Rapportage gelijke kansen mensen met een beperking voor gemeente Moerdijk Gebaseerd op Quickscan Gehandicaptenbeleid
Samen werken aan een sociaal en cultureel sterk Brabant. Daar is het beleid van de provincie op gericht. Dat vraagt ruimte en respect voor elkaar en oog voor degenen die de aansluiting dreigen te missen. Zij verdienen ondersteuning bij het zelf aanpakken van hun problemen en het beter benutten van hun capaciteiten. We willen onze samenleving bijeen houden door een leefomgeving te creëren waarin iedereen zich thuis kan voelen. Dat doen we bijvoorbeeld door zorg voor jong en oud, het leefbaar houden van kleine kernen en het op peil houden van sociale en culturele voorzieningen. Het realiseren van deze doelen is een zaak van alle Brabanders, voor alle Brabanders. Want als ieder z'n plek vindt in onze provincie, wordt het leven voor iedereen aangenamer. Brabant voor iedereen
Colofon Advies gemeentelijk gehandicaptenbeleid is een uitgave van Zet. Datum : 15 februari 2010 Auteur : M. Broens Referentie : mabr-C01248-4085o9 Zet Postbus 271 5000 AG Tilburg Telefoon : 013 54 41 440 E-mail :
[email protected] Website : www.zet-brabant.nl © Zet - Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling voor Noord-Brabant (december 2009). Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Zet Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling voor Noord-Brabant. Het gebruik van de tekst als toelichting of ondersteuning is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld.
De activiteiten van Zet worden (mede) mogelijk gemaakt door subsidie van de provincie Noord-Brabant.
Gemeente Moerdijk Respondenten naam functie
Cor elders adviseur RMO
naam functie
Annette Gepkens Teamhoofd RMO Advies
naam functie
Kees Kokke Gehandicaptenplatform
Interviewers naam functie
Francis Meulendijks Adviseur
naam functie
Margreeth Broens Adviseur
Datum afname quickscan
2 december 2009
Inhoudsopgave
Inleiding ............................................................................................................... 1 1
Gelijke kansen voor mensen met een beperking in Verenigde Naties- en Europees verband ........................................................................................ 3
2
Advies ........................................................................................................ 5
3
Bespreking per Standaardregel...................................................................... 7
Bijlage 1
Resultaat Quickscan Gehandicaptenbeleid© in een oogopslag
Bijlage 2
Koppeling Standaardregels aan gemeentelijk beleid
Bijlage 3
Kort overzicht van enkele gangbare begrippen
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪1▪
Inleiding Door de Verenigde Naties zijn 22 Standaardregels voor gelijke kansen van mensen met een beperking opgesteld. Deze regels dienen als leidraad voor (lokale) overheden bij het ontwikkelen en uitvoeren van beleid. Zet heeft op basis van de Standaardregels een Quickscan Gehandicaptenbeleid© ontwikkeld. De Quickscan Gehandicaptenbeleid© is bij uw gemeente afgenomen. Op basis van de resultaten heeft Zet een advies opgesteld met suggesties om het beleid (op onderdelen) aan te passen waardoor de gelijke kansen voor mensen met een functiebeperking (nog) beter gewaarborgd worden. Het advies, gebaseerd op de Quickscan Gehandicaptenbeleid©, volgt de 22 Standaardregels. Bij de ontwikkeling van de quickscan is voor elke Standaardregel gezocht naar de vertaling van de regel naar – concreet – gemeentelijk beleid. In bijlage 1 treft u de resultaten van de quickscan in een oogopslag aan, gevolgd door de vragenlijst. Bijlage 2 laat de koppeling van de Standaardregels zien met de gemeentelijke beleidsterreinen zoals deze op de website van de VNG zijn weergegeven, in relatie met de negen Wmoprestatievelden. In bijlage 3 is een aantal begrippen toegelicht. Definitie In de quickscan en dit advies wordt bij mensen met een beperking de volgende definitie gehanteerd: mensen met een (verstandelijke, motorische of zintuiglijke) stoornis, ouderen met beperkingen, chronisch zieken en mensen met een psychische aandoening.
▪2▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
1
▪3▪
Gelijke kansen voor mensen met een beperking in Verenigde Naties- en Europees verband
Agenda 22 Agenda 22 verwijst naar de 22 Standaardregels die de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties aanvaardde in december 1993. De officiële titel luidt ‘VN Standaardregels voor Gelijke Kansen voor Mensen met een Handicap’. De Standaardregels beschrijven op welke terreinen de maatschappij maatregelen moet nemen om mensen met een functiebeperking gelijke kansen te geven. Met het Project Agenda 22 introduceerde het Programma Versterking Cliëntenpositie een nieuwe manier van participeren in beleid, een nieuwe vorm van samenwerken tussen de belangenorganisaties onderling en van samenwerken met gemeente en dienstverleners. De methode Agenda 22 De methode die ontwikkeld is bij Agenda 22, blijkt heel geschikt om lokaal beleid vorm te geven. De methode stimuleert gelijkwaardige samenwerking tussen gemeenten en lokale belangenorganisaties van mensen met beperkingen. Als beleidsplannen met gebruik van de methode gebaseerd worden op de 22 Standaardregels, dan kan een gemeente de leefsituatie van mensen met beperkingen verbeteren. En op een gestructureerde manier werken aan inclusief beleid. In 2004 werd het project ‘Agenda 22, werken aan de basis’ gestart. In 13 gemeenten gingen werkgroepen aan de slag met het toepassen van onderdelen van Agenda 22. De werkgroepen bestonden uit gemeenteambtenaren, vertegenwoordigers van mensen met beperkingen en GGD-medewerkers. Het project is inmiddels ten einde. Uit een evaluatie blijkt dat de deelnemers de Agenda 22 methode breed bruikbaar vinden voor diverse doelgroepen, beleidssectoren en wetten. Inmiddels zijn in verschillende gemeenten werkgroepen bezig met Agenda 22. De relatie tussen de Standaardregels, de algemene mensenrechtenverdragen en het nieuwe VN-verdrag, inzake de rechten van de mensen met een (functie-)beperking Allereerst is het nieuwe verdrag bedoeld om de effectuering van de algemene mensenrechten voor mensen met een beperking te versterken, om betere omstandigheden te realiseren zodat gelijke behandeling waar wordt gemaakt. De 22 Standaardregels en daarmee het werkmodel Agenda 22, zijn een morele en politieke verplichting voor gemeenten om de gelijke rechten en kansen voor de burgers met een beperking te verwezenlijken. Als het nieuwe verdrag door Nederland is geratificeerd, hebben mensen met een beperking echter juridische mogelijkheden om (gemeentelijk) beleid langs de lijnen van de Standaardregels af te dwingen (nu al). Gelijke kansen ook via Europees beleid steeds beter afdwingbaar Niet alleen vanuit de Verenigde Naties worden overheden en de maatschappij gestuurd op het voorkomen van discriminatie. Zo heeft de Europese Commissie in haar werkprogramma voor 2008 aangekondigd met een brede richtlijn te komen die bescherming biedt tegen discriminatie op grond van artikel 13 van het EG-verdrag en op alle maatschappelijke terreinen. In deze richtlijn wordt ook aandacht besteed aan meervoudige discriminatie. Mensen kunnen - zo betoogt de Europese Commissie - daardoor hun zaak gemakkelijker aanhangig maken; ze hoeven dan niet langer te kiezen voor één specifieke non-discriminatiegrond.
▪4▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
2
▪5▪
Advies
Algemene conclusie De gemeente Moerdijk is op 2 december 2009 door adviseurs van Zet bevraagd op haar inzet om gelijke kansen te realiseren voor mensen met een beperking. De antwoorden en daarbij verstrekte onderbouwing geven aanleiding om het beleid van de gemeente te beoordelen als gematigd positief met goede intenties. Het beleid is gematigd positief te noemen, omdat er weliswaar voor minder dan de helft beleid lijkt ontwikkeld maar er een groot potentieel aan beleid op dit terrein ligt waar de gemeente al daadwerkelijk laat zien dat ze het in beleid wil omzetten. De gemeente voert integraal beleid en geen doelgroepgericht beleid, dus geen apart beleid voor mensen met een beperking. Dat zou dus kunnen betekenen dat gemeenten die doelgroepgericht beleid hebben voor mensen met een beperking per definitie in het voordeel zijn. Echter ook bij integraal beleid moet aantoonbaar zijn opgenomen dat mensen bij de beleidsvorming niet over het hoofd zijn gezien, dat het doordacht is met de gevolgen die het heeft voor mensen met een beperking, en mensen met een beperking in de volle breedte: mensen met een (verstandelijke, motorische of zintuiglijke) stoornis, ouderen met beperkingen, chronisch zieken en mensen met een psychische aandoening. Dat kan nog steeds betekenen dat de gemeente om welke reden dan ook niet kiest om in het beleid rekening te houden met (bepaalde categorieën) mensen met een beperking, maar dan is daar wel over nagedacht en kan de gemeente het beargumenteren. Het feit dat beleid bij sommige Standaardregels goed geregeld is, bewijst dat ook integraal beleid goed kan zijn voor mensen met een beperking. Opvallend consistent is in de gemeente Moerdijk de rol van het gehandicaptenplatform als gesprekspartner van de gemeente en het beleid op het gebied van werkgelegenheid voor mensen met een beperking. Spreiding van voorzieningen over de kernen van Moerdijk en daarmee de nabijheid is goed voor elkaar. Een belangrijk punt van verbetering vormt de participatie van mensen met een beperking in sociaal-culturele activiteiten. Een punt van zorg vormt de aandacht voor mensen met een beperking in de volle breedte. Dat geldt zowel intern –er zijn meer ambtenaren dan degenen die aan het Wmo-loket werken– als extern. De gemeente zou het feit dat ze zoveel mensen met een beperking op de loonlijst heeft moeten uitbuiten om bij het ontwikkelen van beleid te gebruiken. Dat geldt ook voor de verandering van de rol van het gehandicaptenplatform. De adviesfunctie van het platform vervalt. Alleen de Wmo-raad wordt adviesorgaan. Het gehandicaptenplatform heeft een vertegenwoordiger in de Wmo-raad. Deze overgang wordt aangegrepen om de rol die de Wmo-raad speelt, tegen het licht te houden. Zo krijgt de Wmo-raad de kans mee te denken over het beleid. Ze kan ongevraagd advies geven, bijvoorbeeld ook achteraf beleid toetsen, als blijkt dat de gemeenteraad onvoldoende rekening heeft gehouden met ‘inclusief beleid’. Het verdient daarbij aanbeveling na te gaan of mensen met een beperking in de volle breedte worden vertegenwoordigd en of de relatie met de achterban voldoende is. Een uitdaging vormt het gestalte geven aan de toegankelijkheid van de kernen met de status van monument. Nadere uitwerking per Standaardregel Uw gemeente is gematigd positief gewaardeerd wat betreft het bieden van gelijke kansen voor mensen met een beperking. Op basis van de Quickscan zijn ook verbeterpunten geconstateerd, die hierna per Standaardregel zijn geformuleerd.
▪6▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Quickscan taart Gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
N.v.t . 1% Twijf el
Ja
34%
41%
Nee 24%
Toelichting op de taart Uit de figuur valt op te maken dat van het totaal percentage aan items de gemeente op minder dan de helft beleid heeft ontwikkeld (41% = groen); voor een derde deel beleid heeft ontwikkeld dat beter kan, twijfelachtig is (34% = oranje) en voor het resterende kwart (25% = rood) beleidsmatig nog in gebreke blijft. Voor een oordeel per item zie bijlage 1 Resultaat Quickscan Gehandicaptenbeleid© in een oogopslag.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
3
▪7▪
Bespreking per Standaardregel
Toelichting/Leeswijzer Allereerst is de Standaardregel weergegeven. Daarna volgt de beoordeling van het beleid van de gemeente ten aanzien van deze regel. Dit resulteert steeds in een of meer aanbevelingen. In de quickscan zijn per Standaardregel vragen gesteld op het niveau van: ▪ gemeente, ▪ maatschappelijke organisatie, ▪ burger(participatie). In dit advies worden – op basis van de antwoorden en de onderbouwing – een integraal oordeel en aanbevelingen geformuleerd. Per Standaardregel is geprobeerd een aantal goede voorbeelden te geven die invulling geven aan de Standaardregel.
▪8▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 1 Bevorderen van bewustwording ‘Overheden moeten actie ondernemen om de samenleving bewust te maken van het feit dat er mensen met functiebeperkingen zijn en daarmee (dus ook) van hun rechten, hun behoeften, hun mogelijkheden en hun bijdragen.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk zegt landelijk als voorbeeld te worden gesteld van een gemeente met integraal inclusief beleid. De gemeente heeft aandacht voor het bevorderen van bewustwording van mensen met functiebeperkingen maar kan daar nog meer aan doen door in haar integraal beleid aantoonbaar aandacht te besteden aan alle mensen, dus ook aan mensen met een beperking. Het gaat bij deze vraag om algemene publieke (digitale) uitingen van de gemeente -beeldmateriaal en schriftelijke uitingen- waar mensen met een beperking vanzelfsprekend worden meegenomen. In algemene publieke uitingen wordt ook aandacht besteed aan mensen met een beperking. Ook zij behoren tot de burgers van de gemeente Moerdijk. Integraal beleid dat op iedereen betrekking heeft, houdt in dat aantoonbaar is dat ook aan iedereen is gedacht, dus ook aan mensen met een beperking. Op die manier kunnen mensen die de publieke uitingen tot zich nemen zich bewust worden van het feit dat in Moerdijk ook mensen met een beperking voorkomen. De gemeente voert integraal beleid en geen doelgroepenbeleid. Om die reden vindt ze dat er niet apart aandacht aan diverse doelgroepen moet worden besteed in algemene publieke uitingen. Wel is er een diversiteit aan beperkingen te zien als er een vermoeden is dat relatief veel mensen met een beperking ermee te maken hebben. Voorbeelden zijn veiligheid en toegankelijkheid. Verder kent de gemeente Moerdijk diverse voorbeelden van uitingen die specifiek op doelgroepen gericht zijn, zoals de folders van het Wmoloket. Ook in het burgerjaarverslag wordt aandacht besteed aan mensen met een beperking. In de publieke uitingen doet Moerdijk weinig met foto’s. Voor zover er met foto’s in de huisstijl wordt gewerkt betreft het een diversiteit aan portretten. Het gebruik van portretten is een nadeel omdat een mogelijke beperking op die manier nagenoeg niet zichtbaar is te maken (1a). De gemeente heeft niet in de subsidievoorwaarden opgenomen, wel bij de prestatieafspraken, dat het aanbod voor iedereen toegankelijk moet zijn. Als het in de vergunning staat wordt er wel op getoetst (1b). De gemeente faciliteert het platform gehandicapten. Het platform geeft voorlichting op scholen (1c).
Aanbevelingen ▪ Controleer (regelmatig) of de website van de gemeente toegankelijk is voor mensen met een beperking. ▪ Overweeg om, mits de website voldoet aan de eisen van Drempels Weg, dit ook kenbaar te maken op de website. Het – rechtmatig – gebruik van het bijbehorende beeldmerk verlaagt de drempel voor gebruik door mensen met een beperking. Naar alle burgers en organisaties in de gemeente is het een signaal wat tot navolging kan leiden. ▪ Onderzoek of een uitsluitende voorwaarde bij het verstrekken van vergunningen of subsidies mogelijk is om te bevorderen dat organisaties van evenementen en activiteiten op voorhand rekening houden met participatie van mensen met een beperking.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪
▪9▪
Besteed ook in andere publieke uitingen dan die waarin de doelgroep met een beperking als vanzelfsprekend aan de orde komt zoals de Wmo-krant, aandacht aan mensen met een beperking.
Goede voorbeelden Voorbeelden van het gebruik van logo drempelvrij: ▪ www.tweedekamer.nl. ▪ De gemeente Valkenswaard organiseert eens per vier jaar een beeldvormingsdag voor politiek en ambtenaren met als boodschap: ‘kijk eens naar de mens, denk niet in hokjes.’
▪ 10 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 2 Gezondheidszorg ‘Overheden moeten garant staan voor het bestaan van doeltreffende medische zorg voor mensen met een functiebeperking.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk heeft als sterk punt het voorzien in voldoende dekking van voorzieningen op het terrein van gezondheidszorg in al haar kernen. Expliciete aandacht binnen de gezondheidszorg voor mensen met een beperking en thematiek voor mensen met een beperking binnen het vermogen van de gemeente kan beter (stimuleren, specifieke prestatieafspraken). Mensen met een beperking worden niet bij het gezondheidsbeleid betrokken. Nu bestaat in Moerdijk nog het gehandicaptenplatform, maar vanaf januari 2010 wordt dat gewijzigd in platform voor chronisch zieken en mensen met een verstandelijke en lichamelijke beperking. Op dit moment zijn het meer nog intenties dan dat er daadwerkelijk wat gebeurt (2a). Er is voldoende dekking en diversiteit van voorzieningen op het gebied van gezondheidszorg, met een spreiding over de kernen (2b). De gemeente maakt jaarlijks prestatieafspraken met de GGD. Het thema ‘alcohol en drugs’ maakt daar deel van uit. In 2010 wordt in regionaal verband het alcoholgebruik van mensen tussen de 20 en 30 jaar onder de loep genomen. Mensen met een beperking zijn niet expliciet betrokken bij het maken van de prestatieafspraken van de gemeente met de GGD. Verondersteld wordt dat de gemeente daartoe nog wel gedwongen zal worden door de wijziging in de Awbz. Recent is een publiek debat in Moerdijk geweest over kwetsbare burgers met het ministerie van VWS en oud-Kamerlid Hannie van Leeuwen. De Awbz kwam toen nadrukkelijk ter sprake. Verder zijn er concrete voorstellen gedaan als maatjesprojecten, wijkservicepunten. De CG-raad beveelt in verband met de wijziging van de Awbz nu al aan als gemeente contacten met zorgverzekeraars te leggen over wat de verandering van de Awbz voor gemeenten betekent (2c).
Aanbevelingen ▪ Gebruik de wijziging van het gehandicaptenplatform in platform voor chronisch zieken en mensen met een verstandelijke en lichamelijke beperking als aanleiding om het nieuwe platform meer te betrekken bij het gezondheidsbeleid. ▪ Onderzoek bij de evaluatie van het programma leefstijl alcohol en drugs wat het bereik (en resultaat) van dit programma is onder de jongeren met een beperking. Achtergrond en gevolg van misbruik onder deze jongeren vraagt mogelijk een andere aanpak. ▪ Overweeg, als het programma leefstijl alcohol en drugs aanslaat onder de jeugd, om dit uit te breiden naar andere groepen, zoals ouderen en mensen met een beperking.
Goede voorbeelden ▪ De toepassing van het programma Leefstijl alcohol en drugs onder jongeren met een beperking kan interessant zijn omdat achtergrond en gevolg van misbruik onder deze jongeren mogelijk een andere aanpak vraagt.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 11 ▪
REGEL 3 Revalidatie en Re-integratie ‘Overheden moeten zorgen dat er voorzieningen zijn voor de revalidatie en re-integratie van mensen met een functiebeperking, zodat zij zo zelfstandig mogelijk kunnen (blijven) functioneren.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk heeft oog voor nieuwe ontwikkelingen maar kan op het terrein van met name revalidatie meer expliciet beleid ontwikkelen voor mensen met een beperking en dit tevens in beleidsafspraken met maatschappelijke organisaties vastleggen. Het gaat daarbij niet alleen om voorzieningen als revalidatiecentra en de -regionale– spreiding maar ook om professionals en hun activiteiten in andersoortige voorzieningen dan revalidatiecentra. In de nota ‘Werk en inkomen’ is re-integratiebeleid opgenomen. Er is een overzicht van re-integratievoorzieningen voor het Wmo-loket. Re-integratie wordt drie keer per jaar geëvalueerd; dat maakt deel uit van de beleidscyclus. Van revalidatie is geen overzicht (3a). De gemeente heeft afspraken gemaakt met organisaties die zich bezighouden met revalidatie en sociale zekerheid. In het programma van eisen voor instellingen die reintegratietrajecten verzorgen is opgenomen dat Wwb-ers in de (thuis)zorg dienen te worden ingezet. Op dit moment ligt er een adviesnota die over één tot twee weken in het college van B&W wordt behandeld. De nota wil dat ‘sociaal rendement’ onderdeel vormt van inkoopbeleid. Een van de criteria voor gunning van de opdracht is dat de opdrachtnemer moet vermelden wat hij doet om het sociale rendement te verbeteren. Voor subsidiebeleid geldt dat bijvoorbeeld de welzijnsinstelling pluspunten krijgt als ze mensen met een beperking inzet. Regelmatig vindt er momenteel overleg plaats met alle beleidsmedewerkers; dat heeft te maken met het vertrek van de beleidsmedewerker met gehandicaptenbeleid in zijn portefeuille. Ook naar aanleiding van de Awbz-wijzigingen wordt er het komend jaar een nieuw plan gemaakt (3b). De gemeente heeft prestatieafspraken met de welzijnsinstellingen over sociale activering en vrijwillige inzet, maar niet specifiek voor mensen met een beperking. Ondersteuning door opbouwwerkers is mogelijk, bijvoorbeeld wanneer groepen wensen hebben zich te organiseren. De mogelijkheid bestaat voor subsidie met HOOM. Verder zijn er maatjesprojecten en vrijwillige thuiszorg (3c).
Aanbevelingen ▪ Maak een toegankelijk overzicht van re-integratie- én revalidatievoorzieningen en pas dit regelmatig aan. ▪ Streef ernaar om met alle partners in de keten revalidatie en sociale zekerheid afspraken te maken ten aanzien van inzet op re-integratie op de arbeidsmarkt. ▪ Stimuleer als gemeente dat professionals als fysiotherapeuten en voorzieningen als zwembaden activiteiten op het gebied van revalidatie in de nabijheid van mensen met een beperking uitvoeren. ▪ Zie erop toe dat bij het afstemmen van het beleid in het kader van Wsw, Wwb en Wmo mensen met een beperking niet alleen gezien worden als ontvanger van een dienst, maar ook als biedende partij (dus als werknemer of als vrijwilliger). Ook in de afstemming van dit beleid is veel te winnen als het gaat om participatie door mensen met een beperking.
▪ 12 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Goede voorbeelden ▪ Pilot relatie Wwb-Wmo gemeente Amsterdam.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 13 ▪
REGEL 4 Ondersteunende diensten en voorzieningen ‘Overheden moeten de ontwikkeling en de beschikbaarheid van ondersteunende diensten voor mensen met een functiebeperking garanderen, inclusief hulpmiddelen, om hen te helpen het niveau van onafhankelijkheid in hun dagelijks leven te verhogen en hun rechten uit te oefenen.’ Integraal oordeel De gemeente Moerdijk is sterk gericht op maatschappelijke participatie van mensen met een beperking en heeft binnen de mogelijkheden die haar gegeven zijn (aanbesteding vindt eens per vier jaar plaats) aandacht voor ondersteunende diensten en hulpmiddelen, mede in goed overleg met en actieve inzet van het gehandicaptenplatform. De gemeente zal wel moeten, dat wil zeggen aandacht hebben voor nieuwe technologische ontwikkelingen. Er is veel aandacht besteed aan het vastzetten in een taxi. Uitgangspunt van de Wmo is het compensatiebeginsel. Sober en adequaat staat echter haaks op verplichting om de nieuwste ontwikkelingen mee te nemen. Daar waar nodig voldoet de gemeente zonder meer aan de compensatieplicht. Het platform pleit ervoor om bij het verstrekken van hulpmiddelen na vier of vijf jaar de cliënt attent te maken op het feit dat er inmiddels nieuwe betere versies zijn. De cliënt komt zelf pas in actie als het hulpmiddel versleten is. De gemeente zou daartoe het initiatief kunnen nemen door de cliënt eens per vier, vijf jaar een brief te sturen waarin staat dat hij weer recht heeft op een nieuwere versie van zijn hulpmiddel. De verstrekking van hulpmiddelen wordt aanbesteed op basis van een programma van eisen. Daaruit komt een kernassortiment voort dat vastligt voor vier jaar; qua types, eisen enzovoorts. Tussentijds mag de gemeente niet schuiven in dit kernassortiment. Dus als er geen achterlichten in het scootmobiel van het kernassortiment zitten, dan heeft de cliënt daar in die periode geen recht op. Overigens zit er in de aanbesteding een bedrag voor onderhoud; periodieke controle wordt echter niet uitgevoerd. Daar zou beter op gestuurd moeten worden. Ergens ligt er ook een grens in technologische ontwikkelingen. Maatwerk is iets anders; daar wordt een aparte afspraak voor gemaakt (bijvoorbeeld een laptop met speaker) (4a). Louter het belang van maatschappelijke participatie wordt meegenomen (4b). De gemeente stimuleert het organiseren van scootmobielcursussen door het platform. Welzorg geeft ook een korte instructie bij het afleveren maar dat is te weinig. Veel hulpmiddelen staan ongebruikt op zolder. Het platform komt de gemeente tegemoet door via de gemeente mensen met hulpmiddelen te benaderen om hun niet gebruikte hulpmiddelen terug te geven. Die actie leverde circa 30 teruggegeven scootmobielen op. Het gehandicaptenplatform verdient daarmee zijn gemeentelijke subsidie terug. De gemeente geeft het platform ruim subsidie. In de Wmo-krant en op de website wordt veel voorlichting gegeven, met een extra nadruk op gebruik (4c).
Aanbevelingen ▪ Stuur als gemeente op onderhoud als onderdeel van de aanbesteding van hulpmiddelen: stel criteria op voor het programma van eisen en maak daarbij gebruik van de kennis en ervaring van het gehandicaptenplatform. ▪ Laat ambtenaren die signalen ontvangen van mensen met een beperking ten aanzien van de behoefte aan bepaalde (nieuw te ontwikkelen) voorzieningen deze doorgeven aan producenten en dienstverleners.
▪ 14 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 5 Toegankelijkheid ‘Overheden moeten het overkoepelend belang erkennen van toegankelijkheid in het proces van gelijkschakeling van mogelijkheden in alle geledingen van de maatschappij. De overheden moeten voor mensen met functiebeperkingen: (a) actieprogramma’s maken om de fysieke omgeving toegankelijk te maken en (b) maatregelen treffen om hen toegang te verschaffen tot informatie en communicatie.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk geeft op positieve wijze vorm aan deze Standaardregel: de gemeente heeft actief beleid ontwikkeld op het gebied van toegankelijkheid van openbare gebouwen en nieuwbouwprojecten woningbouw. Dit geldt vooral voor rolstoelers. Ook aan beleid voor de infrastructuur wordt gewerkt. Op het gebied van toegankelijkheid van informatie en communicatie is de gemeente bezig met het ontwikkelen van beleid. Het gemeentehuis is toegankelijk. Bij nieuwbouw staat toegankelijkheid in het programma van eisen van de gemeente en bij renovatie worden scholen en gemeenschapshuizen toegankelijk gemaakt. Aan sportvoorzieningen wordt nog gewerkt. Bij nieuwbouw en renovatie krijgt het gehandicaptenplatform vooraf de tekeningen om te vergelijken met het Handboek toegankelijkheid. In Moerdijk is het zo geregeld dat advies vragen verplicht is, maar het opvolgen van het advies is niet verplicht. In het accommodatiebeleid is het specifiek vastgelegd. Bij toegankelijkheid hoort ook uitgankelijkheid, bij calamiteiten, zoals bijvoorbeeld als er geen aandacht voor is, dat mensen via een nooduitgang in een grindbak terechtkomen, of dat er een afstap is. Mensen die er niets vanaf weten, beseffen niet wat integrale toegankelijkheid is. Twee voorbeelden hoe het niet moet: 1. in de Noordhoekschool is de verdieping alleen te bereiken via een trap; 2. Standaardbuiten is hetzelfde verhaal bij de nieuwbouw. De gemeente gaat hierover in gesprek met de afdeling accommodatiebeleid. De accommodaties zijn alleen toegankelijk gemaakt voor rolstoelers; andere afdelingen moeten ook mee (5a). Er is geen formeel actieprogramma. Wel is er een werkgroep ingesteld die als opdracht heeft om voor 1 januari 2011 aan het Besluit Kwaliteit Rijksoverheidswebsites te voldoen. Het ligt in de bedoeling om er ruim voor die datum, medio 2010, al aan te voldoen. De website heeft een readspeaker. De website voldoet aan de w3c normen. Met de verkiezingen zijn de kandidatenlijsten onderaan in braille. Moerdijk heeft aangepaste stemhokjes. Doordat de verkiezingen weer met het rode potlood zijn, zijn de mogelijkheden voor mensen met een beperking weer verslechterd (5b). Het platform is bezig met obstakelboeken toegankelijkheid voor de infrastructuur; ook de ouderenbonden zijn hierbij betrokken. De gemeente gaat bekijken wat aangepast moet worden en of daar geld voor is. Als er geen geld is, dan wordt er aangepast op het moment dat het onderhoud aan de beurt is. De gemeente maakt momenteel een begin met monumentenbeleid en zal daarbij aandacht besteden aan de afweging: regels toepassen en toegankelijkheid voor mensen met een beperking. Dit geldt bijvoorbeeld voor Willemstad (5c). De gemeente heeft alleen een actieprogramma voor openbare gebouwen en geen actieprogramma om de fysieke omgeving van gebouwen, die voor publiek toegankelijk zijn, ook bruikbaar en toegankelijk te maken voor mensen met een beperking (5d). Bij alle nieuwbouwprojecten met woningbouw is expliciet in het programma van eisen opgenomen dat er volgens Woonkeur -en dus levensloopbestendig– moet worden gebouwd. Het is dus een beleidsuitgangspunt. Voorheen was er altijd al bij bouwbesluiten een brief van het platform (5e).
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 15 ▪
Aanbevelingen ▪ Maak een actieprogramma om de gemeentelijke informatiedragers toegankelijk en bruikbaar te maken voor mensen met een beperking. ▪ Maak een actieprogramma om de integrale toegankelijkheid van de infrastructuur te bevorderen. ▪ Zorg dat het thema integrale toegankelijkheid wordt meegenomen bij nieuw- of verbouw van woningen, openbare gebouwen en de infrastructuur. ▪ Laat nieuw- of verbouwplannen van de openbare ruimte, woningen, openbare gebouwen of voorzieningen toetsen op hun mate van integrale toegankelijkheid. ▪ Draag zorg voor stemfaciliteiten (bijvoorbeeld vervoersmogelijkheden, taxi die ‘even wacht’) tijdens verkiezingen, zodat ook mensen met een beperking (zelfstandig) hun democratisch recht kunnen uitoefenen.
Goede voorbeelden Voorbeelden om fysieke omgeving integraal bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar te maken: ▪ Terrassennota. ▪ Evenementennota. Voorbeeld: gemeente Oosterhout. ▪ Reclamebordenbeleid. ▪ Actieprogramma fysieke toegankelijkheidsbevordering gemeente Zundert, publicatie Zet (in ontwikkeling). ▪ Toegankelijkheidsonderzoek in de gemeente Maasdonk, gemeente Oirschot; accommodaties en infrastructuur, publicaties ZetOpen, inclusief prioriteitenlijst en kostenraming. ▪ Handleiding Toegankelijke Haltevoorzieningen, publicatie Zet. ▪ Nieuwbouw- of verbouwplannen van de openbare ruimte, openbare gebouwen en voorzieningen voorleggen aan ZetOpen. ▪ Evenement of attractie laten toetsen op toegankelijkheid door ZetOpen. ▪ Culturele instelling laten toetsen op toegankelijkheid door ZetOpen.
▪ 16 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 6 Onderwijs ‘Overheden dienen gelijke kansen als uitgangspunt te erkennen voor basis-, voortgezet en hoger onderwijs in een geïntegreerde omgeving voor kinderen, jongeren en volwassenen met een functiebeperking. Zij moeten waarborgen dat dit onderwijs een geïntegreerd onderdeel is van het onderwijssysteem.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk speelt een beperkte rol wat het bevorderen van de participatie van leerlingen met een beperking betreft; ze wil niet in de verantwoordelijkheden van de onderwijsinstellingen treden. Wel beschikt de gemeente over een cliëntenraad leerlingenvervoer. Dit is een algemene vraag. Binnen de wettelijke regietaken van de gemeente is er in het overleg met schoolbesturen aandacht voor via het Lokaal Educatief Actieprogramma (LEA). De uitwerking gebeurt via een werkgroep ‘Zorg in en om de school’: weer samen naar school, passend onderwijs voor mensen met een beperking enzovoorts. In Moerdijk wordt dat programma eens in de vier jaar gemaakt. In 2010 komt er weer een nieuwe versie. Er is een rechtstreeks contact tussen gemeente en school voor voortgezet speciaal onderwijs over toeleiding naar de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld over leerlingenplaatsen voor mensen met een beperking (6a). De vraag of de gemeente de bereikbaarheid, toegankelijkheid en bruikbaarheid voor mensen met een beperking (ook voor docenten en andere bezoekers) optimaliseert via de inzet op de onderwijshuisvesting en multifunctionele accommodaties wordt niet eensluidend beantwoord: de gemeente beantwoordt de vraag met ja, het platform met nee. Er wordt wel over gesproken met de schoolbesturen en met de bouwers van nieuwe scholen. De aandacht die er voor is geweest, was niet optimaal. Wel is bijvoorbeeld gezegd dat er tenminste een klas moet zijn waar een gehandicapte in kan, wat betekent dat de klas in dat geval moet verhuizen. Een van de schoolbesturen heeft het geld dat gereserveerd was voor een lift nog niet besteed. Het onderwijsprogramma wordt elk jaar tegen het licht gehouden. Ze krijgen een brief dat ze een taak hebben op dit terrein en dat ze als ze hem niet uitvoeren het geld terug moeten geven (6b). Voor de inrichting van onderwijsinstellingen is er geen beleid. Dit is de verantwoordelijkheid van de school. Wel is er een onderzoek gedaan door de GGD naar het binnenmilieu op school. Dit in verband met gebruik van materialen waar kinderen allergisch voor zoude kunnen zijn (6c). De gemeente kent een cliëntenraad leerlingenvervoer. Een tevredenheidsonderzoek leerlingenvervoer wordt uitgevoerd (6d). De gemeente heeft geen studentenhuisvesting, dus deze vraag is niet van toepassing (6e).
Aanbevelingen ▪ Initieer aandacht voor deelname van de leerlingen met een beperking aan de (reguliere) voor- en naschoolse opvang, bijvoorbeeld in het overleg met het schoolbestuur dat twee keer per jaar plaatsvindt.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 17 ▪
REGEL 7 Werkgelegenheid ‘Overheden dienen het principe te erkennen dat mensen met een functiebeperking in staat moeten worden gesteld om hun mensenrechten uit te oefenen, met name wat werkgelegenheid betreft. Zij moeten op de arbeidsmarkt gelijke kansen krijgen voor productief en betaald werk, zowel op het platteland als in de steden.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk is goed in de breedte aan het werk met deze Standaardregel, zowel intern als extern als voorbeeld voor de werkgevers in het gebied. Ze is zich ervan bewust dat het een kwestie is van steeds opnieuw hameren op dit terrein: in economisch betere en slechtere tijden. De gemeente zou nog wat actiever kunnen zijn in het over het voetlicht brengen van verantwoordelijkheden die het bedrijfsleven heeft. In het personeelsbeleid is een expliciete paragraaf opgenomen over het in dienst nemen van mensen met een beperking. De gemeente heeft op dit terrein een voorbeeldfunctie voor andere lokale werkgevers. Twaalf procent van de personen die op de loonlijst van de gemeente staan heeft een beperking (7a). Moerdijk is een bijzondere gemeente omdat er een groot industrieterrein is. Het gehandicaptenplatform denkt dat het meer oplevert als het platform met de gemeente naar ondernemers van het havenschap toegaat; dit is hardnekkige materie. Er ligt weer een plan om een arbeidsmarkt te organiseren in het gemeentehuis, met een stand van het gehandicaptenplatform. De strategie van de gemeente is om een voorbeeldfunctie voor lokale werkgevers te vervullen. Bedrijven worden er dus niet aan gehouden. Het zakt iedere keer weg en moet wel telkens opnieuw op de agenda worden gezet (7b). Voor mensen met een beperking in de Wwb zijn re-integratieprogramma’s. Mensen met een beperking in de Wwb met indicatie Sw (sociale werkvoorzieningen) krijgen een tijdelijk contract binnen de sociale werkvoorziening. Hier wordt bekeken of dit contract omgezet kan worden naar een dienstverband. Ook andere re-integratiemogelijkheden worden benut om deze doelgroep aan het werk te krijgen (7c).
Aanbevelingen ▪ Stel in de industriële kring het onderwerp in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen aan de orde. ▪ Stel aan toeleverende bedrijven, in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen, de eis dat zij (aantoonbaar) werkgelegenheid bieden aan mensen in een achterstandspositie (waaronder mensen met een beperking). ▪ Geef actieve steun aan de ontwikkeling van sociale ondernemingen. ▪ Stimuleer de ontwikkeling van een Poortwachtercentrum, in het kader van gezondheidsmanagement van het bedrijfsleven. Een dergelijk initiatief kan worden ondersteund door het Werkgeversforum Kroon op het Werk. ▪ Stel een PRB (persoonsgebonden re-integratiebudget) in het kader van de Wwb in.
Goede voorbeelden ▪ Cliëntenraad Wsw Helmond, pilot van VCP ten aanzien van deze cliëntenparticipatie. ▪ Contract compliance, social return (onder andere de gemeenten Rotterdam en Maastricht).
▪ 18 ▪
▪ ▪ ▪ ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
PRB: gemeenten Eindhoven en Breda. Second opinion re-integratietrajecten gemeente Tilburg. Dress for succes (Rotterdam, Tilburg, Eindhoven, regio ’s-Hertogenbosch). Poortwachtercentrum in de kop van Noord-Holland, Etten-Leur en West-Brabant (in oprichting).
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 19 ▪
REGEL 8 Inkomensbehoud en sociale zekerheid ‘Overheden zijn verantwoordelijk voor het voorzien in sociale zekerheid en behoud van inkomen voor mensen met een functiebeperking.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk voldoet redelijk goed aan deze Standaardregel. Ze zou het algemene beleid echter nog meer specifiek op mensen met een beperking kunnen toespitsen. De gemeente treft inkomensondersteunende maatregelen in het kader van de Wwb om de financiële draagkracht/bewegingsvrijheid van mensen te versterken. Dit is algemeen en geen categoriaal beleid, dus niet voor specifieke doelgroepen. Vergeleken met andere gemeenten is het verstrekken van voorzieningen aan alle burgers in Moerdijk aan de ruime kant. Hierdoor is maatwerk mogelijk. Wanneer mensen een aanvraag doen voor bijvoorbeeld het plaatsen van een beugel in het toilet wordt altijd breder gekeken, of er nog andere voorzieningen/maatregelen nodig zijn. Consulenten hebben bijvoorbeeld ook aandacht voor laaggeletterdheid (8a). De armoedemonitor wordt uitgevoerd, maar mensen met een beperking worden niet expliciet benaderd (8b). Bij de jaarlijkse bestandsanalyse Wwb die de gemeente uitvoert is specifiek aandacht voor mensen met een beperking (8c).
Aanbevelingen ▪ Benader bij de uitvoering van de armoedemonitor mensen met een beperking expliciet. ▪ Maak bij de ambtenaren de problematiek van mensen met armoede bespreekbaar.
Goede voorbeelden ▪ Project ‘niet-gebruik’ van Zet. ▪ Cursus armoede van De Vonk, Tilburg.
▪ 20 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 9 Gezinsleven en persoonlijke levenssfeer ‘Overheden moeten bevorderen dat mensen met een functiebeperking volledig deelnemen aan het gezinsleven. Zij moeten hun recht op een persoonlijke levenssfeer beschermen en erop toezien dat de wet mensen met een functiebeperking niet discrimineert wat betreft seksuele relaties, huwelijk en ouderschap.’
Integraal oordeel Het beleid van de gemeente Moerdijk is er op gericht dat mensen met een beperking zo lang mogelijk deel kunnen nemen aan het gezinsleven. De gemeente zorgt zonder meer voor de toegankelijkheid van de woning. De ondersteuning vindt plaats in het kader van de Wmo en is maatwerk. In 2009 is de nota integrale veiligheid vastgesteld, met expliciete aandacht voor discriminatie en sociale veiligheid (huiselijk geweld) (9a). De gemeente zorgt voor de uitvoering van respijtzorg en ondersteuning mantelzorgers maar doet dit niet zelf; het loopt via HOOM, ook in het beleid (9b).
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 21 ▪
REGEL 10 (Sociaal) Cultuur ‘Overheden moeten zorgen voor integratie en deelname van mensen met een functiebeperking aan culturele activiteiten op een gelijkwaardige basis.’ Zet heeft er hier voor gekozen om cultuur breder op te vatten dan de Standaardregels aangeven. Aan cultureel is sociaal toegevoegd. Het gaat niet alleen om het bezoek aan een museum of theater. Ook sociaal-culturele voorzieningen (bijvoorbeeld buurtcentra) moeten voor evenementen en activiteiten deelname mogelijk maken.
Integraal oordeel Op het terrein van integratie en participatie van mensen met een beperking op het terrein van (sociaal-)culturele activiteiten doet de gemeente Moerdijk te weinig. Bij de evenementen wordt het in de vergunning genoemd maar nog niet heel expliciet uitgewerkt en gehandhaafd. Dit is wellicht iets voor de evaluatie van het beleid komend jaar (10a). De gemeente stimuleert verenigingen en clubs met (sociaal-)culturele activiteiten niet om zich open te stellen/toegankelijk te maken voor mensen met een beperking (10b). De gemeente heeft voor alle culturele evenementen een cultuurgids uitgebracht en ze staan op de website, waar ze ook zijn af te luisteren. Echter in zijn algemeenheid is de informatie over (sociaal-)culturele activiteiten niet toegankelijk voor mensen met een beperking. In de cultuurgids staat niet vermeld of de instelling bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar is voor mensen met een beperking (10c). Mensen met een beperking worden niet actief benaderd voor en geactiveerd tot deelname aan (sociaal-)culturele activiteiten (10d).
Aanbevelingen ▪ Stimuleer (sociaal-)culturele voorzieningen om hun informatievoorziening toegankelijker te maken. ▪ Stimuleer (sociaal-)culturele voorzieningen om mensen met een beperking actief te benaderen en te activeren. ▪ Schrijf in subsidieverordeningen voor (sociaal-)culturele activiteiten voor dat het aanbod ook toegankelijk en bruikbaar moet zijn voor mensen met een beperking, respectievelijk op basis van de vraag van mensen met een beperking wordt ontwikkeld en ook wordt gecommuniceerd naar de doelgroep. ▪ Stimuleer dat (sociaal-)culturele instellingen aan vrijwilligers trainingen aanbieden in het omgaan met en bejegenen van mensen met een beperking. Bijvoorbeeld via een subsidie voor het geven van een ‘erkende’ training (bijvoorbeeld verzorgd door Awbz-instelling, Zet).
▪ 22 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 11 Sport en recreatie ‘Overheden moeten maatregelen treffen voor gelijke kansen voor beoefening van sport en recreatie door mensen met een functiebeperking.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk is van goede wil op het gebied van deze Standaardregel. De te verwachten resultaten van het onderzoek naar sportbeoefening dat op dit moment wordt uitgevoerd bieden goede aanknopingspunten om ze om te zetten in gericht beleid. De gemeente laat onderzoek verrichten naar alle mensen met een beperking over wat ze moet doen om sportbeoefening te stimuleren. Er zijn daartoe individuele gesprekken met mensen met een beperking gevoerd. De respons van mensen met een beperking is groot. Aangeschreven zijn mensen die aan sport doen, mensen met een parkeerkaart en mensen die een voorziening krijgen. De resultaten, verwacht in maart/april, zullen de basis voor beleid vormen. De vraag die bijvoorbeeld aan de orde komt is of in individuele of collectieve verstrekkingen moet worden voorzien, of mensen met een beperking willen meesporten met niet-gehandicapten of niet (zwemmen is immers zwemmen); wat de gemeente moet doen om de behoefte te peilen, belemmeringen weg te nemen enzovoorts (11a). Sportverenigingen en aanbieders van recreatievoorzieningen worden niet gestimuleerd en gefaciliteerd door de gemeente om een aanbod te doen voor mensen met een beperking. Wel zijn er sportverenigingen met een G-team. Deze komen wel vol. Er is geen standaardnorm voor te ontwikkelen. Mensen met een beperking gaan trouwens al vaak niet naar evenementen omdat er geen specifieke toiletvoorzieningen voor hen zijn (11b). Sportverenigingen en aanbieders van recreatievoorzieningen worden niet gestimuleerd en gefaciliteerd om de vraag van mensen met een beperking te verkennen. Wel wordt gestimuleerd door de gemeente om een oplaadpunt voor een scootmobiel te maken bij recreatieplekken, cafés en restaurants. In Willemstad zou je veel voorzieningen moeten treffen omdat er veel evenementen zijn, maar daar zijn de beperkingen door de vele monumenten ook groter (11c). Sporters met een beperking krijgen passend materiaal. Ook van –ruimere- vervoersvoorzieningen kunnen ze, in het kader van participeren, gebruik maken (11d). De vraag is of plaatselijke toeristische en museale attracties bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar zijn. In Willemstad is dat zeker niet het geval; daar is geen enkele voorziening toegankelijk in verband met hun status van monument. Ook Klundert is ontoegankelijk (11e).
Aanbevelingen ▪ Vergelijk de resultaten van het onderzoek naar stimulering van sportbeoefening voor mensen met een beperking met de vertaling van de uitkomsten van deze Standaardregel voor Moerdijk en ga na of aan suggesties (voor beleid) kan worden gewerkt. ▪ Schrijf in subsidieverordeningen voor sport- en recreatieactiviteiten dat het aanbod ook toegankelijk en bruikbaar moet zijn voor mensen met een beperking en ook wordt gecommuniceerd naar de doelgroep. Bij sport als aanvulling op stimuleringssubsidie (categoriale) sport. ▪ Laat de toegankelijkheid van toeristische en museale attracties in kaart brengen.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 23 ▪
Goede voorbeelden ▪ Grenzeloos Toegankelijk Toerisme, Interreg project van Zet, waarbij onder andere het doel is om recreatie- en toeristische voorzieningen in de grensregio beter toegankelijk te maken. ▪ Stimulering van sportbeoefening door mensen met een beperking door het instellen van een uitleendepot van gebruikte sportmaterialen voor mensen met een beperking ter oriëntatie op een sport: gemeente Eindhoven en Breda.
▪ 24 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 12 Religie ‘Overheden moeten maatregelen bevorderen die mensen met een functiebeperking in staat stellen gelijkwaardig te participeren in het religieuze leven in hun leefomgeving.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk heeft een beperkt aandeel in deze Standaardregel. Aanvragen van bouwvergunningen voor gebouwen met een religieuze vergunning worden alleen beoordeeld op bereikbaarheid, toegankelijkheid en bruikbaarheid als het gebouw een andere bestemming krijgt. Er wordt alleen beoordeeld op wat in het bouwbesluit staat (12a). De gemeente stimuleert de belangenbehartigers van mensen met een beperking niet om levensbeschouwelijke organisaties te informeren over de problematiek van mensen met een beperking. Wel maakt het diaconaal platform onderdeel uit van de Wmo-raad. Dit laatste stimuleert de gemeente wel; op die manier geef je de kerken een specifieke rol (12b). De gemeente stimuleert geen belangenbehartigers van mensen met een beperking om zich te laten informeren over beleving en omgang met chronische ziekte en beperking in andere culturen. Er participeren geen allochtonen in het lokale platform. Het platform gehandicapten weet de allochtonen niet te vinden. Dat geldt ook voor het omgekeerde. Wel heeft het platform de intentie om een website te maken om het werk van het platform naar buiten te brengen (12c).
Aanbevelingen ▪ Stimuleer belangenbehartigers van mensen met een beperking om levensbeschouwelijke organisaties te informeren over de problematiek van mensen met een beperking. ▪ Stimuleer belangenbehartigers van mensen met een beperking om zich te laten informeren over beleving en omgang met chronische ziekte en beperking in andere culturen.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 25 ▪
REGEL 13 Informatie en onderzoek ‘Overheden accepteren de eindverantwoordelijkheid voor het verzamelen en verspreiden van informatie over de leefomstandigheden van mensen met een functiebeperking en zij bevorderen uitgebreid onderzoek naar alle aspecten en problemen die het leven van mensen met een functiebeperking bemoeilijken.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk voldoet slechts in geringe mate aan deze Standaardregel. De gemeente Moerdijk verzamelt geen statistische informatie over de positie van mensen met een beperking in de gemeente omdat de gemeente integraal beleid voert (13a). De gemeente heeft geen actuele databank met regelgeving en adressen van belangenorganisaties van mensen met een beperking (13b). De kennis en informatie ten aanzien van beperkingen wordt niet standaard binnen de gemeente verspreid en toegankelijk gemaakt. De intentie is er wel (13c). De gemeente verricht geen onderzoek naar leefsituaties van mensen met een beperking in het kader van bijvoorbeeld leefbaarheid en Wmo. Wat de gemeente wel doet is een standaard huisbezoek afleggen bij maatwerk in het kader van de Wmo. In regionaal onderzoek naar huisvesting in het algemeen dat in het kader van de beleidsregel wonen is uitgevoerd, is huisvesting van mensen met een beperking meegenomen. Het betreft de vraag naar aangepaste, geschikte en zorgwoningen, ook voor mensen met een psychische beperking (13d).
Aanbevelingen ▪ Verzamel kennis en informatie ten aanzien van beperkingen en verspreid deze structureel binnen de organisatie.
▪ 26 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 14 Beleidsvorming en -planning ‘Overheden moeten ervoor zorgen dat rekening gehouden wordt met mensen met een functiebeperking bij alle beleidsvorming en -planning.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk voldoet ten dele, soms incidenteel, aan deze Standaardregel. Bij de ontwikkeling van beleid worden de consequenties van deze ontwikkeling voor mensen met een beperking niet structureel maar incidenteel meegenomen: soms wel en soms niet. Het is afhankelijk van het soort beleid en onderwerp (14a). Er wordt in de (meer)jaarlijkse beleidsplannen soms aandacht geschonken aan de positie van mensen met een beperking, voorbeelden zijn het speelruimtebeleid en het accommodatiebeleid (14b). De Wmo-raad krijgt de kans mee te denken over het beleid. Ze kan ongevraagd advies geven. Dat houdt in dat wanneer de gemeenteraad een voorstel heeft overgenomen, de Wmo-raad achteraf met het advies kan komen dat er onvoldoende rekening is gehouden met ínclusief beleid’ (14c).
Aanbevelingen ▪ Grijp de gelegenheid van de nieuwe Wmo-raad aan om na te gaan of ‘mensen met een beperking’ in de volle breedte zijn vertegenwoordigd, respectievelijk vertegenwoordigd kunnen worden (in een te kiezen vorm) in de beleidscyclus. ▪ Ontwikkel een checklist waarmee (nieuw) beleid getoetst kan worden op de gevolgen van het beleid op de participatie van mensen met een beperking (handicap effect rapportage). En zet deze checklist ook hiervoor in. ▪ Bevorder dat het rampen- en evacuatieplan van de gemeente voldoet aan het ‘gehandicaptencriterium’ in het Besluit kwaliteitscriteria planvorming rampenbestrijding (artikel 9 lid d, 11 lid d van het besluit).
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 27 ▪
REGEL 15 Wetgeving ‘Overheden dragen verantwoordelijkheid om een wettelijke basis te scheppen voor maatregelen die volledige participatie en rechtsgelijkheid waarmaken voor mensen met een functiebeperking.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk heeft het VN-verdrag voor mensen met een beperking niet ondertekend. Ze streeft niet consequent naleving van de rechten van mensen met een beperking na, maar kiest er bewust voor sommige rechten voor mensen met een beperking wel en andere niet uit te voeren. Het is een bewuste keuze van de gemeente om de VN-Standaardregels niet te ondertekenen. Ze zijn wel voorgelegd aan de gemeente (15a). De gemeente past de Algemene wet gelijke behandeling chronisch zieken en gehandicapten toe op de terreinen van openbaar vervoer, (beroeps)onderwijs, wonen, werk (15b). De gemeente voert soms wel en soms niet uit wat in het VN-verdrag voor de rechten van mensen met een beperking staat (15c).
Aanbevelingen ▪ Bevorder zelfstandig wonen en het deel uitmaken van de maatschappij (artikel 19 VN-verdrag 2006) ▪ Bewaak de mogelijkheden voor persoonlijke mobiliteit (artikel 20 VN-verdrag 2006) ▪ Stel twee-, vierjaarlijks een rapportage op van de vooruitgang op het beleid (artikel 35 VN-verdrag 2006)
▪ 28 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 16 Economisch beleid ‘Overheden dragen de financiële verantwoordelijkheid voor nationale programma’s en beleid voor het scheppen van gelijke kansen voor mensen met een functiebeperking.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk heeft bij de ontwikkeling van economisch beleid aandacht voor mensen met een beperking. In de gemeentelijke budgetten wordt rekening gehouden met de kosten die gemaakt moeten worden om gebouwen die voor het publiek toegankelijk zijn ook daadwerkelijk bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar te maken voor mensen met een beperking (16a). De gemeente ondersteunt initiatieven die de participatie van mensen met een beperking bevorderen. Via scootmobiels ontstaan er ook andere initiatieven (16b). De gemeente houdt rekening met de economische waarde van mensen met een beperking, maar het overleg hierover is wat verwaterd. Dat geldt ook voor de communicatie met het bedrijfsleven op dit terrein. Zie verder regel 3 over de adviesnota over het inkoopbeleid die momenteel bij het College van B&W ligt en die sociaal rendement als criterium bevat voor de gunning van een opdracht (16c).
Aanbevelingen ▪ Onderzoek de mogelijkheden voor contract compliance, social return bij de ontwikkeling van bedrijventerreinen.
Goede voorbeelden ▪ Een kosten-baten analyse laat ondernemers zien wat zij ‘missen’ aan omzet als zij mensen met een beperking niet als consument en/of werknemer zien staan. Zie inzet CG-Raad op recreatieve voorzieningen (12 procent van je omzet laat je niet lopen). ▪ Denk ook aan de (maatschappelijke) kosten als een - niet levensloopbestendig gebouwde - woning moet worden aangepast aan een beperking.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 29 ▪
REGEL 17 Coördinatie van werkzaamheden ‘Overheden zijn verantwoordelijk voor het oprichten en versterken van nationale coördinatiecentra die moeten functioneren als expertisecentrum voor vraagstukken over functiebeperkingen.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk voldoet deels aan deze Standaardregel. Bestuurlijk en ambtelijk is er aandacht voor gehandicaptenbeleid maar de expertise zou meer integraal en in de breedte van mensen met een beperking gecoördineerd dienen te worden. Er is een coördinerend ambtenaar en wethouder voor het gehandicaptenbeleid (17a). De gemeente heeft een overleg met het gehandicaptenplatform (17b). Het platform heeft een adviesfunctie. Vanaf 1 januari 2010 heeft de Wmo-raad de adviesfunctie, waar het platform ook in zit. Het platform wordt dan nog wel betrokken bij beleidsontwikkelingen maar niet meer in adviserende zin (17c).
Aanbevelingen ▪ Zorg er voor dat tot de taak van de nieuwe Wmo-raad behoort dat er –als erfenis van het gehandicaptenplatform- aan deze regel tussen gemeente en Wmo-raad wordt samengewerkt om dit tot nieuw beleid te ontwikkelen.
▪ 30 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 18 Organisaties van mensen met functiebeperkingen ‘Overheden moeten het recht erkennen van belangenorganisaties om mensen met functiebeperkingen op nationaal, regionaal en lokaal niveau te vertegenwoordigen. Overheden moeten ook de adviserende rol van deze organisaties in de besluitvorming over het beleid erkennen.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk voldoet op het gebied van participatie van fysiek gehandicapten geheel aan deze regel. Het is echter de vraag of de doelgroep ‘mensen met een beperking’ in de volle breedte meedoet in het beleid. De Wmo-raad bijvoorbeeld bereikt niet de hele achterban. De gemeente erkent het bestaan van een lokaal platform gehandicaptenbeleid (18a). Er is periodiek én ad hoc overleg op basis van beleidsontwikkelingen. Dat loopt heel goed (18b). De gemeente ondersteunt het platform bij het betrekken van de achterban via subsidie maar niet in uitvoering. Als er behoefte aan zou zijn bij het platform, dan is de gemeente bereid het platform ook te ondersteunen bij het betrekken van de achterban. Het platform is nu zelf in staat de achterban te betrekken. In de Wmo-raad heeft men wel behoefte aan ondersteuning bij het bereiken van de achterban (18c).
Aanbevelingen ▪ Ga na of het opgaan van het gehandicaptenplatform in de Wmo-raad gebruikt kan worden om aan de ene kant de expertise voor het betrekken van de achterban van het gehandicaptenplatform in te zetten bij het bereiken van de achterban van de Wmo-raad en grijp daarbij aan de andere kant de kans om de achterban beter in kaart te brengen.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 31 ▪
REGEL 19 Training van personeel ‘Overheden zijn verantwoordelijk voor het waarborgen van doelmatige training op ieder niveau van personeel dat betrokken is bij de planning en voorbereiding van programma's en voorzieningen voor personen met functiebeperkingen.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk voldoet slechts in beperkte mate aan deze regel. Medewerkers die werken in het Wmo-loket worden wel getraind, door externe bureaus. Op 13 november jongstleden was er een circuit in het gemeentehuis voor bewustwording van ambtenaren met een functie in de publieke dienstverlening. Ervaring voor niet beperkten is goed voor de bewustwording. Deze trainingen vinden niet periodiek plaats (19a). Bij de genoemde training worden incidenteel ervaringsdeskundigen uitgenodigd. Bij het debat dat onlangs plaatsvond was Jan Troost uitgenodigd (19b). Als het een gewoonte was algemene trainingsprogramma’s over participatie en gelijkwaardigheid te organiseren, dan zou de positie van mensen met een beperking worden meegenomen en zou trainers worden gevraagd hieraan aandacht te schenken in theorie, praktijkvoorbeelden en opdrachten te organiseren over de positie van mensen. Nu worden dergelijke programma’s niet georganiseerd (19c).
Aanbevelingen ▪ Organiseer trainingen voor het personeel op het gebied van bejegening en problemen waar mensen met een beperking mee te maken hebben. Betrek bij trainingen op het gebied van bejegening en kennisoverdracht mensen met een beperking, als ervaringsdeskundige, trainer of gastspreker. ▪ Geef bij algemene trainingsprogramma’s de trainer de opdracht om in de theorie, praktijkvoorbeelden en opdrachten ook mensen met een beperking ‘op te nemen’.
Goede voorbeelden ▪ Interne training voor gemeentepersoneel dat in direct contact komt met burgers (met een beperking), zowel voor bijvoorbeeld personeel van de sociale dienst als de buitendienst (gemeente Valkenswaard).
▪ 32 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 20 Nationale controle op en evaluatie van beleidsprogramma's in het kader van de 22 Standaardregels ‘Overheden zijn verantwoordelijk voor voortdurende controle en evaluatie van nationale programma’s en diensten voor gelijke kansen voor mensen met functiebeperkingen.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk past deze Standaardregel gedeeltelijk toe. De resultaten van de controle en evaluatie worden niet systematisch vastgelegd en verwerkt tot nieuw beleid. Wel wordt er klanttevredenheidsonderzoek in het kader van de Wmo gedaan, met thema’s als bijvoorbeeld bejegening in het gemeentehuis, deeltaxi. Resultaten van dat onderzoek kunnen leiden tot nieuw beleid (20a). Het Beleidsplan maatschappij en Wmo wordt na vier jaar geëvalueerd en vastgesteld. In het klanttevredenheidsonderzoek in het kader van de Wmo wordt door middel van een standaardvraag de vraag voorgelegd in hoeverre de voorzieningen de klanten in staat stellen beter te participeren. Dit onderzoek doet een externe –onafhankelijke- partij, SGBO. De gemeente doet er alleen een begeleidende brief bij. Het is gebonden aan de duur van de verordening. Probleem zou desondanks kunnen zijn dat gehandicapten afhankelijk zijn van de gemeente en daarom sociaal wenselijke antwoorden geven, aldus de gesprekspartners (20b). Mensen met een beperking worden individueel en via lokale belangenbehartigers (periodiek) betrokken/bevraagd (20c).
Aanbevelingen ▪ Evalueer de deelname van kinderen met een beperking in de buitenschoolse opvang. ▪ Onderzoek de positie van mensen met een beperking in het kader van de negen prestatievelden Wmo.
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 33 ▪
REGEL 21 Technische en economische samenwerking ‘Overheden in geïndustrialiseerde landen én ontwikkelingslanden hebben de verantwoordelijkheid om samen te werken om maatregelen te nemen voor het verbeteren van de leefomstandigheden van mensen met een functiebeperking.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk geeft geen vorm aan deze Standaardregel. Weliswaar heeft Moerdijk een zustergemeente in Polen, maar daarmee wisselt ze alleen uit op cultureel vlak (21a). De gemeente ondersteunt de zustergemeente niet bij het ontwikkelen van verstrekkingenbeleid voor mensen met een beperking (21b). De gemeente ondersteunt de zustergemeente niet bij de ontwikkeling van (de participatie van) lokale belangenbehartigingsorganisaties van mensen met een beperking (21c). De gemeente heeft een bijeenkomst in het kader van de Wmo georganiseerd voor allochtonen. Deze zijn per categorie uitgenodigd omdat de zorg door Turken, Marokkanen, Koerden verschillend wordt georganiseerd en beleefd. Communicatie vindt met de categorieën afzonderlijk plaats, niet bijvoorbeeld door middel van folders in de eigen taal. Een speciale categorie in Moerdijk wordt gevormd door vluchtelingen tussen de 20 en 40 jaar, werkzaam als arbeidsmigranten in het havengebied. Over technische en economische samenwerking wordt veel in regionaal verband overlegd. De gemeente vraagt zich af of in overleggen als ARG, BRG aan dit thema aandacht zou kunnen worden besteed. Steenbergen levert de programmamanager op dit terrein (21d).
Aanbevelingen ▪ Geef in een toekomstig uitwisselingsprogramma expliciet een rol aan c.q. ruim plaats in voor deelname van mensen met een beperking.
▪ 34 ▪
Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 22 Internationale samenwerking ‘Overheden moeten actief deelnemen aan internationale samenwerking voor beleid voor gelijke kansen voor mensen met een functiebeperking.’
Integraal oordeel De gemeente Moerdijk geeft geen vorm aan deze Standaardregel. De gemeente wisselt geen kennis en ervaring met zustergemeenten uit (22a). De gemeente participeert niet in Europese uitwisselingsprojecten gericht op de bevordering van de participatie van mensen met een beperking (22b). De vraag of de gemeente de lokale organisaties van mensen met een beperking bij Europese uitwisselingsprojecten betrekt is niet van toepassing (22c).
Aanbevelingen ▪ Geef in een toekomstig internationaal uitwisselingsprogramma expliciet een rol aan c.q. ruim plaats in voor deelname van mensen met een beperking.
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
1
2
3
4
5
6
7
8
9 10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
A B C A B C A B C A B C A B C D E A B C D E A B C A B C A B A B C D A B C D E A B C A B C D A B C A B C A B C A B C A B C A B C A B C A B C D A B C
n.v.t.
Twijfel
Nee
Ja
Vraag
Resultaat Quickscan Gehandicaptenbeleid© in een oogopslag REGEL
Bijlage 1
▪1▪
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
N.v.t .
1 1 1
1% Twijf el
Ja
34%
41%
1 1 1 1 1 Nee
1 1
24%
1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1
Figuur 1 Score over de gestelde vragen
▪2▪
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Vragenlijst quickscan gehandicaptenbeleid© REGEL 1 Bevorderen van bewustwording ‘Overheden moeten actie ondernemen om de samenleving bewust te maken van het feit dat er mensen met functiebeperkingen zijn en daarmee (dus ook) van hun rechten, hun behoeften, hun mogelijkheden en hun bijdragen.’ A.
B.
C.
Laat de gemeente in de publieke uitingen, zowel in beschreven voorbeelden als in foto/film/multimedia, de diversiteit (mensen met een beperking, ouderen, allochtonen) van de samenleving zien? Ook bij onderwerpen die niet specifiek over deze doelgroep(en) gaan? Heeft de gemeente bij de voorwaarden voor subsidies en vergunningen waar de burgers een aanbod wordt gedaan, opgenomen dat het aanbod ook bereikbaar, toegankelijk, bruikbaar moet zijn voor mensen met een beperking? Wordt hierop ook getoetst? Faciliteert de gemeente (door middel van subsidie met opdracht) organisaties en netwerken van mensen met een beperking om bewustwording van de inwoners en medewerkers van de gemeente te bevorderen?
REGEL 2 Gezondheidszorg ‘Overheden moeten garant staan voor het bestaan van doeltreffende medische zorg voor mensen met een functiebeperking.’ A. B. C.
Worden bij de ontwikkeling, (uitvoering) en evaluatie van het lokaal gezondheidsbeleid mensen met een beperking betrokken? Bewaakt de gemeente dat er een voldoende dekking en diversiteit is aan gezondheidszorgvoorzieningen? Stimuleert de gemeente de ontwikkeling en uitvoering van programma’s gezonde leefstijl en worden daarbij nadrukkelijk mensen met een beperking betrokken?
REGEL 3 Revalidatie en Re-integratie ‘Overheden moeten zorgen dat er voorzieningen zijn voor de revalidatie en reïntegratie van mensen met een functiebeperking, zodat zij zo zelfstandig mogelijk kunnen (blijven) functioneren.’ A. B.
C.
Heeft de gemeente een toegankelijk overzicht van revalidatie- en re-integratievoorzieningen voor mensen met een beperking en wordt dit regelmatig aangepast? Heeft de gemeente met organisaties die zich bezig houden met revalidatie en sociale zekerheid afspraken gemaakt over de taakverdeling rondom re-integratie van inwoners op de arbeidsmarkt? (Is het beleid in het kader van Wsw, Wmo en Wwb onderling afgestemd)? Heeft de gemeente met (welzijns)organisaties afspraken gemaakt om de sociale activering en participatie van mensen met een beperking te bevorderen op het gebied van educatie en vrijwillige inzet?
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪3▪
REGEL 4 Ondersteunende diensten en voorzieningen ‘Overheden moeten de ontwikkeling en de beschikbaarheid van ondersteunende diensten voor mensen met een functiebeperking garanderen, inclusief hulpmiddelen, om hen te helpen het niveau van onafhankelijkheid in hun dagelijks leven te verhogen en hun rechten uit te oefenen.’ A. B. C.
Wordt bij de verstrekking van voorzieningen en hulpmiddelen in het kader van de Wmo ook rekening gehouden met nieuwe technologische ontwikkelingen? Wanneer iemand met een beperking een voorziening of hulpmiddel aanvraagt, wordt hierin dan het belang van maatschappelijke participatie meegenomen? Stimuleert de gemeente (via voorlichting en instructie) het gebruik van voorzieningen en hulpmiddelen (in brede zin)?
REGEL 5 Toegankelijkheid ‘Overheden moeten het overkoepelend belang erkennen van toegankelijkheid in het proces van gelijkschakeling van mogelijkheden in alle geledingen van de maatschappij. De overheden moeten voor mensen met functiebeperkingen: (a) actieprogramma’s maken om de fysieke omgeving toegankelijk te maken en (b) maatregelen treffen om hen toegang te verschaffen tot informatie en communicatie.’ A. B.
C. D.
E.
Heeft de gemeente een actieprogramma om de fysieke omgeving toegankelijk te maken voor mensen met een beperking? Heeft de gemeente een actieprogramma om de informatiedragers van de eigen organisatie toegankelijk te maken voor mensen met een beperking? Bijvoorbeeld om te voldoen aan het Besluit Kwaliteit Rijksoverheidswebsites dat voorschrijft dat bestaande websites uiterlijk 31 december 2010 aan de Webrichtlijnen moeten voldoen. (Nieuwe websites moeten daar al sinds 1 september 2006 aan voldoen). Heeft de gemeente een actieprogramma om de infrastructuur in de gemeente toegankelijk te maken voor mensen met een beperking? Heeft de gemeente een actieprogramma om de fysieke omgeving van gebouwen, die voor publiek toegankelijk zijn, ook bruikbaar en toegankelijk te maken voor mensen met een beperking? Staat in het programma van eisen voor nieuwe woningbouw dat nieuwe woningen levensloopbestendig (of aanpasbaar) opgeleverd moeten worden?
REGEL 6 Onderwijs ‘Overheden dienen gelijke kansen als uitgangspunt te erkennen voor basis-, voortgezet en hoger onderwijs in een geïntegreerde omgeving voor kinderen, jongeren en volwassenen met een functiebeperking. Zij moeten waarborgen dat dit onderwijs een geïntegreerd onderdeel is van het onderwijssysteem.’ A.
Heeft de gemeente bij de uitvoering van de regie over de onderwijsinstellingen aandacht voor leerlingen/studenten met een beperking?
▪4▪
B.
C. D.
E.
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Optimaliseert de gemeente - via de inzet op de onderwijshuisvesting en multifunctionele accommodaties (onderwijs, zorg, welzijn, opvang) - de bereikbaarheid, toegankelijkheid en bruikbaarheid voor mensen met een beperking (ook voor docenten en andere bezoekers)? Stimuleert de gemeente onderwijsinstellingen om bij de inrichting ook rekening te houden met gebruikers met een beperking? Ondersteunt de gemeente de oprichting en het functioneren (in de zin van faciliteren) van een cliëntenraad leerlingenvervoer en de toekomstige ouderparticipatie in het kader van passend onderwijs? Wordt bij de ontwikkeling en het onderhoud van de studentenhuisvesting gestreefd naar beschikbaarheid van 5 procent wooneenheden die BTB zijn voor studenten met een fysieke beperking?
REGEL 7 Werkgelegenheid ‘Overheden dienen het principe te erkennen dat mensen met een functiebeperking in staat moeten worden gesteld om hun mensenrechten uit te oefenen, met name wat werkgelegenheid betreft. Zij moeten op de arbeidsmarkt gelijke kansen krijgen voor productief en betaald werk, zowel op het platteland als in de steden.’ A. B. C.
Is in het gemeentelijk personeelsbeleid expliciet een paragraaf opgenomen over het in dienst nemen en houden van personeel met een beperking? Stimuleert de gemeente dat lokale werkgevers ook arbeidsplaatsen beschikbaar stellen voor mensen met een beperking? Worden mensen met een beperking in de Wwb en met indicatie Sw (sociale werkvoorziening) actief gestimuleerd en ondersteund bij het verwerven van een arbeidsplaats?
REGEL 8 Inkomensbehoud en sociale zekerheid ‘Overheden zijn verantwoordelijk voor het voorzien in sociale zekerheid en behoud van inkomen voor mensen met een functiebeperking.’ A.
B. C.
Treft de gemeente in het kader van de Wwb inkomensondersteunende maatregelen om de financiële draagkracht/bewegingsvrijheid van mensen met een beperking te versterken? (Denk hierbij bijvoorbeeld aan categoriale voorziening ouderen, chronisch zieken en mensen met een handicap en kwijtschelding gemeentelijke belastingen)? Voert de gemeente de armoedemonitor uit waarbij expliciet ook mensen met een beperking worden benaderd? Voert de gemeente een jaarlijkse bestandsanalyse Wwb uit waarbij expliciet ook gescreend wordt op het aantal mensen met een beperking (instroom vanuit WW van ex-werkenden met <35% arbeidsongeschiktheid), zodat hun passende toeleidingstrajecten aangeboden kunnen worden?
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪5▪
REGEL 9 Gezinsleven en persoonlijke levenssfeer ‘Overheden moeten bevorderen dat mensen met een functiebeperking volledig deelnemen aan het gezinsleven. Zij moeten hun recht op een persoonlijke levenssfeer beschermen en erop toezien dat de wet mensen met een functiebeperking niet discrimineert wat betreft seksuele relaties, huwelijk en ouderschap.’ A.
B.
Zorgt de gemeente voor de toegankelijkheid van de woning en de benodigde ondersteuning en zorg aan huis, zodat de inwoner met een beperking (zo lang mogelijk) thuis kan blijven wonen? Zorgt de gemeente voor respijtzorg en ondersteuning van mantelzorgers?
REGEL 10 (Sociaal) Cultuur ‘Overheden moeten zorgen voor integratie en deelname van mensen met een functiebeperking aan culturele activiteiten op een gelijkwaardige basis.’ A.
B.
C. D.
Wordt er in de nota evenementenbeleid, bijvoorbeeld in de passage over het verlenen van vergunningen, aandacht geschonken aan de participatie van mensen met een beperking aan evenementen? Stimuleert de gemeente verenigingen en clubs met (sociaal-)culturele activiteiten om zich open te stellen/toegankelijk te maken voor mensen met een beperking, zodat zij een passend aanbod doen? Stimuleert de gemeente dat informatie met betrekking tot (sociaal-)culturele activiteiten in de gemeente toegankelijk is voor mensen met een beperking? Stimuleert de gemeente dat mensen met een beperking actief worden benaderd voor en geactiveerd tot deelname aan (sociaal-)culturele activiteiten?
REGEL 11 Sport en recreatie ‘Overheden moeten maatregelen treffen voor gelijke kansen voor beoefening van sport en recreatie door mensen met een functiebeperking.’ A.
B.
C.
D.
E.
Zijn in het programma van eisen sport- en recreatievoorzieningen voorschriften opgenomen gericht op de bevordering van de participatie van mensen met een beperking? Worden sportverenigingen en aanbieders van recreatievoorzieningen gestimuleerd en mogelijk gefaciliteerd om een aanbod te doen aan mensen met een beperking? Bij sport gaat het zowel om actieve participatie als passieve participatie in de rol van toeschouwer. Worden sportverenigingen en aanbieders van recreatievoorzieningen gestimuleerd en mogelijk gefaciliteerd om de vraag van mensen met een beperking te verkennen en voor deze doelgroep een passend aanbod te ontwikkelen? Kunnen sporters met een beperking die competitie spelen (indien nodig) ruimere vervoersvoorzieningen en – frequenter - passend materiaal (bijvoorbeeld een sportrolstoel) aanvragen? Zijn plaatselijke toeristische en museale attracties bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar voor mensen met een beperking?
▪6▪
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 12 Religie ‘Overheden moeten maatregelen bevorderen die mensen met een functiebeperking in staat stellen gelijkwaardig te participeren in het religieuze leven in hun leefomgeving.’ A. B.
C.
Worden aanvragen van bouwvergunningen voor gebouwen met een religieuze bestemming beoordeeld op de bereikbaarheid, toegankelijkheid en bruikbaarheid? Stimuleert de gemeente belangenbehartigers van mensen met een beperking om levensbeschouwelijke organisaties te informeren over de problematiek van mensen met een beperking? Bijvoorbeeld door dit als activiteit op te laten nemen (en faciliteren) in het jaarprogramma van het lokale platform van mensen met een beperking. Stimuleert de gemeente belangenbehartigers van mensen met een beperking zich te laten informeren over beleving en omgang met chronische ziekte en beperking in andere culturen?
REGEL 13 Informatie en onderzoek ‘Overheden accepteren de eindverantwoordelijkheid voor het verzamelen en verspreiden van informatie over de leefomstandigheden van mensen met een functiebeperking en zij bevorderen uitgebreid onderzoek naar alle aspecten en problemen die het leven van mensen met een functiebeperking bemoeilijken.’ A. B.
C. D.
Verzamelt de gemeente statistische informatie over de positie van mensen met een beperking in de gemeente? Heeft de gemeente een actuele databank ▪ met regelgeving én ▪ adressen van belangenorganisaties van mensen met een beperking? Wordt kennis en informatie ten aanzien van beperkingen standaard binnen de gemeentelijke organisatie verspreid en toegankelijk gemaakt? Verricht de gemeente onderzoek naar leefsituaties van mensen met een beperking in het kader van bijvoorbeeld leefbaarheid en Wmo?
REGEL 14 Beleidsvorming en -planning ‘Overheden moeten ervoor zorgen dat rekening gehouden wordt met mensen met een functiebeperking bij alle beleidsvorming en -planning.’ A. B.
C.
Worden bij de ontwikkeling van beleid de consequenties van deze ontwikkeling voor mensen met een beperking in kaart gebracht? Wordt in de (meer)jaarlijkse beleidsplannen expliciet aandacht geschonken aan de positie van mensen met een beperking? Of wordt in specifiek op deze doelgroep gerichte beleidsnotities verwezen naar de meerjaren beleidsnota’s? Wordt het gemeentelijk beleid in nauwe samenwerking met lokale vertegenwoordigers van mensen met een beperking en/of professionele deskundigen geformuleerd?
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪7▪
REGEL 15 Wetgeving ‘Overheden dragen verantwoordelijkheid om een wettelijke basis te scheppen voor maatregelen die volledige participatie en rechtsgelijkheid waarmaken voor mensen met een functiebeperking.’ A. B.
C.
Heeft de gemeente de VN Standaardregels ondertekend? Past de gemeente de Algemene wet gelijke behandeling chronisch zieken en gehandicapten toe op de terreinen van openbaar vervoer, (beroeps)onderwijs, wonen, werk? Voert de gemeente uit wat in het VN-verdrag voor de rechten van mensen met een beperking staat (december 2006)?
REGEL 16 Economisch beleid ‘Overheden dragen de financiële verantwoordelijkheid voor nationale programma’s en beleid voor het scheppen van gelijke kansen voor mensen met een functiebeperking.’ A.
B. C.
Gebouwen die voor het publiek toegankelijk zijn, moeten dat ook zijn voor mensen met een beperking. Wordt in de gemeentelijke budgetten rekening gehouden met de kosten die gemaakt moeten worden om dergelijke gebouwen ook daadwerkelijk bereikbaar, toegankelijk en bruikbaar te maken voor mensen met een beperking? Impliciet (op voorhand) bij nieuwbouw en expliciet bij renovatie en verbouw? Ondersteunt de gemeente initiatieven die de participatie van mensen met een beperking bevorderen? Mensen met een beperking zijn niet alleen een kostenpost (voorzieningen, aanpassingen). Als consument en als werknemer zijn zij voor bedrijven van waarde. Heeft de gemeente rekening gehouden met - of is ze zich bewust van - deze ‘economische waarde’ van de mens met een beperking voor het bedrijfsleven? Communiceert de gemeente dit ook naar het bedrijfsleven?
REGEL 17 Coördinatie van werkzaamheden ‘Overheden zijn verantwoordelijk voor het oprichten en versterken van nationale coördinatiecentra die moeten functioneren als expertisecentrum voor vraagstukken over functiebeperkingen.’ A. B. C.
Is er een coördinerend ambtenaar en wethouder voor het gehandicaptenbeleid? Beschikt de gemeente over een vaste procedure om met deze vraagstukken om te gaan? Is er een lokaal platform van mensen met een beperking dat bij de beleidsontwikkelingen wordt betrokken? Of draagt de gemeente zorg voor een evenredige participatie van mensen met een beperking in vertegenwoordigende organen (bijvoorbeeld de Wmo-raad)?
▪8▪
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
REGEL 18 Organisaties van mensen met functiebeperkingen ‘Overheden moeten het recht erkennen van belangenorganisaties om mensen met functiebeperkingen op nationaal, regionaal en lokaal niveau te vertegenwoordigen. Overheden moeten ook de adviserende rol van deze organisaties in de besluitvorming over het beleid erkennen.’ A. B.
C.
Erkent de gemeente het bestaan van een lokaal platform gehandicaptenbeleid? Is met organisaties van mensen met een beperking bijvoorbeeld: ▪ periodiek overleg ▪ ad hoc overleg op basis van beleidsontwikkelingen? Ondersteunt de gemeente het platform bij het betrekken van de achterban via het realiseren van achterbanraadpleging, draagvlak en bekendheid?
REGEL 19 Training van personeel ‘Overheden zijn verantwoordelijk voor het waarborgen van doelmatige training op ieder niveau van personeel dat betrokken is bij de planning en voorbereiding van programma's en voorzieningen voor personen met functiebeperkingen.’ A.
B. C.
Worden in de gemeentelijke organisatie medewerkers periodiek getraind in bijvoorbeeld: ▪ de bejegening van mensen met een beperking en ▪ de problemen waar mensen met een beperking in het dagelijks leven mee te maken kunnen hebben? Worden bij trainingen mensen met een beperking als ervaringsdeskundigen betrokken, als trainer of als gastspreker? Wordt bij algemene trainingsprogramma’s de positie van mensen met een beperking meegenomen in relatie tot de thema’s participatie en gelijkwaardigheid? Wordt trainers gevraagd om hieraan aandacht te schenken in de theorie, praktijkvoorbeelden en opdrachten?
REGEL 20 Nationale controle op en evaluatie van beleidsprogramma's in het kader van de 22 Standaardregels ‘Overheden zijn verantwoordelijk voor voortdurende controle en evaluatie van nationale programma’s en diensten voor gelijke kansen voor mensen met functiebeperkingen.’ A. B. C.
Worden de resultaten van de controle en evaluatie vastgelegd en verwerkt tot nieuw beleid? Worden het beleid en de uitvoering periodiek geëvalueerd op de effecten voor de participatiemogelijkheden van mensen met een beperking? Worden mensen met een beperking individueel en via lokale belangenbehartigers (periodiek) betrokken of bevraagd?
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪9▪
REGEL 21 Technische en economische samenwerking ‘Overheden in geïndustrialiseerde landen én ontwikkelingslanden hebben de verantwoordelijkheid om samen te werken om maatregelen te nemen voor het verbeteren van de leefomstandigheden van mensen met een functiebeperking.’ A. B.
C. D.
Wisselt de gemeente met zustergemeenten kennis en ervaring uit over mensen met een beperking? Ondersteunt de gemeente de zustergemeente bij het ontwikkelen van een verstrekkingenbeleid voor voorzieningen die de participatie van mensen met een beperking kunnen vergroten (technische samenwerking)? Ondersteunt de gemeente de zustergemeente bij de ontwikkeling van (de participatie van) lokale belangenorganisaties van mensen met een beperking? Mensen met een allochtone achtergrond gaan vaak anders om met gezondheid, ziekte en handicap. Deze andere houding is een extra oorzaak voor niet-gebruik van voorzieningen. Houdt de gemeente in de communicatie over en verstrekking van voorzieningen voor mensen met een beperking hiermee rekening?
REGEL 22 Internationale samenwerking ‘Overheden moeten actief deelnemen aan internationale samenwerking voor beleid voor gelijke kansen voor mensen met een functiebeperking.’ A. B. C.
Wisselt de gemeente met zustergemeenten kennis en ervaring uit over mensen met een beperking? Participeert de gemeente in Europese uitwisselingsprojecten die gericht zijn op bevordering van de participatie van mensen met een beperking? Betrekt de gemeente de lokale organisaties van mensen met een beperking bij Europese uitwisselingsprojecten?
▪ 10 ▪
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Bijlage 2
▪ 11 ▪
Koppeling Standaardregels aan gemeentelijk beleid
Toelichting Op de website van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) wordt het gemeentelijk beleid onderverdeeld in een zeventiental beleidsterreinen. In de onderstaande tabel is geprobeerd om deze beleidsterreinen in verband te brengen met de 22 Standaardregels van de Verenigde Naties. Het biedt de mogelijkheid om de aandacht voor de gelijke kansen van mensen met een beperking bespreekbaar te maken bij de personen (ambtelijk en politiek) in de organisatie die voor de ontwikkeling en uitvoering van de beleidsterreinen verantwoording dragen. Bovendien zijn hiermee een aantal dwarsverbanden inzichtelijk gemaakt. Er is in de tabel ook een relatie met de negen Wmo-prestatievelden1 gelegd. Nummer
1
Beleidsterrein gemeenten
1
Arbeidsvoorwaarden en personeelsbeleid
2
Belastingen
3
Burger en bestuurlijke organisatie
4
Cultuur
5
Europa en internationaal
6
Gemeentefinanciën
7
Informatiebeleid
8
Jeugd
9
Juridische zaken
10
Milieu en water
11
Onderwijs
12
Openbare orde en veiligheid
13
Standaardregels Verenigde Naties
Wmo prestatievelden
7A, 19
5
8
Alle velden
7A, 17, 18, 19, 20
3
10
1, 3, 4, 5, 6
21, 22
-
Alle regels
Alle velden
1, 13, 17, 19?
3, 4
Alle, in het bijzonder 2, 3, 4, 6, 9, 10, 11
Alle velden
Alle, 15
3, 6, 7, 9
-
-
5, 6, 11
1, 5, 6, 9
5, 14, 15, 17, 19
1, 7, 8, 9
Ruimtelijke omgeving, verkeer en vervoer
4, 5, 14, 17, 19
1, 5
14
Vreemdelingenzaken en integratie
12, 18, 21, 22
4, 5, 6, 7, 8, 9
15
Werk en inkomen
1, 6, 7, 8, 13, 16
4, 5, 6
16
Wonen en economie
4, 5, 9, 13, 14, 16, 17, 19
1, 3, 4, 5, 6, 7, 8
17
Zorg, welzijn en sport
1, 2, 3, 4, 5, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 17, 19
1, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9
1 Leefbaarheid en sociale samenhang, 2 Preventieve ondersteuning jeugd, 3 Informatie, advies en cliëntondersteuning, 4 Mantelzorg en vrijwilligers, 5 Bevorderen deelname, 6 Verlenen individuele voorzieningen, 7 Maatschappelijke opvang, 8 Openbare Geestelijke GezondheidsZorg, 9 Verslavingsbeleid
▪ 12 ▪
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Bijlage 3
▪ 13 ▪
Kort overzicht van enkele gangbare begrippen
Beperkingen Het gaat om mensen met een (verstandelijke, motorische of zintuiglijke) stoornis, ouderen met beperkingen, chronisch zieken en mensen met een psychische aandoening. De omvang van deze groep is afhankelijk van de ernst van de beperkingen; meestal wordt een getal tussen 10 en 15 procent van de Nederlandse bevolking gehanteerd. Gelijke behandeling Dit is een uitwerking van artikel 1 van de Grondwet. In de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (Wgbh/cz) is aangegeven dat de plicht tot gelijk behandelen en het verbod op het maken van onderscheid ook inhoudt, dat daar waar een nadelige positie dreigt, een redelijke aanpassing noodzakelijk kan zijn of beter nog deze nadelige positie moet worden voorkomen. Gehandicapten Het woord ‘gehandicapt’ wordt door velen als stigmatiserend ervaren. Liever spreekt men van mensen met een beperking. ‘Inclusief beleid’ is beleid, waarbij in alle fasen van de beleidscyclus rekening wordt gehouden met verschillen tussen mensen met en zonder beperkingen. Inzet op werk en inkomen door gemeenten Promoten van detachering en begeleid werken Sociale Werkvoorziening In het kader van de Wet Sociale Werkvoorziening (Sw) zijn er drie typen van werkplekken waar een persoon die voor de Sw is geïndiceerd geplaatst kan worden. Ten eerste bij het Sw-bedrijf zelf. Ten tweede door een plaatsing bij een gewone werkgever via een detacheringsovereenkomst, het dienstverband is dan met het Sw-bedrijf. Ten derde het begeleid werken, het dienstverband is dan met de gewone werkgever maar er is begeleiding vanuit een re-integratiebedrijf met jobcoaches (niet per sé het Sw-bedrijf). De rijksoverheid heeft als doel gesteld dat zo veel mogelijk mensen met een Sw-indicatie bij een gewone werkgever gaan werken. De gemeente heeft daarin een sturende en stimulerende rol. Contract compliance/social return on investment De gemeente kan het gewone bedrijfsleven actief bewegen om meer mensen die een achterstandspositie hebben op de arbeidsmarkt in dienst te nemen. Actief door als gemeente, in bijvoorbeeld criteria bij aanbestedingen en offertes, hun opdrachtnemers te verplichten om bijvoorbeeld arbeidsgehandicapten in dienst te nemen. Ondersteunen sociale ondernemers (social firms) De gemeenten kunnen sociale ondernemers ondersteunen door diensten van hen af te nemen en door wegen te zoeken om de plaatsing van mensen die een achterstandspositie hebben mogelijk te maken, door actieve bemiddeling en het opzoeken van de grenzen van de wet- en regelgeving.
▪ 14 ▪
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
Stimuleren Poortwachtercentra Het Poortwachtercentrum is een relatief nieuw instrument om uitval van met arbeidsongeschiktheid of werkloosheid bedreigde werknemers te voorkomen. Werkgevers die deelnemen aan een Poortwachtercentrum werken actief mee om personeel van een andere werkgever in dienst te nemen én hebben de mogelijkheid om eigen personeel dat overbodig wordt of met arbeidsongeschiktheid wordt bedreigd bij een andere werkgever onder te brengen. Het centrum is, zo is de bedoeling, van en voor de werkgevers. Het Werkgeversforum kroon op het werk heeft van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een subsidie gekregen om de Poortwachtercentra te stimuleren. Zie www.kroonophetwerk.nl of www.poortwachtercentrum.nl Participatiebanen Participatiebanen wordt de – nieuwe - mogelijkheid om met behoud van uitkering te werken en is vooral bedoeld voor mensen in de bijstand die langdurig werkloos zijn en van wie niet kan worden verwacht dat ze op korte termijn doorstromen naar een gewone baan. Er komt een garantie op scholing en een extra beloning. Verder krijgen de gemeenten de ruimte om naar eigen inzicht te bepalen hoe lang iemand werkervaring moet opdoen en scholing nodig heeft, voordat hij kans maakt op een 'normale' baan. Dagbesteding buiten een Awbz-locatie Awbz-instellingen organiseren voor mensen die niet kunnen voldoen aan de ondergrens van de Sw vormen van dagbesteding. Deels binnen de instellingen zelf, deels wordt gezocht naar plaatsing (voor een aantal uren) bij maatschappelijke organisaties en bedrijven. De instelling ‘levert’ daar dan vaak een jobcoach bij. Voor de Awbz-instelling en de gemeente kan het een voordeel zijn om de werkbiedende organisaties gezamenlijk (met enige coördinatie) te benaderen.
Passend Onderwijs Onder de term Passend Onderwijs wordt ingezet op de vernieuwing van de zorgstructuur van het onderwijs. Hierin staat de zorgplicht centraal. Het complexe regelstelsel voor speciale leerlingenzorg wordt gedereguleerd, waarbij de scholen en hun besturen de verantwoordelijkheid krijgen om voor alle leerlingen (ongeacht hun beperking) een passend onderwijsaanbod te realiseren. Wanneer een school dit aanbod niet (volledig) zelf kan verzorgen, moet zij dit in overleg met andere scholen/besturen realiseren. Hierbij wordt de positie van ouders versterkt, zowel wat betreft de ondersteuning van individuele ouders, als collectief. Ook de bekostigingssystematiek, indicatiestelling en inspectietoezicht worden aangepast. De positie van de ouders moet zowel collectief als individueel versterkt worden. Op welke wijze staat nog niet vast, wel wordt een aantal pilots voorzien die hierop onder andere een antwoord moeten geven. Een pilot in Midden-Brabant is in ontwikkeling. Voorzieningen Een overkoepelend begrip voor de maatregelen die het hebben van een ziekte, stoornis of beperking compenseren. Het gaat om zaken die een directe relatie hebben tot het individu en een indirecte relatie hebben met het functioneren in de samenleving. Preventie, hulpmiddelen en zorg zijn hiervan voorbeelden. Ziekten, stoornissen en beperkingen Dit zijn kenmerken van personen. Iemand lijdt aan reuma (de ziekte), mist een been (de stoornis), heeft (mede) daardoor problemen met lopen en problemen om ergens te komen (beperkingen). Het doel van inclusief beleid is te bereiken dat de maatschappij geen onnodige drempels opwerpt; mensen met een stoornis of beperking kunnen zo volwaardig in de samenleving participeren.
Bijlagen Rapportage gemeentelijk gehandicaptenbeleid gemeente Moerdijk
▪ 15 ▪
Poortwachtercentrum Een Poortwachtercentrum is een regionaal werkend arbeidsmarktinstrument, waarin grote, maar vooral ook kleine(re) bedrijven en instellingen, gezamenlijk invulling kunnen geven aan hun primaire verantwoordelijkheid voor de eigen personeelsvoorziening. Veelal beginnen Poortwachtercentra met het van werk naar werksfeer uitwisselen van zieke (en soms ook met werkloosheid bedreigde) werknemers. Zo wordt bewerkstelligd dat deze werknemers op de regionale arbeidsmarkt aan de slag blijven en niet in een uitkeringssituatie terecht komen. Afhankelijk van de wensen en behoeften van de deelnemende bedrijven en instellingen en van de situatie op de regionale arbeidsmarkt waarop ze opereren, kunnen Poortwachtercentra vervolgens in een ontwikkelingsproces geleidelijk toegroeien naar een situatie waarin ook andere personeelsvoorzieningenaspecten in beeld komen. En in het verlengde daarvan de relaties met andere regionale arbeidsmarktpartijen. Uiteindelijk kunnen door Poortwachtercentra dan de volgende functionaliteiten worden vervuld: het inhoud geven aan ‘van werk naar werkactiviteiten’ voor zieke en met werkloosheid bedreigde werknemers het ontwikkelen en implementeren van een employability beleid gericht op het behoud van gemotiveerd en vakbekwaam personeel het zorg dragen voor het tijdig beschikbaar zijn van voldoende en goed gekwalificeerd nieuw personeel om openstaande vacatures op te vullen het als samenwerkende bedrijven en instellingen vormen van een krachtige en herkenbare regionale arbeidsmarktpartij in de contacten (als klant, opdrachtgever en gesprekspartner) met instanties als het CWI, het UWV, (samenwerkende) gemeenten, outplacement-, loopbaaninterventie- en re-integratiebedrijven, uitzenden detacheringsorganisaties en scholingsinstellingen. Bron: Handreiking Poortwachtercentra, Raad voor Werk en Inkomen, december 2007. Het Werkgeversforum Kroon op het werk voert een project De Poortwachter uit om in het land meerdere initiatieven te ondersteunen. Het werkgeversforum is bereikbaar via de website www.kroonophetwerk.nl. Of via www.poortwachtercentrum.nl.