REGELS van het bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder van de GEMEENTE ZEIST
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1 Artikel 2
3
Begrippen Wijze van meten
3 5
Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5
6
Groen Verkeer Verkeer - Spoorweg
6 7 9
Hoofdstuk 3 ALGEMENE REGELS Artikel Artikel Artikel Artikel Artikel
6 7 8 9 10
10
Anti-dubbeltelregel Algemene bouwregels Algemene gebruiksregels Algemene afwijkingsregels Algemene wijzigingsregels
Hoofdstuk 4 OVERGANGS- EN SLOTREGELS Artikel 11 Overgangsrecht Artikel 12 Slotregel
10 10 10 11 11 12 12 12
2 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
Hoofdstuk 1
Artikel 1
Inleidende regels
Begrippen
1.1
plan: het bestemmingsplan 'Spoorwegonderdoorgang Den Dolder' met identificatienummer NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 van de gemeente Zeist.
1.2
bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
1.3
aanduiding: een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.4
aanduidingsgrens: de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.5
ander bouwwerk: een bouwwerk, geen gebouw zijnde.
1.6
bebouwing: één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
1.7
bestaande gebouw, inhoud, [...], omvang bouwwerk (inhoud, omvang) zoals dat rechtens bestaat of mag bestaan op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp van het plan.
1.8
bestemmingsgrens: de grens van een bestemmingsvlak.
1.9
bestemmingsvlak: een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.10
bouwen: het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
1.11
bouwperceel: een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
3 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
1.12
bouwperceelgrens: een grens van een bouwperceel.
1.13
bouwwerk: een bouwkundige constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
1.14
gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
1.15
langzaam verkeer niet gemotoriseerd verkeer zoals voetgangers en fietsers en langzaam gemotoriseerd verkeer zoals snorfietsen, brommers en scooters.
1.16
overig bouwwerk: een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
1.17
pand: de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
1.18
peil: a. voor bouwwerken binnen de bestemming 'Verkeer - Spoorweg', vanaf de bovenkant van de spoorstaaf; b. voor bouwwerken gelegen binnen de bestemmingen 'Verkeer': maximaal 0,1 m boven of onder de wegkruin van de voorliggende weg; c. in andere gevallen dan onder a en b bedoeld: de hoogte van het aansluitend afgewerkte terrein, waarbij plaatselijke, niet bij het verdere verloop van het terrein passende, ophogingen of verdiepingen aan de voet van het bouwwerk, anders dan noodzakelijk voor de bouw daarvan, buiten beschouwing blijven.
1.19
weg: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkantenweg (Wegenverkeerswet).
4 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
Artikel 2
Wijze van meten
Bij de toepassing van de regels wordt als volgt gemeten: 2.1
de goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
2.2
de inhoud van een bouwwerk: tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
2.3
de bouwhoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
2.4
de ondergrondse bouwdiepte van overige bouwwerken vanaf het peil tot de onderkant van het overige bouwwerk.
2.5
de oppervlakte van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
5 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
Hoofdstuk 2
Artikel 3
Bestemmingsregels
Groen
3.1
Bestemmingsomschrijving De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. groenvoorzieningen; b. watergangen en waterpartijen; c. speelvoorzieningen; d. fiets- en voetpaden, in- en uitritten en andere ondergeschikte verhardingen; e. overige bij de bestemming behorende voorzieningen.
3.2
Bouwregels Op en in de gronden als bedoeld in lid 3.1, mogen uitsluitend worden gebouwd bij de bestemming behorende andere bouwwerken, waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan daarbij hierna is aangegeven:
bouwwerken
max. bouwhoogte
licht- en andere masten beeldende kunst speelvoorzieningen overige andere bouwwerken
4 4 5 3
m m m m
6 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
Artikel 4 4.1
Verkeer
Bestemmingsomschrijving De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wegen met ten hoogste twee rijstroken; b. woonstraten, pleinen en parkeervoorzieningen; c. fiets- en voetpaden; d. bermen, groen- en speelvoorzieningen; e. watergangen; f. geluidwerende voorzieningen; g. bij een en ander behorende andere voorzieningen, zoals nutsvoorzieningen, afvalverzamelvoorzieningen, beeldende kunst. met dien verstande dat: h. ter plaatse van de aanduiding 'langzaam verkeer', in afwijking van het bepaalde onder a. en b. uitsluitend voorzieningen ten behoeve van langzaam verkeer zijn toegestaan.
4.2 Bouwregels 4.2.1 Toegestane bouwwerken Op de gronden als bedoeld in lid 4.1, mogen uitsluitend worden gebouwd: a. ondergeschikte gebouwen en overige bouwwerken voor nutsvoorzieningen, zoals abri's en telefooncellen; b. andere bouwwerken, zoals lichtmasten, informatieborden, verkeerstekens en -regelinstallaties, straatmeubilair, tunnels en grondkerende muren. 4.2.2 Bouwen Voor het bouwen van bouwwerken gelden de volgende bepalingen: a. van gebouwen en overige bouwwerken voor nutsvoorzieningen mag de oppervlakte niet meer dan 20 m² en de bouwhoogte niet meer dan 3 m bedragen; b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding geluidscherm' geldt dat: 1. de bouwhoogte voor het geluidscherm dient minimaal 2,55 m te bedragen; 2. de bouwhoogte van het geluidscherm mag maximaal 5 m bedragen; 3. de genoemde bouwhoogte onder 1. en 2. wordt bepaald ten opzichte van de bovenkant van de spoorstaaf. c. van andere bouwwerken mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan daarbij hierna is aangegeven: bouwwerken
max. bouwhoogte 10 m 8m 5m 3m
licht- en andere masten beeldende kunst overige speelvoorzieningen overige andere bouwwerken
7 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
4.3
Nadere eisen Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de situering van bouwwerken vanwege de verkeersveiligheid en de stedenbouwkundige en landschappelijke inpassing.
8 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
Artikel 5 5.1
Verkeer - Spoorweg
Bestemmingsomschrijving De voor 'Verkeer - Spoorweg' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. spoorwegen met een verkeersfunctie voor het railverkeer; b. bermen, groenvoorzieningen; c. watergangen; d. geluidwerende voorzieningen, e. een onderdoorgang ten behoeve van een verbinding voor langzaam verkeer; f. bij een en ander behorende andere voorzieningen, zoals nutsvoorzieningen, kunstwerken.
5.2 Bouwregels 5.2.1 Toegestane bouwwerken Op de gronden als bedoeld in lid 5.1, mogen uitsluitend bij de bestemming behorende andere bouwwerken worden gebouwd, zoals lichtmasten, geluidschermen, kunstobjecten en kunstwerken (o.a. tunnels en grondkerende muren), waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan daarbij hierna is aangegeven: bouwwerken
max. bouwhoogte
licht- en andere masten geluidschermen kunstobjecten kunstwerken overige andere bouwwerken
10 m 6m 6m 6m 3m
9 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
Hoofdstuk 3
Artikel 6
ALGEMENE REGELS
Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 7 7.1
Ondergronds bouwen Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden de volgende regels: a. de bouwdiepte van het ondergrondse bouwwerk mag niet meer bedragen dan 5 meter; b. het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder a voor het bouwen van een ondergronds bouwwerk met een bouwdiepte van maximaal 10 meter, mits uit een onderzoeksrapport is gebleken dat hydrologische belangen niet worden geschaad en de waterbeheerder hierover heeft geadviseerd.
Artikel 8 8.1
Algemene bouwregels
Algemene gebruiksregels
Gebruik in strijd met de bestemming Als gebruik in strijd met dit bestemmingsplan wordt in ieder geval aangemerkt het gebruik van: a. gronden en bouwwerken als of ten behoeve van een seksinrichting; b. onbebouwde gronden: 1. als stand- of ligplaats van onderkomens; 2. als opslag-, stort- of bergplaats van machines, voer- en vaartuigen en andere al of niet afgedankte stoffen, voorwerpen en producten; een en ander tenzij dit gebruik verband houdt met het op de bestemming gerichte beheer van de gronden.
10 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
Artikel 9 9.1
Algemene afwijkingsregels
Algemeen Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het plan voor: a. het bouwen van niet voor bewoning bestemde bouwwerken voor nutsvoorzieningen, waarvan de oppervlakte niet meer dan 30 m² en de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen; b. afwijkingen ten aanzien van de ligging van bouw- en aanduidingsgrenzen voorzover die noodzakelijk zijn ter aanpassing van het plan aan de bij uitmeting blijkende werkelijke toestand van het terrein, mits die afwijkingen ten opzichte van hetgeen is aangegeven niet meer dan 1 m bedragen; c. het bouwen van masten en bijbehorende installaties voor telecommunicatie, al of niet op of aan gebouwen of andere bouwwerken, tot vanaf peil een bouwhoogte van 40 m, waarbij als voorwaarde kan worden gesteld dat gebruik dient te worden gemaakt van bestaande masten voor telecommunicatie of andere bestaande hoge objecten, zoals hoge gebouwen, lichtmasten of hoogspanningsmasten, indien deze aanwezig zijn binnen een redelijke afstand van de gevraagde locatie; d. het afwijken van de voorgeschreven maten ten aanzien van goothoogten, bouwhoogten, bouwperceelgrensafstanden en bebouwde oppervlakten tot ten hoogste 10%.
Artikel 10
Algemene wijzigingsregels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de ligging van grenzen van bestemmingsvlakken en aanduidingen te wijzigen zodanig, dat: a. de geldende oppervlakte van de bij wijziging betrokken vlakken met niet meer dan 10% wordt verkleind of vergroot; b. geen van de grenzen met meer dan 2 m wordt verschoven.
11 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016
Hoofdstuk 4
Artikel 11
OVERGANGS- EN SLOTREGELS
Overgangsrecht
11.1
Overgangsrecht bouwwerken a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot, 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; 2. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit, geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan. b. eenmalig kan in afwijking van het bepaalde onder a. een omgevingsvergunning voor het bouwen worden verleend voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met niet meer dan 10%. c. Het bepaalde onder a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreden van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.
11.2
Overgangsrecht gebruik a. het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a., te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind. c. indien het gebruik, bedoeld onder a., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. d. het bepaalde onder a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregels van dat plan.
Artikel 12
Slotregel
Het plan kan worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Spoorwegonderdoorgang Den Dolder'.
12 Gemeente Zeist bestemmingsplan Spoorwegonderdoorgang Den Dolder mRO b.v. / PLR / 99.285 - v6 / januari 2016
NL.IMRO.0355.BPSpooronderdgDD-VS01 vastgesteld d.d. 29 maart 2016