I
A
su!P!alu I
Wat zijn gevaarlijke stoffen? In de totale goederenstroom is het vervoer van gevaarlijke stoffen met speciale zorg omgeven. Gevaarlijke stoffen zijn stoffen die, gezien hun aard, schade kunnen aanrichten aan mens, goed en aan het milieu. Het gaat daarbij om stoffen die bijvoorbeeld explosief, giftig, bijtend of brandbaar zijn. Gevaarlijke stoffen worden onderverdeeld in 9 gevarenklassen. Het vervoer van gevaarlijke stoffen is onvermijdelijk omdat onze samenleving gevaarlijke stoffen nodig heeft als basis voor veel produkten. Benzine, bijvoorbeeld, wordt van de raffinaderijen naar de benzinestations vervoerd. Maar ook de zuurstof die in ziekenhuizen gebruikt wordt, is bij vervoer een gevaarlijke stof.
Regelgeving Er gebeuren betrekkelijk weinig ongelukken met gevaarlijke stoffen. Tal van voorschriften voor dit vervoer en een scherpe controle op de naleving van deze voorschriften dragen hiertoe bij. Het vervoer van gevaarlijke stoffen geschiedt met veel zorg en aandacht zodat een zo groot mogelijke veiligheid wordt bereikt. Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen gelden stringente veiligheidsvoorschriften. Deze voorschriften betreffen o.a. de verpakking van de stoffen, de etikettering, de vakbekwaamheid, de uitrusting van het vervoermiddel en of stoffen wel of niet vervoerd mogen worden. De basis voor deze voorschriften wordt voor een groot
VERVOER VAN GEVAARLIJKE STOFFEN (ORANISATIE EN VOORSCHRIFTEN) WERELD ZEE
,
WERELD
i
BINNENVAART
WEG
SPOOR
LUCHT
NEDERLAND
NEDERLAND
NEDERLAND
SCHEPENWET
WET GEVAARLIJKE STOFFEN
LUCHTVAARTWET REGELING TOEZICHT LUCHTVAART
e O
In het schema staat aangegeven welke regelgeving voor welke vervoerstak van toepassing is. Verklarende woordenlijst schema: Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen langs de weg. VLC: Reglement vervoer over land van gevaarlijke stoffen ADNR Reglement voor het vervoer van gevaarlqke stoffen over de Rijn VBC: Reglement vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen. ADR:
RID:
VSC:
Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen. Reglement vervoer over de spoorweg van gevaarlijke stoffen.
deel gelegd door experts bij de Verenigde Naties (VN) in Genève die aanbevelingen doen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen. Deze worden overgenomen in de internationale regelgeving van de verschillende vervoersmodaliteiten. Er vindt regelmatig (internationaal en nationaal) overleg plaats om de regelgeving zoveel mogelijk op elkaar af te stemmen en aan te passen aan nieuwe ontwikkelingen. Zo is de indeling in gevarenklassen en de verpakking van stoffen wereldwijd geharmoniseerd. Daar waar noodzakelijk worden bestaande regels aangescherpt. De internationale regels zijn ook van toepassing op het nationale vervoer van gevaarlijke stoffen. Voor Nederlands grondgebied gelden daarnaast nog een aantal aanvullende voorschriften. De Wet Gevaarlijke Stoffen is de wettelijke basis voor regelgeving voor het vervoer over de weg, per spoor en over de binnenwateren. Deze zal vermoedelijk in de tweede helft van 1995 vervangen worden door de Wet Vervoer Gevaarlijke Stoffen (WVGS). De internationale regels voor het vervoer over de weg, het spoor en de binnenwateren zijn respectievelijk gebaseerd op de volgende verdragen: - ADR (Europese Overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen langs de weg), - COTIF (Verdrag betreffende het internationale spoorwegvervoer), - de Akte van Mannheim. Voor het zeevervoer zijn de internationaal overeengekomen veiligheidsvoorschriftengebaseerd op het SOLAS Verdrag (Safety of Life at Sea). De nationale regels zijn opgenomen in de
I
VOO; stoffen die schadelijk zin voor het maritieme milieu zijn de internationale afspraken vastgelegd in het MARPOL verdrag en de annexen bij dit verdrag. In dit verdrag worden de voorschriften voor olie, schadelijke stoffen in bulk en in verpakte vorm vastgelegd. Nationaal zijn deze
vinden. Het vervoer van gevaarlijke stoffen vindt tussen het normale verkeer plaats. Toch zijn verkeersongevallen, waarbij bijvoorbeeld aan de tanks met gevaarlijke stoffen grote schade wordt toegebracht, niet uitgesloten. De schade kan hierbij zo ernstig zijn dat de vervoerde stoffen vrijkomen met schadelijke effecten voor de omgeving. Zo bestaat een kleine kans dat bij zo‘n ongeluk dodelijke slachtoffers vallen. O m dit risico t e inventariseren worden voor woongebieden waarlangs gevaarlijke stoffen vervoerd worden analyses uitgevoerd. Aan de hand van toetsingen wordt nagegaan of er maatregelen moeten worden genomen, zoals het omleiden van bepaalde tanktransporten, voor bijvoorbeeld LPC of ammoniak. Vaak kan het nemen van verkeersmaatregelen al voldoende zijn om de veiligheid te bevorderen. Risico-analyse is een manier om het vervoer van gevaarlijke stoffen te beoordelen in relatie met de omgeving.
Vakbekwaamheid Ter vergroting van de kennis omtrent gevaarlijke stoffen en de toepassing van de voorschriften zijn er regels voor de vakbekwaamheid van de bestuurder die gevaarlijke stoffen vervoert. Deze moet in het bezit zijn van het ADR vakbekwaamheids-certificaat. Het examen hiervoor bestaat uit een mondeling en een schriftelijk gedeelte. Het certificaat heeft een geldigheidsduur van 5 jaar. Daarna moet een praktijkgerichte herhalingstoets worden afgelegd. NS leidt zijn personeel op door middel van een computergestuurd opleidingsprogramma.
Chemokar: Uit oogpunt van het milieu moet afval zoveel mogelijk worden gescheiden. Dit geldt niet alleen voor bedrijfsa fval, maar ook voor het afval dat afkomstig is van huishoudens. De GFT-container bijvoorbeeld is in veel huishoudens al niet meer weg te denken. Maar wat te doen met al het gevaarlijk huishoudelijk afval, zoals batterijen, accu's, spuitbussen, motorolie en dergelijke stoffen? Gezien de aard van deze stoffen moet dit afval gescheiden worden van het gewone afval. Zo is destijds de chemokar in het leven geroepen, waar al het gevaarlijke afval afkomstig van huishoudens kan worden aangeboden. Voor het ten vervoer aanbieden en het vervoeren van dit afval is in 1994 door Verkeer en Waterstaat een (nieuwe) regeling gemaakt. De voorschriften die van toepassing zijn op o.a. de aanbieder van het afval, het voertuig, de elementen die in het voertuig zijn geplaatst en de begeleider van een chemokar (degene die het afval aanneemt) zijn in deze regeling omschreven. Zo wordt geëist dat de begeleider vakbekwaam moet zijn. Behalve het ADR-vakbekwaamheidscertificaat moet hij een aantekening hebben 'vervoer gevaarlijk afval'. Hiervoor is in 1994 door de CCV (instantie die is aangewezen voor het afnemen van het examen) een speciaal examen ontworpen, dat is goedgekeurd door het ministerie van Verkeer en Waterstaat.
Als een examen met goed gevolg is afgelegd wordt daarvan een aantekening gemaakt in het personeelsdossier. Na vijf jaar moet een herhalingstoets worden afgelegd. Een schipper die gevaarlijke stoffen vervoert moet door middel van een examen hebben aangetoond over voldoende kennis van het ADNR te beschikken Dit bewijs van kennis (ADNR-certificaat) moet iedere vijf jaar worden verlengd. Hiertoe worden herhalingscursussen gegeven. Vanaf 1995 wordt de opleiding uitgebreid met een verplicht praktijk gedeelte, zoals het om met brandblusmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelendie in geval van een incident nodig kunnen zijn. Naast het "basis ADNRcertificaat" zijn vanaf 1 januari 1998
m
I
Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen door de lucht geldt dat iedereen die bij het vervoer van gevaarlijke stoffen betrokken is, moet zijn opgeleid. Particulieren en bedrijven die een gevaarlijke stof door de lucht willen laten vervoeren kunnen dit laten doen door bedrijven die hierin gespecialiseerd zijn. Zij zijn op de hoogte van de regelgeving rondom het vervoer van gevaarlijke stoffen. Een bedrijf dat gevaarlijke stoffen voor het vervoer door de lucht aanbiedt moet kunnen aantonen over voldoende personeel te beschikken dat met goed gevolg geslaagd is voor het R1.D-examen. Daarna moeten deze opgeleide personen iedere 18 maanden een herhalingstoets ondergaan.
1
Gevaarlijke stoffen: herkenbaar onderweg Naast uitgebreide technische eisen voor verpakkingen en tanks zijn er ook voorschriften voor de buitenkant van een voertuig of verpakking waarin gevaarlijke stoffen worden vervoerd. Dit is om te zorgen dat een gevaarlijke stoffenvervoer als zodanig wordt herkend door controleurs en hulpdiensten. Zo moeten bijvoorbeeld tankwagens die gevaarlijke stoffen vervoeren aan de voor- en achterzijde, en soms ook aan de zijkanten, gekenmerkt zijn door oranje borden en veelal voorzien zijn van gevaarsetiketten. De bovenste helft van het oranje bord bestaat uit twee of drie cijfers die de gevaarkenmerken van de stof aangeven. Het cijfer 3 staat bijvoorbeeld voor brandbare vloeistof.
I
1
Het tweede en eventueel derde cijfer van dit gedeelte van het bord geven het bijkomende gevaar aan. Een verdubbeling van het cijfer (bijvoorbeeld 33) geeft aan dat het hier om een zeer brandbare stof (bijvoorbeeld benzine) gaat. Als er geen bijkomend gevaar is staat er een O achter het eerste cijfer, als de stof niet in aanraking mag komen met water staat er een X voor het cijfer. De onderste helft van het oranje bord geeft het stofidentificatienummer (VN nummer) aan. De VN hebben hiertoe stoffenlijsten opgesteld. De oranje borden hebben een waarschuwingsfunktie en geven informatie voor een adequate hulpverlening bij ongevallen. M e t de informatie van de oranje borden kan de brandweer in een handboek de juiste bestrijdingswijzen opzoeken. Ook spoorwagens moeten aan beide zijden voorzien zijn van oranje borden en gevaarsetiketten. Ketelwagens die vloeibaar gemaakte gassen vervoeren zijn te herkennen aan de oranje band die over de wagen loopt. Voor de binnenvaart schrijft de vervoersreglementering voor dat een schip dat gevaarlijke stoffen vervoert, afhankelijk van de stof en de hoeveelheid daarvan, één tot maximaal drie blauwe kegels zichtbaar rondom moet voeren. 's Nachts worden deze kegels vervangen door blauwe lampen. Bij het varen op binnenwateren voeren zeeschepen die gevaarlijke stoffen vervoeren, aan bakboord een rode vlag en 's nachts een rode lamp. Gevaarlijke stoffen die door de lucht vervoerd worden hebben alleen gevaarsaanduidingen op de verpakking. Verpakkingen moeten aan de buitenzijde ook voorzien zijn van UN-nummer en etiketten.
mogen worden. Tunnels zijn ingedeeld in twee categorieën ( Categorie I en Categorie li). Of een gevaarlijke stof door een tunnel mag is afhankelijk van de categorie van de tunnel. Een speciale brochure voor het vervoer van gevaarlijke stoffen door de Drechttunnel is verkrijgbaar.
Verkeersmaatregelen Voor het spoorvervoer en de binnenvaart zijn een aantal extra verkeersmaatregelen genomen. Zo zijn er regels voor de treinsamenstelling en voor de snelheden waarmee een trein met sommige gevaarlijke stoffen mag rijden. M e t een chloortrein wordt zo veel mogelijk 's nachts gereden en met maar 65 km per uur volgens een stipte dienstregeling. Op een aantal plaatsen langs ons binnenlandse vaarwegennet zijn verkeersposten ingericht die een vlotte en veilige verkeersafwikkeling bevorderen. Bij het schutten van sluizen wordt steeds speciale aandacht gegeven aan schepen met gevaarlijke stoffen,
Het transportmiddel: 'n keuze WEG
Dagelijks zien we vrachtauto's met oranje borden in het verkeer. Voor dit gevaarlijke stoffenvervoer over de weg bestaan een aantal speciale verkeersvoorschriften en borden. De meest algemene regel betreft de verplichting om de bebouwde kom te mijden. De vrachtauto's beladen met de meest risicovolle
e r.
-@
stoffen moeten vaak een speciale route volgen. Hiervoor bestaat een aparte lijst van routeplichtige stoffen. Ook voor stoffen die niet door tunnels mogen worden vervoerd bestaat een lijst. Bij bepaalde weersomstandigheden worden een aantal extra beperkingen gesteld aan hel: vervoer over de weg. In geval van mist of gladheid geldt vaak een verbod om te vervoeren. Voordeel van het vervoer over de weg is dat het transport van deur tot deur kan plaatsvinden (voor- en natransport zijn niet nodig). SPOOR Het goederenvervoer en dus ook het vervoer van gevaarlijke stoffen per spoor vindt voornamelijk 's nachts plaats omdat het railnet overdag en 's avonds overbezet is door het personenvervoer. Uit oogpunt van veiligheid is het een voordeel dat de trein over een eigen 'weg' beschikt die zij (behalve op overwegen) niet met andere weggebruikers hoeft te delen. Een 'spooreigen' voorschrift is dat spoorwagens met ontploffingsgevaarlijke stoffen moeten worden gescheiden van spoorwagens beladen met andere gevaarlijke stoffen. Dit gebeurt door zogenaamde 'schutwagens'(dit zijn wagens die onbeladen zijn of beladen met ongevaarlijke stoffen). BINNENVAART Op de waterwegen is er nog ruimte voor uitbreiding van de vervoerscapaciteit. Schepen beladen met gevaarlijke stoffen zijn verplicht zich te melden bij de verkeersposten.Voor deze schepen zijn speciale ligplaatsen beschikbaar
andere voer- of vaartuigen en daardoor kan een gemaakte fout veel eerder leiden tot een grote ramp. Door decompressie kunnen verpakkingen bezwijken. Als deze verpakkingen salpeterzuur bevatten, kan dat desastreuze gevolgen hebben voor het vliegtuig omdat salpeterzuur het aluminium van het vliegtuig aantast. Het gevolg van deze kwetsbaarheid is dat een groot aantal stoffen niet door de lucht vervoerd mag worden en dat de toegestane hoeveelheden veel kleiner zijn dan bij de andere vervoerstakken. In de luchtvaart wordt 40% van de incidenten met gevaarlijke stoffen veroorzaakt door gevaarlijke stoffen in de passagiersruimte. Zelfs aanstekers kunnen al problemen veroorzaken. Daarom zijn vooral de campingvluchten een bron van aandacht. Het luchtvervoer is relatief duur. Voordeel van het luchtvervoer is dat het snel gaat.
I
Voor verdere informatie kunt u terecht bij onderstaande adressen:
I ~
Lijst van verkrijgbare folders: Drechttunnel en gevaarlijke stoffen Het nieuwe ADNR Routering gevaarlijke stoffen, overwegingen voor gemeenten Telematica, telernaticaproef gevaarlijke stoffen succesvol
Colofon Dit is een uitgave van Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat-Generaal voor het Vervoer Postbus 20901 2500 EX Den Haag I .
vormgeving: Grafisch ontwerpburo Driek Drost, Zevenhuizen