Photo Express
TM
versie 3.0
Gebruikershandboek
Eerste Nederlandse uitgave van Photo Express versie 3.0, juni 1999 © 1999 Ulead Systems, Inc. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door middel van fotokopieën, opnamen, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of vertaald in enige taal op welke wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Ulead Systems, Inc .
Computerprogramma licentie Het in dit document beschreven computerprogramma wordt verstrekt onder een Licentie Overeenkomst die geleverd is met het produkt. Deze overeenkomst beschrijft de toegestane en niet toegestane gebruiken van het produkt.
Licenties en handelsmerken ICI Library © 1991–1992 C-Cube Microsystems. Ulead Systems, Inc., het Ulead logo, Photo Express en Album zijn handelsmerken van Ulead Systems, Inc. PhotoDisc copyright 1999, PhotoDisc. PhotoDisc is een handelsmerk van PhotoDisc, Inc. Alle andere productnamen en enige handelsmerken en gedeponeerde handelsmerken vermeld in dit handboek fungeren slechts als identificatie en blijven exclusief eigendom van de respectievelijke eigenaars.
Voorbeeldbestanden De bestanden die als voorbeeld op de programma CD te vinden zijn mogen gebruikt worden voor persoonlijke demonstraties, producties en presentaties. Er worden geen rechten verleend voor commerciële reproductie of herverdeling van enige voorbeeldbestanden te vinden op de CD. Ulead Systems, Inc. Hoofdkwartier in de Verenigde Staten:
Internationaal hoofdkwartier:
970 West 190th Street, Suite 520 Torrance, CA 90502 Tel: (310) 523-9393 Fax: (310) 523-9399
10F, 45 Tung Hsing Rd. Taipei, Taiwan 110 Tel: [+886] (2) 2764-8599 Fax: [+886] (2) 2764-9599
http://www.ulead.com
2
Inhoud Inleiding Welkom bij Photo Express! ................................................................. 4 Wat is er nieuw in deze versie .......................................................... 4 Beginnen ............................................................................................... 6 Overzicht ............................................................................................... 7 Album mode ................................................................................... 10 Foto mode ....................................................................................... 13 Project mode .................................................................................. 14
Uw foto’s bewerken Aanpassen en bijwerken van foto’s ................................................ 16 Werken met selecties ........................................................................ 19 Foto’s beschilderen ........................................................................... 22 Werken met tekst ............................................................................... 26 Speciale effecten ................................................................................ 28 Versieringen toevoegen .................................................................... 30
Foto’s en projecten afdrukken ............................................... 32 Foto’s delen Foto’s en projecten opslaan ............................................................. 35 Afbeeldingen per e-mail verzenden ................................................ 36
Express Kalenders & planners ......................................................................... 37 Foto’s morphen ................................................................................... 39 Schermbeveiligers maken ................................................................ 40
Web-studio Een Web-album maken ...................................................................... 41 Een Web-voorstelling maken ............................................................ 42
Appendix Woordenlijst ......................................................................................... 43 Index ...................................................................................................... 45
3
Welkom bij Photo Express! Welkom bij Photo Express, het ultieme gereedschap voor het creëren van toffe foto’s en projecten die u kunt delen met familie en vrienden. Met Photo Express, heeft u de kracht van gewone, alledaagse foto’s om te zetten naar unieke creaties die uw creativiteit uitdrukken. Aan de hand van de begeleide werking en de intuïtieve interface kunt u op een makkelijke en prettige wijze, in een paar minuten indrukwekkende wenskaarten, kalenders, posters, en zelfs geanimeerde webpagina’s creëren!
Wat is er nieuw in deze versie Deze versie van Photo Express bevat vele nieuwe en unieke eigenschappen die ontworpen zijn om het bewerken van foto’s leuker en intuïtiever te maken. Enkele van deze eigenschappen bevatten: Multimedia mogelijkheden Album mode laat u niet alleen uw foto’s en afbeeldingen organiseren, maar ook geluids- en videobestanden. Wanneer u bestanden van een schijf verkrijgt, dan zal Photo Express u toelaten van het mediatype voor de bestanden te beschrijven. Bekijk een snelle voorvertoning van individuele bestanden door op een thumbnail te klikken.
4
Verbeterde interface Photo Express is nu nog sneller en makkelijker in het gebruik. Dit laat u toe van afbeeldingen en projecten gemakkelijker en efficiënter te organiseren. Nieuwe Instructietips komen tevoorschijn en gidsen u door de basis van een functie. Web-studio Er werd een volledig nieuw sectie toegevoegd, die u toelaat van albums, diavoorstellingen te creëren. Deze kunt u op uw website plaatsen of per e-mail naar uw vrienden verzenden..
Meer eigenschappen voor plezier in beeldbewerking Deze versie bevat nieuwe en sensationele fotobewerking-eigenschappen, die u toelaten van ogenblikkelijk indrukwekkende afbeeldingen en projecten te creëren.
• Nieuwe bewerkingsgereedschappen laten u toe van texturen op uw foto’s te verven, zeer snel kleuren te vervangen, snel ingewikkelde afbeeldingsgebieden te omlijnen, automatisch afbeeldingen fijn in te stellen, en nog veel meer.
• Nieuwe afdruk-opties geven uw meer leuke manieren om uw foto’s en projecten met anderen te delen. Druk uw creaties op een T-shirt overdrachtsmateriaal af, of druk gewoon een keuze van geselecteerde foto’s op een blad af.
5
Beginnen Installatie van Photo Express: 1 Steek de Photo Express CD in uw CD-ROM drive. 2 Wanneer het Setup scherm verschijnt, volgt u de instructies om Photo Express op uw computer te installeren. Noot: Indien na het laden van de CD het Setup scherm niet verschijnt, dan kunt u het manueel starten door te dubbelklikken op het pictogram Deze computer op uw bureaublad, vervolgens dubbelklikt u op het pictogram van de CD-ROM drive. Wanneer het venster van de CD-ROM opent, dubbelklikt u op het pictogram Setup.
Neem na de installatie van Photo Express alstublieft even de tijd om online te registreren. Wijs uw webbrowser naar de website van Ulead (http://www.ulead.com). Door een geregistreerd gebruiker te worden heeft u recht op product updates, gratis downloaden, en technische ondersteuning indien u problemen met het programma Photo Express zou hebben. Wanneer u Photo Express start, wees dan zeker dat u eerst overschakelt naar een resolutie van 800x600, 1024x768 of hoger en naar HiColor (15/16bits) of Echte kleuren (24-bits) mode. Photo Express starten: • Dubbelklik in het Windows bureaublad op het pictogram Photo Express.
• Of selecteer in de programmagroep Ulead Photo Express 3.0 (in het Startmenu), het pictogram Photo Express.
6
Vergeet niet van de knop Help te gebruiken indien u tijdens het gebruik van Photo Expres komt vast te zitten. Deze knop bevindt zich in de Snelkoppelingenbalk. Klik gewoonweg op de knop en wanneer de muiscursor verandert klikt u op de optie of het gereedschap dat u niet begrijpt.
Overzicht In Photo Express worden alle bewerkingen en creaties op eenzelfde scherm uitgevoerd. Onderaan is een gids van alle voornaamste elementen in het programmavenster.
Ulead web Menubalk Gereedschapsbalk Werkruimte
Thumbnailstrook Commando paneel
Paneel Opties
Globale kijker
Snelkoppelingenbalk Mode tabbladen
7
De Mode tabbladen laten u in Photo Express overschakelen tussen Album mode, Foto mode, en Project mode. Album mode wordt gebruikt voor het organiseren en sorteren van foto’s, multimedia-bestanden, en projecten. Foto mode is waar u het grootste deel van uw werk doet. Project mode laat u toe van wenskaarten, naamkaartjes, en andere - op sjabloon gebaseerde -leuke dingen te maken.
Het Commando paneel toont alle categorieën die in Photo Express beschikbaar zijn op een lijst. Elke categorie bevat een specifieke set van gereedschappen, afhankelijk van de mode waarin u zich bevindt.
De Snelkoppelingenbalk bevoorraadt u met de meest gebruikte menu commando’s. Deze commando’s zullen variëren, afhankelijk van de huidige categorie van het Commando paneel en van het gebruikte gereedschap. De Werkruimte is waar u werkelijk uw afbeeldingen en projecten bekijkt en bewerkt.
8
Let op de Instructietips die onderaan rechts in de werkruimte verschijnen. Deze tips zullen de basis van een functie leren. Nadat u vertrouwd bent met het programma kunt u ze uitschakelen door in de menubalk Bestand: Voorkeuren te selecteren.
De Gereedschapsbalk bevat alle noodzakelijke gereedschappen voor het bewerken van uw foto’s. Elke groep van gereedschappen is verdeeld in categorieën – wanneer u een nieuwe categorie selecteert, dan zullen gereedschappen in de Gereedschapsbalk overeenkomstig veranderen. In het Commando paneel kunt u de categorieën selecteren.
Nieuwe Voetstappen verschijnen links onderaan van sommige panelen. Deze laten u toe van makkelijk over te gaan naar een andere stap. Kijk uit naar Hinten die verschijnen waneer u met de muis over items beweegt. Deze geven gedetaileerde tips over het gebruik van bepaalde items.
De Thumbnailstrook toont alle afbeeldingen die momenteel geopend zijn.
Het paneel Opties toont u de verschillende mogelijkheden en gereedschappen die voor een bepaalde functie beschikbaar zijn. Hier kunt u de kwastattributen, op maat instellingen, en nog veel meer specificeren.
De Globale kijker, die zich aan de rechterkant van de Thumbnailstrook bevindt, laat u toe van na het inzoomen gemakkelijk in de afbeeldingen en projecten te navigeren.
9
Album mode Album is het beginpunt in Photo Express. Dit is de plaats in het eigenlijk programma waar u uw foto’s, mediabestanden, en projectbestanden plaatst. Vervolgens organiseert u ze in handige ‘boeken’, die u in Photo Express rechtstreeks toegang geven tot deze bestanden. Deze boeken bevatten thumbnails van alle afbeeldingen, en ook koppelingen en informatie naar deze afbeeldingen. Gebruik fotoalbums om beeld- en mediabestanden op te slaan, en gebruik projectalbums om projectbestanden (*.tpx) op te slaan.
Foto’s organiseren Het commando Organiseren laat u toe van nieuwe albums te creëren, of gewoonweg afbeeldingen, mediabestanden, en projecten in bestaande albums te reorganiseren. Een nieuwe album creëren: 1 Selecteer Organiseren uit het Commando paneel, en klik vervolgens in de Gereedschapsbalk op de knop Nieuwe album. De optie Nieuw Album verschijnt in het paneel Opties. 2 Selecteer in het paneel Opties, een type van album dat u wilt creëren, en voer de naam van het album in. U kunt ook tekst in de onderwerpsvelden van de bestanden invoeren (deze zullen verschijnen waneer u informatie over een bepaalde afbeelding wilt zien). Indien u een projectalbum maakt, kan u ook een ‘omslag’afbeelding voor uw album maken. 3 Klik op Toepassen. Er zullen lege plaatshouders in de werkruimte verschijnen. U bent nu klaar om afbeeldingen in uw album te plaatsen. Om dit te doen, raadpleeg de paragraaf Foto’s en mediabestanden verkrijgen (pagina’s 11-12).
10
Tip: Om snel toegang tot de Album commando’s te verkrijgen, klikt u in het paneel Opties op een album-pictogram. Dit zal het album openen. Om toegang te verkrijgen tot een keuze van handige opties, klikt u erop met de rechtermuisknop.
De thumbnails bekijken: 1 Open een album door in het paneel Opties op een album-pictogram te klikken. 2 Klik in de Snelkoppelingenbalk, op een van de Thumbnailgrootte-knoppen om tegelijkertijd een, vier, of zestien thumbnails te zien. Het bekijken van een enkele foto laat u toe van gedetailleerde informatie van de afbeelding te zien.
Foto’s en mediabestanden verkrijgen
Tip: Om informatie over een afbeelding te bewerken of in te voeren, klikt u met de rechtermuisknop op het thumbnail en selecteert u Eigenschappen uit het menu. Er zal een dialoogvenster verschijnen waarin u de informatie kan invoeren.
Het commando Verkrijgen geeft u toegang tot verschillende soorten beeldbronnnen en mediabestanden. Hier begint u met het verzamelen van afzonderlijke afbeeldingen of groepen van afbeeldingen om in uw albums te plaatsen. Toevoegen van nieuwe bestanden naar een album: 1 Gebruik het commmando Organiseren om een bestaande album te openen of een nieuwe album te creëren. 2 Klik in het Commando paneel op Verkrijgen en selecteer het pictogram Bestand. 3 Klik op de knop Media om het type van bestanden te selecteren, die u wilt organiseren. Alleen bestanden van het door u geselecteerde type zullen in het thumbnailvenster van het paneel Opties getoond worden. 4 Klik op het pictogram Bestand om in de mappen te bladeren naar bestanden. Wanneer ze verschijnen in het paneel Opties, klikt u op de knop Alles selecteren. U kunt ook de afbeeldingen afzonderlijk selecteren door tijdens het klikken de Ctrl-toets ingedrukt te houden. 5 Klik op de knop Invoegen om de geselecteerde bestanden naar de huidige album toe te voegen.
11
Foto’s van een digitaal fototoestel verkrijgen: 1 Klik op het pictogram Fototoestel. Het paneel Opties verandert en toont een lijst met bronnen. 2 Selecteer uw digitaal fototoestel uit de lijst. 3 In het venster Bestandsnaam, voert u de bestandsnaam voor de verkregen afbeelding in. Indien u meerdere afbeeldingen downloadt, dan zal elke afbeelding de opgegeven bestandsnaam als prefix hebben en gevolgd worden door een sequentienummer (bvb. 0001, 0002, enz.). 4 Wanneer u gereed bent, klikt u op de knop Verkrijgen. Tips: • Gebruik vergelijkbare werkwijzen om afbeeldingen van een scanner te verkrijgen. • Selecteer de optie Nabewerking toepassen om de Wizard Nabewerking te starten. Dit zal u automatisch helpen bij het corrigeren van gewone verkrijg- en scanfouten zoals uitlijning, kleur, en andere.
Frames van een videobron verkrijgen: 1 Klik in de Gereedschapsbalk op de knopVideo en selecteer een bron uit de opties in Importeer module. Noot: Alvorens dit kan werken moet u de juiste drivers en een capture-kaart op uw computer installeren. Raadpleeg alstublieft de begeleidende documentatie om meer te weten te komen over het gebruik van de capure-kaart en drivers.
2 Bepaal het bestandstype voor de op te slagen gedigitaliseerde frame, en voer vervolgens een bestandsnaam in. 3 Eens u de capture-opties ingesteld hebt, klikt u op Importeren.
12
Foto mode Eens dat u uw afbeeldingen georganiseerd hebt, bent u klaar om uw foto’s te bewerken, ze klaar te maken voor projecten, speciale effecten toe te voegen of ze gewoon op te knappen. Dit gebeurt in de Foto mode, waar er een keus van gereedschappen is voor deze handelingen te doen (zie Uw foto’s bewerken voor details). Na het bewerken van uw foto’s, kunt u beginnen werken in de Project mode. Gebruik een van de volgende methoden om afbeeldingen in de werkruimte te openen:
• Selecteer in Album mode, een album uit de Album lijst, of klik in het paneel Opties op een pictogram van een album en dubbelklik op een thumbnail. De afbeelding opent in de werkruimte, en Photo Express schakelt over naar Foto mode. • Kies in Foto mode, het commando Verkrijgen dat zich in het Commando paneel bevindt. Selecteer vervolgens een bron voor uw afbeeldingen. Om foto’s van een album te verkrijgen, klikt u in de Gereedschapsbalk op het pictogram Album, en dubbelklikt u op een thumbnail. U kunt ook de album selecteren, en vervolgens op Openen klikken. Om foto’s van andere bronnnen te verkrijgen, raadpleeg de paragraaf Foto’s en mediabestanden verkrijgen (pagina’s 11-12). • Indien u reeds enkele afbeeldingen geopend hebt, dubbelkik dan in de Thumbnailstrook op een thumbnail om het in de werkruimte te openen. In- en uitzoomen op uw foto’s: 1 Klik in de snelkoppelingenbalk op het pictogram Zoomen. 2 Klik met de linkermuisknop op de foto om in te zoomen. U kunt ononderbroken zoomen zolang u de muisknop ingedrukt houdt. Klik op de rechtermuisknop om uit te zoomen. Tips: • Om u op een specifiek gebied te richten, klikt u op de foto en sleept u het om een selectievenster te vormen. Laat de muisknop los om op het geselecteerde gebied in te zoomen. • Om na het inzoomen in de afbeelding rond te bewegen, klikt u op de Globale kijker die zich naast de Thumbnailstrook bevindt. Vervolgens verplaatst u het beeldvenster naar het gewenste gebied van de afbeelding. Het in de werkruimte zichtbare gebied zal automatisch hetzelfde gebied vertonen.
13
Project mode De Project mode geeft u een geconcentreerde omgeving waar u aan de hand van het groot aantal verstrekte sjablonen: wenskaarten, kalenders, uitnodigingen, en nog veel meer kunt creëren. Wanneer u zich in de Project mode bevindt, kunt u alleen sjabloonbestanden openen. U kunt echter beeldbestanden van om het even welke soort naar uw sjablonen toevoegen, om ze op die manier aan te passen. Projecten in de werkruimte openen: 1 Klik op het tabblad Project. Photo Express zal nu overschakelen naar Project mode. De commando’s en opties in Project mode zijn een beetje anders dan die in Foto mode. 2 Klik in de Gereedschapsbalk op het pictogram Projectalbum, en selecteer vervolgens een album uit het paneel Opties. U kunt ook sjablonen van bestanden op uw schijf verkrijgen, door op het pictogram Bestand te klikken. 3 Dubbelklik op een sjabloon, of selecteer het en klik op Openen. Het sjabloon opent in de werkruimte. Tip: In de Foto en Project modes, kunt u uw eigen op maat gemaakte sjablonen creëren. Het enigste wat u moet doen is uw sjabloon opstellen (bvb. tekstobjecten en kunstwerken toevoegen) en het vervolgens opslaan als een *.tpx-bestand. Dit bestand kan geopend worden in de Project mode en kan opgeslagen worden in een van de vele Projectalbums of toegevoegd worden aan een op maat gemaakte album.
14
Werken met sjablonen De unieke sjablonen van Photo Express kunnen bewerkt en aangepast worden, om zo precies aan uw behoeften te voldoen. Sjablonen bestaan uit vele onderdelen, en zijn meestal een combinatie van tekst en foto’s aangevuld met een paar versieringen. Deze onderdelen worden objecten genoemd. Tekst-en beeldobjecten kunnen gemakkelijk verplaatst en vervangen worden. U kunt ook objecten aan sjablonen toevoegen in plaats van ze te vervangen. Objecten in een sjabloon verplaatsen: 1 Klik op het deel van de sjabloon dat u wilt verplaatsen. Aan de onderste rand van de afbeelding zal er een knop verschijnen. 2 Klik op de knop en er zal een menu naast de afbeelding tevoorschijn springen. Selecteer Van album vervangen. (Andere bronnen kunnen ook geselecteerd worden.) 3 In het paneel Opties, selecteert u een album. Vervolgens klikt u op de thumbnail van de gewenste afbeelding. Selecteer Vervangen dat zich onder Actie bevindt, en klik vervolgens op Toepassen. De afbeelding die u zopas selecteerde zal de afbeelding in de sjabloon vervangen. 4 Na het invoegen van de afbeelding in de sjabloon, kunt u de positie aanpassen door het vanuit zijn middelpunt te verslepen. U kunt ook de grootte van de afbeelding wijzigen zodat deze in de sjabloon past. Dit doet u door het verslepen van de bedieningshandvaten die zich rond de afbeelding bevinden. Tips: • U kunt ook in het Commando paneel de functie Invoegen gebruiken om afbeeldingen te vervangen. • Het vervangen en bewerken van Tekstobjecten gebeurt op ongeveer dezelfde manier. Klik gewoonweg op een tekstobject, en klik vervolgens op de knop die onderaan de tekst verschijnt. Het paneel Opties zal de opties voor het invoegen van de tekst tonen.
15
Aanpassen en bijwerken van foto’s Afbeeldingen zullen vaak enige aanpassingen nodig hebben, zeker wanneer ze verkregen werden van een digitaal fototoestel of een scanner. Niet alle afbeeldingen zullen juist uitgelijnd zijn, of misschien is de kleur niet zoals u gewenst had. De Foto mode voorziet u van handige automatische bedieningen, en er is ook een reeks van gereedschappen om uw foto’s verder te verfijnen. Uw foto’s automatisch verbeteren: 1 In Foto mode, klikt u in de categorie Bewerken: Aanpassen op het pictogram Auto-verbetering. Het paneel Opties zal vervolgens de aspecten tonen die automatisch in de afbeelding kunnen bediend worden. 2 Klik op de pictogrammen van de aspecten die in de foto wilt verbeteren. Photo Express zal automatisch de optimale instellingen voor deze aspecten vinden en onmiddelijk de veranderingen uitvoeren wanneer u op de pictogrammen klikt. Tips:
• Indien er na het toepassen van de automatische aanpassingen op uw foto’s, nog andere aspecten zijn die u verder wilt verfijnen, dan kunt u deze doen in de meer geavanceerde eigenschappen. Ga naar de categorie Bewerken: Aanpassen. De gereedschappen die zich daar bevinden worden besproken op de volgende pagina’s. • U kunt de bewerkingsaanpassingen tot 10 stappen terug ongedaan maken. Selecteer in de Menubalk Bewerken, en kies Ongedaan maken uit het menu. Ga vervolgens terug naar de stap die u ongedaan wilt maken. Om een vorige stap ongedaan te maken, kunt u op Ctrl + Z drukken of in de Snelkoppelingenbalk op de knop Ongedaan maken klikken. U kunt ook met de rechtermuisknop op de afbeelding klikken en Ongedaan maken kiezen uit het menu dat tevoorschijn springt.
16
De focus van een foto aanpassen: 1 Klik in de categorie Bewerken: Aanpassen op het pictogram Focus. De opties van Focus verschijnen in het paneel Opties. 2 Selecteer een vooraf ingestelde Focus door te dubbelklikken op een thumbnail of het naar de foto te slepen. Door te klikken op de knop Geavanceerde mode kunt u uw eigen aanpassingen maken. 3 Pas in Geavanceerde mode de schuifregelaars voor het Niveau en Bereik aan. Het Voorvertoningsvenster bovenaan in het paneel Opties, zal u het resultaat van de aanpassingen tonen terwijl u ze maakt. 4 Wanneer u gereed bent met uw aanpassingen, klikt u op Toepassen. De belichting van een foto aanpassen: 1 Klik in de categorie Bewerken: Aanpassen op het pictogram Belichting. De opties van Belichting verschijnen in het paneel Opties. 2 Selecteer een vooraf ingestelde Belichting door te dubbelklikken op een thumbnail of het naar de foto te slepen. Door te klikken op de knop Geavanceerde mode kunt u uw eigen aanpassingen maken. 3 Pas in Geavanceerde mode de schuifregelaars voor Helderheid, Contrast, en Gamma aan. Kijk in het paneel Opties naar het Voorvertoningsvenster, om het resultaat van uw aanpassingen te zien, terwijl u ze maakt. 4 Nadat u gereed bent met het aanpassen, klikt u op Toepassen.
17
De groote van uw foto wijzigen: 1 Klik in de categorie Bewerken: Aanpassen op de knop Grootte wijzigen. 2 Selecteer een grootte in het uitrolmenu Standaard, of voer in de optie Door gebruiker bepaald, de aangepaste afmetingen in. 3 Selecteer de knop Behouden van aspectverhouding, om te vermijden dat de afbeelding zich op een abnormale wijze zal uitrekken. 4 Bepaal de Resolutie van de afbeelding. Dit bepaalt hoe een afbeelding op papier afgedrukt zal worden. Een lagere resolutie gebruikt minder en grotere pixels om een afbeelding te genereren. Een hogere resolutie gebruikt meer en kleinere pixels. 5 Klik op Toepassen om de grootte van de afbeelding te wijzigen. Tip: U kunt ook de grootte van een afbeelding wijzigen in de categorie Aanpassen: Transformeer. Dit doet u door het verslepen van de bedieningshandvaten die zich rondom de randen bevinden - en de hoeken links boven en rechts onderaan.
18
Rode ogen van een foto verwijderen: 1 Klik in de categorie Bewerken: Aanpassen op het pictogram Bijwerken. Onderaan in de Gereedschapsbalk zal er een lade met gereedschappen openen. Selecteer daarin Rode ogen verwijderen. 2 Stel in het paneel Opties de Kwastgrootte in. Dit bepaalt de streekgrootte van de kwast, wanneer deze op de afbeelding gebruikt wordt. 3 Stel de Overeenkomst van de bron in. Gebruik een hogere overeenkomst om meer van het rood in het oog te vervangen. 4 Selecteer in de Opties, de optie Rode ogen verwijderen. 5 Gebruik de kwast in het betreffende oog, en verwijder het rood dat zich in de pupil bevindt.
Werken met selecties In Foto mode, kunt u selecties van specifieke gebieden maken. Op die manier kunt u werken binnenin een bepaald gebied en hoeft u niet te werken in de volledige afbeelding. U kunt ook de selectiegebieden veranderen in objecten door ze gewoonweg met de muis te verslepen. Deze objecten kunnen verplaatst, bewerkt, en veranderd worden zonder de rest van de foto te beïnvloeden. U kunt ze ook knippen en plakken naar andere afbeeldingen of projecten. Een gebied met een eenvoudige vorm selecteren: 1 Klik in de categorie Bewerken: Selectie op het pictogram Vorm. De opties voor dit gereedschap zullen verschijnen in het paneel Opties. 2 Kies in het paneel Opties een Vorm en een Zachte rand voor uw selectiegebied. Door een Zachte rand te specificeren, kunt u bepalen in welke mate het selectiegebied zich in de afbeelding zal vermengen. 3 Maak een selectiegebied in de werkruimte, door de cursor op de afbeelding te slepen. 4 Eens dat uw selectiegebied voltooid is, kunt u verschillende dingen doen:
•
Gebieden aan de huidige selectie toevoegen of er gebieden van aftrekken. Om dit te doen, kiest u een Selectie mode, en sleept u op het gebied dat u wilt toevoegen of aftrekken.
•
Sleep het selectiegebied om het te veranderen in een object. Eens dat een selectie een object is, kunt u het kopiëren of knippen en het vervolgens plakken in een andere foto of project.
•
Laat het selectiegebied onveranderd en verf erop of pas er andere effecten op toe. Alleen dit deel (= het selectiegebied) van de afbeelding zal veranderd worden.
•
Gebruik de selectie om de foto uit te snijden door op de knop Uitsnede met huidige selectie te klikken. Dit betekent dat alleen het geselecteerde gebied behouden zal blijven. Andere delen van de afbeeldingen zullen verwijderd worden.
19
Een selectie maken met gebruik van SmartSelect: 1 Klik in de categorie Bewerken: Selectie, op het pictogram SmartSelect. 2 Pas in het paneel Opties het niveau van Tolerantie aan. Een lagere tolerantie betekent dat het gebied nauwkeriger omlijnd zal worden. 3 Klik op het punt waar u het selectiegebied wilt beginnen. Er zal een rode knop en een selectievenster verschijnen. 4 Klik op punten rondom het gewenste selectiegebied en versleep op die manier het selectievenster om zo het deel van de afbeelding te omkaderen, dat u in uw selectie wilt opnemen. 5 Nadat u volledig alle punten rondom het gewenste gebied aangeklikt hebt, klikt u op de rode knop om uw selectie te voltooien. Tip: Sleep het selectiegebied met uw muiscursor om het te veranderen in een object. Objecten kunnnen onafhankelijk van de oorspronkelijke afbeelding verplaatst worden en kunnen in lagen onderverdeeld worden aan de hand van de knoppen Object-niveau die zich op de Snelkoppelingenbalk bevinden. De knop Naar boven verplaatst een object een niveau naar boven, de knop Naar beneden verplaatst een object een niveau naar beneden. Het niveau van een object wordt bepaald door de volgorde waarin het gecreëerd werd in verhouding met de andere objecten in de werkruimte.
20
Een gebied volgens kleur selecteren: 1 Klik in de categorie Bewerken: Selectie op het pictogram Volgens kleur. De opties voor dit gereedschap verschijnen in het paneel Opties, en de cursor verandert in een toverstafje. 2 Pas in het paneel Opties de schuifregelaar voor Overeenkomst aan. Door deze naar links te bewegen zal er een kleiner kleurenbereik geselecteerd worden. De schuifregelaar naar rechts bewegen zal een groter kleurenbereik selecteren. 3 Indien u in de volledige afbeelding alle gebieden met een overeenkomstige kleur wilt selecteren, kies dan de optie Vergroot selectie . Indien u dit niet doet zullen de verbonden pixels in het gebied geselecteerd worden. 4 Klik op een kleur in de werkruimte. Alle pixels van die kleur, of overeenkomstig met die kleur zullen geselecteerd worden. Tip: Indien u vindt dat uw selectie niet zuiver is of niet alle kleuren omvat die u in het kleurenbereik selecteerde, dan kunt u de Overeenkomst aanpassen en een een nieuwe selectie maken. U kunt ook Selectie toevoegen in de lijst Selectie mode kiezen, en de gebieden selecteren die u wilt toevoegen aan uw selectie. De niewe selectie zal toegevoegd worden aan de oorspronkelijke selectie.
21
Foto’s beschilderen De categorie Verven in Foto mode bevat enkele van de meest handige gereedschappen in Photo Express – verfkwasten, kloonkwasten, en bijwerkgereedschappen. Deze gereedschappen geven u de mogelijkheid van een gewone foto om te zetten naar een kunstwerk. Laat uw verbeelding los en verf kleurvolle texturen, voeg versierende details toe, vervang kleuren en nog veel meer. U kunt deze effecten ook toepassen op selectiegebieden van de afbeelding. De verfgereedschappen gebruiken: 1 Klik op Bewerken: Verven en klik vervolgens in de Gereedschapsbalk op het pictogram Kwast. Onder de Gereedschapsbalk worden er verschillende soorten kwasten getoond. Selecteer een kwasttype, en het paneel Opties zal de kwastattributen van deze kwast tonen. 2 Bepaal de stijl van de kwasttip door te klikken op het pictogram Vorm (indien beschikbaar). Een ronde vorm is goed voor het nabootsen van werkelijke pennen en kwasten. Lijnvormen laten u toe van streken met een kalligrafische stijl te maken. 3 Selecteer in het uitrolmenu Opties, een tekenstijl. 4 Bepaal in het venster Grootte de kwastkop, en kies een verfkleur die u op de afbeelding wilt toepassen. 5 Stel tenslotte een niveau voor de Doorzichtigheid en een Zachte rand voor de verf in. Dit bepaalt in welke mate de verf zich in de foto zal vermengen. 6 Eens dat uw kwast geconfigureerd is, kunt u beginnen met het verven. Tip: Om fouten ongedaan te maken of geverfde gebieden bij te werken, klikt u in het paneel Opties op het pictogram Gum. Dit zal de kwast doen veranderen in een gummetje. U kunt ook op Ctrl + Z drukken om onmiddelijk de laatste streek ongedaan te maken.
22
Mensen en objecten klonen: 1 Open in de werkruimte de foto die u wenst te klonen. Dit is uw basis-afbeelding. 2 Vervolgens opent u in de werkruimte de afbeelding waarvan u wilt klonen. Dit is uw kloonbron. 3 Ga naar Bewerken: Verven en klik vervolgens op het pictogram Klonen. De verfgereedschappen verschijnen op de Gereedschapsbalk. 4 Selecteer in het paneel Opties uw kloonbron uit de thumbnailstrook Selecteer bronfoto. U kunt op elk moment overschakelen naar een andere bronfoto door het uit de thumbnailstrook te selecteren. De geselecteerde bronfoto wordt in het voorvertoningsvenster getoond. 5 Stel de kwastattributen in door te klikken op de knop Snelle Aanpassen van kwastattributen. Klik na het voltooien van uw instellingen op OK. 6 Verplaats het kruisje in het voorvertoningsvenster naar de plaats waarvan u het klonen wilt beginnen. 7 Tenslotte verplaatst u de cursor naar de werkruimte en begint u op de basisafbeelding te verven – de gekloonde persoon of object wordt geleidelijk op de afbeelding ‘geverfd’. Tip: Om zeker te weten dat u de objecten kloont zonder over bepaalde delen van een afbeelding te verven, gebruikt u de Selectie gereedschappen om de gebieden te bepalen waarop u wilt verven. De gebieden die niet geselecteerd werden zullen niet door het verven beïnvloed worden.
23
Een kleur in een afbeelding vervangen: 1 Klik in de categorie Bewerken: Verven op het pictogram Kleur vervangen. 2 In het paneel Opties klik u op het kleurvierkant dat u wilt vervangen. Een dialoogvenster springt tevoorschijn met daarin een kleine kopie van de afbeelding. Klik met het pipet op een kleur in de afbeelding die u wilt veranderen, en klik vervolgens op OK. 3 Kies aan de rechterkant van het kleurvierkant dat u pas selecteerde, een kleur die u wilt gebruiken om de oorspronkelijke kleur te vervangen. 4 Pas de schuifregelaar van Overeenkomst aan. Door de schuifregelaar naar rechts te verplaatsen zal u het kleurenbereik dat vervangen zal worden vergroten. 5 Begin op de afbeelding te verven. De kleur die overeenstemt met de kleur die u in stap 2 selecteerde, zal in de plaatsen van de afbeelding waarop u verft, met de nieuwe kleur vervangen worden.
24
Een textuur op een foto verven: 1 Klik in de categorie Bewerken: Verven op het pictogram Textuur. 2 Stel de kwastattributen in. 3 Klik op een thumbnail van een Textuur om het als uw textuurverf te gebruiken. U kunt ook op de knop Beeldbestand klikken om een afbeelding van een andere bron te selecteren, die u als uw textuurverf wilt gebruiken. 4 Selecteer een niveau voor de Doorzichtigheid en een Zachte rand voor de verf. 5 Begin rechtstreeks op de gewenste gebieden van de afbeelding in de werkruimte te verven. Tip: Om betere resultaten te verkrijgen, kunt u een textuurafbeelding gebruiken die dezelfde afmetingen heeft als de afbeelding waarop u wilt verven.
Een gebied van de foto met een patroon vullen: 1 Selecteer een gebied in de afbeelding dat u met een patroon wilt vullen. 2 Klik in de categorie Bewerken: Verven op het commando Vullen. De gereedschapslade van het commando Vullen zal zich openen, selecteer Patroon. 3 Selecteer een vulpatroon door in het paneel Opties op een thumbnail te klikken. 4 Pas de Variatie en Ondoorzichtheid van het patroon aan, door gebruik te maken van hun schuifregelaars. U kunt ook de kleuren van het patroon en de achtergrond veranderen. Aanpassingen worden getoond in het voorvertoningsvenster dat zich in het aan de bovenkant van het paneel Opties bevindt. 5 Klik op Toepassen. De in de foto geselecteerde gebied(en) zullen met een door u ingesteld patroon gevuld worden.
25
Werken met tekst Tekst toevoegen is een snelle en gemakkelijk manier om een foto op te fleuren of postkaarten, wenskaarten, uitnodigingen en verjaardagskaarten te maken. Photo Express voorziet u van een uitgebreide reeks van leuke effecten, die u op uw tekst kunt toepassen. Hiermee kunt u unieke en indrukwekkende projecten creëren. Tekst aan een foto toevoegen: 1 Klik in de categorie Bewerken: Tekst op de knop Toevoegen/Bewerken. De tekst-opties voor Toevoegen/Bewerken verschijnen in het paneel Opties. 2 Voer in het Tekstvenster het woord of de uitdrukking in die u naar de foto wilt toevoegen. U kunt ook op de knop Selecteer een uitdrukking klikken om een vooraf opgeslagen uitdrukking te gebruiken. De standaard-instelling plaatst de tekst op een enkele lijn. Druk op Enter om twee of meer lijnen te creëren. 3 Gebruik de opties Tekststijl, Uitlijning, en Vullen voor uw tekst meer te verbeteren. 4 Klik op Toepassen. De nieuwe tekst wordt naar de foto of het project toegevoegd.
26
Tips: • U kunt bestaande tekst zoveel keren bewerken als u wilt. Hiervoor selecteert u het in de werkruimte en gebruikt u het gereedschap Toevoegen/Bewerken. Wanneer u gereed bent met het bewerken, klikt u op de optie Updaten van de geselecteerde tekst, dit zal de veranderingen toepassen. • Om de tekst permanent met de foto te verenigen, klikt u met de rechtermuisknop op het tekstobject in de werkruimte en selecteert u in het menu dat tevoorschijn springt, het commando Samensmelten. • U kunt tekst op elk moment verplaatsen en de grootte ervan wijzigen. Om tekst te verplaatsen, sleept u het gewoon naar de gewenste plaats. Om de grootte van de tekst te wijzigen, versleept u de bedieningshandvaten die zich op de hoeken van het tesktkader bevinden.
Een effect op tekst toepassen: 1 Selecteer in de werkruimte een tekstobject. 2 Klik in het submenu op de knop Bewerken: Tekst om de Tekst-gereedschappen te openen. 3 Selecteer in de Gereedschapsbalk het pictogram Speciaal F/X . De lade van de Speciaal F/X opent zich. Zoek in de lade naar het gewenste effect en selecteer het. De opties van het effect zullen in het paneel Opties verschijnen. 4 Selecteer een voorafgaande instelling uit de thumbnails, of klik op de knop Geavanceerde mode om een effect aan te passen. 5 Nadat u een thumbnail geselecteerd hebt of een effect aangepast heeft, klikt u op Toepassen. De tekst zal rechtstreeks in de werkruimte getransformeerd worden. Tip: Om een schaduw aan een tekst toe te voegen, selecteert u Schaduw in de categorie Bewerken: Tekst, en volgt u vervolgens de instructies op pagina 31.
Textobjecten transformeren: 1 Selecteer de tekst die u wilt transformeren. 2 Klik in de categorie Bewerken: Tekst op het pictogram Transformeer. 3 Selecteer in het paneel Opties een transformatie zoals Perspectief. 4 Versleep een bedieningshandvat aan de rand van het tekstobject en ga verder om het te vervormen.
27
Speciale effecten Speciale effecten vormen sensationele en leuke extra’s, die u in staat stellen om uw afbeeldingen nog indrukwekkender te maken. De effecten in de categorieën Vervormen, Deeltje, Artistiek, en Speciaal kunnen goede afbeelding nog veel unieker maken. De effecten in de categorieën Kleur, Scherpte en Lenzen kunnen het meer scherpzinnige karakter van een foto uitlokken. Een foto omzetten naar een schilderij: 1 Klik in de categorie Bewerken: Effecten op het pictogram Artistiek. 2 Wanneer de lade met de Artisieke gereedschappen opent, selecteert u een verfstijl. 3 Selecteer een vooraf bepaalde instelling en klik op Toepassen. Het effect wordt toegepast op de afbeelding in de werkruimte. Tip: Probeer deze effecten te combineren met andere effecten. Op die manier kunt u werkelijk unieke afbeeldingen creëren.
Een spotlight op een foto toepassen: 1 Klik op Effecten en klik vervolgens in de Gereedschapsbalk op het pictogram Kleur. Selecteer vervolgens Spotlight uit de lade die zich opent. De opties voor Spotlight zullen in het paneel Opties verschijnen. 2 Selecteer in de thumbnails een vooraf ingestelde spotlight-effect, of klik op de knop Geavanceerde mode om meer uitgebreide aanpassingen aan de positie, kleur en intensiteit van het spotlight te maken. 3 Nadat u een vooraf bepaalde instelling of een op maat-instelling gekozen hebt, klikt u op Toepassen.
28
Sterren aan een foto toevoegen: 1 Klik op Effecten en klik in de Gereedschapsbalk op het pictogram Deeltje. Selecteer vervolgens Ster uit de lade. De opties voor Ster verschijnen in het paneel Opties. 2 Selecteer een vooraf ingestelde Ster en klik op Toepassen, of klik op de knop Geavanceerde mode om zelf de sterren aan te passen. 3 Pas in de Geavanceerde mode, de schuifregelaars voor de Hoeveelheid en Grootte van de sterren aan. Selecteer vervolgens in de thumbnails een vooraf ingestelde Soort. Tip: U kunt in de Geavanceerde mode afzonderlijke sterren bewerken. klik gewoonweg op een voorvertoningsvenster en pas de instellingen van de ster aan. Om de selectie van een ster weg te nemen (deselecteren), klikt u op een andere plaats in het voorvertoningsvenster. U kunt ook afzonderlijke bellen en vuurvliegjes bewerken in de effecten Bel en Vuurvlieg.
4 Om de kleuren van een ster in te stellen, klikt u op de knop Aanpassen van de kleur van de ster, en kiest u in de thumbnails een vooraf ingestelde kleur of past u de kleur zelf aan. 5 Klik op OK om de kleurinstellingen te aanvaarden en klik vervolgens op Toepassen. Andere effecten die u in Photo Express kunt doen
29
Versieringen toevoegen De categorie Decoreren in de modes Foto en Project geven u toegang tot decoratieve effecten. Dit zijn speciale, op object-gebaseerde effecten zoals Kaders, Randen en Rekwisieten, die u kunt gebruiken om uw foto’s en foto-objecten te verbeteren. Speciale rand-effecten toevoegen: 1 Selecteer een afbeelding of een een beeldobject. 2 Klik in de categorie Bewerken: Decoreren op het pictogram Randen. De lade van de Randen opent zich. 3 Klik in de lade op het pictogram Magisch. De opties voor dit effect verschijnen in het paneel Opties. 4 Selecteer een vooraf bepaalde instelling voor Magische randen, en klik op Toepassen. Tip: U kunt unieke Magische randen creëren door in het paneel Opties te klikken op de knop Geavanceerde mode.
Een kader aan een afbeelding toevoegen: 1 Selecteer een afbeelding of een beeldobject. 2 Klik op Decoreren en klik in de Gereedschapsbalk op het pictogram Kader. 3 Selecteer in het paneel Opties een kader. 4 Klik op Toepassen.
30
Schaduw aan een object toevoegen: 1 Klik op Decoreren en klik vervolgens in de Gereedschapsbalk op het pictogram Schaduw. De opties voor het effect zullen in het paneel Opties verschijnen. 2 Klik op de knop Schaduw toevoegen. Een schaduw zal onder het geselecteerde object verschijnen. Er zal ook een handvat voor de schaduw aanwezig zijn. 3 Sleep in de werkruimte aan het handvat van de schaduw. Dit zal de plaats van de schaduw wijzigen. 4 Pas de instellingen aan voor de Kleur, Doorzichtigheid, en de Zachte rand van de schaduw. Tip: Om de schaduw van een object te verwijderen, klikt u met de rechtermuisknop op het object in de werkruimte. Vervolgens selecteert u in het menu dat tevoorschijn springt de optie Schaduw verwijderen. U kunt ook in het paneel Opties van het Schaduw-effect op de knop Schaduw verwijderen klikken. U kunt de schaduw herstellen door in dit paneel Opties te klikken op de knop Schaduw toevoegen.
Rekwisieten toevoegen: 1 Ga naar Decoreren en klik vervolgens in de Gereedschapsbalk op het pictogram Rekwisieten. 2 Selecteer in het paneel Opties een categorie van Rekwisiet. De rekwisieten van deze categorie zullen verschijnen. 3 Kies een van de clipart-afbeeldingen door erop te dubbelklikken of door het te selecteren en op Toepassen te klikken. U kunt het ook rechtstreeks naar de werkruimte slepen.
31
Foto’s en projecten afdrukken Eens dat u de laatste hand aan uw foto’s gelegd hebt, bent u klaar om ze af afdrukken. Er zijn vele afdruk-opties beschikbaar, die u toe laten van posters, naamkaartjes, stickers, T-shirts en nog vele andere leuke projecten te creëren. Album thumbnails afdrukken: 1 Open in Album mode, een foto- of projectalbum. 2 Druk op de Ctrl-toets terwijl u op de gewenste thumbnails klikt. De geselecteerde thumbnails zullen in groen omlijnd zijn. 3 Selecteer in het Commando paneel de functie Afdrukken, en selecteer vervolgens Thumbnails. De Thumbnailopties zullen in het paneel Opties verschijnen. 4 Nadat u afdruk-instellingen aangepast heeft, drukt u op Afdrukken.
32
Een foto of project afdrukken: 1 Selecteer een foto of project, en klik vervolgens in het Commando paneel op Afdrukken en selecteer Normaal. De opties voor Normaal zullen in het paneel Opties verschijnen. Er verschijnt een voorvertoning van de afgedrukte pagina in de werkruimte. 2 Specificeer in het paneel Opties, de opties voor Indeling. U kunt de indeling ook manueel aanpassen door de afbeelding rechtstreeks in de werkruimte te verplaatsen en de grootte ervan te wijzigen. Verplaats een afbeelding door het te slepen. Wijzig de grootte van een afbeelding door de bedieningshandvaten die zich rondom de afbeelding bevinden te verslepen. 3 Klik op Afdrukken.
Een sjabloon als naamkaartjes afdrukken: 1 Selecteer een project, en selecteer vervolgens in de categorie Afdrukken de functie Tegels. De opties voor Tegels verschijnen in het paneel Opties, en de werkruimte zal een voorvertoning van de afgedrukte pagina tonen. 2 Voer het aantal af te drukken rijen en kolommen in voor de pagina in. Dit zal bepalen hoeveel naamkaartjes er op een blad zullen afgedrukt worden. De standaardinstelling plaats zoveel mogelijk kaartjes op een blad. 3 Klik op Afdrukken. Tip: Om de indeling van de naamkaartjes op het blad, verder te bepalen, klikt u op de knop Opties. Dit opent het dialoogvenster Indeling opties, dat u bediening geeft over de X- en Y- offset, de tussenruimte, de afbeeldingsgrootte, en nog meer.
Een poster afdrukken: 1 Selecteer een foto of sjabloon die u wilt afdrukken. 2 Klik in het Commando paneel op de knop Afdrukken, en selecteer in de Gereedschapsbalk Poster. De opties voor Poster zullen in het paneel Opties verschijnen, en de werkruimte zal de geselecteerde afbeelding tonen, voorzien van een uitsnijdraster. Het raster toont u hoe de poster zal verdeeld worden over de afzonderlijke pagina’s. 3 Om de poster te vergroten of te verkleinen, specificeert u de waarden voor de Postergrootte. Het uitsnijdraster in de werkruimte zal de verandering van grootte weergeven. 4 Klik op Afdrukken.
33
Meerder afbeeldingen op een blad afdrukken: 1 Selecteer in Album mode een reeks van afbeeldingen of gebruik de afbeelding die momenteel in de Foto of Project mode geopend is. 2 Klik in het Commando paneel op Afdrukken en selecteer in de Gereedschapsbalk Meerdere. De opties voor het afdrukken zullen in het paneel Opties verschijnen, en de werkruimte zal een voorvertoning van de afgedrukte pagina tonen. 3 Specificeer een optie voor Aantal afbeeldingen. Door Enkele te selecteren zal er slechts een afbeelding of project gebruikt worden voor alle afbeeldingen op het blad. De selectie van Meerdere betekent dat er een aantal verschillende afbeeldingen en/of projecten op het blad zullen afgedrukt worden. 4 Kies een indeling uit het thumbnailvenster, en klik vervolgens op Volgende om verder te gaan. 5 Indien u de afbeeldingen die op het blad afgedrukt zullen worden wilt veranderen, selecteer dan een album en sleep vervolgens de gewenste thumbnail naar een van afbeeldingen in de werkruimte. Indien u in de vorige stap Enkele koos, dan zal iedere afbeelding op het blad de zojuist geselecteerde afbeelding tonen. Indien u in de vorige stap Meerdere koos, dan zal de geselecteerde afbeelding alleen deze afbeeldingen vervangen, die u op het blad selecteerde. 6 Nadat u gereed bent met uw instellingen, klikt u op Afdrukken.
34
Foto’s en projecten opslaan Nadat u het werk aan uw foto of project voltooid heeft, zal u het willen opslaan. Foto’s en projecten kunnen opgeslagen worden in verschillende soorten bestandsformaten. U kiest zelf het soort formaat dat best aan uw eisen voldoet. Vergeet niet dat een project opslaan in *.tpx formaat betekent dat u in staat zal zijn van de individuele objecten te bewerken wanneer u het bestand opnieuw opent. Een foto of project opslaan: 1 Selecteer in het Commando paneel Delen, en klik vervolgens in de Gereedschapsbalk op het pictogram Opslaan. De opties voor Opslaan zullen in het paneel Opties verschijnen. 2 Voer de locatie, naam, en bestandstype in. 3 Indien u uw afbeelding rechtstreeks in een album wilt plaatsen, selecteer dan de optie Opslaan naar album en kies in het uitrolmenu een albumnaam. 4 Klik op Opslaan. Tips:
• Datatype beschrijft met hoeveel kleurinformatie de afbeelding opgeslagen wordt. Hoe meer kleurinformation er in een bestand opgenomen is, des te groter het bestand zal zijn. Het hoogste datatype voor kleur is Echte kleuren. Bestanden die met dit datatype opgeslagen worden kunnen zeer groot zijn. Geïndexeerde 256-kleuren en Grijsschaal bevatten elk een maximum van 256 kleuren en zijn in het algemeen redelijk klein.
Dezelfde afbeelding in Geïndexeerde 256-kleuren (links), en echte kleuren (rechts).
• Sommige bestandstypes die u kunt gebruiken zijn: BMP voor het opslaan van foto’s met het hoogste kwaliteitsniveau en zonder compressie; JPEG voor foto’s die u wilt gebruiken om op het web te plaatsen of te verzenden via e-mail - het comprimeert foto’s naar een kleinere bestandsgrootte en behoudt toch de globale kwaliteit; UPX voor het opslaan van foto’s met niet-samengesmolten, vrij zwevende objecten. Deze objecten kunnen opnieuw gebruikt worden wanneer het bestand opnieuw in Photo Express geopend wordt.
35
Afbeeldingen per e-mail verzenden Buiten het opslaan van afbeeldingen op uw harde schijf, kunt u ze ook versturen naar familie en vrienden. Dit is een toffe manier om contact te houden met familie en vrienden, die ver van u verwijderd zijn. Het is ook een milieuvriendelijk alternatief voor het afdrukken van foto’s bij een ontwikkelaar. Een afbeelding via e-mail verzenden: 1 Selecteer een afbeelding uit de werkruimte, of een reeks van afbeeldingen van een album. 2 Selecteer in het Commando paneel Delen, en klik vervolgens in de Gereedschapsbalk op het pictogram E-mail. De opties voor E-mail verschijnen in het paneel Opties. 3 Indien u in Album mode meer dan een afbeelding selecteerde, dan worden volgens de standaard-instelling alle afbeeldingen in dezelfde e-mail verzonden. Het is echter aangeraden van de optie Verzendt afzonderlijke e-mails te selecteren. Dit laat u toe van meerdere afbeeldingen in een zelfde aantal e-mails te verzenden. Deze actie zal de downloadtijd verminderen. 4 Klik op de knop Verzenden. Tip: Afbeeldingen worden verzonden als JPEG’s. Dit zijn Internet-vriendelijke bestandsformaten die afbeeldingen zoveel mogelijk comprimeren, met behoud van de globale kwalitiet. Deze procedure is echter niet volledig zonder verlies, zodat de foto’s niet hetzelfde kwaliteitsniveau zullen hebben als de oorspronkelijke.
36
Van links naar rechts: JPEG-formaat zonder compressie, gemiddelde compressie, en hoge compressie.
Kalenders & planners Een van de gemakkelijkst uit te voeren taken in Photo Express is het maken van kalenders voor uw Windows bureaublad of uw werkelijk bureaublad. U kunt door een paar kleine wijzigingen in het commando Kalender te maken, ook planners creëren. Deze zijn uitstekend voor het plannen van uw activiteiten, het onthouden van belangrijke datums, enz. Kalenders creëren: 1 Verkrijg de afbeelding die u als kalenderafbeelding wilt gebruiken. 2 Selecteer in het Commando paneel de categorie Express, en klik vervolgens in Gereedschapsbalk op het pictogram Kalender. 3 Kies uit de voorbeelden een soort van kalender en wijzig het zodat het aan uw behoeften voldoet. 4 Klik op het foto- of datumobject en sleep het om het te verplaatsen. U kunt ook de grootte ervan wijzigen door de bedieningshandvaten te gebruiken die zich rondom de afbeelding bevinden. 5 Bewerk tekst en datums door het object te selecteren dat ze bevat. Kik in de Snelkoppelingenbalk op de knop Planner om notities, feestdagen of rekwisieten (in het venster Clipart) aan afzonderlijke datums toe te voegen. 6 Wanneer uw kalender gereed is, selecteert u er een bestemming voor, en klikt u op Toepassen om het te creëren. Tip: Om toegang te verkrijgen tot een keuze van handige commando’s, klikt u met de rechtermuisknop op een object, of selecteert u een object en klikt u in de Snelkoppelingenbalk op het pictogram Commando menu. In het menu dat tevoorschijn springt kunt u elementen zoals kleur, lettertype, en doorzichtigheid - van een kalender aanpassen.
37
Een dagelijkse planner creëren: 1 Verkrijg de foto die u wilt toevoegen aan uw planner, selecteer in het Commando paneel Express, en klik in de Gereedschapsbalk op het pictogram Kalender. 2 Kies uit de voorbeelden een soort van kalender en wijzig het om aan uw eisen te voldoen. 3 Klik in de Snelkoppelingenbalk op de knop Planner. Het dialoogvenster Planner opent zich. 4 Voeg notities aan welbepaalde datums toe door in het dialoogvenster Planner op deze datum te klikken. U kunt ook clipart toevoegen om feestdagen aan te duiden en het bepalen van vastgestelde feestdagen die eigen zijn voor uw familie, geloof, of cultuur. 5 Klik in de bovenkant van het dialoogvenster Planner op de kleurenvierkanten om de notities en de kleur van de feestdagen aan te passen. 6 Wanneer u klaar bent, klikt u op OK. Door terug te keren naar het paneel Opties van Kalender, kunt u de nieuwe planner afdrukken, het opslaan naar het Windows Klembord (om het in andere programma’s te gebruiken), het omzetten naar Windows behangpapier, of het opslaan naar een schijf.
38
Foto’s morphen Een van de nieuwere effecten in Photo Express is het morphen van afbeeldingen. Morphen transformeert een afbeelding in een bepaald tijdsverloop, en creëert op die wijze interessante en unieke ‘vervormingen’ van de oorspronkelijke foto. Morphen van afbeeldingen kunnen uitgevoerd worden als een opeenvolging van afbeeldingen (beeldsequenties), of geanimeerde GIF-bestanden. Een afbeelding morphen: 1 Selecteer in het Commando paneel Express, en klik vervolgens in de Gereedschapsbalk op het pictogram Morph. 2 Kies een Morph-effect en een Kwastgroottte, en begin vervolgens in de werkruimt op de afbeelding te ‘verven’ om het effect toe te passen. 3 Klik op de knop Frame toevoegen. Dit zal de huidige afbeelding aan het storyboard toevoegen. Tip: U kunt de effecten van een transformatie verwijderen en naar oorspronkelijke toestand van de afbeelding terugkeren, door in de Snelkoppelingenbalk op de knop Herstellen te klikken. Door op de knop Afspelen te klikken ziet een animatie, die u vliegensvlug aangeboden wordt.
4 Wanneer u alle gewenste vervormingen aan uw storyboard toegevoegd heeft, slaat u het bestand naar schijf op door in de Snelkoppelingenbalk te klikken op het pictogram Opslaan. Noot: U kunt morphen uitvoeren als een beeldsequentie of een GIF-animatie. GIFanimaties zijn handig voor uw afbeelding op het Web te plaatsen. Beeldsequenties zijn beter voor het doorzoeken van de afzonderlijke frames, om zo het frame te vinden dat het meest in het oog valt.
39
Schermbeveiligers maken Schermbeveiligers zijn interessante, geïmproviseerde ‘diavoorstellingen’ voor uw computer. Een schermbeveiliging wordt geactiveerd wanneer uw computer voor een bepaalde tijdsduur inactief (d.w.z. de computer staat aan, maar wordt niet gebruikt) is. In Photo Express, kunt u elke reeks afbeeldingen omzetten naar een schermbeveiliging. Een schermbeveiliging maken: 1 Selecteer in Album mode, en reeks afbeeldingen of mediabestanden uit een album. Druk op de Ctrl-toets terwijl u op de thumbnails klikt om ze aan uw selectie toe te voegen. De geselecteerde thumbnails zullen in groen omlijnd zijn . 2 Selecteer in het Commando paneel de categorie Express, en klik in de Gereedschapsbalk op het pictogram Schermbeveiliging. 3 Kies een Overgangseffect uit de lijst. 4 Voer een Vertragingstijd in. Dit is de tijdsduur dat elke afbeelding op het scherm getoond wordt alvorens er een nieuwe afbeelding verschijnt. 5 Selecteer de optie Grootte wijzigen van grote afbeeldingen om op de schermgrootte te passen. 6 Klik op Toepassen. De volgende keer zal Windows uw zojuist gemaakte schermbeveiliging gebruiken. Tip: Gebruik in Express de functie Diavoorstelling om meer volledige afbeeldingscatalogussen te creëren. Deze hebben meer functies dan de schermbeveiliging en kunnen gemakkelijk door de gebruiker doorbladerd worden.
40
Een Web-album maken Een van de leukst manieren om foto’s met andere mensen te delen is door ze op HTMLwebpagina’s te plaatsen. U kunt ze verzenden via e-mail of ze plaatsen op een website zodat iedereen ze kan zien en ervan genieten. Afbeeldingen op een webpagina plaatsen: 1 Selecteer een afbeelding die u wilt gebruiken en open het in de werkruimte, of selecteer een reeks van thumbnails van een album. 2 Klik in de categorie Web-studio op het pictogram Web-album. De opties verschijnen in het paneel Opties. 3 Kies een sjabloonsoort voor uw webpagina, en klik op Volgende om verder te gaan naar stap 2. 4 Bepaal de instellingen voor de pagina, voer de Map in waarin het u wilt opslaan, selecteer ‘Naar schijf’ als uw Bestemming, en klik op Toepassen. De HTML-pagina en zijn geassocieerde bestanden worden naar de door u opgegeven map opgeslagen. Elke thumbnail-afbeelding op de pagina is gekoppeld naar de afbeelding van volledige grootte. Deze afbeelding zal op een afzonderlijke pagina weergegeven worden, en kan door de gebruikers bekeken worden door een klik op de thumbnail. Tip: E-mail uw webpagina’s naar een vriend door Naar e- mail uit de uitrollijst Bestemming te selecteren. Webpagina’s die per e-mail verzonden worden zijn gebundeld in een zelf-uitvoerbaar bestand (*.exe), dat opgeslagen wordt in de map met bijlagen van het door u gebruikte e-mail programma. Het uitvoerbare bestand kan uitgepakt worden door te dubbelklikken op zijn pictogram. Uitgepakte bestanden worden gekopieerd naar de map ‘Ulead Photo Express-afbeeldingen’ op het bureaublad van Windows.
41
Een Web-voorstelling maken Web-voorstelling vorziet u van een snelle en handige manier om uw eigen diavoorstellingen op een webpagina te creëren. Kies uit de reeks van leuke sjablonen, een sjabloon waarin u uw foto’s wilt plaatsen, en verzend ze naar vrienden, sla ze op naar een schijf, of schrijf ze op een CD. Een diavoorstelling voor het web creëren. 1 Selecteer een afbeelding die u wilt gebruiken en open het in de werkruimte, of selecteer een reeks van thumbnails uit een album. 2 Klik in de categorie Web-studio op het pictogram Web-voorstelling. De opties voor Web-voorstelling verschijnen in het paneel Opties, en laten u toe van een HTML-diavoorstelling te creëren met de thumbnails die u zojuist selecteerde. 3 Selecteer een sjabloon die u voor de diavoorstelling wilt gebruiken, en klk vervolgens op Volgende om naar stap 2 te gaan. 4 Bepaal de instellingen voor uw diavoorstelling. Klik op het pictogram Voorvertoning om een voorvertoning van uw diavoorstelling te zien. 5 Eens u klaar bent met opstellen van uw webpagina, voert u de Map en Bestemming in. Indien u het bestand naar een schijf opslaat, klikt u op Toepassen. Indien u het bestand via e-mail wil verzenden, klik dan op Verzenden. Indien u het bestand wilt voorbereiden om op een CD te schrijven , klik dan op Starten. De HTML-pagina en de geassocieerde bestanden zullen naar de door u aangeduide map opgeslagen worden. Note: Web-voorstellingen die op een CD geschreven werden, zullen automatisch starten wanneer ze in een CD-ROM drive geplaatst worden.
42
Woordenlijst Album
Gereedschapsbalk
Een data (gegevens) basis die uw beeldbestanden op uw computer toont en organiseert. Het is vergelijkbaar met een fotoalbum in echte wereld.
Deze bevindt zich in het bovenste gedeelte van de programma UI (gebruikersinterface) en bevat alle beschikbare gereedschappen die u kunt gebruiken om uw afbeeldingen te verbeteren.
Bijwerkgereedschappen
Globale kijker
Gereedschappen die u toelaten van oude of beschadigde foto’s op te knappen. Enkele voorbeelden zijn: het opknappen van scheuren, rode ogen verwijderen, en krassen verwijderen.
Een venster aan de rechterkant van de Thumbnailstrook, dat handig is wanneer u ingezoomd hebt op een afbeelding. Klik er eenmaal op en verplaats het selectievenster naar het gewenste gebied van de afbeelding. De werkruimte verspringt en zal het deel tonen dat u in het selectievenster bepaalde.
Commando paneel Het grote paneel aan de linkerkant van de Photo Express gebruikersinterface. Het geeft u toegang tot alle commando’s en functies.
Decoreren Bevat gereedschappen en effecten die vleugjes creativiteit aan eenvoudige afbeeldingen kunnen toevoegen, zoals kaders of schaduwen.
Delen Deze knop bevat gereedschappen voor het uitvoeren van uw foto’s en projecten. U kunt ze opslaan, verzenden naar vrienden per E-mail of fax, ze uitvoeren naar een HTML-bestand of ze verzenden naar een foto dienst.
Diavoorstelling Deze knop toont de bestanden van een album in een diavoorstelling op het scherm. U kunt bepalen hoe de diavoorstelling gepresenteerd wordt door het overgangseffect, de geluidsaantekening en de vertragingstijd in te stellen.
HTML HTML is de dominant taal voor het publiceren van hypertekst op het World Wide Web (WWW). HTML gebruikt tags zoals
en
om tekst te structureren in headings, paragrafen, lijsten, hypertekst koppelingen en meer. Het is de tekencode voor uw Webpagina.
Kader Een effect dat u toelaat van een kader of een rand rond uw afbeeldingen te plaatsen.
Klonen Kopieert of dupliceert gebieden van en afbeelding op dezelfde of een andere afbeelding.
Magische textuur Bevat willekeurige kleurpatronen die u kunt gebruiken om een achtergrond te creëren of een object of een selectie te vullen.
Morph
Specificeert de zichtbaarheid van een object of afbeelding dat zich over een ander bevindt. Het beïnvloedt in welke mate u door een object kunt kijken, of de kracht van een toegepast effect.
Dit is een geanimeerde opeenvolging van afbeeldingen, die een geleidelijke vervorming van een afbeelding toont. De afbeelding zal tijdens deze sequentie meer en meer vervormd of verdraaid worden.
Effecten
Object
Vele gereedschappen die u kunt gebruiken voor het verbeteren, aanpassen, corrigeren, of het creatief wijzigen van uw foto’s.
Dit is een onderdeel in een Photo Express-project dat volledig op zichzelf staat. Voorbeelden van enkele objecten zijn: kaders, schaduwen, tekst, en achtergrondobjecten (en ook nog een paar andere). Elk object heeft zijn eigen karakteristieken en attributen.
Doorzichtigheid
Express Bevat gereedschappen waarmee u snel kalenders, kunst op het scherm, diavoorstellingen, en morphing kunt creëren.
43
Paneel Opties
Tabblad Project
Dit bevindt zich aan de rechterkant van de Photo Express gebruikersinterface. Dit is waar u de gereedschappen en effecten kunt aanpassen.
Dit tabblad bevat leuke projecten en handige sjablonen om u op creatieve wijze uit te drukken.
Thumbnail Randen Een speciaal effect dat u gescheurde papieren randen of andere interessante randen aan een afbeelding laat toevoegen.
Rekwisieten Dit zijn Clipart-achtige ojecten die u kunt toevoegen aan uw foto’s en projecten. Dit zal ze interessanter en leuker maken.
Schermbeveiliger Schermbeveiligers zijn bewegende beelden, die vroeger de functie hadden van de monitor te beveiligen tegen uitbranden, wanneer u uw computer te lang aan liet staan zonder te gebruiken.
Selectie Selecties en selectiegereedschappen worden gebruikt om gebieden in een afbeelding te creëren, die onafhankelijk van de rest van de afbeelding gewijzigd kunnen worden. Selecties kunnen met de hand getekend worden, volgens kleur of vorm gekozen worden, of gemaakt worden op basis van een vooraf ingesteld grijsschaal masker. Selectiegebieden kunnen geconverteerd worden naar objecten.
Sjablonen Sjablonen zijn project-ontwerpen die het meest gebruikt worden. Door sjablonen te creëren zult u staat zijn veel tijd te sparen tijdens het ontwerpen. U kunt makkelijk en snel gewenste afbeeldingen en tekst aan uw project toevoegen.
Snelkoppelingenbalk Deze werkbalk bevindt zich aan de onderkant van de Photo Express werkruimte. Het bevat algemeen gebruikte menu commando’s voor gemakkelijke toegang.
Tabblad Op maat Bevat opties van een geselecteerd gereedschap of een effect die u met grote nauwkeurigheid kunt aanpassen.
44
Een kleine, lage resolutie voorstelling van een afbeelding.
Thumbnailstrook Een kleine vensterstrook die zich bevindt aan de onderkant van uw scherm. Het bevat alle thumbnails van de afbeeldingen en projecten die geopend zijn. Klik eenmaal op een thumbnail om er een grotere voorvertoning van te zien, of klik er tweemaal op om het in de werkruimte te openen.
Verfgereedschappen Biedt een grote keus van kwasten aan die u kunt gebruiken om “elektronische verf” op uw afbeeldingen toe te passen. Het bevat onder andere pennen, potloden, verfspuiten, kleurkrijt enz.
Verloop Een geleidelijke overgang tussen twee of meer kleuren.
Vooraf bepaalde instellingen U kunt snel uw afbeeldingen verbeteren door gewoonweg een voorbeeld-thumbnail te verslepen of erop te dubbelklikken. U kunt kiezen uit honderden vooraf ingestelde effecten, of u kunt zelf de effecten aanpassen.
Vullen De procedure van het toepassen of achterlaten van kleuren in een gebied.
Zachte rand Voegt een zachte rand aan de kwast of het selectiegebied toe. Naarmate de waarde verhoogt, zal er meer vermenging van de randen plaatsvinden.
Index A Aanpassen en bijwerken van foto's 16 Afbeeldingen in de werkruimte openen 13 Afdrukken 32, 33 album thumbnails 32 meerder afbeeldingen op een blad afdrukken 34 naamkaartjes 33 posters 33 Album mode 10–11 afbeelding en multimediabestanden organiseren 10– 11 afbeeldingen openen 13 album thumbnails afdrukken 32 de thumbnails bekijken 11 informatie over een afbeelding bewerken of invoere 11 nieuwe albums creëren 10–11 schermbeveiligers 40 verzamelen van afbeeldingen 11
Deeltjes-effecten 29 Diavoorstelling 40 HTML-diavoorstelling 42 Digitaal fototoestel foto's nabewerken 12 foto's van een digitaal fototoestel verkrijgen 12
E E-mail 36 een afbeelding via e-mail verzenden 36 zelf-uitvoerbaar bestand 41 Een afbeelding verzenden 36 Een textuur op een foto verven 25 Effecten op object-gebaseerde 30 op tekst-gebaseerde 27 Express diavoorstelling 40 kalenders & planners 37 morphing 39 schermbeveiligers 40 schermbeveiligers maken 40
B Belichting 17 spotlight 28 Bellen, toevoegen 29 Bestandstypes 14, 35, 36, 39 BMP 35 GIF 39 JPEG 36 TPX 14 UPX 35 BMP 35
C CD's, Web-voorstellingen schrijven naar 42 Clipart, toevoegen 31 Commando paneel 7 Contrast 17
D Datatypes 35 Decoreren 30 kaders 30 rekwisieten 31 schaduwen voor beeldobjecten 31 speciale rand-effecten toevoegen 30
F Focus 17 Foto mode afbeeldingen in de werkruimte openen 13 foto's afdrukken 32 Foto's afdrukken 32 automatisch verbeteren 16 belichting aanpassen 17 een foto wijzigen 18 focus aanpassen 17 opslaan 35 rode ogen verwijderen 18 zoomen 13 Foto's automatisch verbeteren 16 Foto's beschilderen 22 de verfgereedschappen gebruiken 22 een gebied met een patroon vullen 25 een kleur vervangen 24 een textuur verven 25 kwasten 22 mensen en objecten klonen 23 Foto's bewerken 13
45
Foto's bijwerken focus 17 Rode ogen 18 Foto's en mediabestanden verkrijgen 11 Foto's en projecten opslaan 35 bestandstypes 35 datatype 35 opslaan naar album 35 Foto's morphen 39 Foto's verkrijgen foto's van een digitaal fototoestel verkrijgen 12 frames verkrijgen van een videobron 12 Fouten ongedaan maken 16
G Gamma 17 Gereedschapsbalk 7, 9 Gids van voornaamste elementen in Photo Express 7 GIF 39 GIF-animaties 39 Globale kijker 7, 9, 13 Grootte, aanpassen 18
H Helderheid 17 HTML 41, 42
I Inleiding 4 Installie van Photo Express 6 Instructietips 8 Internet diavoorstelling 42 e-mail 36 webpagina's 41 Invoegen van afbeeldingen in een album 11 in sjablonen 15
J JPEG 36
46
K Kaders 30 Kaders aan afbeeldingen toevoegen 30 Kalenders 37 Knop Help 6
M Mode tabbladen 7, 8 overschakelen van mode 8 Multimediabestanden 4
N Naamkaartjes, afdrukken 33
O Objecten 19 object-niveau 20 Om fouten ongedaan te maken 22 Organiseren van beeld- en mediabestanden 10
P Paneel Opties 7 Photo Express starten 6 Planners 37, 38 Posters, afdrukken 33 Projecten afbeeldingen vervangen 15 afdrukken 32 in de werkruimte opnen 14 opslaan 35 sjablonen 14 Projecten in de werkruimte openen 14
R Rand-effecten, toevoegen 30 Registeren van Photo Express 6 Rekwisieten, toevoegen 31 Resolutie 18 Rode ogen, verwijderen 18
S Scanner foto's van een scanner verkrijgen 12 Schaduw schaduw verwijderen 31 toevoegen aan een beeldobject 31 toevoegen aan tekst 27 Schermbeveiligers 40 Selectiegereedschappen 19 Selecties een eenvoudige vorm gebruiken 19 een selectie mode kiezen 21 SmartSelect gebruiken 20 uitsnijden 19 volgens kleur 21 Selectievorm kiezen 19 Sjablonen 15 afbeeldingen vervangen 15 objecten 15 op maat gemaakte sjablonen 14 versieringen toevoegen 30 zoomen 13 Sjablonen van bestanden verkrijgen 14 SmartSelect 20 Snelkoppelingenbalk 7, 8 Speciale effecten 28, 29 artistiek 28 een foto omzetten naar een schilderij 28 spotlight 28 sterren, toevoegen 29 Spotlight 28 Sterren, toevoegen 29
U Ulead Systems, Inc. 2 Undoing mistakes gummetje 22 UPX-bestandsformaat 35
V Vervangen van sjabloonobjecten 15 Vervormen van afbeeldingen 39 Video 12 frames van een videobron verkrijgen 12 Voetstappen 9 Vullen met een patroon 25 Vuurvliegjes, toevoegen 29
W Wat is er nieuw 4 Web-studio 5 Web-voorstelling 42 naar een CD schrijven 42 Webpagina's 41 Werkruimte 7, 8
Z Zoomen 13
T Tekst 26 effecten toepassen 27 speciaal F/X 27 toevoegen en bewerken 26 transformeer 27 Tekst updaten 26 Textuurverf 25 Thumbnails, afdrukken 32 Thumbnailstrook 7, 9 Toevoegen van nieuwe bestanden naar een album 11 TPX 14
47