QUIZ: WAT VIND JIJ VAN DE EUROPESE UNIE? Korte omschrijving werkvorm In deze quiz onderzoeken leerlingen hun eigen houding ten aanzien van de Europese Unie. Moeten landen vooral hun soevereiniteit opeisen? Of is het juist goed dat we veel zaken Europees regelen? Aan het eind zien de leerlingen door middel van een puntensysteem of ze meer naar een federaal Europa neigen, of meer naar nationale soevereiniteit. Hier zitten ook twee varianten tussen: 1) de EU moet vooral een instrument zijn van economische samenwerking en vrijhandel, en 2) de EU moet ook aandacht hebben voor sociaal beleid. In de uitslag kunnen leerlingen ook lezen welke voorkeur(en) Europese politieke fracties hebben.
LEERDOEL Leerlingen ontdekken dat er verschillende visies zijn op de Europese Unie. Ze nemen ook zelf een positie in op basis van enkele stellingen.
NIVEAU Vmbo
BRONNEN
www.europa.stemwijzer.nl www.europa-nu.nl Europese bijsluiter verschillende overige sites, zoals van politieke fracties
DUUR 20 minuten
HANDLEIDING 1. 2.
3.
4.
5. 6. 7.
Kopieer voor iedere leerling de vragen en de uitslag. Vraag de leerlingen of ze iets kunnen noemen wat er op Europees niveau wordt besloten. Bijvoorbeeld of er kleurstoffen in babyvoeding mogen zitten, of autogordels verplicht zijn, hoe hard mp3-spelers mogen. Kan iemand ook iets noemen waar de Europese Unie niet over beslist? Bijvoorbeeld welke vakken worden gegeven op school, of er meer wegen of fietspaden moeten komen in Nederland, of ergens een rotonde moet komen, of de salarissen van politieagenten omhoog moeten. Vertel de leerlingen dat je ze een quiz met acht vragen geeft. Deze quiz doen ze individueel. Ze vullen dus hun eigen mening in. Hiervoor krijgen ze 5 tot 10 minuten de tijd. Als ze klaar zijn, tellen ze hun punten op en steken ze hun vinger omhoog. Dan krijgen ze een blad met de uitslag. Deel de quizvragen uit en vraag om stilte. U kunt ondertussen het filmpje van de NTR over het ontstaan van de EU klaarzetten. Ga hiervoor naar www.tinyurl.com/Ontstaan-van-de-EU. Geef leerlingen die hun vinger opsteken een blad waarop ze hun uitslag kunnen opzoeken. Zorg dat je na tien minuten van iedereen de aandacht hebt. Vraag enkele leerlingen wat er bij hen uitkwam. Waren ze positief over de Europese samenwerking of juist niet? Geef leerlingen ook de ruimte om op elkaar te reageren.
8.
Vestig nog even de aandacht op de verschillende partijen in het Europees Parlement. Bijvoorbeeld: Wie had tussen de 8 en 12 punten? Waarschijnlijk hadden deze leerlingen vaak antwoord B ingevuld: je bent zeker niet tegen de EU, maar Nederland moet nog wel zelf veel kunnen besluiten. In het Europees Parlement zitten twee partijen (ECH en ALDE) die waarschijnlijk ook veel voor antwoord B zouden kiezen. Als er weer Europese verkiezingen zijn, is het dan niet gek om eens te kijken naar het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie en de SGP (zitten in de Europese fractie ECH) of de VVD, omdat deze partij in ALDE zit en ook wil dat de EU zich niet met alles bezighoudt (D66 vindt dat de Europese Unie wel wat meer mag beslissen). 9. Weet iemand waarom we eigenlijk een Europese Unie hebben opgericht? Kondig aan dat je een kort filmpje hebt dat uitlegt waarom de EU is ontstaan. 10. Start het filmpje ‘Het ontstaan van de EU: hoe en waarom is de Europese Unie ontstaan’. Let op: in het filmpje gaat het nog over 27 lidstaten. Inmiddels zijn dat er 28. Corrigeer dat tijdens het kijken.
VRAGEN: WAT VIND JIJ VAN DE EUROPESE UNIE? Lees de stelling en omcirkel het antwoord van jouw keuze. 1.
De Nederlandse grenzen moeten dicht voor Oost-Europese arbeiders. a. Goed idee. Nederland moet weer de baas worden over zijn eigen grenzen. b. Nee, maar we moeten wel de immigratie inperken. Vooral uit armere EU-landen zoals Roemenië en Bulgarije. c. Nee, dat hoeft niet. We moeten werkgevers aanpakken die Oost-Europeanen onder het minimumloon betalen. d. Nee, het is geweldig dat je kunt wonen en werken waar je wilt in de EU. En Nederland heeft deze arbeiders juist heel hard nodig.
2.
Er moet een Europees leger komen. a. Ik wil helemaal geen EU, dus ook geen Europees leger! b. Nederland moet zelf kunnen bepalen waar en wanneer we onze militairen inzetten. Een Europees leger is daarom geen goed idee. c. Een Europees leger gaat te ver, maar Europese legers kunnen wel meer samenwerken. d. Liever vandaag dan morgen! Waarom moet ieder land zijn eigen tanks en straaljagers hebben?
3.
De Europese Unie moet sociale wetten maken, bijv. om werkloze jongeren aan een baan of opleiding te helpen. a. De Europese Unie moet zich helemaal nergens mee bemoeien. b. De Europese Unie bepaalt al genoeg. Hoe we omgaan met werklozen is iets dat Nederland beter zelf kan bepalen. c. Landen in de Europese Unie zijn erg verschillend. Je kunt niet overal dezelfde sociale wetten maken. Maar we kunnen wel meer overleggen en sociale wetgeving beter op elkaar afstemmen. d. Het is goed als de Europese Unie asociale landen kan dwingen tot socialere regels.
4.
De Europese Unie moet geen vluchtelingen van buiten de EU meer opnemen. a. Wat andere landen doen, moeten ze zelf weten. Nederland moet in ieder geval de grenzen sluiten. b. Er komen te veel asielzoekers naar Europa. We moeten ze vooral in hun eigen regio gaan helpen. Nederland moet de opvang versoberen, zodat asielzoekers niet graag naar Nederland komen. c. Er zijn internationale verdragen en afspraken die ons verplichten mensen in nood te helpen. Nederland moet meer huizen bouwen om asielzoekers te huisvesten. d. Niemand vlucht zomaar. Asielzoekers moeten eerlijker verspreid worden in Europa. Iedereen heeft recht op goede opvang en een eerlijke procedure.
5.
Er moet minder Europees geld naar de armere regio’s in de Europese Unie. a. Er moet geen cent meer naar Griekenland en andere landen die hun zaakjes niet op orde hebben. b. Geld zal Griekenland en andere armere landen niet helpen. Ze moeten op de eerste plaats hun economie hervormen. c. Als het geld goed terecht komt, dan is het goed dat we landen als Griekenland helpen om hun problemen op te lossen. d. Het is belangrijk om armere landen te steunen, ook als dit geld kost. Als het goed gaat met de ZuidEuropese landen, dan zal uiteindelijk ook onze export stijgen.
6.
De Europese Unie moet zich niet bemoeien met hoe landen de natuur beschermen. a. Inderdaad. We moeten in Nederland zelf kunnen bepalen hoe we met onze natuur omgaan. b. De regels van de EU gaan soms te ver. Het is toch jammer als een Nederlands bouwproject niet door kan gaan, vanwege een strenge EU-regel voor een beschermde plantsoort. c. Landen zouden samen natuurafspraken moeten maken. Pas als ze dat niet uit zichzelf doen, moet Brussel zich er mee gaan bemoeien. d. De natuur houdt zich niet aan grenzen: vogels en wolven hebben geen paspoort. Terecht dat de Europese Unie zich bemoeit met natuurbescherming.
7.
Nederland moet uit de Europese Unie. a. Ja, en wel zo snel mogelijk! Willen we Nederlandse vrijheid of Brusselse slavernij? b. Dat is ook weer wat overdreven. Maar het is wel belangrijk dat de EU minder macht krijgt. c. Nee, Nederland heeft de andere EU-landen nodig. Veel problemen overschrijden de landsgrenzen. d. We moeten juist naar een sterker Europa! Nederland kan in z’n eentje weinig bereiken.
8.
Het buitenlands beleid moet veel meer op Europees niveau worden bepaald. a. Nederland kan overleggen met andere landen, maar moet op geen enkel terrein zeggenschap weggeven. b. Dat lukt toch nooit. We komen er binnen Europa ook al niet uit hoe we moeten reageren op de oorlog in Syrië en in Oekraïne. c. Het is belangrijk dat de EU één stem laat horen naar de rest van de wereld, maar Nederland moet wel zijn eigen buitenlands beleid kunnen blijven bepalen. d. Ja, natuurlijk. Nederland is maar klein; de Europese Unie kan veel meer invloed uitoefenen op grote landen als de Verenigde Staten, China of India.
Puntverdeling Vul in hoe vaak je a, b, c en d geantwoord hebt: __ x A
__x B
__x C
__x D
Bereken hoeveel punten je hebt: A = 0 punten B = 1 punt C = 2 punten D = 3 punten Punten opgeteld?
0-4 punten Jij vindt dat de Europese Unie moet bestaan uit onafhankelijke staten. Het liefst zou je willen dat Nederland alles zelf kon beslissen. Van jou mag Nederland best uit de Europese Unie stappen. Je gelooft niet dat de EU welvaart brengt. In Zwitserland en Noorwegen gaat het ook prima, ook al zitten zij niet in de Europese Unie.
De fractie in het Europees Parlement die ‘Europa van Naties en Vrijheid (ENV)’ heet, is het met jou eens. Deze fractie is in juni 2015 gevormd. Zij bestaat uit partijen die willen dat hun land uit de EU stapt. Uit Nederland zitten vier leden van de PVV in deze fractie.
Ook in de fractie Europa van Vrijheid en Directe Democratie (EVD) zitten partijen die weinig van de Europese Unie moeten hebben. Bijvoorbeeld de Britse UK Independence Party (UKIP). Er zitten geen Nederlandse leden in deze fractie.
5-12 punten Jij ziet de Europese Unie vooral als een handelsunie. Het is prettig dat er geen grenzen meer zijn en dat we bijvoorbeeld één betaalmunt hebben. Nederland kan makkelijker exporteren naar andere Europese landen. Je ziet dus zeker wel deze voordelen van de Europese Unie. Tegelijkertijd zie je ook de problemen. De open grenzen zorgen er ook voor dat je gelukzoekers en vluchtelingen moeilijk tegenhoudt. Je vindt dat de EU niet iedereen toe moet laten en ook niet alle arme landen moet proberen te helpen.
De fractie Europese Conservatieven en Hervormers (ECH) heeft het motto: ‘samenwerken JA, superstaat NEE’. Er zitten twee Nederlanders in deze fractie: van de ChristenUnie en de SGP.
De meeste leden van Alliantie van Liberalen en Democratie voor Europa (ALDE) zijn het met jou eens. ALDE wil de EU transparanter, efficiënter en democratischer maken. Ze vinden democratie, mensenrechten en een vrije markteconomie belangrijk. In deze fractie zitten zeven Nederlanders: uit de VVD en D66. De leden van D66 zijn wel veel enthousiaster over Europese samenwerking dan de VVD. VVD en D66 zijn het hierover dus niet helemaal eens.
13-20 punten Grote problemen los je alleen in Europees verband op, vind jij. Als er een economische crisis is, of er zijn veel oorlogen in de wereld, dan kun je de problemen als klein land niet zelf oplossen. De Europese Unie heeft ons vrede en veiligheid gebracht en daar moeten we in blijven investeren. Landen moeten meer samenwerken en goede afspraken maken. We moeten het vertrouwen in de EU herstellen.
Heb je tussen de 13 en 20 punten? Grote kans dat jij je vooral thuis zult voelen bij de Europese Volkspartij (EVP). In deze fractie zitten christendemocratische, conservatieve en centrumrechtse partijen uit de Europese Unie. Het CDA heeft zich bij deze fractie aangesloten. Er zitten vijf Nederlanders namens het CDA in deze fractie. De EVP streeft naar meer concurrentie en een democratisch Europa dat dichter bij de burgers staat.
Ook de Progressieve Alliantie van Socialisten en Democraten (S&D) kan wat voor jou zijn. De S&D is een fractie van sociaaldemocratische stromingen in Europa. De S&D heeft als speerpunt een sociaal Europa, met speciale aandacht voor werkgelegenheid. Er zitten drie Nederlanders van de PvdA in deze fractie.
21-24 punten Jij gelooft echt in het Europese project. De Europese Unie zou wel wat kunnen leren van de Verenigde Staten. Daar is één federale overheid en kunnen de staten grotendeels hun eigen beleid vorm geven. Zo’n centrale overheid heeft volgens jou veel voordelen. Het is dan tenminste duidelijk waar de Europese regels vandaan komen én je kunt ook goede wetgeving maken over milieu, migratie, veiligheid en mensenrechten.
De fractie ‘De Groenen/Vrije Europese Alliantie (Groenen/EVA)’ is het meest positief over de Europese samenwerking. Groenen/EVA wil een samenleving waarin mensenrechten en zorg voor het milieu centraal staan. Namens GroenLinks zitten twee Nederlanders in deze fractie. Hee, maar waar horen de SP en de Partij voor de Dieren dan bij? Die horen bij fractie Europees Unitair Links/Noords Groen Links (EUL/NGL). Veel van de partijen in deze fractie zijn of waren communistisch. Deze fractie vindt dat de Europese Unie gebaseerd moet zijn op solidariteit en samenwerking. In deze fractie zitten twee SP-leden en één lid van de Partij voor de Dieren. Je zou denken dat ze in de categorie 12-20 punten zouden vallen, maar de SP wil liever minder dan meer Europese Unie. De EU is wel meer dan een economisch samenwerkingsproject, vinden zij, maar sociale wetgeving is geen Europese taak.
LESTIPS Naast deze werkvorm bestaat er nog veel meer interessant lesmateriaal over de Europese Unie. Hieronder vindt u een aantal tips.
LESMATERIAAL EUROPEES PARLEMENT INFORMATIEBUREAU IN NEDERLAND
Lesmodule over het Nederlands voorzitterschap van de EU Gratis te bestellen op: http://bit.ly/1QanXik
Europees Parlement Ambassador Schoolprogramma Dit programma heeft tot doel leerlingen op een aantrekkelijke en interactieve manier bewust te maken van de invloed van de Europese Unie in hun dagelijks leven. Het programma beschikt over lesmateriaal voor de onderbouw en de bovenbouw. http://bit.ly/1QanXik
Europa-nu.nl Onafhankelijke website met veel informatie over de EU. www.europa-nu.nl
LESMATERIAAL PRODEMOS
Werkvormen op website Allerhande werkvormen over de EU voor verschillende onderwijsniveaus vindt u op de website van ProDemos: www.prodemos.nl/lesmateriaal-eu
10 werkvormen over de EU De tien beste werkvormen van ProDemos over de EU zijn gebundeld in een werkvormenboekje. Dit werkvormenboekje kunt u bestellen in de webshop van ProDemos voor €3,50 http://tinyurl.com/ProDemos-Webshop-Readers
Onderwijskrant Actueel over vluchtelingen In september verscheen een Onderwijskrant Actueel met vier werkvormen en lestips over vluchtelingen. Een van de werkvormen is een rollenspel over de raad van ministers die een besluit moet nemen over de opvang van vluchtelingen. www.prodemos.nl/OA-Vluchtelingen