Reconstructie met behulp van eigen weefsel Transplantatie van huid en vet van de buik. DIEP-lap (Deep Inferior Epigastric Perforator Flap)
Het grote voordeel van deze techniek is het feit dat er geen spierweefsel uit de buik gehaald wordt. Deze techniek is geschikt voor patiënten die een borstrecontructie willen met eigen weefsel, zonder toevoeging van een prothese. Borsreconstructie met de DIEP-lap kan zowel enkelzijdig als dubbelzijdig. De lap, enkel bestaande uit huid en vet wordt uit de buikwand genomen samen met een aantal bloedvaten. Deze bloedvaten worden door middel van microchirurgie gekoppeld aan de bloedvaatjes in de borstkast of de oksel. Op de borst worden de huid en het vet als het ware gemodelleerd tot een borst.
Voor wie is de DIEP-lap methode geschikt? Deze methode is geschikt voor volslanke vrouwen die graag sporten en dus hun buikspieren nodig hebben. Als u erg slank bent is de DIEP-lap methode minder geschikt, omdat er dan in de buikwand te weinig weefsel overschot is voor deze methode, tenzij slechts een kleine borst wenselijk is. Dat geldt ook wanneer u al eens eerder aan de buik geopereerd bent. De plastisch chirurg zal in elk geval eerst nagaan of u goed gezond bent en geen problemen hebt met de doorbloeding. Dat houdt in dat vrouwen die roken de DIEP-lap in de regel ontraden zal worden tenzij de patiënt bereid is tijdig voor de operatie te stoppen met roken. Realiseert u zich dat de eigen weefselmethode een grote operatie is. Een goede algemene gezondheid en een sterke motivatie zijn hierbij belangrijke voorwaarden. Hoe lang duren operatie en herstel met de DIEP-lap methode? De operatie duurt vier tot zes uur onder algehele verdoving. De eerste 48 uur na de operatie wordt de gereconstrueerde borst nauwkeurig gecontroleerd. U zult daarna nog vijf tot zeven dagen in het ziekenhuis moeten blijven. Na zes tot acht weken kunt u uw dagelijkse bezigheden weer oppakken. De voor- en de nadelen De nadelen van de ingreep gaan gepaard met het microchirurgische
2
karakter ervan (microchirurgie is het opereren met behulp van een microscoop en speciale medische instrumenten). Soms komt het voor dat het buikweefsel op de plaats van de borst niet goed doorbloed is. Dit is echter zeer zeldzaam. De gereconstrueerde borst moet dan worden weggehaald. De meeste patiënten krijgen uiteindelijk een soepele, warme borst. De operatie is een “twee in één” ingreep, de borst wordt gereconstrueerd en daarbij wordt er ook een klein buikje weggenomen.
Littekens Op de plaats waar de huidflap is weggehaald en op de plaats van de reconstructie ontstaan littekens. Houdt u rekening met licht kleurverschil, de huid van de buik is anders van kleur dan de huid van de borst. Symmetrie Het is niet altijd mogelijk om de borsten gelijk (symmetrisch) te maken. Ook de vorm en de gevoeligheid van de borst(en) en buik kunnen anders zijn dan u had verwacht. Als u aan één zijde wordt geholpen kan het zijn dat aanpassing aan de andere borst nodig is voor een goede symmetrie. Voorbereiding Als u samen met uw arts heeft besloten tot een operatie worden een aantal zaken voor u afgesproken. Verzekering De secretaresse van de plastische chirurg vraagt bij uw zorgverzekeraar de operatie aan. Borstreconstructie valt altijd onder verzekerde zorg. Medische fotograaf De medische fotograaf zal foto’s maken van uw (borsten) voor de operatie. En nogmaals als de behandeling afgerond is.
3
Anesthesie (verdoving) Een goede verdoving bij een operatie is belangrijk. Deze verdoving gebeurd bij de DIEP-methode alleen met totale verdoving (algehele anesthesie). U zult tijdens de operatie geen pijn voelen. Hierover kunt u meer lezen in de folder ‘Verdoving (anesthesie) bij volwassenen’. Voor de operatie en de anesthesie zijn meestal enige voorbereidingen noodzakelijk, dit wordt ook wel preoperatief onderzoek of preoperatieve voorbereiding genoemd. De anesthesioloog schat in welke risico’s in uw geval aan de anesthesie verbonden zijn en hoe deze kunnen worden beperkt. Via de afdeling opname krijgt u een afspraak bij de anesthesioloog. Bloedverdunners/medicijnen Als u bloedverdunnende - of antistollings middelen gebruikt, overlegt u met uw huisarts, plastisch chirurg of uw behandelend arts over het gebruik van deze middelen voor de ingreep. Soms moet gebruik van bloedverdunners tijdelijk gestopt of aangepast worden zoals Acetylsalicylzuur of Ascal, Sintrom (acenocoumarol) of Marcoumar (fencoproumon). Ook kan het zijn dat u via een injectie bloedverdunnende middelen krijgt . Dit om trombose te voorkomen. Overige medicijnen mag u gewoon innemen. Stop nooit op eigen initiatief met het gebruik van bloedverdunners. Ook andere medicijnen moet u melden, evenals eerder ondergane operaties en andere gezondheidsproblemen. De medicijnen die u tijdens verblijf nodig heeft, ontvangt u van de ziekhuisapotheek. Neem geen medicijnen in zonder hierover overleg te plegen. Een combinatie van geneesmiddelen kan namelijk bij ondeskundig gebruikgevaarlijk zijn. Omdat het van belang is te weten welke medicijnen u tot de opnamedag heeft gebruikt, verzoeken wij u deze medicijnen, in originele verpakking, bij opname mee te nemen. Om doorbloedingsproblemen te voorkomen krijgt u een recept mee voor bloedverdunners, dit is tijdelijk.
4
Wat moet u meenemen? Tijdens uw opname heeft u nodig: • een passende zwarte sport BH; • Drukkleding voor de buik (wordt bij het intake gesprek met u afgesproken); • ondergoed en nachtkleding (eventueel nachtkleding met een voorsluiting); • kamerjas, pantoffels; • toiletartikelen; • lectuur en dergelijke. Waardevolle bezittingen Het is raadzaam grotere geldbedragen, sieraden en andere kostbaarheden thuis te laten. De ervaring leert dat het gevaar van zoekraken en diefstal in een openbaar gebouw aanwezig is. Het ziekenhuis kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld. De dag van de operatie U meldt zich op het afgesproken tijdstip op de afdeling waar u wordt opgenomen. Op de afdeling krijgt u een kort opnamegesprek met de verpleegkundige. Dit is om te controleren of er de laatste weken nog veranderingen zijn opgetreden in uw gezondheid en uw persoonlijke omstandigheden. Tevens vertelt de verpleegkundige u nog kort het een en ander over de gang van zaken rond de operatie. Als u vragen heeft kan de verpleegkundige deze beantwoorden. Uw partner/begeleider kan bij het opnamegesprek aanwezig zijn, als u dat prettig vindt. Niet eten en beperkt drinken (nuchter zijn) U wordt in principe op de dag van de operatie opgenomen. Omdat de operatie onder anesthesie plaatsvindt, is het nodig dat u nuchter bent. Hierover heeft de anesthesioloog op het spreekuur afspraken met u gemaakt. Meer hierover kunt u lezen in de folder ‘Verdoving (anesthesie) bij volwassenen’. Hebt u een langdurige voorbereiding nodig dan wordt u een dag eerder opgenomen. 5
Pijnstilling Voor de operatie start u met de pijnmedicatie. De pijnmedicatie wordt op de verpleegafdeling aan u gegeven. Dit heeft als doel een spiegel in uw bloed op te bouwen zodat na de operatie de pijnmedicatie meer effect heeft. Meer hierover vindt u in de folder ‘Anesthesie bij volwassenen’ onder het kopje ‘Pijnmeting’. Scheren Het is aan te raden dat u de ochtend van de operatie thuis uw oksels scheert. Aftekenen van de buik/borsten Voor de operatie worden uw buik/borsten door de plastisch chirurg afgetekend. Dit gebeurt in principe op de verkoeverkamer. Het kan ook zijn dat dit op de verpleegafdeling wordt gedaan. Dit is afhankelijk van het operatieprogramma. De operatie Voordat u naar de operatiekamer gaat, krijgt u de voorbereidende medicatie voor de anesthesie (premedicatie). Het is belangrijk dat u deze medicatie voor de ingreep inneemt. Ook is het belangrijk dat u voor de ingreep nog even plast, zodat de blaas leeg is. U mag tijdens de operatie geen sieraden dragen. Op de afdeling krijgt u een operatiejasje aangetrokken. Bovengenoemde maatregelen zijn er om de hygiëne op de operatiekamer te waarborgen en daardoor infecties te voorkomen. Een kwartier voor de ingreep wordt u naar de verkoeverkamer gebracht, hier worden u nog wat vragen gesteld waarna u naar de operatiekamer wordt gereden. Daar moet u over stappen op een smalle operatietafel. De anesthesioloog geeft u de verdoving, die met u besproken is. Ook zal er voordat de operatie begint algemene of specifieke bewakingsapparatuur aangesloten worden, om lichaamsfuncties zoals bloeddruk, pols en ademhaling tijdens de operatie goed te kunnen observeren.
6
Direct na de operatie Na de ingreep blijft u in de uitslaapruimte (verkoeverkamer) van de operatieafdeling tot u goed wakker bent en tot alle controles (o.a. bloeddruk, polsslag, ademhaling en pijn) goed zijn. Een verpleegkundige haalt u weer op. Op de verpleegafdeling belt de verpleegkundige uw contactpersoon/begeleider. De verpleegkundigen controleren regelmatig de pols, bloeddruk en de doorbloeding van de nieuw gereconstrueerde borst(en) en de buikwond. Na de operatie kunt u pijn hebben en misselijk zijn. Met behulp van een speciale pijnbestrijdingsmethode wordt de pijn zoveel mogelijk verlicht, zodat u sneller van de operatie herstelt. Tegen de misselijkheid krijgt u eventueel medicijnen. Infuus Na de operatie heeft u een infuus in uw arm. Het infuus zorgt ervoor dat u voldoende vocht krijgt. Als u op de operatiedag ’s avonds weer zelf kunt eten en drinken en alle controles goed zijn mag het infuus de volgende dag verwijderd worden. De wond Na de operatie zijn de gereconstrueerde borst(en) verbonden. Ook bevinden zich één of meerdere drains (slangetjes) in het wondgebied. Deze zijn verbonden aan flesjes om het vocht uit de operatiewond op te vangen. De verpleegkundige controleert regelmatig de wonden en verwijdert de drains meestal enkele dagen na de operatie. Dit veroorzaakt een vreemd en soms pijnlijk gevoel. Ook wordt het verband verwijderd. Na het verwijderen van de drains en het verband moet u een stevige sport bh en buikband dragen. Eten en drinken Bij terugkomst van de operatiekamer mag u vrij snel beginnen met het drinken van water. Uitbreiding daarvan is afhankelijk van uw misselijkheidklachten.
7
De dagen na de operatie Dagelijks loopt een plastisch chirurg met een verpleegkundige visite en spreekt het beleid af. De dag na de operatie mag u naar kunnen uit bed en wordt u zonodig geholpen met verzorging. Na overleg met de plastisch chirurg worden in de drains verwijderd. Met ontslag Tussen de vijfde en zevende dag mag u met ontslag mits er geen complicaties zijn opgetreden. U krijgt een controle afspraak mee, die ongeveer 10 dagen na de operatie plaatsvindt. De verpleegkundige neemt nog enkele praktische zaken met u door zoals bijvoorbeeld de leefregels. Zonodig krijgt u een recept voor verbandmateriaal en of medicijnen. Weer thuis Na de operatie ontstaat een sterke spanning in de weefsels. Het is dus raadzaam om onderstaande adviezen op te volgen. Hoe meer rust u de operatiewond geeft, hoe mooier het litteken geneest. Na ongeveer 6 weken kan u de meeste dagelijkse huishoudelijke werkzaamheden weer zelf verrichten. De eerste zes weken na de operatie mag u niet: • slapen in buikligging • zijligging op de kant van de gereconstrueerde borst • slapen op de gereconstrueerde borst • zwaar tillen • vooroverbuigen • rek/strek/duwbewegingen maken • geen bewegingen maken waarbij veel kracht gebruikt moet worden zoals zwaar huishoudelijk werk of beroepsmatig zwaar lichamelijk werk • sporten • in de zon noch onder de zonnebank, daarna een half jaar met beschermingsfactor 30 of bedekt met badpak/bikini • in bad (douchen mag wel) 8
De eerste vier weken na de operatie mag u niet: • fietsen • autorijden zonder stuurbekrachtiging De eerste twee weken na de operatie mag u niet: • autorijden
Pijnbestrijding Als pijnstillers nodig zijn, is paracetamol (500 mg) vaak voldoende. Een goede pijnbestrijding is belangrijk voor het genezingsproces. Als het nodig is kunt u de eerste twee dagen de pijn met pijnstillers onderdrukken en dit langzaam afbouwen. Dit doet u als volgt: • De eerste twee dagen neemt u vier maal daags - om de zes uur twee tabletten paracetamol van 500 mg. • Dan twee dagen vier maal daags - om de zes uur - één tablet paracetamol van 500 mg. • Daarna stopt u en gebruikt u alleen zonodig bij pijn twee tabletten paracetamol van 500 mg. (maximaal 4 maal daags). Pijn kan ook een signaal zijn dat u onvoldoende rustig aan doet of voor ontsteking. Houdt u dus hierboven beschreven adviezen goed in acht en controleer de wond op ontstekingsverschijnselen zoals toenemende zwelling, roodheid of wijken van de wond.
Douchen Als de drains verwijderd zijn, meestal de tweede dag na de operatie, mag u douchen. Na het douchen de wondjes droogdeppen. U mag de eerste zes weken niet baden en zwemmen. Droog houden van de wond bevordert een goede wondgenezing, dus kunt u beter ook geen afsluitende pleister op de wondjes gebruiken. Hechtingen De hechtingen zijn oplosbaar. Mochten er toch hechtingen zitten die niet oplosbaar zijn dan worden deze op de polikliniek verwijderd.
9
BH/Drukkleding Draag gedurende zes tot acht weken na de ingreep dag en nacht een zwarte stevige sport BH en drukkleding voor de buik. Littekenzalf Wilt u littekenzalf gebruiken om de littekens sneller soepel te maken, dan mag dit alleen op een volledig genezen wond worden aangebracht. Meestal is dat na twee á drie weken het geval. De arbodienst U kunt met uw arts overleggen welke consequenties de operatie voor de uitoefening van uw werk heeft. De arts kan wanneer nodig informatie uitwisselen met uw bedrijfsarts. De bedrijfsarts moet hiervoor een schriftelijk verzoek indienen. Zo wordt duidelijk of u (tijdelijk) beperkingen heeft en zo ja, welke. Om uw privacy te beschermen is uw toestemming nodig voor overleg tussen uw specialist en uw bedrijfsarts. Uiteindelijk zal de bedrijfsarts uw terugkeer naar het werk begeleiden. Daarom is het belangrijk dat uw bedrijfsarts op de hoogte is van de operatie en nabehandeling. Afspraken over uw werk zullen vaak soepeler verlopen als u de bedrijfsarts al vóór de operatie informeert. U kunt een gesprek voeren met uw bedrijfsarts op het arbeidsomstandighedenspreekuur van de arbodienst van het bedrijf of de organisatie waar u werkt. Bij de arbodienst kan men u vertellen hoe u dit spreekuur kunt bezoeken. Mogelijke complicaties en risico’s Deze komen gelukkig weinig voor. De belangrijkste zijn nabloeding, wondinfectie, wondnecrose, vochtopstapeling (seroom) en soms een slechte doorbloeding van de huidlap (ongeveer <1%).
10
Wanneer contact opnemen met het ziekenhuis? Gaat de wond wijken en krijgt u ontstekingsverschijnselen (koorts, roodheid, toenemende zwelling en toenemende pijn of een kloppend gevoel) neem dan contact op met de polikliniek plastische chirurgie telefoon (024) 365 82 35 tijdens kantoortijden. ’s Avonds, ’s nachts of in het weekend neemt u contact op met uw huisarts, of met de Spoedeisende hulp van het CWZ (024) 365 83 22. Bericht van verhindering Mocht de geplande operatiedatum niet door kunnen gaan bijvoorbeeld omdat: • er meer voorbereiding nodig blijkt te zijn door longarts of cardioloog; • u ziek bent met koorts (griep) • u verhinderd bent door onverwachte privé-omstandigheden. Laat dit dan zo snel mogelijk weten. U belt dan naar de polikliniek plastische chirurgie. Als u tijdig belt, kan er nog een andere patiënt gepland worden en maken we met u een nieuwe afspraak.
Vragen U wordt naar beste kunnen behandeld, maar er kan geen garantie gegeven worden op een goed resultaat of een ongestoord verloop. Mocht u na het lezen toch nog vragen hebben, dan verzoeken wij u contact met ons op te nemen. Wij zijn u graag van dienst! U kunt uw vragen ook stellen aan de arts en verpleegkundige vóór de behandeling.
11
Adres en telefoonnummers Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis Weg door Jonkerbos 100 6532 SZ Nijmegen Voor het maken, annuleren of verzetten van afspraken op de polikliniek en voor vragen over uw operatie. Polikliniek plastische chirurgie (in het Sanadome) Tijdens kantoortijden Telefoon (024) 365 82 35 Verpleegafdeling plastische chirurgie (C14) Telefoon (024) 365 78 80
12
G636 / 11-13
Website: www.plastischechirurgie.cwz.nl