CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Portaal voor beleving van eeuwenlange verdediging in een nationaal sleutelgebied Cultuurhistorische effecten/kansen rond de aanleg van een parkeerplaats voor de toeristisch-recreatieve ontsluiting van Fort Pannerden
1
2
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Illustratie cover: Het fort op de Hoofddam, alias het ‘slot op de hoofdkraan van de waterlinie’. (foto Dirk Oomen, zie http://www.oomenlandschap.nl/)
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Portaal voor beleving van eeuwenlange verdediging in een nationaal sleutelgebied
Cultuurhistorische effecten/kansen rond de aanleg van een parkeerplaats voor de toeristisch-recreatieve ontsluiting van Fort Pannerden
3
4
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
INHOUDSOPGAVE 1.
INLEIDING ................................................................................................................................................................................................
7
2. 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5
EEUWENLANG LEVEN OP HET RAAKVLAK VAN WAAL EN NEDER-RIJN; EEN CULTUURHISTORISCHE QUICKSCAN ... WATERBEHEERSING; STRIJD TEGEN HET WATER ......................................................................................................................... VERDEDIGING EN OORLOG; STRIJD MET HET WATER ................................................................................................................. ECONOMIE; LEVEN VAN HET LAND EN DE RIVIER ................................................................................................................. GELOOF EN VOLKSGELOOF .............................................................................................................................................................. TRADITIES; DE SCHUTTERIJ ...............................................................................................................................................................
11 11 16 21 23 25
3. 3.1 3.2 3.3
EFFECTEN EN KANSEN; EEN HERINNERINGSLANDSCHAP MET GROTE POTENTIE VOOR BELEVING VAN ROEMRUCHTE CULTUURHISTORIE .................................................................................................................................................. PRINCIPES VOOR OMGAAN MET CULTUURHISTORIE .............................................................................................................. AANLEG VAN DE PARKEERPLAATS; EFFECTEN ............................................................................................................................. GOUDEN KANSEN ROND DE GEWENSTE ONTSLUITING ............................................................................................................
29 30 34 36
4.
CONCLUSIE .............................................................................................................................................................................................
47
VERKLARENDE WOORDENLIJST BRONNENOPGAVE COLOFON
5
6
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
1
INLEIDING Aanleiding In de afgelopen jaren werd Fort Pannerden met zorg gerestaureerd. Vorig jaar werd het feestelijk geopend. Dit jaar kwam ook een prachtig boek uit over de historie van het fort. Fort Pannerden is de trots van Lingewaard geworden. Het wordt gezien als een toeristisch-recreatief visitekaartje bij uitstek voor de gemeente. De achterliggende gedachte is ook duidelijk: meer toerisme en recreatie kan de plaatselijke economie een duwtje in de goede richting geven. In het verlengde hiervan ligt het streven om het fort beter bereikbaar te maken. Dat is inmiddels al gelukt voor bootreizigers, dankzij de komst van een aanlegsteiger bij de Sterreschans. Intussen is ook besloten tot aanleg van een parkeerplaats in de Biezenwei westelijk van de Sterreschans. Deze voorziening is bestemd voor fortbezoekers die met de auto
komen. De Biezenwei lijkt een interessante parkeerlocatie. Vanhier is het maar een klein eindje lopen naar de toegangsweg van Fort Pannerden. De gemeente ziet het unieke erfgoed van het fort als de grote publiekstrekker. Maar ze beseft dat aandacht voor de andere cultuurhistorie rond de Rijntakkensplitsing ook gunstig kan zijn voor toerisme/recreatie. Ook realiseert ze zich dat ontwikkeling in beginsel een kans is om de kwaliteiten van het landschap te versterken. Dat vraagt wel om kennis en creativiteit om cultuurhistorie te benutten als bron van inspiratie. Reden waarom de gemeente een klein onderzoek liet instellen naar de cultuurhistorische effecten en kansen rond de aanleg van de parkeerplaats en het realiseren van verbindingen tussen parkeerplaats en fort. Onderwijl zijn ook stappen gezet om een studie te laten doen naar de ecologische effecten van de plannen voor de Biezenwei.
De beide effecten- en kansenstudies worden bestempeld als belangrijke bouwstenen voor het ontwerp van het parkeerterrein met hierbij gedachte voorzieningen.
Opdracht/aanpak Deze studie vond plaats in opdracht van gemeente Lingewaard. Ze beoogt een beeld te geven van de effecten van de aanleg van de parkeerplaats op de cultuurhistorie en de kansen om cultuurhistorie meer te laten beleven, zowel rond het parkeerterrein als rond de wandel- en struinroutes die worden ontwikkeld tussen dit terrein en het fort. De bedoeling is dat de aankomst op de parkeerplaats en de tocht naar het fort worden ervaren als een sfeervolle kennismaking met de boeiende achtergronden van het landschap van Fort Pannerden.
7
8
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
De studie is opgebouwd uit twee onderdelen. Het eerste hiervan behelst een quickscan analyse van de cultuurhistorie in de omgeving van de Rijntakkensplitsing. Het resultaat is een kaartbeeld met cultuurhistorische waarden en een toelichting daarop. In die toelichting is de cultuurhistorie van het eeuwenlange leven met de rivier thematisch uit de doeken gedaan. In het tweede onderdeel wordt de schijnwerper gericht op de effecten en kansen rond de aanleg van de parkeerplaats. De cultuurhistorische kaart met toelichting heeft gefungeerd als toetssteen en inspiratiebron bij het bepalen van die effecten en kansen. Het plangebied van deze studie is wat opgeschaald zodat een meer integraal beeld ontstaat van de met de splitsing van Waal en Pannerdensch Kanaal samenhangende cultuurhistorie. Ook is, waar mogelijk, gelet op betrokkenheid in het kaartbeeld van andere cultuurhistorische toppers zoals kasteel Doornenburg. Aan het einde van deze studie zijn de bevindingen rond de effecten en kansen nog op een rijtje gezet.
Leeswijzer Het rapport telt, inclusief de inleiding, 4 hoofdstukken. In hoofdstuk 2 wordt de cultuurhistorie van het plangebied kortweg beschreven en verbeeld op een kaart. In het volgende hoofdstuk komen de effecten en kansen aan bod rond de aanleg van de parkeerplaats en het realiseren van wandelen struinroutes. In het laatste hoofdstuk volgt een conclusie. Achterin het rapport is de cultuurhistorische kaart als losse bijlage opgenomen; het verdient aanbeveling deze kaart tijdens het lezen bij de hand te houden.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
9
10
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Verlande buitengeul van de kronkelwaard van de Roswaard
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
2
EEN CULTUURHISTORISCHE QUICKSCAN
Hieronder volgt een korte analyse, als toelichting op de cultuurhistorische inspiratiekaart van de omgeving van Fort Pannerden (zie p. 26-27 of de losse kaartbijlage). Meerdere thema’s passeren de revue. Rode draad hierin is het eeuwenlange leven in een spannend trefpunt van twee grillige Rijntakken, de Waal en de Neder-Rijn. Dat levert een bewogen historie op die vertelt dat in dit dynamische gebied gebeurtenissen plaatshadden die gevolgen hadden voor de hele Nederlandse delta en ook voor de nationale geschiedenis. Het eeuwenlange leven bij de rivieren kent verschillende dimensies. Het water ontpopte zich hierbij in verschillende hoedanigheden, als erfvijand die een gevaar vormde voor veiligheid en welvaart, als bondgenoot bij het verdedigen van de vrijheid en de Nederlandse zelfstandigheid, als een
heilbrenger voor economie, landbouw, nijverheid en riviernering, en als mystieke, stille, kracht, die vroomheid en wondergeloof prikkelde. Verbluffend om te zien, hoeveel invloed de rivieren hier hebben gehad op het menselijk leven. 2.1
WATERBEHEERSING; STRIJD TEGEN HET WATER
Samenwerking Enkele kleurvlakken op de kaart wijzen delen van vroegere dorpspolders aan, namelijk die van Gendt, Doornenburg en Pannerden. De dorpspolders waren de organisaties die in de Middeleeuwen ontstonden door de stapsgewijze verovering van het land op de rivieren. Dat vereiste samenwerking tussen de inwoners van het dorp. En inzicht in technieken
van waterbeheersing: het graven van sloten en het bouwen van dijkjes. In het begin was het vooral belangrijk om te weten waar je droge voeten kon behouden en vruchtbaar land kon bewerken. De mens vond die plekken op de oeverwallen. Bij extra watertoevoer in de herfst of nawinter konden de rivieren zich nog ontlasten naar de legio laagten en nevengeulen in de hele delta. Kronkelwaarden Op de kaart zijn plekken ingekleurd waar al in de Vroege Middeleeuwen werd gewoond. Je ziet ze in de huidige kernen van Doornenburg en Pannerden. Vaak zijn deze oude cultuurgronden bekend als woerd of hof. In de loop van de tijd kregen die gronden door aanhoudende bewoning een zwarte kleur. De kaart
11
12
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
toont nog iets boeiends: stippellijnen die de rivierloop aanwijzen zoals die stroomde ver vóór de sluiting van de dijkring in de 13e eeuw. Neder-Rijn en Waal slingerden zich nog ongehinderd door het landschap. Ze bouwden complexen van sterk krullende geulen en ruggen op, kronkelwaarden. Op den duur sneed de rivier aan de hals zijn eigen lus af. Zo raakte een kronkelwaard uitgeblust. Gaaf voorbeeld van zo’n waard is de Roswaard, waarvan de buitengeul deels zichtbaar is op de kaart. De buigende stippellijnen zuidoostelijk van Doornenburg en zuidelijk van Pannerden verraden dat de Waal hier een tijdlang oprukte.
rivierbedding crevasse kronkelwaargeul
oeverwal afzetting crevasse kom
Riviermeander met kronkelwaard en crevassen uit de tijd voor de bedijking (tekening: Royal Haskoning).
Samenvloeien Mogelijk lagen de oudste cultuurgronden eerst op een kippeneindje van de Waal. Even moet het zelfs hebben geleken of Waal en NederRijn met elkaar zouden samenvloeien. Dan zou de geschiedenis van de Nederlandse delta zeker anders zijn verlopen. Maar de NederRijn lijkt in of voor de 11e eeuw zijn kronkel bij Doornenburg te hebben afgesneden. De verlaten riviergeul dutte in en veranderde in moeras en land. Zoiets zal aan de Waalkant ook zijn gebeurd. Misschien stimuleerde de mens beide Rijntakken bij het doorsnijden van de kronkelgeulen die bezig waren elkaar te naderen. We weten nog zo weinig van die tijd. Maar we mogen de menselijke vindingrijkheid in het overleven beslist niet onderschatten. Verland geraakt door de halsdoorsnijdingen, konden de kronkelwaarddelen van de Waal in de 13e eeuw worden binnengedijkt. Begrijpelijk want het was vruchtbare grond. Nadelig was wel dat de dijk op zandige, doorlatende grond kwam te rusten. Het Waalwater kon met hoge rivierstand via die grond gemakkelijk landwaarts sijpelen. Kwel noem je dit verschijnsel. Het kwelwater kon
zand meevoeren zodat de dijk ondermijnd raakte en bezweek. Alverloren Die bedijking had niet van de ene op de andere dag plaats. Vanaf de oudste woongronden werden sinds de 10e en 11e eeuw de gronden op de oeverwallen en oeverzones ontgonnen. Uit het kaartbeeld is op te maken dat vanuit Pannerden werd opgerukt tot dichtbij de kern van Doornenburg. Daarbij stuitten de ontginners op moerassen van
De AHN-kaart laat de hoogteverschillen uitkomen, van hoog - rood, geel - naar lager, groen, blauw. De buigende sloten en kavelgrenzen bij Doornenburg markeren een Waalkronkel.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
ingedoezelde rivierlopen, waaronder een dode Waalkronkel. Een tijdlang stonden die zompen in verbinding met de Rijntakken. Rond de dode Waalkronkel was blijkbaar nog zoveel invloed van de levende Waal dat een ontginningspoging strandde. De veldnaam ‘Alverloren’ van een stel kavels aan de rand van die meander is veelzeggend. De rivierinvloed op de restgeulen en moerassen zal Doornenburg en Pannerden hebben aangespoord om de dijkjes van beide dorpen met elkaar te verbinden. Hierna konden de binnengedijkte geulen en moerassen beter worden gecultiveerd. Daarbij vormde de huidige Pannerdenseweg een scheidslijn tussen de sfeer en invloed van de Waal en die van de Neder-Rijn. Niet ondenkbaar is dat delen van die weg een tijdlang fungeerden als dijk.
Deze wetering mondde uit in een oude Rijnstrang die begin 18e eeuw is opgegaan in het Pannerdensch Kanaal. Een nog altijd belangrijke afwatering is de Linge, bovenin de kaart afgebeeld. Te zien is dat de Linge ontsprong in de Honderd Morgen van Pannerden. Hij is gegraven in de 13e eeuw. Maar daarbij is een slim gebruik gemaakt van aanwezige laagten en geulen. Overblijfselen van riviergeulen zijn daarbij ingelijfd in de afwatering. De meertjes bij Kasteel Doornenburg zijn daar nog fraaie voorbeelden van. De Linge was vroeger maar
Lange water Na de sluiting van de dijkring moesten de dorpen samenwerken bij het regelen van de afwatering. De kaart laat resten van de watergang zien die het overtollige water afvoerde van Pannerden, Herwen en Aerdt. Meertje dat met het graven van de Linge werd ingelijfd bij de afwatering.
een lilliputterwatergang. Naar verluidde, ontsprong die als kwelwaterbron “onder de mesthoop van Jantje van Driel”. Linge betekent Lange Water; het stroompje zorgde voor de waterafvoer van de hele Betuwe. Het volgde voorbij Tiel een oude Waalbedding, helemaal tot bij Gorinchem. Dwarsdijk Door de eeuwen heen kreeg de Linge het steeds moeilijker om het overtollige water af te voeren. Dat had te maken met het gedrag van de Waal. Sinds de Sint-Elisabethsvloed in de 15e eeuw werd de Waal almaar actiever. De rivier kwam in een complete stroomversnelling na het ontstaan van een Waalmond tegenover het Duitse Brienen, genaamd het Vossegat. Op den duur slokte de Waal het meeste water van de Boven-Rijn op en begon de NederRijn – rond de tegenwoordige Oude Rijn – alarmerend te verzanden. Woest meanderde de Waal vanaf de omgeving van het huidige Tolkamer westwaarts. Daarbij kregen de dijken van Pannerden en Doornenburg het flink te verduren. Een teken aan de wand was
13
14
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
de bouw van een dwarsdijk in de 15e eeuw in de dorpspolder Pannerden. Die moest de Betuwse dorpen beschermen tegen rivierwater toestromend door dijkbreuken in Pannerden en verder stroomopwaarts. Door de bouw van deze Overbetuwse dwarsdijk werd de Honderd Morgen afgescheiden van de moederpolder. Die dijk ging begin 18e eeuw de westelijke bedijking vormen van het kersverse Pannerdensch Kanaal. Kwadendijk De dwarsdijk kon de Over-Betuwe niet beschermen tegen overstromingen als gevolg van doorbraken in de Honderd Morgen zelf. De Waaldijk werd hier eeuwenlang bestormd door Waalmeanders. Deze draaiden tegenover die dijk af naar de Millingerwaard. Alles wat buitendijks lag werd een prooi van de golven en het ijs. Zoals het kasteel Scathe bij Pannerden. En ook de woonkern Hulhuizen met zijn kasteel, kerk en kapel. Intussen stond de Waaldijk zomer en winter bloot aan het Waalgeweld. Door de grote schade die hij opliep, kreeg die de naam Kwadendijk.
Doordat de rivier vlakbij die dijk stroomde, moest de aarde voor versterking en herstel van de Kwadendijk steeds aan de binnenzijde van de dijk worden gewonnen. Hier ontstond op den duur een brede strook met moerassen en laagten: uitgedijkt land. Tussen die draslanden spiegelden kolken ontstaan door de dijkbreuken. ’s Winters veranderde dit doorwoelde gebied door de kwel in een troosteloze watervlakte. Om die kwel tot staan te brengen werden kwelkaden gebouwd. Op de kaart loopt zo’n kade diagonaal door het gebied tussen Pannerdenseweg en Kwadendijk. Daarbij doorsneed die een middeleeuws
Resten van strangen langs de Kwadendijk verraden dat deze dijk een kwetsbare schaardijk was.
boerenland. Voor een groot deel was dit land gedegradeerd tot een moeras, een onland. Ten westen van de huidige Sterreschans heette dit de Biezenwei. Door de wateroverlast in de winter was deze weide blijkbaar sterk begroeid met biezen. Amsterdam In de 18e eeuw was de Waal een teugelloze rivier geworden die de veiligheid van heel Nederland bedreigde. Dit was de wrange vrucht van de aanleg van het Pannerdensch Kanaal. De kaart vertelt dat dit kanaal als een wig werd gedreven door de middeleeuwse dorpspolder Pannerden. Oude verbindingen werden afgesneden. Zoals die van de Waaldijk en de Pannerdenseweg. Resultaat van de kanaalbouw was ook dat stroomopwaarts de Waal op drift raakte. Met tomeloos geweld kronkelde hij naar Herwen. Om de haverklap braken de Herwense dijken door. Waarop het Waalwater naar de Oude Rijn ruiste. De Neder-Rijn/Lek konden de toevloed van water uit het gebied van de Oude Rijn niet verwerken. Daardoor begaven de Lekdijken
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Heel Midden-Nederland leek te verdrinken door de misstanden rond het Pannerdensch Kanaal.
het, volgden overstromingen, herhaaldelijk tot aan Amsterdam! Heel MiddenNederland dreigde te moeten worden verlaten door een uit de hand gelopen waterverdeling tussen de Rijntakken. Tenslotte sloegen de gewesten de handen aaneen. En werden kennis en middelen vergaard om de opmars van de Waal naar de Oude Rijn bij Herwen te stuiten en het Bijlandsch Kanaal te graven.
naar de Waal, een-derde naar de Neder-Rijn stroomde. Een eindeloos lang schephoofd – de Hoofddam - zorgde op de splitsing voor de juiste verdeling van het water van de bovenrivier. Eind 19e, begin 20e eeuw werd de waterverdeling nog robuuster dankzij aanvullende bekribbing van Waal en kanaal. Na de oorlog werd de waterverdeling nog een keer aangepakt. Dat was om de sluiting van de Spijkse Overlaat te compenseren. Hiertoe werd een deel van Pannerden opgeofferd aan een groene rivier. Een overlaat in de Waaldijk
moest het bij hoge rivierstand mogelijk maken extra water van de bovenrivier af te voeren naar de Neder-Rijn. In die tijd verhuisde de kanaalbedding in westelijke richting. Daardoor verdwenen oude, langs het kanaal opgekomen schippersbuurten, waaronder de Burgeu. De in een tijd van apocalyptisch riviergeweld gestabiliseerde waterverdeling rond de Hoofddam is nog altijd cruciaal voor de nationale veiligheid voor de rivierstromen.
Hoofddam Door ongelooflijk vernuftige inzet van kribben, leidijken en overlaten werd de waterverdeling bij Pannerden zodanig bijgestuurd dat twee-derde van het Rijnwater De eindeloos lange Hoofddam, die de waterafvoer van de Rijntakken zo verdeelt dat de nationale veiligheid is gewaarborgd.
15
16
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
2.2
VERDEDIGING EN OORLOG; STRIJD MET HET WATER
Drususdam De nabijheid van de Rijntakkensplitsing had ook immense invloed op het denken over verdediging. Al heel vroeg werd beseft dat je rond die splitsing het gedrag van de rivieren in de hele delta kon beïnvloeden. De Romeinse veldheer Drusus ontdekte de voordelen hiervan, 2000 jaar geleden. Het splitsingspunt lag toen veel verder naar het oosten, in de buurt van Lobith. Door aanleg van een schephoofd kon meer water van de Boven-Rijn naar de Neder-Rijn worden gestuurd. Deze oplossing hielp de Romeinse oorlogvoering in de Nederlandse delta. Ze leidde ook tot een versterking van de Limes: de met forten versterkte Romeinse rijksgrens. Toen de Bataven in 69/70 na Christus in opstand waren tegen de Romeinen staken ze de Drususdam door. Ze wisten maar al te goed hoe belangrijk die dam was voor de gehate Limes.
Gelderse tegenburcht Zo’n 1000 jaar geleden waren Neder-Rijn en Waal elkaar dicht genaderd tussen Pannerden en Doornenburg. De buitenste geul van de kronkelwaard van de Roswaard was misschien nog een levendige rivier. De woonkernen van de twee nabije dorpen lagen vermoedelijk dichtbij de Waal. Tussen de Waal en de NederRijn bevond zich een flinterdunne strook land, het smalste deel van de Betuwe. Wie die landtong controleerde, beheerste de nabije rivieren. Dit gegeven kan hebben meegespeeld bij de stichting van De Doornenburg. Hij
werd al genoemd in de 9e eeuw. En hij was toen misschien vooral gedacht als bescherming tegen het gevaar van de Noormannen. In de 13 eeuw was het kasteel in Gelderse handen. Het fungeerde toen misschien als Gelderse tegenburcht tegen de naburige Kleefse Waalburchten, kasteel Hulhuizen en kasteel Scathe bij Pannerden, die beiden zijn opgeslokt door de Waal en staan aangeduid op de inspiratiekaart. De Doornenburg bestond al vóórdat de dijk was gebouwd en de Linge was gegraven. Hij verrees in een waterrijk relict van een rivierloop. De laagten zichtbaar op het Actueel Hoogtebestand Nederland (voortaan AHN; zie Verklarende Woordenlijst) versterken het vermoeden dat er een tijdlang kon worden gevaren van het slot naar de nabije buitenste geul van de kronkelwaard van de Roswaard. Stedewinger Kasteel Doornenburg lag in een strategisch belangrijk gebied. Dat bleek ook later, in de Tachtigjarige Oorlog. De Doornenburg was toen een tijdje bezet door Staatse troepen.
De Doornenburg beheerste ooit een strategisch belangrijke landtong tussen twee Rijntakken.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Stelling van Frederik Hendrik in Pannerden in 1635. (collectie Heemkundekring Rijnwaarden).
De Staatsen hadden een fort gebouwd op de splitsing van Neder-Rijn en Waal: Schenkenschans. Dit fort beheerste de toegang naar de Betuwe. Waren de Spanjaarden eenmaal hier dan konden ze de IJssellinie omtrekken en snel oprukken naar het hart van de Opstand. Reden waarom Schenkenschans ‘Sleutel tot de tuin van Holland’ werd genoemd. Maar in 1635 raakte de veste plots in Spaanse handen. Haastje-repje trok Frederik Hendrik van Nassau naar de Betuwe. Hij nam Lobith in bezit en stelde zijn soldaten op langs de Waal en Neder-Rijn om te voorkomen dat de Spanjaarden zouden oversteken. Langs de rivieren stonden wachttorens die waarschuwden met rook of vuur als de Spanjaarden aan de andere zijde van de rivier opdoken. Frederik Hendrik, naar een schilderij van Gerrit van Honthorst.
↓ N
De Stededwinger streek in Pannerden neer. Op de kaart hierboven zijn de verschillende onderdelen van de sterkte in Pannerden te zien. Zoals het hoofdkwartier van de prins, de haven en de schipbrug over de Waal, rond de latere Molenstrang. Kasteel Doornenburg moet toen inkwartiering hebben gehad van Staatse soldaten. Pannerden was in die bange tijd hoofdtoneel van de nationale geschiedenis. Illustere figuren lieten er hun voetstappen achter, behalve Frederik Hendrik ook zijn secretaris Constantijn Huygens, tevens diplomaat en geleerde en een van de grootste dichters van de Gouden Eeuw. In Pannerden werden de plannen gesmeed voor
aanleg van een geduchte circumvallatielinie voor herovering van Schenkenschans. Die herovering lukte eind april 1636. De jonge Republiek kon weer opgelucht ademhalen. Gallische haan In de 17e eeuw maakte het Spaanse gevaar plaats voor het Franse gevaar. Tot overmaat van ramp kwam de verdediging van de Betuwe op losse schroeven te staan door het verzanden van de Neder-Rijn. In 1672 lieten de Fransen Schenkenschans links liggen en staken bij Laag-Elten en masse de Neder-Rijn over. De invallers verloren daarna een zee van tijd door belegeringen uit te voeren. Ze ondervonden daarbij soms zware tegenstand. Dat gaf de kans om in het westen de sluizen te openen en polders blank te zetten Zo ontstond de Hollandse Waterlinie. De Franse opmars liep daarop dood in een onafzienbare drasplas. Van lieverlee waren de Fransen gedwongen rechtsomkeert te maken. Een nieuwe dreiging van de Gallische haan dwong tot rigoureuze maatregelen. Daarbij werd een verdedigingswal met gracht aangelegd tussen
17
18
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
De Sterreschans zichtbaar in het huidige kadastrale lijnenspel. (bron: Dijk als as van Ontwikkeling)
de Waal en de Oude Rijnmond bij Kandia. De gracht werd prompt omgetoverd tot een kanaal. Dit kanaal werd van levensbelang voor de landsverdediging. Het zorgde ervoor dat er water toestroomde om de IJssellinie, de Grebbelinie en de Oude Hollandse Waterlinie tanden te geven. Het Pannerdensch Kanaal was de hoofdkraan geworden van de nationale verdediging. Weldra werden nieuwe schansen gebouwd. Zo verrees in 1742-’43 een fort op de nieuwe riviersplitsing bij Pannerden.
Op het fortplein torende een stenen redoute met gracht. Het gebouw was gedekt met zware leien en bezat meerdere verdiepingen. In de muren zaten schietgaten waardoor het garnizoen met snaphanen en musketten kon vuren. De redoute was toegerust met twee torentjes waarin kanonnen op rolpaarden stonden. Op het fortplein stond ook een kruithuis. Een valbrug met twee ophaalkettingen gaf vanaf de Waaldijk toegang tot de schans. De schansbouw leidde tot geweeklaag in de wijde omtrek. Want met hoge rivierstand in de winter werd een kwelkade doorgraven, wat leidde tot een overstroming van de Honderd Morgen, Doornenburg, Gendt en Angeren. De Sterreschans had een gewichtige missie. Hij moest verhinderen dat vijandelijke schepen de rivier zouden afzakken met brugmaterialen, munitie of kanonnen. Het schansgeschut kon kanaal en Waal goed bereiken. Want die stroomden nog op twee steenworpen van de dijk. De Sterreschans maakte deel uit van de verdediging langs het Pannerdensch Kanaal en vormde onderdeel van de Oostelijke Frontier.
22 Kanonnen Dit fort kwam aan de binnenzijde van de dijk te liggen. Het werd Nieuw Schenkenschans genoemd omdat het werd beschouwd als opvolger van de befaamde veste op de vorige Rijnsplitsing. Het fort oogde als een ster met zes punten. Rondom lag een enveloppe: een wal met gracht. Aan de zuidwestkant was een kolk ingelijfd bij de gracht. Op de berm rond de enveloppe stond een rij scherp gepunte palen. Achter de schietgaten in de borstwering stonden 22 kanonnen opgesteld, 12 aan de kanaalzijde, 10 aan de Waalkant. Huidige Sterreschans, ooit genaamd Nieuw Schenkenschans.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Fort Pannerden, dat vooral moest waken over de ongehinderde watertoevoer naar het hartje van de waterlinie. (foto: Oomen Landschap.nl)
Hypermodern fort Maar de schans was een kort leven beschoren als gevolg van de maatregelen voor een veilige waterverdeling. Hiervoor werd landaanwas aan de Waalkant bevorderd. Stilaan ontstond een landtong waarop de Hoofddam kon worden gebouwd. Dit karwei werd in het laatste kwart van de 18e eeuw geklaard. De kaart laat zien dat onderwijl ook buitenpolders ontstonden, eerst de Nicolaaswaard, daarna de Klompenwaard. De Waal was door dit alles een stuk verder van de dijk geraakt. Wat het geschut van de Sterreschans natuurlijk minder effectief maakte. Er was behoefte aan een nieuw fort, ditmaal op de Hoofddam zelf. Die behoefte openbaarde zich al begin 19e eeuw, in de tijd dat generaal Cornelis Kraijenhoff zich boog over de aanleg van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. De plannen voor de bouw van een fort kwamen in een stroomversnelling met de opkomst van Pruisen als militaire grootmacht. Pruisen grensde aan Nederland. Meer dan ooit werd beseft hoe krakkemikkig het inundatiestelsel van de waterlinie werkte. Het duurde weken voordat de boel daar blank
stond. Er ontstond angst dat Nederland kon worden overrompeld. En dat de Pruisen eerder in de waterlinie zouden staan dan het water. Vandaar de wens om een sterk fort te bouwen op de Hoofddam dat kon voorkomen dat de vijand Waal en kanaal zou bevaren. En dat een verdediging zolang kon volhouden dat er genoeg water vanuit Pannerdensch Kanaal,
Neder-Rijn en Lek kon afstromen naar het hartje van de waterlinie. Met de Luxemburgse Crisis in 1867 werd de Pruisische dreiging haast tastbaar. In die tijd werd besloten tot de bouw van een hypermodern fort op de Hoofddam. Daarbij werden maatregelen getroffen die de vlotte afvoer van water van de bovenrivier naar de Waal - ruimte
19
20
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Hawker Typhoon-jachtbommenwerper gewapend met kanonnen en bommen.
voor de rivier - waarborgden. Hier speelden behalve het belang van nationale verdediging ook dat van de nationale veiligheid voor de rivieren. Strategische opgave van het fort was voorkomen dat de vijand de monding van het Pannerdensch Kanaal zou afdammen en zo de belangrijkste levensader van de waterlinie zou droogleggen.
Witte vlag Fort Pannerden werd voltooid in 1870, toen heel Europa huiverde van de oorlog tussen Frankrijk en Pruisen en zijn Duitse bondgenoten. Met een ongerust hart kwam koning Willem III in de herfst van 1870 het nieuwbakken fort inspecteren. Het was een polygonaal fort geworden beschermd door een droge gracht. Op den duur werd het fort nog versterkt, om bestand te zijn tegen granaten die konden exploderen. Maar al gauw waren de dagen van het fort als hoofdverdediging geteld. De granaten van een Dikke Bertha en vliegtuigbommen noopten de verdediging ingrijpend aan te passen. De nadruk kwam
daarbij te liggen op kleine betonwerken, kazematten. Die konden in mei 1940 bewijzen wat ze waard waren. Fort Pannerden speelde nog steeds een belangrijke rol in het waarborgen van de toevoer van water naar de Nieuwe Hollandse Waterlinie. De veste raakte op 10 mei omsingeld door eenheden van het Duitse leger. Pas op 11 mei werd de witte vlag gehesen, na een dappere verdediging in totaal isolement. De overgave was bevorderd door dreiging van een beschieting met kanonnen en luchtbombardementen. Op de kaart is goed te zien dat Fort Pannerden, de Hoofddam en het kanaal (waterliniekraan) een ensemble vormen, dat een indrukwekkend verhaal uitdraagt over nationale verdediging en hoogwaterbescherming.
Koning Willem III inspecteerde fort Pannerden in 1870.
Dagboekje De Tweede Wereldoorlog had nog een lelijk staartje voor het pas in oude luister herstelde Kasteel Doornenburg. In de herfst van 1944 was het front verstard rond de Linge. De Duitsers hadden Gendt, Doornenburg, Angeren, Huissen en Elden stevig in handen. Ze noemden dit deel van de Betuwe ‘Poort naar het Vaderland’. Ze waren beducht dat de geallieerden het Pannerdensch Kanaal zouden overwippen en via het Gelders Eiland zouden oprukken naar Emmerik en vanhier naar het Ruhrgebied of naar Berlijn. De
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Duitsers gaven de bewoners van Doornenburg en omstreken last om hun biezen te pakken. Maar ze gaven nog wat respijt aan zieken, gewonden en ouderen, alles bijeen zo’n 170 dorpelingen. Die werden ondergebracht op De Doornenburg. Op het burcht-dak werden rodekruisvlaggen uitgehangen. Maar het eind van het liedje was dat iedereen moest vertrekken. De meesten zullen, zoals zovele andere vluchtelingen, bij Pannerden het kanaal zijn overgestoken. Tot het einde van de oorlog hielden de Duitsers zich op in het kasteel. Herhaaldelijk verbleven hier militaire staven. In maart 1945 zat in de spietoren een waarnemer van de Duitse artillerie. Met zijn kijker kon hij het geallieerde verkeer op de Grote Waalbrug in Nijmegen volgen. Maar de Engelsen ontdekten dat hun tegenstander het kasteel gebruikte. Hawker Typhoonjachtbommenwerpers bombardeerden daarop de hoofdburcht. De Duitser in de spietoren had blijkbaar lont geroken en was er bijtijds vandoor gegaan. Maar in de haast vergat hij zijn dagboekje mee te nemen. Bij de verwoesting die volgde, stortte de spietoren
omlaag, bovenop de muurbrokken van de hoofdburcht. Wonder boven wonder werd na de oorlog het dagboekje, of wat ervan restte, uit het puin gevist.
2.3
ECONOMIE; LEVEN VAN HET LAND EN DE RIVIER
Bosrijke landschap De Rijntakken zijn al meer dan duizend jaar dominant aanwezig in de omgeving van Doornenburg en Pannerden. De bewoners van dit gebied hebben daar ook veel garen bij gesponnen. Zo was door de afzettingen van de Neder-Rijn en Waal een vruchtbaar land ontstaan, een gebied met betrekkelijk hoog gelegen oeverwal- en oeverzonegronden. Dankzij de dijken konden die gronden intensiever worden gebruikt door de boeren. Oorspronkelijk werden die hoge riviergronden beschaduwd door eiken, iepen, berken en linden. In de moerassen tierden wilgen, elzen en biezen. Zoetjesaan maakte dit bosrijke landschap plaats voor een
mozaïek van tuinen, akkers en weiden. De percelen werden gescheiden door houtsingels fungerend als veekering. Op de kaart zijn nog de oude, mogelijk middeleeuwse kavelgrenzen aangeduid. Zo ook de woonerven buiten de huidige dorpskom die al in 1832 bestonden en vermoedelijk veel en veel ouder zijn. Het geeft een beeld van de spreiding van de boerderijen.
De Uiversboom bij De Doornenburg, volgens som migen bijna 1000 jaar oud en herinnerend aan de tijd dat de oeverwal nog werd beschaduwd door bos.
21
22
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Opvallend zijn de verschillen in het patroon van de kavels aan beide zijden van de Pannerdenseweg. Aan de zuidkant lees je in de verkaveling nog sporen van een Waalkronkel en van wanhopig gegraaf langs de dijk voor behoud van droge voeten.
Nijverheid De kaart laat ook zien dat de rivier en de dijk allerlei nering aantrokken. De punten van de verdwenen molens in Pannerden vertellen dat de dijk aantrekkelijk was voor
korenmalerij vanwege de windvang. Maar de dijk was ook een risicoplek. Zo verdween een molen in de golven. Een andere verrees aan de dijk bij het veer dat in de oorlog zwaar onder vuur lag. De excavators op de kaart symboliseren de betekenis van de uiterwaarden voor de delfstofwinning. Al begin 19e eeuw werd er volop klei gewonnen voor de baksteenproductie. Op den duur ontstonden veel steenfabrieken rond zomerkaden van buitenpolders. Dat garandeerde twee voordelen: nabije aanwezigheid van plenty uiterwaardklei en
Werf Vahali, gaaf voorbeeld van scheepsbouw langs een schaardijk.
Het Pannerdens Veer, een vitale verbinding voor het economisch verkeer in de wijde omtrek.
nabijheid van de rivier waarover brandstoffen konden worden aangevoerd en stenen konden worden verscheept. Zo ontstonden steenfabriekseilanden rond oude zomerkaden. In de buurt blinkt nog altijd een wirwar van plassen ontstaan door kleiwinning. Weidse, diepe wateren herinneren aan de latere zandwinning. Intussen bleken schaardijken aantrekkelijk voor vestiging van scheepswerven. Zoals de schaardijk in Hulhuizen. De opkomst van al die nijverheid had ook gevolgen voor het veerbedrijf. De veren bevorderden de mobiliteit van dorpelingen zoekend naar werk op steenfabrieken en scheepswerven in de wijde omtrek. Op de kaart zijn de veerovergangen aangegeven. Waaronder ook een recreatief veer van latere tijd.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
2.4
GELOOF EN VOLKSGELOOF
Gesel Gods Onlosmakelijk met de rivieren verbonden was ook het geloof. De mensen waren totaal overgeleverd aan de luimen van Waal en Neder-Rijn. Ze konden in velerlei opzichten voorspoed brengen. Maar ze konden ook meedogenloos toeslaan, dijken wegvagen en overstromingen veroorzaken die de hele delta in ellende dompelden. Vroomheid leek een garantie voor de bescherming van de nietige mens tegen de grillige oppermacht van de rivier. Riviergeweld werd gezien als een gesel Gods om de in zonde vervallen mens te straffen. Doornenburg en Pannerden hadden al meer dan zeven eeuwen geleden eigen kerkjes, gewijd aan Sint Maarten. Ook werden kapellen gesticht bij de burchten Scathe, kasteel Hulhuizen en De Doornenburg. Een van die bedehuizen werd beroemd in de ganse omtrek. Rond 1600 werden hier de plakkaten tegen de katholieke eredienst van kracht. Katholieken mochten niet meer in het openbaar hun geloof belijden. De
kerken raakten in protestantse handen. Maar de meeste dorpelingen bleven hun geloof trouw en kerkten in slotkapellen van rooms gebleven kasteelheren. Zoals de kapel van De Doornenburg. Of ze weken uit naar de kerken in de naburige Kleefse enclaves. Hier heerste godsdienstvrijheid.
Hulhuizen Veel inwoners van Pannerden, Doornenburg, Gendt en zelfs van Bemmel gingen naar de kerk in Hulhuizen. Hier werden ze gedoopt, trouwden ze, gingen ze naar de mis in de kerstnacht, woonden ze de processie bij, waarvan al in 1640 sprake was. De kerk en kapel van Hulhuizen stonden vlakbij de wispelturige Waal. De reis hierheen
Fragment van een kaart van Isaac van Geelkercken uit 1638. Aangeduid is het oude, door de Waal bedreigde Hulhuizen. (kaartcollectie Gelders Archief)
zal niet zonder strapatsen zijn geweest. Vanuit Hulhuizen werd in het geheim ook gemissioneerd in Pannerden en de andere omliggende Gelderse dorpen. Een tegenvaller was dat Hulhuizen in de 17e eeuw opging in de Waalgolven. Maar begin 19e eeuw was een nieuwe woonkern verrezen, en wel op een smal stuk uiterwaard rond de huidige werf Vahali in Hulhuizen. Hier stond ook een kerk. Deze maakte rond 1845 plaats voor een witgepleisterde bakstenen kapel. Dit bedehuisje werd beroemd om de processie op zondag na Sacramentsdag. De processie trok van de kapel naar een enige honderden meters verder westelijk gelegen zodenbank met altaar. In de 20e eeuw verdween de kapel. Maar later werd in de buurt een nieuwe kapel gebouwd als herinnering aan het rijke geloofsleven van Hulhuizen, dat hoewel geplaagd en verjaagd door het Waalwater, nooit zijn bezieling had verloren. De kaart wijst een kerkroute over een kwelkade aan. Die leidde mogelijk eerst naar de kerk van Hulhuizen die in de Waal tuimelde, daarna naar het herrezen godshuisje bij het huidige Vahali.
23
24
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Het Colenbranderbos, vanwaar ’s nachts werd geroepen: “Hol over, hol over!”
Geneeskrachtiger Ook het volksgeloof was nauw verbonden met de rivier. Hieraan werden wonderkrachten toegedicht. Vooral in de kerstnacht. In Hulhuizen en Doornenburg stonden dan mensen in rijen op de kribben. Van hieraf schepten ze met emmers en ketels Waalwater tegen de stroom in. Hoe harder het water stroomde hoe geneeskrachtiger het was. Het water werd het hele jaar door bewaard. Het werd gebruikt om huidaandoeningen te bestrijken of bijvoorbeeld een beschadigde uier van een koe te wassen. In de kerstnacht werd ook verteld dat het Waalwater veranderde in In de kerstnacht werd met emmers geneeskrachtig Waalwater geschept.
wijn. Vreemden die toch eerst het rivierwater wilden proeven, hoorden in de Waal een stem opklinken: “Het water is wijn en gij bent mijn”. Waarop de ongelovige thomas door een mysterieuze kracht de rivier werd ingetrokken. Een stem hoorden de dorpelingen soms ook in een wiel bij de Munnikhof, links op de kaart. Hier werd eens geroepen: “Kom gaauw, kom gaauw”. Daarop kwam een auto aangereden die pardoes de kolk in reed. En er werd nooit meer iets van vernomen.
Hol over Gewoon bizar waren de verhalen reppend van het overzetten van spoken naar de overzijde van de rivier. Bekend voorbeeld is het verbannen van een spook dat tekeerging in een onbewoond huis in Gendt. De mensen in de buurt hadden slapeloze nachten van het gebonk, geklop, gekrijs en geschetter. Ze vroegen daarom de paters in Huissen om hulp. Er kwam een pater. Hij begon te bidden dat het zweet van zijn gezicht liep. Intussen werkte hij de geest in een
schoenpoetsdoosje. Daarna kwam een wagen met zwarte paarden voorgereden, voor de reis naar het veer van Banning. De paarden moesten zo hard trekken dat ze wit waren van het schuim toen ze bij het veer aankwamen. De pater stapte daarop in Bannings grote roeiboot. Het vaartuig zakte diep in het water, alsof het zou zinken. Tergend langzaam gleed de veerboot de rivier over, naar de Millingse oever. De pater stapte aan land, waarop de boot overeind veerde in het water. Daarop liet hij het spook uit het doosje ontsnappen in een eenzaam bos, het huidige Colenbranderbos. In een ander geval zou een
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
pastoor een spook uit Doornenburg via de Pannerdensche Kop naar het Colenbranderbos hebben verbannen. ’s Avonds riep het spook vanuit het bos “Hol over! Hol over!” Maar de pastoor had de veerman gewaarschuwd daar niet op te reageren. Al die verhalen over geestverbanningen maken zonneklaar dat de rivier werd ervaren als een geweldig obstakel dat zelfs spoken kon tegenhouden. Op de kaart zijn een aantal plekken aangegeven waar zich mystieke gebeurtenissen afspeelden rond de rivier. Het geloof dat zich hier manifesteert lijkt een verband te hebben met het heidense geloof in aanwezigheid van goden en godinnen in rivieren, bronnen en moerassen. Een oeroud geloof, waarin een heilige eerbied voor de krachten van de rivier doorklinkt.
2.5
TRADITIES; DE SCHUTTERIJ
Koningsschieten Vervlochten met het landschap van de rivieren waren ook de tradities. Die werden vooral in ere gehouden door de plaatselijke schutterijen.
De oudste is “Gijsbrecht van Aemstel”, de schutterij van Doornenburg en de Honderd Morgen. Ze werd in 1792 nieuw leven ingeblazen. Dik een halve eeuw later, in 1845, werd de Pannerdense schutterij “Claudius Civilus, opgericht. Het waren katholieke verenigingen, ook gezelligheidsclubs, die geïnspireerd waren door helden uit de geschiedenis, een Hollandse edelman die in de Middeleeuwen naar De Doornenburg was gevlucht, een niet minder vermaarde figuur die een Batavenopstand leidde. De schutterijen kregen in de loop van de tijd enorm veel leden, zijn dan ook diep verankerd in de dorpsgemeenschap. Geen gezin in Doornenburg of het heeft wel een relatie met Gijsbrecht van Aemstel. Op de kaart staan de schuttersgebouwen aangegeven in de dorpskernen. Ook is het terrein aangewezen waar de schutters van Doornenburg en de Honderd Morgen het koningsschieten beoefenen. Het gebeurt met de kermis (rond 17 september). Het koningsschieten heeft plaats dicht bij de vroegere middeleeuwse grens tussen de Honderd Morgen en
Pannerden. Zaterdagmiddag gaan de vlaggen bij het Schuttersgebouw in top. Daarna marcheren de schutters onder de vrolijke deunen van harmonie St. Caecilia naar het schietterrein de Biezenwei. Hier wordt geschoten naar de papegaai, een houten vogel op een mast. Wie het laatste restje hout van de mast knalt is koning. Daarna wordt ‘koningstroon gereden’, feestelijke rondgangen van koning en koningin in een janplezier of koets, vergezeld van een ‘hofstoet’. Maar de schutters gaan mee met de tijd; ze hebben vandaag de dag eigen websites en zijn ook te volgen via social media, Twitter en Face Book.
Koningsschieten in de Biezenwei. (foto: Schutterij Gijsbrecht van Aemstel, zie: http://www.schutterijdoornenburg.nl/)
25
26
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
27
28
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
3
EFFECTEN EN KANSEN; EEN HERINNERINGSLANDSCHAP MET GROTE POTENTIE VOOR BELEVING VAN ROEMRUCHTE CULTUURHISTORIE
Hieronder worden de cultuurhistorische effecten en kansen behandeld rond de aanleg van een parkeerplaats in de Biezenwei. Deze voorziening is bedoeld voor fortbezoekers die hun auto kwijt willen. Maar ze is ook gedacht als vertrekpunt om de bezoeker langs allerlei routes het fascinerende landschap van de Rijntakkensplitsing en zijn rijke cultuurhistorie en natuur te laten beleven. De cultuurhistorische inspiratiekaart wijst aan waar in dit parelgebied (zie kaartje hiernaast) welke verhalen kunnen worden verteld, waar welke sferen kunnen worden ervaren. De aanleg van
het parkeerterrein heeft natuurlijk ook een fysieke impact op het landschap. De kaart kan helpen om bij het ontwerp van het terrein en het laten beleven van het fortlandschap de cultuurhistorische kansen optimaal op te pakken. Maar niet minder belangrijk hierbij is het hanteren van een aantal principes om cultuurhistorie op creatieve wijze mee te nemen in ontwikkeling. Een beetje ‘maatgevoel’ heb je daar wel voor nodig.
Parelgebied van Lingewaard met Kasteel Doornenburg, Sterreschans en Fort Pannerden. Zie rapport Dijk als as van Ontwikkeling. (tekening: DLA+ Landscape Architects)
29
30
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
3.1
PRINCIPES VOOR OMGAAN MET CULTUURHISTORIE
Het landschap rond de splitsing van de Rijntakken is vergeven van de sporen van het verleden. Het herinnert aan een eeuwenlang dynamisch leven met de rivieren, aan gebeurtenissen die de nationale belangen raakten. Een landschap waar je voelt dat hier door de eeuwen heen een heilig ontzag bestond voor de rivieren, waar je merkt dat je in een sleutelgebied zit, waar invloed uitoefenen op de waterverdeling tussen de twee Rijntakken immense gevolgen had voor de delta en voor Nederland. Om dit optimaal te kunnen ervaren is het zaak dat het landschap van de Rijntakkensplitsing wordt bestempeld als een bonte verzameling van plekken met unieke verhalen en sferen waar de herinnering centraal staat, een Gedenklandschaft. Hierbij inspireert het thema van het eeuwenlange, grillige leven met de rivieren tot leerzame doorkijkjes naar de toekomst, tot speelse verwijzing naar de nieuwe uitdagingen op het vlak van water in Nederland.
Het Gedenklandschaft ligt niet op slot. Integendeel, ontwikkeling reikt juist een kans aan om de herinnering beter uit de verf te laten komen. Dit kan vanuit het moderne denken over ruimtelijke kwaliteit. Hiermee wordt gedoeld op de kunst van verweven van ruimtelijke functies, wonen, werken, water, natuur, identiteit en recreatie. Deze benadering komt voort uit de klemmende behoefte aan doelmatig omgaan met de ruimte in een hoogontwikkeld landje met moderne voorzieningen en verstikkende ruimtelijke druk. Zo zal door klimaatverandering het water een opvallende plaats gaan innemen in de ruimtelijke ordening. Ruimtelijke kwaliteit doet een beroep op het vermogen om in ontwikkeling meer belangen mee te nemen. Zo kan ook draagvlak en betrokkenheid van burgers ontstaan. Burgers kunnen daarbij ontdekken dat ze in velerlei opzichten baat kunnen hebben bij het versterken van het herinneringslandschap. Er is volop werk aan de winkel. Want op veel plekken van het herinneringslandschap is het verhaal niet leesbaar meer, zijn de sporen van
het verleden uitgegomd. Transpositie biedt de kans om al of niet uitgedoofde cultuurhistorie weer te laten spreken. In de muziekwereld houdt dit begrip in: het overzetten van een muziekstuk naar een andere toonsoort. Iedere noot van de oorspronkelijke compositie wordt gelijkmatig verhoogd of verlaagd. Op vergelijkbare wijze kan transpositie worden gebruikt bij het benadrukken van cultuurhistorie. Cultuurhistorie wordt daarbij op herkenbare wijze vertaald naar eigentijdse functies, vormen en materialisaties. Zoiets deden ze vroeger uit praktische overwegingen ook. Zo werden oude restgeulen dankbaar opgenomen in de afwatering rond de Linge, werden oude strangen dankbaar benut bij de aanleg van het Pannerdensch Kanaal, werd een doorbraakkolk gebombardeerd tot grachtdeel van de Sterreschans, werd een kwelkade gebruikt om met droge voeten naar de kerk te kunnen, werd een boerenerf aan een zomerkade uitgangspunt voor aanleg van een baksteenindustrieterrein, verlokte het restant van de Sterreschans (terreplein) tot de bouw van een woonwijkje voor mensen die na de oorlog moesten verhuizen in verband met
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
de verlegging van het Pannerdensch Kanaal. Allemaal voorbeelden die laten zien dat vaak slim werd voortgeborduurd op de kwaliteiten van het landschap. Transpositie reikt een breed scala van kansen aan om de imposante cultuurhistorie rond de splitsing van de Rijntakken herken- en beleefbaar te maken bij ontwikkeling, om het ‘lied’ van dit sleutelgebied voor behoud van nationale vrijheid en veiligheid welluidend te vertalen naar zijn ‘lied’ van de toekomst. Een speciale rol is hierbij weggelegd voor de Muzen, zoals voor de beeldende kunst, de dichtkunst en de vertelkunst. Maar ook voor theater, muziek en dans. Hieronder volgt een overzichtje van voorbeelden van transpositie. In al die gevallen blijft of gaat cultuurhistorie spreken, nu eens door functieverandering, dan weer door verbeelding, al of niet in combinatie met realisatie van een gebruiksvoorziening. Deze beeldende voorstelling helpt om een meer helder idee te krijgen van dit inspirerende principe voor ontwikkeling*.
* Meer over transpositie als ontwikkelingsprincipe is te vinden in het rapport: “Dijk als as van ontwikkeling”.
31
32
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Kwelkom
Schuurberg
Begrenzende hagen
Waterbergingskom
Huisberg
Verbindende hagen
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Krijgsredoute
‘Avonturenredoute’: Redoute als onderdeel van avontuurlijke route.Aarden heuvel met vlag
‘Uitkijkredoute’: Ronde, stalen uitkijktoren
‘Historische redoute’: Reconstructie van steen
Panoramaredoute
Schouwkade
Verdwenen kapel
Struinkade
Speelkapel
‘Natuurlijke redoute’: Houten toren voor observatie van wild
33
34
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
3.2
AANLEG VAN DE PARKEERPLAATS; EFFECTEN
Plangebied de Biezenwei De parkeerplaats voor ontsluiting van Fort Pannerden is gedacht in de Biezenwei. Al in het midden van de 17e eeuw werd geklaagd dat het in deze wei wemelde van biezen en opgaand hout, een gevolg van de grote wateroverlast. Aan de zuidkant van de wei bevonden zich laagten ontstaan door afgraving van aarde voor herstel en onderhoud van de Kwadendijk. De weide is deel gaan uitmaken van een natuurgebied van Staatsbosbeheer. Het landschap is daardoor gaan verruigen. Dat ging ten koste van de herkenbaarheid van cultuurhistorische elementen. Maar er gingen hier wel nieuwe dier- en plantensoorten gedijen. De Biezenwei grenst aan de overblijfselen van de Sterreschans. Deze bestaan uit wal- en grachtdelen en een doorbraakkolk die is opgenomen in de gracht. Zuidoostelijk van de wei ligt een oud woonerf. Hier Voor een idee van de verhoudingen: parkeerplaats gelegd tegen de contouren van de Sterreschans (geen ontwerp).
verrees in de 18e eeuw het huis van veerman Jan Peters. Zijn vorige huis was intussen afgebroken in verband met de aanleg van de Sterreschans. Aan de oostkant van de Biezenwei is nog de kade te onderscheiden die werd gebouwd om de kwel in de fortgrachten in te perken. Door de verwildering van het landschap zijn de kolk en de overblijvende schansdelen moeilijk zichtbaar. Aan de westkant loopt een ontsluitingsweg van het schutterijterrein. Hier vindt ieder jaar rond midden september het koningsschieten plaats. Vermeldenswaard is ook dat de Biezenwei en omgeving op 2 oktober 1944 zijn getroffen door een regen van bommen. Die bommen waren bestemd voor Duitse troepenbewegingen en opstellingen rond de Sterreschans en het veer bij Pannerden. Van hieruit werden versterkingen en voorraden gestuurd naar de Duitse linie bij Haalderen en Angeren. De Duitsers waren hier bezig met een groot offensief dat het
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
geallieerde front aan het wankelen bracht. De bomgaten en -relicten zijn een tastbare uitdrukking van het verhaal van de omgeving, van het drama van het bombardement van de nabije boerderij Stinzenhof waarbij doden zijn gevallen en van de sleutelbetekenis van het Pannerdense Veer voor de Duitse oorlogvoering in de Over-Betuwe in de herfst van 1944. Gezien de vele bommen en
Effect van de bommenregen op De Stinzenhof e.o. in 1944. (foto: collectie WO-2 luchtfoto’s Wageningen UR)
granaten die in die tijd neerdaalden op de Biezenwei en omgeving bestaat er grote kans op aanwezigheid van gevaarlijk oorlogstuig in de bodem. Bijzondere aandacht verdient ook nog de cosmetische opknapbeurt die het landschap rond de Sterreschans omstreeks 1998 kreeg. Daarbij werden tussen de Pannerdenseweg en de Kwadendijk vierkante poelen en bosschages aangelegd. Ook werden buitenom de Sterreschans grondlichamen in zigzaggende lijn aangelegd. Om de contouren van de Sterreschans met een eigentijdse enveloppe te accentueren. De ruimte tussen de grondlichamen en de oude kweldam van de schansgracht is verlaagd en plasdras gelegd. Het lijnenspel van al die nieuwe elementen maakt een gekunstelde indruk. Wat toch wel vreemd aandoet in het licht van het op ruige natuur gerichte beheer. Ook is de verwildering zo dominant geworden dat ze de aandacht afleidt van de nog in het landschap aanwezige sporen van het verleden. De herinneringswaarde van dit gebied is
daardoor vervaagd. Zolang de structuur van de landschappelijke facelift van 14 jaar geleden nog wordt gehandhaafd, is het zaak de elementen hiervan in de Biezenwei met zorg in te passen.
Effecten van de aanleg op de cultuurhistorie Aan de hand van de kaart op pagina 34 (geen ontwerp!) kan een voorstelling ontstaan van de grootte van de parkeerplaats. Deze voorziening is gedacht in een grote kwelkom, begrensd door de kwelkade van de Sterreschans, de Pannerdenseweg, een kwelkaderestant in gebied Stoomboot en de Waaldijk. Met het hoge water in januari van dit jaar stond deze kom grotendeels blank. De aanleg van de parkeerplaats zal in dit natte gebied gepaard moeten gaan met een ophoging van het terrein. Dat doet afbreuk aan de beleving van de kwelkom als een van oudsher nat, biezenrijk gebied, waarvan het ontstaan klip en klaar een relatie heeft met het winnen van specie voor versterking en herstel van de Kwadendijk: een schaardijk, die van de 15e tot
35
36
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
de 19e eeuw meermalen bezweek en andere schade opliep door aanvallen van de Waal. De kwelkom maakt cultuurhistorisch deel uit van het landschap van de Kwadendijk. Aantasting ervan betekent ook aantasting van de structuur van sporen die nog verhaalt over de bewogen historie van die dijk. Vlakbij ligt het schietterrein van de schutterij met toegangsweg. Het risico bestaat dat de aanleg van het parkeerterrein de versnippering in het ruimtegebruik in de hand werkt. Daardoor vervaagt nog meer de leesbaarheid van de Biezenwei als een van oudsher nat uitgedijkt land. De kans bestaat dat met het grondverzet sporen verdwijnen van de oorlog in de Betuwe in 1944-’45 of zelfs van de strijd rond de Sterreschans met de Franse invasie in de winter van 1794-’95. Hierdoor vermindert de betekenis van de Biezenwei als verhaalplek, als plek waarvan de geschiedenis een onmiskenbare relatie heeft met de nabije Sterreschans en veerovergang.
3.3
GOUDEN KANSEN ROND DE GEWENSTE ONTSLUITING
De aanleg van het parkeerterrein voor ontsluiting van Fort Pannerden biedt ook kansen om de beleving van de cultuurhistorie te laten meeliften. Zowel rond de parkeerplaats zelf als rond de heenen terugroutes naar/van de veste op de Hoofddam. Hieronder zijn ze uiteengezet. Onderscheid is gemaakt in kansen rond de inpassing van de parkeerplaats zelf en kansen rond het beleven van de cultuurhistorie op weg naar of terugkerend van het fort.
Inpassing parkeerplaats De parkeerplaats is gedacht in een voormalige kwelkom begrensd door de kwelkade van de schans, de Pannerdenseweg, het kwelkaderestant in gebied Stoomboot en de Waaldijk. Door de eeuwen heen vonden rond de kaden van deze reusachtige kwelkom ontwikkelingen plaats. Een van de oudste hiervan was de stichting van
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
boerderij Stinzenhof aan de noordkant van de Pannerdenseweg, die vóór de bedijking misschien wel een kade vormde die bescherming bood tegen het Waalwater. Ook verrezen keuterijen aan de kwelkade in gebied Stoomboot. Al die huiserven lagen op terpen door de plaag van het kwelwater in de winter. Dit is op het AHN nog goed te zien. Bij de huizen lagen tuinen, soms ook bongerdjes. Deze boerenerven werden omgeven door houtsingels. Analoog aan de opzet van die besloten, schaduwrijke boerenerven zou het parkeerterrein gestalte kunnen krijgen. Het
De Biezenwei met verruigd aarden lichaam, onderdeel van een fictieve omwalling van de Sterreschans.
terrein zou daarbij als een eiland kunnen worden geplaatst tegen de oude kwelkade, de Pannerdenseweg. Door deze inpassing kan de kwelkade uit de verf komen als een droge verbinding in een waterrijke omgeving, die uitgangspunt vormt voor een nieuwe ontwikkeling, zoals in de tijd van olim. Ook weer een mooi voorbeeld van transpositie. Net als de vroegere boerenerven kan de parkeerplaats worden opgesierd met een singelbeplanting. Ook kunnen de parkeervakken worden afgewisseld met geboomte, misschien fruitbomen, of struweel zoals mei- of sleedoorn, cultuurgroen dat ook ecologisch interessant is. Van belang is verder een herkenbare overgang van lommerrijk parkeereiland aan een dijkje naar een lage, natte omgeving waarin sinds jaar en dag vochtminnende flora en fauna voorkomen. Een ander pluspunt van plaatsing van het parkeerterrein tegen de Pannerdenseweg is dat het maaiveld hier hoger lijkt te liggen dan verder zuidwaarts. Er hoeft daardoor misschien minder te worden opgehoogd.
Kaart van J.A. Besier van 1845 waarop de boerenerven (lichtgele stippellijn) langs de kaden en dijken (donkergele stippellijn) van de kwelkommen bij de Biezenwei zijn benadrukt. De erven liggen op terpen aan de kade of de dijk. Ze zijn rijk aan groen door aanwezigheid van erfbeplanting, tuinen, bongerdjes en kavelgrenssingels. Op analoge wijze ingepast, sluit de parkeerplaats herkenbaar aan bij een al sinds jaar en dag bestaande structuur van grondgebruik.
Het lijkt verstandig de parkeerplaats te clusteren met de ontsluitingsweg van het schutterijterrein zodat het idee van versnippering vermindert. Die ontsluitingsweg kan ook de in-/uitrit van de parkeerplaats worden. Dit kan bevorderlijk zijn voor de beleving van de landschappelijke identiteit van de Sterreschans. Wel wordt door deze
37
38
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
oplossing de afstand naar Fort Pannerden via de Sterreschans een tikkeltje langer. Maar daar staat tegenover de mogelijkheid om zuidwaarts een iets kortere route te nemen naar het fort, zoals is op te maken uit een hierna volgend routekaartje. Overwogen kan nog worden om ook in materiaalkeuze de parkeerplaats in te passen in de Biezenwei. Dat kan door af te zien van massieve beton- of klinkerverharding en door gebruik van materialen die de parkeerruimte voeling laten houden met de ondergrond, de oeverwal van de Waal. Gekeken kan worden naar een oplossing die werkt met een constructie van gerecyclede
kunststofroosters die hemelwater kan doorlaten en waarin gras kan uitlopen. Voordeel van deze techniek is dat die de humuslaag met zijn biologische rijkdom intact laat. Ook paden in de Biezenwei kunnen met zo’n natuurvriendelijke roosterconstructie worden uitgevoerd. Maar er zijn nog andere verfijnde oplossingen om parkeren te combineren met groen, allemaal bedoeld om het parkeerterrein harmonisch te laten opgaan in het verruigde omliggende cultuurlandschap.
Referentiebeelden van groene parkeerplaatsen. (bron: http://www.environnement. public.lu/conserv_nature/publications/naturnahe_anlage_parkplaetzen/Brochure_naturnahe_anlage_parkplaetzen.pdf)
Realisatie routes De parkeerplaats is vooral bestemd voor fortbezoekers. Vanaf de Biezenwei kunnen ze snel op de Hoofddam zijn, waar hen toch nog een stevige wandeling wacht. Maar de omgeving van het fort leent zich bij uitstek voor ontwikkeling van routes die aanlokken door de kansen om te speuren en te pionieren. Daarbij doen zich kansen voor om onderweg naar het fort, in het landschap, de ratio van de ligging en het functioneren van het fort te laten ontdekken. De bezoeker krijgt zo inzicht in het strategische landschap van de hoofdrivier, de Rijntakkensplitsing, het kanaal als levensader van de waterlinie en de kanaalmond als hoofdpunt van militaire beheersing. Ook zijn er kansen om allerlei sferen te laten ervaren, vertellend over aspecten van het leven door de eeuwen heen rond het trefpunt van de twee Rijntakken in een sleutelgebied van de delta. De kunst is de nieuwsgierigheid van de bezoekers te prikkelen door het uitzetten van verrassende routes, soms in nieuwe natuur, soms langs of door gebiedjes waarin de waterstanden sterk schommelen. De parkeerplaats kan
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Waken over de ‘hoofdkraan van de waterlinie’ met het openingsfeest in 2011.
hierbij een uitvalsbasis worden voor prachtige belevingsroutes. Hieronder worden enige routes en de bijbehorende verhaalplekken en verhalenlijnen uit de doeken gedaan. Ze zijn vooral bedoeld als inspirerende voorbeelden. De routes kunnen bij uitwerking van ideeën nog worden aangepast en uitgebouwd, met allerlei toeters en bellen. Daarbij kunnen kansen worden opgepakt om inzichten van de bewoners van dit parelgebied van Lingewaard mee te nemen en zo ook draagvlak en gastvrijheid te pushen.
Bij het verhalen in het landschap kan info worden verstrekt in het veld, via kennisbankjes of subtiel in het landschap ingepaste infopanelen. Mogelijk is ook gebruik van QR-codes waarbij op smartphones kaarten en filmpjes kunnen worden bekeken. Natuurlijk is hierbij ook voor de Doornenburgse gids die gloedvol vertelt en uitlegt en aanwijst in het landschap een rol weggelegd. Delen van de voorgestelde routes kunnen door hun ligging in de winterbedding overstromen en tijdelijk onbruikbaar zijn. Maar het ervaren van rivierdynamiek en zoeken naar alternatieve oplossingen is wel iets dat past bij de beleving van de bewogen historie van een rivierfort. Moet je de toerist gewoon vertellen!
Fortroute: Slot op de hoofdkraan van de waterlinie Fortroute via Sterreschans en Hoofddam Vanaf de parkeerplaats loopt een wandelroute via de Sterreschans naar Fort Pannerden. Om vervolgens als struinroute langs de rand van de Nicolaaswaard terug te leiden naar de parkeerplaats. De terugweg is een
Fortroute via de Sterreschans en de Hoofddam. Deze route laat het fortlandschap ontdekken als onderdeel van de machtige delta.
39
40
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
stukje korter dan de heenweg en biedt extra grote kans op aantreffen van bijzondere flora en fauna. Met de heenweg kan worden ontdekt dat Fort Pannerden de opvolger is van een schans die de splitsing van Waal en Pannerdensch Kanaal bewaakte toen de Hoofddam nog niet was aangelegd. Onderweg ontstaat het besef hoe belangrijk de komst van het Pannerdensch Kanaal was voor de landsverdediging, dat de Waal ooit vlakbij de dijk stroomde en dat er een sterkte moest worden gebouwd om de nabije Rijntakken te verdedigen. Tussen Sterreschans en Fort Pannerden wordt uitgelegd hoe de Hoofddam is ontstaan, dat daarbij ook de Nicolaas- en de Klompenwaard gestalte kregen, welke betekenis die Hoofddam kreeg en nog heeft voor de nationale veiligheid voor de rivieren, waarom deze sleuteldam zo belangrijk werd als vestigingsplaats van een nieuw, formidabel fort en welke betekenis dat fort kreeg voor de waterlinie, maar ook voor de IJssellinie en de Grebbelinie. In het landschap kan de bezoeker zelf ervaren hoe ongelooflijk belangrijk de controle over de kanaalmonding was. De route naar het fort loopt hoofdzakelijk
over de weg en de dijk. Maar kansen kunnen worden benut om de opbouw en missie van de Sterreschans te beleven. Dat kan via een route over een zigzaggende wal aan de zuidwestkant van de schans, langs de rijke natuur van een wiel in een schansgracht. Een andere optie is een route via de oude kwelkade aan de noordkant van de Sterreschans, een kadedeel waarover vroeger ook de weg liep. Belangrijk is wel dat schansgrachten, -wallen en -kaden worden opgeschoond en geherprofileerd. Dan ga je het sterachtige patroon ervan nog meer zien, en ook voelen. Deze opknap kan worden gecombineerd met inrichting van een spannende plek waar de
schanshistorie wordt verteld. De route over de grachtkade biedt ook de mogelijkheid om ’s winters met hoge rivierstand een kwelwaterlandschap op indrukwekkende wijze te ervaren. Verder vraagt het landschap rond de Hoofddam aandacht. Het fort wordt vanaf de Waaldijk aan het zicht onttrokken door een terreinophoging en opgaande begroeiing in de Nicolaaswaard. Het scheppen van zichtassen kan helpen om het militaire landschap te begrijpen. Verder zou de Nicolaaswaard iets meer herkenbaar kunnen worden gemaakt als buitenpolder, onder andere door: herprofilering van de zomerkade aan de zuidzijde als struingedeelte van de fortroute. Accentuering van de laagte in het voorland van de dijk – een laagte van een restgeul die vroeger werd begeleid door opgaand geboomte - , zodat het dijklichaam beter uit de verf komt. En het scheppen van uitzichten die de relatie laten uitkomen tussen geaccentueerde zomerkade en Waaldijk. De Sterreschans benadrukt in het huidige kadastrale kaartbeeld. De hedendaagse schans kan aan de noord- en westzijde beter uit de verf komen. (tekening: DLA+ Landscape Architects)
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
41
42
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Nevengeul van de Klompenwaard, die op avontuurlijke wijze kan worden overgestoken.
Fortroute via de Klompenwaard en langs het verdronken Hulhuizen Een andere fortroute kan lopen via de Klompenwaard en staat in het teken van de beleving van de Waal met zijn weelde aan natuur. De rivier heeft hierbij niet alleen een strategische maar ook een magische betekenis. En hij is omgeven door een
Fortroute die vooral de strategische en mystieke Waal laat beleven.
sfeer van devotie. De route leidt vanaf de parkeerplaats naar de Kwadendijk. Om bij de westelijke (buitendijkse) afrit van die dijk de Klompenwaard in te lopen. Via boomstammen, stapstenen of een trekvlotje, afhankelijk van de waterstand, kan een nevengeul worden overgestoken en een pad worden gevolgd dat langs een verzonken toren voert, als verwijzing naar het verdronken Hulhuizen. Hier stond een kerkje dat beroemd was in de wijde omtrek. Hier kan kennis worden genomen van het bewogen lot van Hulhuizen dat werd verzwolgen maar herrees bij het huidige Vahali, verder stroomafwaarts. Met de struintocht zijn er fraaie vergezichten richting de rivier, de kribben en het Colenbranderbos in de Millingerwaard. Op een aantal punten kunnen verhalen worden beluisterd over de wonderdadige rivier in de kerstnacht,
Verbeelding verzwolgen kerk. (tekening: DLA+ Landscape Architects)
over verbanningen van spoken naar de overzijde van de Waal, naar het bos in de Millingerwaard vanwaar ’s nachts wordt geroepen “Hol over, hol over!” De route leidt hierna naar Fort Pannerden en voert terug via de sporen van de zomerkade van de Klompenwaard. De route kan het beloop van die kade gaan benadrukken. Tegenover de oostelijke (buitendijkse) afrit van de Kwadendijk gaat de tocht noordwaarts, naar de Biezenwei en de parkeerplaats. Deze route kan nog worden uitgebouwd voor liefhebbers van de stille kracht van de rivier, met een tocht over de kwelkaderelicten in gebied Stoomboot naar de plek van het herrezen Hulhuizen en de naburige nieuwe kapel en naar plekken van smeuïge mystieke verhalen.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Kasteelroute: Rijntakken als bron van dorpskern met schuttersgebouw, kermisterrein rijkdom en macht; ontmoeting met een oude, en kerk zuidwaarts, naar de Pannerdenseweg hechte gemeenschap van een kasteeldorp en de Biezenwei, waar in september feestgedruis van het koningsschieten opklinkt. Vanaf de parkeerplaats kunnen nog routes En waar misschien ook gelegenheid ontstaat uitwaaieren naar andere cultuurhistorische voor de toerist om te schieten naar de attracties, zoals Kasteel Doornenburg. Op papegaai. de kasteelroute ontstaat een idee van de ratio achter de kasteelbouw in een gebied waar Waal en Neder-Rijn op elkaars lippen zaten, waar rivaliteit bestond tussen Gelre en Kleef. Met de tocht wordt ook verhaald over het graven van de Linge en over het ontstaan en inslapen van een kronkelwaard van de NederRijn, rond de Luyendijk. De tocht biedt ook kans op ontmoeting met het gemoedelijke, kleurrijke dorpsleven dat al vroeg vergroeid raakte met het kasteel, een ontmoeting met schutterij Gijsbrecht van Aemstel. De route leidt vanaf de parkeerplaats noordwaarts, naar de kanaaldijk, voert langs de bron van Een kampement van ridders die zich opmaken voor de Linge en over de Luyendijk. Om via de het toernooi en muren met kantelen en torens laten Kerkstraat naar Kasteel Doornenburg te lopen, de Middeleeuwen tot leven komen. waar een levendig beeld ontstaat van een middeleeuwse veste en op bepaalde dagen ook van riddertoernooien. De route loopt via de
Schansroute: Van oud naar nieuw Schenkenschans De Sterreschans werd eerst Nieuw Schenkenschans genoemd. Hij werd gezien als de opvolger van de fameuze vesting die in de Tachtigjarige Oorlog de toegang naar het hart van Nederland bewaakte. Schenkenschans lag op de splitsing van Waal en NederRijn, vlakbij Brienen en pal ten zuiden van Tolkamer en Lobith. In Lobith herinnert de Huissensestraat nog aan een verbindingsweg over zomerkaden en dijken tussen ArnhemHuissen en Schenkenschans. Grote delen van die militair-strategische route bestaan nog. Vanaf de parkeerplaats bij Nieuw Schenkenschans leidt een fietsroute over de oude Rijndijk bij Pannerden en Aerdt naar de Huissensestraat in Lobith en vanhier via de Boterdijk naar Tolkamer, Millingen en Schenkenschans. Terug loopt de route via Millingen, De Bijland, de Lobberdensche Waard en de Waaldijk bij Pannerden. Hierbij kan een verhalenlijn worden gevolgd die in geuren en kleuren vertelt over de herovering van Schenkenschans door Frederik Hendrik,
43
44
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
de Stededwinger, in 1635-‘36, over de bouw van een omsingelingslinie en over de ontwikkeling van de dorpskern van Lobith op de wallen van die geduchte linie. In Pannerden wordt stilgestaan bij de plekken waar de prins van Oranje zijn hoofdkwartier had gevestigd, waar hij werd bezocht door zijn geleerde en kunstzinnige secretaris Constantijn Huygens, waar zijn oorlogshaven en schipbrug lagen en waar zijn wachttorens oprezen. Tijdens deze tocht maken we kennis met wat een tijdlang het hoofdtoneel is geweest van de nationale geschiedenis. Tegelijkertijd krijgen we een beeld van de ligging van Neder-Rijn en Waal en hun splitsingspunt in de Gouden Eeuw, van de dynamiek van rivieren en mensen in dit nationale sleutelgebied.
Reizen in de tijd: Schenkenschans met omsingelingslinie uit 1635-’36 creatief vertaald naar het huidige landschap. (foto/kaart: Oomen Landschap.nl)
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Parkeerplaats als TIPTOP Al die kansen om vanaf de Sterreschans de roemruchte cultuurhistorie rond de splitsing van de Rijntakken te beleven, stellen speciale eisen aan de parkeerruimte. Deze wordt een plek waar de bezoeker de auto verruilt voor benenwagen of fiets, waar hij of zij het waardeert te worden geïnformeerd over het unieke van dit plekje van de delta, over het grote verhaal van ‘het slot op de hoofdkraan van de waterlinie’ en andere cultuurhistorische toppers in Lingewaard, Rijnwaarden en
over de grens. De parkeerplaats krijgt zo het karakter van een TIPTOP, een toeristisch informatie- en overstappunt. Op panelen kan een beeldverhaal uitleg geven van de historie van het landschap rond het punt van waterverdeling, kunnen ook routes worden aangeprezen. Er zijn kansen om aanvullende voorzieningen voor functioneren als TIPTOP landschappelijk optimaal in te passen. Gemeente Lingewaard kan daarbij een visitekaartje afgeven op het gebied van ruimtelijke kwaliteit. De TIPTOP
Sterreschans heeft potentie om uit te groeien tot een van de belangrijkste toeristischrecreatieve verwijspunten van de Gelderse Poort*.
* Ideeën hiervoor zijn uitgewerkt in het rapport “Dijk als as van ontwikkeling”.
Voorbeeld van een paneel met beeldverhaal; hier in Park De Grote Aalst in Ewijk (gemeente Beuningen), waar imposante resten van een Romeinse villa zijn aangetroffen. (paneel: DLA+ Landscape Architects)
45
46
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
4
CONCLUSIE
Gekozen is voor aanleg van een parkeerplaats in de Biezenwei aan de westkant van de Sterreschans. Die voorziening is bedoeld voor bezoekers van Fort Pannerden. De Biezenwei lokt als parkeerplek omdat die nog dicht bij de Hoofddam ligt. Desondanks is de tocht naar het eenzame fort voor minder mobiele bezoekers nog altijd een beproeving. Soms kan een pendeldienst in het leven worden geroepen. Nagedacht zou nog kunnen worden over verbetering van zo’n shuttle. Maar de afstand naar het fort blijkt ook aantrekkelijke kanten te hebben. De kansen liggen voor het oprapen om van de tocht naar het fort een ontdekkingsreis te maken, een fascinerende kennismaking met de schat aan cultuurhistorie rond de Rijntakkensplitsing. Om een beeld te krijgen van die kansen is een cultuurhistorische inspiratiekaart met toelichting gemaakt van het landschap in de omtrek van de Hoofddam bij Pannerden. Uit die kaart is op te maken dat er bij de
aanleg van de parkeerplaats kansen zijn op versterking van cultuurhistorische kwaliteiten. Maar onvoldoende doordacht aangelegd, kan de parkeerplaats afbreuk doen aan een gebied dat van oudsher zompig was door het afgraven van aarde voor de bouw en het onderhoud van een dijk die eeuwenlang zwaar werd belaagd door de Waal. De dijk was ook zo lek als een mandje. Over grote afstand moesten kaden worden gebouwd om de kwel in te dammen. Cultuurhistorisch gezien is de Biezenwei dan ook onderdeel van het dijklandschap. Maar er zijn volop kansen om de parkeerplaats harmonisch in te passen. En wel door een aanpak die analoog is aan de vroegere ontwikkelingen rond de structuur van kaden en dijken bij de Sterreschans. Het parkeerterrein komt zo als een herkenbare eenheid te liggen aan de voormalige kwelkade, de Pannerdenseweg. De beplanting van het terrein kan worden geïnspireerd op die
van de vroegere boerenerven bestaande uit fruitgewas, hagen en houtsingels. Door materiaalgebruik dat ruimte geeft aan vegetatie kan subtiele inpassing mogelijk worden als groen parkeereiland in de natte ruigte van de Biezenwei. Twee route-ideeën kwamen uit de bus om bezoekers op weg naar het fort in te leiden in de rijke historie van het omliggende rivierenlandschap. Daarbij worden verhalenlijnen en verhaalplekken onderscheiden waar kennis kan worden uitgedragen. De trip naar en vanaf het fort belooft zo een spannende reis in de tijd te worden. Een van de routes leidt via de Sterreschans en de Hoofddam naar het fort en loopt langs de zuidrand van de Nicolaaswaard naar de Waaldijk tegenover de parkeerplaats. Deze route staat in het teken van de ontdekking van de Sterreschans als voorganger van Fort Pannerden, van de Hoofddam
47
48
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
als voorziening die de nationale veiligheid voor de rivieren waarborgt en als ultieme plaats voor een fort wakend over een vitale watertoevoer naar het hartje van de waterlinie. Plaatselijk wordt gewandeld over kwelkaden langs herstelde grachten en geherprofileerde schanswallen. Zichtassen, aangebracht in de Nicolaaswaard, laten de karakteristieke punten van het strategische landschap beter uitkomen. De andere route leidt naar het fort via de Klompenwaard. Ze laat de Waal beleven
als een strategische rivier. Maar ook als een rivier omringd met devotie en wondergeloof. Struinend door woeste natuur en gebruik makend van een trekvlotje of lopend over boomstammen, bereikt de bezoeker de plek van het verdronken Hulhuizen. Hier stond een kerk die katholieken in de wijde omgeving bezochten in een tijd van geloofsvervolging in calvinistisch Nederland. Vanaf de plaats van het verzwolgen Hulhuizen wordt uitgezien op de plek van het uit de golven opgestane Hulhuizen, verder stroomafwaarts, bij scheepswerf Vahali. Daarbij ontstaat
bewondering voor de veerkracht van de mens in het overleven bij een gewelddadige maar ook zoveel voorspoed meebrengende rivier. Langs de route worden ook verhalen opgedist over de mystieke kracht van de rivier, over geneeskrachtig Waalwater en over een spookstem opklinkend in de rivier, een kolk en een afgelegen bos. De nadruk ligt bij deze route op de rivier als heilig ontzag inboezemend fenomeen. Je gaat begrijpen dat een Waal die spoken kon beletten terug te keren naar de plaats vanwaar ze waren verbannen ook imponeerde als onderdeel van de verdediging van een strategisch belangrijk fort. De parkeerplaats kan ook uitvalsbasis worden voor tochten naar andere ‘juwelen’ van de cultuurhistorische schatkamer van de Rijntakkensplitsing. Zoals Kasteel Doornenburg, waar een levendige voorstelling kan ontstaan van een ruige middeleeuwse veste, van de wereld van riddertoernooien en van de hechte gemeenschap van Doornenburg die nauw vergroeid raakte
Gezellige drukte op de Hoofddam met de opening van het fort in september 2011.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
met het kasteel. De andere tocht voert over de gemeentegrenzen heen. Hij laat het rivierenlandschap van de Gouden Eeuw en de toenmalige Rijntakkensplitsing beleven. De route loopt van Nieuw Schenkenschans, zoals de Sterreschans eerst heette, naar het even over de Duitse grens gelegen Schenkenschans, sleutelstelling van de Republiek in de Tachtigjarige Oorlog. De route leidt deels over de militaire verbinding die van Huissen via Lobith naar Schenkenschans liep, voert langs plekken waar beroemde oranjetelgen hun voetstappen achterlieten. En waar beslissingen vielen die gigantische betekenis hebben gehad voor de landelijke geschiedenis. Het gebruik van het parkeerterrein als basis voor ontdekking van de cultuurhistorische attracties rond de Rijntakkensplitsing vraagt om speciale aandacht voor de inrichting van het terrein. Dit zou kunnen worden ontwikkeld als een TIPTOP, een punt waar bezoekers gelegenheid vinden over te stappen van auto op ‘lijn 11’ (te voet) en fiets. En waar ze info krijgen over de
attracties in de omgeving. Er zijn kansen te over om parkeerruimte en aanvullende voorzieningen smaakvol in te passen in het kostbare landschap van de Biezenwei. En om daarbij ook te laten zien hoe in Lingewaard economische en cultuurhistorische belangen elkaar geweldig kunnen ondersteunen.
Straatnaam die in Lobith nog herinnert aan de militaire verbinding tussen Arnhem/Huissen en Schenkenschans.
49
50
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
VERKLARENDE WOORDENLIJST Aardhaling: winning van grond en zoden voor het onderhoud, versterken of herstel van een dijk. Het recht van aardhaling was een vorm van onteigening en werd gevreesd, mede door de armzalige vergoeding voor het aardhalen. Achterkade of achterwende: binnenkade die het dorpsland moest beschermen tegen het water opdringend vanuit het komgebied. Achterland: terrein grenzend aan de binnenzijde van de dijk, bestaand uit wielen, kwelkommen, overslaggronden met bosschages, bongerds en tuinderijen (zie: waai, kwelkom en overslaggrond) en oude nederzettingen met hun cultuurland. Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN): een bestand met voor heel Nederland gedetailleerde en precieze hoogtegegevens. Het kaartbeeld dat op de AHN-website is te bekijken, kan worden opgevat als een digitale hoogtekaart, die ook veel inzicht geeft in het natuurlijke landschap; zie: http://www.ahn.nl/ viewer
Bandijk: dijk die volgens recht werd geschouwd; de dijkstoel stelde eisen ten aanzien van hoogte, samenstelling en onderhoud. Binnendijken: water en/of land door dijkbouw of -verlegging aan de landzijde van de dijk brengen. Buitendijken: water en/of land door dijkbouw of -verlegging aan de rivierzijde van de dijk brengen. Bypass: nevengeul van een rivier, aangelegd ter bevordering van de afvoer met hoogwater, hoogwatergeul. Circumvallatielinie: linie die naar twee kanten kan worden verdedigd, naar binnen toe om uitvallen van het garnizoen van een belegerde stad of veste te stuiten, naar buiten toe om aanvallen voor ontzet van de belegerden te keren. Crevasse/crevassegeul: waterplas ontstaan doordat de rivier zich met hoogwater door
een zwakke plek in de oeverwal heen boorde. Hierbij ontstonden doorgaans langgerekte, vrij ondiepe plassen. Via een crevasse kon de rivier zich vóór de bedijking ontlasten naar de lager gelegen kommen. Dijkdel: laagte langs de buitenteen van de dijk, ontstaan door afgraving van klei voor dijkversterking en -herstel. Vaak werden deze moeraslanden gecultiveerd door aanleg van rabatten (zie aldaar) en beplant met wilgen. Dijkring: gebied dat door een primaire waterkering – een bandijk - is omsloten. Dijkschouw: het van overheidswege ingestelde onderzoek naar de staat van de dijk, ook rechtspraak op de dijk. Doorlaag/doorlaagdijk: dijk die tijdens een dijkherstel dwars door een doorbraakkolk of wiel was gelegd; een oplossing die slechts mogelijk was als grote delen van het wiel ondiep waren.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Dorpspolder: dwergwaterschap dat deel uitmaakte van het werkgebied van een ambt, sinds de Moderne Tijd een polderdistrict. De dorpspolder zag toe op de goede staat van de plaatselijke kaden, watergangen, duikers en sluizen: de instrumenten voor de lokale waterbeheersing. Dwarsdijk: haaks op de rivierdijk liggende binnendijk die moest beschermen tegen overstromingswater van hogerop liggende gebieden. Geriefhout: hout, zoals wilgen, populieren, essen of elzen, geteeld voor economisch gewin; het begrip gerief of gerijf betekent in het Middelnederlands onder meer voordeel of winst.
Kom: laagte tussen de stroomruggen in de riviervlakte, waar met overstromingen het fijne rivierslib bezonk. Zo werd hier op den duur een dik pakket klei gevormd (zie ook stroomrug). Krib (ook: hoofd, bol of kop): korte stenen, voorheen houten, dam in de riviergeul, haaks op de stroomrichting gelegd om de rivier van een schaardijk af te leiden, om land te winnen of om de rivierbedding te fixeren, zodat zij op diepte en zo ook goed bevaarbaar zal blijven.
Hoge of Volle Middeleeuwen: 10e eeuw - 13e eeuw
Kwel: grondwater dat onder druk uit de grond sijpelt. Kwel ontstaat door een ondergrondse waterstroom van een hoger naar een lager gelegen gebied. De kwel verplaatst zich via een doorlatende grondlaag. Water van diepe, oude grondstromen is voedselarm en vaak ook kalkrijk. Het is daardoor een stimulator van bijzondere flora, zoals waterviolier.
Inlaag/inlaagdijk: dijk die landinwaarts was gelegd onder aandrang van de rivier of door het ontstaan van een dijkdoorbraakkolk of wiel.
Kweldam/kwelkade: kade om plekken aan de binnenteen van de dijk waar met hoge rivierstand kwelwater opsijpelt; de kade sloot aan zijn beide uiteinden aan op de dijk zodat
een kom ontstond. Kwelkom: kom gevormd door de kwelkade en de dijk. In de kom werd het uit de dijk en de grond sijpelende water opgezet. Hierdoor ontstond zoveel tegendruk dat de infiltratie van kwel kon worden gestuit. Late Middeleeuwen: 13e eeuw - 15e eeuw Leidam/-dijk: dam of dijk aangelegd om de rivierstroom in een bepaalde richting te leiden. Meander: bocht of lus in een natuurlijke waterloop zoals een rivier. Meandergordel: zone met zandige beddingafzettingen waarbinnen de actuele geul van de rivier is gesitueerd en waarbinnen deze in het verleden heeft gemeanderd. Een meandergordel wordt veelal aan beide zijden geflankeerd door oever- en oever-opkomafzettingen. Moderne Tijd: 19e eeuw - 21e eeuw
51
52
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Nieuwe Tijd: 15e eeuw - 19e eeuw Oeverwal: zandachtige hoogte langs de riviergeul, opgeworpen door de buiten de oevers tredende rivier. Oeverzone: zone direct grenzend aan de meandergordel van de rivier, veelal gekenmerkt door een relatief zandige opbouw en een hogere ligging ten opzichte van de aangrenzende laaggelegen komgronden. Onland: slecht land, moerasland Oudhoevig land: oud boerenland dat is buitengedijkt; in de bodem kunnen zich relicten van verdronken dorpen/dorpsdelen bevinden (resten van voormalige huizen, kerken, kerkhoven, waterkering, waterlossing en wegen). Overlaat: verlaagd dijkgedeelte dat door een kade op gelijke hoogte met de aangrenzende dijkvakken is gebracht. Hierdoor kan de dijk bij nood snel worden afgegraven zodat de rivier zich zijdelings kan ontlasten en de druk
op dijkdelen die grotere belangen beschermen, afneemt. Overslaggrond: grond - zand en grind - die het water tijdens dijkbreuken had opgehaald uit een wiel en die in de vorm van een waaier was uitgestrooid over het achter de doorbraak liggende boerenland. Overstromingsvlakte/vloedvlakte: platte of nagenoeg platte land langs een rivier of beek dat blank pleegt te staan met een overstroming. Piping: verschijnsel waarbij holle ruimten onder een dijk ontstaan door een kwelstroom waarbij zand wordt meegevoerd. Polygonaal fort: fort gebouwd volgens het polygonale stelsel. Dit werd ontwikkeld in reactie op de almaar groter wordende vernietigingskracht van het geschut. Het fort heeft een veelhoekig grondplan. Vanuit gekazematteerde uitbouwen kan flankerend vuur worden uitgebracht op de gracht.
Rabatten: aarden ruggen, aangelegd om moerassen te cultiveren en geflankeerd door greppels voor drainage. Rabatten werden doorgaans beplant met hakhout, waaronder wilgenhout dat ook bruikbaar was voor de dijkversterking. Redoute: algemene benaming voor een eenvoudig, doorgaans gesloten, verdedigingswerk (soms veldwerk) zonder bepaalde vorm. In de Tachtigjarige Oorlog werden met redoutes vaak stenen verdedigingstorens bedoeld. Dergelijke torens fungeerden als observatieposten. Bij vijandelijke dreiging gaven ze waarschuwingssignalen. Redoutes vormden onderdeel van de Staatse verdediging langs de IJssel, de Neder-Rijn en de Waal. Ze stonden op schaardijken of op terpen in de uiterwaarden. Retranchement: dikwijls een aarden wal zonder vaste vorm, voorzien van gracht. Rijs/rijshout: dunne, taaie takken, gewoonlijk van wilgen die in bossen werden gebonden.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Schaardijk: dijk die niet of amper wordt beschermd door uiterwaarden; hij staat daardoor zomer en winter bloot aan stroom en golfslag van de rivier. Doorbraken van schaardijken resulteerden dikwijls in de bouw van inlagen. Slaperdijk of slaper: binnendijk die het water gaat keren als de voorgelegen dijk – de buitendijk of waker - is bezweken. Strang of hank: deels dichtgeslibde riviergeul, vaak een restant van een eeuwenoude hoofdgeul van de rivier.
Uitlaag/uitlaagdijk: dijk die tijdens een dijkherstel aan de buiten- of rivierzijde van een dijkdoorbraakkolk of wiel was gelegd. Voorland: terrein grenzend aan de buitenzijde van de dijk, vaak bestaand uit strangen, oudhoevig land, dijkdellen en een bermsloot. Voorkade of voorwende: kade die het dorp moest beschermen tegen water opdringend vanuit de rivier. Voorwenden zijn later, met de sluiting van de dijkring, geïntegreerd in de bandijk. Vroege Middeleeuwen: 4e eeuw - 10e eeuw.
Stroomrug: betrekkelijk hoog gelegen strook in een riviervlakte bestaande uit een met klei opgevulde verlaten riviergeul en aangelegen zandachtige oeverwallen (zie oeverwal). Uitgedijkt land: moerasland ontstaan door afgraving van grond voor bouw, versterking en herstel van de dijk. Het kan binnendijks en buitendijks liggen en werd gecultiveerd door aanleg van rabatten (zie aldaar).
Wiel, waai, waal, wade: in het Middelnederlands: draaikolk, grondeloze diepte, ook: gat veroorzaakt door een dijkdoorbraak. Waker/wakerdijk: bandijk die onmiddellijk aan het water grenst. Zijkade of zijdewende (in het Middelnederlands “Sidewende”): binnenkade
die het dorpsland moest beschermen tegen water uit stroomopwaarts gelegen gebieden; ook stukken land aan de zijkade en hoeven daarop verrezen, werden wel met “Sidewende” aangeduid.
53
54
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
BRONNENOPGAVE Literatuur Anonymus, Atlas van historische vestingwerken in Nederland. Deel II: de provinciën Overijssel en Gelderland. Tweede aflevering: Gelderland (uitgave van de Stichting Menno van Coehoorn), Leiden, (ca. 1958-1959). Idem, Samen werken met water. Een land dat leeft, bouwt aan zijn toekomst. Bevindingen van de Deltacommissie 2008, z.p., 2008. Idem, Steeds opnieuw schitteren. Belvoir 2 Cultuurhistorisch beleid 2005 – 2008, Arnhem, 2005. Bazelmans, J., T. Bloemers e.a., Limes Atlas, Rotterdam, 2005. Berendsen, H.J.A., E.L.J.H. Faessen e.a., Zand in banen. Zanddiepte-kaarten van het Gelders rivierengebied met inbegrip van de uiterwaarden, Utrecht, 2001 (2e herziene druk).
Dinnissen, M.H., Volksverhalen uit Gendt (uitgave van het P.J. Meertens-Instituut voor Dialectologie, Volkskunde en Naamkunde, Nederlandse Volksverhalen, Deel 3), Amsterdam, 1993. Driessen, A.M.A.J., G.P. van de Ven e.a., Gij beken eeuwigvloeijend, Water in de streek van Rijn en IJssel, Utrecht, 2000. Haggenburg, L, Het dorp Pannerden. Historische schets, Zevenaar, 1931. Harbers, P. en J.R. Mulder, Een poging tot reconstructie van het Rijnstelsel in het oostelijk rivierengebied tijdens het Holoceen, in het bijzonder de Romeinse tijd, in: K.N.A.G. Geografische Tijdschrift 15 (1981), 404-421. Heijden, P. van der en E. Ruissen, Fort Pannerden, Doornenburg, 2012. Heldring, O.G., Wandelingen ter opsporing van Bataafsche en Romeinsche Oudheden, legenden enz., Amsterdam, 1838-1839.
Hemmen, F. van, Monumentaal Blauw. Een inventarisatie van wielen en wielresten in de Betuwe, Elst, 2001. Hemmen, F. van, H. Derks e.a., Dijk als as van ontwikkeling. Economische kansen voor het cultuurlandschap in de gemeente Lingewaard, Groesbeek, 2008. Hemmen, F. van en E. Heunks, Meanderend naar de toekomst. Herinrichting van de Roswaard; cultuurhistorische analyse en kansen (RAAP-rapport 1478), Amsterdam, 2007. Hemmen, F. van en G.B. Janssen, Fort Pannerden: het slot op de kraan voor de Nieuwe Hollandse Waterlinie, Huissen/ Zevenaar, 2003. Hemmen, F. van, M. Tilstra en J.R. Mulder, Sleutel van het verleden, sleutel tot de toekomst. De roemrijke cultuurhistorie van de Rijnstrangen als drijvende kracht voor economische vernieuwing. Een evaluatie van kwaliteiten en kansen, Aerdt, 2011.
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
Heunks, E. en F. van Hemmen, Paleogeografisch, archeologisch en cultuurhistorisch vooronderzoek ten behoeve van de MER Lobberdense Waard, Utrecht, 2010.
Mulder, J.R., In de ban van de Betuwse dijken, Deel 3 Doornenburg (Roswaard), (Alterra Rapport 403), Wageningen, 2002. Ven, G.P. van de, Aan de wieg van Rijkswaterstaat. Wordingsgeschiedenis van het Pannerdens Kanaal, Zutphen, 1976.
Janssen, G.B., Baksteenfabricage in Nederland. Van nijverheid tot industrie, 18501920, Zutphen, 1987. Idem, Verdeel en beheers! 300 Jaar Pannerdensch Kanaal, Diemen, 2007. Idem, Schenkenschans, de sleutel tot de Tuin van Holland, in: Heerlyck Ni-js, 10 (1989), p. Willemse, N.W., Gemeente Lingewaard. Een 25-33. archeologische beleidsadvieskaart (RAAPrapport 978), Amsterdam, 2004. Idem, het Sperfort op de Hoofddam te Pannerden, in: Nederlandse Historiën, tijdschrift voor vaderlandse (streek) geschiedenis, 12 (1978), p. 68-78. Archiefmateriaal Melchers, R., Het echte Hulhuizen lag “in de Klompenwaard”, in: De Heraut / Historische Kring Doornenburg, 1, p. 6-10.
Met het onderzoek zijn archiefstukken – vooral historische kaarten – geraadpleegd, afkomstig uit de volgende instellingen:
Mentink, G.J. en J. van Os, Over-Betuwe. Geschiedenis van een polderland (13271977), Zutphen, 1985.
Het Gelders Archief in Arnhem Speciale Collecties Wageningen UR (luchtfoto’s WO 2)
Digitale documentatie; websites Google Earth http://www.ahn.nl/viewer http://www.depauwengaard.nl/modules.php?n ame=News&file=article&sid=895 http://www.gelderlandinbeeld.nl/index. php?module=index2&blend=3 http://www.geldersarchief.nl/beeld--geluid/ kaarten http://www.heemkundekringrijnwaarden.nl/ http://www.historischekringdoornenburg.nl/ http://www.coehoorn.nl/ http://www.schutterijdoornenburg.nl/ http://watwaswaar.nl/
55
56
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
COLOFON opdrachtgever
opdrachtnemer
Gemeente Lingewaard Willem Bijker/Evelien Luggenhorst Postbus 15 6680 AA BEMMEL T 026 3260111 E
[email protected] E
[email protected]
Ferdinand van Hemmen Korte Loostraat 27 6851 MX HUISSEN T 06 25035302 E
[email protected]
project Portaal voor beleving van eeuwenlange verdediging in een nationaal sleutelgebied Cultuurhistorische effecten/kansen rond de aanleg van een parkeerplaats voor de toeristisch-recreatieve ontsluiting van fort Pannerden
status datum productie
DEFINITIEF 18 oktober 2012
rapportage
landschapshistoricus Ferdinand van Hemmen landschapsarchitect Harry Derks, DLA+ landscape architects BV Groesbeek Paulien Varkevisser, DLA+ landscape architects BV Groesbeek Janssen Repro Nijmegen
illustratie / vormgeving
druk
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN
57
58
CULTUURHISTORISCHE EFFECTEN / KANSEN ONTSLUITING FORT PANNERDEN