Ruitersport in Landschapspark Buytenland Kansen voor recreatie, beleving en voorzieningen
3 juni 2009
Colofon Opdrachtgever en contact de heer J. Moraal Provincie Zuid-Holland Postbus 90602 2509 LP Den Haag Opdrachtnemer Grontmij | Route IV Postbus 485 6800 AL ARNHEM Auteurs Rob van Ham Sjoerd Zegers Gecontroleerd door: R. Wimmers Paraaf gecontroleerd: Goedgekeurd door: P. Bergmans Paraaf goedgekeurd: Arnhem, 3 juni 2009 Kenmerk 270337
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doelstelling 1.3 Uitgangspunten 1.4 Werkwijzer 1.5 Leeswijzer
1 1 2 2 2 3
Hoofdstuk 2 Aanbod en behoefte aan ruitersport 2.1 Huidig aanbod aan ruitersportvoorzieningen 2.3 Behoefteraming ruitersport Buytenland
5 5 6
Hoofdstuk 3 Landschapspark Buytenland 3.1 Landschapspark Buytenland: drie zones
9 9
Hoofdstuk 4 Ontwikkelingsperspectief 4.1 Drie varianten voor voorzieningen 4.2 Variant 1: “Paarden aan huis en op pad” 4.3. Variant 2: “Voor alle ruiters” 4.4 Variant 3: “Een hippisch paradijs” 4.5 Landschappelijke inpassing 4.6 Aanvullende voorzieningen
13 13 13 15 17 18 20
Inleiding 1.1 Aanleiding Landschapspark Buytenland is een gebied van 600 ha dat de komende jaren ontwikkeld wordt tot een natuur- en recreatiegebied met landelijke uitstraling. Het plangebied ligt op IJsselmonde in de regio Rotterdam. De provincie Zuid-Holland is initiatiefnemer en realiseert het project. Grontmij | Route IV voert in opdracht van het Natuur- en Recreatieschap IJsselmonde een verkenning uit voor een ruiterroutenetwerk in het gebied IJsselmonde. Het landschapspark Buytenland ligt in dit gebied. In aansluiting op dit project heeft de provincie een aanvullende vraag op het gebied van de ruitersport, te weten: wat is de behoefte aan, en wat zijn de ontwikkelingsmogelijkheden voor recreatieve ruitersportvoorzieningen in Landschapspark Buytenland.
Kaartbeeld 1: Ligging Landschapspark Buytenland
1
1.2 Doelstelling
1.4 Werkwijze
In de notitie ‘Ruitersport in het Landschapspark Buytenland’ heeft de provincie haar doelstelling voor het onderzoek als volgt verwoord:
Tijdens het proces is gebruik gemaakt van de resultaten uit een workshop, die op 12 februari 2009 is gehouden over de ontwikkeling van ruiter- en menpaden in IJsselmonde. Aan deze bijeenkomst namen vertegenwoordigers deel van het Platform Paardensport IJsselmonde (PPIJ), Koninklijke Nederlandse Hippische Sportfederatie (KNHS), gemeenten, provincie, lokale ruitersportverenigingen,natuur- en recreatieorganisaties en enkele ondernemers. Aanvullend zijn gesprekken gevoerd met ondernemers en de KNHS. Ook is een afstemmingsbijeenkomst bijgewoond over de ontwikkeling van de Parkzone en Natuurakkers.
1. inzicht in vraag en aanbod op het gebied van ruitersport in en rond het Landschapspark; 2. een verkenning van de diverse mogelijkheden om ruitersportvoorzieningen in het gebied in te passen.
1.3 Uitgangspunten Bij dit project zijn door de opdrachtgever de volgende uitgangspunten geformuleerd: • bij het opstellen van het Plan van Aanpak wordt rekening gehouden met de studie, die voor de Groen Service Zuid-Holland wordt uitgevoerd. De beschreven werkzaamheden in dit Plan van Aanpak zijn aanvullend op die studie; • het onderzoek richt zich alleen op recreatief gebruik van de ruitervoorzieningen; • zowel professioneel georganiseerde voorzieningen (maneges) als voorzieningen bij particulieren komen aan bod; • paardenfokkerijen blijven buiten beschouwing.
2
1.5 Leeswijzer • Hoofdstuk 2 biedt inzicht in het huidige aanbod aan ruitervoorzieningen in Buytenland en de omgeving IJsselmonde. Ook wordt een globale raming gemaakt van de behoefte aan ruitersportvoorzieningen in IJsselmonde en Buitenland. • In hoofdstuk 3 worden de voor de verdere planontwikkeling van Buytenland leidende documenten kort toegelicht. • Hoofdstuk 4 gaat in op de ontwikkelingskansen voor ruitervoorzieningen in Buytenland aan de hand van drie varianten voor voorzieningen en diverse ideeën voor de landschappelijke inpassing en de beleving van paarden en ruitersport.
3
Kaartbeeld 2: Bestaande ruitervoorzieningen in IJsselmonde
4
Aanbod en behoefte aan ruitersport In dit hoofdstuk wordt eerst een overzicht gegeven van de bestaande voorzieningen voor ruitersport in Buytenland en IJsselmonde. Vervolgens wordt op basis van kencijfers een raming gegeven van de behoefte aan recreatieve ruitersportvoorzieningen in Buytenland c.q. IJsselmonde.
2.1 Huidig aanbod aan ruitersportvoorzieningen Kaartbeeld 2 geeft een overzicht van de bestaande ruitersportvoorzieningen in IJsselmonde. Opvallend is de ligging van de maneges en ruiterverenigingen aan de stadsranden, terwijl de pensionstallen meer in het buitengebied zijn gelegen. In het plangebied van Buytenland zelf ligt momenteel slechts één pensionstal. Daarnaast liggen er enkele pensionstallen direct grenzend aan het gebied. Van de privé-stallen in Buytenland en IJsselmonde is geen overzicht beschikbaar. Globaal is te constateren dat het aantal prive-stallen in Buytenland in vergelijking met overige buitengebieden en stadsranden in IJsselmonde relatief laag is. Dit heeft waarschijnlijk met het overwegend agrarische karakter van Buytenland te maken. Een belangrijke constatering is ook dat er in Buytenland en IJsselmonde momenteel geen openbare ruitervoorzieningen zijn, zoals ruiter- en /of menpaden. Voor buitenritten maken ruiters momenteel gebruik van openbare wegen, wegbermen en fietspaden. Er werd vanwege de aanzienlijke behoefte een gedoog beleid gevoerd, maar momenteel werkt Groenservice ZuidHolland aan een Masterplan Ruiterroutes voor IJsselmonde. Voor het ruiterroutenetwerk in IJsselmonde vormt Landschaps-
5
IJsselmonde is een eiland. De rivieren rondom IJsselmonde vormen een functionele barrière. Zeker voor de belangrijke doelgroep “meisjes 13-18 jaar”, door wie grote afstanden en onveilige routes worden vermeden. Vandaar dat verwacht wordt dat de paardensport op IJsselmonde intern gericht is, en dat de paardensporters op IJsselmonde vooral hun eigen ruitersportvoorzieningen gebruiken en dat hiervoor weinig paardensporters vanuit andere gebieden te verwachten zijn.
park Buytenland een belangrijk ontwikkelingsgebied met veel kansen. 2.2 Behoefteraming ruitersport Buytenland Algemene groei paardensporters Het recreatieve paardrijden wint zowel binnen de manege als buiten in het veld aan populariteit, volgens het Paardensportonderzoek uit 2006 van de KNHS. Niet alleen betrokken organisaties (als KNHS) maar ook overheden en recreatie-instanties merken dit op. In vijf jaar tijd is het aantal paardensporters met 16% gestegen. Voor het mennen geldt hetzelfde, zowel indoor als outdoor mennen wint de laatste jaren sterk aan populariteit. Dit blijkt volgens de website van de KNHS (2007) door de toename in het aantal aanmeldingen voor het koetsierbewijs. De prognose is dat de groei in populariteit van de paardensport zal doorzetten. Met name de groep ouderen zal sterk groeien de komende jaren, terwijl de groep jongeren een grote groep zal blijven. De paardensport op IJsselmonde Volgens het onderzoek van de KNHS doet 2,6% van de bevolking in Zuid-Holland aan paardensport. Op IJsselmonde (423.000 inwoners) is er derhalve een potentiële groep van zo’n 11.000 paardensporters. Verwacht wordt echter dat dit aantal nog niet waargemaakt wordt, omdat de voorzieningen voor de paardensport nog te beperkt zijn.
Kaartbeeld 3: Verzorgingscircel (ca. 8, 5 km) voor ruitersportvoorzieningen getrokken vanuit Buytenland.
Behoefte ruitersportvoorzieningen Volgens het KNHS onderzoek uit 2006 is ongeveer de helft (48%) van de ruiters aangesloten bij een manege. Voor de potentiële groep paardensporters op IJsselmonde (11.000
6
ruiters) houdt dit in dat 5.250 paardensporters zich willen aansluiten bij een manege. Dit potentieel wordt nog niet waargemaakt. Volgens gegevens van het Platform Paardensport IJsselmonde, aangevuld met een eigen inventarisatie door Grontmij|Route IV, zijn op IJsselmonde op dit moment zo’n 2.250 ruiters aangesloten bij een manege. Er is derhalve een groeipotentie van het aantal leden bij een manege van 3.000 ruiters. Behoefte paden en routes Volgens het KNHS onderzoek uit 2006 maakt 80% van de paardensporters ritten in de vrije natuur. Dat komt neer op 8.800 ruiters op IJsselmonde. Uit onderzoek is gebleken (KNHS, 2003 in Handboek Ruiter- en menpaden, 2005) dat vanuit gebruikers behoefte is aan de uitbreiding van de ruiter- en menpaden structuur. Dit geldt zeker voor de provincie Zuid-Holland, waar slechts 105 km aan ruiterpaden is. Dit is minder dan 5 km per 1000 ruiter (Stichting Recreatie, 2007). Geen van deze paden ligt op IJsselmonde.
Conclusie
• een groeipotentie van 3.000 ruiters voor maneges • ruimte voor ca. 4 nieuwe maneges in IJsselmonde • een potentieel van ruim 250.000 buitenritten per jaar
Rekening houdend met een gemiddeld aantal buitenritten per maand van 2,9 in voorjaar/zomer en 1,7 in najaar/winter (KNHS, 2006) komt het aantal potentiële buitenritten op IJsselmonde uit op 265.000 ritten op jaarbasis. Waarschijnlijk ligt het huidige aantal buitenritten lager doordat de ruitersportvoorzieningen nog niet op orde zijn.
7
Parkzone
Molenpolder
Zegen- en Portlandpolder
Kaartbeeld 4: Deelgebieden VKA Landschapspark Buytenland
8
Landschapspark Buytenland Voordat we een beeld schetsen van de ontwikkelingsmogelijkheden voor ruitervoorzieningen wordt hier eerst ingegaan op de bredere toekomst van het gebied, waarbij de Planologische Kernbeslissing Project Mainportontwikkeling Rotterdam (PKB PMR) en Milieueffectrapportage (MER) voor Landschapspark Buytenland als vertrekpunt zijn genomen.
Eind 2008 is de Milieueffectrapportage (MER) voor Landschapspark Buytenland vastgesteld. In het Voorkeursalternatief (VKA) krijgt het park drie gezichten: • Parkzone • Molenpolder • Zegen- en Portlandpolder
3.1 Landschapspark Buytenland: drie zones
Deze drie deelgebieden zijn weergegeven in kaartbeeld 4. Hier volgt de karakteristiek van ieder deelgebied in korte bewoordingen:
In de PKB PMR is de doelstelling voor het gebied als volgt omschreven: “Het landschapspark Buytenland wordt een openbaar toegankelijk natuur- en recreatiegebied met een oppervlak van circa 600 ha. Bij de transformatie zullen bestaande landschappelijke en cultuurhistorische elementen zoveel mogelijk behouden blijven.” In het zuidelijk deel van het park worden de randvoorwaarden voor hoogwaardige natuur gerealiseerd, waarbij ook ruimte is voor andere functies. Hier zal sprake zijn van de hoofdfunctie natuur met ondergeschikt recreatief gebruik. In het noordelijke deel ligt het accent op intensievere recreatievoorzieningen in combinatie met een gevarieerd kleinschalig landschap.
Parkzone • landgoed sfeer met kleinschalig landschappelijk karakter • open en besloten delen in kavelstructuur • toegangspoort tot het landschapspark • recreatietransferia (startpunten routes) • recreatievoorzieningen: horeca, bezoekerscentrum, manege, waterplas • ligging voorzieningen: Essendijk en Oude weg
9
Kaartbeeld 5 : Invloedsgebied Buisleidingenstraat
10
Molenpolder • natuurakkers (extensieve graanvelden, bloemrijke graslanden) • zorgboerderijen • wandelpaden
° ° ° °
Winkel (streekproducten) Educatie (bezoekerscentrum) Visvoorzieningen Ruitersport (manege)
Buisleidingenstraat Een belangrijke randvoorwaarde c.q. belemmering voor de publieksintensieve voorzieningen (o.a. maneges en pensionstallen) in het gebied wordt gevormd door de buisleidingenstraat. Uit veiligheidsoverwegingen wordt een invloedsgebied aangehouden voor publieksintensieve voorzieningen van 350 meter meter aan weerszijden van de buisleidingstraat. Extensieve voorzieningen, zoals recreatieve routes en paden, zijn wel mogelijk binnen dit invloedsgebied.
Zegen- en Portlandpolder • waterrijke natuur: open water, rietvelden, wilgenstruweel, natte graslanden • natuurgerichte recreatie • recreatieve routenetwerken Recreatieve uitgangspunten De recreatieve uitgangspunten voor het VKA Landschapspark Buytenland zijn als volgt: • Intensief in het noordelijk deel en extensief in het zuidelijk deel. • Opvangcapaciteit: 960.000 bezoeken per jaar (470.000 in noordelijk deel en 490.000 in zuidelijk deel) • Recreatievoorzieningen geclusterd in noordelijk deel • Routenetwerken door het hele gebied • Concrete recreatiemogelijkheden: ° Golf ° Horeca ° Kinderactiviteit (-boerderij) ° Outdooractiviteit ° Overnachten ° Recreatieweide
Conclusie • Ruitervoorzieningen als maneges en pensionstallen bij voorkeur in het noordelijk deel (Parkzone) realiseren. • Zoeken naar mogelijkheden om tot aantrekkelijke combinaties van voorzieningen te komen. • In het noordelijk deel voor de ontsluiting van voorzieningen rekening houden met een mogelijke knip in de Essendijk. • Geen intensieve recreatieve voorzieningen realiseren in de nabijheid van de buisleidingenstraat. • Realiseren van ruiter- en menpaden door heel Buytenland.
11
Kaartbeeld 6: Variant 1: “Paarden aan huis en op pad”
12
Ontwikkelingsperspectief menroutenetwerk heeft aansluiting op het netwerk in heel IJsselmonde.
4.1 Drie varianten voor voorzieningen Voor de ontwikkeling van de recreatieve ruitersport in Landschapspark Buytenland presenteren we drie ontwikkelingsvarianten. De drie varianten hebben ieder een eigen ambitieniveau met ruimtelijke ontwikkelingskansen voor diverse ruitervoorzieningen in Buytenland.
Voor de ligging van de privé stallen is gekozen voor de noordelijke parkzone, daarbij is uitgegaan van een maximum van vijfpaarden. Voor een particuliere stal geldt de volgende ruimtebehoefte (zie ook kaartbeeld 7) een woning, tuin, stallen, rijbak (0,25 ha) en daarnaast circa 1 ha. aan weidegang. De ruimtelijke impact op Buytenland als geheel is gering.
4.2 Variant 1: “Paarden aan huis en op pad” Binnen deze variant is geen ruimte voor hippische voorzieningen als maneges en pensionstallen. Er wordt slechts ruimte geboden aan de ontwikkeling van nieuwe privé stallen. Op de geconstateerde behoefte aan ruitervoorzieningen in IJsselmonde wordt dan ook nauwelijks ingesprongen. Een beperkt aantal particulieren kan paarden aan huis houden. Voor overige ruiters is er in Buytenland enkel ruimte op het stelsel van ruiter- en menroutes. Deze worden deels vrij liggend en deels op bestaande, verkeersluwe (dijk)wegen gerealiseerd. Door aansluiting te zoeken bij verschillende landschapselementen, zoals de Koekdood, de dijken en de drie gebiedszones, worden routes met verschillende uitzichten (hoogtes) en belevenissen gerealiseerd. Het ruiter- en Kaartbeeld 7 Ruimteindeling particulier stal
13
Kaartbeeld 8: Variant 2: “Voor alle ruiters”
14
aard van de bedrijfsvoering behoefte aan circa 15 hectare aan weidegang en akkerland voor de verbouw van o.a. tarwe en stro. Zeker voor agrariërs die een pensionstalling beginnen is het vaak aantrekkelijk om voor de voedselvoorziening van de paarden zelf gras- en hooilanden te beheren.
4.3 Variant 2: “Voor alle ruiters” Binnen deze variant vormen hippische voorzieningen en de beleving van paarden een volwaardig onderdeel van de recreatieve beleving in Buytenland. Er wordt ingezet op nieuwvestiging van een tweetal maneges en/of pensionstallen in Buytenland. Hiermee wordt voorzien in de opvang van een aanzienlijk deel (voor ca. 1500 ruiters) van de behoefte aan ruitersportvoorzieningen in IJsselmonde. In aansluiting hierop kan ook ruimte geboden worden aan particulieren om paarden te houden. Kaartbeeld 8 geeft een overzicht van de mogelijke ruimtelijke impact en de ligging van een tweetal maneges of pensionstallen met gras- en hooilanden. Als locatie is bewust gekozen voor de noordelijke parkzone, eventueel behoort een locatie in de Molenpolder ook tot de mogelijkheden. De stallen zijn oostelijk en westelijk gelegen, waarbij rekening is gehouden met een mogelijke knip in de Essendijk en twee verzorgingsgebieden met westelijk en noordelijk Rhoon, Poortugaal en Charlois en oostelijke Barendrecht. De natuurakkers in de Molenpolder kunnen worden ingezet voor de verbouw van ruwvoer voor de paarden. In aanvulling op het ruiter- en menpaden stelsel wordt hier een aanvullende voorziening gerealiseerd: een struingebied voor ruiters in de natuur van de Zegen- en Portlandpolder. Kaartbeeld 9 geeft inzicht in de ruimtelijke indeling van een pensionstal c.q. manege, die bestaat uit: een woning, stallen, een rijhal, een rijbak, stapmolen en parkeervoorziening. Hierbij is uitgegaan van een voorziening voor ca. 50 paarden en een ruimtebehoefte van circa 0,75 ha. Daarnaast is er afhankelijk van de
Kaartbeeld 9 Ruimtelijke indeling pensionstal c.q. manege
15
Kaartbeeld 10: Variant 3: “Een hippisch paradijs“
16
4.4 Variant 3: “Een hippisch paradijs” Kaartbeeld 11 geeft inzicht in de ruimtelijke indeling van een hippisch centrum: een woongedeelte, stallen, rijhallen, rijbakken, stapmolen en parkeervoorziening. Hierbij is uitgegaan van een voorziening voor ca. 50 paarden en een ruimtebehoefte van circa 1,75 hectare.
Ruitervoorzieningen en de beleving van paarden vormen binnen deze variant een (mede) drager voor de recreatieve beleving in Buytenland. Er wordt ingezet op nieuwvestiging van een hippisch centrum en een manege of pensionstal in Buytenland. Deze voorzieningen vangen een aanzienlijk deel van de behoefte aan ruitersportvoorzieningen in IJsselmonde op (ca. 1750 ruiters). Daarnaast zijn er binnen deze variant mogelijkheden voor particulieren om paarden te houden. In kaartbeeld 10 wordt een overzicht geven van de ruimtelijke impact en de ligging van een hippisch centrum in combinatie met een manege of pensionstal met gras- en hooilanden. Ook hier is voor een ligging van de voorzieningen in de noordelijke parkzone gekozen met een oostelijke en een westelijke locatie. Het hippisch centrum kan zich tot een toegangspoort en recreatietransferium voor Buytrenland ontwikkelen. Bij een hippisch centrum horen ook ruitersport evenementen en concours. Voor dergelijke evenementen kan een combinatie met de (parkeer)voorzieningen voor de recreatieplas worden gezocht. In aanvulling op het ruiter- en menpaden stelsel wordt hier naast een struingebied ook een eventing- of cross country parcours voorgesteld. Voor een dergelijk parcours kan worden uitgegaan van 15 tot 28 natuurlijke hindernissen over een lengte van ca. 1500 - 3000 meter. De hindernissen kunnen variëren van een boomstam, opsprong, afsprong, heg, greppel, picknicktafel, waterbak, diepe sloot, e.d.
Kaartbeeld 11 Ruimtelijke indeling hippisch centrum
17
4.5 Landschappelijke inpassing Met de toename in populariteit van de ruitersport komt ook steeds meer aandacht voor ruimtelijke, landschappelijke en diervriendelijke inpassing en ontwikkeling van ruitersportvoorzieningen. Wanneer dit niet gebeurt, is er risico op verrommeling van het landschap met bijvoorbeeld bouwvallige schuurtjes, witte hekken en linten ter afrastering, of paardenstallen in zeecontainers en erven met slordige plastic balen met hooi. Anderzijds is het ook zo dat paarden het landschap verlevendigen nu steeds meer koeien jaarrond op stal staan. Paarden vullen niet alleen de weiden, ze bieden met alle bijkomende activiteiten soms ook een extra of geheel nieuwe inkomstenbron voor agrariërs. Bijzondere architectuur voor stallen en bijgebouwen
De ruitersport voorzieningen in Buytenland worden bij voorkeur in de noordelijke Parkzone gerealiseerd. Deze zone krijgt een landgoed sfeer met een kleinschalig landschappelijk karakter. Bij de realisatie van voorzieningen en weidegronden kan hiermee rekening worden gehouden door onder meer: • houtwallen aanplant om de kleinschaligheid te benadrukken; • laanbomen en solitaire bomen op het erf, wat een traditionele uitstraling geeft; • compacte bebouwing binnen een groen stramien; • grondwalletjes voor het inpassen van rijbak of stapmolen; • houten, natuurlijk ogende afrasteringen gebruikt voor omheiningen aansluitend op de besloten gebieden; • bij open gebieden sloten te gebruiken als afrastering; • lichte, weinig opvallende afrasteringsmaterialen; • kleine stallen in houtsingels en bosjes.
Natuurlijke weiden met rolplaatsen
18
Houtwallen, singels en solitaire bomen Opvallende witte linten ter afrastering
Een haag ter landschappelijke inpassing van een weiland
19
4.6 Aanvullende voorzieningen en belevingsmogelijkheden Bij het realiseren van de ruiter- en menroutes moet rekening worden gehouden met onder meer: • aantrekkelijke startpunten met voldoende parkeergelegenheid (ook voor trailers); • een duidelijke scheiding met overige routes voor bv. wandelen en fietsen; • aanbindplaatsen (met watervoorziening) bij horecavoorzieningen. In combinatie met maneges en pensionstallen zijn uiteenlopende aanvullende voorzieningen mogelijk. Zo kan een manege worden gecombineerd met een horecagelegenheid, verblijfsrecreatie, (B&B of minicamping), boerderijwinkel, congres- en trainingsfacititeit, zorgboerderij, ruitersportwinkel e.d. In de combinatie met een zorgboerderij kunnen ook bijzondere therapeutische vormen van paardrijden worden aangeboden. Een dagrecreatieterrein bij de waterplas kan ook als evenemententerrein voor ruitenconcours worden ingezet. Verder kan de beleving van paarden in Landschapspark Buytenland ook verbreed worden. Bijvoorbeeld door paarden in te zetten als werkdieren bij het onderhoud en beheer of met wilde paarden als grazers in de natuur.
20
Conclusie • Landschapspark Buytenland biedt een prachtige kans voor de ontwikkeling van ruitervoorzieningen. Voorzieningen waaraan vanuit de regio grote behoefte is. • Landschapspark Buytenland biedt voldoende ruimte om hippische voorzieningen, als maneges en pensionstallen, te herbergen. • De voorzieningen kunnen met uiteenlopende ambitieniveaus gerealiseerd worden. De hippische sport kan zelfs uitgroeien tot een van de dragers voor recreatie in Buytenland. • Zowel de voorzieningen als de paarden kunnen een bijdrage leveren aan de verfraaiing en verlevendiging van het landschap. Ruitervoorzieningen kunnen worden gecombineerd met andere recreatieve voorzieningen.
21
22