Projectplan. Niet Brandveilig gebruik gebouwen

Projectplan

Niet Brandveilig gebruik gebouwen

Handhavingsamenwerking regio Brabant Noord Versie: 22.08.2008

I nho u ds o pg a ve 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11

Inleiding.............................................................................................................................. 3 Doelstelling......................................................................................................................... 3 Organisatie.......................................................................................................................... 3 Methode .............................................................................................................................. 3 Doelgroep ........................................................................................................................... 4 Risicoanalyse ...................................................................................................................... 4 Doelgroepanalyse ............................................................................................................... 5 Interventies ......................................................................................................................... 5 Uitvoering........................................................................................................................... 5 Monitoren ........................................................................................................................... 5 Planning en kosten.............................................................................................................. 6

B i jl a g e n 1. Doelgroepanalyse

Bouwen zonder of in strijd met de vergunning Handhavingsamenwerking regio Brabant Noord

pag. 2 versie: 22.08.2008

1 I nle iding In mei 2008 is door de handhavingspartners in de regio Brabant Noord een gezamenlijke risico-inventarisatie uitgevoerd. Op basis van de uitkomsten van deze probleeminventarisatie zijn voor de handhavingsamenwerking 2009 een drietal speerpunten geselecteerd: 1. Niet brandveilig gebruik gebouwen 2. Bouwen zonder vergunning of in strijd met de vergunning 3. Asbestverontreiniging en illegale sloop van asbest Dit projectplan beschrijft een eerste aanzet tot een gezamenlijke aanpak voor wat betreft het niet brandveilig gebruik van gebouwen. Op 21 augustus heeft een expertmeeting plaatsgevonden waarbij het probleem nader is geanalyseerd. Aan deze expertmeeting hebben de volgende personen en instantie deelgenomen: - Frank Jole, VROM- inspectie Zuid Nederland - Rob Martens, gemeente Oss - Eric Thijssen, gemeente Bernheze - Patrick Swinkels, SEPH Barbant Noord (procesbegeleiding) De uitkomsten van de expertmeeting zijn gebruikt bij het opstellen van dit projectplan. 2 D o e ls t e l l i n g De doelstelling voor dit project kan als volgt worden geformuleerd: Door de (gezamenlijke) inzet van diverse interventies het naleeftekort bij het brandveilig gebruik van gebouwen te verkleinen. Met gebouwen worden alleen die gebouwen bedoeld waarop de regels van het gebruiksbesluit en/of een gebruiksvergunning van kracht zijn. 3 O r g a n i s a t ie Elke deelnemende organisatie heeft minimaal 1 afgevaardigde in een projectgroep. Deze projectgroep staat onder leiding van een (extern) projectleider. Het Regionaal managementoverleg handhaving fungeert als opdrachtgever. Vanuit het RMH wordt één persoon aangewezen die namens de opdrachtgever contactpersoon is voor de projectleider. Indien nodig worden vanuit de projectgroep werkgroepen geformeerd om uitvoering te geven aan onderdelen van het project. 4 M e t h o de In dit project is zoveel mogelijk gebruik gemaakt van de methodiek zoals die is ontwikkeld door het ministerie van Justitie ten aanzien van programmatisch handhaven. In een expertmeeting zijn de negatieve effecten geïnventariseerd, zijn doelgroepen bepaald en is een analyse van deze doelgroepen gemaakt. Vervolgens is gekeken welke interventies kansrijk zijn.


pag. 3 versie: 22.08.2008

5 D o e lg r o e p Tijdens de expertmeeting is middels een korte brainstormsessie in beeld gebracht welke actoren betrokken zijn bij het probleem: Niet brandveilig gebruik gebouwen. Daarbij zijn de volgende actoren genoemd: - Opdrachtgevers - Aanvragers - Eigenaren - Gebruikers - Zelfbouwers (particulieren) - Aannemers - Projectontwikkelaars - Onderaannemers - Gemeente (vergunningverlening, toezicht en handhaving, brandweer) - Constructeur - Architect - Omwonenden - Brancheorganisaties - Installatiebureaus - Verzekeringsmaatschappijen - Regionale brandweer - Adviseurs De verantwoordelijkheid voor een brandveilig gebruik, en ook de mogelijkheid een overtreding te voorkomen of ongedaan te maken, ligt vooral bij de eigenaren en gebruikers van gebouwen. Daarom wordt voorgesteld vooral de aandacht op deze actoren te richten. Uit de VI-onderzoeken blijkt dat tekortkomingen op het onderdeel brandveilig gebruik minder afhangen van het type gebouw. Over de hele linie is sprake van een structureel naleeftekort. 6 R is i c o a n a l y s e Tijdens de expertmeeting is middels een korte brainstormsessie in beeld gebracht welke tekortkomingen zich in de praktijk vooral voordoen. Daarbij zijn de volgende tekortkoningen genoemd: - Het ontbreken van goede compartimentering als gevolg van ingrepen in de gebruiksfase (b.v. leidingdoorvoeren of verwijderen deurdrangers) - Obstakels in de vluchtroute - Vluchtdeur is niet eenvoudig te openen - De vluchtroute buiten het gebouw voldoet niet - De vluchtwegaanduiding werkt niet of is niet aanwezig - De certificering en onderhoud van installaties is niet op orde - De versiering bij evenementen en feestdagen is brandgevaarlijk - De brandveiligheid bij unitbouw is in zijn algemeenheid onder de maat te noemen - De brandveiligheid bij tijdelijke functiewijziging is in zijn algemeenheid punt van zorg (bijvoorbeeld een rommelmarkt in een sporthal) Een uitgebreide risicoanalyse kon, gezien de beschikbare tijd, tijdens de expertmeeting niet worden gemaakt maar is wel gewenst. Bij de uitvoering van het project dient hier door de projectgroep invulling aan gegeven te worden.


pag. 4 versie: 22.08.2008

7 D o e lg r o e p a n a l y s e Het is niet alleen van belang om te weten welke actoren met name het probleem veroorzaken en welke risico’s kunnen optreden. Het is ook zaak te weten wat de achterliggende reden is dat regels niet worden nageleefd. Wanneer een regel bekend is bij de overtreder en hij deze de regel bewust overtreed vraagt dat om inzet van andere interventies (instrumenten) dan wanneer een regel onbewust niet wordt nageleefd. Met behulp van de tafel van 11 is een doelgroepanalyse uitgevoerd. De analyse is uitgevoerd voor de doelgroep: Eigenaren, niet zijnde gebruikers. De uitkomst van de doelgroepanalyse v.w.b. deze doelgroep heeft geleid tot de volgende kansrijke interventies: - Interventies om de onbekendheid met, en onduidelijkheid van, de regels te verkleinen zoals voorlichtingsavonden, brochures, inschakelen intermediairs e.d. - Interventies die van invloed zijn op de (im)materiele voor- en nadelen die uit overtreden van de regel(s) volgen zoals subsidie, extra heffingen e.d. - Interventies om de detectiekans (reëel en gepercipieerd) te vergroten zoals samenwerken met andere partijen, uitvoeren (administratieve) controles, databases koppelen e.d. - Interventies om de sociale controle te versterken zoals het belonen van de sociale controle of het bevorderen van de gevoeligheid van sociale controle. Bijlage 1 rapporteert de uitkomsten van de doelgroepanalyse. Vanwege tijdgebrek is het niet gelukt ook een doelgroepanalyse uit te voeren voor gebruikers. Bij de uitvoering van het project dient hier door de projectgroep alsnog invulling aan gegeven te worden. 8 I nt e rve nt i e s De uitkomsten van de doelgroepanalyse geeft in hoofdlijnen de kansrijke interventies weer. De, nog te formeren, projectgroep zal deze interventies verder moeten ontwikkelen en uitwerken tot een gebalanceerde mix van interventies. Bij de nadere uitwerking van de interventies zal ook worden gekeken naar interventies om de regeldruk of toezichtslast te verlagen. 9 Ui t v oe ri ng In 2009 dienen de interventies ontwikkeld en uitgevoerd te worden. 1 0 M o ni t o re n In een vroegtijdig stadium moet nagedacht worden over de monitoring van dit project zodat na afloop inzicht kan worden verkregen over het bereiken van de doelstelling. De nog te formeren projectgroep zal hiertoe voorstellen doen.


pag. 5 versie: 22.08.2008

1 1 P l a nni ng e n k os te n Het project loopt gedurende het hele jaar 2009. Eind 2008 dan wel beging 2009 wordt een startbijeenkomst georganiseerd van de projectgroep. Voor ondersteuning bij dit project is vanuit het Servicepunt handhaving 200 uur beschikbaar en een budget van voor overige kosten van € 1.500,-. De uren voor deelname aan dit project worden vooralsnog ingeschat op 100 uur per deelnemende organisatie. Een en ander wordt verder geconcretiseerd bij de nadere het uitwerken van het project door de projectgroep.


pag. 6 versie: 22.08.2008

Bijlage 1: Uitkomsten Doelgroepanalyse Werktitel: Nie t brandve ilig ge bruik gebouwe n Bewerker: We rk groep RMH Regelgever(s): Min. van Volkshuisvesting, Ruim telijke O rde ning e n Milieu, Contactpersoon: Pa trick Swinke ls Tel. contactpersoon: 06-51205612 Email contactpersoon: pswinke ls@rm b.nl Datum laatste wijzig ing: 2008-08-22 Officiële naam regeling: Gebruiksbesluit Regelingstype: AMvB Doelgroep: Eige naa r nie t zijnde gebruike r Kernbepaling: compa rtimente ring nie t in orde Handhavers/toezichthouders: Opmerking:

Nalevingsmotieven

Becommentarieerde vragen

T1 - Kennis van Regels 1.1 Hoe vee l wee t de doe lgroe p van de ke rnbe paling? 2 1.2 Hoe duide lijk vindt de doelgroep deze bepa ling? 1

T2 - Kosten / baten 2.1 Wa t kost he t volgens de doelgroep om deze rege l na te leve n, in te rme n va n tijd, geld e n moe ite ? 5


pag. 7 versie: 22.08.2008

2.2 Wa t le ve rt he t volge ns de doe lgroep op om deze rege l te ove rtreden? 8 2.3 Wa t kost he t volgens de doelgroep om deze rege l te ove rtre den? 1 2.4 Wa t le ve rt he t volge ns de doe lgroep op om deze rege l na te le ven? 2 2.5 In hoe ve rre vindt de doe lgroep na le ven of ove rtrede n van deze rege l be langrijk voor zijn re puta tie? 0

T3 - Mate van acceptatie 3.1 In hoe ve rre vindt de doe lgroep he t onde rha vige be le idsdoel rede lijk ? 7 3.2 In hoe ve rre vindt de doe lgroep de wijze waa rop he t be leid voor he n uitwe rkt rede lijk ? 0

T4 - Normgetrouwheid doelgroep 4.1 In hoe ve rre is de doelgroep in he t a lgemeen gene igd om te doen wa t de ove rhe id van hen vraagt ? 8 4.2 In hoe ve rre e rvaa rt de doe lgroe p he t geza g van e igen culture le of godsdie nstige normen en wa a rden a ls concurre rend me t de ove rhe idsnormen? 8

T5 - Niet-overheidscontro le 5.1 Acht de doelgroep he t wa a rschijnlijk da t de socia le omgeving (buren, collega 's, concurrenten, familie , pa ssanten, e tc.) - we tende da t de doelgroep de rege l ove rtree dt - hen ook op hun ge drag aanspreek t? 0 5.2 In we lke ma te e rvaa rt de doe lgroep horizontaa l toezicht (formeel toezicht door ande ren dan ove rhe id) a ls een ex tra vorm van controle op de rege l? 10

T6 - Meldingskans 6.1 Hoe groot scha t de doe lgroep de kans da t de overtreding van de ke rnbepa ling bij de ove rhe id bekend wordt ande rs da n door ove rhe idscontrole? 2

T7 - Controlekans 7.1 Hoe groot scha t de doe lgroep de kans da t de overhe id hen via een administra tie ve controle za l controle re n op na le ving van de regels? 2 7.2 Hoe groot scha t de doe lgroep de kans da t de overhe id hen via een fysieke controle zal controle ren op na leving van de rege ls? 5

T8 - Detectiekans 8.1 Gesteld da t e r daadwe rke lijk is ove rtreden, hoe groot scha t de doelgroep dan ve rvolgens de kans dat de ove rhe id bij die a dministra tie ve controle - zoa ls bedoe ld in 7.1 - de ove rtreding ontdek t? n.v.t. 8.2 Gesteld da t e r daadwe rke lijk is ove rtreden, hoe groot scha t de doelgroep dan ve rvolgens de kans dat de ove rhe id bij die fysieke controle - zoals be doeld in 7.2 - deze ove rtreding ontdekt? 5

T9 - Selectiviteit 9.1 In hoe ve rre heeft de doe lgroep he t ge voe l da t de ge hantee rde handha vingsstra tegie succesvol is; in die zin, da t ove rtre de rs ook snelle r gepak t worde n dan nale ve rs? 3

T10 - Sanctiekans 10.1 Hoe groot scha t de doelgroep de ka ns da t na ontdekk ing van ove rtre ding va n de rege l e r ook daadwerkelijk een sa nctie volgt? 10

T11 - Sanctie - ernst 11.1 Hoe e rvaa rt de doe lgroep de (e rnst van de) sanctie die doorgaans wordt opge legd voor ove rtreding van deze rege l? 9


pag. 8 versie: 22.08.2008

Nalevingsschatting

onbe wuste na le ve rs = 50 - 40 = 10 spontane na le ve rs = 30 ha ndha vingsafge schrik ten = 10 totaa l nale ve rs = 50 onbe wuste ove rtrede rs = 40 be wuste ove rtrede rs = 100 - 50 - 30 - 10 = 10 totaa l ove rtrede rs = 50


pag. 9 versie: 22.08.2008

Projectplan. Niet Brandveilig gebruik gebouwen

Recommend Documents