RAPPORT NADER ASBESTONDERZOEK WEGFUNDERING

RAPPORT NADER ASBESTONDERZOEK WEGFUNDERING Locatie:

AZC Dronten Vossemeerdijk 40 in Dronten

Opdrachtgever:

Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) Sir Winston Churchilllaan 366a 2285 SJ RIJSWIJK ZH

Contactpersoon:

De heer S. de Brouwer

Telefoonnummer:

+31 (0)70 372 78 57

Uitgevoerd door:

Koenders & Partners adviseurs en procesmanagers bv

Telefoonnummer:

+31 (0)348 47 80 50

Projectnummer:

100118

Projectleider:

De heer drs. G.W. Hameetman

Paraaf: Veldwerkers:

De heer A. Scheper De heer R.P. Meijer

Versie rapportage:

Definitief

Datum:

30 maart 2010

Vrijgave rapportage:

De heer L.C. Otto

Paraaf:

Postbus 59 3410 CB LOPIK

Lekdijk Oost 12 3413 MS JAARSVELD

T +31 (0)348 47 80 50 F +31 (0)348 47 80 51

[email protected] www.koenders-partners.nl

FOTO’S ONDERZOEKSLOCATIE

Klik hier voor invoegen hoofdfoto (landscape)

Klik hier voor invoegen foto

Rapport nader asbestonderzoek wegfundering Projectnummer 100118

Klik hier voor invoegen foto

30 maart 2010 foto’s onderzoekslocatie

SAMENVATTING Aanleiding:

Bij voorgaand funderingsonderzoek is vastgesteld dat er verontreiniging met asbest aanwezig is in de funderingslaag. De mate en de ruimtelijke verdeling van de verontreiniging is echter onvoldoende bekend.

Doel:

Het doel van het nader onderzoek asbest is het vaststellen van de aard van de verontreiniging en een schatting van het gehalte aan asbest te maken op basis van een visuele inspectie van de uitgegraven verharding/fundering in combinatie met een steekproefsgewijze monsterneming. Naast een schatting van het gemiddelde gehalte aan asbest per ruimtelijke eenheid (RE) wordt een grove indicatie van de omvang van de verontreiniging verkregen.

Opzet:

Conform NEN 5897: strategie nader onderzoek asbest - terreinen

Locatie:

Vossemeerdijk 40 8251 PN DRONTEN

Kadastraal:

Gemeente Dronten, sectie C, nummer 1189

Opp. onderzoekslocatie:

Circa 10.000 m2

Hypothese:

De funderingslaag onder de asfaltpaden is verdacht voor asbestgehaltes > 100 mg/kg ds.

Zintuiglijke waarnemingen:

 Het funderingsmateriaal betreft menggranulaat (0/40).  Inspectiesleuf 06: 1 fragment asbesthoudende vlakke plaat waargenomen.

Resultaten nader asbestonderzoek:

 Uit het onderzoek blijkt dat ter plaatse van inspectiesleuf 06 (RE2) een licht verhoogd gehalte aan asbest is aangetoond. Het licht verhoogde gehalte aan asbest is gerelateerd aan een incidenteel waargenomen fragment asbesthoudende vlakke plaat. Ter plaatse van de overige inspectiesleuven is zowel zintuiglijk als analytisch geen asbest aangetoond.  In geen van de inspectiesleuven ter plaatse van de 10 onderzochte ruimtelijke eenheden overschrijdt het asbestgehalte de interventiewaarde. De hypothese “verdacht funderingsmateriaal voor aanwezigheid van asbestgehaltes in een concentratie groter dan de interventiewaarde / hergebruiksnorm van 100 mg/kg ds” wordt verworpen.  Het is niet uitgesloten dat er bij toekomstige herinrichting incidenteel een fragment asbestverdacht materiaal wordt waargenomen in het funderingsmateriaal. Echter wordt in dergelijke situaties de sanerings- en hergebruiksnorm van 100 mg/kg ds zeer waarschijnlijk niet overschreden.

Resultaten indicatief onderzoek niet vormgegeven bouwstoffen:

De puinfunderingslaag onder de asfaltpaden wordt indicatief beoordeeld niet vormgegeven bouwstof.

Aanbevelingen:

Wij adviseren om tijdens werkzaamheden alert te zijn op eventuele onvoorziene verontreinigingen.


30 maart 2010 samenvatting

INHOUDSOPGAVE FOTO’S ONDERZOEKSLOCATIE SAMENVATTING 1

INLEIDING...........................................................................................................................................................1 1.1 1.2

2

SITUATIE ..............................................................................................................................................................2 2.1 2.2 2.3

3

Onderzoekshypothese..........................................................................................................................3 Onderzoeksstrategie nader onderzoek asbest...............................................................................3 Indicatief onderzoek niet vormgegeven bouwstoffen ...................................................................3 Veiligheidsmaatregelen .......................................................................................................................3

UITVOERING EN RESULTATEN FUNDERINGSONDERZOEK......................................................................5 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6

5

Locatiebeschrijving ................................................................................................................................2 Algemeen / basisinformatie................................................................................................................2 Situatie.....................................................................................................................................................2

ONDERZOEKOPZET..........................................................................................................................................3 3.1 3.2 3.3 3.4

4

Inleiding en doelstelling .......................................................................................................................1 Opbouw rapportage............................................................................................................................1

Veldwerk.................................................................................................................................................5 Veldwaarnemingen...............................................................................................................................5 Analyses ..................................................................................................................................................7 Analyseresultaten asbestonderzoek ..................................................................................................8 Toetsing hypothese................................................................................................................................9 Analyseresultaten indicatief onderzoek niet vormgegeven bouwstoffen ..................................9

CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN ...........................................................................................................10 5.1 5.2 5.3

Conclusies nader onderzoek asbest................................................................................................10 Conclusies indicatief onderzoek niet vormgegeven bouwstoffen.............................................10 Aanbevelingen ....................................................................................................................................10

6

VERANTWOORDING....................................................................................................................................11

7

LITERATUUROPGAVE.....................................................................................................................................12

BIJLAGEN 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Regionale situatie Onderzoekslocatie met positie inspectiesleuven Profielen inspectiesleuven Analysecertificaten Rekenbladen asbestgehaltes Toetsing niet vormgegeven bouwstoffen Fotorapportage


30 maart 2010 Inhoudsopgave

1

INLEIDING

1.1

Inleiding en doelstelling Op verzoek van Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) is door Koenders & Partners adviseurs en procesmanagers bv een nader asbestonderzoek aan een funderingslaag uitgevoerd ter plaatse van het asielzoekerscentrum (AZC) in Dronten gelegen ter plaatse van Vossemeerdijk 40 te Dronten. De aanleiding voor het onderzoek vormen de plannen voor herontwikkeling en eerder uitgevoerd asbestonderzoek van de puinfunderingslaag gelegen onder de asfaltpaden tussen de bungalows op het terrein. Bij het voorgaande onderzoek is vastgesteld dat er verontreiniging met asbest aanwezig is in de funderingslaag. De mate en de ruimtelijke verdeling van de verontreiniging is echter onvoldoende bekend. Het doel van het nader onderzoek asbest is het vaststellen van de aard van de verontreiniging en een schatting van het gehalte aan asbest te maken op basis van een visuele inspectie van de uitgegraven verharding/fundering in combinatie met een steekproefsgewijze monsterneming. Naast een schatting van het gemiddelde gehalte aan asbest per ruimtelijke eenheid (RE) wordt een grove indicatie van de omvang van de verontreiniging verkregen.

1.2

Opbouw rapportage In deze rapportage wordt ingegaan op het vooronderzoek en beschikbare gegevens (hoofdstuk 2) waarna een hypothese wordt opgesteld ten aanzien van mogelijke verdachte en niet verdachte (deel-)locaties ter plaatse van de onderzoekslocatie. In hoofdstuk 3 wordt ingegaan op gebruikte onderzoeksmethoden en in hoofdstuk 4 worden de resultaten beschreven alsmede geïnterpreteerd. In hoofdstuk 5 tenslotte worden conclusies getrokken en aanbevelingen gedaan.


30 maart 2010 pagina 1 van 12

2

SITUATIE

2.1

Locatiebeschrijving De onderzoekslocatie betreft de puinfunderingslaag onder de asfaltpaden tussen de bungalows op het AZC Dronten aan de Vossemeerdijk 40 in Dronten. De regionale ligging van de locatie is weergegeven in bijlage 1.

2.2

2.3

Algemeen / basisinformatie NAW onderzoekslocatie:

Asfaltpaden tussen bungalows Vossemeerdijk 40 te Dronten

Oppervlakte onderzoekslocatie (m2):

Circa 10.000 m2 (lengte asfaltpaden circa 2.750 m1)

Kadastrale aanduiding:

Gemeente Dronten, sectie B, nummer 1189

Huidige bodemfunctie:

Asielzoekerscentrum

Toekomstige bodemfunctie:

Asielzoekerscentrum

Verhardingslagen aanwezig:

Asfalt- en klinkerverhardingen.

Bebouwing aanwezig:

De locatie is bebouwd met 140 bungalows en 5 centrale gebouwen.

Situatie De aanleiding voor het onderzoek vormen de plannen voor herontwikkeling. Het voornemen bestaat de bestaande bungalows te slopen en te vervangen door nieuwbouw. In verband met de herontwikkeling dient het asfalt en onderliggende funderingslaag te worden onderzocht. Tussen de bungalows is circa 2.750 meter asfaltverharding aanwezig. De gemiddelde breedte hiervan is circa 3,5 meter. Het totale oppervlak van de padverharding is geschat op 10.000 m2. In juni 2009 is door Koenders & Partners adviseurs en procesmangers een indicatief asbestonderzoek uitgevoerd op de puinfunderingslaag1. Het onderzoek betrof een vooronderzoek en een verkennend onderzoek naar de aanwezigheid van asbest. Hierbij zijn verdeeld over het terrein 6 kernboringen geplaatst door het asfalt en onderliggende funderingslaag. In 1 van de 6 inspectiegaten is een fragment hechtgebonden plaatmateriaal aangetroffen. Op basis van het aantreffen van het stukje asbesthoudend plaatmateriaal is het totale asbestgehalte in het betreffende inspectiegat 4 vastgesteld op 390 mg/kg ds gewogen, ruimschoots boven de interventiewaarde van 100 mg/kg ds. Dit is berekend met als uitgangspunt het aantreffen van 1 stukje asbesthoudend materiaal in de boorkern met een inhoud van circa 14 dm3 aan puin. Mogelijk is het stukje aangetroffen asbesthoudend materiaal slechts een incident / lokaal aanwezig en niet representatief voor de gehele funderingslaag. Om onderbouwd een uitspraak te kunnen doen ten aanzien van het voorkomen van asbest in de betreffende funderingslaag, is besloten een nader asbestonderzoek conform NEN 5897 (‘Monsterneming en analyse van asbest in onbewerkt bouw- en sloopafval en recyclinggranulaat’) uit te voeren.

Notitie asfaltonderzoek en asbestonderzoek funderingslaag, AZC te Dronten, Vossemeerdijk 40 in Dronten, Koenders & Partners adviseurs en procesmanagers bv, projectnummer 90177, d.d. 24-06-2009.

1



3

ONDERZOEKOPZET

3.1

Onderzoekshypothese De wegfundering onder de asfaltpaden is verdacht voor aanwezigheid van asbestgehaltes in een concentratie groter dan de interventiewaarde / hergebruiksnorm van 100 mg/kg ds.

3.2

Onderzoeksstrategie nader onderzoek asbest De onderzoeksstrategie van het nader onderzoek asbest is afgeleid van de NEN 5897 (Nederlandse norm voor monsterneming en analyse van asbest in onbewerkt bouw- en sloopafval en recyclinggranulaat). In het onderhavige onderzoek wordt uitgegaan van het opdelen van de onderzoekslocatie in ruimtelijke eenheden van (maximaal) 1.000 m2. Binnen deze locatie worden alle RE’s onderzocht door het graven van drie inspectiesleuven. Per ruimtelijke eenheid (RE) worden op drie representatieve plaatsen, gelijkmatig verdeeld binnen de RE, sleuven gegraven tot op de ondergrond (onderzijde verhardingslaag). De sleuf moet een oppervlakte hebben van minimaal 30 cm x 200 cm. Het graven van in totaal 30 inspectiesleuven leidt, ons inziens, tot een representatief beeld ten aanzien van de aanwezigheid van asbest. Het uitgegraven funderingsmateriaal wordt uitgespreid en geïnspecteerd op samenstelling, asbestverdachte materialen en afval- en puinrestanten. De waargenomen asbestverdachte fragmenten in de fractie > 16 mm worden verzameld, gewogen en ter analyse aan het laboratorium aangeboden. Per ruimtelijke eenheid worden van de fractie <16 mm mengmonsters van het funderingsmateriaal samengesteld met een natgewicht van circa 25 kg. Ieder monster bestaat uit 50 grepen van circa 0,5 kg. De grepen worden gelijkmatig verdeeld over de onderzochte sleuven. Daarnaast worden monsters samengesteld van het grove puin (circa 10 kg, > 16 mm) ter bepaling van het droge stofgehalte. De bemonsteringswerkzaamheden zijn afgeleid van de methode zoals omschreven in de BRL SIKB 2000 ‘Richtlijnen voor het veldwerk bij milieuhygiënisch bodemonderzoek’ en daarbij behorende VKB-protocollen 2001 (plaatsen van grondboringen en peilbuizen en nemen van grondmonsters) en 2018 (Locatie-inspectie en monsterneming van asbest in bodem).

3.3

Indicatief onderzoek niet vormgegeven bouwstoffen Gelijktijdig met het nader asbestonderzoek worden mengmonsters samengesteld ten behoeve van indicatief chemisch onderzoek naar uitloging en samenstelling van de puinfunderingslaag (totaal twee mengmonsters puin van 10 kg op basis van 2 x 6 grepen). De resultaten worden getoetst aan de maximale samenstellingwaarden en de maximale emissiewaarden uit de Regeling bodemkwaliteit. Dit om te toetsen of bij hergebruik van het materiaal op locatie wordt voldaan aan de algemene zorgplichtbepalingen van artikel 13 Wbb, artikel 1.1a Wm en artikel 2 van de Wms.

3.4

Veiligheidsmaatregelen De arbeidshygiënische maatregelen tijdens het uitvoeren van het onderzoek moeten voldoen aan de voorschriften uit het Arbeidsomstandighedenbesluit (hoofdstuk 4: afdeling 1 en 2). De maatregelen zijn uitgewerkt in de CROW-publicatie 132 ‘Werken in of met verontreinigde grond’. Voorafgaand aan het onderzoek is een beoordeling uitgevoerd van mogelijke blootstelling-risico’s aan schadelijke stoffen.



Voorafgaand aan de uitvoer van de veldwerkzaamheden is vastgesteld dat het (bodem)vochtgehalte meer dan 10% betrof. Tijdens de beoordeling van de locatie zijn geen blootstellingsrisico’s gedefinieerd. Derhalve zijn naast de standaard persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM), geen aanvullende maatregelen noodzakelijk geacht.



4

UITVOERING EN RESULTATEN FUNDERINGSONDERZOEK

4.1

Veldwerk Het veldwerk is uitgevoerd op 2 t/m 4 maart 2010 door de heren R.P. Meijer en A. Scheper van Koenders & Partners adviseurs en procesmanagers bv. Uitvoering van het veldwerk heeft bestaan uit de volgende werkzaamheden:  Uitzetten en inmeten inspectiesleuven, voorzagen en verwijderen asfalt. De inspectiesleuven zijn gegraven over de gehele breedte van het asfaltpad;  Graven van totaal 30 inspectiesleuven met behulp van een midi-graver tot in de onverdachte (ongeroerde) ondergrond;  Het uitgegraven funderingsmateriaal is uitgespreid en geïnspecteerd op samenstelling, asbestverdachte materialen, afval- en puinrestanten. De visueel waargenomen asbestverdachte fragmenten in de fractie > 16 mm zijn per sleuf verzameld, gewogen en ter analyse aan het laboratorium aangeboden;  Het funderingsmateriaal is op locatie voorbehandeld door middel van uitharken en zeven over een 16 mm zeef;  De onderzoekslocatie is ingedeeld in 10 ruimtelijke eenheden van maximaal 1.000 m2;  Per ruimtelijke eenheid is uit de inspectiesleuven een mengmonster van de fractie <16 mm van het funderingsmateriaal samengesteld met een natgewicht van circa 25 kg. Het monster bestaat uit 50 grepen van circa 0,5 kg. De grepen zijn gelijkmatig verdeeld over de onderzochte sleuven. Tevens is voor de bepaling van het droge stofgehalte per ruimtelijke eenheid van de grove fractie (>16 mm) een mengmonster samengesteld met een natgewicht van circa 25 kg.  Uit totaal 12 inspectiesleuven gelijkmatig verdeeld binnen de onderzoekslocatie zijn van het funderingsmateriaal twee mengmonsters samengesteld ten behoeve van onderzoek naar de indicatieve chemische kwaliteit voor niet vormgegeven bouwstoffen.  Na afloop van de monsterneming is het ontgraven materiaal teruggeplaatst en aangetrild. De sleuven zijn afgedicht met klinkers. In bijlage 2 zijn de onderzochte ruimtelijke eenheden weergegeven alsmede de posities van de gegraven inspectiesleuven.

4.2

Veldwaarnemingen

4.2.1 Maaiveld Omdat de funderingslaag is afgedekt door de aanwezige asfaltlaag is een visuele inspectie van het oppervlak van de funderingslaag niet mogelijk. 4.2.2 Opgegraven funderingsmateriaal Het ontgraven puingranulaat is in dunne laagjes uitgespreid en doorgeharkt om te inspecteren op de aanwezigheid van asbestverdacht materiaal. De inspectie-efficiëntie van het uitgevoerde onderzoek wordt ingeschat op 100%. Het funderingsmateriaal betreft gemengd puingranulaat. De maximale korrelgrootte (D95) wordt geschat op 40 mm. Uit zeefproeven op de locatie blijkt dat circa 50 % (M/M) van het funderingsmateriaal groter is dan 16 mm. Binnen de onderzoeklocatie is geen of weinig variatie waargenomen in het toegepaste funderingsmateriaal. Er zijn onderling geen afwijkende terreindelen te onderscheiden. Waarschijnlijk is het funderingsmateriaal in het verleden als 1 partij toegepast.



Ter plaatse van inspectiesleuf 06 is één fragment asbestverdacht plaatmateriaal waargenomen. In de overige inspectiesleuven is géén asbestverdacht materiaal waargenomen. Omdat het funderingsmateriaal ter plaatse van ruimtelijke eenheid 2 (inspectiesleuven 04-06) identiek is, is gekozen om inspectiesleuf 6 niet separaat te bemonsteren op basis van het incidentele asbesthoudende fragment, maar als mengmonster te analyseren. In bijlage 3 zijn de gedetailleerde profielbeschrijvingen weergegeven met de bodemopbouw en de visuele waarnemingen. De (globale) bodemopbouw ter plaatse van de onderzoekslocatie is op basis van de verrichtte werkzaamheden als volgt samen te vatten:  Wegverharding (0,00-0,05 m-mv)  Wegfundering (0,05-0,25 m-mv)  Ondergrond (0,25-0,50 m-mv)

: : :

asfalt gemengd puingranulaat matig fijn zand

Om per inspectiesleuf het volume van de uitgegraven en geïnspecteerde funderingslaag te kunnen bepalen zijn de afmetingen van de inspectiesleuven (lengte en breedte) en de dikte van de verhardingslagen geregistreerd. In tabel 1 is een overzicht gegeven van veldmetingen per inspectiesleuf. Tabel 1: overzicht gegevens per inspectiesleuf Inspectie sleuf

Ruimtelijke eenheid

Lengte inspectiesleuf (cm)

Breedte inspectiesleuf (cm)

Dikte funderingslaag (cm)

Overzicht waargenomen asbestverdachte fragmenten Type + gewicht

01 02 03 04 05 06 07 08 09 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28

RE1 RE1 RE1 RE2 RE2 RE2 RE3 RE3 RE3 RE4 RE4 RE4 RE5 RE5 RE5 RE6 RE6 RE6 RE7 RE7 RE7 RE8 RE8 RE8 RE9 RE9 RE9 RE10

400 400 400 400 405 400 410 400 400 400 400 405 400 400 400 330 330 330 330 330 330 330 330 330 330 330 330 330

32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32 32

34 34 34 34 34 34 34 34 34 34 34 34 34 34 34 34 24 16 20 20 30 20 20 22 20 15 25 20

Vlakke plaat, 4 gram -



4.3

Inspectie sleuf

Ruimtelijke eenheid

Lengte inspectiesleuf (cm)

Breedte inspectiesleuf (cm)

Dikte funderingslaag (cm)

Overzicht waargenomen asbestverdachte fragmenten Type + gewicht

29 30

RE10 RE10

330 330

32 32

30 20

-

Analyses De analyses en bewerkingen zijn uitgevoerd door een RvA-geaccrediteerd laboratorium. In navolgende tabel is een overzicht gegeven van de samengestelde (meng)monsters, het analysetraject en de analyseparameters. Tabel 2: analysestrategie (Meng)monster

Ruimtelijke eenheid

MM1 < 16 mm MM1 > 16 mm MM2 < 16 mm MM2 > 16 mm MM3 < 16 mm MM3 > 16 mm MM4 < 16 mm MM4 > 16 mm MM5 < 16 mm MM5 > 16 mm MM6 < 16 mm MM6 > 16 mm MM7 < 16 mm MM7 > 16 mm MM8 < 16 mm MM8 > 16 mm MM9 < 16 mm MM9 > 16 mm MM10 < 16 mm MM10 > 16 mm MVM sleuf 6

RE1 RE1 RE2 RE2 RE3 RE3 RE4 RE4 RE5 RE5 RE6 RE6 RE7 RE7 RE8 RE8 RE9 RE9 RE10 RE10 RE2 Nvt

MM1

Nvt

MM2 1NEN-5897 2NEN-5897

< 16 mm: > 16 mm:

3NEN-5896: 4 Samenstelling:

5 Uitloog:

Inspectiesleuven 01-03 01-03 04-06 04-06 07-09 07-09 10-12 10-12 13-15 13-15 16-18 16-18 19-21 19-21 22-24 22-24 25-27 25-27 28-30 28-30 06 02+04+06+08+ 10+12 17+20+22+24+ 28+30

Traject (cm-mv)

Zintuiglijke waarneming

Geanalyseerde parameters

6-40 6-40 6-40 6-40 6-40 6-40 6-40 6-40 6-40 6-40 4-40 4-40 5-35 5-35 5-30 5-30 5-30 5-30 9-35 9-35 6-40

1x vlakke plaat 1 x vlakke plaat Gemengd puingranulaat Gemengd puingranulaat

NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5897 1 NEN 5897 2 NEN 5896 3 Samenstelling4 + uitloog5 Samenstelling4 + uitloog5

6-40 5-40

Asbestgehalte in puin(granulaat) < 16 mm Droge stofgehalte puin(granulaat) > 16 mm Kwalitatieve analyse van asbest in materialen, inclusief gewichtsbepaling, sortering Vluchtige aromatische koolwaterstoffen Polycyclische aromatische koolwaterstoffen (10 van VROM) Polychloorbifenylen Minerale olie Fenol 15 zware metalen: arseen, cadmium, chroom, koper, kwik, lood, nikkel, zink, antimoon, seleen, vanadium, tin, kobalt, barium, molybdeen Vluchtige aromatische koolwaterstoffen 4 anionen: sulfaat, bromide, chloride, fluoride



4.4

Analyseresultaten asbestonderzoek De analyseresultaten van de asbestanalyses zijn opgenomen in bijlage 4. In het rekenblad in bijlage 5 is ten aanzien van inspectiesleuf 06 het aangetoonde asbestgehalte in de visueel waarneembare fractie (> 16 mm) opgeteld bij het gehalte in de fractie < 16 mm. Voorafgaand aan de sommatie is een correctie toegepast voor de volumepercentages en droge stofgehaltes van het oorspronkelijke materiaal onderverdeeld in de fracties >16 mm en < 16 mm. Voor de overige inspectiesleuven zijn geen rekenbladen opgesteld, omdat ter plaatse geen asbest is aangetoond. De analyseresultaten zijn getoetst aan het beleid asbest in bodem, grond en puin(granulaat). Hierbij wordt een interventiewaarde gehanteerd van 100 mg/kg ds (gewogen). Het gewogen asbestgehalte betreft de concentratie Serpentijnasbest vermeerderd met 10-maal de concentratie Amfiboolasbest. In tabel 3 op de volgende pagina is een overzicht gegeven van de berekende asbestgehalten, inclusief de toetsing. Tabel 3: overzicht berekende asbestgehaltes mg/kg ds RE

Inspectiesleuf

Gemeten asbestgehaltes

Gewogen asbestgehaltes

Ondergrens

Bovengrens

Toetsing

RE1 RE2 RE2 RE3 RE4 RE5 RE6 RE7 RE8 RE9 RE10

01-03 04-05 06 07-09 10-12 13-15 16-18 19-21 22-24 25-27 28-30

0,37 -

2,0 -

0,21 -

<0,6 <0,7 0,35 <0,2 <0,5 <0,6 <0,6 <0,2 <0,7 <0,7 <0,7

+ -

- : +: +++:

gehalte kleiner dan de streefwaarde / detectielimiet gehalte boven de bepalingsgrens en beneden of gelijk aan de interventiewaarde gehalte groter dan de interventiewaarde

Uit het onderzoek blijkt dat ter plaatse van inspectiesleuf 06 (RE 2) een licht verhoogd gehalte aan asbest is aangetoond. Het licht verhoogde gehalte aan asbest is gerelateerd aan een incidenteel waargenomen fragment asbesthoudende vlakke plaat. Ter plaatse van de overige inspectiesleuven is zowel zintuiglijk als analytisch geen asbest aangetoond. Ter plaatse van inspectiegat 4 is tijdens een verkennend onderzoek asbest een fragment hechtgebonden asbesthoudend plaatmateriaal aangetroffen. Inspectiesleuf 06 van het nader asbestonderzoek bevindt zich circa 50 meter ten noorden van inspectiegat 4. Mogelijk is in het verleden bij de puinbreker incidenteel een stuk asbesthoudende plaat meegebroken in de vracht puin welke in dit traject is toegepast (traject tussen inspectiegat 4 uit het verkennende onderzoek en inspectiesleuf 06 uit het nader asbestonderzoek). Het aangetoonde licht verhoogde asbestgehalte ter plaatse van inspectiesleuf 06 wordt, op basis van de uitgevoerde onderzoeksinspanning van onderhavig nader asbestonderzoek, als representatief geacht voor de toegepaste partij.



4.5

Toetsing hypothese In geen van de inspectiesleuven overschrijdt het asbestgehalte de interventiewaarde. De hypothese “verdacht funderingsmateriaal voor aanwezigheid van asbestgehaltes in een concentratie groter dan de interventiewaarde / hergebruiksnorm van 100 mg/kg ds” wordt formeel gezien verworpen.

4.6

Analyseresultaten indicatief onderzoek niet vormgegeven bouwstoffen De analyseresultaten van de verhardingslagen, weergegeven in bijlage 4, zijn getoetst aan de maximale samenstellings- en emissiewaarden voor bouwstoffen uit de Regeling bodemkwaliteit. In bijlage 6 zijn de toetsingstabellen opgenomen. Uit de toetsing blijkt dat het puinfunderingsmateriaal onder de asfaltverharding indicatief wordt beoordeeld als niet vormgegeven bouwstof.



5

CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN

5.1

Conclusies nader onderzoek asbest Op basis van de onderzoeksresultaten worden de volgende conclusies getrokken:  Uit het onderzoek blijkt dat ter plaatse van inspectiesleuf 06 (RE2) een licht verhoogd gehalte aan asbest is aangetoond. Het licht verhoogde gehalte aan asbest is gerelateerd aan een incidenteel waargenomen fragment asbesthoudende vlakke plaat. Ter plaatse van de overige inspectiesleuven is zowel zintuiglijk als analytisch geen asbest aangetoond.  In geen van de inspectiesleuven ter plaatse van de 10 onderzochte ruimtelijke eenheden overschrijdt het asbestgehalte de interventiewaarde. De hypothese “verdacht funderingsmateriaal voor aanwezigheid van asbestgehaltes in een concentratie groter dan de interventiewaarde / hergebruiksnorm van 100 mg/kg ds” wordt verworpen.  Het is niet uitgesloten dat er bij toekomstige herinrichting incidenteel een fragment asbestverdacht materiaal wordt waargenomen in het funderingsmateriaal. Echter wordt in dergelijke situaties de sanerings- en hergebruiksnorm van 100 mg/kg ds zeer waarschijnlijk niet overschreden.

5.2

Conclusies indicatief onderzoek niet vormgegeven bouwstoffen De puinfunderingslaag onder de asfaltpaden wordt indicatief beoordeeld niet vormgegeven bouwstof. Conform het Besluit bodemkwaliteit is het toegestaan om puinfunderingslaag binnen de grenzen van de locatie her te gebruiken indien deze zonder te zijn bewerkt, op of nabij dezelfde plaats en onder dezelfde condities opnieuw in het werk worden aangebracht. Middels onderhavig onderzoek is ons ziens voldoende aantoonbaar gemaakt dat voor het hergebruik van de funderingslaag op de locatie wordt voldaan aan de algemene zorgplichtbepalingen van artikel 13 Wbb, artikel 1.1a Wm en artikel 2 van de Wms. Onderhavig rapport kan worden gebruikt voor het hergebruiken van de funderingslaag op locatie of de eventuele afvoer naar een verwerkingslocatie. Het rapport is niet geschikt voor hergebruik van het materiaal op een andere toepassingslocatie. Hiervoor is een partijkeuring onder certificaat van VKB-protocol 1002 noodzakelijk.

5.3

Aanbevelingen Wij adviseren om tijdens werkzaamheden alert te zijn op eventuele onvoorziene verontreinigingen.



6

VERANTWOORDING Koenders & Partners adviseurs en procesmanagers bv is een onafhankelijk adviesbureau en verklaart hierbij geen financiële of juridische belangen bij de uitkomst van het uitgevoerde onderzoek te hebben. De werkzaamheden zijn met een grote mate van zorgvuldigheid uitgevoerd waarbij is gestreefd naar een zo groot mogelijke representativiteit van het onderzoek. Desondanks kan niet worden uitgesloten dat plaatselijke afwijkingen in het bodemmateriaal voor kunnen komen. Tevens wordt er op gewezen dat het uitgevoerde onderzoek een momentopname betreft. Voor eventuele plaatselijke afwijkingen in het bodemmateriaal en de gevolgen daarvan kan Koenders & Partners adviseurs en procesmanagers bv geen enkele verantwoordelijkheid dragen. Het is niet toegestaan, dit rapport zonder schriftelijke toestemming van Koenders & Partners adviseurs en procesmanagers bv anders dan in zijn geheel (met inbegrip van bijlagen) te reproduceren. Dit om te voorkomen dat een onjuist beeld van de onderzoeksresultaten wordt verkregen als alleen delen van het rapport in omloop worden gebracht.



7

LITERATUUROPGAVE 1.

NEN 5897, Monsterneming en analyse van asbest in onbewerkt bouw- en sloopafval en recyclinggranulaat, Nederlands Normalisatie Instituut, december 2005, Delft.

2.

NEN 5896; Kwalitatieve analyse van asbest in materialen met polarisatiemicroscopie, mei 2003, ICS 13.030.30.

3.

Beleidsbrief asbest in bodem, grond en puin(granulaat), Ministerie van VROM, 3 maart 2004.

4.

Besluit asbestwegen Wms, Ministerie van VROM, Staatsblad 2000, 374.

5.

‘NOBO: Normstelling en bodemkwaliteits-beoordeling. Onderbouwing en beleidsmatige keuzes voor de bodemnormen in 2005, 2006 en 2007’, Ministerie van VROM (september 2008), Houten.

6.

Handreiking Besluit bodemkwaliteit’, SenterNovem / Bodem+ (2008), Den Haag.

7.

Regeling bodemkwaliteit’, Staatscourant nr. 247 / pagina 67 (20 december 2007).

8.

Circulaire bodemsanering 2009’, Staatscourant 2009, nr. 67, 7 april 2009.

9.

Wet bodembescherming (Wet van 3 juli 1986). Houdende regelen inzake bescherming van de bodem’, identificatienummer BWBR0003994.

10.

Notitie asfaltonderzoek en asbestonderzoek funderingslaag, AZC te Dronten, Vossemeerdijk 40 in Dronten, Koenders & Partners adviseurs en procesmanagers bv, projectnummer 90177, d.d. 24-06-2009.



BIJLAGE 1

REGIONALE SITUATIE

Omgevingskaart

Klantreferentie: 100119

0m

125 m

Deze kaart is noordgericht.

625 m

Schaal 1: 12500

Hier bevindt zich Kadastraal object DRONTEN C 1189 Vossemeerdijk 40, 8251 PN DRONTEN © De auteursrechten en databankenrechten zijn voorbehouden aan de Topografische Dienst Kadaster.

Uittreksel Kadastrale Kaart

Uw referentie: 100119

1009

896 115

114 11

3 11

2 1

11

116 11

76

7

75

77

11 0

11 8

74

73

78

12

128

90

100

129

135 134

101

2

13

0

13

13

1

98

92

61

93

97

64

60

51

42

40

62

39

138

89

91

65

59 63

17

9

13

27

0

136

127

102

99

7

14 6 10 5 126

137

133

66

58 43

16

34

15

35

14

34

18

10

13

12

67

20

33

19

41

9

12

103

68

57

21

32

1

8

11

4

88

31

2

10

54

30

3

87

56

22

29

4

44

55

23

28

5 6

85

24 3 1 12

84

5 10

53

24

2

83

86

45

52

25

12

82

81

47 46

26

1

80

69

48

70

79

49

7

10

72

9

10 8

9 1 20

71

50

10

11

94

95

96

38

37

1189 505 40

1208

1188 1164

45

1207

Hanzeweg

1209 535 1210

315 0m

12345 25

Deze kaart is noordgericht Perceelnummer Huisnummer Kadastrale grens Voorlopige grens Bebouwing Overige topografie

Voor een eensluidend uittreksel, LELYSTAD, 8 maart 2010 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers

35 m

175 m

Schaal 1:3500 Kadastrale gemeente Sectie Perceel

DRONTEN C 1189

Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.

BIJLAGE 2

ONDERZOEKSLOCATIE MET POSITIE INSPECTIESLEUVEN

BIJLAGE 3

PROFIELEN INSPECTIESLEUVEN

01 0

0-6: >80% volledig asfalt, asfalt

6

6-40: gemengd puin, bruin, 50-80% uiterst repac

40

02

asfalt

40-50: zand, matig fijn, matig siltig, bruin, grijs

50

0

asfalt 0-6: >80% volledig asfalt, asfalt

6


40


50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010

Boormeester Arjen Scheper

03 0

6

40


04




50

0

6

40




50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010



Boorprofielen

Getekend conform NEN 5104

Projectnaam

Funderingsonderzoek

Projectnummer

100118

Adres

Vossemeerdijk 40

Plaats

Dronten

Opdrachtgever

Centraal Orgaan opvang asielzoekers

Pagina

1 van 8

05 0


6


40

06

asfalt


50

0


6


40


50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010


07 0

6

40


08




50

0

6

40




50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010



Boorprofielen


Projectnaam

Funderingsonderzoek

Projectnummer

100118

Adres

Vossemeerdijk 40

Plaats

Dronten

Opdrachtgever


Pagina

2 van 8

09 0


6


40

10

asfalt


50

0


6


40


50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010


11 0

6

40


12




50

0

6

40




50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010



Boorprofielen


Projectnaam

Funderingsonderzoek

Projectnummer

100118

Adres

Vossemeerdijk 40

Plaats

Dronten

Opdrachtgever


Pagina

3 van 8

13 0


6


40

14

asfalt


50

0


6


40


50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010


15 0

6

40


16




50

0

6

40




50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010



Boorprofielen


Projectnaam

Funderingsonderzoek

Projectnummer

100118

Adres

Vossemeerdijk 40

Plaats

Dronten

Opdrachtgever


Pagina

4 van 8

17 0

18


0


4 6

asfalt



20

30



50

50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010


19 0

5

25


20




50

0

6

25




50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010



Boorprofielen


Projectnaam

Funderingsonderzoek

Projectnummer

100118

Adres

Vossemeerdijk 40

Plaats

Dronten

Opdrachtgever


Pagina

5 van 8

21 0


5

22

asfalt


0


5


25

35

asfalt



50

50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010


23 0

5


24


0


5-25: gemengd puin, bruin, 50-80% uiterst repac 8

25

asfalt



30

50


50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010



Boorprofielen


Projectnaam

Funderingsonderzoek

Projectnummer

100118

Adres

Vossemeerdijk 40

Plaats

Dronten

Opdrachtgever


Pagina

6 van 8

25 0


5

26

asfalt


0


5


20

25

asfalt



50

50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010


27 0

5


28


0



9

25

30

asfalt




50

50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010



Boorprofielen


Projectnaam

Funderingsonderzoek

Projectnummer

100118

Adres

Vossemeerdijk 40

Plaats

Dronten

Opdrachtgever


Pagina

7 van 8

29 0

9

30



0

10

30

35





50

50

Datum 04-03-2010

Datum 04-03-2010



Boorprofielen


Projectnaam

Funderingsonderzoek

Projectnummer

100118

Adres

Vossemeerdijk 40

Plaats

Dronten

Opdrachtgever


Pagina

8 van 8

BIJLAGE 4

ANALYSECERTIFICATEN

BIJLAGE 5

REKENBLADEN ASBESTGEHALTES

Rekenblad asbestgehaltes NEN 5897 Inclusief vocht- en puingehalte correctie

Opdrachtgever Projectummer Locatie

: COA : 100118 : AZC Dronten

Grondsoort Bulkdichtheid (kg/dm3)

: Puingranulaat : 2 Sleuf 06

Algemene gegevens proefsleuf sleuflengte (cm) sleufbreedte (cm) dikte puinlaag (cm) percentage < 16 mm (%) percentage > 16 mm (%) droge stofgehalte < 16 mm (%) droge stofgehalte > 16 mm (%) geïnspecteerd volume monster op locatie (dm3) geïnspecteerde massa droog (kg)

400 32 34 50 50 83,4 93,1 435 768

fractie > 16 mm : gegevens verzamelmonster asbestverdachte materialen uitgeraapt uit proefsleuf massa serpentijn gemeten (mg) massa amfibool gemeten (mg) massa amfibool gewogen (mg) asbestconcentratie gemeten op basis van geinspecteerde massa droog (mg/kgds) asbestconcentratie gewogen op basis van geinspecteerde massa droog (mg/kgds)

143 143 1.430 0,37 2,05

ondergrens 82 82

bovengrens 204 204

0,21

0,00

fractie < 16 mm: gegevens asbestgehalte analysemonster puinfractie < 16 mm concentratie serpentijn gemeten (mg/kgds) concentratie amfibool gemeten (mg/kgds) concentratie amfibool gewogen (mg/kgds) asbestconcentratie gemeten (mg/kgds) asbestconcentratie gewogen (mg/kgds)

0 0 0 0,00 0,00

ondergrens 0 0 0,00

bovengrens 0,7 0 0,70

correctie asbestgehalte analysemonster puinfractie < 16 mm voor verhouding

: percentage < 16 mm (%) percentage > 16 mm (%)

concentratie serpentijn gemeten (mg/kgds) concentratie amfibool gemeten (mg/kgds) concentratie amfibool gewogen (mg/kgds) asbestconcentratie gemeten (mg/kgds) asbestconcentratie gewogen (mg/kgds)

0,00 0,00 0,00 0,00 0,00

asbestconcentratie totaal gemeten (mg/kgds)

0,37

asbestconcentratie totaal gewogen (mg/kgds)

2,0

ondergrens 0,00 0,00 0,00

ondergrens 0,21

bovengrens 0,35 0,00 0,35

bovengrens 0,35

BIJLAGE 6

TOETSING NIET VORMGEGEVEN BOUWSTOFFEN

Toetsing

Indicatieve toetsing Bouwstoffen volgens Regeling Bodemkwaliteit

Projectnummer

100118

Projectnaam

Funderingsonderzoek AZC Dronten

Monsteromschrijving

MM1

Analyseresultaten

Gemeten waarde

Toetsing

MW

NV MW

IBC

Emissie anorganische parameters Antimoon

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,16

Arseen

0,019

mg/kg.ds

< MW

0,9

2

Barium

0,062

mg/kg.ds

< MW

22

100

Cadmium

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,04

0,06

Chroom

0,012

mg/kg.ds

< MW

0,63

7

Kobalt

0,006

mg/kg.ds

< MW

0,54

2,4

Koper

0,044

mg/kg.ds

< MW

0,9

10

Kwik

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,02

0,08

Lood

0,000

mg/kg.ds

< MW

2,3

8,3

Molybdeen

0,003

mg/kg.ds

< MW

1

15

Nikkel

0,018

mg/kg.ds

< MW

0,44

2,1

Seleen

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,15

3

Tin

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,4

2,3

Vanadium

0,512

mg/kg.ds

< MW

1,8

20

Zink

0,045

mg/kg.ds

< MW

4,5

14

Bromide

0,000

mg/kg.ds

< MW

20

34

Chloride

47,000

mg/kg.ds

< MW

616

8800

Fluoride

2,300

mg/kg.ds

< MW

55

1500

Sulfaat

294,000

mg/kg.ds

< MW

1730

20000

Samenstellingswaarde organische parameters

0,7

MWS

Benzeen

0,00

mg/kg.ds

< MW

1

Ethylbenzeen

0,00

mg/kg.ds

< MW

1,25

Tolueen

0,00

mg/kg.ds

< MW

1,25

Xylenen (som)

0,00

mg/kg.ds

< MW

1,25

Fenol

0,00

mg/kg.ds

< MW

1,25

mg/kg.ds Naftaleen

0,00

mg/kg.ds

< MW

5

Fenanthreen

2,00

mg/kg.ds

< MW

20

Antraceen

0,76

mg/kg.ds

< MW

10

Fluorantheen

4,20

mg/kg.ds

< MW

35

Chryseen

1,90

mg/kg.ds

< MW

10

Benzo(a)antraceen

2,00

mg/kg.ds

< MW

40

benzo(a)pyreen

1,70

mg/kg.ds

< MW

10

benzo(k)fluoranteen

0,83

mg/kg.ds

< MW

40

Indeno(1,2,3,cd)pyreen

1,20

mg/kg.ds

< MW

40

Benzo(ghi)peryleen

1,10

mg/kg.ds

< MW

40

PAK's (som)

16,00

mg/kg.ds

< MW

50

PCB's (som) Minerale olie Asbest

0,00

mg/kg.ds

< MW

0,5

180,00

mg/kg.ds

< MW

500

0,00

mg/kg.ds

< MW

100

Conclusie Partij kan worden toegepast als niet-vormgegeven bouwstof (indicatief) MW NV

Maximale emissiewaarde Niet-Vormgegeven bouwstof

MW IBC

Maximale emissiewaarde IBC-Bouwstof

MWS

Maximale samenstellingswaarden

Indien bij gemeentewaarde 0,00 is ingevuld dan is de parameter niet verhoogd aangetoond t.o.v. de detectielimiet.

Toetsing

Indicatieve toetsing Bouwstoffen volgens Regeling Bodemkwaliteit

Projectnummer

100118

Projectnaam

Funderingsonderzoek AZC Dronten

Monsteromschrijving

MM2

Analyseresultaten

Gemeten waarde

Toetsing

MW

NV MW

IBC

Emissie anorganische parameters Antimoon

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,16

Arseen

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,9

2

Barium

0,041

mg/kg.ds

< MW

22

100

Cadmium

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,04

0,06

Chroom

0,010

mg/kg.ds

< MW

0,63

7

Kobalt

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,54

2,4

Koper

0,068

mg/kg.ds

< MW

0,9

10

Kwik

0,000

mg/kg.ds

< MW

0,02

0,08

Lood

0,035

mg/kg.ds

< MW

2,3

8,3

Molybdeen

0,023

mg/kg.ds

< MW

1

15

Nikkel

0,021

mg/kg.ds

< MW

0,44

2,1

Seleen

0,016

mg/kg.ds

< MW

0,15

3

Tin

0,031

mg/kg.ds

< MW

0,4

2,3

Vanadium

0,434

mg/kg.ds

< MW

1,8

20

Zink

0,037

mg/kg.ds

< MW

4,5

14

Bromide

0,000

mg/kg.ds

< MW

20

34

Chloride

16,000

mg/kg.ds

< MW

616

8800

Fluoride

2,500

mg/kg.ds

< MW

55

1500

Sulfaat

276,000

mg/kg.ds

< MW

1730

20000

Samenstellingswaarde organische parameters

0,7

MWS

Benzeen

0,00

mg/kg.ds

< MW

1

Ethylbenzeen

0,00

mg/kg.ds

< MW

1,25

Tolueen

0,00

mg/kg.ds

< MW

1,25

Xylenen (som)

0,00

mg/kg.ds

< MW

1,25

Fenol

0,00

mg/kg.ds

< MW

1,25

mg/kg.ds Naftaleen

0,00

mg/kg.ds

< MW

5

Fenanthreen

0,58

mg/kg.ds

< MW

20

Antraceen

0,12

mg/kg.ds

< MW

10

Fluorantheen

1,40

mg/kg.ds

< MW

35

Chryseen

0,69

mg/kg.ds

< MW

10

Benzo(a)antraceen

0,76

mg/kg.ds

< MW

40

benzo(a)pyreen

0,61

mg/kg.ds

< MW

10

benzo(k)fluoranteen

0,38

mg/kg.ds

< MW

40

Indeno(1,2,3,cd)pyreen

0,44

mg/kg.ds

< MW

40

Benzo(ghi)peryleen

0,89

mg/kg.ds

< MW

40

PAK's (som)

5,90

mg/kg.ds

< MW

50

PCB's (som) Minerale olie Asbest

0,00

mg/kg.ds

< MW

0,5

430,00

mg/kg.ds

< MW

500

0,00

mg/kg.ds

< MW

100

Conclusie Partij kan worden toegepast als niet-vormgegeven bouwstof (indicatief) MW NV

Maximale emissiewaarde Niet-Vormgegeven bouwstof

MW IBC

Maximale emissiewaarde IBC-Bouwstof

MWS

Maximale samenstellingswaarden

Indien bij gemeentewaarde 0,00 is ingevuld dan is de parameter niet verhoogd aangetoond t.o.v. de detectielimiet.

BIJLAGE 7

FOTORAPPORTAGE

Foto 1: overzichtsfoto






RAPPORT NADER ASBESTONDERZOEK WEGFUNDERING

Recommend Documents