Professioneel schrijven
L a r g e Inhoud 0.
Stappenplan tekstproductie
3
1.
Doelen en lezers bepalen
27
2.
Doorvraagmethode®
39
3.
Pro aut contra: de PAC-methode
64
4.
Meer alternatieven en criteria: de MAC-methode
86
5.
Macramémethode
102
6.
De OPA-methode maakt uw zinnen leesbaar
114
7.
Redigeren op grammaticale criteria maakt uw zinnen licht verteerbaar124
8.
Stijlcriteria garanderen doelgerichte zinnen
132
9.
De beruchte stijlfouten vermijden is een kwestie van etiquette
146
10.
Spelling (alweer vernieuwd)
153
11.
Leestekenregels
163
Volledige inhoudsopgave
181
Professioneel schrijven L
© PP in taal 2009
versie januari 2012
[email protected]
2
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
0. Stappenplan tekstproductie De eerste stap voor het schrijven van een tekst: bedenken hoe je een tekst schrijft. Wanneer u weet wat u doet wanneer u schrijft, en wanneer u weet hoe een tekst in elkaar zit, dan weet u ook welke stappen u moet zetten om een tekst te produceren. Produceren, want in uw organisatie komt er meer bij kijken voor een lezer uw tekst onder ogen krijgt, dan schrijven alleen. Over schrijven is veel geschreven. Omdat deze cursus als praktische hulp bedoeld is, geven wij hier alleen de theorie die nodig is om de praktische aanwijzingen te kunnen plaatsen. De theorie van het schrijven kan in twee modellen samengevat worden. Op grond van die twee modellen kan een productieplan voor teksten gemaakt worden. 1 Schrijfmodel Het schrijfmodel is een variant op het u waarschijnlijk bekende communicatiemodel: zender, boodschap, ontvanger et cetera. Het beschrijft wat er gebeurt wanneer u iemand een tekst stuurt. 2 Tekstmodel Het tekstmodel brengt teksten zo in kaart, dat duidelijk wordt hoe een tekst geschreven zou moeten worden. Het tekstmodel legt de verbinding tussen het schrijfmodel en het productieplan. 3 Stappenplan tekstproductie Met het productieplan in de hand, stapt u van onderwerp naar kant-enklare tekst. U ziet dat “schrijven” een productieproces is, met te onderscheiden productiestappen.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
3
Professioneel schrijven L
Het schrijfmodel beschrijft wat er gebeurt als u iemand een tekst stuurt Dan schrijft u binnen een organisatie een tekst die over een distributiekanaal bij een lezer belandt. Het schrijfmodel is een onderdeel van het communicatiemodel van uw organisatie.
Organisatie
Schrijver Schrijfdoelen Kennis Vaardigheden Meningen
Tekst Inhoud
Doelen Kennis Vaardigheden Meningen Regels
Distributiekanaal
Lezer Verwachtingen Kennis Vaardigheden Meningen
Vorm
Organisatie
Doelen Kennis Vaardigheden Meningen Regels
Lezer Verwachting Kennis Vaardigheden Meningen
4
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Organisatie U schrijft binnen een organisatie. U werkt zelf binnen een organisatie, uw lezer werkt in uw organisatie of in een andere organisatie, en iemand van de organisatie heeft u opdracht gegeven te gaan schrijven.
Doelen, kennis, vaardigheden, meningen (KV&M) en regels Elke organisatie heeft doelen, en kennis, vaardigheden en meningen (KV&M), en min of meer dwingende huisregels. Uit de KV&M kiest u de inhoud van uw tekst. De regels bepalen de vorm van uw tekst -en nog meer. De doelen van de organisatie zullen, hoe afgeleid ook, het schrijfdoel van uw tekst bepalen. Organisatiedoel: Winst maken door technische adviezen te verkopen. Schrijfdoel: Offerte zo goed maken dat de klant koopt voor onze prijs.
voorbeeld 0-1 Organisatiedoel en schrijfdoel.
De verzameling kennis, vaardigheden en meningen van de organisatie is de som van die van alle medewerkers -plus die in al haar databases. U kunt, u moet, die kennis, vaardigheden en meningen gebruiken bij het schrijven van uw tekst. Kennis: water kookt bij honderd graden Celsius. Vaardigheid: een keteltje water aan de kook brengen. Mening: thee is lekkerder dan koffie.
voorbeeld 0-2 Kennis, vaardigheden en meningen.
En een organisatie zou geen organisatie zijn, als zij geen regels zou stellen. Van regels voor opmaak -de huisstijl!- tot routering van teksten over een trimparcours van parafen en medeparafen. U zult u toch tot op zekere hoogte aan die regels moeten houden, om uw tekst over het distributiekanaal te krijgen. Een deel van die regels staat op papier, een veel groter deel niet. Alle offertes boven de ƒ 10.000,- moeten langs FEZ. Alle offertes boven de ƒ 100.000,- worden door de directeur ondertekend. Notities aan de minister gaan vergezeld van een aanbiedingsbrief en een oplegnota.
voorbeeld 0-3 Organisatieregels.
Waarschijnlijk werkt u trouwens in een organisatie die onderdeel is van een -min of meer afgeplatte- hiërarchisch opgebouwde organisatie. Uw organisatieonderdeel erft dan een deel van de doelen, kennis en regels van de organisatie.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
5
Professioneel schrijven L
Schrijver De schrijver, dat bent u zelf. Ook wanneer u namens de organisatie schrijft, of wanneer de baas uw tekst ondertekent -voor deze, namens deze. U bent degene die het uiteindelijk schrijfwerk zult moeten doen. U zult rekening moeten houden met uw organisatie en met uw lezer, u zult het distributiekanaal moeten graven voor uw teksten. Kortom: u bent als schrijver verantwoordelijk voor het schrijfproces. Steeds vaker zult u met collegaee samen aan één tekst werken. Dat biedt voordelen, maar vergt een strakke organisatie van het schrijfproces. Deze cursus helpt u organiseren.
Schrijfdoelen en kennis, vaardigheden en meningen (KV&M) Net als uw organisatie, hebt u doelen en een zekere hoeveelheid kennis, vaardigheden en meningen (KV&M). In het ideale geval lopen die van u en die van uw organisatie parallel. U zult uw schrijfdoel af moeten stemmen op de verwachtingen van uw lezer. Ook de kennis, vaardigheden en meningen die u in uw tekst bekend veronderstelt, zult u af moeten stemmen op die van de lezer.
Tekst U schrijft een tekst. Een tekst is een gestructureerde verzameling woorden, meer niet. Een tekst is de eenheid van distributie van kennis binnen en tussen organisaties. Elke tekst is zelf weer een “hoofdstuk” uit het grote boek “De kennis van de organisatie” -of zou dat moeten zijn.
Inhoud en vorm Een tekst heeft een vorm: letters worden woorden, woorden worden zinnen, zinnen worden alinea’s, alinea’s worden paragrafen, paragrafen worden hoofdstukken, hoofdstukken worden een tekst. Die vorm geeft de inhoud weer, een tekst gaat ergens over. De inhoud is het stukje kennis dat gedistribueerd wordt.
6
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Distributiekanaal Een tekst komt altijd via een distributiekanaal bij een lezer. Een distributiekanaal heeft concrete en abstracte stukken. Concrete stukken in het distributiekanaal zijn: het papier waar u op schrijft, de FAX die de teksten verstuurt, de PTT die de teksten bezorgt, de bode die u de teksten brengt. De concrete stukken geven vrijwel nooit problemen. Abstracte stukken in het distributiekanaal zijn altijd regels van de organisatie. Wanneer u u niet aan die regels houdt, gaat het distributiekanaal dicht, en komt u tekst “gecorrigeerd” retour. Een concrete controleur van de regels is de "parafant", een kruising tussen een paraaf en een olifant. De parafant zit breeduit op uw distributiekanaal. Niet zelden stelt hij zich als een voorproever op, zonder de smaak van de lezer te kennen. Teksten worden dan helaas naar de smaak van de voorproever gecontroleerd, niet naar die van de lezer.
Lezer De lezer is de andere kant van het verhaal. Om hem is het allemaal begonnen, ook wanneer hij namens zijn organisatie leest. Die lezer kan in uw eigen organisatie zitten, maar ook in een heel andere. De lezer is de gebruiker van uw tekst, de consument, de klant, de koning. Het zal vaak voorkomen dat uw tekst meer lezers heeft: een heus publiek. Verwar uw lezers niet met de parafanten: die zitten ergens op het distributiekanaal, de lezers zitten aan het andere eind. Ook de organisatie van de lezer heeft doelen, kennis, vaardigheden en meningen, en regels.
Verwachtingen en KV&M van de lezer Een lezer heeft altijd bepaalde verwachtingen van een tekst. Hij verwacht in ieder geval antwoord op de vraag waarom deze tekst in zijn inbakje terechtgekomen is, en wat hij er mee aan moet: wat de schrijver van hem wil. Een lezer kan pas iets met uw tekst wanneer hij de kennis en vaardigheden bezit die de tekst veronderstelt, en wanneer hij uw meningen kan herkennen. U zult uw doelen aan de verwachtingen van de lezer aan moeten passen. In ieder geval zijn verwachtingen als uitgangspunt moeten nemen.
Het Tekstmodel laat u zien uit welke “onderdelen” een tekst bestaat Het schrijfmodel beschreef wat er gebeurt als er geschreven wordt. Het tekstmodel verbindt het schrijfmodel met het productiemodel. © PP in taal 2009 versie januari 2012
7
Professioneel schrijven L
Het Tekstmodel laat u zien uit welke “onderdelen” de tekst bestaat. De tekst die uw KV&M een vorm geeft, en die vorm zo inpakt dat hij de barre tocht over het distributiekanaal overleeft. Wilt u een goede tekst produceren, dan zult u alle onderdelen moeten verwerken. Per onderdeel geven we aan hoe u dat doen kunt.
Tekst
Schrijver
Inhoud
Distributiekanaal
Lezer
Vorm
KV&M Domeinstructuur
Structuur
Beschrijvingen
Redactie
. Redeneringen
Tekststructuur Beschrijving
Betoog
Alineastructuur Bewering
Redenering
Zinsbouw Woordkeus Spelling Leestekens Doel & Lezer Tantalus
8
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Tekst Een tekst is de eenheid van distributie van kennis binnen en tussen organisaties: u stuurt of leest er één tegelijk. Het is ook vrijwel altijd de eenheid van productie: u maakt er één tegelijk. U zult uit de vele tekstsoorten de meest adequate moeten kiezen. accountantsrapport AO-beschrijving beleidsnota beleidsnotitie beoordelingsformulier brief cursusboek excerpt functie-informatieformulier handleiding hypertekst jaarverslag
memo nota notitie onderzoeksverslag proces-verbaal rapport samenvatting scriptie speech thesaurus vergaderverslag vergunning voorbeeld 0-4 Tekstsoorten.
Inhoud en vorm Een tekst gaat over de inhoud: de KV&M die de schrijver “erin stopt”, en die zijn eigen domeinstructuur heeft. Die KV&M moeten zo vormgegeven worden, dat de lezer ze weer netjes uit kan pakken, en zo ingepakt worden dat de inhoud het distributiekanaal overleeft.
Kennis, vaardigheden en meningen (KV&M) De kennis, vaardigheden en meningen zijn geen “onderdeel” van de tekst. Ze zijn de inhoud. De schrijver verpakt zijn KV&M in een vorm, de lezer pakt ze weer uit. Uw tekst is een doos voor uw “boodschap”, voor de KV&M die u bij de lezer in het hoofd wilt krijgen. U leert de KV&M van uw tekst te bepalen, door uw doelen te bepalen. Door te bepalen wat uw lezer na lezing van uw tekst moet weten, doen of vinden.
Domeinstructuur Van uw functie, van uw dossiers of van uw beleidsgebied zitten de kennis, vaardigheden en meningen in uw hoofd -en in de hoofden van uw collega’s- als een grote associatieve kluwen beschrijvingen en redeneringen. U weet veel, u kunt een hoop, en u hebt overal een mening over. Daar hebt u tenslotte voor doorgeleerd. En daar bent u toch ook voor aangenomen. Een goede schrijver weet zijn kluwen zo gestructureerd te presenteren, dat zijn lezer hem kan ontwarren. Een domein kan zijn “auto’s”. Dat domein kan gestructureerd zijn in kennis over onderdelen, over merken, over brandstofverbruik, over prijzen, en in meningen over merken, prijzen en verbruik.
voorbeeld 0-5 Domein.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
9
Professioneel schrijven L
Structuur Een vorm heeft structuur. Een tekst heeft twee structuren: een tekststructuur en een alineastructuur. Een tekststructuur bestaat uit hoofdstukken, paragrafen en alinea’s, een alineastructuur bestaat uit zinnen. Die structuren hebben samen drie functies: de inhoud onbeschadigd over het distributiekanaal krijgen, de KV&M overzichtelijk aan de lezer presenteren, en de KV&M ontsluiten voor de organisaties van schrijver en lezer. Goede structuren geven lezers een duidelijk overzicht van de domeinstructuur, maken het mogelijk op verschillende niveaus te lezen: van hoofdlijn tot detail, en maken het mogelijk een eigen leespad door de tekst te volgen. Zulke structuren moeten gemaakt worden op basis van eenvoudige structuurprincipes. Dan zijn ze makkelijk toepasbaar voor schrijvers, en zichtbaar en begrijpelijk voor lezers. De structuren moeten hiërarchisch uitbreidbaar zijn in de breedte en in de diepte, om ook grote en ingewikkelde domeinen weer te kunnen geven. U leert in deze cursus met een aantal methoden werken die u in staat stellen de structuurprincipes snel en controleerbaar toe te passen.
Tekststructuur De tekststructuur is de indeling in hoofdstukken, paragrafen en alinea's. Een tekststructuur kan beschrijvend of betogend zijn. In één tekst kunnen beschrijvende en betogende structuren elkaar afwisselen. U kunt bijvoorbeeld in het eerste hoofdstuk beschrijven uit welke onderdelen een bepaalde auto bestaat, en in het tweede proberen mij ervan te overtuigen dat ik die auto moet kopen. Dan gebruikt u eerst een beschrijvende, en dan een betogende structuur.
voorbeeld 0-6 Betogend en beschrijvend.
Beschrijvende tekststructuur In een beschrijvende tekststructuur wordt per hoofdstuk, paragraaf of alinea een onderdeel van een domein beschreven. Een beschrijvende tekststructuur voor een deel van het domein auto’s kan zijn: •
hoofdstuk Onderdelen
• • • •
paragraaf chassis paragraaf motor
paragraaf interieur
hoofdstuk Merken
• • • •
paragraaf BUMW paragraaf SABB
paragraaf VWGEN paragraaf SKADO
voorbeeld 0-7 Beschrijvende structuur.
Betogende structuur In een betogende tekststructuur wordt per hoofdstuk, paragraaf of alinea een conclusie of een argument beschreven. 10
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Een deel van een betogende structuur om mijzelf de auto in te krijgen zou kunnen zijn: Toch maar de auto nemen vandaag. Want het is guur weer. En ik voel me een beetje verkouden. En om nou met die zware tas met dossiers en een appel te gaan lopen sjouwen. Hoewel het voor het milieu beter zou zijn als ik de trein nam. Maar dikke kans dat ik tot Utrecht eerste klas moet staan rond dit tijdstip. Er staat natuurlijk ook wel een knappe file op de A2 nu.
voorbeeld 0-8 Betogende structuur.
Alineastructuur Alinea’s bestaan uit zinnen met een samenhang. De zinnen bestaan op hun beurt uit zinsdelen met een zinsdeelvolgorde.
Zinsdeelvolgorde De zinsdeelvolgorde ontstaat door de manier waarop u de zinsdelen rangschikt. De belangrijkste zinsdelen zijn onderwerp en persoonsvorm. Het verschil tussen duidelijke en minder duidelijke zinnen blijkt afhankelijk van herkenbaarheid en volgorde van die twee zinsdelen.
Samenhang De samenhang tussen zinnen van een alinea ontstaat door de manier waarop de beweringen tot redeneringen geknoopt worden. De begrijpelijkheid van uw alinea’s blijkt afhankelijk van de zichtbaarheid van uw beweringen en van de helderheid van uw knopen.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
11
Professioneel schrijven L
Zinnen bouwt u met de OPA-methode. De samenhang tussen de zinnen brengt u aan door ze volgens de Macramémethode aaneen te knopen. [(In mijn tuin) A [(Hij) O [(Die)(dragen) O P
(staat) (een prachtige perelaar).] P O (heeft) (een stoer gekromde stam) (en) (knoestige takken).] P A (nu) (perenbloesem)], [(omdat) (de spelling ) (dat) (zo) (wil).] A O A P voorbeeld 0-9 Zinsdelen en knopen. O staat voor onderwerp, P voor persoonsvorm, A voor andere voor knoop, (...) is een zinsdeel en [...] een zin.
Redactie Een goede tekst heeft een grammaticale, stijlvolle, doel- en lezergerichte zinsbouw en woordkeus, de woorden zijn juist gespeld, en alle punten en komma's staan op hun plaats. Redigeren is afwerken, verzorgen. Redigeren doet u in “slagen”: >zinsbouw en woordkeus . grammaticaal juist . geen stijlfouten . voldoen aan de stijlcriteria . zoveel mogelijk stijlfiguren >spelling >leestekens >Tantalusproblemen
Voorbeeld 0-10 Redactieslagen
Veel van de normen en criteria die u in de redactieslagen hanteert, lijken subjectief. Maar uit lezersonderzoek blijkt toch steeds weer, dat ze acceptatie en waardering van teksten voorspellen. De redactie van uw tekst heeft twee functies: de inhoud onbeschadigd over het distributiekanaal krijgen, en uw zinnen acceptabel en aantrekkelijk maken voor uw lezer.
Zinsbouw en woordkeus Uw zinnen moeten in de eerste plaats grammaticaal juist zijn. Daarnaast mogen er geen stijlfouten in voorkomen, moeten ze voldoen aan de criteria voor een goede stijl, waar mogelijk stijlfiguren bevatten, en doel- en lezergericht zijn.
Grammaticale criteria De grammaticale criteria voor uw zinnen bepalen of uw zin “echte taalfouten” bevat, en of uw zinsdeelvolgorde de meest duidelijk is. Het verschil tussen taalfouten en stijlfouten is niet altijd duidelijk. Amerikaanse programmatuur heeft de laatste jaren zo'n goede naam verworven, dat zelfs Europese landen ze importeren.
voorbeeld 0-11 Eén fout tegen de grammatica, of twee?
12
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Stijlfouten Stijlfouten zijn voor een deel fouten tegen voor een gewoon mens te subtiele grammaticaregels. Het regelsysteem van de grammatica is niet altijd even logisch of begrijpelijk. Regels waar mensen telkens weer over struikelen, leveren een canon aan stijlfouten op. Maar de andere voorstellen kunnen echter niet voor morgen behandeld worden.
voorbeeld 0-12 Stijlfout.
Stijlcriteria Wanneer uw tekst aan alle grammaticale criteria voldoet, en geen stijlfouten meer bevat, kan het nog zijn dat uw tekst niet aan de criteria voor een duidelijke en correcte stijl voldoet. In het kader van de cursus Rapporteren dient stijl ook mede in het licht van de duidelijkheiddoelstelling bezien te worden.
voorbeeld 0-13 Voldoet niet aan de stijlcriteria voor zinsbouw.
In het kader van de cursus Rapporteren dient stijl ook mede in het licht van de duidelijkheiddoelstelling bezien te worden.
voorbeeld 0-14 Nu overtredingen tegen de criteria voor woordkeus.
Stijlfiguren Wanneer uw tekst aan alle grammaticale criteria voldoet, geen stijlfouten meer bevat en aan alle criteria voor zinsbouw en woordkeus voldoet, kunt u uw tekst gaan verfraaien -gaan stileren- met stijlfiguren. Niets nieuws onder de zon, veel van onze “stijlfiguren” werden al gebruikt door Griekse en Romeinse retoren. Niets nieuws onder de zon.
voorbeeld 0-15 Stijlfiguur.
Spelling Wanneer u op zinsbouw en woordkeus, en op doelen en lezer geredigeerd hebt, kunt u op spelling redigeren. Voor de spelling in uw teksten geldt een echte spelregel: de onlangs geheel vernieuwde maar geenszins onomstreden Spellingwet. Door onze kopieen te fotocopieren, met een japans aparaat, steunen wij de invoer van hun producten. Er is weliswaar een handelsakkoord, maar uit eigebelang kunnen wij zoon handelswijze niet accorderen.
voorbeeld 0-16 Spelfouten.
Leestekens Wanneer u op zinsbouw en woordkeus, en op doelen en lezer, en op spelling geredigeerd hebt, kunt u op leestekens redigeren. Voor de leestekens gelden vooral conventies. De komma is het ergst. I II
Boeren die het milieu belasten, krijgen een extra heffing. Boeren, die het milieu belasten, krijgen een extra heffing.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
voorbeeld 0-17 Kommaneuzelen.
13
Professioneel schrijven L
Tantalus Wanneer u denkt dat u klaar bent wanneer u op zinsbouw en woordkeus, en op doelen en lezer, en op spelling en leestekens geredigeerd hebt, hebt u het mis. Er blijven van die kleine zeurproblemen over die zich het best laten omschrijven als “Tantaluskwellingen”. Je hebt wel ooit geweten of het nu een aantal is of een aantal zijn is, maar wat moet het nu zijn? En tussen hen en hun is het ook zwaar kiezen? En als je 123.000,08 in woorden wilt schrijven is dat dan één woord? • • • • • • • • • • • • • • • •
14
Als of dan? Dat of wat? Enkelvoud of meervoud na aantal, %, groep et cetera Enkelvoud of meervoud na zowel/als et cetera Gebiedende wijs enkelvoud of meervoud: kom of komt allen? Gedaan hebben, of hebben gedaan? Hebben of zijn? Hun of hen? Omdat of doordat? Overléggen of óverleggen? Stof gezogen of gestofzuigd? U is of u bent? Verwijswoorden als deze, hij, haar, waarbij, hierbij Wordt of worden de aanwezigen verzocht niet te roken? Voornaamwoord en geslacht: zijn of haar, die of dat? Waaronder, waaraan, of onder wie, aan wie?
© PP in taal 2009 versie januari 2012
voorbeeld 0-18 Tantaluskwellingen.
Professioneel schrijven L
Het stappenplan tekstproductie laat zien wat u doen moet om een goede tekst te schrijven Schrijfmodel en Tekstmodel leveren ons de inzichten om een productieplan voor teksten te maken. Handig, want de meeste tekstproducerende organisaties produceren nog weinig planmatig. En dat kost tijd, geld en ergernis. Uw tekstproductieplan is onderdeel van het communicatieplan van uw organisatie -als het goed is. In het Stappenplan tekstproductie staat natuurlijk wat u stap voor stap doen moet om een goede tekst te schrijven. Maar het plan geeft ook aan hoe u in uw organisatie een tekst kunt produceren: het schetst een complete “workflow”. Handig voor projectmatige tekstproductie, of voor zware nota’s, Maar -meer gemoedelijk geïnterpreteerd- ook handig voor uw dagelijkse brief of notitie. In het productieplan ziet u alle onderdelen van het Tekstmodel terug. En het zal u niet verbazen dat het programma van uw cursus de stappen in hun productievolgorde weerspiegelt. De meeste productiestappen hebben een eigen les.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
15
Professioneel schrijven L
Overzicht van de productiestappen en de lessen Een tekst produceer je in vijf stappen: voorbereiden, opzetten, uitschrijven, redigeren en opmaken, die vaak uit een aantal substappen bestaan. Voordat je gaat produceren, heb je in het ideale geval een communicatieplan van uw organisatie en een beschrijving van de schrijfprocessen in uw organisatie. 1 De tabel laat zien in welke les u de verschillende stappen leert zetten. U ziet in de rechterkolom wat uw inspanning aan het dossier toevoegt.
Tekstproductiestappen
Opzetten
Doelen en lezers bepalen Beschrijvende structuur maken Argumentatiestructuur maken
Uitschrijven
Structuren vullen
Redigeren
op zinsbouw en woordkeus
op doel- en lezergerichtheid op spelling op leestekens op overige problemen
Lessen Doelen en lezers Doorvraagmethode® PAC-methode® MAC-methode® Macramémethode® OPA-methode® Grammaticale criteria Stijlfouten Stijlcriteria Stijlfiguren Doel- en lezergericht Spelling Leestekens Tantalus
Dossier
Tekststructuur
Doelen en lezers-tabel Vragenstructuur PAC-argumentatiestructuur MAC-argumentatiestructuur
Uitgeschreven tekst Romptekst
Geredigeerde tekst
Deels geredigeerde tekst
1 Hebt u uw tekst eenmaal geproduceerd, dan kunt u gaan distribueren. En tijdens produceren en distribueren moet u alle producten en dossierstukken beheren. Maar dat valt buiten deze cursus.
16
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Beschrijving van de productiestappen en de lessen Per productiestap geven we in de volgende paragrafen een korte beschrijving van de les, met een voorbeeld. De beschrijvingen geven u een beeld van wat u in uw lessen kunt verwachten.
stap: Opzetten In den beginne was er de bouwtekening, het grote plan. De eerste productiestap: een tekst opzetten. Deze stap resulteert in het halfproduct tekststructuur.
les: Doelen en lezers Met deze les begint het echte werk. U bepaalt wat uw lezer moet weten, doen en vinden, als hij uw tekst uit heeft. En u analyseert de verwachtingen, kennis, vaardigheden en meningen van uw lezer. De les resulteert in een doelen- en lezerstabel voor uw dossier. Doelen weten
wat een appel is
doen
een appel schillen en eten
vinden
dat een appel gezond is
Lezers verwachtingen
een verkooppraatje van de fruitboerenvakvereniging
KV&M
de lezers weten wat fruit is, kunnen pellen en vinden fruit niet vies
voorbeeld 0-19 Doelen- en lezerstabel.
les: Doorvraagmethode U leert een beschrijvende tekst opzetten en in detail structureren met de Doorvraagmethode. Deze methode levert u een gedetailleerde inhoudsopgave voor uw tekst, nog voor u een zin geschreven hebt. U leert op de juiste plaats in uw tekst de vragen stellen die uw lezer daar zou moeten stellen om uw doelen te bereiken. Alle hoofdstukken, paragrafen en alinea's zullen in een beschrijvende tekst antwoorden op zulke vragen zijn. De vragen die uw lezer zou moeten stellen, zijn afhankelijk van uw doelen en van de KV&M van uw lezers.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
17
Professioneel schrijven L
- HV 1: wat heb ik onderzocht? - SV 1.1: voldoet de opzet van de administratie? - SV 1.1.1: aan de eisen van betrouwbaarheid? - SV 1.1.2: aan de eisen van doelmatigheid? - SV 1.1.3: aan de voorschriften? - SV 1.2: werkt de administratie? - SV 1.2.1: betrouwbaar? - SV 1.2.2: doelmatig? - SV 1.2.3: volgens de voorschriften? - HV 2: hoe heb ik het onderzocht? - HV 3: wat zijn mijn bevindingen? - HV 4: wat adviseer ik?
voorbeeld 0-20 Een beschrijvende vragenstructuur.
De les resulteert in een vragenstructuur voor uw dossier.
les: PAC-methode U leert een betogende tekst opzetten en structureren met de PACmethode. Ook deze methode levert u -delen van- lege inhoudsopgaven. U leert ingewikkelde betogen schematiseren tot een conclusie op grond van afweging van argumenten voor en argumenten tegen. Uiteindelijk zal blijken dat PAC-schema’s te kwantificeren zijn, zodat u uw gelijk uit kunt rekenen. Conclusie: de administratie voldoet niet aan voorschrift 18 pro argument 1: pro argument 2:
voorschrift 18 eist twee parafen onder een betalingsopdracht ik vond dertien betalingen met maar één paraaf
contra argument 1: de directeur zegt alles te paraferen contra argument 1 bij contra 1: ik vond twee betalingen zonder directieparaaf voorbeeld 0-21 PAC-methode.
De les resulteert in een argumentatiestructuur voor uw dossier.
les: MAC-methode U leert een betogende tekst opzetten en structureren met de MACmethode. Ook deze methode levert u -delen van- lege inhoudsopgaven. U leert ingewikkelde betogen schematiseren tot keuzen uit alternatieven op grond van criteria. Uiteindelijk zal blijken dat ook MACschema’s te kwantificeren zijn, zodat u uw gelijk uit kunt rekenen. We kunnen het beste dat nieuwe model Lada GTI kopen, want die wagen lust weliswaar een aardig slokje, maar hij is veiliger en sneller dan de Volkswagen of de Volvo, en goedkoper in aanschaf. Aanschafcriteria Alternatieven verbruik veiligheid snelheid aanschafprijs
Totaal
Volkswagen
8
6
3
6
23
Volvo
7
7
4
4
22
Lada
4
8
9
9
30
voorbeeld 0-22 MAC-methode.
De les resulteert in een argumentatiestructuur voor uw dossier. 18
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
stap: Uitschrijven Al die schema’s! Eindelijk kunt u nu eens echt gaan schrijven: hoofdletter, formuleren, punt, volgende regel, en zo verder. Voor het vullen van onze tekststructuur gebruiken we twee lessen die ons leren hoe we alinea’s maken: Macramémethode en OPA-methode. Deze stap resulteert in het halfproduct geschreven tekst.
les: Macramémethode De Macramémethode leert u dat een alinea bestaat uit zinnen die beweringen aaneen knopen tot redeneringen. U leert duidelijk beweren en helder knopen. U schrijft dus niet: De door de instelling samengestelde rekening van lasten en baten over het boekjaar 1985 sluit -het Rijkssubsidie en het subsidie van de gemeente Rotterdam buiten beschouwing gelatenmet een nadelig saldo van ƒ 9.999,99. Want in deze zin is niet direct duidelijk wat de beweringen zijn, en ook niet hoe die tot een redenering geknoopt zijn. Maar u schrijft: Als we de subsidies van Rijk en gemeente niet meetellen, dan is het nadelig saldo ƒ 9.999,99 Deze zin bestaat uit twee beweringen en één knoop: -1 we tellen de subsidies van Rijk en gemeente niet mee -2 het nadelig saldo is ƒ 9.999,99 als / dan
voorbeeld 0-23 Bewering knoop bewering.
Deze les resulteert in een romptekst voor uw dossier.
les: OPA-methode® U leert hoe u met de OPA-methode snel duidelijke zinnen maakt, en soepel met zinsstructuren jongleert, door met de volgorde van onderwerp, persoonsvorm en andere zinsdelen te spelen. Jan zoent O P Zoent Jan P O Piet zoent A P Ik hoor dat Jan Piet O A
Piet A Piet? A Jan! O zoent P
voorbeeld 0-24 OPA-volgordes
Deze les resulteert in een romptekst voor uw dossier.
stap: Redigeren De tekst is uitgeschreven, hij staat. Nu volgt het bijwerken, het polijsten. Redigeren bestaat voor een groot deel uit toepassen van honderden kleine weetjes en wetjes. Veel van de lessen van deze stap zult u regelmatig nog weer eens opslaan.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
19
Professioneel schrijven L
Zinsbouw en woordkeus redigeert u op grammaticale criteria, stijlfouten, stijlcriteria en stijlfiguren. Die hebben alle vier hun eigen les. In de praktijk zult u ze tegelijk toepassen. U leert met vier ogen kijken. Daarna controleert u spelling, leestekens, doel- en lezergerichtheid van uw tekst. Deze stap resulteert in het halfproduct geredigeerde tekst. De afzonderlijke lessen van deze substap resulteren ieder in een deels geredigeerde tekst voor uw dossier.
les: Grammaticale criteria Fouten tegen de grammatica worden in deze les niet behandeld. Er zijn zo veel regels, met zo veel uitzonderingen, daar is geen beginnen aan. Bovendien maakt u maar weinig fouten. De meest voorkomende vindt u in de les Stijlfouten. De grammaticale criteria voor een duidelijke zinsdeelvolgorde worden in de les Grammaticale criteria afgeleid van de OPA-methode. U kunt uw zinnen eenvoudig aan de criteria toetsen. Schrijf zoveel mogelijk bedrijvende OPA’s.
(Piet) O (Jan) O
(wordt) P (slaat) P
(door Jan) (geslagen). A (Piet). A
voorbeeld 0-25 Het grammaticaal criterium “bedrijvende OPA”.
les: Stijlfouten De les Stijlfouten laat u de meest voorkomende stijlfouten zien, en geeft aan hoe ze te vermijden. Deze les zal vooral een naslagwerk zijn. U voelt nattigheid in een zin “was dit niet een ...?”, zoekt in deze les het stijlprobleem op, en vindt de oplossing. Twee woorden voor hetzelfde in één zin noemen we een tautologie. Maar de andere voorstellen kunnen echter niet voor morgen behandeld worden. Maar en echter betekenen hetzelfde. Een hinderlijke herhaling. Laat een van de twee weg: Maar de andere voorstellen kunnen niet voor morgen behandeld worden. De andere voorstellen kunnen echter niet voor morgen behandeld worden.
voorbeeld 0-26 De veel voorkomende stijlfout “tautologie”.
les: Stijlcriteria U kunt op uw redactie vertrouwen, wanneer uw zinnen voldoen aan de stijlcriteria voor zinsbouw en woordkeus uit deze les. Alle criteria zijn zo geformuleerd, dat u direct kunt zien hoe u uw zinnen aan kunt passen.
20
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Het Zeeuwsche criterium: wees zuinig met woorden. Elk woord dat u schrijft moet gelezen worden. Elk overbodig woord maakt het uw lezers moeilijker de betekenis uit de zinnen te halen. Mede gezien tegen de achtergrond van de hierboven opgesomde feiten, kunnen wij u mededelen dat wij ten aanzien van eerder genoemd verzoek uwerzijds, in de nabije toekomst een cursus schriftelijke taalvaardigheid bij een extern instituut te mogen gaan volgen, in principe niet negatief zullen oordelen. Daarom willigen wij uw verzoek in
voorbeeld 0-27 Een stijlcriterium: het “Zeeuwsche criterium”.
les: Stijlfiguren De les Stijlfiguren beschrijft de meest bruikbare versieringen, en geeft voorbeelden. Ook deze les zal vooral naslagwerk zijn. U zult er menig bruikbaar idee in vinden. Beeldspraak maakt uw teksten levendig en duidelijk. Alle op de vergadering aanwezigen letten ineens op. De hele vergadering schrok wakker. Hij zet zich het meeste van ons allen in voor onze werkgroep. Hij is de pijler waar onze werkgroep op rust.
voorbeeld 0-28 De stijlfiguur beeldspraak.
les: Spelling U leert uw spelling controleren door alle woorden waarvan u de spelling betwijfelt op te zoeken in een aantal naslagwerken, of door uw spellingcontroleprogramma te gebruiken. De les Spelling laat u de meest voorkomende spelproblemen zien, en leert u met een aantal naslagwerken en met spellingcontroleprogramma’s werken. U leert wat er nieuw is aan de nieuwe spelling: welke spellingregels er veranderd zijn. Meervoud met 's als in agenda's Alle zelfstandig naamwoorden die eindigen op A, I, O, U of Y eindigen op 's in het meervoud. A agenda's I ski's O foto's U menu's Y baby's vergelijk: cafés (é) tweeën (ee) categorieën (ie) bureaus (eau)
voorbeeld 0-29 Spelprobleem: meervoud met ‘s.
les: Leestekens De les Leestekens laat u de meest voorkomende leestekenproblemen zien, en leert u met een aantal naslagwerken werken. Kommaneuzelen krijgt de meeste aandacht. koppelteken Tussen twee woorden die één woord zijn, maar toch ook niet. Overal waar een woord afgebroken mag worden, als het woord er beter leesbaar door wordt. secretaris-generaal koppel-teken
voorbeeld 0-30 Leestekenprobleem: koppelteken.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
21
Professioneel schrijven L
les: Tantaluskwellingen & kopzeer De les Tantaluskwellingen en kopzeer geeft een geordend overzicht van tientallen kleine probleempjes en weetjes. Deze les zal vooral als naslagwerk gebruikt worden. Hun of hen? Het onderscheid tussen hun en hen schijnt door P.C. Hooft geïntroduceerd te zijn. Hij stelde voor, hun voor de derde en hen voor de vierde naamval te gebruiken. In schrijftaal is dit onderscheid nog steeds gangbaar. Gebruik alleen hun als het een meewerkend voorwerp is, zonder voorzetsel: De docent gaf hun de gecorrigeerde teksten terug. "hun" is meewerkend voorwerp, zonder voorzetsel. De docent gaf de gecorrigeerde teksten aan hen terug. "hen" is meewerkend voorwerp, maar met een voorzetsel: "aan". De docent gaf de gecorrigeerde teksten aan hun terug. "hun" is meewerkend voorwerp, maar met een voorzetsel, dus moet het hen zijn. De docent hoonde hen. "hen" is lijdend voorwerp. Pas op dat u hun nooit als onderwerp neemt: Hun hebben daar geen antwoord op. Zij hebben daar geen antwoord op.
22
© PP in taal 2009 versie januari 2012
voorbeeld 0-31 Tantaluskwellingen.
Professioneel schrijven L
Spiekbriefje De spiekbriefjes van deze cursus vatten steeds een les samen. Wat op zo'n spiekbriefje staat moet u echt onthouden. Maar de rest mag u niet vergeten. Het spiekbriefje van deze les is het stappenplan tekstproductie. Het laat zien wat u stap voor stap doen moet om een goede tekst te schrijven. U zult het regelmatig in deze cursus terugzien. Het vat de hele cursus samen. Dit wordt het dus.
Spiekbriefje
Stappenplan tekstproductie Tekstproductiestappen
Opzetten
Doelen en lezers bepalen Beschrijvende structuur maken Argumentatiestructuur maken
Uitschrijven
Structuren vullen
Redigeren
op zinsbouw en woordkeus
op doel- en lezergerichtheid op spelling op leestekens op overige problemen
Lessen Doelen en lezers Doorvraagmethode® PAC-methode® MAC-methode® Macramémethode® OPA-methode® Grammaticale criteria Stijlfouten Stijlcriteria Stijlfiguren Doel- en lezergericht Spelling Leestekens Tantalus
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Dossier
Tekststructuur
Doelen en lezers-tabel Vragenstructuur PAC-argumentatiestructuur MAC-argumentatiestructuur
Uitgeschreven tekst Romptekst
Geredigeerde tekst
Deels geredigeerde tekst
23
Professioneel schrijven L
Oefeningen (huisvoorwerk!) Zorg dat u deze oefeningen voor de eerste lesdag maakt. De docent wijst een aantal vrijwilligers aan om voor het bord te komen!
Schrijfmodel
Het schrijfmodel beschrijft wat er gebeurt als u iemand een tekst stuurt. Dan schrijft u binnen een organisatie een tekst die over een distributiekanaal bij een lezer belandt.
Neem een recent door u geschreven tekst in gedachten, ontspan u, en beantwoord deze vragen. 1. Hebt u hem in uw eentje geschreven? 2. Wat was uw doel met deze tekst? 3. Wat voor KV&M hebt u bekend verondersteld? 4. Wat was globaal de inhoud van de tekst? 5. In wat voor vorm hebt u uw inhoud gegoten? 6. Over welk kanaal is uw tekst bij de lezer beland? 7. Wie was die lezer of waren die lezers trouwens? 8. Kent u zijn of hun verwachtingen? 9. Kent u zijn of hun KV&M?
24
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Tekstmodel
Het Tekstmodel laat u zien uit welke “onderdelen” de tekst bestaat. De tekst die uw KV&M een vorm geeft, en die vorm zo inpakt dat hij de barre tocht over het distributiekanaal overleeft.
Neem een recent door u geschreven tekst in gedachten, ontspan u, en beantwoord deze vragen. 1. Wat was de inhoud van uw tekst? 2. Over welk domein ging de tekst? 3. Kunt u een beschrijving en een redenering uit de domeinstructuur noemen? 4. Hoe hebt u uw tekst gestructureerd, met hoofdstukken en paragrafen? 5. Hoe kon de lezer uw hoofdstukken en paragrafen herkennen? 6. Was het vooral een beschrijvende of toch een betogende structuur? 7. Hebt u structuur in uw alinea’s gebracht? 8. Hoe kon de lezer die herkennen? 9. Hebt u uw tekst bewust geredigeerd? 10.Onderstreep een zeer geslaagd of juist een minder geslaagd voorbeeld van uw zinsbouw en van uw woordkeus. Beargumenteer uw keuze. 11.Zoek een spelfout en een leestekenfout. 12.Kunt u aangeven waar u bewust “naar de lezer toe geschreven” hebt?
© PP in taal 2009 versie januari 2012
25
Professioneel schrijven L
Kleine redactiequiz U weet al meer dan u wist. Hebt u de voorbeelden in deze eerste les kritisch gelezen, dan kunt u deze vragen direct beantwoorden. 1. Hoeveel grammaticafouten ziet u? Amerikaanse programmatuur heeft de laatste jaren zo'n goede naam verworven, dat zelfs Europese landen ze importeren.
2. Welke stijlfout is hier gemaakt? Maar de andere voorstellen kunnen echter niet voor morgen behandeld worden.
3. Wat zou ik allemaal tegen de bouw van deze zin hebben? In het kader van de cursus Rapporteren dient stijl ook mede in het licht van de duidelijkheiddoelstelling bezien te worden.
4. Wat zou ik allemaal tegen de woordkeus in deze zin hebben? In het kader van de cursus Rapporteren dient stijl ook mede in het licht van de duidelijkheiddoelstelling bezien te worden.
5. Kunt u dit wat beeldender zeggen? Alle op de vergadering aanwezigen schrokken wakker. 6.
Hoeveel spel- en leestekenfouten ziet u? (9!)
Door onze kopieen te fotocopieren, met een japans aparaat, steunen wij de invoer van hun produkten. Er is weliswaar een handelsaccoord, maar uit eigebelang kunnen wij zoon handelswijze niet accorderen.
7. Met welke zin kunt u de meeste boze boeren plus tractoren op het Malieveld verzamelen? I II
Boeren die het milieu ernstig belasten, krijgen een extra heffing. Boeren, die het milieu ernstig belasten, krijgen een extra heffing.
8. Wat moet het nu zijn? I of II
26
gedaan hebben hebben gedaan
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
1. Doelen en lezers bepalen U hebt als schrijver met elke tekst een doel, en u verwerkt in elke tekst een hoeveelheid kennis, vaardigheden en meningen (KV&M). In het ideale geval lopen uw doelen parallel aan die van uw organisatie. Elke tekst die u schrijft draagt dan bij aan het doel van de organisatie. In elke tekst die u schrijft gebruikt u KV&M van de organisatie, of draagt u bij aan de KV&M van de organisatie. In het ideale geval is die KV&M voor u toegankelijk, en is uw bijdrage bruikbaar voor anderen. U zult uw schrijfdoel af moeten stemmen op de verwachtingen van uw lezers. Ook de kennis, vaardigheden en meningen die u in uw tekst bekend veronderstelt, zult u af moeten stemmen op die van de lezers. U leert in deze les doelen en KV&M van uw tekst bepalen. Dat is het eerste wat u doet wanneer u een tekst opzet. Het resultaat van deze stap maakt het u mogelijk een tekstsoort te kiezen en een tekststructuur te maken.
Deze les resulteert in een doelen- en een lezerstabel voor uw dossier.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
27
Professioneel schrijven L
Bepaal welke doelen u wilt bereiken Deze les leert u de doelen per tekst -per eenheid van distributie- te verzamelen. De methode is ook geschikt om doelen te bepalen voor een reeks teksten, of voor een bepaalde soort teksten van uw organisatie. U kunt de doelen bepalen van de reeks teksten die de introductie van een geheel vernieuwde zeep begeleiden. Met elke introductietekst zult u een aantal van die doelen proberen te bereiken. U kunt ook de doelen vaststellen voor alle offertes, of voor alle klachtenbrieven die uw organisatie beantwoordt. Met elke offerte of klachtenbrief zult u in ieder geval die doelen proberen te bereiken.
voorbeeld 1.1 Doelen voor reeksen of soorten.
Doelen zijn er in drie soorten. Ze zijn op twee manieren te rangschikken. U rangschikt ze voor uw tekst in de doelen- en lezerstabel.
Drie soorten doelen Zakelijke schrijvers hanteren drie soorten doelen. Ze willen de lezers met hun tekst informeren, instrueren of overtuigen. Soort mijn lezer moet iets effect als doel bereikt is informeren weten lezer weet .... instrueren doen lezer doet ... overtuigen
vinden
lezer vindt ...
De lezer weet hoe auto’s het milieu belasten. De lezer kiest tussen verantwoord en onverantwoord autogebruik. De lezer vindt dat hij per rit pas voor de auto moet kiezen wanneer gebruik verantwoord is.
voorbeeld 1.2 De drie doelensoorten.
Twee hiërarchieën Doelen zijn in twee hiërarchieën te rangschikken.
Volgorde van de soorten De soorten hebben vaak een afhankelijke volgorde. De lezer moet weten voor hij kan, en hij moet vinden voor hij zal. De lezer moet in ieder geval weten wat verantwoord is en wat niet, en hij moet vinden dat hij moet kiezen, voor hij echt per rit zal kiezen.
voorbeeld 1.3 Volgorde van de doelensoorten.
28
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Het is mogelijk dat een lezer al voldoende weet, bijvoorbeeld. Dan kunt de informerende doelen overslaan. Die voor de andere doelen benodigde kennis noteert u onder “kennis van de lezers” in de lezerstabel. Het lijkt nu of u wat al te snel naar de instruerende doelen springt, maar die sprong wordt “gevuld” in de lezerstabel. Het is mogelijk dat u alleen informerende doelen hebt. Dan hebt u een hiërarchie met een open einde. Maar teksten "ter informatie" veroorzaken infostress bij uw lezers en een tekstinfarct in uw organisatie. Disciplineer uzelf met de controlevraag "wil mijn lezer dit echt weten?".
Volgorde binnen een soort Ook binnen een soort is er vaak een afhankelijke volgorde. De lezer kan dan pas D begrijpen, als hij A, B en C weet. Je kunt een lezer pas uitleggen hoe auto’s het milieu belasten (D), als hij weet wat auto’s zijn (A), wat milieu is (B), en hoe milieu belast kan worden (C).
voorbeeld 1.4 Volgorde van doelen.
Het is mogelijk dat een lezer A, B en C al weet. Dan kunt u volstaan met D als doel voor uw tekst. A, B en C zet u als kennis, vaardigheden of meningen in de lezerstabel. Het lijkt nu of u wat al te snel naar informeerdoel D springt, maar die sprong wordt “gevuld” door KV&M van de lezer.
Doelen- en lezerstabel I Een hulplijntje: waar over, en aan wie? Voor we onze doelen gaan bepalen, moeten we ons afvragen waar onze tekst over gaat en aan wie we schrijven. We tekenen een hulplijntje af: wat is ons onderwerp, wie zijn onze lezers. Waar u over schrijft, en aan wie, dat bepaalt u meestal niet zelf. Er komt een opdracht, een kamervraag, een vraag van een collega. Aan wie u schrijft, is daarmee meestal ook al bepaald. Deze les gaat niet in op de strategische vragen "wie moet ik wanneer wat vertellen". Die vragen gaan aan het schrijven vooraf. Zet onderwerp en lezers in dit tabelletje. Hulplijntje Onderwerp Lezers Stel, de baas wil van u als financieel expert een schriftelijk advies over algemene bedrijfsfinanciering: welke mogelijkheden zijn er, voor welke kunnen we het beste kiezen. Hulplijntje Onderwerp Lezers
algemene bedrijfsfinanciering de baas
© PP in taal 2009 versie januari 2012
29
Professioneel schrijven L
Inventariseer doelen U inventariseert de doelen voor uw tekst door ze in de doelen- en lezerstabel te zetten. Doelen 1 Weten 2 Doen 3 Vinden Lezers 1 Verwachtingen 2 Kennis 3 Vaardigheden 4 Meningen
Stel, de baas wil van u als financieel expert een schriftelijk advies over algemene bedrijfsfinanciering: welke mogelijkheden zijn er, voor welke kunnen we het beste kiezen. Dan kunt u een doelentabel maken. Doelen 1 Weten
2 Doen 3 Vinden
1 weten wat de beste financieringsvorm is voor FEKER 2 BV 2 weten wat financiering is 3 weten welke financieringsvormen er bestaan 4 een beslissing nemen over de financiering van FEKER 2 BV financieringsvormen vergelijken vinden dat FEKER 2 BV gefinancierd moet worden vinden dat hij de beslissing moet nemen
voorbeeld 1.5 Een doelentabel
30
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Bepaal bij welke lezers u uw doelen wilt bereiken De lezer is de andere kant van het verhaal. Om hem is het allemaal begonnen, bij hem zult u de doelen moeten zien te bereiken. Deze les leert u de verwachtingen en de kennis, vaardigheden en meningen (KV&M) per tekst -per eenheid van distributie- te verzamelen. De methode is ook geschikt om verwachtingen en KV&M te bepalen van lezers van een reeks teksten, of van lezers van een soort teksten. U kunt de verwachtingen en de KV&M bepalen van de lezers van een reeks teksten die de introductie van een geheel vernieuwde zeep begeleiden. Elke introductietekst zal van een aantal van die verwachtingen en van de omschreven KV&M uit moeten gaan. U kunt ook de verwachtingen en de KV&M vaststellen voor alle offertes, of voor alle klachtenbrieven die uw organisatie beantwoordt. Elke offerte of klachtenbrief zal van die verwachtingen en van de omschreven KV&M uit moeten gaan.
voorbeeld 1.6 Doelen voor reeksen of soorten.
De parafant is geen lezer Verwar uw lezers niet met de parafanten: die zitten ergens op het distributiekanaal, de lezers zitten aan het andere eind. U wilt uw doelen bij uw lezers bereiken. Om uw lezers te bereiken zult u soms om -of door- uw parafant heen moeten graven. Maar dat is niet uw doel.
Uw lezer verwacht iets van uw tekst Een lezer heeft altijd bepaalde verwachtingen van een tekst. Hij verwacht in ieder geval antwoord op de vraag waarom deze tekst in zijn in-bakje terechtgekomen is, en wat hij er mee aan moet: wat de schrijver van hem wil. U zult uw doelen aan de verwachtingen van de lezers aan moeten passen. U hebt pas iets te willen wanneer de lezers u iets willen laten willen.
Drie soorten verwachtingen Zakelijke schrijvers hanteren drie soorten doelen, zakelijke lezers hebben drie soorten verwachtingen. Ze verwachten dat de schrijver hen met een tekst wil informeren, instrueren en overtuigen.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
31
Professioneel schrijven L
Soort
ik moet iets
informeren instrueren
weten doen
als de schrijver zijn doel bereikt, dan weet ik .... zal ik ...
overtuigen
vinden
vind ik ...
Globaal analyseren De meeste lezers zullen hun verwachtingen niet uitgebreid analyseren voor ze gaan lezen. Het is voor de schrijver ondoenlijk bij elke tekst “weet-, kun- en vindverwachtingen” uitgebreid te analyseren. Voor een bedrijfskritische tekst moet dat natuurlijk wel gebeuren. In de doelen- en lezerstabel kunnen we met een omschrijving van de belangrijkste verwachtingen van de tekst volstaan. 1 Verwachtingen
Een globaal overzicht van de financieringsmogelijkheden, en een keuze-advies. voorbeeld 1.7 Wat de baas van de tekst verwacht.
De lezer verwacht ook iets van de schrijver Lezers staan zelden volkomen onbevangen tegenover de schrijver of zijn organisatie. Zoals een schrijver zijn doelen op zijn lezers richt, zo zal de lezer zijn verwachtingen naar de schrijver richten. U zult er rekening mee moeten houden, dat de verwachting die uw lezer van u of van uw organisatie heeft, zijn verwachting van uw tekst zal beïnvloeden. Van Greenpeace zal een lezer een andere overtuiging verwachten over het afzinken van overtollig boormateriaal dan van Shell. Als Greenpeace ineens in een artikel wel het afzinken van materiaal gaat steunen, zal die tekst de verwachting van de lezers om moeten te buigen. Een weetdoel zal zijn: “weten dat dit een verandering van standpunt is”. Een overtuigdoel zal kunnen zijn: “vinden dat Greenpeace terecht van mening veranderd is”.
voorbeeld 1.8 Schrijver en verwachting
Ik heb dat advies aan FEZ gevraagd, die hebben er Johan op gezet. Laten we hopen dat die zich niet weer verliest in hypersubtiele details.
voorbeeld 1.9 Wat de baas van de schrijver verwacht.
Heeft de lezer wel genoeg kennis, vaardigheden en meningen? Een lezer kan pas iets met uw tekst, wanneer hij de kennis en vaardigheden bezit die de tekst veronderstelt, en wanneer hij uw meningen kan herkennen. U kunt pas uw doelen bereiken, wanneer de lezer alle KV&M bezit die hij nodig heeft voor het bereiken van uw doelen. Uw doelen beginnen waar de KV&M ophouden.
32
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
• • •
U kunt pas uw doel “weten wat de snelste auto is” bereiken, als uw lezer enige kennis van verschillende auto’s bezit, en weet wat “snelheid” van een auto inhoudt. U kunt pas uw doel “kunnen hardlopen” bereiken wanneer de lezer kan lopen. U kunt pas uw doel “vinden dat hardrijden slecht is” bereiken, wanneer uw lezer vindt dat je zuinig met energie en met andere mensen om moet gaan.
voorbeeld 1.10 Noodzakelijke KV&M.
KV&M vaststellen U kunt met een eenvoudige formule vaststellen wat u aan KV&M veronderstelt. KV&MB = (alle KV&M in mijn tekst) - (mijn doelen)
De KV&M die u bekend veronderstelt (KV&MB), is alle KV&M in uw tekst, minus de KV&M die u met uw doelen bereikt. Alle KV&M die de lezer nodig heeft om uw doelen te bereiken, en alle lacunes in uw doelen, moeten we in de lezerstabel terugvinden.
Laat open deuren open Bedenk dat lezers nooit blanco zijn. Ze hebben algemene kennis, algemene vaardigheden, en meningen, ja die hebben ze ook. Probeer de KV&M die u in de lezerstabel zet te beperken tot de KV&M die direct onder uw doelen zitten. U hoeft niet voor ieder briefje over huurschuld het Wetboek en de Handelingen op te slaan. Het weetdoel “weten wat snelheid van een auto is” kun je alleen bereiken bij lezers die weten wat snelheid is en wat een auto is. In uw praktijk zullen geen lezers rondlopen die dat niet weten. Wellicht lopen er wel wat rond die niet weten dat je de snelheid van een auto bepaalt door zijn topsnelheid en zijn acceleratiesnelheid te meten.
voorbeeld 1.11 Kennis voor en voorbij de tabel.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
33
Professioneel schrijven L
Doelen- en lezerstabel II Inventariseer KV&M U inventariseert de verwachting en de KV&M die u bij uw lezers veronderstelt in het tweede deel van de doelen en lezerstabel. Doelen 1 Weten
2 Doen 3 Vinden
1.3 weten welke financieringsvormen er bestaan A weten waarop financieringsvormen te vergelijken zijn 1.1 weten wat de beste financieringsvorm is voor FEKER 2 BV 2.2 financieringsvormen vergelijken 2.1 een beslissing nemen over de financiering van FEKER 2 BV
Lezers 1 Verwachtingen 2 Kennis 3 Vaardigheden 4 Meningen
Lezers 1 Verwachtingen 2 Kennis 3 Vaardigheden 4 Meningen
1.1 een globaal overzicht van de financieringsmogelijkheden met voors en tegens op grond waarvan ik kan kiezen, en een keuze-advies 1.2 een te gedetailleerd overzicht 2.1 weet wat financiering is 2.2 inzicht in de financiële wensen van FEKER 2 BV 3.1 vergelijkingstabellen lezen 3.2 renteberekeningen waarderen 4.1 vindt financiering een bruikbaar bedrijfsinstrument 4.2 vindt dat FEZ verstand van zaken heeft voorbeeld 1.12 Een lezerstabel.
34
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Spiekbriefje
Spiekbriefje
Doelen en Lezers bepalen 1. Bepaal onderwerp en lezer(s) van uw tekst. 2. Bepaal wat uw lezer moet weten, doen en vinden na lezing van uw tekst. 3. Vul de doelentabel in. 4. Vul de lezerstabel in.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
35
Professioneel schrijven L
Voorbeeld: doelen- en lezerstabel casus Als voorbeeld zullen we een beleidstekstje schrijven waarin wij als minister van V&W de Tweede Kamer voorstellen de Afsluitdijk te verhogen. Een realiteitsgehalte van honderd procent kunnen we u niet beloven. Maar we gaan wel strikt volgens het boekje werken. Hulplijntje
Onderwerp Lezers
Doelen 1 Weten
voorstel verhogen afsluitdijk leden van de Tweede Kamer
dat de afsluitdijk verhoogd moet worden dat de afsluitdijk nu net op Deltahoogte is dat de zeespiegel snel stijgt dat het land langzaam daalt dat overstromen van de dijk negatieve gevolgen heeft voor veiligheid, milieu en economie op en rond IJsselmeer en benedenloop IJssel. dat er twee manieren zijn om de dijk te verhogen, met behoud van functies dat er aanvullende maatregelen nodig zijn voor schut- en spuisluizen dat dijkverhoging de risico's aanvaardbaar maakt dat er grote reserveringen nodig zijn de komende 10 jaar, om voldoende budget te creëren
2 Doen
kiezen voor verhogen kiezen voor een methode van verhogen instemmen met reserveren budget instemmen met voorbereiden project V&W
3 Vinden
dat veiligheid, milieu en economie gevaar lopen dat dijkverhoging de beste manier is, die gevaren af te wenden
Lezers
1 Verwachtingen
dat V&W een zo groot mogelijk project voor zal stellen
2 Kennis
weten wat zeespiegelstijging en landdaling zijn weten wat de functies van de dijk zijn weten wat belangen van veiligheid, milieu en economie rond IJsselmeer zijn
3 Vaardigheden
kunnen risico's voor functies moeilijk inschatten kunnen technische oplossingen tot op zekere hoogte beoordelen kunnen budgetteren
vinden dat V&W te snel voor te grote werken kiest vinden de risico's van stijging en daling wel meevallen vinden grote reserveringen onprettig
4 Meningen
36
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Oefeningen Handen aan! Schrijft u met ons mee? U hebt het meeste profijt van deze cursus wanneer u de stappen die u per les leert zetten "thuis" direct zelf probeert. Zoek een zo reëel mogelijk onderwerp, en stel u een zo reëel mogelijke lezer voor. Ideaal is het natuurlijk een tekst mee te schrijven die u ook werkelijk omstreeks het einde van de cursus af moet hebben. Vult u de tabellen maar in. Hulplijntje Onderwerp Lezers
Doelen 1 Weten 2 Doen 3 Vinden
Lezers 1 Verwachtingen 2 Kennis 3 Vaardigheden 4 Meningen
© PP in taal 2009 versie januari 2012
37
Professioneel schrijven L
38
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
2. Doorvraagmethode® Een tekst heeft twee structuren: een tekststructuur en een alineastructuur. Goede structuren geven uw lezer een duidelijk overzicht van de domeinstructuur -de inhoud van uw tekst. Zulke structuren moeten gemaakt worden op basis van eenvoudige, direct begrijpelijke structuurprincipes. Een goede structuur roept u bij uw lezers vragen op, die u in uw tekst beantwoordt. Door de antwoorden bereikt u uw doel. U leert een beschrijvende tekst opzetten -al dan niet op basis van een standaardstructuur- en in detail structureren, met de Doorvraagmethode. Deze methode levert u een gedetailleerde inhoudsopgave voor uw tekst, nog voor u een zin geschreven hebt. U leert op de juiste plaats in uw tekst de vragen stellen die uw lezer daar zou moeten stellen om uw doel te bereiken. Alle hoofdstukken, paragrafen en alinea's zullen in een beschrijvende tekst antwoorden op zulke vragen zijn. De vragen die uw lezer zou moeten stellen, zijn afhankelijk van uw doelen en van KV&M van uw lezers. De structuur van uw tekst bepaalt het succes van uw tekst. Professionele schrijvers besteden ruim de helft van hun schrijftijd aan het structureren van hun teksten.
De Doorvraagmethode gebruikt de doelen en lezerstabel.
Deze les resulteert in een vragenstructuur voor uw dossier.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
39
Professioneel schrijven L
Een goede tekststructuur is een vragenstructuur Tekststructuur De tekststructuur is de “hoofdstukindeling” van uw tekst. Een tekst bestaat uit een aantal hoofdstukken, die ieder uit een aantal paragrafen bestaan, die op hun beurt uit alinea’s bestaan. Zo hebt u zomaar al een “structuur” met vier hiërarchische lagen: Tekst Hoofdstuk 1 paragraaf 1.1 alinea alinea alinea
paragraaf 1.2 alinea alinea alinea
Voorbeeld 2-1 Tekststructuur in vier hiërarchische lagen
Dat lijkt niet zo veel, maar het zal voor brieven, memo’s en notities ruim voldoende zijn. Geheugen en opnamevermogen van uw lezer zijn niet oneindig. Geduld voor, en gebruikstijd van uw tekst zijn zelfs zeer eindig.
40
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Diepe structuren Vragen uw doelen een diepere structuur, voor grotere nota’s en rapporten bijvoorbeeld, dan kunt u het aantal lagen uitbreiden. Eerst met subparagrafen, en dan door onderscheid tussen alinea’s en subalinea’s te maken. Alinea’s worden gescheiden door een witregel, subalinea’s eindigen met een niet uitgevulde laatste regel. U kunt moeiteloos vijf tot tien lagen diep gaan. Tekst Hoofdstuk 1 paragraaf 1.1 subparagraaf 1.1.1 subparagraaf 1.1.1.1 alinea sub-alinea sub-alinea
Voorbeeld 2-2 Tekststructuur met zeven lagen.
Illustraties Dankzij de PC worden teksten in toenemende mate geïllustreerd met voorbeelden, terzijdes, afbeeldingen, tabellen en grafieken. De Doorvraagmethode neemt deze illustraties op in de tekststructuur. En dat is heel handig. Want zo krijgen ook alle illustraties een logische plek in de tekst, en zo worden lezers niet met doelloze illustraties lastig gevallen.
Een goede tekst geeft antwoord op de vragen van de lezer U leert in deze cursus een tekst opzetten en structureren met de “Doorvraagmethode". U leert de vragen stellen die uw ideale lezer zou moeten stellen, om u uw doelen te laten bereiken.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
41
Professioneel schrijven L
Alle hoofdstukken, paragrafen, alinea’s en illustraties moeten antwoorden op zulke vragen zijn. Dat houdt uw lezer bij de les, en zorgt dat hij uw tekst tevreden doorleest. Hij heeft gelezen wat hij lezen wilde. En wat hij lezen wilde, hebt u voor een deel bepaald door de juiste vragen op te roepen. Uw lezer zit aandachtig te lezen. Hij leest “Eén groot voordeel van deze methode is de verwerkingssnelheid.” Dan borrelen er minstens twee vragen op: 1 Wat zijn de andere voordelen? 2 Hoe snel is de methode? Over vraag 1 maakt hij zich niet ongerust, u hebt immers zojuist geschreven “Deze methode heeft twee voordelen.” Vraag 2 wordt beantwoord op het moment dat hij bij uw lezer opkomt: Uw volgende zin is namelijk: “Tests van TNO hebben aangetoond dat er een snelheidswinst tot 30% ten opzichte van traditionele methoden mogelijk is.”
Voorbeeld 2-3 Vragen oproepen.
Hoe u die “dialoog” zo mooi voor elkaar gekregen hebt? Door vooraf een doorvraagstructuur te maken. wat zijn de voordelen van methode X? 1 snel hoe snel? 30% besparing hoe weet ik dat? TNO 2 goedkoop hoe goedkoop? 10 % besparing hoe heb ik dat berekend? over afgelopen jaar Voorbeeld 2-4 Doorvraagstructuur.
U zult in deze les zien dat u door ontleden van uw doelen met de Doorvraagmethode snel en eigenlijk vrij gemakkelijk een goede structuur opbouwt.
De Doorvraagmethode® in schema We hebben de Doorvraagmethode in een stappenschema vertaald. Dit schema laat zien wat u doen moet om stap voor stap uit uw doelen- en lezerstabel een goede vragenstructuur voor uw tekst te maken. Het resultaat van de eerste productiestap, uw doelen- en lezerstabel voedt dit “Doorvraagschema”.
Doorvraagschema Dit schema is beeldspraak voor “ontleed uw doelen in hoofdstukken, paragrafen, subparagrafen en alinea’s of illustraties van uw tekst”. Voelt u wel? De beeldspraak moet het u makkelijker maken de hiërarchische tekstopbouw te doorzien, en zal u helpen de informatie ter bestemde plaatse in uw tekst op te bergen.
42
d o e l e n © PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
tekst
hoofdstukken
paragrafen
subparagrafen
alinea’s en illustraties
•
Met een tekst wilt u een aantal doelen bereiken:
•
Het opengeslagen boekje verbeeldt de gehele tekst.
•
Een tekst bestaat uit een aantal hoofdstukken
•
Een hoofdstuk kan bestaan uit een aantal paragrafen
•
Een paragraaf kan uit een aantal lagen subparagrafen bestaan
•
Een paragraaf of een subparagraaf moet uit één of meer alinea’s bestaan
•
Een paragraaf en een subparagraaf kunnen illustraties bevatten
Figuur 2.1 Hiërarchisch opgebouwde tekst.
De stappen U hebt in de eerste productiestap in een doelen- en lezerstabel bepaald wat uw lezer na lezing van uw tekst moet weten, doen en vinden. Nu moet u de doelen zo decomponeren -oftewel ontleden- dat u ze met uw tekst kunt bereiken. Dat doet u door er de vragen aan te stellen die de ideale lezer zou moeten stellen. Doelen 1 Weten
dat de afsluitdijk verhoogd moet worden dat de afsluitdijk nu net op Deltahoogte is dat de zeespiegel snel stijgt dat het land langzaam daalt dat overstromen van de dijk negatieve gevolgen heeft voor veiligheid, milieu en economie op en rond IJsselmeer en benedenloop IJssel. dat er twee manieren zijn om de dijk te verhogen, met behoud van functies dat er aanvullende maatregelen nodig zijn voor schut- en spuisluizen dat dijkverhoging de risico's aanvaardbaar maakt dat er grote reserveringen nodig zijn de komende 10 jaar, om voldoende budget te creëren
2 Doen
kiezen voor verhogen kiezen voor een methode van verhogen instemmen met reserveren budget instemmen met voorbereiden project V&W
3 Vinden
dat veiligheid, milieu en economie gevaar lopen dat dijkverhoging de beste manier is, die gevaren af te wenden © PP in taal 2009 versie januari 2012
43
Professioneel schrijven L
Lezers
1 Verwachtingen
dat V&W een zo groot mogelijk project voor zal stellen
2 Kennis
weten wat zeespiegelstijging en landdaling zijn weten wat de functies van de dijk zijn weten wat belangen van veiligheid, milieu en economie rond IJsselmeer zijn
3 Vaardigheden
kunnen risico's voor functies moeilijk inschatten kunnen technische oplossingen tot op zekere hoogte beoordelen kunnen budgetteren
vinden dat V&W te snel voor te grote werken kiest vinden de risico's van stijging en daling wel meevallen vinden grote reserveringen onprettig
4 Meningen
Voorbeeld 2-5 Doelen en lezer.
Begin liefst met de meest uitgebreide doelensoort: weetdoelen In de meeste gevallen zal “weten” de grootste hoeveelheid handig te ontleden doelen opleveren. Bovendien zijn veel “doen- en vindendoelen “ afhankelijk van ondersteunende weetdoelen. 1 Weten
dat de afsluitdijk verhoogd moet worden dat de afsluitdijk nu net op Deltahoogte is dat de zeespiegel snel stijgt dat het land langzaam daalt dat overstromen van de dijk negatieve gevolgen heeft voor veiligheid, milieu en economie op en rond IJsselmeer en benedenloop IJssel. dat er twee manieren zijn om de dijk te verhogen, met behoud van functies dat er aanvullende maatregelen nodig zijn voor schut- en spuisluizen dat dijkverhoging de risico's aanvaardbaar maakt dat er grote reserveringen nodig zijn de komende 10 jaar, om voldoende budget te creëren Voorbeeld 2-6 Weetdoelen.
Bevraag de doelen Ontleed door vragen aan de doelen te stellen die de lezer zou moeten stellen. Of die de lezer waarschijnlijk zal stellen. Wanneer uw doelen helder geformuleerd zijn, kunt u er eenvoudig vragen bij verzinnen. Dat de antwoorden wellicht minder eenvoudig zijn, doet hier niet ter zake. Ik vertrouw volledig op uw vakbekwaamheid en uw dossierkennis. Dankzij het doorvragen in de volgende stappen, ontleden we zelfs de meest ingewikkelde doelen tot leesklare brokken. Per doel kunt u één of meer vragen stellen. Stel zo veel vragen als u nodig hebt om uw doel te bereiken. 44
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Begin met het meest algemene weetdoel Het meest algemene doel zal de beste basis voor uw structuur leggen. Uw lezer zal uw tekst liefst van algemeen naar bijzonder begrijpen. dat de afsluitdijk verhoogd moet worden Voorbeeld 2-7 Meest algemene weetdoel.
Probeer daar basisvragen aan te stellen Een eigenwijze lezer zal in ieder geval varianten op de “basisvragen” kunnen stellen. Omdat iedere koddebeier en iedere leerling-journalist ze kan stellen. Dat maakt ze geschikt om uw tekst mee te structureren. Ze zijn zo duidelijk, dat ze bijkans transparant worden. Ze ontnemen uw lezer het zicht op de inhoud tekst niet. wie?, wat?, welke?, waar?, wanneer?, hoe?, waarom, voordelen?, nadelen?, onderdelen?, kosten?, baten?, doel?, middel?, oorzaak?, gevolg?, probleem?, oplossing? ervoor?, erna?, theorie?, praktijk?, geschiedenis?, et cetera. Voorbeeld 2-8 Basisvragen.
Probeer alle mogelijke varianten op de basisvragen te stellen. De onmogelijke kunt u er later alsnog tussenuit halen. 1 2 3
wat? waarom? hoe? Voorbeeld 2-9 Drie basisvragen aan het weetdoel.
De antwoorden leveren hoofdstukken op De vragen aan de doelen leveren antwoorden op. Per vraag kunt u meer antwoorden krijgen. Elk antwoord krijgt zijn eigen hoofdstuk. 1 1 2
De afsluitdijk moet verhoogd worden Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen De dijk kan op twee manieren verhoogd worden Voorbeeld 2-10 Antwoorden leveren hoofdstukken op.
Zet alle antwoorden in een aparte kolom. Dat kan natuurlijk op een echt A4’tje, maar het kan ook een pagina of een tabel in een document van een tekstverwerker, of een “slide” van een presentatieprogramma of een outliner zijn. Gebruik bij voorkeur de “outline-functie” of “overzichtsweergave” van uw tekstverwerker. Dan houdt u het beste overzicht over de structuur. Zie de paragraaf ”Gebruik uw tekstverwerker” op pagina 57.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
45
Professioneel schrijven L
Voorbeeld 2-11 Hoofdstukken in de overzichtsweergave van Word.
Vraag door op de hoofdstukken Vaak roept een antwoord op een vraag nieuwe vragen op. Probeer alle vragen te bedenken die een eigenwijze lezer zou kunnen stellen. Houd wel uw doel en uw lezer in de gaten. U zult niet alle mogelijke vragen in uw tekst willen beantwoorden. U kunt er zelfs bewust een paar achter de hand houden, om reacties uit te lokken. 1 1.1 2 2.1 3 3.1
De afsluitdijk moet verhoogd worden Wat bedoel je met "verhogen"? Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen Hoe komt dat dan? De dijk kan op twee manieren verhoogd worden Welke twee manieren? Voorbeeld 2-12 Vragen aan de hoofdstukken.
Veel weetdoelen gaan als vanzelf mee
Bij het doorvragen op de belangrijkste weetdoelen komen als vanzelf ook ander weetdoelen aan bod. Controleer wel of u al uw doelen bereikt hebt.
Elk antwoord levert een paragraaf op Maak van elk antwoord een aparte paragraaf. 1 1.1 2 2.1 2.2 3 3.1 3.2
46
De afsluitdijk moet verhoogd worden De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen De zeespiegel stijgt, Het land klinkt in De dijk kan op twee manieren verhoogd worden Er kan een damwand op de top De hele dijk kan verhoogd © PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Voorbeeld 2-13 Antwoorden in paragrafen.
Staan uw vragen in een matrix? Vaak staan uw vragen in een matrix. Kies dan de structuur die uw lezer het best zal herkennen. Is die wagen zuinig? In de stad Op de snelweg? Is die wagen snel? In de stad Op de snelweg? Is die wagen veilig? In de stad Op de snelweg? OF Is hij in de stad: zuinig? veilig? snel? Is hij op de snelweg: zuinig? veilig? snel?
Voorbeeld 2-14 Vragen in een matrix.
Vraag door op de paragrafen De paragrafen roepen wellicht ook weer vragen op. Probeer zo veel mogelijk vragen te stellen, maar houd uw doel en uw lezer in de gaten! 1 De afsluitdijk moet verhoogd worden 1.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 1.1.1 Waarom twee meter? 2 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen 2.1 De zeespiegel stijgt 2.1.1 Hoe komt dat? 2.2 Het land klinkt in 2.2.1 Hoe komt dat? 3 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 3.1 Er kan een damwand op de top 3.1.1 Hoe dan? 3.2 De hele dijk kan verhoogd 3.2.1 Hoe dan? Voorbeeld 2-15 Vragen aan de paragrafen.
Elk antwoord levert een subparagraaf op Maak van elk antwoord een aparte subparagraaf. 1 De afsluitdijk moet verhoogd worden 1.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 1.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar 2 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen © PP in taal 2009 versie januari 2012
47
Professioneel schrijven L
2.1 De zeespiegel stijgt 2.1.1 Het broeikaseffect zorgt voor die stijging 2.2 Het land klinkt in 2.2.1 Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering 3 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 3.1 Er kan een damwand op de top 3.1.1 Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden 3.2 De hele dijk kan verhoogd 3.2.1 Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. Voorbeeld 2-16 Subparagrafen in de overzichtsweergave.
Geen vragen meer? Kunt u of wilt u niet doorvragen op de paragrafen, maak ze dan tot alinea’s. Ook in middellange teksten zult u soms hoofdstukken met maar één alinea gebruiken.
Vraag door op de subparagrafen De subparagrafen roepen wellicht ook weer vragen op. Probeer zo veel mogelijk vragen te stellen, maar houd uw doel en uw lezer in de gaten! 1 De afsluitdijk moet verhoogd worden 1.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 1.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar 1.1.1.1 Wat is aanvaardbaar? 2 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen 2.1 De zeespiegel stijgt 2.1.1 Het broeikaseffect zorgt voor die stijging 2.1.1.1 Hoe snel? 2.2 Het land klinkt in 2.2.1 Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering 2.2.1.1 Hoe snel? 3 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 3.1 Er kan een damwand op de top 3.1.1 Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden 3.1.1.1 Is dat bekende techniek? 3.1.1.2 Tast zo'n wand de horizon aan? 3.2 De hele dijk kan verhoogd 3.2.1 Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. 3.2.1.1 Is dat bekende techniek? 3.2.1.2 Tast zo'n storting de horizon aan? Voorbeeld 2-17 Vragen aan de subparagrafen.
Elk antwoord levert een alinea of een illustratie op Maak van elk antwoord een aparte alinea of illustratie. Een alinea bestaat uit tekst, een illustratie uit beelden. Wanneer een plaatje meer zegt dan woorden, gebruikt u een plaatje. 48
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
1 De afsluitdijk moet verhoogd worden 1.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 1.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar 2 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen 2.1 De zeespiegel stijgt 2.1.1 Het broeikaseffect zorgt voor die stijging Een conservatieve schatting is 1 centimeter stijging per jaar 2.2 Het land klinkt in 2.2.1 Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering Een conservatieve schatting is 1 millimeter daling per jaar 3 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 3.1 Er kan een damwand op de top 3.1.1 Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden Deze techniek is slechts in een lab getest Computercompositie, figuur 01: Een wand zal een markant landschapselement worden 3.2 De hele dijk kan verhoogd 3.2.1 Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. Deze techniek wordt al eeuwen toegepast De opstorting verandert de visuele invloed op het landschap nauwelijks Voorbeeld 2-Antwoorden in alinea's.
Geen vragen meer? Kunt u of wilt u niet doorvragen op de subparagrafen, maak ze dan tot alinea. U zult regelmatig paragrafen met maar één alinea gebruiken.
Bevraag de andere doelensoorten De vragenstructuur die door ontleden van de weetdoelen ontstaat, is meestal de beste “ruggengraat” voor uw tekst. Die structuur kunt u nu uitbreiden met vragen vanuit de doelen doen en vinden aan alle hoofdstukken, paragrafen, alinea’s en illustraties. Alleen als het nodig is
Soms hebt u door door te vragen op de weetdoelen ook andere doelen al bereikt. Dat schiet lekker op. Er moet wel wat gebeuren
Een tekst zou eigenlijk pas verstuurd mogen worden, als hij minstens één "doen-doel" probeert te bereiken. Als een lezer niets met uw tekst doen kan, hoeft hij hem toch ook niet te lezen?
© PP in taal 2009 versie januari 2012
49
Professioneel schrijven L
Stel vanuit de andere doelen vragen aan alle teksteenheden De vragenstructuur bestaat nu uit hoofdstukken, -sub-paragrafen en alinea's en illustraties. Stel aan al die teksteenheden vragen vanuit de andere doelen. Voor één van de weetdoelen zullen we vragen vanuit de doelen doen en vinden stellen. Bijvoorbeeld vanuit het doel "Vinden dat veiligheid, milieu en economie gevaar lopen." Want ik ben bang dat we de leden van de Tweede Kamer nog niet bang genoeg gemaakt hebben. We lopen het risico dat ze lezen "Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen." en dan zeggen "nou, en?". Dat voorkomen we door na 2 de vraag "Wat zijn de gevolgen van overstroming?" te stellen. 1 1.1 1.1.1
De afsluitdijk moet verhoogd worden De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar
2 2.1 2.1.1
Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen De zeespiegel stijgt Het broeikaseffect zorgt voor die stijging Een conservatieve schatting is 1 centimeter stijging per jaar
2.2 2.2.1
Het land klinkt in Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering Een conservatieve schatting is 1 millimeter daling per jaar
3
Wat zijn de gevolgen van overstroming?
4
De dijk kan op twee manieren verhoogd worden
4.1 4.1.1
Er kan een damwand op de top Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden Deze techniek is slechts in een lab getest Computercompositie, figuur 01: Een wand zal een markant landschapselement worden
4.2 4.2.1
De hele dijk kan verhoogd Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. Deze techniek wordt al eeuwen toegepast De opstorting verandert de visuele invloed op het landschap nauwelijks
Voorbeeld 2-18 Enkele vragen vanuit de doelen doen, en vinden
Voeg de antwoorden toe De antwoorden op de vragen vanuit de andere doelen kunnen extra hoofdstukken, -sub-paragrafen, illustraties of alinea's opleveren. Zo ontstaat de complete structuur van uw tekst. Merk op dat de antwoorden ook nu nog niet netjes geformuleerd zijn. Dat komt later. 1 1.1 1.1.1
De afsluitdijk moet verhoogd worden De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar
2 2.1 2.1.1
Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen De zeespiegel stijgt Het broeikaseffect zorgt voor die stijging Een conservatieve schatting is 1 centimeter stijging per jaar
2.2 2.2.1
Het land klinkt in Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering Een conservatieve schatting is 1 millimeter daling per jaar
3 3.1 3.2 3.3
Wat zijn de gevolgen van overstroming? De veiligheid van gebruikers en omwonende komt in gevaar Het milieu zal blijvende schade oplopen De economische schade zal enorm zijn
4
De dijk kan op twee manieren verhoogd worden
4.1 4.1.1
Er kan een damwand op de top Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden Deze techniek is slechts in een lab getest
50
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Computercompositie, figuur 01: Een wand zal een markant landschapselement worden 4.2 4.2.1
De hele dijk kan verhoogd Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. Deze techniek wordt al eeuwen toegepast De opstorting verandert de visuele invloed op het landschap nauwelijks
Voorbeeld 2-19 Enkele antwoorden op de vragen vanuit de andere doelen.
Vraag door op de antwoorden Ook op de nieuwe antwoorden kunt u doorvragen.
Voeg de antwoorden toe En ook deze antwoorden kunt u toevoegen.
Voeg naar wens per paragraaf illustraties toe Een tekst leeft bij de gratie van zijn levendigheid. Een inhoudelijk gedegen, maar weinig beeldende tekst is een lijdensweg voor uw lezer en niet echt een bijdrage aan een prettig beoordelingsgesprek. U kunt uw tekst dus maar beter opfleuren met functionele illustraties. Met mate, want met een tekst als een bloemencorso doet u uw lezer ook geen plezier. Voorzie iedere illustratie van een bijschrift met: • een nummer • de titel of de naam -het “kopje”- van de illustratie • eventueel een korte toelichting
Voorbeelden Voorbeelden verlevendigen uw tekst. Bovendien beklijven ze goed in het geheugen van uw publiek. Geef voorbeelden altijd een onderscheiden opmaak. Probeer zo direct en zo beeldend mogelijk te formuleren. Zorg dat de relatie met uw verhaal duidelijk is. Een goed voorbeeld van vroege industriële massaproductie is de T-Ford. Al in 1900 rolde de eerste van de lopende band. Nog geen negen maanden later produceerde de fabriek in Ottawa er honderd per dag. De T-Ford laat zien dat al in 1900 industriële massaproductie mogelijk was.
Voorbeeld 2-20 Een voorbeeld.
Terzijdes
Terzijdes staan vaak een beetje opzij, buiten de kantlijn van uw tekst.
Een terzijde is een “afbeelding” van tekst in uw tekst. Terzijdes staan vaak een beetje opzij, buiten de kantlijn van uw tekst. Vandaar de naam. Ze worden gebruikt voor “tips”, toelichtingen, anekdotes, uitleg et cetera. Zie bijvoorbeeld de terzijde hier terzijde.
Voorbeeld 2-21 Een terzijde.
Terzijde 2-1 Een terzijde.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
51
Professioneel schrijven L
Afbeeldingen Een afbeelding kan uw verhaal letterlijk illustreren. Afbeeldingen kunnen ook het meest wezenlijke element in uw verhaal zijn. Denk aan lezingen met lichtbeelden over Picasso, of over wandelen met kinderen in de Franse Alpen. Eigenlijk is uw verhaal dan begeleidend. Dat ontslaat u er niet van een goede structuur te maken. U structureert dan vooral illustratiebladen onder hoofdstukken of paragrafen.
Voorbeeld 2-22 Een afbeelding.
Tabellen Geen moderne tekstverwerker zonder “tabelfunctie” waarmee op eenvoudige wijze een tabel in een tekst op te nemen is. Tabellen zijn ideaal voor weergave van elke min of meer samenhangende hoeveelheid tekst die moeilijk in zinnen te gieten is. Of het nu om namen, adressen en telefoonnummers gaat, om auto’s, motorvermogen en benzineverbruik, om data en verjaardagen, om vergaderingen, actiepunten en verantwoordelijken, bijna iedere lijst of opsomming leent zich voor opname in een grafiek. Wilt u meer dan twee “rijen” tekst vergelijken, dan is een tabel zelfs de enige mogelijkheid die vergelijking in een tekst te krijgen. De grens tussen een opsomming, een lijst en een tabel is niet scherp. Bij een groeiende hoeveelheid gegevens gaat een opsomming over in een lijst, bij een groeiende hoeveelheid rijen met gegevens of bij een groeiende hoeveelheid relaties tussen de gegevens gaat de lijst over in een tabel. En overal waar u een kleine hoeveelheid met twee rijtjes wilt benadrukken, kunt u om reden van opmaak kiezen voor een tabel. Hoed u voor napraten van tabellen in alinea’s. Ook een tabel is een teksteenheid, en moet aan de criteria van “eenheid van tekst” voldoen.
drank \\ extra's Koffie Thee
Suiker mogelijk? Ja Nee
Melk mogelijk? Nee Ja Voorbeeld 2-23 Een eenvoudige tabel.
Grafieken Geen moderne tekstverwerker zonder “ grafische functie” waarmee op eenvoudige wijze een tabel in een tekst op te nemen is. 52
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Waar een plaatje meer zegt dan duizend woorden, zegt een grafiek meer dan duizend getallen. Ieder ontwikkeling, iedere samenhang, iedere “lijn” in een hoeveelheid gegevens die in getallen uit te drukken is, kan in een grafiek gepresenteerd worden. Niet iedere lezer is even vaardig in het lezen van grafieken. Aarzel niet grafieken van een korte toelichting te voorzien. Hoed u voor napraten van grafieken in alinea’s. Ook een grafiek is een teksteenheid, en moet aan de criteria van “eenheid van tekst” voldoen. Inkomen medewerkers
€ 150.000,00
bruto in Euro's
€ 100.000,00
Inkomen
€ 50.000,00 € 0,00 Jan
Piet
Yvonne
medewerkers
Voorbeeld 2-24 Een staafgrafiek.
Controleer of al uw doelen bevraagd zijn Hebt u voor al uw doelen vragen gesteld? Loop ze even na. Vindt u nog een onbevraagd doel, dan kunt u de vragen eenvoudig tussenvoegen.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
53
Professioneel schrijven L
Nummer alle teksteenheden Vooral in het productieproces is het handig wanneer in ieder geval alle hoofdstukken en -sub-paragrafen genummerd zijn. Dat vergemakkelijkt uw overzicht, en maakt het eenvoudiger over de tekst met anderen te communiceren. “Volgens mij kunnen we in paragraaf 1.4.6.8, na alinea 4 ook nog het energieverbruik noemen.”
Voorbeeld 2-25 Voordeel van nummeren.
Elk machineonderdeel wordt genummerd, alle goederen in de catalogus ook, waarom een tekstonderdeel dan niet? De tekstversie die naar uw lezer gaat, hoeft niet al die nummers te bevatten. Nummering van hoofdstukken, paragrafen en subparagrafen is dan voldoende. De tekstverwerker maakt nummeren en ontnummeren eenvoudig.
Voorbeeld 2-26 nummering met de tekstverwerker
Voeg een inhoudsopgave toe Geef iedere tekst die langer is dan één A4, een inhoudsopgave. Want een lezer moet altijd in één oogopslag uw tekst kunnen overzien.
De inhoudsopgave laat de structuur zien De inhoudsopgave van uw tekst moet de vragenstructuur in antwoorden weerspiegelen. Dan kan de lezer in de inhoudsopgave in één oogopslag zien hoe uw tekst gestructureerd is. Zo’n inhoudsopgave maakt een samenvatting overbodig. Je zou deze inhoudsopgave een geannoteerde samenvatting kunnen noemen, of een inhoudsvatting, desnoods een samengave.
54
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Een inhoudsopgave is een zoekinstrument Een goede inhoudsopgave is een machtig zoekinstrument voor uw lezers. En daar doet u minstens drie categorieën lezers een plezier mee: de generalisten, de specialisten, en alle andere. De generalisten zijn u dankbaar omdat ze binnen een minuut een overzicht van de hele tekst hebben. Ze kunnen vervolgens zelf bepalen of ze een hoofdstuk of paragraaf gaan lezen, of dat ze de tekst met een gerust hart ongelezen maar begrepen af kunnen doen. De specialisten zijn u dankbaar omdat ze niet de hele tekst meer door hoeven te vlooien voordat ze hun specialistenkrenten in uw woordenbrij vinden. Zij springen vanuit de inhoudsopgave direct naar dat ene paragraafje dat voor hen interessant is. Alle andere lezers zijn u dankbaar omdat hun leesdoelen ergens tussen die van de generalisten en die van de specialisten in zitten.
De vlag dekt de lading In een goede inhoudsopgave dekt de vlag de lading: wat er op staat, zit er in. Al uw hoofdstukken en paragrafen openen zich in één oogopslag voor uw lezers. Dus niet: 3.1.3 Opzet van de administratie versus de voorschriften. Maar: 3.1.3 De administratie is op twee onderdelen niet volgens de voorschriften opgezet.
Voorbeeld 2-27 De vlag dekt de lading
Een goede inhoudsopgave geeft antwoorden op de Doorvragen De antwoorden op de vragen gesteld aan de doelen kunt u in de hoofdstuktitels zetten. Het antwoord op een vraag aan een hoofdstuk of paragraaf kan in de paragraaf- of subparagraaftitel. Het antwoord op een vraag aan een subparagraaf wordt de eerste zin van uw alinea. Maar daarover later meer. Vraag aan hoofdstuk “Wegen” in de tekst "Mobistad": Wat voor soorten wegen zijn er? Antwoord (= Paragrafen) autowegen, fietspaden en wandelwegen Dan is een goede titel voor het hoofdstuk “Wegen”: Er zijn drie soorten wegen Een betere titel is: Er zijn drie soorten wegen: autowegen, fietspaden en wandelwegen Een nog betere titel is: 3 Mobistad kent drie soorten wegen: autowegen, fietspaden en wandelwegen Met daaronder als paragrafen: 3.1 De autowegen zijn er voor het snelverkeer 3.2 De fietspaden verbinden woonwijken met utiliteitscentra 3.3 De wandelwegen zijn er voor recreatief gebruik
Voorbeeld 2-28 Een goede inhoudsopgave
Resumerend: de weg van doel naar alinea Aan een weetdoel hebben we voor alle vragen aan dat weetdoel hoofdstukken gemaakt. Voor alle antwoorden op de hoofdstukvragen hebben we paragrafen in die hoofdstukken gestopt, en alle antwoorden op vragen aan paragrafen hebben we op alinea’s gezet. Zo kwamen we van doel tot alinea. © PP in taal 2009 versie januari 2012
55
Professioneel schrijven L
Op pagina 59 staat een uitgebreid voorbeeld.
Voorbeeld 2-29 Een uitgewerkte tekststructuur.
Een structuur uitschrijven tot tekst U schrijft uw structuur uit tot een tekst, door van alle hoofdstukken, paragrafen en alinea's in uw structuur een teksteenheid te maken. Hoe u die teksteenheden met zinnen vult, leest u in de les Macramémethode.
Teksteenheden maken Traditionele namen voor teksteenheden zijn, van groot naar klein: tekst, hoofdstuk, paragraaf, alinea. Een tekst is verdeeld in hoofdstukken. Hoofdstukken zijn verdeeld in paragrafen. Paragrafen zijn verdeeld in subparagrafen. Subparagrafen kunnen verdeeld zijn in sub-subparagrafen -ad infinitum. Paragrafen of subparagrafen zijn verdeeld in alinea’s. Alinea's zijn er in twee klassen: grote, met een regel wit tussen twee alinea's en een niet uitgevulde laatste regel, en kleine, met alleen een niet uitgevulde laatste regel. Ook bij een uitgebreide structuur is het dus mogelijk alle vragen van hoofd- naar sub- een eigen teksteenheid te geven. Tekst
Hoofdstuk
Paragraaf
Subparagraaf Alinea
Voorbeeld 2-30 Van tekst naar teksteenheid.
Een goede teksteenheid voldoet aan twee criteria Om de eenheid van teksteenheid te bewaren, voldoet een goede teksteenheid aan twee criteria: • één teksteenheid beantwoordt één vraag, gaat over één onderwerp • het hele antwoord op één vraag, alles wat over één onderwerp gezegd wordt, staat in één teksteenheid De vraag “wat zijn de voordelen” wordt in één hoofdstuk beantwoord. Het hele antwoord op die vraag staat in dat hoofdstuk. En alleen in dat hoofdstuk staan antwoorden op die vraag. Als ik een hoofdstuk "voordelen" heb, lees ik alleen voordelen in dat hoofdstuk, en geen nadelen. En álle voordelen die in de hele tekst genoemd worden, lees ik in dát hoofdstuk. Dat is handig voor de lezer. Hij hoeft maar één hoofdstuk te lezen, als hij wil weten wat de voordelen zijn. En hij kan erop vertrouwen dat hij na lezing van dat ene hoofdstuk alle voordelen kent.
56
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Gebruik uw tekstverwerker Bij het maken van een vragenstructuur Moderne tekstverwerkers helpen u bij het maken van een vragenstructuur. Als voorbeeld nemen we de “overzichtsweergave” van Word.
Figuur 2.2 Hulp bij de overzichtsweergave van Word.
Voor het nummeren van bladen Iedere moderne tekstverwerker stelt u in staat de koppen van hoofdstukken en paragrafen, alinea’s, regels en bijschriften te nummeren. Uw tekstverwerker is daar preciezer in dan u. Hij houdt alle veranderingen voor u bij, en past de nummering voor u aan. Maakt u een inhoudsopgave of een ander zoekinstrument, dan wordt de nummering daar in opgenomen, wanneer u dat wenst.
Figuur 2.3 Hulp bij de nummering van Word.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
57
Professioneel schrijven L
Spiekbriefje
Spiekbriefje
Doorvraagmethode 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18.
58
Neem het meest algemene weetdoel uit uw Doelen en lezers-tabel Stel -basis- vragen aan dat weetdoel Maak van elk antwoord een hoofdstuk Vraag door op de hoofdstukken Maak van elk antwoord een paragraaf Controleer of uw vragen in een matrix staan Vraag door op de paragrafen Maak van elk antwoord een subparagraaf Vraag door op de subparagrafen Maak van elk antwoord een alinea of een illustratie Stel vanuit uw andere doelen vragen aan de hoofdstukken, paragrafen en alinea's Voeg de antwoorden toe Vraag door op de antwoorden Voeg ook die antwoorden toe Voeg per paragraaf illustraties toe Controleer of al uw doelen bevraagd zijn. Nummer alle teksteenheden Voeg een inhoudsopgave toe
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Voorbeeld: Vragenstructuur casus
Neem het meest algemene weetdoel uit uw Doelen en lezers-tabel
dat de afsluitdijk verhoogd moet worden 4 5 6
Stel -basis- vragen aan dat weetdoel wat? waarom? hoe?
4 5 6
Maak van elk antwoord een hoofdstuk De afsluitdijk moet verhoogd worden Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen De dijk kan op twee manieren verhoogd worden
Vraag door op de hoofdstukken 4 De afsluitdijk moet verhoogd worden 4.1 Wat bedoel je met "verhogen"? 5 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen 5.1 Hoe komt dat dan? 6 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 6.1 Welke twee manieren? Maak van elk antwoord een paragraaf 4 De afsluitdijk moet verhoogd worden 4.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 5 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen 5.1 De zeespiegel stijgt, 5.2 Het land klinkt in 6 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 6.1 Er kan een damwand op de top 6.2 De hele dijk kan verhoogd Vraag door op de paragrafen 4 De afsluitdijk moet verhoogd worden 4.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 4.1.1 Waarom twee meter? 5 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen 5.1 De zeespiegel stijgt 5.1.1 Hoe komt dat? 5.2 Het land klinkt in 5.2.1 Hoe komt dat? 6 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 6.1 Er kan een damwand op de top 6.1.1 Hoe dan? 6.2 De hele dijk kan verhoogd 6.2.1 Hoe dan? Maak van elk antwoord een subparagraaf 4 De afsluitdijk moet verhoogd worden 4.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 4.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar 5 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen © PP in taal 2009 versie januari 2012
59
Professioneel schrijven L
5.1 De zeespiegel stijgt 5.1.1 Het broeikaseffect zorgt voor die stijging 5.2 Het land klinkt in 5.2.1 Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering 6 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 6.1 Er kan een damwand op de top 6.1.1 Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden 6.2 De hele dijk kan verhoogd 6.2.1 Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. Vraag door op de subparagrafen 4 De afsluitdijk moet verhoogd worden 4.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 4.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar 4.1.1.1 Wat is aanvaardbaar? 5 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen 5.1 De zeespiegel stijgt 5.1.1 Het broeikaseffect zorgt voor die stijging 5.1.1.1 Hoe snel? 5.2 Het land klinkt in 5.2.1 Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering 5.2.1.1 Hoe snel? 6 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 6.1 Er kan een damwand op de top 6.1.1 Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden 6.1.1.1 Is dat bekende techniek? 6.1.1.2 Tast zo'n wand de horizon aan? 6.2 De hele dijk kan verhoogd 6.2.1 Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. 6.2.1.1 Is dat bekende techniek? 6.2.1.2 Tast zo'n storting de horizon aan? Maak van elk antwoord een alinea of een illustratie 4 De afsluitdijk moet verhoogd worden 4.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 4.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar 5 Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen 5.1 De zeespiegel stijgt 5.1.1 Het broeikaseffect zorgt voor die stijging Een conservatieve schatting is 1 centimeter stijging per jaar 5.2 Het land klinkt in 5.2.1 Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering Een conservatieve schatting is 1 millimeter daling per jaar 6 De dijk kan op twee manieren verhoogd worden 6.1 Er kan een damwand op de top 6.1.1 Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden Deze techniek is slechts in een lab getest Computercompositie, figuur 01: Een wand zal een markant landschapselement worden 6.2 De hele dijk kan verhoogd 6.2.1 Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. Deze techniek wordt al eeuwen toegepast De opstorting verandert de visuele invloed op het landschap nauwelijks
60
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Stel vanuit uw andere doelen vragen aan de hoofdstukken, paragrafen en alinea's Bijvoorbeeld vanuit het doel "Vinden dat veiligheid, milieu en economie gevaar lopen." Want ik ben bang dat we de leden van de Tweede Kamer nog niet bang genoeg gemaakt hebben. We lopen het risico dat ze lezen "Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen." en dan zeggen "nou, en?". Dat voorkomen we door na 5 de vraag "Wat zijn de gevolgen van overstroming?" te stellen. 5 5.1 5.1.1
De afsluitdijk moet verhoogd worden De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar
6 6.1 6.1.1
Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen De zeespiegel stijgt Het broeikaseffect zorgt voor die stijging Een conservatieve schatting is 1 centimeter stijging per jaar
6.2 6.2.1
Het land klinkt in Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering Een conservatieve schatting is 1 millimeter daling per jaar
7
Wat zijn de gevolgen van overstroming?
8
De dijk kan op twee manieren verhoogd worden
8.1 8.1.1
Er kan een damwand op de top Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden Deze techniek is slechts in een lab getest Computercompositie, figuur 01: Een wand zal een markant landschapselement worden
8.2 8.2.1
De hele dijk kan verhoogd Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. Deze techniek wordt al eeuwen toegepast De opstorting verandert de visuele invloed op het landschap nauwelijks
Voeg de antwoorden toe
4
De afsluitdijk moet verhoogd worden
4.3 4.3.1
De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar
5 5.1 5.1.1
Als we de dijk niet verhogen, zal hij binnenkort overstromen De zeespiegel stijgt Het broeikaseffect zorgt voor die stijging Een conservatieve schatting is 1 centimeter stijging per jaar
5.2 5.2.1
Het land klinkt in Oorzaken voor de inklinking zijn gaswinning en ontwatering Een conservatieve schatting is 1 millimeter daling per jaar
6 6.1 6.2 6.3
Wat zijn de gevolgen van overstroming? De veiligheid van gebruikers en omwonende komt in gevaar Het milieu zal blijvende schade oplopen De economische schade zal enorm zijn
7
De dijk kan op twee manieren verhoogd worden
7.1 7.1.1
Er kan een damwand op de top Over de gehele lengte kunnen damwandprofielen geslagen worden Deze techniek is slechts in een lab getest Computercompositie, figuur 01: Een wand zal een markant landschapselement worden
7.2 7.2.1
De hele dijk kan verhoogd Over de gehele lengte kan grond opgestort worden. Deze techniek wordt al eeuwen toegepast De opstorting verandert de visuele invloed op het landschap nauwelijks
Vraag door op de antwoorden (In dit voorbeeld gaan we hier niet verder)
Voeg ook die antwoorden toe Voeg per paragraaf illustraties toe Nummer alle teksteenheden Voeg een inhoudsopgave toe
© PP in taal 2009 versie januari 2012
61
Professioneel schrijven L
Oefeningen Microkosmos?
Dit is een deel van de voorbeeldstructuur die Microsoft in z'n hulpbestand gebruikt. Drie vragen: 1 Welke Doorvraagvragen zouden hier gesteld zijn? 2 Kunt u de structuur verbeteren? 3 Kunt u de hoofdstuk- en de paragraaftitels verbeteren?
62
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Handen aan! Schrijft u met ons mee?
√ 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16.
Neem het meest algemene weetdoel uit uw Doelen en lezers-tabel Stel -basis- vragen aan dat weetdoel Maak van elk antwoord een hoofdstuk Vraag door op de hoofdstukken Maak van elk antwoord een paragraaf Vraag door op de paragrafen Maak van elk antwoord een subparagraaf Vraag door op de subparagrafen Maak van elk antwoord een alinea of een illustratie Stel vanuit uw andere doelen vragen aan de hoofdstukken, paragrafen en alinea's Voeg de antwoorden toe Vraag door op de antwoorden Voeg ook die antwoorden toe Voeg per paragraaf illustraties toe Nummer alle teksteenheden Voeg een inhoudsopgave toe
© PP in taal 2009 versie januari 2012
63
Professioneel schrijven L
3. Pro aut contra: de PAC-methode De Doorvraagmethode is vooral geschikt voor het maken van beschrijvende structuren. U kunt er heel goed weten-doelen en doendoelen mee bereiken. Vinden-doelen bereikt u pas wanneer u uw lezer kunt overtuigen. Wanneer u een lezer wilt overtuigen, maar uw argumenten zijn niet in één oogopslag te overzien, dan zult u die argumenten overzichtelijk moeten presenteren. Dat lukt alleen wanneer u de argumenten in schema kunt zetten, en dat schema tot tekststructuur kunt maken. Zo’n schema helpt de schrijver en zijn organisatie de argumenten op een rijtje te krijgen, en het helpt de lezer en zijn organisatie zicht te krijgen op de gebruikte argumentatie. In deze lessen leert u met twee soorten argumentatieschema’s werken: • Pro aut contra schema’s (PAC) • Meer alternatieven en criteria (MAC) In deze les de PAC-schema’s. Argumentatieschema’s geven aan welke argumenten gebruikt worden. Waarheid van argumenten of kracht van een stelling zijn niet uit schema’s af te lezen, het standpunt van de schrijver wel. De argumentatieschema's kunnen eenvoudig omgezet worden in een tekststructuur, die naadloos past in of naast een Doorvraagstructuur.
De PAC-methode gebruikt de doelen en lezerstabel.
Deze les resulteert in een PAC-argumentatiestructuur voor uw dossier.
64
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Complexe argumentatie overzichtelijk in teksten presenteren vraagt slechts vier stappen Stap 1 Onderscheid stelling of keuze van onderbouwing 2 Kies de meest adequate structureringsmethode 3 Zet het PAC-schema of het MAC-schema op 4 Zet het schema om in een tekststructuur
Stelling onderscheiden van onderbouwing De eerste stap voor het maken van een overtuigende tekst, is het scheiden van stelling en argumenten in uw vinden-doelen. De stelling is dat waar u de lezer van wilt overtuigen, de argumenten gebruikt u om dat vinden-doel te bereiken. Je moet veel kaas eten, want dat is lekker en gezond, maar een kilo kaas kost al snel twee tientjes. stelling: eet veel kaas argumenten: lekker, gezond, duur We kunnen het beste dat nieuwe model Lada GTI kopen, want die lust weliswaar een aardig slokje, maar hij is veiliger en sneller dan de Volkswagen of de Volvo, en goedkoper in aanschaf. stelling: Lada GTI kopen argumenten: hoger verbruik dan V&V, veiliger dan V&V, sneller dan V&V, lagere aanschafprijs dan V&V De schrijver wil in elk van deze voorbeelden één vinden-doel bereiken: De lezer moet vinden dat hij veel kaas moeten eten. De lezer moet vinden dat hij een Lada GTI moet kopen.
Voorbeeld 3-1Stelling en onderbouwing.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
65
Professioneel schrijven L
Structureringsmethode kiezen De tweede stap is het kiezen van de handigste methode om uw argumentatie te structureren.
Pro aut contra (PAC) Hebt u een stelling die te beschouwen is als een afweging van argumenten voor en tegen, kies dan een “Pro aut contra” (PAC) schema. Zo’n schema geeft in zijn eenvoudigste vorm een stelling met een bepaald gewicht, dat het verschil is van de gewichten van de argumenten pro en de argumenten contra. De gewichten worden in getallen uitgedrukt. Je moet veel kaas eten, want dat is lekker en gezond, maar een kilo kaas kost al snel twee tientjes.
Pro
eet veel kaas 6 -3 =3
contra
Lekker Gezond
4 2
3
Som
6
3
Duur
Voorbeeld 3-2E Een PAC-schema.
Meer criteria analyse (MAC) Hebt u een stelling die te beschouwen is als een keuze tussen alternatieven, gemaakt op grond van meer criteria, kies dan voor een “Meer criteria en alternatieven” (MAC) schema. Zo’n schema geeft in z’n eenvoudigste vorm de waardering per alternatief per criterium, uitgedrukt in een “rapportcijfer”. Het alternatief met de hoogste totaalscore is de keuze of “stelling”. We kunnen het beste dat nieuwe model Lada GTI kopen, want die lust weliswaar een aardig slokje, maar hij is veiliger en sneller dan de Volkswagen of de Volvo, en goedkoper in aanschaf. Aanschafcriteria /alternatieven
verbruik veiligheid snelheid aanschafprijs Totaal Volkswagen 8 6 3 6 23 Volvo 7 7 4 4 22 4 8 9 9 30 Lada Voorbeeld 3-3
66
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Kwantificeren van PAC en MAC: je gelijk uitrekenen Kwantificeren van argumentatieschema’s heeft een aantal voordelen: • Je kunt er de kwaliteit van je argumentatie mee controleren. Soms valt het nog niet eens mee, de gewichten zo te verdelen dat je het met je eigen stelling eens blijft. • Je kunt er het kritisch gewicht van argumenten mee bepalen. Soms zie je dat een argument wel een absurd lage of hoge waarde moet krijgen om de stelling staande te houden. Of je ziet dat een zeer kleine verandering in het gewicht van een van de argumenten de stelling onderuit haalt. • Je kunt beter intersubjectief over een argumentatie oordelen. Wanneer je de argumenten en gewicht van de argumenten uit elkaar haalt, kun je in twee rondes discussiëren. In de eerste ronde bepaal je het schema, in de tweede bepaal je de gewichten. Dat kan handig zijn in werkgroepen, of wanneer een rapport tegengestelde belangen moet verenigen. • Je maakt er de argumentatie beter overdraagbaar mee. De argumentatie wordt toegankelijker voor derden. Dat kan handig zijn als anderen op grond van uw schema mee moeten of mogen beslissen. Een gedeeld rekenblad op uw netwerk, en het hele kantoor kan meedenken!
Een PAC-schema opzetten, kwantificeren en tot tekststructuur maken Wanneer u stelling en onderbouwing gescheiden hebt, en tussen PAC en MAC gekozen hebt, kunt u een schema opzetten, kwantificeren en tot tekststructuur maken.
Een PAC is een argumentatie met een stelling en argumenten Elk betoog, elke discussie, elk gemotiveerd besluit, elke uitleg, noemen wij hier een argumentatie. Elke argumentatie bestaat uit een stelling met argumenten. Er zijn enkelvoudige en meervoudige argumentaties. In teksten zijn enkelvoudige argumentaties bruikbaar om alinea's op te bouwen. Meervoudige argumentaties zijn een uitstekende basis voor het structureren van een paar hoofdstukken of van een hele tekst.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
67
Professioneel schrijven L
Enkelvoudige argumentatie In een enkelvoudige argumentatie is de stelling een afweging van een of meer argumenten pro en argumenten contra. Je kunt je zo'n argumentatie als een balans voorstellen. argumentatie: Ik heb ontzettend veel zin in nog een pilsje, maar ik moet nog rijden dus laat ik er maar geen nemen.
Voorbeeld 3-4 Argumentatie in balans. Let op: de argumenten zijn pro of contra de stelling. De argumenten pro wegen per definitie zwaarder, anders is je stelling onhoudbaar.
Waarheid? Mocht u de illusie hebben met een eenvoudig schemaatje de waarheid nu voor eens en voor altijd boven tafel te halen, dan moet ik u teleurstellen. Een argumentatieschema laat niets anders zien dan de stelling van degene die het maakt. Maar dat is al heel wat. U maakt met uw schema uw lezers duidelijk maken wat uw mening is -uw stelling, en waar u die op baseert -uw argumenten.
Samengestelde argumentatie In een samengestelde argumentatie zijn er meer argumenten pro en contra. Maar het echte verschil met een enkelvoudige argumentatie zien wij pas als we op een argument inzoomen. Wat op afstand een ordentelijk argument leek, blijkt bij nadere beschouwing op zich een stelling, waar ook weer argumenten onder hangen. En als we op die argumenten inzoomen? Blijken het weer stellingen waar weer, en zo verder. Het verschil tussen een enkelvoudige en een samengestelde redenering is dat tussen een weegschaal of balans, en een mobile. Een weegschaal heeft één bakje pro, en één bakje contra. In een mobile is er een subtiel evenwicht tussen soms absurde aftakkingen en ongelijke gewichten.
68
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
In organisaties lijkt de argumentatie vaker op een mobile dan op een balans. Dat zien we al bij collega Knordoper. Gedver wat een weer. En m'n hoofd doet ook al zo zeer. Als ik die afspraak met Van Dijk niet had, hoefde ik mooi niet naar kantoor. Hum, eigenlijk is die afspraak niet zo belangrijk. Zal ik vragen of Truus die van Dijk met een smoesje afbelt? De chef is er toch niet vandaag, dus die mist me niet. Maar ja, collega Ruud verklikt altijd alles. Zou die trouwens niet op zo'n taalcursus zitten vanmorgen? Ik kan het eigenlijk niet maken Truus met dat afbellen op te zadelen. Nou, dan gaan we maar weer.
Voorbeeld 3-5 De argumentatie van Knordoper (schaal12) op maandagmorgen.
De stelling van Knordoper is duidelijk: ik ga naar kantoor "Nou, dan gaan we maar weer.".
De balans De argumenten die hij gebruikt zijn helder. Laten we ze voor het gemak enkelvoudig opdelen in een schaaltje pro's en een schaaltje contra's.
Voorbeeld 3-6 Een enkelvoudige balans.
De mobile Nu hebben we wel twee verzamelingen argumenten, maar de samenhang wordt pas in een mobile zichtbaar.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
69
Professioneel schrijven L
Voorbeeld 3-7 Een samengestelde mobile.
De argumenten zijn in de mobile te groeperen in vier clusters: de argumenten rond de afspraak, het weer, zijn hoofd en de chef. Binnen die clusters hangen de argumenten samen. De clusters hangen op hun beurt onder de stelling. Binnen de clusters kunnen argumenten naar links hangen, dan hebben ze een Pro-effect. Ze kunnen ook naar rechts hangen, dan hebben ze een Contra-effect. Het argument dat Truus kan afbellen, verzwakt het argument om te gaan. Maar het argument dat Knordoper het eigenlijk niet kan maken om Truus met afbellen op te zadelen, verzwakt het argument dat Truus kan afbellen.
Het PAC-schema Omdat een tekening niet is wat uw chef verwacht, is het handig argumenten in een schema te zetten. Dat schema helpt ons onze tekst te structureren. Het argumentatieschema van een samengestelde argumentatie laat de relatieve belangrijkheid van de argumenten zien. Stelling Ik ga naar kantoor Pro
Contra
P1
afspraak met van Dijk
C1
getverweer
P1_C1
afspraak is niet zo belangrijk
C2
hoofd doet zeer
P1_C2
Truus kan afbellen
C3
de chef is weg
C3_P1
die mist me niet
C3_C1
Ruud verklikt alles
P1_C2_C1 kan Truus niet met afbellen opzadelen
C3_C1_C1 Ruud zit op les Voorbeeld 3-8 De relatieve belangrijkheid van de argumenten.
70
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
De notatie P1_C1 geeft aan dat dit het eerste contra-argument bij het eerste pro-argument is. Dat is een ander argument dan C1. Want dat is het eerste contra-argument bij de stelling. Een contra-pro en een contra-argument hebben beide “contragewicht” als resultaat. Maar er is verschil tussen relativeren van een pro en toevoegen van een contra. Er is verschil tussen van het ene bakje wat weghalen en op het andere bakje wat bijleggen.
Hoe ver moet je gaan in het expliciteren van premissen? Een redenering bestaat uit een stelling en argumenten. Maar wie bepalen de geldigheid van argumenten? Dat doen de premissen. Premissen zijn niet genoemde argumenten. Ze zijn er wel, maar je ziet ze niet. Ze zijn zo vanzelfsprekend dat wij ze niet meer noemen. De aarde is rond, de bal ook en we leven hier in een democratie. Expliciteer je een premisse waar men dat niet verwacht, of niet wenst, dan maak je je schuldig aan een platitude. Premissen zijn de fundamenten waarop wij onze argumentaties bouwen. Een lezer is het pas met u eens als hij uw argumentatie en de premissen accepteert. We zagen in de voorbeeldargumentatie dat de redenaar geen pils nam, omdat hij nog moest rijden. argumentatie: Ik heb ontzettend veel zin in nog een pilsje, maar ik moet nog rijden dus laat ik er maar geen nemen. Stelling Ik neem geen pilsje Pro P1
Contra Ik moet nog rijden
C1
Ik heb ontzettend veel zin in een pilsje Voorbeeld 3-9 Enkelvoudig schema, zonder premissen.
De geldigheid van het pro argument "Ik moet nog rijden" wordt bepaald door minstens twee premissen: • dat de ik zelf moet rijden; • dat er geen alternatief vervoer is. Als de premissen waar of geldig zijn, kunnen wij ze omzetten in proargumenten. Stelling Ik neem geen pilsje Pro
Contra
P1
Ik moet nog rijden
P1_P1
Mijn vrouw heeft geen rijbewijs
P1_P2
Er rijden geen bussen meer
C1
Ik heb ontzettend veel zin in een pilsje
Voorbeeld 3-10 Premissen omgezet in pro-argumenten
Als de premissen onwaar of ongeldig zijn, kunnen wij ze omzetten in contra-argumenten. Of de stelling nu nog houdbaar is, betwijfel ik. Stelling Ik neem geen pilsje (?) Pro
Contra
P1
Ik moet nog rijden
P1_C1
Mijn zoon kan me rijden
P1_C2
Ik kan met de taxi gaan
C1
Ik heb ontzettend veel zin in een pilsje
© PP in taal 2009 versie januari 2012
71
Professioneel schrijven L
Voorbeeld 3-11 Premissen omgezet in contra-argumenten.
Wanneer premissen in de argumentatie gebruikt worden, zijn het argumenten geworden. Zij zullen dan op hun beurt premissen "onder zich" hebben. Premissen zijn niet genoemde argumenten. Hoeveel premissen u noemt, hangt af van uw verwachting. Als de lezer evenveel van het onderwerp weet als de schrijver, hoeven er niet veel premissen genoemd te worden. Maar bij lezers van wie u niet zeker weet of het onderwerp hen bekend is, moet u veel premissen noemen. Doet u dat niet, dan moet de lezer gedachtesprongen maken die de lengte van zijn polsstok vaak te boven zullen gaan. Wanneer je een vak leert, maak je je allerlei argumentaties eigen. Hoe vakkundiger je wordt, des te minder argumenten heb je nodig. Je hebt aan een halve vakterm genoeg. De rest is premisse geworden. En noemen ervan een platitude. Probleem in een organisatie is vaak, dat vaklui -dossierbeheerdersmoeten communiceren met niet-vaklui: beslissers. De platitude voor de vakman is niet zelden de polsstok van de beslisser.
72
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Een PAC-schema zet je in vier stappen op 1. Formuleer de stelling 2. Formuleer de argumenten pro en contra 3. Expliciteer premissen 4. Voeg de premissen toe als argument We zullen met een voorbeeld laten zien hoe makkelijk het gaat eigenlijk. We gebruiken een kant-en-klaar argumentatieblad. Een rekenvel in een rekenprogramma. Dat werkt makkelijk voor kwantificeren van uitgebreide argumentaties, zeker wanneer je “what if” scenario’s wilt bekijken. Een ruim formaat ruitjespapier -met potlood en gummetjewerkt ook goed.
Formuleer de stelling en de argumenten pro en contra Het hele gezin zit rond de tafel. Besloten moet worden waar de voorjaarsvakantie doorgebracht zal gaan worden. Moeder wil naar Rome. Vader wil de voors en tegens afwegen. Moeder zucht, pakt haar laptop, en begint.
Voorbeeld 3-12 PAC-schema met stelling en argumenten.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
73
Professioneel schrijven L
Expliciteer premissen en voeg ze toe als argument
Voorbeeld 3-13 PAC-schema met geëxpliciteerde premissen.
74
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Kwantificeer uw PAC Wanneer u tevreden bent met het argumentatieschema, kunt u alle argumenten een “gewicht” of "waarde" geven. Dat is trouwens ook de beste manier om met een groep tot één gezamenlijke stelling te komen: eerst alle argumenten verzamelen, dan gezamenlijk punten geven. U ziet in de tabel dat de stelling "we gaan dit voorjaar naar Rome" overeind blijft met 7 punten, dat is 11% van het totaal aantal uitgebrachte punten.
Voorbeeld 3-14 Gekwantificeerde PAC.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
75
Professioneel schrijven L
Spelregels voor het kwantificeren Om een zuivere score te verkrijgen, zijn een paar spelregels: • Waardering • Een P heeft een pro-waarde aan de pro-kant • Een P_P heeft pro-waarde aan de pro-kant • Een P_C heeft contra-waarde aan de pro-kant • Een P_C_P heeft contra-waarde aan de pro-kant • Een P_C_C heeft pro-waarde aan de pro-kant • Een C heeft contra-waarde aan de contra-kant • Een C_P heeft contra-waarde aan de contra-kant • Een C_C heeft pro-waarde aan de contra-kant • Een C_C_P heeft pro-waarde aan de contra-kant • Et cetera • Geef een argument of premisse nooit minder dan 1 punt, en nooit meer dan 10 punten. • Als je premissen tot pro-argument maakt, moet het argument zelf 0 punten krijgen. De som van de punten van de premissen van een argument bepaalt dan zijn waarde. • Als je premissen tot contra-argument maakt, mag de som van alle contra's nooit meer zijn dan die van alle pro's. Als dat gebeurt, moet het argument naar "de ander kant": een pro-argument moet dan een contra-argument worden, een contra een pro.
76
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Een PAC-schema tot tekststructuur maken Wij maken geen schema’s om de schema’s, wij maken ze om ingewikkelde argumentatie helder op papier te krijgen. Argumentatieschema’s kunnen een prominente plaats in een tekst krijgen, maar we kunnen er ook voor kiezen ze rustig in het dossier te laten.
Tekststructuur van standaard PAC-schema Afhankelijk van de positie van de argumentatie in de tekst, en van het aantal niveaus in de argumentatie, verdelen we stelling, argumenten en ondersteunende of relativerende argumenten over titel, hoofdstukken, paragrafen, subparagrafen en alinea’s van de tekst. Het gewicht van de argumenten en een toelichting op de waardering kunnen vaste alinea's zijn. De mogelijkheden bij een standaard argumentatie: Argumentatie
Teksteenheden
Stelling
titel
titel
hoofdstuk n
hoofdstuk 1: pro
hoofdstuk n paragraaf n.1: Pro
P1
hoofdstuk 1
paragraaf 1.1
paragraaf n.1
paragraaf n.1.1
gewicht/toelichting
alinea
alinea
alinea
alinea
P1_P1
paragraaf 1.1
paragraaf 1.1.1
paragraaf n.1.1
paragraaf n.1.1.1
gewicht/toelichting
alinea
alinea
alinea
alinea
P1_P1_C1
paragraaf 1.1.1
paragraaf 1.1.1.1
paragraaf n.1.1.1
paragraaf n.1.1.1.1
gewicht/toelichting
alinea
alinea
alinea
alinea
P1_P1_C1_P1
alinea 1.1.1.1
alinea 1.1.1.1.1
alinea n.1.1.1.1
alinea n.1.1.1.1.1
gewicht/toelichting
alinea
alinea
alinea
alinea
P2
hoofdstuk 2
paragraaf 1.2
paragraaf n.2
paragraaf n.1.2
gewicht/toelichting
alinea
alinea
alinea
alinea
hoofdstuk 2: Contra
paragraaf n.2: Contra
C1
hoofdstuk 3
paragraaf 2.1
paragraaf n.3
paragraaf n.2.1
gewicht/toelichting
alinea
alinea
alinea
alinea
C2
hoofdstuk 4
paragraaf 2.2
paragraaf n.4
paragraaf n.2.2
gewicht/toelichting
Alinea
alinea
alinea
alinea
Voorbeeld 3-15 Genormaliseerde omzetting van een PAC naar een tekststructuur.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
77
Professioneel schrijven L
Voorbeeld van de inhoudsopgave van het Rome-voorbeeld Onze voorbeeldtekst over de voorjaarsvakantie in Rome zou een inhoudsopgave als in kolom drie kunnen krijgen: de stelling in de titel van ons stuk, en de pro's en de contra's ieder een eigen hoofdstuk, met paragrafen voor alle argumenten.
We gaan dit voorjaar naar Rome! (Hoofdstuknummer , titel
pagina)
1. 1.1 1.1.1 1.1.2 1.1.3 1.2 1.2.1 1.2.2 1.2.2.1 1.3 1.3.1 1.3.1.1
Want we hebben drie argumenten om te gaan 4 Het is er aangenaam weer in het voorjaar Want de zon brandt nog niet zo fel En de temperatuur is nog niet zo hoog Maar het kan er een week regenen We kunnen de beroemde musea bezoeken Hoewel het daar krioelt van de zakkenrollers Hoewel alle scholen in die week op museumbezoek gaan En hoewel kleine Romeintjes nogal gillen We kunnen alle bezienswaardigheden zien Al zal een deel van de bezienswaardigheden in de steigers staan Maar dan hangen er foto's bij met wat je mist
4 4 5 6 7 8 8 8 9 9 9
2 2.1 2.1.1 2.1.2 2.2 2.3 2.3.1 2.3.2
Ondanks drie argumenten om niet te gaan Rome is een dure stad Want de restaurants zijn onbetaalbaar Maar de Musea zijn niet duur Er zijn veel bedelaars in Rome Hotelkamers zijn moeilijk te krijgen Vooral in onze prijsklasse Maar we kunnen hier vast reserveren
11 11 12 12 13 14 15 16 Voorbeeld 3-16 Inhoudsopgave van het Rome-voorbeeld.
78
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Spiekbriefje
Spiekbriefje Argumentatiestructuur maken
PAC-methode
1. 2. 3. 4.
Neem uw belangrijkste vinden-doel Onderscheid stelling of keuze van onderbouwing Kies de meest adequate structureringsmethode Zet het PAC-schema op Formuleer de stelling Formuleer de argumenten pro en contra Expliciteer premissen Voeg de premissen toe als argument 5. Zet het schema om in een tekststructuur 6. Voeg de structuur toe aan uw vragenstructuur
Voorbeeld: PAC-schema Casus Een PAC-schema voor de verhoging van de dijk met 2 meter zou er zo uit kunnen zien. De budgettaire bezwaren en de milieubezwaren zijn meegewogen. Maar de Deltawet geeft de doorslag.
© PP in taal 2009 versie januari 2012
79
Professioneel schrijven L
Wilt u zelf aan dit voorbeeld rekenen? Een argument toevoegen bijvoorbeeld, of het gewicht van de argumenten aanpassen. Ga dan naar de PAC-voorbeeldspreadsheet.
Oefeningen Moeten ze er nu wel of niet komen, die poortjes? Dit debat in het NRC tussen een voor- en een tegenstander van tolpoortjes heeft nog geen winnaar. Dat is jammer.
80
Open een PAC-oefenspreadsheet Neem als stelling “wel poortjes”, of juist “geen poortjes” Vul alle argumenten in Bereken het gelijk
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Het Debat: Netelenbos en Nouwen In april 1999 gingen minister van Verkeer en Waterstaat Netelenbos en ANWB-voorzitter Nouwen met elkaar in debat over rekeningrijden. Nouwen is een groot tegenstander van het rekeningrijden. Netelenbos deed tijdens dit door NRC Handelsblad georganiseerde gesprek de toezegging dat ze het rekeningrijden meteen staakt als blijkt dat deze maatregel te weinig effect heeft. Botsing over rekeningrijden Door JOB VAN DE SANDE en FLORIS VAN STRAATEN DEN HAAG, 17 APRIL. Een ruime meerderheid van de bevolking is tegen rekeningrijden. Minister Netelenbos gaat voor het eerst in debat met haar grootste tegenstander: ANWBvoorzitter Nouwen. Het werkt niet, zegt Nouwen. We moeten ergens beginnen, vindt Netelenbos. Wie is het minst dogmatisch? Als ministers in Nederland rechtstreeks verkozen zouden worden, zou het er somber uitzien voor minister Tineke Netelenbos (Verkeer en Waterstaat). Uit recente opiniepeilingen blijkt dat 78 procent van de Nederlanders tegen haar wetsvoorstel is voor de invoering van rekeningrijden om de files in de Randstad terug te dringen. Dat gebrek aan steun baart de minister zorgen. ,,Het is heel lastig', erkent ze in een tweegesprek met de fel tegen rekeningrijden gekante ANWBdirecteur Paul Nouwen ten burele van deze krant. ,,Het valt niet te ontkennen dat de Nederlandse bevolking in toenemende mate in meerderheid tegen rekeningrijden lijkt. In de discussie sta ik absoluut op achterstand, maar ik kan me nog niet goed in het openbaar verdedigen zolang het wetsontwerp nog niet in de Tweede Kamer is behandeld.'
Onmiddellijk voegt ze er echter aan toe dat ze geen alternatief ziet voor rekeningrijden. Bovendien is er grote haast geboden bij het vinden van een oplossing voor het fileprobleem. ,,Intussen moet ik namelijk zorgen dat de Randstad geen verkeersinfarct krijgt. Mijn houding is: je moet alles uit de kast halen om Nederland mobiel te houden. Juist in een transportland als het onze is dat van het grootste belang.' Haar opponent Nouwen, wiens 3,5 miljoen leden tellende organisatie een campagne is begonnen tegen het rekeningrijden, is hiervan in het geheel niet onder de indruk. ,,Rekeningrijden is een van de pillen voor de patiënt waarvan wij zeggen dat het de verkeerde is.' Volgens Nouwen blijkt uit berekeningen van het Centraal Planbureau dat een vermindering van het woonwerkverkeer van maar liefst vijftig procent noodzakelijk is om de voorgestelde reductie van het aantal fileuren met 30 tot 40 procent te realiseren. ,,Die aanname vinden wij zo onhaalbaar dat we niet geloven in de wet zoals die er nu ligt.', stelt Nouwen. Netelenbos betwist dit. De manier waarop het kabinet de files wil aanpakken deugt volgens Nouwen niet. ,,Mensen die niet per se tijdens de ochtendspits hoeven te reizen doen dat toch al niet. Die hebben natuurlijk allang maatregelen genomen om de file te mijden. De mensen staan niet voor hun lol in de file', zegt Nouwen. Ook werknemers die de file kunnen mijden door bijvoorbeeld te telewerken vanuit hun huis, doen dat volgens de ANWB-directeur allang. ,,Ook bij mijn bedrijf. Het kost ons tonnen per jaar om de ANWBmensen te belonen als ze zonder auto naar kantoor komen.' Bovendien worden de automobilisten volgens hem doodmoe van het almaar wisselende overheidsbeleid. ,,Er is door vele kabinetten een beleid gevoerd om de mensen juist uit de steden te krijgen naar plaatsen als Capelle aan den IJssel en Nieuwegein. En nu moeten ze dan kennelijk weer terug.'
© PP in taal 2009 versie januari 2012
81
Professioneel schrijven L
Netelenbos vindt echter dat er nog veel mogelijkheden zijn voor bedrijven om flexibeler om te gaan met de werktijden voor hun werknemers. Nouwen daarentegen meent dat er beter eerst goede afspraken kunnen worden gemaakt met die bedrijven. ,,Ik begrijp niet dat er in Nederland honderden tolpoorten met filmcamera's nodig zijn om het bedrijfsleven ertoe aan te zetten de werktijden te veranderen. Dat is de omgekeerde wereld.' Netelenbos houdt echter vast aan het rekeningrijden zolang er geen betere oplossing is. ,,Het is niet zomaar een hobby van achtereenvolgende ministers van Verkeer en Waterstaat. Het heeft te maken met het probleem dat je iets moet doen, want zowel de schade als de ergernis zijn groot voor de burger. Het staat overal internationaal op de agenda.' Netelenbos: ,,We testen nu het systeem, want dat moet heel goed werken. We gaan het niet invoeren als zou blijken dat er teveel fouten inzitten. Ik ben absoluut niet dogmatisch. Maar ik probeer de mobiliteit in Nederland te handhaven.' Volgens de minister is het belangrijk naast het rekeningrijden nieuwe systemen te ontwikkelen zoals betaalstroken en kilometerheffing, bijvoorbeeld met behulp van satellieten. ,,Het is een verkeerd beeld dat ik koste wat kost aan deze ene methode zou willen vasthouden. Daarom investeer ik bij voorbeeld ook in RandstadRail. Maar laten we nu eerst eens in de praktijk kijken of rekeningrijden werkt als je het goed invoert. En als het rekeningrijden onverhoopt niet werkt, dan stop je daar natuurlijk mee.' De minister, die de plannen voor het rekeningrijden overigens erfde van haar voorgangster Jorritsma, meent dat de automobilist goed uit de files te krijgen is door hem in zijn portemonnee te treffen. ,,In veel sectoren van de samenleving blijkt dat prijsmechanismen wel degelijk werken. Dat zal bij het verkeer ook zo zijn.'
82
Anders dan Nouwen meent, zijn de kosten van de invoering van het rekeningrijden - in eerste instantie zo'n 250 miljoen gulden - volgens Netelenbos relatief gering. ,,Het is geen duur systeem. Ik kan er net 3,5 kilometer snelweg mee aanleggen in de Randstad. Vergeleken bij de 71 miljard gulden die ik tot 2010 investeer in nieuwe wegen, spoorwegen en waterwegen, valt dit in het niet.' De visie van de minister stemt Nouwen slechts tot wanhoop. ,,We moeten nu eens af van dat prijsmechanisme zonder alternatieven te bieden. Laten we liever een trendbreuk tot stand brengen met totaal nieuwe, frisse maatregelen en niet met het klassieke: als ik je tol vraag, dan ga je wel van die weg af. Dat is het niet, dat werkt niet. Het publiek staat niet achter u en vooral het bedrijfsleven staat niet achter u. Daarom zeggen wij: doe dit niet. Het brengt ons op jaren achterstand.' Een belangrijk alternatief is volgens Nouwen een ander prijsmechanisme: het verhogen van de benzineaccijnzen op voorwaarde dat de motorrijtuigenbelasting gelijktijdig omlaag gaat. Dat kan overigens alleen in Europees verband omdat anders de Nederlandse pomphouders, vooral in de grensstreken, in grote moeilijkheden komen. ,,Als we het accijnsprobleem weten op te lossen, kan de heffing op het bezit van de auto uiteindelijk naar nul. Want wanneer je tankt, gebruik je benzine. En wie gebruikt, moet betalen. Nu is de heffing op het bezit van een auto in Nederland - op Denemarken na - de hoogste in Europa.' Ook Netelenbos ziet mogelijkheden om de vaste lasten van automobilisten te verlagen en tegelijkertijd het gebruik van de auto duurder te maken. Maar ze waarschuwt dat een gemeenschappelijk Europees beleid wat betreft benzineprijzen nog wel even op zich laat wachten. ,,Laten we nou oppassen dat we niet in een soort klem komen waarin we nooit iets beslissen.'
© PP in taal 2009 versie januari 2012
Professioneel schrijven L
Nouwen deelt de mening van de minister dat er snel iets moet gebeuren, ,,Maar ik vind het onredelijk om althans tegen een deel van de mensen in het woon-werkverkeer te zeggen: neem maar de trein. Vijf weken geleden namen veel automobilisten de trein omdat het ijzelde. Dat werd meteen een chaos. Oudere mensen moesten staan van Zwolle tot Amsterdam en in Woerden kon men zelfs de trein niet in. Laten we nu eerst zorgen dat die capaciteit er is in de spits en dan pas zeggen tegen de automobilist: ik heb een alternatief en ik zal je een duwtje geven om over te stappen', aldus Nouwen. Bij herhaling onderstreept Netelenbos tijdens het debat dat ze niet ,,dogmatisch' wil vasthouden aan het concept van het rekeningrijden. ,,Het beeld dat die minister, wat er ook gebeurt, altijd dat rekeningrijden wil, klopt niet', zegt ze. ,,Ik vind het de moeite waard om het te proberen. Ik ga ervan uit dat het werkt. Blijkt onverhoopt dat de Nederlander denkt: wat er ook gebeurt, ik blijf rijden, dan hebben we tegen die tijd misschien een alternatief voor handen. Dat is er nu nog niet.' Plagerig roept de minister aan het einde naar haar gesprekspartner: ,,Ik ben de minst dogmatische van ons tweeën. Valt het je niet op?' Waarop Nouwen een tikkeltje grimmig terugkaatst: ,,Het is grappig dat u dat zegt, dat zou ik van u moeten zeggen.' Tineke Netelenbos: HET ENIGE INSTRUMENT TEGEN FILES Rekeningrijden is op korte termijn het enige bruikbare instrument tegen files. Door de invoering van rekeningri jden zullen veel bedrijven en individuele automobilisten besluiten buiten de spitsuren van de weg gebruik te maken.
Meer werkgevers zullen kiezen voor bijvoorbeeld telewerken, zodat hun werknemers niet meer in de ochtendspits naar het werk hoeven te komen. Een vermindering van het aantal auto's in de spits met 10 tot 15 procent leidt al tot een reductie van het aantal file-uren met 30 procent. Met de invoering van rekeningrijden wordt de economische schade door files - jaarlijks 1,7 miljard gulden verminderd. Paul Nouwen: BETALEN OM IN DE FILE TE STAAN Rekeningrijd en leidt slechts tot betaald in de file staan. Bij rekeningrijden kan de automob ilist in tegenstelling tot betaalstroken en tolwegen niet kiezen voor een alternatieve route waarvoor hij geen geld hoeft te betalen. Om de gewenste reductie van het aantal files in de ochtendspits te behalen, moet zeker de helft van het huidige woon-werkverkeer van de auto overstappen op openbaar vervoer. Dat is onhaalbaar. Invoering van rekeningrijden heeft alleen zin als eerst de capaciteit van het openbaar vervoer sterk wordt uitgebreid. Dat gebeurt onvoldoende. De kosten van rekeningrijden zullen voor de automobilisten veel hoger uitvallen, omdat veel automobilisten elke dag meerdere tolpoortjes passeren. NRC Webpagina's © NRC Handelsblad
© PP in taal 2009 versie januari 2012
83
Spelling
Handen aan! Schrijft u met ons mee? Open een PAC-oefenspreadsheet en maak uw schema. 1. 2. 3. 4.
√
Neem uw belangrijkste vinden-doel Onderscheid stelling of keuze van onderbouwing Kies de meest adequate structureringsmethode Zet het PAC-schema op
♦ Formuleer de stelling ♦ Formuleer de argumenten pro en contra ♦ Expliciteer premissen ♦ Voeg de premissen toe als argument 5. Zet het schema om in een tekststructuur 6. Voeg de structuur toe aan uw vragenstructuur
© PP in taal 2006
versie januari ’12
84
Spelling
© PP in taal 2006
versie januari ’12
85
Spelling
4. Meer alternatieven en criteria: de MAC-methode De Doorvraagmethode is vooral geschikt voor het maken van beschrijvende structuren. U kunt er heel goed weten-doelen en doen-doelen mee bereiken. Vinden-doelen bereikt u pas wanneer u uw lezer kunt overtuigen. Wanneer u een lezer wilt overtuigen, maar uw argumenten zijn niet in één oogopslag te overzien, dan zult u die argumenten overzichtelijk moeten presenteren. Dat lukt alleen wanneer u de argumenten in schema kunt zetten, en dat schema tot tekststructuur kunt maken. Zo’n schema helpt de schrijver en zijn organisatie de argumenten op een rijtje te krijgen, en het helpt de lezer en zijn organisatie zicht te krijgen op de gebruikte argumentatie. In deze lessen leert u met twee soorten argumentatieschema’s werken: • Pro aut contra schema’s (PAC) • Meer alternatieven en criteria (MAC) In deze les de MAC-schema’s. Argumentatieschema’s geven aan welke argumenten gebruikt worden. Waarheid van argumenten of kracht van een stelling zijn niet uit schema’s af te lezen, het standpunt van de schrijver wel. De argumentatieschema's kunnen eenvoudig omgezet worden in een tekststructuur, die naadloos past in of naast een Doorvraagstructuur.
De MAC-methode gebruikt de doelen en lezerstabel.
Deze les resulteert in een MAC-argumentatiestructuur voor uw dossier.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
86
Spelling
Complexe argumentatie overzichtelijk in teksten presenteren vraagt slechts vier stappen Stap 5 Onderscheid stelling of keuze van onderbouwing 6 Kies de meest adequate structureringsmethode 7 Zet het PAC-schema of het MAC-schema op 8 Zet het schema om in een tekststructuur
Stelling onderscheiden van onderbouwing De eerste stap voor het maken van een overtuigende tekst, is het scheiden van stelling en argumenten in uw vinden-doelen. De stelling is dat waar u de lezer van wilt overtuigen, de argumenten gebruikt u om dat vinden-doel te bereiken. Je moet veel kaas eten, want dat is lekker en gezond, maar een kilo kaas kost al snel twee tientjes. stelling: eet veel kaas argumenten: lekker, gezond, duur We kunnen het beste dat nieuwe model Lada GTI kopen, want die lust weliswaar een aardig slokje, maar hij is veiliger en sneller dan de Volkswagen of de Volvo, en goedkoper in aanschaf. stelling: Lada GTI kopen argumenten: hoger verbruik dan V&V, veiliger dan V&V, sneller dan V&V, lagere aanschafprijs dan V&V De schrijver wil in elk van deze voorbeelden één vinden-doel bereiken: De lezer moet vinden dat hij veel kaas moeten eten. De lezer moet vinden dat hij een Lada GTI moet kopen.
Voorbeeld 4-1Stelling en onderbouwing.
Structureringsmethode kiezen De tweede stap is het kiezen van de handigste methode om uw argumentatie te structureren.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
87
Spelling
Pro aut contra (PAC) Hebt u een stelling die te beschouwen is als een afweging van argumenten voor en tegen, kies dan een “Pro aut contra” (PAC) schema. Zo’n schema geeft in zijn eenvoudigste vorm een stelling met een bepaald gewicht, dat het verschil is van de gewichten van de argumenten pro en de argumenten contra. De gewichten worden in getallen uitgedrukt. Je moet veel kaas eten, want dat is lekker en gezond, maar een kilo kaas kost al snel twee tientjes.
Pro
eet veel kaas 6 -3 =3
contra
Lekker Gezond
4 2
3
Som
6
3
Duur
Voorbeeld 4-2E Een PAC-schema.
Meer criteria analyse (MAC) Hebt u een stelling die te beschouwen is als een keuze tussen alternatieven, gemaakt op grond van meer criteria, kies dan voor een “Meer criteria en alternatieven” (MAC) schema. Zo’n schema geeft in z’n eenvoudigste vorm de waardering per alternatief per criterium, uitgedrukt in een “rapportcijfer”. Het alternatief met de hoogste totaalscore is de keuze of “stelling”. We kunnen het beste dat nieuwe model Lada GTI kopen, want die lust weliswaar een aardig slokje, maar hij is veiliger en sneller dan de Volkswagen of de Volvo, en goedkoper in aanschaf. Aanschafcriteria /alternatieven
verbruik veiligheid snelheid Aanschafprijs Totaal Volkswagen 8 6 3 6 23 Volvo 7 7 4 4 22 4 8 9 9 30 Lada Voorbeeld 4-3
Kwantificeren van PAC en MAC: je gelijk uitrekenen Kwantificeren van argumentatieschema’s heeft een aantal voordelen: • Je kunt er de kwaliteit van je argumentatie mee controleren. Soms valt het nog niet eens mee, de gewichten zo te verdelen dat je het met je eigen stelling eens blijft. • Je kunt er het kritisch gewicht van argumenten mee bepalen. Soms zie je dat een argument wel een absurd lage of hoge waarde moet krijgen om de stelling staande te houden. Of je ziet dat een zeer kleine verandering in het gewicht van een van de argumenten de stelling onderuit haalt.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
88
Spelling
• Je kunt beter intersubjectief over een argumentatie oordelen. Wanneer je de argumenten en gewicht van de argumenten uit elkaar haalt, kun je in twee rondes discussiëren. In de eerste ronde bepaal je het schema, in de tweede bepaal je de gewichten. Dat kan handig zijn in werkgroepen, of wanneer een rapport tegengestelde belangen moet verenigen. • Je maakt er de argumentatie beter overdraagbaar mee. De argumentatie wordt toegankelijker voor derden. Dat kan handig zijn als anderen op grond van uw schema mee moeten of mogen beslissen. Een gedeeld rekenblad op uw netwerk, en het hele kantoor kan meedenken!
Een MAC-schema opzetten en kwantificeren, en tot tekststructuur maken Een MAC is een tabel met alternatieven en criteria
Voorbeeld 4-4 Een oer-MAC.
Een MAC-schema is een tabel met rijen voor de alternatieven, en kolommen voor de criteria, voor hun weegfactor en voor de totaalscore. MAC-schema’s worden altijd gekwantificeerd. Een MACschema zonder “gewichten” zegt niet veel. In het rekenblad dat wij hier gebruiken, is ook het percentage punten uit te rekenen.
Een MAC opzetten en kwantificeren Een MAC-schema maakt u in zes stappen: 1. kies de alternatieven © PP in taal 2006
versie januari ’12
89
Spelling
2. bepaal de criteria 3. bepaal de weegfactoren voor de criteria 4. maak een tabel 5. waardeer de alternatieven op de criteria 6. bereken de keuze of stelling In de praktijk zal de keuze of stelling vaak al gegeven zijn, en dient het schema om het werkdossier zo op orde te brengen, dat er een fatsoenlijke tekst van gemaakt kan worden. Wij maken ook het MAC-schema op een rekenblad. Dat maakt het ons makkelijk onze waarderingen te heroverwegen, of onze weegfactoren te kalibreren.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
90
Spelling
Kies de alternatieven De eerste stap voor het maken van een MAC-schema is het bepalen van de alternatieven die u wilt gaan vergelijken. Stel dat wij vier soorten auto en een fiets willen vergelijken. Alternatieven • sportwagen • gezinswagen • vrachtwagen • oldtimer • fiets
Voorbeeld 4-5 Alternatieven.
Bepaal de criteria Wij willen onze alternatieven vergelijken op economie, veiligheid en snelheid. Dan hebben we drie criteria. Criteria • economisch • veilig • snel
Voorbeeld 4-6 Criteria.
Bepaal de weegfactoren voor de criteria Niet alle criteria waarop we onze alternatieven vergelijken wegen even zwaar voor ons. Snelheid vinden wij het belangrijkst, economie vinden we minder belangrijk, veiligheid vinden we belangrijker dan economie, maar niet zo belangrijk als snelheid. We kunnen onze weging in het schema tot uitdrukking brengen, door alle criteria een weegfactor te geven. Alle punten die een alternatief voor een criterium scoort, vermenigvuldigen we met de weegfactor. Weegfactoren economisch veilig snel
© PP in taal 2006
x2 x3 x4
versie januari ’12
Voorbeeld 4-7 Weegfactoren.
91
Spelling
Maak een tabel We kunnen nu een tabel maken met onze alternatieven in rijen, en de criteria en hun weegfactoren in kolommen. Per criterium voegen we een scorekolom toe, en naast de alternatieven zetten we een kolom met de “totaalscore”.
Voorbeeld 4-8 Tabel met alternatieven, criteria en weegfactoren.
Waardeer de alternatieven op de criteria Om onze alternatieven te kunnen vergelijken, geven we ze een rapportcijfer voor elk criterium. De sportwagen geven we een vijfje voor veiligheid, maar de gezinswagen een acht. Voor snelheid krijgt de sportwagen een negen, en de gezinswagen toch nog een zeven.
Voorbeeld 4-9 Onze rapportcijfers voor alle alternatieven.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
92
Spelling
Bereken de keuze of stelling Onze keuze of “stelling” berekenen we, door de rapportcijfers waarmee we de alternatieven gewaardeerd hebben te vermenigvuldigen met de weegfactoren van de criteria, en de verkregen scores per criterium op te tellen tot een totaalscore per alternatief.
Voorbeeld 4-10 En de winnaar is …
We blijken te kiezen voor alternatief 2, de gezinswagen. De sportwagen is een goede tweede. De sportwagen kreeg een zesje voor veiligheid, en de gezinswagen een acht. Voor snelheid kreeg de sportwagen een negen, en de gezinswagen een zeven. Dankzij de weegfactoren zes voor veiligheid en acht voor snelheid, weegt de winst op snelheid van de sportwagen op tegen zijn geringere veiligheid. De gezinswagen wint toch, dankzij zijn hogere score op economie. En omdat we in een rekenvel werken, kunnen we ook een grafiekje presenteren.
Voorbeeld 4-11 Grafiekje van de totaalscore.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
93
Spelling
Een MAC-schema tot tekststructuur maken Wij maken geen schema’s om de schema’s, wij maken ze om ingewikkelde argumentatie helder op papier te krijgen. Argumentatieschema’s kunnen een prominente plaats in een tekst krijgen, maar we kunnen er ook voor kiezen ze rustig in het dossier te laten, ze als onderliggende structuur te gebruiken.
Keuze, alternatieven en criteria kunnen teksteenheden worden Een MAC-schema geeft een keuze tussen alternatieven op grond van gewogen criteria weer. Dat levert ons aanknopingspunten voor de structuur: keuze, alternatieven en criteria kunnen teksteenheden worden. Een MAC kan de eenheid “keuze” illustreren, sub-MAC's kunnen de eenheden “alternatief” of “criteria” illustreren.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
94
Spelling
Tekststructuur van standaard MAC-schema Stel dat wij de alternatieven A, B, C en D vergelijken op de criteria 1, 2 en 3, ieder met een weegfactor, dan hebben we een schema dat gestandaardiseerd tot tekststructuur gemaakt worden: totaal score Alternatief Alternatief Alternatief Alternatief
criterium 1
factor score
crite- factor score rium 2
crite- factor score rium 3
A B C D Voorbeeld 4-12 Genormaliseerd MAC-schema.
Argumentatie Keuze Totaalscore
vier alternatieven
drie criteria met elk een factor
twaalf scores van alternatieven op criteria
Tekststructuur titel “Kies voor alternatief X” hoofdstuk 1 Onderbouwing van de keuze paragraaf 1.1 Uitleg bij de keuze voor alternatief X afbeelding: MAC-schema van de keuze paragraaf 1.2 Uitleg bij totaalscore van alternatief A paragraaf 1.3 Uitleg bij totaalscore van alternatief B paragraaf 1.4 Uitleg bij totaalscore van alternatief C paragraaf 1.5 Uitleg bij totaalscore van alternatief D Hoofdstuk 2 Beschrijving van de vergeleken alternatieven paragraaf 2.1 Beschrijving van alternatief A paragraaf 2.2 Beschrijving van alternatief B paragraaf 2.3 Beschrijving van alternatief C paragraaf 2.4 Beschrijving van alternatief D Hoofdstuk 3 Beschrijving van de gebruikte criteria paragraaf 3.1 Beschrijving van criterium 1 paragraaf 3.1.1 De weegfactor van 1 paragraaf 3.2 Beschrijving van criterium 2 paragraaf 3.2.1 De weegfactor van 2 paragraaf 3.3 Beschrijving van criterium 3 paragraaf 3.3.1 De weegfactor van 3 Hoofdstuk 4 Uitleg bij de scores van de alternatieven op de criteria paragraaf 4.1 De scores van alternatief A paragraaf 4.1.1 Score van A op criterium 1 paragraaf 4.1.2 Score van A op criterium 2 paragraaf 4.1.3 Score van A op criterium 3 paragraaf 4.2 De scores van alternatief B paragraaf 4.2.1 Score van B op criterium 1 paragraaf 4.2.2 Score van B op criterium 2 paragraaf 4.2.3 Score van B op criterium 3 paragraaf 4.3 De scores van alternatief C paragraaf 4.3.1 Score van C op criterium 1 paragraaf 4.3.2 Score van C op criterium 2 paragraaf 4.3.3 Score van C op criterium 3 paragraaf 4.4 De scores van alternatief D paragraaf 4.4.1 Score van D op criterium 1 paragraaf 4.4.2 Score van D op criterium 2 paragraaf 4.4.3 Score van D op criterium 3 Voorbeeld 4-13 Genormaliseerde omzetting van MAC naar tekststructuur.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
95
Spelling
Voorbeeld deel inhoudsopgave MAC auto's en fiets De gestandaardiseerde inhoudsopgave voor ons MAC-voorbeeld laat zien hoe uitgebreid deze teksten snel worden. Geen probleem overigens, bij niet lineaire teksten: "hyperteksten" als HTMLteksten of Windows-Help teksten. Maar daarover een andere keer meer. Wij kiezen de gezinsauto 1 De gezinsauto voldoet het best aan onze criteria 1.1 De gezinsauto is economisch en veilig afbeelding: MAC-schema van de keuze 1.2 De sportwagen scoort alleen op snelheid goed 1.3 De gezinswagen scoort vooral op economie 1.4 De vrachtwagen levert vooral op snelheid in 1.5 De oldtimer scoort op alle criteria zwak
2 3 3 4 5 7 9
2 We hebben vier uiteenlopende wagens vergeleken 2.1 Als sportwagen kozen wij de Lada GTI met trekhaak 11 2.2 Onze gezinswagen is de Durchsnitwagon Standard 2.3 De Scania canabis is een representatieve vrachtwagen 2.4 Welke oldtimer is representatiever dan de Volvo Amazing?
11
3 We hebben de wagens vergeleken op de criteria economie, veiligheid en snelheid 3.1 Het criterium economie bestaat uit een weging van aanschaf, verbruik en onderhoud 3.1.1 Economie krijgt slechts een weegfactor 2 4 Uitleg bij de scores 4.1 De scores van de sportwagen 4.1.1 Score van de sportwagen op economie afbeelding : sub-MAC van criterium economie 4.1.2 Score van de sportwagen op veiligheid et cetera
12 13 15
16 16 17 34 35 36 36 40
Voorbeeld 4-14 Inhoudsopgave van ons mobiele voorbeeld.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
96
Spelling
Spiekbriefje
Spiekbriefje Argumentatiestructuur maken
MAC-methode
1. 2. 3. 4.
Neem uw belangrijkste vinden-doel Onderscheid stelling of keuze van onderbouwing Kies de meest adequate structureringsmethode Zet het MAC-schema op kies de alternatieven bepaal de criteria bepaal de weegfactoren voor de criteria maak een tabel waardeer de alternatieven op de criteria bereken de keuze of stelling 5. Zet het schema om in een tekststructuur 6. Voeg de structuur toe aan uw vragenstructuur
© PP in taal 2006
versie januari ’12
97
Spelling
Voorbeeld: MAC-schema casus We zagen dat in ons dijkvoorbeeld er een keuze gemaakt moest worden tussen verhogen met een damwand en verhogen door opstorten. Dat zijn twee alternatieven. Laten we “niets doen” er voor de grap als derde aan toevoegen. De criteria zijn ook duidelijk; de veiligheid, de kosten, de betrouwbaarheid van de techniek en de invloed op het milieu. Qua veiligheid wint de damwand licht, de damwand is goedkoper, maar met de techniek van opstorten is meer ervaring, de damwand zal meer horizonvervuiling opleveren. Veiligheid is onbespreekbaar het aller belangrijkst, en in zijn kielzog natuurlijk de betrouwbare techniek. De budgetten zijn niet oneindig, en de milieubeweging heeft een professionele lobby. Tja, hoe gaan we deze appels en peren vergelijken? In een MACschema!
Ai, oei, wie deed hier voor de grap mee? Het zal dus wel een damwand worden. Maar wilt u zelf aan de uitslag knutselen, klik hier, en ga gerust uw gang.
Oefeningen Een makkie van de Consumentenbond? Dit is een tabel van de Consumentenbond. Je zou bijna zeggen een MAC-tabel. Bijna, maar niet helemaal. Al kun je op de site www.consumentenbond.nl tegenwoordig zelf je weegfactoren bij de test van de maand opgeven.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
98
Spelling
Maak van deze tabel een echte MAC in uw oefenspreadsheet.Geef aan waarom de tabel van de Consumentenbond nog geen echte MAC is.
lcd-computermonitoren Beeldkwa Beeldkwa liteit 2), GebruiksEnergieMerk & liteit 2), SVGA gemak Veelzijdig gebruik Degelijk- Testoorde Type Prijs 1) f XGA 35% 10% 20% heid 15% 10% heid 10% el RED./GO 2300 + + O O ++ O A ED
B C D E
3050
++
+
O
O
++
++
GOED
3000
++
+
O
O
+
++
GOED
2900
+
+
+
++
++
O
GOED
2500
++
O
O
+
++
O
F
2800
++
+
+
+
++
+
G
2800
++
+
++
+
++
O
H
2550
++
O
+
+
++
++
I
2450
++
+
+
+
+
+
J
2100
++
+
+
+
+
O
© PP in taal 2006
versie januari ’12
99
GOED GOED/Z. GOED GOED/Z. GOED GOED/Z. GOED GOED/Z. GOED GOED/Z. GOED
Spelling
Handen aan! Schrijft u met ons mee? Open een MAC-oefenspreadsheet en maak uw schema. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
√
Neem uw belangrijkste vinden-doel Onderscheid stelling of keuze van onderbouwing Kies de meest adequate structureringsmethode Zet het MAC-schema op kies de alternatieven bepaal de criteria bepaal de weegfactoren voor de criteria maak een tabel waardeer de alternatieven op de criteria bereken de keuze of stelling Zet het schema om in een tekststructuur Voeg de structuur toe aan uw vragenstructuur
© PP in taal 2006
versie januari ’12
100
Spelling
© PP in taal 2006
versie januari ’12
101
Spelling
5. Macramémethode Wat er op papier moet komen, is duidelijk geworden. Prachtige vragenstructuren en argumentatiestructuren hebben we. Maar nog geen letter echte leestekst, nog geen zin op papier. De kleinste eenheid van een tekst is een paragraaf of een alinea. Het verschil tussen die twee is, dat een paragraaf een kopje krijgt, een alinea niet. De eerste regel van een alinea fungeert als kopje. We spreken hier verder over "paragraaf". Omdat een lezer graag veel kopjes ziet. U kunt natuurlijk een aantal alinea's onder één paragraaf hangen. Overweeg de eerste zin van een alinea vet te drukken. Hebben zelfs uw alinea's kopjes. Doet u uw lezers een plezier mee. Een paragraaf is op een andere manier gestructureerd dan een tekst. Een tekst bestaat uit teksteenheden. Een paragraaf bestaat uit zinnen. Een tekststructuur wordt door vraagstructuren en argumentatieschema's bepaald. Een paragraaf wordt gebouwd met redeneerstructuren. U staat voor de opgaaf uw tekststructuur naadloos over te laten lopen in de opbouw van uw paragrafen. Dat lukt u door beweringen met redeneerwoorden te knopen tot redeneringen. Zo ontstaat er een logisch, overzichtelijk macraméwerkje. En denk erom: altijd van je af knopen.
De Macramémethode gebruikt de vragenstructuur en de argumentatiestructuur.
Deze les resulteert in een romptekst voor uw dossier.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
102
Spelling
De kern van de paragraaf De kern van één paragraaf in een vraagstructuur is altijd één: •
antwoord op een Doorvraag.
De kern van één paragraaf in een tekst met een PAC-schema is altijd één: • • • • •
stelling argument ondersteunend of relativerend argument gewicht van een argument toelichting op een waardering
De kern van één paragraaf in een tekst met een MAC-schema is altijd één: • • • • • •
keuze alternatief criterium subcriterium weegfactor score
Voorbeelden Een deel van ons PAC-schema van de voorjaarsvakantie: 1.2 We kunnen de beroemde musea bezoeken 1.2.1 Hoewel het daar krioelt van de zakkenrollers 1.2.2 Hoewel alle scholen in die week op museumbezoek gaan 1.2.2.1 En hoewel kleine Romeintjes nogal gillen In de inhoudsopgave zien we de kern van paragraaf 1.2.2.1: En hoewel kleine Romeintjes nogal gillen Een deel van ons MAC-schema over auto's en fiets: 2 We hebben vier uiteenlopende wagens vergeleken 2.1 Als sportwagen kozen wij de Lada GTI met trekhaak 2.2 Onze gezinswagen is de Durchsnitwagon Standard 2.3 De Scania canabis is een representatieve vrachtwagen 2.4 Welke oldtimer is representatiever dan de Volvo Amazing? In de inhoudsopgave zien we de kern van paragraaf 2.1: Als sportwagen kozen wij de Lada GTI met trekhaak Voorbeeld 5-1 Voorbeelden van paragraaf-kernen.
Doorvragen Nu zal zo'n kern met één zin uw lezer zelden bevredigen. U zult hem uit moeten werken met een uitleg, of met een beschrijving. Dat doet u door zinnen te formuleren die bestaan uit beweringen en redeneringen. Zo bouwt u een complete paragraaf op. Een handige truc om de paragraaf te vullen is de eigenwijze vraag. Vraag u af welke vragen een eigenwijze lezer zou stellen als hij de paragraaftitel zou lezen. Beantwoord die vragen in uw paragraaf. Die truc kent u natuurlijk al, want wat u hier eigenlijk doet, is Doorvragen. Alleen leveren de antwoorden hier geen titels van teksteenheden op, maar zinnen. © PP in taal 2006
versie januari ’12
103
Spelling
Formuleringen, beweringen en redeneringen (tussenspel) We maken even een wat filosofisch tussensprongetje. De zinnen van een paragraaf formuleren beweringen of redeneringen. Het onderscheid tussen een formulering en een bewering of redenering is vergelijkbaar met het onderscheid tussen vorm en inhoud en het onderscheid tussen tekst en onderwerp. Tussen wat je ziet of hoort, en wat daar achter zit, of onder.
Eén bewering kan op verschillende manieren geformuleerd worden De zinnen zijn steeds anders, de bewering die er achter zit is hetzelfde.
formulering:
het is koud buiten bewering:
dat het buiten koud is
formulering:
nondeju wat een kou bewering:
dat het buiten koud is
formulering:
es ist kaus baussen bewering:
dat het buiten koud is
Voorbeeld 5-2 Eén bewering, drie formuleringen.
Veel beweringen zijn verbonden tot een redenering Zelden zult u in uw tekst slechts beweren. U bent al snel aan het redeneren. Bewering: Het is koud buiten. Redenering: Het is koud buiten, want iedereen loopt diep weggedoken in dikke duffelse jassen.
Voorbeeld 5-3 Van bewering naar redenering.
Een redenering wordt in formuleringen zichtbaar door redeneerwoorden of knopen. Die woorden verbinden de beweringen binnen een zin en de beweringen van verschillende zinnen in een paragraaf. Het zijn de periscopen aan de oppervlakte die de lezer verraden dat er iets onder de zin gebeurt, of achter. formulering: bewering A: bewering B: redeneerwoord: redenering:
© PP in taal 2006
Jan is gek omdat hij bij ons gewerkt heeft. Jan is gek. Jan heeft bij ons gewerkt. omdat A (Jan is gek.) omdat B (Jan heeft bij ons gewerkt.)
versie januari ’12
Voorbeeld 5-4 Formulering met een redenering.
104
Spelling
Uw lezer moet uw redeneringen kunnen herkennen U moet ze dus duidelijk laten zien. Uw beweringen en uw redeneerwoorden moeten zichtbaar en eenduidig zijn. Zodat de lezer direct ziet wat u knoopt, en waar u knoopt, en hoe u knoopt. Dus niet: "Er zijn drie mogelijkheden, of het eerstgenoemde woord is onjuist en het tweede niet, of andersom, of anders zijn eerst- en laatstgenoemde onjuist." Maar: Er zijn drie mogelijkheden: -het eerste woord is onjuist en het tweede woord is juist, of -het eerste woord is juist en het tweede is onjuist, of -het eerste én het tweede woord zijn onjuist. (A mogelijkheden B en C of D en E of F en G)
Voorbeeld 5-5 Duidelijke zin dankzij zichtbare knopen.
Drie soorten knopen Redeneerwoorden kunnen beweringen binnen een zin knopen, of redeneringen knopen, of zelfs hele paragrafen knopen. Er zijn drie soorten knopen: directe, aanduidende en verwijzende. Zij koppelen de beweringen ieder op hun eigen wijze. Zoals in schiemanswerk alle knopen hun eigenschappen en hun toepassingsgebied hebben.
Directe knopen Directe redeneerwoorden zijn de scharnierpunten van een redenering. Het zijn simpele, heldere verbindingen. Als er bezuinigd moet worden, dan moeten de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen. voorbeelden aangezien dus met ook dan wel want
als indien of tevens en zijn
dan ingeval om voorts zodat
door is omdat waardoor mits
doordat maar noch waarmee tenzij Voorbeeld 5-6 Directe knopen.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
105
Spelling
Aanduidende knopen Met aanduidende redeneerwoorden geeft een schrijver aan, wat voor soort redenering hij gebruikt. De beweringen voor zo'n woord worden in een bepaalde relatie tot de beweringen na het woord gezet. Zoals het plusteken (+) in een som de getallen erboven en de getallen eronder in een bepaalde relatie zet. Deze woorden laten zien wat voor "redeneerhandeling" u verricht. Dit zal ik met twee praktijkgevallen toelichten. voorbeelden afweging betreft eis lijkt van regel type
antwoord blijkt in totaal mogelijkheden oordeel relatie uitgangspunt
argument conclusie leiden onder verstaan sprake van specificatie uitzondering
behoort tot corresponderend vraag onderdeel onderscheid voorbeeld voorwaarde
Voorbeeld 5-7 Aanduidende knopen.
Verwijzende knopen Verwijzende redeneerwoorden kunnen een redenering binnen een andere redenering halen. Het zijn verbindingen die ver uit elkaar liggende beweringen kunnen koppelen. Verwijs niet achter de horizon van uw lezer. Aan deze conclusie kunnen wij niet voorbijgaan voorbeelden Daarvoor Die Hetgeen laatstgenoemde
deze eerstgenoemde laatste met
volgende het dergelijke eerste
Voorbeeld 5-8 Verwijzende knopen.
Gordiaanse knopen De volgende conclusie is dat de overheidsuitgaven niet mogen dalen. Voorbeeld 5-9 Gordiaanse knoop.
Redeneerwoorden kunnen in kluitjes voorkomen. Een kluitje knopen duidt meestal op slecht schiemanswerk. Probeer niet te veel redeneerwoorden achter elkaar te plakken. De lezer moet in één oogopslag kunnen zien welke koppeling u maakt. Uw knoop mag geen Gordiaanse worden.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
106
Spelling
De paragraaf opbouwen Wij kunnen nu de kern van de paragraaf met extra beweringen en redeneringen tot een heuse paragraaf knopen. Gewoon door eigenwijze vragen te stellen. Voorbeelden Aan de kern van paragraaf 1.2.2.1: En hoewel kleine Romeintjes nogal gillen Stellen we één eigenwijze vraag: - Nou en? En antwoorden met: Al dat gegil weergalmt daar door de holle zalen. Dat verstoort mijn concentratie, want ik kan niet meer tegen gillend kroost, omdat ik jaren kleuterjuf geweest ben. En concentratie is gewenst als je ten volle van de kunstwerken wilt genieten. Dit wordt de paragraaf: 1.2.2.1 En hoewel kleine Romeintjes nogal gillen Al dat gegil weergalmt daar door de holle zalen. Dat verstoort mijn concentratie, want ik kan niet meer tegen gillend kroost, omdat ik jaren kleuterjuf geweest ben. En concentratie is gewenst als je ten volle van de kunstwerken wilt genieten. Aan de kern van paragraaf 2.1: Als sportwagen kozen wij de Lada GTI met trekhaak Stellen we ook maar één eigenwijze vraag: -Waarom juist die? En antwoorden met: Hoewel er meer spectaculaire karretjes te koop zijn, is deze wagen om drie redenen geschikt: hij is betaalbaar, en hij is representatief voor de huidige generatie sportwagens, en hij wordt in ons land veel verkocht. Dit wordt de paragraaf: 2.1 Als sportwagen kozen wij de Lada GTI met trekhaak Hoewel er meer spectaculaire karretjes te koop zijn, is deze wagen om drie redenen geschikt: hij is betaalbaar, en hij is representatief voor de huidige generatie sportwagens, en hij wordt in ons land veel verkocht.
Voorbeeld 5-10 Voorbeelden van opgebouwde paragrafen.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
107
Spelling
In de ideale paragraaf Staan zo veel mogelijk directe redeneerwoorden, en zijn alle beweringen en redeneringen aaneen geknoopt. Geen losse eindjes! De ideale redeneerstructuur binnen een paragraaf is een enkelvoudig PAC-schema met een conclusie, een pro en een contra: _formulering: We moeten de belastingen verhogen, zelfs als de koopkracht daardoor achteruit gaat, omdat er geen ander manier is om het begrotingstekort terug te brengen. _redeneerstructuur: A zelfs als B omdat C _argumentatieschema: conclusie: belasting verhogen pro: geen andere manier begrotingstekort terug te brengen contra: koopkracht gaat achteruit Dit is een conclusie_contra_pro volgorde. Dat is niet de meest logische volgorde. Beter is: A omdat C, zelfs als B. We moeten de belastingen verhogen, omdat er geen andere manier is om het begrotingstekort terug te brengen. Zelfs als de koopkracht door deze verhoging achteruit gaat.
Voorbeeld 5-11 De ideale paragraaf.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
108
Spelling
Spiekbriefje
Spiekbriefje Structuren vullen
Macramémethode 1. Neem de kern van een paragraaf uit uw vraagstructuur of uit uw argumentatiestructuur 2. Stel eigenwijze vragen aan die kern 3. Voeg de antwoorden toe als beweringen 4. Knoop de beweringen aan elkaar en aan de kern tot redeneringen 5. Controleer of alle beweringen juist zijn 6. Controleer of uw redeneringen kloppen 7. Controleer of u zoveel mogelijk directe redeneerwoorden gebruikt 8. Controleer of er geen losse eindjes in uw paragraaf hangen
© PP in taal 2006
versie januari ’12
109
Spelling
Voorbeeld casus Als voorbeeld hadden we een doorvraagstructuur voor de verhoging van de afsluitdijk gemaakt: Neem het meest algemene weetdoel uit uw Doelen en lezers-tabel dat de afsluitdijk verhoogd moet worden Stel -basis- vragen aan dat weetdoel 7 wat? Maak van elk antwoord een hoofdstuk 3 De afsluitdijk moet verhoogd worden Vraag door op de hoofdstukken 7 De afsluitdijk moet verhoogd worden 7.1 Wat bedoel je met "verhogen"? Maak van elk antwoord een paragraaf 7 De afsluitdijk moet verhoogd worden 7.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 7 De afsluitdijk moet verhoogd worden 7.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 7.1.1 Waarom twee meter? Maak van elk antwoord een subparagraaf 7 De afsluitdijk moet verhoogd worden 7.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 7.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Vraag door op de subparagrafen 7 De afsluitdijk moet verhoogd worden 7.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 7.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar 7.1.1.1 Wat is aanvaardbaar? Maak van elk antwoord een alinea of een illustratie 7 De afsluitdijk moet verhoogd worden 7.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 7.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar
1. Neem de kern van een paragraaf uit uw vraagstructuur of uit uw argumentatiestructuur (hier het antwoord op de doorvraagvraag) Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar. 2. Stel eigenwijze vragen aan die kern Hoe weet je dat? Waarom is dat aanvaardbaar? 3. Voeg de antwoorden toe als beweringen Het rapport van TNO “Dimensioneren waterkeringen” laat zien dat door de verwachte zeespiegelrijzing van 1,5 meter, en de toename van de gemiddelde extreme golfhoogte van 10% waterkeringen op + 4,5 m rijzingsvlak LLW gedimensioneerd dienen te worden om tot een overschrijdingskans van 1/10.000 te komen, wat 2 m op de huidige 2,5 m geeft. © PP in taal 2006
versie januari ’12
110
√
Spelling
De Deltawet schrijft een dimensionering van waterkeringen op een overschrijdingskans van minimaal eens in de tienduizend jaar voor. 4. Knoop de beweringen aan elkaar en aan de kern tot redeneringen Bij een verhoging met twee meter zijn de risico’s aanvaardbaar. Omdat Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar. Volgens Het rapport “Dimensioneren waterkeringen” van TNO. Dat rapport stelt dat waterkeringen op + 4,5 m rijzingsvlak LLW gedimensioneerd dienen te worden om tot een overschrijdingskans van 1/10.000 te komen. want de verwachte zeespiegelrijzing 1,5 meter is, en de verwachte toename van gemiddelde extreme golfhoogte is 10% ~ De dijk moet met 2 m verhoogd worden, omdat hij nu op +1,5 m boven rijzingsvlak gedimensioneerd is. ~ De Deltawet schrijft voor een dimensionering van waterkeringen op een overschrijdingskans van minimaal eens in de tienduizend jaar. 5. Controleer of alle beweringen juist zijn Nee: rijzingsvlak LLW moet zijn: huidige rijzingsvlak LLW (anders blijf je verhogen). Nee: minimaal eens in de tienduizend jaar moet zijn: maximaal eens in de tienduizend jaar. (anders kun je beter 2 m afgraven). 6. Controleer of uw redeneringen kloppen
√ √
7. Controleer of u zoveel mogelijk directe redeneerwoorden gebruikt “schrijft voor” is een aanduider, maar hier op z’n plaats. 8. Controleer of er geen losse eindjes in uw paragraaf hangen √ We lijken er twee te hebben, zie de ~. Die van de 2m geeft eigenlijk antwoord op de nieuwe doorvraag: “waarom precies 2 meter”. En moet dus en eigen –sub-alinea krijgen. Die van de Deltawet kwam van een andere vraag, is dus een aparte –sub- alinea.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
111
Spelling
De gemacraméde alinea wordt: 1.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Omdat er dan een overstromingskans is van eens in de tienduizend jaar, volgens het rapport Dimensioneren waterkeringen van TNO. Dat rapport stelt dat waterkeringen op + 4,5 m boven het huidige rijzingsvlak LLW gedimensioneerd dienen te worden, om tot een overschrijdingskans van 1/10.000 te komen. Want de verwachte zeespiegelrijzing is 1,5 meter, en de verwachte toename van gemiddelde extreme golfhoogte is 10% . De dijk moet met 2 m verhoogd worden, omdat hij nu op +1,5 m boven rijzingsvlak gedimensioneerd is. De Deltawet schrijft een dimensionering van waterkeringen op een overschrijdingskans van maximaal eens in de tienduizend jaar voor.
Oefeningen Ontwarren Probeert u ons voorbeeldkluitje eens te ontwarren? Er kan meer uit dan u denkt, veel meer. De volgende conclusie is dat de overheidsuitgaven niet mogen dalen.
Formuleer volgens het boekje Niet: Niettegenstaande onze inschatting dat de door u toegezegde levering waarschijnlijk niet tijdig zal geschieden, overwegen wij u tegemoet te komen middels storting van een door ons redelijk geacht voorschot van 30% van het totaal te factureren bedrag, waarmee wij de kans op levering überhaupt vergroot hopen te hebben. Maar: ?
© PP in taal 2006
versie januari ’12
112
Spelling
Handen aan! Schrijft u met ons mee? Begin maar bij de eerste vraag uit uw vraagstructuur, of bij uw eerste argument. 1. Neem de kern van een paragraaf uit uw vraagstructuur of uit uw argumentatiestructuur 2. Stel eigenwijze vragen aan die kern 3. Voeg de antwoorden toe als beweringen 4. Knoop de beweringen aan elkaar en aan de kern tot redeneringen 5. Controleer of alle beweringen juist zijn 6. Controleer of uw redeneringen kloppen 7. Controleer of u zoveel mogelijk directe redeneerwoorden gebruikt 8. Controleer of er geen losse eindjes in uw paragraaf hangen
© PP in taal 2006
versie januari ’12
113
√
Spelling
6. De OPA-methode maakt uw zinnen leesbaar Deze methode leert u de grammaticale structuur van uw zinnen zo te kiezen, dat zij optimaal leesbaar worden. Lezers kijken in zinnen eerst naar de relatie tussen onderwerp en persoonsvorm. Hoe beter die relatie in uw zinnen zichtbaar is, hoe makkelijker zij voor de lezer te verteren zijn. De eerste paragraaf frist uw grammaticale kennis op, en leidt u ongemerkt naar OPA in de tweede.
De OPA-methode gebruikt de vragenstructuur en de argumentatiestructuur.
Deze les resulteert in een romptekst voor uw dossier.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
114
Spelling
Zinnen bestaan uit zinsdelen U leert de relaties tussen zinsdelen kennen U leert de relaties kennen tussen het onderwerp, de persoonsvorm en de andere zinsdelen. Meer hoeft u niet te weten om duidelijke zinnen te kunnen schrijven. Een lezer zoekt -onbewust- eerst de relatie tussen onderwerp en persoonsvorm. Daarna vult hij die relatie aan met informatie uit andere zinsdelen. Als onderwerp en persoonsvorm in uw zinnen herkenbaar zijn, en als de relatie tussen die twee direct zichtbaar is, is uw zin duidelijk. Voordat u zinsdelen kunt benoemen, moet u ze leren onderscheiden. Bovendien moet u samengestelde zinnen kunnen onderscheiden.
Zinsdelen zijn groepen woorden Zinsdelen zijn groepen woorden die bij elkaar blijven als u de woordvolgorde van een zin probeert te veranderen. De binding tussen woorden in een zinsdeel is hechter dan die tussen woorden uit verschillende zinsdelen. Een zinsdeel kan uit één woord bestaan. U kunt de zinsdelen van een zin herkennen door zo veel mogelijk varianten op die zin te bedenken. De woorden die in dezelfde volgorde bij elkaar blijven, vormen een zinsdeel. U moet wel de betekenis van de zin handhaven. En u mag geen zinnen maken, die naar uw gevoel "fout" zijn. voorbeeld Een goede, klantgerichte brief voldoet aan alle eisen van PP. Voldoet een goede, klantgerichte brief aan alle eisen van PP? Aan alle eisen van PP voldoet een goede, klantgerichte brief. Voldoet aan alle eisen van PP een goede, klantgerichte brief? zinsdelen (een goede, klantgerichte brief) (voldoet) (aan alle eisen van PP) voorbeeld 12 Zinsdelen
Maakt u nu de oefening zinsdelen op pagina 121.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
115
Spelling
Samengestelde zinnen bestaan uit zinnen Een zin is een zin als er een persoonsvorm in staat. Maar ook alles wat tussen hoofdletter en punt staat, is een zin. Als er twee of meer persoonsvormen tussen hoofdletter en punt staan, is het een samengestelde zin.
De persoonsvorm verandert De persoonsvorm is het werkwoord in de zin dat verandert als u de zin van het enkelvoud in het meervoud zet, of andersom; en dat verandert als u de zin van de tegenwoordige in de verleden tijd zet, of andersom. De grens tussen de zinnen van een samengestelde zin ligt vaak bij woorden als die, dat, daarom, of bij een komma. Leg de grens waar uw gevoel zegt hem te leggen. [Ik zie aan je stijl] [dat je een cursus schrijven nodig hebt.] [Ik zag aan je stijl] [dat je een cursus schrijven nodig had.] [Wij zagen aan jullie stijl] [dat jullie een cursus schrijven nodig hadden.]
voorbeeld 13 Persoonsvormen
Maakt u nu de oefening Zinnen op pagina 121.
Het onderwerp hoort bij de persoonsvorm U hebt tussen neus en lippen door ook het onderwerp leren kennen. Het onderwerp is het zinsdeel dat bij de persoonsvorm hoort. Het is het zinsdeel dat met de persoonsvorm mee moet veranderen, wanneer u het getal van de zin verandert. Meestal is er per persoonsvorm één onderwerp, soms is er geen onderwerp. Ik (O) hoort bij zie (P), je (O) hoort bij hebt (P). Ik hoort bij zag, je hoort bij had. Wij hoort bij zagen, jullie hoort bij hadden. voorbeeld 14 Onderwerpen
Maakt u nu de oefening Zinnen en zinsdelen op pagina 121.
U kunt zinnen altijd in de vier OPAvolgordes schrijven U kunt nu samengestelde zinnen in zinnen verdelen, en u kunt zinnen in zinsdelen verdelen. U herkent de belangrijkste zinsdelen: onderwerp en persoonsvorm. Alle andere zinsdelen noemen we voor het gemak "andere". © PP in taal 2006
versie januari ’12
116
Spelling
De vier mogelijke OPA-volgordes Er zijn in het Nederlands vier volgordes tussen onderwerp, persoonsvorm en andere zinsdelen mogelijk: -OPA, de rechte volgorde: Wim bezuinigt al jaren. O P A -POA, de vragende volgorde: Bezuinigt Wim al jaren? P O A -APO, de omgekeerde volgorde: Al jaren bezuinigt Wim. A P O -OAP, de bijzinsvolgorde: Ik betreur dat Wim al jaren bezuinigt. O A P voorbeeld 15 Vier OPA-volgordes
Twee onmogelijke OPA-volgordes OPA, APO, POA, OAP zijn de vier grammaticale volgordes van de zes mogelijke. AOP en PAO zijn vrijwel nooit mogelijk. Volgens strenge taalverzorgers zelfs nooit. OPA Jan zoent haar POA Zoent Jan haar APO Haar zoent Jan OAP Ik zie dat Jan haar zoent *AOP Haar Jan zoent* *PAO Zoent haar Jan* AOP lijkt soms in bijzinnen mogelijk: Ik hoor dat morgen de vuilnisman komt A O P PAO lijkt soms in hoofdzinnen mogelijk: Valt daar in de winter sneeuw ? P A O
voorbeeld 16 Onmogelijke volgordes
Maakt u nu de oefening Variaties op een struikel-OPA op pagina 122.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
117
Spelling
Spiekbriefje
Spiekbriefje OPA-methode 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Neem een antwoord of een argumentatie-teksteenheid Bepaal de O: wie doet hier wat? Bepaal de P: wat gebeurt er? Kies de noodzakelijke A’s: wat moet er echt nog meer in deze zin? Maak een OPA-zin Varieer op de OPA-zin met POA, APO en _OAP Kies de prettigste volgorde Begin weer bij 1, tot uw alinea klaar is Controleer of de hele alinea nog de prettigste volgorde heeft Ga naar de volgende alinea
© PP in taal 2006
versie januari ’12
118
Spelling
Voorbeeld casus
Van topische vraag tot OPA Als voorbeeld hadden we een doorvraagstructuur voor de verhoging van de afsluitdijk gemaakt:
8 De afsluitdijk moet verhoogd worden 8.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 8.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar
De gemacraméde alinea: 1.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Omdat er dan een overstromingskans is van eens in de tienduizend jaar, volgens het rapport Dimensioneren waterkeringen van TNO. Dat rapport stelt dat waterkeringen op + 4,5 m boven het huidige rijzingsvlak LLW gedimensioneerd dienen te worden, om tot een overschrijdingskans van 1/10.000 te komen. Want de verwachte zeespiegelrijzing is 1,5 meter, en de verwachte toename van gemiddelde extreme golfhoogte is 10% . De dijk moet met 2 m verhoogd worden, omdat hij nu op +2 m boven rijzingsvlak gedimensioneerd is. De Deltawet schrijft een dimensionering van waterkeringen op een overschrijdingskans van maximaal eens in de tienduizend jaar voor.
Voorbeeldzin 1: Bij een verhoging met twee meter zijn de risico’s aanvaardbaar. (Bij een verhoging met twee meter) (zijn) A P
(de risico’s) (aanvaardbaar). O A
Dit is een APO, de omgekeerde volgorde. Die vind ik niet prettig leesbaar. Laten we proberen of er een prettiger variant is. OPA:
De risico’s zijn aanvaardbaar bij een verhoging van twee meter. Of:
De risico’s zijn bij een verhoging van twee meter aanvaardbaar.
POA:
Zijn de risico’s bij een verhoging van twee meter aanvaardbaar? Of:
Zijn de risico’s aanvaardbaar bij een verhoging van twee meter?
_OAP: Ik vind dat de risico’s bij een verhoging van twee meter aanvaardbaar zijn. Of:
Ik vind dat de risico’s aanvaardbaar zijn bij een verhoging van twee meter. De prettigste volgorde vind ik:
De risico’s zijn aanvaardbaar bij een verhoging van twee meter. © PP in taal 2006
versie januari ’12
119
Spelling
Voorbeeldzin 2: De dijk moet met 2 m verhoogd worden, omdat hij nu op +2 m boven rijzingsvlak gedimensioneerd is. (De dijk) (moet) O P omdat hij nu O A
(met 2 m) A
(verhoogd) A
op +2 m boven rijzingsvlak A A
(worden), A gedimensioneerd is. A
Dit is een OPA_OAP, een OPA-hoofdzin met een OAP-bijzin. Een prettige volgorde. Je kunt alleen nog wat met de A’tjes spelen. De prettigste volgorde vind ik:
P
De dijk moet met 2 m worden verhoogd, omdat hij nu op +2 m boven rijzingsvlak gedimensioneerd is.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
120
Spelling
Oefeningen grammatica Verdeel in zinsdelen a. Verdeel zin -a in zinsdelen, door haken () te zetten om de woorden die bij elkaar horen.
-a
Een verslaglegger dient foutloos te schrijven. b. Controleer uw verdeling door zo veel mogelijk zinnen met deze woorden te maken. Gebruik steeds alle woorden, en maak alleen grammaticale zinnen. Als het goed is, blijven woorden in zinsdelen bij elkaar, zolang de betekenis van de zin gelijk blijft.
Verdeel in zinnen c. Zet vierkante haken [] om de zinnen van samengestelde zin -b.
-b
Ik geloof dat de hele afdeling gisteren te laat was. d. Zet vierkante haken om de zinnen van samengestelde zin -c.
-c
Een zin is een zin als er een persoonsvorm in staat.
Verdeel in zinnen en in zinsdelen e. Zet vierkante haken om de zinnen van -d. f. Zet ronde haken om de zinsdelen. g. Maak zo veel mogelijk zinnen.
-d
Beseft hij niet dat de ministerraad dit voorstel direct zal torpederen?
© PP in taal 2006
versie januari ’12
121
Spelling
Variaties op een struikel-OPA
-e -f -g
Vreemd genoeg zijn deze logopedische martelzinnen allemaal OPA-zinnen. Zet al deze zinnen ook in de POA, de APO en de _OAP volgorde.
De kat krabt de krullen van de trap Sluwe Sjaantje sloeg de slome slager De postkoetspoetser poetst de postkoets met postkoetspoets De blak vekte de mukken
-h
Zoek OPA
-i -j -k -l -m men.
Verdeel de zinnen -i tot en met -m globaal in zinnen en zinsdelen. Benoem de zinsdelen als onderwerp, persoonsvorm of andere zinsdelen. Geef van alle zinnen de OPA-volgordes aan. Benoem de volgordes als rechte, vragende, omgekeerde of bijzinsvolgorde. Zet alle zinnen in de bedrijvende OPA-volgorde
Nu pas wordt de SRV-zaak goed onderzocht. Tijdens het overleg is overeengekomen dat een ambtelijke werkgroep een nadere regeling uit zal werken Waarom hebben ze daar zo lang mee gewacht? De vraag naar het onzorgvuldig omspringen met notulen van de ministerraad zal niet gesteld worden. Dertig moties zijn er vandaag door de kamer aangeno-
© PP in taal 2006
versie januari ’12
122
Spelling
Handen aan! Schrijft u met ons mee?
Neem een topische vraag, of een argumentatieteksteenheid, of een alinea van een al geschreven tekst.
√
13. Schrijf het antwoord op die topische vraag of die argumentatie-teksteenheid uit met alleen bedrijvende OPA-zinnen 14. Varieer op die OPA-zinnen met POA, AOP en _OAP 15. Kies de prettigste variant OF 16. Herschrijf een alinea van uw tekst tot één met alleen bedrijvende OPA-zinnen 17. Varieer op die OPA-zinnen met POA, AOP en _OAP 18. Kies de prettigste variant
© PP in taal 2006
versie januari ’12
123
Spelling
7. Redigeren op grammaticale criteria maakt uw zinnen licht verteerbaar Lezers kijken in zinnen eerst naar de relatie tussen onderwerp en persoonsvorm. Hoe beter die relatie in uw zinnen zichtbaar is, hoe makkelijker zij voor de lezer te verteren zijn. Kunt u OPA POA APO OAP dromen, dan zijn de grammaticale criteria voor duidelijke zinnen in de derde paragraaf u direct duidelijk.
Grammaticale criteria gebruikt de romptekst.
Deze module resulteert in een deels geredigeerde tekst voor uw dossier.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
124
Spelling
Redigeer uw zinnen op OPA-criteria U kunt uw nieuw verworven grammaticale kennis toepassen bij het schrijven, wanneer u controleert of uw geformuleerde zinnen aan deze grammaticale criteria voldoen. Als uw zinnen aan alle criteria voldoen, zijn het duidelijk geformuleerde zinnen. Zinnen waarin uw lezer het antwoord op de topische vraag zonder zoeken vindt.
Gebruik weinig samengestelde zinnen Samengestelde zinnen zijn minder duidelijk dan enkelvoudige zinnen. Maar een tekst die uit louter enkelvoudige zinnen bestaat, leest niet lekker. En soms geeft een samengestelde zin een betere formulering dan een enkelvoudige zin.
Gebruik zo weinig mogelijk bijzinnen Als u samengestelde zinnen gebruikt, gebruik dan zo weinig mogelijk bijzinnen. Twee zinnen tussen hoofdletter en punt is meer dan genoeg.
Schrijf zo veel mogelijk zinnen in de OPA-volgorde De OPA-volgorde is de duidelijkste volgorde. OPA-zinnen worden als vanzelf korte zinnen. Maar een tekst die louter uit OPA-zinnen bestaat, heeft een boemeltreinritme. Uw lezer valt subiet in slaap. Varieer op OPA met de andere volgordes.
Schrijf zo veel mogelijk bedrijvende OPA's Er zijn twee soorten OPA's:
bedrijvende: slaat P lijdende: Piet wordt O P
Jan O
Piet. A door Jan geslagen. A
In bedrijvende zinnen is het grammaticale onderwerp ook degene die handelt, in lijdende zinnen niet. Bedrijvende zinnen geven meestal de duidelijkste formulering. Maar probeer niet koste wat het kost bedrijvende zinnen te schrijven. Soms geeft een lijdende zin een duidelijker formulering.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
125
Spelling
Als het u om de brug gaat, kunt u zeggen: De brug werd door Berlage ontworpen, en door Wilhelmina geopend.
voorbeeld 17 De koningin opende de brug door haar klep te sluiten.
Zorg dat er minstens één onderwerp en één persoonsvorm in uw zin staan De lezer zoekt in een zin eerst naar onderwerp en persoonsvorm. Als een van de twee ontbreekt, wordt uw zin minder leesbaar.
Neem het psychologische onderwerp als grammaticaal onderwerp Een zin wordt duidelijker, wanneer de lezer kan zien wie er handelt.
Operationaliseer de persoonsvorm Zorg dat het onderwerp zo veel mogelijk echt handelt.
Zet weinig andere zinsdelen tussen, voor of achter het onderwerp en de persoonsvorm Als een lezer tussen al die A's eindelijk onderwerp en persoonsvorm gevonden heeft, zal hij het verband daartussen moeten vinden. Hoe minder A's, hoe makkelijker dat gaat, en hoe duidelijker uw zin is. Maakt u nu de oefening Voldoen deze zinnen? op pagina 129.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
126
Spelling
Spiekbriefje
Spiekbriefje
Grammaticale criteria 1. Neem een alinea van uw romptekst 2. Vraag u per zin af, welke lezersvraag hier beantwoord wordt 3. Controleer of uw zinnen aan de OPA-criteria voldoen: Gebruik weinig samengestelde zinnen Gebruik zo weinig mogelijk bijzinnen Schrijf zo veel mogelijk zinnen in de OPA-volgorde Schrijf zo veel mogelijk bedrijvende OPA's Zorg dat er minstens één onderwerp en één persoonsvorm in uw zin staan Neem het psychologische onderwerp als grammaticaal onderwerp Operationaliseer de persoonsvorm Zet weinig andere zinsdelen tussen, voor of achter het onderwerp en de persoonsvorm 4. Pas alle zinnen zo aan, dat ze aan de criteria voldoen 5. Controleer of de hele alinea nog de prettigste OPA-volgorde heeft 6. Ga naar de volgende alinea
© PP in taal 2006
versie januari ’12
127
Spelling
Voorbeeld casus Als voorbeeld hadden we een doorvraagstructuur voor de verhoging van de afsluitdijk gemaakt: 9 De afsluitdijk moet verhoogd worden 9.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 9.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar
De gemacraméde alinea: 1.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Omdat er dan een overstromingskans is van eens in de tienduizend jaar, volgens het rapport Dimensioneren waterkeringen van TNO. Dat rapport stelt dat waterkeringen op + 4,5 m boven het huidige rijzingsvlak LLW gedimensioneerd dienen te worden, om tot een overschrijdingskans van 1/10.000 te komen. Want de verwachte zeespiegelrijzing is 1,5 meter, en de verwachte toename van gemiddelde extreme golfhoogte is 10% . De dijk moet met 2 m verhoogd worden, omdat hij nu op +2 m boven rijzingsvlak gedimensioneerd is. De Deltawet schrijft een dimensionering van waterkeringen op een overschrijdingskans van maximaal eens in de tienduizend jaar voor.
Nu voldoet de alinea ook aan de OPA-criteria: 1.1.1 Een verhoging van de dijk met twee meter maakt de risico’s aanvaardbaar. (OPA) Het rapport Dimensioneren waterkeringen van TNO schat dat de overstromingskans dan eens in de tienduizend jaar is. (OPA_OAP) Waterkeringen die +4,5m boven het huidige rijzingsvlak LLW gedimensioneerd zijn, hebben een overschrijdingskans van 1/10.000. (OAP_PA) (De hele eerste zin dient als onderwerp voor de tweede.) Want de verwachte zeespiegelrijzing is 1,5 meter, en de verwachte toename van gemiddelde extreme golfhoogte is 10% . (OPA_OPA) De dijk moet met 2 m verhoogd worden, omdat hij nu op +2 m boven rijzingsvlak gedimensioneerd is. (OPA_OAP) De Deltawet schrijft een dimensionering van waterkeringen op een overschrijdingskans van maximaal eens in de tienduizend jaar voor. (OPA)
© PP in taal 2006
versie januari ’12
128
Spelling
Oefeningen Voldoen de zinnen in deze alinea aan de OPAcriteria? Ik ben bang van niet. Herschrijf de alinea zo, dat alle zinnen aan alle criteria voldoen. Desondanks moet ik opmerken dat onzerzijds niet voldaan kan worden aan de eis tot onmiddellijke stopzetting van de activiteiten waartegen u bezwaar maakt. >
© PP in taal 2006
versie januari ’12
129
Spelling
Handen aan! Schrijft u met ons mee? U hebt het meeste profijt van deze cursus wanneer u de stappen die u per les leert zetten "thuis" direct zelf probeert.
√ 1. Neem een alinea van uw romptekst 2. Vraag u per zin af, welke lezersvraag hier beantwoord wordt 3. Controleer of uw zinnen aan de OPA-criteria voldoen: Gebruik weinig samengestelde zinnen Gebruik zo weinig mogelijk bijzinnen Schrijf zo veel mogelijk zinnen in de OPA-volgorde Schrijf zo veel mogelijk bedrijvende OPA's Zorg dat er minstens één onderwerp en één persoonsvorm in uw zin staan Neem het psychologische onderwerp als grammaticaal onderwerp Operationaliseer de persoonsvorm Zet weinig andere zinsdelen tussen, voor of achter het onderwerp en de persoonsvorm 4. Pas alle zinnen zo aan, dat ze aan de criteria voldoen 5. Controleer of de hele alinea nog de prettigste OPAvolgorde heeft 6. Ga naar de volgende alinea
© PP in taal 2006
versie januari ’12
130
Spelling
© PP in taal 2006
versie januari ’12
131
Spelling
8. Stijlcriteria garanderen doelgerichte zinnen Een goede stijl garandeert duidelijke zinnen die prettig in het gehoor liggen. Zo'n stijl voldoet aan een aantal criteria. Controleer of uw zinnen aan deze stijlcriteria voldoen. Criteria voor uw woordkeus vindt u in de paragraaf Woordkeus op pagina 135. Over smaak valt te twisten, over deze criteria niet. Ze blijken voorspellende waarde te hebben. Teksten die voldoen aan de criteria komen beter uit welke test dan ook, dan teksten die niet voldoen. Of je nu vraagt welke tekst prettiger leest, of je nu vraagt aan de hand van de tekst een videorecorder te bedienen, of je nu een proefwerk over de tekst geeft. De tekst die aan de criteria voldoet, komt als beste uit de bus.
Stijlcriteria gebruikt de romptekst.
Deze module resulteert in deels geredigeerde tekst voor uw dossier.
Criteria voor zinsbouw Er staat geen woord te veel in uw zinnen Het Zeeuwsche criterium: wees zuinig met woorden. Elk woord dat u schrijft moet gelezen worden. Elk overbodig woord maakt het uw lezers moeilijker bij de les te blijven. niet Mede gezien tegen de achtergrond van de hierboven opgesomde feiten, kunnen wij u mededelen dat wij ten aanzien van eerder genoemd verzoek namens uw bedrijf, in de nabije toekomst subsidie voor een cursus teksten schrijven te mogen ontvangen, mede gezien tegen de achtergrond van de feestelijke gebeurtenis die wij hier vandaag meevieren, niet negatief zullen oordelen. maar Daarom willigen wij uw verzoek in. Voorbeeld 18 Geen woord te veel.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
132
Spelling
Er zitten weinig clichés in uw zinnen Clichés zijn woorden of uitdrukkingen waar zo veel rek in zit dat ze van alles kunnen betekenen. Ze plakken als kauwgum stukken zin aan elkaar. Clichés verraden de luiheid van een schrijver, of zijn bangheid. Een schrijver kan te lui zijn naar het juiste woord te zoeken. Een schrijver kan ook bang zijn precies te zeggen wat hij bedoelt, of te politiek. Formele woorden en moeilijke woorden (zie "Woordkeus") worden vaak als cliché gebruikt. niet (dia-stijl) Ook in het kader van deze cursus wordt "stijl" mede in het licht van de duidelijkheiddoelstelling bezien. maar Deze cursus heeft duidelijke stijl als doel. cliché uitdrukkingen: als gevolg van door middel van in het kader van in het licht van met betrekking tot met het oog op op het gebied van ten behoeve van ten aanzien van ter zake van van de kant van Voorbeeld 19 Clichés.
Er zitten weinig tangen in uw zinnen In een tang staan woorden van een zin die bij elkaar horen te ver uit elkaar. Uw lezer kan de eerste woorden van een tang pas juist interpreteren wanneer de laatste woorden gelezen zijn. niet In het rapport dat wij hier presenteren zijn een aantal van de nog niet voldoende door ons bureau op hun betrouwbaarheid geteste, maar toch her en der al in gebruik zijnde gegevens verwerkt. maar (zijn hoort bij verwerkt, aantal hoort bij gegevens) In het rapport dat wij hier presenteren zijn een aantal gegevens verwerkt die nog niet voldoende door ons bureau op hun betrouwbaarheid zijn getest, maar die toch al her en der in gebruik zijn. Voorbeeld 20 Tang.
Het belangrijkste in uw zin staat vooraan Soms maken schrijvers hun zinnen bloedstollend spannend. Waar gaat dat heen, hoe moet dat aflopen, peinzen de toehoorders. Leuk voor griezelverhalen, niet in zakelijke voordrachten. Tangen -zie boven- maken uw zinnen vaak bloedstollend. niet Aan uw op zich redelijke verzoek een eigen kantoor te bouwen, kunnen wij om budgettaire redenen helaas niet voldoen. maar Wij kunnen om budgettaire redenen helaas niet voldoen aan uw op zich redelijke verzoek een eigen kantoor te bouwen. Voorbeeld 21 Belangrijkste vooraan.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
133
Spelling
Uw zinnen zijn persoonlijk Een tekst is duidelijker wanneer uw lezer per zin kan zien, wie wat doet. Schrijf zo veel mogelijk zinnen in de bedrijvende vorm, met een levend onderwerp. (Zie ook "OPA-criteria".) niet Deze afdeling wordt opgeheven. maar Wij heffen uw afdeling op.
Voorbeeld 22 Persoonlijke zinnen.
Schrijf altijd van persoon tot persoon, of van instantie tot instantie. niet Er is tot restitutie van het gehele bedrag besloten. maar De Belastingdienst heeft besloten u het hele bedrag te restitueren. of Ik heb besloten u het hele bedrag te restitueren. (Ondertekend met "De Inspecteur".) Voorbeeld 23 Kies personen of instanties.
Uw zinnen hebben een goed ritme Een goed zinsritme maakt dat uw teksten prettig in het gehoor liggen. De lezer moet niet in slaap sukkelen door een boemeltreincadans. Evenmin moet hij na twee minuten hoofdpijn krijgen van het schokkende ritme. Het ritme van uw zinnen regelt u met punten, komma's, puntkomma's en gedachtestreepjes (zie "Leestekens"), of door de volgorde van de zinsdelen te veranderen. Denk aan OPA / POA / APO / OAP (zie "OPA-criteria"). U kunt uw zinsritme controleren door een stuk tekst hardop voor te lezen. (Wel even uw kamerdeur sluiten, men mocht eens denken.) niet Vanaf deze plek bericht ik u dat naar onze mening niet of in ieder geval niet direct kan worden overgegaan tot gehele of gedeeltelijke restitutie van de naar uw zeggen door uw afdeling in het kader van een dienstopdracht gemaakte kosten. maar Vanaf deze plek bericht ik u, dat naar onze mening niet, of in ieder geval niet direct, kan worden overgegaan tot gehele of gedeeltelijke restitutie van de -naar uw zeggen- door uw afdeling in het kader van een dienstopdracht gemaakte kosten. Voorbeeld 24 Zinsritme.
Maakt u nu de oefeningen op pagina 139.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
134
Spelling
Criteria voor woordkeus Naast de zinsbouw bepaalt uw woordkeus de duidelijkheid van uw zinnen. Controleer of u uw woorden volgens de stijlcriteria gekozen hebt.
Kies weinig formele woorden Formele woorden maken uw tekst stijf en gewichtig. Voor elk formeel woord bestaat er een goed Nederlands woord. niet aangezien aldus betreffende bovengenoemd daar desalniettemin doch doende echter evenmin evenzeer -halve inzake niettemin nochtans pogen slechts streven thans trachten -wege wellicht weshalve -zijds zulks
maar omdat zo over dit omdat toch maar bezig maar ook niet ook -over toch toch proberen maar proberen nu proberen -misschien waarom -dit Voorbeeld 25 Formele woorden.
Kies weinig moeilijke woorden Moeilijke woorden maken uw tekst ontoegankelijk. Alle moeilijke woorden hebben een gewoon equivalent (). Vertaal ze voor uw lezer, of deel woordenboeken uit.. Moeilijke woorden staan interessanter, gewone woorden zijn duidelijker. Weet u wat al deze woorden betekenen? Ze komen alle uit zakelijke teksten -zoek ze gerust op.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
135
Spelling
moeilijk accentueren centreren complement conformeren coördineren decentraliseren discutabel equiperen intentie extern functioneren induceren primair intern mutatie prefereren relevant specifiek vacant
anticiperen aspect compenseren competentie component conditie consistent continueren corrigeren creëren differentiëren discrepantie divergentie efficiënt essentieel evaluatie excessief expliciet flexibel frequent impliceren indicatie initiëren integreren interfereren interim management multioptimaal participeren preventief evident resumerenselecteren stabiliseren stimuleren verdisconteren et cetera Voorbeeld 26 Moeilijke woorden.
Kies weinig vaktermen Vaktermen zijn heel handig als schrijver en lezer het vak kennen. Maar wees voorzichtig met vaktermen. Veel schrijvers zijn zich er niet van bewust dat ze vaktermen gebruiken. Ze gebruiken ze dus ook als ze een tekst voor "leken" schrijven. niet Dit gecombineerde proces van decentralisering en privatisering dient zeker in de initiatiefase geïmplementeerd te worden met een zorgpuntenbeleid voor de sociaal gedepriveerden die binnen onze organisatie werkzaam zijn. maar Weet u het, weet ik het.
Voorbeeld 27 Vaktermen.
Kies weinig zelfstandige naamwoorden of hele werkwoorden Een zelfstandig naamwoord geeft een ding aan. Een werkwoord geeft een handeling aan. Als u een zelfstandig naamwoord gebruikt, waar u ook een werkwoordsvorm had kunnen gebruiken, wordt uw tekst statisch en zwaar. niet Ons doel is het verduidelijken en de verlevendiging van het schriftelijke taalgebruik van de ambtenaar. maar Wij willen dat een ambtenaar duidelijk en levendig schrijft. Voorbeeld 28 Werkwoorden gebruiken.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
136
Spelling
Kies weinig lintwormwoorden Wellicht mag u op lange donkere winteravonden graag Scrabbelen of "galgje" spelen. Hoe meer Scrabblekwaliteiten een woord heeft, hoe minder u het in teksten moet gebruiken. Woorden die veel begrippen aaneenbreien maken uw teksten ontoegankelijk. Splits samenstellingen van meer dan twee woorden. niet waterkwaliteitsbeheerder milieuvriendelijkheidsmaatstaven onderbroekenlolstukkenschrijver lintwormwoord
maar beheerder van waterkwaliteit maatstaven voor milieuvriendelijkheid schrijver van stukken vol onderbroekenlol woord als een lintworm Voorbeeld 29 Wormenkuur.
Maakt u nu de oefeningen op pagina 143.
Spiekbriefje
Spiekbriefje
Stijlcriteria 1. Er staat geen woord te veel in uw zinnen 2. Er zitten weinig clichés in uw zinnen 3. Er zitten weinig tangen in uw zinnen 4. Het belangrijkste in uw zin staat vooraan © PP in taal 2006
versie januari ’12
137
Spelling
5. Uw zinnen zijn persoonlijk 6. Uw zinnen hebben een goed ritme 7. 8. 9. 10. 11.
Kies weinig formele woorden Kies weinig moeilijke woorden Kies weinig vaktermen Kies weinig zelfstandige naamwoorden of hele werkwoorden Kies weinig lintwormwoorden
Voorbeeld casus Als voorbeeld hadden we een doorvraagstructuur voor de verhoging van de afsluitdijk gemaakt: 10 De afsluitdijk moet verhoogd worden 10.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 10.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar
De alinea die voldoet aan de OPA-criteria: 1.1.1 Een verhoging van de dijk met twee meter maakt de risico’s aanvaardbaar. Het rapport Dimensioneren waterkeringen van TNO schat dat de overstromingskans dan eens in de tienduizend jaar is. Waterkeringen die +4,5m boven het huidige rijzingsvlak LLW gedimensioneerd zijn, hebben een overschrijdingskans van 1/10.000. Want de verwachte zeespiegelrijzing is 1,5 meter, en de verwachte toename van gemiddelde extreme golfhoogte is 10% . De dijk moet met 2 m verhoogd worden, omdat hij nu op +2 m boven rijzingsvlak gedimensioneerd is. De Deltawet schrijft een dimensionering van waterkeringen op een overschrijdingskans van maximaal eens in de tienduizend jaar voor.
Stijlcriteria 1.1.1
Een verhoging van de dijk met twee meter maakt de risico’s aanvaardbaar. Het rapport Dimensioneren waterkeringen van TNO schat dat de overstromingskans dan eens in de tienduizend jaar is.
Dimensioneren is een moeilijk woord, waterkering een vakterm, maar daar is hier niets aan
te doen, want het is een titel. TNO, kent mijn doelgroep die afkorting? Voor de zekerheid: onderzoeksinstituut TNO. Overstromingskans_is een naamwoordconstructie. Waterkeringen die +4,5m boven het huidige rijzingsvlak LLW gedimensioneerd zijn, hebben een overschrijdingskans van 1/10.000.
Waterkeringen is een vakterm, rijzingsvlak en overschrijdingskans ook, dimensioneren is
een moeilijk woord. Bovendien: in de eerste zin heet overschrijden nog gewoon overstromen. Overschrijdingskans is een naamwoord. Want de verwachte zeespiegelrijzing is 1,5 meter, en de verwachte toename van gemiddelde extreme golfhoogte is 10% .
Zeespiegelrijzing is een vakterm, gemiddelde extreme golfhoogte ook. Toename_is een naamwoordconstructie, en zeespiegelrijzing_is ook .
De dijk moet met 2 m verhoogd worden, omdat hij nu op +2 m boven rijzingsvlak gedimensioneerd is.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
138
Spelling
Eindelijk een zinsbouwprobleem: dit is een lijdende zin zonder onderwerp. Rijzingsvlak en dimensionering: vakterm en moeilijk woord.
De Deltawet schrijft een dimensionering van waterkeringen op een overschrijdingskans van maximaal eens in de tienduizend jaar voor.
Nog een zinsbouwprobleem: de tang schrijft_voor. En dimensionering en overschrijdingskans als moeilijke woorden. Overschrijdingskans is een naamwoord.
De alinea die voldoet aan de stijlcriteria: 1.1.1 Een verhoging van de dijk met twee meter maakt de risico’s aanvaardbaar. Het rapport Dimensioneren waterkeringen van onderzoeksinstituut TNO schat dat de dijken dan eens in de tienduizend jaar zullen overstromen. Dijken die +4,5m boven de huidige waterspiegel uitsteken, kunnen 1x per 10.000 jaar overstromen. Wij verwachten een zeespiegelrijzing van 1,5 meter, en een toename van de golfhoogte met 10% . Dus moeten wij de dijk met 2 m verhogen, omdat hij nu maar +2 m boven de waterspiegel uitsteekt. De Deltawet schrijft als verplichting voor dat dijken maximaal eens in de tienduizend jaar mogen overstromen.
Oefeningen Zinsbouw Geen woord te veel? Haal de overtollige woorden uit deze zin, en maak er een OPAzin van. Ook wij kunnen ons aansluiten bij de mening die door de heer Jansen in zijn brief van donderdag 3 oktober jongstleden naar voren is gebracht, en doen dat dan ook bij deze graag. >
Weinig clichés? Onderstreep alle clichés en herschrijf deze zin als een OPA. In antwoord op uw bovengenoemde schrijven d.d. 8 juni jongstleden, kunnen wij u mededelen, dat in verband met maatregelen in het kader van de reorganisaties naar aanleiding van de tegenvallende resultaten, dezerzijds op het verzoek uwerzijds vooralsnog geen beslissing genomen zal kunnen worden. >
© PP in taal 2006
versie januari ’12
139
Spelling
© PP in taal 2006
versie januari ’12
140
Spelling
Weinig tangen? Herschrijf deze zin zo, dat de tang eruit is. Zo’n beslissing zal, zeker in het licht van de wereldwijd afnemende economische groei, de toenemende politieke spanningen en de nabije monetaire ontwikkelingen in Europa, naar het zich laat aanzien ook niet op korte termijn genomen worden. >
Staat het belangrijkste vooraan? Zet het belangrijkste voorop. Waarschijnlijk zullen ook wij aan deze op zich begrijpelijke, maar door het cumulatieve effect toch naar onze mening wel onevenredig zwaar op onze formatie drukkende bezuinigingen in eerste instantie niet kunnen ontkomen. >
Is deze zin persoonlijk? Maak deze zin twee keer zo persoonlijk. Op vragen als deze moet binnen de gestelde termijn geantwoord worden. >
© PP in taal 2006
versie januari ’12
141
Spelling
Heeft deze zin een goed ritme? Laat deze zin eens swingen, met punten en komma’s, en met OPA-varianten. Hardop voorlezen! Ook deze gemeente zal zijn verantwoording niet kunnen ontlopen anders dan door grove inbreuken op de Wet openbaarheid bestuur waartoe in ieder geval het college niet direct noch indirect wil overgaan noch zich wil laten overhalen. >
© PP in taal 2006
versie januari ’12
142
Spelling
Woordkeus Staan hier formele woorden? Onderstreep de formele woorden, en herschrijf de zin zo, dat ze verdwijnen. Nochtans is het streven van de raad echter daarop gericht, te streven naar grotere cohesie, weshalve wij uw verzoek tot onze spijt slechts af menen te kunnen wijzen. >
Staan hier moeilijke woorden? Vertaal deze zin in het Nederlands. De expliciete uitspraak van het interim-management, dat er een discrepantie bestaat tussen het functioneren op de afdeling en het participeren in de ondernemingsraad, creëert een evident instabiele sfeer. >
Staan hier vaktermen? U kunt proberen de vaktermen eruit te halen, en de zin -zonder tang- te herschrijven. Van deze fiscale maatregelen zullen vooral duurzaam gescheiden vrouwen die kostwinner zijn in een eenpersoonshuishouden met minderjarige kinderen profiteren. >
© PP in taal 2006
versie januari ’12
143
Spelling
Staan hier zelfstandige naamwoorden of hele werkwoorden? Maak hier een actieve zin van, met zoveel mogelijk werkwoorden. Het gebruik, maar ook het in bezit hebben en het te koop aanbieden van deze stoffen wordt strafbaar gesteld. >
Staan hier lintwormwoorden? Knippen, knippen, knippen. De leefomgevingkwaliteitsaspecten van deze eenpersoonshuishoudenwooneenheden zijn lang onderbelicht gebleven. >
© PP in taal 2006
versie januari ’12
144
Spelling
Handen aan! Schrijft u met ons mee? U hebt het meeste profijt van deze cursus wanneer u de stappen die u per les leert zetten "thuis" direct zelf probeert.
√ 1. Neem een alinea van uw romptekst. 2. Controleer of er geen woord te veel in uw zinnen staat. 3. Controleer of er weinig clichés in uw zinnen zitten. 4. Controleer of er weinig tangen in uw zinnen zitten. 5. Controleer of het belangrijkste in uw zin staat vooraan staat. 6. Controleer of uw zinnen zijn persoonlijk zijn. 7. Controleer of uw zinnen een goed ritme hebben. 8. Controleer of er weinig formele woorden in uw tekst staan. 9. Controleer of er weinig moeilijke woorden in uw tekst staan. 10. Controleer of er weinig vaktermen in uw tekst staan. 11. Controleer of er weinig zelfstandige naamwoorden of hele werkwoorden in uw tekst staan. 12. Controleer of er weinig lintwormwoorden in uw tekst staan.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
145
Spelling
9. De beruchte stijlfouten vermijden is een kwestie van etiquette Stijlfouten zijn soms moeilijk te herkennen. Sommige stijlfouten zijn zo ingeburgerd, dat bijna niemand ze hoort. Maar pas op die ene kenner in uw publiek! U wordt net zo meewarig aangekeken op een stijlfout, als op voor de dame die u begeleidt een restaurant binnen lopen, of achter de dame voornoemd naar het door u gereserveerde tafeltje lopen.2 Vergelijk de bouw van uw zinnen met de voorbeeldzinnen in dit hoofdstuk. Dan leert u snel uw favoriete stijlfouten vermijden.
Stijlfouten gebruikt de deels geredigeerde tekst.
Deze module resulteert in deels geredigeerde tekst voor uw dossier.
2 De heer gaat na de vrouw/dame door een deur, maar gaat de dame voor naar het tafeltje (om haar stoel achteruit te schuiven).
© PP in taal 2006
versie januari ’12
146
Spelling
Contaminatie Een contaminatie is een foute vermenging van twee woorden of van twee uitdrukkingen. Hij moest dat overnieuw doen. "overnieuw" is een vermenging van over en opnieuw. Zo'n wagen kost duur. "kost duur" is een vermenging van kost veel en is duur. Voorbeeld 30 Contaminaties.
Veel contaminaties worden alleen door kenners opgemerkt. Wij gaan op vakantie. Op reis en met vakantie. Ik ben mijn bril verloren. Ik ben hem kwijt want ik heb hem verloren. Versturen Verzenden en sturen. Voorbeeld 31 Contaminaties voor kenners.
Pleonasme en Tautologie Pleonasme en tautologie verfraaien zinnen als ze goed gebruikt worden. Fout gebruikt leveren ze een stijlfout op. De grens tussen goed en fout is vooral bij pleonasmen niet eenduidig. Een pleonasme herhaalt binnen één zin een deel van de betekenis van een woord: De ronde ballen lieten zich niet makkelijk stapelen. Rond zit al in de betekenis van bal. Ronde ballen is dus dubbel op. Maar de verdubbeling benadrukt wel de eigenschap die ze moeilijk stapelbaar maakt.
Voorbeeld 32 Pleonasme.
Twee woorden voor hetzelfde in één zin noemen we een tautologie. Maar de andere voorstellen kunnen echter niet voor morgen behandeld worden. Maar en echter betekenen hetzelfde. Een hinderlijke herhaling.
Voorbeeld 33 Tautologie.
Samentrekking In een samentrekking wordt een zinsdeel in twee zinnen tegelijk gebruikt. Een samentrekking levert een stijlfout op, wanneer het gemeenschappelijke zinsdeel in de ene zin een andere grammaticale functie heeft dan in de andere.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
147
Spelling
niet Het geboortekaartje heb ik gisteren gekregen, en () heeft mij zeer verheugd. "het geboortekaartje" is lijdend voorwerp in de eerste, maar onderwerp in de tweede zin. maar Het geboortekaartje heb ik gisteren gekregen. Het heeft mij zeer verheugd. Voorbeeld 34 Samentrekking.
De samentrekking lijkt op de Tante Betje en op de verkorting. Zie aldaar.
Tante Betje Een Tante Betje is een zin waarin het onderwerp achter de persoonsvorm staat, of weggelaten is, terwijl het voor de persoonsvorm hoort te staan. Er moet een onderwerp voor de persoonsvorm in zinnen die met "en", "maar", of "want" achter een andere zin geplakt zijn. niet Volgende week beleggen we weer een vergadering en verwachten wij dat u er ook weer zult zijn. "wij" moet hier voor "verwachten". maar Volgende week beleggen we weer een vergadering en wij verwachten dat u er ook zult zijn. niet Volgende week beleggen we weer een vergadering maar verwachten niet dat u er ook zult zijn. Er moet een onderwerp voor "verwachten". maar Volgende week beleggen we weer een vergadering maar wij verwachten niet dat u er ook zult zijn.
Voorbeeld 35 Tante Betje.
De Tante Betje lijkt op de verkorting en op de samentrekking. Zie aldaar.
Verkorting Een verkorting levert een stijlfout op, als het onderwerp in een deel van de zin niet hetzelfde is als het onderwerp dat uit het andere deel van de zin weggelaten is (A), of niet hetzelfde is als dat waar in het ander deel van de zin naar verwezen wordt (B). (A) - Al na een uurtje lopen waren de broodjes op. Broodjes zonder conditie ? (B) - Kort na zijn pensioen nam de Heer tot zich, onze geliefde oom Kistje. "zijn" verwijst naar de Heer, maar oom ging met pensioen.
Voorbeeld 36 Verkorting.
Ingeburgerde verkortingen: © PP in taal 2006
versie januari ’12
148
Spelling
Ingesloten zend ik u... Een briefje uit het gevang? Bijgaand gelieve u aan te treffen... Zo bijgaand zal u toch niet wezen ?
Voorbeeld 37 Ingeburgerde verkortingen.
De verkorting lijkt op de Tante Betje en op de samentrekking. Zie aldaar.
Maakt u nu de oefening op pagina 151.
Spiekbriefje
Spiekbriefje Stijlfouten 1. 2. 3. 4. 5.
Controleer op contaminaties Controleer op pleonasmen en tautologieën Controleer op samentrekkingen Controleer op Tante Betjes Controleer op verkortingen
© PP in taal 2006
versie januari ’12
149
Spelling
Voorbeeld casus Als voorbeeld hadden we een doorvraagstructuur voor de verhoging van de afsluitdijk gemaakt: 11 De afsluitdijk moet verhoogd worden 11.1 De top van de dijk zal minstens twee meter hoger moeten 11.1.1 Bij een verhoging met twee meter zijn de risico's aanvaardbaar Er is dan een overstromingskans van eens in de tienduizend jaar
De alinea die voldoet aan de stijlcriteria: 1.1.1 Een verhoging van de dijk met twee meter maakt de risico’s aanvaardbaar. Het rapport Dimensioneren waterkeringen van onderzoeksinstituut TNO schat dat de dijken dan eens in de tienduizend jaar zullen overstromen. Dijken die +4,5m boven de huidige waterspiegel uitsteken, kunnen 1x per 10.000 jaar overstromen. Wij verwachten een zeespiegelrijzing van 1,5 meter, en een toename van de golfhoogte met 10% . Dus moeten wij de dijk met 2 m verhogen, omdat hij nu maar +2 m boven de waterspiegel uitsteekt. De Deltawet schrijft als verplichting voor dat dijken maximaal eens in de tienduizend jaar mogen overstromen.
Stijlfouten: In zijn ijver de tangconstructie uit de laatste zin te halen, heeft de redacteur een stijlfout gemaakt: De Deltawet schrijft als verplichting voor dat dijken maximaal eens in de tienduizend jaar mogen overstromen. Dit lijkt me een contaminatie van “voorschrijven” en “als verplichting stellen”. Of misschien is het een tautologie: leek voorschrijven niet sterk genoeg, en heeft de redacteur er een verplichting bijgeplakt. Een betere zin lijkt mij: De Deltawet schrijft voor dat dijken maximaal eens in de tienduizend jaar mogen overstromen.
De alinea zonder stijlfouten: 1.1.1 Een verhoging van de dijk met twee meter maakt de risico’s aanvaardbaar. Het rapport Dimensioneren waterkeringen van onderzoeksinstituut TNO schat dat de dijken dan eens in de tienduizend jaar zullen overstromen. Dijken die +4,5m boven de huidige waterspiegel uitsteken, kunnen 1x per 10.000 jaar overstromen. Wij verwachten een zeespiegelrijzing van 1,5 meter, en een toename van de golfhoogte met 10% . Dus moeten wij de dijk met 2 m verhogen, omdat hij nu maar +2 m boven de waterspiegel uitsteekt. De Deltawet schrijft voor dat dijken maximaal eens in de tienduizend jaar mogen overstromen.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
150
Spelling
Oefeningen Wat vindt u van deze zinnen? Nou, ik ook niet. Maak er iets beters van. Het retourformulier dat u ons 18 juli j.l. terugzond, geeft nog geen antwoord op de door ons gesteld informatievraag naar uw gezondheid. >
Uw voorstel is niet binnen de gestelde termijn binnengekomen en kunnen uw opmerkingen derhalve niet meenemen. Maar volgende maand organiseren wij een nieuwe evaluatieronde en hopen wij uw bijdrage weer, maar nu tijdig, te ontvangen. >
Een bestelformulier waarmee u de door u gewenste goederen kunt bestellen heb ik bijgevoegd. >
Hier zet men koffie en thee, glas, over de rivier en benen af. >
© PP in taal 2006
versie januari ’12
151
Spelling
Handen aan! Schrijft u met ons mee? U hebt het meeste profijt van deze cursus wanneer u de stappen die u per les leert zetten "thuis" direct zelf probeert.
Neem uw al op grammaticale criteria geredigeerde tekst erbij. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
√
Begin bij uw eerste alina Controleer op contaminaties Controleer op pleonasmen en tautologieën Controleer op samentrekkingen Controleer op Tante Betjes Controleer op verkortingen Ga naar de volgende alinea, begin bij 2.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
152
Spelling
10.
Spelling (alweer vernieuwd)
Het is bijna onmogelijk je niets van spelling aan te trekken. Sla een krant open en er staat een -meestal kritisch- artikel over de nieuwste nieuwe spelling in. Zet de TV aan en je zapt al snel in een guitig spelletje over de spelling. Het Nationaal dictee, bijvoorbeeld. De deskundigen ondertussen hebben zich in een groen en een wit kamp verdeeld, en trekken tegen elkaar ten strijde, zwaaiend met respectievelijk hun “Groene boekje” en hun “Witte boekje”. Van ambtenaren en docenten wordt eenvoudigweg geëist dat ze al sinds 1 augustus 2006 volgens de nieuwste nieuwe vernieuwde spelling spellen. Neemt u van mij aan, spellen volgens de regels lukt alleen het selecte groepje geharde hobbyisten dat op het Nationaal dictee onder de 5 fouten blijft. Alle anderen raad ik aan, een aantal hulpmiddelen (pagina 156) op hun computer te installeren, en die slim te gebruiken. Deze module laat u de aanpassingen van 2005 zien. Uitgebreide maar gratis- cursussen voor de spelling 1995 en voor de spelling van werkwoordvormen vindt u op onze site: http://www.ppintaal.nl/e-learning.htm
De belangrijkste aanpassingen van 2005 Er zijn wat aanpassingen aan de regels voor: die malle tussen-n: de ideeëloze pannenkoek aanelkaar, l o s of met-een-streepje schrijven HOOFDLETTERS of kleine letters Die aanpassingen zijn niet altijd logisch, en ook niet altijd intuitief. Vraag niet hoe dat kan, geniet ervan.
Meer woorden volgens de tussen-n hoofdregel Woorden van het type ‘dier + plant’, zoals paard + bloem, vallen vanaf nu onder de hoofdregel en krijgen een tussen-n: apennootje, eendenkroos, muizentarwe, rattenkruid, paardenbloem, paardenkastanje. Deze woorden vormen niet langer een uitzondering op de hoofdregel. Ze krijgen nu -toch weer- een tussen-n: bullenpees, dronkenman, hartenlust, paddenstoel, pierenbad.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
153
Spelling
Alleen streepjes als ze nodig zijn Schrijf letterwoorden (afkortingen die je als woord uitspreekt) zonder streepje aan het volgende woord vast: latrelatie, vipruimte Schrijf Latijnse en Griekse voorvoegsels (loco-, co-) aan het woord vast. o Maar houd een streepje tussen botsende klinkers: locoburgemeester, coauteur, maar: coexistentie,en re-integratie De spatie in een tweedelige naam (Tweede Kamer) blijft staan als die naam terechtkomt in een ander woord: Tweede-Kamerlid wordt Tweede Kamerlid, 1-aprilgrap wordt 1 aprilgrap. o Maar de spatie in combinaties als 1 april blijft staan.
Hoofdletters en kleine letters Alle tijdperken krijgen een kleine letter. prehistorie, ijstijd, bronstijd en barok. Middeleeuwen is niet langer een uitzondering. Namen van feestdagen met hoofdletter: Bevrijdingsdag, Moederdag. Namen van volkeren krijgen een hoofdletter, ook als ze niet zijn afgeleid van een aardrijkskundige naam: Apache, Arabier, Bosjesman, Eskimo, Jood, Maya. o Maar géén hoofdletter bij een andere betekenis: arabier (paard van Arabisch ras), jood (aanhanger van het joodse geloof)
Maar verzamelnamen voor volkeren: kleine letter: bedoeïen, indiaan, zigeuner. Persoonsnamen zoals Victoria en Kafka houden hun hoofdletter, maar van die naam afgeleide woorden krijgen een kleine letter: calvinistisch, kafkaiaans, luthers, victoriaans. o Ook een kleine letter bij samengestelde woorden met de naam van een uitvinder, ontdekker of andere naamgever: alzheimerpatiënt, daltononderwijs, montessorischool Ingeburgerde afkortingen met kleine letters: btw, cao, hiv. o
© PP in taal 2006
versie januari ’12
154
Spelling
Alle veranderingen van 1996 naar 2005 Wij hebben alle veranderingen per spellingregel voor u in een .pdf-file gezet. U kunt die hier bekijken en downloaden: www.ppintaal.nl/downloadbare_bestanden/overzicht veranderingen 2005.pdf
© PP in taal 2006
versie januari ’12
155
Spelling
De hulpmiddelen Er staat de vertwijfelde speller een keur aan goed bedoelde hulpmiddelen ter beschikking. We testen er een aantal, live en in real time: Van Dale Groot woordenboek der Nederlandse taal op CD / uw netwerk Het Groene boekje, en het Witte De site van de Taalunie De Spellingcontrole van uw tekstverwerker
Van Dale Groot woordenboek op uw PC
De Dikke driedelige Van Dale op 1 Cd-rom! Razendsnel te benaderen vanuit uw tekstverwerker. Stel, u schrijft een ode aan uw tekstverwerker, maar weet niet zeker of u genoeg o’s gebruikt. Dan zet u het woord in een blok en klikt op het icoontje in de taakbalk.
U ziet het lemma “ode” in het Groot woordenboek. De spelling klopt. En u kunt meteen controleren of u bedoelde een “lofdicht” te schrijven.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
156
Spelling
Het Groene boekje op uw PC Het Groene boekje geeft de nieuwe spelling van zo’n 100.000 woorden. Per woord ziet u: • de nieuwe spelling • het geslacht als de- of het-woord, en (m.) of (v.) • de meervoudsvormen uitgeschreven • vervoegingen van werkwoorden • af.breek.punt.jes Aan de Woordenlijst vooraf gaat de “Leidraad”, het officiële richtsnoer van spellingregels. En hoewel dit hoofdstuk geschreven is door een instelling die wijzer had kunnen zijn, is het een weinig toegankelijk stuk tekst. Met een beetje doorzettingsvermogen kunt u eruit halen wat wel en wat niet wettelijk geregeld is. Stel, u schrijft een ode aan uw tekstverwerker, maar weet niet zeker of u genoeg o’s gebruikt. Dan zet u het woord in een blok en klikt op het icoontje in de taakbalk.
U ziet het lemma “ode” in het Groene boekje. De spelling klopt.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
157
Spelling
Het Groene boekje on line Kopen hoeft niet eens. U kunt het boekje bij de Taalunie voor nop raadplegen. Werkt helaas niet direct vanuit uw tekstverwerker, u moet uw zoekwoord typen bij “Zoek naar”.
Het Taalunieversum De Taalunie onderhoudt een servicepagina met informatie over en instrumenten voor de nieuwe spelling. Daar kunt u ook reageren -doen!
© PP in taal 2006
versie januari ’12
158
Spelling
De spellingcontrole van uw tekstverwerker Last but not least, de meest gebruikte spelhulp: F7, de spellingcontrole. Hij is gratis, iedereen heeft hem, en hij spelt beter dan menige Belg. Hij kent letterlijk het hele Groene boekje uit zijn hoofd, bijvoorbeeld. Maar hij is niet onfeilbaar, en je moet er mee leren werken.
Probleempje: de “Ode aan de spellingcontrole” Ik heb een spelling ’s jekker In die p c fan mei Die vraag ik steeds te kei ken Offer ook vouw ten sein Ik tip een toets en mak een wort En wacht op wad ie zeg Of ik nauw goed zit offer keert Hei ken in taal sein weg Zo gouw er een ver gissing is Zeg hei dat dus die rekt Dan maak ik al men fouten gut Soda tut beter bekt Ik dé dit stuc ook door ‘m heen Ben blei dat hei toen zij Dat ie geen vouwtje fin den kon In ’t Neder lans fan mei
Nog een probleempje: samenstellingen De spellingcorrector kent alle woorden van het Groene boekje, dat is al mooi. Maar hij kent ook nog een trucje: hij kan samenstellingen maken met al die woorden uit het Groene boekje, en doet dat dan ook. En dat is niet altijd een voordeel: Kerst + boom = kerstboom Aan opblaasbare exemplaren zit een ventiel: Kerst + boom = kerstboom + ventiel = kerstboomventiel Bij de luxe uitvoeringen van opblaasbare kerstbomen zit er op dat een ventiel een? Juist! Een dopje: Kerst + boom = kerstboom + ventiel = kerstboomventiel + dopje = kerstboomventieldopje U ziet, uw spellingcontrole doet nergens moeilijk over.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
159
Spelling
Er is nog een probleem: de spellingwet maakt soms keuzes tussen los of aaneen, die de spellingchecker niet kan volgen. Links voorbeelden van foute spelling die de checker niet opmerkt, rechts de wettige: biechthoren blindvliegen doodwanen er bekaaid van af komen haringkaken jaknikken ruimbemeten te voorschijn ter zijde staan ververwijderd
biecht horen blind vliegen dood wanen er bekaaid van afkomen haring kaken ja knikken ruim bemeten tevoorschijn terzijde staan ver verwijderd
De omspeller De Nederlandse Taalunie ontwikkelde een eenvoudige omspeller waarmee platte tekst (txt, HTML, XML) in de nieuwe spelling wordt gezet: http://taalunieversum.org/spelling/hulpmiddelen/omspellers/
Hulpmiddelen bestellen? Wilt een van de hier beschreven hulpmiddelen aan -laten- schaffen of -laten- installeren? Neem contact op met PP in taal:
[email protected]
Werkwoordspelling: d/t/dt U kent natuurlijk het ’t kofschip. Wij hebben ’td fokschaap.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
160
Spelling
Daarmee kunt u altijd van alle werkwoordsvormen de juiste spelling beredeneren, door een aantal eenvoudige vragen te beantwoorden.. Dat schiet natuurlijk niet op als u een brief schrijft. Maar het werkt wel heel handig als u de regels weer eens in wilt masseren. Hier vindt u ons fokschaap: http://www.ppintaal.nl/e-cursussen/e_cursus_Werkwoordspelli ng/index_tdfokschaap.htm
© PP in taal 2006
versie januari ’12
161
Spelling
PP onder de knop Een keur aan naslagwerken voor u verzameld op internet: http://www.ppintaal.nl/PPknop.htm Leest u dit in .pdf, dan kunt u op de afbeeldingen hieronder klikken.
Zoeken
Zoeken in het handwoordenboek van Van Dale.
Zoeken in de taaladviezen van Onze Taal.
Zoeken in de taaladviezen van de Taalunie.
Zoeken in de ANS, de grootste grammatica van het Nederlands.
Zoeken in het "Groene boekje", de officiële woordenlijst van het Nederlands. Toegang tot geselecteerde naslagwerken over taal en communicatie via het PPportaal.
Lezen
Vragen
Een selectie uit de nieuwsbrieven over taal en schrijven.
Mail uw vraag naar onze redactie. (gratis)
Samenwerken In ons virtuele redactiebureau kunt u samen met uw collega's en met een ervaren redacteur online aan uw tekst werken.
Hebben
© PP in taal 2006
versie januari ’12
Wilt u deze pagina onder een handige knop op uw bureaublad?
162
Spelling
11.
Leestekenregels
De verbazing
Goed bedoelde handboeken met “praktische aanwijzingen”. Maar dan honderd pagina’s lang -of zelfs meer. Collega’s die urenlang fanatiek discussiëren of een komma nu voor of na een aanhalingsteken hoort -echt meegemaakt. Of nog erger: opdrachtgevers die mij verongelijkt vertellen dat een komma toch echt voor, of juist na, een aanhalingsteken hóórt -ook mee mogen maken. Frikken die je voorschrijven dat er geen komma voor “en” mag -maar van wie niet? Dat zulke improductieve regels zo’n lang leven beschoren is -of was. Dat regels die zo’n lelijke typografie veroorzaken zo’n lang leven beschoren is -of was. Dat men elkaar maar napraat “dat het zo hoort”.
Eén principe Entia non sunt praeter necessitatem multiplicanda (Willem van Ockham, 1288-1347)
In de volksmond bekend als “Ockham’s scheermes”. Vermenigvuldig de dingen niet onnodig -vrij vertaald. Probeer alle leestekens één functie te geven. En gebruik er geen twee als één al werkt.
Het resultaat: vier regels, zeven tekens
Vier leestekenregels die alles regelen wat u met die zeven leestekens doen wilt, doen kon, of doen zult: Een zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt. Een zin kan op drie manieren in stukken verdeeld worden. In een zin kan een venster zitten. Tussen zinnen kan een verwijzing staan.
Drie restjes
Veel regels die leestekenregels lijken, zijn spellingregels. En daar brand ik mijn vingers niet aan. Daar zijn grotere geesten dan de mijne op afgebrand. Gaat u maar bij de Taalunie klagen.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
163
Spelling
Er zit nogal wat typografie in de leestekenregels. Vraagstukken van mooi en lelijk, die aan belang winnen. Omdat iedereen kan -en moet- opmaken als hij wil tekstverwerken of presenteren. Ieder huis zijn huisstijl. Eén overbodig leesteken: de puntkomma. Afscheid zonder gouden handdruk, onder dankzegging voor bewezen diensten.
Vier regels vergemakkelijken het lezen van alinea's
Omdat ze de lezer -samen met de typografie, de opmaakhelpen de structuur van de tekst te doorzien. Vergelijk:
artikel 1 allen die zich in nederland bevinden worden in gelijke gevallen gelijk behandeld discriminatie wegens godsdienst levensovertuiging politieke gezindheid ras geslacht of op welke grond dan ook is niet toegestaan artikel 2 de wet regelt wie nederlander is de wet regelt de toelating en de uitzetting van vreemdelingen uitlevering kan slechts geschieden krachtens verdragverdere voorschriften omtrent uitlevering worden bij de wet gegeven ieder heeft het recht het land te verlaten behoudens in de gevallenbij de wet bepaald artikel 3 alle nederlanders zijn op gelijke voet in openbare dienst benoembaar artikel 4 iedere nederlander heeft gelijkelijk recht de leden van algemeen vertegenwoordigende organen te verkiezen alsmede tot lid van deze organen te worden verkozen behoudens bij de wet gestelde beperkingen en uitzonderingen
© PP in taal 2006
versie januari ’12
164
Spelling
Omdat ze de lezer helpen opbouw en ritme van zinnen te doorzien. En dat is van belang voor begrip van de alinea, want het stuurt de interpretatie. En interpreteren, begrijpen, doe je een tekst per alinea, niet per zin. Vergelijk: -I
De cursisten die te laat kwamen trakteerden.
Kan II of III betekenen.
De cursisten, die te laat kwamen, trakteerden.
-II
Allemaal te laat, allemaal trakteren.
De cursisten die te laat kwamen, trakteerden.
-III
Sommigen te laat, alleen de laatkomers trakteren.
-I
Ik ga niet fietsen omdat de zon schijnt.
-II
Ik ga niet fietsen, omdat de zon schijnt.
Maar omdat het milieu mij aan het hart gaat. Want ik ben allergisch voor zonlicht.
Een zin begint met een hoofdletter, en eindigt met een punt.
Een zin is alles wat met een hoofdletter begint, en met een punt eindigt, vinden wij. o
Taalkundigen vinden een zin pas een zin, als er een persoonsvorm in staat.
Dit vinden wij een mooie zin.
Geen hoofdletter als de zin met iets anders begint
Na een citaat geen hoofdletter:
“Dat zou zomaar kunnen.” antwoordde de wethouder.
Na een cijfer geen hoofdletter:
3 meter verderop lagen de andere twee.
Na malle tekens geen hoofdletter:
@ is het symbool voor moderne communicatie.
Behalve als dat iets anders een apostrof is
De hoofdletter is door de spellers geannexeerd. Dat zadelt ons direct op met uitzonderingen. Het spellingbesluit 2005 schrijft voor, dat na de ’s van ’s morgens et cetera wel een hoofdletter komt, jammer genoeg.
’s Morgens voor de koffie ben ik niet te genieten.
U kunt kiezen uit vier punten
De echte punt:
Dit vinden wij een mooie zin.
© PP in taal 2006
Aan het eind van een vragende zin komt een vraagteken, een punt met een krul erboven: versie januari ’12
165
Spelling
Kan dat zomaar in ons land?
Met een uitroepteken, een punt met een streep erboven, verheft uw zin zijn stem:
Nou moet je toch echt zappen jongen!
De dubbele punt, een punt met een punt erboven, is dubbelzinnig. Eigenlijk is het maar een halve punt. Want erna komt soms wel, soms geen hoofdletter. Gebruik de dubbele punt alleen om een opsomming in te luiden: (zie Opsommingen op pagina 176)
Er zijn twee antwoorden mogelijk: - Ja, ik ga akkoord met uw voorwaarden. - Nee, uw voorwaarden zijn mij te ondoorzichtig.
Een zin kan op drie manieren in stukken verdeeld worden Met een komma
De komma dient het leesgemak. Lees een zin hardop op, en u hoort aan een toonhoogteverschil, of aan een tempowisseling, dat een komma uw lezer zou helpen, de zin te interpreteren zoals u die bedoeld had.
De cursisten, die te laat kwamen, trakteerden. De cursisten die te laat kwamen, trakteerden.
Maar pas op dat u uw lezer niet de verkeerde kant op helpt met het “Late cursisten” probleem. (zie Komma op pagina 170)
Als u de neiging voelt meer dan twee komma’s in één zin te zetten, overweeg dan de zin te splitsen, of een paar komma’s door liggende streepjes te vervangen. (zie Met een liggend streepje op pagina 166)
En ja, “Tussen twee persoonsvormen in een zin moet een komma.” is achterhaald. Maar bijna altijd hoor je een pauze tussen een hoofd- en een bijzin. Dus komt daar dan toch weer een komma te staan.
Met een liggend streepje
Liggende streepjes gebruikt u om een tussenzin te markeren, of om een Columbozin te markeren:
Dit is -zoals u wel ziet- een tussenzin. En dit is het soort zin waar de morsige inspecteur Columbo beroemd mee werd -en trouwens, dit streepje ook.
© PP in taal 2006
Overigens is er een oude vete tussen de instituten Schoevers en Scheidegger over al dan niet een spatie tussen streepje en tussenzin. Ik vind van niet, maar de groene krinkels van Word vinden van wel. Kiest u maar:
versie januari ’12
166
Spelling
Dit is -zoals u wel ziet- een tussenzin. Dit is - zoals u wel ziet - een tussenzin.
Met een dubbele punt De dubbele punt -een punt met een punt erboven- is dubbelzinnig. Eigenlijk is het maar een halve punt. Want erna komt soms wel, soms geen hoofdletter. Gebruik de dubbele punt alleen om een opsomming in te luiden: (zie Opsommingen op pagina 176)
Er zijn drie antwoorden mogelijk: ja, nee en weet niet.
In een zin kan een venster naar een ander wereld zitten Dat venster opent en sluit met aanhalingstekens De aanhalingstekens “openen” waarschuwen de lezer, dat hem een venster met uitzicht op een andere wereld gegund wordt. De aanhalingstekens “sluiten” brengen hem terug in de onze.
Zoals de filosoof Willem van Ockham schreef “Entia non sunt praeter necessitatem multiplicanda!”. En dat schreef hij acht eeuwen geleden al. “Entia non sunt praeter necessitatem multiplicanda!” schreef de filosoof Willem van Ockham acht eeuwen geleden al.
Aanhalingstekens zijn dubbel. Vroeger gebruikte men de kleinste zesjes en de kleinste negentjes uit de letterkast, vandaar de “66 99-regel”. De typmachine had minder subtiele kleddertjes. De tekstverwerker lost het weer mooi op.
“Entia non sunt praeter necessitatem multiplicanda!” “Entia
non sunt praeter necessitatem multiplicanda!”
Aanhalingstekens zijn niet enkel. Dat zijn apostrofs.
’s Morgens voor de koffie ben ik niet te genieten.
Aanhalingstekens zijn geen haakjes. Die komen uit de wiskunde, of staan om verwijzingen.
(a2 + b2) x c2 (zie Tussen zinnen kunnen verwijzingen staan op pagina 169)
In dat venster gelden de leestekens van die andere wereld
© PP in taal 2006
U plaatst een foto van de tekst uit die andere wereld, en u retoucheert die foto niet! Na het openen gelden de regels van die andere zinnen, na het sluiten gelden weer de regels van de onze.
versie januari ’12
167
Spelling
Zoals de filosoof Willem van Ockham schreef “Entia non sunt praeter necessitatem multiplicanda!”. En dat deed hij acht eeuwen geleden al. “Entia non sunt praeter necessitatem multiplicanda!” schreef de filosoof Willem van Ockham acht eeuwen geleden al.
En nee, u mag een citaat niet vooraf laten gaan door een dubbele punt. Dat is een dubbele fout: Want Ockham leert ons niet twee leestekens te gebruiken als we één ding doen. En de dubbele punt hadden we de functie “opsomming aankondigen” gegeven. Maar de groene krinkels van Word willen wel een dubbele punt, zucht.
Maar we gebruiken één beleefdheidstrucje
Omdat het beleefd is aan te geven waar u een zin afknipt, kunt u dat met drie puntjes aangeven.
“Deze zin citeer ik helemaal van voor tot achter in zijn geheel.” riep hij. “Deze zin citeer ik helemaal...” riep hij. “…helemaal van voor tot achter...” riep hij.
Twee redenen voor vensters in een zin U wilt iemand citeren
U gebruikt de woorden van iemand anders om te vertellen wat u vertellen wilt. Beleefd is het dan, de bron van uw citaat te vermelden, of in ieder geval de naam van wie u citeert. Bijvoorbeeld in een voetnoot, of in een verwijzing. (zie Tussen zinnen kunnen verwijzingen staan op pa-
gina 169) “Entia non sunt praeter necessitatem multiplicanda” (Willem van Ockham, 1288-1347)
U gebruikt woorden op een bijzondere manier
Het lijken gewone woorden, maar u geeft er een titel of een naam mee aan mee aan. Van een boek of van een organisatie, bijvoorbeeld. U kunt dan aanhalingstekens gebruiken, maar mooier staat het, de titel of de naam in Italic oftewel schuin te printen.
Na een solotocht van drie maanden schreef hij binnen twee weken “Onze eenzaamheid” in opdracht van zeilschool “De roef”. Na een solotocht van drie maanden schreef hij binnen twee weken Onze eenzaamheid in opdracht van zeilschool De roef.
Het lijken gewone woorden, maar u bedoelt ze ironisch of anderszins grappig.
Hij was gestoken in een “moderne” outfit, in zes kleuren.
© PP in taal 2006
Het lijken gewone woorden, maar u bedoelt ze figuurlijk. versie januari ’12
168
Spelling
Haar “zoon” gedroeg zich als een echte “professional” zodra hij op het veld stond.
Het lijken gewone woorden, maar ze zijn buitenlands.
Snelle levering is nauwelijks nog een “competitive advantage”.
Tussen zinnen kunnen verwijzingen staan
Verwijzingen staan tussen zinnen. Dus niet in zinnen. Dus na een punt en voor een hoofdletter. Verwijzingen staan altijd tussen haakjes. Ik zou geen hoofdletters en punten gebruiken. Want verwijzingen zijn geen zinnen. Het zijn woordpijltjes. Het is mooi verwijzingen aan de rechterkant van een regel te houden, en de volgende zin op de volgende regels te laten beginnen.
Verwijzingen staan tussen zinnen. Dus niet in zinnen. Dus na een punt en voor een hoofdletter. (zie Tussen zinnen kunnen verwijzingen staan op pagina 169) Verwijzingen staan altijd tussen haakjes.
Voet- en eindnoten zijn een bijzonder soort verwijzingen. Ik zou ze spaarzaam gebruiken. Behalve in wetenschappelijke teksten, daar horen ze, dat is traditie. En daar gelden “regels” voor bronvermelding. (zie bijvoorbeeld: http://www.ppintaal.nl/literatuurverwijzingen_en_bronve.ht m)
Noten worden vaak met een * of met een nummer gemarkeerd.3
Verwijzingen kunnen naar een andere plek in dezelfde tekst verwijzen, of naar een plek in een andere tekst.
(zie Tussen zinnen kunnen verwijzingen staan op pagina 169)) (zie Jansen e.a. 1984) Verwijzingen kunnen in schermteksten
hyperlinks zijn.
Verwijzingen kunnen in schermteksten hyperlinks zijn.
3
In uw tekstverwerker zitten functies voor automatische verwijzingen. Handig, want die veranderen mee als u een pagina invoegt, of een hoofdstuk hernoemt. Bovendien zijn het ook hyperlinks, kunt u direct doorklikken.
De tekstverwerker kan die nummers netjes bijhouden voor u.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
169
Spelling
Zeven leestekens en drie soorten géén-leestekens Er zijn zeven leestekens Komma Bekend van het typische kantoorgezelschapsspel “kommaneuzelen”. (zie Met een komma op pagina 166) De komma kan verrassend uit de hoek komen. Onderstaand () voorbeeld kunt u het beste uit uw hoofd leren. Het maakt een eind aan discussies over uitbreidende en beperkende bijzinnen.
-I
De cursisten die te laat kwamen trakteerden.
,
, De cursisten die te laat kwamen, trakteerden. De cursisten die, te laat, kwamen, trakteerden.
-II
De cursisten die te laat kwamen trakteerden.
-III
-IV Van I is niet veel te zeggen. Een zwaar geval van hypo-interpunctie. II zegt dat alle cursisten te laat kwamen, en dat alle cursisten trakteerden. III zegt dat sommige cursisten te laat kwamen, en dat die laatkomers trakteerden. IV is een ernstig geval van hyper-interpunctie. Er staat dat niet alle cursisten kwamen, dat de cursisten die nog wel kwamen, te laat kwamen, maar dat ze wel trakteerden.
Er schijnt een oude regel te zijn die zegt dat er geen komma voor “en” mag komen. Onzin, gelooft u mij.
? Vandaag worden geveild van Van Gogh het schilderij De zonnebloemen en veertien andere schilderijen. Van Gogh in de uitverkoop?
+ Vandaag worden geveild van Van Gogh het schilderij De zonnebloemen, en veertien andere schilderijen. ?Te huur: een strandhuisje voor honderd gulden per dag en een zeilbootje. Toch een fikse prijs voor zo'n huisje.
+ Te huur: een strandhuisje voor honderd gulden per dag, en een zeilbootje.
Alleen in een opsomming komt "en" in plaats van de komma.
+ Jan, Piet, Klaas en Gerrit mogen naar huis. - Jan, Piet, Klaas, en Gerrit mogen naar huis.
De komma voor “en” is vaak zelfs onmisbaar. Als Jan en Piet een stel zijn, of als Piet en Marie een stel zijn, bijvoorbeeld:
Jan en Piet, en Marie komen eten. Lees: (Jan en Piet,) en Marie komen eten. Jan, en Piet en Marie komen eten. Lees: Jan, (en Piet en Marie) komen eten.
© PP in taal 2006
De komma vergemakkelijkt de keuze tussen koffie en thee, al dan niet met koek of gebak:
versie januari ’12
170
Spelling
We hebben koffie of thee en koekjes of gebak Lees: We hebben (koffie) of (thee en koekjes) of (gebak) We hebben koffie of thee, en koekjes of gebak Lees: We hebben (koffie of thee), en (koekjes of gebak)
Er is verschil tussen logische interpunctie en ritmische interpunctie. Ritmische interpunctie houdt rekening met hardop voorlezen van een zin. Belangrijk voor dichters en schrijvers van toespraken. In zakelijke teksten gaat de logische interpunctie altijd voor de ritmische. Logische interpunctie zet de woorden die bij elkaar horen bij elkaar. Zie het voorbeeld van de trakterende cursisten.
Punt
Aan het eind van een zin en achter sommige afkortingen. (zie U kunt kiezen uit vier punten op pagina 165)
Aan het eind van deze zin bijv. komt een punt.
Vraagteken
Om een vraag of verbazing aan te geven. (zie U kunt kiezen uit vier punten op pagina 165)
Hoeveel moet dat opbrengen?
Uitroepteken
Om stemverheffing aan te geven. (zie U kunt kiezen uit vier punten op pagina 165)
Krijg nou een acute afslanking, ellendeling!
Aanhalingstekens
Geven begin en eind van een citaat aan, of een letterlijk te nemen woord of een te relativeren woord. (zie In een zin kan een venster naar een ander wereld zitten op pagina 167)
"Wat nou!" riep de minister. De woorden "letterlijk" en "relativeren" zijn letterlijk bedoeld. Deze "specialisten" leveren weinig voor veel geld.
Dubbele punt
Geeft aan dat er een opsomming volgt. (zie Opsommingen op pagina 176)
© PP in taal 2006
versie januari ’12
171
Spelling
Blabla: - blablae - blablao
Gedachtestreep
In plaats van komma's bij tussenzinnen, en voor de regels van een opsomming. (zie Opsommingen op pagina 176)
De cursisten die -te laat- kwamen, trakteerden. Blabla: - blablae - blablao
© PP in taal 2006
versie januari ’12
172
Spelling
Er zijn drie soorten géén-leestekens Spellingtekens volgens de Woordenlijst Nederlandse Taal De hoofdletter
Zie op uw gemak de 9 paragrafen van hoofdstuk 16 van de Leidraad bij de Woordenlijst:
16 Hoofdletters of kleine letters? 16.1 hoofdletter voor een eigennaam 16.2 persoonsnamen 16.3 benamingen van plaatsen, windstreken, talen, volkeren 16.4 benamingen van historische en terugkerende periodes 16.5 benamingen van stromingen en overtuigingen 16.6 namen van instellingen, merken, titels 16.7 hoofdletter uit respect 16.8 zelfstandige naamwoorden uit het Duits 16.9 hoofdletter aan het begin van een zin
Accenten
Zie op uw gemak de 2 paragrafen van hoofdstuk 4 van de Leidraad bij de Woordenlijst:
4 Accenttekens 4.1 vernederlandste Franse woorden 4.2 niet-aangepaste Franse woorden
Apostrof
Let op de ’s van ’s Morgens -de apostrof- zie ik als spellingteken. Zie de Leidraad bij de Woordenlijst voor de regels:
’s morgens Jan’s hoest en die van Homme foto’s
Krassen&krullen Haken
Gebruik haken alleen rond een verwijzing. Gebruik ze nooit in een zin Daar gebruikt u een komma of gedachtestrepen. (zie Met een komma op pagina 166)
(zie Met een liggend streepje op pagina 166)
© PP in taal 2006
Vierkante haken en “verzamelhaken” horen in de wiskunde. Gebruik ze niet in teksten.
versie januari ’12
173
Spelling
[] {}
De guillemet wordt in e-mails gebruikt om een stuk tekst weer te geven waarop je wilt reageren:
Nee ik moet naar voetballen, sorry.
Schuine strepen
De slash en zijn broertje backslash zijn handig in directory-namen en in internetadressen. In zakelijke teksten leveren ze in de “en/of-constructie” een logische Belgenmop op:
We hebben koffie en/of thee. / betekent of dus: We hebben koffie en of of thee.
Wiskundige tekens
Zie de wiskunde voor:
+ - ( ) [ ] { } / \ % et cetera
Opsommingstekens
Welke kogelgaten u maar wilt: ballen, blokken, strepen. Maar leestekens zijn het niet. (zie Opsommingen op pagina 176)
De rest van uw toetsenbord
Het gebruik van al die ander tekens op uw toetsenbord is elders beregeld:
@#$€%&*|
E-leestekens: emoticons
© PP in taal 2006
Gebruik ze alleen in e-mail. Ze horen eigenlijk meer bij de typografie. Maar wie weet, je ziet ze al op verkeersborden!
versie januari ’12
174
Spelling
Het ex-leesteken puntkomma
U dacht, waar blijft de puntkomma nou? En nou komt hij eindelijk, en nu blijkt het een ex-leesteken! Omdat hij gevaarlijk is, en lelijk. In een zin wordt de puntkomma een punt. Want de meesten van u maken met komma’s al veel te lange zinnen. Gebruikt u de puntkomma dan ook nog eens als een soort poldercompromis tussen een komma en een punt, dan gaat het mis “Het is meer dan een komma ja, maar eigenlijk toch nog niet echt een punt.” Het misverstand achter de puntkomma in een zin, is dat een zin een “complete gedachte” zou moeten formuleren. Maar de alinea is de “eenheid van gedachte”. (zie Met een komma op pagina 166)
In opsommingen wint PowerPoint het van Schoevers. Uw tekstverwerker biedt een oneindige variëteit aan typografische hulpmiddelen als opsomtekens, inspringen en regelafstand, die een puntkomma om een lid van een opsomming aan te geven volstrekt overbodig maken. Voorschriften van instituten als Schoevers waren verantwoordelijk voor een flagrante schending van Ockham’s principe. (zie Eén principe op pagina 163) Leden van een opsomming zijn al herkenbaar aan opsomtekens, inspringen en regelafstand. En dan ook nog eens een puntkomma voorschrijven om ze af te sluiten? (zie Opsommingen op pagina 176)
© PP in taal 2006
versie januari ’12
175
Spelling
Vijf typografische tips Typografie en leestekens worden vaak door elkaar gehaald. Niet zo vreemd, want ze horen in teksten beide de leesbaarheid te bevorderen. Soms maken typografische mogelijkheden leestekens overbodig. Mooie opsomtekens vervangen de puntkomma, Schuine letters vervangen de aanhalingstekens in titels.
Koppen
Goede koppen vatten een hoofdstuk of een paragraaf samen. Het zijn dus altijd korte zinnen. Maar ze krijgen traditioneel geen punt. Kijk maar in de krant. Maak koppen iets groter dan de platte tekst, maak ze vet en nummer ze tot maximaal 2 cijfers.
3.1 Dit is een goede kop
Tekstverwerkers helpen u met opmaakprofielen, om koppen consistent op te maken.
Opsommingen
© PP in taal 2006
Opsommingen zijn efficiënte instrumenten om veel informatie overzichtelijk op papier te krijgen. Opsommingen zijn dankzij de moderne tekstverwerker direct herkenbaar aan vrolijke “bullet points”.
versie januari ’12
176
Spelling
Kies: Opmaak _Opsomtekens en nummering, en u kunt kiezen:
Er zijn twee soorten opsommingen: korte binnen een zin, en omvangrijke met opsomtekens. Ze beginnen allebei met een dubbele punt. (zie Dubbele punt op pagina 171)
Er zijn drie antwoorden mogelijk: ja, nee en weet niet. of Er zijn drie antwoorden mogelijk: - ja - nee - weet niet
Leden van opsommingen binnen een zin worden gescheiden met een komma, behalve de laatste, die krijgt traditioneel het woord “en” of het woord “of”.
U kunt kiezen: ja, nee of weet niet.
Leden van meer omvangrijke opsommingen worden gescheiden door opsomtekens, inspringen en nieuwe regels –niet door puntkomma’s. (zie Het ex-leesteken puntkomma op pagina 175)
Leden van een omvangrijke opsomming kunnen kreten zijn, of zinnen, of zelfs hele alinea’s. Als u zinnen of alinea’s opsomt, beginnen de zinnen met een hoofdletter, en krijgen ze een punt. Zoals altijd.
Er zijn twee antwoorden mogelijk: - Ja, ik ga akkoord met uw voorwaarden. - Nee, uw voorwaarden zijn mij te ondoorzichtig.
Noten
© PP in taal 2006
Er zijn drie soorten: voetnoten, eindnoten en hyperlinks. Alle drie annoteren ze uw tekst. De tekstverwerker maakt het u makkelijk:
versie januari ’12
177
Spelling
Kies: Invoegen _Verwijzing _Voetnoot, u ziet:
Voetnoten verklaren een woord of een zin, of voegen er details aan toe. De noot kan een sterretje zijn, of als u meer noten per pagina hebt, een cijfer. De noot staat in “superscript”. De noot-tekst staat in een kleiner lettertypen onderaan de pagina, vaak met een lijntje erboven. Eindnoten geven aan, waar u uw wijsheid vandaan haalt. De noot kan een sterretje zijn, of als u meer noten per pagina hebt, een cijfer. De noot staat in “superscript”. De noot-tekst staat onderaan uw tekst, vaak in een aparte paragraaf Bronverwijzingen of Literatuur
E-Noten: Hyperlinks
Met hyperlinks verwijst u naar een website, naar een andere tekst op uw intranet, of naar een andere plek in uw tekst. Hoe elektronischer wij gaan communiceren, hoe handiger die worden. Op termijn zullen ze de traditionele noten en literatuurverwijzingen vervangen, op termijn, nu nog niet. Gebruik liefst de “worldwide” geaccepteerde opmaak: blauw en onderstreept.
Zie ook: www.hyperdepyper.com
Vet, cursief of onderstreept
© PP in taal 2006
Helaas maakt uw tekstverwerker het u te gemakkelijk om kwistig met vette, cursieve of onderstreepte tekst te strooien.
versie januari ’12
178
Spelling
Wees er terughoudend mee in zakelijke teksten. U maakt er maar al te makkelijke een kermis van. Gebruik nooit twee soorten tegelijk. Dat is te blingbling. Gebruik vet voor titels van teksten, hoofdstukken en paragrafen. En spaarzaam om woorden te benadrukken.
Voordelen Dit wagentje is vooral zuinig. Maar toch heel bruikbaar om uw buurman de ogen uit te steken.
Gebruik schuin alleen voor eigennamen. Dat helpt u van hel wat “aanhalingstekens” af.
De catering werd verzorgd door Big cateringservices , niet voor niets onze plaatselijke beroemdheid als het om smakelijk smullen gaat.
Onderstreep alleen hyperlinks. Gebruik vet om te benadrukken.
Zie ook: www.hyperdepyper.com, de beste, maar ook de zuinigste wegwijzer voor uw zaak.
© PP in taal 2006
versie januari ’12
179
Spelling
Spiekbriefje
Spiekbriefje Spelling & Leestekens 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
Zet de spellingcontrole van Word aan en zet hem op “Nederlands” Gebruik de rechter muisknop op elk rood onderkrinkeld woord Zoek vage woorden op in een online naslagwerk Een zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt. Een zin kan op drie manieren in stukken verdeeld worden. In een zin kan een venster zitten. Tussen zinnen kan een verwijzing staan. Wat overblijft is geen leesteken, zie de Woordenlijst
© PP in taal 2006
versie januari ’12
180
Spelling
Volledige inhoudsopgave 3
0. Stappenplan tekstproductie Het schrijfmodel beschrijft wat er gebeurt als u iemand een tekst stuurt
4 5
Organisatie Doelen, kennis, vaardigheden, meningen (KV&M) en regels
5
6
Schrijver Schrijfdoelen en kennis, vaardigheden en meningen (KV&M)
6
6
Tekst Inhoud en vorm
6
Distributiekanaal Lezer
7 7 7
Verwachtingen en KV&M van de lezer
Het Tekstmodel laat u zien uit welke “onderdelen” een tekst bestaat
7 9
Tekst
9
Inhoud en vorm
9
Kennis, vaardigheden en meningen (KV&M)
9
Domeinstructuur
10
Structuur
10
Tekststructuur Beschrijvende tekststructuur
10
Betogende structuur
10
11
Alineastructuur Zinsdeelvolgorde
11
Samenhang
11
12
Redactie
12
Zinsbouw en woordkeus Grammaticale criteria
12
Stijlfouten
13
Stijlcriteria
13
Stijlfiguren
13
Spelling
13
Leestekens
13
Tantalus
14
Het stappenplan tekstproductie laat zien wat u doen moet om een goede tekst te schrijven
15 16 17
Overzicht van de productiestappen en de lessen Beschrijving van de productiestappen en de lessen © PP in taal 2006
versie januari ’12
181
Spelling
17
stap: Opzetten les: Doelen en lezers
17
les: Doorvraagmethode
17
les: PAC-methode
18
les: MAC-methode
18
19
stap: Uitschrijven les: Macramémethode
19
les: OPA-methode®
19
19
stap: Redigeren les: Grammaticale criteria
20
les: Stijlfouten
20
les: Stijlcriteria
20
les: Stijlfiguren
21
les: Spelling
21
les: Leestekens
21
les: Tantaluskwellingen & kopzeer
22
Spiekbriefje
23
Oefeningen (huisvoorwerk!)
24
Schrijfmodel
24
Tekstmodel Kleine redactiequiz
25 26
27
1. Doelen en lezers bepalen
28
Bepaal welke doelen u wilt bereiken
28 28
Drie soorten doelen Twee hiërarchieën Volgorde van de soorten
28
Volgorde binnen een soort
29
29
Doelen- en lezerstabel I Een hulplijntje: waar over, en aan wie?
29
Inventariseer doelen
30
Bepaal bij welke lezers u uw doelen wilt bereiken
31 31 31
De parafant is geen lezer Uw lezer verwacht iets van uw tekst Drie soorten verwachtingen
31
Globaal analyseren
32
De lezer verwacht ook iets van de schrijver
32
Heeft de lezer wel genoeg kennis, vaardigheden en meningen?
32 33
KV&M vaststellen
33
Laat open deuren open
34
Doelen- en lezerstabel II
34
Inventariseer KV&M
Spiekbriefje
35
Voorbeeld: doelen- en lezerstabel casus
36
Oefeningen
37
© PP in taal 2006
versie januari ’12
182
Spelling
37
Handen aan! Schrijft u met ons mee?
39
2. Doorvraagmethode® Een goede tekststructuur is een vragenstructuur
40 40
Tekststructuur Diepe structuren
41
Illustraties
41
Een goede tekst geeft antwoord op de vragen van de lezer
41
42
De Doorvraagmethode® in schema
42 43
Doorvraagschema De stappen Begin liefst met de meest uitgebreide doelensoort: weetdoelen
44
44
Bevraag de doelen Begin met het meest algemene weetdoel
45
Probeer daar basisvragen aan te stellen
45
De antwoorden leveren hoofdstukken op
45
46
Vraag door op de hoofdstukken
46
Veel weetdoelen gaan als vanzelf mee
46
Elk antwoord levert een paragraaf op
Staan uw vragen in een matrix?
47
Vraag door op de paragrafen
47
Elk antwoord levert een subparagraaf op
47
Geen vragen meer?
48
48
Vraag door op de subparagrafen Elk antwoord levert een alinea of een illustratie op
48
Geen vragen meer?
49
49
Bevraag de andere doelensoorten
49 49
Alleen als het nodig is Er moet wel wat gebeuren
Stel vanuit de andere doelen vragen aan alle teksteenheden
50
Voeg de antwoorden toe
50
Vraag door op de antwoorden
51
Voeg de antwoorden toe
51
51
Voeg naar wens per paragraaf illustraties toe Voorbeelden
51
Terzijdes
51
Afbeeldingen
52
Tabellen
52
Grafieken
52
Controleer of al uw doelen bevraagd zijn
53
Nummer alle teksteenheden
54
Voeg een inhoudsopgave toe
54
De inhoudsopgave laat de structuur zien
54
Een inhoudsopgave is een zoekinstrument
55
De vlag dekt de lading
55
Een goede inhoudsopgave geeft antwoorden op de Doorvragen
55
55
Resumerend: de weg van doel naar alinea
56
Een structuur uitschrijven tot tekst © PP in taal 2006
versie januari ’12
183
Spelling
56
Teksteenheden maken
56
Een goede teksteenheid voldoet aan twee criteria
57
Gebruik uw tekstverwerker Bij het maken van een vragenstructuur
57
Voor het nummeren van bladen
57
Spiekbriefje
58
Voorbeeld: Vragenstructuur casus
59
Oefeningen
62
Microkosmos?
62
Handen aan! Schrijft u met ons mee?
63
3. Pro aut contra: de PAC-methode
64
Complexe argumentatie overzichtelijk in teksten presenteren vraagt slechts vier stappen
65 65 66
Stelling onderscheiden van onderbouwing Structureringsmethode kiezen Pro aut contra (PAC)
66
Meer criteria analyse (MAC)
66
Kwantificeren van PAC en MAC: je gelijk uitrekenen
67
Een PAC-schema opzetten, kwantificeren en tot tekststructuur maken
67
Een PAC is een argumentatie met een stelling en argumenten
67 68
Enkelvoudige argumentatie
68
Waarheid?
68
Samengestelde argumentatie In organisaties lijkt de argumentatie vaker op een mobile dan op een balans.
69
De balans
69
De mobile
69
Het PAC-schema
70
Hoe ver moet je gaan in het expliciteren van premissen?
71
73
Een PAC-schema zet je in vier stappen op Formuleer de stelling en de argumenten pro en contra
73
Expliciteer premissen en voeg ze toe als argument
74
Kwantificeer uw PAC
75 76
Spelregels voor het kwantificeren
Een PAC-schema tot tekststructuur maken
77
Tekststructuur van standaard PAC-schema
77 78
Voorbeeld van de inhoudsopgave van het Rome-voorbeeld
Spiekbriefje
79
Voorbeeld: PAC-schema Casus
79
Oefeningen
80
Moeten ze er nu wel of niet komen, die poortjes?
80
Handen aan! Schrijft u met ons mee?
84
© PP in taal 2006
versie januari ’12
184
Spelling
4. Meer alternatieven en criteria: de MACmethode
86
Complexe argumentatie overzichtelijk in teksten presenteren vraagt slechts vier stappen
87 87 87
Stelling onderscheiden van onderbouwing Structureringsmethode kiezen Pro aut contra (PAC)
88
Meer criteria analyse (MAC)
88
Kwantificeren van PAC en MAC: je gelijk uitrekenen
88
Een MAC-schema opzetten en kwantificeren, en tot tekststructuur maken
89
Een MAC is een tabel met alternatieven en criteria Een MAC opzetten en kwantificeren
89 89
Kies de alternatieven
91
Bepaal de criteria
91
Bepaal de weegfactoren voor de criteria
91
Maak een tabel
92
Waardeer de alternatieven op de criteria
92
Bereken de keuze of stelling
93
94
Een MAC-schema tot tekststructuur maken Keuze, alternatieven en criteria kunnen teksteenheden worden
94
Tekststructuur van standaard MAC-schema
95
Voorbeeld deel inhoudsopgave MAC auto's en fiets
96
Spiekbriefje
97
Voorbeeld: MAC-schema casus
98
Oefeningen
98 98 100
Een makkie van de Consumentenbond? Handen aan! Schrijft u met ons mee?
102
5. Macramémethode De kern van de paragraaf
103
Doorvragen
103
Formuleringen, beweringen en redeneringen (tussenspel)
104
Eén bewering kan op verschillende manieren geformuleerd worden
104
Veel beweringen zijn verbonden tot een redenering
104
Uw lezer moet uw redeneringen kunnen herkennen
105
105
Drie soorten knopen Directe knopen Aanduidende knopen
105 106
Verwijzende knopen Gordiaanse knopen
106 106
© PP in taal 2006
versie januari ’12
185
Spelling
De paragraaf opbouwen
107
In de ideale paragraaf
108
Spiekbriefje
109
Voorbeeld casus
110
Oefeningen
112
Ontwarren
112
Formuleer volgens het boekje Handen aan! Schrijft u met ons mee?
112 113
114
6. De OPA-methode maakt uw zinnen leesbaar
115
Zinnen bestaan uit zinsdelen
115 115
U leert de relaties tussen zinsdelen kennen Zinsdelen zijn groepen woorden
115
Maakt u nu de oefening zinsdelen op pagina 122.
116 116
Samengestelde zinnen bestaan uit zinnen De persoonsvorm verandert
116
Maakt u nu de oefening Zinnen op pagina 122.
116
Het onderwerp hoort bij de persoonsvorm Maakt u nu de oefening Zinnen en zinsdelen op pagina 122.
116
U kunt zinnen altijd in de vier OPA-volgordes schrijven
116 117 117
De vier mogelijke OPA-volgordes Twee onmogelijke OPA-volgordes Maakt u nu de oefening Variaties op een struikel-OPA op pagina 123.
117
Spiekbriefje
118
Voorbeeld casus
119
Oefeningen grammatica
121
Verdeel in zinsdelen
121
Verdeel in zinnen Verdeel in zinnen en in zinsdelen
121 121
Variaties op een struikel-OPA Zoek OPA
122 122
Handen aan! Schrijft u met ons mee?
123
7. Redigeren op grammaticale criteria maakt uw zinnen licht verteerbaar
124 125
Redigeer uw zinnen op OPA-criteria Gebruik weinig samengestelde zinnen
125
Gebruik zo weinig mogelijk bijzinnen
125
Schrijf zo veel mogelijk zinnen in de OPA-volgorde
125
Schrijf zo veel mogelijk bedrijvende OPA's
125
Zorg dat er minstens één onderwerp en één persoonsvorm in uw zin staan
126
© PP in taal 2006
versie januari ’12
186
Spelling
Neem het psychologische onderwerp als grammaticaal onderwerp
126
Operationaliseer de persoonsvorm
126
Zet weinig andere zinsdelen tussen, voor of achter het onderwerp en de persoonsvorm
126
Maakt u nu de oefening Voldoen deze zinnen? op pagina 130.
126
Spiekbriefje
127
Voorbeeld casus
128
Oefeningen
129
Voldoen de zinnen in deze alinea aan de OPAcriteria? Handen aan! Schrijft u met ons mee?
129 130
132
8. Stijlcriteria garanderen doelgerichte zinnen
132
Criteria voor zinsbouw Er staat geen woord te veel in uw zinnen
132
Er zitten weinig clichés in uw zinnen Er zitten weinig tangen in uw zinnen
133 133
Het belangrijkste in uw zin staat vooraan Uw zinnen zijn persoonlijk
133 134
Uw zinnen hebben een goed ritme
134
134
Maakt u nu de oefeningen op pagina 140.
135
Criteria voor woordkeus Kies weinig formele woorden
135
Kies weinig moeilijke woorden Kies weinig vaktermen
135 136
Kies weinig zelfstandige naamwoorden of hele werkwoorden
136
Kies weinig lintwormwoorden
137
137
Maakt u nu de oefeningen op pagina 144.
Spiekbriefje
137
Voorbeeld casus
138
Oefeningen
139
Zinsbouw
139
Geen woord te veel?
139
Weinig clichés?
139
Weinig tangen?
141
Staat het belangrijkste vooraan?
141
Is deze zin persoonlijk?
141
Heeft deze zin een goed ritme?
142
143
Woordkeus Staan hier formele woorden?
143
Staan hier moeilijke woorden?
143
Staan hier vaktermen?
143
Staan hier zelfstandige naamwoorden of hele werkwoorden?
144
Staan hier lintwormwoorden?
144
145
Handen aan! Schrijft u met ons mee? © PP in taal 2006
versie januari ’12
187
Spelling
9. De beruchte stijlfouten vermijden is een kwestie van etiquette 146 Contaminatie Pleonasme en Tautologie
147 147
Samentrekking
147
Tante Betje Verkorting
148 148 149
Maakt u nu de oefening op pagina 152.
Spiekbriefje
149
Voorbeeld casus
150
Oefeningen
151
10.
Wat vindt u van deze zinnen?
151
Handen aan! Schrijft u met ons mee?
152
153
Spelling (alweer vernieuwd)
153
De belangrijkste aanpassingen van 2005 Meer woorden volgens de tussen-n hoofdregel Alleen streepjes als ze nodig zijn
153 154
Hoofdletters en kleine letters
154
Alle veranderingen van 1996 naar 2005
155
De hulpmiddelen
156
Van Dale Groot woordenboek op uw PC
156
Het Groene boekje op uw PC
157
Het Groene boekje on line
158
Het Taalunieversum
158
159
De spellingcontrole van uw tekstverwerker Probleempje: de “Ode aan de spellingcontrole”
159
Nog een probleempje: samenstellingen
159
160 160
De omspeller Hulpmiddelen bestellen?
160
Werkwoordspelling: d/t/dt
162
PP onder de knop
11.
Leestekenregels
163
De verbazing
163
Eén principe
163
Het resultaat: vier regels, zeven tekens
163
Drie restjes
163
Vier regels vergemakkelijken het lezen van alinea's
164
Een zin begint met een hoofdletter, en eindigt met een punt.
165 165
Geen hoofdletter als de zin met iets anders begint
165
Behalve als dat iets anders een apostrof is
165
U kunt kiezen uit vier punten © PP in taal 2006
versie januari ’12
188
Spelling
Een zin kan op drie manieren in stukken verdeeld worden
166 166
Met een komma Met een liggend streepje
166
Met een dubbele punt
167
In een zin kan een venster naar een ander wereld zitten
167
Dat venster opent en sluit met aanhalingstekens
167
In dat venster gelden de leestekens van die andere wereld
167 168
Maar we gebruiken één beleefdheidstrucje
168
Twee redenen voor vensters in een zin U wilt iemand citeren
168
U gebruikt woorden op een bijzondere manier
168
169
Tussen zinnen kunnen verwijzingen staan
Zeven leestekens en drie soorten géénleestekens
170 170
Er zijn zeven leestekens Komma
170
Punt
171
Vraagteken
171
Uitroepteken
171
Aanhalingstekens
171
Dubbele punt
171
Gedachtestreep
172
173
Er zijn drie soorten géén-leestekens Spellingtekens volgens de Woordenlijst Nederlandse Taal
173 173
De hoofdletter Accenten
173
Apostrof
173
173
Krassen&krullen
173
Haken Schuine strepen
174
Wiskundige tekens
174
Opsommingstekens
174
De rest van uw toetsenbord
174
E-leestekens: emoticons
174
175
Het ex-leesteken puntkomma
176
Vijf typografische tips Koppen Opsommingen
176 176
Noten
177 178
E-Noten: Hyperlinks
178
Vet, cursief of onderstreept
180
Spiekbriefje
181
Volledige inhoudsopgave © PP in taal 2006
versie januari ’12
189
Spelling
© PP in taal 2006
versie januari ’12
190
Spelling
C o l o f o n Versie 1.0 19 januari 2012 Auteur P.P. Verroen Leidschendam 0031 70 3193719 [email protected] www.ppintaal.nl
©Copyright PP in taal/ P.P. Verroen 2009 alle rechten en het intellectuele eigendom voorbehouden
© PP in taal 2006
versie januari ’12
191
Never express yourself more clearly than you are able to think. (Niels Bohr)
Peter Paul Verroen “PP” (1957) Werkt al ruim twintig jaar onder de bedrijfsnaam PP in taal* aan het schriftelijke communiceren en het gestructureerd denken van organisaties. Hij adviseert, geeft schrijf- en denkcursussen, schrijft en redigeert teksten, en bouwt schrijf- en denkgereedschappen. Hij heeft bij veel bedrijven en organisaties in de keuken mogen kijken, en daar zeer diverse oplossingen bedacht. Pompt met veel humor productieve energie, kennis en vaardigheden in mensen, groepen en organisaties, in Nederland en in het buitenland. Wordt gewaardeerd om zijn open en kritische communicatie met beslissers én met uitvoerders. Is gespecialiseerd in onderwijskunde en didactiek, in de ontwikkeling van leermateriaal voor professionals en hun organisaties, en in kwalitatieve argumentatie.
*PP in taal is een ambachtsschool. Want zeggen en denken zijn aloude ambachten, die je kunt leren. Wij helpen onze klanten, hun organisatiedoelen stoutmoedig* te bedenken, te begrijpen, te vertellen en te verwezenlijken. Wij helpen ze daarmee zakelijk, maatschappelijk en cultureel voordeel te behalen. *Stoutmoedig zeggen & denken: genereert economische, sociale en culturele meerwaarde is een ambacht dat valt te leren is een deugd, die zakelijk, maatschappelijk en cultureel succes oplevert is focussen op de kern is methodisch en adequaat werken maakt medewerkers tot autonome persoonlijkheden maakt bedrijven tot organisaties met meer dan economische waarde
Snelle toegang tot gratis on line schrijfhulp Drie gratis e-cursussen
www.ppintaal.nl/PPknop.htm
www.ppintaal.nl/e-learning.htm
P . P . V e r r oe n P a r k Le e u w e n b e r g h l a a n 4 2 2 6 7 B N
p p v e r r o e n @ p p i n t a a l . n l
L ei d sch end am (07 0) 319 37 19
w w w . p p i n t a a l . n l