@
Deelname op onze website: https://websurveys.economie.fgov.be/TRAVEL2015T1 Identificatienummer: Paswoord:
Toerismestatistieken
Reisonderzoek 2015 Richtlijn 95/57/EG van de Raad betreffende de verzameling van statistische informatie op het gebied van het toerisme
Periode: 1 januari 2015 - 31 maart 2015 Uw referentie:
Veuillez indiquer un numéro de ou unein adresse e-mail oùwij nous pouvons Gelieve een telefoonnummer of téléphone een e-mailadres te vullen, zodat indien vous si nécessaire pour des renseignements complémentaires. nodigjoindre met u contact kunnen opnemen voor aanvullende informatie: Téléphone fixe/Gsm : Telefoon/Gsm: E-mail E-mail:: Op grond van reglement nr. 692/2011 (6/07/2011) van de Europese Unie stelt de Algemene Directie Statistiek – Statistics Belgium elk kwartaal toerisme-indicatoren op. Het onderzoek heeft tot doel een beter inzicht te verkrijgen in de toeristische sector en in haar evolutie. Reizen vormen een belangrijke economische activiteit. In het binnenland scheppen ze werkgelegenheid bij reisbureaus, in de hotel- en vervoersector alsook in andere sectoren. De toerismestatistieken zijn een kernelement om de evolutie van al die sectoren op te volgen en om hun verdere ontwikkeling te stimuleren. Belang van uw deelname Elke drie maanden van 2015 wordt uw huishouden bevraagd, dus u zal in totaal vier keer een vragenlijst ontvangen. Alleen door een ruime en volledige deelname aan het onderzoek kan de betrouwbaarheid van de resultaten worden gegarandeerd. De antwoorden die u op de verschillende vragen zal geven zijn dus essentieel. Zelfs al hebt u niet gereisd, blijven uw antwoorden belangrijk. Vertrouwelijkheid De Algemene Directie Statistiek- Statistics Belgium staat in voor de absolute vertrouwelijkheid van uw antwoorden. De verstrekte gegevens uit deze vragenlijst zullen enkel voor statistische doeleinden worden benut, met uitsluiting van elk gebruik voor fiscale doeleinden, en zullen enkel in naamloze en globale vorm worden gepubliceerd. Hoe deze vragenlijst invullen? De vragenlijst is onderverdeeld in 3 luiken:
Luik A : gaat over het profiel van uw huishouden. Een aantal gegevens zijn reeds vooraf op het formulier afgedrukt; u hoeft er dus enkel de lege rubrieken van een tabel (vragen A1 en A2) in te vullen en te antwoorden op vraag A3 over uw eventuele reizen.
Luik C : gaat over de voornaamste kenmerken van uw eventuele reizen (= verblijf met een of meerdere overnachtingen in België en/of het buitenland voor persoonlijke of professionele redenen) in de afgelopen drie maanden: de duur van de reis, de bestemming, de deelnemers, enz. Let wel: elke afzonderlijke reis moet telkens in een apart luik C worden beschreven.
Luik D : als u excursies (= verblijf zonder overnachting in België en/of het buitenland voor persoonlijke en/of professionele redenen) in de afgelopen drie maanden gemaakt heeft, gelieve ook dit deel van de enquête in te vullen. Als u het apart blad dat wij u vroeger opstuurden over deze excursies reeds ingevuld hebt, stuur het dan gratis terug met de ingevulde vragenlijst in dezelfde envelop. In dat geval hoeft u dit luik D niet opnieuw te beantwoorden. Wij vragen u de vragenlijst ten laatste binnen 15 dagen na ontvangst terug te willen sturen. Wij bedanken u alvast voor uw medewerking.
Voor verdere vragen over deze vragenlijst kan u steeds bij ons terecht: - via de telefoon, op het groen nummer : 0800/120 33 - via e-mail, op het adres :
[email protected]
Algemene Directie Statistiek - Statistics Belgium - North Gate Koning Albert II-laan 16 • 1000 Brussel - http://statbel.fgov.be - Ondernemingsnummer: 0314.595.348
A.u.b. vermelden bij ieder contact
Luik A | Profiel van het huishouden
A1- Gelieve in onderstaande tabel de samenstelling van uw huishouden na te kijken. Verbeter en vul de tabel indien nodig
aan met de ontbrekende leden van uw huishouden en doorstreep zij die geen deel meer uitmaken van het huishouden.
• Maken deel uit van het huishouden alle personen die in hetzelfde domicilie wonen. Dit kunnen ouders, schoonouders, broers en zussen, gaststudenten,… zijn.
• Personen die maar tijdelijk inwonen zijn hier niet te vermelden.
A2- Gelieve ook het hoogste behaalde diploma, de arbeidsituatie en de categorie van het netto maandinkomen van elk lid van
het huishouden volgens de instructies onderaan de tabel in te vullen.
Nr. van het lid van het huishouden
NAAM EN VOORNAAM (BLOKLETTERS A.U.B.)
Geslacht (M=1 of V=2)
Geboortedatum (DD/MM/JJJJ)
Hoogst behaalde diploma (1)
Arbeidsituatie (2)
Netto maandinkomen (3)
01. 02. 03. 04. 05. 06. 07. 08. 09. 10.
(1) Vul in deze kolom het nummer in dat overeenkomt met het hoogst behaalde diplomaniveau van elk lid van het huishouden: 1= Geen diploma of lager onderwijs niet met succes beëindigd 2= Lager onderwijs 3= Lager secundair onderwijs (1ste t/m 5de jaar ASO, KSO, TSO, 6de jaar BSO) 4= Hoger secundair onderwijs (6de jaar ASO, KSO, TSO, 7de jaar BSO, DBSO, Leertijd) 5= Post-secundair onderwijs (7de jaar KSO/TSO of Se-n-se, 4de graad BSO, Ondernemersopleiding SYNTRA) 6= HBO5 (Hoger Beroepsonderwijs) 7= Graduaat (A1), professionele of academische bachelor , BanaBa, hogescholenonderwijs van het korte type (1 cyclus) 8= Licentiaat/master aan een hogeschool of universiteit, ManaMa, hogescholenonderwijs van het lange type (2 cycli) 9= Doctoraat met proefschrift (2) Arbeidsituatie: vul in deze kolom het nummer in dat overeenkomt met de hoofdactiviteit van elk lid van het huishouden: 1= Zelfstandige / 2= Arbeider, bediende of ambtenaar / 3= Werkloos / 4= Op pensioen of vervroegd pensioen / 5= Scholier, student of in opleiding / 6= Werkonbekwaam (langdurige ziekte, na ongeval, invaliditeit, enz.) / 7= Niet tewerkgesteld (bv. huisvrouw, rentenier,…)
(3) Vul in deze kolom het nummer in dat overeenkomt met de categorie van het netto maandelijks inkomen van elk lid van het huishouden. Daarin zijn inbegrepen: de wedden en lonen, de beroepsinkomens, de sociale uitkeringen (werkloosheids uitkering, pensioen, ziektegeld, kinderbijslag,…). Vul ‘1’ in als het lid van het huishouden geen inkomsten heeft.
1= Tussen 0 en 1.499 euro 2= Tussen 1.500 en 2.499 euro 3= Tussen 2.500 en 3.999 euro 4= Meer dan 3.999 euro
Reizen in België en/of in het buitenland van 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015 A3- Zijn er leden van uw huishouden die in de periode van 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015 een of meerdere reizen gemaakt hebben? Let wel: Onder reis wordt verstaan: een verblijf van minstens één overnachting buiten uw woonplaats of elke andere gewoonlijke leefomgeving (bv. uw werkplek, uw atelier,…) die niet regelmatig, noch periodiek (niet dagelijks, niet wekelijks, niet maandelijks) plaatsvindt. Ze heeft een persoonlijk en/of een professioneel doel.
01
Ja, minstens een lid van het huishouden heeft een of meerdere reizen gemaakt Ga naar LUIK C
Totaal aantal reizen:
Neen, geen enkel lid van het huishouden heeft een reis gemaakt
02
Ga naar LUIK D
Luik C | Reis nr.
Periode: 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015
Huishouden nr.
Opgelet: gebruik voor elke reis een afzonderlijk Luik C. Gelieve ons extra formulieren te vragen als u in de loop van deze periode meer dan 4 reizen hebt gemaakt (via de contactgegevens onderaan de eerste bladzijde).
Tijdstip en doel van de reis
C1- Gelieve het aantal overnachtingen en de vertrek- en terugkeerdatum van de reis in te vullen, ook als de reis begonnen is voor de periode of geëindigd is na de periode. Overnachtingen
Vertrekdatum Dag
Maand
Terugkeerdatum Jaar
Dag
Maand
Jaar
C2- Wat was de voornaamste reden om deze reis te maken?
01
Persoonlijk: vrije tijd, ontspanning en vakantie
02
Persoonlijk: bezoek aan familie of vrienden
03
Persoonlijk: andere (bv. bedevaart, medische behandeling, enz.)
04
Professionele reden / zaken
Bestemming(en)
C3- Als u enkel in België op reis bent geweest, in welke stad of gemeente verbleef u?
Stad of gemeente:
C4- Als u naar het buitenland op reis bent gegaan, in welk(e) land(en) hebt u uw reis doorgebracht? Gelieve ook het aantal overnachtingen naast elk land in te vullen. Land
Ga onmiddellijk naar vraag C6
Overnachtingen
Land
Overnachtingen
C5- Als u meerdere plaatsen van bestemming (= verschillende verblijven met een of meerdere overnachtingen) tijdens deze reis naar het buitenland had, om welke soort reis ging het? 01
Rondreis
02
Doorreis: tussenstop(s) met een of meerdere overnachtingen onderweg naar en/of terug van de eindbestemming
03
Ander type (bv. eerst een rondreis van een week, dan aansluitend een vast verblijf van een week)
04
Niet van toepassing, ik had maar één bestemming met een of meerdere overnachtingen in het buitenland
Vervoer
C6- Welke vervoermiddelen (bijvoorbeeld auto, mobilhome, camper, autocar, bus, vliegtuig, boot, trein, motorfiets, fiets, ...) heeft u gebruikt tot de bestemming(en) van de reis? Gelieve te beginnen met het vervoermiddel waarmee u de grootste afstand hebt afgelegd tot dat van de kleinste afstand.
01
04
02
05
03
06
Verblijf C7- Wat was de voornaamste verblijfsvorm tijdens de reis? De voornaamste verblijfsvorm is die waar u de meeste overnachtingen doorbracht. Er is maar één antwoord mogelijk. 01
Hotel of motel
02
Kampeerterrein; terrein voor caravans of vrijetijdsvoertuigen (tijdelijk verblijf)
03
Andere gehuurde logiesvorm (bv. vakantiehuis, appartement, kuuroord, jeugdherberg, boot, slaapwagon, kamer bij de
plaatselijke bevolking,…)
04
Uw vakantiewoning die uw eigendom is
Gratis logies aangeboden door familie of vrienden
05
06
Andere niet gehuurde logiesvorm (bv. tent in de vrije natuur, camper aan de rand van de weg,…)
C8- Hoeveel overnachtingen heeft u in deze voornaamste verblijfsvorm doorgebracht?
overnachtingen
Uitgaven
C9- Als het gaat over een pakketreis (=vervoer+verblijf vormen een op voorhand betaald geheel) via een reisbureau, een reservatiebureau of een touroperator, hoeveel kostten het vervoer, het verblijf en de extra uitgaven voor alle reizigers samen? Geef een schatting indien u het exacte bedrag niet meer weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.
• Vervoer + verblijf samen (pakket): ........................................................................................................................................................
euro
euro
• Extra uitgaven:
.....................................................................................................................................................................................................
C10- Als het over een ander type reis dan een pakketreis gaat, hoeveel kostten de volgende uitgaven voor alle reizigers samen? Geef een schatting indien u het exacte bedrag niet meer weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.
• Verblijf (=logies met of zonder ontbijt, halfpension of volpension):..............................................................................
• Vervoer (=alle gebruikte vervoersmiddelen, brandstof, tolheffing, taxi, openbaar vervoer
euro
huurwagen,…): .......................................................................................................................................................................................................
euro
• Voeding en dranken die niet inbegrepen zijn in het verblijf (bv. aankopen in winkels, restaurant- en cafébezoek, snacks,…): ..............................................................................................................................................
euro
• Aankoop van duurzame goederen en waardevolle voorwerpen (bv. cd, dvd, antiek, juwelen, tassen,…): ............................................................................................................................................................................................
euro
• Andere uitgaven, omschrijf:
euro
................................
Reisgezelschap
C11- Voor hoeveel reizigers gelden de uitgaven die u in C9 of C10 hebt genoteerd?
C12- Welke leden van uw huishouden hebben deelgenomen aan de reis ? Gelieve hieronder het (de) overeenkomstige nummer(s) van elk lid van het huishouden (zie eerste kolom van de tabel in Luik A) aan te duiden.
N° 01.
02.
03.
04.
05.
06.
07.
08.
09.
personen
10.
Als u nog een andere reis met minstens een overnachting hebt gemaakt tussen 1 januari 2015 - 31 maart 2015, gelieve een bijkomend Luik C te willen invullen. Zoniet ga naar Luik D op het einde van de vragenlijst.
Luik C | Reis nr.
Periode: 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015
Huishouden nr.
Opgelet: gebruik voor elke reis een afzonderlijk Luik C. Gelieve ons extra formulieren te vragen als u in de loop van deze periode meer dan 4 reizen hebt gemaakt (via de contactgegevens onderaan de eerste bladzijde).
Tijdstip en doel van de reis
C1- Gelieve het aantal overnachtingen en de vertrek- en terugkeerdatum van de reis in te vullen, ook als de reis begonnen is voor de periode of geëindigd is na de periode. Overnachtingen
Vertrekdatum Dag
Maand
Terugkeerdatum Jaar
Dag
Maand
Jaar
C2- Wat was de voornaamste reden om deze reis te maken?
01
Persoonlijk: vrije tijd, ontspanning en vakantie
02
Persoonlijk: bezoek aan familie of vrienden
03
Persoonlijk: andere (bv. bedevaart, medische behandeling, enz.)
04
Professionele reden / zaken
Bestemming(en)
C3- Als u enkel in België op reis bent geweest, in welke stad of gemeente verbleef u?
Stad of gemeente:
C4- Als u naar het buitenland op reis bent gegaan, in welk(e) land(en) hebt u uw reis doorgebracht? Gelieve ook het aantal overnachtingen naast elk land in te vullen. Land
Ga onmiddellijk naar vraag C6
Overnachtingen
Land
Overnachtingen
C5- Als u meerdere plaatsen van bestemming (= verschillende verblijven met een of meerdere overnachtingen) tijdens deze reis naar het buitenland had, om welke soort reis ging het?
01
Rondreis
02
Doorreis: tussenstop(s) met een of meerdere overnachtingen onderweg naar en/of terug van de eindbestemming
03
Ander type (bv. eerst een rondreis van een week, dan aansluitend een vast verblijf van een week)
04
Niet van toepassing, ik had maar één bestemming met een of meerdere overnachtingen in het buitenland
Vervoer
C6- Welke vervoermiddelen (bijvoorbeeld auto, mobilhome, camper, autocar, bus, vliegtuig, boot, trein, motorfiets, fiets, ...) heeft u gebruikt tot de bestemming(en) van de reis? Gelieve te beginnen met het vervoermiddel waarmee u de grootste afstand hebt afgelegd tot dat van de kleinste afstand.
01
04
02
05
03
06
Verblijf C7- Wat was de voornaamste verblijfsvorm tijdens de reis? De voornaamste verblijfsvorm is die waar u de meeste overnachtingen doorbracht. Er is maar één antwoord mogelijk. 01
Hotel of motel
02
Kampeerterrein; terrein voor caravans of vrijetijdsvoertuigen (tijdelijk verblijf)
03
Andere gehuurde logiesvorm (bv. vakantiehuis, appartement, kuuroord, jeugdherberg, boot, slaapwagon, kamer bij de
plaatselijke bevolking,…)
04
Uw vakantiewoning die uw eigendom is
Gratis logies aangeboden door familie of vrienden
05
06
Andere niet gehuurde logiesvorm (bv. tent in de vrije natuur, camper aan de rand van de weg,…)
C8- Hoeveel overnachtingen heeft u in deze voornaamste verblijfsvorm doorgebracht?
overnachtingen
Uitgaven
C9- Als het gaat over een pakketreis (=vervoer+verblijf vormen een op voorhand betaald geheel) via een reisbureau, een reservatiebureau of een touroperator, hoeveel kostten het vervoer, het verblijf en de extra uitgaven voor alle reizigers samen? Geef een schatting indien u het exacte bedrag niet meer weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.
• Vervoer + verblijf samen (pakket): ........................................................................................................................................................
euro
euro
• Extra uitgaven:
.....................................................................................................................................................................................................
C10- Als het over een ander type reis dan een pakketreis gaat, hoeveel kostten de volgende uitgaven voor alle reizigers samen? Geef een schatting indien u het exacte bedrag niet meer weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.
• Verblijf (=logies met of zonder ontbijt, halfpension of volpension):..............................................................................
• Vervoer (=alle gebruikte vervoersmiddelen, brandstof, tolheffing, taxi, openbaar vervoer
euro
huurwagen,…): .......................................................................................................................................................................................................
euro
• Voeding en dranken die niet inbegrepen zijn in het verblijf (bv. aankopen in winkels, restaurant- en cafébezoek, snacks,…): ..............................................................................................................................................
euro
• Aankoop van duurzame goederen en waardevolle voorwerpen (bv. cd, dvd, antiek, juwelen, tassen,…): ............................................................................................................................................................................................
euro
• Andere uitgaven, omschrijf:
euro
................................
Reisgezelschap
C11- Voor hoeveel reizigers gelden de uitgaven die u in C9 of C10 hebt genoteerd?
C12- Welke leden van uw huishouden hebben deelgenomen aan de reis ? Gelieve hieronder het (de) overeenkomstige nummer(s) van elk lid van het huishouden (zie eerste kolom van de tabel in Luik A) aan te duiden.
N° 01.
02.
03.
04.
05.
06.
07.
08.
09.
personen
10.
Als u nog een andere reis met minstens een overnachting hebt gemaakt tussen 1 januari 2015 - 31 maart 2015, gelieve een bijkomend Luik C te willen invullen. Zoniet ga naar Luik D op het einde van de vragenlijst.
Luik C | Reis nr.
Periode: 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015
Huishouden nr.
Opgelet: gebruik voor elke reis een afzonderlijk Luik C. Gelieve ons extra formulieren te vragen als u in de loop van deze periode meer dan 4 reizen hebt gemaakt (via de contactgegevens onderaan de eerste bladzijde).
Tijdstip en doel van de reis
C1- Gelieve het aantal overnachtingen en de vertrek- en terugkeerdatum van de reis in te vullen, ook als de reis begonnen is voor de periode of geëindigd is na de periode. Overnachtingen
Vertrekdatum Dag
Maand
Terugkeerdatum Jaar
Dag
Maand
Jaar
C2- Wat was de voornaamste reden om deze reis te maken?
01
Persoonlijk: vrije tijd, ontspanning en vakantie
02
Persoonlijk: bezoek aan familie of vrienden
03
Persoonlijk: andere (bv. bedevaart, medische behandeling, enz.)
04
Professionele reden / zaken
Bestemming(en)
C3- Als u enkel in België op reis bent geweest, in welke stad of gemeente verbleef u?
Stad of gemeente:
Ga onmiddellijk naar vraag C6
C4- Als u naar het buitenland op reis bent gegaan, in welk(e) land(en) hebt u uw reis doorgebracht? Gelieve ook het aantal overnachtingen naast elk land in te vullen. Land
Overnachtingen
Land
Overnachtingen
C5- Als u meerdere plaatsen van bestemming (= verschillende verblijven met een of meerdere overnachtingen) tijdens deze reis naar het buitenland had, om welke soort reis ging het?
01
Rondreis
02
Doorreis: tussenstop(s) met een of meerdere overnachtingen onderweg naar en/of terug van de eindbestemming
03
Ander type (bv. eerst een rondreis van een week, dan aansluitend een vast verblijf van een week)
04
Niet van toepassing, ik had maar één bestemming met een of meerdere overnachtingen in het buitenland
Vervoer
C6- Welke vervoermiddelen (bijvoorbeeld auto, mobilhome, camper, autocar, bus, vliegtuig, boot, trein, motorfiets, fiets, ...) heeft u gebruikt tot de bestemming(en) van de reis? Gelieve te beginnen met het vervoermiddel waarmee u de grootste afstand hebt afgelegd tot dat van de kleinste afstand.
01
04
02
05
03
06
Verblijf C7- Wat was de voornaamste verblijfsvorm tijdens de reis? De voornaamste verblijfsvorm is die waar u de meeste overnachtingen doorbracht. Er is maar één antwoord mogelijk. 01
Hotel of motel
02
Kampeerterrein; terrein voor caravans of vrijetijdsvoertuigen (tijdelijk verblijf)
03
Andere gehuurde logiesvorm (bv. vakantiehuis, appartement, kuuroord, jeugdherberg, boot, slaapwagon, kamer bij de
plaatselijke bevolking,…)
04
Uw vakantiewoning die uw eigendom is
Gratis logies aangeboden door familie of vrienden
05
06
Andere niet gehuurde logiesvorm (bv. tent in de vrije natuur, camper aan de rand van de weg,…)
C8- Hoeveel overnachtingen heeft u in deze voornaamste verblijfsvorm doorgebracht?
overnachtingen
Uitgaven
C9- Als het gaat over een pakketreis (=vervoer+verblijf vormen een op voorhand betaald geheel) via een reisbureau, een reservatiebureau of een touroperator, hoeveel kostten het vervoer, het verblijf en de extra uitgaven voor alle reizigers samen? Geef een schatting indien u het exacte bedrag niet meer weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.
• Vervoer + verblijf samen (pakket): ........................................................................................................................................................
euro
euro
• Extra uitgaven:
.....................................................................................................................................................................................................
C10- Als het over een ander type reis dan een pakketreis gaat, hoeveel kostten de volgende uitgaven voor alle reizigers samen? Geef een schatting indien u het exacte bedrag niet meer weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.
• Verblijf (=logies met of zonder ontbijt, halfpension of volpension):..............................................................................
• Vervoer (=alle gebruikte vervoersmiddelen, brandstof, tolheffing, taxi, openbaar vervoer
euro
huurwagen,…): .......................................................................................................................................................................................................
euro
• Voeding en dranken die niet inbegrepen zijn in het verblijf (bv. aankopen in winkels, restaurant- en cafébezoek, snacks,…): ..............................................................................................................................................
euro
• Aankoop van duurzame goederen en waardevolle voorwerpen (bv. cd, dvd, antiek, juwelen, tassen,…): ............................................................................................................................................................................................
euro
• Andere uitgaven, omschrijf:
euro
................................
Reisgezelschap
C11- Voor hoeveel reizigers gelden de uitgaven die u in C9 of C10 hebt genoteerd?
C12- Welke leden van uw huishouden hebben deelgenomen aan de reis ? Gelieve hieronder het (de) overeenkomstige nummer(s) van elk lid van het huishouden (zie eerste kolom van de tabel in Luik A) aan te duiden.
N° 01.
02.
03.
04.
05.
06.
07.
08.
09.
personen
10.
Als u nog een andere reis met minstens een overnachting hebt gemaakt tussen 1 januari 2015 - 31 maart 2015, gelieve een bijkomend Luik C te willen invullen. Zoniet ga naar Luik D op het einde van de vragenlijst.
Luik C | Reis nr.
Periode: 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015
Huishouden nr.
Opgelet: gebruik voor elke reis een afzonderlijk Luik C. Gelieve ons extra formulieren te vragen als u in de loop van deze periode meer dan 4 reizen hebt gemaakt (via de contactgegevens onderaan de eerste bladzijde).
Tijdstip en doel van de reis
C1- Gelieve het aantal overnachtingen en de vertrek- en terugkeerdatum van de reis in te vullen, ook als de reis begonnen is voor de periode of geëindigd is na de periode. Overnachtingen
Vertrekdatum Dag
Maand
Terugkeerdatum Jaar
Dag
Maand
Jaar
C2- Wat was de voornaamste reden om deze reis te maken?
01
Persoonlijk: vrije tijd, ontspanning en vakantie
02
Persoonlijk: bezoek aan familie of vrienden
03
Persoonlijk: andere (bv. bedevaart, medische behandeling, enz.)
04
Professionele reden / zaken
Bestemming(en)
C3- Als u enkel in België op reis bent geweest, in welke stad of gemeente verbleef u?
Stad of gemeente:
C4- Als u naar het buitenland op reis bent gegaan, in welk(e) land(en) hebt u uw reis doorgebracht? Gelieve ook het aantal overnachtingen naast elk land in te vullen. Land
Ga onmiddellijk naar vraag C6
Overnachtingen
Land
Overnachtingen
C5- Als u meerdere plaatsen van bestemming (= verschillende verblijven met een of meerdere overnachtingen) tijdens deze reis naar het buitenland had, om welke soort reis ging het?
01
Rondreis
02
Doorreis: tussenstop(s) met een of meerdere overnachtingen onderweg naar en/of terug van de eindbestemming
03
Ander type (bv. eerst een rondreis van een week, dan aansluitend een vast verblijf van een week)
04
Niet van toepassing, ik had maar één bestemming met een of meerdere overnachtingen in het buitenland
Vervoer
C6- Welke vervoermiddelen (bijvoorbeeld auto, mobilhome, camper, autocar, bus, vliegtuig, boot, trein, motorfiets, fiets, ...) heeft u gebruikt tot de bestemming(en) van de reis? Gelieve te beginnen met het vervoermiddel waarmee u de grootste afstand hebt afgelegd tot dat van de kleinste afstand.
01
04
02
05
03
06
Verblijf C7- Wat was de voornaamste verblijfsvorm tijdens de reis? De voornaamste verblijfsvorm is die waar u de meeste overnachtingen doorbracht. Er is maar één antwoord mogelijk. 01
Hotel of motel
02
Kampeerterrein; terrein voor caravans of vrijetijdsvoertuigen (tijdelijk verblijf)
03
Andere gehuurde logiesvorm (bv. vakantiehuis, appartement, kuuroord, jeugdherberg, boot, slaapwagon, kamer bij de
plaatselijke bevolking,…)
04
Uw vakantiewoning die uw eigendom is
Gratis logies aangeboden door familie of vrienden
05
06
Andere niet gehuurde logiesvorm (bv. tent in de vrije natuur, camper aan de rand van de weg,…)
C8- Hoeveel overnachtingen heeft u in deze voornaamste verblijfsvorm doorgebracht?
overnachtingen
Uitgaven
C9- Als het gaat over een pakketreis (=vervoer+verblijf vormen een op voorhand betaald geheel) via een reisbureau, een reservatiebureau of een touroperator, hoeveel kostten het vervoer, het verblijf en de extra uitgaven voor alle reizigers samen? Geef een schatting indien u het exacte bedrag niet meer weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.
• Vervoer + verblijf samen (pakket): ........................................................................................................................................................
euro
euro
• Extra uitgaven:
.....................................................................................................................................................................................................
C10- Als het over een ander type reis dan een pakketreis gaat, hoeveel kostten de volgende uitgaven voor alle reizigers samen? Geef een schatting indien u het exacte bedrag niet meer weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.
• Verblijf (=logies met of zonder ontbijt, halfpension of volpension):..............................................................................
• Vervoer (=alle gebruikte vervoersmiddelen, brandstof, tolheffing, taxi, openbaar vervoer
euro
huurwagen,…): .......................................................................................................................................................................................................
euro
• Voeding en dranken die niet inbegrepen zijn in het verblijf (bv. aankopen in winkels, restaurant- en cafébezoek, snacks,…): ..............................................................................................................................................
euro
• Aankoop van duurzame goederen en waardevolle voorwerpen (bv. cd, dvd, antiek, juwelen, tassen,…): ............................................................................................................................................................................................
euro
• Andere uitgaven, omschrijf:
euro
................................
Reisgezelschap
C11- Voor hoeveel reizigers gelden de uitgaven die u in C9 of C10 hebt genoteerd?
C12- Welke leden van uw huishouden hebben deelgenomen aan de reis ? Gelieve hieronder het (de) overeenkomstige nummer(s) van elk lid van het huishouden (zie eerste kolom van de tabel in Luik A) aan te duiden.
N° 01.
02.
03.
04.
05.
06.
07.
08.
09.
personen
10.
Als u nog een andere reis met minstens een overnachting hebt gemaakt tussen 1 januari 2015 - 31 maart 2015, gelieve een bijkomend Luik C te willen invullen. Zoniet ga naar Luik D op het einde van de vragenlijst.
Luik D | Excursies in België en/of in het buitenland van 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015
Opgelet: als u het apart blad dat wij u vroeger opstuurden over deze excursies reeds ingevuld hebt, stuur het dan gratis terug met de ingevulde vragenlijst in dezelfde envelop. In dat geval hoeft u dit luik D niet opnieuw te beantwoorden.
D1- In dit deel gaat het over excursies in België of in het buitenland zonder overnachting die uitzonderlijk plaatsvinden, d.w.z. bezoeken met een duur van 3 tot 24 uren die niet regelmatig of periodiek (=niet dagelijks, niet wekelijks, niet maandelijks) afgelegd werden. Deze excursies gebeuren buiten uw woonplaats en buiten elke andere gewoonlijke leefomgeving (bv. uw werkplek, uw atelier,…) heen en terug. Ze hebben een persoonlijk en/of een professioneel doel:
- Persoonlijk doel: Bv. een daguitstap naar Parijs alleen of met uw gezin; uw kinderen gaan de ganse avond uit op de Zuidfoor in Brussel; uw kind gaat op schoolreis naar een pretpark. Uitgesloten zijn gewoonlijke bezoeken, bv. elke zondag naar hetzelfde restaurant, elk weekend een daguitstapje naar Oostende,… - Professioneel doel: Bv. een zakenbezoek van een dag bij een klant of een leverancier, een seminarie of een cursus buiten uw gewone werkplaats. Uitgesloten zijn gewoonlijke bezoeken, bv. het dagelijkse of wekelijkse bezoek aan het bedrijf, de aanne- mer op de werf en de bezoeken van ‘reizende’ beroepen zoals de handelsvertegenwoordiger, de postbode, de marktkramer, de truckchauffeur, enz.
Hoeveel excursies zonder overnachting hebben de verschillende leden van uw huishouden van 1 januari 2015 tot en met 31 maart 2015 in België en/of in het buitenland gemaakt? Vul ‘0’ in als u geen enkele excursie maakte.
excursie(s) in België zonder overnachting
excursie(s) in het buitenland zonder overnachting
D2- Gelieve de gemaakte excursie(s) aan te vullen in de onderstaande tabel. Gebruik voor elke excursie een andere lijn.
Noteer voor elke excursie van links naar rechts: de maand waarin ze plaatsgevonden heeft, de belangrijkste bestemming (=waar de meeste tijd doorgebracht is), de belangrijkste reden en de voornaam en het geboortejaar van de leden van uw huishouden die deelnamen. Vul ten slotte de totale uitgaven in voor alle deelnemers samen (alles inbegrepen: vervoer, eventuele toegangtickets, brandstof, eten en drinken, aankopen,…). Excursies in België en naar het buitenland zonder overnachting van 1/01/2015 tot en met 31/03/2015 Nr. van de excursie
Belangrijkste bestemming: Noteer de gemeente indien in België of het land indien in het buitenland (HOOFDLETTERS AUB)
Voornaamste reden van de excursie: persoonlijke reden=1, professionele reden=2
Voornaam en geboortejaar van de leden van het huishouden die deelnamen
De totale uitgaven voor alle deelnemers samen (Geef een schatting als u het exacte bedrag niet weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.)
Voorbeeld van een professionele excursie
Bv. 2
Bv. FRANKRIJK
2
Bv. Johan 1952
Bv. 260€
Voorbeeld van een excursie met persoonlijk doel
Bv. 3
Bv. BRUSSEL
1
Bv. Johan 1952 Anna 1955 Marijke 1977
Bv. 160€
01
02
03
04
05
Maand van de excursie: januari = 1 februari = 2 maart = 3
Nr. van de excursie
Maand van de excursie: januari = 1 februari = 2 maart = 3
Belangrijkste bestemming: Noteer de gemeente indien in België of het land indien in het buitenland (HOOFDLETTERS AUB)
Voornaamste reden van de excursie: persoonlijke reden=1, professionele reden=2
Voornaam en geboortejaar van de leden van het huishouden die deelnamen
De totale uitgaven voor alle deelnemers samen (Geef een schatting als u het exacte bedrag niet weet. Noteer ‘0’ als er geen uitgaven waren.)
06
07
08
09
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
Einde van de vragenlijst - Bedankt voor uw medewerking!