Rapportage benchmark ziekteverzuim SW-sector, 2007 24-06-2008, Bussum Etienne Lemmens, Orbis Inleiding Vergelijking
In de CAO voor de sector SW is opgenomen dat de verzuimbenchmark, ontwikkeld tijdens het arboconvenant, wordt voortgezet. Na 2006 heeft SBCM de opdracht op zich genomen om deze benchmark voort te zetten. In deze rapportage presenteren we een overzicht van de verzuimgegevens binnen de SW-sector in 2007 naar verschillende categorieën. Er wordt tevens daar waar mogelijk een vergelijking gemaakt met de verzuimgegevens uit voorgaande jaren.
Respons
In totaal zijn van 76 SW-bedrijven de verzuimstatistieken verwerkt die over 2007 met behulp van de eenduidige verzuimrapportage zijn 1 ingestuurd.
Regionale spreiding
Qua regionale spreiding leidt dit tot het onderstaande beeld van de respons. Respons verdeeld over de provincies, 2007. Provincie Totaal Responaantal SW- derende 2 bedrijven bedrijven Drenthe 3
3
100,0%
4
4
100,0%
9
8
88,9%
Groningen
7
4
57,1%
Limburg
8
6
75,0%
Noord-Brabant
11
11
100,0%
Noord-Holland
9
8
88,9%
Friesland Gelderland
Overijssel (incl. Flevoland)
Populatie
Respons%
10
8
80,0%
Utrecht
7
6
85,7%
Zeeland
5
3
60,0%
Zuid-Holland
17
15
88,2%
Eindtotaal
90
76
84,4%
Via de gegevens van de 76 bedrijven hebben we de gegevens van in totaal 80.806 medewerkers met een SW-dienstverband. Tevens zijn daar 12.750 medewerkers met een ander dienstverband werkzaam. Aantal medewerkers met SW-dienstverband is, volgens opgave van Cedris ca. 100.000.3 De in dit onderzoek betrokken bedrijven, vertegenwoordigen bijna 84% van de bedrijven en 81% van het totaal aantal SW-medewerkers in de sector. Een format is te laat aangeleverd en hebben we niet kunnen meenemen in veel van de berekeningen. Het bedrijf krijgt wel een eigen benchmarkrapportage.
1 2 3
Een SW-bedrijf zond de gegevens na de uiterste sluitingstermijn in. Zie: www.cedris.nl. Zie: www.cedris.nl.
1
Van de ingeleverde formats zijn 14 niet volledig ingevuld aangeleverd. Of de populatie SW en/of niet-SW ontbreekt, of het verzuimpercentage exclusief zwangerschapsverlof ontbreekt. Deze bedrijven zijn niet in de benchmarkrapportages opgenomen, zodat voor het verzuimpercentage (SW en niet-SW dienstverbanden) 63 bedrijven zijn opgenomen met ruim 79.000 medewerkers. Voor deze rapportage hebben we voor het verzuimpercentage de gegevens van 63 bedrijven gebruikt. Zie bijlage 1 voor een tabel waarin de responderende bedrijven zijn opgenomen gerangschikt naar ingevuld verzuimpercentage. Sectorale gegevens In de onderstaande tabel zijn de belangrijkste verzuimgegevens over de periode 2000-2007 weergegeven. Verzuimkengetallen 2000-2007 4
Verzuimpercentage Meldingsfrequentie Gem. verzuimduur (dagen)
2000 14,1 % 2,3 18,6
2003 14,2 % 2,1 24,2
2004 13,6 % 2,2 21,4
2005 13,0 % 2,2 19,1
2006 12,8 % 2,1 18,4
2007 12,7% 1,94 19,6
Bron: Arboservicepunt SW, Benchmark verzuimregistratie SW 2000- 2007.
Het verzuimpercentage in de sector SW daalt vanaf 2003, de laatste jaren is de daling langzaam maar gestaag. De meldingsfrequentie daalt in 2007, terwijl de gemiddelde verzuimduur relatief fors stijgt. Spreiding
Om een idee te geven hoezeer het gemiddelde verzuimcijfer overeenkomt met de situatie in de bedrijven, wordt vaak de spreiding berekend. De spreiding van het verzuimpercentage over de SWbedrijven die deelnamen in de meting over geheel 2007 is relatief groot. De hoogste waarde voor het verzuim-% excl. zwangerschap en 5 voor SW en niet-SW is 17,0% en de laagste waarde is 6,5%. De standaarddeviatie, een maatstaf voor de spreiding of variatie in verzuimcijfers, is 2,4. Dat wil zeggen dat het merendeel van de SWbedrijven ongeveer 2,6% boven of onder het sectorgemiddelde zit. De meeste bedrijven hebben een verzuimpercentage dat tussen de 10,3% en 15,1% in zit.
SW en niet-SW
In de onderstaande tabel maken we een onderscheid in verzuimpercentages tussen SW en niet-SW dienstverbanden in 2006 en 2007. Verzuimpercentages 2006-2007 SW- en niet-SW-dienstverbanden 2006 2007 % N % N 6 Verzuim-% SW dvb 13,6 % 63 13,7 % 65 7 Verzuim-% niet-SW dvb 6,3 % 58 6,9 % 63 Bron: Arboservicepunt SW, Benchmark verzuimregistratie SW 2006-2007.
4 5
6 7
Exclusief zwangerschapsverlof. Er is een bedrijf dat een extreem hoog verzuim-% heeft, 21,8%. Die laten we voor de berekening van de spreiding buiten beschouwing. Exclusief zwangerschapsverlof. Exclusief zwangerschapsverlof.
2
Van de SW-dienstverbanden en de niet-SW-dienstverbanden gaat het gemiddelde verzuimpercentages in 2007 omhoog, terwijl we hebben geconstateerd dat het totale verzuim-% is gedaald in 2007. De verklaring ligt in het feit dat minder bedrijven in 2006 dan in 2007 het aantal niet SW-dienstverbanden hebben opgegeven (58 tegenover 63 in 2007) waardoor het lager verzuimcijfer van de niet SWdienstverbanden in 2006 minder zwaar meetelt in het gewogen sectorgemiddelde. Leeftijd
Naarmate de leeftijd stijgt, stijgt het gemiddelde verzuimpercentage. Ten opzichte van 2006 is in 2007 een lichte stijging van het verzuim waar te nemen in de leeftijdscategorie 25-34 jaar. Een daling is te zien in de categorieën boven de 45 jaar, met name de oudste groep medewerkers, in weerwil van de vergrijzingproblematiek in de sector. Verzuimpercentage SW en niet-SW naar leeftijdsklasse, 2004-2007 (N 2007 = 61 bedrijven) 2004 2005 2006 2007 < 25 jaar
8,4 %
8, 8 %
9,1 %
9,2 %
25-34 jaar
11,6 %
11,7 %
11,8 %
12,2 %
35-44 jaar
13,5 %
13,7 %
13,1 %
13,2 %
45-54 jaar
14,9 %
14,9 %
15,0 %
14,8 %
> 55 jaar
15,2 %
15,1 %
15,4 %
14,9 %
Bron: Arboservicepunt SW, Benchmark verzuimregistratie SW 2004-2007.
Duur
Wanneer we de duur van het verzuim in ogenschouw nemen, valt op dat het aandeel gavellen met kortdurend verzuim iets stijgt in 2007. Het aandeel verzuimgevallen neemt voor het middenlang verzuim iets toe en voor het langdurig verzuim neemt het af. We hebben geconstateerd dat het verzuimpercentage langdurig verzuim afneemt. Bij de verdeling van de verzuimgevallen lijkt het langdurig verzuim toe te nemen. Een verklaring daarvoor zou kunnen zijn dat de gevallen met langdurig verzuim langduriger zijn gaan verzuimen. Percentage verzuimgevallen naar duur, 2004-2007 (N 2007 = 62 8 bedrijven) 2004 2005 2006 2007 1-7 dagen
59 %
55,1 %
56,7 %
56,9 %
8-42 dagen
30 %
31,5 %
30,7 %
31,0 %
43-365 dagen
10 %
12,1 %
11,5 %
11,4 %
> 365 dagen
1%
1,3 %
1,1 %
0,8 %
Bron: Arboservicepunt SW, Benchmark verzuimregistratie SW 2004-2007.
Gedetacheerden
8
In het onderzoek naar de beïnvloedbaarheid van het verzuim dat vorig jaar in opdracht van SBCM is uitgevoerd, kwam naar voren dat de indruk was dat gedetacheerde SW-medewerkers minder zouden verzuimen dan de medewerkers op de interne werkplaatsen. Dat was aanleiding om in de verzuimbenchmark gedetacheerden apart te onderscheiden. De indruk uit het onderzoek wordt in de benchmark over 2007 bevestigd, door een waarneming bij 46 SW-bedrijven. Het verzuimpercentage onder gedetacheerde SW-ers is 11,7%, tegenover 12,7% onder de gehele SW-populatie.
Door afrondingen tellen niet alle kolommen op naar 100.
3
Bedrijfsgrootte
Wanneer we de bedrijven indelen naar bedrijfsgrootte (minder dan 500, 500-999, 1.000-1.499 en gelijk of meer dan 1.500) dan krijgen we het beeld zoals in de onderstaande tabel.
Verzuimpercentages naar grootte van SW-bedrijven, 2004-2007 2004 Aantal medewerkers < 500
Gem. vz-% 11,2 %
500-999
2005 N 10
Gem. vz-% 11,4 %
12,4 %
19
1.000-1.499
13,2 %
≥ 1.500 Totaal
2006 N
2007 N
11
Gem. vz-% 11,7 %
9
Gem. vz-% 11,3 %
11,6 %
21
11
12,2 %
14,3 %
19
13,6 %
59
N 10
11,1 %
16
11,4 %
23
13
13,4 %
10
12,3 %
14
13,8 %
20
13,4 %
16
13,5 %
18
13,0 %
65
12,8 %
51
12,7 %
65
Bron: Arboservicepunt SW, Benchmark verzuimregistratie SW 2004-2007.
De bedrijven met 1.500 of meer medewerkers scoren gemiddeld hoger dan het sectorgemiddelde (12,8%). De kleine bedrijven (< 1.000) scoren goed op verzuim. Gegevens naar gemeentegrootte Hier wordt onderscheid gemaakt tussen de grote gemeenten (G30) en de kleinere gemeenten (G>30). Voor de rapportage over 2005 hebben we nog een onderscheid gemaakt tussen de G4 en de G30. Daar de gegevens direct naar een van de deelnemende gemeenten te herleiden zouden zijn, hebben we besloten om voor 2006 en 2007 alleen een onderscheid te maken tussen de G30 en de kleinere gemeenten. Verzuimpercentages naar grootte van gemeente, 2005-2007. 2005
2006
vz-%
N
G4
12,8
1
G30
13,7
17
G>30
12,7
Totaal
13,0
2007
vz-%
N
vz-%
N
13,5
18
13,6
17
47
12,2
45
12,4
48
65
12,8
63
12,7
65
Bron: Arboservicepunt SW, Benchmark verzuimregistratie SW 2005-2007.
Ten opzichte van 2006 is het verzuim bij bedrijven in de grote en de kleine gemeenten iets gestegen. De kleinere gemeenten hebben vanouds her een lager verzuimpercentage dan de grotere gemeenten, en dat blijft ook zo in 2007. Door de samenstelling van relatief meer kleinere gemeenten daalt het gemeten verzuim in 2007.
4
Top 5 Top 5 laagste verzuim
In een benchmark is het aardig om de best practices te laten zien. In de volgende tabel staan vijf SW-bedrijven met de laagste verzuimpercentages, gerangschikt naar oplopend verzuimpercentage voor het gehele bedrijf (SW- en niet-SW-medewerkers). Tussen haakjes staan de aantallen medewerkers die het betreft. Cijfers van SW-bedrijven met de laagste verzuimcijfers, 2007
1. De Zuidhoek (2) 2. WVK-groep (1) 3. De Betho (4) 4. AM Groep (-) 5. Tomingroep (-)
vz-% totaal 6,5 % (268) 7,2 % (722) 7,4 % (519) 8,8 % (558) 8,8 % (1.486)
Bron: Benchmark verzuimregistratie SW 2007.
We zien dat de SW-bedrijven met medewerkersaantallen onder de 1.000 de laagste verzuimpercentages hebben. Het zijn de relatief kleine bedrijven die de laagste percentages verzuim hebben. Voor het eerst is er een 1000+-er in de groep met 5 SW-bedrijven met de laagste verzuimpercentages. Verschuivingen 2006-2007 SW-bedrijven met mogelijk een hoog percentage die met inspanning het verzuimpercentage in 2007 fors omlaag hebben weten te brengen mogen zonder meer ook trots zijn op hun prestaties. Vandaar dat het leerzaam en aardig is om niet alleen de top 5 met het laagste verzuim te presenteren, maar ook de bedrijven die winst hebben geboekt met de verzuimreductie. Er zijn 24 SW-bedrijven die het verzuim in 2007 hebben weten terug te dringen. De vijf sterkste dalers zijn in de onderstaande tabel weergegeven: vz-% 2006 1. Wedeo 2. Westrom 3. I&M Kampen 4. SWZ 5. Novatec
15,6 % 13,3 % 11,1 % 14,5 % 11,2 %
vz-% 2007 13,9 % 11,7 % 9,6 % 13,2 % 9,9 %
daling in %punten -1,7 % -1,6 % -1,5 % -1,3 % - 1,3 %
Wedeo heeft met 1,7%-punt in 2007 de grootste daling gerealiseerd die met de benchmark gemeten is. De andere sterke dalers in ziekteverzuim volgt met scores rond de 1,5%-punt. De twee grootste dalers hebben tussen de 1.000 en 1.500 werknemers. Goede resultaten boeken op verzuimreductie is dus zeker niet alleen voorbehouden aan kleine SW-bedrijven, evenals in 2006. Het zou goed zijn de ervaringen van deze bedrijven te bundelen en ter beschikking te stellen aan de bedrijven die met het verzuim aan de slag willen gaan.
5
Bijlage 1.
Responderende bedrijven op de benchmark verzuim SW naar kengetallen op verzuimpercentage, 2007.
Ingevuld verzuim-% Mw SW-dvb incl zw Mw niet-SW-dvb incl zw Mw SW-dvb excl zw Mw niet-SW-dvb excl zw Totaal dvb incl zw Totaal dvb excl zw
Aantal bedrijven 69 66 65 63 65 62
Aantal mw 72.512 10.372 69.691 11.424 80.297 79.155
6