveiliging geactiveerd, noch op het Toegangspunt, noch op de clientstations ♦ Beveiliging geactiveerd (aanbevolen om uw gegevens te beveiligen) op het Toegangspunt en op alle clientstations met dezelfde encryptie-eigenschappen. 1) Beveiliging uitgeschakeld op het Toegangspunt. Als uw toegangspunt zonder beveiliging werkt, moet ook uw wireless LAN adapter zonder WEP worden ingesteld. Controleer op het hoofdscherm van de utility of de checkbox Beveiliging ingeschakeld niet aangevinkt staat.
2) Beveiliging ingeschakeld op het Toegangspunt. Let erop dat, als u de beveiliging op uw adapter inschakelt, u noodzakelijkerwijze ook het type beveiliging moet inschakelen op het Toegangspunt om de adapter toe te laten zich ermee te verbinden. Ga naar het tabblad “Configuratie” op het hoofdscherm van de utility en activeer de checkbox Beveiliging ingeschakeld. Nu verschijnt het venster “Beveiliging”. Hier leggen we uit hoe u open beveiliging configureert met WEP en WPA-PSK-beveiliging met TKIP. 2.1) WEP-encryptie: In het venster “Beveiliging” moet u: ♦ authentificatiemethode selecteren: Open ♦ encryptie staat ingesteld op WEP ♦ de IEEE 802.1X authentificatie uitschakelen ♦ de sleutellengte selecteren: 64 bits of 128 bits ♦ de sleutelindex selecteren ♦ de manier selecteren om de encryptiesleutels te genereren (vanuit een wachtzin of manueel) Lengte van de WEP-sleutels WEP-protocol biedt twee encryptieniveaus: encryptie gebaseerd op een sleutellengte van 40 of 64 bits en een meer beveiligde encryptie op basis van een sleutellengte van 104 of 128 bits. De sleutels van 40 bits en van 64 bits zijn dezelfde, hun effectieve lengte is 64 bits, slechts 40 bits worden geselecteerd door de gebruiker, de overige bits worden automatisch berekend. Over sleutels van 40 bits of van 64 bits spreken is dus hetzelfde. Hetzelfde geldt voor de sleutels van 104 en 128 bits. Het beheersprincipe is identiek voor 64 bits zowel als 128 bits. De sleutellengte moet op dezelfde waarde worden ingesteld op het Toegangspunt als op de clientstations (Wireless LAN adapter in ons geval). 8
De WEP-sleutels creëren Het is mogelijk de WEP-sleutel die u wilt gebruiken, manueel in te geven. Aangezien dit echter een langdradig proces is, vooral voor sleutels van 128 bits, kunt u ze automatisch laten genereren. Om dat te doen, moet een string karakters ingeven, “PassPharse” (Wachtzin) genaamd. Encryptiesleutels creëren door middel van een “PassPharse” 1- Selecteer eerst de sleutellengte “64 bits” of “128 bits”. 2- Selecteer in “ingangssleutel formatteren: “PassPharse ” 3- Selecteer de sleutelindex 4- Typ de reeks tekens in “Netwerksleutel” en in “Netwerksleutel bevestigen”. De sleutel wordt op basis van uw reeks tekens gegenereerd. 5-
Selecteer “OK” om de Configuratie van de vertrouwelijkheid te sluiten.
6- Selecteer ten slotte “Toepassen” in het tabblad Configuratie om de configuratie op te slaan en de instelling te activeren.
Opgelet: wanneer Sleutel creëren met “PassPharse” ingeschakeld is, moet het sleutelnummer met wachtzin van het toestel overeenkomen met het sleutelnummer met wachtzin gebruikt door het toegangspunt waarmee de draadloze toestellen gaan communiceren.
9
Encryptiesleutels manueel creëren U kunt een encryptiesleutel ook zelf creëren. 1. Selecteer eerst de lengte “64 bits” of “128 bits” van de sleutel die u wilt creëren. 2. Selecteer “ASCII” of “Hexadecimale karakters” 3. Selecteer de sleutelindex 4. Typ de gewenste sleutel manueel in het sleutelveld rekening houdend met de hierna geformuleerde opmerkingen met betrekking tot de toegelaten karakters. 5. Selecteer “OK” om de Configuratie van de vertrouwelijkheid te sluiten. 6. Selecteer ten slotte “Toepassen” in het tabblad Configuratie om de configuratie op te slaan en de instelling te activeren. Voor 64 bit encryptie kunt u kiezen tussen:
♦ Alfanumeriek: 5 karakters (hoofdlettergevoelig) gaande van “a-z”, “A-Z” en “0-9” (bijv. MyKey) ♦ Hexadecimaal: 10 hexadecimale karakters gaande van “A-F”, “a-f” en “0-9” (bijv. 11AA22BB33) Voor 128 bit encryptie kunt u kiezen tussen:
♦ Alfanumeriek: 13 karakters (hoofdlettergevoelig) gaande van “a-z”, “A-Z” en “0-9” (bijv. MyKey12345678)
♦ Hexadecimaal: 26 hexadecimale karakters gaande van “A-F”, “a-f” en “0-9” (bijv. 00112233445566778899AABBCC).
10
2.2) WPA-PSK / TKIP encryptie:
For Windows only
1 – Selecteer authentificatiemethode: WPAPSK 2 – Selecteer versleutelingsmodus: TKIP. 3 – Typ een string van 8 tot 63 karakters of een sleutel van 64 hexadecimale karakters in Netwerksleutel en Netwerksleutel bevestigen. 4 – Selecteer “OK” om de Configuratie van de vertrouwelijkheid te sluiten. 5 – Selecteer ten slotte “Toepassen” in het tabblad Configuratie om de configuratie op te slaan en de instelling te activeren.
De configuratie van uw Wireless LAN adapter om toegang te krijgen tot Internet onder Windows is voltooid.
II. Configureren om toegang te krijgen tot Internet onder MAC OS X.2: Voor een eerste installatie van uw USB adapter moet u een nieuwe netwerkpoort ervoor creëren. ♦ Ga naar het tabblad Netwerk van het menu Systeemvoorkeuren. Een bericht Nieuwe poort gedetecteerd verschijnt; zo niet, ga naar het menu Alles tonen, selecteer Configuratie netwerkpoorten vink de Ethernet Adaptorpoort aan als ze nog niet is aangevinkt. Klik in elk geval op toepassen. ♦ Als de poort niet aanwezig is of grijs is, herstart de computer en herbegin. De WLAN-utility openen U heeft twee mogelijkheden om de WLAN-utility te openen: ♦ Klik op het icoon ‘ ’ dat in de rechterbovenhoek van uw menubalk komt te staan en selecteer het menu “ Wireless preferences ” (Draadloze voorkeuren) ♦ Of dubbelklik op het icoon “Sagem USB adapter” dat verschijnt in het menu Systeem Voorkeuren, zoals hiernaast afgebeeld:
11
Dan verschijnt het hoofdvenster van de WLAN. Klik op Start Scan om uw beschikbare draadloze netwerken te zien.
Uw SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER configureren Als de naam van uw draadloze netwerken in het venster Available Wireless Networks (Beschikbare draadloze netwerken) verschijnt, klik er dan op en klik op Connect (Verbinden). Als een WEP-sleutel noodzakelijk is, verschijnt onderstaand scherm. Om een nieuw draadloos netwerk te creëren klikt u op “ Show My Network ” (Toon mijn netwerk). In het hoofdvenster van uw Wireless LAN-utility verschijnt een scherm zoals hiernaast afgebeeld. Klik vervolgens op Create (Creëren) en u krijgt onderstaand scherm. Voor alle vorige wijzigingen aan een draadloos netwerk klikt u op het profiel ervan op het scherm hiernaast, selecteert het en klikt op “Eigenschappen”.
De SSID (Netwerknaam) selecteren en configureren in Infrastructuurmodus De SSID is een string van tekens die uw draadloos netwerk identificeren (het is de naam van dit netwerk). Om tot hetzelfde draadloze netwerk te behoren, moeten de clientstations en het toegangspunt aangesloten op Internet, dezelfde SSID hebben. De SSID kan tot 32 tekens bevatten. Hij is hoofdlettergevoelig (let hier goed op).
12
Is het een nieuw Draadloos Netwerk, typ dan de SSID van het toegangspunt waarmee u wilt verbinden in het veld “Network Name” (Netwerknaam) van uw profielscherm. Of dubbelklik op deze SSID, indien deze aanwezig is, in het veld “Available Wireless Networks ” (Beschikbare Draadloze Netwerken) van het hoofdmenu. Om uw Wireless LAN adapter in infrastructuurmodus in te stellen, selecteert u “ Access Point” (Toegangspunt) in het veld “Network Type” (Type netwerk) en klikt op “Apply” (Toepassen) om de instelling te activeren.
De parameters voor encryptie configureren Om te voorkomen dat een draadloos station zonder toestemming toegang krijgt tot gegevens die via uw netwerk worden uitgewisseld, biedt de Wireless LAN adapter een sterk beveiligde dataencryptie, gekend als WEP (Wired Equivalent Privacy). Het al dan niet activeren van deze WEPencryptie moet op dezelfde manier worden ingesteld op het Toegangspunt als op uw LAN USB adapter (clientstation). Uw netwerk kan enkel werken onder de 2 volgende voorwaarden: ♦ Geen WEP geactiveerd, noch op het Toegangspunt, noch op de clientstations ♦ WEP geactiveerd (aanbevolen om uw gegevens te beveiligen) op het Toegangspunt en op alle clientstations met dezelfde encryptie-eigenschappen. 1) WEP uitgeschakeld op het Toegangspunt. Als uw toegangspunt zonder WEP-encryptie werkt, moet ook uw wireless LAN adapter zonder WEP worden ingesteld. Controleer op het hoofdscherm van de utility of de checkbox “Enabled WEP” (WEP ingeschakeld) niet aangevinkt staat. 2) WEP ingeschakeld op het Toegangspunt. Let erop dat, als u de WEP-encryptie op uw adapter inschakelt, u deze noodzakelijkerwijze ook moet inschakelen op het Toegangspunt om de adapter toe te laten zich ermee te verbinden. Ga naar het Profielscherm van uw verbinding en vink de checkbox “Enabled WEP” aan. In dit venster moet u: ♦ Eén van de gegenereerde sleutels selecteren (dezelfde als op het Toeganspunt). ♦ De sleutellengte selecteren: 40 bits of 104 bits, ♦ De sleutels genereren Sleutels selecteren U kunt tot 4 encryptiesleutels creëren, maar slechts één ervan is actief. Om een sleutel te typen moet u eerst de checkbox “Enabled Key Index” (Sleutelindex ingeschakeld) aanvinken, de gewenste WEP-sleutel selecteren (index 0 voor sleutel 1...) en vervolgens de sleutel creëren. Om 13
één van de sleutels te selecteren als actieve sleutel, moet zijn index zichtbaar zijn op het indexscherm voordat u op “Apply” klikt om de instelling te activeren. Lengte van de WEP-sleutels WEP-protocol biedt twee encryptieniveaus: encryptie gebaseerd op een sleutellengte van 40 of 64 bits en een meer beveiligde encryptie op basis van een sleutellengte van 104 of 128 bits. De sleutels van 40 bits en van 64 bits zijn dezelfde, hun effectieve lengte is 64 bits, slechts 40 bits worden geselecteerd door de gebruiker, de overige bits worden automatisch berekend. Over sleutels van 40 bits of van 64 bits spreken is dus hetzelfde. Hetzelfde geldt voor de sleutels van 104 en 128 bits. Het beheersprincipe is identiek voor 40 bits zowel als 104 bits. De sleutellengte moet op dezelfde waarde worden ingesteld op het Toegangspunt als op de clientstations (Wireless LAN adapter in ons geval). De WEP-sleutels creëren Er zijn twee methodes om de WEP-sleutels in te stellen, Manueel of door middel van een Apple-password. De tweede methode is er om compatibel te zijn met de Airport van Apple. Ze maken het de gebruiker mogelijk een paswoord te typen (zonder beperking op de lengte), en deze waarde wordt omgezet in een WEP-sleutel van 40 bit. Het gebruikt het hash-algoritme van apple om de sleutel te creëren, en is dus alleen compatibel met Airport basisstations. Om deze methode te selecteren, opent u het scrollmenu Encryption (WEP) en selecteert Apple paswoord. Geef vervolgens het paswoord in. Deze methode is niet compatibel met de PassPhrase(Wachtzin)-methode. Encryptiesleutels manueel creëren Om dit te doen, gaat u naar het menu Encryption van uw profielscherm: ♦ Vink de checkbox Enable WEP aan ♦ Vink de checkbox Enable Key index aan ♦ Open het scrollmenu Index en selecteer ofwel sleutel 1 (Index 0), sleutel 2 (Index 1), sleutel 3 (Index 2) of sleutel 4 (Index 3) ♦ Selecteer ofwel het 40 Bits of 104 Bits encryptieniveau in hexadecimaal of ASCII (als encryptieniveau op het Toegangspunt) ♦ Typ de sleutel manueel in het sleutelveld rekening houdend met de hierna geformuleerde opmerkingen met betrekking tot de toegelaten karakters. ♦ Klik op “Apply” om de instelling te activeren. Voor 40 bit (64bit) encryptie kunt u kiezen tussen:
♦ Alfanumeriek: 5 karakters (hoofdlettergevoelig) gaande van “a-z”, “A-Z” en “0-9” (bijv. MyKey) 14
♦ Hexadecimaal: 10 hexadecimale karakters gaande van “A-F”, “a-f” en “0-9” (bijv. 11AA22BB33) Voor 104 bit (128bit) encryptie kunt u kiezen tussen:
♦ Alfanumeriek: 13 karakters (hoofdlettergevoelig) gaande van “a-z”, “A-Z” en “0-9” (bijv. MyKey12345678)
♦ Hexadecimaal: 26 hexadecimale karakters gaande van “A-F”, “a-f” en “0-9” (bijv. 00112233445566778899AABBCC).
De configuratie van uw Wireless LAN adapter om toegang te krijgen tot Internet onder MAC OS X.2 is voltooid.
Uw Wireless LAN adapter configureren in Ad-Hoc-modus Ook gekend als peer-to-peernetwerk, maakt deze modus verbinding mogelijk tussen draadloze werkstations waardoor al deze werkstations als servers kunnen optreden voor alle anderen. Deze modus kan worden gebruikt om een printer te delen of om bestanden over te dragen.
Client 2
Client 1 Client 3
I. In Ad-Hoc-modus configureren onder Windows : Het type netwerk configureren Om uw Wireless LAN adapter in te stellen in de Ad-Hocmodus, klikt u op de pijl naar beneden rechts van het veld Type Netwerk en selecteert “Ad-Hoc” in het hoofdscherm van de WLANutility. De SSID configureren De SSID is een string van karakters die uw draadloos netwerk identificeert (het is de naam van dit netwerk). Om tot hetzelfde netwerk te behoren moeten draadloze clients dezelfde SSID hebben. Deze SSID is de naam van het netwerk. Als u wilt verbinden met een bestaand Ad-Hocnetwerk, typ dan de SSID van dit netwerk in het overeenkomstige veld (in plaats van ANY) en klik op “Toepassen” op het tabblad Certificering om de instelling te activeren. Als u een nieuw draadloos ad-hocnetwerk wilt creëren, typ dan een ongebruikte SSID (in plaats van ANY) om uw eigen netwerk te identificeren. Klik vervolgens op “Toepassen” op het tabblad Certificering om de instelling te activeren. 15
Het kanaal configureren Om tot hetzelfde netwerk te behoren moeten draadloze clients hetzelfde kanaal gebruiken. Als u wilt verbinden met een bestaand ad-hocnetwerk, selecteer dan het kanaal van dit netwerk in het overeenkomstige veld Ad-Hoc kanaal in het hoofdscherm van de WLAN-utility. Klik vervolgens op “Toepassen” op het tabblad Certificering om de instelling te activeren. Al u een nieuw draadloos ad-hocnetwerk wilt creëren, selecteer dan een ongebruikt kanaal en klik vervolgens op “Toepassen” op het tabblad Certificering om de instelling te activeren. De WEP-encryptie configureren De configuratie van de WEP-encryptie in Ad-Hocmodus is gelijkaardig aan deze in Infrastructuurmodus. Zie uitleg aldaar. De configuratie van uw Wireless LAN adapter in Ad-Hocmodus is voltooid.
II. In Ad Hoc-modus configureren onder MAC OS X.2: De SSID configureren De SSID is een string van karakters die uw draadloos netwerk identificeert (het is de naam van dit netwerk). Om tot hetzelfde netwerk te behoren moeten draadloze clients dezelfde SSID hebben. Deze SSID is de naam van het netwerk. Als u wilt verbinden met een bestaand Ad-Hocnetwerk, klik er dan op in het scherm Available Wireless Networks (Beschikbare draadloze netwerken), klik vervolgens op Connect (Verbinden) of typ de SSID van dit netwerk in het overeenkomstige veld en klik op “Apply” op het tabblad Certificering om de instelling te activeren. Als u een nieuw draadloos ad-hocnetwerk wilt creëren, typ dan een ongebruikte SSID (in plaats van ANY) om uw eigen netwerk te identificeren. Klik vervolgens op “Apply” op het tabblad Certificering om de instelling te activeren. Het type netwerk configureren Om uw Wireless LAN adapter in de Ad-Hocmodus in te stellen klikt u op de pijl naar beneden rechts van het veld Network Type (Type Netwerk), selecteert “Peerto-Peer” in het profielscherm van uw verbinding en klikt op “Apply” op het tabblad Certificering om de instelling te activeren. Het kanaal configureren Om tot hetzelfde netwerk te behoren moeten draadloze clients hetzelfde kanaal gebruiken. Als u wilt verbinden met een bestaand Ad-Hocnetwerk, selecteer dan het kanaal van dit netwerk in het overeenkomstige veld Channel (Kanaal) in het profielscherm van uw verbinding. Klik vervolgens op “Apply” op het tabblad Certificering om de instelling te activeren. Al u een nieuw draadloos ad-hocnetwerk wilt creëren, selecteer dan een ongebruikt kanaal en klik vervolgens op “Apply” op het tabblad Certificering om de instelling te activeren. De WEP-encryptie configureren De configuratie van de WEP-encryptie in Ad-Hoc-modus is gelijkaardig aan deze in Infrastructuurmodus. Zie uitleg aldaar. De configuratie van uw Wireless LAN adapter in Ad-Hocmodus onder Mac OS X.2 is 16
voltooid.
Over de statusinformatie op uw Wireless LAN USB adapter LED indicator De 11Mbps SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER heeft één LED indicator die de volgende informatie geeft over de status van de verbinding: ♦ Blijvend groen:
Aangesloten op een Toegangspunt of draadloos Ad-Hocwerkstation en bezig gegevens te verzenden.
♦ Knipperend groen: Aan het proberen verbinding te maken met een toegangspunt of een draadloos Ad-Hocwerkstation.
I. Op the WLAN-utility onder Windows: Icoon van de WLAN-utility
De kleur achter het systeemtray-icoon geeft de status van de verbinding aan: Blauw wijst op een goede of uitstekende verbinding. Geel wijst op een bruikbare maar zwakke verbinding. Rood wijst op geen of een zeer zwakke verbinding. Statusveld op het configuratiemenu van de WLAN-utility Het statusveld in het Configuratiemenu geeft meer gedetailleerde informatie.
Status:
Wanneer u in Infrastructuurmodus werkt, toont dit veld het MAC-adres van het toegangspunt waarmee de SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER aan het communiceren is. Wanneer u in Ad-Hocmodus werkt, toont het het virtuele MAC-adres dat wordt gebruikt door computers die aan het Ad-Hocnetwerk deelnemen.
Huidig Kanaal:
Toont het radiokanaal waarop de verbinding is gemaakt.
Huidige Tx-snelheid: Toont de hoogste transmissiesnelheid van de huidige verbinding, van 54 Mbps tot 1 Mbps. Debiet:
Toont de doorvoersnelheid op korte termijn van verzenden en ontvangen in 17
pakketten/seconde, en wordt voortdurend geüpdatet. Kwaliteit van de verbinding:
Gebaseerd op de kwaliteit van het ontvangen signaal
Er zijn 4 niveaus in de kwaliteit van de verbinding: Uitstekend Goed Zwak geen verbinding. Signaalsterkte:
Gebaseerd op de sterkte van het ontvangen radiosignaal.
Er zijn 4 niveaus in de signaalsterkte: Uitstekend Goed Zwak geen signaalsterkte.
II. Op de WLAN-utility onder MAC OS X.2: Icoon van de WLAN-utility
De kleur achter het systeembalk-icoon geeft de status van de verbinding aan: Zwart: De radioverbinding is aanwezig Rood : Geen radioverbinding of slechte WEP-code.
Wanneer u op dit icoon klikt, verschijnt er meer informatie over de verbinding:
Snelheid: toont de hoogste transmissiesnelheid van de huidige verbinding (van 54 Mbps tot 1 Mbps). Verbinding: er zijn vier niveaus in de kwaliteit van de verbinding: Uitstekend: Goed: Matig: Zwak:
Uitstekende verbinding Verbinding van goede kwaliteit Verbinding van matige kwaliteit Zwakke of geen verbinding.
Huidig draadloos netwerkveld van de WLAN-utility Het veld Huidig draadloos netwerk in het hoofdscherm geeft de volgende informate over de huidige verbinding: 18
Naam netwerk:
Dit veld toont de SSID van het Toegangspunt (Infrastructuurmodus) of de SSID van het andere station (Ad-Hocmodus).
Type netwerk:
Toont de verbindingsmethode: Toegangspunt (Infrastructuurmodus) of Peer-toPeer (Ad-Hocmodus)
Status van de verbinding: Toont of het 1802.11g station al dan niet is verbonden met het netwerk en of de USB adapter aanwezig is. Kanaal:
Toont het kanaal waarop de verbinding is gemaakt.
Signaalsterkte:
Gebaseerd op de meting van de sterkte van het ontvangen signaal van de basisbandprocessor van het bakensignaal. Zijn waarde in percentages wordt getoond in het signaal-item van het veld Beschikbare draadloze netwerken van het hoofdscherm. Er zijn 4 niveaus in de signaalsterkte: 100%~65%: 65%~45%: 45%~30%: Minder dan 30%:
Uitstekende signaalsterkte Goede signaalsterkte Matige signaalsterkte Zwakke of geen signaalsterkte
Het veld Beschikbare draadloze netwerken van het hoofdscherm kan alle toegangspunten weergeven rond de werkomgeving en geeft informatie over al deze verbindingen. Het maakt het mogelijk verbinding te maken met één van deze toegangspunten door er op te dubbelklikken.
Beschrijving van alle kenmerken van de Wireless LANprogrammatuur Zie de Gebruikershandleiding voor een volledige beschrijving van de functies die de Wireless LANutility’s bieden.
De Wireles LAN adapter deïnstalleren I. Deïnstalleren onder Windows: 1. Om de wireless LAN-utility te verwijderen van uw computer, gaat u naar het Start menu en selecteert “ Verwijder netwerktoepassing voor SAGEM Wi-Fi 11g USB adapter”. 2. Volg de instructies op de verschillende schermen om de Wireless-utility te deïnstalleren en klik vervolgens op “OK”. 3. Nu kan u uw SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER loskoppelen.
II. Deïnstallatie onder MAC OS X.2: 1. Plaats de product-CD-rom opnieuw in de CD-romspeler van uw computer en dubbelklik op het 19
icoon dat op het bureaublad verschijnt om de inhoud van de CD-rom te zien. 2. Laat het deïnstallatieprogramma lopen. 3. Er begint een deïnstallatiescript waar u uw Administratorpaswoord moet ingeven. Klik vervolgens op de Returntoets (↵) van uw computer. 4. U moet uw USB-adapter loskoppelen en uw computer opnieuw opstarten. 5. De deïnstallatie is voltooid.
Problemen oplossen Als u moeilijkheden ondervindt bij het oplossen van het probleem tijdens de installatie of het gebruik van de SAGEM Wi-Fi 11g USB ADAPTER, contacteer dan de leverancier voor ondersteuning. Probleem
Oplossing
Bij het installeren van de SAGEM • Wi-Fi 11g USB ADAPTER kon Windows de driver voor de adapter niet vinden.
Herstart uw PC en volg de schermen die verschijnen.
De Wireless LAN adapter LED • gaat niet branden. •
Controleer of de Wireless LAN adapter correct is aangesloten. Koppel de Wireless LAN adapter los en sluit hem terug aan op dezelfde USB-poort op uw computer. Onder Windows, controleer of de Wireless LAN adapter correct is geïnstalleerd (zie hoofdstuk 3.1.3 van de gebruikershandleiding). Als dit niet het geval is, deïnstalleer de driver en installeer hem opnieuw.
•
De Wireless LAN adapter LED • flikkert en u krijgt geen toegang tot uw toegangspunt of tot de andere clientstations van uw netwerk. • • Onder MAC gaat de Wireless LAN • adapter LED branden maar u krijgt geen toegang tot internet of tot de andere clientstations in AdHocmodus. • Na herstarten van uw computer • (PC of Mac), kan het systeem de Wireles LAN adapter die erop is aangesloten, niet detecteren.
Controleer of de SSID en de WEP encryptiesleutels dezelfde zijn op de computers en het toegangspunt die zich op hetzelfde netwerk bevinden. Onder MAC, kijk na of de checkbox Sleutelindex inschakelen is aangevinkt. Controleer of het draadloos netwerk operationeel is. Controleer of uw computer een nieuwe netwerkpoort heeft gecreëerd: ga naar het tabblad Netwerk van het menu Systeem voorkeuren. In het menu Alles tonen, selecteert u Configuratie netwerkpoorten en controleert of de poort voor de Ethernetadapter aanwezig is, en zo niet, controleer dit en klik op Toepassen. Als de poort niet aanwezig is of grijs is, herstart de computer en herbegin. Koppel de Wireless LAN adapter los en sluit hem terug aan op dezelfde USB-poort op uw computer.
Alle rechten voorbehouden Copyright 2004 SAGEM SA PARIS France Ref. 251 892 178
20