Wasaweg 18-1 9723 JD Groningen [t] 050 - 549 75 15 [f] 050 - 549 93 09
College van B&W en Fractieleden
[e]
[email protected] OB nr. NL820176886B01 Rabobank 14.79.28.966
Gemeente Noordenveld
KvK 011-40837 BIC RABONL2U IBAN NL36RABO0147928966
kenmerk
behandeld door
datum
20160113-rb
R.Brongers
13 januari 2016
betreft
Schade monitoring Noordenveld . Geachte College, Fractieleden, Allereerst zou ik u allen willen danken voor de geboden mogelijk om afgelopen maandag en dinsdagavond bij u aanwezig te mogen zijn. Dit om over monitoring mogelijkheden en het Arcadis rapport te spreken. Het betreft een complex geheel en het is zeker niet eenvoudig om als Gemeente, de nodige kennis in huis te hebben, om inhoudelijk te kunnen reageren op rapportages en presentaties over dit soort zaken. Met name over de presentatie van gisteravond, door de NAM gegeven, zou ik u graag nog aanvullend willen informeren. Hopelijk heeft u hier geen bezwaar tegen. Puntsgewijs zou ik een aantal zaken onder uw aandacht willen brengen.
Aanpassing vergunning gasopslag. De heer de Haan stelde dat het SodM een aantal aanvullende eisen heeft gesteld, dit om de risico’s op aardbevingen te voorkomen. Als eis werd gesteld dat er een tweede schacht moest komen aangezien er bij een enkele schacht de drukken te hoog zouden worden en er een toename zou zijn van de kansen op een beving. Daarnaast is de eis gesteld dat er 3 Geofoons geplaatst moesten gaan worden om eventuele bevingen goed te kunnen meten/vastleggen. M.a.w. de uitbreiding van de vergunning brengt een verhoogd risico met zich mee en lijken aanvullende monitoren maatregelen gerechtvaardigd. Zeker ook nu er middels twee in en uitlaat systemen gewerkt gaat worden is de kans groot dat de bodem hier anders op zal gaan reageren.
Schade monitoring Noordenveld.
Pagina 1 van 5
Spanning verschil in de putten. Verteld werd dat de bij gas injectie de verspreiding in het veld langzaam gaat en dat er drukverschillen kunnen zijn van 30 bar tot 10% van de maximale druk waarmee gewerkt gaat worden. Dit houdt in dat de verschillen tot ruim 40 bar kunnen oplopen. Van een gelijkmatige bodembeweging, waar het rapport uit gaat, kan geen sprake zijn. Navragen bij Geologen bevestigt dit. M.a.w. bodembewegingen zullen veelal grillig plaatsvinden, verdeeld over het hele veld. De theoretische berekening en weergave in de rapportage lijken dus niet juist. Tevens staat in het rapport dat over de jaren heen, als gevolg van de gaswinning, de bodemdaling tussen de 2 en 6 cm is geweest. Er is sprake van een grillig patroon over de 4 putten zo is in de rapportage te lezen. Ook dit bevestigt dat er geen sprake is geweest van een gelijkmatige daling zoals gesuggereerd wordt.
2 cm hoogte verschillen over een jaar. Meerdere keren werd de indruk gewekt dat er “maar” 2 cm hoogte verschil is gemeten over een jaar gezien. Vanzelfsprekend werd gesteld dat dit kleine stukje toch niet tot schade kan leiden. De referentie is de GPS meting op de locatie zelf, m.a.w. 1 referentie. Het gaat hier dus over het verschil in 1 jaar en niet over de absolute bodem bewegingen. Immers was de bodem al eerder, als gevolg van de gaswinning in 13 jaar, 2 tot 6 cm gedaald. De bodem beweegt dus, als gevolg van de gaswinning en opslag, derhalve elke keer 4 tot 8 cm. De indruk die gewekt werd is dat het maar om 2 cm zou zijn en dus geen gevolgen kan hebben. Nader onderzoek lijkt gerechtvaardigd.
Tiltsensoren. De heer de Haan wekte de indruk dat het allemaal leuk en aardig is zo’n tiltsensor. En dat het leuk is dat je kunt zien of een muur scheef is gestaan na een beving ja of nee. In de verdere discussie kwam duidelijk naar voren dat hij ogenschijnlijk geen kennis heeft op dit gebied. De heer de Haan wist niet dat Minister Kamp, op aangeven/toezegging van de NAM, in januari 2013 de Tweede Kamer beloofd heeft in maart van dat jaar tiltsensoren te zullen gaan plaatsen. Daarnaast was de heer de Haan niet op de hoogte dat de NAM in 2 projecten al met tiltsensoren werkt. Juist in Saaksum zijn 12 tiltsensoren geplaatst om de bodembeweging aan de oppervlakte te meten tijdens en na het fracken. Op korte termijn wil men dit aantal met 5 sensoren uitbreiden. De uitspraken van de heer de Haan zijn onjuist en voor eigen rekening. Onderstaand treft u een antwoord van Minister Kamp aan de Tweede Kamer van deze week. De tekst spreekt voor zich. Quote Vraag 294:
Schade monitoring Noordenveld.
Pagina 2 van 5
“Hoe ziet het SodM de rol van de ‘tiltmeters’ in het traceren van de (meer uitgestelde) effecten van de gaswinning op de bodem en bebouwing? Vindt het SodM tiltmeters bruikbare instrumenten om meer geleidelijke beweging door gaswinning en daaruit voortvloeiende mijnbouwschade in beeld te brengen? Zo niet, waarom niet?
Er zijn allerlei instrumenten en technieken beschikbaar om bodembewegingen en de effecten daarvan te meten. Afhankelijk van het verschijnsel dat men wil onderzoeken wordt een geschikt instrument -of een combinatie van instrumenten- uitgezocht. Voor het meten van de sterkte van een aardbeving is dat een drie-componenten seismometer. Voor het meten van zeer langzaam verlopende bodemdaling door grondwaterwinning of gaswinning wordt de techniek van waterpassing als de beste techniek gezien, omdat die techniek geschikt is om grote gebieden te “bemeten”. Soms wordt deze techniek gecombineerd met radarmetingen vanuit satellieten (interferometrie) en lokale GPS-metingen. Voor het meten van grondversnellingen zijn versnellingsmeters geschikt. Voor het meten van de reactie van gebouwen op aardbevingen worden gebouwsensoren gebruikt. SodM is van mening dat tiltmeters een nuttige aanvulling
kunnen vormen op de apparatuur waarmee de effecten van bodembewegingen boven het Groningenveld worden gemonitord. Daarbij zijn tiltmeters specifiek geschikt om de gevolgen van aardbevingen op de scheefstand van bebouwing vast te stellen. In het meerjarenprogramma kondigt de NCG aan dat er in 2016 onderzoek wordt gedaan naar verschillende meetinstrumenten en op basis hiervan in 2017 - zo nodig - nadere acties worden ondernomen.” Unquote. Zoals u kunt lezen is SodM dus wel van mening dat Tiltsenoren een nuttige bijdrage kunnen leveren. Een van u stelde de vraag of de NAM adviezen van SodM altijd opvolgt. Het antwoord was ja. Weerstand tegen tiltsensoren zou er nu dus ook niet meer mogen zijn.
Gebouwensensor. Uit het rapport was niet op te maken welke het aantal van gebouwensensoren is. De presentatie leerde ons dat dit er drie te zijn. De term gebouwensensor is door de NAM zelf bedacht zo bevestigde ook de heer de Haan. Echter gaat het hierbij om een versnellingsmeter. In meerdere publicaties heeft de NAM aangegeven dat deze sensoren niet bedoeld zijn om schade te meten maar om de invloeden van bevingen op gebouwen. In Noorderveld was en is het juist de bedoeling om te bezien welke de invloeden zijn van de bodembewegingen en of er schade is ontstaan. Zoals een van u opmerkte heeft deze gebouwen sensor zijn beperkingen. Deze is zo in gesteld dat snelheden onder de 2mm/sec en bevingen onder de 2 op de schaal van Richter niet worden geregistreerd. Het was dan ook voorspelbaar dat deze 3 sensoren niets bijzonders hebben waargenomen.
Schade monitoring Noordenveld.
Pagina 3 van 5
Net zoals in Grijpskerk zullen er in Noordenveld ook de nodige laagfrequent trillingen zijn. Ook in deze regio kent men gelijksoortige schade als binnen uw gemeente. Recent zijn daar in opdracht van de Omgevingsdienst Groningen Laagfrequent geluidmetingen gedaan. Het is de bedoeling dat dit jaar ook een tiltsensor geplaatst gaat worden. De uitkomst van de eerste meting wordt begin februari verwacht.
5 puntelijst. Deze lijst spreekt in punt 2 over trillingen. Genoemd is dat hieraan toegevoegd moet worden dat ook bodembewegingen meegenomen moeten gaan worden. In de rapportage wordt met geen woord gesproken over de invloeden van de sterk variërende bodem bewegingen. Dit zou wel een must moeten zijn!
Suggesties. De ervaring leert dat het door de NAM toegezegde nadere onderzoek veelal meer van het zelfde zijn en dat geen invulling zal worden gegeven aan uw wensen. Het lijkt zeker zinvol dat u, als Gemeente, simultaan aan de NAM, uw gedachten ook eens laat gaan over welke de mogelijkheden zouden kunnen zijn. U zult alsdan een betere gesprekspartner zijn en vertragingen in de werkelijke uitvoering kunnen beperkt blijven. Op willekeurige volgorde geef ik u enkele overwegingen. 1. Laat een onafhankelijke partij de bodemkaarten van het veld bestuderen en bezien welke de invloeden van de injecties/winning op 2 locaties zou kunnen zijn. Aan de hand hiervan zou men kunnen aangeven op welke risico punten er zinvol bodembewegingen gemeten zouden kunnen gaan worden. Meduza in Groningen zou dit zeer goed kunnen uitvoeren. 2. Laat de meetresulaten van tiltsensoren door een onafhankelijke partij beoordelen. In Nederland is er een partij die jarenlang ervaringen heeft opgedaan in het buitenland. Deze doet dit nu in opdracht van de NAM in Saaksum. Dit bedrijf is ADLM uit Arnhem. 3. Laat een onafhankelijke partij, die ervaringen heeft met oude gebouwen en zetting/verzakkingschade enkele gebouwen inspecteren. Strackee uit Amsterdam heeft deze ervaring en is betrokken bij vele projecten in Amsterdam. Zij hebben o.a. als bouwbureau de Waag in Amsterdam hersteld. Hierbij hebben ze bijna 3 jaar ervaring opgedaan met tiltsensoren. Zij kunnen ook aangeven waar het beste sensoren geplaatst kunnen worden. Strackee heeft afgelopen jaar de innovatie prijs gekregen voor hun concept om woningen beving bestendiger te maken. 4. Betrek in de problematiek de Drentse Omgevingsdienst en vraag deze ook om contact op te nemen met de Omgevingsdienst Groningen. De heer J. Kruize van deze dienst is een van de weinige echte kennisdragers in Groningen. Deze dienst maakt al ruim een half jaar gebruik van onze meetdata en wil zelf ook sensoren gaan plaatsen op het Chemie Park in Delfzijl.
Schade monitoring Noordenveld.
Pagina 4 van 5
5. In een aantal project in Groningen hebben wij een tiltsensor in een gebouw geplaatst en een sensor in de “koude” grond. Op deze wijze kun je de werkelijke grond bewegingen zien en de invloeden van deze grondbewegingen op een gebouw. Op deze wijze is in meerdere gevallen aangetoond dat schade aan objecten van “buiten” af is veroorzaakt. 6. Uw medewerker, de heer Huisman, is al eens bij ons geweest en heeft een demonstratie gehad van de mogelijkheden van onze gecombineerde versnellingsmeter/Tiltsensor. Het lijkt zinvol dat u een medewerker heeft die zich specifieker verdiept in de mogelijkheden. De Gemeente Oldambt heeft dit ook gedaan en heeft hierdoor meer kennis in huis en is derhalve een beter gesprekspartner voor bv de NAM. 7. Zijn er onder u mensen die graag ook eens een demonstratie willen hebben van onze sensoren dan verzorgen wij dit graag voor u. 8. Na afloop kreeg ik de vraag of wij juristen kennen die zich al goed verdiept hebben in bovengenoemde materie en inhoudelijk ook meer weten over monitoring mogelijkheden. Deze zijn er zeker, b.v. de heer Martin Blokzijl uit Groningen of mevrouw l. Haarsma uit Eelde. 9. StabiAlert maakt onderdeel uit van OSSG ( www.ossg.nl ) , een samenwerking verband van meerdere Groningse bedrijven. Op haar site vindt u een filmpje welke u enig inzicht geeft over de mogelijkheden. OSSG of StabiAlert staan u graag bij in het vormen van een eigen beeld en het realiseren van een gedegen onderzoeksplan. 10. Wie er ook gaat monitoren, beding dat alle meetdata vrij toegankelijk is voor externe partijen / onderzoek bureaus /ingenieurs bureaus, etc. Open en transparant! 11. Eis dat u dezelfde mogelijkheden en voorwaarden krijgt als de bewoners in Groningen. Wellicht is een Drentse Nationaal Coördinator nodig. Immers zijn er ook nog steeds bevingen in en rond Emmen. Nogmaals dankzegging voor de geboden mogelijkheden om u iets nader te informeren. Mochten wij iets voor u kunnen betekenen dan vernemen wij dit graag van u.
Met vriendelijke groet,
R. Brongers StabiAlert B.V. Mob. 06 53 179 557
Schade monitoring Noordenveld.
Pagina 5 van 5