Europees charter REScoop 20-20-20
RESCOOP 20 -20 -20 Neem een kijkje op onze website: www.rescoop.eu
Project
REScoop 20-20-20 is een initiatief dat gelanceerd werd door de Europese federatie van verenigingen en coöperaties van burgers voor hernieuwbare energie met de steun van het “Intelligent Energy Europe” Programma van de Europese Commissie.
Partners
ALIenergy Avanzi. Sustainability In Action Cooperatives Europe Ecopower Elabora/Confcooperative
Twaalf organisaties met een verschillende achtergrond
EMES European Research Network
(burgercoöperaties voor hernieuwbare energie, federaties
Enercoop
van REScoops, lokale energieagentschappen, academische
Energy4all
partners en duurzaamheidsagentschappen) uit zeven Europese landen werken samen om in Europa meer burgercoöperaties voor hernieuwbare energie te creëren.
EWS Middelgrunden Offshore Wind Cooperative ODE-NL REScoop.be
Vooraf Dit charter definieert de gemeenschappelijke ethische waarden en de visie van het consortium dat gevormd wordt door renewable energy* cooperatives* (REScoops), federaties van REScoops en coöperaties* in het algemeen, lokale energieagentschappen, academische partners en duurzaamheidsagentschappen. Daarnaast definieert het charter ook de procedure die gebruikt zal worden voor het selecteren van de pilootprojecten die in het kader van REScoop 20-20-20 project zullen worden begeleid. Dit charter moet gelezen worden als een verzameling van algemene principes die gevolgd kunnen worden door REScoops. Het ondertekenen van het charter impliceert in geen geval dat de REScoops geen eigen principes kunnen of mogen ontwikkelen, aangepast aan hun eigen specifieke interne waarden.
Inhoud Visie en doelstellingen
2
Uitdagingen
2
Visie
2
Doelstellingen
3
Gemeenschappelijke ethische waarden van de partners
5
Principes van de International Cooperative Alliance
5
Gemeenschappelijke ecologische, sociale en ethische principes
6
Selectiecriteria voor de pilootprojecten binnen het REScoop 20-20-20 project
7
Selectieproces voor de pilootprojecten
7
Voorafgaandelijke selectiecriteria
7
Selectiecriteria
8
Criteria voor de ontwikkeling van financiële schema’s
8
Verklarende woordenlijst
10 11
Bronnen
1
RESCOOP 20 -20 -20
Visie en doelstellingen Uitdagingen De omvang van het hedendaagse energieverbruik en de massale productie van niet-hernieuwbare energie bedreigen het milieu en onze huidige manier van leven. We staan voor enorme uitdagingen en hoewel deze nog niet in alle Europese lidstaten als prangend worden ervaren, vormen ze de belangrijkste beweegreden van de projectpartners om in te stappen in het REScoop 20-20-20 project. Leefmilieu 1: De klimaatveranderingen bedreigen zowel ecosystemen als gemeenschappen: dit zal uiteindelijk leiden tot meer vluchtelingen en conflicten. Economie en geopolitiek 2: Als gevolg van de toenemende wereldbevolking en de stijgende levensstandaard zal de voorraad fossiele brandstoffen op korte of middellange termijn uitgeput raken. Bijgevolg zullen de prijzen van fossiele brandstoffen stijgen en zullen er ook geopolitieke spanningen ontstaan. Sociaal 3: Energie wordt steeds duurder steeds meer mensen krijgen te maken met energiearmoede. Als we dit maatschappelijk probleem niet aankaarten en als we mensen niet aansporen om op een rationele manier met energie om te gaan, kan dit tot sociale conflicten leiden, ook in de landen van de consortiumpartners. Politiek 4: In het kader van de vrijmaking van de energiemarkt, trekken de nationale overheden zich steeds vaker terug uit de energieproductie en de energielevering. Toch blijft het energiebeleid in de meeste Europese lidstaten onduidelijk en mist het ook vaak een duidelijke langetermijnvisie. Als gevolg daarvan slagen de nationale overheden er niet in om de Europese doelstellingen voor de vrijmaking van de energiemarkt te bereiken (competitieve markten, eerlijke prijzen en een grotere onafhankelijkheid van energie). Bovendien moet men er bij de ontwikkeling van hernieuwbare-energieprojecten op toezien dat iedereen toegang kan krijgen tot de hernieuwbare-energiebronnen. Renewable Energy Sources (RES)* moeten in de eerste plaats beschouwd worden als common goods* die niet ten prooi mogen vallen aan manipulatie en speculatie. Voor meer informatie m.b.t. deze uitdagingen, verwijzen we graag naar de bronnen die opgenomen werden aan het einde van dit charter.
Visie Om de diverse uitdagingen het hoofd te bieden, is de transitie* van nucleaire en fossiele energie naar hernieuwbare absoluut noodzakelijk. Toegang tot energie is immers een basisrecht. Mensen hebben dagelijks energie nodig voor verwarming, licht of transport. Daarom beschouwen we de productie en de distributie van energie als een maatschappelijke verantwoordelijkheid* waarin burgers en lokale overheden moeten kunnen participeren. Het consortium ondersteunt coöperaties* met ecologische, economische, sociale en politieke doelstellingen. We promoten een model dat gebaseerd is op coöperatie*: het gaat om een decentrale benadering die gebruikt kan worden om de energietransitie te bewerkstelligen. Het gaat om een benadering die burgers toelaat om in hun eigen energie te voorzien en samen te investeren in hernieuwbare energie.
2
RESCOOP 20 -20 -20
Deze visie voor toekomstige hernieuwbare-energievoorziening is gericht op verschillende oplossingen: Het reduceren van de huidige energieconsumptie dankzij rationeel energiegebruik*; De transitie van fossiele en nucleaire energiebronnen naar hernieuwbare-energiebronnen; Het ontwikkelen van een aangepast plan dat toelaat om hernieuwbare energie te integreren in de maatschappij; Een democratisch energiemodel m.b.t. prijzen, planning en vervuiling.
Met betrekking tot het realiseren van deze oplossingen, werd er binnen het consortium een gemeenschappelijke visie ontwikkeld. Iedereen moet de kans krijgen om een actieve rol te spelen in de energietransitie*. De kosten en opbrengsten van projecten moeten gedeeld kunnen worden en dit zowel in tijd en ruimte: tussen huidige en toekomstige generaties enerzijds, tussen mensen die dichtbij of ver van de projecten wonen anderzijds. Daarom vormt de participatie van burgers en lokale besturen in hernieuwbare-energieprojecten een belangrijke pijler in ons project.
Doelstellingen In samenwerking met het Intelligent Energy Europe Program van de Europese Commissie probeert het REScoop 20-20-20 project nieuwe coöperaties en burgerinitiatieven te begeleiden tijdens de opstartfase om op die manier het draagvlak voor hernieuwbare energie in Europa te vergroten. Het REScoop 20-20-20 project wil op die manier bijdragen tot het Climate Change and Energy package van de Europese Commissie dat tot doel heeft om tegen 2020 de Europese uitstoot van broeikasgassen met 20% te verminderen, om 20% van de totale energievoorziening uit hernieuwbare-energiebronnen te halen en om de totale energie-efficiëntie met 20% te doen toenemen. Erkennen dat hernieuwbare energie die geproduceerd wordt door lokale Renewable Energy Cooperatives* (REScoops) belangrijk is, is essentieel om gunningsprocedures vlotter te laten verlopen en om investeringen in hernieuwbare-energie aan te moedigen. REScoops kunnen dus een belangrijke rol spelen om Europese doelstellingen voor 2020 te realiseren.
3
RESCOOP 20 -20 -20
Daarom heeft het project drie concrete doelstellingen vooropgesteld: 1. Het inventariseren van de bestaande REScoops en hun respectievelijke projecten om hun meerwaarde voor de toekomstige ontwikkeling van hernieuwbare energie in Europa te identificeren Tijdens de afgelopen 20 jaar werden in Europa honderden RES-initiatieven opgericht. Sommige projecten voorzagen in kleinschalige energieproductie, terwijl andere ontwikkeld werden door grote projectontwikkelaars en aangepast werden aan de specifieke noden van consumenten (bedrijven en gezinnen). Nóg andere RESprojecten werden ontwikkeld door vooruitstrevende burgers of gemeenschappen. Helaas liepen heel wat van deze projecten uit op een ontgoocheling, en werden de lessen die getrokken konden worden zelden gedeeld met de andere initiatieven. Een inventaris opmaken van de bestaande Europese REScoops en hun projecten én het identificeren van de ervaringen (successen en ontgoochelingen) van de bezielers van deze projecten kunnen een meerwaarde betekenen voor de toekomstige ontwikkeling van hernieuwbare energie in Europa. 2. Het ontwikkelen en testen van methodologieën met betrekking tot de best practices inzake de bedrijfsstructuren en financieringsmodellen voor REScoops De uitdaging van het REScoop 20-20-20 project bestaat erin om nieuwe RES-projecten te begeleiden en daarbij gebruik te maken van methodologieën die gebaseerd zijn op best practices. Via begeleidingstechnieken als “twinning” en “tutoring” wordt geprobeerd om hulp te bieden aan burgers die hun eigen REScoop willen oprichten. Het project zal daartoe de bestaande kennis en ervaring met betrekking tot overleg, governance, toetreding, technische kennis, financiële en economische aspecten, rapportering en gunningsprocedures in kaart brengen en delen met burgers die hun eigen REScoop willen opstarten. De methodologieën worden in eerste instantie getest bij 12 pilootprojecten. 3. Het uitdragen en promoten van het REScoop-model en de REScoop-filosofie De problemen die de huidige REScoops ervaren en/of ervaren hebben, kunnen gereduceerd worden wanneer deze ervaringen gedeeld kunnen worden. Dit zal vorm krijgen door de ontwikkeling van een praktische tool box waarin checklists, standaarddocumenten en casestudy’s opgenomen zullen worden. Deze tools kunnen dan actief gedeeld worden binnen een netwerk van REScoops. Daarnaast wordt ook een grote groep van vrijwillige mentoren opgeleid om de nieuwe generatie REScoops de nodige begeleiding te bieden. In het kader daarvan heeft het consortium ook een Europese federatie voor REScoops opgericht: REScoop.eu. De Europese federatie creëert een lerend netwerk waarin kennis en ervaringen onderling gedeeld kunnen worden. De federatie zal ook in staat zijn om de Europese, de nationale en de regionale beleidsmakers fiscaal, juridisch en vergunningsadvies te verlenen om het succes van RES-projecten in de toekomst te verzekeren. De partijen die dit charter ondertekenen, verbinden zich er toe om: Het REScoop-model te promoten in Europa; RES-projecten en REScoops te identificeren en hen actief te begeleiden; De nodige middelen te verzamelen en hulp te verlenen bij de toepassing van dit charter; Bij te dragen tot de implementatie van de REScoop-benadering.
4
RESCOOP 20 -20 -20
Gemeenschappelijke ethische waarden van de partners Principes van de International Cooperative Alliance Om de doelstellingen te bereiken, verbinden de partijen die dit charter ondertekenen zich er toe om hun werking te baseren op de principes die ontwikkeld werden door de International Cooperative Alliance (ICA): Vrijwillig en open lidmaatschap -- Coöperaties* zijn open ledenorganisaties die toegankelijk zijn voor alle partijen die gebruik willen maken van de diensten die de coöperatie aanbiedt op voorwaarde dat ze akkoord gaan met de verantwoordelijkheden die het lidmaatschap meebrengt. Iedereen kan lid worden, ongeacht zijn of haar geslacht, sociale afkomst, ras of religie. Democratisch beheer door de leden -- Coöperaties* zijn democratische organisaties die beheerd worden door de leden. De coöperanten participeren actief in het beleid en helpen bij het nemen van belangrijke bedrijfsbeslissingen. In primaire coöperaties*, krijgen de leden gelijkmatig stemrecht volgens het principe van “één persoon, één stem”, maar ook andere types van coöperaties worden op een democratische wijze door de leden beheerd.” Economische participatie door de leden – De leden van de coöperatie* dragen op een gelijkwaardige manier bij tot het kapitaal en ontvangen doorgaans een billijke vergoeding voor het kapitaal dat ze ter beschikking hebben gesteld. De economische participatie is een voorwaarde om lid te kunnen worden en de winsten die voortvloeien uit de bedrijfsactiviteiten worden aangewend voor de toekomstige ontwikkeling van de coöperatie* (bijvoorbeeld door het aanleggen van een reserve) of voor het verlenen van voordelen aan de leden in verhouding tot het aantal transacties met de coöperatie. Autonomie en Onafhankelijkheid -- Coöperaties* zijn autonome, zelfredzame organisaties die beheerd worden door de leden. Wanneer ze overeenkomsten afsluiten met andere organisaties, overheden of externe financiers, zorgen ze er steeds voor dat de autonomie en de onafhankelijkheid van de organisatie behouden blijft. Vorming, training en het verstrekking van informatie – Coöperaties* voorzien in vorming en training voor de coöperanten, voor de vertegenwoordigers, voor het management en de werknemers. Op die manier kunnen zij optimaal bijdragen in de coöperatieve werking van de organisatie. Daarnaast verstrekken coöperaties* ook informatie omtrent coöperatief ondernemen aan jongeren en opiniemakers. Coöperatie tussen coöperaties -- Coöperaties* dienen in de eerste plaats hun leden en proberen daartoe samen te werken met andere coöperaties. Deze samenwerking kan gebeuren op lokaal, nationaal, regionaal of zelfs internationaal niveau. Maatschappelijke betrokkenheid – Coöperaties zetten zich in voor een duurzame ontwikkeling van de maatschappij en doen daarvoor een beroep op de beleidslijnen die vakkundig uitgetekend worden door de coöperanten. 5
RESCOOP 20 -20 -20
Gemeenschappelijke ecologische, sociale en ethische waarden Naast de ICA-principes, verbinden de partijen die dit charter ondertekenen zich er toe om gemeenschappelijke ecologische, sociale en ethische waarden te onderschrijven. Ecologische waarden De impact van de klimaatopwarming beperken door te streven naar een efficiënt energiegebruik en door technologieën met betrekking tot hernieuwbare energie te promoten bij een breed publiek: de energietransitie*; De natuur beschermen en de impact van RES-installaties tot een minimum te herleiden; Het beschermen van hernieuwbare-energiebronnen of Renewable Energy Sources (RES)*. Sociale en ethische waarden Het ondersteunen van de lokale economie dankzij de creatie van groei en tewerkstelling. Bijvoorbeeld door voorrang te geven aan de lokale economie en door de reallocatie van bedrijfsactiviteiten te vermijden; Het verwerpen van een streven naar exclusief financiële meerwaarde; Het onder controle houden van de kosten voor energievoorziening, energiebeheer en streven naar kortere ketens; Het garanderen van economische en financiële transparantie; Het ondersteunen van de concrete acties die uitgaan van prosumers*, eerder dan het ondersteunen van technologische benaderingen zoals slimme meters; Het gebruik van Fair Trade in RES-projecten aanmoedigen; De toegang tot common goods* voor iedereen verzekeren.
6
RESCOOP 20 -20 -20
Selectiecriteria voor de pilootprojecten Selectieproces voor de pilootprojecten Om pilootprojecten te selecteren die in overeenstemming zijn met de gemeenschappelijke waarden, ontwikkelden de partners een procedure die gebaseerd is op een aantal selectiecriteria. De selectie zal in verschillende fasen verlopen: 1. De preselectie van potentiële pilootprojecten gebeurt door de 12 partners van het REScoop 20-20-20 project. Avanzi coördineert deze fase en ziet er op toe dat de partners maximaal drie pilootprojecten naar voor schuiven. De potentiële pilootprojecten moeten voldoen aan de preselectiecriteria (zie verder). 2. Vervolgens komt het consortium samen en krijgt elke partner de kans om zijn/haar pilootprojecten voor te stellen. Er volgt een stemronde waarbij elke partner 12 stemmen krijgt. 3. Na de stemronde behouden we 12 tot 15 pilootprojecten die binnen het REScoop 20-20-20 project intensief begeleid zullen worden. Indien men via de bovenvermelde procedure niet automatisch tot een selectie van 12 tot 15 pilootprojecten kan komen, zal het Executive Committee van het project beraadslagen en de projecten individueel beoordelen op basis van de selectiecriteria (zie verder). Op die manier zullen uiteindelijk 12 tot 15 pilootprojecten geselecteerd worden.
Voorafgaandelijke selectiecriteria De preselectiecriteria zijn gebaseerd op de gemeenschappelijke waarden van de partners en zijn specifiek aangepast aan het REScoop 20-20-20 project. De criteria worden gebruikt door de partners om in de fase van de preselectie maximaal drie potentiële pilootprojecten naar voor te schuiven. Maximaal 2 projecten in hetzelfde land; Er moeten in totaal 10 verschillende landen vertegenwoordigd zijn; 6 ontwikkelde landen en 4 lerende landen; De projecten moeten geloofwaardig zijn en zij die het project willen trekken, moeten relevante spelers zijn die geïdentificeerd kunnen worden binnen een lokale gemeenschap (lokale besturen, associaties, bestaande of startende REScoops, etc.); De projecten moeten plaatselijk gefinancierd kunnen worden; De projecten moeten voldoen aan de gemeenschappelijke waarden van de project partners (zie boven); De projecten moeten binnen een termijn van vijf jaar kunnen worden gerealiseerd; De projecten moeten opgezet worden rond een coöperatie* of rond een partner van het REScoop 20-20-20 project dat van start ging op 1 april 2012.
7
RESCOOP 20 -20 -20
Selectiecriteria De selectiecriteria kunnen gebruikt worden om de geloofwaardigheid van de pilootprojecten te evalueren. Gezien sommige pilootprojecten nog niet concreet van start zijn gegaan, moeten bepaalde criteria eerder als doelstellingen beschouwd worden. Deze selectiecriteria zullen enkel gebruikt worden door het Executive Committee indien er bij de stemronde niet eenduidig tot een lijst van 12 tot 15 pilootprojecten kan worden gekomen. Criteria m.b.t. de haalbaarheid van de projecten: De locatie waar men RES-installaties wil plaatsen in geval het om een project gaat voor energieproductie; De potentiële afzetmarkt voor de geproduceerde energie; De potentiële energiebesparende activiteiten; De haalbaarheidsstudie (technische specificaties, geïnstalleerd vermogen, kosten, etc.); De projecten moeten binnen een termijn van drie jaar gerealiseerd kunnen worden. Criteria m.b.t. de governance van de projecten: In overeenstemming zijn met de 7 ICA-principes en de bijkomende criteria; Gebaseerd zijn op maatschappelijk engagement; Geen beslissingsproces dat gebaseerd is op het top-down principe; Garantie op een transparant beslissingsproces waarin verschillende stakeholders kunnen participeren; Een democratische vertegenwoordiging in de verschillende bedrijfsgeledingen. Criteria m.b.t. het milieu Beperking van de CO2-uitstoot; Vermijden van vervuiling tijdens de productie; Bescherming van het plaatselijk milieu en vermijden van ongewenste gevolgen voor buurtbewoners (lawaaihinder, landschapsvervuiling, etc.) Bescherming van de kwaliteit van de common goods zoals hernieuwbare-energiebronnen (vb. liever een pv-installatie op een dak dan op landbouwgrond). Economische en sociale criteria: Een billijke financiële vergoeding voor de coöperanten/leden; Een aanzienlijk deel van de winst herinvesteren in RES, energiebesparing of in de strijd tegen energiearmoede; Financiële transparantie verzekeren; De plaatselijke economie ondersteunen; Met het project ook sociale meerwaarde beogen; Het behoud en de bescherming van de common goods* zoals hernieuwbare-energiebronnen.
Criteria voor de financiële schema’s Ten slotte willen we ook de financiële schema’s van de projecten evalueren om na te gaan of de initiatieven in overeenstemming zijn met de ICA-principes en met de doelstellingen die we in het kader van dit project beogen: bijdragen in de transitie naar een efficiëntere energievoorziening met behulp van hernieuwbare-energiebronnen en waarbij de impact op het milieu geminimaliseerd kan worden.
8
RESCOOP 20 -20 -20
Dit charter werd ontwikkeld in het kader van het REScoop 20-20-20 project en werd onderschreven door het consortium dat op 31 oktober 2012 in Manchester (UK) vertegenwoordigd werd door de leden van de stuurgroep: ALIenergy – vertegenwoordigd door Avanzi – vertegenwoordigd door Cooperatives Europe – vertegenwoordigd door Ecopower – vertegenwoordigd door Elabora/Confcooperative – vertegenwoordigd door Enercoop – vertegenwoordigd door Energy4all – vertegenwoordigd door EMES – vertegenwoordigd door EWS – vertegenwoordigd door Middelgrunden – vertegenwoordigd door ODE-NL – vertegenwoordigd door REScoop.be - vertegenwoordigd door
Wijzigingen aan dit Charter Dit charter kan gewijzigd worden door de partners van het REScoop 20-20-20 project. Daartoe moet de procedure gevolgd worden die beschreven werd in paragraaf 3.4. van het Consortium Agreement.
9
RESCOOP 20 -20 -20
Verklarende woordenlijst (*) Renewable Energy Sources (RES): In tegenstelling
De energietransitie noodzaakt de ontwikkeling van
tot nucleaire en fossiele brandstoffen (ook wel “stock
een benadering die gebaseerd is op energie-efficiën-
energy” genoemd) verwijzen Renewable Energy
tie, rationeel energiegebruik en duurzaamheid.
Sources (RES) naar de energiebronnen die op natuurlijke wijze aangevuld kunnen worden (ook wel “flow
Model dat gebaseerd is op coöperatie: Het model dat
energy” genoemd). Zoals ook blijkt uit het REScoop-
gebaseerd is op coöperatie verwijst in dit charter naar
logo, zijn de belangrijkste hernieuwbare-energie-
een alternatief voor het traditionele private en pub-
bronnen: zon, water, wind, biomassa en geother-
lieke bedrijfsmodel dat gebruikt wordt voor energie-
mische warmte.
voorziening. Het is een model dat gestuurd wordt door de burgers en door de plaatselijke gemeenschap.
Coöperatie: Een coöperatie is een onafhankelijke
De primaire doestelling van een coöperatie is niet om
ledenorganisatie waarin coöperanten op vrijwillige
financiële winst te maken, maar om maatschappelijke
basis kunnen participeren om gemeenschappelijke
meerwaarde te creëren.
economische, sociale of culturele doelstellingen te bereiken. Coöperaties worden op democratische
Prosumers: Prosumers is een samentrekking van pro-
wijze beheerd door de leden (ICA definitie van een
ducenten en consumenten. Meer bepaald gaat het
coöperatie).
om consumenten die niet alleen energie gebruiken, maar die ook plaatselijk opwekken en dus producent
Maatschappelijke verantwoordelijkheid: Bepaalde
worden. Prosumers streven er ook naar om op een
goederen zijn noodzakelijk en onmisbaar om een
rationele manier met energie om te gaan.
comfortabel leven te lijden. We beschouwen de toegang tot deze goederen dan ook als een basisrecht.
Rationeel energiegebruik: Rationeel energiegebruik
In de context van dit charter, beschouwen we de
is gebaseerd op twee belangrijke pijlers: duurzaam
toegang tot energie als een basisrecht en zien we de
energiegebruik en energie-efficiëntie. Het verwijst
productie en distributie van energie als een belang-
naar een verantwoord energiegebruik dat de energie-
rijke maatschappelijke verantwoordelijkheid.
voorziening van toekomstige generaties niet in het gedrang brengt.
Common goods: Common goods zijn goederen die aan iedereen toebehoren en waar iedereen dus
Fair Trade: De term Fair Trade verwijst naar eerlijke
openlijk toegang moet toe hebben. We beschouwen
handel die gebaseerd is op dialoog, transparantie en
hernieuwbare-energiebronnen of Renewable Energy
respect. Fair Trade draagt bij tot duurzame ontwikke-
Sources (RES) als common goods en vinden dat de
ling dankzij betere handelsvoorwaarden en door de
kwaliteit van en de toegang tot deze bronnen be-
rechten van zowel producenten als werknemers in
schermd moet worden.
ontwikkelingslanden te waarborgen (Fair Trade Glossary - Fair Trade International, FLO-CERT, WFTO).
Energietransitie: De energietransitie verwijst naar de overgang van een energiesysteem dat hoofdzakelijk gebaseerd is op fossiele en nucleaire energiebronnen naar een gediversifieerde energiemix die uitsluitend gebaseerd is op decentraal geproduceerde energie uit hernieuwbare-energiebronnen (RES).
10
RESCOOP 20 -20 -20
Bronnen 1. Leefmilieu UN (1992). United Nations Framework Convention on Climate Change. United Nations (UN), New York, USA, 33 pp. IPCC (2007). Climate Change 2007: Synthesis Report. Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC), Geneva, Switzerland, 52 pp. IPCC (2011). Special Report on Renewable Energy Sources and Climate Change Mitigation. Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC), Cambridge University Press, Cambridge, United Kingdom, 1088 pp. 2. Economie en geopolitiek European Commission and High Representative (2008). Climate Change and International Security. Paper from the High Representative and the European Commission to the European Council. http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_data/docs/pressdata/en/reports/99387.pdf WBGU (2008). Climate Change as a Security Risk. German Advisory Council on Global Change (WBGU), Earthscan, London, United Kingdom, 271 pp. Finel B.I, Bartolf C. (2009) The Climate Security Index. Climate Security Initiative. American Security Project. 36 pp. http://americansecurityproject.org/blog/2009/climate-security-index/ 3. Sociaal OASeS/CEESE (2011). La Précarité Energétique en Belgique. Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASeS), Universiteit Antwerpen and Centre d’Etudes Economiques et Sociales de l’Environnement (CEESE), Université Libre de Bruxelles, Brussels, Belgium, 198 pp. DECC (2012). Annual Report On Fuel Poverty Statistics 2012. National Statistics, Department of Energy and Climate Change (DECC), London, United Kingdom, 96 pp. EPEE (2009). Diagnosis of Causes and Consequences of Fuel Poverty in Belgium, France, Italy, Spain and United Kingdom. European fuel Poverty and Energy Efficiency (EPEE), Intelligent Energy Europe Project, Valbonne, France, 69 pp. TEN/420 - CESE 990/2010 (2010). Opinion of the European Economic and Social Committee on Energy Poverty in the Context of Liberalisation and the Economic Crisis. Transports, Energie, Infrastructures, Société de l’information (TEN), European Economic and Social Committee (CESE), Brussels, Belgium, 8 pp. Practical Action (2012). Poor People’s Energy Outlook 2012: Energy for earning a living. Practical Action Publishing, Rugby, UK, 110 pp.
11
RESCOOP 20 -20 -20
IEA/UNDP/UNIDO (2010). Energy Poverty, How to Make Modern Energy Access Universal? International Energy Agency (IEA), UN Development Program (UNDP), UN Industrial Development Organization (UNIDO), Paris, France, 52 pp. 4. Politiek European Commission (2007). Inquiry pursuant to Article 17 of Regulation (EC) No 1/2003 into the European gas and electricity sectors (Final Report). Communication from the Commission. Commission of the European Communities. http://eur-lex.europa.eu/LexUriServ/LexUriServ.do?uri=COM:2006:0851:FIN:EN:PDF
12
RESCOOP 20 -20 -20
Contact Projectverantwoordelijke: Dirk Vansintjan -
[email protected] Communicatieverantwoordelijke: Rocío Nogales -
[email protected] www.rescoop.eu - volg ons op facebook: www.facebook.com/rescoop.eu Rescoop 20-20-20 wordt gesteund door het Intelligent Energy Europe (IEE) programma van de Europese Commissie. Meer informatie over het programma van IEE leest u op: http://ec.europa.eu/energy/intelligent
De verantwoordelijkheid voor de inhoud van deze publicatie ligt bij de auteurs. De boodschap stemt niet noodzakelijk overeen met de mening van de Europese Commissie. De EACI en de Europese Commissie zijn niet verantwoordelijke voor het gebruik van de informatie die in deze publicatie vermeld wordt.