Productkenmerken en voorwaarden Rabo ToekomstBeleggen
• Productkenmerken en informatie Rabo ToekomstBeleggen • Bijzondere voorwaarden Rabo ToekomstBeleggen 2014 • Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 • Algemene Bankvoorwaarden
Productkenmerken en informatie Rabo ToekomstBeleggen Leeswijzer: In dit document leest u meer over: • Wat is Rabo ToekomstBeleggen? • De kenmerken van Rabo ToekomstBeleggen • Opbrengst en kosten Rabo ToekomstBeleggen • Wijzigen tijdens de looptijd • Risico’s Rabo ToekomstBeleggen Lees ook de actuele brochure ‘Productkenmerken en voorwaarden Rabo ToekomstSparen’. Deze informatie is – voor zover mogelijk – ook van toepassing op de effectenrekening Rabo ToekomstBeleggen.
Wat is Rabo ToekomstBeleggen? Wat is Rabo ToekomstBeleggen? Wilt u gaan beleggen voor een extra inkomen voor later? Of een deel beleggen en een deel sparen? Dan kunt u een geblokkeerde effectenrekening Rabo ToekomstBeleggen openen. Aan de effectenrekening is altijd een spaarrekening Rabo ToekomstSparen met variabele rente gekoppeld. U belegt met de effectenrekening in één van de vijf BlackRock mixfondsen die wij hebben uitgekozen voor Rabo Toekomst Beleggen. Uw beleggingen bestaan dan uit deelnemingsrechten in de betreffende mixfondsen. Lees hierover meer bij “In welke fondsen kunt u beleggen?” In welk fonds u belegt en kunt beleggen, hangt onder andere af van de resterende tijd tot aan de einddatum en het risico dat u wilt en kunt lopen. U leest hier meer over bij “Wat is uw doelrisicoprofiel?” Voor wie is Rabo ToekomstBeleggen een geschikt product? Rabo ToekomstBeleggen is een product voor klanten die willen beleggen voor een inkomensaanvulling na hun pensioendatum. Inleg is alleen mogelijk als er fiscale aftrekruimte is, of door een al opgebouwd lijfrentekapitaal van elders in te leggen. Het tegoed op een rekening Rabo ToekomstBeleggen is geblokkeerd. Dat betekent dat u gedurende de looptijd niet zonder fiscale gevolgen over het tegoed kunt beschikken. Wilt u het tegoed tussentijds kunnen opnemen zonder fiscale gevolgen? Dan is Rabo ToekomstBeleggen geen geschikt product voor u. U kunt tussentijds wel stoppen met beleggen en verder gaan met sparen op uw rekening Rabo ToekomstSparen. U mag het tegoed alleen gebruiken voor inkomensaanvulling. Wilt u de mogelijkheid hebben het tegoed ook te gebruiken voor andere doeleinden? Dan is Rabo ToekomstBeleggen geen geschikt product voor u. Rabo ToekomstBeleggen biedt geen zekerheid over de hoogte van het tegoed gedurende de looptijd en op einddatum. De waarde van de mixfondsen is afhankelijk van ontwikkelingen op de financiële markten en kan fluctueren. Dit betekent dat de kans bestaat dat de beleggingen weinig of geen inkomsten opleveren. Daarnaast kan bij een ongunstig koersverloop uw inleg in de mixfondsen geheel of gedeeltelijk verloren gaan. Alleen als u dit risico wilt èn kunt accepteren, is Rabo ToekomstBeleggen voor u geschikt.
De kenmerken van Rabo ToekomstBeleggen Hoe geeft u een periodieke- en een eenmalige opdracht? Overboekingen van en naar uw effectenrekening via een andere rekening dan uw spaarrekening Rabo ToekomstSparen zijn niet toegestaan. Daarom komt het bedrag dat u inlegt altijd eerst op uw spaarrekening. Om deelnemingsrechten aan te kopen, moet u een aankoopopdracht geven aan uw adviseur. Als u een aankoopopdracht heeft gegeven, gebruiken we het tegoed op de spaarrekening voor de aankoop van deelnemingsrechten. Iedere aankoopopdracht moet minimaal € 50,- zijn. Wilt u periodiek een vast bedrag beleggen? Bijvoorbeeld maandelijks? Dan kunt u via uw adviseur een periodieke beleggingsopdracht geven. Wilt u beleggingen verkopen? Dan geeft u een verkoopopdracht aan uw adviseur. De verkoopopbrengst wordt dan bijgeschreven op de gekoppelde spaarrekening. Voor het doorgeven van een aan- of verkoopopdracht aan de adviseur betaalt u ons geen vergoeding. In welke fondsen kunt u beleggen? U kunt binnen Rabo ToekomstBeleggen op dit moment alleen beleggen in één van de vijf door ons daarvoor uitgekozen beleggingsfondsen. Dit zijn mixfondsen van BlackRock. Ieder beleggingsfonds heeft een eigen verwacht rendement en risico. Welk mixfonds bij u past, hangt af van uw doelrisicoprofiel. In het onderstaande schema staan de vijf doelrisicoprofielen met de bijbehorende mixfondsen beschreven.
Voor elk doelrisicoprofiel een BlackRock Mixfonds BlackRock Mixfonds 1
ZEER DEFENSIEF
OBLIGATIES 90%
U wilt zich niet te veel zorgen maken over uw beleggingen. Daarom accepteert u slechts een beperkt risico (ondergrens -3%). U kiest hierbij voor beleggingen met nadruk op obligaties. In aandelen wilt u slechts in zeer beperkte mate beleggen.
+
BlackRock Mixfonds 2
OBLIGATIES 70%
AANDELEN 30%
DEFENSIEF
20 0
BlackRock Mixfonds 3
AANDELEN 50%
OBLIGATIES 50%
–
-40%
+
60%
NEUTRAAL
20 0 -20
–
-40%
+
60%
AANDELEN 70%
20 0 -20
–
-40%
+
60%
BlackRock Mixfonds 5
AANDELEN 90%
ZEER OFFENSIEF
20 0 -20
–
-40%
+
60%
BANDBREEDTE RENDEMENT
40
U bent bekend met de risico’s van aandelen, die een groot deel van uw portefeuille uitmaken. U ligt dan ook niet wakker van koersdalingen (ondergrens -35%), want u gaat ervan uit dat de kans groot is dan dit op de lange termijn wel weer goed komt. U streeft naar een hoog rendement en om dit te bereiken accepteert u ook een hoog risico. BELEGGINGSHORIZON MINIMAAL 15 JAAR
BANDBREEDTE RENDEMENT
40
U belegt voor een groot gedeelte in aandelen waarbij u zich realiseert dat de koersen (ondergrens -25%) ook in waarde kunnen dalen. U streeft naar een bovengemiddeld rendement op uw beleggingen en wilt hiervoor best risico lopen. BELEGGINGSHORIZON MINIMAAL 10 - 15 JAAR
OBLIGATIES 30%
BANDBREEDTE RENDEMENT
40
U kunt uw risico’s (ondergrens -15%) goed inschatten. U weet wat beleggen inhoudt en belegt voor een goed rendement op de langere termijn. U heeft een afgewogen portefeuille met een evenwichtige verdeling over obligaties en aandelen.
OFFENSIEF
BANDBREEDTE RENDEMENT
40
BELEGGINGSHORIZON MINIMAAL 5 - 10 JAAR
BlackRock Mixfonds 4
OBLIGATIES 10%
-20
U neemt een afgewogen risico (ondergrens -10%), maar niet te veel. Daarom brengt u een goede spreiding aan in uw portefeuille. U begrijpt dat u voor een hoger rendement (verwacht rendement op lange termijn 5%) gedeeltelijk in aandelen moet beleggen. U bent er zich van bewust dat dit ook wel een jaar een wat minder rendement met zich mee kan brengen. BELEGGINGSHORIZON MINIMAAL 2 - 5 JAAR
BANDBREEDTE RENDEMENT
40
BELEGGINGSHORIZON MINIMAAL 1 - 2 JAAR AANDELEN 10%
60%
20 0 -20
–
-40%
De minimale beleggingshorizon hangt samen met het risico van de belegging. In een bepaald jaar zal het rendement dat u behaalt, met 97,5% betrouwbaarheid, niet lager zijn dan de genoemde ondergrens. Bij een kortere beleggingshorizon adviseren wij een lager risicoprofiel, omdat u bij een forse koersdaling geen tijd meer heeft om een even- tueel herstel van de koersen af te wachten. Bij een kortere belegging- shorizon is het verstandig om minder risico te nemen. Bij een zeer korte beleggingshorizon kan een spaarproduct daarom wellicht passender zijn. Let op! Rendementen kunnen ook fors tegenvallen. Dit overzicht toont prognoses, geen garanties. Onvoorziene situaties kunnen, zelfs bij een laag risico, een grote invloed hebben op het risico en het rendement van uw beleggingen. Er kunnen grote negatieve uitschieters zijn in rendementen door bijzondere marktomstandigheden, bepaalde wetswijzigingen of terroristische aanslagen. Negatieve uitschieters kunnen zich zelfs meerdere jaren na elkaar voordoen. Wees u ervan bewust dat u in een extreem slecht scenario uw inleg zelfs volledig kunt verliezen. De genoemde rendementen in deze publicatie zijn ná aftrek van alle door de bank in rekening gebrachte kosten. De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Bespreek uw risico met uw adviseur.
De waarde van uw belegging kan fluctueren, opbrengsten kunnen tegenvallen en mogelijk niet volstaan voor uw pensioen. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. Risicogrenzen doelrisicoprofiel Het doelrisicoprofiel bestaat onder andere uit een verwacht rendement en een opwaartse en neerwaartse risicogrens. Het daadwerkelijke rendement zal in een bepaald jaar met grote kans (‘een betrouwbaarheid van 95%’) tussen deze grenzen A B C D E F G H I J uitkomen.
Met andere woorden, we verwachten dat er een kans van 5% is dat het rendement op jaarbasis buiten deze grenzen valt. De ondergrens mag nadrukkelijk niet worden uitgelegd als een gegarandeerd of minimum rendement. Het verwachte rendement hangt daarmee ook samen met de geadviseerde minimale looptijd die past bij uw doelrisicoprofiel. Hierboven staan de cijfers voor de 5 doelrisicoprofielen en de bijbehorende Mixfondsen (hierbij zijn de verwachte rendementen afgerond op hele cijfers, m.u.v. die van ‘zeer defensief’). De genoemde percentages voor de vijf doelrisicoprofielen en de bijbehorende Mixfondsen zijn indicatief en vormen de uitkomst van kansberekeningen, die zijn gebaseerd op rendementen uit het verleden. Uw werkelijke rendement kan afwijken van deze verwachting. De gegevens op basis waarvan deze berekeningen zijn gemaakt, kunnen in de toekomst wijzigen. De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde rendementen bieden geen garantie voor de toekomst. De genoemde rendementen zijn ná aftrek van alle kosten. Voorbeeld Het doelrisicoprofiel ‘Neutraal’ heeft een verwacht rendement van 6%. In een bepaald jaar zal het rendement dat u behaalt, met 95% betrouwbaarheid uitkomen tussen de -15% en +33%. Er is dus een kleine kans dat het rendement boven deze 33% uitkomt, maar dus ook dat het lager is dan -15%. Op langere termijn zal uw rendement echter steeds dichter in de buurt komen van het verwachte rendement van 6%. Vaststellen van uw doelrisicoprofiel Voordat u een effectenrekening Rabo ToekomstBeleggen opent, stelt u samen met uw adviseur uw doelrisicoprofiel vast. Hierbij kijken we naar het risico dat u voor uw beleggingen acceptabel vindt, de einddatum, uw financiële positie, de ervaring die u heeft met beleggen en de kennis die u heeft van beleggen. Zoals u in het schema bij “In welke fondsen kunt u beleggen?” kunt zien, zijn er vijf doelrisicoprofielen van ‘Zeer defensief’ tot en met ‘Zeer offensief’. Met BlackRock Mixfonds 1 loopt u relatief het minste risico. En met BlackRock Mixfonds 5 loopt u het meeste risico . Zo is er voor ieder doelrisicoprofiel een bijpassend beleggingsfonds. Verplichte risicoafbouw Rabo ToekomstBeleggen kent een verplichte risicoafbouw. Door u minder risicovol te laten beleggen naarmate de einddatum nadert, willen we voorkomen dat u in uw laatste beleggingsjaren een zodanig verlies oploopt, dat uw opgebouwde beleggingstegoed van eerdere jaren voor een groot deel verloren gaat. Als de einddatum van uw rekening dichterbij komt, worden uw beleggingen in een mixfonds op vaste momenten verkocht. De verkoopopbrengst wordt gebruikt om beleggingen aan te kopen in een mixfonds dat past bij de kortere resterende tijd tot aan de einddatum. De verplichte risicoafbouw houdt in dat wij de beleggingen op vooraf vastgestelde momenten verkopen. Bij het verkopen van de beleggingen houden wij dan geen rekening met de koers of de marktomstandigheden op dat moment. Naast het verkopen van de al aangehouden beleggingen, heeft de verplichte risicoafbouw ook gevolgen voor nieuwe aankoopopdrachten. Als het doelrisicoprofiel wijzigt, dan worden de nieuwe aankoopopdrachten gedaan in het fonds dat past bij uw nieuwe doelrisicoprofiel. Is uw vastgesteld doelrisicoprofiel lager dan het maximaal doelrisicoprofiel? Dan gaat het afbouwschema pas in vanaf het moment dat het maximaal toegestane doelrisicoprofiel gelijk is aan het bij u vastgestelde doelrisicoprofiel. Het bedrag van uw periodieke aankopen en de frequentie ervan wijzigen niet. Wij hanteren het onderstaande afbouwschema van de doelrisicoprofielen. In de rechterkolom staat het maximale doelrisicoprofiel, rekening houdend met de resterende tijd tot aan de einddatum. Resterende tijd tot aan de einddatum
(Maximaal) doelrisicoprofiel
Meer dan 15 jaar voor de einddatum Vanaf de dag gelegen 15 jaar voor de einddatum Vanaf de dag gelegen 10 jaar voor de einddatum Vanaf de dag gelegen 5 jaar voor de einddatum Vanaf de dag gelegen 2 jaar voor de einddatum
Zeer Offensief Offensief Neutraal Defensief Zeer defensief
Het is mogelijk dat er tijdens de looptijd van het product, aanleiding is om het afbouwschema te wijzigen. Wij informeren u daarover.
Voorbeeld 1 Stel u heeft Rabo ToekomstBeleggen en de resterende tijd tot de einddatum is 13 jaar. In dat geval is ‘Offensief’ het maximaal door ons toegestane doelrisicoprofiel. Is bij u het lagere doelrisicoprofiel ‘Neutraal’ vastgesteld? Dan is een fonds met een hoger doelrisicoprofiel niet mogelijk. U belegt dan in het beleggingsfonds dat hoort bij uw doelrisicoprofiel ‘Neutraal’, BlackRock Mixfonds 3.
Voorbeeld 2 Stel de resterende tijd tot de einddatum is 4 jaar. In dat geval is ‘Defensief’ het maximaal door ons toegestane doelrisicoprofiel. Is bij u het hogere doelrisicoprofiel ‘Offensief’ vastgesteld? Dan is een fonds met een hoger doelrisicoprofiel niet mogelijk. U belegt dan in het beleggingsfonds dat hoort bij het – gelet op de resterende tijd tot de einddatum - maximaal toegestane doelrisicoprofiel ‘Defensief’, BlackRock Mixfonds 2.
De afspraken die wij nu met u maken over de wijze van afbouw hebben gevolgen in de (verre) toekomst. Op nu al vastgestelde momenten in de toekomst worden deelnemingsrechten verkocht en nieuwe deelnemingsrechten aangekocht. Daarbij wordt geen rekening gehouden met de dan geldende koers van de deelnemingsrechten of de marktomstandigheden.
Opbrengsten en kosten Rabo ToekomstBeleggen Wat is uw opbrengst? Uw belegging kan ieder jaar groeien met het bedrag van de eventueel gerealiseerde koerswinst, maar ook met de omvang van het eventuele dividend. Dividenden worden binnen dit product bruto uitgekeerd (dus zonder voorinhouding van dividendbelasting) en worden automatisch herbelegd in het beleggingsfonds waarin u op dat moment belegt. Uiteraard kan het ook zo zijn, dat het resultaat negatief is. Welke (beleggings)kosten zijn er? Per jaar betaalt u service- en beheerkosten over waarde van uw beleggingen: dit zijn de servicekosten van de fondsbeheerder. Deze kosten worden niet apart in rekening gebracht, maar worden verwerkt in de koers van het fonds. Deze kosten verschillen per mixfonds en staan vermeld in de essentiële beleggingsinformatie die voor ieder Mixfonds beschikbaar is. Daarnaast betaalt u aan uw Rabobank € 20,00 per kwartaal onderhouds- en beheerkosten. Deze kosten worden apart in rekening gebracht. We leggen u hieronder kort deze kosten uit: • Servicekosten: Deze gelden worden door de fondsbeheerder gebruikt voor de dekking van administratieve kosten. Hierbij kunt u denken aan de kosten van jaarverslagen en jaarvergaderingen. • Beheerkosten: Dit zijn de kosten die u betaalt voor het aanhouden van de rekening, het ontvangen van afschriften en het raadplegen van de rekening middels internetbankieren en het fiscale jaaroverzicht. • Onderhoudskosten: Dit is een vergoeding die u aan de Rabobank betaalt voor onderhoud van het product. Dit zijn kosten die specifiek betrekking hebben op de advisering over dit product gedurende de looptijd. Dienstverlening Rabobank en de kosten van Rabo ToekomstBeleggen De Rabobank maakt kosten voor de advisering en verkoop van Rabo ToekomstBeleggen. Vanaf 1 januari 2013 brengen we de kosten voor advies en verkoop in rekening als u een nieuwe overeenkomst Rabo ToekomstSparen en/of een overeenkomst Rabo ToekomstBeleggen ondertekent. U krijgt naast de overeenkomst van de rekeningen ook een dienstverleningsovereenkomst. In deze dienstverleningsovereenkomst staan de kosten voor de advisering en verkoop. U kunt de hoogte van deze kosten ook raadplegen in ons dienstverlenings document. Het dienstverleningsdocument kunt u vinden op www.rabobank.nl/toekomstbeleggen. De kosten voor een vervolgadvies met betrekking tot de gesloten overeenkomst voor de rekening Rabo ToekomstBeleggen tijdens de looptijd van het product zijn verwerkt in de beheer- en onderhoudskosten die u betaalt. Deze zijn €20,- per kwartaal. In de dienstverleningsovereenkomst die wij met u sluiten maken wij afspraken met u over deze beheer- en onderhoudskosten. Bijvoorbeeld dat wij deze mogen wijzigen. En over de wijze van betaling van deze onderhoudskosten. Op- en afslag van de koers U kunt ook te maken krijgen met zogenoemde spreadkosten. U heeft bij aankoop en verkoop vaak te maken met een beperkte opslag of afslag op de koers van het fonds. Als er per saldo meer gekocht wordt van het mixfonds, moet de fondsmanager extra beleggingen aankopen. De kosten die hiermee gepaard gaan, komen voor rekening van de aankopende beleggers door een opslag op de koers van het fonds. Deze kosten worden de spread genoemd. Als er per saldo meer verkocht wordt van het mixfonds geldt precies het omgekeerde en is er sprake van een afslag op de koers van het fonds. Omdat er gekeken wordt naar het totaal van alle aankopen en verkopen, en of dit totaal een plus of een min heeft, is het niet zo dat u per definitie
bij een aankoop een opslag betaalt. Indien er per saldo meer wordt verkocht, dan geldt het omgekeerde. Diegenen die dan deelnemingsrechten kopen, krijgen een afslag. De fondsbeheerder bepaalt de hoogte van de op- en afslag. Hoe kunt u zien wat de actuele en verwachte waarde van uw deelnemingsrechten zijn? Als u belegt, ontvangt u na iedere beleggingstransactie een effectennota. De waarde van de beleggingen (het effectensaldo) wordt ook vermeld op het rekeningafschrift van de gekoppelde spaarrekening Rabo ToekomstSparen. Als u internetbankieren heeft, kunt u de effectenrekening Rabo ToekomstBeleggen raadplegen in Rabo Internetbankieren. Jaarlijks informeren wij u met een afzonderlijk overzicht over de verwachte toekomstige waardeontwikkeling. Uw adviseur kan u inzicht geven in de verwachte eindwaarde van uw beleggingen. Ook kan hij u laten zien hoe groot de kans is dat u uw beoogde eindkapitaal van beleggen gaat halen.
Wijzigen tijdens de looptijd Wijzigt uw persoonlijke situatie? Verandert uw situatie of wijzigen uw wensen? Laat ons dat dan weten. Dan bekijken we graag samen met u uw situatie opnieuw. Wilt u stoppen met beleggen? Wilt u niet meer beleggen, maar sparen? Dan kunt u de deelnemingsrechten op uw effectenrekening verkopen. De verkoopopbrengst wordt bijgeschreven op uw spaarrekening Rabo ToekomstSparen en de effectenrekening heffen wij op. Welke afspraken kunnen wij wijzigen? In de bijzondere voorwaarden van Rabo ToekomstBeleggen is voor ons de mogelijkheid opgenomen de voorwaarden te wijzigen. Omdat in de toekomst bijvoorbeeld fiscale of andere wettelijke wijzigingen plaatsvinden het nodig maken de voorwaarden aan te passen. De Rabobank zal u vooraf informeren over een wijziging van de voorwaarden.
Risico’s Rabo ToekomstBeleggen Wat zijn de risico’s bij beleggen via Rabo ToekomstBeleggen? Als u gaat beleggen, loopt u meerdere risico’s. Bespreek deze risico’s met uw adviseur. Specifiek voor Rabo ToekomstBeleggen gelden de volgende risico’s: Risico’s van verplichte risicoafbouw Bij het openen van de effectenrekening maken we afspraken met u over het automatisch afbouwen van het risico van uw belegging. We hanteren een afbouwschema. Op een vooraf bepaald moment verkopen we de deelnemingsrechten in het beleggingsfonds waarin u belegt. Waarna we deelnemingsrechten in het beleggingsfonds met het afgesproken lagere risicoprofiel aankopen. Het beleggingsfonds is één van de genoemde Blackrock Mixfondsen of een ander fonds dat op dat moment over een vergelijkbaar risicoprofiel beschikt en waarin kan worden belegd in het kader van Rabo ToekomstBeleggen. Is de dag waarop de verkoop- en aankoopopdracht gegeven wordt geen handelsdag? Dan worden de verkoop en de aankoop uitgevoerd op de eerste handelsdag daarna. Is de dag waarop de verkoop- en aankoopopdracht gegeven worden geen handelsdag? Dan worden de verkoop en de aankoop uitgevoerd op de tweede handelsdag daarna. Een handelsdag is een dag waarop deelnemingsrechten en effecten aangekocht en verkocht kunnen worden. Op zondag kunnen er bijvoorbeeld geen deelnemingsrechten en effecten aangekocht en verkocht wordt. De zondag is daardoor geen handelsdag. Bij het uitvoeren van de aan- en verkoopopdrachten houden we geen rekening met de dan geldende koers en marktomstandigheden. Dat kan betekenen dat deelnemingsrechten worden gekocht of verkocht op een achteraf gezien ongunstig moment. Risico’s van vermogensopbouw bij beleggen via Rabo ToekomstBeleggen De in dit document genoemde rendementspercentages voor de vijf doelrisicoprofielen en de bijbehorende mixfondsen zijn een verwacht rendement op de lange termijn. Ze vormen de uitkomst van kansberekeningen, die zijn gebaseerd op rendementen uit het verleden. Hierbij zijn de verwachte rendementen afgerond op hele cijfers, m.u.v. dat van ‘zeer defensief’. Uw werkelijke rendement kan afwijken van deze verwachting. De verwachte rendementen kunnen in de toekomst door ons worden aangepast omdat wij nieuwe inzichten of verwachtingen hebben. De waarde van beleggingen kan fluctueren. In het verleden behaalde rendementen bieden geen garantie voor de toekomst. De waarde van de deelnemingsrechten in een mixfonds zijn afhankelijk van ontwikkelingen op de financiële markten. Het is dus mogelijk dat Rabo ToekomstBeleggen weinig of geen inkomsten zal opleveren. Bij een ongunstig koersverloop kan uw inleg geheel of ten dele verloren gaan. Deze gevolgen worden versterkt in het geval u meer inlegt in de beginfase en minder in de eindfase, omdat het risico van de beleggingen wordt afgebouwd naarmate de einddatum nadert. Bij negatieve marktontwikkelingen zult u waarschijnlijk uw inleg moeten
verhogen om een gewenst doelvermogen te behalen. Of u accepteert dat u uw gewenste doelvermogen waarschijnlijk niet zult behalen. Naast tegenvallend rendement hebben verlagen van de (periodieke) inleg, te laat inleggen, het stopzetten van de inleg en het onttrekken van vermogen aan het opgebouwde vermogen, negatieve gevolgen voor de hoogte van het (op te bouwen) vermogen. Verandering in fiscale wetgeving Het product Rabo ToekomstSparen voldoet aan de fiscale wetgeving. Echter, als de fiscale wetgeving in de toekomst verandert, kan Rabo ToekomstSparen een ander resultaat opleveren dan beoogd. Rabobank is hiervoor niet aansprakelijk. Overige risico’s Wijzigt er tijdens de looptijd iets aan uw persoonlijke situatie, zoals echtscheiding, emigratie of overlijden? Dan kan dat tot gevolg hebben dat op een ongunstig moment deelnemingsrechten in een beleggingsfonds moet worden verkocht. Dat kan negatieve gevolgen hebben voor het gerealiseerde rendement. Financiële bijsluiter, essentiële beleggersinformatie en prospectus Voor Rabo ToekomstBeleggen is een financiële bijsluiter en essentiële beleggersinformatie per beleggingsfonds opgesteld met informatie over onder andere het product, de kosten en de risico’s. Vraag er om en lees hem voordat u het product koopt. De financiële bijsluiter/essentiële beleggersinformatie is kosteloos verkrijgbaar bij uw lokale Rabobank of via www.rabobank.nl/ toekomstbeleggen. Voor actuele informatie over de Blackrock Mixfondsen en de daaraan verbonden kosten verwijzen wij u naar het prospectus van het fonds waarin u gaat beleggen en de essentiële beleggersinformatie van de betreffende fondsen. Deze zijn kosteloos verkrijgbaar bij uw lokale Rabobank. U kunt deze ook via de website www.blackrock.nl raadplegen.. Overweegt u om te kiezen voor Rabo ToekomstBeleggen en dus te gaan beleggen in één van de mixfondsen? Dan moet u uw beslissing mede baseren op het prospectus van de fondsen en de daarvan deeluitmakende beschrijving van risicofactoren, voorwaarden en kosten, en de essentiële beleggersinformatie. Wijkt de informatie over het fonds in het prospectus af van deze productkenmerken? Dan is de informatie in het prospectus leidend. De in deze publicatie opgenomen informatie is geen expliciete of impliciete beleggingsaanbeveling en kan op ieder moment zonder verdere aankondiging worden gewijzigd. Disclaimer Het bovenstaande heeft een informatief karakter en hieraan kunnen geen rechten worden ontleend. Deze informatie is onder voorbehoud van wijzigingen door ons verstrekt. Fiscale wet- en regelgeving en de uitleg daarvan kunnen wijzigen en van invloed zijn op de fiscale behandeling van het product. Ook uw persoonlijke omstandigheden en het gebruik van het product kunnen van invloed zijn op de fiscale behandeling van het product. Wij aanvaarden geen aansprakelijkheid voor deze fiscale behandeling.
Bijzondere voorwaarden Rabo ToekomstBeleggen 2014 1 Uitleg gebruikte woorden Wij gebruiken bepaalde woorden in de overeenkomst en in deze voorwaarden. Hieronder leest u wat wij met een aantal van deze woorden bedoelen. Algemene voorwaarden: Bijzondere voorwaarden: Deelnemingsrechten:
alle algemene voorwaarden die op de overeenkomst van toepassing zijn. deze ‘Bijzondere voorwaarden Rabo ToekomstBeleggen’. de aandelen in de beleggingsfondsen waarin u kunt beleggen in het kader van Rabo ToekomstBeleggen. Effecten: de effecten waarin u kunt beleggen in het kader van Rabo ToekomstBeleggen. Effectenrekening: de rekening Rabo ToekomstBeleggen die wij voor u aanhouden. Einddatum: de einddatum die we met u afgesproken hebben voor de spaarrekening. Elektronische dienst: een elektronische dienst die u van ons mag gebruiken voor de effectenrekening. Bijvoorbeeld Rabo Internetbankieren. Gebruiken van de effectenrekening: de zaken die met de effectenrekening gedaan mogen worden. Handelsdag: een dag waarop deelnemingsrechten en andere effecten die u moet verkopen of aankopen aangekocht en verkocht kunnen worden. Overeenkomst: de overeenkomst die tussen u en ons geldt en waarop deze voorwaarden van toepassing zijn. Spaarrekening: uw rekening Rabo ToekomstSparen. U: de rekeninghouder. Wij: de Rabobank die de spaar- en effectenrekening voor u aanhoudt.
Bepalingen voor de effectenrekening 2 Doel van de effectenrekening 1 De effectenrekening is een geblokkeerde rekening zoals bedoeld in artikel 3.126a van de Wet Inkomstenbelasting 2001 (hierna: ‘Wet IB 2001’). 2 De effectenrekening is gekoppeld aan de spaarrekening. 3 Op de effectenrekening kunnen alleen deelnemingsrechten en andere effecten geadministreerd worden waarvan wij hebben bepaald dat daarin belegd kan worden in het kader van Rabo ToekomstBeleggen. 3 Gebruiken van de effectenrekening De effectenrekening is een geblokkeerde rekening. U mag de effectenrekening daarom niet gebruiken, behalve voor het (laten) administreren van deelnemingsrechten en andere effecten waarin u kunt beleggen in het kader van Rabo ToekomstBeleggen. 4 Dienstverleningsovereenkomst U moet met ons een dienstverleningsovereenkomst sluiten voor het onderhoud van de effectenrekening Rabo ToekomstBeleggen. Komt u de verplichtingen uit de dienstverleningsovereenkomst niet na? Betaalt u bijvoorbeeld de kosten niet? Dan kunnen wij ook de overeenkomst Rabo ToekomstBeleggen opzeggen. 5 Aan- en verkopen van deelnemingsrechten en/of andere effecten 1 U kunt deelnemingsrechten en/of andere effecten aankopen door ons daartoe een aankoopopdracht te geven. Wij bepalen aan welke eisen zo’n aankoopdracht moet voldoen. Deze deelnemingsrechten en/of ander effecten moeten worden aangekocht ten laste van het tegoed op de spaarrekening. 2 U kunt deelnemingsrechten en/of andere effecten verkopen door ons daartoe een verkoopopdracht te geven. Wij bepalen aan welke eisen zo’n verkoopopdracht moet voldoen. De verkoopopbrengst wordt bijgeschreven op de spaarrekening. 3 Een aankoop- of verkoopopdracht moet minimaal € 50,- bedragen. Wij kunnen dit minimumbedrag altijd wijzigen. 4 Wij kunnen kosten in rekening brengen voor het aan- en verkopen van deelnemingsrechten en/of effecten. 6 Herbeleggen dividenden en uitoefenen claims en andere rechten Worden er dividenden in contanten uitgekeerd op uw effectenrekening? Dan mogen wij deze (na bijschrijving op de spaarrekening) opnieuw beleggen in deelnemingsrechten in dit beleggingsfonds en/of in andere effecten. Ook mogen wij claims of andere rechten tot het verwerven van meer deelnemingsrechten en/of andere effecten namens u uitoefenen.
7 Verkoop deelnemingsrechten en andere effecten op de einddatum 1 Op de einddatum moeten de deelnemingsrechten en andere effecten verkocht worden. De verkoopopbrengst moet worden bijgeschreven op de spaarrekening. Het tegoed op de spaarrekening moet vervolgens gebruikt worden voor vaste en gelijkmatige uitkeringen zoals bedoeld in artikel 3.125 lid 1 sub a dan wel c en artikel 3.126a lid 4 onderdeel a van de Wet IB 2001. 2 Als alle deelnemingsrechten en andere effecten zijn verkocht, wordt de effectenrekening opgeheven. Voor zover nodig blijven de overeenkomst en de algemene voorwaarden gelden totdat de overeenkomst is afgewikkeld. 8 Overlijden Overlijdt u voor de einddatum? Dan moeten alle deelnemingsrechten en andere effecten die op dat moment op de effectenrekening geadministreerd worden, worden verkocht. De verkoopopbrengst moet worden bijgeschreven op de spaarrekening. Deze verkoopopbrengst moet vervolgens gebruikt worden voor vaste en gelijkmatige uitkeringen zoals bedoeld in artikel 3.125 lid 1 sub b en artikel 3.126a lid 4 onderdeel b van de Wet IB 2001.
Algemene bepalingen 9 Hoe u de effectenrekening kunt gebruiken 1 U kunt de effectenrekening gebruiken. Wij bepalen hoe en met welke middelen. U moet hierbij de middelen gebruiken die wij u hebben gegeven. Middelen zijn onder andere formulieren, passen, codes, hulpmiddelen, programmatuur en/of andere stukken. U bent hiervoor en voor het gebruik hiervan verantwoordelijk. 2 Mag u de effectenrekening niet meer (alleen) gebruiken? Dan moet u alle middelen meteen aan ons teruggeven. 3 Wij kunnen weigeren om u de effectenrekening te laten gebruiken als wij dat nodig vinden. 4 Wij kunnen aanwijzingen en voorschriften geven. Bijvoorbeeld voor het gebruik van de effectenrekening. U moet deze naleven. 5 Voor (het gebruik van) een elektronische dienst gelden de aanwijzingen en voorschriften die zijn opgenomen in de algemene voorwaarden die op die elektronische dienst van toepassing zijn. 10 Geen volmacht U kunt geen volmacht geven aan een ander om de effectenrekening namens u te gebruiken. Dit is alleen anders als wij dat met u hebben afgesproken. 11 Mededelingen en berichten 1 Als u ons iets meedeelt, moet u dat schriftelijk doen, tenzij wij met u daarover andere afspraken hebben gemaakt. 2 Als wij u iets willen meedelen of berichten, kunnen wij dit ook alleen via een elektronische dienst doen. Bijvoorbeeld via Rabo Internetbankieren. We hoeven dit dan niet meer op een andere manier te doen. 12 Wat als er iets verdachts of ongebruikelijks gebeurt? Merkt u dat er iets verdachts of ongebruikelijks gebeurt? Bijvoorbeeld met uw effectenrekening of de middelen die wij aan u hebben gegeven? Of dat er iets verdachts of ongebruikelijks gebeurt bij het gebruik van de effectenrekening? Of u denkt dat dit gaat gebeuren? Dan moet u dit meteen aan ons melden. Ook moet u dan doen wat wij u vragen. 13 Informatie over de effectenrekening 1 Wij geven u informatie over (het verloop van) de effectenrekening. Wij bepalen wanneer en op welke manier. Dit betekent dat wij ook via een elektronische dienst informatie beschikbaar kunnen stellen als u een elektronische dienst kunt gebruiken voor de effectenrekening. 2 U moet informatie meteen na ontvangst controleren. 3 Kunt u voor de effectenrekening een elektronische dienst gebruiken? Dan moet u regelmatig, maar ten minste één keer per twee weken, controleren of er elektronische informatie is. Ziet u dat er elektronische informatie is? Dan moet u deze meteen controleren. Heeft u een aan- of verkoopopdracht aan ons gegeven? Dan moet u dagelijks controleren of er informatie is over deze aan- of verkoopopdracht. Ook deze informatie moet u meteen na ontvangst controleren. 4 Is er iets niet juist in de informatie? Denkt u dat er informatie ontbreekt? Dan moet u ons dat meteen laten weten. 5 Heeft u niet binnen dertien maanden nadat de informatie aan u ter beschikking is gesteld op deze informatie gereageerd? Dan hoeven wij in ieder geval niet meer tot correctie over te gaan. Na die termijn hoeven wij de effectenrekening bijvoorbeeld niet meer te corrigeren als er ten onrechte een afschrijving plaatsgevonden heeft. Na die termijn geldt de inhoud van die informatie als door u goedgekeurd. 6 Fouten mogen wij altijd herstellen.
Slotbepalingen 14 Fusie, splitsing, contractsoverneming of overdracht 1 Fusie en splitsing van de Rabobank Wij kunnen samengaan met een andere rechtspersoon. Dat heet fuseren. Wij kunnen ook in onderdelen worden opgesplitst. Dat heet splitsen. Fuseren of splitsen wij? Dan kunnen onze rechtsopvolgers zelfstandig en ieder voor het geheel: • alle rechten en bevoegdheden tegenover u uitoefenen; • al onze verplichtingen tegenover u nakomen. 2 Contractsoverneming Wij kunnen de rechtsverhouding met u en de rechten, plichten en nevenrechten die daarbij horen overdragen aan een ander. Dat kan helemaal of voor een deel. Dat heet contractsoverneming. U geeft ons daarvoor nu al toestemming door het sluiten van de overeenkomst. 3 Overdracht Wij kunnen de vorderingen op u, de rechten uit de overeenkomst en de nevenrechten die daarbij horen, aan een ander overdragen, verpanden of hiervoor een zogenaamde financiëlezekerheidsovereenkomst sluiten. Dit kan geheel of gedeeltelijk. 15 Aansprakelijkheid bank voor belastingen 1 Als wij op grond van artikel 44a van de Invorderingswet aangesproken kunnen worden voor inkomstenbelasting, revisierente of een andere belasting die u moet betalen, hoeven wij u de effectenrekening niet te laten gebruiken. Dit geldt zolang wij hiervoor kunnen worden aangesproken. Wij beoordelen of wij hiervoor aangesproken kunnen worden. 2 Moeten wij inkomstenbelasting, revisierente of een andere belasting betalen in verband met de effectenrekening? Dan mogen wij deelnemingsrechten of andere effecten verkopen om dit bedrag te kunnen betalen. Kunnen wij geen deelnemingsrechten of andere effecten verkopen om dit bedrag te betalen? Dan moet u dit bedrag aan ons betalen zodra wij daar om vragen. Wij mogen dit bedrag bovendien vermeerderen met de wettelijke rente. Bent u overleden? Dan kunnen wij uw erfgenamen ieder apart vragen dit gehele bedrag aan ons te betalen. Uw erfgenamen hoeven ons samen niet meer te betalen dan u zou hebben moeten betalen. 16 Aansprakelijkheid 1 Zijn wij aansprakelijk tegenover u? Dan is onze aansprakelijkheid beperkt. Wij zijn dan alleen verplicht om aan u renteverlies te vergoeden tot maximaal € 225,- per geval. Met renteverlies bedoelen wij de rente die u misloopt als gevolg van de gebeurtenis waarvoor wij aansprakelijk zijn. Wij zijn niet aansprakelijk voor andere directe of indirecte schade. 2 Wij zijn niet aansprakelijk als er sprake is van overmacht. Wij zijn ook niet aansprakelijk bij een storing in een elektronische dienst, in het elektriciteitsnet, in communicatieverbindingen of in apparatuur of programmatuur van de bank of van derden. 17 Wetgeving Wordt in deze bijzondere voorwaarden of in de overeenkomst een wetsartikel genoemd? Dan bedoelen wij daarmee ook wet- en/of regelgeving die in de plaats komt van dat wetsartikel. 18 Niet overdragen of verpanden De rechten uit de overeenkomst kunnen niet worden afgekocht, aan een ander worden overgedragen of als zekerheid dienen. Ook kunt u niet vrijwillig afzien van uw rechten uit de overeenkomst. Wij doen hierbij afstand van enig pandrecht dat wij mochten hebben of krijgen. 19 Verhouding met andere voorwaarden Voor zover in deze bijzondere voorwaarden afgeweken wordt van andere (algemene) voorwaarden die van toepassing zijn op de effectenrekening, gaan deze bijzondere voorwaarden voor. 20 Wijziging van de overeenkomst en de bijzondere voorwaarden 1 Wij kunnen de overeenkomst en deze bijzondere voorwaarden altijd wijzigen, aanvullen of vervangen. Wij informeren u hierover als dat gebeurt. 2 Minimaal 30 dagen voordat de wijziging, aanvulling of vervanging in gaat, krijgt u hiervan een mededeling van ons.
De tekst van deze Bijzondere voorwaarden Rabo ToekomstBeleggen 2014 is op 16 januari 2014 gedeponeerd ter griffie van de rechtbank Midden Nederland te Utrecht, onder nummer 18/2014.
Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 Door ondertekening door de klant van het Openingsformulier Rabobank Effectenrekening of een andere overeenkomst zijn deze Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 van toepassing op de beleggingsdienstverlening door de Coöperatieve Centrale Raiffeisen- Boerenleenbank B.A. (‘Rabobank Nederland’) en/of de bij haar aangesloten banken. Rabobank Nederland en de bij haar aangesloten banken beschikken over een vergunning als kredietinstelling, beleggingsonderneming en financiële dienstverlener en zijn ingeschreven in het register zoals bedoeld in artikel 1:107 van de Wet op het financieel toezicht (Wft) gehouden door De Nederlandsche Bank N.V. (www.dnb.nl) respectievelijk de Stichting Autoriteit Financiële Markten (www.afm.nl) te Amsterdam. Van deze Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 zullen tevens een integraal onderdeel uitmaken de navolgende bijlagen, met inachtneming van de wijzigingen zoals deze daarin van tijd tot tijd zullen worden aangebracht: I Algemene beschrijving van de aard en risico’s van financiële instrumenten; II Bescherming van uw financiële instrumenten en gelden bij de Rabobank; III Het orderuitvoeringsbeleid van de Rabobank; IV Beknopte beschrijving beleid inzake belangenconflicten. De meest actuele versie van deze bijlagen is steeds te vinden op www.rabobank.nl Voor de bemiddeling bij de aan- en verkoop van opties dient tevens de ‘Verklaring inzake Optiehandel Euronext’ en/of de ‘Verklaring inzake Optiehandel Buitenland’ door de klant te worden ondertekend. Voor de bemiddeling in (financiële) termijncontracten (futures) dient tevens de ‘Verklaring inzake futures Euronext’ te worden ondertekend. In geval van afwijkingen tussen deze Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 en de specifiek op opties en futures van toepassing zijnde bepalingen, zullen laatstgenoemde bepalingen prevaleren. Afhankelijk van de verleende beleggingsdiensten en/of het gekozen communicatiekanaal kunnen naast de Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 ook andere voorwaarden van toepassing zijn, respectievelijk kan worden verlangd dat ook andere overeenkomsten dan wel verklaringen worden ondertekend. Voor zover daarvan in deze Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 niet is afgeweken, zijn op de beleggingsdienstverlening van de Rabobank ook de Algemene Bankvoorwaarden van toepassing, met uitzondering van de artikelen 22 tot en met 27 van de Algemene Bankvoorwaarden. 1 Definities In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder: Bank : de Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank B.A. (‘Rabobank Nederland’), gevestigd te Amsterdam en/of de bij haar aangesloten banken. Bewaarnemer: de B.V. Bewaarbedrijf Rabobank Nederland, waarvan de statutaire doelomschrijving beperkt is tot het op eigen naam doch voor rekening en risico van de Klant (laten) bewaren van effecten en rechten ten aanzien van effecten, alsmede het sluiten van overeenkomsten en het (doen) verrichten van werkzaamheden die voor deze bewaring dienstig zijn, waarbij onder effecten worden verstaan alle als zodanig door de Bewaarnemer aanvaarde goederen. Effecten: (i) een aandeel of een ander daarmee gelijk te stellen verhandelbaar waardebewijs of recht, een obligatie of een ander verhandelbaar schuldinstrument, elk ander verhandelbaar waardebewijs waarmee aandelen, obligaties of een ander verhandelbaar schuldinstrument door uitoefening van de daaraan verbonden rechten of door conversie kan worden verworven of dat in geld wordt afgewikkeld; (ii) een geldmarktinstrument (zoals depositocertificaten en commercial paper); (iii) een recht van deelneming in een beleggingsinstelling; (iv) een optie, future, swap, (rente)termijncontract of een ander derivatencontract dat betrekking heeft op effecten, valuta, rentevoeten, rendementen, of andere afgeleide instrumenten, indexen, grondstoffen of een andere economische waarde en dat kan worden afgewikkeld door middel van materiële aflevering of in contanten;
Effectenrekening: Geldrekening:
Klant:
(v) alle op een Effectenrekening geadministreerde vorderingen die de Klant ter zake van de hiervoor onder (i) tot en met (iv) gedefinieerde effecten van een bepaalde soort op de Bank en/ of de Bewaarnemer en/ of derden heeft of zal verkrijgen; (vi) al hetgeen overigens van tijd tot tijd als zodanig door de Bank zal worden aangemerkt en die door de Bank op een Effectenrekening worden geadministreerd. een in de administratie van de Bank en/ of de Bewaarnemer op naam van de Klant aangehouden rekening waarop de Effecten van de Klant bij de Bank en/of de Bewaarnemer worden aangehouden. een daartoe aangewezen rekening bij de Bank, ten laste waarvan de Bank de in het kader van de beleggingsdienstverlening door de Klant verschuldigde bedragen kan incasseren en waarop de Bank de aan de Klant toekomende bedragen kan bijschrijven. degene of degenen, of bij een commanditaire vennootschap, vennootschap onder firma of een maatschap (na invoering van de Wet personenvennootschappen een openbare vennootschap of een stille vennootschap), de vennoten of de maten, zowel samen als ieder afzonderlijk, voor wie de Bank een Effectenrekening aanhoudt.
2 Beleggingsdiensten De Bank biedt - voor zover relevant in het kader van deze algemene voorwaarden - de volgende beleggingsdiensten en nevendiensten aan de Klant aan: i het ontvangen en doorgeven van orders voor rekening van de Klant met betrekking tot Effecten; ii het uitvoeren van orders met betrekking tot Effecten voor rekening van de Klant; iii het op verzoek van de Klant verstrekken van beleggingsadvies met betrekking tot één of meer transacties die met Effecten verband houden (tenzij de Klant gebruikmaakt van een serviceconcept waarbij geen beleggingsadvies wordt verstrekt); iv bewaring (al dan niet door het inschakelen van de Bewaarnemer) en beheer van Effecten voor rekening van de Klant en daarmee samenhangende diensten zoals contanten- en/of zekerhedenbeheer; v onderzoek op beleggingsgebied en financiële analyse of andere vormen van algemene aanbevelingen in verband met transacties in Effecten. 3 Klantclassificatie a De Klant wordt ingedeeld in de categorie van niet-professionele beleggers. Deze indeling geldt voor alle door de Bank verleende beleggingsdiensten en nevendiensten en ongeacht de soort Effecten waarin de Klant transacties wenst te verrichten. b De Bank is niet verplicht medewerking te verlenen aan een verzoek van de Klant om als een professionele belegger te worden aangemerkt. 4 Beleggen zonder beleggingsadvies a Indien de Klant gebruikmaakt van een door de Bank aangeboden serviceconcept waarbij geen beleggingsadvies wordt verleend, wordt de beleggingsdienst geacht te zijn verleend op eigen initiatief van de Klant en dient de Klant zelf na te gaan of zijn kennis en ervaring voldoende zijn om de risico’s en de passendheid van de beleggingsdienst of het Effect te beoordelen. b Indien de Klant geen of onvoldoende informatie aan de Bank verschaft over zijn kennis en ervaring c.q. wijziging daarvan, is de Bank als gevolg daarvan niet in staat om te beoordelen of de door de Bank aan de Klant verleende diensten voor de Klant passend zijn. c Indien de Klant gebruikmaakt van een serviceconcept waarbij geen beleggingsadvies wordt verleend en voor de Effectenrekening al dan niet een doelrisicoprofiel is vastgesteld, is de Klant zelf verantwoordelijk te bewaken dat de door de Klant verstrekte orders in overeenstemming zijn met een voor de Effectenrekening vastgesteld doelrisicoprofiel. 5 Beleggen met beleggingsadvies a Indien de Klant gebruikmaakt van een door de Bank aangeboden serviceconcept waarbij beleggingsadvies wordt verleend, is de Bank niet gehouden tot het ongevraagd verstrekken van beleggingsadviezen aan de Klant. Voorts is de Bank niet gehouden de Klant in kennis te stellen van alle openbare dan wel van derden afkomstige informatie. b De in het kader van de beleggingsdienstverlening door de Bank eventueel aan de Klant te verstrekken beleggingsadviezen zijn gebaseerd op verwachtingen en mogen nimmer als een garantie worden beschouwd. Nimmer mag de Klant of een derde er vanuit gaan dat deze verwachtingen zullen uitkomen. De door de Bank eventueel aan de Klant verstrekte beleggingsadviezen hebben slechts tijdelijke geldigheid. Het staat de Klant vrij de beleggingsadviezen van de Bank al dan niet op te volgen. c Het behoort tot de uitsluitende verantwoordelijkheid en bevoegdheid van de Klant om naar aanleiding van een eventueel door de Bank verstrekt beleggingsadvies te beslissen om al dan niet een order tot het voor zijn rekening en risico verrichten van een transactie in Effecten aan de Bank te verstrekken. d Indien de Klant gebruikmaakt van een door de Bank aangeboden serviceconcept waarbij beleggingsadvies wordt verleend en de Klant orders aan de Bank verstrekt door middel van directe kanalen zoals de Rabo Orderlijn en internet, wordt de beleggingsdienst geacht te zijn verleend op eigen initiatief van de Klant en dient de Klant zelf na te gaan of zijn
kennis en ervaring voldoende zijn om de risico’s en de geschiktheid van de beleggingsdienst of het Effect te beoordelen. In dat geval is de Klant zelf verantwoordelijk te bewaken dat de door de Klant verstrekte orders in overeenstemming zijn met het voor de Effectenrekening vastgestelde doelrisicoprofiel. e Indien het niet opvolgen van de door de Bank gegeven beleggingsadviezen tot gevolg heeft dat naar het oordeel van de Bank stelselmatig buiten het door de Bank voor de Effectenrekening vastgestelde doelrisicoprofiel wordt getreden en er evenmin aanleiding bestaat om tot wijziging van het voor de Effectenrekening vastgestelde doelrisicoprofiel over te gaan, is de Bank bevoegd - nadat de Bank de Klant daarvan voorafgaand in kennis heeft gesteld - de Klant onder te brengen in een door de Bank aangeboden serviceconcept waarbij door de Bank geen beleggingsadvies wordt verleend. f De Bank is niet aansprakelijk jegens de Klant of een derde voor enige schade die het gevolg mocht zijn van het volgen van een door de Bank gegeven beleggingsadvies, tenzij dit advies redelijkerwijze niet had mogen worden gegeven. g De Bank staat niet in voor de juistheid en volledigheid van de door haar aan de Klant verstrekte informatie en aanvaardt daarvoor geen aansprakelijkheid. 6 Risico’s beleggen in Effecten a De kenmerken van de verschillende soorten Effecten waarop de beleggingsdienstverlening door de Bank betrekking heeft en de daaraan verbonden specifieke beleggingsrisico’s zijn onder meer beschreven in de als bijlage I (Algemene beschrijving van de aard en risico’s van financiële instrumenten) opgenomen informatie. Deze informatie is niet uitputtend. Indien de Klant van mening is dat de door de Bank verstrekte informatie niet toereikend is, verstrekt de Bank de Klant op diens verzoek aanvullende informatie. b Indien voor de Effectenrekening een doelrisicoprofiel is vastgesteld is de Klant daarmee bekend. De Klant dient de Bank te informeren indien zich relevante wijzigingen voordoen in zijn financiële positie, kennis en ervaring met het doen van beleggingen, beleggingsdoelstellingen en risicobereidheid, dan wel zich andere omstandigheden voordoen die gevolgen kunnen hebben ten aanzien van het voor de Effectenrekening vastgestelde doelrisicoprofiel. c De Klant is zich er van bewust dat bij bestensorders (dit is een order die in beginsel wordt uitgevoerd tegen de eerstvolgende koers nadat de order is ingevoerd in het handelssysteem waarbinnen deze order wordt uitgevoerd) geen zekerheid bestaat over de koers waarop de order wordt uitgevoerd en dat deze koers onder omstandigheden substantieel kan afwijken van de laatst bekende koers. Indien door de Klant een bestensorder wordt gegeven aanvaardt de Klant deze risico’s volledig. d De waarde van een belegging in Effecten kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst. e De Klant is zich er van bewust dat uit het beleggen in Effecten verliezen kunnen voortvloeien. De Klant dient er op toe te zien voortdurend in staat te zijn om deze verliezen te dragen. f Indien de Klant bij het beleggen in Effecten gebruik maakt van een effectenkrediet dan wel anderszins geheel of gedeeltelijk met geleend geld belegt, is de Klant zich er van bewust het risico te lopen zijn inleg te verliezen en zelfs een schuld over te houden. g De Klant heeft van de Bank voldoende informatie ontvangen over de risico’s verbonden aan het beleggen in Effecten. De Klant is zich terdege bewust van de risico’s verbonden aan het beleggen in Effecten en aanvaardt deze risico’s volledig. 7 Beperkingen/wijziging dienstverlening a De Bank is bevoegd om het verrichten van werkzaamheden die het beheer van op bepaalde gereglementeerde markten of multilaterale handelsfaciliteiten verhandelde Effecten met zich meebrengen te beëindigen, nadat de Bank de Klant daarvan voorafgaand in kennis heeft gesteld. De Klant zal in dat geval binnen een door de Bank daartoe te stellen termijn opdracht verstrekken hetzij tot overboeking van de betreffende Effecten naar een andere kredietinstelling hetzij tot verkoop voor rekening en risico van de Klant. Indien de Klant niet tijdig opdracht verstrekt is de Bank bevoegd om de betreffende Effecten op een door de Bank te bepalen tijdstip namens en voor rekening en risico van de Klant te verkopen, ongeacht de alsdan te realiseren verkoopopbrengst. b De Bank respectievelijk de Bewaarnemer is bevoegd om de bewaarneming van Effecten die niet bij een (inter)nationale centrale bewaarinstelling in bewaring kunnen worden gegeven dan wel van eenheden van Effecten die kleiner zijn dan de minimaal verhandelbare hoeveelheid te beëindigen, nadat de Bank de Klant daarvan voorafgaand in kennis heeft gesteld. De Klant zal in dat geval binnen een door de Bank daartoe te stellen termijn aan de Bank de benodigde opdrachten verstrekken opdat zal worden overgegaan tot overboeking van de betreffende (eenheden van) Effecten naar een andere kredietinstelling, of verkoop daarvan voor rekening en risico van de Klant. Indien de Klant niet tijdig opdracht verstrekt is de Bank bevoegd om de betreffende (eenheden van) Effecten op een door de Bank te bepalen tijdstip namens en voor rekening en risico van de Klant te verkopen, ongeacht de alsdan te realiseren verkoopopbrengst. c De Bank respectievelijk de Bewaarnemer is gerechtigd Effecten welke naar hun redelijk oordeel, gelet op de staat waarin de uitgevende instelling van die Effecten is komen te verkeren, niet (meer) voor open bewaring in aanmerking komen, van de Effectenrekening te verwijderen. 8 Inschakeling Bewaarnemer a Voor Effecten die de Klant in open bewaring geeft, treedt de Bank op als bewaarnemer. De Bank is bevoegd om Effecten in bewaring te geven bij de Bewaarnemer.
b De Bank maakt van de aan haar verleende bevoegdheid om de Bewaarnemer in te schakelen uitsluitend gebruik voor Effecten, waarvoor zulks is bepaald in bijlage II (Bescherming van uw financiële instrumenten en gelden bij de Rabobank). c De Klant verstrekt zijn instructies met betrekking tot Effecten aan de Bank, die voor zover van toepassing, bevoegd is deze instructies namens de Bewaarnemer maar voor rekening en risico van de Klant in ontvangst te nemen. 9 Hoofdelijke aansprakelijkheid Rabobank Nederland Rabobank Nederland is hoofdelijk aansprakelijk voor alle verplichtingen van de Bewaarnemer jegens de Klant. 10 Beheer Effectenrekening a De Bank - voor zover nodig daartoe gevolmachtigd door de Bewaarnemer - is belast met het verrichten van de werkzaamheden die het beheer van de Effectenrekening met zich meebrengt. De Bank is bevoegd tegenover derden de rechten van de Klant uit te oefenen, voor zover dit voor een goed beheer van de Effectenrekening wenselijk is. b De Bank en de Bewaarnemer zijn met betrekking tot Effecten - behoudens nadere overeenkomst - niet bevoegd tot bijeenroeping van een vergadering van aandeelhouders, tot het bijwonen van en het voeren van het woord in een zodanige vergadering, tot het uitoefenen van het stemrecht en tot het doen instellen van een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van een rechtspersoon. De Bank en/ of de Bewaarnemer stelt desgevraagd de Klant in de gelegenheid deze rechten uit te oefenen. c De Bewaarnemer is jegens de Klant niet aansprakelijk voor het beheer van een Effectenrekening, behoudens in geval van opzet of grove schuld van de Bewaarnemer. 11 Koersinformatie a De Bank is niet verplicht aan de Klant koersinformatie te verstrekken. b De Bank is niet aansprakelijk voor enige schade die het gevolg mocht zijn van door de Bank aan de Klant verstrekte koersinformatie. 12 Aansprakelijkheid a De Bank en de Bewaarnemer verrichten alle handelingen met betrekking tot Effecten voor rekening en risico van de Klant. b De Bank en de Bewaarnemer zijn niet aansprakelijk voor schade als gevolg van een waardedaling of waardestijging van Effecten, door de Klant geleden verliezen en/of gederfde winst, of welke andere schade ook, behalve indien en voor zover komt vast te staan dat deze schade het rechtstreekse gevolg is van opzet of grove schuld van de Bank respectievelijk de Bewaarnemer. De Bank en de Bewaarnemer zijn nimmer aansprakelijk voor indirecte schade, gevolgschade en/of gederfde winst. c De Klant vrijwaart de Bank en de Bewaarnemer voor aanspraken van derden met betrekking tot de door de Bank en de Bewaarnemer verrichte diensten met betrekking tot Effecten. d De Bank is nimmer aansprakelijk voor door de Klant geleden schade als gevolg van maatregelen die de Bank op basis van een wettelijk voorschrift of voorschriften van een gereglementeerde markt, multilaterale handelsfaciliteit, clearingsinstelling of settlementsysteem verplicht of bevoegd is te nemen of in verband met buitengewone omstandigheden meent te moeten nemen. e Indien de Klant van mening is dat een aan de Bank verstrekte order niet correct door de Bank is uitgevoerd, een onjuist beleggingsadvies is gegeven, dan wel de Bank naar het oordeel van de Klant anderszins toerekenbaar tekort is geschoten in haar dienstverlening dan wel in de door haar daarbij te betrachten zorgvuldigheid, is de Klant gehouden om onverwijld maatregelen te nemen ter voorkoming van (verdere) schade. 13 Inschakeling van derden a De Bank en de Bewaarnemer zijn bevoegd om gebruik te maken van de diensten van derden, daaronder begrepen doch niet beperkt tot het in bewaring geven van de Effecten aan derden en het verkrijgen van rechten ten aanzien van de Effecten door tussenkomst van derden. b De Bank en de Bewaarnemer zijn niet aansprakelijk voor tekortkomingen van derden indien aannemelijk wordt gemaakt dat bij de keuze van die derde de nodige zorgvuldigheid in acht is genomen. Evenmin zijn de Bank en de Bewaarnemer aansprakelijk voor tekortkomingen van een gereglementeerde markt of multilaterale handelsfaciliteit, betaal- en afwikkelsystemen of (inter) nationale centrale bewaarinstellingen. Indien de Bank en de Bewaarnemer niet aansprakelijk zijn voor tekortkomingen van derden zal de Bank, indien de Klant schade heeft geleden, de Klant behulpzaam zijn bij zijn pogingen deze schade ongedaan te maken. 14 Verpanding a Tot zekerheid voor de betaling van al hetgeen de Bank, uit welke hoofde ook, al dan niet opeisbaar of onder voorwaarde blijkens haar administratie van de Klant te vorderen heeft of zal krijgen, zijn aan de Bank verpand alle Effecten die door de Bank, de Bewaarnemer of een derde worden geadministreerd op de door de Klant bij de Bank aangehouden Effectenrekening, alsmede de tegoeden op de door de Klant bij de Bank aangehouden Geldrekening. Het hiervoor bedoelde pandrecht komt tot stand telkens op het moment waarop de Bank, de Bewaarnemer, dan wel een derde voor
één van hen, de Effecten onder zich krijgt, bijschrijving van het aandeel in het verzameldepot in de administratie van de Bank plaatsvindt respectievelijk op het moment waarop de vordering ontstaat. b De Bank is bevoegd mede namens de Bewaarnemer of derden, met wie de Bank daartoe een overeenkomst is aangegaan, mededeling van het pandrecht en van eventuele overige krachtens dit artikel verrichte verpandingen in ontvangst te nemen. c Het pandrecht omvat mede een recht van pand op alle ter zake van de verpande Effecten te ontvangen vergoedingen. d Onverminderd het voorafgaande is de Klant verplicht om al hetgeen te doen respectievelijk na te laten dat noodzakelijk of wenselijk is met het oog op het vestigen van het onderhavige pandrecht. De Bank is bevoegd tot het verrichten van alle handelingen die noodzakelijk of wenselijk zijn met het oog op het vestigen van het in dit artikel bedoelde pandrecht, het doen van mededeling aan de Bewaarnemer of derden van die verpanding en het vorderen van uitlevering van de Effecten. e Indien de Klant over een deel van de verpande Effecten en/of het tegoed op de Geldrekening wenst te beschikken, is de Bank verplicht dat deel van het verpande vrij te geven, voor zover hetgeen na vrijgave resteert voldoende dekking biedt voor hetgeen de Bank van de Klant te vorderen heeft of zal hebben. 15 Het verstrekken van opdrachten a De Klant is bevoegd om door middel van de daartoe door de Bank aangewezen communicatiemiddelen op de daarvoor door de Bank aangegeven dagen en tijden opdrachten te geven, waaronder orders tot het voor zijn rekening en risico verrichten van transacties in Effecten. De Bank is bevoegd om een door de Klant gegeven order niet uit te voeren indien bij het geven van die order geen gebruik is gemaakt van de door de Bank aangewezen communicatiemiddelen, de order niet voldoet aan de door de Bank gestelde voorwaarden dan wel indien de order voor de Bank niet duidelijk of innerlijk tegenstrijdig is. De Bank is in deze gevallen niet aansprakelijk voor het niet (tijdig) uitvoeren van de door de Klant verstrekte order. b De Klant draagt er zorg voor dat altijd voldoende tegoed op de Geldrekening en/ of Effectenrekening aanwezig is voor de voldoening aan de Bank van al hetgeen de Klant uit hoofde van zijn order en daarmee verband houdende handelingen verschuldigd zal zijn. c De Bank behoudt zich het recht voor om een verkooporder pas uit te voeren nadat de betreffende Effecten op de Effectenrekening zijn bijgeschreven en vrij en onbezwaard geleverd kunnen worden, alsmede een kooporder daaronder begrepen een order om op een emissie in te schrijven - te weigeren indien de stand van de Geldrekening een volledige uitvoering niet toelaat. Voorts is de bank bevoegd om een order tot aan- of verkoop van Effecten te weigeren indien het door de Bank te berekenen dekkingsresultaat (dit is het verschil tussen de laagste waarde van de overeengekomen limiet en de onderpandwaarde zekerheden en de totale verplichtingen van de Klant uit hoofde van de beleggingsdienstverlening) uitvoering van de order niet toelaat. Indien de order een inschrijving op een emissie betreft kan er sprake zijn van geen of een gedeeltelijke toewijzing. d De Bank is bevoegd om de uitvoering van bestensorders waaruit een financiële verplichting van de Klant jegens de Bank voortvloeit, in bijzondere omstandigheden of indien de laatst tot stand gekomen koers lager is dan een door de Bank voor een of meer Effecten van tijd tot tijd vastgesteld bedrag, te weigeren. e De Bank is altijd bevoegd grenzen te stellen aan de door de Klant in te nemen posities en is niet verplicht een door de Klant opgegeven order te accepteren. De Bank aanvaardt geen orders waarbij de Klant beoogt om Effecten, niet zijnde een derivatencontract zoals bedoeld in artikel 1 sub c. (iv), te verkopen die de Klant niet bezit op het moment van verkoop. f Indien de Klant een order aan de Bank verstrekt met gebruikmaking van directe kanalen zoals de Rabo Orderlijn en internet, toetst de Bank deze order uitsluitend op de aanwezigheid van een voldoende tegoed op de Geldrekening respectievelijk Effectenrekening alsmede of het door de Bank te berekenen dekkingsresultaat (zoals hierboven sub c) bedoeld) uitvoering van de order toelaat. g Claimbewijzen of andere aan Effecten verbonden rechten, die op een bepaald tijdstip hun waarde verliezen, zullen door de Bank - tenzij door de Klant tijdig een afwijkende instructie is verstrekt - op de dag van het verstrijken van de termijn bestens worden verkocht. h De Bank is bevoegd om in het kader van de beleggingsdienstverlening de met de Klant gevoerde (telefoon)gesprekken en andere vormen van communicatie tussen de Bank en de Klant vast te leggen. Deze vastlegging kan onder meer worden gebruikt ten behoeve van de controle op de gegeven adviezen en orders en in het kader van de behandeling van geschillen tussen de Klant en de Bank. Deze vastlegging zal na verloop van tijd door de Bank worden vernietigd. 16 Uitvoering effectenorders a De Bank voert een order tot aan- of verkoop van Effecten uit voor rekening en risico van de Klant en met inachtneming van het bepaalde in bijlage III (Het orderuitvoeringsbeleid van de Rabobank). De Klant stemt in met en verleent - voor zover nodig - uitdrukkelijke toestemming aan het orderuitvoeringsbeleid van de Bank. De Bank is niet gehouden om specifieke instructies van de Klant die afwijken van het orderuitvoeringsbeleid van de Bank uit te voeren. Voor zover de Bank een specifieke instructie van de Klant die afwijkt van het orderuitvoeringsbeleid van de Bank weigert, zal dit tot gevolg hebben dat de order van de Klant niet wordt uitgevoerd. Voor zover de Bank een specifieke instructie van de Klant die afwijkt van het orderuitvoeringsbeleid van de Bank uitvoert, dient de Klant zich te realiseren dat zulks de Bank kan beletten de in het orderuitvoeringsbeleid van de Bank opgenomen maatregelen te nemen om bij de uitvoering
b
c
d e
van de desbetreffende order het best mogelijke resultaat te behalen. De Bank zal jaarlijks dan wel eerder indien daartoe naar haar oordeel voldoende aanleiding bestaat nagaan of het orderuitvoeringsbeleid aanpassing behoeft en de Klant in kennis stellen indien in het orderuitvoeringsbeleid van de Bank wezenlijke wijzigingen worden aangebracht. Bij verkoop van Effecten is de Bank bevoegd onmiddellijk de verkoopopbrengst op de Geldrekening van de Klant bij te (doen) schrijven en de Effecten van de Effectenrekening af te boeken. Na uitvoering van een kooporder of na toewijzing op een emissie is de Bank bevoegd onmiddellijk ten laste van de Geldrekening van de Klant het verschuldigde bedrag te incasseren en op de Effectenrekening een (ontvangst)positie bij te boeken. De Bank is bevoegd om de Geldrekening en de Effectenrekening te debiteren respectievelijk te crediteren voor al hetgeen de Klant uit hoofde van aan- respectievelijk verkooporders in Effecten en de met het beheer van Effecten verband houdende handelingen aan de Bank verschuldigd is respectievelijk voor al hetgeen de Klant van de Bank te vorderen krijgt. De Bank is bevoegd om aan- en verkooporders uit te voeren met zichzelf of met derden als wederpartij. De Bank voegt aan- en verkooporders van de Klant uitsluitend samen met andere aan- en verkooporders indien zulks ten aanzien van de betreffende soort Effecten gebruikelijk is.
17 Looptijd effectenorders Behoudens afwijkende instructies van de Klant aan de Bank gelden voor orders tot aan- en verkoop van Effecten, niet zijnde de in artikel 1 sub c (iv) genoemde derivatencontracten, de door de Bank aangegeven looptijden: • voor bestensorders tot het einde van de 5e handelsdag, gerekend vanaf de eerste handelsdag waarop de order kan worden uitgevoerd en bovendien uiterlijk tot het einde van de laatste handelsdag van het lopende kalenderjaar; • voor limietorders tot het einde van de 10e handelsdag, gerekend vanaf de eerste handelsdag waarop de order kan worden uitgevoerd en bovendien uiterlijk tot het einde van de laatste handelsdag van het lopende kalenderjaar. De Bank is bevoegd om deze looptijden te wijzigen. 18 Royement van effectenorders a Indien wijzigingen plaatsvinden in Effecten (zoals een splitsing) royeert de Bank eventuele nog niet uitgevoerde orders met betrekking tot zodanige Effecten. Voorts is de Klant er mee bekend dat zich omstandigheden kunnen voordoen (waaronder bepaalde gebeurtenissen ten aanzien van de uitgevende instelling van bepaalde Effecten die waarschijnlijk van wezenlijke invloed zullen zijn op de koers van de betreffende Effecten) als gevolg waarvan nog niet uitgevoerde orders met betrekking tot bepaalde Effecten worden geroyeerd door de gereglementeerde markt of multilaterale handelsfaciliteit waarop deze worden uitgevoerd. b Na beurssluiting op de dag voorafgaand aan de dag waarop de Effecten ex-dividend gaan worden alle nog openstaande orders die voor beurssluiting in het ordersysteem van de Bank zijn ingevoerd geroyeerd, tenzij op de gereglementeerde markt of multilaterale andelsfaciliteit alwaar de Effecten worden verhandeld andere voorschriften of gebruiken van kracht zijn. De Bank zal in geval van royement niet gehouden zijn om deze order met een aangepaste limiet uit te voeren, behoudens het geval dat door de Klant aan de Bank daartoe een nieuwe order is verstrekt. 19 Ontvangst informatie langs elektronische weg a Indien door de Klant met de Bank een MantelOvereenkomst elektronische diensten (dan wel een andere daarvoor op enig moment in de plaats tredende overeenkomst) is afgesloten, is de Bank bevoegd om berichten waarbij de uitvoering van een effectenorder aan de Klant wordt teruggemeld, effectennota’s, rekeningafschriften, dan wel overige voor de Klant bestemde informatie (hierna tezamen te noemen: de informatie) uitsluitend langs elektronische weg aan de Klant te verstrekken. b De Klant is zich bewust van de risico’s die het langs elektronische weg ter beschikking stellen van informatie met zich meebrengt voor de authenticiteit en de vertrouwelijkheid van het berichtenverkeer en aanvaardt deze risico’s. Voorts verklaart de Klant zich bewust te zijn van de risico’s die zich kunnen voordoen ten aanzien van zogenaamde phishingactiviteiten, waarbij derden de Klant er toe aanzetten om vertrouwelijke (persoonlijke) informatie te verstrekken, die hij niet prijs zou moeten geven. c De Klant is verplicht de door de Bank aan de Klant langs elektronische weg ter beschikking gestelde informatie onverwijld doch ten minste dagelijks te controleren, alsmede te controleren of de door hem verstrekte effectenorders juist zijn uitgevoerd. Bij constatering van een onjuistheid of onvolledigheid is de Klant verplicht de Bank daarvan onverwijld in kennis te stellen. d Indien aan de Klant (uitsluitend) langs elektronische weg informatie ter beschikking is gesteld, geldt de inhoud van de door de Bank verstrekte elektronische opgaven als door de Klant te zijn goedgekeurd, indien de Klant deze niet heeft betwist binnen twaalf maanden nadat een opgave geacht kan worden de Klant te hebben bereikt. Indien in dergelijke opgaven (reken) fouten voorkomen, is de Bank bevoegd en verplicht die (reken)fouten te herstellen, ook nadat de genoemde termijn van twaalf maanden is verstreken. e Indien aan de Klant uitsluitend langs elektronische weg informatie ter beschikking is gesteld, kan de Klant binnen de van toepassing zijnde wettelijke bewaartermijn een kopie daarvan bij de Bank opvragen.
20 Controle aangeboden coupons a De Bank controleert door de Klant ter verzilvering aangeboden coupons van Effecten niet op uitloting. b De Bank vergelijkt door de Klant ter verzilvering aangeboden coupons van Effecten niet met enige recherchelijst betreffende gestolen en verloren toondereffecten. 21 Afrekening niet in euro noterende Effecten Tenzij uitdrukkelijk is overeengekomen dat de afrekening op een vreemde valutarekening van de Klant zal plaatsvinden, zal de Bank alle niet in euro noterende Effecten met de Klant in euro afrekenen, waarbij de wisselkoersbepaling in beginsel op het volgende tijdstip zal plaatsvinden: • aan- en verkooptransacties : transactiedatum; • coupons, dividenden en lossingen : betaalbaarstellingdatum; • corporate actions : afrekendatum; • toewijzingen op emissies : toewijzingsdatu m. Met inachtneming van het voorafgaande stelt de Bank de toepasselijke wisselkoers (waarin de wisselkosten zijn verwerkt) vast op basis waarvan met de Klant wordt afgerekend en verschaft daarover desgevraagd nadere informatie aan de Klant. De Bank is bevoegd deze tijdstippen te wijzigen. 22 Bijzondere omstandigheden Onverminderd de regeling in de Algemene Bankvoorwaarden is de Bank ingeval van bijzondere omstandigheden (waaronder begrepen het uitvallen van ordersystemen en grote drukte op effecten- en derivatenbeurzen) jegens de Klant niet gehouden om een order uit te voeren binnen de daarvoor gebruikelijke tijden. De Bank is niet aansprakelijk voor de hierdoor ontstane schade, tenzij er sprake is van opzet of grove schuld van de Bank. 23 (Administratieve) voorschriften a Beheers- en beschikkingshandelingen met betrekking tot Effecten op de Effectenrekening zijn onderworpen aan door de Bank vast te stellen (administratieve) voorschriften en aanwijzingen. b De Klant is verantwoordelijk voor (het gebruik van) de hem door de Bank ter beschikking gestelde formulieren, passen, codes, hulpmiddelen, programmatuur en andere informatie. c De Bank zal bij beheers- en beschikkingshandelingen met betrekking tot tegoeden op de Effectenrekening waarbij er een keuze moet worden gemaakt, bevoegd doch niet verplicht zijn om voor rekening en risico van de Klant een keuze te maken. De Bank zal de Klant zo mogelijk voorafgaand informeren welke keuze de Bank zal maken bij gebreke van de tijdige ontvangst van andersluidende instructies van de Klant. De keuze van de Bank zal worden bepaald door de verwachting die bij de Bank bestaat over welke keuze de voorkeur heeft van de meerderheid van de klanten en mag niet worden aangemerkt als een door de Bank verstrekt advies. 24 Bewaarloon, provisie en kosten a De Bank brengt voor de door de Bewaarnemer en de Bank verleende beleggingsdiensten bewaarloon, provisie, kosten (waaronder de door de Bank en/ of Bewaarnemer ingeschakelde derden in rekening gebrachte kosten) en belastingen in rekening aan de Klant. De tarieven zoals deze van tijd tot tijd gelden alsmede de wijze waarop deze zullen worden berekend kunnen worden geraadpleegd op www.rabobank.nl dan wel worden door de Bank desgevraagd aan de Klant ter beschikking gesteld. De Bank is altijd bevoegd om deze tarieven te wijzigen. b De Bank wijst de Klant op de mogelijkheid dat de beleggingsdienstverlening door de Bank nog andere kosten, waaronder belastingen, voor de Klant kan meebrengen, die niet via de Bank worden betaald of door de Bank worden opgelegd. c De Bank ontvangt voor de door haar aan de Klant verleende beleggingsdiensten in bepaalde gevallen een (distributie) vergoeding van een derde. De Klant kan desgevraagd nadere informatie verkrijgen over het bestaan en de hoogte van zodanige (distributie)vergoedingen, voor zover relevant in het kader van de door de Bank aan de Klant verleende beleggingsdiensten. 25 Creditering onder voorbehoud Iedere creditering geschiedt onder het voorbehoud dat de Bank tijdig en behoorlijk in het bezit komt van de tegenwaarde. Bij gebreke daarvan is de Bank bevoegd de creditering ongedaan te maken. 26 Valutadatum De datum waarop het bedrag van een afrekening door de Bank voor de Klant rentedragend zal zijn, is gelijk aan de dag waarop clearinginstellingen, betaal- en verwisselkantoren of correspondenten de betreffende transactie of uitkering met de Bank afrekenen. De Bank is bevoegd deze datum te wijzigen. 27 Effectenrekening op naam van meer Klanten Indien de Bank een Effectenrekening voor meer Klanten aanhoudt, zijn zij - tenzij schriftelijk anders met de Bank is overeengekomen - zowel samen als ieder afzonderlijk bevoegd om aan de Bank opdrachten te verstrekken, over een tegoed op de Effectenrekening te beschikken en/of van een eventuele kredietfaciliteit gebruik te maken, ongeacht of een tegoed op de rekening en/of krediet op enig tijdstip in enige (andere) gemeenschap valt. Hiervoor gelden de volgende bepalingen:
a na het overlijden of de ondercuratelestelling van een Klant (indien de Klant een natuurlijk persoon is) of ontbinding van de Klant (indien de Klant een rechtspersoon is) blijft/blijven de andere Klant(en) bevoegd om aan de Bank opdrachten te verstrekken, over een tegoed op de Effectenrekening te beschikken; b na het overlijden van een Klant hebben zijn rechtsopvolgers gezamenlijk dezelfde rechten als de overleden Klant had. Daaronder wordt mede begrepen het recht om over een tegoed op de Effectenrekening te beschikken en het hierna onder e. bedoelde recht om de afzonderlijke beschikkingsbevoegdheid van de andere Klant(en) op te zeggen; c na het overlijden van een Klant (indien de Klant een natuurlijk persoon is) of ontbinding van de Klant (indien de Klant een rechtspersoon is) eindigt een kredietfaciliteit; d de Bank kan in naar haar oordeel bijzondere gevallen de medewerking van alle Klanten verlangen om aan de Bank opdrachten te verstrekken, over een tegoed op de Effectenrekening te beschikken, of om de Effectenrekening op te zeggen; e na schriftelijke opzegging door een Klant - of na overlijden van een Klant door zijn gezamenlijke rechtsopvolgers - van de bevoegdheid om afzonderlijk over een tegoed op de Effectenrekening te beschikken en/of van een kredietfaciliteit gebruik te maken mag slechts door alle Klanten gezamenlijk over een tegoed op de Effectenrekening worden beschikt of van een kredietfaciliteit gebruik worden gemaakt. De opzegging is eerst van kracht nadat de Bank daarvan schriftelijk in kennis is gesteld. Volmachten komen door deze opzegging te vervallen; f iedere Klant is hoofdelijk en voor het geheel aansprakelijk voor een debetsaldo op de Geldrekening; g de erkenning van het saldo van de Effectenrekening door een Klant is bindend voor iedere Klant, behoudens tegenbewijs; h de Bank is bevoegd een tegoed op de rekening te verrekenen met een vordering van de Bank op de Klant; i iedere Klant heeft aan iedere andere Klant de bevoegdheid verleend om mede namens hem alle mededelingen en aanzeggingen die de Bank met betrekking tot de Effectenrekening doet te ontvangen en daarvan kennis te nemen. Iedere Klant is bevoegd om mede namens iedere andere Klant aan de Bank mededelingen en aanzeggingen te doen; j een voor de Effectenrekening vastgesteld doelrisicoprofiel geldt voor iedere Klant en iedere Klant wordt geacht daarmee te hebben ingestemd. 28 Volmacht Een Klant kan aan een derde die is aan te merken als een eerste- of tweedelijns familielid schriftelijk volmacht verlenen om aan de Bank orders tot koop en verkoop van Effecten te verstrekken en van een eventuele kredietfaciliteit gebruik te maken. De Bank is nimmer verplicht met een gevolmachtigde te handelen. Een volmacht eindigt: a door overlijden (indien de Klant een natuurlijk persoon is), door ontbinding van de Klant (indien de Klant een rechtspersoon is), bij faillissement, surséance van betaling en ondercuratelestelling van de Klant, die de volmacht (mede) heeft verleend, bij onderbewindstelling van het vermogen van de Klant die de volmacht (mede) heeft verleend, bij van toepassingverklaring van een wettelijke schuldsaneringsregeling op de Klant die de volmacht (mede) heeft verleend en als de Klant die de volmacht (mede) heeft verleend niet meer bevoegd is (alleen) over een tegoed op de Effectenrekening en/of een kredietfaciliteit te beschikken; b door overlijden (indien de gevolmachtigde een natuurlijk persoon is), door ontbinding van de gevolmachtigde (indien de gevolmachtigde een rechtspersoon is), bij faillissement, surséance van betaling en ondercuratelestelling van een gevolmachtigde; c door herroeping door de Klant die de volmacht (mede) heeft verleend; d door opzegging door een gevolmachtigde; e door verloop van de tijd waarvoor de volmacht is verleend. Herroeping of opzegging van de volmacht zijn eerst van kracht nadat de Bank daarvan schriftelijk in kennis is gesteld of daarvan op de volmacht een schriftelijke verklaring is gesteld. Als de volmacht is verleend aan meer personen en een onder b, c of d vermelde situatie zich voordoet, eindigt de volmacht alleen voor die gevolmachtigde waarop de onder b, c of d vermelde situatie betrekking heeft. De Klant staat er jegens de Bank voor in dat hij de hiervoor vermelde verplichtingen van de gevolmachtigde jegens de Bank ten behoeve van de Bank zal bedingen. 29 Faillissement, surséance van betaling, beslag, wettelijke schuldsanering a Gedurende faillissement of surséance van betaling van de Klant of de periode dat een wettelijke schuldsaneringsregeling van toepassing is op de Klant mogen alleen door de curator van de Klant, respectievelijk door de Klant met medewerking van de bewindvoerder, respectievelijk door de bewindvoerder van de Klant aan- en verkooporders of opdrachten tot overboeking met betrekking tot (het tegoed op) de Effectenrekening worden verricht. Indien de Bank een Effectenrekening voor meer Klanten aanhoudt, is in de hiervoor vermelde situaties tevens de medewerking van de andere Klanten vereist c.q. hebben de overige Klanten de medewerking nodig van de curator c.q. bewindvoerder om aan- en verkooporders of opdrachten tot overboeking met betrekking tot (het tegoed op) de Effectenrekening te verrichten. b Bij beslaglegging onder de Bank ten laste van de Klant mogen door de Klant zonder toestemming van de beslaglegger geen aan- en verkooporders of opdrachten tot overboeking met betrekking tot het onder het beslag vallende tegoed op de Effectenrekening worden verricht.
30 Verklaring van erfrecht/informatie a Na het overlijden van een Klant kan de Bank verlangen dat degene(n) die stelt/stellen bevoegd te zijn (rechts) handelingen met betrekking tot de Effectenrekening en/ of Geldrekening te verrichten - als bewijs daarvan - een verklaring van erfrecht overlegt / overleggen. b De Bank behoeft geen inlichtingen te verstrekken over het verloop van de Effectenrekening en/of Geldrekening vóór de datum van het overlijden van de Klant. 31 Toepasselijk recht/geschillen a Op de rechtsverhouding tussen de Klant en de Bank is Nederlands recht van toepassing. b Indien de Klant niet tevreden is over de Beleggingsdienstverlening door de Bank, kan de Klant een klacht bij de Bank indienen. Als de Klant niet tevreden is over de afhandeling van de klacht door de Bank, kan schriftelijk een klacht worden ingediend bij Klachtenservice Rabobank Nederland. Informatie over de klachtenprocedure is bij de Bank verkrijgbaar en eveneens beschikbaar op www.rabobank.nl. c Geschillen tussen de Klant en de Bank worden aanhangig gemaakt bij de bevoegde Nederlandse rechter, tenzij wetgeving of internationale verdragen dwingend anders voorschrijven. Indien de Bank als eisende partij optreedt is de Bank, in afwijking van het voorafgaande, bevoegd om een geschil aanhangig te maken bij de voor de Klant in aanmerking komende buitenlandse rechter. Indien de Klant als eisende partij optreedt is de Klant, in afwijking van het voorafgaande, bevoegd om binnen de grenzen van de desbetreffende reglementen geschillen aanhangig te maken bij die Geschillen- of Klachtencommissies aan wier bevoegdheid de Bank zich heeft onderworpen. 32 Belangenconflicten a Gelet op de aard van de beleggingsdiensten, beleggingsactiviteiten en nevendiensten van de Bank en de Rabobank Groep waarvan de Bank een onderdeel uitmaakt kunnen zich belangenconflicten tussen de Bank en de Klant of tussen klanten onderling voordoen. Een beknopte beschrijving van het beleid inzake belangenconflicten is opgenomen in bijlage IV (Beknopte beschrijving beleid inzake belangenconflicten). Indien de Klant daarom verzoekt verstrekt de Bank nadere bijzonderheden over het beleid inzake belangenconflicten. b De Bank is niet gehouden niet-openbare informatie, waaronder koersgevoelige informatie, in het kader van haar dienstverlening te gebruiken. 33 Amerikaanse belastingwetgeving a De Klant is gehouden alle (administratieve) voorschriften en procedures van de Bank stipt na te leven in het geval dat de Klant belegt in Effecten waarvan de inkomsten zijn onderworpen aan bronbelasting van de Verenigde Staten van Amerika (hierna te noemen: “Amerikaanse Effecten”). b Indien: • de Klant belegt in Amerikaanse Effecten; • de Klant bovendien geen natuurlijk persoon is; en • de Klant op grond van enig belastingverdrag met de Verenigde Staten van Amerika recht wil doen gelden op een vermindering van de in sub a van dit artikel bedoelde bronbelasting, dan is de Klant in ieder geval gehouden om op eerste verzoek van de Bank een zogenaamd ‘treaty statement’ (i.e. een verklaring van de Klant dat deze recht heeft op toepassing van het belastingverdrag tussen het land alwaar de Klant fiscaal ingezetene is en de Verenigde Staten van Amerika) aan de Bank en de Bewaarnemer af te geven. Indien de Klant niet, of niet tijdig voldoet aan de in sub a en b van dit artikel genoemde verplichtingen, is de Bank - in verband met de op haar rustende verplichtingen ter zake van de in sub a van dit artikel bedoelde bronbelasting - gerechtigd om de Klant in te delen in de categorie beleggers van wie de inkomsten uit Amerikaanse Effecten onderworpen zijn aan het hoogste inhoudingpercentage. c Indien de Klant belegt in Amerikaanse Effecten en de Klant bovendien kan worden gekwalificeerd als een ‘U.S. person’, dan is de Klant gehouden om binnen 14 dagen na een daartoe strekkend verzoek van de Bank, aan de Bank: • een volledig ingevuld en rechtsgeldig ondertekend ‘W-9’ formulier of bij vervanging daarvan een document van gelijkwaardige strekking te verstrekken; en • schriftelijke toestemming aan de Bank en de Bewaarnemer te verlenen om het voornoemde ‘W-9’ formulier of het vervangende document aan de bevoegde (belasting-) autoriteit in de Verenigde Staten van Amerika en/of een voor de Bank en/of de Bewaarnemer optredende inhoudingsplichtige van bronbelasting op inkomsten uit Amerikaanse Effecten te doen toekomen. Indien de Klant niet, of niet tijdig voldoet aan de in dit artikellid genoemde verplichtingen, is de Bank - in verband met de op haar rustende verplichtingen ter zake van de in sub a van dit artikel bedoelde bronbelasting - gerechtigd om de Amerikaanse Effecten op de effectenrekening van de Klant namens en voor rekening en risico van de Klant te verkopen, ongeacht de alsdan te realiseren verkoopopbrengst. 34 Communicatiekanaal aandeelhouders De Bank neemt deel aan een door de Stichting Communicatiekanaal Aandeelhouders opgezet Communicatiekanaal Aandeelhouders. Op grond hiervan biedt de Bank de Klant de mogelijkheid om toestemming aan de Bank te verlenen zijn persoonsgegevens aan een daartoe specifiek aangewezen derde door te geven ten behoeve van het verzenden van
informatie door een hieraan deelnemende effectenuitgevende instelling en/of haar aandeelhouders, of het geven van een volmacht door de Klant aan een derde om op een door de Klant aangegeven wijze te stemmen tijdens een algemene vergadering van aandeelhouders, zulks met inachtneming van de daartoe overeengekomen regels. 35 Reglementen, voorschriften en gebruiken a Door opdracht te geven aan de Bank tot het openen van een Effectenrekening onderwerpt de Klant zich tevens aan de reglementen van NYSE Euronext, Euroclear Nederland en Euroclear NIEC, dan wel hun respectievelijke rechtsopvolgers, alsmede aan alle andere reglementen, voorschriften en gebruiken, die bij het uitvoeren van orders op andere gereglementeerde markten of multilaterale handelsfaciliteiten respectievelijk die bij het gebruikmaken van buitenlandse betaal- en afwikkelsystemen en/of bewaarinstellingen van toepassing zijn. b De Klant is er mee bekend dat de Bank op grond van vorenbedoelde reglementen en voorschriften gehouden kan zijn om op de Klant betrekking hebbende persoonsgegevens aan derden te verstrekken ten behoeve van de handhaving en controle op de naleving van regelgeving. 36 Verstrekken van informatie over de Klant a De Bank kan verplicht zijn om op basis van een informatieverzoek dan wel op eigen initiatief informatie aan de toezichthouders of andere bevoegde autoriteiten te verstrekken over de op de Klant betrekking hebbende (persoons) gegevens, zijn orders en/of op de Effectenrekening aangehouden Effecten. De Bank is niet verplicht om de Klant hiervan op de hoogte te stellen en kan in voorkomende gevallen zelfs wettelijk verplicht zijn tot geheimhouding daarvan. b Op grond van contractuele of wettelijke bepalingen kan een derde gerechtigd zijn om van de Bank te verlangen dat op de Klant betrekking hebbende (persoons)gegevens worden verstrekt. Het niet voldoen aan een zodanige verplichting kan onder meer tot gevolg hebben dat de aan de Effecten verbonden rechten (zoals het recht op dividend en het stemrecht) en/of de verhandelbaarheid van de Effecten wordt opgeschort respectievelijk beperkt. De Bank is in het kader van haar beleggingsdienstverlening bevoegd doch niet verplicht om in voorkomende gevallen indien daartoe naar haar oordeel een voldoende grondslag bestaat (doch zonder verplicht te zijn daarnaar een nader onderzoek in te stellen) de door de derde (ongeacht of deze al dan niet is gevestigd in een land dat deel uitmaakt van de EER) gevraagde (persoons) gegevens te verstrekken. 37 Duur en beëindiging a De relatie tussen de Bank en de Klant uit hoofde van de beleggingsdienstverlening is voor onbepaalde tijd aangegaan. b Zowel de Klant als de Bank is te allen tijde gerechtigd de relatie uit hoofde van de beleggingsdienstverlening schriftelijk met inachtneming van een opzegtermijn van één maand op te zeggen. c In afwijking van het gestelde sub b) zal de relatie uit hoofde van de beleggingsdienstverlening terstond en zonder opzegging, ingebrekestelling of andere formaliteit een einde nemen, indien: • het faillissement van de Klant wordt aangevraagd, de Klant surséance van betaling aanvraagt of een wettelijke schuldsaneringsregeling op de Klant van toepassing wordt verklaard; • de Klant overlijdt, indien de Klant een natuurlijk persoon is; • de Klant wordt ontbonden of opgeheven, indien de Klant een rechtspersoon is. d In afwijking van het gesteld sub b) van dit artikel is de Bank bevoegd de relatie uit hoofde van de beleggingsdienstverlening terstond en zonder opzegging, ingebrekestelling of andere formaliteit een einde nemen, indien de Klant: • onder curatele wordt gesteld dan wel (een deel van) zijn vermogen onder bewind wordt gesteld; • naar het oordeel van de Bank diens verplichtingen jegens de Bank niet nakomt; • de Klant naar het oordeel van de Bank een gevaar is of kan zijn voor de aantasting van de integriteit van de financiële sector en/of de Bank. e Behoudens voor zover de Klant en de Bank schriftelijk anders overeenkomen, zullen transacties in Effecten welke op de datum van de beëindiging van de relatie uit hoofde van de beleggingsdienstverlening nog niet zijn afgewikkeld, door de Bank zoveel mogelijk overeenkomstig deze Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 worden afgewikkeld. Indien de Klant niet tijdig opdracht aan de Bank verstrekt om tot een afwikkeling van de relatie te komen is de Bank bevoegd om de op de Effectenrekening aangehouden Effecten op een door de Bank te bepalen tijdstip namens en voor rekening en risico van de Klant te vervreemden, ongeacht de alsdan te realiseren verkoopopbrengst. f Gedurende de afwikkeling zal het bepaalde in deze Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 onverkort van toepassing blijven. g De Bank is bevoegd om een Effectenrekening waarop gedurende een periode langer dan één kalenderjaar geen tegoed wordt aangehouden op te heffen, nadat de Bank de Klant daarover schriftelijk heeft geïnformeerd en de Klant niet binnen een periode van drie maanden aan de Bank kenbaar heeft gemaakt daartegen bezwaar te hebben. 38 Algemene Bankvoorwaarden Voor zover daarvan in deze Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 niet is afgeweken, zijn op de beleggingsdienstverlening van de Rabobank ook de Algemene Bankvoorwaarden van toepassing, met uitzondering van de artikelen 22 tot en met 27 van de Algemene Bankvoorwaarden.
39 Fusie a Bevoegdheden, rechten en verplichtingen van de Bank kunnen na juridische fusie c.q. na juridische splitsing van de Bank (ook) zelfstandig - en hoofdelijk - worden uitgeoefend respectievelijk nagekomen door de rechtsopvolger(s) van de Bank. b De Bank is bevoegd de rechtsverhouding(en), waarin de Bank tot de Klant staat met de daaraan verbonden nevenrechten, (partieel) over te dragen aan een derde. De Klant verleent hiervoor de Bank bij voorbaat toestemming. c Overal waar in deze algemene voorwaarden het woord “Bank” is vermeld, dient na fusie c.q. splitsing c.q. overdracht (ook) begrepen te worden de rechtsopvolger(s) van de Bank. 40 Volmachten Door ondertekening van het Openingsformulier Rabobank Effectenrekening of een andere overeenkomst heeft de Klant de Bank - voor zover naar het oordeel van de Bank nodig, nuttig of wenselijk onherroepelijk volmacht - met het recht van substitutie - verleend tot de uitoefening door de Bank van alle aan haar in deze overeenkomst en deze algemene voorwaarden toegekende bevoegdheden en rechten, hieronder uitdrukkelijk ook begrepen rechtshandelingen met de Bank als wederpartij. 41 Partiële nietigheid en vernietigbaarheid De nietigheid of vernietigbaarheid van een bepaling in deze algemene voorwaarden leidt niet tot nietigheid of vernietigbaarheid van deze algemene voorwaarden, noch van enige andere bepaling daarvan. 42 Wijziging van deze algemene voorwaarden a De Bank is bevoegd om de Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 te wijzigen, waarbij onder wijzigen tevens aanvullen wordt verstaan. De Bank zal de Klant voorafgaand aan de inwerkingtreding van een wijziging in kennis stellen van het feit dat een wijziging zal plaatsvinden. Van de actuele tekst van deze voorwaarden kan de Klant steeds kennisnemen op www.rabobank.nl. Bovendien zal deze tekst op verzoek van de Klant door de Bank aan de Klant worden toegezonden. b Het bepaalde in artikel 9 is niet voor wijziging vatbaar. c De bijlagen die een onderdeel uitmaken van de Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 kunnen door de Bank worden gewijzigd zonder wijziging van de Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007. De Klant zal door de Bank van een wijziging van de bijlagen in kennis worden gesteld. De actuele versie van de bijlagen is steeds te raadplegen op www.rabobank. nl. Bovendien zal deze tekst op verzoek van de Klant door de Bank aan de Klant worden toegezonden. 43 Woonplaats De Klant, die niet zijn feitelijke woonplaats heeft in een gemeente in Nederland of die geen voor de Bank bekend adres in Nederland heeft, wordt geacht woonplaats te hebben gekozen ten kantore van de Bank, alwaar alle voor hem bestemde stukken, exploiten en dergelijke, door de Bank bezorgd of betekend kunnen worden. 44 Communicatie a De communicatie tussen de Klant en de Bank zal in de Nederlandse taal plaatsvinden. b Indien door de Klant met de Bank een MantelOvereenkomst elektronische diensten (dan wel een andere daarvoor op enig moment in de plaats tredende overeenkomst) is afgesloten, wordt de Klant geacht uitdrukkelijk instemming te hebben verleend met het via www.rabobank.nl verstrekken van actuele niet gepersonaliseerde informatie aan de Klant. 45 Citeertitel Deze algemene voorwaarden kunnen worden aangehaald als: Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007. Deze Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 zijn voor de Klant bindend met ingang van 1 november 2007. De tekst van deze Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening 2007 is op 1 november 2007 gedeponeerd ter griffie van de rechtbank te Utrecht.
Bijlage I van de Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 Algemene beschrijving van de aard en risico’s van financiële instrumenten Iedere belegging brengt in meer of mindere mate risico’s met zich mee. Meestal geldt dat hoe hoger het verwachte rendement is, hoe hoger de risico’s zullen zijn. Hieronder worden eerst de belangrijkste risico’s voor de belegger genoemd en vervolgens wordt er een korte karakteristiek gegeven van de verschillende financiële instrumenten die op een Rabo effectenrekening kunnen worden aangehouden. Koersrisico Het risico voor de belegger op een negatieve koersontwikkeling wordt niet alleen bepaald door de resultaten van het betreffende effect maar ook door het algehele marktsentiment. Het koersrisico dat een belegger op zijn beleggingsportefeuille loopt wordt in beginsel minder naarmate de belegger zijn investeringen spreidt over meerdere uitgevende instellingen en sectoren. Het resultaat van een zeer goede spreiding is dat men vrijwel alleen nog maar marktrisico loopt. Debiteuren- of kredietrisico De waarde van een obligatie wordt in de eerste plaats bepaald door de verwachting over de vraag of een uitgevende instelling (de debiteur) zijn rente- en aflossingsverplichtingen kan nakomen. Hoe groter de kredietwaardigheid van een uitgevende instelling, hoe lager het rendement op de lening zal zijn. Obligaties die ten opzichte van staatsleningen een zeer hoog rendement geven, worden high yield bonds genoemd. Bij dergelijke leningen is het debiteurenrisico voor de belegger relatief het grootst. Valutarisico Dit speelt voor beleggers in de eurozone een belangrijke rol bij het beleggen in niet in euro luidende obligaties of niet in euro noterende aandelen. Maar ook bij in euro noterende aandelen kan er sprake zijn van valutarisico. In dat geval zit het eventuele valutarisico in de koers van het aandeel. De mate waarin de koers van een in euro noterend aandeel gevoelig is voor valutakoersschommelingen wordt namelijk bepaald door de mate waarin een vennootschap zijn activiteiten heeft, respectievelijk zijn resultaten behaalt, in landen buiten de eurozone. Marktrisico Dit is het risico dat samenhangt met de volatiliteit of beweeglijkheid van de totale markt. De markt is erg gevoelig voor sentimenten. Renterisico Dit risico is het gevolg van bewegingen in de rente. Veranderingen in de rentevoet hebben een belangrijke invloed op zowel de koersen van aandelen als van obligaties. Het renterisico leidt dus ook tot een koersrisico. Bij aandelen heeft een stijging van de rente een negatieve invloed op de koersen omdat hierdoor de kostprijs van investeringen toeneemt. Ook bestaande obligaties met een vaste rentevergoeding worden minder aantrekkelijk als de rente stijgt. Hoe langer de nog resterende looptijd van een dergelijke obligatie, hoe groter de koersdaling zal zijn. Zolang de obligaties niet worden verkocht verliest u niet direct geld, maar u mist wel de kans om extra geld te verdienen. Immers, u hebt gedurende een lange(re) periode een vaste rentevergoeding bedongen; stijgt de rente in die periode op de kapitaalmarkt, dan profiteert u daar niet van. Daar staat tegenover dat u in die periode ook geen nadeel ondervindt van een daling van de rente. Renterisico bestaat dus ook gedeeltelijk uit een herbeleggingsrisico. Overige risico’s Voorbeelden hiervan zijn onder meer: het liquiditeitsrisico (het risico van een geringe verhandelbaarheid), politieke risico’s (wijziging van wet- en regelgeving en andere overheidsmaatregelen die de belegger benadelen), inflatierisico (het risico dat de koopkracht van de euro afneemt), herbeleggingsrisico (het risico dat op het moment van aflossing er geen gelijkwaardige herbeleggingsmogelijkheid is), fiscaal risico (het risico dat de fiscale behandeling wijzigt door wijziging in de toepasselijke fiscale wetgeving of de interpretatie daarvan). Korte beschrijving van de verschillende financiële instrumenten: Aandelen Een aandeel is een deelneming in het eigen vermogen van een vennootschap. De gezamenlijke aandeelhouders zijn eigenaar van het bedrijf. Bij aandelen is sprake van risicodragend kapitaal. In geval van faillissement loopt de waarde van het aandeel terug tot nul. De waardeontwikkeling is vooral afhankelijk van de gerealiseerde en verwachte bedrijfsresultaten en de dividendpolitiek van de betrokken vennootschap. Aandeelhouders komen pas voor dividend in aanmerking nadat alle overige kapitaalverschaffers de aan hen toekomende gelden hebben ontvangen en het bedrijfsresultaat een dividendbetaling mogelijk maakt. De risico’s van een belegging in aandelen kunnen dus zeer verschillend zijn, afhankelijk van onder meer de ontwikkelingen bij de onderneming en de kwaliteit van het management.
Obligaties De koper van een obligatie leent geld uit aan een bedrijf of een andere instantie, bijvoorbeeld een land (staatsleningen). Een obligatie is een schuldbrief waarmee de uitgevende instelling de vordering erkent die de koper van de obligatie op haar heeft. Over de schuld vergoedt de uitgevende instelling meestal een vooraf overeengekomen rente. Nagenoeg alle obligaties zijn aflosbaar, d.w.z. ze hebben een bepaalde looptijd. Er zijn echter vele bijzondere vormen van obligaties, zoals: • Obligaties waarop geen rente wordt uitbetaald (zerobonds). Het rendement op deze obligaties wordt verkregen uit het verschil tussen de uitgiftekoers en de latere aflossingskoers. • Obligaties die geen vooraf overeengekomen aflossingsdatum kennen (perpetuals). Aflossing vindt alleen plaats als de uitgevende instelling dat wenst. In het algemeen zijn perpetuals zeer rentegevoelig. • Achtergestelde obligaties. Bij een faillissement van de uitgevende instelling worden deze obligaties pas uitbetaald nadat alle andere schulden voldaan zijn. • Converteerbare obligaties (convertibles). Dit is een obligatie die op verzoek van de belegger kan worden omgewisseld tegen aandelen (eventueel met een bijbetaling). De koers van deze obligatie wordt daarom mede bepaald door de waarde die dit conversierecht van tijd tot tijd vertegenwoordigt. Beleggingsfondsen Het woord beleggingsfonds is een verzamelterm die gebruikt wordt voor: • beleggingsmaatschappijen (die in de vorm van een NV of BV opereren); • fondsen voor gemene rekening; • unit-linked fondsen (gekoppeld aan een (pensioen)verzekering). Bij een beleggingsfonds brengen de deelnemers gezamenlijk een vermogen bijeen dat door de beheerder volgens de doelstellingen van het fonds belegd wordt. Naast de expertise die de beheerder heeft, is het grote voordeel dat de deelnemers een spreiding kunnen bereiken die individueel niet haalbaar is. Daarbij dient echter te worden bedacht dat er ook beleggingsfondsen zijn die slechts in één sector of land/regio beleggen en waarbij derhalve sprake is van een beperkte spreiding. Verreweg de meeste beleggingsfondsen zijn openend, dat wil zeggen dat het fonds continu aandelen (participaties) uitgeeft dan wel inneemt. Er is dus sprake van een variabel aantal deelnemingsrechten. Het gevolg daarvan is dat bij open-end beleggingsfondsen de prijs waarop gehandeld wordt nauwelijks bepaald wordt door vraag en aanbod, maar vrijwel volledig door de intrinsieke waarde. Dit is de waarde van de onderliggende beleggingsportefeuille van het betreffende fonds gedeeld door het aantal uitstaande participaties. Is een beleggingsfonds daarentegen closed-end (aantal deelnemingsrechten is gefixeerd) dan zijn vraag en aanbod wel van duidelijke invloed op de koers. Een beleggingsfonds dat belegt in (veelal jonge) niet beursgenoteerde ondernemingen, met de bedoeling deze weer te verkopen zodra deze ondernemingen voldoende gegroeid zijn dan wel rijp zijn voor een beursnotering, heet een private equity fund. Van een geheel andere orde zijn beleggingsfondsen die de mogelijkheid kennen om met een hefboom te werken of die short posities kunnen innemen, de zogenaamde hedge funds. Vroeger duidde men met deze term fondsen aan die derivaten gebruikten om risico’s te beperken, tegenwoordig wordt de term hedge funds juist gebruikt voor beleggingsfondsen die het risico opzoeken. Warrants Een warrant vertegenwoordigt in de regel het recht om gedurende een vastgestelde periode een bepaalde onderliggende waarde (bijvoorbeeld aandelen of obligaties) te kopen of te verkopen tegen een vooraf vastgestelde prijs. Een warrant lijkt op een optie, met dien verstande dat een warrant wordt uitgegeven door een instelling en een optie door een beurs. Door de beperkte looptijd van de warrant kan het recht om de onderliggende waarde te kopen of te verkopen waardeloos aflopen. Door de hefboomwerking zal een wijziging van de onderliggende waarde veelal versterkt doorwerken in de prijs van de warrant. Opties Een optie is een contract waarbij de partij die de optie verkoopt (de ‘schrijver’) aan de koper het recht toekent om een onderliggende waarde (zoals aandelen, (aandelen)indices of valuta’s) gedurende of aan het einde van een overeengekomen periode te kopen (calloptie) of te verkopen (putoptie) tegen een prijs die van te voren is bepaald of waarvan overeengekomen is op welke wijze deze bepaald zal worden. De prijs die de koper voor dit recht betaalt aan de schrijver heet de premie. De premie is aanmerkelijk kleiner dan de koers van de onderliggende waarde. Hierdoor leidt een kleine koersschommeling van de onderliggende waarde tot een relatief grote schommeling van de premie (de zogenaamde hefboomwerking). De koper van een optie kan maximaal zijn inleg verliezen, de schrijver kan (zelfs aanmerkelijk) meer verliezen dan zijn premieopbrengst. Via de Rabo effectenrekening kan pas gehandeld worden in opties als er eerst een aparte overeenkomst is afgesloten. Bij die overeenkomst hoort een brochure waarin meer uitleg wordt gegeven over (de risico’s van) opties (en termijncontracten). Termijncontracten (futures) Een termijncontract is de verplichting (geen recht) om een zekere hoeveelheid van een bepaalde onderliggende waarde (zoals (aandelen) indices, valuta’s of grondstoffen) te kopen of te verkopen tegen een vastgestelde prijs met levering op termijn. Een termijncontract kan worden gekocht of worden verkocht. De koper van een termijncontract (ook wel houder van een ‘long positie’ genoemd) neemt de verplichting op zich om de afgesproken hoeveelheid in ontvangst te nemen en te betalen. De verkoper (houder van een ‘short positie’) heeft een leveringsplicht. De termijnhandel bezit een sterke hefboomwerking doordat er bij het afsluiten van een termijncontract maar een gering deel van de werkelijke waarde behoeft te worden gestort. Een
beperkte koersschommeling kan derhalve tot grote verliezen (of winsten) leiden. Ook voor termijncontracten geldt dat er pas via de Rabo effectenrekening in gehandeld kan worden als er eerst een aparte overeenkomst is afgesloten. Gestructureerde producten Een gestructureerd product is een combinatie van meerdere beleggingsproducten, meestal een obligatie en een optie. De optie zorgt voor een bepaalde hefboomwerking, bijvoorbeeld een kans op een hoger rendement of het geven van een bepaalde garantie of bescherming. Hoe groter de kans op een hoger rendement, hoe hoger ook het risico. Een garantie of bescherming is meestal door een optie in de professionele markt afgedekt. De kosten hiervan verlagen het rendement. Minder risico betekent daarom in de regel ook dat het te verwachten rendement lager zal zijn. We spreken over een garantieproduct wanneer op het einde van de looptijd ten minste de nominale waarde (hoofdsom) wordt terugbetaald. Producten waarbij de inleg slechts deels gegarandeerd wordt zijn beschermingsproducten. De garantie c.q. bescherming is niet van toepassing indien tussentijds tot verkoop van het gestructureerde product wordt overgegaan. De marktwaarde kan hoger of lager zijn dan de nominale waarde van het gestructureerde product en wordt beïnvloed door verschillende factoren, waaronder de ontwikkeling van de onderliggende waarde en de mate van verhandelbaarheid. Een bekend voorbeeld van een gestructureerd product is de reverse convertible. Hierbij bepaalt de uitgevende instelling of de obligatie wordt afgelost door terugbetaling van de hoofdsom of door levering dan wel afrekening van een vooraf vastgestelde hoeveelheid onderliggende waarde (bijvoorbeeld aandelen). De koers van deze obligatie zal dalen naarmate de waarde van voornoemde onderliggende waarde lager wordt dan de hoofdsom. Tenslotte Deze bijlage kan niet alle kenmerken van alle financiële instrumenten en de daaraan verbonden risico’s uitputtend beschrijven. De Rabobank zal de belegger, op diens verzoek, te allen tijde aanvullende informatie verschaffen.
Bijlage II bij de Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 Bescherming van uw financiële instrumenten en gelden bij de Rabobank De Rabobank neemt alle maatregelen die nodig zijn om de door u aan de bank toevertrouwde financiële instrumenten1 (zoals effecten) en de door u toevertrouwde gelden zo goed mogelijk te beschermen tegen het risico dat u uw effecten of geldtegoeden geheel of gedeeltelijk verliest indien de bank of een door de bank ingeschakelde derde failliet zou gaan. Het risico op waardevermindering door koers- of valutaverlies valt hier buiten: Dat risico is inherent aan het beleggen en komt altijd voor rekening van de belegger. Allereerst is het van belang om een onderscheid te maken tussen een eigendomspositie en een vordering. Bij een faillissement van een bank kunnen klanten hun eigendommen zonder meer uitgeleverd krijgen, vorderingen zullen echter in de failliete boedel vallen. Gelden zijn altijd vorderingen, terwijl bij effectentegoeden dat niet het geval is voor zover deze binnen de reikwijdte van de Wet giraal effectenverkeer vallen. Gelden Als u uw geld toevertrouwt aan een kredietinstelling zoals de Rabobank, dan verkrijgt u een vordering op de bank. De bank immers zal deze gelden weer uitlenen en met hetgeen daarmee wordt verdiend de rente op spaartegoeden betalen of de kosten van betaalrekeningen compenseren. Teneinde het risico dat de klant zijn toevertrouwde gelden als gevolg van een faillissement zou kunnen kwijtraken zo klein mogelijk te maken, gelden er voor kredietinstellingen (banken) strenge minimum vermogenseisen, die ervoor moeten zorgen dat zij ook na veel tegenslag nog steeds aan hun verplichtingen kunnen voldoen. Klanten lopen het minste risico indien zij hun geld toevertrouwen aan banken die ten opzichte van hun verplichtingen relatief veel eigen vermogen hebben om tegenvallers op te vangen. Zoals u bekend zal zijn, heeft de Rabobank een hoge credit rating. De credit rating die een bank heeft geeft aan in welke mate die bank ook op lange termijn aan haar verplichtingen zal kunnen voldoen. Effecten, waaronder inbegrepen deelnemingen in beleggingsinstellingen en geldmarktpapier Wanneer de bank een aankooporder voor u heeft uitgevoerd, wordt u meteen voor het aankoopbedrag gedebiteerd en voor de gekochte effecten gecrediteerd. De gecrediteerde positie op uw effectenrekening is een stukkenvordering die u heeft op de bank. De bank op haar beurt heeft een stukkenvordering op de clearingorganisatie LCH.Clearnet of op een andere door haar ingeschakelde derde, die de betreffende effecten aan de bank moet gaan leveren. Het is internationaal usance dat effecten op de derde dag na de transactie door de bank van de verkoper aan de clearingorganisatie worden geleverd en direct door de clearingorganisatie weer worden doorgeleverd aan de bank van de koper. Zolang deze levering nog niet heeft plaatsgevonden loopt u het risico dat uw vordering geheel of gedeeltelijk verloren zou kunnen gaan indien de bank op dat moment failliet gaat. Zijn de effecten geleverd dan zijn er twee mogelijkheden: 1 De effecten vallen onder de Wet giraal effectenverkeer (Wge); 2 De effecten vallen niet onder de Wge. Ad 1 Op dit moment vallen vrijwel alle aandelen en obligaties die genoteerd zijn op Euronext Amsterdam onder de beschermende werking van de Wge. Zodra Wge-effecten aan de bank geleverd zijn, worden de effecten op naam van de bank bewaard en geldt de klant op wiens effectenrekening de effecten staan als mede-eigenaar van de betreffende effecten in het door de bank beheerde verzameldepot2 U loopt vanaf het tijdstip van levering geen risico bij een faillissement van de bank. Ad 2 Effecten die niet onder de Wge vallen (bijv. de meeste buitenlandse effecten) worden na levering niet op naam van de bank bewaard, maar op naam van de B.V. Bewaarbedrijf Rabobank Nederland (hierna: het bewaarbedrijf ). De klant krijgt een vordering op het bewaarbedrijf. Het enige doel van het bewaarbedrijf is het bewaren van effecten. Andere activiteiten zijn nadrukkelijk verboden, zodat het risico dat het bewaarbedrijf failliet zou kunnen gaan vrijwel uitgesloten is. Rabobank Nederland is hoofdelijk aansprakelijk voor alle verplichtingen van het bewaarbedrijf jegens de klant. De door het bewaarbedrijf te verrichten werkzaamheden worden uitgevoerd door Rabobank Nederland. Na de uitvoering van een verkooporder worden de verkochte effecten meteen van uw effectenrekening afgeboekt en wordt u voor het verkoopbedrag gecrediteerd. Bescherming van uw financiële instrumenten en gelden bij de Rabobank De Rabobank neemt alle maatregelen die nodig zijn om de door u aan de bank toevertrouwde financiële instrumenten1 Opties en futures Opties en futures zijn rechten en verplichtingen. Van een levering is geen sprake. De vordering (long positie) die na uitvoering van een openingsaankoop ontstaat, blijft daarom bestaan gedurende de gehele periode dat een klant de positie aanhoudt. Bij een onverhoopt faillissement van de bank vallen long posities van de klant derhalve in de failliete boedel en wordt de klant voor zijn vordering een concurrent schuldeiser. Bij een short positie heeft de klant een verplichting tegenover de bank. De klant zal deze verplichting moeten nakomen, maar dat zou hij e bank c.q. het bewaarbedrijf is echter niet aansprakelijk voor eventuele schade voor de klant, indien een derde niet aan zijn verplichtingen kan voldoen. Op de door de bank c.q. het bewaarbedrijf bij een derde in het buitenland aangehouden financiële instrumenten of gelden zal het recht van het betreffende land van toepassing zijn, hetgeen van invloed kan zijn op de rechten van de klant met betrekking tot deze financiële instrumenten of
gelden. Er dient rekening mee te worden gehouden dat het niet mogelijk is om de door de bank c.q. het bewaarbedrijf (al dan niet op een omnibusrekening) bij een derde in het buitenland aangehouden financiële instrumenten van een klant te scheiden van financiële instrumenten van derden. Afhankelijk van het van toepassing zijnde buitenlands recht dient de klant er rekening mee te houden dat in geval van insolventie of faillissement van deze derde, de door de bank c.q. het bewaarbedrijf bij deze derde aangehouden financiële instrumenten, in de boedel van deze derde kunnen vallen. Aan het door de bank c.q. het bewaarbedrijf bij een derde in het buitenland aanhouden van financiële instrumenten of gelden kunnen voor de klant naast het bewaarrisico ook andere risico’s verbonden zijn, waaronder het landenrisico. Pandrecht en verrekeningsrecht Op grond van de op de relatie met de klant van toepassing zijnde overeenkomsten en algemene voorwaarden zijn alle door de klant bij de bank c.q. het bewaarbedrijf aangehouden financiële instrumenten en gelden verpand aan de bank tot zekerheid voor al hetgeen de bank, uit welke hoofde ook, al dan niet opeisbaar of onder voorwaarde van de klant te vorderen heeft of zal krijgen. De bank is steeds bevoegd om hetgeen zij al dan niet opeisbaar of onder voorwaarde van de klant heeft te vorderen, te verrekenen met al dan niet opeisbare tegenvorderingen van de klant op de bank, ongeacht de valuta waarin die vorderingen luiden. Derden bij wie de bank c.q. het bewaarbedrijf in het buitenland financiële instrumenten of gelden aanhoudt zullen op grond van het van toepassing zijnde buitenlands recht veelal een pandrecht, verrekenbevoegdheid, retentierecht dan wel enig ander verhaalsrecht hebben op de bij hen in bewaring gegeven financiële instrumenten of gelden voor de betaling van beheer- of bewaarkosten. Aan de klant toebehorende financiële instrumenten zullen zonder de uitdrukkelijke instemming van de klant nooit door de bank worden uitgeleend of herverpand. Toekomstige ontwikkelingen In voorbereiding is een wijziging van de Wge die naar verwachting in de loop van 2008 van kracht zal worden en die ervoor moet gaan zorgen: • dat ook buitenlandse effecten onder de bescherming van de Wge gaan komen, waardoor inschakeling van de B.V. Bewaarbedrijf Rabobank Nederland niet langer nodig zal zijn; • dat de curator bij een faillissement verplicht wordt om alle rechten en verplichtingen uit hoofde van beursgenoteerde optie- en futurescontracten zodanig af te wikkelen of over te dragen aan een andere bank/ intermediair als ware er geen faillissement. Hierdoor zullen optie- en futurescontracten niet langer meer in de boedel van een failliete bank vallen.
Bijlage III van de Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 Het orderuitvoeringsbeleid van de Rabobank Dit orderuitvoeringsbeleid is van toepassing op de uitvoering door de Bank van effectenorders die door de Klant zijn ingelegd overeenkomstig de artikelen 15, 16, 17 en 18 van de AVED 2007. De Bank neemt bij het uitvoeren van effectenorders alle redelijke maatregelen om het best mogelijke resultaat voor de Klant te behalen. Bij het bepalen van het best mogelijke resultaat wordt rekening gehouden met de prijs (koers), uitvoeringskosten, de snelheid van uitvoering, de waarschijnlijkheid van uitvoering en de kwaliteit en kosten van de afwikkeling. Omdat de Klant standaard is ingedeeld in de categorie van nietprofessionele beleggers, zijn de factoren prijs en de uitvoeringskosten het meest zwaarwegend bij het behalen van het best mogelijke resultaat. Orders ter zake van officieel genoteerde effecten worden in principe uitsluitend uitgevoerd op een gereglementeerde markt of multilaterale handelsfaciliteit (tezamen hierna aangeduid met “handelsplaats” of “handelsplaatsen”). Hiervan wordt slechts afgeweken indien er geen handelsplaats is die voldoende liquiditeit heeft. Hoe meer liquiditeit een handelsplaats in een bepaald fonds heeft, hoe groter de kans is dat de prijsvorming goed is en dat snelheid en waarschijnlijkheid van uitvoering groot zijn. Een goede prijsvorming wordt gekenmerkt door een smalle spread. De spread is het verschil tussen de prijs waarop gekocht kan worden en de prijs waarop verkocht kan worden. Voor de gemiddelde order heeft de spread meer invloed op het best mogelijke resultaat dan het mogelijke verschil in uitvoeringskosten. Vandaar dat het algemene uitgangspunt van het orderuitvoeringsbeleid van de Bank is dat alle orders van een fonds in de regel naar de handelsplaats gaan met de meeste liquiditeit in het betreffende fonds. Rabobank Nederland is lid (‘Member’) van Euronext Amsterdam en legt effectenorders voor deze handelsplaats rechtstreeks bij Euronext in. Met betrekking tot effectenorders bestemd voor andere beurzen zal de Bank gebruik maken van de diensten van Brown Brothers Harriman Investor Services Limited (“BBH”). BBH treedt ten behoeve van de Bank op als een zogenaamde global broker / custodian. BBH beschikt over zodanige orderuitvoeringsregelingen dat rekening gehouden wordt met de factoren hierboven genoemd in de eerste twee alinea’s. Informatie over BBH is te vinden op www.bbh.com. Beursgenoteerde derivaten (dat zijn opties en futures) worden gecreëerd door een handelsplaats zelf. Vandaar dat derivatenorders door de Bank altijd verhandeld worden op de desbetreffende handelsplaats. Orders voor Euronext. liffe Amsterdam worden door de Bank rechtstreeks bij Euronext.liffe ingelegd. Voor derivatenorders die bestemd zijn voor een andere handelsplaats, heeft de Bank de Union Bank of Switzerland (“UBS”) ingeschakeld. UBS voert derivatenorders uit op de betreffende derivatenbeurs. UBS beschikt over zodanige orderuitvoeringsregelingen dat rekening gehouden wordt met de factoren hierboven genoemd in de eerste twee alinea’s. Informatie over UBS is te vinden op www.ubs.com. Omdat bij in Luxemburg genoteerde Eurobonds vrijwel alle liquiditeit zich in de professionele markt bevindt en de handelsplaatsen vrijwel geen of weinig liquiditeit hebben, worden die orders uitgevoerd op de interprofessionele markt door Rabobank International te Londen. In dat geval is de bank bevoegd om aan- en verkooporders uit te voeren met zichzelf of met derden als wederpartij. Het liquiditeitsuitgangspunt geldt alleen voor fondsen waarvan de prijs bepaald wordt door vraag en aanbod. Alle zogenaamde open-end beleggingsinstellingen, dit zijn de meeste genoteerde beleggingsinstellingen, vallen hier buiten. Dat komt omdat deze instellingen continu stukken uitgeven dan wel innemen, waardoor het aantal uitstaande stukken bij openend beleggingsinstellingen variabel is. Het gevolg daarvan is dat de prijs waarop gehandeld wordt niet wordt bepaald door vraag en aanbod, maar primair door de intrinsieke waarde. Dit is de waarde van de onderliggende beleggingsportefeuille van het betreffende fonds gedeeld door het aantal uitstaande participaties. Beurzen fungeren bij open-end beleggingsfondsen daarom zelden als handelsplaats, maar meestal slechts als doorgeefluik naar de beleggingsinstelling die het deelnemingsrecht uitgeeft. Daarom zijn ten aanzien van open-end beleggingsinstellingen uitsluitend de kwaliteit en de kosten van afwikkeling bepalend voor het orderuitvoeringsbeleid. Open-end beleggingsinstellingen kennen doorgaans slechts één handelsmoment per dag. Orders ontvangen vóór dat specifieke moment (‘cut-off time’) worden de volgende handelsdag verwerkt; later ontvangen orders de daaropvolgende handelsdag. Voor Rabobank Ledencertificaten organiseert Rabobank Nederland maandelijks een interne markt. Rabobank Ledencertificaten zijn niet genoteerd aan een reglementeerde markt en de methode waarop de koers wordt vastgesteld is beschreven in het prospectus. Voor alle overige Effecten, zoals bijvoorbeeld diverse Gestructureerde producten, geldt dat de Bank het best mogelijke resultaat behaalt door alle orders van een fonds te versturen naar de handelsplaats met de meeste liquiditeit in het betreffende fonds (in veel gevallen tevens ook de enige plaats waar het fonds wordt verhandeld). Hiervan wordt slechts afgeweken indien er op een andere handelsplaats voldoende liquiditeit is om ervoor te zorgen dat de prijzen in combinatie met de uitvoeringskosten voor de gemiddelde order gunstiger uitkomen.
Omdat het doorleiden van (retail)effectenorders een volledig geautomatiseerd proces is, is de Bank niet gehouden om specifieke instructies van de Klant die afwijken van het orderuitvoeringsbeleid van de Bank uit te voeren. Het is daarom ook niet mogelijk om bij het opgeven van effectenorders aan te geven op welke handelsplaats de order moet worden uitgevoerd. Voor zover de Bank een specifieke instructie van de Klant die afwijkt van het orderuitvoeringsbeleid van de Bank uitvoert, dient de Klant zich te realiseren dat zulks de Bank kan beletten de in het orderuitvoeringsbeleid van de bank opgenomen maatregelen te nemen om bij de uitvoering van de desbetreffende order het best mogelijk resultaat te behalen. Indien de Klant ingaat op een specifiek op zijn verzoek aan hem afgegeven quote (bied- of laatprijs), bijvoorbeeld door Rabobank International met betrekking tot eurobonds, dan is de verplichting om voor de Klant het best mogelijke resultaat te behalen niet van toepassing. Op dit orderuitvoeringsbeleid zijn de bepalingen uit de AVED 2007 van overeenkomstige toepassing, waaronder begrepen de artikelen 12 (aansprakelijkheid), 13 (inschakeling van derden) en 22 (Bijzondere omstandigheden) AVED 2007. Onder bijzondere omstandigheden (waaronder begrepen het uitvallen van ordersystemen en grote drukte op effecten- en derivatenbeurzen) is de Bank niet gehouden een order uit te voeren overeenkomstig dit orderuitvoeringsbeleid. De Bank is niet aansprakelijk voor de hierdoor ontstane schade, tenzij er sprake is van opzet of grove schuld van de Bank. De Bank ziet toe op de doeltreffendheid van haar orderuitvoerings regelingen en orderuitvoeringsbeleid teneinde tekortkomingen te achterhalen en corrigeren. De Bank zal jaarlijks dan wel eerder indien daartoe naar haar oordeel voldoende aanleiding bestaat nagaan of de in dit orderuitvoeringsbeleid opgenomen handelsplaatsen tot het best mogelijke resultaat voor de Klant leiden dan wel of zij haar orderuitvoeringsbeleid moet wijzigen. De Bank zal de Klant in kennis stellen indien in het orderuitvoeringsbeleid van de Bank wezenlijke wijzigingen worden aangebracht. De Bank zal voor het beoordelen van de liquiditeit van de diverse handelsplaatsen gebruikmaken van de gegevens die de Europese toezichthouders hierover jaarlijks bekend zullen maken. De Bank zal haar beleid om alle orders van een fonds op één handelsplaats uit te voeren verlaten indien aan een aantal voorwaarden is voldaan, zoals: (i) er dienen goede prijsvergelijkingssystemen in de markt beschikbaar te zijn; (ii) er dienen voldoende orders te zijn die de investering voor een verbinding met een extra handelsplaats rechtvaardigen; (iii) de extra handelsplaats moet zich voldoende bewezen hebben met betrekking tot de handel in het betreffende Effect en gedurende tenminste één jaar een dusdanige liquiditeit hebben behaald, dat de prijzen regelmatig beter zijn dan de prijzen op de meest liquide markt; (iv) de extra handelsplaats moet ervoor kunnen zorgen dat de afwikkeling volledig automatisch plaatsvindt bij de clearing respectievelijk de bewaarder die de bank voor het betreffende fonds standaard gebruikt. Handmatig ingrijpen in het afwikkelingsproces maakt de kosten van afwikkeling bij retailorders zo hoog dat dit het behalen van een beter resultaat in de weg staat. Indien de Klant op redelijke gronden meent dat zijn order niet overeenkomstig dit orderuitvoeringsbeleid is uitgevoerd, kan de Klant de Bank verzoeken aan te tonen dat de Bank voor hem de order heeft uitgevoerd in overeenstemming met dit beleid, tenzij de order of een specifiek aspect van de order is uitgevoerd volgens een specifieke instructie van de Klant. Tegenover de Klant strekt een door de Bank getekend uittreksel uit haar administratie tot volledig bewijs, behoudens door de Klant geleverd tegenbewijs. De Klant stemt in met en verleent - voor zover nodig - uitdrukkelijke toestemming aan het orderuitvoeringsbeleid van de Bank. Onverminderd andere wijzen waarop instemming c.q. toestemming door de Klant kunnnen worden verleend, wordt deze geacht in ieder geval te zijn verleend indien de Klant een order inlegt na ontvangst van de brief waarbij de Klant is geïnformeerd over de AVED 2007.
Bijlage IV bij de Algemene Voorwaarden voor de Effectendienstverlening van de Rabobank 2007 Beknopte beschrijving beleid inzake belangenconflicten Bij de uitvoering van de dienstverlening kunnen er binnen de Rabobank belangenconflicten ontstaan binnen de organisatie zelf, tussen de organisatie en (één) van haar klanten of tussen klanten onderling. In deze beschrijving staan voorbeelden en de wijze waarop de Rabobank deze belangenconflicten probeert te voorkomen of hiermee op passende wijze om te gaan indien deze zich toch voordoen. Uitgangspunt is dat belangentegenstellingen zoveel mogelijk worden voorkomen. Hierbij dient de bank oog te hebben voor de positie van de klant en voortdurend alert te zijn op mogelijke belangentegenstellingen. Het management zorgt ervoor dat mogelijke belangentegenstellingen bankbreed worden onderkend. Tot de belangrijkste maatregelen die worden genomen om te voorkomen dat informatie binnen een onderdeel van de organisatie terecht komt waar dit niet wenselijk is, behoren de zogenaamde “Chinese Walls”. Hieronder worden denkbeeldige scheidingswanden verstaan die tot doel hebben te voorkomen dat (koersgevoelige) informatie die bekend is bij medewerkers van een bepaalde entiteit of afdeling direct of indirect terechtkomt bij medewerkers van een andere entiteit of afdeling die deze informatie niet nodig hebben voor de uitoefening van hun functie. Deze barrières kunnen bestaan uit organisatorische, procedurele en fysieke scheidingen tussen de verschillende organisatieonderdelen en afdelingen. Een belangrijk voorbeeld is de scheiding tussen het kredietbedrijf en het effectenbedrijf. Dankzij Chinese Walls zijn de medewerkers van het effectenbedrijf niet op de hoogte aan welke (beursgenoteerde) ondernemingen er door de Rabobank kredieten zijn verstrekt. Verder maakt de Rabobank voor haar advisering gebruik van het researchinstituut IRIS. Dit researchinstituut is door Robeco en de Rabobank in het leven geroepen om onafhankelijke en objectieve advisering te garanderen en bij het opstellen van deze adviezen de belangen van de particuliere belegger voorop te stellen. Belangrijkste uitgangspunt is dat werkzaamheden die tegenstrijdige belangen met zich mee zouden kunnen brengen niet op één en dezelfde plaats mogen en kunnen worden uitgevoerd. Dergelijke werkzaamheden worden in verschillende functies ondergebracht. Insiders die tijdens de uitvoering van hun werkzaamheden in aanraking zouden kunnen komen met koersgevoelige informatie en op deze wijze de mogelijkheid van handelen met voorwetenschap zouden kunnen hebben, zijn onderworpen aan een speciale regeling die toeziet op de door hen in privé uit te voeren transacties. Op grond van deze regeling is een aantal beperkingen van kracht, waaronder de verplichting om een effectenrekening bij een bepaalde beleggingsonderneming aan te houden (de zgn. locatieplicht), handelsbeperkingen voor insiders die een emissie begeleiden en - voor een beperkte groep insiders - het verbod op intraday-handel. Bovendien zijn de uitgevoerde transacties onderhevig aan controle door de compliance officer. Overigens geldt voor alle medewerkers dat handelen met voorwetenschap verboden is. Door middel van intern toezicht en controle op de werkzaamheden van medewerkers die in een positie werkzaam zijn waar een belangenconflict zich zou kunnen voordoen wordt gewaarborgd dat de genomen maatregelen ook worden nageleefd. Iedere lokale Rabobank beschikt over een Local Compliance Officer die toezicht houdt op de naleving van relevante regelgeving.
Algemene Bankvoorwaarden Deze algemene voorwaarden zijn tot stand gekomen in overleg tussen de Nederlandse Vereniging van Banken en de Consumentenbond in het kader van de Coördinatiegroep Zelfreguleringsoverleg van de Sociaal-Economische Raad en treden in werking per 1 november 2009. Over overige (product)voorwaarden die van toepassing kunnen zijn heeft geen overleg plaatsgevonden. De Consumentenbond behoudt zich het recht tot collectieve actie voor met betrekking tot dergelijke voorwaarden. 1 Werkingsfeer Deze Algemene Bankvoorwaarden gelden voor alle bestaande en toekomstige rechtsverhoudingen tussen de bank en de cliënt, voor zover daarvan niet is afgeweken in overeenkomsten en/of in bijzondere voorwaarden. Algemene voorwaarden die een buitenlandse vestiging van de bank gebruikt voor haar rechtsverhoudingen met de cliënt hebben voor die rechtsverhoudingen, voor zover er onderlinge strijdigheid is, voorrang op deze Algemene Bankvoorwaarden. Als door of namens een cliënt andere algemene voorwaarden van toepassing zijn of worden verklaard, gelden die niet in de rechtsverhouding met de bank, tenzij de bank daarmee schriftelijk heeft ingestemd. 2 Zorgplicht bank en cliënt 1 De bank neemt bij haar dienstverlening de nodige zorgvuldigheid in acht en houdt daarbij naar beste vermogen rekening met de belangen van de cliënt. Geen van de bepalingen van deze Algemene Bankvoorwaarden of van de door de bank gebruikte bijzondere voorwaarden kan aan dit beginsel afbreuk doen. 2 De cliënt neemt jegens de bank de nodige zorgvuldigheid in acht en houdt daarbij naar beste vermogen rekening met de belangen van de bank. De cliënt stelt de bank in staat haar wettelijke en contractuele verplichtingen na te kunnen komen en haar dienstverlening correct te kunnen uitvoeren. De cliënt mag van de diensten en/of producten van de bank geen oneigenlijk of onrechtmatig gebruik (laten) maken, waaronder mede begrepen gebruik dat strijdig is met wet- en regelgeving, dienstbaar is aan strafbare feiten of schadelijk is voor de bank of haar reputatie of voor de integriteit van het financiële stelsel. 3 Activiteiten en doeleinden De cliënt verschaft de bank, met inachtneming van de geldende privacywetgeving, op haar eerste verzoek informatie over zijn activiteiten en doeleinden en over de redenen van (voorgenomen) afname van diensten en/of producten van de bank. De cliënt deelt desgevraagd aan de bank de herkomst mee van bij de bank gestorte of te storten gelden, ondergebrachte of onder te brengen waardepapieren en van in (open) bewaring gegeven of te geven zaken. 4 Niet-openbare informatie De bank hoeft bij haar dienstverlening geen gebruik te maken van niet-openbare informatie, waaronder koersgevoelige informatie. 5 Inschakeling derden 1 De bank mag bij haar dienstverlening gebruik maken van derden en werkzaamheden (deels) uitbesteden. De bank mag zaken, waardepapieren, effecten of financiële instrumenten van de cliënt, al dan niet op naam van de bank, aan derden in bewaring geven of door derden laten beheren. 2 Als de cliënt de bank een opdracht of volmacht geeft, mag de bank ter uitvoering daarvan ook handelen met zichzelf als wederpartij, en mag zij die opdracht of volmacht ook aan een derde geven. 3 De bank neemt bij de keuze van derden de nodige zorgvuldigheid in acht. Als de cliënt zelf een derde heeft ingeschakeld of aangewezen, zijn de gevolgen van die keuze voor rekening van de cliënt. 6 Risico van verzendingen Als de bank in opdracht van de cliënt gelden of financiële instrumenten, waaronder effecten, aan de cliënt of aan derden zendt, geschiedt de verzending voor risico van de bank. Als de bank in opdracht van de cliënt andere zaken of waardepapieren aan de cliënt of aan derden zendt, geschiedt die verzending voor risico van de cliënt. 7 Cliëntgegevens De cliënt en zijn vertegenwoordigers zijn verplicht aan de bank alle medewerking te verlenen en informatie te verstrekken voor het vaststellen en verifiëren van onder meer hun identiteit, burgerservice nummer, geboortedatum, burgerlijke staat, handelingsbekwaamheid en -bevoegdheid, huwelijks- of partnerschapsgoederenregime, rechtsvorm, woon- en/of (statutaire) vestigingsplaats, - voor zover van toepassing - hun inschrijvingsnummer in het handelsregister en/of andere registers en hun BTW-nummer. Wijzigingen in deze gegevens moeten zo spoedig mogelijk schriftelijk aan de bank worden meegedeeld. De bank mag van documenten, waaruit deze gegevens blijken, kopieën maken, de gegevens registreren en bewaren. Als de cliënt een rechtspersoon of samenwerkingsverband is, zijn de cliënt en zijn vertegenwoordigers tevens verplicht op
eerste verzoek van de bank inzicht te verschaffen in de eigendoms- en zeggenschapsstructuur van de rechtspersoon of het samenwerkingsverband. 8 Handtekening De cliënt en zijn vertegenwoordigers deponeren op eerste verzoek van de bank een voorbeeld van hun handgeschreven handtekening bij de bank op een wijze en/of in een vorm als door de bank bepaald. Het van een persoon verkregen voorbeeld geldt tegenover de bank als weergave van zijn actuele handgeschreven handtekening, ongeacht de hoedanigheid waarin hij tegenover de bank handelt, totdat de bank van een wijziging in kennis is gesteld. 9 Volmacht en vertegenwoordigingsbevoegdheid 1 De cliënt mag aan een derde volmacht geven om namens hem met de bank te handelen. De gevolmachtigde is niet bevoegd de aan hem verleende volmacht door te geven aan een derde. De cliënt is tegenover de bank aansprakelijk voor het nakomen van verplichtingen, die zijn aangegaan door de gevolmachtigde. De bank kan verlangen dat een volmacht op een bepaalde wijze en/of in een bepaalde vorm en/of volgens een bepaalde procedure wordt gegeven. De bank hoeft niet met een gevolmachtigde te (blijven) handelen. 2 Als de bevoegdheid van een vertegenwoordiger van de cliënt eindigt of zich in verband met die bevoegdheid een wijziging voordoet, is de cliënt verplicht, ongeacht inschrijving in openbare registers of openbaarmaking daarvan, dat einde of die wijziging zo spoedig mogelijk schriftelijk aan de bank mee te delen. De bank mag opdrachten die aan haar zijn gegeven door een vertegenwoordiger voordat of kort nadat de bank die mededeling van het einde of de wijziging heeft ontvangen, rechtsgeldig (blijven) uitvoeren als zij die uitvoering redelijkerwijs niet kan voorkomen. 3 De Algemene Bankvoorwaarden en alle overige tussen de cliënt en de bank toepasselijke bepalingen, regels en beperkingen zijn van overeenkomstige toepassing op de vertegenwoordiger in verband met de uitoefening van zijn vertegenwoordiging. De cliënt is verantwoordelijk voor de naleving daarvan door zijn vertegenwoordiger en zal er voor zorgen dat de cliënt en de vertegenwoordiger elkaar volledig geïnformeerd houden over al hetgeen voor hen als cliënt en vertegenwoordiger van belang is of kan zijn. 10 Persoonsgegevens De bank mag persoonsgegevens van de cliënt en van diens vertegenwoordigers, alsmede gegevens met betrekking tot door de cliënt afgenomen producten en diensten, verwerken met inachtneming van de geldende wet- en regelgeving en de bank bindende gedragscodes en deze binnen de groep waartoe de bank behoort uitwisselen voor het beheer van de relatie met de cliënt, ter voorkoming en bestrijding van criminaliteit en voor commerciële doeleinden. Persoonsgegevens kunnen ook worden uitgewisseld met derden die de bank inschakelt bij haar bedrijfsvoering of de uitvoering van bankdiensten. Dit kan, onder meer in het kader van het betalingsverkeer, doorgifte meebrengen aan derden in landen die niet hetzelfde beschermingsniveau kennen als Nederland. Persoonsgegevens kunnen zowel tijdens als na de verwerking voorwerp zijn van onderzoek door bevoegde nationale autoriteiten van de landen waar dergelijke gegevens zich vanwege het verwerkingsproces bevinden. 11 (Beeld- en geluid-)opnamen De bank mag binnen de grenzen van de toepasselijke wet- en regelgeving (beeld- en geluid-)opnamen maken ten behoeve van doeleinden als een goede bedrijfsvoering, bewijslevering, criminaliteitsbestrijding en kwaliteitsbewaking. Als de cliënt nakoming door de bank verlangt van een verplichting tot afgifte van een kopie of transscriptie van een opname, moet hij eerst de relevante specificaties opgeven zoals de relevante datum, tijdstip en locatie. 12 Continuïteit in dienstverlening De bank stelt zich het adequate functioneren van voorzieningen ten behoeve van haar dienstverlening (bijvoorbeeld apparatuur, programmatuur, systemen, infrastructuur, netwerken) ten doel, maar staat er niet voor in dat deze voorzieningen continu actief en storingsvrij zullen zijn. De bank streeft ernaar onderbreking/storing, voor zover dit binnen haar invloedsfeer ligt, binnen redelijke grenzen te vermijden of anders de onderbreking/storing binnen redelijke tijd te verhelpen. 13 Overlijden cliënt 1 De bank moet zo spoedig mogelijk schriftelijk in kennis worden gesteld van het overlijden van de cliënt. Zolang de bank niet op deze wijze in kennis is gesteld van het overlijden van de cliënt, mag zij door of namens hem gegeven opdrachten (blijven) uitvoeren. De bank mag opdrachten die aan haar zijn gegeven voordat of kort nadat de bank in kennis is gesteld van het overlijden van een cliënt rechtsgeldig (blijven) uitvoeren als zij die uitvoering redelijkerwijs niet kan voorkomen. 2 Na het overlijden van de cliënt kan de bank verlangen dat degene(n) die stelt/stellen bevoegd te zijn (rechts) handelingen met betrekking tot de nalatenschap van de cliënt te verrichten ten bewijze daarvan een verklaring van erfrecht, afgegeven door een Nederlandse notaris, en/of andere door de bank acceptabel geoordeelde documenten aan de bank overlegt/overleggen. 3 De bank is niet verplicht opnieuw informatie te verschaffen over handelingen en transacties die zijn verricht voor het moment van het overlijden van de cliënt.
14 Naam en adres van de cliënt 1 De cliënt deelt de bank mee naar welk adres voor hem bestemde documenten en/of informatie kunnen worden gezonden. De cliënt deelt naams- en adreswijzigingen zo spoedig mogelijk schriftelijk aan de bank mee. Als het adres van de cliënt door zijn toedoen niet (meer) bij de bank bekend is, kan de bank onderzoek doen naar het adres van de cliënt zonder daartoe verplicht te zijn. De kosten van een dergelijk onderzoek komen voor rekening van de cliënt. De cliënt die geen bij de bank bekend adres heeft, wordt geacht zijn postadres te hebben gekozen op het adres waar de bank gevestigd is, tenzij anders overeengekomen. 2 Als een product of dienst van de bank door twee of meer personen wordt afgenomen, zendt de bank de documenten en/of informatie naar het adres dat door die personen aan de bank is opgegeven. Als daarover geen overeenstemming (meer) bestaat tussen die personen, mag de bank zelf kiezen naar welk adres van die personen zij de documenten en/of informatie zendt. 15 Nederlandse taal De communicatie tussen de bank en de cliënt geschiedt in het Nederlands, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen. De bank kan verlangen dat de cliënt documenten die luiden in een andere taal dan het Nederlands, ten genoegen van haar op kosten van de cliënt in het Nederlands of in een andere door de bank akkoord bevonden taal laat vertalen door een daartoe naar het oordeel van de bank bekwaam persoon. Een in Nederland in de desbetreffende taal beëdigd vertaler is in ieder geval daartoe bevoegd. 16 Gebruik van communicatiemiddelen De cliënt is verplicht in het verkeer met de bank zorgvuldig en veilig om te gaan met het gebruik van internet, fax, e-mail, post of andere communicatiemiddelen. 17 Gegevens en opdrachten 1 De cliënt draagt er zorg voor dat de bank tijdig beschikt over alle gegevens waarvan de bank aangeeft of waarvan de cliënt redelijkerwijs moet begrijpen dat deze noodzakelijk zijn voor een correcte dienstverlening door de bank. De cliënt draagt er zorg voor dat tot de bank of tot een door de bank aangewezen derde gerichte verklaringen, zoals opdrachten, opgaven en mededelingen aan de bank, duidelijk en volledig zijn en de juiste gegevens bevatten. De cliënt houdt zich daarbij aan door de bank gegeven voorschriften en aanwijzingen. 2 De cliënt maakt bij zijn tot de bank, of tot een door de bank aangewezen derde, gerichte verklaringen gebruik van door de bank voorgeschreven of goedgekeurde gegevensdragers of communicatiemiddelen. De cliënt gebruikt deze met inachtneming van door de bank gegeven voorschriften en aanwijzingen. 3 De bank mag de uitvoering van opdrachten opschorten of weigeren als deze niet op een correcte wijze zijn gegeven. De bank mag in bijzondere omstandigheden weigeren een door of namens de cliënt gegeven opdracht uit te voeren of een gevraagde dienst te verrichten. 18 Bewijskracht en bewaartermijn bankadministratie Tegenover de cliënt strekt een uittreksel uit de administratie van de bank tot volledig bewijs, behoudens door de cliënt geleverd tegenbewijs. De bank hoeft haar administratie niet langer te bewaren dan de wettelijke bewaartermijnen. 19 Controle van door de bank verschafte gegevens en uitgevoerde opdrachten 1 De cliënt moet de door de bank aan hem verzonden of op een andere wijze aan hem ter beschikking gestelde bevestigingen, rekeningafschriften, nota’s of andere opgaven of andere gegevens zo spoedig mogelijk na ontvangst controleren. Als de bank aan de cliënt dergelijke berichten elektronisch ter beschikking stelt, moet de cliënt de gegevens zo spoedig mogelijk controleren nadat zij aan hem ter beschikking zijn gesteld. Als datum van verzending of terbeschikkingstelling geldt de datum van verzending of terbeschikkingstelling zoals die blijkt uit kopieën, verzendlijsten of anderszins uit de administratie van de bank. De cliënt moet zo spoedig mogelijk controleren of de bank door of namens hem gegeven opdrachten juist en volledig heeft uitgevoerd. Als de cliënt geen bericht van de bank ontvangt, terwijl hij weet of zou moeten weten dat hij een bericht van de bank kan verwachten, stelt hij de bank daarvan zo spoedig mogelijk schriftelijk in kennis. 2 Als de cliënt een onjuistheid of onvolledigheid constateert, moet hij de bank daarvan zo spoedig mogelijk schriftelijk in kennis stellen en alle redelijke maatregelen nemen ter voorkoming van (verdere) schade. Als de bank constateert dat zij een fout of vergissing heeft gemaakt, herstelt zij die zo spoedig mogelijk. De bank stelt de cliënt zo spoedig mogelijk in kennis van de geconstateerde fout of vergissing. 3 De bank is bevoegd een fout of vergissing zonder instemming van de cliënt te herstellen en om een onterechte boeking ongedaan te maken. De bank is bevoegd om de creditering van een rekening van de cliënt ingevolge een door een beschikkingsonbevoegde of handelingsonbekwame persoon gegeven opdracht ongedaan te maken. 4 Als de cliënt een kopie vraagt van al eerder door de bank aan hem verstrekte gegevens, zal de bank die binnen redelijke termijn en tegen vergoeding van door de bank te maken redelijke kosten aan de cliënt verschaffen, tenzij de bank de gegevens niet meer heeft of de bank een redelijke grond heeft om niet aan het verzoek te voldoen.
20 Goedkeuring opgaven bank Als de cliënt de inhoud van de door of namens de bank aan hem gezonden of ter beschikking gestelde bevestigingen, rekeningafschriften, nota`s, andere opgaven of andere gegevens van de bank aan de cliënt niet schriftelijk heeft betwist binnen dertien maanden nadat die gegevens door of namens de bank aan de cliënt ter beschikking zijn gesteld, geldt de inhoud van die gegevens in elk geval en onverminderd de voor de cliënt uit artikel 19 voortvloeiende verplichtingen als door de cliënt te zijn goedgekeurd. Als in die gegevens rekenfouten voorkomen, herstelt de bank die, ook nadat de termijn van dertien maanden is verstreken. 21 Bewaar- en geheimhoudingsplicht 1 De cliënt moet aan hem ter beschikking gestelde middelen zoals formulieren, informatiedragers, communicatie- en beveiligingsmiddelen, passen, pin- en toegangscodes en wachtwoorden zorgvuldig bewaren en behandelen. De cliënt moet met persoonlijke pin- en toegangscodes en dergelijke zorgvuldig omgaan en deze geheim houden voor andere personen. De cliënt houdt zich aan de door de bank gegeven beveiligingsvoorschriften. 2 Als de cliënt weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat door of namens de bank aan hem ter beschikking gestelde middelen in handen van een onbevoegde zijn geraakt of daarmee misbruik is of kan worden gemaakt of dat een onbevoegde zijn pin- en/of toegangscode(s) kent, moet hij daarvan terstond mededeling doen aan de bank. 22 Provisies, rente en kosten 1 De bank brengt voor haar dienstverlening provisies, rente en kosten in rekening. De bank mag de hoogte hiervan wijzigen, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen. Als de hoogte van die provisies, rente en kosten niet vooraf tussen de cliënt en de bank is overeengekomen, zal de bank de bij haar gebruikelijke provisies, rente en kosten in rekening brengen. 2 In haar dienstverlening informeert de bank de cliënt zo veel als redelijkerwijs mogelijk over de hoogte van haar tarieven (provisies, rente, kosten). De bank draagt er zorg voor dat informatie hierover op eenvoudige wijze verkrijgbaar is. 3 De bank mag de door de cliënt aan haar verschuldigde provisies, rente en kosten debiteren ten laste van een rekening van de cliënt bij de bank zonder voorafgaande kennisgeving aan de cliënt. Als door de debitering een ongeoorloofde debetstand op de rekening ontstaat, moet de cliënt die debetstand onmiddellijk aanzuiveren zonder dat daartoe een ingebrekestelling door de bank vereist is. 23 Creditering onder voorbehoud Bij creditering van een ten gunste van de cliënt (te) ontvangen bedrag geldt als voorbehoud dat de bank dit bedrag daadwerkelijk, definitief en onvoorwaardelijk, ontvangt. Als hieraan niet is voldaan, mag de bank de creditering - zonder voorafgaande kennisgeving - door debitering van een gelijk bedrag, met terugwerkende kracht, ongedaan maken. Als het (te) ontvangen bedrag bij creditering is omgezet in een andere valuta dan mag de bank de debitering uitvoeren in die andere valuta tegen de wisselkoers op het moment van uitvoering. In verband met de ongedaanmaking gemaakte kosten komen voor rekening van de cliënt. 24 Pandrecht 1 Door het van toepassing worden van deze Algemene Bankvoorwaarden heeft de cliënt: a zich verbonden de volgende goederen met inbegrip van de daarbij behorende nevenrechten aan de bank te verpanden tot zekerheid van al hetgeen de bank op enig moment, uit welken hoofde ook, van hem te vorderen heeft of verkrijgt: i alle (geld-)vorderingen die de cliënt, uit welken hoofde ook, op de bank heeft of verkrijgt; ii alle zaken, waardepapieren, effecten en andere financiële instrumenten die de bank of een derde voor haar, uit welken hoofde ook, van of voor de cliënt onder zich heeft of verkrijgt; iii alle aandelen in verzameldepots die de bank onder haar beheer heeft of verkrijgt; iv alle goederen die in de plaats van de goederen onder i, ii, of iii (zullen) treden; b voor zover rechtens mogelijk, de sub a bedoelde goederen aan de bank in pand gegeven; c de bank onherroepelijk volmacht gegeven, met het recht van substitutie, om die goederen namens de cliënt, eventueel steeds herhaald, aan zichzelf te verpanden, en alles te doen wat dienstig is voor de verpanding. 2 De cliënt staat er voor in dat hij tot de verpanding bevoegd is en dat de desbetreffende goederen vrij (zullen) zijn van rechten en aanspraken van anderen dan de bank. 3 De bank zal de verpande goederen, als de cliënt daarover wil beschikken, vrijgeven indien de waarde van de daarna resterende verpande goederen voldoende dekking biedt voor al hetgeen zij, uit welken hoofde ook, van de cliënt te vorderen heeft of zal krijgen. De bank mag pas tot uitwinning van het verpande overgaan als zij een opeisbare vordering heeft op de cliënt en de cliënt met de nakoming daarvan in verzuim is. De bank zal niet meer van het verpande uitwinnen dan nodig is voor de voldoening van de schuld van de cliënt. Nadat de bank van haar uitwinningsbevoegdheid gebruik heeft gemaakt, zal zij de cliënt daarvan zo spoedig mogelijk schriftelijk in kennis stellen. 25 Verrekening De bank mag altijd hetgeen zij al dan niet opeisbaar of onder voorwaarde van de cliënt te vorderen heeft, verrekenen met al dan niet opeisbare tegenvorderingen van de cliënt op de bank, ongeacht de valuta waarin de vorderingen en
tegenvorderingen luiden. Als de vordering van de bank op de cliënt of de tegenvordering van de cliënt op de bank nog niet opeisbaar is, maakt de bank – als de vordering van de bank en de tegenvordering van de cliënt in dezelfde valuta luiden – van haar verrekeningsbevoegdheid geen gebruik tenzij op de tegenvordering beslag wordt gelegd of daarop anderszins verhaal wordt gezocht, daarop een beperkt recht wordt gevestigd, de cliënt zijn tegenvordering onder bijzondere titel overdraagt, de cliënt failliet wordt verklaard of in surseance van betaling geraakt of een andere insolventieregeling of een wettelijke schuldsanering op de cliënt van toepassing wordt. Vorderingen in vreemde valuta worden verrekend tegen de koers van de dag van verrekening. De bank stelt de cliënt zo mogelijk voorafgaand aan de verrekening daarvan in kennis. 26 Zekerheden 1 Door het van toepassing worden van deze Algemene Bankvoorwaarden heeft de cliënt zich jegens de bank verbonden om voor alle bestaande en alle toekomstige vorderingen van de bank op de cliënt, uit welken hoofde ook, op eerste verzoek van de bank, ten genoegen van de bank, (aanvullende) zekerheid te stellen. Deze dient steeds zodanig te zijn, en daartoe zo nodig door de cliënt ten genoegen van de bank te worden vervangen en/of aangevuld, dat de bank gelet op het risicoprofiel van de cliënt, de dekkingswaarde van de zekerheden en eventuele andere voor de bank relevante factoren, doorlopend voldoende zekerheid heeft en zal hebben. De bank zal op verzoek van de cliënt de reden van die zekerheidstelling, of de vervanging of aanvulling daarvan, meedelen. De omvang van de gevraagde zekerheid moet in een redelijke verhouding staan tot de verplichtingen van de cliënt. 2 Pand- en hypotheekrechten van de bank strekken voor het geval een andere bankinstelling als haar rechtsopvolgster onder algemene titel de bankrelatie van de bank met de cliënt, geheel of gedeeltelijk, voortzet mede ten gunste van die andere bankinstelling alsof deze de bank zelf was. 3 De bank kan haar pand- of hypotheekrechten op ieder moment, geheel of gedeeltelijk, door opzegging beëindigen. 4 Vestiging van een (nieuwe) zekerheid ten gunste van de bank strekt niet tot vervanging of vrijgave van (bestaande) zekerheden. 5 Als deze Algemene Bankvoorwaarden tegenover de cliënt worden gebruikt ter wijziging, aanvulling en/of vervanging van eerdere algemene (bank-)voorwaarden, blijven alle uit hoofde van die eerdere algemene (bank-)voorwaarden bestaande zekerheden, rechten op zekerheden en verrekenbevoegdheden, onverkort van kracht naast de overeenkomstige rechten en bevoegdheden uit hoofde van deze Algemene Bankvoorwaarden. 27 Onmiddellijke opeisbaarheid Als de cliënt in verzuim is met de nakoming van enige verplichting jegens de bank, mag de bank haar vorderingen op de cliënt door opzegging onmiddellijk opeisbaar maken, tenzij dit gelet op de geringe betekenis van het verzuim niet gerechtvaardigd is. Een dergelijke opzegging geschiedt schriftelijk met vermelding van de reden. 28 Bijzondere kosten 1 Als de bank wordt betrokken bij een beslag, geschil of procedure tussen de cliënt en een derde, dan zal de cliënt de daaruit voor de bank voortvloeiende kosten (bijvoorbeeld rechtsbijstandskosten) volledig aan haar vergoeden. 2 Alle overige bijzondere kosten van de bank voortvloeiend uit de relatie met de cliënt komen voor rekening van de cliënt voor zover dit redelijk is. 29 Belastingen en heffingen Alle belastingen, heffingen en dergelijke - onder welke naam dan ook en door wie ook geheven - die betrekking hebben op de relatie tussen de cliënt en de bank komen voor rekening van de cliënt, tenzij schriftelijk anders is overeengekomen of een bepaling van dwingend recht anders voorschrijft. 30 Vorm mededelingen Mededelingen aan de bank moeten schriftelijk worden gedaan, tenzij uitdrukkelijk met de bank een andere wijze van communicatie is overeengekomen. 31 Incidenten en calamiteiten Als zich bij (de uitvoering van) een overeenkomst tussen de bank en de cliënt een incident of calamiteit dreigt voor te doen, voordoet of zich heeft voorgedaan, moet de cliënt op verzoek van de bank alles doen of nalaten wat de bank in verband daarmee redelijkerwijs noodzakelijk acht. 32 Partiële nietigheid of vernietigbaarheid Mocht een bepaling in deze Algemene Bankvoorwaarden nietig of vernietigbaar zijn, dan heeft dit niet tot gevolg dat een andere bepaling daarvan (deels) nietig of vernietigbaar is. Als een bepaling in deze Algemene Bankvoorwaarden nietig of vernietigbaar mocht zijn, wordt zij vervangen door een geldige bepaling die het meest de strekking van de nietige of vernietigbare bepaling benadert. 33 Toepasselijk recht Op de relatie tussen de bank en de cliënt is Nederlands recht van toepassing, tenzij dwingend recht anders bepaalt of anders is overeengekomen.
34 Klachten en geschillen 1 Als de cliënt niet tevreden is over de dienstverlening van de bank, moet hij zich eerst wenden tot de bank met inachtneming van de bij de bank daarvoor geldende procedure. 2 Geschillen tussen de cliënt en de bank worden uitsluitend voorgelegd aan de bevoegde Nederlandse rechter, behoudens dwingend recht en het volgende: a De cliënt kan een geschil ook voorleggen aan de bevoegde geschillen en klachtencommissies. b De bank kan een geschil ook voorleggen aan de voor de cliënt in aanmerking komende buitenlandse rechter. 35 Opzegging van de relatie Zowel de cliënt als de bank kan de relatie tussen hen schriftelijk geheel of gedeeltelijk opzeggen. Als de bank de relatie opzegt, deelt zij desgevraagd de reden van de opzegging aan de cliënt mee. Na opzegging van de relatie worden de tussen de cliënt en de bank bestaande individuele overeenkomsten zo spoedig mogelijk afgewikkeld met inachtneming van de daarvoor geldende termijnen. Tijdens de afwikkeling blijven deze Algemene Bankvoorwaarden en de op de individuele overeenkomsten toepasselijke specifieke voorwaarden van toepassing. 36 Contractsoverneming Door het van toepassing worden van deze Algemene Bankvoorwaarden heeft de cliënt, voor het geval van (gedeeltelijke) overdracht van de onderneming van de bank, er bij voorbaat medewerking aan verleend dat zijn rechtsverhouding met de bank in het kader van die (gedeeltelijke) overdracht (gedeeltelijk) op een derde overgaat. 37 Wijzigingen en aanvullingen van de Algemene Bankvoorwaarden Wijzigingen en aanvullingen van deze Algemene Bankvoorwaarden worden niet van kracht dan nadat met representatieve Nederlandse consumenten en ondernemersorganisaties overleg is gepleegd over die wijzigingen en aanvullingen en over de wijze waarop die wijzigingen en aanvullingen ter kennis van de cliënt worden gebracht. De wijzigingen en aanvullingen worden gedeponeerd ter griffie van de rechtbank te Amsterdam. De wijzigingen en aanvullingen zullen niet eerder van kracht worden dan zestig dagen na de datum van deponering.
www.rabobank.nl
AV Toekomstbeleggen jan-2014
De tekst van deze Bijzondere voorwaarden Rabo ToekomstBeleggen 2014 is op 16 januari 2014 gedeponeerd ter griffie van de rechtbank Midden Nederland te Utrecht, onder nummer 18/2014.