Protocol dyslexie Chr. College Groevenbeek In dit protocol dyslexie schetsen we voor ouders, docenten en leerlingen een duidelijk beeld wat van Groevenbeek verwacht mag worden wanneer een leerling met (mogelijk) dyslexie op onze school zit of hier wordt aangemeld. Basis voor dit protocol van de school is het Protocol Dyslexie Voortgezet onderwijs, uitgegeven door Masterplandyslexie.nl. Dit is een protocol dat door het ministerie van OC&W landelijk verspreid is om, ook in het VO, te komen tot een goede begeleiding van leerlingen met dyslexie. Dit hiervoor liggende protocol van bestaat uit twee delen: 1. een algemene beschrijving die geldt voor geheel Groevenbeek 2. een bijlage met een uitwerking van een aantal paragrafen (zie *).
1a. Doel en uitgangspunten van het dyslexiebeleid op Groevenbeek Op Groevenbeek houden we actief rekening met verschillen tussen leerlingen en bieden we alle leerlingen passende en deskundige ondersteuning. Met dit protocol willen we bereiken dat er in alle sectoren van de school een eenduidig beleid wordt gevoerd in de ondersteuning van leerlingen met dyslexie. We gaan uit van de mogelijkheden van de leerling en niet van hun beperking. Daarmee benadrukken we tegelijk de eigen verantwoordelijkheid van de leerlingen en hun ouders. In dit kader wordt er dus niet voor de leerling besloten wat de meest passende ondersteuning is, maar wordt dit samen met leerling en ouders besproken. Het doel is dat leerlingen met dyslexie door middel van passende ondersteuning zonder vertraging hun diploma kunnen halen.
1b. Aansluiting bij de basisschool Op de basisschool heeft de leerling met dyslexie al veel ondersteuning gehad op het gebied van technisch lezen en spellen en mogelijk ook op het gebied van begrijpend lezen. Op Groevenbeek gaat de ondersteuning van de leerling door. De focus in het voortgezet onderwijs ligt vooral op spelling, begrijpend lezen en op ondersteuning bij het leren van de andere talen. Hulpmiddelen (zoals bij voorbeeld de spellingkaarten van Braams) kunnen hier op school ook worden gebruikt.
2. Wat is dyslexie? Van alle leerlingen heeft zo’n 15% last van problemen met lezen en/of spellen. Bij ongeveer 5% is er sprake een hardnekkige en ernstige achterstand, deze leerlingen hebben vaak dyslexie. Dyslexie is een leerstoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en/of vlot toepassen van het lezen en/of spellen op woordniveau. Deze problemen spelen een rol bij het vak Nederlands, bij vakken waar veel tekst gelezen moet worden, maar ook bij het verwerven van andere talen.
3. Kenmerken van dyslexie Leerlingen met dyslexie hebben over het algemeen in meer of mindere mate last van de volgende kenmerken: -
-
Het leestempo is laag en inaccuraat. Veel spellingfouten worden gemaakt doordat de klankcodes niet goed in het geheugen zijn opgeslagen of omdat er problemen zijn met het ophalen ervan. Daarnaast kent men de spellingregels niet volledig of kunnen ze niet op het goede moment toegepast worden. De leerling heeft moeite met het onthouden van losse, op zichzelf staande gegevens zoals jaartallen en plaatsnamen. Er zijn problemen met schrijven, er zijn veel doorhalingen en er is sprake van een slecht handschrift. Bij de vreemde talen zijn er problemen met het leren van woorden, verschillen horen tussen klanken, uitspraak en spelling.
4. Aanmelding nieuwe leerling met dyslexie Als de leerling al in het bezit is van een officiële dyslexieverklaring is het van belang dat deze verklaring (liefst met het bijbehorende rapport) aangeleverd wordt wanneer de leerling zich aanmeld bij Groevenbeek. Deze verklaring moet zijn afgegeven door een BIG-geregistreerd psycholoog/orthopedagoog. Aan het begin van het schooljaar voert de Remedial Teacher individueel of in groepjes een gesprek met de ouders om kennis te maken en te praten over de mogelijkheden van begeleiding die er gegeven kan worden op school. Ook wordt bekeken met welke begeleiding de leerling het beste geholpen is. Zo borgen we de doorgaande lijn vanaf de basisschool.
5a.* Screening dyslexie De meeste leerlingen met dyslexie worden op de basisschool al herkend en als zodanig erkend. Toch zijn er elk jaar leerlingen in de brugklas die dyslectisch blijken te zijn zonder dat dit eerder is opgemerkt of gediagnosticeerd. Soms geeft de basisschool al aan dat er mogelijk dyslexie speelt, in andere gevallen blijkt dat de leerling de problemen met spelling en lezen heeft weten te compenseren door bijvoorbeeld een hoge intelligentie of een sterke mondelinge taalvaardigheid. Op Groevenbeek wordt bij de screening in de brugklas gebruik gemaakt van het softwareprogramma ‘Muiswerk’. Alle leerlingen maken een aantal toetsen op het gebied van spelling, leestempo en flitstypen. Bij de leerlingen die onder de norm scoren, wordt vervolgens de brugklasscreening volgens het ‘Protocol Dyslexie voor het VO’ afgenomen. Als daaruit sterke vermoedens van dyslexie blijken, kan eventueel nog verder worden getest. De leerling krijgt een faciliteitenpas, hetgeen inhoudt dat de leerling recht heeft op de faciliteiten zoals die voor de officiële dyslectische leerlingen gelden. Ook de leerling die al een dyslexieverklaring heeft maakt deze screeningstoets. We meten hiermee het effect van de hulp op de basisschool voor lezen en spelling. Wanneer een leerling met spelling toch nog een onvoldoende score behaalt, krijgt de leerling later in het jaar alsnog RT voor spelling.
5b. Vaststelling hardnekkigheid De groep leerlingen die als mogelijk dyslectisch uit de screening komt, wordt, wanneer dat op de basisschool nog niet is gebeurd, minimaal zes maanden intensief begeleid op het gebied van spelling en lezen om de hardnekkigheid van het probleem vast te kunnen stellen. Deze begeleiding wordt
geëvalueerd met een dictee en met leestoetsen. Na afloop van deze periode bepaalt de Remedial Teacher in overleg met de ouders of er verder getest moet worden om een officiële verklaring te krijgen. Dit onderzoek wordt gedaan door een geregistreerd psycholoog of orthopedagoog van buiten de school. Voor dit onderzoek wordt een bijdrage van de ouders gevraagd. Het traject vanaf het moment van screening tot het eventueel officieel krijgen van een verklaring neemt ongeveer een jaar in beslag. Mocht uit het onderzoek blijken dat de leerling dyslectisch is, dan behoudt deze de faciliteitenpas en de rechten die daarbij horen zoals beschreven in de bijlage.
5c. Taalachterstand Leerlingen die een taalachterstand hebben, krijgen gedurende een aantal maanden extra hulp om hun taalvaardigheden op niveau te brengen. Als de cijfers bij de talen ondanks grote inspanningen achterblijven bij de verwachtingen of er is sprake van structurele tijdnood bij toetsen, komt het in een enkel geval voor dat een leerling uit de hogere leerjaren nogmaals gescreend wordt op dyslexie.
6*. Begeleiding De leerlingen bij wie dyslexie is vastgesteld of bij wie dyslexie vermoed wordt, krijgen extra begeleiding. De begeleiding richt zich vooral op Nederlands en op de moderne vreemde talen. Ook begrijpend lezen of studievaardigheden kunnen onderdeel van begeleiding zijn.
7*. Faciliteiten Niet alle leerlingen hebben dezelfde faciliteiten nodig. Er wordt steeds, samen met de leerling, gekeken wat de leerling nodig heeft om zich goed te kunnen redden bij alle vakken. Er zijn een aantal mogelijke faciliteiten. Specifieke gegevens staan in de bijlage omdat die soms per schoolsoort kunnen verschillen. 7.1* Extra tijd Leerlingen krijgen extra tijd bij het maken van een repetitie of SO of maken een verkorte versie van de toets. Bij luistertoetsen wordt de tijd tussen de vragen verlengd met 25%. 7.2* Spelling Bij alle PTA toetsen worden de regels gehanteerd zoals deze aangegeven zijn bij de landelijke examens. Er zijn afspraken gemaakt om spellingfouten voor dyslectische leerlingen soepel te rekenen daar waar het geen items zijn die juist expliciet getoetst worden. 7.3* Laptop/IPad gebruik Dyslectische leerlingen kunnen gebruik maken van een laptop/IPad bij toetsen en/of het maken van aantekeningen. Dit gaat in overleg met de Remedial Teacher. De leerling gebruikt dan een laptop of IPad uit het OLC. Het gaat dan om leerlingen die veel hinder ondervinden van hun gebrekkige leesvaardigheid en gebruik maken van voorleessoftware, of om leerlingen waarvan het handschrift zo slecht is dat het nauwelijks te lezen valt. Redenen om gebruik te gaan maken van een laptop/IPad zijn: -
Onleesbaar handschrift Achterstand in het technisch lezen van meer dan een jaar.
-
Zeer trage schrijfvaardigheid, waardoor er tijdgebrek ontstaat bij toetsen waar veel geschreven en gelezen moet worden.
7.4 Geen onverwachte voorleesbeurten In principe hoeft de dyslectische leerling geen onverwachte voorleesbeurten te doen. Leesbeurten voor een cijfer moeten in overleg gebeuren en voorbereid kunnen worden. 7.5* Voorleessoftware Voorleessoftware kan een goede ondersteuning zijn als het technisch lezen moeizaam verloopt. Er verschijnt veel nieuwe software op de markt. Ook zijn steeds meer app’s in omloop waarbij leerlingen tekst kunnen scannen en laten voorlezen. De Remedial Teachers zorgen dat zij hiervan goed op de hoogte zijn, zodat ze de leerlingen aan de voor hen best passende ondersteuning kunnen helpen. We zoeken altijd naar programma’s die niet te ingewikkeld en duur zijn, omdat dat eigenlijk onnodig is. In bijlage 7.5 worden de programma’s benoemd die veel op Groevenbeek worden gebruikt. Er staat in deze bijlage tevens genoemd waar meer informatie over voorleessoftware te vinden is. 7.6* Uitleen materiaal Als leerlingen thuis extra willen oefenen voor bepaalde vakken kunnen stand-alone thuisversies van verschillende remediërende softwareprogramma’s geleend worden. Dit wordt via het OLC geregeld in samenspraak met de Remedial Teacher. 7.7* Faciliteiten bij toetsing Een dyslectische leerling mag af en toe onderdelen van een toets bij de vakken Engels, Duits en Frans mondeling doen of er kan een extra mondelinge overhoring voor een cijfer worden gegeven. Indien nodig kan gebruik worden gemaakt van een laptop ( zie ook 7.3). Een regelkaart kan ook worden gebruikt als de leerling hier steun aan heeft. In een enkel geval kan na overleg met de afdelingsdirecteur vrijstelling worden gegeven. (zie bijlage 7.7)
8. Examenregeling 8.1* Extra tijd Voor alle dyslectische leerlingen geldt dat ze recht hebben op extra tijd voor het maken van hun schoolexamens en centraal schriftelijk examen. Daarnaast mogen in de AH toetsweken de toetsen in een apart lokaal gemaakt worden waar de leerlingen langer kunnen blijven zitten. 8.2 Moderne Vreemde Taal dispensatie (VWO) Voor de leerlingen op het VWO geldt dat in sommige gevallen dispensatie aangevraagd kan worden voor een tweede moderne vreemde taal. In plaats van dat vak moet dan een ander vak gekozen worden. Deze regeling loopt via een aanvraag bij de examencommissie.
8.3* Gesproken examens Voor alle leerlingen die een dyslexieverklaring hebben, wordt door de examensecretaris het landelijk examen in gesproken vorm aangevraagd. Met de leerling en ouders wordt afgesproken voor welke vakken hier behoefte aan is. 8.4 Laptop gebruik Dyslectische leerlingen die gebruik maken van een laptop (zie 7.3) mogen deze ook bij het examen gebruiken. De leerling mag de tekstverwerker met spellingcontrole gebruiken. Een digitaal woordenboek is niet toegestaan.
9. Verantwoordelijkheden leerling 9.1* Volgen RT Wanneer een leerling RT krijgt, is hij / zij verplicht deze lessen te volgen. Als de leerling al veel andere begeleiding heeft, wordt in overleg met ouders en leerling bepaald of RT lessen daarnaast ook nog zinvol zijn. 9.2 Faciliteitenpas Alle leerlingen met dyslexie krijgen een faciliteitenpas. Op deze pas is aangegeven welke rechten de leerling met dyslexie heeft. Het is aan de leerling deze pas te gebruiken bij het maken van toetsen. De pas dient vooral als herinnering voor de docenten ten aanzien van extra tijd, wijze van overhoren en normering van spellingfouten. Ieder jaar ontvangt de leerling een nieuwe faciliteitenpas. 9.3 Inzet Dyslexie is een probleem waar een leerling veel hinder van kan ondervinden. Het leren van de talen, het lezen van teksten en structureren van de stof gaat moeizaam. Het is dan ook belangrijk dat de leerling zich enerzijds bewust is van dit probleem en als dat nodig is hulp zoekt bij de mentor en de docenten. Anderzijds is de ervaring dat door veel training, inzet en doorzettingsvermogen groei en ontwikkeling mogelijk is waardoor de leerlingen met succes hun schoolloopbaan doorlopen.
Bijlage bij hoofdstukken dyslexieprotocol Groevenbeek Ad 5. Screening dyslexie Toetsen die bij de screening van dyslexie gebruikt worden: -
Muiswerk (alle leerlingen in klas 1) Bij uitval: DST 1 /2 Brus B en Klepel B Vier scholieren of Het wonderlijke weer of DLE test spellen (gr 8) Fonemische analyse (van Luijn) Woordsynthese (vmbo+havo-vwo) Dyslexie screening test
Ad 6. Begeleiding De extra begeleiding kan gegeven worden door een vakdocent of door een remedial teacher. In de brugklas krijgen de leerlingen, bij wie al dyslexie is vastgesteld of die onderdelen op de muiswerktoetsen onvoldoende scores hebben behaald, begeleiding in kleine groepjes gedurende een uur in de week. Voor alle leerlingen wordt er gekeken naar de cijfers en/of hulpvraag en op basis daarvan besloten of er RT nodig is. Deze kan bestaan uit een training in kleine groepjes, een kortdurend individueel traject of het volgen van een extra oefenprogramma via de computer. Ad 7.1 Extra tijd - 10 minuten extra bij een repetitie - 5 minuten extra bij een so - Als er geen extra tijd gegeven kan worden, kan men de leerlingen een ingekorte versie van de toets laten maken. Ad 7.2 Spelling In het vmbo is het onderdeel spelling over het algemeen zwak. Daarom worden spelfouten bij gemaakt werk niet gerekend bij (dyslectische) leerlingen, behalve daar waar het expliciet gaat om de spelling. In de onderbouw van AH geldt: - Spelfouten worden half meegerekend ten opzichte van de normale beoordeling - Fouten die een grammaticaal item betreffen dat juist expliciet getoetst wordt, tellen gewoon mee. Letterlijke herhalingsfouten tellen niet mee. - Spelling- en grammaticafouten worden altijd heel gerekend waar om semantische of fonologische reden begripsverwarring kan ontstaan (bijvoorbeeld Engels: ‘bed’ of ‘bad’). - Spellingfouten zorgen maximaal voor 10% aftrek op het cijfer, tenzij het expliciet de spelling is die wordt getoetst. Bij examens gelden de landelijke richtlijnen.
Ad 7.3 Laptop / Ipad gebruik Regels wat betreft het gebruik van de laptop tijdens toetsen: -
-
-
-
De leerling bepaalt zelf of hij/zij de laptop alleen bij toetsen gebruikt of ook in de les. De leerling zorgt zelf voor de laptop. De laptop kan van thuis worden meegenomen. Toetsen kunnen op een laptop van het OLC gemaakt worden. De leerling is dan zelf verantwoordelijk voor het reserveren van de laptop. Tijdens toetsen kan de leerling eventueel met de rug naar de surveillant toe zitten, zodat de surveillant op het beeldscherm kan zien wat de leerling doet. De leerling zit dan helemaal voorin de klas, in de buurt van de surveillant. Het internet mag niet worden gebruikt. De leerling levert de toets in op een USB-stick. Met de docent wordt afgesproken of 1. de leerling zelf voor een stick zorgt , waarop de naam en klas van de leerling staat (de USBstick is verder leeg, zodat de docent de toets gelijk ziet en niet hoeft te zoeken) 2. dat een USB stick van de docent wordt gebruikt om het werk op te slaan. Ook bij examens kan gebruik worden gemaakt van een laptop. Dit wordt van tevoren afgesproken met de examensecretaris.
Ad 7.5 Voorleessoftware en spellingondersteuning De volgende programma’s kunnen op Groevenbeek gebruikt worden: -
Sprint(plus), Easy Tutor Kurzweil Claroread Amis ( bij examens) Claroread speak app
Meer informatie over voorleessoftware is te vinden op www.lexima.nl, www.optelec.nl www.dedicom.nl
Ad 7.6 Uitleen materiaal Als leerlingen thuis extra willen oefenen voor bepaalde vakken kunnen er stand-alone thuisversies van verschillende remediërende software programma’s geleend worden. Dit wordt via het OLC geregeld. Leerlingen lenen tijdens de les cd’s voor het maken van oefenexamens en kunnen daarvoor dan ook een laptop lenen met spraaksoftware erop. Ad 7.7 Faciliteiten bij toetsing Leerlingen met een dyslexieverklaring hebben er recht op dat de leerling af en toe onderdelen van een toets mondeling doet of (extra) mondelinge overhoringen voor een cijfer krijgt. Op het VMBO is de afspraak gemaakt dat dit een keer per rapportperiode mag, bij een onvoldoende schriftelijke overhoring. In AH blijven door de dyslexie in sommige gevallen de resultaten bij de talen ondanks grote inzet
achter. In overleg kan dan vanaf de tweede helft van het tweede leerjaar gekeken worden of de leerling gebruik kan maken van aangepaste toetsing bij Frans en/of Duits. Dit houdt in dat de leerling in principe gewoon meedraait in de lessen, maar dat minder onderdelen van de leerstof getoetst worden. Regelkaarten worden eventueel ook toegestaan. Het gevolg van deze facilitering is dat de leerling niet zal voldoen aan de eisen voor het volgen van de taal in de bovenbouw, en dat de taal derhalve niet meer in het pakket kan worden opgenomen. Deze regeling gaat alleen in na toestemming van de afdelingsleider. Ad 8.1 Extra tijd bij examens Bij examens hebben leerlingen recht op de wettelijk voorgeschreven extra tijd. De leerlingen zitten zo veel als mogelijk in een apart lokaal. Ad 8.3 Gesproken examens Voor leerlingen die aangeven dat zij baat hebben bij gesproken tekst, worden door de examensecretaris de examens in gesproken vorm aangevraagd. De leerlingen zitten zoveel als mogelijk in een apart lokaal. Ad 9.1 Volgen RT lessen In AH worden vanaf de tweede klas de leerlingen die onvoldoende staan voor de talen ook verplicht te komen naar RT. In andere gevallen is deelname facultatief.