nummer 4 HERFST 2013
Magazine voor de gebedskring en vrienden van De Tiltenberg
ci Paus Fran
sc us
ar t a v e d e b te n o p s i r a n i m Se in Keulen
i nar i m e s e w N i eu
s te n
u aal t i r i p s e N i euw mi t h S r o o t s a p
Speciale aanbieding!
e ieder g! a vrijd
S
30x e45
0 ,5 e1 s ek ht we lec per
kn
www.katholieknieuwsblad.nl bel 073.7502315
Ga mee op bedevaart naar het Heilig
Land
23 mei t/m 1 juni 2014
www.kerkinnood.nl/bedevaart TILTENBERG MAGAZINE Advertentie Heilig Land Tiltenberg CMYK.indd 1
18-09-13 21:14
Over stilte, gebed en een bedevaart
Jaargang 15, nummer 4
Woord van de rector
4
Maria als gids van het gebed
5
Paus Franciscus wijdt wereld toe aan Maria
6
Nieuwe studenten stellen zich voor
7
Seminarist in de gevangenis
8
Leiderschap volgens de heilige Benedictus Lijfrente schenkingen
9 10
Seminarist uit Chili vertelt over zijn roeping
11
Kinderen op kamp op De Tiltenberg
13
Interview met nieuwe docent
14
De nieuwe spirituaal stelt zich voor
15
Interview met ouders van jonge priester
16
www.tiltenberg.org
DOOR ERIK ROZEMAN
FOTO: JAN-JAAP VAN PEPERSTRATEN
INHOUD
De seminariegemeenschap en ZE kardinaal Meisner, aartsbisschop van Keulen.
“N
u begint de geestelijke strijd” was wat een medestudent mij vertelde vlak voor de aanvang van de stille retraite aan het begin van het nieuwe studiejaar aan de Tiltenberg. Deze vond plaats in het klooster van de Zusters Franciscanessen in Schwagstorf, Duitsland. En inderdaad; het valt niet mee om “echt” van binnen stil te worden en in gebed zo dicht mogelijk te naderen tot God. Het deed mij denken aan de keren dat Jezus in de Bijbel een berg op gaat om tot zijn Vader te bidden. Het tot in je binnenste stil worden valt wat dat betreft te vergelijken met een dergelijke bergbeklimming. Er zijn namelijk altijd wel gedachten die bij je opkomen en je afleiden van het gebed. Maar als het dan toch lukt om in je binnenste stil te worden en in gebed dicht bij God te komen dan geeft dat een haast onbeschrijfelijk gevoel. Het voelt als een innerlijk opbloeien. Toch is het onmogelijk om deze stilte vast te houden. Net zoals de leerlingen
die in het verhaal van de gedaanteverandering met Jezus de berg opgingen, moesten ook wij met pijn in ons hart de berg weer afdalen en de stilte opgeven om vervolgens weer deel te nemen aan het “echte leven.” Voor ons hield dit een bedevaart naar Keulen in. Daar werden we door onze Duitse broeders goed opgevangen in het plaatselijke seminarie. Hoogtepunten van deze bedevaart waren het avondgebed met de Jeruzalemgemeenschap, het beklimmen van en een rondleiding door de Dom, een onvergetelijk gesprek met Kardinaal Meisner en een rondleiding door de Maria Tenhemelopneming kerk gegeven door Mgr. Bosbach. Het waren inspirerende dagen waarin ieder van de seminaristen zijn roeping tot het priesterschap duidelijk(er) voor ogen heeft gekregen en nieuwe kracht heeft opgedaan voor dit studiejaar. ■
TILTENBERG MAGAZINE
3
Priester worden doe je niet alleen DOOR RECTOR G. BRUGGINK
Beste Vrienden van De Tiltenberg,
A
an het begin van dit nieuwe studiejaar hebben we vijf nieuwe seminaristen mogen begroeten voor het grootseminarie Sint Willibrord. Vier van hen beginnen voor het aartsbisdom Utrecht en één voor het bisdom Haarlem- Amsterdam. Ook het groot seminarie Redemptoris Mater mag zes nieuwe seminaristen verwelkomen. Het grootseminarie Sint Willibrord is een diocesaan seminarie, dat wil zeggen: de diocesane bisschop van Haarlem- Amsterdam, mgr. J.M. Punt, is hiervoor de eindverantwoordelijke. Met het feit dat momenteel de vier noordelijke diocesen aan deze opleiding deelnemen, spreekt het voor zich dat er zo veel mogelijk rekening wordt gehouden met de specifieke wensen vanuit deze bisdommen om zodoende hun priesterkandidaten goed toe te kunnen rusten voor hun toekomstige pastorale taken. Dat vraagt niet alleen om een goede praktische coördinatie van allerlei zaken binnen het seminarie.
Priesters hebben hun medebroeders nodig. Veel indringender nog is de noodzaak om anders of nog beter gezegd ‘meer katholiek’ te gaan denken. De snel veranderende situatie van de Kerk in Nederland heeft op bestuurlijk en pastoraal niveau processen in gang gezet die veel impact hebben op onze geloofs gemeenschappen. Datzelfde geldt voor al de bisdommen in onze Nederlandse kerkprovincie. De kerkgeschiedenis herinnert ons aan het feit dat God vaak werkzaam is in wat wij ‘noodsituaties’ noemen. Diocesane priesters horen van oudsher tot een bepaald diocees,
4
TILTENBERG MAGAZINE
FOTO: JAN-JAAP VAN PEPERSTRATEN
Mgr. Hendriks en drie nieuwe priesters. waarbinnen zij hun priesterlijk dienstwerk uitoefenen. Het zal een verrijking zijn voor de komende generatie van priesters in Nederland om vertrouwd te zijn geworden met priesters uit andere bisdommen. Voor de seminaristen als toekomstige priesters in het basispastoraat is het van groot belang om de innerlijke balans te vinden tussen: enerzijds het toebehoren aan het eigen bisdom en anderzijds het bekend zijn met de realiteit van de Kerk buiten de eigen bisdomgrenzen. Behalve de goede band met parochianen en andere gelovigen uit familie- en vriendenkring is het voor een priester essentieel om zijn priesterschap te beleven in verbondenheid met zijn medebroeders in het priesterschap. Priesters hebben tijd en leefruimte nodig voor goede vriendschappen. Ervaringen vanuit een geheel verschillende situatie moeten met elkaar gedeeld kunnen worden als inspiratie voor de pastorale taak waar men als priester voor staat. Ons seminarie biedt de unieke gelegenheid voor priester kandidaten uit noordelijk Nederland om daar naar toe te groeien.
Een priester moet leren een gemeenschap te vormen. Overal in ons land voelen priesters, samen met anderen, de impact van het dragen van pastorale verantwoordelijkheid voor meerdere geloofsgemeenschappen. Het is niet eenvoudig om dit dag in dag uit waar te maken. Gelukkig worden we gedragen door de kracht van de heilige Geest die Jezus ons gegeven heeft. In de veelvoud van geloofsgemeenschappen is het noodzakelijk dat er een ‘bindende’ figuur aanwezig is. Dat is de eerste opdracht van een priester: mensen samenbrengen, samenhouden en inspireren, zodat een geloofsgemeenschap haar opdracht waar kan maken. Maar hoe zou een priester dat waar kunnen maken wanneer hij niet eerst zelf heeft ervaren wat saamhorigheid en verbondenheid in Jezus’ naam betekenen? Binnen de seminariegemeenschap geven we daar invulling aan. Seminaristen, docenten, medewerkers en vrijwilligers dragen daar op De Tiltenberg ieder op hun eigen manier toe bij. Zo groeien onze seminaristen toe naar een priesterlijke spiritualiteit die hen sterk maakt voor de toekomst en hen en vele anderen gelukkig kan maken! ■
Wie zal mij gidsen op de weg van het gebed? Onze Lieve Vrouw van de Rozenkrans
V
oor veel jongeren en ouderen is het moeilijk om werkelijk tot ‘bidden’ te komen. Niet alleen ontbreekt maar al te vaak door allerlei verplichtingen de tijd ervoor. Nog ingrijpender is dat velen het niet geleerd hebben om de smaak van het bidden te pakken te krijgen. Wanneer de leerlingen aan Jezus vragen: ‘Heer, leer ons bidden, zoals Johannes het ook aan zijn leerlingen geleerd heeft’, dan leert Jezus hen het Onze Vader. In dit gebed dat tot de Vader is gericht ontplooit zich de kracht van Gods heilige Geest. Het is diezelfde Geest die ons Jezus doet kennen. Christus leren kennen, vraagt niet alleen om kennis van de heilige Schrift, maar nog meer om een levendige meditatie van de woorden en daden van Jezus. Niemand heeft dit zo indringend en omvattend gedaan als Maria, de heilige Maagd en Moeder van God. Maria is dan ook de beste gids op de weg van het gebed. Over haar zegt het Tweede Vaticaans Concilie: ‘Door met liefde aan Maria te denken en haar te beschouwen in het licht van het mensgeworden Woord, dringt de Kerk vol eerbied dieper door in het allerhoogste geheim van de menswording en maakt zij zich steeds meer gelijkvormig aan haar Bruidegom’ (Lumen Gentium nr. 65).
In de traditie van de katholieke Kerk heeft dit bijzonder vorm gekregen in het rozenkransgebed. Het overwegen – de meditatio – van de persoon, de woorden en de daden van Jezus samen met het bidden van het Wees Gegroet vormen de kracht van het rozenkransgebed. Zo leren we om vanuit Maria en met haar naar Jezus te zien, Hem te begrijpen en na te volgen. De devotie tot Maria en het rozenkransgebed zijn door de Kerk altijd van harte aanbevolen als een bijzondere weg in het geestelijk leven en als een bijzondere vorm van gebed. Omdat de priesters geroepen zijn om als ‘geestelijke vaders’ te zijn voor degenen die hen zijn toevertrouwd, moeten zij zelf de ervaring hebben van het levendige, intieme en krachtige gebed. In de leer- en oefenschool van het seminarie bekwamen onze seminaristen zich hierin. Het bidden van de rozenkrans helpt hen om met Maria te bidden voor het welzijn van de Kerk als het volk van God, voor een ieder die ze ontmoeten en voor hun eigen ziel en zaligheid. Alleen zo kunnen ze een gids worden voor allen die hen vragen: ‘Leer ons bidden’. Bidt voor hen, want zulke priesters heeft de Kerk nodig! ■ Rector G. Bruggink TILTENBERG MAGAZINE
5
Paus Franciscus
en het Onbevlekt Hart van Maria 13 oktober 2013: Paus Franciscus wijdt de wereld toe aan het Onbevlekt Hart van Maria DOOR DR. J. VIJGEN
O
p 13 oktober 2013 heeft paus Franciscus de wereld toegewijd aan het Onbevlekte Hart van Maria. Hiermee stelt hij zich in een lange traditie van toewijding van individuen, groepen en landen en de gehele wereld aan het Onbevlekt Hart van Maria. Het meest markant gebeurde dit in 1942 toen Pius XII de wereld toewijdde aan het Hart van Maria en twee jaar later het feest van het Onbevlekt Hart van Maria voor de gehele Kerk instelde. Zo ook herhaalde de Zalige Johannes Paulus II in 1982 en 1984 deze toewijding van de gehele wereld aan het Onbevlekte Hart van Maria en op 12 mei 2010 te Fatima wijdde paus Benedictus XVI de priesters toe aan Maria. Pius XII beschreef het doel van deze toewijding als volgt: “Opdat door de hulp van de Allerzaligste Moeder Gods aan alle volkeren de vrede en aan de Kerk de vrijheid geschonken worde, aan de zondaren de bevrijding van hun schuld en aan alle gelovigen de bevestiging van hun liefde voor de zuiverheid en van hun beoefening van alle deugden.” In 1943 werd ook Nederland aan het Onbevlekt Hart van Maria toegewijd. In hun schrijven wijzen de Nederlandse bisschoppen op drie betekenissen van deze toewijding. Het omvat “ten eerste de gelovige en openlijke erkenning van Maria’s plaats in de heilsorde, zowel voor ons zelf als voor de gehele mensheid; ten tweede de innige en openlijke uitdrukking van het nemen van onze toevlucht onder haar moederlijke en koninklijke bescherming; ten derde de hartelijke en openlijke belofte, dat wij als haar
6
TILTENBERG MAGAZINE
toegewijde kinderen en dienaren willen leven, voor haar eer en haar Rijk willen strijden.” De toewijding is dus allereerst een daad van gelovige en openlijke erkenning. Wij zien dan op naar haar, als naar de heilige Moeder van Jezus, de Moeder van God, aan wie heel bijzon dere eer en verering toekomt. De toewijding is vervolgens een daad van gelovig en openlijk vertrouwen (“Sub tuum praesidium confugimus, sancta Dei Genitrix” – “onder uw bescherming nemen wij onze toevlucht, o heilige Moeder van God”) op Maria, de “Hulp van de Christenen”. Tot slot is de toewijding ook een toezegging van trouw en dienstbaar heid aan de Koningin van hemel en aarde tot medewerking aan het rijk van waarheid en leven, van heiligheid en genade, van gerechtigheid, liefde en vrede.
De Heilige Vader bij het mariabedevaarts oord Aparecida in Brazilië.
Wijlen kardinaal Leo Scheffczyk (1920 2005) wijst erop dat het hart, het symbool van de liefde, in het geval van Maria duidt op het feit dat Maria het meest intens gegrepen is geworden door de liefde Gods en als gevolg hiervan zich op de meest intense wijze
Laten wij ons dan ook persoonlijk toewijden aan het Onbevlekt Hart van Maria opdat onze Moeder bij God een vernieuwd hart voor ons afsmeekt, een hart dat God met alle kracht bemint en de mensheid dient zoals Maria dit gedaan heeft. ■
toewendt tot allen voor wie zij moeder is. In die zin wijst het hart van Maria ook op het offer dat Maria in haar leven aan Christus bracht, op het feit dat het offer van Maria zich in het offer van Christus gevoegd heeft. De middeleeuwse schrijver Arnaldus van Chartres drukt dit zeer mooi uit door te spreken over twee altaren bij het kruis op Calvarie: het ene altaar in het Hart van Maria, het andere in het Lichaam van Christus. Christus offert zijn Lichaam en Maria haar Ziel. Maria offert zich geestelijk in diepe gemeenschap met Christus en bidt voor het heil van de wereld. “Wat de Moeder vraagt”, zo schrijft Arnaldus, “daar stemt de Zoon mee in en de Vader schenkt het”.
Even voorstellen…
Gauthier de Bekker en Teun Warnaar
I
Interview met Gauthier de Bekker k ben Gauthier de Bekker, geboren en getogen in Oss en ik ben 21 jaar. Ik heb gestudeerd aan het VMBO-Kader (LTS Elektrotechniek), daarna MBO niveau vier techniek (MTS). Verder ben ik al jaren actief in mijn thuisparochie, als misdienaar en help ik bij veel kerkelijke activiteiten als vrijwilliger. Zo mag ik graag naar Lourdes pelgrimeren en daarbij meewerken als vrijwilliger bij de VNB. Ergens op mijn veertiende heb ik tijdens een wandeling met mijn vader gezegd wel priester te willen worden. Sindsdien heb ik langzaam stappen gezet op deze weg. Mijn ouders hebben mij in deze weg steeds vrij gelaten en hebben steeds mogelijkheden geboden om deze weg uit te zoeken. Na de studie aan de MTS ben ik voor negen maanden naar Taizé gegaan, om te zien wat het leven in een gemeenschap met mij zou doen. Het was een erg goede tijd bij de broeders, toch bleef het verlangen naar het priesterschap. Daarom heb ik mij na deze periode gemeld bij de Tiltenberg om de weg naar het priesterschap verder te vervolgen. Wat mij het meest aanspreekt in het priesterschap is in alles wat ik als mens doe Christus present te stellen onder alle mensen. Ik hoop dan ook dat de studie en het leven hier op het seminarie mij doen groeien in mijn leven en relatie met Jezus. Lourdes en Taizé zijn binnen deze weg voor mij prachtige plaatsen geweest waar ik de onderlinge naastenliefde beleefd heb. Het is deze naastenliefde die Christus ons heeft voor gedaan en mij trekt in het priesterschap. Interview met Teun Warnaar Ik ben Teun Warnaar, geboren in Emmeloord en ik ben 32 jaar. Na het VWO heb ik eerst een jaar Informatica gestudeerd, waarna ik overgestapt ben naar de Chemische Technologie aan de Universiteit van Twente. Na de Universiteit ben ik begonnen met de studie aan de Tiltenberg. Na twee jaar ben ik naar de paters missionarissen van de naastenliefde (Priesters van Moeder Teresa) gegaan. Onder de lezers zijn er misschien mensen die mij nu herkenen. Vorig jaar heb ik namelijk ook
FOTO: JAN-JAAP VAN PEPERSTRATEN
DOOR HENK VAN HAMERSVELD
V.l.n.r. Gauthier de Bekker en Teun Warnaar al in dit magazine gestaan, aangaande mijn eerste tijdelijke geloften die ik afgelegd had. Nu ben ik weer terug op de Tiltenberg. Na mijn tijdelijke geloften heb ik een jaar in Rome gestudeerd en aan apostolaat gedaan. Nog steeds voel ik mij erg aangetrokken tot deze orde. Echter het leven in een gemeenschap en de drukte in het programma wekte een spanning op die de vreugde in mijn roeping belette. Tijdens een eerdere retraite kwam al naar voren dat ik hierdoor niet mijzelf kon zijn. Zoals ik in het aangehaalde interview al aangaf waren mijn eigen beperkingen het moeilijkste in het leven daar. Uiteindelijk hebben al deze factoren mij doen beslissen om mijn geloften niet te hernieuwen. Het verlangen om priester te worden is al die tijd gebleven en zodoende ben ik terug gekomen. Ik heb mij tijdens deze periode dan ook beseft dat God mij in mijn priesterschap ruimte geeft voor een eigen beleven van de spiritualiteit en dat ik de evangelische raden een invulling kan geven in mijn leven als priesterstudent en straks als priester. Het belangrijkste wat ik meeneem uit deze periode is dat ik sociaal gegroeid ben en mezelf beter heb leren kennen, waardoor ik als priester de mensen nog beter denk en hoop bij te kunnen staan. ■ TILTENBERG MAGAZINE
7
Seminarist in de gevangenis
E
én stalen deur. Een metaaldetector. Nog een stalen deur. Een sluis. Nog een stalen deur. En dan … de laatste deur voordat je op “het vlak” staat, het centrale “plein” van de Havenstraatgevangenis, het huis van bewaring in Amsterdam-Zuid. Deze zomer werkte ik als assistent van de katholieke geestelijke verzorger op deze bijzondere plek, bevolkt met bijzondere mensen. Toen ik de stagecoördinator vroeg om “iets diakonaals” had ik dít niet zo direct in gedachten gehad. In Nederland moet nogal wat gebeuren voordat je in een huis van bewaring terechtkomt. Je moet tenminste verdacht worden van een stevig delict, of al zo vaak in aanraking zijn gekomen met justitie dat de rechter het beter lijkt als je je proces in gevangenschap afwacht. Veel gedetineerden zijn recidivist en lukt het nauwelijks tot niet om te breken met het verleden. Verslavingen aan drugs en alcohol zijn hier ook vaak een factor in. Maar niemand kiest er zomaar voor om op het slechte pad te belanden, of om verslaafd te worden en onder al het kwaad dat mensen elkaar aandoen liggen personen die diep van binnen weten dat de criminaliteit een heilloos pad is, en toch altijd op zoek zijn naar een beter leven, een “fatsoenlijk leven”, zoals één gedetineerde, een vermoeide, gebroken verslaafde van begin vijftig mij vertelde. Dertig jaar verslaving had hem lichamelijk kapotgemaakt, maar hij gaf de hoop niet op ooit weer clean te worden. Dertig jaar verslaving had vrijwel alles verwoest, behalve zijn waardigheid als mens, die is namelijk onverwoestbaar. Er is altijd hoop. De kortste definitie van geloven is: optimist zijn, niet opgeven: dat doet God ook niet.
“Geloven is: optimist zijn, niet opgeven: dat doet God ook niet.”
En zo beweeg je door die kleine maar volle wereld van de Havenstraat. Tussen de straatrovers, pechvogels, mensen handelaars, drugsdealers, kleine krabbelaars, zakkenrollers en een enkele witteboordencrimineel. Ze hebben allemaal een verhaal. Soms willen ze dat verhaal ook met je delen. Je hoeft er niet over te oordelen. Dat doet een rechter al, en die heeft er voor doorgeleerd. In de gevangenis wordt vaak oprecht naar God gezocht. Lange dagen en nachten alleen achter een dichte deur maken dat onvermijdelijk. Nood leert wérkelijk bidden! Rozenkransen vinden dan ook gretig aftrek. Om mee te bidden, of alleen maar te dragen. “Dan heb je altijd iets van God bij je”, zoals een andere gedetineerde tegen me zei.
8
TILTENBERG MAGAZINE
DOOR JAN-JAAP VAN PEPERSTRATEN
“Ik snap niet hoe jullie het volhouden, met die mensen”, zei een boze bewaarster me, “ze doen allemaal religieus als ze binnenkomen, maar als ze buiten staan is het direct weer voorbij. Ik snap niet dat je de moeite neemt”. Een confronterende vraag, maar uiteindelijk is het de vraag die aan Jezus zelf gesteld is: “waarom ga je om met fraudeurs, slechterikken en publieke zondaars?” Zelfs aan het kruis opende hij Zijn hart nog voor de rover die naast hem hing. Dus waarom moeten we iets met de mensen die de samenleving opgegeven heeft? Omdat God mensen niet loslaat. Dus wij moeten mee op zoek. Op zoek naar verlorengelopen zwarte schapen, stoffige drachmen die onder een kast zijn gerold. Wie de weg kwijtgeraakt is heeft geen behoefte aan goedkoop medelijden, maar wel aan levende barmhartigheid, een luisterend oor, iemand die een beroep doet op je verantwoordelijkheidsgevoel. Ook achter de gevangenismuren zijn christenen, ook daar is de Kerk, ook daar komen seminaristen: om te leren van gevangenen, bewaarders en medewerkers, tot nut van ons medemens, om Gods werk te doen. ■
Het huis van bewaring aan de Havenstraat in Amsterdam
Leiderschap en Sint Benedictus DOOR JOHAN RUTGERS
Q
ui maior est vestrum erit minister vester (Wie de grootste van u is zal uw dienaar zijn. – Mt.23:11). Zo leert ons de heilige Schrift, evenals de befaamde kloosterregel, opgetekend door de heilige Benedictus van Nursia. Want werkelijk leiden, betekend allereerst de dienaar van allen zijn. Zoals Jezus, de Heiland en Zoon van God niet op een troon zat en iedereen vertelde wat ze moesten doen. Maar dat Hij zijn bovenkleed aflegde en zijn vrienden de voeten ging wassen en later moest lijden en sterven aan een kruis. Dit beeld staat waarschijnlijk haaks op de visie die menigeen van ons in het hoofd te binnen schiet wanneer we denken aan grote leiders. We denken wellicht aan grote volksmenigten, die rij aan rij aaneengesloten een befaamde volksvertegenwoordiger toejuichen om zijn of haar visie voor het leven te volgen. Grote leiders voeren nog grotere legers aan en onderwerpen wellicht gehele volken, voorbeelden hiervan hoef ik u niet te noemen, u kent ze. Ze zijn van alle tijden en plaatsen. Onze menselijke geschiedenis, ver weg en zeer recent, staat bol van dit soort figuren. Edoch, zijn dit vaak geen werkelijk grote leiders te noemen. Een werkelijk grote leider zoekt of streeft er in eerste instantie niet naar om überhaupt een te leider zijn. Want het is juist in de oer-christelijke deugd van de ‘nederigheid’ dat écht grote leiders opstaan. Eén zo’n leider, of beter gezegd een dergelijke herder, is eenvoudig van hart en ziel en is dienaar van allen. Het is juist in deze nederigheid dat de heilige Benedictus in de ogen van de geschiedenis, een groot man kan en mag worden genoemd. Wanneer wij zijn hagiografie lezen, opgeschreven door paus Gregorius de Grote, dan ontmoeten we Benedictus als een nederige man, een eenvoudige monnik vol liefde voor God en als iemand die Hem wil zoeken en dienen vanuit de eenzaamheid. Maar wanneer Benedictus wordt geroepen om leiding aan een groep monniken te geven, om hun ‘abba’, ‘vader’ ofwel: abt, te worden, dan is het vanuit zijn nederige houding dat hij in eerste instantie weigert. Maar naarmate men aanhoudt, accepteert hij zijn nieuwe levensrol en vervult deze met wijsheid en nederigheid van hart. Het is tevens deze houding die vele van de monniken tot aanstoot is, dat ze deze heilige man Gods zelfs tot meerdere malen toe proberen te vergiftigen. Maar iedere keer is het door zijn geloof en totale
Icoon van de Heilige Benedictus. overgave aan en in de handen van de Levende Christus dat hij in leven bleef. Hoe hij als abt, leider en nederige christen vele wonderen verrichtte in zijn dagen. Hoe hij die liefde die hij voor de Goede God uitdroeg en zo vele boeken en de kerkgeschieden in is gegaan als een grote heilige en patroon van Europa en het monastieke leven. Om woorden van de Heiland zelf te gebruiken: “Ik ben niet gekomen om mijn eigen wil te doen, maar de wil van Hem die Mij gezonden heeft” (Joh.6:38). Zoals Sint Benedictus is het voor iedere grote leider van belang deze woorden vanuit een nederige houding werkelijk te leven om vervolgens dienaar van allen te zijn. ■ TILTENBERG MAGAZINE
9
Schenken met belastingvoordeel Reguliere schenkingen:
Toelichting bij Volmachtformulier:
e Tiltenberg beschikt over de ANBI-status (Algemeen Nut Beogende Instelling). Dit houdt in dat De Tiltenberg een door de belastingdienst erkend goed doel is. Alle giften aan De Tiltenberg zijn daarom aftrekbaar van uw belastbaar inkomen. U kunt maximaal 10 % van uw verzamelinkomen aftrekken met een drempel van 1% en een minimum van 60 euro. Voor deze reguliere giften aan De Tiltenberg kunt u bijgesloten acceptgiro gebruiken.
3. Notariële schenking ‘Vijf jaar of langer naar keuze van de schenker’: Om in aanmerking te komen voor de belastingaftrek dient de jaarlijkse schenking om een periode van ten minste vijf jaar te gaan. Na deze vijf jaar kunt er voor kiezen om met de jaarlijkse bijdrage te stoppen of hiermee door te gaan. Ieder extra jaar geniet u hetzelfde belastingvoordeel. Op deze manier hoeven er geen extra kosten te worden gemaakt voor een nieuwe lijfrente-akte mocht u besluiten om uw jaarlijkse bijdrage te continueren.
D
Lijfrenteschenkingen: maximaal profiteren van aftrekbaarheid Wilt u maximaal gebruik maken van de fiscale aftrekbaarheid en bent u bereid De Tiltenberg de komende 5 jaar of langer met een bedrag van minimaal 150 euro per jaar te steunen? Denk dan eens aan het afsluiten van een akte van lijfrente. Het voordeel hiervan is dat uw giften dan volledig aftrekbaar zijn van de belasting. Aan een lijfrenteschenking voor De Tiltenberg zijn de volgende voorwaarden verbonden: • schenking van een jaarlijks vast bedrag voor een periode van 5 jaar of langer • een minimum bedrag van 150 euro per jaar • officiële notariële vastlegging Als u van deze constructie gebruik wilt maken, dient u de achterkant van de brief van rector Bruggink in te vullen en aan ons terug te sturen. Hiermee machtigt u onze notaris een akte van lijfrente af te sluiten. Wij verzorgen de afwikkeling bij de notaris; die brengt hiervoor slechts een gering bedrag in rekening, dat door De Tiltenberg zal worden voldaan. U ontvangt vervolgens op korte termijn per post een exemplaar van de door de notaris opgestelde akte van lijfrente. Hieronder ziet u een voorbeeld van belastingvoordeel bij een lijfrente-constructie indien u in de 42%-belastingschijf valt: U geeft aan De Tiltenberg:
U krijgt terug van de fiscus:
U betaalt dus uiteindelijk:
150 euro per jaar
63 euro per jaar
87 euro per jaar
Dit is een algemeen voorbeeld. Uw eigen situatie kan anders zijn. Neem hierover contact op met uw belastingadviseur. Mocht u verder nog vragen of opmerkingen hebben, dan kunt u ook altijd contact opnemen met dhr. P. Klaver, medewerker van De Tiltenberg, bereikbaar via tel.nr. 0252-345 312.
10
TILTENBERG MAGAZINE
De Tiltenberg heeft mijn leven verrijkt!
W
at is De Tiltenberg mij eigenlijk waard? Een vraag die ik mij toentertijd, vandaag vijf jaar geleden, heb gesteld. Vijf jaar geleden studeerde ik nog aan de Tiltenberg; ik volgde de diakenopleiding. Het antwoord was destijds al gemakkelijk te geven. Waar in Nederland vind je nog een plaats waar het geloof gevoeld, beleefd maar vooral geleefd wordt zoals hier? De Tiltenberg is meer dan een instituut waar je een opleiding tot priester, diaken of catechist kan volgen. Het is ook een gemeenschap waar het gebed centraal staat. Vandaag de dag kijk ik nog steeds graag terug naar deze bijzondere tijd, maar bovenal heb ik het ervaren als een verrijking voor het leven van mij en mijn vrouw. En dat is heel veel waard. Voor een organisatie zoals De Tiltenberg is het van wezenlijk belang om verzekerd te zijn van een financiële stroom gedurende een aantal jaren. Maar ook voor de schenker is er een financieel voordeel: periodieke giften zijn namelijk 100% aftrekbaar, er geldt geen drempelbedrag en geen minimum of maximum. Spreiding van de betaling is mogelijk, bijvoorbeeld iedere maand een bedrag gedurende een periode van minimaal vijf jaar. Voor ieder die De Tiltenberg kent is de waarde van een structurele bijdrage wel duidelijk. Voor hen die de Tiltenberg nog niet kennen wordt het hoog tijd om eens te komen kijken of zich op te geven voor een cursus. U zult snel overtuigd zijn dat uw (periodieke) gift op een goede wijze wordt besteed. ■ Arnauld Dols Adjunct econoom Aartsbisdom Utrecht Diaken parochie Paus Johannes XXIII te Houten
Javier Acuña stelt zichzelf voor DOOR JAVIER ACUÑA
Wie ben je en waar kom je vandaan?
I
k ben Javier Acuña, 30 jaar oud. Ik ben geboren in San Carlos te Chili in een traditionele familie van landbouwers. Mijn ouders produceren melk en andere landbouwproducten. Ik heb twee broers; Victor, die getrouwd is en twee kinderen heeft en Karen die Psychologie studeert. Kan je wat vertellen over jouw ervaring met de kerk en jouw roeping? Sinds mijn jeugd heb ik actief deelgenomen in de kerk, in het begin als begeleider van een kerkelijke gemeenschap en in de pastoraal van de school waar ik studeerde. Ik studeerde aan de universiteit en behaalde mijn diploma voor leraar Wiskunde en Religie. Tot op dit moment draaide mijn leven om het zoeken naar succes in alles wat ik deed. Ik probeerde altijd beter te zijn dan anderen. In het jaar 2001, tijdens een Eucharistieviering op “Onrustig is ons de zondag, raakte de Heer mij door een aankondiging hart tot het rust die mijn leven heeft veranvindt in U” derd. Iemand zei: “Christus (H. Augustinus) bemint jou zoals je bent, Hij wil jou gratis het geluk schenken.” Het was voor mij vreemd om iemand op een totaal andere manier over de liefde van God te horen spreken. Ook was er iets in die mensen, iets wat ik niet had, iets wat maakte dat zij vreugde uitstraalden. Nu besef ik dat het de ervaring was van een ontmoeting met de Verrezene. Nadat ik deel had genomen aan een gemeenschap van de Neocatechumenale Weg, begon de Heer een groot werk met mij te verrichten. Hij heeft het mij geschonken om zijn liefde te mogen ervaren in een concrete gemeenschap, bestaande uit mensen zoals ik, met zwakheden en deugden, die ook in staat zijn om elkaar vergiffenis te vragen. De Heer heeft mij getoond dat Hij heel veel van mij houdt, dat Hij niet moe wordt van mij, dat Hij altijd op mij wacht met open armen, ook wanneer ik ontrouw ben. Ik merkte dat Hij mij had veroverd door in mijn hart de wens te leggen om Hem te zoeken. Nadat ik enige jaren had gewerkt als leraar en ogenschijnlijk de perfecte jongen met een baan, een goed salaris, vrienden en een relatie met een meisje... kon ik zoals St. Augustinus zeggen: “Ons hart rust niet totdat het rust vindt in U”. Er was iets in mijn binnenste dat mij diep verontrustte. Ik begreep niet waarom ik - hoewel ik alles binnen mijn bereik had - niet gelukkig was. Daarom besloot ik om mijn baan op te zeggen. Mijn kennissen en vrienden
Javier Acuña konden dit moeilijk begrijpen. Bovendien kreeg ik net een nieuwe baan aangeboden op de universiteit, iets waar ik jarenlang naar had verlangd. Ik wilde datgene wat men zei over God op de proef stellen, namelijk dat hij voorziet, dat hij ons nooit laat vallen en dat hij zijn Liefde toont met concrete feiten. Ik maakte gedurende twee jaar deel uit van een team voor evangelisatie. Wij verkondigden het Woord van God en ik besefte hoe mijn hart ontvlamde wanneer ik sprak over zijn Liefde. Ook besefte ik dat er mensen waren die het wonder van deze Liefde niet kenden. Omdat ik deze existentiële ervaring van vergiffenis heb meegemaakt, ga ik tot op de dag van vandaag door met de missie. Hoe lang ben je al op het Seminarie en hoe gaat het hier in Nederland? Dit is mijn derde jaar op het seminarie en ik ervaar ieder jaar de bijstand van de Heer. Het was niet gemakkelijk om te wennen aan deze cultuur, vooral de taal, maar ik vind vreugde in het doen van de wil van God in de dagelijkse dingen, ook al is er lijden en zijn er vernederingen. Ik heb ervaren dat de Heer mij heeft geholpen met de studie en mijn verblijf in Nederland. De Heer voorziet overvloedig in moeilijke momenten, er ontbreekt mij niets. Ik heb in deze tijd ervaren hoe klein ik ben tegenover de macht van God. Mijn leven, dat gericht was op het behalen van successen, is niets ten opzichte van de wonderwerken die de Heer mij getoond heeft in deze tijd van missie. Hij heeft mij de schat laten zien die wij dragen in de aarden potten waaruit wij gevormd zijn. (vgl. 2 Kor. 4,7) ■ TILTENBERG MAGAZINE
11
Uw steun aan De Tiltenberg Bent u ook bereid de opleiding en vorming van nieuwe priesters financieel te ondersteunen? Uw gift is zeer welkom. U kunt uw gift overmaken op giro 54 64 tnv Het Grootseminarie te Vogelenzang. Bij voorbaat hartelijk dank. Voor giften vanuit het buitenland heeft u de volgende bankcodes nodig: IBAN: NL64INGB0000005464 BIC: INGBNL2A ■
Misintenties Het is mogelijk Heilige Missen te laten lezen in het seminarie. De Misstipendia komen ten goede aan de priesteropleiding. Voor iedere intentie wordt niet altijd een aparte H. Mis gelezen, tenzij u dat zelf anders aangeeft. We kunnen niet garanderen dat de Mis gelezen wordt op de dag die u aangeeft, al doen we daar wel ons best voor. Richtbedrag voor de stipendia is € 10,-. U kunt het bedrag overmaken op gironummer 54 64 tnv Het Grootseminarie te Vogelenzang o.v.v. misintentie. De intenties kunt u sturen naar rector G. Bruggink, De Tiltenberg, Zilkerduinweg 375, 2114 AM, Vogelenzang. ■
Bidt u mee om roepingen? De Tiltenberg nodigt u uit om de priesteropleiding te ondersteunen en deel te nemen aan de gebedskring van de priesteropleiding. Wilt u meedoen? Geef u dan op als lid. Het verplicht u tot niets, behalve tot gebed. U ontvangt dan de gebedskaart thuis en met enige regelmaat het Tiltenberg-magazine, met informatie over het seminarie. Ook wordt u uitgenodigd voor de jaarlijks terugkerende gebedsdag op De Tiltenberg. U kunt zich opgeven met onderstaande antwoordstrook. Bij voorbaat dank voor uw gebed. ■
Zomerretraite voor priesters, diakens & pastoraal werkenden Zo 3-za 9 augustus 2014, Thorn, Limburg Komend jaar zal weer een zomerretraite worden georganiseerd voor priesters, permanente diakens & pastoraal werkenden. De retraite is van zondag 3 augustus t/m zaterdag
Ja,
9 augustus bij de Foyer de Charité ‘Marthe Robin’ in Thorn, Limburg. De totale kosten van deze retraite bedragen € 255, te voldoen op de retraitelocatie of via rek.nr. 52.38.930 t.n.v. Stichting Foyer de Charité Marthe Robin Thorn o.v.v. naam & retraite. U bent van harte uitgenodigd. Pater G. Wilkens sj zal de retraite leiden. De data en tijden zijn zo gekozen dat u geen vervanging hoeft te regelen voor de weekendvieringen. U kunt zich aanmelden via de Foyer in Thorn. website: www.foyer-thorn.nl
Colofon issn 1875-550x
ik wil graag meebidden om (nieuwe) priester roepingen en word lid van de gebedskring.
Redactie Anton Goos, Henk van Hamersveld, Pieter Klaver, Jan-Jaap van Peperstraten en Erik Rozeman Vormgeving Impulsar, Jochem Oor
Dhr/Mevr.: ............................................................................................................................................................
Druk Van Assema Grafimedia
Straat & huisnummer: ...................................................................................................................................
Contact Zilkerduinweg 375, 2114 AM Vogelenzang tel. 0252 345-345 fax 0252 345-350
Postcode: ............................................................................................................................................................... Woonplaats: ......................................................................................................................................................... Telefoon: ................................................................................................................................................................ E-mail: ..................................................................................................................................................................... Deze strook opsturen naar: De Tiltenberg t.a.v. Gebedskring, Zilkerduinweg 375, 2114 AM Vogelenzang. U kunt zich ook telefonisch 12opgeven TILTENBERG MAGAZINE via 0252 345-345 of mailen naar
[email protected]
[email protected] www.tiltenberg.org Giften Giften zijn van harte welkom op rek.nr. 54 64 t.n.v. Het Grootseminarie te Vogelenzang. ©2013 De Tiltenberg Wilt u artikelen overnemen? Neem dan even contact op met Pieter Klaver,
[email protected].
Kinderkamp op de Tiltenberg
A
fgelopen zomervakantie was er weer een kinderkamp op de Tiltenberg. Dit jaar hebben veertien kinderen tussen acht en twaalf jaar mee gedaan aan het kamp. Even als vorige keren werd het georganiseerd door een paar van de seminaristen. Vier dagen verbleven de kinderen op de Tiltenberg waar verschillende activiteiten werden gehouden. We hebben het hele bos gebruikt voor uiteenlopende spelen. Ook op het grasveld zijn allemaal verschillende spelletjes gespeeld. Natuurlijk was er eveneens tijd voor het geloof. Door kapelaan Jeroen de Wit werd elke dag een catechese gehouden. Dit jaar was het onderwerp ‘Mozes’. Telkens hebben we een stukje van het verhaal van Mozes van dichtbij bekeken. En daarbij was ook steeds een knutselopdracht, zoals het maken van een kijkdoos. Ook vierden we elke dag met elkaar de Heilige Mis in de seminariekapel of soms buiten bij ‘Jeruzalem’, een grasveld in het bos met een altaar.
DOOR PAULUS TILMA
Na ’s ochtends te beginnen met ochtend gymnastiek en een morgengebed, aten we telkens in de eetzaal en had ieder deelgroepje na het eten een corveetaak. Op de tweede avond hadden we een lekkere barbecue in de binnentuin. Daarna hebben we een rustige avond gehad en in de nieuwe tuinzaal de film ‘The Prince of Egypt’ bekeken. Elke dag eindigde met een avondgebed in de kapel. De kinderen sliepen in verschillende zalen van het gebouw. We hebben ook leuke uitstapjes gemaakt. Zo hebben we in De Zilk, een vlakbij gelegen dorp, een vossenjacht gehouden. De kinderen moesten met hun deelgroepjes en een leider door het dorp lopen en zoeken naar de
verklede personages, zoals een schilder, bakker, monteur en wielrenner. Met succes heeft iedereen alle vossen kunnen vinden en keerden allen weer voldaan terug naar de Tiltenberg. Ook zijn we op de laatste dag met de auto naar het strand geweest. Daar hebben we verschillende spelletjes gedaan, zoals het zoveel mogelijk zandtorens bouwen binnen vijf minuten. En tot slot zijn we nog even het water in geweest. Op de laatste avond hebben we een bonte avond gehouden. Elk groepje had wat voorbereid om op die avond te doen. Zo was er een lied geschreven dat werd uitgevoerd, konden we kijken naar een levensechte diaprojectie en was er een quiz gemaakt. Één groepje voerde een show op met allemaal verschillende spelletjes. En natuurlijk liet de teamleiding ook van zich horen met een lied over het kamp en over wat we allemaal gedaan hadden. Op de vrijdag, de laatste dag hebben we het kamp afgesloten met eerst het fenomenale eindspel met onder andere ringsteken. Daarbij waren de ouders al aanwezig en konden toekijken. Tot slot hebben we gezamenlijk de Heilige Mis gevierd om daarmee het kamp af te sluiten. Het was een heel mooi en gezellig kamp. Uiteraard was het voor ons een drukke week, maar we hebben de kinderen iets waardevols mogen meegeven in de vriendschappen en in het geloof. We blijven voor hen bidden en hopen hen volgend jaar weer terug te zien. ■
TILTENBERG MAGAZINE
13
Interview met George Paimpillil DOOR ELI STOK
Kunt u zich voorstellen?
M
ijn naam is George Paimpillil. Ik kom uit India, uit de katholieke Syro-Malabar kerk. Deze kerk stamt af van de Thomaschristenen, bekeerlingen van de apostel Thomas. Wij hebben het christelijke geloof, de Indiase cultuur, en een Syrische liturgie. De heilige Thomas heeft namelijk voor zijn reis naar India in Syrië gewerkt. Zelf heb ik gestudeerd in het apostolisch seminarie St. Thomas in Kerala. Ik heb drie jaar op het kleinseminarie gezeten, toen ik zestien tot negentien jaar was. Vervolgens heb ik op het grootseminarie drie jaar filosofie gestudeerd, een jaar stage gelopen in een pastoraal centrum, en vier jaar theologie gestudeerd. Op 27 december 1993 werd ik tot priester gewijd in mijn eigen parochiekerk. Het is in India gebruikelijk dat bisschoppen rondreizen om priesters in hun thuiskerk te wijden, zodat de hele parochie erbij kan zijn. Toen las ik een artikel in de krant over het priestertekort in Nederland en wilde ik graag komen helpen. Ik heb een brief gezonden aan kardinaal Simonis, en in 1996 ben ik hiernaartoe gekomen. Nu werk ik in de parochie van Driehuis in het bisdom Haarlem. Welk vak geeft u? Liturgie is mijn vak. Dit jaar geef ik Boete en Verzoening, een klein onderdeel daarvan, maar in deze tijd erg belangrijk. Als we ons niet kunnen verzoenen met anderen, met God, onszelf en de natuur, kunnen we niet leven als christenen. We moeten ons telkens vernieuwen. Dat is een dynamisch gebeuren, een constant streven naar heiligheid. We hebben de heiligheid ontvangen in de doop, maar die wordt bewaard door boete en verzoening. Wat wilt u aan de seminaristen meegeven? Ik wil de studenten leren omgaan met de verzoening vanuit een houding van onvoorwaardelijke liefde. ‘Als ik maar…’ is geen goed uitgangspunt. Mensen moeten ervaren: dit zijn mensen van liefde. Verzoening vindt niet alleen plaats in de biechtstoel, maar omvat een veel breder veld. Het heeft
14
TILTENBERG MAGAZINE
FOTO: JAN-JAAP VAN PEPERSTRATEN
George Paimpillil namelijk ook betrekking op het innerlijk en op het sociaalmaatschappelijk vlak. Als christenen moeten wij de innerlijke verzoening voelbaar maken: dat wij verzoend zijn en bereid zijn om ons te verzoenen. Wat is u opgevallen aan de Kerk in Nederland? Hoewel mensen niet zo vaak in de kerk zijn als in India, waar het kerkbezoek 98% is, zijn de christelijke waarden in het dagelijks leven niet verdwenen. De kerk wordt echter door velen als saai beschouwd en reageert niet erg op het wereldgebeuren. Wat nodig is, is presentiepastoraat: levende voorbeelden van christenen zijn belangrijker dan kerkgebouwen en hoge kerktorens. We moeten eenzaamheid, vergrijzing en andere problemen tegemoet treden. Daarnaast is het belangrijk te investeren in de vorming van kinderen en jongeren, bijvoorbeeld door persoonlijk aandacht te geven aan jonge gezinnen. Hoe ziet de Kerk in India eruit? Tot het Tweede Vaticaans Concilie was de katholieke Kerk in India zoals nu in Europa. Bij het Concilie zijn er ideeën opengebroken, stof weggeveegd, waardoor de Kerk begon te blinken. Voorheen haalden we priesters uit het buitenland, nu hebben we genoeg priesters en religieuzen. Omdat priesters midden onder de mensen zijn gaan staan, is het priesterschap populair geworden. Daarnaast is het imago van het priesterschap veranderd: voorheen waren priesters vooral bezig met sacramentenbediening, nu is dat aangevuld met diaconale en sociale taken, onderwijs, ziekenzorg e.d. ■
De spirituaal DOOR PASTOOR SMITH
Spirituaal
V
oor velen is dit een vreemd woord. De Van Dale kent alleen ‘spiritual’. Google zegt eerst heel vriendelijk: ‘Bedoelde u: spiritueel’ en levert dan toch in onze taal één hit op. Wikipedia, ingevuld 9 augustus jongsleden, ver na middernacht. Daar staat: “Een spirituaal is een geestelijke die bij de opleiding van priesters en diakens verantwoordelijk is voor de geestelijke vorming van de kandidaten. Zij organiseren bezinningsdagen en retraites en begeleiden kandidaten individueel. De spirituaal is ook vaak de biechtvader voor de kandidaten, maar dit is niet verplicht. Ten slotte is de spirituaal ook vaak de docent van praktijkgerichte lessen, zoals het horen van de biecht. De spirituaal is lid van het bestuur van de opleiding, maar heeft – gebonden door het biechtgeheim – geen inspraak over het al dan niet toelaten tot de wijding van een kandidaat.” Het woord is een vulgarisme van pater spiritualis, geestelijk vader. Zo spreekt men nu over ‘een spirituaal’. Het meervoud is spirituaals en niet spiritualen, een hervormingsstroming binnen de grote Franciscaner geschiedenis. De intrigerende ‘dwaas in Christus’ Jacopone da Todi, aan wie het Stabat Mater wordt toegeschreven, behoorde tot hen. Vanaf het begin van dit nieuwe studiejaar ben ik geen spirituaal meer van het theologisch instituut Sint-Bonifatius (pater Wilkens SJ blijft!), maar spirituaal van het Grootseminarie Sint-Willibrord. Het eerste heb ik de afgelopen jaren heel graag gedaan, het tweede is evenzeer een bijzondere taak, die ik graag aanvaard. Natuurlijk betreft mijn eerste inzet de parochie HH. Petrus & Paulus in Leiden, met de dagelijkse HH. Missen, de vaste pastoors-taken, vergaderingen en uitvaarten. De speciale aandacht voor eucharistische aanbidding, evangelisatie en catechese vraagt de nodige tijd, maar het wordt steeds duidelijker dat hier een groot deel van de toekomst van de locale geloofsgemeenschappen ligt. Natuurlijk nooit zonder diaconie, niet alleen projecten, maar een actieve persoonlijke aandacht van de gelovigen voor iemand in de omgeving. Tussendoor werk ik mee bij het Katholiek Alpha Centrum om materiaal en methoden te verzorgen, die een hulp zijn bij de nieuwe Evangelisatie. Vooral de internetcursus via www.HoevindjeGod.nl is een aanbod voor deze tijd en geeft bijzondere reacties.
Pastoor Smith, de nieuwe spirituaal. Bij dat alles probeer ik elke dag wat te lezen, want een dag zonder een goed boek of artikel is…. De catechese-cycli hier in Leiden zijn zo ingevuld, dat ikzelf het nodige er voor moet lezen. Dan zit er een ‘stok achter de deur’. Dit jaar is er bijvoorbeeld een cylcus over profetische theologen: Newman, Guardini, De Lubac, Von Balthasar en Adrienne von Speyr. Komende Advent lezen we met parochianen deel 3 van Jezus van Nazareth, De Proloog van Em. Paus Benedictus XVI. En voor de nieuwe taak als seminaristen-spirituaal heb ik kerkelijke documenten en wat waardevolle boeken over het priesterschap uit de kast gehaald. Zo komen het aangename en het nuttige weer bij elkaar. Een boek wat ik pas uitgelezen heb is van de veelschrijver Hesemann, Papst Franziskus. Das Vermächtnis Benedikts XVI und die Zukunft der Kirche. Waarom de Paus wegens een knieprobleem niet zo makkelijk knielt en hoe Benedictus een van de laatste grote vertegenwoordigers van de Europees-christelijke cultuur is. Een populistisch maar toch boeiend boek. De voorlaatste slotzin is: “Na de paus van de beelden, Johannes Paulus II, volgde de paus van de woorden, Benedictus XVI. Paus Franciscus is echter de paus van de gebaren.” ■ TILTENBERG MAGAZINE
15
‘Heb geduld en vertrouwen’ Het is het voorjaar van 2008 als in een bomvolle St. Bavo kathedraal te Haarlem vier mannen plat ter aarde gaan liggen om de priesterwijding te ontvangen. Een van hen is Nico Kerssens, oudste zoon van Theo en Gerda Kerssens uit Wormerveer. Ze herinneren zich de gebeurtenis als de dag van gisteren. “Dat blijft je je hele leven bij.’ DOOR PIETER KLAVER
T
heo en Gerda zijn inmiddels vijfendertig jaar getrouwd en wonen al hun hele trouwen in hetzelfde huis in de Zaanstreek. Theo werkte vroeger bij de PTT, het huidige PostNL. Na 40 dienstjaren is hij met de VUT gegaan en sinds kort is Theo met pensioen. Op één na zijn de kinderen het huis uit. “We hebben ontzettend veel om dankbaar voor te zijn. We hebben vijf kinderen gekregen en allemaal gaan ze nog naar de kerk. Twee van onze kinderen zijn nu getrouwd en dit jaar hopen we twee keer opa en oma te worden!” De kerk van de Krijtberg in Amsterdam is sinds jaar en dag hun geestelijk thuis. “De plechtige liturgie in De Krijtberg trekt ons erg aan en zodoende gaan we daar graag naar de kerk.” Theo is collectant en een aantal van hun zoons is er acoliet.
Een priesterzoon? Maar hoe is het eigenlijk om een te zoon te krijgen die vervolgens priester wordt? Gerda: “De keuze van Nico kwam voor ons niet als een verrassing. Toen hij zich voorbereidde op zijn eerste Heilige communie zei hij al tegen mij: ‘Mam, ik wil later priester worden.’ Door de jaren heen groeide dit verlangen in
hem en we hebben dit van dichtbij meegemaakt. Nico kon op onze steun rekenen, maar we moesten natuurlijk ook afwachten of dit werkelijk de weg voor hem was. Hij was bovendien nog zo jong. Nico vroeg zich tijdens zijn seminarie tijd af wat het priesterschap nou werkelijk in zou houden. Eén jaar is hij er toen echt tussenuit geweest voor een parochiestage. Dit bracht voor hem meer helderheid. Eindelijk kwam dan het moment van zijn wijding. Theo: “Er gebeurde zo ontzettend veel. Je denkt natuurlijk aan de dag van de wijding met feest en receptie, maar dat was nog niet alles. Nico droeg zijn eerste Heilige Missen op in verschillende kerken in Haarlem en uiteraard in de Krijtberg. En dan al die mensen die om zijn neomistenzegen vroegen, echt bijzonder!”
De voorspraak van grootvader Nico is tegenwoordig gegroeid als priester, zo constateren Theo en Gerda, en
dat doet hen goed. Theo: “We zijn in ieder geval ontzettend trots op hem.” Toen Nico naar het seminarie ging, zijn Theo en Gerda tevens lid geworden van de gebedskring. Maar ook na de wijding van Nico zijn ze gewoon doorgegaan met het bidden om nieuwe roepingen. ‘De tekst van de gebedskaart hebben we niet meer nodig, hoor; die kennen we uit ons hoofd!’ Gerda memoreert haar eigen vader die trouw bad om roepingen. “Zelf kreeg hij drie dochters, maar zijn kleinzoon is uiteindelijk priester geworden. Het bijzondere is dat ik hem vlak voor zijn sterven kon vertellen dat Nico naar het seminarie zou gaan. Hij overleed op roepingenzondag en de priester die hem bediende werd vervolgens de rector van Nico op het seminarie. Theo: “Kijk, dat zou ik ook graag willen meegeven aan de leden van de gebedskring. ‘Heb geduld en vertrouwen. We weten dikwijls niet op welke manier ons gebed vrucht kan dragen.’ ■