Referendum
WEpod
Maxima
Wageningse Grieken willen ook stemmen. | p.4 |
Hoe veilig rijdt deze bus zonder chauffeur? | p.18 |
‘De koningin wilde vooral praten over de universiteit.’ | p.26 |
RESOURCE Voor studenten en medewerkers van n Wa W Wageningen ag ge eningen UR
nr. 21 – 2 juli 2015 – 9e jaargang
Wegwijs in de topsector | p.12
2 >>
liefdewerk
>> FRANK + VLIEGEN Frank de Roos, servicedesk IT, Facilitair Bedrijf
‘Ik hou van het minimalistische’ Het liefst doet-ie het zonder motor en in de bergen. Maar ja, Nederland hè? En dus kiest Frank de Roos thuis het luchtruim met een propeller op zijn rug. Snorvliegen. Vanaf een veldje in Heteren, een paar honderd meter boven de grond, een rondje Arnhem doen. ‘Voor de vrijheid, het vliegen, het uitzicht over de wereld.’ Zittend onder zijn scherm. Zonder veel poespas. ‘De charme is om het zo klein mogelijk te houden.’ RK / Foto: Guy Ackermans
RESOURCE — 2 juli 2015
ILLUSTRATIE COVER: GEERT-JAN BRUINS
>>INHOUD nr. 21 – 9e jaargang
>> 9 BABYGROENTES Vroeg geleerd is niet oud gedaan.
>>
12
DE TOPSECTOR Wie besluit welk onderzoeksvoorstel geld krijgt?
>>
24
AMSTERDAM VIA FLICKR Toeristenstroom in kaart dankzij webfoto’s.
WEGWEZEN!
EN VERDER 7 Wat is excellent onderzoek? 10 Zwart-witdenker heeft moeite met afvallen 16 De mug in slowmotion 18 Rijden zonder chauffeur 22 Studenten en hun vakantiebudget 25 Summerschool volgen in China 28 Ondertussen in de islamitische wereld
Het is bijna 30 graden. Iedereen zwoegt zich zwetend door deze dag. De campus ligt er prachtig bij. Het is pauze en de gazons tussen Orion en Forum liggen vol met mensen. Ontspannen worden liggen, eten en praten gecombineerd. Een enkeling probeert de zon uit het beeldscherm van zijn laptop te weren. De campus leeft. Precies zoals de wens is van velen. Laten we campus-ecosysteem uitbouwen tot een bruisend geheel waarin het voor iedereen fijn toeven is. Ik wandel naar een ijscowagen. “Een hoorntje met een bolletje Malaga alsjeblieft.” Heerlijk zo’n Italiaans ijsje. Een aantal studentes hebben de wagen ook opgemerkt en sluiten gezellig keuvelend aan in de rij. Twee dralende mannen van cateraar Cormet gooien echter roet in het eten. “Meneer de ijscoman. Nu moet ik u wederom verzoeken dit terrein te verlaten. U pleegt broodroof van 3 cateraars. U mag hier niet komen.” Vertwijfeld rijdt de ijsboer weg. De studentes blijven ontredderd achter. Mijn Malaga drupt van het hoorntje. De gezelligheid is verdwenen evenals het bruisende campus-ecosysteem. Edwin van Laar
>> De huisvlieg als veevoer | p.10
2 juli 2015 — RESOURCE
4 >> nieuws
• Griekse studenten en medewerkers mogen niet stemmen. • Nog geen meldingen van financiële problemen.
Veel Griekse studenten en medewerkers balen dat ze geen stem hebben in het referendum van 5 juli, blijkt uit een rondgang van Resource op de campus. Zondag spreekt Griekenland zich uit over een internationaal hervormingsen bezuinigingsvoorstel en hun toekomst in de Eurozone. Grieken in het buitenland mogen hun stem nooit uitbrengen tijdens verkiezingen, en dus ook niet tijdens dit referendum. ‘Ik zou graag willen stemmen’, zegt Erasmus-student Christina Chairistanidou, die ironisch genoeg een dag later naar huis vertrekt. Ook Charles El-Zeind, studentenraadslid namens S&I, vindt het jammer dat hij niet de kans krijgt zijn stem te laten horen. ‘Het is een ontzettend moeilijke keuze, maar een heel belangrijke om te maken.’ Het is een sentiment dat breed leeft onder Grieken in Wageningen. Toch zijn er ook studenten die
zich juist afsluiten voor berichten over het referendum. ‘Op een gegeven moment ben ik gestopt het nieuws te lezen of kijken’, zegt Evangelia Konstantinidou, masterstudent Leisure, tourism and evironment. ‘Het gaat nu al vijf jaar exact hetzelfde.’ Ze voelt zich momenteel vooral teleurgesteld, en niet langer boos of gefrustreerd over de situatie. Konstantinidou vindt het vooral treurig dat zo veel talentvolle jongeren die iets kunnen betekenen voor Griekenland zijn geëmigreerd. Sinds dit weekend gelden in Griekenland maatregelen die de uitstroom van kapitaal moeten beteugelen. Burgers en bedrijven kunnen geen geld overmaken naar het buitenland en mogen dagelijks maximaal zestig euro pinnen. Griekse studenten in Wageningen kunnen op hun Nederlandse bankrekening dus geen geld meer ontvangen van familie, tenzij ze daar een speciale toestemming voor krijgen. Tot dusver heeft het Student Service Center nog geen meldingen gehad van studenten die in de knel komen, zegt administrateur Hans Erik de Kort. Wel signaleert het Center de afgelopen jaren dat Griekse studenten in toene-
FOTO: VERVERIDIS VASILIS / SHUTTERSTOCK.COM
WAGENINGSE GRIEKEN WILLEN STEM LATEN HOREN
mende mate cash willen afrekenen – wat overigens onmogelijk is. De Kort verwacht dat die trend door zal zetten. Griekse Erasmusstudenten hebben veelal geen Nederlandse bankrekening. Voor hen is de situatie verwarrend, meldt The Guardian, omdat Griekse banken de kapitaalmaatregelen verschillend interpreteren. Bij sommige banken kan in het buitenland überhaupt niet meer worden betaald, zelfs niet met creditcard. Andere banken houden de dagelijkse grens
GROOT NET TEGEN KLEINE VLIEG Het praktijkcentrum voor fruitteeltonderzoek van Wageningen UR in Randwijk heeft zijn kersenboomgaard ingepakt in zeer fijn gaas. Zo hopen de onderzoekers de suzuki-fruitvlieg buiten te houden. De suzuki-vlieg vormt sinds enkele jaren een grote plaag voor fruittelers en is vooral dol op kersen. Het insect legt veel eitjes in rijpende kersen, waardoor de hoeveelheid vliegjes explodeert. De suzuki-vlieg, die oorspronkelijk uit Azië komt, heeft de afgelopen winter goed overleefd, constateert onderzoeker Herman Helsen. Om de minuscule suzuki’s buiten te houden, heeft het praktijkcentrum netRESOURCE — 2 juli 2015
ten om de kersenbomen gezet met een maaswijdte van minder dan een millimeter. Ook commerciële kersentelers hebben dit soort netten geplaatst tegen de fruitvlieg. Helsen is benieuwd hoe de kersen de komende tropische dagen doorkomen, omdat de fruitbomen nu minder licht en lucht krijgen door het dichte gaas. Naast monitoring van de suzukivlieg doet het praktijkcentrum ook proeven met biologische bestrijdingsmiddelen en insecticiden om de plaag in te dammen. Helsen hoopt subtiele methoden te vinden om de voortplanting van het fruitvliegje te ontregelen. AS
van 60 euro, of zelfs geen bovengrens aan. Jaarlijks starten zo’n 40 tot 60 Griekse studenten aan een masteropleiding in Wageningen. Met in totaal 154 studenten zijn zij, na de Duitsers, de grootste groep EU-studenten. Ook werken binnen Wageningen UR 41 Griekse (gast)medewerkers. Voor medewerkers hebben de kapitaalbeperkingen meestal geen praktische gevolgen. Zij krijgen een salaris van Wageningen UR, direct op een Nederlandse bankrekening. RR/LvdN
nieuws << 5
WAGENINGSE RAAD BEPAALT LOT TROPISCHE KAS • College pleit voor sloop. • Lagere nieuwbouw ontworpen.
De Wageningse politiek besluit maandagavond over het lot van de Tropische Kas op de Dreijen. Burgemeester en wethouders stellen voor de kas te slopen voor woningbouw. Het college gaf driekwart jaar geleden nog haar fiat aan een reddingsplan. Projectontwikkelaar Van den Brink uit Ermelo mocht 80 studentenwoningen
te bouwen in een vier lagen hoog gebouw, waarvan de kas onderdeel zou uitmaken. Het plan stuitte op veel verzet uit de buurt. De omwonenden vinden het gebouw te massaal. Volgens de projectontwikkelaar is dat nodig om de kas in te passen en te behouden. Daarnaast wil grondeigenaar Wageningen UR de grondprijs niet verlagen. Het college heeft daarom een nieuw plan laten maken, minder massaal en zonder kas. De mogelijkheid om de kas in zijn geheel te verplaatsen naar elders, behoort
ook tot de mogelijkheden. In de nieuwe plannen gaat Van den Brink in drie bouwlagen 20-25 woningen bouwen voor starters en ouderen. Ook de toekomst van het naast de kas gelegen Herbarium en het Gebouw met de Klok komen maandag aan de orde. Het Gebouw met de Klok wordt de komende vijf jaar verhuurd aan Wageningen UR. In het leegstaande Herbarium komen 41 studenteneenheden. Na tien jaar wordt bekeken of het Herbarium moet wijken voor nieuwbouw. RK
kort >> DLO-CAO
>> FLITSTEST
Bonden willen aanvulling op WW
Na 14 jaar definitieve uitspraak
De vakbonden en DLO verschillen van mening over een eventuele aanvulling van de WW. Het is een nieuwe twistpunt in de al ruim 2 jaar durende CAO-onderhandelingen. Door een wetswijzing gaat vanaf 1 juli de maximale duur van een WW-uitkering stapsgewijs terug van 3 naar 2 jaar. De vakbonden willen dat DLO een volledige uitkering garandeert. Nu is de tijd hierover te onderhandelen, vindt Rob van Baalen, onderhandelaar namens FNV Overheid. ‘Als het derde WW-jaar niet wordt gerepareerd, ga ik geen akkoord sluiten.’DLO wil op dit moment niet praten over een nieuwe ‘bovenwettelijke’ werkloosheidsregeling en schuift het liever door naar later dit jaar. RR
ID-Lelystad, voorloper van het huidige CVI, heeft in 2001 juist gehandeld bij de ontruiming van dertien veehouderijen die met mond- en klauwzeer (mkz) waren besmet. Dit oordeelde het College van Beroep voor het Bedrijfsleven afgelopen dinsdag in Den Haag. ID-Lelystad gebruikte destijds een verkorte test tijdens de controle. De veehouders betwijfelden of deze flitstest afdoende was om over te gaan tot ontruiming en spanden een zaak aan. Uit de test van ID-Lelystad bleek overigens dat 47 van de 57 afgenomen monsters positief waren. Met deze definitieve uitspraak komt een einde aan de langslepende juridische procedure. RR
>>TREND
Online voedsel De Nederlandse land- en tuinbouw kan meer inspelen op online verkoop van voedsel. Dat stelt het LEI in het Landbouw Economisch Bericht 2015. De agrofoodsector richt zich vaak nog op één afzetkanaal, terwijl de consument al soepel schakelt tussen on- en offline aankoop. Een op de acht Nederlandse consumenten doet dagelijks al boodschappen online. Naar verwachting groeit de online markt naar 25% van de totale markt in 2020. Die trend biedt de sector nieuwe kansen. Boeren kunnen de supermarkten omzeilen en hun niche-producten direct afzetten bij de consument. Producten met ‘een verhaal’ die verhandeld worden in korte en transparante ketens, leveren de boer en tuinder een hogere toegevoegde waarde, verwacht het LEI. AS
©OLUMN|KEES Denken Mahatma Gandhi. Ik houd van die man. Fantastische oneliners. Ze zitten boordevol doorwrochte wijsheid en levensinzicht. Zo viel mijn oog op zijn uitspraak: ‘Leef alsof je morgen zal sterven, leer alsof je eeuwig zult leven.’ Dit is de laatste Resource van het huidige academisch jaar. Ik word wanhopig. Paniek jankt door mijn ziel. Morgen sterft Resource; wat moet ik vandaag nog schrijven? Op zo’n moment scheidt zich het belangrijke van het onbelangrijke, het echte van het onechte, nu kan de kern van ons Wageningse bestaan zich openbaren. Wat is het doel van onze City of Life Science? Wat zaait de Zaaier voor het Atlas-gebouw? Zeg nu eens met één woord wat ‘One Wageningen’ inhoudt? Waar staan die potten tussen Atlas en Orion voor? En die boom voor het Forum? Zo indringend als het ontruimingsalarm in Radix je naar buiten drijft, zo heftig perst mijn hersenkwab er toch een kern uit: duurzaamheid! ‘Leer alsof je eeuwig zult leven.’ Mahatma, dank voor het tweede deel van uw uitspraak. Het maakt me rustig, mijn adrenaline zakt, mijn hersenkwab lubbert ineen en mijn ziel ligt uit te rusten op de bank. Dat tweede deel geeft toekomst. Duurzaamheid. Eeuwigheid. WUR? Van een oude, gerimpelde, Ghanese village chief heb ik geleerd dat alles in het leven een materiële, een humane en een spirituele dimensie heeft. Dus duurzaamheid ook. Daar ga ik over denken deze vakantie. Het kan allemaal goed komen. ‘De mens wordt vaak wat hij denkt.’ Ook dat is een uitspraak van Gandhi. Ik hoor graag wat u tijdens deze vakantie denkt en leert over de ‘drie dimensies van duurzaamheid’. Veel plezier!
‘Live as if you were to die tomorrow. Learn as if you were to live forever.’ ~~ Mahatma Gandhi
Kees van Veluw (57) is docent Permacultuur en netwerker biologische landbouw. Zijn visie haalt hij uit zijn werk met zowel Afrikaanse als Nederlandse boeren, zijn vrouw, drie zonen, hond en kippen.
2 juli 2015 — RESOURCE
6 >> nieuws
‘BUITENLANDSE COLLEGA’S ZIJN ONZE AMBASSADEURS’
Na 30 jaar neemt directeur Human Resources Tineke Tromp donderdag 9 juli afscheid van Wageningen UR. In augustus gaat zij aan de slag bij het ziekenhuis Medisch Spectrum Twente. Ze begon ooit als bedrijfsjurist. Later werd ze directeur Legal and Governance/secretaris van de raad van bestuur. Sinds 2007 heeft ze haar huidige functie. Tromp kijkt met plezier terug op haar jaren ‘bij een fantastische organisatie’. Ze ziet haar overstap als een kans in een andere sector aan de slag te gaan. Bovendien verhuist Tromp naar Oost-Nederland. Welke uitdagingen wachten uw opvolger? ‘Het is belangrijk dat Human Resources meer inzet op flexibiliteit in de organisatie. Onze klanten
hebben behoefte aan een multidisciplinaire aanpak en daarvoor moet je betere verbindingen hebben over kenniseenheden. Samenwerking bevorder je verder met goede systemen en mechanismen, zodat ook kan worden afgerekend. ‘Leidinggevenden moeten het voor medewerkers mogelijk maken dáár te werken waar hun kracht en ervaring op dat moment het meest nodig is. En die flexibiliteit geldt ook voor medewerkers zelf. Je doet niet meer tot in lengte van dagen hetzelfde werk, bij dezelfde organisatie-eenheid.’ De laatste jaren probeert Human Resources meer vrouwen naar de top te krijgen. Blijft diversiteit komende jaren een speerpunt? ‘Ja, maar niet alleen genderdiversiteit. We moeten blijven werken aan internationalisering. Buitenlandse medewerkers moeten niet gefrustreerd naar hun land teruggaan, maar als ambassadeurs van Nederland, en het liefst van Wageningen. We moeten ze dus goed opvangen, een partnerprogramma
FOTO: GUY ACKERMANS
• Tineke Tromp vertrekt naar het Medisch Spectrum Twente. • Haar opvolger moet zorgen voor een flexibeler Wageningen UR.
bieden en ook onze taal goed op orde hebben. Ook wanneer maar één internationale medewerker aanwezig is, moet je niet gaan overleggen in het Nederlands.’ In april zei u nog graag een cao te willen sluiten voor DLO. Hoe vindt u het dat dit niet is gelukt? ‘Dat vind ik erg jammer. Dat klinkt
natuurlijk obligaat, maar ik heb hier echt hard aan gewerkt. Medewerkers ervaren een nieuwe cao als een waardering voor hun inzet. In deze situatie, waarin al twee jaar geen salarisverhouding is geweest, loop je daarom het risico dat mensen zeggen: “Bekijk het maar, ik zoek een andere baan”. Daarom is dit zo teleurstellend.’ RR
ERC-GRANT VOOR HARRO BOUWMEESTER • 2,5 miljoen euro. • Signaalstoffen in voedselgewassen.
Harro Bouwmeester, hoogleraar Plantenfysiologie, krijgt een Advanced Grant van de European Research Council (ERC). Bouwmeester gaat zijn onderzoek aan signaalstoffen in planten uitbreiden naar belangrijke voedselgewassen. De Europese onderzoekfinancier ERC honoreert zijn onderzoeksRESOURCE — 2 juli 2015
voorstel met 2,5 miljoen euro. Bouwmeester doet onderzoek aan strigolactonen. Dat zijn signaalstoffen in gewassen die het parasitaire onkruid Striga aantrekken, maar ook nuttige bodemschimmels. Bovendien remmen deze signaalstoffen de vorming van zijscheuten in de plant, ontdekte hij in de afgelopen jaren. Belangrijke voedselgewassen als tarwe, rijst, mais en soja bevatten deze strigolactonen. Bouwmeester wil ze in kaart brengen en hun functies beter leren begrijpen, teneinde de
productie van gewassen te verbeteren. Zo hoopt hij met zijn onderzoek de beschikbaarheid van nutriënten uit de bodem voor planten te vergroten. Naast Bouwmeester kregen nog 17 Nederlandse wetenschappers een ERC-grant. In totaal deelde de EU 190 van deze beurzen uit. De advanced grants bedragen doorgaans 2,5 miljoen euro, maar in incidentele gevallen kunnen ze oplopen naar 3,5 miljoen euro. Wageningse wetenschappers zijn redelijk succesvol met het bin-
nenhalen van een ERC-grant. Het afgelopen jaar nog kregen meteoroloog Wouter Peters en microbioloog Stan Brouns deze onderzoekbeurs. AS
nieuws << 7
ANALYSE: VERSCHIL IN DEFINITIE VAN BEGRIP EXCELLENT De vijf visitatiecommissies die de Wageningse onderzoekscholen hebben beoordeeld in de afgelopen weken, hanteren verschillende maatstaven bij het uitdelen van cijfers aan de leerstoelgroepen. Dan kan leiden tot scheve gezichten op de universiteit. Vijf visitatiecommissies waren de afgelopen weken in Wageningen om in sneltreinvaart vijf van de zes onderzoekscholen te beoordelen. Hun officiële taak was om na te gaan of de onderzoekscholen de promovendi naar behoren opleiden en begeleiden. Alle scholen slaagden met lof voor deze apk-keuring en kunnen er weer vijf jaar tegenaan. Maar de commissies beoordelen ook de ‘past performance’ en ‘future potential’ van de leerstoelgroepen die deel uitmaken van de onderzoekschool. Ze geven cijfers voor de wetenschappelijke kwaliteit, de maatschappelijke relevantie en de
GEEN PLANKENKOORTS
levensvatbaarheid van de groepen. En naar deze score zijn de hoogleraren echt benieuwd, want die bepaalt de pikorde onder professoren in de komende jaren. Wie zijn er excellent? Vijf jaar geleden mochten de commissies cijfers geven op een schaal van 1 t/m 5. De groepen die een 5 kregen voor zowel wetenschappelijke kwaliteit, relevantie als levensvatbaarheid, waren excellent. Zeven leerstoelgroepen haalden vijf jaar geleden die maximale score. Dit jaar zijn er vier schalen – de categorie ‘sufficient’ (een zesje) is geschrapt. Bovendien geldt, om de verwarring nog iets groter te maken, een 1 als de beste score. Dus de onderzoeksgroepen die straks drie eentjes halen, zijn excellent. Wat is excellent? Dat zijn onderzoeksgroepen die tot de mondiale top behoren. Maar wat is top? Volgens de ‘rekkelijken’ zijn dat groe-
Heeft u veel reacties gehad op uw uitnodiging voor Zomergasten? ‘Ja, iedereen die ik zie bij het koffiezetapparaat heeft het erover. De verwachtingen lijken hooggespannen, dus als dat maar goed gaat.’ Het programma draait om de fragmenten die de gast selecteert. Weet u al welke beelden u gaat kiezen? ‘Ik zit daar nu wel over na te denken maar het is iets wat deze zomer moet gebeuren. Het is net als met het ontwerpen van een landschap. Je hebt een plek en dan denk je na wat voor plan daar moet komen, maar dat is niet op dag 1 duidelijk.’
Wie? Adriaan Geuze, bijzonder hoogleraar Landschapsarchitectuur aan Wageningen Universiteit Waarom? Is 16 augustus ‘Zomergast’ in het gelijknamige tv-programma Wat? Hij zal vertellen over de Nederlandse traditie om land te maken, zoals met de Zuiderzeewerken
Zomergasten duurt drie uur. Heeft u nog plankenkoorts om zolang op televisie te komen? ‘Nee, het wordt zonder twijfel heel leuk. Ik vraag me alleen of hoe ik de kern van het verhaal met beeld ga vertellen. Van veel onderwerpen, neem Rembrandt, is geen bewegend beeld. Hoe ik dat ga oplossen? Je moet maar vooral gaan kijken.’ RR
pen die duidelijk meer publiceren in peer reviewed tijdschriften met een hoge impactfactor dan de andere onderzoeksgroepen in hun veld, en die bovendien meer dan gemiddeld worden geciteerd. Maar volgens de ‘preciezen’ geldt het predicaat ‘excellent’ alleen voor de 3 procent beste onderzoeksgroepen in de wereld, zoals je alleen ‘cum laude’ uitdeelt aan de 3 procent beste proefschriften. Zij willen de inflatie in de beoordelingscijfers - heel goed is inmiddels excellent – corrigeren. De onderzoekscholen Experimental Plant Sciences (EPS) en Wageningen Institute of Animal Sciences (WIAS) kregen zo’n precieze en zuinige commissie op bezoek. Afgaande op hun mondelinge presentatie, gaan deze commissies weinig eentjes voor excellentie uitdelen. De Wageningen School of Social Sciences (WASS) en Production Ecology and Resource Conservation (PERC)
kregen echter een ruimhartige commissie langs die aankondigde veel enen en verder louter tweeën (very good) te gaan uitdelen. VLAG (Voeding, Levens- en Agrotechnologie en Gezondheid) zit daar, getuige de presentatie van de commissie, tussenin. In augustus, als de commissies hun rapporten presenteren en de cijfers beschikbaar komen, zal blijken hoe hoog ze de lat leggen. Barbara Cannon, de Zweedse voorzitter van de visitatiecommissie bij WIAS, worstelde openlijk met de consequenties van een strenge beoordeling, omdat de dierwetenschappers dan in de beeldvorming van beleidsmakers en de rankings van journalisten bestempeld kunnen worden tot mindere goden. Collegiaal advies aan de Wageningse leerstoelgroepen kan zo verkeerd uitpakken. Dit is stof tot nadenken voor de Wageningen Graduate School. AS
READ MY BLOG! De zoektocht naar een nieuwe blogger voor resource-online.nl heeft veel ingezonden proefblogs opgeleverd. De beste tien zijn deze zomer te lezen op resource-online.nl. Eind augustus is de winnaar bekend.
BINNENKORT IN DIT THEATER: • • • •
Met je hotpants in het klaslokaal Presentatiezenuwen Do you know how smart I am in Spanish? Delen is verliezen
2 juli 2015 — RESOURCE
8 >> wetenschap
GOEDE SCHOOL IS KLEIN EN REIN • Omvang school is bepalend voor het studiesucces. • Bestuur, luister naar de gebruikers van je gebouw.
Grote hogescholen doen het aanzienlijk minder goed dan hun kleinere broertjes. Dat komt voor een belangrijk deel door hun omvang. Bedrijfskundige Herman Kok kan het zelfs precies aangeven. Duizend studenten erbij verlaagt het
RESOURCE — 2 juli 2015
studiesucces met 0,3 procent. ‘En dat lijkt misschien niet veel, maar 30.000 studenten betekent dus 10 procent minder resultaat.’ Kok promoveert volgende week op een onderzoek naar het effect van facility management op het hoger onderwijs in ons land. Dat een goed schoolgebouw en facilitaire diensten bijdragen aan de leerprestaties, ligt voor de hand. Daar is volgens Kok ook al veel onderzoek naar gedaan. Maar veel van dat onderzoek is kwalitatief van
aard of gericht op maar één aspect (bijvoorbeeld licht of lucht) van de omgeving. Harde cijfers ontbreken. Kok zocht en vond bewijs. Hij deed dat door 1755 docenten van 18 hogescholen te bevragen over een groot aantal kenmerken en diensten van de gebouwen waarin zij werken. Hij koppelde de antwoorden aan het studiesucces van hun studenten in de vorm van het slagingspercentage na 5 jaar onderwijs. Kok: ‘Die verschillen in studieresultaat zijn aanzienlijk. Bij de slechtste school haalt maar 49 procent binnen 5 jaar de bachelor, bij de beste school is dat 79 procent.’ De resultaten zijn opmerkelijk. Het prestatieverschil tussen de scholen is voor 43 procent toe te schrijven aan factoren die facility management kan beïnvloeden. Verreweg de grootste invloed (40 procent) heeft, volgens de docenten, de omvang van de school. Studenten doen het dus minder in grote scholen. Grote scholen zijn onpersoonlijk. Studenten voelen zich minder thuis en op hun gemak. Dat lijkt een gegeven waar je verder weinig aan kunt doen. Maar dat valt mee. ‘Het gaat erom’, zegt Kok, ‘dat je voor studenten een kleinschalige en betekenisvolle omgeving creëert. Zorg er dus voor dat de beleving klein is.’ Een goed voorbeeld is Saxion Hogeschool in Deventer, vindt Kok. ‘Daar heeft elke studierichting een eigen deel van het gebouw. Te herkennen aan kleur, inrichting en meubilair.’ Een slecht voorbeeld is volgens Kok Forum op onze eigen campus. ‘Forum is een soort kathedraal, bedoeld om te imponeren of zelfs intimideren. Je voelt je als gebruiker nietig. Zo moet je dus niet ontwerpen.’ Forum heeft ook goede kanten, zegt Kok. ‘De bibliotheek is geweldig. Maar de onderwijsruimten aan de binnenzijde hebben geen daglicht, de
akoestiek is waardeloos en het binnenklimaat is niet te regelen.’ Van de kleinere oorzaken scoort reinheid van de gebouwen het hoogst. ‘Reinheid is een heel sterke motivator. Als het ergens stinkt en onopgeruimd is, denk je al snel: wat doe ik hier? Iets wat er netjes en gepoetst uitziet, daar kom en blijf je graag.’ Het probleem is, signaleert Kok in zijn studie, dat bestuurders niet denken vanuit de gebruiker. ‘Topbestuurders zijn vooral extern gericht, zijn geïnteresseerd in representatie en marketing van het instituut. Docenten en studenten willen dat de omgeving stimulerend is en dat dingen functioneren. Daar zit een contrast.’ Zijn advies is daarom: zet een facility manager in de Raad van Bestuur. ‘Eentje die weet waar hij het over heeft en de taal van zowel bestuurders als eindgebruikers spreekt. Bestuurders weten niet wat de effecten zijn van facility management. Ze weten het niet of ze geloven niet dat het bijdraagt aan het primaire proces.’ ‘Bestuurder, kom uit je ivoren toren’, zegt Kok, ‘en ga aan de slag met de gebruiker. Betrek de gebruiker veel meer bij het facilitair management. En dan bedoel ik niet de jaarlijkse gebruikersmonitor. Die kun je net zo goed afschaffen. Met social media en living labs kun je tegenwoordig permanent monitoren. Dan heb je substantie.’ RK
WIFI Kok vroeg in groepsdiscussies ook studenten naar hun mening. Met beperkt resultaat. ‘Studenten zijn minder betrokken bij hun werkomgeving dan docenten. Studenten zijn bezoekers. Ze zijn al tevreden als er wifi is, als er genoeg stopcontacten zijn, groeps- en concentratiewerkplekken, een helpdesk en een betaalbare catering. Eenzelfde onderzoek onder studenten heeft minder voorspellende waarde voor het studiesucces.’
wetenschap << 9
VISIE << Uitspraak klimaatzaak is ‘opsteker’
VROEG BOONTJES PROEVEN MAAKT NOG GEEN GROENTELIEFHEBBER • Vroeg wennen alleen succesvol op korte termijn. • Groentes leren eten is een kwestie van doorzetten.
Baby’s die groente als eerste vast voedsel krijgen, eten hier als ze twee zijn, niet meer van dan andere kinderen. Op korte termijn zorgt gewenning wel voor meer groenteconsumptie. Dit concludeert Coraline Barends in haar proefschrift dat ze dinsdag 30 juni verdedigde. Het onderstreept hoe lastig het is om kinderen – maar ook volwassenen – genoeg groente te laten eten. In alle leeftijdsgroepen leggen Nederlanders te weinig boontjes, bloemkool en olijven op hun bord. Zo zouden twee tot driejarigen 50 tot 100 gram groentes per dag moeten eten. In de praktijk lukt dit maar zo’n 20 procent van de kinderen. Barends testte het effect van gewenning in een experiment met 101 baby’s die ze van hun eerst vaste hapje rond zes maanden tot hun twee verjaardag volgde. De helft maakte direct kennis met een groentehapje terwijl de andere helft gepureerde groente at. Na negentien dagen bleek de ‘groentegroep’ meer artisjok en bonen te eten. Een halfjaar later was dat effect er nog steeds. Baby’s die hadden meegedaan aan het gewenningsexperiment, aten gemiddeld 75 gram groentes per dag, de rest slechts 54 gram. Rond de tweede verjaardag was het verschil weg en aten beide groepen evenveel groentes. Waarom dit gebeurt, is onduidelijk maar Barends heeft verschillende
ideeën. Zo wenden ‘groentebaby’s’ maar drie weken aan hun hapjes. Een langere gewenningsperiode is mogelijk effectiever. Bovendien kwamen de baby’s aan het einde in de ontwikkelingsfase waarin ze ‘nee’ leren zeggen, en waarschijnlijk gebeurde dat veelvuldig wanneer hen groente werd voorgeschoteld. Het betekent niet dat gewenning nutteloos was, zegt Barends. ‘Ze hebben toch 12 maanden voordeel gehad omdat ze meer groentes aten.’ Ook is het mogelijk dat smaakvoorkeuren toch duurzaam zijn veranderd en als de nee-fase voorbij is, zij alsnog groentes gaan eten. RR
MARTINE ALLES Directeur Ontwikkelingsfysiologie en voeding bij Nutricia Research in Utrecht. ‘We doen veel onderzoek naar gezonde voeding in de eerste fase van het leven omdat dit een heel groot effect heeft – positief of negatief – op het individu. Daarom proberen we bijvoorbeeld smaakvoorkeuren voor groentes te beïnvloeden. We willen onder meer dat kinderen smaken echt leren herkennen. Een product moet dus echt als broccoli te smaken. Die smaak moet je niet kwijtraken in de bewerking en je moet geen fruit of vruchtensap toevoegen. Bovendien wil je een brede variëteit aan groentes aanbieden, niet alleen ‘makkelijke’ soorten. Voor optimale smaakontwikkeling raden we ouders aan een groente steeds opnieuw aan te bieden maar ook veel te variëren. Dat betekent dus regelmatig een lepeltje aanbieden van een andere groente zoals broccoli, bloemkool en spinazie.’
De Staat moet meer doen om de uitstoot van broeikasgassen terug te brengen, dat oordeelde de Haagse rechtbank vorige week. In 2020 moet de uitstoot tenminste 25 procent lager liggen dan in 1990. Omdat deze doelstelling niet lijkt te worden gehaald, heeft actiegroep Urgenda de Staat voor de rechter gedaagd. Een ‘hartstikke goede’ uitspraak, zegt Gert Spaargaren, universitair hoofddocent bij de leerstoelgroep Milieubeleid. ‘Dit is echt een opsteker.’ Waarom moeten we blij zijn met deze uitspraak? ‘Toen het Verenigd Koninkrijk een klimaatwet invoerde, vroegen mensen zich ook af wat het nut zou zijn. Een wet is immers zo sterk als de naleving er van. In de praktijk zie je een aanjagend effect. Deze uitspraak moeten we in hetzelfde licht zien. Hierna is het niet weer business as usual. Staten die achterlopen op gemaakte beloften zijn geattendeerd. Hun soevereiniteit is toch wel ingeperkt.’ Heeft het echt impact op de dagelijkse praktijk? ‘Deze uitspraak kan de transitie – van fossiele naar duurzame energie – versnellen. Over deze transitie zijn afspraken gemaakt, er is breed draagvlak in de samenleving en politieke wil, alleen gaat het proces te langzaam. Afspraken op papier zetten, is makkelijker dan ze in de praktijk brengen. Er worden altijd uitzonderingen en omwegen gevonden. Nu moeten beleidsmakers een sterkere regie gaan voeren en lokale weerstand wegnemen van energiereuzen bijvoorbeeld die de transitie willen traineren.’ De rechter stelt nadrukkelijk niet op de stoel van de wetgever te willen gaan zitten. Criticasters, zoals Simon Rozendaal van Elsevier, bestrijden dit en zien inmenging met beleid en wetenschap. Bent u niet bang dat deze uitspraak juist nieuwe weerstand gaat creëren? ‘Dat denk ik niet. Misschien hebben een kleine groep klimaatsceptici hier moeite mee, maar het draagvlak voor klimaatmaatregelen in Europa en zeker in Nederland is hoog. Dit vibreert in de samenleving, men wil haast met deze transitie. Ik denk dat zelfs bedrijven blij zijn met de duidelijkheid: Dit is de weg die we inslaan.’ RR
2 juli 2015 — RESOURCE
10 >> wetenschap
VLIEG ALS VEEVOER KOST MEER CO2 DAN SOJA • Larven groeien snel genoeg. • Grondstoffen zorgen voor negatieve klimaatscore.
De grootschalige productie van onze huisvlieg voor veevoer levert nog geen betere klimaatscore op dan soja. Dat blijkt uit onderzoek van Hannah van Zanten, promovendus bij Dierlijke Productiesystemen en Livestock Research. Ze maakte een levenscyclusanalyse van de grootschalige kweek van huisvlieglarven die dienen als eiwitbron voor de veehouderij. Zo’n kweker bestaat nog niet, want het is nog niet toegestaan om voedselresten aan vliegen te voeren. Desondanks kon zij nagaan hoe de milieuscore van deze insectenteelt zich verhoudt tot gangbaar veevoer, zoals sojameel en vismeel. De experimentele huisvliegkwekers mengen voedselresten en kippenmest in een bak. Die dienen als voer voor de larven van de huisvlieg. Grote pluspunt van de vliegenlarven is dat ze snel groeien. Bij een
temperatuur van 27 graden Celsius zijn ze na vijf dagen al groot genoeg om te oogsten. Dit maakt de huisvlieg veel productiever dan bijvoorbeeld de meelworm, die zo’n tien weken productietijd nodig heeft. Na afloop van de teelt kan het substraat in de kweekbak alsnog worden vergist. Maar ondanks deze pluspunten is de klimaatscore van het huisvliegenvoer slechter dan die van het sojavoer. Dat komt omdat de grondstoffen voor de vliegenkweek al een nuttige bestemming hebben. De voedselresten worden nu vergist, de kippenmest geëxporteerd naar een akkerbouwer in Duitsland. Als die bestemmingen wegvallen, daalt de hoeveelheid bio-energie en moet de akkerbouwer kunstmest kopen. Door die indirecte gevolgen nemen het energie- en CO2-gebruik van de insectenkweek flink toe. Van Zanten voerde het onderzoek uit voor vier bedrijven, waaronder insectenkwekerij Jagran en afvalverwerker SITA. Zij wilden de opties van insectenteelt in Nederland verkennen,. Vincent Mooij, innova-
tiemanager van SITA, denkt ook dat de klimaatscore van de insectenteelt verder kan verbeteren. ‘Het afval en de mest gaan rotten en gisten in de kweekbakken, waardoor het veel te warm wordt voor de larven. Om de temperatuur laag te houden, is veel energie nodig, maar je kunt ook zoeken naar een ander productieproces. Daarom focussen we nu op energiebesparing in het productieproces op industriële schaal.’
Zolang niet duidelijk is of de productie ecologisch en economisch rendabel is, gaat SITA niet investeren in de productie van veevoer uit vliegen. Mooij: ‘We willen biologisch afval, wat we nu omzetten in energie of compost, graag opwaarderen naar diervoeders. Bij de insectenkweek volgen we de ontwikkeling van de huisvlieg en de zwarte wapenvlieg. Welke het gaat worden, weten we nog niet.’ AS
ZWART-WITDENKERS HEBBEN MEER MOEITE MET AFVALLEN • Controleverlies leidt tot eten. • Flexibele geest blijft vaker op gewicht.
Zwart-witdenkers lukt het minder goed om op gewicht te blijven dan flexibele geesten. Dat concludeert Katerina Palascha, onderzoeker bij Marketing and Consumer Behaviour. Palascha legde 241 consumenten een vragenlijst voor om na te gaan in hoeverre ze rigide denkbeelden hebben. Ook beoordeelde ze of mensen dat zwart-witdenken toepassen op voedsel. Vervolgens vroeg ze ook of hun gewicht in de laatste vijf jaar was veranderd. Ze ontdekte dat hoe meer consumenten geneigd waren hun voedselinname te onderdrukken, des te vaRESOURCE — 2 juli 2015
ker ze daarna zwaarder werden. Bij dit verband bleek de mate van zwart-witdenken bepalend te zijn. ‘Zwart-witdenkers zien voedsel in termen van goed of fout, van alles of niets’, zegt Palascha. Als ze zich even niet aan het dieet hou-
den, besluiten ze eerder dan de flexibele consumenten dat het dieet is mislukt. ‘Verloopt het niet perfect en dreigen ze de controle te verliezen, dan geven ze het op en gaan ze teveel eten.’ De flexibele denkers zitten niet met een
‘goed of fout’-schema in hun hoofd en hebben een flexibeler eetstijl, aldus de Griekse onderzoeker. Ze kunnen een avondje los gaan en de volgende dag weer hun dieet omarmen. Dit zou kunnen verklaren waarom flexibele geesten vaker op gewicht blijven, concludeert Palascha in het tijdschrift Journal of Health Psychology. Er is eerder onderzoek gedaan naar mensen op dieet. Uit sommige studies bleek dat het onderdrukken van de eetwens succesvol was bij het afvallen. Uit ander onderzoek kwam dat het intomen van die eetwens op langere termijn juist leidde tot meer eten en dus tot meer gewicht. Volgens Palascha kunnen die verschillen deels worden verklaard door de mindset van de consument. AS
discussie << 11
Online debatteerden onze lezers over het leven als niet-student, zorgt een reclamestunt voor opgetrokken wenkbrauwen en vertellen studenten in een filmpje over hun vakantieplannen. Kijk en praat online mee!
REACTIES OP...
RESOURCE-ONLINE.NL COGITO ERGO SUM? Werken, huizen kopen, trouwen en van baan wisselen. Voor steeds meer vrienden van blogger Jan-Willem Kortlever is het zover. Hij vraagt zich in de collegebanken soms af wat het studeren hem brengt. Het eerste ‘advies’ komt van Wakker Vlees. ‘Jij hebt de perfecte mentaliteit om gewoon lekker op de trekker door het veld te ploegen.’ Geen tijd meer verspillen met rondhangen in de collegebanken, kortom. De blogger wenst de reageerder een ‘goedenavond’ en deelt een linkje naar de cursus argumentatievaardigheden. Burn. Toch adviseren ook andere mensen JanWillem eens rond te kijken op het hbo. ‘Je hebt een van de meest praktisch ingestelde studies in Wageningen te pakken’, schrijft HBO, It’s not TV, ‘en je probleem is dat het niet genoeg toepasbaar is?’ Hij ziet in veel van Jan-Willems blogs dan ook een weigering dieper na te den-
ken. ‘Waarschijnlijk komt je stage er nog aan, dus dat scheelt.’ Jan-Willem vindt het geen faire kritiek. ‘Als je mijn blogs lees, pleit ik juist voor verdieping en verbreding, en niet direct voor toepasbare kennis.’ En juist deze blog is een schoolvoorbeeld van verder kijken. Denkt hij immers niet na hoe het zou voelen niet diep na te willen denken?
DAT IS ER GEEN VAN RESOURCE Onze redactie keek vreemd op toen er een Resource in het digitale postvak plofte. Het bleek een reclamestunt van uitzendbureau Tempo-Team. Online legt hoofdredacteur Edwin van Laar uit dat hij de grap niet kan waarderen. ‘Wij zullen vandaag aan heel veel mensen moeten uitleggen dat we hier niets mee te maken hebben. Het schaadt ons imago.’ De reageerders tonen zzich verdeeld. ‘Ik vind het wel studentikoos en origineel!’ schrijft Koos. ‘Er is vast een origineo lere en sportievere manier voor Resource om Tempo-Team “terug te pakken” dan het op imaT goschade en copyrightschending te gooien.’ g Een andere reageerder grapt dat het de hoogste ttijd is om belangenverstrengeling en financiële sstromen rondom het WUR-medium te onderzoeken. Sander is het eens met de hoofdredacteur. ‘Een commercieel bedrijf moet zich aan de regels houden en daarmee zijn ze duidelijk over de schreef gegaan.’ Piraatje neemt de gelegend heid te baat te ageren tegen auteursrechten die ‘ontwikkeling, cultuur en innovatie’ onnodig remmen. Het laatste woord is voor Jelte. ‘Resource moet niet zo kinderachtig doen. Het iis een geslaagde actie van Tempo-Team en een eerbetoon aan Resource.’ e
STANK VOOR BANK Studenten willen meer bankjes op de campus, blijkt uit een enquête. Ze worden op hun wenken bediend; na de zomer komen er meer bankjes voor gebouw Forum. Kritische landschapsarchitecten genoeg in Wageningen en dus is niet iedereen tevreden. ‘Wordt de campus echt beter van wat lukraak in het rond gestrooide bankjes?’ schrijft Meer bankjes? ‘Grotere problemen als kwel, een slecht-microklimaat en infrastructuur-chaos worden hier niet mee opgelost...’ Hij verwijst naar een website waar de uitdagingen voor de Wageningse steppe worden besproken. Dat is toch wat al te pessimistisch, schrijft Zuurpruim. Dit soort ‘babystapjesverbeteringen’ zijn momenteel betaalbaar. ‘Mocht er ooit nog een paar miljoen uit de hoge hoed springen...’ Dan kan de universiteit de campus eens flink aanpakken. RR
STELLING ‘Using your free time as free time leads to more work progress than overtime hours’, Johannes Reiche, promoveerde op 19 juni in Wageningen.
2 juli 2015 — RESOURCE
DOSSIER UNIVERSITEIT & BEDRIJF
Ons kent ons in de topsector Topsectoren maken onderzoekfinanciering voor DLO een stuk complexer RESOURCE — 2 juli 2015
achtergrond << 13
Sinds 2012 verdelen de topsectoren Agri & Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen een deel van het budget voor DLO. Daartoe moeten de onderzoekers publiek-private onderzoeksprojecten afsluiten met bedrijven. De onderzoekfinanciering is daardoor een stuk complexer geworden. Vooral goed ingevoerde marktleiders halen nu de projecten binnen. tekst: Albert Sikkema en Koen Guiking / illustratie: Geert-Jan Bruins
D
e onderzoeksinstituten van Wageningen UR (DLO) krijgen jaarlijks zo’n 140 miljoen euro van het ministerie van Economische Zaken. Daarvan is zo’n 55 miljoen voor wettelijke onderzoekstaken, ongeveer 21 miljoen voor beleidsondersteunend onderzoek en 16 miljoen om de kennisbasis van de instituten op peil te houden. De overheid is in dit geval altijd de opdrachtgever. Vervolgens is ook nog 47 miljoen euro toebedeeld aan de topsectoren Agri & Food en Tuinbouw & Uitgangsmaterialen. In die topsectoren wordt de besteding bepaald door het bedrijfsleven samen met de overheid en DLO. Voor 2011 was dit laatste altijd een één-tweetje tussen DLO en het ministerie. Door die beslissing te leggen bij de topconsortia voor kennis en innovatie (TKI’s) wordt de kennisvraag van het bedrijfsleven direct gekoppeld aan publiek gefinancierde onderzoeksinstellingen. De gedachte hierachter was dat de samenleving zou worden verrijkt met meer innovaties. Van die 47 miljoen heeft de topsector Agri & Food (A&F) jaarlijks 31 miljoen euro aan publiekprivate projecten met DLO te besteden. De topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen (T&U) krijgt 15,5 miljoen euro. Deze 47 miljoen komt –door een aflopende financiering van meerjarige projecten- stapsgewijs beschikbaar. Dit jaar wordt 37 miljoen via de topsectoren bij DLO ingezet, in 2016 is dat de volledige 47 miljoen. Om een publiek-privaat project in de wacht willen slepen bij de topsector, moeten bedrijven samenwerken met DLO. Agri & Food heeft inmiddels 89 publiek-private projecten toegekend, Tuinbouw & Uitgangsmaterialen 95 projecten. Wat voor voorstellen zijn dat en wie bepaalt welk onderzoek in de prijzen valt? Dat gaan we na aan de hand van een steekproef. We beoordelen de 56 toegekende projecten van A&F in 2013. In de topsector Agri & Food gaat het meeste
geld naar het thema Duurzame Veehouderij, met 13 projecten. Bijna alle dierlijke sectoren – melkvee, varkens, kippen, schapen en geiten – hebben een voorstel ingediend en gehonoreerd gekregen. Onder de vlag van de topsector is het veehouderij-onderzoek gegroeid. Hetzelfde geldt voor het biobased onderzoek van Food & Biobased Research. Er zijn veel projecten goedgekeurd op het gebied van bioraffinage, om meer waarde uit plantaardige grondstoffen en reststromen van de agro-industrie te halen. Tegenover deze groei staan ook forse besparingen; bij het plantaardig onderzoek en het consumentenonderzoek. Zo snoept het LEI nog wel een aantal projecten mee in het thema ‘Markten keteninnovaties’, maar haalt ze vrijwel geen consumentenonderzoek meer binnen. Bedrijven willen daar nauwelijks in investeren. De ingediende onderzoeksvoorstellen moeten passen binnen de ‘innovatie-agenda’ van de topsector. Die wordt opgesteld door themacommissies, met daarin mensen van DLO, TNO, universiteiten, bedrijven en de overheid. Ze leggen vast welke kennisvragen en innovaties de komende jaren spelen in de land- en tuinbouw. Dat zijn de kaders waaraan de onderzoeksvoorstellen moeten voldoen. De coördinatie ligt bij de ‘themaregisseur’ van DLO. Die schrijft ook de teksten, zegt Charon Zondervan, programma-
De overheid trekt zich terug, zowel als financier als regisseur. manager bij Food & Biobased Research. ‘Zelf heb ik twee thema’s beschreven voor de topsector Agri & Food.’ In de praktijk hebben de DLO-instituten dus nog steeds veel te zeggen over de richting van het topsectoronderzoek. Geert van der Peet, senior onderzoeker bij Livestock Research, schreef de
innovatie-agenda voor het thema duurzame veehouderij. ‘Bij het schrijven van de innovatieagenda houd ik voor ogen waar het bedrijfsleven belangstelling voor heeft, maar ook welke thema’s de overheid belangrijk vindt. Daarom krijgt welzijns- en gezondheidsonderzoek in de veehouderij veel aandacht.’ Het eigenbelang wordt ook niet vergeten. Van der Peet: ‘Bedrijven moeten ook samenwerken aan lange-termijnvraagstukken, anders raakt het onderzoek te versnipperd.’ Als de innovatie-agenda klaar is, kijkt de topsector hoeveel DLO-budget dat jaar beschikbaar is en gaat er een call uit. Bedrijven kunnen dan samen met DLO onderzoeksvoorstellen indienen. De bedrijven financieren dan ruwweg 50 procent van de projectkosten. Daar is veel belangstelling voor. Desondanks werd de afgelopen jaren slechts één van de vijf ingediende voorstellen gehonoreerd. De bedrijven willen wel, maar het topsectorbudget van DLO is beperkt. De topsectoren moeten dus flink selecteren. Welke projecten blijven dan overeind? De topsector A&F investeerde in 2013 vooral in projecten van grote consortia. Vier marktleiders op fokkerijgebied formeerden met Wageningse onderzoekers het programma Breed4Food, om robuuste kippen-, varkens- en koeienrassen te ontwikkelen. De veevoerindustrie deed hetzelfde in het programma Feed4Foodure, de kippensector verenigde zich in Poultry4Food en de kalversector in Vealsystems4Food. De 4-tjes in de naam duiden op een gemeenschappelijk concept. Dit concept is mede bedacht door Leo den Hartog, R&D-directeur bij voederfabrikant Nutreco en tevens buitengewoon hoogleraar Duurzame Diervoeding in Wageningen. Dat maakte hem een ideaal oliemannetje tussen de belangen van bedrijfsleven en kennisinstelling. Den Hartog werd bestuurslid van de topsector A&F vanuit Nutreco en kreeg in Wageningen de vraag voorgelegd hoe het diervoedingsonder2 juli 2015 — RESOURCE
14 >> achtergrond zoek kon worden vormgegeven. Daarop nodigde hij, samen met de hoogleraar Diervoeding en de directeur van Livestock Research, vier grote veevoerbedrijven uit: De Heus, For Farmers, Agrifirm en Nutreco. Die besloten samen geld bij elkaar te leggen voor onderzoek. Breed4Food, waarin vier fokkerijbedrijven samenwerken met Fokkerij en Genetica van Wageningen UR, ontstond op dezelfde wijze. Telkens nemen een of enkele marktleiders het initiatief. Zo trekken de Nederlandse Zuivelorganisatie en LTO het programma ‘Duurzame zuivelketen’. En voor de bioraffinage van afvalstromen heeft suikercoöperatie Cosun drie consortia gevormd. Allen kregen goedkeuring voor hun voorstellen. De marktleiders en sectororganisaties weten de weg naar de topsector goed te vinden. De ‘gevestigde orde’ heeft ook tijd en middelen om te investeren in samenwerking met publieke onderzoeksinstellingen. Vaak voor langere tijd. Ze hebben al lijntjes lopen met onderzoekers en hebben mensen die projecten kunnen schrijven. Bovendien vinden ze hun weg in de complexe subsidieregels en weten ze wat de topsector voor ogen heeft met de innovatie-agenda’s. ‘Als je in de themacommissie hebt gezeten, snap je de achterliggende discussies’, zegt Van der Peet. ‘Friesland Campina zat in alle bestuurlijke lagen. Dat werkt, want dan snap je het spel.’ Ate Oostra, voormalig directeur-generaal op het ministerie en momenteel voorzitter van het platform Metropolitan Food Security, beaamt het inzicht van Van der Peet. ‘Vroeger werd er een onderzoeksplan gemaakt en kon iedereen aansluiten. Nu krijgen de bedrijven die vooraan staan het geld. De inspanning om de kleine
Uitgave topsector Agri & Food in 2014 (in mln €)
overheid
Valorisatie
7,2
privaat cash
Resource efficiency
11,3
Duurzame veehouderij
privaat manuren 16,7
Markt en ketens
5,7
Gezondheid
5,7
Voedselveiligheid
4,2
Duurzame technologie (7+9)
Totaal 64,0
7,7
Consument
1,7
Internationaal (3+11)
3,8 0
10
bedrijven erbij te krijgen, is verdwenen. Het is ons kent ons.’ Die houding speelt vooral het MKB parten. Ze hebben minder lijntjes met onderzoekers en hebben geen subsidiedeskundigen in dienst. Van der Peet: ‘Het MKB dient ook voorstellen in, maar dat is vooral validerend onderzoek, om bijvoorbeeld te bepalen of een nieuw huisvestingssysteem inderdaad leidt tot een lager antibioticagebruik. Maar dat soort onderzoek honoreert de topsector niet. Het mag geen verkapte staatssteun zijn aan individuele bedrijven; de hele sector moet er baat bij hebben. Vaak zegt het MKB dan: dit wordt ons te breed, we stoppen.’ De grote vraag in de komende jaren wordt of en hoe het MKB zich kan verenigen in kennisconsortia.
20
Al met al lijken de grote bedrijven en onderzoeksleiders van DLO het onderzoek in de topsectoren te sturen. Waar is de overheid? Die trekt zich terug, zowel als financier als regisseur. Had het landbouwministerie nog een inhoudelijke kennisagenda, het ministerie van EZ kiest voor een meer procedurele en dienende rol. Volgens Zondervan stelt het ministerie zich te passief op bij het formuleren van de kennisagenda’s en komt de maatschappelijke agenda onder druk te staan. ‘Bedrijven bepalen nu bijvoorbeeld grotendeels de onderzoekagenda rond overgewicht en voedselveiligheid, terwijl dit voor de overheid belangrijke onderwerpen zijn.’ Van der Peet merkt dat ‘de overheid pertinent niet in de beslissende rol wil’. Maar die passiviteit gaat wringen. De over-
HOE KOMT TOPSECTOR-ONDERZOEK TOT STAND? INNOVATIEAGENDA
PRE-PROPOSALS
SELECTIE
OVERHEID
OVERHEID BEDRIJFSLEVEN
TOPSECTOREN T
BEDRIJFSLEVEN
Beschikbare capaciteit (in manuren)
RESOURCE — 2 juli 2015
KENNISINSTELLING
Topsector stelt onderzoekskader
TOPSECTOREN T
KENNISINSTELLING
Pre-proposal ingediend door
BEDRIJFSLEVEN
Selectie uit pre-proposals
KENNISINSTELLING
Positief oordeel
DLO
achtergrond << 15 heid heeft veel minder te besteden aan beleidsondersteunend onderzoek en kan ook beleidsvragen niet goed kwijt in de topsectoren. Als een minister extra onderzoek belooft naar een urgent maatschappelijk vraagstuk, vangt hij bot. Mits het bijtijds is ingediend in de topsector en het bedrijfsleven meebetaalt. Dat brengt ons op de finale besluitvorming wie geld krijgen uit de topsectoren. Er zijn twee beoordelingsronden. In de eerste ronde gaat een commissie (met daarin weer overheid, bedrijf en DLO) zogenaamde ‘pre-proposals’ beoordelen – ze scheiden het kaf van het koren. In de tweede ronde gaat een ‘externe onafhankelijke commissie’ de voorstellen beoordelen. Die commissie keurt een deel –70 procent in 2014 – van de voorstellen goed. Slechts een deel van de goedgekeurde projecten – 60 procent in 2014 – krijgt uiteindelijk geld. De leden van de externe commissie zijn onbekend, hun adviezen aan het topsectorbestuur zijn vertrouwelijk. Of het topsectorbestuur de adviezen overneemt, weten we niet. In elk geval stuurt het bestuur van de topsector een lijst met te honoreren voorstellen naar het ministerie van EZ, die een maand de tijd neemt voor een definitieve toekenning. ‘Tot op heden heeft de minister altijd de adviezen van de topsectoren voor de inzet van DLO-capaciteit opgevolgd’, zegt een woordvoerder van het ministerie van EZ. Welke afwegingen er worden gemaakt tussen externe commissieleden, het topsectorbestuur en het ministerie, is onbekend. Oostra: ‘Bedrijven horen nooit iets terug uit de topsector waarom een project wel of niet is gehonoreerd. Zij bepalen de koers, maar die is niet transparant.’
BESLUIT
OVERHEID
TOPSECTOREN T
Uitwerken tot onderzoeksvoorstel
FOTO: NATIONALE BEELDBANK
OORDEEL
BEDRIJFSLEVEN
KENNISINSTELLING
Bij de start van de topsectoren beloofde de toenmalige minister van Economische Zaken, Maxime Verhagen, gouden bergen. De deelnemende bedrijven zouden investeringen in kennis en innovatie verdubbelen waardoor DLO veel meer onderzoek kon uitvoeren. De ambitie van de topsector A&F was dat er in 2015 300 miljoen euro aan publiek-private onderzoeksprojecten beschikbaar zou zijn. In 2014 bleef de teller steken op 140 miljoen: 80 miljoen euro van de overheid en 60 miljoen van het bedrijfsleven. Dit komt vooral door bezuinigingen van de overheid. Zo hief de regering het Fonds Economische Structuurversterking (FES) op, dat jaarlijks een half miljard euro beschikbaar stelde voor onderzoek. Ook zette Den Haag een streep door de productschappen, die zo’n 30 miljoen euro per jaar bij DLO besteedden aan onderzoek voor boeren en tuinders. Daardoor verdween ook investeringsgeld uit het bedrijfsleven. In de topsector moet dat ‘geld’ tussen aanhalingstekens. Want feitelijk koppelt het ministerie onderzoekscapaciteit (mensen) van DLO aan onderzoekscapaciteit van bedrijven, en een beetje geld. De TKI’s van de topsectoren hebben een bankrekening, maar daar staat weinig op. De topsector Agri&Food had in 2014 onderzoeksprojecten lopen ter waarde van 64 miljoen euro. Daarvan was 50 miljoen onderzoekscapaciteit en slecht 14 miljoen onderzoekfinanciering in euro’s. De topsectoren zijn dus vooral bezig met het organiseren van de vraagsturing en het administreren van onderzoeksgeld.
BEDRIJFSLEVEN
KENNISINSTELLING
Externe commissie
Positief oordeel
UITWERKING
GOUDEN BERGEN
Lees meer in het dossier universiteit & bedrijf OVERHEID
Ga dan naar resource-online.nl.
Overheid neemt besluit
2 juli 2015 — RESOURCE
16 >> beeld
RESOURCE — 2 juli 2015
beeld << 17 MUG IN SLOW MOTION Het ziet er spooky uit. Dit is de proefopstelling waarmee Florian Muijres (Experimentele zoölogie) de vliegkunst van de mug ontrafelt. Muggen vliegen met een opmerkelijk snelle vleugelslag: 500-1000 keer per seconde gaan de vleugels op en neer. Een fruitvliegje, toch veel kleiner, flapt maar 200 keer per seconde. Waarom is dat zo? Muijres heeft een Veni-beurs op zak om dat uit te zoeken. Daarvan zijn onder meer de drie peperdure, want supersnelle, camera’s gekocht die je hier op de foto ziet. Een op de voorgrond, eentje rechts en eentje boven het ‘vliegveld. Samen brengen ze de vliegkunst met enkele tientallen beelden per vleugelslag driedimensionaal in beeld. RK / Foto: Guy Ackermans
Bekijk ‘slowmotion muggen’ in filmpjes op resource-online.nl
2 juli 2015 — RESOURCE
18 >> achtergrond
Kijk eens, zonder handen! Het zal een raar gezicht zijn: een auto zonder chauffeur. Een busje dat op de openbare weg en over de campus rijdt met louter passagiers. Hoe kan dat? Is dat wel veilig? En wie mag (of liever: durft!) er mee? tekst: Roelof Kleis
D
e busjes (het worden er twee) die deze truc gaan doen, luisteren naar de naam WEpod. WE staat voor Wageningen en Ede, de beide eindpunten van een van de busjes. De andere rijdt rondjes over de campus. Initiatiefnemer, de provincie Gelderland, ronkt dat het een wereldprimeur is. Elektrisch en autonoom rijden heeft volgens kenners de toekomst. De experimenten met zelfsturende of autonome auto’s buitelen op dit moment over elkaar heen. Rijden zonder handen is hot. Maar in al die auto’s zit een stuur. In feite gaat het om een hulptechniek voor de chauffeur, die de boel op elk moment over kan nemen. De WEpod is anders.
RESOURCE — 2 juli 2015
achtergrond << 19
TOEZICHT De WEpod rijdt zonder chauffeur op de openbare weg. Sterker nog: de auto heeft geen stuur en pedalen. Feitelijk is het volgens de regels van de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) daarom helemaal geen auto. Meer een cabine of gondel. Vandaar ook de naam pod, Engels voor een omhulsel of capsule. Moderne sensortechniek stuurt de WEpod. Maar dat wil niet zeggen dat de passagiers
DE ROUTE helemaal overgeleverd zijn aan de techniek. ‘Er wordt continu meegekeken als de auto rijdt’, legt hoogleraar Farm Technology Eldert van Henten uit. ‘In de robotica is dat een gebruikelijk concept: autonomie onder supervisie. Er kan altijd van buitenaf worden ingegrepen.’ Dat toezicht wordt ondergebracht bij de nieuwe meldkamer van de gemeente Ede.
ZICHT
VEILIG
Met sensoren voor lokalisatie en beweging alleen ben je er niet. Gps werkt goed als het zicht naar boven vrij is. ‘Maar met bomen of gebouwen langs de weg wordt het al gauw minder’, zegt IJsselmuiden. En -niet onbelangrijk- gps ziet andere weggebruikers en obstakels niet. ‘Daarom zijn er extra sensoren aan boord. Camera’s en radar leveren een 360 graden kleur- en dieptebeeld van de omgeving op. Info dus die iets zegt over de positie van het voertuig ten opzichte van andere objecten. Die landmarkdetection nemen wij voor onze rekening. Met camera’s en radar verhogen we de nauwkeurigheid op moeilijke stukken in het traject. De afwijking in de dwarsrichting van de weg is 10 centimeter en in de lengterichting 50 centimeter.’
De WEpod rijdt maximaal 25 km/uur, niet in de spits (want dan zijn er te veel fietsers op de weg) en niet in het donker of bij slecht weer. Vanuit de controlekamer is er continu toezicht. Er is intercom en een stopknop. Maar is dat voldoende om passagiers een veilig gevoel te geven? De menselijke factor is een van de onderzoeksthema’s. Gedrag van de passagiers, maar vooral ook van de andere weggebruikers. Hoe reageren wij op de WEpod? Worden we voorzichtiger of juist baldadig bij een voertuig zonder chauffeur? Er komen borden langs de weg die wijzen op de WEpod. Omwonenden worden ingelicht. Er komt zelfs een zogenoemde faaltestmiddag. Belangstellenden kunnen dan zelf uitproberen of de auto echt stopt als je er plotseling voor springt.
PASSAGIERS De WEpod is geen regulier openbaar vervoer. Het is een pilot, waarmee de provincie de rol van Foodvalley als innovatief kenniscentrum wil verstevigen. En dat mag wat kosten. De proef met de WEpod kost 3,4 miljoen euro. Een paar ton daarvan is voor de aanschaf van twee elektrische busjes van het Franse Easymile. De rest gaat op aan techniek en organisatie. De eerste proeven gaan volgens directeur Peter Booman van het Facilitair Bedrijf in november ‘op een rustig deel van de campus’ plaatsvinden. De eerste passagiers worden naar verwachting pas in mei volgend jaar van Ede naar de campus vervoerd. VIP’s en bezoekers van Wageningen UR. De WEpod wordt een soort hospitality-busje. Voor wie durft tenminste. Over de vervoersfunctie van het tweede busje op de campus wordt nog nagedacht.
Een van de twee WEpods gaat rijden tussen station EdeWageningen en de campus. Maar op de Mansholtlaan zul je ‘m niet zien. De WEpod neemt zoveel mogelijk een rustige en achteraf-route. Vanwege de veiligheid en om het overige verkeer niet te veel te hinderen. Want hard gaat het allemaal niet. Met een gangetje van maximaal 25 km/ uur kun je ‘m fietsend makkelijk bijbenen. De route voert vanaf het station eerst naar de onderwijscampus (ROC A12). Vervolgens over de Bovenbuurtweg binnendoor naar Bennekom. Onderweg wordt de snelweg gekruist. In Bennekom rijdt de WEpod langs de rand van het dorp via de Achterstraat en VV Bennekom naar de Mansholtlaan. Hier kruist het voertuig de provinciale weg en gaat over de Kielekampsteeg en de Bornsesteeg naar de campus.
NAVIGATIE
SENSORFUSIE Waar het allemaal op neerkomt, zegt Van Henten, is sensorfusie. Het combineren en vergelijken van informatie. ‘Vergelijken van dingen die je ziet met dingen die je weet dat er zijn. Dat doen wij mensen ook. Wij zijn daar zelfs heel sterk in. En dat is ook waar het in de robotica om gaat: voorkennis gebruiken. Het hele project draait om lokalisatie, besturing en beveiliging, en die systemen slim integreren en aan elkaar knopen. Het gaat in de robotica om de software, de intelligentie, niet de hardware.’ Het WEpod-project sluit daarmee goed aan bij het werk van zijn leerstoelgroep. ‘Het slim maken van een proces en daar goede beslissingen op baseren. Daar zit de uitdaging. In de traditionele landbouw speelde mechanisatie en techniek een grote rol. Tegenwoordig gaat het er om de intelligentie van de boer te ondersteunen: het gaat om waarnemen en ingrijpen. In dat proces pas je dezelfde algoritmen toe als bij de WEpod.’
Hoe doet-ie dat? Alles draait om navigatie. Bij ontstentenis van een chauffeur van vlees en bloed, doen sensoren en computers het werk. ‘Om autonoom te kunnen rijden, moet je een zo precies mogelijke plaatsbepaling hebben’, legt Joris IJsselmuiden uit. Hij is als robotica-specialist van de leerstoelgroep Farm Technology nauw bij het project betrokken. ‘Het busje moet weten waar het is op de landkaart.’ Uiteraard is gps de basis. Maar dan niet de gewone gps uit de auto of mobiele telefoon, want die is niet nauwkeurig genoeg. IJsselmuiden: ‘In samenwerking met het Kadaster gebruiken wij rtk-gps, dat werkt met basisstations. Dat zijn gps-ontvangers op plekken waar de exacte locatie van bekend is. Ze fungeren als referentiepunten, waarmee je continu kunt corrigeren voor meetfouten in de gps-locatie. De precisie komt daarmee in theorie op 2-3 centimeter.’ Naast gps zijn er sensoren (kompas, gyroscoop en acellerometer) aan boord die versnelling en bochtenwerk voelen en dus informatie geven over de verplaatsing van de auto. De hoofdmoot van de gebruikte techniek is overigens het werk van de TU Delft en het bedrijf Robot Care Systems.
2 juli 2015 — RESOURCE
20 >> achtergrond
Landschapsarchitectuur op de schop
De masteropleiding Landscape, architecture & planning (MLP) heeft een make-over gekregen. Masterstudenten die komend jaar aan de opleiding beginnen, krijgen een compleet nieuw onderwijsprogramma voorgeschoteld. Hiermee hoopt de universiteit de populariteit van de opleiding een flinke slinger te geven. tekst: Linda van der Nat / foto: Guy Ackermans
D
at de master Landscape, architecture & planning een nieuw jasje heeft gekregen, wil allerminst zeggen dat het oude jasje niet goed was, haast opleidingsdirecteur Jan Philipsen zich te zeggen. De opleiding in Wageningen is zeker niet ondermaats. ‘In vergelijking met onze concurrenten bouwkunde, sociale geografie en planologie, horen we bij de top. De evaluaties van vakken zijn over het algemeen gewoon goed, evenals de beoordelingen van docenten. Onze studenten vallen opvallend vaak in de prijzen bij internationale designcompetities. Maar er is ruimte voor verbetering.’ Hoewel MLP goed scoort in vergelijking met de concurrenten in Delft en Eindhoven, heeft de opleiding in de Keuzegids Masters al jaren het laagste cijfer van alle Wageningse masters. De RESOURCE — 2 juli 2015
opleiding kampte in het verleden met teruglopende instroom van studenten, voornamelijk omdat de bachelors de meerwaarde van de Wageningse master niet zagen en vanwege de slechte arbeidsperspectieven, aldus Philipsen. Bovendien klaagden studenten over de hoge werkdruk en slechte faciliteiten in Wageningen. ‘Het meest kenmerkende van de opleiding is dat men constant worstelt met academisch en esthetisch verantwoord bezig zijn’, zegt oud-studente Sanne van der Mijl. ‘Je mag niet zomaar iets ontwerpen omdat het mooi is, je moet iets ontwerpen dat mooi is én wetenschappelijk aansluit bij je verhaal. Dat is een lastige uitdaging.’ Philipsen erkent dat de opleiding in een lastige spagaat zit. ‘Als universitaire opleiding moet je wetenschappelijk zijn. Maar de specialisatie
Landscape Architecture is ook een ontwerpopleiding en die zijn an sich niet wetenschappelijk. De esthetische kwaliteit van het ruimtelijk ontwerp is van groot belang, maar de diepgang moet ook op orde zijn. De balans daarin vinden is moeilijk. Het gevolg is dat de studenten te veel worden opgeleid als het schaap met de vijf poten.’ VUURDOOP Twee jaar geleden werd er begonnen aan een ‘intensieve reconstructie’ van de master. Het komende collegejaar wordt de vuurdoop. Student Wim Bosschaart zat in de werkgroep Curriculum Development, die de herinrichting van de opleiding voor zijn rekening nam. ‘We wilden een aantrekkelijkere en toegankelijkere opleiding aanbieden met meer specialisaties en die
achtergrond << 21
beter aansluit op de arbeidsmarkt.’ Het werd een flinke klus: het afgelopen jaar vergaderde hij elke twee weken drie uur lang met de afgevaardigden van drie leerstoelgroepen waartussen, aldus Wim, traditioneel een spanning heerst: landschapsarchitecten, planners en geografen. De belangrijkste aanpassing is dat de nieuwe lichting masterstudenten vanaf september te maken krijgt met een andere indeling van het onderwijsprogramma, vertelt Wim. De opleiding wil namelijk meerdere sporen binnen de master ontwikkelen om duidelijker onderscheid te maken tussen ontwerpen en onderzoeken. Studenten krijgen zo meer vrijheid om hun master diepgang en richting te geven. Alle studenten krijgen een wetenschappelijke basis, maar er komt een research track en een track die meer gericht is op design, policy of consultancy. ‘Daarnaast kunnen de studenten zich specialiseren in drie thema’s: Global Landscapes and Place Making, Climate Responsive Planning and Design en Foodscapes, Urban Lifestyles and Transition. Zo kunnen ze zich beter voorbereiden op de arbeidsmarkt.’ Beide specialisaties Landschapsarchitectuur en Ruimtelijke Planning krijgen bovendien voldoende tijd om vlieguren te maken; leren ontwerpen kost nu eenmaal tijd. Philipsen vult aan: ‘Veel landschapsarchitectuurstudenten willen in de master een extra slag maken in het ontwerpen. In de huidige master was er onvoldoende ruimte in het programma voor designstudio’s en lag het accent teveel op theorie en methodologie.’ Er wordt eveneens nagedacht over een entrepreneur track en een educatie track. UIT DE KLAUWEN Met een duidelijkere profilering hoopt de opleiding ook de problemen met de afstudeerthesis te ondervangen. Bij veel studenten loopt dit qua tijd momenteel enorm uit de klauwen. Sanne: ‘De uren die een landschapsarchitect maakt, staan zelden in verhouding tot andere studies. Enerzijds omdat een creatief proces veel tijd kost, maar de eisen van de thesis zijn niet binnen een halfjaar te verwezenlijken. Ik ben nog niemand van afgelopen jaren tegengekomen die zijn of haar thesis binnen een halfjaar heeft afgerond. Dat zegt wel iets.’ Philipsen: ‘De eisen die aan studenten gesteld worden, zijn inderdaad erg hoog. Niet voor niets worden de Wageningse theses zeer hoog gewaardeerd door de accreditatiecommissies. Maar door de combinatie van ruimtelijk ontwerp en wetenschappelijk onderzoek en het feit dat onze studenten regelmatig mee doen aan nationale en internationale ontwerpwedstrijden, lopen ze
In werkruimtes van MLP is duidelijk te zien dat creativiteit gecombineerd wordt met wetenschap. De masterstudenten krijgen hier alle ruimte om hun maquettes te maken, hun plannen te presenteren en posters te printen.
nu te veel vertraging op.’ Volgens Sanne komt dit ook gedeeltelijk door de slechte bereikbaarheid van docenten. ‘Ik besteedde een aanzienlijk deel van mijn thesis aan regelen van afspraken en het communiceren met docenten.’ Volgens Sanne gaat er structureel iets fout. ‘Het is geen rocket science. De werkdruk van docenten is te hoog.’
‘Het moet zowel academisch als esthetisch verantwoord zijn.’ Soms zijn docenten inderdaad slecht bereikbaar, zegt Philipsen, maar dat is ook goed voor te stellen. ‘Er wordt ontzettend veel van ze gevraagd als het gaat om onderzoek doen en publiceren. Bij de meeste theses gaat het gewoon goed, maar soms lijkt de publicatiedruk ten koste te gaan van de begeleiding van studenten. Vanuit het oogpunt van onderwijs is dat jammer.’ Een concrete verbetering is ook hier al ingezet, aldus Philipsen: de leerstoelgroep Landschapsarchitectuur wordt vanaf 1 september versterkt met een extra staflid. BREED GEDRAGEN Omdat de studenten en docenten een belangrijke stem hebben gehad bij de reconstructie van de opleiding, denkt Philipsen dat de nieuwe invulling breed gedragen wordt. Of de master
door de aanpassingen in de toekomst in de Keuzegids tot topopleiding wordt gebombardeerd, durft hij echter te betwijfelen. Een belangrijke oorzaak voor de relatief lage score is volgens hem ook het kritisch vermogen van de studenten. ‘Dit wordt tijdens de opleiding enorm aangewakkerd. Elk ontwerp is namelijk een kritisch statement. Dat reflectievermogen krijgen we ook terug van de studenten.’ Volgens Sanne en Wim zijn studenten Landschapsarchitectuur inderdaad geoefend in het goed onder woorden brengen van hun kritiek, maar, zo zegt Sanne, ‘ik heb genoeg vrienden die ook met een kritisch oog naar hun opleiding kijken en die iets heel anders hebben gestudeerd’. Wim: ‘Het is niet zo dat ik, als bachelorstudent, hoefde te dringen om in deze werkgroep te komen. Studenten MLP geven makkelijk kritiek, maar zetten het niet altijd om in actie.’ Afgelopen jaar scoorde MLP in de Keuzegids Masters een 5,8. Als hij kijkt naar zijn concurrenten, is MLP volgens Philipsen waarschijnlijk het type opleiding dat in de Keuzegids moeilijk boven de 60-65 punten uitkomt. ‘Ik beloof mezelf nu dan ook geen gouden bergen. Superhoge scores, dat gaat ons niet lukken. Maar ik heb er wel vertrouwen in dat er iets moois gaat groeien.’ Ook Wim is blij met het resultaat. In september begint hij aan de master die hij zelf heeft helpen ontwikkelen. ‘Veel staat momenteel op z’n kop en het zal na de zomer vast niet meteen vlekkeloos verlopen. Maar ik ben trots op hoe het er nu uitziet.’ 2 juli 2015 — RESOURCE
22 >> M.I.
WAT GEEF JIJ UIT AAN JE VAKANTIE? (€ 765,- VOLGENS DEZE NIET-REPRESENTATIEVE STEEKPROEF)
Een kwart van de Nederlanders gaat niet op vakantie. Voor velen is het simpelweg niet betaalbaar, meldde het NIBUD vorige week. Wat geven Wageningse studenten eigenlijk uit aan hun vakantie? tekst: Carina Nieuwenweg / illustratie: Henk van Ruitenbeek
Theo Schutte Derdejaars Bsc Bodem, water en atmosfeer Dit jaar geef ik 365 euro uit aan een tiendaagse studiereis naar Schotland, inclusief overnachtingen en busreis. De excursie wordt georganiseerd door studievereniging Pyrus. Dat doen ze twee keer per vijf jaar. De vorige keer zijn we naar Baskenland geweest. In totaal gaan er zo’n 50 studenten mee en we doen allerlei activiteiten die gerelateerd zijn aan de studie. Normaal gesproken ga ik niet op vakantie. Door het jaar heen worden er genoeg leuke studentenactiviteiten georganiseerd. Daardoor heb ik niet zoveel zin om ook nog eens iets te gaan regelen voor de vakantie.
Albert-Jan van Zuilichem Tweedejaars Bsc Moleculaire levenswetenschappen Ik ga dit jaar een week bergwandelen in Zwitserland met een vriend en een jaarclubgenootje van Ceres. Normaal gesproken is dat redelijk duur, omdat de berghuisjes erg prijzig zijn om te huren. Maar de grootouders van mijn jaarclubgenoot hebben een berghut in Zwitserland waar we verblijven. We zijn dus alleen geld kwijt aan brandstofkosten en levensonderhoud. Al met al schatten we dat we 300 euro per persoon kwijt zijn. Ook ga ik twee weken met mijn ouders naar Italië. Dat kost me niks. We doen dit elk jaar omdat we er vroeger een jaar hebben gewoond. Sommige Ita-
RESOURCE — 2 juli 2015
lianen in de stad Luca herkennen me nog steeds. Ik val ook wel op tussen de Italianen met mijn blonde haren en lengte van 2,02 meter.
Mark Reijerman Eerstejaars Msc Economics Ik houd van spontane vakanties en last-minute acties. Door maximaal te lenen van DUO heb ik een spaarpotje opgebouwd. Ik ben van mening dat ik juist nu moet profiteren van die lening. Geld is meer waard als je jong bent, want als ik nu wat extra’s wil doen of kopen dan moet ik harder werken, omdat mijn uurloon veel lager is. Onder spontante vakanties versta ik bijvoorbeeld het opzoeken van vrienden die tijdelijk in het buitenland zitten. Zo heeft een vriend mij een week lang rondgeleid in Cambridge. Als single heb ik nu de ruimte voor spontane acties. Ik hoef niet vooraf een vakantie voor twee helemaal uit te stippelen en af te stemmen.
Nick van Nispen Eerstejaars Msc Economics Mijn instelling is vooral: ‘Ik zie het wel.’ Ik laat me graag verrassen door spontane ideeën. Tijdens de kerstvakantie ben ik samen met een vriend naar Schiphol gereden en hebben we gewoon gekeken waar we nog naartoe konden. Het werd Alicante, een havenstad in Spanje. Achteraf was dat best prijzig. Die vijfdaagse trip kostte me
M.I. << 23
ongeveer 1000 euro. In de zomervakantie ga ik in ieder geval een week weg met mijn dispuut, maar we weten nog niet waarheen. De kosten zullen tussen de 200 en 250 euro per persoon zijn. Verder kwam ik met wat vrienden op het idee om naar Griekenland te gaan. Maar dat kan ook weer zo veranderen. Misschien dat we uiteindelijk een auto huren en naar Frankrijk crossen. Wie weet.
Sindy Morales Suan Eerstejaars Msc molecular lifesciences De kosten van deze vakantie gaan al snel oplopen tot 2000 euro. Ik ga terug naar Columbia, waar mijn familie woont. De vliegtickets alleen al kosten 1100 euro. Mijn vriend, die Nederlands is, gaat ook mee. Eerst staat er een hiking-trip gepland langs de Colombiaanse kust. Ook willen we de befaamde ‘Lost City Track’ bewandelen. De wandeling naar deze archeologische plek bovenin de bergen – en weer terug naar beneden – duurt vijf dagen. Ondertussen verblijven we in verschillende berghuisjes. Daarna gaan we naar
de Colombiaanse hoofdstad Bogota waar mijn familie woont. Mijn vriend blijft een maand, ik ga de hele zomervakantie. In de halve maand zonder mijn vriend ben ik vooral van plan om vrienden en familie te bezoeken. En natuurlijk om van het Colombiaanse eten te genieten.
Dominique Meijer Tweedejaars Bsc Biotechnologie Ik ga acht dagen lang op duikvakantie in Egypte, samen met mijn vriend. Dat is mijn grote vakantieplan dit jaar. Ik duik al tien jaar, maar meestal doe ik dat in december, samen met mijn ouders. Dit is voor het eerst dat ik in de zomer ga duiken. Alles bij elkaar gaat het zo’n 1700 euro kosten. Qua planning was het wel lastig; je moet rekening houden met twee agenda’s en alles ook nog eens om de hertentamens heen plannen. Het laatste weekend van de vakantie ga ik ook nog met mijn ouders naar Praag, als een verlaat cadeautje voor mijn twintigste verjaardag. Was ik single geweest, dan was ik met mijn zusje meegegaan: zij gaat anderhalve maand backpacken in Europa!
2 juli 2015 — RESOURCE
24 >> student
TOERISTENSTROMEN IN KAART DANKZIJ FLICKR Foto’s op Flickr laten precies zien hoe toeristen zich bewegen in een stad. Masterstudent Sander van der Drift bracht het voor Amsterdam in beeld en trekt er de aandacht mee. Hij zeefde hiervoor uit drie miljoen foto’s, de productie van een decennium (2005-2014) Flickr over ons land, alle kiekjes die in Amsterdam zijn gemaakt. Dat waren er bijna een half miljoen. Op basis van de bij de foto’s geleverde informatie, de metadata, kon hij er de plaatjes uithalen van buitenlandse toeristen. Dat deed hij niet handmatig, hij schreef software en liet het de computer doen. Ongeveer een kwart van de foto’s bleef over. Dat geeft op zich al een fraai overzicht van de herkomst van de toeristen. Amerikanen en Britten spannen de kroon, gevolgd door Duitsers, Italianen, Spanjaarden en Fransozen. Met slimme clusteralgoritmes (re-
kenregels) werd vervolgens orde in de enorme fotobrij gebracht. Dat leverde uiteindelijk het plaatje op dat de aandacht trok: Amsterdam en haar toeristische hotspots. FOTO’S ALS KRUIMELSPOOR DOOR DE STAD De bekende trekpleisters uiteraard, met als meest gefotografeerde onderwerp de Dam. Maar ook de megaletters van Iamsterdam voor het Rijksmuseum is gewild. Met nog meer rekenwerk werden ook de routes die toeristen afleggen uit de data getrokken. De hotspots zijn wel bekend. Van der Drift: ‘Maar minstens zo interessant is dat mijn gegevens laten zien dat er veel plekken zijn waar weinig of helemaal geen toeristen komen. Daar kan de stad iets mee in haar promotie.’ ‘Amsterdam heeft een groeiend probleem met het toerisme’, legt Van der Drift uit. ‘Te veel mensen maken hetzelfde rondje. Met promotie zou je gericht de spreiding
kunnen bevorderen.’ De stadsbestuurders zijn daarom volgens hem blij met het werk van de Wageningse student. ‘Dit soort data waren er nog niet. Er zijn wel gegevens over museumbezoek en bezoekers van bijvoorbeeld het Centraal Station, maar gegevens over pleinen en openbare plekken niet.’ Van der Drift kreeg een dik verdiende negen voor zijn werkstuk. Ook zijn andere cijfers zijn dik (8,9) in orde. Toch slaagde hij niet cum laude. ‘Ik heb vanwege mijn werkervaring een vrijstelling voor de stage. En met een vrijstelling kun je kennelijk niet cum laude slagen. Daar baal ik wel van. Mijn begeleider is daarover nog in overleg met de examencommissie.’ RK
Foto gedownload uit het Flickr-album van ene HP
Applicatie voorkomt misbruik labjassen Een nieuw computersysteem voorkomt dat studenten voortaan meer dan één gratis labjas afhalen bij de WUR-shop. Iedereen die na 1 augustus een labjas afhaalt, krijgt een digitale aantekening. Bij een volgende poging geeft de WUR-kaart aan dat er al een labjas in bezit is. Dit kan dankzij een nieuw computerRESOURCE — 2 juli 2015
systeem dat eigenlijk bedoeld is om de aanwezigheid van studenten te volgen bij verplichte vakken. Wageningse studenten die ‘natte’ practica volgen, hebben eenmalig recht op een gratis labjas en veiligheidsbril. In de praktijk worden tot ergernis van de universiteit meer labjassen opgehaald dan er rechthebbenden
studenten zijn. Jaarlijks wordt 28 duizend euro uitgegeven aan de regeling. Vorig jaar botsten de raad van bestuur en studentenraad nog over de gratis labjas. Het bestuur wilde de regeling afschaffen om een einde te maken aan het misbruik. Uiteindelijk stak de studentenraad hier een stokje voor. De raadsleden stelden dat het
een basisverantwoordelijkheid is voor de universiteit om te zorgen voor veiligheidsmaterialen. De huidige studentenraad reageert verheugd dat er nu een applicatie komt tegen misbruik. ‘Dit systeem was één van de oplossingen die de Student Council destijds heeft aangedragen’, zegt Jan-Willem Kortlever, studentenraadslid namens CSF. RR
student << 25
Tien Wageningse bachelorstudenten vertrokken afgelopen weekend naar China voor een summerschool van bijna twee maanden. Met nog negentig andere Nederlandse studenten nemen ze deel aan de Asia-Netherlands Honours Summer School (NAHSS). De studenten zijn ondergebracht bij de Chinese University of Hong Kong, Peking University, Fudan University (Shanghai) of de National Chengchi University (Taipei). Drie dagen per week volgen de studenten colleges en twee ochtenden in de week bezoeken ze een bedrijf of is er een excursie om meer te leren over de Chinese cultuur. Ook werken ze in groepjes aan een project voor een bedrijf. De laatste tien dagen van de summerschool komen alle honderd Nederlandse studenten samen in Shanghai, voor een gezamenlijke businessweek. “Ik ga twee vakken volgen aan de Chinese University of Hong Kong”, vertelt een enthousiaste Dennis Beemsterboer, student Bedrijfs- en consumentenwetenschappen, vlak voor zijn vertrek. ‘Daarnaast ga ik met mijn groep – tien studenten van verschillende Nederlandse universiteiten – in opdracht van FrieslandCampina uitzoeken hoe dat bedrijf kan inspelen op de vergrijzing in China.’ Andere deelnemers aan de NAHSS voeren een project uit voor bedrijven als Aviko, Huawei en het Financiële Dagblad of voor een Nederlands ministerie. Voor de summerschool hadden zich dit jaar 46 Wageningse studenten aangemeld. Per universiteit was maar ruimte voor tien. Wageningen University en de organisatoren van de NAHSS konden dus flink selecteren, waardoor de relatief kleine Wageningen University nu de grootste delegatie studenten afvaardigt. Dat deze summerschool zo populair is bij Wageningse studenten heeft er
ongetwijfeld mee te maken dat er veel voeding gerelateerde bedrijven bij zijn aangesloten, dat het een zeer bedrijfseconomische insteek heeft en dat het in ‘booming China’ is. Wat ook helpt is dat Wageningen University alle kosten draagt; voor de studenten is deelname dus gratis. ‘Dat is ontstaan uit een foutje’, verklaart Ingrid Hijman van het Onderwijsinstituut van Wageningen University. ‘Vorig jaar, toen er acht Wageningers meededen aan deze summerschool, hadden wij van de NAHSS begrepen dat de universiteit €1000 per student moest betalen. We hebben toen naar de studenten gecommuniceerd dat het voor hen gratis was. Later bleek dat studenten zelf ook ongeveer 1000 euro moesten betalen. Die kosten heeft de universiteit toen voor haar rekening genomen.’ De universiteit had kunnen besluiten om studenten dit jaar wel een eigen bijdrage te vragen, maar heeft dat bewust niet gedaan, zegt Hijman. ‘Uit evaluaties van vorig jaar bleek namelijk dat deze summerschool heel waardevol was geweest voor de studenten en de universiteit. Daarom willen we deelname toegankelijk houden. Maar we blijven kritisch evalueren of het de investering waard is. Ik wil wel resultaten zien.’ Met de deelnemers is vooraf onder meer afgesproken hoe ze hun ervaringen uit China gaan inzetten in Wageningen. Hijman: ‘De een zal zich bij terugkomst bijvoorbeeld inzetten om Chinese studenten in Wageningen te begeleiden, de ander maakt een film die we als universiteit ook kunnen gebruiken.’ Thom van Stralen, vorig jaar deelnemer, beaamt dat de summerschool een leerzame en onvergetelijke ervaring was. ‘Ik had al heel veel gereisd, maar twee maanden China heeft me echt een andere kijk op de wereld gegeven. Ik wist wel dat alles daar op een andere schaal
gaat, maar ik heb het nu met eigen ogen gezien. In Nederland zetten bedrijven als Unilever of Philips bijvoorbeeld een productielijn op voor het hele land, daar gaat het per stad. Je merkt ook hoe machtig de Staat is. Dat heeft nadelen, maar ook voordelen. Ten opzichte van 1990 zijn er bijvoorbeeld 300 miljoen minder Chinezen die in extreme armoede leven. Door de inzet van China, met die enorme schaalgrootte, is een van de millenniumdoelen voor de wereld gehaald.’ Ook de vakken die Thom in Peking volgde over de kernwaarden van de Chinese samenleving en over de bedrijfscultuur vond hij leerzaam. De NAHSS is in 2012 is opgezet door de universiteiten van Utrecht en Delft, consultancybureau McKinsey en chemiebedrijf AkzoNobel met als doel jonge mensen uit Nederland in aanraking te brengen met de Chinese (bedrijfs)cultuur. Die studenten kunnen dan een verbinding zijn tussen het bedrijfsleven in beide landen. Belangstelling van studenten is er genoeg. En niet alleen vanuit Wageningen. Inmiddels hebben alle universiteiten en een hele reeks bedrijven zich aangesloten bij de NAHSS. KG
Dennis kwam a Beemsterboe r fgelope n week aan in Hong K end ong e het dag elijks le n legde ven va st.
2 juli 2015 — RESOURCE
26 >> student
EXPIEREMENT De rondworm C. elegans navigeert op aardmagnetisme, ontdekten onderzoekers van de Universiteit van Texas. Sterker nog, ze hebben ook de sensor ontdekt die dat kunststukje uitvoert. Een dubbele primeur. Dat dieren (duiven, ganzen, wolven) navigeren op aardmagnetisme, is bekend. Maar een orgaan (de zenuwcellen) dat daarvoor zorgt, was nog nooit gevonden.
VAST WEL Gezonder en ouder worden? Vast dan op zijn tijd. Dat beweren onderzoekers van de University of Southern California. Vier dagen een dieet volgen dat lijkt op vasten, maakt het lijf jonger en gezonder, verbetert het geheugen en leervermogen en je verliest ook nog vet. Bij (oudere) muizen werkt het in ieder geval. Eerste testen bij de mens laten ook positieve resultaten zien. En je mag de gemiste calorieën na die periode gewoon inhalen. Een vet goed dieet.
KNOBBEL Mannen zijn beter in wiskunde dan vrouwen. Daardoor kiezen mannen vaker voor een studie wiskunde. Juist of niet? Nee dus. Mannen overschatten structureel hun wiskundige vaardigheid, hebben onderzoekers van de Washington State University aangetoond. Zij lieten mannen en vrouwen sommen maken en na afloop hun prestatie inschatten. Vrouwen blijken veel realistischer over hun wiskundeknobbel. Mannen zijn dus geen betere wiskundigen, ze denken dat alleen maar.
RESOURCE — 2 juli 2015
Argo volledig op zonne-energie Als eerste Nederlandse roeivereniging is Argo volledig zelfvoorzienend in haar elektriciteitsbehoefte. Dat is te danken aan de 150 zonnepanelen op het dak van de botenloods. Argo heeft een nieuwe zonnestroominstallatie laten aanleggen van 245 vierkante meter aan zonnepanelen. In 2014 werd begonnen met het project, dat de naam ‘Artemis Helios’ kreeg, naar de godin van de jacht en de zonnegod. De aanschaf past bij het streven van Argo om de studentenroeivereniging ‘nog groener en duurzamer te maken, zowel qua energiegebruik als langdurige
financiering’, aldus de Argonauten op hun website. De investeringskosten zijn deels opgebracht door 50 oudleden van Argo, die 25 procent van de projectkosten voor hun rekening hebben genomen. De provincie Gelderland financierde nog eens een kwart van de kosten. De andere helft bestaat uit leningen van particulieren en enkele bedrijven. De 150 zonnepanelen op het dak leveren jaarlijks 33 duizend kWh aan elektriciteit. Door de aanleg bespaart de roeivereniging flink op haar energiekosten, waardoor ze meer kan besteden aan de vloot en
aan roeicoaches. Op 1 juli werd de zonnepaneleninstallatie geopend door de Commissaris van de Koning van Gelderland, Clemens Cornielje. AS
Ontmoeting met Máxima
FOTO: THE DUTCH SCOUTING ASSOCIATION
KOPPELVERKOOP Schoolspullen naast een poster van Taylor Swift verkopen beter. Tenminste, als je van Taylor Swift houdt. Dat blijkt uit Amerikaans onderzoek aan de Florida International University. Positieve gevoelens zijn ‘besmettelijk’. Ze stemmen ons milder over de omgeving van de bron van die gevoelens. Een tip voor lelijke mannen: ga met een knappe man naar de kroeg.
Tijdens je stage de koningin ontmoeten, dat is maar voor weinig studenten weggelegd. Bert Mul schudde Máxima niet alleen de hand, hij kletste ook nog eens tien minuten met haar over zijn stage. De masterstudent Landschapsarchitectuur studeert af op de ontwikkeling van het Scouting Landgoed, dat onlangs werd geopend in Zeewolde. Bert hielp vijf maanden lang fulltime mee bij de realisatie van het landgoed, dat ontwikkeld wordt om evenementen te organiseren voor de 100.000 kinderen die
lid zijn van Scouting Nederland. Het wordt steeds moelijker om geschikt terrein te vinden voor landelijke scoutingbijeenkomsten zoals de Jamboree en Nawaka. Het landgoed is 70 hectare groot en ligt aan het water. Bert: ‘Het was een heel afwisselende stage. De ene dag ontwierp ik een steiger, de andere dag vroeg ik vergunningen aan of regelde ik de erfpacht met Staatsbosbeheer. De kers op de taart was dat ik dit allemaal mocht vertellen aan de koningin, die de beschermvrouwe is van Scouting Nederland.’ Bert had ingestudeerd wat hij
wilde zeggen, maar toen Hare Koninklijke Hoogheid hoorde dat hij in Wageningen studeerde, ging het gesprek ook daarover. ‘Ze kent Wageningen goed, was heel geïnteresseerd en stelde allerlei vragen. Het was een heel leuk gesprek, heel ontspannen. Logisch natuurlijk, want het is haar eraan gelegen dat het een prettig gesprek wordt.’ Eind juni rondt Bert zijn stage af. Daarna zal hij als vrijwilliger betrokken blijven bij het landgoed. ‘Het project is te gaaf om er niet mee door te gaan.’ LvdN
student << 27
Tekst Carina Nieuwenweg
AFLEVERING 53 - MORTIERSTRAAT 14B<< ILLUSTRATIES: KIM PETERSE
Wat voorafging: Vera was in haar eerste jaar nog erg op thuisthuis gericht. Langzamerhand is ze steeds vaker in Wageningen.
Hulzehorst O
nzeker nam Vera plaats in de wachtkamer. ‘Huisartsenpraktijk Wageningen-west’ prijkte groot op de muur. De receptioniste glimlachte vriendelijk. ‘Vast je eerste keer hier. Dokter Hulzehorst komt er zo aan.’ Vera knikte ongemakkelijk. Het leek zo simpel. Wageningen telde maar een handjevol huisartsenpraktijken. Vera had op goed geluk het eerste zoekresultaat in Google aangeklikt en een afspraak gemaakt. Ze had enkel een zalfje voor haar koortslip nodig. No big deal. Ze dacht terug aan het ontbijt. ‘Wat? Heb je een afspraak bij dokter Hulzehorst gemaakt?’, zei Bianca verschrikt aan de eettafel. ‘Iedereen weet toch dat die man een viespeuk is?’ Vera trok argwanend haar wenkbrauw op. Ze wist niet zeker of ze dit studentenfabeltje serieus moest nemen. Maar Willem-Jan knikte instemmend. ‘En ik heb gehoord dat hij alles afwimpelt als een vrouwenkwaaltje.’ Willem-Jan kwam nu echt op dreef. ‘Maar het kan erger’, ze hij gretig. ‘Het schijnt dat je bij de praktijk in het centrum als vrouw bijna altijd uit de kleren moet. De dokter moet immers even naar je hartslag luisteren en helaas verstoort je BH het geluid van zijn stethoscoop.’ ‘Relax’, onderbrak Derk de bangmakerij van Willem-Jan. ‘Zo erg zal die dokter vast niet zijn.’ Dat stelde Vera iets gerust. ‘Naar welke dokter ga jij dan?’ vroeg ze hem. Derk haalde zijn schouders op.
‘Ik sta thuisthuis nog ingeschreven.’ Dat was voor WillemJan het startsein allerlei enge huisartsen verhalen los te laten op Vera. Derk rolde geërgerd met zijn ogen. Vera voelde zich steeds zenuwachtiger worden. Waarom had ze niet wat meer onderzoek gedaan naar de juiste huisarts? ‘Geen zorgen’ stelde Bianca haar gerust. ‘Het zal vast wel meevallen. Je hebt immers alleen maar een koortslip.’ Met lood in haar schoenen stapte Vera uiteindelijk op haar fiets. In de wachtkamer spookten de woorden van Willem-Jan door haar hoofd. Naast haar kwam een oudere man zitten. Hij schonk haar een brede glimlach. Jij hebt tenminste niets van die vieze dokter te vrezen, dacht ze. Na tien lange minuten kwam er een jonge vrouw voor haar staan. ‘Jij bent vast Vera’, begon ze. ‘Mijn naam is dokter Hulzehorst. Kom alsjeblieft verder.’ Beduusd staarde ze naar de jonge vrouw voor haar. Ze moest haar best doen niet spontaan in lachen uit te barsten.
Resource volgt de belevenissen in de Mortierstraat 14B
United Wardrobe weer in de prijzen De Wageningse studenten Sjuul Berden, Thijs Verheul en Joep Dohmen van kledingverkoopsite United Wardrobe zijn uitgeroepen tot beste jonge ondernemers van het jaar. Ondernemersnetwerk Sprout vond het drietal de meest talentvolle wereldveroveraars. Medeoprichter Thijs Verheul is blij met de erkenning die ze hebben gekregen. ‘Jaarlijks zijn er 20.000 star-
ters onder de 25 en daarvan zijn wij nu als beste geselecteerd. Dat is wel iets om trots op te zijn. Bovendien hebben we er hard genoeg voor gewerkt.’ Het is de tweede onderscheiding in een jaar tijd voor de jongens van de koop- en verkoopsite voor hippe, vintage kleding. Eind vorig jaar won United Wardrobe de publieksprijs van de Accenture Innovation Award. In maart grepen de heren
net naast de winst voor The Next Entrepreneur. Op het platform kunnen kledingliefhebbers hun favoriete verkopers volgen en met elkaar chatten over de aangeboden kledingstukken. Sinds vorige maand is er ook een app voor de mobiele telefoon. Vanaf de oprichting in januari 2014 schoot het aantal gebruikers in de eerste twaalf maanden naar
50.000 mensen. Inmiddels hebben nu ruim 90.000 mensen een account. Samen verhandelen die gebruikers 150 tot 200 kledingstukken per dag. Bij elkaar opgeteld gaat het om ruim 25.000 stuks tot nu toe. De site is al uitgebreid naar België; de volgende stap is Duitsland. Thijs: ‘Duitsland gaat nog wel even duren, maar we hebben onze pijlen erop gericht.’ LvdN 2 juli 2015 — RESOURCE
28 >> student
>> FEESTEN De beste feesten volgens Wageningen Uitgaans Promotie. Voor alle feesten, check www.wageningenup.nl.
ANNIE’S KROEG - FINAL SALE EVENING Donderdag 2 juli van 20:30 tot 04:00 Op de laatste avond dit collegejaar dat Annie’s Kroeg geopend is, zijn de drankjes nog goedkoper. Het is uitverkoop. Dat is dus voordelig doorzakken. INTERNATIONAL CLUB - UNOFFICIAL PHD PARTY Vrijdag 3 juli van 23:45 tot 05:00 Bij de ‘Unofficial PhD Party’ in de International Club ben je ook welkom als je geen promovendus bent. Kom dus lekker, onofficieel dansen en sjansen.
CONVENTPLEIN - BERGPOP Zaterdag 4 juli van 16:00 tot 06:00 Bergpop heeft weer een fijne line up dit jaar, met onder andere The Naked Sweat Drips (psychedelic rock), The Blind Roofers (indie rock), My Blue Van (blues rock), Daliyama (improv techno/house) en Vi & Tinga (bossa nova). Met DJs van Baobab en Unitas en een afterparty georganiseerd door Nachtdier. En de entree is gratis.
>> HET ECHTE WERK ‘SOMS STOND IK TWEE UUR ACHTER ELKAAR PREI TE WASSEN’ Wie? Babette Engelgeer, MSc Health and Society Wat? Vier maanden stage bij een NGO Waar? Mauritius
‘Ik wilde graag iets doen in het kader van de promotie van gezond eten en ik wilde een bijdrage leveren aan de maatschappij. Het leek me leuk een organisatie echt te leren kennen en erin mee te draaien, zodat ik een goed beeld kon krijgen hoe het zou zijn om voor zo’n organisatie te werken. Via een bemiddelingsorganisatie kwam ik aan een NGO op Mauritius. De NGO was klein en bestaat pas een jaar en werkt aan de promotie van gezond en voornamelijk biologisch eten, geeft educatie daarover en is een soort tussenpersoon tussen boer en consument. Dat is nodig want biologisch eten is nog vrij onbekend op Mauritius. Verse biologische groenten en fruit kan je alleen rechtsreeks bij de boer halen. Mijn onderzoek bestond uit kwalitatief onderzoek naar wat de Mauritianen wisten en dachten over biologisch eten. Naast dit onderzoek ben ik ook veel praktisch bezig geweest. Soms stond ik twee uur achter elkaar prei te wassen. Wat ik moeilijk vond, was dat Mauritius een groot verschil kent tussen arm en rijk, toeristen en inwoners. Aan de kust staan vijfsterrenhotels, terwijl in het binnenland mensen niet eens werk hebben. Dat is confronterend en dat maakt je bewust van wat je in Nederland hebt. Ik heb ook een infectie gehad aan mijn amandelen, waar ik zes dagen
RESOURCE — 2 juli 2015
voor in het ziekenhuis heb gelegen. De infectie was al zo vergevorderd dat ik uitgedroogd was en intraveneuze antibiotica moest hebben. Tijdens mijn verblijf ben ik vaak naar een kerk geweest waar mijn begeleider ook heen ging. Hij heeft in die kerk verteld dat ik in het ziekenhuis lag, waardoor ik veel bezoek kreeg. Mijn vriend liep toen ook stage op Mauritius, maar wel op twee uur reizen van het ziekenhuis . De mensen van de kerk nodigden hem uit om bij hen te logeren. De mensen zijn echt heel gastvrij op Mauritius en zelfs als ze maar weinig hebben, willen ze dat delen.’ MvdH
service << 29 in memoriam Nic Hogenboom
MEANWHILE IN... << Ondertussen in… de Islamitische wereld In het nieuws: Op 18 juni is de negende maand van de islamitische kalender, de vastenmaand of ramadan, weer begonnen. Dertig dagen lang onthouden moslims zich tussen dagenraad en zonsondergang van eten en drinken. Commentaar door Moch Subkhi Hestiawan, masterstudent Development and rural innovation, uit Indonesië. ‘Deze ramadan is heel anders voor mij, want het is mijn eerste keer buiten Indonesië. Het grote verschil is de duur van het vasten. In Indonesië laat je alle eten en drinken 14 uur per dag staan. In Nederland blijft het langer licht, en duurt het vasten wel 19 uur. Dat maakt het zwaarder, maar aan de andere kant is het weer hier perfect – niet te warm, niet te koud. Want als het warm is, verlies je veel vocht, maar als het koud is, krijg je sneller honger. Gelukkig is vlak voor de zomervakantie de werkdruk op de universiteit ook niet heel hoog. Ik heb geen colleges en ga alleen naar de universiteit voor werkgroepen – dat scheelt veel. Maar tegen zes uur begin ik wel mijn concentratie te verliezen. Dan wil ik zitten, relaxen, en even niets doen. Aan het begin van de ramadan zijn we met een groepje islamitische studenten uit Indonesië bij elkaar gekomen. We hebben samen gekookt en gebeden. Hier vieren we het natuurlijk maar met een kleine groep maar in Indonesië is het iets gigantisch. Iedereen wordt religieus tijdens de ramadan. We geven eten weg en delen een tafel met mensen waarmee we dat normaal niet doen. Na de ramadan volgt er nog een andere festiviteit, waarbij je vergeving vraagt aan een ander. Daarvoor gaat iedereen terug naar de geboortesteek – een enorme volksverhuizing.
Dit weekend bereikte ons het droevige bericht dat Nic Hogenboom op 17 juni na een zwaar ziekbed is overleden. Nic was begin deze eeuw als directeur van PRI een van de drijvende krachten achter de vorming van de Plant Sciences Group van Wageningen UR. Daarvóór was hij nationaal en internationaal een leider en boegbeeld van het Nederlandse plantenonderzoek, vooral in de plantenveredeling. Nic begon in 1956 aan zijn studie tuinbouw aan de toenmalige Landbouw Hogeschool. Na zijn promotie ging hij als onderzoeker werken bij het Instituut voor de Veredeling van Tuinbouwgewassen, waar hij al snel directeur werd. Eind tachtiger jaren moesten er voor het eerst opdrachten van het bedrijfsleven worden binnengehaald om de onderzoekportefeuille op peil te houden. Nic gaf met succes leiding aan dat proces. Kenmerkend aan zijn leiderschap was dat hij altijd een aantal stappen vooruit dacht. In 1989/1990 gaf Nic leiding aan de vorming van het Centrum voor Plantenveredelings- en Reproductieonderzoek (CPRO-DLO). In de aanloop tot de vorming van Plant Research International in 2000 werd hij ook directeur van het Instituut voor Plantenziektenkundig Onderzoek
(IPO-DLO) en het Instituut voor Agrobiologisch en Bodemvruchtbaarheidsonderzoek (AB-DLO). Nic was een gedreven mens. Zijn doel was om de drie instituten zo snel mogelijk om te vormen naar marktgerichte organisaties. In 2000 werden de instituten samengevoegd tot Plant Research International. Ook was Nic een van de motoren achter de vorming van de Plant Sciences Group, waarin de ‘plant’-leerstoelen van Wageningen Universiteit, PRI en het Praktijkonderzoek Plant & Omgeving samengingen. Nic was zeer energiek en altijd met veranderingsprocessen bezig. Steeds verzamelde hij weer nieuwe mensen om zich heen om met grote schwung een verandering in de organisatie en de cultuur te weeg te brengen. Bij Nic kreeg je altijd het gevoel gezamenlijk aan iets nieuws te beginnen. Hij stak zijn passie voor de plantenveredeling niet onder stoelen of banken. Zo was Nic betrokken bij de versterking van het veredelingsonderzoek in Zuidoost Azië en het opzetten van een Indonesische vestiging van het belangrijke veredelingsbedrijf East West Seed. Nic was een man vol passie en daadkracht. We zullen zijn inspiratie missen en wensen zijn kinderen en kleinkinderen veel sterkte bij het verlies van Nic. Ernst van den Ende Algemeen Directeur Plant Sciences Group
De routine doorbreken is wat ramadan voor mij betekent. Het hele jaar door leef je je dagelijkse leven, je eet drie maaltijden per dag en doet en laat wat je wilt. Maar tijdens de ramadan gooi je die routine om, door het uitoefenen van zelfcontrole – je leeft tijdelijk anders. Het is alsof je jezelf opnieuw opstart.’ JB
2 juli 2015 — RESOURCE
30 >> service
Orion Irregular Opening Hours Summer 2015 Date
Monday to Friday
Saturday and Sunday
The Building
6 July to 30 August
8 am - 6 pm
Closed
Bike Basement
6 July to 30 August
8 am - 6 pm
Closed
6 July to 23 August
Closed
Closed
11.30 am - 1.30 pm
Closed
Closed
Closed
9 am - 2 pm and open for AID activities
Closed
8 am - 8 pm
Closed
Restaurant
24 August to 30 August 6 July to 31 July
The Spot
3 August to 23 August 24 August to 30 August
In the summer of 2015 Orion is also open due to construction work at Forum
Forum Irregular Opening Hours Summer 2015 Date The Building
4 July to 2 August
The Library
4 July to 30 August
Student Desk IT Service Point
4 July to 9 August
WURshop
11 July to 9 August
Restaurant
4 July to 19 July 20 July to 23 August 4 July to 19 July
Grand Café
20 July to 23 August Date Wageningen in’to Languages
4 July to 30 August
Monday to Friday
Saturday and Sunday
8 am - 8 pm
Closed
8.30 am - 5.30 pm
Closed
12 pm - 2 pm
Closed
Closed
Closed
10 am - 2 pm
Closed
11.30 am - 1.30 pm
Closed
8 am - 3 pm
Closed
Closed
Closed
Monday to Thursday
Friday to Sunday
9 am - 5 pm
Closed
During working hours, the building is open to the public. After working hours, entrance is only possible with a WUR card.
Due to construction work at Forum, Orion is also open
RESOURCE — 2 juli 2015
service << 31 mededelingen Student Council 2015/2016; election result – follow-up After the publication of Resource #19, Nany Engelhardt and the remaining qualified candidates of VeSte stepped down. This resulted in a vacant seat on June 5th, 2015, and VeSte was given one month to nominate another candidate to fill the seat. To fulfil this vacancy VeSte has nominated Bram Kerssemakers, with the approval of CSF and S&I, who is eligible for election according to the Student Council regulations. On 29 June 2015, the Student Council decided that this candidate, Bram Kerssemakers, should also be considered elected as a member of the Student Council 2015/2016. A copy of the decision of the Student Council, will be available for inspection at the office of the Secretary of the Student Council until 9 July 2015 inclusive. Any person concerned may lodge a notice of objection to this decision until 9 July inclusive with the Secretary of the Student Council, Hermijn Speelman, Droevendaalsesteeg 4 (Room D.107), P.O. Box 9101, 6700 HB Wageningen Summerschool. Snuffel aan een carrière als Data Scientist Elk jaar selecteert stichting de Nationale DenkTank rond de twintig getalenteerde, jonge academici met uiteenlopende studieachtergronden. Deze interdisciplinaire DenkTank bijt zich vier maanden
lang vast in een actueel maatschappelijk dossier. Ben jij master-student en heb je interesse in een carrière als Data Scientist waarbij je analytische vaardigheden met IT kennis combineert met communicatie skills? Meld je dan voor 10 juli aan voor de LINKSummer School van 3 tot 14 augustus via http://bit.ly/LINKSummerSchool Win € 500,- met jouw milieuscriptie! Is je scriptie geschreven tussen januari 2014 en 17 juli 2015, ding dan mee naar de Rachel Carson Milieuscriptieprijs 2015, een initiatief van de VVM en een aantal milieustudieverenigingen. Deadline is 17 juli a.s. WWW.MILIEUSCRIPTIEPRIJS.NL
agenda vrijdag 3 juli t/m dinsdag 14 juli
FILMS VOOR STUDENTEN Voor de vakantie nog twee films bij filmhuis Movie W. Atlantic: een existentieel poëtisch drama en een schitterend visueel schouwspel in documentaire-stijl waarin een Marokkaanse vissersjongen een epische surftocht maakt naar Europa. In flashbacks wordt duidelijk waarom. A Girl Walks Home Alone at Night: een Iraanse(!) mix van spaghettiwestern, vampierfilm, David Lynch en graphic novels, en muziek met Iraanse en Amerikaanse invloeden. WWW.MOVIE-W.NL
Saturday 4 July
colofon
BERGPOP FESTIVAL Experience summer and celebrate the end of the academic year. Popcultuur Wageningen arranged a line-up with: Vi&Tinga, The Blind Roofers, My Blue Van, Boner Petit, The Naked Sweat Drips en Daliyama, an afterparty by Nachtdier, beats by Unitas DJ’s, vinyl only by Baobab and delicious world food by Eetcafé Vreemde Streken. The festival is an afternoon and evening full of live music on multiple stages. See you there! Venue: Conventplein, city centre Wageningen Tuesday 7 July-Thursday 9 July
IWEEK 2015 Are you interested in sharing and using interactive and participatory research methods? OtherWise has an excellent programme of workshops and discussions lined up, offering opportunities to share and create knowledge about participatory research methods with practitioners and participants. Venue: Generaal Foulkesweg 37 (Clock house). WWW.IWEEKS.NL
Deadline indienen: één week voor verschijningsdatum (max. 75 woorden). Mail:
[email protected]
Resource is het magazine en de website voor studenten en medewerkers van Wageningen UR. Resource magazine verschijnt tweewekelijks op donderdag. Redactieadres Akkermaalsbos 14, 6708 WB Wageningen (Nexus, gebouw 117, bode 31). Postbus 409 6700 AK Wageningen. Secretariaat: Thea Kuijpers,
[email protected], 0317 484020 Website: www.resource-online.nl. ISSN 1389-7756 Redactie • Edwin van Laar (hoofdredacteur)
[email protected], 0317 482997 • Roelof Kleis (ecologie, sociale wetenschappen, economie)
[email protected], 0317 481721 • Koen Guiking (webredacteur)
[email protected], 0317 488190 • Linda van der Nat (studenten, onderwijs)
[email protected], 0317 481725 • Rob Ramaker (voeding, visserij)
[email protected], 0317 481709 • Albert Sikkema (plant, dier, organisatie)
[email protected], 0317 481724 Freelance auteurs Romy Appelman, Jeroen Bok, Alexandra Branderhorst, Stijn van Gils, ir. Yvonne de Hilster, Milou van der Horst, Amy Jansen, Nicole Janssen, Iris Keizer, Jan-Willem Kortlever, Sander de Kraker, Carina Nieuwenweg, ir. Rik Nijland, Kim Peterse, Camilla Ponte, Simone Rijlaarsdam, Mary Shrestha, ir. Joris Tielens, Kees van Veluw, Veronika Wehner, Hoger Onderwijs Persbureau Vormgeving en opmaak Geert-Jan Bruins Fotografie Guy Ackermans, Sven Menschel, Aart-Jan van de Glind Illustraties Guido de Groot, Studio Lakmoes, Kim Peterse, Henk van Ruitenbeek Vertaling Clare McGregor, Susie Day, Clare Wilkinson Druk Tuijtel, Hardinxveld-Giessendam Redactieraad ir. Martijn de Groot (voorzitter), prof. Anton Haverkort, ir. Tia Hermans, ir. Marianne Heselmans, dr. ir. Patrick Jansen, Anneloes Reinders, Simone Ritzer, dr. Margit van Wessel.
[email protected] Abonnement Een abonnement op het magazine kost €58 (buitenland €131,50) per academisch jaar. Opzeggen voor 1 augustus.
Laan der Verenigde Naties 150
Advertenties Extern: Bureau van Vliet, 023 5714745,
[email protected] Intern: Thea Kuijpers,
[email protected], 0317 484020
www.cinemec.nl / 0900 - 321 0 321
Film
Film
Kunst
ON SCREEN
Receptie
v.a. 02 juli
v.a. 09 juli
14 & 19 juli
Ruth & Alex Ruth Ale A lex x
Terminator Genisys 3D
Sagr Sa Sagrada, grad ada, a, el mis mister misteri terii
KOMISCH DRAMA MET MORGAN FREEMAN
DONDERDAGAVOND €3 STUDENTENKORTING
DOCUMENTAIRE OVER DE SAGRADA FAMILIA
de la cre creaci ació ó creació
Receptie na uw inauguratie of PHDverdediging? Colors heeft all-in arrangementen vanaf € 6,00 per persoon in de aula of bij Colors. Kijk op de site voor alle mogelijkheden.
Uitgever Marc Lamers, Corporate Communications & Marketing Wageningen UR
klimaatneutraal natureOffice.com | NL-215-190920
gedrukt
Colors World Food voor werelds eten in een kleurrijke omgeving! Markt 15, 6701 CX, Wageningen T: 0317-417463 E:
[email protected] W: www.colorsworldfood.nl
2 juli 2015 — RESOURCE
ILLUSTRATIE: HENK VAN RUITENBEEK
>>TYPICAL DUTCH
Floored My first viewing of a rental apartment was quite something. The building didn’t just look old, but in my view the house was not finished. I asked the person in charge, ‘Is this apartment finished?’ Yes, he replied, a bit confused. I asked: ‘What about the floor?’
The landlord looked at me with a big question mark in his eyes. I was there with another Chilean friend, who had been living here for a while. He suddenly said: ‘Ah! I forgot to tell you, houses here come without flooring!’ I was confused. In Chile, when you rent a house, the house is complete, sometimes even with a kitchen. After this experience, I asked a few Dutch people about the flooring issue. They find it totally normal, and when I tell them that in Chile you can rent a house with flooring they look at me and ask: ‘What if you don’t like the flooring?’ I never thought about it before. I think when you rent a house, you pay attention to things like the number of rooms, the light, whether the house has a garden or a balcony. But paying attention to the floor? The floor must be really ugly to make you not like a house, and even if that is the case, you just cover it with a carpet. So it surprised me how much importance Dutch people give to the floor. Flooring here is just like a fridge, or the bed: you have to carry it with you each time you move to a new house. Now, every time I visit a house in my own country, I pay attention to the floor and I wonder if they chose it themselves. It’s crazy! Marcia Bodero, PhD student at RIKILT and Toxicology. Do you have a nice anecdote about your experience of going Dutch? Send it in! Describe an encounter with Dutch culture in detail and comment on it briefly. 300 words max. Send it to
[email protected] and earn fifty euro and Dutch candy.
GEVLOERD Tijdens de bezichtiging van een huurwoning viel het Marcia op dat er geen vloerbedekking lag. Blijkbaar nemen Nederlanders hun vloer mee als ze verhuizen. Gevraagd om opheldering over de kale vloer kreeg ze te horen dat Nederlanders hun appartement naar eigen smaak willen inrichten. Het verbaast Marcia dat Nederlanders belang hechten aan hoe de vloer eruit ziet. Maar als zij nu in Chili bij mensen op bezoek gaat, kijkt ze ook naar de vloerbedekking en vraagt ze zich af: zouden mensen deze vloer zelf hebben uitgekozen?