qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwerty uiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasd fghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzx beleid genotmiddelen cvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq Zernike College wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui Beleid, reglement en protocol opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfg hjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxc vbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfg hjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxc vbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmq wertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyui opasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfg hjklzxcvbnmrtyuiopasdfghjklzxcvbn mqwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwert yuiopasdfghjklzxcvbnmqwertyuiopas dfghjklzxcvbnmqwertyuiopasdfghjklz xcvbnmqwertyuiopasdfghjklzxcvbnm qwertyuiopasdfghjklzxcvbnmqwerty 1-9-2010
Ben ter Beek
Beleid en Reglement genotmiddelen op het Zernike College Inleiding Hierbij gaat het definitieve voorstel voor het beleid, het schoolreglement ‘genotmiddelen’1 en het Zernike protocol alcohol en drugs. De notitie komt tegemoet aan de wens in de school van met name ouders om duidelijkheid te geven over het omgaan met genotmiddelen, zowel voor leerlingen als personeel. Het kan nooit zo zijn dat de school de ouderverantwoordelijkheid overneemt in deze. We willen met deze notitie samen met ouders optrekken. We maken duidelijk welke rollen en verantwoordelijkheden er zijn en wat van de school verwacht mag worden. Bovendien past dit voorstel in het gemeentelijk beleid van de ‘gezonde en veilige school’. Daarin wordt expliciet aandacht gevraagd voor de gevaren van het gebruik van genotmiddelen naast pesten, seksualiteit . Het belangrijkste doel van de notitie is de preventieve werking ervan. Het gebruik van genotmiddelen, zeker op jonge leeftijd, heeft een negatieve invloed op de groei van hersenen, schaadt de gezondheid en de ontwikkeling van een ieder. De omgangsregels zijn in een reglement opgeschreven. In het schoolprotocol staan stappen omschreven bij het (vermoeden van) gebruik. Het gaat hier expliciet om situaties die zich voordoen onder activiteiten van de school. De kerndirectie van het Zernike legt dit beleidsvoorstel en het reglement ter advies voor aan de beleidsgroep van het Zernike College en legt het aan de medezeggenschapsraad van het Zernike College ter instemming voor cf. art. 10e WMS. Context Het softdrugsbeleid zoals dat in Nederland is, is uniek in de wereld. Softdrugs zijn nog altijd verboden bij de Wet, maar de Wet ziet bepaald druggebruik 'door de vingers'2. Dit noemen we het ‘gedoogbeleid’. Een voorbeeld hiervan zijn de coffeeshops. In coffeeshops wordt de verkoop van softdrugs – onder bepaalde voorwaarden – niet bekeurd. Het gedoogbeleid in ons land maakt dat deze middelen nagenoeg vrij beschikbaar zijn. Dat geldt zeker voor alcohol en tabak. De laatste tijd horen we steeds vaker onrustbarende verhalen over jongeren en ‘zuipketen’ en ‘comadrinken’. Ouders, opvoeders, scholen en overheid hebben hierin ieder een eigen rol en verantwoordelijkheid. Maar we moeten vooral niet onze ogen sluiten voor het probleem. Experimenteren hoort bij leerlingen in onze leeftijdscategorie. Het is niet uit te sluiten dat dit experimenteren ook op en rond school gebeurt. Bovendien zijn de leerlingen in een leeftijdsfase dat hun gedrag sterk onder invloed kan staan van groepsdruk. De laatste tijd is er ook meer bekend geworden over de ontwikkeling van puberhersenen. Het blijkt dat in deze leeftijdsfase met name jongens meer risicogedrag vertonen. De vraag rijst dan of jongeren soms niet tegen zichzelf in bescherming genomen moeten worden. En tegelijk moet het niet leiden tot een betuttelende aanpak. Primair ligt de verantwoordelijkheid bij de ouders. Maar de school kan daar ook wat aan doen. Wij willen als school een gezonde leefstijl uitdragen. We zijn verantwoordelijk voor een klimaat waar leerlingen en personeel zich veilig voelen, waar zij zich bewust zijn van de gevaren van gebruik van genotmiddelen en waar sprake is van een respectvolle wijze van omgang met elkaar. Het succes van het genotmiddelenbeleid kan alleen dan slagen als de school in goed contact is met de leerlingen en de ouders. De school moet zich ook niet van 1
Deze notitie is van juni. 2010. Eerdere versies zijn in de oudercommissie, teams en gebouwdirecties van de Zernikelocaties besproken. De notitie is mede gebaseerd op het beleidsstuk genotmiddelen van het Noorderpoort en sluit daarmee aan op beleid op de bovenbouw van het vmbo. 2 Het bezit van drugs is strafbaar, maar aan het bezit van kleine hoeveelheden drugs voor persoonlijk gebruik wordt een lage prioriteit toegekend. Iemand die minder dan 5 gram softdrugs bij zich heeft wordt niet vervolgd, maar moet de drugs wel inleveren. Voor harddrugs is die grens 0,5 gram. Bovendien zal de politie dan een zorginstelling inschakelen.
2
leerlingen vervreemden met een te idealistisch anti-drugsbeleid. De school heeft zich verbonden aan de opdracht vanuit een heldere en gedragen visie te werken aan de thema’s gezonde en veilige school (drugs& alcohol, pesten, sexualiteit)3. Leerlingen en personeel hebben recht op een veilig gevoel. Het Zernike moet uitdragen dat op deze terreinen op de vestigingen een actief beleid gevoerd wordt, gericht op de populatie per vestiging. Het Zernike College wil met dit beleid bijdragen aan het welzijn van de leerlingen en de medewerkers en richt zich vooral op preventie. Het beleid moet gevolgd worden door afspraken en regels, die voor iedereen gelden. De regels zijn bedoeld om: Te waarborgen dat de school haar belangrijkste functie van het geven en volgen van onderwijs zo goed mogelijk kan uitvoeren; Ervoor te zorgen dat er op de locaties een ‘aanspreekcultuur’ ontstaat, d.w.z. dat personeel en leerlingen elkaar kunnen aanspreken op gedrag dat een gezonde en veilige school en leeromgeving in gevaar brengt; Bij te dragen aan gezonde en veilige school in en rond de school; “Voorkomen is beter dan genezen”, d.w.z. de preventieve werking van het beleid en het protocol staat voorop; Mentoren een cruciale rol te geven in welk gedrag en welke handelswijze de school verwacht en zo nodig maatregelen te nemen. Uitgangspunten De preventie en preventieve werking van afspraken staat voorop in dit beleidsvoorstel. Wij willen energie steken in communicatie en contact met leerlingen, personeel en ouders om de gezonde en veilige school te propageren. Elke pedagogische situatie, die plaats vindt onder verantwoordelijkheid van school, vindt plaats zonder gebruik van genotmiddelen: noch door leerlingen, noch door personeel. Als gebruik van genotmiddelen wordt vastgesteld volgt een eenduidige reactie volgens het protocol. Met de ouders wordt regelmatig, d.w.z. tenminste één keer jaar, expliciet stil gestaan bij het beleid en reglement genotmiddelen, bv. als onderdeel van een algemene ouderavond of een thema-avond. Ouderbetrokkenheid en informatie aan ouders zijn essentieel om - indien nodig – maatregelen te kunnen nemen en beleid te kunnen handhaven. De notitie en het reglement zijn zowel voor leerlingen als voor personeel. Ondanks het verschil in leeftijd en verschil in wettelijke bepalingen, zijn we van mening dat de voorbeeldfunctie en pedagogische relatie van personeel van de school voor de leerlingen voorop staat. En daar horen geen genotmiddelen bij. Uitzonderingen De regel is dat er geen sprake is van gebruik van alcohol van alle activiteiten die onder de verantwoordelijkheid van de school worden uitgevoerd. Dat geldt ook voor (buitenlandse) excursies. Het begeleidend personeel van de school houdt de verantwoordelijkheid over het gedrag van de leerlingen en ziet toe op de handhaving van regel. Een deel van met name de buitenlandse excursie speelt zich af in het gezin, waar de leerling is ondergebracht. Van het Zernikepersoneel kan niet verwacht worden dat het toezicht ook uitstrekt tot wat daar in de privé-situatie gebeurt. De ouders vervullen hierin een belangrijke rol bij de voorbereiding van hun kind op de excursie. Zij zijn maatgevend welke waarden en normen zij verwachten van hun kind in die situatie. Het personeel kan onderling afspreken dat een deel van de groep buiten het programma vrijgesteld wordt van alcoholvrij beleid. Die vrijstelling geldt slechts voor leerlingen van 16 jaar en ouder. Dit wordt van te voren duidelijk gecommuniceerd met de leerlingen en de ouders. Op deze momenten kan er sprake zijn van een in beperkte mate 3
Zie jaarplan Zernike ‘gezonde en veilige school’. Het Zernike College valt onder het bestuur van de stichting o2g2 en wat betreft de gezonde en veilige school de gemeente Groningen.
3
gebruik van alcohol. De school verwacht dat leerlingen en personeel elkaar aanspreken op dit gedrag. Zij zijn daarom bevoegd dit gedrag te beoordelen en naar redelijkheid en billijkheid te handelen naar bevind van zaken. Om maatregelen te kunnen ondersteunen kan gebruik gemaakt worden van een blaastest. De school vertrouwt erop dat de preventieve werking van dit middel sterk genoeg is zodat in de praktijk het gebruik ervan tot een minimum beperkt zal zijn. Het Zernike College voert i.o.m. de leerlingorganisatie van de ‘laatste schooldag’ (LSD) van de bovenbouw sinds 2009 een alcoholvrij beleid. Dit is een succesvolle maatregel gebleken en wordt breed ondersteund door leerlingen. 4 Een betrouwbare drugstest is nog niet voorhanden. Tijdens personeelsbijeenkomsten die een gezelligheidskarakter dragen kan alcohol worden geschonken. Bij deze bijeenkomsten zijn uitdrukkelijk geen leerlingen aanwezig. Samenvatting 1. Genotmiddelen zijn schadelijk voor de gezondheid voor een ieder, maar voor opgroeiende jongeren des te meer; 2. Voorlichting en preventie op het gebied van genotmiddelen voor leerlingen is in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de ouders. De school neemt in voorlichting en preventie haar verantwoordelijkheid met speciale programma’s op het gebied van gebruik van tabak, alcohol en (overige) drugs in het kader van het gemeentelijk programma ‘gezonde en veilige school’; 3. Het beleid van de school heeft als uitgangspunt dat het gebruik van genotmiddelen niet past bij de op ons rustende pedagogische verantwoordelijkheid. Het beleid geldt voor tabak, alcohol en (overige) drugs. De website, schoolgids en Zernike Zaken wordt actief gebruikt om dit beleid uit te dragen; 4. Het beleid is van toepassing op leerlingen en personeel. Verwacht wordt dat men zich houdt aan de regels en de voorschriften, die in dit protocol staan vermeld. Daarbij is het de verantwoordelijkheid van een ieder om elkaar op de uitvoering van het beleid aan te spreken. De vestigingsdirecteur is eindverantwoordelijk voor handhaving van de regels op de vestiging. De rector is eindverantwoordelijk voor het beleid als geheel; 5. Leerlingen op alle onderbouwlocaties van het Zernike zijn gebonden aan dezelfde regels als het gaat om genotmiddelen. Leerlingen op de bovenbouwlocatie hebben te maken met op hun leeftijd aangepaste regels op school; 6. Disciplinaire maatregelen vormen onderdeel van het beleid. Ouders van leerlingen tot 18 jaar en in ernstige gevallen van wettelijke overtredingen ook inspectie van het onderwijs en politie, worden zo spoedig mogelijk op de hoogte gebracht van disciplinaire maatregelen; 7. In bepaalde gevallen kan de directie besluiten van de hieronder genoemde afspraken af te wijken of afspraken aan te vullen. In een dergelijk geval wordt hierover door de directie vooraf duidelijk gecommuniceerd.
4
Jaarlijks wordt met de LSD-commissie afgesproken welke beleid gevoerd wordt, waarbij uitgangspunt is dat het alcoholvrij is. Dit overleg is nodig om draagvlak te houden voor deze maatregel. De leerlingraad heeft als reactie op deze maatregel ingebracht dat een ‘gecontroleerde champagnetoast’ mogelijk moet zijn.
4
REGLEMENT GENOTMIDDELEN VOOR LEERLINGEN EN PERSONEEL
Inleiding De school wil bijdragen aan het welzijn van de leerlingen en personeel. Om dit te realiseren zijn er regels opgesteld t.a.v. de omgang met genotmiddelen. Onderstaande regels zijn bedoeld om er voor te zorgen dat de school haar belangrijkste functie, het geven en volgen van onderwijs, zo goed mogelijk kan uitvoeren. Daarnaast dienen deze regels bij te dragen aan een gezonde en veilige school en schoolomgeving. TABAK 1. In het schoolgebouw en op het terrein van het schoolgebouw (schoolplein) van een juniorlocatie en van het studiehuis wordt niet gerookt, met uitzondering van daartoe aangewezen plaatsen, die zo weinig mogelijk overlast creëren (d.w.z. geen rookvrije zones bij de ingang van het schoolgebouw, maar op plekken waar geen overlast ontstaat); 2. De plaatsen waar gerookt mag worden, worden door de gebouwdirectie per locatie vastgesteld en bekend gemaakt; 3. Wanneer iemand de regel over roken overtreedt, wordt hij hierop aangesproken door medeleerlingen, collega’s of het schoolmanagement. Er kan een disciplinaire maatregel (bv. nakomen) worden genomen indien er sprake is van herhaaldelijk (driemaal of meer) overtreden van de regels. ALCOHOL 1. Onder schooltijd is men niet in het bezit van en/of onder invloed van alcohol; 2. Leerlingen en personeel: het is niet toegestaan om op school en tijdens klassenavonden, feesten en andere onder de verantwoordelijkheid van de school georganiseerde activiteiten, alcoholhoudende dranken te nuttigen c.q. in bezit te hebben. Bij verdenking van het onder invloed zijn (bij aanvang of tijdens de schoolactiviteit), wordt de leerling de toegang ontzegd tot de activiteit en neemt de schoolleiding contact op met de ouders om het kind op te halen; 3. Een leerling of personeelslid kan gevraagd worden mee te werken aan een blaastest. De school gaat uit van de preventieve werking van deze test. Bij een negatieve uitslag wordt de toegang ontzegd. Bij een negatieve uitslag van een leerling worden de ouders gebeld; 4. Leerlingen en personeel: Er zijn uitzonderingen op regel 2. Bij bijzondere gelegenheden met een besloten karakter bijv. jubilea, galabijeenkomst van eindexamenkandidaten, afscheidsbijeenkomsten, tijdens excursies buiten het programma e.d. beslist het schoolmanagement na overleg met de organisatoren over het in beperkte mate toelaten van alcohol. Uitgangspunt is dan dat de leerling de wettelijke toegestane leeftijd bereikt moet hebben om alcohol te mogen nuttigen. Alcoholvrij is de norm. Ouders en leerlingen worden van te voren hierover ingelicht; 5. Wanneer iemand de alcoholregels overtreedt, volgt een gesprek met het schoolmanagement en/of mentor. Afhankelijk van de ernst van de overtreding en bij herhaling volgt schorsing na overleg met de inspectie en de ouders. Wanneer de overtreding tijdens een buitenschoolse activiteit plaatsvindt dan volgt uitsluiting van 5
de activiteit of van de eerstvolgende activiteit. Na terugkeer op school vindt een gesprek plaats met de vestigingsdirecteur en/of mentor en volgen eventueel andere sancties; 6. Medewerkers die deze regels overtreden worden hierop door de vestigingsdirecteur en/of rector aangesproken en een aantekening hiervan vindt wordt opgenomen in het personeelsdossier; 7. Indien er sprake is van een structureel alcoholprobleem, dan treedt het protocol in werking. Arbeidsrechterlijke maatregelen worden genomen door het stichtingsbestuur; 8. Wanneer een leerling jonger dan 18 jaar de regels overtreedt betreft, wordt het protocol ‘Alcohol en drugs’ gevolgd. OVERIGE DRUGS 1. Het is volgens de wet verboden (soft)drugs in bezit te hebben of te verhandelen. Het in bezit hebben, verhandelen of gebruiken van (soft)drugs is dus ook in de school en op het terrein van de school en tevens tijdens alle activiteiten die onder verantwoordelijkheid van de school zijn georganiseerd niet toegestaan; 2. Bij een vermoeden van het onder invloed zijn (bij aanvang of tijdens de schoolactiviteit), kan een leerling of personeelslid gevraagd worden mee te werken aan een drugstest5; 3. De school gaat uit van de preventieve werking van het mogelijk gebruik van deze test; 4. Wanneer de regels betreffende (soft)drugs worden overtreden en/of er een vermoeden is van gebruik van drugs, wordt het protocol ‘Alcohol en (soft)drugs’ gevolgd; 5. Wanneer er sprake is van (herhaaldelijk) handel(dealen) in (soft)drugs, zal altijd in overleg met schoolbestuur en onderwijsinspectie minimaal overgegaan worden tot (langdurige) schorsing van de leerling, afhankelijk van de leeftijd van de leerling en van de ernst van de overtreding. Daarnaast voert het schoolmanagement met de betrokken leerling en zijn/haar ouders/verzorgers een gesprek. Ook wordt aangifte gedaan bij de politie; 6. Wanneer er sprake is van (herhaaldelijk) handel(dealen) in (soft)drugs door een personeelslid, zal altijd overgegaan worden tot melding aan het schoolbestuur en een (voorlopige) schorsing. Er wordt altijd aangifte gedaan bij de politie.6 UITVOERING a.
b.
Maatregelen worden op locatieniveau genomen. Als deze maatregelen schorsing tot gevolg hebben, dan stelt de schooldirectie de ouders, het schoolbestuur en de onderwijsinspectie altijd binnen 24 uur op de hoogte . Voorlichting m.b.t. genotmiddelen kan gebeuren: a. tijdens mentorlessen b. tijdens workshops c. tijdens ouderavonden d. in nieuwsbrieven e. in lessen die zich daartoe lenen zoals b.v. biologie, verzorging en maatschappijleer f. thema-avonden
5
Op dit moment beschikt de school niet over een test die voldoende betrouwbaar is. Bij vermoeden gaat het om interpretatie van gedrag en ‘geur’ van de leerling/personeelslid . 6 Als handel in genotmiddelen wordt vastgesteld, volgen zwaardere sancties, waaronder aangifte bij justitie. In overleg met de onderwijsinspectie zal (langdurige) schorsing plaatsvinden voor een aantal dagen, en als uiterste kan worden overgegaan tot verwijdering van school, uiteraard volgens de regels van het schoolbestuur (cf. ouder- en leerling-statuut) en van de onderwijsinspectie.
6
c.
Kluisjes op de school kunnen op initiatief van het schoolmanagement worden geopend en op de inhoud ervan worden onderzocht. Het openen van een kluisje moet in het bijzijn van de leerling gebeuren. Hij/zij moet hier toestemming voor geven. Doet hij/zij dit niet, dan wordt de politie ingeschakeld. De politie heeft in geval van verdenking van wetsovertredingen nader onderzoek te verrichten en de bevoegdheid om het kluisje te openen.
d. Tenslotte een algemene regel: ‘Indien er iets niet genoemd of benoemd is, beslist de rector/vestigingsdirecteur in lijn met het vastgestelde beleid op welke wijze gehandeld zal worden’. MEDIA Het genotmiddelenbeleid wordt op de website van het Zernike College geplaatst. In de schoolgids wordt een verwijzing naar deze tekst gemaakt. In het ouderbulletin Zernike Zaken verschijnt tenminste eenmaal per jaar een artikel over het beleid genotmiddelen. Het contact met de media over genotmiddelen en zaken die daarvan het gevolg zijn lopen via de vestigingsdirecteur en de rector.
7
Zernike protocol alcohol en (soft)drugs Uitgangspunt: regels moeten op een positieve manier bijdragen aan een goede sfeer en een gezond leefklimaat en zijn bekend bij de leerlingen, ouders/verzorgers en personeel. Gesprek met mentor is op elk moment mogelijk.
Vermoeden van gebruik
Constateren van gebruik
Schoolpersoneel
1. De leerling wordt naar de teamleider/ vestigingsdirecteur gestuurd.
1. Gesprek met mentor vesti-. gingsdirecteur/teamleider .Folder meegeven en wijzen op school reglement
2. Ouders/verzorgers worden ingelicht door de leerlingbegeleider wanneer de
2. Ev. Wijzen op Verslaving Noord Nederland (VNN)
leerling jonger is dan 18 jaar. Daarna wordt de leerling naar huis gestuurd (nog geen sprake van officiële schorsing). Melding magister. 3. Ouders/verzorgers komen op school voor gesprek met de schoolleiding. 4. Er volgt gezamenlijk overleg over het vervolg (eventueel verwijzing VNN en eventuele sancties).
Gebruik stopt
Probleem opgelost
Vermoeden gebruik Gebr weggenomen
Leerling wordt opnieuw betrapt.
Vermoeden bestaat nog steeds. Er wordt overlegd met de teamleider.
1. Ouders/verzorgers worden e ingelicht en komen voor 2 gesprek. Schorsing door schooldirectie volgt. Melding onderwijsinspectie en magister.
Leerling wordt aangemeld bij zorgadviesteam
2. Verwijzing ZAT en verdere hulpverlening Melding magister.
Evaluatie
Positief: Gebruik stopt
Negatief: Vervolg zorgtraject
8
Geconstateerd dealen
1. Gesprek met schoolleiding. Ouders/verzorgers, politie en schoolbestuur worden ingelicht.
2. Schorsing door schoolleiding.
3. Justitietraject/onderzoek. Beslissing: óf schorsing + terugkeer of definitieve verwijdering.
Leerling wordt opnieuw betrapt.
Verwijdering (school zoekt vervolgtraject)
9