Persnota ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ Vandaag wordt in Antwerpen de organisatie ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ opgericht. Het is een nevenorganisatie van ‘Steden Tegen Islamisering’. Aangezien vrouwen het eerste slachtoffer zijn van de islamisering werd door verschillende geëngageerde vrouwen het idee opgevat een specifieke vrouwenorganisatie op te richten. Via sensibiliseringscampagnes wil ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ vrouwen informeren omtrent de ware aard van de islam. Via juridische discriminatie en maatschappelijke marginalisering, via hoofddoeken en kledijvoorschriften vernedert en onderdrukt de islam immers vrouwen. ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ wijst erop dat niet alleen moslima’s het slachtoffer worden van het vrouwonvriendelijk karakter van de islam. Omwille van de omgekeerde integratie voelen ook vrije Vlaamse en Westerse vrouwen zich immers steeds meer gedwongen – al dan niet onder druk – om zich aan te passen aan bepaalde regels en voorschriften van de islam. Moslima’s emanciperen De organisatie ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ wil vooral de aandacht vestigen op de problemen die de verdere islamisering van onze samenleving met zich meebrengt, in het bijzonder voor vrouwen. ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ roept de hier verblijvende moslima’s op om hun hoofddoek af te leggen, zich niet ondergeschikt te maken aan de vernederende en onderdrukkende voorschriften en regels van de islam ten opzichte van vrouwen, om zich te organiseren en in het verzet te gaan. ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ wil tevens een brochure uitgeven gericht aan in Vlaanderen verblijvende moslima’s waarin gewezen wordt op het discriminerende karakter van de islam en de gevolgen ervan. ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ wil de hier verblijvende moslima’s maximaal betrekken bij activiteiten van de organisatie. ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ wil hen op deze manier emanciperen zodanig dat ze het juk van de vrouwonvriendelijke islam zelf kunnen afwerpen. Vrijheid of islam? Durven kiezen! Enkele weken geleden werd de ophefmakende ‘boerka-bikini’-affiche ‘Vrijheid of islam? Durven kiezen!’ gelanceerd. Deze affiche was vooral bedoeld als statement teneinde duidelijk te maken dat vrouwen niet ondergeschikt zijn aan om het even wie en hun eigen keuzes moeten kunnen en durven maken. De ‘boerka-bikini’-affiche gaf aanleiding tot heel wat controverse en polemiek. Ondertussen werd in de regio Antwerpen ter zake een 20 m²-affichagecampagne opgestart. Meer dan de helft van de aangeplakte affiches werden ondertussen afgescheurd of met verf besmeurd. De tegenstanders van deze campagne zijn blijkbaar niet bereid om op een democratische manier het debat over het thema ‘Vrouwen en islam’ te voeren. ‘Vrouwen Tegen Islamisering’ betreurt dit en heeft niet geaarzeld om klacht wegens vandalisme tegen onbekenden neer te leggen. Naast de ‘boerka-bikini’-affiche werd ook een tweede affiche verspreid met de afbeelding van een baby met mededeling ‘Als ik groot ben, word ik wat ik zelf wil’. Deze affiche werd ook als advertentie aangeboden van een aantal vrouwenbladen – o.a. Libelle en Flair – die echter de advertentie geweigerd hebben. Naast de 20 m²-affiches en de kleine affiches worden ook een 250.000-tal folders (zie bijlage) verspreid.
Manifest 'Vrouwen Tegen Islamisering' Islam staats haaks op vrijheid en mensenrechten De islamitische sharia staat vol met middeleeuwse barbaarse voorschriften die strijdig zijn met algemeen aanvaarde beginselen van onze Europese beschaving zoals de bescherming van de persoonlijke vrijheden, de gelijkheid tussen man en vrouw en de lichamelijke integriteit. De sharia ontzegt het individu elke persoonlijke keuzevrijheid, legt de ongelijkheid op tussen de seksen, getuigt van een absolute onverdraagzaamheid tegenover andersdenkenden en promoot mensonwaardige lijfstraffen. Meer dan 50 moslimlanden hebben de zogenaamde 'Caïro-verklaring van de mensenrechten in de islam' ondertekend. In deze zogenaamde ‘ islamitische mensenrechtenverklaring’ lezen we in artikel 24: "Alle rechten en vrijheden genoemd in deze verklaring zijn ondergeschikt aan de Islamitische sharia." en in artikel 25: "De Islamitische sharia is de enige referentiebron ter uitleg en verduidelijking van alle artikelen van deze Verklaring." De vijandige overname van Europa door de islam Terwijl in het Westen godsdienst een privézaak en de kerk een van de instituties naast vele andere is geworden, is dit tot op heden in de islamitische landen allerminst het geval. Ook vandaag nog geldt de sharia in een vijftigtal moslimlanden als een bron van de wetgeving. De islam wil veroveren, islamiseren en domineren. Ook in Europa laten veel moslims hun leven in meer of mindere mate leiden door de islam en de dwingende voorschriften van de sharia. Veel moslims die zich in Europa vestigen, weigeren zich aan te passen aan onze Europese samenleving, maar verlangen integendeel dat onze samenleving zich aanpast aan de voorschriften en verboden van de islam. Indien de huidige demografische evolutie zich doorzet, zal in grote gebieden van WestEuropa de islam nog deze eeuw de belangrijkste religieuze en maatschappelijke kracht worden. De islamitische voorschriften zullen dan onze samenleving domineren. In tal van wijken in onze steden is dit overigens nu reeds het geval. Bestaande wetten en regels worden aangepast om aan de eisen van de alsmaar aangroeiende moslimminderheid tegemoet te komen. Indien Europa niet in het verzet gaat, dreigt het gekoloniseerd te worden door de islam. Eerste slachtoffer van de islamisering is de vrouw Het eerste slachtoffer van de islamisering van de samenleving is de vrouw. Vrouwen zijn in de islamitische wereld en ook in islamitische gemeenschappen in Europa op een systematische manier het slachtoffer van discriminatie, onderdrukking en geweld. Vrouwen zijn voor de islam de ondergeschikten van de man en zijn hun man gehoorzaamheid verschuldigd. In de islam is het de man die alle belangrijke beslissingen voor zijn vrouw en inwonende dochters neemt. De islam legt op dat een man zijn vrouw indien nodig moet tuchtigen om haar op het rechte pad te houden. De islam discrimineert en vernedert vrouwen. Vrouwen mogen van de islam maar de helft erven van wat mannen erven. De getuigenis van een vrouw is naar islamrecht maar de helft waard van die van een man. Vrouwen mogen zelfs niet eens meer zelf kiezen hoe ze gekleed gaan. Vrouwen worden in de islam verplicht een hoofddoek, sluier of zelfs nikab of boerka te
dragen. De vrouw wordt immers verantwoordelijk geacht voor de manier waarop een man zich al dan niet seksueel beheerst. De islam legt ook de bewegingsvrijheid van de vrouwen sterk aan banden. Met de islam verweven zijn ook barbaarse fenomenen als eremoorden, gedwongen huwelijken, kindhuwelijken, polygamie en genitale mutilatie.
Onze uitgangspunten => ‘ Vrouwen Tegen Islamisering wil de waardigheid en de vrijheid van de vrouw verdedigen. De belangrijkste bedreiging is de islamisering van de samenleving.
=> ‘ Vrouwen Tegen Islamisering verzet zich tegen de institutionalisering van de islam, de erkenning van moskeeën, subsidiëring van islamverenigingen, Koranscholen en moskeeën, betoelaging van imams,… De institutionalisering van de islam leidt immers tot het creëren van een islamitische levensbeschouwelijke zuil die de onderdrukking en de discriminatie van de vrouw propageert.
=> ‘ Vrouwen Tegen Islamisering kant zich tegen de toegeeflijkheid van de beleidsmakers tegenover de islam die ertoe leidt dat de gelijkheid tussen man en vrouw in toenemende mate in de verdrukking komt ten voordele van vrouwonvriendelijke en discriminerende islamitische regels, gebruiken en tradities.
=> ‘ Vrouwen Tegen Islamisering meent dat de individuele en vrije godsdienstbeleving blijvend gegarandeerd dient te worden ook voor wat de islam betreft. De godsdienstvrijheid kan en mag echter nooit een vrijgeleide zijn voor vrouwendiscriminatie, geweld tegen en onderdrukking van vrouwen. Vrouwen Tegen Islamisering verzet zich dan ook met klem tegen het invoeren van de sharia als vervanging van de in Europa geldende rechtsregels.
Anke Van dermeersch Voorzitster 'Vrouwen Tegen Islamisering'
‘Vrouwen Tegen Islamisering’: Bio’s Vrouwen Tegen Islamisering, Frankrijk: Anne Kling 59 jaar, gehuwd, 3 kinderen. Gewezen hoge ambtenaar bij de Raad van Europa. Auteur van verschillende boeken waaronder La France LICRAtisée (2008), een diepgaand onderzoek naar de duistere achtergronden van de LICRA (Ligue International Contre le Racisme et l’Antisémitisme). Anne Kling begon haar politiek engagement in 1995 bij de RPR en UDF (Gaullistische partij), sluit zich in 1998 aan bij ‘La Droite’ Charles Millon en vervolgens bij de beweging ‘Alsace D’Abord’ van Robert Spieler. Ze zette ook verschillende initiatieven en organisaties op zoals: ‘Femmes pour Strasbourg’, ‘Defendons notre Identité’ en ‘Collectif Non à la Turqui en Europe’ Als voorzitster van de kiesvereniging ‘Femmes pour Strasbourg’ werd Anne Kling administratief vervolgd en bij de Raad van Europa ontslagen omwille van een pamflet dat deze groep tijdens de kiescampagne verdeelde. Ze won haar beroep bij een burgerlijke rechtbank en moest opnieuw worden aangesteld. In haar boek La France LICRAtisée, wijdt Anne Kling bijna terloops enkele paragrafen aan het islamisme. Om volgende zinsneden werd ze opnieuw administratief vervolgd door haar werkgever en uiteindelijk gedegradeerd: «On a vu les origines communistes de la LICRA. Or, les points de convergence entre le communisme et l’islam ne manquent pas : tous deux sont fondamentalement internationalistes et à ce titre, combattent ou veulent transcender les nations. Et tous les internationalismes sont par essence destructeurs d’identité nationale. Communisme et islam sont en outre animés l’un et l’autre d’un prosélytisme sectaire et entretiennent la confusion entre le politique et le religieux. Car le communisme a toujours fonctionné à la manière d’une religion nouvelle destinée à remplacer toutes les autres. Cette confusion est parfaitement incompatible avec le système de valeurs correspondant à la tradition européenne et ne peut entraîner à terme que des conflits. Enfin, communisme et islam ont un point commun supplémentaire : ils combattent tous deux la démocratie. Même s’ils s’en défendent en s’emparant du terme pour mieux le vider de son contenu ». « Mais si l’islamisme, comme il était inévitable qu’il le fasse, progresse chaque jour davantage, doiton pour autant reprocher aux musulmans de pratiquer une religion dont la caractéristique est justement de n’avoir jamais évolué et d’être aujourd’hui encore, dans son essence et son expression, ce qu’elle était à l’origine ? Une religion dont nos « élites » connaissaient parfaitement la nature et les manifestations dans sa zone géopolitique naturelle ? Quelle arrogance, quelle illusion d’imaginer que l’islam pût être différent par la vertu de l’air miraculeux respiré en Europe, de ce qu’il est depuis 1 300 ans partout dans le monde ! ». « Si les musulmans sont aujourd’hui installés chez nous en nombre sans cesse grandissant, c’est bien parce que des politiques irresponsables et veules, sous la pression d’associations dites antiracistes, mais en réalité antinationales et anti-identitaires, leur ont ouvert toutes grandes les portes sans même leur demander en contrepartie de faire l’effort de s’adapter à notre société ».
Vrouwen Tegen Islamisering, Duitsland: Judith Wolter 33 jaar, gehuwd, 1 kind. Advocate Ondervoorzitter van de Bürgerbeweging Pro Köln e.V. Hoofdbestuurslid van PRO NRW Fractieleidster van ‘pro Köln‘ in de stadsraad van Keulen. Uit een tussenkomst van Judith Wolter, naar aanleiding het publiceren van een politierapport waaruit bleek dat StadtanzIslamistsiche organisaties uit Keulen terreurgroepen in heel de wereld ondersteunen (het spoor liep tot in Pakistan en naar Al Qaida): „ Es ist unerträglich, dass unsere Stadt zur Drehscheibe für den internationalen islamistischen Terrorismus wird, dass von hier aus Anschläge organisiert und bezahlt werden, und dass wir dann anschließend in der Stadt noch die bei den Aktionen verwundeten Terroristen mit unseren Krankenbeiträgen versorgen sollen. Solche islamistischen Terrorgruppen konnten sich nur bilden, weil unser Gemeinwesen versagt hat. Weil wir Einwanderer nicht zur nötigen Integration gezwungen haben, konnten sich Parallelstrukturen entwickeln, die wir nun nicht mehr unter Kontrolle haben und von denen aus schlimme Terrorakte geplant werden. Man kann nicht immer und immer wieder solche Meldungen lesen und wie Naturereignisse betrachten, ohne anschließend das Handeln zu verändern. PRO KÖLN formuliert seit Jahren deutlich: Voraussetzung für ein Miteinander von Einheimischen und Einwanderern ist die Verpflichtung der Neubürger zur Integration. Islamistische Parallelstrukturen dürfen in unserer Stadt keinen Platz haben. Wer sich nicht integrieren will, wer die freiheitlichen Werte unserer Kultur nicht akzeptieren kann, der muss dieses Land schnellstmöglich wieder verlassen. Allein diese konsequente Haltung wird dafür sorgen, dass von Köln aus die ein friedlicher Impuls in die Welt geht und nicht die Verbreitung mittelalterlicher Lehren.“ Plaatsvervangster : Stefanie Wohlfarth 26 Jaar, ongehuwd, 1 Kind Lid van het hoofdbestuur van PRO NRW Ondervoorzitter Regiobestuur Ruhrgebied Gemeenteraadslid in Gelsenkirchen
Vrouwen Tegen Islamisering, Oostenrijk: Dr. Suzanne Winter 55 jaar, gehuwd, 1 zoon. Dr. In de Rechten, Volksvertegenwoordiger. Suzanne Winter was van begin 2008 tot medio 2099 fractieleidster van de FPO in de stad Graz. Als dusdanig veroorzaakte ze grote commotie toen zij zich in een rede tegen de islamisering uitte. Zij noemde Mohamed een kinderschender wegens zijn huwelijk met een zesjarig meisje. Daarop verschenen dreigfilmpjes op YouTube en meerdere Oostenrijkse Media ontvingen doodsbedreigingen aan het adres van Mevrouw Winter. Als afzender werd het GMIF geïdentificeerd (Globale Islamitische Medienfront, Duits-oostenrijkse Islamitisch terreurorganisatie met banden naar Al Qaida). Suzanne Winter stond een tijdlang onder persoonlijke politiebescherming. Suzanne Winter werd voor haar uitlatingen over de islam door de IGGiÖ (Islamische Glaubensgemeinschaft in Österreich) voor de rechter gesleept en aangeklaagd wegens : Herabwürdigung und Verspottung religiöser Lehren. Ze werd deze gronden in jan 2009 ook in eerste aanleg veroordeeld tot een zware geldboete. Ook werd ze dientengevolge in augustus 2009 tot ontslag uit de Grazer gemeenteraad gedwongen. De Oostenrijkse kiezer liet zich echter niet muilkorven, evenmin als de Vlaamse in 2004 na de veroordeling van het VB, en reeds in oktober 2009 werd Suzanne Winter als lijsttrekster voor de FPO in de Steiermark, met klinkende cijfers verkozen in Oostenrijks Federaal Parlement. Uit de rede van 13 jan 2008 waarvoor Suzanne Winter werd vervolgd: In den letzten Jahren ist ein regelrechter muslimischer Einwanderungstsunami über die mo.. über Graz hereingebrochen. Überall werden gegen den Willen der Bevölkerung Moscheen errichtet. Wir, liebe Freunde, als FPÖ, sind die einzigen österreichweit, die diese zunehmende Islamisierung stoppen wollen. Aber ich persönlich frage mich: Ist denn alles das, was heutzutage eine Religion genannt wird, auch wirklich eine Religion? Schauen wir uns doch nur den Propheten Mohammed an: Er ist wohl eher als Feldherr zu bezeichnen. 66 Kriege, 27 hat er selbst davon angeführt. … Und - etwas, das mich als Frau besonders empört, und das ich immer wieder aufzeige und sage: Er als 50-jähriger hat eine Sechsjährige, ein sechsjähriges Mädchen geheiratet. Im heutigen System ist dieser Mohammed ein Kinderschänder.
HOER NOCH SLAVIN vrouwen en islam Anke Van dermeersch
“Allah houdt niet van vrouwen.” (Nahed Selim)
Ik draag dit boek op aan mijn vriendin Ann Van der heyden.
Inleiding Een belangrijke reden waarom westerse meisjes en vrouwen zich tot de islam bekeren, is de liefde. Naar aanleiding van een relatie of huwelijk met een moslim bekeren Vlaamse meisjes en vrouwen zich tot de islam. Per jaar bekeren zich in ons land naar schatting maar liefst duizend meisjes tot de zogenaamde 'religie van de vrede' en dit aantal gaat in stijgende lijn. Door de massa-immigratie en de oprukkende islamisering (bouw van moskeeën, halalvlees, gebedsruimtes, sharia-rechtbanken, …), maar ook via de media (denk maar aan de moslimomroep via de VRT, de MTRO), worden jonge Vlaamse vrouwen immers steeds meer geconfronteerd met moslimjongens en -mannen en met de theorie en praktijk van de islam. Volgens schattingen zou in 2020 meer dan veertig procent van de Antwerpse bevolking van vreemde origine zijn, waarvan meer dan de helft moslims. In Brussel zal in 2020 naar schatting een derde van de bevolking moslim zijn. Moslims komen in eerst instantie vaak erg westers over, hoewel ze doorgaans toch een stoerdere en trotsere houding hebben dan westerse jongens. Dat blijkt een erg aantrekkelijke combinatie voor bepaalde westerse vrouwen te zijn. In het Westen wordt tegenwoordig van de man verwacht dat hij zich minder macho opstelt en ‘zijn vrouwelijke kant’ erkent en laat zien. Deze zogenaamde ‘nieuwe man’ mag bij ons dan wel een ingeburgerd begrip zijn, de praktijk toont aan dat veel westerse vrouwen bewust of onbewust vasthouden aan de traditionele rolverdeling in onze samenleving. Ook lijkt het wegens de doorgaans hechte familieband en de 'zuiderse' opvatting over gastvrijheid op het eerste gezicht misschien exotischer en romantischer om een relatie met een moslim aan te gaan. De perceptie van een buitenstaander op de hechte familieband bij moslims is vaak echter ver verwijderd van de dagelijkse realiteit: pas na het huwelijk realiseren veel vrouwen zich dat ze niet enkel getrouwd zijn met de moslim waar ze verliefd op werden, maar ook met zijn familie. Vrouwen die zich aangetrokken voelen tot moslims kunnen lijden aan wat het ‘Prinses Diana-syndroom’ genoemd kan worden. Zij komen veelal uit disfunctionele gezinnen, soms verlaten door hun vader of echtgenoot, soms emotioneel verwaarloosd. In ieder geval voelen ze zich doorgaans erg ongelukkig. Meestal zijn ze emotioneel instabiel en zoals velen op zoek naar ware liefde en geluk. Deze vrouwen zijn erg kwetsbaar, op bepaalde punten diep teleurgesteld in onze samenleving, en denken bij 'de ander' - bij een islamitische echtgenoot, in de islamitische gemeenschap - een stabiele en zorgzame omgeving te vinden. Het typevoorbeeld hiervan is de Engelse prinses Diana. Haar zoektocht naar geluk leidde ook haar naar moslims. Maar niet alleen vrouwen zoals prinses Diana zijn op zoek naar een 'ander en beter' leven. Een groot aantal moslims wil immers - hoezeer ze tegelijkertijd ook vaak hun afschuw laten blijken over het 'zedeloze', 'goddeloze' en 'decadente' Westen - koste wat het kost in het Westen komen wonen. Zij beseffen maar al te goed dat een huwelijk met een westerse vrouw een vrijbrief kan betekenen voor de realisatie van hun droom. Spijtig genoeg zijn zulke huwelijken niet op
liefde gebaseerd, en gebeurt het al te vaak dat de man zijn bruid verlaat zodra de nodige verblijfsdocumenten definitief verworven zijn. De helderheid en starheid van de islamitische leer en het machismo van Arabischislamitische mannen is ongetwijfeld een goede cocktail om bepaalde westerse vrouwen die de weg kwijt zijn in onze verder seculariserende en steeds veeleisendere en individualistischere samenleving - te verleiden. Als gevolg van een totaal doorgeslagen mei '68-revolutie leven we immers in wat Pim Fortuyn 'de verweesde samenleving' noemde: "Wij leven in een tijd zonder richting, zonder ideologieën, zonder aansprekende ideeën, zonder vaders en moeders, kortom in een samenleving van wezen. Wij zijn echter de erfgenamen van veel: alles wat een rol van betekenis speelt of heeft gespeeld in de moderne wereld is begonnen op ons continent, Europa. En die veelheid van ideeën, systemen, opvattingen en handelingen heeft geresulteerd in een groot gevoel van onbehagen, van 'verweesd' zijn." Dit boek is geen aanval op de 'gematigde moslim', die weliswaar dringend moet gaan beseffen dat hij een groot en belangrijk deel van de islam links laat liggen. Immers, de allochtoon die zichzelf 'moslim' noemt en zich tegelijkertijd uitspreekt tegen bepaalde essentiële principes van de islamitische leer of ze niet in de praktijk brengt - waardoor westerlingen hem betitelen als 'gematigde moslim' - moet van het besef worden doordrongen dat hij door afstand te nemen van bepaalde cruciale islamitische principes, in essentie geen (goede) Mohammedaan of moslim is. Dat is overigens niet de conclusie van "arrogante westerlingen die zich niet over de inhoud van de islam horen uit te spreken", maar van sjeiks, ayatollahs, imams, moefti's en andere gezaghebbende moslims die de islamitische bronnen aan hun kant hebben en die we dus maar beter serieus nemen. Dit boek is geschreven uit bezorgdheid over het welzijn en de waardigheid van alle westerse dochters, die om allerlei redenen halsoverkop verliefd worden op de islam of er dagelijks mee geconfronteerd worden als gevolg van de snelle islamisering van hun omgeving. Het is een boek voor vrouwen die op zoek zijn naar antwoorden op hun vele vragen met betrekking tot de islamisering van hun omgeving. Voor vrouwen die meer informatie willen over de islam zelf en over leven met de islam. Voor vrouwen die willen vernemen van andere vrouwen hoe zij de islam ervaren hebben in hun persoonlijk leven. Er wordt aangetoond wat het voor een westerse vrouw betekent om in het huwelijk te treden met een moslim, te leven met de islam of zich te bekeren tot de islam en dus ook (onderdelen van) de sharia in de armen te sluiten. Een islamoloog als Urbain Vermeulen en velen met hem stellen terecht dat de islam veel meer 'wet en recht' is dan 'religie'. Het politieke en wettische aspect dat inherent is aan de islam ontneemt het geloof zijn religieuze onschuld en maakt van de 'religie' een totalitaire en agressieve ideologie. De van Marokko afkomstige Nederlandse schrijver en ex-moslim Hafid Bouazza zegt unverfroren dat "de islam agressie is op zoek naar een oorzaak." Een andere afvallige
moslim, de Pakistaan Ibn Warraq, heeft aangetoond dat de islam 14 kenmerken van het oerfascisme bezit. Een Franse schrijver van Tunesische afkomst, Abdelwahab Meddeb, spreekt van "de ziekte van de islam". De Algerijnse schrijver Boualem Sansal stelt dat "de islam het ware probleem is van de (Arabische) democratie." Nog een ex-moslim maakt gewag van de 'vrouwverdierlijking' binnen de islam. Zo kan men nog wel even doorgaan. Redenen genoeg dus om bezorgd te zijn over de toenemende islamisering en de impact op (moslim)meisjes en -vrouwen. Zij moeten in de eerste plaats beseffen wat leven in het Westen werkelijk betekent, en inzien wat de rechten en vrijheden zijn die westerse vrouwen koesteren en waarvoor generaties lang gevochten is en nog steeds gestreden wordt. De islam is niet alleen erg onderdrukkend en zelfs schadelijk voor vrouwen, maar ook voor jonge meisjes, kinderen, holebi’s en dieren. Dat wordt in een eerste hoofdstuk geïllustreerd aan de hand van de Koran en andere bronnen van de islam, zoals de sharia. Er wordt ook dieper ingegaan op het feit dat volgens de islamitische doctrine fundamentele mensenrechten niet voor vrouwen gelden en dat de islam in essentie haaks staat op de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) en onze humane Joods-christelijke-Verlichte traditie, en dat de oemma - de wereldwijde islamitische gemeenschap - dat niet onder stoelen of banken steekt. Omdat de islam doorgaans eerst via het gezin van een vrouw haar leven binnendringt, wordt in hoofdstuk twee aandacht besteed aan het familierecht binnen de islam. In de Koran staan immers ontzettend veel vrouwdiscriminerende regels en bepalingen over wat de vrouw mag en vooral niet mag doen. Er is een grote ongelijkwaardigheid van man en vrouw in het huwelijk, het ouderschap, maar ook bij echtscheiding, erven en getuigen in een rechtszaak. Verder wordt er een hoofdstuk gewijd aan islamitisch geïnspireerd geweld tegenover jonge meisjes en vrouwen. Zo is in onze samenleving huiselijk geweld de jongste jaren aanzienlijk toegenomen. Deze problematiek wordt toegelicht en er wordt tevens gezocht naar een oplossing voor deze onaanvaardbare aantasting van het fundamentele recht van vrouwen op veiligheid. Ook wordt uitgebreid ingegaan op het fenomeen genitale verminking (Female Genital Mutilation of FGM), voor westerse vrouwen iets waar ze tot de islamitische immigratie begon nooit mee in aanraking kwamen. Net zoals eerwraak en eremoord in het Westen relatief nieuwe vormen zijn van zware criminaliteit, waarvan vooral moslimmeisjes en -vrouwen het slachtoffer worden. Er kan geen boek geschreven worden over vrouwen en islam zonder een hoofdstuk te wijden aan het hoofddoekendebat, dat in onze samenleving woedt onder druk van de islam. De hoofddoek is immers het symbool bij uitstek van islamfanatici in het Westen. Ook het debat hierover binnen vrouwenbewegingen krijgt de nodige aandacht, want zij gaan soms een zeer bevreemdend en zelfs pervers bondgenootschap aan. Het
hoofdstuk over het hoofddoekendebat wordt tevens gekaderd in het debat over de in de islam onbestaande scheiding van Kerk en Staat en godsdienstvrijheid. Het laatste hoofdstuk gaat dieper in op het feit dat multiculturalisme slecht is voor vrouwen. De emancipatie waarvoor westerse vrouwen generaties lang gevochten hebben, dreigt thans traag maar zeker verloren te gaan onder invloed van de islam. Na het lezen van dit boek zou iedereen dan ook moeten inzien dat de orthodoxe islam as such - en niet het valse begrip 'islamisme' - zeer vrouwonvriendelijk is. Vervolgens wordt het zogenaamde ‘islamfeminisme’ argwanend tegen het licht gehouden, en tot slot wordt uitgebreid aandacht besteed aan het feit dat een ‘gematigde islam’ of een zogenaamde ‘Euro-islam’ een even grote ‘contradictio in terminis’ is als het ‘islamfeminisme’. Na elk hoofdstuk wordt een vrouw aan het woord gelaten die met haar twee voeten in de islamitische realiteit staat of heeft gestaan, om een duidelijk beeld te geven van de positie van deze vrouwen in onze samenleving. Gewone, lieve vrouwen, moeders en dochters, die in verschillende geledingen van de samenleving gevonden kunnen worden. Bovendien zijn het vrouwen, zowel allochtone als autochtone, die ongeschoold zijn in de islamtheologie en die laten zien dat het ook mogelijk is om zonder theoretische godgeleerdheid iets zinnigs te zeggen over de positie van de vrouw in de islam. Om hun privacy en families te beschermen werden in de interviews kleine (en irrelevante) wijzigingen aangebracht, zoals het gebruik van fictieve namen. Naast antwoorden op de vele vragen, worden in dit boek een heel aantal misvattingen en politiek correcte waanbeelden doorgeprikt. Zoals de misvatting dat genitale verminking bij vrouwen helemaal niets met de islam te maken heeft, het naïeve wensbeeld dat de islamitische hoofddoek slechts een lapje stof is, het cultuurrelativistische bedrog dat de islam 'een soort christendom van de woestijn' is en de leugen dat de Koran ook vrouwvriendelijk te interpreteren valt en er dus potentieel zit in het zogenaamde 'islamfeminisme'. In de eerste plaats is het doel een polemisch debat te openen dat hopelijk kan bijdragen tot het indijken van de (heimelijke) oorlog die in onze straten woedt. Laat tot slot echter dit duidelijk zijn: er is absoluut niets mis met het oprecht verliefd worden op een man met een andere culturele achtergrond, zoals de islamitische. Op voorwaarde tenminste dat men zijn eigen ideologie, cultuur en principes niet opzij schuift voor de orthodoxe, vrouwonvriendelijke en antiwesterse islam. Dat leidt immers, zoals in dit boek wordt aangetoond, vroeg of laat tot ongeluk voor de vrouw en de eventuele kinderen en bovendien ook tot de islamisering van onze cultuur.
‘Mijn dochter werd moslima’ Niets aan haar doet me vermoeden dat ze al twee keer grootmoeder is wanneer ze op een vrijdagochtend vinnig en vrolijk mijn bureau binnenstapt. Ze straalt een zekere levenswijsheid uit, maar iets in haar houding zegt me dat haar leven niet altijd gemakkelijk is geweest. Ze wil me maar al te graag uitleggen hoe haar leven veranderde toen de islam ongevraagd tot diep in haar leven doordrong. Haar antwoord op een eerste eenvoudige vraag: “Wat is de naam van je dochter?”, doet mij schrikken. Nina, dat is de originele naam die ik haar gaf bij de geboorte, gebruikt ze niet meer. Bij haar bekering heeft ze een andere naam gekregen, maar ik weiger die te gebruiken. Ik babysit wel eens bij mijn dochter zoals elke grootmoeder en dan help je wel eens wat in het huishouden. Zo was ik eens de afwas aan het doen bij mijn jongste dochter Nina. Op een van haar borden stond achteraan een naam: Inaya. Nina noemt zich sinds haar bekering tot de islam Inaya. Ze heeft twee schatten van kinderen, een jongen en een meisje. Mijn kleindochtertje heet Amira. Een Arabische naam, maar niet zo opvallend en eigenlijk wel mooi. Mijn kleinzoon heeft wel een uitgesproken Arabische naam: Sadreddine, maar ik vertik het om dat uit te spreken. Ik noem hem Deantje. Sinds mijn dochter les ging volgen in een Koranschool te Berchem bij de beruchte Nordine Taouil en goedgekeurd werd voor ‘de dienst’, heeft zij een andere naam aangenomen. Net zoals haar beste vriendin Cindy overigens. Cindy noemt zich tegenwoordig Soraya en is ondertussen uitgeweken naar Engeland omdat de Britse wetgeving zo mogelijk nog islamvriendelijker is dan die van ons. In sommige wijken wordt naast de Britse wetgeving de sharia toegepast. Voor islamfanatici is Engeland een paradijs. Ach, het gebeurde allemaal zo snel. Ik wist zelfs niet dat mijn dochter al een tijdje naar die Koranschool ging toen ze me kwam vertellen dat ze moslim was geworden. Kort daarna droeg ze al een hoofddoek. Net als zoveel nieuwe oma’s was ik de gelukkigste mens ter wereld toen mijn kleindochter Amira geboren werd. Wist ik veel dat van de weeromstuit heel mijn kleine wereld volledig in de greep van de islam zou komen…
Islamitisch geïnspireerd geweld Baby- en vrouwenverminking Een andere vorm van islamitisch geïnspireerd geweld is baby- en vrouwenverminking. Het traditioneel wegsnijden van vitale stukken van het geslachtsorgaan met verregaande fysieke gevolgen is geen besnijdenis om medische redenen, maar gewelddadige genitale verminking. Het woord ‘besnijdenis’ is in deze problematiek absoluut niet op zijn plaats. Door het gebruik van deze term lijkt het probleem op gelijke hoogte te staan met de soms medische noodzakelijke besnijdenis van jongens. Dat is absoluut niet het geval. Het bekendste slachtoffer van genitale verminking is ongetwijfeld de Somalische naar Nederland gevluchte Ayaan Hirsi Ali, die het probleem in Europa stevig op de kaart zette en daarbij de islam niet spaarde. Genitale verminking bij vrouwen is een verwerpelijke traditionele praktijk uit het MiddenOosten en Afrika. Waar en in welke vorm vrouwelijke genitale verminking juist ontstond, is onduidelijk. Genitale verminking wordt veelal in verband gebracht met de islamitische cultuur, ook al is het moeilijk om een scheidingslijn te trekken tussen de Afrikaanse en Aziatische cultuur enerzijds en de islam anderzijds. In deze gemeenschappen worden immers - net zoals elders - culturele gebruiken en tradities erg beïnvloed door de religie of ideologie en andersom. De feiten spreken voor zich: genitale verminking bij meisjes en vrouwen komt hoofdzakelijk onder moslims voor. In niet-politiek correcte kringen wordt dan ook soms beweerd dat dit een door de islam voorgeschreven gebruik is. In de Koran zal men tevergeefs een passage zoeken die hierover handelt, maar in die andere zeer belangrijke islamitische bron, de Hadith, wordt vrouwenbesnijdenis meerdere malen vermeld en goedgekeurd of zelfs aangemoedigd. Dat sommigen beweren dat de betreffende teksten in de Hadith ‘onbetrouwbaar’ zijn, neemt niet weg dat het overgrote deel van de vrouwenbesnijdenissen wereldwijd bij moslima’s wordt uitgevoerd. Sommige islamitische geestelijken veroordelen het gebruik, andere laten het toe en nog andere gezaghebbende moslims verplichten het. Thomas von der Osten-Sacken van de IraaksDuitse mensenrechtenorganisatie WADI stelt helder: "Negen van de tien geestelijken, ongeletterde imams, leggen vrouwenbesnijdenis op. Het kan ze niet schelen dat er meisjes aan doodgaan." Verder zegt hij: "Sommige islamitische rechtsscholen beschouwen FGM als 'halal', oftewel toegestaan." Gelukkig zijn er een aantal islamitische landen - zoals Turkije, Saoedi-Arabië, Iran, Tunesië, Algerije, Pakistan, Marokko en Libanon - waar vrouwen deze vorm van marteling niet hoeven te ondergaan, al is het zeer moeilijk om uit sommige landen hierover betrouwbare informatie te verkrijgen. Vermoed wordt dat genitale verminking bij vrouwen ook voorkomt in islamitische landen waarvan men altijd heeft gedacht dat het er niet plaatsvond. In elk geval gebeurt het op grote schaal in Egypte, Eritrea, Somalië,
Soedan, Mali, Djibouti, Tsjaad, Burkina Faso en Mauritanië en in mindere mate in Irak, Niger, Nigeria, Jemen, Oman, Maleisië en Indonesië. Vrouwenbesnijdenis is hoe dan ook vooral een probleem in moslimlanden en in islamitische gemeenschappen in Europa. Jammer genoeg is wat dit inhumane gebruik betreft tot nog toe vrijwel geen significante verbetering merkbaar. Dat hoeft niet te verbazen: vrouwenleed is in de islam niet echt een prioriteit. Het is dan ook zeer zorgwekkend dat de massa-immigratie van moslims dit gruwelijke gebruik in Europa heeft geïmporteerd. Multiculturele verrijking?
De hoofddoek ontsluierd Het ene hoofddeksel is het andere niet Een veel gehoorde opmerking als het over hoofddoeken gaat, is dat ook nonnen en bijvoorbeeld boerinnen hun hoofd bedekken met een sjaal of kap. Maar de ene hoofddoek is de andere niet. Islamitische hoofddoeken gelden ook als politiek en ideologisch symbool, terwijl andere hoofddeksels, zoals ook de Joodse keppel, slechts een zuiver religieuze betekenis hebben. Ook de boerin bedekt inderdaad haar hoofd, maar niet fanatiek al haar haren. Zulke hoofddeksels zijn functioneel verantwoord. Nonnen dragen hoofddoeken of nonnenkappen omwille van zuiver religieuze overwegingen en dit doorgaans in hun eigen omgeving, in hun kloosterleven in dienst van God. Godsdienstvrijheid is een fundamenteel mensenrecht en er is dan ook niets op tegen dat nonnen zich om religieuze redenen in een zeker isolement binnen de samenleving plaatsen. Geen non die er aan denkt om te solliciteren voor een job achter de kassa van de supermarkt of om aan de balie van het gemeentehuis te gaan staan. Iedereen is het erover eens dat zo’n solliciterende non lachend de deur kan worden gewezen, toch? De islamitische sluier, hoofddoek of een ander vorm van islamitische bedekking is niet louter een vestimentair onderdeel of slechts een uiting van zedigheid, zoals de sjaaltjes van onze boerinnen vroeger. Het is de uiting van een typisch islamitische perversiteit: men gelooft en vindt dat bij verkrachting en seksueel geweld de schuld bij de vrouw ligt omdat zij hiertoe aanleiding heeft gegeven, omdat ze heeft uitgedaagd. Volgens de islam is de vrouw immers de belangrijkste bron van 'fitna' (beproeving of verleiding). De islamitische profeet Mohammed - wiens voorbeeld door elke goede moslim dient te worden gevolgd - besloot in Medina dat vrouwen die worden lastiggevallen door mannen zich moeten sluieren. Wie overigens denkt dat de hoofddoek vrouwvriendelijker is dan de boerka en nikab en dus aanvaardbaar, vergist zich. Fadéla Amara, een Franse staatssecretaris en dochter van islamitische ouders van Algerijnse afkomst, stelt terecht dat er geen onderscheid is tussen de hoofddoek en de boerka/nikab. Letterlijk stelt ze: “Het zijn allebei symbolen van onderdrukking van de vrouw. Het enige verschil is een aantal centimeters textiel.” In het straatbeeld, achter de kassa van de supermarkt en in de (openbare) dienstverlening duiken echter steeds meer islamitische hoofddoeken en zelfs sluiers op. Heel wat vrouwen - maar ook mannen - vinden deze evolutie terecht bedreigend. Ze vragen zich af wat de toekomst zal brengen en in hoeverre onze samenleving zal worden geïslamiseerd. Veel vrouwen bekijken maatschappelijke evoluties terecht op langere termijn en vinden de hoofddoekenkwestie niet zo banaal als de media willen doen uitschijnen. Een hoofddoek is immers niet zomaar een stukje textiel, maar staat symbool voor de onderdrukking van de vrouw door de orthodoxe islam. Het dragen ervan moet dan ook
worden opgevat als een teken van regelrechte minachting tegenover (de waarden van) onze westerse samenleving. In de islamwereld luidt het dat elke islamitische hoofddoek een vlag geplant is in het hart van het Westen. Dat de hoofddoekdragende moslima zelf dit niet ten volle beseft en/of vertelt of vindt dat ze de hoofddoek draagt om andere (persoonlijke) redenen is irrelevant. Niet alleen omdat deze vrouwen niet zelden aan een soort stockholmsyndroom lijden, maar omdat het enige wat uiteindelijk telt de betekenis is die door de orthodoxe islam - gezaghebbende islamitische geestelijken in belangrijke moskeeën, belangrijke islamitische organisaties, islamitische rechtsscholen en invloedrijke islamitische geschriften - aan de hoofddoek wordt gegeven. Ongeacht de persoonlijke drijfveer om zich te bedekken blijft het resultaat immers hetzelfde: de islamisering van de openbare ruimte, instandhouding van een perverse seksuele moraal en een toename van de socioculturele druk op (moslim)vrouwen die ervoor kiezen zich niet te bedekken. Door het dragen van de hoofddoek of andere vormen van islamitische lichaamsbedekking doen moslima’s zichzelf in feite de das om en blijven ze antiwesterse symboliek promoten. Bovendien laten ze hun onderdrukte zusters in de islamitische wereld in de steek.
Multiculturalisme versus feminisme Het zogenaamde ‘islamfeminisme’ is een fata morgana Sinds ongeveer 1990 zijn een aantal moslima’s zichzelf ‘islamfeministes’ gaan noemen. Ze verklaren feministisch te zijn en trachten dit in de praktijk te brengen binnen het islamitisch paradigma. Het zogenaamde 'islamfeminisme' of 'islamitisch feminisme' is, zoals het woord het zelf zegt, een religieus/ideologisch feminisme en dat is nu juist de crux van het probleem. De islam wordt immers als dé waarheid beschouwd, die als zodanig niet ter discussie staat. Men filtert als het ware zijn waarneming van de feiten en interpreteert die dan zodanig dat het allemaal blijft passen binnen het islamitisch model. In essentie probeert islamfeminisme - en het is alleszins ook de uitkomst ervan - moslima’s hun onderdrukking te laten aanvaarden en het als het hoogste goed en een ‘eigen keuze’ voor te stellen. Het stockholmsyndroom wordt dus als het ware gepromoot als een nastrevenswaardige psychologische ingesteldheid. Precies het tegenovergestelde van de individuele vrijheid: de religieuze ketting als werelds opstapje naar het paradijs. De minuscule stapjes vooruit die door bepaalde moslimvrouwen soms tóch kunnen worden gezet (zoals vrij recent in Saoedi-Arabië), zijn niet meer dan een doekje voor het bloeden dat hen af en toe wordt gegund om hen het idee te geven dat ze binnen de islam 'goed bezig zijn' en 'kansen krijgen'. Iemand die vroeger 50 zweepslagen kreeg en nu nog 'slechts' 30, zal dat inderdaad als vooruitgang beschouwen. Maar aan de essentie van het probleem, de islam, wordt nooit geraakt. Een religieus of ideologisch feminisme kan dan ook niet bestaan omwille van het voor moslims onaantastbare referentiekader van waaruit zij de werkelijkheid interpreteren. Dit systeem van opvattingen met een eigen logica is voor buitenstaanders - voor nietmoslims - zeer moeilijk doordringbaar. Bovendien wordt de realiteit ontkend, weggeredeneerd of als uitzondering gezien die de regel bevestigt als ze niet in het islamitische kraam past. Het islamfeminisme baseert zich voor dit alles evengoed op de Koran. Islamfeminisme is dan ook controversieel, maar wordt ten onrechte opgehemeld door de 'weldenkende' multiculturalistische elite om aan te tonen dat de vrouw binnen de islam niet langer onmondig is en dat de vrouw zich emancipeert niet ondanks maar dankzij de islam. De invulling van het begrip islamfeminisme is bovendien niet eenduidig. Er bestaat verwarring tussen het islamfeminisme als een praktijkgerichte emancipatorische strijd en het islamfeminisme als uitdrukking van een identiteit. Een dergelijke verwarring is trouwens eigen aan de valse dubbelzinnigheid van de islam. Zo betekent een woord als jihad niet alleen ‘heilige oorlog’, maar ook ‘innerlijke strijd’. Afhankelijk van met wie men te doen heeft (moslim of niet-moslim) krijgt het woord een andere betekenis. Het is tekenend voor hoe de islam in elkaar zit, daar het zowel een religie als een ideologie is:
een 'religieuze ideologie', een ideologie met een religieus randje. De Marokkaanse Nederlander Hafid Bouazza spreekt van een 'beschimmelde religie'. De meeste moslima’s gebruiken het zogenaamde islamfeminisme om een op de Koran gebaseerde gendergelijkwaardigheid en sociale rechtvaardigheid te verkrijgen. Dit is echter geen islamfeminisme, maar een soort academisch feminisme aangezien het gewoon een academische en zuiver theoretische herlezing en vrouwgerichte interpretatie en herformulering is van religieuze teksten, waaronder de Koran. Feminisme is echter een praktijkgerichte, maatschappelijke en politieke stroming of beweging die daadwerkelijk opkomt voor vrouwenbelangen en zich niet inlaat met de herinterpretatie van oude geschriften. Kenmerkend is dat volgens deze laatste definitie van islamfeminisme ook anderen dan moslima’s zich islamfeminist zouden kunnen noemen, zoals orthodoxe of gematigde moslims en zelfs niet-moslims. Islamfeminisme is in se dan ook geen feminisme. De pogingen om de Koran vrouwvriendelijk te herinterpreteren komen wereldwijd voor. Deze herinterpretatie gebeurt dan ook in allerlei lokale talen. De Koran moet volgens de islam echter in het Arabisch gelezen en begrepen worden. Dit is een eerste reden waarom het grootste deel van het zogenaamde islamfeminisme al verworpen wordt. Aldus werkt het islamfeminisme de herbevestiging van de vrouwonvriendelijkheid van de islam in de hand. Gendergelijkwaardigheid en sociale rechtvaardigheid worden niet in praktijk gebracht. Het enige wat gebeurt, is de herlezing en herinterpretatie van de Koran en andere heilige teksten met de gendergelijkheid en de sociale rechtvaardigheid in het achterhoofd, zoekend naar een onbestaande en onmogelijke overbrugging tussen beide. Het islamfeminisme zal niet leiden tot een ruimere solidariteit tussen vrouwen omdat het geen praktische vorm van ‘seculier’ feminisme inhoudt. Islamfeministes proberen immers islamitische argumenten te gebruiken ter verdediging van de rechten van vrouwen op vlak van onderwijs en arbeid. Zelfs voor het opeisen van mensenrechten maken zij naar eigen zeggen gebruik van argumenten uit islamitische geschriften, terwijl de mensenrechten door de islam niet erkend worden. De Universele Verklaring van de Rechten van de Mens werd, zoals reeds werd uiteengezet, niet ondertekend door een groot aantal islamitische landen, omdat meerdere bepalingen zoals de gelijkwaardigheid van mannen en vrouwen, de vrijheid van religieuze overtuiging, vrije meningsuiting en de gelijkwaardigheid van mensen ongeacht hun religie haaks staan op de wetten van de islam. Meer zelfs: de meeste islamlanden ondertekenden de Caïro-verklaring, waarin wordt gesteld dat mensenrechten altijd in overeenstemming moeten zijn met de sharia, de islamitische wet, die deze mensenrechten tenietdoet. Feminisme en islam zijn dan ook simpelweg onverenigbaar en dat wordt tragisch geïllustreerd door de zware en voortdurende onderdrukking van vrouwen in islamlanden. Of men het nu wil toegeven of niet: lichte verbeteringen wat betreft de toestand van vrouwen in sommige islamitische landen vinden in essentie altijd plaats ondanks en niet dankzij de islam. Vrouwen die zich op de islam beroepen voor hun bevrijdingsstrijd zijn hopeloos naïef en bij voorbaat verloren. Nochtans is feminisme, zoals eerder gezegd,
geen zuiver westers fenomeen. Het zou dus een volwaardige plaats moeten kunnen krijgen in de sociale veranderingsprocessen van niet-westerse landen. Slotsom: de poging om een soort islamitisch feminisme op de starre en vrouwonvriendelijke islam te enten, heeft geen enkele slaagkans. Dat hebben vele vrouwen afkomstig uit de islamwereld en ervaringsdeskundigen zoals Ayaan Hirsi Ali, Nahed Selim en Wafa Sultan, al zo dikwijls aangetoond.