NADERE TOEGANG 113
RECHTELIJK ARCHIEF KETHEL EN SPALAND INVENTARISNUMMER
93
PROTOCOLLEN VAN VOOR SCHOUT EN SCHEPENEN V E R L E D E N A K T E N V A N T R A N S P O R T E N, S C H U L D B E K E N T E N I S S E N, B O R G S T E L L I N G E N, T E S T A M E N T E N E T C.
1 6 6 D U B B E L E F O L I O’ S 24-02-1672 t/m 16-08-1684
BEWERKT DOOR ANTHONIUS VAN DER TUIJN TE RHOON
NADERE TOEGANG 113 Nr. 1 folio 1 d.d. 24-02-1672. Jan Arentsz. van der Hoeven gehuwd geweest met Chieltge Pietersdr. die een dochter was van Neeltje Michiels, verwekt bij Pieter Jansz. Kleijwegh, mitsgaders Jan Cornelisz. Holierhoeck en Jacob Jorisz. Suijtmaesland, voor hunzelf en vervangende Pieter Pietersz. Baes, testamentaire voogden over de minderjarige kinderen van de voorn. Neeltje Michielsdr. en Pieter Kleijwegh, mede geïnstitueerde erfgenamen voor de ene helft in de nagelaten goederen van Michiel Jansz. van der Harch en Maertgen Dircxdr., ter ene zijde, Joris Jorisz. Broeck zoon van Maertje Michielsdr. en zulks erfgenaam voor de wederhelft in de nagelaten goederen van de voorn. Michiel Jansz. en Maertje Dircxdr., ter andere zijde. De comparanten verklaarden in gevolge het vonnis alhier gewezen tussen hun comparanten op 10-02-1672, na voorgaande meting en deling, geloot en gegrondkaveld te hebben, zeker kamp land verongeld gelegen voor 8 morgen en bij meting groot bevonden 7 morgen 4 hond 33½ roeden, van ouds genaamd; de Koeweijde, gelegen in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: en Z: het Fraterhuis te Delft. Strekkende van de Singel westwaarts op met zijn uiterdijk over de Oudedijk tot de oude watering toe. Bij de loting was de kinderen van Neeltje Michiels te beur gevallen de zuiderlijkste helft en Joris Broek in de voorn. kwaliteit de noordelijkste helft. Tot scheiding zal een scheisloot moeten worden gemaakt van 5 voet 7 duimen benoorden de middellijn van het voorn. land, strekkende van de Singel tot de Oudendijk. De kosten van de sloot moet ieder voor de helft voor zijn rekening nemen. Nr. 2 folio 1v. d.d. eodem die. Joris Jorisz. Broeck wonende in deze ambacht heeft verhuurd aan Jan Arijensz. van der Houve, in huwelijk gehad hebbende Chieltje Pietersdr. die een dochter was van Neeltje Michielsdr., verwekt bij Pieter Jansz. Kleijwegh, voor 1/5 part, mitsgaders Jan Cornelisz. Holierhoeck en Jacob Jorisz. Suijtmaesland benevens Pieter Pietersz. Baes testamentaire voogden over de minderjarige kinderen van de voorn. Neeltje Michielsdr., mede bij de voorn. Kleijwegh verwekt, voor 4/5 parten en zulks tezamen voor het geheel. De huur betreft de noordelijkste helft van 7 morgen 4 hond 33½ roeden land, van ouds genaamd de Koeweijde, gekomen uit de boedel van Michiel Jansz. van der Hargh, gelegen in de Nieuwlandse polder, voor de tijd van 3 jaar, voor de somme van f 105 carolus per jaar. Nr. 3 folio 2v. d.d. 13-04-1672. Franck Jansz. Duijvesteijn en Jannetje Francken van Rijt echtgenoten wonende binnen Schiedam, bekennen schuldig te zijn aan Maertje Willems Maen weduwe Cornelis Galeijnsz. Keijser, mede wonende Schiedam, de somme van f 2.000 carolus, ter zake van geleende penningen. Zij verbinden hieraan de gerechte helft van 7 morgen land in de Nieuwlandse polder, belend ten O: Pieter Lourisz. van Noort en ten W: de weduwe van heer Hugo van Bleijswijck. Strekkende van het ‘s-Gravenlandse toepad met zijn uiterdijk over de Oudendijk. Nr. 4 folio 4 d.d. 21-05-1672. Vranck Jansen Duijvesteijn en Jannetje Vrancken, enige dochter en erfgenaam van Vranck Joosten van Rijt, echtgenoten wonende Schiedam bekennen schuldig te zijn aan Arijen Hillebrantsz. Ouwervest gehuwd met Maertjen Arijens wonende Berkel in Rodenrijs, voor de ene helft, mitsgaders aan Willem Vrancken van Rijt wonende Kethel-ambacht en Dirck Arentsz. Mostert wonende Zouteveen, als voogden over Grietgen Arentsdr. nagelaten dochter van Arijen Joosten en Maertje Claes, beiden overleden, tbv dezelfde onmondige dochter, voor de andere helft en tezamen voor het geheel, de somme van f 2.750. Hiervan zijn f 2.650 spruitende uit zake van cassatie van een obligatie, inhoudende gelijke somme, door comparanten op 20-05-1672 voor notaris Heijndrick de Man te Schiedam verleden, welke obligatie voortgekomen was door cassatie van een obligatie onder de hand verleden, inhoudende als restant van meerder kapitaal, een gelijke somme van f 2.650 en 2 jaar interest van f 150, door Vranck Joosten van Rijt zaliger, des voorn. Jannetgen Vrancken vader, ter zake van geleend geld tbv. Arijen Joosten van Rijt zijn broeder, in het jaar 1658 ondertekend. De voorn. Arien Hillebrantsz. en Grietgen Arents als mede erfgenamen van Arien Joosten en Maertgen Claes, hun ouders zaliger, bij scheiding en deling met de verdere erfgenamen te beur gevallen. De resterende f 100 ter zake van geleende penningen. De comparanten bekennen nog schuldig te zijn aan Geertje, Gerrit, Maertje, Fijtje, Vranck, Grietje, Jan en Joost Ariensz. van Rijt, de somme van f 800, spruitende ter zake van de cassatie van een accoord door de voorn. Franck Joosten van Rijt zaliger ten hunner behoefte ondertekend, ter zake hij uit de goederen van Fijtje Maertens der voorsz. kinderen grootmoeder zaliger, met de welke hij gehuwd is geweest, schuldig was. Ten behoeve van de schuld verbinden de comparanten 7½ morgen wei- en hooiland aaneen gelegen in de ‘sGravenlandse polder, belend ten W: de erfgenamen van Crijntgen Ingen, ten O: de weduwe, kinderen en erfgenamen van Cornelis Nieupoort. Strekkende voor van de ‘s-Gravenlandse toepad tot in de Schiedamse Schie. Nr. 5 folio 5v. d.d. 25-05-1672.
NADERE TOEGANG 113 Lijsbeth Pieters bejaarde ongehuwde dochter, Hubrecht Maertensz. Persoon gehuwd met Aeffgien Pietersdr., Pieter Willemsz. van Rijn, beiden wonende Vlaardingen, gehuwd met Geertje Pietersdr., mitsgaders Arijen Jacobsz. Jonghste en Jan Dircksz. Opmeer testamentaire voogden over de nagelaten weeskinderen van Aechie Pietersdr, kinderen, kindskinderen en benevens Louris Pietersz. Karel, erfgenamen van Pieter Maertensz. Karel en Geertgen Jansdr., gewoond hebbende en overleden in de ambachte van Kethel. Zij geven te kennen dat zij met de voorn. Louris Pietersz. Karel bij forme van uitkoop geaccordeerd zijn en dat dezelfde Louris Karel in eigendom zal hebben en behouden de opstal en timmerage van de woning als huis, bijhuis, schuur, bergen en geboomte. Staande op 15 morgen land gelegen in de Westabspolder, aankomende de erfgenamen van juffrouw van der Aa weduwe jonker Gosewijn van Stralen. De voorn. Louris Karel blijft mede nog bezitten al het geld dat in de boedel bevonden wordt, mitsgaders de levende have, bouwgereedschap etc. Het geheel is belast met f 400 kapitaal die de voorn. Louris Karel volgens uitkoop tot zijn last heeft genomen. Hieronder verbinden Lijsbeth Pieter, Huijbrecht Persoon en Pieter Willemsz. van Rijn, hun personen en goederen en de voogden de goederen van de weeskinderen. Zij bekennen betaald te zijn, de eerste penning met de laatste, ter somme van f 390. Nr. 6 folio 6v. d.d. eodem die. Louris Pietersz. Karel onze inwoner bekent schuldig te zijn aan Grietje Cornelis weduwe Abraham van Vleuten wonende Rotterdam, de somme van f 200 ter zake van gelijke somme die de voorn. Grietje Cornelis tlv. de boedel van zijn comparants vader Pieter Maertensz. Karel sprekende heeft gehad en de comparant tot zijn last heeft genomen. Hij verbindt hieraan de opstal en timmerage van zijn woning in de Westabspolder op de grond van de erfgenamen van juffrouw van de Aa weduwe jonkheer Gosewijn van Stralen. Nr. 7 folio 7v. d.d. 11-06-1672. Leendert Cornelisz. Oostelee oom en voogd van de nagelaten weeskinderen van Keuntje Pietersdr. Slooff, die bekende in die kwaliteit verkocht te hebben aan Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck, de timmerage en opstal van een huisje, door de voorn. Keuntje Pietersdr. op de werf en grond van de woning van Dammis Pietersz. Slooff getimmerd en door de voorn. Cornelis Abrahamsz. mede gekocht. Vrij en niet belast. Prijs f 200, betaald met een obligatie. Nr. 8 folio 8 d.d. 12-10-1672. Theunis Arijensz. van Dijck bekent schuldig te zijn aan Abraham Heckenhoeck kapitein alhier, de somme van f 250, ter zake van onbetaalde landpacht, verponding, sluisgeld en anders, op heden ter voorsz. somme berekend. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met 4 morgen 5 hond 50 roeden land, staande en gelegen in de Hargpolder. De woning is belend ten Z: de Poldervaart, ten W: de Schiedamseweg, ten N: de weduwe van Gerrit Dircksz. Jongste en ten O: de Hargkade. Het land is belend ten Z: Dirck Pleunen Jonghste, ten O: de Schiedamseweg, ten N: juffrouw Maria Swijts en ten W: de oude Harg. Nr. 9 folio 9 d.d. eodem die. Theunis Arijensz. van Dijck onze inwoner bekent schuldig te zijn aan Annetgen Isbrantsdr. weduwe Cornelis Fransz. de somme van f 450 ter zake van het casseren van een obligatie van f 350, alsmede over verdere beleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, schuur, barg en geboomte met 4 morgen 5 hond 50 roeden land in de Hargpolder. De woning is belend ten Z: de Poldervaart, ten W: de Schiedamseweg, ten N: de weduwe van Gerrit Dircxz. Jongste en ten O: de Hargkade. Het land is belend ten Z: Dirck Pleunen Jongste, ten O: de Schiedamseweg, ten N: de oude Harg en ten W:? Nr. 10 folio 10v. d.d. 14-12-1672. De schout en schepenen van Kethel hebben op verzoek van de secretaris van Schiebroek getaxeerd de navolgende percelen land welke zijn nagelaten door Ingetgen Plonen Sotgenius weduwe Jan Jacobsz. Schiebroeck. Eerst 1/5 part van een morgen 3 hond land in de ‘s-Gravenlandse polder, in huur gebruikt door Arijen Buijtewegh, tegen f 510 ieder morgen in het geheel. Nog 1/5 part in 4 morgen 541 roeden land in de Nieuwlandse polder, gebruikt als voren tegen f 675 ieder morgen in het geheel. Nog 1/5 part in 5 morgen 189 roeden land gelegen als voren, gebruikt door de weduwe van Gerrit Leendertsz. Meurs tegen f 725 ieder morgen in het geheel. Nr. 11 folio 11 d.d.22-02-1673. Jacob Dufault deurwaarder van de Gemene Lands Middelen als geauthoriseerde van Abraham Heckenhoeck gaarder van de verpondingen alhier, heeft in het openbaar ten overstaan van Jacob Jansz. de Jonge schout en 2 schepenen verkocht aan de manhaften Eland du Bois kapitein te water ten dienste dezer lande, een woning als huis, bijhuis, schuur, bargen en geboomte. Staande en gelegen aan de Singel buiten Schiedam in de Nieuwlandse polder. Belend ten Z: de gemene laan of uitpad van de tuinen achter de voorsz. woning gelegen, strekkende uit de stadsvest tot aan de tuin
NADERE TOEGANG 113 van Pieter Wijnantsz. Berghman. Nog een stuk weiland, van ouds begroot op 2½ morgen. Alles toebehoord hebbende Joris Jorisz. Broeck geëxecuteerde. Het land is gelegen bezijden de voorsz. woning en is belend ten Z: de voorsz. woning en tuinen daar achter gelegen, alsmede het land van Anna van Cleeff, ten Z het Fraterhuis te Delft. Strekkende mede uit de stadsvest west op over de Oudendijk met zijn uiterdijk tot aan het land van het Oude Mannenhuis te Schiedam. De jongste opdrachtbrief in dato 18-12-1665. De koper zal zich moeten regulieren naar het contract door de predessaseurs van de voorn. woning gemaakt met de eigenaren van de tuinen achter de woning. Vrij en niet belast. Prijs f 3.025. Nr. 12 folio 12 d.d. 08-03-1673. Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck heeft verkocht aan Claes Abrahamsz. Corpershoeck, Claes Dircxz. Goutappel, Claes Pietersz. van den Tempel en Joris Jansz. Maet, ieder ¼ part in een woning, schuur, bargen en geboomte met een morgen land waarop de woning staat. Staande en gelegen in de Kethel-noordpolder. Belend ten W: Jan Cornelisz. Groen met bruikwaar, ten Z: de abdij van Rijnsburg, ten O: een perceel land mede door de voorn. verkoper verkocht aan Claes Abrahamsz. Corpershoeck en ten W: de Groeneweg. Vrij en niet belast. Prijs f 925, contant geld. Nr. 13 folio 12v. d.d. eodem die. Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck onze inwoner heeft verkocht aan Claes Abrahamsz. Corpershoeck wonende te Schipluiden, 2 percelen land in de Kethel-noordpolder. Het ene perceel verongeld gelegen voor 2 morgen 4 hond. Belend ten N: Jan Cornelisz. Groen en Dirck Pietersz. Poot met bruikwaar, ten Z: de abdij van Rijnsburg, ten O: het perceel door de verkoper mede verkocht aan Claes Dircxz. Goutappel en ten W: de ene morgen land hiervoor verkocht. Het andere perceel verongeld gelegen voor 2 morgen 3 hond is belend ten N: de kinderen van Cornelis Claesz. Abswoude, ten Z: Cornelis Cornelisz. Coppert met bruikwaar, ten O: een perceel land door de verkoper verkocht aan Joris Jansz. Maet en ten W: de uiterdijk over de Harreweg. Beiden bij den hoop zonder maat, met de voet gestoten. Vrij en niet belast. Prijs f 3.145-16-10, contant geld. Nr. 14 folio 13v. d.d. eodem die. Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck heeft verkocht aan Claes Dircxz. Goutappel een perceel land in de Kethel-noordpolder, verongeld gelegen voor een morgen 4 hond. Belend ten N: Dirck Pietersz. Poot met bruikwaar, ten Z: de abdij van Rijnsburg, ten O: een perceel land door de verkoper verkocht aan Claes Pietersz. van den Tempel en ten W: nog een perceel mede verkocht aan Claes Abrahamsz. Corpershoeck. Bij de hoop met de voet gestoten. Vrij en niet belast. Prijs f 833-06-10, contant geld. Nr. 15 folio 14 d.d. eodem die. Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck heeft verkocht aan Claes Pietersz. van den Tempel een perceel land, verongeld gelegen voor 2 morgen 4 hond in de Kethel-noordpolder. Belend ten N: de weduwe van Joris Leendertsz. Quant met bruikwaar, ten Z: de abdij van Rijnsburg, ten O: de Schieweg en ten W: het perceel door de verkoper mede verkocht aan Claes Dircxz. Goutappel. Bij den hoop zonder maat, met de voet gestoten. Vrij en niet belast. Prijs f 1.333-06-10, contant geld. Nr. 16 folio 15 d.d. eodem die. Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck heeft verkocht aan Joris Jansz. Maet een perceel land verongeld gelegen voor 2 morgen in de Kethel-noordpolder. Belend ten N: de kinderen van Cornelis Claesz. Abswoude, ten Z: Cornelis Cornelisz. Coppert met bruikwaar, ten O: de Groeneweg en ten W: het perceel land door de verkoper mede verkocht aan Claes Abrahamsz. Corpershoeck. Bij den hoop zonder maat, met de voet gestoten. Vrij en niet belast. Prijs f 1.450, contant geld. Nr. 17 folio 15v. d.d. 17-05-1673. Dirck Zieren van Coole wonende te Overschie gehuwd met Maertjen Arijensdr. Jongste, mede erfgenaam van Dammis Jansz. Jongste, overleden in dit dorp, heeft verkocht aan Arien Ariensz. Jonghste wonende in deze ambacht, zijn comparants contingente portie in de nagelaten boedel van Dammis Jansz. de Jonge, bestaande uit een obligatie en andere uitstaande schulden. Prijs f 400, contant geld. Nr. 18 folio 16 d.d. eodem die. Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck heeft verkocht aan Abraham Heckenhoeck kapitein alhier, zekere boomgaard verongeld gelegen voor 1 hond in de Hargpolder. Belend ten N: de verkoper, ten Z: en 0: de weduwe van kapitein van Waert en ten W: de Schiedamse weg. Bij den hoop zonder maat met de voet gestoten. Vrij en niet belast. Prijs f 350 en 10 zilveren ducatons tot speldegeld voor de kinderen van de verkoper, contant geld. Nr. 19 folio 17 d.d. 14-06-1673. Huijbrecht Pietersz. Poot wonende Kethel-noordpolder heeft verkocht aan Trijntgen Huijbrechtsdr. zijn dochter, 3 morgen land gemeen in 2 kampen tezamen groot 6 morgen patrimoniaal land in de Kethelnoordpolder. Belend ten O:, N: en Z: Arien Willemsz. van Rijt met bruikwaar en ten W: Cornelis
NADERE TOEGANG 113 Cornelisz. Marckenburgh. De jongste brief in dato 13-05-1654. Vrij en niet belast. Prijs f 1.650, contant geld. Nr. 20 folio 17v. d.d. 30-08-1673. Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck onze inwoner is schuldig Abraham Heckenhoeck kapitein alhier, de somme van f 300 ter zake van verscheidene onbetaalde imposten en geleend geld. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, bijhuis, schuur, bargen en geboomte, staande in de Hargpolder. Belend ten N: Arijen Pietersz. Oosterveen, ten Z: de boomgaard van de voorn. Heckenhoeck. Strekkende voor van de straat tot achter aan het land van de heer van Kethel en de weduwe van kapitein van Waert. Kanttekening: Compareerde Mr. Jacob Muijs de Brauw heer van Kethel als possesseur van de woning in de tekst geroerd en exhibeerde de originele schuldbrief. Actum 22-06-1675. Nr. 21 folio 18 d.d. 18-10-1673. De schout en schepenen van Kethel hebben op verzoek van Anthonij de Veer secretaris van 'sGravenhage, getaxeerd 6 morgen land in de Oostabspolder, in huur gebruikt door de weduwe van Maerten Pouwelsz. Berckel nagelaten door de heer Johan van der Mijle. Getaxeerd op f 425 voor iedere morgen. Nr. 22 folio 18v. d.d. 20-12-1673. Leendert Pietersz. Pathijn smid wonende in dit dorp is schuldig aan Jan Dircxz. Opmeer en Dirck Pietersz. Poot heilige geestmeesters, de somme van f 200 ter zake van de koop van een obligatie onder de hand, op heden aan hem comparant overgeleverd, tlv. Pieter Jansz. Pathijn smid en zijn borg Jan Arijensz. Suijckerbosch, nu hun erfgenamen. Bij verbindt hieraan zijn huizing en erf in het dorp Kethel, belend ten N: Heijndrick Arijensz. Ackersdijck, ten Z: Claes Cornelisz. Schout. Strekkende voor van de straat tot aan het land van schout Jacob Jansz. de Jonge. Nr. 23 folio 19 d.d. 27-01-1674. Franck Jansz. Duijvesteijn en Jannetje van Rijt zijn huisvrouw, enige dochter en erfgename van Vranck Joosten van Rijt, gewoond hebbende en overleden in Schiedam, hebben verkocht aan Adriaen Kruijck schepen van Schiedam, 3 morgen 3 hond land, gemeen met de kinderen van Cornelis Arijensz. Sijdeman in een stuk van 7 morgen, gelegen in de Nieuwlandse polder. Belend ten O: Pieter Lourisz. van Noort en ten W: de weduwe van de heer Hugo van Bleijswijck te Schiedam. Strekkende van het 's-Gravenlandse toepad, met zijn uiterdijk over de Oudendijk. Vrij en niet belast. Prijs f 750 voor iedere morgen, bedragende f 2.625, contant geld. Nr. 24 folio 20 d.d. eodem die. Franck Jansz. Duijvesteijn en Jannetje Vrancken van Rijt zijn huisvrouw enige dochter en erfgename van Vranck Joosten van Rijt, gewoond hebbende en overleden te Schiedam, hebben verkocht aan de heer Adriaen Cruijswijck tbv. zijn zuster Maritgen Willems Maen weduwe Cornelis Galeijnsz. Keijser, 6 morgen 3 hond land in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: de erfgenamen van Krijntjen IJnge weduwe van Arijen Jorisz. Krooswijck en ten ZW: de weduwe van Ds. Johannis Soete, in leven dienaar des Goddelijken Woord te Schiedam. Strekkende van het 's-Gravenlandse toepad met zijn uiterdijk over de Oudendijk. Vrij en niet belast. Prijs f 750 voor iedere morgen, bedragende f 4.875, contant geld. Kanttekening: Volgens akte van scheiding onder de hand gemaakt in dato 26-10-1767 tussen de 2 enige nagelaten kinderen van wijlen de weduwe van Adriaen van der Goes, is het hierboven gemelde land aanbedeeld aan vrouwe Antonia Josina van der Goes huisvrouw van Mr. Franc van der Burgh en werd hetzelve op haar naam overgeboekt. Actum 02-03-1768. Nr. 25 folio 20v. d.d. eodem die. Pieter Pietersz. Schieveen is schuldig aan mevrouw Geertruijda van der Burgh weduwe van de heer Johan Duijst van Voorhout, in leven burgemeester van Delft, de somme van f 150 ter zake van verschenen landpacht. Hij verbindt hieraan een tuin of boomgaard in de 's-Gravenlandse polder. Belend ten O: Jan Jansz. Rotte, ten N: de kinderen van de dijkgraaf van der Houff, ten Z: de Schie en ten W: Cornelis Cornelisz. Schieveen. Nr. 26 folio 21v. d.d. 10-03-1674. Cornelis Cornelisz. Marckenburgh onze inwoner is schuldig aan de erfgenamen van Dammis Jansz. de Jonghe de somme van f 1.400 ter zake van het casseren van 2 distincte obligatien onder de hand verleden, inhoudende gelijke somme van f 1.400. Hij verbindt hieraan zijn woning met 11 morgen 4 hond land in de Kethel-noordpolder, te weten 6 morgen 4 hond waar de woning opstaat. Belend ten N: de abdij van Rijnsburg en ten Z: Cornelis Arijensz. van der Burgh met bruikwaar. Strekkende van de Groeneweg west op tot aan de Slimme Watering. Nog 3 morgen genaamd de Ruijtercamp, belend ten N: Cornelis Arijensz. van der Burgh met bruikwaar en ten Z: de abdij van Rijnsburg. Strekkende van de Harreweg oost op tot aan het land van dezelve abdij. Nog 2 morgen gemeen met de Heilige Geest
NADERE TOEGANG 113 van Kethel in een kamp van 4 morgen, genaamd het Hoflant, belend ten N: Jan Sijmonsz. Waddingh en ten Z: de abdij van Rijnsburg. Strekkende van de Delfweg westwaarts tot in de Slimme Watering. Nr. 27 folio 22v. d.d. 18-04-1674. Arent Sijmonsz. van Dijck wonende in deze ambacht is schuldig aan Jacob Lievensz. Crooneveen wonende te Zoetermeer, de somme van f 500 ter zake van geleend geld. Hij verbindt hieraan 3 morgen land, gemeen in 18 morgen land in de Kethel-noordpolder, waarvan 13 morgen is belend ten N: Pouwels IJsbrantsz. de Vette en ten Z: de Poldervaart en Jan Cornelisz. van den Bergh. Strekkende van de Delfweg tot aan de Groeneweg. De verdere 5 morgen zijn belend ten N: de Heilige Geest van Kethel en ten Z: Cornelis Arijensz. van der Burgh en de weduwe van Joris Leendertsz. Quant. Strekkende van de Delfweg tot aan de Groeneweg. Nr. 28 folio 23v. d.d. eodem die. De schout en schepenen van Kethel hebben op verzoek van de erfgenamen van Vranck Willemsz. van Rijt getaxeerd de navolgende percelen land in Kethel-ambacht: Eerst 4 morgen land in de Westabspolder, laatst in huur gebruikt door Claes Vrancken van Rijt, getaxeerd op f 750 voor iedere morgen. Nog 2 morgen 3 hond land bezijden het voorgaande stuk, gebruikt wordende als voren, getaxeerd op f 770 voor iedere morgen. Nog 1 morgen 3 hond in de Westabspolder aan de noordzijde van de watermolen aldaar, getaxeerd op f 770 voor iedere morgen. Nog 2 morgen land gemeen in een stuk van 8 morgen in de Westabspolder, in huur gebruikt wordende door Claes Vrancken van Rijt, getaxeerd op f 770 voor iedere morgen. Nog 4 morgen land in de Nieuwlandse polder, strekkende van het 's-Gravenlandse toepad met zijn uiterdijk over de Oudendijk, laatst in huur gebruikt door Cornelis Pietersz. Ruijter, getaxeerd op f 800 voor iedere morgen. Nr. 29 folio 24 d.d. 30-04-1674. Eduart Wilson kapitein van een compagnie voetknechten ten dienste dezer lande ter ene zijde en Franchoijs Hodges wonende te Rotterdam, ter andere zijde, verklaren met alkaar gecontracteerd en verdragen te zijn als volgt: De 2° comparant zal ter rekrutering en versterking van de compagnie van de 1° comparant verstrekken, gelijk hij 2° comparant aan de 1° comparant reeds verstrekt en betaald heeft, de somme van f 2.800, waartegen de 1° comparant belooft aan de 2° comparant te betalen, alle maanden van 6 weken, de sornme van f 100 uit zijn traktement. Nr. 30 folio 25v. d.d. 04-06-1674. Theunis Ariensz. van Dijck wonende in de Hargpolder is schuldig aan de heer Johan de Wijs oud burgemeester van Schiedam, de somme van f 200 ter zake van geleende penningen. De voorn. burgemeester de Wijs heeft nog ten zijne laste sprekende een kapitaal van f 600 volgens de rentebrief. Hij verbindt hieraan zijn woning met omtrent 5 morgen land in de Hargpolder. Het land is belend ten N: juffrouw Maria Swijts en ten Z: Dirck Pleunen Jonghste. Strekkende van de Schiedamseweg west op tot in de Hargwatering. Kanttekening: Compareerde Abraham Heckenhoeck als koper en possesseur van de hijpotheek en vertoonde de originele rentebrief welke is afgelost en daarom geroijeerd. Actum 04-11-1675. Nr. 31 folio 26v. d.d. 08-06-1674. Anthonij Eijjon wonende te Gent in Vlaanderen heeft verkocht aan Jacob Jansz. Grift wonende te Rotterdam, een damschuit met zijn zeilage, ankers, touwen, staand en lopend want. Prijs f 1.800, contant geld. Nr. 32 folio 27 d.d. 15-08-1674. Maarten Kouwenhove onze secretaris gestelde curator over de verlaten boedel en goederen van Dirckje Pietersdr. Slooff fugatieve weduwe van Leendert Cornelisz. Oosterlee, heeft na openbare opveiling verkocht aan Claes Cornelisz. Bijl wonende te Schiedam, de woning van de voorn. Dirckje Pietersdr., als huis, bijhuis, schuur, bargen en geboomte. Staande op erfpachtgrond aan de Oudendijk in Kethel-ambacht. Belend ten N: de kinderen van Pieter van Dijck en ten O: de Oudendijk. De jongste brief in dato 28-05-1654. Belast met een erfpacht van f 6 per jaar volgens de erfpachtbrief in dato 2007-1610, welke de koper tot zijn last neemt. Prijs f 350. Nr. 33 folio 27v. d.d. 26-09-1674. Cornelis Pietersz. Pathijn onze inwoner heeft verkocht aan Leendert Ariensz. Oldenbroeck, een gedeelte van een huizing, genaamd het Huijs ter Riviere, met de stal, schuur, barg en plantage ter wederzijden van dien. Strekkende van de middelmuur tot de afscheiding van het voorhuis tot achter zo ver als de verkoper hetzelve gepossideerd en bezeten heeft, alsmede de erfpacht van het tuintje aan de oostzijde van het voorn. huis. Mitsgaders de levende have en bouwgereedschap en de toegift van omtrent 12 morgen land. De koper behoudt aan hem het voorhuis, voorzolder en erf met bestemoers tuin en hoofjestuin. Vrij en niet belast. De koper of zijn nakomelingen zullen na het overlijden van de
NADERE TOEGANG 113 verkoper en zijn huisvrouw, het verdere gedeelte van de voorsz. huizing en erf met de tuinen, (die de verkoper en zijn huisvrouw hun leven lang blijven bezitten), mede in koop zullen moeten aanvaarden voor de somme van f 500, contant geld, of de langstlevende moet genegen zijn om uit het Huijs ter Riviere metterwoon te vertrekken. Prijs van het verkochte f 1.450, waarvan f 450 voor het huis en tuintje en de resterende f 1.000 voor de levende have, bouwgereedschap en beterschap van 12 morgen land. Nr. 34 folio 28v. d.d. 24-10-1674. Claes Abrahamsz. Corpershoeck, Claes Dircxz. Goutappel, Claes Pietersz. van den Tempel en Arijen Jorisz. Maet, zoon en erfgenaam van Joris Jansz. Maet, hebben verkocht aan Jan Willemsz. Vlaerdingerbroeck, een woning als huis, bargen en geboomte met een stukje land waar de woning opstaat, zoals Cornelis Abrahamsz. het aan de verkopers verkocht heeft, met de toegift van 11 morgen bruikwaar. Vrij en niet belast. De koper en zijn nakomelingen moeten uit de schouw houden het einde van de Delfweg met het banwerk, strekkende van de zuidvleugel van de voorsz. heul, noord op tot zo ver als het land van Claes Pietersz. strekt. De koper zal hebben een vrij uit- en overpad van 8 voeten breed over het land van Claes Abrahamsz. Corpershoeck, Claes Dircxz. Goutappel en Claes Pietersz. van den Tempel tot aan de Schieweg, mits dat de koper tot zijn last en kosten neemt en in goede reparatie zal moeten onderhouden de heul of brug aan de Schieweg. lndien Claes Abrahamsz., Claes Dircxz. en Claes Pietersz. hun land willen verkopen, dan moeten zij presentatie doen aan de koper en zijn nakomelingen. Prijs f 500, contant geld en een schuldrentebrief van f 375 kapitaal. Nr. 35 folio 29v. d.d. eodem die. Jan Willemsz. Vlaerdingerbroeck is schuldig aan Claes Abrahamsz. Corpershoeck, Claes Dircxz. Goutappel, Claes Pietersz. van den Tempel en de erfgenamen van Joris Jansz. Maet, de somme van f 375 als restant van de koop van de woning en een stukje land in de Kethel-noordpolder. Hij verbindt hieraan de voorn. woning en het stukje land. Nr. 36 folio 30 d.d. 28-11-1674. Dieuwertje Michiels weduwe van Maerten Claesse van Reewijck wonende te Schiedam heeft verkocht aan Jan Jansz. van de Rotte wonende in Oud-Mathenesse, een tuintje in de 's-Gravenlandse polder met een vrij uitpad door de sloot gelegen tussen de boomgaard of tuin van de koper en de tuin van Pieter Pietersz. Schieveen. Belend ten N: Pieter Jacobsz. bleker, ten O: de koper zelf en ten Z: en W: de kinderen van de dijkgraaf van der Houf. Vrij en niet belast. Prijs f 280, contant geld. Nr. 37 folio 30v. d.d. 29-01-1675. Jacob heer van Wassenaar etc. doet kond dat voor de stadhouder Willem van Persijn en de leenmannen is ecompareerd Cornelis Cornelisz. Marckenburgh wonende in Kethel-ambacht, welke schuldig is aan de weduwe van Jan Amen wonende te Hazerswoude, de somme van f 1.600 kapitaal met enige verlopen renten, volgens de schuldrentebrief daarvan zijnde. Verleden voor schout en schepenen van Kethel op 16-05-1668. De comparant verklaarde ter verzekering van de weduwe van Jan Amen te verbinden 6 morgen uit 8 morgen leenland in Kethel-ambacht, geheten Hollands Lant. Belend de gehele 8 morgen in het jaar 1578 ten O: de Groeneweg, ten W: de Harreweg, ten Z: en N: het convent van Rijnsburg. Tegenwoordig belend de 6 morgen ten O: de Groeneweg, ten W: de Slimme Watering, ten N: het convent van Rijnsburg en ten Z: Cornelis Adriaensz. van der Burgh met bruikwaar. Nr. 38 folio 31v. d.d. 23-02-1675. Theunis Ariensz. van Dijck onze inwoner heeft verkocht aan Abraham Heckenhoeck kapitein alhier, een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met omtrent 5 morgen land aan de hoge brug in de Hargpolder. De woning en werf zijn belend ten N: de weduwe en erfgenamen van Gerrit Dircxz. Jonghste, ten O: en Z: de Poldervaartse kade en ten W: de Schiedamseweg. Het land is belend ten Z: Dirck Pleunen Jonghste en ten N: juffrouw Maria Swijts te Delft. Strekkende van de Schiedamseweg west op tot aan de oude Harg. De 2 jongste brieven in dato, beiden 11-05-1661. Belast met een opstal van 50 st. per jaar toekomende het St. Jacobs Gasthuis te Schiedam met een kapitaal van f 2.000 die Laurens de Ridder koopman te Delft daarop sprekende heeft, nog een kapitaal van f 250 die de koper daarop sprekende heeft, nog een kapitaal van f 800 die Johan de Wijs oud burgemeester te Schiedam mede daarop sprekende heeft en een kapitaal van f 450 die de weduwe van Jan Cornelisz. van der Burgh daarop sprekende heeft. Tezamen f 3.500 die de koper tot zijn last neemt. De verkoper zal de verkochte woning en landen voor 5 jaar huren en tot expiratie van dien aan de onbetaalde huurpenningen zal mogen korten de somme van f 100 eens. Prijs f 183-07-00 en 2 rosenobels tot speldegeld. Nr. 39 folio 33 d.d. 30-03-1675. De schout en schepenen hebben tvv. de secretaris van Schiedam getaxeerd de navolgende goederen, nagelaten door Mr. Cornelis van der Dusse, in leven secretaris van Schiedam. De helft van een bouwhuis in de Nieuwlandse polder op f 400.
NADERE TOEGANG 113 De helft van een boomgaard groot omtrent 1 morgen 4 hond op f 900. De helft van een kooltuin en laan groot omtrent 150 roeden op f 100. De helft van 4 morgen 4 hond 45 roeden land in de Nieuwlandse polder op f 700 voor iedere morgen in het geheel. De helft van 3 morgen 3 hond land in Kortland op f 725 voor iedere morgen in het geheel. Nr. 40 folio 33v. d.d. 10-04-1675. Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck heeft verkocht aan Pouwels Cornelisz. van der Tack een woning als huis, bijhuis, schuur, bargen en geboomte met de grond waar hetzelve opstaat, in het dorp Kethel in de Hargpolder. Belend ten N: de heer Mr. Jacob Muijs de Brauw heer van Kethel en Arien Pietersz. Oosterveen, ten Z: Abraham Heckenhoeck, ten O: het land van de heer van Kethel voorn. en de weduwe van kapitein Ruth Maximiliaensz. van Waert en ten W: ten dele de straat, ten dele zeker huisje en erf van de verkoper en ten dele de Schiedamseweg. De jongste decreetbrief in dato 30-101671. Vrij en niet belast. Prijs f 1.900, contant geld. Nr. 41 folio 34v. d.d. eodem die. Pouwels Cornelisz. van der Tack heeft verkocht aan de heer Mr. Jacob Muijs de Brauw heer van Kethel, een woning als huis, bijhuis, schuur, bargen en geboomte met de grond waar hetzelve opstaat in de Hargpolder. Prijs f 1.500, contant geld waarvan de koper zal mogen korten hetgeen de koper van de verkoper is competerende van landpacht en anders. Nr. 42 folio 35 d.d. 08-05-1675. Franck Jansz. Duijvesteijn gehuwd met Jannetje Vrancken van Rijt, Franck Pietersz. van der Valck en Jan Cornelisz. Sijdeman, alle drie voogden over de onmondige kinderen van Cornelis Arentsz. Sijdeman zaliger, Jacob Cornelisz. Cortendijck gehuwd met Cornelia Cornelisdr. Sijdeman en Maerten Pietersz. molenaar gehuwd met Geertje Cornelisdr. Sijdeman, kinderen en tezamen erfgenamen van de voorn. Cornelis Arentsz. Sijdeman, hebben verkocht aan de heer Adriaen Kruijck oud schepen van Schiedam, drie morgen drie hond land met de voet gestoten, gemeen in een stuk van 7 morgen in de Nieuwlandse polder. Belend ten O: Pieter Lourisz. van Noorde en ten W: de erfgenamen van juffrouw Maria Beijs weduwe van Hugo van Bleijswijck te Schiedam. Vrij en niet belast. Prijs f 2.625, contant geld. Nr. 43 folio 36 d.d. eodem die. Pieter Wijnantsz. Berghman onze inwoner is schuldig aan Grietje Keijsers bejaarde ongehuwde dochter wonende te Schiedam, de somme van f 550 van geleende penningen. Hij verbindt hieraan 10 hond 50 roeden land in de Nieuwlandse polder, belend ten O: de Schiedamseweg, ten Z: Cornelis Wijnantsz. Barghman, ten W: de Poldervaart en ten N: de molenwatering. Kanttekening: Compareerde Pieter Wijnantsz. Berghman en exhibeerde de originele schuldrentebrief van f 550, zijnde afgelost. Actum 20-04-1683. Nr. 44 folio 36v. d.d. eodem die. Juffrouw Anna van Cleeff weduwe Ds. Johannis Soete, in leven dienaar des Goddelijken Woord te Schiedam, heeft verkocht aan Leendert Gerritsz. Meurs onze inwoner, een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte aan de Poldervaart bij de Kethelbrug. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart. Vrij en niet belast. Prijs f 100 contant en een schuldrentebrief van f 300. Nr. 45 folio 37v. d.d. eodem die. Leendert Gerritsz. Meurs onze inwoner is schuldig aan Anna van Cleeff weduwe Ds. Johannis Soete, in leven dienaar des Goddelijken Woord te Schiedam, de somme van f 300. Hij verbindt hieraan de voorn. gekochte woning. Kanttekening: Compareerde Leendert Gerritsz. Meurs en exhibeerde de originele schuldbrief van f 300, zijnde afgelost. Actum 25-07-1678. Nr. 46 folio 38 d.d. eodem die. Claes Abrahamsz. Corpershoeck wonende te Schipluiden heeft verkocht aan Jan Willemsz. Blijenburgh wonende te Delft, een stuk land in de Kethel-noordpolder, verongeld voor 2 morgen 4 hond. Belend ten N: Jan Cornelisz. Groen en Dirck Pietersz. Poot met bruikwaar, ten Z: de abdij van Rijnsburg, ten O: Claes Dircxz. Goutappel en ten W: Jan Willemsz. Vlaerdingherbrouck. De hoop zonder maat met de voet gestoten. Vrij en niet belast. Prijs f 1.076-13-06, contant geld. Nr. 47 folio 39 d.d. eodem die. Abraham Heckenhoeck kapitein alhier heeft verkocht aan Dirck Pleunen Jonghste wonende in deze ambacht, een strookje land tot een laan, groot 85 roeden, zijnde afgedolven van een stuk van omtrent 5 morgen, laatst gekomen van Theunis Arijensz. van Dijck. Gelegen in de Hargpolder, belend ten N: en 0: de verkoper, ten Z: de koper en ten W: de oude Harg. Vrij en niet belast. Prijs f 113-06-12, contant geld. Nr. 48 folio 39v. d.d. 26-06-1675.
NADERE TOEGANG 113 Liedewij Cornelisdr. weduwe van Joris Leendertsz. Quant wonende in deze ambacht is schuldig aan Abraham Heckenhouck kapitein alhier, de somme van f 600 ter zake van geleende penningen. Zij verbindt hieraan 4 morgen 111 roeden land in de Oostabspolder. Belend ten N: Jan Maertensz. Suijtbuijrt met bruikwaar en ten Z: de weduwe van Maerten Pouwelsz. Strekkende van de stadskade of trekpad van Delft tot aan de Oostabspolderse watering. Nr. 49 folio 40v. d.d. 11-08-1675. De schout en schepenen van Kethel hebben op verzoek van de kinderen van de heer Justus van Spangen getaxeerd 3 morgen 3 hond weiland bij het Spieringhoekse bos, in huur gebruikt door Cornelis Wijnantsz. Barghman. Voor de oorlog in 1672 waardig geweest zijnde iedere morgen f 750. Nr. 50 folio 41 d.d. 18-12-1675. Mr. Jacob Muijs de Brauw heer van Kethel heeft verkocht aan Abraham Heckenhouck kapitein alhier, het zuidergedeelte van de werf en boomgaard van de woning, laatst gekomen van Paulus van der Tack. Gelegen in de Hargpolder in dit dorp, belend ten N: dezelve woning als huis, bijhuis, schuur, bargen en geboomte met het noordergedeelte van de werf aan dezelfde woning behorende, door de verkoper verkocht aan Gerrit Cornelisz. Post. Strekkende voor van de straat of weg tot achter aan het land van Robbrecht Gordon te Schiedam. Vrij en niet belast. Prijs f 680, contant geld. Nr. 51 folio 42 d.d. eodem die. Mr. Jacob Muijs de Brauw heer van Kethel heeft verkocht aan Gerrit Cornelisz. Post onze mede broeder in de bediening, een woning als huis, bijhuis, schuur, bargen en geboomte met het noordergedeelte van de werf en boomgaard aan de woning. Belend ten N: voor Arien Pietersz. Oosterveen en achter het land van de verkoper, ten O: hetzelve land, ten Z: het gedeelte van de werf en boomgaard verkocht aan Abraham Heckenhoeck en ten W: ten dele Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck en ten dele de straat. Vrij en niet belast. Prijs f 1.120, betaald met een obligatie. Nr. 52 folio 43 d.d. eodem die. Jan Pietersz. Post wonende aan de Goudse sluis heeft verkocht aan Cornelis Pietersz. Post timmerman alhier in het dorp Kethel zijn broeder, een huizing en erf in het dorp. Belend ten O: het kerkepad, ten W: Cornelis Pietersz. Post den ouden. Strekkende van de straat tot achter aan de sloot of gracht van het kerkhof. De jongste waarbrief in dato 29-10-1659. Belast met een opstal van 1 st. per jaar. Prijs f 500. Nr. 53 folio 43v. d.d. 13-05-1676. Leendert Pietersz. Pathijn smid wonende te Schiedam heeft als huwelijksgoed gegeven aan zijn zoon Huijbrecht Leendertsz. Pathijn, een huizing en erf in het dorp Kethel. Belend ten N: Lijsbeth Abrahamsdr. en ten Z: Claes Cornelisz. Schout. Strekkende voor van de straat tot achter ter halver sloot van het land van de schout de Jonge. Belast met f 200 tbv. de diaconie armen en f 300 tbv. de Heilige Geest van Kethel. Nr. 54 folio 44v. d.d. eodem die. Huijbrecht Pietersz. Pathijn smid wonende alhier als principaal en Leendert Pietersz. Pathijn smid wonende te Schiedam als borg, zijn schuldig aan Cornelis Francke Slobbe en Cornelis Arijensz. van der Burgh als voogden over de kinderen van Claesje IJsbrants, waar vader van is de voorn. Slobbe, de somme van f 300 van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn huizing en erf in het dorp Kethel. Belend ten N: Lijsbeth Abrahamsdr. en ten Z: Claes Cornelisz. Schout. Strekkende van de straat tot de halve sloot van het land van de schout de Jonge. Nr. 55 folio 45 d.d. eodem die. Claes Arijensz. van Rijt, Gerrit Arijensz. van Rijt, Vranck Arijensz. van Rijt, Jan Arijensz. van Rijt, Cornelis Francken Slobbe gehuwd met Geertje Arijensdr. van Rijt, Arijen Hillebrantsz. Ouwervest gehuwd met Maritgen Arijensdr. van Rijt, Leendert Arijensz. van Winden gehuwd met Fijtgen Arijensdr. van Rijt, voor hunzelf en vervangende Joost Arijensz. van Rijt, allen kinderen en erfgenamen van Maertje Claesdr. van Santvliet die weduwe en boedelhoudster was van Arijen Joosten van Rijt. Zij bekennen verkocht te hebben aan Gerrit Keijser wonende te Rotterdam, een partij land van ouds begroot op 12 morgen 85 roeden en bij meting van de gezworen landmeter Nicoles Stampioen te Rotterdam, groot bevonden 12 morgen 8 roeden. Gelegen in de Oostabspolder, belend ten N: Claes Dircxz. Goutappel, ten Z: Job Arijensz. de Goede, Cornelis Pietersz. Ruijter en Bonefaes Cornelisz., ten O: de Delfse Schie en ten W: de Polderweg. De 2 jongste opdrachtbrieven in dato 1405-1603 en 18-03-1609. Niet belast. Prijs f 5.700, contant geld en een obligatie van f 2.700. Nr. 56 folio 46v. d.d. 10-06-1676. Pieter van Cleef oud burgemeester van Schiedam is schuldig aan Dirck van Bleijswijck wonende te Schiedam, de somme van f 2.000 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan 4 morgen 3 hond land in de Hargpolder. Belend ten N: de molensloot en ten Z: Lijsbeth Abrahamsdr. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart.
NADERE TOEGANG 113 Kanttekening: Adriaen Kruick als koper van het land in de rentebrief genoemd, exhibeerde de rentebrief van f 2.000 als zijnde afgelost. Actum 26-02-1683. Nr. 57 folio 47 d.d. eodem die. Maerten Kouwenhove onze secretaris gestelde curator over de insolvente boedel van Cornelis Marckenburg cessionant, bekent na openbare opveiling verkocht te hebben aan Ds. Peterus Borremans dienaar des Goddelijken Woord en Abraham Heckenhoeck kapitein, beiden alhier in Kethel, een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met de werf en boomgaard daar annex aan, mitsgaders nog 9 morgen 5 hond 74 roeden land. Alles in de Kethel-noordpolder, te weten 6 morgen 4 hond 80 roeden leenland, te leen gehouden van het Huis Wassenaar, belend met de voorn. woning ten N: het convent van Rijnsburg en ten Z: Cornelis Arijensz. van der Burgh met bruikwaar. Strekkende van de Groeneweg west op tot in de Slimme watering. Nog 3 morgen 94 roeden land, genaamd de Ruijtercamp, belend ten N: Goris Jansz. de Vette en ten Z: de abdij van Rijnsburg. Strekkende van het land van de abdij van Rijnsburg west op met de halve uiterdijk over de Harreweg. Belast met een opstal van f 0-07-08 per jaar, toekomende de abdij van Rijnsburg. Prijs f 4.857-08-00, contant geld. Verkocht met willig decreet ipv. waarborg. Kanttekening: De opstal in deze akte vermeld is afgelost volgens kwitantie in dato 19-04-1764 en ter secretarie van Kethel geëxhibeerd op 01-05-1764 en derhalve geroijeerd. Nr. 58 folio 48 d.d. 20-06-1676. Maerten Kouwenhove onze secretaris als gestelde curator over de insolvente boedel van Cornelis Cornelisz. Marckenburgh cessionant, heeft na openbare opveiling verkocht aan Cornelis Pietersz. Pathijn en Dirck Pleunen Jonghste heilige geestmeesters, tbv.de Heilige Geest van Kethel de gerechte helft van 3 morgen 5 hond 37 roeden land aan de Delfweg in Kethel-noord, waarin de voorn. Heilige Geest de wederhelft toekomt. Belend ten W: de Slimme Watering, ten N: Jan Sijmonsz. Waddingh, ten O: de Delfweg voorn. en ten Z: de abdij van Rijnsburg en de Heilige Geest voorn. Vrij en niet belast. Prijs f 973-16-00, contant geld. Verkocht met willig decreet ipv. waarborg. Nr. 59 folio 49 d.d. 24-06-1676. Johannis Rolijn wonende te Schiedam heeft verkocht aan Frans Cornelisz. Breederoo mede wonende te Schiedam, een tuin of boomgaard. Gelegen aan een gemene laan in de Nieuwlandse polder, belend ten N: de weduwe van Heijndrick Wijnantsz. Barghman en ten Z: de erfgenamen van Jan Heijndricxz. Backer grootschipper. Strekkende van de gemene laan tot de halve sloot van het land van kapitein Eland du Bois. Vrij en niet belast. Prijs f 800, contant geld. Nr. 60 folio 50 d.d. 08-07-1676. Maerten Couwenhove secretaris van het dorp Kethel gestelde curator over de insolvente boedel van Cornelis Cornelisz. Marckenburgh cessionant, is gecompareerd voor de leenmannen van Wassenaar en laat opdragen aan Abraham Jansz. Heckenhoeck kapitein in Kethel, zo voor hem zelf als voor Ds. Peterus Bormans, dienaar des Goddelijken Woord aldaar, eerst 6 morgen uit 8 morgen land, gelegen in Kethel-ambacht geheten het Hollanderen Landt. Tegenwoordig belend de voorn. 6 morgen, ten O: de Groeneweg, ten W: de Slimme watering, ten N: het convent van Rijnsburg en ten Z: Goris Jansz. de Vette met bruikwaar. Nog 4 hond mede uit de voorn. 8 morgen, eertijds zijnde geweest een vogelkooi. Belend de 4 hond, ten N: het convent van Rijnsburg, ten O: en W: de voorn. Abraham Heckenhoeck en Ds. Petrus Bormans zelf en ten Z: de voorn. Goris Jansz. de Vette. Nr. 61 folio 51 d.d. 11-09-1676. De schout en schepenen van Kethel hebben op verzoek van Johan Veen substituut secretaris van Schiedam getaxeerd 10 hond land in de Westabspolder, in huur gebruikt door Jacob Jansz. Ouwendijck en nagelaten door Maartje Jansdr. die huisvrouw was van Jan Dominicusz. Westerdoel. Getaxeerd op f 400 de morgen. Nr. 62 folio 51v. d.d. 23-09-1676. Ds. Peterus Borremans dienaar des Goddelijken Woord en Abraham Heckenhoeck kapitein, beiden alhier, hebben verkocht aan Jan Cornelisz. Marckenburgh een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met de werf en boomgaard daar annex aan. Staande en gelegen aan de Groeneweg in Kethel-noordpolder, zijnde de boomgaard met de werf en grond waar de woning en plantage opstaat, tezamen groot 402 roeden. Belend ten N: het convent van Rijnsburg, ten Z: de verkopers. Strekkende van de Groeneweg tot aan het land van de verkopers. De jongste brief in dato 10-06-1676. Vrij en niet belast. Prijs f 500 die door Ds. Borremans in contant geld is ontvangen en een schuldrentebrief tbv. Abraham Heckenhoeck, inhoudende f 500. Nr. 63 folio 52v. d.d. eodem die. Jan Cornelisz. Marckenburgh onze inwoner is schuldig aan Abraham Heckenhoeck kapitein alhier, de somme van f 500 ter zake van de koop van zijn helft in een woning, boomgaard en plantage. Belend en gelegen als voren. Kanttekening: Op 28-04-1742 is de schuldrentebrief afgelost en dus geroijeerd.
NADERE TOEGANG 113 Nr. 64 folio 53 d.d. 23-09-1676. Jan Cornelisz. Marckenburgh onze inwoner is schuldig aan Abraham Heckenhoeck kapitein alhier, de somme van f 500 van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning met de grond in de Kethel-noordpolder aan de Groeneweg. Belend ten N: het convent van Rijnsburg en ten Z: Ds. Peterus Borremans en Abraham Heckenhoeck. Strekkende van de Groeneweg tot aan het land van dezelve Borremans en Heckenhoeck. Nr. 65 folio 54 d.d. eodem die. Claes Jansz. Waddingh wonende in Babberspolder is schuldig aan heer Johan de Wijs oud burgemeester van Schiedam, de somme van f 200 van geleende penningen. Hij verbindt hieraan 1 morgen 3 hond land in de Nieuwlandse polder. Belend ten O: de kinderen van Jan Ariensz. Suijckerbosch en de vrouw van Goudriaen en ten W: dezelve vrouw van Goudriaen met de heer Pieter van Cleeff. Strekkende van de Hoge Maasdijk tot aan het land van Heijndrick Coppert. Kanttekening: Claes Jansz. Wadding exhibeerde de originele schuldrentebrief van f 200 kapitaal, welke is afgelost en geroijeerd op 07-05-1680. Nr. 66 folio 55 d.d. 07-10-1676. Jan Jansz. Groen bouwman en Arent Maertensz. van der Keuijt mede bouwman wonende deze ambacht aan de westzijde van de Schie op de nagenoemde woning, elk een vooral principaal, bekennen aan de rentmeester Willem Claesse van Assendelft wonende aan de westzijde van de oude Delft, ontvangen te hebben in specie van zilveren ducatons, de somme van f 1.000. Zij verbinden hieraan eerst speciaal hun comparantens huis, schuur, barg en geboomte met 7 morgen land, zijnde de helft van 14 morgen, waarvan de wederhelft toekomt Arent van Dalen commies van de Raad van Staten wonende in 's-Gravenhage. Hun aangekomen door overlijden van Jan Cornelisz. Groen, vader van de voorn. Jan Jansz. Groen en schoonvader van de voorn. Arent Maertensz. van der Keuijth, gehuwd met Willemtje Jansdr. Groen. Staande en gelegen in deze ambacht, strekkende in het geheel uit de Delfse Schie westwaarts op tot over de Groeneweg met vier voeten in de watering. Belend ten Z: Dirck Simonsz. Groenewegen, Dr. Michiel van Beest en de heer Ramp en ten N: de nagenoemde 8 hond land en Arijen Jorisz. Vrolijck. Nog 8 hond land, aangekomen als voren. Belend ten O:, W: en N: de voorn. Arien Jorisz.en ten Z: de voorsz. woning. Nr. 67 folio 56 d.d. 21-11-1676. Melchior Couwenhove secretaris van de weeskamer van Schiedam met procuratie van Leendert Crijnen knoopmaker te Amsterdam, benevens zijn broeder Coenraad Krijne, kinderen van Crijn Leendertsz., geïnstitueerde erfgenamen van Augustijntje Dircksdr., gewoond hebbende en overleden te Schiedam. De voorn. procuratie verleden voor notaris Pieter Sas te Amsterdam op 03-11-1670. Hij verklaart getransporteerd te hebben aan Maerten Kouwenhove onze secretaris, de gerechte helft in een rentebrief tlv. Jan Fransz. van der Putte, nu zijn weduwe en deszelfs verbonden hijpotheek, in het geheel inhoudende f 300 kapitaal. De rentebrief is verleden op 07-10-1652 voor schepenen van Schiedam. Contant betaald met de somme van f 87-10-00. Nr. 68 folio 57 d.d. 15-12-1676. Liedewij Cornelisdr. weduwe van Joris Leendertsz. Quant is schuldig aan Keuntje Arijensdr. weduwe Theunis Pietersz. wonende in de Kethelpolder, de somme van f 900 ter zake van het casseren van een obligatie onder de hand. Zij verbindt hieraan 4 morgen 111 roeden land in de Oostabspolder. Belend ten N: Jan Maertensz. Suijtbuijrt met bruikwaar en ten Z: de weduwe van Maerten Pouwelsz. Strekkende van de stadskade of trekpad van Delft tot aan de Oostabspolderse watering. Kanttekening: Corstiaen Rodenrijs heeft de rentebrief ter secretarie aangeboden als zijnde afgelost. Actum 20-05-1701. Nr. 69 folio 58 d.d. 03-02-1677. Mr. Coenraet Hanneman advocaat voor het Hof van Holland gehuwd met Susanna de Hilhem, is schuldig aan Adriaen van Vale mr. chirurgijn te 's-Gravenhage, de somme van f 1.000 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan 10 morgen land waarin de heer Johan Ferrers gehuwd met Anna Dudleij Carleton de wederhelft toekomt. Gelegen in de Kethel-noordpolder en in huur gebruikt door Arijen Willemsz. van Rijt. Belend ten Z: de Heilige Geest van Kethel, ten W: Johan Ferrets voorn., ten N: Pieter Jansz. Langelaen en ten O: de Delfweg. Nr. 70 folio 58v. d.d. 24-03-1677. Jonas Weijmans met procuratie van juffrouw Cornelia Jonas weduwe Ds. Henricus Weijmans, in leven dominee te Rotterdam, de procuratie verleden voor notaris Zeger van der Brugge te Rotterdam op 0403-1677, heeft verkocht aan Adriaen van der Dusse oud burgemeester van Schiedam, een tuin en tuinhuis in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: Cornelis Wijnantsz. Berghman, ten O: de avocaat Mr. Theodorus van Bleijswijck, ten Z: de laan van de koper en ten W: de gracht of sloot tussen de verkochte tuin en het land van het Weeshuis van Schiedam. Vrij en niet belast. Prijs f 480, contant geld.
NADERE TOEGANG 113 Nr. 71 folio 59v. d.d. eodem die. Pieter Jansz. Groen zoon en voor ⅓ part erfgenaam van Jan Cornelisz. Groen, geeft te kennen met zijn broeder Jan Jansz. Groen en zijn zwager Arent Maertensz. van der Keuijt gehuwd met Willemtje Jansdr. Groen, geaccordeerd te zijn nopens de erfenis. Jan Jansz. Groen en Arent Maertensz. zullen behouden de gehele boedel welke door de voorn. Jan Cornelisz. Groen is nagelaten, mits uitreikende aan Pieter Jansz. Groen de somme van f 1.000. Pieter Jansz. Groen heeft getransporteerd aan Jan Jansz. Groen en Arent Maertensz. van der Keuijt⅓ part in een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met 7 morgen land, zijnde de helft van 14 morgen waarvan de andere helft toebehoord heer Arent van Dalen commies van de Staten van Holland, wonende te 's-Gravenhage. Strekkende in het geheel uit de Delfse Schie westwaarts op tot over de Groeneweg vier voeten in de watering. Belend ten Z: Dirck Sijmonsz. Groenewegen, dokter Michiel van Beest en de heer Ramp en ten N: de nagenoemde 8 hond land en Arijen Jorisz. Vrolijck. Nog ⅓ part van 8 hond land, gelegen in dezelve ambacht. Belend ten O:, W: en N: de voorn. Arijen Jorisz. en ten Z: de voorn. woning en landen. Vrij en niet belast. Prijs f 1.000, contant geld. Nr. 72 folio 61 d.d. eodem die. Jan Jansz. Groen en Arent Maertensz. van der Keuijt bouwlieden wonende in de Kethel-noordpolder, zijn schuldig aan de weduwe van Gerrit Pietersz. Verbosch wonende te Rotterdam, de somme van f 1.000. Zij verbinden hieraan de voorn. boerderij en de helft van 14 morgen land. Nr. 73 folio 62v. d.d. 21-04-1677. Lijsbeth Abrahamsz. voormaals weduwe van Gerrit Dircksz. Jonghste en tegenwoordig huisvrouw van Heijndrick Arijensz. Ackersdijck, wonende alhier in het dorp Kethel, houdende en administrerende haar eigen goederen, bekent schuldig te zijn aan juffrouw Maeijken Weijmans wonende te Schiedam, de somme van f 3.000, ter zake van geleende penningen. Zij verbindt hieraan haar woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met 10 morgen 2 hond land in de ambacht van Kethel. Te weten 8 morgen 2 hond in de Hargpolder, gemeen in 4 kampen, tezamen groot 19 morgen. Belend ten N: Pieter Kivid te Rotterdam en ten Z: jonkheer Pieter van der Burgh. Strekkende van de Schiedamse weg tot in de Harg. Nog een morgen land gelegen als voren, gemeen in een kamp van 4 morgen land. Belend ten N: de weduwe van Dirck Arijensz. Jongste en ten Z: Johannis Wittert te Leiden. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart. Nog een morgen land gelegen als voren, belend ten N: de heer Pieter van Cleeff te Schiedam en ten Z: de woning van Abram Heckenhoeck. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart. Nr. 74 folio 64 d.d. 30-04-1677. Lijsbeth Abrahams voormaals weduwe van Gerrit Dircksz. Jongste en tegenwoordig huisvrouw van Heijndrick Arijensz. Ackersdijck, wonende alhier in het dorp Kethel, houdende en administrerende haar eigen goederen, bekent schuldig te zijn aan Jacob Jansz. de Jonge onze schout, de somme van f 1.230 ter zake van het casseren van een obligatie van f 1.000, f 30 in geld en nog f 200 die de voorn. schout de Jonghe aangenomen heeft voor haar comparante te betalen aan Dirck Sieren van Cole. Zij verbindt hieraan 2 morgen land in de Kethel-noordpolder, belend ten N: de Delfweg, ten O: Jan Pietersz. van Velde, ten Z: juffrouw Bartha van der Dusse en ten W: de Slimme watering.Tevens nog haar woning. Nr. 75 folio 65 d.d. eodem die. Cornelis Abrahamsz. Corpershoeck heeft verkocht aan kapitein Heckenhoeck, een huis en erf in het dorp Kethel. Belend ten N: Gerrit Cornelisz. Post en ten Z: de koper zelf. Strekkende voor van de straat tot achter aan het huis van de voorn. Post. Vrij en niet belast. Extra conditie is dat de verkoper het huis en een gedeelte van het erf, zoals het tegenwoordig afgeheind is, in huur zal blijven gebruiken voor de tijd van 7 jaar, voor de somme van f 40 per jaar. Prijs f 400, contant geld. Nr. 76 folio 66 d.d. 28-06-1677. (Extract). Pieter van Cleeff heeft verkocht aan Abraham Graswinckel 8 hond weiland buiten de Vlaardinger Poort voor de somme van f 700. Compareerde de heer Pieter van Cleeff raad en oud burgemeester van Schiedam en vertoonde de navolgende leenbrief. Compareerde voor de leenmannen van Hodenpijl, de heer Pieter van Cleef die heeft opgedragen 8½ hond land in het ambacht van Kethel in Nieuwland bij Spieringshoek. Belend ten N: de heer van Goudriaen, ten Z: Bouwen Cornelisz. molenaar, ten Z: de zeedijk en ten W: Jan Arijensz. Suijckerbosch met bruikwaar. Abraham van Cleeff als voogd van de voorn. Pieter van Cleeff, meerderjarig geworden op 25-11-1645, heeft de eed vernieuwd ten behoeve van Abraham Graswinckel. Nr. 77 folio 67v. d.d. 18-05-1677. Heijndrick Arijensz. Ackersdijck gehuwd met Lijsbeth Abrahamsdr. voormaals gehuwd gehad hebbende Gerrit Dircxz. Jonghste, geeft te kennen dat dezelve Lijsbeth Abrahamsdr. bij huwelijkse voorwaarde is behoudende haar eigen goederen en op 21-04-1677 voor schout en schepenen alhier
NADERE TOEGANG 113 tbv. juffrouw Maeijcken Weijmans verleden had een schuldrentebrief van f 3.000 kapitaal. Zij had daaraan verbonden een woning met 10 morgen 2 hond land in de Hargpolder. Heijndrick Arijensz. verklaart alsnog hieraan te verbinden de voorn. woning en 10 morgen 2 hond land. Nr. 78 folio 68v. d.d. eodem die. Heijndrick Arijensz. Ackersdijck gehuwd met Lijsbeth Abrahamsdr. voormaals gehuwd gehad hebbende Gerrit Dircxz. Jonghste, geeft te kennen dat Lijsbeth Abrahams op huwelijkse voorwaarde behouden heeft haar eigen goederen en op 30-04-1677 verleden had tbv. Jacob Jansz. de Jonge onze schout, een schuldrentebrief van f 1.230, waarvoor Lijsbeth Abrahams had verbonden haar woning met 12 morgen 2 hond land in deze ambacht. Hij verklaart daarin toe te stemmen. Nr. 79 folio 69 d.d. 23-05-1677. Lijsbeth Abrahamsdr. te voren weduwe van Gerrit Dircxz. Jongste en tegenwoordig gehuwd met Heijndrick Arijensz. Ackersdijck, wonende in het dorp Kethel, geassisteerd door haar voorn. man Heijndrick Arijensz. die mede compareerde, bekent schuldig te zijn aan juffrouw Debora de Back weduwe van Arnold Hoffland, in leven rentmeester van het Weeshuis van Rotterdam, de somme van f 1.100 ter zake van geleende penningen. Zij verbindt hieraan 2 morgen land in de Kethel-noordpolder, belend ten N: de Delfweg, ten O: Jan Pietersz. van Velden, ten Z: juffrouw Bartha van der Dusse en ten W: de Slimme watering. Nog haar woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met 10 morgen 2 hond land in de Hargpolder. Te weten 8 morgen 2 hond gemeen in 4 kampen, tezamen groot 19 morgen, belend ten N: Pieter Kivit te Rotterdam, ten Z: jonkheer Pieter van der Burgh. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de oude Harg. Nog een morgen gemeen in een kamp van 4 morgen, belend ten N: de weduwe van Dirck Arijensz. Jongste en ten Z: Johannis Wittert te Leiden. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart. En nog een morgen, belend ten N: Pieter van Cleeff te Schiedam en ten Z: de woning van Abraham Heckenhoeck. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart. Haar comparant bij scheiding op 09-04-1670 voor notaris Maerten Kouwenhove verleden en tegen de erfgenamen van haar voorn. overleden man Gerrit Dircxz. Jongste te beur gevallen. Voorts verklaarde de voorn. Heijndrick Arijensz. zich borg te stellen. Nr. 80 folio 71 d.d. 18-06-1677. Lijsbeth Abrahamsdr. te voren weduwe van Gerrit Dircxz. Jonghste en nu gehuwd met Heijndrick Arijensz. Ackersdijck, wonende in het dorp Kethel, geassisteerd met haar voorn. man Heijndrick Arijensz., is schuldig aan Arijen Cornelisz. Slooff, de somme van f 600 volgens obligatie. Zij verbindt hieraan haar huizing en erf in het dorp Kethel. Belend ten O: Hubrecht Leendertsz. Pathijn smid en ten W: Arijen Dircxz. wielmaker. Strekkende voor van de straat tot achter aan de sloot van de schout Jacob Jansz. de Jonge. Nog 2 morgen in de Kethel-noordpolder, belend ten N: de Delfweg,ten O: Jan Pietersz. van Velde, ten Z: juffrouw Bartha van der Dusse en ten W: de Slimme watering. Nog haar woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met 10 morgen land in de Hargpolder, te weten 8 morgen 2 hond gemeen in 4 kampen, tezamen groot 19 morgen. Belend ten N: Pieter Kivit te Rotterdam, ten Z: jonkheer Pieter van der Burgh. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de oude Harg. Nog een morgen gemeen in een kamp van 4 morgen, belend ten N: de weduwe van Dirck Arijensz. Jongste en ten Z: Johannis Wittert tot Leiden. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart. Nog een morgen belend ten N: Pieter van Cleef te Schiedam en ten Z: de woning van Abraham Heckenhouck. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart. Nr. 81 folio 72v. d.d. 28-07-1677. Jan Willemsz. Vlaerdingerbroeck onze mede broeder in de bediening is schuldig aan de weduwe van Job Claesse Verboon wonende in 's-Gravenhage, de somme van f 600 ter zake van het casseren van een notariele obligatie die Jan Willemsz. voor een notaris te Delft had verleden. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, schuur, barg en geboomte met 1 morgen land waarop de woning staat. Gelegen in de Kethel-noordpolder, belend ten Z: de abdij van Rijnsburg, ten N: de weduwe van Salomon van den Tempel. Strekkende van de Groeneweg tot aan het land van Jacob Willemsz. Blijenburch. Kanttekening: Op 08-08-1703 compareerde Jan Oom Jacobsz. de Jonge als last hebbende van Jan Willemsz. Vlaerdingerbroeck, welke exhibeerde de originele schuldbrief als zijnde afgelost. Nr. 82 folio 73v. d.d. 11-08-1677. De heer Gerbrant Wijckerhelt oud burgemeester en Harmanus van Wielick, beiden raden en vroedschappen van Schiedam, regenten van het Weeshuis van Schiedam, bekennen verkocht te hebben in die kwaliteit aan Cornelis Cornelisz. Schieveen, 3 hond 20 roeden land, gemeen in een stuk van 2 morgen 4 hond in de 's-Gravenlandse polder. Belend ten N: het Fraterhuis te Delft en ten Z: de erfgenamen van de heer Wilhem van der Houff, in leven dijkgraaf van Delfland. Strekkende van het sGravenlandse toepad tot aan de blekerijen. Vrij en niet belast. Prijs f 275, contant geld. Nr. 83 folio 74v. d.d. eodem die. Haesje Sieren weduwe van Maerten Pouwelsz. Berckel bekent overgedragen te hebben aan Bartholomees Jacobsz. gehuwd gehad hebbende haar comparants dochter Ariaentje Maertens, ter
NADERE TOEGANG 113 betaling van deszelfs vaderlijk goed en erfenis, een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte in de Oostabspolder. Belend ten N: Mr. Willem Nieupoort en ten Z: Jan Maertensz.Suijtbuijrt. Strekkende van de Polderweg tot aan het land van de heer Gerrit Visch tot Schiedam. Vrij en niet belast. Prijs f 500 welke zij afstaat in mindering van het vaderlijk goed van haar dochter Ariaentje Maertens. Nr. 84 folio 75 d.d. eodem die. Bartholomees Jacobsz. wonende in de Kethelpolder bekent schuldig te zijn aan Adriaen Dominicusz. grootschipper wonende Schiedam, de somme van f 350 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met de grond waarop hetzelve staat in de Oostabspolder. Belend ten N: Mr. Wilhem Nieupoort en ten Z: Jan Maertensz. Suijtbuijrt. Strekkende van de Polderweg tot aan het land van de heer Gerrit Visch te Schiedam. Nr. 85 folio 76 d.d. 22-09-1677. Jacob du Fault deurwaarder van de Gemene Landsmiddelen heeft verkocht aan Abraham Heckenhouck kapitein alhier, een huizing en erf in het dorp Kethel, toebehoord hebbende aan Cornelis Pietersz. Post geëxecuteerde. Belend ten O: ‘s-herenstraat, ten Z: Cornelis Pietersz. Post den ouden, ten W: de kerkgracht en ten N: het gemene kerkpad. Vrij en niet belast. Prijs f 700 welke op heden door de secretaris alhier zijn geconsigneerd. Nr. 86 folio 77 d.d. 13-10-1677. Jan Cornelisz. van den Bergh exhibeerde een leenbrief, luidende als volgt: Compareerde voor het huis van Wassenaar, Claes Francken van Rijt en Paulus Isbrantsz. de Vette voogden over de kinderen van zaliger Maartje Jansdr., eertijds huisvrouw van Willem Vrancken van Rijt, welke hebben opgedragen aan Jan Cornelisz. van den Bergh, een woning en 6 morgen land in de ambacht van Kethel. Belend ten Z: en N: juffrouw Bartha van der Dusse, ten W: de Slimme watering en ten O: de Poldervaart. Prijs f 4.285. Jan Willemsz. van Rijt is er het laatst mee verlijd geweest. Nr. 87 folio 78v. d.d. 31-01-1678. Coenraet Krijnen wonende te Amsterdam benevens zijn broeder Leendert Crijnen kinderen van Crijn Leendertsz., geïnstitueerde erfgenamen van Augustijntje Dircxdr., gewoond hebbende en overleden te Schiedam, heeft in die kwaliteit getransporteerd aan Maerten Kouwenhove onze secretaris, de helft van een rentebrief tlv. Jan Fransz. van Putte, nu zijn weduwe en dezelfs verbonden hijpotheek. ln het geheel inhoudende f 300 kapitaal. Leendert Crijnen komt de wederhelft toe. De rentebrief is verleden voor schepenen van Schiedam op 07-10-1652. Prijs f 87-10-00, contant geld. Nr. 88 folio 79 d.d. 30-03-1678. Claes Cornelisz. Bijl wonende te Schiedam heeft verkocht aan Arijen Arijensz. Jongste een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte aan de oudendijk in Kethel. Belend ten N: de kinderen van Pieter van Dijck, ten O: de Oudendijk. De jongste opdrachtbrief in dato 15-08-1674. Belast met een erfpacht van f 6 per jaar volgens de erfpachtbrief in dato 25-07-1610. Prijs f 475, contant geld en een rentebrief van f 300. Nr. 89 folio 80 d.d. eodem die. Arijen Arijensz. Jongste bekent schuldig te zijn aan Claes Cornelisz. Bijl wonende te Schiedam, de somme van f 300. Hij verbindt hieraan een woning als huis, bijhuis, barg en geboomte aan de Oudendijk. Nr. 90 folio 80v. d.d. 20-05-1678. De heer Gerard van Groenenbergh rentmeester in 's-Gravenhage met procuratie van jonkheer Philibert de Clercque heer van Bonijngen en vrouwe Joanna Maria van der Burgh, dochter en mede erfgenaam van Aeunault, in leven heer van Oudaen, de procuratie verleden voor notaris Baptiste du Clesnet te Gent in Vlaanderen op 03-11-1677, heeft na openbare opveiling verkocht aan Cornelis Cornelisz. Schieveen, 1/5 part in 8 hond land in de 's-Gravenlandse polder in Kethel. Belend in het geheel ten O: Sijmon Jansz. van Velde en Pieter Jacobsz. Verbeeck, ten Z: de kinderen en erfgenamen van de heer Wilhem van der Houff, in leven dijkgraaf van Delfland, ten W: het 'sGravenlandse toepad en ten N: het Fraterhuis te Delft. Vrij en niet belast. Prijs f 120, contant geld en een stuiver tot rantsoen van iedere gulden. Nr. 91 folio 81v. d.d. 25-07-1678. Dirck Cornelisz. Bijl onze ambacht bewaarder geeft te kennen dat hij als koper en possesseur van een woning die gekomen is van Dammis Jansz. waard, tot zijn laste had genomen een rentebrief, inhoudende f 250, welke door de erfgenamen van Jan Dircxz. van Keulen en door versterf van Frans Centen wonende tot Rotterdam, tot zijn last sprekende heeft. De rentebrief is volgens Frans Centen, die mede compareerde vermist of verloren. Zij zijn geaccordeerd betreffende de aflossing. Hij verbindt hieraan de voorsz. woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte in het dorp Kethel. Belend ten N: Maertje Claesdr. en de weduwe van Jan Cornelisz. Speck, ten W: 's-herenweg, ten Z: Dirck Jansz. Schipper en de Kerklaansloot en ten O: het land van de comparant Dirck Cornelisz. en Jan Sijmonsz.
NADERE TOEGANG 113 Kanttekening: De originele brief hierboven vermeld, is op 30-05-1714 geëxhibeerd. Nr. 92 folio 83 d.d. eodem die. Frans Centen wonende te Rotterdam heeft getransporteerd aan Pieter Dircxz. Drooghart mede wonende te Rotterdam, een rentebrief van f 250 tlv. Dirck Cornelisz. Bijl. Nr. 93 folio 83v. d.d. 28-06-1677. Jacob baanderheer van Wassenaar heeft verleend een leenbrief aan jonkvrouw Florentina van Mathenesse, oud omtrent 14 jaar, haar aangekomen door overlijden van haar broeder jonkheer Willem van Mathenesse, in leven heer van Rasquart, zoon van heer Willem van Mathenesse heer van Rasquart, verwekt bij vrouwe Margrata Valckenaer, die het aangekomen was door overlijden van de hoog edele heer Gijsbert van Mathenesse en Assewijn, in leven heer van Mathenesse, Riviere, Opmeer, Souteveen, Sterckenburgh en Braeckel. ln het leenregister is opgetekend de navolgende percelen landen die haar voorzaten van het Huis van Wassenaar in erfleen gehouden hebben, te weten in het ambacht van Kethel 12 morgen land, in de Schiepolder op de Broek 4½ morgen en in Spaland 11 morgen en 7 morgen land. Nr. 94 folio 85 d.d. 20-01-1679. Lijsbeth Abrahamsdr. te voren weduwe van Gerrit Dircxz. Jongste en tegenwoordig gehuwd met Heijndrick Arijensz. Ackersdijck wonende op de Harg, geassisteerd met haar voorn. man en voogd, heeft haar man geauthoriseerd en geconstitueerd. Zij bekent schuldig te zijn aan Arijen Jansz. Coppert en Arijen Arijensz. Jongste kerkmeesters van Kethel, de somme van f 130 ter zake van het casseren van de helft van een obligatie tlv. Dammis Pietersz. Slooff als principaal en de voorn. Gerrit Jongste als borg, inhoudende haar gerechte helft, de somme van f 130. Zij verbindt daaraan haar persoon en al haar goederen. Heijndrick Arijensz. stelt zich borg voor zijn vrouw. Nr. 95 folio 86 d.d. 03-05-1679. Dokter Adriaen van der Dusse oud burgemeester van Schiedam, tegenwoordig gecommitteerde raad ter Admiraliteit te Rotterdam en hoogheemraad van Schieland, heeft verkocht aan dokter Adam van der Heijm regerend burgemeester van Schiedam, een tuin en tuinhuis in de Nieuwlandse polder te Kethel. Belend ten N: Cornelis Wijnantsz. Berghman, ten O: de heer advocaat Mr. Theodorus van Bleijswijck, ten Z: de laan van de verkoper en ten W: de gracht of sloot tussen de voorn. tuin en het land toebehorende het Weeshuis van Schiedam. Vrij en niet belast. Prijs f 625, contant geld. Nr. 96 folio 86v. d.d. eodem die. Lijsbeth Abrahamsdr. te voren weduwe van Gerrit Dircxz. Jongste en tegenwoordig gehuwd met Heijndrick Arijensz. Ackersdijck wonende op de Harg, geassisteerd door haar voorn. man en voogd, heeft haar man geauthoriseerd en geconstitueerd en bekent verkocht te hebben aan Claes Pietersz. van den Tempel, een huis en erf in het dorp Kethel. Belend ten O: Huijbrecht Leendertsz. Pathijn en ten W: Arijen Dircxz. wagenmaker. Strekkende voor van de straat tot achter ter halver sloot van het land van de schout Jacob Jansz. de Jonge. De jongste opdrachtbrief in dato 20-5-1671. Vrij en niet belast. Prijs f 1.000, contant geld. Nr. 97 folio 87v. d.d. 14-06-1679. Huijbrecht Gerritsz. Keijser benevens Arijen Jacobsz. Slooff gestelde curators van het testament van Bonefaes Cornelisz., gewoond hebbende en overleden in de Kethelpolder, volgens het testament verleden voor notaris Jacob Bollaert te Schiedam op 07-03-1675, verklaren verkocht te hebben aan de voorn. Arijen Jacobsz. Slooff, een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met 2 morgen 3 hond land waarop de woning staat, gelegen in de Oostabspolder te Kethel. Belend ten N: het nagelaten weeskind van Gerrit Keijser en ten Z: Cornelis Pietersz. Ruijter. Strekkende uit de Polderwatering oost op tot aan het land van het voorsz. weeskind van Gerrit Keijser. Vrij en niet belast. Prijs f 2.200, contant geld. Nr. 98 folio 88v. d.d. 15-05-1679. Adriaen van Valen meester chirurgijn in 's-Gravenhage had op 19-12-1678 voor het Hof van Holland geobtineerd een akte van default, inhoudende de somme van f 1.800 met de intrest van dien sedert de datum van de schuldbrieven, sprekende tlv. meester Coenraet Hanneman advocaat voor het Hof van Holland, gekomen van een verkochte partij land van 5 morgen zijnde de helft van 10 morgen. Cornelis van den Hoeck gezworene exploiteur van het Hof van Holland heeft uit krachte van een executie tvv. Adriaen van Vaelen, impetrant van het decreet, verkocht aan de meest biedende, een partij land van 5 morgen, zijnde de helft van 10 morgen, waarvan de wederhelft toekomt Johan Ferres gehuwd met Anna Oudleij Carleton, gemeen gelegen in de Noord Kethelpolder. Belend ten Z: de Heilige Geest van Kethel, ten W: de voorn. heer Ferres, ten N: Pieter Jansz. Langelaen en ten O: de Delfweg. Bruiker is Arijen Willemsz. van Rijt. De secretaris Brauw heer van Kethel heeft geboden f 1.300. Koper is geworden Arijen Willemsz. van Rijt die geboden heeft f 1.750. Nr. 99 folio 92 d.d. 29-07-1679.
NADERE TOEGANG 113 De heer Pieter van Cleeff oud burgemeester van Schiedam voor de ene helft mitsgaders dezelve heer Pieter van Cleeff en de heer Mr. Abraham van Cleeff baljuw en schout en Maarten Kouwenhove secretaris van de Weeskamer van Schiedam, tezamen gestelde executeurs van het testament van juffrouw Anna van Cleeff weduwe Ds. Johannis Soete, in leven predikant te Schiedam en gestelde voogden over de nagelaten weeskinderen van de heer Anthonij Oosterbaen en juffrouw Jacomijna van Cleeff, beiden zaliger, voor de andere helft, geïnstitueerde erfgenamen van de voorn. juffrouw Anna van Cleeff, hebben na opveiling verkocht aan heer Cornelis Niese, raad en vroedschap te Schiedam, 4 percelen land in Kethel, te weten: 3 hond 59 roeden in de Lage Houck in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: de woning van Leendert Gerritsz. Meurs en ten Z: de weduwe van Pouwels Arijensz. van Aerde. Strekkende van de Schiedamse weg tot in de Poldervaart. Nog 4 morgen 1 hond 70 roeden land in de Westabspolder, belend ten N: Dirck Pleune Jongste met bruikwaar en ten Z: het Weeshuis van Delft. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Slimme watering. Nog 1 morgen 5 hond land, gelegen als voren, belend ten N: Arijen Jacobsz. Jongste met bruikwaar en ten Z: de heer Gerard Visch te Schiedam. Strekkende uit de Slimme watering tot aan de uiterdijk van de landen in de Nieuwlandse polder. Eindelijk nog 1 morgen 2 hond kloosterland, gelegen als voren, belend ten N: de kinderen van de heer Abraham van Cleeff zaliger, in leven hoogheemraad van Schieland, ten O: en Z: de erfgenamen van heer Andries Ramp en ten W: de Slimme watering. De vier percelen zijn na meting van de landmeter Jacob van Gesel tezamen groot bevonden 7 morgen 5 hond 62 roeden. Prijs f 503 de morgen, bedragende de somme van f 3.992 en 3 stuivers, waarvan f 1.992 en 3 stuivers contant geld en een schultbrief van f 2.000. Nr. 100 folio 93 d.d. eodem die. De heer Cornelis Niesen raad en vroedschap van Schiedam bekent schuldig te zijn aan de erfgenamen van juffrouw Anna van Cleeff, de somme van f 2.000 ter zake van de voorgaande koop. Nr. 101 folio 94 d.d. 11-10-1679. Maria Jorisdr. Proot ongehuwde dochter wonende te Delft met procuratie van Pieter Proot molenaar aldaar gehuwd met Maritgen Arijensdr. Bleijswijck die een nagelaten dochter is van zaliger Jannetge Cornelisdr. die weer een dochter was van zaliger Cornelis Claesz. Abswoude, mitsgaders de voorn. Maritge Arijensdr. Bleijswijck, ieder als principaal. De procuratie verleden voor notaris Gerard van Assendelft te Delft op 10-10-1679. Zij zijn schuldig aan juffrouw Maria Spiering weduwe van de heer Cornelis Spieringh, de somme van f 1.000 ter zake van geleende penningen. De comparante verbindt hieraan 3 morgen land in de Kethel-noordpolder, belend ten N: de erfgenamen van Cornelis Claesz. Abswoude, ten Z: de weduwe van Salomon van der Tempel. Strekkende van de Groeneweg oostwaarts op tot aan het land van de erfgenamen van Pieter Willemsz. van Vliet. Voorts de goederen van de voorn. Pieter Proot en Maritgen Arijensdr. Nr. 102 folio 95 d.d. 15-11-1679. Claes Pietersz. van den Tempel onze broeder in de bediening met procuratie van de heer Mr. Cornelis Nierop advocaat voor het Hof van Holland voor zichzelf en vervangende zijn broeder Willem Nierop luitenant kolonel van het regiment infanterie ten dienste van dit land, alsmede vervangende de gezamelijke kinderen en erfgenamen van zijn overleden zuster Cornelia Nierop, in leven huisvrouw van Adriaen Schas heer van Santhorst, allen kinderen en erfgenamen van de heer Mr. Aelbrecht Nierop in leven raad voor het Hof van Holland. De procuratie verleden voor notaris Cornelis van Hoorn te 's-Gravenhage op 27-06-1679. Hij heeft overgedragen aan de heer Mr. Willem Fabritius raad en oud schepen van Haarlem, 284 roeden land in de Kethel-noordpolder onder de woning met omtrent 10 morgen land, wat door de schout en schepenen van Vrijenban is opgedragen op 14-12-1678. Niet belast. Prijs is begrepen in de overdracht van de voorsz. 10 morgen. Nr. 103 folio 96 d.d. 27-03-1680. Johannis Welsing gehuwd met Catharina Engelgraeff, Abraham Engelgraeff, Heijndrick Kempenaer als testamentaire voogd over Robbertus Engelgraeff, allen wonende te Amsterdam, hebben verkocht na openbare opveiling aan kapitein Abraham Heckenhouck, 4 morgen 3 hond 6 roeden weiland in de Hargpolder. Belend ten Z: de koper zelf en ten N: Arijen Jansz. de Jonge. Strekkende van de Kethelweg tot aan de oude Harg. De jongste opdrachtbrief in dato 12-03-1667 toen tijdens de kaveling het voorn. land de verkopers te beur is gevallen. Niet belast dan met buurlasten e.d. De verkopers beloven het land te vrijen en waren zoals hetzelve gedurende de possessie van Maria Swijts niet belast of bezwaard is geweest. Prijs f 3.608 boven een stuiver van de gulden tot rantsoen, contant geld. Nr. 104 folio 97 d.d. 08-05-1680. Berbera Reijers voormaals gehuwd geweest met Heijndrick Harmensz. Overgaeg en laatst weduwe van Aelbrecht Berckman, wonende te Schiedam, heeft verkocht aan Frans Cornelisz. Breederode mede wonende aldaar, een tuin of boomgaardje in de Nieuwlandse polder. Belend ten O: de koper
NADERE TOEGANG 113 zelf en ten W: de kinderen van Maerten Jansz. Niese. Strekkende voor van de gemene gang tot achter aan het land van juffrouw Maria Beijs. Vrij en niet belast. Prijs f 175, contant geld. Nr. 105 folio 97v. d.d. eodem die. Jan Sijmonsz. Waddingh wonende aan de Groeneweg in Kethel bekent schuldig te zijn aan Steven Joachimsz. wonende te Rotterdam, de somme van f 2.000 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning met 21 morgen land in de Kethel-noordpolder op de hoek van de Groeneweg. De woning en landen met enige bruikwaar landen zijn in het geheel belend ten ZO: de Heilige Geest van Kethel, ten NW: Cornelis Arijensz. van der Burgh met bruikwaar. Strekkende met 5 strekweren benevens de anderen van de Groeneweg en Kethelweg tot in de Slimme watering. Nr. 106 folio 98v. d.d. eodem die. Claes Jansz. Waddingh heeft verkocht aan Claes Cornelisz. Bijl wonende in het Proveniershuis te Schiedam, 1 morgen 3 hond weiland in de Nieuwlandse polder met de uiterdijk daartoe behorende. Belend ten O: Jan Arijensz. Rodenrijs en ten W: de weduwe van Joris Ouwater. Strekkende van de hoge dijk tot aan Heijndrick Cornelisz. Coppert. De jongste opdrachtbrief in dato 21-05-1659. Vrij en niet belast. Prijs f 1.200, contant geld. Nr. 107 folio 99 d.d. eodem die. Jan Pouwelsz. van Naerden, Arijen Cornelisz. van der Speck gehuwd met Berbera Pouwels van Naerden, Wilhem van der Horst met procuratie van Arijen Pouwelsz. van Naerden en Philips Cornelisz. Boutesteijn gehuwd met Maritge Pouwels van Naerden, voor hunzelf en de voorn. Arijen Pouwelsz. van Naerden benevens Gerrit Sijmonsz. van Schie als voogden over de kinderen van Cornelis Pouwelsz. van Naerden, tezamen erfgenamen van Neeltje Jansdr. van Adrichem, in leven weduwe van Pouwels Arentsz. van Naerden, moeder en schoonmoeder respectivelijk van de verkopers. De procuratie verleden voor notaris Abraham van den Velde te Delft op de lopende maand mei 1680. Zij bekennen overgedragen te hebben aan de heer Adriaen Kruijck schepen van Schiedam, 4 kampen land verongeld gelegen voor 7 morgen bezijden de anderen in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: de heer Cornelis Niese raad en vroedschap van Schiedam en ten Z: het Weeshuis van Schiedam. Strekkende van de Schiedamse weg tot in de Poldervaart. Vrij en niet belast. Prijs f 3.500, contant geld. Nr. 108 d.d. 100v. d.d. 08-05-1680. De schout en schepenen van Kethel hebben getaxeerd de navolgende percelen van landen, door zaliger Trijntgen Huijbrechtsdr. aan haar schoonmoeder Neeltje Harmensdr. gelegateerd. 1°. De gerechte helft van 3 morgen land in de Kethel-noordpolder, in huur gebruikt door de voorn. Neeltje Harmensdr., iedere morgen op f 350. 2°. De gerechte helft in gelijke 3 morgen land, gelegen en gebruikt als voren, iedere morgen op f 350. Nr. 109 folio 101 d.d. 10-05-l680. Cornelis Pietersz. Ruijter wonende deze ambacht is schuldig aan Bruijn Claesz. van der Klauw wonende Hof van Delft op Delfgauw, de somme van f 1.500 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning schuur, barg en geboomte met 8 morgen 4 hond 60 roeden land. Belend ten O: de Middelwatering, ten Z: de Heilige Geest van Kethel, ten W: de erfgenamen van Jacob Arijensz. Jongste en de Poldervaart en ten N: Arij Jacobsz. Slooff. Nr. 110 folio 101v. d.d. 24-05-l680. Maerten Jansz. Speck, Maertje Jansdr. meerderjarige dochter, Dammis Jansz. Speck, Arijen Jansz. Coppert gehuwd met Annetje Jansdr., Cornelis Cornelisz. van Campen gehuwd met Jannetje Jansdr., voor hunzelf en vervangende Mees Maertensz. Croon gehuwd met Neeltje Jansdr., allen kinderen en erfgenamen van Jannetje Maertensdr. weduwe Jan Cornelisz. Speck. Zij hebben verkocht aan Cornelis Jansz. Speck, zoon en mede erfgenaam van de voorn. Jannetje Maertensdr. 6/7 parten in een huizing en erf genaamd de Vergulde Valck. Staande en gelegen aan de Cruijsstraat in het dorp Kethel. Belend ten Z: en W: de weduwe van Leendert Jansz. Decker, ten N: en 0: ‘s-herenstraat. De jongste opdrachtbrief in dato 07-12-1650. Belast met een opstal van 6 st. per jaar, verder niet belast. Nog 6/7 parten in een ledig erf met een schuurtje daarop staande. De koper bezit zelf het resterende 1/7 part. Belend ten Z: Leendert Pietersz. van Velde en ten N: Willem Maertensz. van der Keuijt. Strekkende van de straat tot achter ter halver sloot van het land van Jacob Jansz. de Jonge. De jongste opdrachtbrief in dato 15-05-1657. Prijs f 1.600, contant geld. Nr. 111 folio 103 d.d. 29-05-1680. Claes Cornelisz. Schout onze broeder in de bediening geeft te kennen dat hij aan ene Cornelis Jaspersz. van der Hargh verkocht had op 19-12-1679 voor schout en schepenen van Schiebroek, 2 morgen land onder Schiebroek, met belofte dat hij voor waring zou verbinden zijn huizing en erf in het dorp Kethel. Belend ten N: Huijbrecht Leendertsz. Patijn en ten Z: ‘s-herenstraat en de Vlaardingerweg. Strekkende van de straat tot achter aan de looituin van Maerten Gerritsz. Meugh. Nr. 112 folio 103v. d.d. eodem die.
NADERE TOEGANG 113 Annetgen Huijbrechtsdr. Keijser dochter van zaliger Huijbrecht Gerritsz. Keijser voor de ene helft en nog als geïnstitueerde erfgename van haar broeder Pieter Kouwenhove anders Keijser, voor de andere helft tezamen geïnstitueerde erfgenamen van de voorn. Huijbrecht Keijser. Zij bekent na openbare opveiling verkocht te hebben aan Arijen Cornelisz. Segwaert, 1 morgen 4 hond 50 roeden land in de Lagenhouck in de Nieuwlandse polder, laatst in huur gebruikt door Arijen Jacobsz. Slooff. Belend ten N: Arijen Arijensz. Jonghste en ten Z: de weduwe van Claes Arijensz. Heijmont. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart. Vrij en niet belast. Prijs f 1.006-05-00 met een stuiver van iedere gulden tot rantsoen, contant geld. Nr. 113 folio 104 d.d. eodem die. Annetje Huijbrechtsdr. Keijser dochter van zaliger Huijbrecht Gerritsz. Keijser, gewoond hebbende en overleden te Schiedam, voor de ene helft en nog als geïnstitueerde erfgename van haar broeder Pieter Kouwenhove anders Keijser, voor de andere helft, tezamen geïnstitueerde erfgenamen van de voorn. Huijbrecht Keijser, bekent na openbare opveiling verkocht te hebben aan de heren Dr. Adam van der Heijm regerend burgemeester en Pieter van der Plaets schepen van Schiedam, 3 morgen 3 hond 44 roeden land in de Hargpolder. Belend ten N: de weduwe van Robbrecht Gordon te Schiedam en ten Z: Abraham Heckenhouck. Strekkende van de Schiedamseweg tot aan de Poldervaartse kade. Laatst in huur gebruikt door Cornelis Jansz. Speck. Vrij en niet belast. Prijs f 2.501, contant geld. Nr. 114 folio 105 d.d. eodem die. Annetje Huijbrechtsdr. Keijser dochter van zaliger Huijbrecht Gerritsz. Keijser, gewoond hebbende en overleden binnen Schiedam, voor de ene helft en nog als geïnstitueerde erfgename van haar broeder Pieter Kouwenhove anders Keijser, voor de andere helft, tezamen geïnstitueerde erfgenamen van de voorn. Huijbrecht Keijser, heeft na opveiling verkocht aan Abraham Heckenhouck kapitein alhier, 1 morgen 2 hond land in de Hargpolder. Belend ten N: de Kerklaan en ten Z: de Poldervaart. Strekkende van het koollaantje tot aan het erf van Alewijn Jansz. Visscher. Vrij en niet belast. Prijs f 573. Nr. 115 folio 106 d.d. 08-06-1680. Cornelis Ouwendijck notaris en rentmeester te Delft en Jan Pietersz. Keerom wonende te Akkersdijk als geïnstitueerde erfgenamen van Willemtje Pietersdr. van Dijck die een dochter en mede erfgename was van Pieter van Dijck, in leven schout van Akkersdijk. Zij bekennen na openbare opveiling verkocht te hebben aan Heijndrick Arijensz. Ackersdijck en Gerrit Cornelisz. Post als heilige geestmeesters, de gerechte helft van 4 morgen 1 hond land aan de westzijde van de Oudendijk, te weten 3 morgen 5 hond in de Westabspolder en 2 hond, zijnde een uiterdijk, vroeger behoord hebbende aan enige landen in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: Jacob Jansz. met bruikwaar, ten O: de Oudendijk, ten Z: de kinderen van de heer Abraham van Cleeff en ten W: Pieter Lourisz. van Noorden en de weduwe van de heer Cornelis Nieupoort. ln huur gebruikt wordende door Arijen Arijensz. Jongste. Vrij en niet belast. Prijs f 2.000-17-00 en daarboven 1 stuiver van iedere gulden, contant geld. Nr. 116 folio 107 d.d. eodem die. Cornelis Ouwendijck notaris te Delft en Jan Pietersz. Keerom, beiden in dezelfde functie als in de vorige akte, hebben verkocht aan Arijen Arijensz. Jongste en Jan Abrahamsz. Heckenhouck, kerkmeesters van Kethel, de gerechte helft van 4 morgen 1 hond land in de Westabspolder. Nr. 117 folio 107 d.d. 12-06-1680. Mr. Gerard Pauw advocaat en administrateur van de weeskamer van Dordrecht heeft vermangeld en verruild omtrent 4 morgen land in de Oostabspolder met juffrouw Catharina van Ruijven weduwe van de heer Pieter Hoogenhouck, in leven burgemeester van Delft, jegens 3 morgen 3 hond 69 roeden land in Strijen, zodat de juiste prijs van de voorsz. 4 morgen dient te worden bepaald. De schout en schepenen van Kethel hebben het land getaxeerd op f 675. Nr. 118 folio 107v. d.d. eodem die. Maerten Hoogenhouck secretaris van de Grote Visserij met procuratie van mr. Gerard Pauw advocaat en administrateur van de weeskamer te Dordrecht, zoon en mede erfgenaam van Anthonette Cruijsers weduwe van de voorn. Gerard Pauw, de procuratie verleden voor notaris Abraham Koeckebacker te Delft op 30 maart 1680, is bij kaveling te beur gevallen 4 morgen land in de Oostabspolder, wat hij met juffrouw Catharina van Ruijven vermangeld en verruild had tegen 3 morgen 3 hond 69 roeden land onder Strijen. Hij bekende de voorsz. 4 morgen opgedragen te hebben aan de voorn. juffrouw Catharina van Ruijven, in huur gebruikt door de weduwe van Joris Leendertsz. Quant. Belend ten Z: Jan Maertensz. met bruikwaar en ten N: de erfgenamen van de heer van der Meijden. Strekkende uit de Schie tot aan de Poldervaart. Vrij en niet belast. Nr. 119 folio 108v. d.d. 26-06-1680. Jacob Jansz. van den Bergh wonende te Schiedam heeft zich tot borg en mede principaal gesteld voor de huisvrouw van Theunis Jansz. de Graeff, voor de lichting van f 217-12-00, welke door
NADERE TOEGANG 113 overlijden van Cornelis Bastiaensz. de Graeff de voorn. Theunis Jansz. de Graeff zijn opgekomen en aanbestorven. Nr. 120 folio 109 d.d. eodem die. Mathijs Leendertsz. van Brugge wonende te Schiedam stelt zich borg voor Sijmon Abrahamsz. de Graeff voor de lichting van gelijke somme als hiervoor vermeld. Nr. 121 folio 109v. d.d. eodem die. Huijbrecht Leendertsz. Post wonende Schiebroek stelt zich borg voor Maria Jansdr. dochter van Jan Jacobsz. die een zoon was van Jacob Jorisz., voor de lichting van f 489-14-00 welke Maria Jansdr. zijn aanbedeeld voor haar portie uit de erfenis van Frans Cornelisz. de Graeff. Nr. 122 folio 119v. d.d. eodem die. Pieter Leendertsz. Post wonende te Kool stelt zich borg voor Willem Pleunen Leefflangh en Lijsbeth Pietersdr. voor de lichting van f 163-04-00. Nr. 123 folio 110 d.d. 07-08-1680. Thielman Jacobsz. metselaar wonende te Schiedam stelt zich borg voor Maertje Fransdr. weduwe wonende te Schiedam voor de lichting van f 217-12-03 die Jan Marinusz. zoon van Neeltje Bastiaensdr. de Graeff zijn aanbedeeld voor zijn portie van Frans Cornelisz. de Graeff. Nr. 124 folio 110 d.d. 25-09-1680. Heer Pieter van Cleeff oud burgemeester van Schiedam zoon van Nicolaas van Cleeff zaliger, voor de ene helft mitsgaders juffrouw Catharina van Cleeff en Geertruijda van Cleeff, de heer Dr. Adam van der Heijm oud burgemeester van Schiedam en de heer officier Mr. Abraham van Cleeff, omen en voogden over het nagelaten weeskind van juffrouw Anna van Cleeff, nog de voorn. Mr. Abraham van Cleeff baljuw en schout van Schiedam en Sr. Bernart Snouck koopman te Delft gehuwd met juffrouw Maria van Cleeff, voor hunzelf en vervangende de verdere kinderen en kindskinderen van Abraham van Cleeff, in leven burgemeester van Schiedam en hoogheemraad van Schieland, voor de andere helft, fideï commissaire erfgenamen van Jacob van Cleeff. Zij hebben na openbare opveiling verkocht aan de heer Adriaen Kruijck en Maria Willemsdr. Maen weduwe van Cornelis Galeijnsz. Keijser, 5 morgen land in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: de voorn. Kruijck en ten Z: de erfgenamen van Krijntjen IJnge weduwe van Arijen Jorisz. Crooswijck. Strekkende van het 's-Gravenlandse toepad met zijn uiterdijk over de Oudendijk. Vrij en niet belast. Prijs f 2.800 met 1 st. van iedere gulden tot rantsoen, contant geld. Nr. 125 folio 111v. d.d. eodem die. Heer Pieter van Cleeff oud burgemeester van Schiedam zoon van zaliger Nicolaes van Cleeff, voor de ene helft, mitsgaders Catharina en Geertruijda van Cleeff, Dr. Adam van der Heijm oud burgemeester van Schiedam en Mr. Abraham van Cleeff baljuw en schout van Schiedam, omen en voogden over het nagelaten weeskind van Anna van Cleeff, nog de voorn. Mr. Abraham van Cleeff, voor hunzelf en vervangende de verdere kinderen en kindskinderen van Abraham van Cleeff, in leven burgemeester van Schiedam en hoogheemraad van Schieland, voor 7/8 parten in de andere helft, fideï commissaire erfgenamen van Jacob van Cleeff. Zij hebben na openbare opveiling verkocht aan Sr. Bernart Snouck koopman te Delft, 15/16 parten in 2 morgen land in de Nieuwlandse polder waarin de koper als gehuwd hebbende Maria van Cleeff, het resterende 1/16 part zelf toekomt. Belend ten NO: Maria Bleijswijck voormaals weduwe van kapitein Eland du Bois en ten ZW: het Weeshuis van Schiedam. Strekkende van de tuin van Bruijn Maertensz. Niese met zijn uiterdijk over de Oudendijk. Vrij en niet belast. Prijs f 1.492-10-00 met 1 st. van iedere gulden tot rantsoen, contant geld. Nr. 126 folio 113 d.d. 13-11-1680. Maertje Joris weduwe van Heijndrick Wijnantsz. wonende te Schiedam heeft verkocht aan Frans Cornelisz. Brederoode mede wonende te Schiedam een tuintje in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: Maria Beijs, ten Z: het Weeshuis van Schiedam, ten O: en W: de koper zelf. Vrij en niet belast. Prijs f 150, contant geld. Nr. 127 folio 113v. d.d. 18-12-1680. Frans Corsz. van der Marck gehuwd met Grietje Cornelisdr. van der Burgh en Adriaen Cornelisz. van der Burgh, kinderen van Maertje Gorisdr. die een dochter was van Goris Jansz. de Vette en Ariaentje Arijensdr. beiden zaliger, zulks erfgenamen van dien, hebben verkocht aan Frans Cornelisz. Post timmerman, een huizing en erf in het dorp Kethel. Belend ten N: de straat, ten O: het ambachts- en predikantshuis, ten W: de erfgenamen van Jan Cornelisz. Speck en ten Z: Dirck Cornelisz. Bijl. De jongste opdrachtbrief in dato 16-05-1657. Belast met een opstal van 6 st. en nog een van 14 st. per jaar. Te ontvangen door degene die daartoe gerechtigd is. Prijs f 500, contant geld. Nr. 128 folio 114v. d.d. eodem die. Frans Cornelisz. Post timmerman is schuldig aan Johannes Heckenhouck de somme van f 150. Hij verbindt hieraan een huizing en erf in het dorp Kethel. Belend ten N: de straat, ten O: het ambachts- of predikantshuis, ten W: de erfgenamen van Jan Cornelisz. Speck en ten Z: Dirck Cornelisz. Bijl.
NADERE TOEGANG 113 Nr. 129 folio 115v. d.d. 08-01-1681. Adriaen van Neck Mr. chirurgijn wonende alhier is schuldig aan juffrouw Catharina van Ruijven weduwe van de heer Pieter Hoogenhouck, in leven burgemeester en raad van Delft, de somme van f 300 als restant van de koop van een huis en erf in het dorp Kethel. Hij verbindt hieraan het voorn. huis en erf, van ouds genaamd s'Lands Welvaren. Belend ten N: Leendert Pietersz. van den Velde en ten Z: Arijen Dircxz. wagenmaker. Strekkende voor van de straat tot achter aan de sloot tussen het land van schout Jacob Jansz. de Jonge. Compareerde mede Leendert Pietersz. Pathijn wonende te Schiedam welke zich borg stelde voor mr. Adriaen van Neck voor de voldoening van de voorn. f 300. Kanttekening: Compareerde Jan Pathijn wonende te Rotterdam en exhibeerde de originele schuldbrief van f 300, zijnde afgelost en daarom geroijeerd op 05-01-1694. Nr. 130 folio 116v. d.d. 13-11-1680. Juffrouw Catharina van Ruijven weduwe van de heer Pieter Hoogenhouck, in leven burgemeester van Delft, heeft verkocht aan Mr. Adriaen van Neck chirurgijn alhier, een huis en erf in het dorp Kethel, genaamd s’Lands Welvaren. Belend ten N: Leendert Pietersz. van den Velde en ten Z: Arijen Dircxz. wagenmaker. Strekkende voor van de straat tot achter aan het land van schout Jacob Jansz. de Jonge. Prijs f 330, contant geld en een schuldrentebrief van f 300. Nr. 131 folio 117v. d.d. 08-01-1681. Anna Lois meerderjarige ongehuwde dochter van heer Jacob Lois wonende te Rotterdam, is schuldig aan Sr. Joris van den Bergh en Wilhem Cantier als geordonneerde voogden van de nagelaten weeskinderen van Cornelis Cantier waar moeder van is Catharina van de Luffel, de somme van f 1 200, ter zake van geleende penningen. Zij verbindt hieraan 3 morgen land, haar aangekaveld uit de nagelaten goederen van heer Jacob Loijs volgens de kavelcedulle in dato 30-10-1680, gelegen in de Westabspolder. Belend ten N: de Heilige Geest en ten Z: de erfgenamen van juffrouw Clara van Spaerwoude. Strekkende van de Schiedamseweg oost op tot in de Slimme watering. Kanttekening: Compareerde Pieter Willemsz. Bijl als koper van de hijpotheek in de tekst geroerd en exhibeerde de originele schuldrentebrief van f 1 200, zijnde afgelost en daarom geroijeerd op 13-061681. Nr. 132 folio 118v. d.d. 16-04-1681. Claes Pietersz. van den Tempel met procuratie van mr. Willem Fabritius raad en oud schepen van Haarlem, de procuratie verleden voor notaris Johannes Bordels te Rotterdam op 11-04-1681, heeft verkocht aan Mr. Abraham Cambier vendumeester van de Ed. Mog. Collegie ter Admiraliteit te Rotterdam, 284 roeden land in de Kethel-noordpolder onder de woning met omtrent 10 morgen land, de koper voor schout en schepenen van Vrijenban op 10-04-1681 opgedragen. Vrij en niet belast. ln de prijs is begrepen de gehele woning en de 10 morgen land. Nr. 133 folio 119 d.d. 16-05-1681. Pieter Pietersz. Verbeeck, Trijntje Pieters Verbeeck weduwe van Jan Heijndricxz. mitsgaders de heer Johan Hodenpijl oud schepen van Schiedam en Dirck Cornelisz. van Luchtigheijt, door de weesmeesters van Schiedam gesteld als voogden over de nagelaten weeskinderen van Maria Pietersdr. Verbeeck, kinderen, kindskinderen en mede erfgenamen van Pieter Jacobsz. Verbeeck en Pietertje Pietersdr., beiden zaliger, hebben na openbare opveiling verkocht aan Mathijs Pietersz. Verbeeck, ¾ parten in een huizing en blekerij waarin de koper als zoon het resterende ¼ part is competerende. Staande in de 's-Gravenlandse polder. Belend ten N: Sijmon Jansz. bleker en ten Z: Jan Jansz. scheepmaker. Strekkende uit de Schiedamse Schie tot aan het land van de weduwe van Cornelis Cornelisz. Schieveen. De blekerij heeft aan de oostzijde van de Schie een vrij uit- en overpad van 7 voeten breed. Tot bevrijding van het overpad moeten de possesseurs de heining van de huizing van Arijen Jorisz. Crooswijck onderhouden. Vrij en niet belast. Prijs f 2.343-15-00 en 1 st. van iedere gulden tot rantsoen, contant geld. Nr. 134 folio 120v. d.d. eodem die. Anna Lois meerderjarige dochter wonende te Rotterdam heeft na openbare opveiling verkocht aan Pieter Willemsz. Bijl wonende te Schiedam, 3 morgen patrimoniaal land in de Westabspolder. Belend ten N: de Heilige Geest en ten Z: de erfgenamen van juffrouw Clara van Spaarwoude. Strekkende van de Schiedamseweg oost op tot in de Slimme watering. Vrij en niet belast. Prijs f 1.850 en een st. van iedere gulden tot rantsoen, contant geld. Nr. 135 folio 121v. d.d. 04-06-1681. Liedewij Cornelisdr. weduwe en boedelhoudster van Joris Leendertsz. Quant wonende in deze ambacht is schuldig aan Jan Abrahamsz. Heckenhouck de somme van f 300 ter zake van geleende penningen. Zij verbindt hieraan 4 morgen 111 roeden land in de Oostabspolder. Belend ten N: de weduwe van Jan Maertensz. Suijtbuurt met huurland en ten Z: de weduwe van Maerten Pouwelsz. Strekkende van de stadskade of trekpad tot aan de Oostabspolderse watering. Nr. 136 folio 122v. d.d. eodem die.
NADERE TOEGANG 113 Leendert Heijndricxz. Lantsberge wonende aan het eind van de Dammelaan in Kethel-ambacht is schuldig aan Leendert Jansz. Sterrenburgh wonende te Schiedam, de somme van f 400 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, schuur, barg en geboomte aan de Oudendijk in deze ambacht. Belend ten N: de uiterdijk van het land van Bernart Snouck te Delft en ten Z: de Nieuwlandse molenwatering. Strekkende van de Oudendijk tot aan het land van het Weeshuis te Schiedam. Kanttekening: Compareerde Leendert Heijndricxz. Lantsbergen en exhibeerde de originele schuldrentebrief van f 400 zijnde afgelost en daarom geroijeerd op 14-10-1684. Nr. 137 folio 123v. d.d. 20-06-1681. Theodorus Leeuwius dienaar des Goddelijken Woord te Schiedam heeft overgedragen aan heer Gerbrandt Wijckehelt burgemeester van Schiedam een schuldrentebrief tlv. Pieter Wijnantsz. Berghman, met een hoofdsom van f 450 en de verlopen renten van dien. De schuldbrief is verleden voor schout en schepenen van Kethel op 12-05-1666. Nr. 138 folio 124 d.d. 18-07-1681. Arijen Arijensz. Jongste onze broeder in de bediening is schuldig aan heer Adriaen Kruijck oud schepen van Schiedam, de somme van f 250 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte aan de Oudendijk. Belend ten N: de Heilige Geest en de kerk van Kethel en ten O: de Oudendijk. Nr. 139 folio 125 d.d. 17-09-1681. Juffrouw Margrieta van Bleijswijck weduwe van de heer Hendrick van der Heijm, in leven raad en vroedschap van Schiedam, heeft verkocht aan de heer Abraham van Bleiswijck zaliger en dienvolgende overgedragen aan heer Pieter Schoonhaven, testamentaire voogd over de nagelaten minderjarige kinderen van de voorn. van Bleiswijck, wonende te Schiedam, een tuin en tuinhuis met de plantage daarop staande, alsmede een gedeelte van de vijver daar annex aan gelegen, tussen de Vlaardingse- en Kethelse Poort aan de Singel buiten Schiedam in deze ambacht van Kethel. Belend ten N: Claes Jorisz. Natschoe, ten Z: de laan van de weduwe van dokter Adriaen van der Dussen oud burgemeester van Schiedam, ten O: de voorn. Singel en ten W: Philips Abnaer. Vrij en niet belast. Prijs f 400, contant geld. Nr. 140 folio 126 d.d. 11-10-1681. Jan Arijensz. Rodenrijs wonende Schiedam stelt zich borg voor Maertje Cornelisdr. weduwe en boedelhoudster van Jan Jansz. Brouck wonende te Schiedam voor de lichting van f 378-10-01 die onder de secretaris van Kethel in consignatie berusten boven de f 766-09-15 die de weduwe heeft ontvangen van de erfgenamen van Dammis Jansz. de Jonge, makende tezamen f 1.000 kapitaal met f 145 aan verlopen renten sedert 01-05-1672, waarmede de voorn. Jan Jansz. Brouck bij sententie van preferentie van het gerecht van Kethel op 23-06-1677 is geprefereerd op de boedel van Cornelis Cornelisz. Marckenburgh, waartegen de voorn. erfgenamen van Dammis Jansz. de Jonge in appel waren gekomen voor het Hof van Holland en welke zaak op 08-02-1679 aldaar is gedecideerd. De zaak is gedevoldeerd aan de Hoge Raad in Holland alwaar de sententie van het Hof van Holland te niet is gedaan en de sententie van het gerecht van Kethel geapprobeerd. Nr. 141 folio 127 d.d. eodem die. Claes Gerritsz. van der Valck wonende te Schiedam stelt zich borg voor Trijntje Willemsdr. weduwe van Joris Jansz. Brouck wonende te Schiedam, voor de lichting van f 378-10-01 die onder de secretaris van Kethel in consignatie berusten boven de f 766-09-15 die Trijntje Willemsdr. heeft ontvangen van de erfgenamen van Dammis Jansz. de Jonge, makende tezamen f 10.000 kapitaal, met f 145 verlopen rente. Nr. 142 folio 127 d.d. 28-12-1681. Jonkheer Egbert Ramp wonende te Haarlem is schuldig Philips Basteels notaris te Rotterdam, de somme van f 12 000 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan een woning, genaamd ‘sGravenhuijse, met 27 morgen land omtrent Overschie in de Oostabspolder. Belend ten N: de burgemeester Kivith en ten Z: de Polderwatering. Strekkende uit de Schie tot aan het land van de erfgenamen van Jacob Arijensz. Jonghste cum socijs. Kanttekening: Compareerde de heer Diederick Ramp en exhibeerde zekere akte van verbaal voor het Hof van Holland gehouden op 03-11-1682 en ten protocolle alhier geregistreerd op folio 142 verso. Actum 30-04-1683. In kennisse van mij M. Kouwenhove. Nr. 143 folio 128v. d.d. 04-03-1682. Frans Cornelisz. Post timmerman alhier is schuldig aan Johannis Heckenhouck de somme van f 100 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan een huis en erf in het dorp Kethel. Belend ten N: de straat, ten O: het ambachts- en predikantshuis, ten W: de erfgenamen van Jan Cornelisz. Speck en ten Z: Dirck Cornelisz. Bijl. Nr. 144 folio 129 d.d. 09-03-1682.
NADERE TOEGANG 113 Arijen Arijensz. Jonghste wonende aan de oudendijk is schuldig aan heer Johan Hodenpijl, tegenwoordig schepen en brouwer in de Witte Leeuw te Schiedam, de somme van f 300 over het casseren van een obligatie onder de hand verleden, door hem comparant ingetrokken, inhoudende per reste f 300. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte aan de Oudendijk. Belend ten N: de Heilige Geest en kerk van Kethel en ten O: de oudendijk. Nr. 145 folio 129v. d.d. 31-03-1682. Abraham Heckenhouck wonende alhier stelt zich borg voor Willem (niet verder ingevuld) als collecteur van de impost op de turf en kolen over de stad Delft, voor de termijn ingaande primo April 1682, ter somme van f 6 000. Nr. 146 folio 130 d.d. 29-04-1682. Mr. Wijbrant van der Korf als door de schepenen van Delft gestelde curator over de geabandonneerde boedel van Pieter Claesz. Proot, impetrant van mandement van cessie, bekent na openbare opveiling verkocht te hebben aan juffrouw Maria Visch weduwe van heer Cornelis Spieringh te Amsterdam, 3 morgen land in de Kethel-noordpolder. Belend ten W: de Groeneweg, ten O: juffrouw van Borselen, ten N: de erfgenamen van Jannetgen Arijensdr. die weduwe was van Cornelis Claesz. Abswoude en ten Z: Jan Groen met bruikwaar. Speciale conditie is dat het land een uitpad zal hebben aan de Schie over het land en de woning van de erfgenamen van de voorn. Jannetgen Arijensdr. tot op de weg, mits komende van het oosteinde van het verkochte land noordwaarts aan op de laan van de voorn. woning en landen. Alles breder volgens het verbaal en accoord tussen de erfgenamen en de verkoper gemaakt voor Mr. Dirck Groenewege van der Maden en Mr. Dirck van der Dusse schepen van Delft, op 15-01-1682. Verder met zodanige servituiten van overpaden als het verkochte land uit krachte van oude brieven zijn overgeleverd, de jongste tbv. Pieter Pietersz. in dato 09-03-1555. Vrij en niet belast. Prijs f 1.020. Nr. 147 folio 131v. d.d. 08-05-1682. Aechje Cornelisdr. weduwe van Pieter Jansz. Groen is schuldig aan Maertje Pouwelsdr. bejaarde ongehuwde dochter, wonende te Overschie, de somme van f 100, ter zake van geleende penningen. Zij verbindt hieraan haar huis en erf in de Oostabspolder. Belend ten O: en Z: het Fraterhuis te Delft, ten W: de Polderweg en ten N: het kerkeland van Kethel. Nr. 148 folio 132 d.d. 13-05-1682. Arent Sijmonsz. van Dijck wonende in de Kethel-noordpolder is schuldig aan Jan Jansz. Post de somme van f 1.000 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, schuur, barg en geboomte met 3 morgen land, gemeen in een kamp van 18 morgen waar de woning op is staande in de Kethel-noordpolder. Belend ten O: Pouwels IJsbrantsz., ten Z: de Poldervaart, ten W: Jan Cornelisz. van den Bergh en ten N: de Delfweg. Kanttekening: Compareerde Arent Sijmonsz. van Dijck en exhibeerde de originele schuldrentebrief van f 1.000 als zijnde afgelost en daarom geroijeerd op 26-07-1684. Nr. 149 folio 133 d.d. eodem die. Louris Heijndricxz. de Haes gehuwd met Maertjen Arijensdr. weduwe van Arijen Cornelisz. Poldervaert bekent verkocht te hebben aan Trijntje Pietersdr. weduwe van Job Jansz., een huizing met schuur, barg en boomgaard in het dorp Kethel. Belend ten Z: het kerkhofslop, ten W: de kerkgracht, ten N: de dorpsschool en ten O: de Delfweg. Belast met 7½ st. per jaar tbv. de kerk van Kethel. Prijs f 500 en 2 zilveren ducatons tot speldegeld voor de huisvrouw van de verkoper. Nr. 150 folio 133v. d.d. eodem die. Haesje Sieren weduwe en geïnstitueerde erfgenaam van Maerten Pouwelsz. Berckhout, volgens het testament verleden voor notaris Adriaen Sprockenburgh te Overschie op 21-10-1651, geassisteerd door Bartholomees Jacobsz. weduwnaar en geïnstueerde erfgenaam van Ariaentje Maertensdr. die na de voorn. Maerten Pouwelsz. is overleden, Arijen Krijnen gehuwd met Cijtje Maertensdr. en Cornelis Leendertsz. Stolck gehuwd met Maria Maertensdr., hebben verkocht aan Dirck Pouwelsz. Berckhout, een woning als huis, schuur, barg en geboomte met 8 morgen 234 roeden land in de Oostabspolder. Belend ten Z: het Fraterhuis van Delft en de kerk van Kethel en ten N: de weduwe van Jan Maertensz. Suijtbuijrt en Bartholomees Jacobsz. met bruikwaar. Strekkende van de Polderwatering tot aan de dwarswatering. Nog 2 morgen 150 roeden land, gelegen als voren. Belend ten O: de Heilige Geest van Kethel, ten Z: de heer Aernout van Aerden, ten N: de weduwe van de heer Pieter Hogenhouck te Delft en ten W: de middelwatering. Vrij als patrimoniaal land uitgezonderd 2 hond welke zijn gekomen van de pastorie van Kethel. Vrij en niet belast. Prijs f 6.219-19-00, contant geld. Nr. 151 folio 135 d.d. eodem die. Dirck Jansz. Schipper heeft verkocht aan Claes Dircxz. wonende in het dorp Kethel een huis en geboomte in het dorp Kethel. Belend ten N: en O: Dirck Cornelisz. Bijl en ten Z en W: de Kerklaan. Niet belast. Prijs f 500, contant geld.
NADERE TOEGANG 113 Nr. 152 folio 135v. d.d. eodem die. Jan Arijensz. Rodenrijs en Jannetje Jansdr. Suijcker, beiden wonende te Schiedam, hebben verkocht aan Jan Arijensz. de Jonge, mede wonende te Schiedam, een stuk zaailand verongeld liggende voor 3 morgen in Kortland te Kethel. Belend ten O: en W: de erfgenamen van mevrouw van Goudriaen. Strekkende uit de sloot van de hoge zeedijk tot achter aan de watering. Belast met 10 st. per jaar per morgen die de stad Schiedam daarop sprekende heeft. Prijs f 2.100. Nr. 153 folio 137 d.d. 27-05-1682. Pouwels Isbrantsz. de Vette wonende deze ambacht is schuldig aan Cornelis Pietersz. Kater wonende te Capelle aan de IJssel, de somme van f 1.000 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, schuur, barg en geboomte met 5 morgen land in de Kethel-noordpolder. Belend ten Z: Maertje Jaspersdr. en ten N: de erfgenamen van de heer Kievith. Strekkende van de Groeneweg tot in de Poldervaart. Kanttekening: De secretaris van Kethel exhibeert een akte van scheiding in dato 04-11-1714 verleden voor notaris Willem Romeijn te Capelle aan de IJssel tussen de gezamelijke erfgenamen van Cornelis Pietersz. Kater en Jannetje IJsbrantsdr. de Vette, in leven gewoond hebbende en overleden te Capelle aan de IJssel, waarbij gebleken is dat de nagelaten kinderen van Pouwels IJsbrantsz. de Vette, de schuldbrief van f 1.000 in mindering van hun erfportie in de nagelaten boedel van Cornelis Pietersz. Kater en zijn huisvrouw zijn aanbedeeld en derhalve alhier geroijeerd op 17-11-1714. Nr. 154 folio 138 d.d. 10-06-1682. Mr. Adriaen Breur en Pieter Schoon advocaten voor het Hof van Holland als gestelde curators van het testament van de heer Arent van Dalen, in leven commies van de Raad van Staten, verkopen ten overstaan van de heer Mr. Matheus Gool raad voor het Hof van Holland, volgens akte in dato 09-091681, mitsgaders nog gekwalificeerd volgens verbaal in dato 02-02-1682, te weten 3½ morgen land en Abraham de Herder binnenvader van het Diaconiehuis te 's-Gravenhage als gemachtigde van vrouwe Anna Ferrers dochter van ridder Dudleij Carleton, verwekt bij Barbara Duijck en douagere van heer Johan Ferrers schildknaap, volgens procuratie verleden voor notaris Abraham van Warmenhuijse te 's-Gravenhage op 30-09-1681, mede voor 3½ morgen land en zulks gezamelijk de gerechte helft van 14 morgen patrimoniaal en allodiaal weiland in de Kethel-noordpolder, waarvan de wederhelft toebehoort Jan Jansz. Groen en Arent Maertensz. van der Keuijt, hebben na openbare opveiling verkocht aan Sr. Jacob Goeree en Sr. Willen van Vliet te Delft. Belend in het geheel ten O: de Schie, ten Z: de landen van Sijmon Cornelisz., de erfgenamen van juffrouw Panssers te Schiedam en de erfgenamen van Johan van Beest, ten W: de Groeneweg en ten N: de Weeshuislanden van Delft en meer anderen. Vrij en niet belast. De jongste brief in dato 11-05-1650. Prijs f 1.925 en 1 st. van iedere gulden tot rantsoen, contant geld. Nr. 155 folio 139v. d.d. 25-07-1682. Sijmon Jansz. bleker wonende deze ambacht heeft verkocht aan juffrouw Lidia en Machtelt Scharps wonende te Schiedam een losrente van f 32 met een hoofdsom van f 800. Hij verbindt hieraan zijn huizing en blekerij aan de Schiedamse Schie. Belend ten N: het Fraterhuis te Delft en ten Z: Thijs Pietersz. Verbeeck. Strekkende uit de Schie tot aan het land van de weduwe en kinderen van Joris Jansz. Brouck. Kanttekening: Compareerde Sara van den Velde die exhibeerde de originele losrentebrief als zijnde afgelost en daarom geroijeerd. Actum 08-05-1706. Nr. 156 folio 140 d.d. 05-08-1682. Maerten Kouwenhove onze secretaris met procuratie van Mr. Theodorus van Bleijswijck regerend burgemeester van Schiedam en hoogheemraad van Schieland, de procuratie verleden voor de burgemeesters van Schiedam op 03-08-1682, heeft overgedragen aan heer Johan Veen secretaris van Schiedam, een tuin en plantage daarop staande in de Nieuwlandse polder. Belend ten O: de weduwe van Ds. Lucas Meijsterius, in leven dienaar des Goddelijken Woord te Schiedam en ten W: Dr. Adam van der Heim oud burgemeester van Schiedam en gecommitteerde ter Admiraliteit te Rotterdam. De jongste brief in dato 25-08-1668. Prijs f 1.050, contant geld. Nr. 157 folio 141 d.d. 04-11-1682. Abraham Heckenhouck en Dirck Cornelisz. Bijl armenmeesters van Kethel hebben met goedvinden van de schout verkocht aan Arijen Willemsz. van Rijt, 2 hond land gemeen in een stuk van 5 morgen, genaamd de Huts, gelegen in de Kethel-noordpolder. Belend ten N: en Z: de weduwe van Joris Leendertsz. Quant. Strekkende uit de watering tot aan de Delfweg. Vrij en niet belast. Prijs f 280, contant geld. Nr. 158 folio 142 d.d. 26-02-1683. Pieter van Cleeff raad en vroedschap mitsgaders oud burgemeester van Schiedam heeft verkocht aan de heer Adriaen Kruijck oom en voogd van Anna Keijsers, nagelaten minderjarige dochter van Cornelis Keijsers en Maria Willemsdr. Maen, beiden zaliger, 4½ morgen land in de Hargpolder bij de
NADERE TOEGANG 113 watermolen. Strekkende van de Kethelweg tot in de Poldervaart. Belend ten N: en Z: Lijsbeth Abrahamsdr. huisvrouw van Heijndrick Arijensz. Ackersdijck. Vrij en niet belast. Prijs f 2.587-10-00, contant geld. Kanttekening: Volgens akte van scheiding in dato 26-10-1767 tussen de 2 enige nagelaten kinderen van wijlen de weduwe van de heer van der Goes, is het land aanbedeeld aan vrouwe Anthonia Josina van der Goes huisvrouw van Mr. Franc van der Burg. Actum 02-03-1768. Nr. 159 folio 142v. d.d. 30-04-1683. Diderick Ramp exhibeerde een akte van verbaal gehouden voor 2 commissarissen van het Hof van Holland, luidende als volgt: Uit krachte van een appontement van het Hof van Holland in dato 27-101682, is op heden 03-11-1682 voor Benjamijn Fagel en Paul Andreas van der Meulen, raden in het Hof als commissarissen, hebbende tot adjunct Daniel Pompejus van Assendelft secretaris in het Hof, verschenen; Gerard van Dalffren als procureur van Egbert Ramp wonende te Haarlem requirant om arrest, geassisteerd door Mr. Matheus van Valckenburgh zijn advocaat, ter ene zijde, Philps Basteels notaris te Rotterdam geassisteerd door mr. Johan van Allemonde en Abraham Selcaart van Wouw zijn advocaat en procureur, ter 2° zijde. Nog Abraham Selcaart van Wouw als procureur van Dirck Rogiers en Heijndrick Pansert geassisteerd door Mr. Sijmon van Limburgh zijn advocaat ter 3° zijde. De voorn. van Wouw met procuratie van Philips Basteels verklaarde dat de voorn. Basteels met de requirant nooit heeft gespeeld, enige gelden of penningen heeft geschoten, of zijn crediet voor dezelve heeft geïnterponeerd en dat ook de schuldrentebrief ter somme van f 12.000, buiten Basteels kennis, verzoek of order is gepasseerd en dat hij dienvolgende nooit heeft voorgegeven dat hem uit krachte van de schuldrentebrief enig recht of aktie ten laste van de requirant is competerende. Van Wouw verklaarde ook dat de voorn. Basteels de rentebrief nooit onder zich heeft gehad en ook niet weet onder wie hij zou berusten. De voorn. van Wouw verklaarde ook dat Hendrik Panser nimmer met de requirant heeft gespeeld. En in het regard van Dirck Rogiers idem dito. De voorn. Dalffren accepteerde de overgifte en verklaringen door de voorn. van Wouw gedaan. Het Hof heeft de verklaringen van Basteels, Panser en Rogiers gezien en condemneren de requirant in de kosten, getaxeerd op f 25-19-00. Nr. 160 folio 144 d.d. 05-05-1683. Annetje Maertensdr. weduwe van Leendert Jorisz. van der Tas wonende in de jurisdictie van Pijnacker, enige dochter van Grietje Arijensdr. die enige dochter was van Arijen Arijensz. Ouwerkerck, Cornelis Jorisz. van der Tas als voogd over de kinderen van de voorn. Leendert Jorisz. van der Tas verwekt bij de voorn. Annetje Maertensdr., Grietje Aelbrechtsdr. Poot weduwe van Jan van Aernhem wonende in 's-Gravenhage, mitsgaders Johannes Jansz. van Aernhem, Willem Hulstman gehuwd met Angenietje Jansdr. van Aernhem en Louris Aldersz. Toll gehuwd met Martijntje Jansdr. van Aernhem, kinderen van de voorn. Grietje Aelbrechtsdr. Poot, mede wonende te 's-Gravenhage, voor de helft erfgenamen van Dirck Arijensz. Ouwerkerck. Zij hebben het navolgende land wat bij kaveling tegen de verdere erfgenamen hun te beur was gevallen, verkocht aan de heer Adriaen Kruijck oud schepen van Schiedam, te weten; voor hem en zijn nicht juffrouw Anna Keijsers, waarover hij Kruijck tot voogd is gesteld ieder voor de helft, 3 percelen land in de Nieuwlandse polder, tezamen van ouds begroot op 10 morgen 3 hond land. Belend ten NO: de heer Gerard van der Dusse en ten ZW: de erfgenamen van de heer Andries Ramp. Strekkende van het 's-Gravenlandse toepad met zijn uiterdijk tot over de Oudendijk. Vrij en niet belast. Prijs f 6.510, contant geld. Kanttekening: Volgens akte van scheiding onder de hand in dato 26-10-1768 tussen de 2 enige nagelaten kinderen van wijlen Adriaen van der Goes, is het bovengenoemde land aanbedeeld aan vrouwe Anthonia Josina van der Goes huisvrouw van de heer Franc van der Burch. Actum 02-031768. Nr. 161 folio 145 d.d. 19-05-1683. De edele heren Pieter, Frederick en Diderick Ramp met procuratie van Egbert Ramp, de procuratie verleden voor notaris Leonart van Asperen te Haarlem op 28-09-1682, hebben na openbare opveiling verkocht aan juffrouw Catharina Prins weduwe van Johan van Mierop, eerst een woning als huis, schuur, bargen en geboomte genaamd 's-Gravenhuijse met 25 morgen 152 roeden land. Nog 1 morgen 3 hond 97 roeden boezem land. Staande en gelegen in de Oostabspolder, belend ten O: de erfgenamen van heer Kievith, ten Z: de Schiedamse Schie, ten W: de polderweg, mitsgaders Aerijen en Jacob Jonghste en ten N: de armen van Kethel en het Fraterhuis te Delft. Alles volgens de meting en katering, gemaakt door Nicolaas Klinckert gezworen landmeter te Delft op 22-02-1683. 0nder de voorsz. gemeten landen zijn begrepen 2 morgen leenland, te weten onder de kampen genaamd de Droogendijck, te leen gehouden van de Graaflijkheid van Holland, te verheerwaarden met f 10. Vrij en niet belast. Prijs f 12.650-01-00, contant geld en een schuldrentebrief van f 6.325, boven het rantsoen van 1 st. van iedere gulden die gereed zijn ontvangen. Nr. 162 folio 146 d.d. eodem die.
NADERE TOEGANG 113 Catharina Prins weduwe Johan van den Mierop wonende te Rotterdam is schuldig aan de heer Egbert Ramp wonende te Haarlem, de somme van f 6.325 ter zake en per reste van de koop van een woning met 26 morgen 5 hond 49 roeden land in de Oostabspolder, wat zij hieraan verbindt. Kanttekening: Gerbrant van den Mierop exhibeerde de originele schuldbrief als zijnde afgelost en daarom geroijeerd. Actum 07-08-1684. Nr. 163 folio 147 d.d. eodem die. De heren Pieter, Frederick en Diderick Ramp met procuratie van de heer Egbert Ramp, de procuratie verleden voor notaris Leonard van Asperen te Haarlem op 28-09-1682. De voorn. Egbert Ramp is na kaveling tegen zijn broeders en zusters het navolgende land te beur gevallen en hebben het verkocht aan Sr. Govert van Gesel notaris en procureur te Rotterdam, 3 morgen land in de Hargpolder. Belend ten N: Abraham Heckenhouck en ten Z: jonkheer van Alckemade. Strekkende van de Kethelweg tot in de Poldervaart. Vrij en niet belast. Prijs f 1.305 en 1 st. tot rantsoen van iedere gulden. Nr. 164 folio 147v. d.d. eodem die. Mr. Theodorus van Bleijswijck regerend burgemeester van Schiedam en hoogheemraad van Schieland met procuratie van Ds. Petrus Swalmius dienaar des Goddelijken Woord te Edam, gehuwd met Maria Bleijswijck voormaals weduwe van de manhaften Elant du Bois, in leven kapitein te water ten dienste van dit land, de procuratie verleden voor notaris Volckert Block te Edam op 30-11-1681. Hij heeft verkocht aan Pieter Wijnantsz. Berghman, een woning als huijs, bijhuis, schuur, bargen en geboomte aan de Singel buiten de stad Schiedam in de Nieuwlandse polder. Belend ten Z: de gemene laan of uitpad van de tuinen achter de voorsz. woning gelegen, strekkende uit de stadsvest tot aan de tuin van de koper. De jongste opdrachtbrief in dato 22-02-1673. Vrij en niet belast. Prijs f 600 en f 10 speldegeld, contant geld. Nr. 165 folio 148v. d.d. eodem die. Pieter Wijnantsz. Berghman heeft verkocht aan Jacob Claesz. Bijll wonende te Schiedam 1 morgen 4 hond 50 roeden land in de Lagen Houck in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: de Molenwatering en ten Z: Cornelis Wijnantsz. Berghman. Strekkende van de Schiedamseweg tot in de Poldervaart. Vrij en niet belast. Prijs f 1.050, contant geld. Nr. 166 folio 149v. d.d. eodem die. Jan Arentsz. van der Hoeve voormaals gehuwd geweest met Ghieltje Pietersdr. Kleijwegh, Jan Pietersz. Kleijwegh en Pieter Pietersz. Kleijwegh, kinderen van Neeltje Michielsdr., erfgenamen van Michiel Jansz. van der Hargh en Maertje Dircxdr., hunlieder zaliger grootvader- en moeder, nog de voorn. personen als erfgenamen van Ariaentje Pietersdr. Cleijwegh die mede een dochter was van de voorn. Neeltje Michielsdr. Het navolgende land is hun bij kaveling te beur gevallen tegen de verdere erfgenamen van Michiel Jansz. en Maertje Dircxdr., wat zij verkocht hebben aan Jan Jacobsz. Steenevelt gehuwd met Annetje Pietersdr. Cleijwegh, te weten: 3/5 parten met nog ¾ parten in 1/5 part van omtrent 4 morgen land, zijnde de helft van 7 morgen 4 hond 33½ roeden land, van ouds genaamd de Koeweije, waarin de koper alsmede erfgenaam nomine uxoris van de voorn. Michiel Jansz. en Maertje Dircxdr. 1/5 part en als mede erfgenaam van Ariaentje Pietersdr. Cleijwegh het resterende 1/5 part met ¼ part van 1/5 part toekomt. Gelegen in de Nieuwlandse polder en belend ten N: de andere helft van de Koeweije toebehorende de kinderen van Joris Jorisz. Broeck, strekkende van de Singel westwaarts op met zijn uiterdijk over de Oudendijk tot de oude watering toe. Vrij en niet belast. Prijs f 1.430 en 4 zilveren ducatons tot speldegeld. Nr. 167 folio 150 d.d. eodem die. Jan Jacobsz. Steenevelt wonende in de ambacht van de Lier is schuldig aan de heer Adriaen Kruijck regerend schepen van Schiedam en zijn nicht Anna Keijsers, de somme van f 1.000 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan het voorn. gekochte land. Nr. 168 folio 151 d.d. 26-05-1683. Maertje Gerritsdr. weduwe van Maerten Leendertsz. Holierhouck wonende te Schiedam heeft verkocht aan Jan Leendertsz. Holierhouck wonende Oud-Mathenesse, een huis, erf en tuin aan de Singel in de Nieuwlandse polder. Belend ten N: Cornelis Wijnantsz., ten Z: Claes Jorisz. Natschoe, ten O: de Singel en ten W: de heer Daniel van Boschuijsen. Vrij en niet belast. Prijs f 500, contant geld. Nr. 169 folio 151v. d.d. eodem die. Pouwels Isbrantsz. de Vette wonende in deze ambacht is schuldig aan juffrouw Catharina Trompers weduwe van Heijndrick van Wijck, de somme van f 800 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, bijhuis, schuur, bargen en geboomte met 5 morgen land in de Kethelnoordpolder. Belend ten Z: Maertje Jaspersdr., ten N: de erfgenamen van de heer Kievith. Strekkende van de Groeneweg tot in de Poldervaart. Kanttekening: Compareerde Pouwels Isbrantsz. de Vette en exhibeerde de schuldrentebrief als zijnde afgelost en daarom alhier geroijeerd. Actum 15-03-1698. Nr. 170 folio 152v. d.d. 31-07-1683.
NADERE TOEGANG 113 Maarten Kouwenhove onze secretaris als door het gerecht van Kethel geauthoriseerd om de eigendom over te dragen aan Pieter Lourisz. van Noorden en Claes Dircxz. Goutappel van de opstal van een woning als huis, bijhuis, schuur en geboomte, nagelaten door Lijsbeth Pietersdr. Karel, met de bruikwaar van 15 morgen land waarop de woning staat, in de Westabspolder. Prijs f 1.000, contant geld en het rantsoen van 1 st. van iedere gulden in mindering van de kooppenningen. Belast met een kapitaal van f 200 die Grietje Cornelisdr. te Rotterdam, en f 200 kapitaal die de erfgenamen van Michiel van der Dusse te Delft, daarop sprekende hebben. Nr. 171 folio 153 d.d. 06-10-1683. Arent Sijmonsz. van Dijck bouwman wonende in de Noord-KetheI heeft verkocht aan de advocaat Mr. Henrick Roos te Rotterdam, eerst de opstal van een huizing, bestaande uit 3 bijzondere vertrekken beneden de aarde, alsmede een kookhuis, turfschuur en houtzolder, zijnde de voorsz. huizing sedert 1648 annex en aangetimmerd aan het huis waar de verkoper zelf inwoont, staande in de Kethelnoordpolder. Nog 1/6 part in het erf of grond van de voorsz. huizing, alsmede een tuin gelegen bezijden aan het huis oostwaarts ter lengte van 19 voeten en ter breedte van 46 voeten. Het erf en de tuin zijn gemeen gelegen in 18 morgen land waarin de verkoper 3 morgen toebehoren. Speciale conditie is dat de koper altijd zal hebben een vrij overpad over de grond van de verkoper tot aan de Delfweg, lopende van de Schie tot aan het dorp Kethel. Vrij en niet belast. Prijs f 400, contant geld. Nr. 172 folio 154 d.d. 01-12-1683. Leendert Jacobsz. Hoffwegh wonende alhier is schuldig aan Johannes Heckenhouck de somme van f 100 ter zake van geleend geld. Hij verbindt hieraan de helft van een huizing en erf, hem aangekomen van Arijen Pietersz. Oosterveen. Staande in het dorp Kethel en belend ten Z: Gerrit Cornelisz. Post timmerman, ten W: de straat, ten N: de weduwe van Leendert Jansz. Decker en ten O: het land van de heer van Kethel. Nr. 173 folio 155 d.d. 08-05-1684. Arijen Jacobsz. en Jacob Jacobsz. Jongste wonende deze ambacht, kinderen en erfgenamen van Grietje Jacobsdr., voor ¼ part, Claes Meesz. Maan wonende Vlaardingerwoud gehuwd met Neeltje Maartensdr. en Pieter Leendertsz.Cool gehuwd met Maartje Maartensdr., mede voor ¼ part, geïnstitueerde erfgenamen van Aeltje Arijensdr. die weduwe was van Sijmon Gerritsz. Lantman, gewoond hebbende en overleden te Schiedam, volgens haar testament verleden voor notaris Johan Wilsoets op 18-01-1645. Nog de voorn. kinderen van Grietje Jacobsdr. en Maartje Jacobsdr. die zusters en mede erfgenamen zijn geweest van de voorn. Aeltgen Arijensdr. die bij scheiding tegen de erfgenamen van haar man Sijmon Gerritsz. de navolgende rentebrief te beur is gevallen en aanbedeeld volgens akte van scheiding verleden voor de voorn. notaris Wilfoets op 01-12-1638, gelijk de meergenoemde Grietje Jacobsdr. en Maartje Jacobsdr. bij scheiding tegen de andere erfgenamen van de voorn. Lijsbeth Jacobsdr. bejaarde dochter, de hierna volgende rentebrief voor de helft te beur is gevallen en aanbedeeld volgens akte van scheiding t.o.v. Johannes Lodesteijn secretaris te Overschie op 02-11-1667. De comparanten hebben overgedragen aan Philips Louwen kagenaar en Maarten Pietersz. Dijckhuijsen als voogden over de nagelaten weeskinderen van Arijen Pietersz. Dijckhuijsen en Trijntje Pietersdr. beiden zaliger, voor de ene helft en de weeskinderen van Maartje Pietersdr. Dijckhuijsen voor de andere helft, een losrentebrief van f 2.000 kapitaal tlv. het Gemene Land van Holland, in dato 03-04-1637. Prijs f 1.960, contant geld. Nr. 174 folio 156v. d.d. 17-05-1684. Jacob Jansz. de Jonghe onze schout heeft verkocht aan Jan Jacobsz. de Jonghe de oudste zoon, 5/6 parten in een woning als huis, schuur, barg en geboomte met de boomgaard daarachter gelegen in het dorp Kethel. Belend ten O: de straat, ten Z: Maartgen Meugh, de weduwe van Job Jansz. en Abraham Heckenhoeck, ten W: Jan Arijensz. Jongste met bruikwaar, Cornelis Leendertsz. Decker en de Vlaardingerweg. Nog 5 hond in 8 hond land in de Kethel-noordpolder, waarin de koper als zoon en mede erfgenaam van zijn moeder Betje Jans het resterende 1/6 part zelf toekomt, gemeen met de abdij van Rijnsburg en de Heilige Geest van Kethel, tezamen in een kamp van 10 morgen 5 hond 50 roeden land. Belend in het geheel ten W: de Slimme watering over de Delfweg, ten W: de Harreweg, ten N: de erfgenamen van Abraham Hoogenhouck, ten Z: de Heilige Geest van Kethel. De jongste brief in dato 29-05-1645. Belast met een opstal van f 1-05-00 per jaar, toekomende het Huis van Wassenaar. Prijs f 1.667, contant geld. Nr. 175 folio 157 d.d. 17-05-1684. Jan Willemsz. Vlaerdingerbrouck wonende deze ambacht is schuldig aan Jacob Joppen van der Boon wonende te Rotterdam de somme van f 200 ter zake van geleend geld. Hij verbindt hieraan 2 morgen 4 hond land in de Kethel-noordpolder. Belend ten N: de kinderen van Salomon van den Tempel, ten Z: de abdij van Rijnsburg, ten O: Claes Dircxz. Goutappel en ten W: de comparant zelf.
NADERE TOEGANG 113 Kanttekening: Compereerde op 08-08-1703 Jan Oom Jacobsz. de Jonge als lasthebber van de weduwe van Jan Willemsz. Vlaerdingerbroeck, welke exhibeerde de originele schuldbrief als zijnde afgelost en daarom geroijeerd. Nr. 176 folio 158 d.d. eodem die. Arijen Jacobsz. Sloof bouwman wonende deze ambacht weduwnaar en geïnstitueerde erfgenaam van Cornelia Michielsdr. de Groot volgens testament verleden op 22-06-1677 voor notaris Jacob Bollaert te Schiedam, heeft verkocht aan de heer Hugo van der Werve oud burgemeester, raad en vroedschap van Gouda en Sr. Philips Basteels notaris te Rotterdam als voogden over Eeuwout Keijser, minderjarige zoon van Gerrit Keijser overleden te Rotterdam, een stuk weiland. Groot volgens de meting van de landmeter Nicolaas Stampioen op 16-05-1684 gedaan, 1 morgen 3 hond en 44 roeden land in de Oostabspolder. Belend ten N: en O: de voorn. Eeuwout Keijser, ten Z: de verkoper en ten W: de weduwe van Cornelis Pietersz. Ruijter. Speciale conditie is dat het voorsz. land altijd zijn uit- en overpad zal hebben met paarden, wagen, beesten of anderzins over het land en erf van de verkoper tot de polderweg of kade. De brief waarmede de verkoper het voorsz. land als groter is opgedragen was van dato 14-06-1679. Vrij en niet belast. Belovende hij comparant het voorsz. land te vrijen en waren als recht is en zulks mede van het legaal hijpotheek, het welk zijn verkopers kinderen, zo uit zijn 1° als 2° huwelijk, daarop sprekende hebben. Hieraan verbindt hij zijn woning, erf en boomgaard in de Oostabspolder. Belend ten O: de voorn. Eeuwout Keijser en ten W: de weduwe van Cornelis Pietersz. Ruijter. Strekkende van de polderweg tot aan het voorsz. verkochte land. Prijs f 1.101-07-00, zijnde f 700 de morgen, contant geld. Nr. 177 folio 159v. d.d. 17-05-1684. Maarten Kouwenhove onze secretaris als gestelde curator over de geabandonneerde boedel van Jan Jansz. Groen en Arijen Maertensz. Keuijt, heeft overgedragen aan Sr. Willem van Vliet en Jacob Goeree kooplieden te Delft, de opstal van een woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met 8 morgen 2 hond land in de Kethel-noordpolder, te weten de helft van 14 morgen waar de woning opstaat. Belend in het geheel ten N: de weduwe van Arijen Jorisz. Maet, ten Z: de erfgenamen van de heer Andries Ramp, de erfgenamen van de heer Franco van Beest en de weduwe van Dirck Sijmonsz. Groenewege. Strekkende uit de Delfse Schie over de Groeneweg tot in de watering. Nog 1 morgen 2 hond land aan de noordzijde van de voorn. 14 morgen. Belend ten N:, O: en W: de weduwe van Arijen Jorisz. Maat. De jongste brief in dato 01-12-1627. Vrij en niet belast. Prijs f 260 de morgen. Nr. 178 folio 160v. d.d. eodem die. Cornelis Pietersz. Leeflangh wonende te Zevenhuizen met procuratie van zijn moeder Maartje Cornelisdr. Olshoorn weduwe van Pieter Cornelisz. Leefflang, dochter van Cornelis Ingen Olshoorn, de procuratie verleden op 03-05-1684 voor notaris Albertus van Braackel, voor 1/5 part. Dezelve Cornelis Pietersz. Leefflangh met procuratie van Dirck Maertensz. Leijerdorp, zoon van Martijntgen IJngen, verleden voor Albertus van Braackel notaris te Capelle aan de IJssel op 22-121677 en Cornelis IJngen zoon van IJngen Maartensz. die een zoon was van dezelfde Martijntgen IJngen, tezamen voor 1/5 part. Nog de voorn. Cornelis Pietersz. Leefflangh met procuratie van Jacob Abrahamsz., van Samuel Abramsz. en Aart Harmensz. de Kemp gehuwd met Ingetje Abrahamsdr. van Vleuten, kinderen van Barbertje Ingen, verleden voor notaris Philippus Laurentius te Amsterdam, mede voor 1/5 part. Respectivelijk geïnstitueerde mede erfgenamen van Krijntje Ingen Olshoren, hunlieder moeije en oud moeije, volgens testament door haar verleden voor notaris Maarten Kouwenhove te Schiedam op 3107-1671. Krijntje Ingen was weduwe en universeel erfgenaam van Arijen Jorisz. Crooswijck volgens testament door hun beiden verleden voor notaris Adriaen Cornelisz. Molswijck op 30-11-1639 te Schiedam. Nog de voorn. Cornelis Pietersz. Leefflangh, vervangende Aart Harmensz. de Kemp gehuwd met de voorn. lngentje Abrahamsdr. voor 1/12 part en met de voorn procuratie van 03-05-1684 van zijn moeder, voor de helft van 11/12 parten. Nog met procuratie van Jan Dircxz. Vermeer gehuwd met Maritje Leendertsdr. en van Isaac Jacobsz. van der Vree gehuwd met Trijntje Leendertsdr., de procuratie verleden voor notaris van Brakel op 14-05-1684, mitsgaders vervangende Jan Leendertsz., alle drie kinderen van Ariaantje Francken 't Hoofd, die een dochter was van Maartje Ingen Olshoorn. Met hun drieën voor de wederhelft van de voorn. 11/12 en tezamen voor het geheel geïnstitueerde erfgenamen van hun oom Arijen Ingen Olshoren, volgens testament verleden op 16-02-1684 voor notaris Govert van Gesel te Rotterdam. Welke Arijen Ingen mede voor 1/5 part geïnstitueerde erfgenaam was van de voorn. Krijntje Ingen zijn zuster, volgens haar testament verleden op 31-071671 en mitsdien tezamen uit die hoofde voor hetzelfde 1/5 part. Nog Louris Jansz. Sootjevis voor zichzelf en met procuratie van zijn zuster Wijve Jans Sootjevis meerderjarige dochter, verleden op 14-03-1684 voor notaris Govert van Gesel. Nog Jan Jansz. van der Cijs gehuwd met Grietje Jansdr. die weduwe en volgens de vertichting of uitkoop in dato 30-09-
NADERE TOEGANG 113 1680 ter weeskamer te Rotterdam gepasseerd, boedelhoudster was van Arijen Jansz. Sootjevis. Barent Dircxz. van der Hoeve weduwnaar en universeel geïnstitueerde erfgenaam van Neeltje Jansdr. Sootjevis, volgens testament verleden op 15-09-1679 voor notaris Govert van Gesel. De voorn. Louris Jansz. Sootjevis vervangende Annetje Abrahamsdr. weduwe en universeel geïnstitueerde erfgenaam van Cornelis Leendertsz. Hoogendam die weduwnaar en universeel geïnstitueerde erfgenaam was van Maritje Jansdr. Sootjevis, volgens de testamenten, het ene door Marijtje Jansdr. en Hoogendam verleden op 19-10-1677 en het andere door hem Hoogendam en Annetje Abrahamsdr. verleden op 18-01-1684, beiden voor notaris Dirck Stopman in den Briel. De voorn. Louris Jansz. voor zichzelf en voor zijn voorn. zuster en nog door de uiterste wil van Cornelis Jansz. Sootjevis verleden op 16-081681 voor notaris Philips de Custer te Rotterdam, gestelde voogden over de 2 nagelaten kinderen van de voorn. Arijen Jansz., over het nagelaten kind van de voorn. Neeltje Jansdr. en over het nagelaten kind van de voorn. Maritje Jansdr. en voorts vervangende Frederick Jansz. van der Graaff, als door schout en schepenen van Schiebroek volgens akte verleden op 05-09-1683 ipv. Barent Dircxz. van der Houve, gesurrogeerd tot mede voogd over al dezelve kinderen van Arijen, Neeltje en Maritje Jans, tezamen erfgenamen ab intestato van Cornelis Jansz. Sootjevis, hunlieder broeder en oom. Zijnde de voorn. Wijve Jansdr., Louris Jansz., Arijen Jansz., Neeltje Jans, Maritje Jans en Cornelis Jansz. Sootjevis allen kinderen van Jan Pleunen Sootjevis en tezamen geïnstitueerde erfgenamen van Ingetje Pleunen Sootjevis, volgens haar testament verleden op 25-02-1671 voor notaris Justus Verschure te Rotterdam. Welke Ingetje Pleunen een dochter was van Annetje Ingen en mede voor 1/5 part geïnstitueerde erfgenaam was van de voorn. Krijntje Ingen haar moeije, volgens haar testament van 31-07-1671. Zijnde zijlieden tezamen uit die hoofde voor hetzelve 1/5 part en zulks als de voorn. personen voor het geheel. Alle de voorn. procuratien aan de schout en schepenen vertoond. De comparanten bekennen in die kwaliteit na openbare opveiling verkocht te hebben aan Sr. Govert van Gesel notaris en procureur te Rotterdam, 11 morgen 3 hond 96 roeden land. Eerst een stuk weiland groot 5 morgen 189 roeden volgens de meting door de landmeters Jacob Spaars en Zacharias van Ophoven op 19-01-1649 gedaan, zoals bij opdrachtbrief in dato 23-06-1649, waarbij hetzelve land aan de voorn. Arijen Jorisz. is opgedragen, wordt vermeld. Gelegen in de Nieuwlandse polder en belend ten N: de kinderen van Vrank Willemsz. en ten Z: de heer Adriaan Kruijck. Strekkende van het 's-Gravenlandse toepad over de Oudendijk met zijn uiterdijk tot aan de oude watering. Nog een stuk weiland in de voorsz. polder met een laantje daar annex aan, tezamen gemeten door de landmeter Nicolaas Stampioen op 16-051684 en groot bevonden 4 morgen 4 hond 31 roeden land. Belend ten Z: Ariaantje en Machteltje Jacobsdrs. en ten N: de heer Adriaan Kruijck. Strekkende van het 's-Gravenlandse toepad tot aan de uiterdijk van dezelve Kruijck, gelegen over de Oudendijk. Het laantje is strekkende van de voorn. 4 morgen 4 hond 31 roeden land tot aan het volgende land in de 's-Gravenlandse polder. Het voorn. land en het laantje is aan Arijen Jorisz. Crooswijck met de opdrachtbrieven in dato 8-01-1631 en 0705-16(3)8 opgedragen. Nog een stuk weiland in de 's-Gravenlandse polder, volgens meting door de overleden landmeter Jan van Beest groot bevonden 1 morgen 3 hond 76 roeden land. Mitsgaders nog de toegift, zonder dat de koper daar iets voor hoeft te betalen, van het rietveld of buitenland, groot 222 roeden. Het voorn. land en rietveld in het geheel belend ten W: en N: de heer Adriaen Kruijck, ten Z: Aart Pieter Jaspersz. en ten O: de Schiedamse Schie. De voorn. Arijen Jorisz. opgedragen volgens opdrachtbrief in dato 16-04-1636. Vrij en niet belast. Prijs f 6.704-10-00 en nog het rantsoen van 1 st. van iedere gulden, tot beloop van f 335-04-08, bedragende tezamen f 7.039-14-08, contant geld. Nr. 179 folio 164 d.d. 31-05-1684. Ariaantje Arijensdr. weduwe van Alewijn Jansz. Visscher voor de ene helft, mitsgaders Cornelis Alewijnsz. en Dirck Alewijnsz. voor hunzelf en vervangende Cornelis Arijensz. Schoonmaecker gehuwd met Geertje Alewijnsdr., nog de voorn. Cornelis en Leendert Alewijnsz. als gestelde voogden over de nagelaten weeskinderen van Arijen Alewijnsz. en Aaltje Alewijnsdr., kinderen, kindskinderen en voor 6/7 parten erfgenamen van Alewijn Jansz. Visscher. Zij hebben verkocht aan Jan Alewijnsz. Visscher 13/14 parten in een huizing en erf in de Hargpolder. Belend in het geheel ten Z: Abraham Heckenhoeck, ten W: en N: de Kerklaan en ten O: de Poldervaart. De koper heeft als zoon en mede erfgenaam zelf het resterende 1/14 part in bezit. De jongste brief in dato 01-05-1652. Belast met een rente van f 0-07-09 per jaar, toekomende het ambacht van Kethel. Prijs f 510-15-00 boven 1 st. van iedere gulden tot rantsoen, beiden contant geld. Nr. 180 folio 165 d.d. eodem die. Arent Sijmonsz. van Dijck onze inwoner is schuldig aan de heer Govert Evertsz. de somme van f 850 ter zake van geleende penningen. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, bijhuis, schuur, barg en geboomte met 3 morgen land, gemeen in een kamp van 18 morgen waar dezelve woning opstaat in de Kethel-noordpolder. Belend ten O: Pauwels IJsbrantsz. de Vette, ten Z: de Poldervaart, ten W: Jan Cornelisz. van der Bergh en ten N: de Delfweg.
NADERE TOEGANG 113 Kanttekening: Compareerde de heer Adriaen van Wijck met procuratie van de heer Govert Trippelvoort, de procuratie verleden voor notaris Cornelis Ouwendijck te Delft op 06-04-1684 en exhibeerde de schuldrentebrief als zijnde afgelost. Actum 15-03-1698.
NAAMLIJST Aa van der 5-6 Aalbrechtsdr. Grietgen – Poot 160 Aerde Pouwels Ariensz. van 99 Aerden Aernoud van 150 Aernhem Angenietgen Jansdr. van 160 Jan van 160 Johannes Jansz. van 160 Martijntgen Jansdr. van 160 Abnaer Philips 139 Abrahamsdr. Annetgen 178 Ingentgen – van Vleuten 178 Lijsbeth 53-54-56-73-74-77-78-79-80-94-96-158 Abrahamsz. Jacob 178 Jan – Heckenhoeck 116-125 Claas – Corpershoeck 12-13-14-16-34-35-46 Cornelis – Corpershoeck 7-12-13-14-15-16-18-20-34-40-51-75 Samuel 178 Simon – de Graeff 120 Abswoude Cornelis Claasz. 13-16-101-146 Ackersdijck Heindrik Ariensz. 22-73-74-77-78-79-80-94-96-115-118 Adrichem Neeltgen Jansdr. van 107 Aeunault 90 Aldersz. Louris – Toll 160 Alewijnsdr. Aaltgen 179 Geertgen 179 Alewijnsz. Arien 179 Dirk 179 Jan – Visscher 179 Cornelis 179 Lenert 179 Alkemade van 163 Allemonde Jan 37 Ariensdr. Aaltgen 173 Ariaantgen 127-179 Fijtgen – van Rijt 4-55 Geertgen –van Rijt 4-55 Grietgen – Ouwerkerck 160 Grietgen – van Rijt 4 Jannetgen 146 Keuntgen 68 Maritgen 149 Maritgen – Bleijswijck 101 Maritgen – Jongste 17-81 Maritgen – van Rijt 55 Ariensz. Anthonis – van Dijck 8-9-30-38-47 Arien – Jongste 88-89-94-112-115-116-138-144
NADERE TOEGANG 113 Arien – Ouwerkerck 160 Dirk – Jonghste 73-79-80 Dirk – Mostert 4 Dirck – Ouwerkerck 160 Gerrit – van Rijt 4-55 Heindrik – Ackersdijck 22-73-74-77-78-79-80-94-96-115-158 Jacob – Jongste 109-142 Jan – van der Hoeve(n) 1-166 Jan – van der Houve 2 Jan – de Jonge 152 Jan – Jonghste 174-181 Jan – Rodenrijs 106-140-152 Jan – van Rijt 4-55 Jan – Suijckerbosch 22-65-76 Job – de Goede 55 Joost – van Rijt 4-55 Claas – Heijmont 112 Claas – van Rijt 55 Cornelis – van der Burgh 26-27-37-54-57-105 Cornelis – Schoonmaecker 179 Cornelis – Sijdeman 73-42 Lenert – Oldenbroeck 33 Lenert – van Winden 55 Pouwels – van Aerde 99 Pouwels – van Naerden 107 Vrank – van Rijt 4-55 Asperen Leonard van 161-163 Assendelft Daniel Pompejus van 159 Gerard van 101 Willem Claasz. van 66 Baes Pieter Pietersz. 1-2 Back Debora de 79 Backer Jan Heindriksz. 59 Barghman Heindrik Wijnantsz. 59 Cornelis Wijnantsz. 43-49 Basteels Philips 142-159-176 Beest Franco van 177 Jan van 178 Johan van 154 Michiel van 66-71 Berckel Ariaantgen Maartensdr. 83 Maarten Pouwelsz. 21-83 Berckhout Dirk Pouwelsz. 150 Maarten Pouwelsz. 150 Berckman Aalbrecht 104 Bergh Jacob Jansz. van den 119 Jan Cornelisz. van der 27-86-148-180 Joris van den 131 Berghman Cornelis Wijnantsz. 70-95-165 Pieter Wijnantsz. 11-43-137-164-165 Beijs Maria 42-104-126 Bleijswijck Abraham van 139 Dirk van 56 Hugo van 3-23-42 Margrieta van 137 Maria 125-164 Maritgen Ariensdr. 101 Theodorus van 70-95-156-164 Block Volkert 164 Blijenburch Jacob Willemsz. 81
NADERE TOEGANG 113 Jan Willemsz. 46 Bois Eland du 11-59-125-164 Bollaert Jacob 97-176 Boon Jacob Joppen van den 175 Bordels Johannes 132 Bor(re)mans Peterus 57-60-62-64 Borselen van 146 Boschuijsen Daniel van 168 Boutesteijn Philips Cornelisz. 107 Braackel Albertus van 178 Brauw Jacob Muijs de 20-40-41-50-51 Breederode Frans Cornelisz. 104-126 Breederoo Frans Cornelisz. 59 Breur Adriaan 154 Broeck Joris Jorisz. 1-2-11-166 Brouck Jan Jansz. 140 Joris Jansz. 141-155-166 Brugge Mathijs Lenertsz. van 120 Seger van der 70 Burgh Adriaan Cornelisz. van der 127 Geertruida van der 25 Grietgen Cornelisdr. van der 127 Jan Cornelisz. van der 38 Johanna Maria van der 90 Cornelis Ariensz. van der 26-27-37-54-57-105 Pieter van der 73-79-80 Vrank van der 24-158-160 Buijtewegh Arien 10 Bijl Dirk Cornelisz. 91-92-127-128-143-151-157 Jacob Claasz. 165 Claas Cornelisz. 32-88-89-106 Pieter Willemsz. 131-134 Cijs Jan Jansz. van der 178 Dalen Arent van 66-71-154 Dalffren Gerard van 159 Decker Cornelis Lenertsz. 174 Lenert Jansz. 110-172 Dirksdr. Augustijntgen 67-87 Maritgen 1-166 Dirksz. Arien 80-96-129-130 Arien – Jongste 181 Barent – van der Hoeve 178 Gerrit – Jongste 8-9-38-73-74-77-78-79-80-94-96 Jan –van Keulen 91 Jan – Opmeer 5-22 Jan – Vermeer 178 Claas 151 Claas – Goutappel 12-13-14-15-34-35-46-55-170-175 Pieter – Drooghart 92 Dominicusz. Adriaan 84 Jan – Westerdeel 61 Drooghart Pieter Dirksz. 92 Dudleij Anna – Carleton 69 Dufault Jacob 11 Dusse Adriaan van der 70-95-139 Bartha van der 74-79-80-86 Dirk van der 146 Gerard van der 160 Cornelis van der 39 Michiel van der 170
NADERE TOEGANG 113 Duijck Barbara 154 Duijst Johan – van Voorhout 25 Duijvesteijn Vrank Jansz. 3-4-23-24-42 Dijck Anthonis Ariensz. van 8-9-30-38-47 Arent Simonsz. van 27-148-171-180 Willempgen Pietersdr. van 115 Dijckhuijsen Arien Pietersz. 173 Maarten Pietersz. 173 Maartgen Pietersdr. 173 Engelgraeff Abraham 103 Catharina 103 Robertus 103 Evertsz. Govert 180 Eijjon Anthonij 31 Fabritius Willem 102-132 Fagel Benjamin 159 Fault Jacob du 85 Ferrers Anna 154 Ferres Johan 69-98-154 Fransdr. Maritgen 123 Fransz. Jan – van der Putte 67-87 Cornelis 9 Galeinsz. Cornelis – Keijser 3-24-124 Gerritsdr. Maritgen 168 Gerritsz. Huibrecht – Keijser 97-112-113-114 Claas -- van der Valck 141 Lenert – Meurs 44-45-99 Maarten – Meugh 111 Simon – Lantman 173 Gesel Govert van 163-178 Jacob van 99 Goede Job Ariensz. de 55 Goeree Jacob 154-177 Goes van der 158 Anthonia Josina van der 24-158-160 Arien van der 24-160 Gool Matheus 154 Gordon Robbrecht 50-113 Gorisdr. Maritgen 127 Goudriaen de heer van 76 mevrouw van 65-152 Goutappel Claas Dirksz. 12-13-14-15-34-35-46-55-170-175 Graeff Anthonis Jansz. de 119 Frans Cornelisz. de 121-123 Frederik Jansz. van der 178 Cornelis Sebastiaansz. de 119 Neeltgen Sebastiaansdr. de 123 Simon Abrahamsdr. de 120 Graswinckel Abraham 76 Grift Jacob Jansz. 31 Groen Jan 146 Jan Jansz. 66-71-72-154-177 Jan Cornelisz. 12-13-46-66-71 Pieter Jansz. 71-147 Willempgen Jansdr. 66-71 Groenenbergh Gerard van 90 Groenewege Dirk – van der Maden 146 Groenewegen Dirk Simonsz. 66-71-177 Groot Cornelia Michielsdr. de 176 Haes Louris Heindriksz. de 149
NADERE TOEGANG 113 Hanneman Coenraat 69-98 Hargh Cornelis Jaspersz. van der 111 Michiel Jansz. van der 1-2-166 Harmansdr. Neeltgen 108 Harmansz. Aart – de Kemp 178 Heindrik – Overgaeg 104 Heckenhoeck kapitein 75 Abraham 8-11-18-20-30-38-40-47-48-50-51-57-62-63-64-73-79-80-85-103-113-114145-157-163-174-179 Abraham Jansz. 60 Jan Abrahamsz. 116-135 Johannes 128-143-172 Heindriksz. Jan 137 Jan – Backer 59 Lenert – Lantsberge 136 Louris – de Haes 149 Herder Abraham de 154 Heijm Adam van der 95-113-124-125-126 Heindrik van der 139 Heijmont Claas Ariensz. 112 Hilhem Susanna de 69 Hillebrantsz. Arien – Ouwervest 4-55 Hodenpijl Jan 133-144 Hadges Franchois 29 Hoeck Cornelis van den 98 Hoeve(n) Barent Dirksz. van der 178 Jan Arentsz. van der 1-166 Hoffland Arnold 79 Hoffwegh Lenert Jacobsz. 172 Holierhoek Jan Cornelisz. 1-2 Holierhouck Jan Lenertsz. 168 Maarten Lenertsz. 168 Hoofd Ariaantgen Vranken 't 178 Hoogendam Cornelis Lenertsz. 178 Hoogenhouck Abraham 174 Maarten 118 Pieter 117-129-130-150 Hoorn Cornelis van 102 Horst Willem van der 107 Houff dijkgraaf van der 25-26 Wilhem van der 82-90 Houve Jan Ariensz. van der 2 Huibrechtsdr. Annetgen –Keijser 112-113-114 Trijntgen 108 Trijntgen – Poot 19 Hulstman Willem 160 Ingen Annetgen 178 Arien – Olsthoren 178 Barbertgen 178 Cornelis – Olshoorn 178 Crijntgen 4-24-124 Krijntgen – Olshoren 178 Maritgen – Olshoorn 178 Martijntgen 178 Jacobsdr. Ariaantgen 178 Grietgen 173 Lijsbeth 173 Machtelt 178 Maritgen 173 Jacobsz. Arien – Jongste 5-99-173
NADERE TOEGANG 113 Arien – Slooff 97-109-112-176 Bartholomees 83-84-150 Isaac – van der Vree 178 Jacob – Jongste 173 Jan 121 Jan – de Jonghe 174 Jan – Schiebroeck 10 Jan – Steenevelt 166-167 Jan Oom – de Jonge 81-175 Lenert – Hoffwegh 172 Pieter 36 Pieter – Verbeeck 90-133 Tielman 123 Jansdr. Angenietgen – van Aernhem 160 Annetgen – Speck 110 Betgen 174 Geertgen 5 Grietgen 178 Jannitgen – Speck 110 Jannitgen – Suijcker 152 Maritgen 61-86-110-121 Maritgen – Sootjevis 178 Martijntgen – van Aernhem 160 Neeltgen – van Adrichem 107 Neeltgen – Sootjevis 178 Neeltgen – Speck 110 Willempgen – Groen 66-71 Wijve – Sootjevis 178 Jansz. Abraham – Heckenhoeck 60 Alewijn – Visscher 114-179 Anthonis – de Graeff 119 Arien – de Jonge 103 Arien – Coppert 94-110 Arien – Sootjevis 178 Dammis – de Jonge 17-26-140-141 Dammis – Jongste 17 Dammis – Speck 110 Dammis – waard 91 Dirk – Schipper 91-151 Frederick – van der Graeff 178 Goris – de Vette 57-60-127 Jacob 115 Jacob – van der Bergh 119 Jacob – Grift 31 Jacob –de Jonge 11-22-74-78-80-96-110-129-130-174 Jacob – Ouwendijck 61 Jan 133 Jan – Brouck 140 Jan – van der Cijs 178 Jan --Groen 66-71-72-154-177 Jan – Post 148 Jan – (van der) Rotte 25-36 Job 149-174 Johannes – van Aernhern 160 Joris – Brouck 141-155-166 Joris – Maet 12-13-16-34-35 Claas – Waddingh 65-106 Cornelis – Sootjevis 178 Cornelis – Speck 110-113 Lenert – Decker 110-172
NADERE TOEGANG 113 Lenert – Sterrenburgh 136 Louris – Sootjevis 178 Maarten – Niese 104 Maarten – Speck 110 Michiel – van der Harch 1-2-166 Pieter – Groen 71-147 Pieter – Kleijwegh 1-2 Pieter – Langelaen 69-98 Pieter – Pathijn 22 Sirnon 133-155 Sirnon – van Velde 90 Vrank – Duijvesteijn 3-4-23-24-42 Jaspersdr. Maartgen 153-169 Jaspersz. Cornelis – van der Hargh 111 Aart Pieter 178 Joachimsz. Steven 105 Jonas Cornelia 70 Jonge schout de 53-54 Arien Jansz. de 103 Dammis Jansz. de 17-26-140-141 Jacob Jansz. de 11-22-74-78-80-96-110-129-130-174 Jan Ariensz. de 152 Jan Jacobsz. de 174 Jan Oom Jacobsz. de 81-175 Jonghste Arien 161 Arien Ariensz. 88-89-94-112-115-116-138-144 Arien Dirksz. 181 Arien Jacobsz. 5-99-173 Dammis Jansz. 17 Dirk Ariensz. 73-79-80 Dirk Pleunen 8-9-30-38-47-58-99-181 Gerrit Dirksz. 8-9-38-73-74-77-78-79-80-94-96 Jacob 161 Jacob Ariensz. 109-142 Jacob Ariensz. 109-142 Jacob Jacobsz. 173 Jan Ariensz. 174-181 Maartgen Ariensdr. 17-181 Joosten Arien – van Rijt 4-55 Vrank – van Rijt 4-23-24 Joppen Jacob van der Boon 175 Jorisdr. Maritgen 126 Maria – Proot 101 Jorisz. Arien – Krooswijck 24-124-133-178 Arien -- Maet 34-177 Arien – Vrolijck 66-71 Jacob 121 Jacob – Suijt-Maesland 1-2 Joris – Broeck 1-2-11-166 Cornelis – Natschoe 139-168 Cornelis – van der Tas 160 Lenert – van der Tas 160 Cambier Abraham 132 Campen Cornelis Cornelisz. van 110 Cantier Cornelis 131 Willem 131 Karel Louris Pietersz. 5-6 Lijsbeth Pietersdr. 170 Pieter Maartensz. 5-6 Carleton Dudleij 154
NADERE TOEGANG 113 Anna Dudleij 69 Anna Oudleij 98 Kater Cornelis Pietersz. 153 Keerom Jan Pietersz. 115-116 Kemp Aart Harmansz. de 178 Kempenaer Heindrik 103 Keulen Jan Dirksz. van 91 Keuijt Arent Maartensz. (van der) 66-71-72-154-177 Willem Maartensz. van der 110 Keijser Annitgen Huibrechtsdr. 112-113-114 Euwout 176 Gerrit 55-97-176 Huibrecht Gerritsz. 97-112-113-114 Huibrecht Galeinsz. 3-24-124 Pieter Kouwenhove anders 112-113-114 Keijsers Anna 158-160-167 Grietgen 43 Cornelis 158 Kievith 142-153-161-169 Kivid Pieter 73-79-80 Claasdr. Maritgen 4-91 Maritgen – van Santvliet 55 Claasz. Bruin – van der Klauw 109 Jacob – Bijl 165 Job – Verboon 81 Cornelis – Abswoude 13-16-101-146 Maarten – van Reewijck 36 Pieter – Proot 146 Willem – van Assendelft 66 Klauw Bruin Claasz. van der 109 Cleeff Abraham van 76-99-115-124-125 Anna van 11-44-45-99-100-124-125 Geertruida van 124-125 Jacob 124-125 Jacomina van 99 Catharina van 124-125 Maria van 124-125 Nicolaas van 124-125 Pieter van 56-65-73-76-79-80-99-124-125-158 Clercque Philibert de 90 Clesnet Baptiste du 90 Kleijwegh Annitgen Pietersdr. 166 Ariaantgen Pietersdr. 166 Ghieltgen Pietersdr. 166 Jan Pietersz. 166 Pieter Jansz. 1-2 Pieter Pietersz. 166 Klinckert Nicolaas 161 Koeckebacker Abraham 118 Kool Dirk Sieren 17-74-181 Pieter Lenertsz. 173 Coppert Arien Jansz. 94-110 Heindrik 65 Heindrik Cornelisz. 106 Cornelis Cornelisz. 13-16 Korf Wijbrant van der 146 Cornelisdr. Aagje 147 Geertgen – Sijdeman 42 Grietgen 6-170 Grietgen – van der Burgh 127
NADERE TOEGANG 113 Jannitgen 101 Cornelia – Sijdeman 42 Liedewij 48-68-135 Maritgen 140 Maritgen – Olshoorn 178 Cornelisz. Arien – van der Burgh 127 Arien – Molswijck 178 Arien – Poldervaert 149 Arien – Segwaert 112 Arien – Slooff 80 Arien – van der Speck 107 Bonefaas 55-97 Bouwen 76 Dirk – Bijl 91-92-127-128-143-151-157 Dirk – van Luchtigheijt 133 Frans – Breederode 104-126 Frans – Breederoo 59 Frans – de Graeff 121-123 Frans – Post 50-51-75-115-172 Heindrik – Coppert 42 Jacob – Cortendijck 42 Jan – van der Bergh 27-86-148-180 Jan – van der Burgh 38 Jan – Groen 12-13-46-66-71 Jan – Holierhoeck 1-2 Jan – Marckenburgh 62-63-64 Jan – Speck 91-110-127-128-143 Jan – Sijdeman 42 Claas – Bijl 32-88-89-106 Claas – Schout 22-53-54-111 Cornelis – van Campen 110 Cornelis – Marckenburgh 19-26-37-58-60-140 Cornelis – Coppert 13-16 Cornelis – Schieveen 25-82-90-133 Lenert – Oosterlee 7-32 Philips – Boutesteijn 107 Pieter – Leefflangh 178 Pouwels – van der Tack 40-41 Simon 154 Corpershoeck Claas Abrahamsz. 12-13-14-16-34-35-46 Cornelis Abrahamsz. 7-12-14-15-16-18-20-34-40-51-75 Cortendijck Jacob Cornelisz. 42 Corsz. Frans – van der Marck 127 Kouwenhove Maarten 32-57-58-60-67-79-87-99-142-156-170-177-178 Melchior 67 Pieter – anders Keijser 112-113-114 Croon Mees Maartensz. 110 Crooneveen Jacob Lievensz. 27 Crooswijck Arien Jorisz. 24-124-133-178 Kruijck Adriaan 23-42-56-107-124-138-158-160-167-178 Cruijsers Anthonette 118 Cruijswijck Adriaan 24 Crijnen Arien 150 Coenraad 67-87 Lenert 67-87 Custer Philips de 178 Langelaen Pieter Jansz. 69-98 Lantman Simon Gerritsz. 173 Lantsberge Lenert Heindriksz. 136 Laurentius Philippus 178
NADERE TOEGANG 113 Leefflangh Cornelis Pietersz. 178 Pieter Cornelisz. 178 Willem Pleunen 122 Lenertsdr. Maritgen 178 Trijntgen 178 Lenertsz. Gerrit – Meurs 10 Huibrecht – Pathijn 53-80-96-111 Huibrecht – Post 121 Jan 178 Jan – Holierhouck 168 Joris – Quant 15-27-48-68-118-135-157 Cornelis – Decker 174 Cornelis – Hoogendam 178 Cornelis – Stolck 150 Crijn 67-87 Maarten – Holierhouck 168 Mathijs – van Brugge 120 Pieter – Cool 173 Pieter – Post 122 Leeuwius Theodorus 137 Leijerdorp Dirk Maartensz. 178 Lievensz. Jacob – Croonenveen 27 Limburg Simon van 159 Lodesteijn Johannes 173 Lois Anna 131-134 Jacob 131 Lourisz. Philips 173 Pieter – van Noorden 42-115-170 Pieter – van Noort 3-23 Luchtigheijt Dirk Cornelisz. van 133 Luffel Catharina van de 131 Maen Claas Meesz. 173 Maritgen Willemsdr. 3-24-124-158 Maartensdr. Annitgen 160 Ariaantgen 150 Ariaantgen – Berckel 83 Cijtgen 150 Fijtgen 4 Jannitgen 110 Maritgen 173 Maria 150 Neeltgen 173 Maartensz. Arent – (van der) Keuijt 66-71-72-154-177 Bruin – Niese 125 Dirk – Leijerdorp 178 Huibrecht – Persoon 5 Ingen 178 Jan – Suijtbuijrt 48-68-83-84-135-150 Mees – Croon 110 Pieter – Karel 5-6 Willern – van der Keuijt 110 Maet Arien Jorisz. 34-177 Joris Jansz. 12-13-16-34-35 Maden Dirk Groenewege van der 146 Man Heindrik de 4 Marck Frans Corsz. van der 127 Marckenburgh Jan Cornelisz. 62-63-64 Cornelis 57 Cornelis Cornelisz. 19-26-37-58-60-140 Marinusz. Jan 123
NADERE TOEGANG 113 Maximiliaansz. Ruth – van Waert 40 Mathenesse Florentina van 93 Gijsbert van 93 Willem van 93 Meesz. Claas – Maen 173 Meugh Maarten 174 Maarten Gerritsz. 111 Meulen Paul Andreas van der 159 Meurs Gerrit Lenertsz. 10 Lenert Gerritsz. 44-45-99 Meijden van der 118 Meijsterius Lucas 156 Michielsdr. Dieuwertgen 36 Maritgen 1 Neeltgen 1-2-166 Cornelia – de Groot 176 Mierop Gerbrand van 162 Johan van 161-162 Molswijck Adriaan Cornelisz. 178 Mostert Dirk Arentsz. 4 Muijs Jacob – de Brauw 20-40-41-50-51 Mijle Johan van der 21 Naerden Arien Pouwelsz. van 107 Barbara Pouwelsdr. van 107 Jan Pouwelsz. van 107 Cornelis Pouwelsz. van 107 Maritgen Pouwelsdr. van 107 Pouwels Arentsz. van 107 Natschoe Claas Jorisz. 139-168 Neck Adriaan van 129-130 Nierop Aalbrecht 102 Cornelia 102 Cornelis 102 Willem 102 Niese(n) Bruin Maartensz. 125 Cornelis 99-100-107 Maarten Jansz. 104 Nieupoort Cornelis 4-115 Willem 83-84 Noorden Pieter Lourisz. van 42-115-170 Noort Pieter Lourisz. van 3-23 Oldenbroeck Lenert Ariensz. 33 Olshoren Arien Ingen 178 Cornelis Ingen 178 Krijntje Ingen 178 Maritgen Ingen 178 Maritgen Cornelisdr. 178 Oom Jacob – Jacobsz. de Jonge 81-175 Oosterbaen Anthonij 99 Oosterlee Lenert Cornelisz. 7-32 Oosterveen Arien Pietersz. 20-40-51-172 Ophoven Zacharias van 178 Opmeer Jan Dirksz. 5-22 Oudleij Anna – Carleton 98 Ouwater Joris 106 Ouwendijck Jacob Jansz. 61 Cornelis 115-116-180 Ouwerkerck Arien Ariensz. 160 Dirk Ariensz. 160 Grietgen Ariensdr. 160
NADERE TOEGANG 113 Ouwervest Arien Hillebrantsz. 4-55 Overgaeg Heindrik Harmensz. 104 Pansert Heindrik 159 Panssers juffrouw 154 Pathijn Huibrecht Lenertsz. 53-80-96-111 Huibrecht Pietersz. 54 Jan 129 Cornelis Pietersz. 33-58 Lenert Pietersz. 22-53-54-129 Pieter Jansz. 22 Pauw Gerard 117-118 Persoon Huibrecht Maartensz. 5 Persijn Willem van 37 Pietersdr. Aafgen 15 Aagje 5 Annitge – Kleijwegh 166 Ariaantgen – Kleijwegh 166 Dirkgen – Slooff 32 Geertgen 5 Keuntgen – Slooff 7 Lijsbeth 5-122 Lijsbeth – Karel 170 Maritgen – Dijckhuijsen 173 Maria – Verbeeck 133 Michieltgen 1-2 Michieltgen – Kleijwegh 166 Pietertgen 133 Trijntgen 149-173 Trijntgen – Verbeeck 133 Willempgen – van Dijck 115 Pietersz. Aart – Jaspersz. 178 Anthonis 68 Arien – Dijckhuijsen 173 Arien – Osterveen 20-40-51-172 Dammis – Slooff 7-94 Dirk – Poot 13-14-22-46 Gerrit – Verbosch 72 Huibrecht – Pathijn 54 Huibrecht – Poot 19 Jan – Keerom 115-116 Jan – Kleijweg 166 Jan – Post 52 Jan – van Velde(n) 74-79-80 Claas – van den Tempel 12-14-15-34-35-96-102-132 Cornelis – Kater 153 Cornelis – Leefflangh 178 Cornelis – Pathijn 33-58 Cornelis – Post 52-85 Cornelis – Post den ouden 52-85 Cornelis – Ruijter 28-55-97-109-176 Lenert – Pathijn 22-53-54-129 Lenert – van (den) Velde 110-129-130 Louris – Karel 5-6 Maarten 42 Maarten – Dijckhuijsen 173 Mathijs – Verbeeck 133-155 Pieter 146 Pieter – Baes 1-2 Pieter – Kleijwegh 166 Pieter – Schieveen 25-36
NADERE TOEGANG 113 Pieter – Verbeeck 133 Vrank – van der Valck 42 Plaets Pieter van der 113 Pleunen Dirk – Jongste 8-9-30-38-47-58-99-181 Ingetgen – Sootjevis 178 Ingetgen – Sotgenius 10 Jan – Sootjevis 178 Willem – Leefflangh 122 Poldervaert Arien Cornelisz. 149 Poot Dirk Pietersz. 13-14-22-46 Grietje Aalbrechtsdr. 160 Huibrecht Pietersz. 19 Trijntgen Huibrechtsdr. 19 Post Frans Cornelisz. 127-128-143 Gerrit Cornelisz. 50-51-75-115-172 Huibrecht Lenertsz. 121 Jan Jansz. 148 Jan Pietersz. 52 Cornelis Pietersz. 52-85 Cornelis Pietersz. – den ouden 52-85 Pieter Lenertsz. 122 Pouwelsdr. Barbara – van Naerden 107 Maritgen 147 Maritgen – van Naerden 107 Pouwelsz. Arien –van Naerden 107 Dirk – Berckhout 150 Jan – van Naerden 107 Cornelis – van Naerden 107 Maarten 48-68-135 Maarten – Berckel 21-83 Maarten --Berckhout 150 Prins Catharina 161-162 Proot Maria Jorisdr. 101 Pieter 101 Pieter Claesz. 146 Putte Jan Fransz. van 67-87 Quant Joris Lenertsz. 15-27-48-68-118-135-157 Ramp de heer 66-71 Andries 99-160-177 Diederik 142-159-161-163 Egbert 142-159-161-162-163 Frederik 161-163 Pieter 161-163 Reewijck Maarten Claasz. van 36 Reiersdr. Barbara 104 Ridder Lourens de 38 Rodenrijs Jan Ariensz. 106-140-152 Corstiaan 68 Rogiers Dirk 159 Rolijn Johannes 59 Romeijn Willem 153 Roos Henrik 171 Rotte Jan Jansz. (van de) 25-36 Ruijter Cornelis Pietersz. 28-55-97-109-176 Ruijven Catharina van 117-118-129-130 Rijn Pieter Willemsz. van 5 Rijt Arien Joosten van 4-55 Arien Willemsz. van 19-69-98-157 Fijtgen Ariensdr. van 4-55 Geertgen Ariensdr. van 4-55
NADERE TOEGANG 113 Gerrit Ariensz. van 4-55 Grietgen Ariensdr. van 4 Jan Ariensz. van 4-55 Jannetgen Vranken van 3-4-23-24-42 Joost Ariensz. 4-55 Claas Ariensz. van 55 Claas Vranken van 28-86 Maritgen Ariensdr. van 55 Vrank Ariensz .van 4-55 Vrank Joosten van 4-23-24 Vrank Willemsz. van 28 Willem Vranken van 4-86 Santvliet Maritgen Claasdr. van 55 Sas Pieter 67 Scharps Lidia 155 Machtelt 155 Schas Adriaan 102 Schie Gerrit Simonsz. van 107 Schiebroeck Jan Jacobsz. 10 Schieveen Cornelis Cornelisz. 25-82-90-133 Pieter Pietersz. 25-36 Schipper Dirk Jansz. 91-151 Schoon Pieter 154 Schoonhaven Pieter 139 Schoonmaecker Cornelis Ariensz. 179 Schout Claas Cornelisz. 22-53-54-111 Sebastiaansdr. Neeltgen – de Graaff 123 Sebastiaansz. Cornelis – de Graaff 119 Segwaert Arien Cornelisz. 112 Sieren Dirk – Kool 17-74-181 Haasgen 83-150 Simonsz. Arent – van Dijck 27-148-171-180 Dirk – Groenewegen 66-71-177 Gerrit – van Schie 107 Jan 91 Jan – Wadding 26-58-105 Slobbe Cornelis Vranken 54-55 Slooff Arien Jacobsz. 97-109-112-176 Arien Cornelisz. 80 Dammes Pietersz. 7-94 Dirkgen Pietersdr. 32 Keuntje Pietersdr. 7 Snouck Bernart 124-125-136 Soete Johannis 24-44-45-99 Sootjevis Arien Jansz. 178 Ingetje Pleunen 178 Jan Pleunen 178 Cornelis Jansz. 178 Louris Jansz. 178 Maritgen Jansdr. 178 Neeltgen Jansdr. 178 Wijve Jansdr. 178 Sotgenius Ingetje Pleunen 10 Spaerwoude Clara van 131-134 Spangen Justus van 49 Speck Annetgen Jansdr. 110 Arien Cornelisz. van der 107 Dammis Jansz. 110 Jan Cornelisz. 91-110-127-128-143 Jannetje Jansdr. 110
NADERE TOEGANG 113 Cornelis Jansz. 110-113 Maarten Jansz. 110 Neeltgen Jansdr. 110 Spiering Cornelis 101-146 Maria 101 Spoors Jacob 178 Sprockenburgh Adriaan 150 Stampioen Nicolaas 55-176-178 Steenevelt Jan Jacobsz. 166-167 Sterrenburgh Lenert Jansz. 136 Stolck Cornelis Lenertsz. 150 Stopman Dirk 178 Stralen Gosewijn van 5-6 Suijcker Jannetje Jansdr. 152 Suijckerbosch Jan Ariensz. 22-65-76 Suijtbuijrt Jan Maartensz. 48-68-83-84-135-150 Suijt-Maesland Jacob Jorisz. 1-2 Swalmius Petrus 164 Swijts Maria 8-30-38-103 Sijdeman Geertgen Cornelisdr. 42 Jan Cornelisz. 42 Cornelia Cornelisdr. 42 Cornelis Ariensz. 23-42 Tack Paulus van der 50 Tack Pouwels Cornelisz. van der 40-41 Tas Cornelis Jorisz. van der 160 Lenert Jorisz. van der 160 Tempel Claas Pietersz. van den 12-14-15-34-35-96-102-132 Salomon van den 81-101-175 Toll Louris Aldersz. 160 Trompers Catharina 169 Trippelvoort Govert 180 Valck Claas Gerritsz. van der 141 Vrank Pietersz. van der 42 Valckenaer Margaratha 93 Valckenburgh Matheus van 159 Vale Adriaan van 69-98 Veen Johan 61-156 Veer Anthonij de 21 Velde(n) Abraham van den 107 Jan Pietersz. van 74-79-80 Lenert Pietersz. van (den) 110-129-130 Sara van den 155 Simon Jansz. van 90 Verbeeck Maria Pietersdr. 133 Mathijs Pietersz. 133-155 Pieter Jacobsz. 90-133 Pieter Pietersz. 133 Trijntgen Pietersdr. 133 Verboon Job Claasz. 81 Verbosch Gerrit Pietersz. 72 Vermeer Jan Dirksz. 178 Verschure Justus 178 Vette Goris Jansz. de 57-60-127 Jannetgen IJsbrantsdr. de 153 Pouwels IJsbrantsz. 27-86-153-169-180 Vincentsz. Frans 91-92 Visch Gerrit 83-84-99 Maria 146 Visscher Alewijn Jansz. 114-179
NADERE TOEGANG 113 Jan Alewijnsz. 179 Vlaerdingerbroeck Jan Willemsz. 34-35-46-81-175 Vleuten Abraham van 6 Ingetje Abrahamsdr. van 178 Vliet Pieter Willemsz. van 101 Willem van 154-177 Voorhout Johan Duijst van 25 Vranken Ariaantgen – 't Hoofd 178 Jannetgen – van Rijt 3-4-23-24-42 Claas – van Rijt 28-86 Cornelis – Slobbe 54-55 Willem – van Rijt 4-86 Vree Isaac Jacobsz. van der 178 Vrolijck Arien Jorisz. 66-71 Waard Dammis Jansz. 91 Waert kapitein van 18-20 Ruth Maximiliaansz. van 40 Wadding Jan Simonsz. 26-58-105 Claas Jansz. 65-106 Warmenhuijse Abraham van 154 Wassenaer Jacob heer van 37-93 Welsing Johannes 103 Werve Hugo van der 176 Westerdeel Jan Dominicusz. 61 Weijmans Henricus 70 Jonas 70 Maaiken 73-77 Wielick Harmanus van 82 Willemsdr. Maritgen – Maen 3-24-124-158 Trijntgen 141 Willemsz. Arien – van Rijt 19-69-98-157 Jacob – Blijenburch 81 Jan – Blijenburch 46 Jan – Vlaerdingerbroeck 34-35-46-81-175 Pieter – Bijl 131-134 Pieter – van Rijn 5 Pieter – van Vliet 101 Vrank 178 Vrank – van Rijt 28 Wilsoets Johan 173 Wilson Eduart 29 Winden Lenert Ariensz. van 55 Wittert Johannes 73-79-80 Wouw Abraham Selcaert van 159 Wijck Adriaan van 180 Heindrik van 169 Wijckerhelt Gerbrand 82-137 Wijnantsz. Heindrik 126 Heindrik – Barghman 59 Cornelis 168 Cornelis – Barghman 43-49 Cornelis – Berghman 70-95-165 Pieter – Berghman 11-43-137-164-165 Wijs Johan de 30-38-65 IJsbrantsdr. Annitgen 9 Jannetgen – de Vette 153 Claasgen 54 IJsbrantsz. Pauwels 148 Pauwels – de Vette 27-86-153-169-180
NADERE TOEGANG 113
GEOGRAFISCHE NAMEN Akkersdijk 115 Amsterdam 67-87-103-146-178 Babberspolder 65 Berkel en Rodenrijs 4 Brielle 178 Capelle aan de IJssel 153-178 Delfgauw 109 Delfland 82-90 Delft 1-11-25-38-46-68-81-82-90-99-101-107-124-125-129-130-136-145-146-147-150-154-155-161170-177-180 Dordrecht 117-118 Edam 164 Gent 31-90 Gouda 176 's-Gravenhage 21-66-71-81-90-98-102-154-160 's-Gravenlandse polder 4-10-25-36-82-90-133-178 Haarlem 102-132-142-159-161-162-163 Hargpolder 8-9-20-30-38-40-41-47-50-56-72-77-79-80-94-96-103-113-114-158-163-179 Hazerswoude 37 Hof van Delft 109 Kool 122 Kortland 39-152 Leiden 73-79-80 De Lier 167 Nieuwlandse polder 1-2-3-10-11-23-24-28-39-42-43-59-65-70-76-95-99-104-106-107-112-115-124125-126-156-160-164-165-166-168-178 Kethel-noordpolder 12-13-14-15-16-19-26-27-35-46-57-62-64-69-72-74-79-80-81-98-101-102-105108-132-146-148-153-154-169-171-174-175-177-180 Oostabspolder 21-48-55-68-83-84-97-117-118-135-142-147-150-161-162-176 Oud-Mathenesse 36-168 Overschie 17-142-147-150-173-181 Pijnacker 160 Rotterdam 6-29-31-55-70-72-79-80-91-92-95-105-129-131-132-134-142-156-159-162-163-170-171175-176-178 Schiebroek 10-11-121-178 Schiedam 3-4-11-23-24-30-32-36-38-39-42-43-44-45-50-53-54-56-59-61-65-67-70-73-76-79-80-8283-84-87-88-89-95-97-99-100-104-106-107-113-114-119-120-123-124-125-126-129-133134-136-137-138-139-140-141-144-152-154-155-156-158-160-164-165-167-168-173-176178 Schieland 95-99-124-125-156-164 Schiepolder 93 Schipluiden 13-46 Spaland 93 Spieringshoek 76 Strijen 117-118 Vlaanderen 31-90 Vlaardingen 5 Vlaardingerwoud 173 Vrijenban 102-132 Westabspolder 5-6-28-61-99-115-116-131-134-170 Zevenhuizen 178 Zoetermeer 27 Zouteveen 4
NADERE TOEGANG 113
S T R A T E N, V A A R W E G E N, E T C. DammeIaan 136 Delfweg 26-27-34-58-69-74-79-80-98-148-149-157-171-174-180 's-Gravenlandse toepad 3-4-23-24-28-82-90-124-160-178 Groeneweg 12-16-26-27-37-57-60-62-64-66-71-81-101-105-146-153-154-169-177 de oude Harg 8-9-38-47-73-79-103 Hargkade 8-9 Hargwatering 30 Harreweg 13-26-37-57-80-174 Kerkepad 52-85 Kerklaan 114-151-179 Kethelweg 103-105-158-163 Kruisstraat 110 de hoge Maasdijk 65 Nieuwlandse molenwatering 136-165 de Oude Delft 66 Oudendijk 1-3-11-23-24-28-32-88-89-115-124-125-136-138-144-160-166-178 Poldervaart 8-9-27-43-44-56-73-79-80-86-99-107-109-112-114-118-148-153-158-163-165-169-179180 Poldervaartse kade 38-113 Polderwatering 97-142-150 Polderweg 83-84-147-161-176 Delftse Schie 55-66-71-177 de Schie 66-118-133-142-146-155-171 Schiedamse Schie 4-133-155-161-178 Schiedamseweg 8-9-18-30-38-40-43-44-56-73-79-80-99-107-112-113-131-134-165 Schieweg 15-34 Slimme watering 26-37-57-58-60-74-79-80-86-99-105-131-134-174 Spieringhoekse bos 49 Vlaardingerweg 111-174
NAMEN VAN ONROERENDE GOEDEREN Ambachts- of Predikantshuis 127-128-143 Droogendijck 161 Fraterhuis te Delft 1-11-82-90-147-150-155-161 Goudse sluis 52 's-Gravenhuijse 142-161 het Hoflant 26 de Hoge brug 38 het hollanderen Landt 60 het Hollants Lant 37 de Huts 157 Huijs ter Riviere 33 St. Jacobs Gasthuijs 38 Kethelbrug 44 Kethelpoort 139 de Koeweijde 1-3-166 de Lagenhouck 112-165 s'Lands Welvaren 129-130 Oude Mannenhuijs 11 Proveniershuis 106 de Ruijtercamp 26-57
NADERE TOEGANG 113 de Vergulde Valck 110 Vlaardinger Poort 71-139 de Witte Leeuw 144
INSTELLINGEN Abdij van Rijnsburg 12-13-14-15-26-37-46-57-58-60-62-64-81-174-175 de Admiraliteit 95-132-156 de Armen van Kethel 161 Diaconie armen 53 Gemene Land van Holland 173 Gemene Landsmiddelen 11-85 Graaflijkheid van Holland 161 de Grote Visserij 118 Heilige Geest van Kethel 26-27-53-58-69-98-105-109-134-138-144-150-174 Hof van Holland 69-98-102-140-142-154-159 Hoge Raad van Holland 140 Huis Hodenpijl 76 Huis Wassenaar 57-60-86-93-174 Kerk van Kethel 138-144-150 Pastorie van Kethel 150 Raad van Staten 66-154 Staten van Holland 71 Weeshuis van Delft 99-154 Weeshuis van Dordrecht 117-118 Weeshuis van Rotterdam 79-178 Weeshuis van Schiedam 67-70-82-95-99-107-125-126-136
BEROEPEN EN/OF FUNCTIES Administrateur 116-118 Advocaat 69-70-98-102-117-118-154-159-171 Ambachtsbewaarder 91 Armenmeester 157 Baanderheer 93 Baljuw 99-124-125 Binnenvader 154 Bleker 133-155 Bouwman 66-72-171-176 Brouwer 144 Burgemeester 25-30-38-56-65-70-76-82-95-99-113-117-124-125-129-130-137-139 Chirurgijn 98-129-130 Commies 66-71-154 Commissaris 159 Curator 32-57-58-60-146-154-177 Deurwaarder 11-85 Dominee 24-44-45-57-60-62-64-70-99-137-156-164 Dokter 66-71-95-113-124-125-156 Dijkgraaf 25-36-82-90 Gecommitteerde 95-156 Grootschipper 59-84 Heer van Bonijngen 90 Heer van Kethel 20-40-41-50-51-98-172
NADERE TOEGANG 113 Heer van Mathenesse, Riviere, Opmeer, Streckenburgh en Braeckel 93 Heer van Oudaen 90 Heer van Rasquart 93 Heer van Santhorst 102 Heer van Wassenaar 37-93 Heilige Geestmeester 22-58-115 Hoogheemraad 95-99-124-125-156-164 Jonkheer 5-6-73-79-90-93-163 Jonkvrouw 93 Kagenaar 173 Kapitein 8-18-20-29-38-40-47-48-50-57-59-60-62-63-64-75-85-103-114-125 Kapitein te water 11-164 Kerkmeester 94-116 Knoopmaker 67 Koopman 38-124-125-177 Landmeter 55-99-161-176-178 Leenman 37-60-76 Luitenant-kolonel 102 Meester 20-24-39-40-41-50-51-69-70-83-84-95-98-99-102-118-124-125-129-130-132-146-154-156158-159-164-171 Metselaar 123 Molenaar 42-76-101 Notaris 4-67-70-79-81-90-97-101-102-107-115-116-118-132-142-150-153-154-159-161-163-164-173176-178-180 Officier 124 Raad 82-99-100-102-107-129-139-154-158-176 Regent 82 Rentmeester 79-90-115